31. Tips voor starters

31. Tips voor starters

Inhoud Inleiding: Als je begint Sollicitatie Benoeming Proeftijd Tijdelijke aanstelling Deeltijd Salarissen Vakantie Zwangerschapsverlof Andere vormen van verlof Ziektekosten Ziekenfonds Reis- en verhuiskosten Opzegtermijnen Werkloos Werkloosheidsuitkeringen Pensioen De Algemene Onderwijsbond

Inleiding Als je begint Aan het begin van je loopbaan krijg je voor het eerst te maken krijgt met zaken als het zoeken naar een baan, de benoeming en het ondertekenen van een arbeidscontract. Je wilt antwoorden op specifieke vragen over arbeidsvoorwaarden en de organisatie van het werk. Daarom heeft de Algemene Onderwijsbond deze brochure samengesteld. In de vorm van tips passeren onderwerpen de revue, zoals benoeming, aanstelling, salaris, reiskosten, ziekte- en zwangerschapsverlof, kinderopvang en werkloosheid. Achter in deze brochure vind je adressen van de Algemene Onderwijsbond en andere instanties die je verder kunnen helpen als je vragen hebt. Bezoek ook eens één van onze workshops, die wij speciaal voor starters in het onderwijs organiseren. Hierin komen dezelfde praktische en juridische onderwerpen aan bod en praat je over lastige praktijksituaties met je collega-starters. Voor data en locaties kun je de website van de AOb raadplegen, www.aob.nl of stuur een e-mail naar [email protected]. Wij wensen je veel succes met je loopbaan in het onderwijs. Werkgroep Beginners in het Onderwijs Algemene Onderwijsbond

Sollicitatie 1. In boekwinkels en de bibliotheek vind je tal van boeken met praktische tips over hoe te solliciteren en wat er in de brief moet staan. Ook op internet zijn websites te vinden met tips en aandachtspunten voor sollicitaties. Geef in de sollicitatiebrief in ieder geval aan: - waarom je solliciteert; - wie je bent; - wat je kwaliteiten zijn; - wat je van de baan verwacht. 2. Maak een aparte bijlage met persoonlijke gegevens, curriculum vitae (cv) genoemd. In het curriculum vitae staan: - persoonsgegevens; - opleidingen; - ervaring (stages, werk); - referenties (mensen die een positief beeld van je kunnen geven en die je vooraf gevraagd hebt mee te werken). 3. Belangrijk is aan te geven wat jou onderscheidt van andere sollicitanten. Je meerwaarde wordt bepaald door de extra cursussen die je hebt gevolgd, stages die je gelopen hebt, verantwoordelijkheden die je had in een (vrijwilligers)baan of een baan buiten het onderwijs, etc. 4. Zorg dat je zo goed mogelijk op de hoogte bent van de school en de schoolsoort waar je wilt werken. Stel tijdens het sollicitatiegesprek vragen over zaken als onderwijsbeleid en de werkwijze op school. 5. Voor het primair onderwijs geldt dat als je uitgenodigd wordt voor een sollicitatiegesprek je ook een exemplaar van de sollicitatiecode behoort te ontvangen. Vragen over de gezondheid of ziekteverzuim in het verleden worden niet gesteld. De gemaakte reiskosten voor een sollicitatiebezoek worden op basis van de kosten openbaar vervoer vergoed. Ook de BVE-sector en het HBO kennen een sollicitatiecode. Vraag naar de inhoud ervan. In het VO kan een schoolbestuur ook een sollicitatiecode voeren. Dit is afhankelijk van hetgeen de CAO van dat bestuur bepaalt. Benoeming 6. Om benoemd te kunnen worden heb je een verklaring van goed gedrag nodig. Deze verklaring moet je schriftelijk aanvragen bij het bevolkingregister van je woonplaats. Neem een verklaring van je toekomstige werkgever mee, waaruit blijkt dat je daar in dienst kunt komen.

