K
O N I N K L I J K E
N
S
E D E R L A N D S E
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
verzonden: oktober 2014
VERSLAG ALGEMENE VERGADERING KNSA 24 APRIL 2014 1. Opening Voorzitter, de heer E.W.J. IJzerman: Dames, heren, leden‐verenigingen, erelid, dragers van het Kruis van Verdienste, bestuurders, commissieleden, professionals en alle andere genodigden, ik heet u van harte welkom op onze Algemene Vergadering van 2014, en open de vergadering. Voor mij vandaag de eerste keer dat ik na mijn benoeming vorig jaar, de Algemene Vergadering mag voorzitten. Bij mijn verkiezing vorig jaar zei ik u dat ik er naar uitkeek om met u, de leden, de komende jaren de samenwerking aan te gaan. En ik heb geenszins spijt van die uitspraken. Het is vandaag, voor zo ver ik mij kan herinneren, de eerste keer dat wij de Algemene Vergadering niet op zaterdag maar op een doordeweekse avond houden. Al in een heel vroeg stadium, namelijk in mei vorig jaar, heeft het KNSA‐bestuur in het Bestuursbulletin kenbaar gemaakt voornemens te zijn om de Algemene Vergadering in 2014 niet op zaterdag maar op een doordeweekse avond te houden. De redenen daarvoor zijn vooral van financiële aard. Zo wordt er geen lunch georganiseerd ‐ het spijt mij ‐ maar dat levert een aanzienlijke besparing van kosten op. De huur van de zaal op een avond is voordeliger en door het wegvallen van de recorduitreiking die nu op 28 juni tijdens SchietsportTOTAAL zal plaatsvinden, kunnen wij veel kosten besparen. Een tweede belangrijke reden voor ons is geweest dat afgelopen zaterdag geen optie was omdat dat in het Paasweekend was en komende zaterdag was ook geen optie omdat wij dan Koningsdag vieren. Nog eerder in april de Algemene Vergadering houden is organisatorisch en logistiek zeer bezwaarlijk. Op die publicatie hebben wij toen slechts één reactie ontvangen. En op grond daarvan hebben wij besloten om de Algemene Vergadering op een avond te houden en dat is vervolgens in ons Bestuursbulletin van september 2013 bekend gemaakt. Daarop is geen enkele reactie ontvangen. Pas na het verzenden van de convocatie, ontvingen wij meer reacties. Die zijn wel wisselend; zo zijn er verenigingen die hun bezwaren hebben geuit omdat zij vanwege hun werk en de reisafstand niet tijdig hier kunnen zijn. Anderzijds hebben wij ook reacties van verenigingsbestuurders die normaal gesproken vanwege hun werk of vanwege hun verenigingsactiviteiten, nooit in de gelegenheid waren om op zaterdag de vergadering bij te wonen en nu wel aanwezig kunnen zijn. Het aantal aanmeldingen voor
deze vergadering, namelijk zo’n 150 verenigingen, is in ieder geval van dien aard, dat wij daaruit niet de conclusie trekken dat wij een verkeerde keuze hebben gemaakt. Hoe dan ook, zullen wij na vanavond, deze keuze evalueren en voor de toekomst bezien of wij daarmee doorgaan. Wij zullen u daarover tijdig informeren. Ik memoreerde vorig jaar ook dat ik al lange tijd meeloop in deze organisatie in verscheidene commissies, het Hoofdbestuur en het Dagelijks Bestuur, als penningmeester en als vice‐ voorzitter van deze, zo meldde ik, prachtige organisatie. Je bent geneigd dan te denken dat je het klappen van de zweep kent en dat er na zo’n lange bestuurlijke ervaring geen verrassingen meer zijn. Maar dat is niet zo. In slechts één jaar tijd als voorzitter, heb ik nog beter dan in al die 25 jaren daarvóór gezien hoe hoog het kwaliteitsniveau van onze organisatie is en hoe veel en hoe hard mensen eraan werken om onze organisatie nog beter te maken en het klimaat voor de schietsportbeoefening in Nederland verder te verbeteren. Met grote bewondering heb ik in het afgelopen jaar gezien op verschillende niveaus, zowel op verenigingsniveau, op districtsniveau, als op landelijk niveau, dat vrijwilligers en professionals het maximale geven voor onze sport en voor de KNSA in Nederland. Helaas heeft dat niet geleid tot een groei van het aantal sportschutters, maar is er sprake geweest van een daling daarvan. U heeft het al in onze publicaties kunnen lezen: het aantal sportschutters is met zo’n 1.700 in het afgelopen jaar verminderd. Dat aantal van 1.700 is – en dat is gebruikelijk – een saldering van het aantal nieuwe aanmeldingen en het aantal afmeldingen. Maar liefst 5.000 sportschutters hebben ons verlaten, maar daartegenover staat dat 3.300 nieuwe sportschutters de weg naar een schietsportvereniging hebben gevonden. En juist dat laatste stemt mij, ondanks de netto‐teruggang, toch hoopvol. Bovendien blijkt uit alles dat die teruggang van het aantal schutters vooral te wijten is aan de financiële crisis in Nederland waarmee bijna alle sportbonden op dit moment te kampen hebben. Met een teruggang van circa 4 à 5 procent doen wij het nog veel beter dan veel andere sportbonden in Nederland, en vooral de instroom van duizenden nieuwe schutters is een signaal dat hoop geeft voor de toekomst. Ik verwacht overigens in 2014 nog geen groei, maar hopelijk stabiliseert ons ledenaantal zich of is er slechts een kleine teruggang. Pas in de loop van 2015 verwachten wij weer een groei van het aantal schutters te kunnen bereiken. De vermindering van het aantal sportschutters heeft echter niet tot de vermindering van participatie geleid. Wij zien over de hele linie een toename in de participatie aan KNSA‐ activiteiten door verenigingen en sportschutters. De deelname aan onze opleidingen en cursussen springt daarbij het meest in het oog. Maar liefst 1.400 deelnemers aan cursussen en opleidingen mochten wij in 2013 begroeten. Dat is veel. Dat is maar liefst twee keer zo veel als het jaar daarvoor en vier keer zo veel als in 2011. Dat is niet alleen goed vanwege de participatie, maar vooral ook goed vanwege de grote kwaliteitsimpuls die hiervan uitgaat. Het beschikken over goed opgeleide trainers, veiligheidsfunctionarissen, verenigings‐ bestuurders en allerlei andere kaderleden verbetert de kwaliteit van onze sport en verbetert de kwaliteit van onze verenigingen. En over verenigingskwaliteit gesproken: ook de basiscertificering verloopt naar wens. 300 verenigingen zijn op dit moment gecertificeerd en dat betekent dat we bijna op de helft zijn. Ik roep alle verenigingsbestuurders op die de basiscertificering nog niet hebben aangevraagd, zo spoedig mogelijk u alsnog daarin te verdiepen en de aanvraag bij ons in te dienen. Onze ervaring tot nu toe is dat die verenigingen die gecertificeerd zijn, daar in meer Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 2
of mindere mate tijd en energie in gestoken hebben maar over het algemeen tevreden zijn over het audit‐proces met gebruikmaking van onze website, en toch vaak nog zaken zijn tegengekomen die extra aandacht verdienden en ook zijn opgelost. Over het geheel genomen, zal met deze basiscertificering de kwaliteit van de hele schietsport in Nederland toenemen, en dat is winst. In verband met de basiscertificering en de daarin opgenomen bepalingen ten aanzien van de screening van introducés en aspiranten, hebben wij het afgelopen jaar veel werk besteed aan het formaliseren van de wettelijke grondslagen voor de verkrijging en verwerking van persoonsgegevens. Nu, 10 dagen geleden, hebben wij u daarover per brief uitgebreid geïnformeerd en u een aangepast formulier en een model‐brochure verstrekt. Tevens hebben wij u bericht dat omtrent deze verwerking van persoonsgegevens en de screening van introducés en aspiranten bij uw vereniging, meldingen zijn gedaan voor de KNSA en namens u bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Daarmee hebben wij voldaan aan wettelijke verplichting. Wij lopen hiermee voor op veel sportbonden in Nederland, die langzaam maar zeker ook ons voorbeeld gaan volgen in verband met de verkrijging en de verwerking van persoonsgegevens. Ik zei u vorig jaar ook dat u van mij geen rigoureuze veranderingen moet verwachten in het beleid van de KNSA. Voor mij, zo zei ik u, is het KNSA‐meerjarenplan waaraan u vorig jaar uw steun heeft gegeven, het ‘spoorboekje’ voor de komende jaren. Dat neemt echter niet weg dat juist in dat meerjarenplan een aantal belangrijke veranderingen zijn opgenomen. De ontwikkeling daarvan is in 2013 al in gang gezet en zal in 2014 voor u als vereniging, maar ook als individuele sportschutter, zichtbaar worden. De meest in het oog springende verandering is een nieuw relatiebeheersysteem voor onze automatisering. Met een duur woord ook wel de ‘CRM’ oftewel ‘customer relationship management’ genoemd. Waar het op neerkomt is dat wij naar verwachting in het najaar volledig overgaan op een nieuw automatiseringssysteem voor de registratie van verenigingen en schutters, waarin verenigingen de mogelijkheid krijgen om via inlogcodes hun eigen ledenadministratie te volgen, maar ook daarin mutaties aan te brengen. Voor onze werkorganisatie betekent dat een grote efficiency verbetering maar ook zal de verzending van alle poststukken zoals wij dat nu gewend zijn, voor een groot deel per e‐mail gaan plaatsvinden. Dat laatste levert een aanzienlijke besparing op onze portokosten, drukkosten en personeelskosten op. En dat is nodig want de kosten stijgen, de inkomsten uit subsidies maar dus ook uit de contributie vanwege een terugloop in het aantal schutters, nemen af. Later vandaag spreken wij daar nog over, omdat wij genoodzaakt zijn – gewoon vanwege de kostenstijging – een verhoging van de contributie aan u voor te stellen. In de loop van dit jaar en waarschijnlijk ook in het najaar, zal ook de KNSA‐website volledig vernieuwd zijn. Een website met nog meer informatie dan u op dit moment op onze site kunt verkrijgen, maar vooral ook met een – zo is ons streven – verbeterde navigatie‐ structuur, zodat u ook de weg op onze site makkelijker kunt vinden. Daarnaast moet de website voor u en uw leden niet alleen gebruiksvriendelijker zijn, maar moet de site ook voor diegenen die onze sport niet kennen, een betere informatieve en promotionele functie krijgen. De KNSA‐website moet geïnteresseerden over de streep trekken om zich te melden bij een schietsportvereniging en daarvoor zal de website meer van deze tijd worden met
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 3
filmbeelden en allerhande informatie die het imago en de bekendheid van de schietsport moeten verbeteren. Het imago van onze sport en vooral ook de bekendheid daarvan blijven voor ons een voortdurende zorg van aandacht. Niet alleen wij maar veel andere sporten in Nederland kampen met te weinig TV‐aandacht. Natuurlijk doen wij veel pogingen om die TV‐aandacht wel te krijgen, maar tot op heden met onvoldoende resultaat. Ik moet wel bekennen dat dat ook samenhangt met onze topsportprestaties. De aandacht die de schietsport kreeg bij de Olympische Spelen in Londen 2012 is nog nooit zo groot geweest, en dat kon ook niet anders met een fantastische prestatie van onze Luchtgeweerschutter Peter Hellenbrand. Die prestaties zijn cruciaal om publicitaire aandacht voor onze sport te krijgen. Het is bovendien de aandacht die wij vinden dat aan de schietsport gegeven moet worden. Juist ook daarom is het zo belangrijk dat wij volgend jaar in de eerste week van maart in Nederland de Europese Kampioenschappen Luchtdrukwapens organiseren, hier op het Nationaal Sportcentrum Papendal. Sterker nog: waar wij nu zijn, namelijk in de Athenehal van het congrescentrum, zal een metamorfose plaatvinden en verandert deze ruimte in een spectaculaire en flitsende Finalehal voor deze Europese Kampioenschappen. Wij verwachten circa 50 landen uit heel Europa met maar liefst 600 topschutters. Wij zullen uitgebreide tribunecapaciteit verzorgen en wij zullen ook daarover u tijdig informeren, zodat u uw plaatsen kunt reserveren. Het belooft een fantastisch sportevenement te worden en uiteraard zullen wij ook daarvoor ons uiterste best doen om veel media‐aandacht te verkrijgen. Er is bijna geen betere methode om onze tak van sport onder de aandacht te brengen dan met dergelijke evenementen. Veel complimenten ontvingen wij voor het interview dat onze directeur nog niet zo lang geleden heeft gegeven aan Nu.nl. Een interview waarin hij voldoende de gelegenheid kreeg en heeft genomen om te benadrukken dat de schietsport in Nederland en het daaraan onlosmakelijk verbonden gebruik van vuurwapens, goed is geregeld en zeker goed bij de KNSA en haar verenigingen. Sommigen beweren dat vaker de media op deze manier gezocht moet worden. Maar zo eenvoudig is dat niet. Het is niet zo, dat wanneer wij met onze vingers knippen, er vervolgens tien journalisten klaar staan om een interview af te nemen. Bewust hebben wij daarvoor het moment gekozen rondom de datum 9 april, oftewel drie jaar na het drama in Alphen aan den Rijn. Onze ervaringen in de jaren daarvóór zijn geweest dat allerlei journalisten zich meldden en korte, onsamenhangende berichten omtrent het drama in Alphen aan den Rijn en het legaal wapenbezit in de media verschenen. Met dit laatste interview beoogden wij nog vóór 9 april duidelijkheid te geven over de standpunten van de KNSA met betrekking tot de genomen maatregelen en de verantwoordelijkheid die de KNSA zelf heeft genomen. Er zijn fantasten die beweren dat dat interview een koerswijziging van het KNSA‐beleid zou zijn. Ik vermoed dat diegenen de jaren daarvóór onze media‐optredens, en dan in het bijzonder die van onze directeur, niet of nauwelijks gezien hebben of niet goed hebben beluisterd. Vrijwel niets wat nu in het interview met Nu.nl is gezegd, is niet al eerder gezegd. Juist het moment dat wij gekozen hebben en de setting waarin het interview kon plaatsvinden, zonder debat, hebben wij bewust gekozen en was ook – en dat blijkt ook wel achteraf – een goede beslissing. Maar laten wij anderzijds ook niet de voordelen van dit soort media‐aandacht overdrijven. In de media wordt geen beleid gemaakt. Op z’n hoogst Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 4
kunnen wij in de media de publieke opinie enigszins beïnvloeden, maar de effecten daarvan zijn marginaal. Laten wij niet de illusie hebben dat wij in de media de politiek en het Ministerie dat de maatregelen bedenkt, veel kunnen beïnvloeden. Ook daar zijn de effecten beperkt. Dat gebeurt op hele andere niveaus, en daar is de KNSA dagelijks en soms wel 24 uur per dag mee bezig. Nee, media‐aandacht moeten wij juist voor onze sport krijgen. Media‐aandacht voor onze wedstrijden, voor de prestaties van onze topsporters, maar vooral ook media‐aandacht op lokaal niveau. Veel schietsportverenigingen die het basiscertificaat hebben verkregen, hebben die boodschap goed begrepen. Veel berichten hebben wij in de pers en andere media zien terugkomen over verenigingen die door de KNSA zijn gecertificeerd en die juist dat moment benut hebben om de lokale pers te prikkelen daaraan aandacht te besteden. Aan die verenigingen een groot compliment van mij! En dat geldt ook voor die, zij het in zeer beperkte aantallen, verenigingen die deze week deelnemen aan de Nationale Sportweek. Vorig jaar waren wij al teleurgesteld in het aantal deelnemende schietverenigingen; dat waren er toen 19. Ondanks onze teleurstelling en ondanks onze roep om meer deelnemende verenigingen, is het aantal dit jaar (deze week dus) slechts 1 hoger, namelijk 20. Ik zou aan alle verenigingen hierbij nogmaals een dringende oproep willen doen om toch vooral in de toekomst aan dit soort activiteiten deel te nemen. Wij hebben het al vaker gezegd: iemand die lid wil worden van een voetbalvereniging, die meldt zich niet bij de KNVB maar bij de lokale voetbalvereniging. In de schietsport is dat niet anders. Verwacht niet van ons als landelijke koepel, dat wij in staat zijn om nieuwe leden voor u te werven. Dat moeten verenigingen vooral zelf doen. Zij zitten het dichtst bij het vuur en uiteraard faciliteren wij die verenigingen met allerlei materialen vervolgens wel. Juist die verenigingen die hameren op het zoeken van de publiciteit door de KNSA, zou ik nog eens op het hart willen drukken: steek uw hand in eigen boezem en ga ook bij uw vereniging aan de slag met verbetering van de bekendheid van de schietsport en van het imago. De verwachting dat de KNSA dat allemaal voor u kan doen, is echt overdreven. Het lijkt erop dat sommigen de KNSA wel erg veel macht toedichten. Dat uit zich ook in andere onderwerpen. En ik doel dan op de uitspraak van de Raad van State en de onduidelijkheid en misverstanden die daaruit zijn voortgevloeid. Wij onderkennen die onduidelijkheid en misverstanden. Wij hebben u daarover ook uitgebreid schriftelijk geïnformeerd met onze brief van 24 januari van dit jaar. Zoals gezegd, in dat schrijven heeft vrij vertaald, de Raad van State in een door een door de KNSA geroyeerde schietvereniging gestarte procedure geoordeeld, dat er voor de Minister onvoldoende wettelijke grondslag is voor het verplichte lidmaatschap bij de KNSA. Ik ga u die uitgebreide brief niet nog een keer voorhouden; u heeft ‘m allemaal gelezen. Wat ik u wel wil voorhouden is dat het niet aan de KNSA is om deze onduidelijkheid die nu is ontstaan, weg te nemen. Die taak ligt bij de Minister van Veiligheid & Justitie. En als u vindt dat dat lang duurt, dan deel ik die mening. Ook wij vinden dat. Maar de macht van onze arm reikt niet zo ver, dat wij de Minister kunnen opdragen spoedig met regelgeving te komen. U kunt zich ook afvragen of dat voor de KNSA en voor de bij de KNSA aangesloten verenigingen die – en daar gaan wij van uit – in merendeel het KNSA‐lidmaatschap niet als een verplichting ervaren, zo belangrijk is. Wij, het KNSA‐bestuur, zijn ervan overtuigd dat het van belang is dat er één landelijke schietsportkoepel is die zo groot mogelijk moet zijn en daardoor zo veel mogelijk invloed heeft. Wij zijn van mening dat, in weerwil van alle bedreigingen voor de schietsport, de KNSA Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 5
