Jaarverslag 2013
Inhoudsopgave Voorwoord ............................................................................................................................................... 3 Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Strategische doelstellingen ..................................................................................................................... 4 Organisatie ............................................................................................................................................ 10 Leerlingaantallen ............................................................................................................................... 10 Organogram ...................................................................................................................................... 11 College van Bestuur (CvB) ................................................................................................................ 11 Raad van Toezicht (RvT)................................................................................................................... 11 Stafbureau ......................................................................................................................................... 11 Directeuren Meerkring in 2013 .......................................................................................................... 12 GMR .................................................................................................................................................. 12 Horizontale verantwoording ............................................................................................................... 13 Code Goed Bestuur .............................................................................................................................. 13 Onderwijs .............................................................................................................................................. 13 Huisvestings- en facilitaire zaken .......................................................................................................... 14 Schoolgebouwen ............................................................................................................................... 14 Facilitaire zaken ................................................................................................................................. 15 Personeel .............................................................................................................................................. 15 Ziekteverzuim .................................................................................................................................... 15 Payroll ................................................................................................................................................ 16 Functiemix ......................................................................................................................................... 16 Uitstroom en doorstroom ................................................................................................................... 16 Klachten ................................................................................................................................................ 16 Financiën ............................................................................................................................................... 16 Analyse realisatie 2013 versus begroting 2013 ................................................................................ 17 Analyse realisatie 2013 versus realisatie 2012 ................................................................................. 19 Extra bekostiging ............................................................................................................................... 20 Prestatiebox ....................................................................................................................................... 20 Opbrengstgericht werken .................................................................................................................. 20 Bestemmingsreserve ......................................................................................................................... 21 Balans ................................................................................................................................................ 22 Kengetallen per balansdatum ............................................................................................................ 23 In control statement ........................................................................................................................... 24 Treasury............................................................................................................................................. 25 Toekomstparagraaf (continuïteitsparagraaf) ..................................................................................... 25 Verslag Raad van Toezicht ................................................................................................................... 28 Colofon .................................................................................................................................................. 30 Bijlage 1 – Missie en visie Meerkring .................................................................................................... 31 Bijlage 2 – Jaarverslag GMR 2012-2013 .............................................................................................. 33
2
Voorwoord Ontwikkelen, ontmoeten en ontplooien… Al jaren staan deze woorden centraal bij Meerkring. Aan diepte hebben deze woorden nog niets verloren. Integendeel, door ontwikkelen, ontmoeten en ontplooien uit te leven, in praktijk te brengen, leer je pas de echte waarde ervan kennen. En dat is precies wat er gebeurt op de Meerkringscholen, waar leerlingen, medewerkers en ouders als in een minigemeenschap met elkaar samenwerken, elkaar aanscherpen en zo elkaar vormen tot wie ze mogen zijn. In de ontmoeting met de ander spiegel je jezelf. We hebben elkaar nodig om steeds meer mens te kunnen worden. Wat geldt voor personen, is ook van toepassing op onderwijs(gerelateerde) organisaties: we hebben elkaar nodig om onze doelen te bereiken, namelijk het beste onderwijs en de beste zorg geven aan al die kinderen die aan onze zorg zijn toevertrouwd. Allereerst heb je daar de school met toegewijde juffen en meesters. En binnen de school zijn er ook nog de intern begeleiders (ib‟ers) die leerkrachten en leerlingen begeleiden bij extra leervragen, als ook het onderwijsondersteunend personeel. . De school wordt weer ondersteund door onderwijsbegeleidingsdiensten, samenwerkingsverbanden, ambulant begeleiders, expertise van andere scholen. Na schooltijd volgt de buitenschoolse opvang, de sportvereniging, de muziekschool, de bibliotheek. En zo kunnen we nog wel even doorgaan, de kring rond de school wordt steeds groter. Al die organisaties hebben steeds meer contact om hun aanbod en aanpak op elkaar af te stemmen. Om in zo‟n uitdijend netwerk je eigen weg te blijven bewandelen, om aan de bal te blijven, is focus nodig. Voor Meerkring geldt al enkele jaren dat het draait om kwalitatief hoogwaardig onderwijs en toegankelijk openbaar onderwijs in een gezonde organisatie. Dat is de spil waar alles om draait. Ook in 2013 hebben we daar hard aan gewerkt. Met elkaar. Dat is waar we als bestuurders verantwoording over afleggen in dit jaarverslag. Aan elkaar als samenwerkingspartner, aan u als ouder, aan jou als medewerker. We wensen u veel leesplezier toe! Willem Kuijpers – voorzitter College van Bestuur Christian van den Brink – lid College van Bestuur
Inleiding Meerkring gelooft in ieders kracht en gaat uit van gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dat is kort maar krachtig waar de hele organisatie voor staat, in 2013, in voorgaande jaren en in de toekomst. Wat Meerkring hiermee bedoelt kunt u uitgebreid lezen op onze website www.meerkring.nl en in bijlage 1. Het bestuur heeft deze Meerkringmissie en -visie uitgewerkt in een meerjaren strategisch beleidsplan voor de periode 2011 tot 2015. In dit strategisch beleidsplan staan de volgende langetermijndoelstellingen: 1. Alle leerlingen ontwikkelen zich conform het uitstroomniveau dat op grond van hun capaciteiten en talenten mag worden verwacht. 2. Alle scholen hebben een profiel dat een onderscheidende meerwaarde biedt voor leerlingen en partners in de wijk. 3. Meerkring heeft een structuur en een cultuur waarin samenhang en samenwerking vanzelfsprekend en effectief is. 4. Binnen Meerkring heerst een cultuur van lerende professionals met een reflectieve houding en werkend aan ontwikkeling. 5. Meerkring heeft de governance zorgvuldig ingericht en een systeem van checks & balances gerealiseerd waarmee de juiste verantwoording kan worden afgelegd. Ieder jaar stelt het College van Bestuur (CvB) op basis van deze meerjarenplanning en doelstellingen een jaarplan op. In 2012 is een (door)start gemaakt met ontwikkelingen uit het strategisch beleidsplan. Deze vroegen om een verdere uitwerking in 2013. Het CvB stuurde in 2013 met name op twee domeinen uit het toezichtsplan van de Raad van Toezicht (RvT): kwalitatief hoogwaardig onderwijs en toegankelijk openbaar onderwijs. Daarnaast drukte de samenwerking met Eem-Vallei Educatief, inclusief de doorontwikkeling van het stafbureau, een nadrukkelijk stempel op het jaarplan. Dat kwam tot uiting in de onderwerpen: - Herinrichting (gezamenlijk) stafbureau - Nieuw administratiekantoor (Vizyr) en nieuw boekhoudsysteem (AFAS) - Mogelijke fusie en gevolgen daarvan
3
Directeuren en scholen kregen in 2013 drie belangrijkste thema‟s mee om invulling aan te geven; deze vallen allemaal onder kwalitatief hoogwaardig onderwijs: 1. Realisatie kwaliteit en kwaliteitszorg, met de focus op opbrengstgericht werken en referentieniveaus); 2. Realisatie nieuwe gesprekkencyclus; 3. Professionalisering leerkrachten en onderlinge samenwerking, waaronder de MeerkringAcademie. Kortom, de belangrijkste opdracht voor de komende jaren is om de onderwijskwaliteit te verhogen en dit gezien de verwachte krimp in leerlingaantallen en financiële middelen efficiënter en slimmer te organiseren. Van deze doelstellingen – en meer – leggen wij in dit Jaarverslag verantwoording af.
Strategische doelstellingen In dit hoofdstuk van het Jaarverslag bespreken we de vorderingen die in 2013 zijn gemaakt om de doelstellingen uit het strategisch beleidsplan te realiseren. Doel 1: Alle leerlingen ontwikkelen zich conform het uitstroomniveau dat op grond van hun ` capaciteiten en talenten mag worden verwacht Meerkring wil dat alle scholen recht doen aan de ontwikkelbehoefte van de leerlingen. Daarvoor is vier jaar geleden gestart met opbrengstgericht werken. Het idee achter opbrengstgericht werken is om door meten, analyseren en bespreken van leerresultaten te komen tot verbetering van het onderwijs en verhoging van de leerresultaten. Ook het Passend Onderwijs op de scholen ontwikkelt zich in dit kader. Het systeem van kwaliteitszorg moet daarbij opnieuw worden ingericht zodat resultaten beter aan te tonen zijn en een basis vormen om bewuster te werken aan de onderwijskwaliteit. Concreet wil Meerkring het volgende bereiken: a. alle leerlingen bereiken het referentieniveau dat overeenkomt met hun capaciteiten; b. alle scholen hebben voldoende opbrengsten (conform normering Onderwijsinspectie); c. alle scholen hebben een voldoende voor “onderwijs op ontwikkelbehoefte” (Onderwijsinsp.); d. alle scholen zijn een goede "smalle zorgschool" en werken aantoonbaar aan verbreding van het zorgprofiel; e. ouders zijn tevreden over het uitstroomniveau van hun kinderen; van de leerlingen komt het VO-advies overeen met het niveau na 2 jaar VO. Aan deze doelen is in 2013 in alle lagen van de organisatie gewerkt. We lichten er de belangrijkste punten uit: De belangrijkste succesfactor voor goed onderwijs is een goede leerkracht. Weten aan welke criteria goed onderwijs moet voldoen, is stap één. Je als team ontwikkelen om aan die criteria te kunnen voldoen is een tweede. In plaats van een beleidsnotitie hierover opstellen, heeft de directeurenwerkgroep
-
Kwaliteit gekozen voor een website voor de eigen medewerkers. Op deze website zijn de kwaliteitscriteria terug te vinden, zodat iedereen weet wat er van haar/hem verwacht wordt om kwalitatief hoogwaardig onderwijs te geven. Zo dynamisch als de onderwijsontwikkelingen zijn, zo makkelijk kan de website weer aangepast worden. Het beleid is dus gedefinieerd. De scholen hebben echter onvoldoende ontwikkeling laten zien in de realisatie ervan en in de verdiepende slag van hun eigen schoolspecifieke kwaliteitsbeleid. Scholen hebben ondersteuning nodig op de operationele processen. De Inspectie van het Onderwijs bevestigde dit op hun reguliere vierjaarlijkse bezoeken bij een aantal scholen. Daarom brengt het CvB in 2014 een versnelling aan in de implementatie van opbrengstgericht werken en het systeem van kwaliteitszorg. Het bestuur wil onder andere structureel een kwaliteitsmedewerker inzetten. Deze kwaliteitsmedewerker gaat de directeuren ondersteunen bij het beter inzichtelijk maken van de behaalde onderwijsopbrengsten volgens de huidige normen en het explicieter werken van het systeem van kwaliteitszorg. In 2013 bezocht de Inspectie van het Onderwijs de volgende scholen: De Wiekslag, De Magneet, De Weesboom, De Albatros, De Dubbelster, De Border, De Meander, De Bieshaar, De Gondelier, Dr. M. van der Hoeveschool en de Dr. A. van Voorthuysenschool. Behalve De Magneet hebben alle scholen een basisarrangement gekregen, het hoogst haalbare niveau. De Van Voorthuysenschool was binnen 1 jaar al af van het stempel „zwak‟. Op De Magneet zag de Onderwijsinspectie overigens geen aanleiding om te komen tot een geïntensiveerd toezicht; de inspectie heeft voldoende vertrouwen in de interventies die bestuur en directie al eerder hadden ingezet.
4
-
-
-
Doorontwikkeling van kwaliteitszorg en leerlingzorg hangt ook samen met de definitie van de basisondersteuning in het kader van Passend Onderwijs. Deze definitie is door directeuren, ib‟ers en leerkrachten uit de gehele regio bepaald en al in een vroeg stadium door de ledenvergadering van het nieuwe samenwerkingsverband (SWV PO De Eem) goedgekeurd. Alle scholen schrijven in 2014 een plan van aanpak om binnen 2½ jaar te voldoen aan de basisondersteuning, waarbinnen tevens de inspectienormering valt. Alle Meerkringscholen doen volwaardig mee met Vensters PO. Vensters PO is een landelijk project waarbij cijfermatige informatie over scholen voor primair onderwijs verzameld wordt in één systeem. Het gaat dan bijvoorbeeld om gegevens op het gebied van onderwijsopbrengsten, leerlingenpopulatie, financiën en personeel. Met dit instrument kunnen besturen en scholen de eigen organisatie professioneler besturen en opbrengstgerichter werken, leggen ze aan belanghebbenden verantwoording af over de behaalde onderwijsopbrengsten (Cito) en het inspectieverslag en stellen ze informatie aan ouders beschikbaar, onder andere met het oog op schoolkeuze. Meerkring meet regelmatig de tevredenheid van ouders over de scholen en het onderwijs dat gegeven wordt. Ieder jaar ontvangen ouders van een kind dat de school heeft verlaten een vragenlijst over het genoten onderwijs. Iedere 2 jaar ontvangen alle ouders, medewerkers en leerlingen uit groepen 6, 7 en 8 een vragenlijst voor een algemeen tevredenheidsonderzoek. In 2013 hebben beide onderzoeken plaatsgevonden. De resultaten van het onderzoek waren positief: Meerkring scoort iets boven het landelijk gemiddelde op oudertevredenheid en ruim boven het landelijk gemiddelde op leerlingtevredenheid. Voor het CvB is dit een goede indicatie dat de scholen op de goede weg zijn. Het vasthouden en uitbouwen van de oudertevredenheid is een volgende stap.
