NOTULEN van de openbare vergadering van de Commissie Bestuur van de gemeente Berkelland, gehouden op 30 augustus 2011 om 19.45 uur ten gemeentehuize te Borculo. Aanwezig:
de heer M.T.J.M. Bouwmeesters (CDA), voorzitter, de heer W. Kok, commissiegriffier, mevrouw M.M.E. Baarssen (Gemeentebelangen), mevrouw R.P. Hoytink-Roubos (CDA), de heer J.R. Jonk (CDA), de heer J. Lenselink (GroenLinks), de heer H. Pelle (PvdA), mevrouw J.A. Pot-Klumper (Gemeentebelangen), de heer E.M.M. Roosenboom (Ondernemend Berkelland), de heer S. Nijhuis (GroenLinks), de heer H.C. Timmer (VVD), de heer A.J. Visser (Ondernemend Berkelland), mevrouw J.A. Wannink (VVD), de heer G.A. Westra (D66), de heer W.J. van Wijck (D66), mevrouw W.A. Wormgoor (PvdA).
Voorts aanwezig: de heer H.L.M. Bloemen, burgemeester, de heer J.B. Boer, wethouder (D66), (tot ± 21.30 uur), de heer F.H.C. Mulkens, wethouder (VVD), de heer L.J.H. Scharenborg, wethouder (CDA), mevrouw J. Wildeman, locosecretaris, de heer J.B. Wilschut, inspreker namens de Regio Achterhoek bij agendapunt 8, de heer R. Smet, inspreker namens de Berkellandse Ondernemers bij agendapunt 8, de heer E. Hekking, beleidsmedewerker ICT projecten, diverse raadsleden, diverse overige belangstellenden. Afwezig:
de heer P.T.M. Knuvers (GroenLinks), mevrouw J. Kuipers-Berfelo (D66), de heer D. Meijerink (PvdA), de heer W.G.J. Roekevisch (VVD)
1. Opening. De Voorzitter opent de vergadering en heet eenieder hartelijk welkom. 2. Spreekgelegenheid voor het publiek. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. 3. Vaststellen agenda. Mevrouw Hoytink verzoekt bij agendapunt 10 enkele vragen te mogen stellen. De Voorzitter stemt hiermee in. De agenda wordt overeenkomstig vastgesteld. 4. Vaststelling notulen van de openbare vergadering van 14 juni 2011. De notulen worden ongewijzigd vastgesteld, met dank aan de notuliste.
1
5. Toezeggingenlijst. Er worden geen opmerkingen gemaakt. 6. Voorbereiding en rapportage vanuit de gemeenschappelijke regelingen. Er zijn geen mededelingen. 7. Mededelingen van het college in het kader van de actieve informatieplicht. *De heer Mulkens komt terug op de garantieregeling rond de nieuwe multifunctionele accommodatie in Beltrum. De vraag was of daadwerkelijk sprake is van een garantie, dan wel of de verleende garantie een toneelspel is. Bij de provincie bleek de situatie aanvankelijk niet duidelijk te zijn. Uiteindelijk is de juridische situatie eenvoudig, want als de garantieregeling wordt gehanteerd, is er sprake van een garantie. De organisatie kan in een voorkomend geval dan ook bij de gemeente Berkelland aankloppen, om de garantie te casseren. Overigens is in de besprekingen met de betrokken organisatie afgesproken dat in geval van minder uitkering door fondsen bezien moet worden hoe het geld bijeen kan komen. Die afspraken kunnen juridisch gezien in het niet vallen ten opzichte van de garantiebepalingen. Hiervan zal bij nieuwe aanvragen sprake zijn, maar in de onderhavige situatie gelden de gemaakte afspraken. Indien derhalve in Beltrum onvoldoende fondsen over de brug zouden komen, zal het college met de betrokken partijen nader overleggen om te bezien hoe tot realisering van alle plannen kan worden overgegaan. De heer Pelle verzoekt deze toelichting a.s. donderdag tijdens de Commissie Sociaal te herhalen, waar de heer Zappeij aanwezig zal zijn, die destijds de vraag heeft gesteld. De heer Mulkens zegt dit toe. Hij wijst er op, dat garantieverleningen overigens worden behandeld in de Commissie Bestuur. *De heer Scharenborg deelt ten aanzien van het Regiocontract en woningbouw mede, dat op 08-08-2011 hierover zal worden gesproken in het bijzijn van de raad. Bekeken zal worden of vanuit het Regiocontract € 150 miljoen kan worden verdeeld over de zes regio’s in Gelderland en of dit voldoende is. Hiertoe zullen voorstellen worden ingediend over substantiële onderwerpen, die te maken hebben met structuur en gemeente overstijgende projecten. Dit was bij het vorige Regiocontract ook. Op diverse plaatsen wordt beoordeeld welke projecten in aanmerking zouden kunnen komen. Eén van de voorwaarden is dat er sprake moet zijn van cofinanciering. In het verleden stond het percentage cofinanciering vrij hard op 50%; nu is dit percentage minder hard en kan fluctueren. Berkelland is bij een aantal projecten betrokken, qua voorbereiding via het portefeuillehoudersoverleg en in de 3 O benadering. Daartoe is nog geen exacte procedure afgesproken, maar Berkelland is betrokken bij projecten voor woningbouw, plattelandsontwikkeling in relatie tot duurzaamheid en economie, een project op het gebied van economie in duurzame sfeer dus in het kader van de Achterhoekse Groene Energie Maatschappij (AGEM), waarbij biogas, bionet, zonne-energie e.d. worden betrokken. Ook is Berkelland betrokken bij projecten rond recreatie en toerisme. In september 2011 zal het procedurevoorstel binnen de Regio Achterhoek worden behandeld, waarna in november 2011 de concrete projecten bij de provincie kunnen worden ingediend, waarover de provincie in maart/april 2012 zal beslissen. In de vorige periode voor het Regiocontract is Berkelland heel succesvol geweest en zijn alle projecten in het centrum van Borculo, het park en de omgeving van het gemeentehuis gehonoreerd. Het college zal zich dan ook inzetten om ook nu, samen met andere gemeenten te kunnen scoren, conform de Agenda 2020 op welke basis de projecten moeten zijn gestoeld. *Spreker gaat vervolgens in op de Regiotaxi, waarover vanavond kan worden besproken maar in feite ook in de Commissie Sociaal van a.s. donderdag, waarbij hij verhinderd is.
2
De Regiotaxi is de afgelopen periode gesubsidieerd door de provincie, naast de bijdrage van de gemeenten van € 350.000,= à € 360.000,= op jaarbasis, ook voor de gemeente Berkelland. De provincie verwacht, op basis van de aanbesteding die moet plaatsvinden voor de periode 2013/2015, dat moet worden uitgegaan van een beschikbaar bedrag dat 44% lager is dan de bijdrage van de provincie tot nu toe. Anderzijds zou het tarief met 44% moeten stijgen. Het college heeft hierover gesproken en heeft overleg gevoerd met de portefeuillehouders in de Achterhoek. Unaniem is besloten dat de gemeenten in de Regio Achterhoek zullen blijven deelnemen in de Regiotaxi, omdat het openbaar vervoer in de regio van belang blijft, daar het netwerk niet sluitend is. De gemeenten willen hun bijdrage onverkort handhaven. Om de bezuinigingstaakstelling van de provincie te kunnen pareren, zullen de volgende onderdelen nader worden uitgewerkt. In grote lijnen komt het er op neer dat: - Een maximering zal worden ingevoerd naar het aantal zones, die waarschijnlijk op 800 ritzones zal uitkomen als bovengrens. Hierdoor blijft een paar duizend kilometer met de Regiotaxi te bereizen. - Degenen met een eigen auto niet meer in aanmerking zullen komen voor een pas ten behoeve van de Regiotaxi. - De mogelijkheid van het meereizen op de pas van iemand die met de Regiotaxi reist wordt ingetrokken. - Degenen die heel beperkt gebruik maken van de Regiotaxi zullen moeten met het openbaar vervoer. In situaties tot 100 à 150 ritzones per jaar zouden daardoor geen pasjes beschikbaar kunnen worden gesteld. Bij minima komen de betrokkenen in een andere regeling terecht. Op deze wijze kan de Regiotaxi behouden blijven en kan de tariefsverhoging met 44% worden beperkt, zodat de eigen bijdrage per ritzone slechts wordt verhoogd van € 0,50 naar € 0,65. De prijs per ritzone wordt hierdoor verhoogd van € 3,65 naar € 4,25. Door deze bijschaving in de gebruikersgroep kan het gemeentelijke budget optimaal worden ingezet voor degenen die de Regiotaxi nodig hebben. De heer Roosenboom vraagt of de 44% kostenverhoging volledig wordt gecompenseerd door de te nemen maatregelen en wordt betaald door de gebruikers. De heer Scharenborg beaamt dit. Er wordt geen bezuiniging toegepast op het gemeentelijke budget. De heer Pelle vraagt wanneer commissie en raad hierover een voorstel kunnen verwachten. De heer Scharenborg antwoordt dat de raad geen voorstel zal krijgen, omdat het een uitvoeringskwestie van het college betreft, het budget gehandhaafd blijft en de Regiotaxi in stand blijft. Het college zal hieraan uitvoering geven, in samenspraak met de collega wethouders. Spreker doet slechts een mededeling vanuit het college in het kader van de actieve informatieplicht. Mevrouw Pot vraagt of er pasjes voor de Regiotaxi ingetrokken zullen gaan worden of dat minder nieuwe pasjes zullen worden uitgereikt. De heer Scharenborg licht toe dat dit om de periode van 2013 tot 2015 gaat en dat het beleid nog nader moet worden uitgewerkt. Gelet op de indicatiestelling kan het voorkomen dat ook bestaande pasjes moeten worden ingetrokken. Dat zal nader moeten worden bekeken. Ook bij het uitreiken van nieuwe pasjes zal rekening worden gehouden met het aanstaande beleid. De informatie wordt voor kennisgeving aangenomen.
