Huurdersmagazine Stadgenoot Vijfde jaargang | september 2012 nummer 3
Niet alleen bij ambulancepersoneel Steeds vaker geweld tegen Stadgenootmedewerkers
Achter de geraniums? De bewoners van De Wasknijper zitten liever achter een laptop
Voor geen goud weg uit Amsterdam Ook voor gezinnen is het goed toeven in de stad
Aaf Brandt Corstius Waarom haar buurt toch écht de leukste van Amsterdam is
inhoud
mijn wooncarrière
‘Ik heb mensen nodig om me heen’
6
Architectenbuurt Een sympathiek rafeltje van de stad
10
Gatsie, schimmel! Dit kunt u er tegen doen
11
Column Aaf Wat is de leukste buurt van Amsterdam?
12
Agressie Ook Stadgenoot maakt het mee
Van een containerwoning verhuisde geneeskunde student Rik (rechts op foto) met twee vrienden naar een woning in Holendrecht, die door Stadgenoot ter beschikking is gesteld voor AMC-studenten. ‘Gezellig met je vrienden wonen op loopafstand van je studie. Wat wil je nog meer?’ 1991
14
De zomer in beeld Hij was kort maar prachtig
19
Enorme groei Steeds meer gezinnen in de stad
24
De Wasknijper Liever achter de laptop dan geraniums
Wat kost zo'n woning Stadgenoot precies?
woord vooraf
Kinderparadijs ‘Amsterdam is geen stad waar je je kinderen laat opgroeien.’ U heeft ‘m vast wel eens gehoord, deze opmerking. Meestal uitgesproken door (voormalige) Amsterdammers die naar Almere of Purmerend zijn verhuisd. Voor de kinderen. Natuurlijk, buiten onze hoofdstad hebben kids meer ruimte om heerlijk buiten te spelen, zonder dat de ouders constant moeten opletten of ze niet worden aangereden door een tram. Maar opgroeien in de stad heeft ook zo zijn voordelen, bewijzen de Amsterdamse gezinnen op pagina 19. Zij hebben ervoor gekozen om in Amsterdam te blijven en dat bevalt hun prima. Zo heeft de 9-jarige Ezi onlangs meegedaan aan een theatervoorstelling op het Steve Bikoplein en voetbalt Ike (11) op het Cruyff Court. En afgelopen zomer bouwden
27
Sociale huur
de kinderen zandkastelen op het Krugerplein. Steeds meer mensen met kinderen ontdekken hoe leuk Amsterdam voor hun kroost kan zijn: het aantal gezinnen in de stad groeit, zo blijkt uit cijfers van Bureau Onderzoek en Statistiek van de gemeente Amsterdam. Als u nog niet overtuigd bent dat gezinnen het in de stad heel leuk hebben, kijk dan eens op pagina 28. Claar Delfsma en Dirk Pieter van Walsum hebben van hun huis één groot kinderparadijs gemaakt. Dat is een bewuste keuze, omdat ze het belangrijk vinden dat de kinderen zich thuis voelen en inspiratie kunnen opdoen. Toen ik de foto’s zag, wenste ik even dat ik weer acht was en in dat huis mocht wonen. Journaliste Yvonne Polman en fotograaf Hans van der
Vliet, die de reportage hebben gemaakt, voelden zich er ook wel thuis. Claar en Dirk Pieter vroegen spontaan of ze wilden blijven eten. Je kunt het slechter treffen als journalist en fotograaf. In deze Stadleven is niet alleen aandacht voor kinderen; we gingen ook langs bij De Wasknijper (p. 24), een complex voor 55-plussers. Achter de geraniums zitten is er een onbekend verschijnsel. Nee, de ouderen houden zich liever bezig met Facebook en Paintshop Pro. Voor iedereen die jong is of wil blijven, is Amsterdam gewoon een fijne plek om te wonen. Wat de Amsterdammers in Almere of Purmerend ook zeggen. Helene van Santen, Eindredacteur Stadleven.
2010
Heel knus ‘Ik ben opgegroeid in Sassenheim, een geweldig dorp. Het is niet groot, maar er woont allemaal jeugd en er zijn veel kroegen. Heel knus. Maar na mijn eindexamen was het tijd voor iets anders. Ik wilde geneeskunde studeren aan de UvA, op naar Amsterdam dus!’ Eigen stekkie ‘Mijn eerste woning was op de H.J.E Wenckebachweg. Een containerwoning. Dat was in het begin wel wennen. Het was erg klein en voor de eerste keer in mijn leven moest ik mezelf zien te redden. Gelukkig voelde ik me er snel thuis. Ik maakte er mijn eigen stekje van, en op het terrein woonden veel andere studenten. Maar na een tijdje was ik het alleen wonen beu. Ik miste een maatje als ik ’s avonds thuiskwam.’
Februari 2012 - nu
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Wout Jan Balhuizen
Loopafstand ‘Begin dit jaar nam Stadgenoot contact op met onze studievereniging MFAS, waar ik bestuurslid van ben. Ze wilde een aantal woningen in Zuidoost ter beschikking stellen voor studenten van het AMC. De eerste woning die zou worden opgeleverd was er een aan het Nieuwlandhof in Holendrecht. Het was de bedoeling dat wij als bestuur dit huis zouden promoten bij andere geneeskunde studenten. Samen met mijn vrienden en medebestuursleden Koos en Michel ging ik er een kijkje nemen. Toen we binnenkwamen waren we alle drie meteen superenthousiast. Wat een ruimte! Een grote woonkamer, drie slaapkamers en een ruim balkon. En ook nog eens op loopafstand van het AMC. Hier wilden we zelf wel wonen! Michiel moest destijds zijn kamer uit en het leek Koos en mij erg gaaf om hier met zijn drieën te wonen. We informeerden of dat kon en niet veel later tekenden we het huurcontract.’
Vertrouwd ‘Het bevalt prima, want het is heel gezellig. ’s Avonds eten we samen en als we geen college hebben, doen we leuke dingen of zitten we te relaxen in de woonkamer. Beetje gamen, of zo. We kennen elkaar inmiddels goed en dat voelt vertrouwd. En als we elkaar beu zijn, gaan we gewoon naar onze eigen kamer.’ Koos: ‘Het is echt te gek dat we hier kunnen wonen. Ik ben opgegroeid op een grote boerderij en gewend aan veel ruimte. Ook ik woonde eerst in een containerwoning, maar daar kwamen de muren op me af en ik vond het niet zo gezellig. Ik heb mensen nodig om me heen. Dat dit op ons pad kwam is dus helemaal top!’ Rik: ‘Het is de bedoeling dat er in de toekomst meer AMC-huizen in deze buurt komen. Dat lijkt ons fantastisch, want dan wordt Holendrecht dé place to be.’
Reageren? Mail naar
[email protected] Wilt u ook vertellen over de verschillende plekken waar u heeft gewoond? Mail naar
[email protected] 2
Stadleven 3 | 2012
Stadgenoot
3
kort nieuws
kort nieuws
Urban Art aan de Platanenweg
Handen uit de verf, eh, mouwen
Een groot aantal internationaal bekende graffitikunstenaars was afgelopen zomer in Amsterdam voor de Internationale Urban Art expositie van het Centrum voor Beeldende Kunst. Stadgenoot greep deze gelegenheid aan om drie kunstenaars een prachtige versiering te laten maken aan de Platanenweg in Oost. Buurtbewoners kozen voor Mr Wany1 (Italië), Hendrik Beikirch2 (Duitsland) en Binho3 (Brazilië). Naast de versiering is ook de veiligheid verbeterd van de woonblokken aan de Platanenweg. Zo is er inklimbeveiliging aangebracht aan de balkons en zijn spionnetjes geplaatst in de voordeuren. 1
In de Westerduinenstraat in Noord hebben de bewoners samen met huismeester Johan Backer hun trappenhuis geschilderd. Veel trappenhuizen waren erg vies en konden wel een opknapbeurt gebruiken. Via de firma Voskamp regelde Johan alle verfspullen, van schuurpapier en verf met kwasten tot afplakband en rollers. De plafonds, muren, trapleuningen, deuren, kozijnen, brievenbussen en lambriseringen kwamen allemaal aan de beurt. En het resultaat mag er zijn: fleurig groen met geel, met spierwitte muren en plafonds. Wat een licht en fris portiek! De bewoners én Stadgenoot zijn trots op het resultaat.
Westelijke Tuinsteden zijn jarig!
2
@AFWC twitterde: #AFWC en @Stadgenoot adviseren Taiwan over de bouw van sociale #huurwoningen en stedelijke vernieuwing in Taipei Volg ons ook op Twitter: @stadgenoot Of ‘like’ onze Facebookpagina: www.facebook.com/stadgenoot
3
Wim Kuijken benoemd tot lid Raad van Commissarissen Stadgenoot
Capital Photos - Frank van Beek
4
Stadleven 3 | 2012
Een lichtblauwe parel
De geboren Amsterdammer heeft meer dan dertig jaar ervaring in het openbaar bestuur, waarvan twintig in de ambtelijke top in Den Haag. Sinds februari 2010 is Wim Kuijken werkzaam als Regeringscommissaris voor het Nationale Deltaprogramma. Hij is zeer betrokken bij het werkterrein van de Volkshuisvesting. In zijn ambtelijke loopbaan heeft hij de nodige kennis en ervaring opgedaan in het zogenaamde ‘grotestedenbeleid’, zowel in de gemeente Den Haag als bij het ministerie van Binnenlandse Zaken.
