5269
N.58 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE
GEWONE ZITTING 1992-1993 (Oo)
SESSION ORDINAIRE 1992-1993 (Oo)
10 MEl 1993
10 MAI 1993
Vragen
Questions
en
et
Antwoorden
Réponses
VRAGEN EN ANTWOORDEN - BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERT. QUESTIONS ET RÉPONSES - CHAMBRE DES REPRÉS. DE BELGIQUE
(GZ) 1992-1993 (SO) (0) Tweede zitting van de 48' zittingsperiode.
(0) Deuxième session de la 48'~ législature.
676
5270
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
Blz. Pages
INHOUD Eerste Minister
SOMMAIRE
5291
Premier Ministre
5291
Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques
5303
Vice-Premier Ministre et Ministre des Affaires étrangères
Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken
5305
Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice et des Affaires économiques
Minister van Financiën
5308
Ministre des Finances
Minister van Wetenschapsbeleid
5327
Ministre de la Politique scientifique
5328
Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères
Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse
Zaken
Minisrer van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse
Zaken
Minister van Pensioenen Minister van Binnenlandse
Ministre des Pensions Zaken en Ambtenarenzaken
5334
Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen Minister voor de Kleine en Middelgrote en Landbouw
et de la Fonction publique
Ministre de l'Emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes
Ondernemingen
Minister van Landsverdediging
5336
Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'Agriculture
5341
Ministre de la Défense nationale
Minister van Begroting
Ministre du Budget
Minister van Sociale Zaken Minister voor Maatschappelijke en Leefmilieu
Ministre de l'Intérieur
Integratie, Volksgezondheid
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse
Zaken
5342
Ministre des Affaires sociales
5347
Ministre pour l'Intégration et l'Environnement
sociale, la Santé publique
Secrétaire d'Etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaires étrangères
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d'avis chargé de questions européennes
In fine van het Bulletin is een summiere opgave per onderwerp afgedrukt.
Un sommaire par objet est reproduit
in fine du Bulletin
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers -(58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
5271
Vragen waarop niet geantwoord is binnen d~ ~oor het regleme~t bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitnng 1991-1992. Questions auxquelles il n'a pas ~té répondu ?a~s le délai fixé p:r le règlement, à partir de la session extraordinaire 1991-1992. Vraag nr, Question n°
Datum Date
Auteur
Blz. Page
Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven
5- 2-1993 9- 2-1993 11- 2-1993 11- 2-1993 11- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 22- 2-1993 22- 2-1993 26- 2-1993 1- 3-1993 1-. 3-1993 1- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993
97 168 284 291 307 348
356 360 369 374 378 380 382 389 390 391 402 404
405 406 408 409 422 423 424 426 430 431 432 433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444
445 446 447 448
Eerdekens Leo Peeters Michel
Barbé Van Nieuwenhuysen Cortois Santkin Van den Eynde Van Vaerenbergh Van Eetvelt Duquesne Duquesne Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Ansoms Maingain Lisabeth Marsoul Marsoul Van Grembergen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van den Eynde Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Leo Peeters Van Dienderen Marsoul
•. Lijst afgesloten op 10 mei 1993 •. Liste clôturée le 10 mai 1993
Vraag nr. Question n°
2- 3-1993 2- 3-1993
5- 3-1993
Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques 4- 6-1992 21- 8-1992 1-12-1992 4-12-1992 11-12-1992 14- 1-1993 21- 1-1993 22- 1-1993 27- 1-1993 3- 2-1993 5- 2-1993
Datum Date
1049 2455 3170 3270 3370 3774 3893 4048
4050 4153 4259 4261 4263
4265 4266 4267 4487 4488 4488 4488 4489 4490 4625
4625 4626 4627 4629 4630 4631 4632 4633 4634 4635 4636 4637 4638 4639 4640 4641 4642 4643 4644 4645
4645 4646
889101112-
3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
15- 3-1993 15- 3-1993 1616161717171718181919222324242424242424-
3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
25- 3-1993 25- 3-1993 25- 3-1993 303031111-
3-1993 3-1993 3-1993 4-1993 4-1993 4-1993
449
450 453 455 458 459 460 461 462 463 464 466 467 468 469 470 471 472 474
475 476 477 478 480 481 482 483 484
485 486 487 489 490 492 493 494
495 496 497 498
Auteur Marsoul Breyne Ramoudt de Clippele Marsoul Mw. Diillen Morael Kubla Van Dienderen Barbé Van Nieuwenhuysen Cheron Van Nieeuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Ansoms Van Nieeuwenhuysen Duquesine
De Moll Van Dieenderen Van Dieenderen Santkini Ansoms De Moll Van Dieenderen Perdieu Perdieu Perdieu Perdieu Simons de Clipjpele de Clipjpele Van Owermeire Van Owermeire Van Niceuwenhuysen Van Ni<euwenhuysen Van Ni<euwenhuysen Breyne Van Niceuwenhuysen Schellerns Van Va.erenbergh
Blz. Page 4647 4647 4801 4802 4804 4804
4805 4805 5021 5021 5022 5023 5023 5023 5024 5025 5025 5025 5026 5026 5129 5129
5130 5131 5132 5132 5132
5132 5133
5133 5134 5134 5135
5135 5277 5277
5278 5278 5278 5279
Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlamdse Zaken Vice-Premier Miniistre et Ministre des Affaires .érrangères 8415-
1-1993 2-1993 3-1993 3-1993
125 132 147 153
Winkel Standaert
Van dem Eynde Van Dienderen
3774 4155 4648 4806
5272 Datum Date 23- 3-1993 29- 3-1993
Belgische Karner van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) Vraag nr. Question n° 168 175
Auteur VanDienderen Winkel
-(58)-
Blz. Page 5136 52
Viee-Eerste Minister en Minister van justitie en Economische Zaken Vice-Premier Ministre et Ministre de la justice et des Affaires économiques Justitie - Justice
16- 3-1992 2- 4-1992 8- 4-1992 28- 4-1992 18- 5-1992 18- 5-1992 20- 5-1992 20- 5-1992 20- 5-1992 20- 5-1992 20- 5-1992 20- 5-1992 2- 6-1992 3- 6-1992 4- 6-1992 12- 6-1992 16- 6-1992 19- 6-1992 22- 6-1992 23- 6-1992 30- 6-1992 16- 7-1992 17- 7-1992 30- 7-1992 3- 8-1992 3- 8-1992 27- 8-1992 1- 9-1992 4- 9-1992 4- 9-1992 7- 9-1992 18- 9-1992 21- 9-1992 22- 9-1992 22- 9-1992 28- 9-1992 1-10-1992 6-10-1992 13-10-1992 23-10-1992 30-10-1992 30-10-1992 5-11-1992 6-11-1992
3 32 38 51 70 71 75 79 80 82 83 84 89 90 92 100 101 103 105 109 116 130 131 137 138 139 151 153 154 155 156 164 165 166 168 171 175 178 181 194 196 197 199 200
Taelman de Clippele Annemans Perdieu Bertouille Marsoul Caudron Caudron Caudron Caudron Caudron Caudron Annemans Caudron Caudron Van den Eynde Bertrand Vande Lanotte Ylieff De Mol Annemans de Clippele Poncelet Gabriëls Dewinter Annemans De Clerck Eerdekens Buisseret Dewinter Damseaux Van Nieuwenhuysen de Clippele De Groot de Clippele Winkel Bertouille Eerdekens Annemans Mw. Vogels Mw. Dillen Van Nieuwenhuysen Mmede T'Serclaes Ylieff
221 414 480 636 855 856 857 858 859 859 860 860 1051 1052 1052 1175 1175 1344 1345 1346 1426 1614 1614 2467 2467 2467 2471 2472 2473 2474 2474 2477 2477 2478 2479 2480 2482 2483 2485 2788 2881 2881 2882 2883
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
Datum Date
Vraag nr, Question n°
9-11-1992 9-11-1992 17-11-1992 18-11-1992 24-11-1992 24-11-1992 30-11-1992 30-11-1992 3-12-1992 4-12-1992 4-12-1992
201 202 207 209 210 211 214 215 218 220 221
14-12-1992 15-12-1992 16-12-1992 22-12-1992 22-12-1992 24-12-1992 6- 1-1993 8- 1-1993 8- 1-1993 8- 1-1993 8- 1-1993 11- 1-1993 13- 1-1993 14- 1-1993 15- 1-1993 15- 1-1993 21- 1-1993 29- 1-1993 2- 2-1993 3- 2-1993 9- 2-1993 11- 2-1993 11- 2-1993 12- 2-1993 16- 2-1993 16- 2-1993 18- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 22- 2-1993 24- 2-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 2- 3-1993 3- 3-1993 3- 3-1993 3- 3-1993 4- 3-1993 4- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 9- 3-1993 11- 3-1993 16- 3-1993
227 229 231 235 236 237 239 240 241 242 243 244 246 252 253 254 256 262 263 264 268 271 272 273 274 276 278 279 280 281 282 285 286 287 289 290 291 292 293 294 295 296 297 298 299 300
Auteur Annemans Chevalier Caudron Platteau Van Nieuwenhuysen Ansoms Mw. Dillen Marc Harmegnies Ansoms Dewinter Mw. NelisVan Liedekerke de Clippele Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Devolder Ramoudt Tant Coveliers de Clippele Coveliers Ylieff Eerdekens MmeStengers Eerdekens Duquesne Van den Eynde Detremmerie MmeSpaak Standaert Dewinter Ylieff Hiance Eerdekens Annemans DeMan Bertrand Eerdekens Van Vaerenbergh Marsoul Eerdekens
Standaert Van Vaerenbergh Van Nieuwenhuysen Leo Peeters Van Dienderen Breyne Dewinter Dewinter Eerdekens Van Vaerenbergh Caudron Caudron Maingain Marsoul Marsoul Vandendriessche Van Vaerenbergh
Blz. Page 2884 2884 2990 2990 3058 3058 3175 3175 3178 3276 3277 3375 3376 3377 3562 3563 3564 3659 3775 3776 3777 3777 3778 3778 3780 3895 3896 3896 4155 4156 4156 4269 4270 4271 4369 4370 4370 4371 4495 4496 4496 4497 4498 4649 4650 4651 4651 4651 4652 4652 4652 4806 4807 4807 4807 4808 5027
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers -(58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993) Datum Date
Vraag nr. Question n°
16- 3-1993 17- 3-1993
301 302
172323242426262629303031-
304 306 307 308 309 310 311 312 316 317 318 319
3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
Economische Zaken -
18- 3-1992 26- 5-1992 26- 6-1992 6- 7-1992 20- 7-1992 20- 8-1992 30- 9-1992 30-11-1992 1-12-1992 13- 1-1993 15- 1-1993 25- 2-1993 2- 3-1993 4- 3-1993 23- 3-1993 30- 3-1993 31- 3-1993
7 27 34 40 52 61 77 95 96 113 115 131 133 135 147 150 151
Auteur Tant Mw. NeytsUyttebroeck Van Nieuwenhuysen De Mol Van Vaerenbergh de Clippele de Clippele Perdieu Perdieu
Annemans Duquesne Dewael Van Vaerenbergh Viseur
Blz. Page 5027 5027 5028 5137 5137 5137 5138 5280 5281 5281 5282 5282 5283 5283
Affaires économiques
Mw. Leysen Knoops Biefnot Standaert Ylieff Defeyt Van Vaerenbergh MmeLizin Michel De Bremaeker Van den Eynde Bertrand Leo Peeters Grimberghs De Mol Van Nieuwenhuysen Thissen
230 863 1427 1537 2487 2488 2489 3179 3179 3781 3897 4498 4653 4653 5138 5283 5284
Minister van Financiën
23 313 361 456 463 467 476 478 479 480 486 490 492 494 495 498
De Vlieghere de Clippele Thissen de Clippele Van Nieuwenhuysen Pierco
Clerfayt Bertrand Marsoul Marsoul Duquesne Van Nieuwenhuysen Gilles Santkin Clerfayt Van Hecke
Darum Date
Vraag nr. Question n°
24- 3-1993 25- 3-1993 25- 3-1993
505 508 509
5273
Auteur de Clippele Draps Draps
Blz. Page 5144 5146 5146
Minister van Wetenschapsbeleid Ministre de la Politique scientifique 23- 7-1992 3- 8-1992 4- 8-1992 8-10-1992 15-10-1992 18-11-1992 30-11-1992 4-12-1992 11-12-1992 16-12-1992 27- 1-1993 29- 1-1993 8- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 19- 2-1993 26- 2-1993 26- 2-1993 1- 3-1993 2- 3-1993 3- 3-1993 4- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 12- 3-1993 23- 3-1993 23- 3-1993
25 26 28 34 35 38 42 44 47 49 55 56 57 59 60 61 62 63 64 65 66 68 69 70 71 73 75 76
Marsoul Simons Olivier Detremnnerie Van Diemderen Anselme Simons Van Vaeirenbergh Van Niewwenhuysen Bertouilke Gehlen Standaertt Marsoul Marsoul Marsoul Marsoul Marsoul Marsoul Marsoul Marsoul Leo Peeters Draps De Bremaieker Caudron Maingaim Knoops Van Diemderen De Mol
2506 2506 2507 2510 2510 2995 3184 3280 3383 3384 4057 4163 4278 4502 4503 4504 4504 4667 4667 4667 4668 4668 4669 4818 4819 5032 5148 5148
Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzakem
Ministre des Finances 26- 3-1992 1-12-1992 14- 1-1993 2- 3-1993 3- 3-1993 3- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 9- 3-1993 15- 3-1993 17- 3-1993 18- 3-1993 19- 3-1993 22- 3-1993 22- 3-1993
ChambredesReprésentants deBelgique QuestionsetRéponses(SO1992-1993)
304 3183 3788 4657 4659 4661 4812 4813 4813 4814 5028 5030 5030 5139 5140 5141
Ministre de l'Intérieiur et de la Fonction publüque 23- 7-1992 21- 9-1992 6-10-1992 20-10-1992 22-10-1992 30-11-1992 4-12-1992 7-12-1992 10-12-1992 4- 1-1993 14- 1-1993 15- 1-1993 26- 1-1993 29- 1-1993
137 173 193 211 220 258 264 268 273 290 307 311 321 328
Anciaux Mw. Vogœls Simonet DeMan Annemans De Bremaieker Van Dienderen Mw. Vogels Detienne Féaux Annemans Van den E'ynde Annemans
Annemans
2511 2516 2519 2677 2681 3187 3282 3284 3285 3664 3795 3912 4059 4165
5274 Datum Date 5899121216172326112225588991111121616172323242426292929303111-
2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 2-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 4-1993 4-1993
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ1992-1993) -(58)Vraag Dr. Question n°
Auteur
331 336 339 341 343 344 347 348 351 353 354 358 360 362 363 367 368 370 372 374 376 379 381 383 384 385 388 391 392 393 395 396 397 398 399 400 401 402 403
Defeyt Standaert MmeLizin Hiance DeMan Wymeersch Van Peel Van Nieuwenhuysen DeMan Standaert Dewinter Dewinter Leo Peeters Hancké Breyne Tant Baldewijns DeMan Maingain Mw. Dillen Dewinter MmeLizin Dewinter Dewinter Bertouille Van Vaerenbergh Van Nieuwenhuysen Van Dienderen De Mol Van Nieuwenhuysen de Clippele Annemans Mw. Vogels Marsoul Standaert DeMan Vandeurzen Morael Morael
Blz. Page 4279 4281 4282 4283 4376 4377 4378 4379 4505 4670 4670 4672 4673 4674 4675 4820 4821 4821 4822 4823 4824 4825 4825 5033 5034 5034 5035 5149 5149 5150 5150 5285 5285 5286 5286 5286 5287 5287 5288
Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen
ChambredesReprésentantsde Belgique Questionset Réponses(SO1992-1993) Datum Date
121617171922231231-
3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
109 129 134 137 141 151 152 154 156
Vanvelthoven Ylieff Marsoul Clerfayt Maurice Bourgois Caudron Caudron Marsoul Beysen
Auteur
157 158 159 160 161 162 163 164 165
Mayeur Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Perdieu Mayeur Detienne Van Dienderen De Mol Thissen
5035 5036 5036 5037 5151 5151 5152 5153 5289
Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'Agriculture
Kleine en Middelgrote Ondernemingen Petites et Moyennes Entreprises
29- 1-1993 17- 3-1993 23- 3-1993
46 59 60
Landbouw
9-12-1992 11- 2-1993 11- 2-1993 11- 2-1993 1- 3-1993 2- 3-1993 5- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 9- 3-1993 17- 3-1993 23- 3-1993 25- 3-1993 31- 3-1993
Ministre de l'Emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes 9-12-1992 2- 2-1993 8- 2-1993 15- 2-1993 1- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 11- 3-1993
Blz. Page
Vraag Dr. Question n°
45 64 65 66 70 74 76 77 78 80 81 85 87 89 91
-
Standaert Van Nieuwenhuysen Van Dienderen
-
4168 5038 5153
Agriculture
Caudron Barbé Barbé Barbé Ramoudt Van Dienderen Janssens Caudron Maingain Marsoul Marsoul Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Ducarme Hazette
3289 4286 4287 4288 4677 4679 4830 4831 4831 4832 4833 5038 5154 5154 5289
Minister van Landsverdediging 3286 4166 4284 4380 4676 4827 4827 4828 4829
Ministre de la Défense nationale 1-12-1992 8- 1-1993 18- 2-1993
200 221 242
22- 2-1993 22- 2-1993 1- 3-1993
244 245 249
Michel Eerdekens Mw. MerckxVan Goey Van Dienderen Van Dienderen Vanleenhove
3193 3800 4382 4508 4508 4680
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) Vraag nr, Question n°
Datum Date 18- 3-1993
259
18- 3-1993
260
18- 3-1993 23- 3-1993 24- 3-1993
261 264 267
1-12-1992 8- 3-1993 8- 3-1993 9- 3-1993 23- 3-1993
Auteur Mw. MerckxVan Goey Mw. MerckxVan Goey Van Dienderen Van Dienderen Van Nieuwenhuysen
-(58)Blz. Page 5039 5039 5040 5156 5156
3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
214 215 217 218
De Mol Mw. Dillen Van Dienderen De Mol
14 20 21 22 26
114 124 132 133 136 137 140 141 142
de Clippele Vandendriessche Maingain Marsoul Van Nieuwenhuysen Vanvelthoven De Mol de Clippele Goutry
Dewael Desmet DeMan Ghesquière Van den Eynde Perdieu Caudron Gabriëls Barbé Detienne Breyne Caudron Marsoul Maurice Bourgois Duquesne Van Looy Cortois Van Vaerenbergh
5041 5041 5157 5157
adjoint au Ministre des Affaires, étrangères 3196 4842 4842 4842 5158
4501 4664 4817 4817 5031 5031 5147 5147 5290
Ministre pour l'Integration sociale, la Santé publique et l'Environnement 51 64 77 80 98 111 120 122 156 159 201 202 204 205 206 208 209 212
Blz. Page
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Secrétaire d'Etat
Michel Caudron Marsoul Marsoul De Mol
5275
Auteur
à la Coopération au Développement,
Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu
30- 3-1992 22- 7-1992 4- 9-1992 11- 9-1992 2-10-1992 15-10-1992 5-11-1992 5-11-1992 21-12-1992 4- 1-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 8- 3-1993 9- 3-1993 10- 3-1993 10- 3-1993 10- 3-1993 16- 3-1993
17172323-
Vraagnr. Question n°
Ministre du Budget
Ministre des Affaires sociales 2-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993 3-1993
Datum Date
Minister van Begroting
Minister van Sociale Zaken
193881718232429-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
1358 2545 2547 2548 2550 2554 2904 2905 3574 3670 4837 4838 4838 4839 4839 4840 4841 5040
10- 3-1993 10- 3-1993 30- 3-1993
58 59 64
Beysen Van Crembergen Knoops
4843 4843 5290
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ 1992·1993)
(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. (Fr.) : Question
Vragen waarop
Questions
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(SO 1992·1993)
-(58)-
posée en français. -
(N.) : In het Nederlands (N.) : Question
gestelde vraag.
posée en néerlandais.
niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord (Art. 86 van het reglement van de Kamer),
auxquelles
5277
is.
il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).
Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises pmbliques
Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven
DÛ 929301423
DÛ 929301423
Vraag or. 493 van de heer Van Nieuwenhuysen 30 maart 1993 (N.) :
van
n? 493 de M. Van INïeuwenhuysen 30 mars 1993 (N.) :
Question
du
Regie der gebouwen. - Strafinrichtingen. - Programma.
Régie des bâtiments. - Programme.
1. Is het zo dat een interdepartementale werkgroep van deskundigen van de Regie der gebouwen en van het Bestuur der strafinrichtingen een programma uitwerkt voor de opstelling van een bestek met het oog op de uitvoering van een aantal projecten met betrekking tot de renovatie en de nieuwbouw van penitentiaire infrastructuur? 2. Is het zo dat de Regie der gebouwen niet beschikt over de budgettaire middelen voor de uitvoering van die projecten?
1. Est-il exact qu'un groupe de itravail interdépartemental composé d'experts de la Réêgiedes bâtiments et de l'Administration des établisserments pénitentiaires élabore un programme pour la rmise au point d'un cahier des charges en vue de l'exécution d'une série de projets de rénovation et de consttruction d'établissements pénitentiaires? 2. Est-il exact que la Régie des lbâtirnents ne dispose pas des ressources budgétaires nécessaires à l'exécution de ces projets?
3. Wat is desgevallend werkgroep?
3. Quelle est, le cas échéant, travail susmentionné?
het nut van de voornoemde
l' iutilité du groupe de
DÛ 929301426
Dû 929301426 Vraag nr, 494 van de heer Van Nieuwenhuysen 30 maart 1993 (N.) :
NMBS. -
Etablisserments pénitentiaires.
Werkplaatsen. -
van
n? 494 de M. Van Nieuwenhuysen 30 mars 1993 (N.) :
Question
du
SNCB. - Ateliers. - Personnel.
Personeel.
In antwoord op mijn vraag nr. 343 van 24 januari 1993 gaf u mij cijfers over de tewerkstelling in de werkplaatsen van de NMBS (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 1992-1993, nr. 52, blz. 4391). Hoeveel Nederlandstaligen en Franstaligen werkten er gedurende de jongste drie jaar in:
En réponse à ma question n" 343 du 24 janvier 1993, vous m'avez communiqué «les chiffres concernant l'emploi dans les ateliers de la SNCB (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 1992-1993, n? 52, page 4391). Combien de néœrlandophones et de francophones ont été employés am cours de ces trois dernières années :
1.
de tractiewerkplaatsen beek;
1.
aux ateliers Schaerbeek;
2.
de werkplaatsen Etterbeek?
2.
aux ateliers infrastructure terbeek?
Brussel Zuid
infrastructuur
en Schaar-
te Schaarbeek
en
traction
de Bnnxelles Midi de Schaerbeek
et de et d'Et-
677
5278
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
Dû 929301430
Dû 929301430
Vraag nr. 495 van de heer Breyne van 31 maart 1993
Question n° 495 de M. Breyne du 31 mars 1993 (N.) :
(N.):
Post. - Kantoren. - Sluiting.
Poste. - Bureaux. - Fermeture.
Het autonoom bedrijf de Post schrijft rendabiliteit en produktiviteit hoog in zijn vaandel. Een aantal verrichtingen en een reeks kantoren voldoen niet meer aan de gestelde normen en moeten blijkbaar verdwijnen. t. Welke kantoren werden al gesloten? 2. Welke criteria worden hierbij aangewend?
La Poste, entreprise autonome, fait grand cas de la rentabilité et de la productivité. Des opérations et des bureaux qui ne satisfont plus aux normes fixées doivent apparemment disparaître.
3. Welke maatregelen neemt men voor de ouderen in de landelijke gebieden? Betekent her inkrimpen van het aantal kantoren en verrichtingen geen verdere afrakeling van de dienstverlening vooral ten aanzien van minder mobiele personen? Staat dar niet in contrast met de reclame die de Post voert ter promotie van haar diensten en produkten?
t. Quels bureaux a-t-on déjà fermés? 2. Sur la base de quels critères leur fermeture a-t-elle été décidée? 3. Quelles mesures sont prises pour les personnes âgées dans les zones rurales? La réduction du nombre de bureaux et d'opérations ne démantèlera-t-elle pas encore davantage les services offerts à la clientèle de la Poste, en particulier aux personnes dont la mobilité est réduite? N'est-ce pas en contradiction avec la campagne publicitaire dans laquelle la Poste promeut ses services et produits?
Dû 929301437
Dû 929301437
Vraag nr. 496 van de heer Van Nieuwenhuysen van 1 april1993 (N.) :
Question n° 496 de M. Van Nieuwenhuysen 1 avril 1993 (N.) :
NMBS. - Rollend materieel. - Bestelling.
SNCB. - Matériel roulant. -
In januari werd de beslissing meegedeeld om rollend materieel ter waarde van ongeveer 30 miljoen Belgische frank aan te kopen. t. Werden ook buitenlandse firrna's aangeschreven? 2. Wat is de wereldmarktprijs voor het materieel dar uiteindelijk werd besteld? 3. Hoe is die bestelling verdeeld over de gewesten?
La SNCB a annoncé sa décision d'acheter du matériel roulant pour une valeur totale de quelque 30 millions de francs belges. 1. Des firmes étrangères ont-elles également été invitées à présenter des offres? 2. Quel est le prix sur le marché international du matériel qui a finalement été commandé? 3. Quelle est la répartition de cette commande entre les régions? 4. Quelle part de la commande faite directement en Flandre est ensuite sous-traitée en Wallonie?
4. Hoeveel van het deel dat rechtstreeks in Vlaanderen wordt besteld, gaat nadien in onderaanneming naar Wallonië?
du
CT
Commande.
Dû 929301438
Dû 929301438
Vraag nr. 497 van de heer Schellens van 1 april1993
Question n° 497 de M. Schellens du te' avril 1993
(N.):
(N.):
Postcheque. - Personeelsformatie.
Office des chèques postaux. -Effectif
Een studieopdracht werd toevertrouwd aan « Consultant Proodfood » om het Bestuur der postcheques te Brussel door te lichten. Bij het personeel heerst onzekerheid over het behoud van het huidige personeelsbestand, t. Wat zijn de resultaten van de doorlichting van het Bestuur der postcheques?
« Consultant Proodfood » a été chargé d'effectuer une radioscopie de l'Office des chèques postaux à Bruxelles. Le personnel est inquiet à propos du maintien du cadre actuel du personnel.
du personnel.
t. Quels sont les résultats de la radioscopie de l'Office des chèques postaux?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) 2. Worden al maatregelen in het vooruitzicht steld in verband met de huidige personeelsformatie?
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)ge-
2. Des mesures ont-elles déjà été envisagées qui concerne l'effectif actuel du personnel?
3. Wat zal gebeuren met het personeel dat eventueel dient af te vloeien?
3. Qu'adviendra-t-il tuellement partir?
DO 929301444
DO 929301444
Vraag
nr, 498
van de heer Van Vaerenbergh 1 april 1993 (N.) :
Zaventem. -
Luchthaven. -
van
Lawaaihinder.
Wanneer
worden
die wallen aangelegd?
du Ier avril
Pollution sonore.
Votre prédécesseur a pris en s.on temps une série de mesures visant à réduire la pollution sonore provoquée par l'aéroport. Les plantations prévues ont pratiquement toutes été réalisées, mais am ne trouve cependant aucune trace des buttes de terre dont l'aménagement avait également été prévu. aménagées?
Vice-Premier Ministre et Ministre des Affair-es étrangères
DO 929301314
DO 929301314
Vraag nr, 175 van de heer Winkel van 29 maart 1993 (Fr.) :
Question
Iran. -
Iran. - Ministre. -
Officieel bezoek. -
en ce
qui devra éven-
Question n" 498 de M. Van Vaerenbergh 1993 (N.):
Quand ces buttes seront-elles
Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken
Minister. -
du personnel
Zaventem. - Aéroport. -
Uw voorganger heeft destijds een vracht maatregelen uitgevaardigd om de lawaaihinder van de luchthaven af te remmen. Blijkbaar zijn de groenaanplantingen waarin voorzien was, bijna allemaal uitgevoerd, maar van de aangekondigde aarden wallen is nog altijd niets te bespeuren,
5279
Rushdie.
n? 175 de M. Winkel diu 29 mars 1993 (Fr.) :
Visite offictielle. - Rushdie:
Iran verzocht op 14 februari Groot-Brittannië om de uitlevering van de schrijver Salman Rushdie, zodat hij in Iran kon worden terechtgesteld. Die nieuwe Iraanse stellingname, enkele jaren na de door Iran tegen Rushdie geëiste straf, heeft de hele wereld geschokt. Nederland en Duitsland hebben die houding van de Iraanse regèring streng veroordeeld. In België daarentegen werd de Iraanse minister van Volksgezondheid op 16 februari officieelontvangen.
Le 14 février, l'Iran demandaitt à la Grande-Bretagne d'extrader l'écrivain Salman Ruishdie pour qu'il soit exécuté en Iran. Cette nouvelle prise de position iranienne, quelques années après ke châtiment exigé par l'Iran contre Rushdie, a choqué! le monde entier. Les Pays-Bas et l'Allemagne ont réagri très durement contre la prise de position du gouvernerment iranien. Par contre, en Belgique, le 16 février, le ~ministre iranien de la Santé publique était reçu officielllement.
1. Waarom heeft de regering amper enkele uren nadat Salman Rushdie opnieuw ter dood werd veroordeeld, een lid van de Iraanse regering ontvangen?
1. Pourquoi le gouvernement: a-t-il reçu un membre du gouvernement iranien quelqjues heures seulement après cette nouvelle condamnatiion à mort de Salman Rushdie?
2. Is het normaal dat een Iraanse minister wordt ontvangen op een ogenblik waarop de hele Europese Gemeenschap de Iraanse oproep tot moord streng veroordeelt?
2. Est-il normal de recevoir um ministre iranien au moment où toute la Communaauté européenne condamne énergiquement l'appel am meurtre iranien?
3. Heeft uw regering overwogen te zeggen?
dat onderhoud
af
3. L'annulation de cette rencrontre sagée par votre gouvernement?
4. Is het feit dat dat onderhoud heeft plaatsgehad, wijten aan een tekortkoming van onze diplomatie?
te
4. Cette rencontre diplomatie?
5. Welke Belgische ministers houd betrokken?
waren bij dat onder-
6. Heeft men bij de Iraanse overheid test aangetekend?
officieel pro-
est-elle dure à une lacune de notre
5. Quels ministres belges ont rencontre? 6. A-t-on transmis autorités iraniennes?
a-t-elle été envi-
iété
concernés
une protestation
par cette
officielle
aux
5280
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken
Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice et des Affaires économiques
Justitie
Justice
DO 929301407
Dû 929301407
Vraag nr. 310 van de heer Perdieu van 26 maart 1993
Question n° 310 de M. Perdieu du 26 mars 1993 (Fr.) :
(Fr.) :
Rustoorden. - Naleving van de wetgeving. gingen.
Vervol-
Artikel 11 van het decreet van 10 mei 1984 in verband met de rustoorden voor bejaarden bepaalt het volgende: « § 1. Wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van 26 tot 5.000 Belgische frank, of een van die straffen alleen: hij die een inrichting voor bejaarden beheert zonder de erkenning of de voorafgaande vergunning bepaald bij de artikelen 6, 7 of 13 te hebben bekomen, hetzij bij overtreding van een beslissing van weigering, van intrekking van de erkenning of van sluiting; hij die ten onrechte melding heeft gemaakt van de erkenning bepaald bij artikel 3 of van de werkingsvergunning bedoeld bij de artikelen 6, 7 of 13. § 2. Alle bepalingen van boek I van het Strafwetboek, met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn op de in dat decreet bepaalde overtredingen toepasselijk. S 3. De hoven en de rechtbanken kunnen bovendien de daders van de misdrijven volgens de bepalingen van dat decreet en van zijn uitvoeringsbesluiten verbieden een in artikel 1 bedoelde inrichting te beheren, zowel persoonlijk als door een tussenpersoon, voor een duur die zij bepalen. Het verbod treedt in werking acht volle dagen na het betekenen van de veroordeling. Overtreding van dar verbod wordt gestraft met gevangenisstraf van een maand tot zes maanden en met een boete van 50 tot 5.000 Belgische frank, of met een van die straffen alleen. » Naar verluidt zijn sommige rustoorden niet in het bezit van een voorlopige werkingsvergunning (artikel 6) of van een erkenning. 1. Welke initiatieven hebben de parketten en rechtbanken genomen om de bepalingen van het decreet van la mei 1984 in verband met de rustoorden te doen naleven?
Maisons de repos. Poursuites.
Respect de la législation. -
L'article 11 du décret du 10 mai 1984 relatif aux maisons de repos pour personnes âgées stipule que: « t-. Est puni d'un emprisonnement de huit jours à six mois et d'une amende de 26 à 5.000 francs belges, ou d'une de ces peines seulement:
- celui qui gère un établissement pour personnes âgées soit sans avoir obtenu l'agrément ou l'autorisation préalable prévue par les articles 6, 7 ou 13, soit en contravention avec une décision de refus, de retrait d'agrément ou de fermeture; - celui qui mentionne indûment l'agrément prévu à l'article 3 ou l'autorisation de fonctionnement visée aux articles 6, 7 ou 13. § 2. Les dispositions du livre premier du Code pénal, le chapitre VII et l'article 85 non exceptés, sont applicables aux infractions prévues par le présent décret. - § 3. Les cours et tribunaux peuvent, en outre, prononcer contre les auteurs d'infractions aux dispositions du présent décret et de ses arrêtés d'exécution, l'interdiction de gérer personnellement ou par personne interposée, pendant une durée qu'ils déterminent, un établissement visé à l'article t-. L'interdiction produit ses effets huit jours francs après la signification de la condamnation. L'infraction à cette interdiction est punie d'un emprisonnement d'un mois à six mois et d'une amende de 50 à 5.000 francs belges, ou d'une de ces peines seulement. » Or, il me revient que l'on dénombre un nombre certain de maisons de repos qui ne bénéficient pas d'une autorisation de fonctionnement provisoire (article 6) ou d'un agrément. 1. Quelles sont les initiatives qui ont été prises par les parquets et les tribunaux afin de faire respecter les dispositions du décret du la mai 1984 relatif aux maisons de repos?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5281
2. Hoeveel veroordelingen werden op grond van artikel Il van bedoeld decreet uitgesproken?
2. Quel est le nombre des condamnations qui ont été prononcées sur la base de l'article Il dudit décret?
DO 929301408
DO 929301408
Vraag nr, 311 van de heer Perdieu van 26 maart 1993
Question n" 311 de M. Perdieu du 26 mars 1993 (Fr.) :
(Fr.) :
Magistraten. - Werving. vangend magistraat.
Examen. -
Plaatsver-
Magistrats. - Recrutement. - Examen. - Magistrat suppléant.
De toelatingsvoorwaarden voor een functie in de magistratuur werden gewijzigd bij de wet van 18 juli 1991. Zo moeten kandidaten voor een effectieve betrekking nu slagen voor een examen inzake beroepsbekwaamheid. Sommigen stellen voor ook plaatsvervangende magistraten die naar een effectieve betrekking solliciteren, aan dat examen te onderwerpen. Er zouden al gevallen bekend zijn van plaatsvervangers die op die manier problemen zouden hebben gehad bij hun kandidaatstelling voor effectieve dienst. Die interpretatie wordt evenwel betwist. Artikel 21 van voornoemde wet bepaalt immers dat de magistraten in dienst op de dag van de inwerkingtreding van de wet vrijgesteld zijn van het examen inzake beroepsbekwaamheid, daar ze worden geacht ervoor geslaagd te zijn. Plaatsvervangers zijn onmiskenbaar te beschouwen als magistraten in dienst, en wel om volgende redenen: ze zijn voor het leven benoemd door de Koning, onafzetbaar (niet te verwarren met rechters in sociale zaken of in handelszaken, voor wie die grondwettelijke garanties niet gelden}, ze moeten zich schikken naar de aan de functie van magistraat verbonden onverenigbaarheden (geen politiek mandaat, geen mandaat van werkend lid in de raad van bestuur van een vennootschap), ze zijn gebonden door de verplichting tot geheimhouding en hebben het voorrecht van rechtsmacht. Welke initiatieven heeft u genomen om alle ondubbelzinnigheden ter zake weg te werken?
La loi du 18 juillet 1991 a modifié les conditions d'accès à la magistrature. Il est actuellement prévu qu'un examen d'aptitude professionnelle doit être réussi par les candidats à un posste effectif. D'aucuns envisagent d'imposer cet exameru aux magistrats suppléants qui souhaiteraient postuJler un poste effectif. Certains magistrats suppléants aurraient déjà rencontré des problèmes dans le cadre d'ume postulation effective.
DO 929301409
Dû 929301409
Vraag nr, 312 van de heer Annemans van 26 maart 1993 (N.):
Question n? 312 de M. Annemams du 26 mars 1993
Arbeidsrechtbank. - Geschillen.
Tribunal du travail. Différends.
Vakbonden. - Afgevaardigden.
1. Bestaan er cijfers over het aantal gevallen waarin, bij een betwisting voor de arbeidsrechtbank, de vakbondsvertegenwoordigers of beschermde personen in het ongelijk werden gesteld? 2. Zo ja, wat zijn de cijfers voor de jongste twee jaar?
Cette interprétation est contestée. En effet, l'article 21 de la loi stipule que sont dlispensés de l'examen les magistrats en fonction au jour Ide l'entrée en vigueur de la loi. Les suppléants doiventt manifestement être considérés comme magistrats en ffonction. En effet: ils ont été nommés par le Roi à vie ett sont inamovibles (à ne pas confondre avec les juges sœciaux ou consulaires qui ne bénéficient pas de ces garamties constitutionnelles), ils subissent les incompatibilités attachées à la fonction de magistrat (pas de imandat politique ni d'administrateur actif de société)" ils se voient imposer le devoir de réserve et bénéficientt du privilège de juridiction.
Quelles initiatives avez-vous prises afin de lever toutes les équivoques en la matière?
(N.):
Svndicaus. -
Délégués. -
1. Dispose-t-on de chiffres quant au nombre de cas où les représentants syndicaux ou des personnes protégées n'ont pas obtenu gain de cause dans un litige porté devant le tribunal du travail? 2. Dans l'affirmative, quels sont ces chiffres pour les deux dernières années?
5282
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
DO 929301420
DO 929301420
Vraag nr, 316 van de heer Duquesne van 29 maart 1993 (Fr.) :
Question n" 316 de M. Duquesne du 29 mars 1993
Penitentiair beleid. -
Politique pénitentiaire. -
Hoge raad.
(Fr.) :
Conseil supérieur.
1. Wat is de samenstelling van de Hoge raad voor penitentiair beleid? 2. In welke gevallen geeft die raad zijn advies? 3. Is de publiciteit van die adviezen verzekerd?
1. de la 2. 3.
Quelle est la composition du Conseil supérieur politique pénitentiaire? Dans quels cas ce conseil remet-il son avis? La publicité de ces avis est-elle assurée?
DO 929301428
DO 929301428
Vraag nr, 317 van de heer Dewael van 30 maart 1993
Question n? 317 de M. Dewael du 30 mars 1993 (N.) :
(N.) :
Hoven van beroep, -
Wetboeken.
Aan de leden van de zetel van de hoven van beroep werden, enkele jaren geleden, losbladige wetboeken ter beschikking gesteld. De aanschaf van die werken heeft ongetwijfeld heel wat geld gekost. Het is dan ook verwonderlijk dat voor de noodzakelijke aanvullingen geen afzonderlijk budget was uitgetrokken en die aanvullingen ten laste vielen van het bibliotheekbudget van elk hof. Bij het hof van beroep te Brussel nopen besparingen er thans toe om de abonnementen op de aanvullingen op te zeggen en drastisch te snoeien in andere bibliotheekkosten. Het onmiddellijk gevolg is dat de miljoeneninvestering in de wetboeken die aan elk van de raadsheren ter beschikking werden gesteld, in een klap verloren is, Die werken worden immers, als ze niet meer worden aangevuld, volledig waardeloos. 1. Hoeveel en welke wetboeken werden indertijd ter beschikking gesteld van de leden van de zetel van de hoven van beroep, per hof? b) Wat was de totale kostprijs? 2. Is de beslissing van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Brussel om de aanvullingen op de wetboeken niet meer aan te schaffen een eigen beslissing of werd die van hogerhand opgelegd? 3. Indien het hier om een algemene besparingsmaatregel gaat, hoeveel wordt bespaard door de aanvullingen niet meer aan te kopen? 4. Bent u er zich van bewust dat het niet aanvullen van die wetboeken bijna onmiddellijk zalleiden tot het volledig waardeloos maken van die dure werken?
a)
5. Zijn geen andere budgettaire oplossingen rnogelijk zodat de aanvulling van die wetboeken verzekerd kan blijven?
Cours d'appel. -
Codes.
Des codes à feuilles mobiles ont été mis à la disposition des membres des cours d'appel il y a quelques années. Il est évident que l'acquisition de ces ouvrages a coûté beaucoup d'argent. Aussi est-il étonnant que l'on n'ait pas prévu de budget spécifique pour payer les suppléments nécessaires et que le coût de ces suppléments ait été imputé au budget bibliothèque de chaque cour. Aujourd'hui, des mesures d'économie contraignent les membres de la cour d'appel de Bruxelles à résilier leurs abonnements aux suppléments et à effectuer des coupes sombres dans d'autres frais de fonctionnement de la bibliothèque. L'une des conséquences immédiates est que l'investissement de plusieurs millions permettant de mettre ces codes à la disposition de tous les conseillers est perdu. Ces ouvrages perdent en effet toute utilité s'ils ne sont plus mis à jour. 1. Combien de codes, et lesquels, ont à l'époque été mis à la disposition des membres des cours d'appel, par cour? b) Quel a été le coût total de cette acquisition? 2. Le premier président de la cour d'appel de Bruxelles a-t-il décidé de son propre chef de ne plus acquérir ces suppléments, ou cette décision lui a-t-elle été imposée par les autorités supérieures? 3. S'il s'agit en l'occurrence d'une mesure d'économie générale, quelle économie permettra-t-elle de réaliser? 4. Le ministre se rend-il compte que le fait de ne plus mettre à jour ces codes coûteux aura presque immédiatement pour effet de les rendre complètement inutilisables? 5. Aucune autre solution budgétaire qui permette de continuer d'assurer la mise à jour de ces codes n'estelle envisageable?
a)
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5283
DO 929301429
DO 929301429 Vraag
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(SO 1992-1993)
-(58)-
nr. 318 van de heer Van Vaerenbergh 30 maart 1993 (N.) :
van
Brussel. - Arbeidsrechtbank.
