2006 Jaarverslag Radboud Universiteit Nijmegen
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Voorwoord
2
voorwoord
De ambitie van de Radboud Universiteit Nijmegen om tot de top van de Europese universiteiten te horen is een realistisch streven. Dat blijkt uit de resultaten op het gebied van onderzoek en onderwijs die de studentgerichte onderzoeksuniversiteit die de Radboud Universiteit is, in 2006 behaalde. U vindt ze vermeld in dit jaarverslag. Onderzoekers van de Radboud Universiteit hebben in 2006 verschillende eervolle prijzen ontvangen. Het baanbrekende onderzoek van de immunoloog prof. dr. C.G. Figdor werd geëerd met een Spinozapremie. Heel bijzonder is dat maar liefst drie van de 25 in heel Europa toegekende prijzen voor jonge onderzoekers, EURYI Awards, aan onderzoekers van de Radboud Universiteit werden toegekend. Deze European Young Investigators Awards, ter waarde van 1,25 miljoen euro, zijn een waardering voor het talent en de onderzoekskwaliteit van de drie prijswinnaars. Ze zijn ook een waardering voor de onderzoeksinstituten waar deze talentvolle jonge onderzoekers hun werk doen en waar ze door ervaren en toegewijde collega’s worden begeleid. Hiermee wordt bevestigd dat de keuze van de universiteit om al het onderzoek onder te brengen in 22 onderzoeksinstituten een juiste was. Op deze wijze wordt immers kwaliteit, focus en massa verkregen in het onderzoek. Ook de docenten van de Radboud Universiteit leverden wederom bijzondere prestaties. Ze begeleidden meer studenten dan vorige jaren naar hun einddiploma. Daarbij telt de kwaliteit van het op onderzoek gebaseerde onderwijs zeer. Om de kwaliteit voor de toekomst te behouden en te verbeteren is het Handboek Kwaliteitszorg vastgesteld. Daarnaast zijn met hetzelfde doel van kwaliteitsverbetering in 2006 twee stappen gezet. Op de eerste plaats is de onderwijsintensivering ingevoerd. Sinds 1 september 2006 krijgen alle eerstejaarsstudenten minimaal vijftien contacturen. Zo wennen ze al direct aan een stevig studietempo en komen ze er snel achter of ze een goede studiekeuze hebben gemaakt. Om studenten goed voor te bereiden op een internationale arbeidsmarkt moet het wetenschappelijk onderwijs internationaal georiënteerd zijn. Daarom heeft de Radboud Universiteit het initiatief genomen tot het International Research Universities Network, IRUN, dat internationale uitwisseling van studenten en docenten optimaal wil faciliteren. De Radboud Universiteit is een krachtige academische gemeenschap die op basis van de resultaten van haar onderzoek en onderwijs vol optimisme naar de toekomst kijkt. Ir. R.J. de Wijkerslooth, Voorzitter college van bestuur Radboud Universiteit Nijmegen
3
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Colofon Uitgave, samenstelling, productie Radboud Universiteit Nijmegen Fotografie Dick van Aalst, Peter van Aalst, Bert Beelen, Frank Muller, Gerard Verschooten
Eindredactie Machiel van Zanten, Tekstlink Vormgeving en opmaak Nies en Partners bno, Nijmegen Druk Thieme MediaCenter Nijmegen Radboud Universiteit Nijmegen Comeniuslaan 4, 6525 HP Nijmegen Postbus 9102, 6500 HC Nijmegen Telefoon: (024) 361 61 61 Telefax: (024) 356 46 06 www.ru.nl © Radboud Universiteit Nijmegen, juni 2007
4
Inhoud Jaarverslag Verslag over het jaar 2006 van het bestuur van de Stichting Katholieke Universiteit
6
Verder bouwen aan de academische reputatie
11
Kengetallen
16
Organigram
17
Onderzoek
18
Onderwijs
36
Studenten
52
Personeel
60
Voorzieningen: huisvesting, milieuzorg en veiligheid
66
Financiën
74
Jaarrekening
80
5
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Verslag over het jaar 2006
6
verslag over het jaar 2006
Verslag van het bestuur van de Stichting Katholieke Universiteit over het jaar 2006 in verband met zijn toezichthoudende taak op het bestuur van de Radboud Universiteit.
Het bestuur van de Stichting Katholieke Universiteit functioneert als raad van toezicht voor de Radboud Universiteit en voor het UMC St Radboud. Het stichtingsbestuur houdt integraal toezicht op het college van bestuur. Dit toezicht beslaat alle kerntaken. Het stichtingsbestuur vergaderde in 2006 zes keer met het college van bestuur, in aanwezigheid van de voorzitter van de raad van bestuur van het UMC St Radboud. Tussen de vergaderingen door vond overleg plaats tussen de voorzitter en de vice-voorzitter van het stichtingsbestuur en de voorzitter van het college van bestuur om de agenda voor te bereiden. Een belangrijk onderwerp in het toezicht op de Radboud Universiteit was het beleidsvoornemen van het college van bestuur tot de vorming van de Faculteit der Religiewetenschappen als afzonderlijke faculteit naast de theologische faculteit, om daarmee zowel de theologie als de religiewetenschappen helder te positioneren. De Structuurregeling is door het stichtingsbestuur dienovereenkomstig aangepast. Het stichtingsbestuur nam, evenals het college van bestuur, met gemengde gevoelens kennis van het besluit van de Congregatie voor de Katholieke Opvoeding van de rooms-katholieke kerk om de bevoegdheid tot het verlenen van canonieke graden door de theologische faculteit van de Radboud Universiteit voorlopig op te schorten. Het stichtingsbestuur ondersteunt het streven van de Radboud Universiteit om zich met de Congregatie voor de Katholieke Opvoeding van de rooms-katholieke kerk in te spannen om tot een oplossing te komen. In het kader van de kwaliteit van onderwijs en onderzoek sprak het stichtingsbestuur over de lopende accreditaties en visitaties en het onderzoeksjaarverslag 2005 van de Radboud Universiteit Nijmegen. Het college van bestuur informeerde het stichtingsbestuur over diverse beoordelingen en tevredenheidsonderzoeken met betrekking tot onderwijs en onderzoek, die over het algemeen een goed en positief beeld van de Radboud Universiteit laten zien.
7
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
In 2006 bracht het college van bestuur, als vervolg op het Strategisch Plan, onder meer beleidsnotities uit over de internationalisering en over het alumnibeleid van de Radboud Universiteit. Beide onderwerpen werden besproken met het stichtingsbestuur. Op 15 december 2006 stelde de VSNU de code Goed bestuur universiteiten 2007 vast. In 2007 zal het stichtingsbestuur met het college van bestuur een besluit nemen op welke wijze deze code zal worden toegepast en hierover rapporteren in het jaarverslag 2007. Het college van bestuur legde het stichtingsbestuur in 2006 twee keer een overzicht van benoemde hoogleraren voor. Het aantal persoonlijke leeropdrachten groeide en geconstateerd werd dat het systeem van bijzondere leeropdrachten naar tevredenheid werkt. Een punt van aandacht blijft het vergroten van het aantal vrouwelijke hoogleraren. Het stichtingsbestuur gaf goedkeuring aan de jaarrekening 2005 en constateerde dat de bedrijfsvoering verder aan kwaliteit heeft gewonnen. Tevens keurde het bestuur de begroting 2007 goed en steunde het de intentie van het college van bestuur om prioriteit te geven aan onderzoek en onderwijs. Het stichtingsbestuur heeft tevens goedkeuring gegeven aan de meerjareninvesteringsprognose en enkele investeringsprojecten waaronder bouwprojecten. Verder werd de resultatenontwikkeling in 2006 in relatie tot de begroting periodiek met de auditcommissie besproken. Het stichtingsbestuur bestond in 2006, na het vertrek van de heer Brentjens op 19 mei 2006, uit zes bestuursleden. Het stichtingsbestuur evalueerde na de ontwikkelingen rondom het hartcentrum van het UMC St Radboud tevens zijn eigen functioneren en startte een discussie over optimalisering van het toezicht. Het profiel voor het stichtingsbestuur werd aangepast. Op 9 februari 2007 overleed bestuurslid Harry Lockefeer. Harry Lockefeer heeft zich als lid en later vice-voorzitter van het bestuur van de Stichting Katholieke Universiteit vanaf 1995 met hart en geest ingezet voor de Radboud Universiteit Nijmegen en het UMC St Radboud. Het streven naar eenheid in verscheidenheid van de Radboud academische gemeenschap was een van zijn idealen. Hij was een betrokken bestuurder, zijn collegialiteit en vriendschap waren groot. De Nijmeegse academische gemeenschap is hem voor zijn niet aflatende inzet veel dank verschuldigd. Het stichtingsbestuur heeft een auditcommissie, bestaande uit twee leden met financiële expertise, en een remuneratiecommissie die voorstellen doet voor het bezoldigingsbeleid. De remuneratiecommissie werd in 2006 ingesteld ter vervanging van de Centrale Commissie die een breder takenpakket had. De auditcommissie vergaderde in 2006 drie keer met het college van bestuur. Over de uitkomsten van dit overleg werd aan het stichtingsbestuur gerapporteerd. In 2006 werd een nieuwe overeenkomst gesloten met de externe accountant. Hierbij is afgesproken de volgende onderwerpen in aanwezigheid van de externe accountant te bespreken: het auditplan, het verslag van bevindingen naar aanleiding van de interimcontrole en het verslag van bevindingen naar aanleiding van de jaarcijfers. De leden van de remuneratiecommissie voerden de jaarlijkse functioneringsgesprekken met de leden van het college van bestuur en rapporteerden daarover aan het stichtingsbestuur. In 2006 bleef de samenstelling van het college van bestuur ongewijzigd. Wel startte het stichtingsbestuur de procedure voor de benoeming van de nieuwe rector magnificus.
8
verslag over het jaar 2006
Een delegatie van het stichtingsbestuur woonde twee keer het overleg tussen het college van bestuur en de Gezamenlijke Vergadering bij. Tot slot sprak het stichtingsbestuur, in aanwezigheid van het college van bestuur en de raad van bestuur, met een delegatie van de Bisschoppenconferentie van het Rooms Katholiek Kerkgenootschap over medische ethiek. Het stichtingsbestuur spreekt zijn waardering uit voor de inzet en de bereikte resultaten van het college van bestuur, de faculteitsbesturen, medewerkers en studenten van de universiteit. Deze hebben er toe geleid dat er in 2006 vele positieve ontwikkelingen hebben plaatsgevonden binnen de Radboud Universiteit Nijmegen.
Samenstelling stichtingsbestuur Het stichtingsbestuur is als volgt samengesteld: • drs. J.F.T. Vugts (1942), oud-voorzitter van de raad van bestuur van SNS Reaal Groep, voorzitter (vanaf 19 mei 2006, benoemd tot januari 2008, eerste periode) • drs. J.L. Brentjens (1940), oud-voorzitter van de raad van bestuur VNU N.V., voorzitter (tot 19 mei 2006) • prof. drs. H.A.L. Lockefeer (1938, overleden 9 februari 2007), hoogleraar Journalistiek Rijks Universiteit Groningen, oud-hoofdredacteur van de Volkskrant, vice-voorzitter • J.J.J. Grobbée (1940), oud-hoofddirecteur van de Sociale Verzekeringsbank, voorzitter auditcommissie (benoemd tot maart 2008, derde periode) • dr. W.M. van den Goorbergh (1948), oud-plv. voorzitter van de raad van bestuur van Rabobank Nederland (benoemd tot november 2009, eerste periode) • mw. dr. C.M. Colijn-Hooymans (1951), lid van de raad van bestuur van TNO (benoemd tot november 2009, eerste periode) • mw. mr. L.F. Wiggers-Rust (1951), advocaat en mediator te Zutphen (benoemd tot september 2007, eerste periode) • mw. drs. H.H. Wittenhorst (1967), secretaris Nijmegen, 23 mei 2007
drs. J.F.T. Vugts (voorzitter)
9
mw. drs. H.H. Wittenhorst (secretaris)
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Nevenfuncties van de leden van het stichtingsbestuur Drs. J.F.T. Vugts: • Voorzitter raad van commissarissen Alewijnse Holding • Lid raad van commissarissen van Grinsven Drukkers • Lid raad van commissarissen TENNET • Bestuurslid van enkele stichtingen Drs. J.L. Brentjens: • Voorzitter raad van commissarissen van Heijmans NV, Océ NV • Vice-voorzitter Van Leer Group Foundation • Bestuurslid Bernard van Leer Foundation • Lid raad van commissarissen VNU NV, Bakker Hillegom NV en Fortis Obam NV • Voorzitter Niels Stensen Stichting en Stichting Lucas Ooms Fonds (LOF) • Bestuurslid van enkele andere stichtingen Prof. drs. H.A.L. Lockefeer: • Hoogleraar Journalistiek Rijksuniversiteit Groningen (half time) tot 1 februari 2006 • Lid van de raad van commissarissen van Aegon Nederland NV • Lid raad van commissarissen Het Financieele Dagblad BV J.J.J. Grobbée: • Vice-voorzitter van de raad van toezicht van GGZ Buitenamstel • Voorzitter van de klachtencommissie dienstverlening belastingen van de FNV • Lid toetsingscommissie Gezondheidsgegevens • Voorzitter diverse Verenigingen van Eigenaren (VVE) • Enige bestuursfuncties binnen de sport Dr. W.M. van den Goorbergh: • Voorzitter raad van toezicht Nexus Instituut • Voorzitter raad van toezicht KPC Groep • Lid raad van commissarissen Bank Nederlandse Gemeenten, NIBC Bank en OPG Groep • Voorzitter raad van commissarissen Welten Groep Holding • Voorzitter en lid diverse stichtingen Administratiekantoor • Lid bestuur of raad van toezicht enkele andere stichtingen Mevrouw dr. C.M. Colijn-Hooymans: • Lid raad van bestuur Nederlandse Organisatie voor Toegepast-natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) • Lid adviesraad voor het Wetenschaps- & Technologiebeleid (AWT) • Lid raad van toezicht van het internationale onderzoekinstituut CIMMYT (Mexico) • Lid raad van commissarissen Van Eeghen International BV (Amsterdam) • Lid raad van commissarissen Rabobank Vallei en Rijn • Lid raad van commissarissen Blgg Mevrouw mr. L. F. Wiggers-Rust: • Advocaat-partner Wiggers Advocaten te Zutphen • Arbiter, geregistreerd bij het NAI • NMI-gecertificeerd mediator, tevens lid bestuur Vereniging van Mediation Advocaten • Raadsheer-plaatsvervanger Gerechtshof Leeuwarden • Rechter-plaatsvervanger Rechtbank Arnhem • Secretaris Vereniging voor Burgerlijk Recht • Lid raad van advies Universiteit NIMBAS (tot en met 14 juli 2006) • Voorzitter stichting Mediation in Milieu en Ruimtelijke Ordening • Redactielid/auteur diverse boeken en tijdschriften (nationaal en internationaal)
10
verslag over het jaar 2006
Verder bouwen aan de academische reputatie De Radboud Universiteit Nijmegen heeft de ambitie een brede, veelzijdige en internationaal georiënteerde universiteit te zijn, die tot de top van Europa behoort. Het eredoctoraat dat de universiteit tijdens de opening van het academisch jaar 2006-2007 toekende aan de dichter, romancier en essayist Cees Nooteboom symboliseert dit streven. Zijn grote, rijke en veelzijdige literaire oeuvre is diep geworteld in de Europese cultuur en geschiedenis. De universiteit herkent zich in het werk van Nooteboom, waarin de grenzen tussen wetenschappelijke disciplines en die tussen wetenschap en samenleving worden overschreden. Kwaliteit van onderzoek en onderwijs is de basis van de Europese toppositie waarnaar de Radboud Universiteit als een studentgerichte onderzoeksuniversiteit streeft, zo stelt ze in haar Strategisch Plan 2005-2009, ‘De Kracht van Kwaliteit’. In het beleid, ook het financiële, van de Radboud Universiteit krijgen de primaire taken, onderzoek en onderwijs, absolute prioriteit. Het Strategisch Plan is leidend. Jaarlijks worden de daarin geformuleerde ambities en de nieuwe ontwikkelingen die zich intern en extern voordoen, vertaald in concrete voornemens in de Bestuurlijke Agenda en in de begroting. Het college van bestuur bespreekt de uitvoering van de centrale en decentrale taken twee maal per jaar met de leiding van de faculteiten en de directie van de clusters. In dit jaarverslag over 2006, bijna halverwege de periode van het Strategisch Plan, kan worden geconstateerd dat belangrijke stappen gezet zijn in het realiseren van deze ambitie. Het onderzoek en het onderwijs van de Radboud Universiteit staan er goed voor. Een overzicht.
Onderzoek In 2006 ontving de immunoloog prof. dr. C.G. Figdor een Spinozapremie. De Radboud Universiteit telt nu zes Spinozawinnaars. Heel bijzonder is het succes van de jonge onderzoekers: maar liefst drie van de vijf in Nederland toegekende European Young Investigators Awards, ter waarde van 1,25 miljoen euro, zijn toegekend aan de Radboud Universiteit. Om tot de Europese wetenschappelijke top te horen dienen niet alleen individuele onderzoekers, maar ook alle onderzoeksprogramma’s aan de hoogste kwalitatieve maatstaven te voldoen. Kwaliteit, focus en massa in onderzoek zijn de uitgangspunten van het onderzoeksbeleid. Al het onderzoek is ondergebracht in 22 instituten. Op die manier is het mogelijk in samenhang onderzoek uit te voeren op multidisciplinaire thema’s. Het jaarverslag over 2006 laat zien dat de oordelen over het gevisiteerde onderzoek goed tot zeer goed zijn, dat het aantal wetenschappelijke publicaties in 2006 opnieuw is toegenomen en dat er meer doctorsbullen dan ooit zijn uitgereikt. Het in het Strategisch Plan gestelde doel om in de periode 2005-2009 25 procent meer promoties te laten plaatsvinden, is in 2006 al voor de helft gerealiseerd.
Valorisatie: maatschappelijke betekenis van wetenschappelijk onderzoek Resultaten van wetenschappelijk onderzoek vinden op vele manieren hun weg naar de samenleving: via onderwijs, wetenschappelijke publicaties en bijvoorbeeld cultuur. Illustratief hiervoor zijn vier tentoonstellingen in 2006 waar (kunst)historici van de letterenfaculteit aan meewerkten. Prof. dr. P.J.A.N. Rietbergen droeg bij aan de tentoonstelling ‘Broedertwist’ in het Noordbrabants Museum in ’s-Hertogenbosch, over het uiteenvallen van Nederland en België. Prof. dr. A.M. Koldeweij werkte mee aan de tentoonstelling ‘Geloof en Geluk, sieraden en devotie’ in het Gruuthusemuseum
11
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
te Brugge. Prof. dr. V. Manuth was betrokken bij de tentoonstelling over Rembrandt en Caravaggio in het Rijksmuseum te Amsterdam. Prof. dr. E.M. Moormann was mede verantwoordelijk voor de grote publiekstrekker in het Nijmeegse Valkhof Museum, ‘De laatste uren van Herculaneum’. Wetenschappelijk onderzoek levert ook een directe bijdrage aan de kenniseconomie. Wetenschappers van de Radboud Universiteit werken samen met grote bedrijven of zetten spin-off-bedrijven op. Ter ondersteuning van technostarters is in 2006 KERN, Kennis Exploitatie Radboud Nijmegen, van start gegaan. In KERN werken de Radboud Universiteit, het UMC St Radboud, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, plaatselijke en regionale overheden en het bedrijfsleven samen. KERN heeft voor vier jaar subsidie gekregen van het ministerie van Economische Zaken. In 2006 is het universitair octrooibeleid vernieuwd. De faciliteiten voor jonge starters zijn op een transparante en meer eenvoudige wijze georganiseerd door het stroomlijnen van de activiteiten van de Stichting Gelderkennis en het Mercator Science Park Nijmegen.