De onderdoorgang naar het Lambertus Zijlplein is opgeknapt. De wanden zijn gestuukt, lichtblauw geschilderd en voorzien van kleurige mozaïeken. Leerlingen van de Goeman Borgesiusschool en bewoners van de Lambertus Zijlflat volgden een workshop bij Ontwerpstudio DIT, waarbij ze collages van de buurt hebben gemaakt die zijn omgezet in de mozaïeken. De vernieuwde Mozaïekpoort werd afgelopen zomer feestelijk gevierd. Met taart! Riny Sprengers, gebiedsmanager van Stadgenoot, en Paulus de Wilt, wethouder stadsdeel Nieuw-West, zijn trots op deze mooie kunstuiting in Geuzenveld. ‘Een pareltje in de buurt’, aldus Riny.
Op 7 oktober 2012 is het 60 jaar geleden dat de Westelijke Tuinsteden ontstonden, het stadsdeel dat werd ontworpen als ‘wijk voor de toekomst’. Inmiddels behoren de wijken Slotermeer, Geuzenveld, Kolenkitbuurt, Slotervaart, Overtoomse Veld en Osdorp tot het stadsdeel Nieuw-West. Om het jubileum van de Westelijke Tuinsteden te vieren, organiseert het stadsdeel samen met het Amsterdams Fonds voor de Kunst en verschillende Amsterdamse woningcorporaties (waaronder Stadgenoot) het programma ‘Nieuw-West Open’. Zestig weken lang, van september 2012 t/m november 2013, reist het programma door het stadsdeel. Iedere maand wordt een ander stukje Nieuw-West op de kaart gezet: kunstwerken, gebouwen, broedplaatsen, groen en last but not least de mensen: de pioniers van toen en nu. Op het programma staan onder andere theatervoorstellingen en workshops. ‘We kijken samen terug, we kijken vooruit, maar vooral om ons heen’, aldus de organisatie. Meer info: www.nicenieuwwest.nl
Feestelijke oplevering Oudezijds 100 Het pand van de stichting Oudezijds 100 aan de Oudezijds Voorburgwal (Centrum) is geheel opgeknapt. Dat werd begin deze maand gevierd. In 2009 tekende Stadgenoot een samenwerkingsovereenkomst met zorgorganisatie Oudezijds 100, die hulp biedt aan mensen die dakloos zijn, financiële problemen hebben of door een gebrek aan sociale contacten buiten de maatschappij dreigen te vallen. Stadgenoot ‘adopteerde’ de panden aan de Oudezijds Voorburgwal 91-93 en 95. Vorig jaar heeft de corporatie een deel van de panden opgeknapt, dit jaar nam Van Wijk Vastgoedonderhoud, met wie Stadgenoot al 65 jaar samenwerkt, voor het andere deel het onderhoud voor zijn rekening. Er is geschilderd, getimmerd en schoongemaakt. Het mooie resultaat was reden voor een gezellig opleverfeestje! Meer info: www.oudezijds100.nl Stadgenoot
5
buurt in beeld
buurt in beeld
Een wandeling met twee gezichten Als journalist van Stadleven word je soms naar plekken gestuurd waar je – zelfs al woon je al dertig jaar in Amsterdam – het bestaan niet van wist. De Architectenbuurt bijvoorbeeld, een op het eerste gezicht sympathiek rafeltje van de stad, verscholen in Geuzenveld. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hans van der Vliet
Voetballer Nigel de Jong groeide hier op en doneerde een sportveldje dat zijn naam draagt. Zijn afbeelding staat op de baskets. Een moeder zit er met haar dochter op de tafeltennistafel. Wie even doorloopt, komt in een buurtje met eengezinswoningen, plantsoenen, hofjes. De Architectenbuurt heet het hier. Achter kleine ramen hangt een gemoedelijke sfeer. Hier leven de bewoners van het eerste uur. Amsterdammers die buiten gingen wonen. Hun verzorgde tuintjes geven de buurt een gezellige aanblik. Het is rustig op straat, een echte woonbuurt op maandagochtend. Geen winkels, geen overdreven reuring. Alleen de school die om 12 uur pauze heeft, zorgt voor rumoer.
Kierstandhouders en barrièrestangen Toch is het niet allemaal koek en ei in de Architectenbuurt. Vorig jaar werd een bejaarde
vrouw op gewelddadige wijze overvallen in haar woning. De buurt raakte in opspraak. De bewoners zouden zich onveilig voelen, er zijn hangjongeren die overlast veroorzaken, de sociale cohesie neemt af. Stadgenoot is eigenaar van tweehonderd woningen in dit wijkje, honderd woningen zijn inmiddels verkocht. ‘Om de veiligheid te bevorderen hebben we samen met het stadsdeel een programma opgezet’, zegt gebiedsbeheerder Marieke Koenes. ‘We hebben kierstandhouders op de voordeuren geplaatst en barrièrestangen voor de ramen. Sommige bewoners hadden de keuze om verlichting met sensoren op de achtergevel te plaatsen. Ook hebben we in samenwerking met het stadsdeel een aantal bankjes aan de Cort van der Lindenkade laten verwijderen. Hier zat ’s avonds vaak een groep luidruchtige jongeren. Verder hebben we met de hovenier afgesproken
dat het groen in deze buurt laag blijft zodat er geen verborgen hoekjes ontstaan.’
Ons-kent-ons-buurtje ‘Dit was vroeger een ons-kent-ons-buurtje, maar nu woont er -naast de bewoners van het eerste uur- een groeiende groep nieuwe bewoners. Dit zijn veelal jonge gezinnen die hier een woning van ons kopen. Om de kennismaking en daarmee de sociale cohesie te bevorderen, hebben we samen met het stadsdeel aan welzijnsorganisatie SEZO opdracht gegeven om gesprekken te voeren met bewoners. Per hofje hebben zij mensen uitgenodigd. Gewoon laagdrempelig met elkaar praten, zodat mensen elkaar leren kennen en om na te gaan of er oudere bewoners zijn die hulp nodig hebben of in een isolement zitten. Via SEZO kan de zorg voor deze ouderen dan op gang komen. Opvallend was dat het >
‘Ik denk dat wij het wel getroffen hebben. We gaan leuk met elkaar om’ 6
Stadleven 3 | 2012
Stadgenoot
7
buurt in beeld
buurt in beeld
‘Bewoners zijn uitgenodigd, gewoon, om laagdrempelig met elkaar te praten’ onderlinge contact in de meeste hofjes al heel goed is. We hebben hun verteld dat als ze dingen samen willen organiseren, ze altijd in de BuurtEntree terechtkunnen.’ Omdat de leefbaarheid in Geuzenveld kwetsbaar is, zeker nu de grootschalige vernieuwing van de baan is, heeft Stadgenoot samen met het stadsdeel een contract getekend met de Academie van de Stad. Deze organisatie selecteert vier studenten die in ruil voor korting op de huur activiteiten organiseren ter bevordering van de leefbaarheid. Deze maand gaan de studenten aan de slag in Geuzenveld. Ze beginnen in de Architectenbuurt. Stadgenoot heeft dit soort projecten eerder succesvol ingezet in de Muziekwijk in Noord en in de Kolenkitbuurt in Bos en Lommer.
Meer contact met elkaar Op de hoek van de Goeman Borgesiusstraat, voor de deur van het huismeesterkantoor van Stadgenoot, vertrekt huismeester Oktay Alkan op de fiets naar een melding. ‘De deurbel schijnt het niet te doen. Dan ga ik eerst zelf even kijken. Misschien kan ik het meteen repareren. Dat scheelt weer. Bovendien heb je gelijk contact met de bewoners. Dit is een sociale 8
Stadleven 3 | 2012
functie, ik weet van heel veel mensen hoe het met ze gaat.’ We wandelen in de richting van de hofjes. ‘Vliegende’ huismeester Evert Douwstra, die in meerdere buurten werkt, is net aan komen rijden en loopt mee. ‘Hé, het hek is eindelijk geplaatst. Mooi. Goed geregeld.’ We staan bij het huis van Paula en Henk (‘Achternaam hoeft er niet bij, hoor’). In hun weelderige tuin bloeien de vlinderstruiken, de stokrozen en de distels in vele kleuren. ‘We wonen hier nu elf jaar, fantastisch’, zegt Paula. ‘We kwamen van een flat en kijk nu eens. Sociale contacten? Ik denk dat wij het wel getroffen hebben. We gaan leuk met elkaar om. Niemand heeft een hoge schutting in zijn tuin gezet. Alles is open. Daardoor heb je ook meer contact met elkaar.’ Henk: ‘De kinderen leren hier fietsen op het pad. En op het veldje kunnen ze lekker voetballen.’
Opengetrokken vuilniszakken Paul Westra is minder positief over de buurt. Hij geeft een blok verder zijn planten water, maar zegt: ‘De buurt verandert en wat mij betreft niet ten goede. Er is steeds minder onderling contact. Kijk eens naar die schutting daar. Die bewoner heeft zich helemaal ingebouwd.’
