nummer 04 – november 2012 – 2de jaargang – www.rdmcampus.nl
3Dtechnologie binnen drie jaar mainstream
de haven als proeftuin
Kenniscentrum Mainport Innovation
Lectoren delen kennis tijdens openbare les Creating Comfortable Climatic Cities / Blue Revolution
Heijplaat
Hier heb je pas echt het gevoel dat je in een havenstad woont
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Inhoud
02 Made@RDM 04 Column Innovatie door adaptatie 05 Fotografie: marcel vogel
Dnamo 2.0 06 In ontwikkeling 08
3D-technologie binnen drie jaar mainstream
Hoofdredactioneel
10
Proeftuin voor stad en haven
de Haven als proeftuin
De unieke combinatie van stedelijke functies en havenfuncties in het gebied RDM/Heijplaat maakt dat RDM Campus steeds meer een levend laboratorium voor innovaties in stad en haven wordt. Deze editie van RDM Campus Magazine illustreert deze ontwikkeling en laat zien met welke projecten en partnerships RDM Campus een bijdrage levert aan havenstad Rotterdam.
12 Productie en innovatie hand in hand 14 Hier heb je pas echt het gevoel dat je in een havenstad woont 16 Lectoren delen kennis tijdens openbare les 18 Werken met de machines van morgen 19 BioBased Paviljoen bij ICDuBo 20 50 jaar RDM
Contact RDM Campus Heijplaatstraat 23 3089 JB Rotterdam +31(0)10 794 9229
[email protected] www.rdmcampus.nl
In het centrum van Rotterdam ervaar je nauwelijks meer dat de grootste haven van Europa aan je voeten ligt. Hoe anders is dat in Heijplaat. Buitendijks en ingeklemd tussen de Waal- en Eemhaven is dit voormalige arbeidersdorp van de RDM-werf een ideale proeftuin voor stedelijke herontwikkeling. Of het nu gaat om adaptief bouwen, verduurzaming van de bestaande woningvoorraad of het experimenteren met conceptuele woningen, op Heijplaat gebeurt het allemaal. Dit is te danken aan een unieke samenwerking tussen bewoners, (deel)gemeente, het Havenbedrijf Rotterdam, woningcorporatie Woonbron en RDM Campus en hun bereidheid om buiten de gebaande paden te treden. Door samen te investeren is het gelukt om tot onconventionele oplossingen te komen en perspectief te creëren voor behoud en vernieuwing van een uniek stuk Rotterdam. De eerste stappen zijn gezet en vanuit de campus zullen we actief bijdragen in het uitvoeren en monitoren van projecten in het kader van de Kennisagenda die we met de partners vastgesteld hebben. Op de campus zelf wordt in de tussentijd ook hard gewerkt om de Rotterdamse haven te ondersteunen in haar ambitie om in 2030 de meest innovatieve en duurzame haven van de wereld te zijn. Steeds meer bedrijven uit de haven en de maritieme sector vinden hun weg naar de campus en werken samen met Albeda College en Hogeschool Rotterdam aan het opleiden van technisch talent en met Dnamo aan het stimuleren van ondernemerschap in de haven. Ook het toegepaste onderzoek rond de haven wordt versterkt. Naast het reeds bestaande kenniscentrum Sustainable Solutions RDM vestigt Hogeschool Rotterdam per 1 november het nieuwe kenniscentrum Mainport Innovation op RDM Campus. Tevens wordt de samenwerking met andere kenniscentra uitgebreid. Een concreet voorbeeld hiervan leest u in het artikel over 3D-technologie. Met alle ingrediënten van RDM Campus is het begrip proeftuin geen holle frase. Dat merken wij ook aan de vele delegaties uit binnen- en buitenland die ons bezoeken. Zien is geloven. We hopen dat het u als lezer van dit magazine inspireert om ook aan te haken en samen met ons er voor te zorgen dat havenstad Rotterdam de werknemers en ondernemers krijgt die nodig zijn voor een succesvolle en duurzame MAINport. Gabrielle Muris & Bert Hooijer Directie RDM Campus
Colofon Redactie: Frank van der Zwan Grafisch Ontwerp: Medamo, Rotterdam Fotografie: Marijke Volkers, Marcel Vogel Druk: Printvisie
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
01
Regenwatertank
RDM Campus is dé locatie voor het ontwikkelen en testen van productinnovaties. Om u een idee te geven welke mogelijkheden de campus biedt, lichten we er graag een aantal voor u uit.
02
Van februari tot juli hebben 50 eerstejaarsstudenten van de opleiding Industrieel Product Ontwerpen (IPO) een project uitgevoerd voor Dragon Plastics, fabrikant van rotatiegietproducten. Rotatiegieten is een techniek waarmee met relatief lage investeringskosten middelgrote tot zeer grote holle kunststofproducten uit één stuk in serie kunnen worden geproduceerd. Denk daarbij aan producten als vloeistofcontainers, waterwegmarkeringen en wegafscheidingselementen. De opdracht aan de studenten was een regenwatertank voor particulieren ontwerpen voor een klant van Dragon Plastics. Met hun technische tekening van het eerste ontwerp zijn de studenten naar het bedrijf gegaan, waar ze nuttige feedback op hun ontwerp gekregen en het productieproces van dichtbij konden bekijken. Begin juli werden de definitieve eindresultaten tentoongesteld in Innovation Dock, met een korte pitch van elke student aan de opdrachtgever. Dragon Plastics toonde zich zeer enthousiast over de samenwerking met de eerstejaarsstudenten en kon zijn klant uiteindelijk blij maken met maar liefst 50 realistische, technisch uitgewerkte ontwerpvoorstellen. Het bedrijf heeft aangegeven de samenwerking graag voort te zetten.
TCC Hoogvliet
Training en Cursus Centrum TCC is verhuisd van Hoogvliet naar de Scheepsbouwloods op RDM Campus. Dit trainingscentrum is al vele jaren gespecialiseerd in het verzorgen en ontwikkelen van industriële opleidingen op het gebied van veiligheid. Hun opleidingen zijn erkend door de SOG, SIR en Deltalinqs, oftewel alle toonaangevende instituten binnen de petrochemie. De organisatie kenmerkt zich door serviceverlening en flexibiliteit. Trainingen in de avonduren, weekeinden, in meerdere talen, op maat en in-company behoren tot de mogelijkheden. Bij TCC kunnen mensen de basiscursus veiligheid (VCA) volgen of worden ze opgeleid tot mangatwacht. Ook kun je er leren om veilig te werken met heftrucks of hoogwerkers. Allemaal opleidingen die aansluiten bij de vereisten van de hedendaagse petrochemie. Daarnaast detacheert TCC ook mensen naar de petrochemie. Dit doen zij via het uitzendbureau voor de industrie, TCC Personeelsdiensten. www.trainingcursuscentrum.nl
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Green Motion Hybrids
Green Motion Hybrids, gevestigd in Innovation Dock, specialiseert zich in het efficiënter en schoner maken van het verbrandingsproces in motoren van auto’s, tot wel 20%. Dit is mogelijk met behulp van waterstof. Het product produceert een gas, bestaande uit waterstof en zuurstof, en voegt deze toe aan de motor van de auto via de luchtinlaat. “Bij alle GMHprojecten staat de knowhow, de unieke kennis, centraal. De producten van GMH kunnen elke auto efficiënter en schoner maken, door een reductie van verbruik en uitlaatgassen. Het product lijkt simpel, maar is complex. Momenteel hebben de meeste verbrandingsmotoren een efficiëntie van ongeveer 25%. De producten van GMH verhogen dit percentage en verlagen de hoeveelheid giftige gassen”, aldus Arian Khamooshian, een van de oprichters. “Ik heb besloten om mij aan te sluiten bij Dnamo vanwege het feit dat het een duurzame incubator is met toegang tot de geweldige, grote werkplaats van RDM Campus die alles heeft wat wij nodig hebben voor de ontwikkeling van de producten van Green Motion Hybrids.” www.greenmotion technologies.com
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
De Alternatieve Energiewinkel
Nog een nieuw bedrijf op RDM Campus is de Alternatieve Energiewinkel, een jong en dynamisch bedrijf dat zich richt op zowel de particuliere als de zakelijke markt. De komende jaren zullen de energiekosten sterk gaan stijgen. Er wordt door het bedrijfsleven en de overheid flink geïnvesteerd in de ontwikkeling van duurzame producten. Niet alleen uit milieu overwegingen, maar nadrukkelijk ook om de energiekosten terug te dringen. Investeren in duurzame energie werkt kostenreductie in de hand. De Alternatieve Energiewinkel levert de producten daarvoor. De aanschaf ervan wordt veelal door de overheid gesubsidieerd. Grote en kleine bedrijven zijn klant, maar ook recreanten met tuinhuizen, boten, campers en caravans. De winkel biedt een breed en gevarieerd assortiment van energie-opwekkende en energiebesparende producten, zoals zonnepanelen, zonneboilers, windmolens, warmtewisselaars, LED-verlichting voor bedrijfshallen en kantoren, watervrije urinoirs, methanolgeneratoren, omvormers, accu’s, gereedschap en nog veel meer.
