ANTWERPSE VOLLEYBAL FEDERATIE VZW GEWEST ANTWERPEN VZW
VOORSCHRIFTEN HOMOLOGATIE
GEWEST ANTWERPEN
1
INHOUD. Hoofdstuk 1. Procedure betreffende homologatie in de gewestelijke reeksen. 1.1 Doel. 4 1.2 Wie geeft zaal en terrein op voor aanvang seizoen? 4 1.3 Hoe wordt zaaltype en terrein bepaald? 4 1.4 Uitwijken naar andere zaal. 5 1.5 Onderbreken van een wedstrijd, spelen op een ander terrein. 5 1.6 Sancties als er gespeeld wordt op een niet gehomologeerd terrein. 5 1.7 Geldigheidsduur homologatiebewijs 5 1.8 Naleven van de homologatievoorschriften 6 1.9 Drankgelegenheden in de zaal 6 1.10 Administratieve ruimte 6 Hoofdstuk 2.
Vigerende homologatiereglementen, afwijkend van de Internationale spelregels.
2.1 Minimum vereiste code per provinciale reeks. 2.2 Afmetingen.) 2.2.1. Vrije zone (codevolgorde 1). 2.2.2 Hoogte (codevolgorde 2 ). 2.3. Verlichting (codevolgorde 3). 2.3.1. Normen voor de verlichting. 2.3.2. Meten van de juiste lichtsterkte. 2.4. Vloerbedekking van het speeloppervlak (codevolgorde 4). 2.4.1. Normen van de vloerbedekking. 2.4.2. Betreden van het speeloppervlak. 2.5. Lijnen en kleur van de lijnen. (codevolgorde 5). 2.5.1. Normen. 2.6. De opslagzone. 2.7. De strafzone. 2.8. De opwarmzone. 2.9. De palen. 2.10. Afstand tussen paal en zijlijn terrein (codevolgorde 6). 2.10.1. Afwijkende normen. 2.11. Het net. 2.12. De zijbanden. 2.13. De antennes. 2.14. Reclame in de speelruimte. 2.15. De wedstrijdballen. 2.16. Het scorebord. 2.17. De temperatuur. 2.18 De nummerplaatjes (voor spelerswissels). 2.19. De scheidsrechtersstoel (codevolgorde 7 ). 2.19.1. Normen. 2.20. Vlaggen voor de lijnrechters. 2.21 Reclameborden. 2.22. E H B O verbandkoffer (codevolgorde 10). 2.23. Kleedkamer spelers (codevolgorde 8). 2.23.1 Normen 2.24. Kleedkamers scheidsrechters (codevolgorde 9). 2.24.1. Normen 2.25. Boeten betreffende homologatie en materialen
7 7 7 8 8 8 8 9 9 9 9 9 10 10 10 10 10 10 10 11 11 11 11 11 11 11 11 12 12 12 12 13 13 13 13 14 2
Verschillende zaaltypes.
Bijlage 1
Legende van de codes.
Bijlage 2
Aanvraagformulier homologatie
Bijlage 3
Invulformulier technische gegevens
Bijlage 4
Dit is een versie aangepast aan het gewest Antwerpen. Aanpassing gewest Antwerpen goedgekeurd op de bestuursvergadering van 27/03/2007 en ogenblikkelijk van toepassing. Verantwoordelijke homologatie Gewest Antwerpen Kurt Mariën
3
Hoofdstuk 1: Procedure betreffende homologatie in de gewestelijke reeksen. 1.1.
Doel.
Het doel van deze procedure is de clubs uit de gewestelijke reeksen op de hoogte te brengen van de vigerende normen en richtlijnen betreffende de homologatie van hun speelterrein. Bij inschrijving en deelname aan de gewestelijke competitie en de beker van het gewest Antwerpen onderschrijft de club automatisch de bepalingen die vervat zijn in onderhavige procedure. De respectievelijke gewestbesturen staan in voor de homologatie van de terreinen voor de gewestelijke reeksen en de regionale reeksen . De clubs worden dan ook geacht de inhoud van deze procedure te kennen. Om officiële wedstrijden te mogen spelen, moet het terrein waarop zal gespeeld worden gehomologeerd zijn. 1.2
Wie geeft zaal en terein op voor aanvang seizoen? Het zijn de clubsecretarissen die op het inschrijvingsformulier voor het volgende kampioenschap voor hun club, de naam, het adres, zaaltype en het terrein moeten opgeven.
1.3
Hoe wordt zaaltype en terrein bepaald?