We lopen langs de rand van de buurt, waar een brug toegang geeft tot Park De Kuil. Hier lopen mensen met hun hond, wordt gejogd en leidt een pad naar de kinderboerderij. Op de terugweg struikelen we over opengetrokken vuilniszakken. Op straat waaien bankafschriften, speelkaarten, foto’s uit een ver verleden, er ligt een paspoort, een parkeervergunning. Iemand in het groepje mensen dat om de rommel staat, zegt: ‘Hij was mijn buurman. Ze hebben zijn huis vorige week leeggeruimd.’ Een ander zegt: ‘Zo eindig je dan. Op straat.’ Evert Douwstra pakt zijn telefoon en belt met het stadsdeel. Of ze even een wagen willen sturen om de boel op te ruimen. Maar dan komt – als geroepen - een wagen die het grof vuil verzamelt, de straat inrijden. De jongens willen wel een tussenstop maken en even later hapt de grijper de restanten van dit leven bij elkaar. ‘Fijn dat die spullen weg zijn voordat het echt de hele buurt doorwaait’, zegt Marieke, als we teruglopen naar het kantoor van Stadgenoot, prominent aanwezig in de buurt. Een buurt waar nog veel te doen is, maar ook al veel is gedaan. Een buurt met twee gezichten. Ik loop nog even de markt op en koop een broodje bij de Turkse bakker. Stadgenoot
9
klantenservice
column
Aaf Brandt Corstius
Het begint met een klein zwart plekje op de muur of het plafond – dat vaak niet wordt herkend als schimmel. Als er niets tegen gedaan wordt, breidt dit plekje zich steeds verder uit, totdat het een grote, vieze plek wordt. Schimmel is als een plantje dat groeit als het voeding krijgt. Voor schimmel is dat een vochtige omgeving. Iedere vochtige woning is gevoelig voor schimmel als er niet goed geventileerd wordt en de badkamer langdurig vochtig is. Om schimmelvorming te voorkomen moet je altijd goed ventileren.
(1975) is columniste en schrijfster. In haar vaste column in Stadleven schrijft ze over haar leven in de stad.
Wat doet Stadgenoot?
In de meeste woningen van Stadgenoot zorgen ventilatiekanalen in de keuken, badkamer en toilet voor natuurlijke ventilatie. Daarnaast zijn in de keuken, badkamer, toilet, kozijnen en ramen in veel gevallen ventilatieroosters aangebracht. Bij nieuwbouwwoningen zorgen we voor mechanische ventilatie om ervoor te zorgen dat de vochtige lucht zo snel mogelijk wordt afgevoerd.
Wat kunt u doen? Regelmatig ventileren, luchten, de wand droog trekken na het douchen en wekelijks schoonmaken van de badkamer geeft schimmel weinig kans. Vier tips om schimmel te voorkomen:
Ventileren
Door te ventileren ververst u de lucht in uw woning continu. Extra ventileren is nodig als u doucht, kookt, de was droogt of veel mensen op bezoek hebt. Onze huismeesters merken dat veel mensen de ventilatieroosters dicht maken in de winter om stookkosten te besparen. Dat heeft geen zin. Vochtige lucht is veel moeilijker te verwarmen en kost meer energie. Daarnaast verdampt het vocht wel, maar blijft het in de woning. Alleen door te ventileren kan vocht de woning verlaten en kan schimmel voorkomen worden. Laat de roosters dus openstaan.
Luchten
Ventileren alleen is niet genoeg. Dagelijks luchten is nodig. Zet 's avonds voor het slapen gaan de ramen in de woonkamer 15 minuten open. In de slaapkamer(s) doet u hetzelfde nadat u bent opgestaan.
Na het douchen Door het water dat na het douchen op de vloer en muur achterblijft, is de badkamer een plek waar makkelijk schimmel kan ontstaan. Gelukkig is dat ook eenvoudig te voorkomen door na het douchen de muur en vloer met een droogtrekker droog te maken. Dat samen met ventileren en de badkamerdeur na het douchen op een kier laten staan, geeft schimmel geen kans.
Mechanische ventilatie Steeds meer woningen van Stadgenoot hebben mechanische ventilatie. Hiervoor zijn 'ventielen' geplaatst in de keuken, badkamer en toilet. Deze ventielen zijn precies op elkaar afgestemd en mogen nooit uit de muur of het plafond gehaald worden. Onze huismeesters en vakmensen treffen vaak plastic zakjes over de ventielen aan of handdoeken in de ventielen gepropt. Daarmee wordt de afvoer van vochtige lucht belemmerd. Ook bij mechanische ventilatie blijft dagelijks luchten noodzakelijk.
Toch schimmel Mocht er onverhoopt toch schimmel ontstaan, dan is dit makkelijk met een middel te verwijderen. Dat kan door er verdund bleekwater op te spuiten. Ook zijn in iedere bouwmarkt en drogist veel goede middelen te vinden die schimmel verwijderen. Als de voorwaarden voor schimmel optimaal zijn, groeit het snel. Daarom is het belangrijk snel in te grijpen. Onze Klantenservice kunt u hierover voorlichting geven, maar u dient de schimmel zelf te verwijderen.
Ik woon in de leukste buurt van Amsterdam. Valt u dat weleens op? Dat iedereen elkaar probeert wijs te maken dat zijn buurt de beste is? Mensen dragen zelfs T-shirts met, bijvoorbeeld, de tekst ‘I AY’. En AY is dan IJburg. Of, subtieler, een Amsterdam-Wester tegen een Amsterdam-Ooster: ‘Ja, Oost, heel leuk. Echt tof voor je dat je daar een plekje gevonden hebt. Maar weet je wat het fijne is aan West? Dat het nét iets dichterbij alle leuke plekken is. Het centrum, de Jordaan. Het Vondelpark. Is gewoon wel praktisch.’ Ik vind mijn eigen buurt (Oost, zal ik bekennen) dus de beste, maar alle andere buurten zijn, zo ruimhartig ben ik dan wel weer, ook heel prima. Er is maar een buurt waar ik niet zo over te spreken ben, en dat is (tromgeroffel) Amsterdam-Zuid. Dat heeft niets met Zuid te maken, en alles met mijzelf. Niets mis met statige huizen en brede stoepen en lanen die op de een of andere manier altijd een stuk aangeharkter lijken dan elders in de stad, maar het probleem is: ik ben er opgegroeid. En net zoals de jongen die opgegroeid is in Bant in de polder, of de vrouw uit Tegelen, Limburg, die nu een meeslepend leven leidt in, bijvoorbeeld, Rotterdam, zou het voor mij een zwaktebod zijn om terug te keren in de warme schoot van Amsterdam-Zuid. Mijn vader woont er nog steeds, in ons ouderlijk huis, en hij biedt me dat huis om de haverklap aan. Niet dat hij er echt uit zal trekken als ik ineens met mijn boeltje en kinderen voor de deur sta – hij weet zelf ook wel dat het een erg fijn huis is, en waar zou hij zo gauw heenmoeten? – maar hij insinueert steeds dat ik daar eigenlijk zou moeten wonen. Is misschien ook zo: het huis is groot, het heeft een tuin vol wilde bloemen, en het staat pal tegenover een fantastische basisschool. Als kind hoef je ‘s morgens alleen maar over te steken om je te laven aan een dag toponderwijs. En als ouder hoef je ‘s middags alleen maar naar buiten te sloffen om je kinderen weer op te halen. En dan kunnen ze vervolgens naar muziekles in dezelfde straat. En toch wil ik er niet wonen. Want ik kom er vandaan. En ik ben er weggegaan. En nu ben ik hier. In Amsterdam-Oost. En daar is het heel groen. Véél groener dan in andere delen van de stad. Wist u dat?
Klantenservice Stadgenoot: 020 - 511 80 00 |
[email protected] | www.stadgenoot.nl 10
Stadleven 3 | 2012
Stadgenoot
11
agressie
agressie
Bedreiging om een losse deurklink
‘Ik schiet je kop eraf’ Niet alleen ordehandhavers of ambulancepersoneel hebben te maken met agressief gedrag. Ook tegen medewerkers van corporaties gaan sommige mensen tegenwoordig buiten hun boekje. De rechtbank van Amsterdam veroordeelde vorige maand een ‘klant’ van Stadgenoot tot een boete van 500 euro of tien dagen cel. De man had een medewerker met de dood bedreigd. Drie ervaringsdeskundigen vertellen hún verhaal. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hollandse Hoogte
Ariënne Splinter kreeg ooit een klap in haar gezicht, Frans Labout werd ingesloten op een hofje en Pieter van Pol zou na het werk worden opgewacht.
Uit de huisregels van Stadgenoot: bezoekers en medewerkers gedragen zich volgens de normale omgangsvormen. Dat betekent: niet schreeuwen, schelden of beledigen, niet handtastelijk worden, geen geweld gebruiken, dingen vernielen of gooien met dingen of dreigen dit te doen. Mensen die zich hier niet aan houden, spreken we hierop aan.
12
Stadleven 3 | 2012
‘Het gaat soms om de kleinste dingen’, zegt Pieter van Pol, medewerker Klantenservice van Stadgenoot. ‘Een losse deurklink bijvoorbeeld. Als mensen horen dat ze twee dagen moeten wachten op reparatie, kunnen ze helemaal uit hun dak gaan. Ik probeer dan uit te leggen dat een losse deurklink minder prioriteit heeft dan waterschade of een gaslek. Dat werkt soms wel, maar ik heb ook gehad dat iemand tegen me riep: ik schiet je kop eraf. Dan denk ik: wat wil je daarmee bereiken?’. ‘Met agressief gedrag heeft nog nooit iemand iets bereikt’, zegt incassomedewerker Ariënne Splinter. ‘Als iemand gaat schreeuwen, ben ik een stuk minder flexibel. Maar ik denk ook altijd: ze zijn boos op Stadgenoot en niet op mij persoonlijk.’
