Verzenddatum. Uw kenmerk Onderwerp. Bijlagen

Informaticalaan 6-12, 2628 ZD Delft Postbus 2929, 2601 CX Delft

REGIONALE BELASTING GROEP

Aan de leden van de Verenigde Vergadering van het hoogheemraadschap van Delfland Postbus 3061 2601 DB DELFT

Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer

U: IR/Jaarrapport 2011 en Begroting 2013 I. Risseeuw 015-2701452

Verzenddatum Uw kenmerk Onderwerp Bijlagen

1 juni 2012 jaarrapport 2011 en begroting 2013 rbg 2

Geachte leden van de Verenigde Vergadering,

Het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep (RBG) heeft op 31 mei 2012 het Jaarrapport 2011 en de Begroting 2013 van de RBG vastgesteld. Ter voldoening aan de artikelen 33 en 34 van de Gemeenschappelijke regeling Regionale Belasting Groep zend ik u hierbij het voormelde jaarrapport met de daarbij bijbehorende stukken en de begroting toe.

Hoogachtend,

I. Risseeuw beleidsadviseur


Bestuursvoorstel AB

Behandeld door: John Kooistra

Agendapunt 4 van de vergadering van het dagelijks bestuur van 31 mei 2012 Onderwerp: Bijlagen:

J a a r r a p p o r t 2011 Jaarrapport 2011 en concept accountantsverslag

Beslispunten: • Vaststellen Jaarrapport 2011

Toelichting Hierbij treft u het Jaarrapport 2011 aan. Voor een inhoudelijke toelichting verwijzen we u naar het bijgevoegde jaarrapport en het voorwoord van de directeur. Samenvattend vertoont de jaarrapport 2011 het volgende beeld: De totale kosten bedragen in 2011 De totale opbrengsten bedragen in 2011

€ €

11.367.400 11.473.000

Resultaat voor bestemming

€

105.600

Toevoegen aan reserve samenwerking gemeente

€

105.600 -/-

Resultaat na bestemming

€

nihil

Accountantsverklaring Het jaarrapport 2011 van de RBG bevat een controleverklaring met een positiefoordeel over de getrouwheid en rechtmatigheid. Als gevolg van de strengere naleving van de verslaggevingvoorschriften is het jaarrapport qua inrichting op onderdelen veranderd. Er is nu sprake van een jaarrapport dat bestaat uit een jaarverslag en een jaarrekening. Daarnaast is een aantal paragrafen ten opzichte van 2011 anders benoemd. De paragraaf incidentele baten en lasten is toegevoegd. Naast de controleverklaring is een concept rapport van bevindingen uitgebracht. Normaliter wordt dit rapport alleen aan het dagelijks bestuur meegezonden, maar om een compleet beeld over het totstandkomingproces te geven, sturen we het verslag integraal toe 31.05.12-4

aan de leden van het algemeen bestuur. Het belangrijkste uit het rapport is dat er geen controleverschillen op getrouwheid en rechtmatigheid zijn gerapporteerd. De tweetal bevindingen over de verslaggevingvoorschriften zullen in de jaarrekening 2012 worden verwerkt en ook vanaf de begroting 2014 worden meegenomen. Indien de begroting 2013 wordt herzien zal ook hier met de bevindingen over de verslaggevingvoorschriften rekening worden gehouden. Communicatie a) Na vaststelling van het jaarrapport 2011 in het algemeen bestuur dient het jaarrapport binnen vier weken te worden verzonden naar gedeputeerde staten (volgens de bepaling in de gemeenschappelijke regeling moet dit voor 15 juli hebben plaatsgevonden). b) Na vaststelling van het jaarrapport 2011 in het algemeen bestuur wordt deze ter kennisgeving aan de deelnemers toegezonden.

31.05.12-4

4n»


Jaarrapport 2011

Jaarrapport 2011 Regionale Belasting Groep

pagina 1 van 32

Inhoudsopgave Jaarverslag

Voorwoord

3

1.

Inleiding

4

2.

Paragrafen

5

2.1

Bedrijfsvoering

5

2.2

Financiering

7

2.3

Weerstandsvermogen

8

2.4

Onttrekkingen overige bestemmingsreserves en voorzieningen

9

2.5

Verbonden partijen

9

2.6

Topinkomens

9

2.7

EMU-saldo

10

2.8

Incidentele lasten en baten

10

Jaarrekening

1.1

Balans

11

1.2

Toelichting op de balansposten

12

1.3

Waarderingsgrondslagen

18

1.4

Exploitatierekening naar programma

19

1.5

Product Belastingheffing

20

1.6

Product Invordering

22

1.7

Exploitatierekening naar kosten-en opbrengstensoorten

26

1.8

Toelichting op de kosten- en opbrengstensoorten

27

Controleverklaring

30

Vaststelling

32


pagina 2 van 32

Jaarverslag 2011 Voorwoord Na het positieve startjaar 2010 van de Regionale Belasting Groep (RBG) ligt nu de jaarrekening 2011 voor. In het jaar 2011 zijn we heel nadrukkelijk met verbetering van onze werkprocessen aan de slag gegaan. Het vergroten van de efficiency en het verbeteren van de klantgerichtheid zijn twee doelstellingen die hierin nadrukkelijk aan de orde kwamen. In dit kader is het project Inlichtingbureau - meer controlemogelijkheden ten behoeve van het proces kwijtschelden, een van de vele wijzigingen die wij hebben doorgevoerd. Tevens besteden we veel tijd aan interne controle, waarbij de volledigheid van onze bestanden heel nadrukkelijk de aandacht krijgt. Hierdoor hebben wij ook veel hogere belastinginkomsten kunnen realiseren (in totaal ca. € 4,5 miljoen) dan door onze deelnemers was begroot. De in december jl. getekende intentieverklaring voor de samenwerking met de gemeente Delft is ook een behaald succes in 2011. Alles is erop gericht om per 1 januari 2013 te gaan starten met een nieuwe fase van ons bedrijf. Het doel is om een toonaangevende regionale belastingorganisatie te worden voor het heffen en innen van lokale belastingen en de uitvoering van de Wet WOZ (taxaties van economische waarden). Hiertoe is in 2011 ook gestart met een Europese aanbesteding voor de aanschaf van een geïntegreerd belastinginformatiesysteem, die zowel gemeentelijke als waterschapsbelastmgen kan opleggen en innen. Tot slot wil ik nog melden dat de uitkomst van de jaarrekening 2011 niet in betekenende mate afwijkt van de begroting 2011. Dat betekent dat ook de geraamde efficiencywinst, in 2011 € 1 miljoen lagere lasten dan de oorspronkelijke belastingafdelingen van de deelnemers, gerealiseerd is. De opgestelde plannen bij de oprichting van de RBG zijn in de praktijk volledig waargemaakt. Kortom, 2011 is voor de RBG een jaar geweest waarin onze medewerkers erin zijn geslaagd om nieuwe en gewijzigde werkprocessen succesvol uit te voeren. In dit jaarverslag vindt u een opsomming van een aantal belangrijke uitgevoerde werkzaamheden.

Henk Sigmond Directeur


pagina 3 van 32

1. Inleiding Financieel resultaat op hoofdlijnen Exploitatierekening

RBG

De totale kosten bedragen in 2011 De totale opbrengsten bedragen in 2011

€ €

11.367.400 11.473.000

Resultaat voor bestemming

€

105.600

Toevoegen aan reserve

€

105.600 - / -

Resultaat na bestemming

€

nihil

Na het bestemmen van het resultaat is het resultaat van de jaarrekening 2011 nihil. Het jaarrekeningresultaat is in basis positief. Een groot voordeel (€ 160.000) is gehaald op het verzenden en drukken van de aanslagen. Door het bewust niet inzetten van het budget onderhoud ICT is een overschot ontstaan van € 125.000. Tegenover deze voordelen staan nadelen door extra toevoeging aan de voorziening dubieuze debiteuren en de nieuw ingestelde voorziening voor arbeidsgerelateerde verplichtingen. Over het algemeen kan worden geconcludeerd dat de primaire begroting 2011 toereikend is geweest. Verderop in de jaarrekening is aangegeven op welke posten in de begroting 2012/2013 interne wijzigingen worden doorgevoerd. Met de resultaten van deze jaarrekening zal bij het opstellen van de begroting 2013 rekening worden gehouden. Belastingopbrengsten De planning van de aanslagoplegging is in 2011 volledig gehaald en op sommigë onderdelen zelfs naar voren gehaald. In totaal is € 4,5 miljoen meer opgelegd (en € 1,9 miljoen over voorgaande jaren) dan waarmee door de beidë deelnemers rekening was gehouden. geraamd 2011

werkelijk 2011

werkelijk 2010

verschil begr - rek 2011

191.548.604 € 9.548.558- c 1.671.562- c 180.328.484 c

174.041.113 9.867.9132.178.299161.994.901

HHD Bruto-OPBRENGST -/- kwijtschelding -/- oninbaar NettO-OPBRENGST

e e e c

Opbrengst voorgaande jaren

e

1 HHSK Bruto-OPBRENGST -/- kwijtschelding -/- oninbaar NettO-OPBRENGST

€ e

187.062.000 10.421.0002.596.000174.045.000 461.000

e c c c

€

2.063.886

e e

79.930.700 3.774.8001.022.20075.133.700

€ C e c

79.892.457 3.474.413869.74875.548.296


€

1.025.500

c

1.342.572

1 totaal RBG Bruto-OPBRENGST -/- kwijtschelding -/- oninbaar Netto-OPBRENGST

e e e e


e

266.992.700 14.195.8003.618.200249.178.700


1.486.500

e e e c

II

c c c c

II 271.441.061 13.022.9712.541.310255.876.780 3.406.458

€

c c c

77.513.487 3.608.785902.83173.001.871

e c c

€ C C € € € €

II Ie

251.554.600 13.476.6983.081.130234.996.772

4.486.604 872.442 924.438 6.283.484 1.602.900

38.243300.387 152.452 414.596 317.100

€

4.448.361 1.172.829 1.076.890 6.698.080

€

1.920.000

c

pagina 4 van 32

2. Paragrafen In de verslaggevingvoorschriften worden diverse paragrafen voorgeschreven. De meeste paragrafen worden hierna ingevuld. Eén paragraaf is (nog) niet van toepassing op de RBG, namelijk de paragraaf ontwikkeling in het voorgaand begrotingsjaar. Voor de laatste paragraaf zijn geen specifieke zaken te melden.

2.1

Bedrijfsvoering

Algemeen In 2011 kon worden voortgebouwd op een succesvol verlopen startjaar 2010. De medewerkers zijn in 2011 ingewerkt in hun nieuwe taken. De organisatie heeft zijn draai gevonden. Dit was in 2011 dan ook de basis om de kwaliteit van de dienstverlening op een hoger plan te brengen. Door de deelnemers worden eisen aan onze dienstverlening gesteld die opgenomen zijn in het prestatiecontract. De deelnemers zijn door middel van een vast rapportageschema op de hoogte gehouden van de verrichte dienstverlening in 2011. Geconstateerd kan worden dat de RBG in bijna alle opzichten heeft voldaan aan de gemaakte afspraken. In het accounthoudersoverleg wordt regelmatig aandacht besteed aan de voortgang van de afspraken in het prestatiecontract, maar ook aan de uitvoering van de dienstverleningsovereenkomsten en andere zaken die de deelnemers gemeen hebben met de RBG. Het accounthoudersoverleg vervult daarin een waardevolle functie. In dienstverleningsovereenkomsten wordt aangegeven welke diensten vanuit de waterschappen worden geleverd aan de RBG en onder welke voorwaarden dit gebeurt. De verrekening vindt plaats via een zo genoemde 'gemene rekening' waardoor over deze diensten geen BTW verschuldigd is. Tussen de deelnemers en de RBG zijn de volgende dienstverleningsovereenkomsten afgesloten: • Service en beheer van kantoorautomatisering door het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard; • Uitvoering van de loon- en personeelsadministratie en advisering P&O aangelegenheden door het hoogheemraadschap van Delfland; • Uitvoering van de financiële administratie door het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Bestuursvergaderingen Het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur hebben in 2011 respectievelijk twee en vier keer vergaderd. Naast de vaststelling van de begroting en de jaarrekening van de RBG waren de belangrijkste onderwerpen: • de aangepaste werkwijze bij de behandeling van kwijtscheldingsverzoeken; • het besluitvormingstraject om tot samenwerking met de gemeente Delft te komen; • het besluitvormingstraject voor de aanschaf van een nieuw belastinginformatiesysteem. Verbeteren website en invoeren van een klantenportaal In 2011 is een aantal verbeteringen doorgevoerd op de website. De homepage is aangepast van twee naar drie kolommen, zodat meer informatie direct beschikbaar is. Op de homepage zijn twee filmpjes geplaatst die antwoorden geven op de meest gestelde vragen. Verder is de structuur van de website aangepast, is een top tien van meest gestelde vragen toegevoegd en zijn de overige veelgestelde vragen overzichtelijker in beeld gebracht. Daarnaast zijn de vragen- en bezwaarformulieren geoptimaliseerd en zijn EngelstaJaarrapport 2011 Regionale Belasting Groep

pagina 5 van 32

lige pagina's toegevoegd. Door de genoemde aanpassingen worden klanten sneller naar de gewenste informatie geleid en komt de vraag/het bezwaarschrift direct bij de juiste persoon terecht. Ook notarissen kunnen informatie opvragen over onze belastingaanslagen. Daarnaast is een tooi geïnstalleerd waarmee het mogelijk is de statistieken van de website te analyseren. c

