Punntjees opp de “i” O spingeen bij humeeurpijjn Opris dooor Prof. Dr. D Henri Rosenbberg בס"ד
Kuiisheiidskrui k stoch ht in n Jesod de Hatorra – Beth Jaacob b School ggaat onverrmin nderd d r door
Pagina 1/19
Puntjes op de d “i” - 4 deceember 2009
Kuisheidskruistocht in Jesode Hatora – Beth Jacob gaat onverminderd door
en kuisheidsvoorschriften voor de leerlingen en … hun moeders (Surf eens naar mijn welsprekende webstek: http://jesodehatora.je.funpic.org/We lcome.html). Dit probleem schijnt de Directie- en Comitéleden kennelijk dermate slapeloze nachten te bezorgen, dat zij regelmatig en frequent de normen moeten intensifiëren en periodiek opnieuw afkondigen.
Inhoud Kuisheidsheksenjacht, het stokpaardje van de fanatici ................................................. 2 De brief aan de ouders ............................. 4 De ondertekenende Directeurs ................ 5 Andere echte problemen van de school .. 6 Traditie van 100 jaar? Lulkoek! ................ 7 Onze Rabbijnen ........................................ 8 Onze Parnassim ...................................... 10 Moslimtoestanden ook bij ons? ............. 11 De apathie van de ouders ....................... 12 Ons schoolcomité ................................... 12 Onze dames ............................................ 13 En wij mannen? ...................................... 13
Kuisheidsheksenjacht, stokpaardje van de fanatici
het
Met een zekere regelmaat en routine buigt zich de Directie van de Jesode Hatora – Beth Jacob Scholengemeenschap in Antwerpen over de kuisheidsnormen (of Tsniusregels)1, lees de verplichte kledings1
Joodse Mutawa aan het werk in Jesode Hatorah, in Forum nrs. 106 en 107 van 25 februari en 3 maart 2005; Jesode Hatora onder constante hoogdruk, in Forum nr. 139 van 14
In de korte intermediaire tijdspannen tussen de achtereenvolgende TsniusVerordeningen, laten de joodse leerkrachten zich evenmin onbetuigd. De lengtes van rokken, haar, oorbellen, mouwen, alsook de opaciteitsgraad van panty’s blijken voor hen een constante obsessie te zijn. Ook de diameter van de keppeltjes ontsnapt sinds kort niet aan het oog van de moraalcensor. Het stoort mij danig dat deze leerkrachten (opvoeders kan ik ze niet noemen) jonge kinderen berispen (dan nog in aanwezigheid van hun klasgenoten) voor vestimentaire tekorten, waarvoor eigenlijk de ouders verantwoordelijk zijn. Wat kan een jongen van vijf eraan doen, indien zijn ouders hem met een te klein keppeltje naar school sturen? Wat kan een meisje oktober 2005; Jesode Hatora: aanzienlijke verstrenging kuisheidsregels, in Forum nr. 178 van 20 juli 2006; Tal(iban) Toire en Jesode Hatora op hol geslagen, in Forum nrs. 185 en 186 van 7 en 14 september 2006; Nietheimishen aller landen, verenig u! Red de Jesode Hatora, in Forum nrs. 188, 189 en 190 van 28 september en 5 en 12 oktober 2006. De volledige collectie van 195 nummers van het Forum tijdschrift ligt ter inzage in de Antwerpse stadsbibliotheek: Referentie: c:lvd:6614568. Website: http://stadsbibliotheek.antwerpen.be
Pagina 2/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
van vijf tegen een berisping dat zij geen ondoorzichtige panty’s aanheeft?
aan om (nog?) meer aandacht te vestigen op het Tsnius-probleem.
Bij de huidige kuisheidscampagne heeft de Directie echter geïnnoveerd.
Voor onze ingewijde stadsgenoten mag het al verbazing wekken dat ons Rabbinaat met de School of met welke andere instelling in onze stad formeel per brief communiceert. Dit is hoogst ongebruikelijk, nu de communicatie in ons Shtetl doorgaans informeel persoonlijk of telefonisch en dikwijls impulsief geschiedt.
De Directie ontving beweerdelijk een brief van het Antwerpse Rabbinaat van de Israëlitische Orthodoxe Gemeente Machsike Hadass, waarin zij opgeroepen wordt de kuisheidsregels nauwlettender op te leggen. Onze Rabbijnen zijn hier duidelijk niet aan hun proefstuk, maar geven lucht aan een constante verzuchting betreffende de kuisheidsregels in onze stad2.