7. Een medische keuring is alleen nodig als daar een specifieke aan de functie ontleende reden voor is. Die functie moet op een ‘functielijst’ zijn opgenomen. In het onderwijs is er vrijwel nooit sprake van een dergelijke functielijst. 8. De akte van benoeming moet zo mogelijk voor de indiensttreding uitgereikt worden, maar uiterlijk vier weken na indiensttreding. In de praktijk duurt het vaak wat langer. Ook bij het niet tijdig uitreiken van de akte van benoeming is er vrijwel altijd sprake van een arbeidsverhouding met de wederzijdse rechten en plichten. Zeker als je al volgens een bepaald rooster gewerkt hebt en ook al salaris hebt ontvangen dat bij het aantal uren hoort dat je gegeven hebt. 9. In -

de akte van benoeming staan onder andere: de functie plus de maximumschaal; vaste of tijdelijke dienst; de betrekkingsomvang (maximaal 36,86 uur) en de werktijdfactor; de salarisschaal en het salarisnummer. de datum van indiensttreding

Proeftijd 10. Alle begin is moeilijk. Schroom niet om collega's om advies of begeleiding te vragen. Dat is zeker geen teken van zwakte. Vraag bij de medezeggenschapsraad of gemeenschappelijke medezeggenschapsraad of er iets geregeld is over begeleiding van beginnende leerkrachten. In vrijwel alle CAO’s (PO, BVE en VO) is hierover iets geregeld. 11. Iedereen die in het onderwijs start begint met een proeftijd. De eerste aanstelling is vaak een tijdelijke aanstelling (proeftijd) voor een jaar. De proeftijd wordt vrijwel altijd afgesloten met een functioneringsgesprek of beoordelingsgesprek. Informeer op jouw school of de procedure van zo’n gesprek in een reglement wordt beschreven. 12. Het uitgangspunt is dat je na een proeftijd van een jaar bij voortzetting van het dienstverband een vaste aanstelling krijgt. Tijdelijke aanstelling 13. De tijdelijke aanstelling kan in uitzonderlijke gevallen met een jaar worden verlengd. De onderwijssoorten (HBO, BVE, VO) kennen in hun CAO's verschillende criteria voor die verlenging dan wel recht op vaste aanstelling.

14. Voor vervangingsbanen krijg je vrijwel nooit een vaste aanstelling. Dat geldt ook voor een aanstelling of een arbeidsovereenkomst in het kader van een project. 15. Als je onbevoegd bent, is geen vaste aanstelling mogelijk. Een vaste aanstelling is verder alleen mogelijk als de formatie van de school daartoe ruimte biedt. 16. Een tijdelijke aanstelling geeft weinig zekerheid. Bij teruglopende formatie of het vervallen van projecten vloeien tijdelijke leerkrachten vaak als eerste af. Deeltijd 17. Voor parttimers in het Primair Onderwijs geldt onderstaande inzetbaarheid per week. In het HBO worden de werktijden jaarlijks schriftelijk met de parttimer overeengekomen. De werktijdfactor wordt rekenkundig afgerond op één cijfer achter de komma. Primair onderwijs Werktijdfactor tot en met 0,1 tot en met 0,2 tot en met 0,3 tot en met 0,4 tot en met 0,5 tot en met 0,6 Tot en met 0,7 tot en met 0,8 tot en met 0,9 tot en met 1,0

Maximaal aantal dagdelen 2 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Maximaal aantal dagen 1 2 3 3 3 4 4 5 5 5

De veelheid aan CAO’s in het VO maakt het ondoenlijk hier de diverse inzetbaarheidschema’s te vermelden. Vraag bij sollicitatie naar die inzetbaarheid. Beroeps- en volwasseneneducatie (BVE) Werktijdfactor Maximum aantal (incl. spaaruren) dagdelen per week 0,0000 tot 0,1579 2 0,1579 tot 0,3421 4 0,3421 tot 0,5526 6 0,5526 tot 0,7895 8 0,7895 of meer 10

