Zitting van 28 april 2010. Aanwezig : dhr. Rik Daelman,burgemeester-voorzitter, dhr. Joseph Maes, mevr. Agnes Dierick, dhrn. Walter T’Kint, mevr. Dominique Roelandt, dhr. Ludovicus Lenaerts en dhr. Michel Du Tré ( met raadgevende stem),schepenen. De heren en dames Guido De Grave, Maritta D’hooge, Paul Heyvaert, Johan Waelkens, Jurgen Bauwens, Elke De Schryver, Stefaan Thierens, Geoffrey De Bock, Caroline De Maere, Danny Vandeloock, Annick Scholliers, Renaat Decorte, Kelly Van Nieuland, André De Maere, raadsleden. Mevr. Anne De Schrijver, gemeentesecretaris. Dagorde : OPENBARE ZITTING 1. Intergemeentelijke samenwerking : a. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van de Intercommunale Westlede b. goedkeuring agenda Algemene Vergadering van de Intercommunale Westlede c. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van Blijdorp III d. goedkeuring agenda Algemene Vergadering Blijdorp III e. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark f. goedkeuring agenda Algemene Vergadering van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark g. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Jaarvergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas h. goedkeuring agenda Jaarvergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas 2. Pensioenen : Invoering aanvullend pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden en goedkeuring bestek opgemaakt door de RSZPPO 3. Personeel : Vaststelling wijziging rechtspositieregeling 4. Sport : Goedkeuring verslag nazicht der rekeningen 2009 en resultatenen balansrekening 2009 van de Burensportdienst Waasland 5. Sociale Huisvesting : Principiële beslissing opmaak gemeentelijk toewijzingsreglement sociale huurwoningen 6. Aanvullend verkeersreglement : Wijzigen aanvullend verkeersreglement dd. 17.12.2004 houdende verboden doorgang voor voertuigen met uitzondering van fietsers, landbouwvoertuigen, gespannen, aangelanden en diensten in de Grauwe Zeestraat, Marktwegel en een deel van de Schrikkestraat 7. Milieu : Aanstelling gemeentelijke vertegenwoordigers in de kredietcommissie van de Lokale Entiteit FRGE 8. VMW : Goedkeuring uitbreiding waterleiding Groendreef 9. Huisvesting: vaststelling gemeentelijk reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden 10. Gemeentefinanciën : vaststelling belastingreglement op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden 11. Aangevraagde punten 12. Mondelinge vragen De zitting wordt openverklaard om 19u30 en aangezien er gedurende het ganse verloop van de zitting geen opmerkingen worden gegeven omtrent de redactie van de notulen van de vorige zitting worden deze goedgekeurd. OPENBARE ZITTING 1. Intergemeentelijke samenwerking : a. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van de Intercommunale Westlede De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan de Intercommunale Vereniging voor Crematoriumbeheer in de Provincie Oost-Vlaanderen hierna genoemd “Westlede”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Algemene Vergadering van Westlede op 9 juni 2010 die plaats heeft in het
hoofdgebouw van het crematorium, Smalle Heerweg 60 te 9080 Lochristi, dit per aangetekend schrijven ingekomen dd.12/04/2010; Gelet op artikel 44, 1° en 3° alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat dergelijke benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering; Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 08/02/2007 houdende aanduiding van gevolmachtigden en plaatsvervangers en/of voordracht van kandidaatbestuurders in verschillende intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en regionale verenigingen; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Mevrouw Agnes Dierick aan te duiden als vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan de Algemene Vergadering van Intercommunale Westlede op 9 juni 2010. Art. 2 : Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissingen en kennisgeving hiervan te verrichten aan Intercommunale Westlede, Smalle Heerweg 60 te 9080 Lochristi en aan de aangeduide vertegenwoordiger. Art. 3 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. b. goedkeuring agenda Algemene Vergadering van de Intercommunale Westlede De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan de Intercommunale Vereniging voor Crematoriumbeheer in de Provincie Oost-Vlaanderen hierna genoemd “Westlede”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de algemene vergadering van Westlede op 9 juni 2010 die plaats heeft in het hoofdgebouw van het crematorium, Smalle Heerweg 60 te 9080 Lochristi, dit per aangetekend schrijven ingekomen dd. 12/04/2010; Gelet op het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeenteraad zijn goedkeuring dient te hechten aan de agenda van de algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Zijn goedkeuring te hechten aan de hierna vermelde agenda van de algemene vergadering van Intercommunale Westlede dd. 09/06/2010 : 1. Goedkeuring verslag Algemene Vergadering 09/12/2009 2. Goedkeuring balans- en resultatenrekening 2009 3. Kwijting aan de Bestuurders en de Commissaris-Revisor 4. Aanstelling Commissaris-Revisor voor de periode 2010-2012 5. Werkingsverslag 2009; 6. Ontslag bestuurder Arsène Acke 7. Aanstelling bestuurder Heli De Keyser 8. Varia Art. 2 : De vertegenwoordigers van de gemeente die zullen deelnemen aan de algemene vergadering van Intercommunale Westlede op 10 juni 2009, op te dragen hun stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden hiervoor opgenomen in artikel 1. Art. 3 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten. Art. 4 : Onderhavige beslissingen aan de toezichthoudende overheid over te maken overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake en ervan kennis te geven aan de Intercommunale Westlede, Smalle Heerweg 60 te 9080 Lochristi.
Art. 5 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. c. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van Blijdorp III De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het dienstverleningscentrum voor personen met een verstandelijke handicap, hierna genoemd “Blijdorp III”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Algemene Vergadering van Blijdorp III op 21 juni 2010 , dit per aangetekend schrijven ingekomen dd.30/03/2010; Gelet op artikel 44, 1° en 3° alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat dergelijke benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering; Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 08/02/2007 houdende aanduiding van gevolmachtigden en plaatsvervangers en/of voordracht van kandidaatbestuurders in verschillende intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en regionale verenigingen; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : De heer Renaat Decorte aan te duiden als vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan de Jaarvergadering van Blijdorp III op 21/06/2010. Art. 2 : Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissingen en kennisgeving hiervan te verrichten aan Blijdorp III, Blijdorpstraat 3, 9255 Buggenhout en aan de aangeduide vertegenwoordiger. Art. 3 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. d. goedkeuring agenda Algemene Vergadering Blijdorp III De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het dienstverleningscentrum voor personen met een verstandelijke handicap, hierna genoemd “Blijdorp III”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Algemene Vergadering van Blijdorp III op 21 juni 2010, dit per aangetekend schrijven ingekomen dd. 30/03/2010; Gelet op het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeenteraad zijn goedkeuring dient te hechten aan de agenda van de algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Zijn goedkeuring te hechten aan hierna vermelde agenda van de Algemene Vergadering van Blijdorp III: 1. Goedkeuring verslag vorige vergadering (01/12/2009) 2. Rekeningen 2009 – kwijting bestuurders en commissaris-revisor 3. Activiteitenverslag Blijdorp III 4. Varia Art. 2 : De vertegenwoordigers van de gemeente die zullen deelnemen aan de Algemene Vergadering, op te dragen hun stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden hiervoor opgenomen in artikel 1. Art. 3 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten.