Mr. Elevator
Mr. Elevator heeft zicht gevestigd op de nieuwe kantoorvloer in Innovation Dock. het bedrijf, opgericht in 2002, is wereldwijd marktleider in onderhoud en reparatie van scheepsliften. Deze service is, dankzij gecertificeerde technici in meer dan 70 havens, direct, 24 uur per dag en 365 dagen per jaar wereldwijd beschikbaar. Het bedrijf heeft een zorgvuldig opgebouwd wereldwijd netwerk van speciaal opgeleide lokale technici, waardoor er geen dure reizen gemaakt hoeven worden, er directe respons is en, als het nodig is, er opvolging in service is in de volgende haven die een schip aandoet. Mr. Elevator voert veiligheidsinspecties, reparaties en moderniseringen uit en is gecertificeerd voor onderhoud aan elk merk scheepsliften. www.mr-elevator.com
www.alternatieveenergiewinkel.nl
03
Veel Rotterdammers weten ‘t maar we staan er zelden lang bij stil. Grote delen van de stad liggen (meters) onder de zeespiegel, veilig achter de dijken. We besteden in Nederland en ook in Rotterdam veel aandacht aan het veilig houden van die gebieden: de veiligheid van bewoners dient immers altijd centraal te blijven staan. Bovendien, wat heeft het voor zin te investeren in een stad die qua waterveiligheid te wensen over laat. Bij een dijkdoorbraak zouden delen van de stad onderlopen, met alle gevolgen van dien. De aandacht hiervoor wordt door de klimaatverandering alleen maar groter. Dat is een goede zaak.
baar geworden. Bovendien gaat het er in ruimtelijke zin op een gegeven moment ook wel vreemd uitzien als je nieuw gebied alsmaar blijft ophogen. En dus is het tijd voor iets nieuws. Slimme, veilige oplossingen voor buitendijks gebied met een lange houdbaarheid. Veilig én aantrekkelijk. Een ideale plek voor zo’n aanpak is een gebied dat volop in duurzame ontwikkeling is en dat zich in hoog tempo aanpast aan de uitdagingen van de toekomst. Op Heijplaat wordt op een hele innovatieve manier bij de bouw van het Nieuwe Dorp en de bescherming van het bestaande gebied met waterveiligheid omgegaan. Niet klakkeloos ophogen maar een combinatie zoeken van een waterkering (geen hoge dijk!), nieuwbouw waar (heel af en toe) een laag water in de benedenverdieping kan staan zonder grote schade te veroorzaken (stopcontacten en schakelkasten komen dus niet laag bij de grond en geen parket op de benedenverdieping). En bewoners die betrokken en goed geïnformeerd zijn over waar ze wonen en hoe ze daarmee om kunnen gaan en die bij dreigende hoogwaterstanden op tijd weten welke maatregelen ze kunnen treffen. Adaptief ontwikkelen noemen we dat. Je aanpassen aan de omstandigheden.
Innovatie door adaptatie Nu wonen er in Rotterdam ook ca. 40.000 mensen die niet door de dijken beschermd worden. Zij wonen ‘buitendijks’. Ze wonen (een stuk) hoger omdat buitendijks gebied met het oog op de veiligheid hoger wordt aangelegd. Tot voor kort hanteerden we bij nieuwe ontwikkelingen buitendijks steeds hogere uitgiftepeilen die gebaseerd waren op nieuwe verwachtingen van de waterstanden. Langzamerhand is dat onbetaal-
Heijplaat is een prachtig voorbeeld van vernieuwende stedelijke ontwikkeling. Een voorbeeld dat navolging verdient. Randvoorwaarde is dat iedereen uit zijn ivoren toren moet komen en bereidheid en durf toont om samen nieuwe oplossingen toe te passen. Oplossingen die afwijken van wat we gewend zijn, waar we gezamenlijk verantwoordelijkheid voor nemen en dragen en waar we niet naar elkaar wijzen met de regels in de hand. Dat geldt voor de ontwikkelaar, de gebiedsbeheerder, de bewoners, het Havenbedrijf en zeker niet in de laatste plaats de (deel)gemeente zelf. Alleen dan kunnen we de prachtige buitendijkse gebieden die Rotterdam rijk is en waarvan Heijplaat zo’n mooi voorbeeld is, zo inrichten en gebruiken dat ze een voorbeeld zijn voor de wereld. Op Heijplaat gaat het echt gebeuren. Ik ben er trots op en nodig iedereen alvast uit straks een kijkje te komen nemen. Paula Verhoeven Directeur Programmabureau Duurzaam Gemeente Rotterdam
Zie voor meer informatie over Heijplaat en het Nieuwe Dorp het artikel op pagina 14.
04
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
rubriek
Een nieuw team, een nieuwe directeur, een gloednieuwe locatie en een nieuwe visie op de toekomst. Oftewel Dnamo 2.0, aldus het team! Sinds september zit Dnamo in het nieuwe kantoor, hangend aan de historische constructie van Innovation Dock. Als eerste heeft zij haar intrek genomen in het kantoor dat al vanaf de ingang van de hal niet te missen is: een oranje gloed straalt de ruimte in, de ontmoetingsruimte op het balkon is al zichtbaar gezellig en achter de enorme glazen wanden van het kantoor wordt druk gewerkt.
Gabrielle Muris, directeur RDM Campus en sinds juli ook directeur van Dnamo, is blij met de komst van het team naar Innovation Dock: “Een logische stap, Dnamo past perfect in de visie van RDM Campus. Onder het motto Research, Design & Manufacturing werken onderwijs en bedrijven hier samen aan duurzame en innovatieve oplossingen op het gebied van bouwen, mobiliteit, energie en in toenemende mate ook maritieme technologie. Dnamo trekt ondernemende mensen naar de campus en heeft een goed netwerk onder young professionals
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
en financiers. Dat is van grote meerwaarde voor de verdere ontwikkeling van de campus en het creëren van economische spin off uit kennis.” Inmiddels is ook het team van Dnamo vernieuwd. Vincent Wegener is de nieuwe Incubation Manager van Dnamo en vertelt vol enthousiasme over de nieuwe visie van Dnamo: “De focus van Dnamo komt te liggen op het accelereren van innovaties van startende ondernemers in Europa’s grootste haven. Dnamo zal hierin twee programma’s aanbieden: het Dnamo Prototype Program en het Dnamo Growth Accelerator Program. Op 15 november is de officiële opening van ons nieuwe kantoor en zullen wij tevens de nieuwe visie verder uiteenzetten.” Naast alle nieuwe ontwikkelingen doet Dnamo vooral nog steeds wat zij heel goed kan: het ondersteunen van startende ondernemers. Binnenkort gaat het pre-incubatieprogramma weer van start met een groot aantal enthousiaste en innovatieve potentiële ondernemers.