Maximum aantal dagen per week 2 3 4 4 5

Vrije dagdelen per jaar voor OP 3 5 8 10 13

Salarissen 18. Per maart 2001 zijn de schalen 9,10,11 en 12 vervangen door de loonschalen LA, LB, LC en LD. Deze letters duiden het niveau aan van de functie. 19 Voor al het onderwijsondersteunend personeel zijn de carrièrepatronen in overeenstemming gebracht met die van de leraren en directieleden. 20. Als je in deeltijd werkt krijg je naar rato uitbetaald. Je wordt op dezelfde manier ingeschaald als een fulltimer en krijgt een evenredig deel van het salaris. 21. Als je werkervaring hebt kun je in aanmerking komen voor een hoger aanvangsalaris. Bij een hoger inkomen word je op een overeenkomend bedrag ingeschaald. Ook werkervaring in het bedrijfsleven kan leiden tot een hoger aanvangsalaris. Neem over de criteria en voorwaarden voor een hogere inschaling contact op met het Informatie- en Adviescentrum van de AOb, tel: 0900-4636262. PO, VO en BVE hebben hun eigen regels hierover. Vakantie 22. Je hebt vakantie gedurende de schoolvakanties, al kun je toch een paar dagen moeten werken tijdens je vakantie. In het primair en voortgezet onderwijs komen daarvoor alleen de eerste of de laatste twee dagen van de zomervakantie in aanmerking. 23. De vakantie-uitkering bedraagt 8% van het bruto jaarsalaris en wordt uitbetaald in mei. Zwangerschapsverlof 24. Het zwangerschapsverlof is zes weken en het bevallingsverlof tien weken. 25. Met het zwangerschapsverlof kun je schuiven. Je mag uiterlijk tot vier weken voor de vermoedelijke bevalling doorwerken zodat je na de bevalling maximaal twaalf weken betaald verlof hebt. Vakantieperiodes leiden niet tot opschorting van het bevallingsverlof. 26. Ouderschapsverlof mag worden opgenomen voor kinderen tot 8 jaar. Voor ieder kind onder die leeftijd kun je éénmaal ouderschapsverlof opnemen. De omvang van het verlof is afhankelijk van je werktijdfactor. Het totale verlof bedraagt de arbeidsduur per week, gerekend over dertien weken en kan maximaal zes maanden duren. Het verlof is onbetaald. Neem contact op met de Juridische Dienst over de manier waarop de verlofuren over de werkweek moeten worden verdeeld, over de mogelijkheden van verlenging van de

verlofperiode en wat de mogelijkheden zijn als je een tijdje helemaal wilt stoppen met werken. 27. Sinds 1 augustus 2001 kennen het primair en voortgezet onderwijs ook betaald ouderschapsverlof. In een periode van in principe 6 maanden kan voor 415 uur betaald ouderschapsverlof worden opgenomen tegen 75% doorbetaling van het salaris. Informeer bij de afdeling Juridische Dienst voor de invulling en details van die regeling. Voor de BVEsector is een soortgelijke regeling afgesproken. Het HBO kent zijn eigen overlegcircuit. 28. Er is een landelijke regeling voor de kinderopvang voor onderwijspersoneel. Je kunt terecht bij de Stichting Kintent voor het aanvragen van een plaats op een kinderdagverblijf of gastoudergezin in je eigen woon- of werkomgeving. Andere vormen van verlof 29. Naast verlofsoorten waar je zonder meer recht op hebt, zowel bij een tijdelijke als bij een vaste benoeming (bijvoorbeeld bij trouwen, overlijden of ernstige ziekte van familieleden, verhuizen, tentamen of examen), bestaat voor de werkgever ook de verplichting je verlof te geven als je door een omstandigheid in je leefsituatie in redelijkheid niet meer je werk op school kunt doen. In een periode van 12 maanden heb je dan recht op maximaal twee maal de arbeidsduur per week; het verlof hoeft niet aansluitend te zijn en je hebt recht op doorbetaling van je salaris. Ook heb je recht op verlof als je bijvoorbeeld een woning moet bezichtigen, ziek kind moet begeleiden naar het ziekenhuis of documenten moet ophalen. In die laatste gevallen gaat het altijd om verlof voor een deel van de dag. 30. Er zijn ook mogelijkheden voor toekenning van lang buitengewoon verlof. Dat verlof kan geweigerd worden, echter pas nadat een goede afweging van belangen is gemaakt door de werkgever. Verlof voor politieke functies moet door de werkgever altijd gegeven worden. Dat geldt ook voor vakbondsverlof. Neem contact op met de afdeling Juridische Dienst voor de pensioenconsequenties van de diverse vormen van verlof en de (door) te betalen premies. Ziektekosten 31. In principe moet iedereen die in het onderwijs werkt particulier verzekerd zijn tegen ziektekosten. Alleen het onderwijs ondersteund personeel in het bijzonder onderwijs dat een inkomen beneden de loongrens heeft (in 2004 € 32.600,00 per jaar) valt onder de ziekenfondsverzekering. Voor de premie die aan de particuliere verzekeraar moet worden betaald ontvang je een tegemoetkoming (de ZKOO-tegemoetkoming) van je werkgever. De hoogte van die tegemoetkoming is afhankelijk van je werktijdfactor. Als je als vervanger werkt heb je recht op een tegemoetkoming als je in een maand tenminste 16 dagen werkt en particulier verzekerd bent. Wanneer je verwacht voor slechts een paar dagen te werken kun je contact opnemen met een ziekenfonds om te vragen toch nog voor die korte tijd verplicht verzekerd te kunnen blijven. Ziekenfonds

