Samenleving Onderdoor 25 Postbus 30, 3990 DA Houten Telefoon 030 639 26 11 Fax 030 639 28 99 E-mail:
[email protected] Internet: www.houten.nl
Zorgaanbieder t.a.v. de directie
Datum
Uw kenmerk
DATUM
Uw brief van
Ons kenmerk
Bijlagen
ZAAKNR en Briefnr
1
Onderwerp
Toezending deelovereenkomst Sociaal Domein, Jeugdwet Inkoop Jeugd-taken Geachte heer, mevrouw, Enige tijd geleden heeft u van ons de basisovereenkomst ontvangen, waarmee u in aanmerking komt om zorg te leveren in de regio Lekstroom. Deze basisovereenkomst wordt gevolgd door een deelovereenkomst, waarin vastgelegd is welke zorg u gaat leveren. Deze deelovereenkomst met haar bijlagen treft u bij deze aan. Wij verzoeken u vriendelijk om bijgevoegde deelovereenkomst op elke pagina te paraferen en op de laatste pagina te ondertekenen. Tevens verzoeken wij u te controleren of bijlage 1 juist is ingevuld, deze zo nodig te corrigeren en voorzien van paraaf met de deelovereenkomst mee terug te sturen. Hierbij merken wij op u enkel in het te leveren zorgtype kunt wijzigen. Overige correcties worden niet verwerkt of geaccepteerd. Indien u andere onvolkomenheden aantreft of andere correcties wenst aan te brengen dan het te leveren zorgtype dan verzoeken wij u telefonisch contact te zoeken met de accounthouders van de Regionale Backoffice. Tot slot attenderen wij u erop dat de Regionale Backoffice nagaat of u een basisovereenkomst heeft gesloten. U kunt namelijk alleen de deelovereenkomst met ons afsluiten als u de basisovereenkomst ondertekend retour heeft gestuurd naar de Regionale Back Office. Is dit niet het geval, dan treedt de deelovereenkomst niet in werking, en kunt u de zorg niet conform de tarieven in de overeenkomst declareren. Mocht u de basisovereenkomst nog niet ondertekend terug hebben gestuurd, dan verzoeken wij u dit alsnog met spoed te doen. Wij verzoeken u de getekende deelovereenkomst en bijlage 1 voor 25 december 2015 in ieder geval per post aan ons toe te sturen op het adres: Regionale Backoffice Lekstroom Postbus 30 3990 DA Houten Met vriendelijke groet, namens het college van burgemeester en wethouders van de Lekstroomgemeenten,
M.J. van Liere Wethouder gemeente Houten Bijlage(n):
1. Basisovereenkomst Sociaal Domein, Jeugdwet Inkoop Jeugd-taken en bijlagen
Bij beantwoording datum en kenmerk vermelden.
**
Deelovereenkomst Jeugdhulp 2016 ev. Lekstroomregio
Contractnummer
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
1
DEELOVEREENKOMST jeugdhulp 2016 ev. De publiekrechtelijke rechtspersonen gemeente Vianen, Nieuwegein, Houten, IJsselstein en Lopik, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder Van Liere van de gastgemeente Houten, hiertoe gemachtigd bij besluit dd………….., hierna te noemen opdrachtgever, EN De aanbieder gevestigd te………………., te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door ………..…… hierna te noemen aanbieder, in aanmerking nemende dat: - Opdrachtgever en aanbieder met elkaar een basisovereenkomst hebben gesloten waarmee deelname aan voorliggende overeenkomst mogelijk is; - De basisovereenkomst toeziet op de uitvoering van de transformatie van de jeugdhulp conform de Jeugdwet; - De basisovereenkomst afspraken bevat over de structuur voor communicatie, overleg en besluitvorming; - Opdrachtgever en aanbieder in samenspraak wensen te komen tot een invulling van de jeugdhulp zoals bedoeld in de Jeugdwet; - Opdrachtgever en aanbieder zich realiseren dat de invulling van de Jeugdhulp aan de door opdrachtgever en aanbieder onderschreven visie, kaders en principes van de basisovereenkomst moet voldoen; - Opdrachtgever en aanbieder zich ervan bewust zijn dat het verwezenlijken van de Jeugdhulp binnen de onderschreven visie, kaders en principes een groot beroep doet op het aanpassingsvermogen en de eigen verantwoordelijkheid van de jeugdige en de opvoeders; - Opdrachtgever en aanbieder beseffen dat deze nieuwe vorm van jeugdhulpverlening een nieuwe werkwijze voor opdrachtgever en aanbieder kan betekenen; - Opdrachtgever en aanbieder over de inhoudelijk te leveren jeugdhulp en de transformatie afspraken nader wensen vast te leggen; - Opdrachtgever en aanbieder bij het vastleggen van deze afspraken waar mogelijk wensen aan te sluiten bij afspraken die bovenregionaal worden overeengekomen; komen overeen als volgt: Artikel 1 Begrippen 1. Deze deelovereenkomst hanteert de begrippen zoals vastgelegd in de Jeugdwet, aangevuld met de begrippen uit de basisovereenkomst. 2. Aanvullend worden de volgende begrippen gehanteerd: a. Opdrachtgever; De samenwerkende gemeenten Houten, Lopik, Nieuwegein, IJsselstein, Vianen. b. Doelenplan of behandelplan of hulpverleningsplan; Terminologie van de verschillende gemeenten, waarmee gedoeld wordt op het Hulpverleningsplan conform art. 1 Jeugdwet, hierna genoemd doelenplan. Het doelenplan komt tot stand onder leiding en verantwoordelijkheid van de leiding van het Sociaal Team. De uitvoering van de jeugdhulp in het doelenplan is de verantwoordelijkheid van de behandelend professional. c. Schriftelijk: Per brief, fax of digitaal middels een van handtekening voorzien pdf bestand. d. Lokaal team1: een (wijk)team van professionals met generalistische en waar mogelijk specialistische kennis die, onder beleidsverantwoording en aansturing van de gemeente, in samenspraak met de jeugdige en diens wettelijk vertegenwoordigers zorgt voor het opstellen van het doelenplan en coördinatie houdt op de uitvoering ervan. Aanbieder behoudt regie op en inhoudelijke verantwoordelijkheid voor zijn aandeel in het doelenplan. 1
Waar “Lokaal (Wijk)team” staat kan ook sprake zijn van een gelijksoortig team die de toegang bepaalt. De benaming kan per Gemeente verschillen. Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
2
e. Verwijzers: wettelijke verwijzers, zijnde huisarts, medisch specialist, jeugdarts en rechter en medewerkers van het lokale team en/of het SAVE team, of andere, door het College van Burgemeester en Wethouders aangewezen verwijzers. Artikel 2 Delen van de overeenkomst Van deze overeenkomst maken de volgende elementen integraal deel uit: - De Deelovereenkomst - Bijlage 1: Individuele afspraken tussen aanbieder en opdrachtgever en overzicht tarieven - Bijlage 2: Uitgewerkte producten en diensten - Bijlage 3: Woonplaatsbeginsel; stappenplan bepaling verantwoordelijke gemeente - Bijlage 4: Protocol rapportage en kwaliteitsindicatoren zorgverlening - Bijlage 5: Vigerend ‘Werkafsprakenboek’, te vinden op https://www.houten.nl/ondernemers/regionale-backoffice-lekstroom/ - Bijlage 6: Protocol Zorgweigering en Zorgbeëindiging - Bijlage 7: Social return Artikel 3 Opdracht 1. Deze overeenkomst stelt de aanbieder in staat om diensten gefinancierd vanuit de Jeugdwet binnen de categorie consultatie, diagnostiek, begeleiding, behandeling en/of (kortdurend) verblijf en crisisopvang te leveren zoals deze zijn overeengekomen in bijlage 1. 2. PGB gefinancierde zorg en zorg die wordt gefinancierd vanuit de WLZ, Zvw of passend onderwijs vallen buiten deze deelovereenkomst. Indien opdrachtgever constateert dat PGB’s, WLZ, Zvw, passend onderwijs of zorg die valt onder aanvullende zorgverzekeringen wordt gedeclareerd, dan is opdrachtgever gerechtigd om de eventueel reeds gedane betalingen van deze declaraties per ommegaande terug te vorderen. Aanbieder is verplicht deze vordering binnen twee weken terug te storten. Gebeurt dit niet, dan is aanbieder van rechtswege in verzuim. 3. Aanbieder kan op geen enkele wijze aanspraak maken op het verrichten van diensten; er geldt geen afnamegarantie en geen exclusiviteit voor aanbieder in welke vorm dan ook. Daartegenover kan opdrachtgever aanbieder niet verplichten tot het verrichten van diensten. 4. Aanbieder verplicht zich de overeengekomen diensten in de vorm van Jeugdhulp te verrichten in overeenstemming met: a. De geldende wet- en regelgeving; b. De Basisovereenkomst Sociaal Domein Jeugdwet, inkoopnotitie Lekstroom 2015; c. Deze deelovereenkomst en haar bijlagen. Artikel 4 Aanvang en duur deelovereenkomst 1. Deze deelovereenkomst gaat, na ondertekening door partijen, in op 1 januari 2016 en eindigt van rechtswege op 31 december 2016. 2. Opdrachtgever kan de deelovereenkomst maximaal twee maal met één jaar verlengen. 3. Indien opdrachtgever gebruik wenst te maken van de optie tot verlenging, dan treden opdrachtgever en aanbieder hierover bij voorkeur uiterlijk zes maanden, maar tenminste drie maanden voor het einde van de looptijd met elkaar in overleg. Dit overleg vindt plaats aan de fysieke overlegtafel. 4. Indien de overeenkomst is verlengd, dan eindigt hij van rechtswege na ommekomst van de verlenging, tenzij opnieuw besloten wordt tot verlenging. Indien van alle verlengingen gebruik wordt gemaakt, dan eindigt het contract uiterlijk op 31 december 2018. 5. Indien gebruik gemaakt wordt van de optie tot verlenging, dan zijn alle bepalingen van deze overeenkomst en eventuele opvolgende addenda integraal van toepassing in het jaar/ de jaren van de verlenging, ook als er in de overeenkomst een afwijkend jaartal wordt genoemd. 6. Voor alle binnen de duur van voorliggende overeenkomst aangemelde jeugdigen blijft de aanbieder ook na afloop van de genoemde contractperiode volledig aan zijn verplichtingen voldoen tegen de voorwaarden van het afgelopen contract, behoudens wanneer als gevolg van veranderde wet- en regelgeving hiervan afgeweken dient te worden.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
3
Artikel 5 Tarieven 1. Het tarief in bijlage 1 heeft betrekking op alle door aanbieder in het kader van deze deelovereenkomst te leveren Jeugdhulp en is inclusief alle eventueel bijkomende kosten, tenzij anders overeengekomen wordt. 2. De producten en diensten in deze deelovereenkomst zijn vrijgesteld van BTW. Aanbieder zorgt dat op de factuur helder is geformuleerd dat de inzet betrekking heeft op geleverde zorg of daarmee nauw samenhangende werkzaamheden. Indien er BTW afdracht verplicht blijkt, dan gaat de fysieke overlegtafel hierover in gesprek. 3. Er zijn geen tussentijdse prijsaanpassingen, noch automatische jaarlijkse nominale aanpassingen van de tarieven ten behoeve van loon en prijsontwikkelingen. Bij de jaarlijkse besluitvorming over de tarieven zal opdrachtgever de jaarlijkse nominale ontwikkeling van de Decentralisatie Uitkering jeugd (c.q. sociaal) in ogenschouw nemen, evenals de bezuinigingen die 2016 en 2017 worden doorgevoerd alsmede de keuzes van opdrachtgever ten aanzien van de verdeling van het budget over de aanbieders. Artikel 6 Samenwerking 1. Indien aanbieder bij het opstellen en uitvoeren van het doelenplan samenwerkt met zorgaanbieders die geen basisovereenkomst hebben gesloten hebben met opdrachtgever, dan wordt dat beschouwd als onderaanneming, waarvoor toestemming van opdrachtgever verplicht is. 2. Indien aanbieder bij het uitvoeren van het doelenplan samenwerkt met andere zorgaanbieders die een Basisovereenkomst met opdrachtgever hebben gesloten, dan is ieder voor zijn deel verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op de uitvoering van het doelenplan. 3. Samenwerking met vrijwilligers en mantelzorgers wordt niet gezien als onderaanneming. 4. De inschakeling van een derde voor de uitvoering van het bepaalde in voorliggende deelovereenkomst geschiedt voor rekening en risico van aanbieder en doet niets af aan de verplichtingen van aanbieder in deze deelovereenkomst. 5. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor om onderzoek te doen naar de behandelopbrengsten en financiële opbrengsten van aanbieder, die zijn verkregen door inschakeling van een derde. 6. Het kader voor de samenwerking met lokale teams is 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur. Lokale teams en aanbieders stemmen in voorkomende gevallen de rollen en rolverdeling nauwkeurig op elkaar af. 7. Degene die de jeugdhulp uitvoert, zorgt voor en is verantwoordelijk voor onderlinge afstemming met het netwerk van de jeugdige, waaronder de ouders/verzorgers van de jeugdige en de school. 8. Wanneer nodig levert aanbieder de zorg op locatie van de sociale teams van opdrachtgever. Artikel 7 Facturering 1. Aanbieder declareert enkel de jeugdhulp zoals deze tussen aanbieder en lokaal team is overeen gekomen in een beschikking of het doelenplan, of waarvoor een geldige verwijzing beschikbaar is. Zonodig bepaalt aanbieder de woonplaats van inwoner conform het stroomschema in bijlage 3. 2. Aanbieder declareert enkel de tarieven zoals vastgelegd in bijlage 1 van deze overeenkomst. 3. Aanbieder die gebruik wenst te maken van de DBC structuur declareert maximaal de tarieven en maxima die in bijlage 1 genoemd staan. Aanbieder hanteert hierbij als uitgangspunt voor het maximum het uurtarief x maximaal aantal uren in de tabel van bijlage 1, en vertaalt deze vervolgens naar een passend percentage van het NZa tarief voor die DBC klasse. 4. Aanbieder heeft geen recht op voldoening van een declaratie voor Jeugdhulp die niet in overeenstemming met de deelovereenkomst is verleend. 5. Opdrachtgever neemt uitsluitend facturen in behandeling voor jeugdigen waarvan aanbieder een Melding Kind in Zorg heeft gedaan, en waar op de factuur een verplichtingennummer op is vermeld. 6. Aanbieder declareert maandelijks de hulp die in de afgelopen maand is geleverd, volgens de landelijke iJW standaard2 en procesbeschrijving in het werkafsprakenboek genoemd in bijlage 5. 2
Werken met de iJW standaard: https://www.istandaarden.nl/istandaarden/Jeugdwet.html
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
4
