Zitting van 18 februari 2014. Aanwezig : MM. Verhaeghe, voorzitter; Servranckx, Marchand, Croon, Laureys, Verstappen, Peeters, Van Win, en Wittebrood leden; Dedecker, secretaris. De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur. Op voorstel van de voorzitter beslist de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, éénparig, volgende punten toe te voegen: - aan het openbaar gedeelte van de dagorde: “Patrimonium: Doorgangswoning, Van Frachenlaan 7 te 1820 Steenokkerzeel – Wijziging huishoudelijk reglement”; - aan het besloten gedeelte van de dagorde: “Poetsdienst – Wijziging tewerkstellingsbreuk”. De Raad gaat over tot de dagorde. De Raad vergadert openbaar. 1. – Kennisneming van de eedaflegging van Gilberte Wittebrood als werkend lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn. DE RAAD Neemt éénparig akte van: 1. de gemeenteraadsbeslissing, dd. 02 januari 2013, waarbij mevrouw Gilberte Wittebrood verkozen werd tot opvolger van mevrouw Chantal Peeters als werkend lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn; 2. de akte van eedaflegging, dd. 28 januari 2014, van mevrouw Gilberte Wittebrood als werkend lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn; Stelt vast dat: 1. in toepassing van artikel 10 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 mevrouw Gilberte Wittebrood het mandaat van mevrouw Chantal Peeters als lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn zal voleindigen; 2. in toepassing van artikel 60 § 3 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 mevrouw Gilberte Wittebrood het mandaat van mevrouw Chantal Peeters als lid van het Vast Bureau zal voleindigen. 2. – Aanduiding van een mandataris als afgevaardigde van het OCMW in de Lokale Advies Commissie (LAC). DE RAAD Gelet op het decreet van 20 december 1996 tot regeling van het recht op minimumlevering van elektriciteit, gas en water; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering, dd. 16 september 1997, tot vaststelling van de minimumlevering van elektriciteit en tot regeling van de procedure bij wanbetaling; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering, dd. 16 september 1997, betreffende de samenstelling en de werking van de lokale adviescommissie omtrent de minimumlevering van elektriciteit, gas en water; Gelet op de omzendbrief BA 97/19 van de Vlaamse regering; Overwegende dat in elke gemeente een lokale adviescommissie werd opgericht en dat deze is samengesteld als volgt : één maatschappelijk werk(st)er van de sociale dienst van het OCMW – tevens voorzitter van de adviescommissie -, één lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, één vertegenwoordiger van de elektriciteits-, gas- of watermaatschappij, desgevallend één vertegenwoordiger van een erkende instelling voor schuldbemiddeling en één personeelslid van het OCMW verantwoordelijk voor het secretariaat; Overwegende dat dergelijke aanstelling steeds dient te gebeuren voor de duur van de lopende legislatuur;
Gelet op zijn beslissing, dd. 22 januari 2013, houdende aanduiding van Chantal Peeters als afgevaardigde van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in de Lokale Advies Commissie; Gelet op het ontslag van Chantal Peeters als werkend lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, tengevolge waarvan een nieuwe afgevaardigde van OCMW Steenokkerzeel in het LAC aangeduid dient te worden; Gelet op artikel 30 van het huishoudelijk reglement, vastgesteld door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, in zitting van 16 april 2013; Gelet op de artikelen 46 en 254 van het OCMW-decreet van 19 december 2008; Gaat door middel van geheime stemming over tot de