Verlies en rouwverwerking bij kinderen
2
Met deze informatie willen wij u helpen om kinderen en jong volwassenen te begeleiden bij het ziekteproces en eventueel voor te bereiden op het sterven van iemand die hen heel lief is. Kinderen hebben drie fundamentele behoeften die hen helpen om zich aan de nieuwe situatie aan te passen. • Help het kind op zijn/haar niveau te laten begrijpen wat er aan de hand is. • Kom altijd tegemoet aan de lichamelijke en emotionele behoeften van het kind. • Laat duidelijk blijken dat er altijd voor het kind gezorgd zal worden wat er ook (met de zieke ouder) gaat gebeuren. Concreet houdt dit in: • Er te zijn voor het kind, maak tijd, geef kinderen de ruimte om hun gevoelens te uiten. • Kinderen hebben het nodig dat zij zien dat anderen ook hun gevoelens uiten. • Kinderen hebben informatie nodig. • Communiceer op het niveau van het kind en geef het hierbij de gelegenheid om ook vragen te stellen. • Leg alles goed uit en herhaal, tast ook regelmatig af of het kind het begrepen heeft . • Betrek kinderen bij datgene wat gaat gebeuren, laat hen hierin een actieve rol spelen zodat zij zich niet buiten gesloten voelen. • Handhaaf rituelen en regels binnen het gezin. • Kinderen hebben extra aandacht en liefde nodig. Daarbij komt: • Voor kinderen kun je niets verborgen houden. Ze komen er toevallig achter doordat ze flarden van een gesprek opvangen, of door iemand die zich verspreekt. • Kinderen hebben zeer goede voelsprieten, ze zien en horen alles, zoals: - volwassenen die anders reageren en emotioneel zijn. - er zijn soms onbekende mensen in huis. 3
- de extra aandacht van de juffrouw op school. • Kinderen willen altijd een verklaring. Als zij die niet krijgen, gaan ze deze zelf maken. Dit kan tot gevolg hebben dat zij zich verliezen in hun fantasie en de minste fantasie is erger dan de ergste werkelijkheid! Fantasie eindigt nooit, de werkelijkheid wel. • Daarom betrek het kind, rekeninghoudend met de leeftijd, bij de situatie.
Wat kunt u zelf doen? • Kinderen goed voorbereiden op wat er gaat gebeuren. • Leg alles goed uit en herhaal dit meerdere malen, omdat kinderen van herhaling leren. • Dagritme proberen te handhaven. • Kinderen zoveel mogelijk actief bij alles betrekken. • Kinderen kleine taakjes geven. • School inlichten als ook de clubjes. Een dagritme handhaven is van belang voor kinderen denk hier bij aan; naar school gaan, sporten, eten, slapen, clubjes, muziekles, etc. Vraag eventueel anderen uit uw omgeving om u daarbij te helpen. Als ouders geholpen worden bij praktische zaken, zoals boodschappen, huishoudelijk werk et cetera blijft er ruimte en tijd over voor het kind. Laat kinderen meehelpen, zodat ze het gevoel krijgen dat ze ook mee mogen zorgen. Heel belangrijk is ook, dat u als gezin bij elkaar kunt zijn, ook in het ziekenhuis. Een of twee vaste dagdelen per week zonder anderen erbij kunnen waardevolle momenten opleveren.