05
Fotografie: marijke volkers
Het team van Dnamo en haar ondernemers zijn razend enthousiast over hun nieuwe locatie! Evenals de ondernemers uit Innovation Dock, die inmiddels gebruikmaken van de vergaderruimtes in de kantoorruimte. Een van de doelen bij het ontwerp van de kantoorvloer is dan ook geweest dat er een ontmoetingsruimte zou ontstaan. De hoek van de kantoorvloer, het deel met een balkon, is hier speciaal op ingericht en zal onder andere ook gaan dienen als gezamenlijke lunchruimte voor alle ondernemers in Innovation Dock.
Dnamo 2.0
Franklin Offshore
Op RDM Campus wordt op dit moment onder meer gewerkt aan de volgende innovaties
06
Multinational Franklin Offshore – met het hoofdkantoor in Singapore – vestigt zijn Europese hoofdkantoor op RDM Campus. Het bedrijf is een specialist in het aanmeren, vastleggen, optuigen en uitrusten van offshore vaartuigen en objecten. Franklin Offshore Europe – afkomstig uit Dordrecht – gaat vanuit Rotterdam de maritieme, olie & gas en offshore industrie bedienen. Het Nederlandse bedrijf heeft zich in afgelopen drie jaar zodanig ontwikkeld dat uitbreiding en waterontsluiting noodzakelijk zijn geworden. Het denkt binnen enkele jaren te groeien van 45 naar 200 werknemers. De komst van Franklin Offshore Europe past in het beleid van het Havenbedrijf Rotterdam om de positie van Rotterdam als offshore haven verder te verstevigen. Bovendien stimuleert het de verdere ontwikkeling van de technische opleidingen op RDM Campus. De vestiging van dit soort bedrijven op de campus biedt de mogelijkheid voor ideale kruisbestuiving tussen opleiding en praktijk. Franklin Offshore Europe betrekt initieel ruim 11.000m2 in de Scheepsbouwloods en ruim 4.000m2 buitenruimte op RDM West aan de Heysehaven (havennummer 2610).
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Buildbag
Fotografie: marcel vogel
Buildbag is een jong bedrijf dat zich richt op de ontwikkeling, productie en verkoop van innovatieve milieuvriendelijke bouwmaterialen, waarbij reductie van CO2-emissie en grondstofbesparing centraal staan. Het bedrijf is opgericht na de realisatie van een succesvolle patentaanvraag. Het patent bevat een concept voor zeer duurzame bouwsysteem/constructie-elementen voor de bouw van (draag)muren. Gedurende de afgelopen twee jaar is het concept (gedeeltelijk i.s.m. studenten van Hogeschool Rotterdam) doorontwikkeld en uitgebreid tot een compleet modulair bouwsysteem voor low budget woningen. Inmiddels is het bedrijf toe aan de bouw van een eerste ‘proof of concept’ modelwoning in Innovation Dock. Deze woning zal worden gebruikt voor presentaties aan NGO’s, buitenlandse handelsdelegaties, (inter)nationale bouwgerelateerde bedrijven, kennisinstellingen, studenten en vakpers. Daarnaast zal de woning permanent worden ingezet als studieobject/testlab voor hogeschoolstudenten die opdrachten uitvoeren ter verbetering of uitbreiding van het Buildbag-bouwsysteem.
ESCBO
Op initiatief van Siemens Nederland bouwen zeven teams van hogescholen en zakelijke partners tot de zomer van 2013 in competitieverband elektrische sportauto’s in de Electric Sports Car Build-off. Met de ESCBO wil Siemens laten zien dat werken met elektrotechniek leuk en uitdagend is. Team GTZero van Hogeschool Rotterdam is een van de teams en gaat graag de uitdaging aan! Begin oktober vond op RDM Campus de aftrap van de wedstrijd plaats. Volgend jaar juni, 9 maanden later, kiest
een deskundige jury de beste auto uit. Innoveren, kennisdelen, co-creëren en samen veel plezier beleven vormen de kern van de ESCBO en zijn dus factoren waar de auto bouwende studenten en young professionals hoog mee kunnen scoren in de competitie. Daarnaast let de jury, onder andere bestaande uit Wubbo Ockels (Superbus) en Guido van Woerkom (ANWB), echter ook op andere zaken. Want een sportauto hoort snel en uitdagend te zijn. En natuurlijk zijn veiligheid, actieradius
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
en energieverbruik ook belangrijke factoren. De teams krijgen allemaal een zelfde bouwpakket, bestaande uit een Citroën 2CV donorauto en een bodykit van de Burton Car Company. In de sportieve eend met hoge aaibaarheidsfactor worden vernieuwende elektrische motoren gebouwd, waarbij de teams worden uitgedaagd snelle, slimme, zuinige en innovatieve ontwerpen te maken waarvoor de RDW een kenteken kan verlenen.
07
Fotografie: marcel vogel
3D-technologie binnen drie jaar mainstream Door Madelon Stoele
Over een paar jaar print je thuis een elektronisch apparaatje uit op een 3D-printer. Wat? Ja, we staan aan de vooravond van een technologische revolutie. De consument wordt straks producent én ontwerper. Het is bijna niet voor te stellen, maar de revolutie is zelfs al in volle gang. Zonnepanelen, vliegtuigonderdelen en prothesen worden nu al via ‘additive manufacturing’ geprint. Wat betekenen deze ontwikkelingen voor consumenten, producenten en voor de samenleving als geheel? En: hoe duurzaam zijn dit soort nieuwe technologieën eigenlijk?
08
“Additive manufacturing, het laag voor laag opbouwen van een product vanaf een digitaal bestand, is binnen een paar jaar een standaard bewerkingstechnologie. Elk ontwerpbureau heeft dan een 3D-printer staan”, voorspelt Bas Flipsen, lector Duurzame productontwikkeling bij kenniscentrum Sustainable Solutions RDM. “Hierdoor zijn nieuwe, betere producten te ontwerpen en fabriceren, die via traditionele methoden onbereikbaar zijn.” Met de 3D-printer kun je lichte materialen maken, die nu al worden toegepast in de lucht- en ruimtevaart, maar ook in de zorg. Peter Troxler, lector Revoluties in de maakindustrie bij kenniscentrum Creating010: “Die technologie kenden we al in de jaren ‘80 en ‘90, maar het wordt nu goedkoper, toegankelijker en anders ingezet. Naast
RDM #04 RDMCAMPUS campusMAGAZINE MAGAZINE #01
Door 3D-printing verandert de rol van de ontwerper, producent en consument
additive manufacturing hebben we het ook over ‘direct digital manufacturing’; digitaal aangestuurde processen om de industrie rondom additive manufacturing te vergemakkelijken.”