7. Indien aanbieder niet volgens bovenstaande procedure een factuur indient, treden opdrachtgever en aanbieder voorafgaand aan de eerste factuur hierover met elkaar in overleg. Opdrachtgever is gerechtigd om kosten die samenhangen met de verwerking van een factuur welke niet volgens de procedure in lid 6 van dit artikel is ingediend, bij aanbieder in rekening te brengen. 8. Indien de ondersteuningsperiode wordt afgerond, dient de eindfactuur binnen zes weken na afloop te worden ingediend, ook indien er sprake is van een wijziging in jeugdhulp zoals beschreven in artikel 28. Opdrachtgever betaalt de factuur binnen dertig kalenderdagen. 9. Facturatiebestanden die later dan twaalf weken worden ingediend, worden niet meer in behandeling genomen en worden niet meer betaald. Wanneer de aanbieder in eerdere instantie, in ieder geval binnen 6 weken na de eigenlijke aanleverdatum, overlegt met opdrachtgever inzake mogelijke problemen met de facturatie zal opdrachtgever beoordelen of een vertraagd aanleveren van de factuur zal worden geaccepteerd. 10. Aanbieder zorgt voor een jaarafsluiting, waarbij opdrachtgever uiterlijk 15 januari van het eerstvolgende jaar een reële inschatting van de eindafrekening van het jaar ervoor ontvangt, gespecificeerd naar gemeente. Dit geldt ook als een behandeling de jaargrens overschrijdt. Artikel 8 Vrijwaring Aanvullend op het gestelde in artikel 14 lid 1 sub b van de Algemene Inkoopvoorwaarden vrijwaart aanbieder opdrachtgever van alle aanspraken op schade geleden door de cliënt, diens wettelijk vertegenwoordiger (s) en overige derden die samenhangen met, of rechtstreeks voortvloeien uit, een ondeugdelijke uitvoering van het doelenplan of indien niet wordt voldaan aan de kwaliteitseisen genoemd in de deelovereenkomst. Onder ‘ondeugdelijke uitvoering van het doelenplan’ wordt in ieder geval verstaan de uitvoering van het plan door een jeugdhulpverlener die niet, of onvoldoende beschikt over de benodigde kennis en kunde. Artikel 9 Verzekering In afwijking van het bepaalde in artikel 14 lid 2 van de Algemene Inkoopvoorwaarden geldt dat de Aanbieder gedurende de looptijd van deze Deelovereenkomst een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering heeft met een minimumdekking van respectievelijk € 1.000.000,00 per aanspraak en € 2.500.000,00 per verzekeringsjaar. Artikel 10 Ontbinding 1. Aanbieder en opdrachtgever kunnen de deelovereenkomst tussentijds per aangetekende brief onder opgaaf van redenen te beëindigen met inachtneming van een minimale opzegtermijn van een half jaar. Deze termijn gaat in op de eerste dag van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de brief bij de wederpartij is ontvangen. 2. Indien de aanbieder gebruik maakt van de hierboven beschreven optie, dan is aanbieder verplicht om per direct in overleg te treden met resterende aanbieders over de (mogelijke) overname van verplichtingen, voortvloeiend uit deze overeenkomst. De continuïteit van de levering van zorg door voor de jeugdige bekend personeel is leidend en doorslaggevend bij de overdracht van verplichtingen. Opdrachtgever vergoedt de levering van jeugdhulp tot aan het feitelijk moment van beëindiging van de overeenkomst, of zoveel eerder als de overdracht van cliënten naar een andere aanbieder heeft plaats gevonden. Iedere levering van jeugdhulp, geleverd na het feitelijk moment van beëindigen van de overeenkomst, is voor rekening en risico van de aanbieder. 3. Opdrachtgever is gerechtigd om zonder aanmaning of ingebrekestelling de deelovereenkomst door middel van een aangetekende brief met onmiddellijke ingang te ontbinden indien: a. Een fusie, splitsing of overname van de aanbieder aantoonbaar negatieve gevolgen heeft voor de gemeente of voor de hulp aan jeugdigen; b. De wederpartij bij de fusie, splitsing of overname geen Basisovereenkomst heeft met de gemeente, noch binnen één maand na in werking treding van de fusie, splitsing of overname aangegeven heeft een Basis- en deelovereenkomst te willen aangaan. c. Aanbieder zonder toestemming van opdrachtgever met een derde overeenkomt om de contractuele verplichtingen in deze deelovereenkomst over te dragen, en deze derde geen Basisovereenkomst gesloten heeft met opdrachtgever. d. Aanbieder en/of één van de Lekstroomgemeenten niet meer voldoet aan de bepalingen van deze deelovereenkomst, of aan de bepalingen van de basisovereenkomst. Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
5
e. Aanbieder in een situatie verkeert zoals beschreven in artikel 16 van deze deelovereenkomst, en opdrachtgever hiervan niet op de hoogte heeft gesteld; f. Een rechterlijke uitspraak opdrachtgever of aanbieder verbiedt uitvoering te geven aan deze overeenkomst of aan de basisovereenkomst ongeacht of deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan. g. Het verbetertraject zoals bedoeld in artikel 28 geen, of onvoldoende resultaat heeft. 4. Indien het gestelde in het vorig lid aan de orde is, dan is aanbieder, althans de curator verplicht om per direct in overleg te treden met resterende aanbieders over de (mogelijke) overname van verplichtingen, voortvloeiend uit deze overeenkomst. Continuïteit van de levering van jeugdhulp door voor de jeugdige bekend personeel heeft hierbij de voorkeur. Artikel 11 Toetreding 1. Toetreding tot de deelovereenkomst is enkel mogelijk na goedkeuring van opdrachtgever, en na het sluiten van de Basisovereenkomst door aanbieder. 2. Alle eventuele tussentijdse wijzigingen en aanvullingen op de bepalingen van de basisovereenkomst en de deelovereenkomst zijn op nieuwe toetreders integraal van toepassing. Artikel 12 Wijzigingen 1. Wijzigingen in de overeenkomst kunnen worden aangebracht indien: a. Er als gevolg van gewijzigde bovenregionale afspraken onderzoek nodig is naar de consistentie van voorliggende deelovereenkomst, en dit onderzoek uitwijst dat er een wijziging nodig is. Artikel 5 is in alle gevallen hiervan uitgezonderd. De wijzigingen worden voor de betreffende aanbieder vastgelegd in een addendum. b. Aanbieders of opdrachtgever hierom verzoeken. Behoudens wijzigingen in de eerste kolom van bijlage 1 van deze deelovereenkomst, hierna te noemen individuele afspraken, kunnen deze verzoeken slechts tot een wijziging leiden met uitdrukkelijke schriftelijke instemming van opdrachtgever en aanbieders in de fysieke overlegtafel. De wijzigingen worden vastgelegd in een addendum. 2. Op het addendum genoemd in het vorig lid zijn ‘algemene voorwaarden leveringen, diensten en werken van de gemeente Houten’, alsmede de bepalingen in deze deelovereenkomst, voor zover van toepassing, van kracht. 3. Behoudens een wijziging van de individuele afspraken, alsmede een wijziging als gevolg van het gestelde in het eerste lid onder a, heeft een wijziging op deze overeenkomst werking voor alle bij deze overeenkomst aangesloten aanbieders. 4. Aanbieders die niet akkoord gaan met de wijzigingen van de deelovereenkomst kunnen uit deze overeenkomst treden, met inachtneming van het gestelde in art.10. Artikel 13 Privacy 1. Opdrachtgever en aanbieder zorgen dat de privacy van jeugdigen wordt geborgd in alle werkprocessen, binnen de geldende wet- en regelgeving. 2. Opdrachtgever en aanbieder verwerken persoonsgegevens waaronder eveneens wordt begrepen het verstrekken aan derden, uitsluitend voor zover dit noodzakelijk is voor de totstandkoming en uitvoering van deze deelovereenkomst. Opdrachtgever en aanbieder zullen nimmer enig recht claimen ten aanzien van de betrokken gegevens, noch gerechtigd zijn tot enige vorm van exploitatie, anders dan voorzien in deze deelovereenkomst. Opdrachtgever en aanbieder zijn slechts bevoegd, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van deze overeenkomst, gegevens aan externen te verstrekken ten behoeve van de uitvoering van deze deelovereenkomst.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
6
3. Opdrachtgever en aanbieder dragen zorg voor de nodige voorzieningen van technische en organisatorische aard ter beveiliging van de beschikbaar gestelde gegevens, ook met betrekking tot apparatuur, tegen verlies of aantasting van de gegevens en tegen onbevoegde kennisneming, wijziging of verstrekking daarvan. Opdrachtgever en aanbieder zullen de persoonsgegevens vertrouwelijk behandelen en zullen er voor zorgdragen dat, voor het geval medewerkers uit de eigen organisatie, gelet op hun taak in het kader van de opdracht, toegang behoren te hebben tot de verstrekte gegevens, zij in die hoedanigheid verplicht zijn tot geheimhouding. Opdrachtgever en aanbieder zullen hen daartoe, indien deze verplichting niet reeds voortvloeit uit het met hen gesloten contract of de aanstelling, geheimhoudingsverklaringen laten ondertekenen. 4. Indien aanbieder met onderaannemers werkt, draagt aanbieder zorg voor de naleving van de privacy bij de onderaannemers. Artikel 14 Duurzaamheid Aanbieder kent een inspanningsplicht waarbij onderzocht en afgesproken wordt hoe duurzaamheid in 2016 vorm kan krijgen. Artikel 15 Social Return Aanbieders met een omzet van meer dan € 100.000 per jaar dienen zich in te zetten een bijdrage te leveren aan Social Return (zie ook bijlage 7). 2016 wordt gezien als overgangsjaar: 1. waarin inspanningen in het beperken van ontslagen als vergelijkbaar worden gezien met bijdragen aan participatie en werkgelegenheid; 2. waarbij in de vorm van een nulmeting in 2016 in kaart wordt gebracht wat jeugdhulpaanbieders op dit moment al bijdragen aan SROI in alle facetten (incl. bijvoorbeeld opleiden en begeleiden van vrijwilligers, stagiaires en leerlingen); 3. waarbij onderzocht en afgesproken wordt hoe SROI in 2017 vorm kan krijgen. Artikel 16 Overleg en evaluatie 1. Opdrachtgever en aanbieder treden in ieder geval met elkaar in overleg indien: a. De rapportage over het eerste kwartaal en over het eerste half jaar van 2016 aantoont dat de stabiele levering van jeugdhulp gedurende het gehele contractjaar kwetsbaar wordt. b. Het moment tussen de melding van ‘Kind in Zorg’ en het starten van de jeugdhulp, zoals omschreven in stap 1 en stap 2 van het Werkafsprakenboek genoemd in bijlage 5, de termijn van 14 dagen overschrijdt; c. De termijn tussen verwijzing en eerste contact met aanbieder meer dan 40 dagen bedraagt. d. Bij herhaaldelijke ‘no show’ door cliënt e. In geval van een crisismelding de zorg niet binnen 48 uur start. f. Er sprake is van een substantiële wijziging in de situatie van aanbieder die van invloed kan zijn op de uitvoering van deze deelovereenkomst. Van een substantiële wijziging in de situatie van aanbieder is in ieder geval sprake wanneer de situatie rondom de financiële huishouding, zeggenschap en uitvoering van taken wijzigt, dan wel surséance van betaling of faillissement is aangevraagd; g. In geval van veranderingen in wet- en regelgeving en/of de ontwikkeling en uitvoering van overheidsbeleid (op nationaal, supranationaal en internationaal niveau) die de ongewijzigde uitvoering van deze Overeenkomst voor tenminste één partij onredelijk bezwarend maken; h. Indien één van de zorgverleners in dienst van aanbieder in het BIG-register, indien van toepassing op de branche, is geschorst of doorgehaald; i. Indien de verschillende daartoe bevoegde inspecties maatregelen omtrent de aanbieder hebben getroffen waarbij het de zorgverlener niet meer is toegestaan (al dan niet tijdelijk) praktijk uit te oefenen.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
7
2. Indien een situatie zoals beschreven in het vorig lid aan de orde is, maken opdrachtgever en aanbieder afspraken over het vervolg binnen de looptijd van de overeenkomst, en leggen deze schriftelijk vast. 3. Opdrachtgever en aanbieder hebben tenminste twee keer per jaar overleg over de thema’s op de innovatie-agenda. Opdrachtgever draagt zorg voor de agenda en verslag. Artikel 17 Geschillen 1. Er is sprake van een geschil indien opdrachtgever en aanbieder in onderling overleg niet komen tot een oplossing voor vraagstukken en knelpunten die ontstaan bij de uitvoering van de deelovereenkomst. 2. In geval van geschillen maken Opdrachtgever en aanbieder gebruik van de geschillenregeling zoals opgenomen in de Basisovereenkomst. Artikel 18 Rapportage 1. Aanbieder levert opdrachtgever informatie zoals aangegeven in de Jeugdwet (en nadere regelgeving). Opdrachtgever en aanbieder sluiten zich tevens aan bij eventuele landelijke afspraken over informatievoorziening en monitoring (gemeentelijke monitor sociaal domein, landelijke gegevensset en het gegevensknooppunt) die worden opgesteld. Hiervoor wordt aangesloten bij het aanleveringsprotocol van ISD 2.0. 2. Tenminste twee keer per jaar levert aanbieder beleidsinformatie aan bij het CBS. 3. Aanbieder gebruikt een gevalideerd en door opdrachtgever voorgeschreven instrument voor de meting van jeugdhulpaanbod, volume, financiën en effectiviteit van jeugdhulp. In het kwaliteitsbeleid van de aanbieder is vastgelegd hoe de eigen resultaten worden vergeleken met landelijke uitkomsten. 4. Zolang er geen landelijke afspraken zijn over monitoringsrapportage, gelden de volgende eisen ten aanzien van rapportage: o Per kwartaal werkt aanbieder zijn administratie(-systemen) dusdanig bij dat op elke vijftiende kalenderdag van de vierde maand over het voorafgaande kwartaal rapportage per gemeente uit de regio Lekstroom kan worden gegenereerd waarin de omzetgegevens per jeugdhulpsoort zijn verwerkt (dus 15 april, 15 juli en 15 oktober). Deze rapportage kan overgaan in de provinciale ADD monitor, zodra deze omzetgegevens per gemeente per kwartaal ter beschikking stelt. o Aanbieder levert per jaar per mail rapportage aan per gemeente over de inhoudelijke indicatoren die zijn opgenomen in bijlage 4. Artikel 19 Verantwoording 1. Aanbieders met een omzet hoger dan EUR 50.000,- in 2016, sturen uiterlijk 1 juni 2017 een verantwoording toe over de geleverde prestaties per jeugdhulpsoort in de periode 1 januari tot en met 31 december 2016. Deze verantwoording dient te zijn voorzien van een accountantsverklaring over de juistheid van de geleverde prestaties. Hierbij hanteert de accountant in ieder geval een gestratificeerde steekproef (proef met een betrouwbaarheid van 95%) per jeugdhulpsoort en stelt in ieder geval vast dat: a. een verwijsbrief/beschikking/ plan in het dossier is opgenomen; b. de jeugdhulp die is gedeclareerd is geleverd (aan de hand van stukken in het dossier) c. een intakegesprek heeft plaatsgevonden; d. De te hanteren goedkeuringstolerantie wordt gesteld op 1 % voor onjuistheden en 3% voor onzekerheden. 2. Aanbieder stuurt uiterlijk 1 juni 2016 de vastgestelde jaarrekening 2015 toe, voorzien van een accountantsverklaring.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
8