Art. 4 : Onderhavige beslissingen aan de toezichthoudende overheid over te maken overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake en ervan kennis te geven aan Blijdorp III, Blijdorpstraat 3, 9255 Buggenhout. Art. 5 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. e. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark hierna genoemd “ScheldLandschapspark”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Algemene Vergadering van het Schelde-Landschapspark op 7 juni 2010 die plaats heeft in het kasteel Cortewalle, Zwarte Dreef 1, 9120 Beveren-Waas dit per mail dd. 19/03/2010 en 12/04/2010; Gelet op artikel 44, 1° en 3° alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat dergelijke benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Mevrouw Cecile Van Havermaet aan te duiden als vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan de Algemene Vergadering van het Schelde-Landschapspark op 7 juni 2010. Art. 2 : Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissingen en kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van het Schelde-Landschapspark, Gemeentepark 5 bus 2, 2930 Brasschaat en aan de aangeduide vertegenwoordiger. Art. 3 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. f. goedkeuring agenda Algemene Vergadering van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Schelde-Landschapspark hierna genoemd “ScheldeLandschapspark”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Algemene Vergadering van het Schelde-Landschapspark op 7 juni 2010 die plaats heeft in het kasteel Cortewalle, Zwarte Dreef 1, 9120 Beveren-Waas dit per mail dd. 19/03/2010, 12/04/2010 en 21/04/2010; Gelet op het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeenteraad zijn goedkeuring dient te hechten aan de agenda van de algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Zijn goedkeuring te hechten aan de hierna vermelde agenda van de algemene vergadering van het Schelde-Landschapspark dd. 07/06/2010 : 1. Goedkeuring van het jaarverslag 2008-2009 : het eerste werkjaar loopt van de datum van oprichting (11 augustus 2008) tot eind 2009 2. Goedkeuring van de jaarrekening, afgesloten op 31 december 2009 3. Bekrachtiging samenstelling Raad van Bestuur 4. Kwijting van de bestuurders 5. Aanduiding commissaris: de heer Piet Vermeeren, lid van het instituut der revisoren, Zagerijstraat 42, 2275 Lille
6. Toelichting bij de actuele werking van het IGS-SLP Art. 2 : De vertegenwoordigers van de gemeente die zullen deelnemen aan de algemene vergadering van het Schelde-Landschapspark op 7 juni 2010, op te dragen hun stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden hiervoor opgenomen in artikel 1. Art. 3 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten. Art. 4 : Onderhavige beslissingen aan de toezichthoudende overheid over te maken overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake en ervan kennis te geven aan het secretariaat van het Schelde-Landschapspark, Gemeentepark 5 bus 2, 2930 Brasschaat. Art. 5 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. g. aanduiding gemeentelijke vertegenwoordigers in de Jaarvergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas hierna genoemd “Interwaas”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Jaarvergadering van Interwaas op 26/05/2010 die plaats heeft in de Lamstraat 113 te 9100 Sint-Niklaas, dit per aangetekend schrijven ingekomen op 16/04/2010; Gelet op het artikel 44, 1° en 3° alinea van Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat dergelijke benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Dhr. Geoffrey De Bock aan te duiden als vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan de Jaarvergadering van Interwaas op 26/05/2010. Art. 2 : Dhr. Walter T’Kint aan te duiden als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan de Jaarvergadering van Interwaas op 26/05/2010. Art. 3 : Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissingen en kennisgeving hiervan te verrichten aan Interwaas, Lamstraat 113, 9100 Sint-Niklaas en aan de aangeduide vertegenwoordigers. Art. 4 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. h. goedkeuring agenda Jaarvergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas De Raad, Gelet op het feit dat de gemeente deelneemt aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband van het Land van Waas hierna genoemd “Interwaas”; Gelet op het feit dat de gemeente wordt opgeroepen deel te nemen aan de Jaarvergadering van Interwaas op 26/05/2010 die plaats heeft in de Lamstraat 113 te 9100 Sint-Niklaas, dit per aangetekend schrijven ingekomen op 16/04/2010; Gelet op het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeenteraad zijn goedkeuring dient te hechten aan de agenda van de algemene vergadering; Gelet op het gemeentedecreet; Besluit:
Art. 1 : Zijn goedkeuring te hechten aan hierna vermelde agenda van de Jaarvergadering van Interwaas dd. 26/05/2010: 1. Jaarverslag en jaarrekening over 2009 2. Verslag van de commissaris betreffende het boekjaar 2009 3. Goedkeuring van het jaarverslag en de jaarrekening over het boekjaar 2009, inclusief de bestemming van het resultaat 4. Kwijting aan de bestuurders en aan de commissaris betreffende de vervulling van hun mandaat in het boekjaar 2009 5. Benoeming van bestuurders in vervanging van ontslagnemende bestuurders op voordracht van de deelnemers en herbenoeming van commissaris 6. Statutenwijziging : naamsverandering 7. Aanduiding van een lasthebber voor de Algemene Vergadering van de Maatschappij Linkerscheldeoever op 9 juni 2010 en vaststelling van diens mandaat 8. Goedkeuring van het verslag van de vergadering Art. 2 : De vertegenwoordigers van de gemeente die zullen deelnemen aan de Jaarvergadering van Interwaas, op te dragen hun stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden hiervoor opgenomen in artikel 1. Art. 3 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten. Art. 4 : Onderhavige beslissingen aan de toezichthoudende overheid over te maken overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake en ervan kennis te geven aan Interwaas, Lamstraat 113, 9100 Sint-Niklaas. Art. 5 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. 