Nieuwe mogelijkheden
“Producenten zullen met deze technologie eenvoudiger wijzigingen kunnen aanbrengen in het productieproces en er ontstaan nieuwe typen producten. Het is interessant om na te denken over het nieuwe scala aan mogelijkheden en de gevolgen die dit heeft voor de samenleving”, vindt Bas Flipsen. “Door 3D-printing verandert in elk geval de rol van de ontwerper, de producent en de consument, meent Mirjam van den Bosch, onderwijsmanager Industrieel Product Ontwerpen bij Hogeschool Rotterdam: ”Je hebt straks een basisontwerp dat wordt aangepast aan de persoonlijke smaak en de wensen van de consument. Oftewel: gepersonaliseerde producten. Denk bijvoorbeeld aan een wasmachineknop. De ontwerpcriteria voor een product worden vastgelegd door de ontwerper. Zij zullen anders moeten gaan nadenken over producten. Die wasmachine bestaat dan misschien alleen nog maar uit een paar basisonderdelen die lang meegaan, de rest van de onderdelen kan de consument zelf om de paar jaar vervangen.”
Open source
Bas Flipsen: “Postindustriële productietechnieken bieden een alternatief voor massaproductie. We gaan nu veel meer toe naar een situatie van lokaal werken en open stromen.” Peter Troxler vervolgt: “Je kunt spreken van een open source tijdperk: open persoonlijke digitale ontwerpen en productie, open hardware, open uitvindingen. Daarvoor zijn nieuwe formats, systemen voor innovatie en co-creatie nodig. In de praktijk ontstaan steeds meer fablabs, die kun je zien als een soort copyshops. Hier is die digitaal aangestuurde apparatuur beschikbaar.” Mirjam van den Bosch: “Afschermen van kennis staat ook eigenlijk haaks op de werkwijze bij het kennis-
centrum. Wij werken veel samen met het MKB. Juist voor deze sector is kennis delen en toegankelijk maken belangrijk. De gedachte heeft ergens ook iets idealistisch; we kunnen er samen beter van worden.”
Is additive manufacturing duurzaam?
Gaan we er wat duurzaamheid betreft eigenlijk wel op voorruit? Peter Troxler: “Additive manufacturing, de logistiek en materialen zijn niet per definitie duurzaam. Daar ligt juist een uitdaging voor de studenten op RDM Campus.” Maar additive manufacturing biedt bedrijven wel mogelijkheden om efficiënter en duurzamer te produceren, stelt Mirjam van den Bosch. “Producten of onderdelen kunnen op elk gewenst moment (on demand) worden geproduceerd, zodat je de voorraad kunt
RDMcampus CAMPUSMAGAZINE #01 MAGAZINE #04 RDM
minimaliseren, lokale (gerecycleerde) materialen kunt gebruiken en de transportkosten kunt verlagen. Volgens mij is daar milieuwinst te behalen. Een ander aspect van additive manufacturing komt naar voren als we kijken naar de logistieke keten. Met additive manufacturing is het mogelijk om de maakindustrie terug te halen van bijvoorbeeld China naar Europa. Hiermee kun je brandstofgebruik en CO2-uitstoot beperken en je kun ook een koppeling maken naar de werkgelegenheid. Dus terug naar kleinschalig en lokaal werken. Er ontstaat een hele nieuwe bedrijfstak. Voor ontwerpers biedt deze veranderende context mogelijkheden die vertaald kunnen in een nieuwe ontwerppraktijk.”
Samenwerking bedrijfsleven
“Deze ontwikkelingen in productontwerp en de industrie zijn nog heel nieuw en over een paar jaar pas echt zichtbaar”, aldus Peter Troxler. “Maar we staan wel aan het begin ervan. RDM Campus wil met de lectoraten en de kenniscentra vooruit lopen. We kijken naar deze technologie en de consequenties ervan en vergelijken dat met de traditionele industrie.” Bas Flipsen: “RDM Campus biedt fysieke ruimte. Bedrijven kunnen zich hier vestigen en experimenteren. Studenten hebben kennis nodig over de nieuwste technologie en participeren in praktijkgericht onderzoek over duurzame productontwikkeling.”
09
rubriek
Kenniscentrum Mainport Innovation
De haven als proeftuin Door Suzanne Ketterings
De opgaven die zijn geformuleerd in de Havenvisie 2030 vormen de onderlegger voor het praktijkgerichte onderzoek van Mainport Innovation. “Binnen het kenniscentrum zijn vier programmalijnen geformuleerd”, vervolgt Joosten. “Bijvoorbeeld ‘Innovatie in de procesindustrie’: in 2030 zijn naar verwachting Rotterdam en Antwerpen geïntegreerd
10
tot een modern en duurzaam industrieen energiecomplex. Ad de Kok, lector Groene Grondstoffen, gaat zich verdiepen in de vraag: hoe realiseren we de omschakeling van petrochemie naar biobased met hernieuwbare, groene grondstoffen? Innovatie in de procesindustrie gaat ook over het efficiënter en effectiever maken van chemische processen, dus meer voor minder (procesintensificatie en beter hergebruik van afvalstromen). Een ander thema binnen het kenniscentrum is strategisch onderhoud. De nadruk bij installaties verschuift van aanschaf naar instandhouding en dat vraagt om een slimmere onderhoudsstrategie om kosten te besparen.” ‘Innovatie in de logistiek’ is een tweede programmalijn, die is onderverdeeld in Supply Chain Management en Informatie in de haven. Rotterdam is een belangrijk logistiek knooppunt en in 2030 dé Global Hub voor containers, brandstofen energiestromen. En dat knooppunt
moet optimaal functioneren om bedrijven en consumenten in Europa op tijd te Kees Joosten
Fotografie: marijke volkers
“We hebben op 1 november onze deuren officieel geopend”, zegt Kees Joosten terwijl hij gebaart naar de uitnodigingskaart ‘Groeten uit de Rotterdamse Haven!’. Joosten is de kersverse programmadirecteur van kenniscentrum Mainport Innovation van Hogeschool Rotterdam. “Een aantal bestaande lectoraten, zoals Ideale Haven, Logistics en Transitiemanagement, is samengebracht en op z’n minst vijf nieuwe lectoren worden geworven. Dit stimuleert een multidisciplinaire benadering van de complexe vraagstukken voor het ontwikkelen van de haven van de toekomst.”
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
rubriek
Rotterdam is het grootste logistieke en industriële knooppunt van Europa. In de haven wordt jaarlijks zo’n 430 miljoen ton goederen overgeslagen en naar verwachting twee keer zoveel in 2030. De ambitie is om dat te doen met slechts de helft van de huidige milieu-impact. Dat vraagt om kennis, innovatie en goed opgeleide mensen. In kenniscentrum Mainport Innovation werken studenten, docenten en lectoren in praktijkgerichte onderzoeksprojecten samen om bij te dragen aan de transitie naar de meest efficiënte, veilige en duurzame haven van de wereld.
leveren. Marcel Ludema, lector Supply Chain Management, buigt zich over de vraag: hoe gaan we de logistiek slimmer en efficiënter organiseren? Ludema: “We onderzoeken de ketenlogistiek van de haven en haar achterlandverbindingen. Een voorbeeld is het in kaart brengen van de versstromen van en naar het Westland, Barendrecht en CoolPort (onderdeel van de haven van Rotterdam). Hoe krijg je de regie over een keten met steeds wisselende ketenpartijen, waar intermodaal vervoer belangrijk is, maar informatie nog altijd gefragmenteerd is? De keten is slimmer te organiseren door beter af te stemmen. We kunnen protocollen ontwikkelen waarin we vastleggen hoe we met elkaar communiceren en informatie uitwisselen. De ketenpartners zijn dan flexibeler en kunnen sneller schakelen als nieuwe trends zich aandienen. Zeker bij versproducten is kwaliteit van de goederen direct gekoppeld aan de efficiëntie in de keten. Met studenten van diverse opleidingen onderzoeken we, integraal en multidisciplinair, de keten van teler tot supermarkt. Door een student op elke schakel te plaatsen, kunnen concrete praktijkoplossingen gezocht worden om de efficiëntie in de keten te vergroten. Die kunnen liggen op het vlak van economie, technologie, bedrijfskunde, recht, planologie, bereikbaarheid, duurzaamheid en sociologie.”
haven bij studenten en docenten, creativiteit (zoals Pressure Cooker) en arbeidsmarkt. Want met de uitbreiding van de haven met Maasvlakte 2, neemt de vraag naar goed opgeleide mensen tot 2030 toe met circa 10.000, waarvan een groot deel hbo’ers. Het Kenniscentrum Mainport Innovation reikt niet alleen concrete praktijkoplossingen aan, maar ook de volgende generatie havenwerkers die nieuwe kennis slim toepassen.