tot op heden het maximale heeft bereikt. En wij zijn ook van mening dat de rol van de KNSA in het huidige systeem op de lange termijn het beste voor de schietsport in Nederland is. Maar nogmaals: het blijft de Minister die uiteindelijk, in samenspraak met de Tweede Kamer, zal bepalen op welke wijze uitvoering wordt gegeven aan de uitspraak van de Raad van State. Natuurlijk kleven er ook nadelen aan de positie en de rol van de KNSA, maar die kleven ook aan alle andere alternatieven die er zijn en worden aangedragen, en wij denken dat met de nadelen die aan die alternatieven kleven, de schietsport slechter af is. Zodra meer bekend is uit Den Haag, zullen wij uiteraard zo spoedig mogelijk via al onze publicaties u informeren. Natuurlijk voeren wij voortdurend gesprekken, maar het is te vroeg om daaruit nu conclusies te trekken en het is zelfs te vroeg om te speculeren over onze verwachtingen. Wat wij in die gesprekken vooral doen, is voorkomen dat de uitspraak van de Raad van State tot een, zeg maar, ‘overkill’ leidt. Het gevaar bestaat dat de Minister die in al zijn brieven en andere publicaties voortdurend wijst op het gevaar dat leden van schietverenigingen in de anonimiteit geraken, gaat doorslaan in maatregelen. Dat kan door de beoefening van de schietsport nog meer te begrenzen, maar dat kan ook door de politie meer taken in de handhaving te geven. Wij zijn daar tegen en wij doen er alles aan om die schade tot een minimum te beperken. En dat doen wij voor iedere sportschutter in Nederland: KNSA‐ schutter of niet‐KNSA‐schutter. Wedstrijdschutter of recreatieschutter. U heeft al van ons een uitgebreide reactie gekregen op de brief van de Schietvereniging OKK, die vandaag ook aan de orde komt. Een bijna niet uit te roeien misverstand is blijkbaar nog steeds dat de KNSA er alleen is voor de wedstrijdschutter in Nederland. Dat is, en dat meen ik oprecht, een groot misverstand. In onze brief aan u hebben wij nog eens een beperkte opsomming gedaan van alle activiteiten die wij doen, voor alle sportschutters in Nederland. Natuurlijk zal het altijd zo blijven dat de één meer gebruik maakt van de diensten van de KNSA dan de ander. Diegene die één keer per week naar zijn vereniging gaat, 40 schoten doet, daarna een drankje drinkt en weer naar huis gaat, één pistool heeft en een beetje munitie, niet aan wedstrijden deelneemt, geen trainingen krijgt op zijn vereniging, geen herlaadactiviteiten doet en ons bondstijdschrift – ook al is dat in de afgelopen tijd aanzienlijk verbeterd – nog steeds niet interessant genoeg vindt om te lezen, zich vaak niet bewust is van alle activiteiten die wij doen. Oftewel: je kunt wel 30 jaar lid zijn van de ANWB, maar als je nooit pech onderweg hebt, zul je de voordelen van dat lidmaatschap nauwelijks ervaren. Maar net als de ANWB doet voor haar leden, doet ook de KNSA veel voor de schietsport, wat niet direct zichtbaar en tastbaar is. Ik vraag aan u – en dat vragen wij ook al in de brief – om ook als verenigingsbestuurder dat op gezette momenten onder de aandacht van uw leden te brengen. Wij hebben u daar meer bij nodig dan dat u misschien zelf denkt. Wij gaan zo beginnen met onze vergadering. Drie ingekomen stukken zullen wij behandelen, waarvan één stuk waarin voorstellen zijn opgenomen waarop wij inmiddels schriftelijk hebben gereageerd, en twee ingekomen stukken met een aantal vragen die wij mondeling zullen beantwoorden hier vanavond. Zeker zo belangrijk is ook het bestuurs‐ en competentieprofiel voor KNSA‐bestuurders en de daaraan verbonden gedragscode. Bij een professionele organisatie als de KNSA horen deze zaken goed vastgelegd te zijn, zodat daarover geen misverstanden kunnen ontstaan. Ik memoreerde al: wij gaan u ook vragen Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 6
akkoord te gaan met een verhoging van de contributie en natuurlijk maakt de bekrachtiging van het Schiet‐ en Wedstrijdreglement ook weer onderdeel uit van onze agenda. Overeenkomstig de wens van een paar jaar geleden, zullen wij dit partieel, in de delen van het Schiet‐ en Wedstrijdreglement, ter bekrachtiging aan u aanbieden. Wij gaan voorts vanavond aan u vragen nieuwe bestuurders te benoemen, maar liefst twee nieuwe Districtsvoorzitters en een nieuwe penningmeester, die ik alle drie beschouw als een goede aanvulling op het bestuursteam van de KNSA. Ik wens u een goede vergadering toe. (Applaus) 2. Verslag vorige vergadering d.d. 13 april 2013 Ik geef graag het woord aan onze secretaris, Dirk van der Plas. Secretaris: Dank u wel voorzitter. Dames en heren, het verslag van de vergadering van 13 april 2013 is u, op verzoek van de Algemene Vergadering, al heel vroeg toegezonden en u bent natuurlijk heel hard bezig geweest om de archieven uit te pluizen om dat weer boven tafel te krijgen en het nog eens te lezen. Daarom behandel ik het verslag per bladzijde, zowel tekstueel, inhoudelijk, als naar aanleiding van; en hebt u op‐ of aanmerkingen, dan gelieve u die hier achter de microfoon naar voren te brengen, na vermelding van uw naam en de naam van uw vereniging, als u bij die vergadering aanwezig bent geweest. Ik begin bij bladzijde 1, bladzijde 2, bladzijde 3, bladzijde 4, bladzijde 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, de presentielijst: de 1e pagina, de 2e, de 3e, de 4e, de 5e, de 6e en de 7e bladzijde. Dankzij de tekst onderaan de voet van de bladzijden, ben ik de tel niet kwijt geraakt. BESLUIT: Er zijn geen opmerkingen en het verslag is gearresteerd. Voorzitter: Dank u wel secretaris. Dan gaan wij naar het volgende agendapunt. 3. Ingekomen stukken Er zijn 3 ingekomen stukken, te weten: Brief van de SV Oefening Kweekt Kunst (OKK) d.d. 30‐03‐2014, ingekomen op 01‐04‐2014. Deze brief is aan u allen verzonden met daarop een reactie van het KNSA‐bestuur. Aangezien de brief 2 voorstellen bevat, zullen wij deze behandelen bij agendapunt 12. Voorts is ingekomen: Brief van de Krommenieër SV, ingekomen op 10‐04‐2014. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 7
Ook die is aan u allen toegezonden. Deze brief bevat geen voorstellen, maar vragen. Wij zullen die hier nu mondeling beantwoorden: 1. Op dit moment wordt met een professioneel productiebedrijf gewerkt aan een veiligheidsinstructiefilm, en wij verwachten dat die dit jaar gereed is; waarschijnlijk na de zomer. 2. Voor zo ver ons bekend, hebben twee verenigingen het lidmaatschap bij de KNSA opgezegd naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State. De Krommenieër SV vraagt ons of dit vertrek definitief is of dat zij zich op een later moment weer bij de KNSA kunnen aansluiten. In hoeverre dat vertrek definitief is, zullen die verenigingen zelf natuurlijk in de eerste plaats moeten beoordelen, maar wanneer beide verenigingen het lidmaatschap weer zullen aanvragen en zij voldoen aan de voorwaarden voor het KNSA‐lidmaatschap, is er geen reden om deze verenigingen het lidmaatschap te weigeren. Naast de opzegging van het lidmaatschap door 2 verenigingen, ontvingen wij ook de opzegging van een groot aantal leden van de Vereniging van Brabantse Gildeschutters (VBG). Zoals u misschien weet, is dat een soort koepelvereniging van gilden voor diegenen die schietsport bedrijven. Inmiddels hebben wij wel al van het bestuur van de Vereniging van Brabantse Gildeschutters vernomen dat een groot aantal leden met de opzegging voorbarig is geweest, daar spijt van heeft en gevraagd heeft of zij ze weer konden aanmelden. 3. Wij trachten zo veel mogelijk met de schietsport de media te bereiken. Ik zeg u: met de schietsport en dan vooral daar waar het onze wedstrijden betreft en de activiteiten van onze topsporters omdat daarmee de schietsport in Nederland, en wij dus allemaal, het meest gediend is. Zeer gedoseerd zoeken wij de media op voor wat betreft de meer controversiële onderwerpen, zoals naar aanleiding van het incident in Alphen aan den Rijn. Zoals gezegd, doen wij dat gedoseerd en niet te pas en te onpas. Het interview dat onze directeur met Nu.nl gegeven heeft, was voor ons een unieke gelegenheid om nog eens onder de aandacht te brengen dat het incident in Alphen aan den Rijn vooral te wijten is geweest aan fouten die de politie heeft gemaakt en dat met de geïntensiveerde controle, sommige politiemensen doorslaan. Het gaf ons bovendien de gelegenheid om nog eens expliciet te benadrukken dat het aantal incidenten in Nederland met legale wapens zeer minimaal is en dat de nadruk meer zou moeten liggen op het illegaal wapenbezit; althans, de bestrijding daarvan. Het is echter niet zo, dat wanneer wij met onze vingers knippen richting de media, vrijwel direct de journalisten zich in rijen van tien opstellen om alsjeblieft een interview te mogen afnemen. Deze kans met Nu.nl kregen wij nu een wij hebben daarvoor gekozen, omdat wij weten dat rondom 9 april van elk jaar veel media‐ aandacht besteed wordt aan het drama in Alphen aan den Rijn. Wij vonden dat wij met dit interview een eigen initiatief konden nemen en daarin tevens onze kijk op de zaak, nu drie jaar later, konden geven. Vergis u niet: al datgene wat onze directeur tijdens dat interview heeft gezegd, is al eerder gezegd en al vaker gezegd. Wat dat betreft, was er voor ons niets nieuws.
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 8
Dat laat overigens onverlet dat wij ook vinden dat schietverenigingen veel actiever de media zouden kunnen zoeken. Tijdens de opening heb ik u daarover al meer gezegd, bijvoorbeeld wanneer uw vereniging het basiscertificaat verkrijgt, is dat een goed moment om de media actief op te zoeken. Juist de lokale media, veel meer dan de landelijke media, zitten vaak verlegen om nieuwsberichten. En dat brengt mij tevens op de Nationale Sportweek en nogmaals spreek ik mijn teleurstelling uit over het geringe aantal deelnemende schietsportverenigingen. Dit is een uitgelezen kans om onze sport, vooral lokaal, onder de aandacht te brengen. 4. Het bestuur van de KNSA wil zoals u weet, de vermenging met de commercie zo veel mogelijk tegengaan. Wij zien op dit moment ook geen toegevoegde waarde in een afspraak met handelaren of fabrikanten voor het onder vermelding van het KNSA‐ nummer bestellen van munitie. Op dit moment, en wij gaan ervan uit dat dat ook zo blijft, zijn vrijwel alle schietsportverenigingen lid van de KNSA, zodat voor handelaren en fabrikanten er geen exclusiviteit aan KNSA‐verenigingen verleend kan worden en een korting niet aan de orde zou zijn. Bovendien willen wij ons geenszins binden aan een bepaald merk of type munitie, om onze onafhankelijkheid te behouden. Op dit moment zien wij niets in deze suggestie van de Krommenieër SV. 5. Evenals met betrekking tot munitie, wapens en wat dies meer zij, moet de KNSA ook voor wat betreft data management systemen onafhankelijk blijven. De Krommenieër SV noemt het systeem van NSR (dat staat voor NoNonsys Schietsport Registratie) maar er zijn ook andere systemen, zoals dat van ABVisie, de zogenaamde Match Manager of Markxman Online waarmee wij onlangs bekend werden. Al deze systemen hebben voor de één voordelen en voor de ander nadelen, oftewel: zo veel mensen, zo veel meningen. Wel een goede suggestie is wellicht dat wij in de toekomst meerdere van deze systemen eens met elkaar vergelijken en daarover een vergelijkingsonderzoek publiceren, zoals wij dat ook regelmatig in ons bondstijdschrift met bepaalde typen wapens doen. Overigens kunt u, zoals ik al in mijn inleiding vertelde, in de loop van dit jaar meer verwachten van de KNSA‐ automatisering, daar waar het het digitaal indienen van mutaties betreft. Tot zo ver de beantwoording van deze vragen. Ik dank de Krommenieër SV voor haar constructieve bijdrage en ik ga ervan uit dat alle vragen voldoende zijn beantwoord. Brief van de SV Generaal Joubert d.d. 18‐04‐2014, ingekomen op 22‐04‐2014, inzake de procedure voor de verlenging van verenigingsverloven. Deze brief is uitgedeeld bij de registratie bij binnenkomst; die was wat laat maar we vonden het wel belangrijk om dat vandaag aan u voor te houden en deze wordt daarom hier mondeling behandeld. In concreto komt het erop neer dat de Schietvereniging Generaal Joubert bezwaar maakt tegen het persoonlijk verschijnen bij de verlenging van een verenigingsverlof voor alle beheerders van dat verlof. En dan gaat het vooral om die beheerders die al over een privéverlof (een zogenaamd WM4) beschikken en dus al het C5‐formulier hebben moeten invullen en ook al een persoonlijk contact met de politie hebben gehad. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 9
Wat wij graag willen weten is of er meer verenigingen zijn die deze ervaring hebben en op deze manier door de politie worden behandeld. Misschien even bij handopsteking? Ja, dank u wel. Wat wij ons al hebben voorgenomen is dat wij, in overleg met Politie en Justitie, zullen bevorderen dat voor diegenen die al een privéverlof hebben, de gang naar het politiebureau niet meer gemaakt hoeft te worden bij de verlenging van het verenigingsverlof. Hoe de afloop van ons verzoek daartoe is, zullen wij even moeten afwachten, maar zo gauw daarover meer bekend is, zullen wij u daarover informeren. (opmerking uit de zaal; niet hoorbaar) Voorzitter: Dat lijkt mij op zichzelf een prima oplossing. Maar of dat voor het hele land geldt weet ik niet; ze dragen wel een uniform, maar de uitvoering van voorschriften gebeurt niet altijd uniform. 4. Mededelingen ‐ het aantal aanwezige verenigingen, voor zover vooraf aangemeld, bedraagt: 141 verenigingen met 226 personen in totaal waarvan 10 genodigden. Er zijn een aantal verenigingen bij die zich niet hadden aangemeld, en die zullen we naderhand wel even opnemen en de werkelijke cijfers hoort u na afloop. In totaal hadden wij er 733 verwacht vanavond (verenigingen dan, althans). Onze penningmeester begint meteen te pruttelen; ik weet ook niet waarom, hoor… ‐ overeenkomstig onze Statuten, wordt de Algemene Vergadering gevormd door het Algemeen Bestuur, de ereleden – en dat is er op dit moment 1 – en ten hoogste 2 afgevaardigden van elk der aangesloten verenigingen. Ik wijs u erop dat een groot aantal verenigingen hier vandaag met 2 afgevaardigden aanwezig is. Conform onze Statuten, geregeld in artikel 24 over het Actief Kiesrecht, is slechts 1 van de afgevaardigden per vereniging stemgerechtigd. ‐ er staan 4 microfoons in de zaal en ik verzoek u als u wilt spreken, gebruik te maken van een microfoon en duidelijk in te spreken uw naam en de vereniging namens welke u spreekt. Ik vraag u, telkens wanneer u spreekt, uw naam en vereniging te melden; u heeft kunnen zien in het verslag van de vorige vergadering dat, wanneer de naam en de naam van de vereniging niet wordt vermeld, die ook niet wordt opgenomen in het verslag, en juist daarom is het zo belangrijk. ‐ bij stemming is het de bedoeling dat u al uw stembiljetten omhoog steekt (…van één kleur, ja…) ‐ en dan nog een vraag: of u bij het verlaten van de zaal uw mobiele telefoon weer aan wilt zetten. Dat waren de mededelingen. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 10
5. Jaarverslag 2013 Aan de orde is het jaarverslag van de KNSA 2013. Wij gaan dat per verslag behandelen en ik heb daarvoor bereid gevonden de secretaris om dat te laten uitvoeren. Secretaris: Dames en heren, aan de orde het jaarverslag 2013. Het ziet er weer goed verzorgd uit. Wij lopen dat even door, op‐ of aanmerkingen graag weer met vermelding van naam van uzelf en van de vereniging. Het voorwoord van onze voorzitter? De samenstelling van het bestuur? Het verslag van de secretaris? En dan, mijnheer de voorzitter, komt het verslag van de penningmeester. Mijnheer Splinter? Penningmeester, Antoon Splinter: Dank u wel. Zoals gebruikelijk, laten we het natuurlijk niet bij dat kleine stukje tekst in het jaarverslag en hebben we daar wat meer voor bedacht. Weliswaar is het exploitatieresultaat over 2013, zoals vorig jaar beloofd, fors verbeterd ten opzichte van het resultaat over 2012. U zult zich herinneren dat bedroeg toen € 241.000 negatief. Toch zijn wij er helaas niet in geslaagd om het positief begrootte exploitatie‐ resultaat van € 2.500 te realiseren. Uiteindelijk is het exploitatieresultaat € 24.417 negatief geworden. Door de vrijval van een reservering voor de districten is gelukkig toch nog een bedrag aan de algemene reserve toegevoegd, waardoor deze zelfs licht is toegenomen. Het weerstandsvermogen van de KNSA, en u herinnert zich wellicht nog: dat vind ik een belangrijk gegeven, is met dit resultaat onverminderd goed gebleven. Weliswaar is het totaal aan kosten in 2013 met maar liefst € 80.000 minder dan begroot geëindigd; de opbrengsten zijn nog iets meer afgenomen. Zij zijn daarmee beduidend lager dan op het moment waarop de begroting 2013 is opgesteld, en dat was in het najaar van 2012, was te voorzien. Helaas, en de voorzitter memoreerde dat al, heeft de trend van afnemende ledenaantallen zich in 2013 sterk gemanifesteerd en als gevolg daarvan zijn de contributieopbrengsten beduidend lager dan verwacht. Datzelfde geldt voor de subsidieopbrengsten die achterblijven bij de begroting. Dit wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door een herijking van subsidiegelden door NOC*NSF voor topsport‐ programma’s. Daar waar wij in het verleden nog subsidiebijdragen ontvingen voor al onze topsportprogramma’s is dat helaas nu alleen nog weggelegd voor de topsportprogramma’s van de olympische Geweerdisciplines. Gelukkig zijn er ook wat positievere zaken te melden. Er is in 2013 een aanzienlijke verbetering van onze liquide positie gerealiseerd van zo’n € 100.000. Die verbetering houdt enerzijds verband met een beheersing van uitgaven, en vooral daar waar het investeringen betreft – vanzelfsprekend zou ik haast zeggen – en anderzijds met het feit dat de beide stichtingen voor de exploitatie van schietsportaccommodaties in Emmer‐Compascuum in staat zijn geweest al hun vorderingen aan de KNSA te voldoen en bovendien een aflossing op onze uitstaande leningen hebben gedaan. En even een heel klein puntje: een dergelijk voldoen aan de verplichtingen en aflossingen zie je niet terug in het exploitatieresultaat, maar zie je wel terug uiteindelijk op de Balans en in de liquiditeitspositie.
