Aanvraagformulier Subsidieregeling Schone Scheepvaart Stadsregio Arnhem Nijmegen Stadsregio Arnhem Nijmegen heeft op 21 november 2013 de subsidieregeling Schone Scheepvaart Stadsregio Arnhem Nijmegen vastgesteld. De subsidieregeling heeft als doel om de luchtkwaliteit in de regio Arnhem Nijmegen te verbeteren door het stimuleren van schonere scheepvaart. Partijen die investeren in maatregelen die de stikstof (NOx) uitstoot van de scheepvaart vermindert kunnen aanspraak maken op subsidie. De subsidieregeling Schone Scheepvaart Stadsregio Arnhem Nijmegen is leidend. U gebruikt dit aanvraagformulier om een subsidieaanvraag in te dienen. Op 6 en 31 januari 2014 zijn er dialoogmomenten waarop u als geïnteresseerde uw plannen vertrouwelijk kunt bespreken. U dient hiervoor een afspraak te maken via
[email protected].
Subsidieaanvrager: Projecttitel: Datum:
te
1 A. Subsidieaanvrager A1. Rechtspersoon Organisatie Naam: Telefoonnummer: Faxnummer: E-mail adres: Website: Contactpersoon Naam en voorletters: Dhr/Mevr: Titel: Functie bij het project: Telefoonnummer: Mobiel nummer: E-mailadres: A2. Adresgegevens Postadres Postbus: Straat en huisnummer: Postcode: Verblijfsadres Straat en huisnummer: Postcode:
Plaats:
Plaats:
A3. Overige gegevens subsidieaanvrager 1. Is subsidieaanvrager ingeschreven bij de Kamer van Koophandel? Indien ja:
Nee Ja
Inschrijvingsnummer: Code Bedrijfsindeling (BIK): Voeg uittreksel van het handelsregister bij.
2.
Is subsidieaanvrager betrokken bij een samenwerkingsverband voor dit project?
Nee Ja Voeg kopie samenwerkingsovereenkomst bij. (zie voor een format samenwerkingsovereenkomst bijlage 2)
A4. Bankgegevens subsidieaanvrager IBAN-nummer: Tenaamstelling rekening: Onder vermelding van: Voeg kopie bankverklaring bij.
2 A5. Correspondentieadres (Penvoerder) Alleen invullen indien de correspondentie via een penvoerder verloopt. Voeg in dat geval wel een machtiging toe waarin de penvoerder door de subsidieontvanger dan wel alle deelnemers is gemachtigd tot het voeren van de correspondentie. Indien sprake is van een samenwerkingsverband dient deze machtiging onderdeel uit te maken van het samenwerkingsovereenkomst (zie format bijlage 2). Organisatie Naam: Telefoonnummer: Faxnummer: E-mail adres: Website: Contactpersoon Naam en voorletters: Dhr/Mevr: Titel: Functie bij het project: Telefoonnummer: Mobiel nummer: E-mailadres: Adresgegevens Postadres Postbus: Straat en huisnummer: Postcode: Plaats:
A6. Deelnemers Samenwerkingsverband Indien de aanvraag door een samenwerkingsverband wordt ingediend vermeldt u hieronder de overige deelnemers van het samenwerkingsverband. De definitie van een klein- en middelgroot bedrijf is weergeven in de artikelsgewijze toelichting van de subsidieregeling. Naam: Bent U ondernemer in de zin van :
kleinbedrijf middelgrootbedrijf grootbedrijf nee geen ondernemer
adres: woonplaats: Inschrijvingsnummer: Code Bedrijfsindeling (BIK): Naam: Bent U ondernemer in de zin van:
adres:
kleinbedrijf middelgrootbedrijf grootbedrijf nee geen ondernemer
3 woonplaats: Inschrijvingsnummer: Code Bedrijfsindeling (BIK): Naam: Bent U ondernemer in de zin van:
kleinbedrijf middelgrootbedrijf grootbedrijf Nee geen ondernemer
adres: woonplaats: Inschrijvingsnummer: Code Bedrijfsindeling (BIK):
B. PROJECTGEGEVENS B1.
B2.
Geplande startdatum: Geplande einddatum: Doorlooptijd
maanden Startdatum: datum waarop de projectactiviteiten starten en de eerste kosten zijn/worden gemaakt. Einddatum: datum waarna geen (subsidiabele) kosten meer gemaakt en betaald mogen worden aangaande het project. Doorlooptijd: de periode tussen start- en einddatum is de doorlooptijd.
Doelstelling van het project:
Doelgroep(en): Geef in het kort weer wat de doelstelling van het project is en geef aan op welke doelgroep(en) het project zich richt. B3.
