Wat je eet, dat ben je zelf Of: hoe frisdrank-, en snoepautomaten op scholen de ADHD-Ritalin-fabel voeden door Désirée L. Röver medisch research journalist © 2004 Het menselijk lichaam functioneert al tienduizenden jaren hetzelfde. De afgelopen decennia is echter vooral de voeding die we dat lichaam aanbieden, zeer ingrijpend veranderd. Tweevoudig Nobelprijswinnaar Linus Pauling zei: ”De moderne ziekten worden veroorzaakt door tekorten aan mineralen en vitaminen”. Het moderne voedingspakket kenmerkt zich door tekorten en belastingen. Deze blijken behalve voor de lichamelijke gezondheid, ook zeer negatieve gevolgen te hebben voor gedrag, concentratie, geestelijk welbevinden, en zelfs intelligentie. Studies onder gevangenen en schoolkinderen (!) tonen aan dat deze ongewenste effecten met gerichte dieetmaatregelen grotendeels omkeerbaar zijn.
Bewustzijn Volwaardige voeding is een voorwaarde voor een gezond menselijk bestaan. Het verschil tussen iemand als baby en diezelfde persoon 50 jaar later, is zo’n 50.000 maaltijden. Net zomin als een huis duurzaam is wanneer het wordt gebouwd met inferieure basismaterialen, kan een lichaam gezond groeien en worden onderhouden vanuit verarmde, of zelfs ontbrekende voedingsstoffen. De kwaliteit van de voedingstoffen in die maaltijden bepaalt dus grotendeels hoe gezond, hoe evenwichtig en hoe lang deze persoon van zijn/haar tweede halve eeuw kan genieten. Dacht de wetenschap vroeger dat alles genetisch is bepaald, tegenwoordig weten we dat hoe je je pakket aan genen behandelt, van invloed is op hun gedrag – voeding is daarin van doorslaggevend belang. Veranderingen daarin worden onmiddellijk zichtbaar. Zo waren de Pima Indianen in Arizona van oudsher gewend om in barre omstandigheden te leven. Hun genen zijn erop ingesteld af en toe te eten te hebben, en af en toe helemaal niet. Dit zogeheten ’zuinige genotype’ slaat daarom alles wat aan voeding binnenkomt, ogenblikkelijk op, en geeft die stoffen slechts zeer mondjesmaat weer af. Sinds dit geharde, fiere volk van jagers werd opgesloten in reservaten, zijn de Pima’s van vandaag – – binnen één generatie – veranderd in vadsige, depressieve diabeten met een
gemiddelde levensverwachting van 45 jaar. Immers: hun paard loopt nu op benzine, en jagen doen ze dagelijks in de supermarkt… Voeding als medicijn De 5000 jaar oude Ayurveda in het verre Oosten, en de Griekse artsen in het antieke Westen, benadrukken: ”Laat voeding je medicijn zijn”. Dit zijn benaderingen vanuit een gezondheidsbewustzijn. Het is niet zomaar dat de Ayurveda aanstaande ouders aanraadt ervoor te zorgen dat hun beider lichaam al een jaar vóór de conceptie perfect in balans is. De manier waarop deze empirische wetenschap die balans bereikt, is hoofdzakelijk met voeding. Door alleen dat te eten wat bij je lichaamstype (biochemie) past, houdt je lichaam over energie over voor zinniger dingen dan het moeten wegwerken van ongewenste ballast: je merkt steeds beter en eerder wat wel en niet goed voor je is, je hoeft minder te slapen, je bent meer energiek en alert, je voelt je lekker. Wie kan dit alles tegenwoordig volmondig over zichzelf zeggen? Vetzuren Dat de maatschappij van nu wordt overspoeld door agressie, ADHD, zwaarlijvigheid en depressies, is voor een groot deel terug te voeren op de tekorten en gifstoffen in de voeding. Een van de belangrijkste daarin zijn de essentiële vetzuren. Essentieel betekent dat het lichaam die zelf niet kan aanmaken, ze uit de voeding moeten komen, dat het lichaam bij een tekort daaraan niet goed kan functioneren, en bij een ontbreken ten slotte sterft. Dat in het Westen veel vrouwen na hun bevalling aan een depressie ten prooi vallen, is meestal simpelweg een tekort aan de essentiële omega-3vetzuren EPA en