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 11
Ik geef nu puntsgewijs een nadere toelichting op de belangrijkste posten uit de jaarrekening van 2013. UITGAVEN 1. Persoonsgebonden kosten Het totaal aan Persoonsgebonden kosten is iets lager dan begroot. Wel valt op dat de kosten voor Algemeen/Infrastructuur zijn gestegen. Dit houdt verband met een extra uitzendkracht die in 2013 is ingehuurd. De oplettende lezer onder u – en wie is dat niet – zal het voorts zijn opgevallen dat de werkelijke cijfers van 2012 zoals nu in het jaarverslag gepresenteerd, licht anders zijn dan in de jaarrekening die u vorig jaar is gepresenteerd. En gelukkig vond onze accountant dat goed; sterker nog: hij was er zelf voor verantwoordelijk. In die jaarrekening waren een aantal boekingen verkeerd gerubriceerd; aan het totaal van de Persoons‐ gebonden kosten wijzigt echter niets. Deze verkeerde rubricering vindt zijn weerslag in de Persoonsgebonden kosten voor bondscoaches en in de Persoonsgebonden kosten Algemeen. Overigens zijn inmiddels maatregelen genomen om de Persoonsgebonden kosten Algemeen verder te beteugelen; één van de arbeidscontracten op het Bondsbureau is inmiddels niet verlengd. 2. Afschrijving inventaris De werkelijke kosten voor Afschrijving van inventaris zijn fors lager dan begroot. Dat houdt verband met het inmiddels volledig afgeschreven zijn van een groot aantal inventarisgoederen op ons bureau in Leusden, zoals meubilair, stoffering, enzovoorts. Inmiddels zijn na bijna zeven jaar vanaf de aankoop van het nieuwe kantoor, deze goederen volledig afgeschreven. 3. Huurkosten wedstrijd‐ en trainingsaccommodaties De Huurkosten voor wedstrijd‐ en trainingsaccommodaties zijn aanzienlijk hoger dan begroot. In deze kosten zijn meer kosten opgenomen voor het huren van trainingsaccommodaties voor onze topsportprogramma’s waarbij overigens de totale kosten voor topsport – kijkend naar de Persoonsgebonden kosten – niet toenemen. Voorts zijn de kosten voor de organisatie en uitvoering van onze opleidingen toegenomen. Dat kon ook niet anders met een verdubbeling van het aantal cursisten naar maar liefst 1.400 deelnemers in 2013. 4. Afschrijvingskosten automatisering De meeste investeringen voor automatisering zijn inmiddels ook afgeschreven. In de begroting van 2013 was rekening gehouden met de investeringen voor een nieuwe CRM (customer relationship management) ofwel de programmatuur voor ledenadministratie en relatiebeheer. De ontwikkeling daarvan is ook gestart, maar uitgaven daarvoor zijn in 2013 nog niet gedaan. 5. Kopieerkosten Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 12
De kosten voor kopiëren zijn sterk toegenomen. Helaas is het vanwege het nog niet operationeel zijn van het eerdergenoemde CRM‐systeem, nog niet mogelijk om meer stukken digitaal aan onze leden te verzenden. Wij hadden dat wel verwacht maar helaas zijn onze systemen daar nog niet klaar voor. Naar verwachting zullen wij daar in 2014 een grote slag in kunnen gaan maken. 6. Porto‐, telefoon‐ en telefaxkosten Ook bij deze uitgaven geldt dat wij in de begroting van 2013 ervan uit zijn gegaan meer verzendingen digitaal te kunnen doen. Ook hier geldt weer dat doordat onze automatiseringssystemen daarop nog niet zijn berekend, er fors meer portokosten zijn gemaakt dan wij verwachtten te zullen doen. 7. Vergaderkosten De ontwikkelingen in de schietsport nopen tot regelmatig overleg van het KNSA‐bestuur, commissies zoals de klankbordgroep, en niet te vergeten een grote opkomst op onze Algemene Vergadering; met alle kosten van dien. Wij verwachten voor de toekomst daarop, vanwege een vernieuwde organisatie van o.a. de Algemene Vergadering, te kunnen besparen. 8.
Kosten betalingsverkeer
In 2013 zijn wij genoodzaakt geweest in zee te gaan met een andere bankier. De SNS bank heeft (met als argumentatie destijds haar eigen penibele financiële balans) eenzijdig de kredietfaciliteit met de KNSA opgezegd. De overgang naar een andere bankier, te weten de Rabobank die ons graag als klant zag komen, heeft veel kosten met zich meegebracht; vandaar de overschrijding onder de post “Kosten betalingsverkeer”. 9.
Verenigingen‐ en ledenservice
Een belangrijke reden voor de overschrijding van de kosten voor verenigingen‐ en ledenservice zijn de toegenomen uitgaven voor het huren van militaire schietbanen. De kosten die daarvoor door het Ministerie van Defensie via het Ministerie van Binnenlandse zaken aan ons in rekening worden gebracht, zijn aanzienlijk gestegen. Zelfs zo ver gestegen dat wij genoodzaakt zijn de doorberekening aan verenigingen in 2014 te verhogen. INKOMSTEN 1. Contributies Ik meldde u al dat een teruggang in het aantal leden heeft geresulteerd in een forse teruggang in contributieopbrengsten. 2. Opleidingen
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 13
Het aantal deelnemers aan opleidingen is explosief gegroeid en dat vertaalt zich naar een aanzienlijk hogere opbrengst voor deelname aan cursussen, van ruim € 60.000. 3. Subsidies De subsidies van NOC*NSF in verband met onze topsportprogramma’s, zijn aanzienlijk lager dan begroot en dan wij gewend zijn geweest. Dat kan voor de toekomst alleen wijzigen wanneer onze prestaties in ook andere olympische disciplines zullen toenemen. Positief is wel dat wij van het Ministerie van Veiligheid & Justitie een subsidie ontvingen voor onze nieuwe cursus voor Verenigingsbestuurders van maar liefst € 50.000. Wij pogen voor de toekomst deze subsidie wederom te ontvangen maar dat is op dit moment nog onzeker. 4. Overige opbrengsten Helaas wordt door de NOS geen collectieve overeenkomst meer gesloten voor een bijdrage van TV‐rechten, waardoor wij deze bijdrage in 2013 en ook voor de toekomst moeten ontberen. De tegenvallende rente‐inkomsten houden verband met een historisch lage rente op onze reserveringsrekeningen. En ten slotte: de jaarrekening is inmiddels goedgekeurd door onze accountant Ernst & Young, tegenwoordig EY genaamd. De verklaring van de accountant is opgenomen in ons jaarverslag en het accountantsrapport ligt hier ter tafel, ter inzage voor diegene die daar belangstelling voor heeft. Tot zo ver mijn toelichting op de jaarcijfers. Voorzitter: Ja, dan doemt uiteindelijk ook de vraag op of de Algemene Vergadering het Algemeen Bestuur en de penningmeester décharge kan verlenen voor het gevoerde financiële beleid in 2013? (Applaus) Dank u wel penningmeester, en dan geef ik nu weer graag het woord aan onze secretaris. Secretaris: Wij vervolgen het jaarverslag en zijn inmiddels aangekomen bij de Code Goed Sportbestuur; een belangrijke zaak voor een vereniging die aan de hoogste eisen wil voldoen. Geen opmerkingen? Het verslag vertrouwenscontactpersoon? Dan een uitgebreid Directieverslag? De samenstelling van de commissies per 31‐12‐2013? De technische commissies: LTC Groot en Klein Kaliber Geweer, Pistool, Historische Wapens, Kleiduiven? En de overzichten: Records? Mijnheer de voorzitter, dat is het. En hulde aan degene die hard gewerkt hebben om dit prima verslag weer in elkaar te zetten. Voorzitter: Dank u wel. BESLUIT: Het jaarverslag is goedgekeurd. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 14
6. Begroting 2014 Aan de orde is de begroting voor 2014 en ik geef graag weer even het woord aan onze penningmeester, Antoon Splinter, voor een toelichting daarop. Penningmeester: Dit is voor mij een wat bijzonder moment en ook een beetje een raar moment, omdat ik aan u een begroting ga presenteren waar ik zelf niet meer verantwoordelijk voor zal zijn om toe te zien op de realisatie daarvan. U heeft allemaal gezien dat ik mij niet beschikbaar stel voor een nieuwe bestuurstermijn. De reden daarvoor vind ik dat ik die even kort aan u moet toelichten. Ik ben deze bestuurstermijn begonnen als een soort erfenis, meegekomen met de Moderne Vijfkamp; daar ligt in hoge mate mijn passie. Ik heb gemerkt dat ik in de afgelopen jaren, ondanks hevige pogingen daartoe van mijzelf en de prettige ondersteuning van velen hier in de zaal aanwezig, ik mij onvoldoende kan identificeren met de vele dossiers die over deze bestuurstafel heengaan. En liever dan als een technocratisch bestuurder met mijn kont op het pluche te blijven zitten, stel ik mijn positie ter beschikking aan iemand die wel met de volledige passie voor de schietsport en alles wat daarmee te maken heeft, zich in wil zetten. Dat betekent dat ik op dit moment heel even van de gelegenheid gebruik wil maken om de voorzitter, Sander en alle collega’s ontzettend hartelijk te bedanken voor de vreselijk fijne wijze waarop wij de afgelopen jaren hebben mogen samenwerken. Dank u wel. (Applaus) Dan de begroting 2014. De begroting wordt, mede in verband met de subsidieaanvragen zoals u weet waarschijnlijk, al omstreeks september/oktober van het voorgaande jaar opgesteld. Op dat moment is er natuurlijk nog geen volledig zicht op de werkelijke uitgaven van het dan lopende jaar, in dit geval 2013. Het bestuur heeft er tot op heden dan ook altijd voor gekozen om de nieuwe begroting mede te baseren op de door de Algemene Vergadering goedgekeurde begroting voor het lopende jaar zonder daar bijstellingen in te doen. Gezien de ietwat tegenvallende realisatie 2013 betekent dit dat daarmee de begroting 2014 (die dus zes maanden geleden al is opgesteld) op een aantal punten niet meer overeen zal kunnen komen met de realiteit. Met name voor wat betreft de inkomsten uit contributies is de terugloop van het ledental van dien aard, dat er ook in de realisatie 2014 rekening mee moet worden gehouden dat de opbrengsten uit contributies zo’n € 60.000 minder zullen zijn dan nu is begroot. Wij zullen daar vooral in onze uitgaven rekening mee moeten houden. Dan volgt nu een toelichting op een aantal posten die sterk afwijken van de destijds vastgestelde begroting 2013: 1. Persoonsgebonden kosten (top)sporters; € 190.000: Deze kosten zijn € 15.000 hoger dan begroot in 2013. Een en ander houdt verband met de verwachte toename van het Topsportprogramma in 2014; de totale kosten Topsport worden niet hoger omdat andere topsportkosten lager uitvallen dan vorig jaar. 2. Persoonsgebonden kosten bondscoach/trainers; € 220.000:
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 15
3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Deze kosten zijn € 30.000 lager dan in 2013 begroot en zijn ook overeenkomstig de huidige uitgaven en de verwachte uitgaven voor volgend jaar. Persoonsgebonden kosten docenten; € 95.000: Wij houden hier rekening met een toename van kosten in verband met een toename van het aantal opleidingen en cursussen. Dat houdt ook verband met de nieuwe cursus voor verenigingsbestuurders, waarmee veel kosten gemoeid zijn maar waar ook meer inkomsten tegenover staan. Persoonsgebonden kosten breedtesport; € 83.000: Hier is sprake van een verhoging in verband met een doorbelasting van salariskosten overeenkomstig de werkelijke uitgaven in 2013. Huisvestingskosten bondsbureau; € 118.000: De kosten voor afschrijving en onderhoud zijn verlaagd en datzelfde geldt voor de afschrijving op de inventaris. Een en ander is overeenkomstig de huidige uitgaven en de werkelijke kosten in 2013. Huisvestingskosten wedstrijd‐, trainings‐ en opleidingsaccommodaties; € 97.000: Deze kosten zijn € 20.000 hoger dan in 2013 begroot. Dat houdt verband met extra accommodatiekosten in het kader van topsportbeoefening. Organisatiekosten; € 383.300: Hier is sprake van een verlaging ten opzichte van 2013 van € 20.000. In de organisatiekosten zit wel een verhoging voor automatiseringsafschrijving opgenomen in verband met de nieuwe software programma’s in verband met het datamanagement. Een verlaging is opgenomen van de portokosten in verband met het verder digitaliseren van Nieuwsbrieven en andere post en ten slotte een verlaging van de overige kosten in verband met het organiseren van SchietsportTOTAAL op slechts twee dagen (vrijdag en zaterdag) in plaats van drie dagen; de zondag gaat vervallen in 2014, waarmee wij kosten besparen. Opbrengsten opleidingen; € 60.000: De opbrengsten voor opleidingen zijn € 15.000 hoger dan begroot in 2013. Dat houdt verband met meer opleidingen die wij organiseren; dat blijkt ook uit de cijfers tot op heden van 2013.
Subsidies; € 567.000: Wij verwachten voor 2014 minder subsidieopbrengsten. Dat houdt o.a. verband met een korting op subsidies door minder opbrengsten bij de LOTTO en tevens verwachten wij minder projectsubsidies voor volgend jaar. Overige opbrengsten; € 220.000: De overige opbrengsten van onze eigen activiteiten zijn € 35.000 hoger dan begroot vanwege de huidige opbrengsten van onze eigen activiteiten en de te verwachten inkomsten in 2013.
