Training wijkraden 30.06.14
Bijlage: Organogram gemeentelijke afdelingen.
Training voor wijkraden, 30 juni 2014
WERKWIJZE GEMEENTERAAD; GEMEENTEFINANCIËN Aanwezig: Wijkraadsleden: zie lijst onderaan verslag
10
Gemeente Utrecht: Staf Wijken, Angeline Diederen,
[email protected] Frank Lith, Commissiegriffier Stad & Ruimte / plv. griffier Judith de Vor, financieel beleidsadviseur bij BCS, Bestuurs- en Concernstaf Verslag: Marja van Steijn, Tekstbureau Talent,
[email protected] Het verslag en het organogram van de gemeentelijke organisatie worden na de trainingen gepubliceerd op http://www.utrecht.nl/wijken-en-participatie/documenten/informatie-voor-wijkraden/ (trainingen voor wijkraden)
20 UTRECHT MAKEN WE SAMEN Welkom Angeline Diederen heet allen welkom in Wijkbureau Oost/Noordoost. Angeline is staflid bij Wijken (onderdeel van de gemeente Utrecht) en verzorgt de algemene ondersteuning van wijkraden. Na een korte introductie geeft zij het woord aan Frank Lith, die vooraf een brochure uitreikt over de raad en b&w inclusief foto's.
30
Werkwijze gemeenteraad, zie de handout Vooraf deelt Frank Lith een brochure uit over het gemeentebestuur, met daarin de foto's van de gemeenteraadsleden en het college van B&W sinds maart 2014. Frank is commissiegriffier van de Commissie Stad & Ruimte, en de griffie is een van de weinige gemeentelijke onderdelen die – samen met de raad – in het stadhuis achterblijven als de meeste ambtenaren in oktober naar het nieuwe stadskantoor verhuizen. Ad Smits is griffier. De griffier is de 1e adviseur van de gemeenteraad. Hij heeft 2 plaatsvervangers die ook commissiegriffier zijn: Frank Lith is de commissiegriffier van de Commissie Stad & Ruimte en Marcel Kiewik is de commissiegriffier van de Commissie Mens & Samenleving.
40 Het gemeentebestuur Het gemeentebestuur is verdeeld in drie organen: 1. De gemeenteraad, het hoofd van de gemeente. ('de raad') 2. Het college van burgemeester en wethouders ('het college', of 'b&w') 3. De burgemeester. Dat is een apart bestuursorgaan. De raad heeft 45 volksvertegenwoordigers en op dit moment 10 fracties. Taken van de raad zijn: − kaders stellen (hoofdlijnen van beleid) Tekstbureau Talent, juni 2014
1/10
Training wijkraden 30.06.14
50
60
−
controleren (wordt het beleid goed uitgevoerd).
Gemeentebesturen hebben sinds 2000 het duale stelsel, wat betekent dat de collegeleden geen raadsleden meer zijn. Collegeleden zijn dus geen onderdeel meer van de gemeenteraad. Zo kunnen raadsleden steeds meer met hun volksvertegenwoordigende rol bezig zijn, in contact komen met de burgers en horen wat er in de gemeente leeft. Met de dualisering is bedoeld meer nadruk te leggen op die vertegenwoordigende functie want daar zijn raadsleden voor. Raadsleden hebben een drukke baan. De fracties worden ondersteund door fractiemedewerkers maar eenmansfractie hebben het wel zwaarder: die ene persoon moet zich op alle dossier inlezen terwijl grotere fracties de dossiers kunnen verdelen. De ambtenaren werken in principe voor het college, maar er is ook een verordening die raadsleden recht geeft op ambtelijke bijstand. In Utrecht wordt daar ruimhartig mee omgegaan: alle raadsleden mogen de organisatie in en vragen stellen. Het betreft dan wel “technische” vragen. Politieke vragen moeten aan de bestuurders gesteld worden in de commissie- of raadsvergaderingen.
70
Via de gemeentesecretaris kan de raad alle ambtelijke bijstand vragen die ze nodig hebben. Maar het dualisme heeft meer te maken met verantwoordelijkheden, dan met ambtelijke bijstand. Uitgangspunt is dat alle partijen voor die ene gemeente warmlopen en elkaar zullen moeten aanvullen. In Utrecht is de sfeer wat dat betreft goed. Raadsleden in Utrecht hebben een baan van 20 uur en krijgen daarvoor €1800 in de maand betaald. Zij werken vanuit een ideële achtergrond, op basis van hun passie voor de stad, en als het een goed betaalde baan zou zijn ontstaat het risico dat mensen op basis van financiële overwegingen die baan willen hebben, en dat is niet de bedoeling.