32. Heb je nog een uitkering (ABW/RWW) dan ben je op grond van die uitkering verplicht verzekerd. Krijg je gedurende het recht op uitkering een kort tijdelijke en kleine betrekking dan kun je gewoon verplicht verzekerd blijven. Voorwaarde is wel dat het recht op uitkering blijft bestaan. De verplichte ziekenfondsverzekering heeft dan voorrang. Bestaat er geen aanspraak meer op een uitkering dan geldt het hierboven genoemde verzoek om (tijdelijk) ingeschreven te mogen blijven als verplicht verzekerde. Neem in voorkomende gevallen contact op met de Juridische Dienst. 33. Als je meer dan een bepaald percentage van je inkomsten besteed aan ziektekosten kun je voor het meerdere een vergoeding krijgen van KPMG FlexSourcing (voorheen DZVO) te Emmen, volgens de ZVOO-regeling. Het percentage wordt jaarlijks vastgesteld. Als deeltijder kom je sneller in aanmerking voor deze regeling omdat je inkomen vanzelfsprekend lager is, terwijl je ziektekosten even hoog kunnen zijn als van een voltijder. Het telefoonnummer van KPMG is: 0591-850350. Het adres is: Postbus 30005, 7800 RA Emmen. Reis- en verhuiskosten 34. De tegemoetkoming voor reiskosten is afhankelijk van het aantal dagen waarop en het aantal zones dat je met het openbaar vervoer reist. Met ingang van het tweede jaar waarin je recht hebt op die vergoeding is de vergoeding aan een maximum gebonden. De bedragen die vergoed worden vind je in bijlage 2. 35. Het recht op een tegemoetkoming in verhuiskosten bestaat als je aan de volgende voorwaarden voldoet: - de reisafstand van huis naar werk moet door de verhuizing met maximaal 5 zones openbaar vervoer worden bekort; - de afstand tussen huis en werk mag na de verhuizing niet meer dan 5 zones bedragen; - je moet voor tenminste een jaar benoemd zijn en je betrekkingsomvang is tenminste 60% van een normbetrekking van 38 uur (of je betrekking is na je benoeming uitgebreid tot die 60%) Er is ook sprake van een benoeming van een jaar als je benoemd bent geweest in alle weken van een schooljaar; - de verhuizing moet twee jaar na benoeming in vaste dienst of drie jaar na indiensttreding plaatsvinden (vervanging telt in die berekening niet mee); - vanaf 1 januari 1994 kom je een keer per vijf jaar in aanmerking voor een tegemoetkoming in de verhuiskosten. Opzegtermijnen 36. Als je in het openbaar primair onderwijs werkt is de opzegtermijn drie maanden bij een vast dienstverband. Bij tussentijdse beëindiging van een tijdelijk dienstverband is de opzegtermijn een maand bij een dienstverband van korter dan 6 maanden, 2 maanden bij een dienstverband van tenminste 6 maanden maar korter dan 12 maanden en 3 maanden bij een dienstverband van tenminste 12 maanden. Het gaat steeds om een onafgebroken dienstverband. Die termijnen gelden zowel voor de werkgever als voor jou.