verkiezing van één raadslid welke deel zal uitmaken van de lokale adviescommissie; Uit de opname van de stemronde blijkt dat: - Herman Laureys bekomt 8 stemmen; - Ann Verstappen bekomt 1 stem; Werden derhalve neergelegd: - 9 geldige stemmen - er zijn geen blanco/ongeldige stemmen Overwegende dat raadslid Laureys de volstrekte meerderheid der stemmen heeft bekomen; BESLIST : Artikel 1. – De heer Herman Laureys wordt aangeduid als afgevaardigde van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Steenokkerzeel om deel uit te maken van de lokale adviescommissie. Artikel 2. – De bevoegde overheden, alsmede de voorzitter van de lokale adviescommissie, worden van deze beslissing in kennis gesteld. 3. – Uitgifte ocmw-berichten. DE RAAD Gelet op de periodieke uitgifte van het gemeentelijk informatieblad “Den Beiaard”; Gelet op het ontwerp van ocmw-berichten; Gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008; BESLIST: éénparig Artikel 1. – Het ontwerp van ocmw-berichten, bestemd voor de eerstvolgende editie van “Den Beiaard”, zoals weergegeven in de hieraan gehechte bijlagen, wordt goedgekeurd. Artikel 2. – De bevoegde overheden worden van deze beslissing in kennis gesteld. 4. – Project bemoeizorg. DE RAAD, Gelet op de bestaande werking “preventieve woonbegeleiding” van het CAW Vilvoorde houdende intensieve begeleiding van kwetsbare groepen binnen de sociale huisvesting, dit ter preventie van uithuiszetting; Overwegende dat de Vlaamse Regering heden investeert in de uitbouw van een regiodekkend aanbod aan preventieve woonbegeleiding binnen de CAW’s waarbij de lokale besturen betrokken dienen te worden; Gelet op de vraag van CAW Vilvoorde naar een principiële beslissing van het ocmw tot toetreding tot betreffend samenwerkingsverband; Overwegende dat in dit kader gewerkt zal worden op vraag van en samen met alle huisvestingsactoren uit de betrokken regio (SVK, sociale huisvestingsmaatschappij, ocmw,…); Overwegende dat dergelijke samenwerking geen financiële implicaties heeft voor het ocmw; Gelet op de nota van de sociale dienst, dd. 17 februari 2014; BESLIST: éénparig
Artikel 1. – Zich principieel akkoord te verklaren een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten met het CAW Vilvoorde en de sociale huisvestingsmaatschappij Elk Zijn Huis betreffende preventieve woonbegeleiding. Artikel 2. – De modaliteiten betreffende dit samenwerkingsakkoord zullen uitgewerkt worden in een latere raadsbeslissing. Artikel 3. – Het CAW-Vilvoorde, alsmede de sociale huisvestingsmaatschappij “Elk Zijn Huis” worden van deze beslissing in kennis gesteld. 5. – Mindermobielencentrale – Aanpassing huishoudelijk reglement. DE RAAD, Gelet op zijn beslissing, dd. 19 november 2002 om met ingang van 01 januari 2003 van start te gaan met de Minder Mobielen Centrale Steenokkerzeel en het terzake goedgekeurde huishoudelijk reglement; Gelet op zijn beslissing, dd. 17 april 2012, houdende aanpassing van artikel 13 § 1 van het huishoudelijk reglement, in die zin dat het bedrag van de kilometervergoeding voor de vrijwilliger wordt opgetrokken van € 0,30/km naar € 0,32/km, zodat artikel 13 § 1 bepaalt als volgt: “De vrijwilliger ontvangt van de gebruiker € 0,32/km, met een minimumvergoeding van € 2,5 voor ritten die minder dan 10 km bedragen. De vrijwilliger dient hiervan € 0,038/km door te storten aan de Minder Mobielen Centrale (voor de omniumverzekering). Hij rekent met de centrale af wanneer zijn rittenboekje vol is”; Overwegende dat het gedurende de afgelopen 10 jaar steeds moeilijk is geweest om voldoende vrijwilligers te vinden en hen te blijven motiveren; Gelet op het voorstel van de sociale dienst om de vrijwilligers