Bruxelles. -
1. Hoeveel vonnissen velde de arbeidsrechtbank Brussel de jongste vijf jaar?
2. Hoeveel zaken werden aanhangig 3. Hoeveel vonnissen in het Frans geveld?
n" 318 de M. Van Vaerenbergh 1993 (N.):
Question
te
Tribunal du travail.
1. Combien de jugements le tribunal du travail de Bruxelles a-t-il rendus au cours des cinq dernières années?
2. De combien d'affaires
gemaakt?
werden in het Nederlands
en
DO 929301435
du 30 mars
3. Combien de jugements dais et en français?
a-t-ill été saisi? ont été rendus en néerlan-
DO 929301435
Vraag nr. 319 van de heer Viseur van 31 maart (Fr.) :
Rechterlijke orde. -
1993
Question
n° 319 de M. Viseur dm 31 mars 1993 (Fr.) :
Ordre judiciaire. - lncompatibillités.
Onverenigbaarheden.
Artikel 299 van het Gerechtelijk wetboek luidt als volgt: « De leden van de hoven, rechtbanken, parketten en griffies mogen niet, hetzij persoonlijk, hetzij door een tussenpersoon, enige handel drijven, als zaakwaarnemer optreden of deelnemen aan de leiding of het beheer van of aan het toezicht op de handelsvennootschappen of nijverheids- of handelsinrichtingen. »
L'article 299 du Code judicizaire est ainsi libellé: Les membres des cours, tribunsaux, parquets et greffes ne peuvent, soit personnellerneenr, soit par personne interposée, exercer aucune espèce de commerce, être agent d'affaires, ni participer à ha direction, à l'administration ou à la surveillance de ssociétés commerciales ou d'établissements industriels mu commerciaux. »
1. Vallen de vrije beroepen eveneens onder het toepassingsgebied van bedoeld artikel?
1. Les professions sées par l'application
2. Worden soms afwijkingen toegestaan, op grond van welke wetsbepaling?
2. Des dérogations sont-elles piarfois accordées, oui, sur la base de quelle disposittion légale?
en zo ja,
«
libérales somt-elles également de cet articlle?
viet si
3. Omvatten die afwijkingen ook de mogelijkheid voor de begunstigde om in gerechtszaken als deskundige op te treden?
3. Ces dérogations vont-elles jusqu'à permettre au bénéficiaire de déposer comme excpert dans une affaire judiciaire?
4. Als afwijkingen worden toegestaan, ervan per gerechtelijk arrondissement?
4. Si des dérogations liste par arrondissement
Economische
wat is de lijst
Affaires économiiques
Zaken
DO 929301424
DO 929301424 Vraag nr.ISO van de heer Van Nieuwenhuysen 30 maart 1993 (N.) :
NIS. -
sont accœrdées, quelle en est la judiciairre?
van
Intrastat. - Buitenlandse handel.
Met het oog op de verwezenlijking van de eenheidsmarkt op 1 januari van dit jaar werd voor het opstellen van handelsstatistieken het Intrastat-stelsel ingevoerd. Cijfermateriaal inzake handelsverrichtingen tussen EG-lidstaten wordt rechtstreeks door de onderneming verstrekt aan het NIS, dat de gegevens verwerkt.
n? 150 de M. Van 30 mars 1993 (N.) :
Question
INS. - Intrastat. -
Nieuwenhuysen
du
Commerce extérieur,
Le système Intrastat, chargé «le l'établissement de statistiques commerciales, a été imtroduit en vue de la réalisation du marché unique am 1er janvier de cette année. Les données chiffrées rellatives aux échanges commerciaux entre Etats membres de la CE sont transmises directement par les entrep-rises à l'INS, qui les traite.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5284
_ (58)-
1. Is dat systeem nu al operationeel? 2. Wat zijn de ervaringen tot nu toe? 3. Zullen door de nieuwe werkwijze statistieken per gewest van de buitenlandse handel beschikbaar zijn?
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
1. Ce système est-il déjà opérationnel? 2. Quels enseignements a-t-on déjà pu en tirer jusqu'à présent? 3. Ce nouveau système permettra-t-il de disposer de statistiques relatives au commerce extérieur établies par région?
Dû 929301431
DÛ 929301431
Vraag
Question n° 151 de M. Thissen du 31 mars 1993 (Fr.) :
nr,
151 van de heer Thissen van 31 maart 1993
(Fr.) :
Motorrijtuigen. ring.
Verplichte uerzekering, -
Tarife-
Het koninklijk besluit van 3 februari 1992 tot vaststelling van de tariefnormen die van toepassing zijn op de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake rnotorrijtuigen, bepaalt dat de motorrijtuigen gebruikt voor het vervoer van zaken waarvan de maximaal toegelaten massa de 3,5 ton nietoverschrijdt, voortaan vallen onder een tariferingsregeling van de verzekeringspremies die samengaat met een a posteriori personalisatiestelsel. De personalisatieschaal gaat van graad nul (index 54) tot graad 22 (index 200). De lopende overeenkomsten treden toe tot het nieuwe systeem in graad 14 (index 100) als de verzekeringsonderneming een vergoeding heeft betaald of moet betalen ten voordele van de benadeelden van een schadegeval dat zich in de twee jaar die aan de toetreding voorafgingen, heeft voorgedaan. In de andere gevallen gebeurt de toetreding tot het systeem in graad Il (index 85). Wat voorafgaat is bijzonder onrechtvaardig en nadelig voor de goede bestuurders van gebruiksvoertuigen, aangezien zij bij de toetreding van hun overeenkomst tot het personalisatiestelsel geen gunstiger graad kunnen genieten dan de I Lde. Een nieuwe bestuurder treedt namelijk tot het nieuwe systeem toe in graad 14 (index 100), terwijl dat bij motorrijtuigen voor toerisme en zaken of gemengd gebruik soms gebeurt in graad 11. 1. Op grond van welke argumenten werden de graden van de personalisatieschaal, bepaald door het voornoemde koninklijk besluit van 3 februari 1992, die toepasbaar zijn bij de toetreding van bestaande verzekeringscontracten, gekozen? 2. Is het nier verkieslijker de bestaande overeenkomsten te integreren in een graad van de personalisatieschaal waarvan kan worden aangenomen dar hij toepasbaar zou zijn geweest op het ogenblik waarop het koninklijk besluit van 3 februari 1992 van kracht werd, indien de personalisatieschaal had bestaan op het ogenblik dat het betrokken contract van verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake gebruiksmotorrijtuigen inging?
Véhicules. - Assurance obligatoire. -
Tarification.
L'arrêté royal du 3 février 1992 fixant des normes tarifaires applicables à l'assurance obligatoire de la responsabilité en matière de véhicules automoteurs énonce que les véhicules affectés au transport de choses et dont la masse maximale autorisée n'excède pas 3,5 tonnes sont dorénavant inclus dans un régime de tarification des primes d'assurances assorti d'un système de personnalisation a posteriori. L'échelle de personnalisation varie du degré zéro (indice 54) au degré 22 (indice 200). Les contrats en cours sont intégrés dans ce nouveau système au degré 14 (indice 100) si l'entreprise d'assurance a payé ou devra payer une indemnité en faveur de personnes lésées pour un sinistre survenu au cours des deux années précédant cette intégration. Dans les autres hypothèses, l'intégration aura lieu au degré Il (indice 85). Ce qui précède se révèle particulièrement injuste et défavorable pour les bons conducteurs des véhicules utilitaires puisque ceux-ci ne pourront, lors de l'intégration de leur contrat à l'échelle de personnalisation, bénéficier d'un degré plus favorable que le Il ème. Notons en effet qu'un nouveau conducteur entre dans le système au degré 14 (indice 100) et qu'en matière de véhicules automoteurs à usage de tourisme et d'affaires ou à usage mixte, l'entrée dans le système a parfois lieu au degré 11. 1. Quelles raisons ont conduit aux choix des degrés de l'échelle de personnalisation prévue par l'arrêté royal du 3 février 1992 précité et applicable en cas d'intégration de contrats d'assurance existants? 2. Ne devrait-on pas plutôt envisager d'intégrer les contrats existants à un degré de l'échelle de personnalisation censé représenter celui qui aurait été d'application, au moment de l'entrée en vigueur de l'arrêté royal du 3 février 1992, si l'échelle de personnalisation avait existé dès la prise en cours du contrat d'assurance obligatoire de la responsabilité en matière de véhicules automoteurs de type utilitaire concernés?
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5285
Ministre de l'Intérieur et de la Fonction publique
Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken
Dû 919280663
Dû 919280663
Vraag nr, 396 van de heer Annemans
van 26 maart
1993 (N.):
Question n" 396 de M. Annemams (N.) :
du 26 mars 1993
Diplomatieke kringen. - Tewerkstelling van illegale vrouwelijke vreemdelingen.
Milieux diplomatiques. - Emploi de femmes étrangères illégales.
Steeds meer persberichten vermelden het feit dat illegale vrouwelijke vreemdelingen in de betere kringen worden tewerkgesteld. Die gewoonte schijnt belangrijke proporties aan te nemen in de diplomatieke kringen, die, gelet op hun diplomatieke immuniteit, geen repercussies hoeven te vrezen vanwege de Belgische overheid,
Des articles de presse de plu.s en plus nombreux signalent que des travailleurs férminins en séjour illégal sont employés dans des milieux farvorisés. Cette habitude semble prendre des proportiœns importantes dans les milieux diplomatiques, qui n'cont pas à craindre de réaction des autorités belges en iraison de l'immunité diplomatique dont ils jouissent.
Is men op de hoogte van die praktijk, en onder meer van het feit dat een netwerk van Filippijnse dames wordt tewerkgesteld in de Brusselse diplomatieke kringen?
Est-on au courant de cette praitique, et entre autres du fait qu'un réseau de femmes plnilippines est employé dans les milieux diplomatiques biruxellois?
Welke controles werden verricht, op heden de resultaten?
Quels contrôles résultats?
en wat waren tot
ont été opéréss, et quels en sont les
Dû 929301416
Dû 929301416
Vraag nr, 397 van mevrouw Vogels van 29 maart 1993 (N.):
Question
Vreemdelingen. - Bewijs van woonst.
Etrangers. -
Vreemdelingen worden, als ze tot verblijf zijn toegelaten, in het vreemdelingenregister ingeschreven, en als ze gevestigd zijn, in het bevolkingsregister. Vanaf hun aankomst in het land tot hun inschrijving in een van die twee registers, zijn ze in het bezit van een van de bijlagen waarin het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 voorziet, of van een attest van irnrnatriculatie. De gemeente kan dan theoretisch geen bewijs van woonst afleveren, aangezien ze niet in de gemeenteregisters ingeschreven zijn. Nochtans hebben zijzelf, of een derde, vaak een bewijs van woonst nodig, bijvoorbeeld om een gerechtelijke procedure te starten (huur, echtscheiding, enzovoort).
Les étrangers sont inscrits dams le registre des étrangers dès qu'ils sont admis à séjourrner et inscrits dans le registre de la population lorsqur'ils sont établis. Dès leur arrivée dans notre pays jusequ'au moment où ils sont inscrits dans un de ces deux rregistres, ils disposent soit d'une des annexes prévues par l'arrêté royal du 8 octobre 1981, soit d'une attesttation d'immatriculation. Sur le papier, la commune me peut pas délivrer de certificat de domicile, les étrangters n'étant effectivement pas inscrits dans les registrœs communaux. Or, il arrive fréquemment que ces peirsonnes, ou un tiers, demandent un certificat de doimicile, ce document étant par exemple requis pour emgager une procédure judiciaire (loyer, divorce, et ceter-a}.
Welk document leveren?
Quel document l'adrninistratiion elle délivrer dans ce cas?
moet het gemeentebestuur
dan af-
n° 397 de MmeVogels dIU 29 mars 1993 (N.) :
Certificat de domicile.
communale
doit-
678
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
Belgische KamervanVolksvenegenwoordigers_ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
5286
DO 929301418
DO 929301418
Vraag nr, 398 van de heer Marsoul van 29 maart 1993
Question n° 398 de M. Marsoul du 29 mars 1993
(N.) :
(N.):
Nationale wetenschappelijke instellingen. - Contractuelen. - Uitzonderlijke en tiideliike behoeften.
Etablissements scientifiques nationaux. - Contractuels. - Besoins exceptionnels et temporaires.
1.
1. Quel est le nombre de contractuels demandés pour les dix établissements scientifiques nationaux (voir aussi question n? 308 du 14 janvier 1993 de Mme Dillen au ministre de l'Intérieur, voir bulletin des Questions et Réponses, n° 48, page 3997)?
a) Hoeveel contractuelen werden aangevraagd voor
a)
de tien nationale wetenschappelijke instellingen (zie vraag nr. 308 van 14 januari 1993 van mevrouw Dillen aan de minister van Binnenlandse Zaken, zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 1992-1993, nr. 48, blz, 3997)? b} Hoeveel werden er toegekend? 2. Wat was, per aanvraag, het advies van de Inspectie van financiën? 3. Wat was de reden van het al of niet toekennen van die contractuelen?
b) Quel est le nombre de contractuels accordés?
DO 929301422
DO 929301422
Vraag nr. 399 van de heer Standaert van 29 maart 1993 (N.) :
Question n° 399 de M. Standaert du 29 mars 1993
Vreemdelingen. - Burgerlijke stand. - Recbtzetting.
Etrangers. - Etat civil. -
Sedert 1982 rekent de gemeente Schaarbeek 5.000 Belgische frank aan voor elke rechtzetting van eventuele fouten in de spelling van de naam van een inwoner van vreemde nationaliteit. De som zou de reële kosten van de administratieve procedure moeten dekken. Onder migranten wordt die maatregel als discriminerend ervaren omdat de kosten voor rechtzetting alleen gelden voor personen die in het buitenland zijn geboren. Een gelijkaardig reglement van de gemeente Elsene werd voor een jaar door de Raad van State vernietigd. Wat is uw standpunt in die zaak?
Depuis 1982, la commune de Schaerbeek réclame 5.000 francs belges pour toute rectification d'erreurs orthographiques éventuelles dans le nom d'un habitant de nationalité étrangère. Ce montant serait destiné à couvrir les frais réels de la procédure administrative. La population immigrée considère cette mesure comme une discrimination parce que seules les personnes nées à l'étranger sont redevables des frais liés à cette rectification. Le Conseil d'Etat a annulé pour une durée d'un an un règlement analogue appliqué par la commune d'Ixelles. Quel est votre point de vue en cette matière?
Dû 929301425
Dû 929301425
Vraag
Question n° 400 de M. De Man du 30 mars 1993 (N.) :
nr,
400 van de heer De Man van 30 maart 1993
2. Quel était, pour chacune de ces demandes, l'avis de l'inspection des Finances? 3. Quels critères ont présidé à la décision d'accorder ou non ces contractuels?
(N.) :
Rectification.
(N.) :
Vreemdelingen. - Brussel. -
Vlaams Brabant.
In het licht van de komende verkiezingen voor de Brusselse hoofdstedelijke raad, de gemeenteraadsverkiezingen van 1994 en zeker die van 2000, is het interessant te weten welke buitenlanders mee de verkiezingsuitslagen en dus de politieke besluitvorming in Brussel en de rand zullen bepalen.
Etrangers. - Bruxelles. -
Brabant flamand.
Dans la perspective du prochain scrutin pour le Conseil de la Région de Bruxelles-capitale, des élections communales de 1994, et certainement de celles de l'an 2000, il serait intéressant de savoir quels étrangers influenceront les résultats électoraux et donc le processus décisionnel politique à Bruxelles et dans la périphéne.
Hoeveel meerderjarige en minderjarige: 1. Belgen; 2. EG-vreemdelingen (per nationaliteit);
Combien de: 1. Belges; 2. étrangers CE (par nationalité);
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5287
3. niet EG-vreemdelingen (per nationaliteit}; 4. tot Belg genaturaliseerde vreemdelingen (met hun oorspronkelijke nationaliteit), wonen in elke gemeente van Brussel en Vlaams Brabant?
3. étrangers non CE (par nationalité); 4. étrangers ayant obtenu la naturalisation belge (avec mention de leur nationalité d'origine), tant majeurs que mineurs, habitent dans chacune des communes de Bruxelles et du Brabant flamand?
DO 929301436
DO 929301436
Vraag nr. 401 van de heer Vandeurzen van 31 maart 1993 (N.):
Question n? 401 de M. Vandeurzen du 31 mars 1993
Vreemdelingen. -
Etrangers. - Séjour en Belgique. -
Verblijf in België. - Documenten.
(N.):
Documents.
Op vraag nr. 94 van 7 augustus 1992 van de heer Appeltans antwoordde u dat de administratie elk document kan verlangen dat haar noodzakelijk lijkt om de aanvraag tot het bekomen van een visum of van een machtiging tot voorlopig verblijf te rechtvaardigen (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Senaat, 19921993, nr. 27, blz. 1150). Bij het opvragen van bijkomende documenten kan de administratie niet willekeurig te werk gaan. 1. Welke documenten worden gebruikelijk bijkomend vereist? 2. Welke criteria hanteert de administratie om te bepalen welke bijkomende documenten noodzakelijk zijn?
Aux termes de votre réponse à la question n° 94 du 7 août 1992 de M. Appeltans, l'administration pouvait exiger tout autre document nécessaire à la justification de la demande de visa ou d'autorisation de séjour provisoire (voir bulletin des Q!uestions et Réponses, Sénat, 1992-1993, n" 27, page 1150). Lorsqu'elle réclame des documents complérmentaires, l'administration ne peut agir de manière arbitraire.
DO 929301440
DO 929301440
Vraag
Question n? 402 de M. Morael idu 1er avril 1993 (Fr.) :
nr,
402 van de heer Morae! van 1 april 1993
1. Quels documents supplérrnentaires sont habituellement exigés? 2. Quels critères l'administtration applique-t-elle pour déterminer quels sont les dlocuments complémentaires nécessaires?
(Pr.) :
Gemeenten. gerecht.
Gemeenschappelijk
vervoer. - Inza-
De Waalse maatschappijen voor openbaar vervoer (TEC) hebben een bijzonder statuut waardoor hun raad van bestuur onder andere uit vertegenwoordigers van de gemeenten is samengesteld. In Luik vertegenwoordigt de schepen van cultuur de stad Luik in de raad van bestuur van de TEC, waarvan hij zelfs de voorzitter is. Tweemaal heeft het Luikse schepencollege geweigerd om, op verzoek van een gemeenteraadslid, een punt met betrekking tot het beleid dat de stad bij de TEC voorstaat, op de agenda te plaatsen. 1. Moeten de vertegenwoordigers van de gemeenten in de maatschappijen voor gemeenschappelijk vervoer, die nagenoeg altijd vertegenwoordigers van de meerderheid in de gemeenteraad zijn, geenszins rekenschap geven van hun beleid inzake het gerneenschappelijk vervoer in hun gemeente? 2. Kan volgend uittreksel uit uw rondzendbrief aan de provinciegouverneurs III-11-CD 504.53 O.G. van 19 januari 1990 betreffende het inzagerecht van de gemeenteraadsleden worden uitgebreid tot de vertegenwoordigers van de gemeenten in de maatschappijen voor gemeenschappelijk vervoer?
Communes. regard.
Transport en (commun. -
Droit de
Les sociétés de transport en (Commun (TEC) bénéficient d'un statut particulier quii voit leur conseil d'administration composé notammeent de représentants des communes. A Liège, l'échevin cie la culture représente la ville de Liège au conseil d'aduninistration de la TEC et en est même le président. A dieux reprises, le collège échevinal de Liège a refusé d'iruscrire à l'ordre du jour du conseil communal, à la demande d'un conseiller, l'inscription d'un point concermant la politique prônée par la ville à la TEe. 1. Les représentants comrnumaux dans les sociétés de transport en commun, pre s'que toujours représentants de la seule majorité communale, ne doivent-ils rendre aucun compte de leur plalitique concernant les transports en commun sur leur commune? 2. Est-il correct d'étendre l'œxtrait suivant de votre circulaire aux gouverneurs de province III-lICl) 504.53 D.G. du 19 janvier 1990 concernant le droit de regard des conseillers
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers_ (58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993)
5288
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
« De redenering van de Raad van State komt erop neer dat het feit dar een aangelegenheid uitsluitend is toegewezen aan het college van burgemeester en schepenen op zichzelf niet voldoende is om het inzagerecht te weigeren. Heel wat dossiers van « algemeen belang» en die dus onder de « medebewindsopdracht » van de burgemeester of van het college van burgemeester en schepenen vallen, zijn zo sterk verweven met de opdrachten van louter gemeentelijk belang van de gemeenteraad dat zij in feite van « gemengd belang », dat wil zeggen zowel van algemeen als van gemeentelijk belang, zijn. Het behoort dus tot de taak van de gekozen mandatarissen op lokaal niveau om toe te zien op het gevoerde beleid, bijvoorbeeld inzake de vestiging van hinderlijke bedrijven of de beteugeling van bouwmisdrijven : men kan niet volhouden dat het gemeentelijk belang hier niet in het geding zou zijn. Ook voor de medebewindstaken is er immers een zekere beleidsruimte die een democratische controle vergt binnen de grenzen van de specifieke wetgeving ter zake. Bijgevolg moet ook hier het inzagerecht van de gemeenteraadsleden toepasbaar geacht worden naar analogie met de bovenstaande redenering van de Raad van State. »
« Le raisonnement suivi par le Conseil d'Etat revient à dire que le fait qu'une matière soit exclusivement attribuée au collège des bourgmestre et échevins ne suffit pas en lui-même à justifier le refus du droit de regard. De nombreux dossiers «d'intérêt général» qui, de ce fait, relèvent de la « gestion conjointe» du bourgmestre ou du collège, sont à ce point liés aux missions de pur intérêt communal dont le conseil communal est chargé, qu'ils sont en fait « d'intérêt mixte », c'est-à-dire tant d'intérêt général que communal.
DO 929301441
DO 929301441
Vraag
Question na 403 de M. Morael du 1er avril 1993 (Fr.) :
nr,
403 van de heer Morael van 1 april 1993
Il appartient dès lors aux mandataires élus au niveau local de contrôler la politique suivie, par exemple, en matière d'implantation d'entreprises occasionnant des nuisances ou relativement à la répression des infractions en matière de construction: on ne peut soutenir que l'intérêt communal ne serait pas en cause ici. En effet, il existe également pour les missions cogérées une certaine marge d'action qui appelle un contrôle démocratique dans les limites tracées par la législation spécifique à la matière. Par conséquent, le droit de regard des conseillers communaux doit être ici aussi, par analogie avec le raisonnement précité du Conseil d'Etat, considéré comme applicable. »
(Fr.) :
Gemeenten. -
Gemeenteraad. -
Bevoegdheden.
Op grond van artikel 97 van de gemeentewet kan een gemeenteraadslid voorstellen die niet op de agenda voorkomen, alsnog laten inschrijven op de agenda van gemeenteraadsvergaderingen. Het college van burgemeester en schepenen van Luik heeft al herhaaldelijk geweigerd door gemeenteraadsleden van de oppositie voorgestelde punten op de agenda te plaatsen omdat de bewuste punten buiten de bevoegdheid van de gemeenteraad zouden vallen. Uit een eerste lezing van de redenen aangevoerd voor de inschrijving op de agenda van die punten blijkt evenwel dat de voorstellen van gemeentelijk belang zijn en wel degelijk binnen de gemeentelijke bevoegdheden liggen. Het betreft met name : een vraag gericht tot de schepen voor Participatie van de stad Luik betreffende de rol van de participatiediensten bij de vestiging in Luik van het provinciale crisiscentrum voor drugverslaafden; een vraag gericht tot de schepen van Leefmilieu betreffende een sluikstort voor inerte materialen aan de rand van een gemeentelijk bos; een vraag gericht tot de schepen van Openbaar onderwijs betreffende de gevolgen voor het kunstonderwijs van het heffen van schoolgeld in het kunstonderwijs met beperkt leerplan en betreffen-
Communes. -
Conseil communal. -
Compétences.
L'article 97 de la loi communale permet à un conseiller communal d'inscrire à l'ordre du jour du conseil communal des propositions étrangères à l'ordre du Jour. Le collège échevinal de Liège à refusé à plusieurs reprises à des conseillers communaux de l'opposition l'inscription des points demandés par ceux-ci, arguant que ces points n'étaient pas de compétence du conseil communal. La première lecture des motivations de l'inscription de ces points laisse cependant apparaître qu'ils sont d'intérêt communal et même de compétence communale. Il s'agissait: d'une demande à l'échevin de la Participation de la ville de Liège quant au rôle des services de la participation pour la localisation à Liège du centre provincial de crise pour les toxicomanes; d'une demande à l'échevin de l'Environnement quant à l'apparition d'un dépôt clandestin de matériaux inertes à l'orée d'un bois communal; d'une demande à l'échevin de l'Instruction publique sur les conséquences pour l'enseignement artistique de l'imposition d'un minerval dans l'enseignement artistique à horaire réduit et sur l'attitude
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(SO 1992-1993)
-(58)-
de de houding van de directie van de gemeentelijke academie en van de schepen.
de la direction l'échevin.
de l'académie
5289
communale
et de
Is de houding van het college van burgemeester en schepenen van de stad Luik in overeenstemming met artikel 97 van de gemeentewet en met artikel 102 betreffende de openbaarheid van de besluiten van de gemeenteraad?
L'attitude du collège de Liège est-elle compatible avec l'article 97 de la loi communale ainsi qu'avec l'article 102 concernant la publicité des délibérations du conseil communal?
Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen
Ministre de l'Emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes ett femmes
DO 929301434
DO 929301434
Vraag nr. 165 van de heer Thissen van 31 maart 1993 (Fr.) :
Question
Paritaire comités.
Commissions paritaires.
Wat is het aantal werkgevers, rechtspersonen, het aantal vestigingen en het aantal werknemers - met zo mogelijk.een opsplitsing naar mannen en vrouwen, en naar voltijdse en deeltijdse personeelsleden - die onder de diverse onderstaande paritaire comités ressorteren:
Quel est le nombre d'employ-eurs, personnes juridiques, le nombre d'établissementts et le nombre de salariés, en distinguant si possiblœ hommes et femmes, temps plein et temps partiel, pourr chacune des commissions paritaires ci-après:
n° 165 de M. Thissen
nr. 311 : grote kleinhandelszaken;
n° 311 : grandes entreprises;
nr. 312 : warenhuizen;
n" 312 : grands magasins;
nr. 202 : levensmiddelenbedrijven huizen; nr. 201 : zelfstandige
met talrijke bij-
n° 202: magasins multiples; n" 201 : commerce
kleinhandel?
de vente au détail;
d'alimentation
à succursales
de détaill indépendant?
Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw
Ministre des lPetites et Moyennes Emtreprises et de l'Agricuilture
Landbouw
Agriculturre
DO 919281263 Vraag nr. 91 van de heer Hazette (Fr.) :
Dû 919281263 van 31 maart
1992
Question
n° 91 de M. Hazette diu 31 mars 1992 (Fr.) :
Welzijn van de dieren. - Paarden. - Markt op de Hertogin van Brabantplaats te Molenbeek.
Bien-être des animaux. - Cbetuaux. place de la Duchesse à Molembeek.
De pers heeft onlangs de mishandelingen aan het licht gebracht van paarden die vanop de markt op de Hertogin van Brabantplaats in Molenbeek naar het slachthuis worden gevoerd.
La presse a révélé récemment les mauvais traitements dont sont victimes les che-vaux conduits à l'abattoir au départ du marché de laplace de la Duchesse à Molenbeek.
Marché de la
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5290
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
1. Hebben de bevoegde diensten van uw bestuur al op dat bericht gereageerd? 2. Welke maatregelen werden of zullen worden genomen om de reglementen en wetsbepalingen betreffende het welzijn van de dieren te doen naleven?
1. Les services compétents de votre administration ont-ils réagi à cette information? 2. Quelles mesures ont été prises ou seront prises pour faire respecter les dispositions légales et réglementaires relatives au bien-être des animaux?
Minister van Sociale Zaken
Ministre des Affaires sociales
Dû 929301413
DO 929301413
Vraag nr, 142 van de heer Goutry van 29 maart 1993
Question n? 142 de M. Goutry du 29 mars 1993
(N.) :
(N.) :
Klinische biologie. - Radiologie. -
Ilitgauen.
1. Wat waren in 1991 en 1992 de globale uitgaven voor de klinische biologie, zowel voor ambulanten als voor gehospitaliseerden, en voor de radiologie? 2. Wat waren die uitgaven per provincie?
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken
Biologie clinique. - Radiologie. - Dépenses. 1. Quelles étaient, en 1991 et 1992, les dépenses globales en matière de biologie clinique, pour des malades ambulatoires et pour des patients hospitalisés, et en matière de radiologie? 2. Quelles étaient ces dépenses par province?
Secrétaire d'Etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaires étrangères
DO 929301427
DO 929301427
Vraag nr, 64 van de heer Knoops van 30 maart 1993
Question n° 64 de M. Knoops du 30 mars 1993 (Fr.) :
(Fr.) :
ABOS. - Reizen. - Monopolie.
AGeD. -
Voyages. - Monopole.
In uw antwoord op de vraag nr. 39 van 27 januari 1993 van mevrouw Maes deelt u mee dat het ABOS de nv Acotra World een monopolie (dat diplomatisch « memorandum of understanding » wordt genoemd) heeft toegekend voor de aankoop van vliegtuigtickets voor de ontwikkelingshelpers (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Senaat, 1992-1993, nr.48, blz.2210). 1. Wanneer werd dat contract gesloten? 2. Werd het door een aanbesteding voorafgegaan? 3. Hoe luidde het advies van de Inspectie van finan-
En réponse à la question n" 39 du 27 janvier 1993 de MmeMaes, vous communiquez que l'AGCD a accordé un monopole (qualifié diplomatiquement de « memorandum of understanding ») à Acotra World s.a. pour l'achat de billet avion, notamment pour les coopérants (voir bulletin des Questions et Réponses, Sénat, 19921993, n° 48, page 2210). 1. Quand ce contrat a-t-il été passé? 2. A-t-il été précédé d'un appel d'offres? 3. Quel a été l'avis de l'Inspection des finances?
ciën?
4. Wanneer vervalt dat contract? 5. Wat is de samenstelling van de huidige raad van bestuur van die vennootschap? Wie zijn haar aandeelhouders? 6. Kunnen reisbureaus ondertussen hun diensten aanbieden?
4. Quelle est l'échéance de ce contrat? 5. Quelle est la composition du conseil d'administration actuel de cette société? Quels en sont les actionnaires? 6. Des agences peuvent-elles entre-temps proposer leur services?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
Vragen van de leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers
5291
en antwoorden van de Ministers.
Questions posées par les membres de la Chambre des Représentants et réponses données par les Ministres.
Eerste Minister
Premier Ministre
DO 929301608
DO 929301608
Vraag nr. 71 van de heer De Mol van 26 april 1993 (N.) :
Question n° 71 de M. De Mol aiu 26 avril 1993 (N.) :
UNCED-conferentie. - Agenda 21.
Conférence CNUED. - Agendla 21.
Een van de resultaten van de UNCED-conferentie, die van 3 tot 14 juni 1992 in Rio de Janeiro plaatsvond, is de zogenaamde Agenda 21. Die Agenda 21 is een globaal actieprogramma rond alle aspecten van duurzame ontwikkeling. Rond 39 specifieke thema's werden programma's uitgewerkt met gevolgen tot ver in de 21 ste eeuw. Het is de bedoeling dat dat actieprogramma op nationaal vlak wordt geïmplementeerd. Welke nationale ministers zijn verantwoordelijk voor de omzetting van Agenda 21 in concrete Belgische actieprogramma's?
La conférence CNUED quii s'est tenue du 3 au 14 juin 1992 à Rio de Janeiro .a notamment abouti à l'Agenda 21, un programme dl'action global portant sur taus les aspects du dévelojppement durable. Des projets dont les conséquences Sie feront sentir jusqu'à la fin du 21 ème siècle ont été développés autour de 39 thèmes spécifiques. Le but viisê est la mise en œuvre de ce programme d'action au niiveau national. Quels ministres nationaux sront responsables de la transposition de l'Agenda 21 dans des programmes d'action belges ayant une porté-e concrète?
Antwoord : De vraag wordt toegezonden aan de minister van Buitenlandse Zaken, daar ze tot zijn bevoegdheden behoort (vraag nr. 192 van 6 mei 1993).
Réponse: La question est tramsmise au ministre des Affaires étrangères, comme remtrant dans ses attributions (question n° 192 du 6 maii 1993).
Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven
Vice-Premier NAinistre et Ministre des Conn muni cations et des Entreprises. publiques
DO 929300778
DO 929300778
Vraag
Question n° 354 de M. Ramowdt du 20 janvier 1993
nr, 354 van de heer Ramoudt van 20 januari 1993 (N.):
Gemeenschappelijk gordel.
personenueruoer.
-
Veiligheids-
Aan elke verplaatsing is helaas een ongevallenrisico verbonden. Hoe veilig sommige vervoermiddelen ook zijn, toch zijn er vroeg of laat ongevallen te betreuren. De reeks trein- en vliegtuigongevallen van de jongste maanden zijn hiervan sprekende en spectaculaire voorbeelden. Als er een ongeval gebeurt met voertuigen die
(N.) :
Transports en commun. -
Ceiinture de sécurité.
Tout déplacement implique hélas un risque d'accident. Quel que soit le degré de sécurité offert par certains moyens de transport, les accidents sont malheureusement inévitables. Les mornbreux accidents de train et d'avion qu'il a fallu déplorer au cours des derniers mois en sont autant (de preuves. Lorsque se
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers_ (58)Vragenen Antwoorden(GZ 1992-1993)
5292
bestemd zijn voor gemeenschappelijk personenvervoer zoals treinen, autobussen of autocars, klinkt meermaals de roep dat ook in die voertuigen gordels verplicht zouden moeten worden. Veiligheidsgordels kunnen onbetwistbaar de gevolgen van ongevallen beperken. 1. Bestaan er plannen om veiligheidsgordels verplicht te maken in de voertuigen die bestemd zijn voor het gemeenschappelijk vervoer? 2. Zo ja, welke? 3. Als de verplichting niet wordt gepland voor alle voertuigen bestemd voor gemeenschappelijk personenvervoer, op grond van welke argumenten wordt dat onderscheid dan gemaakt? 4. Indien de verplichting er komt, in welke uitzonderingen zal dan worden voorzien voor passagiers die zich naar plaatsen zoals her toilet, de bar, de rookruimte, enzovoon, in de treinen en autocars wensen te begeven? Antwoord: Het probleem van de veiligheidsgordels in autocars wordt geregeld door een Europese richtlijn, nr. 90/628IEEG. Volgens die richtlijn moeten slechrs welbepaalde zitplaatsen worden uitgerust met veiligheidsgordels, namelijk de bestuurdersplaats en plaats van de begeleider en voorts ook de zogenaamde « kwetsbare zitplaatsen », Dat laatste betekent dat er zich vóór de zitplaats geen veiligheidsscherm (bijvoorbeeld een rugleuning) bevindt. In de praktijk zullen dus slechts enkele zitplaatsen in autocars uitgerust moeten zijn met gordels. De bescherming van een veiligheidsscherm vóór de zitplaats wordt als voldoende geacht. Die richtlijn treedt in voege op 1 juli 1997 voor nieuwe voertuigen. Zoals op andere domeinen is het aangewezen dat België zich houdt aan de voorschriften van deze richtlijn, aangezien het Europees recht niet toelaat ervan af te wijken. Wat de treinen betreft, is het duidelijk dat dit een van de veiligste vervoermiddelen is die er bestaan. Het is dan ook duidelijk dat voor die voertuigen
veiligheidsgordels onnodig zijn.
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
produit un accident impliquant un moyen de transport en commun comme le train, l'autobus ou l'autocar, il n'est pas rare d'entendre des voix s'élever pour demander que le port de la ceinture de sécurité soit également rendu obligatoire dans ce type de véhicule. Il ne fait aucun doute que les ceintures de sécurité peuvent limiter les conséquences des accidents. 1. Existe-t-il des plans visant à rendre obligatoire le port de la ceinture de sécurité dans les véhicules destinés au transport en commun? 2. Dans l'affirmative, quelle en est la teneur? 3. Si cette obligation ne devait pas être prévue pour tous les véhicules destinés au transport en commun, sur quelle base opère-t-on une distinction? 4. Si une telle obligation devait être introduite, quelles dispenses seront prévues pour les passagers des trains et autocars qui souhaitent se rendre aux toilettes, au bar, au fumoir, et cetera? Réponse: Le problème des ceintures de sécurité dans les autocars a été réglé par la directive européenne n° 90/628/CEE. En application de cette directive, seules certaines places assises bien déterminées - en l'occurrence celle du conducteur, celle de l'accompagnateur et les places dites exposées - doivent être équipées de ceintures de sécurité. Les places exposées sont les places devant lesquelles il n'existe pas d'écran de sécurité (par exemple un appui-dos). Dans la pratique, quelques places assises seulement devront être équipées de ceintures. La protection offerte par un écran de sécurité devant les places assises est considérée comme suffisante. Cette directive entrera en application le 1er juillet 1997 pour le véhicules neufs. Tout comme dans d'autres domaines, il est indiqué que la Belgique s'en tienne aux dispositions de cette directive, étant donné que le droit européen ne permet pas de s'en écarter. En ce qui concerne les trains, il est clair qu'il s'agit ici d'un des plus sûrs moyens de transport existants. Il est donc tout aussi évident que, dans de tels moyens de
locomotion, des ceintures de sécurité sont parfaitement superflues.
Dû 929300815
Dû 929300815
Vraag nr. 364 van de heer Breyne van 26 januari 1993
Question n° 364 de M. Breyne du 26 janvier 1993
(N.) :
Post. -
Ieper.
Naar aanleiding van de herstructurering van de postdiensten werd Ieper aangewezen als zetel van een UKA-centrum. De verwezenlijking van die beslissing is van groot belang voor een eigentijdse dienstverlening
(N.):
Poste. -
Ypres.
Dans le cadre de la restructuration des services de la Poste, le choix s'est porté sur Ypres pour y établir le siège d'un bureau distributeur A. La concrétisation de cette déclaration revêt une importance capitale pour
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
in een overwegend landelijk gebied. Dat is vooralsnog niet gebeurd.
1. Wat zijn de oorzaken van die onverantwoorde vertraging? 2. Welke (desgevallend voorlopige) maatregelen werden genomen voor een spoedige realisatie van het UKA-centrum te Ieper? 3. Welke middelen kan u aanwenden om de Post ertoe te brengen ook in landelijke gebieden een volwaardige openbare dienst (die de postdienst toch zou moeten zijn) in stand te houden?
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
5293
pouvoir assurer dans une région à caractère essentiellement rural un service postal répondant aux exigences actuelles. Toutefois, son exécution se fait toujours attendre. 1. Quelles sont les causes de ces atermoiements injustifiés? 2. Quelles mesures (le cas échéant provisoires) ont été adoptées pour permettre la réalisation rapide du BDA à Ypres? 3. Quels moyens pouvez-vous mettre en oeuvre pour amener la Poste à continuer à offrir un service public à part entière (ce que devraient être tout de même les services postaux) dans les régions rurales également?
Antwoord: Het autonome overheidsbedrijf de Post deelt me mee dat de verwezenlijking van een nieuwbouw voor Ieper reeds sedert 1989 is gepland en werd toevertrouwd aan de Regie der gebouwen. Deze opdracht werd met het thans voorgestelde ondernemingsplan opnieuw bevestigd, zowel qua oprichting als qua uitvoering. Van zodra die nieuwbouwer is wordt de functie van hoofdpostkantoor, toebedeeld aan Ieper, mogelijk.
Réponse: L'entreprise publiique autonome la Poste me communique que la réaliisation d'une nouvelle construction à Ypres est prévue depuis 1989 et qu'elle a été confiée à la Régie des bâtiiments. Cette réalisation est de nouvreau prévue dans le plan d'entreprise actuellement présenté, tant en ce qui concerne la création qu'en ce qui concerne l'exécution. Dès que cette nouvelle consttruction sera réalisée, la fonction de bureau de poste principal, assignée à Ypres, sera possible.
DO 929300952
DO 929300952
Vraag nr. 384 van de heer Ramoudt van 9 februari 1993 (N.):
Question n° 384 de M. Ramœudt du 9 février 1993
Carpooling. -
Covoiturage. -
Medisch getuigschrift.
(N.):
Certificat médiical.
Moet de chauffeur, in het geval van carpooling, beschikken over een medisch getuigschrift om zijn medecollega's te kunnen vervoeren?
Dans le cadre du covoituraige, le chauffeur doit-il être en possession d'un certificrat médical pour pouvoir transporter des collègues?
Antwoord: De bestuurders die een voertuig gebruiken voor carpooling, dit wil zeggen die twee of meer personen vervoeren naar een zelfde plaats volgens een identiek uurrooster en de vervoerkosten delen of die om beurt hun eigen voertuig gebruiken, zijn niet verplicht om houder en drager te zijn van een bewijs van geneeskundige schifting, zelfs wanneer dat vervoer met een bepaalde regelmaat gebeurt.
