Dichtbij de burger Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur Wat is er aan de hand? De provincie Noord-Brabant heeft in 2011 in haar bestuursakkoord Tien voor Brabant afgesproken onderzoek te doen naar bestuurskracht van Brabantse gemeenten (commissie-Huijbregts). In de zomer van 2013 zal het eindrapport het licht zien, dat zal worden besproken in Provinciale Staten van Noord-Brabant. In oktober 2012 is in het regeerakkoord van VVD en PvdA opgenomen dat gemeenten moeten opschalen en dat Nederland op termijn zal worden verdeeld in vijf landsdelen. De opschaling van gemeenten en de landsdelen hangen uiteraard nauw samen. De voornemens geven aanleiding tot veel weerstand, ook in Provinciale Staten van Noord-Brabant. Een uiting daarvan is de motie Brabant moet Brabant blijven die op 16 november 2012 in Provinciale Staten met een grote meerderheid is aangenomen. De PvdA heeft tegen de motie gestemd met de verklaring dat deze motie zonder enige discussie of debat een te snelle reactie is op dit deel van het regeerakkoord. Ook de PvdA is uiteraard niet voor opheffing of splitsing van Noord-Brabant maar staat ook niet met de rug naar pogingen om Nederland meer eigentijds te gaan besturen. Waarom deze discussie? De discussie komt voort uit een sterk gevoeld probleem: zijn lokale overheden in staat om taken in de toekomst goed uit te voeren? En past de schaal van provincies nog in voldoende mate bij de schaal van grotere gemeenten? De discussie die landelijk en provinciaal wordt gevoerd, krijgt al snel de vorm van een structuurdiscussie. We verleggen gemeentelijke en provinciale grenzen, en daarmee zijn we klaar voor de toekomst. Zo denken wij niet. De PvdA wil problemen oplossen. Geen structuurdiscussie maar een discussie over de wijze waarop overheden hun taken goed kunnen uitvoeren. Daarbij is voor ons van belang dat de burger invloed heeft op de eigen leefomgeving. In een sterke samenleving en een sterke democratie hebben burgers en gemeenschappen invloed op hun eigen omgeving en het openbaar bestuur. In zo’n De PvdA wil ruim baan voor samenleving dragen burgers verantwoordelijkheid en burgerbetrokkenheid en geven burgers vorm aan de publieke zaak. De PvdA wil burgerinitiatieven, meer directe een openbaar bestuur dat dichtbij de burger staat! invloed en democratie en een ‘Ruim baan voor burgerbetrokkenheid en dienstbare politiek, bestuur en burgerinitiatieven, meer directe invloed en democratie semipublieke sector en een dienstbare politiek, bestuur en semipublieke sector.’ Zo heeft de PvdA dat verwoord in haar landelijke verkiezingsprogramma van 2012. En op deze wijze willen we werken aan de modernisering van het openbaar bestuur in de provincie. Als we de discussie niet voeren ontnemen we onszelf als provinciale politici, en de burger, de kans om invloed te hebben op de landelijke discussie. Het mag ons niet overkomen dat de Rijksoverheid beslissingen neemt zonder dat wij onze maximale inbreng hebben gegeven. Vanuit onze waarden, vanuit onze overtuiging en daaruit voortkomende doelen. Dichtbij de burger!