1.3.1. Het zaaltype wordt bepaald aan de hand van de meest voorkomende types zalen (van 1 t/m 9) met hun terreinen die men in bijlage 1 vindt. Is volgens U geen van de vermelde types van toepassing, dan wordt een situatieschets in bijlage toegevoegd. 1.3.2. Om het terrein te bepalen waarop men de wedstrijden zal betwisten gaat men er steeds vanuit dat de in/uitgang van de toeschouwers zich op de linker, de onderste of de rechter lijn bevindt, nooit op de bovenste. VOORBEELD
Zaaltype:1-2-3-4-5-6-7-8-9-0 (ziebijlage1) Ingang : Links / Onder / Rechts
4
1.3.3. De verantwoordelijke homologatie controleert aan de hand van deze gegevens of de zaal en het terrein voldoen aan de normen voor de reeks waarin die ploeg haar kampioenschap wil betwisten. 1.3.4. Voldoet zij niet aan de homologatienormen voor deze reeks, dan zal de verantwoordelijke homologatie de secretaris van die ploeg onmiddellijk schriftelijk met duidelijk omschreven redenen hiervan op de hoogte brengen. 1.3.5. Indien de zaal bij de verantwoordelijke homologatie niet gekend is zal hij de zaal keuren. Er zal dan zo snel mogelijk een homologatiecode aan deze zaal toegekend worden. 1.4.
Uitwijken naar een andere zaal. Indien een ploeg om gegronde redenen genoodzaakt is om voor een wedstrijd uit te wijken naar een andere zaal, dan zal zij verplicht zijn om de competitieleiding hiervan op de hoogte te brengen. De competitieleiding zal aan de verantwoordelijke homologatie vragen of de opgegeven zaal en het terrein voldoen aan de normen voorzien van deze reeks. De verantwoordelijke homologatie zal dan de procedure toepassen zoals beschreven in 1.3. Per club wordt 1 zaal voor uitwijking aanvaard in de standaardprocedure. Wanneer er meer dan 1 uitwijking wordt gevraagd zal er een vergoeding aangerekend worden, D.w.z. een vast bedrag per aanvraag en de reële verplaatsingsonkosten. 1 Aanvraag houdt in 1 of meerdere zalen gezamenlijk ingediend.
1.5.
Onderbreken van een wedstrijd, spelen op een ander terrein. Indien onvoorziene omstandigheden een wedstrijd onderbreken en het spel op een ander terrein wordt hernomen (Ref.Int.spelregels), dan moet dit vervangterrein eveneens gehomologeerd zijn en voldoen aan de normen bepaald voor die reeks waarin de wedstrijd is ondergebracht.
1.6.
Sancties als er gespeeld werd op een niet gehomologeerd terrein. Elke wedstrijd gespeeld op niet gehomologeerd terrein of op een terrein waarvan de toegekende code lager is bepaald dan de reeks waarin wordt gespeeld. a) Genoteerd door de scheidsrechter op het wedstrijdblad. b) Door de verantwoordelijke homologatie wordt bevestigd. Verliest de in gebreke zijnde ploeg de wedstrijd automatisch met forfait.
1.7.
Geldigheidsduur homologatiebewijs.
1.7.1 Alle bestaande gewestelijke homologatiebewijzen afgeleverd voor 01/05/2007 zijn niet meer geldig, zelfs deze waarop vermeld staat dat ze permanent zijn. De geldigheidsduur is onder bepaalde voorwaarden maximum 4 jaar (zie 1.7.2.) Provinciale homologatiebewijzen afgeleverd na 01/05/07 zijn in het gewest wel geldig. Homologatie bewijs voor de Nationale of Landelijke competitie zijn niet meer geldig voor de provinciale en gewestelijke competitie.
5
1.7.2. De homologatie dient vernieuwd te worden in volgende situaties: a) Na verloop van max.4 jaar. b) Bij wijziging van voorzitter (en) (of) secretaris voor de aanvang volgend seizoen. (handtekeningen verantwoordelijke en aanvragers) c) Bij elke wijziging aan de zaal welke van invloed is op de onderdelen van de homologatie. (b v Nieuwe vloer met dezelfde belijning) d) Bij wijziging stamnummer club. 1.7.3. In het gewest Antwerpen zullen de eerste homologatiebewijzen terug afgeleverd worden voor het seizoen 2007/ 2008 enz. (2011/2012) 1.7.4. De verantwoordelijkheid voor het in orde brengen van de homologatie ligt bij de club. De aanvraag tot homologatie moet gebeuren tussen 1 april en 15 juni voor het komende competitiejaar. 1.7.5. De homologatievoorschriften zullen verschijnen op de website van het gewest Antwerpen en zijn tevens te verkrijgen bij de verantwoordelijke van het gewest . 1.7.6. Alle zalen zullen door de verantwoordelijke systematisch en in afspraak met de clubs nagezien worden op de juistheid van de gegevens meegedeeld door de club (1.7.4.) en voor de aanvang van de competitie. 1.7.7. Alle gewestelijke en regionale jeugd spelende ploegen dienen over een gewestelijk of provinciaal homologatiebewijs te beschikken, dat voor elke wedstrijd aan de scheidsrechter moet voorgelegd worden. 1.8.
Naleven van de homologatievoorschriften. De op het homologatiebewijs geformuleerde opmerkingen die niet worden gerespecteerd worden na publicatie in “Volley-Service-Antwerpen” met de voorziene boete gesanctioneerd.
1.9.
