Scalpel_62.qxd
14-07-2006
17:14
Pagina 1
DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT - VERENIGING VAN VLAAMSE OPERATIEVERPLEEGKUNDIGEN NR 62 - APRIL - MEI - JUNI 2006
SCALPEL “ BLANKENBERGE” EN VERDER IN DIT NUMMER
- P2A9798 AFGIFTEKANTOOR 2400 MOL
V.U. CASTELEYN JAN, EINDSTRAAT 3, B-3910 NEERPELT
- DE PUNTJES OP DE i (CSA). - IDENTITEIT VAN DE VERPLEEGKUNDIGE.
SUPPORTED BY:
AND
www.khk.be
OKA = oke? VORMING VOOR VERPLEEGKUNDIGEN in de ‘OKA’
CAMPUS LIER
Ben je reeds enkele jaren werkzaam op het operatiekwartier of heb je zin in een verpleegkundige specialisatie welke beantwoordt aan jouw toekomstprofiel? Dan is dit misschien wel iets voor jou!
BANABA IN OPERATIEVERPLEEGKUNDE STRALINGSPROTECTIE POSTGRADUAAT ANESTHESIEVERPLEEGKUNDE POSTGRADUAAT OPERATIEVERPLEEGKUNDE
Interesse? C o n t a c t p e r s o o n : N a n c y E y e r, T 0 3 4 8 0 2 9 1 0 , E n a n c y. e y e r @ k h k . b e D o w n l o a d d e f o l d e r s o p : w w w. k h k . b e
scalpelBurg05-06.indd 1
2/05/2006 17:08:00
Edito
B
Buiten het WK voetbal, dat uiteraard al weken onze belangstelling heeft, zijn er toch nog andere gebeurtenissen die onze aandacht verdienden. Vooreerst de enquête over gezondheidswerkers, waaronder verpleegkundigen, die massaal naar Nederland trekken. Wat mij vooral opviel was de argumentatie, het waarom. Er is een tekort aan verpleegkundigen in Vlaanderen, dus dat is zeker geen reden. Veeleer was het de gemoedelijkheid, de sfeer, de assertiviteit, de plaats van verpleegkundigen in het ziekenhuis, het behandeld worden als gelijke, het deel uitmaken van een team met gelijke behandeling, de mogelijkheid om bij te scholen en daarvoor ook de nodige financiële compensatie krijgen. Tot zover de voornaamste redenen.
D
De rasechte VVOV-ers, de anderen uiteraard ook, geef ik de raad om alle edito’s van Scalpel te lezen, ze zullen merken dat elk van de hierboven aangehaalde argumenten minstens eenmaal door mij werden besproken. Het zijn allemaal pijn- en breekpunten. Echt allemaal redenen waaraan moet gewerkt worden. Als de bevoegde instanties hier niet dringend werk van gaan maken vrees ik een leegloop van verpleegkundigen, ondanks de honkvastheid van de Vlamingen. Dan hebben ze in Nederland hard werkende, Nederlandstalige immigranten en wij krijgen daarvoor Roemenen in de plaats. Wij moeten nu het Nederlands model niet als voorbeeld nemen, u weet wel “ de lange wachtlijsten” en “ gebrek aan productiviteit”. Maar een goede mix van de twee zou zowel Nederland als Vlaanderen ten goede komen.
E
Een tweede aandachtspunt is de jaarlijks terugkerende enquête, van een vooraanstaande krant, over de gelukkigste werknemer. Het sluit waarschijnlijk aan bij het voorgaande, maar nooit een verpleegkundige die bij de kandidaten zit, ik spreek nog niet eens over de verpleegkundige in de peri operatieve zorg. Het kan toch niet zijn dat wij uitblinken in negativisme, dat wij altijd maar klagen. Er moeten toch schone momenten zijn in het uitoefenen van ons beroep. Laat mij een voorstel formuleren, een bezinning tijdens de welverdiende vakantie. Volg gedurende een maand nauwkeurig uw activiteiten in het OK. Wat wordt er van u verwacht, wat doet ge, welke appreciatie krijgt ge en van wie. Welke samenwerking is er tussen u en de geneesheren. Wat vinden jullie maakt uw job zo uniek, welke verpleegkundige accenten worden er in het OK gelegd.
D
Doe dit in alle eerlijkheid, het resultaat mag u gerust naar mij sturen. Het zal een interessant artikel worden voor het volgende scalpel. Het voornaamste is echter dat u daarmee een begin hebt gemaakt voor de volgende editie van “ de gelukkigste werknemer”. Laat ons dat met verschillende verpleegkundigen in de peri operatieve zorgen doen. Dat is dan tegelijkertijd een promotie voor ons beroep. Aan allen een heerlijk, rustgevend en zonnig verlof Uw voorzitter
Inhoud Edito . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Vakantiewensen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14-15
Ledennieuws . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Identieteit en plaats van de
Colofon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
verpleegkundige anno 2006 . . . . . . . . . . . . .16
Van de redactie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Voortgezette opleidingen . . . . . . . . . . . . . . . .31
Activiteitenagenda . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Congres VVOV en EORNA . . . . . . . . . . . . . . . .38
Het zou mijn oma kunnen zijn . . . . . . . . . . . . 8
Prijsuitreiking Kimberley Clark . . . . . . . . . .40
Bedenkingen voor prikbord of koffiekot . . .12
Regionale werkgroepen . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Adverteren in Scalpel . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Nationaal bestuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42 3
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Medicor medical supplies
05-06-2003
13:14
Page 1
Uw partner in ...
Medicor Medical Supplies Timmerik2 • 3020 Herent tel.: 016/27.18.18 fax: 016/22.44.23
thoraxdrainage
Ledennieuws Inzet gevraagd
H D H
Het bijwonen van congressen en symposia voor onze specifieke beroepsgroep “ operatieverpleegkundige “ wordt door de meeste deelnemers steeds als stimulerend ervaren. Het laadt de batterijen weer op zodat men met veel moed weer naar de werkvloer kan.
Dit bleek eens te meer het geval te zijn met de twee laatste congressen nl. ons congres in Blankenberge en het Europese congres in Dublin. Bij zulke gelegenheden ziet men pas hoeveel mensen er toch in de operatiezalen werken en hoe vlug men , los van de herkomst van de collega’s, bij gesprekken op dezelfde golflengte zit. Los van de materiële zaken is een operatiezaal eigenlijk overal in Europa hetzelfde. De speciale sfeer, de stress enz. zijn identiek. Hiermee wil ik eigenlijk zeggen dat we , in tegenstelling tot wat we soms zouden kunnen denken, helemaal niet zo alleen of geïsoleerd zijn in onze professie. Dat er wel degelijk structuren bestaan die onze belangen proberen te behartigen en ons de kans geven om bij te blijven op professioneel vlak. Het aanbod is er, maar ieder moet zelf de stap zetten naar zo’n organisatie. Op Europees, Vlaams en regionaal vlak zijn er mogelijkheden voor wie echt wil. Daarom herhaal ik mijn oproep uit het vorig nummer. En…..rijk wordt je er niet van, maar het is wel een geestelijke verrijking.
Colofon Advertenties dienen bij de drukkerij binnen te zijn uiterlijk 1 maand voor verschijnen. I.e. 15/2, 15/5, 15/8, 15/11
Eindredactie Casteleyn Jan
Scalpel Tijdschrift van de Vereniging Vlaamse Operatie Verpleegkundigen. ( VVOV ) 25 jaargang, nr. 62 juni 2006 http://www.VVOV.info Verschijnt driemaandelijks. Afgiftekantoor 2400 Mol. ISSN 1370-6594
Redactiesecretariaat Casteleyn Jan Eindstraat 3 3910 Neerpelt Tel. 011/64.66.85
[email protected] Werk OK: 011/549729
Druk en Lay-out Drukkerij Dils NV. Grote Steenweg 3 B-2440 Geel
Abonnementenadministratie en advertenties Haselaars Marc Sint Lodewijkstraat 76 3600 Genk Tel. 089/35.75.35 Werk : 089/325060
[email protected]
Abonnementen Prijs per jaargang: 20 eur. ( lidgeld ) Los nummer: 5 eur. Rek. nr.: 001-1281906-30 t.n.v. VVOV. lidgeld Redactieleden Haselaars Marc Hendriks Angele
De redactie laat de verantwoordelijkheid over de inhoud van de artikels volledig aan de auteurs.
http://www.VVOV.info
5 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:13
Pagina 6
ELEKTROCHIRURGIE
ELEKTROCHIRURGIE
VOOR,
CRYOCHIRURGIE STERILISEERBARE ACCESSOIRES STERILISEERBARE INSTRUMENTEN CHIRURGIE
ORTHO
CARDIO
GYN
KNO
GASTRO
NEURO
LEVER
UROLOGIE
EDUKATIE
ERBE BENELUX
Tel: 02-403 13 60 • Fax: 02-403 13 59 • www.ERBE-MED.com
Groep Gasthuiszusters van Antwerpen, een multi-unitorganisatie van toonaangevende ziekenhuizen en ouderenvoorzieningen, zoekt momenteel (m/v)
VERPLEEGKUNDIGEN OK
• voor het Sint-Vincentiusziekenhuis te Antwerpen: Dit is een middelgroot OK met verschillende disciplines en meer dan 8000 ingrepen per jaar. U werkt hier tussen 7.30u en 19.00u. Na een inwerkperiode wordt u ingezet als omloopverpleegkundige. Nadien krijgt u de kans om te scholen tot verpleegkundige instrumentist(e). • voor het AZ Sint-Augustinus te Wilrijk: Het operatiekwartier is een dynamische werkomgeving waar de patiënt en de patiëntveiligheid centraal staan. Er zijn 16 operatiezalen waar alle disciplines met uitzondering van cardiochirurgie vertegenwoordigd zijn. Teams van verpleegkundigen, chirurgen, anesthesisten, logistiek medewerkers en secretaressen werken dagelijks samen tussen 7.00 en 20.00u om dit te verwezenlijken. Nieuwe collega's krijgen een persoonlijk opleidingsplan (6 maanden) waar alle kennis en vaardigheden aangeleerd worden, noodzakelijk voor de functie van omloopverpleegkundige. Gedurende deze opleiding wordt u door verschillende teams en de leidinggevenden optimaal ondersteund. Bij een succesvolle beëindiging van de opleiding wordt er de mogelijkheid geboden om te specialiseren binnen één van de verschillende disciplines. In functie van het aanbod kan een bijkomende vorming tot verpleegkundige instrumentist(e) gevolgd worden. Na de opleiding maakt u deel uit van de oproepbare wacht.
Er is ook de mogelijkheid te starten op het OK Oftalmologie. Ook hier krijgt u een persoonlijk opleidingsplan, noodzakelijk voor de functie oogheelkundig instrumentist(e). Dit is een functie waarbij u vooral instrumenteert bij gespecialiseerde oogheelkundige ingrepen en dit tussen 7.30u en 19.00u. Vereisten: U bent verpleegkundige en u bent in de mogelijkheid binnen de 20 minuten in het ziekenhuis aanwezig te zijn in het kader van de wachtdiensten.
Surf naar onze vacatures op
www.gvagroup.be
Denkt u de geschikte kandidaat te zijn, aarzel dan niet om te solliciteren! Sollicitaties met c.v. en pasfoto kunt u richten aan de personeelsdirecteur, p/a Groep GvA, Sint-Augustinuslaan 20, 2610 Wilrijk. Voor eventuele vragen kunt u e-mailen naar
[email protected]
UNIVERSAL COMMUNICATION
In team doorbreken we de standaard!
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:13
Pagina 7
Van de redactie CSA.
J
Jaren geleden was de sterilisatieafdeling in vele ziekenhuizen nog een soort aanhangsel van het operatiekwartier ( evenals de recovery ). De CSA, zoals ze vandaag wordt genoemd, werd vaak bemand door (ex)operatiepersoneel en ze stond volledig in functie van het OK-gebeuren. Stilaan echter is de CSA uitgegroeid tot een zelfstandige, volwaardige dienst met speciaal gekwalificeerd personeel. Toch is vandaag de dag de houding van vele operatieverpleegkundigen ten opzichte van de CSA nog steeds wat neerbuigend. In functie van het werk op de OK. verwachten zij van deze dienst het onmogelijke. Begrip aan beide kanten is soms ver te zoeken.
O
Op het laatste nationale symposium heeft Dhr. Slangen een prachtig pleidooi gehouden voor de CSA dienst en uitgelegd wat mogelijk is en wat niet en ook het “waarom”daarvan. Omdat niet iedereen aanwezig kon zijn op het symposium, willen wij hier de tekst van de voordracht weergeven zodat iedereen kan kennisnemen van dit verhelderend pleidooi voor de CSA.
Identiteit.
M
Met het jaarlijks verlof in het vooruitzicht hadden wij het idee om onze leden wat vakantieliteratuur mee te geven. Het is een tamelijk uitgebreide tekst die handelt over de huidige positie en identiteit van de verpleegkundige. Het is een werkstuk om over na te denken en te discussiëren en die daarom op een rustig moment dient gelezen te worden. Misschien iets voor in de luie zetel onder de zon ?
Activiteiten Agenda • Regio Limburg - 10 oktober 2006. Avondlezing: oogchirurgie - Dr. B. Colla. Borrelhuis, Hasselt.
03/02/2007. Symposium. Kinderchirurgie.
• Regio Antwerpen - 23 september 2006. Neuronavigatie UZA Antwerpen.
• Nationaal symposium VVOV 11 en 12 mei 2007. Blankenberge
• Regio Oost-Vlaanderen - 21 oktober 2006. Van TUR-prostaat tot robotchirurgie Gent.
• Europees congres EORNA 17 tot 19 april 2009 Kopenhagen, Denemarken.
• Regio Brabant - Oktober of november. Lezing: onderwerp volgt nog.
Van 9 tot 11 november 2006 Eorna-meeting Brussel.
Adverteerderslijst Erbe . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Lohmann & Rauscher . . . . . . . . . . . . . . . . . . C4
Gasthuiszusters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Medicor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Initial Hospital Services . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Mölnlycke Health Care . . . . . . . . . . . . . . . 22-23
Johnson & Johnson . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . C3
VOKA/KHK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . C2 7
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Het zou mijn oma kunnen zijn. D E CSA
ZET DE PUNTJES OP DE I .
D HR . J EF S LANGEN
Weinig mensen, zowel artsen als verpleegkundigen, hebben een goed beeld van wat op de sterilisatie allemaal gebeurd, tot de dag dat ze er eens mee kennis maken.