Hoewel de opbrengsten over het algemeen goed zijn, is het CvB onvoldoende tevreden over de verbetering van de kwaliteits- en leerlingzorg. In 2014 wordt hieraan prioriteit gegeven en zal de regie van de ontwikkeling bij een nieuw aan te stellen kwaliteitsmedewerker komen te liggen. Doel 2: Alle scholen hebben een profiel dat een onderscheidende meerwaarde biedt voor leerlingen en partners in de wijk Het bestuur draagt er zorg voor dat de Meerkringscholen een duidelijke plek en functie in de wijk vervullen met een duidelijk schoolconcept. Door overleg en samenwerking met andere organisaties in de wijk en een goede ouderbetrokkenheid moet een netwerk ontstaan dat de ontwikkeling en ontplooiing van de leerlingen ten goede komt. Concreet wil Meerkring het volgende bereiken: a. de medewerkers kennen de missie/visie van de eigen school en geven daar gezamenlijk invulling aan; b. alle scholen werken actief aan activiteiten die verankering en onderscheidend vermogen in de wijk verbeteren, bijv. Brede School activiteiten; c. bij alle scholen is er sprake van een hoge ouderbetrokkenheid; hiervoor hebben alle scholen een kenniscafé voor ouders gerealiseerd; d. alle scholen bieden actief levenbeschouwelijk onderwijs en leiden op tot actief burgerschap; e. alle scholen hebben een contactpersoon t.a.v. partners en belanghebbenden (bijv. peuterspeelzaal, voortgezet onderwijs, buitenschoolse opvang); er wordt actief kennis uitgewisseld en er is sprake van een „warme overdracht‟ met voorschool en met voortgezet onderwijs. f. bij voorkeur is er sprake van een doorgaande ontwikkellijn tussen school en partners; deze is verplicht indien er sprake is van ontwikkelachterstanden bij leerlingen. In 2013 is op verschillende manieren aan deze doelstelling gewerkt: Om goed te kunnen inspelen op de ontwikkelingen in de maatschappij, de behoeften van de samenwerkingspartners en het beleid van Stichting ABC te realiseren, heeft het CvB met instemming van de GMR het beleid “Andere Schooltijden” vastgesteld. Hiermee geeft het CvB aan dat alle scholen een traject moeten inzetten om – uiteraard met instemming van de eigen MR'en – over te gaan naar een model van 5 gelijke dagen (d.w.z. maandag t/m vrijdag dezelfde schooltijden) en van 940 schooluren per jaar voor elk leerjaar. Er zijn 6 Meerkringscholen die als koploper fungeren en per augustus 2014 of 2015 als eerste dit model invoeren. De peuterspeelzalen zijn in beheer van SKA en Welzin (Welzin heeft vanaf 2014 de peuterscholen overgedragen aan Partou). Scholen hebben in 2013 vooral kennis gemaakt met de medewerkers van de peuterspeelzalen, een eerste begin van een warme overdracht en doorgaande ontwikkellijnen, zoals dat in het Bredescholenbeleid van Meerkring is vastgelegd. Een geactuali-
5
-
-
-
-
-
seerde versie hiervan is in 2013 vastgesteld. De kleurrijke scholen „t Spectrum en De Vlindervallei zijn in 2013 begonnen om hun brede school uit te laten groeien naar een integraal kindcentrum (ikc), waarbij er nadrukkelijk wordt samengewerkt met alle partners in het gebouw en de kernpartners in de wijk. De Wiekslag zit nog in een beginfase, anticiperend op de oplevering van de nieuwbouw van een bredescholencluster (hun nieuw onderkomen), eind 2015. De bibliotheken in de stad moesten de afgelopen jaren bezuinigen, waardoor een aantal locaties is verdwenen. Als gedeeltelijke vervanging van de wijkbibliotheken zijn er schoolbibliotheken in het leven geroepen: door de krachten van bibliotheek, school en gemeente te bundelen, wordt samengewerkt om de lees-, taal-, informatie- en mediavaardigheid van kinderen te vergroten. In 2013 zijn de laatste schoolbibliotheken gerealiseerd. De volgende scholen hebben nu een schoolbibliotheek: De Magneet, De Zevensprong, De Vlindervallei, De Wiekslag, De Albatros, „t Spectrum. Op De Vlindervallei is zelfs spraken van een „bibliotheek +‟, oftewel een bibliotheek die ten goede komt aan de hele wijk; wijkbewoners kunnen op De Vlindervallei boeken inleveren, reserveren en ophalen. Vanuit de ABC gedachte (Amersfoortse Brede Combinatieschool) zijn ABC Schuilenburg („t Spectrum) en ABC Laak (De Gondelier) aan de slag gegaan met de realisatie van de zogenoemde Pedagogische Aanpak Amersfoort, oftewel de realisatie van een pedagogische visie die voor heel Amersfoort is vastgelegd. Jongste school Atlantis in nieuwbouwwijk Vathorst is inhoudelijk opgebouwd rondom Stephen Covey‟s 7 eigenschappen van effectief leiderschap. De integratie van Covey‟s gedachtegoed in het onderwijs was nieuw in Nederland. In 2012 kreeg de school hier landelijke bekendheid mee. Directeur Carla Luycx schreef op basis van haar ervaringen het boek 'Opvoeden met Stephen Coveys 7 eigenschappen'. In dit boek laat ze met veel praktische voorbeelden zien wat de 7 eigenschappen precies inhouden, hoe je ze kunt inzetten bij de opvoeding en op welke manier ze de persoonlijke en sociale ontwikkeling van kinderen en jongeren bevorderen. In september 2013 werd het boek ten doop gehouden. Hiermee komt de kennis en expertise van de school beschikbaar voor een steeds groter publiek. Voor het tweede jaar is een adviesgroep van allochtone ouders actief geweest om bestuur én betrokken schooldirecteuren van advies te dienen omtrent relevante vraagstukken. In 2013 was het thema ouderbetrokkenheid, dat onder andere heeft geleid tot structurele koffieochtenden om met allochtone ouders in gesprek te gaan over onderwijs en onderwijskwaliteit. Het bestuur en directeuren van Meerkring vinden deze adviesgroep een zodanig succes dat deze in 2014 gecontinueerd wordt als Adviesraad Allochtone Ouders. De Adviesraad zal jaarlijks gevraagd en ongevraagd de scholen en de stichting van advies dienen. Met het oog op de transitie van de Jeugdzorg naar de gemeente, zijn meerdere experimenten van start gegaan. Aan twee daarvan doen ook Meerkringscholen mee: ABC Liendert na School en de Ontwikkelwerkplaats Soesterkwartier. In Liendert willen de scholen samen met welzijnsorganisaties een gestructureerde naschoolse opvang creëren voor kwetsbare kinderen. Het project wil de deelnemende kinderen sociaal weerbaarder maken en een zinvolle vrijetijdsbesteding bieden. Ook ouders worden geholpen meer grip te krijgen op de opvoeding. De eerste resultaten zijn positief. Het doel van de Ontwikkelwerkplaats Soesterkwartier is om met een ondersteuningsteam met mensen vanuit verschillende disciplines een gericht advies te geven over de leerlingen die een andere onderwijsbehoefte hebben. De ontwikkelwerkplaats is inmiddels overgedragen aan het nieuwe samenwerkingsverband De Eem.
Het CvB is tevreden over de voortgang ten aanzien van deze doelstelling en acht geen interventies of extra acties noodzakelijk. Karakter openbaar onderwijs De toegankelijkheid en spreiding van het openbaar onderwijs in Amersfoort wordt jaarlijks beschreven in het beleidsdocument „Capaciteit in Balans‟. Ook voor 2013 kan worden geconstateerd dat er voldoende aanbod is van openbaar onderwijs over de hele stad heen. Alleen Atlantis kent een wachtlijst, maar ouders die specifiek kiezen voor openbaar onderwijs worden geattendeerd op De Gondelier die in dezelfde wijk staat. In 2013 werden redenen voor geweigerde en verwijderde leerlingen nadrukkelijker bijgehouden. In 2013 hebben 4 scholen melding gedaan van schorsing van een leerling. In 1 geval is de leerling in goed overleg met alle betrokkenen op een andere school ingeschreven. Op deze wijze wil het bestuur nadrukkelijker aandacht schenken aan de toegankelijkheid van het openbaar onderwijs. Immers, iedereen is welkom.
6
De volgende doelstellingen zijn voorwaardelijk voor de eerste 2 doelstellingen. Doel 3: Meerkring heeft een structuur en een cultuur waarin samenhang en samenwerking vanzelfsprekend en effectief is. Het bestuur ziet graag dat Meerkringscholen en -medewerkers schooloverstijgend samenwerken en synergie creëren, om daarmee de eigen en gemeenschappelijke doelstellingen te realiseren. Meerkring bevordert samenhang en samenwerking om daardoor expertise te delen, kennis over te dragen, na- en bijscholing efficiënt te organiseren en talenten effectief in te zetten. Concreet wil Meerkring het volgende bereiken: a. alle medewerkers maken gebruik van de Meerkring Academie en daarmee van een structureel aanwezig aanbod van cursussen, training, workshops, coaching; b. financiële middelen worden zoveel mogelijk binnen Meerkring ingezet; c. Meerkring heeft een goed benutte digitale vraagbank / forum; d. medewerkers worden schooloverstijgend en gedifferentieerd ingezet waar dat toegevoegde waarde heeft; In 2013 zijn hiervoor de volgende stappen gezet: In 2013 werkte een werkgroep van directeuren aan de opzet van de Meerkring-Academie: een online platform waarop het scholingsaanbod voor de medewerkers overzichtelijk is neergezet en waar scholingsaanbod en -vraag bijeen komen. Om het aanbod van de Academie aan te laten sluiten bij de professionaliseringsbehoefde van de medewerkers is er eerst een inventarisatie gehouden op alle scholen. Dit gaat in 2014 effect hebben. In het najaar was alles zover en werd de Meerkring-Academie geïntroduceerd bij het personeel op een gezamenlijke Meerkringstudiedag. Hoewel „voor en door medewerkers‟ een belangrijk uitgangspunt van de Academie is, is het de bedoeling is om vanaf 2014 álle scholing te laten verlopen via de Academie. Ook samenwerkingspartner Eem-Vallei Educatief heeft aangegeven te willen bijdragen aan deze Academie. In 2013 nam het CvB het besluit om het Onderwijs Expertise Centrum in 2014 uit te breiden met gedragsspecialisten. Hun expertise wordt in eerste instantie vooral als ambulante begeleiding via het Samenwerkingsverband De Eem voor de gehele regio ingezet. Daarnaast zijn afspraken gemaakt met de alle sbo-scholen in de stad om in gezamenlijkheid de vragen vanuit de reguliere basisscholen en het samenwerkingsverband te kunnen beantwoorden. In 2014 wordt die gezamenlijkheid verder uitgewerkt in een gezamenlijk dienstenaanbod ten behoeve van de scholen in de regio, uiteraard in overleg met SWV De Eem. Het Onderwijs Expertise Centrum van Meerkring bestaat nu uit het aanbod van de expertise van de Van der Hoeveschool (bijv. faalangsttraining, werken met OPP‟s, begeleiding bij sociaalemotionele problemen), Van Voorthuysenschool (ambulante begeleiding zeer moeilijk lerende e kinderen en/of kinderen met een gedragsproblematiek), Wereldwijzer (Nederlands als 2 taal en voor leerlingen met een trauma-ervaring), diverse scholen met expertise van meerbegaafdheid (Leonardo Eemland, DaVinci-klassen) en diverse scholen met creatieve therapie. Het CvB is tevreden over de voortgang, maar constateert dat aan de cultuur van samenhang en samenwerking nog nadrukkelijk moet worden gewerkt. Dit wordt onder doel 4 verder opgepakt. Doel 4: Binnen Meerkring heerst een cultuur van lerende professionals met een reflectieve houding en werkend aan ontwikkeling. Meerkring werkt continu aan het Integraal Personeelsbeleid (IPB). De professionaliteit van de medewerkers staat hierbij op de eerste plaats: hoe beter het personeel, hoe beter het onderwijs, hoe beter de resultaten van de kinderen. Meerkring wil medewerkers in staat te stellen succesvol te zijn door een professionele onderwijscultuur te creëren. In een professionele onderwijscultuur is er sprake van een reflectieve houding, bereidheid tot ontwikkeling, het nemen van verantwoordelijkheid en eigenaarschap en bestaat er in teamverband zelfreinigend vermogen. Binnen het personeelsbeleid wil het bestuur extra aandacht besteden aan professionaliteit, vitaliteit en tevredenheid van medewerkers; verzuimbeleid en mobiliteitsbeleid spelen hierbij een belangrijke rol. Leidinggevenden stellen medewerkers in staat om succesvol te zijn. Concreet wil Meerkring het volgende bereiken:
7
a. Meerkring heeft instrumenten gerealiseerd die ondersteunend zijn aan de doelstellingen van het personeelsbeleid; b. het functiehuis en de functiebouwwerken zijn zodanig gerealiseerd dat personeel doelmatig is ingezet, rekening houdend met vastgestelde normen; c. scholen bezitten de kenmerken van de „gezonde organisatie‟ (kenmerken nog te benoemen); d. medewerkers zijn tevreden over Meerkring als werkgever; e. het ziekteverzuim ligt op of onder het landelijk gemiddelde; f. alle minder functionerende leerkrachten zitten in een helder traject. In 2013 is het personeelsbeleid op de volgende punten verder ontwikkeld: - In 2012 werd een nieuwe gesprekscyclus voor medewerkers geïntroduceerd. Inmiddels hebben alle scholen hier ervaring mee opgedaan. Zowel directeuren als leerkrachten geven aan veel houvast te ervaren door de matrixen waarin gedrag – passend bij de verschillende competenties – concreet beschreven is. Wel doet het inplannen van de gesprekken en klassenbezoeken een groot beroep op de inventiviteit en flexibiliteit van directies en leerkrachten. Eind 2014 wordt de gesprekscyclus geëvalueerd waarna door de werkgroep voorstellen tot bijstelling volgen. - In 2014 start de gesprekscyclus voor directeuren. In 2013 is begonnen met het formuleren van de visie op leidinggeven binnen Meerkring en de uitgangspunten op basis waarvan een instrument ontwikkeld wordt. In 2014 wordt dit instrument geïmplementeerd. - In 2013 is de werkgroep Professioneel Statuut en Vitaal Professionaliseren gestart. De directieleden, GMR-leden en leerkrachten uit de werkgroep beschrijven onder leiding van de personeelsmedewerker wat professioneel handelen binnen Meerkring inhoudt. Hierbij wilde de werkgroep graag zoveel mogelijk gebruik maken van input vanuit het werkveld. Daarvoor bedacht de werkgroep het Meerkring Win-Win spel: een spel waarmee teamleden met elkaar in gesprek gaan over de succesmomenten in het werk. Door het Win-Win spel te spelen ontmoeten leerkrachten elkaar en zijn op een actieve manier in gesprek over verantwoordelijkheden en eigen professionele ruimte, daarmee invulling gevend aan de Meerkringwaarden ontwikkeling en ontplooiing. Het Win-Win spel is op meerdere scholen gespeeld. Bijgaand één van de terugkoppelingen: “Het effect van een juf of meester die zich verantwoordelijk toont en vol vertrouwen is, uit zich in stralende kinderen die ook vertrouwen hebben in de school en zich gewaardeerd en gesteund voelen. Ook maakt dit dat er nieuw initiatief genomen wordt wat een positief effect had op leerlingen, ouders en leerkrachten”. In 2014 wordt op basis van de uitkomsten van het Win-Win spel een inhoudelijk hoofdstuk opgesteld dat deel uit maakt van het uiteindelijke Professioneel Statuut. Hiermee is dan een kader opgesteld over wat Meerkring onder professionaliteit, een professionele cultuur en een gezonde organisatie verstaat en wat de ruimte van de professional binnen Meerkring is. - Het CvB gaat ieder jaar de scholen stuk voor stuk langs voor een uitgebreid schoolbezoek. In het schooljaar 2012/2013 besprak het CvB met de teams in teamvergaderingen de onderwijs- en Meerkringontwikkelingen. In 2013/2014 stonden de schoolbezoeken in het teken van klassenbezoeken en opbrengstgericht werken. De bezoeken van het CvB worden zeer gewaardeerd door het personeel. - Het bestuur streeft naar een doelmatige inzet van het personeel. Een van de oorspronkelijke doelen was een fusie met Eem-Vallei Educatief, het bestuur van het openbaar onderwijs rondom Amersfoort. Tegelijk met deze fusie zou het stafbureau opnieuw vorm krijgen. Eind 2012 bleek dat de fusie niet door kon gaan. Dat betekende dat de plannen gewijzigd moesten worden. Besloten is om wel intensief te gaan samenwerken met Eem-Vallei Educatief. In 2013 zijn de plannen hiervoor verder uitgewerkt. Zo willen beide organisaties in de toekomst de P&Omedewerkers van elkaar delen, om daarmee een betere kennis en expertise op te bouwen en specialisme van P&O-medewerkers gerichter in te zetten. De herinrichting van het stafbureau is vanwege het afstellen van de fusie vertraagd. Deze staat nu gepland voor het voorjaar van 2014. Op schoolniveau moet het eenvoudiger worden om van een Meerkringschool over te stappen naar een school van Eem-Vallei Educatief en andersom. In 2013 gebeurde dit al enkele malen, in eerste instantie vooral op basis van detachering. - Binnen Meerkring zijn het de directeuren die met hun medewerkers gesprekken voeren over hun professionele ontwikkeling. In sommige gevallen wordt de stafmedewerker P&O ingeschakeld. In 2013 voerde zij gesprekken met zo‟n 35 medewerkers. In sommige gevallen ging het om een enkel gesprek om een medewerker op weg te helpen met een loopbaanvraag. In andere gevallen was er sprake van een langer lopend begeleidingstraject. In deze gesprekken ging het over (dis)functioneren, (dreigend) ziekteverzuim, carrièreperspectief en overbelasting. Door deze in-
8
terventies waren directeuren en medewerkers in staat voor hen passende keuzes te maken en acties in te zetten. Van zes medewerkers is na het doorlopen van een zorgvuldig traject afscheid genomen. Acht trajecten worden in 2014 afgerond. Het CvB is matig tevreden over de voortgang; hoewel structuur en instrumenten aanwezig zijn en er een begin gemaakt is met het van en met elkaar leren, is het CvB van mening dat het ontwikkelen van een cultuur van samenwerken en samen leren (“professionele leergemeenschappen”) planmatiger opgepakt moet worden. Hiermee wordt in 2014 een begin gemaakt. Doel 5: Meerkring heeft de governance zorgvuldig ingericht en een systeem van checks & balances gerealiseerd waarmee de juiste verantwoording kan worden afgelegd. Met een set van kengetallen, bijbehorende instrumenten en heldere verantwoordingslijnen wil het CvB tegenvallers op het gebied van financiën en onderwijskwaliteit voorkomen en verrassingen minimaliseren. Krachtige sturing en leiderschap staan hierbij voorop. Concreet wil Meerkring het volgende bereiken: a. Meerkring en alle scholen zijn financieel gezond; b. Meerkring en alle scholen kunnen zich verantwoorden op kengetallen die intern en extern worden gehanteerd; c. Binnen Meerkring wordt aantoonbaar goed gecommuniceerd, waarbij de communicatie(middelen) voldoen aan ieders verwachtingen en er sprake is van gelijkvormige en toegankelijke informatie (uit één informatiebron); d. Schooloverstijgende zaken en beheersmatige zaken worden zo veel mogelijk bovenschools (en daarmee efficiënt) opgepakt en ingezet; denk hierbij ook aan financiële budgetten. e. Er is duidelijke sturing op resultaten, waaronder financiële, formatieve, personele (IPB); hiermee moet een doelmatige inzet en professionalisering van personeel zijn gerealiseerd en verantwoording over resultaten mogelijk zijn; f. Risico‟s worden continu geïnventariseerd, geanalyseerd en gemanaged. In 2013 is op dit gebied het volgende gedaan: - In 2013 stegen de arbeidskosten. Om dit te compenseren kregen schoolbesturen van de overheid meer geld. Helaas was deze compensatie niet voldoende om de gestegen werkgeverslasten volledig te dekken. Doordat er uit diverse (Rijks)akkoorden extra middelen vrijkwamen, hoefde het bestuur geen personele en materiële maatregelen te nemen. - Directeuren van kleine Meerkringscholen constateren een financiële en organisatorische problematiek die niet zondermeer op te lossen is. Het is voorlopig bij deze constatering gebleven; de aandacht hiervoor heeft vooralsnog niet geleid tot acties. Diverse onderwijsorganisaties zwengelen op landelijk niveau de discussie hierover aan over de kleinescholenproblematiek. Het CvB volgt deze discussie met aandacht. - In 2013 is getracht een doorontwikkeling te maken in de bedrijfsvoering. Dit leidde tot 3 integrale projecten. - Administratiekantoor: Per 1 januari 2013 veranderde Meerkring van administratiekantoor en stapte over naar een nieuw administratiekantoor. Deze stap werd samen met Eem-Vallei Educatief gezet. Het nieuwe administratiekantoor leverde echter niet de verwachte en afgesproken kwaliteit. Na diverse gesprekken besloot het CvB om het contract te verbreken en terug te keren naar het oude administratiekantoor. Het CvB van Eem-Vallei Educatief heeft vanwege dezelfde problemen dezelfde stap genomen, in nauw overleg met het CvB van Meerkring. De overstap naar het nieuwe administratiekantoor werd per 1 januari 2014 gemaakt. - Financiële administratie in eigen beheer: In 2013 is de financiële administratie in eigen beheer genomen. Door de financiële administratie zelf te gaan doen, heeft Meerkring snel en volledig zicht op de financiën. Daarnaast zijn de kosten lager. Er zijn kortere lijnen tussen de diverse stafdisciplines. Hierdoor is de controlekant versterkt en kan er beter gemonitord worden. Een aandachtspunt vraagt de juiste inrichting van de administratie. - Boekhoudsysteem: Tegelijk met het de overgang naar een nieuw administratiekantoor stapte Meerkring over op een nieuw boekhoudsysteem AFAS. Dit was een noodzakelijke overstap, omdat het vorige softwareprogramma verouderd was. Voor de inrichting van AFAS is gekozen om dicht bij de
9
inrichting van Eem-Vallei Educatief te blijven. Eem-Vallei Educatief was al eerder op AFAS overgestapt en had dus al enige ervaring. Het AFAS-pakket moet nog meer op maat voor Meerkring worden ingericht, zodat het ook voor directeuren toegankelijker wordt. Al deze veranderingen hebben veel energie en tijd gevraag van bestuur, staf, directeuren en administratief medewerkers. Het CvB van Meerkring is er echter van overtuigd dat de juiste stappen hierin zijn genomen, zeker omdat de basis hiervoor aanwezig was, namelijk een goed functionerend stafkantoor en een „in control‟-bedrijfsvoering. Het CvB is tevreden over de behaalde resultaten vallend onder het genoemde doel. In 2014 moet nog wel meer aandacht worden gegeven aan de terugkoppeling van kwalitatieve en kwantitatieve resultaten uit de organisatie naar bestuursniveau.