2. Pensioenen : Invoering aanvullend pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden en goedkeuring bestek opgemaakt door de RSZPPO De Raad, Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid op de artikelen 42 en 43; Gelet op de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid; Gelet op het sectoraal akkoord 2008-2013 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen, afgesloten in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 19 november 2008; Gelet op het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten en het model van raadsbesluit die werden goedgekeurd in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009; Gelet op het advies van de OCMW-raad dd. 17/03/2010 in bijlage, gegeven met toepassing van artikel 270 van het Gemeentedecreet; Gelet op het protocol van akkoord, afgesloten met de representatieve vakorganisaties in het bijzonder comité dd. 30/03/2010; Overwegende dat het ongerechtvaardigd en onbillijk is dat de contractuele personeelsleden een opmerkelijk lager pensioen hebben dan de statutaire personeelsleden voor hetzelfde werk; Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 25/02/2010 houdende intentieverklaring om aanvullend pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden in te voeren en om de RSZPPO aan te stellen als opdrachtencentrale; Besluit : Art. 1 : De gemeenteraad voert een aanvullend pensioenstelsel in voor zijn contractuele personeelsleden vanaf 1 januari 2010. Art. 2 : De gemeenteraad gaat akkoord met het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten van 9 december 2009, dat in bijlage wordt toegevoegd. Art. 3 : De gemeenteraad is de inrichter van het pensioenstelsel voor zijn contractuele personeelsleden. Art. 4 : De pensioentoelage bedraagt 1% van het pensioengevend jaarloon. Art. 5 : De gemeenteraad stelt het pensioenreglement, met name dit gemeenteraadsbesluit en het kaderreglement tweede pensioenpijler
contractanten (bijlage), ter beschikking van zijn contractuele personeelsleden. Art. 6 : De gemeenteraad keurt het voorliggende bestek, opgemaakt door de RSZPPO in haar hoedanigheid van opdrachtencentrale, goed en belast het college met de verdere uitvoering. Art. 7 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. Tijdens de bespreking van volgend punt vervoegt raadslid Van Havermaet de zitting. 3. Personeel : Vaststelling wijziging rechtspositieregeling De Raad, Gelet op artikel 105 van het Gemeentedecreet; Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (kortweg Besluit Rechtspositieregeling); Gelet op de omzendbrief BB 2010/01 van 29 januari 2010 betreffende de verhoging van het bedrag van de fietsvergoeding voor het woon-werkverkeer; Gelet op het KB van 3 februari 2010 tot wijziging van artikel 19, § 2, 16° van het KB van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders; Gelet op wet van 27 maart 2009 tot wijziging van artikel 38 en 178 van het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992; Gelet op de notulen van het Bijzonder Onderhandelingscomité dd. 30/03/2010; Gelet op het protocol van akkoord, afgesloten met de representatieve vakorganisaties in het bijzonder comité dd. 30/03/2010; Gelet op het voorafgaand advies van de raad voor maatschappelijk welzijn dd. 21/04/2010; Overwegende dat op grond van artikel 164 Besluit Rechtspositieregeling de raad kan bepalen dat een maandelijkse fietsvergoeding van 15 cent per kilometer wordt toegekend aan het personeelslid dat de verplaatsing van en naar het werk volledig of gedeeltelijk met de fiets aflegt; Overwegende dat artikel 164 Besluit Rechtspositieregeling een facultatieve bepaling is; Overwegende dat artikel 344 van de rechtspositieregeling van de gemeente Waasmunster een maandelijkse fietsvergoeding voorziet van 15 cent per kilometer voor de personeelsleden; Overwegende dat de toegekende fietsvergoeding fiscaal als sociaal vrijgesteld is ten belope van het geïndexeerd bedrag van 0,20 eurocent/km en dit vanaf 1 januari 2010; Overwegende dat in afwachting van een aanpassing aan artikel 164 Besluit Rechtspositieregeling, een verhoogde fietsvergoeding kan worden toegekend aan de personeelsleden; Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit : Art. 1 : Artikel 344 van de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel van de gemeente Waasmunster wordt met ingang van 01/01/2010 als volgt gewijzigd: “Het personeelslid ontvangt een maandelijkse fietsvergoeding van 0,20 euro per afgelegde kilometer wanneer hij de afstand van en naar het werk volledig of gedeeltelijk aflegt met de fiets.” Art. 2 : Afschrift van onderhavige beslissing zal voor verder gevolg aan de bevoegde overheid worden toegestuurd. Art. 3 : In het kader van het administratief toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan dhr. Gouverneur.
4. Sport : Goedkeuring verslag nazicht der rekeningen 2009 en resultatenen balansrekening 2009 van de Burensportdienst Waasland De Raad, Gelet op de overeenkomst betreffende de oprichting van interlokale vereniging Burensportdienst Waasland, in uitvoering van een gemeenteraadsbesluit van 28/10/2004; Overwegende dat de gemeenteraad dient over te gaan tot de goedkeuring van de resultatenrekeningen van de interlokale vereniging Burensportdienst Waasland waarvan de gemeente lid is; Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit : Art. 1 : De jaarrekening 2009 en het bijhorende jaarverslag van de interlokale vereniging “Burensportdienst Waasland” worden goedgekeurd. Art. 2 : In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. 5. Sociale Huisvesting : Principiële beslissing opmaak gemeentelijk toewijzingsreglement sociale huurwoningen De Raad, Gelet op het decreet houdende de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997; Gelet op het decreet van 15 december 2006 houdende wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociaal huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode; Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 21 april 2008 betreffende de vaststelling van het intern huurreglement; Overwegende dat het gemeentebestuur een eigen toewijzingsreglement kan opmaken waarbij rekening gehouden wordt met lokale binding, bepaalde doelgroepen en leefbaarheidsproblemen; Overwegende dat zich geen leefbaarheidsproblemen in bepaalde buurten van de gemeente voordoen; Gelet op de besprekingen in het woonoverleg van 26 maart 2010; Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit : Art. 1 : Over te gaan tot de opmaak van een toewijzingsreglement sociale huur in eigen beheer. Art. 2 : Het op te maken toewijzingsreglement toe te spitsen op de pijlers lokale binding en doelgroepen. Art. 3 : Over te gaan tot de opmaak van een doelgroepenplan. Art. 4 : De procedure tot opmaak als volgt vast te stellen : - Verzamelen gegevens nodig voor de opmaak van een doelgroepenplan. - Opmaak doelgroepenplan met aanduiding van de knelpunten - Uitwerken voorstellen/mogelijkheden van toewijzingsreglement en bespreking ervan in de werkgroep (meerdere besprekingen te voorzien) - Overlegmoment met alle betrokken actoren - Informatiemoment met oa mandatarissen, seniorenraad, jeugdraad,… - Bespreking in de werkgroep van de geformuleerde opmerkingen op overleg- en informatiemoment en indien gewenst bijsturing reglement - Toewijzingsreglement ter goedkeuring voorleggen aan gemeenteraad en minister - Bekendmaking toewijzingsreglement Art. 5 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. 6. Aanvullend verkeersreglement : Wijzigen aanvullend verkeersreglement dd. 17.12.2004 houdende verboden doorgang voor voertuigen met uitzondering van fietsers, landbouwvoertuigen, gespannen, aangelanden en diensten in de Grauwe Zeestraat, Marktwegel en een deel van de Schrikkestraat. De Raad,