Melding, brief, aangifte Agressief gedrag, verbaal of fysiek, wordt niet getolereerd. Er wordt altijd melding van gemaakt. Pieter: ‘Van extreme gevallen popt de naam op in ons klantinformatiesysteem als ze bellen. Dan weten we wat we kunnen verwachten.’ Loopt het de spuigaten uit, dan doet Stadgenoot
aangifte. De ‘dader’ ontvangt een brief waarin de scheldwoorden zwart op wit staan. Pieter: ‘Dat werkt. Ik heb een paar keer gehad dat mensen opbelden om hun excuses te maken.’ Een speciaal agressieprotocol geeft medewerkers het recht de regie over een gesprek te houden. ‘Als iemand te ver gaat, mag je zeggen: hier ben ik niet van gediend en het gesprek beëindigen’, zegt Ariënne. ‘Ach, ze hebben me alle ziektes al toegewenst, maar ik doe dit werk al zestien jaar, ik heb geleerd het van me af te laten glijden. Je moet het niet mee naar huis nemen.’ Ook Pieter kan verbaal geweld wel aan, beweert hij. ‘Ja hoor, ik laat er echt mijn dag niet door verzieken. Dat zijn die mensen niet waard.’
Alarmknoppen Dat is anders dan fysiek geweld. In een één-op-één-gesprek kreeg Ariënne ooit een klap in haar gezicht en wilde een andere bezoekers een beeldscherm op Pieters hoofd kapot slaan. ‘Fysiek is behoorlijk heftig’, zegt Ariënne. In de hal van het kantoor aan de Sarphatistraat zijn de bespreekruimtes dan ook uitgerust met alarmknoppen. Lopen de gemoederen op tijdens een bezoek dan staan collega’s in een mum van tijd klaar om in te grijpen.
Deur op slot Frans Labout komt bij de mensen thuis. De uit de kluiten gewassen onderhoudsmonteur is wel wat gewend. ‘Toen ik ergens binnenkwam en de deur achter me op het slot werd gedaan,was dat behoorlijk intimiderend. Ik heb toen gezegd dat ik nog even wat uit de auto moest halen. Ik ben eruit gelopen en niet meer teruggegaan. Je leert situaties wel in te
schatten. Ik kijk vooral naar de houding van mensen als ik binnenkom. Dan weet ik al of ik joviaal kan doen of liever een stapje terug. En ik snap het ook wel. Wij zijn de uitlaatklep. We zijn herkenbaar als medewerkers van Stadgenoot, dus we worden op alles aangesproken.’ De Stadgenootmedewerkers doen echter simpelweg hun werk, en omgaan met agressief gedrag is belastend voor hen. Frans: ‘Die ene keer dat ik op een hofje van alle kanten werd ingesloten, vond ik ontzettend bedreigend. Ik ben toen de volgende dag ook thuisgebleven. Ik moest even bedaren.’
Emotie Over de redenen van agressief gedrag lopen de meningen uiteen. ‘Het komt vaak doordat mensen zich niet verstaanbaar kunnen maken’, zegt Frans. ‘Mensen die de taal niet machtig zijn, vertonen druk gedrag, gaan harder praten. Ze voelen zich onmachtig. Dat is voor mij geen agressief gedrag. Ik blijf rustig en probeer uit te leggen wat ik ga doen. Wat wel vaak tot agressief gedrag kan leiden, is de mededeling dat mensen de reparatie zelf moeten betalen.’ Volgens Ariënne heeft agressie ook te maken met individualisering. ‘Vooral jongeren denken bij huurachterstand tegenwoordig: dan doen ze wel even een regeling. Ze denken vooral aan zichzelf. De redelijkheid vervaagt, ze kennen geen nee.’ ‘Het heeft ook met emotie te maken’, zegt Pieter. ‘De mensen beschouwen hun huis als hun bezit, ze zijn er emotioneel bij betrokken. En ze zijn gewend dat je tegenwoordig alles kunt krijgen zoals je het hebben wilt.’ Frans: ‘En à la minute. Ze snappen niet dat je prioriteiten moet stellen.’ Pieter: ‘Ja, wij moeten regels hanteren. Wij maken weinig uitzonderingen, omdat iedereen gelijk behandeld wordt. Maar dat strookt soms niet met de emotie van mensen.’ Stadgenoot
13
zomerreportage
zomerreportage
Het was een prachtzomer… Oké, hij duurde slechts een week of twee. Maar wat hebben we genoten! In het park, op het terras, in het water of aan het stadsstrand. De zomer was kort, maar prachtig.
Tekst Helene van Santen | Fotografie Hans van der Vliet
14
Stadleven 3 | 2012
Zeilen en zandwinning Zeilen, kanoën, duiken en hengelen. Het wordt allemaal veelvuldig gedaan op de Sloterplas in Nieuw-West. De plas werd gegraven tussen 1948 en 1956, voor zandwinning ten behoeve van de nieuwbouw van de Westelijke Tuinsteden. Stadgenoot
15
zomerreportage 1
zomerreportage 2
4
3
5
6
7
1 Aan de oever Het Gaasperpark is een groene oase in Zuidoost. Het park werd aangelegd tussen 1977 en 1982 voor de Floriade die in het laatstgenoemde jaar werd gehouden. Het park ligt aan de oever van de Gaasperplas, dat voornamelijk als recreatiegebied wordt gebruikt. Zuidoost is het groenste stadsdeel van Amsterdam. Stadgenoot bezit er zo’n 3.000 woningen (10% van 16
Stadleven 3 | 2012
ons totale bezit), van studentenwoningen tot seniorencomplexen. 2 Wonen in Gondola In het nieuwbouwcomplex Scheepvaartkwartier in Osdorp heeft Stadgenoot nieuwe bouwblokken ontwikkeld die allemaal een naam van een type boot of schip hebben gekregen. Zo kun je wonen in Barque (met sociale en vrije sectorhuurwoningen) of Gondola (met vrije sector). En binnenkort
ook in Caravella, dat luxe, maar betaalbare koopwoningen bevat. In de zomer van 2013 gaan deze woningen in de verkoop. 3 Huiskamer met gigantisch terras Een sfeervolle huiskamer voor buurtbewoners. Dat is café/restaurant Zurich aan het Mercatorplein. Maar dan wel een huiskamer met een prachtig, zonnig terras. De eigenaar van Zurich huurt het pand van Stadgenoot, die
ruim 700 bedrijfspanden in Nieuw-West bezit, en 1.750 in de gehele stad. 4 Lekker bakken Voor heerlijk bakken in de zon met het zand onder je voeten hoef je allang niet meer af te reizen naar Bloemendaal of Zandvoort. Amsterdam heeft het fenomeen stadsstrand innig omarmd. Onze favoriet is Roest op het Oostenburgereiland. Sinds 2008 is Stadgenoot voor 80% eigenaar van
dit unieke stukje Amsterdam, waar van alles te ontdekken valt: naast zonnen bij Roest, kun je cultuur opsnuiven in de Theaterfabriek, een biefstuk of pizza eten bij Rosa & Rita en schommelen bij de Schommelclub van Mediamatic. 5 Gemeentelijk park Het Oosterpark was in 1891 het eerste grote park dat door de gemeente Amsterdam werd aangelegd. Eerdere parken in de stad waren kleiner
(Sarphatipark) of privé-initiatief (Vondelpark). 6 Van Nieuw tot Vondel Het Vondelpark ging in 1865 open voor het publiek en werd aanvankelijk het Nieuwe Park genoemd. Nadat in 1867 het standbeeld van Vondel werd geplaatst, ging het park al snel Vondelpark heten. Dit werd in 1880 de officiële naam. 7 Uitzicht Op het terras van Opium heb je prachtig uitzicht over de Sloterplas. Stadgenoot
17
mijn werk
interview
Cor Staarthof (66) zet zich al bijna tien jaar met hart en ziel in als huismeester.
Zijn territorium is De Banne in Amsterdam-Noord. Deze wijk telt zo’n 1300 woningen. Bewoners kunnen steevast rekenen op zijn hulp wanneer dat nodig is. ‘Pas als ik de mensen blij gemaakt heb, ga ik tevreden naar huis.’
‘Ik kijk niet op een uurtje’
‘Eigenlijk begint mijn werkdag al zodra ik ’s ochtends vroeg de straat in kom rijden. Ik kijk links en rechts of alle lampen het nog doen, of ik fietsen zie staan waar ze niet horen te staan. Dat is automatisme. Vervolgens loop ik mijn vaste rondje, waarbij ik de entrees van de flats schoonmaak. Alle troep die tegenkom raap ik op en doe ik weg. Ik controleer ook of de vuilnisbakken niet overlopen van het vuil. Als bewoners dan uit de lift stappen wanneer hun dag begint, hebben ze een goed entree.’
Steeds dezelfde ‘Vaak zijn het dezelfde mensen die ik moet aanspreken over zaken als vuilniszakken die voor de deur staan. Hen vraag ik sommerend maar toch heel beleefd om deze in de ondergrondse vuilnisbak te doen. Ik houd het luchtig en wil niet ‘politieagentje spelen’. Meestal reageren mensen daar goed op. Ja, als huismeester moet je zeker communicatieve vaardigheden hebben.’