Het zogenaamde klantenportaal (Mijn RBG) is in het l halfjaar 2011 geïmplementeerd. Via deze internettoepassing kunnen klanten zeven dagen in de week en 24 uur per dag allerlei zaken met de RBG regelen. De klant kan door middel van het gebruik van DigiD inzicht krijgen in zijn heffing- en invorderinggegevens voor de jaren 2010 en 2011. Tevens zijn via dit portaal de aanvragen van automatische incasso geregeld en vindt dit proces nu volledig geautomatiseerd plaats in ons belastingsysteem. Daarnaast kan bijvoorbeeld kwijtschelding via het portaal worden aangevraagd. In 2011 is Mijn RBG ruim 30.000 keer bezocht. In 2011 hebben via Mijn RBG: 1.437 klanten subjectgegevens gewijzigd 4.500 klanten een automatische incasso afgegeven (om in termijnen te betalen) 1.328 klanten de automatische incasso gewijzigd (bv bankrekeningnummer) 427 klanten de automatische incasso ingetrokken - 4.593 klanten verzocht om kwijtschelding De extra dienstverlening via Mijn RBG is een succes. Dit zal toenemen omdat de dienstverlening in 2012 wordt uitgebreid met bijvoorbeeld een kopie van de aanslag. Klantgerichte brieven RBG Het project herschrijven standaardbrieven RBG is in het 2 kwartaal gestart. We hebben als doel om een heldere en klantgerichte vorm van communicatie te hanteren. Om dit te realiseren zijn alle medewerkers, inclusief de leiding, getraind door een communicatiebureau. De training bestond uit 6 dagdelen. e

In onze evaluatie eind december 2011 met de medewerkers op onze RBG middag scoorde deze activiteit zeer hoog. Kortom onze medewerkers hebben de trainingen als zeer nuttig ervaren. Het project herschrijven van alle brieven RBG bevindt zich thans in een afrondende fase. Eind 2011 was het grootste deel van de standaardbrieven herschreven. We gaan in 2012 een team formeren die als taak krijgt om alle uitgaande RBG brieven up to date te houden en dus ook voor nieuwe brieven de eindredactie zal uitvoeren. Nieuw belastinginformatiesysteem Medio 2011 heeft de RBG besloten tot het verwerven van een stabiel en functionerend belastingsysteem dat naast de waterschaps- ook de gemeentelijke belastingen op geïntegreerde wijze kan uitvoeren inclusief functionaliteit voor de waardering van onroerende zaken in het kader van de Wet WOZ. Op 22 december 2011 is de opdracht tot het leveren daarvan gegund aan Centric IT Solutions. Conform haar inschrijving garandeert Centric de levering van de vereiste functionaliteit, het onderhoud daarvan met hosting voor een periode van tenminste 5 jaar en de implementatie hiervan bij de RBG. Samenwerking met gemeenten In 2011 is wederom aandacht besteed aan het leggen van contacten (of intensivering daarvan) met de binnen het verzorgingsgebied van de waterschappen liggende gemeenten. Concreet heeft dit geleid tot een intentieverklaring tot samenwerking tussen de gemeente Delft en de RBG. Begin november 2011 is het projectplan voor het realiseren van de samenwerking Delft-RBG vastgesteld. Onder leiding van een externe projectleider worden in diverse werkgroepen werkzaamheden uitgevoerd die erop gericht zijn om in het tweede kwartaal 2012 definitieve besluitvorming mogelijk te maken. Voor de eerste fase van dit project is een projectbegroting vastgesteld van € 225.000. De kosten worden fiftyfifty verdeeld over de samenwerkende partners Delft en de RBG. De kosten van de RBG worden gedekt uit de hiervoor gevormde bestemmingsreserve gemeentelijke samenwer-


pagina 6 van 32

king. De verwachting is dat de gemeente Delft per 1-1-2013 toetreedt tot de gemeenschappelijke regeling. Verder zijn in 2011 concrete stappen gezet met de gemeente Westland. Westland en de RBG hebben besloten een verkennend onderzoek uit te voeren om te komen tot samenwerking per 1-1-2014. De uitkomsten van dit onderzoek worden medio 2012 verwacht. 2.2

Financiering

Algemeen De RBG is een gemeenschappelijke regeling van de hoogheemraadschappen Delfland en Schieland en de Krimpenerwaard, die zich conformeert aan het Waterschapsbesluit. Voor het aantrekken van vreemd vermogen/rekening courantkredieten is de RBG gehouden aan de financieringsvoorschriften zoals die zijn vastgesteld in de „Wet financiering decentrale overheden" (Wet Fido) en het treasurystatuut RBG. De wet Fido heeft tot doel het bevorderen van een solide financiering en kredietwaardigheid van de decentrale overheden. Daarvoor staan twee instrumenten ter beschikking: * de kasgeldlimiet ten behoeve van de beperking van het renterisico in geval van financiering met kort geld (< 1 jaar); * de renterisiconorm ten behoeve van de beperking van het renterisico in geval van financiering met lang geld ( > 1 jaar). Kasgeldlimiet 2011 De kasgeldlimiet geeft de grens aan tot welk bedrag lagere overheden hun activiteiten met kort geld mogen financieren. Voor gemeenschappelijke regelingen is dit percentage 8,2% van het begrotingstotaal. Voor het begrotingsjaar 2011 is de kasgeldlimiet bepaald op € 910.000. Deze limiet is in 2011 niet overschreden. De RBG heeft een rekening-courantverhouding met de NWB van maximaal € 1,0 miljoen.

/./gu/'d/fe/tspos/t/e De exploitatiekosten worden voor een belangrijk deel gefinancierd uit de bijdrage van de deelnemers. Deze bijdrage wordt per kwartaal ontvangen van de deelnemers en is gebaseerd op de liquiditeitsprognose van de begroting. De uitgaven van de RBG vinden voor 2/3 deel plaats in het eerste halfjaar vanwege o.a. de bijdrage in de WOZ-kosten van circa € 2,5 miljoen en de kosten van aanslagoplegging en softwareondersteuning.

/tenter/s/conom? De renterisiconorm bindt de looptijd van leningen aan een minimum. De Wet Fido omschrijft deze norm als maximale herfinanciering van bestaande leningen van 20% per jaar voor gemeenschappelijke regelingen. De RBG heeft nog geen leningenportefeuille, zodat de renterisiconorm nog niet van toepassing is geweest. Risicobeheer De RBG zal alleen gelden aantrekken voor haar uitvoeringstaak. Dit betekent dat alleen geld wordt aangetrokken voor activiteiten die door het bestuur zijn goedgekeurd. Er vindt geen uitzetting van gelden plaats en er wordt geen gebruik gemaakt van financiële instrumenten (derivaten, opties en dergelijke). Het risicobeleid is erop gericht toekomstige risico's inzichtelijk te maken en te beheersen. De belastingopbrengsten die de RBG int voor haar deelnemers vallen buiten de financieringsparagraaf (zie ook het treasurystatuut van de RBG). De inningsrekening die de RBG beheert, worden wekelijks afgeroomd naar de deelnemers. Jaarrapport 2011 Regionale Belasting Groep

pagina 7 van 32

2.3

Weerstandsvermogen

De RBG loopt bij het uitoefenen van haar taken risico's. Onder risico wordt in deze paragraaf verstaan de kans dat een onzekere gebeurtenis plaatsvindt, waarbij schade ontstaat en waarvan de verwachte financiële omvang van de schade nog niet is vast te stellen. Bij de oprichting van de RBG is voor het opvangen van eventuele tegenvallers geen weerstandsvermogen beschikbaar gesteld. Voor deze tegenvallers dient de post onvoorzien van de exploitatiebegroting te worden ingezet. Met betrekking tot de jaarrekening onderkennen wij de volgende financiële risico's: 1. Loon, prijs- en rentestijgingen De CAO heeft een looptijd tot eind 2011. Mogelijke loonstijgingen of verdere werktijdverkorting kunnen van invloed zijn op de toekomstige resultaten. 2. Claims van derden De RBG is verzekerd tegen aansprakelijkheid door derden. Daarnaast kunnen in bepaalde gevallen ook claims door derden worden ingediend die niet onder de aansprakelijkheidsverzekering vallen. Claims van derden kunnen betrekking hebben op claims wegens aansprakelijkheid door onzorgvuldig handelen. 3. Overheadkosten De RBG is gehuisvest in twee locaties van de deelnemers HHD en HHSK. Een belangrijk deel van de zogenaamde overhead (kosten voor huisvesting, ICT, kantoorinrichting, en dergelijke) werd in 2011 door de beide deelnemers gefaciliteerd. De bijbehorende budgetten (in totaal circa € 2,8 miljoen) komen ten laste van de begrotingen van de deelnemers. In de meerjarenbegroting 2013-2017 van de RBG zullen deze overheadkosten ook integraal worden gepresenteerd. Op die manier zal inzichtelijk worden welke kosten op dit terrein ook feitelijk worden gemaakt ten behoeve van de RBG. Deze financiële situatie zal veranderen op het moment dat de RBG de beschikking krijgt over eigen huisvesting. De directe kosten van de RBG zullen dan stijgen als gevolg van de eigen huisvestings- en facilitaire kosten. Het risico dat daarbij kan optreden is dat de deelnemers onvoldoende middelen kunnen vrijmaken om de verhoging van hun bijdrage aan de RBG-begroting te kunnen dekken. Daarbij speelt een rol of dë deelnemers kans zien om binnen hun eigen organisatie de achterblijvende overhead terug te dringen. De verwachting is dat eind 2012begin 2013 definitief wordt besloten wanneer de RBG een eigen huisvesting op een centrale plek zal krijgen. 4. Inhuurkosten vanwege vacatures De RBG heeft eind 2011 een aantal vacatures, dat niet wordt ingevuld vanwege de samenwerking met de gemeente Delft. Tot de daadwerkelijke samenwerking worden werkzaamheden door inhuurkrachten opgevangen tegen hogere lasten dan voor vast personeel.


pagina 8 van 32

2.4

Onttrekkingen

overige bestemmingsreserves

en

voorzieningen

De volgende onttrekkingen en/of toevoegingen aan reserves en voorzieningen hebben in 2011 plaatsgevonden. Bestemmingsreserve Bij de jaarrekening 2011 is door het algemeen bestuur een bestemmingsreserve ingesteld ter dekking voor projectkosten voor gemeentelijke samenwerking. 1) Reserve "Uitbreiding samenwerking gemeenschappelijke regeling" Stand per 1-1-2011 C 154.900 Uitgaven 2011 € 0 In 2011 zijn de eerste kosten voor de voorbereiding van de samenwerking met de gemeente Delft ten laste gebracht van de exploitatierekening. In 2012 zal 50% van de projectkosten (zie § 2.1) ten laste van deze bestemmingsreserve worden gebracht. Te bestemmen resultaat Stand per 31-12-2011

€ 105.600 C 260.500

Voorzieningen Naast de voorziening dubieuze invorderingsdebiteuren (die in mindering wordt gebracht op het saldo debiteuren invordering) heeft de RBG een voorziening arbeidsgerelateerde verplichtingen ingesteld ter dekking van mogelijke aanspraak op WW-uitkering. In 2011 zijn twee nieuwe voorzieningen ingesteld, te weten een voorziening arbeidsgerelateerde kosten ingesteld op basis van het Waterschapsbesluit. Deze voorziening dekt de kosten van toekomstige jubileumverplichtingen van het huidige personeel af. De tweede voorziening betreft de voorziening ICT. Door de implementatie van het nieuwe belastingsysteem wordt geen onderhoud meer gepleegd op het huidige systeem. Dit is een risico voor het blijven functióherën van het pakket. Zie voor een nadere uitleg de toelichting op passiva (pagina's 14 en 15).