Onderwijs De Radboud Universiteit formuleert in haar Strategisch Plan als doelstelling dat al haar opleidingen in de landelijke, disciplinegewijze beoordeling van opleidingen tot de bovenste 25 procent behoren. Kwaliteitsborging van het onderwijs is daartoe een voorwaarde. De universiteit beschouwt dit als een continu proces waarvoor alle betrokkenen (decanen, onderwijsdirecteuren, opleidingscoördinatoren, maar vooral de docenten) verantwoordelijk zijn. Het verkrijgen van accreditatie is noodzakelijk, maar is slechts een minimum. Het systeem van kwaliteitszorg binnen de Radboud Universiteit Nijmegen is vastgelegd in het Handboek kwaliteitszorg. In 2006 zijn 27 opleidingen geaccrediteerd. In 2005 waren dat er 18. Accreditatie van de overige opleidingen is in volle gang. In september bleek dat de universiteit in het academisch jaar 2005-2006 2.469 einddiploma’s (master/doctoraal) had uitgereikt. Dat zijn er 109 meer dan in het jaar daarvoor. Het marktaandeel van de Radboud Universiteit is echter gedaald.
Onderwijsintensivering Het onderwijs in het eerste jaar heeft in 2006 in belangrijke mate in het teken gestaan van de onderwijsintensivering. Het Strategisch Plan 2005-2009 stelt dat studeren aan de Radboud Universiteit niet vrijblijvend is: van de studenten wordt verwacht dat ze 35 uur per week aan hun studie besteden. Van de kant van de universiteit kunnen studenten persoonsgericht onderwijs, goede faciliteiten en een inspirerende academische omgeving verwachten. Sinds 1 september 2006 krijgen alle eerstejaarsstudenten minimaal vijftien contacturen. Ze maken in het eerste jaar kennis met alle aspecten van hun studie en krijgen college van de beste hoogleraren op hun vakgebied. Op deze manier wennen studenten direct aan een stevig studietempo. Bovendien komen ze er snel achter of ze de goede studiekeuze hebben gemaakt. Met deze maatregel heeft de Radboud Universiteit al vroeg stelling genomen in een debat dat eind 2006 in de media woedde over de kwaliteit van het hoger onderwijs. Studenten blijken zich te ergeren aan wat zij zien als een tekort aan onderwijsuren in diverse instellingen voor hoger onderwijs. De Radboud Universiteit kiest met de genomen maatregelen voor de intensivering van haar kwaliteitsonderwijs voor al haar studenten.
12
verslag over het jaar 2006
Nieuwe Faculteit der Religiewetenschappen Nadat het in 2005 niet mogelijk was gebleken om met de drie katholieke theologische faculteiten één gezamenlijke faculteit op te richten, heeft de Radboud Universiteit besloten alleen verder te gaan met de Faculteit der Theologie. Daarnaast is het Instituut voor Religiewetenschappen omgezet in de Faculteit der Religiewetenschappen. Deze is op 1 september 2006 van start gegaan onder leiding van de nieuwe decaan, prof. dr. J.P. Wils, hoogleraar Theologische ethiek. In december 2006 besloot de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) alle opleidingen van de Faculteit der Theologie van de Radboud Universiteit te accrediteren. Daarmee voldoen deze opleidingen aan alle wetenschappelijke criteria en worden de diploma’s door de Nederlandse overheid erkend. Hiertegenover staat het besluit van de Congregatie voor de Katholieke Opvoeding van de rooms-katholieke kerk om de bevoegdheid tot het verlenen van canonieke graden door de Faculteit der Theologie voorlopig op te schorten. De theologische faculteit van de Radboud Universiteit beschikt sinds 1923 als enige in Nederland over het recht academische graden toe te kennen namens de Heilige Stoel. De Radboud Universiteit zal zich met de Congregatie voor de Katholieke Opvoeding van de rooms-katholieke kerk inspannen voor een oplossing.
Universitaire lerarenopleiding Vanaf 1 september 2006 gaan de Radboud Universiteit en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) zelfstandig verder met eigen instituten voor de opleiding van respectievelijk eerste- en tweedegraads leraren. Hiermee is het besluit van eind 2005 om het Instituut voor Leraar en School (ILS) als gezamenlijk instituut van beide instellingen te ontvlechten, geëffectueerd. De instituten zullen nauw met elkaar blijven samenwerken zodat ze beide profiteren van het goede dat in zes jaar samenwerking tot stand is gebracht. Daarbij is afgesproken dat er in de toekomst een gezamenlijk loket blijft waar scholen uit het voortgezet onderwijs terecht kunnen voor stagiaires en afgestudeerde leraren. De lerarenopleiding van de HAN kan blijven profiteren van het onderzoek van de Radboud Universiteit. In december 2006 benoemde het college van bestuur prof. dr. J.M. Pieters tot hoogleraar/ directeur van het Instituut voor Leraar en School van de Radboud Universiteit (ILS-RU).
Internationalisering In 2006 is de nota Internationalisering vastgesteld. Wetenschappelijk onderwijs moet studenten voorbereiden op een internationale arbeidsmarkt en moet dus internationaal georiënteerd zijn. Om de uitwisseling van studenten en docenten verder te vergemakkelijken en te faciliteren heeft de Radboud Universiteit het initiatief genomen tot IRUN, het International Research Universities Network. Er zijn in 2006 diverse bezoeken gebracht aan universiteiten die van plan zijn lid te worden van IRUN, dat in 2007 officieel van start gaat. In de zomer van 2006 heeft de universiteit de Radboud Summer University georganiseerd. Docenten en studenten van negen verschillende partneruniversiteiten waarmee de Radboud Universiteit wetenschappelijke contacten onderhoudt, hebben een week lang in multidisciplinaire masterclasses gesproken over het centrale thema: de ethos van de wetenschap. Deze Radboud Summer University is een internationaal vervolg op en een verdieping van het succesvolle Honours Programma dat een aantal jaren geleden is geïntroduceerd voor gemotiveerde studenten.
13
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
UMC St Radboud De medische faculteit van de Radboud Universiteit Nijmegen en het St Radboud Ziekenhuis vormen samen het UMC St Radboud. Ze maken beide deel uit van de Stichting Katholieke Universiteit. Voor het onderzoek en onderwijs in het UMC St Radboud draagt het college van bestuur van de universiteit de verantwoordelijkheid. Voor de patiëntenzorg en de bedrijfsvoering in het UMC is de raad van bestuur van het UMC eindverantwoordelijk. Via het College voor Bestuurlijke Samenwerking (CBS) stemmen het college van bestuur van de universiteit en de raad van bestuur van het UMC hun strategisch beleid en hun bedrijfsvoering op elkaar af. Het college van bestuur van de Radboud Universiteit heeft kennisgenomen van de ontwikkelingen en de bestuurswisseling binnen het UMC St Radboud. Ze heeft daarbij in het bijzonder oog gehad voor de continuïteit en de kwaliteit van onderzoek en onderwijs.
Mensen Studenten De Radboud Universiteit telde in 2006 17.650 studenten. Om in de toekomst een studentgerichte onderzoeksuniversiteit te kunnen blijven, is het nodig dit aantal te handhaven. Vwo-scholieren vormen de belangrijkste doelgroep. Hun aantal onder de eerstejaars is in 2006 feitelijk en percentueel gestegen. Naast getalenteerde hbo-bachelors, bevordert de universiteit met succes de instroom van Duitse studenten. De instroom stijgt en de Duitse studenten blijken bovengemiddeld te presteren. De kwaliteit van de (internationale) academische vorming van de Nijmeegse studenten bleek in 2006 onder meer uit de eerste plaats die het team van United Netherlands – dat vooral uit Nijmeegse studenten bestond – behaalde in de jaarlijkse debatwedstrijd aan de universiteit van Harvard. Daar simuleren studenten uit de hele wereld ieder jaar een zitting van de Verenigde Naties. De Nijmeegse studente Sandra van Beest is verkozen tot vertegenwoordigster van de Nederlandse jongeren bij de zittingen van de Verenigde Naties.
Medewerkers Voortvloeiend uit het Strategisch Plan is in 2006 een personeelsbeleidsplan opgesteld en met de medezeggenschap besproken. In het plan ligt de nadruk op drie meerjarenprogramma’s: leiderschapsontwikkeling, loopbaanontwikkeling en organisatieontwikkeling. Leidinggevenden moeten in staat zijn hun medewerkers te enthousiasmeren en binding te creëren. Bovendien moeten leidinggevenden ervoor zorgen dat medewerkers qua kennis en vaardigheden zijn toegerust om hun taken uit te voeren. Om medewerkers enthousiast en gemotiveerd te houden, is het van belang aandacht te besteden aan hun ontwikkeling en wensen, en te bezien hoe kennis en vaardigheden in de specifieke setting van de Radboud Universiteit benut kunnen worden.
Alumni In haar Strategisch Plan zegt de universiteit ernaar te streven dat alumni zich betrokken blijven voelen bij hun universiteit en daar trots op zijn. In 2006 is de nota Alumnibeleid Radboud Universiteit Nijmegen vastgesteld. Uitgangspunt is dat universitair alumnibeleid alleen succesvol kan zijn als het gefundeerd is op facultair alumnibeleid en facultaire activiteiten. Activiteiten die de band met alumni, of met speciale groepen alumni, verder versterken zullen worden uitgewerkt in samenspraak met de Vereniging voor Reünisten.
14
verslag over het jaar 2006
Middelen Het financieel beleid schept de randvoorwaarden voor de kwaliteitsambitie van de universiteit op het gebied van onderwijs en onderzoek. In 2006 is veel aandacht besteed aan de verbetering van de financiële en controlfunctie. In 2006 is het nieuwe Huygensgebouw door medewerkers en studenten van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica betrokken. Ook is een nieuw complex met studentenwoningen en een guesthouse geopend. Hiermee zijn de grootste universitaire nieuwbouwplannen voorlopig voltooid. In de in 2006 geactualiseerde Meerjaren Investeringsprognose (MIP) ligt de prioriteit bij de voorzieningen ten dienste van onderwijs en onderzoek. De komende jaren ligt de nadruk op renovatie van bestaande gebouwen. In 2006 zijn in samenwerking met het bestuur van de Stichting Studentenkerk de plannen voor een nieuwe ruimte voor de kerk vastgesteld. Reden hiervoor is dat de universiteit hecht aan mogelijkheden voor activiteiten in het kader van levensbeschouwing en religie op de campus. In september 2006 is een veiligheidscampagne gevoerd, waarin één centraal calamiteitennummer voor de gehele campus is geïntroduceerd.
Eén in weten Een goede reputatie is belangrijk voor een universiteit. Zo’n reputatie helpt bij het aantrekken van goede studenten en briljante wetenschappers en bij het binnenhalen van onderzoeksgelden. De fundamenten van een universitaire reputatie worden gelegd door de resultaten op het gebied van onderzoek en onderwijs. Op deze terreinen staat de Radboud Universiteit er goed voor, zo laat dit jaarverslag zien. Een reputatie wordt verder gebouwd door aanwezigheid in nationale en internationale netwerken. Hier zijn de tekenen gunstig. Zo is de Radboud Universiteit met tien van de zestig leden hofleverancier van De Jonge Akademie. Een goede presentatie van de universiteit versterkt haar reputatie. Daarom stimuleert de universiteit haar medewerkers de media te gebruiken en met specifieke kennis bij te dragen aan het maatschappelijk debat. Met succes. In 2006 steeg de presentie van Nijmeegse wetenschappers in de media opnieuw. Van alle wetenschappers verscheen prof. mr. Y. Buruma het meest in de media. Hij was daarom – voor de tweede maal – winnaar van de Frans Duynstee Trofee. Ter versterking van haar bekendheid zal de Radboud Universiteit in haar campagnes de slogan ‘één in weten’ voeren. Hiermee wil ze duidelijk maken dat studenten en medewerkers van de Radboud Universiteit samen één krachtige academische gemeenschap vormen en de ambitie hebben om in hun werk de beste, nummer één, te zijn.
15
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Kengetallen Radboud Universiteit Nijmegen 2002
2003
2004
2005
2006
Aantal ingeschrevenen
15.453
16.418
17.139
17.627
17.650
Eerstejaars instelling
4.095
4.023
3.926
3.959
3.781
Studenten
2001-2002 2002-2003 2003-2004 2004-2005 2005-2006 Doctoraal- (en master)diploma’s 2.178
2.241
2.260
2.360
2.469
2002
2003
2004
2005
2006
192
213
214
226
241
Wetenschappelijke publicaties
4.011
4.242
4.710
4.967
5.049
Aantal medewerkers (fte)
4.250
4.342
4.334
4.336
4.309
Academische promoties
Toelichting ‘Aantal ingeschrevenen’: het aantal op 1 oktober ingeschreven studenten en extraneï, inclusief postdoctoraalstudenten. ‘Eerstejaars instelling’: Het totaal aantal studenten dat voor het eerst is ingeschreven voor een opleiding van de Radboud Universiteit (bachelor-, master-, ongedeelde en postdoctorale opleidingen) vóór 1 oktober, inclusief de laatinschrijvers (na 1 oktober) van het jaar daarvoor. ‘Doctoraal- (en master)diploma’s’: de doctoraaldiploma’s in de genoemde academische jaren (1 september - 31 augustus) en vanaf het studiejaar 2002-2003 de som van de doctoraal- en de masterdiploma’s. ‘Academische promoties’: het totaal aantal promoties per kalenderjaar. ‘Wetenschappelijke publicaties’: het totaal aantal publicaties, waarbij vanaf 2002 alleen de gerefereerde publicaties van het UMC St Radboud worden meegeteld. ‘Aantal medewerkers’: het aantal fte’s per 31 december 2006, inclusief het aantal medewerkers van het UMC St Radboud, facultair deel.
16
verslag over het jaar 2006
Organigram
Stichting Katholieke Universiteit (SKU)
OR Ondernemingsraad
college van bestuur Radboud Universiteit Nijmegen
UGV Universitaire Gezamenlijke Vergadering
raad van bestuur UMC St Radboud
USR Universitaire Studentenraad
OC
Faculteiten
Clusters
Onderdeel Commissie OR
Ondersteuning
Facilitair
ILS-RU ITS IOWO
Theologie Religiewetenschappen Filosofie Letteren Rechtsgeleerdheid Sociale Wetenschappen Managementwetenschappen Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Medische Wetenschappen/UMC St Radboud
OC FGV Facultaire Gezamenlijke Vergadering
Onderdeel Commissie OR
FSR Facultaire Studentenraad
OPCIE Opleidingscommissies
17
Onderwijs
Onderzoek
Opleidingen
22 instituten
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Onderzoek
18
onderzoek
Grensverleggend en innovatief onderzoek speelt zich af in een internationale context; dat geldt voor nagenoeg alle vakgebieden. Om een significante, zichtbare en toonaangevende bijdrage te leveren aan de internationale ontwikkeling van deze vakgebieden is geconcentreerde inzet van middelen noodzakelijk. Kwaliteit, focus en massa in onderzoek blijven de komende jaren daarom het uitgangspunt voor het onderzoeksbeleid van de Radboud Universiteit.
19
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
De Radboud Universiteit is een brede universiteit waar onderzoekers werken op de terreinen van de alfa-, gamma-, bèta- en medische wetenschappen. Door al het onderzoek onder te brengen in 22 instituten is de Radboud Universiteit erin geslaagd meer focus en massa in het onderzoek te brengen. Zo kan het onderzoek op multidisciplinaire thema’s in samenhang plaatsvinden. Een goed voorbeeld hiervan is het Behavioural Science Institute (BSI). Dit instituut doet onderzoek op het gebied van gedrag en opvoeding en beslaat als enige in Nederland het gehele gebied van de behavioural science. De oprichting van zo’n onderzoeksinstituut biedt ook schaalvoordelen bij de inrichting van laboratoria zoals het RIVER Lab (Radboud Immersive Virtual Environment Research Lab). In 2006 kreeg het instituut erkenning als KNAW-onderzoekschool. De Radboud Universiteit publiceert jaarlijks het onderzoeksjaarverslag (Research Report), waarin ze rapporteert over de meest recente ontwikkelingen binnen de 22 onderzoeksinstituten en de plannen voor toekomstig onderzoek. Het Research Report is, evenals het jaarverslag, een verantwoording voor de middelen die de overheid, instellingen en bedrijven ter beschikking stellen voor het wetenschappelijk onderzoek.
• Heyendaal Instituut
• Nijmeegs Instituut voor Cognitie en Informatie
• Research Institute for Religious Studies and
• F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging • Instituut voor Neurowetenschappen
Theology • Centrum voor Ethiek • Onderzoeksinstituut voor Filosofie • Instituut voor Historische, Literaire en Culturele
• Nijmegen Centre for Clinical and Translational Research • Nijmegen Centre for Evidence-Based Practice • Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences
Studies • Onderzoeksinstituut voor Rechtsgeleerdheid
• Institute for Water and Wetland Research
• Institute for Management Research
• Instituut voor Moleculen en Materialen
• Nijmeegs Instituut voor Sociaal Cultureel
• Institute for Mathematics, Astrophysics and Particle Physics
Onderzoek
• Onderzoekcentrum Instituut voor Leraar en School • Instituut voor Informatica en Informatiekunde • Behavioural Science Institute • Centre for Language Studies
• Instituut voor Wetenschap, Innovatie en Samenleving
Subsidie voor grootschalige onderzoeksfaciliteiten Voorjaar 2006 besliste de minister van OCW definitief over de toezegging van honderd miljoen voor investering in vijf grootschalige onderzoeksfaciliteiten. Twee aanvragen van de Radboud Universiteit delen mee. Het Nijmegen Centre for Advanced Spectroscopy (een aanvraag van het Instituut voor Moleculen en Materialen) krijgt ruim 25 miljoen euro en het project ‘New frontiers in imaging in the brain’, waaraan het F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging deelneemt, ontvangt bijna 19 miljoen euro. De subsidies zijn vrij van matchingsverplichting.
20
onderzoek
Resultaten De kwaliteit van het Nijmeegse onderzoek blijkt op vele manieren: uit de persoonsgebonden prijzen, de publicaties, de omvang van de middelen van de tweede en derde geldstroom. De kwaliteit blijkt ook uit de wijze waarop het wetenschappelijk onderzoek zijn weg vindt naar de samenleving. Op deze wijze ontstaat sociale, culturele en economische valorisatie.
Over de rol van religie Op 19 juni 2006 organiseerde het Heyendaal Instituut een studiedag bij het verschijnen van het boek Metamorfosen. Over religie en moderne cultuur van prof. dr. E. Borgman. Het boek gaat over abstracte filosofische en theologische kwesties, als de menselijke identiteit en de eigenheid van de moderniteit. Maar ook over concrete maatschappelijke vraagstukken als de Europese integratie, het normen- en waardendebat, de verhouding met de islam en euthanasie. Tijdens de studiedag lieten diverse sprekers hun licht schijnen over dit werk, dat een belangrijke en actuele thematiek aankaart, nu de islam zich nadrukkelijk manifesteert en nu zoveel politici zich uitlaten over de rol die religie in ons land speelt en zou moeten spelen, of juist niet.