DHA. Deze stoffen zijn cruciaal in de opbouw van de hersenen van een baby – wanneer de moeder ze niet via haar voeding verschaft, neemt hij die desnoods uit haar hersenweefsel weg. Het zijn precies deze vetzuren die de mens vanuit zijn voeding moet binnenkrijgen, en die niet alleen nagenoeg uit zijn moderne westerse voedingspakket zijn verdwenen, maar zelfs zijn vervangen door harde vetten en transvetzuren – stoffen die het lichaam ernstig belasten. Essentiële vetzuren worden door het lichaam vanuit de voeding (of vanuit supplementen) allereerst opgenomen door het hersenweefsel, daarna door het hart en andere organen, en als laatste door de huid, haar en nagels. Vandaar dat een essentieel vetzurentekort zich uiterlijk verraadt door een droge huid, brokkelige nagels en slap en futloos haar, eventueel met roos. Een dergelijk tekort staat in verband met ADHD, dyslexie, dyspraxie en autisme, agressie, crimineel gedrag, depressie, en sommige vormen van schizofrenie. Om voor het oplossen van die problemen het lichaam met nog meer gifstoffen te belasten (Ritalin, Prozac, etc) is in feite een uiterst merkwaardige benadering. Voedingsbewustzijn tijdens zwangerschap houdt veel meer in dan wat extra foliumzuur ter bescherming tegen een ’open ruggetje’ – een maatregel die overigens vooral belangrijk is op het moment dat de meeste vrouwen nog niet eens hebben gemerkt dat ze zwanger zijn… Overigens, de ontdekking dat foliumzuur een rol speelt in het voorkómen van neuraalbuisdefecten, werd door de Brit Bryan Hibbard al in 1964 gedaan; het duurde tot 1995 voor het de artsen geriefde dat ook het grote publiek dat te horen kreeg. Ongekende uitdagingen Het menselijk lichaam functioneert al ontelbare millennia op dezelfde wijze. De uitdagingen die het tegenwoordig ontmoet, zijn voor dat ’oude’ organisme behalve nieuw, ook zeer bedreigend: lichamelijke en geestelijke stress door werk of reizen, blootstelling aan gifstoffen vanuit milieu, tandvulmaterialen en vaccins; mentale, emotionele en fysieke vervuiling; elektromagnetische belasting; en een steeds ’leger’ en zelfs belastend voedingspakket. Uitgeputte landbouwgronden, nieuwe en onnatuurlijke teeltwijzen, pesticidengebruik, genetische manipulatie, vervoer, methoden
van bewaren en bewerken (lees: verarmen), kunstmatige toevoegingen (suikers en E-nummers) hebben niet alleen gezorgd voor een dramatische afname in (essentiële) voedingstoffen in de producten op het supermarktschap, maar hebben soms zelfs uitgesproken belastingen toegevoegd. Bepaalde vervolgbewerkingen door de consument – het in olie bakken en frituren, magnetrongebruik – kunnen de toxische belasting van dit ’voedsel’ nog verder verhogen. Ook stress is een grote vijand: doordat stress in het lichaam verstoringen in het spijsverteringskanaal veroorzaakt, bemoeilijkt dat de opname van de nog aanwezige voedingstoffen. De nieuwste vorm van bedreiging voor het menselijk lichaam is die van de genetische manipulatie. Niemand weet nog wat deze grove, kunstmatige veranderingen in het DNA van planten en dieren betekenen voor het eindpunt van de voedselketen – het menselijk organisme. Alle producten van Unilever en Nestlé bevatten een percentage aan gemanipuleerde ingrediënten. Het is hierbij net als met het glas zuiver bronwater in de tropen: voeg één klein ijsklontje, gemaakt van onzuiver water toe, het hele glas is besmet en je wordt toch ziek! Recent Brits onderzoek bevestigt dat besmetting van biologisch geteelde gewassen door genetisch gemanipuleerde planten niet alleen niet is te voorkomen, maar ook al ruimschoots heeft plaatsgevonden. Niet alleen door de pollen op het veld, maar ook door vermenging van zaad, en door gebruik van besmette landbouwwerktuigen, vervoermiddelen en opslagruimten.