80
De fracties hebben vaak commissies die zich over een bepaald thema buigen. Fracties kunnen zelf bepalen hoe ze hun contacten met hun achterban organiseren. Verdeling raadszetels: 2014 2010 2006
2000
9
10
8
PvdA
5
9
14
7
D66
13
9
3
1
VVD
5
7
5
5
GroenLinks
8
CDA
3
4
4
4
SP
4
3
3
3
Stadspartij Leefbaar Utrecht
–
1
3
14
ChristenUnie
2
1
2
1
B&G
–
–
1
2
Groep Mossel
–
–
1
0
Groen Rechts
–
1
0
0
Stadsbelang Utrecht
2
–
–
–
Student en Starter
1
–
–
–
Partij voor de Dieren
1
–
–
–
* Coalitie
Geen enkele partij heeft het echt voor het zeggen: er wordt gewerkt vanuit een coalitie. Die
Tekstbureau Talent, juni 2014
2/10
Training wijkraden 30.06.14
90
coalitie wil graag een goed debat in de gemeente over wat er speelt. Vanuit dat vertrekpunt kunnen zij samen een coalitie vormen (want bijv. de standpunten van VVD en SP lopen natuurlijk hier en daar nogal uiteen). Utrecht heeft de jongste gemeenteraad van Nederland: de gemiddelde leeftijd is 36 jaar. (Maastricht bijv. 54.) In de raadszaal hier in Utrecht zitten de raadsleden naast elkaar. De griffier zit naast de burgemeester, en de wethouders in een apart vak, het zogenaamde vak C(ollege). Zoals gezegd is de burgemeester een apart bestuursorgaan, met bevoegdheden op het gebied van openbare orde en veiligheid. Dat is in Utrecht op dit moment een groot dossier: de prostitutie valt er ook onder. Daarnaast heeft de burgemeester een representatieve functie en is hij voorzitter van college en raad. In de gemeenteraad heeft de burgemeester geen stem.
100
110
120
Het college van B&W is het dagelijks bestuur van de gemeente. Het voert het beleid uit dat door de raad wordt vastgesteld. De raad stelt de kaders vast, met als belangrijkste kader de begroting, maar ook over bestemmingsplannen, horeca, etc. Het college van B&W van Utrecht heeft 7 leden: de burgemeester, en 6 wethouders. In het college is de burgemeester geen zelfstandig orgaan maar voorzitter. De 6 wethouders hebben de portefeuilles verdeeld en zijn ook allemaal wijkwethouders; sommige wethouders hebben meerdere wijken. (Utrecht heeft 10 wijken.) Welke instrumenten bevat de gereedschapskist van een raadslid om zaken aan de orde te stellen: vragen stellen; motie indienen; amendement indienen; interpellatie; en ook nog: hoorzitting, werkbezoek, enquête, raadsonderzoek, verzoek aan de rekenkamer. Vragen stellen gebeurt vaak op verzoek van burgers. Het kan zowel schriftelijk als mondeling. Een motie kan ingediend worden over actuele onderwerpen; de raad wil dan óf het college een opdracht geven of het gevoelen van de gemeenteraad horen. Amendementen zijn wijzigingen op voorstellen van het college. Een initiatiefvoorstel is een voorstel dat niet van het college komt maar dat door de raad zelf wordt ingediend, bijvoorbeeld als raadsleden vinden dat het college niet snel genoeg is. Het komt weinig voor. Een interpellatiedebat komt ook zelden voor. Het wordt gevraagd als een wethouder het niet goed heeft gedaan en kan leiden tot een motie van wantrouwen. Vijf jaar geleden heeft het plaatsgevonden toen burgemeester Wolfsen een oplage van Ons Utrecht had laten terughalen om privéredenen. Het is een zwaar middel. Tegenwoordig is er veel meer een sfeer van consensus in Utrecht. De raadsvergaderingen zijn in principe openbaar, maar er zijn momenten dat dat niet kan (bijv. als het gaat om juridische procedures). Burgers kunnen raadsvergaderingen bijwonen (vooraf aanmelden is niet nodig).