Artikel 20 Materiële en inhoudelijke controle 1. Opdrachtgever (of een door opdrachtgever daartoe aangewezen derde) is te allen tijde gerechtigd verwachte en onverwachte controle uit te voeren op de inhoudelijke kwaliteit en op presentie- en financiële administraties van aanbieder op basis van het nog op te stellen protocol. Daarnaast zal aanbieder jaarlijks de dienstverlening evalueren onder de cliënten van de aanbieder. 2. Opdrachtgever is gerechtigd om aanvullende evaluaties onder de cliënten die in rekening worden gebracht bij regio Lekstroom uit te voeren. De controles en evaluaties dienen proportioneel te zijn, en mogen de continuïteit van (het proces van) de jeugdhulpverlening aan de Inwoners niet verstoren. De kosten voor deze controle zijn voor rekening van de opdrachtgever, aanbieder zorgt dat de dossiers toegankelijk zijn. 3. Het is opdrachtgever toegestaan second opinions door onafhankelijke deskundigen uit te laten voeren. Uitkomsten hiervan worden met aanbieder besproken. 4. Indien er sprake is van geconstateerde onrechtmatigheid en/of ondoelmatigheid (waaronder het niet voldoen aan de overeengekomen kwaliteitseisen of het in rekening brengen van onnodige behandeluren) in/van de geleverde jeugdhulp kan opdrachtgever aanbieder hierop aanspreken en (een deel) van het bedrag aan onrechtmatig en/of ondoelmatig bestempelde facturen terugvorderen, al dan niet gevolgd door verrekening met nog openstaande dan wel toekomstige facturen. Artikel 21 Intellectueel eigendom In afwijking van het bepaalde in artikel 8.1 van de Algemene Inkoopvoorwaarden zullen de intellectuele eigendomsrechten (IE-rechten) van door aanbieder binnen thema’s op de innovatieagenda van aanbieder en opdrachtgever ontwikkelde best practices berusten bij aanbieder, met dien verstande dat aanbieder Opdrachtgever een gebruiksrecht voor onbepaalde tijd verleent om de ontwikkelde behandelactiviteiten te blijven gebruiken of onder andere organisaties te verspreiden die door Opdrachtgever worden ingezet in de uitvoering van de Jeugdzorg, ook na beëindiging van deze deelovereenkomst. Artikel 22 Toepasselijke voorwaarden 1. Op deze overeenkomst en haar bijlagen zijn, voor zover daarvan hierna niet uitdrukkelijk wordt afgeweken in deze deelovereenkomst of haar bijlagen, de ‘algemene voorwaarden leveringen, diensten en werken van de gemeente Houten, vastgesteld op 3 februari 2015, van toepassing. 2. Voor zover de bescheiden met elkaar in tegenspraak zijn, geldt de navolgende rangorde, waarbij het hoger genoemde document prevaleert boven het lager genoemde: a. Basisovereenkomst Sociaal Domein Jeugdwet, inkoop jeugd taken; b. De bijlagen van de Basisovereenkomst; c. De deelovereenkomst en haar bijlagen; d. Eventuele addenda zoals bedoeld in artikel 12; e. De algemene voorwaarden leveringen, diensten en werken van de gemeente Houten, vastgesteld op 3 februari 2015. Artikel 23 Toepasselijk recht 1. Deze overeenkomst doorkruist niet de publiekrechtelijke verhoudingen tussen opdrachtgever en aanbieder, dan wel hun overige rechten en plichten op basis van publiekrecht. 2. Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Artikel 24 Voorbehoud 1. Deze overeenkomst komt tot stand onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting(en) van opdrachtgever. 2. Deze overeenkomst komt tot stand onder voorbehoud van het bestaan van een door partijen ondertekende, en in bezit van opdrachtgever gesteld exemplaar van de basisovereenkomst.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
9
Artikel 25 Aanvang en einde jeugdhulp 1. De jeugdhulp vangt aan conform de procesafspraken zoals hierover vastgelegd in het ‘Werkafsprakenboek’, genoemd in bijlage 5. 2. Aanbieder en opdrachtgever dragen er gezamenlijk zorg voor dat de termijn tussen het moment van toewijzing van zorg en de eerste afspraak van cliënt met aanbieder maximaal 40 dagen bedraagt. Indien deze termijn niet gehaald wordt, wordt gehandeld conform het gestelde in artikel 33 lid 3,4 en 5. 3. Aanbieder levert de jeugdhulp gelijkmatig verspreid door het jaar heen. Artikel 26 Beëindiging van jeugdhulp 1. De jeugdhulp eindigt conform de procesafspraken zoals hierover vastgelegd in het ‘werkafsprakenboek’, genoemd in bijlage 5. 2. De jeugdhulp eindigt van rechtswege wanneer de in de toegangsbeschikking vermelde termijn is verstreken, of de termijn in het doelenplan is verstreken, of indien de situatie van jeugdige wijzigt met beëindiging van rechtswege als gevolg. Dit is in ieder geval aan de orde als de jeugdige de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, of in enkele gevallen - genoemd in de Basisovereenkomst – de leeftijd van 23 jaar heeft bereikt. 3. De jeugdhulp eindigt door tussentijdse opzegging wanneer er sprake is van een (door)verwijzing door een hiertoe wettelijk bevoegd verwijzer of het sociale team van opdrachtgever, een overstap naar een andere jeugdhulpaanbieder dan aanbieder, of wanneer aanbieder en jeugdige overeenkomen de jeugdhulp te beëindigen. 4. Indien de jeugdhulp, waar het sociale team bij betrokken is, beëindigd wordt, dan stelt aanbieder de contactpersoon in het sociale team daarvan in kennis. 5. Eenzijdige tussentijdse beëindiging van de jeugdhulp aan de zijde van aanbieder is slechts mogelijk bij zwaarwegende redenen, zoals vermeld in het protocol Zorgweigering en Zorgbeëindiging (bijlage 6). 6. Van de voorgenomen eenzijdige tussentijdse beëindiging doet aanbieder schriftelijk en met redenen omkleed melding aan opdrachtgever. Aanbieder draagt, indien van toepassing, zorg voor een warme overdracht. 7. Opdrachtgever dient in te stemmen met de eenzijdige tussentijdse beëindiging. Deze toestemming kan verkregen worden indien is voldaan aan de voorwaarden zoals uiteengezet in het protocol Zorgweigering en Zorgbeëindiging (bijlage 6). 8. Indien er sprake is van eenzijdige tussentijdse beëindiging van jeugdhulp, dan treden opdrachtgever en aanbieder in overleg om de jeugdige te bemiddelen naar een andere jeugdhulpaanbieder. Artikel 27 Wijziging van jeugdhulp 1. Aanbieder is verplicht de contactpersoon van de jeugdige in het lokaal team te informeren indien er een wijziging in de situatie van jeugdige optreedt, die een wijziging van de geleverde jeugdhulp tot gevolg heeft. 2. Een wijziging in de vorm van een verandering van woonplaats hoeft geen wijziging te betekenen in de levering van jeugdhulp, althans te leiden tot een beëindiging van jeugdhulp. Indien de woonplaats van de jeugdige, al dan niet tijdelijk wijzigt, dan draagt aanbieder zorg voor het benoemen van de verantwoordelijk gemeente via het ‘schema Woonplaatsbeginsel; stappenplan bepaling verantwoordelijke gemeente’. Aanbieder informeert ten spoedigste, doch uiterlijk binnen twee weken, de verantwoordelijk gemeente en de contactpersoon in het sociale team aan de zijde van opdrachtgever. Artikel 28 Kwaliteit 1. Aanbieder levert kwalitatief goede jeugdhulp, waaronder in ieder geval wordt verstaan: a. De levering van jeugdhulp in overeenstemming met de toepasselijke privacy wet- en regelgeving. b. De garantie van aanbieder dat hij voldoet aan alle voor hem geldende professionele standaarden en landelijke richtlijnen jeugdhulp, beschikbaar op http://www.richtlijnenjeugdhulp.nl. De bij de aanbieder in dienst zijnde professionals houden zich aan de voor hen geldende beroepscode, en zijn, indien van toepassing op de branche, ingeschreven bij het Kwaliteitsregister Jeugdhulp en beschikken zonodig over een voor hun branche geldend kwaliteitscertificaat. Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
10
c.
2. 3. 4.
5.
Het uitvoeren van de behandeling op basis van een met de cliënt en diens ouders overeengekomen doelenplan. d. De verplichting tot het verlenen van tijdige jeugdhulp zoals genoemd in artikel 25. Indien aanbieder hier niet toe in staat is, doet hij hiervan onmiddellijk mededeling aan de contactpersoon van het lokaal team. Het wachten op een behandeling mag nooit de oorzaak zijn van verergering van de problematiek. In een dergelijk geval dient er eerder hulp geboden te worden. e. Het direct in zorg opnemen in het geval het crisishulp betreft. Indien dit niet binnen de instelling van aanbieder mogelijk is, dan zoekt aanbieder binnen 24 uur een alternatief. f. Aanvullend op het gestelde in dit artikel levert aanbieder de met hem overeengekomen jeugdhulp, zoals beschreven in bijlage 1, conform de in genoemde bijlage opgenomen aanvullende kwaliteitscriteria. g. De Dienstverleners hanteren bij het uitvoeren van de Maatwerkvoorziening Begeleiding Overgangsrecht de geldende cao VVT, GGZ, Gehandicaptenzorg of Welzijn, afhankelijk van of een CAO van toepassing is, en zo ja welke. Indien er geen CAO van toepassing is kan de organisatie van de Dienstverlener, met nadruk op in te zetten personen, door de Gemeente getoetst en beoordeeld worden. Hierbij zijn de beroepscompetentieprofielen en – vaardigheden, zoals omschreven in de op de branche van toepassing zijnde CAO, als norm hanteerbaar. Deze eis geldt zowel voor medewerkers in vaste dient, voor ingehuurd personeel als voor ZZP’ers. Dit laat onverlet dat een gecombineerde inzet van professionals en vrijwilligers gewenst is, zonder dat dit afbreuk doet aan de kwaliteit zoals die geleverd wordt en dient te worden. Indien de jeugdhulp niet geleverd wordt volgens de in dit artikel genoemde kwaliteit, dan treden opdrachtgever en aanbieder binnen twee weken met elkaar in overleg over een verbetertraject. Indien het verbetertraject binnen 2 maanden geen resultaat heeft, dat wordt aanbieder geacht niet aan de bepalingen van de deelovereenkomst te voldoen. Artikel 10 lid 3 is onverkort van toepassing. Aanbieder organiseert de jeugdhulp laagdrempelig op de plaats en tijdstip dat, binnen redelijke grenzen, de jeugdige en wettelijk vertegenwoordigers wensen. In ieder geval dichtbij de woonomgeving van de jeugdige. Aanbieder heeft beleid om reistijd voor de jeugdige te beperken.
Artikel 29 Verwijsindex risicojongeren Aanbieder is aangesloten op de Verwijsindex risicojongeren (VIR). Indien er zwaarwegende redenen zijn om dit niet te doen, kan de aanbieder hiervan vrijgesteld worden. Dit dient de aanbieder aan te vragen bij het college van burgemeester en wethouders van de opdrachtgever. Artikel 30 No show Een afspraak die door de jeugdige of diens wettelijk vertegenwoordigers niet 24 uur van tevoren is afgezegd, is te allen tijde voor rekening en risico van de aanbieder. Artikel 31 Collegiale advisering 1. Aanbieder stimuleert medewerkers in het overdragen van hun specialistische kennis aan professionals in het lokaal team ten behoeve van een sterke pedagogische infrastructuur. 2. Medewerkers van het lokaal team kunnen aanbieder om niet consulteren, indien (specialistische) kennis vereist is die niet voorhanden is in het lokaal team. Uitgangspunt hierbij is dat lokale teams hier in alle redelijkheid gebruik van maken. 3. Indien blijkt dat de consultatie onevenredig veel tijd vraagt van aanbieder, treedt aanbieder hierover in overleg met het lokale team. Er is dan de mogelijkheid om het product ‘consultatie en advies’ in te zetten. 4. Tot de in dit artikel bedoelde kennis en consultatie behoort niet het uitvoeren van diagnostiek.
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
11
Artikel 32 Jeugdhulpweigering Van jeugdhulpweigering bij aanvang van een ondersteuningstraject is sprake wanneer een inwoner zelfstandig of door middel van een lokaal team/loket of andere verwijzer terecht komt bij aanbieder voor een ondersteuningsvraag, waarna aanbieder aangeeft dat deze inwoner niet in zorg genomen kan worden. In dit geval moet voldaan zijn aan de voorwaarden zoals uiteengezet in het protocol Zorgweigering en Zorgbeëindiging (bijlage 6). Artikel 33 Cliëntenstop 1. Aanbieder kan een cliëntenstop instellen. Van een cliëntenstop is in ieder geval sprake indien aanbieder geen, of onvoldoende personeel in dienst heeft om Inwoner binnen de termijn genoemd in artikel 25 jeugdhulp te bieden, of aanbieder voornemens is (een deel van) de bedrijfsuitvoering te beëindigen. 2. Indien aanbieder voornemens is om een cliëntenstop in te stellen dan zal hij dit minimaal twee weken voorafgaand schriftelijk kenbaar maken aan opdrachtgever. 3. Aanbieder biedt de jeugdige in goed overleg een alternatief, en stelt daarvan de contactpersoon in het lokaal team op de hoogte. 4. Aanbieder draagt zorg voor de operationele uitvoering van dit alternatief, de bemiddeling bij en warme overdracht naar een andere jeugdhulpverlener inbegrepen. 5. Indien aanbieder binnen twee weken geen alternatief biedt en opdrachtgever niet op de hoogte stelt, dan wordt deze overeenkomst geacht niet te zijn nagekomen. Artikel 10 lid 3 is overeenkomstig van toepassing. Artikel 34 Citeertitel De overeenkomst samen met haar bijlagen wordt aangehaald als ‘Deelovereenkomst Jeugdhulp 2016 ev. Lekstroomregio’.
Namens de gemeenten Houten, Lopik, Nieuwegein, Vianen en IJsselstein
Naam aanbieder:
______________________________ De heer M. Van Liere Wethouder gemeente Houten Plaats: Datum:
______________________________ De heer/mevrouw: Functie: Statutaire vestiging: Datum:
Paraaf gemeente
Paraaf aanbieder
12
Bijlage 1 Individuele afspraken tussen aanbieder en opdrachtgever en overzicht tarieven Naam aanbieder:…………………………………………………….. Gaat product leveren : Ja/nee
Hoofdcateg orie
Producten
Eenheid
A. Consultatie & advies
A1 Consultatie & screening regulier
Uur
80,-
(post)HBO; 2 tot 8 uur, maximaal € 640,-. Alleen verwijzing via het lokale team.
A2 Consultatie & screening zwaar
Uur
90,-
WO(plus); 2 tot 8 uur, maximaal € 720,-. Alleen verwijzing via het lokale team.
B1 Diagnostiek (hoofdbehandelaar: psychiater) C1.1 Ondersteuning zelfredzaamheid licht
Uur
110,-
Uur
40,-
Ja/nee
C 1.2 Ondersteuning zelfredzaamheid midden
Uur
55,-
Ja/nee
C 1.3 Ondersteuning zelfredzaamheid zwaar
Uur
78,-
Ja/nee
C 2.1 Ondersteuning maatschappelijke deelname licht C 2.2 Ondersteuning maatschappelijke deelname midden
Dagdeel = 3 à 4 uur
40,-
Dagdeel = 3 à 4 uur
C 2.3 Ondersteuning maatschappelijke deelname zwaar C 3 Vervoer
Ja/nee Ja/nee
B. Diagnostiek
Ja/nee
C. Begeleiding
Ja/nee
Ja/nee Ja/nee
Bedrag in €
Aandachtspunten/toelichting
Productcode
Maximaal € 770,- per cliënt Denk o.a. aan begeleiding thuis, oefenen in reizen met OV en persoonlijke verzorging. Alleen verwijzing via het lokale team. Denk aan maatschappelijk werk, individuele begeleiding van autistische kinderen en aanvullende individuele begeleiding voor bepaalde jeugdigen die in een groep begeleid worden. Alleen verwijzing via het lokale team. Denk aan inzet intensief ambulante begeleiding in gezinnen met complexe problematiek (ter voorkoming van residentiële opvang). Alleen verwijzing via het lokale team. Denk aan begeleiding/dagbesteding groep kinderen met een beperking. Alleen verwijzing via het lokale team.
