Griffie/700940
Verslag vijfde overleg over raadsprogramma en collegevorming op dinsdag 23 maart 2010 Aanwezig:
de heer H.L. Witte (voorzitter), de heer M. van Vliet (griffier), de heer J.A. Baks, de heer M.K. van Geet, de heer R.H.M. van Hal, mevrouw I.M. Koomen-Beerman, mevrouw J.M. Mann-Voortman, de heer T. Middelkoop, de heer H. Posthuma, de heer J. van Tol, de heer J.C. van Vuuren
Afwezig:
1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de bijeenkomst en heet een ieder hartelijk welkom bij het vijfde overleg over het raadsprogramma en de collegevorming. Er zijn geen mededelingen. 2. Verslag van het derde overleg d.d. 16 maart 2010 Leefbaar Soest heeft het verslag pas zojuist onder ogen gekregen en vraagt daarom om een leespauze. Na 5 minuten schorsing heropent de voorzitter de vergadering. Er zijn geen opmerkingen/reacties. Het verslag wordt vastgesteld. 3. Concept raadsprogramma 2010-2014, programma’s 1 t/m 6 De voorzitter meldt dat er van de diverse fracties tekstsuggesties ontvangen zijn voor de programma’s 1 t/m 3. Deze tekstsuggesties kunnen betrokken worden bij het behandelen van de hoofdstukken. Programma 1, Veiligheid Soest 2002 is van mening dat het moet zijn én preventie én represie, dit in tegenstelling tot wat vermeld staat in het concept raadsprogramma “eerst preventie en vervolgens repressie”. Men ziet deze aanpassing graag opgenomen in het concept raadsprogramma. D66 merkt op dat eerst preventie en dan repressie betekent dat er voor beiden aandacht is. De VVD heeft verzocht het om te draaien: eerst preventie en dan repressie omdat repressie onmiddellijk moet beginnen. Er wordt gevraagd om ruime aandacht voor preventie. Daarnaast heeft de VVD de handhaving van regels er aan toegevoegd. Dit is onlosmakelijk verbonden met de veiligheid en de leefbaarheid. Daarom wil men een voortvarende invoering van de bestuurlijke strafbeschikking.
1
GL is van mening dat de tekst over de bestuurlijke strafbeschikking overbodig is omdat hiertoe reeds is besloten. Verder is GL het oneens met de VVD voor wat betreft de zienswijze op repressie en preventie. GL pleit voor handhaving van de zinsnede zoals deze nu geformuleerd is in het concept raadsprogramma. De VVD is voorstander van de aanpak van overlast en niet alleen van een kopje thee te gaan drinken. Men vindt zowel repressie als preventie belangrijk. GL houdt van de aanpak van Cohen, dat wil zeggen eerst preventie, met natuurlijk wel aandacht voor repressie. De VVD constateert dat men van mening verschilt. De CU-SGP heeft in de aangeleverde tekstsuggestie een drietal punten toegevoegd (naast wijkveiligheidsplannen en repressie/preventie). Men vraagt ruimte voor initiatieven van bewoners die voor de eigen wijk wat doen, om extra regels om geweldsdelicten en vanadalisme aan te pakken en om het beschikbaar stellen van een budget door de raad voor boa’s / politiesurveillanten. In samenspraak met de leiding van deze gemeente en de politie zou het budget ingevuld moeten worden. Deze drie punten komen nu niet terug in het conceptraadsprogramma, maar lijken de CU-SGP toch de moeite waard. Ook voor GGS geldt eerst preventie en vervolgens repressie. De punten van de CU-SGP en Leefbaar Soest komen in de Ronde van april aan de orde. GGS is van mening dat deze punten niet in het raadsprogramma opgenomen moeten worden. De CU-SGP heeft de indruk dat het raadsprogramma gaat over punten die we de komende raadsperiode willen realiseren. Het is niet alleen een agenda of een inhoudsopgave. Leefbaar Soest vraagt aandacht voor de drugs- en alcoholproblematiek. Men kan zich ook voorstellen dat dit meegenomen wordt in het programma Zorg en Welzijn. De voorzitter heeft gemerkt dat er een aantal partijen zijn die het hebben over blowen en drugsgebruik. Hij vraagt of dit gedeeld wordt door de andere fracties. Het CDA is van mening dat het zinvol is over de drugsproblematiek iets op te nemen in het raadsprogramma. De tekstsuggestie van de CU-SGP voor wat betreft het budget voor de