Enkele dingen die u moet weten over kinderen in deze situatie • Kinderen ‘rouwen’ in stukjes en vaak op een andere tijd. Het ene moment vragen ze u van alles meestal op momenten die u niet zo goed uitkomen, het andere moment zijn ze weer volop aan het spelen. 4
• Kinderen kunnen niet lang achter elkaar verdrietig zijn. Soms vermoedt men dan dat het verdriet over is, toch blijft het kind dat wel maar stopt het (even) weg, parkeert het als het ware. • Hun reactie kan gepaard gaan met heftige gevoelens, zij denken soms dat het hun schuld is: ze zijn bijvoorbeeld boos geweest of hebben iets gedaan wat verboden was. • Kinderen kunnen denken dat de ziekte besmettelijk is (denk hierbij ook aan de vriendjes/vriendinnetjes en klasgenootjes die dit ook kunnen denken). • Kinderen hebben soms ook angst, wie zal er straks voor mij zorgen? Ook al zullen kinderen deze vraag niet gauw stellen het blijkt toch dat ze daar erg mee kunnen zitten. • Kinderen zijn zeer concreet, ben dus alert op het woordgebruik. • Vraag aan kinderen wat ze willen doen, belangrijk is wel om na te gaan waarom kinderen iets niet willen doen. Maak duidelijk dat je hun antwoord respecteert, maar dat je wel graag wil weten waarom. Soms blijkt het iets te zijn wat te verhelpen is. Bijvoorbeeld een kleuter wilde geen afscheid van opa nemen (dode groeten) omdat iemand had verteld dat je daar niet met auto’s mocht spelen terwijl hij juist bij opa met de auto’s speelde. Kijk samen met het kind of er een oplossing gevonden kan worden. • Kinderen willen volwassenen sparen. Mensen die veel met kinderen werken, die een groot verlies gehad hebben, geven een aantal adviezen. • Ervaring met kinderen heeft geleerd dat het voor hen het beste is om er samen over te praten, zowel over het ziekteproces als over het eventueel sterven. • Erover praten zorgt ervoor dat er een vertrouwensbasis ontstaat, of blijft bestaan, die het gezin juist nu zo hard nodig heeft. • Zorg dat kinderen een gevoel van geborgenheid blijven houden. • Laat kinderen voelen dat ze serieus genomen worden. • Laat kinderen ervaren, dat verdriet, angst en zorgen in het gezin gedeeld kunnen worden.
5
Leeftijd van kinderen en enkele reacties die u kunt verwachten Reacties van kinderen op het verlies van iemand die hen heel lief is, zijn verschillend en afhankelijk van hun ontwikkelingsfase, leeftijd en eigenheid van het kind. Kinderen kunnen daarbij ook zelf heel goed aangeven wat zij willen, zij zijn vaak deskundigen. 0 - 1 jaar • Kinderen huilen meer en kunnen onrustig zijn. Ze zijn gevoelig voor sfeer en emotie, en voelen het verdriet van hun ouders, ook ervaren ze de gedragsveranderingen van hun ouders. • Regelmaat in het ritme van voeding en slapen geeft vertrouwen en rust. • Praat zachtjes. • Zoveel mogelijk een vaste verzorger, om daarmee dezelfde gewoontes en dagritme aan te houden. Peuter • Blijf de peuter de gelegenheid geven om zoveel mogelijk zelf te doen. • Geef hem de mogelijkheid om zich in zijn spel te uiten. • Reageer zo adequaat mogelijk op de getoonde gevoelens van het kind. • Herhaal steeds en probeer de tijd te nemen voor de peuter. • Nabijheid van een vertrouwd figuur kan hem ontzettend helpen. • Probeer vaste regelmaat en gewoontes te handhaven. 3 - 5 jaar • Zij kunnen al ervaring hebben met de dood: planten en dieren die dood gaan. • Zien de dood als iets tijdelijks (net als bij verstoppertje spelen komt degene weer tevoorschijn). In de beleving van het kind is dood omkeerbaar.
6
• Hebben behoefte aan concrete informatie. Dood zijn betekent dat het voor altijd is; dat je koud bent; niets meer voelt, dus ook geen pijn, honger of dorst. • Benoem de werkelijkheid, want fantasie in deze is veel erger. • Kunnen hun gevoelens nog niet onder woorden brengen, maar uiten zich op een andere manier in hun spel, geef hen daartoe de mogelijkheid. • Spelen veel om het verdriet/verlies een plek te geven. Ze herhalen dit spel vaak omdat ze van herhaling leren en ze er ook behoefte aan hebben. • Willen er heel graag bij betrokken worden, willen ook iets doen. 6 - 8 jaar • Dood is onomkeerbaar, voor altijd, echter alleen voor oude mensen. • Er kunnen foute denkbeelden zijn over ‘dood’: dood is besmettelijk, dood is straf voor slecht gedrag. • Dood kan als beangstigend worden ervaren. • Willen biologische details weten. • Verbergen gevoelens, huilen in stilte, hebben stimulans nodig om gevoelens te uiten of over de dood te praten. 8 - 12 jaar • Hebben een meer abstract denkvermogen, weten wat dood zijn is en dat het iedereen kan overkomen. • Verbergen gevoelens, ontkennen hulpeloosheid en pijn. • Verbergen deze hulpeloosheid door onder andere dwangmatig te gaan zorgen voor anderen of vertonen juist bazig en controlerend gedrag. • Zijn bezorgd over hun eigen lichaam, hebben psychosomatische klachten zoals hoofd- en buikpijn.
