1
januari 2011
T
h
em
a:
K
u
n
st
en
ge
kt
e
T i j d s ch ri ft vo o r k u n s t e n c u l t u u r i n h e t o n d e r w i j s
002959-KunstZone januari 2011.indd 1
14-12-10 14:37:50
januari 2011
Aan deze Kunstzone werkten de volgende vakvereinigingen mee
BDD Beroepsvereniging Docenten Theater en Drama Secretariaat & Administratie, Postbus 178, 8260 AD Kampen
[email protected],
Een nieuw jaar, een nieuwe Kunstzone. Nieuw in een andere lay-out en volledig in kleur. Helemaal voor u, voor hetzelfde geld. Het moet niet gekker worden.
www.docentendrama.nl
NBDK
Cultureel en kunstzinnig Nederland ontploft zo’n beetje. Overal
Nederlandse Beroepsvereniging van Danskunstenaars
zijn manifestaties. Festivals en theaters smeden snode plannen
Bureau NBDK: Postbus 1225, 1500 AE Zaandam
om de BTW-verhoging te ontlopen. De een verkoopt de kaartjes
Tel. (06) 39452989/(06) 39452988
voor 2011 al in 2010 en de ander zegt lolly’s te gaan verkopen
[email protected] www.nbdk.nl
VKAV Vereniging Audiovisuele Educatie Zwanenkamp 275, 3607 SE Maarssen
[email protected], www.vkav.nl
VLLT Sectie Nederlands Vereniging Leraren Levende talen
als entreebewijs, want op etenswaren zit nog zes procent BTW. Ik ben over de emmer, omdat het emotionele, gewetensvolle hart van de samenleving door de politiek weggezet wordt als liefhebberij van slechts een deel van onze samenleving. Ik ben misschien wel razend, omdat iedere keer wanneer de maatschappelijke en economische relevantie van kunst en cultuur onder vuur ligt en we daar geen goed gehoord antwoord op
Binnenhof 62, 1412 LC Bussum
hebben. Kunst is geen grote multinational die van zich afbijt.
Tel. (035) 6783254
Er wordt niet voor gelobbyd door maatschappelijk verankerde
[email protected] www.levendetalen.nl -> Talensecties -> Nederlands
VLS
grijze pakken die elkaar de hand boven het hoofd houden. Het wordt niet behartigd door regeringswilde randcriminelen die
Vereniging Leraren Schoolmuziek
ondanks veroordelingen en aanklachten met een schijnheilig
Vereniging Onderwijs Kunst & Cultuur
gezicht in de kamer blijven zitten, omdat zij de delicate rege-
Secretariaat: Kluppelshuizenweg 32, 7608 RL Almelo Tel. (0546) 491745
[email protected] www.vls-cmhf.nl
ringsbalans niet willen verstoren. Wij hebben niet voldoende politieke en maatschappelijke zwaargewichten die betekenisvol druk kunnen geven. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat
Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 oktober
bij de bezuinigingsrondes keuzes gemaakt worden die ingege-
VONKC
ven worden door de vertegenwoordigers van het directe
Vereniging Onderwijs Kunst en Cultuur
kapitaal, multinationals en industrie. We leveren echter direct
Secretariaat:
en indirect ook veel geld op. De musicalwereld is tegenwoordig
Kluppelshuizenweg 32, 7608 RL Almelo. Tel. (0546) 491745
een succesvolle business, om maar iets te noemen. Dutch
[email protected],
design en architectuur is hot. Kunst leert divergent denken in
www.vonkc.nl
Het moet niet gekker worden
2
Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 november
Colofon KUNSTZONE
REDACTIE
VERKOOP ADVERTENTIES
Tijdschrift voor kunst en
Jan van Gemert
Jan Verschaeren
cultuur in het onderwijs
Olga de Kort-Koulikova
Kluppelshuizenweg 32
NUMMER 1, januari 2011
Saskia van der Linden
7608 RL Almelo
Kunstzone wordt uitgegeven
Twan Robben
tel. (0546) 491745
door Stichting Kunstzone.
Paul Rooyackers
[email protected]
Thea Vuik
Abonnementen: binnenland € 49,75 buitenland € 72,50 Het abonnementsjaar loopt van 1 januari t/m 31 december. Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 november
002959-KunstZone januari 2011.indd 2
HOOFD- EN EINDREDACTIE
Wil & Hans Weikamp
VORMGEVING EN DRUK
Ruud van der Meer
Janneke van Wijk
Drukkerij Libertas
[email protected]
Bunnik
Jan Verschaeren
www.libertas.nl
[email protected]
14-12-10 14:37:51
3
Inhoud plaats van een op een. Nou ja, ik hoef het u allemaal niet uit te
Kunstsector in actie
4
leggen. Het probleem zit hem in dat ‘indirect’. De oorsprong van
Digizone
6
het briljante, grensverleggende idee wordt al snel vergeten.
Kunstvakken vanzelfsprekend!
7
Kunst of kunstenaar kun je nu eenmaal niet serieus nemen. Kunst en cultuur leiden onder andere daarom in ons bestel een
Beeldend theater
8
Kunstpodium T
10
@Web: Gekke overeenkomsten
11
marginaal bestaan. Ik baal waarschijnlijk, omdat we niet in staat zijn ons betekenisvol te laten vertegenwoordigen op plaatsen waar het er toe doet. Het gevolg is is dat we altijd lijken te moeten schooieren. Bij de kaasschaaf methode is de plak ‘kunst’ procentueel aanzienlijk dikker. De gevolgen van een bezuiniging
Thema Kunst en gekte Oeteldonk meer dan gekkigheid Het Gemintemuzejum in Den Bosch
worden ook niet echt goed gezien. ‘Wij betalen de boeken, laat
Het vijfde seizoen
de ouders dan maar voor cultuur betalen, en laten we dan met-
Kunstenaarsverblijf bij een psychiatrische instelling
een maar de belasting verhogen.’ Politiek wisselgeld uit een
Broodjeaapverhalen
achterkamertje. Geen visie. Ik denk dat al die manifestaties
Een interview met Theo Meder
geen enkel effect zullen hebben. Kunst en cultuur zijn een onderschatte, verborgen motor en vertegenwoordigen de kleur en warmte, de menselijkheid in onze samenleving. Daar kunnen
16
Kunstwerkplaats voor mensen met een beperking of ontwikkelingsstoornis
18
deSchets communiceert via verf Teken- en schilderatelier met onderwijsprojecten
vinden die dat ook vindt.
In hoeverre met gezond verstand? Een interview met Hans van de Braak
In deze tijd waarin voor kunst en cultuur niets meer zeker lijkt,
Dossier Van Gogh
kijken we in deze Kunstzone mee in de geest van kunstenaars
Tentoonstelling in Het Dolhuys Over Vincent van Gogh
waarde, hoewel die in Nederland moeizaam te vinden is.
14
Carte blanche
we nooit genoeg van hebben. Nu nog een Nederlandse Obama
die niet spoorden. Gek, maar toch ook niet. In waanzin zit ook
12
19 20 22
Van Goghjes met twee oren Het leven van een kunstenaar anno 2010
24
Klein ABC van Muziek en Waanzin Alfabetisch overzicht van waanzin in de muziek
26
De redactie wenst u het allerbeste voor het nieuwe jaar! Ruud van der Meer
Zorgleerlingen de dupe
28
Dans als schoolvak in het VO
30
Amir Pool neemt afscheid
32
Muziek horen, zien en voelen
34
Belevingswereld: Taal
36
Recensies muziekboeken
37
Muziek: een vak apart?
38
Het dansende kind
40
STICHTING KUNSTZONE
© STICHTING
Omslag:
Rechtsbijstand voor VLS- en VONKC-leden
41
Jan Verschaeren
KUNSTZONE
Zelfportret Stefan
Kluppelshuizenweg 32
Niets uit deze uitgave mag
Actief met CKV
42
7608 RL Almelo
worden verveelvuldigd
Kasper
[email protected]
en/of overgenomen zonder
www.kunstzone.nl
schriftelijke toestemming
Zie: ‘Van Goghjes
van de uitgever.
met twee oren’
Foto: Stefan Kasper
ISSN: 1570-7989
002959-KunstZone januari 2011.indd 3
14-12-10 14:37:53
4
januari 2011
Kunstsector in actie Bezuinigingen treffen kunst en cultuuronderwijs
002959-KunstZone januari 2011.indd 4
14-12-10 14:37:58
5
De cultuurkaart kan verdwijnen volgens de nieuwe regering. Dit heeft samen met andere bezuinigingen een enorme impact op het onderwijs in kunst en cultuur. Het verplichte vak CKV en de daarbij behorende verplichte activiteiten blijven wel bestaan. Hoe is dit plan om de cultuurkaart te schrappen te verklaren? Heeft de politiek wel een goed beeld van wat er ontwikkeld is op het gebied van cultuur in het onderwijs en de rol die de cultuurkaart daarin speelt? Kunstzone zoekt naar antwoorden met Walter Groenen (directeur Cultureel Jongeren Paspoort), Piet Hagenaars (directeur Cultuurnetwerk Nederland) en Rien van der Vleuten (directeur Fontys Hogeschool voor de Kunsten).
Jan van Gemert
‘De bezuinigingen in de culturele sector hakken er flink in, met alle gevolgen voor het onderwijs. Teleurstellend na de investeringen die in twaalf jaar zijn gedaan. Er is hard gewerkt en er zijn vele resultaten geboekt die je niet om zeep moet helpen. Je moet kijken naar wat hiervan voor de toekomst van waarde is,’ aldus Walter Groenen. Helemaal onverwacht konden de kabinetsplannen echter niet zijn, want zoals Piet Hagenaars in juni al in Kunstzone schreef, liet de VVD al in haar verkiezingsprogramma weten geen toegevoegde waarde te zien in de cultuurkaart. De werking ervan ten opzichte van andere kortingssystemen is niet aangetoond en de uitvoeringskosten zouden veel te hoog zijn. Bovendien werd in datzelfde programma al aangekondigd om 200 miljoen op de kunstensector te willen bezuinigen. Dit is éénvijfde van het budget voor kunst en cultuur. Gedoogpartner PVV wilde in haar programma van geen enkele kunstsubsidie weten, met uitzondering van erfgoed, bibliotheken en musea. Van het CDA viel, gezien zijn programmatische nadruk op amateur- en volkskunst, weinig weerstand te verwachten. De 200 miljoen staat in het regeerakkoord als structurele bezuiniging in 2015, resultaat van een jaarlijkse verhoging, te beginnen met 30 miljoen in 2011. Dit komt bovenop de al ingeboekte bezuiniging door het demissionaire kabinet van 18 miljoen euro voor 2011. Het gaat behalve om het afschaffen van de cultuurkaart ondermeer ook om bezuinigingen op de kunstproducerende instellingen, verhogen van de BTW voor podiumkunsten (toegangskaartjes) en van kunstaankopen van 6% naar 19% en afschaffing van de WWIK (Wet Werk en Inkomen Kunstenaars). Voor de muziekwereld is het opheffen van het Muziekcentrum voor de Omroep per 2013 een enorme klap, omdat die het einde betekenen van drie succesvolle orkesten en het omroepkoor. Er zijn allerlei protesten geweest met De schreeuw om cultuur in 63 steden als hoogtepunt. Ook wordt net voor de begrotingsbehandeling van 13 december een petitie aangeboden om de cultuurkaart te behouden. Dankzij de cultuurkaart kunnen scholen voor hun leerlingen een aantal malen per jaar voorstellin-
gen en workshops binnen schooltijd organiseren. Als aanvulling op de reguliere kunstvakken maken leerlingen kennis met verschillende kunstdisciplines en komen ze in contact met professionele kunstenaars. Daarnaast organiseren scholen in samenwerking met kunstinstellingen allerlei activiteiten en kunnen de leerlingen met het tegoed op hun cultuurkaart de voor CKV verplichte culturele evenementen gedeeltelijk betalen. Beeldvorming Het afschaffen van de cultuurkaart is moeilijk te verklaren. Groenen: ‘De regeling is vanaf dag één massaal omarmd. Het instrument cultuurkaart is geoormerkt geld en stelt scholen in staat cultuureducatieprogramma’s te ontwikkelen. Het aardige van de regeling is dat scholen en culturele instellingen tot elkaar zijn veroordeeld. De cultuurkaart zorgt voor allerlei samenwerkingsprojecten die een extra dynamiek veroorzaken tussen scholen en culturele instellingen. Het is teleurstellend dat er nu een trendbreuk wordt toegepast.’ Hagenaars ziet dat het slecht gesteld is met de beeldvorming: ‘Dit meerderheidskabinet met gedoogsteun van PVV heeft een beperkt beeld van CKV, namelijk dat het alleen gaat om leuke dingen zoals naar de bioscoop gaan bijvoorbeeld. De kaart wordt ook goed gebruikt, beslist voor veel meer dan om met vrienden naar de film te gaan. Meer dan veertienhonderd scholen hebben de kaart aangevraagd voor bijna een miljoen leerlingen. Daarbij komt dat je het beeld ondersteunt dat jonge mensen in contact komen met culturen en hun omgeving. Door dat weg te halen kom je in een financieel gat terecht dat ook symbolisch is, namelijk dat het minder belangrijk gevonden wordt. Maar het is tegelijk ook een simpele uitruil. Ondermeer het CDA wil dat de gratis schoolboeken doorgaan. Het is een beetje onzin, maar dan moet de cultuurkaart maar verdwijnen. Dit omdat de ouders door de gratis schoolboeken geld overhouden om die bijdrage voor culturele activiteiten te betalen.’ Volgens Groenen hebben veel ouders geen goed beeld van de omgeving waarin een kind tot leren komt: ‘Cultuuronderwijs helpt om een veilige omgeving te creëren waarin jongeren kunnen leren. Culturele ervaringen maken dat kinderen op een andere manier tegen zaken aankijken, wat
Foto: Jessy van Dinther
002959-KunstZone januari 2011.indd 5
14-12-10 14:38:00
6
januari 2011
hun creatieve vermogens vergroot. Ze leren er letterlijk van denken. Leren is dus meer dan reproduceren uit een boek. Bovendien is CKV een verplicht vak, en dus moeten de bijbehorende verplichte culturele activiteiten bekostigd worden.’ Rien van der Vleuten signaleert een rancune tegen kunst en cultuur en snapt niet waar die vandaan komt: ‘Ik kan me voorstellen dat mensen ons niet zo goed begrepen hebben, dat is overigens het commentaar dat we op onszelf moeten richten. We zullen moeten kijken naar waar die rancune vandaan komt. Misschien hebben we voor onszelf veronachtzaamd om uit te leggen wat wij zo vanzelfsprekend vinden. Daar moeten we lering uit trekken, maar om dat nou daarom af te straffen met dat je het niet goed hebt uitgelegd?’
Culturele instellingen hebben ook geschokt gereageerd op de bezuinigingsplannen. Voor hen is de cultuurkaart behalve een instrument tot samenwerking met scholen ook een bron van inkomsten. Daarbij komt dan nog eens de BTW-verhoging op de toegangskaartjes en de bezuinigingen op de kunstproducerende instellingen. Groenen legt uit dat er een aantal instellingen is die zich gespecialiseerd hebben op cultuureducatie binnen het voortgezet onderwijs. Deze bezuiniging is voor hen een grote bedreiging. De meeste instellingen die CJP spreekt, hebben het dan ook over een groot verlies. De VVD wil dat culturele instellingen gaan ondernemen, maar met name zelfstandigen zijn hiervan de dupe: de kunstenaar in de klas en de ongesubsidieerde aanbieders van cultuur. Lange termijn Docenten en leerlingen zijn in actie gekomen, zoals met het ondertekenen van de petitie Steun de cultuurkaart. Het heeft kennelijk even geduurd voordat de omvang van de bezuinigingen goed doordrong. Groenen: ‘Het is belangrijk dat de verhalen over cultuuronderwijs goed voor het voetlicht komen. Wat is er in geïnvesteerd, wat hebben we gedaan, hoe wordt het ingevuld op de scholen en wat zijn de effecten? Dus ik zou willen dat docenten en vakverenigingen die verhalen vertellen aan de politici. Als de plannen van de staatssecretaris echt bekend zijn, kan er meer gericht actie worden gevoerd.’ Ook Hagenaars vindt dat er meer moet gebeuren: ‘Het verbaast me dat ik zo weinig hoor van de
002959-KunstZone januari 2011.indd 6
vakverenigingen. In feite hebben de leraren namelijk nu nog via de cultuurkaart het geld. Bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten zou elk van de 2800 docenten die Kunstzone ontvangt, er tien mensen bij moeten betrekken met als uitgangspunt dat we niet stemmen op de partijen die de bezuinigingsplannen doorvoeren.’ De VO-raad laat weten tegen alle bezuinigingen op onderwijs te zijn, maar de inhoudelijke invulling daarvan aan de scholen over te laten. Dus geen specifiek standpunt over de bezuinigingen op de cultuurkaart. Van der Vleuten: ‘Veel erger is dat het op lange termijn grote gevolgen heeft voor de keten. Cultuur is absoluut nodig om de verbeelding in stand te houden en betekenis te geven aan de dingen die er om ons heen zijn. De jonge makers die hier van de opleiding komen, moeten we ondersteunen om dat bruggetje te maken. We moeten de gelegenheid aangrijpen om in alle vormen van onderwijs cultuur even belangrijk te laten worden als sport. En daar moeten we vakbekwame mensen op zetten. Ik heb hierbij alle vertrouwen in de kunststudenten, zij gaan altijd voor hun passie.’ Overigens zijn er ook feiten bekend over hoe kunst en cultuur worden beleefd. Piet Hagenaars noemt het rapport Betekenis van kunst en cultuur in het dagelijks leven van Motivaction: ‘Uit onderzoek blijkt dat het draagvlak voor kunst en cultuur breed is, heel veel breder dan politici ons doen geloven. En heus niet alleen voor hoge vormen ervan, maar ook voor nieuw en alledaags. Bijna negen van de tien Nederlanders vinden dat kunst en cultuur ‘voor iedereen’ is en vier van de vijf vinden het belangrijk dat er kunstenaars zijn. Ook staat erin dat een ruime meerderheid van de Nederlanders de totale rijksuitgaven aan kunst en cultuur helemaal niet te hoog vindt. Met name als het gaat om de ontwikkeling van kinderen is het draagvlak voor subsidiëring onder de Nederlandse bevolking zeer groot. 93% vindt het belangrijk dat kinderen opgroeien met kunst en cultuur.’ Verder Bij het schrijven van dit artikel is het nog niet bekend wat de behandeling in de Tweede Kamer van de bezuinigingsvoorstellen op cultuur en met name ook de cultuurkaart oplevert. Wel duidelijk is dat in de komende jaren de beeldvorming over kunst en cultuur een belangrijk onderwerp is. Hoewel het onderzoek van Motivaction laat zien dat het draagvlak breed is, komt dat kennelijk niet over bij de politici. Dit terwijl - dankzij actieve cultuurparticipatie - dit draagvlak alleen maar groter kan worden. Piet Hagenaars formuleert het in zijn blog als volgt: ‘Kunstvakken op school bieden alle kinderen en jongeren kans op kennismaking met en verdieping in kunst en cultuur. Niet alleen door kijken en luisteren, maar zeker ook door zelf doen, de actieve vorm van participatie. En daarvoor geldt hetzelfde als wat het regeerakkoord over sport zegt: ‘Kinderen en jongeren kunnen zich dankzij sport (en kunstbeoefening) gezonder en socialer ontwikkelen.’
Kunst en Vliegwerk in de database Duo-opdracht waarin leerlingen met het thema VMBO GL & TL 2011 kennis kunnen maken. De opdracht bestaat uit een lesbrief, oriëntatiefase en een uitwerking van de opdracht. Een PowerPoint-presentatie en een opdracht met video/computer maken deel uit van de voorbereiding. Ga naar http://leermiddel.digischool.nl/vo Kies: Beeldonderwijs, VMBO 3/4 In de database zoeken op: Arjan Oosters
De spiegel aan scherven als een toets in de database Vragen, tekstbijlage, afbeeldingen en een correctiemodel. Ga naar http://leermiddel.digischool.nl/vo Kies: KUA, HAVO, VWO In de database zoeken op: Agnes van Beek
Kleding ontwerpen in de database Wie droomt er niet van net zo mooi te zijn als de modellen in de media? Wie ziet zichzelf al met verleidelijke blik en uitdagende houding op een bladzijde in Flair of Elegance? Dat kan! Door een keer over de catwalk van een zelfgeorganiseerde modeshow te stappen. Ga naar http://leermiddel.digischool.nl/vo Kies: CKV, VMBO 3/4 In de database zoeken op: Gemke Aben
14-12-10 15:38:46
7
Kunstvakken vanzelfsprekend! Toine Wevers
Kunstvakken vanzelfsprekend! Maar… Waartoe en waarheen? Wat moeten leerlingen dan kennen en kunnen? Wat is de essentie van wat je leerlingen door middel van juist deze vakken wil meegeven?
Met onder andere deze ‘gewetensvragen’ zien docenten en schoolleiders zich geconfronteerd op één van de landelijke gespreksrondes van de Verkenningscommissie Kunstvakken. Het levert een breed scala van antwoorden op die variëren van ‘Winst van het nieuwe kunstvak is dat je niet in hokjes denkt’ tot ‘Het gaat niet om één techniek, maar om de complete kunst. De praktijk is breder geworden’ of ‘Alle theorie moet ten dienste staan van de praktijk’ en ‘Wij leiden niet op tot kunstenaar’. Op dinsdag 27 april 2010 is op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de Verkenningscommissie Kunstvakken geïnstalleerd. De commissie heeft de unieke opdracht zich te buigen over de toekomst van de kunstvakken en voorstellen te doen voor de ontwikkeling van de kunstvakken in de Tweede fase van HAVO en VWO. Die opdracht luidt: ‘Het is aan de commissie om een helder en eenduidig advies uit te brengen over de toekomst van de kunstvakken, omdat de huidige tweedeling tussen de vakken ‘oude’ en ‘nieuwe’ stijl niet langer houdbaar is. Het uiteindelijke advies moet gestoeld zijn op een reëel beeld en een breed draagvlak van wat in het veld leeft bij docenten, scholen en opleidingen.’ Overigens heeft het ministerie expliciet aangegeven dat een centraal praktijkexamen voor de kunstvakken geen haalbare optie is. Eind 2011 zal het advies aan het ministerie worden aangeboden en worden gepresenteerd. Van Groningen tot Maastricht, van Middelburg tot Emmen, de afgelopen maanden zijn de leden van de Verkenningscommissie Kunstvakken het land doorgetrokken om in gesprek te gaan met het veld. Hoe kijken ervaringsdeskundigen zoals docenten en schoolleiders aan tegen de verschillende kunstvakken? Welke vakken worden op hun school gegeven, waarom zijn ze ooit tot die keuze gekomen? Wat zijn hun ervaringen? Het gaat daarbij dan niet zozeer om de eventuele legitimering van dergelijke vakken maar om het kritisch stilstaan bij de huidige situatie. Uit de gesprekken kwam een schakering aan meningen en ideeën tevoorschijn. Er werden zeer verschillende suggesties gedaan, bijvoorbeeld het aanbieden van KuA met meer inhoudelijke bagage en dan losgekoppeld als een apart vak zoals filosofie. Of bijvoorbeeld de optie om de verschillende kunstvakdisciplines zoveel mogelijk herkenbaar te laten blijven.
002959-KunstZone januari 2011.indd 7
Zoals verwacht zijn de meningen verdeeld over toetsing en examinering. De een vindt dat het vak zonder centraal examen vervalt tot een hobby, de ander vindt dat het vak juist meer ruimte en diepgang krijgt als het centraal examen achterwege blijft. Als tip kreeg de commissie mee om ook goed te kijken naar voorbeelden en good practices uit het buitenland.
Uitnodiging Wilt u ook van gedachten wisselen met de Verkenningscommissie Kunstvakken en bent u docent beeldende vormgeving, tekenen, audio-visueel, textiele vorm-
Inmiddels zijn ook leerlingen gevraagd naar hun ervaringen bij de verschillende kunstvakken. Diverse specialisten uit wetenschap en onderwijs zoals Cito en CvE zijn uitgenodigd om tijdens één van de commissievergaderingen hun visie met de commissie te delen. Medewerkers van koepelorganisaties als VSNU, VO-raad en HBO-raad worden geraadpleegd over hun visie op de kunstvakken. Om het beeld volledig te maken, als een soort nulmeting, worden deze winter nog bijeenkomsten georganiseerd met docenten uit verschillende vakdisciplines. Op basis van deze eerste informatieve gespreksrondes filtert de commissie onderzoeksvragen die vervolgens komend jaar uitgewerkt zullen worden. De antwoorden op deze onderzoeksvragen leveren mede input voor het advies dat eind 2011 aan de minister wordt voorgelegd.
geving of handvaardigheid? Op maandag 24 januari organiseert de Verkenningscommissie Kunstvakken een gespreksronde om met u te praten over de toekomst van de kunstvakken in de Tweede fase. Locatie: Hogeschool Domstad, Lange Viestraat 2 B, 3511 BK Utrecht. Ingang De Planeet (schuin tegenover De Bijenkorf). Tijd: van 16:30 tot 18:00 uur. Meld u aan door te mailen naar
[email protected].
14-12-10 14:38:02
8
januari 2011
Beeldend theater Op zoek naar bezielde kunst Jan van Gemert
Een scriptie in de vorm van een zoektocht naar bezielde kunst. Een reis langs de geschiedenis van het Nederlandse beeldend theater die tenslotte uitkomt bij de hedendaagse theatermakers. Inzichten van pioniers worden verbonden met persoonlijke bevindingen. Jaarlijks worden er vele scripties geschreven aan kunstopleidingen, maar meestal zijn deze bestemd voor een klein publiek. Kunstzone brengt de eindscriptie theorie der kunsten van Marian Verdonk voor het voetlicht. Zij studeerde er cum laude mee af aan de opleiding docent Beeldende Vorming eerste graads van de Fontys Hogeschool in Tilburg.