Organisatie Leerlingaantallen In 2013 omvatte Meerkring 19 zelfstandige onderwijslocaties, waarvan 15 voor regulier basisonderwijs, een voor speciaal basisonderwijs, een voor (voortgezet) speciaal onderwijs, een voor hoogbegaafde kinderen en een voor asielzoekerskinderen. Met zo‟n breed aanbod wil Meerkring kinderen in Amersfoort en in de regio een goed en gedifferentieerd onderwijs bieden, passend bij de onderwijsbehoefte van die kinderen. Zoals u uit het overzicht kunt afleiden, is het leerlingaantal van Meerkring in 2013 licht gedaald. Deze zijn iets lager dan de gemeentelijke prognoses en de prognoses van de directeuren zelf. Oorzaken zijn niet specifiek te benoemen, al speelt de grote uitstroom van groep 8 leerlingen een rol, maar de daling past binnen de bandbreedte waarmee het CvB rekening houdt. De daling heeft wel negatieve gevolgen voor de inkomsten voor het schooljaar 2014/15 en daarmee voor het totale personeelsbestand. Meerkring kan dit zonder problemen opvangen door natuurlijk verloop van personeel. Wel moet Meerkring door de daling van het leerlingaantal voorzichtig zijn bij het aannemen van nieuwe medewerkers. Om een beter beeld te krijgen van de toekomstige leerlingaantallen heeft het bestuur een strakker protocol opgesteld om de leerlingaantallen te prognosticeren. Hiermee wil het bestuur meer grip hebben op de risico‟s ten aanzien van leerlingaantallen. Bij aanvang van het schooljaar 2013/2014 is Wereldwijzer (de school voor AZC-kinderen) in samenspraak met de gemeente opgeheven. Sindsdien worden de kleuters opgevangen op ‟t Spectrum en zijn de leerlingen van groep 3 t/m 8 ingeschreven op een reguliere basisschool rondom het AZC. De eerste tussenresultaten over deze wijziging voor het onderwijs aan de AZC-leerlingen zijn veelbelovend. Leerlingaantallen per 1 oktober School De Magneet De Vlindervallei De Zevensprong De Weesboom De Wiekslag De Albatros (in 2009 afgesplitst van De Wiekslag) Wereldwijzer (AZC-kinderen) „t Spectrum Joost van den Vondel De Bieshaar De Border De Dubbelster De Meander De Achtbaan De Gondelier Atlantis Leonardo Eemland Dr. M. van der Hoeve Dr. A. van Voorthuysen Totaal
2007 202 218 182 152 352
2008 199 230 164 156 359
223 453 240 641 200 376 232 361
175 118 4125
10
2009 201 246 150 148 235 86
2010 182 243 139 134 248 113
2011 173 229 123 128 223 115
2012 176 217 137 111 204 104
2013 159 225 154 101 184 93
241 456 250 628 192 369 249 439 18
37 233 442 242 592 188 341 260 451 76
189 119 4258
183 122 4233
35 241 434 240 565 186 315 277 450 180 32 179 126 4319
13 245 433 231 534 165 287 302 433 303 54 173 123 4287
18 246 413 230 520 176 266 316 409 418 42 174 124 4301
12 237 410 212 482 175 232 315 429 486 45 153 119 4223
Organogram Onderwijzend personeel (OP)
Ondersteunend personeel (OOP)
Directeur
MR
Directieoverleg
stafbureau
Gemeenteraad Amersfoort
Raad van Toezicht
College van Bestuur
GMR
College van Bestuur (CvB) Meerkring heeft sinds 2012 een professioneel CvB. Dit bestaat uit Willem Kuijpers (voorzitter) en Christian van den Brink (lid). Willem Kuijpers geeft leiding aan de directeuren en onderhoudt de contacten met de samenwerkingspartners. In die hoedanigheid is hij tevens bestuurslid bij NIS (samenwerkingsverband PO), SWV De Eem (Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO (als voorzitter)), SWV V(S)O Eemland (Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO), REaCtys (samenwerkingsverband cluster-3) en Stichting ABC. Christian van den Brink is verantwoordelijk voor het interne beleid en de bedrijfsvoering; daarbij stuurt hij het stafbureau aan. Per 1 april 2013 is het CvB van Meerkring ook het CvB van Stichting De Kosmos. Met De Kosmos onderhield Meerkring al geruime tijd een warme samenwerkingsband. Deze is nu verder geformaliseerd. De bedoeling is dat uiterlijk in 2018 De Kosmos volledig fuseert met Meerkring. Al in 2013 is een begin gemaakt om op zoveel mogelijk punten samen te werken, zoals met de financiële administratie en het ict-beleid. Het College van Bestuur vergaderde in 2013 9 keer. De bezoldiging van het CvB is als aparte bijlage opgenomen in de jaarstukken 2013. Hierin staat de bezoldiging van de bestuurders en toezichthouders vermeld. De leden van het College van Bestuur worden conform de CAO PO bezoldigd. Raad van Toezicht (RvT) Het jaarverslag van de RvT is verderop in dit jaarverslag te vinden. Hierin legt de RvT zelf verantwoording af. De leden van de Raad van Toezicht krijgen een vergoeding conform de richtlijnen van de Vereniging van Toezichthouders in het Onderwijs (VTOI). Stafbureau Op het stafbureau werkten in 2013 Louwiek Moltmaker (personeel en organisatie), Coen Peeren (huisvesting en facilitaire zaken), Martien van Helvert (huisvesting), Martin Stoeten (financieel controller, t/m juli 2013), Peter Sels (financieel medewerker), Else Rietveld (management assistent), Lieko Witteveen (vrijwilliger personeelszaken), Edith Wissink (vrijwilliger secretariaat), Marc Beekhuizen
11
(controller a.i.), Dennis Kasper (formatiemedewerker a.i.), David Elands (financieel medewerker a.i.), Anton Stuurman (financieel medewerker a.i.). Directeuren Meerkring in 2013 School Wijk De Magneet Soesterkwartier
Website www.obsdemagneet.nl
De Vlindervallei De Zevensprong De Weesboom De Wiekslag De Albatros ‟t Spectrum
Kruiskamp Schothorst Schothorst Liendert Rustenburg Liendert Rustenburg Schuilenburg Randenbroek Bergkwartier Leusderkwartier Hoogland Nieuwland Zielhorst Kattenbroek Kattenbroek Vathorst Vathorst hoogbegaafden sbo-school
www.devlindervallei.nl www.obsdezevensprong.nl www.weesboom.nl www.obsdewiekslag.nl www.obs-dealbatros.nl www.obs-spectrum.nl
Directeur Jacqueline Manneh René Stallinga (a.i.) vanaf mei 2013 Onno Hoekstra Catherine van Dord Dick Kamp Henk Adriaens Vera Doornekamp Ad Goenee
www.vondel.net
Alex van den Berg
www.obsdeborder.nl www.bieshaarschool.nl www.deachtbaan.net www.obs-demeander.nl www.obsdedubbelster.nl www.gondelier.nl www.obsatlantis.nl www.leonardoeemland.nl www.mvanderhoeve.nl
so- & vso-school
www.vanvoorthuysenschool .nl
Wim Abbing Ronald van Dorp Wendy van Beurden Joop Stas Peteryn Mulder Jan Rozenbroek Carla Luycx Catherine van Dord Robbert Jan van den Bos Henk Hylkema
Joost van den Vondel De Bieshaar De Border De Achtbaan De Meander De Dubbelster De Gondelier Atlantis Leonardo Eemland Dr. M. van der Hoeveschool Dr. A. van Voorthuysenschool
Het directieteam in 2013 was stabiel. Wegens uitval door ziekte huurde het bestuur een interimdirecteur in voor De Magneet. De directeuren komen maandelijks bijeen voor een gezamenlijk directieoverleg. Tijdens een studie-2daagse maakten directeuren afspraken over vernieuwde samenwerken waarbij synergie ontstaat. Intervisie maakt daar onderdeel van uit. Daarnaast spreken directeuren regelmatig individueel met het CvB over de ontwikkeling van hun school. Onderwerpen die in deze gesprekken centraal staan zijn: - Realisatie kwaliteit en kwaliteitszorg, met de focus op opbrengstgericht werken en referentieniveaus. - Realisatie nieuwe gesprekkencyclus voor de teamleden. - Professionalisering leerkrachten en onderlinge samenwerking, waaronder de MeerkringAcademie. - Operationaliseren van de identiteit van het openbaar onderwijs. - Verhogen ouderbetrokkenheid en -tevredenheid. GMR Iedere school heeft een Medezeggenschapsraad (MR), bestaande uit ouders en leerkrachten. Tot einde schooljaar 2011/2012 vaardigde elke MR één persoon af naar de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Met ingang van het schooljaar 2012/13 past de GMR een nieuwe werkwijze toe: de scholen zijn verdeeld in clusters van twee scholen, die per cluster één afgevaardigde naar de GMR sturen. De betrokken GMR-leden worden in tijd (leerkrachten) en geld (ouders) gefaciliteerd om zich goed voor te bereiden, wat de kwaliteit van de besluitvorming ten goede komt. De voorzitter van de GMR in schooljaar 2012/2013 was Regina Gadellaa (personeelsgeleding). In schooljaar 2013/2014 nam zij afscheid en nam Marc Swaanen (oudergeleding) haar plaats in. Frederik Schukken (oudergeleding) is vicevoorzitter. De GMR heeft een eigen Jaarverslag over het schooljaar 2012/2013 opgesteld (zie bijlage 2). In dit Jaarverslag concludeert de GMR dat het schooljaar divers, druk, fascinerend, diepgaand en goed was. De GMR gaat graag op dezelfde constructieve manier verder.
12
Horizontale verantwoording Dit jaarverslag is een van de instrumenten waarmee Meerkring zogenaamde horizontale verantwoording aflegt, verantwoording aan de directbetrokkenen van de organisatie. Daarnaast zijn de MR‟en en de GMR belangrijk in het contact met ouders en personeel. Binnen die geledingen bespreken zij het beleid met de schooldirectie c.q. CvB. Verder organiseert het bestuur iedere 2 jaar een oudertevredenheidsonderzoek en jaarlijks een onderzoek onder ouders waarvan een kind de school heeft verlaten. De resultaten van deze onderzoeken worden door de scholen gebruikt om hun onderwijs en communicatie te verbeteren. Behalve deze formele communicatiekanalen organiseren de scholen regelmatig ouderbijeenkomsten waarin het schoolbeleid wordt uitgelegd. Ook zijn veel scholen en de voorzitter van het CvB actief op Twitter en/of Facebook om de buitenwereld te laten weten wat er gaande is. Het strategisch beleidsplan van Meerkring ken een periode tot 2015. Ter voorbereiding op een nieuw plan, wil het CvB in 2014 groepsgesprekken voeren met stakeholders, directeuren, adjuncten, Excellente Leerkrachten, ib‟ers en ict‟ers. Al deze belanghebbenden kunnen meedenken over het nieuwe beleid, om er vervolgens met elkaar invulling aan te geven.
Code Goed Bestuur Het CvB werkt volgens de Code Goed Bestuur, opgesteld door de PO Raad, zie http://www.poraad.nl/sites/www.poraad.nl/files/book/bestand/po_221716_code_goed_bestuur_a5_prf 1_2_0.pdf. Elk jaar houdt het CvB een zelfevaluatie. Het CvB constateert dat er in 2013 een groter draagvlak is ontstaan voor de ambities en opdracht waar Meerkring voor staat. Samen met partijen als schoolbesturen en gemeente streeft het CvB naar een professionele, kwalitatief hoogwaardige organisatie. Het CvB is zich bewust van deze maatschappelijke opdracht. Door middel van schoolbezoeken, gesprekken met stakeholders en andere externe partijen streeft het CvB naar een goede invulling van de Code Goed Bestuur. Het transparant afleggen van verantwoording door middel van dit jaarverslag hoort daarbij. Voor 2014 heeft het CvB zichzelf de opdracht gegeven om te zorgen voor een gedragen en gedegen Strategisch Beleidsplan voor de periode 2015-2019.
