Algemeen
Doorliggen voorkomen
www.catharinaziekenhuis.nl
Patiëntenvoorlichting:
[email protected] ALG008 / Doorliggen voorkomen / 07-08-2013
2
Doorliggen voorkomen Als u lang in bed moet liggen of als u lang aaneengesloten in een (rol)stoel zit, dan krijgt uw huid het zwaar te verduren. Er komt vooral druk op stuit, hielen en heupen. Bij het zitten komt de grootste druk op de zitbeenderen. Op deze plaatsen kunt u last krijgen van rode plekken. Deze rode plekken kunnen blaren worden en er kunnen zelfs wonden ontstaan. Dit probleem noemen we doorliggen, ofwel decubitus.
Doorliggen is een vervelend en vaak pijnlijk probleem dat langdurige gevolgen kan hebben voor uw herstel. Het is niet altijd te voorkomen, maar het risico van doorliggen kan wel verkleind worden door het nemen van een aantal maatregelen. In deze folder wordt beschreven wat u zelf kunt doen om doorliggen te voorkomen. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan hier beschreven.
Hoe ontstaan doorligplekken?
Doorliggen treedt op als de huid te lang onder druk staat. Die druk ontstaat wanneer u veel in één houding zit of ligt. De doorbloeding van de huid wordt minder door dat de bloedvaatjes dicht worden gedrukt. Dit heeft tot gevolg dat de huid minder zuurstof en voeding krijgt. Hierdoor gaan cellen dood en daardoor ontstaan doorligwonden. Doorliggen kan ook ontstaan door schuiven. Bijvoorbeeld door het onderuitzakken in een stoel of bed.
Wanneer heeft u meer kans op decubitus U heeft meer kans op doorliggen als u: • bedlegerig of (rol)stoelgebonden bent; • niet in staat bent om zelf te gaan verliggen/verzitten. De kans op doorliggen is groter als u bovendien: • lijdt aan gevoelsstoornissen;
3
• incontinent bent (last hebt van ongewild verlies van urine of ontlasting); • overmatig transpireert; • moeite heeft met eten en drinken; • een ‘verlaagd bewustzijn’ heeft, waardoor u minder goed kunt reageren op signalen van uw lichaam, zoals pijn; • diabetes heeft.
Wat kunt u zelf doen om decubitus te voorkomen?
• Zorg voor een schone, droge en gladde onderlaag om op te zitten of te liggen. Probeer kreukels en kruimels in bed te voorkomen. • Zorg voor een goede houding in uw bed of stoel; wanneer u langzaam onderuit zakt komen er wrijfkrachten op de huid. Die kan daardoor stuk gaan. • Leg een kussen onder uw onderbenen, zodat uw hielen de onderlaag niet raken; • Gebruik drie keer per dag een volwaardige en gevarieerde maaltijd. Als dit niet lukt, neem dan verspreid over de dag meerdere kleine porties. Geeft het eten problemen of heeft u geen eetlust, bespreek dit dan met uw verpleegkundige of diëtist. • Drink voldoende vocht, minimaal 1,5 liter per dag. • Als u een erg droge huid heeft, kunt u een huidcrème of huidolie gebruiken. • Als u veel in een stoel zit, ga dan minstens één keer per half uur verzitten door uzelf op te drukken met uw armen op de leuning van de stoel.
• Als u bedlegerig bent, wissel dan regelmatig van ligging. Draai gemiddeld één keer in de 3 á 4 uur van de ene zij op de andere 4
zij, op de rug of eventueel op de buik. Vraag hier zo nodig hulp bij aan de verpleegkundige. Maak daarbij ook gebruik van de ring die gewoonlijk boven uw bed hangt. Als bij u géén ring boven uw bed hangt, is deze bewust verwijderd omdat u deze vanwege uw ziektebeeld niet mag gebruiken. • Wanneer u incontinent bent voor urine of ontlasting dan is het belangrijk om eens in de twee uur het incontinentieverband te verwisselen. • Ga nooit op een wond liggen of zitten. • Inspecteer iedere dag uw huid. Heeft u een rode plek die niet weg gaat als u erop drukt, of heeft u steeds pijn op dezelfde plaats, waarschuw dan zonder aarzelen uw verpleegkundige. U kunt zelf veel doen om doorliggen of het erger worden daarvan te voorkomen. Het is raadzaam om met uw verpleegkundige te bespreken wat de beste mogelijkheden voor u persoonlijk zijn. De verpleegkundige kan, als dit nodig is, een speciaal bed of zitkussen voor u regelen om zo doorliggen te voorkomen. Ook kan deze als het nodig is, de diëtist of de decubitus-verpleegkundige inschakelen.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stel deze dan aan uw verpleegkundige.
5
6
7
Michelangelolaan 2 – 5623 EJ Eindhoven Postbus 1350 – 5602 ZA Eindhoven