GOEDENDAG Tweemaandelijks personeelsblad van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap - twintigste jaargang - nr 2-mei 2004
ZOMERZOEKTOCHT: TONGEREN AFDELING: WEGEN EN VERKEER VLAAMS-BRABANT REPORTER: PAAL EN PERK AAN DRINKEN OP HET WERK? TOPONTMOETING: ELISABETH MONARD JONGE LEEUW: JOERI VAN DE PONTSEELE
+CULTUUR, WEBNIEUWS, EMANCIPATIEZAKEN, REORGANISATIE, PERSONEELSNIEUWS ENZ.
IN DE SCHIJNWERPERS
LAMBERMONT: TWEE JAAR LATER
6
OVER KINDEREN, KIPPEN EN KERNENERGIE
8
Actueel: Hoe hebben zij de overstap verteerd?
Topontmoeting met Elisabeth Monard
NIEUW DECREET STROOMLIJNT OPENBAARHEID VAN BESTUUR
11
AFDELING WEGEN EN VERKEER VLAAMS-BRABANT
14
VLAAMSE INFOLIJN EN VLAAMSE OMBUDSDIENST WORDEN SAMEN VIJF
18
DE BALLADE VAN BORSTEL EN VOD
30
Speciaal: Gesprek met Bruno Asscherickx
Afdeling onder de loep: Bouwheer en -meester van de weg
Speciaal: Een terugblik met de man en de vrouw achter de schermen
Jonge leeuw: Joeri Van de Pontseele
DOSSIER: ZOMERZOEKTOCHT 2004:
IN DE SPOREN VAN AMBIORIX wegwijzers 20 verstrikt in het web 29 ICT 33 emancipatiezaken 34 vorming 37 e-government 38 sociale dienst 39 IMZ 42 personeelszaken 46 BBB 48 tribune
cultuur 35 taaltobbe/uitgelezen 36 doedingen 39 proefstuk
varia 2 fotofoto 3 nieuws & nieuwtjes 12 reporter ter plaatse 40 komen en gaan 43 in memoriam
ONDER COLLEGA’S
GOEDENDAG Tweemaandelijks personeelsblad van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap twintigste jaargang nr 2 mei 2004 Redactieraad voorzitter: Frank Van Swalm departementale vertegenwoordigers en kernredactie: Leen De Dycker (COO) Hilde Desmedt (COO) Natalie Hulsen (COO) Annemie Morren (COO) Karen Vanden Auweele (COO) Diana Vanhoebroek (AZF) Gitti Van den Borre (WIM) Linda Baumans (OND) Liesbeth Van Huffelen (WVC) Kristof Peeters (EWBL) Anne Persyn (LIN) Vaste medewerkers: Bibliotheek departement Coördinatie; Johan Claeys (COO); Tania Coosemans (Vorming-AZF); Veerle Custers (e-govCOO); Dany Jonckheere (Sociale Dienst-AZF); dienst Emancipatiezaken (AZF); Gepensioneerdenvereniging; Stefan Gheysen (COO); John Keirsbulck (IMIS-AZF); Sebastiaan Kok (CCM-LIN); Martine Noynaert (IMIS-AZF); Vincent Sennesael (COO); Taaladvies (COO); Regine Van Tomme (ICT); communicatieteam Vlimpers
Sterren plukken in 16 seconden door Leen De Dycker
A
mbtenaren zijn niet te vertrouwen. Zo hard stelt het Instituut voor de Overheid het niet, maar na vier jaar onderzoek blijkt wel dat de Vlaming maar weinig vertrouwen heeft in zijn overheid. Vooral niet in de administratie en de politici. Andere overheidsdiensten die dichter bij de burger staan, zoals het onderwijs, De Post of de vuilnisophaaldienst, scoren merkelijk beter. Alle inspanningen die we de afgelopen jaren hebben geleverd om de administratie klantvriendelijker te maken en het vertrouwen van de burger te winnen, hebben dus nog maar weinig opgeleverd. Hoe komt het dat de kloof met de burger zo diep gaapt? Vertrouwen komt niet zomaar uit de lucht gevallen. Doen wat je zegt en zeggen wat je doet, is volgens de onderzoekers een belangrijke stap in de goede richting. Van de onderwijzers, de postbodes en de vuilnisophalers is duidelijk waar zij dagelijks mee bezig zijn om ons het leven gemakkelijker te maken. Maar wat er zich achter de grote staatsschermen afspeelt, is voor het publiek vaak nog een raadsel. Als een subsidie dan ook nog heel lang op zich laat wachten, staat de deur van het ongenoegen meteen wagenwijd open.
We moeten dus sneller kunnen werken, en als dat niet kan - want sneller werken betekent soms minder kwaliteit - moeten we beter uitleggen waarom dat niet kan. Eerlijk communiceren is dus de boodschap. Maar, zeggen de onderzoekers verder nog, zelfs de snelste en meest klantgerichte administratie zal het mopperen niet stoppen. Want de administratie is nauw verweven met haar politici en ook daar is het vertrouwen ver zoek. En dat kan niet zomaar teruggewonnen worden met een blitse campagne of een superministerraad in een of ander kasteel. Of door de kiezer glimlachend in slogans van 16 seconden de sterren aan de hemel te beloven.
Hoofd- en eindredactie: Leen De Dycker Redactiesecretariaat: Simone Vervloessem Contactadres: Boudewijnlaan 30, toren C, 6de verdieping, kamer 6C49, 1000 Brussel, tel.: 02-553 55 67, fax: 02-553 55 22 e-mail:
[email protected] website: www.vlaanderen.be/goedendag Aan dit nummer werkten ook mee: San Eyckmans, Hans De Smedt, Yves Decuypere, Jaak Polen, Gerda Van der Plas Foto’s: Leen De Dycker, Yves Decuypere, Hilde Desmedt, Vincent Sennesael, Peter Van Hoof, Karen Vanden Auweele en André Verdren Cartoons: Nix en Bart Vantieghem Lay-out: Funcke & Co, Brussel Druk: Die Keure, Brugge Verantwoordelijke uitgever: ministerie van de Vlaamse Gemeenschap departement Coördinatie Frank Van Swalm Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel
Ik kijk al uit naar het verkiezingscircus dat zich op gang trekt. Maar ik durf er nu al mijn hand voor in het vuur te steken dat we weer mooie sprookjes zullen horen. En dat, alle studies ten spijt, ze nog altijd hun les niet geleerd hebben, ook de spindoctors niet. Ze hoeven het niet te geloven, maar zeggen waar het op staat zou electoraal wel eens meer kunnen opleveren dan sprookjes vertellen.
1
FOTOFOTO
Als lezer van Goedendag kunt u een foto in verband met uw werk opsturen naar onze redactie. Surf naar de Goedendagsite voor informatie over de technische criteria waaraan uw foto moet beantwoorden. Als uw inzending bekroond wordt, verschijnt ze in deze rubriek, samen met uw naam en een woordje uitleg. Bovendien wordt u beloond met een aankoopcheque. Ingestuurd door: Jeroen Mentens, ingenieur bij de cel Milieueffectrapportage van de afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid (LIN)
WIEWATHOE?
2
Een industrieel bedrijf in het Antwerpse havengebied, even na zonsondergang. Deze foto werd genomen door collega Jeroen Mentens van de cel Milieueffectrapportage (cel Mer-LIN). Hij trok enkele weekends op pad, op zoek naar sprekende beelden van activiteiten waarvoor een milieueffectrapport moet worden opgesteld. De cel Mer stelt richtlijnen op voor die rapporten en controleert of ze op een objectieve en wetenschappelijke manier zijn opgesteld. In zo’n rapport moeten bijvoorbeeld grote bedrijven die met gevaarlijke stoffen werken alle mogelijke effecten van hun activiteiten op het milieu beschrijven. Ze kunnen ook alternatieven voorstellen om de milieuhinder te beperken.
NIEUWS & NIEUWTJES De waarheid over de Zee en over AWZ U kunt ze vinden in de duinen, op pieren, dijken, gevels en straatlampen, gebeiteld in arduin of geschilderd op hout: 103 gedichten over de zee en over het zand, 103 ‘poëtische monumenten’ langs heel de Vlaamse kustlijn. Het project dat de titel De waarheid over de Zee meekreeg, is het sluitstuk van het literaire evenement Literaal. De rode draad is een lang gedicht van de Portugese auteur Fernando Pessoa “Ode aan de Zee”, waarvan u de eerste strofen kunt lezen in De Panne en de slotstrofes een goede 60 km verderop in Het Zoute. Wie geen tijd of zin heeft om het poëtische parcours volledig af te leggen, en toch graag alle gedichten wil lezen, vindt die samen met een plan van de locaties in een gratis poëziebundel die via de toeristische diensten wordt verspreid. Gratis omdat de collega’s van de afdeling Waterwegen Kust (LIN) bereid waren de plaatsing van de poëziepanelen voor hun rekening te nemen zodat er geen extra geld uitgetrokken moest worden om het boekje te drukken.
Maar de liefde voor de kunst gaat bij de administratie Waterwegen en Zeewezen (AWZ-LIN) nog verder. In 2003 was AWZ ook een van de partners van het kunstproject BEAUFORT. De administratie was nauw betrokken bij het plaatsen en later bij het weghalen van de kunstobjecten aan de kust. Nu heeft AWZ zelfs een van de kunstwerken aangekocht: CATERPILLAR # 5bis van Wim Delvoye staat sinds maart weer terug op de zeedijk in Westende. • www.lin.vlaanderen.be/awz/html/nieuws134.htm
Knutselen in de kelder Werkt u in Brussel en hebt u zin om tijdens de middag eens letterlijk de handen uit de mouwen te steken? Neem dan deel aan de activiteiten van Het Ateljeeke. Op 1 april 2003 richtte collega Monique Dehond samen met enkele andere enthousiaste collega’s van het departement Onderwijs deze hobbyclub op. Intussen hebben ze al een honderdtal leden die er leren bloemschikken, juwelen maken, lood bewerken en met textiel knutselen. Een milieubewuste club ook, want er wordt heel veel met recycleerbaar materiaal gewerkt. Alle activiteiten van Het Ateljeeke vinden plaats op de kelderverdieping van het Consciencegebouw, van 12 tot 13.30 uur. De hobbyclub is aangesloten bij de Kring Kunst en Vrije Tijd (KVT). Als u mee wilt knutselen, moet u een KVT-lidkaart van 5 euro kopen en zo bent u meteen ook verzekerd. Voor meer informatie over de verschillende activiteiten kunt u terecht bij
[email protected] of
[email protected] (tel.: 02-553 92 86).
VAC Hasselt opent zijn deuren Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar op 3 mei knalden eindelijk de champagnekurken. Het gloednieuwe VAC Hasselt is klaar om zijn bewoners te ontvangen. Dat zijn zo’n 350 Vlaamse ambtenaren van diverse buitendiensten, vooral van het departement LIN, die tot nu toe een stek hadden in het Taxandriacenter aan de Gouverneur Roppesingel. De opening verliep wel in twee schuifjes. Op 3 mei werd de rode loper uitgerold voor de officiële opening in aanwezigheid van minister van Ambtenarenzaken Van Grembergen en Steve Stevaert. Een dag later werd het feest nog eens overgedaan, ditmaal speciaal voor alle gebruikers van het gebouw die meteen ook de gelegenheid kregen om hun toekomstige werkplek te bezoeken. Vanaf 5 mei is dan druppelsgewijs de verhuizing begonnen. Het VAC Hasselt heeft een bibliotheek, vergaderzalen, een auditorium en een cafetaria, gerund door de DAB Catering. Het ligt vlakbij het station, op de Koningin Astridlaan 50, 3500 Hasselt.
3
NIEUWS & NIEUWTJES Flitspalen on line Tijdens het autosalon in januari waren de flitspalen op de stand van de collega’s van LIN een echte publiekstrekker. De bezoekers hadden vooral veel interesse voor de kaart van Vlaanderen met het overzicht van alle locaties van flitspalen. Daarom werd na het salon meteen werk gemaakt van een website. Daar vindt u niet alleen overzichtskaarten per provincie, maar ook lijsten met alle flitslocaties en heel wat achtergrondinformatie over flitspalen. De lijsten en kaarten worden maandelijks geactualiseerd. De flitspalen worden geplaatst door de collega’s van de administratie Ondersteunende Studies en Opdrachten (AOSO). Let wel, een beperkt aantal wordt door de gemeenten en steden zelf geplaatst, en die vindt u niet op de site … • www.vlaanderen.be/mobiliteit/flitspalen
Afvalduik Niets is de medewerkers van de Centrale Coördinatiecel Milieuzorg (LIN) te veel om ons ervan te overtuigen dat we beter voor het milieu moeten zorgen. Om eens te kijken wat wij hier zoal weggooien en of we wel flink sorteren, doken ze in een restafvalcontainer. Dit bij wijze van steekproef. In de vuilniszakken troffen ze niet alleen restafval aan, maar ook papier, karton, glas, blik en zelfs, jawel hoor, klein gevaarlijk afval! Onze collega’s sorteerden en wogen een vierde van het restafval dat er die dag was. En wat bleek? Papier, blik en glas waren goed voor een serieus aandeel van het totale gewicht. Nochtans wordt dat allemaal selectief ingezameld. De vondsten in die afvalcontainer mogen dan wel niet representatief zijn voor het afval van ons ministerie, toch zijn we niet helemaal goed bezig. Als we nu eens met z’n allen beter gaan sorteren, zal de volgende afvalduik hopelijk een beter resultaat opleveren. Want onze collega’s zijn van plan om nog steekproeven te doen. • www.mina.vlaanderen.be/milieuzorg
Weg met de wormen! Zou het iets met de seizoenen te maken hebben? Zijn wormen productiever in de lente? Of hangt het gewoon in de lucht? Feit is, en u zult het zelf ook al gemerkt hebben, dat de invasie van virussen in ons netwerk nog nooit zo massaal is geweest. In maart alleen al werden er 42.736 virussen tegenhouden door de mailservers. We geven u graag de top drie mee: WORM NETSKY. P: 28.009 aanvallen, WORM MYDOOM: 7328 pogingen, WORM NETSKY.Q: 3122 pogingen. Maar geen paniek, het antivirusteam van het MVG waakt! De websites van de antivirusfirma’s worden permanent gevolgd. Via abonnementen op maillijsten zoals die van het BIPT (Bel-
4
gische Instituut voor Post en Telecommunicatie) en TrendMicro krijgt het team bij elk virusalarm een waarschuwing doorgestuurd. Gaat het om een virus met een groot risico, dan verschijnt er een bericht op het intranet. Om te beletten dat een virus het MVG via e-mail binnenkomt, worden eerst de mailservers geüpdatet en vervolgens ook de OfficeScanservers. De Windows- en Unix-servers worden elke nacht automatisch gescand en elke maandagmiddag krijgt de volledige pc een scanbeurt. De wormen zullen dus elders hun buikje vol moeten eten! • ict.vlaanderen.be/frameset.jsp?activesubcat=102
NIEUWS & NIEUWTJES Infolijn de boer op Wilt u weten hoe laat er een bus gaat van Aalst naar Zulte of op welke premies u recht hebt als u uw dak isoleert, dan kunt u bellen naar het gratis nummer van de Vlaamse Infolijn. Omdat het voor veel mensen toch nog een hele stap blijkt te zijn om de telefoon te grijpen, gaat de Vlaamse Infolijn nu ook zelf de boer op. Met haar nieuwe Infomobiel - een oude lijnbus - toert ze voortaan rond in Vlaanderen om de burger ter plekke overheidsinformatie te geven. Begin maart deed de Infomobiel al Mechelen, Hasselt, Tienen, Kortrijk, Turnhout en Aalst aan. Dit voorjaar zal de mobiel twee à drie dagen per week op markten en op evenementen staan. Het team van Infolijnvoorlichters zal u dan vooral informatie geven die aansluit bij de actualiteit of bij de locatie. Zo zult u op de Dag van het Park op 30 mei vooral informatie kunnen krijgen over milieuthema’s. Als deze formule een succes blijkt, worden er misschien nog meer bussen ingeschakeld. Meer informatie op het gratis Infolijnnummer: 0800 - 3 02 01. • www.vlaanderen.be/infolijn
Vlaamse overheid bespaart op elektriciteit Sinds juni vorig jaar kunnen u en ik op de vrije markt kiezen welke leverancier onze dagelijkse portie stroom levert. Zo ook de Vlaamse overheid die daarmee haar factuur zag dalen met 6% en zo maar liefst een miljoen euro bespaarde. Met haar meer dan 500 gebouwen, openbare verlichting, sluizen, bruggen en tunnels, verbruikt de Vlaamse overheid elk jaar immers zowat 200 gigawattuur. Dat is evenveel als 50.000 gezinnen.
De Vlaamse overheid gunde het contract aan Electrabel Customer Solutions die de meest voordelige aanbieder bleek én voldeed aan onder meer het criterium om minimaal 2% groene stroom te leveren. Dat is energie die opgewekt is uit hernieuwbare energiebronnen. Ook u kunt dus flink besparen op uw energiefactuur als u bewust een leverancier kiest. Wat natuurlijk niet wil zeggen dat u voortaan kunt stoken met deuren en ramen open. Zuinig omspringen met onze energiebron blijft het devies. • www.vlaanderen.be/energiesparen
Wilt u ook iets kwijt? Hebt u een nieuwtje van algemeen belang, een anekdote over het werk, een lopend onderzoek, een interessante cursus of een mededeling van openbaar nut? Laat het ons weten: wij kijken uit naar berichten uit het hele ministerie!
Ons adres: Redactie Goedendag, kamer 6C49, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel
[email protected]; tel.: 02-553 55 67 • www.vlaanderen.be/goedendag/schrijfmee
5
ACTUEEL
LAMBERMONT: TWEE JAAR LATER
In de Goedendag van mei 2002 maakten we een eerste round-up van wat we gemeenzaam de Lambermontambtenaren noemen, federale collega’s die ingevolge de Lambermontakkoorden overgestapt zijn naar de Vlaamse administratie. Op de kop af twee jaar later lijkt ons de tijd rijp om een balans op te maken. Is de overhevelingsoperatie nu definitief afgerond? En hoe hebben de nieuwe collega’s de overstap verteerd? We gingen even polsen bij enkele nieuwkomers. door Hilde Desmedt
Maar eerst even in een notendop de stand van zaken. Door de Lambermontakkoorden van 13 juli 2001 werden een aantal bevoegdheden van het federale niveau overgeheveld naar de gewesten. Het ging vooral over bevoegdheden in de sector Landbouw, Binnenlandse Zaken en Financiën. Samen met die bevoegdheden stapten een heel pak personeelsleden over naar de Vlaamse administratie. Het eerste deel van die operatie is ondertussen binnen de vastgelegde timing afgerond. Op 1 oktober 2002 zaten de federale collega’s van Landbouw – het gaat over zo’n 705 mensen – op hun Vlaamse stoel. Ze kregen dan wel een nieuw petje, maar op enkele mensen na hoefden ze niet te verhuizen. Ze zitten nog steeds op hun oude stek, in toren 3 van het WTC-gebouw in Brussel, weliswaar op een andere verdieping. Ook vanuit de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie werden een aantal personeelsleden overgeheveld. De vijf Vlaamse provinciegouverneurs, vijftien arrondissementscommissarissen en drieënnegentig gewestelijke ontvangers zijn op 1 januari 2002 overgestapt. De overgehevelde personeelsleden van de afgeschafte
6
Dienst voor Buitenlandse Handel zijn sinds 1 januari 2003 volwaardige Vlaamse ambtenaren. Zij hebben onderdak gevonden bij Export Vlaanderen. VLAAMSE KASSA, FEDERALE ONTVANGERS Het derde deel rond de fiscale bevoegdheden is echter ver van afgerond. Zoals al aangehaald, schuift het Lambermontakkoord belangrijke fiscale bevoegdheden door naar de gewesten. Die kunnen nu zelf sleutelen aan de fiscale wetgeving en reglementering en daar heeft de Vlaamse overheid al meermaals gebruik van gemaakt, onder andere door de schenkingsrechten op roerende goederen te verlagen. De opbrengst van een aantal belastingen, zoals de verkeersbelasting, de registratierechten, de schenkingsrechten en de hypotheekrechten vloeit nu rechtstreeks naar de Vlaamse kassa. Alleen gebeurt de inning nog door federale ambtenaren omdat de personeelsoverdracht niet geregeld is. Die overdracht is dan ook geen eenvoudige klus. De belastingontvangers zijn immers verantwoordelijk voor verschillende belastingen. De ambtenaren die bij-
ACTUEEL
voorbeeld de registratierechten innen, zorgen eveneens voor de inning van andere soorten belasting die wel federaal blijven. Al bij al gaat het hier om 1000 à 1500 personeelsleden: een pak volk dus. Op langere termijn blijft het wel de bedoeling dat de Vlaamse belastingen door Vlaamse ambtenaren (federale collega’s die overstappen) geïnd worden, maar die knoop zal pas door de volgende regering worden doorgehakt. Een laatste heikel punt in de Lambermontakkoorden is de Nationale Plantentuin van Meise, een wetenschappelijke instelling die in Vlaanderen ligt, maar waar ook Franstalig personeel werkt. En die over een rijke bibliotheek beschikt met internationale faam. Ook hier is een meetlat en een rekenmachine nodig om dit kluwen uit elkaar te halen. Een timing vastleggen is dan ook riskant. IN HET VLAAMSE NEST Maar hoe hebben de mensen die al zijn overgestapt hun verkassing beleefd? Werken zij anders nu ze een Vlaams petje op hebben? Of denken ze met heimwee terug aan hun federaal nest? Nicole De Boeck klinkt positief. Als adviseur bij de personeelsdienst van Middenstand en Landbouw heeft ze de overhevelingsoperatie vanop de eerste rij meegemaakt. Zijzelf heeft indertijd bewust gekozen voor de Vlaamse Gemeenschap en ze heeft zeker geen spijt van haar keuze. Wel is haar takenpakket nu veel uitgebreider dan in haar vroegere job. “Ik deed vroeger alleen het administratieve deel, nu is er ook het geldelijk statuut, en de in- en uitstroom bij gekomen.” Het was dus even bijbenen want de vaste federale grond was weg: het VPS en een pak omzendbrieven moesten in een minimum van tijd verwerkt worden. Daarnaast moesten de 705 personeelsdossiers ingevoerd worden in het Vlimpers-systeem. HULP VAN COLLEGA’S Verder heeft ze alle lof voor de ondersteuning die ze van de Vlaamse collega’s heeft gekregen, vooral dan van het departement AZF. EWBL zelf heeft dan weer bij de overstap voor een uitgebreid informatiepakket gezorgd. Nicole is vooral enthousiast over het personeelsbeleid. “Wervingen en personeelsbewegingen zijn hier veel beter georganiseerd. Een instrument zoals VIA vind ik bijzonder nuttig. Ook de ondersteuning van Jobpunt Vlaanderen is heel professioneel. Je krijgt als leidinggevende inspraak bij de keuze van je medewerkers. Dat was bij ons
Nicole De Boeck: “Wervingen en personeelsbewegingen zijn hier veel beter georganiseerd.”
niet mogelijk.” Daarnaast biedt het Ploeginstrument volgens haar heel wat mogelijkheden. “Het is tijdrovend, maar het loont. Op een gestructureerde manier tijd nemen voor de mensen ook al zie je ze dagelijks, geeft je een andere kijk op hun functioneren.” Heel opgetogen is ze ook over de TGV en het intranet en het feit dat je thuis kunt inloggen. “Daar kunnen de federale collega’s nog een puntje aan zuigen.”
waardering gekregen zouden hebben. Door hun overstap is dat financiële extraatje hen wel door de neus geboord. Ook die 35 dagen vakantie, toch tien dagen meer dan wat ze vroeger hadden, kunnen hen niet echt bekoren. “Daar zit nu alles in. De mogelijkheid tot recuperatie is weggevallen en er worden ook geen bruggen meer gemaakt. Als je alles optelt, komen we zelfs aan minder dagen dan vroeger.”