Onderwijs Op Wereldwijzer worden de kinderen uit het asielzoekerscentrum opgevangen. De functie van het asielzoekerscentrum wijzigde, wat grote gevolgen had voor Wereldwijzer. In plaats van uitgenodigde vluchtelingen, vangt het centrum nu alleen nog gezinnen op, die vaak al meerdere jaren in Nederland wonen. Hierdoor hoeven de meeste van deze leerlingen geen speciaal taalprogramma te volgen, zoals dat op Wereldwijzer werd gegeven. Daarom is – in samenspraak met de gemeente – in 2013 Wereldwijzer als zelfstandige locatie opgeheven. De groep 1 en 2 krijgen nog wel apart les. Deze groepen zijn nu gehuisvest op ‟t Spectrum. De leerlingen van groep 3 tot en met 8 zijn ingeschreven op een reguliere basisschool, zo nabij mogelijk het AZC-centrum. Voor hen is een ambulante begeleider beschikbaar. Het belangrijkste voordeel is de integratie van de azc-kinderen in de „reguliere‟ samenleving. Passend Onderwijs heeft vooral bestuurlijk een flinke tijdsinvestering gevergd. Zowel in het PO als in het VO (hoewel met slechts 75 leerlingen) is er veel moeite gestoken om een goed construct te definiëren. De juridische en bestuurlijke vormgeving is volgens planning afgerond; de voorzitter van het CvB maakt deel uit van beide besturen. Ook het definiëren van het ondersteuningsplan verloopt volgens planning, waarbij directeuren, leerkrachten en ib‟ers een belangrijke adviesrol hebben. Een belangrijk project daarbij is Ontwikkelwerkplaats Soesterkwartier, dat een meervoudige doelstelling heeft gekregen: verbeteren van de basiskwaliteit op de drie basisscholen in de wijk Soesterkwartier experimenteren omtrent de zorg rondom de school inzake inrichting Passend Onderwijs experimenteren omtrent de aansluiting met de decentralisatie Jeugdzorg Doorontwikkeling ABC – Het bestuur van St. ABC heeft in 2013 een visiedocument opgeleverd, die eind 2013 is besproken met directeuren en stuurgroepen in de wijken. Een audit over de afgelopen 2 jaar en het bespreken van deze visie in de ABC-wijken moet uitwijzen welke gevolgen dit heeft voor de huidige uitvoering van het ABC-concept in de wijken.
13
Huisvestings- en facilitaire zaken Schoolgebouwen In 2012 werd schoolgebouw De Bron opgeleverd, het gebouw waar naast Meerkringschool Atlantis ook de protestantse Kontiki, een kinderopvang en een restaurant/ontmoetingscentrum zijn gehuisvest. Deze school werd in maart 2013 feestelijk geopend. Atlantis is een groeischool in een nieuwbouwwijk. Inmiddels zijn alle lokalen in gebruik. De zogenaamde pieklokalen – multifunctionele ruimtes die speciaal gebouwd zijn met het oog op groei en krimp van de school – zijn naar verwachting in 2014 nodig om les te geven. De klimaatbeheersing in een groot gebouw als De Bron is moeilijk. Direct bij oplevering al bleek dat het regelmatig te warm wordt. Helaas zijn de problemen nog niet helemaal opgelost. De beheerder van het gebouw stelt een onderzoek in. Met het plaatsen van luchtbevochtigers moeten de problemen in 2014 opgelost zijn. De Joost van den Vondel mocht het schoolgebouw uitbreiden met 4 lokalen. De lokalen zijn, net als bij een vorige verbouwing, voor de helft in de grond gebouwd. Het dak wordt gebruikt als schoolplein. Vlak na de zomervakantie werden de lokalen door de leerlingen in gebruik genomen. Hiermee is opvang van klassen op een dependance elders in de wijk niet langer meer nodig. En dat is positief voor alle betrokkenen. Een van de lokalen wordt na schooltijd gebruikt voor naschoolse opvang van de kinderen. In 2013 startte Meerkring met een restyleproject voor alle schoolgebouwen. De aanzet hiervoor werd gegeven voor ouders via de in 2013 afgenomen tevredenheidsenquêtes. Het bestuur wilde dit breder aanpakken en besloten tot een opknapbeurt voor de scholen. Door de scholen licht, open, warm, kleurrijk en transparant te maken wil het bestuur de scholen meer een Meerkringuitstraling geven. In 2013 is er gewerkt aan De Albatros, De Gondelier, De Border en De Magneet. In 2014 gaat het project verder en komen andere scholen aan bod. De plannen worden gemaakt in samenspraak met de directeuren. Ook de inbreng van medewerkers hierbij wordt zeer op prijs gesteld. In 2015 vindt de doordecentralisatie van het gebouwenonderhoud plaats en vanaf dan zijn de schoolbesturen verantwoordelijk voor al het onderhoud van de gebouwen. Die taak ligt nu nog bij de gemeente. Dat is een stap met grote gevolgen voor alle betrokkenen. Ter voorbereiding daarop hebben de gemeente Amersfoort en alle schoolbesturen in de stad in 2012 gezamenlijk een visie op onderwijs en onderwijshuisvesting geformuleerd. Deze visie is de basis voor een integraal onderwijshuisvestingsplan (IHP). Het IHP moet leiden tot toekomstbestendige onderwijshuisvesting, waarmee het onderwijs optimaal wordt gefaciliteerd. Dan gaat het concreet om schoolgebouwen die voldoen aan de eisen van het hedendaagse onderwijs en die makkelijk aan te passen zijn aan toekomstige ontwikkelingen. Uiteraard moeten de gebouwen goed bereikbaar zijn, veilig, duurzaam, kostenefficiënt, aantrekkelijk en prettig om in te werken. Kortom, een schoolgebouw moet echt een bijdrage leveren aan het onderwijs en zijn omgeving. Het IHP staat daarmee voor de belangrijkste pijler voor de toekomst van de schoolgebouwen. In 2013 is er veel werk verzet om in gezamenlijkheid verder te werken aan het huisvestingsplan. Naar verwachting wordt in 2014 de eerste samenwerkingsovereenkomst door alle partners ondertekend. Ter voorbereiding op de doordecentralisatie heeft de gemeente bij alle schoolgebouwen een conditiemeting gedaan. De Meerkringgebouwen zijn redelijk tot goed. Op onderdelen is er sprake van achterstallig onderhoud. Om in 2015 een goede startpositie te hebben, onderhandelen gemeente en schoolbesturen over dergelijke punten. Voor de Dr. A. van Voorthuysenschool is al in 2011 geld beschikbaar gekomen vanuit de gemeente om de tijdelijke lokalen te vervangen voor permanente. De nieuwe ruimtes moeten voldoen aan de eisen van deze tijd, met vooral lokalen voor praktijksimulatie, zoals ateliers, kookruimte, groenonderhoud, productie en een werkplaats. Door onduidelijkheid over het bouwbudget en het te kiezen ontwerp, laat de daadwerkelijke bouw nog steeds op zich wachten. Het bestuur wil het huidige pand het liefst meenemen in de nieuwbouwplannen. Hierover zijn gesprekken met de gemeente gaande. De Gondelier en Atlantis zijn gehuisvest in een zogenoemde multifunctionele accommodatie (MFA), respectievelijk De Laak en De Bron. Iedere MFA biedt ruimte voor 2 scholen, kinderopvang, buitenschoolse opvang en welzijnsactiviteiten. Om de MFA‟s goed te kunnen onderhouden en beheren is er intensief overleg tussen gemeente en de MFA-partners om te komen tot een eenduidig Amersfoorts model voor onderhoud en beheer van MFA‟s. In 2013 is hiervoor een definitief concept opgeleverd. Een eenduidig model zorgt voor een efficiënt ingerichte beheersorganisatie. Hierdoor kan er met be-
14
perkte middelen een hogere kwaliteit gegarandeerd worden en weet elke organisatie wie waarvoor verantwoordelijk is. Facilitaire zaken Dat de schoolschoonmaak veel directeuren en besturen grijze haren bezorgt is bekend; het is moeilijk om met een beperkt budget optimale hygiëne te realiseren. Voor Meerkring is dit niet anders. In 2012 is – na een Europese aanbesteding – schoonmaakbedrijf Asito op de scholen gestart. Met de kostenbesparing die Meerkring behaalde door deze aanbestedingsprocedure, kon Seiso Facilitair Advies ingehuurd als onafhankelijke kwaliteitscontrolewaakhond. De jaarlijkse zomerschoonmaak werd niet volgens de afspraken uitgevoerd. Na enkele gesprekken met het management van Asito bleek, dat zij niet in staat waren om de schoonmaak in deze regio goed op te zetten. Daarom heeft Asito het schoonmaakcontract met Meerkring opgezegd. Dank zij de aanbestedingsprocedure kon ICS Quality Cleaning – in de aanbestedingsprocedure geëindigd als goede tweede – snel ingevlogen worden en in de kerstvakantie een vliegende start maken. Seiso zag er ondertussen nauwlettend op toe dat alle gemaakte afspraken rondom het inhalen van de zomerschoonmaak ook daadwerkelijk werden nageleefd. Het schoonmaakprogramma blijft goed en doelmatig. De wens om een Meerkringbreed ict-beleid in te voeren lag er al een aantal jaar. Door gebrek aan capaciteit bleef het steeds bij een wens. Daar is in 2013 verandering in gekomen. Een werkgroep van directeuren, ict-coördinatoren en de stafmedewerker facilitaire zaken heeft de stoute schoen aangetrokken en is aan de slag gegaan. In dit proces trekt Meerkring zoveel mogelijk op met KPOA, het katholieke schoolbestuur in Amersfoort. Met begeleiding van een extern bureau is eind 2013 een visie opgesteld. Het belangrijkste doel hiervan is, om met ict de onderwijskwaliteit te verbeteren. De kostenbesparing die dat oplevert is een mooie bijvangst. Meerkring wil toewerken naar 1 software- en 1 hardwareleverancier voor alle scholen. Gezien de nog lopende contracten is dit een meerjarenkwestie. Concreet gaan in 2014 4 werkgroepen van start van directeuren en leerkrachten op de onderwerpen ict-beleid en -budgettering, ictdienstverlening, Organisatie van ict, ict kennis en vaardigheden en Digitale Leer- en Werkomgeving).
Personeel Ziekteverzuim Het gemiddelde ziekteverzuim over 2013 was 6,7%. Ten opzichte van een jaar eerder is dat een stijging van ruim een half procent. Die stijging komt door een groter aantal langdurig verzuimers. Meerkring zet al meerdere jaren in op het verlagen van het ziekteverzuim. Trajecten met een aantal zeer langdurig zieken konden in 2013 afgerond worden. Sommige van deze trajecten eindigden in een ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; bij een aantal was het herstel zodanig dat de medewerker weer volledig aan het werk kon. Het streven van het bestuur is om het ziekteverzuim verder te laten dalen tot in ieder geval 5%. Doordat de inzet van de verzuimcoördinator in 2012 goede resultaten had, is dit in 2013 voortgezet. Ieder kwartaal analyseert het stafbureau het verzuim en bespreekt dit met het bestuur. De reintegratiemogelijkheden van alle verzuimende medewerkers zijn goed in beeld. Ook de oorzaak van het verzuim (wel of niet werkgerelateerd) is bij het bestuur bekend. Zo nodig wordt extra ingezet op begeleiding om het herstel van medewerkers te bespoedigen. Ieder half jaar evalueren Meerkring en de Arbo-dienst samen de verzuimaanpak. In 2013 werd vanuit dit overleg het Verzuimvenster geïnitieerd, een signaleringssysteem waarbij het verzuim van de scholen in een grafiek wordt afgezet tegen de meldingsfrequentie. De indeling die hieruit volgt geeft aan welke scholen extra aandacht nodig hebben bij hun verzuimaanpak. De directeuren van deze scholen worden vervolgens uitgenodigd voor een gesprek met de P&O‟er en de bedrijfsarts om hun aanpak te bespreken. Los van het Verzuimvenster bespreken directeuren regelmatig de verzuimaanpak bij specifieke, individuele knelpunten. In 2013 werkte Meerkring ook preventief aan het verlagen van het verzuim. Een aanzienlijk deel van het verzuim wordt namelijk veroorzaakt door het gevoel van hoge werkdruk. Meerkring maakt al enige jaren gebruik van een bedrijfsmaatschappelijk werker die in voorkomende situaties ondersteunende gesprekken voert . Om nog effectiever te werken, heeft zij in totaal 3 workshops gegeven waar alle medewerkers zich voor konden aanmelden. Onder het motto „als de lat te hoog ligt, kun je er nog altijd onderdoor lopen‟ kwamen faalangst, perfectionisme, genieten en luisteren naar jezelf aan de orde. In totaal namen 26 medewerkers deel aan de workshops. Uit de evaluatie bleek dat de deelne-
15
mers inderdaad handvatten hadden gekregen om anders met werkdruk om te gaan en om duidelijker keuzes te maken. Voor de vervanging van zieke leerkrachten maakt Meerkring gebruik van de regionale invalpool van Partners in Onderwijs (PiO). PiO matcht de vraag van scholen naar vervangers met het aanbod van leerkrachten op zoek naar (tijdelijk) werk. Naast de regionale invalpool verzorgt PiO voor Meerkring ook de inzet en verantwoording van de eigen invalpool. Deze Meerkringinvalpool is een oplossing om boventallig personeel een werkplek te geven. Daarnaast kunnen vaste medewerkers via de eigen invalpool brede werkervaring opdoen. In 2013 maakten 2 medewerkers gebruik van deze pool. Door het inzetten van een eigen poolconstructie, kunnen de loonkosten van deze vaste medewerkers bij het Vervangingsfonds worden gedeclareerd. Payroll Meerkring heeft in 2013 geen gebruik gemaakt van uitzendkrachten. Wél heeft Meerkring leerkrachten ingezet via payrolling. Bij payrolling komt een tijdelijke medewerker in dienst van payrollorganisatie OSG en voert werkzaamheden uit voor Meerkring. De tussenkomst van een payrollorganisatie voorkomt dat Meerkring personele verplichtingen aangaat die op lange termijn de continuïteit van de organisatie in gevaar brengt. In 2013 werkten 30 mensen (deels) via payrolling bij Meerkring. Functiemix De functiemix kan vanaf 2010 rekenen op belangstelling bij Meerkring. De functiemix staat voor de CAO-regeling die leerkrachten meer carrièreperspectief biedt. Hieruit is de functie van Excellente Leerkracht ontstaan. In 2013 stelde Meerkring 9 nieuwe Excellente Leerkrachten aan. Hiermee is het totaalaantal Excellente Leerkrachten binnen Meerkring 44. Dat is een percentage van bijna 17% voor het reguliere onderwijs, 10% voor het speciaal basisonderwijs en 7,5% voor het (voortgezet) speciaal onderwijs. Het in de CAO beoogde percentage van 32% voor de reguliere basisscholen en 14% voor het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs met ingang van 1 augustus 2013 is hiermee nog niet behaald. Om de belangstelling voor de functie van Excellente Leerkracht te stimuleren, biedt Meerkring sinds 2012 speciale trajecten aan, welke nog niet geleid hebben tot de gestelde doelstellingen. In 2014 gaat Meerkring door met het aanbieden van deze trajecten. Dan wordt ook via een enquête onder leerkrachten verder onderzocht waarom de belangstelling voor de functie van Excellente Leerkracht achterblijft. Uitstroom en doorstroom In 2013 namen 22 personeelsleden met een vaste of tijdelijke aanstelling afscheid van Meerkring; 8 van hen gingen met (flexibel) pensioen, 7 vertrokken op eigen verzoek, 2 wegens arbeidsongeschiktheid, 3 wegens ongeschiktheid voor de functie en 2 om redenen van gewichtige aard. Negen medewerkers maakten promotie: zij maakten de overstap van Leerkracht naar Excellente Leerkracht.
Klachten In 2013 zijn de externe vertrouwenspersonen van Meerkring 8 keer ingeschakeld. In 6 gevallen betrof het een klacht/vraag van ouders. Alle klachten op één na zijn door de vertrouwenspersonen naar tevredenheid afgehandeld. Eén klacht leidt mogelijk tot een klacht bij de landelijke commissie Onderwijsgeschillen; het gaat hierbij om een ouder die de professionaliteit van de school omtrent het onderwijs aan haar kind in twijfel trekt.
Financiën
Cijfers 31-12 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving 2013 2012 Meerkring heeft het boekjaar 2013 met een positief resultaat afgesloten. Een financieel gezonde organisatie is een belangrijke Exploitatieresultaat 1.177 266 Begroting 0 0 basis voor goed onderwijs. In dit hoofdstuk lichten we toe hoe dit Kapitalisatiefactor 32,6% 29,7% resultaat tot stand is gekomen, wat de opmerkelijke verschillen Solvabiliteit 1 59,7% 53,8% zijn ten opzichte van de jaarcijfers 2012 (balans en exploitatie) en Solvabiliteit 2 62,9% 57,4% Liquiditeit 1,87 1,56 de begroting (exploitatie) en hoe de kengetallen zich hebben Rentabiliteit 4,4% 1,1% ontwikkeld. Daarnaast leggen we kort verantwoording af over de treasury activiteiten over 2013 en staan we stil bij het in control statement. Tot slot geven we de laatste meerjarenbegroting 2014-2016 op hoofdlijnen weer, conform de vereisten van het Ministerie van OCW met betrekking tot de continuïteit van Meerkring.