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 16
Tot zo ver de toelichting op de begroting 2014 zoals u die heeft kunnen lezen. Voorzitter: Dank u wel, meneer de penningmeester. Ik vraag de vergadering of zij deze begroting kan goedkeuren? (Applaus) BESLUIT: De begroting 2014 is aldus vastgesteld. Hartelijk dank. 7. Vaststelling contributieafdracht en entreegelden 2015 U heeft gelezen het voorstel tot vaststelling contributieafdracht en entreegelden 2015. Wij zijn helaas genoodzaakt, vanwege prijsstijgingen in 2013 en de ramingen voor 2014 maar zeker ook de verwachte prijsstijgingen pas in 2015, om de contributieafdracht en de entreegelden te verhogen. Wanneer wij niet zouden meegaan in het prijsindexcijfer, zal dat uiteindelijk ten koste gaan van onze service‐ en dienstverlening en wij vragen u daarom akkoord te gaan met een verhoging van de contributieafdracht en entreegelden van € 2,00 per schutter in 2015. En ik stel voor dat wij dat bij stemming doen door het opsteken van de groene biljetten. BESLUIT: Ik zie enkele tegenstemmers, maar een overweldigende meerderheid is vóór deze contributieverhoging en deze is aldus vastgesteld. 8. Code Goed Sportbestuur a. Bestuurs‐ en competentieprofiel KNSA‐bestuurders b. Gedragscode KNSA‐bestuurders De destijds door NOC*NSF opgestelde Code Goed Sportbestuur bestaat uit 13 verschillende aanbevelingen. In ons jaarverslag geven wij jaarlijks een overzicht van de stand van zaken omtrent de uitvoering van die 13 aanbevelingen. Twee van de aanbevelingen, te weten de aanbevelingen 4 en 6, zijn nog niet volledig uitgevoerd. Vandaar dat wij u vandaag vragen om akkoord te gaan met het opgestelde Bestuurs‐ en Competentieprofiel voor KNSA‐ bestuurders en ik moet dat even in stemming brengen. Graag uw groene biljetten. BESLUIT: De vergadering gaat hiermee akkoord En ik vraag u akkoord te gaan met de Gedragscode voor KNSA‐bestuurders. Die wil ik ook graag in stemming brengen. BESLUIT: Aldus vastgesteld. Ik dank u wel. 9. Bekrachtiging wijzigingen Schiet‐ en Wedstrijdreglement
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 17
Zoals waarschijnlijk wel bekend is voor de meesten, wordt het Schiet‐ en Wedstrijd‐ reglement door de Algemene Vergadering ieder jaar bekrachtigd. De meeste wijzigingen zijn echter al in een eerder stadium in werking getreden, als gevolg van de vaststelling ervan door het Algemeen Bestuur. Zoals mijn voorganger – hier aanwezig in de zaal ‐ heeft beloofd, zullen wij die bekrachtiging per deel van het Schiet‐ en Wedstrijdreglement aan u voorleggen en ik vraag u steeds om dat te bekrachtigen door het opsteken van uw groene biljetten. Deel I ‐ Algemene Bepalingen De wijzigingen in deel I betreffen vooral de naamswijziging en de toevoeging van de erkenning van het Vogelschieten en de Benchrest‐disciplines. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd De wijzigingen in deel II voor Luchtgeweer‐disciplines houden vooral verband met wijzigingen in de ISSF‐reglementen en zijn voorts van organisatorische aard. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd De wijzigingen in deel III ‐ Klein Kaliber Geweer houden vooral verband met de wijzigingen in de ISSF‐reglementen. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd De wijzigingen in deel IV voor de Grootkalibergeweer‐disciplines houden vooral verband met het wegvallen van de Benchrest‐disciplines, omdat dat de status van erkende discipline heeft gekregen. Voor het overige betreft het vooral wijzigingen voortvloeiende uit de wijzigingen in de ISSF‐reglementen, en dat zit hem dan vooral in de voorbereidingstijden, proefschoten en wedstrijdschoten. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd Voor deel V – Kleiduiven zijn geen wijzigingen voorgesteld. In deel VI voor de Pistooldisciplines zijn ook weer veel wijzigingen aangebracht die verband houden met de gewijzigde ISSF‐reglementen. Verder is inmiddels op 15 april 2014 nog een wijziging aangebracht in artikel 3.2.4.1. Daar stond onder de afbeelding van het visueel een verkeerde afmeting, namelijk 59 cm. Dat moest echter zijn 59 mm. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 18
BESLUIT: Bekrachtigd In deel VII – de Historische Wapensdisciplines houden veel wijzigingen verband met de wijziging van het jaartal voor de modellen die bij een aantal disciplines worden gebruikt. Hiermee zijn een groot aantal leveraction‐geweren die vroeger onder de discipline Gebruiksgeweer vielen, onder een KNSA‐discipline onder te brengen. Voor een aantal leveraction‐geweren loopt nu nog een proef bij de LTC Groot Kaliber Geweer. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd Voor deel VIII – het Juniorenreglement zijn geen wijzigingen voorgesteld. Voor deel IX – de Zomerbiatlon zijn ook geen wijzigingen voorgesteld. De wijzigingen in Deel X – Gehandicaptenreglement vloeien voort uit de wijzigingen in de internationale regelgeving. Wie is daar voor? Wie is daar tegen? BESLUIT: Bekrachtigd 10. Bestuursverkiezing In 2014 zijn aftredend: Naam Functie De heer mr. dr. G.H. Sjobbema Vice‐voorzitter De heer drs. A. Splinter Penningmeester De heer G.D. Yspeert Voorzitter District 1 De heer J.M. Mesman Voorzitter District 2 De heer W.G.G.M. van Grimbergen Voorzitter District 4 De heer Sjobbema, vice‐voorzitter, is aftredend en stelt zich herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur heeft aan de Algemene Vergadering voorgesteld de heer Sjobbema te herkiezen. Er zijn tegen het voorstel om de heer Sjobbema te herkiezen als vice‐voorzitter geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Sjobbema, bij enkele kandidaatsstelling, te herbenoemen. (Applaus) En ik vraag de heer Sjobbema of hij akkoord gaat met deze benoeming? De heer G.H. Sjobbema: Ik ga daarmee akkoord. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 19
Voorzitter: De heer drs. A. (Antoon) Splinter, penningmeester, is aftredend en stelt zich niet meer herkiesbaar. En hij heeft zojuist ook de persoonlijke toelichting daarvoor gegeven. Wij zijn naarstig op zoek gegaan naar andere kandidaten en het Algemeen Bestuur heeft aan de Algemene Vergadering voorgesteld de huidige penningmeester van District 3, de heer Gerard Boerma RA, te benoemen tot penningmeester. De heer Boerma is 58 jaar, voorzitter en lid van KSV Oranje Nassau en SC Loosduinsche Burgerwacht, en is woonachtig in Den Haag. In het dagelijks leven is de heer Boerma directeur Service Center Finance Nationale Nederlanden. Er zijn tegen het voorstel om de heer Boerma tot penningmeester te benoemen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer G. Boerma, bij enkele kandidaatsstelling, te benoemen tot penningmeester. Gerard, ga even staan, zodat we je allemaal goed kunnen zien. (Applaus) En ik moet je natuurlijk ook even vragen of je deze benoeming aanvaardt? De heer G. Boerma: Ja. Voorzitter: Dank je wel. De heer G.D. (Geert) Yspeert, voorzitter van District 1 en lid van het Algemeen Bestuur, is aftredend en stelt zich herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur heeft aan de Algemene Vergadering voorgesteld de heer Yspeert te herkiezen als lid van het Algemeen Bestuur en voorzitter van District 1. Er zijn tegen het voorstel om de heer Yspeert te herkiezen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Yspeert, bij enkele kandidaatsstelling, te herbenoemen. (Applaus) Geert, wil je nog drie jaar mee? De heer G.D. Yspeert: Ja hoor. Voorzitter: Bij dezen. Akkoord. De heer W.G.G.M. van Grimbergen is als voorzitter van District 4 en lid van het Algemeen Bestuur afgetreden. Het Algemeen Bestuur heeft in die tussentijdse vacature voorzien en de heer E.J.W. van Berkom, tot voor kort secretaris/penningmeester van het KNSA District 4, benoemd tot voorzitter‐ad interim District 4 en lid van het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur stelt voor aan de Algemene Vergadering de heer Van Berkom te benoemen tot voorzitter van District 4 en lid van het Algemeen Bestuur. De heer Van Berkom zal dan de termijn van de heer Van Grimbergen overnemen en is derhalve aftredend in 2015. Er zijn tegen het voorstel om de heer Van Berkom te benoemen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Van Berkom, bij enkele kandidaatsstelling, te benoemen tot voorzitter van District 4 en lid van het Algemeen Bestuur. (Applaus) Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 20
Vind je het nog leuk bij ons, Eugenio, en wil je nog even blijven? De heer E.J.W. van Berkom: Ja. Voorzitter: Dank je wel. Op 3 april 2014 is aan u nagezonden een voorstel in verband met het tussentijds aftreden van de voorzitter van District 2 en lid van het Algemeen Bestuur, de heer J.M. (Mario) Mesman, vanwege gezondheidsredenen. Het Algemeen Bestuur heeft, in nauw overleg met het Districtsbestuur, aan de Algemene Vergadering voorgesteld de heer mr. J.C.A. (Jaap) de Kruif, te benoemen tot voorzitter van District 2 en lid van het Algemeen Bestuur. De heer De Kruif is 67 jaar, bestuurder van SV Generaal Chassé, en is woonachtig in Tiel. De heer De Kruif is gepensioneerd jurist bij verschillende overheidsdiensten en bedrijven en op dit moment nog eigenaar van een juridisch adviesbureau. Er zijn tegen het voorstel om de heer De Kruif te benoemen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Jaap de Kruif, bij enkele kandidaatsstelling, te benoemen tot voorzitter van District 2 en lid van het Algemeen Bestuur. Jaap, zou je even willen gaan staan, zodat we je allemaal goed kunnen zien? (Applaus) En uiteraard ook aan jou de vraag of je akkoord gaat met deze benoeming? De heer J.C.A. de Kruif: Ja. Voorzitter: Dank je wel. Ja, ik loop even hiernaartoe omdat ik het toch wel een mooi moment vind om dat vanachter een katheder te doen. Mario Mesman gaat ons bestuur na lange tijd verlaten. Mario staat bekend als een hele actieve sportschutter in verschillende disciplines. Zo is Mario een actieve Pistool‐ en Geweerschutter geweest maar ook hebben de dynamische disciplines van de NPSA hem kunnen bekoren. Later beoefende Mario het Kleiduivenschieten bij KSV De Betuwe en onlangs is hij overgestapt naar een wat rustiger, meer bedeesde vorm van de schietsport, namelijk het Benchrest‐schieten. In deze discipline behaalde hij zelfs vorig jaar met het Nederlands team, afgevaardigd door de Benchrest Association, de bronzen medaille op het EK – voorwaar geen sinecure. Mario is in 2006, om precies te zijn op 8 april 2006, benoemd tot lid van het Algemeen Bestuur en voorzitter van District 2. Maar liefst 8 jaar heeft hij dus leiding gegeven aan misschien wel geografisch gezien het grootste district van Nederland; dat waren veel kilometers. Vergis u niet: District 2 strekt zich uit van Utrecht tot aan Winterswijk in de Achterhoek. Mario Mesman is als lid van het Algemeen Bestuur een gedreven en loyale bestuurder geweest en is altijd een graag geziene gast geweest bij de verenigingen in zijn district. Hij was ook altijd de man die heel minuscuul allerlei reglementen naploos om te zien of de teksten die daarin stonden wel goed waren, en hij had nog af en toe wel eens een opmerking die wel hout sneed. Op grond van zijn bijzondere verdiensten, heeft het Algemeen Bestuur besloten Mario Mesman te onderscheiden met de KNSA Legpenning met verguld zilveren draagspeld. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 21
(Applaus) De heer J.M. Mesman: Dames en heren, met dank voor de goede woorden van de voorzitter en bij dezen wil ik aangeven dat het natuurlijk pijn doet een goede familie eigenlijk kwijt te raken, als je gaat stoppen met dit bestuurswerk. Maar lichamelijke ongemakken doen ook pijn; en op een gegeven moment moet je keuzes maken. Toch wil ik door al die jaren heen de medebestuursleden bedanken voor hun loyaliteit maar ook voor hun professionaliteit. Ook de ondersteuning van het Bondsbureau: enorm gewoon. En zeker niet te vergeten mijn vrouw Corry en natuurlijk ook de ‘buitenmensen’ en daar bedoel ik mee de mensen van de Districts Technische Commissies, de DTC‐leden en de medebestuurders. Nogmaals: ik wens u, schutters, alle goeds en ook veel gezondheid. Dank u. (Applaus) Voorzitter: Dank je wel Mario, het ga je goed. 11. Voorstel benoeming leden Commissie van Beroep Volgens het rooster van aftreden, zijn twee leden van de Commissie van Beroep in 2014 aftredend. Dat is de heer mr. R.J. (Ronald ) Bloemendaal. Hij stelt zich herkiesbaar en het Algemeen Bestuur heeft aan de Algemene Vergadering voorgesteld de heer Bloemendaal te herkiezen. Er zijn tegen het voorstel om de heer Bloemendaal te herkiezen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Bloemendaal, bij enkele kandidaatsstelling, te herbenoemen voor een volgende termijn. Ronald, kun je misschien even gaan staan? (Applaus) En uiteraard ook aan jou de vraag of je akkoord gaat met deze benoeming? De heer R.J. Bloemendaal: Ja. Voorzitter: Dank je wel. De heer mr. G.A.E.M. van Zinnicq Bergmann is ook aftredend en stelt zich ook herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur heeft aan de Algemene Vergadering voorgesteld de heer Van Zinnicq Bergmann te herkiezen. Er zijn tegen het voorstel om de heer Van Zinnicq Bergmann te herkiezen geen tegenkandidaten ingediend en daarom stelt het Algemeen Bestuur voor de heer Van Zinnicq Bergmann, bij enkele kandidaatsstelling, te herbenoemen voor een volgende termijn. (Applaus) Ik vraag u even om te gaan staan, zodat de zaal u kan zien? Hij is echt onzichtbaar… Hij is er niet, en wij zullen hem vragen of hij deze benoeming aanvaardt, maar ga er maar vanuit dat dat wel gaat lukken. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 22
12. Voorstellen door de leden gedaan U heeft ontvangen een reactie op de brief van de Schietvereniging Oefening Kweekt Kunst (OKK) door het Algemeen Bestuur en wat ons betreft, behoeft de brief van de Schietvereniging OKK en ons antwoord daarop geen nadere toelichting. U heeft kunnen lezen dat wij de twee voorstellen van de Schietvereniging OKK niet steunen. Het Algemeen Bestuur is van mening dat het voorstel van de Schietvereniging OKK om de verplichte aanmelding van leden bij de KNSA te schrappen, moet worden verworpen. Bent u het daarmee eens? Ik zie een heel duidelijke meerderheid; dank u wel. Bent u het daar niet mee eens? Dank u wel. BESLUIT: Het besluit is dat we dat niet gaan schrappen. Het 2e voorstel van de Schietvereniging OKK behelst een voorstel om de bevoegdheid van het KNSA‐bestuur om de status van schutter te ontnemen en de vereniging te verzoeken het lidmaatschap op te zeggen (let wel: in uiterste instantie) uit de Statuten te schrappen. U heeft kunnen lezen dat het KNSA‐bestuur dit voorstel niet ondersteunt. Dat betekent dat het voorstel door het Algemeen Bestuur niet wordt overgenomen en dat betekent dat van toepassing is artikel 40, lid 1 uit onze Statuten, namelijk dat het voorstel moet worden ingediend en ondertekend door ten minste 10% van het aantal leden, dus minimaal 73 verenigingen. Eigenlijk zou het dan ook een hapklaar voorstel moeten zijn en dat is het ook niet. Bovendien is dan ook van toepassing artikel 40, lid 3 uit onze Statuten, namelijk dat een quorum aanwezig moet zijn van 3/4 deel van het totaal aantal leden, oftewel zo’n 550 verenigingen zouden hier vandaag moeten zijn. Dat is niet het geval, zodat stemming over dit voorstel niet aan de orde kan zijn. 13. Rondvraag Als u iets heeft voor de Rondvraag, loopt u dan even naar de microfoon, zeg duidelijk wie u bent en van welke vereniging; dan zal de secretaris dat noteren en in volgorde van binnenkomst zullen wij proberen die vragen zo goed mogelijk te beantwoorden. Secretaris: Ik stel voor om aan mijn linkerhand te beginnen met de eerste rij en dan zo naar achteren. Iemand in vak A? Dan het middenvak? Deze zijde, die zijde, het middenachtervak? Ik kijk voor mij naar rechts: niemand? De borrel komt… Wacht, ja, graag uw naam in de microfoon. De heer A.B. van Hemert – Voorzitter SV De Blaauwe Kamer (6570): Ik heb een vraag over de militaire schietbanen. Zoals de directeur in zijn jaarverslag al aangaf, spelen daar naast de 3 genoemde banen, ook financiële perikelen. U gaf het al aan: de prijzen zijn omhoog gegaan en zullen doorberekend worden. Wat ik eigenlijk wel in de bestuursstukken mis, is hoe het staat met de andere banen. In voorgaande bijeenkomsten kan ik mij herinneren dat er Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 23
sprake was van overleg over bijvoorbeeld Harskamp, Havelte, er zijn zelfs schietonderzoeken gedaan (MOB als ik mij niet vergis) dat heeft ook nogal wat geld gekost; is dat dan weggegooid geld? Hoe staat het daarmee; wat is uw reactie en visie daarop om het weer in gang te krijgen of beschikbaar of noem maar op? Dank u. Voorzitter: Ik stel voor dat de directeur van de KNSA deze vraag even beantwoordt; die heeft het waarschijnlijk helemaal paraat. Directeur: Nou, paraat dat weet ik niet. Mijnheer Van Hemert, ja op dit moment gebruiken wij nog 3 militaire banen: Heumensoord, Arnhemse Heide en Oirschot. Daar zal het ook voorlopig bij blijven. Havelte is gesloten vanwege de milieuvoorschriften daar, en datzelfde geldt voor de Harskamp. Voor beide locaties geldt wel dat ze naar schatting over twee jaar nieuwe vergunningen moeten aanvragen en wij zullen een poging doen om daar weer in in te stromen, maar dat is uiterst onzeker en ik zou er niet al te veel verwachtingen van hebben, te meer niet vanwege de kostenstijgingen die ook het Ministerie van Defensie doorberekent voor het gebruik van militaire banen. De heer A.B. van Hemert: Maar u gaat er wel werk van maken? Directeur: Ja, ik ga er wel werk van maken, maar dat wil niet zeggen dat het slaagt, mijnheer Van Hemert. De heer A.B. van Hemert: Ja, plus en min, dat begrijp ik. Directeur: Gelukkig. De heer C. Punt – Secretaris SV Dutch Muzzleloaders (1935): Vorig jaar hebben wij onze voorzitter gewisseld en hij heeft ook een mooie medaille gekregen, maar ik zou het toch leuk vinden als hij zou worden voorgedragen als erelid van deze Associatie. Voorzitter: Wij zullen deze suggestie meenemen. De heer C. Punt: Prima. Secretaris: Dat waren de vragen? Dank u wel. Voorzitter: Dank u wel, secretaris. 14. Sluiting Ik heb nog voor de Sluiting een paar mededelingen: Er is dit jaar geen huldiging van de recordhouders, zoals gezegd. Die vindt later plaats tijdens SchietsportTOTAAL op 28 juni aanstaande. Dus als u dat allemaal vast in uw agenda schrijft, dan zien wij u daar graag terug. Alle recordhouders ontvangen daarvoor in ieder geval nog een uitnodiging. En het is wel een heel mooi moment om te zien hoe wij schietsport uitdragen; dat doen wij ook op deze locatie, en u bent daarbij van harte uitgenodigd. Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 24
Het kan zijn dat, vanwege het plankgas door deze vergadering gaan, de hapjes nog niet helemaal klaar zijn, maar ze komen er aan, en u kunt straks na afloop nog een drankje nuttigen; dat heeft de penningmeester toch nog wel begroot voor dit jaar. En ik vraag u of u bij het verlaten van deze zaal, uw stembiljetten en de envelop wilt achterlaten, want wij zijn een zuinige organisatie en wij zijn voor hergebruik. Dank voor uw komst, dank voor uw aanwezigheid en uw inbreng. Ik wens u nog een bijzondere avond en voor straks wel thuis. (Applaus) Ik sluit hierbij de vergadering.