Beste collega’s,
D
De titel van mij onderwerp is iets of wat afwijkend van de gangbare medische of verpleegkundige onderwerpen die vandaag aan bod komen, maar dat is een beetje misleidend. Een uitleg over mijn oma zou en case rapport kunnen zijn over haar gezondheid, maar dat is het niet.
Want wat zijn nu de sterilisatieregels ? Eigenlijk zijn die regels erg simpel. Ik doe een poging om de uitleg op een niet technische wijze te brengen en we zetten de grote terminologie even in de ijskast.
Het is wel een soort rapport waarin naar voor komt hoe de CSA’s van de beide campussen van het St. Vincentius ( fusie)ziekenhuis hun slag hebben thuis gehaald op het vlak van het volgen van de juiste procedures en dus verstrekking van optimale patiëntenzorg door optimaliseren van instrumentenzorg.
Wat moeten wij steriliseren ? Medische hulpmiddelen die in aanraking komen met steriel weefsel. Juist steriliseren houdt in: reinigen + desinfecteren + steriliseren. Deze drie zijn onlosmakelijk verbonden.
Dat is een mondvol indrukwekkende woorden, maar de bedoeling is gewoon verder te gaan in mensentaal.
Wie legt deze sterilisatieregels op ? • De algemeen directeur. • De hoofdgeneesheer. • De hoofdapotheker. • De arts-ziekenhuishygiënist. • De VP-ziekenhuishygiënist. • Het hoofd CSA.
Waar gaat het om ? Iedereen kan zich wel de discussies voorstellen die telefonisch en aan de deur van onze en waarschijnlijk ook uw CSA worden gevoerd. BV. Als iets SNEL moet gesteriliseerd worden. Als de dokter zegt dat het NU moet. Als wij dan zeggen dat dit drie uur duurt. Het frustratieniveau stijgt dan nogal snel en …… aan beide kanten tegelijk!!! Waarom blijven die discussies op vele CSA’s aanhouden ? Zijn de regels te ingewikkeld ? Ze worden door de OK-gebruikers als ongeloofwaardig en tijdrovend ervaren. Door sommigen zelfs als een echte hinderpaal. Een eerste reactie is dikwijls: “ Het ging vroeger toch. “ En dan blijkt…. Dat de luisterbereidheid fel afneemt naargelang de uitleg technischer wordt. De implementatie van de sterilisatieregels volgens de regels van de kunst is een opdracht die vooral veel tijd vraagt. Het is vooral een werk van bewustmaking. 8 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
De CSA zet de puntjes op de i.
Op basis van wat worden die regels opgelegd ?
{ { En dan blijkt…. Dat de luisterbereidheid fel afneemt naargelang de uitleg technischer wordt.
• Medische richtlijnen. • Wettelijke verplichtingen. • Werkgroep infectiepreventie. • Hoge gezondheidsraad. • Vereniging sterilisatie in het ziekenhuis. • Europese normen. • Wetenschappelijke studies. Wat is een sterilisator ? Een sterilisator is een machine die in de juiste omstandigheden een aantal bacteriën kan afdoden.
Dus… Daarvoor moeten een aantal handelingen gebeuren.
Ik zeg dus wel: “ in de juiste omstandigheden “ en ook: “ een aantal bacteriën. Als dus een aantal omstandigheden vervult zijn, dan geeft de sterilisator de garantie dat er maar 1 kans op 1.000.000 is dat er nog een bacterie op een instrument zit. Maar… dat lukt natuurlijk niet zomaar.
Wat hebben we daarvoor nodig? Voorafgaande aan de afwas gaan alle instrumenten eerst in een ultrasoonbad die een enzymatische reiniger bevat. Dan komt de machinale afwas die gebruik maakt van detergenten en spoelmiddelen, die bediend worden door personeel, en die dar anderhalf uur tijd voor nodig hebben…
Groot misverstand dat blijft bestaan!!! Veel mensen denken dat je met een kruiwagen vol bacteriën even naar je sterilisator kan lopen, ze erin kieperen, de deur sluiten en starten en dan verwachten dat alle beesten onschadelijk gemaakt zijn.
Anderhalf uur ? Waarom machinaal…? Waarom duurt dat zo ruim anderhalf uur ? Als ik het met de hand afwas…dan is het toch sneller klaar niet? Dat zijn voorbeelden van vragen die aan de deur van de CSA of per telefoon plaats vinden. De uiting van deze vragen gaat nogal eens gepaard met met een blik die smekend ten hemel wordt gericht en van bovenuit hulp verwacht.
Maar… dat is niet zo. Elke sterilisator kan per sterilisatie een aantal bacteriën afdoden maar geen kruiwagen vol tegelijk. Om dat te kunnen realiseren moeten andere voorwaarden vervuld zijn. Wat is de reden hiervan?
Voorwaarden van desinfectie. En het zijn juist die voorwaarden die vergeten worden… en die voorwaarden vragen ook tijd. Je moet eerst reinigen en desinfecteren ( en dat is iets anders dan steriliseren).
• desinfecteren gebeurt op een temperatuur van 95°C, en dit gedurende 5 minuten. • Dus niet geschikt voor een handafwasje. • Als je water van boven 50°C op een met bloed besmeurd instrument giet, dan stollen de eiwitten die in dat bloed zitten op dat instrument en is het nog moeilijker om te reinigen. • Dus met koud water beginnen en langzaam opwarmen is hier aangewezen.
Dit doet men om het aantal kiemen te verminderen zodat je sterilisator niet geconfronteerd wordt met een te hoog aantal kiemen, om zijn objectief waar te maken nl. afdoden tot 1 op 1.000.000 9 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
De CSA zet de puntjes op de i.
Men begint dus met lauw water. Daar voegt men detergenten aan toe om te reinigen en daarna wordt er gespoeld. Het wordt tweemaal herhaald en dan volgt de opwarming naar de desinfectiefase van 95°C. Want ik moet het aantal kiemen verminderen om de sterilisator zijn werk goed te laten doen. De kruiwagen moet dus minder vol zijn. Deze desinfectiefase vraagt opwarmtijd…enz… Kortom… In huishoudelijke termen gesproken: “ het is een kookwas en dat is doorgaans ook het langste programma op elke huishoudelijke afwasmachine. U kan zich dus voorstellen dat een instrument gauw even met de hand afwassen en in een kort programma “ steriliseren” GEEN goed resultaat geeft. • 1.0 uur sterilisatie. Dus samen ongeveer 3 uur ( minimaal ).
Als je de voorafgaande kiemdoding niet doet, in het ultrasoonbad met de enzymenreiniger en de afwasmachine, zal de sterilisator ook niet het verwachte resultaat leveren en loopt de kans op besmetting op.
Minimaal drie uur als we er direct kunnen aan beginnen, maar gewoonlijk zijn er een aantal jobs die allemaal eerst moeten gebeuren zodat er een aantal “ wachtenden “ voor zijn.
Dus waarom machinaal afwassen ? • Vanwege de vereiste temperaturen. • vanwege de gebruikte ( irriterende) afwas en spoelmiddelen. • Omdat de juiste tijden dienen gehandhaafd • Omdat het een én reproduceerbaar én controleerbaar proces moet zijn;
En hoeveel instrumenten dan ?
Gevolgen van handafwas.
We moeten er van bewust zijn dat een sterilisatieproces tijd vraagt en dat, willen we aan hetzelfde tempo blijven werken EN steriliseren volgens de regels van de kunst, we over genoeg instrumenten moeten kunnen beschikken. Dus extra instrumenten betekent voorlopig niet dat nog meer ingrepen kunnen gepland worden, maar het betekent een inhaalbeweging om de juiste technieken te kunnen toepassen;
Genoeg instrumenten om een opeenvolgend aantal ingrepen aan te kunen en ook genoeg instrumenten om drie uur te kunnen wachten als je een set terug wil gebruiken.
• de wettelijke en wetenschappelijke desinfectietemperatuur wordt niet bereikt. • De tijdsduur van dit proces is niet goed controleerbaar. • De voorafgaande kiemdoding is dus niet effectief. • Het handafwasje is niet exact reproduceerbaar.
Hoe is dit te bereiken ? Hoeveel tijd hebben we dan in het totaal nodig? • Eventuele instrumenten aankoop. • Spreiding van de ingrepen. • Een OK-planning die tijdig bekend is. • Zo kan een hoofd OK. ook wat aan verbeterde personeelsplanning doen
• 0.15 uur ultrasoon • 1.30 uur afwasmachine. • 0.15 uur set samenstellen, controleren en verpakken. 10 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
De CSA zet de puntjes op de i.
Wat heeft die oma hiermee dan te maken ? Wij op de CSA kennen de vraag die wel eens terugkeert als er een bekande wordt geopereerd. “ het zal toch wel zeker goed in orde zijn hé…diensthoofd ?” Het is altijd in orde want de volgende patiënt is ons oma. Elke volgende patiënt is ons oma. Er is gewoon geen ander standpunt in te nemen. Dus, als wij nog eens zeggen, het zal een uur of drie duren, dan weten jullie nu waarom. Juist… voor ons oma. Het is eigenlijk een vorm van faken, maar het is “ voor een goede doel.”. Voordeel van dit faken, tot wat leidt dit faken ?
{ {
Deze oma-regel zorgt ervoor dat iedereen een juiste en gelijke behandeling krijgt.
het zal toch wel zeker goed in orde zijn hé… diensthoofd ?
Wat bracht deze simpele oma-regel in de praktijk op ?
• En een hoofd CSA aan betere materiaalplanning. • Onvoorwaardelijke steun van de directie en het Comité Ziekenhuishygiëne. • Uw medewerking.
• Een vermindering van lastige discussies. • Een belangrijke extra instrumentenaankoop. • Een update en invoering van een RIO zowel voor OK. als CSA. • Verbeterde sterilisatieprocedures. • Verbeterde OK-planning en dus ook CSA-planning. • Verbeterde communicatie tussen OK. en CSA. • Er is een psychologische weerstand overwonnen.
Wat mag een patiënt van ons verwachten ?
Dit is dus geen klein resultaat.
Alle patiënten hebben recht om zonder onderscheid een kwalitatief juiste en gelijke zorg te ontvangen;
Het vroeg alleen wat begrip, volharding en tijd enz…, kortom allemaal dingen die per slot van rekening gratis zijn.
De patiënt is dus onze eerste zorg. Hij/zij geeft ons “ slapend” zijn vertrouwen. Wij gaan dat vertrouwen niet beschamen omwille van “ iets” of “iemand”.
Wij houden dus ons been stijf als men ons vraagt de regels wat te “ buigen “ En ons oma blijft daar erg gezond van. 11
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Bedenkingen voor prikbord of koffiekot Een huisarts wee t va dingen een beet n veel je. Een specialist w eet va beetje heel veel n een .
n Gee m is e e syst k een o o teem sys
L kindieve zij eren iede n van bru reen, van tale moe hun der
Ik ben een super -genie: van niks alles. ik weet
oep s e d in Vlieg
Blinde. Wat zegt als je he een blinde schuurpa m een stuk pier gee ft ? “ Verdom klein ges me, dat is chreven.” .
n een i n a een m t m o er, er K b o : t n zeg e t n ura soep. n j resta i g in m e i l v n ang l r o o zit ee niet v : r e b aar d de o n t i g p e Z die s u t e i eer, z rd ? h o n b j i w m u d van n a r op de
Waar o eers m schie t p dan de man God de v rouw en ? Ied maa ere arti k e ruw t eerst est sche tsje. en
12 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Adverteren in Scalpel 1. Adverteren • Scalpel is het tijdschrift van de Vereniging van Vlaamse Operatiezaalverpleegkundigen. Er verschijnen 4 edities per jaar met een oplage van 1300 exemplaren. Via onze mailing bereiken we de belangrijkste ziekenhuizen in het Vlaamse land. Ook wordt Scalpel verstuurd naar 17 andere landen van Europa die lid zijn van de Europese vereniging, EORNAC. Ons tijdschrift biedt aan bedrijven, ziekenhuizen en collega beroepsorganisaties de mogelijkheid tot adverteren of het plaatsen van vacatures en aankondigingen van symposia.
• Advertentiemodaliteiten : - zwart-wit :
1/2 pagina : 125 eur/ editie 1 pagina : 250 eur/ editie - 4 kleuren : 1/2 pagina : 375 eur/ editie 1 pagina : 500 eur/ editie - steunkleur : 1/2 pagina 200 eur/ editie 1 pagina : 300 eur/ editie - buitenkaft, 4 kleuren : 900 eur/ editie - binnenkaft, 4 kleuren : 750 eur/ editie - personeelsadvertentie : Toeslag op bovenstaande tarieven : 100 % Deze prijzen zijn geldig vanaf 1/05/2000. Verschijningsdata van het tijdschrift zijn: 15/03, 15/06, 15/09, 15/12.
2. Sponsoring evenementen • Ook bestaat de mogelijkheid voor de industrie om op te treden als sponsor bij de verschillende activiteiten van het V.V.O.V.( zowel nationaal als regionaal), zoals lezingen, symposia, minisymposia e.d. In ruil hiervoor biedt het V.V.O.V. een stand aan op de activiteiten met vermelding van de bedrijfsnaam op affiches en uitnodigingen. Andere modaliteiten zijn altijd bespreekbaar.
3. Hoofdsponsorship • In overleg met het hoofdbestuur.
4. Gebruik adressenbestand • Het V.V.O.V. beschikt over een uitgebreide en up-to-date adressenbestand van al onze leden en medische bedrijven. Deze mailinglist is te verkrijgen op label voor éénmalig gebruik. (contract). Prijs per adres: 0,75 eur.
• Voor alle verdere informatie : Marc Haselaars Sint Lodewijkstraat 76 3600 GENK Tel/fax : 089/ 35 75 35 Z.O.L. Campus St. Jan Tel : 089/32 50 60 fax : 089/32 79 82 Email :
[email protected] 13 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Aan allen een heerlijk, rustgevend en zonnig verlof,...
vanwege het V.V.O.V
Identiteit en plaats van de verpleegkundige anno 2006. T EKST
V
TER DISCUSSIE EN OVERDENKING .
geschetste zorgideaal te realiseren, waarbij een gebrek aan noodzakelijke voorwaarden om goede zorg te verlenen volgens de ondervraagden de grote boosdoener is: zorgzaamheid als waarde vormt geen prioriteit. Prioriteit wordt vandaag gegeven (al dan niet terecht) aan medisch-technische en diagnostisch-therapeutische aspecten van de zorg. De attente en liefdevolle zorg en onderliggende bekommernis voor de medemens lijken eerder secundair. Hierbij speelt een gebrek aan tijd en autonomie, waarbij verpleegkundigen onvoldoende vrijheid krijgen om beslissingen in de zorg zelf te nemen, een rol (2). Dit zijn vaststellingen die ons moeten aanzetten om hierover fundamenteel na te denken.