Een grondige renovatie van de Faillissementswet Het Onderzoekscentrum voor Onderneming en Recht (OO&R) werkt via zijn voorzitter prof. mr. S.C.J.J. Kortmann intensief aan een grondige renovatie van de Faillissementswet. Onder leiding van Kortmann bereidt de Commissie Insolventierecht een voorontwerp van een nieuwe wet voor. De nieuwe wet krijgt een andere naam, Insolventiewet, en sluit aan bij Europese tendensen. ‘Gewone’ wetsvoorstellen worden voorbereid op ministeries. Voor grote wetsvoorstellen is het niet ongebruikelijk dat ze worden voorbereid door een commissie, met daarin wetenschappers die zich op de achtergrond ondersteund weten door universitaire onderzoekers. In dit geval was de wetenschappelijke inbreng onontbeerlijk om bijvoorbeeld de nieuwe wet beter te laten aansluiten op internationale wetgeving. In heel Europa is het insolventierecht de afgelopen jaren aangepast. Het OO&R heeft onderzocht hoe het elders geregeld is, en waarom dat zo is. Dat is bij uitstek academische kennis. Ook bij het grondige ‘schoonmaakwerk’ van de ruim een eeuw oude wet was extra rechtswetenschappelijke inbreng nodig. De commissie inventariseerde welke regels in de loop van de tijd door de rechter geformuleerd zijn, beoordeelde of die juist zijn en maakte voorstellen hoe die regels kunnen worden opgenomen in de nieuwe wet. Daar is specifiek universitaire kennis voor nodig. Die is bij uitstek op het OO&R aanwezig.
Voeding en gezondheid Het ministerie van Economische Zaken en de provincies Gelderland en Overijssel kenden een subsidie van 4 miljoen euro toe aan het project Nanotechnology for Food and Health, een gezamenlijk initiatief van de Radboud Universiteit Nijmegen, Universiteit Twente, Wageningen UR en het regionale bedrijfsleven (MKB). De financiering is bedoeld voor toepassingsgericht micro- en nanotechnologisch onderzoek op de thema’s voeding en gezondheid. Met deze impuls kan onderzoekscapaciteit van kennisinstellingen beschikbaar gesteld worden aan het bedrijfsleven, waardoor innovaties makkelijker worden gerealiseerd. De Radboud Universiteit levert input voor het voedingsonderzoek met speciale faciliteiten als het NMR-Centrum, het High Field Magnet Laboratory en het trillingsarme Nanolab, en expertise op het gebied van nanoprobing (materiaalmeting), moleculaire assemblage en het innovatieve onderzoek op het gebied van de molecular life sciences (NCMLS).
21
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Economische valorisatie Security Het verkleinen van de kloof tussen universiteit en bedrijfsleven op het gebied van informatica. Dat is het doel van het Laboratory for Quality Software (LaQuSo), een in 2006 tot stand gekomen samenwerkingsverband tussen de Radboud Universiteit Nijmegen en de Technische Universiteit Eindhoven. De Nijmeegse informatica profileert zich vooral op het gebied van testing, security en medische informatica. Informatici hebben al een aantal onderzoeksopdrachten van bedrijven op het gebied van security (veiligheidsaspecten van een firewall, veiligheid van digitale stroommeting), architectuurontwerp van software en proces-architectuur van systemen voor documentproductie. Met Philips Eindhoven wordt een groter samenwerkingsverband opgezet op het gebied van medische informatica.
Ondersteuning van starters Uit onderzoek is gebleken dat jonge ondernemers slechts in beperkte mate hulp van buiten inroepen bij het starten van hun bedrijf, terwijl dit in de praktijk een belangrijke succesfactor is. Er is een aantal initiatieven gebundeld om toekomstige kennisondernemers beter te ondersteunen. Zo is er een helpdesk voor starters op de campus gekomen. Jonge ondernemers worden geholpen met het zoeken naar een markt, de bescherming van hun idee door een octrooi, en huisvesting. Ook kunnen ze een beroep doen op ervaren coaches die hun sporen in het bedrijfsleven hebben verdiend. In 2006 is het project Kennis Exploitatie Radboud Nijmegen (KERN) van start gegaan. KERN moet tien nieuwe, succesvolle, innovatieve kennisintensieve starters per jaar opleveren. Het ministerie van Economische Zaken (Technopartner) subsidieert met 2,5 miljoen euro de helft van de projectkosten. De andere helft wordt bijeengebracht door de partners in KERN: de Radboud Universiteit, het UMC St Radboud, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Oost NV, Syntens, Rabobank Rijk van Nijmegen, Organon, NXP, DSM, Pepscan Systems, Royal Haskoning en Mercator Incubator Nijmegen. KERN heeft als doel startende ondernemers beter te ondersteunen en daarmee een bijdrage te leveren aan de kenniseconomie. De starters kunnen afkomstig zijn van een van de deelnemende kennisinstellingen en organisaties, maar ook uit de regio. Een technostarter kan bij KERN een lening krijgen van maximaal 28.000 euro per jaar om bijvoorbeeld een eerste prototype van zijn product te laten maken. Behalve voor een lening kunnen starters ook terecht voor hulp in de vorm van laboratoriumfaciliteiten of voor ondersteuning bij bescherming en exploitatie van intellectuele eigendomsrechten. Het samenwerkingsverband kan de startende ondernemer eveneens helpen bij het opbouwen van een groot en divers netwerk van partijen die iets kunnen betekenen voor het nieuwe bedrijf.
Kwaliteitszorg en externe beoordelingen Onderzoek wordt periodiek beoordeeld door internationaal samengestelde commissies van peers. De onderzoeksinstituten van de Radboud Universiteit Nijmegen zijn de te beoordelen eenheden. Voor een onderzoeksprogramma dat niet minimaal als ‘zeer goed’ wordt beoordeeld, wordt een plan van aanpak opgesteld om deze kwalificatie te bereiken. Wanneer bij de daaropvolgende beoordeling geen beter resultaat is bereikt, wordt het onderzoek afgebouwd. Onderzoeksprogramma’s die ‘excellent’ scoren, worden gestimuleerd.
22
onderzoek
In 2006 zijn vijf onderzoekinstituten van de Radboud Universiteit Nijmegen extern beoordeeld volgens het Standard Evaluation Protocol en heeft één instituut een tussentijdse zelfevaluatie uitgevoerd.
Onderzoeksinstituut voor Filosofie en Centrum voor Ethiek In het QANU-visitatierapport over de landelijke beoordeling van het filosofieonderzoek scoorden drie van de vier programma’s van het Onderzoeksinstituut voor Filosofie minstens ‘zeer goed’ op alle vier de criteria (kwaliteit, productiviteit, relevantie en levensvatbaarheid). Eén programma scoorde zelfs ‘excellent’ op alle vier de rubrieken. Het programma ‘Clash of Civilizations’ scoorde ruim onder de Nijmeegse norm. Het werd dan ook in de loop van 2006 afgebouwd. De onderzoekscapaciteit die erin was ondergebracht, werd aan het onderzoeksprogramma van het Centrum voor Ethiek toegevoegd en zal deel gaan uitmaken van een onderzoeksprogramma op het gebied van praktische filosofie dat in de loop van 2007 binnen dit centrum zal worden opgericht. Het Centrum voor Ethiek werd geëvalueerd in dezelfde landelijke beoordeling. Het onderzoeksprogramma van het centrum scoorde gemiddeld ‘zeer goed’. De commissie erkent de relevantie van het onderzoek, maar merkt wel op dat het centrum nog geen stevige wetenschappelijke positie heeft verworven.
Centre for Language Studies en Instituut voor Historische, Literaire en Culturele Studies In oktober 2006 bezocht een internationaal samengestelde commissie de onderzoeksinstituten op het gebied van letteren van de Universiteit van Tilburg, de Vrije Universiteit, de Universiteit van Amsterdam en de Radboud Universiteit. Het onderzoek van het Centre for Language Studies werd gemiddeld genomen uitstekend beoordeeld: alle vier de programma’s scoorden minimaal ‘zeer goed’ en overwegend ‘excellent’. Het onderzoek van het Instituut voor Historische, Literaire en Culturele Studies werd als ‘zeer goed’ beoordeeld. Eén programma scoorde op drie aspecten onder de norm. Dit had een aantal oorzaken, waarvan de grote verbrokkeling de belangrijkste is. Het definiëren van meer gefocusseerde zwaartepunten moet leiden tot een grotere synergie tussen onderzoekers. Verder zal dit programma strakker geleid en begeleid gaan worden. Om de kwaliteit van het onderzoek te behouden, zullen beide instituten bijzondere aandacht gaan besteden aan cohesie, publicatiestrategie en postdocbeleid. Het Centre for Language Studies heeft verder geïnvesteerd in software en overeenkomsten gesloten met andere instituten voor het gebruik van ICT-infrastructuur.
Nijmeegs Instituut voor Sociaal Cultureel Onderzoek Het Nijmeegs Instituut voor Sociaal Cultureel Onderzoek is een gedurfd initiatief met veel potentie, aldus de internationale evaluatiecommissie. Verheugend is de constatering dat drie van de vier programma’s op nagenoeg alle aspecten minimaal ‘zeer goed’ scoren. Eén van deze programma’s behaalde een ‘goed’ voor levensvatbaarheid, een ander programma behaalde eenzelfde kwalificatie voor productiviteit. Zorgelijk is de uitkomst voor het programma op het gebied van ontwikkelingsstudies, dat gemiddeld minder dan ‘goed’ heeft gescoord. Dit programma wordt inmiddels geleid door een nieuwe hoogleraar die al externe middelen heeft verworven om het welslagen van het programma te bespoedigen. Verder heeft de directeur van het instituut een plan opgesteld om onder andere gezamenlijke projectvoorstellen te ontwikkelen voor promotieplaatsen. Hiermee wordt niet alleen de samenwerking tussen de programma’s verstevigd, maar ook een substantiële uitbreiding van het aantal promovendi gerealiseerd.
23
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Onderzoeksinstituut voor Rechtsgeleerdheid In 2006 is al het rechten-onderzoek dat uitgevoerd werd in de jaren 1999 tot en met 2004 onderworpen aan een tussentijdse zelfevaluatie. De programmaleiders en onderzoekseenheden hebben hun eigen onderzoek beoordeeld en deze in een verslag vastgelegd. Dit verslag is vervolgens voorgelegd aan een commissie van externe deskundigen. De commissie oordeelt dat het onderzoek van de faculteit ‘over het geheel genomen van behoorlijk niveau is. Voor onderdelen geldt dat de faculteit tot de top behoort.’ De conclusie dat het onderzoek van het instituut als geheel ‘behoorlijk’ is, is met name het gevolg van het oordeel over één bepaalde eenheid. Er is binnen die eenheid te weinig samenhang en sommige programma’s zijn weinig toegespitst. Het instituut zal de organisatie van dit onderzoek herzien.
Internationale persoonsgerichte prijzen European Young Investigators Award De European Young Investigators (EURYI) Award is een initiatief van de European Science Foundation (ESF). Winnaars van deze prijs worden gezien als potentiële wereldleiders op hun vakgebied. Nederland en Frankrijk waren met elk vijf winnaars dit jaar de topscorers bij de EURYI Awards. Met drie van de vijf Nederlandse laureaten is de Radboud Universiteit Nijmegen zeer succesvol. • Dr. M.T.C. Ernestus (Centre for Language Studies en Max Planck Institut für Psycholinguistik, Nijmegen) ontvangt haar EURYI Award voor onderzoek naar spontane spraak: mensen slikken vaak woorden half in, maar begrijpen elkaar wel degelijk. Hoe kan dat? • Dr. P. Fries (F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging) zal zijn EURYI Award gebruiken voor verder onderzoek naar de interactie tussen hersencellen. Eerder publiceerde Fries al over ritmisch vurende neuronen in Nature en Science. • Dr. J.G.J. Hoenderop (Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences) ontvangt de EURYI Award voor zijn onderzoek naar de functie en regulatie van calciumkanalen in de nieren. Calcium speelt een onmisbare rol bij veel fundamentele processen in het lichaam, zoals spiersamentrekkingen, bloedstolling en skeletvorming.
Hoge Italiaanse onderscheiding voor prof. Hartkamp Prof. mr. A.S. Hartkamp is benoemd tot Grande Ufficiale in de Ordine al Merito della Repubblica Italiana. Op dinsdag 11 juli kreeg hij door de Italiaanse ambassadeur in Den Haag de bijbehorende versierselen uitgereikt, in aanwezigheid van onder meer de minister van Justitie en de president van de Hoge Raad. Hartkamp ontving de onderscheiding voor zijn werkzaamheden als lid van de Governing Council van het in Rome gevestigde Unidroit (Institut international pour l’unification du droit privé), waarvan hij Eerste Vice-President is. Daarnaast kreeg hij de onderscheiding voor zijn wetenschappelijke werk op het gebied van het Europese privaatrecht en voor zijn vertaling van de poëzie van de Italiaanse dichter Giuseppe Gioachino Belli.
24
onderzoek
Prof. Mönks eredoctor van universiteit Bandung Prof. dr. F. Mönks, emeritushoogleraar Ontwikkelingspsychologie van de Radboud Universiteit Nijmegen en grondlegger van het Nijmeegs Centrum voor Begaafdheidsonderzoek, ontving op 5 augustus een eredoctoraat van de Universitas Padjadjaran in Bandung, Indonesië. Het eredoctoraat is hem toegekend vanwege zijn inzet en waardevolle bijdrage aan de ontwikkeling van de psychologie en het psychologieonderwijs in Indonesië.
Nationale persoonsgerichte prijzen Spinozapremie voor prof. Figdor Prof. dr. C.G. Figdor (Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences) ontving in 2006 de Spinozapremie van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Hij paste als een van de eersten ter wereld dendritische celtherapie – het trainen van het eigen afweersysteem om tumorcellen aan te vallen – toe op kankerpatiënten. Prof. Figdor speelde een belangrijke rol bij het ontstaan van het Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences. Hij is daar directeur en hoofd van de afdeling Tumorimmunologie.
Ecogenomicsprijs voor dr. Ouborg Moleculair ecoloog dr. N.J. Ouborg van het Institute for Water and Wetland Research heeft de Ecogenomicsprijs gewonnen ter waarde van 40.000 euro. Het gaat om genexpressieonderzoek naar de effecten van genetische verarming in duifkruid, een in Nederland bedreigde plantensoort (Scabiosa columbaria). De prijs is uitgeloofd door het MicroArray Department (MAD) Amsterdam. Dat schreef samen met de firma Affymetrix een wedstrijd uit voor projecten op het gebied van de nieuwe DNA-chiptechnologie. Het voorstel van Ouborg zal door het MAD uitgevoerd worden.
De Jonge Akademie De Jonge Akademie (DJA) is in 2005 opgericht door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen met als doel jonge onderzoekers in aanraking te brengen met collega’s uit vakgebieden buiten hun specialisme. Een commissie met leden van De Jonge Akademie en de KNAW selecteert jaarlijks tien nieuwe leden op wetenschappelijke excellentie, een interdisciplinaire aanpak en een brede belangstelling voor de wetenschap. In 2006 werd De Jonge Akademie uitgebreid met tien jonge wetenschappers, waarvan vier van de Radboud Universiteit. • Dr. A. Need (Nijmeegs Instituut voor Sociaal Cultureel Onderzoek) doet sociologisch onderzoek naar uiteenlopende terreinen als ontkerkelijking, stemgedrag, onderwijs en arbeidsmarkt. Met een Vidi-subsidie van NWO doet ze momenteel onderzoek naar morele dilemma’s rond zwangerschap en geboorte. Dr. Need heeft in 2001 de website maatschappijleerwerkstuk.nl voor leerlingen van het vwo opgezet. • Dr. P. Fries (F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging) houdt zich bezig met de menselijke waarneming: de rol van ritmische synchronisatie bij interactie tussen hersencellen, en hoe de hersenen gedrag in gang zetten. Fries ontving eerder dit jaar de EURYI Award als een van de vijfentwintig beste Europese onderzoekers. Zijn team gaat onderzoek doen naar de communicatie tussen hersencellen en dan met name de zenuwcellen: neuronen.
25
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
• Dr. M.G. Netea (Nijmegen Centre for Clinical and Translational Research) doet onderzoek naar aangeboren afweer en weerstand tegen infecties. De schimmel Candida albicans is de op drie na belangrijkste oorzaak van bloedvergiftiging. Netea onderzoekt hoe het afweersysteem van de mens Candida in de bloedbaan kan herkennen en elimineren. Met publicaties in Nature en PNAS verwierf dr. Netea internationale faam. Hij behaalde in 2005 de hoogste citatiescore met een van zijn artikelen over immunologie. • Dr. ir. M. Strous (Institute for Water and Wetland Research) ontdekte in 1999 de anammox-bacterie. Deze bacterie, die voorkomt in oceanen, levert een belangrijke bijdrage aan de stikstofkringloop op aarde. Strous zorgde voor een aantal wetenschappelijke en technische doorbraken: zo wordt de anammoxbacterie in Rotterdam al toegepast in de waterzuivering. In het voorjaar van 2006 publiceerde hij in Nature een baanbrekend artikel over anammox, die ammonium omzet in stikstofgas zonder zuurstof te gebruiken en zonder CO2-productie. Momenteel onderzoekt Strous de micro-organismen die gereduceerd methaan kunnen afbreken. Een dergelijk proces kan van invloed blijken op het broeikaseffect op deze planeet.
Vernieuwingsimpuls – Vici Maar liefst drie ervaren toponderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen ontvingen in 2006 een Vici-subsidie met een geldbedrag van 1,25 miljoen euro. • Dr. P.M.T. Deen (Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences) Onze nieren filteren en zuiveren dagelijks 180 liter bloed, waarvan we anderhalve liter uitplassen als urine. Het terughalen van de resterende 178,5 liter verloopt via samenwerkende eiwitten, maar gaat soms fout. De onderzoekers ontrafelen dit samenspel en hoe het fout kan gaan. • Dr. T.M. Heskes (Instituut voor Informatica en Informatiekunde) Net als mensen kunnen computers verschillende taken leren. Om dit te realiseren zetten de onderzoekers in dit project kansberekening in. Toepassingen voor onder andere het personaliseren van gehoorapparaten en het lezen van gedachten met behulp van brain-computerinterfaces komen hiermee in zicht. • Prof. dr. A. E. Rowan (Instituut voor Moleculen en Materialen) De nanomachinerie van het leven leest en vermenigvuldigt DNA om uiteindelijk de mens te construeren. Geïnspireerd door dit soort machines gebruiken onderzoekers dezelfde trucs als de natuur om nieuwe biohybride systemen te ontwikkelen die over polymeren kunnen bewegen, en zo nieuwe materialen voor de 21e eeuw te creëren.
Vernieuwingsimpuls – Vidi De Radboud Universiteit verwierf in 2006 acht Vidi-subsidies van elk 600.000 euro. Hiermee kunnen jonge, excellente onderzoekers die hun sporen al verdiend hebben, voor vijf jaar hun nieuwe onderzoekslijn ontwikkelen. • Dr. B.R. Bloem (Instituut voor Neurowetenschappen) Verschijnselen van de ziekte van Parkinson zijn het nettoresultaat van de ziekte zelf en van pogingen tot compensatie door hersencellen. Bloem onderzoekt deze compensatiemechanismen, en beoordeelt of het stimuleren van compensatie helpt om symptomen te onderdrukken of uit te stellen.