Gelet op het voorstel van Burgemeester en Schepenen; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet; Gelet op het Gemeentedecreet; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968; Gelet op het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op de omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009. Overwegende dat het wenselijk is ter hoogte van de Grauwe Zeestraat/Marktwegel paaltjes te plaatsen om het sluipverkeer door het bos te vermijden; Overwegende dat er dan geen doorgang meer mogelijk is voor landbouwvoertuigen wanneer ze de Grauwe Zeestraat inrijden via de Schrikkestraat; Overwegende dat dit dan een doodlopende zandwegel is; Overwegende dat conform het reglement dd. 17/12/2004 landbouwvoertuigen toegelaten zijn en dat dit zal moeten aangepast worden ter hoogte van de Schrikkestraat. Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Zich akkoord te verklaren met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen betreffende het wijzigen van het verkeersreglement zoals aangeduid op het plan dat als bijlage aan dit besluit wordt gehecht. Art. 2 : De nodige verkeerssignalisatie zal volgens de wettelijke bepalingen aangebracht worden in overeenstemming met de bepalingen op het plan dat als bijlage aan dit besluit wordt gehecht. Art. 3 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal ter kennisgeving overgemaakt worden aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2,1000 Brussel, aan de heer Gouverneur, aan de politierechtbank Dendermonde en aan de politiezone Hamme-Waasmunster. Art. 4 : Dit reglement zal in overeenstemming met art. 186 van het Gemeentedecreet worden bekendgemaakt. Art. 5 : In het kader van het administratief toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan dhr. Gouverneur. 7. Milieu : Aanstelling gemeentelijke vertegenwoordigers in de kredietcommissie van de Lokale Entiteit FRGE De Raad, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 17.12.2009 houdende goedkeuring Lokale Entiteit FRGE, goedkeuring Samenwerkingsovereenkomst en aanduiding mevr. Agnes Dierick als gemeentelijke afgevaardigde in beleidsgroep; Gelet op het besluit van de OCMW-raad dd. 18.11.2009 waarbij gunstig advies werd verleend aan de gemeenteraad voor deelname aan het project FRGE van Interwaas; Gelet op het besluit van de OCMW-raad dd. 16.12.2009 houdende aanduiding de heer Erwin Verdurmen als vertegenwoordiger van het OCMW in de beleidsgroep; Gelet op artikel 9 van de Samenwerkingsovereenkomst waarin wordt voorzien in de oprichting van een kredietcommissie die de behandeling van de kredietaanvragen zal bewaken en dient toe te zien op het goed beheer van de kredieten;
Overwegende dat deze kredietcommissie is samengesteld uit één vertegenwoordiger per gemeente en een vertegenwoordiger van Interwaas; Gelet op het schrijven van Interwaas dd. 12.03.2010 waarbij de gemeente wordt verzocht een vertegenwoordiger in de kredietcommissie aan te duiden, bij voorkeur (maar niet verplichtend) gekozen uit de leden van de beleidsgroep; Gelet op de ingekomen kandidatuur als effectief vertegenwoordiger in de kredietcommissie FRGE van Interwaas van dhr. Erwin Verdurmen; Gelet op de ingekomen kandidatuur als plaatsvervangend vertegenwoordiger in de kredietcommissie FRGE van Interwaas van mevr. Agnes Dierick; Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit: Art. 1 : Dhr. Erwin Verdurmen aan te duiden als effectieve vertegenwoordiger van de gemeente in de kredietcommissie FRGE van Interwaas. Art. 2 : Mevr. Agnes Dierick aan te duiden als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de kredietcommissie FRGE van Interwaas. Art. 3 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal worden overgemaakt aan Interwaas. Art. 4 : In het kader van het bestuurlijk toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan dhr. Gouverneur. 8. VMW : Goedkeuring uitbreiding waterleiding Groendreef De Raad, Gelet op de vraag van het gemeentebestuur om nav de heraanleg van de wegenis ontbrekende waterleiding aan te leggen in de Groendreef; Gelet op het voorstel van de VMW met zendbrief dd. 15.3.10 aan het gemeentebestuur voor de aanleg van ong. 358 m waterleiding en 3 ondergrondse brandkranen, geraamd op 21 430.5 € (geen BTW); Overwegende dat dit dossier werd opgenomen in het investeringsprogramma 2010 : 40 % komt van AIK (autonome investeringskredieten voor Waasmunster), 60 % komt ten laste van het Oost-Vlaams Solidariteitsfonds; Gelet op het gunstig advies van de brandweercommandant; Gelet op het Gemeentedecreet; Besluit : Art. 1 : Zijn goedkeuring te verlenen aan het voorgelegde plan met zendbrief dd. 15.3.10 van de VMW voor de aanleg van waterleiding en brandkranen in de Groendreef, geraamd op 21 430.5 € (geen BTW). Art. 2 : Het dossier werd opgenomen in het VMW-investeringsprogramma 2010 : 40 % (8 572.2 €) wordt ten laste gelegd van de AIK (autonome investeringskredieten voor Waasmunster), 60 % (12 858.3 €) komt ten laste van het Oost-Vlaams Solidariteitsfonds, voorzien voor de geprogrammeerde werken. Art. 3 : Afschrift van tegenwoordig besluit zal worden overgemaakt aan de VMW. Art. 4 : In het kader van het administratief toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan dhr. Gouverneur. 9. Huisvesting: vaststelling gemeentelijk reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden De Raad, Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteitsnormen- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers, hierna Kamerdecreet genoemd; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond— en pandenbeleid, hierna decreet grond— en pandenbeleid genoemd, waarin de leegstandsinventaris een verplichte gemeentelijke bevoegdheid wordt, art. 2.2.6, 2.2.7 en 2.2.8;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Overwegende dat het wenselijk is dat het op het grondgebied van Waasmunster het beschikbaar patrimonium voor wonen ook optimaal benut wordt; Overwegende dat in het Grond en Pandendecreet en in de Vlaamse Wooncode de gemeente naar voren wordt geschoven als coördinator van het woonbeleid, als actor die het dichtst bij haar inwoners staat; Overwegende dat een effectieve bestrijding van leegstand in Waasmunster noodzakelijk is; Gelet op het besluit van het college dd.18/01/2010 houdende de aanstelling ambtenaar tot opmaak register leegstand en verwaarlozing; Besluit: De gemeenteraad stelt het reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden vast als volgt: Art. 1 : Definities Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder 1°Decreet: het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid. 2°Besluit (houdende nadere regelen betreffende het leegstandsregister): het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen. 3°Vlaamse wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode. 4°Kamerdecreet: decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteits — en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers; 5°Administratie: de gemeentelijke administratieve eenheid die door het gemeentebestuur belast wordt met het beheer van de gemeentelijke inventaris en het leegstandsregister. 6°Agentschap: het intern verzelfstandigd agentschap Wonen - Vlaanderen. 7°Beroepsinstantie: het college van burgemeester en schepenen of het gedelegeerde personeelslid, vermeld in artikel 2.2.7, §5, van het decreet. 