Inhoudsopgave
Voorwoord: Uw kind op de christelijke basisschool
3
1. De school
4
2. De identiteit van de school
6
3. De organisatie van de school en het onderwijs
9
4. De zorg voor kinderen
17
5. De evaluatie, planning en resultaten van het onderwijs
24
6. De ouders en de school
28
7. Schooltijden en vakanties
35
8. Activiteiten
38
9. Externen
40
10. Financiën
43
11. Namen en adressen
45
12. Plattegrond school
47
Uw kind op de christelijke basisschool. Kinderen brengen een groot deel van hun jaren door op de basisschool. De juf of meester in de groep is daardoor mede-opvoeder. De school bepaalt deels hoe uw kind wordt. U kiest een basisschool met zorg. Onze schoolgids is een middel om een goede school te kiezen voor uw kind. Deze schoolgids is vervaardigd om u als ouder een beeld te geven van onze school. Een beeld dat wordt samengesteld vanuit verschillende invalshoeken. Zo krijgt u informatie over: - de uitgangspunten van de school. - Het pedagogisch klimaat. - De onderwijskundige aspecten en de resultaten ervan. Kortom, in deze schoolgids willen wij u niet alleen een indruk geven van de school, maar deze mag ook gezien worden als een verantwoordingsdocument naar alle ouders. De schoolgids is tot stand gekomen na goedkeuring van het bevoegd gezag en de Medezeggenschapsraad van de school. De gids wordt ieder jaar zo spoedig mogelijk na de zomervakantie uitgereikt aan alle ouders. Wij hopen, mede namens het team, dat u deze gids met interesse en plezier zult lezen. Jacob Uijl en Liesbeth Spohr (directie)
3
1. De School
“De Rank” is een christelijke basisschool en de vereniging van onze school heet voluit ”Vereniging voor protestants christelijk basisonderwijs te Sprang-Capelle en Kaatsheuvel”, gevestigd te SprangCapelle, kern Vrijhoeve, gemeente Waalwijk. De school is in 1903 opgericht en was toen gelokaliseerd aan de Zuidhollandsedijk. Tot 1972 heette de school Prinses Wilhelminaschool. Sinds 1972 zijn kleuter- en lager onderwijs geïntegreerd in het huidige schoolgebouw en is de naam van de school gewijzigd in “De Rank”. In maart 2014 is gestart met een grondige renovatie om het gebouw weer volledig te laten voldoen aan de eisen van deze tijd. De naam van onze school wijst op de wijnstok met haar ranken. Een prachtige beeldspraak voor een school. In Johannes 15 wordt gesproken over de rank en de ware Wijnstok. Een rank brengt vruchten voort als er verbinding is met de wijnstok. Zo geeft ook een christelijke school resultaten: verschillende vruchten. Als de leerlingen van school gaan zijn ze allemaal verschillend. Toch is er één ding gelijk geweest voor allen: christelijk onderwijs, opvoeding in het licht van de Bijbel. Schoolleiding, leerkrachten, ouders en bestuur zien zich steeds gesteld voor deze taak. De grondslag van de schoolvereniging is de Bijbel en in overeenstemming daarmee de belijdenisgeschriften, zoals vermeld in de drie formulieren van Enigheid. Degene die de grondslag van de school onderschrijft en belijdend lid is van één van de protestantse kerkgenootschappen kan lid worden van de schoolvereniging en hiermee het christelijk onderwijs steunen. Kenmerken van onze school zijn: - Een christelijke school, waar waarden en normen ontleend zijn aan de Bijbel. - Grote betrokkenheid van de ouders. - Moderne leermethodes, die zijn ingevoerd in een klimaat waar waardevaste uitgangspunten zoals respect voor de schepping en de medemens, normen, gezag, orde en netheid basis blijven voor visie op school en maatschappij. - Openheid. - Gemoedelijkheid en vriendelijkheid.
4
De uitgangspunten van de school hebben geleid tot de volgende missie: “De Rank” is een prot. Chr. basisschool die handelt vanuit de Bijbel. De school streeft een kindgerichte benadering van onderwijs en opvoeding na, waarin het welzijn van kinderen voorop staat, binnen vastgestelde kaders. Het bestuur Het bestuur telt zeven leden. Zij zijn afkomstig uit de Protestantse Kerk Nederland (hervormd en gereformeerd), de Hersteld Hervormde Kerk en de Gereformeerd Kerk Vrijgemaakt. Twee extra leden hebben een toezichthoudende taak. Het bestuur draagt zorg voor de uitvoering van de statuten om zo het christelijk onderwijs te waarborgen op onze school. Verder beheert zij de financiën, zet ze beleidslijnen uit (identiteits-, personeels- en onderwijskundig beleid), neemt zij personeel aan en draagt ze zorg voor een veilig klimaat. Ook onderhoudt het bestuur contacten met andere scholen en overheidsinstanties. Bovenstaande gebeurt in overleg met de directie om zo een goede samenwerking en harmonie te waarborgen. Schoolgrootte Per 1 oktober 2013 telde de school 302 leerlingen. In de loop van het schooljaar 2013/2014 is dit aantal gegroeid naar 310. We werken met 12 groepen en er zijn in totaal 30 mensen werkzaam op de school.
5
2. De identiteit van school
Een school heeft een maatschappelijke opdracht. Deze is vastgelegd in de wetgeving van de overheid. Een school met een identiteit heeft daarnaast nog een opdracht vanuit een beginsel. Dit beginsel ligt voor ons vast in het Woord van God, de Bijbel. Vanuit dit beginsel proberen we inhoud te geven aan de maatschappelijke opdracht. De identiteit van de school komt tot uiting: - Tijdens de dagelijkse bijbellessen, maar eveneens bij andere vakgebieden als geschiedenis en biologie. - In ons werk en onze omgang met elkaar. - In het jaarprogramma van de school waarin de christelijke feest- en gedenkdagen een vast onderdeel vormen. Het pedagogisch klimaat van de school moet aansluiten bij de levensbeschouwelijke identiteit zodat het kind ervaart dat de levensbeschouwing in de praktijk functioneert. Dit zal merkbaar zijn in een wederzijds gevoel van vertrouwen, het bieden van een juist gedoseerde ondersteuning en het ervaren van een uitdaging om te leren. Levensbeschouwelijke noties De school: leert de kinderen Gods Woord opdat zij leren leven vanuit dit Woord en leren God lief te hebben. Aandachtspunten hierbij zijn het doorgeven van de Bijbelse geschiedenis, het leren en bespreken van de psalmen, het zingen van geestelijke liederen en de vieringen rond christelijke feestdagen. wil op grond van de Bijbel aan de kinderen normen en waarden doorgeven, zodat ze leren met elkaar om te gaan zoals God dat van ons vraagt. Aandachtspunten zijn: klassengesprekken, houding van de leerkracht ten opzichte van bepaalde vakken en het omgaan met elkaar op het plein en in de klas. bereidt de kinderen voor op een geseculariseerde samenleving. probeert de kinderen weerbaar te maken, zodat ze als christenen kunnen leven in deze wereld.
6
Pedagogische noties De school: vindt dat ieder kind zijn of haar eigen benadering vraagt: ieder kind is uniek. streeft ernaar dat elk kind in de klas en op school zich veilig voelt door een vertrouwde omgeving te scheppen. leert kinderen met de verschillen binnen en buiten de klas omgaan. Aandachtspunten zijn: liefde, orde en gezag, respect tussen leerkrachten en leerlingen onderling, aandacht voor sociaal-emotioneel functioneren van de leerling, intensief contact tussen school en ouders, didactisch rekening houden met de mogelijkheden van de leerling en orde, netheid en gezelligheid bevorderen, de inrichting van de lokalen. stimuleert het kind tot zelfstandig werken. brengt verantwoordelijkheidsgevoel bij. Aandachtspunten zijn: eisen stellen aan het leerlingenwerk qua netheid en niveau, kinderen diverse taken en verantwoordelijkheden in de school geven zoals klassendienst en aandacht voor de naaste: zending en acties t.b.v. een goed doel ( bijvoorbeeld actie schoenmaatjes). Het schoolklimaat De omgang van de groepsleerkracht ten aanzien van de leerling: dient zowel leidend als begeleidend te zijn, zodat de kinderen hun gaven zoveel mogelijk kunnen ontwikkelen. verwacht dat de leerlingen gehoorzaam en beleefd zijn en zal dit ook zoveel mogelijk stimuleren. Het opbouwen van een blijvend positieve uitstraling naar de ouders/verzorgers en een blijvende positieve relatie met de ouders is belangrijk. In de omgang tussen groepsleerkracht en ouders: proberen leerkrachten tijdig te signaleren waar zich problemen voordoen en houden hierover contact met de ouders. houden de leerkrachten de ouders via rapportage, ouderbezoeken, telefonisch gesprek (voor de herfstvakantie) en contactavonden op de hoogte van het werk en het gedrag van hun kind. Omgaan met elkaar Op school is er sprake van verschillende niveaus van omgang. Basisprincipe binnen alle niveaus is “het respect hebben voor”. Respect voor de ander en respect voor de omgeving. Kinderen t.o.v. leerkrachten (volwassenen). het eerste wat van de kinderen gevraagd wordt is te luisteren naar de juf of meester en te doen wat er gevraagd of gezegd wordt. aandacht voor de omgangsvormen. (kunnen wachten op je beurt, de toonzetting, iemand laten uitpraten, niet telkens iets terugzeggen). bescheidenheid en voorzichtigheid. al deze zaken gelden ook voor andere volwassenen. Te denken valt aan ouders, stagiaires. Leerkrachten t.o.v. kinderen. Ook van leerkrachten wordt gevraagd respect te hebben voor de kinderen. Dat kan blijken uit verschillende dingen: naar hen luisteren. eerlijk en rechtvaardig zijn. niet kwetsen. hun problemen zien en hen zoveel mogelijk daarmee helpen.
7
Kinderen t.o.v. kinderen. Kinderen moeten voortdurend leren respect te hebben voor elkaar. Dit kunnen we in verschillende situaties tegenkomen: als een ander problemen heeft, help je hem/haar. ervoor zorgen dat een ander het goed naar zijn zin heeft / fijn vindt als jij er bent. zorg ervoor dat een ander niet door jou in de problemen komt (wees voorzichtig en doe niet gevaarlijk). iets te vragen aan een ander als je iets van/met hem wilt. Respect voor de omgeving. houd de omgeving schoon. ga met zorg met je spullen en die van een ander om. zorg goed voor dieren en planten. Wat hierboven gezegd is resulteert in onderstaande schoolregels: ik accepteer de ander en discrimineer niet. ik pest niet en sluit andere kinderen niet buiten. ik blijf van een ander en van zijn spullen af. ik zorg voor een schone omgeving. er wordt niet gefietst op het schoolplein. bepaalde (wilde) spelletjes staan we op de speelplaats niet toe. tijdens de lessen is het rustig op de gang. de hoofdingang wordt niet door kinderen gebruikt. bij regen mogen de kinderen een kwartier voor schooltijd naar binnen. bij vernielingen wordt streng opgetreden en worden de ouders aansprakelijk gesteld. vanwege de toenemende mate van allergieën zien we liever geen dieren op school. wanneer de speelplaatsen zijn afgesloten is er geen toegang voor kinderen i.v.m. vandalisme. geen mobiele telefoons op school ( uitzonderingen worden vooraf met directie besproken).
8
3. De organisatie van de school en het onderwijs
De directie De directie van de school wordt gevormd door dhr. J. Uijl (directeur) en mevr. L. Spohr-Hazelaar (adjunct-directeur). De belangrijkste taken van de directie kunnen met de volgende termen worden samengevat: coördinatie en toezicht personeelszaken financiële zaken onderhoudszaken administratieve zaken groepsindeling school- en formatieplan adviseur bestuur alle onderwijstaken, zoals leerstofplanning, zorgverbreding, contacten met andere scholen, enz. organisatorische taken, zoals vieringen, festiviteiten, evenementen, ouderhulp, acties, enz. leerlingenadministratie zoals aanmeldingen, doorstromingen, teldata, enz. adviseur medezeggenschapsraad en ouderraad contactpersoon onderwijsbegeleidingsdienst Mevr. Spohr-Hazelaar heeft vooral onderwijskundige taken en draagt de verantwoording voor het reilen en zeilen in de groepen 1, 2 en 3 (onderbouw). Zij is contactpersoon van de ouderraad en coördineert de stage-plaatsen. Mevr. Spohr-Hazelaar is op dinsdag ambulant om directietaken te vervullen. Dhr. Uijl is full-time ambulant. Het team Aan de school zijn 4 fulltime leerkrachten verbonden en 19 parttime leerkrachten. Met uitzondering van dhr. J. Uijl hebben alle full-time leerkrachten een vaste groep. Mevr. A. Pilasky - Van Leeuwen en mevr, P. v.d. Linden-Huisman zijn onze intern begeleiders. Mevr. I. van Reeven-Scheepstra is orthopedagoge. Zij is één dagdeel per week aanwezig en onderzoekt kinderen met leer- en of gedragsproblemen. Zij geeft het team advies, voert gesprekken met ouders en heeft nauw contact met onze leerlingbegeleiders. Mevr. P. van der Linden geeft ook remedial teaching.