Nog meer verbijstering wekt het feit dat het Rabbinaat de brief beweerdelijk richt aan de Directie van de School, maar dat Rabbi J. Treger, de Voorzitter van de School, in die hoedanigheid de brief mee ondertekent en zich met de tekst akkoord verklaart nog voordat de brief wordt verstuurd en … hem bereikt.
Voorzitter Rabbi J. Treger
Achteraan op ware grootte in tweetalige versie
In deze brief manen de Opperrabbijn E. Sternbuch en de Rabbijnen A. Honig en I.Z. Pollak de schooldirectie 2
Rabbijnen beogen versterking van de kuisheidsregels in onze stad, in Forum nr. 34 van 19 december 2003.
De briefstunt blijkt eerder een alibibrief te beogen en het spreekt dan vanzelf waarom de Directie van de school deze oproep slaafs overneemt en aan alle ouders per post opstuurt. Waarom de Directie van de school zich tot de ouders in uitsluitend het Hebreeuws richt, terwijl de school (althans voor jongens) geen Hebreeuws
Pagina 3/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
onderricht en de voertaal er ook niet het Hebreeuws is, mag Joost weten.
De brief aan de ouders De brief die de ouders ontvingen luidt in vertaling als volgt:
Aan de lieve ouders van de leerlingen van onze school Gegroet en gezegend! Hierbij wenden wij ons tot de ouders betreffende de eerbiediging van de kuisheidsnormen door de moeders van onze leerlingen, vooral met betrekking tot hun voorkomen op het terrein van de school. Dit volgens de richtlijn van de geniale Rabbijnen, leden van het
Rabbinaat van onze Gemeente, in de volgende brief: Aan de Directie van de School Jesode Hatorah, Na de gebruikelijke begroeting, wensen wij u onze zienswijze, de zienswijze van de Thora, bekend te maken betreffende de plicht van de school om de kuisheidsnormen voor de moeders van de leerlingen vast te leggen en te doen eerbiedigen: De school moet zorgen voor een joodse atmosfeer in de geest van de joodse wet en uiteraard behoren de kuisheidsnormen tot die wet. De plicht bestaat niet alleen uit het vastleggen en definiëren van deze regels van voorkomen en kleding, maar ook deze te eerbiedigen en erop toe te zien, en vanzelfsprekend een ongewenste verschijning (van moeders) te verhinderen. Vooral op het terrein van de school. Een opvoedingsinstelling moet de aandacht vestigen op passende kleding voor dochters en moeders van Israel. De kleding mag niet doorzichtig, strak, aanschouwelijk of in het oog springen en moet de elleboog en de knie verbergen en mag geen spleet of opening bevatten. De school moet ook toezien op een passende hoofdbedekking en vanzelfsprekend op het bedekken van de voeten. Wij zenden onze zegen dat de school dank zij de eerbiediging van de kuisheidsnormen op hemelse hulp moge rekenen voor haar heilige opgave. Amen. Hierop hebben wij getekend, Eliyahu Sternbuch (Opperrabbijn) – Amrom Honig – Isaac Zeckel Pollak
Pagina 4/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Ook ik sluit mij aan bij de oproep van de geniale Rabbijnen, leden van het Rabbinaat Jehuda Treger Voorzitter van de schoolinstellingen Jesode Hatora – Beth Jacob Onze instellingen dragen reeds de vlag van het joodse onderwijs met moed en succes uit gedurende meer dan honderd jaar en zij zijn onze roem en lof. Onze grootste verwezenlijking is de eerbiediging, de verbetering en het onderwijs van een atmosfeer van heiligheid in alle domeinen. In ons tijdperk zijn aanhoudende bemoeiingen en aandacht noodzakelijk om deze doelstellingen te bereiken en vermijden dat hierin bressen worden geslagen. Om deze redenen zullen wij de thoraopinie die wij ontvangen hebben onderschrijven en beslissen wij dat deze van kracht wordt. De Directie van de school ziet het als haar plicht opvolging en nauwlettende onderwerping aan deze richtlijnen te eisen. Tot slot, omdat wij eigenlijk partners zijn, zal de heilige arbeid pas alleen op voortreffelijke wijze kunnen uitgevoerd worden, indien wij samen verenigd zijn in onze ideeën. Moge het onze Vader in de hemel behagen dat de zegen zou rusten op ons handelen en dat u ouders veel heilige voldaanheid zou mogen koesteren bij uw afstammelingen. Met de thorazegen, De Directeurs.