2.5

Verbonden partijen

Vanuit het publiek belang kunnen banden worden aangegaan met derden, de zogenaamde verbonden partijen. Als de RBG hierbij een bestuurlijk en/of een financieel belang heeft, is er sprake van een verbonden partij. Momenteel heeft de RBG geen verbonden partijen. 2.6

Topinkomens

Voor 2011 bedraagt het gemiddeld belastbaar jaarloon van Onze Ministers ca. € 193.000. Bij de RBG zijn er geen functies of dienstverbanden waarvan de som van het belastbaar loon en de voorzieningen het gemiddeld belastbaar jaarloon van Onze Ministers (de Balkenendenorm) te boven gaat. Ook het totaal van de uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband bedraagt niet meer dan het gemiddelde belastbare loon van Onze Ministers in het jaar waarin het dienstverband is geëindigd.


pagina 9 van 32

2.7

EMU-saldo

Als onderdeel van een aantal afspraken van landen die deelnemen aan de EMU mag het EMU-tekort niet meer bedragen dan 3% van Bruto Binnenlands Product. In het kader van afspraken tussen het kabinet en decentrale overheden over het beheersen van het EMUsaldo, moeten gemeenschappelijke regelingen een overzicht opnemen van het verwachte verloop van het EMU-saldo. EMU-saldo

bedragen x C 1.000 2011

Emu/exploitatiesaldo

105

Invloed investeringen -/- bruto-investeringsuitgaven + investeringssubsidies + verkoop materiële en immateriële activa + afschrijvingen

120 0 0 0

Invloed voorzieningen + toevoegingen aan voorzieningen tlv exploitatie -/- onttrekkingen aan voorzieningen tlv exploitatie -/- betalingen rechtstreeks uit voorzieningen + eventuele externe vermeerderingen van voorzieningen

808 0 243 0

Deelnemingen en aandelen -/- boekwinst + boekwinst EMU-saldo

2.8

Incidentele

ooo

Invloed reserves -/- onttrekkingen aan reserves tlv exploitatie -/- betalingen rechtstreeks uit reserves + eventuele externe vermeerderingen van reserves

0 0 550

lasten en baten

Op grond van artikel 4.30 van het Waterschapsbesluit dient inzicht te worden gegeven in de incidentele baten en lasten. Dit is één van de toezichtcriteria die de provincie gebruikt om te bepalen of een organisatie materieel en financieel in evenwicht is. Hiervan is sprake als de structurele baten en lasten in evenwicht zijn. Voor een juist beeld van de financiële positie worden daarom de incidentele componenten uit het saldo geëlimineerd. In de jaarrekening 2010 is € 205.600 als incidenteel verantwoord als gevolg van frictie- en inrichtingskosten van de RBG. In 2011 is er geen sprake van incidentele lasten en baten.


pagina 10 van 32

Jaarrekening 1.1 Balans bedragen in € Nr.

Omschrijving 31-12-2011

31-12-2010

ACTIVA VASTE ACTIVA: Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

120.200 120.200

VLOTTENDE ACTIVA: Vorderingen Overlopende activa Liquide middelen

2.184.200 764.400 2.438.200

Totaal ACTIVA

1.053.200 1.377.500 742.000 5.386.800

3.172.700

5.507.000

3.172.700

PASSWA VASTE PASSIVA: EIGEN VERMOGEN Bestemmingsreserves Nog te bestemmen resultaat

154.900 105.600

VOORZIENINGEN VLOTTENDE PASSIVA: Netto-vlottende schulden < 1 jr Overlopende passiva

Totaal PASSIVA


154.900 260.500

154.900

310.900

64.000

941.600 3.994.000

613.100 2.340.700 4.935.600

2.953.800

5.507.000

3.172.700

pagina 11 van 32

1.2

Toelichting op de balansposten

Toelichting

op de

activa

Vaste activa De RBG heeft bij de oprichting geen activa overgedragen gekregen van de deelnemers. In 2011 is gestart met de implementatie van een nieuw belastinginformatiesysteem. De prognose is het nieuw systeem eind 2012 in productie te nemen. Op de uitgaven in 2011 wordt niet afgeschreven. Aangezien de RBG geen externe financiering heeft gebruikt om haar uitgaven te kunnen financieren is er geen sprake van het toerekenen van rentelasten aan de activa. De investering in het nieuwe belastingsysteem zal eerst in 2013 worden afgeschreven. Boekwaarde per 1-1-2011

€

- Investering in belastingsysteem Centric

€ 120.200

Boekwaarde per 31-12-2011

Vlottende

0

€ 120.200

activa bedragen in €

Vorderingen

Debiteuren invordering af: voorziening dubieuze debiteuren

31-12-2011

31-12-2010

3.120.000 -935.800

1.404.300 -351.100

Debiteuren algemeen

0

0

Totaal v o r d e r i n g e n

2.184.200

1.053.200

De debiteuren invordering betreffen de openstaande vorderingen vanwege invorderingsactiviteiten die de RBG vanaf 1-1-2010 verricht. De debiteuren invordering van activiteiten voor 1-1-2010 staan op de balans van de deelnemers. Van de openstaande vorderingen is per ultimo 2011 op basis van ouderdom en risico bepaald welk deel vermoedelijk oninbaar zal worden geleden. Van het nog openstaande bedrag wordt 30% vermoedelijk oninbaar geschat. Dit is 5% meer dan in 2010 werd geraamd. De RBG heeft per 31-12-2011 geen bedrijfsdebiteuren.


pagina 12 van 32

bedragen in €

Overlopende activa

31-12-2011

31-12-2010

Nog te ontvangen Betalingen onderweg

749.500 14.900

1.303.300 74.200

Totaal o v e r l o p e n d e a c t i v a

764.400

1.377.500

Nog te ontvangen bedragen De -

RBG dient per 31-12-2011 nog de volgende bedragen te ontvangen: bijdrage Unie van Waterschappen compensatie kadastraal recht € 61.300 bijdrage 2011 deelnemers € 14.000 nog te verrekenen posten met deelnemers € 71.200 nog terug te ontvangen invorderingsopbrengst via deelnemers € 603.000

De betalingen van de invorderingsopbrengsten vinden plaats via de inningsrekeningen. Deze inningsrekeningen worden wekelijks afgeroomd naar de deelnemers. Per 31-12-2011 was de in het 2 halfjaar betaalde invorderingsopbrengst nog niet teruggestort op de rekening-courant van de RBG. e

bedragen in €

Liquide m i d d e l e n

31-12-2011

31-12-2010

Banken Overige rekening courant

2.428.200 10.000

732.000 10.000

Totaal o v e r l o p e n d e a c t i v a

2.438.200

742.000

Voor de RBG is één rekening-courantverhouding afgesloten bij de Nederlandse Waterschapsbank. Daarnaast zijn er drie inningsrekeningen (twee bij de NWB en één bij de ING) actief ten behoeve van de deelnemers. Deze inningsrekeningen zijn geen onderdeel van de balanspositie van de RBG. Het saldo op de bank is te verklaren doordat de l kwartaalbijdrage 2012 van de deelnemers eind december 2011 aan de RBG is overgemaakt. e

Onder de post overige rekening courant is € 10.000 in depot gestort bij TNT Post tbv de ingebruikzijnde frankeerautomaten.


pagina 13 van 32

Toelichting Eigen

op de

passiva

vermogen

Bestemmingreserve Bij de jaarrekening 2011 is door het algemeen bestuur een bestemmingsreserve ingesteld ter dekking voor projectkosten voor gemeentelijke samenwerking. Reserve "Uitbreiding samenwerking gemeenschappelijke Stand per 1-1-2011

regeling" C 154.900

Uitgaven 2011 € 0 In 2011 zijn de eerste kosten voor de voorbereiding van de samenwerking met de gemeente Delft ten laste gebracht van de exploitatierekening. In 2012 zal 5 0 % van de projectkosten (zie § 2.1) ten laste van deze bestemmingsreserve worden gebracht. Te bestemmen resultaat

€

105.600

Stand per 31-12-2011

C 260.500

Voorzieningen Bij het oninbaar verklaren van belastingvorderingen is door het dagelijks bestuur bepaald dat een voorziening dubieuze debiteuren dwanginvordering wordt gevormd. Deze voorziening is bij de jaarrekening 2010 ingesteld. Het risico van oninbaarheid van de dwanginvorderingsopbrengst ligt primair bij de RBG.

Voorziening dubieuze debiteuren Stand per 1-1-2011:

dwanginvordering €351.100

Oninbaar geleden posten voor 2011

€

223.273

De oninbaar geleden posten van het belastingjaar 2011 (in totaal € 45.056) zijn conform beleid gecorrigeerd op de invorderingsopbrengst 2011. Alle oudere posten (€ 223.273) zijn ten laste van deze voorziening gebracht. Het totaal aan openstaande dwanginvorderingposten bedraagt € 3.120.000. Rekeninghoudend met een oninbaarpercentage van 3 0 % dient de voorziening € 936.000 te bedragen. Om de voorziening op dit niveau te brengen, is € 808.000 aan de voorziening toegevoegd. Stand per 31-12-2011:

C 936.000

Deze voorziening wordt in mindering gebracht op het saldo debiteuren invordering.

Voorziening arbeidsgerelateerde

verplichtingen

a) WW-uitkering Als overheidsinstantie is de RBG risicodrager met betrekking tot WW- en bovenwettelijke WW-uitkeringen (diverse ontslaggronden). Dit betekent dat als medewerkers worden ontslagen of als aanstellingen niet worden verlengd, de RBG voor maximaal 38 maanden de WW-uitkering en eventueel bovenwettelijke WW aan het UWV moet vergoeden.


pagina 14 van 32

Eind 2011 kan een tweetal medewerkers aanspraak maken op een WW-uitkering. Voor betrokken medewerkers hebben we een berekening van de maximale uitkering gemaakt, o.a. vanwege de geringe mogelijkheden op de arbeidsmarkt. De maximale uitkering bedraagt € 45.000. Stand per 1-1-2011: Uitgaven 2011 € 18.900 In 2011 is € 18.900 aan WW-uitkering op de RBG verhaald door het UWV.

€64.000

Op basis van de te verwachten toekomstige kosten behoeft de voorziening niet te worden aangevuld. Stand per 31-12-2011:

€ 45.100

b) Voorziening jubilea In het kader van het waterschapsbesluit dienen toekomstige jubilea-uitkering voorzien te worden. Op basis van een model van onze accountant is rekeninghoudend met leeftijd en dienstjaren, berekend hoeveel toekomstige jubileakosten uitgekeerd moeten worden. De RBG had in 2010 nog geen rekening gehouden met het vormen van een dergelijke voorziening. Op basis van het huidige personeelsbestand wordt de voorziening bepaald op € 140.800. De toevoeging aan deze voorziening is onvoorzien en wordt ten laste van het budget onvoorzien gepresenteerd. Stand per 31-12-2011:

C 140.800

Voorziening ICT Vanwege de vervanging van het belastingpakket (zie § 2.1) van Pink Roccade per 1-12013 Is in 2011 het budget voor onderhoud niet besteed. Deze voorziening is gevormd omdat in 2012 de RBG mogelijk een risico loopt doordat het huidige belastingpakket wordt uitgefaseerd en niet meer wordt onderhouden. Stand per 31-12-2011:

C 125.000


pagina 15 van 32

Langlopende schulden Er zijn geen langlopende geldleningen met een looptijd langer dan één jaar. Netto-vlottende schulden < 1 jaar en overlopende passiva bedragen in C

31-12-2010

31-12-2011

Netto-vlottende schulden < 1 jr en o v e r l o p e n d e p a s s i v a

Netto-vlottende s c h u l d e n < 1 i r Crediteuren Rekening courant Belastingafdracht en premies

613.100

941.600 Overlooende o a s s i v a Vooruitontvangen bedragen Nog te betalen bedragen Kruisposten

Totaal

280.900 107.900 224.300

837.100 104.100 400

1.306.700 1.033.600 400

2.809.700 1.197.300 -13.000 3.994.000

2.340.700

4.935.600

2.953.800

CrecZ/teuren De RBG hanteert op basis van de algemene inkoopvoorwaarden een betalingstermijn van 30 dagen. De openstaande posten per 31-12-2011 zijn voor het merendeel in januari 2012 betaald. Rekening courant Ten behoeve van het samenwerkingsverband van IBS Waterschappen is in 2009 door de deelnemende waterschappen een budget beschikbaar gesteld van in totaal € 184.306. In de loop van 2010 is de (kleine) administratie overgedragen aan de RBG. Het adviesbureau BMC begeleidt het samenwerkingsverband en rapporteert over de uitgaven. Eind 2011 is nog € 104.100 beschikbaar vooralle deelnemende waterschappen. Belastingafdracht en premiebetaling Deze post betreft het verschil tussen de berekende en daadwerkelijke afdrachten loonbelasting en sociale verzekeringpremies van december. Dit bedrag zal in 2012 geëffend worden.


pagina 16 van 32

Vooruitontvangen bedragen e

Deze post betreft onder andere de l kwartaalbijdragen 2012 (€ 2.270.000) van de hoogheemraadschappen van Schieland en de Krimpenerwaard en van Delfland. In 2012 zal deze post als opbrengst worden verantwoord. Op deze post is volgens het zogenaamde „matching-principe" tevens € 540.000 vooruit gefactureerde invorderingsopbrengst verantwoord. Het betreft vooral dwangbevelopbrengsten waarvan ook de vervolgacties in 2012 plaatsvinden. In de tariefstelling van de kosten (waaronder die van het dwangbevel per post) is hier rekening mee gehouden. Het versturen van het dwangbevel is immers eenvoudig administratief te realiseren. Vanuit deze opbrengst moet dus ook het werk ter voorbereiding en uitvoering van een hernieuwde betekeningsronde gedekt worden. Nog te betalen bedragen De post nog te betalen bestaat uit diverse posten, zoals * * * * * * * * » *

reservering vakantiegeld aanpassingen portal afrekening diverse DVO's -gemene rekening aanvullen voorraad drukwerk te verrekenen kosten betalingsverkeer met deelnemers te betalen bankkosten afrekening project bestandsoptimalisatie bedrijven afrekening inrichting ICT-omgeving afrekening werkzaamheden beslagopdrachten afrekening project digitale balie