3
8. Toelichting door de Regio Achterhoek op de uitwerking “Achterhoek 2020”. De Voorzitter deelt mede dat de heer Wilschut van de Regio Achterhoek en de heer Smet namens de Berkellandse ondernemers een toelichting zullen geven over de uitwerking van Achterhoek 2020. Zij krijgen hiertoe totaal 10 minuten spreektijd. De heer Smet zegt vanuit het bedrijfsleven in Berkelland kort het woord te zullen voeren in het kader van Achterhoek 2020. Spreker is plaatsvervangend voorzitter van de industriële kring Berkelland. Spreker brengt het volgende naar voren en begint met een citaat van Professor Wim de Ridder, die econoom en hoogleraar is in Toekomstverkenning en Toekomstonderzoek aan de Universiteit Twente. Hij heeft een boek geschreven: ‘De Wereld breekt open’. Dat spreekt aan. In dit boek worden de kansen voor bestuurders en bedrijven omschreven, teneinde deze toekomstbestendig te maken. Spreker citeert: (citaat) “Voor de invulling van de ontwikkelingen op weg naar 2020 zijn ondernemers, overheid en maatschappij steeds meer op elkaar aangewezen.” (einde citaat). Daar staan de ondernemers volledig achter. De ondernemers zijn van mening dat de krachten gebundeld moeten worden en de kennis moet worden gedeeld, naar een nieuwe innovatieve manier van samenwerken toe. En naar nieuwe manier van besturen en ondernemen toe. Dat kan en moet op lokaal niveau, maar ook op regionaal, provinciaal en landelijk. Bekend is dat 15-09-2011 officieel gestart zal worden met het Platform B.V. Berkelland. Dit is een samenwerkingsverband tussen de gemeente en het bedrijfsleven, met als doel samen de uitdagingen op te pakken. Dit zal gebeuren door werkgroepen, samengesteld door de gemeente en het bedrijfsleven, die de kerntaken/speerpunten een invulling geven en oplossingen aandragen. O.a. op het gebied van: -Profilering B.V. Berkelland -Netwerk- en regioactiviteiten -Werkgelegenheid en scholing -Bedrijfsterreinen en parkmanagement. De commissie ziet hier waarmee het Platform B.V. Berkelland lokaal van start gaat. In de Regio Achterhoek is dit inmiddels ook opgepakt. Het Platform B.V. Berkelland staat positief tegenover de regionale samenwerking, de Agenda 2020, waarin samengewerkt wordt door de drie O’s. Het is noodzakelijk dat vanuit lokaal niveau wordt samengewerkt in regionaal verband, omdat - als buiten de regio wordt gekeken – de bedrijven zich regionaal, soms euregionaal of provinciaal moeten presenteren dan wel vraagstukken moeten aanpakken. Op 22-09-2011 vindt hiertoe het zgn. Sika overleg plaats, dat volledig in het teken staat van de Agenda 2020 van de Regio Achterhoek. Dit overleg wordt gevoerd met de acht Achterhoekse industriekringen, om meer draagvlak te creëren, bijdragen en ondersteuning te kunnen verlenen. Intussen denken de ondernemers positief. Spreker krijgt daarbij de gelegenheid het Platform B.V. Berkelland te presenteren, met de doelstelling dat ook de andere Achterhoekse gemeenten dit samenwerkingsverband oppakken. Op deze wijze kan lokaal een breed draagvlak worden gecreëerd voor regionale samenwerking. Want vraagstukken over innovatieve broedplaatsen, werkgelegenheid, scholing, bedrijventerreinen, externe profilering zijn lokaal van belang, maar ook zeker in regionaal verband. Grotere gemeentelijke bedrijven vragen ook om een regionale/provinciale aanpak. Er zijn zelfs vraagstukken die een regionaal verband aanpak noodzakelijk maken, met andere regio’s, bijvoorbeeld de Regio Twente en Regio Münsterland. Dan kunnen ook de krachten gebundeld worden en kan de kennis worden gedeeld, want de wijsheid komt volgens spreker uit het oosten en niet altijd uit het westen.
4
Nog enkele kleine voorbeelden: -Op 9 mei jl. is in de Orangerie te Ruurlo een bijeenkomst gehouden met het thema innoveren en duurzame economie. Er waren een paar honderd deelnemers en velen uit het bedrijfsleven. Je ziet en hoort dat het leeft en dat de wil er is om zaken op te pakken. -Voor de vakantieperiode is er een bijeenkomst georganiseerd door de Regio Achterhoek om een bezoek te brengen aan de Universiteit Twente. Er waren 60 studenten en maar 7 bedrijven. Het resultaat is dat per 1-9-2011 in ieder geval al één student uit de Achterhoek start bij Bronkhorst Hightech in Ruurlo, één van de deelnemende bedrijven. Kortom, als het bedrijfsleven actief is en zich laat zien, zijn er kansen, al zijn deze nog kleinschalig. Tot slot een vraag. Als het bedrijfsleven invulling wil geven aan de toekomst, dan is het noodzakelijk dat slagvaardig wordt gehandeld. De tijd dringt en de buitenwacht staat niet stil. De terugverdientijd wordt in deze snelle economie steeds korter en het is onmogelijk om met de regelgeving van de jaren 70/80 de uitdagingen aan te gaan voor de jaren 2020/2030. Spreker vraagt of het bedrijfsleven kan rekenen op de gemeente Berkelland. De heer Wilschut voegt hier, als Secretaris/Directeur van de Regio Achterhoek, het volgende aan toe. De raad heeft van het college inmiddels een raadsvoorstel ontvangen over de uitwerking Achterhoek 2020. Het is van belang telkens de urgentie van het onderwerp te belichten, gelet op de impact voor de Regio Achterhoek. Hij is blij dat vanuit het bedrijfsleven is opgemerkt, dat gezamenlijk actie wordt gevoerd om werknemers naar de Achterhoek te krijgen. Het is immers geen sinecure. De gemeenten staan voor operaties, die te maken hebben met bezuinigingen en het inkrimpen van de eigen organisatie. Ook de Regio Achterhoek zal 10% bezuinigen. In relatie tot de demografische ontwikkelingen wijst hij er op, dat in de Achterhoek bijna 3.000 mensen in overheidsdienst werken. Binnen 5 à 6 jaar zal daarvan circa 30% met pensioen gaan. Hierdoor zal de raad een aantal medewerkers verliezen, die cruciale functies uitoefenden. Het is dan ook de vraag of het zal lukken om daarvoor in de Achterhoek vervangers te vinden. Hetzelfde geldt voor het bedrijfsleven en de gezondheidszorg. Hiermee krijgen de overheid, de verzorgingshuizen, scholen, enz. allemaal te maken. Om als individuele gemeente te proberen de arbeidsmarkt te keren, kost te veel energie. De krachten moeten worden gebundeld, niet alleen de gemeentelijke krachten, maar ook die van het bedrijfsleven en de maatschappelijke organisaties, dus de 3 O’s. Woningbouwcorporaties worstelen met dezelfde problemen als de overheid. Dat is de sense of urgency. *Daarnaast wenst spreker de raad terug te brengen in de positie, waarin raadsleden zich thuis voelen. De raad heeft drie rollen: als volksvertegenwoordiger, controleur en kadersteller. De vraag is hoe in dit proces, waarin intensief wordt samengewerkt tussen gemeenten en andere partijen, kan worden gezorgd dat de kaders goed worden gesteld. De Regio Achterhoek heeft rond de Agenda 2020 vier bloembladeren gedefinieerd, die in kaders omschreven zijn. Binnen die kaders kunnen projecten worden ingediend, om er voor te zorgen, dat het gestelde doel wordt bereikt. Het uiteindelijke doel is dat de Achterhoek ook in 2020 en de jaren erna leeft in een duurzame regio, waar het aangenaam en goed toeven is voor iedere inwoner. Gestreefd wordt naar een vitale Achterhoek. Hij hoopt dat de raad de kaders in de bloembladeren wil vaststellen. Dit heeft gevolgen voor het werk van de Regio Achterhoek. In juli 2008 hebben de gemeenten de nieuwe werkwijze van de Regio Achterhoek gefiatteerd. Er zijn programmateams ingesteld. De situatie is echter ingehaald door de crisis en de demografische ontwikkelingen, waardoor noodzakelijkerwijs anders naar de omstandigheden moet worden gekeken. In het raadsvoorstel wordt geadviseerd om afstand te doen van de programmateams en terug te keren naar het portefeuillehoudersoverleg, dat weliswaar buiten de Regio Achterhoek valt maar hierdoor wel worden ondersteund. Het portefeuillehoudersoverleg sluit sterk aan op de gemeentelijke activiteiten.
5
Daarnaast kan een deel van de inzet worden verricht in de op te richten werkplaatsen. In het kenniscentrum dat binnen de Regio Achterhoek overblijft, zal slagkracht worden ontwikkeld, waardoor een aantal projecten op het gebied van lobby, marketing en Europese subsidies goed kan gebeuren. Als goede projecten worden vervaardigd, die Europawaardig zijn, dan zijn eerst al drie regio’s nodig binnen Europa. Het beleid dient exact te passen binnen het Europese beleid. De Agenda 2020 past precies in de agenda van Europa 2020 en de projecten moeten zodanig slim worden omschreven, dat hiervoor subsidie zal worden verstrekt. Ook hiervoor is bundeling van krachten nodig. Ook binnen de gemeente Berkelland proberen mensen subsidies te verkrijgen. Dat is van belang en moet worden voortgezet. Daarnaast moet gezamenlijk een sterke vuist worden gemaakt subsidies te kunnen verkrijgen van de provincie, het Rijk en Europa voor noodzakelijke projecten. Onlangs vertelde iemand over de spoorlijn Arnhem / Winterswijk, die van groot belang is voor het bedrijfsleven in de Achterhoek. In de treinen op dat spoor zijn geen wc’s aanwezig. Dat vormt voor ongeveer een miljoen mensen een probleem, omdat zij hun boodschap niet kunnen ophouden. Voor hen is het daarom geen optie om naar de Achterhoek te komen. Indien de Regio Achterhoek voor die mobiliteit iets kan betekenen, net als voor de N18 en de aansluiting op de A15, is dit van belang. Gezamenlijk moet bij de provincie en bij het Rijk aangeklopt worden met de noodzaak van aanpassing. Een dergelijke investering kost geld, maar zal voorkomen dat in de Achterhoek een situatie gaat ontstaan, vergelijkbaar met Zuid Limburg. Hiervoor hebben overheid, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties elkaar hard nodig. In het onderhavige voorstel wordt getracht de sense of urgency over te brengen op de raad. Met kaders wordt de raad de mogelijkheid geboden actie te ondernemen. Indien zaken geconstateerd worden die vragen oproepen, is er altijd een collegelid aanspreekbaar, dat hierop kan reageren, omdat hij via het portefeuillehoudersoverleg dan wel via werkplaatsen bij de situatie betrokken is. Door de Regio Achterhoek zal via de slagkracht uit het kenniscentrum worden getracht de nodige subsidie te verkrijgen. Via het Regiocontract is hiermee € 150 miljoen gemoeid, maar binnen de provincie is een groter budget aanwezig waarop wellicht aanspraak kan worden gemaakt. Spreker wijst tenslotte nog op de bijeenkomst die door de provincie wordt georganiseerd op 9-9-2011 in de Dru fabriek te Ulft, van 15.00 tot 17.00 uur voor nader overleg hierover. Het is in ieder geval goed dat alle Gelderse raadsleden naar de Achterhoek komen, net als met het VNG congres. De heer Nijhuis merkt op dat gesproken is over de sense of urgency en dat in eenzelfde tempo wordt gesproken. Hij vraagt zich af of sprake is van een sense of urgency. Er wordt vrij veel vooruit gekeken binnen de Regio Achterhoek. Spreker vraagt echter of tijdens de vorige reorganisatie door de gemeenten dan wel door Comenius Consult iets fout is gedaan, omdat nu tot aanpassing wordt overgegaan richting portefeuillehoudersoverleg en werkgroepen en de programmateams al weer vervallen. Datgene dat nu in de coöperatieve samenstellingen moet gebeuren, zou volgens hem ook binnen de programmateams kunnen worden uitgevoerd. Ook daar hadden de bedrijven erbij kunnen worden betrokken. De heer Wilschut zal niet snel stellen, dat fouten zijn gemaakt. Met de kennis van enkele jaren geleden is gedebatteerd en gekomen tot een nieuwe Regio Achterhoek. Comenius Consult kon echter de economische crisis niet voorzien, die de Achterhoek als structuurversterkend gebied hard getroffen heeft. Bovendien is de impact rond duurzame energie vele malen groter dan was verwacht. Ook komt de demografie indringender op de Achterhoek af, dan was voorzien, ook al is de regio hier voortvarend mee bezig volgens het Ministerie van Binnenlandse Zaken.