Drankgelegenheden in de zaal. Hieronder dient te worden verstaan elke drankinstallatie welke voorzien wordt in de zaal of een aangrenzende ruimte welke niet gescheiden is met een volle afscheiding. Clubs welke dit wensen toe te passen dienen te melden aan de homologatieverantwoordelijke welke zal overgaan tot een nazicht en duidelijk zal omschrijven hoe dit kan uitgevoerd worden en de voorwaarden zal bepalen tot toepassen. Een bijlage zal voorzien worden aan het homologatiebewijs.
1.10. Administratieve ruimte. Er dient een ruimte beschikbaar gesteld voor de administratieve taken van de scheidsrechter. Deze ruimte moet minimum afgeschermd zijn van het speelveld. De clubs dienen deze toepassing mee te delen aan de verantwoordelijke en dit zal vermeld worden op het homologatiebewijs.
6
Hoofdstuk 2: Vigerende homologatiereglementen, afwijkend van de internationale volleybalspelregels. 2.1.
Minimum vereiste code per afdeling en reeks. Om officiële wedstrijden te mogen spelen moet het terrein waarop zal gespeeld worden gehomologeerd zijn en voldoen aan de in onderstaande tabel vermelde codes die eventueel kunnen afwijken van de internationale spelregels. De normen voor de reeksen hoger dan 1ste gewest worden louter informatief gepubliceerd.
Reeks 1
7
8
9
10
Hoogte zaal
Verlichting
Speelvloer
Lijnen & Kleur
Afstand paal / lijn
Sr.Stoel
Kleedkamers spelers
Kleedkamer sr.
Ehbo
2.2.
6
Vrije zone
Liga Ere Afd.Dames 1ste Nat. Heren & Dames 1ste Div. 2de Div. 1ste Prov. Heren & Dames Prov. H2 Prov. H3, D2 & D3 1ste Gewest H & D
2
Codevolgorde 3 4 5
A+ A+ A B B C C D D
A A A A A A B C C
A A A B B C C C D
A B B B B B B B B
B B C C C C D D D
A A A A B B B B B
A A A A A A A A B
A A A B B B B B B
A A A B B B B B C
A A A B B B B B B
Afmetingen. Het speeloppervlak omvat het speelterrein en de vrije zone. (Ref.int. spelr.) Het speeloppervlak is een rechthoek van 18 m x 9m omringd door een vrije zone van minstens 5.0 m. - 3.0 m – 2.0m – 1,5 m – 1.0m – Om volgens de reeksen en vrij van alle hindernissen. De vrije hoogte moet minimum 7.0m – 6,5 m – 6.0 m zijn, gemeten vanaf de vloer en volgens de reeksen. Bij jeugdwedstrijden welke gespeeld worden op terreinen anders dan 18m x9 m dient de afmeting geverifieerd door de sr. voor de aanvang van de wedstrijd volgens de gegevens vermeld in het vigerend competitie reglement. Er wordt aangeraden 1 zijlijn van het 9 m x 18m veld te respecteren en dit langs de zijde van de sr.stoel, zodanig dat de sr. een optimaal zicht heeft op het terrein.
2.2.1 Vrije zone. (codevolgorde 1) Reeks
Liga
Ere dames
Minimum vrije zone rond het terrein Code
3 m zijlijn 5m achterlijn
3 m zijlijn 5m achterlijn
A+
A+
1ste Div.
2de Div.
2m
2m
B
B
1 Nat.
2m
Pr. H1&2 Pr. D 1 1,5 m
Pr.H3&Pr.D2&3 Gew. D 1&H 1 1m
B
C
D 7
Opmerking: In de vrije zone wordt geen enkele hindernis toegelaten zoals: markeerderstafel, spelersbanken voor coaches en wisselspelers, scorebord enz. Voor de provinciale reeksen (A-B-C) moet een terrein minimum voldoen aan de voorwaarden Dames 2 Pr. / Heren 3 Pr. Voor de regionale jeugd (A-B-C) moet een terrein voldoen aan de voorwaarden van de respectievelijke hoogste gewestelijke reeks. Bij het gelijktijdig gebruik van meerdere velden in dezelfde zaal zal er een aangepast homologatiebewijs gemaakt worden dat rekening houdt met de mogelijkheden van de zaal. De onderlinge afstand tussen de terreinen, vrije zone inbegrepen dient minimum 9 m te bedragen, zoniet dient er een scheidingswand voorzien (mobiel of vast) van min. 1,8 m hoog en over de volle lengte van het speelveld. 2.2.2. Hoogte (codevolgorde 2) Reeks
Liga
Minimum hoogte inclusief vrije zone rond het terrein Code
Ere Dames
1 Nat.
1 Div.
2 Div.
7m
7m
7m
7m
7m
A
A
A
A
A
Prov. 1&2 Pr. D 1 6,5 m
B
Prov. H 3&Pr. D2&3 6m
C
Gewest
6m
C
Opmerking: Elke hindernis boven het speelveld en de vrije zone lager dan 7 m – 6,5 m – 6 m moet gedetailleerd geschetst en gemeld worden bij de homologatieaanvraag. 2.3.