Ze is wel minder te spreken over BBB. “Men had ons gezegd dat BBB op 1 januari 2003 van start zou gaan en het dus de moeite niet meer was om afdelingshoofden aan te stellen bij het beleidsdomein Landbouw en Visserij. Maar BBB wordt alsmaar opgeschoven. Dat brengt intern spanningen mee in de hiërarchische structuur.”
Toch klinkt er ook een positieve noot. “Er is minder bureaucratie en minder parafencultuur. De afhandeling van de dossiers gaat dus wel vlotter.” Opmerkelijk verschil volgens hen is dat in het MVG de regelgeving veel strikter wordt toegepast. “Neem bijvoorbeeld de ziekteattesten. Federaal werd daar nogal laks mee omgesprongen. Hier kan dat niet meer. Wie ziek is, moet een attest opsturen. Niet iedereen is er blij mee dat er geen achterpoortjes meer zijn.” Of ze dan weer naar hun vroegere stek willen? Op één collega na, blijven ze het liefst waar ze zijn. Ze hebben gekozen voor de Vlaamse Gemeenschap en proberen er het beste van te maken. “Het was even wennen, maar het ergste is nu voorbij, enfin dat hopen we toch.”
GEEN ACHTERPOORTJES Twee deuren verder horen we een andere klok luiden. Hier werken een viertal overstappers die hun naam liever niet in de Goedendag willen. “De werkdruk is flink toegenomen. En het is er allemaal niet eenvoudiger op geworden. Soms zijn de zaken ook niet erg duidelijk. Zo gebeurt het dat IMIS iets nieuws invoert waar we niet van op de hoogte zijn. Dan is het wel behelpen. Als er vroeger een probleem was, belden we rechtstreeks naar de CDVU (Centrale Dienst voor Vaste Uitgaven).” Wel geven deze collega’s toe dat ze er alles bij elkaar financieel niet op achteruit zijn gegaan, met uitzondering dan van bepaalde personeelsleden in niveau B die door de Copernicushervorming een serieuze op-
7
foto: Peter Van Hoof
“Mijn
gezin was voor mij belangrijk, maar mijn job was dat eveneens.”
TOPONTMOETING
Gesprek met Elisabeth Monard, secretaris van de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid (WIM)
Over kinderen, kippen en kernenergie Weet u nog waar u was toen de kerncentrale van Tsjernobyl ontplofte? Elisabeth Monard weet het nog heel precies. In de crisiscel van Volksgezondheid beantwoordde zij vragen van bange burgers. Haar huidige job is iets minder radioactief. Secretaris van de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid. Een mondvol, en zo te zien een job waar je goede papieren voor moet hebben. En die heeft ze. Maar ze heeft ook een man, drie kinderen, vier kippen en vanmorgen een uur tijd om op mijn vragen te antwoorden. door Hilde Desmedt
B
ijvoorbeeld deze: U bent burgerlijk scheikundig ingenieur en doctor in de toegepaste wetenschappen. Met zo’n bullen op zak kunt u toch hoger mikken dan de stoel van secretaris? Elisabeth Monard: “Het is in ieder geval een interessante stoel. Trouwens Roger Dillemans, de vorige voorzitter van de Raad, noemde me steevast secretaris-generaal. (met pretoogjes) Zo laag zal die stoel dan wel niet zijn. Ik ben zeven jaar assistent geweest aan de KU Leuven en ik zag een onderzoekscarrière wel zitten, maar indertijd – ik spreek nu over de jaren 80 – was de situatie niet zo rooskleurig voor jonge onderzoekers. Dat is nu gelukkig veel verbeterd. Toen ik de kans kreeg om bij het Ministerie van Volksgezondheid te beginnen, heb ik dan ook niet geaarzeld. Ik heb er de Dienst voor Bescherming tegen Ioniserende Stralen mee opgestart en deed er inspectiewerk, onder meer in de kerncentrale van Doel 4 die toen in aanbouw was.” Goedendag: En waar men nu vanaf wil. Zeker na Tsjernobyl is kernenergie zowat taboe geworden. Elisabeth Monard: “En toch is het een mooie technologie. En ook een vrij veilige. Zeker in België, waar we heel zwaar geïnvesteerd hebben in beveiliging. De Amerikanen kwamen hier kijken hoe we het aanpakten. Een groot probleem blijft het radioactief afval, niemand wil dat in zijn achtertuin. Men moet evenwel de vraag naar het alternatief ook durven te stellen. Als
men de kerncentrales sluit, wat gaat men dan in de plaats stellen? Mensen zijn bang van kernenergie en Tsjernobyl heeft die angst alleen maar verergerd. Maar maatschappelijke acceptatie is nu eenmaal belangrijk. Als de mensen niet willen weten van een nieuwe technologie, zoals genetisch gemanipuleerde organismen, dan kan men het vergeten.” Goedendag: In een recent artikel in De Standaard klaagde Marc Reynebeau erover dat de intellectuelen nog zo weinig meespelen in het publieke debat en in de besluitvorming in Vlaanderen. Proberen jullie daar met de Raad iets aan te doen? Elisabeth Monard: “De Raad is een adviesorgaan voor de regering en voor het parlement. We ondersteunen dus het beleid. Maar we zijn ook een forum waar wetenschapsmensen, mensen uit de ondernemerswereld, uit de vakbondskringen en uit de administratie elkaar ontmoeten en kunnen discussiëren over wetenschappelijke onderwerpen die ook maatschappelijk relevant zijn. Hoe kunnen wij bijvoorbeeld onze kennis delen met ontwikkelingslanden? Een ander interessant onderwerp is het intellectueel eigendomsrecht. Als een universiteit met gemeenschapsgeld onderzoek doet waar bedrijven hun voordeel mee doen, dan moet dat ook een return hebben voor de gemeenschap. Hoe moet dat geregeld worden? Dat zijn toch boeiende discussies. Of neem nu het debat rond de vrije software. Waarom werken we allemaal
9
TOPONTMOETING
DOORGELICHT Wie is uw lievelingsschilder? Michelangelo, Gustav Klimt Wat is uw lievelingsmuziek? Cellosuites van Bach, Sarah gezongen door Arno, Romaria van Elis Regina Welk historisch personage bewondert u het meest? Marie Curie Welke eigenschap waardeert u het meest? Openheid en eerlijkheid Wat is voor u het volkomen geluk hier op aarde? Ik ben al blij met een warme thuis en als ik intellectueel bezig kan zijn Wat doet u het liefst? Niets doen, maar daar kom ik niet toe Wat is uw belangrijkste karaktertrek? Empathie Wat waardeert u het meest bij uw vrienden? Goede gesprekken in een brede interessesfeer Wat is uw lievelingskleur? Het blauw van Michelangelo Wat is uw lievelingsbloem? Maarts viooltje Wat is uw lievelingsvogel? Onze kippen Wat is uw lievelingslectuur? Gabriel Garcia Marqués, Jorge Saramago, Harry Mulisch Wie zijn voor u de helden van vandaag? Alle vrijwilligers in de zorgsector Wat verafschuwt u het meest? Alle mogelijke vormen van kindermisbruik Welk personage veracht u het meest? Het Janustype Wat was de belangrijkste historische omwenteling of hervorming? Het ontstaan van het monotheïsme Welk talent zou u het liefst willen bezitten? Wat meer diplomatie Hoe zou u het liefst willen sterven? Op gezegende leeftijd, met vele mooie herinneringen Hoe voelt u zich momenteel? Een stuk zelfbewuster dan 20 jaar geleden Hoe luidt uw devies? Wat je ook doet, doe het goed
10
met Microsoft? Er zijn toch alternatieve systemen die misschien beter geschikt zijn. Wij denken daarover na en stellen dan een rapport op met aanbevelingen voor de regering. Ik denk dat we daarmee onze rol voluit spelen. Maar het is waar dat er, algemeen gezien, nog maar weinig ruimte en tijd is voor een diepgaand debat. We worden overspoeld met informatie. Umberto Eco spreekt zelfs over de censuur van de overvloed. Maar hoe correct is die informatie? Onder invloed van de media moet alles nu flitsend zijn en eenvoudig geformuleerd, zonder veel nuancering, terwijl onze maatschappij juist heel complex is. Wie neemt er nu bijvoorbeeld nog de tijd om een degelijk en uitgebreid rapport te lezen?”
organiseerd hebben. Ik zeg bewust ‘we’ want kinderen zijn toch ‘een gemeenschappelijk project’, ze hebben ook een vader. We hebben van alle mogelijke opvangsystemen gebruikgemaakt. Dat was op een bepaald moment financieel zeer zwaar, maar die keuze hebben mijn man en ik bewust gemaakt. Mijn gezin was voor mij belangrijk, maar mijn job was dat eveneens.”
Goedendag: Telewerken kan hier toch een mouw aan passen? Elisabeth Monard: “Binnen het departement WIM hebben wij de enige telewerker in huis. Daar ben ik best trots op. Het systeem draait prima tot ieders voldoening. Alleen weet ik niet of je dat ook kunt veralgemenen. In mijn job is het Goedendag: U bijvoorbeeld? zeker niet mogelijk. Je moet het dus geval Elisabeth Monard: “Ja, ik verdiep mij per geval afwegen. Maar de mogelijkheid daar graag in. En niet alleen over thema’s moet er zeker zijn. Ik heb er alle begrip rond wetenschap en technologie. Ook voor dat er een zekere flexibiliteit moet brede maatschappelijke onderwerpen in- zijn, maar ik vind niet dat we bijvoorteresseren me.” beeld de vergaderingen moeten plannen op basis van de agenda van de medewerGoedendag: En kers. Met vijfgodsdienst. U “Het is ons nog niet duidelijk hoe met BBB endertig dagen vindt het ontvakantie kom je alles geregeld zal worden. Wij werken staan van het toch al een eind ondertussen gewoon door.” monotheïsme weg.” de belangrijkste hervorming in de geschiedenis? Goedendag: Het is bijna een obligate Elisabeth Monard: “Het is toch merk- vraag, dus stel ik ze maar. Kijkt u verwaardig dat de drie grote monotheïsti- langend uit naar BBB en de vernieuwde sche godsdiensten, het jodendom, het administratie? christendom en de islam al zo veel jaar Elisabeth Monard: “Het is ons nog niet zo’n grote rol hebben gespeeld en nog duidelijk hoe alles in de toekomst gerespelen in de wereldgeschiedenis. Het geld zal worden. Onze Raad wordt al wel christendom bijvoorbeeld heeft onze beschouwd als de voorloper van de strawesterse cultuur toch heel sterk beïn- tegische adviesraad voor ons domein. Wij vloed. Het verwondert mij dan ook dat werken ondertussen gewoon door.” er zo veel tegenstand was om daar in de Europese grondwet naar te verwijzen.” Goedendag: Ik weet niet hoe het komt, maar mijn recente praatgasten hebben Goedendag: Even terug naar wat aard- een bijzondere smaak als ik naar hun liesere sferen. U hebt een drukke, voltijdse velingsvogel vraag. Uw voorganger stond baan en drie kinderen. Volgens Vlaams in bewondering voor de tui, en u bent dol minister Patricia Ceysens zou die com- op uw kippen. binatie in deze tijd van e-mama’s en Elisabeth Monard: (enthousiast) “Kippen stofzuigerrobotten op wieltjes moeten zijn fantastische dieren. Het zijn prima lopen? gft-verwerkers, ze eten alles op wat we Elisabeth Monard: “Daar ben ik nog niet hen geven en leggen daarbij nog eieren. zo zeker van. Vrouwen in een veel min- En ze zien ons nog graag ook, want ze der geprivilegieerde positie, zoals band- beginnen meteen te kakelen als we in de werksters in de fabriek of verpleegsters buurt zijn.” die zelf niet over hun agenda beslissen, maar aan vaste uren gebonden zijn, zul- Stond er die middag toch wel kip op het len daar wel anders over denken. Voor menu in het personeelsrestaurant. Norde meeste vrouwen blijft het passen maal ben ik dol op kip met appelmoes, en meten. Ik ben altijd voltijds kunnen maar die middag is het een broodje kaas blijven werken omdat we ons goed ge- geworden.
SPECIAAL
NIEUW DECREET STROOMLIJNT OPENBAARHEID VAN BESTUUR Op 17 maart keurde het Vlaams Parlement het nieuwe decreet inzake openbaarheid van bestuur goed. Een decreet waarin de Vlaamse administratie een belangrijke inbreng heeft gehad en daarvoor trouwens werd gefeliciteerd door minister Van Grembergen. Collega Bruno Asscherickx van de cel Juridische Dienstverlening (COO) is dan ook terecht trots: “Het is een heel technisch decreet, maar het sluit als een bus. In Vlaanderen geldt voortaan eenzelfde regeling voor alle bestuursniveaus. Een enorme stap vooruit voor de burger.”
door Hilde Desmedt
Het begrip openbaarheid van WAT IS NIEUW? bestuur dateert al van het begin van de jaren negentig. De We pikken er enkele opmerVlaamse overheid wou toen kelijke verschilpunten uit. Een bestuur en burger dichter bij eerste belangrijke innovatie is elkaar brengen. Zo kreeg dat het toepassingsgebied veel Vlaanderen zijn eerste omruimer wordt ingevuld. Het budsman. Onder zijn impuls nieuwe decreet is niet alleen werd er werk gemaakt van een van toepassing op het Vlaams totaal nieuw concept: de openParlement (voor welomschrebaarheid van bestuur. Terwijl ven documenten), op het bestuursdocumenten ervoor MVG en alle daarvan afhanzo goed als staatsgeheimen wagende instellingen, dus ook de ren, moest de overheid haar nieuwe IVA’s en EVA’s, de documenten nu openbaar maministeriële kabinetten, de geBruno Asscherickx: “Het nieuwe decreet is een enorme stap vooruit voor de burger.” ken als een burger daarom meenten en provincies, de invroeg. Dat kan op drie manietercommunales, de OCMW’s, ren, legt Bruno uit. “De burger kan de documenten ter plaatse in- de polders en wateringen en de kerkfabrieken, maar ook op alle kijken, hij kan er een kopie van vragen of hij kan er uitleg over onderwijsinstellingen, organisaties zoals Aquafin en Gimvindus en vragen.” Het eerste decreet op de openbaarheid van bestuur da- alle mogelijke adviesorganen. Nieuw is ook dat een vraag tot openteert van 23 oktober 1991. Daarmee was Vlaanderen de koploper, baarmaking per fax of per e-mail kan gebeuren. Vroeger kon dat want pas drie jaar later zou ook het federale niveau een wet op de alleen schriftelijk. Een stap vooruit volgens Bruno is eveneens dat openbaarheid van bestuur aannemen. er nu één enkele beroepsprocedure is voor alle niveaus. Als een aanvraag tot openbaarmaking wordt afgewezen, kan de burger teGEEN OPLAPWERK recht bij een beroepscommissie die is samengesteld uit vier ambtenaren van het MVG. Vroeger was dat soms een kluwen van verAcht jaar later werd de regeling rond openbaarheid van bestuur al schillende beroepsinstanties. In tegenstelling tot in de vorige grondig hervormd met het decreet van 18 mei 1999. Maar dat de- decreten zijn de gevallen waarin de openbaarheid van bestuur niet creet bleek in de praktijk enkele hiaten te vertonen. Daarbij kwam geldt nu duidelijk opgesomd zodat er geen foutieve interpretatie nog dat de nieuwe Europese regeling inzake de openbaarmaking meer mogelijk is. van milieu-informatie vertaald moest worden in de Vlaamse wetgeving. In plaats van het oude decreet aan te passen – dat zou maar Ten slotte pakt het decreet ook uit met enkele nieuwigheden. Acoplapwerk zijn – koos men voor een totaal nieuwe tekst die de tieve openbaarheid betekent dat de overheid zelf het initiatief moet mankementen van het vorige decreet wegwerkt en meteen ook de nemen om informatie door te spelen naar de burger. Naast het Europese richtlijnen integreert. Veel zorg ging daarbij naar de MVG en de VOI’s, de gemeenten en de provincies, moeten daarvormgeving: een logische opbouw en een eenvormige en duidelijke voor nu ook de OCMW’s een communicatieambtenaar aanstellen. terminologie. Kortom, een praktisch staaltje van wetsmatiging, En er zit nog meer in de pijplijn: wie bestuursdocumenten wil raadglundert Bruno, en een schoolvoorbeeld van het opstellen van plegen, zal terechtkunnen bij een gezamenlijk bestand met eerstenieuwe regelgeving. lijnsinformatie over alle Vlaamse bestuursniveaus. Dat databestand zal digitaal toegankelijk zijn en daardoor dus gelinkt zijn aan e-government. “Maar dat is nog toekomstmuziek”, weet Bruno.
11
REPORTER TER PLAATSE
foto: Peter Van Hoof
PAAL EN PERK AAN DRINKEN OP HET WERK? Zeggen dat we verdronken zijn in een zee van reacties, zou wat overdreven zijn. Toch hebt u luid en klaar uw stem laten horen en dat is voor de overgrote meerderheid de stem van het gezond verstand. Drinken is oké, maar met mate. Dat is zowat uw boodschap. En wie zijn maat niet kent, die moet maar het deksel op de neus krijgen. De meerderheid, vindt u, hoeft niet te boeten voor de beroepsdrinkers en de probleemgevallen. Een gezonde reactie, vindt arbeidsgeneesheer dr. Jacques Van Damme, die er meteen op wijst dat het alcoholprobleem in het MVG zeker niet groter is dan in om het even welk ander bedrijf.
door Hilde Desmedt
Eerst een greep uit de gematigde reacties (de meerderheid) van collega’s die een glaasje best zien zitten. “Zoals het nu is, vind ik het prima. Eén glaasje alcohol tijdens het eten en die enkele keren per jaar dat er een receptie is, meer dan een. Zelfdiscipline is natuurlijk belangrijk. Dronken zijn tijdens het werk kan natuurlijk niet.” Jurgen De Witte, medewerker “Ik vind dat een glaasje ’s middags wel kan eigenlijk. Zolang je weet waar je grens ligt, kan zoiets geen kwaad. Sommigen worden er zelfs alerter van en zolang het werk en de collega’s er geen schade van ondervinden, zie ik er geen graten in.” Gunter Lambrichts, assistent “Zolang er inderdaad niet overdreven wordt, vind ik een glaasje bij het middagmaal geen enkel probleem. Ook een receptie moet kunnen, maar het mag geen zatte boel worden.” Veerle Cnapelinckx, medewerker Enkele collega’s pleiten daarentegen voor een totale drooglegging. Werken en alcohol gaan volgens hen niet samen. Anderen signaleren juist dat een totale drooglegging toch geen effect heeft. “Ik vind het verbieden van alcohol op het werk een goede zaak, er zijn buiten het werk genoeg gelegenheden om alcohol te drinken.” Mireille Peynsaert, deskundige
12
Een glaasje tijdens de werkuren kan voor mij niet! Niet op het werk en niet tijdens de middagpauze. Recepties moeten maar na de werkuren gehouden worden.” Daisy Van Hemel, dispatcher interventiediensten “Het is compleet absurd dat je alcoholische dranken kunt verkrijgen in de cafetaria. Werken en het gebruik van alcohol zijn niet compatibel.” Nicole Broucke, medewerker “Een totale drooglegging zou alleen maar resulteren in windowdressing. De probleemdrinkers zullen uitwijken – voorzover ze dat nu al niet doen – naar drankgelegenheden buiten de controle van de werkgever.” Bruno van Stayen, adjunct van de directeur Dr. Van Damme: Ik wil er allereerst op wijzen dat er in het MVG, net zoals in alle bedrijven, zeker een alcoholprobleem bestaat, maar men moet dat niet veralgemenen. Alcoholproblemen doen zich vooral voor in perifere sectoren, in kleine afgelegen werkplaatsen waar weekendwerk gedaan wordt, tijdens nachtdiensten, en waar weinig controlemogelijkheid is. In kantoren heb je meer sociale controle. Wat niet betekent dat er daar geen mensen met een drankprobleem zijn. Het punt is dat alcohol een sociaal aanvaarde drug is. Een totale drooglegging is dus geen houdbare oplossing. Daar is immers geen draagvlak voor, noch bij de werkgever noch bij de werknemer. Ik
REPORTER TER PLAATSE
foto: Peter Van Hoof
ben ook geen voorstander van een repressief beleid. Hoe meer regels je oplegt waar de mensen niet achterstaan, hoe meer ze inderdaad zullen zoeken naar een achterpoortje. Mijn ervaring leert ook dat controle geen oplossing is. Dat is trouwens in de praktijk niet haalbaar. Ik denk dat we in het MVG voor een realistisch alcoholbeleid hebben gekozen. Er zijn duidelijke afspraken over de beschikbaarheid van alcohol: geen drank tijdens de werkuren, wel bij de maaltijden en bij recepties, op voorwaarde dat er voorafgaandelijk toestemming voor gevraagd is. Er liggen procedures vast in geval van misbruik en er zijn doorverwijsmogelijkheden voor de ernstige gevallen. Andere collega’s leggen dan weer de vinger op enkele zere plekken. Drinken, ook tijdens de werkuren, behoort in sommige afdelingen gewoon tot de bedrijfscultuur. En ten slotte stellen sommigen het probleem van de beroepsdrinkers aan de kaak, waar meestal veel te laks mee wordt omgesprongen. En wat als de chef zelf regelmatig te diep in het glas kijkt? “Er zijn afdelingen waar alcoholgebruik tijdens de diensturen een geplogenheid is. Voor mij kan dat echt niet. Zeker niet als er een combinatie is met dienstwagens of controlerende functies. Alles hangt af van de verantwoordelijke chef of van moedig personeel dat zich verzet tegen een mogelijk ongewenst gedrag van die chef.” Brigitte De Wever, woudmeester Storend zijn de beroepsdrinkers die dagelijks zwaar naar de alcohol ruiken, totaal niets presteren en daardoor de werksfeer grondig verpesten. Vooral als daartegen door hun meerderen niet wordt opgetreden. Een meldpunt en een mogelijkheid tot begeleiding kunnen misschien soelaas bieden. Voor
de onverbeterlijke gevallen blijft alleen ontslag over.” René Meeuwis, adjunct van de directeur “Helaas zijn er een aantal mensen die een echt drankprobleem hebben. Zij zullen steeds behoefte hebben aan drank en zullen die ook vinden, ze brengen drank mee van thuis of gaan ’s middags op café. Ik vind dat deze mensen door hun oversten aangespoord mogen worden om hulp te zoeken.” Geert Rits, adjunct van de directeur Dr. Van Damme: Je kunt inderdaad niet ontkennen dat er misbruiken zijn, ook in het MVG. Bij de arbeidsgeneeskundige dienst zien we regelmatig mensen met een drankprobleem. We schatten in hoe groot het probleem is en zorgen dat ze op de juiste plek terechtkomen: bij een specialist, een zelfhulpgroep of een afkickcentrum. Ik pleit er ook voor dat er meer aandacht zou zijn voor preventie. Als iemand een drankprobleem heeft, moet de chef zijn verantwoordelijkheid nemen en die persoon confronteren met de gevolgen van zijn probleem, zowel voor zijn functioneren op het werk als in zijn sociale relaties. Het belangrijkste is dat de persoon zelf tot de conclusie komt dat drinken niet meer kan. En als de chef zelf te veel drinkt? Dat kan uiteraard niet. Het alcoholbeleid geldt voor iedereen. De chef heeft een voorbeeldfunctie. Als de chef drinkt, zullen er ook meer drankproblemen zijn bij het personeel. Ten slotte nog dit: studies bewijzen dat alcohol niet alleen een grote rol speelt als oorzaak van ongevallen op het werk, maar ook een negatieve invloed heeft op de prestaties. Heel wat mensen voelen zich bijvoorbeeld slaperig als ze een glaasje gedronken hebben. Men spreekt soms van ‘absenteïsme op het werk’. De conclusie laat ik aan de lezer over.