€ € € € € € €

2011 198.000 40.600 127.000 71.000 185.000 123.000 150.000

2010 € 196.500 € 121.000 € 99.700 € 225.000 € 82.000 € 46.500

Niet uit de balans blijkende verplichtingen Dit betreft de leasekosten van een personenauto met een resterende looptijd van 33 maanden. De te betalen leasekosten bedragen circa € 15.000.


pagina 17 van 32

1.3

Waarderingsgrondslagen

Algemeen Op de jaarrekening is naast het gestelde in het Waterschapsbesluit, de Regeling beleidsvoorbereiding en verantwoording waterschappen van toepassing. Bij de kosten- en opbrengstsoorten wordt een analyse gegeven tussen de begroting na (interne) wijziging en de werkelijke jaarrekeningcijfers. Materiële vaste activa De materiële vaste activa wordt gewaardeerd tegen nominale waarde. Afschrijvingen starten in het jaar van gebruikname. De RBG hanteert een lineaire afschrijvingsmethode. De afschrijvingstermijn voor geautomatiseerde informatiesystemen bedraagt 5 jaar. Vorderingen en overlopende activa De vorderingen en de overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Binnen de vorderingen worden ook de belastingdebiteuren gerekend voor het aandeel invorderingsopbrengst (gerelateerd aan invorderingsacties vanaf 1-1-2010). Uitgangspunt is dat met behulp van alle bevoegdheden op het terrein van invordering alles in het werk wordt gesteld om de vorderingen te innen. Alleen als alle mogelijkheden zijn uitgeput, wordt overgegaan tot afboeking wegens oninbaarheid. Op basis van het betreffende debiteurensaldo en de ouderdom van de vordering is een risicoanalyse gemaakt. Voor het risico van oninbaarheid is een voorziening getroffen. Liquide middelen De liquide middelen betreffen direct opeisbare tegoeden. Passiva De netto-vlottende schulden < 1 jaar en de overlopende passiva zijn eveneens opgenomen tegen de nominale waarde. De voorzieningen wordt bepaald aan de hand van een risicoverwachting en/of een ouderdomsanalyse. Grondslagen voor de resultaatbepaling: Onder baten worden verstaan de inkomsten die rechtstreeks aan het jaar zijn toe te rekenen en die in het jaar als gerealiseerd kunnen worden beschouwd (voorzichtigheidsprincipe). De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde grondslagen voor waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Verliezen worden in de aanmerking genomen in het jaar waarin deze voorzienbaar zijn.


pagina 18 van 32

1.4

Exploitatierekening naar programma Begroting 2011 na int. wijziaina

Programma

Jaarrekening 2011

Jaarrekening 2010

Verschil

Heffen en Invorderen Product: belastingheffing Product: invordering Totaal nettolasten

8.207.450 641.850 8.849.300

7.761.150 982.250 8.743.400

7.793.450 782.650 8.576.100

446.300 -340.400 105.900

Bijdrage van deelnemers

8.849.300

8.849.000

8.731.000

-300

Totaal baten

8.849.300

8.849.000

8.731.000

-300

Exploitatieresultaat

C

C

105.600

C

154.900

C

105.600

In de volgende paragrafen wordt een toelichting gegeven op de twee producten van de RBG. De verdeling van de kosten en opbrengsten naar de beleidsproducten geschiedt op basis van onderstaande verdeelsleutels:

Kostenplaats

Verdeelsleutel

Product belastingheffing

Lasten Team Heffen Team Invorderen Team gegevensbeheer Klanteninformatié Team Middelen Managementteam

percentage percentage percentage percentage o.b.v. fte o.b.v. fte

100%

Kadastrale bijdrage UvW Invorderingsopbrengst Financieringsbaten

percentage percentage percentage

100%

Product Invordering

€ 100%

100% 50% 32 32

50%


Kosten 2011

c c

50% € 21,5 € 21,5 € € 100% c 50% €

e

1.966.800 3.471.400 4.752.500 558.000 385.600 1.009.100

C

1.966.800

c

4.752.500 279.000 230.600 603.600

€ € €

51.500- € 3.308.80039.700- C 8.743.400

€

Product invordering

€

3.471.400

€ € €

279.000 155.000 405.500

51.500€ 19.850- € 7.761.150

€

3.308.80019.850982.250

Hierna wordt per beleidsproduct een toelichting gegeven.


pagina 19 van 32

1.5

Product: Belastingheffing

Het product belastingheffing betreft het opleggen van aanslagen zuiverings- en verontreinigingsheffing, watersysteemheffing, leges, precariobelasting en wegenheffing (de wegenheffing alleen in het gebied Krimpenerwaard . Tot dit product wordt ook gerekend het verwerken van verzoeken bezwaarschriften en het voeren van beroepsprocedures. Gegevensbeheer is een zeer belangrijke taak ten behoeve van belastingheffing. Bij het hoofdproces heffen is sprake van directe klantcontacten. Voor bedrijven bij het bepalen van de belastingplicht, het opvragen van additionele gegevens voor de aanslagregeling en het afdoen van bezwaar- en beroepschriften. Voor particulieren met name bij het afdoen van verzoek- bezwaar- en beroepschriften. De • • • • • • •

belangrijkste taken, die worden uitgevoerd m.b.t. gegevensbeheer, zijn: Verwerking kadastrale informatie, WOZ en GBA; Verwerking overige basisregistraties en inkomende data; Opleggen zuiverings-, verontreinigings-, watersysteem- en wegenheffmg; Opleggen precariobelasting en leges; Buitendienst controle; Data-analyse, uitvoeren crosscontroles; Systeemanalyse en functioneel applicatiebeheer.

Onder gegevensbeheer worden alle bronnen geschaard die door middel van contracten en overeenkomsten worden gebruikt. Gezien het belang van de kwaliteit van de gegevens worden met gegevensleveranciers afspraken gemaakt over de te leveren en terug te leveren informatie voor het proces. Verder wordt met de waterschappen afgesproken welke kwaliteitseisen zij stellen aan de registraties, omdat de gegevens die beheerd worden door de RBG ook tot de kerngegevens van andere waterschapsprocessen behoren.

Doel • Het juist, volledig en tijdig opleggen van de aanslagen; • Het juist, volledig, tijdig, en gemotiveerd afhandelen van verzoeken en bezwaar- en beroepschriften. Effect De klant begrijpt de belastingaanslag en is mede daardoor bereid de aanslag te betalen. Kritische succesfactoren • Juistheid, volledigheid en actualiteit van de brongegevens; • Volledigheid aanslagoplegging; • Doorlooptijd afhandeling bezwaar- en beroepschriften.

Financiën Product belastingheffing Lasten Baten Nettolasten

Begroting 2011 € 8.299.450 € 92.000€ 8.207.450


Jaarrekening 2011 € 7.832.500 € 71.350€ 7.761.150

Verschil Jaarrekening 2010 € 7.891.200 € 466.950 € 97.750- € 20.650€ 7.793.450 € 446.300

pagina 20 van 32

Prestaties De verhouding van onbestelbaar retour ontvangen aanslagbiljetten HHD 2010 2011 656.329 645.680 4.102 3.909 0,62% 0,61%

aantal verstuurde aanslagbiljetten* aantal onbestelbaar retour in %

*

tot verstuurde

aanslagbiljetten

HHSK 2011 2010 342.093 340.515 2.033 1.567 0,60% 0,46%

In 2011 zijn voor meerdere jaren aanslagen bedrijven verstuurd als gevolg van de bestandsoptimalisatie bedrijven. In het gebied van Delfland heeft dit incidenteel meer verstuurde aanslagen tot gevolg.

Het hogere percentage onbestelbaar retour wordt vooral veroorzaakt door de aanslagen bedrijven. De gegevens van bedrijven zijn afkomstig van de Kamer van Koophandel (KvK). Niet alle gegevens van de KvK blijken correct te zijn. Er wordt gezocht naar aanvullende gegevens om het percentage onbestelbaar terug retour te dringen. Wet percentage opgelegde aanslagen in 2010 en 2011 per categorie HHD 2011 97,20% 99,90% 99,18% 98,61%

Bedrijven Hoofdbewoners Eigenaren ongebouwd Eigenaren gebouwd

2010 98,62% 99,49% 99,35% 99,13%

HHSK 2011 97,05% 99,87% 99,70% 97,72%

2010 89,70% 99,34% 99,80% 98,47%

De reden dat het percentage bedrijven iets achterblijft, wordt veroorzaakt door het project bestandsoptimalisatie bedrijven. In december 2011 zijn hieruit veel nieuwe bedrijven opgevoerd. Deze nieuwe bedrijven krijgen eerst in januari 2012 een aanslag. Omdat het percentage opgelegde aanslagen per 31-12-2011 is bepaald, geeft dit een enigszins vertekend beeld. De verhouding van de bezwaarschriften

tot de verstuurde

aantal aanslagbiljetten aantal bezwaarschriften in % van het totaal aantal aanslagbiljetten

Overige kerngegevens

aanslagbiljetten

HHD 2010 2011 656.329 645.680 17.914 16.514 2.7% 2.6%

HHSK 2011 2010 342.093 340.515 10.131 10.526 3,0% 3,1%

2011:

Subjecten - natuurlijke personen Subjecten - niet-natuurlijke personen Objecten: bedrijven Objecten: bewoners Objecten: WOZ Objecten: Kadastraal WOZ-waarde in € miljard Oppervlakte in hectare


€

HHD 536.211 44.437 29.675 483.668 643.315 558.347 145,8 € 24.872

HHSK 273.183 24.468 16.066 254.930 318.550 309.864 74,2 26.639

pagina 21 van 32

1.6

Product: Invordering

Het product invordering betreft het innen van de belastinggelden (inclusief de leges en precarioheffing) bij de klanten en het afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken. De belangrijkste taken in dit proces zijn: • Bijhouden debiteurenadministratie; • Bijhouden financiële administratie/betalingsverwerking en vervullen kasfunctie; • Verzenden van aanmaningen; • Betekenen van dwangbevelen; • Beslagleggen en executoriale verkopen; • Behandeling van verzoeken, bezwaar- en beroepschriften kwijtschelding; • Beoordelen invorderbaarheid en het doen van voorstellen tbv oninbaarverklaring. Vanuit het invorderingproces worden de klanten herinnerd aan hun betalingsverplichting, dan wel aangemaand of via dwanginvordering benaderd tot betaling over te gaan. Daarnaast vindt binnen dit product het afdoen van kwijtscheldingverzoeken plaats alsmede het afdoen van bezwaar- en beroepschriften tegen een afwijzing kwijtschelding. Doel • Het volledig, juist en tijdig incasseren van de belastingaanslagen; • Het volledig, juist en tijdig en gemotiveerd afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken en bezwaarschriften. Effect • De klant betaalt de belastingaanslag tijdig en volledig; • De klant die een verzoek tot kwijtschelding heeft ingediend én voor kwijtschelding van de belastingschuld in aanmerking komt, wordt kwijtschelding verleend. Kritische succesfactoren • Volledigheid en tijdigheid incasso / invordering; • Doorlooptijd afhandeling van kwijtscheldingsverzoeken.