9
Overig personeel Mevr. L. Visser-Lekkerkerker is voor een aantal uren aan onze school verbonden. Zij ondersteunt de directie met administratieve taken. Mevr. R. Hiraman is de conciërge. Zij is aanwezig op maandag, dinsdag donderdag en vrijdag en houdt toezicht op orde en netheid in het gebouw. Zij verleent daarnaast een aantal diensten aan het team (kopieerwerk, magazijnen, e.d.). Personeelsbeleid Er is op onze school veel aandacht voor samenwerking. Besluiten worden na onderling overleg genomen en taken worden zoveel mogelijk evenredig verdeeld. Daarbij wordt rekening gehouden met de zwaarte van de groep (bijv. een combinatieklas, een groep met instroom, enz.) en persoonlijke omstandigheden. Bij de groepsindeling wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met het specialisme van de leerkrachten. De één heeft kwaliteiten om met kleuters te werken en de ander is gespecialiseerd in het oudere kind. Om deze kwaliteiten van het team te bewaken vinden jaarlijks functioneringsgesprekken plaats. Tevens voert de intern begeleider gesprekken met de leerkrachten om de voortgang van het onderwijs-leerproces zo goed mogelijk te begeleiden en knelpunten op te sporen en te verhelpen. Het team komt twee keer per maand bijeen om algemene en onderwijskundige zaken te bespreken. Daarnaast zijn er zogenaamde bouwvergaderingen (1x per maand), waarin organisatorische en onderwijskundige zaken aan de orde komen. Ook een deel van de leerlingenbesprekingen vindt hierin plaats. Iedere week wordt in het team gezamenlijk geopend en afgesloten. Ook voor het team zijn regels. Deze zijn na onderling overleg vastgesteld. Eén van die regels is de aanwezigheidsverplichting van iedere leerkracht van: 8.15 uur - 12.00 uur en van 12.45 uur - 16.00 uur. Leerlingen Nieuwe leerlingen worden ingeschreven door dhr. J. Uijl of mevr. L. Spohr-Hazelaar. U kunt hiervoor een afspraak maken met hen. Tijdens het inschrijven ontvangt u informatie over de school en maakt het kind kennis met de groepsleerkracht. Ook bestaat de mogelijkheid de open dag of avond te bezoeken en uw kind dan te laten inschrijven. Deze wordt altijd in het voorjaar gehouden en wordt van tevoren bekend gemaakt. U kunt dan op uw gemak de school bekijken en vanzelfsprekend zijn de kinderen van harte welkom. Van ouders die een kind aanmelden wordt verwacht dat ze de grondslag van de school respecteren. Daartoe vragen wij ouders een document te ondertekenen. Wij gaan er dan van uit dat de kinderen bij alle activiteiten die de school onderneemt aanwezig zijn, mits wordt aangegeven dat deelname vrijwillig is, bijvoorbeeld de avonddriedaagse en een aubade in de vakantie. We hebben gestreefd om de begin- en eindtijden van de groepen 1 t/m 8 zoveel mogelijk gelijk te laten lopen. De urenverdeling van de groepen 1 t/m 8 is als volgt: groep 1 t/m 4: 23½ uur per week (vrijdagmiddag vrij) groep 5 t/m 8: 25¾ uur per week. Bij afwijkingen van de begin- en eindtijden krijgen alle groepen schriftelijk bericht. De kinderen worden nooit tussentijds naar huis gestuurd, dus geen onverwachte thuiskomers!
10
Het onderwijs De Rank is klassikaal georganiseerd. Kinderen van dezelfde leeftijd zitten bij elkaar in één groep. We proberen het aantal combinatiegroepen tot een minimum te beperken. Eén school, toch accentverschillen. In de groepen 1 en 2 staat het spel centraal, dat wil zeggen: een kind leert door spelen. Het spelen wordt door ons uitgedaagd en gevolgd. Op deze manier wordt het kind gestimuleerd in zijn / haar ontwikkeling. Er wordt met thema's gewerkt, die aansluiten bij de leefwereld van het kind. Hierbij worden aspecten van “Basisontwikkeling” gebruikt. In zo’n thema worden zoveel mogelijk aspecten van de ontwikkeling aan de orde gebracht: de verstandelijke ontwikkeling, de motorische, sociale- en emotionele aspecten, de creatieve ontwikkeling, enz. Hierbij maken we gebruik van naslagwerken waarin de verschillende ontwikkelingslijnen van jonge kinderen nauwkeurig zijn omschreven. Binnen het thema wordt dus rekening gehouden met verschillen tussen kinderen. Organisatorisch wordt er gewerkt met een planbord. Kinderen hebben verplichte opdrachten en vrije opdrachten. Op deze wijze leren kinderen kiezen en prioriteiten stellen. De meeste vakken komen echter niet strikt gescheiden aan de orde: wie speelt in de poppenhoek is ook bezig met taalontwikkeling, wie speelt met lotto oefent ook getallen en kleuren, wie golven tekent is bezig met voorbereidend schrijven, enz. In groep 2 volgt een verdere voorbereiding voor groep 3. Er worden langzaamaan hogere eisen gesteld en er wordt dieper ingegaan op voorbereidend taal en rekenen. Met ingang van het schooljaar 2013/2014 zijn de groepen 1 en 2 gestart met de methode “Kleuterplein”, een geïntegreerde methode waar tal van verschillende leergebieden ( als voorbereidend taal en rekenen, motoriek, expressievakken) aan bod komen. Het werken met thema’s uit “Kleuterplein” wordt afgewisseld met het werken met eigen thema’s. De doelen worden steeds gevolgd vanuit “Kleuterplein”. Vanaf groep 3 t/m 8 is er groeiende aandacht voor kennis. Er wordt met een leermethode gewerkt om zoveel mogelijk één doorgaande lijn te krijgen door de gehele school. Dit vinden we erg belangrijk. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de verschillen tussen kinderen onderling. Wie moeite heeft met bepaalde onderdelen krijgt speciale hulp en wie de leerstof beheerst krijgt extra opdrachten. Binnen elke groep wordt daarom gewerkt in drie verschillende niveaus. Alle kinderen hebben talenten. De school heeft als taak deze talenten zo goed mogelijk te (laten) ontwikkelen. Daarbij willen wij de kinderen zo goed mogelijk laten presteren (op hun niveau). Het presteren is dus geen doel op zichzelf! In de onderstaande tabel wordt globaal weergegeven hoeveel tijd per week aan de verschillende vakken wordt besteed. Het gaat hier om gemiddelden, die kunnen variëren per leerjaar. Godsdienst: Lezen: Taal: Schrijven: Rekenen: Engels: Aardrijkskunde: Geschiedenis:
2 uur 5-7 uur 4 uur 1 uur 4½ uur 1 uur 1 uur 1 uur
11
Biologie: 1 uur Verkeer: ¾ uur Expressievakken: 4 uur Bewegingsonderwijs: 2 uur Godsdienstige vorming "De Rank" is een christelijke basisschool. Dat betekent dat ons handelen wordt bepaald door de Bijbel en dat het werken op school daarin zijn grondslag vindt. Deze christelijke levensovertuiging is niet alleen te merken tijdens de Bijbelse geschiedenis, maar zal ook bij andere vakken doorklinken in de omgang met elkaar en het taalgebruik. Kortom de sfeer op school wordt grotendeels bepaald door onze identiteit. Elk dagdeel wordt begonnen en beëindigd met gebed en het zingen van een geestelijk lied. Vanaf groep 3 leren de kinderen iedere week een psalm. Ook andere geestelijke liederen worden gezongen. Per week worden 2 á 3 bijbelverhalen verteld. Hierbij gebruiken we de methode: "Bijbelwerk voor verteller en kind". Om de kinderen enige bijbelkennis mee te geven werken we vanaf groep 5 één keer per week uit "Namen en feiten". Vieringen Aan Kerst, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren wordt op school extra aandacht besteed. Kerst wordt met alle kinderen en ouders van de school in de kerk gevierd. Pasen vieren wij alleen met de kinderen in de kerk. Lezen In groep 3 starten we officieel met technisch lezen. Hiervoor gebruiken we "Veilig leren lezen" . Deze methode houdt veel rekening met verschillen tussen kinderen. Per thema is er specifieke aandacht voor kinderen die al (kunnen) lezen en kinderen met een langzamer tempo. In de hogere groepen blijft de aandacht gericht op technisch lezen. Dit gebeurt nauwelijks nog klassikaal uit hetzelfde boekje, maar in niveaugroepjes of op een andere wijze, waarbij methode van voortgezet technisch lezen “Lekker lezen” een rol speelt. Het begrijpend en studerend lezen krijgen echter ook steeds meer aandacht. We vinden het van groot belang dat het kind inzicht verkrijgt in de geschreven tekst zeker met het oog op de toekomst. We gebruiken hiervoor de methode "Leeslink”, een digitale methode, die voldoet aan de kerndoelen. In de groepen 7 en 8 besteden we veel aandacht aan studerend lezen: het werken met registers, woordenboeken, het zoeken van kernwoorden en het leren samenvatten van teksten. Hiervoor gebruiken we de methode “Blits”. Naast deze vormen van lezen proberen we de kinderen ook de liefde voor boeken bij te brengen. Op onze school is een schoolbibliotheek, waar de kinderen elke week hun boek kunnen ruilen. In de klas wordt er tijd vrij gemaakt om in dit boek te lezen. Als het zoek raakt betalen de kinderen de kostprijs van het boek. In de klas wordt veel voorgelezen en regelmatig worden projecten georganiseerd waarbij het boek centraal staat. Jaarlijks brengen groepen een bezoek aan de plaatselijke bibliotheek en wordt in samenwerking daarmee een project georganiseerd. Twee leerkrachten zijn aangesteld als leescoördinator. Zij bedenken leuke leesprojecten en activiteiten rondom het kinderboek, bevorderen het gebruik van de schoolbibliotheek en houden de inventaris op peil. Deze leerkrachten zijn: Ilona de Rooij en Marieke van Raamsdonk-van Dijke. Nederlandse taal Dit is op onze school een belangrijk vak, want wij willen, dat het kind zich aan het einde van de basisschool, zowel mondeling als schriftelijk goed kan uitdrukken. In de groepen 1 en 2 wordt veel aan taalvorming gedaan. Dit gebeurt door middel van voorlezen, vertellen, gedichtjes, drama, eigenlijk alle activiteiten die te maken hebben met spreken en luisteren.
12
Verder biedt de methode “Kleuterplein”, een geïntegreerde methode voor groep 1 en 2, tal van taalactiviteiten. De Rank werkt met de methode "Taaljournaal” vanaf groep 4. In deze methode wordt veel aandacht geschonken aan de woordenschat, het luisteren, vertellen, verhalen schrijven en de spelling. Na een algemeen (klassikaal) gedeelte vindt een toetsing plaats. Kinderen die de stof beheersen krijgen moeilijker werk en de anderen krijgen een herhaling. Bij deze methode kunnen kinderen naast het volgen van de klassikale lessen ook een keuze maken uit 5 verschillende zelfstandige lessen. Schrijven Kinderen leren op "de Rank" schrijven met: ”Schrijven in de basisschool". In groep 1 en 2 ligt het accent op het ontwikkelen van de fijne motoriek door allerlei zogenaamde schrijfoefeningen en vanaf groep 3 krijgt het technisch gedeelte veel aandacht. Dit wordt in de hogere groepen steeds meer uitgewerkt en in de groepen 7 en 8 krijgt het creatieve schrijven de nodige aandacht. Voortdurend is de aandacht gericht op netjes schrijven. Op onze school schrijven alle kinderen met een vulpen. In groep 3 ontvangen zij een exemplaar van school. Raakt deze in de loop der jaren defect door onzorgvuldige behandeling, dan dienen zij zelf voor een vervangend exemplaar te zorgen. Rekenen en wiskunde Ook dit vak staat dagelijks op het rooster. In de groepen 1 en 2 wordt veel aandacht gegeven aan de ontwikkeling van het getalbegrip, de getalkennis, de ontwikkeling van de ruimtelijke oriëntatie en het leren kennen van taal- en rekenbegrippen. Ook hierbij geeft “Kleuterplein” een goede handreiking. Deze activiteiten sluiten aan op de rekenmethode waarmee vanaf groep 3 gewerkt wordt. Vanaf groep 3 werken we dagelijks met “Wereld in getallen”, een methode die directe aanknopingspunten met de belevingswereld van kinderen heeft. Bij het rekenonderwijs vinden we vaardigheden als optellen, aftrekken, delen, vermenigvuldigen belangrijk, maar ook het leren schatten, omgaan met verhoudingen en procenten, breuken, grafieken en de rekenmachine. De methode “Wereld in getallen” biedt veel mogelijkheden om te differentiëren. De software gebruiken we ook in groep 1 en 2. Engels Sinds augustus 2011 wordt in alle groepen aandacht besteed aan het vak Engels. In alle groepen werken we met “My name is Tom”. In ieder geval één maal per week wordt aandacht besteed aan Engels via de methode. Iedere dag wordt er in alle groepen Engels gesproken, vaak op een speelse wijze tussendoor. Wereldoriëntatie Kinderen beleven de wereld om ons heen als een totaalgebeuren: verleden en heden, veraf en dichtbij, binnen en buiten. In de onderbouw wordt wereldoriëntatie in thema’s aangeboden, maar vanaf groep 5 zijn deze vakken gescheiden en gebruiken we voor: aardrijkskunde: Hier en Daar, geschiedenis: Speurtocht, biologie: Leefwereld.
13
Bij de wereldoriënterende vakken wordt veel gebruik gemaakt van de schooltelevisie, dvd’s, klassengesprekken, het digitale schoolbord, wandplaten en er worden ook excursies gemaakt.
Verkeer Verkeer vinden we een belangrijk vak, omdat de verkeersonveiligheid sterk toeneemt. We besteden hier uitgebreid aandacht aan in alle groepen door middel van projecten, acties, enz. We gebruiken de methode " Wegwijs” voor de groepen 1 t/m 8. In groep 7 doen de kinderen verkeersexamen: een stuk theorie en een praktisch gedeelte. Bij een voldoende resultaat ontvangen ze het jeugdverkeersdiploma. In deze groep assisteren ze tevens brigadiermoeders bij de oversteekplaats aan de Raadhuisstraat. Ieder schooljaar krijgt het verkeer veel aandacht in de school. De (verkeers)veiligheidscommissie buigt zich over de knelpunten in het verkeer rondom de school en hierbij worden de leerlingen intensief betrokken. Daarom is er een verkeersouder aangesteld die meedenkt en adviezen geeft aan de veiligheidscommissie betreffende de verkeersveiligheid rondom school. Het is René Roosenbrand, tel. 0416-27 89 99. Per schooljaar organiseren we naast de wekelijkse verkeerslessen een aantal projecten die sterk de aandacht richten op de verkeersveiligheid. Dit schooljaar krijgt het parkeergedrag van de ouders weer volop aandacht. Er komt een speciale verkeersdag, lichtcontrole bij fietsers, gastlessen door de verkeersouder, enz. Maandelijks wordt er in de nieuwsbrief aandacht voor gevraagd. In het cursusjaar 2006-2007 heeft de school het Brabants Verkeersveiligheidslabel (BVL) ontvangen. Sinds 19 september 2006 zijn we gecertificeerd. Onze school neemt deel aan het project “Brabants Verkeersveiligheidslabel”. Ruim 700 andere basisscholen in onze provincie doen dat ook. In de praktijk betekent dat: dat we werken uit een jaarlijks activiteitenplan; dat alle kinderen les krijgen uit moderne materialen (zoals onze verkeersmethode “ Wegwijs”). dat we vooral aandacht besteden aan praktisch verkeersonderwijs, dat aansluit bij de leeftijd van de kinderen en hun rol in het verkeer. Dat we vooral gericht zijn op wat onze schoolomgeving en de schoolthuisroute van kinderen aan veilig verkeersgedrag vraagt. Dat we ouders bij ons verkeersonderwijs betrekken en met hen samenwerken. Onze school werkt op haar beurt weer samen met de gemeente, de politie, de plaatselijke afdeling van Veilig Verkeer Nederland, GGA Midden-Brabant, SOM Onderwijsadviseurs en de andere BVLscholen in de gemeente Waalwijk. Sociale en emotionele ontwikkeling (SOEMO) Wij werken met een methode voor sociale en emotionele ontwikkeling. Aan de hand van speciale kaarten komt een thema klassikaal aan bod, bijvoorbeeld iemand een hand geven, blozen, andermans spullen, enz. Op deze wijze leren kinderen met hun eigen mogelijkheden en grenzen omgaan. Het respectvol omgaan met anderen is tevens een belangrijke doelstelling van deze methode.