Onze specialist terzake: dr. Jacques Van Damme, arbeidsgeneesheer
NIEUWE STELLING
VASTBENOEMD = VASTGEROEST? Een job voor het leven is niet meer van deze tijd! Vaste benoeming garantie voor intellectuele onafhankelijkheid! De krantenredacties werden overspoeld door lezersbrieven pro en contra nadat een politica de vaste benoeming van leerkrachten wou afschaffen. En van de leerkrachten naar de ambtenaren is maar een kleine stap. Bij het MVG is nu al bijna een derde van het personeel niet vastbenoemd. Hoe kijkt u aan tegen deze trend? Is de vaste benoeming een verworven recht waar niet aan mag worden geraakt? Of is het een reliek uit het verleden dat een modern personeelsbeleid in de weg staat? Handen af van die vaste baan? Stuur uw reacties via de rubriek Reporter ter plaatse op de internetsite van Goedendag, of via e-mail naar
[email protected]
• www.vlaanderen.be/goedendag/reporter
13
AFDELING ONDER DE LOEP
Goedendag brengt deze keer een bezoek bij de collega’s van de afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant. Wie zijn de mensen die er werken en wat doen ze?
Afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant
BOUWHEER EN
foto: Peter Van Hoof
door Natalie Hulsen
-MEESTER VAN DE WEG
AFDELING ONDER DE LOEP
Verkeersveiligheid op onze wegen is de laatste jaren een belangrijk maatschappelijk thema geworden. Denk bijvoorbeeld aan de recent ingevoerde federale verkeerswet, of op Vlaams niveau aan het steeds meer plaatsen van flitspalen. Dat die veiligheid broodnodig is, bewijzen internationale cijfers: België scoort niet zo goed op Europees vlak. Jaarlijks hebben we een tweeduizendtal doden op onze wegen. In Vlaanderen zijn er dat een negenhonderdtal. Daarmee staan we in de rangorde van de verkeersveiligheid ver achter landen als Zweden en Nederland. Een andere manier om de veiligheid te verhogen, is te zorgen voor een goed wegennet. In Vlaanderen hebben we ongeveer 6000 kilometer autosnelwegen en gewestwegen of N-wegen. Al die wegen worden beheerd en onderhouden door de vijf provinciale afdelingen van de administratie Wegen en Verkeer. Wij namen een kijkje bij de 215 collega’s van de afdeling Wegen en Verkeer in Vlaams-Brabant. Zij zijn bouwheer en -meester van iets meer dan 900 kilometer wegen, waaronder de Brusselse ring. We vinden een deel van hen in het Via-Vitagebouw in Vilvoorde. De laatste jaren heeft de afdeling in VlaamsBrabant heel wat grote projecten op touw gezet. Zo vernieuwde ze de stationsomgeving in Leuven, nam ze het viaduct van Vilvoorde onder handen en is ze momenteel druk bezig met de heraanleg van Kampenhout-Sas. Alle projecten worden op voorhand vastgelegd in een wegenprogramma. AANBESTEDINGEN Om al dat werk uit te voeren, doet de afdeling een beroep op privé-aannemers die worden aangewezen via een aanbestedingsprocedure. Samen met zeven andere collega’s volgt André Dero de administratieve kant van die procedure en ook de uitvoering van alle werkzaamheden, tot en met de definitieve oplevering ervan. “Wij organiseren de aanbestedingen, kijken de inschrijvingen van alle kandidaat-aannemers na en delen elke goedgekeurde aannemer mee wanneer hij mag beginnen”, vertelt André. “Wij zorgen ook voor alle briefwisseling
met diverse besturen en met nutsmaatschappijen. Soms moeten die hun leidingen verplaatsen als ze de werkzaamheden zouden hinderen.” André en zijn collega’s regelen ook de betalingen van de aannemers. Voordat een aannemer aan de slag kan gaan, moet er nog heel wat voorbereidend werk verricht worden. Net als voor elk bouwwerk moet ook voor de (her)aanleg van een weg, een rotonde of een kruispunt een ontwerp gemaakt worden. Zodra de topografen van de afdeling de bestaande toestand in kaart hebben gebracht, maken de dienstkringingenieurs een ontwerp op. Zo’n ingenieur beheert een aantal wegen binnen een bepaald gebied, die dienstkring of district wordt genoemd. De afdeling heeft er vijf. Tim Lonneux is verantwoordelijk voor alle nieuwe infrastructuur die wordt aangelegd in het gebied Asse-Vilvoorde: “Als ingenieur ben je de basislegger van het ontwerp van een weg of een kruispunt. Dat ontwerp bespreek ik met verschillende partijen, zoals gemeenten en de collega’s van de administratie Ruimtelijke Ordening.” Zodra het ontwerp is goedge-
de ingenieur een bestek op voor de aannemer. “Daarin staat onder andere welke materialen de aannemer moet gebruiken, en hoeveel”, vertelt Tim Lonneux. “Mijn bouwleiders doen daarvoor ter plekke opmetingen, bijvoorbeeld van hoeveel vierkante meter beton er nodig is.” Momenteel volgt Tim de werkzaamheden voor de aanleg van een omleidingsweg in Steenokker-
Kurt Piot zorgt ervoor dat zijn collega’s van de tekenkamer het wegenontwerp van de dienstkringingenieur zo goed mogelijk uittekenen.
zeel, niet ver van de luchthaven van Zaventem. “Nu loopt de N227 vlak door het centrum, wat voor heel wat files zorgt. Dagelijks passeren daar 14.000 wagens. We hadden de luxe om vlak naast de terreinen van de luchthaven een nieuwe weg aan te leggen, waarlangs we het verkeer kunnen omleiden.” In de zomer van vorig jaar nog volgde Tim de werkzaamheden aan de E40 tussen Groot-Bijgaarden en Affligem waar een heel nieuw wegdek werd aangelegd. VERKEERSMODEL
Zodra een ontwerp van een weg is uitgetekend, maakt dienstkringingenieur Tim Lonneux een bestek op voor de aannemer.
keurd, kunnen de tekenaars van de Projectcel aan de slag. “Zij tekenen de plannen van het ontwerp uit volgens de richtlijnen van de ingenieur. Hij geeft bijvoorbeeld aan waar er een rijstrook bijgelegd of versmald moet worden.” Dat vertelt Kurt Piot, die in 2000 als tekenaar begon bij de afdeling maar intussen de Projectcel leidt. VIERKANTE METER BETON Zodra een ontwerp is uitgetekend, maakt
Projecten worden binnen de afdeling ook getoetst op de haalbaarheid ervan. Daarvoor wordt sinds 2000 een speciaal computermodel gebruikt. René Grispen is er de beheerder van. “Met dat model kan ik het verkeer in een bepaald gebied in beeld brengen en de effecten van bepaalde maatregelen inschatten”, vertelt René. “Ik geef een fictief voorbeeld: stel dat we het aantal rijstroken op de E40 zouden verdubbelen. Dan geeft mijn model niet alleen aan dat het verkeer in die zone zal verdubbelen, maar kan ik ook zien wat de effecten ervan zijn op andere wegen in de buurt. En ook bijvoorbeeld op het openbaar vervoer:
Afdeling in cijfers De afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant (WVB) telt 215 personeelsleden, waarvan 83 in het Via-Vitagebouw en 132 in de vijf districten. WVB beheert en onderhoudt in totaal 902 kilometer gewest- en autosnelwegen, op een totaal van 6288
16
kilometer wegen in heel Vlaanderen. Ze beheert ook een 100tal bruggen en tunnels. In 2003 werd ongeveer 65 miljoen euro geïnvesteerd in nieuwe infrastructuur en in het onderhouden van de bestaande infrastructuur.
AFDELING ONDER DE LOEP
mensen die nu de trein of bus nemen naar hun werk om het drukke verkeer op de E40 te vermijden, gaan dan bijvoorbeeld weer kiezen voor de wagen. Op basis van de resultaten van het model kunnen bepaalde zaken in het project bijgestuurd worden.” WIELERWEDSTRIJD Om nieuwe infrastructuur te kunnen aanleggen, moeten gronden soms onteigend worden. Samen met vier andere collega’s volgt Roger Van Dorpe de hele administratieve procedure die bij zo’n onteigening komt kijken. Roger krijgt ook vergunningsaanvragen binnen die allemaal op een of andere manier met het gebruiken van de openbare weg te maken hebben. Dat gaat van bouwaanvragen en vergunningen voor het organiseren van een wielerwedstrijd tot het aanleggen van nutsleidingen en het plaatsen van reclameborden. “Ik bezorg de aanvragen aan het bevoegde district dat
Nutsmaatschappijen die leidingen langs de openbare weg willen aanleggen, moeten daarvoor een vergunning aanvragen bij Roger Van Dorpe.
nagaat of er een vergunning gegeven kan worden. Een wielerwedstrijd kan bijvoorbeeld moeilijk georganiseerd worden op een plaats waar er werkzaamheden aan de gang zijn.”
ZOUT STROOIEN Een wegennet kan alleen maar veilig blijven als het goed onderhouden wordt. Daarom heeft de afdeling ook een jaarlijks budget voor alle mogelijke onderhoudswerkzaamheden. Die werkzaamheden worden begeleid en gecontroleerd door het personeel in
slis wanneer en waar er gestrooid moet worden. We controleren ook of de aannemer de strooiacties correct uitvoert.” Een van de werkjes die wél nog door het personeel van de districten zelf wordt uitgevoerd, is het plaatsen van alle bewegwijzering, zoals kilometerborden, hectometerpaaltjes en verkeersborden. Toen een aantal jaar geleden de snelheid op de gewestwegen van 90 naar 70 kilometer per uur werd gebracht, moesten alle borden vervangen worden. DRAAISCHIJF
Districtschef Mariano Vankan is verantwoordelijk voor de operationele begeleiding in het district AsseVilvoorde.
de districten, onder leiding van een districtschef. Het onderhoud zelf wordt door aannemers gedaan. Zo moeten bomen die dreigen op de baan te belanden geveld worden of moeten de bermen gemaaid worden. Ook het zwerfvuil wordt opgeruimd en grachten worden schoongemaakt. Als door een ongeval de vangrails beschadigd worden, roept de federale politie er iemand bij van het district in kwestie om de schade te laten herstellen. Het districtspersoneel inspecteert ook regelmatig bruggen en tunnels en zorgt ervoor dat ze een degelijke opfrisbeurt krijgen. Ook de winterdienst wordt door de districten verzorgd. Mariano Vankan, districtschef van Asse-Vilvoorde, vertelt: “Met de hevige sneeuwval begin dit jaar hebben we het heel druk gehad. We strooien niet zelf, maar we bezorgen de aannemer wel een sneeuwploeg, een strooimachine en het nodige zout. Ik volg de weersvoorspellingen dan op de voet en be-
Op het secretariaat zorgen Leona De Schauwer en haar collega’s er dagelijks voor dat de afdeling goed blijft draaien. “Wij zijn zowat de manusjes-van-alles”, vertelt Leona die al 33 jaar op het secretariaat werkt. “Alle correspondentie komt hier aan. Wij zorgen ervoor dat alles bij de juiste persoon terechtkomt en dat onze klanten tijdig een antwoord krijgen”, aldus Leona. Via de Wegentelefoon lopen op het secretariaat ook heel wat meldingen binnen van burgers over de slechte staat van een weg of over onduidelijke wegmarkeringen. Als klachtencoördinator volgt Leona ook het klachtenmanagement nauwgezet.
Als klachtencoördinator volgt Leona het klachtenmanagement nauwgezet op.
Het afdelingshoofd: “Verkeersveiligheid is onze grote prioriteit.” “Een van onze grootste zorgen is de verkeersveiligheid”, vertelt Chris Caestecker. “Dagelijks sterft er in ons land immers een kind in het verkeer of wordt iemand zwaargewond. Dat is toch niet onbelangrijk. Om daaraan iets te doen, moet je niet alleen het rijgedrag aanpakken door alcohol- en snelheidscontroles uit te voeren, maar moet ook de wegeninfrastructuur verbeterd worden. Zo proberen we ieder jaar alle nieuwe en onderhoudswerkzaamheden die op ons programma staan, af te werken. En ik moet zeggen dat ons dat telkens heel goed lukt. De komende jaren zullen vooral de 800 gevaarlijke
punten op onze Vlaamse gewestwegen aangepakt worden. Onze minister trekt daarvoor voor de vijf provincies een totaalbudget van 100 miljoen euro uit.” “Ook aan de verkeersveiligheid op onze werven schenken we heel veel aandacht. Heel wat van onze wegwerkzaamheden moeten namelijk ’s nachts gebeuren. De weggebruiker is mondiger geworden en aanvaardt niet zomaar meer dat we rijstroken afsluiten tijdens de piekuren. De ring rond Brussel bijvoorbeeld genereert dagelijks ongeveer 140.000 voertuigen, dus als je daar één rijstrook van afhaalt, creëer je gigantische files.”
Wilt u deze collega’s ook in beeld zien, surf dan naar www.vlaanderen.be/goedendag/afdeling
17
SPECIAAL
VLAAMSE INFOLIJN EN VLAAMSE door Karen Vanden Auweele
Begin maart vierden de Vlaamse Infolijn en de Vlaamse Ombudsdienst hun vijfde verjaardag. Dat ze dat samen deden, is niet toevallig. Veel klachten die binnenkwamen bij de Vlaamse Ombudsdienst waren immers het gevolg van een gebrek aan informatie en waren dus eigenlijk eerder vragen. Om die te kanaliseren, werd de Vlaamse Infolijn opgericht. Op dat moment kreeg de ombudsdienst een nieuwe broodheer en maakte daarmee ook een nieuwe start. Sindsdien zijn beide diensten aanzienlijk gegroeid. Reden genoeg dacht Goe-
OP ÉÉN LIJN VOOR DE BURGER
D
e Vlaamse Infolijn schoot op tien maart 1999 uit de startblokken. Ze biedt burgers en bedrijven één aanspreekpunt, dat hen professioneel correcte overheidsinformatie kan geven. Al gauw bleek dat de Vlaamse Infolijn een snelle sprinter is, want op enkele jaren tijd zag ze het aantal contacten met de burger vertienvoudigen. “Onze kerntaak is de burger wegwijs maken in het complexe overheidslandschap en hem eerstelijnsinformatie geven over de werking en bevoegdheden van de Vlaamse overheid”, steekt projectleidster Mireille Van Pollaert van wal. Om het voor de burger duidelijker te maken, overkoepelt de Vlaamse Infolijn de verschillende thematische informatielijnen die de Vlaamse overheid telt.
OP DE MARKT Dat de Vlaamse Infolijn ondertussen uitgegroeid is tot een bekend begrip blijkt uit de meer dan 600.000 vragen die ze elk jaar te verwerken krijgt. De telefoon is nog altijd de absolute topper, goed voor zo’n 98% van alle informatievragen. Maar u kunt uw vraag ook stellen via mail, fax en brief. Bovendien kunt u uw vraag intikken op de website en zelfs chatten. Toch blijkt de drempel voor telefonische oproepen nog altijd te groot voor sommige mensen. Daarom toert de Infolijn sinds begin maart in Vlaanderen rond met haar nieuwe Infomobiel om de burger informatie te geven. Die Infomobiel zal twee à drie dagen per week op markten en evenementen staan. Het accent ligt op informatie die aansluit bij de actualiteit of bij de locatie.
foto: Peter Van Hoof
Als u het gratis Infolijnnummer draait, krijgt u een voorlichter van Sitel aan de lijn. “We kozen ervoor om een CONTACTPUNT VOOR externe partner in te schakelen om VLAANDEREN flexibel te kunnen inspelen op onze snel veranderende behoeften.” Bij de Om de burger nog beter te dienen, start waren er 14 operatoren. Nu staan wordt dit voorjaar een contactpunt oper u 79 te woord. Zij beantwoorden gericht, voorlopig Contactpunt Vlaande meest uiteenlopende vragen over deren gedoopt. Dat is een fusie van de werking en bevoegdheden van de de projecten E-government, Kleurrijk Vlaamse overheid. “Het soort vragen Vlaanderen en de Infolijn zelf. “De lodat we krijgen, hangt sterk af van de gica zelve dat ze in elkaar geïntegreerd actualiteit en van de campagnes die worden”, vindt Mireille Van Pollaert, Vlaanderen voert. Zo zien we dat de die projectleidster wordt. Inhoudelijk burger nu veel informatie vraagt over Mireille Van Pollaert: “Het soort vragen dat we krijgen, hangt zijn die diensten immers met hetzelfde studietoelagen en -richtingen en over sterk af van de actualiteit en van de campagnes die Vlaanderen bezig, zij het vanuit een andere invalsde onroerende voorheffing op eigen- voert.” hoek: de overheid elektronisch toedom”, verduidelijkt de projectleidster. gankelijk maken voor de burger, een “Bij vragen waarop we niet kunnen dialoog met hem aangaan en hem door antwoorden, verwijzen we de oproeper door naar de juiste instan- de Vlaamse overheid leiden. “Door de expertise van die diensten te tie. Bellers met een vraag die eigenlijk een klacht is, verwijzen we bundelen, zal de dienstverlening van de Vlaamse overheid er weer door naar de Vlaamse Ombudsdienst. Met het Klachtendecreet is een stuk op vooruitgaan. Het contactpunt moet uitgroeien tot een dat aantal sterk gedaald. Toch blijkt dat nog heel wat klachten te belangrijk instrument bij e-democracy”, besluit de projectleidster. maken hebben met een gebrek aan informatie. Heel wat bellers blijken niet goed te weten wie waarvoor bevoegd is: zo’n 25% van • www.vlaanderen.be/infolijn de vragen gaat over federale materies, zoals pensioenen. Die bellers verwijzen we door naar de juiste federale overheidsdienst.”
18
SPECIAAL
OMBUDSDIENST WORDEN SAMEN VIJF dendag om de man en de vrouw achter deze succesverhalen op te zoeken en met hen terug te blikken op de afgelopen vijf jaar. In de loop van de jaren zijn ze, gezien hun opdracht, elk steeds meer hun eigen weg gaan volgen, al blijven ze een gemeenschappelijk uitgangspunt hebben: de burger beter dienen. Een gesprek met Vlaams Ombudsman Bernard Hubeau en Mireille Van Pollaert, projectleidster van de Vlaamse Infolijn.
GELUKKIG BLIJFT DE BURGER KLAGEN
H
et aantal klachten dat de Vlaamse Ombudsdienst noteert, blijft al enkele jaren constant. Maar dat deert Bernard Hubeau niet: “Als de burgers niet meer zouden klagen, zou de kloof met de overheid niet meer te dichten zijn.” En dat is nu net de opdracht van de Vlaamse Ombudsdienst. Die bestaat eigenlijk al van in 1992, zij het dan onder de vleugels van de Vlaamse regering. Dat dat voor belangenconflicten zorgde, hoeft niet te verbazen. De ombudsdienst moest immers zijn eigen werkgever, de Vlaamse regering en administratie, op de vingers tikken over klachten van de burger. Daarom werd die ombudsdienst in 1999 opgedoekt en ondergebracht bij de vertegenwoordiger van de burgers, het Vlaams Parlement. De Vlaamse Ombudsdienst noteert zo’n 4500 klachten en vragen per jaar. Een goede 1000 daarvan zijn vragen om informatie, die vaak rechtstreeks worden gestuurd naar de Vlaamse Infolijn. Sinds het Klachtendecreet behandelt de Vlaamse Ombudsdienst klachten van burgers als die niet geholpen konden worden door de dossierof klachtenbehandelaar. “De burger klaagt vooral over zijn leefomgeving en zijn portemonnee”, legt Bernard Hubeau uit. In de helft van de gevallen vinden we een oplossing. Zo is de procedure om een studietoelage te verkrijgen nu veel eenvoudiger. Maar de redelijke behandeltermijn van stedenbouwkundige vergunningen, een ander klassiek pijnpunt, is nog niet onder controle.”