50A03
50,-
Denk hierbij aan begeleiding groep voor bijvoorbeeld autistische kinderen (incl naschoolse opvang). Alleen verwijzing via het lokale team.
50A09
Dagdeel = 3 à 4 uur
80,-
50A11
Dag
15,-
Groepsopvang bij J&O instellingen, 1 à 2 kinderen per begeleider. Alleen verwijzing via het lokale team. Tarief voor rolstoelvervoer. Uitgangspunt is lokaal 1
50A04
50A06 50A08
42A00
Ja/nee
D. Behandeling
maatwerk, maar in overleg met het lokale team kan deze code worden gebruikt. Alleen verwijzing via het lokale team. Een dyslexietraject duurt maximaal € 5.780 per cliënt, het gemiddelde van alle trajecten duurt maximaal € 5.015 per cliënt per aanbieder. Toegang vindt enkel plaats via de onafhankelijke screener van Lekstroom. Aanbieders mogen over alle cliënten samen gemiddeld maximaal € 900,- per cliënt declareren. Per cliënt gaan we uit van maximaal van € 1.350,-. Alleen na ruggespraak met het sociaal team kunnen extra uren worden ingezet. UMAMI: alleen na ruggespraak met het lokale team. Maximaal voor € 2.850,- behandelen per cliënt, inclusief de uren voor diagnostiek (B1); Alleen na ruggespraak met het lokale team kunnen extra uren worden ingezet.
D1 Behandeling dyslexie, incl diagnostiek
Uur
85,-
Ja/nee
D2 Behandeling en diagnostiek van JGGZ problemen en stoornissen basis jGGZ
Uur
90,-
Ja/nee
D3 Behandeling en diagnostiek van JGGZ problemen en stoornissen specialistisch (ipv DBC’s) D4 Behandeling en diagnostiek overig (van opvoedproblemen individueel)
Uur
95,-
Uur
85,-
D 5.1 Behandeling of onderzoek op de polikliniek of dagbehandeling bij gedragsproblemen D 5.2 Consult op de polikliniek bij gedragsproblemen E 1.1 Deeltijd Pleegzorg E 1.2 Reguliere pleegzorg, inclusief netwerkpleegzorg E 1.3 Crisispleegzorg E 2 Logeren/kortdurend verblijf E 3.1 Gezinshuis (ouderpaar begeleidt
DBC
647,77
Uitsluitend te gebruiken kinderartsen voor jeugdigen met ADHD
14D921
DBC
264,80
Uitsluitend te gebruiken kinderartsen voor jeugdigen met ADHD
14D931
Ja/nee
Ja/nee
Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee
E. Verblijf
Alleen verwijzing via het lokale team. Voorheen: J&O ambulant specialistische hulp behandeling van aanpassingsstoornissen
45A52 of DBC (op aparte lijst) 45A48 of DBC (op aparte lijst) 45A57 of DBC (op aparte lijst) 45A53 of DBC (op aparte lijst)
Etmaal Etmaal
38,50 38,50
Alleen verwijzing via het lokale team. Alleen verwijzing via het lokale team. Bijzondere kosten: per geval overleg met het lokale team.
44A18 44A07
Etmaal Etmaal
53,150,-
Bovenregionaal Alleen verwijzing via het lokale team.
46A05 43A11
Etmaal
140,-
Incl. begeleiding en behandeling. Alleen verwijzing via het lokale team.
43A10
2
Ja/nee
Ja/nee Ja/nee Ja/nee
F. Crisisopvang
Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee Ja/nee
G. Cluster 1 afspraken
enkele jongeren) E 3.2 Woongroep, team van professionals begeleidt een groep jongeren E 3.4 Residentiële behandeling, incl deeltijd residentieel E 3.5 Zelfstandigheidstraining F 1.1 Crisisdienst/Meldpunt en interventie (Veilig Thuis telnr. 0800 – 2000) F 1.2 Crisis hulp ambulant F 1.3 Crisis (netwerk) pleegzorg F 1.4 Crisis Residentiële crisiszorg H1 Jeugdzorg Plus
Etmaal
200,-
Incl. begeleiding en behandeling. Alleen verwijzing via het lokale team.
43A36
Etmaal
248,-
43A38
Etmaal
164,-
Capaciteit
Incl. begeleiding en behandeling en klinische jGGZ. Alleen verwijzing via het lokale team. Maximaal € 66.000 voor een traject (= 9 maanden) Incl. begeleiding en behandeling. Alleen verwijzing via het lokale team Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
Uur
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
46A01
Etmaal
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
46A05
Etmaal
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
46A03
Capaciteit of dag
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
44A30
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
44A29
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
44A31
Aansluiten bij bovenregionale afspraken.
44A31
H 2 Drie milieuvoorziening H 3 BOPZ (gesloten psychiatrische zorg) H 4 (L)VB jongeren ZZP 4 en 5: OBC’s
3
44A27
BIJLAGE 2 UITWERKING PRODUCTEN, DOEL EN KWALITEIT A. Screening en consultatie Product A 1 Screening & consultatie regulier B 2 Screening & consultatie zwaar
Toelichting (post)HBO; 2 tot 8 uur, maximaal € 640,-. Alleen verwijzing via het lokale team. WO(plus); 2 tot 8 uur, maximaal € 760,-. Alleen verwijzing via het lokale team.
Productcode
Doelgroep Lokale teams: zij kunnen in een aantal gevallen behoefte hebben om kennis en advies van specialisten in te huren: in gezinnen waar nog niet helder is wat de best passende aanpak is, kan het goed zijn om met één of meerdere aanbieders, iemand van het lokale team en het gezin in gesprek te gaan. In één of meerdere gesprekken met het gezin wordt dan gezamenlijk een ondersteuningsplan opgesteld. lokale teams kunnen een aantal vragen opsparen en periodiek een serie vragen voorleggen aan een specialist. Tijdens een overdrachtsperiode waarin de zorg voor een jeugdige is beëindigd, maar het lokale team nog wel iets wil afstemmen. Doel/resultaat Resultaat is dat er het lokale team gericht kennis en advies krijgt op de vraag die zij hebben, en eventueel ook een ondersteuningsplan is opgesteld. Aanpak Medewerkers van het lokaal team kunnen aanbieder gratis consulteren, indien (specialistische) kennis vereist is die niet voorhanden is in het lokaal team. Uitgangspunt hierbij is dat lokale teams hier in alle redelijkheid gebruik van maken. Indien blijkt dat de consultatie onevenredig veel tijd vraagt van aanbieder, treedt aanbieder hierover in overleg met het lokale team. Er is dan de mogelijkheid om het product ‘screening & consultatie’ in te zetten. Het lokale team neemt contact op met de specialist(en), en spreken af of deze consultatie in rekening kan worden gebracht. Ook wordt afgesproken of er een ondersteuningsplan moet worden opgesteld door de aanbieder, en wordt een globale tijdsinschatting afgesproken. Hierbij kan ook gedacht worden aan de inhuur van deskundigen om korte trainingen te geven. Kwaliteitseisen Voor kennis en consultatie worden professionals gevraagd, bijvoorbeeld jeugdhulpwerkers, (post)HBO of WO(-plus) opgeleid, met relevante ervaring.
1
B. Diagnostiek Product B 1 Diagnostiek
Toelichting Het uitvoeren van diagnostiek door psychiater, om inzicht en advies te verkrijgen over de meest geschikte behandeling of begeleiding. Maximaal 7 uur per cliënt
Productcode
Diagnostiek is een onderdeel van de hulpverlening aan jeugdigen. Diagnostiek bestaat uit methoden en technieken om een probleem of stoornis vast te stellen. De aard, ernst en oorzaken van de problematiek worden onderzocht en er worden handelingsadviezen gegeven. Met de diagnose kan er inzicht verkregen worden in het passend aanbod van behandeling of begeleiding. Diagnose is daarmee geen doel op zich, maar een middel om goed te kunnen adviseren over de meest geschikte behandeling. De inzet van de geschikte behandeling of begeleiding behoren niet tot dit product en kan op verschillende wijzen worden ingevuld, op basis van de diagnose. Diagnostiek kan ook worden geboden door GZ-psychologen, zie hiervoor product D2. Doelgroep Jeugdigen en het gezin(systeem), waarbij de problemen in relatie tot normaal gedrag als afwijkend worden beschouwd en waarbij de ondersteuning en begeleiding van de algemene voorzieningen, waaronder de begeleiding door het lokaal team, niet leidt tot de gewenste verandering van het gedrag en de beantwoording van de vraag van het gezin. Doel/resultaat Diagnostiek is een proces van gericht informatie verzamelen en analyseren met als doel het nemen van een beslissing over de in te zetten hulp. Met als resultaat dat er inzicht is in de meest geschikte behandeling/begeleiding voor een specifiek cliëntsysteem. Er ligt als gevolg van een systematisch uitgevoerd diagnostisch proces een diagnose en een advies met een voorstel voor behandeling/begeleiding. Op grond van dit advies kan een gerichte verwijzing tot hulp en/of ondersteuning plaatsvinden. Aanpak Als er een vermoeden bestaat dat er iets met een jeugdige en of zijn gezinssysteem aan de hand is, maar de ernst nog niet voldoende duidelijk is, kunnen consultatie en of screeningsinstrumenten ondersteuning bieden om de hulpvraag te verhelderen. De intensiteit en aanpak van screening hangt af van de soort hulpvraag en behoefte die voorligt. Hierbij is het van belang dat er geen onnodige stappen gezet worden, zodat er geen dubbele diagnostiek plaats hoeft te vinden. Screening of de behoefte en hulpvraag van een jeugdige kunnen leiden tot de noodzaak voor vervolgonderzoek door een diagnosticus. De signalerende jeugdhulpverlener kan de jeugdige doorverwijzen naar een gekwalificeerde professional. Wanneer de jeugdige (en zijn ouders) is aangemeld bij een gedragswetenschapper met één of meer hulpvragen, gaat het diagnostisch proces van start. Diagnostiek bestaat onder meer uit enkele gesprekken en testmomenten. Afhankelijk van de voorliggende hulpvraag en observaties aan de hand van screening wordt gekozen voor een vorm van diagnostiek, bijvoorbeeld neuropsychologisch onderzoek, persoonlijkheidsdiagnostiek, leerstoornissen, psychiatrische diagnostiek, gezins-diagnostisch onderzoek. Eventueel kunnen bepaalde vormen van diagnostiek ook door een gekwalificeerde medewerker in de algemene voorzieningen worden opgepakt (i.s.m. een aanbieder). Ook is het van belang te kijken naar het belang waarvoor het onderzoek nodig is, om vervolgens te kiezen voor een vorm van diagnostiek, denk daarbij dan aan handelingsgerichte diagnostiek, diagnostische besluitvorming, vroegdiagnostiek, specialistisch onderzoek of triage onderzoek. Uitganspunt hierbij is dat de diagnostiek een antwoord moet geven op de vraag en behoefte van een kind. Kwaliteitseisen Hierbij wordt de CONO beroepentabel als basis gehanteerd. De aangewezen beroepen, zoals beschreven in de CONO, zijn: psychiater en klinisch psycholoog, klinisch neuropsycholoog. Het gaat bij dit product uitsluitend om de medische diagnostiek. Bijvoorbeeld GZ psychologen kunnen ook diagnostiek bieden, onder product D2. 2
C. Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2) Het betreft ondersteuning voor jeugdigen om weer maatschappelijk, op school en binnen het gezin zelfstandig te kunnen functioneren en te participeren. De jeugdige beschikt onvoldoende over “eigen kracht”, het eigen sociale netwerk is niet of niet volledig in staat een (verdere) bijdrage te leveren aan verbeteren van de positie van de jeugdige en er is evenmin een algemeen voorliggende of algemene voorziening aanwezig. De omvang wordt bepaald aan de hand van een verdeling op 3 niveaus: licht, midden, zwaar. De ondersteuning wordt zoveel mogelijk ingezet via supportgericht werken (zorgen dat in plaats van zorgen voor) om te bewerkstelligen dat jeugdige en/of het gezin zoveel mogelijk worden begeleid naar een zelfstandig genormaliseerd leven met een minimale inzet van professionals. Hierin is het uitgangspunt: zoveel mogelijk verschuiving van hoger niveau naar een lager niveau van ondersteuning c.q. naar een algemene voorziening. We verwachten van aanbieders dit waar mogelijk actief te stimuleren. Het onderscheid met behandeling: Behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard, gericht op herstel of voorkoming van verergering van een lichamelijke of psychische aandoening of beperking of van gedragsproblemen in verband met zo’n aandoening. Behandeling verwijst naar de hulpactiviteiten waarbij de jeugdhulpverlener op een methodische wijze een hulpverleningsrelatie hanteert, waardoor bij de jeugdige een proces in beweging wordt gezet met het doel de problemen op te heffen of althans te verminderen. Deze activiteit wordt ook wel omschreven als frequent en systematisch werken aan gedragsverandering, oplossing van ernstige intra-psychische problemen of aan het verminderen van complexe gezinsproblemen. Het betreft hier intensieve pedagogische hulpverlening. C 1. Ondersteuning zelfredzaamheid (voorheen individuele begeleiding) Bij zelfredzaamheid gaat het om de lichamelijke, cognitieve en psychische mogelijkheden die de jeugdige in staat stellen om binnen de persoonlijke levenssfeer te functioneren (communiceren, dagelijkse routine handelingen, persoonlijke verzorging, onderhouden contacten). Het kan dan gaan om zaken als het helpen (leren) plannen van activiteiten, (leren) regelen van dagelijkse zaken, het (leren) nemen van besluiten en het (leren)structureren van de dag. Maar ook om het bieden van praktische hulp en ondersteuning bij het (leren) uitvoeren van handelingen/ vaardigheden die zelfredzaamheid tot doel hebben. Product C 1.1 Ondersteuning zelfredzaamheid - licht C 1.2 Ondersteuning zelfredzaamheid - midden C 1.3 Ondersteuning zelfredzaamheid - zwaar Persoonlijke verzorging Via C 1.1 of C 1.2
Toelichting Denk o.a. aan begeleiding thuis, oefenen in reizen met OV en persoonlijke verzorging. Denk aan maatschappelijk werk, individuele begeleiding van autistische kinderen en aanvullende individuele begeleiding voor bepaalde jeugdigen die in een groep begeleid worden. Denk aan inzet intensief ambulante begeleiding in gezinnen met complexe problematiek (ter voorkoming van residentiële opvang). De Zorgverzekeringswet is verantwoordelijk voor alle zorg die bepaald wordt door de behoefte aan geneeskundige hulp (95%) De Jeugdwet is zorg met de handen op de rug en beperkt zich tot het aansporen tot (5%). Bijvoorbeeld een verslaafde die je aanspoort om te gaan douchen, of een jeugdige die van de sondevoeding af is, maar nog zelf moet leren eten.
De verwijzing naar Ondersteuning zelfredzaamheid kan alleen via het lokale team.