Burgerschap De school besteedt veel aandacht aan burgerschap. In de klas spreken we hierover met de kinderen. De vakken Bijbelonderwijs en SOEMO bieden voldoende aanknopingspunten, maar ook allerlei maatschappelijke ontwikkelingen worden in de groep besproken, bijv. verkiezingen of vrijwilligersdag, acties, dodenherdenking, enz. De leerlingen uit de hogere groepen kijken bijv. naar het SchoolTV weekjournaal en de school heeft enkele adoptiekinderen en steunt zendingsprojecten.
14
In de Nieuwsbrief wordt regelmatig aandacht geschonken aan burgerschap. Expressievakken Aan tekenen en muziek wordt elke week aandacht besteed. Naast de geestelijke liederen leren de kinderen ook andere liedjes, waarbij soms gebruik gemaakt wordt van instrumenten. Daarnaast wordt aandacht geschonken aan ritme, maat en andere oefeningen. We gebruiken hiervoor de methode “Muziek, moet je doen”. Handvaardigheid krijgt binnen de groepen vorm door het aanbieden van verschillende creativiteitsvormen ( werken metklei, hout, pitriet, wol, papier, enz.). In de groepen 1 t/m 4 is de creatieve vorming verwerkt in de thema's die aan de orde komen. Bewegingsonderwijs In de groepen 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. Er wordt in de klas gespeeld, op het schoolplein en/ of in het speellokaal. Vanaf groep 3 wordt dit afgebouwd en vanaf groep 4 hebben de kinderen twee keer per week gymnastiek in sporthal "Zidewinde". Voor bewegingsonderwijs gebruiken we de methode “Basislessen bewegingsonderwijs”. Dit is een methode die voldoet aan de kerndoelen van het basisonderwijs. De computer De school beschikt over een netwerk met in elke groep een aantal vaste werkplaatsen. Met behulp van de nieuwste software wordt de leerstof (extra) getraind. Het betreft oefenstof, die bij onze methodes horen (Wereld in Getallen, Taaljournaal en Veilig leren lezen).De kinderen van de hogere groepen werken ook met internet (met filter!). De pc wordt eveneens intensief ingezet bij remedial teaching. In alle groepen ( m.u.v. groep 1 en 2.) wordt gewerkt met het digitale schoolbord. In het schooljaar 2014-2015 krijgen de groepen 1 en 2 ook een digitaal schoolbord of touchscreen. In het schooljaar 2013/2014 zijn enkele I-pads aangeschaft die gebruikt worden tijdens de remedial teaching. Coöperatief werken Na een cursus van twee jaar hebben we besloten om structureel met verschillende coöperatieve werkvormen ( werkvormen waarbij de leerlingen leren samen werken) aan de slag te gaan. Dit betekent dat per bouw enkele werkvorm en centraal staan en toegepast worden bij verschillende vakken. Huiswerkbeleid Gedurende de tijd, dat de kinderen de school bezoeken krijgen ze te maken met huiswerk. In de meeste gevallen betreft dit het leren van een repetitie, maar soms dient het huiswerk ook als extra ondersteuning van bijv. het lezen of rekenen. Om helderheid en duidelijkheid te verschaffen zijn in de teamvergadering de volgende afspraken aangaande huiswerk gemaakt. Doel - Het bieden van extra oefenstof voor de leerling om de gestelde “kerndoelen basisonderwijs’’ te bereiken. - Het bieden van extra ondersteuning, zoals in het handelingsplan van betreffende leerling is verwoord. - De leerlingen voorbereiden op het voortgezet onderwijs, waar ze dagelijks huiswerk krijgen (=het bevorderen van de zelfstandigheid).
15
Beleid In de groepen 1 en 2 wordt geen huiswerk gegeven. Individuele handelingsplannen kunnen aangeven, dat ouders met hun kinderen zaken moeten oefenen, bijvoorbeeld voorlezen ter verrijking van de woordenschat, kleuren oefenen, juiste pengreep, enz. - Vanaf groep 3 leren alle kinderen een psalmvers. Dit wordt iedere week overhoord. - In de groepen 3 en 4 wordt huiswerk niet structureel aangeboden. Het huiswerk bestaat uit extra oefenstof (bijvoorbeeld lezen, automatiseren van optel- en / of aftreksommen, enz.) - In groep 4 dienen de tafels thuis geoefend te worden. - Vanaf groep 5 krijgen de kinderen regelmatig een repetitie voor de zaakvakken: Bijbelse geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en geschiedenis. - In de groepen 6 t/m 8 krijgen de kinderen structureel huiswerk voor de zaakvakken, zoals genoemd onder groep 5. Het aantal te leren repetities neemt per groep toe. - Vanaf groep 7 krijgen de leerlingen structureel huiswerk voor rekenen en taal. Dit wordt langzaam opgebouwd tot 1 keer taal en 1 keer rekenen per week in groep 8. - In de groepen 5 t/m 8 krijgen kinderen extra oefenstof mee, zoals in de handelingsplannen is vermeld. Afspraken - Bij huiswerk, zoals in de handelingsplannen staat vermeld vindt altijd overleg met de ouders plaats. - Bij overbelasting vindt altijd de juiste afstemming plaats, eventueel na overleg met de IB-er. - Repetities worden minimaal een week van te voren opgegeven. - Niet meer dan 2 repetities per week. - Tijdens de jaarlijkse informatieavond worden de ouders geïnformeerd over het huiswerkbeleid. - De kinderen krijgen nooit nieuwe leerstof mee naar huis, waarbij verwacht wordt dat de ouders uitleg geven. Het betreft extra oefenstof. - Indien de kinderen hun huiswerk niet hebben gemaakt, dienen de ouders met opgave van reden de leerkracht op de hoogte te stellen. - Indien de ouders intensieve hulp hebben geboden tijdens het huiswerk, dienen zij dit schriftelijk kenbaar te maken aan de groepsleerkracht. - De leerkrachten versturen, zo veel mogelijk, per mail het huiswerk naar de ouders. -
Evaluatie Iedere twee jaar wordt in de teamvergadering het huiswerkbeleid geëvalueerd.
16
4. De zorg voor kinderen
De opvang Nadat een kind is ingeschreven krijgt het de gelegenheid om vijf keer kennis te komen maken met de groep. De groepsleerkracht maakt zelf een afspraak met de ouders. Hij/ zij vertelt over de dagelijkse gang van zaken binnen de kleutergroepen. Kinderen van 4 jaar oud zijn niet leerplichtig. Kinderen, die later op school komen, bijv. door een verhuizing krijgen eveneens de gelegenheid om voorafgaand kennis te komen maken. In overleg met de intern begeleider (IB-er) wordt bepaald in welke groep de leerling wordt geplaatst. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Vanaf het begin van de basisschool worden de kinderen nauwlettend gevolgd. De ouders ontvangen enkele maanden voor de 4e verjaardag van hun kind een entreeformulier waarop zij gegevens over hun kind kunnen noteren. Deze informatie wordt door de IB-er gelezen voordat het kind in een groep wordt geplaatst. Bij bijzonderheden vindt een gesprek plaats met de IB-er en/of groepsleerkracht. Ongeveer zes weken nadat een kleuter op de basisschool begonnen is vindt er een gesprek tussen leerkracht en de ouders plaats over de start van het kind in de kleutergroep. In de groepen 1 en 2 worden de kinderen geobserveerd volgens de methode ‘Kijk!’ en er worden bijzonderheden genoteerd. Daarnaast worden ook de werkjes en andere resultaten van de kinderen bekeken en worden in groep 1 en 2 de Cito-toetsen “Taal voor Kleuters” en “Rekenen” afgenomen. Vanaf groep 3 worden alle vakken getoetst. De meeste toetsen zijn in de methode opgenomen. De resultaten worden uitgedrukt in een cijfer. Hoe deze cijfers tot stand komen is te lezen in het schoolplan. Leerlingvolgsysteem en groepsplan Naast de toetsen uit de methodes gebruiken we het leerling-volg-systeem van CITO. Dit is bedoeld om een beeld te krijgen van de prestaties van het kind ten opzichte van zijn/haar leeftijdsgenoten (=landelijk gemiddelde). Aan de hand van de behaalde score en de resultaten van de methode-toetsen wordt een groepsplan opgesteld. De gemiddelde groep leerlingen heeft voldoende aan de basisinstructie, een kleine groep leerlingen aan compacte instructie en het overige deel is gebaat met verlengde (= herhaalde) instructie. In het groepsplan worden doelen geformuleerd, die we met de kinderen willen bereiken en de wijze waarop we dit in de groep organiseren. Als aanhangsel hebben we een groepsoverzicht gemaakt met kindkenmerken, bijv. de werkhouding, motivatie, belemmerende factoren, als ADHD, sociaal emotionele problemen, enz. Het groepsplan wordt ingezet bij rekenen en spelling maar zal in de toekomst nog verder worden ontwikkeld. Het vertrouwde handelingsplan is dus voor een groot 17
deel verdwenen. Voor kinderen met een specifieke leer- of gedragsproblematiek wordt nog wel een handelingsplan opgesteld. Ouders worden altijd op de hoogte gesteld wanneer er voor hun kind een handelingsplan is gemaakt. Na kennisname wordt hen gevraagd dit te ondertekenen Wij gebruiken het leerlingvolgsysteem voor technisch lezen, begrijpend lezen, spellingvaardigheid, rekenen en wiskunde en rekenen en taal voor kleuters. De toetsen worden twee keer per jaar afgenomen, in januari en juni. Voor de sociaal-emotionele vorming wordt gebruik gemaakt van het leerlingvolgsysteem ‘Kijk”. De vragenlijsten worden in november en juni ingevuld. Het rapport De kinderen van groep 1 t/m 8 krijgen één, twee ( dit geldt voor de kleuters, afhankelijk van het moment van instroom) of drie ( voor de leerlingen uit groep 3 t/m 8) maal per jaar een rapport mee naar huis. Na ontvangst hiervan worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek met de leerkracht. Voor kleuters worden de observatiegegevens als leidraad gebruikt. Indien daartoe aanleiding bestaat worden ouders tussentijds uitgenodigd voor een gesprek. Als ouders zelf behoefte hebben aan een gesprek zijn ze altijd welkom na schooltijd. De intern begeleider (IB-er) Op onze school zijn twee intern begeleiders aanwezig. Dat zijn mevr. Pilasky-van Leeuwen en mevr. v.d. Linden-Huisman. Zij zijn gediplomeerd intern begeleider en remedial teacher. Ze hebben ervaring in het omgaan met kinderen met leer- en gedragsproblemen. Zij overleggen met de leerkrachten, reiken hen hulpmiddelen aan, verrichten observaties en didactisch onderzoek, maken verslagen en hebben contacten met ouders en het speciaal onderwijs. Tevens denken zij op beleidsniveau mee over de inrichting van de zorg op onze school. Mevr. Pilasky is verantwoordelijk voor de begeleiding van leerkrachten en de leerlingen uit de groepen 1 t/m 5 en zij verricht didactisch onderzoek en geeft r.t. in de onderbouw. Mevr. v.d. Linden draagt zorg voor de r.t. (remedial teaching) en is verantwoordelijk voor de begeleiding van de leerkrachten en leerlingen uit de groepen 6 t/m 8. Op school is van ieder kind een leerling-dossier aanwezig. Hierin bevinden zich naast de persoonlijke gegevens, de observatieresultaten, toetsuitslagen, verslagen van gesprekken met ouders en de geboden hulp. De IB-er’s beheren dit leerlingendossier. Uiteraard wordt met deze gegevens vertrouwelijk omgegaan. De resultaten van het leerlingvolgsysteem worden in de computer opgeslagen. Voor het rapport wordt uitgereikt bespreekt de groepsleraar de resultaten van de kinderen met de IB-er’s. Naast de groep als geheel wordt aandacht geschonken aan kinderen met zwakke resultaten, maar ook aan begaafde- en hoogbegaafde kinderen. Ook in bouwvergaderingen worden zorgen over leerlingen besproken. Collega’s kunnen elkaar tijdens die momenten adviseren. De orthopedagoog Aan onze school is een orthopedagoog verbonden. Zij onderzoekt kinderen met leer-, emotioneleen/of sociale problemen, maakt verslagen en geeft deskundig advies aan onze intern begeleiders en de leerkrachten. Dankzij haar aanwezigheid kunnen wij veel hulp bieden aan kinderen, die kampen met stoornissen in de ontwikkeling. Voor een onderzoek wordt altijd uw toestemming gevraagd.