16
Analyse realisatie 2013 versus begroting 2013 Volgens de begroting 2013 zouden de baten en lasten elkaar in evenwicht houden. De realisatie wijkt hier sterk van af en is uitgekomen op een positief resultaat van € 1.227.000. Het verschil wordt veroorzaakt doordat de baten sterker zijn gestegen dan de lasten. Hierna wordt een nadere analyse gegeven van de meest opvallende afwijkingen tussen de realisatie 2013 en begroting 2013. Exploitatierekening 2013 (bedragen x € 1.000) Omschrijving Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Saldo fin. baten en lasten Resultaat
Begroot 2013 22.203 1.251 619 24.073 20.462 540 1.447 1.658 24.107 34 34 -
Realisatie 2013 23.629 1.315 1.536 26.480 21.186 556 1.629 1.942 25.313 1.167 10 1.177
Verschil 1.426 64 917 2.407 - 724 - 16 - 182 - 284 - 1.206 1.202 - 24 1.177
In % 6,4% 5,1% 148,1% 10,0% - 3,5% - 3,0% - 12,6% - 17,1% - 5,0%
*) door afronding op duizendtallen kunnen verschillen optreden t.o.v. de exacte bedragen
Baten De totale gerealiseerde baten vallen € 2.407.000 hoger uit dan begroot. Dit is een stijging van 10%. Deze stijging van de totale baten kan met name worden gevonden in de hogere rijksbijdragen en overige baten. De Rijksbijdragen van het Ministerie van OCW zijn ten opzichte van de begroting met € 1.426.000 (6,4%) gestegen. Als uitvloeisel van het Herfstakkoord heeft het Ministerie in het najaar extra bekostiging toegekend, die voor een belangrijk deel verantwoord moeten worden over het kalenderjaar 2013. Het gaat hier om onder andere de bijzondere aanvullende bekostiging. Voor het primair onderwijs werd een bedrag van € 183,90 per leerling beschikbaar gesteld. De bekostiging werd in december 2013 uitbetaald en de besteding hiervan diende op grond van deze regeling te worden verantwoord in de jaarrekening 2013. In totaal een bedrag van € 790.000. Daarnaast is extra subsidie toegekend voor de inzet van jonge leerkrachten. Voor schooljaar 20132014 bedroeg dit € 227.000. Hiervan is 5/12e deel toegekend aan 2013 (€ 95.000). Deze additionele (Nationaal Onderwijs Akkoord (NOA-)) middelen waren niet begroot. Andere posten die bijdragen aan de hogere Rijksbijdragen zijn de positieve correctie van de lumpsum 2013-2014, hogere personele groeibaten, gedeeltelijke vrijval van prestatieboxmiddelen 2011-2012, hogere baten leerlinggebonden financiering en niet begrote maar wel gerealiseerde baten van de lerarenbeurs en de subsidie voor professionalisering van schoolleiders. Dit verklaart ook ruim € 500.000. In 2013 zijn de Overige overheidsbijdragen per saldo € 64.000 (5,1%) hoger uitgekomen dan begroot. De gemeentelijke baten vallen per saldo lager uit doordat er onder deze post een terugbetaling is opgenomen met betrekking tot de schakelklassen. De cofinanciering vanuit de gemeente bleek achteraf te hoog doordat de middelen vanuit het Rijk hoger uitvielen. Daarentegen zijn de baten van overige overheidsbijdragen hoger dan begroot. Dit komt met name doordat de leerlinggebonden financiering vanuit het Regionaal Netwerk Passend Onderwijs (RNPOE) hoger uitvielen dan oorspronkelijk begroot. De Overige baten zijn € 917.000 hoger uitgekomen dan begroot. Bij de begroting is uitgegaan van een conservatieve inschatting van de overige baten. De overschrijding wordt met name verklaard door diverse incidentele baten waarmee tijdens het opstellen van de begroting geen rekening kon worden gehouden. Ook waren de bedragen nog niet bekend. Het gaat hier om onder andere een afrekening van het Laakcluster van de afgelopen jaren, de nabetaling van het RNPOE voor de Dr. A. van Voorthuysenschool over schooljaar 2011-2012 en schooljaar 2012/2013, diverse afboekingen bij de beginbalans 2013, de teruggaaf basispremie WAO/WIA en de bate m.b.t. de afwikkeling personele reserves van REaCtys. Deze bedragen zijn pas in of na 2013 bekend geworden. De afrekeningen van het RNPOE zijn begin november 2013 tijdens een kwartaaloverleg tussen de deelnemende partijen bekend geworden en bekrachtigd door alle deelnemende partijen. Bij dit zogenaamde experiment worden de werkelijke leerlingen (op tijdstip T=0) verrekend met het RNPOE.
17
Het hogere aantal leerlingen bij de vso-school (voornamelijk met mg-status) levert Meerkring een hoger bedrag op. Hiernaast is er een veelvoud aan kleinere bedragen ontvangen die niet waren begroot. De Financiële baten vallen € 22.000 lager uit dan begroot. In 2012 zijn nog diverse rentebaten ontvangen van spaarrekeningen die eerder waren opgezegd. Dit is niet meer van toepassing op 2013. Doordat Meerkring gebruik maakt van schatkistbankieren (om financiële risico‟s te beperken), is zij verplicht om al haar financiële middelen onder te brengen bij de Staat. De rentebaten bij de Staat zijn doorgaans lager dan bij een commerciële bank. Per eind december 2013 was in totaal € 3.000.000 weggezet op deposito‟s. Lasten De totale gerealiseerde lasten komen in 2013 € 1.206.000 hoger uit dan begroot. Dit is een stijging van 5,0% die vooral voortkomt uit hogere personele lasten. De Personele lasten overschrijden de begroting met € 724.000 en bestaan uit een tweetal categorieën: lonen en salarissen, sociale lasten, pensioenlasten gecorrigeerd voor ontvangen uitkeringen; en de overige personele lasten (waaronder vergoedingen aan derden). De lonen en salarissen, sociale lasten, pensioenlasten minus de uitkeringen overschrijden de begroting door een gemiddeld hogere inzet dan begroot door de tussentijdse instroom van leerlingen. De hogere inzet is verantwoord doordat er meer baten zijn ontvangen ten behoeve van het personeel. Ook zijn de premies voor sociale lasten en pensioenen gestegen. Deze stijging vond plaats na het opstellen van de kalenderjaarbegroting. De voornaamste stijging zit in de categorie Overige personele lasten. Hierin is de stijging opgenomen van payrolling. Deze vallen € 215.000 hoger uit doordat hier meer gebruik van is gemaakt. In de begroting was rekening gehouden met een inzet tot en met juli. Meerkring maakt gebruik van payrolldiensten om flexibeler te zijn (beter en sneller te kunnen omgaan met veranderende omstandigheden). Hiernaast worden risico‟s van personeelsinzet beter beheersbaar. De payrollorganisatie neemt het juridisch werkgeverschap en de verloning over van Meerkring. Andere oorzaak is de stijging van de inzet van derden. Dit wordt onder andere veroorzaakt door een verschuiving van salarislasten naar inzet van derden. Zo worden bijvoorbeeld een controller, een financieel medewerker, een hoofd financiën en een interimdirecteur extern ingehuurd. Al deze functies worden parttime ingevuld. De kosten van OSG, MEE, Bright Future school, PIO, Beheer Stichting CED-Groep zijn in deze rubriek geboekt. De categorie Afschrijvingen is € 16.000 hoger dan begroot. Een geringe afwijking in absolute bedragen. In 2013 is voor in totaal € 676.000 geïnvesteerd. Met name in inventaris en apparatuur (€ 415.000). In leermiddelen is € 238.000 geïnvesteerd. Desinvesteringen hebben vooral in overige materiële vaste activa plaatsgevonden: de boekwaarde van deze post is met € 9.000 afgenomen ten opzichte van 2012. In 2013 is een onderzoek gestart naar mogelijke normen/bandbreedtes voor de afschrijvingskosten, ook in relatie tot de materiële bekostiging. In het eerste kwartaal van 2014 wordt dit afgerond. In de herziene financiële kadernota wordt dit opgenomen. Vergeleken met de begroting vallen de Huisvestingslasten € 182.000 hoger uit. Onder andere de stijging in lasten van onderhoud en energie zorgen hiervoor. Onder de onderhoudskosten betreft dit styling/schilderwerk. De styling was niet begroot. De kosten van energie overschrijden de begroting door onder andere afrekeningen. Hiernaast zijn de overige huisvestingslasten hoger dan begroot, door de afrekeningen van het Laakcluster en De Bron. In de categorie Huisvestingslasten zijn er ook posten die de begroting onderschrijden. Dit geldt vooral voor de huurlasten en de heffingen. De categorie Overige lasten is eveneens hoger uitgekomen dan begroot. Het verschil bedraagt € 284.000, ofwel 17,1%. De hogere uitgaven ten opzichte van de begroting zijn hoofdzakelijk ontstaan door hogere uitgaven voor overige administratie- en beheer, reproductiekosten en telefoon- en portokosten. De overige administratie en beheer bevatten de advieskosten. Deze zijn ten opzichte van de begroting hoger uitgevallen. Het gaat hier onder andere om verbetertrajecten opbrengstgericht werken, restyling scholen, implementatie AFAS, procesbegeleiding integraal huisvestingsplan en begeleiding en invoering project „andere tijden‟.
18
Analyse realisatie 2013 versus realisatie 2012 De realisatie 2013 geeft een positief nettoresultaat van € 1.227.000. De realisatie over 2012 geeft een positief nettoresultaat van € 266.000. Het positieve verschil, ad € 961.000, wordt veroorzaakt doordat de baten sterker zijn gestegen dan de lasten. Hieronder geven we een nadere analyse van de meest opvallende afwijkingen van de realisatie 2013 ten opzichte van de realisatie 2012. Exploitatierekening 2012 – 2013 (bedragen x € 1.000) Omschrijving Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Saldo fin. baten en lasten Resultaat
Realisatie 2012 22.652 1.517 788 24.957 20.697 490 1.472 2.071 24.730 227 39 266
Realisatie 2013 23.629 1.315 1.536 26.480 21.186 556 1.629 1.942 25.313 1.167 10 1.177
Verschil 977 - 202 748 1.523 - 489 - 66 - 157 129 - 583 940 29 911
In % 4,3% - 13,3% 94,9% 6,1% - 2,4% - 13,5% - 10,7% 6,2% - 2,4%
*) door afronding op duizendtallen kunnen verschillen optreden t.o.v. de exacte bedragen
Baten De totale baten zijn ten opzichte van 2012 met € 1.523.000 (6,1%) gestegen. Vooral niet-geoormerkte Rijksbijdragen van het Ministerie van OCW en Overige baten zijn in 2013 sterk gestegen. Als uitvloeisel van het Herfstakkoord heeft het Ministerie in het najaar extra bekostiging toegekend, die voor een belangrijk deel verantwoord moeten worden over het kalenderjaar 2013 (€ 790.000). Daarnaast is extra subsidie toegekend voor de inzet van jonge leerkrachten (€ 95.000 heeft betrekking op 2013). Doordat Meerkring defensief/voorzichtig begroot, kunnen meevallers pas worden ingezet bij realisatie. Het strak sturen op de exploitatie werpt zijn vruchten af, waardoor inkomsten en uitgaven behoorlijk in evenwicht zijn. Deze ingeslagen weg wordt ook in 2014 gecontinueerd en verfijnd binnen de AO/IC processen van Meerkring. De Overige overheidsbijdragen en -subsidies zijn ten opzichte van 2012 met € 202.000 afgenomen. Binnen deze categorie vallen onder andere de van de gemeente ontvangen subsidiegelden voor OBD, Wereldwijzer en Schakelklassen. Ook subsidies voor zorg van het REC voor ambulante begeleiding en lgf en van het NIS voor de intern begeleider bijdrage zijn in deze categorie geboekt. Vooral de gemeentelijke subsidies zijn ten opzichte van 2012 teruggelopen. Een forse toename doet zich voor in de Overige baten. Ten opzichte van 2012 bedraagt de toename in 2013 € 748.000. De stijging wordt voornamelijk verklaard door diverse incidentele baten. Het betreft onder andere een afrekening van het Laakcluster van de afgelopen jaren, de nabetalingen van het RNPOE met betrekking tot de Dr. A. van Voorthuysenschool over schooljaar 2011-2012 en schooljaar 2012-2013, diverse afboekingen bij de beginbalans 2013, de teruggaaf basispremie WAO/WIA en de bate m.b.t. de afwikkeling personele reserves van REaCtys . Deze bedragen zijn pas in of na 2013 bekend geworden. Ook de bijdragen voor hoogbegaafd onderwijs (in de vorm van ouderbijdragen) en verhuuropbrengsten zijn in 2013 hoger uitgevallen dan het jaar daarvoor. Lasten De over 2013 gerealiseerde totale lasten zijn € 583.000 (2,4%) hoger dan de realisatie over 2012. Dit wordt grotendeels verklaard door de grootste lastencategorie, de personele lasten. Deze categorie is in 2013 met € 489.000 (2,4%) gestegen. Deze categorie bestaat uit salarislasten en overige personele lasten. De salarissen (brutoloon, sociale lasten -/- uitkeringen) zijn met € 122.000 (0,6%) gestegen ten opzichte van 2012. De hogere lasten worden voornamelijk veroorzaakt door de indexering van de lonen, gestegen premies voor sociale lasten en pensioenen en doordat veel personeelsleden ieder jaar een periodiek erbij krijgen. Daarnaast is er gemiddeld meer personeel ingezet door de tussentijdse instroom van leerlingen. De ontvangen uitkeringen van het Vervangingsfonds vallen overigens hoger uit dan in 2012. Meerkring maakt gebruik van extern personeel en van payrolldiensten om flexibeler te zijn en om risico‟s van personeelsinzet beter te beheersen. Deze kosten zijn opgenomen in de post 'Vergoeding aan derden'. Deze zijn in 2013 € 316.000 hoger dan de realisatie 2012. Het externe personeel heeft te maken met de
19
tijdelijke inhuur van een parttime controller en een interimdirecteur. Deze lasten stonden in 2012 nog verantwoord bij de salarislasten. De Afschrijvingen zijn toegenomen met € 66.000 (13,5%). De lopende afschrijvingen 2013 vloeien voort uit de investeringen zoals die verwoord zijn in het meerjareninvesteringsplan en het meerjarenonderhoudsplan. In 2013 is vooral geïnvesteerd in inventaris en apparatuur. De Huisvestingslasten zijn ten opzichte van 2012 met € 157.000 (10,7%) toegenomen. Gestegen zijn de kosten van onderhoud, energie, bewaking/beveiliging, tuinonderhoud en overige huisvestingslasten. Onder de onderhoudskosten betreft dit styling/schilderwerk. Energie is hoger door afrekeningen. Hiernaast zijn de overige huisvestingslasten hoger dan begroot door de afrekeningen van het Laakcluster en De Bron. Hier tegenover staan lagere kosten van huur, schoonmaak en heffingen. De categorie Overige lasten komt in 2013 € 129.000 (6,2%) lager uit dan in 2012, met name door lagere kosten van administratie en beheer. In deze rubriek zijn het de posten kantoorbenodigdheden, accountantskosten en overige administratie- en beheerskosten die lager uitkomen. In deze laatste categorie waren in 2012 de kosten van uitbesteding van de financiële administratie opgenomen. Deze zijn in 2013 opgenomen onder de salarislasten. Andere posten die achterblijven ten opzichte van 2012 zijn de kosten van leermiddelen, apparatuur en representatie. Financiële baten en lasten De financiële baten zijn in 2013 met 64% gedaald vergeleken met de realisatie 2012 en bedragen € 15.000. In 2012 waren de rentebaten hoger doordat in 2012 nog een rentebate voor de beleggingsrekening die in 2011 was opgezegd. Dit gebeurde nadat de jaarrekening 2011 was opgesteld. Hiermee werd deze bate genomen in 2012. De financiële lasten zijn met € 2.000 gestegen. Meerkring is enkele jaren geleden overgestapt op schatkistbankieren. De rentepercentages bij de Staat zijn doorgaans lager dan bij commerciële banken. In 2013 heeft Meerkring gedurende het jaar diverse deposito‟s weggezet en laten vrijgevallen. Ultimo 2013 staat er voor € 3.000.000 uit aan deposito‟s. Extra bekostiging Meerkring heeft een hogere lumpsum vergoeding personeel ontvangen door uitbetaling van de eenmalige bijzondere en aanvullende bekostiging 2013 en 5/12e deel van de bijzondere bekostiging jonge leerkrachten 2013-2014. Beide vloeien voort uit de afspraken die gemaakt zijn in het Nationale Onderwijs Akkoord (NOA) in het najaar van 2013. In maart 2014 heeft de minister een brief naar de Tweede kamer gestuurd, waarin duidelijk wordt dat er vanaf 2015 structureel geld naar het onderwijs vloeit. Nog niet duidelijk is, wat dit concreet gaat inhouden. In de meerjarenbegroting is geen rekening gehouden met eventuele extra gelden. Prestatiebox Meerkring heeft de middelen van de prestatiebox van het kalenderjaar 2012 toegevoegd aan de personele budgetten voor het schooljaar 2012-2013. In het schooljaar 2012-2013 zijn de werkgeverslasten fors gestegen nadat het functiebouwwerk van de scholen was vastgesteld. Meerkring heeft besloten om het functiebouwwerk intact te laten. De verhoging van de werkgeverslasten is gedeeltelijk gecompenseerd door het Rijk voor het schooljaar 2012-2013. Voor het kalenderjaar 2013 heeft Meerkring besloten om de prestatiebox 2013 aan de materiële budgetten toe te voegen. De middelen zijn ingezet voor cultuureducatie, professionalisering en opbrengstgericht werken. Opbrengstgericht werken Meerkring heeft van het ministerie subsidie ontvangen voor het project 'Versterken Opbrengstgericht Werken' waaraan alle Meerkringscholen meedoen. Het is een driejarig project waarbij op basis van meetbare gegevens de ontwikkeling van leerlingen wordt bijgehouden. Op basis van die gegevens wordt vervolgens het onderwijs zo aangepast dat de leerlingen optimaal presteren. Wat in twee zinnen is opgeschreven vereist in de praktijk een veranderende aanpak door de leerkrachten. Voor de begeleiding van het project heeft Meerkring vanaf 2010 een medewerker voor een dag per week beschikbaar gesteld om directeuren to ondersteunen bij het uitvoeren van het project binnen de school. Om het project Versterken Opbrengstgericht Werken verder te ondersteunen zijn ook in 2013 diverse kosten gemaakt, waaronder de kosten van het metamanagementsysteem (mms). Trainingen voor directeuren over opbrengstgericht leiderschap maken eveneens onderdeel uit van het project. In het eerste kwartaal van 2013 is de eindmonitoring van dit project naar de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) gezonden.