Vroeger moest men elk jaar opnieuw een aanvraag indienen om die vrijstelling te verkrijgen. Op ons advies krijgen burgers die er recht op hebben, die vrijstelling nu automatisch. We zien dat er nu drie keer zo veel mensen de vrijstelling genieten”, zegt Bernard Hubeau trots. Hij vindt trouwens dat de Vlaamse overheid volwassen omgaat met kritiek en aanbevelingen. Die worden niet als een bedreiging ervaren, maar men wil samen een oplossing zoeken. Daarom is structureel overleg met de diensten van de Vlaamse overheid én met het Vlaams Parlement van cruciaal belang. De Vlaamse Ombudsdienst is er alvast in geslaagd zijn sérieux te bewijzen. “We stellen vast dat men meer ons advies en onze inbreng vraagt, onder andere bij het uitschrijven van nieuwe regelgeving. We worden stilaan als een partner beschouwd.” VIJF KEER SPREEKUUR
foto: Peter Van Hoof
Toch is Bernard Hubeau nog niet helemaal tevreden. Zo blijkt de drempel om te klagen vaak nog te hoog. Daarom houdt de Vlaamse Ombudsdienst nu ook spreekuur in vijf steden. Daarnaast vindt hij dat er nog veel procedures vatbaar zijn voor verbetering, maar waarover de burger de reflex niet heeft om te klagen. “En wij mogen alleen aanbevelingen formuleren op basis van klachten van burgers. Terwijl we zaken zouden kunnen veranderen waar Bernard Hubeau: “Hoe concreter onze aanbevelingen, hoe groter de kans dat men er rekening mee houdt.” vooral de lagere sociale klasse voordeel zou kunnen uithalen.” Daarom breekt hij een lans voor het initiatiefrecht waarmee de ombudsdienst zelf voorstellen tot verbetering kan indienen zonder dat die voortspruiten uit een concrete klacht PARTNER van een burger. “De eerste vijf jaar hebben we onze dienst opgeVeel klachten zijn het gevolg van complexe regels of kromme pro- bouwd. Nu is het tijd voor nieuwe opdrachten, zoals het initiatiefcedures. Daarom probeert de Ombudsdienst ook structureel de recht. En ik denk dat daar wel voldoende draagvlak voor is.” zaken aan te pakken door beleidsaanbevelingen te formuleren op basis van de klachten. “Hoe concreter onze aanbevelingen, hoe • www.vlaamseombudsdienst.be groter de kans dat men er rekening mee houdt. Neem nu de vrijstelling van de waterheffing waar sommige mensen recht op hebben.
19
VERSTRIKT IN HET WEB
EEN MUISKLIK OM VERGADERZALEN TE RESERVEREN Op 1 mei lanceerde de afdeling Gebouwen een nieuwe intranettoepassing om vergaderzalen te reserveren en te beheren. Met deze toepassing wil de afdeling niet alleen het vastleggen van vergaderzalen vereenvoudigen, maar ook onze dure vergaderruimte in Brussel beter benutten. door Vincent Sennesael
Het MVG beschikt over een groot aanbod aan vergaderzalen, maar we weten niet altijd bij wie we welke vergaderzalen kunnen en mogen reserveren, zodat we aangewezen zijn op een paar vaste zalen. Daardoor zijn sommige zalen constant bezet terwijl andere bijna nooit worden gebruikt. Om de vergaderzalen eenvoudiger te kunnen reserveren en optimaler te benutten, ontwikkelde de afdeling Gebouwen samen met een interdepartementale werkgroep een intranettoepassing. Op 1 mei namen de gebouwverantwoordelijken, de zaalbeheerders en sommige secretariaatsmedewerkers van de grote Brusselse gebouwen van het MVG (Boudewijn, Ferraris, Conscience, Markies en Phoenix) en het VAC in Hasselt die nieuwe toepassing in gebruik. U kunt nu dus geen papieren formulieren meer gebruiken om vergaderzalen vast te leggen en basiscatering te bestellen. Alles gebeurt via het nieuwe systeem. ZELFBEDIENING De vergaderzalentoepassing is een self-servicetoepassing, net zoals Vlimpers. Dat betekent dat u voortaan ook zelf een vergaderzaal kunt reserveren en basiscatering kunt bestellen. Het zijn dus niet alleen de zaalbeheerders,
20
de gebouwverantwoordelijken en de secretariaatsmedewerkers die gebruik kunnen maken van de toepassing. Als u rechtstreeks een vergaderzaal wilt boeken, kunt u dat via de nieuwe toepassing ook zelf. Hoe dat praktisch verloopt, hangt af van de afspraken die uw leidinggevende maakt voor uw entiteit. LAAT MIJ KIEZEN De zoektocht naar de ideale vergaderzaal is dankzij de toepassing stukken sneller en eenvoudiger. Op basis van een aantal criteria, zoals het aantal personen, het gebouw, de datum en het tijdstip, krijgt u van het systeem een lijst van zalen die het best aansluiten bij uw wensen. Voor elke vergaderzaal is een informatiefiche met foto, ligging, plattegrond en aanwezige vergaderhulpmiddelen beschikbaar waardoor u uw keuze nog beter kunt afstemmen op uw behoefte. Als u een vergaderzaal reserveert, beslist de verantwoordelijke vergaderzaalbeheerder over uw aanvraag. U ontvangt een bevestigingsbericht via e-mail als de vergaderzaal definitief vastligt. Lees zeker dat bericht. ETEN EN DRINKEN
thee en fruitsap kunt u via dezelfde toepassing bestellen. Hou er evenwel rekening mee dat het systeem vereist dat u minstens 24 uur op voorhand die catering bestelt. Wilt u catering voor een vergaderzaal die u de dag zelf hebt vastgelegd of wilt u warme maaltijden bestellen, dan kunt u het best rechtstreeks contact opnemen met de DAB Catering. Als u vergadergasten van buiten uw gebouw of van buiten het ministerie verwacht, dan kunt u via de toepassing ook een lijst met genodigden samenstellen. Dat overzicht komt automatisch bij de collega’s van het onthaal terecht, die uw gasten dan wegwijs kunnen maken. Wilt u meteen zelf aan de slag met de vergaderzalentoepassing? Surf dan naar de koepelsite op het intranet en volg de link ‘Vergaderzaal boeken’, of surf naar onderstaande url. Belangrijk is wel dat u beschikt over een recente versie van Internet Explorer en over een specifieke gebruikersnaam en een wachtwoord. Meer informatie krijgt u op de intranetsite van de afdeling Gebouwen of bij projectleider
[email protected], tel.: 02-553 03 03. • intra.vlaanderen.be/vergaderzalen
Niet alleen een vergaderzaal, maar ook de basiscatering zoals broodjes, water, koffie,
Zomerzoektocht 2004
IN DE SPOREN VAN
AMBIORIX
Beeldje aan Gasthuiskapel
Mocht Asterix dit jaar meedoen aan de zomerzoektocht van Goedendag, dan zou hij Atuatuca Tungrorum aandoen. Wij gaan het zoeken in Tongeren. Atuatuca Tungrorum was in de Romeinse tijd de hoofdplaats van het volksdistrict der Tungri, een federatie van een aantal volksstammen. De Eburonen was er één van. En Ambiorix was hun koning. In 54 v.C. bracht hij de Romeinse legioenen een zware nederlaag toe. Maar dat heeft niet kunnen beletten dat Tongeren onder Romeins gezag kwam. Tongeren lag op het knooppunt van een aantal belangrijke heirbanen. Logisch dus dat de plaats uitgroeide tot een echte Romeinse stad, ommuurd met een monumentale stadsmuur. Maar ook het landschap wijzigde onder de invloed van de Romeinse cultuur. Vele villa’s werden gebouwd en karakteristieke tumuli (grafheuvels) werden opgericht. Nadat de Romeinen de streek hadden verlaten, dommelde de stad in. Vanaf de 8ste eeuw werd ze opnieuw op de kaart gezet, met onder andere de bouw van een nieuwe kerk. Het begin van een bloeiende periode die duurde tot 1677, toen de stad bijna helemaal werd platgebrand door de troepen van Lodewijk XIV. En het is pas
2
| Goedendag | Zomerzoektocht
na 1830 dat de stad zich heeft hersteld. Dat Tongeren na meer dan 2000 jaar nog steeds een levendige stad is, zullen we vandaag aan den lijve ondervinden. Hoe levendig ook (en op donderdag en zondag nog iets meer, want dan kan men er ‘markten’), we verblijven dit jaar in de oudste stad van België. Op onze tocht zullen we dan ook geregeld geconfronteerd worden met de rijke geschiedenis van de stad. Ogen open dus! Maar vooral omdat ook dit jaar de zoektocht een aantal fotovragen bevat. Vijf zijn het er geworden. Prent de foto’s in uw geheugen, dan pas bent u er klaar voor om met ons op stap te gaan. Dit jaar is het ook mogelijk dat u na de tocht thuis nog wat extra speurwerk zult moeten doen. De tocht wordt niet echt lang. Zo hebt u des te meer tijd om volop te genieten van wat Tongeren te bieden heeft. En nu … op stap!
tekst: Yves Decuypere foto’s: Yves Decuypere en Peter Van Hoof
REGLEMENT 1. Elke ambtenaar van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap kan deelnemen. Iedereen kan maximaal één deelnemingsformulier insturen. Deelnemen is gratis. Bij duidelijke aanwijzingen dat iemand meer dan een deelnemingsformulier instuurt, kan die persoon uitgesloten worden. 2. U kunt de tocht maken vanaf het ogenblik dat deze routebeschrijving verschijnt tot eind september 2004. 3. De antwoorden op de vragen moeten op het bijgaande deelnemingsformulier ingevuld worden en moeten uiterlijk op maandag 27 september 2004 aankomen bij Yves Decuypere, Doornweg 37 in 9400 Ninove. Vermeld op de envelop: ‘Zoektocht Goedendag’. 4. Als antwoord op de schiftingsvragen moeten de volgende getallen vermeld worden: a. de som van de zes getallen van de lottotrekking van 2 oktober 2004, vermenigvuldigd met het reservegetal van dezelfde trekking. Voorbeeld: trekking is 2-5-10-25-37-42 en reservegetal is 6. Dan geeft u als antwoord: (2+5+10+25+37+42) x 6 = 121 x 6 = 726; b. het jokergetal van de trekking van 2 oktober 2004 (7 cijfers). 5. U moet de tocht in de aangegeven richting volgen. 6. Over de antwoorden en de uitslagen wordt niet gecorrespondeerd. RAADGEVINGEN 1. Probeer de tocht niet in een mum van tijd af te leggen, omdat u er dan niet ten volle van kunt genieten. Trek er een hele dag voor uit en trakteer uzelf op een picknick of een etentje op een of ander mooi plekje. 2. Houd er alstublieft rekening mee dat de vragen absoluut niet als strikvragen zijn bedoeld. Het gaat hier niet om zogenaamde rallyvragen, die gewoonlijk zo listig mogelijk worden opgesteld. Wat niet belet dat nu en dan de vragen met de nodige aandacht en in detail moeten worden gelezen om ze juist te kunnen interpreteren. Soms is het mogelijk dat u thuis nog een aantal zaken moet opzoeken. Meters of andere instrumenten hebt u niet nodig.
We starten de tocht aan het station van Tongeren. Het is een eindstation dat via rechtstreekse lijnen verbonden is met Brussel en Antwerpen. Voor wie met de trein komt, is het startpunt ideaal. Wie met de auto Tongeren aandoet, vindt snel een parkeerplaatsje in de buurt. We verlaten het station en stappen rechtdoor de Stationslaan in. Die volgen we tot aan het eerstvolgende kruispunt met lichten. Bij groen licht steken we over om vervolgens rechts te stappen. We gaan links de bocht in en ontdekken een eerste spoor van het verleden: restanten van de Middeleeuwse omwalling. We bestijgen de wallen niet, maar volgen rechts het brede wandelpad. Daar leert een eerste monument ons dat Tongeren precies 2019 jaar oud is. Vraag 1 Op het monument vindt u een reeks namen van steden: Romeinse zustersteden van Tongeren. Welke twee steden liggen het verst van elkaar verwijderd? We vervolgen onze tocht langs het wandelpad en krijgen wat extra informatie over de Middeleeuwse muren. In 1213 werd de stad verwoest door de troepen van hertog Hendrik I van Brabant. Om zich beter te beschermen begonnen de Tongenaren in 1241 met de bouw van de Middeleeuwse omwalling. De muur omsloot de toenmalige stadskern en komt nu ongeveer overeen met de huidige ringweg. Vraag 2 In de naam van een van de steden die op het informatiebord vermeld staat,
zit een voluit geschreven lengtemaat verstopt. Hoe lang was de Middeleeuwse muur uitgedrukt in die lengtemaat? Op het einde van het wandelpad volgen we nog even de Sint-Maternuswal tot we links richting ‘Politie’ kunnen stappen. We zien dat parkeren in Tongeren niet echt een probleem kan zijn. Even verder ontdekken we waar het blauw zit als het zich niet op straat bevindt. Rechts achteraan trekt een oude steen onze aandacht. We brengen een bezoekje. Vraag 3 Hoeveel dieren staan op deze steen afgebeeld? We keren op onze schreden terug en weer op straat vervolgen we onze weg naar rechts. Links zien we nog het Kanunnikenhuis. Op het einde van de straat gaan we opnieuw naar rechts. Zo komen we voorbij de hoofdingang van wat vroeger het Praetorium is geweest. U vindt er een erudiet Romein (331-363) in al zijn glorie. Vraag 4 We blijven in de sfeer. Analyseer de naam van deze Romein en maak de som van zijn naam door de letters (wanneer relevant) als Romeinse cijfers te beschouwen. We vervolgen onze weg en komen op de ‘Grote Markt’ terecht. We brengen meteen een bezoek aan Ambiorix, de held van de Eburonen. Hij was het die met zijn medestanders de legioenen van Julius Caesar de grootste nederlaag toebracht die ze bij de verovering van Gallië hebben geleden.
3. Wij hopen dat alle deelnemers zo sportief zullen zijn om hun resultaten niet door te spelen aan lezers die de tocht niet hebben afgelegd. 4. De woorden die in de beschrijving van de reisweg tussen aanhalingstekens (‘…’) zijn geplaatst, zijn letterlijk ter plaatse te zien. 5. Ten slotte wensen we iedereen veel zoekgenot en voldoende mooi weer om er een aangename dag van te maken.
Middeleeuwse omwalling
Goedendag | Zomerzoektocht |
3
Vraag 7 Waar sneuvelde een ‘kind’ op kerstdag 1895?
Ambiorix
Al leert de geschiedenis ons dat de waarheid wellicht iets minder heldhaftig was. Zo zou Ambiorix in een eerste fase bevriend zijn geweest met de Romeinen om een gunstige behandeling van zijn volk te verkrijgen. Maar van die vriendschap zou hij gebruik hebben gemaakt om de Romeinen te bekampen en te verslaan. Later vluchtte hij met een paar medestanders tot achter de Rijn. In 1866 werd het standbeeld opgericht door de beeldhouder Jules Bertin.
We richten nu de blik op de Onze-LieveVrouwebasiliek. Het meest opvallende symbool van Tongeren is de statige, 64 meter hoge toren. Van mijlenver, uit welke richting men ook Tongeren bereikt, ziet men de Belforttoren boven de stad uitsteken. Aan deze indrukwekkende basiliek werd meer dan 300 jaar gebouwd. Het is een prachtvoorbeeld van gotische bouwkunst. Voor de zoektocht zelf is een bezoekje aan de kerk niet noodzakelijk, maar laat dat u niet tegenhouden. Het binnenzicht is adembenemend en u vindt nergens mooiere kerkschatten. U vindt er het miraculeuze genadebeeld van Onze-Lieve-Vrouw uit de 15de eeuw. Haar kroning wordt sinds 1890 om de zeven jaar herdacht in een processie. Op het hoogaltaar ontdekken we een hoogstandje van gotische houtsnijkunst: het Maria-retabel. Bekijk ook even het Le Picardorgel met zijn 4000 pijpen. Rustgevend is ook de unieke Romaanse kloostergang uit de 12de eeuw. De Onze-Lieve-Vrouwebasiliek bezit de rijkste schatkamer van België. In de omgebouwde kapittelzaal vindt men unieke kunstobjecten vanaf de Merovingische periode tot de 19de eeuw. Niet verplicht dus, alleen als u het wilt. De basiliek is dagelijks open van 7.30 tot 12 uur en van 13.30 tot 18.30 uur.
Vraag 5 Hoeveel koppen van “dieren” vinden we op dit monument? Van Ambiorix tot aan het stadhuis is het maar een boogscheut ver. Tot voor de grote, alles verwoestende brand van 1677 was het stadhuis gevestigd op de Grote Markt. Het was pas in het begin van de 18de eeuw dat het stadhuis werd gebouwd op de plaats waar het zich nu bevindt, dat is op de plaats waar vroeger de lakenhalle stond. Het gebouw, dat in classicistische stijl werd opgetrokken, is gebouwd tussen 1737 en 1750. Vandaag kan men er ook terecht voor toeristische informatie over Tongeren en omgeving. Vraag 6 U kunt volgens lokale informatie het gebouw waarin het stadhuis is gevestigd drie adressen geven: geef de drie mogelijke straatnamen.
4 | Goedendag | Zomerzoektocht
Maquette van de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek
Onze-Lieve-Vrouwebasiliek
Voor de zoektocht zelf houden we het liever wat kleiner. We concentreren ons daarbij op een maquette van de OnzeLieve-Vrouwebasiliek. Die ontdekken we door langs de zijgevel van de basiliek te stappen. De maquette moet slechtzienden een idee geven van hoe de basiliek is opgebouwd. We wagen ons even aan het schrift van Braille.
Vraag 8 Vertaal wat staat na:
Vraag 9 Wie danst hier en waar? We dalen de archeologische site af en volgen het metalen trappentraject. We vinden er een Romeinse toren uit de 4de eeuw. De toren maakte deel uit van de tweede Romeinse verdedigingsmuur. In de 2de en 3de eeuw stond op deze plaats een luxueuze stadswoning. De site wordt aan de zuidzijde omsloten door de verdedigingsmuur van de basiliek van omstreeks 1100. Vraag 10 Met welke “munitie” was de buitenbekleding van de toren waarschijnlijk versierd? We stijgen uit de archeologische site op en zoeken de ‘Allée Verte’ om, achter het hoekje, links het ‘Vrijthof’ op te stappen. We komen voorbij het gerechtshof uit 1841. Daarna gaan we rechts de ‘Piepelpoel’ in. De naam verwijst naar een oude stadspoel. We stappen rechtdoor de Momberstraat in. Op het einde gaan we rechts en komen even verder bij het Perron. In het Prinsbisdom Luik staat het Perron symbool voor de prinselijke macht en de vrijheden der Goede Steden. Oorspronkelijk stond het op de Grote Markt, maar het moest wijken voor Ambiorix. Sedert 1985 heeft het een plaats gevonden op het ‘Plein’.
Vraag 12 Welke twee letters volgen op ‘IE’, in ieder geval als die letters zich onder een tweezijdige pijl bevinden? Voorbij het instituut gaan we rechts en komen op het Regulierenplein. We wandelen tot op het einde van het plein en zien links nog een restant van de Middeleeuwse omwalling, de Velinxtoren. Vraag 13 Uit welke steensoort is deze toren opgebouwd? Hebt u het antwoord? Dan gaan we rechtdoor en wandelen de Kastanjewal in. Zo komen we langs het Culturele Centrum. Rechts ontdekken we al snel het stadspark en even verder kunnen we rechts zigzaggend naar beneden. Eventjes rechts en dan links het park instappen. We kiezen voor het pad dat ons links langs de vijver voert. Zo komen we bij het botenhuis terecht. Daar gaan we links en verlaten via ‘Tickets’ het park. Vraag 14 Hoeveel betaalt u in totaal (volgens de hier aangeduide gegevens) als u als 12jarige wilt deelnemen aan alle activiteiten? We stappen rechts richting ‘Sportcentrum De Motten’. Daar huist de voormalige eersteklasser SK Tongeren, nu een gedegen derdeklasser.
Vraag 15 Welke kleur moet u volgen om een tumulus te ontdekken? Voorbij het stadion, aan SBSO, gaan we rechts. We doen dat zo veilig mogelijk. Daarom dwarsen we de drukke weg en wandelen verder tussen twee rijen bomen door. Enkele bruggen proberen ons te verleiden om het water over te steken, maar we doen het niet. We willen immers nog de restanten van de Lakenmakerstoren (13de eeuw) een bezoekje brengen. Voorbij een linkse bocht en via restanten van de omwalling komen we bij de Moerenpoort. Vraag 16 Vanuit de Moerenpoort had men ruim zicht op de buurt. Door hoeveel ramen? We gaan het zelf niet proefondervindelijk onderzoeken. Wat we wel doen is links de Kielenstraat inwandelen. Even verder moeten we links meevolgen, de Sint-Rosastraat in en dan weer links, de Sint-Ursulastraat in die we volgen tot op het einde. We verwijlen zo een tijdje in het Begijnhof van Tongeren, het oudste begijnhof van Limburg. Het miniatuurstadje overleefde de Grote Brand van Tongeren in 1677 en de meeste huisjes bleven bewaard. In de Ursulastraat ontdekken we de typische begijnhofhuizen achter muurtjes.
Vraag 11 Wat komt na ‘LOVINK’? Vanaf het Perron zoeken we de Putstraat, die we links inwandelen. Vroeger kwam hier de Romeinse heirbaan Keulen-Bavai voorbij. We treden dus echt in de voetsporen van onze verre voorvaders. Als we nog eens aan de straatnaam worden herinnerd, gaan we links. Even verder ontdekken we een aantal collega’s. Hier is immers het ‘Instituut voor het Archeologisch Patrimonium (IAP) – buitendienst Tongeren’ gehuisvest. En eerlijk gezegd … waar anders in Vlaanderen moet zo’n instituut zeker aanwezig zijn.
Begijnhof van Tongeren
Goedendag | Zomerzoektocht |
5
Vraag 17 Hoeveel herbergen vindt u in de Sint-Ursulastraat? Op het einde van de straat gaan we rechts. We wandelen tot voorbij een linde met een infobord. Op dit pleintje vinden we de oudste stenen huizen van het Begijnhof. We gaan rechts en zoeken de Sint-Catharinakerk, een van de mooiste hoekjes in Tongeren. Deze vroeg-Gotische kerk dateert uit 1294 en werd in de loop der eeuwen verschillende keren verbouwd en aangepast. Vraag 18 Welke gemeente uit de provincie Antwerpen ligt mee aan de basis van het bestaan van deze kerk? We zoeken nu de Sint-Catharinastraat, die we links inwandelen. Daarna verkennen we rechts de Repenstraat. Op het einde gaan we even rechts om direct weer links te kiezen. We komen voorbij het nieuwe gerechtsgebouw. Zowat tegenover dit gerechtsgebouw kunnen we links een aantal trappen op en ontdekken zo het Gallo-Romeins museum. Vraag 19 Mocht het kunstwerk voor het Gallo-Romeins museum ef-
Gallo-Romeins museum
fectief een spin voorstellen, waar zouden de wetten van de natuur dan met voeten zijn getreden? Vraag 20 Hoeveel jaar na de overwinning van Ambiorix op de Romeinse legioenen werd de eerste steen van het Gallo-Romeins museum gelegd?
Hier eindigt de tocht voor dit jaar … althans officieel. Niets belet u om een bezoek te brengen aan het museum. Naast de vaste verzameling komt u er dit jaar (tot halfweg september) oog in oog te staan met de Neanderthalers. Zeker de moeite waard, vooral voor wie net een tocht naar de historie achter de rug heeft. De toegangsprijs is democratisch en u krijgt er met de personeelskaart van de Sociale Dienst een korting van 1 euro bovenop. Het museum is op maandag open van 12 tot 17 uur; van dinsdag tot en met vrijdag van 9 tot 17 uur. Op zater-, zon- of feestdag kunt u er terecht van 10 tot 18 uur.