3
Productcode
C 1.1 Ondersteuning zelfredzaamheid licht Doelgroep Jeugdigen (en ouders) met enkelvoudig ondersteuningsvragen rondom opvoeden en opgroeien. Een jeugdige is over het algemeen al op de rails, maar heeft langdurig een bepaalde mate van begeleiding nodig, met ondersteuning vanuit het sociaal netwerk. Doel Jeugdigen en ouders met vragen rondom opvoeden en opgroeien begeleiden vanuit het perspectief dat zij zoveel mogelijk leren om de opvoeding en het opgroeien weer zelfstandig en zonder professionele ondersteuning uit te voeren. Aanpak Het lokale team bepaalt samen met het gezin en de aanbieder welke ondersteuning nodig is, en legt dit vast in een ondersteuningsplan. Hierin staan ook de te behalen doelen, op welke wijze wordt gewerkt naar zelfstandigheid. Daarnaast wordt aangegeven wat de omvang en duur van de ondersteuning zelfredzaamheid is. Elementen die dat bepalen zijn: Mate van verzorging, begeleiding en behandeling die een jeugdige nodig heeft Mate van zelfredzaamheid: toets eigen mogelijkheden en die van het eigen netwerk Mate van functioneren in een groep Groepsgrootte Persoonlijke verzorging Een klein deel van de doelgroep die nu persoonlijke verzorging ontvangt wordt vergoed door de gemeente. Het gaat om de volgende omschrijving in de wet: ‘activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging in verband met een psychogeriatrische of psychiatrische aandoening of beperking, of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid’. In de brief aan de Kamer blijkt: “dat verzorging ook kan samenhangen met begeleiding in plaats van met verpleging. Verzorging wordt dan meer in het verlengde van begeleiding geleverd. Voor deze mensen geldt dat er over het algemeen geen sprake is van een somatische aandoening en/of primaire medische problematiek, maar in de regel behoefte aan ondersteuning bij ADL, in plaats van het overnemen er van. Dit komt met name voor bij mensen met een verstandelijke beperking, zintuiglijke beperking en psychiatrische problematiek. Deze ondersteuning bij ADL positioneer ik onder de Wmo. Deze vorm van persoonlijke verzorging hangt dus samen met de begeleiding. Om deze reden is het logisch om deze vorm van persoonlijke verzorging onder te brengen in de maatwerkvoorziening ondersteuning zelfredzaamheid. Het gaat om ondersteuning bij de ADL en niet om het overnemen ervan. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: MBO Uitvoering van de ondersteuning: MBO C 1.2 Ondersteuning zelfredzaamheid midden Doelgroep Jeugdigen en ouders met ondersteuningsvragen/problemen rondom opvoeden en opgroeien. Hierbij kan gedacht worden aan school- en maatschappelijk werk en specialistische begeleiding. Doel Jeugdigen en ouders met vragen rondom opvoeden en opgroeien begeleiden vanuit het perspectief dat zij zoveel mogelijk leren om de opvoeding weer zelfstandig en zonder professionele ondersteuning uit te voeren. Aanpak Jeugdigen en/of ouders met vragen rondom opvoeden en opgroeien begeleiden vanuit het perspectief dat men zoveel mogelijk leert om de opvoeding weer zelfstandig en zonder professionele ondersteuning uit te voeren. Dit wordt in het ondersteuningsplan vastgelegd, waarbij ook het toekomstperspectief is vastgelegd, en de mogelijkheden voor ‘afschaling’. Afgesproken 4
wordt ook wat de duur en omvang van de begeleiding is. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: HBO Uitvoering van de ondersteuning: MBO/HBO C 1.3 Ondersteuning zelfredzaamheid zwaar Doelgroep Jeugdigen en ouders met complexe ondersteuningsvragen en problemen rondom opvoeden en opgroeien. Doel Jeugdigen en ouders met complexe vragen rondom opvoeden en opgroeien begeleiden vanuit het perspectief dat men zoveel mogelijk leert om de opvoeding weer zelfstandig en zonder professionele ondersteuning uit te voeren. Doel is hier het voorkomen van residentiële hulp, of het bieden van nazorg na afloop van residentiële opvang. Aanpak Het lokale team bepaalt samen met het gezin en de aanbieder welke ondersteuning nodig is, en legt dit vast in een ondersteuningsplan. Hierin staan ook de te behalen doelen en op welke wijze gewerkt wordt aan afbouw van begeleiding of vermindering van de begeleiding (bijvoorbeeld op afroep – vinger aan de pols houden of overstappen naar begeleiding midden of licht). Men kan hierbij denken begeleiding door gespecialiseerde jeugdhulpwerkers, pedagogen, psychologen, orthopedagogen. De begeleiding kan plaatsvinden in het gezin, maar ook op locatie. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: HBO+/WO (o.a. gedragsdeskundige A =post Master) Uitvoering van de ondersteuning: Post HBO C 2 Ondersteuning maatschappelijke deelname (voorheen begeleiding groep en behandeling groep bij J&O) Product C 2.1 Ondersteuning maatschappelijke deelname licht C 2.2 Ondersteuning maatschappelijke deelname midden C 2.3 Ondersteuning maatschappelijke deelname zwaar C 3 Vervoer
Toelichting Denk aan begeleiding/dagbesteding groep kinderen met een beperking. 1 à 2 begeleiders/stagiar op ca 7-10 jeugdigen. Denk hierbij aan begeleiding groep voor bijvoorbeeld autistische kinderen (incl naschoolse begeleiding). Groepsbegeleiding bij J&O instellingen, 1 à 2 kinderen per begeleider.
Productcode
Tarief voor rolstoelvervoer. Uitgangspunt is lokaal maatwerk, maar in overleg met het lokale team kan deze code worden gebruikt. Alleen verwijzing via het lokale team.
De verwijzing naar Ondersteuning maatschappelijke deelname kan alleen via het lokale team. De kerntaak van ondersteuning maatschappelijke deelname is het bieden van een tijdelijk dagverblijf aan jeugdigen, gekoppeld aan zorg, behandeling en begeleiding en/of het verhelpen van een crisis. Bij dagbehandeling wordt gezorgd voor het “in” trainen van gedrag en het is voorwaarde scheppend tot participatie. Het betreft ondersteuning in groepsverband voor cliënten die vanwege hun beperking, stoornis of gedrag niet maatschappelijk kunnen participeren binnen de algemene voorzieningen in de buurt. Ten aanzien van vervoer van en naar de dagbesteding is het uitgangspunt dat de cliënt/zijn netwerk het zelf regelt. Indien dit niet mogelijk is wordt een vervoerscomponent mee geïndiceerd 5
door het lokale team. We vragen van aanbieders hun openingstijden zo in te stellen dat het voor ouders mogelijk wordt om jeugdigen zelf te brengen en op te halen. Voor dit onderdeel zal per keer de afstemming met passend onderwijs moeten worden gezocht, om te zorgen dat jeugdigen die binnen het passend onderwijs vallen, daar worden behandeld. Wel is het mogelijk dat lokale teams ter ondersteuning van het passend onderwijs aanvullend ‘ondersteuning zelfredzaamheid’ toekennen. C 2.1 Ondersteuning maatschappelijk deelname licht Doelgroep Jeugdigen met een lichamelijke of verstandelijke beperking, of jGGZ stoornis, die vanwege hun beperking geen passend onderwijs kunnen volgen. Qua begeleiding 1 à 2 begeleider/stagiair op ca 7-10 jeugdigen, of, Jeugdigen met een beperking of jGGZ stoornis, die niet naar de reguliere naschoolse opvang kunnen. Doel De jeugdigen hebben een zinvolle dagbesteding, en er zijn leerdoelen geformuleerd, passend bij de jeugdige en zijn/haar beperking. De (pleeg)ouders van de jeugdige worden ontlast. Jeugdigen met een jGGZ stoornis (ADHD, autisme) kunnen na school worden opgevangen in een situatie waarin rekening wordt gehouden met hun stoornis. Aanpak Het lokale team bepaalt samen met het gezin en de aanbieder welke ondersteuning nodig is, en legt dit vast in een ondersteuningsplan. Hierin staan ook de te behalen doelen, en de wijze waarop wordt afgestemd met passend onderwijs. Deze vorm van ondersteuning wordt onderdeel van de ontwikkelagenda 2016. De gemeente gaat onderzoeken of het mogelijk is dat ouders zelf de reguliere bijdrage voor naschoolse opvang betalen, en dat de gemeente alleen de aanvullende kosten betaalt. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: HBO Ondersteuning bieden bij maatschappelijke deelname licht: MBO C 2.2 Ondersteuning maatschappelijk deelname midden Doelgroep Jeugdigen met een lichamelijke of verstandelijke beperking, jeugdigen met een jGGZ stoornis en/ of jeugdigen met opvoedproblemen, die vanwege hun beperking geen passend onderwijs kunnen volgen. Qua begeleiding 2 begeleiders op ca 3-6 jeugdigen Jeugdigen met een beperking, een jGGZ stoornis of opvoedproblemen, die niet naar de reguliere naschoolse opvang kunnen. Doel De jeugdigen hebben een zinvolle dagbesteding, en er zijn leerdoelen geformuleerd, passend bij de jeugdige en zijn/haar beperking. De (pleeg)ouders van de jeugdige worden ontlast. Jeugdigen met een jGGZ stoornis (ADD, autisme) en/of opvoedproblemen kunnen na school worden begeleid in een situatie waarin rekening wordt gehouden met hun stoornis, of tijdelijk ook tijdens schooluren. Doel is dat het jeugdige zo snel mogelijk terugkeert naar (passend) onderwijs. Verschil met ondersteuning maatschappelijke deelname licht is dat er een leerdoel is. Aanpak Het lokale team bepaalt samen met het gezin en de aanbieder welke ondersteuning nodig is, en legt dit vast in een ondersteuningsplan. Hierin staan ook de te behalen doelen, en de wijze waarop wordt afgestemd met passend onderwijs. Naast ondersteuning maatschappelijke deelname, kan het nodig zijn om ‘behandeling’ in te zetten en/of ‘ondersteuning zelfredzaamheid’. Dit wordt in het ondersteuningsplan vastgelegd, waarbij ook het toekomstperspectief is vastgelegd, en de mogelijkheden voor afschaling. 6
Deze vorm van ondersteuning wordt onderdeel van de ontwikkelagenda 2016. De gemeente gaat onderzoeken of het mogelijk is dat ouders zelf de reguliere bijdrage voor naschoolse opvang betalen, en dat de gemeente alleen de aanvullende kosten betaalt. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: HBO Ondersteuning bieden bij maatschappelijke deelname midden: MBO/HBO C 2.3 Ondersteuning maatschappelijk deelname zwaar/dagbehandeling Doelgroep Jeugdigen met een lichamelijke of verstandelijke beperking, jeugdigen met een jGGZ stoornis en/ of jeugdigen met opvoedproblemen, 1 begeleider/stagiair op 1-2 jeugdigen Intensieve dagopvang/dagbehandeling Doel De jeugdigen hebben een zinvolle dagbesteding, en er zijn leerdoelen geformuleerd, passend bij de jeugdige en zijn/haar beperking. Jeugdigen met een jGGZ stoornis (ADD, autisme), en/of opvoedproblemen kunnen na school worden opgevangen in een situatie waarin rekening wordt gehouden met hun stoornis, of tijdelijk ook tijdens schooluren. Doel is dat het jeugdige zo snel mogelijk terugkeert naar (passend) onderwijs. Aanpak Het lokale team bepaalt samen met het gezin en de aanbieder welke ondersteuning nodig is, en legt dit vast in een ondersteuningsplan. Hierin staan ook de te behalen doelen, en de wijze waarop wordt afgestemd met passend onderwijs. Naast ondersteuning maatschappelijke deelname, kan het nodig zijn om ‘behandeling’ in te zetten en/of ‘ondersteuning zelfredzaamheid’. Dit wordt in het ondersteuningsplan vastgelegd, waarbij ook het toekomstperspectief is vastgelegd, en de mogelijkheden voor afschaling. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Opstellen ondersteuningsplan: HBO Ondersteuning bieden bij maatschappelijke deelname midden: MBO/HBO
7
D. Behandeling Product D1. Dyslexie D.2. Generalistische basis GGZ jeugd D.3. Specialistische GGZ jeugd D.4. Behandeling in pedagogisch perspectief
Toelichting Diagnostiek en behandeling van kinderen van 7 t/m 12 jaar met ernstige, enkelvoudige dyslexie. Diagnostiek en behandeling van lichte tot matige, niet complexe psychische stoornissen. Diagnostiek en behandeling van complexe en ernstige psychische/psychiatrische stoornissen (co-morbiditeit). Behandeling van opvoedkundige, pedagogische vraagstukken en problemen, zoals aanpassingsstoornissen.