Verlichting (codevolgorde 3 ) Voor officiële internationale ontmoetingen moet de verlichting van de speelruimte 1000 tot 1500 lumen/m2 bedragen gemeten 1 m boven de vloer. (Ref.int. spelr.)
2.3.1. Normen van de verlichting. Code A Code B Code C Code D
meer dan 400 lumen/m2 tussen 300 en 400 lumen /m2 tussen 250 en 299 lumen/m2 tussen 200 en 249 lumen/m2
Bovenvermelde waarden zijn afgeleid uit de voorschriften voor de verlichting van sportzalen van de Commissie Internationale de l’Eclairage (CIE) uit CIE 58 van 1983: verlichting van sporthallen. De gevraagde verlichting moet bereikt worden door verspreide en niet verblindende lichtbronnen boven het speelterrein en de vrije zone. De homologatiecommissie wil alle clubs niettemin aanbevelen de waarden van de nationale competities zijnde 400 lux na te streven. 2.3.2
Meten van de juiste verlichting. De juiste methode om de verlichting te meten boven het speelveld en de vrije zone is deze waarbij gebruik wordt gemaakt van de lux-meter. De verlichting wordt gemeten op de vier hoeken en in het midden van het speeloppervlak op 1m van de vloer. Het gemiddelde van deze metingen geeft de juiste lichtsterkte.
8
2.4.
Vloerbedekking van het speeloppervlak (codevolgorde 4). Het speeloppervlak mag geen enkel gevaar voor kwetsuur bij de spelers opleveren. Het is verboden te spelen op een ruw of glad oppervlak. Vloeren op basis van cement worden uitzonderlijk alleen nog toegelaten voor de gewestelijke competitie. Voor wedstrijden in zaal moet het speelterrein van een heldere kleur zijn. (ref.int.spelr.)
2.4.1. Normen voor de vloerbedekking. Code A: Harde grond, zoals hout – parket – synthetische vloeren en andere die geen gevaar opleveren voor het kwetsen van spelers. Code B: Harde grond zoals hout – parket –synthetische vloeren en andere maar bedekt met tapijt (top floor). Code C: Bewerkt cement (gepolijst). 2.4.2. Betreden van het speeloppervlak. Het betreden van sportvloeren met schoeisel dat strepen nalaat is verboden. (ref.comp.reg.). 2.5.
Lijnen en kleur van de lijnen. (codevolgorde 5).
De breedte van de lijnen is 5 cm. De lijnen moeten van heldere kleur zijn en verschillend van van de vloer en van de andere lijnen. (ref.int.spelr.).
deze
2.5.1. Normen. Code A
Code B
Code C Code D
Speelveld binnen de lijnen is van een andere kleur dan de vrije zone buiten de lijnen. Vb: speelveld = lichtbruin afbakeningslijnen = wit vrije zone = groen Zalen met afbakeningslijnen van één of meer volleybalterreinen, in een hele kleur op een egale vloerkleur. (geen andere sporten). De afbakeningslijnen van de verschillende volleybalterreinen mogen elkaar niet kruisen. Zalen met afbakeningslijnen van verschillende sporten in diverse kleuren elkaar kruisend. Zalen met afbakeningslijnen van verschillende sporten die samen vallen. De afbakeningslijnen zijn in blokjes van verschillende kleur onderverdeeld.
Opmerking: De homologatiecommissie is er zich van bewust dat de keuze van de kleur van de lijnen vaak gebeurt door instanties die niet op de hoogte zijn van de geldende normen van de V.V.B. en de A.V.F. Daarom raden wij de clubs aan de nodige stappen te ondernemen om de verantwoordelijke personen of diensten ervan te overtuigen bij het opnieuw schilderen van de lijnen, heldere kleuren te kiezen zodat het kleurverschil tussen de vloer en de lijnen duidelijk zichtbaar is. U helpt daarmee zowel de scheidsrechters, de spelers, als het publiek, en u helpt zo de mogelijkheid tot discussies te beperken. De afbakeningslijnen en de aanvalslijnen moeten geschilderd zijn in dezelfde kleur. De middellijn mag van een andere kleur zijn indien ze samenvalt met het speelveld van een andere sport. De aanvalslijnen worden verlengd door middel van streepjeslijnen buiten de zijlijnen bestaande uit 5 korte lijntjes van 15 cm en 5cm breedte getrokken op 20 cm van elkaar met een totale lengte van 1,75 m. De verlenging van de aanvalslijn 1,75 m is verplicht in de provincie en in het gewest Antwerpen. 9
2.6.