Via Mevr. Heidi Vanheusden ( coördinator Vlaamse Verpleegunie ) zijn we in het bezit gekomen van deze zeer lezenswaardige tekst. Hij is afkomstig van de werkgroep Vroedkunde en Verpleegkunde van de associatie K.U. Leuven, en geschreven door Luc Van Gorp. De redactie heeft hier en daar een kleine wijziging aangebracht met de bedoeling de tekst dichter bij de operatieverpleegkundige te brengen. Ook hebben wij af en toe een tekst cursief afgedrukt. Reacties zijn welkom aan het adres van de stuurgroep of via
[email protected]
Deze vaststellingen roepen onmiddellijk enkele vragen op: “Hoe gaan we hiermee om?” “Komen deze veranderingen zorgvragers ten goede?” Het is belangrijk om over deze vragen van gedachten te wisselen, samen te zoeken naar argumenten om met deze veranderingen om te gaan. Ook opleidingen tot verpleegkunde hebben een verantwoordelijkheid om de juiste manier te zoeken om nieuwe en reeds werkzame verpleegkundigen op een competente manier op te leiden en (verder) te professionaliseren. Dit gebeurt het best vanuit waarden die van fundamenteel belang zijn voor de mens als zorgverlener, voor de mens als zorgvrager. Het is vooral in het licht van zorgvragers ( patiënten) dat deze bedenkingen neergeschreven werden.
Ter verantwoording Op geregelde tijdstippen is het goed om de vraag te stellen wat de zin van onze professie is: “Wat is de zin van onze verpleegkundige zorg?” (1) Het stellen van deze vraag is noodzakelijk en fundamenteel voor elke beroepsgroep die zichzelf wil respecteren. Dit geldt in belangrijke mate voor het beroep van verpleegkundige. Nooit eerder is het domein van de gezondheidszorg zo aan veranderingen onderhevig en wordt de sector geconfronteerd met belangrijke evoluties binnen de gezondheidszorg en zorgverlening. Nooit eerder stonden meer technische hulpmiddelen de verschillende beroepen in de gezondheidszorg (geneeskunde, kinesitherapie, ergotherapie, verpleegkunde, vroedkunde,…) ter beschikking. De vertechnisering van de zorg lijkt zelfs het verpleegkundig beroep van uitzicht te doen veranderen. Toch hebben deze vele mogelijkheden in de gezondheidszorg de zorgcomponent op zich in al die jaren niet fundamenteel doen afnemen, integendeel.
Deze discussienota wil een aanzet vormen om vanuit de stuurgroep BaMa Verpleegkunde en Vroedkunde van de associatie KULeuven ,en de werkgroep curriculum verpleegkunde, na te denken over het ‘het beroep van verpleegkundige’: “Wat is de identiteit en de plaats van de verpleegkundige anno 2006?” Dit schrijven wil wat ‘richtingwijzers’ meegeven die behulpzaam kunnen zijn om het beroep van verpleegkunde annex opleiding te funderen. Inspiratie hiervoor werd gehaald bij C. Gastmans, B. Dierckx de Casterlé, B. Cusveller, B. Pattyn, C.E. Betts, A. L. Kitson, collega’s departementshoofden, opleidingsverantwoordelijken, hoofdverpleegkundigen, directies verpleging, verpleegkundigen, studenten in opleiding en vooral ook zorgvragers.
Het ideaal: ‘hoogdeskundige zorg aanbieden verwikkeld in een warme mantel van zorgzaamheid’ is lang niet gerealiseerd. Dit bewijst ondermeer het onderzoek bij ongeveer 10.000 Belgische ziekenhuisverpleegkundigen (Belimage, 2002) waarbij er dan wel een grote professionele fierheid is bij verpleegkundigen (87%); maar anderzijds slagen diezelfde verpleegkundigen er onvoldoende in om het 16 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
beroep als door de samenleving te weinig gevaloriseerd. Valorisatie is maar mogelijk als ook wij als verpleegkundigen in ‘fundamentele zorg’ willen investeren. Je zou het als volgt kunnen omschrijven: het beroep heeft in het verleden te weinig in ethiek geïnvesteerd. Onderzoek mag dan wel uitwijzen dat verpleegkundigen in eerste instantie – mede door invloed van de media – aangetrokken worden door high-tech, adrenaline en kicks; de confrontatie met het echte werk van de verpleegkundige op de werkvloer, confronteert hen nog met andere meer fundamentele zaken, waarbij de zorgvrager en zijn omgeving aangeeft waar het fundamenteel op aankomt nl. het verlenen van goede zorg met de noodzakelijke integratie van competenties (expert) en zorgzaamheid. Tegelijk ‘capabele’ mensen die zich kunnen aanpassen aan veranderingen (capability).
1. Inleiding
Het is belangrijk dat er vanuit de basisopleiding – samen met het werkveld – nagedacht wordt over de plaats en identiteit van de verpleegkundige in de zorgverlening. Hierbij vormt het formuleren van een opleidingsprofiel voor de verpleegkundige bachelor vanuit de Associatie KU Leuven een belangrijke bijdrage.
Er is vandaag heel wat te doen rond de identiteit van het verpleegkundig beroep. De geschiedenis leert ons dat het verpleegkundig beroep een grondige revolutie heeft doorgemaakt: van moederfiguur over een gehoorzame houding aan de arts tot idealiter een autonome professional in een multidisciplinaire zorgsetting. Dit laatste lijkt vandaag nog niet in alle zorgsettings verwezenlijkt. Het vechten voor een verpleegkundige identiteit als autonome professional vertaalt zich vandaag in een eigen professionele zorgexpertise van de verpleegkundige als ‘skilled companion’ waarbij ‘zorg’ en ‘techniciteit’ op de juiste wijze hand in hand gaan.
De opleiding tot (bachelor in de verpleegkunde) is er fundamenteel op gericht ‘tools’ aan te bieden om te leren reflecteren op de praktijk. Daarbij is het van enorm belang dat toekomstige verpleegkundigen op bachelorniveau “leren leren” (vanuit de aandacht voor algemene competenties die van elke professionele bachelor verwacht mogen worden). Nog te veel gaat het werkveld ervan uit dat elke afgestudeerde verpleegkundige direct inzetbaar moet zijn (5).
Het ontwikkelde competentieprofiel van de bachelor in de verpleegkunde mag dan in theorie verpleegkundige professionals opleveren; op de werkvloer echter worden we daar onvoldoende mee geconfronteerd. Onderzoek (Belimage 2002) toont aan dat de vertechnisering tot op heden plaatsvond, los van de ‘zorgcomponent’ gefundeerd vanuit een holistische mensvisie (3). De verpleegkundige als ‘skilled companion’ zal zijn competenties nog veel meer moeten vertalen in aspecten van zorgzaamheid (4). Tot op vandaag wordt die zorgzaamheid zowel door het verpleegkundig
Volgens Grypdonck is het belangrijkste criterium voor de efficiëntie van onderwijs juist de mate waarin studenten geleerd hebben te leren leren. Het ontwikkelde competentieprofiel wil vooral nadruk leggen op competenties die het mogelijk maken dat studenten die opgeleid worden ook nog in 2040 als deskundige inzetbaar zijn en opdrachten kunnen vervullen die dan van hen verwacht worden. Als afgestudeerde verpleegkundigen direct inzetbaar zijn, dan is dat goed meegenomen, maar het mag geen voorwaarde zijn om te kunnen afstuderen. Dan 17
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:13
Pagina 18
Tekst ter discussie en overdenking.
pij geen juist beeld heeft van wat zij (als verpleegkundige) doen. Meer dan 1 op 2 verpleegkundigen vindt dit storend (28%) of frustrerend (26%).”
ligt de nadruk veel te veel op competenties die NU van belang zijn maar die het niet lang zullen uithouden, op praktische vaardigheden die men veel sneller en selectiever kan leren in het werkveld, op actuele antwoorden op vragen die straks heel andere antwoorden moeten krijgen of als vraag niet meer gesteld zullen worden. De nadruk zal veel meer moeten liggen op kennis die niet vergaat, op “leren leren” en op basale competenties die in specifieke situaties verder ontwikkeld kunnen worden. Het ontwikkelde competentieprofiel bevat competenties die blijvend zijn, maar wel voortdurend van inhoud zullen veranderen. Dit heeft te maken met het feit dat de zorg in beweging is.
De laatste jaren merken we dat verpleegkundigen op problemen die zich stellen zelf antwoorden gaan formuleren. Dit heeft te maken met de ontwikkeling van een eigen verpleegkundige identiteit. Die verpleegkundige identiteit krijgt binnen de huidige opleiding tot (bachelor in) verpleegkunde ruimere aandacht.
2. Situatieschets van onze hedendaagse samenleving
Het is niet verstandig om als onderwijs veel tijd te steken in vaardigheden die veel sneller geleerd worden in het werkveld. Wel moet de opleiding zich concentreren op inzichten die ervoor zorgen dat vaardigheden snel geleerd worden en op de vaardigheid om vaardigheden te leren. Studenten moeten geleerd worden om principes te zoeken, de principes te identificeren, en te leren hoe men vanuit de principes nieuwe toepassingen kan bedenken (6).
Alvorens ons te verdiepen op de specifieke verpleegkundige identiteit doen we er goed aan om kort het hedendaags levensgevoel in onze westerse samenleving te situeren. In 2005 worden we nog steeds geconfronteerd met de erfenis van de ‘fin de siècle-mentaliteit’. We spreken van het zogenaamde postmoderne levensgevoel (9). Daar waar de jaren ’60 een tijd was waarin men in de overtuiging leefde dat men tegen heersende normen, waarden, tradities, vastgeroeste patronen moest ingaan, werden we in diezelfde periode geconfronteerd met een enorme vooruitgang op alle domeinen van de wetenschap, welvaart, technologie, democratie, emancipatie, seksualiteit… alles kon alleen nog maar beter worden.
De opleiding tot verpleegkundige moet er vooral in slagen om de verpleegkundige als competente zorgverlener een centrale plaats te geven, waar elke verpleegkundige erin slaagt aandacht te geven aan de morele persoonlijkheid van elke zorgvrager. Het beeld dat de samenleving van de verpleegkundige met zich meedraagt wordt in zekere mate bepaald door de verpleegkundige zelf! Haar maatschappelijke positie heeft ze enigszins – door haar eigen functioneren - zelf in de hand. Naarmate ze zichzelf positieve identiteit toekent zal de samenleving de verpleegkundige anders percipiëren. Dit kan bijvoorbeeld door de methode van ‘critical companionship’. Op deze manier kan het eerder negatieve imago van de sector en haar verpleegkundigen omgebogen worden tot een positieve identiteit van het verpleegkundig beroep (7).
Het was halfweg de jaren ’70 dat we te maken kregen met een ander levensklimaat: geen strijden meer voor meer rechtvaardigheid en vrede; neen, we kregen een opstoot van het materialisme mee: geld werd de maat van alle dingen. Daar waar de jaren ’60 en ’70 nog gekenmerkt werden door de sterke gerichtheid op politieke en sociale thema’s zoals vrede, gerechtigheid, solidariteit met de Derde Wereld, is dit de laatste 25 jaar een andere richting uitgegaan. In de loop van de laatste 25 jaar zijn allerlei structuren verdwenen, structuren die ons leven ordenden, alle regels rond macht, seks en religie, maar sindsdien is ons ‘ik’ buitengewoon zwaar belast geraakt, juist omdat er geen houvast meer is. De vaste rolpatronen, normen en gezagsverhoudingen, die een zekere rust en stabiliteit gaven aan de menselijke rela-
Het Belimageonderzoek (8) - een studie die peilt naar het professionele zelfbeeld van verpleegkundigen – somt een aantal spanningsvelden op: “een meerderheid van verpleegkundigen (79,6%) geeft aan dat de maatschap18 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:13
Pagina 19
Tekst ter discussie en overdenking.
vele mensen met ziekte en depressie”, zeggen vele artsen en psychiaters. Om dan nog te zwijgen van zelfmoord(pogingen). De consumptie van antidepressiva stijgt de laatste jaren met 15% per jaar. In België zijn er ongeveer 3000 zelfdodingen per jaar.
{ { Hoe gaan we hiermee om ?
De Weense psychiater Viktor Frankl zegt dat we tegenwoordig niet meer – zoals in de tijd van Freud, begin deze eeuw, - geconfronteerd worden met een seksuele, maar met een existentiële frustratie. De doorsnee cliënt in de psychiatrie lijdt niet langer aan een minderwaardigheidscomplex, wel ervaart zij een bodemloos gevoel van zinloosheid, gepaard gaande met een gevoel van leegte. Frankl spreekt van een existentieel vacuüm.
ties, maar ook onderdrukkend konden werken, zijn veelal verdwenen.
Het wegvallen van het geloof in het hiernamaals, in een leven na de dood, heeft de menselijke heilsverwachtingen binnenwerelds gemaakt, een jacht naar ervaringen en kicks, de cultuur van de roes. Het zoeken naar zin heeft in onze tijd iets rusteloos gekregen, een jacht op, een grijpen naar, een honger naar ervaringen en een angst voor het lijden (10).
De jaren ’90 deden ons tot besef komen dat een welvaartsdroom moeilijk te verwezenlijken is. Meer dan ooit waren we ons er van bewust dat elke mogelijke droom, elke ideologie kan falen. Ondersteuning en verbondenheid met de familie, buurt, dorp of parochie is weggevallen, ook de sociale organisaties als vakbonden, ziekenfondsen en cultuurbewegingen zijn nu louter dienstverlenend geworden en bieden alleen maar service. Er wordt geleefd in een stroom van steeds verdere individualisering van de maatschappij. Het is eerder ‘eigenaardig’ dat in dat opzicht de Kerk nog het best overeind gebleven is van alle ordenende structuren.
Begin 2000 vinden we ons terug in een samenleving die enerzijds alle aandacht richt op externe waarden zoals macht en geld terwijl we anderzijds tot het besef komen dat er voor mogelijke zingeving (interne waarden) geen bestaansrecht meer is. Dit levensgevoel (11) waarmee we op alle mogelijke echelons in aanraking komen, beheerst ons leven. Het lijkt wel of verpleegkundigen en vroedvrouwen die een keuze maken voor deze studie, een keuze maken die regelrecht ingaat tegen de heersende tendens.