18
Speciale zorg Het komt voor dat leerlingen in de groep problemen ondervinden bij het leren. Dit kan ontstaan door het niet begrijpen van de aangeboden leerstof en/of het moeite hebben met de concentratie of motivatie. In de eerste plaats biedt de groepsleerkracht extra zorg. Dit kan door differentiatie in het aanbod van de leerstof. Binnen het team zijn afspraken gemaakt om ruimte te creëren tijdens de lessen om deze kinderen extra hulp te bieden. Op grond van toetsen en observaties worden kinderen op drie niveaus ingedeeld. De B-groep bestaat uit kinderen die op een gewone manier voldoende resultaten behalen. In de A-groep zitten leerlingen die weinig instructie nodig hebben om een goed resultaat te behalen. Zij krijgen extra en uitdagende leerstof aangeboden. In de C-groep komen de kinderen die moeite hebben met het behalen van een voldoende resultaat. Zij krijgen verlengde instructie en extra hulp. Soms krijgt een leerling huiswerk. Wanneer de geboden extra hulp niet voldoende is, kan extra hulp geboden worden door de remedial teacher of een andere groepsleerkracht. Indien nodig wordt in overleg met de IB-er een didactisch onderzoek gedaan. In geval van extra hulp wordt gebruik gemaakt van materialen uit onze orthotheek. Deze wordt beheerd door de IB-ers. (Een orthotheek is een verzameling van hulpboeken en -materialen voor kinderen met leer- en/of gedragsproblemen). Wanneer er sprake is van extra hulp wordt altijd gewerkt aan de hand van een handelingsplan dat na verloop van tijd wordt geëvalueerd. De ouders worden hiervan altijd op de hoogte gesteld en gevraagd dit te ondertekenen. Het kan voorkomen dat een leerling het groepsprogramma niet meer kan volgen. Wanneer bij meerdere achtereenvolgende toetsmomenten de scores zeer zwak zijn kan het besluit worden genomen dat de leerling een individueel programma gaat volgen of het desbetreffende vak in een andere groep volgt. Voor deze leerling wordt door de IB-er, in samenwerking met de leerkracht, een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Zittenblijven Af en toe komen we tot de conclusie, dat alle extra inzet onvoldoende effect heeft. We nemen dan in overleg met de ouders soms het besluit om het kind een groep een jaar over te laten doen. Het gebeurt vooral als een kind bij rekenen en taal, maar ook emotioneel achterblijft bij leeftijdgenootjes. Doel van het zittenblijven is, dat het kind daarna de basisschool gewoon kan afmaken. Op basis van argumenten heeft de school uiteindelijk de beslissingsbevoegdheid. De school bezit over een document waarin de wegingsfactoren voor doubleren staan vermeld. De sociaal emotionele ontwikkeling De sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerling wordt gevolgd a.d.h.v. het leerlingvolgsysteem ‘Kijk!’. Wanneer er achterstanden of problemen worden geconstateerd wordt er op groeps- of individueel niveau actie ondernomen. Soms vindt er begeleiding plaats in een klein groepje door de remedial teacher. Wanneer er gewerkt wordt a.d.h.v. een handelingsplan wordt dit aan de ouders voorgelegd en gevraagd dit te ondertekenen. Ieder schooljaar, vooral aan het begin, besteden we in de groep aandacht aan het pesten. We wijzen de kinderen erop goed met elkaar om te gaan en elkaar te helpen. Door middel van speciale lessen wordt hiervoor aandacht gevraagd. Ondanks alles komt het toch wel eens voor, dat kinderen gepest worden of pesten. We grijpen dan onmiddellijk in en komen met maatregelen. Dit gebeurt volgens de stappen uit het aanwezige pestprotocol.
19
Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Primair Onderwijs 30 – 10 Passend onderwijs Vooraf Vanaf 1 augustus 2014 hebben alle scholen in Nederland de wettelijke taak om passend onderwijs vorm te geven. Het is de bedoeling dat alle leerlingen daarvan gaan profiteren. Maar vooral voor leerlingen die net even wat extra’s nodig hebben is een passende onderwijsplek van het grootste belang. De kracht van passend onderwijs is dat scholen nog meer dan nu het geval is met elkaar gaan samenwerken en de krachten bundelen. Daarom maakt iedere school deel uit van een samenwerkingsverband passend onderwijs. Voor “de Rank” is dat het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Primair Onderwijs 30-10 (Samenwerkingsverband PO 30-10). Dit samenwerkingsverband is een stichting opgericht door de besturen van de scholen voor primair onderwijs in de gemeenten Aalburg, Heusden, Loon op Zand en Waalwijk en de besturen voor speciaal onderwijs in Oisterwijk Tilburg en ‘s Hertogenbosch. In totaal gaan zo’n 60 scholen voor basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs intensiever samenwerken met elkaar. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website: www.swvpo3010.nl. Het Samenwerkingsverband PO 30-10 wil dat alle leerlingen een passende plaats in het onderwijs krijgen. Dat wil zeggen: zo dicht mogelijk bij huis, aansluitend op de mogelijkheden van het kind en in overeenstemming met de wensen van de ouders. Zorgplicht Vanaf 1 augustus 2014 worden de besturen verantwoordelijk voor de uitvoering van de zorgplicht. Dat is in de wet geregeld. Het betekent dat scholen alles moeten doen om aan ieder kind goed onderwijs te geven. Het kan echter zijn dat de ondersteuningsbehoefte van een kind voor een school te groot is. De school heeft alles al gedaan wat mogelijk was, maar het lukt niet om het kind echt te ondersteunen. Op dat moment moet de school op zoek naar een school die wel in staat is om de gevraagde ondersteuning te bieden. Uiteraard worden ouders daarvan uitgebreid op de hoogte gehouden. Het is de bedoeling dat door de zorgplicht alle leerlingen op een passend plaats onderwijs krijgen. Geen kind tussen wal en schip! De ouders Het belang van een goede samenwerking tussen school en ouders wordt onderstreept. Vooral voor leerlingen met een ondersteuningsvraag is een goede samenwerking van het grootste belang. Alle scholen willen op een open en eerlijke manier communiceren met de ouders. De scholen zien de ouders als educatief partner. Daarbij gaan wij uit van een wederzijdse betrokkenheid van ouders en school om de schoolloopbaan van het kind te ondersteunen. In een gelijkwaardige relatie worden beslissingen ten aanzien van het kind gezamenlijk genomen, uiteraard met inachtneming van de verschillende eindverantwoordelijkheden van ouders en school. Kortom: ouders en school hebben elkaar hard nodig bij de vormgeving van passend onderwijs. Basisondersteuning Iedere school heeft in de afgelopen jaren al veel gedaan als voorbereiding op de invoering van passend onderwijs. Op iedere school van het samenwerkingsverband staat de zorg voor leerlingen centraal. De scholen in het samenwerkingsverband hebben afspraken gemaakt over wat in ieder geval iedere school in het kader van passend onderwijs uitvoert. Dat noemen we de basisondersteuning. We noemen dan thema’s als: leerlingvolgsysteem, het zo vroeg mogelijk signaleren van problemen, omgaan met verschillen tussen leerlingen, het geven van
20
gedifferentieerde instructie, het voorkomen van pesten, samenwerking met instellingen voor jeugdhulp, het werken met een ondersteuningsteam e.d. Iedere school heeft een eigen schoolondersteuningsprofiel opgesteld. Daarin staat precies beschreven wat de school doet. De medezeggenschapsraad heeft daar een advies over mogen geven. Op de website van de school kunt u dat schoolondersteuningsprofiel terugvinden. De rugzak afgeschaft Met de invoering van passend onderwijs wordt vanaf 1 augustus de rugzak (leerlinggebonden financiering) afgeschaft. Dit is geen bezuinigingsmaatregel, want de middelen van die rugzak gaan nu naar het Samenwerkingsverband PO 30-10. Het is de bedoeling dat die middelen in de toekomst op een andere manier worden ingezet. Kern van die nieuwe inzet is: niet wat heeft dit kind, maar wat heeft het kind nodig! De ouders van kinderen met een rugzak hebben al vernomen wat de invoering van passend onderwijs voor hun kind betekent. Nu heeft het Samenwerkingsverband PO 30-10 besloten om de middelen voor de rugzak in het schooljaar 2014-2015 nog aan de scholen te verstrekken. En ook zijn afspraken gemaakt over de kinderen, van wie de rugzak af zou lopen op 1 augustus 2014. Zo wordt 2014-2015 een overgangsjaar, waarin we allemaal kunnen wennen aan de nieuwe werkwijze. Extra ondersteuning en aanmelding Het kan zijn dat het met uw zoon of dochter niet gaat zoals je dat wenst. Als de school in het kader van de basisondersteuning alles heeft gedaan wat mogelijk is dan moet de school een beroep kunnen doen op extra ondersteuning en middelen. Die middelen zijn beschikbaar bij het Samenwerkingsverband PO 30-10. Door een aanmelding bij de Toelaatbaarheids- en adviescommissie (TAC) kan de school een aanvraag indienen voor extra ondersteuning. Het is bedoeling dat de TAC maatwerk gaat leveren en precies gaat aangeven wat de school en het kind nodig hebben. De TAC en daarmee het Samenwerkingsverband PO 30-10 stelt de school middelen en/of menskracht ter beschikking om meer passend onderwijs voor deze leerling mogelijk te maken. Wij noemen dat een arrangement. De school vraagt dat arrangement aan bij de TAC. Het kan ook zijn dat de ondersteuningsbehoefte van uw zoon of dochter te groot zijn voor het regulier onderwijs. Samen met de ouders, de huidige school en de leden van de TAC wordt dan gekeken naar een plaats op het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs. Daarvoor is in de toekomst een toelaatbaarheidsverklaring voor nodig. Ontwikkelingsperspectief Als de school extra ondersteuning (middelen en/of menskracht) ontvangt van het Samenwerkingsverband PO 30-10 dan moeten dat op een goede manier worden ingezet. Daar is een plan voor nodig. Dat plan heet een Ontwikkelingsperspectief. De school schrijft in dat plan hoe zij de extra ondersteuning gaat inzetten bijvoorbeeld door nieuwe leermiddelen in te zetten, meer individuele begeleiding te geven of door steunlessen. De school is verplicht met de ouders overleg te voeren over dat plan en u moet het er natuurlijk mee eens zijn. Bij conflict of geschil Uiteraard is het denkbaar dat u als ouder het niet eens bent met een maatregel over uw kind. Uiteraard is dan de eerste stap dat u in contact treedt met de schoolleiding en uw standpunt kenbaar maakt. We hopen allemaal dat het dan lukt om het probleem op te lossen. Indien dat niet lukt, is het denkbaar dat een bemiddelaar of ‘een derde persoon’ wordt ingeschakeld. Dat kan bijvoorbeeld een van de onderwijsconsulenten zijn. De overheid heeft extra middelen hiervoor ter beschikking gesteld en via de site: www.onderwijsconsulenten.nl kunt u in contact komen met deze organisatie.
21
De school zelf is voor de behandeling van klachten tevens aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie. Deze commissie onderzoekt de klacht en beoordeelt of deze gegrond is. De klachtencommissie brengt advies uit aan het schoolbestuur en kan aan haar advies aanbevelingen verbinden. Het kan ook zijn dat u het niet eens bent met een beslissing van de TAC van het Samenwerkingsverband PO 30-10. Het Samenwerkingsverband PO 30-10 zelf heeft een adviescommissie van deskundigen samengesteld. Deze commissie adviseert over bezwaarschriften betreffende beslissingen van het samenwerkingsverband over de toelaatbaarheid van leerlingen tot het speciaal onderwijs. Indien u hiervan gebruik wenst te maken verzoeken wij u contact op te nemen met het Samenwerkingsverband PO 30-10. Voor meer informatie over de landelijke klachtenregelingen in het kader van passend onderwijs verwijzen wij u naar de site: www.onderwijsgeschillen.nl/passend-onderwijs/ Onderwijs aan zieke leerlingen Indien een leerling langere tijd ziek is, blijft de school verantwoordelijk voor de voortzetting van het onderwijsprogramma. Voor leerlingen die langere tijd ziek zijn, kan de school daarbij ondersteuning aanvragen bij de Stichting Onderwijsbegeleiding Midden-Brabant. Zo spoedig mogelijk nadat een zieke leerling is aangemeld, maakt de consulent “onderwijs zieke leerlingen” afspraken met de school over de manier waarop de onderwijsondersteuning vorm krijgt. Naast de onderwijsondersteuning kan de consulent op verzoek voorlichting geven over de mogelijke consequenties van ziektebeelden voor de onderwijsloopbaan en –prestaties. Zowel leerlingen die ziek thuis verblijven als leerlingen die in het ziekenhuis liggen en van wie de prognose is, dat ze 3 weken of langer ziek blijven, kunnen in aanmerking komen voor onderwijsondersteuning door de Stichting Onderwijsbegeleiding Midden-Brabant. Als het in het belang van de leerling is, kan hij/zij in aanmerking komen voor onderwijsondersteuning als de ziekteduur korter dan 3 weken is. U kunt als ouder niet rechtstreeks contact opnemen met Stichting Onderwijsbegeleiding MiddenBrabant. De aanmelding van een zieke leerling dient altijd door de school te gebeuren. Indien uw kind ziek is neemt u in eerste instantie contact op met de leerkracht. Indien nodig wordt de IB-er ingeschakeld. Wilt u meer informatie over het onderwijs aan zieke leerlingen, dan kunt u contact opnemen met de schoolleiding of de IB-er. De drempeltoets Aan het begin van groep 8 wordt de drempeltoets afgenomen. De resultaten hiervan bieden de school inzicht op welk(e) gebied(en) extra ingezet moet worden. Dit kan zowel op groeps- als op individueel niveau gebeuren.
De overgang naar het voortgezet onderwijs Aan het einde van de basisschool doen we mee met de landelijke Eindtoets basisonderwijs van het Cito. De uitslag hiervan is medebepalend voor de keuze van voortgezet onderwijs. Daarbij spelen inzet en voorkeur van het kind ook een belangrijke rol, evenals de thuissituatie. De zorg van de basisschool bestaat in het zoeken naar een school die het meest geschikt is voor uw kind. De leerkracht vervult een actieve rol in het voeren van gesprekken met de betrokken scholen en de ouders. Het advies van de basisschool gaat vergezeld van een onderwijskundig rapport, dat is opgesteld door de groepsleerkracht en de IB-er. Het format hiervoor is ontworpen door het POVO (overleg primair en voortgezet onderwijs). Bij een aantal leerlingen gaat tevens relevante informatie
22
uit het leerlingendossier naar het voortgezet onderwijs. Uiteraard pas na toestemming van de ouders. In de omgeving van Waalwijk zijn veel mogelijkheden van voortgezet onderwijs. Vanuit "de Rank" bestaan de meeste contacten met het Willem van Oranjecollege (Waalwijk en Wijk en Aalburg), de Overlaat (Waalwijk), de Gomarusscholengemeenschap (Gorinchem), het Prinsentuincollege (Andel ) het Dr. Mollercollege (Waalwijk) en het van Haestrechtcollege( Kaatsheuvel). Met deze scholen wordt gesproken over de mogelijke nieuwkomers uit groep 8 en over de prestaties van onze oud-leerlingen. De procedure tot plaatsing in het voortgezet onderwijs ziet er als volgt uit: september / oktober: informatie-avond voor ouders van leerlingen uit groep 8 op "De Rank". november: regionale informatieavond van de verschillende scholen van voortgezet onderwijs. december: mogelijkheid tot psychologisch onderzoek door erkend bureau. januari: bezoek aan diverse scholen van voortgezet onderwijs (voor ouders en leerlingen) maart: advies basisschool, gevolgd door aanmelding bij school van keuze door de ouders. april: eindtoets basisonderwijs. april / mei: bericht van toelating of afwijzing van het voortgezet onderwijs. juni: kennismakingsdag op de nieuwe school. De plaatsingsprocedure staat uitvoerig beschreven in een document. Dit document wordt tijdens de informatie-avond aan het begin van het schooljaar overhandigd aan de ouders van leerlingen uit groep 8. Schorsing en verwijdering Het recht op onderwijs kan tijdelijk worden opgeschort door schorsing of zelfs voortijdig worden beëindigd door verwijdering. Redenen tot schorsing en/of verwijdering kunnen zijn: - Het structureel verstoren van de voortgang van de lessen. - Het in gevaar brengen van de veiligheid van medeleerlingen en leerkrachten, - Agressief gedrag van ouders met verbaal en/of fysiek geweld. Omdat “schorsing of verwijdering” bijzonder ingrijpend is bestaat hiervoor een zorgvuldige procedure: -
Ouders worden voorafgaand aan de verwijdering gehoord. Voorafgaand is overleg met de groepsleerkracht. De verwijdering wordt schriftelijk gemotiveerd met vermelding van bezwaarmogelijkheid. Verwijdering is slechts mogelijk indien een andere school bereid is de leerling toe te laten of indien is aangetoond, dat gedurende acht weken is getracht een andere school te vinden. Ouders kunnen binnen 6 weken bezwaar maken bij het schoolbestuur. Ouders worden daarna wederom gehoord. Beslissing op bezwaar wordt genomen. De leerplichtambtenaar wordt geïnformeerd De inspectie wordt geïnformeerd.
