1 2 3 4
5 6 7 8 9 10 11 12
13 14
15
16
17
18 19 20
21 22 23
NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD IN ZITTING OP 16 AUGUSTUS 2012. VISMIJNREGLEMENT. HERVASTSTELLING. ............................................................................2 VASTSTELLING BEGROTINGSREKENING EN JAARREKENING DIENSTJAAR 2011. ........10 BUDGETWIJZIGING NRS 1 EN 2 DIENSTJAAR 2012. ............................................................10 AKTENAME BESLUIT VAN DE GOUVERNEUR VAN WEST-VLAANDEREN BETREFFENDE DE DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE JAARREKENING 2010 VAN DE GEMEENTE NIEUWPOORT. ...............................................................................................11 RETRIBUTIE OP HET GRAVEREN VAN HET RIJKSREGISTERNUMMER OP AANGEKOCHTE SLEUTELHANGERS. ....................................................................................12 VASTSTELLING OPCENTIEMEN OP DE ONROERENDE VOORHEFFING AANSLAGJAAR 2013. ................................................................................................................12 AANVULLENDE GEMEENTEBELASTING OP DE PERSONENBELASTING AANSLAGJAAR 2013. ................................................................................................................13 RETRIBUTIE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STADSBUS, TER BESCHIKKING GESTELD AAN DE GEMEENTESCHOOL, DOOR ANDERE SCHOLEN. ................................13 BELASTING OP HET ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN. ...........................................15 BRANDVEILIGHEID – TE BETALEN VOORSCHOT DOOR DE GEMEENTEN MET ZCENTRA – DIENSTJAAR 2007- GEMEENTEREKENING 2006. ..............................................16 OCMW. ADVIES JAARREKENING DIENSTJAAR 2011. ..........................................................17 ONTWERPAKTE VAN ERFPACHTRECHT STAD NIEUWPOORT/ VLAAMSE VERVOERMAATSCHAPPIJ DE LIJN BETREFFENDE SPOORVERNIEUWING – INPLANTING HALTE ST. BERNARDUSPLEIN – ELISALAAN. ................................................17 VERKOOP RESTGROND JACHTHAVENWIJK 2DE FASE. DESAFFECTATIE GROND. .......18 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN TENMINSTE DRIE ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – ANNULATIE AANBESTEDING – INTREKKING RAADSBESLUIT DD. 24 NOVEMBER 2011. .....................18 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN DRIE ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – ANNULATIE AANBESTEDING – INTREKKING RAADSBESLUIT DD. 5 JULI 2012. ....................................20 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN DRIE ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – GOEDKEURING. .....20 BOUWAANVRAAG TOT HET VERNIEUWEN VAN DE ZEEDIJK TUSSEN LOODSWEZENPLEIN-HENDRIKAPLEIN EN KINDERLAAN EN MEEUWENLAAN GELEGEN LOODSWEZENPLEIN-HENDRIKAPLEIN-KINDERLAAN-MEEUWENLAAN, KADASTRAAL GEKEND NIEUWPOORT 2° AFD., SECTIE D, NR. 0000 (DOSS. 2012/36). .....................................................................................................................................24 GEMEENTELIJK STEDENBOUWKUNDIG REGLEMENT ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN. ...............................................................................................................26 SUBSIDIEREGLEMENT ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN. ......................................29 BEVORDERINGEN BIJ DE VRIJWILLIGE BRANDWEER: VACANT VERKLAREN VAN DE PLAATSEN VAN ADJUDANT - SERGEANT – KORPORAAL EN AANSTELLEN JURY VOOR HET AFNEMEN VAN DE SPORTPROEVEN. ................................................................32 CAPACITEITSBEPALING BASISSCHOOL DE PAGAAIER. .....................................................33 TOEGEVOEGD PUNT RAADSLID ROGER HOUVENAEGHEL. ..............................................34 VRAGEN RAADSLEDEN ...........................................................................................................35
NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD IN ZITTING OP 16 AUGUSTUS 2012. Tegenwoordig:
Roland Crabbe, Burgemeester-Voorzitter; Rik Lips, Geert Vanden Broucke, Greet Ardies-Vyncke, Els Filliaert-Vanlandschoot, Kris Vandecasteele, Schepenen; Frans Lefevre, OCMW-Voorzitter; Xavier Braet, Bernard Maenhoudt, Christiane Viaene, Roland Woestijn, Patricia Markey-Deconinck, Karin Debruyne-Vancoillie, Adina Counye, Noël Van Damme, Roger Houvenaeghel, Maurice Bellefroid, An Gobert, Raadsleden; Benoit Willaert, Secretaris; Verontschuldigd: Philip Rathé, Ronny Declerck, Anna Ovyn, Raadsleden; De Voorzitter zich verzekerd hebbende dat de raad overeenkomstig art. 26 van het gemeentedecreet wettelijk is samengesteld verklaart de zitting voor geopend en openbaar. Bij toepassing van art. 27 van het gemeentedecreet is het raadslid verboden deel te nemen aan de bespreking en de stemming over aangelegenheden waarbij hij een rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij als vertegenwoordiger, of waarbij de echtgenoot, of bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Deze onverenigbaarheid geldt tevens voor de vaststelling of goedkeuring van de jaarrekening van een instantie waaraan hij rekenschap verschuldigd is of waarvan hij tot het uitvoerend orgaan behoort. Overeenkomstig art. 33 van het gemeentedecreet werden de notulen van de gemeenteraadszitting dd. 5 juli 2012 ter inzage gelegd acht dagen voor de zitting.
1
VISMIJNREGLEMENT. HERVASTSTELLING.
De Raad, Gelet op het verslag van de dienst landbouw en visserij dd. 1 augustus 2012 houdende voorstel tot het uitvaardigen van een nieuw vismijnreglement; Gelet op art. 42, 43 en 252 van het gemeentedecreet; Gelet op de raadsbesluiten dd. 2 juli 1975, 7 november 1989, 13 februari 1990 en 24 juni 1994 houdende vaststelling van de politieverordening op de vismijn; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 25 juni 2012 houdende goedkeuring van het voorstel aan de gemeenteraad om over te gaan tot de goedkeuring van het voorstel dd. 11 juni 2012 van een nieuw vismijnreglement; Gelet op de volgende adviezen betreffende het voorstel van nieuwe reglementering: - het departement Landbouw en Visserij, dienst Zeevisserij dd. 16 februari 2012 en 5 april 2012; - de dienst Maritieme Dienstverlening en Kust dd. 17 februari 2012; - de Nieuwpoortse reders, in de hoorzitting dd. 5 maart 2012; - de kopers op de Nieuwpoortse vismijn in de hoorzitting dd. 6 maart 2012; - de producentenorganisatie Rederscentrale dd. 9 maart 2012; Gelet op de Raadsverordening (EG) nr. 1224/2009 dd. 20 november 2009 tot vaststelling van de communautaire controleregeling die de naleving van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen; Gelet op de Verordening (EU) nr. 401/2011 houdende uitvoering van de verordening 1124/2009; Gelet op het koninklijk besluit dd. 22 december 2005 tot vaststelling van de aanvullende maatregelen voor de organisatie van de officiële controles van voor de menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong; Overwegende dat gelet op de bovenvermelde reglementeringen de politieverordening op de vismijn dient aangepast te worden;
-blz
3
Overwegende dat het nieuw reglement tevens de volgende zaken regelt in het licht van de werking van het nieuwe verkoopsysteem: - de gewone en contractuele voorafname van de aangelande vis; - aankopen van de aangelande vis via bod op het ICT pre – bid verkoopsysteem. BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Begripsomschrijvingen: in dit vismijnreglement worden de volgende begripsbepalingen gehanteerd, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld: Aanlanden: aanbieden van vis voor de eerste maal op de handelsmarkt, dit onder meer in uitvoering van art. 16 van het koninklijk besluit dd. 22 december 2006 tot vaststelling van aanvullende maatregelen voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong. Aanvoerder: (rechts)persoon die vis via de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te koop aanbiedt. Afslaan: openbaar verkopen van vis door bemiddeling van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort, al dan niet met gebruikmaking van een veilsysteem. Afslager: afslagmedewerker, belast met het afslaan van een bepaalde partij vis. Beheerder van het netwerk: bedrijf, instantie of gemeentelijke dienst daartoe aangeduid door het college van burgemeester en schepenen. Contractuele voorafname: voorafname voor bijzondere vissoorten of vissoorten in een bijzondere toestand, op bestelling van een geregistreerde vishandelaar aan een reder, mits daartoe toelating verleend werd door het college van burgemeester en schepenen. Deze overeenkomst tussen geregistreerde vishandelaar te Nieuwpoort en de reder wordt dus gemaakt voorafgaand de visvaart. Geregistreerde handelaar: handelaar die ingeschreven is in de Kruispuntbank van de Ondernemingen als vishandel, tot waarborg van de goede uitvoering van zijn verbintenissen een geldsom in borg heeft gegeven aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort of de door de gemeente aangeduide beherende instantie. Gewone voorafname: de toegelaten hoeveelheid tot gewone voorafname bedraagt max. 25 % van een aangevoerde hoeveelheid per aanvoerder en per soort. De overeenkomst wordt gesloten tussen een geregistreerde handelaar en reder na de aanvoer. Koper: geregistreerde handelaar, (rechts)persoon, of zijn vertegenwoordiger, die vis koopt door middel van de bemiddeling van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Naambrief van de koper: label minstens vermeldende de letter, nummer en naam van het schip van aanvoer het lotnummer van de verkochte vis, datum aankoop en naam van de koper. Ophouden: de verkoop van een bepaalde partij vis doen staken. Ophoudprijs: van te voren vastgestelde minimum prijs waartegen vis verkocht mag worden. Prebid systeem: kenbaar maken door een geregistreerde handelaar door middel van het verkoopsysteem van de intentie om een lot of een artikel in de opgegeven hoeveelheid aan de door deze opgegeven prijs aan te kopen. Schouwen: de mogelijkheid tot bezichtiging van vis alvorens deze wordt afgeslagen. Sorteren: indelen van vis in klassen en soorten volgens handelskenmerken en gebruiken. Sorteerders: door het college van burgemeester en schepenen toegelaten natuurlijke en/of rechtspersonen die zich bezighouden met sorteren. Stukstal van de garnaal: aantal garnalen van de soort Cragnon cragnon in één kilogram. Thuiskoper: de koper die buiten de mijnzaal met de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is verbonden en die vis via een thuiskoopsysteem, koopt. Verkoop: het door middel van afslaan, al dan niet verbonden aan een “thuiskoopsysteem”, of anderszins verkopen van vis door bemiddeling van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Verkoop in kwaliteitsblokken: verkoop in blok van gelijkaardige visproducten van verschillende vaartuigen en/of verschillende veilingen. Vis: alle vis en visproducten, schaal- en schelpdieren. Stedelijke Vismijn Nieuwpoort: de instelling die zich bezighoudt in opdracht van het college van burgemeester en schepenen met bemiddeling bij de verkoop van vis en daarmee verband houdende handelingen of een gedeelte daarvan. Hierbij oefent de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort het beheer uit over de aangeboden vis, zonder de eigenaar ervan te worden.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
Art.2.-
Art.3.-
4
Vismijn gebouw: gedeelten van het gebouw Kaaiplein 2 Nieuwpoort, die gebruikt wordt door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Vissershaven: het gedeelte van de haven van Nieuwpoort op de linkeroever, tussen het Kattesas en de Lange Brug. Zeefsel: resultaat van doorval van de garnalen bij het zeven overeenkomstig de door de producenten-organisatie "Rederscentrale" vastgestelde norm voor de grootte van de garnalen. Aanlanden van vis: het is verboden in Nieuwpoort vis aan te landen voor commerciële doeleinden op andere plaatsen dan op de linkerhavenoever van de havengeul, tussen de Lange Brug en het Kattesas. Beheer: 1. De dagelijkse en algemene leiding van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is in handen van de directeur. 2. Bij afwezigheid van de directeur wordt hij vervangen door diens plaatsvervanger, aangewezen volgens de interne organisatie van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort, op wie gedurende de vervanging alle bevoegdheden op grond van dit reglement overgaan. 3. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd nadere regels te stellen, onder meer door vaststelling van een “huishoudelijk reglement”, ter aanvulling van dit reglement.