Beeldend kunstenaar en schrijfster Charlotte Mutsaers stelde jarenlang de volgende vraag aan mensen om haar heen: ‘Niet om het een of ander, maar heb jij weleens om een schilderij gehuild?’ En niemand kon daar bevestigend op antwoorden. Deze uitspraak leidde voor Verdonk tot de vragen als: Is het mogelijk om door beeldende kunst een concrete emotie los te maken? Kan een dood voorwerp een levende reactie oproepen? Wanneer ervaren we bezieling, en wordt onze ziel geraakt? Deze laatste vraag is zo persoonlijk dat iedereen hem anders zal beantwoorden. Verdonks zoektocht begint bij Feike Boschma (1921), de nestor van het Nederlandse poppenspel. Het feit dat hij geen tekst gebruikt is ongehoord, hij is daarmee zijn tijd ver vooruit. De beweging is volgens hem essentieel om een pop tot leven te brengen. Voor hem is de pop een attribuut, door ermee te gaan spelen wordt er pas een verhaal verteld. Dit verhaal hoeft geen lineaire vertelling te zijn. Beeldend theater kenmerkt zich door poëzie, de associatie zonder lineaire logica. Dode objecten worden leven ingeblazen en krijgen een ziel. Verdonk vraagt zich af in hoeverre de beweging inderdaad essentieel is voor de bezieling. Is het mogelijk een verhaal te vertellen in een stilstaand beeld? Ofwel om de spanning van een tijdskunst te vangen in een voorwerp? Met een reis langs pioniers van het beeldend theater in Nederland wordt een ontwikkeling geschetst. In de jaren zeventig die zich kenmerkten door het collectief, ontstond Dogtroep die vooral beeldende locatietheatervoorstellingen maakt waarbij het juist gaat om de inhoud. Het visuele spektakel, vaak ondersteund door onwaarschijnlijke installaties, is niet doel op zich. Dogtroep als enorm laboratorium van menselijke creativiteit om daarmee vaste kaders te doorbreken. De gevangenis in Brugge is door Dogtroep gebruikt
002959-KunstZone januari 2011.indd 8
om het publiek op ontdekkingsreis mee te nemen door gangen, luchtruimtes en cellen. Daarbij zochten ze naar het verhaal vóór de gevangenis, vóór de misdaad. Over hoe het leven eruit zag van de latere misdadigers, voordat het misging. Dogtroep toont ook wat mensen samen voor elkaar krijgen, het was een manier van leven om intensief samen beeldend locatietheater te maken. Aan de theorievorming over beeldend theater heeft Warner van Wely een belangrijke bijdrage geleverd nadat hij in 1988 Dogtroep verliet. Hij weet op ervaring gebaseerde uitgangspunten vast te leggen. ‘Geen voorstellingen, maar acties. Geen vaste speelplekken maar verplaatsingen. Geen ingestudeerd stuk maar een uitgedachte actie in contrast met het beeld van het stedelijk landschap. Het gaat niet om de boodschap van de maker, maar wel om wat de maker weet op te roepen met de zijn handeling.’ En over zintuigen en impulsen: ‘Het is niet nodig om theater te maken alleen maar om naar te kijken, of alleen maar muziek om naar te luisteren. Het is effectiever technieken uit verschillende disciplines te combineren. Beeldende kunst, fysiektheater, muziek. De opgave is om de aspecten van deze disciplines zo te gebruiken, dat mensen er voor in beweging komen, omdat ze het willen meemaken.’ Anet van de Elzen maakt behalve beelden en foto´s ook performances, waarin zij een nieuwe uitdrukkingsvorm heeft gevonden. Tijdens haar performances waarbij bijvoorbeeld langdurig een lied werd gezongen communiceerde de concentratie. ‘De ervaring van het doen is bij elke performance de essentie van het werk. Dat je er anders uitkomt dan je er in bent gegaan.’ Van de Elzen belichaamd, zoals eerder Trajekt Theater, beeldende kunst in trage buitenvoorstel-
lingen en performances. Zij zien bezieling van de figuren als wezenlijk. Het zijn serieuze voorstellingen en er ontstaat een bijna sacrale sfeer. Daar tegenover staan voorstelling van beeldende kunstenaars, die min of meer een absurdistische setting creëren zoals Hauser Orkater, Alex van Warmerdam en Vis à Vis.
Scriptie BEELDEND THEATER op zoek naar bezielde kunst Marian Verdonk Eindscriptie theorie der kunsten, mei 2010 63 pagina’s De scriptie is in te zien op www.marianverdonk.nl.
14-12-10 14:38:07
9
poppen een belangrijke rol geven in hun voorstellingen.
Ulrike Quade – The Wall Foto: Ben van Duin
Ruimte voor inleving Verdonk heeft zich in haar scriptie gebaseerd op bezoeken aan veel voorstellingen. Hierdoor en door literatuuronderzoek, tentoonstellingsonderzoek komt zij dankzij de zoektocht naar bezieling steeds meer tot een afbakening. Zo komt Verdonk weer uit waar ze begon, namelijk bij poppen- en objecttheater, waar volgens haar de beeldende kunst en theater werkelijk samen komen en leiden tot bezieling. Er volgen indringende gesprekken met theatermakers Duda Païva, Ulrike Quade en Meike van den Akker die
Tg. Winterberg (Meike van den Akker en Marlyn Coetsier - Hysteria Foto: Ben van Duin
Duda Païva, die met levensgrote schuimrubberen poppen werkt, zegt dat deze figuren een speler nodig hebben om tot leven te komen, want anders blijft het een hoopje schuimrubber. De manipulator brengt ze tot leven in een geanimeerde vorm. ‘Ik maak altijd een conflict tussen de manipulator en de pop. Dat kan een haat-liefde verhouding zijn, maar ook een ander emotioneel contrast. Als ik geen contrast zou gebruiken, dan zouden mens en pop hetzelfde zijn. Waarom zou ik dan een pop gebruiken?’ Hij vertelt dat een pop veel beeldende mogelijkheden heeft om uit te drukken wat hij zo essentieel vindt in zijn voorstellingen. ‘Een pop is een vat vol herinneringen die aan ons zichtbaar worden gemaakt om zo een verhaal te vertellen.’ ‘Poppen zijn een soort spiegelbeeld,’ zegt Ulrike Quade, die poppen maakt, onder meer geïnspireerd op werk van Francis Bacon: ‘Ik ben steeds meer op zoek naar poppen die een sfeer spiegelen. Poppen die ruimte laten, niet als archetype als de boze of de vreetzak.’ Interessant is dat zij poppen een gevoel van beweging wil geven door gebruikmaking van muziek, geluiden, tekst en concentratie van de tegenoverstaande speler. ‘Toch is het verhaal belangrijk,’ zegt Meike van den Akker, die objecttheater maakt. ‘Dit verhaal hoeft geen Aristotelische opbouw te hebben met een hoofdfiguur en een plotlijn en een duidelijke ontwikkeling. Maar er moet wel een dynamiek zijn, om een spanning te creëren. Een voorstelling is saai als de bedoeling te ver van je wegblijft.’ Zij ziet poppenspel als een verruiming van de mogelijkheden als speler en wisselt ook voordurend tussen pop-personage en haarzelf. Helemaal aan het einde van de scriptie komt Verdonk uit bij de beelden van Ron Mueck. ‘De beelden zijn echter dan echt in tegenstelling tot de wassen beelden bij Madame Tussauds. Mueck maakt beelden zoals
Zandbeeld - Landscape performance 1 Zandbeeld - Landscape performance 2 Foto’s: Marian Verdonk
wij mensen ervaren, dat wat opvalt aan een figuur wordt net iets versterkt en dat maakt ze zo levensecht. Zij omvatten een verstilde bezieling. Zo bezien is de kloof tussen beeldend theater en beeldende kunst niet zo groot. En kunnen stilstaande beelden ook een gevoel en daarmee een beweging communiceren.’ Niet voor niets zegt Verdonk dan ook in het slotwoord dat de ruimte voor inleving als kern geldt voor de bezieling. De scriptie is gebaseerd op de sterke eigen fascinatie en de daarop gebaseerde zoektocht door de geschiedenis van beeldend theater. Verdonk haakt aan bij de theoretische inzichten van makers zoals Warner van Wely. Zij verstaat hun taal goed omdat Verdonk zelf ook maker is van beeldende kunst, theatervormgeving en kostuums. Hierin zit wel een beperking omdat de theorie door deze aanpak minder is gebaseerd op een overstijgend theoretische kader van beeldende kunst en beeldend theater. Maar toch weet Verdonk dankzij het vasthouden aan haar persoonlijke onderzoeksvraag naar bezieling van beelden tot een kern te komen, met name door aan theatermakers heel gerichte vragen te stellen. Hierdoor is het een interessante en erg leesbare scriptie. Bovendien is deze visueel prachtig vormgegeven met veel ruimte voor foto’s. Geen wonder dat de scriptie is genomineerd voor de Fontys Scriptieprijs. Het boekwerk verdient dan ook een grotere oplage. Jan van Gemert is theaterdocent op het Koning Willem I College te ‘s- Hertogenbosch.
002959-KunstZone januari 2011.indd 9
14-12-10 14:38:17
10
januari 2011
Kunstpodium T ‘Kunstpodium T is hét laboratorium en platform voor kunstacademiestudenten en startende kunstenaars. Het draagt bij aan de ontwikkeling van de kunstenaarsidentiteit en cultureel ondernemerschap voor een nieuwe generatie kunstenaars.’ Kunstpodium T is ontstaan door een kunstproject in Galerie Hoogvensestraat van Zeus Hoenderop, filmmaker en sinds 2009 Nachtburgemeester van Tilburg. Eindexamenstudenten van de Academie voor Beeldende Vorming (ABV) van Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg werden door Zeus gevraagd om eigen werk te ontwikkelen en in estafette te exposeren. Deze estafette-expositie liep van oktober 2006 tot en met maart 2007. Tijdens de estafette-exposities stond steeds de vraag centraal: ‘Wat heb je nodig om tot een volwaardige ontwikkeling van je beroepspraktijk te komen? Hoe word je zelfstandig cultureel ondernemer?’ Hieruit kwam naar voren dat er behoefte is aan een professioneel uitgerust kunstpodium dichtbij de opleiding en middenin de stad, dat de ontwikkeling en de zichtbaarheid van (beginnend) kunstenaars een impuls geeft en ook de opleiding ten goede komt. Kunstpodium T voorziet in deze behoefte. Individuele kunstenaars zijn opgeleid hun eigen werkelijkheid te vertalen en verbeelden tot een kunstwerk, maar niet tot de praktijkwereld in de kunsten. Deze tijd verlangt van een kunstenaar zich steeds meer als een ‘cultureel ondernemer’ te kunnen profileren, waarin een identiteit, presentatie, tentoonstellingservaring en een netwerk voor je product van belang is. Hoe kan een student, als beginnend kunstenaar, in de kunstwereld terecht komen? Brugfunctie De markt en actoren van de kunstwereld worden door startende kunstenaars als ontoegankelijk ervaren. Deze kunstenaars geven aan na de kunstopleiding op zichzelf te zijn aangewezen en moeite te hebben hun werk onder de aandacht te brengen in het culturele veld en zo te voorzien in hun eigen levensonderhoud. De studenten zijn wellicht interessante kunstenaars, maar ze missen de ervaring om aansluiting te vinden bij de kunstwereld. Omdat zij geen fysieke tentoonstellingsplek hebben of nog geen bekendheid hebben opgebouwd, blijven zij onzichtbaar voor de kunstwereld, in stand gehouden door onder andere musea, galeries, journalisten en critici. Kunstpodium T zoekt hoe het een brugfunctie kan vervullen tussen de academie en de kunstwereld. Kunstacademies laten een belangrijk onderdeel liggen in hun doel een autonoom kunstenaar op de markt te zetten. Zij houden zich bezig met de inhoudelijk en ambachtelijke ontwikkeling van de kunststudent, maar missen de schakel met de beroepspraktijk. Na een veilige periode in de academiebaarmoeder, worden de studenten vrijwel
002959-KunstZone januari 2011.indd 10
Thea Vuik
aan hun lot overgelaten. Kunstpodium T vormt deze schakel door met een stevig been in de beroepspraktijk te staan. Onder begeleiding van een professionele intermediair (‘de externe uit het werkveld’) kunnen studenten in groepsverband werken aan het ontwikkelen van een kunstenaarsidentiteit. Deze co-creatie zorgt voor kennisuitwisseling, inspiratie, verbeelding en transformatie. Vervolgens komt er een tentoonstelling die zorgt voor een confrontatie met het publiek. Door deze confrontatie worden er andere vragen en eisen gesteld, dan op de academie gebruikelijk is: ‘Wie is mijn publiek? Hoe verhoudt mijn werk zich tot de ruimte? Wat communiceert mijn werk naar de buitenwereld? Hoe presenteer ik mijn werk optimaal, zodat het goed uit de verf komt?’ Daarnaast worden de aankomende kunstenaars zichtbaar in het culturele leven door het directe contact met het publiek. Leerling/Meester In het jaar 2007 is Kunstpodium T gestart met een startsubsidie van gemeente Tilburg, provincie Brabant en de Rabobank in het pand aan de Noordstraat. Sindsdien zijn er Leerling/Meesterexposities, waarin studenten de mogelijkheid wordt geboden kunstwerken te ontwikkelen en exposeren. Per expositie worden vier tot vijf veelbelovende eindexamenstudenten geselecteerd die worden begeleid door een gerenommeerde kunstenaar, de zogenaamde meester. Dit zijn studenten van de kunstacademies van Tilburg, Utrecht en Rotterdam en vanaf 2011 komen daar de academies van Antwerpen en ’s-Hertogenbosch bij. De leerlingen werken intensief samen met de meester aan kunstwerken en een tentoonstelling. Zij leren zo de kneepjes van het vak kennen en zetten hun eerste stappen in hun cultureel ondernemerschap. Het resultaat is een jaarprogramma van bijzondere exposities voor een breed publiek. De hoofdprogrammering van Kunstpodium T richt zich op de beeldende kunst in de breedste zin van het woord: schilderijen, tekeningen, sculpturen, installaties, video/film, fotografie, performances, Een van de expositieruimtes Foto Thea Vuik
enzovoort. Daarnaast zorgen gastprojecten er voor dat er ruimte blijft bestaan voor het experiment en de laboratoriumfunctie. In het experiment zit namelijk de ruimte tot groei en vernieuwing. Zo vinden er geregeld dansvoorstellingen plaats, kleine concerten en muziekuitvoeringen, theatervoorstellingen, poëzie, enzovoort. Kunstpodium T is een platform geworden dat een dwarsdoorsnede toont van het professionele vermogen van de kunststudenten van verschillende academies in Nederland en België. Zo ontstaat een uitwisseling van kennis en ervaring tussen studenten van verschillende opleidingen, maar ook tussen de verschillende academies. Deze uitwisseling trekt ook experts aan uit het veld om aankomend talent of ontwikkelingen te scouten en met elkaar in contact te komen. Kunstpodium T behoudt creativiteit in Brabant en trekt creativiteit van buiten de provincie aan. Meesterproef Komend seizoen zal een nieuw project worden gelanceerd, genaamd Meesterproef. Voor de Meesterproef worden talentvolle oud-studenten/ deelnemers aan eerdere edities van het Leerling/ Meester-project uitgenodigd om de Meesterproef te ondergaan. In de Meesterproef krijgt de jonge kunstenaar in een korte werkperiode met aansluitende solo-expositie de kans zichzelf te bewijzen als volwaardig kunstenaar en Meester. Tijdens deze periode wordt hij of zij bijgestaan door professionals uit het veld die hem voorzien van feedback: bijvoorbeeld een galeriehouder, een kunstcriticus, een curator en een collega kunstenaar. Jaarkunstenaar Sinds 2008 nodigt Kunstpodium T een hedendaags bekend kunstenaar uit die in een periode van een jaar zijn of haar visie en netwerk inzet om Kunstpodium T actief te ondersteunen met haar programma en nieuwe ontwikkelingen. Hierdoor blijft de organisatie van Kunstpodium T dynamisch en up to date. De jaarkunstenaar was in 2008-2009 Guido Geelen en in 2009-2010 Michael de Kok. Komend jaar 2010-2011 is René Korten de jaarkunstenaar. In het huidige cultuurklimaat wil Kunstpodium T een nieuwe generatie kunstenaars een stem te
14-12-10 14:38:20
11
geven als actieve deelnemers aan het maatschappelijk discours en om meer ondersteuning te bieden bij de bedrijfsmatige kant van cultureel ondernemerschap. Kunstpodium T gaat daarom verder professionaliseren. Enerzijds door het succesvolle Leerling/ Meester-project uit te breiden door nieuwe samenwerkingsverbanden aan te gaan met kunstacademies, anderzijds door het verder ontwikkelen van het programma. Een voorbeeld daarvan is het koppelen van kunstacademiestudenten aan het bedrijfsleven om mee te denken in het oplossen van maatschappelijke vraagstukken in de stad en de regio.
Kunstpodium T opereert inmiddels als curator, ideeëngenerator en bemiddelaar om talentvolle aankomend kunstenaars uit Nederland en België een podium te bieden. Hiermee wordt bijgedragen aan het gunstige vestigingsklimaat voor jonge kunstenaars in de stad Tilburg en een levendig cultureel leven. Participerende kunstvakopleidingen, hun studenten en secretaris Erwin van Braam van de HBO-raad stellen dat Kunstpodium T een belangrijke en onderscheidende positie inneemt als het gaat om onderwijsvernieuwing en kennisontwikkeling voor kunstacademiestudenten in Nederland.
In samenwerking met museum De Pont organiseert Kunstpodium T tijdens het Leerling/ Meester-project een viertal bijeenkomsten in het auditorium van De Pont. Aan de hand van vier thema’s wordt tijdens deze lezingen en/of workshops inhoudelijk dieper ingegaan op het creatief ondernemerschap, het kunstenaarschap en de wereld na de academie. Professionals uit het veld en kunstenaars uit de collectie en projectruimtes van De Pont komen aan het woord.
@web
Gekke overeenkomsten
Thea Zeus-Hoenderop We kunnen en willen in Nederland niet om onze Sinterklaas heen. De magie van deze goedheiligman is voor jonge kinderen onovertroffen. Ook de nieuwbakken regering heeft weinig te schreeuwen, want onze Sint is een product van echt Nederlands erfgoed. In het jaar van de tradities - 2009 - is daarnaar onderzoek gedaan en met stip stond de Sinterklaastraditie op eén, op twee het samen met het gezin optuigen van de Kerstboom (dus niet kerst op zich) en op drie Koninginnedag. Ondertussen zien we - commercieel gevoed beetje bij beetje een Kerstman zijn intrede doen. Vijf december is voorbij en floep… daar staan ineens heel wat dikke Kerstmannen te wuiven in de winkelstraten. Dat is niet iets van de laatste tijd. In de jaren negentig bleek de Kerstman zich zoveel ruimte toe te eigenen dat de Sint bijna verdrongen dreigde te worden. Diverse burger- en winkeliersinitiatieven zijn toen ontstaan zoals bijvoorbeeld de Stichting Nationaal Sint Nicolaas Comité: een in 1993 opgericht pr-gilde voor de Spaanse goedheiligman. Dit gilde dat erg gericht is op de detailhandel, reikt jaarlijks de zilveren pepernoot uit aan die instantie die het feest van
002959-KunstZone januari 2011.indd 11
Sinterklaas in ere weet te houden. Ook zijn er prijzen gekomen voor de mooiste versierde etalages en de mooiste intocht. Zodoende is er toch wel weer meer aandacht voor de Sinterklaastraditie gekomen, want eigenlijk vond men dat dit oer-Nederlandse feest niet mocht verdwijnen. In feite is het puur commercie om de Kerstman hier te promoten. Net zoals we tegenwoordig hier Halloween (afkomstig van ‘ons’ Allerheiligen) opgedrongen krijgen, want dat vult de periode zomer-winter zo mooi op, komt het Tantetje Pos ook goed uit om je lief op Valentijnsdag een kaartje te sturen. Even terug naar die Kerstman... Wist u dat hij direct afstamt van Sinterklaas? Destijds is de Sint door de Nederlanders ‘meegenomen’ naar Nieuw-Amsterdam, het huidige New York. Daar in Amerika is hij in een aantal stadia geëvalueerd tot de Santa Claus die hij nu is. Een vriendelijke tuinkabouter met een baard en een dikke buik. Wat de Sint en de Kerstman naast hun afkomst gemeen hebben, is hun vrijgevigheid. Ik neem in de decembermaand deze eigenschap graag over, omdat ik tijdens een bezoekje aan een docentenmiddag van Museum Boijmans Van Beuningen een overvloed aan art-videotips kreeg die ik u niet wil onthouden:
http://arttube.boijmans.nl www.artbabble.org http://channel.tate.org.uk www.vam.ac.uk/channel www.moma.org/explore/multimedia http://vimeo.com www.youtube.com/play www.wallpaper.com/video http://vernissage.tv/blog www.theartnewspaper.tv www.mtv.com/shows/art_battles/series.jhtml www.pbs.org/art21 www.limboland.tv Tijdens de pauze van deze docentenmiddag viel mijn oog op een stapeltje fraai gedrukte kaarten waarop een dringend verzoek om toch maar op dit museum te stemmen. Ik vond het een beetje raar om zoveel geld in te zetten voor een gewone bedelactie met als doel de Museumprijs 2010 te winnen. Toch heeft deze wortel in de schoen echt geholpen. Een paar dagen later berichtte Museum Boijmans Van Beuningen opgetogen: ‘op 16 november kwam Ron Brandsteder ons met een filmploeg in zijn kielzog feliciteren met een cheque van 100.000 euro’. Naar mijn idee zou een tabbert Brandsteder ook niet misstaan hebben.
14-12-10 14:38:23
12
januari 2011
Kunst en gekte
Oeteldonk meer dan gekkigheid Sinds november wapperen de Oeteldonkse vlaggen voor het Bossche stadhuis. De reden is dat in het Stadskantoor een expositie is ingericht met de naam Carnaval uit de Kunst. De vereniging Oeteldonksche Club van 1882 heeft dit voorjaar in samenwerking met Het Genootschap van het Oeteldonks Vaandel een kunstwedstrijd uitgeschreven. In totaal 39 kunstenaars geven hun visie op het jaarlijkse zottenfeest van de omgekeerde wereld.
Henk Langenhuijsen
Voor wie dit niet genoeg is: de stad heeft een permanente ruimte om de cultuurhistorische waarde van dit gebeuren uit te dragen. In het Gemintemuzejum is veel te halen, ook voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs, die tot hun verbazing ontdekken dat het volksfeest meer inhoudt dan zuipen en gekken en dat er raakvlakken zijn met beeldende kunst, theater, muziek en dans. En met erfgoed natuurlijk, want het Bossche carnaval is een unieke gebeurtenis, ontstaan vanuit de eigen geschiedenis en gebonden aan speciale regels. Wie dat een beetje beter begrijpt, ziet meer dan billenknijpers. Carnaval een ongeregeld zooitje? Vergeet het maar. Regel 1: Gebruik nooit de uitroep ‘Alaaf’ in Oeteldonk. Regel 2: Steek geen fazantenveren op je hoofd. Regel 3: Hendrien mag alleen in een schrikkeljaar optreden - alleen op zondag - en deze huishoudster moet altijd door een man worden vertolkt. Carnaval in Oeteldonk betekent dat boeren en durskes het podium betreden en dat scherts en parodie de toon zetten. Het spel heeft hoofdrollen voor Knillis, Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Amadeiro, Peer van den Muggenheuvel, Kees
002959-KunstZone januari 2011.indd 12
14-12-10 14:38:28
Ku ns
te
n
ge
kt
e
13
Minkels en Driek Pakaon. Tijdens de intocht spelen stokpèrdjes en biezenpèrdjes een rol van betekenis. De burgemeester staat zijn macht af. De wereld wordt op zijn kop gezet. Het Gemintemuzejum trekt jaarlijks zo’n 5.000 bezoekers uit binnen- en buitenland. Het stelt een vaste collectie ten toon bestaande uit allerlei soorten maskers, kledij, promotiemateriaal, wapens, schildjes en andere waardevolle voorwerpen uit de historie van carnaval en Oeteldonk. Er zijn ook spullen uit andere landen, waarmee wordt benadrukt dat het Bossche feest weliswaar uniek is, maar tegelijkertijd past in een wijdverbreid fenomeen om wintergeesten te verdrijven en de draak te steken met gezag. Het museum beschikt over een uitgebreide bibliotheek met carnavalsliteratuur en een afdeling waar nieuwe aanwinsten getoond worden. Het meest in het oog springende is een beschilderde zak (1965) door Lucebert.
Rectificatie In Kunstzone 11-2010 zijn bij het artikel Koppelen van gescheiden circuits door Riet Schennink de bijschriften van de middelste en de rechtse afbeeldingen op pagina 9 verwisseld. Bij de middelste afbeelding moet staan: Edgar Jalving – Antenne (gemengde media) Foto: Edgar Jalving Bij de rechtse afbeelding moet staan: Anita Boerrigter - Zonder titel (gemengde media) Foto: Anita Boerrigter In Kunstzone 12-2010 staat bij het artikel Aardappel anders als auteur de naam van Janke Leupen. Dat is echter onjuist. Het moet Peter Zunneberg zijn. Eveneens in Kunstzone 12-2010 staat in het artikel Conflicten abusievelijk de naam Benno Stokkermans genoemd. Dit moet zijn Benno Stoppelman. Onze excuses voor deze omissies.
Zie ook www.gemintemuzejum.org en www.oeteldonk.org. Tijdens de carnavalsdagen is het museum gesloten.