Boa’s/politiesurveillanten wordt gedeeld door het CDA; het gaat om het realiseren van een bepaald beleid en het is aan de portefeuillehouder om daar invulling aan te geven. Een andere algemene wens van het CDA is het formuleren van een preambule bij het raadsprogramma. De aangegeven speerpunten zeggen niets over een continuering van het bestaande beleid en de in het vooruitzicht zijnde kerntakendiscussie De PvdA vraagt in de komende raadsperiode aandacht voor de drugshandel buiten de coffeeshop, namelijk de handel gericht op kinderen jonger dan 16. D66 is voorstander om de 2 punten in het concept raadsprogramma zoals ze nu geformuleerd zijn te laten staan en aandacht voor drugspreventie toe te voegen. Soest 2002 pleit voor het aanpakken van drugsoverlast en het terugdringen van drugsgebruik. GGS pleit evenals D66 voor het handhaven van de twee geformuleerde punten in het raadsprogramma. Er wordt in het concept raadsprogramma gesproken over grote en kleine ergernissen. Er zijn nog meer zaken als drugsgebruik waarop ingezet moet worden. Soest 2002 vindt drugsgebruik een gigantisch probleem dat niet gebagatelliseerd mag worden. Leefbaar Soest vraagt GGS nog eens naar de tekstsuggestie van de fractie te kijken.
2
GL vraagt of het onderwerp alcohol en drugs thuishoort in het programma Veiligheid of in het programma Zorg en Welzijn. GGS vindt het onderwerp thuishoren bij het programma Zorg en Welzijn. De VVD zou een verbod op blowen in de openbare ruimte prima vinden, maar het moet ook gehandhaafd kunnen worden. Verder is de VVD voorstander van het verhogen van de miminumleeftijd naar 18 jaar voor het kopen van alcohol. De voorzitter vat het voorgaande samen. De tekstsuggestie van de CU-SGP, vierde punt wordt voorgelezen. Geen reacties komen op deze formulering. De voorzitter concludeert dat de formulering toegevoegd kan worden als punt 3 bij programma 1. Veiligheid. Verder merkt de voorzitter op dat het weinig zinvol is te gaan praten over de volgorde van preventie en repressie en dat de opmerkingen van de VVD niet gedeeld werden. Hij stelt daarom voor het hoofdstuk veiligheid vast te stellen. Soest 2002 beluistert juist een meerderheid voor én preventie én repressie. De voorzitter stelt de vraag aan de vergadering of er ingestemd kan worden met het voorstel van Soest 2002. GL merkt op de indruk te hebben dat de aanwezigen denken dat de gemeente invloed heeft op repressie, terwijl de gemeente die invloed volgens GL niet heeft. De gemeente heeft wel middelen voor preventie. GGS is het met GL eens, maar denkt dat GL ook in kan stemmen met én preventie én repressie. GL beaamt dit. De tekst van het raadsprogramma wordt aangepast: er is geen volgorde in preventie en repressie. Programma 2, Verkeer en Vervoer De voorzitter vraagt of er ingestemd kan worden met de tekst van programma 2. De CU-SGP had bij het eerste punt graag toegevoegd gezien dat de gemeente een actieve rol zou spelen bij het VERDER pakket. Niet alleen een studie maken naar de ondertunneling, maar nauwkeurig meedoen en stimulerend meedoen bij het VERDER-pakket. Tevens ziet men graag de verkeersveligheid bij scholen als vierde punt aan het programma Verkeer en Vervoer toegevoegd. De PvdA gaat akkoord met het eerste punt. Ten aanzien van het tweede punt ziet men graag de tekst als volgt aangepast: “Het opheffen van bestaande afsluitingen van wegen wordt nader bekeken”. Verder ziet men graag toegevoegd om te bezien in hoe verre wij ervoor kunnen zorgen dat station Soest-Zuid uitgebouwd kan worden naar een Centraal Station Soest (Soest Centraal), een bewaakte fietsenstalling is daar een gewenst onderdeel van. D66 vraagt de PvdA aan te geven hoe die fietsenstalling geconcretiseerd kan worden. Een door menskracht bewaakte fietsenstalling heeft financiële consequenties. De PvdA noemt enkele mogelijkheden en geeft uitdrukkelijk aan dat de consequenties niet voor rekening van de gemeente mogen komen. De voorzitter peilt bij de overige fracties de zienswijze op de tekstsuggestie van de PvdA.