Het wangedrag van de leerling dat reden is voor verwijdering moet ernstig zijn. Het is nodig, dat de leerling in kwestie al eens is gewaarschuwd en bekend is met de consequenties van verder wangedrag.
23
Het is dus ook mogelijk, dat niet het gedrag van de leerling zelf reden is tot verwijdering, maar dat van een ouder van de leerling. Onder omstandigheden kan de verhouding tussen school en ouder zodanig verstoord zijn, dat het een verwijdering van de leerling rechtvaardigt.
5. De evaluatie, planning en resultaten van het onderwijs
Inleiding Iedere dag spelen en leren de kinderen op onze school. Wij sturen hen in hun ontwikkeling en het is belangrijk om die ontwikkeling goed te volgen. Van tijd tot tijd wordt het onderwijs geëvalueerd en er wordt geregistreerd in welk stadium van hun ontwikkeling kinderen zijn. Aan de hand van de evaluatie wordt per jaar een planning gemaakt om het onderwijs verder te verbeteren. Naast de genoemde observatie-instrumenten en de methode-gebonden toetsen beschikken wij over een methode-overstijgend leerlingvolgsysteem: het leerlingvolgsysteem van Cito.
Evaluatie van het onderwijs De school beschikt over een instrument om het onderwijs te evalueren: de kwaliteitskaarten primair onderwijs. Het doel van deze kaarten is: het systematisch evalueren van het onderwijs aan de hand van (zelf)bepaalde indicatoren. Met behulp van de uitkomsten kan een verbeteringstraject worden ingezet. Naast dit nieuwe kwaliteitsinstrument vindt evaluatie van het onderwijs voortdurend plaats tijdens de team- en bouwvergaderingen. In het cursusjaar 2013 – 2014 zijn de volgende zaken aan de orde geweest: Studiedagen voor leerkrachten: de leerkrachten hebben zich laten scholen rond het signaleren van kindermishandeling. Daarnaast was er nascholing op het vakgebied Engels (eigen niveau)en hebben alle leerkrachten via E-learning de module Opbrengstgericht Werken gevolgd en afgerond. De leerkrachten van groep 1 en 2 hebben de cursus “Slimme kleuters” gevolgd, over kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong. Ook namen zij deel aan een cursus van de gemeente Waalwijk over Voor-en Vroegschoolse Educatie. Verder zijn er studiedagen geweest waar de leerkrachten individueel naar toe gingen. Kwaliteitsbeleid: De directie en één van de IB-ers zijn hebben een aantal bijeenkomsten bezocht over Kwaliteitsbeleid , verzorgd door Dyade. Ank Pilasky vertegenwoordigt onze school in de ondersteuningsplanraad met het oog op de invoering van Passend Onderwijs. In iedere teamvergadering praat zij het hele team bij zodat
24
-
alle leerkrachten op de hoogte zijn van wat de scholen m.i.v. 1 augustus 2014 te wachten staat. Het veiligheidsplan. Het veiligheidsplan wordt steeds up-to-date gehouden Er zijn ontruimingsoefeningen gehouden en er bleef veel aandacht voor de verkeersveiligheid (project Dode Hoek en Pleintje Verkeer van de ANWB).
Planning van het onderwijs Aan de hand van de evaluatie wordt een planning gemaakt voor het komend cursusjaar. Voor de meerjarenplanning: zie schoolplan. Voor de cursus 2014/ 2015 is het volgende vastgesteld: Het verder scholen van het team, op eigen niveau, in het Engels. Het volgen van bijeenkomsten met als thema “werkplezier”. Het volgen van de cursus “Passend onderwijs aan meer- en hoogbegaafde leerlingen” ( leerkrachten groep 3 t/m 8, als vervolg op de cursus Slimme Kleuters, die de leerkrachten uit groep 1 en 2 hebben gevolgd). Het volgen van 2 nog nader vast te stellen modules via E-learning. Het Leerlingvolgsysteem (LVS) van Cito Op onze school gebruiken we de volgende toetsen van het Cito: Taal voor kleuters Rekenen en wiskunde (kleuters) Drie-minuten-toets Begrijpend lezen Rekenen en wiskunde Spellingvaardigheid Entreetoets voor groep 7 of de drempeltoets in het begin van groep 8 Eindtoets basisonderwijs De resultaten van deze toetsen (uitgezonderd de entreetoets, drempeltoets en de eindtoets) worden gemeten in een zgn. A t/m E score, waarbij A staat voor goed, B voor ruim voldoende, C voor matig tot voldoende, D voor zwak en E voor zeer zwak. Volgens de norm van het Cito dient ongeveer 25 % van de leerlingen een A- score te behalen, 25 % een B- score, 25 % een C-score, 15 % een D-score en 10% een E-score. Naast de genoemde toetsen gebruikt de school de AVI-toetsen om de leesvorderingen van de kinderen te peilen. Deze toetsen zijn vernieuwd worden 2 keer per jaar afgenomen tot de leerlingen de maximale score hebben bereikt (AVI plus). De opbrengsten De opbrengsten van onze school in het schooljaar 2012/2013 zijn:
Tabel CITO-Eindtoets Jaar Ondergrens landelijk voor de gemiddelde school (ongecorr.) 2011 532.8 535.1 2012 534.3 535.1 2013 534.8 534.7
school Landelijk School ongecorrigeerd gemid. gecorrigeerd (gecorr.) 535.6 535.3 535.2 537.1 535.3 536.4 538.1 534.8 537.1
25
Bovengrens voor de school 537.7 538.5 539.4
Tabel Technisch lezen (DMT)
3a 3b 4a 4b 5a 5b 6a 6b 7a 7b
2010 11 Medio 26,2 23,3 60,0 49,7 63,1 60,2 72,6 79,3 84,7 103,0
2010 11 Eind 40,2 34,1 69,1 56,9 73,8 66,1 82,5 81,0 96,7 107,0
Nor m 21 21 48 48 66 66 78 78 85 85
2011 12 Medio 26,3 29,6 53,7 57,9 74,1 64,7 96,1 78,8 96,3
Nor m 33 33 56 56 71 71 83 83 90 90
Nor m 21 21 49 49 67 67 78 78 85
2011 12 Eind 37,0 42,9 60,6 67,5 85,9 69,3 90,3 87,9 100 101
2011 12 Norm 33 33 56 56 71 71 83 83 90 90
2012 13 Medio 27,8 29,6 51,6 63,9 66,9 79,6 81,3 90,6 85,7 104
2012 13 Norm 21 21 48 48 66 66 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
2012 13 Eind 45,1 38,7 57,6 60,9 63,4* 81,1* 83,1 96,6 92,4 106
* Vanaf groep 5 eind, alleen kaart 3 genoteerd Tabel Begrijpend lezen 200910 Medio 26,9 27,3 28,4 41,1 46,6 44,1 58,5 61,6
5a 5b 6a 6b 7a 7b 8a 8b
201011 Medio 33,8 31,7 37,5 40,7 47,9 48,1 71,6 -
Norm 25 25 32 32 45 45 55 -
201112 Medio 35,8 28,8 28,8 28,6 46,4 53,0 55,6 -
Norm 25 25 32 32 45 45 55 -
Tabel Technisch lezen (AVI)
3a 3b 4a 4b 5a 5b 6a 6b 7a 7b 8a
201112 Aantal leerlingen
201112 Eind aantallen op niveau (of hoger)
201112 Eind % op niveau
201213 Aantal leerlingen
20 19 21 19 28 23 24 13 23 14 35
11 15 13 16 22 15 15 7 14 7 30
55 79 62 84 79 65 63 54 61 50 85,8
19 19 25 22 27 15 30 20 30 8 35
26
201213 Eind aantallen op niveau (of hoger) 17 14 12 19 15 12 14 17 24 8 27
201213 Eind % op niveau
89 74 48 86 55 80 54 85 80 100 77
201213 Medio 29,9 30,9 33,8 44,9 43,7 53,0 68,6
Norm 25 25 32 32 45 45 55
2012 13 Norm 33 33 56 56 71 71 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Tabel Rekenen en wiskunde 4a 4b 5a 5b 6a 6b 7a 7b 8a 8b
201112 Medio 52,2 50,9 78,0 72,9 86,4 86,4 100,0 106,0 114,0 n.v.t.
Norm 50 50 71 71 84 84 98 98 110 -
201112 Eind 62,8 64,8 84,1 81,9 92,3 91,9 Entreet. Entreet.
Tabel Adviezen VO Advies 201011 PRO 0 VSO 0 VMBO9 BB/KB VMBO- G/T 3 VMBO2 T/Havo Havo 6 Havo/VWO 0 VWO 4
Norm 61 61 78 78 89 89 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
201213 Medio 47 63 67,2 80,1 85,2 92,2 94,7 109 113
Norm 50 50 71 71 84 84 98 98 110
201112 0 0 9
201213 0 0 9
2 6
6 6
7 4 6
7 0 7
27
201213 Eind 57,2 72,5 79,1 88,5 90,9 97,8 102 115
Norm 61 61 78 78 89 89 102 102 n.v.t. n.v.t.
6. De ouders en de school
De belangen van de ouders worden behartigd in de Medezeggenschapsraad. Daarnaast werken ouders actief mee in de Ouderraad. Ouders leveren een bijdrage aan: - het overblijven van de kinderen - het brigadieren - de schoolbibliotheek - het niveaulezen - het schoolkamp (vervoer en organisatie) en de schoolreizen. - het schoonmaken en repareren van speel- en leermateriaal - het begeleiden van groepjes bij excursies en bezoekjes aan het vervolgonderwijs - het begeleiden van groepjes op sportdagen - het verkeersexamen - het afscheid van groep 8 - het assisteren bij het onderhoud in de school en de schooltuin (tijdens de zogenaamde klusmorgens) Wij stellen het zeer op prijs als ouders nauw betrokken zijn bij de school. Wanneer bepaalde activiteiten plaatsvinden, hopen wij op uw inzet. Het is immers ook in het belang van uw kind! Regels De structurele activiteiten van ouders zijn vastgelegd in een ouderactiviteitenplan. Hierin zijn regels opgenomen die van belang zijn bij het uitvoeren van (vrijwillige) werkzaamheden voor de school. Deze zijn: -
De ouders dienen de grondslag van de school te respecteren. De lesprogramma’s mogen tijdens de ondersteunende werkzaamheden niet worden gestoord. De leerkrachten (en de directie) blijven direct verantwoordelijk voor de kinderen. Zij houden altijd toezicht. De ondersteunende werkzaamheden van ouders dienen na overleg met leerkrachten (en directie) plaats te vinden.
28
-
Ouders dienen vertrouwelijk met informatie over leerlingen, wat hen tijdens de werkzaamheden ter ore komt, om te gaan. Ouders zijn tijdens hun werkzaamheden indirect verzekerd vanwege een mantelovereenkomst tussen de besturenorganisatie en de verzekeringsmaatschappijen.
De ouderraad (OR) De ouderraad heeft als doel de relatie tussen ouders, bestuur en de school te bevorderen, zodat het onderwijs optimaal functioneert. De ouderraad bestaat uit 9 leden en regelmatig wordt er vergaderd, waarbij één van de directieleden en een bestuurslid aanwezig zijn. Deze vergaderingen zijn openbaar en de notulen van de vergaderingen liggen ter inzage op school. Op de ouderraadsvergaderingen komen vooral de dagelijkse gang van zaken aan de orde: vieringen en festiviteiten, schoolreisjes, sporttoernooien, enz. Binnen de ouderraad bestaat een taakverdeling: inkopen, sportkleding, ziekenbezoek, redactie schoolkrant, enz. Deze zijn vastgelegd in het ouderactiviteitenplan. Regelmatig organiseert de OR een ouderavond. Nadere informatie over de OR is te krijgen op school of bij de voorzitter van de ouderraad. De Medezeggenschapsraad (MR) De medezeggenschapsraad geeft adviezen en stemt in met onderwerpen die te maken hebben met het beleid van het bestuur: bijvoorbeeld het vakantierooster, het formatieplan, samenwerking met andere scholen, sollicitaties, enz. Kortom het bevorderen van openheid, openbaarheid en onderling overleg in de school. De MR werkt vanuit een reglement, waarbij instemming- en adviesrecht voldoen aan de wettelijke normering. De MR bestaat uit 8 leden: 4 ouders en 4 leerkrachten. Bij de vergaderingen, die openbaar zijn ( zo ver dit mogelijk is), is altijd een directielid aanwezig, evenals een afvaardiging vanuit het bestuur De MR bespreekt een aantal zaken, die in de bestuursvergadering aan de orde zijn geweest en geeft vervolgens een advies. Welke dat zijn kunt u lezen in het reglement, dat ter inzage op school ligt. Tussenschoolse opvang Er bestaat de mogelijkheid tot overblijven. Het overblijven vindt plaats in de school onder toezicht van een ouder. Deze ouder is hiervoor gecertificeerd en heeft een korte opleiding gevolgd. Op school is een overblijfreglement, als onderdeel van het ouderactiviteitenplan, aanwezig. Hierin staat ook een zgn. overblijfprotocol, dat hieronder is weergegeven: Het overblijfprotocol De overblijfouder - Werving van overblijfouders vindt plaats door een oproep in de nieuwsbrief en / of schoolkrant. - De overblijfouder wordt door de directeur aangesteld. - De overblijfouders hebben dienst volgens een met instemming van allen opgesteld rooster. - De overblijfouder ontvangt een vergoeding, afhankelijk van de frequentie van aanwezigheid. - De overblijfouder dient gecertificeerd te zijn of bereid te zijn om hiervoor zo spoedig mogelijk een cursus te gaan volgen. - De overblijfouder is automatisch meeverzekerd bij de verzekering van aansprakelijkheid. - De overblijfouder registreert de betalingen van de kinderen en neemt deze in ontvangst. - De overblijfouder draagt de ontvangen gelden af op de administratie van de school. - De overblijfouder is verantwoordelijk voor de kinderen tijdens het overblijven. - De overblijfouder houdt toezicht tijdens de maaltijd en het spelen. - De overblijfouder ziet er op toe, dat de bezittingen van andere kinderen niet worden aangetast (privacy!).