1 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
Wat hebben we gedaan? De PvdA in Provinciale Staten van Noord-Brabant heeft een visie geformuleerd op de inrichting van het lokale en middenbestuur in de provincie Noord-Brabant, met name de opschaling van gemeenten en de vorming van landsdelen. Deze visie wordt in deze notitie verwoord. De visie is tot stand gekomen na discussie met PvdA-bestuurders en -politici, een discussie op de gewestelijke vergadering en een interne discussie in de fractie waarbij onze eigen ervaringen met gemeenten een rol hebben gespeeld. Ook hebben we de rapporten van de commissie-Huijbregts (Veerkrachtig bestuur) bestudeerd en we hebben ons, door het voeren van veel gesprekken, breder georiënteerd op zowel de opschaling van gemeenten als de landsdelen. Deze eigen oriëntatie hebben we gedaan vanuit het belang van de burger: voldoende werkgelegenheid, goed onderwijs en goede zorg. We hebben gesprekken gevoerd met Brabantse vertegenwoordigers vanuit vijf sectoren: wetenschap, openbaar bestuur, bedrijfsleven, zorg en onderwijs. Wat wij belangrijk vinden Het basisprincipe in ons politieke handelen is steeds het belang van de burger. En dat belang staat onder druk. Het belang van Marit, verstandelijk gehandicapt. Marit kan best zelfstandig wonen maar heeft wel begeleiding nodig. Die begeleiding staat op de tocht. Het belang van de heer Gerritsma, 85 jaar, kan zich nog best redden maar is zijn vrouw drie maanden terug verloren. Meneer Gerritsma is ontredderd en dreigt te vereenzamen. Waar kan hij terecht nu er geen verzorgingshuizen meer zijn? En Jamie, 15 jaar oud, midden in een vechtscheiding. Zijn ouders hebben meer aandacht voor zichzelf dan voor Jamie. Hij zoekt zijn vrienden op straat, komt in aanraking met drugs en dreigt weg te glijden in de criminaliteit. Wij zorgt er voor Jamie? En niet te vergeten het belang van Bart, 55 jaar oud, een goed onderhoudsmonteur die drie maanden geleden ontslagen is. Er was geen werk meer. Hoe komt Bart weer aan een baan? We hebben het over de AWBZ die deels overgaat naar de Wmo, over Marit en de heer Gerritsma. We hebben het over de jeugdzorg, over Jamie. En we hebben het over de Participatiewet, over Bart. We hebben het over mensen. Mensen in de knel. En die mensen zijn straks afhankelijk van hun gemeente. Hun gemeente die ervoor moet gaan zorgen dat iedereen kan meedoen. Gemeenten die daarvoor veel minder geld krijgen dan eerder Het belang van Marit, verstandelijk beschikbaar was. En veel gemeenten kunnen die taken gehandicapt. Marit kan best zelfstandig niet zelfstandig aan. Dus moeten zij gaan wonen maar heeft wel begeleiding samenwerken met andere gemeenten. Of fuseren tot nodig. Die begeleiding staat op de grotere gemeenten. En daar gaat nu op veel plaatsen tocht. de discussie over. In Brabant heeft de provincie een onderzoek laten uitvoeren naar de bestuurskracht van gemeenten. De reacties van politici en bestuurders zijn soms stevig. Hoezo kunnen wij onze taken niet aan? Hoezo maakt de provincie uit dat wij moeten samenwerken of fuseren? De reacties zijn te begrijpen. Maar vanuit de verantwoordelijkheid van de provincie niet zomaar te accepteren.
2 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
De provincie heeft een algemene verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het openbaar bestuur. Wij richten ons op de scope van de provincie Noord-Brabant. Dat is het gebied waarvoor wij verantwoordelijkheid dragen. Die scope heeft betrekking op het middenbestuur (onze provincie) en op het lokaal bestuur (onze gemeenten). Beide hangen nauw met elkaar samen. Wij hebben als fractie enkele uitgaanspunten geformuleerd over de inrichting van het openbaar bestuur. De uitgangspunten hangen beiden samen met het belang van de burger dat primair door het openbaar bestuur gediend moet worden. In de eerste plaats betreft dat het uitvoeren van (wettelijke) taken van de overheid. In de tweede plaats betreft het de betrokkenheid van de burger bij het openbaar bestuur. Met betrokkenheid bedoelen we enerzijds de invloed die burgers hebben op beleid (beleidsparticipatie), anderzijds de ruimte die burgers krijgen om hun eigen doelen te bereiken (burgerinitiatieven). Wat wij belangrijk vinden heeft ook zijn basis in de beginselen van de