Vandaag is er vooral een gerichtheid op het komen tot zelfontplooiing en zelfkennis. De vormingscentra worden overspoeld door cursisten die eender wat kunnen volgen in avond- of afstandsonderwijs. Mensen streven niet langer naar verandering van bestaande structuren, wel zijn ze op zoek naar een persoonlijke gemoedsrust.
3. De verpleegkundige binnen de hedendaagse samenleving Als de verpleegkundige geplaatst wordt in de hedendaagse samenleving, moet eerst teruggekeken worden naar haar historische context. Het imago van het verpleegkundig beroep hangt nauw samen met maatschappelijke, culturele, juridische, politieke, religieuze, ethische en wetenschappelijke denkbeelden die het imago van die verpleegkundige mee gestalte geven (11).
De mens mag dan wel vrij zijn – wat zijn voordelen heeft – anderzijds komen door die vrijheid veel mensen met zichzelf in problemen. Ondanks dat we in een enorm ontwikkelde welzijnssector leven met alle mogelijke communicatie- en ontmoetingsmogelijkheden, “sluipt de vereenzaming door de westerse wereld en slaat 19 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:21
Pagina 20
Tekst ter discussie en overdenking.
Doorheen de geschetste evolutie valt één constante op, namelijk dat de verpleegkundige in haar taak en functie te maken heeft met meerdere personen en instanties: zorgvragers, collega’s, artsen, instellingen en de samenleving. Al deze betrokkenen hebben verwachtingen naar de verpleegkundige. Dat die verwachtingen binnen een maatschappelijke context doorheen de geschiedenis anders werden ingevuld moge duidelijk zijn.
competentieprofiel ontwikkeld en begin 2005 goedgekeurd door de raad van Bestuur van de Associatie KULeuven.
De verpleegkundige heeft een onwaarschijnlijke evolutie doorgemaakt. Zowel op het einde van vorige eeuw als tijdens de hele 20ste eeuw weerspiegelt een visie op verpleegkunde de dominante waarden in de samenleving.
Vanuit zijn specifieke deskundigheid zal de verpleegkundige eigen accenten aanbrengen bij het aanbieden van professionele zorg. Hij engageert zich in het bijzonder om op emancipatorische wijze mensen bij te staan die kampen met actuele of dreigende gezondheidsproblemen. Hij verleent daartoe kwaliteitsvolle zorg afgestemd op de specifieke noden en behoeften van elke individuele cliënt, om zo bij te dragen aan de verbetering van de levenskwaliteit van de cliënt.
“De verpleegkunde vormt een afzonderlijke pijler in het brede domein van de gezondheids- en welzijnszorg. De beoefenaar van de verpleegkunde verwerft via opleiding de nodige beroepsbekwaamheid en ontwikkelt daarbij een ingesteldheid tot levenslang leren.
Tot 1890 was elke verpleegkundige een moederfiguur die haar uiterste best deed om vanuit een zekere deugdzaamheid dienstbaar te zijn. Hieraan kwam in de twintigste eeuw verandering.
Deze zorgverlening stoelt op respect voor de totale mens en leidt tot een vertrouwensrelatie tussen verpleegkundige en zorgvrager/betekenisvolle andere(n) waarin problemen in een intieme kwetsbaarheid bespreekbaar kunnen worden gemaakt.
Tot het eind van de jaren zestig was er een roep tot professionalisering waarbij diezelfde verpleegkundige gehoorzaamheid verschuldigd was aan haar overste, de arts. Het was pas van begin jaren ‘70 dat de verpleegkundige een zekere autonomie verwierf waarbij zij de belangenbehartiger werd van de zorgvrager. Hierdoor was er minder aandacht voor de persoonlijkheid en het karakter van de verpleegkundige.
Binnen de diversiteit van de samenleving fungeert de verpleegkundige als pleitbezorger voor elke cliënt die op hem een beroep doet. De zorgverlening situeert zich op het vlak van preventie, detectie, behandeling en palliatie van gezondheidsproblemen in alle fasen van het leven. De verpleegkundige realiseert dit in inter- en intraprofessionele samenwerkingsverbanden.
Uit dit alles mag besloten worden dat indien de identiteit van de verpleegkundige vandaag bepaald wordt, dat nooit losgekoppeld mag worden van haar maatschappelijke context. Ze zal rekening moeten houden met haar eigen ontstaan- en ontwikkelingsgeschiedenis.
Bij de preventie van gezondheidsproblemen en bij de ondersteuning van het normale leefpatroon van de individuele cliënt handelt hij autonoom. Medische voorschriften voert hij uit met inzicht en nauwgezetheid en hij organiseert en coördineert de zorg- en begeleidingsplannen.
4. De verpleegkundige als skilled companion In de associatie KULeuven werd binnen de deelwerkgroep curriculum verpleegkunde – een groep van opleidingsverantwoordelijken van een 11-tal opleidingen (8 hogescholen) - een gemeenschappelijke visie op verpleegkunde vanuit de opleidingen verpleegkunde annex
Hij tracht hierbij steeds een positieve invloed uit te oefenen op de beleving, het gedrag en de omgeving van de cliënt en de betekenisvolle andere(n). 20
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
26-06-2006
16:21
Pagina 21
Tekst ter discussie en overdenking.
Uiteraard gaat hij methodisch en verantwoord te werk en steunt daarbij op literatuur, resultaten van wetenschappelijk onderzoek, eigen ervaring en informatie er ervaring van experten.Hij levert aldus een fundamentele bijdrage tot de verbetering van de algehele kwaliteit van de gezondheidszorg.”
sector, een malaise die ook in internationale literatuur terug te vinden is: de zin van de zorg lijkt zoek te zijn. Het gaat als het ware over een crisis van de zorg (16). Als antwoord op deze malaise zal de verpleegkundige zich als ‘skilled companion’ moeten ontwikkelen. De malaise vormt juist daarom een uitdaging om als verpleegkundige competenties en zorgzaamheid in een turbulente wereld waarin materiële, technische, economische en rationele waarden op de voorgrond staan. Daarbij mag het gebrek aan tijd, of het gevoel van een gebrek aan samenwerking vanuit een autonome professionele houding in multidisciplinair verband (niet afhankelijk of onafhankelijk; wel interafhankelijk) geen excuus zijn opdat verpleegkundigen hun verantwoordelijkheid zouden opnemen. De verpleegkundige opdracht beperkt zich uiteraard niet tot een louter medisch-technisch, diagnostisch-therapeutisch zorgproduct. Toch is het onverstandig om in de recente medisch-technische ontwikkelingen de ‘zorgcomponent’ als enig alternatief hier tegenover te plaatsen. ‘Real Nursing’ maakt waar nodig gebruik van technische hulpmiddelen waarbij de zorgzaamheid als het ware geïncorporeerd is.
Het gemeenschappelijke opleidingsprofiel dat vanuit de gepresenteerde visie ontwikkeld werd, wil duidelijk aangeven waar verpleegkunde voor staat. Het verpleegkundig beroep bevindt zich op het snijpunt van een beroep en levenskeuze. De keuze voor het beroep is niet los te koppelen met het individu dat deze keuze wil waarmaken. Het heeft te maken met ‘zin’. Zin treedt op als je bezig ben met dingen, mensen… met de wereld om je heen. Het opnemen van taken, het zich inzetten voor de realisatie van belangrijke waarden, het zich inlaten met het lot van medemensen kunnen uw leven zinvol maken. Het voor iemand zorgen is dus zinvol. Een dergelijke zin kan nooit gezocht worden omwille van zichzelf, maar is het resultaat van onze zorg voor de ontplooiing van de medemens.(13) Zorg heeft immers essentieel te maken met zingeving (zie Frankl) (14). Het is hier waar we ons in een contradictorische positie bevinden.
De verpleegkundige bewandelt op deze wijze een weg van een progressieve idealisering van het technische en intellectuele tezamen zonder de ‘zorg’ (integratie van ‘care’ en ‘cure) als zorg te onderwaarderen. Door zo naar zorg te kijken voorkom je dat vooral patiënten en hun familieleden kenbaar maken dat ‘echte zorg’ die de patiënt ten goede komt, binnen de gezondheidszorg vandaag niet (meer) de plaats krijgt die haar toekomt . De medisch-technische, intellectuele en wetenschappelijke aspecten van de zorg zijn vandaag van zeer groot belang. Elke verpleegkundige moet kunnen aantonen dat hun zorg klinisch effectief is, dat zij het beoogde effect hebben. Hierbij zijn opleiding, bijkomende vorming en bijscholing en literatuur onontbeerlijk. Toch zal onze opdracht als verpleegkundige maar ten volle gerealiseerd zijn als verpleegkundigen erin slagen om op te komen voor ‘zorgzaamheid’ als belangrijke waarde in de samenleving zodat de patiënt als zorgvrager niet in de kou komt te staan.
Zorg is dus niet iets wat kan ingepast worden in een exclusief economisch-technisch beheersingsmodel. Dan is het gevaar altijd groot dat je je zorgen louter gaat richten naar zorg als een op te lossen probleem en niet dat je je zorgen richt naar de mens achter het probleem. Zorgen heeft te maken met het zorgzaam nabij zijn dat zich uit in een aantal waarden die uiting geven aan die grondhouding. Milton Mayeroff omschrijft die waarden als leergierigheid, eerlijkheid, vertrouwen, nederigheid, hoop en moed. Om deze waarden te beleven in je dagdagelijks werk wordt een grote inspanning van de zorgverlener gevraagd. Duidelijk dat zorg meer dan koopwaar is. Als zorg echter – vaak noodgedwongen – herleid wordt tot een medisch-technisch product, maakt dat vele verpleegkundigen zich vandaag minder gelukkig voelen in de realisering van hun taak. Er heerst een zekere malaise in de 21 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
The new sign of confidence
Even voorstellen: het nieuwe Mölnlycke Health Care Mölnlycke Health Care, Regent Medical en Medlock Medical. Drie bekende namen worden één en gaan voortaan verder als Mölnlycke Health Care. Uw betrouwbare zorgpartner. Nu kunnen wij u nog beter van dienst zijn. Door een complete lijn hoogwaardige producten voor de operatiekamer en voor een milde en effectieve wondzorg. Door te investeren in innovatie en technologische vernieuwing. Door brede ondersteuning en een efficiënte dienstverlening. En dat allemaal met één doel voor ogen: het werk van zorgprofessionals makkelijker en aangenamer te maken. Dat is het nieuwe Mölnlycke Health Care: al het goede dat u kent, aangevuld met nieuwe ambities. Meer weten? Bezoek www.molnlycke.com
The symbol and the word mark are both registered trademarks or trademark pendings of Mölnlycke Health Care
Mö_ad_420x297.indd 1
01-06-2006 10:13:42
Mö_ad_420x297.indd 2
01-06-2006 10:13:58
Tekst ter discussie en overdenking.
opleiding van bachelor in de verpleegkunde. Deze oefening is zo fundamenteel – een bijdrage tot het funderen van de verpleegkundige als autonome professional – dat nieuwe afstudeerrichtingen binnen de bachelor tot op heden niet aan de orde waren. Deze keuze werd ondermeer gestaafd vanuit de overtuiging dat elke bachelor in de verpleegkunde na het behalen van zijn basisdiploma in het werkveld verder opgeleid dient te worden in functie van het specifieke werkterrein waarin men als bachelor in de verpleegkunde tewerkgesteld is. Of de huidige afstudeerrichtingen een voldoende antwoord vormen zal in de toekomst verder uitgeklaard moeten worden. Het NVKVV meent echter wel dat de huidige afstudeerrichtingen een voldoende antwoord geven op de vragen uit het werkveld (visie van ondermeer het NVKVV mei 2005). Wat de specifieke plaats is van de specialisatieopleidingen – die zich vertalen in verschillende banaba’s opleidingen – moet verder onderzocht worden.
5. Heeft de Bachelor in de verpleegkunde fundamenteel nood aan (nieuwe) afstudeerrichtingen en specialisaties? De geformuleerde visie op verpleegkunde wordt gedragen door de verschillende opleidingsinstituten van de Associatie KULeuven. Ze vormt de basis voor het opleidingsprofiel tot bachelor in de verpleegkunde. De verschillende rollen in het opleidingsprofiel vormen de basis om als verpleegkundige verantwoordelijkheid op te nemen. Doorheen werkveldervaring – die noodzakelijk is om van pas afgestudeerde door te groeien naar zorgexpert - zal de verpleegkundige in haar werk verder groeien en kansen krijgen om gespecialiseerde opleidingen en vormingen te volgen (van permanente vorming over postgraduaat tot bachelor na bacheloropleidingen,…) Deze zijn noodzakelijk en wezenlijk voor verdere professionalisering van elk individu. Afstudeerrichtingen binnen de basisopleiding vormen in principe smaakmakers of richtingaanwijzers waar student verpleegkunde kennismaken met de ruime mogelijkheden van het werkveld waar het verpleegkundig beroep tot zijn recht kan komen. Wat elke opleiding – los van de specifieke afstudeerrichting - tot professionele bachelor gemeen heeft, is dat elke bachelor in haar basisvorming zo ruim en breed mogelijk het beroep en functioneren aangeleerd krijgt in al haar aspecten. Dit vertaalt zich in algemene, beroepsgerichte en beroepsspecifieke competenties: de verpleegkundige krijgt de noodzakelijke algemene, beroepsgerichte en beroepsspecifieke competenties aangeleerd. Of je nu geriatrie, ziekenhuis, sociale, psychiatrie of pediatrie of welke afstudeerrichting dan ook kiest: elk van deze afgestudeerde bachelors zijn autonome zorgprofessionals die op een zelfstandige wijze in multidisciplinair werkverband hun verantwoordelijkheid ten volle kunnen waarmaken.