29
-
De verantwoording van de overblijfouder eindigt wanneer de kinderen zijn overgedragen aan de groepsleerkracht en/of pleinwacht. De overblijfouder dient de overblijfruimte schoon achter te laten. Indien het aantal overblijvers de grens van 10 passeert zal een extra overblijfouder worden ingeschakeld. Bij een aantal van meer dan 30 wordt opnieuw een overblijfouder opgeroepen. Bij onvolkomenheden en calamiteiten dient de overblijfouder contact op te nemen met de directeur of bij diens afwezigheid met de vervanger.
De overblijvers - De overblijvers dienen zich te houden aan de regels van het reglement. - Bij overtreding van de regels krijgen de kinderen een waarschuwing. - Indien het gedrag niet verbetert dienen zij zich te verantwoorden bij de directie. - Bij herhaling van de overtredingen worden de ouders ingelicht en zonodig wordt de leerling de gelegenheid tot overblijven ontzegd. - De overblijvers dienen zorgvuldig met het materiaal om te gaan. Organisatie De kinderen uit de groepen 1 t/m 4 komen om 11.45 uur naar het overblijflokaal. De leerlingen van groep 1 en 2 worden opgehaald door één van de overblijfouders.. De leerlingen uit de hogere groepen gaan eerst tot 12.00 uur naar buiten. Het overblijflokaal is in de gemeenschapsruimte. Alle kinderen eten van een placemat, die zij zelf op tafel neerleggen. De kinderen starten met de maaltijd, nadat de overblijfouder heeft gebeden en uit de kinderbijbel heeft gelezen. Tijdens het eten blijven alle kinderen zitten en gedragen zich naar de regels door de overblijfouder gesteld. De kinderen wachten op elkaar tot iedereen de maaltijd heeft beëindigd. De maaltijd wordt beëindigd met gebed. Na het eten mogen de kinderen binnen of buiten spelen onder toezicht. Er wordt alleen met materiaal gespeeld, dat aangeschaft is voor de overblijvers. Bij regenachtig weer kan eventueel gebruik gemaakt worden van de dvd of de speelzaal. De kinderen van groep 5 t/m 8 mogen vanaf 12.45 uur naar hun eigen plein. De kinderen van groep 1 en 2 worden door de overblijfouder naar hun eigen lokaal gebracht. Na afloop worden de materialen opgeruimd. Overige regels - Indien overblijvers medicijnen gebruiken, dienen de ouders (schriftelijk) de overblijfouder in te lichten. - De overblijfouders beschikken over een leerlingenlijst met alle telefoonnummers. - De inkomsten van het overblijven zijn dekkend voor de uitgaven. - Op de administratie van de school vindt de financiële afhandeling plaats van het overblijven. - Nieuwe materialen, bijv. spel- en tekenmaterialen worden uit de overblijfgelden betaald. - Afhankelijk van de hoogte van de inkomsten wordt jaarlijks een bedrag beschikbaar gesteld aan de school voor extra gemaakte kosten, bijvoorbeeld extra schoonmaak, energie, opleiding, enz. - De leerkrachten dienen relevante zaken aangaande overblijvers te melden aan de overblijfouder. Betaling Betaling voor het overblijven kan d.m.v. het kopen van een strippenkaart. Zowel regelmatige als onregelmatige overblijvers kunnen een strippenkaart van 10, 20 of 40 strippen aanschaffen. De prijs van het overblijven is € 1,70 per keer.
30
Een strippenkaart wordt gekocht per leerling en kan alleen gekocht worden door het bedrag over te maken naar bankrekeningnummer 53.44.58.726 t.n.v. cbs de Rank o.v.v. overblijven + naam en groep leerling De tarieven zijn als volgt; Strippenkaart 10 keer Strippenkaart 20 keer Strippenkaart 40 keer
€ 17,00 € 34,00 € 68,00
Strippenkaarten kunnen alleen per kind gekocht worden omdat de kinderen in verschillende ruimten overblijven. Na betaling ligt de strippenkaart de volgende dinsdag bij de overblijfkrachten klaar. De strippenkaart blijft op school en wordt per keer afgetekend door de overblijfcoördinator. Aan het einde van een schooljaar gaan de overgebleven strippen mee naar het volgende jaar. Wanneer de kaart bijna vol is worden ouders/verzorgers hiervan op de hoogte gebracht. Aan het einde van de schoolloopbaan vindt teruggave plaats van de overgebleven strippen. Wanneer een leerling incidenteel overblijft, vindt betaling achteraf plaats. De kosten zijn dan € 2,00 per keer. Ouders ontvangen 1 keer per maand, achteraf, per mail een factuur. De rekening moet binnen twee weken na ontvangst voldaan worden. De overblijfkrachten zullen de aanwezigheid van de kinderen administreren. Er wordt niet meer gewerkt met contant geld. Namen en adressen van overblijfouders Esther de Fijter, Dijkstraat 10, 5161 BV Sprang-Capelle, tel. 0416-28 09 18 Fia Hoefnagel, Winterdijk 11, 5161 PH Sprang-Capelle, tel. 0416-33 48 82 / 06-219 641 20 Jeannet Rijken, Vermeerstraat 10, 5161EZ Sprang-Capelle, tel. 0416-275509 Alida van der Schans, Raadhuisstraat 152, 5161 BG Sprang-Capelle, tel. 0416-27 50 63 Jolanda Schoondermark, Burg. Meijerstraat 11, 5161 EN Sprang-Capelle, tel. 0416-27 54 88 Rianne Tiemstra, Zuidhollandsedijk 44, 5161 HL Sprang-Capelle, tel. 0416-27 99 48 Gerlinda v. Veen, v.d. Duinstraat 4, 5161 BP Sprang-Capelle, tel. 0416-35 11 17 Naschoolse opvang Voor de kinderen van de groepen 1 t/m 4 is tevens de mogelijkheid om op woensdag tot 12.15 uur op school te blijven. Op vrijdag is er voor hen ook gelegenheid om over te blijven. Wij zorgen voor een goede opvang, maar ouders zijn wel verplicht dit aan ons door te geven. Pleinwacht Tijdens het spelen van de kinderen op het plein vindt toezicht plaats door één van de leerkrachten. Het toezicht begint een kwartier voor aanvang van de lessen. In het speelkwartier hebben op het grote plein twee leerkrachten pleinwacht.
Ziekte Bij ziekte van uw kind dient u ons hiervan op de hoogte te stellen. Wilt u bellen tussen 8.15 uur en 8.30 uur? Indien het noodzakelijk is, wordt na de ziekte bekeken welke leerstof het kind heeft gemist en bestaat de mogelijkheid dit in te halen.
Wanneer er kinderen wegens ziekte in de ochtendpauze binnen moeten blijven, graag een bericht aan de groepsleerkracht.
31
Bij ziekte van de juf of meester komt er een invalkracht. Wanneer deze niet beschikbaar is wordt naar een andere oplossing gezocht, bijvoorbeeld een andere invalkracht, combineren van groepen, enz. In principe worden er nooit kinderen naar huis gestuurd. Verzekeringen De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen; personeel; vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijv. door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets, etc.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsverplichting wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in eerste plaats zelf (of de ouder) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders of verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Ouderbijdrage zie: Financiën Groepsouder Op school werken wij met groepsouders. Hij/zij wordt aangesteld door de groepsleerkracht. Hij/zij regelt ,na overleg met de groepsleerkracht , hulp die door de andere ouders is aangeboden. ( ouders kunnen op een lijst aangeven wanneer ze voor verschillende activiteiten beschikbaar zijn). De ene leerkracht zal vaker een beroep doen op de groepsouder dan de andere. Informatieavond /ouderavond Aan het begin van ieder schooljaar wordt u uitgenodigd om kennis te komen maken met de nieuwe groepsleerkracht van uw kind. Hij / zij vertelt iets van de manier van werken in de groep en laat dan het één en ander zien. U krijgt tevens de gelegenheid om vragen te stellen. Daarnaast vinden er jaarlijks één of meer ouderavonden plaats over een actueel thema of kunt u komen kijken naar het werk van de kinderen na een project.
32
Rapportbespreking Twee of drie maal per jaar krijgt u de gelegenheid het rapport van uw kind met de groepsleerkracht te bespreken. U ontvangt hiervoor een uitnodiging. Huisbezoek De kinderen van de groepen 1 en 2 worden één maal in hun kleuterperiode door de leerkracht thuis bezocht. Voor de leerlingen uit de overige groepen geldt dat alle ouders ongeveer zes weken na de start van het nieuwe schooljaar telefonisch benaderd worden door de leerkracht. In dat telefoongesprek kan wederzijdse informatie worden uitgewisseld. Natuurlijk blijft er altijd de mogelijkheid bestaan om de groepsleerkracht uit te nodigen voor een huisbezoek. Protocollen Op de website van de school zijn een aantal protocollen ( zoals het pest-, rouw- en echtscheidingsprotocol) te vinden. Ouders kunnen hierin vinden hoe de school dient te handelen in bepaalde situaties. Schoolberichten Regelmatig ontvangt u per email een nieuwsbrief waarin bepaalde activiteiten worden vermeld. We proberen het één en ander zoveel mogelijk te combineren om de veelheid van berichten in de hand te houden. Schooljaarkalender Aan het begin van een nieuw schooljaar ontvangt u een schooljaarkalender waarop alle activiteiten van het schooljaar staan vermeld. Er is ruimte op de kalender om zelf notities te maken. Spreekuur De directie heeft geen officieel spreekuur. U kunt altijd een afspraak maken. Overal waar gewerkt wordt zijn er wel eens misverstanden en worden er fouten gemaakt. Dat is dus bij ons ook zo. U bent altijd van harte welkom om dergelijke punten of klachten te bespreken. Samen proberen we tot een oplossing te komen. Klachtenregeling Zowel ouders als school willen natuurlijk dat het goed gaat met het kind. Wanneer we daar samen aan werken, betekent dit, dat de kwaliteit van het onderwijs dat we op onze school aan uw kind geven zal verbeteren. We zien een klachtenregeling als een ondersteuning bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op onze school. Het bestuur heeft een regeling getroffen voor de behandeling van klachten. Deze regeling is onderdeel van de schoolgids en heeft instemming gekregen van de oudergeleding van de MR en advies van de personeelsgeleding. De procedure is als volgt: Bij een klacht dient u contact op te nemen met de betrokken leerkracht. Levert dit niets op, dan kunt u zich wenden tot de directie. Wordt het niet naar tevredenheid opgelost, dan kunt u het bevoegd gezag inschakelen of de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon is toegankelijk voor alle betrokkenen bij de school. Hij/zij is voor de uitvoering van zijn/haar taak uitsluitend verantwoording schuldig aan het bevoegd gezag. De vertrouwenspersoon zal in eerste instantie nagaan of de betrokkene bovengenoemde procedure heeft gevolgd. Als dat niet het geval is kan voor die weg worden gekozen. Daarna kan de klager in
33
overweging nemen: de klacht in te trekken, de klacht in te dienen bij de klachtencommissie, de klacht in te dienen bij het bevoegd gezag of aangifte te doen bij de politie / jusititie. Wettelijk kan de weg naar de klachtencommissie ook rechtstreeks worden bewandeld. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld: begeleiding van leerlingen, toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van leerlingen, de inrichting van de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld en pesten. Interne vertrouwenspersonen: mevr. A. Pilasky-van Leeuwen en mevr. v.d. Linden-Huisman ( zie Namen en Adressen). Externe vertrouwenspersoon: dhr. G. Verhagen, Rechtvaart 19, 5171 TB Kaatsheuvel, tel. 0416-27 34 28 De klachtenregeling ligt op school ter inzage (model Besturenraad prot. chr. onderwijs) en de school is aangesloten bij de klachtencommissie: Besturenraad prot. chr. onderwijs, t.a.v. Mevr. mr. M.C. Melis, Postbus 694, 2270 AR Voorburg. Vertrouwensinspecteur bij seksuele intimidatie: drs. C.J. Post, tel. 010-28 61 255. Diversen Iedere maandag na een vakantie worden alle leerlingen gecontroleerd op hoofdluis. Dit gebeurt door een aantal vrijwilligers. Wilt u het haar van uw kinderen op deze morgen niet vlechten? Indien er hoofdluis wordt geconstateerd, krijgt u telefonisch bericht. Het kind wordt dus op school niet ingelicht. Adreswijzigingen en eventueel nieuwe telefoonnummers dienen aan ons doorgegeven te worden. Elk jaar brengt de schoolfotograaf een bezoek. De fotograaf maakt groepsfoto's en portretjes. U bent niet verplicht de foto's te kopen. U zult van uw kind wel eens horen, dat er naast hun eigen groepsleerkracht een andere juf of meester in de klas is. Dit zijn dan studenten die via hun opleiding stage lopen in het basisonderwijs. Wij hebben studenten die in opleiding zijn voor groepsleerkracht en / of klassenassistent.
Het is opmerkelijk hoeveel spullen op school achterblijven. In de speciale zoekbox bij de ingang op de grote speelplaats kunt u verloren voorwerpen proberen te achterhalen.