Geef ons maar Amsterdam
Burenruzie ‘Na mijn rondje komen er telefoontjes binnen van bewoners met klachten. Dat varieert van een kapotte lamp tot aan een burenruzie. Bij ruzies probeer ik in eerste instantie zelf te bemiddelen. Zo heb ik in de loop der jaren best veel problemen opgelost, maar er blijven natuurlijk altijd situaties bestaan die je als huismeester niet kunt oplossen. De afdeling Overlast van Stadgenoot neemt het dan over. Maar gelukkig bestaat mijn lijstje hoofdzakelijk uit het beoordelen en repareren van dingen die stuk zijn. Alle kleine reparaties voer ik gewoon zelf uit, voor de ingrijpendere klussen roep ik er een vakman bij. De ene dag is mijn lijstje langer dan de andere dag. Hoe dan ook, ik zorg altijd dat mijn lijstje af is. Het maakt me niet hoe lang ik daarmee bezig ben. Ik kijk niet op een uurtje.’ Het grootste misverstand over mijn werk is... ‘...dat we loopjongens zijn. Of boodschappenjongens.’ Ik werk het liefst in (en voor) Amsterdam, omdat... ‘...ik een rasechte Amsterdammer ben.’ Ik zou wel eens een dag willen ruilen met... ‘...een buurtregisseur. Die komt weer andere dingen tegen dan ik. Ik zou wel eens een dagje Billy the Kid willen spelen, haha.’
Warme complimenten ‘In mijn ogen is een huismeester een heel belangrijke schakel. Als een buurt voorheen geen huismeester had en nu wel, dan zie je duidelijk verschil. Zo’n buurt wordt daarmee echt opgewaardeerd. Ik ben eens vier weken op vakantie geweest. Toen ik terugkwam, kreeg ik van bewoners te horen: “We zijn blij dat je er weer bent!” Dat geeft een warm gevoel. Vaak krijg ik ook complimenten van mensen van wie ik het juist niet verwacht. Het is een ontzettend leuk vak. Jammer genoeg loopt het voor mij in januari 2013 af. Ik ben nu 66, maar zou dit werk nog járen kunnen doen.’
Steeds meer gezinnen kiezen ervoor om in Amsterdam te blijven wonen. Het is allang geen must meer om de drukke stad te verruilen voor een rustig dorp. Maar hoe is het eigenlijk om anno 2012 als gezin in Amsterdam te wonen? Stadleven sprak drie gezinnen, die voor geen goud weg willen uit onze hoofdstad. Tekst Wendy Dekker | Fotografie Jan Freriks
Tekst Wendy Dekker | Fotografie Hans van der Vliet
18
Stadleven 3 | 2012
Stadgenoot
19
interview
interview
‘Amsterdam is een wereldstad’
De familie Zineldeen bestaat uit: Zein (57), Wilma (49), Rania (29), Caram (28), Rowaida (26), Tasniem (20), Wasiem (11) en Yesser (5). De drie jongste kinderen wonen nog thuis.
‘Elke zaterdag zijn we met het hele gezin bij elkaar’ 20
Stadleven 3 | 2012
Wilma: ‘Mijn man komt uit Egypte. In 1979 kwam hij naar Nederland om zijn broer te bezoeken. Het beviel hem hier zo, dat hij besloot te blijven. Natuurlijk zijn er cultuurverschillen. Zo moest hij er in het begin erg aan wennen dat de winkels hier om zes uur sluiten. En dat het dan ook al etenstijd is. In Egypte ‘leeft’ het ’s avonds veel meer dan hier. Ach, na al die jaren is het Nederlandse ritme ook voor hem gewoon geworden hoor. Zelf ben ik geboren en getogen in Sassenheim. Daar hebben mijn man en ik elkaar ontmoet. In 1982 trok ik bij hem in, in Amsterdam. Hoewel het voor mij niet zo’n grote cultuurshock was als voor een immigrant, moest ik ook toch even wennen. Ik miste mijn familie en vrienden in Sassenheim heel erg. Inmiddels krijg je me met geen stok meer weg uit Amsterdam. Zein en ik hebben zes kinderen, van wie de jongste drie nog thuis wonen. De rest studeert en woont op zichzelf. Maar elke week op zaterdag komen ze naar Bos en Lommer. We doen dan gezellig samen boodschappen, koken en eten met elkaar. Het is zo fijn om met het hele gezin herenigd te zijn. Aan dit vaste wekelijkse ritueel hecht ik veel waarde. Via Stadgenoot huren we een portiekwoning in Bos en Lommer. Het huis telt in totaal vier slaapkamers. Natuurlijk is het wat ruimte betreft even behelpen met meerdere kinderen, zeker toen ze alle zes nog thuis woonden. Maar met efficiënt inrichten en twee stapelbedden kom je al heel ver. Bos en Lommer is een fijne locatie. Alles is dichtbij: de winkels, scholen, het centrum. De kinderen zijn dol op deze buurt.’ Lees verder op pagina 23
De familie Schut-Van Os bestaat uit: Maurice (46), Adisti (32) en Noah (1). Adisti: ‘Sinds ik moeder ben van Noah, ben ik Amsterdam met andere ogen gaan bekijken. Ineens ontdek ik allerlei leuke plekjes waar hij kan spelen. En zit ik gezellig met andere moeders op de rand van de zandbak, terwijl de kinderen zich vermaken. Ook in het Vondelpark kom ik graag met Noah, bijvoorbeeld bij het Melkhuisje. Hier in Bos en Lommer is ook een fijne speeltuin waar we regelmatig zitten. En een buurtboerderij. Kortom, genoeg te beleven hier. Ook voordat Noah er was, woonde ik al graag in Amsterdam. In 1999 ben ik vanuit Schagen naar Amsterdam verhuisd om bij mijn toenmalige vriendje in te trekken. Vergeleken met het kleine, gemoedelijke Schagen is Amsterdam een wereldstad. Het eerste wat ik deed toen ik hier kwam was: op mijn fiets stappen en rondfietsen. Mijn relatie ging al vrij snel uit, maar ik ben nooit meer uit Amsterdam weggegaan. Ik heb op verschillende plekken gewoond, zoals in Osdorp, Zuidoost en Oost. En nu in Bos en Lommer. Mijn vriend Maurice, de vader van Noah, heeft een eigen huis dat hij voorlopig nog aanhoudt. Maar hij brengt toch echt het grootste deel van de tijd hier bij ons door. Maurice en ik leerden elkaar begin 2010 kennen op een feestje. Wat ik meteen bijzonder vond, was dat we allebei geadopteerd zijn. We waren net drie maanden bij elkaar, toen ik zwanger raakte. Het was niet gepland, maar de baby was o zo welkom! Het is fantastisch om ouders te zijn. Twee geadopteerden die nu een kindje van henzelf hebben, dat voelt overweldigend.’ Lees verder op pagina 23
Stadgenoot
21
interview
interview
‘Een grotere woning is onze enige wens’
De familie Olemeforo bestaat uit Charlie (48), Sandra (43), Ike (11), Ezi (9) en Kela (4 maanden).
Vervolg pagina 21
Adisti: ‘Noah gaat naar een crèche waar de pedagogisch medewerkers van Turkse afkomst zijn en de kinderen verschillende nationaliteiten hebben. Op deze manier komt hij in aanraking met verschillende culturen. Dat vind ik belangrijk. Maurice werkt fulltime als hypotheekadviseur, hier in Bos en Lommer. Dus hij hoeft niet ver te reizen naar zijn werk.
Zelf werk ik ook in Amsterdam. Twee dagen per week bij een kinderopvang, waarvan één dag als peuter- en kleuteryogajuf. Er is in Amsterdam zo veel op het gebied van meditatie en kundalini yoga. Alleen al om die reden wil ik hier niet weg. Maurice denkt daar soms anders over. Hoewel hij Amsterdam een fijne stad vindt, betwijfelt hij of dit een stad is waar je het beste je kinderen kunt laten opgroeien. Het liefst zou hij zien dat Noah lekker buiten kan spelen in een straat waar geen auto’s rijden. Maar tot nu toe wegen de argumenten om in Amsterdam te blijven het
zwaarst. We zullen niet altijd in dit appartement blijven wonen, op twee hoog, daar is het te klein
Vervolg pagina 22
zouden verhuizen. Er wordt hier veel georganiseerd voor kinderen en dat is in het dorp waar ik vandaan kom wel anders. Ezi heeft onlangs mee-
zandkastelen op het Krugerplein. Mijn dochter roept nu al dat ze altijd in Amsterdam wil blijven wonen. Mijn zoon Ike daarentegen ziet het wel zitten om later de drukke stad te verruilen voor de natuur. ‘Waarom gaan we niet in Drenthe wonen? Daar is het lekker rustig,’ zegt hij. Goed, er zijn ook nadelen verbonden aan wonen in een stad als Amsterdam. Zoals het geweld waarmee de kinderen soms geconfronteerd worden. Maar het is gelukkig alweer een tijd geleden dat hier in de buurt iets is gebeurd. De laatste jaren is er meer politie op straat en dat scheelt. Kortom, uit Amsterdam weggaan? Als het aan ons ligt: nooit.’