Korte beschrijving van de projectactiviteiten
Geef een korte opsomming van de aard van de activiteiten die in het kader van (het subsidiabele deel van) het project uitgevoerd worden. Als bijlage dient het totale projectvoorstel te worden bijgevoegd.
4
B. PROJECTGEGEVENS B4.
Bijdrage van het project aan de verbetering van de luchtkwaliteit
De mate van besparing in NOx in [absoluut aantal invullen] gram reductie per ton/km en/of [absoluut aantal invullen] gram reductie per ton/draaiuur die wordt gerealiseerd binnen de stadsregio. De besparing bedraagt [aantal invullen] procent ten opzichte van de nul-situatie.
Geef een korte omschrijving over de manier waarop het project bijdraagt aan de doelstellingen van de subsidieregeling.
C. FINANCIËN C1. Kostenbegroting van het project 1. Kunt u de BTW op dit Ja project verrekenen ? Nee Gedeeltelijk Zo nee of gedeeltelijk, dan dient u dit aan te tonen door vermelding van de wettelijke grondslag dan wel door overlegging van een verklaring van de belastingdienst of uw accountant. Indien nee of gedeeltelijk zijn de kosten voor de niet verrekenbare BTW subsidiabele kosten. Deze tabel geeft een overzicht van alle projectkosten. U wordt verzocht alleen de opgegeven kostensoorten te gebruiken. Zorg ervoor dat deze begroting aansluit bij die in het projectvoorstel. De kostenbegroting moet in het projectvoorstel kwantitatief worden onderbouwd. Als er voor de onderbouwing offertes, bestekken beschikbaar zijn dienen deze als bijlage met deze aanvraag te worden meegestuurd. C2. Projectbegroting Projectkosten exclusief BTW Kosten aanschaf machines, apparatuur en productiemiddelen Kosten gebruik machines en apparatuur van deelnemer Kosten verbruikte materialen en hulpmiddelen kosten financiële transacties Reis-, verblijfs- en verletkosten Overige kosten aan derden verschuldigd Niet verrekenbare BTW Promotie en publiciteit
AF: Opbrengsten vanuit het project
Bedragen in EURO
5
Totale kosten C3. Financieringsplan project In het financieringsplan wordt een overzicht gegeven van alle financiers en de daarbij behorende financieringsbedragen van het project. Per financier kunt u aangeven om welk percentage van de dekking het gaat. Indien de financieringsbijdrage bestaat uit een vast bedrag (niet afhankelijk van de werkelijke kosten) dan dient U dat erbij aan te geven. De gevraagde bijdrage is de subsidie die gevraagd wordt. Financiering projectkosten
Percentage
Bedragen in EURO
a. b. c. d. e. Subtotaal financiering Gevraagde bijdrage Totale financiering = bedrag uit de kostenbegroting
C4.
Is voor het project al eerder subsidie aangevraagd en/of verstrekt ?
100 %
Nee Ja
Indien ja, graag toelichten: C5.
De subsidieaanvrager verklaart dat de financiers akkoord zijn met deze aanvraag en dat hun bijdrage bij de start van het project is toegezegd Indien nee, graag toelichten:
Nee Ja
Bewijzen van de toegezegde financiering vermeld onder de posten a t/m e, dienen als bijlage bij de aanvraag worden meegestuurd. Let op! Indien u als aanvrager ook medefinancier bent dient voor deze financiering ook het bewijs worden meegestuurd.
D. STAATSSTEUN D1.
Heeft uw organisatie in de afgelopen drie belastingjaren € 200.000,- of meer aan publieke middelen ontvangen?
Nee Ja Namelijk:
Euro
Publieke middelen kunnen bijvoorbeeld zijn: verstrekte garanties of middelen tegen niet-markt conforme voorwaarden; verlichting van financiële lasten voor specifieke bedrijven; door decentrale overheden uitgevoerde werkzaamheden zoals het bouwen van infrastructurele voorzieningen, waarvan het directe openbare belang discutabel is en die een voordeel
6 opleveren voor bepaalde bedrijven. Het kan ook gaan om verkoop van grond of gebouwen voor lagere prijzen dan de marktprijs en nog veel meer. Indien antwoord op bovenstaande vraag “Nee” is dient u een Deminimis-verklaring bij te voegen zie bijlage 3) Indien “Ja” kunt u slechts een beperkt percentage aan meerkosten voor subsidie in aanmerking laten komen. Zie hiervoor de subsidieregeling. E. OVERIGE WETTELIJKE VEREISTEN E1. Vergunningen en ontheffingen Zijn er vergunningen, ontheffingen en/of andere wettelijke goedkeuringen vereist voor dit project?