002959-KunstZone januari 2011.indd 13
14-12-10 14:38:32
14
januari 2011
Onderzoek In 2006 werden Lotte van Diggelen en ik als studenten van de Universiteit van Utrecht benaderd om een onderzoek te verrichtten naar de effecten van het kunstenaarsverblijf Het Vijfde Seizoen. De relatie tussen kunst en psychiatrie heeft mij altijd gefascineerd, het leek me de uitgelezen kans om deze relatie nader te onderzoeken. Het bestuur van Het Vijfde Seizoen wilde dat wij de effecten van het kunstenaarsverblijf zouden beschrijven. Gedurende een seizoen hebben wij niet gewoond in het verblijf, maar wel ons onderzoek verricht naar de invloed van kunstenaars op cliënten, de invloed van cliënten op kunstenaars en de interactie tussen kunst, psychiatrie en maatschappij. Ik vond het een interessante stage waarbij ik geconfronteerd werd met de zeer persoonlijke verhalen van de cliënten en kunstenaars. Ongeremd vertellen cliënten hun levensverhalen en hun interacties met de kunstenaars. Je schrikt wanneer je de verhalen hoort en je voelt je een voyeur. Het is dan ook ontzettend mooi om te horen wanneer een cliënt juist zich gehoord voelt of zelfs begrepen door de
Het Vijfde Seizoen Kunstenaarsverblijf bij een psychiatrische i Jeanette van den Bos
kunstenaars. De cliënten kwamen als het ware hun verhalen brengen en vonden er afleiding van hun ziekte. Onze onderzoeksresultaten zijn weergegeven in de publicatie Het Vijfde Seizoen. Effecten van een kunstenaarsverblijf. Deze publicatie werd aangeboden tijdens een expert meeting waardoor de discussie over de verhoudingen tussen kunst, psychiatrie en maatschappij bij psychiatrische instellingen, kunstenaars, cliënten en medewerkers van de Willem Arntsz Hoeve nieuwe impulsen kreeg. De stage heeft op mij een onuitwisbare indruk achter gelaten en heeft me geïnspireerd tot het schrijven van mijn master thesis Kunst / Psychiatrie, kunst als communicatiemiddel. In deze thesis concludeer ik dat kunstenaars en hun kunstwerken de communicatie tussen psychiatrie en maatschappij op gang brengt en in stand houdt. Er is al eeuwen een bijzondere band tussen psychiatrie en kunst en ik verwacht dat deze band altijd zal blijven bestaan. De master thesis is te vinden via: http://igitur-archive.library.uu.nl/studenttheses/2007-0530-200450/UUindex.html
002959-KunstZone januari 2011.indd 14
Wat gebeurt er wanneer kunstenaars hun leefomgeving tijdelijk verplaatsen naar het terrein van een psychiatrische instelling? Kan hierdoor de maatschappij naar de psychiatrie gebracht worden? Het zijn interessante vragen die aan bod komen bij het kunstenaarsverblijf Het Vijfde Seizoen. Aan de rand van het bos in Den Dolder staat een langgerekt paviljoen op het terrein van de psychiatrische instelling Willem Arntsz Hoeve, een onderdeel van Altrecht. Op de gevel prijken de woorden: Het Vijfde Seizoen. Dit voormalig therapiegebouw met veel glaspartijen werd met slopen bedreigd, maar kreeg in 1998 een nieuwe bestemming: kunstenaarsverblijf. De directie van Altrecht wilde de maatschappij dichterbij de psychiatrie brengen en bedacht in samenwerking met het voormalig Praktijkbureau Beeldende Kunstopdrachten (tegenwoordig SKOR) dat dit door middel van een kunstenaarsverblijf gerealiseerd kon worden. Door elk seizoen een kunstenaar en zijn of haar gezin uit te nodigen voor een verblijf, zou de maatschappij binnen de psychiatrie gehaald worden. Aan vormgever Christoph Seyferth werd gevraagd het paviljoen te verbouwen en het in te richten als woning én atelier. Onder het motto Spartaanse luxe werd het verblijf ingericht met verrijdbare meubelstukken zodat iedere kunstenaar naar eigen inzicht de ruimte kon verdelen. Het bestuur van
Altrecht richtte een stichting op en benoemde Suzanne Oxenaar, artistiek directeur van het Lloyd Hotel te Amsterdam, tot curator. Het kunstenaarsverblijf kreeg de naam Het Vijfde Seizoen naar aanleiding van het verhaal Het Vijfde Jaargetijde van schrijver Kurt Tucholsky (1890-1935). In dit verhaal uit 1929 omschrijft Tuscholsky een vier tot acht dagen durende vijfde jaargetijde dat plaats vindt wanneer ‘[...] de late nazomer wegsterft en de vroege herfst nog niet is aangevangen [...]’. Sinds 1998 woonde en werkte er bijna ieder seizoen een kunstenaar in Het Vijfde Seizoen. Het bestuur van het verblijf vroeg aan elke kunstenaar zich open te stellen voor de plaats waar hij of zij verbleef. De natuur die het verblijf omringd is prachtig en inspirerend, maar waar het bestuur vooral nieuwsgierig naar was, is de interactie tussen kunstenaar en cliënten van de instelling. De mate waarin deze interactie plaats zou vinden, was de keuze van de kunstenaar. Doordat de kunstenaars de instelling en haar cliënten vanuit een eigen invalshoek benaderden - bepaald door hun persoonlijkheid, de discipline waarin ze werkten en hun affiniteit met psychiatrie - is er een diversiteit aan projecten ontstaan. Zo deelde in de herfst van 1998 kunstenaar Mario Rizzi wegwerpcamera’s uit aan cliënten van een gesloten inrichting. Hiermee konden zij hun verkleinde leefomgeving tonen. In de zomer en herfst van 1999 creëerde de kunstenares Fransje Killaars met de
14-12-10 14:38:36
Ku ns
te
n
ge
kt
e
15
Frank Bloem - Hoop (2010)
Fransje Killaars - Rookgordijn (1999)
e instelling
cliënten een rookgordijn van de door hen verzamelde sigarettenpeuken. Het viel haar op dat deze verslaving veel aanwezig was. In de lente van 2003 maakte kunstenares Kostana Banovíc filmopnamen van cliënten die in het verblijf kwamen schommelen. Het inspireerde haar om met de cliënten een droommachine te bouwen. In de herfst en winter van 2005 gaf dichter Menno Wigman aandacht aan de dichters van de Willem Arntsz Hoeve. Tijdens een poëziemiddag werden de gedichten voorgedragen. In de winter van 2006 deed kunstenares Lisette Verkerk onderzoek naar littekens van zelfbeschadiging bij cliënten. Door middel van foto’s en afgietsels van gips of latex confronteerde Verkerk haar cliënten met wat ze hadden gedaan en maakte dit tevens toonbaar aan de maatschappij. In de winter van 2010 konden de cliënten corresponderen via een speciale brievenbus met kunstenaar Frank Bloem. Bloem reageerde op de berichten van de cliënten. Hij plaatste eveneens een kunstwerk op het terrein, het woord ‘hoop’ op een berg aarde. Niet alleen om de berg aarde te definiëren, maar ook om de cliënten bij een sombere bui weer hoop te geven. De kunstprojecten werden beïnvloed door het seizoen waarin de kunstenaar in het verblijf verbleef. In de winter worden andere projecten gerealiseerd dan bijvoorbeeld in de zomer. Zo wilde kunstenaar Kevin van Braak achter het verblijf een schaatsbaan voor de cliënten realise-
002959-KunstZone januari 2011.indd 15
ren. Door de zachte winter bevroor het water echter niet. Voor de cliënten stond desondanks warme chocolademelk en erwtensoep klaar, waardoor er alsnog een interactie ontstond tussen hen en de kunstenaar. In de zomer kon er meer buiten gewerkt worden, zoals aan de zelfgemaakte vliegers van theatermaker Roberto de Jonge. De kunstwerken die in Het Vijfde Seizoen gerealiseerd werden, zijn in het verblijf gemaakt, maar ook op de verschillende afdelingen van de Willem Arntsz Hoeve. Sommige kunstenaars gaven workshops aan de cliënten van de instelling. De gerealiseerde kunstwerken zijn voor een klein deel op het terrein achtergebleven, zoals de door kunstenares Ienke Kastelein gerealiseerde bankjes en een foto van fotografe Annaleen Louwes. Het merendeel van de kunstwerken is door de kunstenaar meegenomen en tentoongesteld in binnenen/of buitenland. Hierdoor werden registraties van het leven in de instelling tentoongesteld aan de maatschappij. Kunstenares Audrey van der Krogt maakte een levensgroot portret van een cliënt van de gesloten inrichting. Ze plaatste het portret in een winkelwagen en duwde het naar het centrum van Den Dolder. De geportretteerde cliënt zag het portret als zijn alter ego. Doordat het portret naar Den Dolder werd gebracht, maakten de inwoners van het dorp kennis met een cliënt van de gesloten inrichting. De cliënt maakte op zijn beurt een mentale reis die voor hem fysiek onmogelijk was. Ongeveer 45 kunstenaars hebben inmiddels gewoond en gewerkt in Het Vijfde Seizoen. Bij de komst van een nieuwe kunstenaar stelt de kunstenaar zich door middel van een brief voor aan de cliënten en de medewerkers van de instelling. De meeste kunstenaars stelden het verblijf voor een ochtend of middag in de week beschikbaar
om koffie te drinken en te praten. Veel cliënten hebben hiervan gebruik gemaakt, omdat zij hun levensverhaal vrijuit wilden vertellen zonder geanalyseerd te worden door een therapeut. Daarnaast wilden zij vaak praten over dagelijkse dingen, zodat ze voor even konden vergeten dat ze in een instelling woonden. De interactie met kunstenaars vond plaats tijdens deze gesprekken, maar ook door samen aan een kunstproject te werken. Dit kon voor zowel de kunstenaar als de cliënten een positieve of een negatieve ervaring zijn. Het is voor beide partijen niet gemakkelijk om geconfronteerd te worden met begrippen als zelfbeschadiging, dwangneurose, verdriet of eenzaamheid. Aan de andere kant is het bespreekbaar en soms zelfs zichtbaar maken van deze begrippen een manier om het te accepteren. Door middel van gesprekken en workshops willen bijvoorbeeld de huidige bewoners van het verblijf Wafae Ahalouch el Keriasti en Tony Hofman sinds het verblijf kunstenaarsduo Ahalouch & Hofman - de lastige begrippen schoonheid en vergankelijkheid behandelen. Zij zijn geïnteresseerd in de wijze waarop de cliënten hierover denken en willen hen mee geven dat er verschillende manieren zijn om naar de wereld om hen heen te kijken. Dit levert voor de kunstenaars en de cliënten nieuwe inzichten op. Het Vijfde Seizoen is als het vijfde jaargetijde van Tuscholsky: het is een extra seizoen dat zich tussen twee seizoenen manifesteert. Het is een seizoen waarin het dagelijkse leven van de kunstenaar tijdelijk niet bestaat, omdat de kunstenaar een compleet andere leefomgeving gekregen heeft. Daarnaast is het een seizoen waarin het dagelijkse leven van de cliënt tijdelijk niet bestaat, omdat de cliënt afleiding vindt van het ziek zijn. Het Vijfde Seizoen brengt de maatschappij naar de psychiatrie en de psychiatrie naar de maatschappij. Mede doordat de doelstelling van Altrecht behaald wordt, bestaat het kunstenaarsverblijf in de zomer van 2011 al 12,5 jaar. Om dit en het 500-jarige bestaan van Altrecht te vieren, zal er in 2011 een publicatie uitgegeven worden over alle kunstprojecten van Het Vijfde Seizoen. Deze publicatie is een registratie van een verzameling van bijzondere interacties. Ga voor meer informatie naar www.vijfde-seizoen.nl.
14-12-10 14:38:40
16
januari 2011
Broodjeaapverhalen
Een interview met Theo Meder Janneke van Wijk
Broodjeaapverhalen; iedereen heeft er wel eens van gehoord. Maar wat moeten we ervan geloven? Iemand die je ‘s nachts voor een broodjeaapverhaal wakker kunt maken, is Theo Meder, sinds 1994 werkzaam bij het Meertens Instituut te Amsterdam. Ik trok de stoute schoenen aan en belde ‘s nachts aan om hem mijn vragen voor te leggen. Bij het Meertens Instituut houdt Theo Meder zich bezig met het volksverhaal. Hij bouwde onder meer aan een digitale database, de Nederlandse Volksverhalenbank. De Nederlandse Volksverhalenbank www.verhalenbank.nl van het Meertens Instituut bevat momenteel 40.820 verhalen. U kunt hier zoeken naar historische en hedendaagse sprookjes, sagen, legenden, moppen, raadsels en broodjeaapverhalen. Een verslag van een nachtelijk gesprek over broodjeaapverhalen.
Wat zijn in Nederland de bekendste broodjeaapverhalen? Je zou natuurlijk denken het broodjeaapverhaal over het Broodje Aap zelf, maar dat is helemaal niet het geval. Het begrip broodjeaapverhaal (volgens het Groene Boekje moet je het tegenwoordig zo spellen) is in Nederland ontleend aan de titel van het boek dat Ethel Portnoy in 1978 publiceerde: Broodje Aap, De folklore van de post-industriële samenleving. Portnoy woonde toen al een tijdje in Nederland, maar ze is van oorsprong een Amerikaanse die lang in New York heeft gewoond en ook een tijdje in Parijs. De verhalen die zij vertelt, zijn dan ook lang niet allemaal Nederlandse broodjeaapverhalen, maar ook die afkomstig zijn uit de Verenigde Staten. Dat geldt ook voor het titelverhaal Broodje Aap: door een aanrijding met een vleeswagen in de New Yorkse wijk de Bronx wordt duidelijk dat er in de hotdogfabriek ook dode dierentuindieren in de hotdogs verwerkt worden. Je denkt een broodje hotdog te eten, maar je hapt misschien wel in een broodje gorilla. Dit verhaal circuleerde destijds nog niet in Nederland (en heeft het hier eigenlijk nooit goed gedaan): wij aten toen nog geen hotdog - dat was nog een uitgesproken Amerikaanse snack. Bij ons circuleerde hoogstens het verhaal dat de Chinees dieren in de gerechten verwerkte die daar niet in thuishoorden: honden en katten. Dat is meteen wèl één van de bekendste broodjeaapverhalen in Nederland, die het al heel wat jaartjes goed doet, al staan ondertussen ook andere etnische restaurants regelmatig onder verdenking. In menige stad weten mensen een shoarmatent aan te wijzen waar de moslims in de knoflooksaus staan te masturberen uit minachting voor de klant. Laat ik het er gelijk even bij zeggen: het is nog nooit ergens aantoonbaar gebeurd. Zulk soort verhalen zijn niet gestoeld op concrete vermoedens, maar veel meer op latente angsten en vooroordelen. In Nederland bestaat niet echt een top tien van broodjeaapverhalen, maar dit zijn er een paar die ik zelf regelmatig heb zien terugkeren: - De Verdwenen Lifter: iemand neemt een lifter mee die even later plotseling is verdwenen. Het
002959-KunstZone januari 2011.indd 16
is iemand die daar al jaren terug is overleden door een verkeersongeluk. Als variant waarin de lifter een profetie doet over de terugkeer van Jezus op aarde, doet dit verhaal het goed onder protestanten. - De Gestolen Grootmoeder: oma komt op vakantie in Spanje te overlijden en het gezin besluit geen aangifte te doen, maar haar lijk in de caravan te leggen en over de grens te smokkelen. De list lukt en opgelucht wordt er wat gegeten in een Frans wegrestaurant. Bij terugkeer blijkt de
caravan met het lijk gestolen te zijn: nooit meer teruggevonden (en het gezin kon naar de erfenis fluiten). - Het Hondje in de Magnetron: een oud dametje droogde haar natgeregende hondje altijd even in de heteluchtoven, maar nu ze een magnetron heeft, blijkt het hondje niet tegen de microgolfstraling bestand: rook, brand, kai, kaboem! Ze wint evenwel een rechtszaak tegen de fabrikant, want er stond niet in de handleiding dat je je hondje niet in de magnetron kon doen. Dit gebeurde natuurlijk in Amerika. - Welkom bij de AIDS-club: een Nederlands meisje krijgt aan het eind van de vakantie een doosje mee van haar Latin lover: thuis pas openmaken. Er zit een dode rat in met een briefje: Welkom bij de AIDS-club. - Batman in de Kast: bij de buren op leeftijd gaat een seksspelletje mis. Na enige tijd worden ze bevrijd door de politie. De buurvrouw lag naakt en wijdbeens op bed vastgebonden. De buurman had, verkleed als Batman, van de kast op haar moeten springen, maar zakte helaas door
Theo Meder Foto: Bert Janssen
14-12-10 14:38:42
Ku ns
te
n
ge
kt
e
17
de bovenkant van de kast en brak allebei zijn benen. - De Smiley-bende: een groep Marokkaanse jongens geeft eenzame meisjes ’s nachts de keuze tussen een groepsverkrachting en een smiley. Als ze voor de smiley kiezen worden de mondhoeken van oor tot oor opengesneden. Bestaat er een eerste broodjeaapverhaal of is het dat het verhaal van het Broodje Aap zelf? Het verhaal van het Broodje Aap is zeker niet het oudste broodjeaapverhaal. Het is in nevelen gehuld wanneer het eerste echte broodjeaapverhaal is ontstaan - deskundigen spreken trouwens liever van een moderne of hedendaagse sage. En dan begrijp je meteen wat het probleem is. Als je moderne sagen hebt, dan heb je ook traditionele sagen, en die willen nog wel eens naadloos in elkaar overgaan. Ooit dachten we dat dit verhaal modern was: een man neemt een vrouwelijke lifter (verpleegster) mee, maar begint argwaan te krijgen als de vrouw wel erg behaarde armen heeft. Met een smoes laat de automobilist de ‘vrouw’ even naar een achterlicht kijken en rijdt dan hard weg. In ‘haar’ achtergebleven tas blijken een mes en een bijl te zitten. So far, so good, totdat er veel oudere versies opdoken over een boer, een paard-en-wagen en een vrouw die mee wil rijden. Ook zij blijkt een verklede moordenaar te zijn, en de boer weet wederom via een list tijdig te ontkomen. Met dit verhaal glijden we geruisloos terug de negentiende eeuw in. Het kan nog veel gekker. Er is een verhaal waarin een man zijn baby bebloed aantreft en vervolgens ziet dat de hond een bebloede bek heeft. In blinde woede slaat hij de valse hond dood. Pas daarna vindt hij de doodgebeten rat in de wieg bij de baby. Achteraf bezien heeft de hond het kind verdedigd tegen de rat. Dit verhaal kunnen we echter terug traceren tot de oudheid, en in de Middeleeuwen werd het verhaal al opgetekend in Wales als Llewellyn and His Dog Gellert. We hebben vaak wel de illusie dat het fenomeen van het broodjeaapverhaal een naoorlogs verschijnsel is, maar op het niveau van motieven en thema’s kunnen we verhalen soms akelig ver terug in de tijd traceren. Hebt u zelf wel eens een broodjeaapverhaal de wereld in geholpen? De enige reden dat ik dat nog altijd niet gedaan heb, is dat ik nog geen verhaal heb kunnen bedenken dat geloofwaardig en sterk genoeg is om te blijven leven en circuleren. Want ik zou best eens in de praktijk willen zien welke kanalen een verhaal gaat bewandelen, bij wie het aanslaat en hoe lang het verhaal levensvatbaar blijkt. Eigenlijk zou ik er een kettingbrief van moeten maken, zodat er sporen van vertellers in de mail achterblijven. Het sterkste wat ik ooit heb kunnen bedenken is: in Spanje weigert een gescheiden vrouw de hoofdprijs in de lotto te aanvaarden, omdat haar man dan geen alimentatie meer hoeft te betalen - ze
002959-KunstZone januari 2011.indd 17
prefereert als het ware wraak boven rijkdom. Toch ben ik bang dat dit verhaal niet sterk genoeg is om te overleven, en heb ik het - puur uit wetenschappelijke belangstelling - nooit in omloop durven brengen. Ik weet van een student journalistiek die in 2004 voor zijn scriptie een zelfverzonnen broodjeaapverhaal probeerde te laten circuleren, maar het was zo’n warrig verhaal dat het meteen doodsloeg. Is een broodjeaapverhaal altijd een gek verhaal? Nee, gek is niet het juiste woord. Bizar, verontrustend, akelig, griezelig, raadselachtig, goor, op een grove manier grappig - dat zijn woorden die het karakter van een broodjeaapverhaal beter typeren, denk ik. Gek is eigenlijk al te afwijkend, en het verhaal mag niet teveel scepsis of wantrouwen oproepen. Voor bijna alle broodjeaapverhalen geldt: het is een bizar verhaal, maar het zou zomaar gebeurd kunnen zijn. Dat element van ‘het zou kunnen’ moet het verhaal in zich dragen, want anders verliest het zijn geloofwaardigheid en valt het door de mand als verzinsel. Een broodjeaapverhaal mag wel een grens overschrijden, maar niet te ver gaan, want de verhalen danken hun bestaansrecht aan hun geloofwaardigheid. Het gaat om een kern van waarheid, maar die zit net nog een niveau dieper dan we vermoeden. Zit er altijd een kern van waarheid in een broodjeaapverhaal? Nee, voor ongeveer 10% van de broodjeaapverhalen geldt dat er een kleine kern van waarheid in zit. Voor 90% geldt dus dat ze volkomen uit de lucht gegrepen zijn. Zoals ik net zei: toch zit er in elk broodjeaapverhaal een kern van waarheid, maar op een niveau dieper: de latente moraal. Elk verhaal brengt een wensdroom of angst, wraakgevoelen of vooroordeel tot uitdrukking. Zo is de onderliggende moraal van het broodjeaapverhaal over de Smileybende en de sperma in de shoarmasaus: zie je wel, ik dacht het altijd al, die Marokkaanse gasten (of: moslims) zijn niet te vertrouwen. Veel broodjeaapverhalen komen mensen (vertellers en luisteraars) op een moreel niveau heel goed in de kraam te pas. Zie je wel, Jezus komt echt binnenkort terug op aarde. Zie je wel, ratten zijn onbetrouwbare rotbeesten en honden zijn de mens trouw tot in de dood. Zie je wel, bejaarden zijn ook gewoon te stom om met moderne electronica om te gaan. Of: zie je wel wat een achterlijk rechtssysteem die Amerikanen hebben? Die geven een oud wijf die haar hond in de fik steekt, gelijk. Zie je wel, gezonde Hollandse meiden moeten geen seks hebben met ongure Mediterrane types: van buitenlanders krijg je alleen maar ziektes. Hollandse meiden moeten zich concentreren op Hollandse jongens. Oh, en zie je wel: vieze oude mensen moeten helemaal geen seks hebben, daar komen alleen maar ongelukken van. Dat zijn de waarheden die in onze broodjeaapverhalen verborgen zitten. Dit zijn de emotionele knoppen waarop onze broodjeaapverhalen bij ons
drukken. En tot onze schrik moeten we vaststellen dat de moraal van nogal wat broodjeaapverhalen behoorlijk conservatief is. De mores van het eigen groepje worden veelal goedgekeurd, en al het afwijkende wordt op een verhulde en narratieve manier afgewezen. Lenen deze verhalen zich beter voor verfilming dan andere verhalen? Broodjeaapverhalen zijn al vaker voor televisie bewerkt, en een film als Urban Legend (1998) is een redelijk ijzingwekkende aaneenrijging van de griezeligste broodjeaapverhalen. De twee sequals beweren dat ook te zijn, maar ditmaal is het horror die het aanzien niet waard is. Broodjeaapverhalen zijn ook bruikbaar voor de literatuur: Roald Dahl heeft ze gebruikt en zelfs Harry Mulisch heeft er eens eentje in een roman verwerkt. In De Elementen (1988) wordt er een duiker door een blusvliegtuig opgeschept en boven een brandend bos losgelaten. Broodjeaapverhalen hebben van nature vaak een sterke plot en appelleren bij velen aan onderbuikgevoelens, en dat zijn de redenen waarom ze zo goed weten te overleven. Maar laten we wel wezen: heel veel volksverhalen zijn het verfilmen waard. Sprookjes, sagen, legenden, mythen en moppen zijn ook veelvuldig gevisualiseerd (en in literaire werken gebruikt, zoals Lord of the Rings en de Harry Potter-reeks). Moet je gek of geniaal zijn om broodjeaapverhalen te bestuderen? Ik denk dat geen van beide eigenschappen echt in je voordeel zijn. Ik ken maar één kenner van broodjeaapverhalen van wie ik vermoed dat hij gek is, maar dat is een oud-journalist. De in broodjes aap gespecialiseerde wetenschappers uit binnen- en buitenland die ik ken, zijn akelig normaal. Goed, de ene is misschien wat zweveriger (en sluit het bestaan van spoken niet uit) en de andere wat nuchterder (telt de varianten, meet de verspreiding, en legt het gebrek aan logica bloot, waarna hij verhalen tot broodjes aap verklaart). Ik zou geloof ik wel gek worden als ik alleen maar broodjeaapverhalen zou moeten bestuderen. Met veel genoegen wijk ik regelmatig uit naar de mop, de sage of het sprookje. Zie ook www.docvolksverhaal.nl.
Verhalen van Stad en Streek Sagen en Legenden in Nederland Willem de Blécourt, Jurjen van der Kooi, Ruben A. Koman en Theo Meder Uitgeverij Prometheus/Bert Bakker, 2010 664 pagina’s ISBN 978 90 35132 02 3 Prijs: € 29,95
14-12-10 14:38:42
18
januari 2011
Carte blanche ‘Lastige talenten hoeven niet te krabben’ Henk Langenhuijsen
Foto: Bas Mariën
‘We hebben net een nieuwe voorstelling uitgebracht, getiteld Ik ben geboren, punt uit,’ vertelt Stefan Jung. Nog altijd gedreven, nog altijd betrokken. De acteur en regisseur uit Eindhoven heeft iets met gekte, juist omdat het zo puur is. In al zijn stukken balanceren de personen op de rand tussen normaal en abnormaal, zijn ze in strijd met zichzelf en hun omgeving. Zijn werkplaats wordt wekelijks bezocht door mensen met een verstandelijke beperking of ontwikkelingsstoornis met wie hij danst, beweegt en theater maakt. De meeste activiteiten zijn ondergebracht bij Carte Blanche, ‘een huis waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, een vrijplaats waar kunstenaars van diverse pluimage hun werk presenteren, een ruimte voor lastige talenten.’ Jung: ‘Een verstandelijke beperking, autisme of een psychiatrische achtergrond wordt bij ons niet weggemoffeld, maar gebruikt als motor om kunst te maken.’ Bij Carte Blanche werkt Stefan Jung samen met Liesbeth Reeser. Vaak spelen bij hun voorstellingen de spelers van Theatergroep Hartenkoning mee, een groep van mensen met een verstandelijke beperking in de leeftijd van 15 tot 50 jaar. Het zijn voorstellingen die je raken, omdat de spelers geen kunstje doen, maar heel dicht bij hun eigen kern blijven. Stefan Jung sloot in 1976 zijn studie aan de sociale academie in Eindhoven af met een theaterproject en werkte als speldocent en regisseur bij verschillende zorginstellingen en amateurgroepen. Hij heeft theatervoorstellingen-op-maat gemaakt bij Het Werkteater en heeft als acteur uiteenlopende rollen gespeeld bij groepen als Amai, de Trust en Het Vervolg. Hij was enige tijd geleden te zien in de theatersolo ‘Woest’, een stuk over een psychiater die gek wordt van zijn werk. Zijn fascinatie begon bij zijn vader, die al vroeg in de war raakte en opgenomen werd. Als kind leerde hij de gekte van dichtbij kennen. Zijn dochter heeft het syndroom van Down. Alsof het was voorbestemd. Ook met haar maakte hij ooit een voorstelling. Jung: ‘Mensen met een beperking of een andere gekte dragen dat met zich mee en dat betekent vaak dat ze er niet bij horen. Ondanks mooie integratiegedachten zijn we vaak niet in staat deze mensen volwaardig te ontmoeten. Dat voelen ze en daardoor ontwikkelt zich een emotie die we
002959-KunstZone januari 2011.indd 18
14-12-10 14:38:44
Ku ns
te
n
ge
kt
e
19
deSchets communiceert via verf Henk Langenhuijsen
vrij maken tijdens het werkproces. Daar maken we kunst van en in die zin is dat niet anders dan bij andere kunstenaars die ook op zoek gaan naar het geheim in zichzelf, de gevoelens die aan de basis van elke schepping liggen.’ ‘De spelers zijn echt acteurs,’ onderstreept Jung. ‘Het zijn mensen die hun vak verstaan. Met ‘lastige talenten’ verwijs ik naar de lastige inbedding in de samenleving en niet naar hun talent. Hun handicap hoort bij hen. Dat is niet te veranderen. Hun beperking is ook een mogelijkheid. Maar als een stoornis niet gezien of geaccepteerd wordt, ontstaat er een onderhuids verdriet, een woede die destructief is. Ik ben ook met deze mensen gaan werken, omdat zij mij iets konden leren. Deze spelers zijn direct aangesloten op hun emotionele en spirituele basis. Ze hoeven niet te krabben. Als acteur kost het mij veel meer moeite tot de kern door te dringen.’ Met de spelers van de werkplaats werkt hij nu aan De Jossen van de Vlaamse schrijver Tom Lanoye, een toepasselijk stuk over mensen die doen wat ze doen in een eigen overzichtelijke wereld, met eigen regels en gebruiken. Maar wat doe je als er iemand ‘het Josdom’ wil verlaten? De voorstellingen zijn doorgaans te zien in de ruimte van Carte Blache in Eindhoven, maar ook op festivals en in zorginstellingen. Natuurlijk zou Jung ook graag op scholen willen spelen. ‘Het zou geweldig zijn als jongeren zouden merken dat mensen met een beperking veel te bieden hebben, dat ze anders maar niet minder volwaardig zijn.’