sociaaldemocratie. Die zijn onlangs opnieuw vertaald in de resolutie Van waarde die op het PvdA-congres van april is vastgesteld als onze nieuwe leidraad. Belangrijke waarden die in Van waarde als uitgangspunt dienen zijn bestaanszekerheid, arbeid, verheffing, en binding. De leidraad voor het politiek handelen (zie kader) die daaruit voortkomt, gebruiken we ook als leidraad voor de discussie over de inrichting van het openbaar bestuur. Leidraad voor het politiek handelen We bestrijden de dominantie van het efficiency-denken: als sociaal-democraten weten wij dat niet alles dat van waarde in geld is uit te drukken. Efficiëntie is niet het hoogste goed en ontkent veel wat van waarde is. Het belang van kleine schooltjes in krimpgebieden voor de kinderen aldaar weegt zwaarder dan het belang om perse voor een dubbeltje op de eerste rang te zitten. De overheid moet sober en dienstbaar zijn maar daar waar enkel en alleen afwegingen omtrent prijs de koers van beleid bepalen verzetten wij ons. We kiezen voor iets minder rendement in ruil voor meer zekerheid. We zorgen voor elkaar: de terughoudendheid die sociaal-democraten betrachten als het gaat om de inzet van mensen zelf bij sociale voorzieningen schudden we af. Goede voorzieningen garanderen we, maar ook scheppen we de voorwaarden en de ruimte voor mensen om medemenselijkheid te betrachten. Vervolgens verwachten we dat ook van hen die dat kunnen. We zetten een rem op eenzijdige flexibilisering: niet langer mag de overheid gaten laten vallen als het gaat om fundamentele zekerheden van de mensen die dat juist niet kunnen dragen. Flexibiliteit kan alleen bestaan bij de gratie van (collectieve) zekerheid. Die ambitie maken wij waar. We democratiseren de publieke sector: politiek bedrijven we vóór mensen, met mensen. We herstellen de zeggenschap van de politiek op de publieke sector en de zeggenschap van burgers zelf op de publieke sector en de politiek. Ook breken we de bestuurscultuur aan de top van semi-publieke instellingen open. Van bestuurders daar verwachten we dat ze ruimte laten voor gebruikers en medewerkers, dat ze de afstand tussen management en werkvloer verkleinen. Bron: Resolutie ‘Van Waarde’, Wiardi Beckman Stichting
Niet het efficiency-denken voorop, ruimte geven aan de kracht van gemeenschappen, grote, kleine, moderne en traditionele. Een dienende publieke sector waarop burgers invloed hebben. Het gaat
3 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
daarbij onder meer om de vraag hoe we als (lokale) politici moderne vormen van gemeenschapszin het beste kunnen faciliteren. Hoe we ervoor zorgen dat mensen (weer) zeggenschap krijgen over hun eigen leven. Hoe we alledaagse solidariteit organiseren. Onze (lokale) Van waarde-agenda, waarbinnen verbinden en nabijheid op wijk-, buurt- en keukentafelniveau van belang zijn, is wat ons betreft ook de agenda bij de landelijk ingezette decentralisaties en de daarbij behorende bezuinigingen en bestuurlijke opschaling. Belang van de burger Dienstverlening aan de burger Al ons handelen als politicus en bestuurder moet gericht zijn op de best mogelijke dienstverlening aan de burger. Die is niet gekoppeld aan de schaal van de (lagere) overheid maar aan de wijze waarop de dienstverlening is georganiseerd. Praktische zaken, zoals het aanvragen en ophalen van een nieuw rijbewijs, kunnen goed (de)centraal worden georganiseerd en zijn onafhankelijk van de schaal. Ook zaken als het aanpassen van bestemmingsplannen en het verlenen van (bouw)vergunningen horen daarbij. We denken dat het burgers vooral hierom gaat. Er is een grote zwijgende meerderheid van burgers die niet politiek actief is en verwacht dat de overheid het goed regelt. Maar er is ook een actieve minderheid van burgers die veel te bieden heeft. Ook voor die burgers willen wij staan door hen te betrekken bij beleid. Identiteit en menselijke maat Vaak wordt gesproken over identiteit en menselijke maat, belangrijke aandachtspunten bij de discussie over de schaalgrootte van een (lokale) overheid. Mensen voelen zich thuis in een dorp, een wijk of een buurt. Daar ontstaan sociale gemeenschappen waarin mensen betrokken zijn op elkaar, waar initiatieven worden genomen en waar zorgzaamheid ten opzichte van elkaar tot uiting komt. Aan de kleine sociale verbanden ontlenen