130
Over het besluitvormingsproces binnen de gemeente Utrecht het volgende. De meeste plannen komen van het college. Het college doet voorstellen aan de raad. Vervolgens zijn er 4 stappen: voorstellen college > de raadsleden informeren zich, o.a. via RaadsInformatieAvond > debatteren in de Commissievergadering > besluitvorming in de raadsvergadering. Welke plek hebben de wijkraden in dit geheel? De wijkraden zijn door de raad ingesteld maar zijn een adviesorgaan van het college, en niet van de raad. Bij alle plannen die door ambtenaren voor het college ontwikkeld worden is het de bedoeling dat de participatiestandaard wordt gebruikt. De participatiestandaard van Utrecht kent 4 fasen: 1) informeren 2) raadplegen 3) adviseren 4) coproductie. Tekstbureau Talent, juni 2014
3/10
Training wijkraden 30.06.14
140
Hoe het precies werkt is na te lezen in een pdf van de gemeente:
https://www.utrecht.nl/images/DWS/Wijkaanpak/Participatiestandaard.pdf . Wijkraden sturen vaak hun adviezen cc aan de raad, om de raad te informeren en om te lobbyen.
150
160
Heeft de participatiestandaard een volwaardige plek in het proces? Veel wijkraden hebben het gevoel dat ze pas laat in het proces geïnformeerd worden, in plaats van bij aanvang. Wijkraden vinden soms dat het nog steeds niet is ingebed. In het coalitieakkoord staat het wijkgericht werken heel hoog in het vaandel. Momenteel wordt het instrument 'stadsgesprek' verder ontwikkeld, maar de discussie is nog of dat onder de raad zou moeten vallen of onder het college. Dat je het met elkaar moet regelen en dat je meer moet luisteren naar de kennis in de wijken wordt wel gedeeld, maar het college blijft daarin kritisch gevolgd worden. Als bijvoorbeeld bij een bestemmingsplan het idee ontstaat dat het college het participatietraject niet goed heeft gedaan (bijv. door de vele zienswijzen), dan wordt het college daarover aan de tand gevoeld. (Maar het is natuurlijk ook niet mogelijk om iedereen tevreden te stellen.) De raad controleert het college en vraagt het college herhaaldelijk of zij de participatie goed gedaan hebben. Daar wordt terdege op gelet. En in het uiterste geval is het goed dat er rechters zijn die nagaan of de gemeente goed gehandeld heeft. Een RIA is een mooie gelegenheid voor burgers om raadsleden nader te informeren. De RIA blijft in het oude stadhuis, in het huis van de democratie, in het centrum van de stad. De RIA's, de RaadsInformatieAvonden, zijn openbaar. Ze zijn ook te volgen op internet. Er zijn 2 vaste raadscommissies, en in Utrecht is het zo dat alle raadsleden lid zijn van beide commissies. Binnen hun fracties hebben zij het verdeeld in portefeuilles, en die raadsleden zitten dan bij de commissievergaderingen. Er zitten doorgaans zo'n 12 raadsleden in de commissie; daar vindt dan het politieke debat plaats. Er zit ook altijd een wethouder bij, die op bepaalde onderwerpen ondervraagd wordt.
170
180
De raadsvergaderingen zijn bovendien te volgen via TV Utrecht. Ze vinden altijd plaats op donderdagavond. De raadscommissies zijn op dinsdagmiddag, dinsdagavond en donderdagmiddag. Wie voor een bepaald onderwerp komt doet er verstandig aan om op de website te kijken wanneer het ongeveer aan de orde komt. De raadsvergadering is bedoeld om snel tot besluitvorming te komen. Het debat vindt vooral plaats in de commissie. In de commissie wordt gezegd op welke manier een voorstel naar de raad gaat. Dat kan als A (Afgehandeld, hamerstuk, geen debat meer), of als B (Bespreekstuk, daar vindt nog debat over plaats). Soms wordt een stuk ter vergadering gewijzigd van een Astuk in een B-stuk, of andersom. Dat kan vanuit de fractievergadering naar voren komen (de fractie vergadert vlak voor de raadsvergadering). De burgemeester is de voorzitter van de raad. Overige activiteiten van raadsleden: werkbezoek; expertmeeting; stadsdebat; hoorzitting; wijkbijeenkomst. 'Stadsgesprekken' zijn nu heel erg actueel. Er is veel belangstelling voor en raad/college wil dat echt gaan doorzetten. Inzet van deze coalitie is: “Participatie is leuk maar laat ook maar eens zien wat je ermee doet”.
190 Wijkbijeenkomst: de raad bezoekt tweemaal per jaar de wijk. De wijkraad wordt betrokken bij de voorbereidingen. Wijkraden kunnen dan in het contact met de raadsleden laten weten wat er in hun wijk speelt.