Vergunning/ontheffing
Nee Ja Geef in onderstaande tabel aan welke vereiste vergunningen en/of ontheffingen nodig zijn voordat met de uitvoering van het project mag worden aangevangen. Hierbij kan gedacht worden aan: bodemsaneringen, vergunningen Wet Milieubeheer, Milieu Effect Rapportages etc. Indien de vergunning of ontheffing nog niet is afgegeven wordt bij “datum afgegeven”, de datum ingevuld waarop de beschikking wordt verwacht. Vermeld de instantie die de vereiste goedkeuring geeft en het kenmerk waaronder deze is afgegeven. Datum afgegeven
Afgegeven onder kenmerk
F. ONDERTEKENING F1. Verklaring Ondergetekende verklaart: dat alle gegevens in het aanvraagformulier en de bijlagen naar waarheid te hebben ingevuld; zich te houden aan de voorwaarden en verplichtingen, zoals bepaald in de subsidieregeling Schone Scheepvaart Stadsregio Arnhem Nijmegen en de Algemene Subsidieverordening Stadsregio Arnhem Nijmegen. er van op de hoogte te zijn dat de subsidieaanvrager c.q. subsidieontvanger zelf verantwoordelijk is en blijft voor het verkrijgen van de noodzakelijke vergunningen en dat schade voortvloeiend uit het niet verkrijgen daarvan voor rekening zijn van de subsidieontvanger; zich verantwoordelijk en aansprakelijk voor een goed verloop van de activiteiten in het kader van het project, de naleving van de voorwaarden die in de regelgeving zijn vastgelegd en de nakoming aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen; bevoegd te zijn voor het indienen van de subsidieaanvraag; bereid te zijn alle gewenste informatie te verschaffen aan functionarissen die door de subsidieverstrekker daartoe zijn aangewezen; niet in surseance van betaling of in staat van faillissement te zijn.
7
F2. Ondertekening Aldus naar waarheid ingevuld en ondertekend
Plaats
Datum
Naam
Functie:
Handtekening:
8
BIJLAGE 1 Checklist mee te zenden bijlagen bij de aanvraag 1 Plan van aanpak De aanvraag dient altijd vergezeld te gaan van een plan van aanpak waarin de activiteiten die u gaat uitvoeren zijn beschreven. Een format is beschikbaar op http://www.degroenekracht.com/projecten/schone-scheepvaart. 2 Statuten Indien de aanvrager c.q. de subsidieontvanger een privaatrechtelijk rechtspersoon is (stichting, vereniging of vennootschap). 3 De laatst opgemaakte jaarrekening als bedoeld in artikel 361 van het Burgerlijk Wetboek, dan wel de balans en de staat van baten en lasten en de toelichting daarop of, indien deze bescheiden ontbreken, een verslag over de financiële positie op het moment van de aanvraag (n.v.t. indien de aanvrager een overheidsorgaan is). De aanvraag dient altijd vergezeld te gaan van bescheiden waaruit de financiële positie van de aanvrager c.q. subsidieontvanger blijkt. 4 Uittreksel uit het handelsregister 5 6
7 8 9
10
Bankverklaring: een ongeldig gemaakt bankrekeningafschrift of ander bewijsstuk waaruit blijkt dat u de rekeninghouder bent van de opgegeven rekening. Kopie samenwerkingsovereenkomst Indien aanvrager c.q. subsidieontvanger betrokken is bij een samenwerkingsverband voor het project. Zie voor het format bijlage 2. een machtiging voor de penvoerder Indien de correspondentie via een penvoerder verloopt. Belastingverklaring of accountantsverklaring afgegeven door RA of AA accountant Indien U (gedeeltelijk) niet verrekenbare BTW als subsidiabele kosten opvoert) Onderbouwing kostenbegroting – deze onderbouwing dient te worden opgenomen in het plan van aanpak. De kostenbegroting moet in het projectvoorstel kwantitatief worden onderbouwd. Als er voor de onderbouwing offertes, bestekken beschikbaar zijn dienen deze als bijlage met deze aanvraag te worden meegestuurd. Bewijzen van toegezegde financiering. De aanvraag dient altijd vergezeld te gaan van bewijs waaruit blijkt dat de financiering van het project gedekt is. Indien u zelf ook medefinancier bent moet ook van deze financiering een bewijs c.q. een verklaring worden meegestuurd.