34
7. Schooltijden en vakanties
Schooltijden Groep 1 t/m 8: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: woensdag:
08.30 uur - 11.45 uur 13.00 uur - 15.15 uur 08.30 uur - 12.15 uur
Op woensdagmorgen zijn de groepen 1 t/m 4 om 11.45 uur vrij en op vrijdagmiddag is er voor hen geen school. De groepen 1 t/m 4 ontvangen per week 23 uren les, dat is op jaarbasis 920 uren. De groepen 5 t/m 8 hebben 25¾ uren per week les, dat is op jaarbasis 1030 uren. Soms hanteert de school een continurooster. U wordt hiervan tijdig op de hoogte gesteld zodat u maatregelen kunt nemen voor de opvang van uw kind(eren). Vakanties Ieder jaar ontvangt u van de school het vakantierooster voor het komend schooljaar nadat dit officieel (bestuur en MR) is vastgesteld. Dit rooster wordt regionaal door de verschillende vormen van basis- en voortgezet onderwijs zo goed mogelijk op elkaar afgestemd, maar onderlinge verschillen zijn in de praktijk niet te voorkomen. Voor het cursusjaar 2014 / 2015 is het vakantierooster als volgt: Herfstvakantie: ma 20 oktober t/m vr 24 oktober Kerstvakantie: ma 22 december t/m vr 2 januari Voorjaarsvakantie: ma 16 februari t/m vr 20 februari Pasen: ma 6 april Meivakantie: ma 27 april t/m vrijdag 8 mei Hemelvaart: do 14 mei en vr 15 mei Pinksteren: 25 mei Zomervakantie: ma 20 juli t/m vr 28 augustus Leerplicht Uw kind is leerplichtig met ingang van de eerste dag volgend op de maand waarin het 5 jaar wordt. Voorbeeld: uw kind wordt op 12 februari 5 jaar. Het is dan leerplichtig vanaf 1 maart. Vanaf dat moment is de Leerplichtwet van toepassing.
35
Dat betekent dat uw kind niet meer zomaar een dag thuis mag blijven of dat u buiten de schoolvakanties op vakantie mag gaan. Hiervoor is een boekje geschreven: “Uw kind en de leerplicht”. Samengevat komt het er op neer, dat uw kind alleen buiten de schoolvakantie mee op vakantie mag, als, vanwege het beroep van één van de ouders, het kind in de zomervakantie niet gedurende minimaal twee weken met hen op vakantie kan. Hierbij wordt gedacht aan seizoengebonden arbeid, horeca, e.d. IN ANDERE GEVALLEN IS GEEN VAKANTIEVERLOF MOGELIJK!!! Hieraan zijn de volgende beperkingen verbonden: - kan slechts eenmaal per schooljaar; - kan niet in de eerste twee weken van het nieuwe schooljaar - geldt voor maximaal 10 schooldagen - de directie beslist maar kan een onderzoek instellen of een werkgeversverklaring toetsen. Als u buiten de schoolvakantie vakantie moet nemen, betekent dit niet automatisch, dat het vakantieverlof wordt toegekend. Uw werkgever dient namelijk in zijn roosterplanning rekening te houden met werknemers met schoolgaande kinderen. Naast vakantieverlof geeft de wet ook de mogelijkheid om verlof te verlenen voor bijzondere omstandigheden, zoals, bijv. huwelijk en overlijden van bloed- en/of aanverwanten tot een bepaalde graad en bij medische of sociale redenen. Als u niet zeker weet of u verlof kunt krijgen, doet u er verstandig aan om even van tevoren met de directie contact op te nemen. Wanneer u verzoekt om meer dan 10 schooldagen verlof, zal de directie uw aanvraag ter afdoening doorzenden aan de leerplichtambtenaar. De procedure voor het aanvragen van verlof is –samengevat- als volgt: - Tijdig een aanvraagformulier indienen bij de directie van de school. Voor vakantieverlof (art. 13a) minimaal twee maanden van tevoren. Desgevraagd moet een werkgeversverklaring worden overgelegd, die getoetst kan worden. - De leerplichtambtenaar kan om advies worden gevraagd. - Als het verlof wordt ingewilligd krijgt u zo spoedig mogelijk bericht. In sommige gevallen kan dit nog dezelfde dag zijn, in andere gevallen is wellicht meer tijd nodig om tot een gunstige beslissing te komen. - Als het verlof niet of niet volledig kan worden ingewilligd, dan zullen wij dat zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 8 weken na indiening van het verzoek gemotiveerd meedelen. Hierover zult u dan van tevoren “gehoord” worden. In het besluit zal tevens worden aangegeven hoe de bezwaarschriftenprocedure verloopt. Verzuim Er zijn twee vormen van verzuim: 1. Luxe verzuim: dit verzuim heeft o.a. betrekking op verlof in verband met bijv. eerder vertrekken naar een vakantieadres of later terugkeren van een vakantie of lang weekend. Wij moeten dit verzuim melden bij de leerplichtambtenaar, die zonodig proces-verbaal zal opmaken. 2. Signaalverzuim: dit verzuim, dat zich vaak uit in spijbelgedrag, is vaak een uiting van achterliggende problematiek, bijv. problemen op school of thuis of problemen van lichamelijke, psychische of culturele aard. De benadering hiervan is wezenlijk anders dan bij luxe verzuim, maar ook hier kan de leerplichtambtenaar in het uiterste geval een proces-verbaal opmaken. Als uw kind ziek is, moet u (telefonisch) contact opnemen met de school. Hiervan wordt dan een aantekening gemaakt in de leerlingenadministratie. Soms gebeurt het, dat ouders hun kind ziek melden, omdat geen extra verlof wordt toegekend. In een dergelijk geval zal de leerplichtambtenaar worden ingeschakeld, die dan op huisbezoek komt. Als vast komt te staan dat er geen sprake van ziekte is (geweest) dan kan de leerplichtambtenaar proces-verbaal opmaken.
36
Aan ons is verzocht om de richtlijnen en de aanvraagprocedure stipt op te volgen. Meer informatie over de leerplichtwet is te verkrijgen bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Waalwijk: Mevr. M. Werten, tel. 0416-68 34 56. Mevr. G. van Etten, tel. 0416-68 34 56. Externe hulp aan leerlingen Alle leerlingen volgen in principe het door de school vastgestelde lesrooster. Indien op enig moment de inzet van externe deskundigen ten behoeve van de begeleiding van leerlingen gewenst blijkt te zijn en dit alleen onder schooltijd te realiseren is, kan door de ouders ontheffing van het volgen van de reguliere lessen gevraagd worden. Daartoe wordt contact opgenomen met de directie van de school.
37
8. Activiteiten
Schoolreisje en schoolkamp Aan het einde van een schooljaar trekken we er met alle klassen op uit. Met de kleuters is dat gewoonlijk een uitstapje naar de Loonse en Drunense duinen of naar de speeltuin bij het Lido en met de oudere kinderen gaan we wat verder weg. De bestemming variëert van jaar tot jaar. Groep 8 gaat elk jaar op schoolkamp. Sportdag-Koningspelen Elk jaar wordt op een vrijdag in april of mei een sportdag georganiseerd voor een aantal scholen in Sprang - Capelle. De zaken worden geregeld door een sportcommissie waarin teamleden van onze school zitting hebben. De sportdag wordt meestal gehouden op de SSC-velden aan de Bernhardstraat. De kinderen ontvangen na afloop een sportdagdiploma. Ook worden ze getrakteerd op iets lekkers. Op de sportdag gelden afwijkende schooltijden, waarover u van tevoren op de hoogte wordt gesteld. Met ingang van april 2014 staat deze dag ook in het teken van de Koningspelen.
Voetbaltoernooi Op een woensdagmiddag in het voorjaar vindt dit sportieve treffen plaats tussen de Sprang - Capelse scholen op één van de voetbalvelden binnen onze gemeente. Alle scholen hebben een jongens- en meisjesteam samengesteld en strijden om de wisselbeker. Ook onze school is dan present en op belangstelling van de ouders wordt eveneens gerekend. De organisatie is in handen van de sportcommissie. Een aantal enthousiaste ouders traint onze jongens en meisjes, zodat ze niet geheel onvoorbereid aan dit sportgebeuren deelnemen. Sporty beats Aan het einde van het cursusjaar wordt er voor de groepen 7 en 8 een sportief programma samengesteld bij zwembad “Zidewinde”. Hierbij speelt water een belangrijke rol. Aan het evenement nemen diverse scholen uit de gemeente deel.
38
Avonddriedaagse Tijdens de laatste schoolweken voor de zomervakantie organiseert gymnastiekvereniging een Avonddriedaagse. Onze school wandelt altijd mee. Vooraf krijgt u gelegenheid om uw kind in te schrijven.
de
plaatselijke
Tijdens de Avonddriedaagse, schoolreis, sportdag enz. dragen alle kinderen een schoolshirt om zo goed herkenbaar te zijn voor hun begeleiders
Koningsdag De oranjevereniging organiseert jaarlijks een aubade en een ballonnenwedstrijd op het Raadhuisplein. Wij doen daar als school altijd aan mee. Helaas valt 27 april meestal in de meivakantie, daarom is het meezingen van de kinderen geheel vrijblijvend. Met een aantal vrijwilligers (leerkrachten en ouders) zingen we dan gezamenlijk op het Raadhuisplein. Daar zorgen wij dus voor de organisatie van de zang en ballonnen. Hierover wordt u altijd van tevoren in de nieuwsbrief geïnformeerd. 4 mei Ieder jaar vindt in ons dorp een stille tocht naar het Jan de Rooy-monument plaats. Alle kinderen van groep 8 worden uitgenodigd om daaraan deel te nemen in schoolverband. Tijdens de ceremonie mogen dan enkele kinderen bloemen neerleggen bij het monument.
39
9. Externen
GGD De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Hart voor Brabant zet zich in voor de bescherming en bevordering van de gezondheid van de jeugd van 4 tot 19 jaar. Jeugdartsen, sociaal verpleegkundigen, teamassistenten, logopedisten en de jeugdpsycholoog sporen gezondheidsproblemen bij jeugdigen op. Zij geven adviezen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind. De GGD voert op verschillende leeftijden een gezondheidsonderzoek uit: 5 jaar: de logopedist screent de ( door uzelf en school ) ingevulde vragenlijsten van kinderen van ongeveer 5 jaar. Als hier bijzonderheden uit komen, onderzoekt de logopedist bij uw kind of er problemen zijn met stem, taal mondgedrag en het horen. 5 / 6 jaar: de jeugdarts en teamassistente onderzoeken de 5/6-jarigen. Aan bod komen: ogen, oren, lichamelijke ontwikkeling, houding, motoriek, lengte/gewicht, spraak en de psychosociale ontwikkeling. Nieuwsgierig wat een dergelijk onderzoek precies inhoudt? Op de website www.ggdhvb.nl vindt u meer informatie. 10 / 11 jaar: de teamassistente onderzoekt de 10/11-jarigen. Het onderzoek bestaat uit een ogentest, het bepalen van lengte/gewicht en een onderzoekje naar kleuren……………………blindheid. Verder ondersteunt de GGD de school bij het gebruik van lesmaterialen en voeren zij projecten uit rond gezond gedrag, bijvoorbeeld over ontbijten, bewegen en het voorkόmen van hoofdluis. De GGD doet nog meer…… Eet mijn kind wel gezond of genoeg? Mijn kind klaagt veel over hoofdpijn. Waarom wil mijn kind niet slapen? Mijn kind plast nog steeds in bed. Groeit mijn kind wel goed? Mijn kind wordt gepest. Heeft u vragen over de opvoeding en wilt u tips of adviezen? Of heeft u twijfels over de gezondheid van uw kind? Dan kunt u een beroep doen op (het spreekuur van) de sociaal verpleegkundige die aan de school van uw kind verbonden is (informatie over datum en tijdstip vindt u in de nieuwsbrief). Overigens kunt u altijd een extra onderzoek over de gezondheid van uw kind aanvragen. Het is belangrijk dat u tijdig met uw vragen of moeilijkheden komt. De kans is groot dat we iets voor u en uw kind kunnen doen.
40
Wilt u meer weten? Voor meer informatie over het werk van de GGD of voor het maken van een afspraak kunt u bellen naar 0900-4636443 (lokaal tarief). Het is ook mogelijk een kijkje te nemen op de website: www.ggdhvb.nl. Jeugdarts: Sociaalverpleegkundige: Teamassistente:
Y. Fassaert T. Könst D. de Haas
Ook dit schooljaar houdt de sociaal verpleegkundige spreekuur op school. Data en tijdstip: 23 september, 4 november, 16 december, 13 januari, 24 februari, 24 maart, 21 april, 9 juni. Tijd:08.40-09.40 uur.
Schoolmaatschappelijk werk Het schoolmaatschappelijk werk is er voor ouders, kinderen en leerkrachten. De intern begeleider op school zorgt ervoor dat ouders of leerkrachten met vragen bij het schoolmaatschappelijk werk terechtkunnen. Samen met ouders wordt gekeken naar de zorgen die er zijn met betrekking tot een kind. De schoolmaatschappelijk werker ondersteunt ouders bij opvoedingsvragen en geeft informatie over de ontwikkeling van kinderen en problemen die zich daarbij kunnen voordoen. Bijvoorbeeld over dwars en druk gedrag, over angsten, over samen spelen en vriendschap, over verlies en verdriet, beginnende puberteit, zelfvertrouwen en weerbaarheid. Het schoolmaatschappelijk werk: stelt vast wat de hulpvraag is; biedt kortdurende begeleiding; verwijst zo nodig naar een andere hulpverlenende instantie; ondersteunt de school en de leerkrachten in het zorgteam. U kunt als ouders ook altijd een afspraak maken en op verzoek van ouders kan de schoolmaatschappelijk werker een gesprek voeren met het kind. De schoolmaatschappelijk werker is bereikbaar via de intern begeleider op school. Mikz kinderopvang (buitenschoolse opvang) Uw kind kan voor en na schooltijd terecht bij Mikz kinderopvang. Alle kinderen van basisscholen zijn welkom op de voorzieningen van Mikz. Vakbekwame pedagogisch medewerkers bieden uw kind een plezierige tijd voor en na schooltijd en tijdens de schoolvakanties. Zij spelen in op de behoefte van kinderen en leveren daarin maatwerk. Ieder kind is uniek en heeft recht op optimale ontwikkelingskansen. Ook in de vrije tijd. Mikz kinderopvang biedt buitenschoolse opvang: Voor schooltijd van 07.30 tot 08.30 uur. Na schooltijd tot 18.30 uur. Tijdens vakanties en op schoolvrije dagen van 07.30 tot 18.30 uur. De kosten voor buitenschoolse opvang zijn inkomensafhankelijk. Dit is vastgesteld in de Wet Kinderopvang. De kinderopvangtoeslag wordt via de belastingdienst gekopieerd. Heeft u interesse en wilt u meer informatie, kijk dan op www.mikz.nl
41
Speciaal onderwijs (zie speciale zorg voor kinderen) Voortgezet onderwijs (zie overgang naar het voortgezet onderwijs) Gemeente De contacten met de gemeente bestaan voornamelijk op bestuurlijk terrein en omvat het onderhoud van de gebouwen. Op financieel gebied is geregeld welk deel door de gemeente wordt betaald en welk deel door de school. Ook zijn er afspraken gemaakt over de reserveringen van gelden voor dit doel. Daarnaast heeft de school contact met de gemeente over het gebruik van de sporthal, de verkeersveiligheid en incidentele acties of projecten in het kader van burgerschap. Administratie Naast de interne administratie, die gevoerd wordt door mevrouw L. Visser-Lekkerkerker is een groot deel van de financiële administratie en personeelsadministratie uitbesteed aan Stichting Dyade. Inspectie De inspecteur van onderwijs, dhr. H. Wierks is belast met het toezicht op de scholen voor basisonderwijs, regio Tilburg. Hij moet toetsen of de scholen voldoen aan de eisen, die de wet stelt. Regelmatig brengt hij ook een bezoek aan onze school. De inspectie beantwoordt geen telefonische vragen van ouders. Informatie verkrijgen of vragen stellen kan op de volgende wijze:
[email protected], www.onderwijsinspectie.nl. Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis).