8°College: het college van burgemeester en schepenen van Waasmunster. 9°Departement: het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed. 10°Zakelijke gerechtigde: de houder van een van volgende zakelijke rechten: a) De volle eigendom b) Het recht van opstal of van erfpacht; c) Het vruchtgebruik De Vlaamse Regering kan een niet-limitatieve lijst opstellen van de Vlaamse semipublieke rechtspersonen. 11°Leegstandsregister: het gemeentelijke register van leegstaande gebouwen en woningen, zoals bedoeld in boek 2 titel 2 hoofdstuk 3 afdeling 2 van het decreet. 12°Leegstaand gebouw: Een gebouw wordt als leegstaand beschouwd indien meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een termijn van ten minste twaalf opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw. De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde of gedane stedenbouwkundige vergunning, melding in de zin van artikel 94 van het decreet Ruimtelijke Ordening, milieuvergunning of melding in de zin van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is, of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het
gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden. Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor een economische activiteit, vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. Een gedeelte is eerst afsplitsbaar indien het na sloping van de overige gedeelten kan worden beschouwd als een afzonderlijke woning die voldoet aan de bouwfysische vereisten. 13°Leegstaande woning: Een woning wordt als leegstaand beschouwd wanneer zij gedurende een termijn van ten minste twaalf opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met : 1° hetzij de woonfunctie; 2° hetzij elke andere door de Vlaamse Regering omschreven functie die een effectief en niet- occasioneel gebruik van de woning met zich mee brengt. 14°Beveiligde zending: één van de hiernavolgende wijze van betekening: a) Een aangetekend schrijven; b) Een afgifte tegen ontvangstbewijs; c) Elke andere door de Vlaamse Regering toegelaten betekeningswijze waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgelegd; 15°Gebouw : elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, dat niet beantwoordt aan de definitie van woning zoals bedoeld onder punt 16 en niet beantwoordt aan de definitie van kamer zoals bedoeld onder 18 en met uitsluiting van de bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2,1°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; 16°Woning: een goed, vermeld in artikel 2; § 1, eerste lid, 31°, van de Vlaamse Wooncode; elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande. 17°Woonhuis: Elk bebouwd onroerend goed waarin zich één of meerdere woningen bevinden 18°Kamer: woning waarin één of meer van de volgende voorzieningen ontbreken: - WC - Bad of douche — kookgelegenheid en waarvan de bewoners voor deze voorzieningen afhankelijk zijn van de gemeenschappelijke ruimten in of aansluitend bij het gebouw waarvan de woning deel uitmaakt; 19°Overige woongelegenheden; elke woongelegenheid welke niet te definieren valt onder woonhuis en/of gebouw, en /of kamer. 20°inventarisatiedatum: de datum waarop het gebouw en/of woning voor de eerste maal in de inventaris of in het leegstandsregister wordt opgenomen of, zolang het gebouw en/of de woning niet uit de inventaris of van het leegstandsregister is geschrapt, het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden vanaf de datum van eerste inschrijving. 21°Tweede verblijfplaats: elke private verblijfsgelegenheid die ongeacht de toestand waarin deze zich bevindt, waarvoor degene die er kan verblijven niet is ingeschreven in de bevolkingsregister: Komen in aanmerking; -vaste constructies zoals landhuizen, bungalows, appartementen, weekendhuisjes, enz.. die door de aard van hun constructie niet kunnen verplaatst worden op een snelle en eenvoudige wijze. -Verplaatsbare constructies zoals caravans, woonaanhangwagens, stacaravans, mobilhomes, demonteerbare lust- en tuinhuizen behalve diegene die zijn opgesteld op een erkend kampeerterrein. Uitgesloten zijn lokalen die uitsluitend bestemd zijn voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit.
Art. 2 : Inventarisatie van woningen en gebouwen die beschouwd worden als leegstaand 2.1 De inventaris §1.De administratie maakt een leegstandsregister op bestaande uit twee inventarissen, een voor leegstaande gebouwen en één voor leegstaande woningen overeenkomstig de bepalingen in afdeling 2 van hoofdstuk 3 titel 2 van het decreet grond- en pandenbeleid en in het besluit houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister. §2.Een gebouw dat of een woning die door het Vlaamse Gewest geïnventariseerd is als verwaarloosd, kan eveneens opgenomen worden in het leegstandsregister, en omgekeerd. Woningen die door het Vlaamse Gewest geïnventariseerd zijn als ongeschikt en/of onbewoonbaar, worden niet opgenomen in het leegstandsregister. §3.Een gebouw dat of een woning die in aanmerking komt voor inventarisatie in de zin van hoofdstuk II van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt nooit als een leegstaand gebouw of als een leegstaande woning beschouwd. De bedrijfsruimten die op grond van artikel 2, 1°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten worden uitgesloten van de toepassing van voormeld decreet, worden onder de aldaar vermelde voorwaarden evenmin als leegstaande gebouwen of woningen in de zin van deze afdeling beschouwd. § 4.Een nieuw gebouw of een nieuwe woning wordt als leegstaand beschouwd indien dat gebouw of die woning binnen zeven jaar na de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig § 2, eerste lid, respectievelijk § 3b van art.2.2.6. van het decreet. 2.2 De inventarisatiedatum De opname in het leegstandsregister gebeurt vanaf datum van de administratieve akte van de leegstand. 2.3 Wijze van opname in het leegstandsregister §1.De ambtenaren van de administratie zijn bevoegd om leegstand overeenkomstig de bepalingen in afdeling 2 van hoofdstuk 3 titel 2 van het decreet grond— en pandenbeleid en in het besluit houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister op te sporen en in een gemotiveerde administratieve akte vast te stellen §2.Het vaststellen van leegstand gebeurt op basis van een genummerde administratieve akte, waarbij een fotodossier en beschrijvend verslag, met vermelding van de elementen die de leegstand staven, gevoegd worden. De administratie beoordeelt de leegstand van een gebouw of een woning aan de hand van een of meerdere onderstaande indicaties: — ontbreken van een inschrijving in het bevolkingsregister op het adres van de woning of van een aangifte van een tweede verblijf - ontbreken van een aangifte als 2* verblijf - aanvraag tot vermindering van het kadastraal inkomen op grond van artikel 15 van het Wetboek van inkomstenbelasting - aanvraag om vermindering van onroerende voorheffing naar aanleiding van leegstand of improductiviteit - vermoeden van het gebruik van de woonentiteit als domiciliewoning — vermoeden dat de woning niet wordt bewoond, ondanks inschrijving in het bevolkingsregister — vermoeden dat de woning niet wordt gebruikt in overeenstemming met de woonfunctie — vermoeden dat het gebouw niet wordt gebruikt overeenkomstig de bestemming — vermoeden van een dermate laag verbruik van de nutsvoorzieningen dat een gebruik overeenkomstig de woonfunctie of het normale gebruik van het gebouw kan worden uitgesloten — vermoeden dat het gebouw voor meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie ven het gebouw wordt aangewend