3
Soest 2002 is het met de PvdA eens. GL had liever de volgende formulering gezien: “het opheffen van bestaande afsluitingen heeft deze raadsperiode geen prioriteit”, in plaats van “het opheffen van bestaande afsluitingen wordt met terughoudendheid bezien”. Leefbaar Soest kan zich vinden in de formulering van de PvdA. De VVD ziet graag de volgende formulering: “zodra de financiële middelen het toelaten, gevolg geven aan het genomen raadsbesluit voor wat betreft het openstellen van wegen voor gemotoriseerd verkeer, met in achtneming van de leefbaarheid en de verkeersveiligheid”. De PvdA vindt dit een mooie formulering. De CU-SGP is van mening dat de gehele passage overbodig is omdat het opheffen van de afsluitingen voorlopig uitstellen is vanwege infrastructurele projecten die eerst uitgevoerd moeten worden. GGS stemt in met de huidige formulering. D66 kan zich zowel vinden in de huidige formulering, als in de opvatting van GL. Het CDA sluit zich aan bij de opmerking gemaakt door de CU-SGP. Het moet consistent zijn aan het reedsgenomen raadsbesluit. De VVD merkt op dat het huidige beleid is gericht op het openstellen van de wegen, maar gezien de financiën is er niet voldoende aan gedaan, met in achtneming van de leefbaarheid. Soest 2002 vindt dat de leefbaarheid van de omwonenenden wat te gemakkelijk gebruikt wordt. Er moet ook gedacht wordt aan de leefbaarheid van de omwonenenden aan de hoofdwegenstructuur. De PvdA pleit voor een duidelijker formulering. GL vindt terughoudendheid juist een mooi woord. Eerst nadenken voordat je wat doet. Het CDA wil op korte termijn de afsluitingen, maar gezien de financiele risico’s heeft het nu geen prioriteit. Men sluit zich aan bij een formulering waarin woorden voorkomen als terughoudend of nader bezien. Na schorsing meldt het CDA in te stemmen met de huidige formulering. De voorzitter concludeert dat een meederheid instemt met de huidige formulering van punt 2 van het programma Verkeer en Vervoer. Vervolgens wordt gevraagd of de aanwezigen kunnen instemmen met de tekstsuggestie van de CU-SGP ten aanzien van de rol van de gemeente bij het VERDER-pakket. Er wordt unaniem ingestemd met de tekstsuggestie van de CU-SGP, waarmee punt 1 van het programma Verkeer en Vervoer aangevuld wordt met de volgende formulering: in de door de regio te nemen maatregelen heeft Soest een actieve rol. De te nemen maatregelen moeten als doel hebben dat hinderlijk sluitverkeer wordt tegengegaan. Voorts wordt unaniem ingestemd om het punt van de verkeersveiligheid bij scholen aan programma 2 toe te voegen. De PvdA vraagt naar reacties van de andere fracties op het voorstel station Soest-Zuid op te waarderen naar Soest Centraal. De PvdA licht het voorstel op verzoek van enkele fracties toe. Een Centraal Station moet een verbeterde knooppuntverbinding opleveren en een verbetering
4