niet langer te verplichten € 0,038 per gereden km af te staan voor de omniumverzekering; Overwegende dat de vrijwilligers ongeveer 4.000 km per jaar afleggen; Overwegende dat deze maatregel aldus een jaarlijkse meerkost voor het ocmw zou betekenen welke ten indicatieven titel geraamd kan worden op € 155; Gelet op het advies van het college van Burgemeester en Schepenen, dd.10 februari 2014; Gelet op de nota van de sociale dienst, dd. 03 februari 2014; BESLIST: éénparig Artikel1. – Om, met ingang van 01 januari 2014 de verplichting af te schaffen voor de vrijwilligers van de MMC om per gereden km een bedrag van 0,038 euro door te storten voor de verzekering en artikel 13 § 1 van het huishoudelijk reglement “Minder Mobielen Centrale vrijwilliger” aan te passen als volgt: “De vrijwilliger ontvangt van de gebruiker € 0,32/km, met een minimumvergoeding van € 2,5 voor ritten die minder dan 10 km bedragen”. Artikel 2. – De vrijwilligers en de bevoegde overheden worden van deze beslissing in kennis gesteld. Bijlage: Huishoudelijk reglement Minder Mobielen Centrale Vrijwilliger. Artikel 1. De Minder Mobielen Centrale heeft tot doel om met de hulp van vrijwilligers mensen te vervoeren met een beperkt inkomen die problemen ondervinden om zich te verplaatsen met het openbaar vervoer omwille van ouderdom, ziekte of handicap teneinde hen op die manier in staat te stellen deel te nemen aan het sociale leven. Artikel 2. Het vervoer van de Minder Mobielen Centrale wordt door het Ministerie van Verkeer erkend als zijnde onbetaald vervoer. Artikel 3. De chauffeur werkt volledig op vrijwillige basis. Eenieder kan zich kandidaat stellen om dit vervoer op zich te nemen. Voor werklozen, bruggepensioneerden en personen in loopbaanonderbreking vraagt de centrale aan de Rijksdienst Voor Arbeidsvoorziening schriftelijk toestemming om het vervoer van de Minder Mobielen Centrale te verrichten met behoud van uitkeringen. Voor vrijwilligers die een ziekte-uitkering ontvangen is een goedkeuring door een medisch adviseur vereist. De centrale stelt de mutualiteit schriftelijk in kennis van deze vrijwillige activiteit. Artikel 4. De chauffeur mag voor de Minder Mobielen Centrale enkel gebruik maken van zijn eigen voertuig. Vervoer met een firmawagen is enkel toegelaten als deze wagen altijd door de chauffeur gebruikt
wordt. Lichte bestelwagens en busjes - eventueel aangepast aan rolstoelgebruikers - die toebehoren aan de vrijwilliger, zijn eveneens toegelaten. Artikel 5. De chauffeur dient telefonisch bereikbaar te zijn. Artikel 6. Per chauffeur wordt een steekkaart bijgehouden met vermelding van volgende gegevens: naam, adres en telefoonnummer; statuut/beroep; merk, type en nummerplaat van zijn wagen; naam en adres van zijn verzekeringsmaatschappij met vermelding van zijn polisnummer; dagen en uren waarop men vervoer wenst te doen; de maximumafstand die men wenst te rijden; het feit of al dan niet een rolstoel kan vervoerd worden. Artikel 7. Elke chauffeur ontvangt een chauffeurskaart met vermelding van belangrijke afspraken en richtlijnen. Deze kaart dient bij ontvangst afgetekend te worden als bewijs dat hij op de hoogte is van deze afspraken en richtlijnen, deze kaart wordt voorin de wagen gelegd en dient als herkenningsteken dat deze wagen gebruikt wordt in het kader van de Minder Mobielen Centrale. Op de achterzijde van deze kaart staan enkele vuistregels die de chauffeur kunnen helpen ingeval van een ongeval. Artikel 8. Elke chauffeur beschikt over een rittenboek, waarin alle ritten en het aantal kilometers verplicht vermeld dienen te worden. Artikel 9. Elke chauffeur is vrij te bepalen op welke momenten hij zich wenst