Tot slot is er de programmalijn ‘Succesfactoren haven 2030’ die gaat over Transitie van de haven: de herontwikkeling van oude havengebieden, maar ook onderzoek naar de impact van maatschappelijke en technologische trends. De lector Ideale Haven richt zich vooral op het aanwakkeren van de interesse voor de
Hogeschool Rotterdam heeft in totaal zes kenniscentra waar onderzoek wordt verricht en die samenwerken binnen het Instituut voor Onderzoek en Innovatie (IOI): Zorginnovatie, Creating010, Talentontwikkeling, Innovatief Ondernemerschap, Sustainable Solutions RDM en Mainport Innovation. De laatste twee zijn gehuisvest op RDM Campus en zijn logische samenwerkingspartners.
De programmalijn ‘Maritieme innovatie’ wordt nog verder uitgewerkt met Rotterdam Mainport University, de nieuwe samenwerking tussen Hogeschool Rotterdam en het Scheepvaart & Transport College. Onderzoek zal zich vooral richten op duurzaamheid in de scheepsbouw en scheepvaart, offshore constructies en maritieme werktuigbouw.
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
11
Veel belovende toekomst e-mobility krijgt gezicht
Fotografie: marijke volkers
Bij de Elektrische Scooterfabriek in Innovation Dock rollen sinds kort de eerste e-scooters van de band. Het productiewerk wordt uitgevoerd door kwetsbare jongeren, ondersteunend onderzoek en innovatie komt van opdrachtgever QWIC, hbo-opleidingen en kenniscentra.
Door Sabine Schipper
Het is alweer vier jaar geleden dat Michiel Hartman, CEO van scooterfabrikant QWIC, samen met lector Future mobility Frank Rieck door het toen nog lege Innovation Dock liep. QWIC zocht naar mogelijkheden om met haar productie uit te wijken naar Nederland. “In China liepen we aan tegen communicatieproblemen. Daarbij wordt elk goed idee in China meteen gekopieerd.” Al pratende ontstond het idee van het koppelen van kennis aan assemblage. Omdat uiteraard ook het kostenplaatje meespeelde, bleek de combinatie van mensen opleiden én innovatieve producten maken het ei van Columbus. Toen ook Maas Leerfabrieken erbij betrokken raakte, kon concreet invulling gegeven worden aan de financiële en uitvoerende kant. Een multidisciplinaire groep excellente studenten van het I-Lab Moving@Rotterdam omarmde de ESFA als project en werkte aan een business plan, marketing strategie en de inrichting van de fabriek. Sinds september 2012 rollen de scooters van de band. Een groep van vier man houdt de fabriek draaiende. Naast directeur Hans Hoogbergen en lijnmanager Rodiën Fundador zijn dat
12
productiemanager Lennart van der Linden, die zijn afstudeeropdracht aan Hogeschool Rotterdam deed bij de ESFA, en werkmeester Peter Blokdijk, een Heijplaat-local wiens vader en opa al bij de RDM werkten. Ze begeleiden samen een groep van rond de twintig jongeren die begin oktober 2012 van start zijn gegaan met de eenjarige opleiding Assistent Mobiliteitsbranche. Deze opleiding is ontwikkeld samen met het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Onderhoud in Mobiliteit (CIVOM). In het CIVOM zijn ROC Zadkine, Albeda College en Hogeschool Rotterdam verenigd. Financiering voor de fabriek komt vanuit het bedrijfsleven (Havenbedrijf, branche kleinmetaal) en stichtingen.
Meer maatwerk
De werkplekken bij de ESFA zijn bedoeld voor werkloze jongeren tussen de 17 en 27, functionerend op vmbo-niveau 1. Twee dagen per week is er een medewerker van het gemeentelijk Jongeren loket bij ESFA actief om jongeren te plaatsen en begeleiden. De jongeren beginnen hun opleiding in de ‘train lane’, waar ze leren op tijd te komen, goed te communiceren en respect te tonen.
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Productiewerk en innovatie hand in hand in elektrische scooterfabriek
Kennis aan het werk
Peter Blokdijk (links) en Adrie Spruijt
Daarna starten ze met eenvoudig assemblagewerk in de ‘slow lane’. Ze moeten continu hun eigen en elkaars werk controleren, dit is volgens Hoogbergen noodzakelijk. “Omdat het ongeschoolde jongeren zijn, kun je hun werk eigenlijk niet vertrouwen.” Om door te kunnen stromen naar een ‘echt’ bedrijf – het uiteindelijke doel – moeten de jongens kunnen functioneren in de ‘fast lane’, waar op productiesnelheid wordt gewerkt. Opdrachtgever QWIC is erg tevreden. Hartman: “We zijn veel flexibeler in de productie, kunnen meer maatwerk leveren. De medewerkers van ESFA worden heel gedegen opgeleid, waardoor de kwaliteit van ons product enorme stappen heeft gemaakt. En ik ga er vanuit dat ze al producerend steeds meer leren en nog beter worden.” Nu productie van de scooters is begonnen, richt QWIC zich op de introductie van nieuwe modellen e-scooters met een betere accu. Hartman: “De ontwikkeling van accu’s gaat snel, elk jaar komt er zo’n 10 tot 15 procent extra capaciteit bij. Die innovaties komen uit landen als Amerika en China, daar steken ze miljarden in accutechnologie. Nederland is daar te klein voor.”