20
Bestemmingsreserve Door middel van een bestuursbesluit d.d. 8 mei 2014 heeft Meerkring besloten om met ingang van 3112-2013 een bestemmingsreserve te vormen voor de volgende risico‟s/uitgaven: Plan van aanpak/inzet naar hoogwaardige kwaliteitszorg Kosten plan van aanpak om tot basisondersteuning op de scholen te komen Personele formatiedekking/frictie voor de komende jaren. In totaal gaat het om ongeveer € 460.000.Ad 1. Plan van aanpak naar hoogwaardige kwaliteitszorg Binnen Meerkring is behoefte aan aansturing van de kwaliteitszorg met de focus op wat scholen willen, kunnen en moeten. Daarvoor is het gewenst dat er een Meerkring-breed eenduidig kwaliteitsbeleid komt, waarin voor iedereen duidelijk is welke taken en verantwoordelijkheden iedereen heeft en welke activiteiten daar bij horen. Deze eenduidigheid is een voorwaarde om met een heldere kwaliteitsmonitor permanent zicht te kunnen hebben op de gesteldheid van de kwaliteit op de scholen. Het streven is dat elke school haar populatie in kaart heeft, ambities stelt ten aanzien van de kwaliteit van haar onderwijs, rekening houdend met de referentieniveaus die de overheid eist. Deze ambities moeten vertaald worden in concrete doelen en opbrengsten, gerelateerd aan het instroomniveau. De daarop gebaseerde plannen van aanpak worden door directeuren met hun teams smart gemaakt, zodat iedereen precies weet hoe die ambities gehaald kunnen worden. Ad 2. Plan van aanpak om tot basisondersteuning op de scholen te komen Het samenwerkingsverband SWV de Eem heeft in zijn ondersteuningsplan het niveau van de basisondersteuning gedefinieerd en daarin tevens vastgelegd dat per augustus 2016 eraan voldaan moet zijn. Alle Meerkringscholen hebben van het College van Bestuur de opdracht gekregen om een plan van aanpak te schrijven dat aangeeft hoe de scholen gaan voldoen aan die basisondersteuning en wel binnen de gestelde termijn. Uit een uitgevoerde nulmeting en de bezoeken van de Onderwijsinspectie (2013 en 2014) is gebleken dat vele Meerkringscholen daar nog zeker niet aan voldoen. Nu al is duidelijk dat een (versnelde) verdiepingsslag nodig is met betrekking tot ondermeer handelingsgericht werken (HGW), werken met ontwikkelingsprofielen (OPP) en gedragsproblematieken. Het CvB wil dit schooloverstijgend oppakken door: Scholing via Meerkring Academie Inzet kwaliteitsmedewerker 2 dagen per week (vanaf 2015) Inzet ambulant begeleiders cluster 3 en 4 Ad 3. Reserve personele frictie Uit de meerjaren personele begroting blijkt dat voor de komende jaren de personele inzet de personele baten overstijgen. Vanaf 2017 zal dit tekort zijn verdwenen. Om dit tijdelijke tekort te kunnen dekken wordt de bestemmingsreserve gevormd. Hiernaast worden in de jaarlijkse planning & controlcyclus de meerjaren kengetallen gemonitord. Zo wordt elk jaar de geactualiseerde meerjarentrend van het weerstandsvermogen beoordeeld. Uit de laatste meerjaren integrale begroting blijkt dat dit kengetal t/m 2015 boven de door de stichting gehanteerde minimumnorm van 8% ligt.
21
Balans In onderstaande tabel is de balans per 31-12-2013 en 31-12-2012 opgenomen. bedragen x € 1.000 ACTIVA Materiële vaste activa (mva) Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Overige mva Totaal mva
31-12-‘13
31-12-‘12
PASSIVA
650 1.447 683 61 2.841
692 1.344 614 70 2.721
-
-
Vorderingen Debiteuren Ministerie OCW Overige vorderingen Overlopende activa Totaal vorderingen
265 1.142 168 245 1.820
1.143 96 1.239
Liquide middelen
4.630
4.155
Totaal activa
9.291
8.115
Financiële vaste activa
31-12-‘13
31-12-‘12
5.545 5.545
4.368 4.368
295 295
287 287
Kortlopende schulden Crediteuren Gem. huisvest. voorziening Belast., premies soc. verz. Schulden terz.v. pensioenen Ov. kortlopende schulden Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden
678 773 363 52 1.585 3.451
504 118 772 280 55 1.730 3.460
Totaal passiva
9.291
8.115
Eigen vermogen Eigen vermogen Voorzieningen Personele voorzieningen
Hierna staan de grootste afwijkingen tussen de stand per 31-12-2013 en de stand per 31-12-2012 kort toegelicht. Materiële vaste activa: ultimo 2013 is de stand: € 2.841.000. Dit is € 120.000 hoger dan ultimo 2012, vooral door een toename van de post inventaris en apparatuur. De totale investeringen in 2013 van € 676.000 hebben vooral betrekking op deze categorie (€ 415.000) en bestaan hoofdzakelijk uit computers, digiborden en beamers. De Meerkringscholen bieden modern onderwijs aan, die met ictmiddelen worden ondersteund. De toekomstverwachting is dat de investeringen ict gaan toenemen, omdat onderwijsontwikkeling sterk gekoppeld is aan moderne technologieën. De lopende afschrijvingen 2013 (€ 556.000) zijn lager dan de investeringen in 2013 (€ 676.000), waardoor de boekwaarde van de materiële vaste activa ultimo 2013 hoger uitkomt dan ultimo 2012. Aangezien onderhoud vanaf 2006 wordt geactiveerd met een afschrijvingstermijn van 15 jaar, blijft de boekwaarde oplopen tot eind 2020. Vorderingen: de totale stand van de vorderingen is met € 581.000 gestegen. Vergeleken met ultimo 2012 zijn de vorderingen op debiteuren, de gemeente, het Vervangings- en Risicofonds gestegen en zijn de posten nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde kosten in omvang toegenomen. Het blijft een momentopname. Liquide middelen: de stand van de liquide middelen is € 475.000 hoger ten opzichte van de stand ultimo 2012. De liquide middelen hebben betrekking op alle banken en kassen van alle scholen en de bovenschoolse organisatie van Meerkring. Op de hoofdrekening heeft Meerkring in 2013 groeibekostiging, prestatieboxmiddelen en bijzondere bekostiging ontvangen. Het kasstroomoverzicht 2013 is opgenomen in de jaarrekening. Eigen vermogen: de mutatie in het eigen vermogen betreft het resultaat over 2013. Voorzieningen: de voorziening jubilea kent eind 2013 een stand van € 295.000. In het kalenderjaar 2013 is een bedrag van € 37.000 onttrokken in verband met uitkeringen en € 45.000 gedoteerd. Kortlopende schulden: de kortlopende schulden zijn met € 9.000 afgenomen en op subtotaalniveau redelijk in lijn met de stand per 31-12-2012. Het betreft een „foto‟ per ultimo 2013. De schulden per 3112-2013 bestaan onder andere uit te betalen loonbelasting, te betalen vakantiegeld en crediteuren.
22
Kengetallen per balansdatum Cijfers en kengetallen Omschrijving
norm Meerkring
2013
2012
€ 1.177.333
Exploitatieresultaat
€
Begroting Min. 0,8
€ 265.830 -
€
-
Liquiditeit
vlottende active / kortlopende schulden
1,87
1,56
Solvabiliteit 1
(EV excl. voorzieningen) / passiva x 100%
Solvabiliteit 2
(EV incl. voorzieningen) / passiva x 100%
Min. 30%
59,7%
53,8%
62,9%
57,4%
Rentabiliteit
nettoresultaat / totale baten x 100%
0% - 5%
4,4%
1,1%
Weerstandsvermogen Kapitalisatiefactor
(EV - WA) / totale baten x 100% totaal vermogen / totale baten x 100%
Min. 8% Max. 35%
10,2% 32,6%
6,6% 29,7%
Vanuit de staat van baten en lasten en de balans kan een aantal kengetallen worden gehaald. De kengetallen over het kalenderjaar 2013 (in vergelijking tot de voorgaand jaar) zijn in bovenstaande tabel weergegeven. Meerkring heeft haar grenzen bepaald in de financiële kadernota. Liquiditeit: bij liquiditeit gaat het er om of Meerkring in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen to voldoen. Dit blijkt uit de verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden. Meerkring stelt een minimumgrens van 0,8. Evenals in 2012 voldoet Meerkring per ultimo december 2013 ruimschoots aan deze norm. Dit is vooral het gevolg van een toename van de uitstaande vorderingen. Solvabiliteit: bij de solvabiliteit gaat het er om in hoeverre een organisatie op lange termijn, ook in tijden van tegenspoed, aan haar verplichtingen kan voldoen. Meerkring stelt een minimumgrens van 30%. De solvabiliteitspositie is in 2013 sterk verbeterd door de toename van het eigen vermogen. Ook in 2012 voldeed de solvabiliteit ruim aan de minimumeis. Rentabiliteit: als indicator is de rentabiliteit een waardevol trendgegeven. Het nettoresultaat wordt uitgedrukt in een percentage van de totale baten. Te grote positieve verschillen roepen vragen op inzake het bestedingspatroon. Negatieve verschillen kunnen duiden op een te ruim financieel management, met mogelijke consequenties in de komende jaren. De rentabiliteit is in 2013 sterk gestegen door een aantal omvangrijke (niet begrote) incidentele baten. De waarde van het kengetal ligt onder de maximum(norm)waarde van vijf procent. Weerstandsvermogen: het weerstandsvermogen geeft aan in hoeverre Meerkring tegenvallers binnen de normale bedrijfsvoering kan opvangen. Het weerstandsvermogen wordt berekend door het eigen vermogen (minus de materiële vaste activa) te delen door de totale baten. Bekeken wordt in hoeverre de school zich een tekort kan permitteren in relatie tot de opgebouwde reserves. Het eigen vermogen is in 2013 sterk toegenomen. Hierdoor voldoet het weerstandsvermogen van Meerkring aan de minimum(norm)waarde. Kapitalisatiefactor: de commissie Don hanteert de kapitalisatiefactor voor het meten van de weerstand. De factor wordt als volgt berekend: (balanstotaal -/- boekwaarde gebouwen)/totale baten. Uitgangspunt in de beoordeling van de financiële positie zijn de volgende twee beheersaspecten: vermogensbeheer: de verantwoordelijkheid van een instelling om haar kapitaalbehoefte te bepalen en vervolgens te financieren; budgetbeheer: de capaciteit om tegenvallers op korte en middellange termijn op te vangen. In dat kader vindt de Commissie Don het noodzakelijk om een risicoanalyse en meerjarenbegroting op te stellen. De signaleringsgrens/bovengrens voor de kapitalisatiefactor is 35%. Dit percentage geldt voor grote besturen, waar Meerkring onder valt. Meerkring bevindt zich onder deze maximumgrens. Ten opzichte van het voorgaande jaar is het percentage met 2,9 procentpunt gestegen. Meerkring stelt ook een ondergrens van 25%. Hieraan wordt ruimschoots voldaan.
23
In control statement Planning & control Meerkring kent, als onderdeel van het managementbeheersysteem, een adequate planning & controlcyclus. Deze bestaat onder andere uit: Managementcontracten en -rapportages; Taakstellende (deel)begrotingen en budgetten; Meerjarenbegrotingen; Maandelijkse uitputtingsrapportages (in formatie en in geld); Periodieke rapportage met eindejaarprognose. Via het metamanagementsysteem (mms) kan, op schoolniveau en bovenschools, de onderwijskwaliteit worden gemonitord en tijdig bijgestuurd. Vanaf het boekjaar 2013 wordt de financiële boekhouding en de personeels- en salarisadministratie verwerkt in AFAS. In 2013 vinden diverse activiteiten bovenschools plaats en een deel van de salarisverwerking wordt uitbesteed. Het aanscherpen en bijstellen van de planning- & controlcyclus is een continu proces. Het bestuur onderkent dit. Ook in 2013 heeft verdere verfijning c.q. aanscherping hierop plaatsgevonden. Prestatiemanagement Het CvB is zich ervan bewust dat de snelheid waarmee veranderingen op Meerkring afkomen om een organisatie vraagt die adequaat kan inspelen op veranderingen en hiermee ook op de risico's. Op bestuurlijk niveau onderging Meerkring vanaf 2011 een grote verandering. De Wet Goed Onderwijs Goed Bestuur vereist namelijk dat besturen een scheiding aanbrengen tussen besturen enerzijds en toezicht houden anderzijds. Het bestuur van Meerkring is verder gegaan als RvT. Een professioneel CvB werd ingesteld. Formeel is dit ingegaan per 1 januari 2012. Risicomanagement Het managen van prestaties en onderliggende processen is slechts een van de twee pijlers van 'in control' zijn. Het proactief en continu onderkennen en beheersen van mogelijke risico's (risicomanagement) is de andere. Risico's worden daarbij gedefinieerd als bedreigingen en kansen die de realisatie van de gestelde doelen van Meerkring kunnen beïnvloeden. Het tijdig voorzien van deze risico's zorgt ervoor dat het management van Meerkring aan het stuur zit en kan bepalen of nadere acties noodzakelijk zijn. Meerkring kiest er voor om bij het onderkennen, rubriceren en beoordelen van relevante risico's en het bepalen van de te volgen beheerstrategie, dezelfde risico-indeling te hanteren als door de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen (Commissie Don) wordt toegepast. Risico's ten aanzien van aantal leerlingen Ondanks de groei van afgelopen jaren blijft dit een continu aandachtspunt. Het is immers de basis voor de bekostiging. Volgens de Commissie Don is dit risico niet beheersbaar. Risico's ten aanzien van kwaliteit van onderwijs Met de invoering van het mms heeft Meerkring een grote stap gezet in het beheersbaar maken van dit risico. Het early-warning-systeem maakt het mogelijk om risico's in een vroeg stadium te signaleren en hierdoor tijdig bij te sturen. Risico's ten aanzien van personeel Het doorgroeien naar een excellente, vraaggerichte kennisorganisatie vraagt veel van personeel en management. Het monitoren van de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand en de verhouding vast en tijdelijk personeel zijn maatregelen die het risico verkleinen op te hoge personeelslasten als gevolg van hoge inschaling en verminderde inzetbaarheid door de BAPO-regeling. Risico's ten aanzien van de organisatie Meerkring beschikt binnen het stelsel van de administratieve organisatie over een intern beheersingssysteem. De kwaliteit van dit systeem is het afgelopen jaar verder verbeterd. De belangrijkste verbeterstappen die in 2013 binnen de AO/IB zijn gezet zijn het volgende: Doorontwikkelen van de managementrapportages die in 2014 nadrukkelijker aandacht vergt. Managementinformatie is sinds medio 2013 sneller beschikbaar door de overstap naar AFAS. Daarom wordt de managementrapportage verder ontwikkeld, waarbij wordt gekeken naar zowel de producten (i.e. onderwerpen in de managementrapportage die van belang zijn voor het sturen op resultaten) als ook de onderliggende processen, zoals die beschreven worden in de AO/IB.