11
De-minimis verklaring: Teneinde aan te tonen dat aan de de-minimis plichten wordt voldaan verzoeken wij U een overzicht van ontvangen overheidsbijdragen in de 2 voorliggende afgesloten jaren en het lopende jaar bij te voegen en een ondertekende de-minimis verklaring. Een format is bijgevoegd in bijlage 3.
9
BIJLAGE 2 – Format samenwerkingsovereenkomst SAMENWERKINGSOVEREENKOMST DE ONDERGETEKENDEN: 1. …………………. gevestigd…………………………….., ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar directeur de heer/mevrouw ……………, hierna te noemen: “………” 2. …………………… gevestigd aan de ………………………………. ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar zakelijk directeur de heer/mevrouw ………………….., hierna te noemen: “….” Voornoemde contractanten individueel ook genoemd als “ Partij” en gezamenlijk als “ Partijen” OVERWEGENDE DAT: -
Partijen wensen samen te werken op het gebied van de ontwikkeling van ……………….., en willen op dit gebied een gezamenlijk Project uitvoeren met de titel “………………………………….”, zoals beschreven in de hieronder genoemde ………. subsidieaanvraag, hierna aangeduid als: "het Projectplan";
-
Partijen voor de financiering van het Project een subsidieaanvraag willen indienen in het kader van de regeling Schone Scheepvaart Stadsregio Arnhem Nijmegen
-
Partijen wensen te voorkomen dat derden onbedoeld kunnen beschikken over de Achtergrondinformatie en Resultaten;
-
Partijen zich akkoord verklaren met de uitvoering van het Project onder de voorwaarden gesteld in deze overeenkomst en zich zullen conformeren aan de voorwaarden die door de subsidiegever zijn gesteld;
VERKLAREN TE ZIJN OVEREENGEKOMEN; 1. 1.1 1.2 1.3 1.4
DEFINITIES “Omzet”: de totale jaarlijkse bruto omzet zonder aftrek van enige kostenpost hoe ook genaamd; “Projectplan”: Beschrijving van het doel, werkwijze, fasering en beoogde projectresultaten in de ……….. subsidieaanvraag. “Project”: Uitvoering, van werkzaamheden in het kader van deze overeenkomst, zoals beschreven in het Projectplan. “Resultaten”: Alle tijdens dit Project door een of meerdere Partijen verkregen en/of ontwikkelde informatie, gegevens, materialen, knowhow/kennis, werkwijzen/technieken, expertise, tussentijdse en /of eindresultaten.
10 2. SAMENWERKING 2.1 Doel van de samenwerking tussen Partijen is het uitvoeren van het Project zoals omschreven in het Projectplan met inachtneming van de daarin aangegeven tijdsplanning. 2.2 Partijen verplichten zich te goeder trouw te zullen samenwerken en al hetgeen naar letter en geest met deze Overeenkomst in strijd is, te zullen nalaten. 2.3 Elke Partij is verplicht haar aandeel in het Project tijdig en met inachtneming van de overeengekomen technische specificaties uit te voeren. 2.4 Partijen komen overeen dat de Algemene Voorwaarden van Partijen uitdrukkelijk worden uitgesloten. 3. PENVOERDERSCHAP EN MACHTIGING TOT INDIENING VAN DE SUBSIDIEAANVRAAG 3.1 Partijen verklaren zich akkoord dat ………… als penvoerder en projectcoördinator van het Project optreedt en mede namens hen de aanvraag in het kader van de ……..-regeling indient en de correspondentie voert. 3.2 Elke Partij draagt haar eigen kosten zoals vermeld is in het Projectplan en zal de kosten over hun aandeel in het project op de door de subsidieregeling voorgeschreven wijze verantwoorden. 4. ORGANISATIE EN WERKPROCEDURES 4.1 Partijen benoemen een projectleider welke verantwoordelijk is voor de uitvoering van haar eigen aandeel in het Project en de integratie met de activiteiten van de andere partij. De projectleiders vormen gezamenlijk het project coördinatieteam, onder voorzitterschap van de projectcoördinator ……………….. Tot de taken van het projectcoördinatieteam behoort onder meer: - het beleggen van voortgangsbesprekingen; - het leveren van een bijdrage aan het opstellen en verdelen van rapporten. Tot de taak van de penvoerder behoort het opstellen en indienen van integrale voortgangsrapporten. 5. RESULTATEN EN EXPLOITATIE 5.1 Alle t.b.v. het Project ter beschikking gestelde bestaande of buiten het Project om ontwikkelde informatie, gegevens, materialen, know-how/kennis, werkwijzen/technieken en bedrijfsinformatie, hierna te noemen “Achtergrond Informatie”, zijn en blijven (intellectueel) eigendom van c.q. behoren toe aan uitsluitend de partij, die deze ter beschikking zal hebben gesteld. Partijen zullen zodanige informatie, gegevens, materialen, know-how/kennis, werkwijzen/technieken, expertise daartoe op herkenbare wijze markeren. 5.2 De Resultaten inclusief mogelijke daarop rustende intellectuele eigendomsrechten zijn in eerste instantie eigendom van de Partij die de Resultaten genereert. 5.3 Partijen zullen elkaar tijdig over en weer informeren over hun vorderingen bij de uitvoering van het Project en elkaar alle relevante Resultaten, meedelen. 5. 