Réponse : Les conducteurs de véhicules qui effectuent du carpooling c'est-à-diree qui transportent deux ou plusieurs personnes se rerudant au même endroit selon un horaire identique toutt en partageant les frais de transports ou en utilisantt leur propre véhicule chacun à leur tour ne sont pais soumis à l'obligation d'être titulaires et porteurs d'um certificat de sélection médicale, même si ces transpœrts présentent une certaine régularité. En effet, ces transports ne tœmbent pas sous l'application de l'arrêté-loi du 30 décembre 1946 relatif aux transports rémunérés de voyagœurs par route effectués par autobus et par autocars, nii de la loi du 27 décembre 1974 relative aux services <detaxis, qui constituent les bases légales de l'arrêté royail du 20 septembre 1991 relatif à la sélection et à la surrveillance médicales des conducteurs de véhicule à rnotœur,
Inderdaad, dat vervoer valt niet onder de toepassing van de besluitwet van 30 december 1946 betreffende het bezoldigd vervoer van personen over de weg met autobussen en met autocars noch van de wet van 27 december 1974 betreffende de taxidiensten, die de wettelijke basis zijn van het koninklijk besluit van 20 september 1991 betreffende de geneeskundige schifting en het geneeskundig toezicht op de bestuurders van motorvoertuigen. Anderzijds, wanneer het een vervoer van personeel betreft dat door de werkgever met eigen materieel, uitsluitend ten behoeve van zijn personeel, wordt inge-
Par contre, s'il s'agit d'un transport de personnel organisé par l'employeur à Il'usage exclusif de son personnel et au moyen de son :propre matériel, le con-
679
5294
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers_ (58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993)
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
richt, moet de bestuurder houder zijn van het bewijs van geneeskundige schifting.
ducteur doit être titulaire du certificat de sélection médicale.
DO 929300954
DO 929300954
Vraag nr, 385 van de heer Bertouille van 1993 (Fr.): Post. - Portvrijdom. -
la februari
Burgerlijke oorlogsinvaliden.
Question n° 385 de M. Bertouille du
la février
1993
(Fr.) :
Poste. - Franchise postale. guerre.
Invalides civils de la
Het coördinatiecomité van de verenigingen van weggevoerden, werkweigeraars en burgerslachtoffers van de beide wereldoorlogen heeft u op 20 oktober 1992 een brief gestuurd met betrekking tot het koninklijk besluit van 14 september 1992 tot goedkeuring van het eerste beheercontract van de Regie der posterijen en tot vaststelling van maatregelen met betrekking tot die regie. Artikel 24 van dat koninklijk besluit heft artikel 38 op van de wet van 15 maart 1954, dat betrekking heeft op het portvrijdom voor burgerlijke oorlogsinvaliden. Net als het coördinatiecomité van de verenigingen van weggevoerden, werkweigeraars en burgerslachtoffers van de beide wereldoorlogen ben ik de mening toegedaan dat men de verenigingen had moeten raadplegen alvorens die beslissing, die dat voordeel bruusk afschaft, werd genomen. 1. Heeft u die brief van 20 oktober 1992 schriftelijk beantwoord? 2. Hoe heeft u de opheffing bij koninklijk besluit van een in de wet van 15 maart 1954 opgenomen bepaling gerechtvaardigd?
Le comité de coordination des associations des déportés, réfractaires et victimes civiles des deux guerres, vous a adressé, le 20 octobre 1992, une lettre se rapportant à l'arrêté royal du 14 septembre 1992 portant approbation du premier contrat de gestion de la Régie des postes et fixant des mesures relatives à cette régie. L'article 24 de cet arrêté royal abroge l'article 38 de la loi du 15 mars 1954 en matière de franchise postale pour les invalides civils de la guerre.
Antwoord: 1. Ik kan het geacht lid bevestigen dat ik op 28 december 1992 schriftelijk heb geantwoord op het schrijven van 20 oktober 1992 van het coördinatiecomité van de verenigingen van gedeporteerden, werkweigeraars en burgerslachtoffers van de twee wereldoorlogen. 2. Wat de opheffing betreft van het artikel 38 van de wet van 15 maart 1954, deelt het autonoom overheidsbedrijf de Post mij mee dat artikel 2 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige overheidsbedrijven (Belgisch Staatsblad van 27 maart 1991) bepaalt: « de Koning kan in het besluit tot goedkeuring van het eerste beheerscontract de wetsbepalingen die het organiek statuut, de financiering en de werking regelen van het betrokken organisme, opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen teneinde de daarin vervatte regelen in overeenstemming te brengen met de bepalingen van deze wet ». Bovendien is artikel 12 van dezelfde wet opgesteld als volgt: « De autonome overheidsbedrijven beslissen vrij, binnen de grenzen van hun doel en, in voorkomend geval, overeenkomstig de bepalingen van hun beheerscontract betreffende de financiële structuur,
Réponse: 1. Je peux affirmer à l'honorable membre que j'ai adressé en date du 28 décembre 1992 une réponse écrite à la lettre du 20 octobre 1992 du comité de coordination des associations des déportés, réfractaires et victimes civiles des deux guerres.
Comme le comité de coordination des associations des déportés, réfractaires et victimes civiles des deux guerres, j'estime que les associations patriotiques auraient dû être consultées avant cette décision qui supprime brutalement cet avantage. 1. Avez-vous adressé une réponse écrite à cette lettre du 20 octobre 1992? 2. Comment avez-vous justifié l'abrogation par un arrêté royal d'une disposition contenue dans la loi du 15 mars 1954?
2. En ce qui concerne l'abrogation de l'article 38 de la loi du 15 mars 1954, l'entreprise publique autonome, la Poste, me communique que l'article 2 de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques (Moniteur belge du 27 mars 1991) précise que « le Roi peut dans l'arrêté portant approbation du premier contrat de gestion abroger, compléter, modifier ou remplacer les dispositions législatives qui règlent le statut organique, le financement et le fonctionnement de l'organisme concerné afin de rendre les règles qu'elles contiennent compatibles avec les dispositions de la présente loi ». Or, l'article 12 de cette même loi est libellé comme suit: « Les entreprises publiques autonomes décident librement, dans les limites de leur objet social, et le cas échéant, conformément aux dispositions de leur contrat de gestion concernant la structure financière, de
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) over de omvang, de technieken hun externe financiering »,
en de voorwaarden
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(SO 1992-1993)
-(58)van
l'étendue des techniques nancement externe »;
et des conditions
5295 de leur fi-
In de memorie van toelichting (Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers, Gedr. stuk, nr. 128711, 198911990) is men ter zake van mening dat de autonomie impliceert dat de betrokken overheidsbedrijven zelf hun financieel beleid kunnen uitstippelen.
Dans l'exposé des motifs (Chambre des Représentants de Belgique, Doc. parl., n01287!1, 1989!1990) il est estimé à ce sujet que l'autonomie implique que les entreprises publiques concernées puissent définir ellesmêmes leur politique financière.
Het advies van de Raad van State nr. 21.718!2N van 5 augustus 1992 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot goedkeuring van het eerste beheercontract tussen de Post en de Belgische Staat bevat geen opmerkingen in verband met de opheffingen vervat in artikel24 van het ontwerp van koninklijk besluit.
L'avis du Conseil d'Etat n° 21.718!2N du 5 août 1992 relatif au projet d'arrêté royal portant approbation du premier contrat de gestion entre la Poste et l'Etat belge ne contient pas d'observations relatives aux abrogations contenues dans l'article 24 du projet d'arrêté royal.
Wat het wetgevend aspect aangaat worden, volgens het werk Technique législative et codification van Christian Lambotte, uitgegeven bij Edition Story, Scientia 1988, de volgende uitzonderingen toegelaten op het principe dat een tekst slechts kan worden opgeheven door een tekst die hem in de tijd opvolgt of door een tekst met dezelfde bindende kracht:
En ce qui concerne l'aspect légistique, d'après l'ouvrage Technique législatiue et codification de Christian Lambotte, éditer chez Edition Story, Scientia 1988, sont admis comme except.ions au principe qu'un texte donné ne peut être abrogé cque par un texte qui lui succède dans le temps ou parr un texte de même intensité obligatoire, les cas suivrants :
a)
Een tekst kan worden opgeheven door een tekst met lagere bindende kracht, indien een tekst van gelijke bindende kracht als de op te heffen tekst, de overheid, auteur van de tekst van lagere bindende kracht, in die zin machtigt;
a)
h)
als een materie overgaat van de bevoegdheid van een openbare overheid naar een andere, mag de overheid, die bevoegd is op het ogenblik dat een norm wordt gevestigd, de normen die tot dezelfde orde van bevoegdheid behoren opheffen, zelfs indien ze van een hogere bindende kracht zijn;
h)
c)
Ik wil eveneens preciseren dat ik van plan ben uit te zoeken in welke mate de verenigingen van gedeporteerden, werkweigeraars en burgerslachtoffers van de twee wereldoorlogen in de toekomst van een deel van de opbrengst van de toeslag op de speciale postzegeluitgaven zullen kunnen genieten, zodat het verlies van de portvrijdom wordt gecompenseerd.
c)
DO 929301190
Afin de compenser la perte «le la franchise postale, je tiens également à précisser qu'il est dans mes intentions de voir dans que-lle mesure les associations des déportés, réfractaiires et victimes civiles des deux guerres pourront lbénéficier dans le futur d'une partie du produit des. surtaxes sur les émissions spéciales de timbres prostaux,
Dû 929301190
Vraag nr. 456 van de heer Caudron (N.):
Departement. -
un texte donné peut être abirogé par un texte d'intensité inférieure de force œbligatoire, si un texte d'égale intensité de force œbligatoire au texte à abroger, habilite en ce sens l'autorité auteur de la règle d'intensité inférieure die force obligatoire; lorsqu'une matière passe dœ la compétence d'une autorité publique à une auitre, l'autorité qui est compétente au moment où une norme est établie par elle peut abroger les nor-mes relatives au même ordre de compétence, mênne si elles sont d'une intensité supérieure de force obligatoire;
Personeel. -
van 8 maart 1993
Ziekte.
Question
n° 456 de M. Caudrom
du 8 mars 1993 (N.):
Département. - Personnel. - .Maladie.
1. Hoeveel vastbenoemde personeelsleden zijn tewerkgesteld in uw ministeriële diensten, parastatalen, enzovoort, per geslacht en per taalrol?
1. Combien d'agents vos services ministériels,
nornméés sont employés parasteataux, et cetera?
dans
2. Hoeveel van die vastbenoemde personeelsleden hebben zich, per geslacht en per taalrol, gedurende de jongste vijf jaar, elk jaar ziek gemeld?
2. Combien d'entre eux se somt portés malades chaque année au cours des cinq derrnières années?
3. Hoeveel ziektedagen werden de jongste vijf jaar aan die werknemers toegekend, per geslacht en per taalrol?
3. Combien de jours de comgé de maladie ont été accordés aux agents en questi-on au cours des cinq dernières années? Pourriez-vous. à chaque fois me fournir ces données par sexe et par rôle linguistique?
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993)
5296
Anrwoord : Ik heb de eer het geacht lid hierbij de gevraagde gegevens over te maken voor het ministerie van Verkeer en Infrastructuur en van de parastatalen die eronder ressorteren, namelijk de dienst voor de Regeling van de binnenvaart, de Regie voor maritiem transport, de Regie der luchtwegen en de Regie der gebouwen.
Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les renseignements demandés pour le ministère des Communications et de l'Infrastructure et les parastataux y ressortissant, en l'occurrence l'Office régulateur de la navigation intérieure, la Régie des transports maritimes, la Régie des voies aériennes et la Régie des bâtiments. A. Ministère des Communications tructure. 1.
A. Ministerie van Verkeer en Infrastructuur. 1. Mannen
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(Sa 1992-1993)
Hommes
Vrouwen
Nederlandstaligen
Franstaligen
605
219
Nederlandstaligen
227
Néerlandophones
Francophones
195
605
219
B. Regie der luchtwegen. 1.
1.070
269
Nederlandstaligen 148
Mannen
Néerlandophones
Francophones
80
1.070
269
1
Néerlandophones 148
Francophones 80
2 et 3. En ce qui concerne ces questions, aucune statistique n'est disponible. C. Régie des transport maritimes. 1. Hommes
Vrouwen
1.098
Femmes
Franstaligen
C. Regie voor maritiem transport. 1.
Franstaligen
195
227
Hommes
2 en 3. Met betrekking tot die vragen is geen enkele statistiek beschikbaar.
Nederlandstaligen
Francophones
2 en 3. Le département ne dispose pas de données statistiques concernant le nombre de jours de congé de maladie. Par suite de la fusion des départements des Communications et des Travaux publics en ministère des Communications et de l'Infrastructure, le nombre de dossiers à traiter concernant les fonctionnaires nationaux a augmenté d'un tiers. Dans les circonstances actuelles, la recherche des renseignements sollicités rendrait plusieurs agents indisponibles pendant une période assez longue et engendrerait un retard inacceptable dans la gestion des dossiers du service concerné. Lors du développement du nouveau logiciel de saisie, la possibilité d'intégrer l'enregistrement de telles données sera examinée.
Vrouwen Franstaligen
Néerlandophones
B. Régie des voies aériennes. 1.
Mannen Nederlandstaligen
Femmes
Franstaligen
2 en 3. Het departement beschikt over geen statistische gegevens omtrent het aantal ziekteverlofdagen. Ingevolge de samenvoeging van de departementen van Verkeerswezen en van Openbare Werken tot het ministerie van Verkeer en Infrastructuur is het aantal te behandelen dossiers van de nationale ambtenaren met een derde toegenomen. In de huidige omstandigheden zouden de opzoekingen naar de gevraagde inlichtingen gedurende een geruime tijd een aantal personeelsleden onbeschikbaar maken hetgeen een nog grotere vertraging in de opvolging van het personeelsbeheer zou veroorzaken. Bij het nieuw te ontwikkelen softwarepakket zal de mogelijkheid worden onderzocht om de regsitratie van dergelijke gegevens in te bouwen.
et de l'Infras-
Nederlandstaligen
Franstaligen
66
2 en 3. Met betrekking tot die vragen is geen enkele statistiek beschikbaar.
Néerlandophones 1.098
Femmes Francophones 1
Néerlandophones
Francophones
66
2 et 3. En ce qui concerne ces questions, aucune statistique n'est disponible.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) D.
Dienst
voor
Regeling
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)D.
der binnenvaart.
L'Office
régulateur
de la navigation
5297 intérieure.
1.
1. Mannen Nederlandstaligen
Franstaligen 10
20
Nederlandstaligen 14
Femmes
Hommes
Vrouwen Franstaligen
Néerlandophones
Francophones
5
20
10
Francophones
Néerlandophones
5
14
2.
2. Mannen Nederlandstaligen
Franstaligen
5
3
Franstaligen
Nederlandstaligen
Néerlandophones
2
5
Femmes
Hommes
Vrouwen
3.
Francophones
3
5
Néierlandowhones
Francophones
2
5
3. Mannen
Hommes
Vrouwen
Femmes
Nederlandstaligen
Franstaligen
Nederlandstaligen
Franstaligen
Néerlandophones
Francophones
Néêerlandojphones
Francophones
92 dagen
292 dagen
632 dagen
80 dagen
92 jours
292 jours
6332 jours
80 jours
E. Regie
der gebouwen.
E. Régie des bâtiments.
1.
1. Mannen
Nederlandstaligen
Franstaligen
643
460
Nederlandstaligen
Franstaligen
Néerlandophones
207
177
Femmes
Hommes
Vrouwen
2.
Francophones
460
643
Néêerlandowhones
Francophones 207
177
2. Mannen
Nederlandstaligen
Franstaligen
107
104
Nederlandstaligen
41
Femmes
Hommes
Vrouwen Franstaligen
Néerlandophones
Francophones
89
107
104
3.
Néêerlandop;>hones
Francophones
89
41
3. Mannen
Vrouwen
Femmes
Hommes
Nederlandstaligen
Franstaligen
Nederlandstaligen
Franstaligen
Néerlandophones
Francophones
Néierlandophones
Francophones
9.423 dagen
11.004 dagen
3.010 dagen
9.765 dagen
9.423 jours
11.004 jours
3.0)10 jours
9.765 jours
5298
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993)
ChambredesReprésentants deBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
DO 929301300
DO 929301300
Vraag
Question n° 465 de M. Duquesne du 15 mars 1993
nr, 465 van de heer Duquesne van 15 maart 1993 (Fr.) :
(Fr.) :
Bevaarbare waterwegen. - Signalisatie.
Voies navigables. - Signalisation.
Onlangs heb ik de Waalse gewestminister van Openbare Werken gevraagd mij de wetteksten mee te delen die de juridische grondslag bevatten voor de signalisatie langs rivieren en kanalen. Hij heeft mij geantwoord dat ter zake het algemeen reglement van de bevaarbare waterwegen van het Koninkrijk toepasbaar is, dat werd goedgekeurd met het koninklijk besluit van 15 oktober 1935 (Belgisch Staatsblad van 15 oktober 1936) en aangevuld, verbeterd of gewijzigd met de daaropvolgende besluiten van de Regent, en dat de bepalingen die de politie en de scheepvaart reglementeren evenals de bijzondere reglementen van bepaalde bevaarbare waterwegen bevat (vraag nr. 24 van 28 januari 1993, Questions et Réponses, Conseil régional wallon, 1992-1993, nr. 4, blz. 14). Met betrekking tot de signalisatie voor de binnenvaart wordt verduidelijkt dat het Algemeen bestuur van de waterwegen de aanbevelingen van het Europese wetboek van de waterwegen voor de binnenvaart « Seingeving van de bevaarbare waterwegen » toepast. Die teksten geven echter niet de juridische grondslag van de signalisatie op en langs de bevaarbare waterlopen. Wat is het standpunt van uw Administratie van de maritieme zaken en van de scheepvaart (dienst veiligheid van de scheepvaart, directie van de scheepvaartwegen, directie en wetgeving) met betrekking tot dat precieze punt?
J'ai récemment interrogé le ministre régional wallon des Travaux publics, lui demandant de me donner connaissance des textes législatifs confirmant le fondement juridique de la signalisation qui apparaît le long des rivières et des canaux. En réponse, le ministre a précisé qu'en cette matière est d'application le règlement général des voies navigables du Royaume approuvé par l'arrêté royal du 15 octobre 1935 (Moniteur belge du 15 octobre 1936), complété, corrigé ou modifié par les arrêtés royaux du Régent subséquents, qui comporte les dispositions réglementant la police et la navigation ainsi que les règlements particuliers de certaines voies navigables (question n? 24 du 28 janvier 1993, voir bulletin des Questions et Réponses, Conseil régional wallon, 1992-1993, n? 4, page 14). En matière de signalisation fluviale, il est ajouté que la Direction générale des voies hydrauliques applique les recommandations du Code européen des voies de navigation intérieure (CEVNI) intitulées « Signalisation des voies navigables ». Il apparaît cependant que ces textes ne donnent pas le fondement juridique de la signalisation qui a cours sur et le long des voies navigables. Quelle est la position, sur ce point précis, de votre Administration des affaires maritimes et de la navigation (service sécurité de la navigation, direction des voies navigables, direction et législation)?
Antwoord: Het Algemeen reglement van de scheepvaartwegen van het Koninkrijk dateert van 1935 en is herhaalde malen gewijzigd. Om rekening te houden met de evolutie van de binnenscheepvaart, en teneinde in overeenstemming te zijn met de van kracht zijnde reglementering op Europees niveau, werd het noodzakelijk geacht een nieuw reglement op te stellen op basis van de « Code européen des voies de navigation intérieure» (CEVNI). In dat nieuwe reglement diende onder andere ook de reglementering met betrekking tot de signalisatie op de scheepvaartwegen te worden ingevoerd. Teneinde te beantwoorden aan de vraag van de Raad van State om een wettelijke basis te voorzien, zowel voor het nieuwe Algemeen reglement van de scheepvaartwegen van het Koninkrijk, als voor de bijzondere reglementen van sommige scheepvaartwegen, werd in 1978 door het Bestuur der waterwegen van het ministerie van Openbare Werken een « Ontwerp van wet betreffende de politie en de scheepvaart op de bevaarbare waterwegen van het Koninkrijk, alsmede betreffende het vervoer van gevaarlijke stoffen over die waterwegen » opgemaakt.
Réponse: Le Règlement général des voies navigables du Royaume date de 1935, et a été sujet à de nombreuses modifications. Compte tenu de l'évolution de la navigation intérieure et en vue d'être en accord avec la réglementation applicable au niveau européen, il a été jugé nécessaire d'élaborer un nouveau règlement et de prendre le « Code européen des voies de navigation intérieure» (CEVNI) comme base de ce règlement. Dans ce nouveau règlement général devrait, entre autres, être introduite la réglementation sur la signalisation des voies navigables. Pour répondre à la demande du Conseil d'Etat de prévoir une base légale à ce nouveau Règlement générai des voies navigables du Royaume, ainsi qu'aux règlements particuliers de certaines voies navigables, l'Administration des voies hydrauliques du ministère des Travaux publics a établi en 1978 un « Projet de loi relatif à la police et à la navigation sur les voies navigables du Royaume ainsi qu'au transport de matières dangereuses ».
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (CZ 1992-1993)
-(58)-
Op 23 augustus 1978 werd door de Raad van State een advies over dat ontwerp uitgebracht. Ingevolge de eerste fase van de regionalisatie werd door de ministerraad in 1980 beslist om het ontwerp voor advies voor te leggen aan de gemeenschappen en gewesten. Na amendering werd het opnieuwaan de Raad van State overgemaakt, die op 12 januari 1984 een tweede advies uitbracht, Vervolgens werd het dossier overgemaakt aan het ministerie van Justitie. Als gevolg van de tweede fase van de regionalisatie in 1988, waardoor bijkomende bevoegdheden naar de gewesten werden overgedragen, met name het beheer van de scheepvaartwegen, werd een volledige herziening van het ontwerp van wet noodzakelijk en werd een nieuwontwerp van wet opgemaakt door het Bestuur van de maritieme zaken en van de scheepvaart. Tegelijk werd door de administratie een nieuw ontwerp van Algemeen reglement opgemaakt, waarbij in een van de bijlagen de signalisatie van de scheepvaartwegen vervat was. Medio 1991 werd dat ontwerp voor beoordeling naar de gewesten overgemaakt. Ten slotte werd op 17 november 1992 in de ICVI (Interrninisteriële conferentie voor verkeer en infrastructuur) door de ministers van Verkeer beslist om het advies van de Raad van State te vragen omtrent de verdeling van de bevoegdheden ingevolge de regionalisatie. Het is slechts na de goedkeuring van de wet en het koninklijk besluit dat het nieuwe Algemeen reglement van de scheepvaartwegen van het Koninkrijk invoert, dat het probleem van de signalisatie van de scheepvaartwegen volledig zalopgelost zijn. Op te merken valt dat onlangs een signalisatie werd ingevoerd, en wel door het koninklijk besluit van 23 september 1992 betreffende het scheepvaartreglement voor het kanaal Gent-Terneuzen, op basis van de wet van 24 november 1975 houdende goedkeuring en uitvoering van het verdrag inzake de internationale bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee van 1972. In bedoeld koninklijk besluit wordt de betekenis van verschillende verkeersborden gegeven.
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5299
Le Conseil d'Etat émit un avis sur ce projet le 23 août 1978. A la suite de la première phase de la régionalisation, le conseil des ministres décida en 1980 de soumettre le projet à l'avis des communautés et des régions. Après amendements, il fut transmis de nouveau au Conseil d'Etat qui émit un deuxième avis en date du 12 janvier 1984. Le dossier fut ensuite transmis au ministère de la Justice. En 1988, conséquemment à la deuxième phase de la régionalisation ayant accordé des compétences supplémentaires aux régions, notamment la gestion des voies hydrauliques, une révision complète dudit projet de loi devint nécessaire et un nouveaui projet de loi fut préparé par l'Administration des afffaires maritimes et de la navigation. En même temps, l'aidrninistration a élaboré un nouveau projet de Règlement général comprenant, dans une des annexes, la signaliisation des voies navigables et l'a transmis pour exameen aux régions au milieu de l'année 1991. Enfin, lors die la réunion du 17 novembre 1992 de la CICI (Conféérence interministérielle des communications et de l'inffra-structure), les ministres des Communications ont piris la décision de solliciter l'avis du Conseil d'Etat quiant à la répartition des compétences en la matière à lai suite de la régionalisation. Ce n'est qu'après approbaticon de la loi et de l'arrêté royal introduisant le nouveau Règlement général des voies navigables du Royaume. que le problème de la signalisation des voies navigalbles sera complètement résolu. Il y a lieu de noter qu'une siignalisation a été introduite récemment par l'arrêté. royal du 23 septembre 1992 concernant le Règlement: de navigation du canal de Gand à Terneuzen sur la basse de la loi du 24 novembre 1975 portant approbation et exécution de la convention sur le règlement interrnational de 1972 pour prévenir les abordages en rnerr, Cet arrêté fournit la signification des différents pamneaux.
DO 929301329
DO 929301329
Vraag nr. 473 van de heer Viseur van 17 maart 1993
Question n? 473 de M. Viseur «lu 17 mars 1993 (Fr.):
(Fr.) :
Binnenscheepvaart. -
Technische voorschriften.
De ministerraad heeft een ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen goedgekeurd. Aan alle schepen die aan de Europese technische voorschriften voldoen, zal een vergunning worden uitgereikt die geldig is voor alle waterwegen in de Europese Gemeenschap. 1. Wat zal er met de andere schepen gebeuren: mogen zij nog varen of moeten zij worden gesloopt?
Navigation intérieure. -
Prescriptions techniques.
Le conseil des ministres a ajpprouvé un projet d'arrêté royal établissant les prescrriptions techniques des bateaux de la navigation intériieure. Tous les bateaux qui répondent aux prescriptioms techniques communautaires (européennes) bénéfficieront d'un certificat valable pour toutes les voies d'Ieau de la Communauté européenne. 1. Qu'adviendra-t-il des aiutres bateaux: pourront-ils encore circuler ou seromt-ils voués à la démolition?
5300
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
ChambredesReprésentants deBelgique Questionset Réponses(SO1992-1993)
2. Zullen de schepen die niet aan de Europese technische voorschriften voldoen, in geval van sloping een slooppremie genieten? 3. Welk percentage van de Belgische binnenvloot voldoet aan de Europese voorschriften?
2. En cas de démolition, les bateaux non conformes aux prescriptions techniques communautaires bénéficieront-ils de la prime de déchirage? 3. Quel pourcentage de la flotte belge destinée à la navigation intérieure est conforme aux prescriptions européennes?
Antwoord: 1. Het koninklijk besluit tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen is de omzetting in Belgisch recht van de richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 4 oktober 1982 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen. Door dar koninklijk besluit zullen de binnenschepen die onder de toepassing van het besluit vallen moeten voorzien zijn van ofwel het certificaat van onderzoek, afgegeven overeenkomstig de bepalingen van het reglement betreffende het onderzoek van Rijnschepen ofwel van het communautair certificaat, afgegeven overeenkomstig de bepalingen van de richtlijn van 4 oktober 1982. De binnenschepen die niet van een certificaat voorzien zullen zijn, zullen niet meer mogen varen. Zij hoeven echter niet noodzakelijk te worden gesloopr, maar kunnen eventueel voor andere doeleinden worden gebruikt, bijvoorbeeld als woonschip. 2. De reglementering inzake de sloopuitkering dient duidelijk te worden onderscheiden van die inzake de technische voorschriften voor binnenschepen. Beide reglementeringen staan los van elkaar. Alle bepalingen omtrent de sloopuitkering zijn te vinden in de Europese verordeningen betreffende de structurele sanering van de binnenvaart, Recentelijk werd door de Europese Commissie een verordening vastgesteld waardoor een aantal uitvoeringsbepalingen van die verordeningen werden gewijzigd.
Réponse: 1. L'arrêté royal établissant les prescriptions techniques des bateaux de la navigation intérieure vise à transposer en droit belge la directive du Conseil des Communautés européennes du 4 octobre 1982 établissant les prescriptions techniques des bateaux de la navigation intérieure. En vertu de cet arrêté royal, les bateaux de navigation intérieure qui tombent sous le champ d'application de l'arrêté devront être munis soit du certificat de visite, délivré conformément aux dispositions du règlement de visite des bateaux du Rhin, soit du certificat communautaire délivré conformément aux dispositions de la directive du 4 octobre 1982.
Wat de sloopuitkering betreft is het zo dat sinds 1 januari 1993 de scheepseigenaars opnieuween aanvraag voor het bekomen van een sloopuitkering kunnen indienen bij de autoriteiten van het sloopfonds waaronder het schip ressorteert, De sloopuitkering kan echrer enkel worden toegekend voor vaartuigen waarvan de eigenaar aantoont dat zij tot de actieve vloot behoren. Tot de actieve vloot behoren enerzijds vaartuigen die beschikken ofwel over een geldig certificaat waaruit blijkt dat het vaartuig geschikt is voor de vaart, ofwel over een vergunning om nationaal vervoer te verrichten en die in het jaar voorafgaand aan de indiening van de aanvraag voor de sloopuitkering ten minste een reis hebben gemaakt en anderzijds vaartuigen die in het jaar voorafgaand aan de indiening van de aanvraag ten minste tien reizen hebben gemaakt. Indien de aanvraag wordt aanvaard houdt dar voor de scheepseigenaar de verplichting in om binnen de zes maanden na de datum van kennisgeving het schip te slopen. Indien de aanvraag bij gebrek aan financiële
Les bateaux de navigation intérieure qui ne sont pas munis d'un certificat ne pourront plus naviguer. Ils ne devront toutefois pas nécessairement être déchirés mais peuvent éventuellement être utilisés à d'autres fins, par exemple comme bateaux-logement .. 2. La réglementation relative aux primes de déchirage doit clairement être dissociée de celle concernant les prescriptions techniques pour les bateaux de navigation intérieure. Ces deux réglementations sont totalement indépendantes l'une de l'autre. Toutes les dispositions concernant les primes de déchirage figurent dans les règlements européens relatifs à l'assainissement structurel de la navigation intérieure. Très récemment, la Commission européenne a établi un nouveau règlement par lequel un certain nombre de dispositions d'exécution de ces règlements ont été modifiées. Pour les primes de déchirage, il est ainsi prévu qu'à partir du 1er janvier 1993 les propriétaires de bateaux peuvent à nouveau introduire une demande pour l'obtention d'une prime de déchirage auprès des autorités du fonds de déchirage dont relève le bateau. La prime de dêchirage ne peut toutefois être octroyée que pour les bateaux dont le propriétaire prouve qu'ils font partie de la flotte active. Font partie de la flotte active, d'une part, les bateaux qui disposent soit d'un certificat de navigabilité valable soit d'une autorisation d'effectuer des transports nationaux et qui ont exécuté au moins un voyage au cours de l'année précédant l'introduction de la demande de prime de déchirage et, d'autre part, les bateaux qui ont exécuté au moins dix voyages au cours de l'année précédant l'introduction de la demande de prime de déchirage. Si la demande est acceptée, elle comporte pour le propriétaire l'obligation de procéder au déchirage du bateau dans les six mois à compter de la notification. Si la demande est rejetée faute de ressources financières,
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(Sa 1992-1993)
-(58)-
5301
middelen wordt afgewezen, kan de aanvrager binnen de maand na de betreffende kennisgeving de autoriteiten van het fonds verzoeken om de aanvraag met behoud van datum van ontvangst op een wachtlijst te plaatsen. De later beschikbaar komende financiële middelen zullen dan bij voorrang worden toegewezen aan de op de wachtlijst voorkomende aanvragen.
le demandeur peut, dans un délai d'un mois à compter de la notification, demander aux autorités du fonds d'inscrire sa demande sur une liste d'attente tout en conservant la date de réception. Les ressources financières ultérieurement disponibles seront alors affectées par priorité à ces demandes placées sur la liste d'attente.
3. Het is onmogelijk het juiste aantal Belgische binnenschepen op te geven die conform zijn met de Europese voorschriften. De totale Belgische binnenvaartvloot bedraagt momenteel 1.680 schepen waarvan er zo'n 1.300 beschikken over een certificaat van onderzoek voor de Rijn. Verwacht mag dus worden dat er nog voor ongeveer 380 schepen een certificaat van onderzoek voor de Rijn of een communautair certificaat zal worden afgeleverd. Aangezien echter de meeste schepen voorzien zijn van een geldig classificatiebewijs zullen er zich weinig problemen stellen.
3. Il n'est pas possible de donner le chiffre exact de bateaux de navigation intérieure belges qui sont conformes aux prescriptions européennes. La flotte totale belge de navigation intérieure représente actuellement 1.680 bateaux dont environ 1.300 disposent d'un certificat de visite rhénan. L'on peut donc s'attendre à devoir délivrer soit un certificat de visite rhénan soit un certificat communautaire à envriron 380 bateaux. Considérant toutefois que la pluipart des bateaux sont munis d'un certificat de classiification valable, il n'y aura que peu de problème.
DO 929301363
DO 929301363
Vraag nr. 479 van de heer Vande Lanotte van 23 maart
Question
1993 (N.): Zeevisserij. - Bemanning. -
Vergunning.
n° 479 de M. Vanede Lanotte 1993 (N.):
Pêche maritime. - Equipage.-
du 23 mars
Licence.
besluit van 20 juli bepaalt dat het districthoofd van de zeevaartinspectie in naam van de minister vrijstelling kan verlenen van een of meer bepalingen van dat besluit, voor zover dat zonder gevaar voor schip en opvarenden gebeurt. Zo kan het districthoofd vergunningen afleveren om bemanningsleden die niet het vereiste bevoegdheidsbewijs hebben, toch te laten varen in bepaalde funcries. Uiteraard wordt dan steeds rekening gehouden met de veiligheid.
L'article 158 de l'arrêté rœyal du. 20 juillet 1973 portant règlement sur l'inspeection maritime prévoit que Ie chef de district de l'imspection maritime peut accorder au nom du ministre ume dispense de l'application d'une ou de plusieurs prœscriptions de cet arrêté pour autant que cela se fasse sams danger pour le navire et pour les personnes embarquées. Ainsi, le chef de district peut accorder des licemces afin que des membres d'équipage non titulaires du certificat d'aptitude requis puissent néanmoins naviiguer en exerçant certaines fonctions. Dans de tels cast, il est bien sûr toujours tenu compte de la sécurité.
De zeevisserij kampt nu met een bemanningstekort, met economische en andere problemen tot gevolg. Bovendien is het huidige systeem van vergunningen aan bemanningsleden van zeevisserijvaartuigen voorbijgestreefd, zodat het moeilijk is om via dat systeem die problematiek (gedeeltelijk) op te lossen.
La pêche maritime est actue-llement confrontée à un manque d'équipage, lequel erntraîne notamment des problèmes économiques. En œutre, le système actuel des licences accordées aux rmembres d'équipage des bateaux de pêche est dépassé, si bien qu'il permet difficilement de résoudre ces problèmes, ne serait-ce que partiellement.
Gezien het belang van de zeevisserij - die ook met andere problemen te maken heeft - voor de kustregio is het nodig dat er een brevetten- en bemanningssysteem komt, dat aan de huidige sociaal-economische realiteit tegemoetkomt zonder de veiligheid in het gedrang te brengen.
Vu l'importance que revêtt pour notre littoral la pêche maritime, dont les difficiultés ne se limitent pas à celles qui viennent d'être évœquées, il est nécessaire d'élaborer un système, en matière d'équipage et notamment de brevets, qui réponde ià la réalité socio-économique actuelle sans cornpromœttre la sécurité.
Artikel
158 van het koninklijk
1973 houdende het zeevaartinspectiereglement
Welke initiatieven
neemt u?
Antwoord: De bemanningsvereisten met betrekking tot de vissersschepen zijn thans vervat ik artikel 94 van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement. Daarin worden zowel qua dek- als machinepersoneel een aantal bekwaamheids-
Quelles initiatives
comptez-vous
prendre?
Réponse: Les conditions em matière d'équipage des bateaux de pêche sont déterrrninées à l'article 94 de l'arrêté royal du 20 juillet 19773 portant règlement sur l'inspection maritime. Cet artiicle prévoit tant pour le pont que pour la machine, uni certain nombre de per-
680
5302
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
categorieën voorzien al naar gelang het geografisch vaargebied, het vermogen van de machine, en de lengte van het vaartuig.
sonnel qualifié selon la zone géographique de navigation, la puissance de machine et la longueur du bateau.
Niet enkel die indeling maar ook de wijze waarop dergelijke bekwaamheidsbewijzen kunnen worden verkregen, lijken thans door de evolutie in de sector voorbijgestreefd te zijn.
Ces distinctions et le mode d'obtention des certificats d'aptitude paraissent actuellement dépassés par l'évolution enregistrée dans le secteur de la pêche.
Vandaar dat het districthoofd van de zeevaartinspectie thans een betrekkelijk groot aantal vergunningen moet afleveren. De bevoegde ambtenaren van het Bestuur van de maritieme zaken en van de scheepvaart hebben al een aantal vergaderingen belegd met de vertegenwoordigers van de werkgevers en werknemers uit de visserijsector. Die besprekingen moeten er toe leiden dat er voor het dekpersoneel nog slechts twee vaargebieden zullen zijn, en drie bekwaamheidsbewijzen voor de machineafdeling.
C'est pourquoi le chef de district de l'inspection maritime est amené à délivrer un nombre relativement élevé de licences. Les fonctionnaires compétents de l'Administration des affaires maritimes et de la navigation ont déjà organisé plusieurs réunions avec les représentants des employeurs et des travailleurs du secteur de la pêche. Le but de ces discussions est de parvenir à ne plus déterminer que deux zones de navigation pour le personnel de pont et trois certificats d'aptitude pour la section machine.
Het huidig systeem van schoolse opleiding, gevolgd door praktijk en dan opnieuw schoolse opleiding (wat bij de betrokken personen weinig populair is) zou worden vervangen door een schoolse opleiding, waarbij dan na verschillende periodes praktijk op zee, een hoger bekwaamheidsbewijs kan worden verkregen, wat een betere « doorstrorning » zal verzekeren.
Le système actuel consistant en une formation scolaire, suivie par un stage pratique et à nouveau par une formation scolaire (peu populaire auprès des intéressés) serait remplacé par une seule formation scolaire, qui après plusieurs stages de pratique en mer, permettrait d'obtenir un certificat d'aptitude plus élevé et assurer ainsi une meilleure progression.
Binnen die werkgroep eenkomst bereikt.
Le groupe de travail est pratiquement accord sur ce point.
is ter zake praktisch een over-
De ideeën voor die werkgroep zullen dan moeten worden voorgelegd aan de gewestminister bevoegd voor het zeevisserijonderwijs met het oog op het aanpassen van de leerstof.
arrivé à un
Uiteindelijk zal dan zowel het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement als het koninklijk besluit van 21 mei 1958 betreffende de toekenning van brevetten, diploma's certificaten en vergunningen in de koopvaardij, de zeevisserij en de pleziervaart dienen te worden aangepast.
Les propositions du groupe de travail seront alors proposées au ministre communautaire compétent pour l'enseignement de la pêche, afin· que la formation scolaire soit adaptée. Pour terminer, il ne restera plus qu'à adapter l'arrêté royal du 20 juillet 1973 portant règlement sur l'inspection maritime et l'arrêté royal du 21 mai 1958 relatif à la collation des brevets, diplômes, certificats et licences dans la marine marchande, la pêche et la navigation de plaisance.
Dû 929301396
Dû 929301396
Vraag nr.491 van de heer Van Nieuwenhuysen 25 maart 1993 (N.) :
van
Question n? 491 de M. Van 25 mars 1993 (N.) :
Nieuwenhuysen
du
Belgacom. - Inlichtingen.
Belgacom. -
Wie naar de dienst internationale inlichtingen belt om telefoonnummers van buitenlandse abonnees te verkrijgen, kan per oproep slechts één vraag stellen. Met andere woorden, wie verschillende telefoonnummers nodig heeft, moet voor ieder afzonderlijk nummer telkens weer afhaken en opnieuw het nummer van de internationale inlichtingen vormen.
Lorsqu'on téléphone au service des renseignements internationaux pour obtenir les numéros de téléphone d'abonnés habitant à l'étranger, on ne peut demander qu'un seul numéro par appel. d'autres termes, toute personne souhaitant connaître le numéro de plusieurs correspondants doit raccrocher après l'obtention de chaque numéro particulier et recomposer ensuite le numéro d'appel des renseignements internationaux.
1. Wat is de reden van die eigenaardige 2. Is er geen mogelijkheid toekomst te veranderen?
procedure?
om die werkwijze in de
Renseignements.
En
1. Quelle est la raison d'être de cette procédure? 2. Ne serait-il pas possible de la modifier à l'avenir?
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)-
5303
Antwoord: Het autonoom overheidsbedrijf Belgacom deelt mij, in antwoord op de door het geacht lid gestelde vraag het volgende mee.
Réponse: En réponse à la question posée par l'honorable membre, l'entreprise publique autonome Belgacom me communique ce qui suit.
Het spreekt vanzelf dat het opzoeken van een telefoonnummer in het buitenland meestal meer tijd vergt dan het opzoeken van een Belgisch abonneenummer.
Il va de soi que la recherche d'un numéro de téléphone à l'étranger prend, en général, plus de temps que celle relative à un abonné en Belgique.
Rekening houdend met de aanzienlijke wachttijden die kenmerkend zijn voor de diensten van de internationale inlichtingen, en om iedere klant de gelegenheid te geven om binnen een aanvaardbare tijd bediend te zijn, heeft Belgacom (voorheen Regie van TT) de dienst beperkt tot een opzoeking per oproep.
Compte tenu des importantes files d'attente qui caractérisent les services de renseignements internationaux et afin de donner à chaque client une chance d'être servi dans un délai acceptable, Belgacom (la Régie des TT à l'époque) a limité le service à une seule recherche par appei.
Overigens dient te worden opgemerkt dat de prijs gevraagd voor een dergelijke dienst (prijs van een zonaal gesprek dat wil zeggen 5 Belgische frank, BTW niet inbegrepen) werkelijk zeer miniem is.
Il est à noter, par ailleurs, quie le prix demandé pour un tel service (prix d'une communication zonale, soit 5 francs belges, hors TVA) est vraiment très minime.
Ten slotte wil ik er de aandacht op vestigen dat de regelmatige klanten van de dienst, meestal firma's, de mogelijkheid hebben om hun aanvragen te groeperen en ze per telefax over te seinen naar het nummer 1237 (telvrij nummer). De gevraagde inlichtingen worden hun, in principe binnen de 48 uur, langs dezelfde weg bezorgd. Voor die prestaties worden zes tariefeenheden (dar wil zeggen 30 Belgische frank, BTW niet inbegrepen) gefactureerd per opgezocht nummer. Die mogelijkheid wordt ter kennis van de cliënteel gebracht in de informatiebladzijden van de officiële telefoongids, vanaf het volume 3 van de uitgave 1993-1994.
