320
167. VERGADERING VAN WOENSDAG 7 Juni 1815. - VAN MAANEN. De heer Holvoet brengt ter t,afel het door hem outworpen advies der commissie, aan Z. M. in te leveren, nopens de wijze van aanneming der Grondwet in de Zuidelijke departementen. En wordt hetzelve aangenomen. De heer vun Lynden rapporteert namens de commissie omtrent de proportie welke zoude moeten worden in acht genomen met betrekking tot de benoeming der leden van de Staten Generaal; - dragende de commissie voor alle de onderscheidene grondslagen van berekening, welke deswege voor en tegen zijn aangevoerd, en welke de commissie hebben overtnigd, dat er geene ware grondslag van berekening bestaat, welke niet hare zwakke zijde heeft. De commissie heeft dus gemeend, de zaak uit een ander oogpunt te moeten beschouwen, namelik van de zijde van het welbegrepen belang van beide landen; - dit belang brengt mede, dat eene volkomen gelijkheid met betrekking tot de representatie plaats hebbe ;daardoor zal de eensgezindheid meest bevorderd, het vertrouwen gevestigd wordeu; - de commissie proponeert d w , dat zoowel uit de
321
Noordelike als uit de Xuidelijke provinciën 55 leden in de vergadering der Staten Generaal zitting hebben: - en de commissie is liet dasromtrent eens geweest; - alleen is er eene opinie geweest. dat de 55 leden uit de Znidelijke provinciën niet moesten verkozen worden u i t Luxemburg en Luik, als niet behorende of behoord bebbende tot de Zuidelijke Nederlanden, zulks dat buiten de 55 leden uit de Zuidelijke provinciën. nog een convenabel aantal leden uit Luxemburg en Luik sessie zouden moeten nemen. Holitoet is lid der commissie geweest', en kan eigenlijk geene andere basis admitteren als de populatie ; - maar uit inschikkelijkheid lieeft hij in 't rapport toegestemd, mits Liixembnrg en Luik bijzondere gedeputeerden hebben. De President: dan zonde het er toch in ultima analysi altijd op iietler komen, dat de nieuwe provinciën eene nieerderlieid hadden boven de oude, atqui dit kan niet. zelfs niet in 't systema van populatie, want onze koloniën moeten mederekenen. Dotrenge: de populatie is de eenige vaste grond; - en zij is oolrin de Noordelijke provinciën aangenomen, niet alleen in de constitutie, maar ook in de besluiten van den Koning omtrent de lijsten der notabelen; - en zelfs in het discours van den heer van Maanen. De Noordelijke heereii mogen dus dien grondslag niet verwerpen ; - maar ik wil liberaal zijn, en ook wel degelijk de bezittingen, rijkdom van den grond, uitgestrektheid van grondgebied, meerdere welvaart doen mederekenen; - hij leest daarop voor een zeer ampel en fraai uitgewerkt advies, waarin hij de zaak uit alle mogelijke oogpunten bebeschouwt ; - altijd bij Holland mederekenende de oude Generaliteitslanden, en Staats-Vlaanderen, en van België aftrekkende die gedeelten. welke aan Frankrijk en Pruissen zijli gekomen ; - volgens die onderscheiden berekeningen staat de proportie tusschen Holland en België als 55 tot 86; - of als S5 tot 90: - of als 55 tot 6 3 , wanneer men de meest redelijke berekening aanneemt: - zijnde de proportie volgens welke de gedeputeerden uit Holland en België in het wetgevend ligchaam te Parijs sessie hebben gehad (België had er 29 ; Holland, de Generaliteits-landen en Staats-Vlaanderen niet medegerekend, had er 23); - en deze laatste komt hem dan ook billijk voor, en zal niemand bezwaren, want van de 63 Belgische leden zullen er ten minste 4 uit Maastricht zijn, en dus meer tot Holland dan tot België behoren, zoodat in de daad de grootste evenredigheid zal plaats hebben. De bevolking der koloniën kan nooit in aanmerking komen ;ZU is nooit in aanmerking genomen; - Belgie deelt in de baten (b. v. de koloniën) even gelijk in de schade (de Hollandsche schuld). Hogendorp, dit laatste beginsel bestrijdende, hangt een uitgebreid en belangrijk statistiek tafereel op van de bevolking, macht en rijkdom der koloniën ; van de Hollandsche bezittingen in werven, ammunitie,