van faciliteiten als een fatsoenlijke wachtruimte en de mogelijkheid ergens een kop koffie te halen. Een aangenamer en ruimer station. De gemeente kan deze mogelijkheid propageren om het voor elkaar te krijgen, ook al zal de NS erover moeten beslissen. D66 vindt het onderwerp te ver gaan om het op te nemen in het raadsprogramma. Het CDA merkt op dat tav het OV-knooppunt er al een luxe situatie is; bussen sluiten al aan op de trein, er is een bewaakte fietsenstalling. De voorzitter concludeert dat er weinig draagvlak is voor het voorstel van de PvdA en dat het een en ander opgenomen is in het VERDER-pakket. Programma 3, Economie Voor wat betreft de Van Weedestraat blijft de VVD bij het reeds genomen besluit in te stemmen met éénrichtingsverkeer tot 1 november 2012. Daarna kan er eventueel een evaluatie plaatsvinden. Men stemt zeker niet in met een aanpassing van de infrastructuur voor een definitief eenrichtingsverkeer. De PvdA vindt dat met de formulering “aanleiding voor een aanpassing” het reeds genomen raadsbesluit als gegeven onderuit gehaald wordt. Na een evaluatie is het mogelijk maatregelen te nemen, maar op dit moment mag er geen ander besluit genomen worden. D66 gaat met moeite akkoord met eenrichtingsverkeer de komende 4 jaar, verder gaat D66 niet. GL sluit zich aan bij de opmerking van D66. Soest 2002 vindt het reeds genomen raadsbesluit duidelijk. Er wordt dus niet ingestemd met de voorgestelde tekstformulering. Soest 2002 blijft bij het standpunt tot het onverkort uitvoeren van het genomen raadsbesluit. GGS stemt in met het tekstvoorstel over de Van Weedestraat. Leefbaar Soest ziet graag aan het tekstvoorstel de woorden “gedurende deze raadsperiode” toegevoegd. De CU-SGP wil het woord “mogelijk” toevoegen zodat er komt te staan: “Het gedachte eindbeeld zal mogelijk geen definitieve afsluiting van de Van Weedestraat zijn”. Soest 2002 mist in het geheel dat er gesproken wordt over een hoofdwinkelcentrum Van Weedestraat. Ook de detailhandelsnota ligt aan de plannen ten grondslag. Het CDA heeft aan het tekstvoorstel twee aanvullingen. Het eindbeeld moet een aantrekkelijk winkelgebied zijn, waarover nog gediscussieerd moet worden over hoe dat gerealiseerd kan worden. Als tweede is men van mening dat een aanpassing eerst besproken moet worden met de betrokken partijen. Het CDA stemt niet in met de tekstsuggestie van de CU-SGP omdat het het CDA gaat om een langdurige situatie van eenrichtingsverkeer. De PvdA is van mening dat de burger recht heeft op een betrouwbare overheid en wil daarom het genomen raadsbesluit niet terugdraaien. De VVD vraagt aan het CDA om een nadere aanduiding van het begrip aantrekkelijk winkelgebied. Het CDA denkt bij een “aantrekkelijk winkelgebied” aan mogelijkheden om te vertoeven in de Van Weedestraat. Het is een begrip dat nog nader met elkaar gedefinieerd moet worden.