Verslag Algemene Vergadering KNSA 24-04-2014, blz. 25
K
O N I N K L I J K E
N
E D E R L A N D S E
S
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
PRESENTIELIJST Algemene Vergadering van 24-04-2014 GENODIGDEN: Aanwezig: Mr. P. Hoogeveen E.K. Greven H.J. Goosens A.H. Peters D.W. Zoetmulder J. van Vliet Mr. C.A.W.M. Fiscalini Mr. R.J. Bloemendaal W.P. Boers M. Zwarts P. Hof J.R. Boes C.T. van der Vlist A. den Burger Dr. Ir. H.A. van Zuylen H. IJzerman B. Sellies A.P. Pouleijn N.M. Heemskerk-Krol G. Boerma RA Mr. J.C.A. de Kruif C.M.I. Mesman E. Hoogeveen F. Brouwer
(Erelid/Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste/Lid Arbitragecommissie/Klankbordgroep) (Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste/Lid Tuchtcommissie/ Lid Arbitragecommissie) (Lid Tuchtcommissie) (Lid Commissie van Beroep/Lid Klankbordgroep) (Lid Commissie van Beroep/Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Voorzitter LTC GKG/LTC KKG/Lid Klankbordgroep) (Voorzitter LTC Luchtgeweer) (Voorzitter LTC Pistool) (Bondscoach Kleiduiven) (genodigde/kandidaat penningmeester) (genodigde/kandidaat voorzitter District 2) (genodigde) (genodigde) (genodigde)
Met kennisgeving afwezig: R. Viersen D.Y.E. Zoetmulder-Barbillion H. Tolsma A.G. Brood Drs. A.L. van Raalten L.L.M. de Haas L.G. Vogelenzang W. Balsma R. ter Plegt
(Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste) (Drager Kruis van Verdienste) (Lid Commissie van Beroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep)
Zonder kennisgeving afwezig: M. Landeweer Dr. A. Schaapherder Mr. H. Voskuil Mr. G.A.E.M. van Zinnicq Bergmann G.L. Snaterse J. Schriever R.J. Meijer C.J. Guichelaar
(Drager Kruis van Verdienste) (Lid Tuchtcommissie) (Lid Commissie van Beroep) (Lid Commissie van Beroep) (Voorzitter LTC Kleiduiven) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep) (Lid Klankbordgroep)
LEDEN ALGEMEEN BESTUUR en DIRECTIE: Aanwezig: E.W.J. IJzerman Mr. dr. G.H. Sjobbema Prof. dr. D. van der Plas Drs. A. Splinter G.D. Yspeert J.M. Mesman G.H.M. Lejeune E.J.W. van Berkom N. Gomes S. Duisterhof
(Voorzitter) (Vice-voorzitter) (Secretaris) (Penningmeester) (Voorzitter District 1) (Voorzitter District 2) (Voorzitter District 3) (Voorzitter a.i. District 4) (Bestuurslid) (Directeur)
Afwezig: --
LEDEN/VERENIGINGEN: Aanwezig: 1065 1080 1100 1160 1190 1240 1330 1380 1400 1490 1520 1820 1925 1935 1965 1984
SV Westerpark SV Drechterland SV De Vrijheid-Castricum SV De Vrijheid-Edam SV De Vrijheid-Haarlem SSV Buitenveldert SV Shogun Krommenieër SV SSV ’t Schermer Eyland SV De Meerschutters SV Maccabi SV E.R.A. Association for Practical Shooting SV Dutch Muzzleloaders SV Target-Amsterdam SV ‘84
2030 2040 2060 2090 2110 2120
SV Diana-Abbenbroek SV Doel Treffend Kon. Scherpschuttersvereniging Oranje Nassau SV Het Trefpunt SV Sint Joris SC Loosduinsche Burgerwacht
2140 2200 2220 2240 2260 2290 2300 2360 2380 2410 2420 2245 2530 2540 2550 2555 2570 2680 2780 2805
SV Marine DSV H.K.K.L. Vereniging van Unilever Scherpschutters KSV Rotterdam SSV De Vrijheid-Leiderdorp SV C.O.M. Westland C.O.M. SV Rotterdam Haagse Ambtenaren SV SV Prins Hendrik-Maassluis SV Postschutters ‘63 SV Wilhelm Tell- Bergschenhoek Ambachtse Vereniging van Sportschutters SV All Arms SV Generaal Joubert SV O.K.K. Stichting InterShoot SSV Robin Hood SV De Vrijheid-Strijen SV De Doelen SV .357
3020 3035 3050 3110 3120 3140 3150 3160 3240 3390 3520 3760 3770 3830 3833 3840
SV Leusden & Omstreken Het Nederlands Proppenstampers Gilde SV Driebergen-Rijsenburg SV Willem Tell-Bunschoten SV Zeist SV C.O.M. Utrecht SV Frans Tromp SSV Ultrajectum SSV De Vrijheid-Bussum SV Voordorp SV The British Lee Nederlandse Parcours Schutters Associatie Dutch Field Target Association Stichting O.E.S. SV Vrienden aan den Amstel Nederlandse Moderne Vijfkampvereniging
4000 4010 4040 4050 4080 4180 4275 4540 4560 4650 4750 4770 4810
SV Martini SV Groningen SV Hertog Hendrik SV De Vrijheid-Hoogeveen SV Wilhelmina-Leeuwarden SV Coevorden Stichting Schiet- en Jachtsportcentrum Emmen SV ’t Asser Wapen LSV Willem Tell-Stiens SV Noconi Schutterij Johan Willem Friso SV De Kleine Wereld SSV Filadelfia
5030 5300 5450
SV Delden SV S.D.V.V. SSV Ons Genoegen-Deventer
6000 6001 6005 6020
SV De Schutter SSV The Poachers SV Schietteam Koninklijke Landmacht SSV Schaarsbergen
6030 6060 6080 6090 6120 6130 6190 6210 6230 6250 6280 6330 6350 6360 6380 6410 6440 6450 6350 6570
SV De Vrijheid-Oosterbeek SV Burgerwacht MSV Prins Bernard-Arnhem SV Apeldoorn SSV Wilhelm Tell-Putten SV Soranus Kon. Scherpschutters van de Veluwe SV Neerlandia SV Willem Tell-Otterlo ASV De Roos SV De Prins der Nederlanden SV Oostendorp SV De Kruithoorn SV Willem Tell-Harderwijk SV Berkenhorst SV De Treffers-Lelystad SV De Hoven SV Beemte Broekland SV De Linge SV De Blaauwe Kamer
7007 7014 7080 7090 7100 7210 7410 7550 7570 7610 7730 7800
SV Het Lankheet SV De Oude IJssel SV Willem Tell-Hengelo SV Het Gulden Schot SV Op de Korrel-Bemmel KSV De Betuwe SV IJzevoorde-Slangenburg SV De Korrel-Druten SV Nimrod-Nijmegen SV Vriendenkring SV Generaal Chassé SV Perfection
8004 8007 8020 8044 8052 8067 8085 8091 8107 8111 8112 8130 8170 8194 8200 8270 8335 8340 8355 8390 8420 8440 8470 8540 8570 8600
SSV St. Hubertus-Wijchen SV De Flint-Belfeld SSV Tilburg LBV Diodwi Best SV ‘85 SV The Eagles Nederlandse Silhouetschutters Associatie SSV Outlaws SV AVRM Kanonschuttersvereniging Het Zuiden SSV Cochise SSV Scherpschutters-Veghel SV Davy Crockett SSV Oranje Agatha SSV Veldhoven SV De Heerlijkheid SSV De Rode Leeuw SV Drunen JSV Double Shot Etten-Leur SV De Eburoon SV Hedel SV Het Karabijntje SV Keep Korrel Doel HSV De Helm SV Dad’s Army SV De Scherpschutters-Melick
8770 8795 8850 8910 8950
SV Doelbewust-Uden S.E.S. De Helm Berghemse Scherpschutters Vereniging SSV Koninklijke Militaire School SV Bronsdal
9110 9250 9270 9555
Nederlandse Kanonniers Vereniging SV Koningsschutters SSV Het Markiezaat Dutch Bench Rest Shooters Association
Met kennisgeving afwezig: 1010 1020 1030 1111 1140 1220 1360 1560 1645 1780 1790 1825 1840
SSV De Vrijheid-Heiloo SSV Zaanstad SV 't Fort Hoofddorp SSV Texel SV Generaal van Merlen SV De Vrijheid-Abbekerk SV De Vrijheid-Heemskerk SV C.O.M. Noord-Holland SV Nieuw-West SV Cartouche SV .357 Reserve-Officiers Schiet- en sportvereniging P.S.O.V.K.
2100 2130 2180 2305 2590 2610 2880 2885 2975
SV Naaldwijk SV Wilhelmina – Vlaardingen SV De Vrijheid-Barendrecht SV Noordhaghe SV Gorcum SV N.H.G. SV Toxotes SV Emma SV Patroon
3230 3350 3400 3610
SSV Sport- en Schietlust SV Eemdijk SV De Flevoschutters Stg. Schietsportcentrum Veenendaal
4020 4090 4120 4140 4170 4230 4400 4460 4660 4670 4680 4870
SV Lucas Aardenburg SV 's Lands Weerbaarheid SV Kootstertille SV De Vrijheid-Winschoten MSV Scramble SV Cassidy SSV Drachten SV 't Mikpunt SV De Grauwe Duun SV Diana '85 SV De Tolschutters SV Emmen 2000
5000 5270 5320 5340
SV Nieuwleusen SV De Eendracht – Haaksbergen SV C.O.M. Overijssel SV Tubantia
5440 5490 5500 5570
SV Flevo SV De Korrel - Emmeloord LSV Nijverdal SSV Dedemsvaart
6320 6370
SV Militair Wapen Nederland SSV De Eendracht - Barneveld
7027 7030 7220 7400 7540 7894
SV Prins Bernhard – Dichteren SV Strijdlust C.O.M. SV Nijmegen De Montferland Schutters SV Mercurius ‘75 SV Willem Tell – Hummelo
8021 8050 8053 8063 8083 8104 8184 8194 8345 8480 8500 8525 8665 8690 8700 8711 8877 8915 8922 8993 8998
SV Zuid Limburg 1980 SV Prins Bernhard - Oss SV Gunsmoke SV .30M1 Nederland SV Respo Tegelen SV Het Slaghoedje SV Hasnidi SSV Oranje Agatha SV Triborgh SV Susteren SV Juliana – Tegelen SV De Oldstars SV Big Bore SV De Bosduif C.O.M. Oss SSV Sint Willibrordus – Teteringen SV Respoli SV H.R.K.Z. SSV Juliana – Vlijmen SV Amsterdamned SV Heuvelland
9080 9100 9240
SV De Kloveniers C.O.M. SV afdeling Zeeland SC The Flintlocks
BEGROTING 2015 Begroting 2014
Werkelijk 2014
Begroting 2015
190.000,00 190.000,00
205.166,00 205.166,00
185.000,00 185.000,00
2.500,00 2.500,00
2.881,00 2.881,00
2.500,00 2.500,00
160.000,00 60.000,00 220.000,00
87.853,00 23.272,00 115.910,00 227.035,00
80.000,00 20.000,00 120.000,00 220.000,00
6.500,00 6.500,00
1.175,00 1.175,00
2.500,00 2.500,00
80.000,00 20.000,00 100.000,00
87.478,00 19.919,00 107.397,00
80.000,00 20.000,00 100.000,00
Persoonsgebonden kosten verenigingsconsulenten 44050 Kn cons&acc man tijd pers 44100 Kn cons&acc man overig kn Totaal Persoonsgebonden kosten verenigingsconsulenten
20.000,00 20 000 00 20.000,00
22.245,00 8 333 00 8.333,00 30.578,00
12.000,00 5 000 00 5.000,00 17.000,00
Persoonsgebonden kosten docenten 44550 Kn docenten tijd pers 44600 Kn docenten overige kn Totaal Persoonsgebonden kosten docenten
55.000,00 40.000,00 95.000,00
24.150,00 9.621,00 33.771,00
55.000,00 10.000,00 65.000,00
Persoonsgebonden kosten overig breedtesport 45000 Kn br/wedstr sp vast per 45100 Kn br/wedstr sp overige Totaal Persoonsgebonden kosten overig breedtesport
73.000,00 10.000,00 83.000,00
94.044,00 9.270,00 103.314,00
73.000,00 10.000,00 83.000,00
410.000,00 15.000,00 35.000,00 460.000,00
482.537,00
420.000,00
44.012,00 526.549,00
35.000,00 455.000,00
50.000,00 7.500,00 1.500,00 10.000,00 2.000,00 35.000,00
40.508,00 16.051,00 266,00 5.837,00 1.105,00 27.904,00
50.000,00 15.000,00 1.500,00 15.000,00
106.000,00
91.671,00
121.500,00
25.000,00 20.000,00 7.000,00 9 000 00 9.000,00 32.000,00 2.000,00 5.000,00 12.000,00 4.000,00 2.000,00 118.000,00
25.103,00 28.396,00 4.866,00 12 275 00 12.275,00 4.157,00 454,00 2.960,00 10.344,00 3.886,00
25.000,00 22.000,00 7.000,00 12 000 00 12.000,00 15.000,00 1.000,00 5.000,00 12.000,00 4.000,00
92.441,00
103.000,00
140.107,00 -473,00
75.000,00 2.000,00 1.000,00 1.000,00 79.000,00
Kosten Persoonsgebonden kosten (top)sporters 40100 Kn (top)sp.overig kosten Totaal Persoonsgebonden kosten (top)sporters Persoonsgebonden kosten jeugd(top)sporters 40600 Kn jeugd(top)sp overig kn Totaal Persoonsgebonden kosten jeugd(top)sporters Persoonsgebonden kosten bondscoach/trainers 41000 Kn bondsc/train vast pers 41050 Kn bondsc/train tijd.pers 41100 Kn bondsc/train overig kn Totaal Persoonsgebonden kosten bondscoach/trainers g kosten fysiotherapeut/arts y p / Persoonsgebonden 42100 Kn fysio/arts overige kn Totaal Persoonsgebonden kosten fysiotherapeut/arts Persoonsgebonden kosten sporttechnische begeleiding 43000 Kn sp.techn bgl vast pers 43100 Kn sp techn bgl overig kn Totaal Persoonsgebonden kosten sporttechnische begeleiding
Persoonsgebonden kosten overig algemeen/infrastructuur 45500 Kn ov alg/infra vast pers 45550 Kn ov alg/infra tijd pers 45600 Kn ov alg/infra overig kn Totaal Persoonsgebonden kosten overig algemeen/infrastructuur Sportmaterialen 46000 Materiaalkn. sportmat. 46010 Afschrijv.kn. sportmat. 46020 Onderhouds kn. Sportmat 46040 Mat.huurkn. sportmat. 46080 Verzekeringskn. sportmat. 46090 Materiele prijz.sportmat. 46100 Overige mat.kn. sport.mat Totaal Sportmaterialen Huisvestingskosten bondsbureau 46510 Afschr. geb. huisv. bond 46520 Onderh.kn.geb. huisv.bond 46530 Afschr.M&I huisv.bond 46540 Onderh. O d h M&I h huisv.bond i b d 46550 Afschr.invent huisv.bond 46560 Onderh.invent. huisv bond 46570 Verzekering huisv.bond 46580 Energiekn.huisv.bond 46590 Belastingen huisv. bond 46610 Overige kn. huisv.bond Totaal Huisvestingskosten bondsbureau Huisvestingskosten wedstrijd-, trainings- en opleidingsacc. 47000 Huurkn.accom&stall huisv 47020 Onderh. accom&stall huisv 47070 Verz. kn. acc&stall huisv 47080 Energ.kn. acc&stall huisv Totaal Huisvestingskosten wedstrijd-, trainings- en opleidingsacc.