De opslagzone. De 9m brede opslagzone is gelegen achter de achterlijn. Ze wordt aan de zijkant begrensd door 2 lijnen van 15 cm getrokken op 20 cm van en loodrecht op de achterlijn, in de verlenging van elke zijlijn. Beide lijnen zijn begrepen in de breedte van de zone. In de diepte strekt de opslagzone zich uit tot aan het einde van de vrije zone. (ref.int.spelr.). Opmerking: “Tot aan het einde van de vrije zone” moet als volgt geïnterpreteerd worden: de 2 opslaglijntjes van 15 cm lengte lopen vanaf de achterlijn denkbeeldig door tot aan de grens van de speelruimte. Het is bovendien verboden de opslagzone in de diepte kunstmatig te verkleinen binnen de 5 m dit met het oog op het verhogen van het volleybalspekyakel. U moet er wel rekening mee houden dat de diepte van de opslag zones aan beide zijden van het terrein even groot moet zijn.
2.7.
De strafzone. De strafzones (1mx1m) bevinden zich in het verlengde van de reservebank, zijde achterlijn van iedere ploeg. Zij is voorzien van 1 stoel. Afwijkingen worden vermeld in het provinciaal of gewestelijk competitiereglement.
2.8.
De opwarmingszone. De opwarmingszones (3mx3m) bevind zich aan de kant van de reservebank en buiten de vrije zone. Afwijkingen worden vermeld in het provinciaal of gewestelijk competitiereglement.
2.9.
De palen. De palen die het net dragen moeten afgerond en glad zijn., een hoogte hebben van 2,55 m en bij voorkeur regelbaar zijn. (ref.int.spelr.) Vasthechten van de palen met spankabels is verboden. (ref.int.spelr.) Opmerking: De palen moeten tot minimum 10cm van de bovenkant van het net bekleed worden met een rubberen of gelijkwaardige bekleding ten einde kwetsuren van de spelers te voorkomen.
2.10. Afstand tussen paal en zijlijn terrein. (codevolgorde 6). De palen moeten op een afstand van 0,5 m tot 1 m van elke zijlijn geplaatst worden. (ref.int.spelr.) 2.10.1. Afwijkende normen. Code A : Code B : Code C :
van 0,5 m t/m 0,99 m van 1 m t/m 1,49 m minder dan 0,5 m ( verbeteren 1 jaar na aanvraag) Meer dan 1,5 m (verbeteren 1 jaar na aanvraag)
2.11. Het net. Het net is vervaardigd uit vierkante zwarte mazen. Het is 1 m breed en 9,5 m lang (ref.int.spelr.) De hoogte wordt gemeten in het midden van het speelterrein door middel van een geijkte meetstok. De hoogte aan de zijbanden mag niet meer dan 2cm hoger zijn dan in de midden. Deze meetstok moet over de ganse lengte onderverdeeld zijn in centimeters. De meting moet herhaald worden telkens als de eerste Sr.dit nodig acht. Na elke herstelling die de hoogte van het net kan beïnvloeden moet de hoogte opnieuw gemeten worden. Publiciteit is enkel op de horizontale witte band ( boven en /of onder ) van het net toegelaten zonder afbreuk te doen aan de andere karakteristieken van het net zoals beschreven in de int. spelr. De zijkanten van het net mogen geen stokken of andere materialen bevatten die de veiligheid van de spelers kunnen in het gedrang brengen. Het net wordt zijdelings aangespannen met spantouwen die aan de palen worden bevestigd. Voor de aanpassingen van het net is een overgangsperiode voorzien tot 1/9/2008. 10
2.12. De zijbanden. Verticaal boven iedere zijlijn zijn er 2 witte banden van 5 cm breed en 1 m lang aan het net vastgehecht. Ze worden beschouwd als deeluitmakend van het net. (ref.int.spelr.). Opmerking: De zijbanden mogen niet door het net geweven worden zij moeten verplaatsbaar zijn. 2.13. De antennes. Twee antennes zijn bevestigd aan de buitenkant van iedere zijband en geplaatst aan de tegenover elkaar gelegen kanten van het net, aan de zijde van spelerspositie 4. Ze worden beschouwd als deel van het net en zij begrenzen op de zijkant de doorgangsruimte. (ref.int.spelr.) 2.14. Reclame in de speelruimte. Reclame is toegelaten binnen de normen vastgelegd door de V.V.B. 2.15. De wedstrijdballen. Op alle officiële ontmoetingen ingericht door de A.V.F. en het Gewest Antwerpen dient er gespeeld en opgewarmd te worden met officiële gekleurde volleyballen die volledig éénvormig zijn en die voldoen aan de internationale volleybalspelregels, aan het provinciaal reglement en het gewestelijk reglement. De ballen gebruikt bij een officiële wedstrijd moeten gelijkvormig zijn voor wat betreft merk,type,omtrek, gewicht en spanning. Een degelijk functionerende manometer moet ter beschikking van de scheidsrechter gesteld worden zodat steeds de juiste spanning van de ballen kan gecontroleerd worden. 2.16. Het scorebord. Het scorebord is een informatiebord ten behoeve van de officiëlen en in het bijzonder voor het publiek. Het moet zodanig geplaatst worden dat het goedzicht en leesbaar is voor de eerste en tweede scheidsrechter en de markeerder(s). Het scorebord moet in 2 delen verdeeld zijn en duidelijk de behaalde punten van elke ploeg, het aantal gewonnen sets, het aantal toegestane dode tijden en de ploeg die de opslag heeft aangeven. Het elektronische scorebord geniet indien aanwezig de voorkeur. 2.17. De temperatuur. De minimale temperatuur mag niet beneden de 10 C of 50 F liggen. De temperatuur wordt gemeten aan het net aan de kant van de eerste scheidsrechter. De manier van verwarmen wordt niet gespecificeerd. Afwijkingen worden vermeld in het provinciaal of gewestelijk competitiereglement. 2.18. De nummerplaatjes. (voor spelerswisselingen). Twee stellen afzonderlijke nummerplaatjes aan beide zijden genummerd van 1 t/m 18 moeten aanwezig zijn en ter beschikking liggen van beide coaches. Aanbeveling: Model tafeltennispalet met aan beide zijden het nummer in een lichte kleur op een donkere achtergrond of in een donkere kleur op een lichte achtergrond. 2.19. De scheidsrechtersstoel. (codevolgorde 7). De eerste scheidsrechter vervult zijn functies bij voorkeur rechtstaand op een scheidsrechtersstoel die geplaatst is aan één van de uiteinden van het net. Zijn gezichtsveld moet zich ongeveer 50 cm boven het net bevinden. (ref.int.spelr.) De scheidsrechtersstoel mag niet aan de palen bevestigd zijn. (kan uitzonderlijk nog toegelaten worden in het gewest Antwerpen).