Enfin, il faut préciser que les clients réguliers du service, généralement des firrmes, ont la possibilité de grouper leurs demandes et de les transmettre par téléfax au n? 1337 (appel gratuiit). Les renseignements demandés leur sont retransmiis par la même voie, en principe dans les 48 heures. Ces prestations sont facturées à raison de six unités de ta.xe (soit 30 francs belges, hors TVA) par numéro recherrché, Cette possibilité est portée à la connaissance de la i clientèle dans les pages d'informations de l'annuaire œfficiel des téléphones, à partir du volume 3 de l'éditiom 1993-1994.
Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken
Vice-Premier .Ministre et Ministre des Affalires étrangères
DÛ 929301448
Dû 929301448
Vraag nr. 177 van de heer Simons van 2 april 1993 (Fr.) :
Question
Zuidpoolverdrag. -
Traité de l'Antarctique. - Protocole d'accord.
Protocolakkoord.
n° 177 de M. Simorus du 2 avril 1993 (Fr.) :
België ondertekende op 4 oktober 1991 het protocolakkoord van Madrid van het Zuidpoolverdrag betreffende de bescherming van het milieu van dat continent. Dat verdrag zal pas juridisch bindend zijn nadat alle ondertekenende landen het hebben geratificeerd. Tot nog toe hebben Spanje, Frankrijk en Ecuador het protocol geratificeerd. Anderzijds zijn in november jongstleden een vijftigtal landen te Venetië samengekomen om over nieuwe regels na te denken.
Le 4 octobre 1991, la Belgiique signait le protocole d'accord de Madrid du traité: de l'Antarctique sur la protection de l'environnement: de ce continent. Cependant ce traité n'aura de force jjuridique qu'après avoir été ratifié par l'ensemble dess pays signataires. Aujourd'hui l'Espagne, la France et l'Equateur ont ratifié ce protocole. D'autre part, eru novembre dernier, une cinquantaine de pays se sornt réunis à Venise pour réfléchir sur de nouvelles règles.
1. Hoever staat het met de ratificatie van het door België ondertekende maar nog niet geratificeerde milieuprotocol van 1991 (betreffende de bescherming van de Zuidpool)?
1. Où en est la ratification «lu protocole environnemental de 1991 (relatif à la protection de l'Antarctique) signé par la Belgique, malis pas encore ratifié à ce jour? 2. Quand le projet d'approbation sera-t-il soumis au Parlement?
2. Wanneer zal het ontwerp van goedkeuring het Parlement worden voorgelegd?
aan
5304
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers_ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
3. Welke voorstellen werden gedaan met betrekking tot het toerisme op de Zuidpool tijdens de 17de consultatieve vergadering van het Zuidpoolverdrag die van 9 tot 20 november 1992 te Venetië plaatshad, en wat is het standpunt van België? 4. Is België van plan voorstellen te formuleren om het toerisme en de werkzaamheden van de wetenschappelijke basis op de Zuidpool in de toekomst aan regels te onderwerpen?
3. Quelles propositions ont été faites concernant le tourisme en Antarctique lors de la 17ème réunion consultative du Traité de l'Antarctique qui s'est tenue à Venise du 9 au 20 novembre 1992 et quelle est la position de la Belgique? 4. La Belgique compte-t-elle formuler des propositions visant à réglementer le tourisme et le travail des bases scientifiques en Antarctique dans le futur?
Antwoord: 1. In principe kan er geen sprake zijn van bekrachtiging indien er geen nationale wetgeving is waarmee de naleving van het bepaalde in het protocol, bijvoorbeeld de verplichting de werkzaamheden in Antarctica op hun milieueffecten te toetsen, via het Belgisch recht kan worden afgedwongen. Er werd dan ook naar gestreefd om het ontwerp van goedkeuring van het protocol en de wet met het oog op de toepassing van het protocol in de Belgische rechtsorde samen voor te leggen aan het parlement. Mijn diensten hebben trouwens een voorontwerp van uitvoeringswet opgesteld dat aan de verschillende betrokken besturen is voorgelegd. Aangezien de uitwerking van dergelijk technisch ontwerp veel tijd vergt en gelet op het politieke belang van de bekrachtiging van het protocol van Madrid, werd besloten het voor te leggen aan het parlement zonder de indiening van de uitvoeringswet af te wachten. Hierbij kan worden aangestipt dat ook de drie Staten (van de 40 Staten die verdragsluitende partij zijn bij het Verdrag inzake Antarctica) die het protocol van Madrid hebben bekrachtigd, over geen instrumenten beschikken om de naleving van het verdrag in hun nationale recht af te dwingen.
Réponse: 1. Il est en principe nécessaire, avant que la Belgique ne ratifie le protocole, de disposer d'une législation interne permettant d'assurer en droit belge le respect de ses dispositions, par exemple en ce qui concerne l'obligation d'effectuer des études préalables d'impact sur l'environnement des activités menées en Antarctique. C'est la raison pour laquelle, dans un premier temps, il avait été envisagé de soumettre au parlement, en même temps, et le projet d'approbation du protocole et la loi interne destinée à permettre l'application de celui-ci dans l'ordre juridique belge. Mes services ont d'ailleurs pris l'initiative de rédiger un avant-projet loi interne d'exécution qui a été soumis aux différentes administrations concernées. L'élaboration de ce projet technique prend cependant un certain temps et étant donné l'importance politique que revêt la ratification du protocole de Madrid, il a été convenu de soumettre celui-ci à l'approbation du parlement, sans attendre le dépôt de la loi interne d'exécution. A ce propos, il faut d'ailleurs observer que si trois Etats (sur les 40 Etats parties contractantes au Traité sur l'Antarctique) ont déjà ratifié le protocole de Madrid, ceux-ci n'ont toutefois pas encore adopté de lois internes permettant d'assurer le respect de ce traité dans leur droit interne respectif. 2. Le projet de loi d'approbation du protocole de Madrid est prêt. Il sera transmis au conseil des ministres et au Conseil d'Etat au cours du mois de mai 1993. Après l'accord du conseil des ministres et dès réception de l'avis du Conseil d'Etat le projet de loi d'approbation sera transmis au parlement. Il faut également observer que le protocole vise toute activité en Antarctique, y compris les activités de tourisme, ce qui signifie que l'approbation de ce traité par les conseils des communautés est également requis.
2. Het ontwerp van wet ter goedkeuring van het protocol van Madrid is klaar. Het zal in de loop van de maand mei 1993 aan de ministerraad en de Raad van State worden toegezonden. Na instemming van de ministerraad en advies van de Raad van State, wordt het ontwerp van goedkeuringswet in het parlement neergelegd. Overigens zij opgemerkt dat het protocol eveneens betrekking heeft op elke activiteit in Antarctica, met inbegrip van het toerisme. Dat betekent dat het verdrag ook door de gemeenschapsraden moet worden goedgekeurd. 3. Op de bijeenkomst in Venetië in november 1992 stond de kwestie van het toerisme hoog op de agenda. Naar het oordeel van bepaalde Staten maakt de naleving van het protocol een doeltreffende beheersing van de risico's die het toerisme voor het milieu op Antarctica met zich meebrengt mogelijk. Andere Staten (Frankrijk, Duitsland, Spanje, Chili, Italië) achten bijkomende en strengere voorschriften noodzakelijk en hebben daartoe een ontwerptekst voor een zesde bijlage bij het protocol van Madrid ingediend. De tekst beoogt niet alleen het toerisme maar alle niet-gouvernementele activiteiten op Antarctica, wat van de kant van verschillende NGO's die zich voor bescherming van het milieu inzetten, kritiek heeft uitgelokt. Zij
3. Lors de la réunion de Venise de novembre 1992, la question du tourisme a été au centre des débats. Pour certains Etats, le respect des dispositions du protocole permet de répondre efficacement aux risques que fait peser le tourisme sur l'environnement de l'Antarctique. Pour d'autres Etats (France, Allemagne, Espagne, Chili, Italie), des règles additionnelles plus sévères sont nécessaires et ceux-ci ont présenté à cet effet le texte d'un projet d'une sixième annexe au protocole de Madrid. Il convient d'observer que ce projet vise toutes les activités non-gouvernementales menées en Antarctique et non seulement les activités de tourisme, ce qui a suscité les critiques de plusieurs ONG actives dans le secteur de la protection de l'environnement. Celles-ci
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
vrezen immers door de nieuwe voorschriften in hun activiteiten te worden beknot. België pleitte voor een afzonderlijke reglementering van het toerisme en heeft zich dan ook achter het ontwerp van de vijf voornoemde landen geschaard, met dien verstande dat het een aantal wijzigingen heeft voorgesteld die erop neerkomen dat de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties voor milieubescherming buiten het toepassingsgebied van het ontwerp blijven. Hoe dan ook, de tegenkanting van landen die geen voorstander waren van een nieuwe bijlage bij het protocol van Madrid was er de oorzaak van dat op de bijeenkomst in Venetië concrete resultaten zijn uitgebleven en derhalve staat de kwestie opnieuw op de agenda van de eerstkomende consultatieve vergadering in de lente van 1994. 4. Zoals gezegd wordt aan een wetsontwerp gewerkt met het oog op de goedkeuring van de nodige
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
5305
craignent en effet que la nouvelle réglementation constitue un obstacle au déroulement de leurs activités. Dans cette question, la Belgique s'est prononcée en faveur d'une réglementation spécifique des activités de tourisme et a par conséquent appuyé le projet d'annexe présenté par les cinq pays précités, tout en proposant d'y apporter certains amendements afin que soient exclues de son champ d'application les activités nongouvernementales qui ont pour objet la protection de l'environnement. Cela dit, en raison de l'opposition des pays peu favorables à l'adoption d'une annexe supplémentaire au protocole die Madrid, la réunion de Venise n'a pu aboutir à des résultats concrets et la question sera à nouveau examimée lors de la prochaine réunion consultative qui aura Hieuau printemps 1994.
drid in België moeten waarborgen. Luidens de protocolbepalingen is de reglementering van toepassing op alle menselijke activiteiten op Antarctica, met inbegrip van activiteiten van wetenschappelijke en toeristische aard die door of vanuit België of door Belgische onderdanen worden georganiseerd.
4. Comme cela a été souliigné précédemment, un projet de loi est en préparation .afin que soient adoptées les mesures internes nécessaires au respect en Belgique du protocole de Madrid. Confformément aux dispositions du protocole, cette réglermentation devra s'appliquer à toutes les activités hurnarines menées en Antarctique, en ce compris les acitivités scientifiques et touristiques organisées par ou sau départ de la Belgique ou par des ressortissants belgess,
Vice-Eerste Minister en Minister van justitie en Economische Zaken
Vice-Premier lMinistre et Ministre de lia Justice et des Affaires êcronomiques
Justitie
Justice
maatregelen die de naleving van het protocol van Ma-
DO 929300639
DO 929300639
Vraag nr. 284 van de heer Dewael van 24 februari 1993 (N.):
Question na 284 de M. Dewrael du 24 février 1993
Gemeente. - Kerkfabriek. verkoop. - Scbatting,
Commune. - Fabrique d'églisie. -
Gronden. -
Aan- en
Het uitvoeren van schattingen bij aankoop en verkoop van gronden door gemeentebesturen en kerkfabrieken gebeurt door ontvangers van registratie of het comité tot aankoop. In 1982 bevestigde de algemene directie van de regionale en lokale instellingen op vraag van een vereniging van landmeters-experten dat dergelijke schattingen eveneens kunnen worden uitgevoerd door een beëdigd landmeter. Vorig jaar stelde de Vlaamse gemeenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken de plaatselijke besturen in kennis van de procedureregelen inzake onteigeningen ten algemenen nutte (rondzendbrief - BAG-91121-VE van 19 december 1991). Die rondzendbrief bepaalt dat een schattingsverslag dient te worden
(N.): et vente. -
Terrains. - Achat
Expertise.
Les expertises à effectuer kors de l'achat ou de la vente de terrains par des adrnimistrations communales ou fabriques d'église sont réalisées par des receveurs de l'administration de l'enregistrement ou le comité d'acquisition. En 1982, la directiœn générale des institutions locales et régionales comfirmait, sur la requête d'une association de géomètres-experts, que de telles expertises pouvaient égalememt être assurées par des géomètres jurés. L'an dernier, le ministre de la Communauté flamande ayant en .charge l'Intérieur et la Fonction publique informait Ires administrations locales des procédures à suivre en imatière d'expropriation pour cause d'utilité publique ((circulaire - BA-G-911 21-VE du 19 décembre 1991) .. Cette circulaire stipule
5306
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
opgemaakt door de ontvanger van registratie of het comité tot aankoop. De minister specifieerde zelfs: « In het raam van een afstandelijke benadering van de dossiers wordt een schatting uitgevoerd door een meetkundige schatter uit de eigen administratie niet als officieel dossierstuk aanvaard.» De eertijdse bevestiging van de algemene directie van regionale en lokale instellingen en de rondzendbrief van de gerneenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden spreken elkaar bijgevolg tegen. 1. Welke richtlijnen moeten worden gevolgd bij het opstellen van een schattingsverslag? 2. Mag een beëdigd landmeter (al dan niet arnbtenaar) nog steeds schattingen uitvoeren bij aankoop en verkoop van gronden door gemeentebesturen en kerkfabrieken?
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
qu'un rapport d'expertise doit être établi par le receveur de l'enregistrement ou par le comité d'acquisition. Le ministre y précise même qu'en vue de garantir le recul nécessaire lors de l'examen des dossiers, une expertise effectuée par un géomètre-expert issu de la même administration ne serait pas reconnue comme pièce officielle. Il y a, par voie de conséquence, contradiction entre la confirmation donnée à l'époque par la direction générale des institutions locales et régionales et la circulaire envoyée par le ministre de l'Intérieur de la Communauté flamande. 1. Quelles lignes de conduite convient-il de suivre lors de l'établissement d'un rapport d'expertise? 2. Un géomètre juré (ayant ou non le statut d'agent de l'Etat) est-il encore habilité à effectuer les expertises requises lors de l'achat et de la vente de terrains par des administrations communales et fabriques d'église?
Antwoord : Aangezien het toezicht op de aankoop en de verkoop van onroerende goederen door kerkfabrieken tot de nationale bevoegdheid behoort, is de rondzendbrief van 19 december 1991 van de Vlaamse Gemeenschap niet op kerkfabrieken van toepassing. De regels betreffende de schattingen, voorafgaand aan die handelingen, zijn dus onveranderd: zij kunnen worden gedaan door de ontvanger van registratie, het comité tot aankoop of een ander expert zoals een beëdigd landmeter.
Réponse: La tutelle sur l'achat et la vente de biens immeubles par des fabriques d'église étant de la compétence nationale, la circulaire du 19 décembre 1991 de la Communauté flamande ne leur est pas applicable.
Economische Zaken
Affaires économiques
Les règles relatives aux expertises préalables à ces opérations sont donc inchangées: elles peuvent être faites par le receveur de l'enregistrement, le comité d'acquisition ou un autre expert tel qu'un géomètre juré.
DO 929301421
DO 929301421
Vraag nr. 149 van de heer Standaert van 29 maart 1993 (N.) :
Question n° 149 de M. Standaert du 29 mars 1993
Thuisbankieren. -
Home banking. -
Reglementering.
Het thuisbankieren via telefoon of PC komt, mede door een ernstige promotie van de banksector, stilaan op gang. Voorlopig blijven de soorten transacties en de bedragen ervan nog beperkt maar de trend naar rhuisbankieren is onomkeerbaar en kan zowel voor de consument als de bank tijd en kosten besparen. Toch staat de doorsnee burger argwanend tegenover die nieuwe vorm van betalingsverkeer. Is de toegang tot het systeem voldoende beveiligd? Wat is de verantwoordelijkheid van Belgacom? Wijzen de contracten die de banken voorleggen aan nieuwe cliënten voor thuisbankieren niet alle risico's door naar de verbruiker? Welke bestaande wetgeving is van toepassing op die nieuwe betalingsvorm? Is een nieuwe wetgeving in de maak?
Wat is uw zienswijze daarover?
(N.):
Réglementation.
Le système de « home banking » par téléphone ou PC se répand de plus en plus, notamment en raison d'une sérieuse campagne de promotion menée par le secteur bancaire. Pour le moment, les types de transaction et leurs montants restent encore limités, mais la tendance est irréversible, et il peut en résulter des gains de temps et d'argent pour les consommateurs comme pour les banques. Cependant, les citoyens moyens sont sceptiques devant ce nouveau modede paiement. L'accès à ce système fait-il l'objet de mesures de sécurité suffisantes? Quelle est la responsabilité de Belgacom? Les contrats de « home banking » que les banques proposent à leurs nouveaux clients ne font-ils pas supporter tous les risques aux consommateurs? Quelle législation existante est applicable à ce nouveau mode de paiement? Elabore-t-on une nouvelle législation? Quelle est votre position en la matière?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5307
Antwoord: In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geacht lid te verwijzen naar de antwoorden die ik ter zake gegeven heb op de vragen nr. 133 van senator Van Belle van 26 augustus 1992 (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Senaat, nr. 48, blz. 21802181), nr. 103 van de heer Van der Maelen van 15 december 1992, nr. 104 van de heer Tomas van 15 december 1992 (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, nr. 45, blz. 3606-3608) en de vraag nr. 228 van senator Kuypers van 8 december 1992 (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Senaat, nr, 42, blz. 1811-1813).
Réponse: En réponse à sa question, je prie l'honorable membre de bien vouloir se reporter aux réponses que j'ai données à ce propos, aux questions n? 133 du sénateur Van Belle du 26 août 1992 (voir bulletin des Questions et Réponses, Sénat, n° 48, pages 21802181), n" 103 de M. Van der Maelen du 15 décembre 1992, n° 104 de M. Tomas du 15 décembre 1992 (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, n" 45, pages 3606-3608) et la question n? 228 du sénateur Kuypers du 8 décembre 1992 (voir bulletin des Questions et Réponses, Sénat, n° 42, pages 1811-1813).
DO 929301487
DO 929301487
Vraag nr, 154 van de heer Barbé van 16 april 1993 (N.):
Question
Bieren lambiek en gueuze. - Inspecties.
Wettelijke bescherming.
n° 154 de M. Barbé d1U16 avril 1993 (N.) :
Bières lambic et gueuze. pections.
Protection légale. -
Ins-
Ons land heeft een unieke variatie aan soorten bier. Dit is niet alleen een vorm van culturele rijkdom, maar is ook de basis van een belangrijke economische sector. Lambiek en gueuze zijn zeer speciale bieren die de wetgever bijzonder beschermt (koninklijk besluit van 20 mei 1965 houdende reglementering van sommige in de sector bier gebruikte benamingen, aangevuld door het koninklijk besluit van 24 december 1965 tot wijziging en aanvulling van het koninklijk besluit van 20 mei 1965 houdende reglementering van sommige in de sector bier gebruikte benamingen en het ministerieel besluit van 17 juli 1973 betreffende sommige in de sector bier gebruikte benamingen). Nu blijkt dat verschillende brouwerijen zich niet houden aan deze wetgeving. Er werd de jongste jaren trouwens vanuit verschillende kanten officieel klacht neergelegd bij uw administratie. Een ambtenaar van economische zaken zou nu beweerd hebben « dat er zeker overtredingen zijn, maar dat dit nog moet vastgesteld worden ». Het vaststellen van overtredingen inzake deze wetgeving is zeker geen moeilijke opdracht.
Notre pays possède un assortiiment de bières unique, qui constitue non seulement urne forme de richesse culturelle mais représente en outrre un secteur économique important. La lambic et la Igue uze sont des bières tout à fait spéciales que le législateur a voulu plus particulièrement protéger (l'anrêtê royal du 20 mai 1965 portant réglementation dee certaines dénominations employées dans le secteur de la bière, complété par l'arrêté royal du 24 décemlbre 1965 modifiant et complétant l'arrêté royal du 2W mai 1965 portant réglementation de certaines déruominations employées dans le secteur de la bière et Il'arrêté ministériel du 17 juillet 1973 relatif à certaimes dénominations employées dans le secteur de la biière). Or, il apparaît à présent que plusieurs brasseries, ne respecteraient pas cette législation. Au cours des dlernières années, votre administration a même reçu plu.sieurs plaintes officielles à ce sujet. Un fonctionnaine du département des Affaires économiques aurait dléclaré qu'il y a sans doute des infractions mais qu'ellles doivent encore être constatées. La constatation des imfractions à cette législation ne me paraît pas devoir cœnstituer une difficulté.
1. Hoeveel bedrijven werden in 1991 en 1992 geïnspecteerd inzake de naleving van de wetgeving inzake gueuze en lambiek?
1. Combien d'entreprises ont fait l'objet en 1991 et en 1992 d'une inspection concernant le respect de la législation sur la gueuze et la larmbic?
2. Hoeveel controles werden in 1991 en 1992 inzake die materie uitgevoerd?
2. Combien de contrôles orut été réalisés domaine en 1991 et en 1992?
3. Wat waren de belangrijkste resultaten? Hoeveel processen-verbaal werden in 1991 en 1992 opgesteld?
3. Quels ont été les principaux résultats de ces contrôles? Combien de procès-verbaux ont été dressés en 1991 et en 1992?
4. Werd ondertussen die wetgeving Wanneer en in welke zin?
4. La législation en questiom a-t-elle été adaptée entre-temps? Quand l'a-t-elle été, et dans quel sens?
Antwoord: mee te delen.
aangepast?
Ik heb de eer het geacht lid het volgende
Réponse: J'ai l'honneur rable membre ce qui suit.
de cœmmuniquer
dans ce
à l'hono-
5308
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO1992-1993)
1, 2 en 3. In 1991 werden in verband met voornoemde reglementering geen controles uitgevoerd. In 1992 daarentegen werden onderzoeken ingesteld bij drie brouwerijen. Het resulraat en de conclusies van die onderzoeken werden op 14 december 1992 gerapporteerd aan de procureur des Konings, te Brussel. Het behoort thans tot de prerogatieven van de rechterlijke macht om te oordelen over het verdere gevolg dat zij aan dit dossier wenst voor te behouden. 4. Een zowel door mij als de minister van Volksgezondheid ondertekend koninklijk besluit betreffende het bier zal eerstdaags worden gepubliceerd in het Belgiscb Staatsblad. Artikel 4, § 1, 3°, van dit besluit stelt dat de verkoopbenaming « Gueuze », « Lambic » of « Gueuze-Lambic » is voorbehouden voor zure bieren waarin spontane gisting deel uitmaakt van het produktieproces.
1,2 et 3. En 1991, il n'y a pas eu de contrôles dans le cadre de la réglementation précitée. En 1992 par contre, l'on a enquêté dans 3 brasseries. Le résultat et les conclusions de ces enquêtes ont été transmis au procureur du Roi à Bruxelles le 14 décembre 1992. Il appartient à présent au seul pouvoir judiciaire de déterminer la suite qu'il convient de réserver au dossier.
Minister van Financiën
Ministre des Finances
4. Un arrêté royal relatif à la bière signé tant par le ministre de la Santé publique que par moi-même, va bientôt paraître au Moniteur belge. Son article 4, § 1er, dispose que la dénomination de vente «Gueuze », «Lambic» ou «Gueuze-Lambic» est réservée aux bières acides dont la fermentation spontanée intervient dans le processus de fabrication.
DO 929300775
DO 929300775
Vraag
Question n° 383 de M. de Clippele du 20 janvier 1993
nr, 383 van de heer de Clippele van 20 januari 1993 (Fr.) :
BTW. - Mandaat. -
Vereenvoudigde procedures.
(Fr.) :
TVA. - Mandat. - Procédures simplifiées. La circulaire n° 27 du 19 novembre 1975 (Rev. TVA n° 24) organise un système autorisant le mandant à assurer lui-même, à la décharge du courtier ou du mandataire, l'établissement du document constatant l'opération et parfois le paiement de la taxe.
Met de rondzendbrief nr. 27 van 19 november 1975 (BTW-Tijdschrift nr.24) werd een stelsel ingevoerd waarbij het de lastgever gemachtigd is, ter ontlasting van de makelaar of lasthebber, zelf het document op te maken waarin de verrichting en soms de betaling van de belasting wordt vastgesteld. Is die rondzendbrief sinds de goedkeuring van het wetboek nog altijd van kracht?
Cette circulaire est-elle maintenue depuis l'adoption du Code?
Antwoord: In de aanschrijving waarnaar het geacht lid verwijst worden rwee stelsels uiteengezet die afwijken van de normale regels inzake de facturerings- en betalingsverplichting op het stuk van de B1W. 1. De inzake facturering in beide stelsels toegestane afwijking behelst dat de factuur die door de belastingplichtige moet worden uitgereikt onder bepaalde voorwaarden mag worden vervangen door een stuk dat wordt opgemaakt door de koper of de afnemer, wanneer die laatste beter in staat is die verplichting na te komen, inzonderheid omdat hij eerder over de nodige elementen beschikt voor het opmaken van het stuk. Ingevolge de inwerkingtreding van het koninklijk besluit nr. 1, van 29 december 1992, met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde wordt de in vorige alinea beoogde afwijking vervangen door de regeling vervat
Réponse: Dans la circulaire à laquelle l'honorable membre se réfère sont exposés deux régimes qui s'écartent des règles normales en ce qui concerne l'obligation de facturation et de paiement en matière de TVA. 1. La dérogation autorisée dans les deux régimes en matière de facturation implique que la facture qui doit être délivrée par l'assujetti peut être remplacée sous des conditions déterminées par un document qui est dressé par l'acheteur ou le preneur, lorsque ce dernier est mieux en mesure de remplir cette obligation, notamment parce qu'il dispose plus tôt des éléments nécessaires à la rédaction du document. A la suite de l'entrée en vigueur de l'arrêté royal n° 1, du 29 décembre 1992, relatif aux mesures tendant à assurer le paiement de la taxe sur la valeur ajoutée la dérogation visée à l'alinéa précédent est remplacée par le régime contenu dans les articles 6,
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
5309
in de artikelen 6, § 1 en 12, § 1, van dat besluit wat betreft het uitreiken van het stuk dat de factuur vervangt, en door de regeling vervat in de artikelen 14 en 15 van hetzelfde besluit, wat betreft de opname van de verrichtingen in de boekhouding van de bij handeling betrokken partijen.
§ 1er et 12, § t«, de cet arrêté pour ce qui concerne la délivrance du document qui remplace la facture, et par le régime contenu dans les articles 14 et 15 de ce même arrêté, pour ce qui concerne l'enregistrement des opérations dans la comptabilité des parties intéressées à l'opération.
De in vorige alinea aangeduide wijze van afrekening kan meer bepaald worden gebruikt in de verschillende toepassingsgevallen opgesomd in de ms. 11 en 15 van de aanschrijving nr. 27, van 19 november 1975, met uitzondering van de in nummer 15, f), beoogde verkopen door niet-belastingplichtigen. Voor die verkopen moet de koper normaal zelf een stuk opmaken indien hij een belastingplichtige is die de ontvangen goederen voor zijn economische activiteit bestemt (artikell0 van voormeld koninklijk besluit nr. 1).
Le procédé de décompte indiqué dans l'alinéa précédent peut notamment être utilisé dans les différents cas d'application énumérés aux nOS11 et 15 de la circulaire n? 27, du 19 novembre 1975, à l'exception des ventes visées au numéro 15, f), effectuées par des nonassujettis. Pour ces ventes l'acheteur doit normalement dresser lui-même un documen t s'il est un assujetti qui destine les biens reçus à son activité économique (article 10 de l'arrêté royal n° 1 visé plus haut).
De Administratie van de BTW, registratie en domeinen aanvaardt dat de partijen die die wijze van afrekening willen toepassen de in artikel 6, § 1, 2°, van het koninklijk besluit nr. 1 voorgeschreven formaliteit niet moeten vervullen indien zij ingeval van controle kunnen aantonen dat zij al op 31 december 1992 rechtmatig een van de stelsels van voormelde aanschrijving toepassen.
L'Administration de la TVA, de l'enregistrement et des domaines, admet que les parties qui veulent appliquer ce procédé de décompte, me doivent pas remplir la formalité prescrite à l'article 6, § i«, 20, de l'arrêté royal n? 1, si elles peuvent prouver en cas de contrôle qu'elles appliquaient déjà légitiimement le 31 décembre 1992 un des régimes de la circulaire mentionnée.
Voormelde bepalingen aangaande de boekhouding hebben inzonderheid tot gevolg dat het stuk dat de factuur vervangt niet moet worden ingeschreven in een factuurboek indien voortaan de betrokkene een belastingplichtige is die de regeling geniet voorzien in artikel56, § 2, van het BTW-wetboek en die de bepaling van artikel 14, § 4, van het koninklijk besluit nr. 1 naleeft. Voor de toepassing van artikel 6, § 1, 5°, van dat koninklijk besluit volstaat het dat die belastingplichtige de in die bepaling geciteerde verwijzing naar de inschrijving in het boek voor uitgaande facturen vervangt door de aanduiding van het volgnummer dat hij aan het stuk toekent overeenkomstig artikel14, § 4, van dat besluit.
Les dispositions visées phus haut concernant la comptabilité ont notamment comme conséquence que le document qui remplace la :facture ne doit pas être inscrit dans un facturier si doréénavant l'intéressé est un assujetti qui bénéficie du régiime prévu à l'article 56, § 2, du Code de la TVA et: qui se conforme à la disposition de l'article 14, § ~, de l'arrêté royal n? 1. Pour l'application de l'article 16, § t-, 5°, de cet arrêté royal il suffit que cet assujetti remplace la référence à l'inscription au facturier de soirtie citée dans cette disposition par l'indication du nuiméro d'ordre qu'il attribue au document conformément à l'article 14, § 4, de cet arrêté.
Ten slotte dienen de leveranciers en dienstverrichters die ertoe gehouden zijn periodieke aangiften in te dienen overeenkomstig artikel 53, eerste lid, 3°, van het BTW-wetboek voortaan in die aangiften altijd de maatstaf van heffing van de handelingen op te nemen die worden vastgesteld in het stuk dat de factuur vervangt, terwijl zij voorheen die maatstaf er niet in vermelden wanneer de medecontractant in hun plaats de verschuldigde belasting betaalde.
Finalement les fournisseurs, et prestataires de services qui sont tenus de déposer edes déclarations périodiques conformément à l'article 53, alinéa premier, 3°, du Code de la TVA doivent <dorénavant toujours reprendre dans ces déclarationss la base imposable des opérations qui sont constatée-s dans le document qui remplace la facture, alors quie par le passé ils n'y reprenaient pas cette base lorsque le cocontractant payait la taxe due à leur place.,
2. Op het stuk van de betaling voorziet de aanschrijving waarnaar het geacht lid verwijst dat de koper of afnemer de verschuldigde belasting aan de Staat mag betalen in de plaats van de leverancier of dienstverrichter in omstandigheden waarin de betaling door laatstgenoemden op ernstige moeilijkheden stuit, in het bijzonder te wijten aan de occasionele aard van de bedoelde handelingen of aan het bestaan van een bijzondere regeling voor de leverancier of de dienstverrichter.
2. En matière de paiementt la circulaire à laquelle l'honorable membre se réfère prévoit que l'acquéreur ou le preneur est autorisé à pa-yer la taxe due à l'Etat à la place du fournisseur ou dur prestataire de services dans des situations où le paiiement par les derniers nommés se heurte à de sérieusees difficultés, en particulier dues au caractère occasion.nel des opérations visées ou à l'existence d'un régime parrticulier pour le fournisseur ou le prestataire.
De in vorige alinea beoogde tolerantie wordt door de Administratie van de BTW, registratie en domeinen
La tolérance l'Administration
visée à l'alinéai précédent est revue par de la TVA, dle l'enregistrement et des
681
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5310
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
herzien in functie van de gewijzigde BTW-wetgeving. Tot het tijdstip van de publikatie van de nieuwe commentaar hieromtrent zal die administratie geen kritiek uitoefenen wanneer, in de situaties geschetst in nr. 15 van de beoogde aanschrijving nr. 27, de koper of afnemer de verschuldigde belasting betaalt in de plaats van de leverancier of dienstverrichter.
domaines, en fonction de la législation TVA modifiée. Jusqu'au moment de la publication du nouveau commentaire à ce sujet, l'administration n'émettra aucune critique quand, dans les situations décrites au n° 15 de la circulaire n° 27 visée, l'acquéreur ou le preneur paie la taxe due à la place du fournisseur ou du prestataire de services.
DO 929300842
DO 929300842
Vraag nr. 405 van de heer Pinxten van 27 januari 1993
Question n° 405 de M. Pinxten du 27 janvier 1993
(N.) :
BTW. ten.
Onroerende verhuur. -
(N.) :
Uitvoeringsbeslui-
Sommige wetsbepalingen, zoals de bepalingen inzake het nieuwe regime betreffende onroerende verhuur, zijn nog niet uitgevoerd door uitvoeringsbesluiten. Welke houding moet de belastingplichtige in zo'n geval aannemen ; mag hij de rechtstreekse werking van de wet inroepen en bijvoorbeeld al een aangifte van aanvang van werkzaamheid inzake BTW indienen, of moet hij daarvoor wachten tot het koninklijk besluit is uitgevaardigd? Mag de BTW-plichtige al aanvangen met de facturatie van de huur onder het BTW-regime, en mag desgevallend de huurder die BTW al in aftrek brengen? Antwoord: Buiten het geval beoogd door artikel 44, § 3,2°, b), (nieuw), van het BTW-wetboek met betrekking tot de onroerende leasing, bieden de door de wet van 28 december 1992 aan dat wetboek aangebrachte wijzigingen, vanaf 1 januari 1993, op grond van artikel44, § 3,2°, c), van voornoemd wetboek de mogelijkheid aan de verhuurder die ervoor kiest, de verhuur van gebouwen aan de belasting over de toegevoegde waarde te onderwerpen wanneer die verhuur wordt gesloten met een belastingplichtige voor de behoeften van zijn economische activiteit. Die bepaling is evenwel slechts van toepassing op voorwaarde dat een aantal bij koninklijk besluit vast te stellen modaliteiten en voorwaarden worden vervuld die betrekking hebben op de vorm en de wijze van uitoefening van de keuze evenals op de voorwaarden waaraan het huurcontract moet voldoen. De budgettaire weerslag van dergelijke maatregel maakt thans het voorwerp uit van een onderzoek waarvan het resultaat beslissend zal zijn of artikel44, § 3, 2°, c), voornoemd, in werking kan treden en inzonderheid of een uitvoeringsbesluit zal worden getroffen. Dat besluit zou geen terugwerkende kracht hebben. In ieder geval vindt dat artikel bij gebreke van een uitvoeringsbesluit vooralsnog geen toepassing.
TVA. - Location de biens immobiliers. d'exécution.
Arrêtés
Certaines dispositions légales, telles que celles relatives au nouveau régime en matière de location de biens immobiliers, n'ont pas encore été mises en œuvre au moyen d'arrêtés d'exécution. Comment le contribuable doit-il réagir en pareil cas: peut-il invoquer l'application directe de la loi et, par exemple, introduire dès à présent une déclaration de début d'activité en matière de TVA, ou est-il tenu d'attendre la promulgation de l'arrêté royal? Est-il d'ores et déjà loisible à un assujetti à la TV A de facturer le loyer sous le régime TVA, et au locataire de porter, le cas échéant, cette TVA en déduction de ses revenus? Réponse: En dehors de la situation visée à l'article 44, § 3,2°, b), nouveau, du Code de la TVA, relatif au leasing immobilier, les modifications introduites dans ce code par la loi du 28 décembre 1992 donnent, à partir du i- janvier 1993, en vertu de l'article 44, § 3,2°, c), dudit code, la possibilité à un bailleur qui en manifeste l'intention, de soumettre la location de bârimentts) à la taxe sur la valeur ajoutée lorsque la location est consentie à un assujetti, pour les besoins de son activité économique. Cette disposition ne peut toutefois s'appliquer que moyennant le respect de certaines modalités et conditions à définir par arrêté royal, lesquelles concernent la forme de l'option, la manière de l'exercer ainsi que les conditions auxquelles doit satisfaire le contrat de location. L'impact budgétaire d'une telle mesure fait actuellement l'objet d'une étude à l'issue de laquelle il sera décidé si l'article 44, § 3,2°, c), susvisé peut être mis en œuvre et, partant, si un arrêté d'exécution peut être pns. Cet arrêté n'aurait pas d'effet rétroactif. En toute hypothèse, dans l'immédiat, l'absence de l'arrêté d'exécution rend inapplicable cet article.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentantts de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5311
DO 929301178
DO 929301178
Vraag nr. 462 van de heer Dewinter van 3 maart 1993
Question n° 462 de M. Dewinter du 3 mars 1993 (N.):
(N.):
Niet-Europese vreemdelingen. -
Geldverkeer.
Etrangers non européens. -
Circulation d'argent.
1. Hoeveel geld maken niet-Europese vreemdelingen jaarlijks vanuit België over naar niet-Europese landen? 2. Hoeveel geld werd jaarlijks gedurende de jongste vijf jaar getransfereerd naar de Noordafrikaanse landen (Marokko, Tunesië, Algerije)? 3. Hoeveel geld werd jaarlijks gedurende de jongste vijf jaar getransfereerd naar Turkije? 4. Worden statistieken opgemaakt waaruit de afname of toename van het door niet-Europese vreemdelingen getransfereerde geld kan worden afgeleid?
1. Combien d'argent les étrangers non européens transfèrent-ils chaque année au départ de la Belgique vers des pays non européens? 2. Au cours des cinq dernières années, combien d'argent a été transféré annuellement vers les pays de l'Afrique du Nord (Maroc, Tunisie, Algérie)? 3. Au cours des cinq dernières années, combien d'argent a été transféré annuellement vers la Turquie? 4. Dresse-t-on des statistiiques permettant de conclure à une diminution ou à un accroissement des transferts d'argent effectué par des étrangers non européens?
Antwoord : De hierna vermelde gegevens komen overeen met de betaalstrornen van onderhouds- en steungelden van werknemers van buitenlandse nationaliteit naar hun landen en hebben betrekking op de hele Belgisch-Luxemburgse Economische Unie (BLEU). De bedragen voor 1992 zijn nog niet beschikbaar. 1. Het totaal bedrag dat in de BLEU tewerkgestelde werknemers van buitenlandse nationaliteit, zowel Europese als niet-Europese, jaarlijks overmaken vanuit België en Luxemburg naar hun landen bedroeg respectievelijk: 3.439 miljoen Belgische frank in 1988, 3.001 miljoen Belgische frank in 1989, 3.997 miljoen Belgische frank in 1990 en 3.499 miljoen Belgische frank in 1991.
Réponse: Les données memtionnées ci-après correspondent aux flux de sommes. versées au titre de transferts privés familiaux d'entretien et de soutien par des salariés de nationalité étrangçère à destination de leurs pays et concernent l'ensembUe de l'Union économique belgo-luxernbourgeoise (UElBL). Les montants pour 1992 ne sont pas encore dispionibles. 1. Le montant total anmuel en provenance de la Belgique et du grand-duché «le Luxembourg transféré par des salariés de nationallité étrangère occupés en UEBL, aussi bien européens cque non-européens, à destination de leurs pays ét.ait respectivement de: 3.439 millions de francs bellges en 1988, 3.001 millions de francs belges en 1989J, 3.997 millions de francs belges en 1990 et 3.499 milllions de francs belges en 1991. La partie des salariés de nartionalité non-européenne dans ce flux était respectiverment de : 2.575 millions de francs belges en 1988,2.226; millions de francs belges en 1989, 3.259 millions de francs belges en 1990 et 3.018 millions de francs belgges en 1991. 2. En ce qui concerne Ires transferts financiers à destination de pays d'Afrique du Nord (Maroc, Algérie et Tunisie) les transferts finamciers et provenance de la Belgique et du grand-duché die Luxembourg se limitent au seul cas du Maroc. Ceuxc-ci s'élevaient respectivement à: 2.186 millions de: francs belges en 1988, 1.919 millions de francs bellges en 1989, 2.872 millions de francs belges en 1~990 et 2.832 millions de francs belges en 1991. 3. Les transferts financierrs en provenance de la Belgique et du grand-duché de lLuxembourg et à destination de la Turquie s'élevsaient respectivement à: 301 millions de francs belges>en 1988,231 millions de francs belges en 1989,275 rmillions de francs belges en 1990 et 34 millions de francs belges en 1991. 4. L'augmentation ou la diminution des transferts par des salariés de nationaliités non-européennes peut toujours être déduite des dlonnées de la balance de paiements.
Het gedeelte van werknemers van niet-Europese nationaliteiten in die stromen bedroeg respectievelijk: 2.575 miljoen Belgische frank in 1988, 2.226 miljoen Belgische frank in 1989,3.259 miljoen Belgische frank in 1990 en 3.018 miljoen Belgische frank in 1991. 2. Wat de overdracht van geld naar Noordafrikaanse landen (Marokko, Algerije en Tunesië) betreft kan men stellen dat er enkel in het geval van Marokko sprake is van geldoverdrachten vanuit België en Luxemburg. Die bedroegen respectievelijk: 2.186 miljoen Belgische frank in 1988, 1.919 miljoen Belgische frank in 1989, 2.872 miljoen Belgische frank in 1990 en 2.832 miljoen Belgische frank in 1991. 3. De geldoverdrachten vanuit België en Luxemburg naar Turkije bedroegen respectievelijk: 301 miljoen Belgische frank in 1988, 231 miljoen Belgische frank in 1989,275 miljoen Belgische frank in 1990 en 34 miljoen Belgische frank in 1991. 4. De toename of afname van het door werknemers van niet-Europese nationaliteiten overgedragen geld kan altijd worden afgeleid uit de betalingsbalansgegevens.
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5312
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
- (58)-
DO 929301190
DO 929301190
Vraag
Question n? 477 de M. Caudron du 8 mars 1993 (N.):
nr,
477 van de heer Caudron van 8 maart 1993
(N.) :
Departement. -
Personeel. -
Département. -
Ziekte.