26
onderzoek
• Dr. M.T.C. Ernestus (Centre for Language Studies en Max Planck Institut für Psycholinguistik, Nijmegen) Vaak spreken we woorden verkort uit, bijvoorbeeld ‘natuurlijk’ als ‘tuuk’. Toch verstaan we elkaar nagenoeg moeiteloos. Hoe kan dat? Hoe worden we daarbij geholpen door wat eerder gezegd is en door wat we in onze directe omgeving waarnemen? Omdat dr. Ernestus de EURYI Award ter waarde van 1,25 miljoen euro heeft gewonnen, heeft ze afgezien van de haar verleende Vidi-subsidie. • Dr. H.H.L.M. Goossens (Instituut voor Neurowetenschappen) Kijken doe je met je ogen maar onze hersenen bepalen wat we zien. Dr. Goossens probeert de selectiemechanismen die beslissen wat we bewust waarnemen, te ontrafelen met behulp van hersenscans en neurofysiologische technieken. Doel is te achterhalen welke hersengebieden hierbij baas boven baas spelen. • Dr. ir. A.V. Kimel (Instituut voor Moleculen en Materialen) Met korte lichtflitsen uit een laser kunnen hoge magneetvelden tot 5 Tesla (honderdduizend maal het aardmagnetische veld) worden gemaakt gedurende 50 femtoseconden (1 femtoseconde is een miljoenste van een miljardste seconde). Daarmee kan magnetisme op deze extreem korte tijdschaal worden bestudeerd en gemanipuleerd. • Dr. C.L. de Korte (Nijmegen Centre for Clinical and Translational Research) Sommige vernauwingen in een slagader zijn een tijdbom omdat ze kunnen openbarsten waardoor een hart- of herseninfarct ontstaat. Het onderzoek is erop gericht een nieuwe techniek te ontwikkelen om met echo te voelen of een vernauwing gevaarlijk is en op het punt staat open te barsten. • Dr. H.A. Özyürek (F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging) Gebarentaal maakt gebruik van lichaam, handen en gezicht om de boodschap over te brengen. Heeft dit invloed op de structuur van de gebarentaal? De onderzoekster probeert een antwoord op deze vraag te geven door gebarentalen uit verschillende landen met elkaar te vergelijken en de overeenkomsten te bestuderen. • Dr. I.A.M. Robeyns (Institute for Management Research) De vergrijzing en het dalende kindertal maken een hervorming van de welvaartsstaat noodzakelijk. Hoe kan in deze nieuwe welvaartsstaat de verdeling van zorg tussen jongeren en ouderen, vrouwen en mannen, en ouders en nietouders op een rechtvaardige manier geregeld worden? • Dr. I.J.M. de Vries (Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences) Dendritische celtherapie berust op de wetenschap dat zogeheten dendritische cellen een centrale rol spelen in het tot stand komen van afweerreacties in het lichaam. Soms is deze therapie succesvol, maar lang niet altijd. De vraag is of de therapeutische cellen in het lichaam van de patiënt wel effectief hun specifieke bestemming bereiken? Het slagen van cellulaire therapieën hangt voor een groot gedeelte af van het bereiken van de plek waar ze hun werk moeten doen.
27
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Vernieuwingsimpuls – Veni In 2006 wisten zes jonge talenten deze persoonsgerichte onderzoekssubsidie (208.000 euro voor drie jaar) te bemachtigen. • Dr. S. Beugelsdijk (Institute for Management Research) Innovatie is belangrijk voor bedrijven, regio’s en landen. Maar goede ideeën worden zelden op een zolderkamertje door iemand alleen ontwikkeld. Dit onderzoek analyseert of (institutionele) verschillen in bereidheid tot samenwerking en onderling vertrouwen van invloed zijn op het succes van innovaties. • Dr. M.E. Broersma (Nijmeegs Instituut voor Cognitie en Informatie) Volwassenen die als kind uit een ander land geadopteerd zijn, herinneren zich doorgaans niets van hun moedertaal. Doel van het onderzoek is na te gaan of ze toch een voorsprong hebben wanneer ze hun moedertaal opnieuw proberen te leren. • Dr. J.G. Buijnsters (Instituut voor Moleculen en Materialen) Diamant is in veel opzichten een superieur materiaal. Een nadeel is dat de gebruikte diamantlagen bestaan uit kleine, doch ruwe kristalletjes. Dit onderzoek bestudeert het kiemen van gladdere diamantlagen bestaande uit nanokristalletjes om zo de ruwheid en frictie te verlagen. • Dr. M.J.H. Coenen (Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences) Patiënten met een ernstige vorm van ontstekingsziekten (zoals reuma) worden behandeld met zogenaamde biologicals. Deze biologicals werken niet bij alle patiënten even goed. De onderzoekers willen nagaan of erfelijke factoren kunnen voorspellen of een patiënt op een biological zal reageren. • Dr. O.E. Scharenborg (Centre for Language Studies) Luisteraars weten al voor het einde van ‘ham’ of de spreker broodbeleg bedoelt of het huisdiertje, de hamster. Een computermodel van de verwerking van spraaksignalen en de opslag van woorden in ons brein zal verklaren hoe mensen dat voor elkaar krijgen. • Dr. A. Takashima (F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging) Emotionele gebeurtenissen zijn gemakkelijk te onthouden, maar sommige dingen kun je maar beter vergeten. Welke hersengebieden zijn betrokken bij het opslaan van herinneringen? Hoe komen we weer van traumatische herinneringen af? Dit onderzoek zoekt een antwoord op deze vragen.
Onderzoekscholen De Radboud Universiteit Nijmegen kent vijf door de KNAW erkende lokale onderzoekscholen: • Behavioural Science Institute (BSI) – Faculteit der Sociale Wetenschappen Het centrale doel van het Behavioural Science Institute is inzicht te verwerven in de causale factoren en processen die individueel menselijk gedrag reguleren. Het onderzoek van het BSI kent vier speerpunten: Cognitie en gedrag; Leerprocessen; Persoon-omgeving interactie; en Geestelijke gezondheid en verslaving. Discipline(s): psychologie en (ortho)pedagogiek Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 55 Aantal promoties in 2006: 13
28
onderzoek
• Instituut voor Moleculen en Materialen (IMM) – Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Het Instituut voor Moleculen en Materialen doet onderzoek op het gebied van functionele moleculaire structuren en materialen. De nadruk ligt op het bestuderen en onder controle brengen van complexiteit in deze structuren en processen om zo nieuwe functionaliteit te kunnen creëren. Discipline(s): natuurkunde en scheikunde Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 90 Aantal promoties in 2006: 22 • Nijmegen Centre for Molecular Life Science (NCMLS) – UMC St Radboud en de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Deze school verricht wetenschappelijk onderzoek op het gebied van moleculaire levenswetenschappen. Het onderzoek is georganiseerd naar drie thema’s: Immuniteit, infectie en weefselherstel; Metabolisme, transport en motion; en Celgroei en differentiatie. Elk thema is verder verdeeld in subthema’s. Discipline(s): biologie, (bio)medische wetenschappen, natuurkunde en scheikunde Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 194 Aantal promoties in 2006: 42 • Nijmeegs Instituut voor Cognitie en Informatie (NICI) – Faculteit der Sociale Wetenschappen, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica, UMC St Radboud, Faculteit der Letteren en het Max Planck Institut für Psycholinguistik Het onderzoek binnen het NICI is georganiseerd naar vijf thema’s: Psycholinguïstiek; Actie, intentie en motorische functie; Perceptie; Cognitieve neurowetenschappen; en Cognitieve artificiële intelligentie. Discipline(s): psychologie, cognitiewetenschap, biofysica, neurologie, psychofarmacologie, taalwetenschap en wiskunde Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 25 Aantal promoties in 2006: 13 • Onderzoekscentrum Onderneming en Recht (OO&R) – Faculteit der Rechtsgeleerdheid Het OO&R verricht wetenschappelijk onderzoek op een groot aantal voor de ondernemingsgerichte praktijk relevante rechtsterreinen, zoals rechtspersonenen vennootschapsrecht, insolventierecht, financiering en zekerheden, bank- en effectenrecht, algemeen vermogensrecht en sociaal recht. Naast de Nijmeegse rechtenfaculteit participeren in het OO&R: ABN AMRO Bank NV, Akzo Nobel NV, Allen & Overy, Clifford Chance, De Brauw Blackstone Westbroek, Houthoff Buruma, Loyens & Loeff, Nauta Dutilh, Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn, Stibbe en Stichting Pensioenfonds ABP. Discipline(s): rechten Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 17 Aantal promoties in 2006: 5
29
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Voorts was de Radboud Universiteit in 2006 penvoerder van de volgende interuniversitaire KNAW-erkende onderzoekschool: • Onderzoekschool Experimentele Subatomaire Fysica (OSAF) – Institute for Mathematics, Astrophysics and Particle Physics (RU), Instituut Subatomaire Fysica (UU), Onderzoeksinstituut Hoge-Energiefysica (UvA), Secties Subatomaire Fysica en Theoretische Fysica (VU) en het FOM-instituut NIKHEF De Onderzoekschool Subatomaire Fysica heeft hetzelfde onderzoekprogramma als het Nationaal Instituut voor Kernfysica en Hoge-Energiefysica (NIKHEF). De OSAF besteedt speciale aandacht aan opleiding en begeleiding van de promovendi die in NIKHEF-verband werken. NIKHEF coördineert en ondersteunt alle activiteiten in Nederland op het gebied van de experimentele subatomaire fysica. Experimenten worden uitgevoerd met de versnellers bij CERN (Genève), DESY (Hamburg) en Fermilab (Chicago). Discipline(s): natuurkunde Gemiddeld aantal promovendi per jaar: 65 Aantal promoties in 2006: 9
Instroom en uitstroom promovendi 2006 Instroom
Uitstroom Gepromoveerd
BSI
Overig
M
V
M
V
M
V
5
13
1
3
3
7
IMM
13
8
21
1
0
0
NCMLS
14
21
24
18
0
0
NICI
3
2
1
1
4
1
OO&R
0
2
3
1
1
1
OSAF
11
4
9
0
1
0
Totaal
46
50
59
24
9
9
Naast de hierboven genoemde onderzoeksscholen participeren Nijmeegse onderzoeksgroepen in 32 onderzoeksscholen waarvan andere universiteiten penvoerder zijn. De omvang van deze participaties varieert van één stafmedewerker en één promovendus tot meer dan tien stafleden en tien tot twintig promovendi. Het is beleid van de universiteit dat door de inrichting van de hierboven genoemde onderzoeksinstituten het primaat van de onderzoeksprogrammering en -aansturing nadrukkelijk binnen de eigen universiteit komt te liggen.
30
onderzoek
Onderzoeksinput De totale omvang van de onderzoekcapaciteit is opnieuw gestegen. Dit is volledig te herleiden op extern verworven gelden, in het bijzonder middelen uit de derde geldstroom. De Radboud Universiteit Nijmegen was in de afgelopen jaren zeer succesvol bij het verwerven van externe onderzoeksubsidies. Dat succes ziet men nu steeds duidelijker terug in de cijfers. De onderzoekinzet vanuit de eerste geldstroom is voor het eerst licht gedaald. De tweedeen derde-geldstroommiddelen zijn gegroeid met respectievelijk 1,3 en 10,1 procent ten opzichte van vorig jaar. In 2006 werd de onderzoekcapaciteit van de Radboud Universiteit voor meer dan de helft, 59 procent, gefinancierd met extern geworven middelen.
Ontwikkeling omvang onderzoek naar geldstroom 2002 1e geldstroom 2e
629,6
2003
2004
644,6
700,0
2005
708,0 486,1
geldstroom
398,4
413,7
425,8
479,9
3e geldstroom
465,4
472,8
478,2
492,1
1493,4
1531,1
1604,0
Totaal
2006
716,0
1688,0
542,2 1.736,3
Onderzoeksoutput: publicaties en promoties Publicaties Opnieuw publiceerden toptijdschriften met regelmaat over het onderzoek van de Radboud Universiteit. Science bracht de Nijmeegse ontdekking dat kleurstofmoleculen met miljoenen tegelijk keurig in het gelid springen als de vloeistof om hen heen verdampt. Nature publiceerde in 2006 onder andere over het baanbrekend onderzoek over de anammoxbacterie, over het verband tussen de synchrone activiteit van hersencellen en gedrag, over microben die samen methaan en nitraat omzetten in pure stikstof en over foraminiferen – minuscule schelpdiertjes – die wel een maand zonder zuurstof kunnen. American Sociological Review maakte onderzoek openbaar over religiositeit en vrijwilligerswerk. Journal of the Acoustical Society of America presenteerde het Nijmeegse onderzoek over woordgebruik en spraak. Dit zijn slechts enkele van de duizenden artikelen die onderzoekers van de Radboud Universiteit jaarlijks publiceren.
Aantallen wetenschappelijke publicaties in de afgelopen jaren
31
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Digitale kennis Publicaties en proefschriften worden steeds vaker digitaal beschikbaar gesteld voor alle geïnteresseerden. In 2006 nam de universiteitsbibliotheek deel aan de afronding van het landelijke programma DARE (Digital Academic REpositories). In het kader van de actie HonDAREduizend heeft de universiteit bijna drieduizend publicaties toegevoegd aan het digitale archief. Daarmee komt het totaal aantal Nijmeegse publicaties in de repository op ruim zesduizend. De proefschriften van de Radboud Universiteit zijn opgenomen in de Nationale Proefschriftensite, die in september officieel werd geopend.
Promoties De universiteit leidt kenniswerkers op van het allerhoogste niveau: gepromoveerden. Het zijn zowel jonge onderzoekers als ervaren professionals die de graad van doctor verwerven via een promotie. Al jaren komt meer dan de helft van het aantal promoties op conto van anderen dan reguliere promovendi. Deze anderen zijn buitenpromovendi of wetenschappelijk medewerkers die niet zijn aangesteld om te promoveren, maar dat wel doen. Bij de faculteit met de meeste promoties, de Faculteit der Medische Wetenschappen/het UMC St Radboud, is het gemiddeld aantal niet-reguliere promoties het grootst: ruim 70 procent. In 2006 was de verdeling onder de gepromoveerden als volgt: 49 procent promovendi en 51 procent buitenpromovendi en medewerkers.
Aantallen promoties in de afgelopen jaren
32
onderzoek
Het promotierendement van de Radboud Universiteit is zeer constant. Het promotierendement in een jaar is het rendement van de vier cohorten die meer dan negen jaar geleden als promovendus zijn aangesteld. Het promotierendement 2006 is dus het percentage van de gepromoveerden die in de periode 1993-1996 zijn aangesteld als promovendus binnen de universiteit en die daadwerkelijk zijn gepromoveerd. Van deze groep kan worden verwacht dat er geen nieuwe promoties meer plaatsvinden. Niet alle promovendi halen de eindstreep. Ongeveer dertig procent maakt het promotietraject niet af. De door hun opgedane kennis en ervaring is echter niet verloren, omdat het merendeel van hen evengoed in kennisintensieve banen terechtkomt. Bovendien hebben zij al een wetenschappelijke opleiding afgerond.
Promotierendement in de afgelopen jaren 2002
2003
2004
2005
2006
68
71
70
71
72
33
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
KNAW-erkende onderzoeksscholen met participatie van de Radboud Universiteit Nijmegen Naam
Afkorting
Penvoerder
Deelnemende faculteiten RU
Behavioural Science Institute
BSI
RU
FdSW
Instituut voor Moleculen en Materialen
IMM
RU
FdNWI
Nijmegen Centre of Molecular Life Sciences
NCMLS
RU
FdNWI; UMC
Nijmeegs Instituut voor Cognitie en Informatie
NICI
RU
FdSW; UMC; FdNWI
Onderzoekscentrum Onderneming en Recht
OO&R
RU
FdR
Onderzoekschool Experimentele Subatomaire Fysica
OSAF
RU
FdNWI
Archeologie Onderzoekschool Nederland
ARCHON
UL
FdL
CERES: Research School for Resource Studies for Human Development
CERES
UU
FdSW; FdM
Dutch Graduate School in Logic
OZSL
UvA
FdF
Dutch Postgraduate School for Art History
DPSAH
UU
FdL
Experimentele Plantenwetenschappen
EPS
WUR
FdNWI
Huizinga
UvA
FdL
Huizinga Instituut - Interuniversitaire Onderzoekschool voor Cultuurgeschiedenis Instituut voor Fundamentele en Klinische Bewegingswetenschappen
IFKB
VU
UMC
Instituut voor Programmatuurkunde en Algoritmiek
IPA
TU/e
FdNWI
Interuniversitair Centrum voor Sociaalwetenschappelijke theorievorming en methodenontwikkeling
ICS (RUG)
RUG
FdSW
Interuniversitaire Onderzoekschool Tandheelkunde
IOT
UvA
UMC
J.M. Burgerscentrum - Onderzoekschool voor Stromingsleer Burgers
TUD
FdNWI
Landelijke Onderzoekschool Taalwetenschap
LOT
UU
FdL
Landelijke Onderzoekschool Theoretische Natuurkunde
LOTN
UU
FdNWI
Mathematisch Research Instituut
MRI
UU
FdNWI
School for Economic and Social History
PI/NGSES
RUG
FdL
Nederlandse Onderzoekschool voor Astronomie
NOVA
UL
FdNWI
Nederlandse Onderzoekschool voor de Bestuurskunde
NOB/NIG
UT
FdM
NOSTER
UU
FdT;FdL
N.W. Posthumus Institute, Netherlands Graduate
Nederlandse Onderzoekschool voor Theologie en Religiewetenschap Netherlands Graduate School of Housing and Urban Research
NETHUR
UU
FdM
Netherlands Institute for Health Sciences
NIHES
EUR
UMC
Natural Sciences of the Environment
SENSE
VU
FdNWI
Netherlands School of Communications Research
NESCOR
UvA
FdSW
Netherlands School of Primary Care Research
CARE
UM
UMC
Onderzoekschool Ethiek
Ethiek
UU
FdNWI;FdSW
Netherlands School for the Socio-Economic and
34
onderzoek
Naam
Afkorting
Penvoerder
Deelnemende faculteiten RU
Onderzoekschool Functionele Oecologie
FE
RUG
FdNWI
for Restoration of Human Function
IBME
UT
UMC
Onderzoekschool Literatuurwetenschap
OSL
UU
FdL
OIKOS
UL
FdLE
Research School for Medieval History, Arts and Literature NRSMS
RUG
FdL;FdF
School for Information and Knowledge Systems
SIKS
VU
FdNWI
VLAG
WUR
UMC
Onderzoekschool Integrated Biomedical Engineering
Onderzoekschool voor Interuniversitaire Studies op het gebied van de Klassieke Oudheid
Voeding, Levensmiddelentechnologie, Agrobiotechnologie en Gezondheid
Afkortingen FdT
Faculteit der Theologie
FdF
Faculteit der Filosofie
FdL
Faculteit der Letteren
FdR
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
FdSW
Faculteit der Sociale Wetenschappen
FdM
Faculteit der Managementwetenschappen
FdNWI
Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
UMC
Faculteit der Medische Wetenschappen/UMC St Radboud
35
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Onderwijs
36
onderwijs
Afgestudeerden van de Radboud Universiteit beschikken over ruime kennis van en inzicht in hun vakgebied. Zij zijn in staat complexe problemen te analyseren en op te lossen, te oordelen op basis van beschikbare informatie en op basis van ethische overwegingen maatschappelijke verantwoordelijkheid te dragen.