De vraag of verpleegkundigen zich al dan niet vanuit de basisopleiding in een gespecialiseerd domein verder moeten bekwamen, lijkt op zich niet de meest fundamentele vraag. Op zich is deze vraag natuurlijk interessant waarbij het belangrijk is dat de verschillende hogescholen met een opleiding tot bachelor in de verpleegkunde van de Associatie KULeuven samen het gesprek aangaan over de wenselijkheid en
In de associatie KULeuven was er binnen het studiegebied gezondheidszorg afgesproken om tot nader orde de aandacht toe te spitsen op het ontwikkelen van een gemeenschappelijk competentie/opleidingsprofiel voor de 24 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
noodzakelijkheid van het verder aanbieden van bestaande en het ontwikkelen van nieuwe gespecialiseerde opleidingen na de basisopleiding tot verpleegkundige. Dit geldt trouwens ook voor de huidige en mogelijk nieuwe afstudeerrichtingen. De huidige verschillende afstudeerrichtingen - als smaakmakers naar het toekomstige werkveld toe - dienen op zich niet ter discussie te staan op voorwaarde dat elke afstudeerrichting erin slaagt het competentieniveau van een professionele bachelor te bereiken; het aanbieden van gespecialiseerde vervolgopleidingen is maar zinvol als ze voortkomen vanuit een gedegen basisopleiding. In combinatie met de nodige werkervaring kan een verdere specialisatie bijdragen tot verdere professionalisering van elke verpleegkundige. Voorbeelden in het buitenland tonen aan dat een degelijke basisopleiding verpleegkunde onontbeerlijk is om in combinatie met relevante verpleegkundige ervaring zich als verpleegkundige verder in een bepaald domein van de gezondheidszorg te specialiseren en te vervolmaken.
omdat die opleiding intrinsiek zou bijdragen tot het onderwijsaanbod, wel omdat die master de broodnodige studenten zal aantrekken (15).
In het stadium van de ontwikkeling van een gemeenschappelijk opleidingsprofiel – wat heel veel inzet en doorzettingsvermogen vraagt van de verschillende meewerkende leden - voor de bachelor in de verpleegkunde – huiswerk dat nog niet voltooid is – is het daarom niet verstandig om overhaast nieuwe afstudeerrichtingen uit te werken. Ook al vragen specifieke werkvelddomeinen onmiddellijk inzetbare krachten, telkens opnieuw zal vanuit het ontwikkelde opleidingsprofiel gekeken moeten worden of die nieuwe afstudeerrichting intrinsiek bijdraagt tot gestelde doelstellingen van de bachelor in de verpleegkunde. Of de huidige afstudeerrichtingen voldoen aan het ontwikkelde profiel, zal bij het bezoek van de respectievelijke visitatiecommissies duidelijk worden.
Natuurlijk moeten verpleegkundigen het respect dat ze vragen, zelf verdienen. Op de vloer maken verpleegkundigen zich als professional binnen een multidisciplinaire zorgsetting onvoldoende waar. Probleem dat bijvoorbeeld blijvend meegedragen wordt, is de aanwezige discrepantie tussen datgene wat studenten (inhoudelijk) meegegeven wordt in de opleiding en datgene wat ze ervaren binnen hun verschillende stage-ervaringen, dit ondanks de vele inspanningen die mentoren en gemotiveerde verpleegkundigen zich getroosten om het tij te keren. Willen verpleegkundigen gerespecteerd en ingezet worden als autonome professionals, dan is er nood aan degelijk opgeleide bachelors (annex masters) waarbij zeker de algemene competenties differentiëren t.o.v. het competentieniveau van gediplomeerde verpleegkundigen. Juist hierin zal de bachelor verpleegkundige het onderscheid moeten tonen.
Intellectuele vermogens verplichten ons om ondoordachte keuzes voor (nieuwe) afstudeerrichtingen in het daglicht te stellen vanuit de geschetste geschiedenis van de verpleegkundige alsook het fundament van het verpleegkundig beroep. Verpleegkundigen moeten vanuit hun ontwikkelde competenties ernaar streven om als autonome professional werkzaam te zijn. Doen ze dat niet dan geeft men toe dat verpleegkundigen geen autonome professionals hoeven te zijn – of kunnen zijn – een visie die ook vandaag nog genoegzaam verdedigd wordt vanuit de overtuiging dat verpleegkundigen niet in staat zijn om daadwerkelijk als autonome professional te fungeren door een gebrek aan inzicht en visie.
In het aanbieden van nieuwe afstudeerrichtingen willen we omzichtig tewerk gaan. Wat zeker niet mag meespelen in het aanbieden van nieuwe afstudeerrichtingen is de overtuiging dat het ‘nieuwe doelgroepen‘ zal aantrekken los van de identiteit van het beroep waartoe wordt opgeleid. Bart Pattyn geeft het voorbeeld van een decaan die aanspoort om een nieuwe masteropleiding te organiseren; niet
Werkveld, opleidingen en beroepsverenigingen moeten erin slagen om samen het tij te keren. Dit is mogelijk door het fundament van het verpleegkundig beroep vanuit de gepresenteerde identiteit te funderen. Wil de verpleegkundige zich anno 2005 een stimulerende 25
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
met de waarden en normen die verpleegkundigen verdedigen in hun taak als zorgverlener. Zorg verlenen is fundamenteel te zien binnen een relatie van zorgzaamheid tussen mensen. Het zorgzaam-zijn is een constituerend element van het mede mens zijn. (Milton Mayeroff) (21)
en dragende positieve identiteit toemeten, dan zal ze naast het bezitten van de nodige competenties (kennis, vaardigheden en attitudes) inherent een keuze moeten maken voor een professional die zich laat dragen door een deugdenethiek.(19) Deze keuze is zo fundamenteel – ook al gaat het in tegen de heersende tendensen in de samenleving – dat het voortbestaan van het verpleegkundig beroep als professional er van afhangt. In de volgende paragraaf wordt gezocht naar de specifieke verpleegkundige identiteit.
Het zorg verlenen aan anderen maakt de specifieke identiteit van de verpleegkundige. Het verwerven van een unieke zorgidentiteit maakt dat elke verpleegkundige in de mogelijkheid verkeert zijn eigen leven als zinvol te ervaren. (22) Zorgend-mede-mens-zijn betekent voor elke verpleegkundige een mogelijke invulling van een identiteitsverkennend project dat heel zijn leven overspant. Dit kader vormt de enige mogelijkheid waarin verpleegkundigen hun specifieke identiteit kunnen ontwikkelen. Hun poging om zowel interne als externe waarden in een bepaald evenwicht eigen te maken is het kader om tot een waarachtige en integrale ontplooiing te komen van de verpleegkundige als professional en als mens. Dit evenwicht kan enkel tot stand komen indien verpleegkundige opleidingen en verpleegtechnische vaardigheden in plaats van een overheersende, een ondersteunende functie hebben ten aanzien van het uiteindelijk doel van de verpleegkunde, namelijk het cultiveren van een houding van zorgzaamheid als basis van ‘goede zorg’. (23)
6. De praktijk van zorgzaamheid 6.1 Zorg doordenken (20) Willen we tot een verpleegkundige identiteit en hieraan gekoppeld een verpleegkundig imago komen, dan zal dit slechts mogelijk zijn vanuit de ons omringende samenleving. Die samenleving verdedigt een aantal normen en waarden. De vraag moet gesteld worden welke waarden en normen vandaag van belang zijn en of dit inderdaad consequenties heeft voor de verpleegkundige, een verpleegkundige die binnen het werkveld geconfronteerd wordt met eigen normen en waarden. De vraag die gesteld dient te worden, is of de waarden die de maatschappij naar buiten draagt, overeenstemming vertonen
6.2 Interne versus externe waarden van de verpleegkundige We spraken in vorige paragraaf over externe en interne waarden. Daar waar externe waarden voornamelijk van buitenaf ingegeven zijn om verpleegkunde te gaan studeren, zijn interne waarden, waarden die de verpleegkundige huldigt omwille van het verpleegkundig handelen op zich. Zonder te willen hervallen tot een exclusieve gerichtheid op de interne waarden van de verpleegkunde zou het ook niet correct zijn om uitsluitend de externe waarden van de verpleegkundige in het daglicht te stellen. Die externe waarden zoals inkomen, prestige , macht en professionele autonomie worden steeds meer bedreigd door het immer fabrieksmatiger en bureaucratische karakter van het gezondheidszorgsysteem enerzijds en door het interne stre26
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
ter tegengestelden. Beide zijn evenwaardige dimensies binnen de gezondheidszorg en niet van elkaar te onderscheiden. Artsen en verpleegkundigen hebben van elkaar te leren waarbij zowel het cure- als het care-proces bijdraagt tot het herstel van de cliënt.
ven naar meer professionalisering van het verpleegkundig beroep anderzijds. (24) Wat studenten oproept verpleegkunde te gaan studeren is vooral ingegeven vanuit een mengsel van interne en externe waarden. Het is de taak van de verpleegkunde dat er tussen beide een evenwicht bestaat.
Natuurlijk vormt bij verpleegkundigen het verschijnsel zorg (integratie van cure/care) de grondslag van het beroepsbeeld dat ook op een wetenschappelijke manier uitgediept moeten worden. (28) Hierbij spelen de ontwikkeling van zorgtheorieën en –modellen een belangrijke rol.
Zo zou een te sterke nadruk op interne waarden de verpleegkunde tot een reservaat maken van een elitaire groep van verpleegkundigen en anderzijds zou je bij een te grote nadruk van louter externe waarden het eigen karakter van de verpleegkunde ontnemen waar bij dan louter geld, prestige en macht zouden nagestreefd worden. (25)
Wat ook belangrijk is dat de verpleegkundige in haar identiteitsbepaling belang hecht aan de relationele context waarin de verpleegkundige professionele zorgverlening moet plaatsvinden. Verpleegkundigen staan in de zorgrelatie niet alleen, wel zijn ze ingeschakeld in een netwerk waarbij samengewerkt moet worden met andere gezondheidswerkers. De verpleegkundige zal de spil vormen voor een goede zorgverlening.
6.3 Care versus cure… op zoek naar een verpleegkundige identiteit Cure en care zijn begrippen die enerzijds naar de technische- en anderzijds naar de zorgende beroepspraktijk verwijzen. Cure en Care zijn niet van elkaar te scheiden in de zorgverlening; het zijn als het ware partners in het zorgproces Ze raken als het ware de identiteit van elk zorgberoep. Het mooie is dat in principe artsen, verpleegkundigen en andere gezondheidswerkers zich in die praktijk door dezelfde waarden en normen laten inspireren. In principe werken alle zorgende beroepen mee aan de bevordering van menselijk welzijn.
Bij dit alles moeten verpleegkundigen een integrale opvatting van zorg hanteren. Geen onderwaardering van het lichamelijke, wel een holistische benadering van ons mens zijn. (29)
7. De verpleegkundige anno 2005 7.1 De verpleegkundige met een eigen zorgidentiteit
De verpleegkundige identiteit mag vandaag niet louter ontleend worden aan de rol die de verpleegkundige speelt in het medisch-technisch gebeuren. Dat zou maken dat de verpleegkundige identiteit als het ware afgeleid zou zijn vanuit de positie van de arts als medicus-technicus. In het verleden bezaten verpleegkundigen voornamelijk geroutineerde kennis, meestal ontleend aan en toegepast op gezag vanuit de geneeskunde. De ruimte voor autonoom-professionele beslissingen was eerder beperkt. (26)(27)
De verpleegkundige beroepsgroep bevindt zich op een belangrijk kruispunt. Het moge duidelijk zijn dat elke verpleegkundige praktijk rekening zal moeten houden met de sociaal-economische en maatschappelijke context van de verpleging. (30) De verpleegkundige bevindt zich net zoals alle andere gezondheidszorgberoepen op het kruispunt van ‘carende cure’ of ‘curende care’. De verpleegkundige mag niet kiezen om zich louter te blijven koesteren in de schaduw van het vertrouwde medische domein (care als ondergeschikte van de cure) of omgekeerd. De verpleegkundige mag (cure als ondergeschikt aan care) de ‘zorgzaamheid’ op zich niet monopoli-
Wil de verpleegkundige een specifieke identiteit ontwikkelen, dan mag ze niet blijven steken in het zich alleen maar afzetten tegen alle factoren die een slaafse afhankelijkheid ten opzichte van de geneeskunde in de hand werken. ‘Zorgen’ (care) en ‘Genezen’ (cure) zijn niet lou27 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
worden nooit verpleegkundige vanuit een onbeschreven blad. Reeds in hun opvoeding thuis en tijdens de opleiding tot verpleegkundige krijgen ze inzicht in het hebben/aanleren van een zorgzame houding. Deze inhoudelijke opvatting over zorgzaamheid vormt een onderdeel van de persoonlijke identiteit van elke verpleegkundige. Het is de samenleving zelf die mensen moet inspireren om hen aan te spreken « zorgzaam om te gaan met… »
seren waarbij andere gezondheidswerkers geen uitstaans mee zouden hebben. Het polariseren van het aspect care ten overstaan van cure is achterhaald en intellectueel niet correct. De verpleegkundige moet zich de mogelijkheid getroosten om zich via het ontwikkelen van zorgtheorieën als verpleegkundige te legitimeren. Hierbij moet de afstand tussen andere gezondheidswerkers niet kunstmatig in stand gehouden worden. Samen met andere gezondheidswerkers zal de verpleegkunde resoluut de weg bewandelen om vanuit een ethisch perspectief tot een positieve identiteitsbepaling te komen met een fundamentele aandacht voor het aspect van ‘zorgzaamheid’. (31) De verpleegkundige profileert zich hier uitermate als ‘zorgdeskundige’ (skilled companion).
Dit alles maakt dat de samenleving een beleid moet voeren voor een menswaardige zorgverlening. Zeker als je ziet dat die samenleving steeds meer geconfronteerd wordt met een groeiend onevenwicht tussen een verminderende zorgcapaciteit en een stijgende zorgbehoefte zodat het moeilijker wordt om op een verantwoorde manier aan zorgverlening te doen. Als verpleegkundige moeten we er onophoudelijk naar streven om ons karakter van zorgzaamheid concreet te blijven waarmaken naar elke zorgvrager toe.(36) Hier ligt een belangrijke taak voor zowel opleiding, werkveld en beroepsverenigingen.
Het komt erop aan als verpleegkundige de technische zorgcompetentie te combineren met zorgzaamheid. (32) Verpleegkundigen ervaren hun werk als zinvol wanneer zij in staat zijn hun technische zorgcompetentie uit te voeren vanuit een moreel deugdzame houding. (33)
Een positieve beeldvorming is een noodzakelijke voorwaarde om mensen ervoor te laten kiezen verpleegkundige te worden. Goede zorg – een keuze die we in deze uiteenzetting gemaakt hebben – kan pas gerealiseerd worden in de mate dat er in elke generatie voldoende verpleegkundigen zijn die dit ideaal in hun levenswerk belichamen, het aanleren aan hun studenten, en het verdedigen tegen de persoonlijke en maatschappelijke krachten die het ondergraven.