Financiën: Product invordering Lasten Baten Nettolasten

Begroting 2011 € 3.306.150 € 2.664.300€ 641.850


Jaarrekening 2011 € 4.310.900 € 3.328.650€ 982.250

Verschil Jaarrekening 2010 1.004.750€ 3.300.000 € € 2.517.350- € 664.350 340.400€ 782.650 €

pagina 22 van 32

Prestaties De RBG maakt gebruik van het inlichtingenbureau. Dit overheidsinitiatief maakt het mogelijk voor gemeenten en waterschappen om de vermogenssituatie van klanten te toetsen op de kwijtscheldingsnorm. Volgens deze norm moet het vermogen gelijk of kleiner zijn dan de bijstandsnorm, wil de klant in aanmerking komen voor kwijtschelding. Klanten die eerder bij de RBG kwijtschelding hebben gehad Van alle belastingplichtigen die in 2010 kwijtschelding hebben gekregen is door het inlichtingenbureau getoetst op inkomen, vermogen en kentekenbezit. Vanuit deze controle bleek een groot aantal klanten een hoger vermogen te hebben dan de toetsingsnorm. Van de 65.000 toewijzingen in 2010 is nu 30% afgewezen. Zie de aantallen in de tabel: Bestand naar inlichtingenbureau (IB) gestuurd

HHD 43.910

HHSK 21.470

Totaal 65.380

Direct toegewezen kwijtschelding KWT verleend na ingediend verzoek Voorraad per 1-1-2012 (verwacht toe te wijzen) Totaal toegewezen over 2011

17.610 7.550 4.000 29.160

10.115 4.335 1.500 15.950

27.725 11.885 5.500 45.110

Afname toegewezen kwijtschelding IB

14.750

5.520

20.270

De uitkomst van de controle via het inlichtingenbureau heeft een goed resultaat opgeleverd. Naar verwachting is het verschil relatief hoger bij Delfland dan bij Schieland en de Krimpenerwaard. Voor 2011 werd bij het toewijzen van kwijtscheldingsverzoeken meegelift met de bij de gemeenten verleende toewijzingen. De gemeente Den Haag verleende ruimhartig kwijtschelding. Door de controle via het IB, is er nu minder kwijtschelding verleend vooral in deze gemeente. Klanten die een nieuw kwijtscheldingsverzoek indienen In 2011 veel nieuwe verzoeken over het belastingjaar 2011 ontvangen. In totaal zijn er 15.840 toe te wijzen verzoeken te verwachten in 2011, die in voorgaande jaren niet aanmerking kwamen. Eerder was rekening gehouden met een toename van 5.000 toewijzingen per jaar. Deze forse toename is direct in relatie te brengen met de economische achteruitgang en de daaraan gekoppelde inkomensconsequenties. HHD Nieuwe verzoeken (geen kwt voorheen) Toegewezen kwijtschelding Voorraad per 1-1-2012 (verwacht toe te wijzen) Totaal nieuw toegewezen

De conclusie voor het belastingjaar

Afname toegewezen kwijtschelding IB Nieuw toegewezen Totaal afname

9.770 1.250 11.020

HHSK 4.320 500 4.820

Totaal 14.090 1.750 15.840

2011 in aantallen HHD -14.750 11.020 -3.730

HHSK -5.520 4.820 -700

Totaal -20.270 15.840 -4.430

Met de nieuwe aanpak en het gebruik van het inlichtingenbureau heeft de RBG met succes het aantal toegewezen kwijtscheldingsverzoeken fors omlaag kunnen brengen. Dit was mogelijk door de stijging van de nieuwe aanvragen ruimschoots op te kunnen vangen door het aantal, dat volgde vanuit het inlichtingenbureau. In vergelijking met de realisatie van 2010 heeft de RBG circa € 450.000 minder kwijtgescholden.


pagina 23 van 32

Aantal verstuurde

invorderingsbrieven

1. Herinnering 2. Herinnering automatische incassobrief brief 3. Herinnering betalingsregeling brief 4. Vervolg acceptgiro 5. Brieven 6. Overige stukken (zoals beëindiging machtiging) 7. Intrekking automatische incasso brief 8. Intrekking betalingsregeling brief 9. Aanmaning 10. Dwangbevel per post 11. aankondigingen loonvordering 12. Overige vooraankondigingen 13. Loonvordering Totaal aantal invorderingsstukken

RBG 2011 177.743 16.307 7.503 74.401 21.581 1.172 9.369 6.732 93.979 59.202 20.882 0 4.951 495.833

RBG 2010 151.499 16.466 5.354 67.581 13.964 4.040 7.389 4.758 86.909 62.651 38.388 1.691 2.814 465.514

Er is een toename in het aantal ingezetenen dat moet worden herinnerd aan de betaling/betalingsregeling. Ook het aantal intrekkingen van een automatische incasso neemt toe. Dit bevestigt het beeld dat de betalingscapaciteit van de ingezetenen minder wordt als gevolg van de economische situatie. Het aantal aanmaningen neemt eveneens toe, dit beeld past in voorgaande opmerking. Terugdringen

van risico op

oninbaarheid

Vanuit de reactie van de klant en of bevindingen van de deurwaarders wordt een voorstel gedaan om vorderingen oninbaar te lijden. Hieronder liggen meerdere argumenten zoals: - faillissement, surseance van betaling - minnelijke of wettelijke schuldhulpverlening - verklaring van onvermogen, nadat de deurwaarder zich ervan heeft verzekerd dat èr thuis niets te halen is. - vertrokken klant, onbekend waarheen (ook bij gemeenten) De RBG heeft zich in 2011 als taak gesteld het risico op oninbaarheid te verkleinen. Dit heeft geresulteerd in een betere profilering naar buiten en in nieuwe invorderingsmaatregelen. Profilering RBG Naar buiten toe profileert de RBG zich meer als incasso organisatie die er niet voor terugdeinst om door te pakken. Een middel hiertoe is een vooraankondiging in de krant bij invorderingsacties. Ook in het kader van de af te wijzen kwijtscheldingsverzoeken heeft de RBG zich in de pers laten horen. Nieuwe accenten op invorderingsmaatregelen Er is actief beleid gezet op vorderingen op klanten die vertrokken zijn naar het buitenland. Hiertoe zijn vorderingen in handen gegeven van incassobureaus die daar actief zijn. Met succes heeft de RBG meer loonbeslagen uitgevoerd. Dit is mogelijk door aan te sluiten op het netwerk van gerechtsdeurwaarders dat over actuele werkgeversinformatie beschikt. Voorheen ging de RBG uit van minder actuele informatie van de belastingdienst. IN 2012 zal hiervan op grote schaal gebruik worden gemaakt. Een nieuwe invorderingsmaatregel in 2011 is het leggen van beslag op de voorlopige teruggaven van de belastingdienst.


pagina 24 van 32

Resultaat op de uitkomst oninbaar geleden vorderingen Ondanks de teruglopende economie en het grotere aantal activiteiten, dat nodig is om de klanten aan te zetten tot betaling over te gaan, lijken de ingezette acties en werkwijze van de RBG vruchten af te werpen. In vergelijking met de uitkomst van 2010 heeft de RBG € 540.000 aan opbrengsten minder oninbaar geleden. Overzicht van het aantal klantenreacties per locatie

Klantenreacties

RBG 2011

RBG 2010

496.115 996.844 63.182 1.556.141

465.586 987.773 80.047 1.533.406

17.577 2.794

15.488 3.551

Totaal aanbod eerstelijns telefooncalls waarvan doorgezet naar extem callcenter

213.651 21.285

215.389 26.180

aantal calls beantwoord in IVR (geprogram.) aantal calls beantwoord door agents & calle totaal aantal calls beantwoord servicelevel beantwoord

25.803 136.434 162.237 75,9%

156.915 156.915 72,9%

Totaal aantal klantenreacties % baliebezoek t.o.v. uitgaande stukken % telefooncalls t.o.v. uitgaande stukken

231.228 1,1% 13,7%

230.877 1,0% 14,0%

totaal verstuurd aantal invorderingsstukken totaal verstuurd aantal aanslagen overige brieven verstuurd totaal aantal uitgaande stukken Baliebezoek w.o. Kas- en pinbetalingen

In 2011 zijn grote veranderingen ingezet op de klanteninformatie Per 1 juli heeft de RBG het telefoonteam centraal ingericht in Delft. Dit betekent voor de locatie Rotterdam dat daar geen eerstelijns telefoonopvang meer plaatsvindt. Wel is er een balie- en kasfunctie ingericht. Het klantencontact is in 2011 op een andere wijze verlopen dan in 2010. Dit jaar zijn alle klanten die eerder in 2010 kwijtschelding hebben ontvangen, afzonderlijk behandeld en niet in de primaire aanslagruns in het begin van het jaar opgenomen. Voor het eerst is een groot aantal klanten n.a.v. uitvoerige controle via het inlichtingenbureau niet meer voor kwijtschelding in aanmerking gekomen. Deze boodschap heeft de klant in het laatste kwartaal te horen gekregen samen met de belastingaanslag. Dit heeft in het laatste kwartaal geleid tot een grote stroom aan kla nten reacties aan zowel de balie als telefoon. De momenten waarop klanten massaal bellen, verloopt grillig. Door het grillige verloop en de heviger intensiteit van de gesprekken bleken inschattingen van de te verwachten reacties (forecast) niet altijd goed te zijn. De gemiddelde gespreksduur nam toe omdat men verontwaardigd was over het niet (wederom) toekennen van een kwijtscheldingsverzoek. Dit heeft er toe geleid dat het verbeteren van de servicelevel maar beperkt is toegenomen, namelijk van 72,9% naar 75,9%. In 2012 zullen maatregelen worden getroffen om het gewenste niveau van 90% te realiseren. Hiertoe zullen we ook als achtervang gebruik gaan maken van een extern callcenter. Op het budget portokosten is vanaf 2011 ruimte ontstaan, waardoor een deel van dit budget door een interne wijziging in 2012 kan worden verschoven.


pagina 25 van 32

1.7

Exploitatierekening naar kosten- en opbrengstensoorten Begroting 2011 na int.wijziging

Nr.

Jaarrekening 2011

Jaarrekening 2010

Verschil begroting vs. rekening 2011

Lasten 2.1 Rente en afschrijvingen

51.000

51.000

2.2 Personeelslasten Lonen, premies en overige personeelslasten Reiskostenvergoeding Opleidingen Personeel van derden Subtotaal: Personeelslasten 2.3 Goederen en diensten van derden Druk en bindwerk Onderhoud derden Portokosten Woz-kosten Bankkosten Gegevensverstrekking Overige diensten en klanteninformatié * Subtotaal: Goederen en diensten van derden

3.755.000 114.300 93.700 761.000 4.724.000

3.757.000 157.100 65.600 767.700 4.747.400

3.782.500 131.700 74.500 499.000 4.487.700

-2.000 -42.800 28.100 -6.700 -23.400

203.600 889.300 864.900 2.574.000 157.700 592.200 1.500.900

199.800 760.000 542.500 2.567.000 172.700 436.400 1.675.800 6.354.200

361.400 852.300 783.100 2.504.400 164.600 492.800 924.200 6.082.800

3.800 129.300 322.400 7.000 -15.000 155.800 -174.900 428.400

265.800

80.000 -265.800 0 -185.800

6.782.600

2.4 Bijdragen aan derden 2.5 Toevoeging voorzieningen / onvoorzien Onvoorzien Toevoegingen aan voorziening Frictie- en inrichtingskosten RBG Subtot.: Toevoeging voorzieningen / Onvoorzien

80.000

Totaal lasten

80.000

265.800

64.000 205.600 269.600

11.637.600

11.367.400

10.840.100

270.200

39.700

11.500

39.700

2.664.300

3.308.800 -808.000 2.500.800

2.511.600 -351.100 2.160.500

644.500 -808.000 -163.500

8.973.300

8.932.500

8.823.000

-40.800

11.637.600

11.473.000

10.995.000

-164.600

Baten 3.1 Financiële baten 3.2 Personeelsbaten 3.3 Opbrengsten dwanginvordering* Toevoeging voorziening dub.debiteuren

2.664.300

3.4 Bijdrage van derden Totaal baten Exploitatieresultaat


C

C

105.600- C

154.900- C

105.600

pagina 26 van 32

Toelichting op de kosten- en opbrengstensoorten Hieronder worden de diverse posten uit de exploitatierekening nader toegelicht. Als gevolg van de verslaggevingvoorschriften zijn de lasten en baten (beiden € 562.300) met betrekking tot het matchingprincipe invorderingsopbrengst met ingang van de jaarrekening 2011 bruto verantwoord. Zie hiervoor de posten met (*) in de exploitatierekening naar kosten- en opbrengstensoorten. Aangezien in de begroting rekening was gehouden met een nettoverantwoording is in de presentatie ook de begroting aangepast.

Personeelskosten De totaal begrote formatie bedroeg in 2011: 68,8 fte. De totale personele kosten zijn licht hoger dan begroot; nadeel € 23.400. Binnen de post heeft wel een verschuiving (door middel van een interne budgetwijziging) plaatsgevonden tussen vaste personeelskosten en inhuur derden. Na de intentieverklaring tot samenwerking met de gemeente Delft is afgesproken vacatures niet te vervullen tot de afronding van het plaatsingsproces. Om werkzaamheden doorgang te laten vinden is een aantal medewerkers via externe partijen ingehuurd. De in 2011 ingehuurde medewerkers zijn onder andere ingezet op het proces dwanginvordering, bestandsoptimalisatie en afwikkelen kwijtscheldingsverzoeken.

Druk-

en

bindwerk

In 2011 is deze post binnen het budget gebleven. In 2010 waren de uitgaven fors hoger. Dit had ten eerste te maken met het wegwerken van achterstanden van voor het belastingjaar 2010 waardoor extra aanslagen moesten worden gedrukt en ten tweede door het drukwerk dat met de oprichting van de RBG te maken had (extra toelichtingen, brochure, nieuw logo, e t c ) . Deze kosten zijn in 2011 logischerwijs niet meer gemaakt.