90.000,00 2.000,00 5.000,00 97.000,00
-8.370,00 131.264,00
40.000,00
Begroting 2014
Werkelijk 2014
Begroting 2015
Organisatiekosten 47500 Kantoorbenodigdh org.kn. 47510 Afschr. autom. org.kn. 47520 Onderh. automat. org.kn. 47530 Kopieerkosten org.kn. 47540 porti/tel/fax org.kn. 47550 Uitbest. admin. org.kn 47560 Abonn,inschr,lidm org.kn. 47570 Aanm licenties org.kn org kn 47590 Overige kosten org.kn. Totaal Organisatiekosten
12.500,00 40.000,00 22.800,00 30.000,00 120.000,00 3.000,00 32.000,00 13 000 00 13.000,00 110.000,00 383.300,00
10.836,00 16.222,00 15.219,00 44.539,00 144.495,00 3.519,00 29.184,00 8 614 00 8.614,00 130.531,00 403.159,00
12.500,00 20.000,00 22.800,00 30.000,00 90.000,00 4.000,00 20.000,00 10 000 00 10.000,00 120.000,00 329.300,00
Communicatie-, PR- en marketingkosten 48000 Drukwerk comm&pr 48010 Advertentie kn comm&pr 48020 Internetsite comm&pr 48030 Relatiegesch comm&pr 48050 Entreegelden comm&pr 48060 Overige kosten comm&pr T Totaal l Communicatie-, C i i PRPR en marketingkosten k i k
155.000,00 500,00 1.500,00 1.500,00 2.000,00 4.000,00 164 500 00 164.500,00
151.099,00
120.000,00
3.666,00
5.000,00
154 765 00 154.765,00
125 000 00 125.000,00
Bestuurskn. en kn. algemene commissies 48500 Vergaderkn best&comm 48510 Representatiekn best&comm 48520 Reis/verbl.best best&comm 48530 Overige best kn best&comm Totaal Bestuurskn. en kn. algemene commissies
20.000,00 1.000,00 18.000,00 8.000,00 47.000,00
21.256,00 16.288,00 18.338,00 1.183,00 57.065,00
25.000,00 1.000,00 18.000,00 5.000,00 49.000,00
Kosten sportcommissies 49000 Vergaderkn spcomm 49020 Reis/verblijfkn spcomm 49030 Overige comm kn spcomm Totaal Kosten sportcommissies
2.000,00 20.000,00 15.000,00 37.000,00
975,00 13.104,00 9.834,00 23.913,00
2.000,00 20.000,00 15.000,00 37.000,00
0 0
98.100,00 98.100,00
0 0
130.000,00 3 500 00 3.500,00 17.500,00
132.120,00 8 473 00 8.473,00 5.954,00
70.000,00 10.000,00
109.316,00 17.000,00
130.000,00 7 500 00 7.500,00 5.000,00 1.500,00 70.000,00 10.000,00
180.000,00 411.000,00
42.620,00 76.262,00 391.745,00
10.000,00 80.000,00 314.000,00
2.540.800,00
2.681.989,00
2.287.800,00
-1.730.000,00 -60.000,00 -1.790.000,00
-1.586.517,00 -70.068,00 -1.656.585,00
-1.680.000,00 -60.000,00 -1.740.000,00
-128.000,00 ,
-128.250,00 ,
-125.685,00 ,
-50.000,00 -15.000,00 -55.000,00 -240.000,00 -14.000,00
-46.696,00 -16.500,00 -50.000,00 -227.576,00 -13.389,00 -2.913,00 -4.142,00 -489.466,00
-42.960,00 -15.180,00 -50.000,00 -209.370,00
Bijzondere waardevermindering immatriële vaste activa 49400 Bijz. waardevermindering IMVA Totaal Bijzondere waardevermindering immateriële vaste activa Overige kosten 49500 Account,adv,jur kn ov.kn. 49510 Betalingsverkeer ov.kn. ov kn 49520 Rente/koersversch ov.kn. 49550 Bijdrage aan derden ov.kn 49560 Ver/ledenservice ov.kn. 49570 Buitengew. lasten ov.kn. 49580 Doteren voorz/res/ ov.kn 49590 Overige kosten ov.kn. 49600 Retributies ov.kn. Totaal Overige kosten Totaal
Opbrengsten Opbrengsten leden en verenigingen 80000 Contribut. leden&verenig. 80060 Opleiding leden&verenig. Totaal Opbrengsten leden en verenigingen Subsidies 80500 Subsidie V&J/VWS p g en wedstrijdprogramma j p g ) 80510 Lotto rubriek 2.1 A ( Toptrainings80540 Lotto rubriek 2.1 B ( Deelname topsport ) 80570 Lotto rubriek 1.1 ( Basisbijdrage Sportparticipatie ) 80580 Lotto rubriek 1.2 ( Kwaliteitsbevordering kader) 80590 Lotto rubriek 1.3 ( Veilig Sportklimaat ) 80600 Lotto rubriek 3.1 (Algemeen Functioneren Sportbonden) 80610 Lotto rubriek 4.1 ( Afbouwregeling) 80660 NOC*NSF Ambition 80670 NOC*NSF overig/correctie vorig boekjaar Totaal Subsidies Overige opbrengsten 81510 Overige opbr. TV-rechten 81520 Overige opbr. eigen activ 81530 Overige opbr. renteink 81560 Overige opbr. buiteng. bat. 81580 Overige opbr. overige Totaal Overige opbrengsten Totaal Opbrengsten Totaal Opbrengsten Totaal Kosten Totaal Winst (-) & Verlies (+)
-65.000,00 -567.000,00
-10.000,00 -150.000,00 -45.000,00
-5.000,00 -17.630,00 -465.825,00
-15.000,00 -220.000,00
-125.963,00 -7.654,00 -1.826,00 -20.968,00 -156.411,00
-150.000,00 -10.000,00 -10.000,00 -170.000,00
-2.577.000,00
-2.302.462,00
-2.375.825,00
-2.577.000,00 2.540.800,00
-2.302.462,00 2.681.989,00
-2.375.825,00 2.287.800,00
-36.200,00
379.527,00
-88.025,00
K
O N I N K L I J K E
N
E D E R L A N D S E
S
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 7
(ALGEMENE VERGADERING 30-04-2015)
VOORSTEL VASTSTELLING CONTRIBUTIEAFDRACHT EN ENTREEGELDEN 2016 De huidige contributieafdracht bedraagt € 39,00 per senior-schutter. In verband met inflatie en in verband met de huidige exploitatie, stelt het Algemeen Bestuur voor aan de Algemene Vergadering om de contributieafdracht voor 2016 in alle categorieën met € 3,50 te verhogen. € 2,50 wordt aangewend voor de exploitatie en € 1,00 wordt gereserveerd voor de organisatie van een grote internationale wedstrijd in Nederland over naar verwachting vier à vijf jaar. Het Algemeen Bestuur stelt voorts voor om de entreegelden voor 2016 met € 3,00 te verhogen en om de gratis entreegelden voor juniorschutters te handhaven. Het totale voorstel vaststelling dientengevolge als volgt:
contributieafdracht
en
entreegelden
Contributieafdracht senior-schutter senior-gezinsschutter juniorschutter-A juniorschutter-B juniorschutter-C junior-gezinsschutter
: : : : : :
€ € € € € €
Basis-afdracht vereniging (10 senior-schutters)
:
€ 425,00
Entreegelden € 35,00 per contributieve schutter € 0,00 voor juniorschutters
42.50 37,50 22,00 17,00 17,00 17,00
per
2016
is
K
O N I N K L I J K E
N
S
E D E R L A N D S E
C H I E T S P O R T
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 8
(ALGEMENE VERGADERING 30‐04‐2015)
KNSA TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE
A
S S O C I A T I E
INHOUDSOPGAVE DEFINITIES ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 ‐ Toepasselijkheid en reikwijdte Reglement Artikel 2 ‐ Aangifte en strafrechtelijke procedure SEKSUELE INTIMIDATIE Artikel 3 ‐ Seksuele intimidatie Artikel 4 ‐ Gedragsregels seksuele intimidatie Artikel 5 ‐ Vertrouwenscontactpersoon Artikel 6 ‐ Overtredingen Artikel 7 ‐ Klacht Artikel 8 ‐ Onderzoekscommissie Artikel 9 ‐ Taken Onderzoekscommissie Artikel 10 ‐ Ordemaatregel Bestuur TUCHTRECHTELIJKE BEHANDELING Artikel 11 ‐ Aangifte Artikel 12 ‐ Tuchtcommissie Artikel 13 ‐ De betrokkene Artikel 14 ‐ Uitspraak Tuchtcommissie SANCTIES EN TENUITVOERLEGGING Artikel 15 ‐ Op te leggen sancties en toelichting Artikel 16 ‐ Tenuitvoerlegging HOGER BEROEP Artikel 17 ‐ Commissie van Beroep Artikel 18 ‐ Hoger Beroep REGISTRATIESYSTEEM Artikel 19 ‐ Melding Registratiesysteem SLOTBEPALINGEN Artikel 20 ‐ Vaststelling en wijziging van dit Reglement
pagina
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 2
3
4 4
4 5 8 8 9 10 11 12
12 13 14 14
16 17
18 18
18
19
DEFINITIES Begeleider: Betrokkene: Bestuur: Commissie van Beroep: Geïntimideerde: Klager: Lid/Leden: Schutters: NOC*NSF: Onderzoekscommissie: Partijen: Rapport: Registratiekamer: Registratiesysteem: Reglement: Sportbeoefening: Tuchtcommissie:
degene die een sportbeoefenaar (schutter) begeleidt en/of voor die begeleiding verantwoordelijk is (waaronder in ieder geval begrepen het trainen, coachen en/of verzorgen) op en rondom de plaats waar de sportbeoefening of de voorbereiding daarop plaatsvindt. Onder sportbeoefening wordt in deze definitie begrepen zowel de sportactiviteiten zelf als alle activiteiten die een directe relatie met sportbeoefening hebben. degene tegen wie de klacht zich richt het Algemeen Bestuur van de KNSA als bedoeld in artikel 13 van de Statuten de Commissie van Beroep als bedoeld in artikel 21 van de Statuten degene waartegen de seksuele intimidatie is gericht degene die de klacht heeft ingediend. Dit kan de geïntimideerde zijn, dan wel iemand namens geïntimideerde leden van de KNSA. De Associatie zoals bedoeld in artikel 9 van de Statuten, waaronder de in artikel 7 bedoelde verenigingen en stichtingen op grond van artikel 10 van de Statuten aangemelde leden der bij de Associatie aangesloten verenigingen de Nederlandse overkoepelende organisatie voor sportbonden met Olympische disciplines, genaamd het Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie de door het Algemeen Bestuur ingestelde commissie die klachten over seksuele intimidatie onderzoekt betrokkene, klager het door de Onderzoekscommissie op grond van artikel 8 van dit Reglement Seksuele Intimidatie, opgestelde rapport de Kamer die bij NOC*NSF belast is met het beheer van het registratiesysteem het Registratiesysteem Seksuele Intimidatie van het NOC*NSF waarin alle onherroepelijk voor seksuele intimidatie gestrafte personen, vanaf 16 jaar, gedurende de looptijd van hun straf worden geregistreerd, een en ander conform het Protocol Registratiesysteem Sport van januari 2008 het Tuchtreglement Seksuele Intimidatie onder sportbeoefening wordt begrepen zowel de sportactiviteiten binnen het verband van de schietsport zelf als alle activiteiten die een directe relatie met die sportbeoefening hebben de Tuchtcommissie als bedoeld in artikel 50 van het KNSA Huishoudelijk Reglement
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 3
ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 ‐ Toepasselijkheid en reikwijdte van dit Reglement 1. Dit Reglement is van toepassing op alle natuurlijke personen die direct of indirect onderworpen zijn aan de statuten, reglementen en besluiten van de KNSA, die als begeleider, werknemer of functionaris werkzaamheden verricht dan wel heeft verricht of als vrijwilliger taken vervult dan wel heeft vervuld en, of als schutter meedoen of meededen aan door de KNSA georganiseerde wedstrijden en competities. 2. De leden dragen er zorg voor dat de inhoud en de strekking van dit Reglement bekend is bij, en van toepassing is op, hun leden/aangeslotenen, werknemers, functionarissen, vrijwilligers en begeleiders. 3. Dit Reglement is tevens van toepassing indien de seksuele intimidatie heeft plaatsgevonden tijdens het lidmaatschap/aangesloten zijn van betrokkene dan wel degene die de klacht heeft ingediend bij een van de leden, maar de betreffende persoon inmiddels dit lidmaatschap/de overeenkomst heeft opgezegd. 4. Seksuele intimidatie valt onder de reikwijdte van dit Reglement indien het heeft plaatsgevonden in relatie tot de sportbeoefening dan wel wanneer het heeft plaatsgevonden buiten het verband van sportbeoefening wanneer betrokkene ten aanzien van degene die de klacht heeft gedaan in een machts‐, en, of afhankelijkheidsrelatie verkeert die is ontstaan binnen het verband van de sportbeoefening. Artikel 2 ‐ Aangifte en Strafrechtelijke procedure 1. Bij een vermoeden van een strafbaar feit waar aangifteplicht uit hoofde van het Wetboek van Strafrecht voor geldt, is de Vertrouwenscontactpersoon die dit ter kennis komt verplicht dit onverwijld te melden aan het Bestuur. Het Bestuur is verplicht aangifte te doen. Het Bestuur zal klager dan wel betrokkene hierover inlichten. 2. Een strafrechtelijke of een burgerrechtelijke procedure met betrekking tot seksuele intimidatie, waarvoor tevens een klacht is ingediend op grond van dit Reglement, sluit behandeling en bestraffing hiervan middels deze tuchtrechtelijke procedure niet uit.
SEKSUELE INTIMIDATIE Artikel 3 ‐ Seksuele intimidatie 1. Seksuele intimidatie is elke vorm van ongewenst verbaal, non‐verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie (duiding) dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige of beledigende, vernederende of kwetsende situatie wordt gecreëerd. 2. Onder seksuele intimidatie, zoals vermeld in dit lid, zijn mede begrepen de in de artikelen 239 tot en met 250 (Titel XIV: misdrijven tegen de zeden) van het Wetboek van strafrecht strafbaar gestelde feiten. 3. Seksuele intimidatie is een verboden gedraging. Dit verbod geldt voor alle in artikel 1 lid 1 van dit Reglement genoemde personen. Voor degenen die tevens begeleider,
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 4
functionaris, vrijwilliger bij dan wel werknemer zijn van de KNSA, gelden naast de algemene regels met betrekking tot seksuele intimidatie tevens de in artikel 4 opgenomen gedragsregels. Artikel 4 ‐ Gedragsregels seksuele intimidatie 1. De KNSA hanteert ten aanzien van seksuele intimidatie de in dit artikel vermelde gedragsregels. Overtreding van deze gedragsregels levert een overtreding op in de zin van dit Tuchtreglement Seksuele Intimidatie en kan op grond van dit Reglement tuchtrechtelijk worden bestraft. 2. Met betrekking tot de in artikel 1 lid 1 genoemde begeleiders, werknemers, functionarissen, vrijwilligers gelden de volgende gedragsregels: 3. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen moeten zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de schutter zich veilig voelt te verkeren. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het niet onmiddellijk stoppen (of doen laten stoppen) van een klaarblijkelijke vorm van seksuele intimidatie waarvan de begeleider getuige van is of waarvan hij op de hoogte wordt gesteld; b. het participeren in vormen van seksuele intimidatie of aanmoedigen van anderen daartoe; c. het in woord of gedrag scheppen van een seksueel of erotisch geladen sfeer (door woord, gedrag, beeld, aankleding, omgeving, of situatie) of aan het voortbestaan daarvan een bijdrage leveren; d. het op niet‐functionele wijze bekijken van de schutter waarbij de aandacht is gericht op de geslachtskenmerken; e. het met seksueel gedrag ingaan op verliefde gevoelens, seksuele verlangens of fantasieën van een minderjarige schutter; f. het achterwege laten van hulp aan een slachtoffer of slachtoffers van een incident dat valt onder seksuele intimidatie; g. het niet of onvoldoende uitoefenen van begeleiderstaken rondom en tijdens een sportactiviteit waardoor gelegenheid ontstaat voor vormen van seksuele intimidatie, die met het juist uitvoeren van de begeleiderstaken hadden kunnen worden voorkomen. 2. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen onthouden zich van elke vorm van machtsmisbruik of seksuele intimidatie tegenover de schutter. 3. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen onthouden zich er van de schutter te bejegenen op een wijze die de schutter in zijn waardigheid aantast en verder in het privéleven van de schutter door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen zullen tijdens training(‐stages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de schutter in de ruimten waarin de schutter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer. In het kader van deze normen wordt als een overtreding beschouwd: a. het uitoefenen van dwang of op enigerlei wijze gebruik maken van het machtsverschil dat bestaat tussen hem en de schutter, met het kennelijke oogmerk de schutter tot seksuele handelingen te dwingen, daartoe te verleiden of over te halen, of die te dulden;
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 5
4.
5. 6.
7.
b. het aangaan van een seksuele relatie met een minderjarige schutter met wie hij op basis van kenmerken zoals leeftijdsverschil, status, positie, sportrelatie (bijv. coach‐schutter, fysiotherapeut‐ schutter) in een machtsongelijke relatie staat; c. het zich onnodig en/of zonder toestemming van de schutter bevinden in of het naar binnen kijken/gluren in ruimtes die door de schutter worden gebruikt als privéruimtes, zoals douches, kleedkamers, toiletten, hotelkamers, kampeertenten en soortgelijke ruimtes, waarin de schutter mag veronderstellen zich te kunnen gedragen als ware hij alleen en ongezien; d. het verrichten van sporttechnische fysieke handelingen m.b.t. de schutter die niet tot zijn bekwaamheid en taken behoren en/of op dat moment niet geboden zijn; e. het bij herhaling of op systematische wijze privé alleen thuis of een andere afgezonderde plaats uitnodigen van een schutter, waarmee hij een machtsongelijke relatie heeft, wanneer deze ontmoeting vanuit de begeleidingstaak niet nodig is en/of elders kan worden georganiseerd, zoals in een clubgebouw of een publieke gelegenheid; f. het op enigerlei wijze systematisch isoleren van een schutter van andere schutters en/of begeleiders of het systema sch realiseren van een één‐op‐één rela e tussen hem en schutter, zonder dat daar sporttechnische redenen voor zijn en/of zonder dat dit in overeenstemming is met kaderafspraken ter zake. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen in artikel 4 lid 2 genoemde personen en schutter die de leeftijd van zestien jaren niet heeft bereikt, zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen onthouden zich van seksueel getinte intimiteiten via welke communicatiemiddelen dan ook. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen mogen de schutter niet op een zodanige wijze aanraken dat de schutter deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. de schutter tegen diens wens naar zich toe trekken voor aanhalen, omarmen of kussen; b. zich tegen de schutter aandrukken; c. billen, borsten, of andere erogene zones aanraken onder het mom van functionele instructie; d. het negeren van wensen van de schutter om (ergens) niet te worden aangeraakt, ook al betreft dit een sporttechnisch juiste wijze van aanraken; e. het aanraken van de schutter of fysieke handelingen verrichten die niet binnen de taakstelling van de in artikel 4 lid 2 genoemde personen vallen. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen onthouden zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 6
a. grove seksueel getinte opmerkingen, schuine moppen; b. grapjes of ontboezemingen over andermans seksleven; c. (dubbelzinnige) opmerkingen met verwijzing naar iemands seksuele leven of geaardheid; d. niet‐functionele vragen over het seksleven van de schutter; e. ontboezemingen over eigen seksleven of seksuele verlangens. 8. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen hebben de plicht ‐ voor zover in hun vermogen ligt ‐ de schutter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) schutter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het nalaten van het doen van melding bij het bevoegd gezag of indienen van een klacht bij de Onderzoekscommissie, van een incident of situatie waarvan de begeleider getuige is of kennis van heeft en waarvan hij redelijkerwijs had moeten weten dat het om seksuele intimidatie gaat en er niet van had kunnen uitgaan dat een ander dit zou doen; b. het ontmoedigen of beletten van anderen (zoals een schutter of andere begeleider) om melding te doen of een klacht in te dienen, zoals bedoeld onder lid 1 van 2.f.; c. het niet meewerken aan de tuchtprocedure die naar aanleiding van een klacht met betrekking tot seksuele intimidatie bij een commissie is en waartoe hij door die commissie is opgeroepen, dan wel aan het onderzoek dat die commissie laat verrichten voorafgaande aan de behandeling van de aangifte door het Bestuur. 9. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen zullen de schutter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen zullen de schutter geen (im)materiële vergoedingen aanbieden of geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen van erotische of seksuele aard; b. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen accepteren geen erotische of seksuele tegenprestaties van de schutter als vergoeding voor het uitoefenen van de begeleiderstaak. 10. De in artikel 4 lid 2 genoemde personen zullen er actief op toezien dat deze regels door iedereen die betrokken is bij de schutter worden nageleefd. Wanneer hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het nalaten personen op hun gedrag aan te spreken die zich schuldig maken aan een vorm van seksuele intimidatie; b. het nalaten andere in artikel 4 lid 2 genoemde personen, op hun gedrag aan te spreken wanneer deze in het bijzijn van de begeleider of nadat de begeleider het ter ore komt, niet of onvoldoende ingrijpen of hebben ingegrepen bij een incident m.b.t. seksuele intimidatie.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 7
5. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de in artikel 4 lid 2 genoemde personen in de geest hiervan te handelen. 6. Het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de sportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de sportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen. 7. Van een de in artikel 4 lid 2 genoemde personen wordt in het bijzonder verwacht dat zij professioneel handelen en dat zij zich bewust zijn van een voorbeeldfunctie, dat wil zeggen dat zij handelen overeenkomstig de geldende standaard en opleiding, waarbij het er niet toe doet of de in artikel 4 lid 2 genoemde personen al dan niet een vergoeding ontvangen. Artikel 5 ‐ Vertrouwenscontactpersoon 1. Door het Bestuur is een vertrouwenscontactpersoon aangesteld. De vertrouwenscontactpersoon is werkzaam bij de KNSA. 2. De vertrouwenscontactpersoon heeft als taak om de klager te adviseren en te begeleiden bij de procedure voor het indienen van een klacht. 3. De vertrouwenscontactpersoon neemt bij zijn werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en staat de klager en betrokkene met raad en daad terzijde. 4. De vertrouwenscontactpersoon zal de integriteit van betrokkene niet in twijfel trekken en is niet gerechtigd om een klacht te onderzoeken dan wel zich met het onderzoek te bemoeien. Artikel 6 ‐ Overtredingen 1. Seksuele intimidatie alsmede overtreding van de Gedragsregels genoemd in artikel 4, levert een overtreding op in de zin van het van dit Reglement en kan derhalve worden bestraft conform dit Reglement. 2. Onder een overtreding wordt voorts verstaan het gelegenheid bieden aan, of aansporen tot, het vergemakkelijken van of het behulpzaam zijn bij de overtreding. 3. Een overtreding is strafbaar indien er sprake is van opzet, schuld, nalatigheid of onzorgvuldigheid van betrokkene. 4. Voor de vraag of er sprake is van een overtreding zijn mede bepalend de opvattingen in de Nederlandse maatschappij met betrekking tot seksuele intimidatie en de gewoonten of gebruiken bij de KNSA ten tijde van de overtreding.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 8