5
Soest 2002 refereert aan de toezegging om na evaluatie een nader besluit te nemen over eenrichtingsverkeer, dan wel een definitieve afsluiting, dit in samenspraak met de winkeliers. GGS is van mening dat er te gedetailleerd gesproken wordt over de Van Weedestraat. Er moet gestemd worden over het tekstvoorstel. Leefbaar Soest vraagt bij de stemming de tekstsuggesties van CU-SGP en Leefbaar Soest te betrekken. De voorzitter concludeert dat de partijen D66, CDA, GGS en GL vóór handhaving van de huidige formulering van Punt 1 zijn in het programma Economie. Er blijkt, na stemming, geen behoefte te zijn aan de tekstsuggesties van CU-SGP en Leefbaar Soest. De voorzitter vraagt naar reacties op punt 2 van het programma Economie ten aanzien van het bedrijventerrein Richelleweg. Soest 2002 merkt op dat wanneer er te hoge eisen gesteld worden het Masterplan vergeten kan worden en ziet daarom de tekst in die richting graag aangepast. De VVD en de CU-SGP sluiten zich hierbij aan. Het CDA is van mening dat “hoge eisen” te veel zwaarte geeft aan de mogelijkheden die de gemeente heeft. Beter zou zijn dat er nadere eisen worden gesteld bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein ten aanzien van ecologie en duurzaamheid. De discussie moet wel worden aangegaan maar wel met het uitgangspunt zo veel mogelijk te realiseren. Bedrijven moeten ook overgehaald worden zich daar te vestigen op eigen kosten. D66 stelt voor het woord “hoge” bij “hoge eisen” te schrappen. De voorzitter concludeert dat met deze aanpassing er ingestemd kan worden met het geformuleerde tekstvoorstel. Programma 4, Natuur en Milieu De CU-SGP mist het aspect “voorlichting’ bij punt 1 van programma 4. Verder is de vorige gesproken over afvalscheiding. Ook dit punt wordt gemist in programma 4. Voor het overige is men het eens met het tesktvoorstel. De voorzitter meldt dat binnenkort gesproken gaat worden over het duurzamheidsplan. Op dat moment kunnen de opmerkingen besproken worden. De CU-SGP stemt in met het tekstvoorstel. De PvdA geeft aan de formulering bij punt 3 niet zo verstandig te vinden omdat het realiseren van ecologische verbindingszones bezien moet worden in relatie tot andere infrastructurele effecten. Soest 2002 sluit zich hierbij aan. De voorzitter concludeert, vanwege het feit dat er verder geen reacties op het tekstvoorstel komen, dat er ingestemd wordt met de tekstformulering van programma 4, Natuur en Milieu. Programma 5, Wonen en Ruimtelijke ordening De CU-SGP noemt een drietal punten. Ten aanzien van punt 4 is men van mening dat de zinsnede over de financiën thuishoort in hoofdstuk 9. Als tweede meent men dat er vooral gebouwd moet worden naar behoefte. Nu staat er dat er vooral gekeken wordt naar 40% sociale woningbouw. Als derde mist men het onderwerp duurzaam bouwen.
6
GL sluit zich aan bij CU-SGP. Er moet niet gebouwd worden voor een markt waar geen behoefte aan is. Soest 2002 vraagt de CU-SGP en GL hoe men denkt dwingend op te kunnen leggen dat er in een bepaalde prijsklasse gebouwd wordt. De CU-SGP merkt op dat er nu al dwingend 40% opgelegd wordt waardoor er alleen maar óf goedkope óf dure woningen gebouwd worden. Wellicht moet de gemeente, overeenkomstig de provinciale norm, terug naar 30%. Soest 2002 geeft een voorzet door aan te geven dat het ook mogelijk is drie prijsklassen te maken. 