6
Door deze drie aspecten is de noodzaak om als gemeenten de krachten te bundelen met organisaties en bedrijfsleven veel sterker. De term ‘sense of urgency’ kan dus ook worden vertaald in ‘noodzaak’. Door de werkplaatsen en het commitment kan de slagkracht worden vergroot. De heer Nijhuis blijft van mening dat de vorige structuur ook voldeed. Hij vreest dat de onduidelijkheid en afstand tussen regio en lokale overheden, die zou moeten worden weggenomen, weer wordt ingevoerd door het opnieuw opstarten van portefeuillehoudersoverleg. De heer Wilschut licht toe dat de ervaring met de programmateams was dat deze verder weg kwamen te staan ten opzichte van de gemeentelijke organisatie. Met de bestuurders in de programmateams bestaat goed en veelvuldig overleg. Hieruit komen projecten en actiepunten naar voren. Omdat de ambtenaren minder betrokken waren, ontstond de indruk dat de Regio Achterhoek hiervoor moest zorgdragen, te meer daar elke ambtenaar zelf al druk is en niet wacht op nieuwe projecten. Gebleken is dat de afstand tussen de gemeentelijke ambtelijke organisatie en de organisatie binnen de Regio Achterhoek te groot werd. Gelet daarop is binnen het portefeuillehoudersoverleg gekozen voor de toevoeging van een gemeentelijke manager en facilitering door de Regio Achterhoek. De gemeentelijke manager kan er voor zorgen, dat ook het gemeentelijk apparaat betrokken is en meedoet. Spreker kan immers niet binnen de gemeentelijke organisatie stellen, dat medewerkers op een bepaald project moeten worden gezet; die mogelijkheid heeft een gemeentelijke manager wel. Ook kan de gemeentelijke manager de situatie doorzien en zijn bestuurders scherp houden. Hij vertrouwt er dan ook op dat de gemeentelijke manager prima aansluit op het portefeuillehoudersoverleg. Via een secretariële ondersteuning vanuit de Regio Achterhoek en de samenhang en connectie met de werkplaats waar gezamenlijk wordt gewerkt, kan iedereen scherp worden gehouden. Uiteraard is geen sprake van het beste systeem ooit, maar er is zeker sprake van een verbetering en de aanpassing sluit beter aan op de praktijk. Eén project is heel succesvol geweest, dat betreft het VNG congres, want daar was concreet te zien dat gezamenlijk aan doelen kan worden gewerkt. Dit is succesvol gebeurd en daarvan zal de raad later meer vernemen. Spreker gelooft dan ook dat na de reorganisatie via Comenius Consult veel zaken zijn aangescherpt en dat is ingespeeld op de ontwikkelingen, die op dat moment niet bekend waren. Met een voorbeeld maakt hij dit duidelijk. Indien er veel ouderen in de omgeving wonen, die geen zorg meer kunnen krijgen, omdat er geen zorgverleners zijn, is er een probleem. Wellicht kan dit probleem worden voorkomen, door nu adequaat te handelen. De Voorzitter bedankt de insprekers voor hun inbreng. 9. Regio Achterhoek uitwerking “Achterhoek 2020”. De heer Jonk bedankt voor het enthousiaste verhaal van de insprekers. De CDA fractie stemt in met het convenant, het voorstel, de nieuwe speerpunten en de samenwerking tussen de 3 O’s. Spreker vraagt de aandacht voor één aspect. In het convenant is bepaald dat voor het portefeuillehoudersoverleg 80% van de kosten zal worden gedekt door de overheid en 2 x 10% door bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Hieruit blijkt dat o.a. de gemeente Berkelland een behoorlijke financiële input levert aan de projecten. Hij is blij dat een keuze kan worden gemaakt aan welke projecten al dan niet zal worden deelgenomen. Spreker gaat er van uit dat de raad inspraak krijgt in deze beoordeling, de kosten en de procedure daaromheen. Hij verzoekt hierbij betrokken te kunnen blijven, door terugkoppeling via de wethouder of de Regio Achterhoek. Aanpassing van het convenant is niet nodig, omdat zijn fractie volledig vertrouwt op de aanwezige bestuurders.
7
Mevrouw Baarssen merkt op dat in de stukken vermeld staat, dat het gewenst is dat zoveel mogelijk partijen het convenant ondertekenen. Ze is benieuwd of een minimum aantal deelnemers nodig is om het project te laten slagen en wat er gebeurt als te weinig partijen het convenant mede ondertekenen. Mevrouw Wannink deelt mede dat de VVD fractie enthousiast is over het voorstel en over de samenwerking tussen gemeenten, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Zij verzoekt de raad op de hoogte te houden van de doelen en effecten daarvan die worden bereikt met de projecten. De heer Pelle sluit zich aan bij de woorden van de heer Jonk en mevrouw Wannink. In het voorstel staat een procentuele kostenverdeling vermeld en hij vraagt waarop dit is gebaseerd. Spreker zou een hogere bijdrage vanuit de ondernemers wenselijk vinden. Overigens vindt hij de ontwikkelingen een goed initiatief. Destijds is zelfs door de heer Zappeij van zijn fractie voorgesteld om een afvaardiging uit het ambtelijk apparaat toe te voegen aan het portefeuillehoudersoverleg, waardoor een bezuiniging bij de Regio Achterhoek zou kunnen worden gerealiseerd. Hij is dan ook benieuwd naar de ervaringen met de nieuw te starten methode. De heer Nijhuis stelt dat hij de informatie met belangstelling heeft aangehoord, ook al is hij sceptisch over de nieuwe structuur van de Regio Achterhoek. Hij vraagt zich af of deze noodzakelijk is. Nu worden vier werkplaatsen ingericht, terwijl in de vorige organisatie eenzelfde opzet aanwezig was, ook al was de prioritering anders. Een strategische agenda leeft en daarom is het logisch dat de agenda wordt aangepast bij het voortschrijden in de tijd. Zijn fractie steunt dan ook de hogere agendering van de demografische ontwikkelingen, ten opzichte van de vorige versie. Ten aanzien van het portefeuillehoudersoverleg heeft hij echter zijn twijfels. Hij beaamt dat er meer wegen naar Rome leiden, maar betwijfelt of de oude weg al moet worden afgesloten. Door toevoeging van een ambtenaar aan het portefeuillehoudersoverleg zal de samenwerking tussen gemeenten en Regio Achterhoek beter scharnieren, aldus de inspreker. Hij vraagt zich af of de portefeuillehouder hier iets heeft laten liggen. Als de wethouder met een actiepuntenlijst naar het ambtelijk apparaat was gegaan, had hetzelfde effect volgens hem kunnen worden gerealiseerd. Spreker ziet wel de andere rol tussen bestuurder en ambtenaar, maar is van mening dat de bestuurder op dit vlak wellicht te kort geschoten is.. Spreker vindt het belangrijk dat Berkelland kan kiezen tussen de projecten, waaraan wordt deelgenomen. De verantwoording van projecten wordt verwerkt in de jaarrekening en het jaarverslag, terwijl aan de voorkant van het verhaal een projectplan wordt gepresenteerd om de organisatie op te tuigen. Dit maakt de situatie onduidelijk. Als geld nodig is aan het begin van een traject, wordt er gelobbyd en is duidelijk welke middelen gewenst zijn, maar in de loop van een project verdwijnen de kosten in het jaarverslag en zijn ze niet duidelijk te traceren, waardoor voor hem onduidelijk wordt of de kosten aan de juiste zaken zijn uitgegeven en of het doel is bereikt. Hij pleit er dan ook voor om de verantwoording van de projecten door te geven, aan de hand van een projectevaluatie. Bovendien zou de Regio Achterhoek een katern in de begroting krijgen, waarin de plannen en uitgaven apart zouden worden vermeld. Die heeft hij tot nu toe niet gezien. Wel staat de Regio Achterhoek vermeld bij de gemeenschappelijke regelingen en hier en daar zijn projecten genoemd, maar het aparte katern ontbreekt nog. Met betrekking tot het draagvlak van de 3 O’s concludeert hij dat de ondernemers steeds meer aansluiten. Hetzelfde zal gelden voor maatschappelijke organisaties. Volgens hem hadden deze instanties ook kunnen aansluiten bij de programmateams. Dat is blijkbaar niet gebeurd. Hij is benieuwd of naast de enthousiaste ondernemers, die de voorhoede vormen, ook andere ondernemers en organisaties enthousiast zijn.
8
De tijd zal dit uitwijzen. Op de vraag van de inspreker of de ondernemers kunnen rekenen op de gemeente Berkelland antwoordt hij, dat Berkelland wel degelijk iets kan met goede plannen van ondernemers. Spreker verwacht dan ook dat de ondernemers kunnen rekenen op de gemeente Berkelland. De heer Scharenborg verstrekt een toelichting. De rol van de raad is van belang bij financiën en projectorganisaties en blijft in feite gelijk aan de rol op dit moment. Lijnen die leiden tot projecten en financieringsbehoeften worden ter kennis gebracht van de raad en de raad dient een beslissing te nemen over de beschikbaarstelling van middelen. Hoe dit in de toekomst zal uitwerken, moet nog blijken. In de begroting zal met ingang van 2012 ruimte aanwezig zijn, om te kunnen participeren in projecten. Zo niet, dan dient elk project afzonderlijk aan de orde te worden gesteld. Dat wordt qua tijdsplanning lastiger. In het kader van recreatie en toerisme is de afgelopen tijd gekozen voor een aantal projecten, met een doorlooptijd van 3 à 4 jaar. Er is een meerjarenbudget voor afgesproken. De projecten zijn daarin benoemd, evenals de middelen, de doorlooptijden en resultaten. Dit model zou ook nu kunnen worden toegepast naar de raad toe, met tussentijdse informatie verstrekking. Hier zit een fundamentele positie voor de raad in. *Met betrekking tot de verdeelsleutel in de financiering tussen bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en overheid stelt hij dat door de Regio Achterhoek het proces van Achterhoek 2020 wordt gefaciliteerd. Dit gebeurt vooral door de bestaande organisaties en met de bestaande middelen. Er wordt geen extra geld gevraagd voor Achterhoek 2020, want de begroting van de Regio Achterhoek blijft op het huidige niveau gehandhaafd, inclusief de bezuinigingstaakstelling waarover is gesproken. Nu wordt gevraagd of bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties in staat zijn 10% bij te dragen aan de proceskosten. Het lijkt op dit moment een reële vraag, waarnaast bij projecten waar sprake is van een groter eigen belang, zeker een andere verhouding zal gelden. Project zullen een zelfstandige financiering en wellicht een zelfstandige bemensing krijgen. Verantwoordelijkheden zullen op projectniveau worden afgesproken. De keuze is mogelijk om in bepaalde projecten te participeren en in andere projecten niet. De toetsing vindt plaats in werkplaatsen of eventueel in een overkoepelende stuurgroep; de besluitvorming zit daar niet in. Degenen die de projecten financieren zijn de feitelijke besluitvormers. Het model van overleg vindt plaats via portefeuillehoudersoverleg. Tot nu toe is sprake van vier programnateams, maar dit kan worden uitgebreid naar 6, 7 of 8 overlegsituaties, afhankelijk van de onderwerpen en portefeuilleverdeling. Met betrekking tot ruimtelijke ordening en wonen zal er bovendien portefeuillehoudersoverleg blijven inzake de sociale en economische vitaliteit in de Achterhoek. Er was nog geen programmateam ‘sociaal’, terwijl een overleg over sociale aangelegenheden, welzijn en zorg bestond. Bekeken wordt of een portefeuillehoudersoverleg op dit gebied kan worden ingepast in het werkplaatsenoverleg, vanwege het toetsen van projecten over voorstellen rond de Strategische Agenda voor de komende jaren. Er vinden mutaties plaats en er wordt meer aangesloten op een breder traject van waar de gemeenten mee bezig zijn. *Gevraagd is hoeveel ondertekenaars er moeten zijn voor het convenant. Hij licht toe dat geen sprake is van een besluitvormingsstructuur, maar dat gesproken wordt van overleg op coöperatieve basis. Het is een coöperatief model, maar geen coöperatie als juridisch instituut. Er bestaat dus behoefte aan zoveel mogelijk draagvlak en zo veel mogelijk partijen uit het bedrijfsleven, de maatschappelijke organisaties en overheden bijeen, om inhoud te kunnen geven aan de Strategische Agenda en de urgentie te bepalen. Dit kan ook van invloed zijn richting lobby naar Arnhem, Den Haag en Brussel toe, als sprake is van essentiële onderdelen die door het bedrijfsleven beschikbaar worden gesteld en vermeerderd kunnen worden in de loop van het traject. Juist voor dat meerdere dient positie te worden opgebouwd. Daarvoor is meer van belang dat grotere partijen participeren, boven het aantal partijen.