Artikel 7 – Klacht 1. Iedere persoon die binnen de sportbeoefening meent dat er sprake is van een overtreding jegens hem/haar of een derde, kan hiervan bij het Bestuur een klacht indienen. 2. Betreft de seksuele intimidatie iemand jonger dan zestien jaar, dan kan ook de wettelijk vertegenwoordiger een klacht indienen. Ook de curator of mentor, waar nodig met instemming van de betreffende persoon, kan een klacht in te dienen. 3. De klacht moet schriftelijk of langs elektronische weg worden ingediend bij het Bestuur. 4. Indien de klacht mondeling wordt ingediend, geeft het Bestuur de Vertrouwenscontactpersoon onverwijld de opdracht contact op te nemen met klager om de klacht schriftelijk vast te stellen. De Vertrouwenscontactpersoon legt de op schrift vastgestelde klacht ter bevestiging voor aan de klager alvorens deze aan het Bestuur te doen toekomen. 5. Een klacht omvat: naam, adres, ten minste telefoonnummer en eventueel e‐mailadres van de klager en geintimideerde; naam en indien mogelijk het adres, telefoonnummer en e‐mailadres van de betrokkene; een beschrijving van de overtreding waarover geklaagd wordt; de beschrijving van de handelingen die reeds zijn ondernomen om tot een oplossing te komen; ondertekening van de klacht door klager. 6. Indien een klacht niet voldoet aan een of meer van de in lid 5 genoemde vereisten, wordt de klager in de gelegenheid gesteld het gesignaleerde verzuim binnen een door het Bestuur te stellen redelijke termijn te herstellen. 7. Klager en geïn mideerde zijn te allen tijde gerechtigd de klacht in te trekken. Intrekking dient schriftelijk te geschieden bij het Bestuur. 8. Bij intrekking van de klacht blijft de Onderzoekscommissie bevoegd onderzoek te doen naar de klacht, de klacht te beoordelen en een rapport op te stellen naar aanleiding van deze klacht. De klager wordt hiervan in kennis gesteld. 9. Het Bestuur legt binnen veertien dagen na ontvangst van de schriftelijke klacht, deze voor aan de Onderzoekscommissie en stelt de Tuchtcommissie op de hoogte van de ontvangst van de klacht. Artikel 8 – Onderzoekscommissie 1. Het Bestuur van de KNSA stelt een Onderzoekscommissie in die klachten over seksuele intimidatie onderzoekt. 2. De Onderzoekscommissie bestaat uit minimaal drie leden. Onder de leden is ten minste een jurist en een deskundige op het gebied van seksuele intimidatie. Binnen de commissie dienen beide seksen te zijn vertegenwoordigd. 3. De Onderzoekscommissie betracht in alle stadia van het onderzoek zoveel mogelijk zorgvuldigheid ten aanzien van de feiten en omstandigheden in relatie tot de mededelingen die hierover ten behoeve van het onderzoek aan derden moeten worden gedaan, waarbij telkens die derden niet meer deelgenoot worden gemaakt van feiten en omstandigheden dan op dat moment ten behoeve van het onderzoek noodzakelijk is. 4. De onderzoekers kunnen nadien niet als getuige worden gehoord.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 9
5. De leden van de Onderzoekscommissie zijn onafhankelijk in de betekenis dat zij niet betrokken zijn bij a) de klacht, b) betrokkene dan wel c) klager en/of d) geïn mideerde. Zij mogen geen persoonlijk belang hebben bij de klacht. 6. Geen zitting in de Onderzoekscommissie kunnen hebben leden van het bestuur, leden van de Tuchtcommissie, leden van de Commissie van Beroep, leden van de vereniging waarvan de geïntimideerde, klager of betrokkene lid is, werknemers van de KNSA. 7. Na ontvangst van de klacht, deelt de Onderzoekscommissie klager en betrokkene schriftelijk mede dat zij de klacht onderzoekt en informeert hen aangaande de klachtenprocedure en de te hanteren termijnen. 8. Alvorens de Onderzoekscommissie over gaat tot onderzoek, zal zij op beoordelen of de klacht ontvankelijk is. 9. Binnen veertien dagen na ontvangst van de klacht, deelt de Onderzoekscommissie de klager, geïn mideerde alsmede betrokkene schriftelijk mede of de klacht ontvankelijk is. Indien de klacht niet‐ontvankelijk is, dient de Onderzoekscommissie de gronden te vermelden waarop zij haar beslissing heeft gebaseerd. Tegen deze beslissing staat geen beroep open. 10. Indien de klacht ontvankelijk is, kan de Onderzoekscommissie besluiten de klacht alsnog niet in behandeling te nemen dan wel niet verder te onderzoeken indien: 1. het een klacht betreft die reeds eerder is voorgelegd aan de Onderzoekscommissie, en waarna zich geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan, en door haar dan wel de Tuchtcommissie reeds is afgedaan; 2. de klacht kennelijk ongegrond is; 3. Klager dan wel geïn mideerde geen gegevens aan de Onderzoekscommissie verstrekt, dan wel geen medewerking verleent die nodig is voor de Onderzoekscommissie om de klacht te kunnen onderzoeken. 11. De Onderzoekscommissie kan er toe over gaan meerdere klachten, die zien op dezelfde betrokkene, samen te voegen en gelijktijdig te behandelen. 12. De Onderzoekscommissie kan zich zo nodig laten bij staan door adviseurs. 13. De Onderzoekscommissie is te allen tijde bevoegd van de in dit Reglement opgenomen termijnen af te wijken. Zij doet hiervan met redenen omkleed mededeling aan de betrokken partijen, onder vermelding van een nieuwe termijn. 14. Indien de Onderzoekscommissie van oordeel is dat behandeling van de klacht een spoedeisend karakter heeft, dan kan zij de in dit Reglement genoemde termijnen bekorten. De Onderzoekscommissie deelt dit partijen schriftelijk en met opgave van redenen mede. 15. De Onderzoekscommissie kan in afwijking van lid 6 en lid 8 in het belang van het onderzoek besluiten om de betrokkene nog niet te informeren, bijvoorbeeld als de Commissie meent dat betrokkene het onderzoek mogelijk zal frustreren. Artikel 9 ‐ Taken Onderzoekscommissie 1. De Onderzoekscommissie is gerechtigd tot het inwinnen van die informatie die noodzakelijk is om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van de gegrondheid van de klacht. 2. De Onderzoekscommissie stelt vooraf een plan van aanpak op, waarbij zij tevens aangeeft binnen welke termijn zij streeft het onderzoek te laten plaatsvinden.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 10
3. De Onderzoekscommissie onderzoekt naar aanleiding van de klacht de gestelde feiten en omstandigheden. 4. De Onderzoekscommissie kan in het kader van het onderzoek de klager, geïntimideerde, betrokkene en eventueel diens raadsman, getuigen en/of deskundigen horen, alsmede leden van besturen, commissies en andere leden van de KNSA, alsmede derden die meer over de zaak kunnen verklaren. 5. Indien geïn mideerde een minderjarige is, wordt ook deze minderjarige gehoord, tenzij bijzondere omstandigheden (met name gelegen in het persoonlijke belang van de minderjarige) zich daartegen verzetten. 6. Indien de Onderzoekscommissie daartoe aanleiding ziet, is zij te allen tijde bevoegd het onderzoek op te schorten en het Bestuur te adviseren om de klacht niet af te doen door de Tuchtcommissie maar via een alternatieve vorm van geschillenbeslechting. 7. Van de verhoren worden schriftelijke verslagen gemaakt. Deze verslagen worden voorgelegd aan de betreffende persoon voor commentaar en goedkeuring. 8. Klager en betrokkene kunnen zich op eigen kosten bij laten staan door een raadsman of een vertrouwenspersoon. 9. De Onderzoekscommissie neemt alle zorgvuldigheid in acht en stelt een zo compleet mogelijk schriftelijk dossier op. 10. De Onderzoekscommissie stelt partijen alsmede het Bestuur op de hoogte over de voortgang van het onderzoek. 11. Betrokkene wordt in de gelegenheid gesteld te reageren op door geïnterviewden geaccordeerde verklaringen. 12. Indien de betrokkene weigert te worden gehoord, verzoekt de Onderzoekscommissie binnen vijf werkdagen daarop alsnog schriftelijk of langs elektronische weg te reageren. Voldoet betrokkene hieraan niet, dan zet de Onderzoekscommissie haar onderzoek voort zonder rekening te (kunnen) houden met de toelichting van betrokkene. 13. De Onderzoekscommissie stelt, nadat zij alle relevante informatie heeft verkregen en de betrokken personen heeft gehoord, zo spoedig mogelijk een rapport op, waarin zij oordeelt over de feiten en omstandigheden en de verwijtbaarheid van de klacht. Zij kan advies geven over te nemen Bestuurlijke maatregelen. Zij adviseert niet over eventuele tuchtrechtelijke sancties. 14. Indien uit het onderzoek belastende informatie naar voren komt en daaraan (eventueel) belastende conclusies worden verbonden, zal betrokkene in de gelegenheid worden gesteld daarop te reageren en krijgt in dat kader ook de beschikking over de informatie waarop de belastende conclusies zijn gebaseerd. 15. De concept‐rapportage wordt aan betrokkene voorgelegd alvorens de Onderzoekscommissie de definitieve bevindingen en conclusies aan het bestuur presenteert. 16. De Onderzoekscommissie stuurt het rapport alsmede een kopie van het gehele dossier zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 5 dagen na opstelling van het rapport, toe aan het Bestuur en stelt partijen hiervan op de hoogte. 17. Het bestuur zal het complete dossier minimaal 5 jaar na vaststelling van het rapport onder zich houden in een archief, dat slechts toegankelijk is voor het bestuur.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 11
Artikel 10 ‐ Ordemaatregel Bestuur 1. Wanneer naar het oordeel van het bestuur sprake is van seksuele intimidatie, kan het bestuur ter voorkoming van herhaling een bestuurlijke ordemaatregel nemen door bijvoorbeeld aan degene die van seksuele intimidatie wordt verdacht met onmiddellijke ingang een (tijdelijke) beperking van de bewegingsvrijheid op te leggen voor de locatie(s) waar de herhaling moet worden gevreesd. 2. De ordemaatregel van het Bestuur is geen tuchtrechtelijke straf maar een Bestuurlijke maatregel om de orde en de veiligheid van sportbeoefenaren te waarborgen. 3. Van een door het Bestuur genomen ordemaatregel staat volgens dit reglement beroep open bij de voorzitter van de Tuchtcommissie. 4. De ordemaatregel blijft in stand totdat de Tuchtcommissie uitspraak heeft gedaan of totdat de voorzitter van de Tuchtcommissie heeft beslist in het geval dat van de ordemaatregel beroep is ingesteld.
TUCHTRECHTELIJKE BEHANDELING Artikel 11 – Aangifte 1. Het Bestuur van de KNSA kan al dan niet na het onderzoek van de Onderzoekscommissie, de klacht ter kennis brengen van de Tuchtcommissie. De klacht wordt als een aangifte beschouwd en als zodanig behandeld. Het Bestuur overlegt het rapport aan de Tuchtcommissie. 2. Wordt een zaak niet ter kennis gebracht van de Tuchtcommissie, dan kan de rechtstreeks belanghebbende daarover schriftelijk beklag doen bij de voorzitter van de tuchtcommissie. De voorzitter kan bepalen dat de zaak alsnog in behandeling wordt genomen door de Tuchtcommissie. De voorzitter kan in dat geval niet als lid van de betreffende commissie betrokken zijn bij de behandeling van de zaak. Van de uitspraak van de voorzitter staat geen beroep open. 3. Onder rechtstreeks belanghebbende wordt mede verstaan een onder artikel 7 van de statuten genoemde vereniging die een belang behartigt dat door de beslissing geen tuchtzaak te starten rechtstreeks wordt getroffen. 4. De aangifte bevat een opgave van de naam en zo mogelijk de adresgegevens van degene tegen wie de aangifte zich richt alsmede een zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van feiten en omstandigheden voor zover mogelijk met de datum (data) waarop of de periode waarbinnen de seksuele intimidatie heeft plaatsgevonden. Wanneer geen adresgegevens kunnen worden verstrekt, dient degene die aangifte doet de betrokkene zodanig te identificeren dat voor de Tuchtcommissie duidelijk is tegen wie de aangifte zich richt. 5. Wanneer ter zake van de seksuele intimidatie mediation plaatsvindt of heeft plaatsgevonden die heeft geleid tot de ondertekening van een vaststellingsovereenkomst, kan van de seksuele intimidatie geen aangifte meer worden gedaan. 6. Een aangifte is rechtsgeldig wanneer degene tegen wie de aangifte zich richt ten tijde van de overtreding direct, of indirect lid was van de KNSA. Wanneer de betrokkene ten tijde van de behandeling van de aangifte geen direct, of indirect lid meer is van de KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 12
KNSA wordt de aangifte behandeld en geschiedt de behandeling van de zaak op grond van dit Tuchtreglement seksuele intimidatie, als ware de betrokkene nog immer direct, of indirect lid van de betreffende KNSA, in welk geval aan degene die aangifte doet en degene tegen wie de aangifte zich richt alle rechten en verplichtingen op grond van dit Tuchtreglement toekomen. 7. Nadat de aangifte is gedaan, onderzoekt de Tuchtcommissie of zij bevoegd is de aangifte te behandelen. Wanneer de Tuchtcommissie meent dat zij niet bevoegd is de aangifte in behandeling te nemen, kan degene die aangifte heeft gedaan hiervan met inachtneming van artikel 18, beroep instellen bij de Commissie van Beroep. Van de uitspraak van de Commissie van Beroep staat geen beroep open. In het geval de Commissie van Beroep oordeelt dat de aangifte wel in behandeling dient te worden genomen, verwijst hij de zaak terug naar de Tuchtcommissie. Wanneer de Commissie van Beroep oordeelt dat de aangifte niet in behandeling wordt genomen, eindigt daarmede de behandeling van de zaak. 8. De omschrijving van de overtreding in de aangifte vormt de grondslag voor de behandeling van een zaak door de Tuchtcommissie en door de Commissie van Beroep. Artikel 12 –Tuchtcommissie 1. De Tuchtcommissie is bevoegd te oordelen over klachten mits deze zijn ingediend door het Bestuur, dan wel door een rechtstreeks belanghebbende, krachtens artikel 11 lid 2 en 3 van dit Reglement. 2. Indien de Tuchtcommissie, op basis van het door de Onderzoekscommissie toegezonden dossier en het rapport, vaststelt dat de klacht ongegrond is, deelt zij binnen zeven (7) dagen na ontvangst hiervan, aan partijen mede dat zij de klacht ongegrond verklaart. 3. Indien de Tuchtcommissie van oordeel is dat de klacht, op basis van het door de Onderzoekscommissie toegezonden rapport gegrond is, stelt de Tuchtcommissie een datum voor mondelinge behandeling vast en nodigt partijen hiervoor, in ieder geval veertien (14) dagen voorafgaand aan de zitting, schriftelijk uit. Tevens biedt zij betrokkene de mogelijkheid om voorafgaand aan de zitting binnen een nader te bepalen redelijke termijn een verweerschrift in te dienen. 4. Tijdens de mondelinge behandeling mogen partijen zich bij laten staan door een raadsman. 5. De Tuchtcommissie zal, indien zij dat wenselijk acht, schriftelijk getuigen en deskundigen mogen oproepen om ter zitting te worden verhoord. 6. Wanneer een der partijen niet ter zitting is verschenen, gaat de Tuchtcommissie na of er behoorlijk is opgeroepen. Heeft geen behoorlijke oproeping plaatsgevonden of meent de Tuchtcommissie om een andere reden dat uitstel van de behandeling gewenst is, dan stelt zij de behandeling tot een nader te bepalen datum uit. Partijen worden hiervan door de secretaris schriftelijk in kennis gesteld. 7. Wanneer een getuige of deskundige niet ter zitting is verschenen, kan de Tuchtcommissie besluiten de zitting uit te stellen, dan wel de zaak voor zover mogelijk te behandelen en voor de niet verschenen getuige of deskundige op een andere datum voort te zetten. 8. Partijen en hun raadslieden mogen de gehele zitting bijwonen, tenzij het bepaalde in lid 9 toepassing vindt.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 13
9. De Tuchtcommissie kan een ieder wiens gedrag daartoe aanleiding geeft het verder bijwonen van de zitting ontzeggen. 10. De Tuchtcommissie kan bepalen dat geïn mideerde afzonderlijk wordt gehoord van betrokkene. Wanneer partijen afzonderlijk van elkaar worden gehoord, kunnen de raadslieden van partijen bij dat verhoor aanwezig zijn. De voorzitter van de Tuchtcommissie doet van een verhoor dat afzonderlijk heeft plaatsgevonden verslag aan de andere partij. 11. De leden van de Tuchtcommissie stellen de partijen en andere te horen personen zo nodig vragen. Partijen kunnen ieder de voorzitter van de Tuchtcommissie verzoeken aanvullende vragen te mogen stellen. Aan dit verzoek wordt voldaan, tenzij de vragen naar het oordeel van de voorzitter niet ter zake dienend zijn. De voorzitter kan bepalen dat vragen alleen via hem mogen worden gesteld. 12. De secretaris maakt van de mondelinge behandeling een relevante, zakelijke samenvatting die door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend. 13. De behandeling van de klacht vindt plaats achter gesloten deuren. Artikel 13 ‐ De betrokkene 1. De Tuchtcommissie zendt de aangifte en bijbehorende documenten binnen zeven werkdagen na ontvangst per aangetekende brief en per gewone post aan de betrokkene. 2. De betrokkene kan tegen de aangifte verweer voeren. Het verweerschrift moet binnen vier weken na verzending van de aangifte zijn ontvangen. Het verweerschrift wordt toegezonden per aangetekende brief. De voorzitter van de Tuchtcommissie kan na een schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de betrokkene in zeer bijzondere gevallen de termijn verlengen. Wanneer de betrokkene in het buitenland woonachtig is geldt niet een termijn van vier weken maar van zes weken. 3. Wanneer de betrokkene geen verweer voert, kan de commissie daaraan die conclusies verbinden die zij juist oordeelt. 4. De betrokkene is gehouden naar waarheid te verklaren. De commissie kan te allen tijde van de betrokkene verlangen dat hij op gestelde vragen zelf antwoordt en voor die beantwoording niet naar een ander, waaronder zijn raadsman, verwijst. 5. De betrokkene kan zich door een raadsman doen bijstaan. Is de raadsman niet een advocaat, dan legt de raadsman bij het schriftelijk verweer een schriftelijke volmacht over van de betrokkene. Tijdens een mondelinge behandeling kan de betrokkene een raadsman, die geen advocaat is, mondeling tot zijn gemachtigde benoemen. Voor een raadsman gelden dezelfde rechten en verplichtingen als voor de betrokkene. 6. Op verzoek van de betrokkene kan de correspondentie in de tuchtzaak aan de raadsman worden toegezonden. Tenzij de correspondentie aan de raadsman wordt toegezonden, wordt het door de betrokkene zelf opgegeven woonadres voor juist gehouden of anders het door de betrokkene aan zijn KNSA opgegeven woonadres. Artikel 14 ‐ Uitspraak Tuchtcommissie 1. De Tuchtcommissie doet na de beëindiging van de mondelinge behandeling zo spoedig mogelijk uitspraak en in ieder geval niet later dan vier weken nadat de mondelinge behandeling is gesloten.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 14
2. De Tuchtcommissie zendt partijen afschrift van de uitspraak, onder vermelding van de termijn en de wijze van instelling van hoger beroep volgens het bepaalde van artikel 18 van dit Reglement. 3. Een uitspraak van de Tuchtcommissie komt tot stand door een met gewone meerderheid genomen besluit. De leden van de Tuchtcommissie hebben ieder één stem. 4. Wanneer de Tuchtcommissie van oordeel is dat de in de aangifte bedoelde overtreding niet is begaan, spreekt de Tuchtcommissie de betrokkene vrij. 5. Wanneer de Tuchtcommissie van oordeel is dat de in de aangifte bedoelde overtreding is begaan, deelt zij aan de betrokkene mee welke sanctie voor de overtreding wordt opgelegd. 6. Bij het bepalen van de sanctie en de strafmaat worden zoveel mogelijk in gelijksoortige zaken dezelfde maatstaven aangelegd. 7. De Tuchtcommissie doet altijd schriftelijk uitspraak en motiveert haar uitspraak op een wijze die in relatie tot de overtreding passend is te achten. De Tuchtcommissie kan ook een mondelinge uitspraak doen en deze nadien op schrift stellen. 8. Een uitspraak wordt ondertekend door de voorzitter en door tenminste 1 ander lid van de Tuchtcommissie. Zij kunnen de uitspraak elektronisch ondertekenen mits kort nadien een door hen handmatig ondertekende uitspraak wordt verstrekt. 9. Wanneer de feiten of omstandigheden van de behandelde zaak hiertoe aanleiding geven, kan de Tuchtcommissie aan het Bestuur aanbevelingen doen, die gericht zijn op het veranderen van een situatie of het nemen van preventieve maatregelen. 10. Wanneer een uitspraak een kennelijke vergissing bevat kan het Bestuur van de KNSA of de betrokkene de commissie schriftelijk verzoeken de uitspraak op het betreffende onderdeel te herstellen. De commissie kan ook zelf een kennelijke vergissing achteraf herstellen. In beide gevallen stelt de commissie de andere partij ‐ of wanneer de commissie zelf wenst te herstellen ‐ het Bestuur en de betrokkene in de gelegenheid schriftelijk te reageren met inachtneming van de in artikel 10 lid 2 vermelde termijnen. De commissie bepaalt of een mondelinge behandeling plaatsvindt. De hersteluitspraak van de commissie geschiedt schriftelijk. Van de hersteluitspraak van de commissie staat geen beroep open. 11. Tenzij de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep anders heeft bepaald beslist de KNSA of een uitspraak wordt gepubliceerd. Wanneer de uitspraak wordt gepubliceerd worden de initialen en de woonplaats van de betrokkene vermeld, tenzij de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep in de uitspraak heeft beslist dat met een andere wijze van vermelding kan worden volstaan.