Begijnhof
6
| Goedendag | Zomerzoektocht
HIER ZIJN DE FOTOVRAGEN Voor u evenwel verbroedert met onze oudste voorouders, vergewist u zich er beter nog eens van of u alle fotovragen hebt gevonden. Want als u eenmaal binnen bent, vliegt de tijd snel …
Fotovraag 1 Welke gemeente behoort hier tot dezelfde zone als Tongeren?
Fotovraag 3 Boven welk veelvlak hang ik?
Fotovraag 2 Wat stond hier vroeger?
Fotovraag 4 Waar kwam men hier terecht in 1262?
Fotovraag 5 Uit welk jaar dateert mijn woonst?
Goedendag | Zomerzoektocht |
7
Deelnemingsformulier zoektocht 2004 IN DE SPOREN VAN AMBIORIX Naam Adres Departement Afdeling Administratieve standplaats Datum deelname tocht Antwoorden
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
Antwoorden fotovragen
1. 2. 3. 4. 5.
Schiftingsvragen
a: de som van de zes getallen van de lottotrekking van 2 oktober 2004, vermenigvuldigd met het reservegetal van dezelfde trekking - zie reglement:
b: het jokergetal van de trekking van 2 oktober 2004 - zeven cijfers:
Opmerkingen en reacties:
8
| Goedendag | Zomerzoektocht
ICT
U HEBT MAIL! Elke werkdag ontvangen we met z’n allen zo’n 60.000 mails op dit ministerie en versturen we er 45.000. Dat komt overeen met 6 gigabyte ofwel 750.000 vellen papier aan inkomende mails en 4 gigabyte of 500.000 vellen aan uitgaand mailverkeer. In totaal telt ons dataopslagsysteem momenteel een mailvolume van 2 terrabyte of 250 miljoen vellen papier. Dat is de afstand van Brussel tot Leuven. door Regine Van Tomme
Mail is vandaag niet meer weg te denken uit ons leven. Het is een haast onmisbaar werkinstrument geworden dat net als de (mobiele) telefoon snel een vaste plaats heeft veroverd in onze manier van communiceren. Mailen is eenvoudig, goedkoop, snel en makkelijk aan te leren. Vele collega’s beginnen en eindigen hun dag met het lezen van hun e-mail. Sommigen willen zelfs van thuis uit mails kunnen lezen. Een leven zonder mail is haast niet meer denkbaar. Het mailsysteem is binnen het MVG dan ook een van de meest bedrijfskritische applicaties. Het gebruik van onze mailinfrastructuur is de laatste jaren enorm gegroeid en neemt nog elke dag toe. HOE BEHEREN WE DE MAILTOEVLOED? Het mailsysteem bevat voor heel wat collega’s belangrijke informatie. Informatie die dus goed opgeslagen moet worden zodat fouten, zoals het verkeerdelijk verwijderen van mailberichten, rechtgezet kunnen worden. Dat gebeurt in een betrouwbaar en performant dataopslagsysteem en nog eens extra op een taperobot. Die combinatie zorgt ervoor dat onze mailgegevens goed beschermd worden en beschikbaar blijven als er zich problemen voordoen. EEN NOG BETER MAILSYSTEEM De cel SSA (Strategie Standaarden Architectuur) van de entiteit ICT-Beleid is samen met de ICT-dienstverlener EDS-Telindus be-
zig met een verbetering van het mailsysteem. Zo staat er een vervanging van de mailserver op het programma en wordt de server software vernieuwd met het oog op een efficiëntere dienstverlening. SPAM EN HOE ERMEE OM TE GAAN Helaas zijn er ook minder leuke kanten verbonden aan mailberichten, één daarvan is het spam-probleem. U kon er al over lezen in het vorige nummer van Goedendag. Spam-berichten zijn berichten die ongewenst in uw mailbox terechtkomen en ze gaan over allerhande onderwerpen die vaak aanstootgevend zijn. Eén ding is zeker, u vroeg niet zelf om deze berichten. Ze zijn contraproductief en veroorzaken een onnodige belasting van onze infrastructuur. Ook het ministerie blijft niet gespaard van dit fenomeen. Men schat immers dat minstens één op de tien mailberichten die het MVGnetwerk binnenkomen, spam-berichten zijn. Om dit probleem aan te pakken, installeert ICT-Beleid binnenkort centraal een anti-spam-programma. Die software zal spam detecteren, zoals een virusscanner virussen opspoort. Daarnaast is het ook belangrijk dat u als gebruiker correct reageert als u spam-berichten ontvangt. Tips en meer informatie over spam vindt u op het ICT-intranet onder de rubriek Beveiliging. • ict.vlaanderen.be
29
foto: Peter Van Hoof
“Als je
kordaat bent,
krijg je ook meer
respect.”
JONGE LEEUW
Gesprek met Joeri Van de Pontseele, poetsman (DAB Catering en Schoonmaak)
DE BALLADE VAN BORSTEL EN VOD Vier uur in de morgen. Ergens in Geraardsbergen schiet een wekkerradio de nacht aan flarden. Joeri rept zich, want de eerste trein naar Brussel vertrekt stipt om kwart voor vijf. Tussen de mannen van de post en andere vroege vogels dommelt hij nog even in. Kwart voor zes in het Ferrarisgebouw. Joeri voltrekt zijn dagelijks ritueel: inprikken, omkleden en na een slok koffie, de kar op gang trekken. Straks zal de hal er weer blinkend bij liggen. Tot al het volk over de vloer is. Maar dat zijn zorgen voor morgen. Dan haalt Joeri zijn kar weer van stal en herbegint het perpetuum mobile van borstel en vod.
door Hilde Desmedt
‘B
en je spoorloos? Houden zo!’ ‘Zonder jou gaan we kopje onder.’ ‘We staan scherp, elke dag.’ U hebt de affiches zeker al zien hangen. Leuke slogans en toffe tekeningen, maar de boodschap is niet mis te verstaan. Graag wat meer respect voor het werk en het personeel van de DAB Catering en Schoonmaak. Het ministerie is een huishouden en in een huishouden moet iedereen zijn steentje bijdragen. “Een goed idee zo’n campagne”, vindt Joeri. “Zo maakt men aan de mensen duidelijk dat wij meetellen, dat ons werk ook belangrijk is. Ik versta dat wel, de meeste mensen die hier werken hebben gestudeerd en hebben een diploma. Maar
dat is nog geen reden om op ons neer te kijken. Wij doen toch ook onze job en zorgen dag in dag uit dat de werkplek er netjes bij ligt.” Een beetje meer respect zou wel mogen, vindt hij, en, waarom ook niet, wat meer vriendelijkheid. “Ik zeg altijd goeiedag tegen de mensen. Het doet deugd als ze mijn groet beantwoorden, al is het maar met een knikje. Maar er zijn mensen die doen alsof je lucht bent. Die, als je de toiletten aan het poetsen bent, gewoon doorlopen terwijl je nog bezig bent en de vloer nog nat is. Dat doe je thuis toch ook niet. Ik heb ondertussen wel geleerd om wat meer op mijn strepen te staan. Nu durf ik te vragen of ze naar een ander toilet willen gaan. En ik merk dat
31
JONGE LEEUW
als je wat kordaat bent, je ook meer respect krijgt. Maar misschien heeft het ook iets te maken met het feit dat ik een jonge gast ben en er niet uitzie als een doetje.” Zes jaar al poetst Joeri dagelijks samen met een twintigtal collega’s het Ferrarisgebouw. Tien verdiepingen hoog, netjes opgedeeld in zones. Iedereen in de ploeg heeft zijn eigen zone, zijn werkschema en zijn eigen (genummerde!) kar met schoonmaakproducten. En iedereen weet precies wat er elke dag schoongemaakt moet worden zodat elke zone in veertien dagen tijd een volledige en grondige beurt heeft gekregen. Maar daar wringt volgens Joeri het schoentje. “Bij die verdeling houdt men alleen rekening met het aantal vierkante meters en niet met de inrichting van de kantoren en de schikking van het meubilair. Sommige bureaus zitten overvol zodat je veel meer tijd nodig hebt om je vaste onderdelen af te werken. Als er vijf bureaus staan in een lokaal moet je het werk met vijf vermenigvuldigen. De tijd die je krijgt, blijft wel dezelfde zodat je echt op je tenen moet gaan staan om de timing te halen.”
gevarieerder. De draaideuren wassen, het containerpark proper houden. En met de schrob- en zuigmachine rijden. Dat doe ik graag. Het is wel redelijk zwaar en het vraagt wel wat behendigheid om de bochten goed te nemen.” Hoe vindt hij het om mee te draaien in een ploeg die verder alleen maar uit vrouwen bestaat? “Ik ben niet de enige man. Collega
sluiten de laatste fabrieken. Dus kwam deze job als een geschenk uit de hemel. Ik ben begonnen als jobstudent. Daarna heb ik deeltijds gewerkt, maar daar kon ik mijn boterham niet mee verdienen. Nu werk ik voltijds en verdien zo’n 1066 euro per maand. Daar spring je niet ver mee, zeker niet als je een gezin moet onderhouden. Dat is bij mij nu wel niet het geval. Ik ben nog vrijgezel. Maar misschien niet meer voor lang, nu ik met foto en al in Goedendag sta.” (schaterlacht).
foto: Peter Van Hoof
Ik hou ondertussen de klok in het oog. Want dit gesprek heeft plaats tijdens Joeri zijn middagpauze – van 11.45 uur tot 12.15 uur – en de fotograaf wil graag nog een paar kiekjes buiten maken. Ik zou het niet op mijn geweten willen dat zijn dagschema overhoop wordt gehaald en dat hij straks de verloren tijd moet inhalen. Maar Joeri stelt mij gerust. Collega’s springen desnoods wel bij als het wat zou uitlopen. Ik rond dan maar af met de vraag of hij soms tips heeft voor de bureaubewoners om zijn werk te verStefaan komt regelmatig een handje helpen. lichten. Hij hoeft geen seconde na te denMaar ik ben wel de enige man die voltijds ken. “De toiletten niet zo vuil achterlaten. werkt hier in het Ferrarisgebouw. Ik word Het is erg dat ik het moet zeggen, maar daar nogal vertroeteld door de vrouwen. Niet spannen de mannen toch de kroon. Die De werkdruk ligt zeer hoog, vindt Joeri. dat ik daar iets op tegen heb. En ik help hen vergeten nogal eens dat er een borstel staat. Het werkschema is heel strikt en de timing ook waar ik kan. Door bijvoorbeeld de zwa- En iedereen heeft toch graag een propere krap berekend. Voor de iets oudere colle- re vuilniszakken naar de container te bren- wc. We kunnen toch niet telkens komen ga’s kan dat zwaar doorwegen. Sommigen gen.” controleren of alles pico bello is. Het zou nemen zelfs geen koffiepauze omdat ze anook helpen als er niet zo veel rommel zou ders niet rond raken. Want er staat altijd Joeri is nu vierentwintig. Schoonmaken liggen in de bureaus. Sommige collega’s een stok achter de deur: de maandelijkse doet hij al van toen hij achttien was. Is dat gooien gewoon alles op de grond: papiercontrole. “En die is niet mals”, vertelt Joeri. nu de job van je leven? Het moet toch zeer proppen, sigarettenpeuken en soms zelfs “Er wordt heel streng gecontroleerd. Ieder- doen om in het holst van de nacht uit je etensresten. Er staat toch in elk bureau een een krijgt goede of slechte vuilnisbakje en een doos punten en dat wordt allevoor het papier. En nu ik maal genoteerd op een toch de kans krijg: ruim “Voor sommige mensen betekent het werk dat ik doe misschien niet formulier. Ik ga ermee akuw bureau wat op voor u zoveel, maar mij geeft het voldoening dat de mensen proper zitten.” koord dat controle nodig vertrekt. Soms ligt alles zo is, maar elke maand vind vol papieren en dossiers ik overdreven. Dat zet bedat er geen beginnen aan hoorlijk wat druk op de is. Maar wij moeten wel mensen. Het is alsof men je niet ver- warme nest te moeten? Joeri: “Plezant is ons schema afwerken.” Het doet hem zichtanders. Zeker in de winter. Maar ik denk baar deugd dat hij zijn hart eens kan luchtrouwt.” dan: beter een job dan te moeten gaan stem- ten. Hoe zwaar de werkdruk is, heeft hij trou- pelen. Voor sommige mensen betekent het wens zelf aan den lijve ondervonden. Hij werk dat ik doe misschien niet zoveel, maar Naar buiten voor de fotosessie. Er staat een heeft een tijdje moeten afhaken. “Het werd het geeft mij voldoening dat de mensen gure wind, maar Joeri geeft geen krimp in echt te veel. Ik moest op de tweede verdie- proper zitten. Een hele dag aan een bureau zijn dunne overall. Als de zon er even doorping zo’n vijftig lokalen schoonmaken, wat zitten is trouwens niets voor mij. Ik wou zo komt, zie ik hoe de gel glinstert in zijn erop neerkwam dat ik elke dag vijf bureaus snel mogelijk werk toen ik van school blonde krullen. Nog op zoek naar een geeen grondige beurt moest geven en dat kwam. Alleen is er weinig of geen werk in schikte partner? Deze man heeft alvast een haalde ik niet.” Nu doet hij de gelijkvloerse mijn streek. In Geraardsbergen is er hele- streepje voor: hij houdt van poetsen. verdieping en de hal. “Het werk is hier veel maal geen industrie meer en ook in Ninove
32
EMANCIPATIEZAKEN
Doe alsof u thuis bent door Hans De Smedt
De eerste keer
door San Eyckmans
Het moet u al opgevallen zijn. Sinds begin deze maand is een grote communicatieactie gestart om ons een aantal huishoudelijke tips mee te geven. Die moeten ons leren hoe we met z’n allen kunnen helpen om dit ministerie netjes te houden. Als wij een handje helpen, is het voor de collega’s van de DAB Catering en Schoonmaak immers een stuk aangenamer om hun werk te doen. Want, hoe properder wij het houden, hoe glanzender zij uit de hoek kunnen komen. De communicatieactie komt niet zomaar uit de lucht gevallen. In het voorjaar van 2003 voerde de dienst Emancipatiezaken een onderzoek naar de tevredenheid en de werkdruk van het personeel van de DAB Catering en Schoonmaak. Daaruit bleek dat onze collega’s met een hoge werkdruk te kampen hebben en daarbij nog eens het gevoel krijgen dat er maar weinig respect is voor hun werk. Een van de aanbevelingen uit het onderzoek is dat de werkdruk van onze DAB-collega’s kan worden verlicht door ieder van ons erop te wijzen dat ook wij een aantal taken kunnen uitvoeren. OOK U SPEELT EEN GLANSROL Ons ministerie is een huishouden op zich en daar speelt niet alleen het DAB-personeel een rol in. Iedereen kan een handje helpen door papieren en documenten niet overal in zijn bureau te laten rondslingeren of door
na een vergadering de kopjes en de glazen netjes bij elkaar te stapelen. Om maar enkele voorbeelden te noemen. U staat er wellicht niet bij stil, maar door op kleine dingen te letten, kunnen we onze collega’s van de Catering en de Schoonmaak al heel wat vooruithelpen. ‘Als wij schoonmaken, speel jij een glansrol.’ ‘Wij wensen je een vlekkeloze vergadering.’ Op de affiches in kitchenettes, op toiletten en in vergaderzalen vindt u tal van zulke tips. Daarmee wordt het werk van onze DAB-collega’s beter zichtbaar en weet u hoe u hen een beetje kunt helpen bij dat werk. De dienst Emancipatiezaken is niet toevallig betrokken bij deze actie. Wij vinden immers dat respect een belangrijke waarde is binnen onze organisatie. We moeten respect hebben voor alle groepen binnen ons personeelsbestand en dus ook voor de collega’s van de DAB Catering en Schoonmaak. Voor meer informatie kunt u terecht bij
[email protected], maar ga vooral ook een kijkje nemen op de campagnesite, waar u een overzicht vindt van alle tips. • intra.vlaanderen.be/thuis • www.emancipatiezaken.be
Men zegt dat je maar één keer een eerste indruk kunt maken. Dat klopt, ook voor een organisatie. Wie in het Boudewijngebouw in Brussel werkt, is het misschien al opgevallen dat veel collega’s door de dames aan het onthaal met hun voornaam worden begroet. Sterk vind ik dat. Zelfs op maandag word ik al beter gezind als ik bij het binnenkomen een vrolijke “goeiemorgen, San” hoor ... Toen ik hier pas werkte en ’s avonds veel te laat bleef hangen, kwam nachtwaker Theo vaak langs om de lichten te doven. Hij vroeg me dan of ik nog niet naar huis moest. Zo’n collega’s moesten er meer zijn in dit ministerie. Theo bewaakt niet alleen het gebouw, maar ook de combinatie werk-privé met strenge hand. De collega’s aan het onthaal, de nachtwakers en het schoonmaak- en cateringpersoneel, allemaal zitten ze in een speciale situatie. Ze zijn geen directe collega’s, toch zie je hen elke dag en werken ze voor ons allemaal. Je kunt het vergelijken met een goede relatie: je bent het zo gewoon dat alles vlot loopt dat je er niet bij stilstaat. Maar wat zou je ze missen als ze er niet was. Een goede relatie betekent ook respect, voor elkaar en voor elkaars werk. Daarrond voeren we sinds deze maand een campagne. Het is immers niet omdat schoonmaken de hoofdtaak voor sommigen is dat wij niet zelf ons steentje kunnen bijdragen in dit huishouden. En in één moeite tonen we ons respect voor de collega’s die zorgen dat we hier proper kunnen werken en lekker kunnen eten. Een schone werkplek en een fijne werksfeer zijn niet alleen belangrijk voor wie hier de eerste keer komt, maar zeker ook voor wie elke dag weerkeert.
33
VORMING
AFDELINGSHOOFDEN LEREN VAN ELKAAR
door Gerda Van Der Plas
Tijdens het seminarie voor het middenkader vorig jaar in Keulen bleek dat heel wat afdelingshoofden de behoefte voelen om met elkaar van gedachten te wisselen. En om van elkaars ervaringen te leren. Het leek de afdeling Vorming dan ook een goed idee om een nieuwe leervorm te introduceren in de Vlaamse overheid: de intervisie.
Intervisie gaat over een kleine groep mensen met een vergelijkbare functie die elkaar adviseren over werkproblemen. Het persoonlijk functioneren in het werk staat daarbij altijd centraal. Het is de bedoeling om dat persoonlijk functioneren, de persoonlijke ontwikkeling, te verbeteren door zelfreflectie. En collega’s kunnen daarbij een klankbord zijn. DRIE KEER INTERVISIE Om een aantal mogelijke intervisiethema’s in kaart te brengen, organiseerde de afdeling Vorming in het najaar van 2003 een brainstormsessie met een twintigtal afdelingshoofden uit het MVG en de VOI’s. Het werd een boeiende vergadering die heel wat stof tot bespreking opleverde, die Vorming uiteindelijk in drie grote thema’s clusterde: - motiveren en coachen van medewerkers; - meten van prestaties en resultaten (op entiteitniveau); - managen van een afdeling. In januari werd de uitnodiging aan het middenkader verstuurd. En rond de eerste twee thema’s ging in maart van dit jaar al een groep van zes deelnemers van start. SAMEN STERK Bij intervisie wordt steeds dezelfde basisstructuur gebruikt. Eén collega brengt een probleem aan dat op basis van vragen van de anderen wordt geanalyseerd. Samen zoekt de groep naar mogelijke oplossingen of adviezen. Het is dus een gezamenlijk leerproces waarbij de eigen verantwoordelijkheid van elke deelnemer centraal staat. Dat autonome leren moet ertoe bijdragen dat de deelnemers
34
meer greep krijgen op hun situatie. Intervisie zorgt dus voor een professionele en een persoonlijke groei van de deelnemers, die dankzij de sessies ondersteunende samenwerkingsrelaties kunnen opbouwen. De reacties uit de startsessies van de intervisiegroepen waren alvast positief. Het is verrassend dat collega’s in andere afdelingen en departementen met gelijksoortige problemen of vragen te kampen hebben. Door te horen hoe zij met die problemen omgaan, kunnen de deelnemers andere invalshoeken en mogelijke oplossingen ontdekken. KLEIN MAAR FIJN Per thema worden zes sessies van een halve dag gepland. De groep bepaalt zelf wanneer ze die laten plaatsvinden naar gelang van de eigen agenda en van de urgentie van bepaalde cases die ze willen bespreken. Doordat de deelnemers zelf de cases aanreiken, bepalen ze ook zelf de inhoud van de intervisie. Algemeen vinden ze een kleine groep uitstekend geschikt om werkproblemen aan de orde te stellen. Onderling vertrouwen, herkenning van elkaars problemen en openstaan voor die problemen vormen de basis voor een goede intervisie en waren zeker aanwezig bij de opgestarte groepen. Ook de derde groep gaat zo vlug mogelijk van start en bij voldoende interesse worden nog nieuwe groepen opgestart. Afdelingshoofden die daarvoor interesse hebben, kunnen ons dat melden via
[email protected]. • intra.vlaanderen.be/vorming
TAALTOBBE/UITGELEZEN
GERETOUCHEERDE ONDERNEMINGEN
SOCIAAL KAPITAAL IN VLAANDEREN door Bibliotheek departement Coördonatie
door Kristien Spillebeen
De berichten zijn niet uit het nieuws weg te denken: bedrijven ontslaan werknemers bij de vleet om hun rode cijfers wat rooskleuriger voor te stellen of om hun winsten te beschermen. Alles heeft een naam, dus ook dát ... Ik kwam het woord toevallig tegen toen ik in de Grote Van Dale op zoek was naar de vervoeging van het werkwoord downloaden. Downsizen, afgeleid van het Engelse to downsize, wordt in Van Dale als volgt gedefinieerd: ‘(m.betr.t. een onderneming) afslanken ter verhoging van de winst’. Engelse woorden verschijnen in het Nederlands als kale plekken in mijn lentegazon: elk jaar wat meer; elk jaar wat groter. Sommige zijn perfect te vermijden. Voor veel computertermen bestaat dankzij de vertaalde software een valabel Nederlands alternatief. Een tekst hoef je niet meer te saven, of te cutten en te pasten. Met opslaan, knippen en plakken kom je al goed weg. Op zich is er niets verkeerd met het gebruik van die Engelse woorden. Maar ook hier geldt het oude spreekwoord: overdaad schaadt. Als je toch Engelse werkwoorden wilt gebruiken, vervoeg je ze op dezelfde manier als de Nederlandse: eindigt de stam (dat is de infinitief min -en) op een stemloze klank , (een klank uit t kofschip of een sj), dan krijgen de verleden tijd en het voltooid deelwoord een -t (faxte - gefaxt, lynchte - gelyncht); in de andere gevallen schrijf je een -d (dealde, gedeald). Maar in sommige gevallen moet je voor die -t of -d een e’tje plaatsen om te voorkomen dat je het werkwoord verkeerd uitspreekt: timede - getimed, updatete - geüpdatet, savede - gesaved. Je zou dus kunnen schrijven: “Na het gefakete faillissement wordt de directeur van de gedownsizede onderneming zwaar getackeld omdat hij de afdankingen slecht heeft getimed en het gerestylede bedrijf niet goed heeft gemanaged.” Al zou het natuurlijk een stuk veiliger zijn om te schrijven: “Na het bedrieglijke faillissement ligt de directeur van de afgeslankte onderneming zwaar onder vuur omdat de afdankingen op een slecht moment komen en hij het gereorganiseerde bedrijf niet goed heeft geleid.” Met kalk, mest en verticuteerhark heb ik mijn grasperk niet kunnen opknappen: de kale plekken heb ik dan maar geretoucheerd met madeliefjes (Bellis perennis). Met vreemde woorden moeten we leren leven, vrees ik …
Dragen de trombonist van de dorpsfanfare of de secretaresse van de bejaardenvereniging hun steentje bij tot het sociaal kapitaal van onze samenleving? Zijn verenigingen een leerschool voor de democratie? De term sociaal kapitaal werd geïntroduceerd door de Amerikaanse politicoloog Robert Putnam. Het thema vond ruime weerklank in de media en werd de inzet van een uitgebreid wetenschappelijk debat. Niet alleen over de precieze definitie van het begrip, maar ook over de vraag of de hoeveelheid sociaal kapitaal binnen onze samenleving al dan niet daalt. Zijn verenigingen relicten uit het verleden en evolueren we naar een samenleving waar iedereen thuis voor de buis zit? Of ontstaan er naast de oude verbanden steeds nieuwe vormen van verbondenheid en solidariteit? Het boek Sociaal kapitaal in Vlaanderen is een herwerking van het proefschrift waarmee Marc Hooghe vorig jaar voor de tweede maal tot doctor promoveerde, ditmaal aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. De auteur onderzoekt of het verenigingsleven bijdraagt tot het versterken van normen als tolerantie, solidariteit en maatschappelijke betrokkenheid, met andere woorden tot de vorming van sociaal kapitaal. Het boek brengt in kaart wie deelneemt aan het verenigingsleven en gaat na of verenigingen automatisch democratisch zijn. Of zijn het daarentegen bevoorrechte groepen die eraan deelnemen? De hoofdvraag van het onderzoek is welk effect participatie in het verenigingsleven heeft. Hoe dragen verenigingen bij tot de vorming van een democratische politieke cultuur? Sommige organisaties tonen een sterk verband met een democratisch waardepatroon, bij andere is dat veel minder uitgesproken. Speelt de ideologische kleur van de vereniging een rol? Of moeten de verschillen eerder gezocht worden bij de leden? Het onderzoek toont evenwel aan dat er nog heel wat vragen openblijven. Zoveel zelfs dat het boek een volledige onderzoeksagenda bevat. Wie meer wil lezen, vindt over dit onderwerp nog andere werken van Marc Hooghe en van andere auteurs in de bibliotheek van Coördinatie. Sociaal kapitaal in Vlaanderen. Verenigingen en democratische politieke cultuur / Marc Hooghe Amsterdam University Press Trefwoorden: Verenigingsleven, Politieke participatie, Burgers en maatschappij Geografisch trefwoord: Vlaanderen Vindplaats: OK 323.2 Voor meer informatie:
[email protected]
• intra.vlaanderen.be/taaladvies
• intra.vlaanderen.be/bibliotheek
35
DOEDINGEN
door Natalie Hulsen SKA! Op zondag 6 juni staan The Slackers op de planken van de ABBox. Zanger Vic Ruggiero gidst z’n kompanen door ska, reggae, dub, soul en swing. Ze worden gevolgd door de Antwerpse instrumentale band
haal ze af in kamer 5B35 in het Boudewijngebouw, elke werkdag tussen 9 en 12.45 uur. Ook cultuurliefhebbers komen aan hun trekken. Zo kunt u voor slechts 11 euro zeven Rubenstentoonstellingen gaan bekijken die dit jaar in Antwerpen georganiseerd worden. Ook een bezoekje aan vier monumentale kerken en een kortingsbon van één euro voor de Rubenswandelgids zijn in de prijs begrepen. Deze actie loopt tot 13 juni. Wees er dus snel bij!