Art.4.-
Algemeen: 1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen, opdrachten en rechtsbetrekkingen en op alle door bemiddeling van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort tot stand gebrachte of tot stand te brengen overeenkomsten. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort, de aanvoerders, de vervoerders, de kopers, de sorteerders en de overige in of bij de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort werkzame zijn ertoe gehouden de geldende regels uitgevaardigd door de bevoegde Overheid of overheidsinstellingen stipt in acht te nemen. Voorts zijn de genoemde (rechts)personen gebonden aan alle vanwege de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort bekend gemaakte voorschriften. 3. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort heeft tot doel het bemiddelen bij het tot stand komen van overeenkomsten tussen aanvoerders en kopers van vis, alsmede het voor rekening van aanvoerder en/of koper uitvoeren van daarmee verband houdende handelingen. 4. Door het geven van een bemiddelingsopdracht en/of door gebruik te maken van de diensten van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort worden deze Algemene Voorwaarden geacht zonder enig voorbehoud te zijn aanvaard. 5. De aanvoerder is verplicht op een door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te bepalen wijze mededeling te doen van zijn voornemen vis ter verkoop aan te bieden. De wijze van aanmelding kan door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort worden gewijzigd en is op aanvraag te verkrijgen. 6. De aanvoerder zal door de enkele aanvoer van vis geacht worden aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort opdracht tot verkoop daarvan te hebben verleend. Zonder toestemming van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is het verboden vis die éénmaal ter verkoop is aangeboden geheel of gedeeltelijk aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te onttrekken. 7. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is bevoegd ten aanzien van de wijze van aanlanden /of de verpakking (waaronder begrepen kisten en tubs waarin vis wordt aangevoerd) nadere eisen te stellen. 8. De aanvoerder is gehouden de door hem aangevoerde vis te voorzien van een voldoende identificatie als voorgeschreven in de toepasselijke voorschriften van de bevoegde overheid en/of zoals door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort voorgeschreven. 9. De aanvoerder draagt er voor zijn rekening en risico zorg voor dat de vis tot aan de losplaats in het vismijngebouw wordt gebracht. De aanvoerder is verantwoordelijk en aansprakelijk voor de door of namens hem aangevoerde vis totdat deze is (af)geleverd aan de koper. De vis verandert van eigenaar bij het sluiten van de koop. Hierbij oefent de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort het beheer uit over de aangeboden vis, zonder de eigenaar ervan te worden
Art.5.-
Rechten en verplichtingen van de aanvoerder:
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
5
Art.6.-
1. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort aanvaardt enkel visproducten die voor een eerste keer worden aangeboden op de handelsmarkt, doch afwijkingen kunnen toegestaan worden door het college van burgemeester en schepenen. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is niet gehouden de aangevoerde vis te verkopen indien blijkt dat niet is voldaan aan de door de bevoegde overheidsinstanties gestelde regels. 3. De aanvoerder is gehouden in het vismijngebouw gebruik te maken van de diensten van de door het college van burgemeester en schepenen aangewezen sorteerders, tenzij de vis volgens de daarvoor geldende regels deugdelijk aan boord gesorteerd voorafgaandelijk wordt aangevoerd. Rechten en verplichtingen van de koper:
Art.7.-
1. Onverminderd de rechten en verplichtingen die voor de koper voortvloeien uit andere artikelen van dit reglement en/of uit door de bevoegde overheidsinstanties gestelde regels geldt het bepaalde in dit artikel. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort beslist of een koper vis kan kopen via de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Als koper wordt slechts toegelaten diegene die: a. tot waarborg van de goede uitvoering van zijn verbintenissen geeft de koper aan de veiling of de instantie daartoe aangesteld een geldsom in pand, waarvan de omvang voor iedere koper afzonderlijk bepaald wordt door de directie. De veiling of de aangeduide instantie behoudt zich het recht voor om deze waarborg aan te passen indien zij dit nodig acht, zelfs na de levering van de goederen, indien na het tot stand komen van de koop doch vóór de integrale betaling van de prijs blijkt dat het krediet van de koper in het gedrang komt of wanneer zijn kredietwaardigheid vermindert en onder meer in volgende gevallen: de weigering bij een kredietverzekering, het vragen van betalingsfaciliteiten, protest, de vraag tot minnelijk of gerechtelijk akkoord, het beslag bij de koper op vraag van een schuldeiser, vertraging in betaling aan de RSZ, BTW, enz. Hiervoor is geen voorafgaandelijke ingebrekestelling van de koper vereist. De in dit artikel vermelde opsomming is exemplair en niet beperkend; b. is ingeschreven in het register van de Kamer van Koophandel en een origineel uittreksel van deze inschrijving heeft overgelegd. Voor buitenlandse (rechts)personen kan een uittreksel uit een vergelijkbaar buitenlands register volstaan; c. de werking van het veilsysteem kent; d. voldoet aan de voorwaarden gesteld door de beherende instantie, o.m. houder van de voorgeschreven koperskaart. 3. De koper is ermee bekend en stemt ermee in dat de door de koper aan de aanvoerder verschuldigde koopsommen ten behoeve van de aanvoerder door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort of de daartoe aangeduide instelling worden geïncasseerd. De betaling aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort dient plaats te vinden op een door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te bepalen wijze. 4. De koper is bevoegd zich door een gemachtigde (commissionair) te laten vertegenwoordigen bij het sluiten van een koopovereenkomst en alle andere daarop betrekking hebbende handelingen, mits deze machtiging schriftelijk door middel van het door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort opgestelde formulier is overeengekomen en deze machtiging vóór het sluiten van de koopovereenkomst in het bezit is van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Dit formulier vermeldt handtekening van de gemachtigde, de machtiging gever, grootte van de borgsom en de duur van de machtiging 5. Diegenen die bij de verkoop feitelijk het bod uitbrengt staat in voor de vertegenwoordigingsbevoegdheid en wordt aangemerkt als koper, ook indien hij verklaart niet voor zichzelf te hebben gekocht. Hij is (hoofdelijk) aansprakelijk voor de nakoming van de verplichtingen ten opzichte van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort en de aanvoerder. Indien diegenen die bij de verkoop feitelijk het bod uitbrengt gemachtigd een derde (koper) vertegenwoordigd, is hij niettemin, naast de vertegenwoordigde, hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van de verplichtingen ten opzichte van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort en de aanvoerder, tenzij de vertegenwoordiger uit zijn hoofdelijke aansprakelijkheid is ontslagen. 6. De koper is gehouden alle aanwijzingen van het personeel van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort op te volgen. De koper aanvaardt dat de beslissingen van of namens de directeur van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort bindend zijn. Het sorteren: 1. Het sorteren moet plaatsvinden in overeenstemming met de geldende regels uitgevaardigd door de bevoegde overheidsinstanties,
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
6
Art.8.-
2. Het sorteren van de ter veiling aangeboden – ongesorteerde - vis wordt geacht te geschieden in opdracht en voor rekening van de aanvoerder 3.Indien de vis niet gesorteerd is aan boord, mag het sorteren alleen geschieden in door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort daartoe aangewezen ruimten en door de daartoe door de het college van burgemeester en schepenen aangewezen sorteerders. 4. De gesorteerde vis dient te worden geplaatst in daartoe aangewezen (en door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort goedgekeurde) verpakkingseenheden (viskisten, tubs enz.). 5. De sorteerders bepalen in overleg met de reders de volgorde waarin de vis van de aanvoerders wordt gesorteerd. Na het sorteren dient de vis van één aanvoerder per soort een homogene partij te vormen. 6. Het college kan ten aanzien van de wijze van uitvoering van de sorteerwerkzaamheden (bij huishoudelijk reglement) nadere regels stellen. Het zeven van de garnaal:
Art.9.-
1. De volgorde en tijdstip van het zeven van de garnaal wordt bepaald bij loting. 2. Aanvoerders die om even welke reden niet kunnen laten zeven in de vastgelegde volgorde, worden opgenomen in een nieuwe loting ter bepaling van de volgorde voorafgaandelijk de bestaande volgorde. 3. Het zeefresultaat is niet betwistbaar. 4. Alle garnaal, te verkopen op de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te Nieuwpoort, dient over de Nieuwpoortse garnaalzeef te passeren. 5.Na het zeven wordt het stukstal van de gezeefde garnaal bepaald. 6.De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is verplicht het zeefsel te kraken. De aanvoerder kan onder geen beding aanspraak maken op het gekraakte zeefsel. De commercialisatie van het zeefsel dient te geschieden door de producentenorganisatie "Rederscentrale". 7.Het college kan ten aanzien van de wijze van uitvoering van de zeefwerkzaamheden nadere regels stellen bij huishoudelijk reglement. Het afslaan en (ver)kopen:
1. De aangevoerde vis wordt afgeslagen op een door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te bepalen wijze en volgorde en op door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te bepalen tijdstippen. 2. Vis die naar het oordeel van de bevoegde overheidsinstanties en/of de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort niet in deugdelijke staat verkeert wordt niet verkocht en dient op aanwijzing van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort uit het gebouw van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te worden verwijderd, voor zover de bevoegde overheidsinstanties niet tot inbeslagneming en/of vernietiging overgaan. 3. De koper die voornemens is vis te kopen via de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort wordt geacht de werking van het veilsysteem, de veilingklok, het thuiskoopsysteem, gewone voorafname, contractuele voorafname etc. te kennen. 4. Op de klok dient vermeld te worden waar de vis gesorteerd werd ( aan boord of in vismijngebouw), van de garnaal dient het stukstal na zeving vermeld te worden. 5. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is bevoegd voor de afslag van bepaalde soorten vis een minimum afnamehoeveelheid vast te stellen. 6. De door het veilsysteem, of de veilingklok aangegeven, of de elektronische dan wel de door de afslager genoemde prijs is bindend. De afslager heeft vervolgens het recht om mede op verzoek van de koper terstond de koopovereenkomst op grond van een wilsgebrek te vernietigen, ondermeer in een duidelijk geval van een kennelijke vergissing. De nadien tot stand gekomen prijs, hetzij die van het veilsysteem, veilingklok, of de elektronisch aangegeven prijs, hetzij de prijs die is genoemd door de afslager is bindend. 7. De afslager noemt of geeft op een elektronische wijze aan het aantal eenheden dat wordt afgeslagen en geeft daarbij duidelijk aan de soort en/of gewicht van de aangeboden partij, alsmede de plaats waar de vis ten verkoop gereed staat. 8. Het oordeel van de afslager dat een koopovereenkomst tot stand is gekomen is bindend. De afslager beslist of en aan wie de koop is gegund. 9. Direct na de afslag is de koper verplicht de door hem gekochte vis af te nemen op een door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te bepalen plaats. Art.10.- Verkoop in kwaliteitsblokken: op vraag van de reders kunnen partijen vis van verschillende schepen en/of verschillende veilingen samengevoegd worden. Art.11.- Thuiskoop:
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
7
1. Naast de veiling op de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort kunnen geregistreerde kopers ook thuiskopen. De doelstelling is om het mogelijk te maken vanuit een plaats, anders dan binnen de veilzaal in het vismijngebouw te kunnen aankopen. 2. De gedragsregels van het veilnetwerk voor de koper op dat netwerk worden bepaald door de beheerder van dat netwerk. 3. De koper die via een veilnetwerk vis koopt is de Thuiskoper. Art.12.- Gewone voorafname: 1. Naast de veiling op de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort kunnen geregistreerde kopers ook vis afnemen via de gewone voorafname De doelstelling is om het mogelijk te maken dat een detailhandelaar de zekerheid krijgt een beperkte hoeveelheid vis te kunnen aankopen van een bepaald schip. 2. De toegelaten hoeveelheid tot gewone voorafname bedraagt max.25% van een aangevoerde hoeveelheid per aanvoerder en per soort. 3.De overeengekomen prijs mag niet lager zijn dan de corresponderende gemiddelde dagprijs van de aangeboden soort van het aanbiedende vaartuig. 4. De contracten tot gewone voorafname dienen afgesloten en kenbaar gemaakt ten laatste een half uur voor het aanvatten van de veiling en geregistreerd door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Art.13.- Contractuele voorafname: 1. Naast de veiling op de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort kunnen geregistreerde kopers ook vis afnemen via contractuele voorafname. De doelstelling is om het mogelijk te maken dat een handelaar de mogelijkheid krijgt een bijzondere vissoort, een vissoort in een bijzondere toestand of een bijzondere hoeveelheid aan te kopen. Bedoeling is om speciale producten met geringe afzetmarkt toch op de markt te zetten of nieuwe afzetmarkten op te starten. Eén van de elementen om over te gaan tot contractuele voorafname dienen minstens innovatie of beperkte versheid of kleine afzetmarkt of specifieke afzetmarkt of vernieuwing dient hier toe de leidraad te zijn. 2. Contractuele voorafname is slechts toegelaten mits daartoe toelating verleend door het college van burgemeester en schepenen. De directeur heeft te allen tijde het recht om de contractuele voorafname te controleren. 3. De duur van de contracten voor contractuele afname mogen niet meer dan 6 maanden bedragen. 4. De contracten tot contractuele voorafname dienen afgesloten en kenbaar gemaakt en laatste 24 u voor het aanvatten van de veiling en geregistreerd door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Art.14.- Kopen via prebidsysteem: de prebid dient geplaatst te worden minstens één halfuur voor het opgegeven tijdstip van aanvang van de veiling met de klok. Art.15.- Koopovereenkomst, aflevering en levering: 1. De koopovereenkomst komt tot stand tussen de aanvoerder en de koper door de toewijzing bij de verkoop en vindt aflevering en overdracht plaats op het terrein van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. 2.De aangekochte vis mag enkel weggenomen worden na registratie van de verkoop door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort en mits voorlegging van de documenten daaromtrent. 3. De gekochte vis is vanaf het moment van aflevering of wegname voor risico van de koper. 4. De koper is gehouden ervoor zorg te dragen dat de gekochte vis uiterlijk 0,5 uren na aankoop uit het vismijngebouw is verwijderd, tenzij een opdracht tot opslag aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is gegeven. De verkochte en opgeslagen vis dient ten laatste tegen de middag na de verkoop te zijn verwijderd uit het vismijngebouw. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor de tijdelijke opslag. 5. Wanneer de koper de gekochte vis niet uiterlijk op het in het vorige lid genoemde moment heeft verwijderd (of heeft doen opslaan in de koelcel in het vismijngebouw) is hij in verzuim en is de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort (mede ter beperking van de schade) gerechtigd de vis op te slaan in de koelcel en de kosten dienaangaande aan te rekenen. 6.De pro forma afgeleverde documenten zijn enkel ten titel van informatie en kunnen bewijs geen vormen tegen de definitieve documenten. Art.16.- Klachten: 1. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort stelt de koper in staat de te verkopen vis vóór de afslag te inspecteren of te laten inspecteren. De koper wordt geacht de gekochte vis vóór de koop Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
8