11
2.19.1. Normen. De scheidsrechtersstoel moet zodanig ontworpen zijn dat de scheidsrechter de wedstrijd staande kan leiden terwijl hij met een of beide handen de spankabel van het net kan aanraken. De scheidsrechtersstoel moet tot aan de onderkant van het voetplankje afgeschermd zijn met een rubberen of gelijkwaardig materiaal om kwetsuren te vermijden. Code A : scheidsrechtersstoel met de mogelijkheid om te zitten, ronde of smalle laddertreden bieden geen mogelijkheid om rechtstaand de wedstrijd op een degelijke wijze te leiden. Wel met een aangepast of wegneembaar platformpje dat minimum 40 cm breed is. Code B : scheidsrechtersstoel zonder de mogelijkheid om te zitten. 2.20. Vlaggen voor de lijnrechters. Niet van toepassing in het gewest Antwerpen. 2.21. Reclameborden. Het is niet aan te raden reclameborden te plaatsen achter de opslagzones. Gebeurt dit toch dan moeten zij op tenminste 2 m van de opslaglijn worden geplaatst. Is de vrije zone achter de opslaglijn kleiner dan 5 m dan mogen er geen reclameborden worden geplaatst. De scheidsrechter ter plaatse heeft het recht en de plicht de reclameborden te laten verwijderen, indien zij geplaatst zijn in strijd met bovenvermelde paragraaf of indien zij gevaar opleveren voor de spelers. 2.22. E.H.B.O. -VERBANDKOFFER. (Codevolgorde 10) CODE A:EHBO lokaal is aanwezig en ter beschikking. CODE B:Geen EHBO lokaal aanwezig, verbanddoos is verplicht aanwezig op het terrein. Indien in de zaal geen koelbox aanwezig is moet de verbanddoos eveneens een koelspray bevatten. Onderstaande advieslijst, is overgenomen uit Volley Info nr. 6 van 12/11/2004. De sport eerste hulpkoffer: Algemeen: Het is wenselijk dat iedere sportclub over een centrale voorraad van verband-en hulpmiddelen zou beschikken, overzichtelijk ingedeeld in een eerste hulpkoffer. Daarnaast zijn er sport verbandtassen die op verschillende plaatsen kunnen worden gebruikt. De inhoud moet permanent worden aangevuld en bijgehouden. Maak een inhoudsopgave waarop aangeduid wordt wat er verbruikt is. Het overzicht van de inhoud die hier opgesomd wordt, is het minimum dat aanwezig moet zijn. Het specifiek materiaal dat wordt gebruikt door een arts (b.v. stethoscoop, hechtingsmateriaal) wordt er niet in opgenomen. Het materiaal heeft betrekking op het toepassen van de eerste hulp bij een sportongeval of -letsel. Deze lijst kan verder afgestemd worden, in overleg met de clubarts, op de meest voorkomende letsels bij een welbepaalde sporttak. Inhoud: Verbanden:Kleefpleisters, bij voorkeur in hypoallergische uitvoering, wondpleisters, individueel verpakt en op rol. Steriele kompressen, individueel verpakt. Tweedehuidpleisters. Enkele steriele drukverbanden. Voorgesneden hydrofiele watten. Zwachtels: gaaszwachtels, crèpezwachtels (fixatiezwachtels).Elastische zwachtels (drukzwachtels).Elastisch netverband of kousverband. Driehoeksverband. Sporttape (elastische en niet-elastische tape), underwrap en elastische kleefverband. 12
Geneesmiddelen voor uitwendig gebruik Door de huisarts aangeraden of voorgeschreven middelen tegen: middelen tegen: Insecten steken. Spierpijn, verstuikingen, blauwe vlekken… Zonnebrand (beschermende zonnemelk en after -sun) Jeuk. Ontsmettingsmiddel (nietprikkelend, niet-kleurend). Ontsmettingsalcohol (enkel voor het reinigen en ontsmetten van instrumenten en een gave huid) Geneesmiddelen voor inwendig gebruik:Door de huisarts voorgeschreven of aangeraden pijnstillers op basis van paracetamol. Diverse: Materiaal voor koudetherapie zoals een herbruikbaar coldpack, coldspray, emmer en spons… Een stuk neutrale zeep. Zacht handborsteltje. Hechtsluiting voor windels of verbandhaakjes. Veiligheidsspelden. Splinterpincet. Steriele naald. Verbandschaar (stompscherp). Gewone roestvrije schaar. Eerste hulp handschoenen (niet-steriel). Medische koortsthermometer. Handdoek en washandje. Isolatiedeken of warme deken. Plastieken zak. Vaseline of