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Hogeschool Rotterdam is op verschillende manieren betrokken bij de ESFA. Het I-Lab Moving@Rotterdam, dat meewerkte aan de opzet van de fabriek, zou in eerste instantie een marketingklus voor de gemeente gaan uitvoeren. Rotterdam wilde in 2014 4000 elektrische scooters in de stad laten rijden. Door omstandigheden bleek de gemeenteopdracht minder haalbaar, maar toen waren de I-Labstudenten inmiddels op de ESFA gestuit. Begeleidend docent Adrie Spruijt: “Het klikte en omdat het opzetten van de ESFA veel concreter en urgenter bleek, werd de opdracht: ‘Zet maar een scooterfabriek neer’.” Alle aspecten – van marketing tot de technische inrichting – werden onder handen genomen en op het openingsfeest in juni was tout Rotterdam aanwezig. Voor een eventueel vervolg op het I-Lab is Spruijt vooral gemotiveerd om verder te borduren op het idee van in het buitenland gemaakte producten ‘terughalen’ naar Nederland. “Made@Rotterdam, dat is een droom van mij.” Vanuit het lectoraat Future mobility zegt Frank Rieck toe dat er voorbereidende plannen zijn om samen met de ESFA een nog duurzamere e-scooter en ook andere kleine, elektrische voertuigen te ontwikkelen. Hoogbergen houdt intussen een aantal hbo-studenten flink bezig, onder andere met communicatie- en marketingprojecten en het maken van een business case voor een nieuwe ambitie: het ondersteunen van medewerkers in het opzetten van een eigen onderneming in assemblage van kleine, elektrische voertuigen, bijvoorbeeld de vrachtfietsen van Vrachtfiets – eveneens in Innovation Dock gevestigd. Hoogbergen: “We willen op de kavel hiernaast een nieuwe fabriek inrichten en één van de door onszelf opgeleide jongens daar voor zichzelf laten beginnen. Hij zou op termijn die onderneming over kunnen nemen, onder de voorwaarde dat hij altijd een opleidingsplek blijft bieden voor kwetsbare jongeren.” QWIC-directeur Hartman heeft vertrouwen in de toekomst. De reuring die studenten creëren met hun projecten draagt zeker bij aan de zichtbaarheid van de e-scooter. “Maar we zijn er nog niet. Er is een flinke zet nodig vanuit de vraagkant.” Op dit moment is vier procent van alle verkochte scooters in Nederland elektrisch. Dat moet volgens Hartman binnen drie jaar oplopen naar 25 procent. “Het kan snel gaan, maar daar is een andere mindset voor nodig bij consumenten en bedrijven.”
13
Het nieuwe dorp, Heijplaat woonbron | attika architekten
Het versterken van de relatie tussen water, wonen, werken en leren
De RDM, de haven en het dorp Heijplaat zijn historisch onlosmakelijk met elkaar verbonden. Toen RDM eind jaren negentig haar deuren sloot, trokken mensen uit het dorp weg. De verbondenheid slonk verder door de komst van bewoners van buitenaf die geen band hadden met Heijplaat en haar hechte gemeenschap, maar op zoek waren naar een goedkope woning. Lange tijd was RDM een afgesloten en verlaten terrein. Maar de hekken en muren verdwenen en nu is het gebied vrij toegankelijk voor iedereen. Door de inzet en samenwerking van onder andere Woonbron, het Havenbedrijf Rotterdam, Hogeschool Rotterdam, Albeda College, de gemeente Rotterdam en bewoners is het een plek waar innovatieve bedrijven en kennisinstituten neerstrijken en die pioniers aantrekt. Heijplaat bruist van de ideeën die steeds meer zichtbaar worden. Door Suzanne Ketterings
14
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
“Heijplaat moet een multifunctioneel gebied worden waar de verschillende functies van wonen, werken, studeren, verblijven en ontmoeten elkaar versterken”, zegt Floor van der Kemp van Woonbron, die sinds het prille begin in 2003 betrokken is bij de herontwikkeling van Heijplaat. “Met uiteindelijk 2000 inwoners, tal van bedrijven en onderwijsinstituten ontstaat er meer draagvlak voor voorzieningen. De helft van de woningen is nu afgebroken. Nieuwe bewoners kunnen kiezen om in een Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) of een vrije kavel te bebouwen, maar ook een casco afbouwen of zelfbouw is mogelijk in het Nieuwe Dorp. We gaan hier, samen met potentiële bewoners, tweehonderd nieuwe woningen energieneutraal ontwikkelen met als centrale vraag: ‘Hoe willen mensen hier wonen?’ Binnen Concept House Village is door de TU Delft een eerste prototype gebouwd waar nieuwe woningen van afgeleid kunnen worden.” “In samenwerking met Hogeschool Rotterdam, de TU Delft en Woonbron ontwikkelen we in totaal twaalf energieneutrale woningen voor Concept House Village, een proeftuin voor duurzaam wonen”, vervolgt Bert Hooijer, directeur RDM Campus. “In dit ‘living lab’ worden de bewoners gedurende vijf jaar gemonitord. We onderzoeken bewonersgedrag, want de helft van de aanwezige duurzame techno logie wordt vaak teniet gedaan door gedra gingen van de mens. Met de resultaten van dit onderzoek gaat Woonbron op grotere schaal energieneutrale woningen bouwen op Heijplaat. Het eerste huis van het Concept House Village (CHV) in Heijplaat is sinds november 2012 bewoond.”
economische crisis begint de herontwikkeling van RDM echt van de grond te komen. Het gebied groeit. Er komt meer bedrijvigheid, meer onderwijs, er rijden meer bussen en de Aqualiner vaart vaker en krijgt meer haltes. Museum Boijmans van Beuningen organiseert exposities in de Onderzeebootloods. Dan is er het Dokkaffee. Rond de kades ontstaan publieksfuncties die meerdere verbindingen met elkaar aangaan. Heijplaat is een verborgen gebied dat langzaam herontdekt wordt.”
Hier heb je pas echt het gevoel dat je in een havenstad woont “Dat is grotendeels te danken aan twee pioniers”, kan Van der Kemp niet genoeg benadrukken, “Hans Smits van het Havenbedrijf Rotterdam en Jasper Tuytel van Hogeschool Rotterdam geloofden onvoorwaardelijk in de ontwikkeling van dit gebied en hebben hun nek uitgestoken om hier met RDM Campus innovatie en onderwijs samen te brengen.” “Door de creatieve maakindustrie terug te brengen naar de RDM kunnen innova-
tieve bedrijven op het gebied van building, moving en powering hier samen met het onderwijs tot innovaties komen”, stemt Hooijer in. “We willen daarbij zoveel mogelijk de mensen uit het dorp betrekken, bijvoorbeeld door het bestaande dorp te verduurzamen. Zo onderzoeken we de mogelijkheden voor een smart grid, een elek triciteitsnetwerk waarbij zonne-energie die de campus opwekt ook beschikbaar is voor de bewoners.” De meest directe manier om de verbinding tussen RDM Campus en het dorp te versterken, is door er, naast werken, ook te gaan wonen. Dat deed Hannah Frederiks. Ze werkt als onderzoeker bij het kenniscentrum Sustainable Solutions RDM. Sinds februari 2012 woont ze ‘op’ Heijplaat in een voormalige politiepost compleet met verhoorkamer, cellen en tralies voor de ramen. “We waren op zoek naar echt iets bijzonders, een apart pand. Er is hier veel mogelijk. Mensen wonen in een kerk of een oude school. Ik woonde in het centrum van Rotterdam, maar hier heb je pas echt het gevoel dat je in een havenstad woont.” Frederiks organiseerde in mei 2012 een open dag samen met Peter Blokdijk, die werkt bij de ESFA-scooterfabriek op RDM Campus en ook op Heijplaat woont, en twee oud RDM’ers. “Dat verlaagt de drempel voor de inwoners van Heijplaat om eens een kijkje te nemen. Er is nog heel veel te ontdekken”, besluit Frederiks. Kijk voor meer informatie over Heijplaat op
www.alleenvoorechte liefhebbers.nl
Fotografie: marcel vogel
“Zo’n duurzame innovatie als Concept House Village zorgt voor reuring en zet Heijplaat op de kaart”, zegt Maike Akkers, gebiedsmanager Heijplaat vanuit het Havenbedrijf Rotterdam. “De herontwikkeling van RDM heeft, door de komst van nieuwe werkgevers, werknemers, scholie ren en bezoekers, een positieve invloed op het dorp. De haven en het dorp zijn natuurlijk niet los van elkaar te zien. Ondanks de
Hannah frederiks woont in de voormalige politiepost op heijplaat
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
15
Naast het doen van onderzoek is één van de doelstellingen van kenniscentrum Sustainable Solutions RDM het delen van de opgedane kennis. Daarom worden er regelmatig openbare lessen gehouden door lectoren. Een korte samenvatting van de lezingen van Duzan Doepel en Rutger de Graaf.