SANCTIES EN TENUITVOERLEGGING Artikel 15 ‐ Op te leggen sancties en toelichting 1. Als sanctie kan worden opgelegd: 1. een berisping. De berisping houdt een officiële schriftelijke veroordeling in van bepaald met name genoemd gedrag van de betrokkene; 2. het verbod om deel te nemen aan één of meer ac viteiten van de KNSA voor een door de Tuchtcommissie te bepalen termijn van maximaal drie (3) jaar. Dit verbod om een of meer rechten uit te oefenen, is gericht op het beperken van KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 15
2. 3. 4.
5.
6.
de bewegingsvrijheid van de betrokkene, geldend voor bijvoorbeeld bepaalde ruimtes, omgang met bepaalde personen, groepen of teams, inzage van bepaalde dossiers, aanwezigheid bij bepaalde wedstrijden, trainingen of vergaderingen, zulks voor de door de tuchtcommissie bepaalde duur; 3. het verbod om één of meer aan de in artikel 1 lid 1 genoemde personen toegekende rechten uit te oefenen voor een duur van maximaal drie (3) jaar; 4. het verbod tot het uitoefenen van één of meer func es binnen de KNSA voor een door de Tuchtcommissie nader te bepalen periode van maximaal tien (10) jaar. Het verbod om bij de sportorganisatie een of meer functies uit te oefenen wordt alleen als sanctie opgelegd, indien de overtreding in de uitoefening van de functie s begaan. Bedoelde ontzegging kan op die functie maar ook op door de tuchtcommissie te bepalen andere functies in de sportorganisatie betrekking hebben; 5. de schorsing voor een duur van maximaal vijf (5) jaar. Een schorsing wordt als sanctie opgelegd indien de overtreding zo ernstig is dat niet met een lichtere sanctie kan worden volstaan en royement een te zware sanctie is. Gedurende de schorsing kan de betrokkene geen functie en lidmaatschapsrechten uitoefenen, noch deelnemen aan activiteiten van de KNSA en blijven de uit lidmaatschap voortvloeiende verplichtingen onverkort op hem van toepassing. In overleg met de betrokkene kunnen hem tijdelijk bijzondere taken die hem in de ruimste zin van het woord uitvoert ten behoeve van de vereniging worden geweigerd; 6. het royement van de in artikel 1 lid 1 van dit Reglement genoemde personen. Het royement wordt uitgesproken indien de seksuele intimidatie, waarvan aangifte is gedaan, zo ernstig is dat er sprake is van een in ernstige mate in strijd handelen met de statuten, reglementen of besluiten van de KNSA. 7. De tuchtcommissie kan naast de genoemde sanctie(s) de betrokkene de status van schutter ontnemen overeenkomstig de Statuten van de KNSA. Indien een sanctie voor een bepaalde duur geldt of voor bepaalde activiteiten of functies wordt hiervan in de uitspraak mededeling gedaan. Een berisping, een schorsing en een royement kunnen niet tezamen met een andere sanctie worden opgelegd. Met uitsluiting van de berisping en een royement kunnen de in lid 1 genoemde sancties geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk worden opgelegd. Het voorwaardelijke gedeelte van een sanctie wordt aan een termijn van ten hoogste twee jaren gebonden. Bij het opleggen van een sanctie kan de Tuchtcommissie rekening houden met de situatie die na het beëindigen van de sanc e tussen partijen kan ontstaan. De Tuchtcommissie kan, indien dit ten tijde van de sanctieoplegging mogelijk is, aangeven op welke wijze de betrokkene zich tegenover geïn mideerde na het ondergaan van de sanctie moet gedragen of welke beperkingen gewenst zijn om te voorkomen dat partijen elkaar ontmoeten. Hiervan kan in de uitspraak mededeling worden gedaan. geïn mideerde kan ook na het opleggen van de sanc e, maar voor het beëindigen van de sanctie, de Tuchtcommissie verzoeken ter zake bedoelde mededeling te doen. Indien betrokkene binnen de termijn van een voorwaardelijk opgelegde sanctie weer een overtreding ter zake van seksuele intimidatie begaat, kan de Tuchtcommissie beslissen het voorwaardelijke gedeelte alsnog in een onvoorwaardelijke sanctie om te zetten en daarnaast een sanctie op te leggen voor de nieuwe overtreding.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 16
7. Bij het opleggen van een sanctie en bij het bepalen van (de hoogte van) de sanctie kan rekening worden gehouden met een strafrechtelijke veroordeling en/of met het resultaat van een andere wijze waarop de seksuele intimidatie aan de orde is gesteld. 8. Een onherroepelijke tuchtrechtelijke veroordeling met oplegging van een sanctie, met uitzondering van de berisping, leidt tot registratie van betrokkene in het registratiesysteem seksuele intimidatie van NOC*NSF. De registratie is geen sanctie in de zin van dit artikel. De secretaris van de Tuchtcommissie doet de opgave van bedoelde tuchtrechtelijke veroordeling aan de beheerder van het registratiesysteem. Artikel 16 ‐ Tenuitvoerlegging 1. Het Bestuur ziet toe op de tenuitvoerlegging van straffen. 2. De leden en organen van de KNSA zijn verplicht hun medewerking aan de tenuitvoerlegging van een sanctie te verlenen. Het daarmede in gebreke blijven levert een overtreding in de zin van dit Reglement. 3. De tenuitvoerlegging van een door de tuchtcommissie opgelegde sanctie vangt aan op de datum waarop deze uitspraak doet, tenzij in de uitspraak anders is bepaald. 4. Het instellen van beroep schort de tenuitvoerlegging van een sanctie niet op. Een verzoek tot het opschorten van de sanctie kan tegelijk worden gedaan met het indienen van een beroepschrift, maar niet eerder. De voorzitter doet op het verzoek schriftelijk uitspraak, welke uitspraak de Commissie van Beroep niet bindt bij het eindoordeel. 5. Het Bestuur kan de tenuitvoerlegging van een straf opschorten wanneer ten aanzien van de opgelegde sanctie nieuwe feiten of omstandigheden blijken, die ‐ waren deze tijdens de behandeling van de zaak door de commissie bekend geweest ‐ met een grote mate van zekerheid tot een vrijspraak of een veel lichtere sanctie zouden hebben geleid. Een dergelijk verzoek tot herziening moet schriftelijk door de betrokkene zijn gedaan met een uitvoerige motivering van die feiten en omstandigheden. Het Bestuur kan het verzoek alleen in behandeling nemen, indien op dat moment geen mogelijkheid van beroep openstaat. 6. Wanneer het Bestuur het verzoek tot herziening inwilligt en de tenuitvoerlegging opschort, stelt het Bestuur het verzoek aan de Tuchtcommissie van de Tuchtcommissie ter hand, die het verzoek als ware het een aangifte behandelt. De Tuchtcommissie behandelt de zaak dan opnieuw, van welke uitspraak beroep kan worden ingesteld.
HOGER BEROEP Artikel 17 ‐ Commissie van Beroep 1. Bij vaststelling van dit reglement is beroep opengesteld bij de Commissie van Beroep van de KNSA, waar dit in dit Reglement is bepaald. 2. Indien er beroep is aangetekend en na de behandeling hiervan door de Commissie van Beroep zij van oordeel is dat de uitspraak van de Tuchtcommissie in stand kan blijven, bevestigt zij die uitspraak. 3. Wanneer de Commissie van Beroep van oordeel is dat de uitspraak van de Tuchtcommissie niet in stand kan blijven, wijzigt zij deze uitspraak en bepaalt de Commissie van Beroep of de betrokkene wordt vrijgesproken, dan wel ter zake van welke overtreding welke sanctie aan de betrokkene wordt opgelegd. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 17
Artikel 18 ‐ Hoger Beroep 1. Ieder der partijen kan binnen drie weken na de dagtekening van een beslissing van de Tuchtcommissie volgens artikel 14 daartegen schriftelijk en gemotiveerd in beroep komen bij de Commissie van Beroep. Het Reglement van Beroep KNSA is van toepassing. Bij eventuele strijdigheid gaat dit Reglement voor. 2. Op de wijze van behandeling van het beroep is het gestelde in artikel 11 en verder zoveel mogelijk, mutatis mutandis, van overeenkomstige toepassing. 3. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep blijft de in eerste instantie uitgesproken sanctie ten aanzien van de betrokkene van kracht.
REGISTRATIESYSTEEM Artikel 19 ‐ Melding Registratiesysteem 1. De persoonsgegevens van een op basis van dit Reglement onherroepelijk voor seksuele intimidatie gestrafte persoon, wordt geregistreerd in het Registratiesysteem Ontuchtplegers van NOC*NSF, tenzij: a. de opgelegde sanctie een berisping is; b. deze persoon de leeftijd van zestien jaar nog niet heeft bereikt, tenzij sprake is van een strafrechtelijke veroordeling. Dan kunnen ook veroordeelden jonger dan 16 jaar worden opgenomen in het Registratiesysteem. 2. Tegen een registratie in het Registratiesysteem naar aanleiding van een onherroepelijke uitspraak van de Tuchtcommissie dan wel de Commissie van Beroep kan geen beroep worden ingesteld. 3. De registratie van de sanctie vindt plaats conform het Protocol registratiesysteem in de sport van NOC*NSF. 4. Uiterlijk 5 dagen na toezending aan de Registratiekamer, stelt het Bestuur per aangetekend schrijven de betrokkene op de hoogte van de registratie.
SLOTBEPALINGEN Artikel 20 ‐ Vaststelling en wijziging van dit Reglement 1. Dit Reglement is vastgesteld op de Algemene Vergadering van 30 april 2015. 2. Dit Reglement kan worden gewijzigd bij gewone meerderheid van stemmen op de Algemene Vergadering. 3. Het besluit tot wijziging van dit Reglement treedt in werking de dag nadat de Algemene Vergadering heeft ingestemd met de voorgestelde wijzigingen, tenzij een andere datum is vastgesteld. 4. In geval van tegenstrijdigheid tussen dit Reglement en het Tuchtreglement, prevaleert dit Reglement. 5. In die gevallen waarin dit Reglement niet voorziet, is het Tuchtreglement van toepassing. 6. In die gevallen waarin dit Reglement alsmede het Tuchtreglement niet voorzien beslist de Tuchtcommissie of, in hoger beroep, de Commissie van Beroep.
KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2015), pagina 18
K
O N I N K L I J K E
N
E D E R L A N D S E
S
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 9 (ALGEMENE VERGADERING 30‐04‐2015)
VOORSTEL WIJZIGING TUCHTREGLEMENT ARTIKEL HUIDIGE TEKST ARTIKEL 1 ALGEMEEN 1.3 ‐‐ (NIEUW)
NIEUWE TEKST
IN WERKING PER
In afwijking van lid 1, geschiedt in geval van 30‐04‐2015 overtreding van het Tuchtreglement Seksuele Intimidatie, de tuchtrechtspraak krachtens dat Tuchtreglement Seksuele Intimidatie.
K
O N I N K L I J K E
N
S
E D E R L A N D S E
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 11 (ALGEMENE VERGADERING 30‐04‐2015)
BESTUURSVERKIEZING: In 2015 zijn aftredend: Naam Functie Mevrouw G.H.M. Lejeune Voorzitter District 3 De heer E.J.W. van Berkom Voorzitter District 4 De heer J.M. Mesman Voorzitter ad interim District 2 1. Mevrouw G.H.M. Lejeune, voorzitter van District 3 en dientengevolge lid van het Algemeen Bestuur, is aftredend en stelt zich herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur stelt voor aan de Algemene Vergadering om mevrouw Lejeune te herkiezen als lid van het Algemeen Bestuur en voorzitter van District 3 voor een volgende termijn van 3 jaar. 2. De heer E.J.W. van Berkom, voorzitter van District 4 en dientengevolge lid van het Algemeen Bestuur, is aftredend en stelt zich herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur stelt voor aan de Algemene Vergadering om de heer Van Berkom te herkiezen als lid van het Algemeen Bestuur en voorzitter van District 4 voor een volgende termijn van 3 jaar. 3. De heer J.M. Mesman, voorzitter ad interim van District 2 en dientengevolge lid van het Algemeen Bestuur, is aftredend maar stelt zich niet herkiesbaar. Het Algemeen Bestuur stelt voor aan de Algemene Vergadering om de heer ir. F.H.B. van Eck te benoemen tot voorzitter District 2. De heer Van Eck is op dit moment penningmeester van het KNSA District 2 en lid van de Schietsportvereniging Robin Hood in Woerden. De heer Van Eck is 50 jaar, woonachtig in Zeist. De heer Van Eck zal dan de termijn van de heer Mesman overnemen en is derhalve aftredend in 2018.
K
O N I N K L I J K E
N
E D E R L A N D S E
S
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 12 (ALGEMENE VERGADERING 30‐04‐2015)
VOORSTEL BENOEMING TUCHTCOMMISSIE De Tuchtcommissie is voor het laatst benoemd in de Algemene Vergadering van 2012 en bestaat uit de volgende leden: ‐ De heer mr. C.A.W.M. Fiscalini ‐ De heer dr. A.F.M. Schaapherder ‐ De heer J. van Vliet De zittingstermijn van 3 jaar is inmiddels (2015) verstreken. De heren Fiscalini, Schaapherder en Van Vliet hebben zich allen herkiesbaar gesteld voor een volgende termijn. Het Algemeen Bestuur stelt u derhalve voor om de Tuchtcommissie in zijn geheel te herbenoemen voor de volgende periode van 3 jaar. De Tuchtcommissie zal dan per 30 april 2015 bestaan uit: ‐ De heer mr. C.A.W.M. Fiscalini ‐ De heer dr. A.F.M. Schaapherder ‐ De heer J. van Vliet
K
O N I N K L I J K E
N
S
E D E R L A N D S E
C H I E T S P O R T
A
S S O C I A T I E
BIJLAGE BIJ AGENDAPUNT 13 (ALGEMENE VERGADERING 30‐04‐2015)
VOORSTEL BENOEMING LEDEN COMMISSIE VAN BEROEP De Commissie van Beroep wordt benoemd in de Algemene Vergadering en een aantal leden daarvan zullen jaarlijks worden herbenoemd volgens het rooster van aftreden: Naam Functie Aftredend in De heer W.P. Boers Lid 2015 De heer mr. H. Voskuil Lid 2015 De heer drs. A.L. van Raalten Lid 2016 De heer mr. R.J. Bloemendaal Voorzitter 2017 De heer mr. G.A.E.M. van Zinnicq Bergmann Lid 2017 Volgens het rooster van aftreden, zijn in 2015 twee leden van de Commissie aftredend, te weten de heer W.P. Boers en de heer mr. H. Voskuil. Beide personen stellen zich herkiesbaar. * Het Algemeen Bestuur stelt de Algemene Vergadering voor de heer W.P. Boers als lid (voorzitter) van de Commissie van Beroep te herbenoemen voor een volgende termijn van drie jaar. * Het Algemeen Bestuur stelt de Algemene Vergadering voor de heer mr. H. Voskuil als lid van de Commissie van Beroep te herbenoemen voor een volgende termijn van drie jaar.