37. Als je in tijdelijke dienst bent in het bijzonder (o.a. bijzonder-neutraal, protestant-christelijk, rooms-katholiek) onderwijs geldt een kortere opzegtermijn als je zelf om ontslag verzoekt. Als je minder dan 15 jaar in dienst bent is de opzegtermijn een maand. Als je 15 jaar of langer in dienst bent is de opzegtermijn 2 maanden. Als de werkgever in het bijzonder onderwijs ontslag geeft moet hij een maand opzegtermijn in acht nemen bij een dienstverband van 12 maanden, 3 maanden bij een dienstverband van meer dan 12 maanden maar minder dan 15 maanden. Bij een dienstverband van 15 jaar of meer is de opzegtermijn 4 maanden voor de werkgever. 38. Bij het beëindigen van een tijdelijk dienstverband hoeft er niet altijd een opzegtermijn in acht genomen te worden. Wil je een tijdelijk dienstverband tussentijds verbreken, dan moet je wel een opzegtermijn in acht nemen. Neem contact op met de Juridische Dienst als je werkgever een tijdelijk dienstverband wil verbreken of wanneer je niet weet welke opzegtermijn je in acht moet nemen. In het Voortgezet Onderwijs(VO), Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie(BVE), en Hoger Beroepsonderwijs(HBO) kunnen afwijkende opzegtermijnen gelden in vergelijking met het PO. Neem ook als je daarin werkt contact op met de Juridische Dienst. Werkloos 39. Om als werkloos beschouwd te worden moet je vijf of meer uur dan wel de helft of meer van je arbeidsuren verloren hebben. 40. Het beste is je in te schrijven als werkzoekende bij het Centrum voor Werk en Inkomen (voorheen het arbeidsbureau) zodra je weet dat je werkloos wordt. Vanaf het moment dat je dat weet, wordt er namelijk van je verwacht dat je je inspant om weer aan het werk te komen. Dat betekent dat verwacht wordt dat je vanaf dat moment ook solliciteert en ingaat op passende vacatures. Werkloosheidsuitkeringen 41. Voor het onderwijspersoneel geldt bij werkloosheid de BBWO-regeling. BBWO staat voor ‘Besluit Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling voor Onderwijspersoneel’. Wanneer je meer wilt weten over deze ingewikkelde en uitvoerige regeling kun je contact opnemen met de Algemene Onderwijsbond. De belangrijkste punten worden hier kort besproken. 42. Per 1 januari 2001 zijn de Werkloosheidswet (WW) en Ziektewet (ZW) van toepassing op het onderwijspersoneel. De aanvullende aanspraken zijn geregeld in het BBWO. De reeds voor 1 januari 2001 toegekende uitkeringen worden pas per 1 januari 2003 onder de WW, ZW en BBWO gebracht. De USZO voert de WW, ZW en BBWO uit. De uitkering kan bestaan uit drie onderdelen: 1. de loongerelateerde uitkering; 2. de vervolguitkering; 3. de kortdurende uitkering.