Ruim tien jaar geleden won het Veghelse duo Geert van de Vorstenbosch en Jolanda van Doorn de Brabantse Onderwijsprijs. Het project had tot doel mensen met grote verschillen in intellectuele vaardigheden met elkaar te laten communiceren via de kunst. Leerlingen van het plaatselijke Fioretti College schilderden in koppels met personen met een verstandelijke beperking van het dagverblijf De Drie Ghemalen uit Eerde. Een samenwerking die meer opleverde dan bijzondere kunstwerken; communicatie en integratie stonden spelenderwijs centraal. ‘Verf maakt de tongen los,’ constateerde het tweetal destijds. Dat project vormt de basis voor deSchets, een teken- en schilderatelier in een van de leegstaande fabrieksruimtes van CHV (Coöperatieve Handelsvereniging Veghel) aan de N.C.B.-laan. De naam deSchets benadrukt dat het om tekenen en schilderen gaat, maar ook dat het momentopnames zijn van de deelnemers die daarmee iets over zichzelf zeggen. Communicatie en integratie zijn nog steeds een belangrijke drijfveer van het tweetal. ‘Een schets is een gedachte op papier,’ stelt Van Doorn. Het tweetal werkt nauw samen met het onderwijs, onder meer via het Reboundproject, waarbij leerlingen een nieuwe kans krijgen in het kader van Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Brabant-Noordoost. Van Doorn: ‘In de Rebound komen leerlingen uit de hele regio, die niet meer zo goed scoren op de school waar ze vandaan komen. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Vaak zijn ze door hun gedrag moeilijk op
de eigen school te handhaven; soms is het moeilijk om dat gedrag op school te verbeteren of durven leerlingen niet meer naar school te gaan. Hier komen ze tot zichzelf, praten ze met elkaar via de verf.’ Van de Vorstenbosch: ‘Leerlingen krijgen tijdelijk (in principe 13 weken) buiten de school een gericht programma aangeboden. Dit programma bestaat onder andere uit gedragstrainingen en persoonlijke begeleidingsgesprekken. Na het verblijf bij Rebound gaan ze weer terug gaat naar het reguliere onderwijs. Maar ook de kinderen die hoog- of meerbegaafd zijn hebben extra aandacht nodig. Daarvoor zijn we voor de basisschool als onderdeel van Weer Samen Naar School met het meerbegaafdenproject, een ‘slimme kinderen-middag’, begonnen. Het is bestemd voor groep 8 van de basisschool en bestaat uit een wiskundedeel en een kunstdeel.’ Daarnaast is er op vraag van het Fioretti College (VMBO) het project Transparant ontwikkeld, speciaal bedoeld voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs, waarbij kunst als uitingsvorm wordt gebruikt om maatschappelijke doelstellingen te realiseren. Belangrijk is dat leerlingen met elkaar blijven communiceren, erkennen dat er verschillen zijn en accepteren dat ieder een eigen mening heeft. Ze leren om te zien wat de communicatie verstoort en hoe ermee om te gaan. Naast de onderwijsgerelateerde activiteiten zijn er ook open ateliers voor belangstellenden en teambuilding activiteiten voor bedrijven en andere organisaties. Daardoor kunnen we volledig zonder subsidie en zonder hulp van het centrum voor kunsteducatie werken.’ Ga voor meer informatie naar www.deschets.nl.
Ga voor meer informatie naar www.carteblanche.nu.
Foto: Geert van de Vorstenbosch
002959-KunstZone januari 2011.indd 19
14-12-10 14:38:46
20
januari 2011
In hoeverre met gezond verstand? Thea Vuik
Zojuist een van de vele bezoekers geweest van een heftige tentoonstelling die nog tot 21 februari 2011 te zien is in de Kunsthal te Rotterdam. Dit museum heeft eenmalig ruim 130 werken - afkomstig uit particuliere collecties - van de Noorse schilder Edvard Munch (1863-1944) bij elkaar gebracht. Een aanrader voor iedereen die het indringende werk van Edvard Munch (beter) wil leren kennen. Diepe emoties zoals angst, eenzaamheid en innerlijke spanningen zijn een belangrijke leidraad in zijn werk.
‘We should no longer paint interiors with men reading and women knitting. We should paint living people who breathe, feel, suffer and love.’ Aldus de kunstenaar die op een gegeven moment dreigde ten onder te gaan aan de intensiviteit van zijn emoties. Munch werd opgenomen vanwege zijn zwaarmoedigheid (ook alcoholisme) en werd uiteindelijk succesvol behandeld met elektroshocks. Sommige kenners beweren echter dat zijn schilderijen na de behandeling de intensiteit van daarvoor missen. Wat is dat toch? Die relatie tussen creativiteit en gestoord zijn? In het café van de Kunsthal spreek ik Hans van de Braak, hoofddocent evolutionaire psychologie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en schrijver van het boek ‘Ontsnappingskunst, evolutie van de creatieve geest’. Van de Braak is bij het schrijven van zijn boek niet zozeer geïnteresseerd geweest in de vraag ‘Wat is creativiteit’, maar waarom mensen veel creatiever zijn dan de andere diersoorten. Echter, de grootste reden om hem te interviewen is het hoofdstuk in zijn boek met ‘Prettig gestoord’ als opvallende titel. Ik begin het interview direct met een verkeerde vraag, want: Benoem de interessante combinatie tussen kunst en gekte… ‘Ik denk dat als je niet omschrijft wat je ermee bedoelt, dan schept het woord gekte eigenlijk meer verwarring dan helderheid. Ik bedoel het in mijn boek in de letterlijke zin als ‘gestoord’. Maar in samenhang met het begrip creativiteit komen een hoop mensen weer in verwarring, want hoe kan iemand nou creatief zijn, met nieuwe ideeën komen als hij gestoord is? Daar heb je alweer zo’n raadsel, hè? Als je voor 100% gestoord bent, dan zit je in een inrichting. Maar het blijft heel moeilijk uit te leggen wat dat ‘gek zijn’, dat ‘gestoord’ zijn’ precies inhoudt. De meeste mensen blijken dat wel aan te voelen, vandaar dat ik het hoofdstuk ‘Prettig gestoord’ heb genoemd. Prettig gestoorde mensen zijn een beetje grillig, extravagant, uitzonderlijk. Als iemand zich niet zoveel aantrekt van zijn omgeving en het niet hinderlijk is. Het levert ook iets op, de mensen vinden het leuk. Maar daarmee ben je nog geen stap verder
002959-KunstZone januari 2011.indd 20
als antwoord op de vraag ‘Wat heeft een psychische stoornis nou te maken met creatief vermogen’? ……? Dat is dus niet duidelijk als je het begrip ‘gekte’ letterlijk neemt. Ik heb in mijn boek gekeken naar soorten mentale stoornissen. Je hebt bijvoorbeeld de stoornis schizofrenie: een van de symptomen daarvan - dan kijk je niet naar de stoornis, maar naar de symptomen - is dat mensen die daaraan lijden, een vloed aan ideeën hebben. Heel veel onzinideeën en soms komt daar iets uit. Je kunt zeggen dat het geen symptoom meer is als die eigenschap in normale mensen voorkomt. Je bent niet schizofreen als je ‘normaal’ bent, maar je bent dus iemand die een heleboel ideeën heeft en een heleboel kennis bewaart waarvan je zeker weet dat daar een keer iets uit moet komen. Die mensen zijn gewend dat eigenlijk van alle ideeën die tot ze komen, die ze lezen, van anderen horen, iets uit te pikken waar ze iets mee kunnen doen en de rest vergeten ze. Deze creatieve mensen onthouden een heleboel. Hun geheugen is een grote rommelzolder met alle mogelijke ideeën die eruit worden gehaald op het moment dat ze gecombineerd kunnen worden met iets anders. Dan blijkt ineens dat die combinatie iets oplevert, omdat ze een hele hoop ideeën hebben onthouden. Dat heb ik cognitieve ontremming genoemd. Dat heeft niet iedereen, want de meeste mensen krijgen allerlei informatie die ze vervolgens vergeten en misschien een ding onthouden. Creatieve mensen onthouden allerlei dingen in allerlei disciplines en ineens is er zo’n moment dat ze denken: ‘Ach, wacht even, dat stond daar - jaren geleden gelezen of gezien - dat haal ik eruit, dat komt nu tevoorschijn en dat combineer ik met wat ik nu heb gevolgd. En dan komt daar een creatief idee. Bewust? Onbewuste processen zijn dat. Zo’n vloed aan denkbeelden en ideeën noemen ze in de psychologie die zich bezighoudt met creatieve processen cognitieve ontremming. Dan is het geen symptoom meer, dat symptoom is het proces geworden dat iemand creatief maakt.
En de relatie met autisme: veel autisten denken toch ook een beetje ‘out of the box’? Hoog functionerende autisten hebben houvast aan dingen en zijn heel slecht in sociale contacten. Het interessante hiervan is dat je ziet dat creativiteit vaak te maken heeft met het met jezelf bezig zijn. En je dat niet erg vindt en je niet isoleert. Je bent namelijk wel met iets bezig: je bent aan het bedenken. Een onderdeel uit het autisme, namelijk dat je geconcentreerd bent op gecompliceerde dingen is bij creatieve mensen terug te vinden. Veel creatieve mensen leven ook vaak geïsoleerd - niet als een kluizenaar - maar ze zijn vaak met iets en niet met anderen bezig. Dus dat autisme moet je wel even loslaten, maar het element ‘auto’ dat je met je ’zelf’ bezig bent, speelt in creativiteit een grote rol. Als je constant met anderen bezig bent, kom je daar niet aan toe. Een derde stoornis die leerzaam is om te weten hoe creativiteit werkt, is de bipolaire stoornis manische depressie. Het twee stemmingen hebben zie je bij creativiteit ook. Mensen die manisch depressief zijn hebben daar vreselijk last van. Bij creatieve mensen is dat veel minder het geval. Die hebben daar een voordeel bij. Manisch depressief zijn is niet per se negatief. Als je een fantastisch idee aan het bedenken bent, ben je hartstikke enthousiast en dat is een ander woord voor ‘manie’. Je bent er helemaal vol van. Dat idee moet uitgewerkt worden en natuurlijk ben je niet constant enthousiast. Zo ga je van de top naar de put en of je dat zo vol kan houden….? In de wetenschap kan het wel vier of vijf jaar duren voordat dat fantastische idee is uitgewerkt. En dan ben je niet meer zo enthousiast. Lange tijd zit je eigenlijk in een dal en daar moet je tegen kunnen. Daar kan een ander belangrijk ingrediënt bij helpen. En dat is? Intelligentie. Dat betekent gewoon dat je ook in staat bent om uit die grote vloed aan ideeën een selectie te maken. Je moet een goed vernieuwend idee eruit kunnen halen en daar heb je een zekere mate van intelligentie voor nodig. Maar het geeft je ook voldoende beheersing om je ‘stemmingen’ onder controle te houden. Is creativiteit wel te leren? Dat is een lastige. Je moet namelijk wel over een bepaalde intelligentie beschikken om creatief te zijn. Ik zou zeggen: begin met activiteiten te bevorderen die op zichzelf belonend zijn, waar een spelelement in zit (voor de intrinsieke motivatie, red.). Probeer dat niet te vervlechten met een eventueel maatschappelijke nut. Je moet dat zoveel mogelijk openlaten. Kinderen worden al
14-12-10 14:38:48
Ku ns
te
n
ge
kt
e
21
namelijk makkelijker om zeep geholpen dan dat je het stimuleert. Je moet vooral voorwaarden, ruimte scheppen - daar heb je het woord ‘scheppen’! en dan moet je maar verder kijken hoe dat proces verloopt. Niet ieder kind zal het leuk vinden. Maar kinderen die het wel leuk vinden, die intrinsiek gemotiveerd zijn, die graag spelen en het creëren een beetje aanvoelen, die zullen het geweldig vinden. De omgeving moet het tolereren en voorwaarden scheppen. Dat is de filosofie erachter. In die zin is het leerbaar. Je gaat niet spelen in de ruimste zin van het woord, maar we gaan spelen op dit gebied. Met dit of dat materiaal, of we gaan iets ontwerpen dat helemaal afwijkt van wat we al kennen. Zo kun je allemaal opdrachten of taken bedenken waar kinderen mee aan de slag kunnen gaan. Niet van ‘jij moet dit’. Kinderen moeten kiezen, je geeft ze een aantal opties. Daarbij moet je uitgaan van de energie van kinderen. In de zin van ‘waar gaat hun belangstelling naar uit, wat vinden ze leuk’? In het onderwijs wordt dat nooit gevraagd: ‘Vind je dit leuk?’ Nadat ik college heb gegeven, vragen mijn studenten vaak: ‘Wat moeten we nu weten?’ ‘Alles,’ geef ik dan als antwoord. Eigenlijk betekent zo’n vraag dat ze al bedorven zijn. Ze doen alleen maar dingen, omdat het moet. Daar moet je het niet van hebben. Kinderen moet duidelijk worden dat niet alles van buitenaf bepaald wordt. Dat ze zelf ook iets kunnen doen. Dat het voor hun leven belangrijk is dat ze zichzelf ontplooien. Dingen doen die ze leuk vinden. Want dingen moeten leuk zijn, aantrekkelijk, spannend. Waarom zou iets niet spannend mogen zijn? Mensen moeten doen waar ze goed in zijn. Die moeten bezig zijn met spannende dingen. Zelf groeien, zelf de verantwoordelijkheid nemen, zelf initiatief nemen en zelf organiseren. Als je aan de slag gaat met het woord leerbaar, moet je het voorvoegsel ‘zelf’ hanteren. En waarschijnlijk gaat dat met vallen en opstaan, dat weet je niet meteen. Je moet er soms wel aan toe zijn, maar dat moet je uitvinden natuurlijk. Een goede docent kan dat! Hans van de Braak Foto: Thea Vuik
Het boek Ontsnappingskunst van de creatieve heel vroeg met disciplines gebombardeerd. Je moet dit en je moet dat, nee… dat moet zus en zo. Elk kind dat qua aanleg een beetje creatief is, gaat het zo al helemaal afleren. Die vergeet om te spelen, die vergeet om te creëren. En dat is in de onderwijscontext het creëren van speelruimte. Niet de speelruimte zonder spelregels, maar werkelijk het veroveren van ruimte. Daarbij is wel
002959-KunstZone januari 2011.indd 21
uitleg nodig, want vaak moet je die ruimte veroveren. Waarom ben je nu daarmee bezig, terwijl ieder ander met andere dingen bezig is? Je zou eigenlijk een soort atelierachtige setting kunnen maken, kinderen stimuleren in die ruimte, je kunt materialen aanreiken en val ze ook niet teveel lastig met allerlei oordelen en evaluaties. Want daarmee dood je de creativiteit. Creativiteit is
geest behandelt de evolutie van ontsnappingskunst, meer in het bijzonder de evolutie van de ingrediënten die nodig zijn voor scheppende arbeid. Het gaat daarbij om mentale ruimte, analogisch denkvermogen, intrinsieke motivatie, cognitieve ontremming, sterke persoonlijkheid en vakkennis.
14-12-10 14:38:54
22
januari 2011 Dossier Van Gogh
Gek of geniaal? Janneke van Wijk
In museum Het Dolhuys is nog tot en met 27 februari 2011 de tentoonstelling Dossier Van Gogh. Gek of geniaal? te zien. Ter gelegenheid van deze tentoonstelling is ook het gelijknamige boek uitgebracht. Hierin geven diverse deskundigen hun visie op Van Goghs gekte en genialiteit. De interactieve tentoonstelling vraagt de bezoeker na te denken over vragen als: Wat is normaal? Wat is gek? Wat is geniaal? Bij dit museum kunt u met uw leerlingen op zoek naar de nuance.
‘Ik zie de toekomst niet somber in, maar wel boordevol moeilijkheden.’ (Vincent van Gogh in brief aan Theo van Gogh)
Boek Bij de tentoonstelling Dossier Van Gogh. Gek of geniaal? in museum Het Dolhuys te Haarlem is een boek verschenen: Dossier van Gogh. Gek of geniaal? Samenstelling en eindredactie E.J.P. Brand Uitgeverij Candide, Amsterdam 2010 200 pagina’s ISBN 978 90 75483 49 9 Prijs: € 19,50
Ik kwam eigenlijk speciaal voor de tentoonstelling over van Gogh, maar ik was anderhalf uur verder voordat ik aan deze tijdelijke tentoonstelling toekwam. Het Dolhuys is een bijzonder gebouw met allerlei gangetjes en kamertjes en met zijn permanente en tijdelijke tentoonstellingen zeer de moeite waard. Het pand dateert uit 1320 en heeft al 700 jaar een functie binnen de gezondheidszorg, het laatst als crisiscentrum en dagbehandeling voor demente bejaarden. Het leprozen-, pest- en dolhuys was oorspronkelijk gelegen buiten de stadsmuren van Haarlem als onderkomen voor ‘dollen’ en lijders aan besmettelijke ziekten. Het Dolhuys wil het onderwerp psychiatrie toegankelijk maken en toont levensgeschiedenissen van beroemde en ‘gewone’ mensen. De collectie wordt gevormd door het historisch erfgoed van de deelnemende GGZ-instellingen. Waanzin wordt vanuit verschillende perspectieven belicht. Waanzin in de betekenis van uit balans, waanzin is bezetenheid, waanzin is geestesziek en waanzin is hersenziek. Waanzin als uit balans
stamt uit de klassieke oudheid. Tot 1750 heerste in de westerse geneeskunde de klassieke leer van de vier humeuren ontwikkeld door de oude Grieken en Arabieren. Een lichaam was gezond zolang de essentiële sappen bloed, gele gal, slijm/flegma en zwarte gal in evenwicht waren. Men ging er wel van uit dat bij ieder mens het accent op een humeur lag. Deze vier vochten stuurden alle lichamelijke en geestelijke functies aan. Voor een goede gezondheid was een evenwicht tussen de humeuren nodig. Als de balans verstoord raakte, werd je ziek. In de museumwinkel is een overzichtelijk klein boekje te verkrijgen met een overzicht van de geschiedenis van de psychiatrie. Minimaal een beetje gek zijn Het Dossier Van Gogh is een interactieve tentoonstelling. In het dossier dat je krijgt, staat: ‘Deze ontmoeting met Vincent van Gogh kan een ontmoeting met jezelf worden; aan jou de keuze of je deze ontmoeting aan wilt gaan.’ Het dossier bevat vragen waarin je zelf de diagnose kan stellen. Hiervoor zijn vijftien vragen/ stellingen opgesteld. Zoals: ‘Als je niet werkt, word je waanzinnig’ en ‘Om kunst te maken moet je minimaal een beetje gek zijn’. Om je een mening te vormen wordt zijn kunstenaarschap vanuit verschillende perspectieven benaderd.
Vincent van Gogh op 19-jarige leeftijd Echte Van Gogh in museum Het Dolhuys Foto: Het Dolhuys
002959-KunstZone januari 2011.indd 22
14-12-10 14:39:02
Ku ns
te
n
ge
kt
e
23
Vincent van Gogh - Tuin van inrichting Saint Paul (1889)
De bezoeker maakt kennis met de persoon Vincent van Gogh via zijn eigen brieven en brieven van familieleden, via documenten uit zijn eigen medische dossier en via krantenknipsels. Op de tentoonstelling worden de verschillende visies over Van Gogh geïllustreerd door onder meer filmbeelden, geluidsfragmenten en zijn er reproducties van schilderijen te zien die de kunstenaar tijdens en na zijn opname in St. Rémy heeft gemaakt. Ook is er een petitie van zijn buren in Arles te zien die na het ‘oor-incident’ aandringen op opname van Van Gogh. Door de jaren heen zijn er verschillende psychiatrische en neurologische diagnoses gesteld. De tentoonstelling spitst zich toe op de laatste twee jaar van zijn leven waarin hij onder meer was opgenomen in een inrichting in St. Rémy (Frankrijk). Na zijn dood (1890) hebben psychiaters aan de hand van zijn schilderijen verschillende diagnoses gesteld over zijn gemoedstoestand. In Dossier Van Gogh nemen zij u mee in hun analyse. Zo stelt de Zwitserse psychiater Karl Jaspers
002959-KunstZone januari 2011.indd 23
(1922) dat Van Gogh een ‘schizofreen genie’ was. De Amerikaanse psychiater Kay Redfield Jamison beweert dat Van Gogh manisch depressief was. Maar ook in de film Lust for life, gebaseerd op de biografische roman van Irving Stone waarvan beelden te zien zijn op de tentoonstelling, wordt Van Gogh vooral neergezet als psychotische kunstenaar. Gedreven vanuit zijn psychose maakte hij razendsnel schilderijen. Soms zoekt hij bewust een trance-achtige toestand op om snel en impulsief te kunnen werken. Zo gaat hij schilderen in de brandende zon en maakt het beroemde schilderij Zonsondergang in Arles. Floris Mulder, conservator van museum Het Dolhuys in Haarlem, speelde al lang met het idee om een tentoonstelling te maken over Vincent van Gogh. Mulder keerde terug naar de bron en las alle brieven die Van Gogh voornamelijk aan zijn broer Theo schreef. ‘Ik wilde weten hoe Van Gogh zelf naar zijn gekte keek. Zijn nuchtere en frisse toon, ook in de periode dat hij is opgenomen in St. Rémy, heeft mij verrast. Hij schrijft helder
en samenhangend. Volgens Van Gogh is kunstenaarschap een roeping en waanzin hoort daarbij. Kunst maken vergt het uiterste van je hersenen, schrijft hij.’ Na afloop kan je zelf nog een brief schrijven aan van Gogh. Een mooie afsluiting die je meekrijgt: ‘Voor het welzijn van de geest kan troost en bemoediging een belangrijk punt zijn. Voor de meeste mensen is gezien worden, gehoord worden een essentieel onderdeel om goed te functioneren. Kies een thema en een vraag die je aanspreekt en reageer in briefvorm.’ Een paar voorbeelden: - Je bent waar je vandaan komt. Stel dat je nu 90 bent: hoe zou je willen dat jouw leven is geweest? - Je bent wat je doet. Alles wat Vincent deed, deed hij vol overgave. Hoe zit dat bij jou? Doe jij de dingen met passie of met verstand? En heb jij een bepaalde levensstijl nodig om te bereiken wat je wilt? De tentoonstelling is tot stand gekomen in samenwerking met het Van Gogh Museum in Amsterdam.
14-12-10 14:39:05
24
januari 2011
Van Goghjes met twee oren
Er bestaan veel misvattingen over het beroep kunstenaar. Over het algemeen overheerst een romantisch beeld. De kunstenaar die alleen in zijn atelier zwoegt, verward is, extreem andere gedachten heeft dan de massa, er onverzorgd uitziet, veel drinkt en een dozijn muzen heeft. De werkelijkheid vandaag de dag laat iets anders zien. Het is een hard bestaan waarin de kunstenaar scherp moet blijven en het steeds zoeken is naar nieuwe mogelijkheden. Deze harde werkelijkheid leidt er ook toe dat veel kunstenaars een bijbaantje nodig hebben als financiële ondersteuning. Sommigen geven les, anderen zoeken het in een kleine kantoorbaan of doen opdrachten naast autonoom werk en een aantal hebben een tijdelijke subsidie. Als cultureel ondernemer is de kunstenaar vandaag de dag altijd op zoek naar mogelijkheden om zich binnen verschillende markten te bewegen.
002959-KunstZone januari 2011.indd 24
14-12-10 14:39:10
Ku ns
te
n
ge
kt
e
25 Stefan Kasper
Gek èn geniaal De verwarde of gekke kunstenaar is een stempel waar we maar niet van af komen, zo lijkt het. Er zijn natuurlijk enkele voorbeelden te noemen waaruit blijkt dat gek en geniaal zeer dicht bij elkaar liggen, hier zit meteen de crux. Ik schrijf: gek èn geniaal, niet gek òf geniaal. Volledig gek, gestoord zijn, draagt niet bij tot grotere creativiteit of een goed kunstenaar. De gek is ontwricht van de werkelijkheid, de samenleving. Hij kan minder of niet rationeel handelen. Iemand die wij bestempelen als geniaal, is vaak briljant in een klein gebied. Hierbinnen kan deze persoon een ware revolutie teweeg brengen met nieuwe inzichten. Deze, over het algemeen rationele, hyperfocus is vergelijkbaar met tunnelvisie, het grote geheel is minder belangrijk en is hier dan ook veelal van onthecht. Nu blijkt uit wetenschappelijke studies naar het brein dat de gebieden waar genialiteit en gekte zich schuilhouden, uiterst dicht bij elkaar liggen. Deze zijn te vinden in de hypothalamus, een klein gebied tussen de beide helften van de grote hersenen. In dit gebied, waar ook de thalamus en hypofyse zich bevinden, wordt gedrag en emotie bepaald. Het is dus logisch dat deze twee eigenschappen zich hier bevinden en omdat ze zo dicht bij elkaar liggen, is er ook letterlijk een klein verschil tussen gek en geniaal en beïnvloeden deze eigenschappen elkaar dan ook. Interessant is dat verschillende gebieden die ver uit elkaar liggen, alle informatie samen verwerken. Zo is bekend dat ons zicht achter in onze hersenen zit en dat de grote hersenen intelligentie, geheugen, karakter, creativiteit en daarmee bewust handelen, mogelijk maken. Iemand die volledig ontwricht is van alle werkelijkheid, zal niet als autonoom kunstenaar kunnen werken. De kunst zal dwangmatig, onafhankelijk van de cultuur, mode en ontwikkelingen in de beeldende kunst gemaakt worden. Het verhaal van de maker zal belangrijker zijn dan het uiteindelijk verkregen product. Een professioneel kunstenaar is zich van zichzelf bewust en zal, of men het nu wil of niet, onderhevig zijn aan de ontwikkelingen in de cultuur en beeldende kunst. Wanneer je kijkt naar de kunstenaar en ‘zijn’ gekte en je wilt deze benoemen aan de hand van bijvoorbeeld de termen normaal en schizofreen en allerhande persoonlijkheidsstoornissen, dan kom je volgens mij dicht in de buurt van de schizotypische persoonlijkheidsstoornis. De schizotypische persoonlijkheidsstoornis zit eigenlijk in het midden tussen de begrippen normaal en schizofreen. Er zijn een aantal kenmerken die overeenkomen met het denken en handelen van de kunstenaar. Voor de sociale massa is dit een bedreiging, omdat het afwijkt van het groepsgedrag en wordt hiermee al snel als gek betiteld. Bij de massa is er vaak een angst voor het onbekende of het nieuwe.