mensen het Wij willen dat mensen zeggenschap meest hun identiteit. Identiteit en menselijke maat hebben over die eigen leefomgeving. staan los van de schaal van de gemeente. Het is onze overtuiging dat het niet de gemeente is die de identiteit bepaalt, maar de gemeenschap. Daar gebeurt het en van daaruit kunnen we burgers ruimte geven om invloed te hebben op hun eigen leefomgeving! Daarbij moeten we de betekenis van nieuwe sociale verbanden die ontstaan door de sociale media niet vergeten. Ook de virtuele communities (Facebook, Twitter) hebben betekenis en zullen in betekenis toenemen. Slim gebruik maken van de sociale media kan de sociale cohesie bevorderen. Afstand burger en bestuur De afstand tussen burger en bestuur wordt vaak genoemd als argument om niet op te schalen. Maar dit argument gaat maar ten dele op. Ook nu zijn er (hele) grote gemeenten waar de afstand tussen burger en bestuur niet als (te) groot ervaren wordt. Het meest bepalend is de mate waarin de burger invloed heeft op zijn of haar eigen leefomgeving. De gemiddelde burger (de zwijgende meerderheid) is minder bezorgd over lokale democratie in politieke zin maar wil invloed op de eigen leefomgeving. Wij willen dat mensen zeggenschap hebben over die eigen leefomgeving. Wij willen burgers daarin stimuleren en faciliteren. Want ook dat is lokale democratie. Er zijn vele ontwikkelingen in Brabant
4 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
die aantonen dat burgers ruimte willen en nodig hebben voor initiatieven. Zie de zorg- en energiecoöperaties, maar ook de vele belangengroepen die aantonen dat burgers de regie over eigen leven willen en kunnen nemen. Mening van de burger Op basis van het voorgaande denken wij dat de plaats waar het gemeentehuis staat voor de burger minder interessant is. De zwijgende meerderheid van burgers wil invloed op de eigen leefomgeving en kwaliteit van dienstverlening. Toch is het onduidelijk wat de burger écht vindt. Peilingen en referenda ten spijt is er geen representatief wetenschappelijk onderzoek gedaan naar wat de burger écht vindt van de grootte van een gemeente of provincie. Het is dus de vraag wiens belang wordt gediend bij de weerstand tegen opschaling. Zijn het niet vaak bestuurders en politici die de meeste weerstand vertonen? Bestuur dichtbij de burger Gemeenten staan dichtbij de burger Er is in onze samenleving, en in de PvdA, grote overeenstemming over de gemeenten: die staan het dichtst bij de burger, zijn daardoor het best in staat om goede diensten te leveren en af te stemmen op lokale behoeften. Er is om die reden een beweging gaande van taken van provincies en rijk naar gemeenten. De decentralisatie van taken op het gebied van (jeugd)zorg en participatie wordt de komende jaren gerealiseerd. Per 2015 kunnen gemeenten ongeveer een verdubbeling van het gemeentefonds tegemoet zien. Een grote opdracht voor gemeenten, niet zonder risico’s voor kwetsbare mensen! Kleine gemeenten en grote taken De huidige omvang van veel gemeenten is te klein om de maatschappelijke opgaven en de grote taken die er bijkomen aan te kunnen. Vooral kleine gemeenten kunnen die taken niet meer aan. Er zijn mogelijkheden om dat probleem op te lossen: samenwerking op ambtelijk niveau, het vormen van A- en B-gemeenten, overdragen van taken aan centrumgemeenten en fuseren zijn de oplossingen die voorkomen. De huidige bestuurlijke drukte en ‘bestuurlijke spaghetti’, en daarmee de De huidige bestuurlijke drukte en druk op de kwaliteit van het openbaar bestuur, zien ‘bestuurlijke spaghetti’, en daarmee de wij als probleem. Op verschillende terreinen wordt druk op de kwaliteit van het openbaar bestuur, zien wij als probleem. vaak met verschillende gemeenten samengewerkt waardoor overzicht en democratische legitimatie verdwijnt. En dit verschijnsel dreigt met de toenemende en zwaardere taken alleen maar toe te nemen. Fusie tussen gemeenten zou dit probleem kunnen oplossen maar het is geen standaardoplossing. De PvdA wil fusie of herindeling niet opleggen. Het initiatief is aan gemeenten om zelf uit te maken hoe men de uitvoering van taken kwalitatief wil borgen. De provincie is pas aan zet als gemeenten er niet uitkomen en de kwaliteit van het openbaar bestuur, en daarmee het belang van burgers, onder druk komt te staan.