9
In en ander overleg is gesproken over een dorpsraad, die lid moet kunnen zijn van een coöperatie. Dat is mogelijk, maar er is geen sprake van een gewogen stemming. De organisatie begint daarom te lijken op een intelligent netwerk. *Ten aanzien van de vraag naar informatie over projecten en de resultaten ervan stelt hij dat de structuur zodanig dient te zijn, dat er informatie moet komen naar de raad toe over de projecten die spelen, het resultaat dat beoogd wordt. Voor de middelen is immers de goedkeuring van de raad nodig. Dat is een sterk sturingsmechanisme. Er zal een rapportagesysteem moeten komen. Dit kan worden geënt op strategische projecten. Hiervan kan sprake zijn op regionaal niveau, maar bij gemeentelijke projecten, moet ook aan de gemeenten worden gerapporteerd, zodat duidelijk is wat er met het geld van de gemeente gebeurt gedurende de doorlooptijd van een project. Uitwerking van dit fenomeen dient nog plaats te hebben en kan per project verschillen. Eén en ander is afhankelijk van het project, de middelen, de kwaliteit van betrokkenen van de gemeente en/of van het bedrijfsleven. *Met betrekking tot de betrokkenheid van gemeenten zegt hij, dat tot nu toe de programmamanagers vanuit de Regio Achterhoek werden geregeld. Er was sprake van prima mensen, met een goede inzet. Naast de programmateams was er nog een overlegstructuur met beleidsmedewerkers van 8 à 10 gemeenten hetzelfde werk deden binnen het programmateam, met een eigenstandig advies aan hun portefeuillehouder, met een eigen voorbereiding, evaluatie en terugkoppeling aan de raad. Gelet op het feit dat nog meer moet worden samengewerkt en beter resultaat moet worden behaald en de bereidheid samen te werken, kan de medewerker met de beste competenties op een bepaald project ingezet worden voor alle gemeenten. Daardoor worden de kwaliteiten vanuit de organisaties nog beter benut. *De structuur bepaalt niet het resultaat. Soms is structuur nodig om bepaalde zaken te regelen en bijvoorbeeld de verantwoording naar de raad te verzorgen. Structuur is echter niet bepalend. Verder evolueren vanuit de vorige periode is wellicht een optie. Het aanpassen van vier programmateams in 6, 7 of 8 portefeuillehoudersoverleggen is misschien een door evolueren in breder traject, waarbij beter de samenwerking wordt gezocht. In de oude manier van werken was contact met het bedrijfsleven mogelijk, maar dat werd verschillend benut. In de ene sector bestond meer directe betrokkenheid dan bij de andere sector. In de discussie rond de Regio Achterhoek is bewust gekeken naar de positie van het portefeuillehoudersoverleg. Het bedrijfsleven kijkt immers ook kritisch naar de eigen vertegenwoordiging binnen de branche. Dit doen de gemeenten ook en die situatie kan niet gelijk in een collectief worden samengebracht. De VNO/NCW maakt bijvoorbeeld een eigen afweging waarop wordt ingezet. De portefeuillehouders van de 8 regiogemeenten bepalen dit ook voor zich en soms gezamenlijk. Indien een project voor een gemeente niet interessant is, wordt overwogen om daarin niet te participeren. Een dergelijke eigenstandige afweging hoort bij het model om zoveel mogelijk snelheid te halen en keuzes te kunnen maken. Gemeenten kunnen niet deelnemen aan 20 projecten, omdat de budgetvraag dan te hoog wordt. Het aanwezige budget voor projecten is niet oneindig. Er zullen dus keuzes moeten worden gemaakt. Het geld dat voor projecten kan worden vrijgemaakt, moet worden ingezet op de juiste projecten. Vervolgens dient via de lobby Arnhem, Den Haag, Brussel te worden getracht iets toe te voegen, zodat zo veel mogelijk kan worden gedaan met een beperkt beschikbaar budget. Dit dient vervolgens aan te sluiten op het beschikbaar krijgen van middelen uit het bedrijfsleven in belangrijke projecten. Die mix moet worden bewerkstelligd. *De rolverdeling verandert niet veel. Er wordt slechts meer afgestemd, om het resultaat binnen te halen. *Ten aanzien van de verantwoording is afgesproken dat een separaat stuk verantwoording in de begroting zal worden aangeleverd. In de nieuwe begroting is een deel van de verantwoording van de Regio Achterhoek vermeld onder de kop gemeenschappelijke regelingen.
10
Daarnaast moet worden gekeken hoe de projectverantwoording moet gaan plaatsvinden. Dit deel moet nog verder worden uitgewerkt. Stap voor stap moet hieraan meer invulling worden gegeven. *De komende 2 à 3 maanden moet het draagvlak duidelijk worden, voordat in november 2011 het convenant wordt getekend. Het voorstel zal in de raad aan de orde komen. De heer Nijhuis merkt op dat het verstrekken van informatie naar de gemeenteraden toe nog nader zal worden bekeken. Omdat geen sprake is van een eenheidsworst zal de informatie moeten worden aangepast per project. Spreker streeft echter juist naar uniformiteit en adviseert om per project evaluatie eenzelfde format te gaan gebruiken. Lokaal wordt al geprobeerd de informatie naar de raad toe duidelijker te laten worden. Hij adviseert dan ook ouderwets 2 A4-tjes aan te leveren met de informatie hoe de projecten zijn verlopen. Dit voorkomt dat raadsleden zelf moeten proberen alle informatie te verzamelen. *De structuur bepaalt niet het resultaat, aldus de wethouder. Spreker is dit met hem eens. Ook in de oude structuur had een goed resultaat kunnen worden nagestreefd, met een andere agenda. *Theoretisch gezien zijn er veel projecten, maar in de praktijk vindt een beperking plaats vanwege de inzet en de budgetten bij de gemeenten. De Regio Achterhoek is beperkt in hetgeen kan worden gemanaged en geregisseerd. In 2008 was het de bedoeling om tot concentratie in thema’s te komen. Hij pleit dan ook om ervoor te waken dat alle projecten op de kar worden geladen, want dat is onmogelijk. De heer Pelle bedankt voor de duidelijke uitleg door de wethouder. Hij gaat er van uit dat ondernemers en/of organisaties bij sommige projecten grotere belangen hebben dan bij andere projecten. Graag verneemt hij of de voorgestelde verdeelsleutel kan worden gewijzigd voor de projecten. Als partijen baat hebben bij projecten, moeten ze bereid zijn hierin te investeren. De heer Van Wijck verzoekt om extra verduidelijking door de wethouder. Er is gezamenlijk een budget afgesproken voor de Regio Achterhoek. Van die zijde wordt gesteld dat in de regio een taakstellende bezuiniging van 10% plaatsvindt. Hij vraagt zich af of 10% bezuiniging taakstellend is, mede gelet op de percentages die in Berkelland worden gehanteerd. Hij maakt onderscheid tussen proceskosten, waarop een bezuiniging van 10% moet plaatsvinden binnen de Regio Achterhoek en daarnaast de projectkosten. Er is al vaker gediscussieerd over flexibiliteit, variabele en vaste kosten, het al dan niet deelnemen aan projecten. Dit lijkt goed, maar qua kosten klopt het niet met de huidige kosten, budgetten, taakstelling, projectkosten, e.d.. Hij vreest dat de financiering niet uit komt en vraagt om verduidelijking. De heer Scharenborg beaamt dat het voor alle gemeenteraden wenselijk is om te kunnen beschikken over uniforme formats aangaande de projecten, zodat duidelijk is wat de taakstelling is, welke tijdsperiode met het project is gemoeid, wat het budget is, hoe de verwachting is, e.d. Spreker wil proberen hiervoor een vorm te vinden, vooruitlopend op hetgeen nog moet worden uitgewerkt. Hij denkt daarbij aan de voortgangsrapportages, die een duidelijk overzicht verstrekken en een rollende agenda geven, ook naar de toekomst. *Spreker is het eens met de opmerking dat focus moet worden aangebracht. Er kunnen vele kleine projecten worden gedraaid, maar het is vooral binnen het samenwerkingsverband in de komende periode van belang om op de essentiële onderwerpen en op de Strategische Agenda te toetsen. Hierbij kan sprake zijn van vele onderwerpen binnen duurzaamheid. Aan alle partijen zal steeds moeten worden gevraagd of de projecten een substantiële bijdrage leveren aan de kwaliteit van de Achterhoek, qua structuur, qua economische en sociale vitaliteit, qua landschap en natuur.
11
Deze vragen komen telkens terug in de werkplaatsen, waar de toets moet plaatsvinden als bijdrage voor de Strategische Agenda voor de Achterhoek. Gebeurt dit niet, dan zal minder of geen lobby plaatsvinden vanuit het collectief. Bij projecten is sprake van intergemeentelijke beoordeling of al dan niet wordt geparticipeerd. De raad is dus gezamenlijk in staat focus aan te brengen, naar aanleiding van het portefeuillehoudersoverleg en de terugkoppeling daaruit. Portefeuillehouders blijven immers aanspreekbaar. *In de procesgang worden geen programmamanagers meer geleverd door de Regio Achterhoek voor gemeenten of het bedrijfsleven, maar zijn de portefeuillehouders aanspreekbaar. Hierdoor krijgt de Regio Achterhoek iets ruimte in haar budget. Die ruimte in het basisbudget is beschikbaar voor het houden van de structuur van de werkplaatsen, het lobbyen, het organiseren van secretariaatsondersteuning, agenda’s en verslagen, voor de onderlinge afstemming tussen de bloembladeren, waarover de heer Wilschut al gesproken heeft. Op projectniveau kan de verdeling van de kosten heel anders zijn, dan de verdeelsleutel 80% Regio Achterhoek, 10% bedrijfsleven, 10% maatschappelijke organisaties. Er kan bij projecten sprake zijn van een gelijke verdeling tussen de partijen, maar het kan ook voorkomen dat het bedrijfsleven meer betaalt dan de overheid. *Hij stelt dat kritisch moet worden gekeken naar de financiën en te behalen resultaten. De variabele verdeling van kosten bij projecten is een model waarbij binnen de gemeente Berkelland kan worden gekeken wat van belang is voor de gemeente en/of voor de Achterhoek om te participeren, naast de algemene financiering van de Regio Achterhoek om het fenomeen Achterhoek 2020 in stand en up to date te houden De projectkosten dienen kritisch te worden beoordeeld. Als voorbeeld noemt hij de programmateams, met 8 portefeuillehouders en 8 beleidsmedewerkers namens de gemeenten. Voor een deel overlappen de activiteiten van beiden elkaar. Door dit proces te vervangen door portefeuillehoudersoverleg, waarin één programmamanager per onderwerp actief is, kan efficiënter worden gewerkt, zowel financieel als qua kennis. Hierin kan een slag worden gemaakt. De heer Nijhuis interrumpeert met de vraag waar de stap blijft naar één regionale beleidsafdeling, wanneer de wethouder uitlegt hoe het portefeuillehoudersoverleg moet gaan werken en door de Regio Achterhoek wordt gestreefd naar een kenniscentrum. Het gevaar schuilt erin, dat eenzelfde situatie ontstaat als bij de GGD, die zich autonoom opstelt als kennisinstituut en van daaruit wil delegeren. Spreker ziet hier een kans in, maar ook een gevaar en is benieuwd wanneer een regionale beleidsafdeling aanstaande is. De heer Scharenborg is van mening dat de vraag van de heer Nijhuis goed past in de strategische discussie, die de raad hierover dient te voeren. De Voorzitter beëindigt de beraadslagingen en concludeert dat het voorstel als bespreekstuk zal worden geagendeerd voor de aanstaande raadsvergadering. 10. Aandelenoverdracht Twence BV. Mevrouw Hoytink merkt op dat in het voorstel is vermeld dat er geen financiële consequenties aan de stukken verbonden zijn. Ze vraagt of hierover advies is gevraagd aan de accountant, omdat de gemeente Berkelland als aandeelhouder mede aansprakelijk is bij een negatief saldo. De heer Nijhuis vraagt of het college voornemens is om de aandelen, na het aanvaarden hiervan, te koop aan te bieden. Wellicht is het goed om te beoordelen of in het kader van ‘Samen Anders’ het houden van aandelen een gemeentelijke taak betreft.