screenlotion. Talkpoeder. Massagelotion. Druivensuiker. Bijkomend kan gezorgd worden voor een brancard en spalken. Een aparte ruimte waar eerste hulp kan toegepast worden is een aanrader. Zorg voor het telefoonnummer van de clubarts of de arts in de onmiddellijke omgeving en een lijst met andere nuttige telefoonnummers van de apotheker, het antigifcentrum, de wachtdienst… De clubs worden geacht de vervaldata van de producten te respecteren en tijdig in hun vervanging te voorzien. Opmerking:Een toegankelijke medische verzorgingskamer, in de onmiddellijke omgeving van het speelveld en gelegen in het sportcomplex, wordt aanzien als een "Verbandkoffer op het terrein”,op voorwaarde dat de attributen vermeld in bovenvermelde advieslijst daar aanwezig en bruikbaar zijn. 2.23. Kleedkamer spelers. (codevolgorde 8); Er moet steeds één kleedkamer aanwezig zijn die ter beschikking staat van de bezoekende ploeg, Minstens één uur voor aanvang van de wedstrijd en tot tenminste één uur na het einde van de wedstrijd. De kleedkamers moeten zuiver zijn en voorzien van de nodige kleerhangers. (minimum 1 per speler vermeld op het wedstrijdblad). Het is niet voldoende om over stortbaden te beschikken, ze moeten ook nog te gebruiken zijn door de bezoekende ploegen. 2.23.1. Normen: Code A: afzonderlijke kleedkamer per ploeg, met stortbaden. Code B: afzonderlijke kleedkamer per ploeg met gezamenlijke stortbaden. Code C: kleedkamer met stortbaden. 2.24. Kleedkamers scheidsrechters. (codevolgorde 9). Een afzonderlijke kleedkamer die kan afgesloten worden moet minstens één uur voor aanvang van de wedstrijd en tot tenminste één uur na het einde van de wedstrijd ter beschikking staan van de scheidsrechter(s). De thuisclub stelt de sleutel ter beschikking van de scheidsrechter. De kleedkamer moet zuiver zijn en voorzien van voldoende kleerhangers,stoelen en lavabo, tenminste één kleerhanger en één stoel per scheidsrechter. Een kleedkamer is geen berghok en er wordt aanbevolen de kleedkamer te voorzien van een douche met warm en koud water. 2.24.1. Normen. Code A: kleedkamer met stortbad en / of lavabo. Code B: kleedkamer met enkel lavabo. Code C: kleedkamer.
13
2.25. Boeten betreffende homologatie en materialen. Inbreuken op de homologatieregels worden bestraft met de voorziene boeten.(zie comp.regl.)
14
LEGENDE VAN DE CODES
Code 1
Vrije zone rond het speeloppervlak: A+: 3 m naast zijlijn en 5 m achter achterlijn of meer A : 3 meter of meer B : tussen 2 en 2,99 meter C : tussen1,5 en 1,99 meter D : tussen 1 en 1,49 meter
Code 2
Hoogte boven het terrein en de vrije ruimte: A: 7 meter of meer B : tussen 6,49 en 6,99 meter C : tussen 6 en 6,49 meter
Code 3
Verlichting boven het terrein en de vrije ruimte: A : 500 lux of meer B : tussen 400 en 500 lux C : tussen 300 en 399 lux D : tussen 250 en 299 lux
Code 4
Vloerbedekking: A : parket zwevend, parket op harde en synthetisch zwevend B : synthetische vloer op harde ondergrond C : bewerkt (gepolijst) cement
Code 5
Kleur van het speelveld en de lijnen: A : speelveld andere kleur dan vrije zone B : alleen volleyterreinen met niet kruisende lijnen C : afbakeningslijnen met kruisende lijnen in andere kleuren D : afbakeningslijnen die samen vallen met lijnen andere sporten
Code 6
Afstand tussen paal die het net opspant en de zijlijn: A : tussen 0,5 en 0,99 meter B : tussen 1 en 1,5 meter
Code 7
Scheidsrechtersstoel: A : met mogelijkheid te zitten B : zonder mogelijkheid te zitten
Code 8
Kleedkamer van de spelers/speelsters A : afzonderlijke kleedkamer per ploeg, met douches B : afzonderlijke kleedkamer per ploeg met gezamenlijke douches C : gezamenlijke kleedkamer, met douches
Code 9
Kleedkamer van de scheidsrechters A : met douches B : met enkel lavabo C : zonder wasgelegenheid
Code 10
E.H.B.O. A : aanwezigheid van een EHBO lokaal B : aanwezigheid van verbanddoos, verplicht aanwezig op het terrein. 15
Gewest Antwerpen v.z.w. Aanvraag homologatie Naam club: ………………………….