grondig te hebben geïnspecteerd („geschouwd‟) of te hebben laten inspecteren en bekend te zijn met de kwaliteit en de kwantiteit van de vis. De " geschiktheid voor menselijke consumptie "wordt gecontroleerd door het daartoe aangestelde controle organisme. 2. De koper aanvaardt het gekochte in de staat waarin het zich ten tijde van de verkoop bevindt, tenzij er een aantoonbaar verschil is opgetreden tussen de kwaliteit en/of de kwantiteit van de vis en/of de opgegeven en de werkelijke hoeveelheid tussen het moment van verkoop en het moment van aflevering. Ingeval de koper meent dat het gekochte aantoonbaar niet aan koopovereenkomst voldoet dient hij zulks terstond na de aflevering aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te melden, waarna de betreffende partij zal worden gekeurd door een in overleg te bepalen persoon of instantie, waarvan een schriftelijk verslag wordt opgemaakt. De uitslag van deze keuring bindt partijen. De desbetreffende visproducten dienen in de originele verpakking te worden bediscussieerd. Bij contractuele voorafname kan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort nooit verantwoordelijk gesteld worden, de handelingen beperken zich tot de aanlandingsregistratie en de keuring van de visproducten 3. Elk recht van de koper om uit hoofde van de kwaliteit, sortering en/of de kwantiteit van de (af)geleverde vis rechten geldend te maken vervalt zodra de gekochte vis is geladen in het te bezigen vervoermiddel of de originele verkoopverpakking is verwijderd. Art.17.- Kosten en Betalingen: ALGEMEEN. 1. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort of de instantie daartoe aangesteld is bevoegd de door koper gedane betalingen eerst in mindering te brengen op verschuldigde rente en kosten en vervolgens op de openstaande facturen die het langst open staan, zelfs al vermeldt de koper dat de voldoening betrekking heeft op een latere factuur. 2. De beherende instantie van de visveiling stelt de algemene verkoopsvoorwaarden vast, deze kunnen ten allen tijde opgevraagd worden. 3. Wanneer de koper in verzuim is, heeft de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort direct de bevoegdheid de bankgarantie van de koper te innen. SORTEER- EN ZEEFKOSTEN. 1. De aanvoerder wordt geacht toestemming te hebben gegeven aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort om het ten behoeve van de sorteerders van de aanvoerders geïnde bedrag door middel van verrekeningen met de aan de aanvoerder toekomende besomming te voldoen. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is gehouden het totaal van de aldus geïnde sorteergelden uiterlijk binnen de dertig kalenderdagen na de desbetreffende sortering aan de sorteerders op de door de sorteerders aan te wijzen bank/girorekening te voldoen, c.q. aan de rechtspersoon waaraan de sorteerders zijn verbonden, tenzij tussen sorteerders en de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort andere afspraken zijn gemaakt. 3. Indien de versheids- en grootteklasse van een homogene partij vis een afwijking vertoont van 10% van de vastgestelde indeling en de vis het afslaggebouw nog niet heeft verlaten, kunnen de betrokken sorteerders voor de hierdoor noodzakelijke hersortering van deze vis geen vergoeding in rekening brengen. Hersortering, zonder dat daar kosten voor in rekening gebracht kunnen worden, vindt tevens plaats indien de bevoegde instanties daarom verzoeken. VEILINGKOSTEN. 1. De koper is veilingkosten verschuldigd wegens het kopen van vis via de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. 2. De aanvoerder van vis is aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort (veiling)kosten verschuldigd wegens het verkopen van vis via de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort, 3 De veilingkosten worden betaald door middel van verrekening met de aan de aanvoerder toekomende besomming, tot welke verrekening de aanvoerder geacht wordt opdracht en toestemming aan de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort te hebben gegeven. Voor zover de veilingkosten niet op de besomming in mindering kunnen worden gebracht worden zij aan de aanvoerder in rekening gebracht door middel van een factuur. VEILINGOPBRENGST. De aan de aanvoerder toekomende besomming bestaat uit de opbrengst van de verkoop van de betreffende partij vis, verminderd met de (veiling)kosten, heffingen en belastingen welke de aanvoerder krachtens dit reglement en krachtens voorschriften van de bevoegde overheidsinstanties verschuldigd is, één en ander zoals door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort gespecificeerd te vermelden op de uitbetalingsstaat (besommingbrief, paaibrief). BESOMMING.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
9
1. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is gehouden het netto bedrag vermeld op de uitbetalingsstaat (besommingbrief, paaibrief)) binnen tien weekdagen na verkoop van de betreffende partij vis aan de aanvoerder te voldoen. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort kan niet-betaling door de koper niet aan de aanvoerder tegenwerpen. Art.18.- Gebruik van kisten en materialen: 1. Er kunnen door de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort naar behoefte op de vloer viskisten ter beschikking worden gesteld voor de schouwing. 2. De viskisten zijn en blijven eigendom van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Het is de gebruiker verboden de viskisten aan derden ter beschikking te stellen, behoudens schriftelijke toestemming van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort. Art.19.- Handhaving van de orde: 1. De directeur van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort is belast met de handhaving van de orde in en om vismijngebouw en de vissershaven. 2. Een ieder die zich op het terrein van de Vissershaven of in het vismijngebouw bevindt is verplicht onmiddellijk gevolg te geven aan de bevelen of aanwijzingen, die door of namens de directeur van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort in het belang van de orde worden gegeven en zich voorts te onthouden van iedere rechtshandeling die mogelijk schade zou kunnen toebrengen aan goederen van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort en/of derden. Art.20.- Afvalbehandeling en verwijdering: 1. Afval en zwerfvuil voortkomende van visserijactiviteiten of de werking van de veiling dienen verwijderd te worden overeenkomstig: - het raadsbesluit d.d. 12 december 2002 houdende vaststelling van de politieverordening op het aanbieden en inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen, gewijzigd bij raadsbesluiten dd. 30 januari 2003 en 8 mei 2003; - het raadbesluit d.d. 29 oktober 2009 houdende goedkeuring van het plan voor de ontvangst en verwerking van scheepsafval van de vissershaven in uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 17 december 1997. 2. De nodige maatregelen dienen getroffen teneinde te verhinderen dat de havengeul en het kaaiplein bezoedeld wordt door achterlaten van afval. Art.21.- Toegang tot de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort: 1. Enkel personen in het bezit van de door het FAVV voorgeschreven gezondheidsverklaring hebben toegang tot de schouwzaal, sorteerruimte, zeefruimte en koelcellen in het vismijngebouw. 2. De Stedelijke Vismijn Nieuwpoort heeft het recht om aanvoerders, vervoerders, kopers en andere personen de toegang tot het vismijngebouw voor bepaalde of onbepaalde tijd te ontzeggen, indien de betrokkenen zich, ook na een waarschuwing, niet houden aan de vanwege de bevoegde overheidsinstanties gestelde regels, het in dit reglement gestelde, aan nader gestelde regels of aanwijzingen van de directeur. 3. Het is niet toegestaan in het vismijngebouw: - zich te bevinden met (brom)fietsen of (motor) voertuigen, met honden, of andere levende dieren andere dan vis; - te roken, te spuwen of overlast te veroorzaken. Art.22.- Geschillen: 1. Indien tussen bij de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort betrokken partijen een geschil ontstaat, dienen partijen hun geschil eerst aan de Directeur van de Stedelijke Vismijn Nieuwpoort voor te leggen die in eerste instantie zal trachten het geschil in der minne op te lossen. 2. Indien het geschil daarmee nog niet is opgelost, is uitsluitend bevoegd de Rechter van het arrondissement Veurne. Art.23.- Ingangsdatum: alle artikelen treden in werking op 1 oktober 2012. Art.24.- De raadsbesluiten dd. 2 juli 1975, 7 november 1989, 13 februari 1990 en 24 juni 1994 houdende vaststelling van de politieverordening op de vismijn worden opgeheven bij de inwerkingtreding van dit besluit. Art.25.- Kennis van dit besluit te geven aan de dienst Landbouw & Visserij, de reken- en belastingdienst en de wd. ontvanger.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
10
Bij de behandeling van dit punt vraagt raadslid Maenhoudt wat er wezenlijk verandert ten opzichte van het huidige reglement. Schepen Vandecasteele antwoordt dat het nieuwe reglement een neerslag is van de huidige manier van werken waarbij rekening gehouden wordt met moderne vormen van veilen (voorafname, contractvisserij,…)
2
VASTSTELLING BEGROTINGSREKENING EN JAARREKENING DIENSTJAAR 2011.
De Raad, Gelet op het verslag van de wd. stadsontvanger dd. 1augustus 2012 ref. RD/2012/IDB/49 betreffende de jaar- en begrotingsrekening dienstjaar 2011; Gelet op art. 96 en 240 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op art. 42, 43, 174, 252 en 253 § 1-11° van het gemeentedecreet; Gelet op het koninklijk besluit dd. 2 augustus 1990 houdende het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit, inzonderheid op art. 72 tot 79; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 6 augustus 2012 houdende nazicht en verificatie van de jaarrekening dienstjaar 2010 overeenkomstig art. 78 van het Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; Overwegende dat de raadsleden, overeenkomstig art. 147 van het gemeentedecreet de rekening dienstjaar 2011 samen met het verslag werden overgelegd op 1 augustus 2012; Overwegende dat de stadsrekening over het dienstjaar 2011 als volgt sluit: ontvangsten uitgaven saldo
gewone dienst 62.325.144 25.506.993 35.818.150
buitengewone dienst 35.084.608 30.354.718 4.729.889
BESLUIT BIJ DERTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel) BIJ VIER ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene, Noël Vandamm, Maurice Bellefroid, An Gobert): Art.1.-
De begrotings- en jaarrekening dienstjaar 2011 zoals voorgesteld door het college van burgemeester en schepenen dd. 6 augustus 2012 goed te keuren.
Art.2.-
De begrotingsrekening en jaarrekening dienstjaar 2011 vast te stellen op hoger genoemde bedragen.
Art.3.-
De rekening, na publicatie, samen met de bewijsstukken over te leggen aan de heer Gouverneur van de Provincie.
Art.4.-
Kennis van dit besluit te geven aan de wd. financieel beheerder.
3
BUDGETWIJZIGING NRS 1 EN 2 DIENSTJAAR 2012.
De Raad, Gelet op het voorstel tot wijziging aan de stadsbegroting 2012 nr. 1 en 2 gewone en buitengewone dienst; Gelet op art. 238,244 en 259 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op art. 28,145,148,150,157 en 253 § 1-2° van het nieuwe gemeentedecreet; Overwegende dat de raadsleden, overeenkomstig art. 148 van het nieuwe gemeentedecreet de ontwerpen van de begrotingswijziging nr. 1 en 2, dienstjaar 2012 werden overgelegd op 1 augustus 2012;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
Overwegende dat de begroting 2012, na de wijzigingen, sluit als volgt: -ontvangsten eigen dienstjaar: -verhogingen: -verlagingen: -ontvangsten eigen dienstjaar na wijziging -uitgaven eigen dienstjaar: -verhogingen: -verlagingen: -uitgaven eigen dienstjaar na wijziging -ontvangsten vorige jaren na wijziging -uitgaven vorige jaren na wijziging: -ontvangsten overboekingen na wijziging -uitgaven overboekingen na wijziging -geraamd begrotingsresultaat van het dienstjaar na wijziging: -geraamd algemeen resultaat van de begrotingsrekening van het vorig jaar: -geraamd algemeen begrotingsresultaat:
Gewone dienst
11
Buitengewone dienst
27.072.705,00 429.061,00 0,00 27.501.766,00 28.818.899,00 596.304,00 52.041,00 29.363.162,00 634.272,00 1.250.784,00 0,00 10.005.000,00 -12.482.908,00
28.652.190,00 6.233.186,00 139.040,00 34.746.336,00 40.776.278,00 9.333.732,00 2.377.315,00 47.732.695,00 0,00 140.904,00 10.005.000,00 0,00 -3.122.263,00
33.032.590,00
3.272.367,00
20.549.682,00
150.104,00
BESLUIT BIJ DERTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel) BIJ VIER ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene, Noël Vandamm, Maurice Bellefroid, An Gobert): Art.1.-
De begrotingswijziging nrs. 1 en 2 gewone en buitengewone dienst, dienstjaar 2012, worden vastgesteld zoals in de ontwerpen voorzien.
Art.2.-
Deze begrotingswijziging wordt aan de heer Gouverneur van de Provincie overgelegd.
4 AKTENAME BESLUIT VAN DE GOUVERNEUR VAN WEST-VLAANDEREN BETREFFENDE DE DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE JAARREKENING 2010 VAN DE GEMEENTE NIEUWPOORT. De Raad, Gelet op het besluit van de gouverneur van West-Vlaanderen dd. 1 augustus 2012 betreffende de definitieve vaststelling van de jaarrekening 2010 van de gemeente Nieuwpoort; Gelet op de bijlage bij het besluit van de Gouverneur van West-Vlaanderen dd. 20 juli 2012 betreffende de definitieve vaststelling van de jaarrekening 2010 van de gemeente Nieuwpoort; Gelet op art. 43-3°, 175 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op het raadsbesluit dd. 24/10/2011 houdende vaststelling van de jaarrekening 2010; Gelet op art. 15 van het decreet dd. 28 april 1993 dat bepaalt dat de rekeningen binnen een termijn van 20 dagen nadat ze zijn vastgesteld naar de gouverneur en de Vlaamse Regering moet verstuurd worden; Gelet op art. 17 van het decreet dd. 28 april 1993 dat bepaalt dat de gemeenteraad en de ontvanger kunnen beroep instellen bij de Vlaamse regering tegen deze beslissing binnen een termijn van dertig dagen ingaande de dag na het versturen van het besluit; Overwegende dat de jaarrekening 2010 is ingekomen op 09 november 2011 bij de Administratieve Binnenlandse Aangelegenheden, Afdeling West-Vlaanderen; Overwegende dat akte dient genomen van het besluit van de gouverneur van West-Vlaanderen dd. 20 juli 2012 betreffende de definitieve vaststelling van de jaarrekening 2010; BESLUIT BIJ ZEVENTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel):
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
Art.1.-
Akte te nemen van het besluit van de gouverneur van West-Vlaanderen dd. 20 juli 2012 betreffende de definitieve vaststelling van de jaarrekening 2010 van de gemeente Nieuwpoort.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan de wd. financieel beheerder.
12
5 RETRIBUTIE OP HET GRAVEREN VAN HET RIJKSREGISTERNUMMER OP AANGEKOCHTE SLEUTELHANGERS. De Raad, Gelet op het verslag van de dienst belastingen dd. 17 juli 2012 ref. DB/484:58/RB/2012-895 betreffende het vestigen van een retributie op het graveren van het rijksregisternummer op aangekochte sleutelhangers met de vermelding ‘Gevonden? Breng mij naar de politie’; Gelet op art. 42, 43 en 253 § 1 van het gemeentedecreet; Overwegende dat de dienst veiligheid en preventie voorgedrukte sleutelhangers aankocht met de vermelding ‘Gevonden? Breng mij naar de politie’; Overwegende dat in het politiebureau en op evenementen op de keerzijde van de sleutelhanger het rijksregisternummer wordt gegraveerd; Overwegende dat door het invoeren van een retributie de gemeente een gedeelte van haar kosten kan terugvorderen; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Er wordt een retributie gevestigd op het graveren van het rijksregisternummer op de aangekochte sleutelhangers met de vermelding ‘Gevonden? Breng mij naar de politie’.
Art.2.-
De retributie is verschuldigd door de aanvrager.
Art.3.-
De retributie wordt als volgt vastgesteld:
Art.4.-
- inwoners: gratis; - niet-inwoners: € 2,00. De retributie moet contant betaald worden bij de afgifte van de gegraveerde sleutelhanger.
Art.5.-
Dit besluit wordt onmiddellijk van kracht.
Art.6.-
Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.
Art.7.-
Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd veiligheid en preventie, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. financieel beheerder.
6 VASTSTELLING OPCENTIEMEN OP DE ONROERENDE VOORHEFFING AANSLAGJAAR 2013. De Raad, Gelet op het verslag van de dienst belastingen dd. 17 juli 2012 ref. DB/484.111/RB/2012-896 betreffende het vaststellen van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2013; Gelet op art. 42, 43 en 253 § 1-3° van het gemeentedecreet; Gelet op het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op art. 298 en 464-1°; Overwegende dat het noodzakelijk is, ten einde de gemeentefinanciën in evenwicht te houden opcentiemen op de onroerende voorheffing te vestigen; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van een rendabele belasting;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
13
BESLUIT BIJ VIJFTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel) BIJ TWEE ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene, Noël Van Damme): Art.1.-
Er worden voor het aanslagjaar 2013 1.700 gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing gevestigd.
Art.2.-
Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.
Art.3.-
Kennis van dit besluit te geven aan de Federale Overheidsdienst Financiën, het Agentschap Vlaamse Belastingdienst, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. financieel beheerder.
7 AANVULLENDE GEMEENTEBELASTING OP DE PERSONENBELASTING AANSLAGJAAR 2013. De Raad, Gelet op het verslag van de dienst belastingen dd. 17 juli 2012 ref. DB/484.112/RB/2012-899 betreffende het vaststellen van de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2013; Gelet op art 42, 43 en 253 § 1-3° van het gemeentedecreet; Gelet op het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op art. 465 t/m 470bis; Overwegende dat het noodzakelijk is, ten einde de gemeentefinanciën in evenwicht te houden, een aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting te vestigen; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van een rendabele belasting; BESLUIT BIJ VIJFTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel) BIJ TWEE ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene, Noël Van Damme): Art.1.-
Voor het aanslagjaar 2013 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.
Art.2.-
De belasting wordt vastgesteld op 5 % (vijf procent) van het volgens art. 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende gedeelde van de personenbelasting die aan het rijk verschuldigd is voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.
Art.3.-
De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, overeenkomstig de bepalingen vervat in de artikelen 466 e.v. van het Wetboek van inkomstenbelastingen.
Art.4.-
Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.
Art.5.-
Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd reken- en belastingdienst, de wd. financieel beheerder en de Federale Overheidsdienst Financiën.