5 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
Kritische massa Wij sluiten onze ogen niet voor de problemen die er zijn bij de uitvoering van taken door kleine gemeenten. Het bedrijfsleven ervaart een gebrek aan kwaliteit op het gebied van ondernemerschap. Dat gaat over ruimte voor ondernemen (ruimtelijke ordening, bestemmingsplannen) maar ook vergunningverlening, toezicht en handhaving. Er is bij gemeentegrensoverschrijdende bedrijven vaak sprake van contacten met veel gemeenten die allemaal hun eigen regels en gebruiken hebben. De complexiteit van de samenleving, tot uiting komend in (Europese) wetgeving, is voor kleine gemeenten (te) groot. De kritische massa is te klein en daarmee de deskundigheid te gering. Dienstverlening aan bedrijven dreigt hiermee onder de maat te geraken. Het gaat dus niet alleen om taakverzwaring door de komende decentralisaties (jeugdzorg, AWBZ en participatie). De kwaliteit stond bij kleine gemeenten al langer onder druk en de verwachting is dat dit in de toekomst sterker wordt. Decentralisatie van taken op het terrein van werk, jeugdzorg, gehandicaptenzorg en ouderenzorg brengen grote risico’s voor kwetsbare burgers met zich mee en wellicht ook meer kosten. Democratische legitimatie Er is een dreigend verlies van democratische legitimatie door wildgroei in samenwerkingsverbanden. Maar ook om andere redenen staat het functioneren van gemeenteraden onder druk. Wij vragen ons af of gemeenteraden nog wel voldoende aansluiten bij deze tijd, en daarmee dus in voldoende mate democratische legitimatie (kunnen) waarmaken. Voelen burgers zich nog voldoende vertegenwoordigd door de gemeenteraad? Zijn de ontwikkelingen in de samenleving reden om eens kritisch naar het huidige model te kijken? Lokale democratie is veel breder dan lokaal herkenbare bestuurders en volksvertegenwoordigers. Lokale democratie is de burger betrekken. Er zijn nu veel meer mogelijkheden dan vroeger om dat te doen, bijvoorbeeld via sociale media en virtuele communities. De opvatting over lokaal bestuur is nog teveel geënt op het oude denken. Gemeenteraden ‘oude stijl’ moeten naar ‘Hoe kunnen we de burger slim betrekken?’ Dat past bij deze tijd en dat past bij de moderne sociaaldemocratie die wij voorstaan, dichtbij de burger en met de burger als uitgangspunt. Middenbestuur op afstand Landsdelen In het regeerakkoord van de huidige regering is de omvorming van provincies in landsdelen opgenomen. Inmiddels weten we dat de positie van de provincie Noord-Brabant in deze kabinetsperiode niet ter discussie staat. Toch hebben we onze visie op de provincie als middenbestuur en op de vorming van landsdelen, voor wat betreft onze provincie, wel gevormd. Provincie als faciliterend middenbestuur Wij zien de provincie als het faciliterende middenbestuur, dat steun geeft aan gemeenten zodat zij hun taken adequaat kunnen uitvoeren. De provincie heeft ook een eigen algemene verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het lokale openbaar bestuur. Vanuit die verantwoordelijkheid is zij bevoegd om zelf een initiatief te nemen indien de kwaliteit van het lokaal bestuur onder druk staat. Nu houdt de provincie Noord-Brabant toezicht op afstand, met respect
6 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
voor de eigen gemeentelijke verantwoordelijkheid. Maar daaraan zijn wat ons betreft wel grenzen. Tijdig hulp bieden en wellicht zelfs opleggen kan grotere problemen in de toekomst voorkomen. Het belang van burgers staat daarbij altijd voorop! Druk van Rijk en provincie, naast beweging van onderop, kan een proces helpen. De provincie Noord-Brabant vervult daartoe op dit moment een zinvolle functie door middel van het project Veerkrachtig bestuur. Een vervolg daarop, hoe dan ook, kan niet uitblijven. Brabantse identiteit In de discussie over de vorming van landsdelen wordt ook dé Brabantse identiteit opgevoerd. Wat is dat? Hoewel er grote sociaal-culturele verschillen zijn tussen bijvoorbeeld Oost- en West-Brabant is er een sterk ‘Brabants DNA’, en dat is ‘wij doen het samen in Brabant’. Brabant