-
-
322
arsenalen, etablissementen , welke aan kapitaal wel 2 / 3 waardig zijn ran de Hollandsche schuld :- van Hollands handel, en opbrengsten ;van de kosten, welke Holland, dat nitmuntende vestingen heeft, doen moet ten faveure vaii België om de vestingen aldaar in staat te stellen; - h i observeert dat Hnllands schuld bekend, die van België onbekend is: - en hij roncludecrt tot de iiotorieteit vaii Hollands regt om grooter deel in de VertaCr~iiwoortiigingte hebben. de Cot/inci;, zonder reel van dit alles te willeii ontkennen, allegeert dat alle oude en nieuwe piiblicisten (le eenige maatstaf in de bevolking stellen ; - de meriselien representeren de open tiare welvaart : daar de meeste menselien zijn, is de meeste welvaart, het eene staat in eene onmiddelijke betrekking tot het andere : - Holland heeft juist die groote mate van bevolking, omdat het zoo rijk en welvarend is; - Brabant heeft mindere bevolking proportioneel, omdat het zoo welvarende niet is: - maar de bevolking in Brabant is toch eene realiteit in cijfers, even gelijk die van Holland, en die cijfers moeten toch maar in ultima analysi de proportie der representatie geven. Indien Belgic welvarender mas, als liet thans is, zou het proportioneel meer bevolkt zijn, en zonde dus ook deszelfs aandeel in de representatie grooter moeten z i n , dan thans; dit is voor België ongelukkig , maar de tegenn oordige bevolking van België levert altid de meest zekere statistieke grond op voor de vertegenwoordiging, even als die van Holland: - alles moet diis opgelost worden door een eenvoudigen regel van drieën, en volgens dezen moet het getal der leden voor België grooter zijn dan voor Holland, want de koloniën z i n bezittingen, en komen niet in aanmerking. van Lynden meent, dat hoe schoonschijnend ook het geredeneerde van de Coninck zij, het den toets niet kan uithouden; - hij toont aan dat Holland met zijne zoo veel kleiner bevolking, thans evenzoo veel millioenen guldens opbrengt als België millioenen franken ; dat het absurd zoude z i n de bevolking alleen tot basis te nemen, of als representatief van welvaart en belang; - dat 'net valsch is dat de bevolking zoo volkomen in evenredigheid staat met de welvaart ; dat b.v. in de groote en meest bevolkte steden een overgroot aantal inwoonders is, die met de welvaart niets gemeens hebben, of daartoe niets toebrengen (de lazzaroni te Napels); - dat gedurende de fransche overheersching , toen onze handel en welvaart nul waren, onze bevolking niet in die evenredigheid was afgenomen , etc. van Maanen: ik geloof dat alle die theoriën en speculatiën op dit op dit oogenblik niets waardig zijn, en in plaats van ons tot vaste resultaten te leiden, ons zullen doen afdwalen ; - er is veel te zeggen voor en tegen alle de gronden, welke men als maatstaf van hetgeen moest plaats hebben, heeft opgegeven: - een ieder heeft in sua hypothesi alles gezegd, bijgebragt en in de schaal gelegd, wat mogelik was,
323