• • • • • • • •
Factoren belastend voor het lichaam lichamelijke en geestelijke stress; blootstelling aan gifstoffen (milieu, medicijnen, tandvulmaterialen, vaccins); schimmels, parasieten; mentale, emotionele en fysieke vervuiling (kranten, televisie en angst aanjagende folders van de overheid); elektromagnetische belasting; een steeds meer deficiënt, en tegelijk meer belastend voedingspakket; veranderingen in het zuur-base evenwicht in het lichaam door stress en door bewerkte voedingsproducten; voedselbereidingswijzen (barbecue, te hoog verhitte olie, magnetron).
Keerpunt De gevolgen van al deze veranderingen voor de lichamelijke gezondheid blijven zijn dan ook in, en om ons heen overal zichtbaar. Op latere leeftijd uiten deze mishandelingen van onze genen zich onder meer in hart-, en vaatziekten, diabetes, sommige vormen van kanker, osteoporose, artritis en de ziekte van Alzheimer. Bij kinderen en jongeren zijn er verbanden aangetoond tussen dit soort van verminkte voeding en ADHD, depressie, agressie en zelfs crimineel gedrag. En over de hele wereld is zwaarlijvigheid, zowel bij ouderen als bij kinderen, een groot probleem geworden. Gelukkig maar dat er ook goed nieuws is. Het blijkt dat we het merendeel van deze negatieve effecten in het lichaam niet alleen kunnen stoppen, maar zelfs keren: allereerst door – met het individuele lichaam en de specifiek daarbij behorende wijze van stofwisseling als uitgangspunt – bewust, en op basis van de juiste kennis de juiste voedingsmaatregelen te nemen. Vervolgens kan het herstellen van de verstoorde functies en andere vormen van disbalans met voedingssupplementen gericht worden gestuurd en ondersteund. Let wel, het gaat hier om een zeer professionele benadering, vele malen subtieler dan de reguliere, en heel anders dan de, op verkeerde informatie berustende, en algemeen gerichte reguliere dieetadviezen.
De samenhang De Amerikaanse Dr. Weston A. Price voerde zijn tandartspraktijk rond de tijd dat het bewerken (raffineren = verarmen) van voedingsmiddelen in de mode kwam. Hij merkte op dat de kinderen die hij aan het eind van zijn carrière (rond 1920) te behandelen kreeg, een smallere kaakboog hadden dan de generaties van toen hij als tandarts begon. Behalve dat dit de ruimte voor tanden en kiezen beperkte, zag hij dat dit ook gevolgen had voor de bouw van de neus: waar deze bij de ouderen nog breedte en goed ontwikkelde neusgaten had, waren ook die beide in deze kinderen aanzienlijk smaller. Ter ontraadseling van dit fenomeen trok Price de wereld door, op zoek naar gezonde volkeren. Hij constateerde dat die onveranderlijk gezonde gebitten en – hoewel ieder op hun eigen wijze – volwaardige voedingspakketten hadden: zij kregen alle benodigde voedingstoffen in de juiste vorm en mate binnen. Ook zag hij hoe, wanneer deze volkeren of stammen overstapten naar westerse diëten, in de nadien geboren kinderen steevast, samen met tandbederf, ook de hem al bekende, gedegenereerd smallere kaakbogen, neuzen en neusgaten hun intrede deden…
Op deze conclusies voortbouwend maakte de Amerikaanse arts Dr. Francis M. Pottenger tussen 1932 en 1942 het effect van tekorten in de voeding zichtbaar in experimenten met katten. Hij rolde daar per ongeluk in, omdat de katten die hij voor zijn operatie-experimenten nodig had, steeds ziek werden en dood gingen… totdat hij de connectie met hun voeding maakte. Nieuwsgierig geworden, startte hij een onderzoek waarin van de 5 groepen, de eerste groep katten een volwaardige voeding genoot, de tweede tot en met de vierde groep een dieet kregen waarin bij iedere volgende groep steeds meer belangrijke voedingstoffen ontbraken, tot de vijfde groep het moest zien te rooien met een totaal deficiënt dieet. Behalve dat van elke groep katten iedere nieuwe generatie werd beoordeeld op uiterlijke aspecten als gedrag, gebit, vacht en voortplanting, werden daarvan ook