12
De heer Boer licht toe dat de aandelen overgaan in handen van de gemeente Berkelland. Hierdoor verandert er eigenlijk weinig in de situatie. Circa een jaar geleden is gediscussieerd over een superdividend en of de overheid positie moet blijven innemen. De uitvoering daarvan vindt nu plaats. Indien het college voornemens zou zijn om de aandelen te verkopen, dienen ze eerst aan de andere aandeelhouders te koop moeten worden aangeboden. Mochten zij geen belangstelling hebben, dan kunnen ze op de markt worden aangeboden. Afgevraagd moet worden wat ze waard zijn. De komende tien jaar ontvangt Berkelland een superdividend van ± € 130.000,=. Daarnaast is het rendement uit de bedrijfsvoering circa € 20.000,= per jaar. Dit feit, afgezet tegen de 14.000 aandelen, die in totaal € 819.000,= waard zijn, levert niet veel extra rendement op. Eigenlijk dient omtrent de deelname in een instantie als Twence BV overwogen te worden of Berkelland hier gelukkig mee is. Berkelland is verplicht tot 2022 te leveren, vanwege de voormalige verbinding met Neede. De markt van afvalverwerking is echter aardig in beweging en gemeenten zijn al van mening dat zij hun eigen superdividend betalen, omdat ze een hoog verbrandingstarief betalen en gemeenten er omheen ongeveer de helft aan kosten betalen. Misschien is de overweging terecht, na de overdracht van de aandelen, om ze te verkopen, al zal de verkoopwaarde niet bijster hoog liggen. Er is wellicht sprake van een principekwestie, welke taken in overheidshand blijven en welke niet. Indien de aandelen echter aan een andere gemeente worden verkocht, blijven ze overigens ook in handen van de overheid. Hij adviseert deze discussie te zijner tijd te voeren, als de aandelen gemeentelijk eigendom geworden zijn. Spreker stelt dat de positie van Berkelland niet wijzigt ten opzichte van de vorige situatie, omdat Berkelland toen ook gebonden was vanwege de aandelen. Mevrouw Hoytink interrumpeert met de opmerking dat de invloed van de gemeente Berkelland nu rechtstreeks wordt, waardoor de aandelen bij een negatief saldo ook rechtstreeks terugkomen. Gelet daarop is ze benieuwd of advies is gevraagd aan de accountant, mede in relatie tot de winst- en verliesrekening van Twence BV. De heer Boer gaat er van uit, dat de accountant om advies is gevraagd. Hij zal dit zekerheidshalve navragen. De heer Nijhuis betreurt dat niet verder gedacht is dan de aandelenoverdracht en de opbrengst van € 150.000,= per jaar. De heer Boer interrumpeert met opmerking dat de eerste tien jaar een superdividend zal worden ontvangen van € 130.000,= per jaar. Het normale dividend bedraagt € 20.000,= per jaar. De heer Nijhuis stelt dat Berkelland de eerste tien jaar dus in totaal € 1.500.000,= zal ontvangen. Stel dat Berkelland bij verkoop € 1.000.000,= kan ontvangen, dan is er via GroenLinks nog een revulving fond voor het aanpassen van woningen naar meer energiezuinige maatstaven en bestaat de mogelijkheid voor een deal. De verkoop van de aandelen zou voor hem dan ook het overwegen waard zijn. De heer Boer ziet het initiatiefvoorstel van de fractie van GroenLinks graag tegemoet. De Voorzitter concludeert dat het voorstel als hamerstuk kan worden geagendeerd voor de aanstaande raadsvergadering.
13
11. Vergaderrooster 2012. De Voorzitter wijst er op, dat er één vergaderdatum moet worden toegevoegd aan het rooster, namelijk de vergadering van het presidium op 13-11-2012 om 16.00 uur. Het voorstel kan als hamerstuk worden geagendeerd voor de aanstaande raadsvergadering. 12. Winkeltijdenverordening 2011. De heer Westra merkt op dat D66 in de Tweede Kamer een initiatiefwetsvoorstel heeft ingediend, om te komen tot een Winkelwetverordening met verruiming van de openingstijden voor winkels. Helaas heeft het voorstel geen meerderheid behaald. Dit heeft consequenties voor Berkelland, want daardoor is Berkelland beperkt in haar mogelijkheden voor de zondag openstelling van winkels. De voorliggende verordening is daarom voor Berkelland het maximaal haalbare. Spreker adviseert het college te onderzoeken wat de invloed kan zijn van zondag openstelling op het toerisme, dat toch een belangrijke economische component voor de gemeente Berkelland is. De heer Nijhuis wijst er op dat het initiatiefvoorstel van D66 mede is ingediend door GroenLinks. Toch heeft het voorstel geen meerderheid kunnen behalen. Hij komt terug op het begeleidende schrijven bij de onderhavige verordening, waarin staat dat de tekst uit artikel 9 van de verordening is geschrapt. Dit betrof de openstelling van winkels op kampeerterreinen, die is vervallen. Voorgesteld wordt nu om winkels op kampeerterreinen alleen op 12 aan te wijzen zondagen open te laten zijn. In de modelverordening staat de situatie anders omschrijven en zijn fractie stelt dan ook voor om het voor kampeerterreinen mogelijk te maken op zondagen in het seizoen open te zijn. Hij heeft de tekst van de verordening uit de gemeente Rhenen erbij gepakt en stelt voor het volgende artikel toe te passen in Berkelland. “Artikel 10 – Toerisme De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van deze plaatsen, niet voor kampeerplaatsen, campings en andere recreatieterreinen gedurende de periode april t/m oktober, voor zover het betreft de verkoop van levensmiddelen aan klanten, welke tevens kampeerder of gast van de camping of het recreatieterrein zijn.’ Op basis van de modelverordening kan categoriaal de opening voor plekken van toeristisch belang worden toegekend. Campings vallen hier volgens hem onder, want zo niet, zal de camping waarschijnlijk failliet gaan. Het lijkt hem een zinnige aanvulling op de verordening en hij is benieuwd naar de reactie van de overige fracties. Mevrouw Wormgoor concludeert uit het collegevoorstel dat door de supermarktbranche en andere ondernemers nadrukkelijk is gevraagd naar zondag openstelling. Het college heeft gezocht naar mogelijkheden om verruiming een kans te geven. Ze vraagt of het college rekening houdt met ondernemers, voor wie het verruimen een probleem kan worden, vanwege de verplichting die ze voelen om extra open te gaan, het vinden van personeel, of overlast van andere aard. In de huidige verordening staat dat drie supermarkten op zondag in Berkelland open mogen zijn van 16.00 tot 20.00 uur, naast de regeling van maximaal 12 zondagen per jaar. Spreekster is benieuwd of dezelfde situatie ook vanaf 1-1-2012 zal gelden, omdat het aantal supermarkten dat op zondag geopend mag zijn is gekoppeld aan het aantal inwoners, dat per 1-1-2011 minder dan 45.000 betreft en één supermarkt is gekoppeld aan 15.000 inwoners. Hieruit kan een verdergaande krimp al worden geconstateerd. Ze wil dan ook graag weten of Berkelland per 1-1-2012 drie supermarkten geopend mag hebben op zondag. *Met betrekking tot het toerisme kan het college ontheffing verlenen voor openstelling in toeristische gebieden als de lokale aantrekkelijkheid voor toeristen aanwezig is.
14
Spreekster vraagt of die ontheffing de kans geeft om meer winkels open te laten zijn, met motivering. Er zijn veel eisen aan verbonden. Ze is benieuwd of het college hiernaar onderzoek wil doen. *Zij is bovendien nieuwsgierig of het college zicht heeft op het aantal ondernemers dat de winkeltijden verruimd zou willen zien. Graag toelichting. *In de stukken wordt gesproken over winkels en supermarkten, hetgeen is toegelicht in de verordening. Ze vraagt of de winkel waarover wordt gesproken, dus waar etens- en drinkwaren worden verkocht, ook een bakkerij kan zijn. Dit verruimt het aantal ondernemers dat kan reageren. De heer Roosenboom zegt dat de fractie van Ondernemend Berkelland zich kan vinden in de woorden van de heer Westra. Veel is landelijk geregeld en valt niet te veranderen. Zijn fractie is voorstander van verruiming, zoals door GroenLinks is voorgesteld en is benieuwd of de wethouder hiermee kan instemmen. Mevrouw Wannink merkt op dat in het voorstel is vermeld, dat nadrukkelijk is gekeken naar de mogelijkheden tot verruiming van de zondag openstelling. Toch zijn ze in het voorstel niet verruimd, hetgeen de VVD fractie betreurt. Zij verzoekt hier alsnog naar te kijken. Campingwinkels trekken een stroom bezoekers en toeristen aan, die komen op tijden dat andere winkels gesloten zijn. Ze acht het dan ook voor de aantrekkelijkheid van de betrokken bedrijven van belang, dat deze winkels geopend zijn. Haar fractie streeft er dan ook naar om de openstelling op alle zondagen in het seizoen mogelijk te maken, wellicht overeenkomstig het voorstel van de heer Nijhuis hierover. *Op dit moment zijn drie supermarkten in Berkelland op zondag beperkt geopend. Dit is gebaseerd op de norm van één winkel per 15.000 inwoners. De wetgever heeft in het algemeen een norm bepaald, zonder dat specifiek naar Berkelland is gekeken, maar eerder naar steden en grote woonwijken met meer winkelcentra. Ongeacht de wensen van de supermarkten, ziet de VVD fractie graag de mogelijkheid dat per grote kern een supermarkt geopend kan zijn op zondag. Voor Berkelland gaat dit dus om 4 open winkels op zondag, in plaats van de huidige 3. Spreekster verwijst hiertoe naar artikel 5 van de Winkeltijdenwet, waarin het college een uitzondering kan maken om de winkels te kunnen openen. Mevrouw Baarssen sluit zich graag aan bij het voorstel van GroenLinks voor de kampeerterreinen. Dit trekt toeristen. Het kampeerseizoen loopt vaak van april t/m oktober, waardoor het openstellen van 12 zondagen te weinig is. Ze vraagt naar de situatie bij boerderijwinkels, zoals IJsboerderij ’t Dommerholt. Zij zijn regelmatig op zondag geopend en spreekster is benieuwd op grond waarvan dit wordt toegestaan. IJsboerderijen hebben volgens haar geen horecavergunning en ze vraagt zich af waar deze bedrijven onder vallen. Bovendien vraagt zij waar de slijterij afdeling van Emté onder valt, die ook op zondagen geopend is. Ze is benieuwd hoe hiermee wordt omgegaan en of daartoe een uitzondering wordt gemaakt. De heer Jonk zegt dat zijn fractie een andere mening is toegedaan dan de meeste partijen. Er zijn andere activiteiten waardiger op zondag dan winkelen. De maatschappij verandert echter en het is een goede zaak dat de Winkeltijdenverordening hiernaar wordt aangepast. Vergeleken met de landelijke wetgeving lijkt het in Berkelland niet haalbaar om in de vier grote kernen een winkel geopend te hebben op zondag. Wel hoopt spreker dat er drie winkels opengesteld kunnen worden, ondanks enkele inwoners minder dan 45.000. Zijn fractie stemt in met het voorliggende voorstel en ook het aanvullende voorstel van GroenLinks lijkt reëel, als hiertoe mogelijkheden toe bestaan. Het CDA zal instemmen met een eventuele aanvulling in die richting.