Gaasbeek aan het einde van de negentiende eeuw verbouwen tot een romantisch neorenaissanceslot. U vindt het kasteel van Gaasbeek in de Kasteelstraat 40, 1750 Gaasbeek (Lennik), tel.: 02-531 01 30, e-mail:
[email protected]. • www.kasteelvangaasbeek.be
VORMPJES
• intra.vlaanderen.be/socdienst
BRUSSELS BROODJE
Bent u een liefhebber van abstracte kunst? Breng dan de komende weken zeker een bezoekje aan het Paleis voor Schone Kunsten. Tot en met 6 juni loopt daar de tentoonstelling ‘Jean Arp. De uitvinding van
Ook in mei vult Onthaal en Promotie Brussel (OPB) uw middagen weer op met heel wat boeiende activiteiten. Deze maand beleggen ze hun Broodje Brussel onder andere met djembesessies, orgelmuziek, rondleidingen in het Muziekinstrumentenmuseum, een wandeling in de Madouwijk en step- en aerobicles-
Internationals, die als geen ander in België de Jamaicaanse ska-sound weet te brengen met een grenzeloos enthousiasme. Zorg dat u erbij bent! Andere concerten op het programma: Devendra Banhart (18 mei), Bad Religion (19 mei), Cowboy Junkies (3 juni), Bebel Gilberto (18 juni). •www.abconcerts.be
ALDEN BIESEN ZOMERT In mei en juni staat Alden Biesen weer volop in het teken van het Zomeroperafestival. Zo kunt u op 11, 14, 19 en 20 juni genieten van de ludieke opera Don Pasquale. Over een oude en rijke man die wil trouwen omdat hij zijn erfenis niet gunt aan zijn luie neef. Op 15 en 16 mei wordt de opera De Toverfluit speciaal voor de allerkleinsten hernomen. En u kunt er twee kasteelconcerten meepikken: een recital door de laureaat van de Koningin Elisabethwedstrijd voor zang van dit jaar, én een galaslotconcert op 23 juni. Reserveer tijdig! Ook de Dag van het Park op 30 mei kan niet aan Alden Biesen voorbijgaan. Zo zijn er gratis rondleidingen in de Franse tuin, de hoogstamboomgaarden en het prachtige Engels Park, dat sinds vorig jaar door het provinciebestuur aan de Vlaamse Gemeenschap werd overgedragen.
sen in het Zuidpaleis. U vindt het volledige programma in de infozuilen en op de website. • www.opbrussel.be
GAASBEEK
• www.bozar.be
Tijdens de Dag van het Park op 30 mei stelt het kasteel van Gaasbeek voor het eerst zijn museumtuin voor u open. Vanaf 14 tot 18 uur kunt u er ontdekken hoe een kasteeltuin er rond 1900 uitzag en kunt u de grootste collectie leifruitbomen in Europa bewonderen. Op 5 juni wordt de Galerijzaal vanaf 20 uur ge-
• www.alden-biesen.be • www.zomeropera.be
KORTINGEN SOCIALE DIENST Tot en met 15 november kunt u bij de Sociale Dienst toegangskaarten voor pret- en dierenparken kopen voor een zacht prijsje. Bestel tijdig uw kaarten of
36
de vorm’, een primeur in België. Jean Arp was vooral beroemd om zijn beeldhouwwerken, maar wist zich ook een plaats te veroveren met zijn tekeningen, gravures, collages, reliëfstructuren en gedichten. De tentoonstelling leidt u langs een parcours van een 150-tal werken door Arps verbeeldingsrijke en poëtische oeuvre. Voor meer informatie: Paleis voor Schone Kunsten/Bozar, Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel, tel.: 02-507 84 44.
vuld met prachtige dwarsfluitmuziek van Aldo Baerten en de mooie harpgeluiden van Sophie Hallyck. Op 18 april opende het kasteel ook een nieuwe museumvleugel voor het grote publiek. U kunt er kennismaken met de voormalige privé-vertrekken van markiezin Arconati Visconti. Deze Parisienne liet
NATUURFEEST Het Vlaams Bezoekerscentrum De Watersnip is aan zijn nieuwe seizoen begonnen. Tot 31 oktober staan de deuren elke middag voor u open van 13 tot 17 uur (behalve op maandag). Bovendien viert De Watersnip dit jaar feest: de Vallei van de Zwarte Beek waarin het centrum gelegen is, bestaat namelijk 25 jaar. Op 16 mei kunt u er vanaf 10 uur terecht voor de Open Valleidag, een happening met een bewegwijzerd wandeltraject met verrassingsactiviteiten op een viertal plaatsen, een marktje met infostands, een hapje en een drankje. Tijdens de jubileumwandeling op 6 juni kunt u kennismaken met oude en nieuwe technieken van graslandbeheer. Voor meer informatie kunt u terecht bij het Vlaams Bezoekerscentrum De Watersnip, Grauwe Steenstraat 7 bus 2, 3582 Koersel-Beringen, tel.: 011-45 01 91. • www.mina.vlaanderen.be/milieueducatiecentra/watersnip/site/index.html
E-GOVERNMENT
KLEIN KAARTJE, GROTE MOGELIJKHEDEN Voor e-government is de invoering van de elektronische identiteitskaart (e-ID) een veelbesproken onderwerp. De uitwerking van dit e-governmentproject gaat hand in hand met administratieve vereenvoudiging en de modernisering van de overheidsdiensten. De bedoeling is de administratie zo goed mogelijk ten dienste te stellen van de burger. Want met deze kaart zal de burger eindelijk volledig veilige transacties met de overheid kunnen afhandelen via het internet. door Veerle Custers
Voor de meesten onder ons is dit nog een ver-van-mijn-bedshow. Tenzij u natuurlijk woont in een van de elf proefgemeenten waar de invoering van de elektronische kaart getest werd sinds maart 2003. Voor Vlaanderen waren dat Geraardsbergen, Doorspek, Jabbeke, Leuven en Tongeren. De invoering van de kaart ging gepaard met de nodige kinderziektes, maar een jaar later zette de federale regering dan toch het licht op groen om ze in heel België te verspreiden. Om die klus te klaren, krijgen de gemeenten hulp van 780 personeelsleden uit de overheidsbedrijven en uit de federale ambtenarij. De eerste gemeenten zullen na de zomer al starten met de uitreiking van de elektronische kaart en tegen eind 2004 moeten alle gemeenten startklaar zijn. Over uiterlijk vijf jaar moeten alle Belgen ouder dan 18 zo’n kaart op zak hebben. Bepaalde beroepsgroepen, zoals notarissen, kunnen ze nu al aanvragen.
kening kunt plaatsen. Die heeft dezelfde juridische waarde als een handtekening op papier. ELEKTRONISCHE FANKAART
ONZICHTBARE INFORMATIE De nieuwe identiteitskaart is heel wat meer dan het huidige plastieken kaartje. Ze ziet eruit als een bankkaart en bevat een microchip. Ze zal ongeveer dezelfde zichtbare informatie bevatten als de huidige identiteitskaart, zoals naam, nationaliteit, geboorteplaats en -datum. Belangrijker is de onzichtbare, elektronisch leesbare informatie die opgeslagen is op de chip. Die maakt van uw identiteitskaart uw sleutel tot de informatiemaatschappij. Ze omvat onder andere de identificatiesleutel die zegt wie u bent en de handtekeningsleutel waarmee u een elektronische handte-
Momenteel zijn de mogelijkheden van de kaart nog beperkt, maar zowel de overheid als de privé-sector werken aan nieuwe toepassingen. Het staat vast dat u zich met de nieuwe kaart op een veilige manier on line kunt identificeren. Zo kunt u er bij de federale overheid nu al uw personenbelasting mee ingeven. Op de gemeentelijke e-loketten zult u documenten kunnen aanvragen of uw eigen bevolkingsdossier kunnen raadplegen. Men denkt er ook aan om de kaart te gebruiken als prikkaart, bibliotheekkaart, toegangskaart voor het gemeentelijk containerpark, voor on-linekoop en -verkoop, voor e-banking en e-commerce. Zelfs de voetbalbond overweegt om de fankaart te vervangen door de elektronische identiteitskaart!
OPRICHTING CONTACTPUNT VLAANDEREN Minister-president Bart Somers en Vlaams minister van E-government Patricia Ceysens hebben begin februari hun goedkeuring gegeven aan de oprichting van het Contactpunt Vlaanderen. Dat contactpunt integreert de projecten Vlaamse Infolijn, E-government en Kleurrijk Vlaanderen en wil een nieuwe impuls geven aan het verbeteren en toegankelijker maken van de overheidsdienstverlening. In afwachting van een beslissing van de Vlaamse regering over de definitieve structuur en naam is een tijdelijk departementaal project Contactpunt Vlaanderen opgericht. De projecten Vlaamse Infolijn en E-government smelten in dat project al
samen. De clusterwerking en de principes van het e-governmentproject blijven integraal behouden. Kleurrijk Vlaanderen werkt haar programma af en zal zich op een later tijdstip bij het Contactpunt voegen. De streefdatum voor een voorstel van definitieve structuur is eind mei 2004. Het project Contactpunt Vlaanderen wordt ondergebracht bij de administratie Kanselarij en Voorlichting van het departement Coördinatie en wordt aangestuurd door Mireille Van Pollaert, voormalig projectleider van de Vlaamse Infolijn. Secretariaat: tel.: 02-553 55 44 • www.vlaanderen.be/egov
37
SOCIALE DIENST
DE VRIENDENKRINGEN - EEN VERGETEN PARTNER?
De Sociale Dienst geeft vriendenkringen in ons ministerie al jaren een financieel duwtje in de rug. Terwijl de interesse van personeelsleden tot een tijdje geleden op een laag pitje stond, merkt de Sociale Dienst nu een duidelijke kentering.
door Dany Jonckheere
Ons ministerie telt achtentwintig vriendenkringen. Dat zijn verenigingen van personeelsleden die tijdens de middag of buiten de diensturen allerlei activiteiten organiseren, zoals wandelingen, fietstochten, culturele uitstappen, artiestenoptredens, sinterklaasfeesten en quizavonden. Zo hebt u misschien al wel eens gehoord over de vriendenkring Op Stap In Brussel (OSIBO) of de vriendenkringen van Bruggen en Wegen. COLLEGIALITEIT Het belang van vriendenkringen is niet te onderschatten. Ze bevorderen de sociale contacten tussen collega’s, zowel op als buiten de werkvloer. Tijdens de activiteiten van vriendenkringen leren collega’s elkaar beter kennen en gaan ze wellicht ook beter samenwerken. Ze kunnen dus bijdragen tot een grotere collegialiteit en een goede werksfeer, kortom, tot meer welzijn op het werk. Om die redenen ondersteunt de Sociale Dienst vanaf zijn oprichting in 1991 die vriendenkringen. Die steun wordt bewust beperkt tot de financiële kant. De Sociale Dienst wil vriendenkringen namelijk genoeg ademruimte geven om zelf hun activiteiten op een creatieve manier in te vullen. Initiatieven vinden immers meer weerklank als ze door collega’s zelf georganiseerd worden. Wellicht bepalen personeelsleden liever zelf hoe ze hun welzijn op het werk invullen, dan dat de overheid alles organiseert. SAMEN ONTSPANNEN Tot een tijdje geleden toonden nog maar weinig collega’s interesse voor de vriendenkringen. Het was al positief dat de vriendenkringen van Bruggen en Wegen overeind bleven tijdens een periode van hoge werkdruk waarin alleen nog plaats is voor presteren en resultaten halen. De laatste tijd merkt de Sociale Dienst echter een heropleving: steeds meer collega’s willen opnieuw deelnemen aan activiteiten van een vriendenkring of er zelf een opstarten, niet
38
alleen voor activiteiten tijdens de glij-uren maar ook in de vrije tijd. En misschien is dat net dankzij die hoge werkdruk. Collega’s zoeken elkaar op na het werk om samen activiteiten op touw te zetten. Vorig jaar maakte de Sociale Dienst voor de ondersteuning van vriendenkringen een budget vrij van 14.397 euro. Dit jaar werd een budget vastgelegd van 15.100 euro. Met het geld dat ze van de Sociale Dienst krijgen, kunnen vriendenkringen onder andere de kosten betalen voor de huur van sportzalen, de kosten voor een gids of het huren van een geluidsinstallatie. Maaltijden en drank komen niet in aanmerking voor subsidiëring. OOK ZELF AAN DE SLAG? Als u een vriendenkring hebt opgestart en in aanmerking wilt komen voor een subsidie van de Sociale Dienst, moet u een aanvraag indienen. Daarin omschrijft u onder andere de doelstellingen van uw vriendenkring en geeft u een overzicht van de gemaakte kosten. Absolute voorwaarde is dat uw vereniging minstens vijftien leden telt. Ook als u nog geen vriendenkring hebt opgestart, maar u dat wel wilt doen, moet u een aanvraag indienen. Bovendien geeft de Sociale Dienst aan nieuwe vriendenkringen een startsubsidie van 125 euro. Dat is een kleine steun voor mensen die vrijwillig en gratis inspanningen leveren omdat ze het werk in de Vlaamse Gemeenschap een stuk aangenamer willen maken voor zichzelf en hun collega’s. Het volledige subsidiereglement kunt u aanvragen bij het secretariaat van de Sociale Dienst op tel.: 02-553 49 79. Als u zelf geen vriendenkring wilt opstarten, maar wel graag wilt deelnemen aan activiteiten, dan vindt u op de intranetsite van de Sociale Dienst een overzicht van alle gesubsidieerde vriendenkringen. • intra.vlaanderen.be/socdienst
IMZ/PROEFSTUK
EEN KLEINERE AFVALBERG IN DE PRAKTIJK
DUO VAN ASPERGES EN MORIELJES door Hilde Desmedt
Er zijn geen seizoenen meer, ook niet voor wat op tafel komt. Aardbeien in december en witloof in juli. Echte fijnproevers wachten geduldig tot de tijd gekomen is en de natuur haar werk heeft gedaan. Asperges eet je in mei-juni. Dan zijn ze op hun best. Ook morieljes, paddestoelen met een donkerbruine hoed die in zandige grond groeien, zijn voorjaarsklassiekers. In deze creatieve combinatie vullen beide lentebloeiers elkaar perfect aan. Vindt u geen morieljes, of is het prijskaartje te hoog, vervang ze dan door oesterzwammen of zelfs gewone bruine Parijse champignons.
door Sebastiaan Kok
Tijdens onze zoektocht naar tips voor minder afval gingen we ons licht opsteken bij het Instituut voor Natuurbehoud (IN). Dat is een Vlaamse wetenschappelijke instelling die zich bezighoudt met studies, onderzoeken en werkzaamheden in verband met het natuurbehoud. Bij het IN is men al een tijd geleden gestart met milieuzorg, in samenwerking met de MiNa-Raad. Een actieve werkgroep maakt er milieuzorgplannen op, verdeelt een aantal taken en stimuleert alle medewerkers om mee te doen met milieuzorg. De werkgroep steekt ook zelf de handen uit de mouwen door bijvoorbeeld overtollige lampen te verwijderen en te zorgen voor een goed verloop van de inzameling van onder meer gft-, pmd-, glas-, papier- en restafval. Met een interne nieuwsbrief houdt de werkgroep alle medewerkers op de hoogte en in de milieuafspraaklijst staat opgesomd wat de collega’s kunnen doen voor het milieu. De afspraken zijn heel concreet, met vermelding van plaatsen en contactpersonen. Hieronder vindt u enkele voorbeelden: • Gebruik oplaadbare batterijen. U kunt die vinden en opladen in kamer 2.21. • Beperk het inktgebruik. Let er bij het kopiëren op dat u geen zwarte randen krijgt. Vermijd onnodig printen en kopiëren. • Er zijn printers waarmee u dubbelzijdig kunt afdrukken. Op een aantal verdiepingen staan ook printers, gevuld met eenzijdig bedrukt papier voor kladafdrukken. • Papierafval wordt verzameld in de gele containers in de kopieerlokalen. Het beste kunt u bij uw bureau een doos plaatsen voor uw papierafval. Als de doos vol is, maakt u ze leeg in de gele container. Het IN heeft de gerealiseerde acties en de toekomstplannen voor milieuzorg beschreven in een nota die u kunt terugvinden op de webpagina van de MiNa-Raad. Wie graag meer informatie krijgt, kan contact opnemen met
[email protected], tel.: 02-558 18 33. Voor meer tips over milieuzorg kunt u ook terecht op onze milieuzorgsite. Er staan zeker dingen bij die ook u kunt toepassen. En dat is nodig, want alleen samen krijgen we de afvalberg klein!
Dit hebt u nodig: (voorgerecht voor vier personen) een halve kilo morieljes, een bos asperges (dat mag ook tweede keuze zijn), drie sjalotjes, 50 gram boter, twee teentjes look, een glas droge witte wijn, een kop kippenbouillon, een theelepel versgehakte tijm Zo gaat u te werk: Schil de asperges en snijd ze in stukken van vier à vijf centimeter. Maak de morieljes schoon met keukenpapier of een speciaal paddestoelenborsteltje en halveer ze. Pel de sjalotjes en de looktenen en hak ze fijn. Smelt drie vierde van de boter in een grote koekenpan. Als de boter heet is, maar niet bruin, bakt u hierin de sjalotjes en de look. Bestrooi met de gehakte tijm. Laat enkele minuten bakken tot de sjalotjes glazig zijn en kieper dan de morieljes bij in de pan. Bak al roerend gedurende een vijftal minuten. Giet er dan de wijn bij en laat die bijna helemaal indampen. Overgiet nu met de hete kippenbouillon. Roer en laat zachtjes sudderen tot de vloeistof bijna volledig is ingekookt. Reken ongeveer vijf minuten. Kruid met peper en zout en roer er de rest van de boter door. Houd het mengsel warm. Nu is het de beurt aan de asperges. Kook ze in lichtjes gezouten water. Dat gaat redelijk snel. De asperges mogen zeker niet te gaar zijn, er moet nog wat beet aan zijn. Giet ze af en laat ze uitlekken. Leg in het midden van elk bord enkele lepels gestoofde morieljes en schik de asperges errond. Versier elk bord met een takje verse tijm. Bij zo’n delicaat gerecht hoort een perfect uitgebalanceerde wijn: een Spaanse somontano bijvoorbeeld, uit de streek van Saragossa, of een fruitige Chileense sauvignon. Smakelijk!