steeds de interne organen beoordeeld. De veranderingen in kleur, vorm en het functioneren daarvan spraken voor zich: zo waren er in de derde generatie van de derde groep al redelijk ernstige verstoringen en misvormingen zien, de vierde groep bracht na de derde generatie geen levensvatbare kittens meer voort. http://www.youtube.com/watch?v=XPCOGSnjP5w Wie in de mensenwereld van vandaag is aangewezen op het aanbod van voedingsproducten in de supermarkt, bevindt zich in feite in groep 3 of 4 van dit Pottenger experiment… Interessant is overigens, dat dierenartsen bij hun patiënten onmiddellijk kijken naar voeding, huid, haar en nagels; terwijl artsen bij hun menselijke klanten die veelzeggende aspecten vrijwel totaal buiten beschouwing laten …
• • • • • • • • •
Enkele verstoringen door voedingstekorten: schade aan de cellen; slecht functioneren van de mitochondriën (de energievoorziening in de cel); veranderingen in het DNA; vrije radicalen schade (rimpels, zwakke en slechte aderen); verminderd immuunsysteem; hormonale ontregelingen; neurotoxiciteit; verhoogde homocysteïne-niveaus depressie, agressie, gedragsveranderingen.
De rol van voedingsstoffen Jeffrey Bland is biochemicus en wereldwijd erkend pionier van de nutritionele en functionele geneeskunde: het creëren van gezondheid door het op orde brengen en houden van de functies en processen in het lichaam, door dieetvoorschriften, bewegingsprogramma’s en gerichte inzet van voedingssupplementen. Hij noemt nutriënten (voedingstoffen) ’informatie voor het lichaam’. De oude herkomst van het menselijk lichaam indachtig, is zijn vuistregel om die in de voor het lichaam meest herkenbare vorm aan te bieden: ”Bij alles wat jij in je mond stopt, vraag jezelf af of je verre voorvader, de holenmens, dat ook zou eten. En zo ja – in welke staat van bereiding?” Want nogmaals, ook de wijze van bereiding en verhitting is bepalend voor de kwaliteit en inhoud van een maaltijd.
Voedingstoffen laten zich ruwweg verdelen in twee categorieën. • Onder macronutriënten worden gerekend: complexe koolhydraten, essentiële aminozuren, essentiële vetzuren en vezels (wel-, en niet wateroplosbaar); • Micronutriënten zijn: vitamines, mineralen, sporenelementen, fytonutriënten en enzymen. Vitamine C dient men te beschouwen als een ’essentieel macronutriënt’, met een aan te raden dosis van enkele grammen(!) per dag (behalve voor mensen die in de Ayurveda kunnen worden beschouwd als Vata-type, zij liggen dan nachtenlang wakker) . Intraveneuze toediening van
vitamine C in de vorm van natriumascorbaat bij ernstige infectieziekten zoals polio, meningitis etc., geeft totale genezing, zelfs bij al ontstane verlammingen (Klenner, 1940). Alle nutriënten spelen ieder afzonderlijk een eigen, belangrijke rol in het onderlinge biochemische-, elektromagnetische synergistische samenspel van de vele fysiologische processen. Vrijwel alle reguliere verhalen die op televisie en in tijdschriften over voedingstoffen ronddolen, geven maar de helft van het verhaal. De mythes over melkproducten en vetten richten de meeste schade aan. Enkele bijzonder belastende stoffen Suiker is voor het lichaam nog schadelijker dan cocaïne of sigarettenrook. Op http://www.mercola.com/article/sugar/dangers_of_sugar.htm staan 124 manieren beschreven waarop suiker de gezondheid kan ruineren. Maar al in 1912 zei de Amerikaanse tandarts Dr Robert Boesler: ”Suiker is niets anders dan een geconcentreerd en gekristalliseerd zuur, dat zo vernietigend werkt op ons ras, dat er een algemene voorlichtingscampagne zou moeten zijn om op de gevaren te wijzen. Sinds de stof niet meer een privilege voor de rijken is, heeft deze een algemene ontaarding bij het volk teweeggebracht”.