15
De heer Boer licht toe dat de voorliggende Winkeltijdenverordening een vervolg is op de huidige verordening. Er zijn artikelen omgenummerd en inhoudelijk is het één en ander gewijzigd. Het college heeft gekeken wat er aan de raad voorgelegd kon worden ter verruiming van de mogelijkheden. Vanuit de ondernemers en supermarktbranche is aangedrongen op ruimere openingstijden. Dit betreft vaak bepaalde categorieën winkels en bijvoorbeeld geen bakkerijen. Het signaal kwam uit de supermarktbranche, waarbij de meerderheid van de supermarkten aandringt op het allemaal open kunnen zijn op zondag. Via gezonde concurrentie zullen er waarschijnlijk na verloop van tijd enkelen weer sluiten, maar verzocht is om dit aan de markt over te laten. Hiernaar had het college willen kijken, maar gelet op de stemming in de Tweede Kamer is dit er niet van gekomen. De verruiming kan alsnog worden doorgevoerd, indien de gemeente Berkelland als toeristisch gebied wordt aangemerkt. Dit vergt onderzoek en dat brengt kosten met zich mee. Het college is voornemens om in een internetpanel deze vragen mee te nemen om de bevolking te peilen. Daarnaast wordt vanuit de winkeliers gevraagd om nader onderzoek, maar daartoe zal het initiatief uit de branche zelf moeten komen. Dit zeker indien de behoefte uit de eigen bevolking laag is. Overigens verwacht hij dat openstelling van supermarkten eerder voorziet in een behoefte dan van andere winkels. Dat moet uit de internetpeiling blijken. De gemeente Berkelland kan het totale onderzoek zeker financieel - niet trekken. *Berkelland borduurt derhalve voort op de oude situatie, waarbij spreker ervan uitgaat dat ook in 2012 er 3 supermarkten op zondag geopend kunnen zijn. In het kader van artikel 5 van de Winkeltijdenverordening zouden 4 supermarkten geopend kunnen worden. Spreker deelt de interpretatie van dit artikel echter niet. Hij is bereid hiernaar te kijken. Hij is immers geen jurist. Indien de mogelijkheid aanwezig is, zou het wenselijk zijn om in vier kernen een supermarkt op zondag te openen. Spreker verwacht niet dat deze rek er in zit, maar zegt toe hiernaar te zullen informeren. *Met betrekking tot de kampeerterreinen is hij bereid na te gaan of verruiming in de openingstijdens van de winkels op deze terreinen toegepast kan worden. Als deze ruimte aanwezig is, kan hierover een amendement worden ingediend. Het college zal hier niet afwijzend tegenover staan. *Ten aanzien van boerderijwinkels zoals ’t Dommerholt vallen deze boerderijwinkels volgens hem meer onder de horeca of het kamperen bij de boer, dan onder de Winkeltijdenverordening. Mevrouw Baarssen interrumpeert met de opmerking dat de slijterij bij Emté in Borculo bij de supermarkt hoort, maar eigenlijk wel een aparte slijterij betreft. Andere slijterijen zouden gelet daarop kunnen vragen om ook op zondag geopend te mogen zijn. De heer Boer licht toe dat de slijterij geopend zal mogen zijn, indien deze een juridische entiteit vormt met de supermarkt, maar indien sprake is van een apart slijterij niet. Spreker zal de situatie nagaan. De heer Westra constateert dat de VVD in Berkelland anders denkt dan de landelijke VVD. Indien de VVD namelijk het initiatief wetsvoorstel had gesteund, waren nu alle wensen van die partij vervuld. Zijn fractie zal het voorstel van GroenLinks over kampwinkels graag steunen. De heer Nijhuis vindt het idee sympathiek om in vier grote kernen een supermarkt open te kunnen stellen. Overigens is het in deze tijd niet mogelijk om alles te verdelen over de vier grote kernen. En om 15.000 inwoners erbij te krijgen voor de mogelijke openstelling van een vierde supermarkt is bovendien een zware opgave. Spreker vindt het een goed idee om de behoefte te peilen via een internetpeiling en indien hieruit behoefte blijkt, kan de branche worden gevraagd om een bijdrage te leveren. Hij zegt toe aan de hand van zijn voorstel voor de winkels op kampeerterreinen een amendement te zullen gaan voorbereiden.
16
Mevrouw Wormgoor stelt dat aardig wordt gegoocheld met getallen over 15.000 inwoners erbij voor een vierde supermarkt of 133 erbij voor de reguliere derde supermarkt. Ze gaat er van uit dat drie supermarkten op zondag geopend mogen zijn. Spreekster steunt het idee van een internetpeiling naar de behoefte aan zondag openstelling van winkels en is daarbij tevens benieuwd of er nog tegenstemmers zijn. Het is van later orde om het initiatief door de supermarktbranche te laten betalen. Zij is van mening dat de situatie rond de IJsboerderij ’t Dommerholt en een bakkerij redelijk in hetzelfde gebied verkeert en verzoekt om duidelijkheid. De verordening biedt ruimte voor dergelijke ontwikkelingen. De heer Boer licht toe dat wordt gesproken over supermarkten in de grote kernen, maar in de verordening gaat het puur om een aantal supermarkten. Indien dus een aanvraag uit een kleine kern komt, is die mogelijkheid eveneens aanwezig. Het laten betalen van een onderzoek door de branche betreft niet de internetpeiling, maar een onderzoek naar de mogelijkheden voor de toeristische branche. Hetzelfde geldt voor een bouwvergunning of bestemmingsplanwijziging, waarvoor de betrokkenen de kosten betalen. De zondag openstelling is zuiver bedoeld voor supermarkten. Alle andere winkels komen niet in aanmerking voor openstelling op zondag, tenzij sprake is van horecasituaties. Hij gaat ervan uit dat een ijssalon daaronder valt, maar een bakkerij niet. De Voorzitter beëindigt de beraadslagingen en concludeert dat het voorstel als bespreekstuk zal worden geagendeerd voor de aanstaande raadsvergadering. 13. Instemmen met c.q. wensen en bedenkingen kenbaar maken ten aanzien van deelname aan de Stichting GovUnited. De heer Van Wijck merkt het volgende op. Het goed regelen en organiseren van infrastructuur is een belangrijke basis voor veel processen binnen de gemeente. Destijds heeft Berkelland gekozen voor samenwerking binnen GovUnited. Dat is een verstandige stap. Bij het ontwikkelen van platforms, programma’s, e.d. zijn veel risico’s betrokken, zowel financieel als organisatorisch. Nu de toepassing Triple C is ontwikkeld, moeten nog vele stappen worden gezet richting processen en structuren. Dit zal nog veel energie vergen en dat is één van de redenen waarom het goed is de ontwikkelingen gezamenlijk op te pakken. Hij vraagt aan de portefeuillehouder en organisatie om niet te hard te lopen en verzoekt de grote gemeenten de kastanjes uit het vuur te laten halen, waarna Berkelland kan aansluiten. Berkelland hoeft niet altijd voorop te lopen. *Ten aanzien van de financiën wordt gesteld dat mogelijk een budget van € 730.000,= bovenop de voorfinanciering nodig is, door voor een deel betwiste facturen. Blijkbaar komen deze facturen van gemeenten die eerst hebben geparticipeerd, maar later zijn afgehaakt. Hij vraagt of nog meer zaken spelen bij de ontwikkeling van het pakket, dan wel of hiermee het totale risico is aangegeven. Spreker is bovendien benieuwd of eventuele positieve saldi in de toekomst ook met de participanten zullen worden verrekend. Hij vraagt of er meer leden kunnen toetreden en hoe de verhoudingen dan komen te liggen. Op dit moment wordt per inwoneraantal gerekend en omdat Berkelland haar nek heeft uitgestoken, hoopt spreker dat de gemeente hiervan te zijner tijd kan profiteren. *Het documentbeheerssysteem is van belang en het Raads Informatie Systeem (RIS) heeft hiermee te maken, daarnaast is de dienstverlening voor de burger belangrijk. Gelet op dit alles verzoekt hij om nadere toelichting van het proces en de ontwikkelingen aan de raad in bijvoorbeeld een Informerend Commissie. Overigens is zijn fractie positief over het voorliggende voorstel.
17
De Voorzitter gaat er van uit dat het verzoek om een Informerende Commissie met nadere toelichting over GovUnited bij het presidium zal worden neergelegd. De heer Nijhuis zegt dat vanavond gesproken wordt over GovUnited, ICT dus. Dit is niet zijn sterkste kant. Daarom heeft hij via Twitter om meningen gevraagd. Hij heeft diverse reacties ontvangen en vanmiddag belde zelfs een marktpartij, die midoffice systemen aanbiedt. Twitter werkt dus goed. Spreker begrijpt het nut van ICT en van een midoffice, die nu is voorbereid. Hij zou denken dat GovUnited daarmee ook klaar is met het werk en zou zich kunnen afvragen, waarom Berkelland zich moet aansluiten bij deelname aan de nieuwe stichting. Hij heeft geïnformeerd naar alternatieven en er kan aansluiting worden gezocht bij Dimpact, zoals in de gemeente Enschede is gebeurd. Hij vraagt waarom Berkelland daar niet bij aansluit en om welke redenen gemeenten onderling de concurrentie aangaan. Er worden blijkbaar twee systemen gebouwd, waaruit de beste naar voren zal gaan komen. Daarnaast zijn er marktpartijen die systemen aanbieden. Eén van de marktpartijen, die belde, bood aan om Berkelland voor een derde van de geoffreerde prijs te leveren. Er kan worden gediscussieerd over kwaliteit. In het begin participeerden 17 gemeenten bij GovUnited; nu nemen 15 gemeenten het product af. Dit roept vragen op, of sprake is van een goed systeem en of het logischer zou zijn geweest om aan te sluiten bij Dimpact. Blijkbaar is er geen alternatief, omdat elke andere keuze meer geld kost. Dit strookt echter niet met de aanbieding om hetzelfde tegen een derde van de prijs te leveren. De overstapkosten kunnen dan worden betaald uit het verschil. De vraag is of dit juist is. Hij is dan ook benieuwd of een marktverkenning is uitgevoerd en of is onderzocht hoe hoog de kosten mogen zijn, voordat in de nieuwe stichting wordt gestapt. Omdat de voorbereidingen klaar zijn, zou het project volgens hem nu kunnen worden afgerond. *Er schijnt sprake te zijn geweest van een moeilijk traject, ook rond de aanbesteding binnen GovUnited. Uit een interview met de gemeente Hilversum is gebleken, dat die gemeente enkele jaren geleden tot de voorlopers van e-dienstverlening behoorde, maar dat daarvan nu geen sprake meer is, vanwege de grote vertraging bij de aanbesteding van GovUnited. Op vijfbeloften.nl staat dat Berkelland niet voorop loopt. Het elektronisch indienen van een bezwaarschrift kan bijvoorbeeld nog steeds niet in Berkelland. Hij vraagt dan ook wat GovUnited Berkelland aan vertraging heeft gekost, mede in relatie tot het feit dat de servicepunten al gesloten zijn. De heer Pelle merkt op niet te hebben getwitterd over het onderwerp, maar wel te hebben gegoogled. Hij is geschrokken van de informatie en van de ervaringen die sommige gemeenten met GovUnited hebben. Hij vraagt dan ook naar de praktische ervaring binnen de gemeente Berkelland met het systeem. Ook andere partijen kunnen immers een gelijksoortig programma aanbieden. ICT is duur. Hij is benieuwd naar ervaring met het programma, of het storingsgevoelig is en zo ja in welke mate. Als er uitval is, hoe vaak is er dan uitval? Op blz. 7 van het voorstel staat vermeld, dat de oprichting van de Stichting GovUnited op zich geen nieuwe financiële risico’s met zich meebrengt. Hij vraagt om een toelichting. Zijn fractie is er nog niet uit hoe met het voorstel om moet worden gegaan en of de volgende stap al kan worden gezet. Spreker verzoekt dan ook om nadere informatie en sluit zich aan bij de woorden van GroenLinks. De heer Roosenboom stelt dat ICT en overheid niet altijd een geslaagde combinatie vormen. Zijn fractie is van mening dat het ontwikkelen, onderhouden en beheren van de hele ICT structuur aan de markt moet worden toevertrouwd. Op die manier kan de gemeente Berkelland zich concentreren op de dienstverlening aan burgers en bedrijven.