4. Iedere Partij heeft het recht de Resultaten, die door een andere Partij bij de uitvoering van het Project zijn verkregen, te gebruiken binnen het kader van de uitvoering van het Project, doch zal die Resultaten niet voor enig ander doel gebruiken. 5.5 Partijen zullen elkaar, indien mogelijk en wenselijk, in de gelegenheid stellen voor de uitvoering van het Project gebruik te maken van elkaars expertise en faciliteiten onder redelijke daaraan door de dienstverlenende Partij te verbinden vergoedingen en voorwaarden. 6. GEHEIMHOUDING Elke Partij zal de aan haar door een andere Partij in het kader van de uitvoering van deze Overeenkomst ter beschikking gestelde informatie en Resultaten, hierna te noemen “Geheime Informatie”, geheimhouden en niet gebruiken voor enig ander doel dan voor de uitvoering van het Project. Deze verplichting geldt voor een periode van 5 (vijf) jaar vanaf het einde van het Project en niet voor zover:
11 a. de Geheime Informatie reeds in het bezit is van de ontvangende Partij op het moment dat de Geheime Informatie aan die Partij wordt verstrekt; b. de Geheime Informatie van algemene bekendheid is of wordt, zonder dat dit het gevolg is van enig verwijtbaar handelen of nalaten van de ontvangende Partij. c. de Geheime Informatie op rechtmatige wijze door de ontvangende Partij wordt verkregen van een derde, dan wel uit eigen onderzoek zonder dat daarbij op enigerlei wijze gebruik wordt gemaakt van de Geheime Informatie.
7. RISICO’S EN AANSPRAKELIJKHEID 7.1. Elke Partij is verantwoordelijk voor de uitvoering van dat deel van het Project, dat volgens het Projectplan door de betrokken Partij dient te worden uitgevoerd. 7.2 Schade welke door een Partij wordt geleden als gevolg van wanprestatie van een andere Partij komt voor rekening van die andere Partij, evenwel met dien verstande dat de Totale Aansprakelijkheid van die andere Partij zal zijn beperkt tot haar aandeel in de kosten van het Project. 7.3 Voor schade welke één der Partijen lijdt door toepassing of gebruik van door een andere Partij bij de uitvoering van het Project verkregen Resultaten is die andere Partij niet aansprakelijk, tenzij er sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van die andere Partij. 7.4 Elk der Partijen vrijwaart elke andere Partij voor alle aanspraken van derden uit hoofde van door deze derden geleden schade voortvloeiende uit de toepassing of het gebruik van Resultaten welke door de eerstgenoemde Partij aan die derden ter beschikking zijn gesteld, tenzij er sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van een andere Partij. 8. DUUR 8.1 Deze Overeenkomst wordt gesloten op de datum van ondertekening door Partijen onder opschortende voorwaarde dat de in het kader van de PiD-regeling aangevraagde subsidie verleend wordt, en wordt aangegaan voor de duur van het Project, zijnde ….. jaar. 9. BEËINDIGING 9.1. Indien een Partij besluit de samenwerking te beëindigen, dan wel enige wezenlijke verplichting uit deze Overeenkomst niet nakomt en ook binnen een periode van zestig (60) dagen na ingebrekestelling door één der andere Partijen niet nakomt, vervallen al haar rechten uit deze Overeenkomst en heeft de andere Partij het recht deze Overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst bij aangetekende brief 'jegens die Partij te beëindigen met onmiddellijke ingang. 9.2. Indien een Partij in staat van faillissement wordt verklaard of indien aan een Partij surseance van betaling wordt verleend, dan wel indien (een) daartoe strekkende aanvra(a)ge(n) is (zijn) ingediend, vervallen al haar rechten uit deze Overeenkomst en heeft de andere Partijen het recht deze Overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst bij aangetekende brief jegens die Partij te beëindigen met onmiddellijke ingang. 9.3. Na beëindiging als bedoeld in de vorige leden van dit artikel wordt de uitvoering van het Project door de overblijvende Partij, voor zover deze daartoe in staan is, voorgezet. De Partij jegens wie de Overeenkomst is beëindigd, is –voor zover dat mogelijk is in faillissementverplicht alle Resultaten, waaronder relevante bescheiden, tekeningen en informatie met betrekking tot haar aandeel in de uitvoering van het Project, aan de overblijvende Partij over te leggen, opdat het Project zoveel mogelijk overeenkomstig de oorspronkelijke planning kan worden uitgevoerd. Tevens zal de overblijvende Partij gerechtigd zijn de Achtergrond Informatie verder voor het Project te gebruiken. 10. ALGEMEEN 10.1 De Overeenkomst en de Bijlagen kunnen slechts bij onderlinge schriftelijke overeenstemming van beide Partijen worden gewijzigd. 10.2 Het is geen der Partijen toegestaan haar rechten en verplichtingen onder deze Overeenkomst over te dragen aan een derde zonder de uitdrukkelijke toestemming van de andere Partijen.