De ondertekenende Directeurs Het valt al op dat de brief aan de ouders uitgaat van de Directeurs en niet van het Comité (de Inrichtende Macht).
Immers de in het Hebreeuws opgestelde brief wordt ondertekend door “De Directeurs”. Dat zijn, blijkens inlichtingen op de site http://www.ond.vlaanderen.be van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, de Hebreeuws onkundige Heren Luc Mariën, M. Smits en Dirk Brans en dame Roseanne Zohori. Wat bezielt de Directeurs om de moeders van leerlingen voor te schrijven hoe zij zich moeten kleden en hoe zij hun hoofdhaar en voeten of benen moeten bedekken? En dit in een tijdperk en in een land waarin scholen precies de hoofdbedekking verbieden en waarin het joodse establishment zich door passiviteit kennelijk bij neerlegt. Hoe durven deze Directeurs, die per slot van rekening ambtenaren zijn, een paar honderd gefrankeerde brieven
Pagina 5/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
per post versturen naar de ouders met een boodschap waaraan ouders geen boodschap hebben? En dit uitgerekend in tijden van crisis en in een maand waarin het joodse onderwijzende personeel niet betaald kon worden door gebrek aan fondsen. Zouden de Directeurs zich niet beter bezig houden met de ware problemen van onze school, zoals hieronder kort geschetst? Of moeten wij uitgaan van de veronderstelling dat deze “Directeurs” onwetend zijn van dit rondschrijven, wat de overtuiging sterkt dat zij maar als schaamlapje en quantité négligeable in de school fungeren en dat anderen de touwtjes in handen hebben?
Andere echte problemen van de school Het laatste doorlichtingrapport door de Inspectiedienst van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming (schooljaar 2007 2008, referentienummer 0708/5/019) toont toch aan dat Directie en Comité meer kopzorgen zouden moeten hebben vanwege echte problemen dan vanwege de kuisheid. Illustratief enkele citaten uit dit verslag: ‐ Het aanbod van wereldoriëntatie in de lagere afdeling beantwoordt nog maar ten
dele aan het schooleigen leerplan. Thema’s worden slechts in beperkte mate vanuit verschillende domeinen verkend. ‐ Een evenwichtige realisatie van alle muzische doelen, gespreid over de verschillende leerjaren, wordt weinig bewaakt. De aandacht gaat vrij eenzijdig naar het aanleren van technieken. Soms oefenen leerlingen gedurende een lange periode dezelfde techniek, zonder muzische meerwaarde. ‐ Religieuze voorschriften bemoeilijken het voldoende nastreven van een aantal ICT‐eindtermen (ICT: informatie‐ en communicatietechnologie), onder meer rond communicatie en opzoeken van informatie. Klasintern blijft het gebruik van ICT in de meeste groepen veeleer beperkt. ‐ De school moet maatregelen nemen om de volgende tekorten weg te werken: ° De school heeft geen globaal preventieplan en een jaaractieplan is in ontwikkeling. °Het brandpreventieverslag vermeldt inbreuken. De school moet aantonen dat de nodige aanpassingswerken zijn uitgevoerd. ° Volgende attesten en keuringsverslagen ontbreken: rook‐ en gasdetectoren en rookkoepels, speeltoestellen, asbestinventaris en beheersplan, ladders en noodladders. °Het keuringsattest van de elektrische installatie vermeldt inbreuken. De school moet aantonen dat de nodige aanpassingswerken zijn uitgevoerd. °De stabiliteit van de gevelbekleding is niet gewaarborgd. ° De balustrades van de mezzanines beveiligen. °De waterkokers en de koffiezetapparaten uit de klassen verwijderen.