33% van de woningen tot 2 ton, 33% tot 4,5 ton en de rest vrij. GGS stelt voor de categorieën over te nemen uit de woonvisie. Dat wil zeggen meer appartementen voor senioren zodat de doorstroming bevorderd wordt. Het CDA is van mening dat de behoefte door de jaren heen fluctueert en dat er daarom geen specifieke doelgroepen benoemd moeten worden. Verder is men van mening dat de zinsnede over de financiën bij het Masterplan juist recht doet aan het genomen raadsbesluit. De CU-SGP is van mening dat er in het raadsprogramma over beleidsvorming gesproken wordt, de financiën zijn een gegeven en horen daarom in programma 9 thuis. De VVD is het met de CU-SGP eens over het schrappen van de zinsnede over de financiën, of het hoort bij een kerntakendiscussie. Toch lijkt het de VVD verstandig de zinsnede in dit geval wel te handhaven. Verder heeft men de volgende opmerkingen: ten aanzien van punt 1 (bouwen buiten de rode contour) merkt men op voorstander te zijn van het zo veel mogelijk bouwen binnen de rode contour, maar men wil wel de mogelijkheid open houden om buiten de rode contour te bouwen. Ten aanzien van punt 2 (het Smitsveen) merkt men op dat het initiatief ligt bij woningcorporatie Portaal. Mocht Portaal komen met plannen voor sloop dan wil de VVD die mogelijkheid open houden. Ten aanzien van het verplaatsen van Idea is men van mening dat dit onderwerp bij een kerntakendiscussie meegenomen moet worden. Mede vanwege het nog langlopende huurcontract lijkt het prematuur dit onderwerp in het raadsprogramma op te nemen. Ten aanzien van punt 5 sluit de VVD zich aan bij de gemaakte opmerkingen over bouwen naar behoefte. D66 onderschrijft de tekstformulering van punt 1 van programma 5. Verder wil men de komende tijd aandacht voor inspraak voor gebieden waarvoor nog geen inspraak geweest is bij de Structuurvisie. Ten aanzien van de verplaatsing Idea wordt opgemerkt dat D66 effectuering niet voor zich ziet in deze raadsperiode, maar wel de voorbereiding / het onderzoek daartoe. De PvdA sluit zich aan bij de VVD, dat wil zeggen bouwen binnen de rode contouren is het uitgangspunt, maar bouwen buiten de rode contour moet mogelijk zijn. Ook ten aanzien van het Smitsveen sluit de PvdA zich aan bij de gemaakte opmerking door de VVD. Een onderzoek naar de verplaatsing van Idea lijkt de PvdA een goed idee, maar men wil eerst de kosten ervan weten voordat men gaat onderzoeken. De PvdA ziet de eerste zin van punt 4 graag stelliger geformuleerd, namelijk: “Zowel het Masterplan Soesterberg als het Ruimtelijk Plan voor de vliegbasis worden uitgevoerd”. Aangevuld met “de uitvoering ervan wordt voortvarend ter hand genomen”. Ten aanzien van punt 5 hecht men sterk aan 40% betaalbare woningen, maar ook de PvdA heeft geen behoefte aan 60% woningen van bijvoorbeeld 8 ton. Het is een punt waar naar gekeken moet worden. D66 is van mening dat de gemeente expertise in huis heeft om zelf een dergelijk onderzoek op te pakken. Soest 2002 sluit zich voor wat betreft punt 1 aan bij de gemaakte opmerking door de VVD. Starterswoningen “In de Ruimte” zou wat Soest 2002 aan de orde kunnen zijn. Men zou het jammer vinden als Groot Engendaal aan de Inspecteur Schreuderlaan niet zou kunnen bouwen.
7
Het gaat Soest 2002 te ver om deze locatie op voorhand uit te sluiten. De Stadhouderslaan blijft helemaal vrij. Ten aanzien van punt 2, Smitsveen wil men op voorhand niet zeggen dat sloop uitgesloten wordt. Ten aanzien van de verplaatsing van Idea gelooft men niet dat het een realistisch plan is gezien de nog te voeren kerntakendiscussie. Ten aanzien van punt 4 sluit men zich aan bij de gemaakte opmerkingen door de PvdA. Voor wat betreft de laatste zin van punt 4 is men van mening dat er moet staan “op intensieve wijze betrokken zullen blijven”. Ten aanzien van punt 5 heeft Soest 2002 reeds een suggestie gedaan. Wel moet erbij vermeld worden dat het daarbij gaat om projecten van 5 woningen of meer. Men is het eens met bouwen naar behoefte. GGS stemt volledig in met punt 1. Ten aanzien van punt 2 is men van mening dat minimaal 70% van de bewoners in moet stemmen met de plannen. Ten aanzien van de verplaatsing van Idea vindt men het een goed idee om dit te onderzoeken. Leefbaar Soest sluit zich aan bij de opmerking van de VVD ten aanzien van punt 1, ten aanzien van punt 4 sluit men zich aan bij de gemaakte opmerking door de PvdA. Bij punt 5 wil men zich niet vastleggen