Sandra: ‘Daarnaast zijn er veel Turkse winkeltjes waar je heel voordelig groenten kunt kopen. Je hebt hier alles. En als dat niet genoeg is, stap ik op de fiets en dan sta ik in no time in het centrum. Ik woon ook dicht bij mijn werk. Ideaal! De kinderen gaan in Oost naar school en hebben hier hun vriendjes en vriendinnetjes. Zij zouden het erg vinden als we naar een andere buurt
‘Hier kun je gewoon een hoofddoek dragen’ dorp waar ik vandaan kom. Mijn gereformeerde familie in Sassenheim had er veel moeite mee, dat ik ineens een hoofddoek en een lange jurk droeg. Mijn dochters zijn ook als moslim opgevoed, ook zij dragen een hoofddoek. We bidden
‘Fijn dat onze kinderen opgroeien tussen andere culturen’ gedaan met een theatervoorstelling op het Steve Bikoplein. Ike is een echte voetballer en is vaak te vinden op een van de pleintjes, of op het Cruyff Court. Er zijn altijd genoeg kinderen om een team mee te vormen. In de zomer bouwen de kinderen
vijf keer per dag, we vasten en houden ons goed aan de moslimregels. We eten geen varkensvlees, geen gelatine en geen dierlijk vet. Dat is ook zo fantastisch aan deze buurt: er zijn talloze slagers die halal vlees verkopen. Als je in een dorp woont, moet je daarvoor vaak helemaal naar de grote stad. Nee, negatieve ervaringen met Amsterdam heb ik nauwelijks. We hebben ook nog nooit iets meegemaakt zoals inbraak of geweld. Eens in de paar jaar gaan we naar Egypte. Maar verder speelt ons leven zich voornamelijk af in Amsterdam. En dat bevalt ons prima.’
‘Ik wil voelen dat ik meedraai in het stadsleven’ voor. Een huisje met een tuin staat nog op ons wensenlijstje, in Watergraafsmeer bijvoorbeeld. Rustig, maar dicht bij het centrum. Dan heb ik het gevoel dat ik toch meedraai in het stadsleven. Maar zover is het nog niet. Voorlopig gaan wij nog niet weg uit Amsterdam!’
50
Toename van huishoudens per stadsdeel 2000-2012
45 40
groei (%) totaal huishoudens groei (%) huishoudens met kind(eren)
35 30 25 20 15 10 5 0 -5 Amsterdam
Zuidoost
Noord
Oost
Zuid
Spectaculaire groei ‘Sinds 2000 is het aantal huishoudens met kinderen in de stad twee keer zo snel gegroeid als het totaal aantal huishoudens,’ aldus Jeroen Slot van Bureau Onderzoek en Statistiek (O+S) Gemeente Amsterdam. ‘De groei is in Oost het meest spectaculair en dan met name op IJburg, maar ook West, Zuid en Centrum laten flinke groei zien. In Zuidoost is het aandeel gezinnen met kinderen juist wat teruggelopen. De stad is ook weer aantrekkelijk voor gezinnen met kinderen.’ Slot geeft aan dat het met name om tweeverdieners gaat die afhankelijk zijn van voorzieningen dichtbij en die tegelijkertijd het stedelijk leefmilieu (uitgaan, cultuur) waarderen. Hij voegt daaraan toe, dat de toename sinds 2008 mede een gevolg is van de crisis op de woningmarkt. ‘Een deel van de huishoudens met kinderen die anders hun woning hadden verruild voor een woning in de regio kunnen of durven dat op dit moment niet.’
Nieuw-west
Stadleven 3 | 2012
van mijn man. Daar voel ik me prettig bij. In deze buurt is zoiets geen enkel probleem. Niemand kijkt daar raar van op, in tegenstelling tot het
West
22
Wilma: ‘Met hen gaan we wel eens naar Artis of Madame Tussaud. Of naar het Sloterpark, waar je lekker kunt zwemmen. Met de jongste zit ik graag in de speeltuin. Voor Wasiem, die bijna naar de brugklas gaat, zijn er veel veldjes waar je kunt voetballen. En de meiden zijn dol op de vele winkels en marktjes. In 1997 ben ik moslim geworden, naar het geloof
Centrum
Sandra: ‘Ons hele leven speelt zich hier af, in Amsterdam. Voorlopig gaan we hier dan ook niet weg. Mijn man komt oorspronkelijk uit Nigeria. In 1998 kwam hij voor het eerst in Nederland. Eigenlijk was hij op doorreis naar Canada. Maar ja, toen ontmoette hij mij… Zelf kom ik uit ‘t Zand, een klein dorp in de buurt van Alkmaar. In 1996 kwam ik naar de hoofdstad om te gaan studeren aan de Tekenacademie. Tegenwoordig werk ik op een voorschool, met peuters. Daar kan ik veel van mijn creativiteit in kwijt. Mijn man is elektromonteur, maar heeft nu tijdelijk geen werk. Al twaalf jaar huren we via Stadgenoot een benedenwoning in Oost. Voor Amsterdamse begrippen hebben we een enorme tuin. Ook hebben we een grote woonkeuken. Maar behalve dat is ons huis eigenlijk te klein, want we hebben maar één slaapkamer voor drie kinderen. Uiteindelijk willen we heel graag een grotere woning, maar dat is lastig. Er zijn heus wel woningen die voor ons betaalbaar zijn, maar die zijn qua oppervlakte vaak niet beter dan wat we nu hebben. Doordat de inkomensgrens voor sociale huur verlaagd is, vallen wij daar net buiten. Een andere optie is huren in de vrije sector, maar dat kunnen we helaas niet betalen. We vallen dus precies tussen wal en schip. Wat ik zo leuk vind aan Oost, is dat hier veel mensen uit verschillende culturen wonen. Ik vind het belangrijk dat onze kinderen van dichtbij kunnen zien en ervaren hoe andere mensen leven.’ Lees verder op pagina 23
Vervolg pagina 20
Stadgenoot
23
reportage
reportage
‘Het is leuk om met mijn kleinkinderen te e-mailen’
Achter de geraniums? Nee, liever een laptop De redactie van Stadleven ontving een mail van Tiny van Amsterdam. Of we eens wilden langskomen bij De Wasknijper, een gezellig seniorencomplex in Amsterdam-Noord. Achter de geraniums zitten is er een onbekend verschijnsel. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Wout Jan Balhuizen We vallen binnen bij de computerles die in de gemeenschappelijke ruimte wordt gegeven. Vier vrouwen en een man zitten achter laptops en krijgen les van Anneke de Graaff. ‘Als je die kabouter ziet, moet je er eerst even op klikken’, legt ze uit aan één van de dames. ‘Dit is het tweede jaar dat ik deze mensen les geef’, vertelt Anneke ons als ze de cursisten eventjes zelf aan het werk heeft gezet. Anneke is zelf ook een senior, zoals dat tegenwoordig heet. Twaalf jaar geeft ze al les in Het Schouw, een woonzorgcomplex naast het Buikslotermeerplein. ‘Tiny van Amsterdam was daar één van mijn cursisten. Toen zij in De Wasknijper een computercursus voor senioren wilde starten, heeft ze mij gevraagd als docente. In augustus zijn we met het derde seizoen begonnen.’ 24
Stadleven 3 | 2012
Elke dag mail checken Tijdens de eerste lessen, twee jaar geleden, heeft Anneke haar cursisten een eigen e-mailadres laten aanmaken via Gmail. Toen iedereen het e-mailen onder de knie had, was het tekstverwerkingsprogramma Word aan de beurt. ‘Inmiddels zijn we bezig met PaintShop Pro. Dat is een programma om plaatjes te maken.’ Tini Dragt en Julia Kraan zijn allebei even enthousiast over wat ze geleerd hebben. Tini vond het twee jaar geleden hoog tijd worden om een computer aan te schaffen. ‘Elke keer hoorde je op tv: www. Maar zonder computer kun je daar niets mee. Tijdens de lessen kom ik erachter waar je een computer allemaal nog meer voor kunt gebruiken, behalve om dingen op internet op te zoeken. Er gaat een
Foto linkerpagina, van links naar rechts: Tiny van Amsterdam, Julia Kraan, Anneke de Graaff en Tini Dragt. Foto rechts: Tiny van Amsterdam en Tini Dragt.
wereld voor me open.’ Julia houdt er ook van om dingen op de computer uit te proberen. ‘Mijn kinderen en kleinkinderen hebben geen tijd om me dat uit te leggen. Als je wat ouder bent, duurt het wat langer voordat het kwartje valt. Anneke moet dus vaak dingen herhalen. Maar zij heeft daar gelukkig wel het geduld voor. En na verloop van tijd krijg je er zelf steeds meer handigheid in. Nu kan ik niet wachten tot we met Picasa aan de slag gaan. Daarmee kan je foto’s bewerken.’ Tini zit sinds ze de computercursus volgt elke dag wel even achter haar laptop. ‘Het is leuk om met mijn kinderen en kleinkinderen te e-mailen. En ik heb opeens ook weer contact met een nicht op Bonaire!’ Julia heeft Facebook ontdekt: ‘Erg leuk. Ik heb er net mijn vakantiefoto’s opgezet.’