Tekstbureau Talent, juni 2014
4/10
Training wijkraden 30.06.14
Discussie
200
210
220
Reactief of proactief Er wordt even gesproken over het vaststellen van het onderwerp voor zo'n wijkbijeenkomst. Sommige wijkraden hebben daar meer invloed op dan andere. Aansluitend wordt gesproken over de onderwerpen op de wijkraadagenda. Soms heb je als wijkraad het gevoel dat je overal achteraan rent, maar je zou wel eens meer proactief de agendapunten van de wijkraadvergadering willen vaststellen. Eén wijkraad hoopt dat op te vangen door een wijkvisie voor de langere termijn vast te stellen. Bij een andere wijkraad was dit de reden dat de voorzitter van de wijkraad is opgestapt: deze voorzitter vond dat de wijkraad meer en meer reactief bezig was, en had er ook moeite mee dat wijkraden op heel korte termijn richting gemeente moeten reageren terwijl ze wel maandenlang op een reactie op hun advies moeten wachten. Bovendien wordt er soms weinig gedaan met de punten die een wijkraad aandraagt. Relatie met het BRU, Bestuur Regio Utrecht Het BRU is een samenwerkingsverband van 9 gemeenten (een z.g. WGR-plus-verband), Utrecht en gemeenten in de regio. Wijkraden stuiten er regelmatig op dat ambtenaren zeggen: “Daar kan ik weinig mee, daar moet je voor bij het BRU zijn.” Dat is erg onbevredigend. Frank Lith licht toe dat het BRU een AB heeft en een DB. In dat DB zitten wethouders van de 9 gemeenten, in het AB zitten raadsleden van die gemeenten. De gemeente Utrecht kan zich niet achter het BRU verschuilen want zij hebben daar wel hun invloed. Het BRU heeft wettelijke bevoegdheden: zij stellen bijvoorbeeld de OV-regeling vast. Het BRU heeft al veel bevoegdheden ingeleverd: ze hebben nu alleen maar bevoegdheden op het gebied van verkeer en vervoer. (Zie via Google over “afschaffing WGR-plus”). Er gaat al jarenlang een discussie over het opheffen. Lichamen als BRU zijn niet democratisch gelegitimeerd. De wetgeving is wat vertraagd door de ideeën over de super provincies. Maar het ziet ernaar uit dat het volgend jaar toch echt gebeuren gaat. Ombudsman Er wordt gevraagd naar de gemeentelijke Ombudsman. Het blijkt dat die niet meer bestaat: de gemeente Utrecht heeft er – evenals veel andere gemeenten – voor gekozen om gebruik te maken van de Nationale Ombudsman. Wel is er een onafhankelijk klachtenfunctionaris in dienst van de gemeente. Kom je er daar niet uit, dan kun je verder naar de Nationale Ombudsman.
230 DE GEMEENTELIJKE ORGANISATIE De aanwezige wijkraadsleden zijn ook geïnteresseerd in de gemeentelijke organisatie. Judith de Vor toont het organogram (zie bijlage). De gemeentelijke organisatie is onderverdeeld in een directieraad, interne bedrijven, uitvoeringsorganisaties, stadswerken en ontwikkelorganisaties.
240
De witte blokjes: Directieraad, Bestuurs- en Concernstaf en Interne Bedrijven: GS/AD is de algemeen directeur van de gemeente, dat is Maarten Schurink, de gemeentesecretaris. Hij is hoofd van de ambtelijke organisatie, adviseur van het college en hij zit ook bij de vergaderingen van het college. Hij draagt geen politieke verantwoordelijkheid. De Bestuurs- en concernstaf zorgt voor de ondersteuning van het college en de wethouders en voor Financiën en Control, HRM en Informatie- en Procesmanagement op concernniveau. Interne Bedrijven zorgt voor de standaardprocessen die de gemeente uitvoert, zoals het betalen van facturen, salarisadministratie etc. Facilitaire zaken, communicatieadviseurs, projectmanagementbureau en onderzoek vallen daar
Tekstbureau Talent, juni 2014
5/10
Training wijkraden 30.06.14
250
ook onder. Zie verder de uitleg van de afkortingen op de bijlage. De rode blokjes vormen samen de Ontwikkelorganisatie De POS, Projectorganisatie Stationsgebied, is een tijdelijke projectorganisatie; deze wordt in 2016 opgeheven. Dan gaat dit werk weer naar de verschillende gemeentelijke afdelingen terug.