Onderhoud door derden Op deze post zijn o.a. de onderhoudskosten voor het belastinginformatiesysteem, de kosten voor het beheer van de website en de digitale balie en de kosten van beheer kantoorautomatisering verantwoord. In deze post is ook budget opgenomen (€ 125.000) voor onderhoud aan de bestaande belastingapplicatie. Vanwege de vervanging van het belastingpakket van Pink Roccade is in 2011 geen geld uitgegeven aan onderhoud. Het niet ingezette budget van € 125.000 is aan de voorziening ICT toegevoegd. Hierdoor is het mogelijk in 2012 eventuele applicatieverstoringen te kunnen opvangen en aanpassingen te laten verrichten. Portokosten Als gevolg van de aanbesteding van de postverzending eind 2010 is een forse prijsdaling gerealiseerd op de portokosten; voordeel ten opzichte van de begroting 2011 € 322.400. Naast dit financieel voordeel zijn wel enkele nadelen in de werkprocessen te benoemen. In de eerste plaats bezorgt de nieuwe postbezorger niet op alle dagen van de week. Dit vraagt nauwgezette afstemming tussen de RBG, de printservicebureaus en de postbezorging. Op basis van de integrale planning voor de verzending van stukken is dit inmiddels naar tevredenheid geregeld.


pagina 27 van 32

Een tweede nadeel is dat het logistieke proces van de nieuwe postbezorger een wijziging in het aanleveren van het druk- en printwerk noodzakelijk maakt. Dit werkt kostenverhogend en verlaagt het bovengenoemde voordeel op de portokosten (zie Overige diensten). WOZ-kosten De WOZ-kosten betreft één van de grootste uitgaven van de RBG. Het betreft de bijdrage aan het ministerie van Financiën voor het gebruik van de WOZ-gegevens van alle inliggende gemeenten. Gegevensverstrekking Daar waar vorig jaar werd gemeld dat de gegevenslevering via waterbedrijf Evides niet optimaal verliep, is in 2011 het uitleveren van informatie goed op gang gekomen. De uitlevering van informatie wordt tot nu toe kosteloos uitgevoerd. Dit verklaart een belangrijk deel van het voordeel ad € 70.000 ten opzichte van de begroting. Losse opvragingen bij het Kadaster en het GBA zijn duurder dan batchgewijze opvragingen. In 2011 is een start gemaakt om de opvragingen van informatie meer gebundeld uit te voeren. In 2011 is hierdoor circa € 55.000 bespaard. De kosten voor de overheidsvordering zullen eerst in 2012 worden gemaakt. Overige

diensten

De belangrijkste componenten van deze posten zijn de kosten voor het telefoonteam en de kosten van print- en dataverwerking. Zoals eerder bij de portokosten is vermeld, zijn de kosten van het print- en dataverwerkingsproces toegenomen. Deze toename is veroorzaakt door de gewijzigde procedure in het aanleveren van de aanslagen invorderingsgegevens aan de printservicebureaus. Het nadeel van circa € 160.000 is fors, maar wordt meer dan gecompenseerd door het voordeel op portokosten dat bijna twee keer zo hoog is. De kosten voor het opvangen van klantenreacties (telefoon, mail en balie) zijn binnen het budget gebleven. Wij zijn echter nog niet tevreden met de bëhaaldë resultaten op de dienstverlening aan de klanten. Elders in deze jaarrekening is aangegeven welke normen we willen bereiken. De inspanningen die we daarvoor moeten verrichten, zullen gefinancierd worden uit het gesaldeerde voordeel van portokosten en kosten van print- en dataverwerking. Concreet zal in 2012 via een interne wijziging € 150.000 worden overgeheveld naar het budget voor klanteninformatie. Onvoorzien en toevoeging aan

voorzieningen:

De post onvoorzien is formeel door middel van begrotingswijzigingen ingezet in 2011 voor de volgende posten: Inhuur personeel bestandsoptimalisatie bedrijven € 140.000 Inhuur personeel bezwaarschriften agv extra aanslagen bedrijven € 30.000 Na deze wijzigingen bedraagt het restantbudget € 80.000. Op grond van het Waterschapsbesluit is het verplicht om voorzieningen te treffen voor arbeidsgerelateerde verplichtingen. In 2010 is een voorziening getroffen voor aanspraken op WW-uitkeringen. De RBG had in 2010 nog geen rekening gehouden met een voorziening voor toekomstige jubileagratificaties. Op basis van het huidige personeelsbestand is een berekening gemaakt voor hoeveel mensen in de toekomst een gratificatie dient te worden uitgekeerd. Het instellen van deze voorziening ad € 140.800 is verantwoord onder de kostensoort onvoorzien. Bij onderhoud derden is de toevoeging van € 125.000 aan de voorziening ICT onderbouwd.


pagina 28 van 32

Baten De bijdragen van derden betreffen de bijdrage in de kosten van de twee deelnemende waterschappen van € 8.881.000 en een bijdrage voor de verwerking van kadastrale gegevens van de Unie van Waterschappen van € 51.500. Deze bijdrage is € 40.500 lager dan waarmee gerekend is in de begroting. Medio 2011 hebben de waterschappen via het Rijk bericht gekregen dat de bijdrage kadastraal recht wordt afgebouwd. In 2012 wordt nog 1/3 deel van het oorspronkelijk bedrag uitgekeerd. Vanaf 2013 wordt deze bijdrage niet meer uitgekeerd. Het niet meer ontvangen van deze bijdrage zal binnen de begroting worden opgevangen. De financiële baten (€ 39.700) betreft rekening courantrente op de bankrekening van de RBG. Opbrengst

dwanginvordering

In 2011 is ongeveer € 3,3 miljoen aan invorderingsopbrengst verantwoord. Voor de nog openstaande posten per 31-12-2011 is een inschatting gemaakt van de mate van oninbaarheid. Thans wordt geschat dat 3 0 % van de openstaande posten oninbaar zal worden geleden (in 2010 nog 25%). De toename ligt vooral in de huidige economische situatie. Om de mogelijke oninbaarheid van vorderingen op te vangen is een toevoeging van de voorziening benodigd van € 808.000. Door de hogere benodigde voorziening is er per saldo ten opzichte van de begroting een lagere opbrengst verantwoord op de dwanginvordering van circa € 163.500.


pagina 29 van 32

Controleverklaring

Deloitte. K n *P FTOfitfaTi MOD CA I Flu.-(Mil S M M M »w..iiaall1t.H

Ointroleverklaring YBII de onufliatikclijke accountant Aan hel algemeen bcscuur vait de Regionale BcJastui^gnjcfi Verklaring betreffeade de Jaarrekcaing Wij hebbenrtejawrokening 201] van De Regionale Belattinggnief le Delft gecontro lot rrJ. Deze .jaarrekening betiuial uit dc balans per 3] Jeocmhcr 2011 CD de eiplniuücrckcnmgen naar programma'i en tiaar kusirn- en optacnÊSüüorteii over 2011 niet de todidiLiTigcn, waarin zijn opgenomen ccn overncht van tic gehanteerde gKinJ
VeraMlwmnlelijleheid von Oafelijks bestuur Het dagelijks balunr van dc gemeeiuchappclijke regeling De RegiimaJe Helasunggioep ü verancwoordeJijk voor het opmaken van de jaarrekemng, alsmede voor hei op*teliai van bet jaaivcnlag. beide in oveteenOenuning met hoofdstuk 1 van her in Nederland gcldvnde Wmarschapsbeshiit. Dea* verstniwiiordelijkheid houdt onder meer in dat de jaam*ening zowel de baten cn lasten ali de activa eti pauiva getrouw dient weer te geven cn dat de in de jjuarekening verancwourde baten, buten en balansmutaties rcchttnatii; ttit «tand zjjn gekomen ReL-hiniatigc toutaudkuTring betekent cn overeenfitemminf met dc begroting cn mei dc relevanie weten regelgeving waaronder vaordcuiagen van dc gcuirctnchappelijkeregelingzelf. Md dagelijks Hesmar iï tcvcni vcranlwijonblijk voor een zodanige inteme beheeriing als het noodzakelijk achl um het opmaken van de jaarrekening en de ncfatmitigc tot&laadlummg van baten, lasten eo balaiiMnuUties mogelijk te niaicn wmdcr afwijlcingen van materieel belwig qls gevolg van fraude of fouten. VermtwoordcLjkhcici van de arcoHntnnt Onze vcrimtwoordclijkhcid is bet geven vjm een oordeel over de jaarrekenir^ op basis van onie comrole. Wij hebben onze controle verricht m overeenstemttiing met Nederlands «dit, waaronder dc Nctfcrlandse controlettaudaanlcn cn hoofdstuk 4 van het Waters cbapshcslmt cn het dooi het nlgemeeo bcutuui v»stgest«lde controlcpiotocol op I juni 2011. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ous gcldcudu ethische voorschriften ca dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van /.ekerheid wordt verkregen ihudc jaanekeoiiij fvai afwijkingen von mateneel belang bevat. Hen controle omvat hel uitvoeren van werkzaamheden tet verkrijgiiig van concrole-infomiatie over dc hedmgen cn dc toelichtingen iu dc jaaneteiung. De ^ejdixleefde werkzaamheden zijn alhankelijk vaii de docr de accountant coegeptiste oordeelsvomung. met inbegrip van hel intchaneu van de rinito's dat de jaanekening «cn afwijking van mafaiecl belang be^-al uis gevolg van fraude of fouujn.

B.V * i ' v m h r o v l ' . m l i r f u l K k r a ^ i i Y . - . ^ K i m e r «(nKocpIwr.lU ! •

Wïmbütu;

(Mon-niuctii rwnisiiu Umnm

Jaarrapport 2011

Regionale Belasting Groep

pagina 30 van 32

Deloitte. 2 lfi inci 2012 ]20745 B ij hel maken vim dezerisico-óuchattingen neemt cle acccunlanl de xnierne bdicetsing in n.-mmfiricinR die Jrelevam is voor het opmaken van dejaarflekening CD voor het getrouwe beeld daaivan. alsmede voor dc rechtmatige totstandkoming van halen, lasten cn balansmuiaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden dic passend zijn in de omstandigheden. Dezerisno-mschattingenhebben echter niet tot duel ccn oordeel tot uitdrukking te tnengen over dc efibctivitcit van de inteine beheersing van het watenehap. Een controle omvat tévens het evalueren ven dc geschiktheid van de gebruikre grandalagen voor financiële verslaggeving en de gebruiktefinanciëleredttmati^heidscriteriaen van de redelijkheid van de door het dagtlijka bestuur van het wacerschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld vandcjaanclening. Deze fmsnciclerechtmitigheidicriteriazyn vastgesteld met het normenkgdcr door bet algemeen bestuur op 1 juni 2011 en de operanonaliseriiig van het nonncnkader voorreditmatlgheldtn de beheersorganijaüe van de gemeenschappelijke regeling. De hij onze controle toegepaste goedkeurtagstoleraiilie bedraagt voor fouten ISenvoor onzeketheden 3% van de üitale lasten en toe\'oegiiigen aan reserves. Op basis vaa artikel 5.2, lid 7 Watosic^sbcsluit ta deze gpedkcuiüi£StQletan^ vastgesteld. Wij zyn van menmg dat de dom- ons verkregen (»ntrolft-infbrinatic\TDldoendeenge5dukJ isoxn een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Qordetl betitffende dejaarrtkmtng Naar oni oordeel geeft de jaarrekening van De Regranalc Belastlngsroq) eea getrouw beeld van tfcgroouc en dcBameiiRtBlImg van zowd de balen en lasten over 2011 ala van de activa en passiva pa 31 december 2011 m ixvereaiBtcmming ma hoofdstuk 4 van hei Waterschnpsbesluil. Voort» zijn wij vim oordeel dal de in deze jianefcmmg vgaaworde.lmfin en losten alsmede de -balansmuutieti overr 201 l m alle van materieel bdang zijnde eapeetm rechtmalig tot stand zij» Srinrnm in oyereedaernninig met de begroting cn met retevante weten regeJgeving waaronder de veitHdeningen van het waterschap zélf. Verktanng betreffeade oveiige bij af krachtens dc wrt gesteld« enen Ingevolge arrtkd 109, lid^ onder d Watersdinpswet venndden wij dat het jaarvenlïg, voor zover wij dal kunnen beoordelen, verenigbaar ls met de jaarrekening. Rottadimi, 16roei2012 Deloitte Acoounumts B.V. was getekend: dn. R.MJ. van Vugt RA


pagina 31 van 32

Vaststelling Het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep; Gelet op artikel 34 t/m 36 van de Gemeenschappelijke regeling RBG en artikel 10 van de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie R B G ;

besluit het jaarrapport 2011 vast te stellen.

Aldus vastgesteld door het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep in de openbare vergadering van 31 mei 2012.