in te zetten voor de Minder Mobielen Centrale. Artikel 10. De vrijwilliger mag nooit op eigen initiatief een verzoek rechtstreeks van een gebruiker aanvaarden. Alle afspraken dienen via de centrale gemaakt te worden. Indien een vrijwilliger verhinderd is een afgesproken rit te doen dient hij de centrale hiervan onmiddellijk in kennis te stellen. De chauffeur is baas in zijn eigen wagen, d.w.z. dat hij een rit mag weigeren of een rit mag stoken, Hij dient wel steeds de centrale hiervan in kennis te stellen. Artikel 11. De chauffeur dient zich te onthouden van roekeloos rijgedrag en mag nooit onder invloed van drank of verdovende middelen rijden. Artikel 12. De chauffeur dient het beroepsgeheim en respect voor privacy in acht te nemen. Artikel 13. De vrijwilliger ontvangt van de gebruiker € 0,32/km, met een minimumvergoeding van € 2,5 voor ritten die minder dan 10 km bedragen. De vrijwilliger dient hiervan € 0,038/km door te storten aan de Minder Mobielen Centrale (voor de omniumverzekering). Hij rekent met de centrale af wanneer zijn rittenboekje vol is. De kilometerteller begint te lopen vanaf het ogenblik dat de chauffeur thuis vertrekt om te eindigen op het ogenblik dat hij - na de rit - opnieuw thuiskomt. Indien de vrijwilliger tussen de N-en-M en terugrit naar huis keert (mits toestemming van de gebruiker) worden ook deze kilometers aangerekend aan de gebruiker. Extra kilometers die een vrijwilliger rijdt wanneer hij of zij tussenin ergens naartoe gaat komen niet in aanmerking. Als tijdens één rit meerdere personen worden vervoerd, mag slechts één rit aangerekend worden. Artikel 14. De vrijwilliger mag noch fooien, noch wachtgeld van de gebruikers aanvaarden. Artikel 15. De vrijwilliger mag de gebruiker enkel naar de opgegeven bestemming brengen. Hij dient hiervoor de meest logische weg te volgen. Artikel 16. De chauffeur dient voor zijn voertuig een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid afgesloten te hebben en dient een kopie van zijn verzekeringsbewijs te overhandigen aan de centrale. Artikel 17, Voor iedere vrijwilliger worden verzekeringen afgesloten (zie art.4 organisatienota ocmw Steenokkerzeel).
Artikel 18. Bij een ongeval of schade dient de Minder Mobielen Centrale zo vlug mogelijk verwittigd te worden. De chauffeur dient vervolgens de richtlijnen voor het aangeven van een ongeval te volgen, (zie keerzijde chauffeurskaart). Hij mag onder geen beding zijn fout erkennen. Hij dient de beoordeling van de "fout" over te laten aan de verzekeringsmaatschappij, dewelke door de centrale gecontacteerd wordt. De chauffeur mag onder geen beding zelf een expertise laten verrichten of een herstelling laten Uitvoeren. Bij elk gebeurlijk ongeval dient de chauffeur te verklaren dat hij rijdt voor eigen rekening, op vraag van de Minder Mobielen Centrale. Artikel 19. Elke chauffeur ontvangt van de centrale 3 modellen "Getuigenverklaring". Deze documenten dienen bewaard te worden bij de aanrijdingformulieren. Bij gebeurlijke ongevallen kunnen bereidwillige getuigen gevraagd worden deze documenten eigenhandig in te vullen en te ondertekenen. Artikel 20. Eventuele problemen of betwistingen in verband met geleverde ritten dienen onmiddellijk aan de centrale gemeld te worden. 6. – Interne kredietaanpassingen dienstjaar 2013. DE RAAD Gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, dd. 18 december 2012, houdende vaststelling van het exploitatie- en investeringsbudget 2013; Gelet op de noodzaak tot interne kredietaanpassingen binnen de exploitatie-uitgaven van éénzelfde activiteitencentrum; Gelet op artikel 157 van het Ocmw-decreet van 19 december 2008; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997, betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het ontwerp van interne kredietaanpassingen; BESLIST: éénparig Artikel 1: - Interne kredietaanpassingen binnen éénzelfde budgetenveloppe door te voeren als volgt: Artikel AC 100 Uitgaven 100/611300 100/612500 100/612630 100/612640 100/615200 100/620110 100/620120 100/620320 100/623100 100/623700 Totaal AC 124 Uitgaven 124/612630 124/613100 Totaal AC 832 Uitgaven 832/608204