Hebt u als ouder ooit iets over deze problemen vernomen? Schooldirectie en –comité communiceren niet over dit onderwerp, maar vallen ons lastig met de kuisheid en kleding van onze
Pagina 6/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
moeders en verliezen de wezenlijke problemen uit het oog. Hier komt nog bij dat het ware gevaar voor de joodse eigenheid van onze school nog achter de horizon schuilt. Het is slechts uit te maken uit de lezing tussen de regels van de hier gegeven exemplatieve opsomming uit het laatste doorlichtingverslag van de school. Een aandachtige lezing van deze opmerkingen leert dat de Inspectiedienst zich niet akkoord kan verklaren met de talrijke afwijkingen op de eindtermen die de school zich permitteert onder het mom van de godsdienst. De inspectiedienst kan ook geen goedkeuring opbrengen voor het door de school zelf in haar eigen leerplan opgenomen vindingrijke “omkeringprincipe”, dat toegepast wordt om de verkenning van de nietjoodse wereld en culturen te realiseren in functie van het nastreven of bereiken van diverse eindtermen en dat bepaalt: “selectiecriteria ten opzichte van culturele en levensbeschouwelijke ideeën, voorstellingen, symbolen, personen, gewoontes en situaties, die bij omkering niet aanvaardbaar zijn, omdat ze dan van onvoldoende respect voor de joodse gemeenschap getuigen, worden niet aanvaard, behalve bij wervende teksten en activiteiten”. Deze inspectiedienst zal
de school verder onder druk blijven zetten om zich aan te passen. Men moet geen genie zijn om te voorspellen dat deze pressie om aan te passen naar onhoudbare hoogten zal stijgen onder invloed van de afwijkingen die ook de moslims in stijgende mate op dezelfde gronden vorderen. Het getuigt dus van weinig intelligentie en doorzichtvermogen vanwege onze
Directeurs om uitgerekend in het licht hiervan en in het vooruitzicht van deze uitdagingen en strijd die zich aankondigen over de joodse waarden (en vermeende godsdienstige interdicten), zich te profileren als een retrograde groep die geobsedeerd is door kuisheidsen kledingsvoorschriften uit andere tijden. Tot slot schrijft het doorlichtingverslag over de aangeklaagde en hoger geciteerde veiligheidstekorten (brandveiligheid, elektrische veiligheid, edm.): “Vanaf 1/9/2010 moet de school kunnen aantonen dat de tekorten 1 tot 5 in verband met het risicobeheersingbeleid zijn weggewerkt. Het schoolbestuur blijft evenwel verantwoordelijk voor de veiligheid van de kinderen en de teamleden tijdens de periode die nodig is om de tekorten weg te werken”.
Pas dit zou het schoolcomité slapeloze nachten moeten bezorgen, niet de kuisheidskruistocht. Pas hiermee zou de schooldirectie moeten bezig zijn. Met de veiligheid van onze kinderen, niet met hun kleding of deze van hun moeders! Traditie van 100 jaar? Lulkoek! “Onze instellingen dragen reeds de vlag van het joodse onderwijs met moed en succes uit gedurende meer dan honderd jaar en zij zijn onze roem en lof” schrijven
de Directeurs in hun brief, waarmee zij een eeuwlange continuïteit wensen voor te spiegelen. Die redenering gaat uiteraard helemaal niet op, nu deze almaar strenger wordende kuisheidsnormen haaks staan op deze honderdjarige traditie. De gewoonten waren ver verwijderd
Pagina 7/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
van de kuisheidsnormen die vandaag worden gepredikt. Vergelijk maar met wat vandaag in de geciteerde Rabbinale brief wordt verboden: “De kleding mag niet doorzichtig, strak, aanschouwelijk of in het oog springen en moet de elleboog en de knie verbergen en mag geen spleet of opening bevatten. De school moet ook toezien op een passende hoofdbedekking en vanzelfsprekend op het bedekken van de voeten”.
Korte mouwen waren de norm
Onze Rabbijnen De Rabbijnen die aan de Jesode Hatora – Beth Jacob School de kuisheidwetten voorschrijven, sturen overwegend hun (klein)kinderen naar de andere “vromere” scholen, maar eigenen zich toch het recht toe om deze school die voor hen niet goed genoeg is, de levieten voor te lezen.
Korte rokken en … oecumene waren toen aanvaardbaar
Korte mouwen waren de norm
Wij hebben het Rabbinaat en de hoogwaardigheidsbekleders die wij verdienen. Van onze Rabbijnen wisten wij al dat zij niet in staat waren, en ook geen aanstalten doen om, de verpaupering van onze samenleving structureel aan te pakken. Onze samenleving wordt zienderogen geldelijk en intellectueel armer. Onze “vrome” mensen werken minder en studeren helemaal niet meer of leren geen vak aan. Ons Shtetl produceert sinds jaren al geen artsen of andere hoog universitair opgeleiden. Het krioelt in onze Chareidi kringen van relatieproblemen en huwelijksperikelen (inclusief maritale ontrouw), diefstallen en oplichtingen en allerhande moderne maatschappijproblemen (ook in de school!), die bij ons in het postDutroux tijdperk nog steeds onder de mat worden geveegd. Onze Rabbijnen weten maar al te goed dat de “vroomsten onder de vromen”
Pagina 8/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
onder ons in Antwerpen en in Knokke studio’s en kamers exploiteren die zij als Stundenhotels verhuren aan gelijkgezinde mannen om er poker te spelen of ontucht te bedrijven. Hebt u ooit hierover een muurposter, brief of preek van onze kuisheidspredikanten gezien of gehoord? Ondanks de ware armoede die onder onze kroostrijke gezinnen heerst, blijven onze Rabbijnen de oude koers handhaven van meer kinderen, niet studeren en meer lernen. Onze Rabbijnen doen zelf ook niet de minste moeite om zonder meerprijs eetwaren uit het normale productiecircuit te gaan kosjer certificeren, opdat onze mensen op zijn minst hun voeding zoveel als mogelijk aan de normale prijs zouden kunnen aankopen.