260
PBLR, Projectbureau Leidsche Rijn, is opgericht voor de wijkontwikkeling van het vastgoed in Leidsche Rijn. REO, Ruimtelijke en economische ontwikkeling, houdt zich bezig met de ontwikkeling van de stad, d.w.z. de hele gemeente Utrecht met uitzondering van Leidsche Rijn en het Stationsgebied, inclusief het economisch beleid dat daaronder valt bijvoorbeeld het winkelgebied Amsterdamsestraatweg. Onder MO, Maatschappelijke Ontwikkeling, vallen ondermeer Jeugd, Welzijn en Zorg en maatschappelijke ondersteuning en het subsidiebureau.
270
M&M, milieu en mobiliteit, houdt zich bezig met de bereikbaarheid van de stad, de luchtkwaliteit etc. De rode blokjes zijn de afdelingen van de gemeente die zich met beleidsontwikkeling bezighouden. 'Wijken' zit daar ook bij. Het idee is dat alle afdelingen veel wijkgerichter gaan functioneren. Ook is er een ontwikkelteam waar al die hoofden van die afdelingen bij elkaar komen. Daar is veel meer contact dan voorheen. Die ambtenaren zitten nu nog verdeeld over de stad, en gaan in oktober naar het stadskantoor. De licht-oranje blokjes zijn uitvoeringsorganisaties.
280 Rechts, met een rode lijn eromheen, staat SW, stadswerken. Daaronder vallen onder andere de vuilnisophaaldienst en de depots. Die gaan niet mee naar het stadskantoor. UVO is de Utrechtse VastgoedOrganisatie. De gemeente heeft veel panden in eigendom, daar regelt UVO alles voor. Ook ontwikkelen ze beleid voor het ontwikkelen van nieuwe panden, verhuren, en onderhouden.
290
PBZ is publiekszaken, het vroegere Burgerzaken. Daar valt onder: paspoorten, rijbewijzen, en samenwerking voor de inning van de belastingen. De uitvoering daarvan is door de gemeente Utrecht uitbesteed aan een samenwerkingsverband met De Bilt, Houten en Nieuwegein, het zgn. Belastingensamenwerkingsverband. Zij doen bijvoorbeeld ook de ozb. W&I, Werk & Inkomen, is de oude Dienst Sociale Zaken. Daar kunnen mensen terecht voor een uitkering of geholpen worden om weer aan het werk te komen. Zij werken o.a. samen met het UWV. De vroegere GG&GD heet nu Volksgezondheid omdat een aantal taken van de gemeente verplicht zijn overgegaan naar een regionale GGD, zoals bestrijding van infectieziekten. De gemeente doet o.a. nog wel toezicht op de kinderopvang.
300 Zelf is Judith de Vor werkzaam bij BCS, de Bestuurs- en Concernstaf, bij de afdeling Financiën. Samen met anderen adviseert zij het college op financieel gebied. Zij maken ook de begroting. Transitie Sociaal Domein Voor de transitie van het sociale domein komt geen nieuwe projectorganisatie; wel wordt de Tekstbureau Talent, juni 2014
6/10
Training wijkraden 30.06.14
bedrijfsvoering aangepast. Er wordt heel nauw samengewerkt tussen MO en W&I. De BCS is er ook bij betrokken, voor advisering.
310
Verzelfstandigd Utrecht heeft ongeveer 4000 ambtenaren, waarvan er veel met uitvoering bezig zijn. Het aantal ambtenaren is eerder al teruggelopen en voor de komende periode wil het college het aantal beleidsambtenaren nog wat verminderen. Een aantal onderdelen, zoals Centraal Museum en Bibliotheek en Stadsschouwburg, waren voorheen organisatieonderdeel van de gemeente Utrecht maar dat zijn allemaal zelfstandige organisaties geworden. Die medewerkers zijn dus geen gemeentepersoneel meer. Bedoeling is dat stadswerken ook op den duur verzelfstandigd gaat worden. Dat geldt ook voor de vastgoedorganisatie. Het GVU is al in 2002 verzelfstandigd. Dat is een NV geworden; de aandelen van de gemeente Utrecht zijn toen aan Connexxion verkocht maar Connexxion heeft die concessie inmiddels moeten overdragen aan Q-buzz.
320 Door de portefeuilleverdeling zijn soms meerdere collegeleden verantwoordelijk voor één organisatieonderdeel. De burgemeester is verantwoordelijk voor veiligheid maar ook voor een deel van VTH (Vergunningen, Toezicht en Handhaving) en wethouder Kees Geldof voor een ander deel van VTH. Bij MO is Victor Everhardt verantwoordelijk voor Werk & Inkomen en Margriet Jongerius voor Welzijn en Zorg en maatschappelijke ondersteuning.