24
De liquiditeit wordt gemonitord en getoetst aan de begroting als vast onderdeel van de periodieke managementrapportages. Voor 2013 (en 2014) zijn liquiditeitsbegrotingen opgesteld. Risico's ten aanzien van huisvesting Voor het onderhoud wordt, op basis van een actueel meerjarig onderhoudsplan, gezorgd voor inzicht in de toekomstige lasten. Deze toekomstige lasten worden meegenomen in de jaarlijkse meerjareninvesteringsbegroting, zodat bekend is wat de toekomstige afschrijvingslast en het toekomstig vermogensbeslag wordt voor Meerkring. Risico's ten aanzien van inventaris en apparatuur Vervanging van bestaande inventaris door modernere middelen die voldoen aan de hedendaagse eisen, kan duurder uitpakken dan voorzien. Door aanbesteding en kwantumvoordeel kunnen de investeringen toch beheersbaar worden. Beide omstandigheden vertegenwoordigen een risico. De jaarlijks bijgestelde meerjaren investeringsbegroting geeft hier tijdig inzicht in. Hiernaast kan het voorkomen, als gevolg van politieke prioriteitstelling, dat de bekostiging achterblijft bij de normering, hetgeen leidt tot beperktere budgetruimte. Risico's met politiek-bestuurlijke achtergrond Bij invoering van nieuwe wet- en regelgeving kan het zijn dat de bekostiging niet wordt aangepast. Zo heeft bijvoorbeeld de bestaande milieuwetgeving gevolgen voor onderhoud en huisvesting, die niet in de bekostiging worden gecompenseerd. Een ander voorbeeld is het niet compenseren van de stijging van pensioenpremies in de bekostiging. Conclusie De conclusie is dat Meerkring de basis van de planning & control goed heeft ingericht. Risico's worden onderkend, waardoor tijdig maatregelen in gang kunnen worden gezet om deze tot een minimum te beperken. Verdere doorontwikkeling van managementrapportages is een basis om de risico's vroegtijdig te onderkennen. De inherente risico's met betrekking tot het onderwijs, onder andere veranderende wet- en regelgeving en politieke invloed op de bekostiging, blijven een continu aandachtpunt. Het bestuur is zich bewust van het belang en de noodzaak van risicomanagement en de continue bewaking en monitoring van de herkende risico's. Treasury Het in 2010 opgestelde treasurystatuut is in 2012 geactualiseerd. Gedurende 2013 heeft Meerkring haar overtollige middelen ondergebracht op termijndeposito‟s bij het Ministerie van Financiën, ook wel genoemd schatkistbankieren. Beleggen en belenen Meerkring heeft een beleid dat overtollige middelen worden belegd noch worden uitgeleend, omdat de risico's die daarbij horen niet passen binnen de doelstelling van de stichting. Toekomstparagraaf (continuïteitsparagraaf) Ontwikkeling Financiering De ontwikkeling van de financiering is in hoge mate afhankelijk van de instroom van kinderen op de Meerkringscholen. De verwachting voor de aankomende 3 jaar is dat het Meerkringaandeel stabiel blijft. Het bestuur houdt de ontwikkelingen nauwlettend in de gaten en waar nodig wordt bijgestuurd. Inspelen op een veranderde omgeving vraag om een CvB dat snel en adequaat wil inspelen op deze veranderingen zonder dat de kernwaarden van de organisatie in het geding komen. Meerkring kijkt met vertrouwen vooruit daar zij de eigen kracht kent en kan inspelen op de diversiteit van de omgeving. Meerjarenbegroting In het najaar van 2013 heeft Meerkring de meerjarenbegroting vastgesteld. Begin 2014 is deze op onderdelen herzien door gewijzigd inzicht en de snelle ontwikkelingen met betrekking tot het NOA. Hierna staan de bedragen op stichtingsniveau voor de jaren 2013-2016 weergegeven, gebaseerd op: De jaarrekening 2013; De vastgestelde begroting 2014; De meerjarenbegroting 2014-2018 (versie november 2013).
25
Meerjarenexploitatiebegroting (bedragen x € 1.000) Aantal leerlingen 1-10-(t-1)
Jaarrekening 2013
Vastgestelde begroting 2014
Begroting 2015 (uit meerjaren set)
Begroting 2016 (uit meerjaren set)
4.235
4.259
4.255
4.233
Baten 3.1 Rijksbijdragen OCW 3.2 Overige overheidsbijdragen en –subsidies 3.5 Overige baten Totaal baten
23.629 1.315 1.536 26.480
22.250 307 1.758 24.315
21.994 202 1.825 24.021
22.287 79 1.827 24.193
Lasten 4.1 Personeelslasten 4.2 Afschrijvingslasten 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige lasten Totaal lasten
21.186 556 1.629 1.942 25.313
20.886 507 1.391 1.562 24.346
20.770 544 1.399 1.574 24.287
20.883 528 1.407 1.585 24.403
Saldo baten en lasten
1.167
-31
-266
-210
10
31
31
31
1.177
0
-235
-179
Saldo financiële baten en lasten Nettoresultaat
*) door afronding op duizendtallen kunnen verschillen optreden t.o.v. de exacte bedragen
Uitgangspunten leerlingenprognose De geldende leerlingenprognoses volgen de gemeentelijke prognoses voor dat jaar, en worden gevalideerd op basis van de prognoses vanuit het Scenariomodel PO en door de directeuren. Elk jaar worden de leerlingenprognoses opnieuw bepaald en in een bestuursvergadering vastgesteld. Hierbij geldt: Leerlingenprognoses worden “behoudend” opgesteld. Trendbreuken (zowel positief als negatief) worden in principe na 3 jaar structureel meegenomen. De financiële meerjarenbegroting wordt elk jaar geactualiseerd. De nieuwe update van de meerjarenbegroting 2014-2018 zal naar verwachting medio 2014 worden opgesteld. Deze is voor 2014 naar achteren verschoven doordat de definitieve concrete uitwerking van de middelen vanuit het Nationaal Onderwijsakkoord (bedragen per bestuur, verplichtingen, etc.) nog op zich laten wachten. Meerjarenbalans per 31-12 (bedragen x € 1.000) 31-12-
2013
2014
2015
2016
ACTIVA Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen TOTAAL ACTIVA
2.841 1.820 4.630 9.291
3.158 1.820 4.313 9.291
3.295 1.820 3.941 9.056
3.361 1.820 3.696 8.877
PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden TOTAAL PASSIVA
5.545 295 3.451 9.291
5.545 295 3.451 9.291
5.310 295 3.451 9.056
5.131 295 3.451 8.877
*) door afronding op duizendtallen kunnen verschillen optreden t.o.v. de exacte bedragen
Toelichting De boekwaarde van de materiële vaste activa is voor de komende jaren bepaald aan de hand van het meerjaren investeringsplan. Deze wordt jaarlijks geactualiseerd. De vorderingen zijn gelijk gehouden aan de stand per ultimo 2013. Het betreft een momentopname. De stand van de liquide middelen zijn bepaald aan de hand van de investeringen in het meerjaren investeringsplan, de uitgaven vanuit het meerjaren onderhoudsplan (wordt jaarlijks geactualiseerd) en de begrote resultaten, gecorrigeerd met afschrijvingen. Het eigen vermogen muteert door de begrote resultaten. De voorzieningen zijn gelijk gehouden aan de stand per ultimo 2013. Het betreft een momentopname.
26
De kortlopende schulden zijn gelijk gehouden aan de stand per ultimo 2013. Het betreft een momentopname. Onderdeel van de meerjarenbegroting is de personele meerjarenbegroting. Die wordt vanuit schooljaren vertaald naar kalenderjaren. De fte‟s die zijn opgenomen in de meerjaren personele begroting zijn op schooljaar. Hieronder staan de fte‟s opgenomen voor de komende schooljaren, gebaseerd op het allocatiemodel 2013-2014 en de meerjaren personele begroting 2014-2019 (versie november 2013). ‘13-‘14 ’14-‘15 schooljaren Categorie 248,49 246,10 Onderwijzend personeel (OP) 38,35 34,04 Onderwijsondersteunend personeel (OOP) 28,46 28,15 Directeuren 315,30 308,29 Totaal In bovenstaande tabel zijn geen taakstellingen opgenomen
’15-‘16
’16-17
244,78 33,49
244,78 33,49
28,04 306,31
28,04 306,31
Risicomanagement In de vorige paragraaf is reeds aandacht besteed aan het risicomanagement binnen Meerkring als onderdeel van het in control statement. Risicomanagement maakt integraal deel uit van de jaarlijkse planning en controlcyclus.
27
Verslag Raad van Toezicht In dit hoofdstuk legt de Raad van Toezicht verantwoording af over zijn werkzaamheden. In 2013 heeft de Raad van Toezicht vijf keer vergaderd. Daarnaast kent de Raad van Toezicht drie commissies: de remuneratiecommissie, de kwaliteit onderwijs en de auditcommissie. Zij vormen het voorportaal van de vergaderingen van de Raad van Toezicht. De kwaliteitscommissie is in 2013 gestart met haar werkzaamheden en toegevoegd aan het toezichtstatuut. De Raad van Toezicht kent conform de statuten en het toezichtstatuut diverse goedkeuringsrechten. Op grond hiervan heeft de Raad van Toezicht in 2013 goedkeuring verleend aan: het Jaarverslag, de Jaarrekening 2012 en het accountantsverslag de jaarbegroting 2014 de meerjarenbegroting 2015-2018 in het besef dat deze begroting door veranderingen op rijksniveau bijgesteld moet worden het beleggen van het juridisch eigendom van multifunctionele accommodaties met twee of meer schoolbesturen bij de gemeente en het beleggen van dagelijks beheer en onderhoud bij een coöperatie van gebruikers conform conceptstatuten/oprichtingsakte aansluiten bij het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs V (S)O overdracht juridisch eigendom pand De Vlindervallei het rooster van aftreden van de Raad van Toezicht Er zijn geen voorgenomen besluiten van het College van Bestuur geweest die door de Raad van Toezicht zijn afgekeurd, wel zijn op sommige punten suggesties gedaan. De Raad van Toezicht heeft in de vergadering van december 2013 uitgebreid stil gestaan bij de landelijke en lokale ontwikkelingen met betrekking tot onderwijshuisvesting. Hij heeft zich laten informeren over de stand van zaken ten aanzien van het integraal huisvestingsplan (IHP) en het College van Bestuur voorzien van gevraagd advies over verder te nemen stappen en de consequenties daarvan. Ook is gesproken over het eigendom- en beheermodel van multifunctionele accommodaties. Andere onderwerpen waar de Raad van Toezicht over geïnformeerd is en van gedachten heeft gewisseld met het CvB zijn onder andere het bestuursformatieplan, passend onderwijs, de evaluatie van het niet doorgezette fusieproces met stichting Eem-Vallei Educatief, de financiële risicoanalyse, het aantal leerlingen, duurzaamheid en werkdruk en de kwaliteit van de scholen met in het bijzonder de situatie van De Magneet. De Raad van Toezicht constateerde verder met tevredenheid dat het beleid van het CvB inzake de zwakke scholen binnen Meerkring tot het predicaat basisarrangement geleid heeft. De zelfevaluatie van de Raad van Toezicht heeft begin 2014 plaatsgevonden. Afgesproken is dat in 2014 gewerkt wordt aan verdere verbetering van de governance en het Raad van Toezichtmodel. Ook wordt in 2014 het toezichtplan verfijnd. De Raad van Toezicht voelt zich betrokken bij de Meerkringscholen en heeft in 2013 de scholen Joost van den Vondel, De Dubbelster, Dr. M. van der Hoeveschool, Dr. A. van Voorthuysenschool, De Meander, De Gondelier, De Border en De Bieshaar bezocht. Met deze bezoeken staat de Raad van Toezicht met leerkrachten en management stil bij vraagstukken die op de scholen leven. Ook zijn diverse andere bijeenkomsten bezocht binnen en buiten de Meerkring. Leden van de Raad hebben in 2013 ter bevordering van hun deskundigheid deelgenomen aan diverse bijeenkomsten van de Vereniging voor Toezichthouders in het Onderwijs (VTOI). Leden van de RvT voeren jaarlijks een gesprek met belangrijke stakeholders zoals de GMR en de wethouder van onderwijs van de gemeente Amersfoort. In 2013 hebben beide gesprekken plaatsgevonden. Werkzaamheden commissies De remuneratiecommissie gaf in 2013 de leden van het CvB aan de hand van vooraf gemaakte afspraken, die schriftelijk zijn vastgelegd, een positieve beoordeling.
28
De auditcommissie kwam twee maal bijeen in aanwezigheid van het lid CvB C. van den Brink en de controller en had als aandachtspunten: - de jaarrekening 2012; - het bespreken van de financiële managementrapportages; - de meerjarenbegroting; - de uitgevoerde acties op de managementletter; - het Due Dilligence Rapport inzake het toen voorgenomen fusieproces van Eem-Vallei Educatief. De commissie kwaliteit onderwijs heeft zich in 2013 gebogen over het functioneren van de interne kwaliteitszorgsystemen, de onderwijskundige informatieverschaffing en de afstemming tussen de verschillende beleidsplannen en het toezichtplan. De commissie kwaliteit onderwijs kwam in 2013 twee keer bijeen in aanwezigheid van het voltallige CvB. Samenstelling en vernieuwing Raad van Toezicht In 2013 is afscheid genomen van André de Jonge en voorzitter Hennie de Boer. Wij danken hen hartelijk voor alle werkzaamheden die zij voor Meerkring hebben verricht. In 2013 zijn vier nieuwe leden via een open procedure geworven, zijnde Lex van Eijndhoven, Liesbeth Hörmann, Ingrid Groenendijk en Petra Hoogerwerf. Met hun komst bestaat de Raad van Toezicht nu uit zeven leden. Besloten is om de heren Scholman en De Nie te vragen tot eind 2014 aan te blijven om tot een goede overdracht te komen voor de nieuwe leden. De Raad van Toezicht heeft haar taken in 2013 in onafhankelijkheid kunnen uitvoeren. Er hebben zich geen situaties van belangenverstrengeling voorgedaan. Vanwege de voorgenomen fusie van De Kosmos met Meerkring is besloten dat de heer De Nie onderdeel zal uitmaken van de Raad van Toezicht van De Kosmos. Overzicht samenstelling Raad van Toezicht per 1 augustus 2013 Naam/deelname comAandachtsgebied (Neven)functies missies Petra Hoogerwerf (1969) Voorzitter
Strategie, organisatie, governance, eindverantwoordelijk
-
Chris de Nie (1956) Vice-voorzitter Remuneratiecommissie
Onderwijs & Beleid
-
Hans Scholman (1953) Auditcommissie
Financiën & bedrijfsvoering
-
Ingrid Groenendijk ** (1964) Commissie kwaliteit onderwijs Liesbeth Hörmann (1949) Remuneratiecommissie
Lex van Eijndhoven (1970) Auditcommissie
(jeugd)zorg
-
Personeel & Organisatie
-
Financiën & bedrijfsvoering
-
29
eigenaar Veleda advies associe van Lysias advies bestuurslid bij VSO Statenlid provincie NoordHolland Themadeskundige Onderwijs Ministerie Buitenlandse Zaken Lid Raad van Toezicht De Kosmos Hoofd P&O Smink Afvalverwerking Amersfoort Financieel adviseur ACEC Nederland BV Directeur P&O Reinaerde Lid Raad van Advies Utrechtzorg zelfstandig manageradviseur Hörmann Consult partner van Cretio lid RvT Theater de Lievekamp te Oss voorzitter Stichting W817.nu voorzitter Stichting Insomnio Directeur efficiency gemeente Rotterdam Lid RvT Cardia Lid RvT Longfonds Lid rekenkamer Breda Voorzitter Groene Hartreken-
Aantal bijgewoonde vergaderingen 2/5
4/5
5/5
5/5
4/5
4/5
kamer Marton de Pinth (1962)* Commissie kwaliteit onderwijs
Onderwijs
-
-
Directeur-Bestuurder PROO Leiden Voorzitter Stichting De Digitale Sleutel Vice-voorzitter Coöperatie Ambulant Educatieve Dienst Lid Bestuur WSNS 2801 Vice-voorzitter en secretaris SWV Passend Primair Onderwijs regio Leiden Lid bestuur REC West Den Haag
4/5
* voordracht oudergeleding GMR ** voordracht GMR Rooster van aftreden per 31.12.2013 Lid RvT m/v Ingangsdatum Petra Hoogerwerf (voorzitter) V 1.9.2013 Chris de Nie (vice-voorzitter) M 1.1.2012 Hans Scholman M 1.1.2012 Marton de Pinth M 1.8.2012 Liesbeth Hörmann V 1.1.2013 Ingrid Groenendijk V 1.1.2013 Lex van Eijndhoven M 1.5.2013
Aftreden 1.1.2017 1.1.2015 1.1.2015 1.1.2016 1.1.2017 1.1.2017 1.1.2017
Bezoldiging RvT en CvB De vergoedingen voor de leden RvT lagen onder de richtlijn van de VTOI, en bedroegen € 2000 voor leden en € 2500 voor de voorzitter. De leden van het College van Bestuur zijn ingeschaald conform de CAO Primair Onderwijs. De leden van het CvB ontvangen geen bonus en verrichtten geen betaalde nevenfuncties. Decharge Alles wat aan dit jaarverslag ten grondslag ligt is getoetst en goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Daarmee hebben wij getoetst of de organisatie zich adequaat kwijt van haar taak om kwalitatief goed onderwijs te garanderen. Wij hebben daarmee dit jaarverslag goedgekeurd.