Het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep, voorzitter,

H.B. Sigmond

Jaarrapport 2011

Regionale Belasting Groep

drs. A.J.B. van der Klugt

pagina 32 van 32


Bestuursvoorstel AB

Behandeld door: John Kooistra

Agendapunt 5 van de vergadering van het algemeen bestuur van

31 mei

2012

Onderwerp:

Begroting 2013 RBG en meerjarenraming

Bijlagen:

Ontwerp-begroting 2013 en meerjarenraming

Beslispunten: •

Vaststellen Begroting 2013 RBG en meerjarenraming conform bijgevoegd ontwerp

Toelichting Hierbij treft u de Ontwerp-begroting 2013 RBG en meerjarenraming aan. Na behandeling in het DB op 12 april jl. is de Ontwerp-begroting 2013 gestuurd aan de algemene besturen van de deelnemende waterschappen. Dit dient zes weken voordat de begroting aan het algemeen bestuur wordt aangeboden plaats te vinden. Tegelijkertijd is de Ontwerp-begroting 2013 ter kennisneming verzonden aan de leden van het AB van de RBG, zoals is bepaald in de gemeenschappelijke regeiing. De algemene besturen van de waterschappen kunnen hun zienswijze over de Ontwerpbegroting tot 25 mei 2012 naar voren brengen. Indien de ingebrachte zienswijzen van de deelnemers daartoe aanleiding geven, zal dit in de AB-vergadering van 31 mei aanstaande naar voren worden gebracht. In deze vergadering zal de Ontwerp-begroting 2013 RBG en meerjarenraming ter vaststelling worden behandeld. De begroting dient vóór 1 augustus aan gedeputeerde staten van de provincie ZuidHolland toegezonden te worden. Aanvullende toelichting vanwege de op hande zijnde samenwerking met de gemeente Delft Deze begroting 2013 RBG dient gezien te worden als een terugvalscenario mocht onverhoopt de samenwerking tussen de gemeente Delft en de RBG geen doorgang vinden. Procedureel dient het algemeen bestuur van de RBG voor 1 juli 2012 de begroting 2013 vast te stellen. Idealiter had de begroting Delft-RBG 2013 afgewacht kunnen worden, maar om aan alle formele aspecten te voldoen, wordt eerst deze (meerjaren)begroting 2013-2016 aangeboden waarin uitgangspunt is dat alleen de taken worden uitgevoerd voor Delfland en Schieland en de Krimpenerwaard. In deze begroting wordt alleen ingegaan op de financiële consequenties. De verplichte paragrafen zijn achterwege gelaten.

31.05.12-5

De gemeenteraad van de gemeente Delft zal 28 juni 2012 besluiten over de wens tot toetreding tot de RBG (oorspronkelijk zou het besluit 24 mei worden genomen). Een en ander is gebaseerd op de uitwerkingen in het bedrijfsplan 2013 van de nieuwe RBG-Delft. Na dit besluit zal een gezamenlijke begroting 2013 in procedure worden gebracht voor de te wijzigen gemeenschappelijke regeling. Deze begroting zal volledig voldoen aan de verslaggevingvoorschriften. Voorstel Voorgesteld wordt te besluiten de Begroting 2013 RBG en meerjarenraming vast te stellen conform bijgevoegd ontwerp.

31.05.12-5

4m*


Begroting 2013 Regionale Belasting Groep


pagina 1 van 14

Inhoudsopgave Inleiding

3

1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6

Begroting 2 0 1 3 Financiële beschouwingen Planning & controlcyus Begroting naar kosten- en opbrengstensoorten in € Product: Belastingheffing Product: Invordering Werkbegroting met kostenplaatsen

4 4 5 6 7 8 9

2. 2.1 2.2

Meerjarenperspectief Huisvesting en kosten overhead Meerjarenperspectief 2013-2016 - cijfermatig

10 10 11

3. P a r a g r a f e n 3.1 Financiering

11 12

4. 4.1 4.2

Verdeelsleutel en financiering Verdeelsleutel Financiering door deelnemers

13 13 13

5.

Vaststelling

14


pagina 2 van 14

Inleiding Deze begroting 2013 RBG dient gezien te worden als een terugvalscenario mocht onverhoopt de samenwerking tussen de gemeente Delft en de RBG geen doorgang vinden. Procedureel dient het algemeen bestuur van de RBG voor 1 juli 2012 de begroting 2013 vast te stellen. Hiertoe dient het dagelijks bestuur zes weken voor vaststelling door het algemeen bestuur, de ontwerpbegroting 2013 toe te sturen aan de bestuursorganen van de deelnemers. Aangezien het algemeen bestuur op 31 mei in vergadering bijeenkomt, dient het dagelijks bestuur uiterlijk 19 april een ontwerpbegroting in te dienen. Idealiter had de begroting Delft-RBG 2013 afgewacht kunnen worden, maar om aan alle formele aspecten te voldoen, wordt eerst deze (meerjaren)begroting 2013-2016 aangeboden waarin uitgangspunt is dat alleen de taken worden uitgevoerd voor Delfland en Schieland en de Krimpenerwaard. In deze begroting wordt alleen ingegaan op de financiële consequenties. De verplichte paragrafen zijn achterwege gelaten. De gemeenteraad van de gemeente Delft zal 28 juni 2012 besluiten over de wens tot toetreding tot de RBG. Een en ander is gebaseerd op de uitwerkingen in het bedrijfsplan 2013 van de nieuwe RBGDelft. Na dit besluit zal een gezamenlijke begroting 2013 in procedure worden gebracht voor te wijzigen gemeenschappelijke regeling. Deze begroting zal volledig voldoen aan de verslaggevingvoorschriften.


pagina 3 van 14

1

Begroting 2013

1.1

Financiële beschouwingen

In deze begroting 2013 is rekening gehouden met de uitkomsten van de jaarrekening 2011. Vanuit de jaarrekening 2011 is een voordeel gerapporteerd op de portokosten. In de jaarrekening is aangegeven dat dit structurele voordeel ingezet gaan worden om dienstverlening aan de telefoon verder te verbeteren. Hiertoe is € 150.000 overgeheveld van het budget portokosten naar het budget klanteninformatie. Vanaf 2013 ontvangt de RBG geen bijdrage (groot € 92.000) meer van de Unie van Waterschappen voor kadastraal recht. Dit nadeel is gecompenseerd door het budget portokosten met hetzelfde bedrag te verlagen. In deze begroting zijn ook de onderhoudskosten en de rente en afschrijvingslasten van het nieuwe belastinginformatiesysteem opgenomen. Aanvullend op eerdere begrotingen is nu ook rekening gehouden met budget (ca. € 80.000) voor het zogenaamde hosten van het pakket. Dit kan worden gedekt uit het bestaande onderhoudsbudget, omdat de kosten van het onderhoud voor het nieuwe systeem lager zijn dan voor het oude systeem. Tot eind 2012 wordt dit voor het huidige pakket verzorgd door HHSK en HHD. Door het opnemen van deze activiteit in de begroting van de RBG behoeven HHSK en HHD deze kosten niet meer te betalen. Verder is bij het opstellen van deze begroting rekeninggehouden met een toename van de materiële kosten van +2% per jaar. Bij het bepalen van de prijsinflatie is rekening gehouden met het Centraal Economisch Plan 2012. Hierin wordt rekening gehouden met een inflatie van 2% in 2012 én 2013. Ten opzichte van de begroting 2012 is de index van de personeelslasten aangepast naar een stijging van 2% per jaar. Dit percentage moet de verwachte verhoging van de sociale premies, de jaarlijkse periodieke verhoging van salarissen en de mogelijke Cao-verhoging dekken. De totaal gebudgetteerde lasten 2013 zijn ten opzichte van 2012 met ca. € 500.000 toegenomen. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door de raming (€ 417.000) van het eerste jaar afschrijven van het nieuwe belastinginformatiesysteem. Het overige deel van het verschil wordt veroorzaakt door prijs- en loonkostencorrecties.


pagina 4 van 14

1.2

Planning & controlcyus

Op basis van de afspraken uit het prestatiecontract met de deelnemers en op basis van de financiële verordeningen van de RBG is de planning & controlcyclus 2012/2013 als volgt: Begroting RBG 2013

vaststelling 31 mei 2012

Raming 2013 eenheden belastingen deelnemers

uiterlijk 1 september 2012

Halfjaarrapportage 2012

september 2012

Verantwoording opbrengsten 2012

medio februari 2013

Jaarrekening 2012:

vaststelling voor 1 juni 2013


pagina 5 van 14

1.3

Begroting naar kosten- en opbrengstensoorten in € Begroting 2013

Nr.

Begroting 2012

Rekening 2011

Lasten 2.1 Rente en

afschrijvingen

417.000

38.000

0

2.2 Personeelslasten Lonen, premies en overige lasten Reiskostenvergoeding Opleidingen Personeel van derden Subtotaal: Personeelslasten

3.915.100 125.000 94.300 520.100 4.654.500

3.901.400 117.900 95.400 510.000 4.624.700

3.757.000 157.100 65.600 767.700 4.747.400

2.3 Goederen en diensten van derden Druk en bindwerk Kantoorkosten en benodigdheden; vakliteratuur Onderhoud derden Portokosten Woz-kosten Bankkosten Gegevensverstrekking Overige diensten inclusief klanteninformatie Subtotaal: Goederen en diensten van derden

211.800 64.000 923.400 698.900 2.722.000 164.100 605.500 1.056.800 6.446.500

207.600 66.600 904.100 882.200 2.645.000 160.900 603.900 889.800 6.360.100

199.800 32.800 760.000 542.500 2.567.000 172.700 436.400 1.080.700 5.791.900

0

0

0

250.000 0 250.000

250.000 0 250.000

0 265.800 265.800

11.272.800

-10.805.100

0 0

0 0

39.700 0

3.3 Opbrengsten dwanginvordering Toevoeging voorzieningen dub. Debiteuren

2.452.000 -350.000

2.452.000 -350.000

2.746.500 -808.000

3.4 Bijdrage van derden

9.666.000

9.170.800

8.932.500

11.768.000

11.272.800

10.910.700

2.4 Bijdragen aan derden 2.5 Toevoeging voorzieningen / onvoorzien Onvoorzien Toevoeging voorzieningen Subtot.: Toevoeging voorzieningen / Onvoorzien

11.768.000

T o t a a l lasten

.

Baten 3.1 Financiële baten 3.2 Personeelsbaten

Totaal baten G e r a a m d exploitatieresultaat

C

C

C

De significante verschillen worden toegelicht bij de producten, zie 1.4 en 1.5.


pagina 6 van 14

105.600-

1.4

Product: Belastingheffing

Het product belastingheffing betreft het opleggen van aanslagen zuiverings- en verontreinigingsheffing, watersysteemheffing, legesheffing, precarioheffing en de wegenheffing in het gebied Krimpenerwaard. Tot dit product wordt ook gerekend het verwerken van verzoeken bezwaarschriften en het voeren van beroepsprocedures. Gegevensbeheer is een zeer belangrijke taak ten behoeve van belastingheffing. Bij het hoofdproces heffen is sprake van directe klantcontacten. Voor bedrijven bij het bepalen van de belastingplicht, het opvragen van additionele gegevens voor de aanslagregeling en het afdoen van bezwaar- en beroepschriften. Voor particulieren met name bij het afdoen van verzoek- bezwaar- en beroepschriften. De • • • • • • • •

belangrijkste taken, die worden uitgevoerd m.b.t. gegevensbeheer, zijn: Verwerking kadastrale informatie, WOZ en GBA; Verwerking overige basisregistraties en inkomende data; Opleggen zuiverings-, verontreinigings-, waterssysteem- en wegenheffing; Opleggen precariobelasting en leges. Accountmanagement en contractbeheer; Buitendienst controle; Data-analyse, uitvoeren crosscontroles; Systeemanalyse en functioneel applicatiebeheer

Doel Het juist, volledig en tijdig opleggen van de aanslagen; Het juist, volledig, tijdig, en gemotiveerd afhandelen van verzoeken en bezwaar- en beroepschriften.

Financiën

Product belastingheffing Lasten Baten Nettolasten

Begroting 2013 € 8.698.150 € € 32.000- € € 8.666.150 €

Rekening Begroting 2012 2010 8.342.850 € 7.832.500 124.000- € 71.3508.218.850 € 7.761.150

Aan de hand van de werkbegroting en verdeelsleutels, zijn de kosten aan het product belastingheffing toegekend (zie 1.6).

Verschil Het verschil tussen de begroting 2013 en 2012 wordt voornamelijk verklaard door de raming van het eerste jaar afschrijven van het nieuwe belastinginformatiesysteem en het wegvallen van de jaarlijkse bijdrage van het kadastraal recht. Daarnaast is er sprake van een inflatiecorrectie en de herverdeling van een aantal budgetten, w.o. het budget portokosten en het budget gegevensverstrekking tussen de producten belastingheffing en invordering.


pagina 7 van 14

1.5

Product: Invordering

Het product invordering betreft het innen van de belastinggelden (inclusief de leges en precarioheffing) bij de klanten en het afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken. De belangrijkste taken in dit proces zijn: • Bijhouden debiteurenadministratie; • Bijhouden financiële administratie/betalingsverwerking en vervullen kasfunctie; • Verzenden van aanmaningen; • Betekenen van dwangbevelen; • Beslagleggen en executoriale verkopen; • Behandeling van verzoeken, bezwaar- en beroepschriften kwijtschelding; • Beoordelen invorderbaarheid en het doen van voorstellen tbv oninbaarverklaring. Vanuit het invorderingproces worden de klanten herinnerd aan hun betalingsverplichting, dan wel aangemaand of via dwanginvordering benaderd tot betaling over te gaan. Daarnaast vindt binnen dit product het afdoen van kwijtscheldingverzoeken plaats alsmede het afdoen van bezwaar- en beroepschriften tegen een afwijzing kwijtschelding. Doel Het voiiedig, juist en tijdig incasseren van de belastingaanslagen; Het volledig, juist en tijdig en gemotiveerd afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken en bezwaarschriften.