Personnel. -
Maladie.
1. Hoeveel vastbenoemde personeelsleden zijn tewerkgesteld in uw ministeriële diensten, parastatalen, enzovoort, per geslacht en per taalrol? 2. Hoeveel van die vastbenoemde personeelsleden hebben zich, per geslacht en per taalrol, gedurende de jongste vijf jaar, elk jaar ziek gemeld? 3. Hoeveel ziektedagen werden de jongste vijf jaar aan die werknemers toegekend, per geslacht en per taalrol?
1. Combien d'agents nommés sont employés dans vos services ministériels, parastataux, et cetera?
Antwoord: In antwoord op zijn vraag heb ik de eer het geacht lid de volgende gegevens mee te delen met betrekking tot het ministerie van Financiën. De gegevens betreffende de parastatale instellingen ressorterend onder het ministerie van Financiën zullen later worden meegedeeld.
Réponse: En réponse à sa question, j'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les données suivantes concernant le ministère des Finances. Les données concernant les parastataux relevant du ministère des Finances seront communiquées ultérieurement.
2. Combien d'entre eux se sont portés malades chaque année au cours des cinq dernières années? 3. Combien de jours de congé de maladie ont été accordés aux agents en question au cours des cinq dernières années? Pourriez-vous à chaque fois me fournir ces données par sexe et par rôle linguistique?
Mannelijk I Masculin
.:...... Aantal vastbenoemde personeelsleden. / Nombre d'agents nommés définitivement . -
-
Vrouwelijk I Féminin
Nederlandstalig
Franstalig
Nederlandstalig
Franstalig
Néerlandophone
Francophone
Néerlandophone
Francophone
10.769
7.035
6.410
5.330
Aantal vasrbenoernde personeelsleden die in de jaren 1988, 1989, 1990,1991 en 1992 telkens afwezig waren ingevolge verlof wegens ziekte. / Nombre d'agents qui ont été absents à la suite d'un congé de maladie en 1988, 1989, 1990, 1991 et 1992 .
4.770
3.504
3.455
3.033
Aantal dagen verlof wegens ziekte toegekend aan de in vorige kolom bedoelde personeelsleden in de periode 1988-1992./ Nombre de jours de congés accordés pour maladie aux agents repris dans la colonne précédente pour la période 19881992 .
335.024
229.474
244.162
244.615
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5313
DO 929301278
DO 929301278
Vraag nr. 484 van de heer Daems van 10 maart 1993
Question na 484 de M. Daems du 10 mars 1993 (N.)
(N.):
Nalatigheidsintresten. - Moratoriumintresten. Wetswijziging. - Inwerkingtreding.
-
Intérêts de retard. - Intérêts moratoires. - Modification légale. - Entrée en vigueur.
De artikelen 21 en 23 van de wet van 28 december 1992 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen hebben respectievelijk de artikelen 414, § 1, vijfde lid «< De nalatigheidsinterest is niet verschuldigd wanneer hij geen 200 Belgische frankper maand bedraagt ») en artikel419, tweede lid, (<< Evenmin wordt moratoriuminterest toegekend wanneer hij geen 200 Belgische frank per maand bedraagt ») van het WIB 1992 gewijzigd. Die artikelen treden op 1 maart 1993 in werking (artikel 30, § 2, van dezelfde wet), Ingevolge artikel la van de wet van 23 december 1986 betreffende de invordering en de geschillen ter zake van provinciale en plaatselijke heffingen zijn de artikelen 414 en 419 van het WIB 1992 van toepassing op de gemeentebelastingen. Is de nieuwe berekeningsgrondslag voor de berekening van nalatigheids- en moratoriumintresten van toepassing op : 1. de aanslagen die pas vanaf 1 maart 1993 aan intresten onderhevig zijn, of 2. aanslagbiljetten die vanaf 1 maart 1993 verstuurd zijn, of 3. de kohieren die vanaf 1 maart 1993 uitvoerbaar verklaard zijn?
Les articles 21 et 23 de la loi du 28 décembre 1992 portant des dispositions fiscales, financières et diverses modifient respectivement les articles 414,§ 1er, alinéa cinq «( L'intérêt de retard n'est pas dû lorsque son montant n'atteint pas 200 francs belges par mois »), et 419, alinéa deux (<< Aucun intérêt morataire n'est non plus alloué loirsque son montant n'atteint pas 200 francs belges pa.r rnois »), du CIR 1992. Ces articles entrent en vigueurr le 1er mars 1993 (article 30, § 2, de la même loi). Conformément à l'article 1'.0 de la loi du 23 décembre 1986 relative au recouvrennent et au contentieux en matière de taxes provinciales eet locales, les articles 414 et 419 du CIR 1992 sont rendius applicables aux impositions communales. La nouvelle base de calcul piour le calcul des intérêts de retard et des intérêts moratcoires est-elle applicable:
Antwoord: Ingevolge artikel3D, § 2, van de wet van 28 december 1992 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen treden de artikelen 21 en 23 van diezelfde wet in werking op de eerste dag van de derde maand die volgt op de maand waarin die wet in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt, voor het tijdperk dat op dezelfde dag een aanvang neemt. Gelet op de termen van de wet moeten de op grond van de artikelen 414 en 419 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 1992) verschuldigde nalatigheids- en moratoriuminteresten tot 28 februari 1993 worden berekend volgens de vroegere regels (minimum 100 Belgische frank interest en een berekeningsgrondslag van minstens 5.000 Belgische frank) en vanaf 1 maart 1993, ongeacht de datum van inkohiering van de aanslagen of de datum van de beslissing waarbij een ontheffing wordt verleend, volgens de nieuwe wettelijke bepalingen (minimum 200 Belgische frank per maand). Vermits de artikelen 414 en 419, WIB 1992 ingevolge artikel 10 van de wet van 23 december 1986 betreffende de invordering en de geschillen ter zake van provinciale en plaatselijke heffingen ook van toepassing zijn op de gemeentebelastingen, moeten de daarop verschuldigde nalatigheids- en moratoriuminteresten ook volgens diezelfde regels worden berekend.
Réponse: Conformément ài l'article 30, § 2, de la loi du 28 décembre 1992 conteruant des dispositions fiscales, financières et diverses, les articles 21 et 23 de cette même loi entrent en vigtueur le premier jour du troisième mois qui suit le mois, au cours duquel cette loi est publiée au Moniteur belge" pour la période prenant cours à compter du même JOUIr. Eu égard aux termes de la lœi, les intérêts de retard et les intérêts moratoires dus dcoivent quelle que soit la date de l'enrôlement des cotiisations ou la date de la décision accordant un dégrêvrement, être calculés, sur la base des articles 414 et 419 du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 1992), sselon les anciennes règles (minimum 100 francs belges (d'intérêts et une base de calcul de minimum 5.000 frames belges) jusqu'au 28 février 1993 et selon les nouveelles dispositions légales (minimum 200 francs belges; par mois) à partir du i- mars 1993.
1. aux impositions qui ne somt soumis à intérêts qu'à partir du 1er mars 1993, mu 2. aux avertissements-extraitts de rôle envoyés à partir du 1er mars 1993, ou 3. aux rôles déclarés exécutœires à partir du 1er mars 1993?
Etant donné qu'en vertu dœ l'article 10 de la loi du 23 décembre 1986 relative au recouvrement et au contentieux en matières de taxes pirovinciales et locales, les articles 414 et 419, CIR 199)2 sont aussi applicables aux impôts communaux, les intérêts de retard et les intérêts moratoires dus sur cœux-ci doivent aussi être calculés selon les mêmes règless.
5314
BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers _ (58)Vragenen Antwoorden(GZ 1992-1993)
Da 929301312 Vraag nr. 488 van de heer Ylieff van 16 maart (Fr.) :
Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa 1992-1993)
Da 929301312 1993
Question n? 488 de M. Ylief£
du 16 mars 1993 (Fr.) :
Douane. - Ambtenaren. - Heraanste/ling. - Grensgemeenten.
Douanes. - Agents. frontalières.
In uw antwoord op mijn vraag nr. 387 van 20 januari 1993 stipt u aan dat douaneambtenaren die in een dienst van de gemeentepolitie worden heraangesteld, het statuut van agent van gemeentepolitie niet verwerven en dus ook niet de bevoegdheden krijgen die eigen zijn aan dat statuut. Wel mogen die ambtenaren worden belast met adrninistratieve of ondersteuningstaken, waardoor de agenten van gemeentepolitie meer tijd kunnen besteden aan hun specifieke opdrachten (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 1992-1993, nr. 49, blz. 4106). 1. Welke lading dekt de vlag «ondersteuning» (graag enkele concrete voorbeelden)?
En réponse à ma question n° 387 du 20 janvier 1993, vous avez mentionné que les agents des douanes réaffectés dans les services de police des communes frontalières n'acquéraient pas le statut d'agent de police communal et qu'ils ne pouvaient dès lors exercer les compétences propres à ce statut. Toutefois, il a été précisé que des tâches administratives ou d'assistance pouvaient leur être confiées de manière à permettre aux agents communaux de se consacrer davantage à leurs missions spécifiques (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 1992-1993, n° 49, page 4106). 1. Que recouvre cette notion d'assistance (pouvezvous me communiquer quelques exemples)? 2. La surveillance et les rondes aux abords d'un hall de sports peuvent-elles être reprises sous ce vocable?
2. Vallen bewakingsopdrachten en wachtrondes de buurt van een sporthal daar ook onder?
in
Antwoord: Mijn collega, de minister van Binnenlandse Zaken en van Ambtenarenzaken heeft mij een niet-limitatieve lijst toegezonden van de taken die kunnen worden toevertrouwd aan de ambtenaren van de douane en accijnzen waarvan de rol binnen de politiediensten moet beperkt blijven tot een administratieve ondersteuning : archiefwerkzaamheden; dactylografie; diverse kantoorwerken; onthaal op het commissariaat, Bovendien zouden navolgende taken aan bedoelde ambtenaren kunnen worden toevertrouwd: toezicht op de veiligheid in de nabijheid van scholen en in het bijzonder op de veiligheid van de kinderen; toezicht op de uitgangen van sportcomplexen; toezicht op de parkeermeters; begeleiding van een politie-assistent op plaatsen bezocht door drugverslaafden en eventueel deelname aan voorlichtingsacties; onthaal, ondersteuning en begeleiding van slachtoffers naar de gepaste hulpdiensten; de aanpak van public-relations voor het commissariaat. In verband met die ondersteuningsopdrachten zijn de ambtenaren niet bevoegd om proces-verbaal op te stellen en mogen ze geenszins worden gelijkgesteld met hulpagenten. De bewaking en het rondel open in de omgeving van een sporthal zijn opgenomen in de hierboven opgesomde taken.
Réaffectation. -
Communes
Réponse: Mon collègue, le ministre de l'Intérieur et de la Fonction publique m'a communiqué une liste non exhaustive des tâches qui peuvent être confiées aux agents des douanes et accises dont le rôle devra se limiter au sein des services de police, à une assistance administrative: activités d'archivage; dactylographie; divers travaux de bureau; accueil au commissariat. En outre, les agents concernés pourraient également se voir confier des tâches telles que : surveillance de la sécurité à proximité des écoles et plus particulièrement de la sécurité des enfants; surveillance des sorties de complexes sportifs; surveillance des parcmètres; accompagnement d'un assistant de police dans les lieux fréquentés par des drogués et participation éventuelle à des actions de sensibilisation; accueil, soutien et guidance de victimes vers les services d'aide adéquats; prise en charge des relations publiques pour le commissariat. Dans le contexte de ces missions d'assistance, les agents ne peuvent en aucun cas être amenés à verbaliser et ne peuvent en aucune façon être assimilés à des agents auxiliaires. La surveillance et les rondes aux abords d'un hall des sports sont prévues parmi les tâches énumérées ciavant.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)-
5315
DO 929301313
DO 929301313
Vraag nr, 489 van de heer Pinxten van 16 maart 1993 (N.):
Question
Schuldsaldoverzekering. - Aftrek. - Splitsing.
Assurance de solde restant dû. sion.
Schuldsaldoverzekeringen die een hypothecaire lening waarborgen die is aangegaan om een woning te bouwen, verbouwen of kopen, zijn aftrekbaar van het totale beroepsinkomen ingevolge artikel 81, 2°, van her WIB 1992. Indien die lening werd aangegaan om een woning te verwerven die de eigenaar gedeeltelijk voor de uitoefening van zijn beroep gebruikt, zou men naar analogie van de aftrek van intresten en kapitaalaflossingen kunnen zeggen dat de premie van de schuldsaldoverzekering eveneens moet worden opgesplitst in een privé-gedeelte en een beroepsgedeelte. Het privégedeelte van de premie is dan aftrekbaar volgens artikel 81, 2°, van het WIB 1992, en het beroepsgedeelte van de premie als bedrijfsuitgave volgens artikel49 van het WIB 1992.
Aux termes de l'article 81, 2°, du CIR 1992, les assurances de solde restant dû garantissent le remboursement d'un emprunt hypothécaire contracté pour construire, acquérir ou transformer une habitation sont déductibles du montant total du revenu professionnel. Si cet emprunt hypothécaire a été contracté en vue de l'acquisition d'une habiitation partiellement affectée à l'usage professionnel de son propriétaire, pourrait-on, par analogie avec le rrégime de déduction en vigueur pour les intérêts et amortissements du capital, affirmer que la prime de l'assurance de solde restant dû doit, elle aussi, être scindée en deux parties, l'une privée et l'autre professionnellœ? Conformément à l'article 49 du CIR 1992, la partie privée de la prime serait alors déductible en vertu de ll'article 81, 2°, du CIR 1992, et la part professionnellle au titre de dépenses professionnelles.
Is die interpretatie Antwoord: niet,
juist?
Ik deel de zienswijze van het geacht lid
n? 489 de M. Pinxten
Cette interprétation
du 16 mars 1993 (N.) : Déduction. -
Scis-
est-elle correcte?
Réponse: Je ne partage l'honorable membre.
pas
le point
de vue de
Noch de bepalingen van het inmiddels opgeheven artikel 81, 1 0, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, noch die van de artikelen 1451,2° en 14517, JO, van hetzelfde wetboek die een belastingvermindering voor premies van individuele levensverzekeringen (waaronder die van schuldsaldoverzekeringen) invoeren, maken een onderscheid tussen verzekeringscontracten van louter privé-aard en contracten die met een beroepswerkzaamheid verband houden.
Ni les dispositions de l'article 81, 1°, (abrogé entretemps) du Code des impôts siur les revenus 1992, ni celles des articles 145\ 2° et Il4517, 1°, du même code qui instaurent une réduction ul'irnpôt pour les primes d'assurances-vie individuelles ((dont celles d'assurances de solde restant dû) n'établissent de distinction entre les contrats d'assurances d'or-dre strictement privé et ceux souscrits dans le cadre dune activité professionnelle.
Dat impliceert dat dergelijke premies niet als beroepskosten kunnen worden afgetrokken, doch in beginsel voor het volledig bedrag in aanmerking worden genomen voor de toepassing van de voormelde wetsbepalingen (zie ook nr.44/447 van de administratieve commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen).
Cela implique que de telles. primes ne peuvent être déduites à titre de frais professionnels mais sont, en principe, prises en considérattion pour leur montant total pour l'application des düspositions légales précitées (voir également n" 44/44'i7 du commentaire administratif du Code des impôts srur les revenus).
Overigens wens ik er nog op te wijzen dat, in tegenstelling tot wat het geacht lid voorhoudt, de ornstandigheid dat de woning in kwestie gedeeltelijk beroepsmatig wordt gebruikt, evenmin een beletsel vormt voor de toepassing van de belastingverminderingen voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen. Die aflossingen moeten derhalve ook niet tot het privégedeelte van de lening worden beperkt (cf. anrwoord op de vraag nr. 396 van 21 januari 1993 van de heer Berben, zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, nr. 49, van 1 maart 1993, blz. 4111).
Par ailleurs, je souhaite encœre attirer l'attention sur le fait que, contrairement à ce cque soutient l'honorable membre, la circonstance que l.'habitation en cause soit partiellement affectée à des firus professionnelles ne fait pas non plus obstacle à l'apjplication des réductions d'impôts pour amortissementts en capital d'emprunts hypothécaires. Ces amortissements ne doivent donc pas non plus être limités à lat quotité privée de l'emprunt (cf. réponse à la questiion n? 396 du 21 janvier 1993 de M. Berben, voir builletin des Questions et Réponses, Chambre, n" 4·9, du 1er mars 1993, page 4111).
5316
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Anrwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
DO 929301347
DO 929301347
Vraag Dr. 493 van de heer Desmet van 19 maart 1993
Question n? 493 de M. Desmet du 19 mars 1993 (N.):
(N.):
Bedrijfsvoorheffing. - Buitenlandse artiesten. gelijke behandeling.
On-
Précompte professionnel. Inégalité de traitement.
Artistes étrangers. -
Verschillende belastingcontroleurs passen de belastingwetgeving met betrekking tot de betaling van bedrijfsvoorheffing op gages van buitenlandse artiesten zeer arbitrair toe, blijkbaar zonder overleg tussen diverse regio's, en zonder nationale coördinatie. Ook binnen een bepaalde regio blijken sommige culturele centra geen aanslag te ontvangen, terwijl andere er wel een krijgen. Binnen een regio zijn sommige culturele centra in feite vrijgesteld van betaling van bedrijfsvoorheffing, terwijl andere dat niet zijn. Zo stelde ik vast dat alle culturele centra van WestVlaanderen (Kortrijk, Menen, Brugge, Tielt, Knokke, Waregem, enzovoort) geen enkele bedrijfsvoorheffing betaalden in de periode 1990-1992. Niettegenstaande de diensten van de BBl van Oostende voor heel WestVlaanderen bevoegd zijn, blijkt dat enkel het cultuurcentrum « De Schakel » van Waregem voor de periode van 1990-1992 een aanslag van ambtswege opgelegd kreeg voor alle buitenlandse voorstellingen (namelijk voor een bedrag van 293.474 Belgische frank). Navraag bij de overige culturele centra van West-Vlaanderen en bij de grote theaterbureaus leerde dar geen enkele van die centra bedrijfsvoorheffing betaalde en een aanslag van ambtswege kreeg. 1. Waarom worden culturele centra verschillend behandeld? 2. Geeft u richtlijnen aan de administratie om centra gelijk te behandelen?
En matière de paiement du précompte professionnel sur les cachets des artistes étrangers, les contrôleurs fiscaux appliquent la législation de façon très arbitraire, sans qu'il y ait eu, à l'évidence, de concertation entre les services des différentes régions ni de coordination nationale. Même dans une région déterminée, certains centres culturels ne sont pas assujettis à une taxation. Certains centres y sont en fait exemptés du paiement du précompte professionnel.
Antwoord: Ingevolge de opeenvolgende wetswijzigingen sedert de hervorming van de belasting van nietinwoners (wet van 22 decernber 1989 houdende fiscale bepalingen) en de verschillende aanpassingen van de koninklijke besluiten ter zake op het stuk van de bedrijfsvoorheffing, zijn er inderdaad interpretatieproblemen gerezen in verband met het belastingstelsel dar voor de niet-inwonende podiurnkunstenaars geldt. Weldra zullen de nodige richtlijnen worden verstrekt aangaande het aanslagstelsel en de bedrijfsvoorheffing die van toepassing zijn op de inkomsten die betrokkenen in België behalen. In dat verband wijs ik er het geacht lid op dat ingevolge het koninklijk besluit van 1 oktober 1992 tot vaststelling van de bedrijfsvoorheffing op inkomsten van podiumkunstenaars en sportbeoefenaars die niet-inwoners zijn, de bedrijfsvoorheffing op de inkomsten die vanaf 8 oktober 1992 worden betaald of toegekend in principe altijd verschuldigd is, zelfs wanneer de inkomsten niet worden toegekend aan de podiumkunstenaar zelf, maar aan een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon, behalve wanneer de heffingsbevoegdheid ingevolge internationale overeenkomsten niet aan België toekomt.
Réponse: A la suite des modifications légales successives intervenues depuis la réforme de l'impôt des nonrésidents (loi du 22 décembre 1989 portant des dispositions fiscales) et des différentes adaptations des arrêtés royaux en matière de précompte professionnel, des problèmes d'interprétation relatifs au régime de taxation applicable aux artistes du spectacle non-résidents ont en effet surgi. Les directives nécessaires seront fournies prochainement en ce qui concerne le régime d'imposition et le précompte professionnel applicables aux revenus recueillis en Belgique par les intéressés. A ce propos, je signale à l'honorable membre qu'en vertu de l'arrêté royal du 1er octobre 1992 déterminant le précompte professionnel dû sur les revenus des artistes du spectacle et des sportifs non-résidents, le précompte professionnel est, en principe, toujours dû sur les revenus qui sont payés ou attribués à partir du 8 octobre 1992, même lorsque les revenus ne sont pas attribués à l'artiste du spectacle lui-même mais à une autre personne physique ou morale, excepté lorsque, conformément aux conventions internationales, le pouvoir d'imposition n'appartient pas à la Belgique.
Ainsi, j'ai constaté que tous les centres culturels de Flandre occidentale (Courtrai, Menin, Bruges, Tielt, Knokke, Waregem, et cetera) n'ont payé aucun précompte professionnel au cours de la période 19901992. Bien que les services de l'ISI d'Ostende soient compétents pour toute la Flandre occidentale, seul le centre culturel « De Schakel » à Waregem a été assujetti à une taxation d'office en 1990-1992 pour l'ensemble des spectacles étrangers (pour un montant de 293.474 de francs belges). Renseignements pris auprès des autres centres culturels de Flandre occidentale et des grandes agences de théâtre, aucun de ces centres n'a payé de précompte professionnel et n'a été assujetti à une taxation d'office. 1. Pourquoi tous les centres culturels ne sont-ils pas traités sur un pied d'égalité? 2. Donnez-vous des directives à l'administration en vue d'assurer l'égalité de traitement des centres culturels?
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
DO 929301357
DO 929301357
Vraag nr, 496 van de heer Clerfayt van 22 maart 1993 (Fr.) :
Question n° 496 de M. Clerfayt (Fr.) :
Gemeenten. - Rekening-courant. nemen van geld.
Communes. fice.
Ambtshalve op-
1. Uw departement heeft niet geantwoord op punt 2 van mijn vraag nr.391 van 21 januari 1993 (zie bulletin van Vragen en Anttooorden, Kamer, 19921993, nr. 48, blz. 3972). Vindt u niet dat uw besturen gewoon uit elementaire beleefdheid de gemeenten van die geldopneming en van de reden ervan vooraf op de hoogte moeten brengen? 2. Uw departement bevestigt dat er geen wettekst is op grond waarvan het ministerie van Financiën ambtshalve geld kan opnemen van de rekening-courant van de gemeenten. Mag dan ook niet worden gesteld dat de Staat, telkens als op die manier geld afgenomen wordt, een fout begaat zoals bedoeld in artikel 1382 van het Burgerlijk wetboek?
5317
du 22 mars
1993
Compte-courant. - Prélèvement d'of-
1. Je constate que votre département n'a pas répondu au point 2 de ma question n° 391 du 21 janvier 1993 (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 1992-1993, n° 48, page 3972). N'estimez-vous pas qu'une élémentaire courtoisie impose que vos administrations avertissent préalablement les communes du prélèvement et de sa justification? 2. Par ailleurs, comme votr-e département confirme l'inexistence d'un texte légal autorisant le ministère des Finances à effectuer des prélèvements d'office sur le compte-courant des comrnuness, doit-on considérer que l'Etat commet une faute, au sens de l'article 1382 du Code civil, chaque fois qu'il .effectue lesdits prélèvements?
Antwoord: 1. De bedoeling om het voorschot van 5 miljard Belgische frank terug te vorderen werd al uitgedrukt bij de bespreking in de Kamer van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1992 (zie verslag namens de Commissie voor Financiën van de Kamer Gedr. stuk nr. 11/5 - 199111992 (bijzondere zitting van 12 mei 1992).
Réponse: 1. L'intention de récupérer: l'avance de 5 milliards de francs belges avait déjà ëté exprimée lors de la discussion à la Chambre, du buidget général des dépenses de l'année 1992 (cf. rappoirt de la Commission des Finances de la Chambre - Dcoc. parl n? 11/5 -19911 1992 (session extraordinaire diu 12 mai 1992).
Ik heb verklaard als antwoord op interpellaties in dat verband dat die mededeling niet voldoende doorgedrongen was bij de gemeenten en dat ik er in de toekomst zou voor zorgen dat, indien een dergelijke situatie zich nog zou voordoen, het departement zelf de gemeenten bij geïndividualiseerde brief zou informeren.
J'ai déclaré en réponse à des; interpellations à ce sujet que cette information n'avaiir pas été suffisamment répercutée auprès des commumes et que je veillerai à l'avenir, si une telle situation «levait encore se présenter, à ce que le départementt informe lui-même les communes, par lettre individuialisée.
Een en ander neemt niet weg dat: de gemeenten zich op eender welk ogenblik aan zo'n terugvordering mochten verwachten omdat geen reglement of een wetsbepaling dat voorschot, dat uiteraard terugbetaalbaar was, had veranderd; de gemeenten eveneens werden ingelicht over die beslissing door het Gemeentekrediet bij de overdracht van de voor hun rekening in de loop van de maand november 1992 geïnde sommen. De andere terugvorderingen die soms in de loop van het jaar zelf ten laste van de ene of de andere gemeente worden uitgevoerd vinden enkel hun oorsprong in de aanpassing of de verbetering van bepaalde gegevens die ten onrechte een voor hen te hoge toekenning hebben veroorzaakt voor de vorige maanden. Die verbeteringen hebben verschillende redenen die vooral terug te brengen zijn tot het vlak van een aanzienlijke aangroei van de verleende ontlastingen, of van een herziening in min van de rechten die als juiste grondslag van de verdeling voor het geheel van de werkelijk verwezenlijkte ontvangsten dienen in aanmerking te worden genomen.
Il n'empêche
que:
les communes pouvaient s'attendre à n'importe quelle date à une telle récrupération puisque ni un règlement, ni une disposittion légale n'avait transformé cette avance qui pair essence était remboursable; les communes ont également été informées de cette décision par le Crédit connmunal lors du transfert des sommes perçues pour leur compte au cours du mois de novembre 1992. Pour ce qui est des autres irécupérations qui s'opèrent parfois au cours de l'anné-e même à charge de l'une ou l'autre commune, elles s'exjpliquent uniquement par l'adaptation ou la correction .de certains éléments qui ont provoqué injustement unœ attribution trop élevée dans leur chef pour les mois amtérieurs. Ces corrections ont des origines diverses qui Sie situent principalement au niveau d'une hausse consid1érable des dégrèvements accordés, ou d'une révision àl la baisse des droits qui sont à retenir comme base exacte de répartition pour l'ensemble des recettes effectiwement réalisées.
682
5318
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
_ (58)-
De juiste weerslag van de aldus aangebrachte verbeteringen kan alleen maar worden nagegaan na het aanleggen van de magneetbanden die als grondslag dienen voor de inschrijving van de sommen op de lopende rekening van de gemeenten bij het Gemeentekrediet, en dat verklaart waarom de gemeenten niet voor die verrichtingen kunnen worden ingelicht. Die verbeteringen gebeuren zowel in het kader van een bepaalde budgettaire methodenleer die wil dat de Staat, op gevaar af van de nodige verantwoording na het afsluiten van het begrotingsjaar te moeten verstrekken, onder geen beding het bedrag van de werkelijk voor rekening van de rechthebbende instellingen verwezenlijkte inningen mag overschrijden, als in overeenstemming met de comptabiliteitswetten die de doorstorting ervan regelen via toewijzingsfondsen die ambtshalve op de begroting zijn geopend voor de gedeelten van de opbrengst van belastingen, heffingen en stortingen die zijn toegewezen aan andere openbare overheden (artikel 38 van het koninklijk besluit van 17 juli 1991 houdende coördinatie van de wetten op de Rijkscomptabiliteit).
L'incidence exacte des corrections ainsi apportées ne peut être mesurée qu'après la confection des bandes magnétiques servant de base pour l'inscription des sommes sur le compte-courant des communes auprès du Crédit communal et cela explique la raison pour laquelle la commune ne peut être informée à l'avance de ces opérations. Ces corrections s'effectuent aussi bien dans le cadre d'une certaine méthodologie budgétaire qui veut que l'Etat, sous peine de devoir apporter les justifications nécessaires après clôture de l'année budgétaire, ne peut sous aucun prétexte dépasser le montant des recettes effectivement réalisées pour compte des pouvoirs bénéficiaires, qu'en conformité avec les lois comptables qui organisent les modalités de ces transferts par le biais des fonds d'attribution qui sont ouverts d'office au budget pour les parts du produit d'impôt, perceptions et versements à attribuer à d'autres autorités publiques (article 38 de l'arrêté royal du 17 juillet 1991 portant coordination des lois sur la comptabilité de l'Etat).
Alles te samen genomen kan men zeggen dat de aan de gemeenten gestorte sommen ondergeschikt zijn aan de voorwaarde van goede afloop en van het niet te berde komen van bepaalde gegevens die een of andere herziening van de vroeger toegekende sommen met zich brengen.
En résumé, on peut dire que les sommes versées aux communes sont subordonnées à la condition de bonne fin et à l'inexistence de certains éléments donnant lieu à une révision quelconque des montants antérieurement attribués.
2. In de gegeven omstandigheden is het vanzelfsprekend dat men geen verantwoordelijkheid van de Staat in de zin van artikel 1382 van het Burgerlijk wetboek ter sprake kan brengen.
2. En l'occurrence, il est évident qu'on ne peut évoquer une quelconque responsabilité de l'Etat au sens de l'article 1382 du Code civil.
DO 929301358
Da
Vraag nr, 497 van de heer Clerfayt van 22 maart 1993 (Fr.) :
Question n° 497 de M. Clerfayt (Fr.) :
Gemeenten. -
Communes. -
Opcentiemen. -
Teruggave.
929301358 du 22 mars
1993
Taxes additionnelles. - Rétrocession.
Uw departement bevestigt in het antwoord op mijn vraag nr. 390 van 21 januari 1993 dat de opbrengst van de onroerende voorheffing uiterlijk de derde werkdag van de maand die volgt op die van de inning door de gewestelijke directie waaronder het betrokken ontvangkantoor ressorteert, onder de begunstigden wordt verdeeld (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 1992-1993, nr. 49, blz. 4107).
Dans sa réponse à ma question n° 390 du 21 janvier 1993, votre département confirme que le produit du précompte immobilier est réparti entre les bénéficiaires par la direction régionale dont dépend le bureau de recettes concerné, au plus tard le 3ème jour ouvrable du mois qui suit celui de la perception (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 1992-1993, n? 49, page 4107).
Waarom de Staat vier weken nodig heeft om het aan de gemeenten toekomende deel op rekening B van de gemeenten te storten, gaat onze bevatting te boven.
Dès lors, on ne comprend pas pourquoi l'Etat met quatre semaines pour transférer au compte B des communes leur quote-part. Manifestement, on ne peut considérer que l'Etat agit avec diligence et en bon père de famille en mettant quatre semaines pour liquider aux communes leur quote-part, alors que celle-ci est connue au début de chaque mois.
Een Staat die er vier weken over doet om de gemeenten hun aandeel uit te betalen, terwijl dat bedrag overigens bij het begin van elke maand gekend is, treedt hier duidelijk niet meteen voortvarend en als een goede huisvader op.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5319
Welke redenen voert uw departement aan om de achterstand bij het doorstorten aan de gemeenten van het hun toekomende deel te rechtvaardigen?
Quelles sont les raisons invoquées par votre département pour le retard mis par celui-ci pour verser aux communes leur quete-part?
Antwoord : De door het geacht lid bedoelde verdeling van de belastingopbrengst, die werkelijk wordt uitgevoerd uiterlijk de 3de werkdag van de maand die volgt op die van de inning is wel te verstaan alleen maar de allereerste fase in het verloop van de overdracht van de sommen geïnd voor rekening van de andere openbare overheden.
Réponse: La répartition du produit d'impôts visée par l'honorable membre, qui s'opère effectivement au plus tard le 3ème jour ouvrable du mois qui suit celui de la perception n'est bien entendu que la toute première phase dans le processus de transfert des sommes perçues pour compte des autres autorités publiques.
Die omdelingswerkzaamheden worden gevolgd door heel wat andere die het moeten mogelijk maken de juistheid van die overdrachten maximaal te waarborgen, zoals :
Ces travaux de répartition sont suivis de bien d'autres qui doivent permettre de garantir au maximum l'exactitude desdits transferts, tels que:
afsluiten en nazien van de verschillende compta biliteitsdocumenten bijgehouden door de verschillende ontvangkantoren;
clôture et vérification des divers documents comptables tenus par les différents bureaux de recette;
voorbereiding van de documenten nodig voor de omdeling van de ontvangsten verwezenlijkt voor het geheel van elke ßewestelijke directie;
préparation des documents nécessaires à la répartition des recettes réalisées au sein de chaque direction régionale;
berekening voor elke gemeente van de rechten vastgesteld sedert 1 januari, met inbegrip van de nog niet geïnde rechten over de vorige jaren;
calcul dans le chef de chaqme commune des droits établis depuis le 1er janvier, y compris les droits non encore perçus des anmées antérieures; idem pour les droits dégre-vés;
idem voor de in ontlasting
aangenomen
rechten;
aanleggen en aanvullen van de documenten bestemd voor de verdeling van de verwezenlijkte ontvangsten over de gerneenten, per gewestelijke directie;
établissement et complétaige des documents servant à la répartition des recettes réalisées entre les communes, par direction rrégionale,
verzending van die documenten naar het centrum voor informatieverwerking (BClV);
envoi de ces documents l'information (CCT!);
coderen van de verschillende gegevens en aanleggen door het BCIV van de magneetbanden ten behoeve van het Gemeentekrediet;
encodage des différentes données et confection par le des bandes magnétiques à l'usage du Crédit communal;
ordonnancering en opmaken van de documenten nodig voor de overdracht naar het Gemeentekrediet door tussenkomst van de Administratie der Thesaurie;
ordonnancement et établiissernenr des documents nécessaires pour le transfert au Crédit communal par l'intermédiaire de I'Ardministration de la Trésorerie;
nazien van de overeenstemming met andere begrotingsdocumenten door de Administratie der The-
vérification de la concordance avec d'autres documents budgétaires par l'Administration de la Trésorerie; finalement transfert et inscription du produit réalisé sur le compte B de chaqjue commune par l'intermédiaire du Crédit comrmunal.
sanne; ten slotte overdracht en inschrijving van de verwezenlijkte opbrengst op de rekening B van elke gemeente door tussenkomst van het Gemeentekrediet.
am centre de traitement
de
ccn
De veelvuldigheid van de verschillende verplicht uit te voeren verrichtingen, zonder te gewagen van materiële moeilijkheden die zich in de ene of de andere fase van uitvoering kunnen voordoen, toont voldoende duidelijk aan dat de omdeling en de storting van de opcentiemen aan de gemeenten een zware taak uitmaken voor de Staat en dat de termijn van vier weken om de overdracht ten bate van de andere openbare overheden uit te voeren, geen luxe is, maar een noodzakelijkheid.
La multiplicité des différenttes opérations à exécuter obligatoirement, sans encore warier des difficultés matérielles qui peuvent surgir dams l'une ou l'autre phase d'exécution, démontre à suffisance que la répartition et le versement des additionnels. aux communes constituent une lourde tâche pour l'Etat et que le délai de quatre semaines pour opérer Ile transfert au profit des autres autorités publiques, n'est pas un luxe, mais une nécessité.
De gemengde werkgroep Staat-gewesten die sedert het begin van het jaar werd opgericht, en die overeenkomstig de wens van het overlegcomité regering-executieven inzonderheid belast is met het verbeteren van
Le groupe de travail mixte Etat-régions, installé depuis le début de cette année" et qui conformément au vœu du comité de concertation gouvernement-executifs est chargé d'améliorer not.amment les modalités de
5320
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
de wijze van boeking van de gemeenteontvangsten en van de erop betrekking hebbende documenten, onderzoekt niettemin de mogelijkheid om die termijn in te korten, dat dank zij een doelmatiger gebruik van de informaticamogelijkheden.
comptabilisation des recettes communales et les documents y afférents, examine néanmoins la possibilité de réduire ce délai, ceci grâce à une utilisation plus efficace des moyens informatiques.
DO 929301366
DO 929301366
Vraag
nr, 500 van de heer Van 23 maart 1993 (N.) :
van
Question n" 500 de M. Van der Poorten 1993 (N.):
Uit-
Contribuables. - Registres de la population. - Notification de départ.
De jongste tijd overstelpen de media ons met berichten over een nieuwontwijkingsmechanisme in de fiscaliteit. De belastingplichtige laat zich uit het bevolkingsregister schrijven maar verzuimt om zich elders opnieuw in te laten schrijven. Het gevolg daarvan is dat de administratie op geen enkele manier aan de belastingschuldige de aanslag kan toezenden en uiteraard de schuld kan innen.
Ces derniers temps, les médias nous submergent de communiqués concernant un nouveau mécanisme d'évitement fiscal. Le contribuable notifie son départ à l'état civil de sa commune mais omet de se faire réinscrire ailleurs. Il en résulte que l'administration ne dispose d'aucun moyen pour communiquer à ce contribuable le montant de ses impôts, ni à plus forte raison pour les recevoir.
Erger is het natuurlijk als men wel weet waar de belastingplichtige zich bevindt maar geen juridische hulp kan krijgen van de lokale autoriteiten omwille van wettelijke obstakels. De overheid verliest daardoor miljoenen, wat niet kan worden gerechtvaardigd in een periode van besparingen en meer belastingen.
Mais la situation est pire quand on sait où se trouve le contribuable concerné mais qu'on ne peut obtenir une aide juridique des autorités locales en raison d'obstacles légaux. Il en découle un manque à gagner de plusieurs millions pour l'Etat, inacceptable dans une période d'assainissement et d'accroissement des impôts.
Belastingplichtigen. schrijving.
-
der Poorten
Bevolkingsregisters.
-
1. Bestaat die praktijk? 2. Zo ja, welke maatregelen
1. Cette pratique neemt u?
du 23 mars
existe-elle réellement?
2. Dans l'affirmative, vous de prendre?
quelles
mesures
envisagez-
Antwoord: De door het geacht lid beschreven praktijken zijn de Administratie van de directe belastingen niet onbekend en zijn overigens niet nieuw.
Réponse : Les pratiques décrites par l'honorable membre ne sont pas inconnues de l'Administration des contributions directes et ne sont d'ailleurs pas neuves.
Voor de taxatie van de belastingplichtigen natuurlijke personen beschikt de Administratie van de directe belastingen over een geautomatiseerd en over een cornplementair manueel repertorium.
L'Administration des contributions directes dispose, pour la taxation des contribuables personnes physiques, d'un répertoire automatisé et d'un répertoire manuel complémentaire.
Het geautomatiseerd repertorium wordt bijgewerkt eensdeels op grond van de gegevens die door het Rijksregister worden meegedeeld en anderdeels op grond van veranderingen die door de taxatiediensten worden vastgesteld.
Le répertoire automatisé est mis à jour, d'une part, sur la base des données communiquées par le Registre national et, d'autre part, sur celle des modifications constatées par les services de taxation.
In het geautomatiseerd systeem worden die diensten overigens jaarlijks door middel van mutatielijsten in kennis gesteld van de wijzigingen in hun repertorium ten opzichte van het vorige aanslagjaar teneinde eventueel de samenstelling van de dossiers met die wijzigingen in overeenstemming te brengen.
Dans le système automatisé, ces services sont d'ailleurs tenus annuellement au courant, au moyen de listes de mutations, de modifications dans leur répertoire par rapport à l'exercice d'imposition précédent, éventuellement afin de mettre les dossiers en concordance avec ces modifications.
Indien de taxatiedienst redenen heeft om te twijfelen aan de juistheid van de verkregen of beschikbare inlichtingen, dient de juiste toestand op fiscaal gebied van de betrokken belastingplichtige te worden nagegaan en op grond van de werkelijkheid geregeld.
Si le service de taxation a des raisons de douter de l'exactitude des renseignements communiqués ou disponibles, la situation exacte, en matière fiscale, du contribuable concerné, doit être vérifiée et régularisée sur la base de la réalité.
Daartoe
kan hij :
A cette fin, il peut:
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)-
5321
gebruik maken van het recht om inlichtingen te vragen of op te sporen en gegevens in te zamelen voor de juiste toepassing van de belastingwetgevmg;
user du droit de demander et de récolter des renseignements et de recueillir des données en vue d'une juste application de la législation fiscale;
de bijstand inroepen van de opsporingsdiensten van de administratie om al dan niet ter plaatse inlichtingen in te winnen.
faire appel à l'assistance des services de recherche de l'administration pour récolter des renseignements sur place ou non.
Da 929301353
Da 929301353 Vraag nr.SOl (N.):
van de heer De Mol van 23 maart 1993
Gemeenschapsrecht. Belgisch recht.
Richtlijnen. -
Omzetting in
De uitvoering van EG-richtlijnen binnen de door de richtlijnen vastgestelde termijn verloopt niet steeds even vlot . .1. Welke richtlijnen waarvoor u bevoegd bent, zijn nog niet omgezet in intern recht? 2. Wanneer
zullen ze dat wel zijn?
Antwoord: Het omzetten in nationaal recht van de richtlijnen van de EG vormt op zich een prioritaire doelstelling van mijn departement. Naarmate de vervaldatum van 1 januari 1993 naderde werd er nog meer belang aan gehecht. Ik heb dan ook vanaf 1989 twee coördinators aangesteld, de ene belast met het opvolgen van de omzetting van de richtlijnen van fiscale aard, de andere met het opvolgen van de omzetting van de richtlijnen van financiële aard. Richtlijnen
van fiscale aard.