Creating Comfortable Climatic Cities
Comfort en klimaat als instrumenten voor een gezond interieur-, architectonisch en stedenbouwkundig (her)ontwerp. Na tientallen jaren geringschattend te zijn afgedaan als de idealistische hobby van een geringe groep fanatiekelingen is Groen nu eindelijk gangbaar geworden binnen de architectonische serviceindustrie. We moeten echter constateren dat de meeste architecten en stedenbouwers nog niet optimaal zijn toegerust om de uitdagingen van klimaatverandering en de uitputting van grondstoffen en energiebronnen het hoofd te bieden. Ze zijn veelal nog niet in staat om deze facetten adequaat te verwerken in integrale duurzame oplossingen.
Lectoren delen kennis tijdens openbare les
Parametrisch Bioklimatisch Ontwerpen is een benadering die de concepten op het gebied van klimaatresponsiviteit, grondstoffenefficiëntie en comfort laat samensmelten in een ontwerp. Dit gaat zowel over oplossingen op de schaal van het gebouw als de schaal van de stad. Parametrisch Bioklimatisch Ontwerpen combineert een reeks van bestaande methodologieën en instrumenten om grip te krijgen op de ontwerpbeperkingen en -eisen, zodat een breed spectrum aan duurzaamheidskwesties meegenomen kan worden in het ontwerp. Klimaat en comfort worden uitgelijnd, zodat ze waardevolle ontwerpinstrumenten vormen die een brug slaan tussen de werkvelden van de architect, de constructeur en de bouwer. De doelstelling is om, specifiek gericht op een regio,
Illustratie: DeltaSync
Drijvende steden op zee in combinatie met voedselproductie bieden een oplossing voor het wereldvoedselprobleem en het globale ruimtetekort in de komende eeuw.
16
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
Macuil Tochtli tequiladistilleerderij
klimaatresponsieve ontwerpen te maken die door gecombineerd gebruik van bepaalde materialen, de nieuwste technieken en bestaande bouwtradities, sociaal en cultureel gezien ingebed zijn in de lokale context. In combinatie met slimme processen en handige financiële constructies zal deze benadering ontwerpers helpen om bij te dragen aan een positieve ontwikkeling van ons sociale, economische en ecologische kapitaal.
Jalico, Mexico [Doepel Strijkers, 2010]
Het lectoraat Sustainable Architecture and Urban (Re)Design van kenniscentrum Sustainable Solutions RDM van Hogeschool Rotterdam wordt geleid door lector Duzan Doepel. Opgeleid in Zuid-Afrika en Nederland, laat Doepel zich inspireren door ontwikkelstrategieën uit de Derde Wereld, om daarmee lokale gesprekken en discussies over duurzaamheid op gang te brengen en te voeden. Zijn bedrijf, DOEPEL STRIJKERS, streeft ernaar om het gat tussen onderzoek en ontwerp te dichten door de realisatie van integrale duurzame interieurs en architectonische projecten en de ontwikkeling van stedelijke ontwikkelstrategieën. U kunt een video van de openbare les van Duzan bekijken op
www.rdmcampus.nl/nextstep
Daar is ook de bijbehorende publicatie te vinden.
Blue Revolution
Duurzame steden en voedselproductie op zee als oplossing voor de uitdagingen van de 21ste eeuw. Ongeveer 70% van het aardoppervlak wordt momenteel nog slecht benut. Op het land is bijna overal de overgang gemaakt van jagen en verzamelen naar georganiseerde landbouw. Dankzij de enorme toename in productiviteit kon een deel van de bevolking zich gaan bezighouden met het produceren van goederen, maar ook met kunst en wetenschap en het bouwen van steden. Op zee leven we echter nog in het tijdperk van jagen en verzamelen. Het is de enige plek op aarde waar nog grootschalig wordt gejaagd op wilde dieren (vissen) voor de voedselvoorziening. Het zou veel productiever zijn om op zee toe te gaan naar duurzame productie van voedsel en het bouwen van steden in plaats van de aangetaste wilde visbestanden nog verder uit te putten. Net als op het land zal deze transitie leiden tot een enorme groei van de voedselproductie en zal het een impuls vormen voor toekomstige beschavingen. Bovendien kunnen, net als op het land, reservaten worden ingericht waar niet meer gevist hoeft te worden zodat de bedreigde vispopulaties kunnen worden beschermd. Tussen oceaanplantages van zeewier, algen en duurzame viskwekerijen kunnen drijvende steden ontstaan die optimaal gebruikmaken van de CO2 en nutriënten van de steden op het land. De huidige steden op het land liggen overwegend aan de kust, in de
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
meest vruchtbare gebieden. Tot 2100 gaan 5 miljard extra mensen in de stad wonen. Dit zijn 150.000 mensen per dag. Het opvangen van deze bevolkingsgroei in de bestaande steden zal tot grote afname leiden van de beschikbare landbouwgrond. Door een aantal oceaansteden op het water te stichten blijft de landbouwgrond rond de bestaande steden beschikbaar. Om het geschatte ruimtetekort in 2050 op te vangen is minder dan 0,2% van het totale zeeoppervlak nodig. Door middel van duurzame oceaansteden en drijvende voedselproductie wordt het mogelijk om in 2100 10 miljard mensen een hoog welvaartsniveau te bieden en tegelijkertijd de globale ecosystemen te beschermen. Hiermee wordt een antwoord geboden op de belangrijkste uitdagingen van de 21ste eeuw. De openbare les Blue Revolution wordt op dinsdag 6 november gegeven door Rutger de Graaf, lector Adaptief bouwen van kenniscentrum Sustainable Solutions RDM van Hogeschool Rotterdam. Hierna is een samenvatting van de lezing en de bijbehorende publicatie te vinden op
www.rdmcampus.nl/bluerevolution
17
rubriek
Het E&I Centrum
“De bedrijven in deze regio hebben een grote behoefte aan goed geschoold technisch personeel”, vertelt Erik Boehlé. “Zij gaan al in een vroeg stadium op zoek naar geschikte mensen. RDM Campus biedt goede opleidingen en heeft de nodige onderwijsexpertise in huis. Bedrijven investeren daarom graag in het E&I Centrum. Zij stellen ons de nieuwste apparatuur ter beschikking, zodat wij onze studenten kunnen opleiden tot de medewerkers van de toekomst.”
werken met de machines van morgen
Baangarantie
“Dat geldt overigens ook voor de huidige werknemers van die bedrijven”, vult Will Broekhuijzen aan. “Ook zij komen voor maatwerktrainingen naar ons toe. Voor onze studenten is deze samenwerking natuurlijk een geweldige kans. Bedrijven zien hen graag komen als stagiair en bieden hen zelfs een baangarantie. Omdat ze al hebben leren werken met state-of-the-art machines kunnen ze direct aan de slag.”
Innovatie
De bevoegde docenten van RDM Campus gaan vanzelfsprekend met de nieuwe ontwikkelingen mee. Will Broekhuijzen: “Door ons uitgebreide netwerk van industriële bedrijven blijven we hiervan steeds op de hoogte. Innovatie staat in ons werk voorop.”
Veiligheid en milieu
18
Paradepaardje
Erik Boehlé: “Onze nauwe samenwerking met bedrijven en hun belangenorganisatie Deltalinqs maakt dat we binnen het E&I Centrum weten wat er leeft en nodig is op de werkvloer. Wij horen alle wensen op het gebied van maintenance uit de hele regio Rotterdam-Rijnmond. Tel daar onze hightech apparatuur, ervaren docenten en gemotiveerde studenten bij op en je begrijpt waarom het E&I Centrum één van de paradepaardjes is van RDM Campus.”