12 10.3
Die bepalingen welke naar hun aard bedoeld zijn ook na de beëindiging van deze Overeenkomst van kracht te blijven zullen alsdan onverminderd van kracht blijven. Dit geldt met name voor artikel 5 en 6.
11. RECHT EN GESCHILLEN 11.1 Op deze Overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing. 11.2 Alle Geschillen die uit of naar aanleiding van de uitvoering van deze overeenkomst voortvloeien, zullen partijen eerst op minnelijke wijze trachten op te lossen. 11.3 Alle Geschillen die mochten ontstaan naar aanleiding van de onderhavige Overeenkomst, dan wel van nadere overeenkomsten die daarvan het gevolg zijn, zullen worden beslecht door de bevoegde rechter te ……………...
Aldus overeengekomen en in …..-voud ondertekend,
………………. ,
De heer/mevrouw ………………….
Datum
…………………,
De heer/mevrouw………………….
Datum
13 BIJLAGE 3 – Format De-minimisverklaring
Verklaring de-minimissteun Verklaring in het kader van het verlenen van de-minimis steunbedragen als bedoeld in de de-minimis verordening (PbEU 2006, L 379). Aanbevolen wordt om voor het invullen van deze verklaring eerst de toelichting in de bijlage van dit formulier te lezen. Deze verklaring bestaat uit twee pagina’s. De bijlage bestaat uit drie pagina’s. Aanbevolen wordt om zorgvuldig te controleren of alle pagina’s aanwezig zijn. Verklaring Hierbij verklaart ondergetekende, dat aan de hierna genoemde onderneming, evenals aan het eventuele gehele moederconcern, waartoe de onderneming behoort, o
geen de-minimissteun is verleend. - Over de periode van het huidige belastingjaar en de twee voorgaande belastingjaren heeft uw onderneming niet eerder de-minimissteun ontvangen.
o
wel de-minimissteun is verleend maar voor andere kosten dan die waarvoor u nu steun vraagt. - Over de periode van het huidige belastingjaar en de twee voorgaande belastingjaren heeft uw onderneming eerder de-minimissteun ontvangen voor andere kosten tot een totaal bedrag van € . Indien deze optie op u van toepassing is dient u een kopie waaruit het verlenen van de steun blijkt mee te sturen.
o
wel de-minimissteun is verleend voor dezelfde kosten als die waarvoor u nu steun vraagt. - Over de periode van het huidige belastingjaar en de twee voorgaande belastingjaren heeft uw onderneming eerder de-minimissteun ontvangen voor dezelfde kosten tot een totaal bedrag van € . Indien deze optie op u van toepassing is dient u een kopie mee te sturen, waaruit het verlenen van de steun blijkt.
o
eerder andere steun is verleend voor dezelfde kosten als die waarvoor u nu steun vraagt. - Voor dezelfde in aanmerking komende kosten is reeds staatssteun verleend tot een totaal bedrag van € . Deze staatssteun is verleend op grond van een vrijstellingsverordening, kaderregeling, beschikking, of besluit van de Europese Commissie op … … … Indien deze optie op u van toepassing is, dient u een kopie mee te sturen, waaruit het verlenen van de steun blijkt.
14 Aldus volledig en naar waarheid ingevuld door: …………………………………………………………………………………
(Bedrijfsnaam)
…………………………………………………………………………………
(Inschrijfnummer KvK)
………………………………………………………………………………… functie)
(Naam
…………………………………………………………………………………
(Adres onderneming)
…………………………………………………………………………………
(Postcode en plaatsnaam)
………………………………..(datum)………………………………….