aan de behoefte van 40% betaalbare woningen omdat het begrip “betaalbaar” subjectief is. GL stemt in met het tekstvoorstel bij punt 1, sluit zich aan bij de opmerking van GGS over de benodigde instemming van 70% van de bewoners bij renovatieplannen. Ook het onderzoek naar de verplaatsing van Idea lijkt GL een goed idee, liefst zo goedkoop mogelijk. Verder ziet GL geen probleem in het tekstvoorstel bij punt 4. Punt 6 ziet men graag als volgt geformuleerd: “Woningbouw vindt plaats in de segmenten van de markt waar vanuit onderzoek blijkt dat er een tekort is in Soest”. De voorzitter concludeert dat er een meerderheid is voor het handhaven van de tekst van punt 1, ten aanzien van het Smitsveen wordt geconcludeerd dat een meerderheid vindt dat er draagvlak moet zijn voor de plannen die in samenspraak met de bevolking door Portaal ontwikkeld worden. Ook zijn de meesten van mening dat Portaal nu aan zet is. Voor zowel voor- als tegenstanders van sloopplannen biedt de formulering bij punt 2 de ruimte om uiteindelijk voor of tegen de plannen te stemmen. Ten aanzien van de verplaatsing van Idea ziet de voorzitter ook een tweedeling. In het licht van de komende leegstand van het Meander, Beukendal en het Politiebureau is het naar de mening van de voorzitter geen gek idee om een onderzoek te verrichten naar het vinden van een andere bestemming. Ten aanzien van punt 4 wordt de tekst veranderd in: “Zowel het Masterplan als het Ruimtelijk Plan voor de vliegbasis worden uitgevoerd”. De laatste zin wordt als volgt aangepast: “Voor beide projecten geldt dat de inwoners van Soesterberg op een intensieve wijze betrokken worden”. De passage over het tempo blijft staan. Ten aanzien van punt 5 wordt gevraagd om op korte termijn een voorstel te wensen over welke categorieën woningen mogelijk zijn. Het CDA geeft op verzoek van Leefbaar Soest aan dat het CDA zich kan vinden in de huidige tekstformulering. Programma 6, Onderwijs Het CDA heeft een tekstsuggestie voor punt 4: “In overleg met de schoolbesturen wordt gestreefd naar een afspiegeling van de bevolkingssamensteling per wijk en buurt. De schoolkeuze blijft een zaak voor de ouders”. Het moet geen regime voor heel Soest zijn. Leefbaar Soest meldt dat punt 4 geen zaak is van de gemeente en kan daarom geheel weggelaten worden. De overige fracties sluiten zich hierbij aan. D66 heeft in een vorige bijeenkomst aandacht gevraagd voor de wachtlijstproblematiek. Dit onderwerp wordt gemist in het concept-raadsprogramma. D66 ontvangt steun hiervoor van de de PvdA. Verder heeft de PvdA eerder gepleit voor een uitbreiding van de voor- en naschoolse opvang.
8
Dit onderwerp wordt gesteund door GL, D66, GGS en het CDA. De voorzitter concludeert dat punt 4 van dit programma kan komen te vervallen en dat aan het programma toegevoegd moet worden het onderwerp “centrale inschrijving voor het primair onderwijs”. De CU-SGP mist nog de onderwerpen “maatschappelijke stage”, “onderwijs aan ouderen, analfabeten en anderstaligen” en “het zoveel mogelijk ervoor zorgen dat leerlingen school verlaten met een startkwalificatie”. De voorzitter concludeert dat de vergadering unaniem van mening is dat de gemeente een voorbeeldfunctie moet vervullen waar het gaat om maatschappelijke stages. Ten aanzien van het onderwerp startkwalificatie wordt geconcludeerd dat het al wettelijk geregeld is en derhalve niet in het raadsprogramma hoeft te worden opgenomen. 4. Rondvraag/volgende vergadering De griffier meldt dat op 24 maart 2010 het verslag tegemoet gezien kan worden van de bijeenkomst van 18 maart 2010. Hopelijk ook het verslag van 23 maart 2010, een tekstvoorstel voor de programma’s 7 t/m 9 en een aangevuld raadsprogramma als gevolg van de bijeenkomst van vanavond. De voorzitter dankt een ieder voor zijn inbreng. De volgende vergadering is op donderdag 25 maart 2010 om 19.30 uur in de raadzaal.
9