Financiën:

Product invordering Lasten Baten Nettolasten

Begroting 2013 € 3.419.850 € 2.452.000- € € € 967.850 €

Begroting 2012 3.279.950 € 2.452.000- € 827.950 €

Rekening 2011 3.748.600 2.766.350982.250

Aan de hand van de werkbegroting en verdeelsleutels, zijn de kosten aan het product invordering toegekend (zie 1.6). Verse/?// Het verschil tussen de begroting 2013 en 2012 wordt voornamelijk verklaard doordat er sprake is van een inflatiecorrectie en een herverdeling van een aantal budgetten, w.o. het budget gegevensverstrekking tussen de producten belastingheffing en invordering.


pagina 8 van 14

1.6

Werkbegroting met kostenplaatsen

E x p l o i t a t i e b e g r o t i n g R B G 201

Produetnum mer Personeel & Organisatie Salarissen [ind. eindelaarsuithennq, vakantiegeld, e.d.) Reekoslenvergoeding woon-werk Rsnsioenpremie Ziekengeld/WAO/WW Opladingen Kosten arbodienst artikelen Kosten ondernemingsraad Overige personeelskosten Inleenkrachten Ree en verblijtkasten Subtotaal: Personeel & Organisatie Goe

Heffen

Geg ev. beheer

Invordenng

Middelen

Klanteninfb

ioooo

20000

30000

40000

50000

Dekkingsmiddelen 70000

633.400 13.100 145,700 0 19.500

678.900 25,400 181.900 0 21,500

914,100 10.900 215,600 0 28.200

215.600 2.800 34,600 0 6.300

220,800 7,700 52,600 0 6,800

13.800 78,000

14,800 78.000

2,600 0

6.300 0

903.500

U O O .500

21,900 104,000 40,700 1335.400

105,900 15.000

15,000

105.900 20.000

261.900

392,900 6,400 92.300 0 12,000 26,000 10,400 40.900 260.100 18.000 859.000

Totaal RBG 2013

66 722

M

O

26 10 10C 520 58 4.654.500

i en diensten voor derden

Dnik- a bindwerk Kantoorbenodigheden; vakliteratuur, abonnementen Venekeringen Onderhoud software Overig onderhoud derden Advieskosten Accountantskosten Bankkosten fórtokosten Proceskosten Communicabe - PR Gegevereverstreklang door derden Oienge dienstverlening derden WOZ-kosten

211,800 64.000 30.000 734,100 189.300 125.000 40.000 164,100 698.900 3,000 50,000 605,500 808,800 2.722,000

5,000 30.000

734,100 46,600 25.000

100.000 40,000

164,100 273,000

425.900 3.000

50.000 570,500

35,000 71,500

10,400

669.500

1 67.000

2.722,000

Subtotaal: Goederen en diensten voor derden

478.500

150.500

0

6,446.500

O

350.000 250,000 417,000 1.017.000

Onvoorzien Toevoeging aan voorzieningen dubdeb. Onvoorzien

Rente en afschniving 417.00C

350.000

SASi.itb

13S4.9Ó0

Subtotaal: Onvoorzien

Totaal K o s t e n

-

428.900

Ti it.iié.6oo

772.706 T ^ 5 9 3 0 0

De verdeling naar de beleidsproducten geschiedt op basis van onderstaande verdeelsleutels: Product Kostenplaats

Verdeelsleutel

belasting-

Product Invordering

heffing Lasten Team Heffen

percentage

Team Invorderen

percentage

Team gegevensbeheer

percentage

Klanteninformatie Team Middelen

percentage o.b.v. fte

Managementteam

o.b.v. fte

Baten Invorderingsopbrengst Financieringsbaten

percentage percentage

2013 C

100% 100% 100% 50% 32 32

50%

€ C

C

1.842.900

C

5.459.100

c c c

753.300

50%

C

21,5

c

428.900

21,5

€

1.259.500

100%

C

2.102.000-

9.666,000

invordering

C

2.004.900

386.350

c

386.350

256.500

f

172.400

€

506.200

€

c

50%

c


1.842.900 2.004.900 5.459.100 772.700

Product


Begroting

f

2.102.000-

e 8.698.150

c

pagina 9 van 14

967.850

2.

Meerjarenperspectief

In het meerjarenperspectief is van belang dat de RBG in de nabije toekomst zal zijn gehuisvest in een centraal gebouw. In het meerjarenperspectief is rekening gehouden met overheadkosten voor het hebben van een eigen huisvesting.

2.1

Huisvesting en kosten overhead

Medio 2012 zal een besluit genomen worden over de nieuwe toekomstige huisvestingslocatie van de RBG eind 2013. Bij de voorbereiding van dit besluit zullen wij.ons laten bijstaan door een ter zake deskundig bureau. De kosten hiervoor zijn meegenomen in deze begroting onder de post 'overige diensten'. Omdat eind 2013 een einde komt aan de inhuizing van de RBG bij de deelnemers en omdat de gemeente Delft zal toetreden tot de gemeenschappelijke regeling, zal invulling gegeven moeten worden aan de financiële consequenties van zelfstandige huisvesting van de RBG en de daarmee samenhangende overheadkosten. Uit berekeningen die gemaakt zijn door een extern bureau in het kader van de mogelijke samenwerking met de gemeente Delft, blijkt dat de lasten van zelfstandige huisvesting en daarmee samenhangende overheadkosten lager liggen dan de kosten die thans door de deelnemers daarvoor binnen hun begrotingen worden toegeschreven aan het product belastingen. Op basis van de DAR-tarieven (vastgesteld door het ministerie van Financiën) komt het bureau uit op een bedrag van ca. € 1,4 miljoen (68,8 f.t.e. x € 20.000) aan overheadkosten bij zelfstandige huisvesting, terwijl door de beide waterschappen gezamenlijk in hun begrotingen 2011 een bedrag van ruim € 2,8 miljoen ten laste van het product belastingen werd toegerekend. Of de lagere overheadkosten ook in de praktijk een besparing voor de deelnemers oplevert zal moeten worden bepaald door de deelnemers zelf.


pagina 10 van 14

2.2 Meerjarenperspectief 2013-2016 - cijfermatig In deze paragraaf is tenslotte een doorrekening gemaakt van de opgestelde exploitatiebegroting in het meerjarenperspectief. Hierin is een jaarlijkse doorrekening van 2% voor de personele en 2% voor de materiële kosten opgenomen. Meerjarenperspectief RBG i •

Totaal 2012

Totaal 2013

Totaal 2014

Totaal 2015

bedragen in € Totaal 2016

Lasten 42000 Personeel A Organisatie Loonkosten Reiskostenvergoeding Opleidingen Personeel van derden Subtotaal

3.901.400 117.900 95.400 510.000 4.624.700

3.915.100 125.000 94.300 520.100 4.654.500

3.993.402 127.500 96.186 530.502 4.747.590

4.073.270 130.050 98.110 541.112 4.842.542

4.154.735 132.651 100.072 551.934 4.939.393

43000 Goederen en diensten Druk- & bindwerk Kantoorkosten Onderhoud derden Bankkosten Portokosten Klanteninformatie/communicatie Gegevensverstrekking door derden Overige diensten door derden WOZ-kosten Subtotaal

207.600 66.600 904.100 160.900 882.200 316.200 603.900 573.600 2.645.000 6.360.100

211.800 64.000 923.400 164.100 698.900 472.500 605.500 584.300 2.722.000 6.446.500

216.036 65.280 941.868 167.382 712.878 481.950 617.610 595.986 2.776.440 6.575.430

220.357 66.586 960.705 170.730 727.136 491.589 629.962 607.906 2.831.969 6.706.939

224.764 67.917 979.919 174.144 741.678 501.421 642.561 620.064 2.888.608 6.841.077

250.000 350.000 600.000

250.000 350.000 600.000

250.000 350.000 600.000

250.000 350.000 - 600.000

250.000 350.000 600.000

45000 Onvoorzien Onvoorzien Toevoeging aan voorzieningen Subtotaal

— Totaal exploitatielasten RBG Ihvesteringslasten Totaal lasten RBG excl. Overhead Overhead RBG bij nieuwe huisvesting Totaal lasten incl. overhead


...

11.584.800

11.701.000

11.923.020

12.149.480

12.380.470

38.000

417.000

405.000

391.000

389.000

11.622.800

12.118.000

12.328.020

12.540.480

12.769.470

0

0

1.376.000

1.376.000

1.376.000

11.622.800

12.118.000

13.704.020

13.916.480

14.145.470

pagina 11 van 14

3. Paragrafen 3.1 Financiering Liquiditeit De exploitatiekosten worden voor een belangrijk deel gefinancierd uit de bijdrage van de deelnemers. Deze bijdrage wordt per kwartaal ontvangen van de deelnemers. Hieronder is een liquiditeitsprognose weergegeven, gebaseerd op het uitgavenpatroon van de RBG in 2010-2011. Liquiditeitsprognose

Raming Kwartaal x C 1.000 1

personeelslasten goederen en diensten van derden WOZ-bijdrage onvoorzien rente en afschrijving uitgaven invorderingsopbrengst /nkomsten saldo liquide middelen bijdragen van deelnemers

4.655 3.724 2.722 250 417

1.021 931

2

4

3 1.021 931

1.266 931

63 104

1.348 931 2.722 63 104

63 104

11.768

2.119

5.168

2.119

61 105 2.363

2.102

210

631

631

2.102

210

631

631

631

-9.666

-1.909

-6.446

-7.934

-9.666

9.666

2.417

4.000

1.500

1.750

508

-29

-17

0

overschot / tekort liquide middelen

631

e

De liquiditeitsprognose laat zien dat in het 2 kwartaal een piek in de uitgaven zit. Deze piek wordt vooral veroorzaakt doordat in het 2 kwartaal de bijdrage in de WOZ-kosten van ca. € 2,7 miljoen in één termijn betaald moet worden aan het ministerie van Financien. In de kwartaalbijdrage van de deelnemers wordt hiermee rekening gehouden. e


pagina 12 van 14

4. Verdeelsleutel en financiering 4.1 Verdeelsleutel De financiële consequenties voor de beide deelnemers wordt in deze paragraaf benoemd. De gehanteerde verdeelsleutel met betrekking tot de bijdrage aan de RBG bedraagt onveranderlijk 66,7% voor HHD en 33,3% voor HHSK. Deze verdeelsleutel zal gehanteerd worden totdat er nieuwe deelnemers toetreden tot de gemeenschappelijke régeling. Alsdan zal een nieuwe berekening van de verdeelsleutel worden gemaakt. Verder blijft de afspraak dat specifiéke dienstverlening (maatwerk) vanuit de RBG apart aan de betreffende deelnemer in rekening wordt gebracht. Op twee onderdelen is sprake van specifieke dienstverlening namelijk de wegenheffing in de Krimpenerwaard voor HHSK en de tariefsdifferentiatie van openbare wegen voor HHD. Omdat de werkzaamheden ten behoeve van deze dienstverlening naar omvang gelijk zijn en dus tegen elkaar weg vallen, zullen geen aparte kosten in rekening worden gebracht. Op basis van de exploitatiebegroting 2013 van de RBG, bovenstaande verdeelsleutel en de meerjarenbegroting 2013-2016 wordt de bijdrage (exclusief overhead) per deelnemer aan de RBG als volgt geraamd: 2012 9.079

2013 9.666

2014 9.876

2015 10.088

2016 10.317

6.056 3.023

6.447 3.219

6.587 3.289

6.728 3.360

6.880 3.437

In de begroting 201-2-2015 was gerekend met: 2012 2013 9.666 Totale netto-kosten x € 1.000 9.079

2014 9.865

2015 10.067

6.580 3.285

6.714 3.353

Totale netto-kosten x € 1.000 Bijdragen deelnemers Delfland Schieland en de Krimpenerwaard

Bijdragen deelnemers Delfland Schieland en de Krimpenerwaard

6.056 3.023

6.447 3.219

4.2 Financiering door deelnemers De exploitatiekosten van het RBG worden gefinancierd door de twee deelnemende waterschappen. De deelnemers betalen jaarlijks in 4 kwartaalvoorschotten hun bijdrage, e.e.a. is conform het prestatiecontract. De voorschotten 2013 worden afgeleid uit de liquiditeitsprognose van de RBG, zoals opgenomen in paragraaf 2.2. Bij de vaststelling van de jaarrekening 2013 wordt de definitieve bijdrage per waterschap vastgesteld.


pagina 13 van 14

5.

Vaststelling

Ingevolge artikel 31 van de Gemeenschappelijke Regeling R B G , artikel 5 en artikel 6 lid 1 van de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie R B G ; opgemaakt door het dagelijks bestuur van de Regionale Belasting Groep, Delft, 12 april 2012 Het d a ^ i i k s " " B e s t u u r van de Regionale Belastinggroep,

H.B. S i g m o n d , directeur

A . G . Wi egman voorzitter

Aldus vastgesteld door het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep, Rotterd

2012

H.B. S i g m o n d , directeur


ffs. A . J . B . van der Klugt, voorzitter

pagina 14 van 14

Verzenddatum. Uw kenmerk Onderwerp. Bijlagen

Recommend Documents