8 RETRIBUTIE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STADSBUS, TER BESCHIKKING GESTELD AAN DE GEMEENTESCHOOL, DOOR ANDERE SCHOLEN. De Raad, Gelet op het verslag van de dienst belastingen dd. 24 juli 2012 ref. DB/484/RB/2012-939 betreffende het vaststellen van een retributie op het gebruik van de stadsbus, ter beschikking gesteld aan de gemeenteschool, door andere scholen; Gelet op art. 43 § 2 en 253 § 1-3° van het gemeentedecreet; Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
14
Gelet op het raadsbesluit dd. 29 december 2011 houdende vaststelling van de retributie op het leerlingenvervoer; Overwegende dat de gemeenteschool momenteel beschikt over een stadsbus; Overwegende dat deze momenteel wordt ingezet voor: - eigen activiteiten van de gemeenteschool. Deze worden gefinancierd met de werkingstoelage van de gemeenteschool; - vervoer op woensdagnamiddag tussen de gemeentescholen en de Stella Maris naar de kinderopvang. Hiervoor wordt het tarief van € 0,45 aangerekend volgens het retributiereglement dd. 29 december 2011 op het leerlingenvervoer. De Vierboete maakt geen gebruik van de schoolbus van de gemeenteschool; - occasionele activiteiten van de eigen diensten (jeugd/senioren). Overwegende dat de stadsbus ter beschikking gesteld aan de gemeenteschool gebruikt kan worden voor activiteiten van de andere scholen; Overwegende dat door het vestigen van een retributie de gemeente een gedeelte van haar kosten kan terugvorderen; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID BIJ ÉÉN ONTHOUDING (Bernard Maenhoudt): Art.1.-
Er wordt een retributie gevestigd op het gebruik van de stadsbus, ter beschikking gesteld aan de gemeenteschool, door andere scholen gevestigd op het grondgebied van Nieuwpoort.
Art.2.-
De stadsbus wordt met chauffeur ter beschikking gesteld aan de aanvragende school. De aanvragende school dient in te staan voor de nodige begeleiders. De chauffeur van de stadsbus kan niet meegerekend worden als begeleider.
Art.3.-
De stadsbus kan enkel ter beschikking gesteld worden als de gemeenteschool ze niet nodig heeft. Het is de buschauffeur, die via zijn dienstregeling, moet nagaan of de stadsbus vrij is. Hij dient hiervoor wel zijn overste in kennis te stellen over het gebruik van de stadsbus door een andere school. Dit kan gebeuren door nazicht van de dienstregeling van de chauffeur.
Art.4.-
De afstanden voor gebruik van de stadsbus zijn beperkt tot de omliggende gemeenten.
Art.5.-
De aanvraag voor het gebruik van de stadsbus dient minstens één maand op voorhand aangevraagd te worden, zodat tijdig kan nagegaan worden of de bus beschikbaar is voor vervoer van derden.
Art.6.-
Het gebruik van de stadsbus kan enkel door de scholen aangevraagd worden tijdens de officiële schooluren, dit ingevolge intern leerlingenvervoer. De stadsbus kan niet gebruikt worden op woensdagnamiddag, zaterdagen, zondagen, vakantie- en feestdagen.
Art.7.-
De factuur voor het gebruik van de stadsbus wordt gestuurd naar de aanvragende school.
Art.8.-
Bedrag en berekening van de retributie:
Art.9.-
- maximum aantal uren = 8u/dag; - er dient rekening gehouden met de rij- en rusttijden; - het aantal leerlingen dat vervoerd wordt is irrelevant; - kostprijs chauffeur: € 25/uur met een minimum van 4 uur; - kostprijs per km: € 1/km. Eten of drinken op de stadsbus is verboden. De begeleiders dienen dit strikt na te zien.
Art.10.- De stadsbus kan enkel occasioneel gebruikt worden tijdens de lesuren van de school. Art.11.- Deze verordening treedt in voege vanaf 1 september 2012. Art.12.- Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden. Art.13.- Kennis van dit besluit te geven aan het schoolhoofd en aan de financieel beheerder. Bij de behandeling van dit punt stelt raadslid Maenhoudt dat het reglement te beperkend is naar andere scholen toe. Zo moet het gebruik een maand op voorhand worden aangevraagd en is het gebruik beperkt tot de schooluren. Dit betekent dat de woensdagnamiddag uitgesloten is; alsook schoolreizen waarvan de thuiskomst na 16u. Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
15
De Burgemeester antwoordt dat er kan gestart worden met dit reglement en als blijkt dat er extra vraag is; dan kan het reglement worden aangepast.
9
BELASTING OP HET ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN.
De Raad, Gelet op het verslag van de dienst belastingen dd. 2 augustus 2012 ref. DB/484.562/RB/2012-981 inzake het vaststellen van de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen; Gelet op art. 42, 43 en 253 § 1-3° van het gemeentedecreet; Gelet op het decreet dd. 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd bij decreet dd. 28 mei 2010 en 17 februari 2012; Gelet op de omzendbrief dd. 10 juni 2011 van het Agentschap voor Binnenlands bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen, Financiën en Personeel, Boudewijnlaan 30 bus 70 1000-Brussel – Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit; Gelet op het raadsbesluit dd. 15 mei 2008 houdende vaststelling van de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen, gewijzigd bij raadsbesluit 21 augustus 2008 en 30 december 2010; Overwegende dat de fiscale bepalingen opgenomen worden in een belastingreglement, de overige bepalingen in een reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID BIJ ÉÉN ONTHOUDING (Roger Houvenaeghel): Art.1.-
Voor een periode eindigend op 31 december 2017 wordt een belasting geheven op het ontbreken van de nodige parkeerplaatsen bij het optrekken van nieuwe gebouwen en bij het uitvoeren van verbouwingswerken, evenals bij het wijzigingen van de bestemming van bestaande parkeerplaats(en).
Art.2.-
De belasting is verschuldigd door:
Art.3.-
- ofwel de houder van een stedenbouwkundige vergunning die niet voorziet in de aanleg van de door het reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen vereiste aantal opgelegde parkeerplaatsen; - ofwel de eigenaar indien de bestemming van de parkeerplaatsen zodanig gewijzigd wordt dat niet meer voldaan wordt aan het reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen. De belasting is verhaalbaar op de rechtsopvolgers ten algemene en ten bijzondere titel van de houder van de stedenbouwkundige vergunning. De belasting wordt vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en schepenen bij de toekenning van de stedenbouwkundige vergunning die aanleiding geeft tot het ontstaan van de ontbrekende parkeerplaatsen.
Art.4.-
De belasting is vastgesteld op € 10.000 per ontbrekende parkeerplaats.
Art.5.-
De belastingen moeten contant betaald worden, tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke aan contante betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.
Art.6.-
De belastingschuldige kan tegen deze belasting bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk en gemotiveerd worden ingediend. De indiening kan gebeuren door verzending of door overhandiging of via e-mail via het mailadres
[email protected]. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de inning van de belasting op een andere wijze dan per kohier.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
Art.7.-
Art.8.-
Art.9.-
16
Het college van burgemeester en schepenen stuurt binnen de vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstbewijs enerzijds naar de belastingschuldige en, voorkomend zijn vertegenwoordiger en anderzijds naar de financieel beheerder. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet dd. 30 mei 2008, gewijzigd bij decreet dd. 28 mei 2010 en 27 februari 2012 zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. Het raadsbesluit dd. 28 december 2006 houdende vaststelling van de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen, gewijzigd bij raadsbesluiten dd. 21 augustus 2008 en 30 december 2010, wordt opgeheven bij het van kracht worden van dit besluit. De bepalingen vervat in de reglementen op het ontbreken van parkeerplaatsen die vroeger van kracht waren, worden echter hernomen voor een periode eindigend op 31 december 2017 voor de toestanden die tijdens hun toepassings- en heffingsperiode ontstonden. Dit besluit wordt aan de Gouverneur van de Provincie overgelegd.
Art.10.- Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd stedenbouw, aan het diensthoofd rekenen belastingdienst en de wd. financieel beheerder. 10 BRANDVEILIGHEID – TE BETALEN VOORSCHOT DOOR DE GEMEENTEN MET Z-CENTRA – DIENSTJAAR 2007- GEMEENTEREKENING 2006. De Raad, Gelet op het verslag van de secretarie dd. 9 juli 2012 ref. S/CH/2012/298 betreffende het te betalen voorschot door de gemeenten met z-centra; Gelet op art. 42, 43 en 252 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet dd. 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming; Overwegende dat de gemeenten met z-centra een bepaalde vergoeding dienen te betalen aan de y-centra voor eventuele interventies ter versterking; Overwegende dat vanaf het dienstjaar 2007 – gemeenterekening 2006 de omslag van de brandweerkosten dient te gebeuren op basis van het koninklijk besluit dd. 25 oktober 2006 tot vaststelling van de normen voor de bepaling van de aanmerking komende kosten en het aandeel, bedoeld in art. 10 van de wet dd. 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming (BS 21/11/2006). Dit koninklijk besluit werd echter door de Raad van State vernietigd door haar arrest 204.782 van 4 juni 2010; Overwegende dat in afwachting van de nieuwe wetgeving de minister van Binnenlandse zaken, de Gouverneur aanraadt te werken met voorschotten. Dit heeft als voordeel dat de continuïteit in het opvragen/uitbetalen van de brandweerkosten wordt verzekerd waardoor de hinder voor de gemeenten in het opstellen of naleven van hun eigen meerjarenplanning tot een minimum beperkt blijft. Van zodra de nieuwe wetgeving er is, zullen de correcte berekeningen worden gemaakt en zal de verrekening kunnen gebeuren; Overwegende de brief van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen dd. 1 juni 2012 waarin meegedeeld wordt dat het voorschot voor de stad Nieuwpoort voor het dienstjaar 2007 – gemeenterekening 2006 € 15.855,78 bedraagt; Overwegende dat de nodige kredieten dienen te voorzien bij budgetwijziging onder art.351/435-01; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Gunstig advies te verlenen aan het te betalen voorschot van € 15.855,78 in de kosten voor de z-centra – dienstjaar 2007 – gemeenterekening 2006.
Art.2.-
Akkoord te gaan nopens de afneming van het bedrag van € 15.855,78 van de op naam geopende lopende rekening bij Belfius bank.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
Art.3.-
11
17
Kennis van dit besluit te geven aan de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen, de secretarie, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst, de wd. stadsontvanger en de brandweer.
OCMW. ADVIES JAARREKENING DIENSTJAAR 2011.
De Raad, Gelet op het verslag van de secretarie dd. 9 juli 2012 ref. S/CH/2012/301 betreffende advies van de jaarrekening 2011 van het OCMW; Gelet op art. 42, 43 en 252 § 1 van het gemeentedecreet; Gelet op de organieke wet dd. 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op art. 89 § 2; Gelet op het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn dd. 28 juni 2012 houdende goedkeuring van de jaarrekening 2011 van het OCMW; Overwegende dat de jaarrekening 2011 waarbij de geconsolideerde resultatenrekening een negatief resultaat geeft van € 1.727.043 voor de gemeentelijke dotatie en na onttrekking van de gemeentelijke dotatie een negatief resultaat € 506.871 wordt vastgesteld; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID BIJ VIJF ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene; Noël Van Damme, Maurice Bellefroid, An Gobert, Roger Houvenaeghel): Art.1.-
Geen opmerkingen te formuleren m.b.t. de jaarrekening van het OCMW dienstjaar 2011.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan de heer Gouverneur van de Provincie West-Vlaanderen, aan het OCMW Nieuwpoort en de secretarie.
12 ONTWERPAKTE VAN ERFPACHTRECHT STAD NIEUWPOORT/ VLAAMSE VERVOERMAATSCHAPPIJ DE LIJN BETREFFENDE SPOORVERNIEUWING – INPLANTING HALTE ST. BERNARDUSPLEIN – ELISALAAN. De Raad, Gelet op het verslag van de secretarie dd. 9 juli 2012 ref. S/CH/2012/302 betreffende ontwerpakte erfpachtrecht stad Nieuwpoort/Vlaamse vervoermaatschappij De Lijn voor een perceel nodig voor spoorvernieuwing inplanting tramhalte St. Bernardusplein – Elisalaan; Gelet op art. 42, 43 § 2-12° en 252 § 1 van het gemeentedecreet. Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 4 juli 2011 houdende principiële goedkeuring van een recht van erfpacht voor het perceel inplanting tramhalte St. Bernardusplein – Elisalaan aan de Vlaamse vervoermaatschappij de Lijn voor 99 jaar en een jaarlijkse erfpachtvergoeding van € 1,00; de
Gelet op de ontwerpakte van vestiging van erfpachtrecht voor het perceel 2 afdeling Sectie D deel van nummer 421A met een grootte van 67 m² ten gunst van de Vlaamse vervoermaatschappij De Lijn; Overwegende dat wordt voorgesteld om een erfpachtrecht te vestigen voor de spoorvernieuwing – inplanting tramhalte St. Bernardusplein- Elisalaan ten gunste van de Vlaamse vervoermaatschappij De Lijn; Overwegende dat het recht van erfpacht verleend zal worden voor een periode van 99 jaar, aanvang nemende op 8 juli 2011 om te eindigen op 7 juli 2110; Overwegende dat de Vlaamse vervoermaatschappij de Lijn een éénmalige canon ten bedrage van € 99 verschuldigd is aan stadsbestuur Nieuwpoort;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
18
Overwegende dat de ontwerpakte dient goedgekeurd te worden alvorens de akte kan verleden worden; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
De ontwerpakte van vestiging erfpachtrecht voor het perceel ten behoeve spoorvernieuwing – inplanting tramhalte St. Bernardusplein – Elisalaan ten gunste van de Vlaamse vervoermaatschappij de Lijn goed te keuren.
Art.2.-
Een éénmalige canon voor de erfpacht voor de duur van 99 jaar te bepalen op € 99.
Art.3.-
De hypotheekbewaarder te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van deze akte.
Art.4.-
Kennis van dit besluit te geven aan de secretarie, aan het Aankoopcomité Brugge, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. stadsontvanger.
13
VERKOOP RESTGROND JACHTHAVENWIJK 2DE FASE. DESAFFECTATIE GROND.
De Raad, Gelet op het verslag van de secretarie dd. 17 juli 2012 ref. S/CH/2012/336 betreffende de verkoop de van restgrond Jachthavenwijk 2 fase; Gelet op art. 42, 43 en 252 van het gemeentedecreet; Gelet op het raadsbesluit dd. 14 juni 2001 houdende principiële goedkeuring tot het desaffecteren en verkopen van het openbaar domein in de Jachthavenwijk; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 30 mei 2011 houdende principieel akkoord opstarten verkoopdossier perceel restgrond Jachthavenwijk aan dhr. en mevr. Van Acker – Pelleriaux; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 22 oktober 2001 houdende de gunning van de studieopdracht ‘opmaken opmetingsplannen restgronden Jachthavenwijk’ aan de n.v. Plantec Nieuwpoortsesteenweg 399 8400 Oostende; Overwegende dat het Aankoopcomité Brugge de ontwerpakte overgelegd heeft betreffende volgende verkoop van restgrond in de Jachthavenwijk: Naam Eric Van Acker – Rita Pelleriaux
Ligging perceel Elf Juliwijk 31
Grootte perceel 81 m²
Bestemming Groenzone
Prijs € 2.025
Overwegende dat het de verkoop van grond betreft die behoort tot het openbaar domein van de stad en die paalt aan de tuin van private personen; dat deze grond volgens de huidige verkavelingsvoorschriften de bestemming openbaar groen heeft; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Bovengenoemd perceel conform het opmetingsplan van de n.v. Plantec te desaffecteren en in te lijven in het privaat domein van de stad.
Art.2.-
Voorgelegde ontwerpakte opgemaakt door het aankoopcomité Brugge goed te keuren.
Art.3.-
Kennis van dit besluit te geven aan de secretarie, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst, de wd. stadsontvanger, de technische dienst en de stedenbouwkundig ambtenaar.