De kunstenaar is juist hiernaar op zoek en wil de confrontatie aangaan. Het is volgens mij mogelijk om dit schizotypische voor een korte tijdsspanne aan en uit te schakelen. Dit kan gebeuren aan de keukentafel, in het atelier, op het podium of op elke plek waar de kunstenaar wil werken. Werk Zelf werk ik, naast mijn bestaan als kunstenaar, parttime in het voortgezet onderwijs. Ik geef les in de vakken beeldende vorming en culturele en kunstzinnige vorming (CKV). Daarnaast heb ik een tekenmodule gegeven op de AKI kunstacademie. Binnen het lesgeven is voor mij de persoonlijke begeleiding zeer belangrijk. Het anders laten kijken naar en denken over de wereld om ons heen is voor mij een duidelijk doel. De inzet om abstract denken te stimuleren en dit deels te verwoorden is hoog, maar haalbaar. Het is een absolute noodzaak om een breed bliken denkveld te ontwikkelen, juist al bij de adolescent. Deze levensfase wordt gekenmerkt door een persoonlijke ontdekkingsreis als ware een achtbaan, waarbinnen het eigen ik langzaam vorm krijgt. Hierdoor wil ik juist vele kanten van de wereld om ons heen laten zien en zo meerdere opties stimuleren in het nog groeiende brein. Het brein In museum Het Dolhuys te Haarlem waan je je al snel in een doolhof. Het is een museum waar je makkelijk de weg kwijt kunt raken. De tentoonstellingszalen zijn goed gevuld en geven de bezoeker een overdosis aan impulsen. Het museum laat met de vaste collectie de historie van de psychiatrie in Nederland zien. Daarnaast zijn er tijdelijke tentoonstellingen, zoals nu Dossier Van Gogh: gek of geniaal. In het kader van de 25e editie van de Haarlemse Kunstlijn werd vormgever en beeldend kunstenaar Jennifer Hoes gevraagd een tentoonstelling te cureren binnen deze tentoonstellingen. Het overkoepelend thema en titel van de tentoonstelling is: Het brein. Jennifer en ik kenden elkaar al enige tijd, maar slechts als vrienden die elkaar vooral tegenkwamen bij openingen van tentoonstellingen in kunstenaarsvereniging De Vishal, tevens in Haarlem. Uit enkele gesprekken wist Jennifer dat ik dicht op mijn tekeningen stond wanneer ik in het atelier aan het werk was. Mijn toenmalige atelier was met zijn nog geen 15 m2 (2,5 m2 breed!) op zijn zachtst gezegd klein. Omdat ik niet meer dan twee meter afstand kon nemen van mijn tekeningen, die over het algemeen een afmeting hebben van 2,5 x 3,5 meter, leefde ik eigenlijk in de wereld van mijn tekeningen.
haar de uitdaging aan te gaan in één week een wandschildering te maken. Om samen te werken in een smalle gang en deze in een week af te ronden hebben wij elkaar beter moeten leren kennen. Voorafgaand aan onze werkperiode zijn wij in gesprek geraakt over wie wij zijn. Binnen deze aftastende periode zijn wij begonnen met het maken van een zelfportret met onze vertrouwde werkwijze, veilig in het atelier. Dit resultaat hebben wij meegenomen naar het museum en de eerste dag semi-permanent op de muur in ons gangetje bevestigd. Dit was het startsein om in een week onthecht te raken en te zorgen dat onze gedachtenwerelden in het museum, in de smalle gang, op de muur bij elkaar kwamen. Gang De muur die wij hebben beschilderd, vol getekend en geplakt, bevindt zich in een smalle gang. De gang is 1,20 meter breed en ruim 8 meter lang. De gang betreedt men door vanuit een donkere zaal, vol met historische objecten en documenten één van de vele deuren te openen die zich in dit doolhof bevindt. Hier begint meteen de ervaring dat er iets niet klopt. De gang blijkt bij nader inzien erg laag te beginnen en naarmate men de gang in loopt, wordt deze geleidelijk hoger, doordat de vloer schuin afloopt. De gang verloopt van het laagste punt, 2,07 meter naar het hoogste punt, wat met 2,37 meter nog steeds lager is dan een gemiddelde huiskamer. De bezoeker kan geen afstand nemen en stapt meteen onze werelden binnen. Herfstvakantie Gedurende de week dat wij aan het werk waren was het museum geopend voor het publiek. Het was in de herfstvakantie, dus veel mensen die het er eens van namen om het museum te bezoeken. Jennifer en ik stonden de bezoeker en elkaar zo nu en dan flink in de weg. Dit resulteerde soms in wat onwennige opmerkingen van de bezoeker als ‘Oh kijk Hennie, hier zijn twee Van Goghjes aan het werk! En deze hebben nòg wel twee oren!’, ‘Jeetje, wat een zooitje maken jullie ervan!’ of ‘Zijn jullie het hier gezellig aan het maken?’. Nu de muur af is, zal het een eigen leven moeten gaan leiden. Het zal een functie binnen het gebouw krijgen en de bezoeker confronteren om te lachen, huilen en praten. Ieder plekje van de muur bevat beeld. Felle kleuren, pillen, zelfportretten, kabouters beestjes, vuur en bloemen. Deze muurschildering is het samengesmolten resultaat van onze gedachtenwereld en is slechts een van de vele smalle gangen binnen ons brein. Stefan Kasper is beeldend kunstenaar en docent beeldende vorming.
Wandschildering Met dit gegeven in haar spreekwoordelijke achterhoofd heeft Jennifer mij uitgenodigd samen met
Foto: Eric van Straaten
002959-KunstZone januari 2011.indd 25
14-12-10 14:39:11
26
januari 2011
Klein ABC van Muziek en Waanzin Olga de Kort
Muziek en waanzin - een koppel dat al eeuwenlang niet van elkaars zijde afwijkt, broederlijk naast elkaar door de geschiedenis heen loopt en zelfs elkaar voedt en inspireert. Je hebt waanzin in alle soorten en maten: waanzin in muziek, muzikale waanzin, waanzin van musici, en zelfs waanzinnige muziek.
Aristotelis (384 v. Chr.-322 v. Chr.) Grieks filosoof die de muziek in staat achtte de menselijke geest te genezen of krankzinnig te maken. In zijn Politeia hield Aristoteles de Mixolydische toonladder verantwoordelijk voor verdriet en krankzinnigheid; dat in tegenstelling tot de Frygische die zelfs ischias kon genezen.
werd meestal via recensies, artikelen en roddels op de hoogte gesteld van hun symptomen. Bij een echte geestelijke ziekte werden de formuleringen met veel meer zorg gekozen. In veel biografieën wordt de krankzinnigheid van componisten niet eens ter sprake gebracht. De ziekte werd gezien als het gevolg van syfilis (zie Donizetti, Wolf) waardoor de details van het ziektebeeld niet bespreekbaar waren. David, koning De bijbelse koning die de waanzin (of gewoon neerslachtigheid) van koning Saul met zijn harpspel genas.
Inscriptie op de grafsteen van Vincenzo Bellini met het begin van de aria van La Sonnambula
Bellini, Vincenzo (1801-1835) Italiaanse operacomponist die zijn personages het liefst in de meest hartverscheurende situaties (situazioni laceranti) plaatste. De dramatische handelingen in Bellini’s tien opera’s stellen grote eisen aan zangers. Maar het zijn vooral de zangeressen die naast de belcanto-techniek een groot inlevingsvermogen en geen gering acteurstalent nodig hebben om de blinde woede in Norma, de slaapwandeling in La Somnabula en de zinsverbijstering in I Puritani geloofwaardig neer te kunnen zetten. De aria Qui la voce van Elvira uit I Puritani wordt beschouwd als één van de meest aangrijpende waanzinaria’s in de geschiedenis van de Italiaanse opera.
Donizetti, Gaetano (1797-1848) De componist van de meest beroemde waanzinscène ooit. Deze waanzinaria uit Donizetti’s Lucia di Lammermoor (1835) is inmiddels een synoniem van een waanzinaria geworden (zie Van Dale). In de 19e eeuw liet men soms de uitvoeringen van Lucia met deze aria eindigden om het dramatische effect met de andere scènes niet te ondermijnen. Tijdens het schrijven van Lucia di Lammermoor klaagde de componist zelf geregeld over hoofdpijn. Dertien jaar later stierf hij dement en verlamd. Men nam aan dat dit alles het gevolg van syfilis was.
Glasharmonica Ook bekend als armonica, glasarmonica, hydrokristalofoon. De klanken van dit muziekinstrument dreven, volgens de 18e-eeuwse critici, niet allen zijn bespelers maar ook de luisteraars tot waanzin. De slachtoffers werden melancholiek, depressief en stortten volledig in. De mechanische glasharmonica werd in 1762 uitgevonden door Benjamin Franklin. De moderne modellen bestaan uit een rij van glazen schalen. Het instrument wordt bespeeld met de vingertoppen. Het repertoire voor dit ‘waanzin’-instrument omvat meer dan honderd originele composities van onder anderen Wolfgang Amadeus Mozart, Carl Philipp Emanuel Bach, Ludwig van Beethoven, Gaetano Donizetti en Richard Strauss. Ethosleer De Griekse ethosleer, gebaseerd op ideeën van Plato en Aristoteles, schreef de muziek bijzondere krachten toe. In minder gunstige gevallen kon de muziek zelfs ‘een verstoring van het geestelijke evenwicht’ en ‘een volslagen opheffen van de wil’ veroorzaken. De genezing van zielsziekten was mogelijk via katharsis-ervaring waarbij een innerlijke spanning tot ontlading werd gebracht. Extase Verouderde betekenis van waanzin (Van Dale). Extatische dansen Energieke, snelle en uitputtende massadansen die in de Middeleeuwen vooral in de tijden van de epidemieën werden beoefend. De vroegste dansen dateren uit de 11e en 12e eeuw, toen men tijdens
Glasharmonica
Boëthius (480-524/525) Romeins filosoof, vertaler van de werken van Plato en Aristotelis, muziektheoreticus en schrijver/samensteller van vijfdelige muziektheoretische verhandeling de Institutione Musica. In navolging van Plato schreef Boëthius over de invloed van de muziek op de geestelijke toestand en de rol van de muziek voor het in stand houden van harmonie tussen lichaam en geest (musica humana). Componisten De muziekgeschiedenis kent veel meer componisten die door toedoen van critici en collega’s als gekke musici met waanzinnige ideeën door het leven moesten gaan (denk aan Berlioz of Beethoven) dan componisten met een werkelijk gestelde medische diagnose krankzinnigheid. De eerste groep musici
002959-KunstZone januari 2011.indd 26
14-12-10 14:39:16
Ku ns
te
n
ge
kt
e
27
de massale dansbijeenkomsten op de kerkhoven fanatiek de Danse macabre en Dans van St. Vitus danste. In de 14e en 15e eeuw was er zelfs sprake van de Duitse, Italiaanse en Nederlandse St. Vitus-mania die vergelijkbaar was met de massa hysterie rondom de 14e-eeuwse Duitse Totendans. De minder fanatiek beoefende, maar evenwel met de waanzin en muziektherapie geassocieerde dansen waren de latere La Folia en Tarantella. Folia (La Folia) Een populaire dansmelodie in ¾ maat met een vaste baslijn. Deze oorspronkelijk Iberische dans werd uitgevoerd door twee groepen mannen in zowel mannelijke als vrouwelijke kleding. De Italiaanse naam van de melodie - de waanzin refereert aan de snelheid van de bewegingen en ritmische precisie die de dansers gek maakten. Hoewel de melodie vanaf de 15e eeuw bekend was, werd deze pas echt ‘waanzinnig’ populair na haar publicatie in 1672. Sindsdien inspireerde de 16 maten tellende La Folia van J.B. Lully meer dan 150 componisten op variaties voor diverse bezettingen in alle stijlen en genres. Gekte Synoniem van waanzin; komt voor in de uitdrukking ‘te gekke muziek’ voor, wat op zijn beurt als ‘waanzinnig oubollige term’ wordt gezien (met dank aan Hanneke Faber). Intervallen In de Middeleeuwen geloofde men dat bepaalde samenklanken de geestelijke gezondheid van spelers en luisteraars konden beslechten. Een van deze gevaarlijke intervallen, de tritonus, ontleende zijn naam aan de afstand van drie hele tonen, maar werd liever met zijn veelzeggende bijnaam genoemd, de diabolus in musica (de duivel in de muziek). De andere interval, de vanwege de Pythagorese komma erg onzuiver klinkende wolfskwint, riep associaties met het huilen van een wolf op. Beide dissonanten werden dan ook vermeden in de muziek. Krankzinnig Een ander synoniem van waanzin; zelden gebruikt in de muzikale context. McClary, Susan (1946-) Amerikaanse musicologe, schrijfster van het boek Feminine Endings: Music, Gender, and Sexuality (Minneapolis, 1991). Hoofdstuk 4 van haar boek is gewijd aan de plaats en betekenis van krankzinnige vrouwelijke personages in de muziek: Excess and Frame: The Musical Representation of Madwomen. Music and madness Het autobiografische boek van de Ierse psychiater
002959-KunstZone januari 2011.indd 27
Robert Schumann momument te Zwickau
Ivor Browne over zijn leven, de betekenis van de muziek en de psychiatrie in Ierland in de tweede helft van de 20e eeuw. Musicofilia Musicofilia, Verhalen over muziek en het brein (2007) is een boek van Oliver Sacks, de schrijver en hoogleraar neurologie en psychiatrie aan de Columbia University Medical Center. De onderwerpen van de 29 hoofdstukken variëren van muziektherapie, muzikale hallucinaties en muziekvrees tot de relatie tussen muziek en waanzin. Voor een boekbespreking zie Kunstzone 1-2010, pagina 27. Schumann, Robert (1810-1856) Duitse componist, dirigent en muziekjournalist. Zijn pianowerken en liederencycli behoren tot de beroemdste composities uit de vroege romantiek. Schumanns muziek en literaire publicaties droegen toe aan het beeld van een romantische kunstenaar die in zijn werk door persoonlijke emoties gedreven werd. De componist zelf voelde zich verscheurd tussen diverse kanten van zijn persoonlijkheid: poëtische, fijnzinnige en lyrische, tegenover impulsieve, enthousiaste en extraverte. Zijn zus pleegde zelfmoord toen Schumann pas 16 jaar oud was. Zijn hele leven lang vreesde hij een geestelijke inzinking. In de jaren vijftig van de 19e eeuw leidde Schumann steeds vaker aan zware depressies, gehoorhallucinaties en angstaanvallen. Nadat hij in Düsseldorf in de Rijn was gesprongen, werd hij op eigen verzoek in een inrichting geplaatst. Hij overleed er drie jaar later, 46 jaar oud. Smetana, Bed ich (1824-1884) Tsjechische componist en dirigent, die samen met Antonín Dvoéak werd beschouwd als ‘de vader’ van de Tsjechische nationale muziek. Naast vier opera’s componeerde Smetana zes symfonische gedichten Má Vlast (Mijn Vaderland). Tijdens het werk aan deze cyclus werd hij echter doof. In zijn Eerste Strijkkwartet heeft Smetana geprobeerd om het effect van de oorsuizing met hoge sissende en dissonerende klanken weer te geven. De doofheid werd gevolgd door krankzinnigheid (beide als resultaat van syfilis). Hij overleed in een psychiatrische kliniek in Praag. Tarantella Snelle Italiaanse volksdans in 6/8 maat, begeleid op mandoline, castagnetten of tamboerijn. In de 14e tot de 16e eeuw werd de dans en bijbehorende
muziek gebruikt voor de neutralisatie van een beet van een giftige tarantula-spin. De bevolking in het zuiden van Italië geloofde dat de snelle, extatische dansbewegingen de door de beet veroorzaakte hysterie (tarantisme) en uitputtende stuipen (tarantulisme) konden laten stoppen. Deze middeleeuwse muziektherapie werd gebaseerd op de gedachte dat de giftige stoffen veel sneller met het zweet verdampten. Later werd de tarantella toegepast bij behandeling van hysterische vrouwen (carnevaletto delle donne). In de 19e eeuw werd deze dansmuziek met karakteristieke trioolpatroon herontdekt door Franz Liszt, Frédéric Chopin, Felix Mendelssohn, Gioachino Rossini, Pjotr Tsjaikovski die tal van snelle tarantella’s schreven. Waanzinaria Het idee om een krankzinnig geworden personage zijn leed te laten bezingen en daardoor de emotionele lading van de opera te verhogen, stamt nog uit de tijd van Monteverdi’s verloren opera La finta pazza Licori (1625). Inmiddels is het repertoire waanzinaria’s uitgebreid met tijdelijke zinsverbijstering-, inzinking- en hallucinatiescènes die voor alle stemsoorten te vinden zijn. De meest beroemde sopraan aria’s zijn die van de waanzinnige Elvira in I Puritani (1835) van Vincenzo Bellini, Lucia uit Lucia di Lammermoor (1835) van Gaetano Donizetti, Marguérite uit Faust (1859) van Charles Gounod, Lady Macbeth uit Guiseppe Verdi’s Macbeth (1865) en Ophélie uit Thomas’ Hamlet (1868). Voor mezzo-sopraan is er Händels aria van Dejanira, de vrouw van Hercules (Hercules, 1744). Tot de enkele uitzonderingen uit de overwegend vrouwelijke waanzin behoren een visioenaria van bas-bariton Godoenov uit de gelijknamige opera (1874) van Moessorgski en de slotscène van Peter Grimes (tenor), het hoofdpersonage van Brittens opera Peter Grimes (1945). Waanzinnige muziek De Kunstzone-steekproefvraag leverde de volgende beschrijvingen op: ‘supergoed’, ‘bijzonder’, ‘net iets beter dan wanneer de muziek te gek is’. Toch blijkt het dat als de muziek ‘wáánzinnig is, dan is het echt helemaal te gek!’ (met dank aan Hanneke Faber en Angeline Cuijpers). Wolf, Hugo (1860-1903) Oostenrijkse componist van de liederencycli Mörike-Lieder (1888), Goethe-Lieder (1889), Spanisches Liederbuch (1890) en Italienisches Liederbuch (1891, 1896). Zijn hele leven lang kampte Wolf met zware depressies die op zijn 38e uiteindelijk tot een zware psychische inzinking leidden. De laatste vijf jaar van zijn leven bracht hij in een Weense kliniek door.
14-12-10 14:39:17
28
januari 2011
Zorgleerling de dupe Docenten Zeldenrust Steelantcollege
In 2011 wordt het zogenaamd Passend onderwijs ingevoerd. Eraan gekoppeld is een bezuiniging van 300 miljoen euro op het onderwijsbudget voor leerlingen die speciale zorg of zelfs zware zorg behoeven om mee te kunnen draaien in het onderwijs en later in de maatschappij. Vooral in het voortgezet onderwijs worden zorgleerlingen hiervan de dupe, omdat Passend onderwijs inhoudt dat zorgleerlingen niet langer in het speciaal onderwijs worden begeleid door gekwalificeerd personeel in kleine groepen, maar in het reguliere onderwijs, in groepen van soms meer dan 30 leerlingen en door docenten die niet beschikken over de gereedschappen die nodig zijn om deze kinderen de vereiste aandacht te geven. De groepen in het reguliere onderwijs zijn sowieso al te groot om adequaat onderwijs te kunnen verzorgen voor leerlingen die geen speciale zorg behoeven.
groepsgrootte nog ongunstiger uit. - Het realiseren van samenwerkingsverbanden. Maar anderhalf jaar geleden al werd geconstateerd dat dat zou leiden tot teveel ‘bestuurlijke drukte’. Besloten werd toen dat de bestaande samenwerkingsverbanden onderling zelf maar moesten zien hoe een en ander gestalte moest krijgen. Tegelijkertijd werd bepaald dat zonder deze samenwerkingsverbanden geen uitvoering kan worden gegeven aan de budgetfinanciering. Het is namelijk noodzakelijk om te weten welk samenwerkingsverband een (financiële) relatie heeft met welke instelling voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Een fiasco is dus niet denkbeeldig.
Wat is het probleem? Het aantal zorgleerlingen is sinds 2003 sterk gegroeid, van 6,5% naar 9,5% in 2008. In 2014 zal het zorgbudget ongeveer 21% bedragen van het reguliere budget voor primair- en voortgezet onderwijs. Het ministerie is van mening dat er een onaanvaardbare stijging van het aantal rugzakjes plaatsvindt, omdat kinderen steeds makkelijker tot zorgleerling zouden worden bestempeld. In de laatste meting door de OESO (Equity in education, 2004) presteerde Nederland rond het gemiddelde. Er is sinds die meting sprake van een flinke stijging, vooral in het voortgezet onderwijs: 46%, maar onduidelijk is of dat in de andere Europese landen ook zo is.
Wij zetten in het kort de zaken op een rijtje en maken daarbij gebruik van de rapporten 5 en 6 van de Brede heroverwegingen (BHO) die in april van dit jaar zijn verschenen. De in totaal 20 rapporten BHO zijn te vinden op de website van het Ministerie van Financiën (www.minfin.nl > Begroting > Brede heroverwegingen > Alle rapporten brede heroverwegingen). Overigens is de korting van 300 miljoen nog aan de lage kant: in werkelijkheid komt de bezuiniging in 2015 uit op een bedrag van meer dan een half miljard. Dat is ongehoord op een totaal budget van 2,2 miljard euro. Hoe bezuinigen? De bezuiniging moet hoofdzakelijk gerealiseerd worden door: - Het afschaffen van de zogenoemde rugzakjes. Dat betekent dat er geen financiële faciliteiten meer beschikbaar zijn voor de aangemelde zorgleerling. In plaats daarvan komt er een budgetfinanciering, een vastgesteld totaalbedrag dat besteed moet worden aan de extra zorg die nodig is. Alleen: dat bedrag is gebaseerd op de uitgaven voor zorgleerlingen in 2003! Omgerekend betekent dat een verlaging van 10% tot 15%. Bovendien moet de groepsgrootte in het speciaal basisonderwijs verhoogd worden met 15% en in het speciaal voortgezet onderwijs met 23%. Gemakshalve telt het ministerie bij het berekenen van de groepsgrootte alle personeelsleden mee, dus ook directie en onderwijsondersteunend personeel. Als we uitsluitend de leerkracht als uitgangspunt hanteren, en dat is de praktijk, komt de
002959-KunstZone januari 2011.indd 28
14-12-10 14:39:31
29
Concrete betekenis bezuinigingen Op de eerste plaats komen kinderen die tot nu toe opgevangen werden in kleine groepen op scholen waarin gekwalificeerd personeel zorgt voor een veilig klimaat, terecht op grote scholengemeenschappen in het voortgezet onderwijs. De veiligheid en overzichtelijkheid zijn voor hen ver te zoeken. Deze kinderen vragen om heldere structuren, haken af bij veel prikkels en vergen individuele zorg. Iedereen die wel eens een middelbare school tijdens de pauze bezocht heeft, beseft dat opgaan in het reguliere onderwijs voor deze kinderen horror betekent. Op de tweede plaats zijn de klassen voor deze leerlingen veel te groot. Het is al ondoenlijk om reguliere leerlingen adequaat te begeleiden in groepen groter dan 25, laat staan 30 of meer. Het is ondenkbaar dat een docent in staat is om binnen deze groepsgroottes vier of vijf leerlingen per klas van extra zorg te voorzien, temeer omdat al deze zorgkinderen individueel gediagnosticeerd moeten worden: Welke vorm van autisme betreft
het? Is er sprake van PDD-NOS of ADHD of een andere vorm? Het ene kind mag niet worden afgeleid door wat voor prikkel dan ook: niks aan de muur hangen, alle tafeltjes in busopstelling achter elkaar, terwijl in dezelfde klas een ander kind juist in groepen moet werken en diverse prikkels nodig heeft om een taak te kunnen uitvoeren. Dat zorgleerlingen die niet geholpen worden, ongewenst gedrag gaan vertonen is evident. Dat doen reguliere leerlingen trouwens ook: een horrorscenario voor kinderen, ouders en docenten. Op de derde plaats staat deze maatregel haaks op de eis van het ministerie om de opbrengst van het onderwijs fors te verhogen: exameneisen worden aangescherpt op het gebied van taal en wiskunde. Ieder jaar worden scholen afgerekend op hun resultaten door de kwaliteitskaart van de inspectie en publicatie daarvan in landelijke kranten. Het streven van scholen om zoveel mogelijk leerlingen op het juiste niveau te laten doorstromen en te laten slagen zonder zitten blijven staat haaks op het voornemen om zorgleerlingen te
plaatsen in klassen die volop zijn overgeleverd aan dit prestatiecircus. Als laatste consequentie noemen wij de forse gevolgen voor de werkgelegenheid. Geschat wordt dat er 5000 hele banen verdwijnen in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Omdat de gemiddelde arbeidsplaats 0,75 fte bedraagt is het aantal personen dat zijn baan verliest omgerekend 6666! Dat zal al op korte termijn plaatsvinden, aangezien de bezuinigingen al in 2013 gerealiseerd moeten zijn. Het mag duidelijk zijn dat, na de mislukkingen van voorgaande hervormingen (basisvorming, Tweede fase) er een nieuwe catastrofe op het onderwijs afkomt die vooral slachtoffers zal maken onder zorgleerlingen, maar ook de gevolgen voor het personeel in het onderwijs zijn gigantisch, afgezien van voornoemde ontslagen mag gevreesd worden dat demotivatie, afname van onderwijskwaliteit en stijging van ziekteverzuim sterk zullen toenemen. Voor zo’n conclusie hoef je geen helderziende te zijn. Het rapport van de Commissie Dijsselbloem gaf ondubbelzinnig aan dat er rust moet komen in het onderwijs, zodat de docent weer zijn werk kan doen, vooral gericht op de kerntaak: lesgeven en leerprocessen begeleiden. Nadat alle politieke partijen zich hieraan hadden geconformeerd, verdween het in een diepe la en is het weer ‘business as usual’. De belofte dat het onderwijs extra geld krijgt om weer enigszins in de pas te lopen met de rest van Europa blijkt een leugen. Nu is het onderwijs inmiddels wel gewend aan gebroken beloftes, maar niet aan het cynisme waarmee bezuinigingen moeten worden gerealiseerd die onmiddellijk ten koste gaan van kinderen die extra zorg behoeven. Zij worden zo letterlijk het kind van de rekening. Nederland wordt een raar land.
Aanbevelingen - Zorgleerlingen krijgen extra geld via leerling-gebonden financiering. - Zij krijgen onderwijs en zorg op maat in speciale leeromgevingen die voor veiligheid, overzicht en structuur zorgen. - Zij krijgen onderwijs van gekwalificeerd personeel in kleine groepen. - Er komen extra gelden om dit te realiseren. - Het onderwijsbudget in zijn algemeenheid wordt verhoogd en op het niveau. gebracht van de gemiddelde Europese onderwijsuitgaven, zoals gemeten door de OESO.