42
10. Financiën
Binnen de school bestaan verschillende geldstromen: De vereniging Onze schoolvereniging heeft een eigen vermogen opgebouwd. Indien u lid van deze vereniging bent, krijgt u een uitnodiging voor de jaarlijkse vergadering waarin de jaarrekening wordt gepresenteerd. U heeft dan inzicht in dit eigen vermogen. De Overheid Dit is de belangrijkste financier. Alle scholen voor basisonderwijs ontvangen geld, gerelateerd aan het aantal leerlingen dat de school bezoekt. Hiervoor kunnen de salarissen van het personeel worden betaald en de benodigde methodieken en andere materialen worden aangeschaft. Daarnaast ontvangt de school geld voor het onderhoud aan gebouwen, administratie, schoonmaakkosten, nascholing, schoolbegeleiding, enz. Ouderbijdrage Jaarlijks wordt er een financiële ouderbijdrage, per leerling, gevraagd. Deze ouderbijdrage wordt gebruikt voor extra activiteiten zoals: - Vieringen en feesten, - Attenties o.a. Kerst, Pasen, Sinterklaas, Vader- en Moederdag, - Sport- en speldagen, - Aanschaf van extra leermiddelen en materialen voor projecten, - Ondersteuning van de bibliotheek, - Traktaties, - Deelname aan buitenschoolse activiteiten, excursies, - Informatie naar ouders en organisatie van ouderavonden, - Inkopen ouderraad projectweek, - Musical en afscheidsavond groep 8, - Attenties bij ziekte of afscheid leerlingen, De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage en in de nieuwsbrief vindt ieder jaar een verantwoording plaats. Naast de ouderbijdrage wordt er ook een bijdrage gevraagd voor het schoolreisje of schoolkamp.
43
Voor het schoolreis/schoolkamp wordt altijd de kostprijs berekend. De schoolreis voor groep 1 en 2 kost gemiddeld € 2,50 en voor groep 3 t/m 7 € 25,00 Het schoolkamp voor groep 8 kost gemiddeld € 65,00. Schoolreis en schoolkamp zijn geen verplichte activiteiten maar ze vinden plaats onder de reguliere schooltijden. Indien uw kind hieraan niet deelneemt dan wordt hij/zij op school verwacht. Er wordt op die dag een alternatief programma aangeboden. Betaling van de ouderbijdrage en schoolreis/schoolkamp kan d.m.v. het totaalbedrag, genoemd in de totaalkolom van de tabel, over te maken op IBAN NL87ABNA0522233996,t.n.v. basisschool “De Rank”. Vergeet niet om de namen (en de groep) van uw kinderen te vermelden. De bijdrage voor schoolreis/schoolkamp moet, i.v.m. reserveren, voor 1 februari ontvangen zijn op de rekening van de school. Als het bedrag op die datum niet is ontvangen, gaan wij ervan uit dat uw kind niet deelneemt aan het schoolreis/schoolkamp. U kunt het bedrag per kind betalen en dit spreiden over de maanden september t/m januari. Het bedrag per kind niet splitsen a.u.b.! De bijdrage voor het schoolseizoen 2014-2015 zijn: Kind in groep: 1 en 2 3 t/m 7 8
Ouderbijdrage Schoolreis/schoolkamp Totaal: bedrag*: bedrag**: € 20,00 € 2,50 € 22,50 € 20,00 € 25,00 € 45,00 € 20,00 € 65,00 € 85,00
* Indien voor 1 januari op school € 20,00, na 1 januari € 8,75 of na 1 mei € 0,00. ** Bijdrage schoolreis/schoolkamp betalen als uw kind deelneemt aan deze activiteit. "De school wereldwijd" Iedere maandagochtend kunnen kinderen geld meebrengen voor de zending en/of onze twee adoptiekinderen. Het meegebrachte geld wordt verdeeld over de Gereformeerde Zendingsbond (GZB), Zending Gereformeerde Gemeente (in Nederland) en Zending Gereformeerde Kerken. Ook onze adoptiekinderen ontvangen iedere maand een bijdrage via de stichting Woord en Daad. Regelmatig ontvangen we een berichtje van deze kinderen, dat we ophangen in de school. Tijdens de kerstvieringen in de kerk wordt altijd een collecte gehouden voor een goed doel. Naast deze vaste onderdelen zijn er regelmatig acties waaraan onze school meewerkt. In het verleden waren dat bijvoorbeeld "Bartimeüs", Open Doors, Stichting Sprang-Capelle/Brasov, Schoenmaatjes, Het Willem voor India enz (zie ook: Burgerschap, hoofdstuk 3). Sponsoring Sponsors worden niet structureel geworven voor de school. Bij incidentele activiteiten zoekt de school wel eens naar sponsors, maar zij wil het onderwijs hiervan niet afhankelijk maken. Dit houdt in dat activiteiten als schoolfeesten, sportdagen, schoolreisjes, enz. niet worden gesponsord. Indien bedrijven en/of organisaties lesmaterialen, zoals lesboekjes, video’s, folders, posters en spellen aanbieden, wordt gecontroleerd of deze vorm van sponsoring niet in strijd is met de onderwijsinhoud of identiteit van de school. Ook de continuïteit van het onderwijs mag door sponsoring niet worden beïnvloed.
44
11. Namen en adressen
Directie Dhr. J. Uijl, Leeuwerik 27, 5161 SH Sprang-Capelle, tel. 0416-27 78 94 (directeur) Mevr. E.C. Spohr-Hazelaar, Leeuwerik 34, 5161 SH Sprang-Capelle, tel. 0416-27 82 06 (adj. directeur en leerkracht groep 1/2) Personeel Mevr. M.C. van Aalst-Kwetters, Waterviolier 11, 5308 LR Aalst, tel. 0418-84 13 22 (groep 7) Mevr. A.E. van Berchum-van Mersbergen, Hoefstraat 27, 4265 HT Genderen, tel. 0416-78 55 81 (groep 6) Mevr. W. van Diest, Ekster 23, 5161 WP Sprang-Capelle, tel. 0416-27 76 32 (groep 4 /5) Mevr. H.J. v. Dueren den Hollander-Moerland, v. Buurenstraat 12, 4268 GZ Meeuwen, tel. 0416-35 31 95 (groep 6/7) Dhr. J. van Eersel, Akkerwinde 54, 5161 XN Sprang - Capelle, tel. 0416-27 47 44 (groep 6/7) Mevr. A. de Goffau-Bredeweg, Stadhoudersring 3, 2713 GA Zoetermeer, tel. 079-316 07 55 (groep 1/2) Mevr. R. de Groot-den Toom, Schoolstraat 16, 5161 ZD Sprang-Capelle (groep 3) Mevr. J. van Helden-Trapman, Jul.v. Stolbergstraat 22, 3372 CK Hardinxveld-Giessendam, tel. 0184-63 33 66 (groep 1 /2) Mevr. R. Hiraman, Kievit 37, 5161 WV Sprang-Capelle, (conciërge) Dhr. M. Lam, Lijster 22, 5161 ST Sprang-Capelle, tel. 0416-28 23 28 (groep 5) Mevr. P. van der Linden-Huisman, Dr. Mollerlaan 8, 5141 EM Waalwijk, tel. 0416-33 23 23 (Intern begeleider / rt.) Mevr.M.Maas-Brouwer de Koning, Turfvaart 4, 5171 Kaatsheuvel, tel. 06-44452519 (invalkracht) Mevr. J.H.E. Paulides-Roubos, de Terpen 1, 5146 CE Waalwijk, tel. 0416-28 22 52 (groep 6) Mevr. A. Pilasky-van Leeuwen, de Terpen 8, 5146 CE Waalwijk, tel. 0416-33 03 78 (Intern begeleider) Mevr. A.M. voor de Poorte-van Tuijl, Nieuwe Zandschel 6, 5171 TN Kaatsheuvel, tel. 0416-54 08 79 (groep 8) Mevr. D.M. Pruissers, Julianalaan 40, 5161 BB Sprang-Capelle, tel. 0416-27 31 51 (invalkracht) Mevr. M. van Raamsdonk-v. Dijke, Rembrandtlaan 42, 5161 ES Sprang-Capelle, tel. 0416-53 20 98 (groep 3/4) Mevr. I.J. van Ravenhorst-Mes, Houtduif 46, 5161 SG Sprang-Capelle, tel. 0416-27 37 17 (groep 7) Mevr. I. van Reeven-Scheepstra, Jan van Goyenstraat 30, 5143 JM Waalwijk, tel. 0416-34 00 03 (orthopedagoog) Mevr. J.D.S. de Rooij, Besoyensestraat 81, 5141 AG Waalwijk (groep 1/2)
45
Mevr. W. de Rooij-van Wijngaarden, Herman Boerhaavestraat 11, 5165 EG Waspik, 0416-31 67 44 (groep 8) Dhr. R.C. Timmermans, Martien Coppensstraat 4, 5146 DJ Waalwijk (groep 8) Mevr. J.F. Versluijs-van Vugt, Parallelweg 4283 GM Giessen, tel. 0183-51 19 65 (groep 4/5) Mevr. C. Visser-Lekkerkerker, Achter de Hoven 2, 5161 BT Sprang-Capelle, tel. 0416-27 25 54 (administratie) Mevr. M. Uyl-Haanstra, Leeuwerik 27, 5161 SH Sprang-Capelle, tel. 0416-27 78 94 (groep 3) Mevr. A.H. de Wit-Eemsing, Roek 6, 5161 SM Sprang-Capelle, tel. 0416-34 92 20 (groep 1/2) Bestuur voorzitter: Dhr. M. Schoondermark, Burg. Meijerstraat 11, 5161 EN Sprang-Capelle, tel. 0416-27 54 88 secretaris: Dhr. P. Spierings, Irenestraat 32, 5161 XA Sprang-Capelle, 0416-34 74 68 penningmeester: Dhr. B. Buitendijk, Beatrixstraat 15, 5161 HR Sprang-Capelle, tel. 0416-79 50 17 leden: Dhr. M. de Bie, Ereprijs 21, 5161 WB Sprang-Capelle, tel. 0416-27 76 85 Dhr. A. van Dongen, Burg. v. Dijkstraat 21, 5161 TH Sprang-Capelle, tel. 06-24 99 56 57 Mevr. M. de Rooij-de Jong, Kaardebol 27, 5161 WH, Sprang-Capelle, tel. 0416-28 18 07 Dhr. P. Treffers, Heistraat 111, 5161 GC Sprang-Capelle, tel. 0416-27 58 98 Toezichthouders: Dhr. J.v.Dalen, Koekoek 2, 5161 S Sprang-Capelle, tel 0416-27 90 82 Dhr. W.J. Pruissers, Vrijhoeveplein 1 , 5161 Sprang-Capelle, 0416-53 06 13 Ouderraad voorzitter: Mevr. H. v. Oosterhout-Broeks, Hilsestraat 55, 5171 AB Kaatsheuvel, tel. 0416-28 13 16 secretaresse: Mevr. A. de Brouwer-Boezer, Roestenbergstraat 21, 5171 JA Kaatsheuvel, tel. 0416-28 48 03 penningmeester: Mevr. J. Nieuwkoop-Ros, Julianalaan 56, 5161 BC Sprang-Capelle, tel. 0416-27 51 01 leden: Mevr.M. de Haaij, Julianalaan 14, 5161 BB Sprang-Capelle, tel. 0416-53 03 94 Mevr. C. Lagerwerf-van Pelt, Irenestraat 34, 5161 XA Sprang-Capelle, tel. 0416-27 81 80 Mevr. D. Nieuwenhuijzen, Hoge Zandschel 19, 5161 RL Sprang-Capelle, tel. 0416 31 31 80 Mevr. A. Ophorst-Rijken, Nieuwe Zandschel 14, 5171 TN Kaatsheuvel, tel. 0416-28 23 91 Mevr. A. Verhagen, Nieuweweg 3, 5171 TJ Kaatsheuvel, tel. 0416-28 28 84 Mevr. M. v. Zelst-Groenenberg, Heistraat 14, 5161 GG Sprang-Capelle, tel. 0416-28 29 82 Medezeggenschapsraad ouders: Mevr. M. Hommel, Julianalaan 38, 5161 BB Sprang-Capelle, tel. 0416-27 52 11 Mevr. J. Mewis, Hondsdraf 54, 5161 WE Sprang-Capelle, tel. 0416-31 49 59 Mevr. M. Rozenbrand- v.d. Schans, Rechtvaart 27, 5171 TB Kaatsheuvel, tel. 0416-27 98 29 Mevr. M. Treffers, Ranonkel , 5161 Sprang-Capelle, tel. 0416-53 11 40 personeel: Mevr. I. van Dueren den Hollander-Moerland Mevr.J. v. Helden-Trapman Mevr. P. v.d. Linden-Huisman 46
Mevr. A. de Wit-Eemsing
47
12. Plattegrond school
48