heeft daaraan voor een groot deel haar succes te danken. De netwerken in Brabant zijn opener en sterker dan in andere regio’s. Er worden ons regelmatig vragen gesteld uit andere provincies: hoe doen jullie dat toch? Toch zien we dat ook Brabanders moeite hebben met verandering, hetgeen blijkt uit sommige Brabantse reacties op het onderzoek Veerkrachtig bestuur en uit voornemens uit het regeerakkoord. Wat ons betreft is openheid een kracht van Brabant, en dus gooien we niet de deuren dicht als het om de modernisering van het openbaar bestuur gaat. Bestuursgeografische afstand Ook een provincie als faciliterend middenbestuur moet bestuurskrachtig zijn. En de discussie over effectiviteit en efficiency van het middenbestuur mag ook gevoerd worden. Daarbij is de schaal van het middenbestuur in relatie tot de schaal van de gemeenten van belang. Als gemeenten en provincies qua omvang te weinig van elkaar verschillen gaan bestuurders elkaar in de weg lopen. In zo’n geval is er sprake van een te kleine bestuursgeografische afstand. Daarom moet de opschaling van gemeenten ook direct worden gekoppeld aan de landsdelen. Als na opschaling van gemeenten in een provincie nog maar drie gemeenten overblijven is de bestuursgeografische afstand te klein geworden en ontstaan er gemakkelijk bestuurlijke territoriumdiscussies. Ook hier zijn regionale verschillen van groot belang: Brabant is niet te vergelijken met Drenthe. Nieuwe vormen van samenwerking We willen geen structuurdiscussie over landsdelen. Een belangrijk argument daarvoor is de grensontkennende samenwerking in organische netwerken die in diverse regio’s tot stand komt (‘The willing coalitions’ in de Triple helix). De regionale Brabantse samenwerkingsverbanden zijn daarvan een goed voorbeeld (Brainport en de Rijn-Schelde Delta). Het denken in termen van structuren Het denken in termen van structuren en grenzen wordt en grenzen wordt ingehaald door ingehaald door moderne vormen van samenwerking die moderne vormen van samenwerking eerder worden belemmerd door de discussie over die eerder worden belemmerd door de landsdelen dan bevorderd. Maar daarbij is er ook een discussie over landsdelen dan probleem. De samenwerking in netwerken is niet bevorderd. omgeven door bestuurlijke bevoegdheden waardoor niets kan worden afgedwongen. Dat heeft voordelen omdat samenwerking op inhoud en draagvlak tot stand komt, het heeft nadelen omdat het soms zwemmen in stroop is. In deze lijn doordenkend is
7 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
het goed om na te denken over een goede mix van modern samenwerken en het toebedelen van bestuurlijke bevoegdheden in zo’n ‘nieuwe’ regio (multi-level governance). Er is nog een ander punt. De uitspraak ‘We werken al grensontkennend samen’ is ook een manier om maar niet over andere grenzen te hoeven nadenken. Als de storm is overgewaaid, doen we het weer als vanouds. Het Europese perspectief In de discussie over de landsdelen moet ook het Europese perspectief worden betrokken. De relatie tussen de Europese regio’s en Brussel wordt veel belangrijker en het is te verwachten dat die relatie invloed gaat hebben op de relatie tussen de landsregeringen en Brussel. Om die reden is het van belang om bij de discussie over de landsdelen nauw aan te sluiten bij de vorming en ontwikkeling van Europese regio’s. Mooie Brabantse voorbeelden van dit soort regio’s zijn de al genoemde samenwerking binnen Brainport en de Rijn-Schelde Delta (Rijnmond, Drechtsteden, West-Brabant, Zeeland, Vlaanderen/Antwerpen). Is Brabant groot genoeg? Het gevaar van bestuurlijke vernieuwing op basis van structuren en grenzen is het doorbreken van wat goed gaat. De provincie Noord-Brabant is succesvol en iets wat succesvol is moet je niet verstoren. Het zogenaamde Brabantse DNA (creatief samenwerken) is de succesfactor bij Brainport en de Rijn-Schelde Delta. De provincie Noord-Brabant is groot genoeg als bestuurlijke laag, ook na een mogelijke opschaling van Brabantse gemeenten. Maar juist de Brabantse mentaliteit betekent dat Brabant niet met de