002959-KunstZone januari 2011.indd 29
14-12-10 14:39:46
30
januari 2011
Dans als schoolvak in het VO
Brigitte Fafieanie
Atlas College VMBO-Titaan
Stedelijk Dalton College
Zuiderlicht College
Foto: Brigitte Fafieanie
Foto: Brigitte Fafieanie
Foto: Brigitte Fafieanie
In augustus 2010 heb ik een kunsteducatief onderzoek afgerond over dans in het voortgezet onderwijs. Naar aanleiding hiervan is mij gevraagd of ik wat meer wilde vertellen over dit onderzoek Dans als schoolvak in het voortgezet onderwijs. Natuurlijk doe ik dit graag. Dans sluit immers aan bij de jongeren en heeft diverse voordelen die een belangrijke rol verdienen in het hedendaagse voortgezet onderwijs in Nederland.
scholen zijn actief onder de vlag van de Lucia Marthas Academie (LMA). Het LMA verzorgt met eigen docenten danslessen op drie middelbare scholen. Daarnaast is er op alle vijf bezochte scholen een enquête onder de dansleerlingen afgenomen (216 in totaal). Naast deze scholen is ook ISH bezocht. Daar kunnen jongeren zelf naartoe om danslessen te volgen en van daaruit stromen sommigen ook door naar het danscircuit. Het gehele onderzoek kan ik hier niet geheel beschrijven, maar er zijn een aantal punten naar voren gekomen die ik graag wil uitlichten.
Op scholen in Engeland is dans na voetbal de meest populaire activiteit. Maar liefst 96 procent van alle scholen in het primair en voortgezet onderwijs biedt dans aan. Op meer dan 1.000 scholen kunnen leerlingen eindexamen doen in dans en daar kiezen 19.000 scholieren voor. Deze gegevens komen uit een recent onderzoek van Youth Sport Trust. Dans in Nederland In Nederland boden rond 1980 bieden ongeveer vijf scholen dans aan. Sinds die tijd zijn daar mondjesmaat enkele scholen bijgekomen. In 1994 boden negen scholen dans aan. In het nieuwe millennium is er wel het een en ander veranderd. Diverse scholen bieden dans als lesvak aan in de onderbouw en er is een groei ontstaan in het aanbod van dans op projectbasis. Momenteel wordt in Nederland dans als eindexamenvak (Cito volgens CSE richtlijnen) aangeboden op negen scholen (VMBO-TL niveau). Er kan rustig gesteld worden dat dans als schoolen examenvak in ons land, ondanks verwoede pogingen van enkele pioniers, in vergelijking met Engeland nog in de kinderschoenen staat. Vanuit dit oogpunt leek het zinvol om een aantal scholen te gaan bezoeken om te kijken wat het aanbod van dans als lesvak is en of dit aansluit bij de leerlingen. Uiteindelijk zijn er vijf scholen bezocht en is er met diverse docenten en andere informanten (personen die in de danswereld actief zijn) uitgebreid gesproken. De bezochte scholen zijn: IVKO (VMBO/HAVO), Gerrit van der Veen College (HAVO/VWO), Stedelijk Dalton College Alkmaar (VMBO), Zuiderlicht College (VMBO) en Atlas College-VMBO Titaan. De laatste twee genoemde
002959-KunstZone januari 2011.indd 30
Visies en leerlijnen Over het algemeen is de persoonlijke visie van de dansdocenten bepalend voor de kunsteducatieve visie, voor de leerlijn en voor het dansprogramma van de school. En deze persoonlijke visie en leerlijn staat meestal niet uitgebreid op schrift. Uitzondering is de LMA die van de bezochte scholen de meest uitgebreide leerwijzer en aanverwante lectuur heeft opgezet. Deze wordt door de docenten van de LMA op de scholen toegepast. Ook Het Stedelijk Dalton College heeft met ingang van dit nieuwe schooljaar een uitgebreide methode in boekvorm dat is opgezet door de docente zelf.
Dans
= leuk = saai = super cool = voor
meisjes = plezier = een bijvak = gezond = kunst = sport = je uiten = niet mijn ding = gezellig = creatief = om te spijbelen = mijn artistieke talent ontplooien = een deel van mijn leven = mijn toekomst!
In de - meer of minder persoonlijke - visies zijn er een aantal punten die overeenkomen. De docenten willen allemaal graag dat leerlingen de mogelijkheid krijgen om aan dans te doen en hun talenten te ontdekken. Allen hebben drie doelen: dansplezier, ontwikkelen van een eigen dansstijl en vergroten van theoretisch inzicht bij hun leerlingen. De een doet dat op basis van een bepaalde theorie (bijvoorbeeld, de compositietheorie) en de
ander gaat uit van de basistechnieken van ballet en jazz-dans. Bij de LMA wordt gewerkt op basis van pop-show-musical dans en urban dans. De meesten laten diverse dansstijlen de revue passeren, waaronder hip hop, Afrikaanse dans en streetdance. Ook aan theorie (bijvoorbeeld dansvideo’s bekijken, over dansgeschiedenis lezen en dit weer koppelen aan de praktijk) wordt aandacht besteed en vormt een wezenlijk onderdeel voor het inzicht in dans. Voordelen van dans De voordelen richten zich er vooral op dat dans goed is voor de persoonlijke ontwikkeling. Met name de positieve invloed op het zelfvertrouwen wordt als grootste winstpunt aangegeven. De andere genoemde voordelen zijn: ze voelen zich redelijk vrij, durven zich te presenteren, vinden vaak hun eigen draai ondanks de omstandigheden thuis. Hierdoor gaan ze zichzelf wat waard vinden, ontwikkelen zelfinzicht, kunnen beter samenwerken en doen dat ook sneller, ontwikkelen en ontdekken hun talent, hebben minder schaamte voor zichzelf en voor elkaar, zijn zekerder van zichzelf en minder gesloten, bevorderen het fysieke contact tussen jongens en meisjes. Dans biedt de leerlingen de mogelijkheid om op een creatieve en conditionele manier bezig te zijn met hun lichaam en het kunstzinnig denken. Een manier om zichzelf te kunnen ontdekken in een breder perspectief dan alleen het bewegen op zich (kunstzinnig/creatief, emotioneel, sociaal/maatschappelijk). Tevens geeft het mogelijkheden voor meer bewustwording van de positieve effecten van beweging, gezondheid en leefstijl. Dans als schoolvak kan leiden tot meer discipline en zelfkennis. Aspecten die ook voor andere vakken een bijdrage kunnen leveren en ook als tegenwicht aan de meer cognitieve vakken. Dit alles heeft een positieve uitwerking op het sociale en emotionele vlak, hetgeen ook voor de toekomst van de leerling een belangrijke rol speelt. De voordelen van dans, en de mening van de docenten over het belang van het vak, zoals hierboven aangegeven, wordt bij de meeste scholen binnen het beleidsplan onderstreept. Dans heeft
14-12-10 14:39:49
31
een positief effect op het schoolklimaat. Zo hebben het Stedelijk Dalton College, het Zuiderlicht College en Atlas College VMBO-Titaan de populatie leerlingen zien groeien en veranderen. Steeds meer leerlingen kiezen bewust voor deze scholen, vanwege de aanwezigheid van dans. Het IVKO is opgericht door de danser Hans Snoek en het vak is vanuit deze oorsprong al erkend. Het heeft zich in de loop der jaren, door de inzet van de huidige dansdocente, sterk ontwikkeld, mede door een unieke doorstroom naar de vooropleiding van de AHK (5 O’clock klas), waardoor het vak binnen het beleidsplan een belangrijke positie heeft behouden. Bij het Gerrit van der Veen College vindt er een afname plaats van het dansaanbod, doordat het derde jaar verdwijnt. Binnen het beleidsplan is er voor gekozen om drama voorrang te geven, omdat dit vak hier in tegenstelling tot dans wel een eindexamenvak is. Mening van de dansleerlingen Van de onderzochte scholen waren de meeste leerlingen volledig tevreden met het aanbod van dans op de desbetreffende school. Elke dansleerling is tevreden over de dansles en de dansdocent. De belangrijkste eigenschappen die een dansdocent volgens de dansleerlingen zou moeten hebben zijn, dat de docent de leerlingen kan motiveren op een leuke manier, zelf goed en professioneel kan dansen, leuke choreografieën of combinaties heeft en zorgt voor een goede opbouw in de lessen.
De leerlingen doen, in de eerste plaats, aan dans voor het plezier. Vervolgens speelt de gezondheid (ik voel mij fitter, gezonder en werk aan mijn conditie) een rol. Hierna volgt dat de leerling zijn artistieke talenten kan ontplooien. De leerlingen vinden dat dans zowel kunst als sport is. Meer dan de helft zal doorgaan met het beoefenen van dans. Meestal in de vrije tijd of in de bovenbouw van de school (als dat mogelijk is) en een klein deel stopt definitief. 10% van de leerlingen, overwegend met dans als keuzevak, willen daadwerkelijk doorgaan naar een dans-vervolgopleiding. Keuzevak of verplicht vak Leerlingen die dans als keuzevak hebben, zijn over het algemeen meer enthousiast en gemotiveerd. Dans als verplicht vak lijkt vooralsnog geen stimulerende factor te zijn. Wanneer er wel sprake is van dans als verplicht vak, dan is het belangrijk om een - goede - dansdocent te hebben die voldoende kennis en vakdidaktische vaardigheden in huis heeft om de minder gemotiveerde leerlingen toch mee kunnen te krijgen. Niet dat dit bij een keuzevak niet aan de orde zou zijn, maar het is moeilijker om de leerlingen die dans als verplicht vak hebben te stimuleren en te enthousiasmeren. Opleidingen Docent dans De docentopleidingen kunnen en moeten veel meer belang hechten aan de ontwikkeling van een
visie bij hun studenten. De studenten kunnen op meer scholen les gaan geven, mits zij goed begeleid worden door professionals in het VO-werkveld en de opleidingen zouden hier aan mee moeten werken. Dit kan de scholen de gelegenheid bieden om meer met dans in aanraking te komen en zodoende het curriculum met dans uit te breiden. De versterking van de HBO-studenten, en het meer toelaten van studenten met een multiculturele achtergrond zou dans op scholen die juiste impuls kunnen geven. De MBOopleidingen vinden, zo het er nu naar uitziet, beter aansluiting met het werkveld, zeker waar het VMBO-leerlingen betreft. Tenslotte Het onderzoek Dans als schoolvak in het voortgezet onderwijs kan gezien worden als een aanzet om dans meer onder de aandacht te brengen in het voortgezet onderwijs en als vervolg hierop ook in het primair onderwijs. Dans heeft belangrijke voordelen en het zou goed zijn als meer scholen dans als (keuze)vak gaan aanbieden. Vanuit dit oogpunt wil ik doorgaan en mij inzetten om dans als schoolvak meer op de kaart te gaan zetten. Voor meer informatie en/of het opvragen van het onderzoek kunt u contact opnemen door een mail te sturen naar
[email protected] onder vermelding van uw naam/organisatie en telefoonnummer.
master Kunsteducatie Heb je een docentenopleiding afgerond in de beeldende kunst en vormgeving, dans, drama of muziek? Werk je in de kunsteducatie? Ben je kunstenaar met ervaring in de kunsteducatie? Wil je je kennis en visie op kunsteducatie verbreden en verdiepen? Kies dan voor de tweejarige master Kunsteducatie aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Voorlichtingsavond dinsdag 18 januari 2011 Voor meer informatie, aanmelden voor de voorlichtingsavond of het aanvragen van de folder, kijk op www.masterkunsteducatie.nl
002959-KunstZone januari 2011.indd 31
14-12-10 14:39:53
32
januari 2011
Amir Pool neemt afscheid 0 g
Redactie Kunstzone
Tijdens de Algemene Ledenvergadering van de VLS op dinsdag 7 december jongstleden nam Amir Pool afscheid. Althans, dat was de bedoeling. Maar dat ging niet lukken. Weliswaar legde hij als waarnemend voorzitter de hamer neer, zijn afscheid als penningmeester moet een half jaartje uitgesteld worden, want hij had zich voorgenomen om een financieel gezonde VLS achter te laten, maar het was niet gezond genoeg naar zijn zin. Desondanks werd 7 december jongstleden als zijn afscheid beschouwd en daarom kijken een viertal medebestuurders hier terug op het tijdperk Amir Pool.
Een VLS-boegbeeld met een groot hart Frits Evelein
Amir Pool vertrekt als penningmeester en als waarnemend voorzitter uit het bestuur van de VLS. Hij neemt afscheid en daarmee zal de VLS zonder zijn betrokkenheid, loyaliteit en zorgvuldigheid verder gaan. Zijn afscheid luidt voor de VLS een nieuw tijdperk in. Ik heb ongeveer 14 jaar met Amir in het bestuur samengewerkt en hem op veel verschillende manieren leren kennen. Een inspirerend en gedreven man met een groot hart voor muziek en voor muziekeducatie in de breedste zin van het woord. Als je Amir ontmoet, vallen je als eerste zijn artistieke voorkomen en zijn stralende ogen op. Absoluut geen doorsnee mens en dat is nou precies wat kunst en kunsteducatie zo fascinerend maakt: authenticiteit en oorspronkelijkheid. Dat kun je zeker van Amir zeggen. Hij heeft een geheel eigen stijl en manier van werken. Wie kent niet zijn sublieme vermogen om soepel in veelal langdurige telefoongesprekken via allerlei invalshoeken masserend zijn punt te maken en op tactvolle, doch vasthoudende wijze je te winnen voor de grote zaak, namelijk de VLS. Amir is betrouwbaar, hij doet wat zegt en zegt wat hij doet. Hoeveel inzet het ook kost, hij is een doorzetter die doorgaat totdat hij waarmaakt wat hij belooft en waar hij in gelooft. Verbondenheid staat hoog in zijn vaandel, contact en communicatie zijn bij uitstek zijn manieren te realiseren waar hij zich aan verbindt en waar hij voor staat en gaat. Betrokkenheid voor muziekeducatie ongeacht het werkveld, van PO, VO, MBO, HBO, WO, Pabo, muziekschool en vele andere werkvelden waarin muziek en muziekeducatie een rol spelen en waarin muziekdocenten werkzaam zijn, Amir gaat er voor. Hij kent alle details van elke CAO en als hij het niet paraat heeft, weet hij het wel snel op te dreggen, feilloos te voorzien van allerlei significante details, doorspekt met voorbeelden, anekdotes en met een veelheid aan real life stories.
002959-KunstZone januari 2011.indd 32
Ik ken weinig mensen die zo zorgvuldig zijn. Hij bouwt zijn betogen op als een architect die een prachtig gebouw maakt met een rondom uitzicht gesitueerd op een prachtige berg. Amir begint als hij gaat spreken meestal eerst met het leggen van een solide verbaal fundament. Een beeldende uitleg waar het thema over gaat en waarom het belangrijk is. De vele referenties aan het kleurrijke verleden van de VLS - waarvan hij zelf een groot deel heeft meegemaakt - vormen een verbale betonlaag waarop de rest van zijn betoog gebouwd gaat worden. Hij vervolgt met de opbouw van een verbale en intellectuele zuilengalerij met verschillende perspectieven en nuanceringen als grote schuifpuien en ramen naar alle windrichtingen. En hij eindigt met een toren op het gebouw die gericht is op de kern van waar het om gaat. Maar steeds genuanceerd, de verschillende perspectieven en opties worden altijd in het oog gehouden. Amir spreekt zoals hij denkt en is, genuanceerd, breed, veelzijdig en oplossingsgericht. Als Amir ergens in gelooft, laat hij niet los, vecht hij tot laatst en maakt hij altijd zijn punt. Dan is er Amirs liefde voor muziek, voor mensen, voor excellente wijn, feesten en heerlijke maaltijden. Amir geniet en doet genieten. Schoonheid, kwaliteit en geraaktheid zijn essentiële drijfkrachten in zijn leven. Ook hier heeft hij een geheel eigen stijl en voorkomen. Niet alleen is hij in staat uren bijna eufoor te spreken over wijn en de combinatie van bepaalde gerechten met wijn. Ook muziek, zijn liefde voor zijn vrouw en gezin, het reizen, zijn Steinway-vleugel en prachtige huis in Heemstede: Amir is een gepassioneerd mens wiens hart overstroomt van liefde voor schoonheid en kwaliteit en dat beluister je in elk woord dat hij zegt.
ook geleid. Actie en bezigheid zijn opmerkelijke eigenschappen voor jou, slaap en rust zijn bijna wezensvreemd. Dus na deze bestuursjaren volgen zeker nog vele andere actieve en bevlogen jaren. Ik gun je ze van harte en hoop dat je je expertise, anekdotes en steun zult willen blijven verlenen aan de VLS en aan de muziekeducatie, zeker in deze tijd die grote veranderingen en uitdagingen met zich mee brengt. Amir, bedankt voor je collegialiteit en vriendschap.
Van een u Nicky Selen
Amir Pool is van een uitstervend ras van zeer betrokken bestuurders die (bijna) alles opzij zetten voor de vereniging waarvoor zij actief zijn. We zijn het er, denk ik, wel over eens dat we zo iemand nooit meer zullen vinden. Dat opzij zetten werd hem door zijn thuisfront niet altijd in dank afgenomen. Amir is zeer lange tijd voortrekker geweest van onze vereniging. Hij was de kurk waarop de vereniging drijvende blijft. Amir zal het moeilijk hebben om afscheid te nemen en zich niet meer te bemoeien met de gang van zaken binnen de VLS. Ik begreep dat hij ons gaat verlaten... maar nog niet helemaal! Het tekent zijn ambitie om de VLS voor de nieuwe
Amir, met jou vertrekt er een epigoon, een trouw bestuurder uit een generatie die weet wat loyaliteit is. Een vastbijter met geloof in een zaak. Je sporen heb je verdiend en je hebt het bestuur door een boeiende fase van haar bestaan gedragen en
penningmeester financieel gezond achter te laten. Inspanningen zijn natuurlijk niet altijd belangeloos. Amir zal eerlijk moeten toe-
14-12-10 14:39:54
33
Amir gaat zijn leven beteren Max de Boer
Meester-hengelaar Reyer Ploeg
‘Amir moet zijn leven beteren,’ schreef Amir Pool in een mail in september jongstleden. Hij schreef dit naar aanleiding van een artikel over schooltijden, waarin werd vastgesteld dat een volwassene 8,5 uur slaap nodig heeft. Met die constatering verwees hij naar een uitspraak van een oud-voorzitter van de VLS die stelde ‘[…] dat ik 24 uur, 7 dagen in de week, 52 weken per jaar voor de club (lees: VLS) beschikbaar moet zijn’. Die oud-voorzitter was ik! Dit was geen gebod, zoals Amir stelde, maar een invulling van een werkwijze die hij, zolang ik hem ken, heeft gehanteerd om de
Wie wil vissen, kan in het water springen en om zich heen grijpen. Een stok, touw, haakje en worm zijn wel handig als het niet zo warm is. Maar als je beet wilt hebben, kun je je nog veel beter voorbereiden.
VLS te brengen tot het niveau waar het nu is. Ruim 15 jaar lang hebben wij in eendrachtige samenwerking gewerkt aan de VLS. Amir als penningmeester, ikzelf als voorzitter en samen als onderhandelaars van de vakbond. Ik ben altijd les blijven geven en Amir is altijd
n uitstervend ras geven dat hij ook wel ‘kickte’ op het werk dat hij de afgelopen jaren zo intens deed en dat hij er genoegen in schepte om te verhalen tot hoe laat in de nacht hij weer moest ploeteren om zijn VLS-werk gedaan te krijgen. Hij beschikte over meer informatie dan welk bestuurslid ook en liet dat, weliswaar op een bescheiden manier, dan ook duidelijk merken tijdens de verschillende overleggen. Ruzie zal je niet krijgen met hem. Charmant en met diplomatie ontwijkt hij deze klippen. Als rechtgeaarde Limburger vraag ik me toch nog steeds af waar dat Bourgondische van Amir nou eigenlijk vandaan komt. Waarschijnlijk voorouders uit zuidelijke streken?
002959-KunstZone januari 2011.indd 33
Dan ga je speuren en sparen tot je een kruk hebt waarin vele laatjes de meest vreemdsoortige haakjes verbergen, heb je voor alle weersomstandigheden kleding, paraplu’s, windschermen en hoofddeksels. Je kiest zorgvuldig de verschillende types hengel uit en ook je aas is in diverse bakjes goed geordend. Een schepnet en emmer om de vangst in op te slaan niet vergeten, want het zal je niet gebeuren dat wat je beet hebt, er weer vandoor gaat… Voor een ochtendje vangen zul je in het eerste geval geen tijd nodig hebben, maar weinig opbrengst hebben. In het laatste geval is er heel wat tijd verstreken alvorens de vis kan bijten, maar dan is de vangst er ook naar. Amir Pool kiest duidelijk voor de laatste weg. Zijn instrumenten kiest hij zorgvuldig uit. Ik had al een aantal langdurige gesprekken gevoerd zonder argwaan, toen ik plotseling besefte dat ik in een haakje aan het bijten was… En zo heeft Amir in het VLS-bestuur de nodige mensen om zich heen verzameld die allen op hun beurt ten prooi zijn gevallen aan een van zijn hengels. Maar waardoor er nu wel een slagvaardig en deskundig bestuur zit. Ik ben in de maanden na mijn toezegging wel gaan vrezen. Zijn kruk met laatjes heeft inmiddels enorme proporties aangenomen. Hij weet als een timmerman in zijn werkplaats alles te vinden en alles te verbinden. Ik vroeg hem eens waar het dossier van de VLS is gehuisvest, maar het antwoord zat tegenover me: het dossier loopt rond! Zijn voortdurend van alles op de hoogte zijn, iedereen aan het lijntje houden, overal een voet
voor 100% bezig geweest met de VLS. Door mijn carrièreswitch in 2005 is vrijwel alles bij hem terecht gekomen. Mister VLS, hij wilde het zo graag anders, maar hij kon het niet loslaten. Het is niet alleen zijn enorme betrokkenheid, maar vooral ook zijn verantwoordelijkheidsgevoel dat hij dat is blijven doen. Ik prijs mij dan ook gelukkig zo lang met zo’n collega en vriend te hebben mogen werken. Gelukkig bellen we nog wel eens op een voor ons vertrouwd tijdstip: tussen 23 en 1 uur. Geen probleem als je altijd bereikbaar bent. Amir, ik hoor van je!
tussen de deur krijgen. Het is bewonderenswaardig en ongelooflijk. Ik zal hem dat niet nadoen. Ik mag gelukkig voorlopig nog van zijn laatjes gebruik maken. Misschien spring ik maar gewoon in het diepe en kunnen we met een gezamenlijk vangnet ook een goede oogst vangen. De tijd zal het leren. Dat de VLS de afgelopen jaren veel goede buit gevangen heeft, is in elke geval voornamelijk te danken aan deze Meester-hengelaar die zijn voorzittershamer uiteindelijk wilde overdragen. Amir, lof en dank!
14-12-10 14:40:01
34
januari 2011
Muziek horen, zien en voelen Esther Barten
Je hebt wetenschap en wetenschap. De ene vorm van wetenschap houdt zich bezig met het waarnemen van veranderingen, verschillen en overeenkomsten in alles wat met het gedrag van de mens te maken heeft, dit wordt meestal sociale wetenschap genoemd. De andere vorm van wetenschap houdt zich bezig met wetten van logica en fysica, de wetten van de wereld waarin wij leven.
Beide vormen van wetenschap hebben ideeën over muziek en geluid die heel verschillend zijn, doordat het uitgangspunt zo verschillend is. Met andere woorden: de ene wetenschapper is de andere niet, zo ook waar het theorieën over muziek betreft. Het is belangrijk om hier meteen al onderscheid te maken tussen geluid en muziek. Geluid noemen we namelijk pas muziek wanneer de klanken opzettelijk zijn gecombineerd om ernaar te luisteren. Er waren tijden waarin er nog meer bepalingen waren over wat muziek genoemd mag worden en wat niet - denk aan schoonheid, structuur en regelmaat - maar in de laatste eeuw zijn de musici zo rebels geweest dat ze al die regeltjes aan hun laars hebben gelapt. Toch moesten we hun muziek muziek blijven noemen. De wetenschap die zich bezighoudt met de wetten van de wereld om ons heen, kijkt naar muziek alsof het niets anders is dan geluid. De wetenschap die zich bezighoudt met alles wat te maken heeft met het gedrag van de mens, maakt een duidelijk onderscheid tussen geluid en muziek. Deze sociale wetenschapper vraagt zich af wat voor effect muziek heeft op mensen, wie het zijn die muziek maken, waarom zij muziek maken of waarom zij ernaar willen luisteren. De andere wetenschapper wil vooral weten wat geluid is, waar het vandaan komt en wat het doet. Recentelijk is de wetenschappelijke stroming van de kwantumfysica tot een bijzonder ‘nieuw’ inzicht gekomen: Geluid ontstaat niet alleen, geluid brengt voort. Nu zullen de meeste mensen met hun oren klapperen als ze zo’n uitspraak lezen. Het lijkt me dus het beste om dit wat beter uit te leggen. Als je ervan uitgaat dat er een begin en een eind is aan het hele bestaan, aan het universum, dan zou je ook kunnen aannemen dat het in het begin stil was. Immers, zodra er iets beweegt, is er geluid. Maar aangezien er niets was, bewoog er niets en was er dus ook geen geluid. Op het moment dat het universum is ontstaan (en ik zeg hier niet dat ik geloof dat het universum is ont-
002959-KunstZone januari 2011.indd 34
staan, het is maar een theorie) was er ook direct geluid. Dat is een aanname, maar elke wetenschapper weet dat een aanname nog geen feit is. Dus wat nu als de trilling er eerst was, de trilling van het geluid - want we weten allemaal dat geluid trilling is, die we opvangen met onze trommelvliezen - en dat die trilling de hele boel in beweging heeft gezet? Precies zoals geluid ook onze trommelvliezen in beweging zet? Dat is dus waar kwantumfysici zich onder andere mee bezig houden: geluid als sturende kracht in het universum. Het is dezelfde discussie als die over de kip en het ei, alleen dan in een vergevorderd stadium, maar daarom niet minder interessant. Als geluid een effect heeft op het universum, dan heeft het dus ook een effect op ons, op de cellen in ons lichaam, op onze hersencellen. We hebben zelfs een specifiek muzikaal deel in onze hersenen zitten en ook een speciaal hoekje voor spraak en voor taal. Maar misschien beperkt muziek zich niet tot het muzikale gedeelte van onze hersenen en wellicht heeft geluid ook wel effect op andere gebieden van onze waarneming… Een wetenschapper van de orde van de kwantumfysica zou zeggen dat geluid niet zo veel anders is dan licht, licht is namelijk ook trilling, net als geluid. Van verschillende kleuren licht vallen de trillingen op ons netvlies, zodat wij ze kunnen onderscheiden met onze ogen. Misschien kan je licht dan wel horen! Of misschien kan je geluid wel zien! De meesten van ons kunnen dat niet, of toch wel? Sluit je ogen maar eens als je naar muziek luistert, zie je dan geen kleuren dansen voor je ogen? Geluid kan je natuurlijk ook voelen. Daar zijn we in ieder geval allemaal bekend mee. De trilling van een lage toon dreunt letterlijk door je lijf. Dit principe wordt al heel lang gebruikt in volksrituelen. Het klassiek ballet de Sacre du printemps van Igor Strawinsky vertelt ons van zo’n ritueel: Een meisje danst zichzelf dood als offer voor de lente. In zijn muziek benadrukt Strawinsky het lage opzwepende en dreunende ritme. Hij beschrijft in klanken een oud gebruik dat wij wellicht barbaars vinden. Maar onze housemuziek is echter niet zo anders, en wij gaan ook door tot 7 uur ’s ochtends,
tot we er bijna bij neervallen, of misschien zelfs wel helemaal. We verzamelen ons in een ruimte met veel te grote speakers en we genieten van de cadans die door ons lijf gestuwd wordt. Soms dreig je in een trance te raken, als je jezelf echt zou laten gaan, dan zou je het bovendien langer vol kunnen houden. Maar tegenwoordig doen we dat niet meer zo gemakkelijk. We houden de muziek toch wat meer buiten ons. Tegenwoordig zijn onze hersenen over het algemeen actief in bèta-golven (12 tot 25 golven per seconde) en helpen ze ons zo te overleven en te functioneren. In deze toestand hebben we een strakke, maar snel verspringende focus op de buitenwereld, een wereld die we vooral ook blijven beschouwen als de wereld buiten ons. Ik ben ik, jij bent jij. Dit is van mij, dat is van jou. In de psychologie wordt het ook wel het fight or flight (vechten of vluchten) mechanisme genoemd. Hieruit blijkt al wel dat het een verhoogde staat van alertheid betreft die met een hoop stress gepaard gaat. Bèta-golven zijn bovendien niet goed voor de concentratie en in bèta kan je niet tot rust komen. Ook voor het geheugen en voor ons zelfbewustzijn zijn deze bèta-golven funest. We hebben niet de rust om iets werkelijk te laten bezinken en we hebben niet de rust om tot onszelf te komen. Het staat onze leerprocessen in de weg. Dat is niet erg, daar is het ook niet voor. Bèta-golven zijn er om te overleven in kritieke situaties. Het zou het beste zijn als we dagelijks een combinatie van alfa- en bèta-golven zouden hebben, een soort balans. Alfa-golven (8 tot 12 golven per seconde) zijn een teken van ontspanning. In alfa heb je een gerichte focus. Alfa is dus goed voor de concentratie. Een beetje bèta heb je echter wel nodig, want anders ben je weer tè ontspannen. Er zijn CD’s te koop met klanken die alfa-golven opwekken en bèta-golven bedaren. Deze klanken (noem het geluiden, noem het muziek) zouden ontspannend zijn. In het onderwijs wordt er in sommige gevallen al gewerkt met klassieke muziek - vooral barokmuziek - om de kinderen te helpen ontspannen. Aangetoond is dat mensen meer alfa-golven produceren en minder bètagolven wanneer ze naar barokmuziek luisteren. Naast de alfa- en bèta-golven zijn er ook nog delta- en thèta-golven. Delta-golven zijn voor dit verhaal niet zo belangrijk, deze heb je als je slaapt zonder dat je droomt. Thèta-golven (4 tot 8 golven per seconde) echter, horen bij het (dag)dromen en deze maken dat je de focus naar binnen verlegt.