Bijgaande advertentie is werkelijk de omgekeerde wereld: De suikerindustrie wil het publiek wijsmaken dat voor de maaltijd een ijsje eten beladen met suiker, maakt dat je energieniveau omhoog gaat. En dat je daarom meer wilskracht hebt om minder te kunnen eten tijdens je volgende maaltijd. Het moet niet veel gekker worden! Zouden er werkelijk mensen zijn die dergelijke baarlijke nonsens geloven?
http://www.piercemattiepublicrelations.com/fitnessdivision/2009/09/ american_heart_association_mee.html
Overigens waren het de rijken, die als eersten (de duurdere!) geraffineerde voeding aten, en vervolgens ook als eersten aan de huidige welvaartsziekten ten prooi vielen … Alle natuurlijke zoetstoffen (behalve stevia) geven schommelingen in de suikerspiegel – sucrose, glucose, fructose – en belasten daarmee het lichaam. Kleine kinderen die veel suiker binnenkrijgen, worden langs niet-aflatende groenladderende loopneuzen, en keel-, en oorontstekingen door hun ouders in feite rechtstreeks richting diabetes geleid. Wanneer het lichaam bezig is zich van de suikers te ontdoen, heeft het geen ’handen’ meer over om langskomende virussen en bacteriën aan te pakken – zeker niet wanneer het immuunsysteem van het desbetreffende kind ook al is belast door vaccins. Wanneer een pancreas maar lang en vaak genoeg onder druk wordt gezet, geeft hij het op een kwade dag simpelweg op. Industriële flic-flacs In een win/win situatie met de suiker-, en frisdrankindustrie bedachten de aluminium- en kernindustrie fluortandpasta. Fluor is hun afvalproduct. Met deze ’oplossing’ krijgt het giftige fluor een goed heenkomen, en kan de suikerindustrie de handen in onschuld wassen. Let ook op de Teflonlaag in kookgerei, de basis daarvan, fluor, komt in elke daarin bereide maaltijd mee… Jammer dat ook het fluorverhaal een halve waarheid, en dus een hele leugen is: fluor is een stapelgif dat in grotere hoeveelheden negatieve effecten geeft, en tandglazuur zo hard/bros maakt, dat daar spontaan gaten in vallen. Hitler wist al dat fluor dieren tam maakt, en mensen volgzaam. De hoeveelheid fluor in één tube tandpasta is voldoende om een kind van 12 jaar te doden. Het enige antwoord voor het begin en het behoud van een goede gezondheid is dus simpel: een totale stop op de suikerconsumptie – ook die in ham en doperwtjes in glas of blik – en een mijden van alle andere producten onbekend bij onze voorouderlijke jagers/verzamelaars. Gouden regel voor fruit, vlees en groenten: zo min mogelijk handen tussen biologische boer en bord. Het gif in onze ’voeding’ Kunstmatige zoetstoffen als aspartaam (E 951, een neurotoxine dat oorspronkelijk werd vormgegeven als mierengif!) kan bij iedereen – dus ook bij diabetici – zeer ernstige complicaties geven. Sinds 2010 is in de EU het gebruik van neotaam goedgekeurd, een product even giftig als aspartaam. De zogeheten ’light’ producten zijn daarom alleen maar goed voor de fabrikant. Sinds de gevaren van aspartaam zijn doorgesijpeld naar een wat breder publiek, heeft de fabrikant een kleine wijziging in de chemische formule aangebracht, om onder de ’nieuwe’ naam – ’neotaam’ – rustig door te gaan met het met het boeken van winst ten koste van de volksgezondheid... Frisdranken bevatten naast suiker vaak ook caffeïne, en fosforzuur. Er zijn verbanden aangetoond tussen frisdrankgebruik en gebroken botten, vetzucht, diabetes, ernstige nierstenen, zenuwachtigheid, slapeloosheid, ADD en verslaving… Dat laatste wordt volgens de Johns Hopkins universiteit veroorzaakt door de speciaal voor dat doel toegevoegde caffeïne!