rug naar andere provincies moet gaan staan. Indien er in regio’s buiten Brabant wel problemen ontstaan, is het erg Brabants om mee te denken over oplossingen. Dat zou kunnen betekenen dat Brabant zich openstelt voor andere provincies om bestuurlijk meer samen op te trekken. Brabant als kloppend hart van Zuid-Nederland zou daarmee een realiteit moeten kunnen zijn. Conclusies Er is geen ideaal model De thematiek rond de modernisering van het openbaar bestuur is ingewikkeld. Er is geen ideaal model. Er zijn diverse modellen die situationeel en regionaal lijken te ontstaan en die in meerdere of mindere mate voldoen. Waar in de ene situatie een De provincie Noord-Brabant is groot samenwerkingsmodel wel voldoet, blijkt dat in een genoeg als bestuurlijke laag, ook na een andere situatie niet het geval. Dat blijkt ook duidelijk mogelijke opschaling van gemeenten. uit de uitkomsten van het onderzoek ‘Veerkrachtig bestuur’. Toch zijn wij geen voorstander van blauwdrukken en van bovenaf opgelegde herindelingen. We stellen wel eisen aan bestuurskracht. De provincie heeft een algemene verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het lokale openbaar bestuur. En zij heeft de bevoegdheid om eisen te stellen , te sturen en in te grijpen. De provincie kan en mag zich niet verschuilen achter de opvatting dat gemeenten hun eigen verantwoordelijkheid hebben. Dat moge zo zijn, de provincie dient, in het belang van de burger, problemen zoveel mogelijk te voorkomen. Dat impliceert handelend optreden als daartoe aanleiding is.
8 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur
Over de landsdelen hebben we een duidelijke mening: de provincie Noord-Brabant heeft een ideale bestuursschaal. Maar we staan niet met de rug naar andere provincies. Dat betekent dat we buiten onze grenzen actief meedenken over modernisering van het openbaar bestuur. De toekomst van Brabantse gemeenten Over de gemeenten kunnen de volgende conclusies worden getrokken: Er is een probleem in het openbaar bestuur, met name bij gemeenten, door: • de toename van taken bij gemeenten, met name in het sociale domein; • de schaal van veel gemeenten is te klein om deze taken naar behoren te kunnen uitvoeren; • oplossingen worden gezocht in samenwerking op verschillende manieren en in diverse subregio’s waardoor er een ‘bestuurlijke spaghetti’ ontstaat; • door de diversiteit aan samenwerkingsvormen is er een verlies van democratische legitimatie. De PvdA wil dat modernisering van het openbaar bestuur gebeurt in lijn met de volgende waarden: • het belang van de burger is geborgd door het leveren van kwaliteit van dienstverlening en faciliteren van ruimte voor de burger; • dichtbij de burger organiseren is daarbij een belangrijke voorwaarde. Gemeenten zijn al in beweging naar een hoger schaalniveau: • waarbij schaalvergroting nodig is; • waarbij kleinschaligheid organiseren, dichtbij de burger, van belang is voor behoud van identiteit. Rol provincie Over de rol van de provincie kunnen de volgende conclusies worden getrokken: • gemeenten krijgen de ruimte om zelf te zoeken naar het gewenste schaalniveau waarbij kwaliteit van dienstverlening en ruimte voor burgers voorop staat (beweging van onderop); • de provincie is het faciliterend middenbestuur dat stuurt, met als doel te voorkomen dat gemeenten in de problemen komen (preventie); • de volgende provinciale rollen horen daarbij: regie nemen, verbindingen maken, initiatief nemen; • de provinciale rol is toezicht is op afstand, eisen stellend en ingrijpend waar nodig. Over de landsdelen kunnen de volgende conclusies worden getrokken: • voorzichtig zijn met het doorbreken van structuren waardoor wat goed gaat wordt verstoord; • indien het zou komen tot de vorming van landsdelen is de provincie Noord-Brabant groot genoeg om als zelfstandige bestuurslaag te blijven functioneren; • indien het zou komen tot de vorming van landsdelen mag van de provincie Noord-Brabant een open en constructieve houding worden verwacht.
9 Visie PvdA-fractie Noord-Brabant op de modernisering van het openbaar bestuur