De gemeentefinanciën 330
Judith de Vor geeft een toelichting op de financiële stromen binnen de gemeente Utrecht. Dat is eigenlijk het huishoudboekje van de gemeente: hoe komen we aan ons geld en hoe geven we het uit, en in welke documenten verwerken we het. Zie de handout. Inkomsten en uitgaven 2014 Het totaal aan uitgaven is 1.239 miljard euro, het totaal aan inkomsten is 1,172 miljard euro. De grootste bijdrage komt van het Gemeentefonds, een fonds vanuit het Rijk. Het geld dat daarvandaan komt is vrij besteedbaar. Volgend jaar wordt dat bedrag naar beneden bijgesteld.
340
Onder Specifieke uitkeringen vallen bijvoorbeeld de Bijstandsuitkeringen. Daarbij is de gemeente verplicht het aan het doel te besteden waar het voor bestemd is. De ozb kan besteed worden zoals Utrecht zelf kiest, maar dat geldt weer niet voor de rioolheffing. De gemeente mag geld lenen aan anderen als de lening het publiek belang dient. Voorbeelden zijn startersleningen en lenigen voor restauratie. De gemeente ontvangt voor die lening rente en die rente zijn inkomsten. Utrecht voert een heel voorzichtig financieel beleid. De gemeente heeft wel derivaten maar gaat daar heel voorzichtig mee om (dit in tegenstelling tot wat het AD/UN schreef). Utrecht is defensief in haar beleid.
350 Het geld wordt uitgegeven aan een aantal beleidsprogramma's. Het leefbaarheidsbudget zit bij de post “Bewoners & Bestuur”, daaronder vallen ook de kosten voor de gemeenteraad en de kosten voor de wijkbureaus. Een heel groot programma qua geld is Werk & Inkomen. Daar zit de bijstand in, en reïntegratievoorzieningen.
360
Voor Stedelijke ontwikkeling wordt 215 miljoen euro uitgetrokken. Dat betreft de ruimtelijke ontwikkeling van de stad, inclusief Leidsche Rijn en het Stationsgebied. Het wordt gedekt door grondexploitatie, bijdragen BRU etc. Utrecht betaalt nl. aan het BRU een gemeentebijdrage op
Tekstbureau Talent, juni 2014
7/10
Training wijkraden 30.06.14
basis van inwoneraantal maar er gaan ook Rijksbudgetten naar het BRU. Omdat Utrecht, als centrumgemeente, voorzieningen heeft met een regionale functie heeft Utrecht meer geld gekregen van het BRU dan er aan bijgedragen. Maar de inwoners van de regio profiteren natuurlijk ook van wat er in Utrecht gebeurt. Ook in de post Algemene ondersteuning gaat meer om dan 100 miljoen euro: dat zijn alle kosten om de gemeente draaiende te houden.
370
380
Utrecht geeft 76 miljoen euro meer uit dan er binnenkomt. De stad financiert dat vanuit de reserves. Dat is de spaarrekening. Daar staat een paar honderd miljoen op. Het is niet de bedoeling dat er bij herhaling uit de reserves geput wordt. De Provincie houdt dat in de gaten, is toezichthouder op de gemeentefinanciën. Als er structureel meer wordt uitgegeven dan er binnenkomt, zijn ze daar heel streng op. Een gemeente moet het volgens strikte regels verantwoorden, en dat geldt ook voor geld dat de stad van ministeries ontvangt. De stad moet bijvoorbeeld altijd achteraf verantwoorden hoeveel mensen in en uit de bijstand gekomen zijn, voor hoeveel mensen er reïntegratievoorzieningen zijn betaald etc. Als je onder toezicht staat ben je Artikel 12 -gemeente. Dat betekent dat je bij de Provincie toestemming moet vragen om bepaalde projecten in gang te zetten. Gemeenten willen dat uiteraard voorkómen. De tarieven van de leges (en de ozb) worden door de gemeente bepaald. Het college doet een voorstel bij de voorjaarsnota voor de tarieven voor het volgende jaar.