43. Voor een werkloosheidsuitkering moet je voldoen aan de zogeheten referte-eis: in de 39 weken voorafgaand aan het intreden van de werkloosheid moet je tenminste 26 weken salaris hebben ontvangen. Deze 26 weken hoeven niet aansluitend te zijn. Het maakt niet uit of je fulltime of slechts een paar uur gewerkt hebt: alle weken waarin salaris is ontvangen tellen mee. Voor vervangers geldt dat ze maar 20 weken gewerkt hoeven te hebben in een periode van 39 weken. 44. Het recht op een loongerelateerde uitkering hangt af van je arbeidsverleden. Voor het bepalen van de arbeidsverledeneis moet je tenminste 52 dagen per jaar gewerkt hebben. Dit zijn de zogenaamde loondagen. Ook dagen waarop je loon hebt ontvangen uit een baan in het bedrijfsleven (bijvoorbeeld in een winkel) tellen mee. Voor de 52 loondagen tellen ook mee: - doorbetaalde vrije dagen; - dagen waarover je een ziekte-uitkering hebt ontvangen; - dagen waarover je een volledige WAO-uitkering hebt. 45. De duur van de loongerelateerde uitkering varieert van zes maanden tot vijf jaar. Om in aanmerking te komen moet je voldoen aan de referte-eis (zie tip 44). En je moet in de laatste 5 jaar tenminste 4 jaar gewerkt hebben (arbeidsverledeneis, zie tip 44). Voor de berekening van de duur van de uitkering is het raadzaam de Algemene Onderwijsbond te raadplegen. 46. Voldoe je wel aan de referte-eis, maar niet aan de arbeidsverledeneis dan heb je recht op een kortdurende uitkering gedurende een half jaar. Schriftelijke informatie over de werkloosheidsuitkeringen in het onderwijs (de BBWO-regeling) is op te vragen bij het Informatie en Adviescentrum van de AOb, tel.: 0900 – 463 62 62 (5 cpm). Pensioen 47. Iedereen die in het door de minister gesubsidieerde onderwijs werkt bouwt pensioenrechten op bij het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP). De duur van het dienstverband en de betrekkingsomvang zijn niet van invloed op de pensioenrechten. De Algemene Onderwijsbond 48. De Algemene Onderwijsbond behartigt de belangen van al het personeel in alle sectoren van het onderwijs, van primair onderwijs tot en met hoger beroepsonderwijs. De Algemene Onderwijsbond is met bijna 73.000 leden de grootste bond in het onderwijs. 49.

Naast de collectieve belangenbehartiging; het afsluiten van CAO’s en het maken van afspraken met de werkgevers maken we ons ook sterk voor de kwaliteit van het onderwijs in Nederland door in overlegorganen met onze onderwijsdeskundigheid invloed uit te oefenen. 50. Als lid word je geïnformeerd over actuele ontwikkelingen in het onderwijs. Elke veertien dagen ontvang je het Onderwijsblad met interviews, achtergrondreportages, commentaren, columns en aparte pagina’s met nieuws uit de onderwijssectoren. 51. Daarnaast kun je als lid gratis brochures en folders aanvragen over arbeidsvoorwaardelijke, onderwijskundige en rechtspositionele onderwerpen en ontvang je nieuwsbrieven met actuele informatie uit jouw sector. Ook organiseert de AOb bijeenkomsten waar je mee kunt praten over het vak, het verbeteren van je positie of waar je achtergrondinformatie krijgt over ontwikkelingen in het onderwijs. 52. Als lid kun je kosteloos een beroep doen op de deskundige medewerkers van de Juridische Dienst. De Juridische Dienst adviseert over zaken als salaris, inschaling, ontslag, uitkering, ziekteverlof. Kortom, alles wat met rechtspositie te maken heeft. Zonodig treden de AObjuristen als raadsman op of stappen naar de rechter om geschillen te beslechten. 53. De Algemene Onderwijsbond heeft een groep Beginnend Onderwijspersoneel die extra informatie en ondersteuning geeft. Je kunt je zonder extra kosten aanmelden voor deze groep.