37
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Intensivering onderwijs ‘Studenten zijn actief deelnemer aan onderwijs en nemen zelf de verantwoordelijkheid voor hun academische vorming’. Dat is de in het Strategisch Plan geformuleerde visie van de Radboud Universiteit. Zij verwacht daarom dat studenten minimaal 35 uur per week aan hun studie besteden. Om het mogelijk te maken dat studenten dat ook werkelijk doen, zorgt de universiteit ervoor dat eerstejaarsstudenten in alle opleidingen in het eerste semester kunnen rekenen op minimaal vijftien contacturen. Eerstejaarsstudenten wennen op deze wijze direct aan een flink studietempo. Bovendien weten ze na een periode van vier maanden of ze de juiste studiekeuze hebben gemaakt omdat ze de diverse aspecten van de studie snel hebben leren kennen. Per 1 september 2006 is daarom met name bij de alfa- en gammaopleidingen het aantal contacturen, hoorcolleges, werkcolleges of begeleiding, verhoogd. Er zijn bovendien extra docenten aangetrokken. In het kader van deze onderwijsintensivering is het belangrijk dat studenten veel op de campus aanwezig zijn. Daarom is het aantal werkplekken met computervoorziening op de campus uitgebreid. De universiteit financiert deze onderwijsintensivering met de extra middelen van structureel 5,5 miljoen euro, die in het paasakkoord van 2005 voor het hoger onderwijs beschikbaar zijn gekomen. Daarnaast houdt de Radboud Universiteit vast aan de propedeutische fase binnen de bachelor–masterstructuur en geeft ze een dringend advies aan het eind van het eerste jaar. Dit advies wordt voorafgegaan door een tussentijds advies na afloop van het eerste semester. De begeleiding van studenten is erop gericht dat zij worden aangesproken op hun studiegedrag en dat een eventuele verkeerde studiekeuze kan worden gecorrigeerd. Bij een niet passende studiekeuze wordt de student doorverwezen naar een andere opleiding binnen of buiten de universiteit.
Honours Programma Het Honours Programma van de Radboud Universiteit is het grootste interdisciplinaire honoursprogramma van alle Nederlandse universiteiten. Het Honours Programma laat studenten over de grenzen van hun eigen wetenschapsdomein heenkijken. De belangstelling van studenten en docenten blijft onveranderd groot. In 2006 is opnieuw het maximum aantal studenten tot alle cursussen toegelaten. Nijmeegse wetenschappers geven de colleges en nodigen vaak gerenommeerde collega’s uit binnen- en buitenland uit. Er komen ook opmerkelijke deskundigen aan het woord, zoals de componist en dirigent Reinbert de Leeuw (in de cursus ‘Music in the Making’), de publicist Thijs Goldschmidt (in de cursus ‘Darwins Erfenis’) en de voormalige SER-voorzitter en informateur Herman Wijffels (in de cursus ‘Van inter-being naar duurzame ontwikkeling’). In 2006 rondden 112 studenten hun Honours Programma af. In het bijzijn van familieleden en vrienden ontvingen zij tijdens een speciale academische plechtigheid uit handen van de rector magnificus hun ‘honoursbul’ en het Honoursjaarboek 2006.
38
onderwijs
Bereikte onderwijsresultaten De propedeuserendementen van studenten aan de Radboud Universiteit zijn licht gedaald in verhouding tot eerdere jaren.
Propedeuserendement van de standaardgroep (voor 1 oktober ingestroomde vwo’ers in een bepaald studiejaar): het percentage studenten dat na een bepaalde periode een propedeuse heeft behaald (eventueel in een andere opleiding dan waarin de studie werd begonnen) Bron: ISIS
binnen 1 jaar
binnen 2 jaar
na 2 jaar
elders
Het post-propedeuserendement geeft aan welk deel van de geslaagden voor de propedeuse na een aantal jaren sinds het begin van de studie slaagt voor het doctoraal-/masterexamen. Bron: ISIS
binnen 4 jaar
binnen 5 jaar
na 6 jaar
in andere opleiding
binnen 6 jaar
Het percentage studenten dat binnen vijf jaar de studie afrondt is afgenomen ten opzichte van vorig jaar. De verwachting is dat het totale post-propedeuserendement zoals in de voorafgaande jaren ruim boven de eigen norm van zeventig procent zal uitkomen.
39
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Arbeidsmarkt Het aan de Radboud Universiteit verbonden IOWO, adviseurs voor onderwijs, beleid en organisatie, presenteert jaarlijks een alumnimonitor.Uit de editie van 2006 blijkt dat het percentage Nijmeegse afgestudeerden dat betaald werk heeft licht is gedaald van 91 procent (in 2005) naar 87 procent (in 2006). In 2006 studeerde 6 procent van de afgestudeerden verder tegenover 4 procent in 2005.
betaald werk
werkzoekend
studerend
niet beschikbaar
Het percentage studenten dat direct na afstuderen een baan heeft, is fors gestegen naar 71 (2005: 61). Het percentage dat meer dan drie maanden werkzoekend is, is het afgelopen jaar afgenomen (2005: 18; 2006: 14).
baan bij afstuderen
40
< 3 maanden zoeken
> 3 maanden zoeken
onderwijs
Studiepunten behaald in het buitenland In het studievoortgangssysteem wordt door de meeste, maar nog niet alle faculteiten bijgehouden hoeveel studiepunten studenten in het buitenland hebben behaald. Dat maakt het niet mogelijk over 2006 nog een volledig overzicht te geven van in het buitenland behaalde studiepunten. In 2007 wordt verwacht dat alle faculteiten deze studiepunten registreren.
Behaalde studiepunten door uitwisselingsstudenten In het studiejaar 2005-2006 waren 450 buitenlandse studenten – waarvan 417 via uitwisselingsprogramma’s – ingeschreven die bijvakken volgden aan de Radboud Universiteit. Van 103 studenten is niet bekend of ze wel of geen studiepunten behaald hebben. Een verklaring hiervoor kan zijn dat uitwisselingsstudenten mogelijk niet meer staan ingeschreven als student aan de Radboud Universiteit op het moment dat hun tentamenresultaten bekend zijn. De overige 347 studenten hebben in totaal 9.716 studiepunten behaald: gemiddeld ruim 28 per student. Dit is een beperkte stijging van het gemiddeld aantal studiepunten per student ten opzichte van vorig jaar. De invoering van learning agreements draagt ook dit jaar bij aan deze stijging.
Personeelsleden die ook student zijn Eind 2006 volgden zeven medewerkers van de Radboud Universiteit een studie aan de eigen universiteit. Hierbij zijn niet meegerekend studentassistenten, surveillanten en promovendi die al een aanstelling kregen vlak voor de afstudeerdatum.
Uitbesteding van bekostigd onderwijs Op de Radboud Universiteit is geen sprake van uitbesteding van bekostigd onderwijs.
Maatwerktrajecten De Radboud Universiteit verzorgt geen maatwerktrajecten voor bedrijven of organisaties.
Rijksbijdragen voor private activiteiten De Radboud Universiteit Nijmegen zet geen rijksbijdragen in voor private activiteiten.
Onderwijsvisitaties Godgeleerdheid De Nederlandse opleidingen theologie en godsdienstwetenschap lopen in Europa voorop bij de invoering van de bachelor-masterstructuur. Dat maakt internationale vergelijking lastig. De visitatiecommissie constateert dat het nog steeds een probleem is dat er onvoldoende vrouwelijke staf bij de opleidingen is aangesteld.
41
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Aan de Radboud Universiteit zijn alle bachelor- en masteropleidingen van theologie en religiestudies en de masteropleidingen interreligieuze spiritualiteitsstudies, pastorale studies en intercultural theology van voldoende kwaliteit. De materiële voorzieningen scoren goed en er is voldoende personeel beschikbaar om het onderwijs te verzorgen. De docenten leveren door hun onderzoeksactiviteiten, die van goed niveau zijn, een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van het vakgebied. De commissie adviseert meer aandacht te besteden aan het bachelordiploma als uitstroommoment. Daarnaast ziet de commissie mogelijkheden om het concept van studentactiverend onderwijs verder uit te bouwen. De masteropleiding pastorale studies krijgt het advies om haar structuur te herzien. De commissie verwacht niet dat veel studenten de gehele driejarige opleiding volgen en deze ook in een redelijk tempo afronden. Een belangrijke oorzaak hiervan is de pastorale werkervaring die studenten moeten opdoen om in het derde jaar van de opleiding te mogen instromen. De Faculteit der Theologie heeft de herziening van het curriculum van deze opleiding direct na het verschijnen van het visitatierapport ter hand genomen. Op basis van de visitatierapporten zijn in november 2006 alle opleidingen geaccrediteerd.
Culturele antropologie en ontwikkelingsstudies In haar algemene opmerkingen over alle opleidingen juicht de commissie de landelijke toename van de belangstelling voor de opleiding culturele antropologie en ontwikkelingsstudies toe. De commissie maakt zich echter enige zorgen over de groeiende onderwijsbelasting van de docenten. Die kan ten koste gaan van de beschikbare onderzoekstijd. De inhoudelijke koppeling van onderzoek en onderwijs lijdt daar naar verwachting ook onder. Dit vindt de commissie onwenselijk. De commissie merkt ook op dat de masteropleiding langer dan een jaar zou moeten duren, omdat voor deze specifieke opleiding leeronderzoek in het buitenland essentieel is en dit in het eenjarige curriculum moeilijk onder te brengen is, zonder de theoretische vorming tekort te doen. De Nijmeegse opleiding culturele antropologie en ontwikkelingsstudies scoort goed op de samenhang van het programma en de materiële voorzieningen. De commissie waardeert de gestructureerde kwaliteitszorg met een brede aanpak, waarin alle relevante groepen zijn betrokken. Er worden bovendien veel verschillende instrumenten benut om de opleiding te evalueren. Daarvoor krijgt de opleiding de kwalificatie ‘goed’. De accreditatie is bij de NVAO aangevraagd. Het besluit wordt medio 2007 verwacht.
Communicatiewetenschap De commissie waardeert de landelijk geboekte voortgang sinds de vorige visitatie. De landelijke opleiding communicatiewetenschap heeft een sterke onderzoeksgerichtheid en een duidelijk eigen profiel. Daarmee heeft de communicatiewetenschap zich internationaal gemanifesteerd en een eigen plaats verworven in de maatschappijwetenschappen. De commissie adviseert het onderscheid tussen de bachelor- en masterfase scherper te formuleren door de eindtermen van de masteropleiding specifieker uit te werken. De visitatiecommissie is vol lof over de Nijmeegse opleiding communicatiewetenschap: ze staat op positie één van de vier Nederlandse opleidingen. Over het programma van de bacheloropleiding zegt de commissie dat de opbouw overzichtelijk is, de samenhang goed en dat leerprojecten zorgen voor een goede integratie van de leerstof. Voor het verzorgde onderwijs krijgt de opleiding het predicaat ‘goed’. Ook de kwaliteitszorg is goed: problemen worden, door gebruik te maken van verschillende instrumenten, snel opgespoord en de oplossing ervan wordt direct ter hand genomen. De accreditatie is bij de NVAO aangevraagd. Het besluit wordt medio 2007 verwacht.
42
onderwijs
Germaanse talen In haar oordeel over het geheel van de landelijke opleidingen merkt de commissie op dat het onderwijs uitdagender moet worden en dat er meer aandacht moet komen voor interuniversitaire samenwerking en afstemming. Ook de internationale samenwerking moet sterk bevorderd worden. De Nijmeegse samenwerking met de Universität Münster wordt als lichtend voorbeeld genoemd. De resultaten van de visitatie van de Nijmeegse bachelor- en masteropleidingen Engelse taal en cultuur, Nederlandse taal en cultuur, Duitse taal en cultuur, en de masteropleidingen Amerikanistiek en Duitslandstudies zijn goed. De accreditatie is bij de NVAO aangevraagd. Het besluit wordt medio 2007 verwacht.
Taalwetenschappen De visitatiecommissie adviseert alle landelijke opleidingen uit het cluster taalwetenschappen het niveau van het gebruikte Engels te verbeteren, de studielast te verzwaren en de scripties op transparanter wijze te beoordelen. Een samenwerking in de geest van het Sectorplan Letteren zou volgens de commissie ook voor de taalwetenschappen van belang kunnen zijn om de kwaliteit van opleidingen met lage studentaantallen te blijven garanderen. Daarnaast moeten de opleidingen goed blijven controleren of instromende studenten (met name de zijinstroom) voldoen aan de gestelde instroomeisen. Tenslotte vindt de commissie het wenselijk dat er meer aandacht komt voor de kwaliteitsbewaking van de minoren. De visitatiecommissie oordeelt goed over de Nijmeegse opleidingen communicatie- en informatiewetenschappen en bedrijfscommunicatie. De bacheloropleiding legt in haar programma goede verbanden met de beroepspraktijk. De opleidingen scoren ook goed op de kwaliteit van het personeel, de kwaliteit van de beoordeling en toetsing. De faculteit en de opleiding besteden op een goede en systematische wijze aandacht aan interne kwaliteitszorg. De evaluaties worden periodiek uitgevoerd, de evaluatieresultaten zijn inzichtelijk en de opleiding toont duidelijke ambities om het gewenste kwaliteitsniveau steeds verder te verhogen. De betrokkenheid van de medewerkers, studenten, alumni en werkgevers vormt een belangrijk onderdeel van het systeem van interne kwaliteitszorg. Het oordeel van de commissie over taal- en spraakpathologie en taal- en spraaktechnologie is goed. Bij de taalwetenschappen constateert de commissie een goed samenhangend programma en een systematische beoordeling van de kwaliteit van de opleiding. De accreditatie is bij de NVAO aangevraagd. Het besluit wordt medio 2007 verwacht.
Romaanse talen en culturen De visitatiecommissie waardeert de algemene kaders en randvoorwaarden die landelijk voor de inrichting van de bachelor- en masteropleidingen zijn geformuleerd. Ze vindt het een punt van aandacht dat studenten ondanks de forse inspanningen van de opleidingen langer dan gemiddeld over hun studie doen. Faculteiten en opleidingen lijken zich te moeten aanpassen aan het studietempo van de studenten. De commissie beveelt de opleidingen aan om aandacht te besteden aan de verwevenheid van Romaanse talen en culturen met de lerarenopleidingen. Het oordeel van de commissie over de opleiding Romaanse talen en culturen (Frans en Spaans) is goed. Kwantiteit en kwaliteit van personeel scoren ‘goed’. De systematische zorg voor kwaliteit, waarvoor de Faculteit der Letteren een faculteitsbrede aanpak heeft gekozen, wordt eveneens als ‘goed’ gewaardeerd.
43
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Geschiedenis De visitatiecommissie beveelt de landelijke opleidingen geschiedenis aan meer te zoeken naar internationalisering en de arbeidsmarktoriëntatie in de masteropleiding te versterken. Ze adviseert een duidelijke knip te leggen tussen de bachelor- en masteropleiding. De Nijmeegse opleiding wordt in het algemeen als goed beoordeeld. De commissie vindt de zeven afstudeerrichtingen van de opleiding veel en vraagt zich af of hiervoor voldoende wetenschappelijke staf aanwezig is. De opleiding geschiedenis is op 11 januari 2007 door de NVAO geaccrediteerd.
Additionele beoordelingen Bij de overgang van het oude naar het nieuwe visitatiestelsel is voorzien in een overgangsregeling waarbij visitatierapporten, aangevuld met een additionele onafhankelijke beoordeling, ter accreditatie konden worden aangeboden aan de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie. Aan de Radboud Universiteit zijn drie opleidingen op een dergelijke additionele wijze beoordeeld: geneeskunde, biomedische wetenschappen en bedrijfswetenschappen. De NVAO heeft alle drie de opleidingen geaccrediteerd.
Kwaliteitszorg De Radboud Universiteit hanteert een cyclisch systeem van kwaliteitszorg, waarbij de interne en externe kwaliteitszorg op een natuurlijke manier in elkaar grijpen. Het vertrekpunt is een cyclus van zes jaar. Dit komt overeen met de periode waarvoor aan opleidingen accreditatie wordt toegekend. De verbinding tussen het interne en externe proces van kwaliteitszorg wordt gemaakt door de zelfevaluatie en de jaarlijkse opleidingsjaarverslagen, die voor elke opleiding verplicht zijn sinds het studiejaar 2003-2004. De cyclus is uitgelijnd in het Handboek Kwaliteitszorg Onderwijs, waarvan in oktober 2005 de tweede versie is vastgesteld. In 2006 is het beleid rond toetsing en beoordeling binnen de opleidingen geïmplementeerd. De examencommissies hebben een explicietere rol gekregen in zowel het bevorderen en bewaken van de consistentie van toetsing en beoordeling binnen de opleiding als het bewaken van de kwaliteit van geïntegreerde eindtoetsen (afsluitende werkstukken van de bachelor- en masterfase). Een tweede beoordelaar bij afsluitende werkstukken is nu standaard. Daarnaast hebben examencommissies criteria vastgesteld – afgeleid van de doelstellingen van de opleiding – waaraan deze werkstukken moeten voldoen. In 2006 is een begin gemaakt met de implementatie van een universiteitsbrede structuur van onderwijskwalificaties. De bedoeling is dat twee kwalificatieniveaus worden onderscheiden: een basiskwalificatie onderwijs en een uitgebreide kwalificatie onderwijs. Aan de kwalificatieniveaus ‘hangen’ op maat gesneden scholingstrajecten die docenten kunnen inzetten om het gewenste kwalificatieniveau te bereiken. Om te voorkomen dat een docent iedere keer dat hij van baan wisselt opnieuw een onderwijskwalificatie moet halen, heeft de Radboud Universiteit samen met de Universiteit Utrecht het initiatief genomen tot het wederzijds erkennen van elkaars basiskwalificaties. Inmiddels hebben zes universiteiten deze ‘wederzijdse erkenning basiskwalificatie onderwijs’ ondertekend. De verwachting is dat in 2007 ook de andere universiteiten tot ondertekening zullen overgaan.
44
onderwijs
Studenttevredenheidsmonitor De Radboud Universiteit gebruikt een eigen instrument om de tevredenheid van studenten over de opleiding en de faciliteiten te monitoren. Uit deze monitor blijkt dat de Nijmeegse studenten erg tevreden zijn over de universiteit in het algemeen, de opleiding en het brede terrein van de voorzieningen. Het hoge niveau uit 2005 is in 2006 gehandhaafd. De resultaten van de monitor worden in de jaarlijkse onderwijsgesprekken met de faculteiten besproken. De scores van de opleidingen in de Keuzegids Hoger Onderwijs dienen als aanvulling op de eigen studenttevredenheidsmonitor. Bron: IOWO, Studenttevredenheidsmonitor 2006 Radboud Universiteit Nijmegen
universiteit algemeen
opleiding
voorzieningen
onderwijsvoorzieningen
Internationalisering In 2006 is de nota Internationalisering verschenen. Internationale samenwerking verbetert de kwaliteit van onderzoek en onderwijs en bereidt studenten voor op een internationale toekomst. Internationale uitwisseling van onderzoekers, docenten en studenten is daartoe een voorwaarde. De universiteit zal de internationale mobiliteit van studenten, onderzoekers, docenten en promovendi stimuleren en faciliteren.
Strategische samenwerking Samenwerking met buitenlandse universiteiten staat centraal in het internationaliseringsbeleid. De Radboud Universiteit heeft het initiatief genomen tot het oprichten van een nieuw internationaal academisch netwerk tussen universiteiten met een uitstekende reputatie op het gebied van onderzoek en onderwijs. In het afgelopen jaar is gewerkt aan de vorming van het International Research Universities Network (IRUN). IRUN wil de uitwisseling van studenten, docenten en onderzoekers stimuleren en faciliteren. Internationale academische netwerken zijn van toenemend belang met het oog op toekomstige ontwikkelingen ten aanzien van internationale accreditatie en visitatie. Daarnaast spelen ze een belangrijke rol bij de (politieke) besluitvormingsprocessen in Europa en bij de toekenning van Europese subsidies, zoals bij de kaderprogramma’s.