In plaats van de armoede structureel aan te pakken, bedrijven zij middeleeuwse weldadigheid door speciale voedselbedelingen voor armen te organiseren, zeg maar een soort soupe populaire of volkskeuken. Het enige wat onze Rabbonim kennelijk nog wel doen is ons om de haverklap met preken te overdonderen over de kuisheidsnormen. Er is geen dag zonder hier of daar een preek of een lezing over Tsnius, alsof dat het
enige probleem is samenleving teistert.
dat
onze
Zijn onze Rabbijnen dan echt zozeer ingemetseld in hun ivoren toren, dat zij niet beseffen dat dit bijna het enige is waarop zij toezien? Het alfa en omega ligt voor de Rabbijnen in de kuisheid en de kleding. Alle problemen vinden hun oorsprong in het gebrek aan Tsnius en alle oplossingen liggen in de strengere kuisheidsregels. Eerbiediging van de kuisheid voert tot successen (“Wij zenden onze zegen dat de school dank zij de eerbiediging van de kuisheidsnormen op hemelse hulp moge rekenen voor haar heilige opgave”,
schrijven zij in hun brief) en kuisheidsovertredingen daarentegen leiden tot catastrofen die zij zelfs op haast profetische wijze kunnen identificeren. Onze Rabbijnen schijnen ook niet onder de indruk te zijn dat de joodse leerkrachten, doorgaans gezinshoofden die een kroost te voeden hebben, deze maand door de school niet uitbetaald werden bij gebrek aan geld. Nochtans is het tijdig betalen van loon een bijbels gebod (Leviticus, 19:13), terwijl de kuisheidsnormen daarentegen nergens in de normatieve wet te bespeuren zijn. Wellicht gedreven door een pervers voyeurisme en een ziekelijke begeerte om Satans verboden zoete vruchten te gaan gade slaan, heb ik mij bij de schoolpoort van de Jesode Hatora – Beth Jacob Scholengemeenschap begeven. Tevergeefs heb ik er gezocht naar ontbloot, doorzichtig of suggestief vrouwelijk schoon, naar blote voeten of benen, naar schaars geklede en
Pagina 9/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
frivole dames, naar blote ellebogen en knieën, naar spleten of openingen. Ofwel heb ik mij van schoolpoort vergist, ofwel zijn het de Rabbijnen, maar hun pathetische oproep leek mij volledig overdreven. Zonder de ontelbare Rabbinale Fatwa’s op verboden klederdracht en onkuise omgang, had ik trouwens nooit mijn blik gericht op deze vestimentaire details bij dames. Een vrouw is mooi en aantrekkelijk of zij is het niet, alle spleten en blote ellebogen of knieën ten spijt. Van al onze bijbelheldinnen onderlijnt de bijbel dat ze mooi en aantrekkelijk waren, zonder ons te onthullen aan welk kledingsattribuut dat dit lag. Koningen vielen zelfs voor de charme en schoonheid van onze aanlokkelijke aartsmoeders Sara en Rebbeca (Genesis, 12:13; 20:13; 26:6).
Het zijn dergelijke Rabbinale oproepen en het vrouwonterende boek van Rabbijn P.E. Falk, die precies de mannelijke aandacht obsessioneel vestigen op de vrouwelijke schoonheidslisten en 3 verleidingsmanoeuvres .
Het is dus niet bij de wijsheid van onze Rabbijnen dat wij ons heil moeten zoeken. Zij hebben zelf aangetoond dat zij niet de grandeur d’esprit bezitten om onze verontrustende samenlevingsproblemen die onze gemeenschap treffen op te lossen. Herinner u dat onze Rabbijnen ons –uit naam van de Thora!- tegen de deelname aan inburgeringcursussen hebben opgeroepen (zie: “Een Joods onderonsje: Al onze Rabbijnen tegen inburgeringcursussen. Wat nu?”, in Puntjes op de “i”, nr. 19 van 2 februari 2009), zeg maar tot civiele
insubordinatie hebben aangespoord. Onze Parnassim
3
Zie citaat achteraan op leesbare grootte.