- onmogelijkheid om het gebouw of de woning te betreden ` - verzegelde toegang(en) tot de woning of het gebouw — dichtgemaakte of gesupprimeerde raamopeningen (dichtgeplakt, dicht geschilderd) — winddichtheid van de woning is niet gewaarborgd (belangrijke glasbreuk, buitenschrijnwerk kan niet meer gesloten worden ,...) — onafgewerkte ruwbouw - ernstige inpandige vernielingen: woning deels vernield of gesloopt — langdurig aanbieden van het gebouw of de woning als ‘te huur' of ‘te koop’ — langdurig neergelaten rolluiken - ernstig vervuild glas- en/of buitenschrijnwerk - uitpuilende of dichtgeplakte brievenbus — storende omgevingaanleg: langdurig niet of slecht onderhouden omgeving/tuin — woning is helemaal/gedeeltelijk niet gemeubeld - getuigenverklaringen van omwonende(n), postbode, wijkagent §2 De door het college van burgemeester en schepenen met de opsporing van leegstaande gebouwen en woningen belaste ambtenaren bezitten de onderzoeks, controle- en vaststellingsbevoegdheden, vermeld in artikel 6 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. §3 De zakelijk gerechtigden worden per beveiligde zending in kennis gesteld van de beslissing tot opname in het leegstandsregister overeenkomstig de bepalingen in afdeling 2 van hoofdstuk 3 artikel 2.2.7 van het decreet grond- en pandenbeleid en in het besluit houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister. 2.4 Beroep inzake opname leegstandsregister §1. De gemeente stelt de zakelijk gerechtigde(n) per beveiligde zending in kennis van de beslissing tot opname van leegstaande gebouwen en woningen in het leegstandsregister. §2. Binnen een termijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de betekening van het schrijven, vermeld in § 1, kan een zakelijk gerechtigde(n) bij het college beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het leegstandregister. Het beroep wordt per beveiligde zending betekend. Elk inkomend beroepsschrift wordt geregistreerd in het leegstandsregister een ontvangstmelding wordt naar de indiener(s) van het beroepsschrift verstuurd. §3. De houder ven het zakelijk recht die de inventarisatie wenst te betwisten, dient hiervoor zelf alle nodige bewijsstukken voor te leggen een het college. Deze bewijsstukken dienen minimaal volgende gegevens te bevatten: - de identiteit en adres van de indiener, - de aanwijzing van de administratieve akte van leegstand en van het gebouw of de woning waarop het beroepschrift betrekking heeft, - één of meer bewijsstukken die aantonen dat niet voldaan is aan de vereisten van dit reglement en van afdeling 2 van hoofdstuk 3 van het decreet grond— en pandenbeleid. § 4. Het beroepsschrift is alleen onontvankelijk in één van de volgende gevallen: — het beroepsschrift is niet binnen de termijn ingediend — niet conform overeenkomstig de bepalingen § 3 — als het niet ondertekend is — bij niet beveiligde zending §5. De al dan niet aanvaarding van een beroep kan worden voorafgegaan door een controle van de administratie ter plaatse met het oog op een feitenonderzoek. Het beroep wordt geacht ongegrond te zijn als de toegang tot een pand geweigerd of verhinderd wordt voor het feitenonderzoek. §6. Het college doet uitspraak over het beroep en betekent zijn beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van negentig dagen, ingaand de dag
na deze van de betekening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend. Als het college het beroep gegrond acht, of nalaat om binnen de termijn, vermeld in het eerste lid, kennis te geven van zijn beslissing, kunnen de eerder gedane vaststellingen geen aanleiding geven tot een beslissing tot opname in het leegstandsregister. §7. Indien de beslissing tot opname in het leegstandsregister niet tijdig betwist wordt, of het beroep van de zakelijke gerechtigde onontvankelijk of ongegrond is, wordt het gebouw of de woning in het leegstandregister opgenomen vanaf de datum van de administratieve akte van de leegstand. §8. Het college kan de bevoegdheden, hierboven vermeld, delegeren aan één of meer personeelsleden van de gemeente. 2.5 Schrapping uit het leegstandsregister §1. Een gebouw wordt uit het leegstandsregister geschrapt, eens een zakelijk gerechtigde bewijst dat meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6§2, eerste lid, van het decreet aangewend wordt gedurende een termijn van ten minste zes opeenvolgende maanden. Desgevallend zal de beheerder van het leegstandsregister het gebouw schrappen, na het verstrijken van het effectieve gebruik van het gebouw gedurende een periode van zes opeenvolgende maanden, met als ingangsdatum van de schrapping de eerste dag van de aanwending overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6§2, eerste lid van het decreet grond— en pandenbeleid. §2,Een woning wordt uit het leegstandregister geschrapt, eens een zakelijk gerechtigde bewijst dat deze woning gedurende een termijn ven ten minste zes opeenvolgende maanden aangewend wordt in overeenstemming met de functie, vermeld in artikel 2.2.6§3 van het decreet. Desgevallend zal de beheerder van het leegstandsregister de woning, de kamer en/of overige woongelegenheid schrappen, na het verstrijken ven het effectieve gebruik van de woning, de kamer en/of overige woongelegenheid gedurende een periode van zes opeenvolgende maanden, met als ingangsdatum van de schrapping de eerste dag van de aanwending overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6§2, eerste lid van het decreet grond— en pandenbeleid. §3 Het schrappen van de woning en/of gebouw kan enkel op uitdrukkelijk en schriftelijk verzoek via beveiligde zending van één of meer zakelijk gerechtigden. §4 De al dan niet inwilliging van een verzoek tot schrapping kan worden voorafgegaan door een controle van de administratie ter plaatse met het oog op een feitenonderzoek. Het verzoek tot schrapping wordt niet ingewilligd als de toegang tot een pand geweigerd of verhinderd wordt voor het feitenonderzoek. §5 De beheerder ven het leegstandsregister onderzoekt of er redenen zijn tot schrapping binnen een termijn van orde van twee maanden de ontvangst van het verzoek. De beheerder van het leegstandsregister brengt de verzoeker op de hoogte van haar beslissing met een beveiligde zending. 2.6: overige bepalingen §1. Met het oog op de actualisering van het leegstandsregister organiseert de gemeente minimaal jaarlijks een algemene controle van de gebouwen en de woningen waarvoor een vermoeden van leegstand bestaat. Het geactualiseerde leegstandsregister wordt uiterlijk op 30 april van elk jaar vanaf 2011 digitaal bezorgd aan het agentschap. Het register van 2010 wordt aan het agentschap bezorgd voor 31 augustus 2010. §2. Voor de overige bepalingen wordt verwezen naar het decreet, art 2.2.6, 2.2.7 en 2.2.8 en het besluit houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister. 2.7 Overgangsbepalingen §1.Artikel 7.3.2. van het decreet bepaalt dat de gegevens uit de gewestelijke inventarisatielijst leegstand worden overgedragen naar en opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. De leegstand voor deze