Productcode
Het onderscheid met begeleiding (producten onder ‘C’): Behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard, gericht op herstel of voorkoming van verergering van een lichamelijke of psychische aandoening of beperking of van gedragsproblemen in verband met zo’n aandoening. Behandeling verwijst naar de hulpactiviteiten waarbij de jeugdhulpverlener op een methodische wijze een hulpverleningsrelatie hanteert, waardoor bij de jeugdige een proces in beweging wordt gezet met het doel de problemen op te heffen of althans te verminderen. Deze activiteit wordt ook wel omschreven als frequent en systematisch werken aan gedragsverandering, oplossing van ernstige intra-psychische problemen of aan het verminderen van complexe gezinsproblemen. Het betreft hier intensieve pedagogische hulpverlening. Bij begeleiding/ondersteuning zelfredzaamheid gaat het om de lichamelijke, cognitieve en psychische mogelijkheden die de jeugdige in staat stellen om binnen de persoonlijke levenssfeer te functioneren (communiceren, dagelijkse routine handelingen, persoonlijke verzorging, onderhouden contacten). Het kan dan gaan om zaken als het helpen (leren) plannen van activiteiten, (leren) regelen van dagelijkse zaken, het (leren) nemen van besluiten en het (leren)structureren van de dag. Maar ook om het bieden van praktische hulp en ondersteuning bij het (leren) uitvoeren van handelingen/ vaardigheden die zelfredzaamheid tot doel hebben. D.1 Dyslexie (Ernstig Enkelvoudige Dyslexie) Doelgroep Jeugdigen in de leeftijd van 7 t/m 12 jaar uit regio Lekstroom met een vermoeden van dyslexie, waarbij de extra begeleiding op school niet heeft geholpen. Wanneer sprake is van comorbiditeit dan komt een jeugdige niet in aanmerking voor een Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) behandeling Doel Jeugdigen met een vermoeden van dyslexie tijdig opsporen, zo nodig diagnosticeren en wanneer sprake is van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) behandelen om vervolgens zo goed als mogelijk de schoolloopbaan te vervolgen en af te maken. Aanpak De gemeenten in de regio Lekstroom hebben een routing voor onderwijs en aanbieders opgesteld. Deze routing beschrijft het proces en de eisen om in aanmerking te komen voor een EED traject (betreft een apart document ‘’Vergoede dyslexiezorg Regio Lekstroom’’, dat bekend is bij de EED aanbieders en het onderwijs). In tegenstelling tot andere jeugdzorgroutes loopt dit traject niet via de lokale wijkteams, maar via de scholen voor primair onderwijs, en aanvullend via een onafhankelijke aanbieder die de screening verzorgt. De aanbieders verzorgen de diagnostiek en de behandeling (hierbij worden de richtlijnen van de kwaliteitsinstituten dyslexie gevolgd, maar er is ook ruimte voor innovaties (deels groepsbehandeling, etc.) De modulair opgebouwde/ gestructureerde behandelmethode bestaat uit wekelijkse sessies met kinderen en ouders en dagelijkse oefeningen voor kind, ouder en school. Een dyslexietraject duurt maximaal 68 uur per cliënt, het gemiddelde van alle trajecten duurt maximaal 59 uur per cliënt per aanbieder. 8
Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Een behandeling kan enkel uitgevoerd worden door een organisatie die is aangesloten bij het landelijk kwaliteitsinstituut dyslexie (NRD of ND) en een contract heeft met de regio Lekstroom. Diagnose en Behandeling: HBO+ of WO met aantekening voor dyslexie D.2 Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd (GBGGZ) Doelgroep Jeugdigen tot achttien jaar met een lichte tot matige, niet complexe, zorgvraag rondom psychiatrische problematiek, waarbij een sprake is van (ernstig vermoeden van) een DSM-IV benoemde stoornis. Het betreft een doelgroep waarbij er geen tot matig risico aanwezig is. Ouders, het gezinssysteem en het sociaal netwerk worden wanneer mogelijk altijd betrokken bij de behandeling. Het gaat ook om de groep jeugdigen met ernstige maar stabiele psychische problematiek (zoals angststoornis en depressie) die geen gespecialiseerde behandeling, maar wel een langdurige monitoring nodig hebben. Doel De GBGGZ is erop gericht om diagnostiek en/of een passende behandeling op de juiste plaats aan te bieden. Jeugdigen met lichte klachten worden geholpen in de huisartsenzorg, algemene voorzieningen of lokale teams. Wanneer er sprake is van een vermoeden van een psychische stoornis vindt dit plaats in de GBGGZ. Goede nazorg en of ondersteuning en terugvalpreventie te leveren bij jeugdigen die al behandeld zijn voor een psychische aandoening. Tevens gaat het om het versterken van eigen kracht en zelfredzaamheid en het normaliseren van problemen. Aanpak Wanneer een hulpvraag aanleiding geeft tot een vermoeden van een lichte of matige niet complexe en risicovolle zorgvraag rondom psychiatrische problematiek of stoornis, dan kan een lid van het lokaal team (geregistreerde professional), huisarts, jeugdarts en/of medisch specialist de jeugdige en zijn ouders doorverwijzen naar basis jeugd-GGZ. Aanbieders mogen over alle cliënten samen gemiddeld maximaal 10 uur per cliënt declareren. Per cliënt gaan we uit van maximaal van 15 uur. Alleen na ruggespraak met het sociaal team kunnen extra uren worden ingezet. UMAMI mag alleen worden toegekend na ruggespraak met het lokale team. Er zijn vijf criteria op basis waarvan bepaald wordt waar de patiënt behandeld wordt: 1. DSM-IV stoornis: is er sprake van een vermoeden van de DSM-IV stoornis? 2. Ernst: wat is de ernst van de problematiek? 3. Risico: Is er sprake van risico op ernstige zelfverwaarlozing, verwaarlozing van naasten, decompensatie, suïcide, huiselijk geweld ed.? 4. Complexiteit 5. Beloop van de klachten De hoofdbehandelaar (regiebehandelaar) stelt de diagnose om de passende behandeling te formuleren en voert deze uit, samen met medebehandelaars. Wanneer nodig wordt de jeugdige in overleg met lokaal team/doorverwijzer doorverwezen naar passende andere aanbieder. Een behandeling binnen de basis GGZ kan bijvoorbeeld bestaan: - uit gesprekken met onder andere een psycholoog, psychotherapeut of psychiater. - een vorm van e-health (e-health zijn onder andere programma’s op internet waarmee hulp wordt geleverd bij psychische problemen) - een combinatie van gesprekken en e-health Indien er sprake is van klachten, maar niet van een stoornis, behoort begeleiding en behandeling tot het domein van de algemene voorzieningen, zoals huisartsenzorg en POH jeugd-GGZ, of lokale teams. Wanneer er bij specialistische jeugd-GGZ sprake is van een langdurige monodisciplinaire behandeling, zoals psychotherapie, kunnen behandelaars deze behandeling volgens de richtlijnen 9
vanuit de basis Jeugd-GGZ uitvoeren (UMAMI). Dit kan uitsluitend worden toegekend na ruggespraak met het lokale team. Voor het gehele proces is het van belang dat er goede samenwerkingsafspraken zijn met andere zorgaanbieders voor een goede flexibele en snelle op- en afschaling van zorg, waar het gaat om zorg die de zorgaanbieder zelf niet kan leveren. Kwaliteitseisen Hoofdbehandelaars (Regiebehandelaar), BIG-geregistreerde professionals WO: Hierbij wordt de CONO beroepentabel als basis gehanteerd. De aangewezen beroepen, zoals beschreven in de CONO, zijn: beroepsbeoefenaren die zijn ingeschreven in het register Kinder- en Jeugdpsychologen van het Nederlands Instituut van Psychologen; Beroepsbeoefenaren die als Orthopedagoog-Generalist zijn ingeschreven in het register van de Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen; Beroepsbeoefenaren die als postmaster-orthopedagoog SKJ of als postmaster-psycholoog SKJ zijn ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 5.2.1, eerste lid, van het Besluit Jeugdwet; Beroepsbeoefenaren die als gezondheidszorgpsycholoog of als psychotherapeut zijn ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg. Medebehandelaar, geregistreerde professionals Hbo / Wo: De hoofdbehandelaar baseert zich op de CONO beroepentabel en heeft binnen de mogelijkheden van de CONO vrijheid om een deel van de behandeling uit te laten voeren door anderen, zolang hij zijn verantwoordelijkheid voor het gehele behandeltraject waarmaakt. D3. Specialistische Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd Doelgroep Jeugdigen tot 18 jaar (m.u.v. jeugdstrafrecht, tot 23 jaar) met een hoge mate van complexiteit van behandeling en een gediagnostiseerde (of een ernstig vermoeden van een) DSM-IV stoornis. Specialistische GGZ Jeugd wordt ingezet bij een hoog risico en/of complexe psychische of psychiatrische klachten. Ouders, het gezinssysteem en het sociaal netwerk worden wanneer mogelijk altijd betrokken bij de behandeling. Doel De Specialistische jeugd-GGZ diagnosticeert en behandelt complexe en ernstige psychische/psychiatrische stoornissen. Doelstelling hierbij is dat de jeugdige zo veel als mogelijk in de thuissituatie aan te bieden. Bij verbetering en vooruitgang wordt opnieuw samen met de verwijzer geëvalueerd of afschaling mogelijk is. Denk hierbij aan het (deels) overdragen van zorg naar bijvoorbeeld GBGGZ jeugd, naar POH-GGZ, of naar algemene voorzieningen zoals het lokale team. Aanpak Verwijzers naar de specialistische jeugd-GGZ zijn lokale teams, huisarts/specialist ziekenhuis, kinder- en jeugdpsychiater, jeugdarts, jeugdbescherming en jeugdreclassering, SAVE/Veilig Thuis. De specialistische jeugd-GGZ is onderverdeeld in behandeling, verblijf en overige prestaties. Een multidisciplinair team behandelt veelal deze patiënten met complexe stoornissen met een duidelijk risico voor de patiënt of zijn omgeving. Het uitgangspunt is om de zorg zo mogelijk in de thuissituatie aan te bieden, al is opname niet altijd te voorkomen en soms zelfs aan te raden om een crisis fundamenteel te kunnen aanpakken. Wanneer de problematiek afneemt en stabiliseert wordt overwogen om de zorg af te bouwen en over te dragen aan bijvoorbeeld de Generalistische Basis GGZ jeugd, algemene voorzieningen of het lokaal team. Voor het gehele proces is het van belang dat er goede samenwerkingsafspraken zijn met andere zorgaanbieders voor een goede flexibele en snelle op- en afschaling van zorg, waar het gaat om zorg die de zorgaanbieder zelf niet kan leveren.
10
Kwaliteitseisen Hoofdbehandelaars (Regiebehandelaar), BIG-geregistreerde professionals WO: Hierbij wordt de CONO beroepentabel als basis gehanteerd. De aangewezen beroepen, zoals beschreven in de CONO, zijn: psychiater en klinisch psycholoog, klinisch neuropsycholoog. Medebehandelaar, geregistreerde professionals Hbo / Wo: De hoofdbehandelaar baseert zich op de CONO beroepentabel en heeft binnen de mogelijkheden van de CONO vrijheid om een deel van de behandeling uit te laten voeren door anderen, zolang hij zijn verantwoordelijkheid voor het gehele behandeltraject waarmaakt. D.4 Behandeling overig Behandeling van opvoedkundige, pedagogische vraagstukken in complexe gezinssituaties en behandeling van psychische problemen, zoals aanpassingsstoornissen (bij bijvoorbeeld echtscheidingen en rouwverwerking). Doelgroep Jeugdigen tot 18 jaar (m.u.v. jeugdstrafrecht, tot 23 jaar) met, meervoudige opgroei- of opvoedproblematiek van psychische of medische aard. Doel Doel van de behandeling is het herstel of voorkomen van verergering van de lichamelijke of psychische aandoening of beperking, of van de gedragsproblemen in verband met zo’n aandoening. Deze activiteit wordt ook wel omschreven als frequent en systematisch werken aan gedragsverandering, oplossing van ernstige intra-psychische problemen of aan het verminderen van complexe gezinsproblemen. Het betreft hier intensieve pedagogische hulpverlening. Aanpak De aanbieder maakt een ondersteuningsplan, waarin de behandeldoelen en -activiteiten staan. Ouders, het gezinssysteem en het sociaal netwerk worden wanneer mogelijk altijd betrokken bij de behandeling. Kwaliteitseisen Hoofdbehandelaars WO Hierbij wordt de CONO beroepentabel als basis gehanteerd. De aangewezen beroepen, zoals beschreven in de CONO, zijn:
Beroepsbeoefenaren die zijn ingeschreven in het register Kinder- en Jeugdpsychologen van het Nederlands Instituut van Psychologen; Beroepsbeoefenaren die als Orthopedagoog-Generalist zijn ingeschreven in het register van de Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen; Beroepsbeoefenaren die als postmaster-orthopedagoog SKJ of als postmaster-psycholoog SKJ zijn ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 5.2.1, eerste lid, van het Besluit Jeugdwet; Beroepsbeoefenaren die als gezondheidszorgpsycholoog of als psychotherapeut zijn ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg.
Medebehandelaar, geregistreerde professionals Hbo / Wo: Geregistreerde (Kwaliteitsregister Jeugd) HBO+ professionals.
11
E. Verblijf (gezinsvervangende opvang) Verblijf is bedoeld voor jeugdigen voor wie wonen in een (veilige) thuissituatie tijdelijk of langdurig niet mogelijk is. Aanbieders en lokale teams streven ernaar om jeugdigen zoveel mogelijk thuis te laten wonen, met indien nodig intensief ambulante hulp. Indien verblijf noodzakelijk is, overlegt het lokale team met de aanbieder welke vorm van verblijf nodig is. De voorkeur gaat uit naar pleegzorg. Als dat niet mogelijk is kunnen zwaardere vormen van verblijf worden ingezet. Producten verblijf E 1 Pleegzorg E 1.1 Deeltijd Pleegzorg E 1.2 Reguliere pleegzorg, inclusief netwerkpleegzorg E 1.3 Crisispleegzorg E 2 Logeren/kortdurend verblijf E 3 Residentiële opvang E 3.1 Gezinshuis/woongroep met gezinshuisouders E 3.2 Woongroep, team van professionals begeleidt een groep jongeren E 3.3 Residentiële behandeling, incl. deeltijd residentieel E 3.4 Zelfstandigheidstraining/kamertraining E 3.5 Crisisopvang
Productcode
E 1. Pleegzorg Doelgroep Jeugdigen voor wie wonen in een (veilige) thuissituatie tijdelijk of langdurig niet mogelijk is. Het kan hierbij crisissituaties betreffen waarbij een acute plaatsing nodig is. Doel/resultaat Pleegzorg staat voor een combinatie van ‘zo gewoon mogelijk opgroeien’ en professionele hulp. Het bieden van een stabiele, veilige plek in een gezinssituatie, waar de jeugdige (tijdelijke) wordt verzorgd en opgevoed en waar de jeugdige contact kan onderhouden met het gezin van herkomst. Aanpak en mogelijkheden voor transformatie De mogelijkheden voor transformatie liggen met name in de begeleiding van het pleegkind, de pleegouders en de ouders van de jeugdige; het lokale team kan een deel van de begeleiding overnemen. Aanbieders onderzoeken samen met het lokale team naar de best passende oplossing voor de jeugdige. De pleegzorgaanbieders zorgen voor: Werven, voorbereiden en screenen van netwerkpleeggezinnen en aspirant pleegouders matching en plaatsing van pleegkind en pleegouders. E 1.1 Deeltijd pleegzorg Deze vorm wordt in deeltijd aangeboden tijdens veelal één tot twee weekenden of dagen in de maand, of een deel van een vakantieperiode. Het doel is ontlasting van de (pleeg)ouders, uitbreiding van het netwerk van de jeugdige. E 1.2 Reguliere pleegzorg Deze pleegzorgvariant is in principe gericht op terugplaatsing van de jeugdige in het eigen gezin, binnen 6 tot 12 maanden. Doel is het verminderen of hanteren van de problematiek van ouders en/of de jeugdige en het verbeteren of herstellen van onderlinge relaties. Wanneer blijkt dat de jeugdige niet op korte termijn terug naar huis kan en langdurige zorg nodig is, nemen pleegouders de rol van opvoeder over en bieden het pleegkind een stabiele en continue leefomgeving. Duur is voor onbepaalde tijd kan tot volwassenheid voortduren. E 1.3 Crisis pleegzorg De opvang in crisisgevallen is verder uitgewerkt bij product F 1.3. Wordt geboden bij plaatsing jeugdige in een (netwerk) crisispleeggezin. Het gaat om 24-uurs plaatsing (dag en nacht). In principe voor 4 weken. 12