Het is ontnuchterend te moeten vaststellen dat ook onze andere nietconfessionele hoogwaardigheidsbekleders, die zich als onze woordvoerders hebben opgeworpen (Forum van Joodse Organisaties), of zij die prominente posities bekleden in de economische sector van ons Shtetl, muisstil blijven bij deze aanhoudende
Pagina 10/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
trend om ons terug naar de middeleeuwen te transporteren. Zij kijken de andere kant uit, wanneer onze Rabbijnen gans hun energie in Tsnius blijven stoppen of, erger nog, oproepen tot burgerlijke ongehoorzaamheid m.b.t. de wettelijk verplichte inburgeringcursussen.
zijn. 4. De hidjaab moet wijd zijn en mag de lichaamsrondingen niet zichtbaar laten. 5. De hidjaab mag niet lijken op mannenkleding; 6. De hidjaab mag niet lijken op de kleding van ongelovige of afgedwaalde vrouwen. 7. De hidjaab mag niet geparfumeerd zijn. Sura 7:26: "O kinderen van Adam, wij hebben u voorzien van kleding, zowel om uw lichamen te bedekken, als om sierlijk te zijn. Maar de beste kleding is gepaste kleding. Dit zijn tekens van God, opdat zij er lering uit mogen trekken". Dit is de
basis van de kledingvoorschriften in de Koran. Dit is de eerste van de kledingvoorschriften voor vrouwen in Islam (Onderwerping). De tweede regel kan gevonden worden in vers 24:31. Hier beveelt Allah de vrouwen om hun boezems te bedekken als ze zich kleden: Sura 24:31: "En
Moslimtoestanden ook bij ons? Onze ruimdenkende of seculiere notabelen zouden toch moeten inzien dat dergelijke Rabbinale oproepen tot verplichte kuisheid en kledingsvoorschriften of tegen inburgeringcursussen gans onze gemeenschap in diskrediet brengt en afschildert als een ouderwetse middeleeuwse wereldvreemde sociëteit. Dergelijk opgelegd kuisheidsgedoe roept moslimtoestanden op. Want wat schrijft de koran op het vlak van de hidjaab (vrouwenkleding) voor? 1. De hidjaab moet het volledige lichaam bedekken, behalve gezicht en handen. 2. De hidjaab mag geen versiering op zich zijn. 3. De hidjaab mag niet doorzichtig
vertel de gelovige vrouwen om hun blik neder te werpen, en hun passies in bedwang te houden. Ze zullen niets van hun lichaam verhullen, behalve hetgeen nodig is. Ze zullen hun boezem bedekken (met hun Khimar) behalve in het gezelschap van hun echtgenoten, vaders, schoonvaders, zonen, stiefzonen, zwagers, zonen van hun broers en zussen, andere vrouwen, de mannelijke bedienden of werknemers wiens seksuele drijfveer afgenomen is, of de jonge kinderen die de puberteit nog niet bereikt hebben. En laat ze niet met de voeten op de grond slaan zodat ze zodanig beweegt dat ze bepaalde gedeeltes van haar lichaam onthult. Gij zult u allen tot God wenden, O gelovigen, opdat u mag slagen”.
Derde regel: uw klederen verlengen: Sura 33:59: "O profeet, zeg tegen uw vrouwen, uw dochters, en de vrouwen van de gelovigen dat zij hun klederdracht zullen VERLENGEN. Zo worden ze herkend
Pagina 11/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
en vermijden ze beledigd te worden. God is Vergevingsgezind, Genadevol”.