Meer informatie Heeft u een vraag over uw rechtspositie? Bent u lid van de MR en wilt u een advies over iets dat op uw school speelt? Wilt u weten welke cursussen u kunt volgen bij de AOb? Heeft u een algemene vraag of wilt u informatie ontvangen over het AOb lidmaatschap? Een brochure opvragen? Leden kunnen met alle vragen en verzoeken terecht bij het Informatie en Advies Centrum van de Algemene Onderwijsbond. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag bereikbaar van 8.30 tot 17.00 uur op 0900 - 463 62 62 ofwel 0900 - Info AOb (5 eurocent per minuut) en 24 uur per dag via [email protected] . U kunt ook faxen naar 030 - 2989862. Meer informatie vindt u ook op www.aob.nl. Via onze algemene website houden wij je op de hoogte van actuele ontwikkelingen op je vakgebied. Ook informeren wij je over regionale bijeenkomsten, die wij organiseren voor beginners in het onderwijs. Tijdens deze bijeenkomsten bieden wij workshops aan over de dagelijkse gang van zaken op school en over de rechtspositie van onderwijspersoneel. Want het dagelijkse werk bestaat niet alleen uit lesgeven, maar ook uit het motiveren van leerlingen, het houden van orde in de klas, het hanteren van de werklast en omgaan met directie en collega’s. De website www.straksvoordeklas.nl richt zich speciaal op studenten die hun studie aan het afronden zijn. Op deze site vind je bijvoorbeeld informatie over je salarisstrook, kun je in het forum je mening geven over onderwijszaken en zoek je gemakkelijk op waar alle afkortingen uit het onderwijsjargon voor staan. Nu lid worden? Klik hier.

Adressen Het ministerie:

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen De Hoftoren, Rijnstraat 50, 2515 XP Den Haag Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag 070- 412 34 56 De vakcentrale:

FNV

Postbus 8456 1005 AL Amsterdam Telefoon (020) 581 63 00 www.fnv.nl Voor kinderopvang:

Kintent

Maliebaan 87 3581 CG Utrecht Telefoon (030) 232 31 00 www.kintent.nl Voor werkloosheidsuitkeringen

UWV

Postbus 155 9700 AD Groningen Telefoon (045) 579 65 55 www.uwv.nll Voor vergoeding ziektekosten:

KPMG, Flexsourcing

Postbus 30005 7899 RA Emmen Telefoon (0591) 850 350 Voor een aantrekkelijke ziektekostenverzekering:

Zilveren Kruis Achmea Postbus 30000 2200 GA Noordwijk Telefoon 0800-0511

Vragen over pensioenen:

Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds

Postbus 4476 6401 CZ Heerlen Telefoon (045) 5796171 (klantenservice is bereikbaar van 08.00- 19.00 uur) www.abp.nl

Bijlage 1: bruto-netto berekening salaris Berekening fulltime salaris leraar primair onderwijs Rekenvoorschriften, premies en percentages per december 2004 bruto per maand premie OP/NP premie Ipbw premie FPU premie WW loonheffing netto per maand loonheffingskorting: werktijdfactor: deeltijdfactor ABP: loonschaal:

€ 2120,00 -

€ € € € €

61,18 4,31 76,29 41,57 439,16

€ 1497,49

ja 1 1 LA, nummer 1

Aan deze opgave kunnen geen rechten worden ontleend.

Berekening fulltime salaris leraar primair onderwijs (speciaal onderwijs) Rekenvoorschriften, premies en percentages per december 2004 bruto per maand

€ 2198,00

premie OP/NP premie Ipbw premie FPU premie WW loonheffing

€ € € € €

netto per maand

€ 1537,66

loonheffingskorting: werktijdfactor: deeltijdfactor ABP: loonschaal:

65,41 4,69 79,87 45,62 464,75

ja 1 1 LB, nummer 1

Aan deze opgave kunnen geen rechten worden ontleend

Berekening fulltime salaris voor leraar BVE Rekenvoorschriften, premies en percentages december 2004 bruto salaris