• www.vlaanderen.be/milieuzorg • www.minaraad.be/nota_interne_milieu-_en_energiezorg.htm
• www.vlaanderen.be/goedendag/proefstuk
39
15048 IN DIENST 17.03.04, Tina Mafrans
COÖRDINATIE
ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIËN 1.02.04, Piet Coessens; Petra Verleysen; 4.02.04, Tessa Beurms; Peggy De Neef; Anne Van Hove; 9.02.04, Ellen Van Hamme; 16.02.04, Carine Christien; Anita Diddens; 1.03.04, Gisèle Bruggemans; Christel Dierickx; Branko Janda; René Van Put; 8.03.04, Davy Ceulemans WETENSCHAP, INNOVATIE EN MEDIA 23.02.04, Cynthia de Ghellinck d’Elseghem Vaerne; 15.03.04, Namik Akyel ONDERWIJS 1.02.04, Christel Bens; 3.02.04, Karline Verreydt; 9.02.04, Filip De Bruyne; 1.03.04, Inge De Prez; Liës Feyen; 8.03.04, Ghalid Echambit; 15.03.04, Adriaan Beirnaert; 16.03.04, Ilse De Vulder; 22.03.04, Rachida Ait Wahcine WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN CULTUUR 1.02.04, Wim Bogaert;Geertrui Cazaux; Katrijn Creemers; Ineke De Schoenmaeker; Andy Engels; Sofie Gommers; Kristof Martelez; Emmanuel Robesyn; Lynn Van Houtte; 2.02.04, Ine Vos; 4.02.04, Tim Beernaert; 9.02.04, Sabien Vanderstappen; 10.02.04, Bart Deygers; 14.02.04, Veerle De Waele; 16.02.04, Griet Van Hecken; Dimitri Vandoorne; Jef Vrelust; 17.02.04, Nathalie Vermeiren; 18.02.04, Nathalie Vangronsvelt; 24.02.04, Lien Magerman; 25.02.04, Leendert Van Gerven; 27.02.04, Tine Verhenne; 1.03.04, Benny Ballegeer; Jef Belmans; Els Ceulemans; Els Hermans; 9.03.04, Natalie De Groof; Tom Deckx; Ellen Van Wellen; 10.03.04, Caroline De Clercq; 15.03.04, Michaela Deppe; Dries Van Den Broucke; 29.03.04, Ahmet Gök; Kristel Ruytinx; Malika Bendellad; Ihsan Altunkalen ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGEHEDEN EN LANDBOUW 1.02.04, Tom Cuypers; Nick Matheus; Patricia Van de Capelle; Bart Van Hulle; 2.02.04, Jan De Bisschop; Vicky Lorreyne; Yves Marcipont; Gerry Spelmans; 9.02.04, Frederik Eeckhaudt; Sylvie Van de Waeter; Winnie Verbraeken; 16.02.04, Hilde Vanmechelen; Carlo Vantuyckom; Eva Wuyts; 1.03.04, Caroline Buyst; Bart De Waele; Frederik Dewaele; Els Huylebroeck; Isabelle Maenhout; Henri Michel; Frank Steyaert; An Van den Bossche; Frederic Vanwingene; Maarten Vermassen; 15.03.04, Sasja De Bruyne; Wouter Stroobants; Wendy Vervoort; 16.03.04, Sandra De Knop; 29.03.04, Inse Jehaes LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 1.02.04, Koen Beke; Jürgen Beke; Alex Bleyaert; Bart Bondue; August Bosmans; Jan Bourguignon; Alex Camerier; Andy Cosijn; Manfred Curinckx; Jean-Luc De Cock; Pedro De Kezel; Kris De Lepeleire; Erika D’Haeseleer; Daniël Franken; Bart Grietens; Freddy Heirweg; James Hicks; Patrick Janssens; Miet Knabben; Marian Lagrou; Annelies Lefèvre; Kurt Lemmens; Gijs Mertens; Koenraad Pas; Ronny Peeters; Koen Quintelier; Bert Saenen; Rudy Savels; Robert Sel; Patrick S’Jegers; Anne Staelens; Hans Steenackers; Steven Van Den Bossche; Bart Van Essche; Willem Verhulle; Ronny Vermeiren; Wim Vermetten; Karel Vlieghe; Lucien Willems; Ronny Wouters; 2.02.04, Donovan Cappelle; Liselotte De Vos; 4.02.04, Carlo Boeckhout; 9.02.04, Steven Lambrecht; Dennis Moors; 11.02.04, Karoline Huyck; 12.02.04, Eric Cosyns; 16.02.04, Ronny Coppijn; Bram De Baerdemaeker; Rudy De Brandt; Zeno Goris; Rik Roebben; Jan Van Ormelingen; 1.03.04, Hans Cleyman; Wendy Coremans; Eric De Clercq; Eva Descamps; Eric Driesen; Irving Esdaille; Bart Fonteyne; Queenie Gunst; Réjane Gyssens; Bruno Heirbrant; Petra Ide; Thomas Maes; Willy Meulemans; Dieter Rasschaert; Iris Scheirlinckx; Miranda Seigneur; Luc Simons; Stefaan Spruytte; Herman Van Driessche; Eddy Vangeel; Barbara Vanhooreweder; 8.03.04, Luc Peeters; 9.03.04, Christophe Fahy; 13.03.04, Maarten Van Nevel; 15.03.04, Wouter Creus; Nele Dottermans; Baud Geirnaert; Jeroen Van Overloop; Nicolaas Vlaeminck; Glenn Vleminckx; 16.03.04 Lieve Didden; 17.03.04 Katleen Loos
UIT DIENST 1.03.04, Ouafia Snauwaert
COÖRDINATIE
ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIËN 1.02.04, Dieter Berebrouckx; Rose-Marie Bijnens; Erica Lasseel; Monique Smet; Sandra Vranckx; 3.02.04, Frederik Bohné; 1.03.04, Ellen Mostmans; Sonja Pletinckx; Peggy Vandeweghe; 23.03.04, Christiane Heyvaert 5.02.04, Wout Gillis
WETENSCHAP, INNOVATIE EN MEDIA
ONDERWIJS 3.02.04, Wilfried Lismont; 17.02.04, Dorien Van Schoors; 1.03.04, Chantal Sienaert WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN CULTUUR 1.02.04, Tamara Vandeplassche; 14.02.04,Bart Bruyneel; 16.02.04, Marijke Gekiere; 1.03.04, Els Buytaert; Nadia Koeck; Godelieve Rotthier; Katleen Vagenende; Bart Verbeeck; 15.03.04, Carine Aelst; Bart Missotten; Godfried Van de Perre; 17.03.04, Garik Vande Casteele; 22.03.04, Tine Coudenys; 26.03.04, Youness Belghmidi ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN EN LANDBOUW 1.02.04, Filip Boone; Renaat Kamers; Hilde Thonon; 9.02.04, Tim Van Dingenen; 1.03.04, Dirk Heyde; 22.03.04, Vicky Dams LEEFMILIEU EN INFRASTURCTUUR 1.02.04, Margo Hemerijck; 2.02.04, Wouter Van Gelder; 9.02.04, Eddy Dhondt; 10.02.04, Leen Bauwens; 11.02.04, Patrick Vandamme; 12.02.04, Glenn Vermeersch; 16.02.04, Kathleen Durwael; Dirk Verbeelen; 19.02.04, Maurice Bielsack; Karel Siau; 26.02.04, Jurgen Queriston; 1.03.04, Arnold De Pauw; Dominique Heinderson; Jacobus Hurkmans; Tim Van der Auwera; Wouter Vankeirsbilck; 10.03.04, Maggy Van Collie; 14.03.04, Pieter Van Nieuwenhuyse; 24.03.04, Joost Eeckhout; Gert Motmans
EEDAFLEGGING LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 23.02.04, Carolien Allebosch; Yany Baeten; Peter Balas; Erik Bartholomees; Pim Bonne; Peter Brien; Koen Buelens; Frederik Buffel; Jozef Cannaerts; Lieze Cloots; Lieve Cruyplant; Jacob Daem; Griffin De Baere; Karel Debeuf; Ellen De Blay; Tom Deblieck; Alberic De Block; Joshua De Clercq; Pieter Decock; Annelies De Corte; Guy De Groote; Dominique De Heyn; Tom Dekeyser; Greta De Maesschalck; Kirsten De Reu; Andy De Roeck; Michiel Derycke; Yvan Desseyn; Kris Devooght; Peter Devos; Eddy De Weirdt; Ine Dhondt; Jan Dobbelaere; Bart Dormaels; Kristof Eeckhout; Annelies Faelens; Marijke Faingnaert; Joris Festjens; Charlotte Geldof; Joris Goossens; Bart Govaere; Paul Hillen; Wouter Huygens; Luc Huyghe; Jozef Jaspers; Geert Keppens; Raf Kerckenaere; Annick Lamote; Veronique Lavaert; An Lekens; Diana Leuci; Vincent Libois; Marleentje Moelants; Jeroen Moernaut; Pieter Oelbrandt; Guy Pessers; Tina Poels; Peter Raymaekers; Vanessa Reynaert; Katrijn Roggeman; Koen Schreurs; Dirk Schuyesmans; Wim Slabbaert; Gino Snauwaert; Greet Steenssens; David Stevens; Greet Swinnen; Patrick Van De Pol; Katrien Vander Sande; Eddy Van De Velde; Kristien Vandormael; Pascal Van Haver; Johan Van Hecke; Marc Van Langenhoven; Marc Van Mele; Pieter Van Nieuwerburgh; Peter Van Nieuwenhuyse; Veerle Vanwesenbeeck;
40
KOMEN EN GAAN Anke Verbruggen; Gert Verbruggen; Françoise Vermeersch; Lieve Verspecht; Koen Verstraelen; Krista Vervliet; Pascal Vileyn; Hans Waterschoot; Karen Welkenhuysen; Jorrit Wouters; Pascale Wouters
HUWELIJKEN ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIËN 21.02.04, Mieke Demeester met Xavier Van Hoye; 28.02.04, Benny Van Veeckhoven met Ann François; 5.03.04, Gunter De Bel met Carina Denayer; 27.03.04, Karolien Casier met Johan Lens ONDERWIJS 14.02.04, Kitty Van Wayenberghe met Olivier Berckmans; 13.03.04, Hilde De Bruyn met Jan Adé 30.08.03, Corinne Colpaert met Karlo De Clercq
WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN CULTUUR
ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN EN LANDBOUW 3.02.04, Jean-Paul Soens met Veronique Debard; 9.02.04, Bart Van Doorsselaere met Kathleen Roels; 14.02.04, Rik Deleu met Isabelle Degryse; 20.02.04, Stefanie Vanbiesbrouck met Koen Van Walleghem; 25.03.04, Ann Theunissen met Arnout Fierens LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 4.02.04, Dirk Herfs met Yangchen Bhutia; 7.02.04, Griet Lievois met Davy De Laeter; Eddy Peperstraete met Christina Debruyne; 14.02.04, Herman Van Uytven met Panasaya Phoomchuang; 20.02.04, Yvette Hollebeke met Michel Vandenameele; 24.02.04, Dominique Bovy met Mieke Ingelbrecht; 12.03.04, Paul Buyts met Janet Romero Barcelon
GEBOORTEN Omdat het voorlopig onmogelijk is om de geboorte uit Vlimpers te halen, kunnen wij hier enkel degenen vermelden die u ons zelf mailt (
[email protected]). ONDERWIJS 13.02.04, Artur, zoontje van Kathleen Bastaerts; 16.02.04, Amelie, dochtertje van Lutgart Cools 28.01.04, Hanne, dochtertje van Nancy Sterckx
WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN CULTUUR
ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN EN LANDBOUW 27.11.03, Rhino, zoontje van Cindy Ruytinx; 13.01.04, Estée, dochtertje van Rony Meisters LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 09.09.03, Jutta, dochtertje van Sven De Deyne; 7.03.04, Torben, zoontje van Sandra Ghislain
OVERLEDEN 24.02.04, An Baetens
ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN EN LANDBOUW
LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 26.01.04, Jeffrey Steelant; 14.02.04, Joseph Daniels; 15.02.04, Rudolf Oeyen; Gaston Stevens
GEPENSIONEERD COÖRDINATIE
1.03.04, Johannes Meertens
ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIËN 1.03.04, Robert Denon; Jean-Marie Natens; Walter Vinck; 1.04.04, Yvonne De Dobbeleer; Rosetta De Rycke; Christian Devos 1.04.04, Henri Gheysens
WETENSCHAP, INNOVATIE EN MEDIA
1.04.04, Marie-Louise Moons; Marie Paule Stylemans; Edy Swinnen
ONDERWIJS
WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN CULTUUR 1.03.04, Suzanne Caura; Manfred Janssens; Walter Van den Branden; Peter Van Keymeulen; Rolande Van Liefferinge; 1.04.04, Antoon Dewulf; Imelda Van Heghe; Jozef Van Roosbroeck; Herman Viaene ECONOMIE, WERKGELEGENHEID, BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN EN LANDBOUW 1.03.04, Irma Milis; Yvans Muyldermans; Freddy Simoens; Joseph Van Melckebeke; Hilda Van Cutsem LEEFMILIEU EN INFRASTRUCTUUR 1.03.04, Patrick Delouvroy; André Delporte; Gustaaf Demeulemeester; Michel Maerten; Willy Muysewinkel; Erna Olivier; Willy Pitz; Cyriel Sonck; René Van Damme; Jozef Van Eeckhoudt; Karel Van Keer; Willy Van Roy; Jan Vandevelde; 1.04.04, Jozef Brughmans; Antoon De Cocker; Hugo De Ridder; Willy Deceuninck; Victor Grunewald; Herwig Hellemans; Petrus Put; Herman Van Damme; Wilfried Vanhove; Leo Vercruysse; Georges Verhaeverbeke; Guido Verstraete; Frans Waegeneer
Deze informatie werd ons op 31.03.04 en op 6.04.04 verstrekt door de afdeling Interdepartementale Management Informatiesystemen, die zich hiervoor baseerde op de gegevens van Vlimpers; indien uw gegevens foutief zijn, moet u die zelf wijzigen in Vlimpers. Als u niet vermeld wilt worden in een van onze personeelsrubrieken, breng ons dan tijdig op de hoogte (via
[email protected]; of tel.: 02-553 55 67)
41
PERSONEELSZAKEN
20 JAAR GOEDENDAG VAN MUIZEN EN MENSEN … U kon het al lezen in ons vorige nummer. In dit jubileumjaar duiken we in elke Goedendag in de ‘prehistorie’ van het MVG. We staan even stil bij gebeurtenissen en scharniermomenten die de Vlaamse administratie mee in de plooi hebben gelegd. Niet alleen data en feiten interesseren ons, maar ook de kleine kantjes van het verhaal, de inkijkplekjes in de marge van de geschiedenis met een grote G die ooit nog geschreven moet worden.
door Hilde Desmedt
In dit nummer vertellen we het verhaal van RITA, het prille begin van de informatica, toen het woord computer nog niet behoorde tot de standaardtaal van de ambtenarij. We schrijven 23 maart 1987. In het Kasteel van Ham in Steenokkerzeel zit de top van de Vlaamse administratie aan tafel met vertegenwoordigers van de kabinetten en mensen van het studiebureau Arthur Andersen & Co. Ze zijn er samen om een blijde gebeurtenis te vieren: de geboorte van RITA, het grote automatiseringsplan van de Vlaamse administratie. Dat plan is niet zomaar uit de lucht komen vallen. De eerste Vlaamse regering van Gaston Geens wou van in het begin een moderne en dus geautomatiseerde administratie. Maar weinig mensen weten welke lading deze vlag dekt en dus is er behoorlijk wat onrust in de ambtenarenrangen. Was dat geen bedreiging voor de werkzekerheid? Typistes zouden immers overbodig worden. En zijn die beeldschermen niet slecht voor de ogen? In jaargang 1988 pakt Goedendag uit met twee lange artikels onder de kop “Wie is er bang van de computer?” Daarin wordt haarfijn uitgelegd dat de ‘kantoorautomatisering’ niets dan voordelen heeft. Dossierbehandeling zou eenvoudiger worden, de communicatie en de informatiestroom tussen de diensten zou vlotter verlopen en vervelende routineklussen worden dankzij de computer een fluitje van een cent. In september 1986 krijgt Arthur Andersen de opdracht een informatica- en bureauticabeleidsplan op te stellen voor de hoofdbesturen. HET ABC VAN DE PC Enkele maanden later ziet RITA 1 (Reorganisatie door middel van Informatietechnologie in de Administratie) het levenslicht. Het is
42
een groots opgezet project dat zowel de strategie als de technische invulling van de informatisering vastlegt. Vanaf nu is er geen weg terug. Een Centrale Informatie Cel wordt uit de grond gestampt en moet ervoor zorgen dat de informaticaboot op koers blijft. Een eigen technische ploeg zorgt voor de installatie en het onderhoud van de apparatuur en voor de aansluiting van de pc’s op de eigen centrale computers of op de centrale computer van het COI (Centrum voor Overheidsinformatica) in Haasrode. Ondertussen draait ook Vorming op volle toeren. Honderden ambtenaren maken kennis met de wondere wereld van bits en bytes. In een ijltempo leren ze het abc van de pc. Ze leren jongleren met muis en cursor, deleten en backuppen. De eerste opleidingen vinden plaats in samenwerking met IBM in de ‘Computer Gallery’ in het Anspach Centrum, hartje Brussel. Het eerste tekstverwerkingspakket dat de ambtenaren onder de knie moeten krijgen, is Displaywrite 4 (DW4), later vervangen door Wordperfect (WP). Ondertussen heeft RITA twee zusjes gekregen: RITA 2 (een plan voor de informatisering van de buitendiensten) en RITA 3 waarin wordt nagegaan hoe de informaticaprojecten van de nieuw overgehevelde departementen Onderwijs en Openbare Werken ingepast kunnen worden in RITA 1. De VIC (Voorlopige Informaticacel) krijgt in 1990 de opdracht om een en ander te stroomlijnen. Die VIC legt ook de fundamenten van de administratie Informatica die in het nieuwe MVG, samen met de informatica-afdelingen van LIN en Onderwijs, de bakens zal uitzetten. Jaren later, bij de grote outsourcingsoperatie van IT in 1999 komt Sturing en Controle in de plaats. Maar dat is al het begin van een ander verhaal …
IN MEMORIAM/PERSONEELSZAKEN
Rudy Oeyen (1950-2004)
Het bericht dat Rudy overleden was, heeft iedereen die hem gekend heeft erg geëmotioneerd. We hebben Rudy bij het Wegenfonds verwelkomd in 1972. We hebben hem zien groeien in zijn vak, maar ook gemerkt hoe hij te kampen kreeg met privé-problemen. Gelukkig vond hij binnen zijn collegagroep de nodige steun, zodat de keerzijde van het leven ook een voorzijde had. Rudy vond zijn innerlijke motivatie vooral in de goede werksfeer die hij wist te creëren. Hij koppelde dat aan een uitzonderlijke mensenkennis waardoor hij met jong en oud altijd in de beste omstandigheden kon samenwerken Bij het Wegenfonds en later bij de afdeling Betonstructuren heeft Rudy schitterende projecten mee helpen realiseren. Wat moeilijk en ingewikkeld was, werd a priori aan hem gevraagd. De ingeni-
eurs stonden in de wachtrij voor zijn tekeningen: altijd mooi afgewerkt, gedetailleerd en volledig. Op ogenblikken dat de boog minder gespannen mocht staan, kon hij genieten van het leven en vooral van zijn vrienden en collega’s. Op het laatste nieuwjaarsfeest hebben we nog samen plannen gesmeed voor een zomerfeest. Helaas werden ze plots onderbroken. Rudy is nu heengegaan, maar zijn herinnering zal blijven leven. Ik ben ervan overtuigd dat de goede werksfeer die hij mee heeft gemaakt nog lang zal blijven duren. Rudy, wij danken je voor de goede herinnering die jij bij ons nalaat en voor de vriendschap die wij van jou mochten ontvangen. door Jaak Polen
EVALUATIES VAN ONDER NAAR BOVEN Begin dit jaar vulde u misschien ook een vragenlijst in waarin u uw mening kon geven over de manier van leidinggeven van uw directe chef tijdens het voorbije werkjaar. Dan hebt u meegewerkt aan de bottom-upevaluatie of ‘BUE middenkader’ die de afdeling HRM (AZF) voor de derde keer op rij organiseerde. Goedendag zet de voornaamste resultaten voor u op een rij. Al enkele jaren loopt kwaliteitsvol leidinggeven als een rode draad door het beleid van de minister van Ambtenarenzaken. De BUE-enquête voor het middenkader wordt in januari georganiseerd, bij de start van de evaluatieperiode. Alle directe medewerkers van de chef krijgen dan een elektronische vragenlijst waarin ze hun appreciatie over zijn leidinggeven kunnen geven. Tegelijkertijd maakt de chef een zelfevaluatie op. Omdat het de bedoeling is om BUE op langere termijn uit te breiden naar alle niveaus van leidinggevenden, kwamen dit jaar ook de operationele leidinggevenden aan bod. Dat zijn bijvoorbeeld celhoofden of ploegbazen. Voor hen is BUE niet verplicht, maar uit de grote respons bleek dat er hiervoor heel wat interesse bestaat. Net als vorig jaar vulde vier vijfde van de leidinggevenden een zelfevaluatie in. Bij de directe medewerkers lag de responsgraad lager: 66% van hen vulden een vragenlijst in, tegenover 74% vorig jaar.
Volgens de afdeling HRM is dat mogelijk te wijten aan enquêtemoeheid of misschien wel een vorm van sleet op de formule. Een andere mogelijke verklaring is dat sommige medewerkers geen interesse hadden omdat ze op relatief korte termijn geen resultaten zien van hun feedback. De vragen waren net als de vorige jaren toegespitst op belangrijke leidinggevende competenties als resultaatgerichtheid, teamgerichtheid, communicatie en richting geven. Die werden over het algemeen positief geëvalueerd, een tendens die zich voor de derde keer op rij bevestigt. WAT NA BUE? De belangrijkste stap komt er pas na de BUE-enquête: met de feedback van hun medewerkers in de hand kunnen de leidinggevenden aan de slag om hun stijl van leidinggeven te verbeteren. Vanaf dit jaar wordt daarop nog meer dan voorheen de nadruk gelegd. Zo kunnen leidinggevenden samen met hun departementale HR- of vormingsopdrachthouder een individueel ontwikkelplan opstellen en daarbij ook, als ze dat willen, begeleid worden door een externe consultant. • www2.vlaanderen.be/personeelsbeleid/bue
43
PERSONEELSZAKEN
TEVREDEN COLLEGA’S, DAT MOETEN WE VERDIENEN In juni komt er een nieuw personeelsresultatenonderzoek (PRO) aan. Dat is een duur woord voor een vragenlijst die peilt naar uw tevredenheid hier bij de Vlaamse overheid. Het personeelsbeleid moet immers continu worden geëvalueerd, bijgestuurd en verbeterd. Daarom willen de HRM-verantwoordelijken en de leidend ambtenaren u regelmatig vragen hoe u erover denkt. Na de onderzoeken in 1999 en in 2001 werkte de afdeling HRM dit jaar een nieuwe vragenlijst uit die aansluit bij de nieuwe BBB-visie over personeelsbeleid. Verschilpunt is dat we deze keer niet allemaal zullen worden bevraagd. HRM zal in samenwerking met de administratie Planning en Statistiek een representatieve steekproef nemen. De Vlaamse openbare instellingen kunnen kiezen of ze meedoen. Groot leerpunt uit de vorige onderzoeken is dat de vragen heel nauw moeten aansluiten bij uw concrete werksituatie en dat de lijst kort moet zijn. Afdelingen, administraties of andere entiteiten die dat willen, kunnen extra vragen stellen die van toepassing zijn op hun entiteit. Het onderzoek zal zo veel mogelijk elektronisch gevoerd worden.
vullen. Zo kunt u immers niet alleen vrijuit en anoniem uw mening geven en knelpunten signaleren, maar ook vertellen waar u tevreden over bent. Het management krijgt meer inzicht in wat er leeft bij zijn mensen en leert wat er kan verbeteren. Met BBB krijgen de leidend ambtenaren meer verantwoordelijkheid, ook voor hun personeelsbeleid. De nieuwe versie van PRO geeft hen de kans om extra vragen te stellen over thema’s die belangrijk zijn voor hun entiteit. Zo zullen ze rechtstreeks de resultaten kunnen volgen en bijsturen in hun eigen personeelsbeleid, met ondersteuning van de personeelsdiensten. Niet alleen u en uw chef, maar ook de Vlaamse overheid wint erbij. Om een slagvaardige en klantvriendelijke organisatie te zijn, is het immers belangrijk dat u en ik hier graag werken. Vanaf 2006 zal dan ook tweejaarlijks gepeild worden naar de tevredenheid van alle Vlaamse ambtenaren. De resultaten zullen dienen om het vernieuwde personeelsbeleid te evalueren en bij te sturen, zodat het alleen maar beter kan worden.