Op fiscaal vlak werd de vervaldatum van 1 januari 1993 aldus nauwgezet gerespecteerd. De negen richtlijnen inzake accijnzen en de drie richtlijnen inzake BTW werden bijtijds omgezet. De nodige uitvoeringsbesluiten werden eveneens binnen de gestelde termijn gepubliceerd zodat wat dat betreft geen enkele vertraging aan mijn departement kan worden ver-weten. Richtlijnen
Question
n° 501 de M. De Mol du 23 mars 1993 (N.) :
Droit communautaire. - Directives. - Transposition en droit belge. L'exécution des directives européennes dans les délais prévus par ces directives. n'est pas toujours une chose évidente. 1. Quelles directives relevamt de votre compétence n'ont pas encore été transposéêes en droit interne? 2. Quand
le seront-elles?
Réponse : La transpositiom, en droit national, des directives communautaires comstitue, en soi, un objectif prioritaire de mon départeement, L'importance de cet objectif devait du reste crœître à mesure qu'approchait l'échéance du 1er janvier 1993. Aussi ai-je désigné, dès 1989, deux coordonnateurs chargés de veiller l'un à la transposition <des directives à caractère fiscal, l'autre à la transpositiom des directives à caractère financier. Directives à caractère
fiscalI.
L'échéance fiscale du 1er jainvier 1993 a, de ce fait, été scrupuleusement respectéee. Les neuf directives en matière d'accises et les trois .directives en matière de TV A ont toutes été transposéées à temps. Les arrêtés d'exécution nécessaires ont égialement été publiés dans les délais, de sorte qu'aucun retard ne peut être imputé, en l'espèce, à mon départemernt.
van financiële aard.
Wat de omzetting van de richtlijnen met een financieel karakter aangaat, moet met de volgende bijzonderheden worden rekening gehouden.
Directives à caractère
finarncier.
Die wet werd in het Belgisch Staatsblad van 19 april 1993 gepubliceerd.
La transposition des directiives à caractère financier appelle, de son côté, les précissions suivantes. 1. La directive 92/30/CEE~ du 6 avril 1992 sur la surveillance des établissernemts de crédit sur la base consolidée est transposée par' la loi du 22 mars 1993 sur le statut et le contrôle des établissements de crédit, notamment l'article 50, lequell devra faire l'objet d'arrêtés d'exécution. Cette loi a été publiée au M,"oniteur belge du 19 avril 1993.
De datum van omzetting ri 1993.
La date de la transpositiom 1 er janvier 1993.
1. De richtlijnen 92/30/EEG van 6 april 1992 inzake toezicht op kredietinstellingen op geconsolideerde basis is omgezet door de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, inzonderheid artikel 50, dat het voorwerp van uitvoeringsbesluiten zal moeten uitmaken.
van die richtlijn is 1 janua-
2. De richtlijn 91/633/EEG van 3 december 1991 tot uitvoering van richtlijn 89/299/EEG betreffende het eigen vermogen van kredietinstellingen, is in het Bel-
de cette directive
est le
2. La directive 91/633/CEŒ du 3 décembre 1991 portant application de la directive 89/299/CEE concernant les fonds propres des étsablissemenrs de crédit, a
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ1992-1993)
5322
gische recht omgezet geworden. Inderdaad, er is met de bepalingen van de richtlijn rekening gehouden bij de opstelling van het besluit van de Commissie voor het bank- en financiewezen van 19 maart 1991, betreffende de eigen middelen van de kredietinstellingen, goedgekeurd door het ministerieel besluit van 31 mei 1991. Dat besluit zal evenwel zo vlug mogelijk op formeel vlak worden gewijzigd, om de referentie naar die richtlijn in de aanhef in te voeren. De datum van omzetting van die richtlijn is 1 januari 1993. 3. De richtlijn 91/308IEEG van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld is omgezet door de wet van Il januari 1993 die hetzelfde opschrift draagt. De datum van omzetting van die richtlijn is 1 januari 1993. Er moeten nog uitvoeringsbepalingen worden genomen. Een eerste koninklijk besluit van 28 februari 1993 tot vaststelling van de darurn van inwerkingtreding van sommige bepalingen van de wet, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 10 maart 1993, regelt de eerste fase van de inwerkingtreding van die wet. 4. De richtlijn 891646IEEG van 15 december 1989 tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toegang tot en de uitoefening van de werkzaamheden van kredietinstellingen, alsmede tot wijziging van de richtlijn 7717801EEG (tweede bankrichtlijn), is omgezet, enerzijds, door de wet van 4 december 1990 op de financiële transacties en de financiële markten (artikelen 228, 247 en 248, § 1, wat betreft artikel 6, § 2, van de richtlijn) en, anderzijds, door de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen. De datum van omzetting van die richtlijn is 1 januari 1993. Er dienen nog uitvoeringsbesluiten te worden genomen. 5. De richtlijn 89/298IEEG van 17 april 1989 tot coördinatie van de eisen gesteld aan de opstelling van, het toezicht op en de verspreiding van het prospectus is grotendeels omgezet geworden door het koninklijk besluit van 14 november 1991, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 december 1991, wat betreft het prinicpe van de wederzijdse erkenning, en door het koninklijk besluit van 31 oktober 1991, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 25 november 1991, wat betreft de voorwaarden inzake opstelling van, toezicht op en verspreiding van het prospectus. Het artikel 34, § 2, 3 van het koninklijk besluit nr. 185 van 9 juli 1935 op de bankcontrole en het uitgifteregime voor titels en effecten diende te worden gewijzigd. Het is vervangen geworden door artikel156, 2 c), van de voormelde wet van 22 maart 1993. De datum van omzetting van die richtlijn is 17 april 1991. 0
,
0
,
ChambredesReprésentants deBelgique QuestionsetRéponses(SO1992-1993)
été transposée en droit belge. En effet, on a tenu compte des dispositions de la directive pour l'élaboration de l'arrêté Je la Commission bancaire et financière du 19 mars] 991 relatif aux fonds propres des établissements de crédit, approuvé par l'arrêté ministériel du 31 mai 1991. Cependant, dès que possible, il sera modifié sur le plan formel pour introduire dans le préambule, la référence à la directive en question. La date de transposition de cette directive est le 1er janvier 1993. 3. La directive 911308/CEE du 10 juin 1991 relative à la prévention de l'utilisation du système financier aux fins du blanchiment des capitaux est transposée par la loi du 11 janvier 1993 portant le même intitulé. La date de transposition de cette directive est le i- janvier 1993. Des mesures d'exécution doivent encore être prises. Un premier arrêté royal du 28 février 1993 fixant la date d'entrée en vigueur de certaines dispositions de la loi, publié au Moniteur belge du 10 mars 1993, règle la première phase de l'entrée en vigueur de ladite loi. 4. La directive 891646/CEE du 15 décembre 1989 visant à la coordination des dispositions législatives, réglementaires et administratives concernant l'accès à l'activité des établissements de crédit et son exercice et modifiant la directive 771780/CEE (2éme directive bancaire) a été transposée, d'une part; par la loi du 4 décembre 1990, relative aux opérations financières et aux marchés financiers (articles 228,247 et 248, § t-, en ce qui concerne l'article 6, § 2, de la directive) et, d'autre part, par la loi du 22 mars 1993 sur le statut et le contrôle des établissements de crédit. La date de transposition de cette directive est le 1er janvier 1993. La dernière loi citée devra encore recevoir des arrêtés d'exécution. 5. La directive 89/298/CEE du 17 avril 1989 portant coordination des conditions d'établissement, de contrôle et de diffusion du prospectus à publier en cas d'offre publique de valeurs mobilières a, en grande partie, été transposée par l'arrêté royal du 14 novembre 1991, publié au Moniteur belge du 3 décembre 1991, en ce qui concerne le principe de la reconnaissance mutuelle, et par l'arrêté royal du 310ctobre 1991, publié au Moniteur belge du 25 novembre 1991, en ce qui concerne les conditions d'établissement, de contrôle et de diffusion du prospectus. L'article 34, § 2, 30, de l'arrêté royal na 185 du 9 juillet 1935 sur le contrôle des banques et le régime des émissions de titres et valeurs, devait être adapté. Il a été remplacé par l'article 156,2 c), de la loi susmentionnée du 22 mars 1993. 0
,
La date de transposition 17 avril 1991.
de cette directive est le
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5323
DO 929301376
DO 929301376
Vraag
Question n° 502 de M. Annemans du 24 mars 1993
nr, 502 van de heer Annemans van 24 maart 1993 (N.):
Departement. - Antwerpen. -
Gebouw. -
Huur.
Volgens eensluidende berichten zou het ministerie van Financiën door een vergetelheid nog altijd het administratief gebouwaan de Rijnkaai te Antwerpen huren, alhoewel er geen enkele ambtenaar meer in vertoeft. 1. Wat is de maandelijkse huurprijs? 2. Welk totaal bedrag zal vermoedelijk verloren gaan door het huren van een leegstaand gebouw? 3. Wie is voor die fout verantwoordelijk? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid mee te delen dat de diensten van mijn departement kwestieus gebouw verlaten hebben eind vorig jaar.
(N.):
Département. - Anvers. -
Bâtiment. -
Loyer.
Selon plusieurs sources concordantes, le ministère des Finances serait toujours, en raison d'un oubli, locataire du bâtiment administratif sis « Rijnkaai » à Anvers, quoique ce bâtiment ne serve plus de lieu de travail à aucun fonctionnaire. 1. Quel est le montant du loyer mensuel? 2. Quel sera le montant total sans doute ainsi englouti par le location inutile d'un bâtiment abandonné? 3. Qui est responsable de cette situation?
Het verder beheer echter van dar gebouw behoort krachtens de wettelijke bepalingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de Regie der gebouwen, zodat ik het geacht lid verwijs naar de minister van Verkeerswezen die ter zake bevoegd is (vraag nr. 555 van 7 mei 1993).
Réponse: J'ai l'honneur de .cornmuniquer à l'honorable membre que les services die mon département ont quitté le bâtiment en question à la fin de l'année dernière. Le suivi de la gestion de .cet immeuble incombe exclusivement, de par la loi, à la Régie des bâtiments. Par conséquent, je prie l'honoirable membre d'en référer au ministre des Communications qui est compétent en la matière (question n° 555 du 7 mai 1993).
DO 929301385
DO 929301385
Vraag nr. 503 van de heer de Clippele van 24 maart 1993 (Fr.) :
Question n? 503 de M. de Cliippele du 24 mars 1993
Bedrijfsvoertuigen. -
Voitures d'entreprises. -
Persoonlijk gebruik.
Krachtens de bepalingen van het koninklijk besluit van Il december 1992 (Belgisch Staatsblad van 30 december 1992) mag het aantal kilometer dat voor persoonlijk gebruik met bedrijfsvoertuigen wordt afgelegd, niet lager zijn dan 5.000. Welke houding neemt uw bestuur aan in de volgende gevallen: 1. met het voertuig werd, voor alle gebruik, minder dan 5.000 km afgelegd, 2. het voertuig werd in de loop van het jaar aangekocht; 3. het voertuig werd in de loop van het jaar aangekocht en er werd minder dan 5.000 km mee afgelegd; 4. het wordt niet voor persoonlijke doeleinden gebruikt; 5. er zijn meer voertuigen dan personen die er gebruik zouden kunnen van maken; 6. het (de) voertuig(en) word(t)(en) door verscheidene personen gebruikt; 7. het persoonlijk gebruik wordt volledig gefactureerd;
(Fr.) :
Usage personnel.
Selon les dispositions de l'arrêté royal du Il décembre 1992 (Moniteur belge, 30 dlécembre 1992), le nombre de kilomètres pour usage personnel des voitures d'entreprises ne peut être infériieur à 5000 km. Quelle attitude votre admiinistration adopte-t-elle dans les cas suivants : 1. le véhicule effectue pOUlTtous usages moins de 5000 km par an; 2. le véhicule a été acquis dans le courant de l'année; 3. le véhicule a été acquis dams le courant de l'année et a effectué moins de 5000 krm; 4. il n'y a pas d'usage privé; 5. il y a plus de véhicules quie de personnes susceptibles de les utiliser; 6. le(s) véhicule(s) esrtsontj utilisé(s) par plusieurs personnes; 7. l'utilisation privée est enttièrement facturée;
5324
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
8. kunnen het bezit van een particulier voertuig en! of het gebruik van een abonnement op het openbaar vervoer een invloed hebben op de toepassing van het minimum van 5000 km in geval van zeer sporadisch persoonlijk gebruik van een bedrijfsvoertuig?
8. la possession d'un véhicule privé et/ou l'utilisation d'un abonnement aux transports en commun peuvent-elles avoir une incidence sur l'application du minimum de 5000 km lors de l'usage tout à fait occasionnel à titre privé d'une voiture de société?
Antwoord : De door het geacht lid gestelde vragen zijn het voorwerp van een omstandig onderzoek in het kader van de gedetailleerde onderrichtingen ter zake die weldra zullen worden gepubliceerd. Een exemplaar van die onderrichtingen zal aan het geacht lid worden toegezonden.
Réponse : Les questions posées par l'honorable membre font l'objet d'un examen d'ensemble dans le cadre des instructions détaillées sur le sujet qui seront publiées prochainement. Un exemplaire de ces instructions sera envoyé à l'honorable membre.
Dû 929301386
Dû 929301386
Vraag nr. 504 van de heer de Clippele van 24 maart
Question n? 504 de M. de Clippele du 24 mars 1993 (Fr.) :
1993 (Fr.) :
Belastingnotificatie. -
Vergissing.
Notification d'impôt. -
Erreur.
Bij toepassing van artikel 215 en 216 van het koninklijk besluit ter uitvoering van het WIB stuurde een ontvanger een notificatie 247.7 aan een andere persoon die op hetzelfde adres woont als degene wiens belastingschuld aan de basis ligt van de notificatie. De persoon die het bericht ontvangt, en die de voornoemde bepalingen niet kende, heeft niet, zoals voorgeschreven, binnen 15 dagen geantwoord. Ingevolge artikel215, § 4, wordt hij door de ontvanger vervolgd alsof hij rechtstreeks schuldenaar was. Tussen beide bestaat geen enkele economische band. Kan het de bedoeling van de wetgever geweest zijn dat belastingschulden van derden op anderen kunnen worden verhaald, die er hoegenaamd geen uitstaans mee hebben? Gaat het hier niet om een oneigenlijke toepassing van voormelde artikelen?
En application des articles 215 et 216 de l'arrêté royal du 4 mars 1965 d'exécution du CIR, un receveur a envoyé une notification 247.7 à une personne qui habite à la même adresse que celle dont la dette d'impôt se trouve à l'origine de la notification. La personne qui a reçu la notification, et qui ne connaît pas les dispositions concernées, n'a pas - comme cela est prévu - répondu dans les quinze jours. Conformément à l'article 215, § 4, il est poursuivi par le receveur comme s'il était le débiteur direct. Or, il n'existe entre les deux aucun lien économique. Est-il possible que le législateur ait voulu que des dettes d'impôt de tiers puissent être récupérées à charge de personnes totalement étrangères à l'affaire? Ne s'agit-il pas d'une application abusive des articles dont question ci-dessus?
Antwoord: De verzending van een notificatie 247.7 door de ontvangers van de belastingen, zoals geregeld door de bepalingen van artikel 215 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkornstenbelastingen (KBIWIB), is een bijzondere procedure waarmee in handen van derde-houders aanmaning met verzet tegen afgifte wordt gedaan van inkomsten, sommen of zaken die laatstgenoemden aan de vervolgde belastingschuldige verschuldigd zijn of die zij in zijn voordeel onder zich houden. Een dergelijke notificatie wordt dus uiteraard slechts toegezonden aan natuurlijke of rechtspersonen bij wie een aanduiding voorhanden is dat zij ten aanzien van de vervolgde belastingschuldige de hoedanigheid van derde-houder bezitten. De derde-houder die een dergelijke notificatie 247.7 ontvangt, kan nooit onwetende zijn omtrent de op hem rustende verplichtingen. Alle ter zake geldende wettelijke bepalingen zijn immers op het formulier vermeld. Daarenboven is aan de notificatie een model toegevoegd van de verklaring, zoals die is voorzien in arti-
Réponse: L'envoi d'une notification 247.7 par les receveurs des contributions, comme prévu par les dispositions de l'article 215 de l'arrêté royal d'exécution du Code des impôts sur les revenus (ARlCIR), est une procédure particulière qui vaut, entre les mains des tiers détenteurs, sommation avec opposition sur les revenus, sommes et effets dom ces derniers sont débiteurs envers le redevable poursuivi ou qui sont entre leurs mains à son profit. Une telle notification est dès lors, par la force des choses, seulement envoyée à des personnes physiques ou morales qui, selon les renseignements dont on dispose, ont à l'égard du redevable poursuivi la qualité de tiers détenteurs. Le tiers détenteur qui reçoit une telle notification 247.7 ne peut jamais être ignorant des obligations qui lui incombent. En effet toutes les dispositions légales y relatives sont reprises sur le formulaire. En outre, en annexe à la notification figure un modèle de la déclaration, telle que celle-ci est prévue par l'arti-
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
kel 1452 van het Gerechtelijk wetboek. Op dat model moeten enkel de gegevens, eigen aan het geval, worden ingevuld. Indien de derde-houder niet voldoet aan de verplichtingen die wettelijk zijn voorgeschreven kan hij inderdaad worden vervolgd alsof hij rechtstreeks schuldenaar is. Het rechtstreekse schuldenaar zijn op grond van de bepalingen van artikel215, § 5, KBIWIB heeft tot gevolg dat de rechtsverhouding tussen de derdebeslagene en de beslagen schuldenaar geen invloed meer heeft op de schuld jegens de beslaglegger. De toestand « rechtstreekse schuldenaar zijn » kan slechts ophouden wanneer de genotificeerde schuld is uitgedoofd (Rechtbank van eerste aanleg te Gent, 29 juni 1977, inzake VEG Bernard Vilain en Co, Bulletin der belastingen 575, blz.lOOI). In een zelfde sanctie is trouwens ook voorzien in het gemeen recht, weliswaar na tussenkomst van de bevoegde beslagrechter. Het geacht lid wordt ter zake verwezen naar de bepalingen van artikel1542 van het Gerechtelijk wetboek. De autonomie van artikel 215, KBIWIB is zowel door het Hof van Cassatie als door verschillende hoven van beroep bij herhaling bevestigd door te stellen dat hij, die bij de ontvangst van een notificatie 247.7 niet voldoet aan de opgelegde verplichtingen, mag en moet worden vervolgd als rechtstreekse schuldenaar, zelfs indien hij bij ontvangst van de notificatie de hoedanigheid van derde-houder niet bezat (Cassatie, 27 december 1984, Bulletin der belastingen 644, blz. 2579; Cassatie, 19 december 1988, Bulletin der belastingen 697, blz. 2431; Gent, 15 september 1986, Bulletin der belastingen 707, blz. 1728; Luik, 31 januari 1991, « Revue de jurisprudence de Liège, Mons et Bruxelles 1991 », blz. 696).
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5325
cle 1452 du Code judiciaire. Sur ce modèle, seules les données propres au cas doivent être complétées. Si le tiers détenteur ne satisfait pas aux obligations légalement prescrites, il peut en effet être poursuivi comme s'il était débiteur direct. Etre débiteur direct sur la base des dispositions de l'article 215, § 5, AR/CIR, a pour conséquence que le rapport juridique entre le tiers saisi et le débiteur saisi n'a plus aucune influence sur la dette à l'égard du saisissant. La situation de « débiteur direct » ne peut seulement cesser que lorsque la dette notifiée est éteinte (Première instance de Gand, 29 juin 1977, en cause SCS Bernard Vilain et Cie, Bulletin des contributions 575, page 976).
Une sanction similaire est di'ailleurs également prévue dans le droit commun, apriès, il est vrai, l'intervention du juge des saisies. L'honœrable membre est invité à se référer, à ce sujet, aux dispositions de l'article 1542 du Code judiciaire. L'autonomie de l'article 215), AR/CIR a, à plusieurs reprises, été confirmée aussi bieen par la Cour de cassation que par plusieurs cours d'aippel, qui ont établi que celui qui, à la réception d'une notification 247.7, ne satisfait pas aux obligations prrescrites peut et doit être poursuivi comme débiteur direect, même si, lors de la réception de la notification, il m'avait pas la qualité de tiers détenteur (Cassation, 27 dlécembre 1984, Bulletin des contributions 644, page 2~510; Cassation, 19 décembre 1988, Bulletin dess contributions 697, page 2339; Gand, 15 septemlbre 1986, Bulletin des contributions 707, page 1680; Liège, 31 janvier 1991, Revue de jurisprudence de Liiège, Mons et Bruxelles 1991, page 696).
DO 929301401
DO 929301401
Vraag
Question n° 507 de M. Draps «lu 25 mars 1993 (Fr.) :
nr,
507 van de heer Draps van 25 maart 1993
(Fr.) :
Terugbetaling van kapitaal. houdster.
Vennootschap-aandeel-
Remboursement de capital. _. Société actionnaire. Une société belge reçoit un rremboursement de capital, prélevé sur le capital libëré, d'une société dans laquelle elle détient une particiipation. Constituant un simple remboursement de sonnmes apportées, cette opération ne doit logiquement entraîner aucune imposition dans le chef de la société: actionnaire.
Een Belgische vennootschap ontvangt een terugbetaling van kapitaal, afgenomen van het volgestort kapitaal, van een vennootschap waarin ze een participatie heeft. Aangezien het een eenvoudige terugbetaling van ingebrachte bedragen betreft, is de vennootschap-aandeelhoudster daarop logischerwijze geen enkele belasting verschuldigd. Is die stelling juist, en op welke wettelijke grondslag . berust zij?
Cette solution est-elle exactte, et quelle est sa base légale?
Antwoord : De door het geacht lid voorgestelde oplossing is correct in zover dat: de terugbetaling van gestort kapitaal gebeurt overeenkomstig de voorschriften van de gecoör-
Réponse : La solution envrisagée par l'honorable membre est exacte pour autanit que: le remboursement de capiital libéré soit effectué conformément aux disposiitions des lois coordon-
683
5326
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
dineerde wetten op de handelsvennootschappen (artikel 18 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992); het bedrag van de terugbetaling lager is dan of gelijk is aan de fiscale waarde van de aandelen; en de terugbetaling op die fiscale waarde wordt aangerekend.
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
nées sur les sociétés commerciales (article 18 du Code des impôts sur les revenus 1992); le montant du remboursement soit inférieur ou égal à la valeur fiscale de l'action; et que le remboursement soit imputé sur cette valeur fiscale.
DO 929301475
DO 929301475
Vraag nr. 514 van de heer Bertrand van 7 april 1993
Question n° 514 de M. Bertrand du 7 avril 1993 (Fr.) :
(Pr.) :
Yennootschapsbelasting. - Verminderd tarie].
Personenvennootschap.
Impôt des sociétés. réduit.
Société de personnes. -
Taux
De wet van 28 december 1992 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen schaft het voordeel van het verminderde vennootschapsbelastingtarief af voor vennootschappen die niet aan ten minste een bestuurder of werkend vennoot een bezoldiging van minimaallmiljoen Belgische frank toekennen ten laste van het resultaat van het belastbare tijdperk. Wat zal in het licht van die wijziging gebeuren met personenvennootschappen waarvan de zaakvoerder die werknemer is en geen vennoot, de enige werkende persoon in de vennootschap is? Die zaakvoerder ontvangt weliswaar een bezoldiging maar kan immers niet met een werkend vennoot worden gelijkgesteld. Strikt genomen kan de personenvennootschap in kwestie geen afspraak maken op de verlaagde vennootschapsbelasting. Deelt u die zienswijze?
La loi du 28 décembre 1992 portant des dispositions fiscales, financières et diverses écarte du bénéfice du taux réduit de l'impôt des sociétés celles qui n'allouent pas, à au moins un administrateur ou un associé actif, une rémunération d'au moins un million de francs belges à charge du résultat de la période imposable.
Antwoord: Ik bevestig de zienswijze van het geacht lid. Maar het spreekt vanzelf dat, in een dergelijk geval, het mogelijk is dat de gerant werkend vennoot wordt.
Réponse: Je confirme le point de vue de l'honorable membre. Mais il est évident que, dans un pareil cas, il est possible que le gérant devienne associé actif.
DO 929301506
DO 929301506
Vraag nr, 520 van de heer Buisseret van 19 april 1993
Question
(N.) :
Departement. Opzegging.
Quel sera le sort réservé aux sociétés de personnes dont le gérant, employé, non associé, est la seule personne active de la société? En effet, alors qu'il perçoit des rémunérations, ce gérant ne peut pas être assimilé à un associé actif. Strictement parlant, cette société de personnes ne pourrait bénéficier du taux réduit de l'impôt des sociétés. Confirmez-vous ce point de vue?
n?
520 de M. Buisseret du 19 avril 1993
(N.) :
Antwerpen.
-
Huurcontract.
-
Het ministerie van Financiën verhuisde in Antwerpen van de Rijnkaai naar de Italiëlei. Mij komt ter are dat de bevoegde diensten vergaten het huurcontract (3,6,9) op te zeggen. Hierdoor moet het ministerie van Financiën gedurende drie jaar 50 miljoen Belgische frank betalen. Dat betekent dat er 150 miljoen Belgische frank moet worden neergeteld voor een leegstaand pand, een bedrag dat wordt betaald door de belastingbetaler. 1. Bent u hiervan op de hoogte? 2. Kloppen die gegevens?
Département. - Anvers. - Bail. - Résiliation. Le ministère des Finances a transféré ses bureaux d'Anvers du « Rijnkaai » à l' « Italiëlei », Il me revient que les services compétents auraient oublié de résilier le bail (3, 6, 9). Le ministère des Finances sera par voie de conséquence tenu de payer la somme de 50 millions de francs belges pendant trois ans. Il s'ensuit que 150 millions de francs belges devront être déboursés pour un immeuble inoccupé, montant qui devra être payé par le contribuable. 1. Etes-vous au courant de cette situation? 2. Ces renseignements sont-ils exacts?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
3. Zo ja, hoe is dar kunnen gebeuren? 4. Heeft u maatregelen genomen om die toch wel zeer grote nalatigheid te bestraffen? Zo ja, welke? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid te bevestigen dat de diensten van mijn departement het gebouw in kwestie verlaten hebben eind vorig jaar. Vermits het verder beheer van dat gebouw krachtens de wettelijke bepalingen tot de uitsluitende bevoegdheid behoort van de Regie der gebouwen, verwijs ik het geacht lid bijgevolg naar de minister van Verkeerswezen die ter zake beoegd is (vraag nr. 549 van 6 mei 1993).
Minister van Wetenschapsbeleid
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5327
3. Dans l'affirmative, comment pareil oubli a-t-il pu se produire? 4. Avez-vous pris des mesures pour sanctionner cette négligence très grave, il faut l'admettre? Dans l'affirmative, lesquelles? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre que les services de mon département ont quitté le bâtiment en question à la fin de l'année dernière. Vu que le suivi de la gestion de cet immeuble incombe exclusivement, de par la loi, à la Régie des bâtiments, je prie par conséquent l'honorable membre d'en référer au ministre des Communications qui est compétent en la matière (question n? 549 du 6 mai 1993).
Ministre de la Politique scientifique
Dû 929301318
Dû 929301318
Vraag
Question n" 74 de M. Van Niemwenhuysen du 17 mars 1993 (N.):
nr, 74 van de heer Van Nieuwenhuysen van 17 maart 1993 (N.) :
Kabinet. -
Dienstbetoon.
Sommige ministers belasten kabinetsmedewerkers met sociaal dienstbetoon. 1. Zijn medewerkers van uw kabinet al dan niet geregeld belast met dergelijke opdracht? 2. Zo ja, heeft het dienstbetoon plaats tijdens de diensturen? 3. Zo ja, hoeveel diensturen wijdden uw medewerkers in 1992 aan dienstbetoon, en wat was de loonkost daarvan? Antwoord: Ik kan mij voorstellen dat het geacht lid zeker weet dat de parlementariërs en de ministers heel wat brieven van sociale aard ontvangen. Dat is in ieder geval mijn ervaring na meer dan twintig jaar. Het geacht lid zal tevens ook wel weten dat de diensten van de Kamer, evenals die van de Senaat, de secretariaatshulp opschorten van de parlementariër die minister wordt. Mijn sociale post, waarvan men trouwens niet altijd
Cabinet. -
Permanences socùales.
Certains ministres chargerut des collaborateurs de leur cabinet d'assurer des pernnanences sociales. 1. Des collaborateurs de vœtre cabinet sont-ils régulièrement ou occasionnellememt chargés de telles missions? 2. Dans l'affirmative, ces jprestations sont-elles effectuées pendant les heures de: service? 3. Dans l'affirmative, comlbien d'heures de service vos collaborateurs ont-ils conssacrées à ces activités, et quel en a été le coût salarial? Réponse : J'imagine que l'honorable membre n'ignore pas que les parlementaires et les ministres reçoivent un important courrrier à caractère social. C'est en tout cas mon expériemce depuis plus de vingt ans. L'honorable membre n'igrnore pas non plus, sans doute, que les services de la Chambre comme ceux du Sénat suspendent l'aide secréttariale fournie au parlementaire lorsque celui-ci devient ministre. Mon courrier social, d'ailleuirs reçu sans qu'on sache
duidelijk weet of hij tot de minister of de parlemen-
toujours clairement si l'on s'adresse au ministre ou au
tariër is gericht, wordt derhalve behandeld, zoals al mijn brieven, door leden van mijn kabinet in het kader van hun normale opdracht.
parlementaire, est donc traité comme l'ensemble de mon courrier par des membres de mon cabinet dans le cadre de leur mission normale.
5328
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
_ (58)-
In mijn arrondissement heb ik een aantal sociale zitdagen behouden, zonder er nieuwe te organiseren sinds ik minister ben. Tijdens die sociale zitdagen word ik bijgestaan door vrijwilligers, die al dan niet deel uitmaken van mijn kabinet. Die sociale zitdagen worden meestal buiten de diensturen gehouden, meer bepaald op zaterdag. Er vallen dus geen loonkosten te noteren.
Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken
J'ai maintenu dans mon arrondissement un certain nombre de permanences sociales sans en ouvrir de nouvelles depuis que je suis ministre. Dans la tenue de ces permanences, je suis aidé par des bénévoles, qu'ils fassent ou non partie de mon cabinet. Ces permanences sociales se tiennent très généralement en dehors des heures de service, plus particulièrement le samedi. Aucun coût salarial n'est donc à relever.
Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères
DO 929301414
DO 929301414
Vraag nr, 72 van de heer Barbé van 29 maart 1993
Question n? 72 de M. Barbé du 29 mars 1993 (N.) :
(N.) :
Gemeenschapsrecht. -
Richtlijnen. -
Verslagen.
Verschillende Europese richtlijnen bepalen dat de Iidstaten de Europese Commissie een verslag moeten bezorgen over de toepassing van de richtlijn. Die verslagen zijn onontbeerlijk voor de opvolging van de Europese wetgeving. Voor de lidstaten is zo'n verslag trouwens een belangrijk evaluatiernoment, 1. Voor welke richtlijnen had ons land in 1991 en 1992 aan de Europese Commissie een verslag moeten bezorgen? 2. Voor welke richtlijnen is dar ook effectief gebeurd? Voor welke is dat op tijd gebeurd?
Droit communautaire. -
Directives. -
Rapports.
Plusieurs directives européennes prévoient que les Etats membres doivent faire parvenir à la Commission européenne un rapport concernant l'application de la directive. Ces rapports sont indispensables pour assurer le suivi de la législation européenne. Ils constituent d'ailleurs un moment d'évaluation important pour les Etats membres. 1. Pour quelles directives notre pays aurait-il dû transmettre un rapport à la Commission européenne en 1991 et 1992? 2. Pour lesquelles cela a-t-il effectivement été fait? Pour lesquelles cela s'est-il fait dans les délais?
3.
3. Voor welke richtlijnen had ons land in 1991 en 1992 aan de Europese Commissie een verslag moeten bezorgen maar is dat niet gebeurd? b) Waarom niet? c) Welke gewesten of gemeenschappen waren eventueel in gebreke op dar stuk?
a)
Pour quelles directives notre pays aurait-il dû transmettre un rapport à la Commission européenne en 1991 et 1992 et cela n'a-t-il pas été le cas?
b)
Pourquoi pas?
c)
Quelles régions ou communautés ont éventuellement manqué à leurs obligations dans ce domaine?
Antwoord : Onder meer in uitvoering van de verplichting tot samenwerking vervat in artikel 5 van het EEG-verdrag, waarbij wordt gesteld dat de lidstaten alle maatregelen moeten treffen om de nakoming van de uit het verdrag of uit handelingen van de instellingen van de gemeenschap voortvloeiende verplichtingen te verzekeren, werd aan het ministerie van Buitenlandse Zaken met betrekking tot de intoepassingbrenging van het Europees recht in België een coördinerende rol toevertrouwd. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de omzetting en uitvoering van de richtlijnen berust evenwel,
Réponse: Notamment en fonction de l'obligation de loyauté énoncée dans l'article 5 du traité CEE, qui stipule que les Etat membres doivent prendre toutes les mesures propres à assurer l'exécution des obligations découlant du traité ou résultant des actes des institutions de la Communauté, un rôle de coordination dans le domaine de la mise en œuvre du droit communautaire en Belgique a été confié au ministère des Affaires étrangères.
a)
En dernier ressort la responsabilité pour la transposition et la mise en œuvre des directives incombe toute-
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses (SO ]992-1993)
-(58)-
5329
in functie van hun respectieve bevoegdheden, hetzij bij de technische departementen op nationaal vlak, hetzij bij de betrokken autoriteiten op communautair of regionaal vlak.
fois, en fonction de leurs compétences respectives, soit au niveau national aux départements techniques, soit au niveau communautaire ou régional aux instances concernées.
De gegevens die door het ministerie van Buitenlandse Zaken met betrekking tot de toepassing van het gemeenschapsrecht worden verzameld naar aanleiding van de geregelde coärdinatievergaderingen met alle bevoegde instanties, beperken zich derhalve tot de opvolging enerzijds van de omzetting van de nieuwe richtlijnen en anderzijds van de lopende inbreukprocedures zoals zij tegen België werden ingesteld op basis van artikel 169 van het EEG-verdrag.
Les données sur l'application du droit communautaire que rassemble le ministère des Affaires étrangères à la faveur des réunions de coordination qu'il organise régulièrement avec toutes les instances compétentes, se limitent dès lors à un suivi d'une part de la transposition des nouvelles directives et d'autre part des procédures d'infraction courantes lancées contre la Belgique sur la base de l'article 169 du traité CEE.
Op basis van die gegevens kon met betrekking tot de door het geacht lid gestelde vraag volgende informatie worden verzameld.
A partir de ces données il fut possible de réunir en réponse à la question de l'honorable membre les informations suivantes.
Richtlijnen waarvoor de verslagen op tijd werden ingediend Directives pour lesquelles un rapport a été envoyé à la Commission dans les déliais Nummer
Titel
P'ilootdepartement
Numéro
Titre
Dïépartement pilote
Statistische enquêtes. / Enquêtes statistiques Kwaliteit zwemwater. / Qualité eaux de baignade Prijzen aardolie. / Prix pétrole brut Natuurlijke minerale waters. / Eaux minérales naturelles Titaandioxyde-industrie. / Dioxyde de titane Gevaarlijke afvalstoffen. / Déchets Zuiveringsslib. / Boues d'épuration
Ecœnomische Zaken. / Afffaires économiques 3 geewestenLeefmilieu. / 3 réggions Environnement Ecœnornische Zaken. / Afifaires économiques
EEG. / 73/132 CEE
-
731132
-
76/160 EEG. / 76/160 CEE
-
76/491 EEG. / 76/491 CEE
-
80/777 EEG. / 80/777 CEE
-
82/883 EEG. / 82/883 CEE
-
84/631 EEG. / 84/631 CEE
-
86/278 EEG. / 86/278 CEE
-
89/665 EEG. / 89/665 CEE
inzake overheidsopdrachten. / Procédures de recours en matière de marchés publics Beroepsprocedures
Wolksgezondheid
Santé publique 3 gewesten Leefmilieu. / 3 régions Environnement 3 gewesten Leefmilieu. / 3 réjgions Environnement Vlaarmse Gewest Leefmilieu Waal$e Gewest Leefmilieu. / Région fflamande Environnement Région ,wallonne Environnement lEerste minister. / :Premier ministre
Richtlijnen waarvoor de verslagen niet op tijd werden ingediend Directives pour lesquelles un rapport n'a pas été envoyé à la Commission dans les délais
-
Nummer
Titel
Pilootdeparternent
Numéro
Titre
D>épartementpilote
Oppervlaktewater. / Eaux de surface
Vlaamse Gewest Leefmilieu Waal!!ieGewest Leefmilieu. / Région flamande Environnement Région wallonne Environnement
75/440 EEG. / 75/440 CEE
.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5330
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
_ (58)-
Richtlijnen waarvoor de verslagen niet op tijd werden ingediend Directives pour lesquelles un rapport n'a pas été envoyé à la Commission
dans les délais
Nummer
Titel
Pilootdepartement
Numéro
Titre
Département
pilote
-
75/442 EEG./75/442
CEE
Afvalstoffen.1 Déchets
Brusselse hoofdstedelijk Gewest Leefmilieu. 1 Région de Bruxelles-capitale Environnement
-
75/439 EEG./75/439
CEE
Afvalstoffen.1 Déchets
Brusselse hoofdstedelijk Gewest Leefmilieu. 1 Région de Bruxelles-capitale Environnement
-
78/319 EEG./781319 CEE
Afvalstoffen.1 Déchets
Brusselse hoofdstedelijk Gewest Leefmilieu. 1 Région de Bruxelles-capitale Environnement
-
781176 EEG.1781176 CEE
-
78/659 EEG./78/659
CEE
-
88/609 EEG./88/609
CEE
3 gewesten Leefmilieu. 1 3 régions Environnement
Titaandioxyde. 1 Dioxyde de titane
Vlaamse Gewest Leefmilieu Waalse Gewest Leefmilieu. 1 Région flamande Environnement Région wallonne Environnement
Kwaliteit zoetwater.1 Qualité des eaux piscicoles
Luchtvervuiling stookinstallaties. Pollution en provenance des installations de combustion
1
Vlaamse Gewest Leefmilieu Waalse Gewest Leefmilieu.1 Région flamande Environnement Région wallonne Environnement
Desgevallend werden ook voor andere richtlijnen die tijdig werden omgezet en/of die geen aanleiding hebben gegeven tot inbreukprocedures en die derhalve niet in het gegevensbestand van het ministerie van Buitenlandse Zaken zijn opgenomen, door de betrokken autoriteiten op nationaal, regionaal of communautair vlak verslagen aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen gestuurd.
Il est possible que les autorités compétentes sur le plan national, communautaire ou régional aient envoyé à la Commission des Communautés européennes d'autres rapports relatifs à des directives qui ont été transposées dans les délais etlou qui n'am pas donné lieu à des procédures d'infraction, et qui dès lors ne figurent pas dans la banque de données du ministère des Affaires étrangères.
DO 929301453
DO 929301453
Vraag
Question n° 73 de M. Van Dienderen du 2 avril 1993
nr,
73 van de heer Van Dienderen van 2 april
1993 (N.):
Libië. -
Glasfabriek.
Volgens de « Frankfurter Allgemeine Zeitung » helpen Europese ondernemingen Libië bij de bouw van een tweede glasfabriek (16 maart 1993). VN-resolutie 748 verbiedt onder meer goederen te leveren aan Libië die bruikbaar zijn voor militaire doeleinden. Libië heeft de VN-convemie over het verbod van chemische wapens niet ondertekend. De krant noemt geen Belgische bedrijven. Wel zouden bedrijven uit de EG-landen, Italië, Denemarken, Groot-Brittannië en
(N.) :
Libye. -
Verrerie.
SeIon le journal «Frankfurter Allgemeine Zeitung », des entreprises européennes aident la Libye à construire une deuxième verrerie (16 mars 1993). Or, la résolution n° 748 des Nations unies interdit, entre autres, la livraison à la Libye de produits susceptibles de servir à des fins militaires. De plus, la Libye n'a pas signé la convention des Nations unies sur l'interdiction des armes chimiques. Le journal ne dénonce aucune entreprise belge nommément. Cependant, des sociétés
ChambredesReprésentantsde Belgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers -(58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993) Frankrijk betrokken zijn en voorts Zwitserland, Oostenrijk en Japan.
1. Heeft u de landen in kwestie in het kader van de EG, de CVSE of de VN om uitleg gevraagd? 2. Wordt dat onderzocht door de betrokken landelijke autoriteiten en door de VN?
5331
établies dans des pays de la CE, à savoir l'Italie, le Danemark, la Grande-Bretagne et la France, seraient impliquées dans cette affaire, ainsi que la Suisse, l'Autriche et le Japon. 1. Avez-vous demandé des explications aux pays concernés dans le cadre de la CE, de la CSCE ou des Nations unies? 2. Les autorités nationales concernées et les Nations unies se penchent-elles sur cette affaire?
Antwoord: Resolutie 748 van de Veiligheidsraad legt inderdaad ook een verbod op van uitvoer naar Libië van militair en paramilitair materieel en van medewerking aan militaire projecten. De aangewezen instantie voor het toezicht op het naleven van de sancties, is dan ook de Veiligheidsraad zelf, en niet de Europese Gemeenschap, noch de CVSE. Inderdaad wordt het embargo dan ook om de 120 dagen door een ad hoc-comité van de Veiligheidsraad op zijn werking onderzocht en geëvalueerd. Tijdens de vergaderingen van het ad hoc-comité, waarvan de meest recente plaats vond in april jongstleden, werd op geen enkel moment de zaak waarnaar het geacht lid verwijst, ter sprake gebracht. De leveringen aan een land dat onder embargo staat, dienen te worden gecontroleerd door de autoriteiten van het exportland. Er is geen reden om te veronderstellen dat, in de verschillende aangehaalde landen, de noodzakelijke controles niet zouden zijn uitgevoerd alvorens de eventuele exportvergunningen uit te reiken voor het materieel, bestemd voor de bouw van een glasfabriek in Libië.