45
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
De Westfälische Wilhems Universität Münster, de Universität Duisburg-Essen, the University of Glasgow, Jagiellonian University Krakow, Pazmany Peter University Budapest, de Universitá degli Studi di Siena en de Universitat de Barcelona hebben officieel toegezegd lid te willen worden van IRUN. De Katholieke Universiteit Leuven heeft haar interesse getoond. In 2006 hebben verschillende faculteiten al initiatieven ondernomen in het kader van het netwerk: letteren en managementwetenschappen hebben de onderwijscontacten met Glasgow geïntensiveerd, sociale wetenschappen, letteren en het UMC St Radboud hebben geïnvesteerd in de onderzoek- en onderwijscontacten met Krakow, en managementwetenschappen en het UMC hebben de banden met Siena aangehaald. Het F.C. Donders Centre for Cognitive Neuroimaging werkt in haar inmiddels wereldberoemde hersenonderzoek samen met de Universität Duisburg-Essen. Met diezelfde universiteit heeft de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica de gezamenlijke variant van milieunatuurwetenschappen, de opleiding transnationaal watermanagement, ingericht. Eerstejaarsstudenten Duits volgen er twee maanden lang één dag in de week colleges Duitse cultuur. Het startschot voor het netwerk werd gegeven met de succesvolle Radboud Summer University in augustus. Daaraan nemen excellente stafleden en studenten van bijna alle beoogde partners in het IRUN-netwerk deel. In het kader van de internationalisering zal het aanbod van Engelstalige masters worden uitgebreid. De voorzieningen op het gebied van beurzenprogramma’s, taalbeleid, opvang en begeleiding worden verbeterd.
FIUC De Radboud Universiteit is lid van de Europese en Internationale Federatie van Katholieke Universiteiten (FIUC). Dr. J.R.T.M. Peters, voormalig vice-voorzitter van het college van bestuur, was tot augustus 2006 voorzitter van de internationale federatie.
Mobiliteitsprogramma’s De universiteit stimuleert studenten en docenten om in het kader van uitwisselingsprogramma’s een periode in het buitenland te verblijven. In Europa zijn met 244 universiteiten uitwisselingsovereenkomsten afgesloten. Via het Socrates-programma en met door de universiteit ter beschikking gestelde middelen, verbleven 41 docenten in het buitenland. Het aantal studenten dat via mobiliteitsprogramma’s naar Nijmegen kwam, was met 417 stabiel ten opzichte van 2005. In totaal zijn 1.397 Nijmeegse studenten geregistreerd die in het kader van hun studie voor een bepaalde periode naar het buitenland zijn gegaan. Daarvan maakten 212 studenten gebruik van het Socrates-programma voor een uitwisseling binnen Europa en vertrokken tien studenten via het ISEP-programma naar de Verenigde Staten. Met behulp van de Stichting Nijmeegs Universiteits Fonds brachten 1.156 studenten in 2006 een studieperiode in het buitenland door. Het prestigieuze Talentenprogramma verdeelde in totaal 55 beurzen aan in Nederland afgestudeerde studenten om hun studie voort te zetten in het buitenland. Tien van die beurzen gingen naar afgestudeerden van de Radboud Universiteit. Daarnaast gaf het VSBfonds negen Nijmeegse studenten een beurs om in het buitenland te studeren.
46
onderwijs
Informatievoorziening Om studenten goede informatie te geven over de mogelijkheden van een verblijf in het buitenland is de ‘Wil Weg Dag’ in 2006 uitgebreid tot een ‘Wil Weg Week’. Dit betekent dat de voorlichting op zowel facultair als centraal niveau is geïntensiveerd. De Radboud Universiteit heeft in mei 2006 de ‘Gedragscode internationale student in het Nederlands Hoger Onderwijs’ ondertekend. Deze gedragscode wil bevorderen dat internationale studenten op eenvoudige wijze toegang krijgen tot algemene informatie over het onderwijssysteem en de kwaliteitszorg, en praktische informatie over studiepunten, toelatingsprocedures, collegegelden, beurzen en huisvesting.
Engelstalige masterprogramma’s In 2006 bood de Radboud Universiteit negentien Engelstalige masterprogramma’s en vijf Engelstalige researchmasters aan.
Nederlandse wetenschappelijke instituten in het buitenland De Radboud Universiteit ondersteunt de Nederlandse wetenschappelijke instituten in het buitenland (Rome, Cairo, Athene, Madrid, Florence, Tokyo en St. Petersburg). De voorzitter van het college van bestuur van de Radboud Universiteit, ir. R.J. de Wijkerslooth, is sinds september 2006 voorzitter van dit overkoepelende bestuur. De Nijmeegse ambtelijke ondersteuning aan het overkoepelende bestuur is gecontinueerd. Op 7 juni is het Nederlands Instituut in Marokko (NIMAR) geopend in aanwezigheid van de Nederlandse minister van OCW en verschillende Marokkaanse ministers. Het instituut in Rabat zal onderwijsprogramma’s op het gebied van islamstudies, arabistiek en sociale wetenschappen aanbieden aan Nederlandse studenten. Daarnaast gaat het instituut studenten en wetenschappers ondersteunen, bijvoorbeeld bij stages of wetenschappelijk onderzoek in Marokko. Het instituut dient ook als vraagbaak voor Marokkanen die in Nederland willen studeren. Op verzoek van het ministerie van OCW treedt de Radboud Universiteit op als penvoerder van dit door het ministerie bekostigde instituut.
Ontwikkelingssamenwerking Van oudsher heeft de Radboud Universiteit banden met ontwikkelingslanden. Op facultair niveau zijn er tal van samenwerkingsverbanden, zoals dat van de Faculteit der Medische Wetenschappen/UMC St Radboud met ziekenhuizen in Tanzania. Met hulp van de Nederlandse overheid voert de universiteit de volgende projecten uit. In Oeganda werkt ze samen met de universiteit van Kampala in het project Netherlands Programme for the Institutional Strengthening of Postsecondary Education and Training Capacity. Inmiddels hebben twee studenten de masteropleiding informatics voltooid, zes studenten zitten in het tweede jaar en drie studenten zijn bezig met hun promotieonderzoek. In 2006 is het project gecontinueerd. De Pakistaanse overheid streeft ernaar de komende vier jaar tweeduizend studenten in met name Europa te laten promoveren. Op dit moment verblijven vijftig Pakistaanse studenten in Nederland, waarvan vijf in Nijmegen. Ze werken aan hun promotie bij tandheelkunde (UMC St Radboud), biologie, scheikunde, wiskunde (Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica) en economie (Faculteit der Managementwetenschappen). In het kader van het Netherlands Fellowship Programme (NFP) heeft de NUFFIC drie beurzen toegekend aan PhD-kandidaten van het UMC St Radboud en zijn vier beurzen toegekend voor het volgen van korte cursussen bij tandheelkunde.
47
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Onderwijsaanbod De tabel bevat de opleidingen die openstaan voor eerste inschrijving op 1 september 2006. De gehanteerde namen zijn de CROHO-namen. Opleidings-
Studie-
vorm
last
Algemene Cultuurwetenschappen
vt
180
Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen
vt
180
Communicatie- en Informatiewetenschappen
vt
180
Duitse Taal en Cultuur
vt
180
Bacheloropleidingen Onderdeel Taal en Cultuur
Engelse Taal en Cultuur
vt
180
Geschiedenis
vt
180
Griekse en Latijnse Taal en Cultuur
vt
180
Kunstgeschiedenis
vt
180
Nederlandse Taal en Cultuur Religiestudies
vt
180
vt/dt
180
Romaanse Talen en Culturen
vt
180
Taal- en Cultuurstudies
vt
180
Taalwetenschap Theologie
vt
180
vt/dt
180
Wijsbegeerte
vt
180
Wijsbegeerte van een Bepaald Wetenschapsgebied
vt
180
Onderdeel Recht Internationaal en Europees Recht
vt
180
Nederlands Recht
vt/dt
180
Notarieel Recht
vt/dt
180
Bestuurskunde
vt
180
Communicatiewetenschap
vt
180
Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies
vt
180
Pedagogische Wetenschappen
vt
180
Politicologie
vt
180
Onderdeel Gedrag en Maatschappij
Psychologie
vt
180
Sociale Geografie en Planologie
vt
180
Sociologie
vt
180
Bedrijfswetenschappen
vt
180
Economie
vt
180
Biologie
vt
180
Informatica
vt
180
Informatiekunde
vt
180
Kunstmatige Intelligentie
vt
180
Onderdeel Economie
Onderdeel Natuur
48
onderwijs
Bacheloropleidingen
Opleidings-
Studie-
vorm
last
vt
180
Onderdeel Natuur Moleculaire Levenswetenschappen Natuur- en Sterrenkunde
vt
180
Natuurwetenschappen
vt
180
Scheikunde
vt
180
Wiskunde
vt
180
Biomedische Wetenschappen
vt
180
Geneeskunde
vt
180
Tandheelkunde
vt
180
Algemene Cultuurwetenschappen
vt
60
Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen
vt
60
Bedrijfscommunicatie
vt
60
Duitse Taal en Cultuur
vt
60
Onderdeel Gezondheidszorg
Doorstroommasteropleidingen Onderdeel Taal en Cultuur
Engelse Taal en Cultuur
vt
60
Geschiedenis
vt
60
Griekse en Latijnse Taal en Cultuur
vt
60
Kunstgeschiedenis
vt
60
Nederlandse Taal en Cultuur Religiestudies
vt
60
vt/dt
60
Romaanse Talen en Culturen
vt
60
Taal- en Cultuurstudies
vt
60
Taalwetenschap Theologie
vt
60
vt/dt
180
Wijsbegeerte
vt
60
Wijsbegeerte van een Bepaald Wetenschapsgebied
vt
120
Onderdeel Recht Internationaal en Europees Recht
vt
60
vt/dt/du
60
vt/dt
60
Bestuurskunde
vt
60
Communicatiewetenschap
vt
60
Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies
vt
60
Milieu-Maatschappijwetenschappen
vt
60
vt/dt
60
Pedagogische Wetenschappen
vt/dt
60
Planologie
vt/du
60
Politicologie
vt
60
Psychology
vt
60
vt/du
60
vt
60
Nederlands Recht Notarieel Recht Onderdeel Gedrag en Maatschappij
Onderwijskunde
Sociale Geografie Sociologie
49
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Opleidings-
Studie-
vorm
last
vt/du
60
vt
60
Biology
vt
120
Chemistry
vt
120
Informatica
vt
120
Informatiekunde
vt
60
Kunstmatige Intelligentie
vt
120
Mathematics
vt
120
Milieu-natuurwetenschappen
vt
120
Moleculaire Levenswetenschappen
vt
120
Natuur- en Sterrenkunde
vt
120
Natuurwetenschappen
vt
120
vt
120
Doorstroommasteropleidingen Onderdeel Economie Bedrijfswetenschappen Economics Onderdeel Natuur
Onderdeel Gezondheidszorg Biomedical Sciences Geneeskunde
vt
180
Tandheelkunde
vt
120
Amerikanistiek
vt
60
Duitsland Studies
vt
60
Intercultural Theology
vt
120
vt/dt
60
Niet-doorstroommasteropleidingen Onderdeel Taal en Cultuur
Interreligieuze spiritualiteitsstudies Literatuurwetenschap
vt
60
vt/dt/du
180
Taal- en Spraakpathologie
vt
60
Taal- en Spraaktechnologie
vt
60
vt
60
Pastorale Studies
Onderdeel Recht European Law Onderdeel Natuur Bio-Informatics
vt
120
Medische Biologie
vt
120
vt
120
Researchmasters Onderdeel Taal en Cultuur Wijsbegeerte i.s.m. Universiteit van Tilburg Language and Communication
vt
120
Kunst en visuele cultuur in historisch perspectief
vt
120
maatschappelijke praktijk
vt
120
Letterkunde en literatuurwetenschap: Nieuwe Filologie
vt
120
Historische wetenschappen: Ideologie, mentaliteit en
50
onderwijs
Researchmasters
Opleidings-
Studie-
vorm
last
vt
120
Onderdeel Recht Onderneming en Recht Onderdeel Gedrag en Maatschappij Behavioural Science: the study of Behaviour Regulation
vt
120
Social Cultural Science: Comparative Research on Societies
vt
120
vt
120
vt
120
Aardrijkskunde
vt/dt/du
60/120
Algemene economie
vt/dt/du
60/120
Bedrijfseconomie
vt/dt/du
60/120
Biologie
vt/dt/du
60/120
Duits
vt/dt/du
60/120
Engels
vt/dt/du
60/120
Filosofie
vt/dt/du
60/120
Onderdeel Natuur Cognitive Neurosciences Onderdeel Gezondheidszorg Molecular mechanisms of disease
Universitaire lerarenopleidingen
Frans
vt/dt/du
60/120
Geschiedenis en staatsinrichting
vt/dt/du
60/120
Grieks en Latijn
vt/dt/du
60/120
Kunstgeschiedenis
vt/dt/du
60/120
Maatschappijleer
vt/dt/du
60/120
Natuurkunde
vt/dt/du
60/120
Nederlands
vt/dt/du
60/120
Scheikunde
vt/dt/du
60/120
Spaans
vt/dt/du
60/120
Wiskunde
vt/dt/du
60/120
In 2006 zijn de masteropleidingen Franse en Spaanse taal en cultuur opgegaan in de masteropleiding Romaanse talen en culturen. Voor 2007 zal het onderwijsaanbod wijzigen. Op basis van aanbevelingen van onderwijsvisitatiecommissies zal een aantal opleidingen worden herzien, waardoor duur en inhoud veranderen. De vijfjarige opleiding tandheelkunde zal worden omgevormd tot de zesjarige opleiding mondarts. Er worden voorbereidingen getroffen voor het aanbieden van een aantal nieuwe onderzoekmasters. De wijziging van het opleidingenaanbod zal vooral betrekking hebben op de volgende gebieden: Taal en Cultuur, Recht, Gedrag en Maatschappij. De instroom in de masteropleidingen Bio-Informatics en Taal- en Cultuurstudies zal per 1 september 2007 eindigen.
51
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Studenten
52
studenten
De Radboud Universiteit is een studentgerichte onderzoeksuniversiteit. Binnen het onderwijs geldt de menselijke maat: het persoonlijke contact tussen studenten en docenten. Daarnaast maken alle studenten in hun opleiding actief kennis met onderzoek. Met de keuze voor de Radboud Universiteit committeren studenten zich aan haar visie op het onderwijs: studenten zijn actieve deelnemers en nemen de verantwoordelijkheid voor hun academische vorming.
53
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Eerstejaars instroom In 2006 is het aantal eerstejaars (3.781) licht gedaald ten opzichte van 2005. De instroom van het aantal vwo’ers is licht gestegen. Deze trend is ingezet in 1999. Het aandeel van buitenlandse studenten in de instroom neemt toe (5,6 procent ofwel 214 in 2006; 3,3 procent ofwel 132 in 2005). De Duitse studenten – 176 – nemen hiervan een groot deel voor hun rekening. Instroom naar vooropleiding. Alle studenten die voor het eerst studeren aan de Radboud Universiteit op peildatum 1 oktober, inclusief de studenten die zich hebben ingeschreven na 1 oktober in het voorafgaande jaar (bron:ISIS).
instroom vwo
instroom hbo
instroom buitenland
Instroom overig
De ‘instroom hbo’ is inclusief hbo-propedeusestudenten. Het overgrote deel van deze studenten heeft de hbo-studie vrijwel afgerond, maar kan nog geen einddiploma overleggen op de datum van inschrijving aan de universiteit.
54
studenten
Grafiek: marktaandeel instroom en marktaandeel diploma’s in procenten van landelijke instroom en diploma-aantallen (tot 02-03 doctoraaldiploma’s, daarna inclusief masterdiploma’s, vanaf 02-03 zijn bachelor- en masterdiploma’s separaat weergegeven)
doctoraal/master
bachelor
master
instroom totaal
instroom vwo
Het marktaandeel eerstejaars instroom (totaal) is in 2006 licht gedaald, het aandeel vwo’ers daarentegen is licht gestegen ten opzichte van 2005. In het academisch jaar 2005-2006 zijn er 2.469 einddiploma’s (doctoraal- en masterdiploma’s) uitgereikt tegenover 2.360 in het academisch jaar daarvoor. Dit is een absolute stijging van 109 diploma’s. Het marktaandeel einddiploma’s is in 2006 licht gedaald van 9,9 procent in 2005 naar 9,1 procent. Deze daling wordt voornamelijk veroorzaakt door de verschillende tijdpaden die door universiteiten worden gehanteerd bij de invoering van het bachelor-mastersysteem. Hierdoor hebben de effecten van de bachelor-masterinvoering zich nog niet gestabiliseerd.
Werving, toelating en selectie De Radboud Universiteit richt zich in haar bachelorwerving primair op vwo-scholieren en biedt ze een uitgebalanceerd voorlichtingstraject, zodat zij een bewuste studiekeuze kunnen maken. De universiteit bevordert met succes de instroom van Duitse studenten met een vooropleiding die te vergelijken is met vwo. De instroom van Duitse studenten is gestegen van 67 in 2002 tot 176 in 2006. Duitse studenten tonen vooral belangstelling voor de studies psychologie en biologie. De prestaties van Duitse studenten blijken bovengemiddeld te zijn. Met duidelijke en gerichte voorlichting wil de Radboud Universiteit de kwaliteit van de instroom verbeteren. Uit analyses is gebleken dat studenten die zich als scholier goed op hun studiekeuze hebben georiënteerd, in hun eerste jaar beter presteren. De universiteit heeft geen specifieke wervingsactiviteiten voor bijzondere doelgroepen. Wel worden in de voorlichting speciale voorzieningen benadrukt, zoals taalcursussen en taalondersteuning voor buitenlandse studenten.
55
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
De universiteit voert een succesvol beleid om meer studenten voor de bètaopleidingen te interesseren. In dit kader neemt de Radboud Universiteit volop deel aan landelijke acties als het bèta 1-op-1 project waarbij studenten geïnteresseerde scholieren intensief begeleiden bij hun studiekeuze.
Numerus fixus De universiteit kent vier opleidingen met een numerus fixus: geneeskunde (330), tandheelkunde (82), biomedische wetenschappen (100) en sinds 2005 ook psychologie (450). Van deze vier opleidingen maakt alleen tandheelkunde gebruik van decentrale toelating, voor maximaal de helft van de studenten. De opleiding toetst enkele psychomotorische vaardigheden en – via een te schrijven essay – de motivatie van studenten. In 2006 voldeden 76 kandidaten die zich hadden aangemeld voor decentrale toelating aan de door de opleiding gestelde primaire toelatingseisen. Het kabinet heeft in 2006 besloten dat de tandartsopleidingen in Nederland met ingang van het studiejaar 2007-2008 zullen worden omgevormd tot zesjarige mondartsopleidingen (drie jaar bachelor, drie jaar master). In dat kader zal ook de numerus fixus van de opleidingen worden herzien. Het overleg hierover tussen de betrokken universiteiten en het ministerie van OCW zal in 2007 worden afgerond.
Dringend studieadvies In het voorjaar van 2006 is de nota ‘Studie- en studentbegeleiding is maatwerk en de organisatie daarvan ook’ vastgesteld. De Radboud Universiteit houdt vast aan haar systematiek van een dringend advies aan het eind van het eerste jaar, voorafgegaan door een tussentijds advies na afloop van het eerste semester, en daarmee ook aan het in stand houden van de propedeutische fase binnen de bachelor–masterstructuur. Niet alleen bij de kleine, maar ook bij de grote opleidingen wordt de advisering voortaan kleinschalig georganiseerd: docent-tutoren, tevens begeleiders van eerstejaars werkgroepen, worden ingeschakeld om de vorderingen van de studenten van nabij te volgen en op basis daarvan inhoudelijk goed onderbouwde adviezen te geven. Deze werkwijze zorgt ervoor dat de student niet in de anonimiteit verdwijnt en zo snel mogelijk weet of hij op de juiste plaats zit. Hierdoor wordt onnodige studievertraging voorkomen.