Stamnr:…………….
Zaal
Naam:…………………………………………… Straat:…………………………………………… Postcode&Gemeente:…………………………… Ingang: …………………………………………. (ingang: te vermelden indien afwijkt van adres)
Secretaris
Naam:………………………………………….. Straat:………………………………………….. Postcode&Gemeente …………………………..
Handtekening
Voorzitter
Naam:…………………………………………. Straat:…………………………………………. Postcode&Gemeente………………………….
Handtekening
Datum aanvraag:…………………………………………….. A of B invullen A Homologatie verlengen of vernieuwen. Zijn er wijzigingen sinds vorig homologatiebewijs. - Zaal: - Voorzitter: - Secretaris: - Club:
ja ja ja ja
neen neen neen neen
Bij te voegen. oud homologatiebewijs Gelieve te vermelden waar het afzonderlijk lokaal of afgeschermde ruimte zich bevind
B Homologatie nieuwe zaal en/of club. Wanneer kan de zaal gezien worden.( contact opnemen met verantwoordelijke) Bij te voegen: gegevens zaal, volledig ingevuld Gelieve te vermelden waar het afzonderlijk lokaal of afgeschermde ruimte zich bevind
Ref. contactpersoon:
club Zaal
tel. tel.
gsm gsm
Gelieve dit formulier samen met de noodzakelijke bijlage volledig ingevuld en ondertekend door secretaris en voorzitter op te sturen naar de verantwoordelijke homologatie Kurt Mariën, Adriaan Sanderslei 53, 2630 Aartselaar, tel= 0479/451403, e-mail=
[email protected]
16
Gegevens zaal
Naam:………………………………… Straat:………………………………… Postcode&Gemeente:………………………………… Ingang:……………………………….. Ingang : te vermelden indien afwijkt van adres.
Gegevens club Stamnr. AA….. Naam:………………………. Naam voorzitter:………………………………….. Naam secretaris:………………………………….. 1. Speeloppervlakte (ref.bijlage 1zaaltypes) A =……… m in de speeloppervlakte (veld+vrije zone)is geen enkel hindernis B =……….m toegelaten zoals bv. publiek,stoelen,banken,markeerderstafel,enz. C =……….m D =……….m E =……….m F =……….m 2. Hoogte boven speeloppervlakte H =………m (veld+vrije zone) 3. Verlichting A : 400 lux of meer B : tussen 300 en 399 lux C : tussen 250 en 299 lux 4. Vloerbekleding A : parket of synthetische vloer (naadloos) B : zolas a maar bedekt met tapijt. C : bewerkt(gepolijst) cement 5. Kleur van het speelterrein en de lijnen A : speelveld andere kleur dan vrije zone B : alleen volleyterreinen met niet kruisende lijnen C : afbakeningslijnen in diverse kleuren/sporten D : afbakeningslijnen die samenvallen met lijnen andere sporten 6. Afstand tussen de paal die het net opspant en de zijlijn A : tussen 0,5m en 0,99m B : tussen de 1m en 1,5m 7. Scheidsrechtersstoel A : met mogelijk te zitten B : zonder mogelijkheid te zitten 8. Kleedkamer van de spelers/speelsters A : afzonderlijk per ploeg, met stortbaden B : afzonderlijk per ploeg met gezamenlijke stortbaden C : gezamenlijk met stortbaden 9. Kleedkamer van de scheidsrechters A :met stortbad B : met enkel lavabo 10 : E H B O A. aanwezigheid van E H B O lokaal B. aanwezigheid van verbanddoos
Gelieve de juiste gegevens te omcirkelen : bv. A-B-C-D-E-F. Verklaring: voor de juistheid van de vermelde gegevens, datum en handtekeningen van voorzitter & secretaris: Datum: Handtekening voorzitter Handtekening secretaris
17
Identificatienummer: 171/99 Ondernemingsnummer: 464.888.534
GEWEST ANTWERPEN
HOMOLOGATIE : JAARTAL
CLUB : ……………………..
STAMNUMMER : AA …………
ZAAL : ………………………….. …………………………. …………………………
….. TERREINEN
TOT REEKS GEW. …………….
OPMERKINGEN:-………………………………….
CODE:
Verantwoordelijke homologatie gewest Antwerpen: Mariën Kurt
18