Réponse: La résolution 748 du Conseil de sécurité interdit effectivement l'exportation vers la Libye de matériel militaire et paramilitaire, de même que la coopération à des projets militaires. L'instance indiquée pour le contrôle du respect de sanctions est dès lors le Conseil de sécurité lui-même et non pas la Communauté européenne ni la CSCE. Il se fait que, effectivement, un comité ad hoc du Conseil de sécurité examine- et évalue, tous les 120 jours, le fonctionnement de l'embargo. Lors des réunions de ce comit.é, la plus récente ayant eu lieu en avril dernier, I'affaiire à laquelle se réfère l'honorable membre, n'a à aucum moment été soulevée.
DO 929301455
DO 929301455
Vraag nr. 75 van de heer Van Dienderen van 2 april 1993 (N.):
Question n? 75 de M. Van Diemderen du 2 avril 1993
Libië. -
Libye. -
Handelsbetrekkingen.
Volgens de « Frankfurter Allgemeine Zeitung » helpen Europese ondernemingen Libië bij de bouw van een tweede glasfabriek (16 maart 1993). VN-resolutie 748 verbiedt onder meer goederen te leveren aan Libië die bruikbaar zijn voor militaire doeleinden. Libië heeft de VN-conventie over het verbod van chemische wapens niet ondertekend. De krant noemt geen Belgische bedrijven. 1. Kan u bevestigen dat sinds het VN-embargo van 15 april 1992 Belgische bedrijven geen goederen hebben geleverd aan Libië die ook bruikbaar zijn voor militaire doeleinden, en in het bijzonder voor de aanmaak van chemische wapens? 2. Hoe zijn onze handelsbetrekkingen met Libië geëvolueerd sinds 1980?
Les exportations à destinatiom d'un pays placé sous embargo doivent être contrôlées par les autorités du pays exportateur. Il n'y a pas «le raison de supposer que, dans les différents pays .cités, les vérifications nécessaires n'auraient pas été .effectuées avant d'octroyer les éventuelles licences dl'exportation du matériel destiné à la construction d'ume fabrique de verre en Libye.
(N.) :
Relations commercialles.
Selon le journal «Frankfuirter Allgemeine Zeitung », des entreprises européemnes aident la Libye à construire une deuxième verreriie (16 mars 1993). Or, la résolution n° 748 des Natioms unies interdit entre autres la livraison à la Libye de piroduits susceptibles de servir à des fins militaires. Par aiilleurs, la Libye n'a pas signé la convention des Nations unies sur l'interdiction des armes chimiques. Le journal ne désigne toutefois aucune entreprise belge nommément, 1. Pouvez-vous confirmer qiu'aucune société belge n'a fourni, depuis l'instauration" le 15 avril 1992, d'un embargo par l'Onu, des produits pouvant être utilisés à des fins militaires par la Libye, et notamment des produits propres à la fabricatiom d'armes chimiques? 2. Quelle est l'évolution de mos relations commerciales avec la Libye depuis 19801?
5332
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
_ (58)-
3. We!k soort goederen zijn verhande!d en voor welke bedragen?
3. Quelle est la nature des produits ainsi négociés et sur quels montants ces échanges portent-ils?
Antwoord: 1. Het VN-embargo, ingesteld door de resolutie nr.748 van 30 maart 1992 van de Veiligheidsraad, wordt door Belgiëstrikt toegepast. Overigens bestond al voor de datum van inwerkingtreding van die resolutie, op grond van een afspraak binnen de Europese politieke samenwerking, een embargo op de levering aan Libië van wapens, munitie, militair materieel en alles wat kan dienen voor het aanmaken van wapens. Uiteraard wordt ook de uitvoer naar Libië van chemische voorlopers niet toegelaten. 2. De BLEU-hande!met Libië verliep sinds 1980 als volgt:
Réponse: 1. L'embargo des Nations unies, instauré par la résolution n? 748 du 30 mars 1992 du Conseil de sécurité, est strictement appliqué en Belgique. Il convient de noter, par ailleurs, qu'un embargo d'exportation d'armes, de munitions, de matériel militaire et de tout ce qui peut servir à la fabrication d'armes, existait déjà, en vertu d'Un accord au sein de la coopération politique européenne, avant la date d'entrée en vigueur de la résolution n? 478. Il est évident que l'exportation vers la Libye de précurseurs chimiques n'est pas autorisée. 2. Les échanges commerciaux de l'UEBL avec la Libye ont évolué comme suit depuis 1980 : En milliards de francs belges
In miljarden Belgische frank
-
1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992
. . . . . . . . . . . . .
Invoer
Uitvoer
1,7 3,8 34,8 27,3 17,9 3,5
8,2 13,9 4,8 4,2 6,4,2
8,1
3,3 2,6
13,7 8,7,5 9,6 10,8 7,5
3,8
3,6 5,5,2 3,1
3. De invoer uit Libië bestaat essentieel, voor 97% tot 99,9% naar gelang van het jaar, uit minerale produkten (petroleum). De belangrijkste posten, voor de sub 1 genoemde periode, waren:
Importation -
1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992
. . . . . . . . . . . . .
1,7
3,8 34,8 27,3 17,9
3,5 8,1 13,7 8,7,5 9,6 10,8 7,5
-
Machines, apparaten, elektrisch materieel Textielstoffen Werken van onedele metalen Chernische produkten Minerale produkten Produkten van het plantenrijk
9,6 2,9 8,4,1,4 8,3
Voeding, drank, tabak . Levende dieren en produkten van het dierenrijk . Vervoermaterieel . Niet gerangschikte goederen .
4,4
-
1,8
5,4 11,4
6,4,2 3,3 2,6
3,8 3,6
5,5,2 3,1
En milliards de francs belges -
. . . . . .
8,2 13,9 4,8 4,2
3. Les importations en provenance de la Libye consistent essentiellement, de 97% à 99,9% selon l'année, en produits minéraux (pétrole). Les exportations sont plus diversifiées. Les principaux postes, au cours de la période visée au point 2, étaient les suivants:
In miljarden Belgische frank -
Exportation
-
Machines, appareils, matériel électrique . Matières textiles . Ouvrages en métaux communs . Produits chimiques . Produits minéraux . Produits du règne végétal . Produits industrie alimentaire, boissons, tabac . Animaux vivants, produits du règne animal . Matériel de transport . Marchandises non classées .
9,6 2,9 8,4,1,4 8,3
4,4 1,8
5,4 11,4
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
5333
DO 929301480
DO 929301480 Vraag nr, 77 van de heer Standaert (N.):
Salman Rushdie. België.
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
van 9 april 1993
Iraanse minister. -
Bezoek aan
Naar aanleiding van het bezoek van de Iraanse minister van Volksgezondheid Malekzadeh aan ons land op 15 februari 1993 heeft u nagelaten om over de zaak Salman Rushdie te spreken, spijts het EG-standpunt dat een kritische houding ten overstaan van Iran aanbeveelt. Woordvoerders van uw kabinet hebben onder meer via Het Volk (van 16 februari 1993) laten weten dat het samenvallen van de besprekingen tussen België en Iran en de bevestiging van het doodvonnis van Rushdie een ongelukkig toeval was dat de besprekingen niet mag verstoren. Uw kabinet merkt eveneens op dat het bezoek al vorig jaar werd vastgelegd. 1. Houdt de « kritische houding » voor het Belgisch ministerie van Buitenlandse Handel in dat er niet over de zaak Rushdie mag worden gesproken met Iran, in de naam van de commercie?
Question
n° 77 de M. Standaert
Salman Rushdie. Belgique.
du 9 avril 1993 (N.) :
Ministre iranien. -
Visite à la
A l'occasion de la visite dans notre pays du ministre iranien de la Santé publique, M. Malekzadeh, le 15 février 1993, vous avez omis d'évoquer l'affaire Salman Rushdie, en dépit du point de vue de la CE qui recommande une attitude critique vis-à-vis de l'Iran. Des porte-parole de votre cabinet ont fait savoir, notamment dans le journal « Het Volk» (du 16 février 1993), que le fait que les discussions entre la Belgique et l'Iran et la confirmation me l'arrêt de mort de Rushdie aient coïncidé était un hasard malheureux qui ne pouvait hypothéquer les discussions, Votre cabinet fait également observer que la 'visite était fixée depuis l'année passée déjà. 1. « L'attitude critique» innplique-t-elle pour le ministère belge du Commerce extérieur que l'affaire Rushdie ne peut être évoquée am cours des discussions avec l'Iran, et ce pour des motiifs d'échanges commerciaux?
2. Is een al lang vastgelegd bezoek een reden om actuele gebeurtenissen niet aan te kaarten, of is dat een nieuwe stijl van Belgische, diplomatieke en commerciële aanpak? Blijft u achter het standpunt van uw kabinet staan?
2. Le fait que la visite étaitt fixée de longue date constitue-t-il une raison suffisamte pour ne pas évoquer des événements actuels ou tradluit-il, dans le cas de la Belgique, une nouvelle approchie diplomatique et commerciale? Continuez-vous à défendre le point de vue adopté par votre cabinet?
3. Zijn er nog uitwisselingen tussen België en Iran gepland? Bent u dan eventueel bereid de zaak Rushdie aan te kaarten?
3. Des échanges sont-ils enoore prévus entre la Belgique et l'Iran? Dans l'affirmattive, êtes-vous toujours disposé à évoquer l'affaire Ruslhdie?
Antwoord: 1. De houding van de Belgische regering ten aanzien van Iran werd al bij andere gelegenheden toegelicht, inzonderheid in het antwoord van de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken op de interpellatie van het geacht lid over hetzelfde onderwerp, in de Commissie buitenlandse betrekkingen van de Kamer op 3 maart jongstleden. 2. België heeft zich altijd aangesloten, in het kader van de Twaalf, bij de ingestelde « kritische dialoog » met Iran. De Twaalf hebben evenwel besloten, rekening houdend met de belangrijkheid van Iran in de instabiele regio van het Nabije Oosten, de contacten met Iran niet af te breken.
Réponse: 1. La position de la Belgique à l'égard de l'Iran a déjà été exposée à d'autres occaisions, notamment dans la réponse du vice-premier miinistre et ministre des Affaires étrangères à l'interpellation de l'honorable membre sur le même sujet, le 31 mars dernier en Commission des relations extérieures de la Chambre. 2. La Belgique s'est toujours ralliée, dans le cadre des Douze, au « dialogue critiique » avec l'Iran. Les Douze ont toutefois décidé, eu regard à l'importance de l'Iran dans la région instable diu Proche Orient, de ne pas mettre fin à tout contact.
Het werkbezoek van de Iraanse minister van Volksgezondheid, dat inderdaad allang vooraf was gepland, plaatst zich in die context.
La visite de travail du ministre iranien de la Santé publique, prévue depuis longtemps, se situe dans ce contexte.
Het verblijf in België, op 15 en 16 februari jongstleden, was bijna uitsluitend gewijd aan bedrijfscontacten en aan bezoeken aan medische instellingen.
Le séjour en Belgique, les 15 <et16 février dernier, fut pour ainsi dire exclusivement consacré à des contacts d'entreprises et à des visites à des établissements de soins.
Persoonlijk heb ik met minister Malekzadeh alleen een kort onderhoud gehad, gevolgd door een lunch met zakenmensen.
Je n'ai eu, personnelement, zadeh du'un court entretien, des hommes d'affaires.
avec le ministre Maleksuiivi d'un déjeuner avec
684
5334
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ VragenenAntwoorden(GZ 1992·1993)
(58)-
ChambredesReprésentants deBelgique Questionset Réponses(SO 1992·1993)
3. Er zijn, wat mij betreft, op dit moment geen verdere uitwisselingen, bezoeken of missies, met Iran gepland.
3. En ce qui me concerne et s'agissant de l'Iran, d'autres échanges, visites ou missions ne sont pas envisagées pour le moment.
DO 929301488
DO 929301488
Vraag nr. 78 van mevrouw Oua van 16 april 1993
Question n? 78 de MmeOua du 16 avril 1993 (N.) :
(N.) :
Tropisch hardhout. - Import in België.
Bois dur tropical. - Importations en Belgique.
Jaarlijks wordt ongeveer 150 miljoen m! tropisch hardhout geproduceerd waarvan ongeveer één derde op de wereldmarkt terechtkomt. Het grootste deel van die export is afkomstig uit Zuid-Oost Azië (Maleisië, Indonesië, Filippijnen). 1. Hoeveel tropisch hardhout wordt in België ingevoerd en wat is de waarde van die import, opgedeeld in ruw hout, gezaagd hout en afgewerkre produkten? 2. Hoeveel daarvan is afkomstig uit Zuid-Amerika, Afrika en Zuid-Oost Azië, indien mogelijk opgedeeld per houtsoort? 3. Hoeveel hout wordt specifiek uit Maleisië ingevoerd? 4. Op welke wijze zijn die trafieken verdeeld over de diverse Belgische havens?
La production annuelle de bois dur tropical s'élève à quelque 150 millions rn", Un tiers environ de ce volume est écoulé sur le marché mondial. Le plus clair du bois exporté provient de l'Asie du Sud-Est (Malaisie, Indonésie, Philippines). 1. Quel est le volume de bois dur tropical importé en Belgique, et quelle est la valeur de ces importations, ventilée entre le bois brut, le bois scié et les produits finis? 2. Quelle est la part du bois importé d'Amérique du Sud, d'Afrique et d'Asie du Sud-Est, si possible pour chaque essence? 3. Quel est le volume de bois que la Belgique importe de Malaisie? 4. Comment ces trafics se répartissent-ils entre les différents ports belges?
Antwoord: De vraag van het geacht lid heeft betrekking op de cijfers betreffende de invoer van verschillende tropische houtsoorten en op de invoerhavens. Dergelijke zuiver feitelijke informatie bevindt zich bij het ministerie van Economische Zaken, meer bepaald bij het Nationaal instituut voor de staristiek. Ik heb de vraag van het geacht lid daarom overgezonden aan mijn collega de vice-eerste minister en minister van Economische Zaken (vraag nr. 163 van 6 mei 1993).
Réponse : La question de l'honorable membre porte sur les chiffres d'importation de divers types de bois tropicaux ainsi que sur les ports d'importation. La source de telles informations, qui sont purement factuelles, se trouvant au ministère des Affaires économiques et, en particulier, à l'Institut national des statistiques, j'ai transmis la question de l'honorable membre à mon collègue, le vice-premier ministre et ministre des Affaires économiques (question na 163 du 6 mai 1993).
Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken
Ministre de l'Intérieur et de la Fonction publique
DO 919280784
DO 919280784
Vraag or. 409 van de heer Van Overmeire van 15 april 1993 (N.):
Question n? 409 de M. Van Overmeire du 15 avril
Vluchtelingen. - Bestrijding van gespecialiseerde werken.
Réfugiés. -
net-
Het is duidelijk dat de meeste « vluchtelingen » die ons land binnenkomen, dar nier op eigen initiatief doen. Ze worden naar hier geloodst door in mensenhandel gespecialiseerde netwerken of « filières ". De « vluchtelingen » worden in hun land onder meer door
1993 (N.):
Lutte contre des réseaux spécialisés.
Il est évident que la majorité des « réfugiés» qui arrivent dans notre pays ne le font pas de leur propre initiative. Ils sont acheminés par des réseaux ou des « filières» spécialisés dans le commerce d'êtres humains. Les «réfugiés» sont racolés dans leur pays
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
advertenties in kranten geronseld en moeten dan aanzienlijke bedragen betalen om naar ons land te worden gebracht. Vrouwelijke « vluchtelingen » belanden dan dikwijls in de prostitutie. Een succesvolle strijd tegen die mensenhandel zou het zogenaamde vluchtelingenprobleem grotendeels oplossen. 1. In welke mate worden de « filières» in ons land bestreden? 2. Worden hierbij gespecialiseerde politiemensen ingezet? 3. Bestaat hiervoor een gespecialiseerde dienst? 4. Welke successen werden al geboekt in de strijd tegen de « filières »? 5. Welke netwerken werden al opgerold? 6. Zijn er contacten met de politiediensten van de andere EG-landen om de « filières» gemeenschappelijk te bestrijden? 7. Zijn er contacten met de politiediensten in OostEuropa en de Derde wereld om de « filières » gemeenschappelijk te bestrijden? Antwoord : Het bestaan van specifieke netwerken voor asielzoekers, zoals zij in de vraag worden beschreven, werd tot op heden nog niet vastgesteld. Spijts een nauwgezet onderzoek van het dossier van elke asielzoeker werden vooralsnog geen sporen van een dergelijk netwerk gevonden. 1 en 3. Tot voor kort was de procedure met betrekking tot immigratienetwerken in het algemeen, de volgende: wanneer de dienst vreemdelingenzaken het bestaan van een netwerk vermoedde of wanneer er haar hieromtrent, door andere instellingen, inlichtingen werden overgemaakt, werd een ad hoc werkgroep opgericht om het probleem te onderzoeken en de nodige maatregelen te nemen voor de ontmanteling van het netwerk. Nu heeft de dienst vreemdelingenzaken in haar schoot een permanente celopgericht die zich uitsluitend met die problematiek bezighoudt. De cel onderhoudt contacten met andere instanties zoals de rijkswacht, de politiediensten, de regionale en nationale administraties, de parketten, enzovoort. In voorkornend geval wordt, door bemiddeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken eveneens de medewerking van de Belgische ambassades in het buitenland gevraagd. 2. Bepaalde rijkswachtbrigades of politiediensten hebben, met het oog op het controleren van het naleven van de vreemdelingenwetgeving en in het bijzonder op het opsporen van inbreuken inzake valse documenten, gespecialiseerde eenheden opgericht. Het is vanzelfsprekend dat die overheden ten volle bij de opsporing van netwerken worden betrokken. 4 en 5. In de loop van de jongste jaren werden er op dat vlak verschillende successen geboekt. Successen in de volgende zaken kunnen onder meer worden genoemd: de zaak Ganshoren: verkoop door een gemeenteambtenaar, van ongeveer 300 verblijfsdocu-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5335
entre autres par la voie d'annonces et doivent ensuite débourser des sommes considérables pour se faire acheminer jusque chez nous. Les « réfugiés » féminins finissent souvent dans la prostitution. Une lutte couronnée de succès contre ce commerce d'êtres humains contribuerait largement à résoudre le problème des réfugiés. 1. Dans quelle mesure notre pays combat-il les « filières »? 2. Une police spécialisée est-elle affectée à cette tâche? 3. Existe-t-il un service spéciialisé à cet effet? 4. Quels succès ont déjà été enregistrés dans la lutte contre les « filières »? 5. Quels réseaux ont déjà éné démantelés? 6. Existe-t-il des contacts avree les services de police des autres pays membres de Ua CE pour combattre ensemble ces « filières »? 7. Y a-t-il des contacts ave«; les services de police d'Europe de l'Est et du Tiers nnonde pour combattre collectivement ces « filières »? Réponse : L'existence de ffilières spécifiques aux demandeurs d'asile, telles qu'ellles sont décrites dans la question, n'est pas établie jus-qu'à présent. En dépit d'un examen attentif du dossieir de chaque demandeur d'asile, on n'a en effet pas trrouvé trace d'une telle filière. 1 et 3. Très récemment encoire, la procédure concernant les filières générales d'innmigration était la suivante: lorsque l'Office des {étrangers soupçonnait l'existence d'une filière ou que des informations en ce domaine lui étaient transmises par d'autres organismes, un groupe de travail ad hoc était institué afin d'examiner le problème et de jprendre les mesures nécessaires au démantèlement dle la filière. A présent, l'Office des étrangers a créé œn son sein une cellule permanente qui s'occupe excluisivement de cette problématique. Cette cellule entretient des contacts avec d'autres instances, telles que Ua gendarmerie, les services de police, les administratiions régionales et nationales, les parquets, et cetera. LIe cas échéant, la coopération des ambassades belges à l'étranger est également sollicitée par l'intermédiaire dm ministère des Affaires étrangères. 2. Certains services de poliice ou brigades de gendarmerie ont créé des cellules. spécialisées en vue de contrôler le respect de la réglementation relative aux étrangers et, en particulier, de rechercher les infractions en matière de faux docurrnents. Il va de soi que ces autorités sont associées pleimement aux recherches concernant les filières. 4 et 5. Au cours de ces der:nières années, plusieurs succès ont été remportés dans ce domaine. L'on peut notamment citer les réussites dans les affaires suivantes: l'affaire de Ganshoren: vrente à des étrangers en séjour irrégulier d'enviroru 300 documents de sé-
5336
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers _ (58)VragenenAntwoorden(GZ 1992-1993)
menten (identiteitskaarten voor vreemdelingen en bewijzen van inschrijving in het vreemdelingenregister), aan vreemdelingen die illegaal in het land verbleven en fictieve inbreng van die personen in het nationaal register; de zaak Pasnaj : dat netwerk had betrekking op ongeveer 1.000 vreemdelingen die zich, met de bedoeling hun verblijf in België te regulariseren, door toedoen van een tussenpersoon, op basis van valse verblijfsdocumenten voor Frankrijk, bij de Nederlandse en Luxemburgse consulaten in het noorden van Frankrijk, Beneluxvisa hadden aangeschaft. Het betrof hier dus verschillende gevallen van « intellectuele valsheid », Andere dossiers zijn momenteel nog in onderzoek. 6. Het is vanzelfsprekend dat er contacten bestaan tussen de Belgische en buitenlandse politiediensten aangezien de strijd tegen netwerken een grensoverschrijdend karakrer heeft. Die materie maakt bovendien het voorwerp uit van intergouvernementele onderhandelingen op het stuk van de Europese Gemeenschappen. Er werden aldus onder meer twee centra opgericht met name het CIBGGI (Centrum voor inforrnatie, beraad en gegevensuitwisseling inzake grensoverschrijding en immigratie) en het CIBGA (Centrum voor informatie, beraad en gegevensuitwisseling inzake asiel). 7. Tot op heden bestaan er geen regelmatige contacren met de politiediensten uit de Oostbloklanden en uit landen van de derde wereld. Met betrekking tot de strijd tegen de illegale immigratie werden er echter, in het kader van de Groep van Berlijn, waarin de regeringen van de Oostbloklanden vertegenwoordigd zijn, aanbevelingen opgesteld. Die aanbevelingen werden door de bevoegde ministers, tijdens de conferentie van Boedapest op 15 en 16 februari jongstleden, bevestigd.
ChambredesReprésentants deBelgique Questionset Réponses(SO 1992-1993) jour (cartes d'identité pour étrangers et certificats d'inscription au registre des étrangers) et introduction fictive de ces personnes au registre national, par un agent communal; l'affaire Pasnaj : cette filière concernait environ 1.000 étrangers qui, dans le but de régulariser leur séjour en Belgique, s'étaient procuré, par l'intermédiaire d'une tierce personne, des visas Benelux auprès des consulats hollandais et luxembourgeois dans Ie nord de la France sur la base de faux documents de séjour pour la France. Il s'agissait donc de plusieurs cas de « faux intellectuels ".
D'autres dossiers sont actuellement en cours d'examen. 6. Il va de soi que des contacts existent entre les services de police belges et ceux d'autres pays, la lutte contre les filières ayant un caractère transfrontalier. Cette matière fait d'ailleurs l'objet de pourparlers intergouvernementaux au sein de la Communauté européenne. Deux centres ont ainsi été créés, notamment le CIREFI (Centre d'information, de réflexion et d'échange d'informations en matière de franchissement des frontières et d'immigration) et le CIREA (Centre d'information, de réflexion et d'échange d'informations en matière d'asile). 7. Jusqu'à présent, il n'existe pas de contacts réguliers avec des services de police des .pays de l'est et des pays du tiers monde. Toutefois, des recommandations relatives à la lutte contre l'immigration clandestine ont été élaborées dans le cadre du Groupe de Berlin auquel participent des gouvernements des pays de l'est. Ces recommandations ont été confirmées par les ministres compétents lors de la conférence de Budapest les 15 et 16 février derniers.
Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw
Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'Agriculture
Kleine en Middelgrote Ondernemingen
Petites et Moyennes Entreprises
DO 929301190
DO 929301190
Vraag nr. 53 van de heer Caudron van 8 maart 1993
Question n° 53 de M. Caudron du 8 mars 1993 (N.) :
(N.) :
Departement. -
Personeel. -
Ziekte.
1. Hoeveel vastbenoemde personeelsleden zijn tewerkgesteld in uw ministeriële diensten, parasratalen, enzovoort, per geslacht en per taalrol?
Département. -
Personnel. - Maladie.
1. Combien d'agents nommés sont employés dans vos services ministériels, parastataux, et cetera?
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(SO 1992-1993)
-(58)-
5337
2. Hoeveel van die vastbenoemde personeelsleden hebben zich, per geslacht en per taalrol, gedurende de jongste vijf jaar, elk jaar ziek gemeld?
2. Combien d'entre eux se sont portés malades chaque année au cours des cinq dernières années?
3. Hoeveel ziektedagen werden de jongste vijf jaar aan die werknemers toegekend, per geslacht en per taalrol?
3. Combien de jours de congé de maladie ont été accordés aux agents en question au cours des cinq dernières années? Pourriez-vous à chaque fois me fournir ces données par sexe et par rôle linguistique?
Antwoord: Het geacht lid vindt hieronder de inzake mijn departement van Middenstand aangevraagde gegevens; die inzake het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen, de Hoge raad voor de middenstand en de Kamers voor ambachten en neringen worden hem achteraf, zodra mijn departement ze ontvangt, verstrekt.
Réponse: L'honorable membre voudra bien trouver ci-après les renseignements demandés en ce qui concerne mon département des Classes moyennes, ceux relatifs à l'Institut national d'assurances sociales pour travailleurs indépendants, au Conseil supérieur des classes moyennes et aux Chambres des métiers et négoces lui seront fournis ultérieurement, dès réception.
Ministerie van Middenstand. Mijn departement omvat thans een vaste personeelsformatie en, sinds juli 1991 een voorlopige personeelsformatie voor onthaal van na de afschaffing van het Economisch en ,sociaal instituut voor de middenstand uit die instelling overgekomen personeel.
Ministère des Classes moyenrues. Mon département comprend sactuellement un cadre organique définitif et, depuis juiillet 1991, un cadre provisoire d'accueil pour le personnel transféré de l'Institut économique et social des Classes moyennes, à la suite de la suppression de cet
a)
a)
Vaste personeelsformatie. Franse taalrol
Nederlandse taalrol
Mannen Vrouwen
. .
56 64
55 72
Totaal
.
120
127
h)
Voorlopige
Rôle linguistique francophone
Rôle linguistique néerlandophone
Hommes Femmes
. .
56 64
55 72
Total
.
120
127
b)
onthaalformatie. Franse taalrol
Cadre définitif.
Cadre provisoire
Nederlandse taalrol
d'accueil.
Rôle linguistique francophone
Rôle linguistique néerlandophone
Mannen Vrouwen
. .
12 7
11 3
Hommes Femmes
. .
12 7
11
Totaal
.
19
14
Total
.
19
14
3
2. Aantal vastbenoemden die zich in de loop van de jongste vijf jaar ziek gemeld hebben:
2. Nombre d'agents définitifs qui se sont déclarés malades au cours des cinq derniëres années:
a)
a)
Vaste personeelsformatie. Franse taalrol
Cadre définitif.
Nederlandse taalrol
Rôle linguistique francophone
Rôle linguistique néerlandophone
Jaar 1988 Mannen ............ Vrouwen ...........
31 49
37 57
Année 1988 Hommes ........... Femmes ............
31 49
37 57
jaar 1989 Mannen ............ Vrouwen ...........
41 51
40 59
Année 1989 Hommes ........... Femmes ............
41 51
40 59
jaar 1990 Mannen ............ Vrouwen ...........
37 55
46 58
Année 1990 Hommes ........... Femmes ............
37 55
46 58
Jaar 1991 Mannen ............ Vrouwen ...........
36 53
41 57
Année 1991 Hommes ........... Femmes ............
36 53
41 57
5338
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers _ (58)Vragenen Antwoorden (GZ 1992-1993)
Franse
taalrol
Nederlandse taalrol
jaar 1992
Mannen ............ Vrouwen ........... b)
39 51
43 65
Personeelsleden van het Economisch en sociaal instituut voor de Middenstand voorafgaandelijk aangewezen op een voorlopig onthaalkader van het ministerie van Middenstand. Franse taalrol
Jaar 1988 Mannen ............ Vrouwen ...........
7 6
9 3
10 6
6 3
9 6
5 3
jaar 1990
Mannen ............ Vrouwen ...........
c) Voorlopige onthaalformatie. Franse taalrol Jaar 1991 Mannen ............ Vrouwen ...........
Vrouwen ...........
5 4
4 2
7 7
4 3
Franse
Nederlandse
taalrol
taalrol
491
320
740
626
657 951
367 681
458 1.104
418 718
488 1.135
376 1.123
506 1.343
700 1.291
jaar 1988
Vrouwen ........... jaar 1990 Mannen ............
Vrouwen ........... jaar 1991
Mannen ............ Vrouwen ........... jaar 1992
Mannen ............ Vrouwen ...........
b)
39 51
Rôle linguistique néerlandophone
43 65
Agents de l'Institut économique et social des classes moyennes affectés ultérieurement au cadre provisoire d'accueil du ministère des Classes moyennes. Rôle linguistique francophone
Année 1988 Hommes ........... Femmes ............ Année 1989 Hommes ........... Femmes ............ Année 1990 Hommes ........... Femmes ............ Cadre provisoire
Année 1991 Hommes ........... Femmes ............ Année 1992 Hommes ........... Femmes ............
Rôle linguistique néerlandophone
7 6
9 3
10 6
6
9 6
5 3
3
d'accueil.
Rôle linguistique francophone
Nederlandse taalrol
3. Aantal ziektedagen toegekend aan die ambtenaren in de loop van de jongste vijf jaar. a) Vaste personeelsformatie.
Mannen ............ Vrouwen ........... Jaar 1989 Mannen ............
Année 1992 Hommes ........... Femmes ............
c)
jaar 1992
Mannen ............
Rôle linguistique francophone
Nederlandse taalrol
jaar 1989
Mannen ............ Vrouwen ...........
Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO 1992-1993)
Rôle linguistique néerlandophone
5 4
4 2
7 7
4 3
3. Nombre de jours de congé de maladie accordé à ces agents aux cours des cinq dernières années. a) Cadre définitif.
Année 1988 Hommes ........... Femmes ............ Année 1989 Hommes ........... Femmes ............ Année 1990 Hommes ........... Femmes ............ Année 1991 Hommes ........... Femmes ............ Année 1992 Hommes ........... Femmes ............
Rôle linguistique francophone
Rôle linguistique
491 740
320 626
657 951
367 681
458 1.104
418 718
488 1.135
376 1.123
506 1.343
700 1.291
néerlandophone
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) h)
Personeelsleden van het Economisch en sociaal instituut voor de Middenstand voorafgaandelijk aangewezen op een voorlopig onthaalkader van het ministerie van Middenstand.
Jaar 1988 Mannen ............ Vrouwen ........... Jaar 1989 Mannen ............ Vrouwen ........... Jaar 1990 Mannen ............ Vrouwen ........... Voorlopige
162 41
80 58
164 46
96 36
438 119
83 55
onthaalformatie.
52 30
410 37
74 130
DO 929301161
Cadre provisoire
162 41
80 58
164 46
96 36
438 119
83 55
d'accueil.
Rôle linguistique francophone Année 1991 Hommes ........... Femmes ............ Année 1992 Hommes ........... Femmes ............
Rôle linguistique néerlandophone
Rôle linguistique néerlandophone
393 191
52 30
410 37
74 130
DO 929301161
Vraag nr. 62 van de heer de Clippele
van 26 maart
1993 (Fr.): Stopzettingsmeerwaarden.
Année 1988 Hommes ........... Femmes ............ Année 1989 Hommes ........... Femmes ............ Année 1990 Hommes ........... Femmes ............
Nederlandse taalrol
393 191
5339
Agents de l'Institut économique et social des classes moyennes affectés ultérieurement au cadre provisoire d'accueil du ministère des Classes moyennes. Rôle linguistique francophone
c)
Franse taalrol Jaar 1991 Mannen ............ Vrouwen ........... Jaar 1992 Mannen ............ Vrouwen ...........
h)
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses(Sa 1992-1993)
Nederlandse taalrol
Franse taalrol
c)
-(58)-
-
Terugwerking.
Question n? 62 de M. de Clippele (Fr.) :
du 26 mars 1993
Plus-values de cessation. - Rétroactiuité.
In een arrest van 25 maart 1991 heeft het Hof van cassatie zich uitgesproken tegen de onderwerping aan sociale zekerheidsbijdragen voor zelfstandigen van de stopzettingsmeerwaarden van een beroepsactiviteit. Om die rechtspraak tegen te gaan voorziet de wet van 26 juni 1992 (artikel 70) in die onderwerping. Bedoelde wet is van toepassing op de winsten en baten die tot grondslag dienen voor de berekening van de bijdragen verschuldigd voor het tweede kwartaal van 1992 en voor de daaropvolgende kwartalen.
s'est jprononcée le 25 mars des plus-values de cessation d'activité professionnelle auix cotisations sociales pour indépendants. La loi du 26 juin 1992 (article 70), pour contrer cette jurisprudence., prévoit cet assujettissement. Cette loi est d'applicauion aux bénéfices et profits qui servent de base au calcul des cotisations dues pour le deuxième trimestre 1992 et des trimestres suivants.
Aangezien de sociale-zekerheidsbijdragen voor zelfstandigen in principe op de beroepsinkomens van het derde laatste jaar worden berekend, treedt de onderwerping van de stopzettingsmeerwaarden met een terugwerkende kracht van drie jaar in werking. Tussen het ogenblik dat het Hof van cassatie uitspraak heeft gedaan (25 maart 1991) en de wet van 26 juni 1992, bevond men zich in een periode van volkomen rechtsonzekerheid, aangezien de zelfstandige die in die periode zijn zaak heeft overgelaten, dat heeft gedaan in de overtuiging dat hij op de verwezenlijkte meerwaarde
Compte tenu du fait que les cotisations sociales des indépendants se calculent, en principe, sur les revenus professionnels de la troisième amnée qui précède, cela signifie que l'assujettissement des plus-values de cessation entre en vigueur avec effet irétroactif de trois ans. Entre le moment où la Cour de cassation s'est prononcée (25 mars 1991) et la loi du 26 juin 1992, on se trouva donc dans une période d'insécurité juridique totale, puisque celui qui a cédé son activité durant cette période l'a fait en pensant ne pas devoir payer de cotisations sur la.plus-value réalisée. Il est un fait de
La Cour de cassation
1991 contre l'assujettissement
5340
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
geen bijdragen zou dienen te betalen. Het is een algemeen rechtsbeginsel dat de wetten alleen voor de toekomst gelden en geen terugwerkende kracht hebben. Dreigt bedoelde wet door de terugwerking niet ongeldig en ontoepasselijk te worden in een rechtsstaat zoals die bij ons en in de ons omringende landen bestaat?
droit général que les lois ne disposent nir; elles n'ont point d'effet rétroactif.
que pour l'ave-
Antwoord: Artikel 70 van de wet van 26 juni 1992 is geen bepaling die terugwerkende kracht heeft: artikel 74 van dezelfde wet voorziet de inwerkingtreding op 1 juli 1992. Zij is een voorbeeld van het algemene principe van de toepassing van de wetten in de tijd volgens hetwelk een nieuwe wet onmiddellijk van toepassing is op de toekomstige gevolgen van voorbije situaties. Artikel 70 heeft met name tot doel de berekening van de bijdragen voor sociale zekerheid te regelen. het bepaalt dat het met onmiddellijk gevolg van toepassing is op de bijdragen voor het lopende kwartaal, zijnde het tweede kwartaaI1992, en dat, voor de berekening van de bijdragen, rekening dient te worden gehouden met de stopzettingsmeerwaarden. Het bepaalt geenszins dar de stopzettingsmeerwaarden opnieuw moeten worden opgenomen in de berekening van de vroegere bijdragen, van voor apri11992. Een nieuwe wet heeft geen terugwerkende kracht, enkel en alleen omdat zij van toepassing is op toekomstige gevolgen van situaties die ontstaan zijn toen de vroegere wet van kracht was. Het geacht lid brengt eigenlijk de terugwerkende kracht in verband met de wijze waarop de grondslag van de bijdragen, voorzien in het sociaal statuut van de zelfstandigen wordt bepaald.
Réponse: L'article 70 de la loi du 26 juin 1992 n'est pas une disposition à caractère rétroactif: l'article 74 de la même loi prévoit son entrée en vigueur au 1 cc juillet 1992.
In dat verband dient er op te worden gewezen dat niet artikel70 van de wet van 26 juni 1992 bepaalt dat de bijdragen worden berekend op basis van de bedrijfsinkomsten die betrekking hebben op het aanslagjaar waarvan het jaartal verwijst naar het tweede kalenderjaar dat onmiddellijk datgene voorafgaat waarvoor de bijdragen verschuldigd zijn, doch wel artikel Il, § 2, lid 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut van de zelfstandigen. Een dergelijk systeem is inherent aan de aard zelf van de zelfstandige activiteit, die maakt dat het bedrag van de in aanmerking te nemen bedrijfsinkomsten slechts met vertraging kan worden vastgesteld.
Il convient à cet égard de relever que ce n'est pas l'article 70 de la loi du 26 juin 1992 qui prévoit que les cotisations sont calculées sur la base de revenus professionnels afférents à l'exercice d'imposition dont le millésime désigne la 2ème année civile précédant immédiatement celle au cours de laquelle les cotisations sont dues mais bien l'article Il, § 2, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépendants. Un tel système est inhérent à la nature même de l'activité indépendante qui ne permet de déterminer qu'avec retard le montant des revenus professionnels à prendre en considérations.
Indien we de redenering van het geacht lid volgen, zou het er dus op neerkomen dat het hele systeem van bijdrageberekening in het sociaal statuut van de zelfstandigen terugwerkende kracht heeft. Het is echter duidelijk dat er ter zake geen overeenstemming mogelijk is tussen de periode waarin de bijdragen verschuldigd zijn en de referteperiode voor de berekening van de bijdragen.
Suivre le raisonnement de l'honorable membre reviendrait à dire que tout le système de calcul des cotisations dans le statut social des travailleurs indépendants aurait un caractère rétroactif. Il est cependant évident qu'en cette matière il n'y a pas de concordance possible entre la période de débition des cotisations et la période de référence pour le calcul des cotisations.
Op 29 december 1992 werd overigens een verzoekschrift ingediend bij het arbitragehof tot « beperking van de terugwerkende kracht van de wijziging van
Quoi qu'il en soit, une requête a été introduite à la cour d'arbitrage en date du 29 décembre 1992 en vue de « limiter la rétroactivité de la modification dont est
Le caractère rétroactif de la loi ne fait-il pas peser sur ladite loi un caractère de caducité qui la rend inapplicable dans un Etat de droit tel qu'on le conçoit dans nos pays?
Elle illustre le principe général d'application des lois dans le temps selon lequel une loi nouvelle s'applique immédiatement aux effets futurs de situations passées. L'article 70 a en l'espèce pour objet de régler le calcul des cotisations d'assurances sociales. Il prévoit qu'il s'applique avec effet immédiat aux cotisations du trimestre en cours, soit le 2ème trimestre 1992 et que pour le calcul de ces cotisations, il conviendra de prendre en compte les plus-values de cessation. Il ne prévoit nullement que les plus-values de cessation, soient réinclues dans le calcul des cotisations passées, antérieures au 1er avril 1992. Une loi nouvelle n'est pas rétroactive par le seul fait qu'elle s'applique aux effets futurs de situations nées sous l'empire de la loi antérieure. L'honorable membre lie en fait le caractère rétroactif au mode de détermination de l'assiette des cotisations propres au statut social des travailleurs indépendants.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993) artikel 70 van de wet van 26 juni 1992 nog geen uitspraak gedaan.
».
-(58)-
Het hof heeft
Minister van Landsverdediging
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
assorti l'article 70 de la loi du 26 juin 1992 n'a pas encore statué.
5341 »,
La cour
Ministre de la Défense nationale
DO 929301365
DO 929301365
Vraag nr. 263 van de heer Santkin van 23 maart 1993
Question n" 263 de M. Santkin du 23 mars 1993 (Fr.) :
(Fr.) :
Strijdkrachten. -
Niet-gevechtsfuncties.
In een modern georganiseerd leger is het moeilijk categorisch een optimale verhouding gevechtsfuncties/ niet-gevechtsfuncties vast te stellen. Die verhouding kan immers aanzienlijk variëren naargelang van het type missie, de geografische configuratie van de streek waar de strijdkrachten dienen te interveniëren, enzovoort. Zo zouden de Verenigde Staten tijdens de Golfoorlog over het algemeen maar één man op tien hebben ingezet voor gevechtsfuncties. Voor de rechtstreeks in de woestijn in stelling gebrachte troepen bedroeg die verhouding 1 op 14. In hun geheel genomen zouden de westerse legers tegenwoordig voor elke gevechtsfunctie 6 of 7 niet-gevechtsfuncties tellen. 1. Wat zal, wat dat betreft, de toestand zijn van het Belgische leger, dat tegen 1997 zal worden gereorganiseerd en een beroepsleger zal zijn? 2. Hoeveel manschappen, uitgaande van datzelfde vooruitzicht, kan ons land maximaal uitsturen voor buitenlandse operaties met het oog op het bewerkstelligen of het behoud van de vrede of voor enigerlei andere operatie, rekening houdend met de omvang van onze gevechtseenheden en onze logistieke eenheden? Antwoord : Het geacht lid gelieve hierna het antwoord op de door hem gestelde vraag te willen vinden. Net zoals het geacht lid in zijn vraag laat blijken, is het moeilijk de verhouding te bepalen tussen gevechtsfuncties en niet-gevechtsfuncties binnen de strijdkrachten. Een dergelijke verhouding varieert nier enkel in functie van de talrijke vermelde factoren, maar ook in functie van de definiëring van een gevechtsfunctie. Die laatste varieert naargelang het niveau waarop men zich bevindt. 1. Rekening houdend met dat voorbehoud, is de verhouding van een strijder ten opzichte van zes à zeven niet-strijders een haalbaar streefdoel voor de strijdkrachten na hun herstructurering. Er dient nog te worden opgemerkt, dat de studies dienaangaande nog niet beëindigd zijn. 2. De aard van de buitenlandse operaties vereist zowel strijders als niet-strijders. Buiten elke budgettaire overweging, maar rekening houdend met de no-
Forces armées. - Fonctions nom combattantes. Dans le cadre d'une organisation moderne des forces armées, il est difficile d'établir avec certitude un ratio optimal fonctions combattantes/fonctions non combattantes. Celui-ci peut varier considérablement selon les types de missions, les .configurations géographiques des zones où les forces :sont appelées à opérer, et cetera. Ainsi, il me revient
685
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
5342
_ (58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
den voor de paraatstelling van eenheden en voor hun steun, zowel in België als voor operaties in het buitenland, zou her aantal manschappen dar gelijktijdig wordt ingezet, naargelang het type van operatie en haar duur, het niveau van twee- tot drieduizend niet mogen overschrijden.
tenant compte des besoins pour la mise en condition des unités et pour leur appui, tant en Belgique qu'en opérations extérieures, le niveau d'effectifs engagés simultanément ne pourrait dépasser, suivant le type d'opération et sa durée, deux à trois mille hommes.