14 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN TENMINSTE DRIE
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
19
ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – ANNULATIE AANBESTEDING – INTREKKING RAADSBESLUIT DD. 24 NOVEMBER 2011. De Raad, Gelet op het verslag van de technische dienst dd. 17 juli 2012 ref. TD/D2009-15/GR/14 betreffende de annulatie van de aanbestedingsprocedure van de opdracht TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer; Gelet op art. 42, 43 § 2-11° en 252 § 1 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet dd. 24 december 1993, betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit dd. 8 januari 1996, betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessie voor openbare werken; Gelet op het koninklijk besluit dd. 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 14 november 2011, houdende de goedkeuring van het bestek TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer; Gelet op het raadsbesluit dd. 24 november 2011, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 16 juli 2012, houdende de annulatie van de aanbestedingsprocedure van de opdracht TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer en het voorstel om het raadsbesluit dd. 24 november 2011, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer in te trekken; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen vraagt om de voorziene mogelijkheid tot het aanleggen van een ondergrondse parking onder de Zeedijk tussen Leopoldplein en Kinderlaan uit het dossier te halen; dat de Zeedijk tussen de Kinderlaan en Meeuwenlaan gepland staat om dit jaar te vernieuwen; Overwegende dat naar aanleiding van de vergadering met advocatenbureau Beelen het noodzakelijk blijkt enkele wijzigingen aan te brengen aan het bestek in verband met de gemeentelijke parkeerkaart; Overwegende dat rekening houdend met de wijzigingen het aan te raden is de aanbestedingsprocedure te annuleren; Overwegende dat er wordt voorgesteld het raadsbesluit dd. 24 november 2011, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer in te trekken; BESLUIT BIJ ZEVENTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel): Art.1.-
Het raadsbesluit dd. 24 november 2011, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van tenminste drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer in te trekken.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd technische dienst, diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. stadsontvanger.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
20
15 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN DRIE ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – ANNULATIE AANBESTEDING – INTREKKING RAADSBESLUIT DD. 5 JULI 2012. De Raad, Gelet op het verslag van de technische dienst dd. 17 juli 2012 ref. TD/D2009-15/GR/15 betreffende de annulatie van de aanbestedingsprocedure van de opdracht TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer dd. 19 juni 2012; Gelet op art. 42, 43 § 2-11° en 252 § 1 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet dd. 24 december 1993, betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit dd. 8 januari 1996, betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessie voor openbare werken; Gelet op het koninklijk besluit dd. 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken; Gelet op het raadsbesluit dd. 5 juli 2012, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer dd. 19 juni 2012; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 16 juli 2012, houdende de annulatie van de aanbestedingsprocedure van de opdracht TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer dd. 19 juni 2012 en het voorstel om het raadsbesluit dd. 5 juli 2012, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer dd. 19 juni 2012 in te trekken; Overwegende dat de 1ste aanbesteding en 2de aanbesteding eenzelfde dossiernummer TD/D2009-15 hebben; Overwegende dat dit voor verwarring bij de aanbesteding kan zorgen; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen het wenselijk acht om de aanbestedingsprocedure te annuleren en het dossier een nieuw dossiernummer te geven;
BESLUIT BIJ ZEVENTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel): Art.1.-
Het raadsbesluit dd. 5 juli 2012, houdende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en gunningswijze van het dossier TD/D2009-15: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer dd. 19 juni 2012 in te trekken.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd technische dienst, diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. stadsontvanger.
16 CONCESSIE VAN EEN OPENBARE DIENST INZAKE HET BOVENGRONDS PARKEERBEHEER EN EEN ERFPACHT VOOR DE BOUW VAN DRIE ONDERGRONDSE PARKINGS MET INBEGRIP VAN HET BEHEER – GOEDKEURING. De Raad,
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
21
Gelet op het verslag van de technische dienst dd. 17 juli 2012 ref. TD/D2012-50/GR/02 betreffende de vaststelling van de aannemingsvoorwaarden en vaststelling van de gunningswijze van het dossier TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer; Gelet op art. 42, 43 § 2-11° en 252 § 1 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet dd. 24 december 1993, betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit dd. 8 januari 1996, betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessie voor openbare werken; Gelet op het koninklijk besluit dd. 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken; Gelet op het bestek TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer; Overwegende dat de opdracht omvat: -
een concessie van openbare dienst voor het ‘bovengronds parkeren’
De opdrachthouder zal instaan voor de installatie, het onderhoud en het beheer van het bovengronds parkeren gedurende de concessieperiode van 40 jaar en dit voor de zones zoals op de plannen in bijlage gevoegd. -
een erfpacht van 99 jaar voor het ‘ondergronds parkeren’
De opdrachthouder zal instaan voor de bouw, het onderhoud en het beheer van 3 ondergrondse parkings: o
één ondergrondse parking onder het Nieuwlandplein (= parking 1);
o
één ondergrondse parking in de zone tussen de Lombardsijdestraat en het centrum Ysara (= parking 2);
o
één ondergrondse parking in de zone tussen het centrum Ysara en de Havengeul (= parking 3);
Overwegende dat de erfpachtvergoeding voor de eerste 35 jaar op termijn volgens opgegeven door de inschrijver moet betaald worden; Overwegende dat inschrijver binnen de 6 kalendermaanden na toewijzing van de opdracht een stedenbouwkundige vergunning moet aanvragen voor de bouw van de drie ondergrondse parkings; Overwegende dat de concessieperiode van 40 jaar voor het bovengronds parkeren aanvangt op 1 mei 2013; Overwegende dat de erfpachtperiode van 99 jaar voor de bouw van de ondergrondse garages en het beheer ervan aanvangt op 1 januari 2014; Overwegende dat de betalende zones zijn aangeduid op de plannen in bijlage; Overwegende dat de parkeertarieven zijn: -
Rode zone en paarse zone € 1 per uur Maximum parkeerduur: 4 uur
-
Groene zone Per uur: € 0,75 Per 5 uur: € 3 Per dag: € 5
-
Groen gearceerde zone 1 april tot 30 september:
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
22
Per uur: € 0,30 Per 5 uur: € 1,2 Per dag: € 2 1 oktober tot 31 maart: Per uur: € 0,10 Overwegende dat er tevens een systeem met beurtenkaarten is voorzien; Overwegende dat de volgende de periodes van betalend parkeren zijn : -
vanaf 1 april tot en met 30 september: iedere dag van 10 uur tot 19 uur
-
vanaf 1 oktober tot en met 31 maart: ieder weekend (zaterdag en zondag) van 10 uur tot 19 uur
-
wettelijke feestdagen: van 10 uur tot 19 uur (Nieuwjaar, Pasen, Paasmaandag, Feest van de arbeid, O.L.H. Hemelvaart, Pinsteren, Pinkstermaandag, Nationale feestdag, O.L.V. Hemelvaart, Allerheiligen, Wapenstilstand, Kerstdag)
-
reglementaire feestdagen: van 10 uur tot 19 uur (Feest van de Vlaamse Gemeenschap, Allerzielen, 2de Kerstdag)
-
weekdagen in de volgende vakanties van 10 uur tot 19 uur: o
Kerst- en Nieuwjaarsvakantie
o
Krokusvakantie
o
Paasvakantie
o
Herstvakantie
Overwegende dat voor de ondergrondse parkings er maximaal 1/3 de minstens 2/3 moeten rotatieparkings zijn;
de
verkoopgarages mogen zijn,
Overwegende dat de inschrijver financieel moet tussen komen in de vernieuwen van de bovenbouw en riolering, met name voor de volgende bedragen: -
voor parking 1 (Nieuwlandplein): € 500.000
-
voor parking 2 (zone Lombardsijdestraat/centrum Ysara): € 1.000.000
-
voor parking 3: (zone centrum Ysara/Havengeul): € 250.000
Overwegende dat de inschrijver de huidige studiecontracten met de reeds aangestelde studiebureaus moet overnemen; Overwegende dat een bestek TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer opgemaakt werd om de bovenvermelde opdracht uit te voeren; Overwegende dat het aandeel van de stad het in concessie en erfpacht geven van gronden betreft; Overwegende dat de opdracht valt onder de wetgeving op de overheidsopdrachten; dat de overeenkomst wordt gesloten door middel van een algemene offerteaanvraag met Europese Bekendmaking; Overwegende dat op de opdracht de volgende voorwaarden van toepassing zijn: het bijzonder bestek TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer en de algemene uitvoeringsregels. Overwegende dat bij gunning van de opdracht volgend gunningscriteria in aanmerking worden genomen: Omschrijving
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
Punten
-blz
23
Gunningscriterium 1: Het betalen van een erfpachtvergoeding ondergronds parkeren voor de eerste 35 jaar
€ 4.250.000 - 5 punten € 4.500.000 - 10 punten € 4.750.000 - 20 punten € 5.000.000 - 30 punten
Gunningscriterium 2: Betalingstermijn van de erfpachtvergoeding voor de eerste 35 jaar ondergronds parkeren
* 1/3 van het bedrag vóór 1 januari 2015, 1/3 van het bedrag vóór 1 januari 2017 en 1/3 van het bedrag vóór 1 januari 2018 = 10 punten * 1/2 van het bedrag vóór 1 januari 2015 en 1/2 van het bedrag vóór 1 januari 2017 = 20 punten * Het volledige bedrag vóór 1 januari 2014 = 30 punten
Gunningscriterium 3: Percentage van de ontvangsten van het bovengronds parkeren tot 31 december 2033
A3p = 15 punten x A3 % 100 % met A3% tussen de 0% en 100%
Gunningscriterium 4: Percentage van de ontvangsten van het ondergronds parkeren tot 31 december 2033
6% = 6 punten 8% = 8 punten 10% = 10 punten
Gunningscriterium 5a: Percentage van de ontvangsten van het bovengronds parkeren vanaf 1 januari 2034
A5ap = 12 punten x A5a % 100 % met A5a% voorgesteld percentage door de inschrijver met een minimum waarde van het voorgestelde percentage van gunningscriterium 3 + 5%
Gunningscriterium 5b: Percentage van de ontvangsten na aftrek van de BTW van het ondergronds parkeren vanaf 1 januari 2034
A5bp = 12 punten x A5b % 100 % met A5b% voorgesteld percentage door de inschrijver met een minimum waarde van het voorgestelde percentage van gunningscriterium 4 + 25%
Gunningscriterium 6: Aantal bovengrondse openbare oplaadpunten (niet in de ondergrondse parking) voor het opladen van elektrische voertuigen
4 oplaadpunten = 26 punten 6 oplaadpunten = 28 punten 8 oplaadpunten = 30 punten
Gunningscriterium 7: SMS-parkeren
* Het voorzien van SMS parkeren op alle bovengrondse parkeermeters = 20 punten * Het niet voorzien van SMS parkeren op alle bovengrondse parkeermeters = 0 punten
Gunningscriterium 8: bovengrondse parkeermeters met gebruik van zonne-energie
* Alle bovengrondse parkeermeters aansluiten op zonne-energie = 20 punten * 1/3 van alle bovengrondse parkeermeters worden niet aangesloten op zonne-energie = 5 punten
Gunningscriterium 9: vervangingstermijn van de bovengrondse parkeermeters
* De bovengrondse parkeermeters worden 12-jaarlijks vervangen = 10 punten * De bovengrondse parkeermeters worden 10-jaarlijks vervangen = 15 punten * De bovengrondse parkeermeters worden 8-jaarlijks vervangen = 20 punten
Gunningscriterium 10: maximumafstand tussen de bovengrondse parkeermeters met uitzondering van de Simliwijk Gunningscriterium 11: esthetische kwaliteit van de bovengrondse parkeermeters
* 80 meter = 20 punten * 85 meter = 15 punten * 90 meter = 12 punten De inschrijver voegt in bijlage een voorstelling van de bovengrondse parkeermeters.
BESLUIT BIJ DERTIEN JA TEGEN ÉÉN NEEN (Roger Houvenaeghel) BIJ VIER ONTHOUDINGEN (Christiane Viaene; Noël Van Damme, Maurice Bellefroid, An Gobert):
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
24
Art.1.-
Het bestek TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer te aanvaarden en goed te keuren.
Art.2.-
Op de opdracht zijn de volgende voorwaarden van toepassing: het bijzonder bestek TD/D2012-50: Concessie van een openbare dienst inzake het bovengronds parkeerbeheer en een erfpacht voor de bouw van drie ondergrondse parkings met inbegrip van het beheer en de algemene uitvoeringsregels.
Art.3.-
De opdracht te gunnen door middel van een algemene offerteaanvraag met Europese Bekendmaking.
Art.4.-
De gunningscriteria bij de algemene offerteaanvraag te aanvaarden.
Art.5.-
Kennis van dit besluit te geven aan het diensthoofd technische dienst, diensthoofd reken- en belastingdienst en de wd. stadsontvanger.
Bij de behandeling van dit punt maakt dhr. Roger Houvenaeghel volgende opmerkingen: Gelet op ‘Zeer belangrijke opmerkingen’ op pagina 9, punt 1) c. waar staat dat men voorziet in zones met betalend parkeren waar tevens de gemeentelijke parkeerkaart kan gebruikt worden. Dit wijst erop dat men zones met betalend parkeren voorziet waar de gemeentelijke parkeerkaart NIET KAN GEBRUIKT WORDEN. Deze zienswijze wordt hernomen op pagina 26 in punt 2.1.2 en pagina 36 afbakening van de zone. Waar men specifieert dat het louter indicatief is en DIT GAAT VASTLEGGEN IN EEN NOG GOED TE KEUREN GEMEENTELIJK REGLEMENT. Deze zienswijze is volledig in strijd met de doelstelling van de ‘gemeentelijke parkeerkaart’ en in het bijzonder voor de ‘bewonerskaart’ daar deze juist tot doel heeft om de inwoners die in een ‘blauwe zone’ en/of in een zone met betalend parkeren wonen, hun wagen kunnen parkeren in de zone met vrijstelling van de parkeerkaart en het betalend parkeren. Tevens stellen wij hier vast dat men in het bestek reeds reglementen vastlegt, louter indicatief, die later gaan goedgekeurd worden door de gemeenteraad, wat niet kan daar zij niet ondersteund zijn door bestaande reglementen. Gelet op tekst op pagina 35 bij ‘voor het bezetten met tafels en stoelen’ waar staat dat de bedragen voor het bezetten van het openbaar domein in de betalende zone, wordt bepaald op basis van € 100 per parkeervak per maand. Daar het hier gaat om het innemen van parkeerplaatsen in de parkeerstrook van de rijbaan, opgenomen en gereglementeerd door de wegcode en het niet over domeinconcessies op voetpaden en pleinen gaat, kan de opdrachtgever (gemeente) niet de bevoegdheid geven aan de opdrachthouder om de retributie/belasting te innen. Op basis van deze feiten: 1° het voorstel om bestek TD/D2012-50, dat nu ter goedkeuring voorligt op 16 augustus 2012 aan de gemeenteraad, in te trekken. 2° De nodige aanpassingen in de tekst uit te voeren en indien de nodige gemeentelijke reglementen en of verordeningen op te stellen. 3° Wat ook de beslissing van de gemeenteraad is op 16 augustus 2012, deze tekst in zijn volledigheid op te nemen in het verslag (notulen) van de gemeenteraad. De Burgemeester antwoordt dat de term ‘indicatief’ wordt gebruikt in het bestek om de opdrachthouder er op te wijzen dat de stad steeds het recht heeft om aan de reglementen wijzigingen aan te brengen. Het bestek werd voorgelegd aan meester Beelen die er geen opmerkingen op had.