7.2 De verpleegkundig als deskundige in zorgzame praktijk De verpleegkundige identiteit zal pas aan inhoud winnen als de geschetste grondhouding van het verpleegkundig beroep ernstig in overweging genomen wordt. Een zorgzame houding is een wederkerige relatie die gedragen wordt door een levende samenleving. Het is die samenleving die ervoor zorgt dat wij als zorgverlener aan de slag kunnen. Dit zorg verlenen heeft slechts zin zo elke zorgverlener naast haar kennis en vaardigheden ook morele kwaliteiten en deugden bezit en bereid is deze deugden te beoefenen (34). Deze deugden kunnen maar ten volle worden waargemaakt indien elke zorgverlener zich gedragen weet door een gemeenschap van mensen die hierover een verantwoordelijkheid dragen. (35)
Als we nieuwe kandidaat verpleegkundigen willen aanspreken voor het beroep van verpleegkundige mag van elke verpleegkundige verwacht worden dat zij dit doet via het levendig houden van de herinnering aan voorbeeldige verpleegkundigen. Dit draagt bij tot een positieve identiteit van het verpleegkundig beroep! De ervaringen van studenten verpleegkunde verplichten ons binnen de opleiding kritisch te blijven kijken. De eerder klassieke traditionele houding van “het werkveld heeft studenten nodig” maakt plaats voor een visie waarbij duidelijk wordt dat we elkaar nodig hebben. Het werkveld heeft vandaag vooral nood aan dege-
7.3 Een positief imago werkt uitnodigend voor toekomstige verpleegkundigen…
Toekomstige verpleegkundigen die vanuit een samenleving een keuze voor het beroep maken, 28 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Tekst ter discussie en overdenking.
lijk opgeleide verpleegkundigen die zowel op verpleegkundig, psychosociaal en existentieel vlak fundamenteel gevormd zijn. Hiervoor wil het nieuwe opleidingsprofiel op termijn vertaald in een competentiegericht curriculum en gedragen door enthousiaste korpsen van lectoren en docenten in de verschillende hogescholen van onze Associatie KULeuven garant staan. De mogelijkheid vanaf 2005-2006 om via een vijfjarige structuur een traject af te leggen tot Master in de verpleegkunde (via een professionele bacheloropleiding) vormt een belangrijke meerwaarde om de geschetste identiteit mee vorm te geven. Het is belangrijk dat we door deze nieuwe structuur erin slagen een traject aan te bieden met een duidelijk profiel van het verpleegkundig beroep. Op deze wijze ontstaat de mogelijkheid en de overtuiging dat het verpleegkundig beroep wel degelijk een eigen identiteit bezit en toekomst heeft!
29 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Verwijzingen bij Tekst ter discussie en overdenking. 1. Zie bijvoorbeeld het schrijven van ondermeer B. Dierckx de Casterlé ‘Verpleegkundigen, vroedvrouwen: hoe zinvol zijn we bezig in de gezondheids zorg? Zin als richting… Welke richting gaan wij als zorgverleners uit?’, 2005 of de doctoraatsverhandeling van Bart Cusveller uitgegeven onder de titel: ‘Met zorg verbonden. Een filosofische studie naar de zindimensie van verpleegkundige zorgverlening, Amsterdam, 2004. 2. Dierckx de Casterlé, B., K. Milisen , e.a., Het Professioneel beroep in crisis? Een onderzoek naar het professioneel zelfbeeld van verpleegkundigen, project in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu (2001-2003). 3. Betts, C.E., Progress, epistemology and human health and welfare: what nurses need to know and why, 2005, p. 183. Zie ook Dierckx de Casterlé, B., K. Milisen , e.a., Het Professioneel beroep in crisis? Een onderzoek naar het professioneel zelfbeeld van verpleegkundigen, project in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu (2001-2003). 4. Kitson, A.L., Proffessional Associations. Does nursing have a future?, 1996. 5. Grypdonck, M., Algemeen inzetbaar: realiteit , ideaal of fictie, p. 19. 6. O.C., p. 3-6. 7. Er is dringend nood aan verpleegkundige identiteit. We verkiezen te spreken over identiteit dan over ‘imago’: willen we het imago van verpleegkun de een positieve inhoud geven, dan zullen we op zoek moeten gaan naar de identiteit van het verpleegkundig beroep en moeten we de relationele, sociale, institutionele en politieke context waar binnen de verpleegkundige praktijkvoering plaatsvindt grondig onderzoeken. Dit heeft in het verleden. C. Gastmans op een voortreffelijke wijze gedaan. 8. Dierckx de Casterlé, B., K. Milisen , e.a., Het Professioneel beroep in crisis? Een onderzoek naar het professioneel zelfbeeld van verpleegkundigen, project in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu (2001-2003), p.3. 9. Dit wordt treffelijk verwoord door J. Vranckx, Het postmoderne levensgevoel en religiositeit, in Met Zorg, 5, (1999) 2, pp.26 – 34. 10. Dit verklaart het succes van sekten. Mensen die verlangen naar een zin in hun leven, liefde en geborgenheid, staan in een context van onzekerheid, verwarring en psychologische druk aan zeer grote verleidingen bloot. Mensen die zich zwak voelen, gebrek hebben aan liefde, bevestiging aan affectie, klampen zich vast aan de eerste de beste die genezing belooft. 11. We leven in een consumptiecultuur die er alles aan doet om de diepere existentiële vragen te verdoven of weg te duwen en zelf vormen van parareligiositeit te produceren, die tegemoet komen aan de behoefte aan emotie, bewustzijnsveranderingen, gemeenschapservaring via de massa sport, lichaamscultus, de vrijetijdsindustrie, de popcultuur en housetempels, en zeker ook via de TV. Neem bijvoorbeeld de fameuze slagzin van VTM: VTM kleurt je dag?! In feite wil men hiermee bedoelen dat VTM zorgt voor de diepere zin van je leven, waarbij de zogenaamde BV’s, de ‘bekende Vlamingen’, hun licht mogen laten schijnen op alle mogelijke onderwerpen… 12. Gastmans, C., o.c., p. 126. 13. Gastmans, C., o.c., p 220. Gastmans haalt dit gegeven bij Frankl, V.E., o.c., p 19 en bij M. Mayeroff, On Caring, pp. 45 – 47; 14. Gastmans, C., o.c., p. 215 – 218. 15. Gastmans, C., o.c., p. 212. 16. Dierckx de Casterlé, B., o.c., p. 5. 17. Dierckx de Casterlé, B., o.c., p. 8 18. Pattyn B., De plaats van ethiek in onderwijs- en onderzoeksinstellingen, 2005, in Ethische perspectieven, 15 (2005) 2 p. 111. 19. Gastmans, C., o.c., pp. 126 – 129. 20. Gastmans, C., o.c., p.125. 21. Mayeroff, M., On caring. 22. Gastmans, C., o.c., p. 396 – 397. 23. Gastmans, C., o.c., p. 397. 24. Gastmans, C., o.c., p. 376 – 377. 25. Gastmans, C., o.c., p. 378 – 379. 26. Gastmans, o.c., p 238. Zie Van der Arend, A., p. 44 – 57. 27. Hier zou ik Chris Gastmans willen citeren : « De ondergeschikte positie die de verpleegkundige bekleedt ten aanzien van de arts, en het hardnekkige voortbestaan van die onderschikking in de alledaagse beeldvorming omtrent de gezondheidszorg, heeft ons inziens onder meer te maken met het feit dat zorgfuncties nog altijd geassocieerd worden met het alledaagse leven, dat in tegenstelling tot genezingsfuncties.Hieruit wordt al te vaak afgeleid dat de verpleegkunde over geen eigen kennisdomein zou beschikken. Het beeld van de verpleegkunde dat men voor ogen heeft bij de uittekening van de verpleegkundige identiteit, is gebaseerd op de ‘traditionele’ verpleegkundige die in dienst van de arts een aantal huishoudelijk taken uitvoert. Dit beeld is evenwel moeilijk in overeenstemming te brengen met de huidige tendens binnen de verpleegkunde om via wetenschappelijk onderzoek een eigen kennisdomein op te bouwen. De verpleging heeft de opdracht het karikaturale beeld van de verpleegster-moeder radicaal te ontkrachten. Ze zal dan ook duidelijk moeten aangeven, waarin haar kennis en competentie zich onderscheiden van die van het alledaagse leven. » 28. Gastmans, C., o.c., p 239 – 240. 30. Gastmans, C., o.c., p. 288. 31. Gastmans, o.c., p. 382. 32. Gastmans, C., o.c., p. 391. 33. Bishop, A.H., - J.R. Scudder, The Practical, Moral end Personal Sense of Nursing, A Phenomenological Philosophy of Practice, Albany, 1990 pp. 87 – 111 in C. Gastmans, o.c., p. 391. 34. Vb. van deugden : leergierigheid, geduld, eerlijkheid, vertrouwen, nederigheid, hoop en moed (zie terug). 35. Gastmans, C., o.c., p 414 - 416. 36. Gastmans, C., o.c., p. 421.
Biobliografie bij Tekst ter discussie en overdenking. Associatie KULeuven, N.N., Opleidingsprofiel Bachelor in de verpleegkunde, 2005. Claessens, P., B. Dierckx de Casterlé, Skilled companionship. Verpleegkundige zorg vanuit een zorgethisch perspectief, in Tijdschrift voor gezondheidszorg & ethiek (2003) p. 76-80. Betts, Clinton, E., Progress, epistemology and human health and welfare: what nurses need to know and why, in Nursing Philosophy, 6 (2005), p. 174-188. Cusveller, Bart, Met zorg verbonden. Een filosofische studie naar de zinsdimensie van verpleegkundige zorgverlening, Amsterdam, 2004. Dierckx de Casterlé, Bernadette, Verpleegkundigen, vroedvrouwen: hoe zinvol zijn we bezig in de gezondheidszorg? Zin als richting… Welke richting gaan wij als zorgverleners uit? Dierckx de Casterlé, B., K. Milisen , e.a., Het Professioneel beroep in crisis? Een onderzoek naar het professioneel zelfbeeld van verpleegkundigen, project in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu (2001-2003), Gastmans, Chris, B. Dierckx de Casterlé (red.), Verpleegkundige excellentie. Verpleegkunde tussen praktijk en ethiek, Maarssen, 2000. Gastmans, Chris, Verpleegkunde, zorg en ethiek. Historische, wijsgerig-antropologische en moraaltheologische grondlijnen van een verpleegkundige ethiek, opgevat als een zorgzaamheidsethiek, onuitgegeven proefschrift, Leuven, 1995. Gastmans, Chris, Zinvol zorg verlenen als humane opdracht, Een filosofisch-ethische analyse van zorg, in Bijdragen, Tijdschrift voor filosofie en theologie 59 (198) 154-179. Grypdonck, Mieke, Algemeen inzetbaar, realiteit, ideaal of fictie? Niet gepubliceerde lezing 2005. Kitson, Alison, L., Professional Associations. Does nursing have a future? In BMJ 313 (1996), p.1647-1651 Pattyn, Bart, De plaats van ethiek in onderwijs- en onderzoeksinstellingen, in Ethische Perspectieven, 15 (2005), 2, p. 100-114. Vanlaere, Linus, C. Gastmans, Ethiek in de opleiding van verpleegkundigen. Leren reflecteren op zorgpraktijken, in Tijdschrift voor Gezondheidszorg & Ethiek, 1 (2005) p. 12- 16. Verlinde, V.M.M., J.A.J. Luijten, Op weg naar excellentie: zingeving als sleutel tot resultaatsgericht veranderen, Tilburg, 2002. 30 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen 1 Departement GEZONDHEIDSZORG
heb je tevens recht op studietijdvermindering in het schakeljaar naar master in de verpleegkunde of vroedkunde binnen de associaties.
Campus Lier - www.khk.be Bachelor na Bachelor Bachelor in de Operatieverpleegkunde CAMPUS LIER Katholieke Hogeschool Kempen vzw Departement GEZONDHEIDSZORG Antwerpsestraat 99, 2500 Lier tel. 03 480 29 10, fax 03 488 15 63
[email protected], www.khk.be
In onze campus hebben we vele jaren ervaring in het aanbieden van een ruim aanbod van BanaBa’s: • Bachelor in de bedrijfsverpleegkunde • Bachelor in de geriatrische gezondheidszorg • Bachelor in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg • Bachelor in de sociale gezondheidszorg • Bachelor in de operatieverpleegkunde • Bachelor in de pediatrische gezondheidszorg • Bachelor in de thuisgezondheidszorg
Campus Lier is gemakkelijk bereikbaar met de auto en het openbaar vervoer. Er is een bushalte vlak voor de school en het station ligt op een vijftal minuten wandelen van de school. Kom je met de wagen dan kan je parkeren op één van de parkings.
We organiseren deze opleidingen volgens de noden en behoeften van het werkveld zodat verpleegkundigen en vroedvrouwen zich verder kunnen bekwamen in de materie die de kandidaten aanbelangen en die mee helpen bouwen aan de deskundige profilering van het beroep. Een voltijdse opleiding is één jaar en bestaat uit 60 studiepunten. Elke opleiding omvat ongeveer 900 uren, waarvan de helft theoretisch en de andere helft klinisch onderwijs (o.a. stage). De stages worden volbracht op diverse terreinen van de specialiteit. Wie deze opleiding wil combineren met een job kan de opleiding deeltijds volgen, bijvoorbeeld over twee jaar. In dit geval volg je in het eerste deeljaar de theorie en in het tweede jaar het klinisch onderwijs en maak je een eindwerk/scriptie. In sommige gevallen kan je je stages volbrengen binnen je eigen instelling. Als je je wilt specialiseren in één bepaald domein kan je ook kiezen om afzonderlijke opleidingsonderdelen of zelfs lesdagen te komen volgen. Je kan zelfs je eigen programma samenstellen en je ontvangt telkens een attest van bijscholing.