panden moet dus niet opnieuw worden bewezen. De procedure beschreven in artikel 2.2.7 van het decreet moet dan ook niet doorlopen worden. Tegen deze opname is geen administratief beroep mogelijk. §2.De woningen en gebouwen zoals vermeld in §1 worden opgenomen in het leegstandsregister met het behoud van hun initiële inventarisatiedatum. Art. 3 : Dit reglement treedt in werking op 1 mei 2010. Art. 4 : De gemeenteraad belast het College van Burgemeester en Schepenen met het vaststellen van de secundaire modaliteiten en de verdere praktische uitwerking. Art. 5 : Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de Gouverneur van de Provincie Oost-Vlaanderen, Gouvernementstraat 1 te 9000 Gent en aan Wonen Vlaanderen, Gebroeders Van Eyckstraat 4-6, 9000 Gent. Art. 6 : In het kader van het administratief toezicht zal een beknopte omschrijving van dit besluit opgenomen worden in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. 10. Gemeentefinanciën : vaststelling belastingreglement op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden De Raad, Gelet op het decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteitsnormen- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers, hierna Kamerdecreet genoemd; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, met latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, hierna Decreet grond- en pandenbeleid genoemd; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen; Gelet op het programmadecreet 2010 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2010 zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 30 december 2009; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 november 2006 houdende aanpassing en verlenging van het belastingreglement op tweede verblijven; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van heden houdende vaststelling gemeentelijk reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden Overwegende dat het decreet grond- en pandenbeleid de gemeenten verplicht een leegstandsinventaris op te maken; Overwegende dat het decreet grond- en pandenbeleid de gemeenten de mogelijkheid biedt een leegstandsbelasting te innen; Overwegende dat het gemeentebestuur tot en met het aanslagjaar 2009, 60 opcentiemen heeft geheven op de gewestheffing inzake leegstand en verkrotting van gebouwen en woningen; Overwegende dat de langdurige leegstand van woningen en gebouwen in de gemeente moet voorkomen en bestreden worden;. Gelet op de financiële toestand van de gemeente, Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen Besluit: Art. 1 : Algemene bepalingen Er wordt voor de aanslagjaren 2010 tot en met 2013 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de woningen, kamers, gebouwen en overige woongelegenheden die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister te rekenen vanaf datum van eerste registratie. Het leegstandsregister wordt opgemaakt en bijgehouden overeenkomstig artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid en het gemeentelijk
reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden. Art. 2 : Definities 1e De definities uit het gemeentelijk reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden zijn van toepassing voor dit reglement. 2e De definities van woningen en gebouwen uit artikel 1.2 van het decreet grond- en pandenbeleid zijn toepasselijk, evenals de andere definities van artikel 1.2 van het decreet grond- en pandenbeleid. 3e Leegstaande gebouwen zijn gebouwen als omschreven in artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid. 4e Leegstaande woningen zijn woningen als omschreven in artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid. 5e Een ramp is een gebeurtenis die zich voordoet buiten de wil van de houder van het zakelijk recht en die het onroerend goed dermate beschadigd dat het gebruik onmogelijk is. Voorbeelden zijn ernstige brand, gasontploffing, overstroming, hevige storm,... 6e Een renovatienota is een gedetailleerde, gedateerde en ondertekende nota die door het College van Burgemeester en Schepenen wordt goedgekeurd en waarin minstens volgende elementen zijn opgenomen : -een overzicht van de voorgenomen werken -een gedetailleerd tijdsschema waaruit blijkt dat binnen een periode van maximaal 24 maanden de woning bewoonbaar wordt gemaakt -bestekken en/of facturen met betrekking tot de voorgenomen werken -fotoreportage met weergave van de bestaande toestand van de te renoveren onderdelen -indien van toepassing het akkoord van de mede-eigenaars 7e Een sociale woonorganisatie is een organisatie, vermeld in artikel 2 §1, eerste lid, 26° van de Vlaamse Wooncode; een sociale huisvestingsmaatschappij, het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen, een sociaal verhuurkantoor of een huurdersorganisatie. Art. 3 : §1. De belasting voor een leegstaande woning, kamer, overige woongelegenheid of een leegstaand gebouw is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat die woning, kamer, overige woongelegenheid of dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden vanaf de initiële inventarisdatum is opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. §2. Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning, kamer of overige woongelegenheid niet uit het leegstandsregister is geschrapt, is de belasting van het aanslagjaar verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt. Art. 4 : Belastingplichtige § 1. De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijk recht betreffende het leegstaande gebouw of de leegstaande woning, kamer of overige woongelegenheid op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt. Ingeval er een recht van opstal, erfpacht of vruchtgebruik bestaat, is de belasting verschuldigd door de houder van dat zakelijk recht van opstal, van erfpacht of van vruchtgebruik op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt. § 2. Ingeval van mede-eigendom zijn de mede-eigenaars hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld. Ingeval er meerdere andere houders zijn van het zakelijk recht zijn deze eveneens hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld. § 3. De overdrager van het zakelijk recht moet de verkrijger ervan in kennis stellen dat het goed is opgenomen in het leegstandsregister. Tevens moet hij per aangetekend schrijven een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen twee maanden na het verlijden van de notariële akte. Deze kopie bevat minstens de volgende gegevens:
naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel, - datum van de akte, naam en standplaats van de notaris; - nauwkeurige aanduiding van het overgedragen goed Bij ontstentenis van deze kennisgeving wordt de overdrager van een zakelijk recht, in afwijking van §1, als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting die na de overdracht van het zakelijk recht wordt gevestigd. Art. 5 : Berekening van de belasting §1. Het tarief van de belasting bedraagt 6,50 € per vierkante meter grondoppervlakte van de woning of het gebouw, vermenigvuldigd met het aantal bouwlagen. De belastbare oppervlakte wordt steeds in volle vierkante meter uitgedrukt. De gedeelten kleiner dan de halve vierkante meter worden weggelaten; de gedeelten gelijk aan of boven een halve meter worden aangerekend als volle meter. Voor de berekening van de verschuldigde belasting worden een kelder ingericht met woonvertrekken en een ingerichte zolder als bouwlaag aanzien §2. De minimumaanslag bedraagt: - 1300,00 € voor een volledig gebouw of woonhuis - 100,00 € voor individuele kamer of studentenkamer zoals gedefinieerd in het kamerdecreet - 650,00 € voor elk overig gebouw of woning §3. Het aantal termijnen van twaalf maanden dat een gebouw of woning op de inventaris staat wordt herberekend bij overdracht van het zakelijk recht betreffende het gebouw of de woning. Art. 6 : Vrijstellingen § 1. Aanvraag vrijstelling De zakelijk gerechtigde die gebruik wenst te maken van een vrijstelling van de belasting moet hiervoor zelf schriftelijk de nodige bewijsstukken indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen. § 2. Van de leegstandsheffing zijn vrijgesteld: 1° de belastingplichtige die eigenaar is van één enkele woning, bij uitsluiting van enige andere woning De vrijstelling geldt voor een periode van maximum drie jaar volgend op de datum van opname in het leegstandsregister. 2° de belastingplichtige die in een erkende ouderenvoorziening verblijft, of voor een langdurig verblijf werd opgenomen in een psychiatrische instelling of in een ziekenhuis. Het bewijs van het langdurig verblijf wordt geleverd door de erkende ouderenvoorziening, de instelling of het ziekenhuis waar de belastingplichtige verblijft. De vrijstelling geldt voor een periode van maximum drie jaar volgend op de datum van opname van de belastingplichtige. De vrijstelling geldt uitsluitend voor de woning, kamer of andere woongelegenheid die laatst bewoond werd door de belastingplichtige voor de opname in de erkende ouderenvoorziening, de psychiatrische instelling of het ziekenhuis; 3° de belastingplichtige waarvan de handelingsbekwaamheid beperkt werd ingevolge een gerechtelijke beslissing. De vrijstelling geldt voor een periode van maximum drie jaar volgend op de datum van de gerechtelijke beslissing. 4° de belastingplichtige die sinds minder dan één jaar zakelijk gerechtigde is van het gebouw of de woning, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt voor het heffingsjaar volgend op het verkrijgen van het zakelijk recht. Deze vrijstelling geldt niet indien het zakelijk recht werd verkregen ingevolge : - overdracht aan vennootschappen die door de overdrager rechtstreeks of onrechtstreeks in rechten of in feiten gecontroleerd worden; - overdracht ingevolge fusie, splitsing of andere overgang ten algemene titel; -
overdracht aan bloed-en/of aanverwanten tot en met de derde graad, tenzij ingeval van overdracht bij erfopvolging of testament 5° de belastingplichtige, houder van het zakelijk recht, die behoort tot één van volgende categorieën : - sociale huisvestingsmaatschappijen erkend door de VMSW - andere sociale woonorganisaties - autonome gemeentebedrijven - de gemeente of het OCMW van Waasmunster of een intergemeentelijke samenwerkingsverband waarin de gemeente Waasmunster participeert voor zover het panden betreft die voorwerp uitmaken van een intentieverklaring en/of een project met het oog op het realiseren van een meer kwalitatieve woonomgeving. § 3. Een vrijstelling wordt verleend indien het gebouw of de woning : 1° gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan; 2° geen voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld; 3° krachtens decreet beschermd is als monument, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp van lijst tot bescherming als monument; 4° vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van drie jaar volgend op de datum van de vernieling of beschadiging; 5° onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van twee jaar volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik; 6° gerenoveerd wordt. Een woning of gebouw wordt gerenoveerd als een niet vervallen stedenbouwkundige vergunning voor stabiliteitswerken of sloopwerkzaamheden, een schriftelijke bevestiging van de volledig bevonden aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning opgemaakt door de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar of een gedetailleerde renovatienota voorgelegd wordt waaruit blijkt dat de nodige renovatiewerken zullen worden uitgevoerd. De renovatiewerken moeten betrekking hebben op de woonfunctie van het desbetreffende gebouw of woning. Deze vrijstelling slechts geldt gedurende een termijn van drie jaar volgend op het uitvoerbaar worden van de stedenbouwkundige vergunning of gedurende een termijn van 2 jaar volgend op de goedkeuring van de renovatienota. Deze vrijstelling kan slechts één keer worden verleend per woning of gebouw; 7° het voorwerp uitmaakt van een overeenkomst met het oog op renovatie-, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden in de zin van artikel 18, § 2, van de Vlaamse Wooncode; 8° het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, overeenkomstig artikel 90 van de Vlaamse Wooncode. §4. In het verleden toegestane schorsingen door Wonen Vlaanderen worden omgezet in een vrijstelling voor de termijn van de schorsing toegestaan door Wonen Vlaanderen Art. 7 : De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Art. 8 : De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Art. 9 : De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van -
verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan. De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger die wenst gehoord te worden dient dit uitdrukkelijk in zijn bezwaarschrift te vragen. Art. 10 : Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1, 3, 4 ,6 tot en met 9 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek van toepassing voor zover niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Art. 11 : Verwijl- en moratoriumintresten zijn op deze belasting toepasselijk zoals inzake de rijksbelastingen op de inkomsten. Art. 12 : In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift van dit besluit worden overgemaakt aan de heer Gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. Een afschrift van dit besluit wordt eveneens overgemaakt aan Wonen Vlaanderen, Gebroeders Van Eyckstraat 4-6 te 9000 Gent. 11. Aangevraagde punten : nihil. 12. Mondelinge vragen : nihil. Aldus vastgesteld op datum als ten hoofde vermeld, dewelke werd besloten om 19u45. In opdracht : De Gemeentesecretaris, De Voorzitter van de Raad,
Anne De Schrijver.
Rik Daelman.