De diverse suikers in voedingsproducten en snoepgoed bevinden zich doorgaans in het illustere gezelschap van verschillende kleur-, en smaakstoffen (E-nummers). Deze zijn soms regelrecht neurotoxisch: zij prikkelen in min of meer ernstige mate het zenuwstelsel. Sommige E-nummers zijn van genetisch gemanipuleerde herkomst (bv. alle smaakjestheeën). Veel kinderen worden regelrechte duiveltjes al een kwartier na het eten van een – maanden van te voren gefabriceerde – chocolade Paashaas. Op scholen (en psychiatrische inrichtingen) staan tegenwoordig chips-, snoep-, en frisdrankautomaten – de winst daaruit is voor de school. Dit zijn ware suikerbommen, ook in chips zitten suikers, zij zijn immers gemaakt van aardappelen! De meest agressieve indianenstam bleek grote hoeveelheden van de giftige neurotransmitter glutamaat in de hersenen te hebben, product van hun hoofdvoedsel, de aardappel. MSG, mononatriumglutamaat (E621-625), wordt in alle bewerkte voedingsproducten toegevoegd als smaakverbeteraar, en ook om mensen meer van het product te laten consumeren. Wat scholen betreft, is het interessant om het gedrag van de leerlingen eens te bekijken vóór en na de pauzes – dus vóór en na consumptie van allerhande suikers, harde vetten, transvetzuren, kleuren smaakstoffen… Onderzoek liet zien dat kinderen, direct na een glas cola, meer dan tweemaal meer fouten maken dan een colavrije controlegroep, terwijl de vaardigheden van de coladrinkers een uur nadien nog verder significant zijn gedaald. Criminoloog Steven Schoenthaler deed in Amerika onderzoek op scholen en in gevangenissen. Zodra het junkfood werd vervangen door volwaardiger voedsel, nam het agressieve en criminele gedrag met bijna de helft af. Met iedere verbetering van het dieet, steeg ook de verbetering van het gedrag. Stopte het heilzaam voedingspatroon, dan barstte het negatieve gedrag weer in de oorspronkelijke hevigheid los. Bij deze studies bleek ook een directe link te bestaan tussen suikerconsumptie en straatdrugsgebruik en -verslaving. Gevangenen die na hun ontslag de nieuwe gezonde regels bleven volgen, werden geen recidivist en keerden ook niet terug tot hun oude drugsgebruik, in tegenstelling tot degenen die terugvielen in hun oude suiker-, en junkfoodpatroon: die waren vroeger of later weer terug bij af. Koemelk, ooit een heilzame vloeistof, is tegenwoordig, alle pasteurisaties ten spijt, een zeer hoog vervuild product (pesticiden, virussen, bacteriën, kankerverwekkende stoffen, antibiotica, recombinante groeihormonen, pus uit tepelontstekingen). Moderne koemelk kan astma, allergieën, eczemen, en ’spacy’ gedrag veroorzaken. Ook het verhaal van melk als leverancier van kalk voor de botten is in werkelijkheid precies andersom: de kalk in koemelk is voor de mens niet alleen onopneembaar, deze onttrekt juist de kalk aan onze botten – de oude man die in een TV-reclame op zijn fiets halsbrekende toeren uithaalt, is per definitie geen melkdrinker. Een langlopende Harvard