390
400
De cyclus in Utrecht Een begroting is in principe een meerjarenbegroting. De gemeente is verplicht om dat zo te doen. De voorjaarsnota is nu net ambtelijk opgesteld en op 3 juli gaat de raad erover debatteren en neemt een besluit over de Voorjaarsnota. Het debat in de commissies is al geweest. De voorjaarsnota beslaat 50 pagina's, met de kaders op hoofdlijnen, die vervolgens worden uitgewerkt in de Programmabegroting 2015 t/m 2018 Die begroting komt in het najaar van 2014 in de commissies en de raad. Ambtelijk start het proces van de voorjaarsnota al in december met de procesvoorbereiding. In januari gaan de ambtenaren echt inhoudelijk aan de slag. De voorjaarsnota 2014 geeft dus de kaders aan voor de begroting 2015. Het is een lang traject en het is belangrijk om dat zo zorgvuldig mogelijk op te stellen. De gemeente heeft een aantal eigendommen waarop wordt afgeschreven: gebouwen, machines, auto's. De gemeente is bovendien verplicht om onderhoudsplannen op te stellen voor wegenonderhoud, en ook verplicht om daarvoor een bedrag te reserveren. De accountant controleert daar ook op. Heb je daar als wijkraad vragen over voor je eigen wijk, leg die vragen dan voor aan de gebiedsmanager van de wijk. Voorjaarsnota / Eerste Berap De voorjaarsnota is kaderstellend voor het volgende jaar. Eén keer per jaar stelt de gemeente deze vast. Tegelijk met de vaststelling van de Voorjaarsnota wordt ook de eerste bestuursrapportage (de Berap) vastgesteld. De bestuursrapportage laat zien hoe het gaat met de uitvoering van alle activiteiten in 2014, of het lukt of dat er nog extra sturing nodig is.
410
Je kunt voor je eigen wijk opzoeken hoe het staat met de uitvoering van de wijkambities (dat gaat vanaf 2015 trouwens “wijkprojecten” heten). Wat komt er uit de wijk, wat gaat de gemeente in de wijken doen. In de wijkambities staan de thema’s die bewoners van een wijk belangrijk vinden voor hun wijk. Iedere wijk heeft zijn eigen wijkambities.
Programmabegroting Tekstbureau Talent, juni 2014
8/10
Training wijkraden 30.06.14
420
De kaders uit de Voorjaarsnota worden uitgewerkt in de Programmabegroting. Daarin staat wat het gemeentebestuur wil bereiken, hoe ze dat wil bereiken en hoeveel geld dat kost. De kaders worden uitgewerkt in beleidsprogramma's en paragrafen (weerstandsvermogen en risicobeheersing / verbonden partijen / lokale heffingen / financiering / bedrijfsvoering / grondbeleid / onderhoud kapitaalgoederen en investeringen / Utrecht: wendbaarheid en weerbaarheid) De paragrafen zijn verplicht. V.w.b. de programma's mag de gemeente zelf een keuze maken. Het geld zit in de programma's, en in de paragrafen geeft de gemeente inzicht in hoe er met bepaalde zaken wordt omgegaan, hoe bestuur je als gemeente, waar ben je verantwoordelijk voor. Daar wordt dus ook op getoetst. De paragraaf “Wendbaarheid en weerbaarheid” is speciaal door Utrecht toegevoegd vanwege de effecten van de economische crisis; zo kan op één plek heel goed inzicht gegeven worden in hoe de gemeente er eigenlijk voor staat.
430 De voorbereiding voor de Programmabegroting start in april, en na de zomervakantie stelt het college hem vast en de raad gaat daarover debatteren in november. Daar trekken ze dan ook weer een aantal dagen voor uit. De voorjaarsnota bevat dus de belangrijkste ontwikkelingen op hoofdlijnen. In de programmabegroting worden die voor het komende jaar en de jaren daarna uitgewerkt. De begroting is specifieker dan de Voorjaarsnota maar ook in de Programmabegroting gaat het om de grote lijn.
440
450
Wijkambities voor de begroting De wijkambities (uitgewerkt in wijkactieprogramma's, WAP) zijn de ambities per wijk. De wijkraden worden daarbij betrokken. In het wijkoverleg gaat de wijkregisseur samen met andere afdelingen na wat er allemaal moet gebeuren en welke projecten in die WAP's daadwerkelijk moeten worden opgenomen. Ook die projecten worden weer opgenomen in de programmabegroting, om te laten zien (en dat is een wens van de coalitie) wat de gemeente doet in alle wijken van de stad. De gemeenteraad controleert of het college goed heeft uitgevoerd wat zij hebben vastgesteld, o.a. in het WAP. De gemeenteraad stelt de wijkambities vast en zij controleren hoe het staat met de uitvoering De wijkregisseur haalt de informatie daarvoor bij de afdelingen van de gemeente die bijdragen aan de uitvoering. Wijkraden doen er goed om daar scherp op te zijn. De gemeente kijkt bij de bestuursrapportages hoe de stand van zaken is: al na een paar maanden, en na de zomervakantie nog eens. Die momenten zijn voor de wijkraden dus ook erg belangrijk. Alle vakafdelingen moeten wijkgericht werken; het wijkgericht werken voor de vakafdelingen is ook een proces en verbetert voortdurend.