17 BOUWAANVRAAG TOT HET VERNIEUWEN VAN DE ZEEDIJK TUSSEN LOODSWEZENPLEIN-HENDRIKAPLEIN EN KINDERLAAN EN MEEUWENLAAN GELEGEN LOODSWEZENPLEIN-HENDRIKAPLEIN-KINDERLAAN-MEEUWENLAAN, KADASTRAAL GEKEND NIEUWPOORT 2° AFD., SECTIE D, NR. 0000 (DOSS. 2012/36). De Raad, Gelet op het verslag van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar dd. 19 juli 2012 ref. TD/874.1/12.36/RD/632 in verband met de vraag om advies van de gemeenteraad inzake de vraag Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
25
van het stadsbestuur Nieuwpoort Marktplein 7 8620 Nieuwpoort, tot vernieuwen van de Zeedijk tussen Loodswezenplein-Hendrikaplein en Kinderlaan en Meeuwenlaan gelegen LoodswezenpleinHendrikaplein-Kinderlaan-Meeuwenlaan, kadastraal gekend Nieuwpoort 2° Afd., sectie D, nr. 0000 (doss. 2012/36); Gelet op art. 42 en 43 van het gemeentedecreet Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Overwegende dat de aanvraag betrekking heeft op het vernieuwen van de Zeedijk tussen Loodswezenplein-Hendrikaplein en Kinderlaan en Meeuwenlaan; Overwegende dat het advies van de gemeenteraad wordt gevraagd inzake de aanleg van of wijzigingen aan het openbaar gemeentelijk wegennet; Overwegende dat het ontwerp volgens het gewestplan Veurne-Westkust, goedgekeurd bij koninklijk besluit dd. 6 december 1976, gelegen is deels in woongebied en deels in natuurgebied; Overwegende dat het voorliggend ontwerp gelegen is binnen het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Strand en Dijk, goedgekeurd bij ministerieel besluit dd. 19 september 2005. De aanvraag is gelegen binnen de zone ‘centrumgebied voor dagrecreatie’. Dat voor voorliggende aanvraag art. 7 van toepassing is: “Art. 7. Algemene inrichtingsprincipes voor het centrumgebied: § 1. Het dijklichaam kan worden ingericht vanuit functionele en/of esthetische overwegingen; § 2. De dijk dient voorzien te zijn van een voldoende brede en continue, obstakelvrije ruimte in functie van de vrije doorgang van recreanten, met een minimum breedte van 2 meter, met aandacht voor de toegankelijkheid voor iedereen. § 3. Van op de dijk zijn er een aantal voldoende brede, obstakelvrije toegangen tot het strand, met een minimum breedte van 2 meter, met aandacht voor de toegankelijkheid voor iedereen. § 4. Op het strand zijn er een aantal voldoende brede, obstakelvrije doorgangen naar de hoogwaterlijn, met een minimum breedte van 2 meter, met aandacht voor de toegankelijkheid voor iedereen. § 5. Bij de inrichting van het strand dient te worden rekening gehouden met de morfologie van het strand. De zogenaamde ‘dijkduinen’ dienen gevrijwaard te worden van constructies, maar zijn vrij toegankelijk voor recreanten. Structurele reliëfwijzigingen zijn, behalve in het kader van zeewering, enkel toelaatbaar in functie van het vrijwaren van de permanente bebouwing en haar onmiddellijke omgeving en toegangen of zichten tussen dijk en strand en dit zolang de zeewering niet in het gedrang komt.”
Het voorliggend ontwerp voldoet aan de aldaar geldende stedenbouwkundige voorschriften. Overwegende dat het voorliggend ontwerp niet gelegen is binnen een niet vervallen verkaveling; Overwegende dat het advies van de brandweer op 5 april 2012 werd gevraagd; dat het advies dd. 11 april 2012 ref. 12.0414 gunstig is met voorwaarden: “Er op het gebied van de brandveiligheid geen bezwaren bestaan tegen de ingediende plannen mits rekening te houden met volgende opmerkingen: 3.1. Gevels moeten bereikbaar blijven voor de ladders van de brandweer. De afstand van de rand van de weg tot aan het vlak van de gevel bedraagt tussen 4 m en 10 m; Buiten de zone van 10 m uit het vlak van de gevel mag er zich geen enkel obstakel bevinden, ook niet tijdelijk. 3.2. De toegang naar de Zeedijk gaat nu via verzinkbare paaltjes. De brandweer stelt voor om deze uit te breiden naar de zone van renovatie. 3.3. Bluswatervoorziening: - In de zone tussen de Meeuwen- en Kinderlaan bevinden zich gebouwen die door de wetgever beschouwd worden als "Hoge Gebouwen". De standplaats der ondergrondse hydranten en meteen hun aantal worden derwijze bepaald dat bij elke ingang van een gebouw de som der afstanden van die ingang tot de twee dichtste hydranten minder dan 100 meter bedraagt. De minimale binnendiameter van de leidingen is 80 mm. - In de zone Loodswezen- en Hendrikaplein zijn dit "Middelhoge Gebouwen". Hier liggen de ondergrondse hydranten op maximum 100 van elkaar. De minimale binnendiameter van de leidingen is 80 mm. - Overleg tussen de I.W.V.A. en de brandweer is gewenst. 3.4. Bij het vergunnen van terrassen, kunstwerken, ed. moet rekening gehouden met de minimale draaistraal van 11 m en 15 m voor het oprijden van de Zeedijk vanuit de zijstraten. 3.5. Vóór de voorlopige oplevering van de werken moet een brandpreventieverslag worden opgemaakt op basis van de werkelijk uitgevoerde werken. De tekst van deze alinea alsook de tekst van het brandpreventieverslag horende bij de stedenbouwkundige vergunning moeten integraal worden overgenomen in de basisakte. 3.6. Het uitgebrachte adviezen is niet van beperkende aard op de bestaande voorschriften en bepalingen die van toepassing kunnen zijn. Tevens zijn zij uitsluitend opgesteld in functie van de medegedeelde inlichtingen op de plannen. Zij worden gegeven overeenkomstig de bepalingen van de wettelijke reglementering en de richtlijnen dewelke aanzien worden als de goede regels van het vakmanschap waarbij zij tot doel hebben het ontstaan van een brand te voorkomen, elk begin van brand op te sporen en de uitbreiding ervan te verhinderen, de hulpdiensten te alarmeren en zowel de redding van de personen als de bescherming van de goederen in geval van brand te vergemakkelijken.”
Overwegende dat het advies van de cel wegen op 17 juli 2012 werd gevraagd; dat het advies dd. 17 juli 2012 gunstig is: “VOORWAARDEN WAARAAN DE AANVRAAG MOET VOLDOEN: Het besluit van de Vlaamse regering dd. 1 oktober 2004 houdende vaststelling van een gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. Het algemeen reglement rioolaansluitingen rioolbeheerder I.W.V.A. dd. 13 maart 2006 en latere wijzigingen. Het ministerieel besluit dd. 9 juni 2008 houdende vaststelling van het zoneringplan van de gemeente Nieuwpoort.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
26
Het ministerieel besluit dd. 28 juni 2011 houdende keuring van de binneninstallatie en de privé waterafvoer. EVALUATIE: Het besluit van de Vlaamse regering dd. 1 oktober 2004 is niet van toepassing. ADVIES CEL WEGEN: Gunstig advies.”
Overwegende dat Afdeling Kust Vrijhavenstraat 3 8400 Oostende bij schrijven dd. 8 juni 2012 ref. 212075-LVH 16EH-U-12-2136 voor wat betreft de wegenis- en rioleringswerken op de Zeedijk te Nieuwpoort (rioleringen stad Nieuwpoort op gewestgrond van de afdeling Kust) een bouwrecht verleent; Overwegende dat een openbaar onderzoek werd gehouden van 14 juni 2012 tot 13 juli 2012; dat geen bezwaren en/of opmerkingen werden ontvangen; Overwegende dat het voorliggend ontwerp het verder vernieuwen van de Zeedijk omvat; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Het tracé, profiel, de breedte en verharding van de nieuwe wegen, aanhorigheden en openbare nutsvoorzieningen, zoals voorzien in de aanvraag om stedenbouwkundige vergunning van het stadsbestuur Nieuwpoort Marktplein 7 8620 Nieuwpoort tot het vernieuwen van de Zeedijk tussen Loodswezenplein-Hendrikaplein en Kinderlaan en Meeuwenlaan gelegen Loodswezenplein-Hendrikaplein-Kinderlaan-Meeuwenlaan, kadastraal gekend Nieuwpoort 2° Afd., sectie D, nr. 0000 (doss. 12/36) goed te keuren met volgende voorwaarden: 1. Voorwaarden brandweer: Er op het gebied van de brandveiligheid geen bezwaren bestaan tegen de ingediende plannen mits rekening te houden met volgende opmerkingen: 3.1. Gevels moeten bereikbaar blijven voor de ladders van de brandweer. De afstand van de rand van de weg tot aan het vlak van de gevel bedraagt tussen 4m en 10 m; Buiten de zone van 10m uit het vlak van de gevel mag er zich geen enkel obstakel bevinden, ook niet tijdelijk. 3.2. De toegang naar de Zeedijk gaat nu via verzinkbare paaltjes. De brandweer stelt voor om deze uit te breiden naar de zone van renovatie. 3.3. Bluswatervoorziening: - In de zone tussen de Meeuwen- en Kinderlaan bevinden zich gebouwen die door de wetgever beschouwd worden als "Hoge Gebouwen". De standplaats der ondergrondse hydranten en meteen hun aantal worden derwijze bepaald dat bij elke ingang van een gebouw de som der afstanden van die ingang tot de twee dichtste hydranten minder dan 100 meter bedraagt. De minimale binnendiameter van de leidingen is 80 mm. - In de zone Loodswezen- en Hendrikaplein zijn dit "Middelhoge Gebouwen". Hier liggen de ondergrondse hydranten op maximum 100 van elkaar. De minimale binnendiameter van de leidingen is 80 mm. - Overleg tussen de I.W.V.A. en de brandweer is gewenst. 3.4. Bij het vergunnen van terrassen, kunstwerken, ed. moet rekening gehouden met de minimale draaistraal van 11 m en 15 m voor het oprijden van de Zeedijk vanuit de zijstraten. 3.5. Vóór de voorlopige oplevering van de werken moet een brandpreventieverslag worden opgemaakt op basis van de werkelijk uitgevoerde werken. De tekst van deze alinea alsook de tekst van het brandpreventieverslag horende bij de stedenbouwkundige vergunning moeten integraal worden overgenomen in de basisakte. 3.6. Het uitgebrachte adviezen is niet van beperkende aard op de bestaande voorschriften en bepalingen die van toepassing kunnen zijn. Tevens zijn zij uitsluitend opgesteld in functie van de medegedeelde inlichtingen op de plannen. Zij worden gegeven overeenkomstig de bepalingen van de wettelijke reglementering en de richtlijnen dewelke aanzien worden als de goede regels van het vakmanschap waarbij zij tot doel hebben het ontstaan van een brand te voorkomen, elk begin van brand op te sporen en de uitbreiding ervan te verhinderen, de hulpdiensten te alarmeren en zowel de redding van de personen als de bescherming van de goederen in geval van brand te vergemakkelijken.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan de wd. stadsontvanger, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst, technische dienst - cel wegen en de cel stedenbouw.
18 GEMEENTELIJK STEDENBOUWKUNDIG REGLEMENT ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
27
De Raad, Gelet op het verslag van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar dd. 2 augustus 2012 ref. TD/874.0/RD/714 betreffende het voorstel tot opmaak gemeentelijk stedenbouwkundig reglement ontbreken van parkeerplaatsen; Gelet op art. 42 van het gemeentedecreet; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet op de e-mail van de reken- en belastingsdienst dd. 21 juni 2011 betreffende de omzendbrief BB 2011/01 coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit inzake het ontbreken van parkeerplaatsen; Overwegende dat de omzendbrief BB 2011/01 coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit inzake het ontbreken van parkeerplaatsen het volgende meldt: “3.26. Belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen: 3.26.1. Regelgeving: Artikel 2.3.2, § 2 en 4.2.20, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (voorheen artikel 105 van het decreet van 18 mei 1999 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening). 3.26.2. Achtergrond: In haar huidige vorm bestaat de gemeentebelasing op het ontbreken van parkeerplaatsen al een twaalftal jaren. De mogelijkheid om die gemeentebelasting op te leggen werd oorspronkelijk ingevoerd door een omzendbrief van de minister van Openbare Werken van 17 juli 1970. Die omzendbrief is later aangepast door de Vlaamse Gemeenschap bij omzendbrief van 20 oktober 1982. In die omzendbrieven werden de normen vastgelegd voor het aantal aan te leggen parkeerplaatsen en de afmeting en de locatie ervan. Toe die omzendbrieven op 3 juni 1997 werden opgeheven door de toenmalige minister bevoegd voor Ruimtelijke Ordening, besloten sommige gemeenten om de belasting verder te vestigen, gebruikmakend van hun fiscale bevoegdheid. 3.26.3. Aandachtspunt: Artikel 2.3.2, § 2 en 4.2.20, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening laten toe dat financiële en technische lasten worden opgelegd aan de aanvrager van een stedenbouwkundige vergunning. De gemeentebelasting op het ontbreken van parkeerplaatsen kan gezien worden als een uitvoering van en een aanvulling op die artikelen. De belasting zorgt ervoor dat bij nieuw opgerichte gebouwen of bij ingrijpende verbouwingswerken tegelijkertijd ook de nodige parkeerplaatsen kunnen worden aangelegd. Het aanleggen van de nodige parkeerplaatsen is vaak een voorwaarde om de bouwvergunning te verkrijgen. De belasting is alleen verschuldigd als de aanleg van parkeerplaatsen om één of andere reden niet mogelijk is of als de vergunninghouder in gebreke blijft. Met de opbrengst van de belasting kan de gemeente eventueel zorgen voor de aanleg van de nodige vervangende parkeerruimte. 3.26.4. Aanbeveling: In het fiscaal reglement bepalen de gemeenten het tarief, eventuele vrijstellingen, het tijdstip van de vaststelling en de wijze van inning van de belasting. De normen omtrent het aantal parkeerplaatsen, de afmetingen en ligging ervan zijn stedenbouwkundige normen en moeten voorafgaandelijk worden vastgelegd in een stedenbouwkundige verordening. Het volstaat niet om die normen te bepalen in het belastingsreglement. Een stedenbouwkundige verordening moet tot stand komen volgens de voorgeschreven procedure, vermeld in artikel 2.3.2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Voorafgaand advies van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Ambtenaar en van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening is vereist en de verordening moet goedgekeurd worden door de deputatie.”