Op mijn plek Tiny van Amsterdam, die ons hier heeft uitgenodigd, Piet Lukas, Nel Homborg en Henk Brugman vertellen ons meer over De Wasknijper. Tiny en Nel beheren de kas en organiseren activiteiten voor de bewoners. Tiny: ‘Elke woensdag hebben we hier een inloop. Mensen komen voor een
gezellig praatje of een spelletje. En op donderdagavond klaverjassen we. Verder organiseren we gymnastiek, een kerstborrel en één keer per jaar gaan we een dagje weg. Dit jaar zijn we met een volle bus naar Dussen, Leerdam en Ankeveen geweest. We bezochten een klompenmakerij, hebben gevaren op de Linge en als afsluiting zijn we lekker gaan eten.’ Door alle goede contacten onderling, is het prettig wonen in De Wasknijper. Dat blijkt uit alle gesprekken die we voeren. Nel: ‘Ik voel me hier veilig en op mijn plek. We hebben leuke buren. Niet dat we steeds bij elkaar op de koffie gaan. Maar als we elkaar tegenkomen, maken we wel altijd even een babbeltje.’ ‘Er is hier veel sociale controle’, valt Piet haar bij. ‘Iedereen staat voor elkaar klaar.’ ‘En we hebben een hele goeie huismeester’, zegt Henk. ‘Hij woont hier zelf ook, dus eigenlijk is het een thuismeester. Officieel werkt hij twee uur per dag, maar hij staat altijd voor iedereen klaar.’
Mondige thuismeester Dick Somers, heet hij, die thuismeester. 75 jaar, en nog altijd fit en goed ter been. ‘Veertien jaar geleden ben ik hier komen wonen. Het complex > Stadgenoot
25
reportage
interview
was net opgeleverd. Aanvankelijk zou het een gewoon appartementencomplex worden, maar tijdens de bouw is besloten alleen aan senioren te verhuren. De bouwplannen moesten daarvoor wel worden aangepast. Geen drempels binnenshuis en de galerijen moesten vijf centimeter hoger. Anders konden rolstoelen en rollators de drempel bij de voordeur niet nemen.’ Dick neemt ons mee voor een rondje door het complex. Bij de lift zijn twee monteurs aan het werk. ‘We hebben sinds kort een tweede. De schacht ervoor was er altijd al, maar tijdens de bouw moest er bezuinigd worden. Nu is die tweede lift er uiteindelijk dan toch gekomen. Dat was hard nodig. Er was regelmatig een storing. En als je trappen moet lopen terwijl je een rollator nodig hebt of in een rolstoel zit...’ Tegenover de liften, in de centrale hal, zit Dicks kantoortje. ‘Officieel heb ik elke werkdag van negen tot half tien spreekuur. Maar iedere bewoner weet me te vinden, ze hebben allemaal mijn 06-nummer. Of dat niet lastig is, werk en privé zo dicht bij elkaar? Mensen helpen zit me in het bloed. En ze maken er ook geen misbruik van. Bovendien ben ik mondig genoeg om, als het nodig is, te zeggen: bel me daar morgenochtend maar over terug.’
Naast De Wasknijper heeft Stadgenoot nog meer seniorencomplexen in de stad. In deze 55+complexen woont u zelfstandig, maar bent u nooit alleen. De Drecht Seniorencomplex De Drecht ligt in Holendrecht, Zuidoost. Het complex heeft 329 tweekamerwoningen. In De Drecht is een grote recreatiezaal waar diverse activiteiten plaatsvinden. Ook zijn een huisarts, een podoloog en een kapper in het complex gevestigd. Het buurtwinkelcentrum, gezondheidscentrum en de metrohalte zijn op loopafstand. Oklahoma Aan de Reimerswaalstraat in Osdorp ligt Oklahoma waar honderd seniorenwoningen in gevestigd zijn. De woningen variëren van twee tot drie kamers en hebben een oppervlakte van ongeveer 70 m². Dit gebouw is voorzien van een ruimte voor scootmobielen, ligt naast ontmoetingsruimte Johannes de Deo en voor maaltijden kunt u terecht bij het Leo Polakhuis. Oklahoma heeft een actieve bewonerscommissie.
Dagje ouder We nemen een kijkje op alle verdiepingen. Overal is het even schoon en opgeruimd. Het uitzicht vanaf de galerijen is interessant. Achter het complex de bomen van de Noorderbegraafplaats. En verder rondom is de nieuwe wijk Elzenhagen volop in ontwikkeling. Met de lift gaan we terug naar beneden. De computerles is inmiddels afgelopen, alle spullen worden ingepakt. We nemen hartelijk afscheid. Nel vat de afgelopen elf jaar dat ze in De Wasknijper woont nog even met een knipoog samen: ‘Toen ik hier ik kwam wonen, kon ik kwiek de trap op. Maar nu krijg ik binnenkort mijn eerste rollator.’
Ookmeerwegflat Voor een woning in een gebouw met betrokken bewoners en een actieve bewonerscommissie kunt u terecht in de Ookmeerwegflat in Osdorp. Hier zijn 180 woningen gevestigd voor senioren. De appartementen van 57 m² hebben drie kamers. Uw scootmobiel kunt u stallen in de daarvoor beschikbare ruimte.
Dick Somers
Wat kost een sociale huurwoning? Sociale huurwoningen leveren Stadgenoot natuurlijk opbrengsten op (namelijk de huur), maar ze kosten de corporatie ook veel geld. Denk aan de bouw en het onderhoud dat aan de huizen moet worden gepleegd. De kosten en opbrengsten van sociale huurwoningen op een rij.
‘De leeftijd van een woning speelt geen rol in het bepalen van de huurprijs’
Kosten
Meer lezen? www.stadgenoot.nl/senioren. Bent u 55+ en heeft u interesse in een woning in één van deze complexen? U kunt reageren via www.woningnet.nl
‘Mensen helpen zit me in het bloed’ 26
Stadleven 3 | 2012
‘Heel simpel en kort gezegd kost een sociale huurwoning Stadgenoot meer dan dat hij ons oplevert’, vertelt Dennis de Jong, senior controller van Stadgenoot. ‘Dat is op zich natuurlijk niet erg, want het is onze maatschappelijke taak om huisvesting te regelen voor mensen die het op eigen houtje niet redden op de Amsterdamse woningmarkt. Maar het betekent wel dat wij die kosten op een andere manier moeten terugverdienen.’ De bouwkosten van een nieuwe sociale huurwoning zijn hoger dan de toekomstige huuropbrengsten. Een woning bouwen in Amsterdam kost gemiddeld tussen € 200.000 en € 225.000, terwijl de totale huuropbrengsten in de loop der jaren circa € 100.000 bedragen. ‘Daar zit een groot verschil in. Dat noemen wij een onrendabele top’, legt Dennis uit. ‘Stadgenoot krijgt geen subsidies van de overheid voor de bouw van woningen. Om het tekort te kunnen financieren, verkoopt de corporatie sociale huurwoningen. Ook ontwikkelen we nieuwbouwprojecten waarvan woningen worden verkocht.’
Tekst Helene van Santen
Natuurlijk heeft Stadgenoot ook woningen in bezit die al vele jaren geleden gebouwd zijn, toen de kosten voor de bouw nog beduidend lager waren. ‘Als die woningen afbetaald zijn, leveren de huuropbrengsten inderdaad winst op. Maar dat geld investeren wij weer in de wijk of gebruiken wij om onze andere kosten te dekken.’ Voor een sociale huurwoning heeft de corporatie verschillende kosten, zoals onderhoud (reparaties aan woningen), grote renovaties en de rente die wordt betaald over de leningen die Stadgenoot heeft afgesloten. ‘Net als particulieren die een woning kopen, moet ook Stadgenoot daarvoor een hypotheek afsluiten. Wij lenen wel goedkoper bij banken, maar een hypotheek hebben wij evengoed’, aldus Dennis. In totaal heeft Stadgenoot voor 1,8 miljard euro aan leningen uitstaan. Andere kosten zijn het beheer (zoals personeelskosten van onze eigen organisatie) en uitgaven aan de leefbaarheid in de wijken. Dennis: ‘Stadgenoot besteedt geld aan wijkaanpak, zoals opruimdagen waarop de bergingen of galerijen van complexen worden opgeruimd. Ook aanpassingen die
de veiligheid vergroten, zoals het aanleggen van een intercomsysteem in een portiek, vallen hieronder.’
Puntensysteem Belangrijk hierbij is bovendien dat de leeftijd van een woning geen rol speelt in het bepalen van de huurprijs, aldus Dennis. De hoogte van de huur ligt vast in het woningwaarderingsstelsel (WWS). Dat is een wettelijk vastgesteld puntensysteem. Zo leveren de ligging, grootte en voorzieningen in de woning punten op, net als het energielabel. Hoe meer punten, hoe hoger de huur maximaal mag zijn. Op www.huurcommissie.nl kunt u uitrekenen hoeveel punten uw woning waard is.