IEDEREEN WINT Als u uitgekozen bent, zult u in juni een korte vragenlijst ontvangen. De afdeling HRM lanceert een warme oproep om die in te
• www2.vlaanderen.be/personeelsbeleid/pro2004.htm
PERSONEELSZAKEN BEKNOPT
AFSCHAFFING EENSLUIDEND VERKLAARD AFSCHRIFT Wist u dat de gemiddelde Vlaming zes keer in zijn leven aan het gemeenteloket moet aanschuiven om een kopie van een document eensluidend te laten verklaren? En dat de economische kosten daarvan geraamd worden op 8 miljoen euro? Dat is vanaf nu verleden tijd. Op 31 maart 2004 schafte de Vlaamse regering immers het verplicht voorleggen van een eensluidend verklaard afschrift af. Bij zo’n verklaring moet de gemeente een stempel zetten op een kopie van een origineel document om het de waarde van het origineel te geven. De overheid mag burgers en bedrijven dus niet langer vragen om zo’n afschrift. Voortaan volstaat een goed leesbare kopie van het originele document, bijvoorbeeld van een diploma of een aanslagbiljet van de personenbelasting. Het eensluidend verklaren is alleen afgeschaft als men zich moet wenden tot een derde instantie – meestal het gemeentebestuur – om een kopie van een origineel document eensluidend te laten verklaren. De reglementaire verplich-
tingen waarbij overheden of specifieke ambtenaren wordt opgedragen om zo’n afschrift van een beslissing of besluit aan de burger of aan een andere overheidsdienst te bezorgen, blijven nog wel bestaan. Zo moet een rekenplichtige nog altijd een eensluidend verklaarde kopie van facturen aan het Rekenhof bezorgen. De afschaffing hoort thuis in het rijtje van initiatieven om de administratieve lasten te verlagen, dat op Vlaams vlak gecoördineerd wordt door de Kenniscel Wetsmatiging. Ze past in een samenwerkingsovereenkomst van de Vlaamse regering met de federale overheid en nog andere bestuursniveaus inzake administratieve vereenvoudiging. Eind vorig jaar besliste de federale overheid al om vanaf 31 maart 2004 voor de meeste federale procedures de verplichte eensluidend verklaarde afschriften af te schaffen. • intra.vlaanderen.be/snelinfo/0405.htm • www.wetsmatiging.be/initiatieven
COMPENSATIE VOOR ADMINISTRATIEVE LAST Een ander initiatief in het kader van de administratieve vereenvoudiging is de invoering van de compensatieregel. Basisprincipe van die regel is dat de invoering van extra administratieve lasten door regeringsbeslissingen, zoals een decreet of een besluit, gepaard moeten gaan met een evenwaardige daling van andere administratieve lasten. De regel zal alle beleidsdomeinen verplichten om voor het invoeren van een bepaalde maatregel de eraan verbonden administratieve lasten in kaart te brengen.
44
De compensatieregel zal wel geleidelijk ingevoerd worden. Vanaf 1 april 2004 geldt hij voor de beleidsdomeinen Economie en Wonen. Vanaf 1 januari 2005 moeten alle beleidsdomeinen de compensatieregel toepassen.
• intra.vlaanderen.be/snelinfo/0403.htm
PERSONEELSZAKEN BEKNOPT
NIEUWE BEVOEGDHEIDSVERDELING BINNEN DE VLAAMSE REGERING Naar aanleiding van het ontslag van minister Ludo Sannen heeft de Vlaamse regering op 18 februari 2004 de bevoegdheidsverdeling aangepast. Jef Tavernier heeft de eed afgelegd als Vlaams minister. Vlaams minister Jef Tavernier krijgt de titel Vlaams minister van Leefmilieu, Landbouw en Ontwikkelingssamenwerking en wordt bevoegd voor: - het leefmilieu en het waterbeleid; - de landinrichting en het natuurbehoud;
- het landbouwbeleid; - de landbouwscholing; - de ontwikkelingssamenwerking. De overige ministers, bevoegdheden en titulaturen bleven ongewijzigd.
• intra.vlaanderen.be/snelinfo/0402.htm
GEDRAGSLIJN VLAAMSE REGERING VOOR EN NA DE VERKIEZINGEN Op 5 maart 2004 keurde de Vlaamse regering de gedragslijn goed die ze zal volgen in de periode voor en na de verkiezingen. De Vlaamse regering moet deze gedragslijn ook volgen voor de beslissingen bij delegatie. Het Vlaams Parlement en de Vlaamse regering behouden de volheid van bevoegdheid tot 13 juni 2004. Het Parlement beëindigt het decreetgevend werk op 30 april 2004, maar dat heeft geen invloed op de bevoegdheden van de regering. De Vlaamse regering zal in die periode terughoudend zijn en ook uiterst voorzichtig bij beslissingen die de volgende regering zouden kunnen bezwaren.
Om die toe te laten een continu beleid te voeren, wordt een rem gezet op de beleidskredieten 2004. Op 13 juni 2004 wordt het Vlaams Parlement van rechtswege ontbonden en op 14 juni dient de Vlaamse regering vrijwillig haar ontslag in bij de voorzitter van het Vlaams Parlement. Vanaf dan heeft ze in principe geen bevoegdheden meer. Zolang ze niet is vervangen, zal de Vlaamse regering wél nog de lopende zaken afhandelen, om de continuïteit in de werking van de instellingen te waarborgen. • intra.vlaanderen.be/snelinfo/0406.htm
GEDRAGSCODE VOOR COMMUNICATIE IN SPERPERIODE De Vlaamse regering gaf op 12 maart 2004 haar fiat aan de gedragscode voor overheidscommunicatie tijdens de sperperiode voor de verkiezingen die loopt van 13 maart tot 13 juni. De code regelt wat tijdens die periode al dan niet toegestaan is bij overheidscommunicatie. Zo mogen naam, afbeelding én titulatuur van ministers niet worden vermeld in spots, advertenties of brochures. Publicaties met deze vermeldingen die al bestonden voor de sperperiode mogen alleen passief worden verspreid. Een minister kan geen uitnodigingen versturen noch kan hij een voorwoord ondertekenen met naam of titulatuur. Wél kan een minister een interview geven als het gratis en als redactionele bijdrage opgenomen
wordt in een gewone aflevering van een krant, magazine of programma. Ook kan hij persmededelingen verspreiden, een persconferentie beleggen en deelnemen aan een verkiezingsdebat op radio en tv. Met de nu goedgekeurde gedragscode legt de Vlaamse regering zichzelf duidelijke en controleerbare regels op, om te vermijden dat haar communicatie in verkiezingstijd ook maar het vermoeden zou opwekken electoraal gericht te zijn. • www.vlaanderen.be/overheidscommunicatie • intra.vlaanderen.be/snelinfo/0407.htm
GELIJKE KANSEN EN DIVERSITEIT IN ONS MINISTERIE De Vlaamse overheid werkt als werkgever aan gelijke kansen en diversiteit en wil hierin een voortrekkersrol spelen. Daarom keurde ze op 12 maart het positieve-actieplan 2004 goed dat een evenredige vertegenwoordiging van mannen, vrouwen, allochtonen en personen met een handicap in de Vlaamse overheidsadministratie moet bevorderen. Om gelijke kansen voor mannen en vrouwen te bevorderen, zal de dienst Emancipatiezaken (EZ) nagaan hoe de netwerking tussen vrouwen met managementtalent kan worden versterkt. Verder zal de toegankelijkheid van de gebouwen en van de websites worden verbeterd voor personen met een handicap.
Na afloop van de rondetafelconferentie voor personen met een handicap, nam de Vlaamse overheid enkele concrete engagementen om de instroom en de arbeidsomstandigheden van deze doelgroep te optimaliseren. Zo krijgen personeelsleden met een handicap voortaan extra aandacht bij loopbaanontwikkelingsinitiatieven en zal in samenwerking met de minister van Werkgelegenheid een systeem worden uitgewerkt om eventueel rendementsverlies te compenseren. De dienst EZ zal de leidend ambtenaren hierbij ondersteunen. • intra.vlaanderen.be/snelinfo/0408.htm
GEDRAGSCODE VOOR BESTUURLIJKE UITGAVEN De Vlaamse regering keurde op 5 maart 2004 een gedragscode voor bestuurlijke uitgaven goed. Daarin staan gedragsregels en richtlijnen voor uitgaven met gemeenschapsgeld. De gedragscode geldt voor de leden van de regering, kabinetsmedewerkers en personeelsleden van de Vlaamse administratie met een representatieve functie. Uitgangspunten zijn onder meer dat gemeenschapsgeld alleen mag worden gebruikt in het belang van de Vlaamse Gemeenschap en dat elke vermenging met oneigenlijke of persoonlijke belangen moet worden vermeden. Alleen uitgaven die voortvloeien uit de functie, kunnen worden teruggevorderd. Verspilling moet
worden vermeden en uitgaven die onverantwoord zijn, kunnen worden teruggevorderd. In de gedragscode staat verder ook dat omzichtig moet worden omgesprongen met het gebruik van kredietkaarten. Alleen als men bijvoorbeeld contant moet betalen, kan een kredietkaart worden gebruikt. De leden van de Vlaamse regering beoordelen binnen hun kabinet wie een kredietkaart kan gebruiken en de eventuele voorwaarden ervan. Leidend ambtenaren doen dat in hun entiteit. • intra.vlaanderen.be/snelinfo/0409.htm
45
BBB
GLOBALE CONSOLIDATIE STUKJES VAN DE PUZZEL VALLEN IN ELKAAR
Met de goedkeuring van tientallen decreten in het Vlaams Parlement en van de globale consolidatie van de organisatiestructuur vallen alle stukjes van de BBB-puzzel in elkaar. BBB is onomkeerbaar geworden. We leggen uit wat die globale consolidatie nu precies betekent. door Johan Claeys
Vier jaar geleden werden de eerste ideeën en krachtlijnen voor een Vlaamse overheid nieuwe stijl gelanceerd. Intussen zijn vele studies, plannen en bouwstenen voor het bouwwerk aangedragen. Fundamenten zijn gegoten en hier en daar is een gebouw geheel of gedeeltelijk voltooid. Tijd voor de globale consolidatie: het bezoek van de Vlaamse regering aan het bouwterrein – alle plannen in de hand – om de laatste ontbrekende stukken in te vullen en mogelijke afwijkingen en hiaten weg te werken. Globale consolidatie staat met andere woorden voor het vervolledigen, waar nodig afstemmen en duurzaam maken van het geheel. Om dat te verduidelijken, overlopen we de zes fasen in het verloop van BBB: 1 het vastleggen van de spelregels; 2 het verankeren van de spelregels in decreten en besluiten; 3 het kritisch analyseren van de huidige situatie aan de hand van de vastgelegde spelregels; 4 het formuleren per beleidsdomein van voorstellen voor een nieuwe structuur en verbeterde processen; 5 het verankeren van de nieuwe organisatiestructuur; 6 het afwerken van het geheel.
46
1. Het vastleggen van de spelregels De tien basisprincipes van BBB en een plan van aanpak werden vastgelegd met de beslissingen van de Vlaamse regering van 17 november 2000 en 19 januari 2001. Alle praktische en organisatorische veranderingen vloeien uit die basisprincipes voort. Die tien principes zijn: • het primaat van de politiek; • transparantie; • deugdelijk bestuur; • een duidelijke verdeling van de kerntaken tussen de verschillende overheden; • beter afgelijnde verantwoordelijkheden binnen de Vlaamse overheid; • een nieuwe organisatiecultuur; • een betere beleidsafstemming over de grenzen van de beleidsdomeinen heen; • een afslanking van de kabinetten; • meer autonomie voor de managers van de administratie; • gedeeltelijke keuzevrijheid inzake managementondersteunende diensten.
BBB
Ook werd beslist om de bevoegdheden en de taken van de Vlaamse overheid te groeperen in dertien homogene beleidsdomeinen.
tuur voor. Ze maakten ook voorstellen van ontwerpdecreten en ontwerpbesluiten voor de oprichting van agentschappen.
2. Het verankeren van de spelregels in decreten en besluiten
5. Het verankeren van de nieuwe organisatiestructuur
De tien basisprincipes worden verankerd in drie decreten en een aantal besluiten van de Vlaamse regering: • het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid legt het organisatorisch-administratieve kader van de vernieuwde Vlaamse overheid vast; • het Comptabiliteitsdecreet zorgt voor een regeling van de begrotingen, de boekhouding, de controle inzake subsidies en de controle door het Rekenhof; • het kaderdecreet Adviesstelsel legt het algemene kader vast voor adviesverlening inzake beleidsaangelegenheden en bevat generieke regels voor strategische adviesraden; • de Vlaamse regering keurde twee algemene regelingen goed die de vastgestelde operationele autonomie voor de hoofden van respectievelijk de intern verzelfstandigde agentschappen (IVA’s) en de departementen concretiseren; • op 4 juli 2003 hechtte de Vlaamse regering haar principiële goedkeuring, met het oog op vakbondsoverleg en adviesaanvraag aan de Raad van State, aan een voorontwerp van raamstatuut, managementcode en model van arbeidsreglement voor het personeel van de Vlaamse overheid.
Intern verzelfstandigde agentschappen (IVA’s) hebben geen van het ministerie afgescheiden rechtspersoonlijkheid en kunnen bij besluit door de Vlaamse regering worden opgericht. De andere agentschappen – IVA’s met rechtspersoonlijkheid en extern verzelfstandigde agentschappen (EVA’s) – hebben wel een van het ministerie afgescheiden rechtspersoonlijkheid. Ze worden opgericht door middel van een decreet, dat is goedgekeurd door het Vlaams Parlement. In de voorbije maanden is van een dertigtal agentschappen de oprichting in het Vlaams Parlement goedgekeurd.
3. Het kritische analyseren van de huidige situatie Met het decreet Bestuurlijk Beleid als dwingend referentiekader werd de Vlaamse overheidsstructuur tegen het licht gehouden en geëvalueerd. Die oefening startte met de sectorale invulling binnen de dertien door de Vlaamse regering afgebakende beleidsdomeinen. Dat resulteerde in voorstellen voor een toekomstige organisatiestructuur per beleidsdomein die door de Vlaamse regering principieel werden goedgekeurd. Elk beleidsdomein krijgt eenzelfde structuur met een departement dat zorgt voor beleidsondersteuning en agentschappen die uitvoerende taken verrichten. 4. Het formuleren per beleidsdomein van voorstellen voor een nieuwe structuur De Vlaamse regering stelde per beleidsdomein een veranderingsmanager aan. De veranderingsmanagers werkten de principieel goedgekeurde sectorale invulling verder uit en bereidden binnen hun beleidsdomein de overgang naar de nieuwe organisatiestruc-
6. Het afwerken van het geheel Het geheel werd afgewerkt en bestendigd met de goedkeuring van de globale-consolidatienota van de Vlaamse regering. Elementen daarvan waren onder andere: • de vaststelling van de beleidsdomeinen en van de missie en taakstelling van departementen en agentschappen; • een overzicht van de organogrammen van de dertien beleidsdomeinen: die organogrammen zijn een momentopname in het beslissingsproces, ze kunnen waar nodig nog worden aangepast en verfijnd; • het oplossen van resterende knelpunten rond de positie en de taakstelling van entiteiten; • de invulling van de Interne Diensten voor Preventie en Bescherming op het Werk (IDPB) en de structuur van het vakbondsoverleg; • de beleidsdomeinoverschrijdende afstemming; • de herstructurering van het adviesstelsel; • de uitwerking van organisatieboeken en een administratieve gids van de Vlaamse overheid; • het kostenplaatje van BBB. Uiteraard zijn al deze elementen niet in marmer gebeiteld. De Vlaamse regering en het Vlaams Parlement kunnen aanvullen en bijsturen. Maar met de definitieve goedkeuring van meer dan dertig decreten en het goedkeuren van tientallen besluiten van de Vlaamse regering is BBB al wel structureel verankerd. • www.vlaanderen.be/bbb
HET BELANG VAN AGENTSCHAPPEN Met het oog op transparantie en slagvaardigheid krijgt elk beleidsdomein een identieke structuur met een duidelijke taakverdeling voor de administratieve entiteiten en een optimale verhouding tot de politieke overheid. Vandaar onder andere de beslissing om de ministeriële kabinetten in de toekomst te beperken tot een persoonlijke staf voor de minister en om de beleidsondersteunende taken in de departementen onder te brengen. De verzelfstandigde agentschappen zullen de beleidsuitvoering verzorgen. De beleidsbepaling is een taak van de minister, die de uitvoering van het beleid door de agentschappen aanstuurt, evalueert en bijstuurt. Daarbij krijgt de minister ondersteuning van
het departement. Per beleidsdomein blijft er in principe nog slechts één strategische adviesraad over die deskundig onderbouwde standpunten formuleert over strategische beleidsvraagstukken en over de hoofdlijnen van het beleid en die een bijdrage levert aan het vormen van een beleidsvisie. Op de BBB-site kunt u volgen hoe de oprichting van de verzelfstandigde agentschappen en adviesraden vordert. Klik onderaan in de middelste kolom van de homepagina (Blikvanger). U vindt er in de tabellen een overzicht van de agentschappen die de Vlaamse regering wil oprichten en een stand van zaken van het beslissingsproces.
47
TRIBUNE
VERKIEZINGSKOORTS opgetekend door Karen Vanden Auweele
Carl Devos, professor politicologie aan de Universiteit Gent
Binnenkort kunnen we met z’n allen weer naar de stembus. De federale regering leek nog niet eens op kruissnelheid toen de Vlaamse verkiezingskoorts al volop ging woeden. Federale ministers zijn kandidaat voor Vlaamse mandaten en federale beleidsmaatregelen worden aangepast in het licht van de verkiezingen. De Vlaamse verkiezingen wegen dus op het federale regeringswerk en vice versa. Kunnen onze leiders zo wel efficiënt werken? En welke impact heeft dat op de werking van de administratie? We trokken naar de universiteit van Gent waar professor Carl Devos, politicoloog, ons zijn mening uit de doeken deed.
“Ministerwissels zijn niet goed voor de pleit ik niet voor een langere legislatuur: bevoegdheden uit elkaar en veel politici continuïteit van het beleid, dat staat vast. vier à vijf jaar is ideaal. Een langere legis- zijn ervan overtuigd dat twee verschilVlaanderen kende de afgelopen jaren een latuur betekent minder democratische lende coalities niet werkbaar zijn. Toch is bewogen legislatuur. Van de oorspronke- controle. Kiezers zijn het immers snel het volgens mij perfect mogelijk om te lijke ploeg zitten nu nog maar drie minis- vergeten als de regering aan het begin van besturen met verschillende coalities. Er zullen wel conflicten zijn, maar die zijn er ters op post. Die stoelendans heeft zeker haar ambtstermijn geknoeid heeft. ook binnen dezelfde politieke families. zijn sporen nagelaten. Het is immers beter als eenzelfde minister het beleid kan Als de peilingen werkelijkheid worden is Als het niet lukt, ligt dat volgens mij aan uitdenken, uitvoeren én evalueren. In de kans groot dat de Vlaamse coalitie er verkeerde structuren voor de bevoegdheidsverdeling. principe zou een nieuwe minister moeten kunnen terugvallen “Ministers en kabinetsmedewerkers moeten zich Ik vind dat het te vroeg is om op zijn kabinetsmedewerkers. het systeem weer helemaal om Maar vaak vertrekken met de telkens weer inwerken en nieuwe contacten leggen te gooien: we verkiezen tenminister ook de beste medewermet de administratie.” slotte nog geen tien jaar rechtkers. Dossiers blijven dan liggen streeks onze Vlaamse volksveren dat kost wel wat. Maar je mag het niet alleen vanuit financieel oog- anders uitziet dan de federale. Het zou tegenwoordigers. Vlaanderen zit dus nog punt bekijken. Zo’n wissel vergt vooral dan wel eens kunnen dat onze premier in zijn pubertijd en heeft nog geen kans de inzet van menselijk kapitaal. De ex- het ontslag van zijn ploeg indient. Er gehad om zich te bewijzen. Ik denk troupertise moet immers weer opgebouwd gaan dan ook stemmen op om de federale wens dat het bij de meeste politici niet worden. Al begint een minister natuurlijk en Vlaamse verkiezingen te laten samen- zozeer om de kwaliteit van het regeringsnooit vanaf nul: er is een basiskader van vallen. Maar die andere legislatuurtermij- werk gaat dan wel om macht. De partijwetten en decreten en de administratie nen zijn er niet zomaar gekomen. Ten toppen hebben immers meer controle op volgt de uitvoering van het bestaande eerste wilde men de burger duidelijk ma- het bestuur met twee dezelfde coalities. beleid. Maar ministers en kabinetsmede- ken dat er een verschil is tussen de fede- Ik pleit er dan ook voor dat men goed werkers moeten zich inwerken en nieuwe rale en de Vlaamse overheid. Ook wilde nadenkt voor men het systeem weer gaat contacten leggen met de administratie. men benadrukken dat Vlaanderen auto- veranderen. Het argument dat het te inDat gebeurt niet van vandaag op morgen. noom is en andere bevoegdheidsdomei- gewikkeld is voor de burger gaat, volgens mij niet op. De politiek moet meer moeiIn plaats van zich meteen te kunnen con- nen heeft. centreren op het beleid, moet men eerst Maar dat eerder intellectuele uitgangs- te doen om het uit te leggen en ermee leinvesteren in die communicatielijnen. En punt blijkt in de praktijk anders uit te ren om te gaan.” bij een regeringswissel is dat net zo. Toch draaien: burgers noch politici houden de
48
Het volgende nummer van Goedendag verschijnt in juli 2004