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen een gemeentelijk stedenbouwkundig reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen wenst op te maken; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID BIJ ÉÉN ONTHOUDING (Roger Houvenaeghel): Art.1.- Het gemeentelijk stedenbouwkundig reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen is van toepassing op het volledig grondgebied van Nieuwpoort. Art.2.-
Onder parkeerplaats wordt verstaan: - hetzij een gesloten garage: een garage moet ten minste 2,75 m breed en 5,50 m lang zijn; - hetzij een standplaats in een gesloten ruimte of in de openlucht, daartoe speciaal aangelegd en uitgerust en als dusdanig door het college van burgemeester en schepenen aanvaard: een standplaats bestaat uit een rechthoekig vlak van ten minste 2,50 m breedte en 5 m lengte; Ze moeten rechtstreeks toegankelijk zijn langs een weg.
Art.3.-
De parkeerplaatsen moeten worden opgericht op het bouwperceel zelf waarop het hoofdgebouw zal komen. De volgens artikel 4 van dit reglement benodigde parkeerplaatsen die op het bouwperceel waarop het gebouw zal komen, worden opgericht, worden bij het besluit van het college van burgemeester en schepenen bij toekenning van de stedenbouwkundige vergunning geaffecteerd aan het op te richten gebouw.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
28
Voor de toepassing van dit reglement wordt onder ‘nieuwbouw’ begrepen het oprichten van volledig nieuwe gebouwen of het aanbrengen van wijzigingen aan bestaande vergunde of vergund geachte gebouwen voor zover deze wijzigingen het volume of de totale oppervlakte (zijnde de som van de oppervlakte van alle verdiepingen) voor meer dan 50% vermeerderen of verminderen.
Art.4.-
Voor de toepassing van dit reglement worden onder ‘verbouwing’ begrepen de wijzigingen aangebracht aan een bestaand vergund of vergund geacht gebouw voor zover deze wijzigingen noch het volume, noch de totale oppervlakte (zijnde de som van de oppervlakte van alle verdiepingen) voor meer dan 50% vermeerderen of verminderen. Aantal vereiste parkeerplaatsen: Woongelegenheden, zowel meergezins- als eengezinswoningen, opgericht door een sociale huisvestingsmaatschappij vallen niet onder de toepassing van dit reglement behalve wat betreft sociale koopwoningen in meergezinswoningen. De huisvestingsmaatschappij dient aan te tonen dat voor het totale aantal meergezins- sociale koopwoningen door hen opgericht op het grondgebied Nieuwpoort zij per vijf woongelegenheden 1 parkeerplaats ter beschikking hebben. In geval geen of onvoldoende parkeerplaatsen in het project worden voorzien wordt een taks op het ontbreken van parkeerplaatsen geheven. 1. a) Woongebouwen meergezinswoningen: Nieuwbouw Woongelegenheid Woongelegenheid ≤ 150 m² > 150 m² 1 / woongelegenheid
Door de verbouwing ontstaan bijkomende woongelegenheden 1 / bijkomende woongelegenheid
2 / woongelegenheid
Verbouwing Door de verbouwing ontstaan geen bijkomende woongelegenheden 1 / bijkomende schijf van 150 m²
De vloeroppervlaktes worden gemeten, exclusief de buitenmuren, verminderd met de oppervlakte van kelders, zolders en garages. 1. b) Woongebouwen serviceflats / seniories: Definitie serviceflats / seniories: ‘een meergezinswoning met een belangrijk aandeel aan gemeenschappelijke ruimtes voor de bewoners (meestal bejaarden) en uitgebreide dienstverlening ter plaatse’. Nieuwbouw Woongelegenheid Woongelegenheid ≤ 150 m² > 150 m² 1/5 woongelegenheden
Door de verbouwing ontstaan bijkomende woongelegenheden 1 / 5 bijkomende woongelegenheden
2/5 woongelegenheden
Verbouwing Door de verbouwing ontstaan geen bijkomende woongelegenheden 1 / bijkomende schijf van 150 m²
1. c) Woongebouwen eengezinswoningen: Nieuwbouw Indien na afbraak van de bestaande eengezinswoning zonder garage op hetzelfde perceel opnieuw een eengezinswoning wordt gebouwd is geen parkeerplaats vereist. In alle andere gevallen van nieuwbouw: 1 / woning
Verbouwing 0
Functiewijziging bestaande parkeerplaats Indien een handelszaak wordt opgericht in een eengezinswoning gelegen in de commerciële straten van Nieuwpoort-Stad mogen de in de woning aanwezige parkeerplaatsen worden omgevormd tot handelszaak. Indien een bestaande parkeerplaats wordt omgevormd in het kader van een aanpassing van de woning voor ouderen of voor personen met een handicap mogen de in de woning aanwezige parkeerplaats worden omgevormd tot woonfunctie.
Onder commerciële straten van Nieuwpoort-Stad wordt voor dit reglement begrepen: Oostendestraat, Marktstraat, Marktplein, Langestraat, Kaai en de zijstraten tussen Kaai, Pieter Deswartelaan, Langestraat en Astridlaan.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
29
Voor een zorg- of kangoeroewoning zijn voor de toepassing van dit reglement de regels m.b.t. een eengezinswoning van toepassing. Definitie zorg- of kangoeroewoning: ‘een zorgwoning of kangoeroewoning is het creëren van een ondergeschikte woning voor huisvesting van maximaal 2 oudere of hulpbehoevende personen’. 2. Handelsgebouwen: Hieronder vallen de winkels en de warenhuizen, voor groot- en kleinhandel, alsook de restaurants, cafés en dergelijke, uitgezonderd de terrassen op het openbaar domein. Nieuwbouw Tot 50m²: 1 Vanaf 51m²: 1 per bijkomende volledige schijf van 50m²
Verbouwing 1 per bijkomende volledige schijf van 50 m²
Handelszaken gevestigd in eengezinswoning Regels m.b.t. een eengezinswoning zijn van toepassing
Als vloeroppervlakte wordt begrepen de ruimte waarin de handelswaar wordt tentoongesteld en verkocht, met uitzondering van de terrassen. 3. Kantoorgebouwen: Nieuwbouw Tot 50m²: 1 Vanaf 51m²: 1 per bijkomende volledige schijf van 50m²
Verbouwing 1 per bijkomende volledige schijf van 50 m²
De vloeroppervlakte wordt per kantoorruimte, zoals aangeduid op de bouwplannen, gemeten, met inbegrip van de aanhorigheden en verminderd met de oppervlakte van de garages. 4. Hotels B&B: t/m 6 kamers 0
Art.5.-
Vanaf de 7de kamer per begonnen schijf van 5 kamers: 1
Kennis van dit besluit te geven aan de wd. stadsontvanger, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst en de cel stedenbouw.
Bij de behandeling van dit punt vraagt raadslid Maenhoudt of het niet opportuun zou zijn om een verschil te maken tussen meergezinswoningen en eengezinswoningen. De Burgemeester antwoordt dat dit onderscheid wordt gemaakt in het reglement.
19
SUBSIDIEREGLEMENT ONTBREKEN VAN PARKEERPLAATSEN.
De Raad, Gelet op het verslag van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar dd. 2 augustus 2012 ref. TD/874.0/RD/715 betreffende het voorstel tot opmaak subsidiereglement ontbreken van parkeerplaatsen; Gelet op art. 42 van het gemeentedecreet; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet op de e-mail van de reken- en belastingsdienst dd. 21 juni 2011 betreffende de omzendbrief BB 2011/01 coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit inzake het ontbreken van parkeerplaatsen; Overwegende dat de omzendbrief BB 2011/01 coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit inzake het ontbreken van parkeerplaatsen het volgende meldt: “3.26. Belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen: 3.26.1. Regelgeving: Artikel 2.3.2, § 2 en 4.2.20, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (voorheen artikel 105 van het decreet van 18 mei 1999 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening). 3.26.2. Achtergrond: In haar huidige vorm bestaat de gemeentebelasing op het ontbreken van parkeerplaatsen al een twaalftal jaren. De mogelijkheid om die gemeentebelasting op te leggen werd oorspronkelijk ingevoerd door een omzendbrief van de minister van Openbare Werken van 17 juli 1970. Die omzendbrief is later aangepast door de Vlaamse Gemeenschap bij omzendbrief van 20 oktober 1982. In die omzendbrieven werden de normen vastgelegd voor het aantal aan te leggen parkeerplaatsen en de afmeting en de locatie ervan. Toe die omzendbrieven op 3 juni 1997 werden opgeheven door de toenmalige minister bevoegd voor Ruimtelijke Ordening, besloten sommige gemeenten om de belasting verder te vestigen, gebruikmakend van hun fiscale bevoegdheid.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
30
3.26.3. Aandachtspunt: Artikel 2.3.2, § 2 en 4.2.20, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening laten toe dat financiële en technische lasten worden opgelegd aan de aanvrager van een stedenbouwkundige vergunning. De gemeentebelasting op het ontbreken van parkeerplaatsen kan gezien worden als een uitvoering van en een aanvulling op die artikelen. De belasting zorgt ervoor dat bij nieuw opgerichte gebouwen of bij ingrijpende verbouwingswerken tegelijkertijd ook de nodige parkeerplaatsen kunnen worden aangelegd. Het aanleggen van de nodige parkeerplaatsen is vaak een voorwaarde om de bouwvergunning te verkrijgen. De belasting is alleen verschuldigd als de aanleg van parkeerplaatsen om één of andere reden niet mogelijk is of als de vergunninghouder in gebreke blijft. Met de opbrengst van de belasting kan de gemeente eventueel zorgen voor de aanleg van de nodige vervangende parkeerruimte. 3.26.4. Aanbeveling: In het fiscaal reglement bepalen de gemeenten het tarief, eventuele vrijstellingen, het tijdstip van de vaststelling en de wijze van inning van de belasting. De normen omtrent het aantal parkeerplaatsen, de afmetingen en ligging ervan zijn stedenbouwkundige normen en moeten voorafgaandelijk worden vastgelegd in een stedenbouwkundige verordening. Het volstaat niet om die normen te bepalen in het belastingsreglement. Een stedenbouwkundige verordening moet tot stand komen volgens de voorgeschreven procedure, vermeld in artikel 2.3.2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Voorafgaand advies van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Ambtenaar en van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening is vereist en de verordening moet goedgekeurd worden door de deputatie.”
Overwegende dat een belasting wordt geheven op het ontbreken van parkeerplaatsen; dat met dit subsidiereglement de mogelijkheid wordt gecreëerd om onder bepaalde voorwaarden een subsidie te bekomen wanneer een eigenaar voorziet in een parkeerplaats aan zijn woongelegenheid of gebouw waarop de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen van toepassing was; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID BIJ ÉÉN ONTHOUDING (Roger Houvenaeghel):
Art.1.-
HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN: Dit reglement voorziet in de toekenning van een subsidie aan eigenaars van woongelegenheden en gebouwen die voorzien in een parkeerplaats voor hun woongelegenheid of gebouw door middel van affectatie of door middel van binding via huurovereenkomst.
Art.2.-
Enkel parkeerplaatsen / standplaatsen gelegen op het grondgebied Nieuwpoort komen in aanmerking.
Art.3.-
Een parkeerplaats kan slechts geaffecteerd worden of via huurovereenkomst verbonden worden aan een woongelegenheid of gebouw indien: - de parkeerplaats vrij is van affectatie; - de woongelegenheid of het gebouw het voorwerp uitmaakte van een aanslag in de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen; - het saldo aan ontbrekende parkeerplaatsen voor de woongelegenheid of het gebouw vóór de affectatie of de binding via huurovereenkomst kleiner is dan 0. Met andere woorden: aantal ontbrekende parkeerplaatsen op het ogenblik van toekenning van de bouwvergunning + aantal reeds geaffecteerde parkeerplaatsen sinds de toekenning van de bouwvergunning + aantal via huurovereenkomst verbonden parkeerplaatsen sinds de toekenning van de bouwvergunning moet kleiner zijn dan 0.
Art.4.-
Affectatie of binding via huurovereenkomst wordt niet toegestaan voor parkeerplaatsen in de Simli-wijk. De Simli-wijk wordt gesitueerd tussen de Elisalaan-zuid met uitzondering van de percelen die palen aan de Elisalaan, de Albert I Laan-west met uitzondering van de percelen die palen aan de Albert I Laan, de Louisweg-noord, de E. Verhaerenlaan met de percelen aan de westelijke zijde, tussen de Louisweg en de G. Rodenbachlaan, de G. Rodenbachlaan met de percelen aan de westelijke zijde en het Nieuwlandplein met de percelen aan de westelijke zijde. HOOFDSTUK 2: SUBSIDIERING N.A.V. AFFECTATIE:
Art.5.-
Er wordt een subsidie toegekend aan eigenaars van woongelegenheden en gebouwen die aan hun woongelegenheid of gebouw een parkeerplaats affecteren die voldoet aan de voorwaarden van dit reglement en aan de voorwaarden van artikel 2 van het gemeentelijk reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen.
Art.6.-
Enkel de op een bouwperceel opgerichte parkeerplaatsen die in overtal zijn (d.i. de parkeerplaatsen die meer gerealiseerd zijn dan noodzakelijk volgens de bepalingen van het
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
31
gemeentelijk stedenbouwkundig reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen) komen in aanmerking voor affectatie. Art.7.-
Onder affectatie wordt verstaan: Het realiseren van een notariële binding tussen een woongelegenheid of een gebouw en een parkeerplaats die nog niet eerder in aanmerking werd genomen om te voldoen aan de verplichting tot het aanleggen van parkeerplaatsen. Tussen de houder van het zakelijk recht van een parkeerplaats en de eigenaar van een woongeleenheid of een gebouw wordt een overeenkomst gesloten door middel van een notariële akte, welke ingeschreven wordt in de hypotheekbewaring, waarin vermeld staat: - adres van de woongelegenheid of het gebouw; - adres van de parkeerplaats + ligging ervan; - vermelding van de koppeling van de parkeerplaats aan de woongelegenheid of het gebouw; - de parkeerplaats wordt in stand gehouden en als dusdanig gebruikt;
Art.8.-
Indien door de eigenaar van een woongelegenheid of een gebouw een parkeerplaats geaffecteerd werd, zal een subsidie worden toegekend aan de eigenaar ten bedrage van het door de eigenaar-koper of eigenaar-bouwheer betaalde bedrag inzake ontbrekende parkeerplaatsen zijnde: - ofwel het bedrag betaald aan de stad ingevolge de toepassing van het belastingreglement op het ontbreken van parkeerplaatsen met een max. van 10.000 EUR per parkeerplaats. - ofwel het bedrag betaald aan de bouwheer ingevolge het doorrekenen van de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen door de bouwheer aan de koper met een max. van 10.000 EUR per parkeerplaats. In voorkomend geval bewijst de koper aan de hand van een notarieel attest dat de door de bouwheer verschuldigde belasting aan hem werd doorgerekend en door de koper aan de bouwheer werd betaald.