Colofon Dit is een uitgave van Stichting Meerkring, Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort Redactie Christian van den Brink, Else Rietveld, Marc Beekhuizen, Willem Kuijpers Redactieadres Hogeweg 31a 3814 CC AMERSFOORT telefoon (033) 479 98 17 e-mail
[email protected] website www.meerkring.nl
30
Bijlage 1 – Missie en visie Meerkring In 2007 heeft Meerkring opnieuw de missie en visie vastgesteld en vormgegeven. Door het voeren van veel gesprekken met ouders en leerkrachten heeft het bestuur stilgestaan bij de kerndoelen van de organisatie. Meerkring gelooft in ieders kracht... Meerkringscholen zorgen voor eigentijds, maatschappelijk betrokken onderwijs in een veilige leeromgeving. Kinderen worden gestimuleerd te ontdekken wie ze zijn, wat ze kunnen en wat ze willen. Leerkrachten geven ieder kind persoonlijke aandacht en betrekken ouders bij het leerproces. ... en gaat uit van gezamenlijke verantwoordelijkheid Samen wordt gewerkt aan een inspirerende sfeer die enthousiaste en trotse kinderen oplevert. Kinderen die het beste uit zichzelf halen, weten wat inzet, respect voor elkaar en een gezamenlijke verantwoordelijkheid betekent. Meerkringscholen bouwen en vertrouwen op de kracht van leerlingen, leerkrachten, ouders en samenleving. Dit doen de Meerkringscholen: Ontwikkelen Meerkringscholen dragen de nodige kennis aan om kinderen zo goed mogelijk voor te bereiden op vervolgonderwijs. De leerkrachten leren kinderen gebruik te maken van hun talenten en kwaliteiten en stimuleren hen deze verder te ontwikkelen. Veel aandacht is er voor cognitieve en sociale ontwikkeling. En daarnaast ook de creatieve, expressieve, motorische en muzikale ontwikkeling. Uitgangspunt is wat het kind kan, niet wat het kind niet kan. Ontmoeten Op Meerkringscholen wordt de ontmoeting actief gestimuleerd. Ontmoeting tussen de veelkleurigheid in de maatschappij, cultuur en levensbeschouwing van mensen; kinderen, leerkrachten, ouders en de wereld om hen heen. In Meerkringscholen hebben verschillen juist een meerwaarde en is er ruimte en respect voor ieders overtuiging. Kinderen worden rijker van deze ontmoetingen en leren denken in gelijkwaardigheid. Ontplooien Meerkringscholen laten kinderen zien dat de wereld groter is dan thuis en school. Kinderen worden opgevoed naar democratisch burgerschap en voorbereid op de uitdagingen van de maatschappij waarin ze leven. Zodanig dat ze zich erin thuis voelen en er volwaardig aan deelnemen. Meerkringscholen vinden het belangrijk dat kinderen leren nadenken en leren hoe ze hun eigen gefundeerde mening kunnen vormen. Zo beginnen kinderen hun eigen leven zelf vorm te geven. Opvoeding Meerkringscholen vinden dat opvoeden in beginsel de taak is van ouders. Op school komen kinderen echter andere omstandigheden tegen dan thuis. Meerkringscholen zien zichzelf als verlengstuk van ouders en zien het als taak een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het sociale en emotionele gedrag van kinderen. Meerkringscholen weten wat normen en waarden betekenen, zoals verdraagzaamheid en solidariteit. En hoe je daarmee omgaat in de klas, op school en daarbuiten. Omgeving en veiligheid Meerkringscholen zorgen voor een veilige omgeving. Een plek waar wordt geluisterd en waar iedereen serieus wordt genomen. Een plek die ruimte biedt aan iedereen. Waar aandacht is voor gezondheid, sporten en verantwoord eten. Een sfeervolle omgeving met duidelijke leefregels en structuur, waar iedereen zich prettig voelt. Opvang en zorg Meerkringscholen volgen ieder kind op de voet en zorgen voor een persoonlijke, zorgvuldige opvang en begeleiding. Elk kind is verschillend, heeft een ander tempo of temperament, is soms hoogbegaafd of misschien zwakker begaafd, heeft dyslexie of een (lichte) vorm van autisme. Meerkringscholen zorgen voor passend onderwijs dat nauw aansluit bij de behoefte van ieder kind. Kernwaarden voor Meerkringscholen zijn: Open
31
Contrastrijk Verfrissend Samenwerkend Stimulerend Zelfredzaam Kwaliteit
32
Bijlage 2 – Jaarverslag GMR 2012-2013 In onderstaand verslag vertelt de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad) van Stichting Meerkring in Amersfoort over haar activiteiten in het verslagjaar 2012-2013. Het eerste deel is voornamelijk gericht op de nieuwe samenstelling en vormgeving van de GMR zelf. Het tweede deel richt zich op de inhoud en doet de GMR kort verslag over haar activiteiten die voortkomen uit haar wettelijke taken.
Een slagvaardige en professionele GMR In het schooljaar 2012-2013 heeft de GMR hard gewerkt aan de totstandkoming van een nieuwe structuur. Destijds heeft de GMR vastgesteld dat de verkleining van de GMR (van 16 leden naar 8 leden) een belangrijke bijdrage zou kunnen leveren aan het vergroten van de slagkracht van de GMR. Dit schooljaar is er voor het eerst gewerkt in de nieuwe samenstelling en is gebleken dat de kleinere samenstelling gezorgd heeft voor een verbetering van de effectiviteit van vergaderen. Tevens is gebleken dat de bezetting in de huidige situatie stabieler is dan toen de GMR uit meer leden bestond. Ook dit komt de effectiviteit, continuïteit en kwaliteit ten goede. Daarnaast heeft de GMR ervoor gekozen de bestaande werkgroepen personeel en financiën uit te breiden met een werkgroep fusie en een benoemingsadviescommissie (voor de leden van de RvT). Hierdoor kregen alle GMR-leden een eigen inhoudelijke rol, waar zij hun expertise en kennis in kwijt konden. Dit heeft ervoor gezorgd dat zowel de kwaliteit als slagvaardigheid van advisering/instemming kon worden vergroot. Het CvB heeft aangegeven zeer tevreden te zijn over de professionaliseringsslag die de GMR heeft gemaakt. Volgens hen is er een betere terugkoppeling, vindt er regelmatig vooroverleg plaats, is de opbouw van de agenda goed en is het overleg constructief. Zij zien de GMR als positief kritisch. Als verbeterpunt noemt het CvB meer diepgang in de kennis over wat er in het onderwijs en op maatschappelijk gebied speelt. Deze verdieping kan plaatsvinden door het organiseren van themaavonden. De GMR heeft de mogelijkheid van thema-avonden zelf ook al onderzocht en wil hier komend schooljaar invulling aan geven. Een tweede aandachtspunt blijft de communicatie tussen de geclusterde MR‟en en het afgevaardigde GMR-lid. In het Reglement Medezeggenschap Meerkring staat een uitwerking van de communicatie tussen de clusterscholen. In het kort komt het er op neer dat het GMR-lid voorafgaand aan de vergadering de stukken die hij/zij ontvangt doorstuurt naar de contactpersonen van de beide MR‟en en de vragen/opmerkingen van deze MR‟en inventariseert en inbrengt tijdens de GMR-vergadering. Na afloop van de vergadering ontvangt het afgevaardigde lid uiterlijk een week na de vergadering de conceptnotulen en zorgt hij/zij ervoor dat de contactpersonen van beide MR‟en deze conceptnotulen ontvangen. Indien gewenst geeft hij/zij nog een toelichting. Tevens kan indien gewenst het afgevaardigde GMR-lid worden uitgenodigd op een vergadering van een van de MR‟en. Om de betrokkenheid en herkenbaarheid van de MR‟en te vergroten heeft de GMR besloten komend schooljaar een bijeenkomst te organiseren voor de GMR en (een afvaardiging van) alle MR‟en.
Activiteiten voortkomend uit de wettelijke taken van de GMR Het bestaansrecht van een GMR is geregeld in artikel 4 van de Wet Medezeggenschap Scholen (WMS). Dit schooljaar heeft de GMR haar WMS-statuut en GMR-reglement geactualiseerd en verder aangepast aan de nieuwe situatie. De GMR is paritair samengesteld uit vertegenwoordigers namens personeel en namens ouders (zie onderstaand voor een overzicht van alle leden van de GMR in het verslagjaar en voor schooljaar 2013-2014). De GMR heeft instemmingsrecht of adviesrecht en heeft dit verslagjaar positief geadviseerd over of ingestemd met: de begroting 2013, de meerjarenbegroting 2013-2017, de formatiekadernota 20132014, het jaarplan 2013, de financiële kadernota 2013, de fusie met De Kosmos, het allocatiemodel 2013-2014, krimpscenario‟s 2013, Lief en leed, capaciteit in balans 2011-2014 (addendum 2013) en de Brede School en IKC.
33
Tot slot wil de GMR een aantal besproken items van dit verslagjaar nader toelichten, te weten: gesprekkencyclus leerkrachten, fusie Eem-vallei Educatief, nieuw samenwerkingsverband en Ondersteuningsplan Raad, Lief & Leed en andere schooltijden. Gesprekscyclus beoordeling leerkrachten Meerkring wil haar personeel nog verder professionaliseren. Daarom is er binnen Meerkring een verbeterde gesprekscyclus ingevoerd. De cyclus heeft tot doel om objectiever naar competenties en gedrag van leerkrachten en andere personeelsleden te kijken en om gesprekken aan te gaan tussen personeelsleden en de directie. Het grote verschil tussen de huidige methode en de nieuwe gesprekscyclus is dat er voortaan vooraf doelen worden bepaald. Ook worden er vaker gesprekken gevoerd en is de beoordeling anders opgebouwd. Fusie Eem-Vallei Educatief Vorig schooljaar heeft de GMR een intentieverklaring afgegeven voor de fusie met Eem-Vallei Educatief. Dit schooljaar is verder onderzocht en bekeken of de fusie daadwerkelijk plaats zou gaan vinden. Op basis van de uitkomsten van de vooronderzoeken over de haalbaarheid van een fusie tussen de stichtingen Meerkring en Eem-Vallei Educatief heeft de Regiegroep in de laatste bijeenkomst voor de kerstvakantie besloten de besturen voor te stellen niet langer te koersen op de meest vergaande vorm van samenwerking, zijnde een bestuurlijke fusie. De fusie zal op dit moment niet door gaan, maar wordt op langere termijn niet uitgesloten. Wel wordt er nu al gekeken naar alternatieve mogelijkheden voor samenwerking. Daarbij wordt gedacht aan samenwerking tussen beide stichtingen op het terrein van: positionering openbaar onderwijs in Amersfoort en de regio samenwerking op directieniveau samenwerking op het terrein van onderwijsontwikkeling gezamenlijke implementatie van administratiesystemen en bedrijfsvoering samenwerking bestuur bureaus (personeel en financieel) personeelsbeleid (mobiliteit, detachering etc.) Passend Onderwijs (inzet kennis van SBO en SO en samenwerking). Nieuw samenwerkingsverband en Ondersteuningsplan Raad (OPR) Het nieuwe samenwerkingsverband PO De Eem omvat 6 gemeenten, 31 schoolbesturen, 118 scholen en circa 30.000 leerlingen. Het nieuwe samenwerkingsverband PO De Eem zal per 1 augustus de taken overnemen van drie bestaande samenwerkingsverbanden in deze regio. Bij het samenwerkingsverband hoort ook een OPR. Om te komen tot deze OPR is er dit schooljaar een voorlopige OPR opgericht die gaat bepalen hoeveel leden de OPR zal gaan krijgen, hoe een adequate afvaardiging gerealiseerd gaat worden, aan welke profielen de OPR-leden dienen te voldoen en uiteindelijk zal de VOPR ook verkiezingen o.i.d. organiseren. De VOPR bestaat uit: Angelien Ruizendaal (ouder, lid GMR Vereniging Scholen met de Bijbel Bunschoten-Spakenburg), Louisa ter Beek (personeel, lid GMR Vereniging Scholen met de Bijbel Bunschoten-Spakenburg), Addy van der Linden (ouder, voorzitter GMR Stichting PCBO Baarn-Soest) en Regina Gadellaa (personeel, voorzitter GMR Stichting Meerkring). Lief & leed Nieuw dit jaar is het beleidsdocument „Lief & leed‟. Hierin wordt een kader aan gegeven waarbinnen verschillende attenties op alle Meerkringscholen geregeld kunnen worden. De richtlijnen hebben betrekking op: afscheid Meerkringpersoneel jubilea ernstige ziekte overlijden huwelijk en geboorte directieoverleg – teambuilding schooljubilea.
34
Andere schooltijden Dit schooljaar is er een start gemaakt met de oriëntatie op andere schooltijden. De achterliggende gedachte hierachter is dat er een betere afstemming dient te komen tussen de onderwijsbehoeften van de leerlingen, het dagpatroon van de huidige tweeverdieners en met de aansluiting en samenwerking met de buitenschoolse opvang. Stichting ABC heeft het besluit genomen om Amersfoort breed over te willen gaan naar het 5-gelijke dagen model. Komend schooljaar zal hier inrichting aan worden gegeven. Al met al kan geconcludeerd worden dat de GMR een divers, druk, fascinerend, diepgaand en goed jaar heeft gehad. Graag gaan we komend schooljaar op deze constructieve manier verder. Afgevaardigde GMR-leden 2012-2013 Cluster
Afgevaardigde
School
Geleding
Dr. M. van der Hoeveschool Dr. A. van Voorthuysenschool
Regina Gadellaa
Dr. M. vd Hoeve
personeel
De Vlindervallei De Achtbaan
Luc van der Meer
De Achtbaan
personeel
De Wiekslag/De Albatros 't Spectrum
Annemiek Volkers
De Wiekslag
personeel
De Dubbelster De Meander
Yvonne Hasperhoven
De Meander
personeel
De Magneet Joost van den Vondel
Mark Swaanen
Joost van den Vondel
ouder
Atlantis De Gondelier
Frederik Schukken
De Gondelier
ouder
De Border De Bieshaar
Jessica den Hollander
De Bieshaar
ouder
De Weesboom De Zevensprong/ Leonardo Eemland
Paula van Dijk
De Zevensprong
ouder
Cluster
Afgevaardigde
School
Geleding
De Weesboom De Zevensprong/ Leonardo Eemland
Ilja Bakker
Leonardo Eemland
personeel
De Vlindervallei De Achtbaan
Luc van der Meer
De Achtbaan
personeel
De Wiekslag/De Albatros 't Spectrum
Annemiek Volkers
De Wiekslag
personeel
De Dubbelster De Meander
Yvonne Hasperhoven
De Meander
personeel
De Magneet Joost van den Vondel
Mark Swaanen
Joost van den Vondel ouder
Atlantis De Gondelier
Frederik Schukken
De Gondelier
ouder
De Border De Bieshaar
Jessica den Hollander
De Bieshaar
ouder
Dr. M. van der Hoeveschool Dr. A. van Voorthuijsenschool
Anthony van der Veer
Dr. M. vd Hoeve
ouder
Afgevaardigde GMR-leden 2013-2014
35