(Handtekening)
functionaris
en
15
Toelichting verklaring de-minimissteun Deze toelichting dient als hulpmiddel bij het invullen van de de-minimisverklaring. Aan de toelichting kunnen geen rechten worden ontleend. De ‘Verordening betreffende de toepassing van de artikelen 1 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun’ (PbEU 2006, L 379) is bepalend . 1. De de-minimisverordening en staatssteun 2 3 Wanneer overheden steun aan ondernemingen willen verlenen kan deze steun ervoor zorgen dat de concurrentieverhoudingen worden verstoord. Omdat dit ongunstig kan zijn voor het handelsverkeer stelt het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU) beperkingen aan de mogelijkheden om steun te geven (artikel 107 en 108 VWEU). In de de-minimisverordening heeft de Europese Commissie verklaard dat steunmaatregelen (zoals subsidieverlening) tot een bepaalde drempel het handelsverkeer tussen de lidstaten niet ongunstig beïnvloeden en de mededinging niet vervalsen en daarom niet beschouwd worden als staatssteun in de zin van het VWEU. Deze drempel is gesteld op een bedrag van € 200.000,- (€ 100.000,- voor ondernemingen in de sector wegvervoer). Dit bedrag geldt per onderneming over een periode van drie belastingjaren. Steun die genoemde drempelbedragen niet overschrijdt, wordt aangemerkt als ‘deminimissteun’. Deze verklaring is nodig voor de overheden om na te gaan of bij de steunverlening aan uw onderneming aan de eisen van de de-minimisverordening is voldaan. Door middel van deze verklaring geeft u aan dat met de huidige subsidieverlening aan uw onderneming de steundrempels niet worden overschreden. 2. Op wie is de regeling van toepassing De de-minimisverordening kan gebruikt worden voor kleine, middelgrote of grote ondernemingen in alle sectoren in heel Nederland. De de-minimisverordening mag echter niet worden toegepast indien de steun in één van de volgende sectoren valt: - Steun aan ondernemingen die in moeilijkheden verkeren - Steun aan ondernemingen die actief zijn in de visserijsector - Steun aan ondernemingen die actief zijn in de kolenindustrie 4 - Steun aan ondernemingen die landbouwproducten produceren. - Exportsteun of steun waarbij binnenlandse producten worden bevoordeeld ten opzichte van ingevoerde producten - Steun aan ondernemingen voor de aanschaf van vrachtwagens. 1
Voor de sector van de primaire productie van landbouwproducten is Verordening. 1535/2007 van de Commissie van 20 december 2007 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op deminimissteun in de landbouwproductiesector bepalend. Voor de sector visserij is het de-minimisplafond vastgesteld bij Verordening 875/2007 van 24 juli 2007 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun in de visserijsector en tot wijziging van Verordening 1860/2004. 2 Een overheidsinstantie kan zowel de centrale overheid, de provincie, de gemeente of een waterschap betreffen. 3 Een onderneming in Europeesrechtelijke zin is een eenheid die een economische activiteit uitoefent. Een economische activiteit is het aanbieden van goederen en diensten op de markt. De rechtsvorm van deze eenheid of de wijze waarop zij wordt gefinancierd is hierbij niet van belang. Daarbij kunnen zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke rechtspersonen een onderneming vormen. Dat er geen winstoogmerk is (zoals bij een stichting) is niet relevant. 4 Voor bedrijven die actief zijn op het gebied van verwerking en afzet van landbouwproducten geldt de deminimisregeling alleen als: de steun niet is vastgesteld op basis van de prijs of hoeveelheid van de landbouwproducten die van primaire producenten worden gekocht of die door de betrokken ondernemer op de markt worden gebracht of wanneer de steun afhankelijk wordt gesteld van de verplichting deze steun geheel of ten dele aan primaire producenten door te geven.