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
fotografie: Anna Boukema
Binnen RDM Campus is veel aandacht voor maintenance, een modern en geavanceerd vakgebied dat veel meer is dan de Engelse vertaling van ‘onderhoud’. Het E&I Centrum is gespecialiseerd in het onderhoud aan instrumentatie van besturingssystemen en procescontrole. Het centrum is een unieke samenwerking tussen het onderwijs en de industriële bedrijven in de regio Rotterdam-Rijnmond. Onderwijsleider Will Broekhuijzen van Albeda College en teamleider Erik Boehlé van Zadkine lichten deze bijzondere samenwerking toe.
“Tijdens de opleidingen besteden wij veel aandacht aan veiligheid en milieu. De studenten leren vanaf dag één hoe ze veilig moeten omgaan met de geavanceerde machines in het E&I Centrum. We gebruiken hier ook geen extreem hoge druk of gevaarlijke stoffen. Onze machines zijn duurzaam en energiezuinig, sterker nog: CO2-neutraal. Duurzaamheid is sowieso de rode draad binnen de maintenance; wanneer de machines binnen je productieprocessen perfect onderhouden zijn, werken ze optimaal en met de minste kans op vervuiling.”
Fotografie: marcel vogel
BioBased Paviljoen bij ICDuBo
Op 19 september werd in het Innovatie Centrum Duurzaam Bouwen (ICDuBo) op RDM Campus het BioBased Paviljoen geopend door wethouder Alexandra van Huffelen van de gemeente Rotterdam (duurzaamheid, binnenstad, buitenruimte) en Pieter van Essen (projectdirecteur haven voor het Rotterdam Climate Initiative).
Het volledig uit gebruikte houten latten opgebouwde BioBased Paviljoen, gerealiseerd in samenwerking met de Stichting Agrodome, RDM Campus en ICDuBo, komt voort uit het Noordwest-Europese samenwerkingsprogramma CAP’EM. Dit programma bundelt de expertise van elf partnerorganisaties om de productie, verspreiding en het gebruik van ecomaterialen te bevorderen. De permanente tentoonstelling is de grootste van Nederland en bestaat uit een bloemlezing van biobased materialen: materialen gemaakt van oneindig beschikbare (natuurlijke) grondstoffen en grondstoffen die ook op de langere termijn ruim beschikbaar zijn. Een ‘biobased economy’ gaat verder dan de toepassing van biobased materialen. Het betekent dat we op een andere manier tegen processen moeten aankijken en meer rekening moeten houden met het sluiten van kringlopen. Dat is uiteraard ook waar toekomstige generaties (studenten)
mee te maken krijgen. De betrokkenheid van RDM Campus is naast de praktische inzet van mbo-studenten bij de bouw van het paviljoen ook inhoudelijk. In 2013 wordt er een symposium georganiseerd over biobased in het congrescentrum van RDM Campus. In de toekomst kunnen lectoren en studenten gebruikmaken van het paviljoen. In 2011 is door ICDuBo en RDM Campus een raamovereenkomst getekend voor verregaande samenwerking tussen de onderwijsinstellingen op de campus en ICDuBo en haar deelnemers. De partijen hebben afgesproken hun krachten te bundelen bij ontwikkeling, design, prototyping en productie van innovatieve producten, bij het doen van toegepast onderzoek, het delen van de opgedane kennis tijdens bijeenkomsten en het gebruikmaken van elkaars netwerk, kennis en faciliteiten. De bouw en inrichting van het BioBased Paviljoen is hiervan het laatste voorbeeld.
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
19
Fotografie: marijke volkers
Twintig jaar of meer bij dezelfde werkgever komt niet vaak meer voor. Wim Bank, stafmedewerker bij Albeda College, gaat er zelfs ruimschoots overheen. Weliswaar strikt genomen niet bij dezelfde werkgever, maar wel op hetzelfde adres: na 50 jaar neemt Wim afscheid van de RDM. In september 1962, nog net geen 15 jaar oud, begon hij zijn opleiding aan de bedrijfsschool van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij. Na twee jaar werd hij bankwerker (what’s in a name) op de afdeling scheepsreparatie, waar hij zich al snel opwerkte tot maat- en kwaliteitscontroleur. “In die functie was ik betrokken bij reparaties en onderhoud van schepen als de Rotterdam en de Nieuw Amsterdam, maar ook van tankers, vrachtschepen en zelfs onderzeeërs.” In reparatie en onderhoud was genoeg werk. Soms zoveel dat Wim zelfs 24 uur achter elkaar moest doorwerken zodat het schip zo snel mogelijk weer in de vaart kon. Alles leek goed te gaan bij de RDM, tot 1983… Toen ging de RDM, inmiddels onderdeel van het RSV-concern, failliet en 1370 mensen verloren hun baan. Daar was Wim, die juist zou promoveren tot werkmeester, er één van. “Het was echt een ramp voor het dorp; de ene helft had nog wel werk, de andere niet. De beide groepen durfden elkaar niet eens meer aan te kijken. Het was een hele zware tijd.” Wim zat een half jaar thuis, maar werd eind ‘83 gevraagd te solliciteren naar de functie van leermeester bankwerker bij de bedrijfsschool van de RDM. Die school ging steeds meer om- en bijscho-
20
ling in de metaaltechniek aanbieden aan bedrijven uit de regio. Wim werd in 1992 stafmedewerker en heeft in die functie heel wat bedrijven ‘binnengehaald’ en zo een groot netwerk opgebouwd. Hoewel de bedrijfsschool goed liep, ging het met de doorgestarte RDM zelf minder goed en na diverse reorganisaties overleefd te hebben, werd Wim in 1996 voor de tweede keer door de RDM ontslagen omdat het bedrijf van de bedrijfsschool af wilde. Samen met Peter Otting, een andere oud-RDM’er en nog steeds zijn collega bij Albeda College, is hij toen op zoek gegaan naar een nieuwe eigenaar voor de succesvolle maar ongewilde RDMbedrijfsschool. Die vonden ze bij Start Uitzendbureau, waarna een periode van groei aanbrak; steeds meer bedrijven vonden hun weg naar de RDM. In 2002 wilde Start op zijn beurt van de bedrijfsschool af en werd door het duo Otting/Bank de huidige eigenaar gevonden. Bij Albeda College wisten zij het contractonderwijs verder uit te bouwen, in eerste instantie letterlijk vanaf zolder, vanaf 2009 – de start van RDM Campus – vanuit Innovation Dock. Ook gaf Wim nog regelmatig zelf les aan de leerlingen van het Albeda om de leermeesters te ontlasten. “Ik heb het hier 50 jaar naar mijn zin gehad. De RDM was en is een plek waar je met eigen initiatief ver kunt komen. Naast de collega’s zal ik het werken met de jongeren het meeste gaan missen.” Ook al gaat hij nu met pensioen, Wim is niet iemand om alle dagen thuis te zitten. “Naast mijn hobby modelbouw kan ik nu meer tijd besteden aan mijn zes kleinkinderen. Ook ben ik al ingeschakeld voor diverse verbouwingen bij mijn kinderen en word ik examinator op het gebied van veiligheid bij het Nationaal Exameninstituut.” En ook al neemt hij na 50 jaar afscheid van RDM, hij zal hier nog regelmatig te vinden zijn voor het geven van rondleidingen en om zijn opvolger te helpen. “Ze mogen me altijd bellen!”
RDM CAMPUS MAGAZINE #04
RDM CAMPUS MAGAZINE #04