Art.9.-
Voor woongelegenheden geldt als bijkomende voorwaarde dat de onder artikel 8 vermelde subsidie pas wordt toegekend op voorwaarde dat de betrokken woning effectief bewoond is. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder ‘effectief bewoond’ verstaan: - in de woongelegenheid is iemand gedomicilieerd; OF - de woongelegenheid is opgenomen in het register van de tweede verblijven;
Art.10.- De aanvrager richt zijn verzoek tot toekenning van de subsidie schriftelijk aan het college van burgemeester en schepenen binnen de 5 jaar na datum vaststelling KI of bij ontstentenis datum van de eerste ingebruikname. HOOFDSTUK 3: SUBSIDIERING N.A.V. HUUR VAN NIET GEAFFECTEERDE GARAGE: Art.11.- Er wordt een subsidie toegekend aan eigenaars van woongelegenheden en gebouwen die voor hun woongelegenheid of gebouw een parkeerplaats huren die voldoet aan de voorwaarden van dit reglement en aan de voorwaarden van artikel 2 van het gemeentelijk reglement op het ontbreken van parkeerplaatsen. Art.12.- Door middel van een huurovereenkomst die wordt afgesloten tussen de houder van een zakelijk recht van een parkeerplaats en de eigenaar van een woongelegenheid of een gebouw wordt een binding gerealiseerd tussen een woongelegenheid of een gebouw en een parkeerplaats die nog niet eerder in aanmerking werd genomen om te voldoen aan de verplichting tot het aanleggen van parkeerplaatsen. De huurovereenkomst vermeldt: - adres van de woongelegenheid of het gebouw; - adres van de parkeerplaats + ligging ervan; - vermelding van de koppeling van de parkeerplaats aan de woongelegenheid of het gebouw; - vermelding dat de parkeerplaats in kwestie definitief verbonden is aan de woongelegenheid of het gebouw en aldus niet vrij is voor affectatie. Hiervoor dient een notariële akte, welke ingeschreven wordt in de hypotheekbewaring, van de affectatie bijgevoegd. - de parkeerplaats wordt in stand gehouden en als dusdanig gebruikt; Art.13.- De huurovereenkomst dient verplicht afgesloten te worden voor een periode van minstens 3 jaar en geregistreerd te worden. Art.14.- Indien door de eigenaar van een woongelegenheid of een gebouw een parkeerplaats gehuurd werd, zal een subsidie worden toegekend aan de eigenaar ten bedrage van het door de Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
32
eigenaar-koper of eigenaar-bouwheer betaalde bedrag inzake ontbrekende parkeerplaatsen zijnde: - ofwel het bedrag betaald aan de stad ingevolge de toepassing van het belastingreglement op het ontbreken van parkeerplaatsen met een max. van 10.000 EUR per parkeerplaats. - ofwel het bedrag betaald aan de bouwheer ingevolge het doorrekenen van de belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen door de bouwheer aan de koper met een max. van 10.000 EUR per parkeerplaats. In voorkomend geval bewijst de koper aan de hand van een notarieel attest dat de door de bouwheer verschuldigde belasting aan hem werd doorgerekend en door de koper aan de bouwheer werd betaald. Art.15.- Voor woongelegenheden geldt als bijkomende voorwaarde dat de onder artikel 14 vermelde subsidie pas wordt toegekend op voorwaarde dat de betrokken woning effectief bewoond is. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder ‘effectief bewoond’ verstaan: - in de woongelegenheid is iemand gedomicilieerd; OF - de woongelegenheid is opgenomen in het register van de tweede verblijven; Art.16.- Gedurende de duur van de huurovereenkomst en met een maximum van 9 jaar zal jaarlijks 1/9 van het onder artikel 4 bedoelde bedrag van de subsidie worden uitbetaald. Voor huurovereenkomsten met een kortere duur dan 9 jaar of die vroeger worden stopgezet wordt het onder artikel 14 bedoelde bedrage pro rata temporis verminderd. De huurder richt jaarlijks zijn verzoek tot betaling van de subsidie aan het college van burgemeester en schepenen met bewijs van betaling van de huurgelden van het voorbije jaar. Art.17.- De aanvrager richt zijn verzoek tot toekenning van de subsidie schriftelijk aan het college van burgemeester en schepenen binnen de 5 jaar na datum vaststelling KI of bij ontstentenis datum van de eerste ingebruikname. Art.18.- Kennis van dit besluit te geven aan de wd. stadsontvanger, aan het diensthoofd reken- en belastingdienst en de cel stedenbouw. Bij de behandeling van dit punt vraagt raadslid Viaene of de terugbetaling over 9 jaar ook niet kan gehanteerd worden voor koopgarages. De Burgemeester antwoordt dat iemand die een garage koopt het bedrag liever in 1 maal terugbetaald krijgt. Voor de affectatie doet de periode van terugbetaling er niet toe. Raadslid Houvenaeghel stelt dat dit reglement een goede zaak is voor de bouwpromotoren. De Burgemeester antwoordt dat het in de eerste plaats voor de kopers van een appartement bedoeld is.
20 BEVORDERINGEN BIJ DE VRIJWILLIGE BRANDWEER: VACANT VERKLAREN VAN DE PLAATSEN VAN ADJUDANT - SERGEANT – KORPORAAL EN AANSTELLEN JURY VOOR HET AFNEMEN VAN DE SPORTPROEVEN. De Raad, Gelet op het verslag van de brandweerbevelhebber dd. 3 augustus 2012 ref. RVB 12.0807 inzake de vacante plaatsen van adjudant, sergeant en korporaal; Gelet op art. 27, 42, 43 en 253 § 1 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet dd. 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming; Gelet op het koninklijk besluit van 8 november 1967, houdende, voor de vredestijd, organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweerdiensten en coördinatie van de hulpverlening in geval van brand; Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten; Gelet op het raadsbesluit dd. 18 oktober 2010 houdende de vaststelling van het grondreglement van de brandweer; Overwegende dat er plaatsen vacant zijn van adjudant, sergeant en korporaal in het vrijwillig kader; dat deze dienen ingevuld te worden zoals opgenomen in het grondreglement;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
33
Overwegende dat de kandidaat-korporaals moeten slagen in de proeven inzake lichamelijke geschiktheid zoals opgenomen in het grondreglement; Overwegende dat de proeven inzake lichamelijke geschiktheid eliminerend zijn; Overwegende dat er wordt voorgesteld dat volgende personen zouden zetelen in de selectiecommissie voor de lichamelijke proeven: - Johan Debaene, secretaris gemeente Staden (voorzitter); - Frank Vancoillie, regent LO Sint-Bernarduscollege Nieuwpoort; - Bart Pattyn, regent LO De Vierboete; - Benoit Wilaert, secretaris stad Nieuwpoort (secretaris); Overwegende dat bevorderingen bij de brandweer een bevoegdheid is van de gemeenteraad; Overwegende dat het noodzakelijk is het effectief van het kader op peil te houden, teneinde efficiënt te kunnen optreden; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Volgende plaatsen bij het vrijwillig kader vacant te verklaren: adjudant, sergeant en korporaal.
Art.2.-
Opdracht te geven aan de bevelvoerder om de leden van het korps, door middel van een dienstnota, in te lichten over de vacante plaatsen én de voorwaarden tot bevordering zoals opgenomen in het grondreglement.
Art.3.-
Elke kandidatuur moet rechtstreeks en bij aangetekende brief aan de burgemeester worden gericht. De kandidaturen moeten binnen zijn tegen 20 september 2012.
Art.4.-
De selectiecommissie voor de lichamelijke proeven voor de bevordering tot korporaal als volgt samen te stellen: - Johan Debaene, secretaris gemeente Staden (voorzitter); - Frank Vancoillie, regent LO Sint-Bernarduscollege Nieuwpoort; - Bart Pattyn, regent LO De Vierboete; - Benoit Willaert, secretaris stad Nieuwpoort (secretaris).
Art.5.-
Kennis van dit besluit te geven aan de leden van de selectiecommissie, de brandweerbevelhebber, de wd. stadsontvanger, de secretarie en de personeelsdienst.
21
CAPACITEITSBEPALING BASISSCHOOL DE PAGAAIER.
De Raad, Gelet op het verslag van de personeelsdienst dd. 12 juli 2012 ref. PD/EJ/2012/118 betreffende de capaciteitsbepaling basisschool ‘ de Pagaaier’; Gelet op het verslag van de directeur van de gemeentelijke basisschool dd. 18 juni 2012 ref. GBS/AP/18/06/12/27 betreffende de capaciteitsbepaling van basisschool ‘de Pagaaier’; Gelet op art. 42 van het gemeentedecreet; Gelet op het art. 117 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op het decreet dd. 30 mei 2012 houdende technische en praktische aanpassingen aan het decreet dd. 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht Gelet op het decreet dd. 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht Gelet op het decreet basisonderwijs dd. 25 februari 1997 de artikelen 3,15,18, 21,22,25,26,27,28,29,32,37,hoofdstuk I V afdeling 3. Recht op inschrijving de artikelen 37bis-37 duodevicies en afdeling 4.aanmeldingsprocedures art.37undevicies-art.37vicies septies Gelet op het decreet dd. 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 21; Gelet op het raadsbesluit dd. 18 november 2010 houdende de goedkeuring van het schoolreglement;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
34
Gelet op het overleg in de schoolraad dd. 5 juni 2012; Gelet op de afspraken gemaakt in het LOP dd. 29 augustus 2011; Overwegende dat elk schoolbestuur de capaciteit voor elke school, onderwijsniveau en vestigingsplaats moet bepalen; Overwegende dat de capaciteit van de school, het niveau en de vestigingsplaats maximaal wordt vastgelegd voor zover de veiligheid van de kinderen niet in het gedrang komt (geen pedagogisch luxe); Overwegende dat in het overleg in de schoolraad dd. 5 juni 2012 een maximale capaciteit van 225 kinderen werd voorgesteld; dit aantal als volgt wordt samengesteld: 75 kinderen voor het kleuter onderwijs en 150 kinderen voor het lager onderwijs; Overwegende dat het schoolbestuur ondanks het bereiken van de capaciteit toch bepaalde leerlingen kan inschrijven (conform het decreet basisonderwijs van 25/02/1997 art.37novies §5); Overwegende dat scholen in een LOP-gebied voorrangsperiodes moeten voorzien van minimaal twee weken per voorrangsgroep, waarbinnen ouders leerlingen kunnen inschrijven; Overwegende dat scholen in een LOP-gebied voor de voorrangsgroep ‘kinderen van personeel’ een kortere voorrangsperiode kunnen voorzien ; Overwegende dat scholen in een LOP-gebied ten vroegste de inschrijvingen kunnen starten op de eerste schooldag van maart van het voorafgaande schooljaar; Overwegende dat scholen die gelegen zijn in een werkingsgebied van een LOP verplicht zijn in te schrijven volgens de regels van de dubbele contingentering; BESLUIT BIJ EENPARIGHEID: Art.1.-
Art.2.-
De capaciteit wordt voor basisschool ‘de Pagaaier’ vanaf 1 september 2012 tot anders bepaald, beperkt tot volgende maximum-aantallen: - kleuterschool: max. 75 kinderen; - lagere school: max. 150 kinderen. De inschrijvingsperiode voor de leerlingen uit de voorrangsgroepen wordt samengenomen en duurt (min. twee weken) en start ten vroegste op de eerste schooldag van september van het voorgaande schooljaar. Pas na 1 maart van het voorgaande schooljaar kunnen kinderen die niet tot een voorrangsgroep behoren, ingeschreven worden.
Art.3.-
De dubbele contingentering bij de inschrijvingen wordt vanaf 1 september 2012 tot anders bepaald als volgt vastgelegd: aantal 45 % kansarm en aantal 55 %kansrijk.
Art.4.-
De directeur kan in bepaalde situaties leerlingen toch inschrijven als de maximum capaciteit bereikt is.(cfr. decreet basisonderwijs dd. 25 februari 1997 art. 37novies §5)
Art.5.-
Kennis van dit besluit te geven aan de ouders (via de website – afsprakennota), de schoolraad, dienst communicatie en de personeelsdienst.
22
TOEGEVOEGD PUNT RAADSLID ROGER HOUVENAEGHEL.
De Raad,
Gelet op het verslag van de secretaris dd. 3 augustus 2012 betreffende het toegevoegd punt van raadslid Roger Houvenaeghel; Gelet op art. 22 en 42 van het gemeentedecreet; Gelet op de mail dd. 1 augustus 2012 van raadslid Roger Houvenaeghel waarin hij verzoekt om een punt toe te voegen aan de dagorde van de eerstvolgende gemeenteraad; Overwegende dat het raadslid voorstelt om een open debat te organiseren onder de lijsttrekkers naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen;
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
35
Gelet op het toegelicht voorstel: Het voorstel van beslissing is: over te gaan tot het inrichten van een open debat naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen over het beleid van de stad. 1. Elke Lijsttrekker voert debat voor zijn partij. 2. Ieder partij heeft recht op vijf mondelinge vragen, alsook vrij te antwoorden op elke vraag. 3. Vragen mogen niet gericht worden op individuele personen. 4. Het open debat wordt gehouden te Nieuwpoort-Bad in Centrum Ysara; datum wordt vastgelegd in samenspraak met alle partijen. 5. De volgorde voor wat betreft het stellen der vragen wordt bepaald door loting. 6. Het Stadsbesuur informeert de inwoners van datum en uur open debat. Overwegende dat raadslid Houvenaeghel ter zitting zijn voorstel toelicht; Overwegende dat raadslid Maenhoudt stelt dat het niet aan de raad is om verkiezingsdebatten in te richten; Overwegende dat wordt overgegaan tot stemming met de vraag ‘Dient de gemeente een verkiezingsdebat in te richten zoals voorgesteld door raadslid Roger Houvenaeghel: Overwegende dat de stemming volgend resultaat oplevert: ZEVENTIEN NEEN tegen ÉÉN JA (Roger Houvenaeghel) BESLUIT: Art.1.-
Het voorstel van de heer Roger Houvenaeghel, gemeenteraadslid, om een open debat te organiseren naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen is niet goedgekeurd.
Art.2.-
Kennis van dit besluit te geven aan dhr Houvenaeghel en aan de secretarie.
23
VRAGEN RAADSLEDEN 1) Raadslid Houvenaeghel verwijst naar het recent afgekondigd verbod op het plaatsen van verkiezingsborden. Hij stelt dat het absurd is dat het schepencollege nu beslist heeft om de officiële borden niet langer verticaal maar wel horizontaal te plaatsen en noemt dit kosten maken op de kap van de inwoners. De Burgemeester antwoordt dat dit niet klopt want dat het horizontaal plaatsen van de borden goedkoper is dan het verticaal plaatsen omdat er minder palen nodig zijn. 2) Raadslid Houvenaeghel vraagt of raadslid Braet hem binnenkort zal trakteren op een etentje omdat het door hem is dat het raadslid binnenkort schepen wordt als Schepen Lips aftreedt om de bewuste garage te kunnen kopen. 3) Raadslid Bellefroid vraagt of er een termijn is voor het beantwoorden van mails door de stad omdat er klachten zijn dat mails niet worden beantwoord. De Burgemeester antwoordt dat het raadslid in dergelijke gevallen best contact opneemt met de secretaris die het nodige kan doen. 4) Raadslid Viaene vraagt hoe het komt dat de fonteinen op de kaai enkel werken in de weekends. De Burgemeester antwoordt dat er metingen worden uitgevoerd om te kijken of er verlies op het water zit. Hiervoor dient de installatie stilgelegd te worden. Dit gebeurt op weekdagen.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012
-blz
36
5) Raadslid Maenhoudt deelt mee dat hij vastgesteld heeft dat er veel putten in de zwarte wegel tussen de Dudenhofenlaan en de Cardijnlaan zitten. De Burgemeester antwoordt dat dit zal bekeken worden. Geen andere punten meer te behandelen zijnde, wordt de zitting opgeheven. De Secretaris,
De Burgemeester-Voorzitter,
Benoit Willaert.
Roland Crabbe.
Gemeenteraad dd. 16 augustus 2012