18
Hij vraagt zich af of er serieuze alternatieven bestaan om het gemeentelijke ICT beheer uit te voeren en of er andere serieuze aanbieders op de markt zijn. Zijn fractie gaat er van uit dat er aan de oprichting van de Stichting GovUnited geen financiële risico’s zijn verbonden. Spreker is voorts benieuwd of bij een dergelijke investering enige Europese aanbestedingsregels van toepassing zijn, waardoor bij enkele marktpartijen offerte zal moeten worden aangevraagd. Mevrouw Wannink zegt het een goede ontwikkeling te vinden om een dergelijk samenwerkingsverband aan te gaan. Toch heeft ze een aantal vragen. *Wat zijn de concrete voordelen van deze samenwerking voor de gemeente Berkelland? *Kan het college een toelichting geven, aan de hand van de samenwerking van de afgelopen jaren en wat deze heeft opgeleverd? *Zijn er meer van dergelijke samenwerkingsverbanden binnen gemeenteland? Het antwoord heeft ze inmiddels van de heer Nijhuis al gehoord. Ze vraagt om nadere informatie. *Wat is het risico dat er landelijk met verschillende systemen wordt gewerkt? *Hoe zit het met de samenwerking binnen de Achterhoek? Is daar ook sprake van verschillende systemen of sluiten alle Achterhoekse gemeenten aan bij GovUnited? *Loopt de gemeente Berkelland geen risico vanwege het negatieve vermogen van GovUnited? *Is Berkelland verplicht om mee te gaan met elke update van GovUnited, of is elke gemeente hier vrij in? Spreekster sluit zich aan bij het verzoek van de heer Van Wijck om nadere informatie te verkrijgen over het ICT gebeuren, in een Informerende Commissie of anderszins. Mevrouw Pot merkt op dat de fractie van Gemeentebelangen positief staat tegenover het voorstel om aan te sluiten bij de nieuwe stichting en gezamenlijk de taken uit te voeren met een aantal gemeenten en de ontwikkelingen niet in eigen hand te houden. Het venijn bij de stukken zat inderdaad in de staart van het voorstel, waar het fors negatieve saldo is vermeld, dat overgaat naar de rechtspersoon. In de stukken staat dat de gemeenten juridisch en financieel verantwoordelijk blijven. Ze vraagt wat dit kan betekenen, indien blijkt dat de verwachtingen niet uitkomen. Spreekster vraagt of Berkelland hierdoor jaren is verbonden aan GovUnited, ook indien mocht blijken, dat niet goed met de Stichting GovUnited kan worden samengewerkt. De heer Mulkens verstrekt een toelichting. De situatie is niet eenvoudig. Er stonden niet voor niets vier functionarissen vooraan het voorstel vermeld, die de raad had kunnen raadplegen voor nadere informatie. Hij licht toe dat een aantal jaren geleden is gekozen voor een samenwerkingsverband, dat destijds is ondergebracht bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. In het bestuur van dat samenwerkingsverband zit de directeur van de organisatie van de gemeente Berkelland. Binnen dit samenwerkingsverband worden zaken opgepakt en contracten gesloten om te komen tot een bepaalde ICT structuur. In die ICT structuur is het normaal, dat wordt gesproken over de wijze van implementeren en over het vooraf betalen aan degene die de structuur ontwikkelt voor de participanten. Afgesproken is, dat gemeenten onder de paraplu van het samenwerkingsverband uit zouden treden op het moment dat het grootste deel van de systemen en producten aanwezig zou zijn. Dat tijdstip is aangebroken. Omdat de gemeenten overeengekomen waren om bepaalde bedragen te betalen, dient een rechtspersoon te worden gecreëerd waarmee verder kan worden gewerkt. De schulden die zijn opgebouwd – ook wel voorschotten – moeten worden betaald. Of Berkelland zich aansluit bij de nieuwe rechtspersoon of GovUnited in het oude systeem zou handhaven, maakt daarin niet uit. De schulden moeten worden betaald uit het abonnementsgeld van de gemeenten aan GovUnited.
19
*Spreker zegt toe dat in de vorm van een soort Informerende Commissie personeel beschikbaar zal worden gesteld om commissie en raad te informeren over de ontwikkelingen. *Er is sprake van betwiste facturen. Het is echter zaak van de nieuwe rechtspersoon, als opvolger van GovUnited onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken, om te kijken hoe deze gelden kunnen worden betaald. Hij kan dit niet garanderen en gaat er van uit dat deze kosten in het negatieve saldo zitten. *Op de vraag waarom aansluiting moet worden gezocht bij een nieuwe rechtspersoon antwoordt spreker, dat alle gemeenten die nu bij GovUnited zijn aangesloten verder willen en de investeringen willen terugverdienen. Er zijn afspraken gemaakt en indien Berkelland zou besluiten zelfstandig met ICT verder te gaan, dan krijgt het college alsnog de rekening gepresenteerd. Berkelland zit vast aan contracten rond de ICT structuur. Indien die contracten ontbonden worden, kost dat meer geld dan in de huidige situatie. *Voorshands zijn er geen kosten vanwege het negatieve saldo. De dekking vindt plaats uit de abonnementskosten van de gemeenten aan GovUnited. *Indien er nieuwe gemeenten aansluiten, zullen deze gemeenten een bepaalde entreesom moeten betalen ter verrekening van door anderen gemaakte kosten in de voorbereiding, vergelijkbaar met andere gemeenschappelijke regelingen. *Spreker garandeert dat er geen nieuwe financiële risico’s aanwezig zijn indien Berkelland aansluit bij de Stichting GovUnited. *Destijds heeft een Europese aanbesteding plaatsgevonden. *Volgens spreker zijn er geen serieuze alternatieven voorhanden. In de tijd dat Berkelland zich aansloot bij GovUnited waren er overigens geen leveranciers aanwezig, die konden leveren binnen het tijdsbestek dat Berkelland wenste. Hij verwacht dat over enige tijd de gemeenten, die zijn aangesloten bij Dimpact, naar hetzelfde systeem zullen overstappen als dat van Berkelland. Dit heeft te maken met techniek. *Er zijn wel degelijk concrete voordelen voor gemeenten, omdat de te gebruiken systemen niet door individuele gemeenten kunnen worden ontwikkeld, noch in stand gehouden. Om de systemen actueel te kunnen houden is een voordeelpartij nodig, die als grote partij iets kan bereiken bij leveranciers. *Het huidige systeem hoeft niet volgzaam te worden afgenomen. In overleg met andere participanten kunnen aanpassingen plaatsvinden. *Als de gemeente Berkelland zich aansluit bij de Stichting GovUnited geldt het contract tot 2016, vanwege afbetaling van de schulden en de termijnen van het systeem dat moet worden geactualiseerd en geüpdatet. De heer Hekking vult aan dat Berkelland in 2007/2008 aansluiting heeft gezocht bij GovUnited. Destijds waren er geen leveranciers te vinden, die een goed midoffice systeem konden leveren. De markt was verdeeld tussen PinkRoccade en Centric, de gemeentelijke leveranciers, die niet eerder tijd beschikbaar hadden dan in 2013/2014. Op grond daarvan is gezocht naar samenwerking. Die was mogelijk met Dimpact of GovUnited. Het verschil tussen beide organisaties is, dat GovUnited ook een inkooporganisatie betreft en Dimpact een leveranciersorganisatie van gemeenten is. Gekozen is voor GovUnited, omdat via de Europese aanbesteding de markt in een bepaalde ontwikkeling kon worden getrokken. Daarbij konden de deelnemende gemeenten het functionele ontwerp opzetten. Via de Europese aanbesteding is Logica als leverancier uit de bus gekomen, die het product Triple C heeft aangeboden. Het systeem werkt helaas niet helemaal goed. Er is een jaar vertraging ontstaan en het systeem doet niet wat twee jaar geleden verwacht werd waar Berkelland nu zou staan. Door de vertraging is een aantal gemeenten uit het systeem gestapt. Vanuit de Europese aanbesteding is gesteld dat een aantal pilots zal worden gedraaid. Na verloop van de pilots – circa anderhalf jaar geleden – is een aantal gemeenten gestopt.
20
Dit neemt niet weg dat de andere gemeenten wel vertrouwden op Logica en als participanten in GovUnited is besloten er gezamenlijk iets van te maken. Er was immers sprake van een innovatief traject, met bepaalde risico’s. De schulden die zijn ontstaan, zijn afkomstig van de gemeenten die zijn uitgetreden en die van mening zijn dat ze geen verplichtingen meer hebben, ook al hebben ze contracten getekend. De verplichtingen die alle gemeenten zijn aangegaan met GovUnited, zijn afgesloten met Stichting ICTU. Nu zal de Stichting GovUnited worden opgericht en zullen alle contracten met Stichting ICTU volledig overgaan in de Stichting GovUnited. Er verandert dus feitelijk niets aan het risico of aan de juridische vorm. *Ongetwijfeld zijn er leveranciers die goedkopere systemen kunnen aanbieden, maar dit is voor Berkelland geen optie. Berkelland zit vast aan de contracten die destijds zijn aangegaan. Als leveranciers overigens opmerken dat ze tegen een derde van de prijs kunnen leveren, vraagt hij zich af of ze voor dat geld wel hetzelfde product kunnen leveren. Vaak worden appels met peren vergeleken. Nu wordt een documentmanagementsysteem geleverd, midoffice sweet, dat een groot en uitgebreid integraal systeem betreft. Hierin zit zowel de frontoffice verwerkt met de website, als het RIS en een kennisbank, een constant contactcentrum, een midoffice die koppelingen verzorgt. Het is een zakelijk systeem. Spreker is graag bereid in een Informerende Commissie hierover meer informatie te verstrekken. *De ICT samenwerking binnen de Achterhoek is actueel. Gekeken wordt of samen met de gemeenten Oost Gelre, Winterswijk en Aalten samenwerking op ICT gebied tot stand kan worden gebracht, meer in de richting van de hardware dan voor de midoffice sweet. Er kan echter niet op meerdere paarden worden gewed en op de ICT moet goed en breed worden gefocust. Winterswijk participeert ook in GovUnited en daarmee wordt al veelvuldig samengewerkt. *Hij licht toe dat Dimpact en GovUnited geen losstaande samenwerking betreft, die elkaar beconcurreert, maar dat samenwerking tussen beide leveranciers wordt gezocht. Vorige week is door King – onderdeel van ING – samen met Dimpact en GovUnited gekeken wat een standaard ICT gemeente zou kunnen zijn. Op die manier wordt door de programmabureaus van Dimpact en GovUnited goed samengewerkt en hij verwacht dat beide organisaties steeds verder naar elkaar toegroeien. De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking dat de wethouder suggereerde dat de participanten van Dimpact binnenkort zouden overstappen naar GovUnited. Spreker heeft hieruit geconcludeerd dat Dimpact geen goed programma zou zijn. Hij vraagt of deze interpretatie juist is. De heer Van Wijck interrumpeert met de uitleg dat Dimpact een serviceprovider betreft, die gebruik maakt van software pakketten. Triple C is een pakket, dat door de gemeente Berkelland wordt gebruikt. Er worden dus zaken door elkaar gehaald en dat betreurt hij. De heer Mulkens licht toe dat de heer Nijhuis de situatie onjuist heeft geïnterpreteerd. Spreker heeft bedoeld aan te geven dat Dimpact nader tot GovUnited komt. Bij beide leveranciers zitten elementen die elkaar overlappen. Er moet een grootste gemene deler worden gezocht en er dient voor te worden gezorgd dat bestaansrecht aanwezig blijft. Die garantie wil Berkelland hebben. De heer Roosenboom concludeert dat de Europese aanbesteding al heeft plaatsgehad. Hij is benieuwd of de huidige ontwikkelingen een nieuwe situatie betreffen, dan wel of sprake is van voortzetting van bestaande contracten. Spreker adviseert op korte termijn een Informerende Commissie ter zake te plannen, zodat de raad weet waarover wordt gesproken.