studie onder vele duizenden verpleegsters heeft laten zien dat naarmate zij vroeger meer melk hadden gedronken, zij op latere leeftijd meer aan osteoporose (botontkalking) leden. De blanke mens is overigens de enige die nog melk drinkt nadat hij het drievoudige van zijn geboortegewicht heeft bereikt; andere rassen verliezen na dat moment het vermogen om de melkeiwitten af te breken (lactose-intolerantie), vandaar dat het dubbel zo verraderlijk is wanneer in Amerika topmodel Naomi Campbell op posters staat afgebeeld met een witte melksnor op haar prachtig donkere huid, en op onze televisie donker gekleurde Medelanders met Hollandse zuiveltoetjes op hun hoofd rondlopen. En van de zuivelproducten met daarin de goede darmbacteriën moet je minstens 130 jaar lang dagelijks een paar liter nuttigen, wil je het geclaimde nuttig effect op je darmflora bereiken – ruim voor die tijd ben je al aan diabetes bezweken vanwege de vele begeleidende kilo’s suiker! Allergieën, eczemen en onrustig gedrag verdwijnen meer dan eens als sneeuw voor de zon zodra de consumptie van koemelk wordt gestopt. Goed idee bij kinderen beschuldigd van AD(H)D (Attention Deficit Hyperactivity Disorder). Denk daarbij ook aan de ijsjes! Sojamelk als vervanging van koemelk is helaas ook niet zo’n goed idee. Behalve dat soja vaak genetisch gemanipuleerd is – en daardoor een effect op het menselijk DNA heeft, en bovendien nog veel meer vervuild is door pesticiden dan ’normale’ soja – bevat het veel fyto-oestrogenen. Flesvoeding op basis van soja kan een baby een dagelijkse dosis aan oestrogenen bezorgen, vergelijkbaar met die van 5 anticonceptiepillen… Ook bevat soja zeer hoge concentraties mangaan, een neurotoxine. En verder kunnen bepaalde zuren in soja de opname van vele essentiële mineralen hinderen, in het bijzonder zink. Een zinktekort is zichtbaar in de hoeveelheid witte puntjes in de nagels. Zink speelt een belangrijke rol in onder meer het immuunsysteem, bij de aanmaak van hormonen (waaronder insuline), het antioxidantsysteem, en de energieproductie. Bewustzijn Gezondheid van kinderen begint bij het bewustzijn van de ouders – en dat begint met het bewustzijn over hun eigen lichaam. De westerse mens, die zich voornamelijk ’in de linker hersenhelft bevindt’, is het contact met het eigen lichaam vaak helemaal kwijt. Een gericht bewegingsprogramma kan helpen het hoofd weer met de rest te verbinden, en is een eerste goede stap in het verantwoordelijkheid nemen voor de eigen gezondheid. Verder speelt de biochemische individualiteit een doorslaggevende rol: wat voedsel is voor de één, is gif voor de ander… Niet voor niets verdeelt de al eerder genoemde, millennia-oude Ayurveda de mens in (combinaties van) verschillende typen, met ieder een specifieke dieetkeuze. Moderne versies van deze visie zijn terug te vinden in het bloedgroependieet en in het ’Metabolic Typing Diet’ (William Wolcott), dit laatste maakt onderscheid tussen koolhydraten-, en eiwitvertering. Kinderen zitten vaak nog redelijk in hun lichaamsbewustzijn, wanneer een kind zegt iets niet te lusten, kan dat dus heel goed zijn omdat hij voelt dat het niet goed voor hem is – netjes je bordje leeg eten, mag dan beleefd zijn, maar is lang niet altijd gezond. Allergieën – ruiken, aanraken, eten Plotseling opkomende lichamelijke-, of emotionele reacties, kunnen, evenals leer-, en geheugenproblemen bij sommige kinderen een onmiddellijke allergische reactie zijn op iets dat ze net daarvoor hebben gegeten, geroken, of vastgepakt. Een simpele en snelle huis-, tuin-, en keukenmethode om te bepalen of iemand allergisch of gevoelig is voor een bepaalde stof, is de ’Coca-polstest’, naar Dr. Arthur F. Coca.