Opleidingsonderdeel SP 1 Verpleegkundige Wetenschappen 6 2 Anesthesie en specifieke verpleegkunde 8 3 Gespecialiseerde OK verpleegkunde 10 4 Stralingsprotectie 3 Klinisch onderwijs 27 Scriptie 6 Programma 06-07 Les Stage sept. 18, 19, 20, 21, 22, 25 september t/m 13 oktober okt. 16, 17, 18, 19, 20, 23 oktober t/m 27 oktober nov. 20, 21, 22, 23, 24, 6 november t/m 17 november, 27 november t/m 15 december dec. 18, 19, 20, 21, 22 jan. 8, 9, 10, 11, 12 feb. 5, 6, 7, 8, 9 12 februari t/m 16 februari 26 februari t/m 9 maart maa. 12, 13, 14, 15, 16, 26, 27, 28, 29, 30 april 16, 17, 18, 19, 20 23 april t/m 11 mei totaal 450 uur
Voltijds programma (60 Studiepunten) 27 Studiepunten theorie 27 Studiepunten klinisch onderwijs 6 Studiepunten afstudeerproject (scriptie/eindwerk)
BanaBa De Bachelor na Bachelor (BanaBa) is wat men vroeger noemde een ‘voortgezette opleiding’ en kan je volgen als je reeds een diploma van een bacheloropleiding in verpleegkunde en vroedkunde hebt gehaald. Na het volgen van deze opleiding behaal je een bijkomend diploma en
Deeltijds programma (60 Studiepunten) • academiejaar 1: 27 Studiepunten (theorie) • academiejaar 2: 33 Studiepunten (stage + afstud. proj.) 31
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
uitgerust studielandschap lenen zich uitstekend tot het uitvoeren van allerlei opzoekingen binnen het verpleegkundig domein.
Omschrijving Organisatie De opleiding Bachelor in de operatieverpleegkunde richt zich tot de bachelors in de verpleegkunde en bachelors in de vroedkunde die interesse hebben in het operatiekwartier als hun toekomstig werkveld. Ze richt zich tevens tot de verpleegkundigen die reeds werkzaam zijn in het operatiekwartier en die zich via deze opleiding verder willen bekwamen en specialiseren. Immers, omwille van de snelle ontwikkelingen op het vlak van chirurgie en anesthesie worden hoe langer hoe hoger verwachtingen gesteld aan het verpleegkundig personeel.
Stages De stages vormen een onderdeel van het Klinisch Onderwijs. Er moeten in totaal 450 stage-uren gepresteerd worden op een operatiekwartier met inbegrip van de recovery of PAZA. Voor de voltijdse studenten wordt de stage geregeld door de opleidingsverantwoordelijke. De studenten doen veertien weken stage op een operatiekwartier in een door hen uit het aanbod gekozen instelling. Met volgende instellingen wordt nauw samengewerkt: UZ Gasthuisberg te Leuven, UZA te Edegem, St Augustinus te Wilrijk, Imeldaziekenhuis te Bonheiden, St Maarten te Duffel.
Vanuit deze optiek is een permanente bijscholing van de verpleegkundigen op het operatiekwartier een absolute noodzaak. In de opleiding komen de meest recente anesthesietechnieken en chirurgische technieken uitgebreid aan bod.
De vijftiende stageweek doet elke student een kijkstage in een andere instelling. Deeltijdse studenten mogen, indien gewenst, hun stage volbrengen in het ziekenhuis waar ze werkzaam zijn. Voor hen gebeurt de stageregeling in samenspraak met de opleidingsverantwoordelijke.
Docenten De lessen worden verzorgd door gespecialiseerde artsen en ervaren verpleegkundigen binnen het werkdomein. Begeleiding Tijdens de opleiding kan je steeds terecht bij de opleidingsverantwoordelijke die het onderwijsproces ondersteunt. Deze begeleider zal ook alle praktisch afspraken regelen omtrent lessen, stage en scriptie.
Blok - Examens De opleiding is gesemesterialiseerd, de examens vinden plaats op het einde van het eerste en het tweede semester. 1e semester blok: 15/01/07–21/01/07, examen: 22/01/07–02/02/07 2e semester blok: 14/05/07–03/06/07, examen: 04/06/07–22/06/07
Scriptie De studenten maken een scriptie welke moet verdedigd worden voor een jury. Het onderwerp wordt goedgekeurd door de opleidingsverantwoordelijke. Deeltijdse studenten maken een scriptie in het tweede deeljaar.
Inschrijvingsgeld Dit bedraagt 523 euro voor de volledige opleiding (voltijds of deeltijds), inclusief examengeld, exclusief cursussen. Je kan ook per studiepunt inschrijven, per lesdag (30 euro) of per halve lesdag (20 euro). De vermelde bedragen kunnen wijzigen ifv de wetgeving. BELANGRIJK: uiterste inschrijvingsdatum voor deze opleiding is 14/07/2006.
Opleidingsduur en lesmomenten De BanaBa in de Operatieverpleegkunde kan je voltijds (één jaar) of deeltijds (twee jaar) volgen. Bij de deeltijdse opleiding ligt de klemtoon het eerste deeljaar op de theorie, het tweede deeljaar worden vnl stages en de scriptie afgewerkt. De opleiding is opgedeeld in twee semesters: vijf lesweken in het eerste semester gevolgd door een examen, en vier weken tijdens het tweede semester eveneens gevolgd door een examen. Lesweken en stageweken wisselen elkaar af. Een lesdag start om 8.15u en eindigt om 17.45u. Onze nieuwe infrastructuur en goed
Informatie en inschrijvingen Alle werkdagen van 9u tot 16.30u ben je welkom, of op onze infodagen of opendeurdag 32
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
• Postgraduaat Anesthesieverpleegkunde • Postgraduaat Operatieverpleegkunde • Postgraduaat Urgenties en Gezondheidscommunicatie • Postgraduaat Palliatieve Zorg • Postgraduaat Thuisgezondheidszorg
welke je vindt op www.khk.be. De school is gesloten vanaf 15 juli t/m 15 augustus. Verder kan je steeds terecht bij Nancy Eyer, opleidingsverantwoordelijke. T 03 480 29 10,
[email protected], www.khk.be
2 Departement GEZONDHEIDSZORG
Een postgraduaatsopleiding bestaat uit minstens 20 studiepunten.
Campus Lier - www.khk.be
De opleiding bestaat uit lessen, stage, een specifieke opdracht en examen. Kandidaten die slagen in de opleiding krijgen een postgraduaatsgetuigschrift. Wanneer je niet deelneemt aan het examen kan je enkel, mits regelmatige aanwezigheid, een attest van deelname verkrijgen. De opleiding komt in aanmerking voor het verkrijgen van educatief verlof.
CAMPUS LIER Katholieke Hogeschool Kempen vzw Departement GEZONDHEIDSZORG Antwerpsestraat 99, 2500 Lier tel. 03 480 29 10, fax 03 488 15 63
[email protected], www.khk.be Campus Lier is gemakkelijk bereikbaar met de auto en het openbaar vervoer. Er is een bushalte vlak voor de school en het station ligt op een vijftal minuten wandelen van de school. Kom je met de wagen dan kan je parkeren op één van de parkings.
De postgraduaat Anesthesieverpleegkunde is een onderdeel van de Bachelor na Bacheloropleiding (BanaBa) in de Operatieverpleegkunde en omvat 20 studiepunten, waarvan negen studiepunten bestaan uit stage en opdrachten. Voor het verkrijgen van het attest ”Postgraduaat anesthesieverpleegkunde” volg je alle lessen, stage met opdrachten en dien je te slagen in het examen. De opleiding richt zich tot gegradueerde verpleegkundigen die zich wensen te verdiepen in de materie van de “Anesthesie”, zowel op het Operatiekwartier als op de “Post-Anesthesie-Zorgen Afdeling” of “Recovery”.
Anesthesieverpleegkunde postgraduaat voor gegradueerde verpleegkundigen die zich wensen te verdiepen in de materie van de anesthesie KHKempen - Departement gezondheidszorg Campus Lier - Studentensecretariaat Antwerpsestraat 99 - 2500 Lier Postgraduaat Vanaf het academiejaar 2004-2005 werd de bachelor-masterstructuur ingevoerd in het Vlaamse hoger onderwijs. Het decreet op de herstructurering van het hoger onderwijs voerde een nieuwe titel in, namelijk het postgraduaat. Het gaat om een wettelijk erkende titel, naast de bachelor- en mastertitel, die alleen door universiteiten en hogescholen in het kader van permanente vorming kan worden uitgereikt.
Inschrijvingsgeld Bedraagt 511 euro, inclusief examengeld en cursussen. Begeleiding Tijdens de opleiding kan je steeds terecht bij de opleidingsverantwoordelijke die het onderwijsproces ondersteunt. Deze begeleider regelt ook alle praktisch afspraken omtrent lessen, stage en opdrachten.
Postgraduaten (komende van de term “postgraduate”, m.a.w. “na-het-afstuderen”) zullen in de nabije toekomst ongetwijfeld de nieuwe standaard worden voor kwaliteitsvolle, langlopende opleidingen die door het Vlaamse hoger onderwijs aangeboden worden in het kader van permanente vorming”. In onze campus bieden we verschillende postgraduaten aan:
Inlichtingen Inschrijving Lessen Alle lessen vinden plaats tijdens het eerste semester van academiejaar 2006-2007. We streven ernaar om de lessen zoveel mogelijk op vaste lesdagen te organiseren, namelijk op woensdag, donderdag en vrijdag. Voor het vol33
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
Persoonlijke gegevens (volledig invullen): Naam:.................................................................... Voornaam: ...............................................O M O V Adres:.................................................................... Postcode: .............................................................. Gemeente:............................................................. Telefoon/GSM........................................................ E-mail: .................................................................. Beroep/functie:......................................................
gen van de lessen sluit je aan bij de studenten van de BanaBa in de Operatieverpleegkunde. De opleiding start op woensdag 20 september. Een lesdag start om 8.15u en eindigt om 17.45u. Examen Het examen is gepland op het einde van het eerste semester.
Werkgever Naam: .................................................................. Adres: ................................................................... Postcode:............................................................... Gemeente:............................................................. Telefoon:................................................................ Fax:....................................................................... E-mail: ..................................................................
Blok: 15/01/07–21/01/07 Examen: 22/01/07–02/02/07 Docenten De lessen worden verzorgd door gespecialiseerde artsen en ervaren verpleegkundigen binnen het werkdomein die nauw betrokken zijn bij de organisatie van de opleiding.
Ik schrijf me in voor: Postgrad. Anesthesieverpleegkunde Factuur: O privé / O werkgever Educatief verlof: O ja / O nee Betaling met opleidingscheques: O ja / O nee
Paper In de postgraduaat Anesthesieverpleegkunde maak je een paper waarbij je aantoont dat je jouw theoretische kennis kunt integreren in de praktijk.
Inschrijving pas geldig na betaling van factuur dat wordt opgestuurd.
Stages De stage omvat 150 uren, verdeeld over vier weken, waarbij je drie opdrachten uitwerkt.
Datum en handtekening:
Eventueel kan je de stage in de eigen instelling volbrengen of regelen in samenspraak met de opleidingsverantwoordelijke. Informatie Alle werkdagen van 9u tot 16.30u ben je welkom, of op onze infodagen of opendeurdag welke je vindt op www.khk.be.
De door u verstrekte gegevens worden opgenomen in een bestand van St.- Aloysius Lier (SAL) zodat wij u op de hoogte kunnen houden van onze activiteiten.
De school is gesloten vanaf 15 juli t/m 15 augustus. Verder kan je steeds terecht bij Nancy Eyer, opleidingsverantwoordelijke. T 03 480 29 10, E
[email protected], www.khk.be
Overeenkomstig de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoongegevens heeft u op schriftelijk verzoek recht op inzage, verbetering en schrapping van de door SAL bewaarde informatie.
Opleidingsactiviteiten en StudiePunten (SP) Oxygenatie (2 SP), Longfysiologie (2 SP), Anesthesie en recovery (4 SP), Klinisch onderwijs (9 SP), Paper (3 SP)
06-07 Lesdagen van 8 uur Lesdagen van 4 uur Stage sept. 20 en 21 september Wordt in samenspraak met de student geregeld binnen dit semester.
Lesdata (onder voorbehoud), 80 lesuren 34 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
In onze campus bieden we verschillende postgraduaten aan:
okt. 18 en 19 oktober 20 oktober nov. 22 en 23 november 24 november dec. 20 en 21 december 22 december jan. 12 januari
• Postgraduaat Anesthesieverpleegkunde • Postgraduaat Operatieverpleegkunde • Postgraduaat Urgenties en Gezondheidscommunicatie • Postgraduaat Palliatieve Zorg • Postgraduaat Thuisgezondheidszorg
3 Departement GEZONDHEIDSZORG Campus Lier - www.khk.be CAMPUS LIER Katholieke Hogeschool Kempen vzw Departement GEZONDHEIDSZORG Antwerpsestraat 99, 2500 Lier tel. 03 480 29 10, fax 03 488 15 63
[email protected], www.khk.be
Een postgraduaatsopleiding bestaat uit minstens 20 studiepunten. De opleiding bestaat uit lessen, stage, een specifieke opdracht en examen. Kandidaten die slagen in de opleiding krijgen een postgraduaatsgetuigschrift. Wanneer je niet deelneemt aan het examen kan je enkel, mits regelmatige aanwezigheid, een attest van deelname verkrijgen. De opleiding komt in aanmerking voor het verkrijgen van educatief verlof.
Campus Lier is gemakkelijk bereikbaar met de auto en het openbaar vervoer. Er is een bushalte vlak voor de school en het station ligt op een vijftal minuten wandelen van de school. Kom je met de wagen dan kan je parkeren op één van de parkings.
De postgraduaat Operatieverpleegkunde is een onderdeel van de Bachelor naBacheloropleiding (BanaBa) in deOperatieverpleegkunde en omvat 30 studiepunten, waarvan twaalf studiepunten bestaan uit stage en opdrachten.
Operatieverpleegkunde postgraduaat voor gegradueerde verpleegkundigen die zich verder wensen te specialiseren in de operatieverpleegkunde KHKempen - Departement gezondheidszorg Campus Lier - Studentensecretariaat Antwerpsestraat 99 - 2500 Lier
Voor het verkrijgen van het attest ”Postgraduaat Operatieverpleegkunde” volg je alle lessen, volbreng je de stage met opdrachten en dien je te slagen in het examen. De opleiding richt zich tot gegradueerde verpleegkundigen die zich verder wensen te specialiseren in de operatieverpleegkunde. Ook pas afgestudeerden kunnen aan deze vorming deelnemen.
Postgraduaat Vanaf het academiejaar 2004-2005 werd de bachelor-masterstructuur ingevoerd in het Vlaamse hoger onderwijs. Het decreet op de herstructurering van het hoger onderwijs voerde een nieuwe titel in, namelijk het postgraduaat.
Inschrijvingsgeld Bedraagt 511 euro, inclusief examengeld en cursussen.
Het gaat om een wettelijk erkende titel, naast de bachelor- en mastertitel, die alleen door universiteiten en hogescholen in het kader van permanente vorming kan worden uitgereikt.