21
Hij vraagt of via de nieuwe overeenkomst met GovUnited verwacht wordt een kwaliteitsslag te kunnen maken. Spreker wil hoog inzetten op ICT en de achterstand zien in te lopen. Hij vraagt of dat mogelijk is binnen het budget en met de te maken overstap naar de Stichting GovUnited. De heer Nijhuis blijft een probleem houden met de kosten van de ICT. Door de wethouder is aangegeven dat Berkelland de rekening gepresenteerd krijgt, wat er ook gebeurt. Hij vraagt zich af of Berkelland een te dure midoffice creëert. Het systeem doet niet geheel wat ervan wordt verwacht. Er is een jaar vertraging ontstaan. In het verleden zijn gemeenten al afgehaakt, omdat Logica te traag was. Er zijn snelle ontwikkelingen gaande binnen de elektronische overheid en spreker vraagt zich af of gemeenten daardoor sneller een grotere achterstand zullen krijgen in de ontwikkelingen. De heer Timmer interrumpeert met de opmerking dat wordt gesproken over systemen en samenwerkingsverbanden. Het onderhavige voorstel handelt over samenwerkingsverbanden. De heer Nijhuis interrumpeert met de conclusie dat de systemen en samenwerkingsverbanden met elkaar verbonden zijn. GovUnited levert Triple C en de vraag is of Berkelland hiermee verder wil werken tot aan 2016. De heer Timmer zegt hierop terug te zullen komen. Als hij kijkt naar de website van GovUnited, ziet hij een gering aantal deelnemende gemeenten. Dit afgezet tegen het aantal gemeenten in Nederland, dan had hij verwacht, dat er meer samenwerkingsverbanden zouden zijn ontstaan om systemen te verwerven en aan te bieden. Hij is dan ook benieuwd waarom destijds voor GovUnited is gekozen, met de financiële verplichtingen die er nu zijn en waar Berkelland niet onderuit kan. De kosten kunnen nu worden betaald uit de contributiegelden, maar die contributiegelden hadden ook lager kunnen zijn, waarnaast een andere bijdrage voor de systemen had moeten worden betaald. Spreker wenst meer uitleg over de voor- en nadelen en eventuele alternatieven. Hij sluit zich dan ook aan bij het verzoek om nadere uitleg dat al is gedaan. De heer Nijhuis interrumpeert met de vraag of de raad kan toetreden tot de nieuwe Stichting GovUnited, of dat voorafgaande daaraan meer uitleg dient te worden gegeven. De heer Timmer verzoekt een gedegen uitleg te kunnen krijgen, voordat het onderhavige voorstel door de raad wordt behandeld. De heer Jonk begrijpt uit de uitleg van de wethouder en ambtenaar, dat de enige realistische mogelijkheid is om toe te treden tot de nieuwe stichting. Extra uitleg zou een goede zaak zijn. De heer Pelle merkt op dat de periode die met het onderhavige voorstel dient te worden aangegaan aanzienlijk is. De uitleg verduidelijkte enerzijds de situatie, maar heeft anderzijds vragen opgeroepen. Het financiële risico blijft volgens hem aanwezig, omdat sprake is van een negatief vermogen. Dat acht hij zorgwekkend en of de kosten in de toekomst zullen worden gedekt door nieuwe participanten, is nog onbekend. Die onzekerheid komt bovenop de totale financiële situatie in Berkelland die niet rooskleurig is. Spreker zal de verstrekte informatie meenemen naar de fractie en steunt het verzoek om meer inhoudelijk te worden geïnformeerd over GovUnited.
22
De heer Mulkens zegt dat hij al had toegezegd dat meer informatie zal worden verstrekt. Hij begrijpt dat behoefte bestaat aan een uitleg over de systemen en dat anderzijds de wens bestaat informatie te verkrijgen over leverende instanties, e.d.. Destijds is om plausibele redenen gekozen voor GovUnited waar contracten mee zijn afgesloten. Spreker was daar niet bij. Er heeft een aanbesteding plaatsgevonden en is veel meer in gang gezet, waar de participerende gemeenten aan vastzitten. De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking dat de wethouder zegt destijds niet bij de beslissing te zijn geweest. Spreker gaat er van uit dat het college over een evaluatie beschikt van het traject tot nu toe, zodat kan worden beoordeeld of de juiste stappen zijn gezet en wat hiervan kan worden geleerd voor de toekomst. De heer Pelle interrumpeert met de opmerking dat gesteld wordt dat contracten zijn aangegaan. Dat is zijn zorg, omdat de contracten lopen tot 2016. Hij vraagt of die termijn te verkorten zou zijn. De heer Mulkens kan niet inschatten of die contractperiode te verkorten is. De informatie op grond waarvan is gekozen voor GovUnited en welke lessen daaruit geleerd zijn, betreft nu juist stof die exact geschikt is voor de Informerende Commissie over dit onderwerp. De heer Nijhuis suggereert dat hierover informatie op papier zal staan. De heer Mulkens antwoordt ontkennend. Hij stelt dat er geen redelijke alternatieven voorhanden waren, op het moment dat Berkelland heeft gekozen voor GovUnited. Indien nu alternatieven aanwezig zijn, zal een afweging moeten worden gemaakt tussen het doorgaan op de ingeslagen weg of het afkopen van de contracten. Daarbij moeten de consequenties worden bekeken van de aanschaf van nieuwe systemen en dient ervoor te worden gezorgd dat geen appels met peren vergeleken worden. Er zullen overigens geen nieuwe overeenkomsten worden afgesloten, maar er zal slechts sprake zijn van een nieuwe paraplu waaronder de deelnemende gemeenten verder gaan met GovUnited. Er zal dus niet direct sprake zijn van een nieuwe kwaliteitsslag. De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat zijn vraag of Berkelland een te dure midoffice heeft, nog niet beantwoord is. De heer Mulkens moet het antwoord hierop schuldig blijven. Ook in dat kader is sprake van marktwerking. Hetgeen Berkelland in 2007/2008 acceptabel achtte qua prijs, is op dit moment vanwege de marktwerking wellicht goedkoper geworden. Dit wil overigens niet zeggen dat Berkelland een te dure midoffice heeft. Voor wat betreft het uitstappen uit GovUnited kunnen zuiver technisch gezien de juiste opmerkingen zijn gemaakt, maar het bijkomende kostenplaatje verandert de situatie Tot nu toe zijn de kosten voor het totale traject € 10.000,= aan contributie per jaar en voor het abonnement Triple C € 260.000,= per jaar. Deze bedragen blijven gehandhaafd. De heer Lenselink interrumpeert met de vraag hoe het mogelijk is dat gemeenten die uit GovUnited zijn gestapt nog niet betaald hebben en aan hun juridische verplichtingen kunnen ontkomen. Door de wethouder wordt namelijk aangegeven dat gemeenten te allen tijde zullen moeten betalen. De heer Mulkens beaamt dat de gemeenten die zijn uitgestapt zich proberen te onttrekken aan hun juridische verplichtingen. De heer Hekking kan waarschijnlijk nog enkele vragen beantwoorden. Spreker zegt nogmaals toe nadere informatie te zullen laten verstrekken in een Informerende Commissie, zonder overigens daarbij inbreuk te doen op de bedrijfsvoering.
23
De Voorzitter constateert dat wordt gevraagd om meer informatie, terwijl binnenkort het onderhavige voorstel zal worden behandeld in de raadsvergadering en een besluit zal moeten worden genomen. De heer Mulkens adviseert het voorstel terug te nemen en eerst nadere informatie te laten verstrekken via de Informerende Commissie. De Voorzitter zegt dit met de griffie te zullen bespreken. De heer Roosenboom interrumpeert met de opmerking dat de heer Hekking wellicht antwoord kan geven op de vraag of er problemen zullen ontstaan, indien het proces wordt uitgesteld en het raadsvoorstel niet in de aanstaande raadsvergadering zal worden behandeld. De heer Hekking stelt dat de samenwerking binnen GovUnited er op is gericht dat half oktober 2011 door alle deelnemende gemeenten een besluit is genomen. Gelet daarop zou het voorstel in de aanstaande raadsvergadering behandeld moeten worden. Spreker licht toe dat veel over het contract kan worden gediscussieerd, maar de gemeenten hebben met GovUnited in goed overleg een contract gesloten voor de levering van Triple C. Er is een jaar vertraging opgelopen. Via het contact heeft Berkelland een verbinding met de leverancier t/m 2015 en voorgesteld wordt het verloren jaar over te hevelen naar 2016, waardoor een positief saldo kan worden verkregen. Het lijkt of nu een groot negatief resultaat wordt meegenomen, maar in de Total Cost of Ownership (TCO) staat vermeld dat de kosten voor de baten uitgaan. De aanbesteding heeft plaatsgehad en er zijn vele kosten gemaakt. Over vijf jaar kunnen de kosten terugverdiend worden, omdat dan de lasten lager zijn. De verplichting richting leverancier en GovUnited zullen daardoor niet wijzigen. De enige wijziging die door het voorstel wordt aangegeven is de omzetting van Stichting ICTU naar Stichting GovUnited. De heer Timmer interrumpeert met de vraag of de oude situatie blijft gehandhaafd, indien de nieuwe stichting nog niet ontstaat. In dat geval ontstaat er geen vertraging, maar wordt alleen de statutaire wijziging enkele maanden uitgesteld. De heer Hekking licht toe dat de Stichting ICTU de gemeenten heeft verzocht om te verzelfstandigen vóór 1-12-2011. De heer Jonk merkt op dat de discussie zich feitelijk toespitst op de vraag of er een redelijk alternatief voorhanden is. Spreker vraagt zich af of er een alternatief bestaat, in plaats van het doorgaan met GovUnited en de Stichting GovUnited. Gelet op de informatie van vanavond lijkt er geen redelijk alternatief aanwezig te zijn, behalve de Twitter die via GroenLinks is ontvangen. De heer Van Wijck verduidelijkt dat de gemeente Berkelland het pakket Triple C gebruikt. Daarmee wordt verder gewerkt, omdat hierin is geïnvesteerd. Het samenwerkingsverband om Logica te laten ontwikkelen en andere gemeenten hierbij te betrekken, gaat over van GovUnited naar een andere organisatie. Triple C moet beter gaan werken, maar dat is een ontwikkelingsproces en dat moet worden voortgezet. Of de aanpassing op 1-10-2011, dan wel op 1-11-2011 of 1-12-2011 wordt doorgevoerd is daarbij niet interessant. Mevrouw Pot interrumpeert met de opmerking dat van belang is om te weten of er alternatieven zijn, maar daarnaast is het minstens zo belangrijk om de consequenties te vernemen, indien wordt overgegaan naar een andere partij. Berkelland is met andere gemeenten een traject aangegaan en heeft contracten afgesloten.
24
Met welke andere partij ook zal dit opnieuw moeten worden opgebouwd. Die gegevens wenst zij eerst in beeld te hebben, naast de informatie over alternatieven. De Voorzitter verzoekt op heel korte termijn een notitie aan de raad te verstrekken, waar de raad zich in kan verdiepen. Vervolgens kan tijdens de raadsvergadering worden besloten of het punt al dan niet kan worden behandeld. De heer Mulkens stemt met dit voorstel in. Hij onderstreept dat er voorshands geen alternatieven aanwezig zijn. Mocht er een alternatief opduiken, dan moeten hier eerst de kosten bijgelegd worden, alsmede de kosten van afbreuk van het huidige contract. De producten zijn immers in huis en er wordt mee gewerkt. De Voorzitter beëindigt de beraadslagingen en laat in het midden of het voorstel inderdaad als bespreekstuk zal worden behandeld in de raad. 14. Rondvraag. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. 15. Sluiting. Niets meer aan de orde zijnde sluit de Voorzitter om 22.15 uur de vergadering.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 11 oktober 2011 de griffier,
de voorzitter,
25