Dat klinkt toch als muziek in de oren van orthodoxe joden, nietwaar? Gans het hedendaagse hoofddoekendebat draait rond het argument dat deze religieuze kledingsvoorschriften aan de moslima’s opgelegd worden. Welnu zulke kuisheidshetzes door het Rabbinaat en/of het Schoolcomité suggereren precies dat ook bij ons deze kuisheidsregels moeten opgelegd worden in onze scholen maar ook daarbuiten (denk maar aan onze moeders die men viseert). Welnu onze niet-confessionele hoogwaardigheidsbekleders laten maar begaan en doen niets om te verhinderen dat gans onze gemeenschap als een bekrompen en tardigrade broederschap uit andere tijden wordt geprofileerd. De apathie van de ouders De ouders hebben met de tijd een onverschilligheid ontwikkeld tegen de Rabbinale oproepen en schoolverordeningen in zake kuisheid en kledij. Zij gaan uit van het idee dat Rabbijnen en schoolcomité het ook niet zo menen, maar dat zij met zulke oproepen eerder beogen een lippendienst te bewijzen aan de godsdienstige fanatici onder ons. Bovendien wenst het schoolcomité hiermee zich tegenover de nieuwe ‘vromere’ scholen ook te profileren als een ‘vromere’ school. Al deze oproepen komen uiteindelijk terecht in dovemansoren, niemand verandert zijn vestimentaire verschijning en het blijft bij zulke
oproepen, die iedereen naast zich legt. Een beetje zoals de ontelbare preken van Rabbijnen over kwaadsprekerij (לשון הרע, nog zo iets dat niet in de normatieve joodse wet werd geïncorporeerd), eerlijk handelen, de eendracht of broederschap ()אחדות, edm. Wellicht om deze reden nemen de meeste ouders deze aanbevelingen en oproepen met het nodige korreltje zout en blijft alles zoals het was. Ik kan wel begrip opbrengen voor een dergelijke onbetrokkenheid vanwege op dit vlak moegetergde ouders. Wel moeten zij alert blijven voor de kuisheidsbeperkingen die ons in de toekomst zullen treffen en waartegen zij de strijd zullen moeten aanbinden. Ik profeteer al geruime tijd dat er ooit een einde komt aan de permissiviteit voor meisjes om per fiets naar school te komen. Volgens het reeds geciteerde boek van P.E. Falk, leggen fietsende meisjes zich bloot (!) aan vergaande “un-tznius’dik” gedrag4.
Ons schoolcomité Tot slot, wat bezielt er ons schoolcomité om te blijven hameren op een onkuisheid die er niet is en blind te blijven voor de onmetelijke uitdagingen waarvoor onze school staat? Konden de Directeurs niet de enkele moeders die zich niet aan de kuisheidsnormen houden individueel
4
Zie citaat achteraan op leesbare grootte.
Pagina 12/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
aanpakken i.p.v. mee te doen aan deze campagne? Hebben zij dan echt geen andere katten te geselen dan Satan die onze moeders tot verderf en perversie zou verleiden? Onze dames Wijlen mijn schoonmoeder, een intelligente vrouw, placht te herhalen dat men in onze religie ziet dat het de mannen waren die de pen van de wet hielden.
bevrediging van hun driften? Vooral nu de mannen die beweerdelijk door hen verleid worden, hun driften niet botvieren bij onze dames maar bij straatmadeliefjes of meisjes van lichte cavalerie die alleszins niet letten op Tsnius. Onze satanische verleidelijke dames staan dan nog op voorbeeldige wijze in voor de opvoeding van een kroostrijk gezin, koken, bakken, wassen en strijken, vervullen hun echtelijke plichten en vervullen dus hun mamarol en vrouwenrol op excellente wijze. Voor de rol van een bijvrouw of maîtresse ontbreekt hen tijd en lust. De ontvlambaarheiddrempel van hun geslachtsdriften ligt van nature uit aanzienlijk hoger als bij mannen en zij hebben door de evolutie van hun specie ook een veel hogere dunk van de echtelijke trouw. En wij mannen?