€ 2211,00

premie OP/NP premie Ipbw premie FPU premie WW loonheffing

€ € € € €

netto per maand

€ 1543,14

66,11 4,75 80,46 46,29 470,25

Berekening fulltime salaris voor leraar HBO loonheffingskorting: ja werktijdfactor: 1 rekenvoorschriften, premies en percentages per december 2004. deeltijdfactor ABP: 1 loonschaal: C, nummer 1 bruto salaris € 2877,00 Aan deze opgave kunnen geen rechten worden ontleend premie OP/NP € 102,18 premie Ipbw € 8,03 premie FPU € 111,07 premie WW € 80,86 loonheffing € 700,33 netto per maand loonheffingskorting: werktijdfactor: deeltijdfactor ABP: loonschaal:

€ 1874,53

ja 1 1 LD, nummer 6

Aan deze opgave kunnen geen rechten worden ontleend

Bijlage 2: Salarisoverzicht Loonpeil 1 augustus 2003 In euro’s In het primair onderwijs wordt een leerkracht beloond volgens schaal LA. In het speciaal onderwijs is de beloning volgens het carrièrepatroon schaal LB. In het voortgezet onderwijs zijn functies beschikbaar met schaal LB, LC en LD. Schaal LA Salarisnummer 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Salarisbedrag 2120 2162 2205 2248 2291 2334 2378 2420 2468 2516 2564 2612 2661 2709 2757 2857 2958 3058

Schaal LB Salarisnummer 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Salarisbedrag 2198 2251 2302 2354 2405 2457 2509 2560 2612 2665 2716 2768 2819 2927 3035 3143 3251 3359

Schaal LC Salarisnummer 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Salarisbedrag 2211 2318 2426 2525 2625 2724 2824 2924 3024 3124 3223 3323 3422 3523 3622 3721 3821 3920

Schaal LD Salarisnummer 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Salarisbedrag 2220 2351 2483 2614 2746 2877 3009 3141 3273 3404 3537 3668 3800 3932 4063 4195 4327 4459

Schaal LE Salarisnummer 1 2

Salarisbedrag 2854 2962

Schaal LE Salarisnummer 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Salarisbedrag 3058 3251 3466 3570 3670 3771 3868 3971 4072 4170 4271 4397 4506 4617 4727 4836

Aan deze opgave kunnen geen rechten worden ontleend Bijlage 3: Overzicht tegemoetkoming reiskosten per maand per 1 januari 2004 De bedragen zijn per maand in euro’s aangegeven. Aantal reisdagen per week 1 dag 2 dagen 3 dagen 4 dagen of meer 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar Zones

3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25

2,17 6,49 9,74 14,07 18,39 22,19 25,96 29,75 35,70 35,70 42,74 42,74 50,31 50,31 57,33 57,33 64,92 64,92 71,95 71,95 77,90 77,90 84,94

2,17 6,49 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74

4,87 12,98 20,01 36,25 36,25 44,36 51,39 59,51 71,40 71,40 85,47 85,47 100,62 100,62 114,69 114,69 129,84 129,84 143,89 143,89 155,81 155,81 168,87

4,87 12,98 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01

7,04 19,48 29,75 42,20 54,64 66,54 77,37 89,80 107,12 107,12 128,21 128,21 150,93 150,93 172,02 172,02 194,75 194,75 215,84 215,84 233,70 233,70 253,71

7,04 19,48 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75

7,04 21,10 34,08 49,24 64,92 80,06 93,05 108,74 130,38 130,38 156,89 156,89 185,01 185,01 211,52 211,52 240,20 240,20 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71

7,04 21,10 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08

Aantal reisdagen per week 1 dag 2 dagen 3 dagen 4 dagen of meer 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar 1e jaar volgjaar Zones

26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 of meer

84,94 91,96 91,96 97,92 97,92 106,03 106,03 106,03 106,03 115,22 115,22 115,22 115,22 115,22 122,26 122,26 122,26 122,26 129,29 129,29 129,29 129,29 135,24

9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9.74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74 9,74

169,87 183,94 183,94 195,83 195,83 212,07 212,07 212,07 212,07 230,46 230,46 230,46 230,46 230,46 244,51 244,51 244,51 244,51 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71

20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01 20,01

253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71

29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75 29,75

253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71 253,71

34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08 34,08