Middeninkomens In vergelijking met veel andere landen en steden, heeft Amsterdam relatief veel sociale huurwoningen. In Amsterdam is 55% van het aantal woningen een sociale huurwoning. Het percentage sociale huurwoningen in Londen bedraagt 25%, in Parijs 16% en in Brussel 8% (bron: Nirov, S+RO 2011/03). ‘Er zijn in Amsterdam meer sociale huurwoningen dan mensen die ervoor in aanmerking komen’, aldus Dennis. Zoals gezegd is 55% van de woningen in Amsterdam een sociale huurwoning, terwijl het aantal huishoudens met een laag tot modaal inkomen 49,6% bedraagt (bron: Wonen in Amsterdam, januari 2012). ‘Dat is precies waarom de overheid het goedvindt dat wij sociale huurwoningen verkopen.’ Het Europese Parlement heeft vastgesteld dat woningcorporaties sinds vorig jaar sociale huurwoningen alleen mogen verhuren aan huishoudens met een jaarinkomen tot € 34.085. ‘Er is een grote groep mensen die eigenlijk te veel verdient voor een sociale huurwoning, maar weer te weinig om een woning te kunnen kopen. Voor die groep ‘middeninkomens’ gaat Stadgenoot de komende jaren meer vrije sectorhuurwoningen aanbieden onder de € 900 huur per maand. We vergroten ons vrije sectoraanbod zelfs van 3 naar 25%: 20% krijgt een huurprijs tussen € 654 en € 900 en 5% wordt boven € 900. Zodat de sociale huurwoningen overblijven voor de mensen die ze écht nodig hebben.’ Stadgenoot
27
zo wonen wij
zo wonen wij In deze rubriek laten huurders van Stadgenoot hun woning zien. Deze keer nemen we een kijkje in het huis van Dirk Pieter van Walsum en Claar Delfsma. Zij wonen met hun drie kinderen sinds 2006 aan de Bilderdijkkade in Oud-West. Het is een sociale huurwoning met vier kamers. Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans van der Vliet
‘Onze woning is een kinderparadijs’
Dirk Pieter: ‘Ons huis is echt een kinderhuis. In de woonkamer staan geen dure spullen en designmeubels, en in de gangen hangen schommels. Bijna overal staat speelgoed. Een bewuste keuze omdat we het belangrijk vinden dat onze kids zich thuis voelen en inspiratie kunnen opdoen.’ Claar: ‘Ze zijn nu nog klein en veel thuis, daarom kozen we voor een praktisch interieur waar ze lekker hun gang kunnen gaan. Het is een speelhuis geworden, een kinderparadijsje. We zijn heel blij met de slimme opzet van deze woning. De keuken bijvoorbeeld is een eiland, wat een ruimtelijk effect geeft. Leuk voor de kids ook, die rennen eromheen terwijl ze tikkertje doen of rondjes crossen op hun skates. Dat kan hier allemaal.’ Dirk Pieter: ‘We hebben veel geluk gehad met dit huis. Voordat we hier zes jaar geleden kwamen wonen, zaten we op drie hoog, maar omdat onze oude woning gerenoveerd werd, kwamen we op de stadsurgentielijst en in aanmerking voor dit huis.’ Claar: ‘Hoge verwachtingen hadden we van tevoren niet. De omschrijving op WoningNet was 75 m² met een balkon en terras. Maar toen we gingen kijken was het: Wauw! Er bleek een 28
Stadleven 3 | 2012
tuin te zijn. Wat een verrassing! We waren meteen verkocht, ook door de grote huiskamer en het uitzicht op het water.’ Dirk Pieter: ‘Het huis heeft twee verdiepingen. Beneden is een kamer met uitzicht op de tuin, dit was eerst ons kantoor maar werd te klein. Nu is het de meidenkamer waar onze dochters Iris (8) en Lumen (6) slapen. Op de tweede verdieping slapen wij en is de slaapkamer van Wessel (3). Claar en ik runnen samen het ontwerpbureau DPid. De combinatie eigen bedrijf en gezin is druk, ons interieur is daarom meer praktisch. De muren hebben we bewust wit gelaten en de vloer licht, dat geeft een gevoel van ruimte. De meeste meubels kregen we van familie en met deze spullen hebben we er iets gezelligs van gemaakt.’ Claar: ‘We zitten het liefst met z’n allen aan de grote tafel in de woonkamer, of op de bank, die is lekker ruim. Vanuit de woonkamer heb je uitzicht op de gracht. Maar met mooi weer zijn we natuurlijk in de tuin. En op mooie avonden eten we buiten. Het is echt een heerlijk huis. We zitten aan het water en hebben een tuin, wat wil je nog meer? Laatst zei Iris dat ze hier altijd wil blijven wonen, ook als wij er niet meer zijn. ‘Ik wil hier nooit meer weg, mama.’ Stadgenoot
29
de ondernemer
Stadgenoot verkoopt
Noord is booming!
‘Patiënten voelen zich hier thuis’
Stadgenoot ontwikkelt nieuwbouw in Elzenhagen en Nieuwendam-Noord
Martina Peschen (50), eigenares MPTA Fysiotherapie en Gezondheidscentrum Mauritskade: ‘Zorg terugbrengen in de zorg. Dat is de gedachte achter het multidisciplinaire gezondheidscentrum dat ik heb opgezet. De laatste jaren is de gezondheidszorg steeds meer gericht op efficiëntie, waardoor de patiënt in de knel komt. Daar moet nodig verandering in komen. Zelf ben ik fysiotherapeut en docent geaccrediteerde post-HBO opleidingen voor fysiotherapeuten. Maar ik heb ook een managementachtergrond en ken daardoor beide kanten: ik weet dat veel fysiotherapeuten het niet meer bij kunnen benen, omdat ze moeten professionaliseren. Ik heb altijd een eigen praktijk willen
30
Stadleven 3 | 2012
hebben. En niet zomaar één. Patiënten moeten zich hier thuis voelen, evenals mijn medewerkers. Er is een wetenschappelijk bewezen relatie tussen kleurgebruik en gezondheid. Met dat in mijn achterhoofd heb ik het pand zorgvuldig ingericht. Zo wisselt de kleur wit zich af met kleuren die energie geven, zoals subtiele tinten blauw en groen. Tot nu toe heb ik alleen maar positieve reacties gekregen van mensen die hier binnenkomen, zowel patiënten als collega’s. Dit grote, witte pand op de Mauritskade springt er te midden van de andere, oudere gebouwen echt uit. Vanaf hier kijk ik uit op de rivier. Dat is toch heerlijk? Dat het gebouw ook een sociale functie heeft –er zitten ook stichtingen in
dit gebouw– was voor mij echter de doorslaggevende reden om voor deze locatie te kiezen. Ik mag in mijn handjes knijpen met Stadgenoot. Ze hebben echt moeite gedaan om dit pand mooi te maken. De complete buitenkant is geschilderd, ramen zijn schoongespoten. Verder heb ik in overleg met hen nog drie maanden flink verbouwd vanbinnen. Oorspronkelijk kom ik uit Duitsland. En voor mijn werk kom ik regelmatig op plekken in de hele wereld, maar Amsterdam is en blijft al 32 jaar mijn thuisbasis. Ik voel me verbonden met deze stad. En met dit pand. Elke ochtend kom ik hier en denk: wat fijn om hier te zitten en ondernemer te zijn.’ www.gezondheidscentrum-mauritskade.nl
Tekst Wendy Dekker | Fotografie Wout Jan Balhuizen
Amsterdam-Noord is volop in ontwikkeling: steeds meer creatieve bedrijven, leuke cafés en restaurants openen hun deuren in het stadsdeel. Stadgenoot realiseert aantrekkelijke en betaalbare nieuwbouw in de wijken Elzenhagen-Noord en Nieuwendam-Noord. Hart van Elzenhagen
De Binnentuinen van Noord
De jongste wijk van Amsterdam-Noord heet Hart van Elzenhagen. Stadgenoot bouwt hier 57 nieuwbouwwoningen met een kleurrijke uitstraling. Alle woningen beschikken over een ruime achtertuin met berging en veelal kun je parkeren op eigen terrein. De royale woningen hebben een scherpe prijs: vanaf € 160.000 v.o.n. (exclusief erfpacht voor 50 jaar ter waarde van circa € 100.000). De woningen worden 111 m² tot 131 m² groot, uitbouw is mogelijk. Het centrum van Noord ligt om de hoek en de toekomstige halte van de Noord/Zuidlijn is op loopafstand.
In Nieuwendam-Noord, vlak naast het vernieuwde winkelcentrum Waterlandplein, ontwikkelt Stadgenoot ‘De Binnentuinen van Noord’. De wijk is diverse restaurants als Stork en Hotel de Goudfazant rijk, net als de overdekte marktplaats 'Landmarkt', een muziekschool en diverse basisscholen. Stadgenoot bouwt 42 eengezinswoningen vanaf 108 m2, met een privétuin en een gezamenlijke binnentuin. De richtprijs is vanaf € 227.500 inclusief afgekochte erfpacht voor 50 jaar. Vanaf deze maand toetsen we onze plannen via een enquête. Wij zijn benieuwd naar uw mening! Vul de enquête in op de website. Op basis van de uitkomsten worden de plannen definitief vormgegeven.
www.hartvanelzenhagen.nl
www.debinnentuinenvannoord.nl
Geef uw mening over de plannen!
Stadgenoot
31
fotostrip
Buurvrouw Nina & Ype
colofon
contactgegevens
Eindredactie Helene van Santen
Klantenservice 020 - 511 80 00
Vormgeving Milja Oortwijn Coverbeeld Jan Freriks
E-mail
[email protected]
Website
www.stadgenoot.nl
Medewerkers Wout Jan Balhuizen, Gijs Coffeng, Aaf Brandt Corstius, Wendy Dekker, Ype Driessen, Jan Freriks, Anneke Hymmen, Yvonne Polman, Erwin Rooyakkers, Hans van der Vliet
Bezoekadres Sarphatistraat 370, 1018 GW Amsterdam
Drukker Lecturis
Postadres Stadleven is een uitgave van Stadgenoot. Het huurdersmagazine verschijnt vier keer per jaar. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van Stadgenoot worden gekopieerd en/of gebruikt.
Postbus 700, 1000 AS Amsterdam