16
3. Toelichting bij de verklaring Het formulier heeft betrekking op vier situaties: 1. uw onderneming, evenals het gehele eventuele moederconcern, heeft gedurende het huidige en de twee voorafgaande belastingjaren in het geheel geen de-minimissteun ontvangen, 2. uw onderneming, evenals het gehele eventuele moederconcern, heeft gedurende het lopende en de twee voorafgaande belastingjaren de-minimissteun ontvangen voor andere kosten dan waarvoor u op dit moment steun vraagt. Opgeteld bij het bedrag van de huidige subsidieverlening wordt echter het bedrag van € 200.000,-- niet overschreden. 3. uw onderneming, evenals het gehele eventuele moederconcern, heeft gedurende het lopende en de twee voorafgaande belastingjaren de-minimissteun ontvangen voor dezelfde kosten als waarvoor u op dit moment steun vraagt, of 4. uw onderneming, evenals het gehele eventuele moederconcern, heeft voor dezelfde kosten die in aanmerking komen voor de huidige subsidie andere vormen van staatssteun ontvangen. Een onderneming wordt als ‘zelfstandig’ beschouwd indien deze niet voor 25% of meer van het kapitaal of van de stemrechten in handen is van één onderneming of van verscheidene verbonden 5 ondernemingen gezamenlijk. Als uw onderneming niet als een zelfstandige onderneming kan worden aangemerkt dan dient voor de bepaling van de hoeveelheid ontvangen steun ook rekening te worden gehouden met de steun verstrekt aan het gehele moederconcern waartoe uw onderneming behoort. Wat zijn andere vormen van steun Mogelijk heeft uw onderneming voor dezelfde kosten die in aanmerking komen voor de huidige deminimissteun reeds andere steun ontvangen. Hierbij kan gedacht worden aan steun die door de Europese Commissie is goedgekeurd of binnen het toepassingsgebied van een groepsvrijstellingsverordening valt. Het totaalbedrag van deze staatssteun en de andere ontvangen staatssteun mag de maxima niet overschrijden die op basis van het relevante besluit van de Europese Commissie of groepsvrijstellingsverordening zijn toegestaan. Als u twijfelt of bepaalde steun die u hebt ontvangen goedgekeurde of vrijgestelde steun is, kunt u hierover contact opnemen met de overheid of uitvoeringsinstantie van wie u de steun heeft ontvangen. 4. Invullen Vul de vragen in die van toepassing zijn. Vul alle bedragen in euro’s in. Rond de bedragen af op hele euro’s. Het is niet relevant in welke vorm of voor welk doel de steun is verleend. Evenmin is van belang of de steun wel of niet daadwerkelijk is uitbetaald. Alle bedragen die dienen te worden gebruikt bij het invullen van de verklaring, zijn brutobedragen vóór aftrek van belastingen. Behalve om subsidieverlening kan het daarbij gaan om leningen tegen gunstige voorwaarden, de verkoop van grond tegen een lagere prijs dan de marktwaarde, vrijstellingen, verlagingen of kwijtschelding van directe of indirecte belastingen, garant- of borgstelling etcetera. Het gaat daarbij niet alleen om steun die u hebt ontvangen van het Rijk, maar ook om steun die u heeft ontvangen van andere overheidsinstanties. Europese subsidies dienen ook te worden meegerekend. Het tijdstip waarop de steun aan uw onderneming wordt geacht verleend te zijn is het tijdstip waarop uw onderneming een wettelijke aanspraak op de steun verwerft. Dit betekent concreet de datum waarop voor uw onderneming de juridische aanspraak op het voordeel is ontstaan, zoals de beschikking tot subsidieverlening of het aangaan van een lening of borgstelling).
5
Zie ook de Aanbeveling van de Europese Commissie van 6 mei 2003 PbEU L 124 van 20 mei 2003.
17 5. Het bewaren van gegevens De Europese Commissie kan onrechtmatige steun nog gedurende tien jaar na de verlening terugvorderen. De mogelijkheid bestaat dan ook dat de Europese Commissie naderhand bij (de) Nederland(se overheidsinstantie) nog informatie opvraagt over hoe de steun is besteed om na te kunnen gaan of er wellicht sprake is van onrechtmatige steun. De overheidsinstantie van wie u de steun heeft ontvangen kan – indien zij zelf niet over die informatie beschikt - in een dergelijk geval aan u vragen om documenten waarmee kan worden aangetoond dat de steun besteed is aan die activiteiten waarvoor deze is verleend. Het gaat daarbij dan om documenten die u op grond van de 6 algemene administratie- en bewaarverplichting voor ondernemers moet bewaren. Let op! Het is belangrijk om zorgvuldig na te gaan of in uw geval de steundrempel niet wordt overschreden. Immers bij overschrijding van de drempel kan geen beroep meer worden gedaan op de de-minimis verordening. Handelen in strijd met de staatssteunregels uit het VWEU kan in het ergste geval leiden tot terugvordering van de verleende steun! Uiteraard vult u alléén de rubriek(en) in die op uw situatie van toepassing is/zijn. Vergeet u vooral niet om de bijlage(n) bij te sluiten!
6
Artikel 2:10, lid 1, BW (rechtspersonen) en artikel 3:15i BW (ondernemingen en vrije beroepsbeoefenaren).