Minister van Sociale Zaken
Ministre des Affaires sociales
DO 929301196
DO 929301196
Vraag nr. 125 van de heer Caudron van 4 maart 1993
Question n° 125 de M. Caudron du 4 mars 1993 (N.):
(N.) :
Nierdialyse.
Dialyse.
1. Hoeveel patiënten telt ons land die aan nierdialyse toe zijn? 2. Wat is de geografische spreiding per provincie en per arrondissement? 3. Hoeveel kost de behandeling voor het RIZIV per patiënt, per provincie en per arrondissement?
1. Combien de personnes sous dialyse y a-t-il dans notre pays? 2. Quelle est leur répartition par province et par arrondissement? 3. Combien un traitement coûte-t-il à l'INAMI par patient, par province et par arrondissement?
Antwoord : Het antwoord op die vraag werd het geacht lid rechtstreeks toegestuurd. Gezien het lourer documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen, maar ligt het ter inzage bij de griffie van de Kamer van Volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire vragen).
Réponse: La réponse à cette question a été transmise directement à l'honorable membre. Etant donné son caractère de pure documentation, il n'y a pas lieu de l'insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au greffe de la Chambre des Représentants (service des Questions parlementaires).
DO 929301197
DO 929301197
Vraag nr, 126 van de heer Caudron van 4 maart 1993
Question n° 126 de M. Caudron du 4 mars 1993 (N.):
(N.) :
Medische beelduorming, -
Omzet,
In de schoot van het RIZIV bestaat de zogenaamde profielcommissie die statistisch een duidelijk beeld geeft van het voorschriftengedrag met betrekking tot de aanvragen voor medische beeldvorming (RX - Scanners - NMR). Die profielcommissie beschikt over de cijfers van de omzet per arts en per dienst (RX Scanners - NMR). Alle diensten staan op computer en moeten hun cijfers meedelen aan het RIZIV. 1. Wat is de totale jaaromzet van alle diensten voor medische beeldvorming in ons land gedurende de jongste vijf jaar? 2. Wat is die omzet per provincie? 3. Wat is die omzet per gewest? 4. Wat is die omzet per universitair ziekenhuis?
Imagerie médicale. -
Chiffre d'affaires.
Il existe au sein de l'INAMI une commission chargée d'établir un profil statistique clair du comportement prescriptif concernant les demandes d'imagerie médicale (RX - scanners - RMN). Cette commission dispose du chiffre d'affaires par médecin et par service (RX scanners - RMN). Tous les services sont informatisés et doivent communiquer leurs chiffres à l'INAMI. 1. Quel est le chiffre d'affaires annuel global de tous les services d'imagerie médicale dans notre pays au cours des cinq dernières années? 2. Quel est ce chiffre d'affaires par province? 3. Quel est ce chiffre d'affaires par région? 4. Quel est ce chiffre d'affaires par hôpital universitaire?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 19'92-1993)
5343
5. Welke maatregelen neemt u om in het raam van de gezondmaking van de overheidsfinanciën paal en perk te stellen aan de miljardenverslindende overconsumptie op het stuk van de medische beeldvorming?
5. Dans le cadre de l'assainissement des finances publiques, quelles mesures prenez-vous pour mettre fin à la surconsommation en imagerie médicale, qui engloutit des milliards?
Antwoord: 1. Ik moet er het geacht lid op wijzen dat de door hem vermelde zogeheten profielcommissies, ingesteld bij de dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV), in de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen werden opgenomen bij koninklijk besluit nr. 408 van 18 april 1986. Bij koninklijk besluit van 19 augustus 1992 (Belgisch Staatsblad van 12 september 1992) werden de disciplines aangewezen en werden hun samenstelling en werkingsregels bepaald. De procedure tot benoeming van de leden is ingezet. 2.1. De bij het RIZIV ingediende uitgaven voor medische beeldvorming zijn in de loop van de jongste vijf jaar als volgt geëvolueerd (uitgaven in miljoenen Belgische frank) : 1988: 16.376,1; 1989: 17.757,6; 1990: 18.187,1; 1991 : 20.450,2; 1992 : 23.800 (raming). Ingevolge in 1991 doorgevoerde nomenclatuurwijzigingen zijn de gegevens tot 1990 niet meer vergelijkbaar met die vanaf 1991. 2.2. De uitsplitsing per provincie is niet beschikbaar voor elk van de voormelde jaren. Voor het jaar 1990 is het totaal bedrag voor heel het Rijk als volgt verdeeld per provincie :
Réponse: 1. Je communique à l'honorable membre que les commissions de profils auxquelles il fait allusion dans sa question, instituées auprès du service des soins de santé de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI), ont été incorporées dans la loi du 9 août 1963 instituant et organisant un régime d'assurance obligatoire soins de santé et indemnités par l'arrêté royal n° 408 du 18 avril 1986.
Provincie
L'arrêté royal du 19 août 1992 (Moniteur belge du 12 septembre 1992) a désigné Iles disciplines concernées et a déterminé la composition de ces commissions et leurs règles de fonctionnementt. La procédure en vue de la nomination des membres al été entamée. 2.1. Les dépenses relatives :ft l'imagerie médicale introduites auprès de 1'!NAMI ont évolué de la façon suivante au cours des cinq derniières années (dépenses en millions de francs belges) : 1988: 16.376,1; 1989: 17.757,6; 1990: 18.187,1; 1991 : 20.450,2; 1992 : 23.800 (estimation). A la suite de modifications apportées à la nomenclature, les données allant jusqu'à 1990 ne sont plus comparables avec celles relevées à partir de 1991. 2.2. La ventilation par province n'est pas disponible pour chacune des années précitées. Pour l'année 1990, le montant total pour l'ensemble du Royaume se répartit comme il suit par province :
In %
En%
Province
-
Antwerpen Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Henegouwen Luik
. . . . . .
13,44 29,31 9,31 11,10 13,40 11,10
-
Anvers .........................................•... Brabant Flandre occidentale Flandre orientale Hainaut Liège
. . . . .
13,44 29,31 9,31 11,10 13,40 11,10
-
Limburg
.
5,64
-
Limbourg
.
5,64
-
Luxemburg Namen
. .
1,75 4,95
-
Luxembourg Namur
. .
1,75 4,95
-
Rijk
.
-
Royaume .....................................•...
100,00
2.3. De uitsplitsing per gewest leidt aldus tot volgend resultaat:
2.3. La ventilation par région aboutit donc au résultat suivant:
In %
Gewest
100,00
En %
Région
-
Brussel Vlaanderen Wallonië
. . .
13,88 50,31 35,81
-
Bruxelles Les Flandres Wallonie
. . .
13,88 50,31 35,81
-
Rijk
.
100,00
-
Royaume
.
100,00
5344
2.4. De tussenkomst van de verplichte ziekteverzekering per verplegingsinrichting is slechts gekend voor de gehospitaliseerde patiënten; de ambulante activiteit is niet lokaliseerbaar . Voor de universitaire ziekenhuizen werden, rekening houdend met vermelde restrictie, volgende bedragen terugbetaald aan medische beeldvorming (bedragen in miljoenen Belgische frank) : Volgnummer -
1
.
. .
-4 _ 5 - 6 - 7
. . . .
92,9 107,8 120,8 331,6 209,8 161,2 121,0
.
1.145,1
;
Totaal
2.4. L'intervention de l'assurance-maladie obligatoire par établissement n'est connue que pour les patients hospitalisés; l'activité ambulatoire n'est pas localisable. Compte tenu de la restriction précité, les montants suivants ont été remboursés en matière d'imagerie médicale (montants en millions de francs belges) en ce qui concerne les hôpitaux univeritaires : ~urnéro
Bedragen
-2 - 3
-
ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO1992-1993)
Belgische KamervanVolksvertegenwoordigers_ (58)Vragenen Antwoorden(GZ 1992-1993)
d'ordre
Montants
- 1 - 2 - 3 -4 - 5 - 6
. . . . . .
-7
.
-
.
Total
92,9 107,8 120,8 331,6 209,8 161,2 121,0 1.145,1
3. De evolutie van de uitgaven in de medische beeldvorming dient met veel aandacht te worden gevolgd. De besparingsmaatregelen die in de loop van de jongste twee jaar werden genomen, hebben niet volledig hun beoogde besparingseffect gehad. De basis werd dan ook gelegd om, indien nodig, adequate rnaatregelen te kunnen nemen. Ik verwijs hier onder andere naar de bepalingen van het koninklijk besluit van 9 november 1992 tot uitvoering van artikel34terdecies, § 1, van de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen (Belgisch Staatsblad van 10 december 1992), waardoor de mogelijkheid werd gecreëerd om maatregelen in te voeren voor de medische beeldvorming, die gelijksoortig zijn als die die werden genomen inzake de klinische biologie en waarvan het effect (door vermindering van het volume) onbetwistbaar is.
3. L'évolution des dépenses en matière d'imagerie médicale doit être suivie très attentivement. Les mesures d'économie qui ont été prises au cours des deux dernières années n'ont pas eu complètement l'effet d'économie qui en était attendu. Dès lors, les bases ont été jetées de manière à pouvoir prendre, si nécessaire, des mesures adéquates. Je me réfère notamment aux dispositions de l'arrêté royal du 9 novembre 1992 pris en exécution de l'article 34terdecies, § 1, de la loi du 9 août 1963 instituant et organisant un régime d'assurance obligatoire soins de santé et indemnités (Moniteur belge du la décembre 1992) prévoyant la possibilité d'instaurer dorénavant pour l'imagerie médicale des mesures similaires à celles qui ont été adoptées en matière de biologie clinique et dont l'effet (par la voie d'une réduction de volume) est indéniable.
Dû 929301198
DO 929301198
Vraag nr, 127 van de heer Caudron van 4 maart 1993 (N.) :
Question n° 127 de M. Caudron du 4 mars 1993 (N.) :
Klinische biologie. - Omzet.
Biologie clinique. - Chiffre d'affaires.
In de schoot van het RIZIV bestaat de zogenaamde profielcommissie die statistisch een duidelijk beeld geeft van het voorschriftengedrag met betrekking tot de aanvragen voor klinische ontledingen. Die profielcommissie beschikt over de cijfers van de omzet per arts en per laboratorium. Alle klinische labo's staan op computer en moeten hun cijfers meedelen aan het RIZIV. 1. Wat is de totale jaaromzet van alle klinische laboratoria in ons land gedurende de jongste vijf jaar?
Au sein de l'INAMI existe une commission chargée d'établir un profil statistique clair du comportement de prescription des demandes d'analyses cliniques. Cette commission dispose des données du chiffre d'affaires par médecin et par laboratoire. Tous les laboratoires de biologie clinique sont informatisés et doivent communiquer leurs chiffres à l'INAMI.
2. Wat is die omzet per provincie? 3. Wat is die omzet per gewest?
1. Quel est le chiffre d'affaires annuel global de tous les laboratoires de biologie clinique dans notre pays pour les cinq dernières années? 2. Quel est ce chiffre d'affaires par province? 3. Quel est ce chiffre d'affaire spar région?
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
-(58)-
4. Wat is de omzet per universitair ziekenhuis? 5. Welke maatregelen neemt u orn in het raam van de gezondmaking van de overheidsfinanciën paal en perk te stellen aan de miljardenverslindende overconsumptie op het stuk van de klinische biologie? Antwoord: 1. Ik deel het geacht lid mee dat de door hem vermelde profielcommissies, ingesteld bij de dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV), in de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen werden opgenomen bij koninklijk besluit nr. 408 van 18 april 1986. Bij koninklijk besluit van 19 augustus 1992 (Belgisch Staatsblad van 12 september 1992) werden de desbetreffende disciplines aangewezen en werden de samenstelling en werkingsregels van die commissies bepaald. De procedure tot benoeming van de leden is ingezet. 2.1. De bij het RIZIV ingediende uitgaven voor klinische biologie zijn in de loop van de jongste vijf jaar als volgt geëvolueerd (uitgaven in miljoenen Belgische frank) : 1988: 28.587,7; 1989 : 26.955,2; 1990: 27.499,1; 1991 : 29.513,1; 1992 : 32.166,7 (raming). 2.2. De uitsplitsing per provincie is niet beschikbaar voor elk van de voormelde jaren. Voor het jaar 1990 is het totaal bedrag voor heel het Rijk, als volgt verdeeld per provincie :
4. Quel est ce chiffre d'affaires par hôpital universitaire? 5. Dans le cadre de l'assainissement des finances publiques, quelles mesures envisagez-vous pour mettre fin à la surconsommation en biologie clinique, qui engloutit des milliards? Réponse: 1. Je communique à l'honorable membre que les commissions de profils auxquelles il fait allusion dans sa question, instituées auprès du service des soins de santé de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI), ont été introduites dans la loi du 9 août 1963 instituant et organisant mn régime d'assurance obligatoire soins de santé et indemnités par l'arrêté royal n° 408 du 18 avril 1986. L'arrêté royal du 19 août 19592(Moniteur belge du 12 septembre 1992) a désigné, les disciplines concernées et a déterminé la cornpositiron de ces commissions et leurs règles de fonctionnementt. La procédure en vue de la nomination des membres al été entamée.
m
2.1. Les dépenses relatives la biologie clinique introduites auprès de l'INAMI «mt évolué de la façon suivante au cours des cinq derniières années (dépenses en millions de francs belges) : 1988 : 28.587,7; 1989 : 26.955,2; 1990 : 27.499,1; 1991: 29.513,1; 1992 : 32.166,7 (estimation). 2.2. La ventilation par provrince n'est pas disponible pour chacune des années précitées. Pour l'année 1990, le montant total pour l'ensemble du Royaume se répartit comme suit par province :
-
Antwerpen Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Henegouwen
. . . . .
-
Luik
.
-
Limburg Luxemburg Namen
. . .
-
Rijk
.
12,29 28,46 8,22 12,06 17,10 12,01 4,37 1,33 4,16 100,00
2.3. De uitsplitsing per gewest leidt aldus tot volgend resultaat:
-
Anvers Brabant Flandre occidentale Flandre orientale Hainaut
. . . . .
12,29 28,46 8,22
-
Liège
.
12,01
-
Limbourg Luxembourg Namur
. . .
4,37 1,33 4,16
-
Royaume
.
12,06 17,10
100,00
2.3. La ventilation par région aboutit donc au résultat suivant:
In %
Gewest
En %
Province
In %
Provincie
5345
En %
Région
-
Brussel Vlaanderen
. .
20,67 42,43
-
Bruxelles Les Flandres
. .
20,67 42,43
-
Wallonië
.
36,90
-
Wallonie
.
36,90
-
Rijk
.
-
Royaume
.
100,00
100,00
5346
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
2.4. De tussenkomst van de verplichte ziekteverzekering per verplegingsinrichting is slechts gekend voor de gehospitaliseerde patiënten; de ambulante activiteit isniet lokaliseerbaar. Voor de universitaire ziekenhuizen werden, rekening houdend met vermelde restrictie, volgende bedragen terugbetaald aan klinische biologie (bedragen in miljoenen Belgische frank) : Volgnummer
2.4. L'intervention de l'assurance-maladie obligatoire par établissement n'est connue que pour les patients hospitalisés; l'activité ambulatoire n'est pas localisable. Compte tenu de la restriction précitée les montants suivants ont été remboursés en matière de biologie clinique (montants en millions de francs belges) en ce qui concerne les hôpitaux universitaires: ~uméro
Bedragen
-1
.
-2 _ 3
. .
-4 - 5 •.........•........................................... - 6 - 7
.
-
Totaal
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
_ (58)-
d'ordre
Montants
-
1 2 3
-
4 •.••..•.••.•••.•.•.•..•..•.••....••.•.•.....•.••.•.•..
. .
146,2 269,3 201,2 499,3 497,8 343,9 322,9
- 5 - 6 -7
. . .
146,2 269,3 201,2 499,3 497,8 343,9 322,9
.
2.280,6
-
.
2.280,6
3. Ik ben van oordeel dat de maatregelen die de jongste maanden werden genomen, van aard zullen zijn om de uitgaven voor klinische biologie binnen de gestelde perken te houden van het toegekend globaal budget van financiële middelen. Inderdaad: enerzijds is het deelbudget voor de gehospitaliseerden al verschillende jaren binnen de perken gebleven, dank zij de drastische tariefverminderingen gekoppeld aan de forfaitaire honorering per verpleegdag en per ziekenhuisopname. anderzijds is het deelbudget voor ambulanten beïnvloed door: a 1 tariefverminderingen gekoppeld aan de invoering van forfaits per voorschrift, waardoor de neiging tot overproduktie wordt afgewend; bl de invoering van de financiële veranrwoordelijkheid van de voorschrijvende geneesheren, waarbij sancties voorzien zijn voor de ongewoon grote voorschrijvers wier voorgeschreven volume niet kan worden verklaard door hun specifieke praktijkomstandigheden. Ik ben ervan overtuigd dat, vooraleer eventuele nieuwe maatregelen te nemen, de komende evolutie van de uitgaven voor klinische biologie met vertrouwen kan worden afgewacht.
Total
. . .
3. J'estime que les mesures qui ont ete prises au cours des derniers mois seront de nature à maintenir les dépenses en matière de biologie clinique dans les limites du budget global des moyens financiers qui a été accordé. En effet: d'une part le budget partiel pour les patients hospitalisés est resté depuis plusieurs années déjà dans les limites grâce aux réductions tarifaires drastiques liées aux honoraires forfaitaires par journée d'hospitalisation et par admission; d'autre part, le budget patiel pour les ambulants est influencé par: al des réductions tarifaires liées à l'instauration de forfaits par prescription, contrecarrant ainsi la tendance à la surproduction; hl l'instauration de la responsabilité financière des médecins-prescripteurs prévoyant des sanctions pour ceux qui prescrivent un volume inhabituellement élevé qui ne peut s'expliquer par les conditions spécifiques de leur activité. Quoi qu'il en soit je suis convaincu qu'avant de prendre éventuellement de nouvelles mesures, on peut envisager avec confiance l'évolution future des dépenses en matière de biologie clinique.
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5347
Ministre pour l'Intégration sociale, la Santé publique et l'Environnement
Dû 929301318
Dû 929301318
Vraag nr. 213 van de heer Van Nieuwenhuysen van 17 maart 1993 (N.) :
Question n° 213 de M. Van Nieuwenhuysen 17 mars 1993 (N.) :
Kabinet. -
Cabinet. - Permanences sociales.
Dienstbetoon.
Sommige ministers belasten kabinetsmedewerkers met sociaal dienstbetoon. 1. Zijn medewerkers van uw kabinet al dan niet geregeld belast met dergelijke opdracht?
du
2. Zo ja, heeft het dienstbetoon plaats tijdens de diensturen? 3. Zo ja, hoeveel diensturen wijdden uw rnedewerkers in 1992 aan dienstbetoon en wat was de loonkost daarvan?
Certains ministres chargent des colIaborateurs de leur cabinet d'assurer des permanences sociales. 1. Des collaborateurs de votre cabinet sont-ils régulièrement ou occasionnellement .chargés de telles missions? 2. Dans l'affirmative, ces prestations sont-elIes effectuées pendant les heures de se-rvice? 3. Dans l'affirmative, combien d'heures de service vos collaborateurs ont-ils consacrées à ces activités, et quel en a été le coût salarial?
Antwoord : Het geacht lid gelieve hieronder mijn antwoord op zijn vraag te vinden, op basis van de situatie op 31 maart 1993. Kabinet - sociale dienst. Geen enkele van mijn kabinetsmedewerkers is specifiek belast met taken van sociale dienstverlening. Mijn sociale dienstverlening wordt verzekerd hetzij door mijzelf, hetzij door vrijwilligers, hetzij bij gelegenheid door leden van mijn kabinet maar dan buiten de diensturen (met name tijdens het weekend). Het spreekt vanzelf dat de leden van mijn kabinet verplicht zijn gehoor te geven aan elke vraag om tussenkomst die zich situeert in het kader van de door mijn departement beheerde dossiers evenals aan de verschilIende schrijvens die ik ontvang.
Réponse: L'honorable membrre voudra bien trouver ci-dessous ma réponse à sa quesition, sur la base de la situation au 31 mars 1993. Cabinet - service social. U n'y a pas de collaborateur a.u sein de mon cabinet qui soit spécifiquement chargé de tâches de service social. Mes permanences sociales; sont assurées soit par moi-même, soit par des bénévoles, soit à l'occasion par des membres de mon cabinet eOldehors des heures de service (notamment le week-end ). U est cependant évident que les membres de mon cabinet sont tenus de répondre: à toute intervention s'inscrivant dans le cadre des dossiers gérés par mon département ainsi qu'aux courri-ers divers qui me sont adressés.
BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ 1992-1993)
-(58)-
Chambre des Représentantsde Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
5349
INHOUDSOPGA YE - SOMMAIRE PAR OBJET CA
Datum Date
DO
Vraag nr. Question n?
Blz. Page
Voorwerp Objet
Auteur
•. Question sans réponse
* Vraag zonder antwoord Eerste Minister Premier Ministre 6
929301608
26- 4-1993
71
De Mol
UNCED-eonferentie. - Agenda 21. Conférence CNDED. - Agenda 21.
5291
Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedriiven Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises piabliques 1
929300778
20- 1-1993
354
Ramoudt
1
929300815
26- 1-1993
364
Breyne
1
929300952
9- 2-1993
384
Ramoudt
929300954
10- 2-1993
385
Bertouille
1
929301190
8- 3-1993
456
Caudron
1
929301300
15- 3-1993
465
Duquesne
1
929301329
17- 3-1993
473
Viseur
1
929301363
23- 3-1993
479
Vande Lanotte
1
929301396
25- 3-1993
491
Van Nieuwenhuysen
8
929301423
30- 3-1993
493
Van Nieuwenhuysen *
8
929301426
30- 3-1993
494
Van Nieuwenhuysen *
8
929301430
31- 3-1993
495
Breyne
8
929301437
1- 4-1993
496
Van Nieuwenhuysen *
8
929301438
1- 4-1993
497
Schellens
*
8
929301444
1- 4-1993
498
Van Vaerenbergh
*
*
Gemeenschappelijk personenvervoelr. - Veiligheidsgordel. Transports en commun. - Ceinture: de sécurité. Post. - Ieper. Poste. - Ypres. Carpooling. - Medisch getuigschrifft. Covoiturage. - Certificat médical. Post. - Portvrijdorn. - Burgerlijke oorlogsinvaliden. Poste. - Franchise postale. - Invralides civils de la guerre. Departement. - Personeel. - Ziektte, Département. - Personnel. - Malaidie. Bevaarbare waterwegen. - Signalissatie, Voies navigables. - Signalisation. Binnenscheepvaart. - Technische veoorschrihen. Navigation intérieure. - Prescriptioms techniques. Zeevisserij. - Bemanning. - Vergumning. Pêche maritime. - Equipage. - Lic:ence. Belgacom. - Inlichtingen. Belgacom.- Renseignements. Regie der gebouwen. - Strafinrichtingen, - Programma. Régie des bâtiments. - Etablissements pénitentiaires. - Programme. NMBS. - Werkplaatsen. - Personeel, SNCB. - Ateliers. - Personnel. Post. - Kantoren. - Sluiting. Poste. - Bureaux. - Fermeture. NMBS. - Rollend marerieel, - Besstelling, SNCB. - Matériel roulant. - Comunande. Postcheque. - Personeelsformatie. Office des chèques postaux. - Effe<etifdu personnel. Zaventem. - Luchthaven. - Lawaiaihinder. Zaventem. - Aéroport. - Pollutiom sonore.
5291
5292 5293 5294
5295 5298 5299 5301 5302 5277
5277 5278 5278 5278 5279
Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken Vice-Premier Ministre et Ministre des Affaires étrangères 8
929301314
29- 3-1993
175
Winkel
1
929301448
2- 4-1993
177
Simons
* Iran. - Minister. - Officieel bezoek, - Rushdie. Iran. - Ministre. - Visite officielle. - Rushdie. Zuidpoolverdrag. - Protocolakkoœrd, Traité de l'Antarctique. - Protocoke d'accord.
5279 5303
686
5350 CA
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
DO
Datum Date
Vraagnr. Question n°
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993) Voorwerp Objet
Auteur
Blz. Page • Question sans réponse
• Vraag zonder antwoord
Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice et des Affaires économiques Justitie - Justice 929300639
24- 2-1993
284
Dewael
8
929301407
26- 3-1993
310
Perdieu
•
8
929301408
26- 3-1993
311
Perdieu
•
8
929301409
26- 3-1993
312
Annemans
•
8
929301420
29- 3-1993
316
Duquesne
•
8
929301428
30- 3-1993
317
Dewael
•
8
929301429
30- 3-1993
318
Van Vaerenbergh
•
8
929301435
31- 3-1993
319
Viseur
•
Economische Zaken 1
929301421
29- 3-1993
149
Standaert
8
929301424
30- 3-1993
150
Van Nieuwenhuysen
8
929301431
31- 3-1993
151
Thissen
929301487
16- 4-1993
154
Barbé
Gemeente. - Kerkfabriek. - Gronden. - Aan- en verkoop. - Schatting. Commune. - Fabrique d'église. - Terrains. - Achat et vente. - Expertise. Rustoorden. - Naleving van de wetgeving. - Vervolgmgen. Maisons de repos. - Respect de la législation. Poursuites . Magistraten. - Werving. - Examen. - Plaatsvervangend rnagistraat, Magistrats. - Recrutement. - Examen. - Magistrat suppléant. Arbeidsrechtbank. - Vakbonden. - Afgevaardigden. - Geschillen. Tribunal du travail. - Syndicats. - Délégués. Différends. Penitentiair beleid. - Hoge raad. Politique pénitentiaire. - Conseil supérieur. Hoven van beroep. - Wetboeken. Cours d'appel. - Codes. Brussel. - Arbeidsrechtbank. Bruxelles. - Tribunal du travail. Rechterlijke orde. - Onverenigbaarheden. Ordre judiciaire. - Incompatibilités.
5305
5280
5281
5281
5282 5282 5283 5283
Affaires économiques Thuisbankieren. - Reglementering. Home banking. - Réglementation. • NIS. - Intrastat, - Buitenlandse handel. INS. - Intrastat. - Commerce extérieur. • Motorrijtuigen. - Verplichte verzekering. - Tarifenng. Véhicules. - Assurance obligatoire. - Tarification. Bieren lambiek en gueuze. - Wettelijke bescherming. - Inspecties, Bières lambic et gueuze. - Protection légale. - Inspections.
5306 5283 5284
5307
Minister van Financiën Ministre des Finances 929300775
20- 1-1993
383
de Clippele
1
929300842
27- 1-1993
405
Pinxten
1
929301178
3- 3-1993
462
Dewinter
1
929301190
8- 3-1993
477
Caudron
BTW. - Mandaat. - Vereenvoudigde procedures. TVA. - Mandat. - Procédures simplifiées. BTW. - Onroerende verhuur. - Uitvoeringsbesluiten. TVA. - Location de biens immobiliers. - Arrêtés d'exécution. Niet-Europese vreemdelingen. - Geldverkeer. Etrangers non européens. - Circulation d'argent. Departement. - Personeel. - Ziekte, Département. - Personnel. - Maladie.
5308 5310
5311 5312
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
CA
DO
Daturn Date
Vraag nr. Question n?
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993)
Blz. Page
Voorwerp Objet
Auteur
* Question sans réponse
* Vraag zonder antwoord 1
5351
929301278
10- 3-1993
484
Daems
929301312
16- 3-1993
488
Ylieff
1
929301313
16- 3-1993
489
Pinxten
1
929301347
19- 3-1993
493
Desmet
1
929301357
22- 3-1993
496
Clerfayt
1
929301358
22- 3-1993
497
Clerfayt
1
929301366
23- 3-1993
500
Van der Poorten
1
929301353
23- 3-1993
501
De Mol
1
929301376
24- 3-1993
502
Annemans
1
929301385
24- 3-1993
503
de Clippele
1
929301386
24- 3-1993
504
de Clippele
1
929301401
25- 3-1993
507
Draps
1
929301475
7- 4-1993
514
Bertrand
1
929301506
19- 4-1993
520
Buisseret
Nalatigheidsintresten. - Moratoriumintresten, Wetswijziging. - Inwerkingtreding. Intérêts de retard. - Intérêts moratoires. - Modification légale. - Entrée en vigueur. Douane. - Ambtenaren. - Heraanstelling. - Grensgemeenten. Douanes. - Agents. - Réaffectation. - Communes' frontalières. Schuldsaldoverzekering. - Aftrek. - Splitsing, Assurance de solde restant dû. - Déiduction. - Scission. Bedrijfsvoorheffing. - Buitenlandse sartiesren. - Ongelijke behandeling. Précompte professionnel. - Artistes iétrangers. - Inégalité de traitement. Gemeenten. - Rekening-courant, -. Ambtshalve opnemen van geld. Communes. - Compte-courant. -!Prélèvement d'office. Gemeenten. - Opcentiemen. - Teruiggave. Communes. - Taxes additionnelles. - Rétrocession. Belastingplichtigen. - Bevolkingsregissters. - Uitschrijving. /Contribuables. - Registres de la popuilation. - Notifi. cation de départ. Gemeenschapsrecht. - Richtlijnen. - Ornzerting in Belgisch recht. Droit communautaire. - Directives. - Transposition en droit belge. Departement. - Antwerpen. - Gebcouw. - Huur. Département. - Anvers. - Bâtimemt. - Loyer. Bedrijfsvoertuigen. - Persoonlijk gelbruik. Voitures d'entreprises. - Usage personnel, Belastingnotificatie. - Vergissing. Notification d'impôt. - Erreur. Terugbetaling van kapitaal. - Vennootschap-aandeelhoudster. Remboursement de capital. - Sociét:é actionnaire. Vennootschapsbelasting. - Personeruvennootschap. Verminderd tarief. Impôt des sociétés. - Société de peirsonnes. - Taux réduit. Departement. - Antwerpen. - !Huurcontract. Opzegging. Département. - Anvers. - Bail. - .Résiliation.
5313
5314
5315
5316
5317
5318 5320
5321
5323 5323 5324 5325
5326
5326
Minister van Wetenschapsbeleid Ministre de la Politique scientifique 1
929301318
17- 3-1993
74
Van Nieuwenhuysen
Kabinet. Cabinet. -
Dienstbetoon. Permanences sociales.
5327
Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van lBuitenlandse Zaken Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères 1
929301414
29- 3-1993
72
Barbé
Gemeenschapsrecht. - Richtlijnen.·Verslagen. Droit communautaire. - Directives .. - Rapports.
5328
5352 CA
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
DO
Veaag ne. Question n-
Darurn Date
-(58)-
Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa 1992-1993) Voorwerp Objet
Auteur
Blz. Page • Question sans réponse
• Veaag zoader antwooed
1
929301453
2· 4-1993
73
VanDiendeeen
1
929301455
2- 4-1993
75
Van Dienderen
1
929301480
9- 4-1993
77
Standaert
6
929301488
16- 4-1993
78
Mw. Oua
Libië. - Glasfabriek. Libye. - Verrerie. Libië. - Handelsbetrekkingen. Libye. - Relations commerciales. Salman Rushdie. - Iraanse minister, - Bezoek aan België. Salman Rushdie. - Ministre iranien. - Visite à la Belgique. Tropisch hardhout. - Import in België. Bois dur tropical. - Importations en Belgique.
5330 5331 5333
5334
Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken Ministre de l'Intérieur et de la Fonction publique 8
919280663
26- 3·1993
396
Annemans
8
929301416
29- 3-1993
397
Mw. Vogels
8
929301418
29- 3-1993
398
Marsoul
8
929301422
29- 3-1993
399
Standaert
8
929301425
30- 3-1993
400
DeMan
8
929301436
31- 3-1993
401
Vandeurzen
8
929301440
1- 4-1993
402
Morae!
8
929301441
1- 4-1993
403
Morae!
1
919280784
15- 4-1993
409
Van Ovenneire
• Diplomatieke kringen. - Tewerkstelling van illegale vrouwelijke vreemdelingen. Milieux diplomatiques. - Emploi de femmes étrangères illégales. • Vreemdelingen. - Bewijs van woonst. Etrangers. - Certificat de domicile. • Nationale wetenschappelijke instellingen. - Contractuelen, - Uitzonderlijke en tijdelijke behoeften, Eta blissements scientifiques nationaux. -Contractuels. - Besoins exceptionnels et temporaires . • Vreemdelingen. - Burgerlijke stand. - Rechtzetting, Etrangers. - Etat civil. - Rectification. • Vreemdelingen. - Brussel. - Vlaarns-Brabant, Etrangers. - Bruxelles. - Brabant flamand. • Vreemdelingen. - Verblijf in België. - Documenten. Etrangers. - Séjour en Belgique. - Documents. • Gemeenten, - Gemeenschappelijk vervoer. - Inzagerecht. Communes. - Transport en commun. - Droit de regard. • Gemeenten. - Gemeenteraad. - Bevoegdheden. Communes. - Conseil communal. - Compétences. Vluchtelingen. - Bestrijding van gespecialiseerde netwerken. Réfugiés. - Lutte contre des réseaux spécialisés.
5285
5285 5286
5286 5286 5287 5287
5288 5334
Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen Ministre de l'Emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes 8
929301434
31- 3-1993
165
Thissen
• Paritaire comités. Commissions paritaires.
5289
Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'Agriculture Kleine en Middelgrote Ondernemingen 1
929301190
8- 3-1993
53
Caudron
1
929301161
26- 3-1993
62
de Clippele
-
Petites et Moyennes entreprises Departement. - Personeel. - Ziekte. Département. - Personnel. - Maladie. Stopzettingsmeerwaarden. - Terugwerking. Plus-values de cessation. - Rétroactivité.
5336 5339
Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ 1992-1993)
CA
Da
Datum Date
Vraag nr, Question n°
-(58)-
Chambre des Représentants de 'Belgique Questions et Réponses (SO 1992-1993)
31- 3-1993
Page • Question sans réponse
Landbouw 919281263
Blz.
Voorwerp Objet
Auteur
• Vraag zonder antwoord
8
5353
91
Hazette
-
Agriculture • Welzijn van de dieren. - Paarden. - Markt op de Hertogin van Brabantplaats te Molenbeek. Bien-être des animaux. - Chevaux. - Marché de la place de la Duchesse à Molenbeek.
5289
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense nationale 929301365
23- 3-1993
263
Santkin
Strijdkrachten. Forces armées. -
Niet-gevechtsfunctiies. Fonctions non comibattanres.
5341
Nierdialyse. Dialyse. Medische beeldvorming. - Omzet. Imagerie médicale. - Chiffre d'affairees. Klinische biologie. - Omzet. Biologie dinique. - Chiffre d'affairees. • Klinische biologie. - Radiologie. - lUitgaven. Biologie dinique. - Radiologie. - D>épenses.
5342
Minister van Sociale Zaken Ministre des Affaires sociales 4
8
929301196
4- 3-1993
125
Caudron
929301197
4- 3-1993
126
Caudron
929301198
4- 3-1993
127
Caudron
929301413
29- 3-1993
142
Goutry
5342 5344 5290
Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilüeu Ministre pour l'Intégration sociale, la Santé publique et l'Environnememt 929301318
17- 3-1993
213
Van Nieuwenhuysen
Kabinet. Cabinet. -
Dienstbetoon. Permanences sociales.
5347
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buiitenlandse Zaken Secrétaire d'Etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaiires étrangères 8
929301427
30- 3-1993
64
Knoops
• ABOS. - Reizen. - Monopolie. AGCD. - Voyages. - Monopole.
5290
OFFICIËLE BERICHTEN
AVIS OFFICIELS
WETGEVENDE KAMERS
CHAMBRES LEGISLATIVES
Abonnementen op de Parlementaire Publikaries
Abonnements aux publications parlementaires
Voor de abonnementen op her Beknopt Verslag I Compte Rendu Analytique, de Handelingen en her Bulletin van Vragen en Antwoorden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat kan voor het zittingsjaar 1993-1994 UITSLUITEND worden ingetekend door storting/overschrijving van het abonnementsgeld op rekeningnummer 000-1648428-10 van « Publikaties Karner van Volksvertegenwoordigers ., Natieplein 2, 1080 Brussel. Voor het zittingsjaar 1993-1994 kan dit vanaf de dag van het verschijnen van dit bericht. Wanneer men intekent tijdens een zittingsjaar, loopt her abonnement op de publikatie waarvoor men inrekent, vanaf de datum van storting/overschrijving tot de sluiting van het betrokken zittingsjaar zodat de nummers die aan de datum van betaling voorafgaan, niet zullen worden opgestuurd.
Pour la session 1993-1994, les abonnements au Beknopt Verslag / Compte Rendu Analytique, aux Annales ou au Bulletin des Questions et Réponses de la Chambre des Représentants et du Sénat seront EXCLUSIVEMENT souscrits par virement/versement du montant de l'abonnement au compte n? 000-1648428-10 de « Publications Chambre des Représentants " Place de la Nation 2, 1080 Bruxelles. Il est possible de s'abonner pour la session 1993-1994 à partir de la publication du présent avis. En cas de souscription en cours de session, l'abonnement prendra cours dès réception du versement/virement et se terminera à la clôture de la session parlementaire concernée. Les numéros antérieurs à la dare de paiement ne seront donc pas fournis.
De abonnementsprijzen voor de zirting 1993-1994 zijn ongeacht datum van inschrijving de volgende: Handelingen Kamer en Senaat : 1.800 F Vragen en Antwoorden Kamer en Senaat : 1.400 F Beknopt Verslag Kamer en Senaat 800 F Compte Rendu Analytique Kamer en Senaat 800 F Binnen de termijn van 1 maand na de datum van her verschijnen kunnen losse nummers van hogergenoernde publikaties eveneens en uitsluitend worden verkregen door storting/overschrijving op hogergenoernde rekening of worden aangekocht bij de Documentenhoek van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, Leuvenseweg 13, 1000 Brussel. Voor een los nummer bedraagt de prijs: - Handelingen (Karner OF Senaat) . 30 F - Bulletin van Vragen en Antwoorden (Kamer Of Senaat) . 30 F - Beknopt Verslag [Kamer Of Senaat) . 20 F - Compte Rendu Analytique (Kamer OF Senaat) . 20 F Storringen of overschrijvingen moeten duidelijk:
Quelle que soit la date d'abonnement, les prix d'abonnerne-r pour la session 1993-1994 sont: - Annales Chambre et Sénat : 1.800 . - Questions et Réponses Chambre et Sénat : 1.400 F - Compte Rendu Analytique Chambre et Sénat 800 F - Beknopt Vers/ag Chambre et Sénat 800 F Il est possible de se procurer des exemplaires de chacune des publications, dans Ie mois de leur publication, en virant ou versant Ie prix correspondant à la commande au compte courant ci-dessus. Il est également possible de les acheter au Comptoir des Documents de la Chambre des Représentants, rue de Louvain 13, 1000 Bruxelles.
de -
- naam en volledig adres van de inschrijver vermelden; - in de rubriek « Mededeling » nauwkeurig de benaming van de publikatie(s) of het gewenste nummer weergeven met vermelding van het zittingsjaar 1993-1994 en eventueel het verzendingsadres voor zover dit verschilt van het adres van de inschrijver. De aandacht van de abonnees wordt gevestigd op het feit dar de Kamer van Volksvertegenwoordigers geen facturen opmaakt.
Le prix par numéro de chaque publication est le suivant : Annales (Chambre OU Sénat) 30 F Bulletin des Questions et Réponses (Chambre OU Sénat) 30 F - Compte Rendu Analytique (Chambre OU Sénat) 20 F - Beknopt Verslag (Chambre OU Sénat) 20 F Il convient d'indiquer clairement sur le bulletin de virement ou de versement : - le nom et l'adresse complète du souscripteur; - les références exactes de la publication souhaitée (titre, date, n", session 1993-1994); - l'adresse d'expédition au cas où elle diffère de celle du souscripteur. L'attention des abonnés est attirée sur le fait que la Chambre des Représentants ne rédige pas de factures. -
» »
»
Voor abonnemenren op de Parlementaire stukken van de Kamer van Volksvertegenwoordigers of van de Senaat (wetsonrwerpen en -voorstellen, verslagen, amendementen) dient uitsluitend te worden ingeschreven bij hun officiële drukkers : - voor de Kamer: Drukkerij Schaubroeck, Steenweg Deinze 154, 9810 Nazareth, tel. (091) 8902 11; - voor de Senaat: Drukkerij E. Guyot, Ransfortstraar 25, 1080 Brussel, tel. (02) 410 2560. Deze drukkerijen verzekeren eveneens de verkoop van losse nummers.
BESTUURSDRUKKERIJ -
Les abonnements aux Documents parlemantaires de la Chambre des Représentants ou du Sénat (projets de loi, propositions de loi, rapports, amendements) sont exclusivement souscrits auprès de leurs imprimeurs officiels: - pour la Chambre: Imprimerie Schaubroeck, Steenweg Deinze 154, 9810 Nazareth, tel. (091) 89 02 Il; - pour le Sénat: Imprimerie E. Guyot, rue Ransfort 25, 1080 Bruxelles, tel. (02) 410 25 60. Les imprimeurs assurent également la vente au numéro.
IMPRIMERIE ADMINISTRATIVE
SCHAUBROECK STEENWEG DEINZE 154 - 9810 NAZARETH TEL. (091) 8902 Il