De kwaliteitseisen Landelijke richtlijnen zijn van toepassing: het kwaliteitskader voorbereiding en screening aspirant pleegouders, het protocol netwerkpleegzorg en het kwaliteitskader voorkoming seksueel misbruik in de jeugdzorg. E 2. Logeren / kortdurend verblijf Doelgroep Gezinnen waarvan met de ouders/verzorgers ontlast moeten worden. Het gaat hierbij vaak om jeugdigen met een beperking, opvoedproblemen of een jGGZ stoornis. Doel/resultaat (Pleeg)Ouders/verzorgers worden ontlast, voor gemiddeld 3 etmalen per week; de etmalen kunnen ook worden ingezet voor vakantieopvang. Door logeren is de draagkracht thuis groter en kan de jeugdige langer thuis blijven wonen. Indien de jeugdige en/of het gezin extra begeleiding nodig heeft tijdens het logeren, kan het lokale team aanvullend op het logeren individuele begeleiding of begeleiding groep toekennen. Aanpak en mogelijkheden voor transformatie Het lokale team maakt in samenwerking met de ouders een begeleidingsplan, waarin wordt vastgelegd welke mate van ondersteuning gewenst is. Er wordt uitgegaan van een modulair systeem voor de inkoop; het basisproduct is een etmaal logeren waarbij verzorging en begeleiding is opgenomen (80% van de jeugdigen moet hiervoor kunnen worden opgevangen zonder aanvullende verzorging of begeleiding). Indien extra verzorging of begeleiding nodig is, kan dat worden ingekocht via de andere producten in de deelovereenkomst (ondersteuning zelfredzaamheid, persoonlijke verzorging of ondersteuning maatschappelijke deelname). De kwaliteitseisen Geen specifieke kwaliteitseisen, naast de wettelijke eisen uit de Basisovereenkomst. Opstellen begeleidingsplan: MBO/HBO Begeleiding zelf: MBO/HBO E 3. Gezinsvervangende opvang E 3.1 Gezinshuis/woongroep met gezinshuisouders Doelgroep Jeugdigen (met een beperking) die in hun ontwikkeling bedreigd worden, bijvoorbeeld door pedagogische onmacht van ouders of getuige waren van huiselijk geweld, of slachtoffer van seksueel misbruik. Dit zijn jeugdigen die vragen om professionele opvoeding in een kleinschalige gezinssituatie. Pleegzorg is voor deze jeugdigen over het algemeen niet mogelijk. Doel Het bieden van een stabiele, veilige plek in een gezinssituatie, waar de jeugdige wordt verzorgd en opgevoed en waar de jeugdige contact kan onderhouden met het gezin/familie van herkomst. Vanwege de problematiek of de gezinssituatie, is er weinig perspectief op terugkeer naar het gezin of (nog) weinig zicht op een vervolgperspectief. Afhankelijk van de situatie en problematiek van de jeugdige kunnen de volgende doelen voor de jeugdige geformuleerd worden: Gedragsproblemen zijn afgenomen en de ontwikkeling van de jeugdige is verbeterd; Toekomstperspectief (op het gebied van wonen) is duidelijk; De jeugdige heeft een ondersteunend netwerk en een passende dagbesteding. Aanpak Opname van het kind in een kleinschalige vorm van residentiële hulpverlening in een gezinssetting. In een gezinshuis wonen meerdere jeugdigen, meestal drie tot zes, die worden opgenomen in het gezin van de gezinshuisouders. De gezinshuisouders bieden in een 'gewoon' 13
huis, in een 'gewone' wijk, op professionele wijze 24 uur per dag, 7 dagen in de week verzorging, opvoeding en begeleiding. Minimaal één van beide ouders ontvangt hiervoor een inkomen. In gezinshuizen krijgen jeugdigen een zo normaal mogelijke opvoeding, maar wordt zo nodig ook voor extra (ambulante) behandeling gezorgd. Gezinshuisouders worden gedurende de plaatsing begeleid door deskundigen op het gebied van gehechtheids- en/of traumaproblematiek en leveren een belangrijke bijdrage aan het herstel van de problemen van de kinderen. Tevens worden jeugdigen opgenomen waar de psychiatrische problematiek of de verstandelijke beperking dusdanige gevolgen heeft voor het dagelijks functioneren dat professionele opvoeding nodig is. Samen met het lokale team en het gezin wordt een ondersteuningsplan opgesteld. Hierin wordt vastgelegd of aanvullend ondersteuning zelfredzaamheid of behandeling nodig is. Kwaliteitseisen Middels huisbezoeken van gezinsbegeleiders en gedragsdeskundigen is er zicht op de zorg die in de gezinsvormen geboden wordt. E 3.2 Woongroep met professionele begeleiders Doelgroep Jeugdigen van 5-18 jaar met forse gedragsproblematiek, die in hun ontwikkeling bedreigd worden en die vanwege de ernst van de problematiek aangewezen zijn op een professionele, kleinschalige opvoedingssituatie. In het gezin van herkomst zijn al (meerdere) vormen van ambulante begeleiding ingezet, zonder dat dit tot het gewenste resultaat heeft geleid. De meeste jeugdigen hebben hiervoor in een pleeggezin of elders gewoond; vaak hebben ze meerdere overplaatsingen achter de rug. Doel Het bieden van een stabiele, veilige plek in een vervangende opvoedsituatie, waar het kind wordt verzorgd en opgevoed en waar het kind contact kan onderhouden met het gezin/familie van herkomst. Het gaat om kleinschalige opvang met meerdere jeugdigen (meestal 3 tot 6 jeugdigen). Afhankelijk van de situatie en problematiek van het kind kunnen de volgende doelen voor het kind geformuleerd worden: Gedragsproblemen zijn afgenomen en de ontwikkeling van het kind is verbeterd; Toekomstperspectief (op het gebied van wonen) is duidelijk; Het kind heeft een ondersteunend netwerk en een passende dagbesteding Aanpak Een team van professionele opvoeders die deskundig zijn op het gebied van gehechtheids- en/of traumaproblematiek leveren een zeer belangrijke bijdrage aan het herstel van de problemen van de kinderen. Tevens worden kinderen opgenomen waarbij de psychiatrische problematiek, de verstandelijke beperking en/of de gedragsproblemen dusdanige gevolgen heeft voor het dagelijks functioneren dat (langdurige) professionele opvoeding nodig is. Kwaliteitseisen Geen specifieke kwaliteitseisen, naast de wettelijke eisen uit de Basisovereenkomst. E 3.3 Residentiële behandeling – incl. deeltijd residentiële zorg Doelgroep Residentiële hulp is hulp waarbij een jeugdige voltijd of deeltijd verblijft (met overnachtingen) op locatie van de zorgaanbieder. De zorgvraag betreft één of meer van de volgende gebieden: complexe opvoed- en/of opgroeiproblematiek, incl. loverboy problematiek psychiatrische stoornissen, incl. klinische jGGZ beperkingen die vragen om specialistische kennis of praktische ondersteuning in de vorm van persoonlijke verzorging Doel De zorg is gericht op het versterken of herstellen van de eigen regie en de zelfredzaamheid van de jeugdige en het gezin. De zorg kan ook gericht zijn op het ontlasten van het gezin, zodat een 14
beroep op zwaardere zorg niet (meer) nodig is. Bij residentiële hulp is er perspectief op terugkeer naar het gezin of op een vervolgperspectief (perspectief cure). Vanaf het begin worden de ouders betrokken en wordt gewerkt aan afbouw van de dagen residentieel door een gezinsplan te maken en integraal het hele gezin te begeleiden. Aanpak en mogelijkheden voor transformatie Jeugdigen leren om te gaan met hun problemen, en indien nodig het behandelen van jGGZ stoornissen. In de behandelgroep is altijd een begeleider aanwezig, zodat kan worden ingegrepen als zich problemen voordoen. Waar mogelijk wordt gestreefd naar deeltijd opvang, zodat jeugdigen ook een aantal nachten thuis zijn. Vooraf wordt met het lokale team een ondersteuningsplan opgesteld, waarin is beschreven welke leerdoelen behaald moeten worden en op welke wijze afschaling mogelijk is, en welke ondersteuning en nazorg het lokale team hierbij kan bieden; de ouders en de jeugdigen worden betrokken. Het lokale team kan in overleg met de aanbieder en het gezin aanvullende uren voor behandeling en ondersteuning zelfredzaamheid of ondersteuning maatschappelijke deelname indiceren, als dit nodig is voor de begeleiding van het gezin en ervoor zorgt dat de jeugdige sneller terug kan keren naar huis. De klinische jGGZ is veelal landelijk ingekocht door de VNG, of bovenregionaal. Andere aanbieders voor klinische jGGZ vallen onder de residentiële behandeling. Kwaliteitseisen In de residentiële opvang wordt behandeld volgens de huidige richtlijnen die door de beroepsgroep (o.a. psychiaters, psychologen) zijn opgezet, dus zoveel mogelijk evidence based. Er wordt aan effect meting van de behandeling gedaan. Voor 2016 is met de aanbieders overeengekomen dat er gezamenlijk wordt gewerkt aan de kwaliteitseisen en het meten van effecten en resultaten. E 3.4 Zelfstandigheidstraining/kamertraining Doelgroep Residentiële hulp is hulp waarbij een jeugdige voltijd of deeltijd verblijft (met overnachtingen) op locatie van de zorgaanbieder. De zorgvraag betreft één of meer van de volgende gebieden: complexe opvoed- en/of opgroeiproblematiek, incl. loverboy problematiek psychiatrische stoornissen beperkingen die vragen om specialistische kennis of praktische ondersteuning in de vorm van persoonlijke verzorging Doel De zorg is gericht op het versterken of herstellen van de eigen regie en de zelfredzaamheid van de jeugdige, met als doel dat de jeugdige daarna zelfstandig kan wonen. Aanpak en mogelijkheden voor transformatie Vooraf wordt met het lokale team een ondersteuningsplan opgesteld, waarin is beschreven welke leerdoelen behaald moeten worden en op welke wijze afschaling mogelijk is, en welke ondersteuning en nazorg het lokale team hierbij kan bieden. Met name interessant hierbij is op welke wijze de huisvesting van de jeugdige kan worden geregeld, na afloop van de kamertraining. Kwaliteitseisen Geen specifieke kwaliteitseisen, naast de wettelijke eisen uit de Basisovereenkomst. E 3.5 Crisisopvang De crisisopvang is verder uitgewerkt bij product F 1.4. De crisisopvang in een residentiële voorziening biedt op zeer korte termijn opvang, verzorging en begeleiding voor het wonen, vrijetijdsbesteding en dagbesteding. Het is in principe voor maximaal 4 weken. Binnen die periode moet helder worden of de jeugdige terug kan keren naar het gezin of een andere juiste plaats.
15
F.
Crisishulp
Product F 1.1 Crisisdienst/Meldpunt en interventie (Veilig Thuis telnr. 0800 – 2000)
Toelichting De plaats om crisissituaties rond jeugd en huiselijke geweld te melden en waar de ernst van de crisis wordt bepaald (afspraken rondom Veilig Thuis worden bovenregionale gemaakt)
F 1.2 Crisis hulp ambulant
Intensieve (acute) hulp in het eigen huis/binnen het gezin. In principe start binnen 24 uur en duurt het maximaal 4 weken. Wordt geboden bij plaatsing jeugdige in een (netwerk) crisispleeggezin. Het gaat om 24-uurs plaatsing (dag en nacht). In principe voor 4 weken. Wordt ingezet als plaatsing in een (netwerk)gezin niet mogelijk is. Plaatsing in residentiële crisisopvang is in principe voor de duur van 4 weken.
F 1.3 Crisis (netwerk) pleegzorg F. 1.4 Crisis Residentiële crisiszorg
Productcode
Rondom crisis inkoop 2016 zijn er bovenregionaal een aantal afspraken, uitgangspunten en dilemma’s benoemd. Deze zijn vastgesteld in het Breed Wethouders Overleg 25 juni 2015. Belangrijke uitgangspunten zijn: - Er is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor verantwoorde afbouw en ombouw van crisiszorg. - Men wil toe naar een intersectorale crisisdienst en crisiszorg. Aanbieders krijgen de opdracht het crisisproces te herdefiniëren en te optimaliseren (d.m.v. een business case) F 1.1 Crisisdienst/Meldpunt en interventie (Veilig Thuis telefoonnummer 0800 – 2000) Doelgroep Jeugdigen (en ouders) uit regio Lekstroom die in crisissituatie verkeren. Doel Doel van de crisisdienst is het verzorgen van 24 uurs bereikbaarheid voor alle crisissituaties van jeugdigen en hun ouders uit de regio Lekstroom (met name ten behoeve van professionals). De crisisdienst neemt de meldingen aan, maakt een inschatting van de ernst van de crisis, waarborgt de veiligheid en beslist welke maatregelen er genomen moeten worden om de situatie te stabiliseren en of er crisiszorg moet worden ingezet. Aanpak De crisisdienst wordt voor alle regio’s uitgevoerd door Veilig Thuis (is onderdeel van de organisatie Samen Veilig Midden Nederland). Ze verzorgen 7x24 uurs bereikbaarheid voor met name professionals, lokale teams, maar ook voor inwoners. De crisisdienst bepaalt in nauwe samenwerking met de aanbieders van de crisiszorg welke passende zorg wenselijk is (via digitale crisistool). Men werkt volgens de prioriteitsladder als het gaat om inzet crisiszorg, waarbij altijd geprobeerd wordt de meest lichte vorm van passende crisiszorg in te zetten. In principe zorgen de aanbieders met crisiszorg ervoor dat de crisiszorg binnen 24 uur start en maximaal 28 dagen duurt. De crisisdienst doet z.s.m. een melding naar het lokale team van de betreffende gemeente over de gemelde crisis (wanneer veiligheid in het geding is zal dat veelal gedaan worden via de SAVE teams – SAVE biedt geen crisiszorg). Organisaties die crisisopvang bieden dienen aangesloten te zijn op de digitale crisistool van Veilig Thuis en Jeugd & Opvoedhulp aanbieders) Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) Triage wordt uitgevoerd door medewerkers die HBO+ of WO zijn opgeleid
16
F 1.2 Crisis hulp ambulant Doelgroep Jeugdigen (en ouders) in crisissituaties uit regio Lekstroom. Doel Doel van de ambulante crisiszorg is het oplossen van de acute problemen, het herstellen van het evenwicht in het gezin, betrekken eigen netwerk en het voorkomen van uithuisplaatsing van een of meerdere kinderen. Aanpak Ambulante crisiszorg start na melding binnen 24 uur (via melding van Veilig Thuis) en duurt maximaal 28 dagen. De ambulante hulp probeert de crisis te stabiliseren, maar ook de crisis te gebruiken om een verandering tot stand te brengen. Uitgangspunt is dat men zo spoedig mogelijk jeugdigen en gezinnen weer zelfstandig te laten functioneren met behulp van het (eigen) netwerk. De ambulante hulp betrekt z.s.m. (maar uiterlijk in week 2) het lokale wijkteam bij het vormgeven van vervolgzorg. Waar mogelijk wordt vervolgzorg/ondersteuning in eigen netwerk of lokaal gezocht. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) De ambulante crisishulp wordt uitgevoerd door medewerkers die HBO/HBO+ zijn opgeleid. F 1.3 Crisis (netwerk) pleegzorg Doelgroep Jeugdigen in crisissituaties uit regio Lekstroom. Doel Doel van de plaatsing van een jeugdige in een (netwerk) pleeggezin plaatsen is bieden van rust, zorg voor opvang en verzorging door middel van structuur, stabiliteit en veiligheid. In principe voor de duur van maximaal vier weken. Mocht bij het begin al duidelijk zijn dat het om een langdurige plaatsing gaat dan zoekt men direct naar het juiste gezin waar het kind kan blijven ook na die 4 weken. Aanpak Wanneer een of meerdere kinderen niet thuis kan blijven dan wordt er eerst gezocht naar een (netwerk) pleeggezin in plaats van een residentiële plaatsing - zeker als het om kinderen onder de 12 jaar gaat. Bij pleegzorg gaat het om 24 uurs zorg (dag en nacht). Ook bij crisis (netwerk) pleegzorg neemt men contact op met het lokale team om gezamenlijk de juiste vervolgzorg te bepalen. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) De ambulante crisishulp wordt uitgevoerd door medewerkers die HBO/HBO+ zijn opgeleid. F 1.4 Crisiszorg residentieel Doelgroep Jeugdigen in crisissituatie uit regio Lekstroom. Doel De crisisopvang in een residentiële voorziening biedt op zeer korte termijn opvang, verzorging en begeleiding voor het wonen, vrijetijdsbesteding en dagbesteding. Het is in principe voor maximaal 4 weken. Binnen die periode wordt onderzocht of de jeugdige terug kan keren naar het gezin of een andere juiste plaats. Aanpak De crisisopvang in een residentiële voorziening wordt ingezet als alle andere mogelijkheden niet 17
van toepassing zijn. De uitvoerende organisatie neemt z.s.m. contact op met het wijkteam van de betreffende gemeente om met jeugdige en betrokkenen te bepalen wat de juiste vervolgondersteuning moet worden, waarbij zoveel mogelijk gezocht wordt naar ondersteuning met betrokkenheid van het eigen netwerk, en lokale inzet. Kwaliteitseisen (naast de algemene eisen uit de Basisovereenkomst) De ambulante crisishulp wordt uitgevoerd door medewerkers die HBO/HBO+ zijn opgeleid. G Bovenregionale afspraken (Cluster 1 en Samen Veilig) de teksten en tarieven voor G worden aangeleverd vanuit de bovenregionale werkgroep
18
Stappenplan bepaling verantwoordelijke gemeente Stappenplan bij het bepalen van de verantwoordelijke gemeente voor de uitvoering van de Jeugdwet Met dit stappenplan kunt u vaststellen welke gemeente verantwoordelijk is. Dit ten behoeve van de bestuurlijke en financiële verantwoordelijkheidsverdeling tussen gemeenten. De VNG en het Rijk hebben afgesproken om de Jeugdwet toe te passen zoals in dit stappenplan uiteen is gezet. Bij dit schema hoort een factsheet met uitleg over het woonplaatsbeginsel. Deze kunt u downloaden op: www.voordejeugd.nl Via dit stappenplan wordt uitgezocht welke gemeente verantwoordelijk is. Bij acute situaties wordt al wel direct geleverd. De gemeente die levert, stelt daarna via het stappenplan vast welke gemeente daadwerkelijk verantwoordelijk is. De kosten van alle geleverde acute hulp zijn voor rekening van de gemeente die volgens het woonplaatsbeginsel verantwoordelijk is.