14-12-10 14:40:02
35
Literatuur - Berendt, Joachim-Ernst. Nada brahma, de wereld is geluid. East-West Publications, Londen, 1999. - Berg, Lucas van den. De helende stem. Ankh-Hermes, Deventer, 2005. - Goldman, Joachim. Genezende klanken, de kracht van boventonen. East-West Publications, Londen, 1992.
Cymatica. Figuren in zout ontstaan door trilling van geluid
- Langedijk, Pieter. Alfa-hersengolven. Ankh-Hermes, Deventer, 2005. Zo zorgen ze voor een meditatieve concentratie. Zou je jezelf laten gaan in de discotheek, dan zouden je hersens steeds meer alfa en thèta-golven gaan produceren. Kortom, je zou in trance raken.
ten en weet je in je hoofd al hoe die verder gaat, je heb de file gevonden, heel het stuk muziek zat in je hoofd opgeslagen, inclusief de herinneringen die je daarbij hebt.
Muziek heeft namelijk de kracht om de mens in trance te brengen. Door een herhaald patroon kan je je laten hypnotiseren en de trilling kan je masseren. Dit gebruik van muziek is oeroud en werd al gebruikt in de mantra’s van het boeddhisme. Ook in de kerk werd gezang gebruikt als middel bij meditatie. In oude natuurreligies werden instrumenten gebruikt om het geluid van de goden te laten klinken of deze op te roepen en de stem werd gebruikt om één te worden met het universum. In elke religie zien we zang en muziek terug. Sommige mensen verliezen hierbij hun hoofd, zij gaan in trance, anderen gebruiken het slechts ter ontspanning of om alles even te vergeten, weer anderen zien het als illustratie en luisteren naar het verhaal in de muziek.
Je hebt het dan dus niet over het alfabet wat je op kan dreunen. Muziek is - meestal - een complexe structuur van over elkaar vloeiende gelijktijdige lijnen, het hoofd moet hard werken om muziek te onthouden. Dit kan je trainen. In muzieklessen leer je vaak luisteren naar stukken muziek door de lijnen te herkennen. Je tekent de melodie (lijn 1), je schrijft de tekst op (lijn 2), je tekent de gitaarlijn (lijn 3), je tekent aan waar de drums klinken (lijn 4), enzovoort, en langzaam maar zeker ga je in het bos de bomen zien. Dagen later kunnen ze je wakker maken en komt er in je hoofd het hele muziekstuk voorbij, je hebt een liedje in je hoofd, alle lijnen, alles tegelijk.
Als muziek kan ontspannen, kan het ook het tegenovergestelde bewerkstelligen, het kan stress geven. Het ligt er maar aan welke muziek je kiest. In psychologische onderzoeken wordt muziek vaak gebruikt om mensen te primen. Dat betekent dat je een groep mensen blootstelt aan harde muziek, bijvoorbeeld death metal, en je gaat dan vervolgens kijken of deze mensen anders reageren op situaties na het horen van deze muziek, dan mensen die deze muziek niet hebben gehoord. Er is wel degelijk een verschil. Harde muziek maakt mensen prikkelbaar, emotioneel, opvliegerig. Het verhoogt de bèta-golven, mensen schieten dus in hun fight or flight modus. Maar wat komt er wel niet allemaal bij kijken als we besluiten om eens bewust naar muziek te luisteren? Lelie en Lokhorst schrijven dat muziek luisteren geen eenvoudig verschijnsel is. Ze leggen uit dat er veel bij komt kijken, zoals de herkenning van toonhoogte, melodieën, ritme, metrum, dynamiek, samenklanken en instrumenten. Ondertussen gaat het brein aan de slag in zijn immense database om de titel en de artiest terug te zoeken bij het stuk muziek waar je naar luistert. Voor je het weet, kan je de muziek stop zet-
002959-KunstZone januari 2011.indd 35
Lelie en Lokhorst hebben het ook over het actieve musiceren, een instrument bespelen of zingen. Als je een instrument bespeelt, komt er in wezen nog een lijn bij die je moet onthouden en dat is de motorische lijn. Je moet dan alle lijnen die klinken dusdanig gaan voelen in je brein en in je lijf dat je naadloos kan aansluiten met je eigen lijn. Bij improvisatiespel - ter plekke bedenken wat je wilt spelen - komt daar nog bij dat je in structuren moet kunnen denken die niet vaststaan, je moet snel kunnen schakelen van de ene structuur naar de andere en je moet kunnen anticiperen op wat er komen gaat, anders ben je te laat! In het begin is improviseren dan ook vaak gokwerk, hoe meer beperkend de structuur is - je mag bijvoorbeeld alleen maar do-re-mi gebruiken - des te makkelijker is het improviseren, je hebt immers weinig keuze en je kan dus niet zoveel fout doen. Maar wanneer alle mogelijkheden open worden gegooid, lijkt het wel alsof er een zesde zintuig nodig is om de boel nog mooi samen te laten klinken. Op deze manier koppelt muziek de twee hersenhelften aan elkaar. De linkerhersenhelft die kennis uit de buitenwereld verzamelt, structuur aanbrengt in de waarneming en die actief is bij het studeren en de rechterhersenhelft die de
- Lelie, Christo, en Lokhorst, Gert-Jan. Muziek en de hersenen. In: Diekstra, René, en Hogenes, Michel. Harmonie en gedrag, de maatschappelijke en pedagogische betekenis van muziek. Karakter uitgevers, Uithoorn, 2008, p. 15-28. - Informatie over cymatica: www.cymaticsource.com.
emoties in ons binnenste registreert, die fantasie gebruikt en die ons creatief laat zijn. Muziek bestaat (meestal) uit een gestructureerde set van geluiden. Als we naar muziek luisteren, dan gebruiken we onze linkerhersenhelft om de structuur te herkennen en we gebruiken onze rechterhersenhelft om van de muziek te genieten en onze fantasie te laten gaan. Als we muziek maken, gebruiken we onze rechterhersenhelft om deze te creëren en om ons gevoel erin te leggen, en we gebruiken onze linkerhersenhelft om het in een structuur te gieten. Muziek kan je horen, dat weten we allemaal. Sommigen beweren dat je muziek kan zien. Voor anderen is dat echter een brug te ver. Allemaal zijn we het erover eens dat je muziek kan voelen. De kwantumfysica onderzoekt de kracht van het geluid in ons universum. Psychologen onderzoeken welk effect muziek heeft op ons gedrag. De geschiedenis geeft ons voorbeelden van wat we allemaal met muziek kunnen doen en wat muziek doet met ons. Bovenal is muziek iets waar we van kunnen genieten. Esther Barten geeft psychologische, artistieke coaching aan artiesten. Ze is afgestudeerd als zangeres en zangpedagoog. Momenteel volgt ze een opleiding psychologie en een opleiding oosterse filosofie en natuurgeneeskunde. Als schrijfster onderhoudt ze haar eigen blog en werkt ze bij NieuwW!J.nl.
14-12-10 14:40:03
36
be le vi ng sw er el d
januari 2011
Taal Job ter Steege
Af en toe hoor je dat men zich ongerust maakt wanneer steeds meer mensen zeggen: ‘Hun hebben hun examen gehaald.’ Sommige taalmanagers menen dat dit gebruik van het woordje hun als vervanging voor zij juist handig is. Immers, de hun als derde persoon meervoudzeggers (de hunners) weten dan zeker dat de toehoorders snappen dat het om mensen gaat en niet over roestige triangels of andere dingen. Zo krijgt luie domheid toch nog een intellectueel randje.
Onlangs was ik bij een ODM-eindexamen 1 waar de kandidaat hardnekkig hun bleef zeggen terwijl zij bedoeld werd. Zouden er al scholen zijn die zo iemand als eerstegraads docent durven aan te stellen? Op mijn school heb ik de eerste hunner al gespot. Een eerstegraads gymdocent. Oprukkende taalverdwazing begint met zinnetjes als ‘Hun hebben balbezit’. Ronduit vermakelijk is het verkeerd beklemtonen van woorden. Het meest lachwekkend zijn mensen die het hebben over normaliter. Die hebben in de keuken zeker een koekepan. Je zegt toch ook niet idealiter. Of Texato, Heracles 2 en Monaco. De klemtoon graag op de derde lettergreep, van achteren gerekend. Ik ben niet zo’n sportpersoon, maar er schijnt een voetballer rond te lopen met de naam Suárez. Klemtoon op de ‘á’. Kan je aan het accent zien hoe je ’t moet uitspreken, maar de Nederlandse reporter Kraaij heeft het liever over Suarez. Worstelen met taal. We zijn het natuurlijk allemaal al lang vergeten. Maar weet u nog hoe het ANP 3 de komst van The Beatles op 5 juni 1964 aankondigde? ‘Heden is op Schiphol aangekomen de zanggroep The Beatles.’ Zanggroep. Het woord ‘popgroep’ bestond nog niet. Wel het woord ‘beatgroep’. Maar om zo’n opruiend woord in een deftig nieuwsbulletin van de radionieuwdienst te gebruiken… Nee, daar was Nederland op 5 juni 1964 nog niet aan toe. Het werd dus ‘zanggroep’. En wat voor een zanggroep. Dit waren geen Mills Brothers of The Ink Spots, dit waren vier brutale apen uit Liverpool die zelf hun teksten schreven en zelf hun muziek componeerden. Eindelijk werden we verlost van Willeke Alberti en Rob de Nijs die in het Nederlands kweelden wat de platenbonzen dicteerden. Toen op zaterdag 6 juni 1964 vanaf 11.30 uur The Beatles een rondvaart door de Amsterdamse grachten maakten, stonden duizenden spijbelende leerlingen langs de kades hun helden toe te blèren. In die tijd was er op zaterdag nog gewoon school. Ik zeg wel eens tegen mijn leerlingen: de popmuziek in Nederland begon op zaterdagochtend 6 juni 1964 met de zegetocht van The Beatles door de Amsterdamse grachten. Ze speelden weliswaar geen muziek en er werd alleen gegild, maar dat was geen verschil met de concerten van The Beatles. Bij optredens van The Beatles was immers ook geen noot te horen vanwege het gegil. De beruchte Beatle-mania!
002959-KunstZone januari 2011.indd 36
Toen de film HELP in de zomer van 1965 uitkwam, was ik in Londen. Uiteraard bezocht ik de film, maar ook daar was in de bioscoop niets te horen van de soundtrack. De Engelse meisjes krijsten anderhalf uur lang naar het filmscherm. Terug in Nederland ging ik nogmaals naar HELP. In het al jaren geleden afgebroken Rembrandt-theater te Haarlem kon ik in alle rust de muziek en de dialogen volgen. Namen in de muziek doen sidderen. Het Conservatorium. Jeetje, wat een mooie naam. Je zal maar op een conservatorium zitten. Je oma blij, je tante trots, je moe in haar sas en paps in z’n nopjes. Een conservatorium was oorspronkelijk een Italiaanse bewaarschool (letterlijk conservatorium) waar verweesde kinderen werden opgevangen. Ze kregen vaak goed muziekles evenals de om hun mooie stem gecastreerde jongetjes die er ook werden ondergebracht. Deze angeli (engelen), zoals de castraatjes op het conservatorium werden genoemd, kregen een gedegen zangopleiding die wel tien jaar in beslag kon nemen. En niet te vergeten de meisjes van Vivaldi die in Venetië het één na beste orkest van Europa vormden. Alleen het orkest van Mannheim was toen beter. Het krioelde in die eerste helft van de achttiende eeuw van talent. Gelukkig dat één componist dit alles bij elkaar harkte en er muziek van maakte waar uiteindelijk niemand van terug heeft. ‘Nicht Bach sondern Meer sollte er heissen’ 4 zei Van Beethoven. Als u een vrolijke les wilt hebben, moet u dit zinnetje op het bord schrijven en vragen om een vertaling. En natuurlijk vragen naar de betekenis van het zinnetje. Tenslotte nog een dilemma wat betreft het klassenmanagement. Moet een docent optreden tegen meisjes die elkaar uitschelden voor wentelteef? Voorwaar een grensgeval, omdat in mijn beleving de verkleinende vorm wentelteefje een meer liefkozende connotatie heeft. U begrijpt nu ook dat ik gehoor geef aan de orders van de onderwijsmanagers om op de eigen lessen steeds flink te reflecteren.
1
ODM = Opleiding Docent Muziek
2
In het Nieuw Grieks wordt Heracles uitgesproken met de klemtoon op de laatste lettergreep: Iraklís. Om de voetballiefhebbers nog meer in verwarring te brengen.
3
ANP = Algemeen Nederlands Persbureau
4
Volledig citaat: ‘Nicht Bach sondern Meer sollte er heissen, wegen seines untendlichen, unerschöpflichen Reichtums an Tonkombinationen und Harmonien.’
14-12-10 14:40:03
37
Tipboek Muziek op Papier
Meer dan ontspanning alleen
Olga de Kort-Koulikova
Olga de Kort-Koulikova
Er bestaan tientallen boeken over de algemene muziekleer, van een encyclopedisch Algemene muziekleer van Theo Willemze tot een zeer beknopt Theorie ABCD dat gebruikt wordt bij het voorbereiden op een theorie-examen op een muziekschool.
Tipboek Muziek op Papier Basistheorie Hugo Pinksterboer, Bart Noorman The Tipbook Company, 2010 249 pagina’s ISBN 978 90 87670 20 7 Prijs: € 14,90
Afhankelijk van de doelgroep nemen de
Meer dan ontspanning
In de tijd dat de culturele kaalslag de laatste nagel in de doodskist van de vroegere scheiding tussen de hoge en lage cultuur lijkt te slaan, leest het betoog van de Engelse filosoof en publicist prof. Roger Scruton Meer dan ontspanning alleen als een actuele bijdrage tot een discussie over de gevolgen van egalitarisme.
alleen Over het belang van muziek Roger Scruton, Vincent Meelberg, Martin J.M. Hoondert Eindredactie: Joos van Vugt Uitgeverij DAMON, Budel 2010 80 pagina’s ISBN 978 90 5573 999 8
auteurs/samenstellers de beslissing hoe
extra’s die het leven van een lezer ver-
diep en uitgebreid ze de leerstof willen
gemakkelijken: diverse ezelsbruggetjes,
In zijn lezing, gehouden op uitnodiging
behandelen. Maar uiteindelijk is het niet
een woordenlijst, een overzicht van
van het Soeterbeek Programma in juni
eens de moeilijkheidsgraad van het the-
toonladders en akkoorden en een han-
2009, pleit de schrijver van het toen net
oretische materiaal, het is meer de
dige zelfbouw-toonladderschijf. Zelfs de
verschenen boek Understanding Music
De eerste, Luisteren voorbij het luiste-
manier van het introduceren en uitleg-
omslagen herinneren aan de muzikale
voor vernieuwde aandacht voor hogere
ren, verdiept zich in de lichamelijke
gen die het verschil maakt tussen al die
termen en helpen bij het snel opzoeken
cultuur, die sinds mensenheugenis een
aspecten van het luisteren naar muziek,
boeken. Zelden komt men een zo onder-
van de informatie over toonhoogte,
‘indicator voor de morele, spirituele en
haar therapeutische effecten, affectieve
houdend muziektheorieboek tegen als
articulatie of dynamiek.
politieke gezondheid van een samenle-
waarneming en ‘auditieve geletterdheid’
Tipboek Muziek op Papier dat zijn lezers
Tipboek Muziek op Papier eindigt niet
ving’ is geweest. De geciteerde woorden
van luisteraars. Het tweede commentaar
nieuwsgierig maakt naar elke nieuwe
met de laatste pagina en een omslag.
van Plato dat ‘overal waar men aan de
Muziek die er toe doet analyseert het
bladzijde. Het is toegankelijk geschre-
De speciale Tipcodes verwijzen naar
toonsoorten in de muziek tornt, men iets
onderscheid tussen hoge en lage kunst,
ven, informatief, duidelijk gestructu-
geluidsvoorbeelden en filmpjes die via
wijzigt aan de fundamentele wetten van
tussen kunst en entertainment vanuit de
reerd, mooi vormgegeven en bruikbaar
www.tipbook.com te raadplegen zijn.
de samenleving’, spreken boekdelen
criteria van de ‘betekenisvolle’ muziek.
voor zowel de eerste kennismaking met
Want lezen over tritonus of pizzicato is
over de vroegere maatschappelijke bete-
Daarmee slaat hij een brug naar de
de muziektheorie als voor het opfrissen
nog net iets anders dan zelf luisteren
kenis en invloed van de muziek.
nieuwe discussie - over het participeren
en uitbreiden van de al aanwezige
naar deze tritonus of pizzicato op een
Scruton inventariseert de ideeën van
aan het muzikale proces dat zowel actief
theoretische kennis.
cello. Dit boek nodigt zijn lezers juist uit
Theodor Adorno (1903-1963) over de
musiceren als actief luisteren kan
In de 21 hoofdstukken komen alle basis-
om de stap te maken van papieren pagi-
veranderingen van de traditionele luis-
betekenen. Hoondert sluit zijn essay, en
begrippen ter sprake die nodig zijn om
na’s naar de levende wereld van muziek-
tercultuur en loopt de door Adorno
daarbij het boek Meer dan ontspanning
een muziekstuk te kunnen noteren,
klanken.
gesignaleerde tendenties nog een keer
alleen, met de formulering van het
spelen en analyseren. Stap voor stap
door. De ‘regressie’ van het luisteren,
meest essentiële luisterprincipe: ‘Muziek
bouwen de lezers de kennis op van
het lange- en kortetermijn luisteren, het
wordt entertainment als we er niet echt
intervallen, akkoorden, toonsoorten en
vervangen van live uitvoeringen door
naar luisteren. Zij wordt kunst wanneer
toonladders. Op een relatief eenvoudige
het luisteren naar CD’s of iPod’s en het
we bereid zijn echt te luisteren.’
manier raken ze vertrouwd met tempo,
‘aandachtig’ luisteren door het ‘achter-
Met het belang van muziek op maat-
metrum, dynamiek, articulatie en basis-
grond’ luisteren. De ideeën van Adorno
schappelijk niveau is het niet anders: de
principes van transponeren. Naast de
waren controversieel voor zijn tijd, de
betekenis krijgt vorm voor degene die
informatie over de diverse manieren van
ideeën van de ‘weloverwogen culturele
de muziek aandacht schenkt en bereid is
muzieknotatie zoals tablatuur en klavar-
conservatief’ Scruton krijgen in het boek
om te luisteren.
scribo, worden ook de mogelijkheden
op zijn beurt twee begeleidende com-
van de notatieprogramma’s uitgelegd.
mentaren van de musicologen Vincent
De auteurs denken evenwel aan vele
Meelberg en Martin Hoondert.
002959-KunstZone januari 2011.indd 37
Prijs: € 14,90
14-12-10 14:40:07
38
januari 2011
Muziek: een vak apart? Barbara Boomkamp
Leerkrachten in het basisonderwijs moeten van steeds meer markten thuis zijn nu het lesprogramma steeds voller wordt en meer taken bij de leerkracht worden neergelegd. Dit maakt het moeilijk om alle onderdelen uit het lesprogramma op een gedegen wijze uit te voeren. Muziek is hierbij geen uitzondering en wordt vaak gezien als één van de lastigste vakken.
Voor leerkrachten zonder muzikale achtergrond is het vaak een uitdaging om elke week weer een nieuwe en gevarieerde muziekles te geven. Nascholing wordt nauwelijks aangeboden en vakleerkrachten zijn schaars. Dit riep bij mij de vraag op wat de visie van leerkrachten is op het gebied van muziek en of er onder leerkrachten in het basisonderwijs een scholingsbehoefte bestaat op het gebied van muziek. Om deze vragen te kunnen beantwoorden heb ik een onderzoek gedaan onder 251 leerkrachten in Oost-Nederland. Opzet enquête De inhoud van de enquête is deels gebaseerd op een onderzoek onder studenten van lerarenopleidingen in Engeland onder leiding van Susan Hallam uit 2009. Het eerste gedeelte bestaat uit algemene vragen over het leraarschap en muzikale achtergronden, het tweede gedeelte bevat een aantal stellingen uit bovengenoemd onder-
zoek van Hallam over de houding van leerkrachten en muzieklessen. Het derde gedeelte meet een scholingsbehoefte. Uit het eerste deel van de enquête blijkt dat drie op de vier leerkrachten zelf de muziekles verzorgt. In de overige gevallen laten de ondervraagden dit over aan collega’s. Ook wordt er in dit gedeelte gevraagd naar de muzikale achtergrond van leerkrachten. Meer dan de helft van de respondenten speelt één of meerdere instrumenten. Deze groep scoort ook bij de vragen op het gebied van zelfvertrouwen bij het geven van muzieklessen beduidend hoger dan de leerkrachten die geen instrumenten bespelen. Dit lijkt een logisch verband, aangezien over het algemeen het bespelen van een instrument in verband staat met het bezitten van meer muzikale kennis. Maar het al of niet bespelen van een instrument heeft weinig invloed op het plezier dat leerkrachten hebben bij
het geven van muzieklessen. Maar liefst 77% van de leerkrachten geeft aan plezier te hebben in het geven van muziekles. Leerkrachten die een instrument bespelen scoren hierbij op een vijfpunts Likertschaal gemiddeld 3,3 punten, terwijl leerkrachten die geen instrument bespelen gemiddeld 2,7 punten scoren. Het wel of niet bespelen van een instrument heeft ook invloed op de mate van zelfvertrouwen bij het voorzingen van een lied in de klas. Instrumentalisten scoren hierbij 3,4 punten, terwijl niet-instrumentalisten gemiddeld 2,6 scoren, bijna een punt lager. Grote verschillen dus tussen deze groepen respondenten. Over één vraag zijn beide groepen het wel eens, namelijk dat de muziekles eigenlijk een taak zou moeten zijn van de vakleerkracht. Maar liefst 80% van de ondervraagden vindt dat dit het geval zou moeten zijn. Zoals eerder gezegd gaf 77% van de
Foto: Artex Texel
002959-KunstZone januari 2011.indd 38
14-12-10 14:40:08
39
leerkrachten aan met plezier de muziekles te verzorgen. Er zal dus ergens een drempel zijn waardoor de leerkrachten vinden dat de muziekles door een vakleerkracht zou moeten worden gegeven. Dat roept de vraag op of leerkrachten bij het geven van de muziekles meer vakspecifieke problemen tegenkomen dan bij andere vakken. In de enquête is een inventarisatie van negen mogelijke problemen gegeven waarbij leerkrachten aan konden geven of ze in de praktijk met deze problemen te maken hadden. In totaal werden door de 251 respondenten maar liefst 680 problemen aangevinkt. De twee meest voorkomende problemen op muzikaal gebied waren het bezitten van te weinig muzikale kennis (N=107) en het niet kunnen lezen van het notenschrift (N=85). Maar ook het volle lesrooster werd door meer dan 90 leerkrachten genoemd als probleem en kwam daarmee op de tweede plaats. Andere veel voorkomende problemen waren onzekerheid over muzikale vaardigheden, geen toon kunnen houden en te weinig tijd hebben om de muziekles voor te bereiden. Het is dus mogelijk dat de grote hoeveelheid vakspecifieke problemen (en dan vooral het bezitten van te weinig muzikale kennis) ervoor zorgt dat de leerkrachten van mening zijn dat een vakleerkracht de muziekles beter kan verzorgen. Dat leerkrachten problemen ondervinden, is duidelijk. Maar willen ze ook geholpen worden bij het oplossen van de problemen? Is er een scholingsbehoefte? Twee op de vijf respondenten geeft aan bereid te zijn scholing te volgen. Of de leerkrachten hierbij wel of geen instrument bespelen, maakt nauwelijks verschil. Om te onderzoeken welke scholingsvorm de voorkeur heeft, werden zeven mogelijkheden genoemd: individuele begeleiding, nascholing, opleiding tot muziekspecialist, zangles, cursus liedbegeleiding, muziektheorie en begeleiding bij het gebruik van een muziekmethode. Nascholing werd door meer dan de helft (52%) van de leerkrachten genoemd. Ook aan individuele begeleiding door een vakleerkracht die de lessen ondersteunt, is een grote behoefte. 38% van de leerkrachten ziet deze begeleidingsvorm wel zitten. Hetzelfde percentage leerkrachten gaf aan behoefte te hebben aan de cursus liedbegeleiding op gitaar of piano, aangeboden op bijna elk centrum voor de kunsten. Bijzonder is dat, hoewel bij de bovengenoemde inventarisatie van problemen het gebrek aan muzikale kennis als grootste probleem werd gezien, de cursus muziektheorie als scholingsvorm door het laagste percentage (13%) respondenten werd aangemerkt als een behoefte. Hoe nu verder? Het ideaalbeeld van leerkrachten, namelijk dat muziek gegeven wordt door een vakleerkracht, lijkt een utopie. De vraag is of de muziekles door de vakleerkracht in plaats van de groepsleerkracht ook daadwerkelijk een utopie is. Bij het inzetten van een vakleerkracht wordt het beeld
002959-KunstZone januari 2011.indd 39
geschetst dat de eigen leerkracht geen muziek kan geven. Dit roept bij leerlingen de gedachte op dat je voor muziek talent moet hebben. Talent voor muziek is echter voor een groot deel gebaseerd op mythen. Onderzoeker op het gebied van muziekcognitie Henkjan Honing betoogt dat iedereen muzikaal is. Uit zijn onderzoek bij pasgeboren baby’s blijkt dat baby’s van slechts een paar dagen dagen oud een ontbrekende beat in de muziek kunnen onderscheiden. Hieruit blijkt dat maatgevoel een aangeboren vaardigheid en een belangrijke cognitieve functie is. Zoals Honing in zijn
ook particuliere ondernemingen spelen hier goed op in. Individuele begeleiding van groepsleerkrachten wordt door verscheidene kunstencentra aangeboden, net als de cursus liedbegeleiding. Ook muzikale projecten worden in groten getale en verscheidenheid aangeboden. Echter, als het om de meest gewilde vorm van scholing gaat, de zogenaamde nascholing in de vorm van lesideeën, is er in Oost-Nederland eigenlijk geen aanbod. Daar ligt dus voor zowel kunstinstellingen als particuliere ondernemingen een kans of sterker gezegd: een taak. Biedt scholing voor de leer-
Foto: ANP
boek schrijft: ‘Wat heb je er anders als baby aan dat je blijvend verrast wordt door het weglaten van een slag in een variërend ritme. De hersenen van pasgeboren baby’s zijn al helemaal klaar voor muziek; een andere conclusie is nauwelijks denkbaar.’ Hetzelfde geldt voor het relatief gehoor, het vermogen om een melodie te herkennen zonder dat de absolute toonhoogte hetzelfde hoeft te zijn. In andere woorden: of Altijd is Kortjakje ziek nu ingezet wordt op een c of op een e; men herkent de melodie. Een vermogen dat alleen de mens bezit, en een functie die dus ook een belangrijke rol moet hebben gespeeld bij het ontstaan van muziek bij de mens. Ieder mens heeft aangeboren maatgevoel en slechts 2% van de wereldbevolking beschikt niet over een relatief gehoor. De kern van het ontwikkelen van de muzikale vaardigheden ligt in de vroege jeugd. Daarom is het ook zo belangrijk dat muziek een plaats inneemt en blijft innemen in het basisonderwijs. In plaats van de muziekles steeds meer uit te besteden aan kunstencentra en muzikale projecten de plaats van de reguliere muziekles te laten innemen, moeten leerkrachten in het basisonderwijs muzikaal geschoold worden. Dat kan op verschillende manieren, maar door dit onderzoek is duidelijk waar de behoefte van de leerkracht ligt. Steeds meer kunstencentra, maar
krachten, gebruik het plezier dat leerkrachten zeggen te hebben als ze muziekles geven en behoud de vaste plek van muziek in het lesprogramma van het basisonderwijs. Mocht u naar aanleiding van het lezen van het artikel vragen hebben of het onderzoek willen inzien, neem dan contact op met Barbara Boomkamp door een mail te sturen naar
[email protected].