Macrodoelmatigheid In 2006 heeft de universiteit geen nieuwe opleidingen voor de Toets nieuwe opleiding voorgedragen. Als gevolg daarvan is geen macrodoelmatigheidstoets aangevraagd om voor bekostiging in aanmerking te komen.
56
studenten
Studeren met een handicap De Radboud Universiteit slaagt er met succes in studenten met een handicap zo veel mogelijk een opleiding te laten volgen: ze is de op één na beste keus voor studenten met een handicap. Dat blijkt uit het rapport ‘Studeren met een handicap 2006’ van het Centrum Hoger Onderwijs Informatie (Choice) in Leiden. De begeleiding van gehandicapte studenten wordt verder uitgewerkt. Het ministerie van OCW heeft hiertoe in 2006 een subsidie toegekend voor drie projecten: een dyslexieproject, een begeleidingsproject en een project om de voorzieningen voor gehandicapte studenten te monitoren en te evalueren. De subsidie van het ministerie is verstrekt in het kader van het door de Tweede Kamer gevraagde plan van aanpak, met als doel de toegankelijkheid van het hoger onderwijs te verbeteren en belemmeringen weg te nemen. De projecten zullen na twee jaar zijn gerealiseerd. In 2006 is in de voorlichting en werving speciale aandacht besteed aan studeren met een handicap.
Aansluiting vwo-wo In haar Strategisch Plan 2005-2009 spreekt de universiteit het voornemen uit om de contacten met het vwo verder te intensiveren. Het Platform voortgezet onderwijs-hoger onderwijs (vo-ho) in de regio Arnhem-Nijmegen, waarbij ruim veertig scholen voor voortgezet onderwijs en vijf instellingen voor hoger onderwijs zijn aangesloten, heeft de relatie tussen de scholen en het hoger onderwijs in de regio aanzienlijk verbeterd. In 2006 is onder de vlag van dit platform het nieuwe project ‘Kijkje in elkaars keuken’ gestart. Docenten uit het middelbaar en hoger onderwijs gaan bij elkaar op werkbezoek om een bijdrage te leveren aan de verbetering van de aansluiting vwo-wo. Daarnaast zijn er contacten gelegd met scholen in de Randstad.
Studentenhuisvesting Met de opening van het complex Sterrenbosch op de campus van de universiteit is het aantal woningen voor studenten met 370 uitgebreid. De kamernood in Nijmegen is daarmee enigszins verlicht. Desondanks moet er nog steeds meer woonruimte voor studenten komen. In 2006 woonde 22 procent van de studenten thuis, aanzienlijk meer dan vijf jaar geleden. De Radboud Universiteit Nijmegen stimuleert haar studenten in Nijmegen te komen wonen. Ze ziet het studentenleven als deel van de academische vorming. Iedere student dient de kans te krijgen om daaraan mee te doen, en dan is woonruimte in de stad een noodzakelijke voorwaarde. De universiteit zal zich hiervoor samen met de Stichting Studenten Huisvesting Nijmegen en de gemeente Nijmegen inspannen.
57
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Karakteristiek van de studentenpopulatie in 2006
Eerstejaars Instelling naar hoofdstudie Totaal • Faculteit der Theologie - Theologie Totaal voor Fac Theologie
• Faculteit der Filosofie - Wijsbegeerte - Wijsbegeerte bep. wetenschapsgeb. Totaal voor Fac Filosofie • Faculteit der Letteren - Algemene cultuurwetenschappen - Arabische, NTtc
Ingeschrevenen
Behaalde diploma’s 05/06
Hfdst
Perct
Neven
VWO
Totaal
Vrouw
studie
HBO
Buitl
Prop
Bach
Doct
Mast
PD
14
21%
14%
0%
17
65
48%
1
7
4
5
8
0
14
21%
14%
0%
17
65
48%
1
7
4
5
8
0
• Faculteit der Religiewetenschappen - Religiestudies 38 Totaal voor Fac Religiew.
EOI
Vooropleiding, % van totaal
18%
47%
0%
53
212
62%
14
6
11
3
9
0
38
18%
47%
0%
53
212
62%
14
6
11
3
9
0
29
41%
24%
0%
64
202
29%
53
16
30
18
2
0
2
0%
0%
0%
3
8
50%
4
0
0
7
0
0
31
39%
23%
0%
67
210
30%
57
16
30
25
2
0
46
70%
24%
2%
60
195
79%
4
30
29
3
7
0
14
43%
50%
0%
16
59
78%
4
6
10
5
4
0 0
- Communicatie- en informatiewetens - Duitse taal en cultuur
151
54%
38%
7%
202
625
83%
15
87
139
20
111
25
48%
16%
20%
27
81
70%
5
11
12
4
10
0
- Engelse taal en cultuur - Geschiedenis
87
69%
22%
1%
108
449
68%
15
71
47
12
41
0
118
73%
25%
0%
133
506
35%
17
76
54
14
28
0
- Griekse en Latijnse taal en cultuur - Kunstgeschiedenis
12
92%
0%
0%
15
73
63%
4
9
12
4
3
0
22
77%
23%
0%
28
168
74%
7
43
17
7
4
0
- Literatuurwetenschap - Nederlandse taal en cultuur
1
0%
0%
0%
6
8
88%
6
0
0
1
0
0
42
62%
31%
0%
50
222
77%
6
33
25
7
16
0
- Romaanse talen en culturen - Taal- en cultuurstudies
36
61%
31%
6%
53
176
81%
19
24
24
8
12
0
22
59%
36%
5%
29
82
77%
6
9
14
5
8
0
- Taalwetenschap
65
32%
62%
2%
71
160
90%
2
6
10
8
14
0
60%
32%
3%
798
2804
70%
110
405
393
98
258
0
Totaal voor Fac Letteren • Faculteit der Rechtsgeleerdheid - Internationaal en Europees recht - Nederlands recht - Notarieel recht Totaal voor Fac Rechten
641
87
79%
8%
5%
113
343
66%
31
59
29
20
0
407
64%
30%
0%
469
2018
56%
258
247
216
227
0
73
56%
23%
1%
96
290
60%
57
21
56
43
0
567
65%
26%
1%
678
2651
58%
346
327
301
290
0
0
• Faculteit der Sociale Wetenschappen - Communicatiewetenschap 76 - Culturele antropologie 74 - Gedragswetenschap - Kunstmatige intelligentie
58%
34%
5%
86
380
63%
9
41
44
63
28
64%
24%
3%
80
361
80%
9
61
84
87
33
0
3
0%
0%
0%
36
55
85%
4
0
0
0
4
0
32
84%
3%
9%
35
101
27%
2
3
1
11
0
0
- Onderwijskunde - Pedagogische wetenschappen
0
0%
0%
0%
7
64
80%
3
4
7
27
5
0
363
65%
33%
1%
389
1297
95%
18
177
144
142
64
0
- Psychologie - Sociologie
442
53%
15%
23%
480
2052
77%
37
313
172
243
61
0
41
80%
17%
0%
54
176
56%
14
39
16
7
5
0
60%
23%
11%
1167
4486
79%
96
638
468
580
200
0
Totaal voor Fac Sociale Ws
1031
58
studenten
Eerstejaars Instelling naar hoofdstudie Totaal • Faculteit der Managementwetenschappen - Bedrijfswetenschappen 246 - Bestuurskunde 25 - Economie - Milieu-maatschappijwetenschappen - Politicologie - Sociale geografie en planologie Totaal voor Fac Manag Ws
Ingeschrevenen
Behaalde diploma’s 05/06
Hfdst
Perct
Neven
VWO
Totaal
Vrouw
studie
HBO
Buitl
Prop
Bach
Doct
Mast
PD
65%
24%
1%
438
1489
35%
173
106
196
14
369
0
72%
20%
4%
40
187
44%
12
15
21
0
16
0
78
64%
32%
0%
98
236
24%
41
18
8
2
14
0
0
0%
0%
0%
32
44%
0%
0
1
6
1
13
0
59
83%
5%
3%
94
219
34%
21
27
11
1
21
0
86
74%
23%
0%
96
334
26%
7
23
40
6
35
0
69%
22%
1%
766
2497
33%
254
190
282
24
468
0
494
• Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica - Algemene natuurwetenschappen 18 94% 0% - Biologie 182 55% 20% - Informatica - Informatiekunde
EOI
Vooropleiding, % van totaal
6%
18
86
30%
0
16
7
3
0
0
22%
191
599
49%
15
89
22
46
24
0
27
19%
56%
15%
32
154
7%
5
6
7
2
12
0
32
34%
53%
3%
34
123
3%
5
5
12
0
20
0 0
- Milieu-natuurwetenschappen - Moleculaire levenswetenschappen
2
0%
50%
0%
5
32
47%
1
4
2
1
6
50
90%
2%
6%
55
155
50%
2
32
10
3
4
0
- Natuur- en sterrenkunde - Scheikunde
49
73%
10%
10%
50
170
16%
3
33
11
8
0
0
44
98%
2%
0%
49
189
34%
5
30
19
15
8
0
- Wiskunde
17
76%
18%
0%
19
70
31%
22
15
8
5
0
0
421
64%
19%
13%
453
1578
34%
58
230
98
83
74
0
• Faculteit der Medische Wetenschappen - Bio-medische wetenschappen 115 - Geneeskunde 310
77%
16%
0%
129
539
64%
16
80
77
2
54
0
92%
1%
2%
368
1995
68%
18
268
0
217
0
241
0
54
Totaal voor Fac NWI
- Tandheelkunde Totaal voor Fac Medische Ws • Instituut voor Leraar en School - Lerarenopleiding
81 506
86%
4%
5%
83
455
60%
5
83
0
69
88%
5%
2%
580
2989
66%
39
431
77
288
54 295
38
0%
0%
3%
136
158
58%
1
0
0
0
0
Totaal voor ILS
38
0%
0%
3%
136
158
58%
1
0
0
0
0 100
Totaal voor de hele instelling
3781
65%
22%
6%
4715
17650
61%
976
2250 1664
1106
1363
100
395
Bron: ISIS De telling is gebaseerd op het aantal ingeschreven studenten en extraneii naar hun hoofdstudie, inclusief post-doctoraalstudenten. Alleen inschrijvingen van vóór 1 oktober zijn geteld, waarbij als eerstejaars zijn geteld al degenen die voor het eerst zijn ingeschreven vóór 1 oktober, dus ook de laat-inschrijvers van het jaar daarvoor. Onder ‘EOI’ staan de eerstejaars opleiding: iedereen die dat jaar voor het eerst voor die opleiding staat ingeschreven. Bij ‘nevenstudie’ worden de aantallen nevenstudie-inschrijvingen geteld. De ‘instroom hbo’ is inclusief hbo-propedeusestudenten. Het overgrote deel van deze studenten heeft de hbo-studie vrijwel afgerond, maar kan nog geen einddiploma overleggen op de datum van inschrijving aan de universiteit.
59
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Personeel
60
personeel
In de academische gemeenschap, die de Radboud Universiteit is, spelen de medewerkers een cruciale rol in het realiseren van de hoge ambities op het gebied van onderwijs en onderzoek. Dit betekent dat zij trots op hun werk zijn, zich herkennen in de ambities van de universiteit en zich medeverantwoordelijk voelen voor de realisatie van die ambities. Zij kennen en nemen hun verantwoordelijkheden. Zij zijn betrokken, initiatiefrijk, gemotiveerd en hebben plezier in hun werk. Hun loopbaanperspectief is duidelijk.
61
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Strategisch personeelsbeleid Het college van bestuur heeft in 2006 het universitaire personeelsbeleidsplan ’De kracht van mensen’ definitief vastgesteld. In het plan ligt de focus op drie meerjarenprogramma’s: leiderschapsontwikkeling, loopbaanontwikkeling en organisatieontwikkeling.
Academisch leiderschap In 2006 is het opleidingstraject academisch leiderschap ontwikkeld. Academisch leiderschap is het vermogen een visie te ontwikkelen op de programmering van onderwijs en onderzoek, en medewerkers te motiveren zich hiervoor in te zetten. Voor nieuwe hoogleraren worden vanaf 2006 seminars academisch leiderschap verzorgd. In augustus 2006 heeft er een seminar plaatsgevonden voor directeuren van onderzoeksinstituten.
Mobiliteit In 2006 is de proef ‘functieroulatie’ gestart om interne doorstroming binnen de universiteit te bevorderen, ook als er geen vacatures zijn. De proef is gericht op (goed functionerend) ondersteunend personeel vanaf schaal 10 dat tenminste vier jaar in dezelfde functie werkzaam is. Voor belangstellenden zijn assessments georganiseerd. In overleg met betrokkenen en hun leidinggevenden zal een plan worden uitgewerkt.
Arbeidsvoorwaarden In 2006 is een nieuwe cao in werking getreden, die loopt van 1 januari 2006 tot 1 september 2007. Het college van bestuur heeft de Levensloopregeling voor 2006 en 2007 vastgesteld. In 2006 is een nieuw Reglement bescherming persoonsgegevens van kracht geworden. Het begin 2006 gelanceerde RadboudNet, een intranet voor de medewerkers van de universiteit, biedt mogelijkheden iedereen goed en actueel te informeren over arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en loopbaanaangelegenheden In 2006 is de Radboud Universiteit gaan participeren in het Shared Service Centrum Sociale Zekerheid. Dit expertisecentrum is een samenwerkingsverband van (momenteel) zeven universiteiten onder de koepel van de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten, de VSNU. Het doel is om expertise te bundelen op het gebied van onder meer pensioenen, WW, bovenwettelijke uitkeringen en verlofregelingen.
62
personeel
Nevenwerkzaamheden De Radboud Universiteit Nijmegen kent de regeling Nevenwerkzaamheden. Het uitgangspunt is dat nevenwerkzaamheden een positieve bijdrage kunnen leveren aan de uitvoering van de universitaire taken. Volgens de regeling hebben de medewerkers de plicht hun leidinggevende op de hoogte te stellen van hun nevenwerkzaamheden. Het gaat om alle betaalde en onbetaalde werkzaamheden die worden verricht op eigen initiatief of voor een andere instantie dan de Radboud Universiteit Nijmegen. De leidinggevende beoordeelt of de nevenwerkzaamheden zijn toegestaan. Nevenactiviteiten die overwegend in het belang zijn van de universiteit kunnen worden ingepast in de taakstelling van de werknemer. Eventuele financiële vergoedingen komen in dat geval toe aan de Radboud Universiteit. Nevenactiviteiten die niet in het belang zijn van de Radboud Universiteit Nijmegen, mogen niet onder werktijd worden verricht. Ook mogen ze niet ten koste gaan van de normale functievervulling. Minimaal een keer in de twee jaar zal in het jaargesprek worden nagegaan of de verleende toestemming en gemaakte afspraken bijstelling behoeven.
Re-integratie Doelgroepen voor re-integratietrajecten zijn medewerkers die anders mogelijk ontslagen zouden worden en medewerkers die WW ontvangen vanwege herkeuring vanuit de WAO. Sinds kort speelt de universiteit een actieve rol bij de bemiddeling van ex-medewerkers met een WW-uitkering naar een nieuwe baan buiten of binnen de universiteit. Tot nu toe werd deze groep via het UWV ondersteund bij het vinden van een nieuwe werkkring. De universiteit zal zich maximaal inspannen om ex-medewerkers te bemiddelen. Eind 2008 wordt het project geëvalueerd.
Personele kengetallen Per 1 januari 2006 is op de Radboud Universiteit een nieuw personeelsinformatiesysteem ingevoerd: BASS-HRM. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de Dienst Personeel & Organisatie. Hiervoor is de afdeling Personeelsinformatie ingericht.
Organisatie personele functie Op initiatief van het overleg van de directeuren P&O van de universiteiten is in 2006 een plan gemaakt voor interuniversitaire benchmarking van de organisatie van de personele functie. Doel is door onderlinge vergelijking de kwaliteit te verbeteren.
Werving en selectie De werkgroep verbetering promotierendement heeft in 2006 vier workshops werving en selectie voor hoogleraren en UHD’s (rechtsgeleerdheid) georganiseerd. De workshops hebben een aantal verbeterpunten opgeleverd voor de werving en selectie van nieuwe medewerkers.
63
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Doelgroepenbeleid Postdocs In 2006 is het Postdocplatform opgericht. Doel van het platform is aandacht vragen voor de positie van postdocs bij de Radboud Universiteit en de onderlinge uitwisseling van informatie over zaken die relevant zijn voor deze groep. Met een panelgroep van decanen/onderzoeksdirecteuren wordt gesproken over onderwerpen als de (co)financiering van de vaste wetenschappelijke staf, onderwijstaken voor postdocs en de toegevoegde waarde van loopbaanontwikkeling. In het kader van talentbeleid wordt aandacht besteed aan het zoeken en binden van buitenlandse kenniswerkers. Ook worden plannen ontwikkeld om postdocs te helpen bij het maken van een overstap naar een loopbaan buiten de wetenschap.
Oudere werknemers In 2006 is een instellingsbreed onderzoek verricht naar duurzame inzetbaarheid van (oudere) medewerkers bij de Radboud Universiteit. Het onderzoek is mogelijk gemaakt door subsidie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in het kader van de stimuleringsregeling Leeftijdsbewust Beleid. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek worden nadere, op de IM-eenheden toegespitste analyses uitgevoerd op basis waarvan eventuele maatregelen worden getroffen ter bevordering van de inzetbaarheid van (oudere) medewerkers. Te denken valt aan het inzetten van oudere werknemers in een specialistische functie of bijvoorbeeld als coach van jongere medewerkers.
Instroom en doorstroom van vrouwen De Radboud Universiteit wil het aandeel vrouwen in hogere functies, zowel wetenschappelijk als niet-wetenschappelijk, verhogen en voert daartoe een actief stimuleringsbeleid. Onderdeel daarvan zijn stimuleringspremies voor vrouwelijke wetenschappers, gericht op de vergroting van het aandeel vrouwelijke UD’s. 29 vrouwen van alle faculteiten hebben in 2006 gebruikgemaakt van de maatregel. Uit de volgende tabel blijkt dat het stimuleringsbeleid tot resultaten heeft geleid, maar dat er nog een lange weg te gaan is. Aandeel vrouwen op de Radboud Universiteit in percentage fte’s 2002
2006
hoogleraren
11.8%
13.4%
universitair hoofddocent
12.8%
20.9%
universitair docent
18.4%
25.6%
promovendus
42.6%
47.9%
Percentage van WP
30.2%
35.1%
Medezeggenschap Goed functionerende medezeggenschap zorgt voor betrokkenheid van medewerkers en studenten bij de organisatie, verhoogt de kwaliteit van bestuurlijke besluiten en vergroot het draagvlak voor deze besluiten binnen de organisatie.
64
personeel
In het jaar 2006 vond regelmatig overleg plaats tussen het college van bestuur en de Gezamenlijke Vergadering van Ondernemingsraad en Studentenraad. Aan de hand van respectievelijk de Begroting 2006 en de Bestuurlijke Agenda 2006 en het Jaarverslag 2005 is tweemaal gesproken over de algemene gang van zaken. Het college van bestuur heeft voorts met de Gezamenlijke Vergadering gesproken over zaken als de kwaliteitzorg onderwijs, de beleidsvisie studentenbegeleiding, de intensivering van het onderwijs en het parkeerbeleid dat geldt voor de campus van de universiteit. Over een aantal onderwerpen dient formeel advies te worden gevraagd aan de medezeggenschap. Zo adviseerde de Gezamenlijke Vergadering positief over het Huisvestingsplan 2006. Daarnaast hadden Ondernemingsraad en/of Studentenraad instemmingsbevoegdheid op een aantal onderwerpen. Zo is in 2006 door de Ondernemingsraad instemming verleend aan de Regeling Wetenschappelijke Integriteit, de wijziging van de reis- en verhuiskostenregeling en de spaarloonregeling. De Studentenraad heeft ingestemd met de Regeling Financiële Ondersteuning Studenten en met het Studentenstatuut 2006-2007. In 2006 zijn door de Ondernemingsraad en Studentenraad notities geagendeerd over vrije ruimte, student-assistenten, verbetering van onderwijskwaliteit en verbetering van decentrale medezeggenschap en werkoverleg.