eu de avantages van de andere partij verkleind: - dit was in den aard der zaak gelegen. Wat mij aangaat, als de menschen waren, zoo als zij moesten z i n , zou ik geen nietiger quaestie kennen, dan die, in welke proportie de representatie moest plaats hebben; - maar laten wij rond en voor de vuist spreken; - de tegenwoordige discussiëii hebben genoegzaam getoond, dat wij allen overtuigd zijn, dat de menschen niet z i n , zooals ze uioesten zijn: - dat de Zuidelijke heereii vrezen voor onderdrukking of overheerschiiig of overstemming van ons, en wij wederkeerig van hun; - die vrees bestaat, en het doet er dus niet toe of zij meer of min gegrond is ;- alles wat dienen moet om die vrees voedsel te geven en te sterken nioet dus vermijd worden : - en dit zal nooit vermid worden, wanneer men aan exclusive preponderance aan de eene of andere zijde blijft hechten; - daarom komt mij de juiste gelijkheid alleen goed voor; - en zij is ook politiek, en in den aard der zake gelegen. Ik wil niemand bedroeven of iets onaangenaams zeggen, maar ik moet nog eens eene waarheid herhalen, welke mijns oordeels alles afdoet: - Holland had eene politieke en door de mogendheden erkende existentie ; - België niet; - Holland heeft zich zelve vrjgemailrt: - België heeft dit ongelukkig niet kunnen doen ; - Holland heeft zich dadelijk voor de zaak van Europa verklaard; - België heeft den loop der gebeurtenissen, en de beschikking der mogendheden moeten afwachten; - deze hadden geen regt om over Holland te beschikken, aan Holland deszelfs zelfstandigheid te ontnemen ; - en dit zoude plaats hebben, indien de Hollandsche representatie ooit door die der nieuwe provinciën koude overstemd worden: - het tractaat van Parijs heeft reeds bepaald, dat Holland eene vergroting van grondgebied zonde bekonien; - deze heeft Holland bekomen door de Zuidelijke provinciën; - ik voel dat ik iets onaangenaams zegge, maar laten wij malkander toch niet bedriegen, de zaak is zoo ; - van harte wensch ik dat, als eens de Vereeniging daar zal z i n , dergelijke denkbeelden nimmer meer bij iemand ziillen opkomen, maar wij allen broeders zullen z i n ;- nu moet ik het zeggen ;de mogendheden hebben dns Holland als Holland erkend en behouden, zij konden en mogten niet anders; - de acht artikelen van Londen, het protokol van Weenen bevestigen dit alles, omni pagina, en Holland kan en mag de mogelijkheid (boe verwijderd ook) niet gedogen, van door de nieuwe provinciën te worden gedomineerd ; - daartegen begere ik ook niet dat Holland de nieuwe provinciën beheersche, dit zoude een slechte grondslag geven; - neen, gaarne stemme ik voor hoe groot of hoe klein, hoe bevolkt of eene volkomen geGkheid; ontvolkt, hoe rijk of arm die nieuwe provinciën zijn, doet er niet toe; al waren zij eens zoo groot of volkrijk als n u , of ook maar half zoo groot, mijn gevoelen zoude hetzelfde zijn, dat namelijk de oude Hollandsche provinciën evenveel vertegenwoordigers moeten
-
-
324
liebbeu als de nieuwe; - en daar dus Luik en Luxemburg geeiie oude provinciën zijn, behoren zij ontier de nieuwe. Holvoet: het traktaat van Parijs doet hier niets ter zaak; - de mogendheden zijn nader met betrekking tot Holland van gedachten veranderd: - quo jiire gaat ons niet aan; - de acht artikelen admitteren niet de suprematie van Holland, maar zijn in dien zin gesteld, dat Hollaiid en België als integrerende deelen van het nieuwe Kijk dezelfde regten hebben. de Coninck: en hoe kan men bang zijn voor overheersching, door het admitteren van meer vertegenwoordigers uit België ? - wat t c d i kunnen de Staten Generaal doen? - immers niets; - zal er niet eene eerste kamer zijn? - en mag ik het met allen eerbied en discretie vragen: is de Eoiling niet een Hollander? von Maanen: de Staten Generaal kunnen de voordragten van wetten omtrent de financiën, omtrent onze dierbaarste belangen verwerpen ;zij kunnen dus de regering verlamnien ; - hunne meerderheid kan d u s negatief overheerschen; - en wat de reflectie ran Holvoet aangaat, het traktaat van Parijs is de basis van alles; -- de acht artikelen zijn op dat traktaat gegrond en moeten daaruit worden geëxpliceerd. Queyen: men heeft