Stap 1 Hoe ligt het gezag?
Is de jeugdige <18 jaar?
Is de jeugdige 18+?
Ja
Ja
Bepaal gezag
Bepaal adres jeugdige. Doorloop stap 3
Gezag bij ouder(s)?
4
Nee
Ja
Wonen gezaghebbende ouders in dezelfde gemeente?
Is er sprake van tijdelijke voogdij?
Nee
4 Gezag bij (pleegouder) voogd?
Ja
Ja
Ja
De gemeente waar het kind feitelijk verblijft, is verantwoordelijk. Doorloop stap 3
Situatie voordat voorlopige voogdij werd uitgesproken, blijft in deze periode geldend. Doorloop stap 2
Bepaal adres gezagsdrager. Doorloop stap 2
4 Is hoofdverblijf bij een gezaghebbende ouder?
Nee
4 Is er sprake van voorlopige voogdij?
Nee
Ja
Ja
Gemeente waar gezaghebbende ouder(s) wonen is verantwoordelijk. Doorloop stap 2
Kunnen gezaghebbende ouder(s) aangeven waar hoofdverblijf is?
Nee
Zoek laatst verbleven adres jeugdige. Doorloop stap 2
Nee
4 Geen overeenstemming. Gemeenten beslissen in overleg. Doorloop stap 2
4 Gezag bij instelling?
Ja
Doorloop stap 3
Ja Gemeente van hoofdverblijf is verantwoordelijk. Doorloop stap 2
Stap 2 Wat is het adres van de gezagsdrager?
Woont de gezagsdrager en jeugdige in Nederland?
Nee
Wonen gezagsdrager en jeugdige in het buitenland?
Woont de jeugdige in Nederland en is de woonplaats van de gezagsdrager onbekend of in het buitenland?
Nee
Ja Ja
*Is het woonadres van de gezagsdrager bekend in de BRP?
4 Geen Jeugdwet
Nee
Heeft de gezagsdrager een briefadres?
Ja
Ja
Gemeente waar de gezagsdrager staat ingeschreven in de BRP is verantwoordelijk
4 Gemeente van werkelijk verblijf jeugdige is verantwoordelijk op moment van hulpvraag. Doorloop stap 3
Nee
Nee
Woont de jeugdige in het buitenland en gezagsdrager in Nederland
Ja
Ja
Doorloop stap 3
4 Bepaal adres gezagsdragers. Doorloop stap 2 bij *
Is het adres van de gezagsdrager feitelijk te achterhalen?
Nee
4 Gemeente van werkelijk verblijf jeugdige is verantwoordelijk op moment van hulpvraag. Doorloop stap 3
Ja 4 Gemeente van dat adres is verantwoordelijk
4 Selecteer kader, verwijst naar factsheet Woonplaatsbeginsel * Verwijzing binnen stap 2
Stap 3 Wat is het adres van de jeugdige?
Is het woonadres van de jeugdige bekend in de BRP?
Nee
Is het woonadres van de jeugdige feitelijk te achterhalen?
Ja
Ja
Gemeente van dat adres is verantwoordelijk
4 Gemeente van dat adres is verantwoordelijk
Nee
4 Gemeente van werkelijk verblijf jeugdige is verantwoordelijk op het moment van de hulpvraag.
www.voordejeugd.nl April 2014
BIJLAGE 4 Protocol rapportage en kwaliteitsindicatoren zorgverlening 4.1 Kwartaalrapportage: Aantal jeugdigen op wachtlijst A Screening & consultatie
Aantal jeugdigen in behandeling/begeleiding Nvt
nvt
nvt
nvt
Omzet in afgelopen kwartaal (in euro’s)
B Diagnostiek & D Behandeling C Begeleiding E Verblijf F Crisishulp G Bovenregionaal Inzet in lokaal team
4.2 Jaarlijkse rapportage (in de jaarrekening) Aantal trajecten dat is beëindigd (niet eenzijdig door cliënt)
Gemiddelde cijfer in het cliëntervaringsonderzoek
Aantal gevallen van recidive binnen 1 jaar na afsluiting van het traject
B Diagnostiek & D Behandeling C Begeleiding E Verblijf F Crisishulp G Bovenregionaal
4.3 Landelijke dataset beleidsinformatie Aanbieders leveren, op basis van een informatieprotocol, gegevens aan het CBS, die deze via Statline weer breed beschikbaar maakt. 4.4 ADD monitor Aanbieders van bovenregionale hulp vullen hun omzetgegevens eens per kwartaal in de ADD monitor in.
BIJLAGE 6 – ZORGWEIGERING EN ZORGBEEINDIGING 6.1 Inleiding Zorg weigeren of zorg beëindigen kan alleen op grond van zwaarwegende redenen. In deze bepaling is opgenomen wanneer Opdrachtnemer zorg kan weigeren dan wel beëindigen vanwege zwaarwegende redenen op grond waarvan de zorgverlening in redelijkheid niet van Opdrachtnemer verlangd kan worden. Dit ondanks het voortbestaan van de in beschikking/verwijzing vastgelegde zorgbehoefte. Uitgangspunt is dat Opdrachtnemer (voorkeuraanbieder) een inspanningsplicht heeft om de toegewezen zorg aan de cliënt te leveren. Het weigeren of stopzetten van zorg kan slechts in zeer uitzonderlijke situaties gebeuren. Het vereist een zorgvuldig doorlopen procedure waarbij Opdrachtgever zich samen met Opdrachtnemer actief inspant om oplossingen te vinden. Van een voorgenomen zorgweigering of beëindiging van zorg moet Opdrachtnemer tijdig, schriftelijk en met redenen omkleed een mededeling doen aan de cliënt en Opdrachtgever. Zo nodig overlegt Opdrachtnemer dossiervorming over de situatie aan Opdrachtgever. Opdrachtnemer blijft verantwoordelijk voor de cliënt totdat er een passende oplossing is gevonden. Anders gezegd: Opdrachtnemer draagt er in ieder geval zorg voor dat al gestarte zorg wordt voortgezet of overgedragen totdat er een definitieve oplossing gevonden is. 6.2 Zorgweigering Onder zorgweigering wordt verstaan het weigeren van zorg op zorginhoudelijke gronden voordat de zorglevering is begonnen. Opdrachtnemer kan zorg weigeren om de volgende redenen:
Opdrachtnemer heeft zwaarwegende redenen op grond waarvan de zorgverlening in redelijkheid niet van Opdrachtnemer kan worden gevraagd. Dit kan bijvoorbeeld op grond van eerdere ervaringen met de cliënt in de zorgverlening. Opdrachtnemer heeft een instellingsvreemd ZZP toegewezen gekregen en kan niet de vereiste kwaliteit van zorg leveren die past bij dit instellingsvreemde ZZP. Opdrachtnemer heeft een cliënt toegewezen gekregen met uitzonderlijke complexe dubbeldiagnostiek niet passend bij het zorgaanbod van Opdrachtnemer.
6.3 Zorgbeëindiging Onder zorgbeëindiging wordt verstaan dat de ingezette zorg door Opdrachtnemer eenzijdig wordt stopgezet. Dit terwijl de zorgvraag nog wel actueel is. Het beëindigen is slechts mogelijk bij zwaarwegende redenen en slechts onder bijzondere omstandigheden. Voorbeelden van zwaarwegende redenen zijn: Een ernstige mate van bedreiging of intimidatie die de situatie onwerkbaar maakt omdat de persoonlijke veiligheid of vrijheid van de zorgverlener en/of mede-cliënten in gevaar is. Deze situatie kan ontstaan vanuit de cliënt maar ook vanuit de handelwijze van familie van de cliënt. Een onherstelbaar verstoorde vertrouwensrelatie. Hygiënische omstandigheden die ernstige gezondheidsrisico’s opleveren voor de zorgverlener en/of mede-cliënten. Het niet nakomen van essentiële verplichtingen of regels, ook niet na herhaaldelijk (schriftelijk) aandringen of waarschuwen door Opdrachtnemer. In de besluitvorming moeten de volgende afwegingen worden meegenomen: Het belang van de cliënt tegen de belangen van andere groepsbewoners. Of het gedrag van de cliënt niet (mede) wordt veroorzaakt door de aandoening van de cliënt. 6.4 Procedure Bij zorgweigering of zorgbeëindiging geldt de volgende procedure: Bij een voorgenomen weigering of stopzetting van zorg doet Opdrachtnemer schriftelijk en met redenen omkleed deze mededeling aan de cliënt en een verzoek aan Opdrachtgever. Aan het schriftelijk verzoek is een dossier bijgevoegd. Uit het dossier moet blijken welke omstandigheden een rol spelen in het verzoek. De genomen stappen moeten helder zijn voor de cliënt en diens familie / wettelijk vertegenwoordigers en moeten in het dossier (hulpverleningsplan) zijn vastgelegd. Uit het dossier moet in ieder geval
blijken dat samen met het sociaal team/loket pogingen zijn gedaan de situatie te verbeteren dan wel gezocht is naar alternatieven. Uit het dossier dient daarbij in elk geval te blijken dat de zorgverlener de cliënt tenminste eenmaal schriftelijk heeft gewaarschuwd dat stopzetting van de zorgverlening wordt ingezet als de ontstane situatie niet verandert. Uit het dossier moet blijken dat Opdrachtnemer inspanningen heeft verricht om de casuïstiek te bespreken met het sociaal team/loket en eventueel andere disciplines of deskundigheidsniveaus (bijvoorbeeld arts of casemanager). Aan het schriftelijk verzoek is een voorstel toegevoegd hoe de continuïteit van de zorgverlening is geregeld totdat een beslissing is genomen op het verzoek. Opdrachtnemer blijft daarbij verantwoordelijk voor de uitvoering van zorg totdat eventueel overdracht heeft plaatsgevonden aan een andere zorgaanbieder. Opdrachtgever neemt contact op met de cliënt of diens wettelijk vertegenwoordiger voor wederhoor. Opdrachtgever neemt binnen 1 week na ontvangst van de zorgweigering een besluit en deelt dit schriftelijk mee aan Opdrachtnemer. Opdrachtnemer brengt de cliënt op de hoogte van dit besluit. Opdrachtgever neemt binnen 3 weken na ontvangst van het verzoek tot zorgbeëindiging een besluit en deelt dit schriftelijk mee aan Opdrachtnemer. Opdrachtnemer brengt de cliënt op de hoogte van dit besluit. Partijen treden niet in de publiciteit met betrekking tot zorgweigering en zorgbeëindiging. De uiteindelijke beslissing over de wijze waarop en de condities waaronder stopzetting of weigering van zorg eventueel plaatsvindt, ligt bij Opdrachtgever. Opdrachtnemer kan bezwaar maken tegen dit besluit. De termijn voor het indienen van het bezwaarschrift bedraagt 6 weken na de formele beslissing.
BIJLAGE 7 – SOCIAL RETURN ON INVESTMENT De Lekstroomgemeenten hechten waarde aan duurzaam inkopen en het stimuleren van participatie op sociaal gebied met behulp van Social Return on Investment (SROI). Opdrachtgever zal bij de invulling van het laatste gebruik maken van de zogenaamde ‘bouwstenenaanpak’ zoals opgesteld door het Nederlands Centrum voor Overheidsdiensten (NCOD). Opdrachtnemer zet zich in om bij gunning 5% van de gefactureerde opdrachtsom aan te wenden voor Social Return activiteiten voor de gemeenten in de regio Lekstroom; dit mogen ook bestaande SROI activiteiten zijn (zie de nuanceringen in artikel 16 van deze overeenkomst voor 2015). De activiteiten mogen in de opdracht worden uitgevoerd maar ook in de bedrijfsvoering van Opdrachtnemer of bij een onderaannemer of toeleverancier. Het Werkgeversservicepunt Lekstroom (WGSP), te bereiken via e-mailadres
[email protected], adviseert en faciliteert Opdrachtnemer bij de invulling van Social Return. Om de waarde van de inspanningen met betrekking tot de Social Return-verplichting te kunnen meten, wordt de gerealiseerde Social Return-inspanning uitgedrukt in een ‘relatieve inspanningswaarde’. Deze inspanningswaarde is gebaseerd op de relatieve afstand van de uitkeringsgroep en de inspanning die geleverd moet worden om deze medewerker een jaar in dienst te nemen. Soort en eventuele duur van de uitkering WWB < 2 jaar WWB > 2 jaar WW < 1 jaar WW > 1 jaar WIA / WAO Wajong 55+ BBL traject * BOL traject * WSW inzet MVO activiteiten Figuur 1 Bouwblokken 1-1-2013
Waarde Social Return (op basis van een jaarcontract fulltime) € 30.000,= € 40.000,= € 10.000,= € 15.000,= € 30.000,= € 35.000,= € 5.000,= extra op bovenstaand bedrag € 10.000,= € 5.000,= Betaalde rekeningen aan SW-bedrijf P.M. (€ 100,= per besteed uur)
* Deze activiteit kan alleen worden opgenomen indien de duur van de arbeidsovereenkomst overeenkomt met de eisen die de opleiding aan een overeenkomst stelt. Het aanbod is breder dan (vaak) wordt gedacht Het idee heerst dat gemeenten en het UWV alleen mensen bemiddelen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Natuurlijk zijn wij altijd op zoek naar die werkgever die voor deze mensen de juiste plek heeft, maar zoals genoemd voor de invulling van Social Return kunt u ook denken aan mensen die pas werkloos zijn geworden of aan die leerling die een BBL-plek nodig heeft om zijn/haar opleiding te kunnen afronden.