Literatuur - S. Hallam e.a., Trainee primary-school teachters’ perceptions of their effectiveness in teaching Music, Music Education Research vol. 11 2009, nr. 2. - H. Honing, Iedereen is muzikaal, wat we weten over het luisteren naar muziek, Nieuw Amsterdam Uitgevers, Amsterdam, 2010. - J.D. Storfer, Intelligence and giftednessL the contribution of heredity and early environment. Jossey-Bass, San Francisco, 1990.
14-12-10 14:40:09
40
januari 2011
Het dansende kind… Betekenis en noodzaak van dans in het onderwijs Julia Dieckmann
Een flashmob op het station in Antwerpen, nieuwe afleveringen van So you think you can dance en een balletthriller in de bioscoop. Anno 2010 is dans voor iedereen zichtbaar, midden in onze dagelijkse samenleving gearriveerd. Maar moet deze multimediale dansgolf aanleiding zijn om leerlingen op school te laten zien dat dans veel verder gaat dan deze hypes, namelijk deel uitmaakt van ons leven? Zou je zelfs zo ver kunnen gaan en stellen, dat dans deel uitmaakt van ons bestaan? Sterker nog: Is leven dansen? Sinds de filosoof Heraclitus beweerde dat ‘wie niet danst het leven niet kent’, hebben denkers, filosofen en dansvertegenwoordigers steeds weer pogingen ondernomen om dans een veelvuldige betekenis te geven. Dans moest uitgelegd worden als verschijnsel, vervulling of behoefte van leven. Dans diende als metafoor van het bestaan van de kosmos, als een existentieel levensbesef of simpelweg als levenswijze. ‘Danser sa vie’ stelt de filosoof Roger Garaudy in zijn gelijknamige boek uit 1973 dat destijds bij het naar dansinformatie snakkende danspubliek grote afzet vond. Het werd een van de eerste boeken met Nederlandstalige informatie over moderne dans vanuit een kosmisch en religieus oogpunt. Doorspekt met vele filosofische pretenties was het een enorm pleidooi voor de dans in het algemeen en de rol van dans binnen het onderwijs. Hiermee wist Garaudy gevoelige snaren bij dansliefhebber en dansdocent te bespelen. Tot dan toe hadden nog maar weinig auteurs zo duidelijk gesteld dat dans begrepen moet worden als een manier van leven die de intensiteit van betrekkingen tussen mens en natuur uitdrukt, de gemeenschap en de goden, maar ook als communicatiemiddel dat verder gaat dan het letterlijke. Met en door dans zou het ongrijpbare gegrepen en het onzegbare gezegd kunnen worden. Volgens Garaudy zou dans bevorderlijk zijn voor de persoonlijke creativiteit, expressiviteit, sociale betrokkenheid en nodig zijn voor de ontwikkeling van de mens en het kind in het bijzonder. Voor een betere samenleving en voor de wording van een nieuwe mens.
meerwaarde aan een holistische benadering van dans. Is leven dansen? En moet derhalve leven voor iedereen dansen zijn? Moet iedereen zijn leven wel dansen? Dat dans niet per se de sociale betrokkenheid bevordert en van ons een beter mens maakt, heeft Roger Garaudy later zelf helaas voortreffelijk aangetoond. Door twijfelachtige politieke overtuigingen en statements, waarvoor hij ook juridisch werd vervolgd en veroordeeld, ondermijnde hij naar mijn mening zijn eigen theorie cruciaal. Is het mogelijk dat zijn eigen affectieve en sociale ontwikkeling ondanks ‘dans als levenswijze’ is gestagneerd? Maar hoe dan wel? Volgens mij is het belangrijk dat wij leerlingen de mogelijkheid bieden om vooral en bovenal in aanraking te komen met dans in al zijn facetten. Echter altijd als optie, als één van de verschillende kunstvormen en levenswijzen.
Laten wij kinderen vooral de mogelijkheid bieden om door, met, van en over dans te leren. Laten we hopen dat dit hun fysieke, creatieve, sociale en affectieve ontwikkeling bevordert en met zekerheid ervan uit durven gaan, dat het een bijdrage levert aan hun culturele oriëntatie binnen hun algemene ontwikkeling. Dans kan een geweldige uitingsvorm zijn voor leerlingen die zich op een andere manier minder goed kunnen uiten. Voor anderen zal het bij een kennismaking of puur technische benadering blijven. Enthousiasme, passie en kennis van de docent acht ik belangrijker dan een holistische benadering van dans met een twijfelachtige religieuze inslag. Ik persoonlijk dans mijn leven en voor mij is leven dansen. Maar laten we de leerlingen vooral alle kansen bieden om te laten zien dat dans meer kan zijn dan een gehyped multimediaal event, zodat zij in staat zijn om hier zelf een gedifferentieerd oordeel over te kunnen vormen.
Circa 40 jaar later, nadat dans zich een kleine, maar niet te overziene plek binnen het onderwijs heeft weten te veroveren, kunnen wij de filosofische statements van de afgelopen decennia en millennia toetsen aan de werkelijkheid van dans in het onderwijs. Hebben wij en de leerlingen, een
002959-KunstZone januari 2011.indd 40
14-12-10 14:40:13
41 www.dutcharteducation.com
In
Rechtsbijstand voor VLS- en VONKC-leden
fo
t.a.v. Remko Littooij
gaan van welverdiend pensioen genieten en laten de spreekuren
Kluppelshuizenweg 32
aan een nieuwe kracht: Remko Littooij. De spreekuren worden
7608 RL ALMELO
gecombineerd en geconcentreerd op een ochtend en een avond.
(06) 16500695
ie
verandert per 1 januari 2011. De heren Arnold Mullink en Amir Pool
at
Rechtspositie VLS/VONKC
rm
De bereikbaarheid van de VONKC-helpdesk en de VLS-helpdesk
Voor algemene en specifieke vragen kunt u op genoemde tijden bij de helpdesk terecht: Hoe zit het met mijn fpu?, Is mijn taakinvulling
E-mail VONKC
[email protected]
wel juist? Ik heb nog steeds geen benoemingsakte, wat nu?
E-mail VLS
[email protected]
Enzovoort. Ook kunt een e-mail te sturen om uw probleem uit te leggen.
Telefonisch is de helpdesk op maandagochtend bereikbaar van
Zo kan de helpdesk een duidelijk antwoord formuleren dat u naar
9 tot 10 uur en op woensdagavond van 17 tot 19 uur. Als de
wens telefonisch of via e-mail terugontvangt.
helpdesk onbemand is of in gesprek, kunt u een bericht achterlaten. Dan wordt u zo spoedig mogelijk teruggebeld.
002959-KunstZone januari 2011.indd 41
14-12-10 14:40:17
42
januari 2011
Actief met CKV Vakantie Toppers
Howard Hodgkin, Time and Place is t/m 16 januari 2011 in De Pont
zijn in de 19e en vroege 20e eeuw
De collectie van Khalili vertegenwoordigt
waarmee op zondag 19 december het
ruim dertien eeuwen islamitisch vakman-
Verbeelding uit Val Gardena
te Tilburg een tentoonstelling gewijd
Groninger Museum heropende. De vele
schap. De topstukken komen uit de hele
toont t/m 9 januari 2011 moderne beeld-
aan de in Nederland nauwelijks bekende
schilderijen geven een divers beeld van
islamitische wereld: van China en India
houwkunst uit Noord-Italië met het werk
Howard Hodgkin. Nog nooit is er hier
het oriëntalisme in deze periode. De
tot Turkije, van Iran tot Egypte, van Irak
van negen kunstenaars uit Val Gardena,
een tentoonstelling aan hem gewijd,
expositie toont werken van onder ande-
tot Tunesië en Spanje.
Zuid-Tirol. De sculpturen, veelal levens-
terwijl hij in eigen land en in de Verenig-
re Vasili Vereshchagin, Martiros Sarian,
www.nieuwekerk.nl, De Nieuwe Kerk
groot figuratief, maar ook gestileerd en
de Staten tot de topkunstenaars wordt
Vasili Polenov, Nikolai Pirosmanasjvili,
Amsterdam
abstract, zijn nog nooit eerder in Neder-
gerekend. De tentoonstelling bestrijkt de
Aleksandr Volkov, Aleksandr Nikolajev,
land te zien geweest. De kunstenaars
afgelopen tien jaar en omvat veel schil-
Pavel Koeznetsov en Jevgeni Lansere.
Het ontembare vuur is t/m 3 april
werken allemaal in hout, maar in een
derijen die niet eerder voor een breder
In het verleden heeft het Groninger
2011 in Keramiekmuseum Princessehof
aantal gevallen zijn de werken bedekt
publiek te zien zijn geweest, waaronder
Museum verscheidene tentoonstellingen
een tentoonstelling over het keramisch
met zilver of uitgevoerd in brons om de
een reeks werken die zijn voortgekomen
aan de Russische kunsten gewijd. In
werk van Armando. Armando (1929) is
levensduur te verlengen. Deze kunste-
uit de reeks Home, Home On the Range
2001 toonde het museum de zeer
bij het grote publiek bekend als schilder
naars kennen elkaar, omdat ze opge-
uit 2008. Time and Place biedt een frisse
succesvolle tentoonstelling Ilja Repin.
en beeldhouwer. Hij werkte ook als
groeid zijn in hetzelfde dal in de
kijk op het werk van de kunstenaar en
Het geheim van Rusland, gevolgd door
journalist, dichter, performer, violist en
Italiaanse Dolomieten. Maar niet eerder
laat zien dat zijn betekenis als een van
Het Russische Landschap (2003), In dienst
bokser. Dit onvermoeibare multitalent
hebben ze samen geëxposeerd. Ze zijn
de meest vitale, fascinerende schilders
van Diaghilev (2004) en Russische sprook-
test met grote passie elk mogelijk mate-
allemaal begonnen in de werkplaats van
van onze tijd onverminderd groot is.
jes, volksverhalen en legenden (2007).
riaal; of het nu klanken, woorden of verf
hun vader, maar na hun kunstvakoplei-
www.depont.nl, De Pont Tilburg
www.groningermuseum.nl >
betreft. Armando werkt pas een aantal
Tentoonstelling > Het onbekende
jaren met keramiek. In Keramiekmuseum
Rusland, Groninger Museum Groningen
Princessehof presenteert hij sinds 10
meer dan 300 jaar op een ambachtelijke
Een Winterwals met André Rieu is het thema van de eerste editie
manier hout bewerkt.
van het Magisch IJssculpturen Festival
hesterscheurwaterdotcom biedt
vazen, schalen en tegels.
www.coda-apeldoorn.nl >
t/m 2 januari 2011 waarbij een gekoelde
t/m 9 januari 2011 een overzicht van
www.princessehof.nl, Keramiekmuseum
Tentoonstellingen > CODA Museum,
tent op het Vrijthof in Maastricht het
Hester Scheurwaters films, videoperfor-
Princessehof Leeuwarden
CODA Museum Apeldoorn
decor vormt van dit winterse festival.
mances en video-installaties waarin is te
ding kwamen ze terug naar het bergdal waar ze geboren zijn. In dit dal wordt al
december voor het eerst zijn imposante
De wereldberoemde violist gaf hoogst-
zien hoe uitgekiend zij werkt op het
De grote ogen van Kees van Dongen is de titel van een tentoonstel-
persoonlijk toestemming om aan de
snijvlak van feministische tradities en
hand van zijn leven het thema kleur te
seksistische mediabeelden. Naast haar
ling van internationale kwaliteit aanslui-
geven. Ongeveer vijftig internationale
videowerken worden ook films getoond
tend bij de artistieke durf van Kees van
kunstenaars laten met behulp van
in het oude Drostenhuis, waar de
Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht laat van 26 t/m 30
Dongen t/m 23 januari 2011 in Museum
250.000 kilogram kristalhelder ijs en
historische collectie van het museum
december kamermuziekliefhebbers uit
Boijmans Van Beuningen. De tentoon-
300.000 kilogram verse sneeuw de
tentoongesteld is.
heel Nederland uitgebreid aan hun trek-
stelling belicht aan de hand van hoogte-
bezoeker genieten van een muzikale
www.stedelijkmuseumzwolle.nl,
ken komen tijdens de achtste editie van
punten zijn beginperiode, doorbraak,
ontdekkingsreis, muzikaal omlijst door
Stedelijk Museum Zwolle
dit festival. Vijf dagen lang staat Utrecht
reizen en internationale stijl en het
de walsklanken. De uit ijs gebeitelde
latere succes. Een selectie van tachtig
kerstkribbe, met op de achtergrond de
Passie voor Perfectie laat t/m 17
jaar kamermuziek, uitgevoerd door
schilderijen (kern- en sleutelstukken)
basiliek, zorgt voor een winterse kerst-
april 2011 Islamitische kunst uit de Khalili
‘s werelds meest toonaangevende
geeft een beeld van de hoofdfasen van
stemming.
Collecties zien. Rijk versierde manuscrip-
solisten en kamermusici en natuurlijk
Van Dongens ontwikkeling vanuit een
www.magische-ijssculpturen.nl,
ten en korans, schilderijen, textiel, goud,
aanstormend toptalent. Violiste Janine
terugblik: roem en atelier. De tentoon-
Maastricht
juwelen, keramiek, glaswerk, lak- metaal-
Jansen, artistiek leider van het festival,
en houtsnijwerk zullen in de kerk schit-
stelde een veelzijdig programma samen.
teren. In deze tentoonstelling staan de
Daarin verkent ze, met haar muziek-
schoonheid en het hoge ambachtelijke
vrienden, bekend en minder bekend
www.boijmans.nl, Museum Boijmans
Het onbekende Rusland, Oriëntalistische schilderkunst 1850-1920 is een expositie met meer
peil van de islamitische kunst centraal.
kamermuziekrepertoire. Ga voor infor-
Van Beuningen Rotterdam
dan honderd kunstwerken uit Rusland,
De geografische en culturele verschei-
matie en kaartverkoop naar de site.
Oezbekistan en Armenië die gemaakt
denheid van de moslimwereld is groot.
www.kamermuziekfestival.nl, Utrecht
stelling richt zich op de periode 19071914 die cruciaal was voor zijn artistieke ontwikkeling.
Heel veel Kerst
in het teken van het allerbeste uit 300
Willy Verginer - Troppa dolcezza mi asciuga (detail) (2010) Zie: Verbeelding uit Gardena
Howard Hodgkin - Home Home on the Range (2007)
Hoge flacon (waarschijnlijk Boheems)
Zie: Howard Hodgkin, Time and Place
(eind 19e eeuw) Martiros Sarian - Meisjeshoofd (1912)
Zie: Passie voor Perfectie
Zie: Het onbekende Rusland
002959-KunstZone januari 2011.indd 42
14-12-10 14:40:29
A m ct et ie f C K V
43
Kerstgala door Introdans en Introdans
Winter Station is in de Kerstvakantie
Happy Kwanzaa! Kerst en meer
views, eten, drinken en veel humor. Het
Ensemble voor de Jeugd is een winterse
een metamorfose van het Spoorweg-
organiseert van 18 december t/m 2 janu-
Humorfestival vindt plaats in de Deventer
traktatie op sfeervolle choreografieën.
museum te Utrecht naar een warme
ari 2011 dagelijks sfeervolle activiteiten.
Schouwburg, Het Burgerweeshuis,
Het programma is een deel uit het
nostalgische wintersfeer. Die sfeer
Hakim (bekend van Sesamstraat) komt
Theater Bouwkunde, Filmhuis de Keizer,
duizelingwekkende In Memoriam van de
wordt gecreëerd met kerstbomen,
optreden, er is live muziek en in de
het Theaterschip, Havenkwartier,
internationaal gelauwerde choreograaf
guirlandes, een ouderwetse carrousel,
creatieve workshop maken bezoekers
Kunstenlab, de Salon en in de cafés in
Sidi Larbi Cherkaoui. Daarnaast is een
een overdekte ijsbaan, duizenden licht-
kleine cadeautjes voor familieleden en
de Deventer binnenstad.
verrassende Introdanspremière te zien:
jes en de geur van oliebollen en poffer-
vrienden. Deze kerstvakantie organiseert
www.humorfestival, Deventer
Fugaz van Cayetano Soto. Te zien op 26,
tjes. Iedere dag is er een programma
het museum voor het eerst in zijn
27, 28 december in Musis Sacrum
met acrobatische acts en optredens.
geschiedenis winterse avondopenstellin-
Kerst op Het Loo geeft bezoekers
Schouwburg te Arnhem en op 29
Winter Station loopt van 18 december
gen met spannende lichtjestochten door
van Paleis Het Loo t/m 2 januari 2011
december in Orpheus te Apeldoorn.
t/m 2 januari 2011.
het prachtig versierde Buitenmuseum.
een indruk van 300 jaar kerstfeest bij de
www.introdans.nl
www.winterstation.nl,
www.afrikamuseum.nl > Ativiteiten >
Oranjes met feestelijk gedekte tafels,
Spoorwegmuseum Utrecht
Agenda, Afrika Museum Berg en Dal
kerstbomen, festoenen en guirlandes.
De Lichtbende, is een beeldconcert vol
Magie=Magic is t/m 30 januari 2011
Midwinterfeest op Slot Loevestein
grote feestelijk verlichte kerstboom aan
kleur, vrolijkheid en spanning. KlikKlak
in het Fries Museum een tentoonstelling
te Poederoijen betekent drie dagen lang
wat in het paleis is te zien. De kersttafels
neemt je mee in een magische wereld
over de ongebroken aantrekkingskracht
- op 24, 27 en 28 december van 16 tot 21
zijn op authentieke wijze gedekt, met
van minuscule objecten die uitvergroot
en betekenis van het surrealisme voor
uur - genieten van één van de meest
prachtig damast, glinsterend kristal,
tot leven komen. Oude toverlantaarns
hedendaagse kunstenaars. Het gaat over
sfeervolle winterse evenementen op een
ragfijn suikerwerk en gekonfijte vruch-
laten zien wat er allemaal leeft in alle-
de klassieke en hedendaagse surreële
bijzonder mooie locatie. Slot Loevestein
ten. Door het gehele paleis heen zijn
daagse voorwerpen. Te zien van 26 t/m
blik op de wereld. Misschien is surrea-
wordt weer verlicht door talloze kaarsen,
kerstbomen in verschillende stijlen
31 december en op 2 januari 2011 om
lisme een afgesloten hoofdstuk van de
fakkels en vuren. In de vesting is er van
opgesteld. Zo is de ‘Victoriaanse’ kerst-
13.00 en 14:45 uur in EYE Film Instituut
geschiedenis van de 20e eeuw, maar
alles te beleven voor kinderen zoals een
boom in de kamer van koning Willem II
Nederland in het Vondelpark te
verdwenen is deze kunststroming nog
workshop fakkels maken en zelf chocola
voorzien van een dikke laag watten, om
Amsterdam.
niet. Integendeel, met de komst van
maken én proeven! In het kasteel wor-
een ‘witte kerst’ te suggereren, en hangt
www.filmmuseum.nl, EYE Film Instituut
nieuwe media en tv-zenders als MTV is
den winterse verhalen verteld en er is
de boom van prins Hendrik naar
Nederland Amsterdam
de surreële werkelijkheid bijna een
volop muziek. Warme chocomel, heer-
Scandinavisch gebruik vol met natuur-
onderdeel van ons dagelijkse herken-
lijke glühwein en winterse stamppotten
lijke materialen als vruchten, strofiguren
De Alternatieve Nachtmis van
bare wereld geworden.
maken het geheel compleet. Een mid-
en zandkoekjes. De zilveren kerstballen
Urban Myth en Stadsschouwburg
www.friesmuseum.nl, Het Fries
winterfeest voor het hele gezin. Overdag
en slingers van koningin Wilhelmina zijn
Amsterdam biedt de gelegenheid om op
Museum Leeuwarden
is het slot gesloten.
nog altijd bewaard gebleven en sieren
KlikKlak, van beeldend theatergroep
Buiten op het voorplein kondigt een
kerstavond - vrijdag 24 december - in de
www.slotloevestein.nl, Slot Loevestein
een kleine dennenboom.
Poederoijen
www.paleishetloo.nl, Paleis Het Loo
theaterkathedraal binnen te treden om
Madurodam by Light dompelt de
de nachtmis te vieren. Hét alternatief
bezoeker van 18 december t/m 2 januari
voor iedereen die genoeg heeft van
2011 telkens om 18.30 uur met een spec-
Humorfestival heeft van 26 t/m 30
ongebreidelde eet- en drinkgelagen,
taculaire licht- en lasershow onder in
december ruim 40 humoristische voor-
www.CKplus.nl: overzicht van bijna 400
geen zin heeft in pakjes onder de kerst-
een fascinerend Nederlands sprookje
stellingen en activiteiten op het pro-
lopende exposities, informatie op
boom en een saaie mis in de plaatselijke
over Hansje Brinker en zijn strijd tegen
gramma staan. Cabaret, film, exposities,
trefwoord over 1200 musea
kerk. In Stadsschouwburg Amsterdam
het water. Madurodam maakt hierbij
muziek, stand-up comedy, theater, oude-
www.CKplus.nl/extra5.html: RondOm
vier je kerst met muziek, performances,
gebruik van de modernste projectietech-
jaarsconferences en smartlappen met
Kerst 2010 activiteiten
terugblikken op het nieuws uit het
nieken voor deze show van water, licht
de lach als rode draad. Dit jaar staat
www.CKplus.nl/extra7.html: overzicht
afgelopen jaar én bekende Nederlanders
en laser. Heel Madurodam, dus alle
hierbij terugblikken centraal: met een
van culturele manifestaties en exposi-
met onder andere Noraly Beyer, Paul
gebouwen, waterpartijen en zelfs het
knipoog wordt een terugblik geworpen
ties
Schnabel, Rosa Mee, Wouter van Oord,
vliegveld, zijn onderdeel van het decor
op het afgelopen jaar of soms zelfs ver-
www.CKplus.nl/extra12.html: 190 stads-
Desiree Snackey, Joy Wielkens. Kaarten
van deze 20 minuten durende lichtshow.
der terug in de tijd. Bovendien is er dit
wandelingen en kunstroutes
kunnen besteld worden door te bellen
www.madurodam.nl, Madurodam Den
jaar voor het eerst een festivalcafé met
[email protected]: voor reacties en
naar (020) 6242311 of via de site.
Haag
voorproefjes op het programma, inter-
opgave gratis Ckplus.nl-nieuwsbrief
Apeldoorn
www.ssba.nl
Passage Foto: Hans Gerritsen Zie: Kerstgala
Armando Zie: Het ontembare vuur
Foto: Anna van Kooij Zie: Winter Station
002959-KunstZone januari 2011.indd 43
14-12-10 14:40:32
44
002959-KunstZone januari 2011.indd 44
14-12-10 14:40:35