Omschrijving
Ext.diensten vr. d boekh/fin.dienst Controle- en keuringsorganismen Kosten gasverbruik Kosten elektriciteitsverbruik Documentatie en abonnementen Bezoldiging voorzitter Presentiegelden raadsleden Bezoldiging gescos Arbeidsgeneeskundige dienst Maaltijdcheques (aandeel werkgever)
Kosten gasverbruik Onderhouds- & herstellingskost. gebouwen
Verhoging
4246 137 333 343 896 1022 451 340 76 648 4246
4246
192 192
Hospitalisatiekosten
Verlaging
887
192 192
832/608222 832/608226 832/608232 832/608233 832/608234 832/620330 832/623700 832/642000 832/657000 Totaal AC 8343 Uitgaven 8343/611900 8343/612630 8343/612660 8343/620300 8343/623100 8343/623700 Totaal AC 844 Uitgaven 844/611410 844/611900 844/612300 844/616900 844/620200 844/620320 844/621320 844/623100 844/642000 844/657000 Totaal
Bijdrage in de huur Bijdrage voor begrafeniskosten Tussenkomst in gasverbruik Tussenkomst in elektriciteitsverbruik Tussenkomst in waterverbruik Bezoldigingen artikel 60 § 7 Maaltijdcheques (aandeel werkgever) Minderwaarden op real. van werkingsvorder. Diverse financiële kosten
Overige externe diensten Kosten gasverbruik Kosten waterverbruik Bezoldiging niet-vastbenoemd personeel Arbeidsgeneeskundige dienst Maaltijdcheques (aandeel werkgever)
Uitgegeven keuken Overige externe diensten Kosten van opleiding en bijscholing Overige vergoedingen en erelonen Bezoldiging vastbenoemd personeel Bezoldiging gescos Werkgeversbijdragen RSZ gescos Arbeidsgeneeskundige dienst Minderwaarden op real. van werkingsvord. Diverse financiële kosten
8200 5250 2228 1500 187 7520 63 8501 20 17178
17178
484 1062 248 1833 16 23 1833
1833
8400 2460 3000 1000 14542 6500 390 381 410 1 18542
18542
Artikel 2. – De bevoegde overheden worden van deze beslissing in kennis gesteld. 7. – Strijkwinkel: kosten-baten analyse – Stand van zaken. Omwille van de jaarlijkse enorme uitgaven betrekking hebbende op de strijkwinkel, Van Frachenlaan 7 te 1820 Steenokkerzeel werd een onderhoud gevraagd met Michel Renders, verantwoordelijke van de strijkwinkel. 8. – Patrimonium: Doorgangswoning, Van Frachenlaan 7 te 1820 Steenokkerzeel – Wijziging huishoudelijk reglement. DE RAAD Gelet op zijn beslissing, dd. 19 oktober 2010, houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement toepasselijk op de doorgangswoning van het ocmw, gelegen alhier in de deelgemeente Steenokkerzeel, Van Frachenlaan 7; Gelet inzonderheid artikel 8 van voornoemd huishoudelijk reglement bepalende dat een forfaitaire bijdrage van 2,5 euro per dag zal aangerekend worden voor water- en energieverbruik; Overwegende dat thans is gebleken dat deze bijdrage onvoldoende de kostprijs van de energiekosten van de doorgangswoning dekt; Gelet op de nota van de sociale dienst, dd. 13 februari 2014; Gelet op het Ocmw-decreet van 19 december 2008;
BESLIST: éénparig Artikel 1. – Artikel 8 van het huishoudelijk reglement betreffende de doorgangswoning aan te passen in die zin dat met ingang van 01 februari 2014 een forfaitair bedrag van 4,5 euro per dag gevorderd zal worden als bijdrage in het waterverbruik en de energiekosten. Artikel 2. – De bevoegde overheden worden van deze beslissing in kennis gesteld. De Raad vergadert verder met gesloten deuren.