heden in de discussien veel van de represeiitatie gesproken, en van de heginseleu, waarop zij berusten moet; mijne denkbeelden deswege verschillen van alle welke ik tot dus verre heb gehoord ; - ik kenne geene representatie vail rijkdom, bevolking, grond of wat dies meer zij; - de representatie is in miin oog, de waarborg der regten van allen te samen, en van een ieder in 't bijzonder. De vertegenwoordigers van een volk vertegenwoordigen niet de menschen, maar den mensch en zijne regten. Wij Hollanders komen in het nieuwe Rijk der Nederlanden niet als meuschen, maar als leden van eenen Staat, van eenen burgerstaat, die eene politieke existentie heeft, zoo als van Naanen heeft aangemerkt. I n dit nieuwe rijk zijn WU misschien de zwakste in bevolking, althans als men onze volkplantingen niet mederekent, maar WU moeten daarin evenveel waarborg hebben als de sterkste. Die waarborg vinde ik niet in 't principe der populatie, veeleer het tegendeel. Wij z i n een land van kunst, en bestaan door de kunst; - ons geheel physiek aanzijn is kunst: - dit aanzin nioeten wij nininier kunnen verliezen; - WU moeten niet blootgesteld zijn aan de mogelijkheid, dat men onze dijken en zeeweringen, het uitdiepen van onze aangeslikte rivieren en zeegaten zoude verwaarlozen, omdat elders in 't land even groote voordeelen zonder kosten te vinden zijn: Amsterdam moet nimmer aan Antwerpen kunnen worden opgeofferd. Jure nostro maximo, waren zij meesters bij ons; - dit moeten wij blijven, maar WU moeten aan onze nieuwe broeders hetzelfde re& laten genieten ; ergo volkomen gelijkheid.
325
de Conhick: ik hoor telkens Vau de koloniën spreken, maar hoe komt het dan toch, dat men nooit in Holland op de populatie der koloniën heeft gelet bij de berekening van vert,egenwoordigers? Hogendorp: ei1 waaruit blijkt toch dat meil dit niet lieeft gedaan? de koloiiiëii wareii imiiiers aan alle de provincien gemeen. Raepaaet vindt veel grond voor liet geadviseerde van Queysen, hij proponeert dus, dat elke provincie, groot of klein , even veel leden in de Staten Geiieraal xendeii ml, eii dat men bij proviuciën zal stemmen. Hogendorp: dit is omnogelijk. de leden der Staten Generaal z i n immers geene gedepnteerdeii der provinciën. Ge)?,dPhieu: de provincie Luxernburg behoort oorspronkelijk niet tot het R i k ; - de Koning bezit Luxemburg titulo speciali; - Z. M. heeft Luxemburg aan 't Rijk afgestaan; - die liberaliteit kan België niet prejudicieren ; - men admittere dus even veel gedeputeerden voor Holland en Belgii; , inaar bovendien gedeputeerden voor Luxernburg. Hogendorp : Luxemburg was wel degelijk oorspronkelijk onder 't nieuwe territoir begrepen, zelfs nog ten tijde der acht artikelen; en de iiienwe bestemming van Luxemburg is eene latere gebeurtenis, veroorzaakt door liet gebeurde met de Nassausche staten. ìmn Manizen repeteert hetgeen hij bevorens heeft gezegd nopens de oude en nieuwe provinciën, en vindt daarin de solutie op deze observatie van Gendebieii; - hij vindt ook, dat volgens art. 3 van Z. M. besluit van April liet zeker is, dat hoogstdezelve, ook reeds voor dien afstand, begrepen heeft dat Luxemburg even als de andere Belgische provinciën moest vertegenwoordigd worden. De Prcdent doet hoofdelijke omvrage. Voor volkomen gelijkheid : Hogendorp, PCCIZ Zuylen., Illolleriw., Aylra, Lampsiris , QiieyseeiL, de Mean , de Nero&, Elout , Lynden, C L L I L Mannen, Blberda , v m der Ihya. Niet : Gendebien, Raepccat , ï'hieniia. Lcelerc, Dotrev.ge, Holvoet, D~c-l,»i.~ en de C'oizincli, ofschoon deze weiischte, dat de zaak op eene andere wijze konde worden gevonden. De President concludeert dus volgens zgii votum, en adjourneert de vergadering tot morgen.