Onze dames, ladies zijn het, staan constant in de frontlinie bloot aan totaal onterechte seksistische aanvallen op hun waardigheid. De joodse wet, de Rabbijnen en wij mannen als moraalridders wijzen hen constant aan als de verleidsters, die onze hartstochten op hol doen draaien. Zij zijn het die de mannen verleiden. Ook al gebeurt dit zeer dikwijls ongewild of in de mannenhoofden alleen, dan nog worden zij beladen met alle zonden Israels. Immers waarom zouden zij uitgerekend deze mannen verleiden, die weinig doen voor hun eigen uiterlijke en die maar een lage dunk hebben van vrouwelijke esthetiek, maar die alleen uit zijn op
De Rabbinale obsessionele focus op onze dames moet de mannen onder ons toch een goed gevoel geven. Wij gaan als godvruchtige macho’s vrijuit, ons treft geen schuld. Het zijn hooguit (de / onze) dames die ons verleiden. Zij moeten zich immers bedekken en wij mogen onze ogen wijd open houden. Wij mogen ons kleden zoals wij maar willen (ook voor moslimmannen gelden i.t.t. de moslima’s geen kuisheidsregels), want het zijn onze dames die vestimentair en erotisch (door ons mannen) in toom moeten gehouden worden. Kennelijk is het alleen op die manier dat wij onze Freudiaanse dierlijke driften in bedwang kunnen houden. Wij krijgen a priori de absolutie: immers "de geest is gewillig, maar het vlees is zwak" (Matth. 26: 41) en wij
Pagina 13/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
zijn van nature uit en evolutionistisch gezien jagers, die tot rokkenjagers zijn geëvolueerd. Niemand begreep ons mannen beter dan de Talmudisten (BT, M.K., 17a; B.T., Kiddushin, 40a), die een uitermate begripvolle oplossing aanreikten voor onze vleselijke zwakten: wanneer onze seksuele driften hun kookpunt naderen, mogen wij ons in het zwart kleden en buiten de stad, waar niemand ons (her)kent, incognito aan Satan en Cupido overgeven en ontucht bedrijven, om dan weer terug naar de stad te komen en de moralist te komen uithangen en onze dames de kuisheidswet te spellen5.
plezierliefde en mantel hypocriete moraalpreek.
van
de
Over deze schijnheilige moraalpredikanten echter geen kwaad Rabbinaal woord, het zijn de duivelse dames die het altijd gedaan hebben en die de schuld van alles zijn. Kennelijk ook van onze mannenzonden.
Hebt u trouwens niet opgemerkt dat vele van deze zedenmeesters gans het jaar door rondlopen in zwart gewaad. Wellicht is dat om steeds stand-by te zijn…om ontucht te plegen en tucht te preken. Hun zwart habijt doet dan alternerend dienst als mantel der
5
Ook moslimtheologen hebben aan deze mannelijke onstuitbare geslachtsdrift een mouw aan gepast in de vorm van de Nikāh alMut‘ah (Arabisch: ﻧﻜﺎح اﻟﻤﺘﻌﺔ , plezierhuwelijk), waarbij mannen (volgens de Usuli Shia school) zonder tussenkomst van een geestelijke een huwelijk kunnen aangaan voor een welbepaalde tijd, dat automatisch tenietgaat bij de afloop van de voorafbepaalde tijdspan. De Shia godgeleerde Mullah Fathullah Kashani verheerlijkt dit plezierhuwelijk zelfs in volgende bewoordingen: “Hij die de Mut’ah één maal in zijn leven bedrijft bereikt de heiligstatus van Imam al-Husayn, hij die ze twee keer heeft bedreven, bereikt de status van Imam alHasan, drie keer de Mut’ah in een mensenleven en de positie van Imam Ali wordt geëvenaard en hij die vier keer de Mut’ah presteert plaatst zich ter hoogte van Profeet Mohamed” (F. Kashani, Tafseer Minhaj usSaadiqeen, Tehran: Daar Kutub Islamiyyah, 1396 A.H. (1976), p. 356).
Pagina 14/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Colofon Echt Antwerps FORUM wordt uitgegeven door de v.z.w. GOEDKOSJER – joodse Verbruikersvereniging, [Oprichting: 1 mei 1989.. Statuten: Bijl. B.S. 12 oktober 1989, nr. 13.711. Aangesloten bij: Centraal Israëlitisch Consistorie voor de Benelux6], Belgiëlei 195ª te 2018 Antwerpen. Verantwoordelijke uitgever: David Rosenberg, Belgiëlei 195ª te 2018 Antwerpen. Medewerkers, schrijvers, tekenaars, fotografen worden niet betaald en zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen. Echt Antwerps FORUM verschijnt vrijdag. Member of the worldwide Anti-Defamation Chain. Nummers online: http://membres.lycos.fr/antwerpforum/i ndex.html Redactie & Administratie: v.z.w. GOEDKOSJER – joodse Verbruikersvereniging, Belgiëlei 195ª te 2018 Antwerpen. Tel.: 03 218 81 43 – Fax: 03 230 55 02. Webstek: www.goedkosjer.org. E-post:
[email protected]
Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers en van de European Periodical Publishers Association (F.A.E.P.) נא להדפיס על נייר
Natuurvriendelijk – arm aan chloor
6
Wettelijk Kerkgenootschap (art. 2:2 B.W.).
Pagina 15/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Pagina 16/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Pagina 17/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Pagina 18/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009
Curiosum
Pagina 19/19
Puntjes op de “i” - 4 december 2009