Arbobeleid Verzuim Het ziekteverzuimpercentage is gedaald van 3,95 in 2005 naar 3,28 in 2006. Begin 2006 is een tussenevaluatie gehouden met betrekking tot mogelijke knelpunten in het nieuwe verzuimbeleid, dat per 1 januari 2005 is ingevoerd. Dit verzuimbeleid is toegespitst op het versterken van de rol van de leidinggevende in het proces van de verzuimbegeleiding en re-integratie. Naar aanleiding van die evaluatie heeft de Arbo- en Milieudienst (AMD) gesprekken gevoerd met een aantal faculteiten om bestaande afspraken aan te scherpen en waar nodig de expertise van de AMD aan te bieden.
Langdurig ziekteverzuim In 2006 waren 222 medewerkers meer dan 42 dagen afwezig. Medewerksters die met zwangerschapsverlof waren, vallen hier niet onder. Het aantal langdurig zieken is ten opzichte van 2005 gedaald met 17 personen, toen de universiteit 239 langdurig zieken telde. In 2004 waren dat er 188, in 2003 210.
RSI-preventie De evaluatie van het RSI-preventieproject voor studenten en de uitslag van de studentenenquête zijn aanleiding geweest om de activiteiten ter preventie van RSI in 2006 aan te passen en uit te breiden. Zo is er tijdens de college-uren aan alle eerstejaars RSIvoorlichting gegeven. Informatie over het voorkomen van RSI wordt aangeboden via de folder ‘Werken met beeldschermen’, de websites van de Dienst Studentenzaken en de AMD en op het studenteninformatiesysteem Blackboard. Daarnaast is de RSI-voorlichting geïntegreerd in vaardigheidstrainingen van de Dienst Studentenzaken, heeft het Universitair Sportcentrum speciale RSI-trainingen voor studenten en kunnen zij terecht op een speciaal RSI-spreekuur van de AMD.
65
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Voorzieningen
66
voorzieningen: huisvesting, milieuzorg en veiligheid
Alle voorzieningen van de Radboud Universiteit ondersteunen direct of indirect de onderwijsen onderzoeksprocessen. Gezien de kwaliteitsambities van de universiteit zijn grootschalige investeringen in gebouwen en apparatuur met name daarop gericht. De Radboud Universiteit streeft ernaar haar medewerkers en studenten een veilige en gezonde omgeving te bieden. De universiteit heeft een compacte en groene campus die dicht bij het stadscentrum ligt. De handhaving van deze vriendelijke en veilige omgeving staat voorop bij alle bouwactiviteiten en de herinrichting van terreinen.
67
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Huisvesting Bouwprojecten De universiteit heeft in 2006 een nieuw Huisvestingsplan opgesteld. Het is de actualisatie van het vorige en de daarin opgenomen investeringsprognose 2002-2016. Na een periode van grootscheepse nieuwbouw op het oostelijk deel van de campus, ligt de nadruk de komende jaren op renovatie van bestaande gebouwen. De nieuwe ontwikkelingen leiden tot een aangepaste investeringsprognose. Deze loopt van 2006 tot en met 2020. De te verwachten vastgoedprojecten voor de komende jaren zijn hierin verwerkt. Investeringen komende vijf jaar Investeringen in M€
Totaal
komende 5 jaar
prognose
2007
2008
2009
2010
2011
Totaal investeringen
€ 64,2
€ 24,3
€
18,6
€
10,1
€
8,6
€
Totaal baten/
€ 81,5
€
€
16,3
€
16,3
€
16,3
16,3
2,6
€ 16,3
afschrijvingen
Huygensgebouw betrokken Het nieuwe Huygensgebouw is in 2006 volledig opgeleverd. De medewerkers en studenten van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica hebben hun nieuwe behuizing inmiddels betrokken. Het gebouw bevat, naast werkruimten en laboratoria, een bibliotheek, studielandschap en restauratieve voorzieningen. Het is flexibel, energetisch vooruitstrevend en duurzaam van opzet met ondergrondse voorzieningen voor het parkeren van auto’s en fietsen. In het gebouw zijn diverse energietoepassingen geïnstalleerd, zoals het gebruik van de restwarmte van het magnetenlaboratorium en de realisatie van warmte-koude-opslag, warmtepompen en beton-kernactivering. Hierdoor zal het gasverbruik aanzienlijk afnemen. Bovendien zijn in 2006 extra investeringen gedaan in het trillingvrij maken van diverse verdiepingen van het gebouw en is een verdieping als innovatielaboratorium ingericht. Ook is de universiteit in 2006 gestart met de sloop van de oudbouw van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica. Met uitzondering van het Provisorium Chemie zullen de gebouwen eind 2007 zijn verdwenen. Vanwege de stijgende vraag naar onderwijsvoorzieningen – met name naar grotere collegezalen – is besloten het collegezalencomplex dat deel uitmaakte van de faculteit te renoveren en te exploiteren.
Studentenhuisvesting en guesthouse Op 4 september, de dag van de opening van het academisch jaar, opende minister Dekker van Volkshuisvesting het complex Sterrenbosch. Voor het eerst staan er studentenwoningen en een guesthouse op de campus. Het totale wooncomplex met 410 woningen voor studenten en gasten van de universiteit is voor eigen rekening en risico gerealiseerd door de Stichting Studenten Huisvesting Nijmegen (SSHN). De grond is om niet in erfpacht uitgegeven. Het Huygensgebouw en het Sterrenboschcomplex zijn voorlopig de laatste grootschalige nieuwbouwprojecten op de campus. De renovatie van het Erasmusgebouw is nog in volle gang en zal medio 2007 worden afgerond.
68
voorzieningen: huisvesting, milieuzorg en veiligheid
In 2006 zijn de volgende gebouwen opgeleverd en/of geopend: • Huygensgebouw: nieuwbouw • Wortellaboratorium: nieuwbouw. Dit is een laboratorium waar de afdeling Experimentele plantenecologie plantenwortels, bodem en klein bodemleven ondergronds kan bestuderen. • UCI (rekencentrum): diverse brandveiligheidsvoorzieningen • Bestuursgebouw: renovatie • Erasmusgebouw: renovatie, oplevering per verdieping en afronding in 2007 • Studentencomplex en guesthouse, Sterrenbosch: nieuwbouw
Huygensgebouw
Wortellaboratorium
UCI, brandveiligheidsvoorzieningen
Bestuursgebouw, renovatie
Erasmusgebouw, renovatie
Studentencomplex en guesthouse, Sterrenbosch
69
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Studentenkerk In samenspraak met het bestuur van de Stichting Studentenkerk heeft de universiteit in 2006 de plannen voor een nieuwe ruimte voor de kerk in het gebouw aan de Erasmuslaan 9 definitief vastgesteld. De rest van het gebouw wordt ingericht voor onderwijs- en kantoorvoorzieningen. De verbouwing is in 2006 gestart.
Vastgoed De BV Campus, waarvan de universiteit enig aandeelhouder is en de directie voert, beheert de gebouwen Mercator I, Mercator II en het Universitair Bedrijvencentrum (UBC) op het Mercator Science Park Nijmegen. Doel is om ruimte en faciliteiten te bieden aan uit de universiteit voortkomende startende bedrijven en bedrijven die een relatie hebben met het onderzoek aan de Radboud Universiteit. In 2008 wordt met het gerenoveerde A2-gebouw een nieuwe locatie toegevoegd: Mercator III.
Ruimtegebruik en ontwikkeling vastgoedbestand naar de stand per januari 2006
70
voorzieningen: huisvesting, milieuzorg en veiligheid
Ontwikkeling samenstelling vastgoedbestand Radboud Universiteit Nijmegen
verhuur
bv campus
behouden
slopen
nieuwbouw
Toelichting verhuur:
aandeel in vastgoedvoorraad Radboud Universiteit dat zal worden verhuurd aan derden
bv campus:
aandeel in vastgoedvoorraad Radboud Universiteit dat door BV Campus zal worden verhuurd
behouden:
aandeel in bestaande vastgoedvoorraad Radboud Universiteit dat in beheer blijft (al dan niet gerenoveerd)
slopen:
aandeel in bestaande vastgoedvoorraad Radboud Universiteit dat in de planperiode zal worden gesloopt
nieuwbouw:
aandeel in het strategische ruimtebestand dat in de planperiode zal worden gebouwd
Bereikbaarheid en groene campus De Radboud Universiteit heeft een unieke, groene campus. Om deze te behouden bevordert de universiteit het gebruik van de fiets en het openbaar vervoer. In 2006 zijn door de gemeente Nijmegen de verlenging van de busbaan en het fietspad door de spoorkuil gerealiseerd. Met de busbaan is een snelle en hoogfrequente pendelverbinding tussen station Nijmegen Centraal en de campus Heyendaal tot stand gekomen. In overleg met de gemeente zijn in 2006 plannen ontwikkeld om het busverkeer op de campus te faciliteren en de veiligheid voor de diverse verkeersdeelnemers te verhogen.
71
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Veiligheid De Radboud Universiteit moet een veilige plek zijn om te studeren en te werken. In 2006 is de organisatie voor de uitvoering van het veiligheids- en beveiligingsbeleid verder geprofessionaliseerd. De Bedrijfshulpverlening (BHV) is onder een centrale regie gesteld, waardoor er op universitair niveau eenheid in beleid en aanpak is gekomen. Ook het calamiteitenplan is verder ontwikkeld. Op centraal niveau zijn oefeningen georganiseerd om de organisatie voor te bereiden op mogelijke calamiteiten. In 2006 is een noodplan opgesteld voor de Faculteit der Letteren en de Facultaire Unie. Plannen voor de andere eenheden volgen. In samenspraak met de medezeggenschap is een op het privacyreglement geënt beleid voor de toepassing van beveiligingscamera’s vastgesteld. Op 1 september is campusbreed de campagne ‘Als er echt iets gebeurt…’ gevoerd en is één centraal calamiteitennummer voor de gehele campus geïntroduceerd.
Milieubeleid Het college van bestuur heeft in 2006 een nieuw milieubeleidsplan voor de periode 2007-2010 vastgesteld. De implementatie van het milieuzorgsysteem zal extra aandacht krijgen. Samen met het UMC St Radboud heeft de Radboud Universiteit een ‘campusvergunning’ vanuit de Wet Milieubeheer, de Wet Verontreiniging oppervlaktewateren (lozingsvergunning) en een aparte vergunning voor de emissies van CO2 en NOx in de buitenlucht. De naleving van de Wet Milieubeheer is in 2006 drie keer door de provincie gecontroleerd op de aspecten ‘geluid’, ‘opslag’ en ‘externe veiligheid en administratieve verplichtingen’. De universiteit voldoet aan alle vereisten.
Risico-Inventarisatie & -Evaluatie In 2005 is de stand van zaken met betrekking tot de Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) binnen de hele universiteit in kaart gebracht. Het jaar 2006 stond in het teken van het up-to-date houden van de RI&E en het plan van aanpak, en het motiveren van de eenheden om vervolg te geven aan de uitkomsten van de inventarisatie.
72
voorzieningen: huisvesting, milieuzorg en veiligheid
73
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Onderzoek Financiën
74
financiën
In het financieel beleid krijgen de primaire taken – onderwijs en onderzoek – absolute prioriteit. Het beleid schept de voorwaarden voor de realisering van de kwaliteitsambitie van de universiteit. Evenwichtige ontwikkeling van de inkomsten en uitgaven, het handhaven van de liquiditeitspositie en de eigen vermogenspositie zijn daarbij in de komende jaren wezenlijke randvoorwaarden.
75
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Financieel beeld 2006 Het jaar 2006 is afgesloten met een positief exploitatieresultaat van € 3,7 miljoen. De ontwikkeling van het resultaat en van de reserves en voorzieningen over de afgelopen vijf jaren is als volgt:
(bedragen x € 1 miljoen)
2006
2005
2004
2003
Operationeel resultaat
6,5
5,2
1,8
6,3
5,6
Financieel resultaat
1,0
1,2
1,2
3,5
2,3
-3,8
-2,6
-0,7
-5,7
-3,2
3,7
3,8
2,3
4,1
4,7
248,1
244,5
240,7
238,3
234,2
48,8
45,4
48,7
48,5
40,4
296,9
289,9
289,4
286,8
274,6
Buitengewoon resultaat Exploitatiesaldo Reserves Voorzieningen Reserves en voorzieningen
2002
De toename van het operationeel resultaat komt vooral door een toename in de rijksbijdragen in combinatie met een terughoudende kostenontwikkeling als gevolg van een stringent financieel beleid. Het buitengewoon resultaat ad € 3,8 miljoen negatief betreft de afwaardering van de deelneming in de commanditaire vennootschap tot exploitatie van de Internationale Magneetfaciliteit (CVIM).
76
financiën
Exploitatie 2006 Samengevat is het beeld als volgt: (bedragen x € 1 miljoen)
Jaarrekening
Begroting
Jaarrekening
Begroting
2006
2006
2005
2005
Rijksbijdrage
292,0
286,3
286,4
279,3
Collegegelden
24,7
21,0
24,0
19,5
Overige baten
156,1
138,0
148,7
136,8
Totaal baten
472,8
445,3
459,1
435,6
Personele kosten
266,9
257,9
260,3
249,8
Afschrijvingen
29,3
29,6
28,7
29,3
Inkomensoverdrachten
69,1
67,1
68,7
67,6
Overige instellingslasten
101,0
89,2
96,2
83,8
466,3
443,8
453,9
430,5
Totaal lasten Operationeel resultaat
6,5
1,5
5,2
5,1
Financieel resultaat
1,0
0,0
1,2
-0,1
-3,8
0,0
-2,6
-1,2
3,7
1,5
3,8
3,8
Buitengewoon resultaat Exploitatiesaldo
De rijksbijdrage is in 2006 vooral gestegen door de extra middelen vanwege: • de toename van het aantal studenten op landelijk niveau; • de verhoging van de numerus fixus; • de compensatie voor loon- en prijsbijstellingen. Daartegenover stond een verslechtering van de relatieve positie van de Radboud Universiteit Nijmegen in het ministeriële verdeelmodel. De opbrengst uit collegegelden is gestegen door de geringe indexering van het collegegeld, bij een vrijwel gelijk gebleven aantal studenten. De omvang van de overige baten is ten opzichte van 2005 gestegen met 5 procent. De stijging houdt onder meer verband met een stijging in de baten werk in opdracht voor derden. Over 2006 maken de overige baten 33 procent van de totale baten van de Radboud Universiteit uit. De stijging van de personele lasten wordt, bij een lichte daling van het aantal fte’s, verklaard door de CAO-stijgingen, periodieke loonstijgingen, hogere lasten van uitzendkrachten en hogere dotaties aan personele voorzieningen. Daartegenover stond een daling van de pensioenlasten. De stijging van de inkomensoverdrachten wordt veroorzaakt door de toename van de overdracht van de rijksbijdrage UMC St Radboud. Tenslotte stijgen de overige instellingslasten. Dit wordt voornamelijk verklaard door hogere kosten van: energie en water, overige huisvestingslasten, hoger verbruik van grond- en hulpstoffen, boeken en tijdschriften, uitbestede werkzaamheden. Daartegenover was er sprake van een per saldo lagere dotatie (inclusief vrijval) overige voorzieningen.
77
jaarverslag radboud universiteit nijmegen
Vermogenspositie en financiële structuur
(bedragen x € 1 miljoen)
2006 2005 2004
Activa
2006 2005 2004 Passiva
Vaste activa
340,6 329,7 299,4
Voorraden & vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal activa
Eigen vermogen
248,1 244,5 240,7
24,7
21,8
23,8
0
0
5,7
Langlopende schulden
21,6
20,1
34,3
Kortlopende schulden
386,9 371,6 363,2
Voorzieningen
Totaal passiva
48,8
45,4
48,7
0
0
0
90,0
81,7
73,8
386,9 371,6 363,2
In 2006 is voor ruim € 27 miljoen geïnvesteerd in gebouwen en voor circa € 9 miljoen in inventaris en apparatuur. De liquiditeitspositie uitgedrukt in current ratio (verhouding vlottende activa/kortlopende schulden) is ten opzichte van 2005 gelijk gebleven en bedraagt 0,5. Om met zekerheid aan haar betalingsverplichtingen te kunnen voldoen, heeft de universiteit een rekening-courantfaciliteit waarop overigens tot op heden geen beroep is gedaan. De vermogenspositie op lange termijn is solide. De solvabiliteit (eigen vermogen als percentage van het balanstotaal) is met 64 procent licht gedaald ten opzichte van voorgaand jaar (66 procent). De toename van het eigen vermogen betreft het positieve exploitatieresultaat. De voorzieningen zijn per saldo toegenomen, vooral door de vorming van de voorziening Seniorenregelingen en aanvullende dotaties aan de voorziening WNU en de voorziening voor asbestsanering. Hiertegenover staat onder meer een gedeeltelijke vrijval van de voorziening jubilea. Het totaal aan liquide middelen is ultimo 2006 met € 1,6 miljoen toegenomen ten opzichte van vorig jaar. De specificatie is als volgt: (x € 1 miljoen) -
cash flow (exploitatieresultaat + afschrijvingen)
+ 26,8
-
(des)investeringen
-/- 37,8
-
afname financiële vaste activa
+
3,7
-
toename voorzieningen
+
3,4
-
overige mutaties werkkapitaal
+
5,5
+
1,6
78
financiën
Verwachting komende jaren De Radboud Universiteit Nijmegen bevindt zich in een periode van investeringen ter versterking van haar positie als studentgerichte onderzoeksuniversiteit. Daarbij zet zij in op kwaliteitsverbetering van primaire processen, versterking van studiefaciliteiten en verbetering van voorzieningen. De hiertoe in het verleden ingezette acties worden in 2007 verder uitgebreid. In financiële zin komt deze prioritering bij onderwijs en onderzoek tot uiting door de toename van het percentage van de rijksbijdrage aan de faculteiten in 2007 ten opzichte van 2006. In 2006 is, exclusief verbonden partijen, voor circa € 27 miljoen in vastgoed geïnvesteerd. Voor de periode 2007-2010 is een investeringsniveau voorzien van ongeveer € 64,5 miljoen. Van de investeringen kan slechts een beperkt deel uit de (vrijkomende) afschrijvingen gefinancierd worden. Aanvullende financiering komt primair uit liquide middelen. De Radboud Universiteit zet qua financieel beleid in op de volgende doelstellingen: -
zoveel mogelijk inzet van middelen voor het directe proces (onderwijs en onderzoek);
-
voortzetting van het huidige solide financieel beleid, waarbij inkomsten en uitgaven in de pas lopen, bij een gelijkblijvende verhouding van personele en materiële kosten;
-
een ontwikkeling van het eigen vermogen die gelijke tred houdt met de inflatie.
Deze doelstellingen en verwachtingen staan wel voortdurend onder druk als gevolg van de grote onzekerheid in de ontwikkeling van de inkomstenstroom. Onzekere factoren zijn onder andere de verlagingen van het beschikbare financiële macrokader voor universiteiten vanwege de ontwikkeling van het aantal studenten, de invloed van wijzigingen in de bekostigingssystematiek en de steeds verder toenemende druk van matchingsverplichtingen.
Frank Willemsen
79