7
12 jaar en begin jongvolwassenen • Hebben hun eigen manier van rouwen, de gevoelens die zij hierbij hebben lijken op die van een volwassene. Door de pubertijd willen ze graag zelfstandig zijn en zelf dingen opknappen, maar daarnaast is er juist behoefte aan bescherming. • Kunnen in eenzaamheid met levensvragen worstelen, zich afsluiten voor anderen en daarbij depressief worden. • Zoeken anderzijds steun buiten de deur. • Nemen taken en verantwoordelijkheden van de overledene over.
Let op valkuilen in het spreken over de dood Woorden/zinnen als: ‘inslapen’, ‘opa slaapt’, ‘opa is op reis’, ‘het is Gods wil’. Deze manier van spreken over de dood wordt afgeraden. Het kind kan hierdoor moeite krijgen om te gaan slapen en angstig worden als iemand op reis gaat. Doodgaan is natuurlijk niet hetzelfde als slapen of op reis gaan. Vermijd ook uitspraken als ‘je moet flink zijn’. Hiermee belast je kinderen, huilen is gezond en lost spanningen op. Reageer wel alert op kinderen die ineens overdreven lief doen, of zich anders gaan gedragen. Uit zichzelf naar bed gaan of proberen je bij alles te willen helpen. Deze braafheid moet je wantrouwen. Kinderen denken vaak dat de overledene boos op hen is en daarom niet meer terugkeert. Als iemand overlijdt • Kinderen goed voorbereiden. • Kind laten aangeven waarin hij betrokken wil worden. • Kind de kans geven om erover te praten. • Foto’s maken. • Herinneringskist maken. • Herinneringsboek maken waarin anderen vertellen over degene die dood is, dit is een steun voor het kind ‘voor later’.
8
Ook als het kind nu nog heel jong is. Familie, vrienden, collega’s, leden van de sportclub etc. vragen om aardige dingen en bijzonderheden te beschrijven. Een opname van de stem of een video, het blijkt namelijk dat men een stem van iemand snel vergeet. Het kan ook waardevol zijn om het handschrift te bewaren. Herinneringen kunnen troostend zijn. Het spreekt voor zich dat het ernstig ziek zijn of overlijden van een dierbaar persoon vele gevolgen voor een kind kan hebben. Dit kan van invloed zijn op zijn gedrag. Dit is heel normaal. Goede uitleg op school door de leerkracht is van groot belang. Veel van deze kinderen kunnen namelijk gepest worden. Vindt u het gedrag heel erg veranderd en maakt u er zich zorgen over neem dan contact op met uw huisarts. Weet dat u als ouder/verzorger het kind het beste kent en in de meeste gevallen intuïtief wel goed handelt. Verwacht daarom ook niet teveel van u zelf in deze situatie. Liefst zouden wij onze kinderen voor verdriet willen beschermen maar ook zij moeten de stormen van het leven meemaken. Dat geeft hen kracht en sterkt hen om met verdriet en tegenslag om te gaan in hun verdere leven.
Afsluitend Bij de Familiezorgverpleegkundigen van het CWZ zijn boeken (voornamelijk kinderboeken), folders en brochures aanwezig om in te zien. Er is een CD ‘De schat van Amadoris’, een verhaal met liedjes over doodgaan en afscheid nemen. Maak er gebruik van. Er is ook veel informatie te vinden op het Internet, zoals: www.iriza.nl www.kankerspoken.nl www.achterderegenboog.nl www.emotie-enzo.nl www.in-de-wolken.nl www.verliesverwerking.nl www.kinderrouw.nl
9
10
11
Adres en telefoon Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis Weg door Jonkerbos 100 6532 SZ Nijmegen Familiezorg-verpleegkundigen (B94) Telefoon (024) 365 85 60 E-mail:
[email protected]
12
G628 \ 07-15
Website: www.cwz.nl