Informatie Alle werkdagen van 9u tot 16.30u ben je welkom, of op onze infodagen of opendeurdag welke je vindt op www.khk.be.
Postgraduaten (komende van de term “postgraduate”, m.a.w. “na-het-afstuderen”) zullen in de nabije toekomst ongetwijfeld de nieuwe standaard worden voor kwaliteitsvolle, langlopende opleidingen die door het Vlaamse hoger onderwijs aangeboden worden in het kader van permanente vorming”.
De school is gesloten vanaf 15 juli t/m 15 augustus. Verder kan je steeds terecht bij Nancy Eyer, opleidingsverantwoordelijke. T 03 480 29 10, E
[email protected], www.khk.be 35
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
bestaande uit Omloop/instr/assisteren en anatomo-pathologie (3 SP), Algemene chirurgie (4 SP) en Neurochirurgie (3 SP). • klinisch onderwijs: 12 SP Lesdata, 177 lesuren
Inlichtingen Inschrijving Lessen Alle lessen vinden plaats tijdens het eerste en het tweede semester van academiejaar 20062007. De lessen Anesthesie en specifieke verpleegkunde organiseren we het eerste semester, het opleidingsonderdeel Gespecialiseerde OK verpleegkunde het tweede semester. Tijdens de ganse lesreeks sluit je aan bij de studenten van de BanaBa in de Operatieverpleegkunde. De opleiding start op woensdag 20 september. Een lesdag start om 8.15u en eindigt om 17.45u.
Persoonlijke gegevens (volledig invullen): Naam:.................................................................... Voornaam: ...............................................O M O V Adres:.................................................................... Postcode: .............................................................. Gemeente:............................................................. Telefoon/GSM........................................................ E-mail: .................................................................. Beroep/functie:......................................................
Examen We plannen twee examenperioden, voorafgegaan door een blokperiode: • eerste semester: blok: 15/01/07–21/01/07, examen: 22/01/07–02/02/07 • tweede semester: blok: 14/05/07–03/06/07, examen: 04/06/07–22/06/07
Werkgever Naam: .................................................................. Adres: ................................................................... Postcode:............................................................... Gemeente: ............................................................ Telefoon:................................................................ Fax:........................................................................ E-mail: ..................................................................
Docenten De lessen worden verzorgd door gespecialiseerde artsen en ervaren verpleegkundigen binnen het werkdomein die nauw betrokken zijn bij de organisatie van de opleiding.
Ik schrijf me in voor: Postgrad. Operatieverpleegkunde Factuur: O privé / O werkgever Educatief verlof: O ja / O nee Betaling met opleidingscheques: O ja / O nee
Stages De stage omvat 215 uren, verdeeld over twee keer drie weken, waarbij je vier opdrachten uitwerkt. Eventueel kan je de stage in de eigen instelling volbrengen of regelen in samenspraak met de opleidingsverantwoordelijke. De stage moet uiterlijk tegen 31 mei volbracht zijn.
Inschrijving pas geldig na betaling van factuur dat wordt opgestuurd. Datum en handtekening:
Begeleiding Tijdens de opleiding kan je steeds terecht bij de opleidingsverantwoordelijke die het onderwijsproces ondersteunt. Deze begeleider regelt ook alle praktisch afspraken omtrent lessen, stage en opdrachten.
De door u verstrekte gegevens worden opgenomen in een bestand van St.- Aloysius Lier (SAL) zodat wij u op de hoogte kunnen houden van onze activiteiten.
Opleidingsonderdelen en StudiePunten (SP) • Semester 1: Anesthesie en specifieke verpleegkunde (8 SP) bestaande uit Oxygenatie (2 SP), Longfysiologie (2 SP) en Anesthesie en recovery (4 SP) • Semester 2: Gespecialiseerde OK verpleegkunde (10 SP)
Overeenkomstig de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoongegevens heeft u op schriftelijk verzoek recht op inzage, verbetering en schrapping van de door SAL bewaarde informatie. 36
SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Voortgezette opleidingen
dec. 20, 21, 22 jan. 12 feb. 5, 6, 7, 8, 9 3 weken worden in samenspraak met de student geregeld maa. 12, 13, 14, 15, 16, 26, 27, 28, 29, 30 april 17, 18, 19, 20
06-07 Lesdagen (onder voorbehoud) Stage sept. 20, 21 3 weken worden in samenspraak met de student geregeld okt. 18, 19, 20 nov. 22, 23, 24
4. KHBO KATHOLIEKE HOGESCHOOL BRUGGE -OOSTENDE Departement Gezondheidszorg Campus SINT- MICHIEL Spoorwegstraat 12 B-8200 Brugge tel.: +32 50 40 51 20 fax: +32 50 40 51 30 www.khbo.be
Ook iets voor jou !
Verpleegkundige specialisatie ?
Operatieverpleegkunde e
Voortgezette e opleiding ( BANABA) 1 ACADEMIEJAAR (of deeltijds over 2 jaar gespreid) = 27 LESDAGEN Door het volgen van deze opleiding kunnen gegradueerde verpleegkundigen en bachelors in de verpleegkunde een WETTELIJK DIPLOMA behalen conform het hogeschooldecreet. De cursus begint op donderdag 29 september ‘05 . De opleiding kan zowel gevolgd worden door verpleegkundigen uit het werkveld, als door pas afgestudeerden. De opleiding is modulair opgevat. De laatste module biedt de optie instrumentatie en anesthesie. De volledige opleiding omvat 450u theorie en 450u stage. De theorie wordt gedeeltelijk georganiseerd onder de vorm van afstandsonderwijs.
Posthogeschoolvorming g 17 LESDAGEN (gespreid over 6 maanden) De opleiding omvat zowel theoretische als praktische lesuren. Na het doorlopen van deze opleiding wordt een getuigschrift “OPERATIEVERPLEEGKUNDIGE” afgeleverd. Deze opleiding kan aangevuld worden met stage. De navorming begint op donderdag 15 december ‘05.
Permanente e vormingsdag donderdag 16 februari ‘06 _______________________________________________________________________________ VOOR R CONCRETE E INFORMATIE E Tel : (050) 40 51 69 – D. de hertogh –
e-mail :
[email protected]
VOOR R BROCHURE E - INSCHRIJVINGEN N Tel : (050) 40 51 20 – H. Descheemaecker – e-mail :
[email protected]
37 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Congres VVOV en EORNA.
T
Clark InteguSeal Microbial Sealant gebruikt worden “ gewonnen door Sandra Wils van het Stuivenbergziekenhuis te Antwerpen. De belevenis-cheque ter waarde van 100 euro is inmiddels aan haar uitgereikt.
Twee grote congressen op amper één maand tijd is bijna van het goede te veel. Het 23ste jaarsymposium van het VVOV in Blankenberge mocht dit jaar bijna 500 deelnemers verwelkomen. De voordrachten over totaal uiteenlopende onderwerpen hadden dit jaar veel bijval. Ook het ontspannende gedeelte van het symposium krijgt meer en meer bijval. Raf Coppens gaf een geslaagd optreden op zijn eigen, nogal gedurfde, manier. En de social event in bar Lebécaud begint stilaan uit zijn voegen te treden.
Amper 3 weken later waren ongeveer een 50 leden van het VVOV aanwezig op het Europees congres van Eorna te Dublin. Het is nog te vroeg om een impressie van dit congres weer te geven. Toch willen we al speciaal vermelden dat deze reis voor de meeste leden van het VVOV niet mogelijk zou zijn geweest zonder de grote steun van de firma’s die ons gesteund hebben.
Dit ganse gebeuren is natuurlijk niet mogelijk zonder de steun van vele bedrijven en firma’s. Johnson&Johnson en Mölnlycke, onze hoofdsponsors, lieten ons ook ditmaal niet in de steek.
Bijzondere dank gaat naar Johnson & Johnson en Mölnlycke Health Care. En zeker ook naar: Tyco Healthcare, Cardinal Health, Maquet, Smith&Nephew, Synthes, Medtronic en Stöpler.
Maar nog vele andere firma’s hebben hun duit in het zakje gedaan. Op het congres hadden zij een wedstrijd waarmee mooie prijzen waren te winnen.
Voor diegenen die dit 4-jaarlijkse Europese evenement ook eens willen meemaken, vertellen we alvast dat het volgende congres plaats heeft in Kopenhagen, Denemarken op 17,18 en 19 april 2009.
Zo is ondermeer de prijsvraag van KimberlyClark “ tijdens welke ingrepen kan Kimberly-
38 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
39 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Scalpel_62.qxd
21-06-2006
11:19
Pagina 40
Prijsuitreiking Kimberly-Clark B ELEVENIS
De prijsvraag van Kimberly-Clark tijdens de VVOV op de vraag:
" Tijdens welke ingrepen kan Kimberly-Clark* InteguSeal* Microbial Sealant gebruikt worden" is gewonnen door Sandra Wils van het Stuivenbergziekenhuis in Antwerpen. De belevenis cheque ter waarde van 100 EUR is inmiddels aan haar uitgereikt. Nogmaals Proficiat !
CHEQUE
Regionale werkgroepen Regio Antwerpen
Regio West-Vlaanderen
Voorzitster: Kristin De Jongh Schildebaan 28 2240 Zandhoven Tel: 03 464 14 14 AZ St. Jozef Zoersel, tel: 03 380 23 30
[email protected]
Voorzitster ad interim: Els Catrysse Ringovenlaan 52 2845 Niel Tel: 03 663 70 51 Eeuwfeest kliniek MKA Antwerpen Tel: 03 240 26 11
[email protected]
Regio Brabant
Regio Oost-Vlaanderen
Voorzitster: Frieda Mathay Broekstraat 11a, 3210 Lubbeek. Tel: 016/348650
[email protected]
Voorzitster:Edith Haemers Kloosterlaan 13 9850 Nevele Tel: 09 371 65 57 AZ.Maria Middelares Gent, tel: 09 241 67 08
[email protected] Greta Pauwels Van Huylebroeckstraat, 2B4 9060 Zelzate Tel: 09 345 62 85 Elizabeth ZH- HH Kliniek, tel: 09 376 05 70
[email protected]
Regio Limburg Voorzitster: Anita Steensels Solterweg 48 3960 Bree Tel: 089 86 51 28 Salvatorziekenhuis Hasselt Tel: 011 28 95 26
[email protected]
41 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Nationaal bestuur Website: http://www.VVOV.info e-mail:
[email protected] Brigitte Vandewalle Duindistellaan 19, 8370 Blankenberge tel. 050 41 62 61
[email protected] AZ Fabiola ZH Blankenberge, tel. 050 43 49 10
Maatschappelijke zetel V.V.O.V Postbus 301 , Mechelen 3 , 2800 Mechelen fax 014 31 86 71 Rekeningnummer 001-1281906-30
Werkgroep HOOP • Patrick Nieulandt Hof van Rietlaan 37, 2640 Mortsel. tel. 03 440 11 96
[email protected] AZ St. Maarten, campus Duffel tel. 015 30 42 60
Voorzitter Roncada Claudio Keinkestraat 16, 3600 Genk, tel. 089 30 85 90 ZOL.,Campus St. Jan, tel. 089 32 50 80
[email protected] Ondervoorzitster Van Hiel Monique Mechelsesteenweg 340, 2820 Bonheiden, tel.015 55 05 60 Imeldaziekenhuis, Bonheiden, tel. 015 50 53 15
[email protected]
•
Secretaris Hanjo Anthonissen Ringovenlaan 52, 2845 Niel. tel. 03 663 70 51 Gsm: 0486 39 48 74
[email protected] AZ.H.Familie Reet. Tel: 03 880 95 40
[email protected]
Bestuursleden • Chantal Vekeman Assestr. 16 9550 Herzele, Tel: 054 50 25 76 St.lucas Ziekenhuis Gent, tel. 09 224 57 90, gsm: 0496 25 08 03
[email protected]
Penningmeester Stercq Guy Hoogstraat 159, 2830 Tisselt, tel. 03 886 44 16
[email protected] AZ.VUB. Jette, tel. 02 477 89 27, fax: 02 477 89 00 gsm 0496 04 03 37
[email protected] Ledenadministratie Haselaars Marc St. Lodewijkstraat 76, 3600 Genk tel. 089 35 75 35, fax 089 35 75 35 ZOL. Campus St. Jan,Genk tel. 089 32 50 60
[email protected] [email protected]
Ann De Troetsel Helsstraat 66, 2630 Aartselaar tel. 03 887 93 21
[email protected] UZ Antwerpen, tel. 03 821 36 86
•
Chantal De Geyter Aarschotsebaan 153, 1910 Kampenhout tel. 016 65 00 02
[email protected] UZ Gasthuisberg Leuven
•
Suzy Kimpen Kruisstraat, 51, 3520 Zonhoven tel. 011 81 10 41 UZ.Gasthuisberg Leuven Tel: 016 34 30 05
[email protected]
Redactie tijdschrift Haselaars Marc Hendriks Angèle Eindredactie Casteleyn Jan Eindstraat 3, 3910 Neerpelt tel. 011 64 66 85
[email protected] Maria Ziekenhuis N. Limburg, Campus Neerpelt tel. 011 54 97 29
Europese vereniging Loureiro Maria. Volaardestraat, 75 A, 9200 Dendermonde tel. 052 41 42 92
[email protected] AZ VUB Jette, tel: 02 477 89 27 42 SCALPEL
-
V.V.O.V. NIEUWSBRIEF
-
APRIL
-
MEI
-
JUNI 2006
Johnson&Johnson_5
21-06-2006
11:06
Pagina 2
Generaties lang beter laten leven.
Patiënten, verplegend personeel, dokters en andere ziekenhuismedewerkers. Al wie onze producten gebruikt en op ons een beroep doet. Zij zijn het waarom van Johnson & Johnson. Of het nu gaat om nieuwe therapieën, chirurgisch materiaal of innoverende ondersteunende diensten. We streven constant naar de hoogste kwaliteit aan een redelijke prijs. Dat is ons engagement. Elke dag opnieuw, al 110 jaar lang. Eikelenbergstraat 20, 1700 Dilbeek, België - Tel: 02/481 74 00 - Fax: 02/481 73 50
Een volledig en innovatief gamma voor het operatiekwartier Setpack • Raucodrape II • Steriele sets ®
Laboratoires Lohmann & Rauscher s.a. Rue des Pontons 25 • B-4032 Liège (Chênée) Tel.: 04 367 97 11 • Fax: 04 367 97 33
[email protected] www.lohmann-rauscher.be