460
470
In de programmateksten voor de begroting komt op hoofdlijnen te staan wat de bijdrage is van de programma’s aan de uitvoering van de wijkambities. De wijkactieprogramma's worden als bijlage meegestuurd. Voor de raad zijn de bezoeken aan de wijk daarom ook zo zinvol, om te checken hoe het staat met de uitvoering. Je zou het meerdere keren op de agenda van de wijkraadvergadering moeten zetten. Tweede bestuursrapportage per 1 juli Het tweede moment om de uitvoering te bekijken is de tweede bestuursrapportage. Die wordt gelijk met de programmabegroting geagendeerd in de commissie en raad. Voor het jaar 2014 heeft de gemeente Utrecht ervoor gekozen om de Top 3 van de wijkambities op te nemen in de tweede bestuursrapportage. Volgend jaar wordt er gewerkt met die wijkactieprogramma's. Er wordt nog bekeken wat de beste aanpak is.
Tekstbureau Talent, juni 2014
9/10
Training wijkraden 30.06.14
E.e.a. wordt gepresenteerd aan de raad in september. In oktober vinden dan de debatten plaats in de commissies, en in november neemt de raad uiteindelijk een besluit. Ambtelijk wordt momenteel al volop gewerkt aan de tweede bestuursrapportage.
480
De gemeente is al jaren bezig om per wijk inzichtelijk te maken hoeveel er per wijk binnenkomt en uitgaat, maar dat lukt nog niet omdat de administratie van de gemeente niet is ingericht op wijkniveau. In de WAP's is het wel mogelijk om bij de projecten zoveel mogelijk aan te geven hoeveel het gaat kosten maar hoeveel er binnenkomt per wijk, is moeilijk. Steeds vaker zie je dat inwoners meer directe invloed krijgen op de gemeentebegroting. Vorig jaar is er een training voor wijkraden geweest over de zgn. “burgerbegroting”. Het verslag daarvan is terug te vinden op de website van de gemeente, bij de wijkraden, onder “trainingen 2013” ( zie de link bij regel 18). Inwoners hebben invloed via de gemeenteraadsleden. Directe invloed hebben inwoners (nog) niet. Binnen de gemeente wordt daar wel over nagedacht maar dat staat nog in de kinderschoenen. Naast de ontwikkeling van het “Initiatievenbudget” wordt er momenteel gedacht over een methode om delen van de begroting flexibeler te maken.
490 Verantwoording Achteraf wordt door het college verantwoording afgelegd aan de raad, over wat er gedaan is met de beleidsplannen die vooraf zijn geformuleerd. Dat gebeurt op dezelfde manier zoals omschreven is in de programmabegroting. Ook daarin wordt inzicht gegeven in de wijkambities, en dat kan dan eventueel ook weer gebruikt worden in de voorjaarsnota, om te zien wat er belangrijk is en waar de komende jaren op bijgestuurd moet worden. De voorbereiding van de ambtelijke verantwoording start in september. Daar wordt lang aan gewerkt. De raad krijgt dat boekwerk in mei en bespreekt dat in juli in de raadsvergadering, gelijktijdig met de voorjaarsnota.
500 In september wordt huis-aan-huis de begrotingskrant verspreid via Ons Utrecht. Die gaat over de programmabegroting, waarin het college plannen bekend maakt voor het volgende jaar. Voor meer info zie www.utrecht.nl/begroting. Bij de internetversie van de begroting zijn links opgenomen naar de onderliggende beleidsnota's of visies, wat nog concreter maakt wat de gemeente doet om de gestelde doelen te realiseren.
Tot slot 510
Aanwezigen vonden het een nuttige avond. Het is goed om de informatie op deze wijze voorgeschoteld te krijgen, ook om te gebruiken als richtingaanwijzer voor de gemeentelijke website. Met dank aan de inleiders sluit Angeline Diederen de bijeenkomst om 22.30 uur. .-.-.-.
520
Aanwezige wijkraadsleden: Eric Nijst – Wijkraad Hans Goedhard – Wijkraad Hans Grijseels – Wijkraad Mariëlle Blanc – Wijkraad Jeroen Blanken – Wijkraad Jeroen Collard – Wijkraad Hennie Koopman – Wijkraad
Tekstbureau Talent, juni 2014
Noordwest Leidsche Rijn Vleuten-De Meern Oost West Zuidwest Noordoost
10/10