•
• • • •
De Coca Pols test Neem een half uur nadat voor het laatst iets is gegeten of gedronken de pols op gedurende een hele minuut, en schrijf het gevonden totaal aantal slagen op; Neem/geef de te testen stof in de mond (niet inslikken!), of ruik/raak aan; Houd contact met de stof, en na een halve minuut: herhaal de polstelling; Bereken het verschil tussen de eerste en tweede telling; Vanaf een verschil van 4 slagen of meer: BINGO! Deze stof en dit lichaam liggen elkaar niet.
Eetstoornissen en alcoholisme hebben een verband met allergieën. Vaak zijn eetstoornissen voedselverslavingen. Wanneer iemand gevoelig is voor een voedingstof, heeft h/zij er in een bepaalde fase ook heel sterk behoefte aan. (Rode) kleurstoffen in drankjes of snoep zijn voor sommige kinderen regelrecht rampzalig, deze kunnen hen onhoudbaar en angstaanjagend agressief maken. Stop de stof, en het gedrag wordt weer normaal. De meeste stoffen zullen binnen een uur reacties geven. Vertraagde reacties op voeding kunnen 8 tot 24 uur na het eten ervan plaatsvinden. Dat maakt het opsporen van de boosdoener die eczeem, bedplassen, mondzweertjes, colitis of darmverstoringen en artritis veroorzaakt, soms moeilijk. Chemicaliën zullen over het algemeen een onmiddellijke reactie laten zien. Tot slot Het vinden en bereiden van werkelijk goede voeding is tegenwoordig een uitdaging. De in voeding aanwezige (en afwezige) nutriënten bepalen grotendeels gezondheid, functioneren, stemming, en gedrag. De interactie tussen de mens en zijn voeding is uiterst individueel: wat voeding is voor de een, is gif voor de ander. De eerste stap naar gezondheid begint met het bewustzijn over het belang van voedingstoffen, en het (h)erkennen van de verschillende individuele biochemische nuances in de verwerking daarvan door het lichaam. Literatuur, websites • • • • • • • • • • • • • • •
Weston A. Price, Nutrition and Physical Degeneration, ISBN 0.87983.816.7; Weston Price en Francis Pottenger: www.price-pottenger.org; Désirée L. Röver – Jeffrey Bland – Functionele geneeskunde, Arts&Apotheker;(6)2000 :2-6; Désirée L. Röver – Jeffrey Bland – Aminozuren en proteïnen, Arts&Apotheker;(1)2003:40-44 ; Roger J. Williams – Biochemical individuality, ISBN 0.87983.893.0; William L. Wolcott – The Metabolic Typing Diet, ISBN 0.7679.0564.4; Jeffrey Bland – Genetic Nutritioneering, ISBN 0.8783.921.X; Andrew L. Stoll – The Omega-3 Connection, ISBN 0.684.87138.6; Gert Schuitemaker – Honger naar Geweld, Voeding de vergeten factor, ISBN 90.76161.03.8 Stephen J. Schoentaler – Diet and Crime: an empirical examination of the value of nutrition in the control and treatment of incarcerated juvenile offenders, Intern. J of Biosocial Research, 1983;4(1):25-39; Désirée L. Röver – Melk, de witte doder – ongepubliceerd, op aanvraag beschikbaar (€ 10); John Kamsteeg – E is Eetbaar, Alle E-nummers, kunstmatige zoetstoffen en andere geur-, kleur-, en smaakstoffen, ISBN 90.230.1067.1; Geert Verhelst – Suiker & zoetstoffen, ISBN 90.807784.1.9; Jaap Huibers – Voedsel, oorzaak van lichamelijke en psychische ontregeling, Ankertjesserie 129, ISNB 90.202.0697.4; Schutter F (pseudoniem van Röver DL); Detoxificatie, een uiterst nauwkeurig stappenplan; Arts en Apotheker 2003(6):4-9;