ROUW & VERLIES BIJ KINDEREN
Inleiding Net als volwassenen krijgen ook kinderen te maken met verlies, afscheid en de dood. We mogen daarbij niet vergeten dat ook kinderen rouwen en door een moeilijke periode gaan. Afhankelijk van de leeftijd, reageert een kind anders en bovendien is iedere reactie uniek.
Wat denken kinderen en jongeren over de dood? Baby’s (0-1 jaar) voelen aan wanneer hun verzorging niet meer verloopt zoals voorheen, bijvoorbeeld door een overlijden in de familie. Wanneer iemand de zorg voor de baby op zich neemt, zal de baby snel gerustgesteld zijn.
Peuters (1-2 jaar) voelen goed aan dat er iets aan de hand is. Ze zijn sfeergevoelig en merken het op als hun ouders emotioneler zijn. Ze gaan hierop reageren door zich terug te trekken in een hoekje, ze worden onzeker of net heel onrustig.
2
Deze gevoelens zijn moeilijk voor hen om mee om te gaan en ze gaan daarom al gauw op zoek naar iemand die hen opvangt. Peuters kennen nog geen onderscheid tussen leven en nietleven, wel tussen geluid en stilte. Echt besef van de dood hebben ze dus nog niet. Wel leeft bij hen een schrik om gescheiden te worden van mama, papa of andere personen waarvan ze liefde ontvangen.
Kleuters (3-5 jaar) kunnen geleidelijk aan het onderscheid maken tussen leven en dood, al vatten ze nog niet volledig de betekenis van de dood. Het is voor hen een soort slaap, iets dat slechts tijdelijk is. Ze leggen ook verbanden waar er geen zijn, zo kan het zijn dat een kleuter denkt dat het zijn schuld is dat zijn grootvader overleden is omdat hij niet geluisterd heeft naar deze. Daardoor stellen ze vaak vreemde vragen aan een volwassene, zoals ‘kan ik nog eens op bezoek gaan bij opa?’. Kinderen op deze leeftijd leren ook dat er een verband is tussen dood en verdriet. Het is voor hen niet eenvoudig om hun gevoelens te verwoorden. Daardoor kan het zijn dat ze dit uiten in boosheid of in afhankelijk gedrag, of dat ze terugvallen in bepaald gedrag dat ze al afgeleerd hadden, zoals op hun duim zuigen.
3
Kinderen van 6 tot 9 jaar beginnen in te zien dat de dood niet iets tijdelijk, maar voor altijd is. Ze begrijpen nog niet volledig wat de dood precies inhoudt. Op deze leeftijd stellen kinderen veel waarom-vragen. Het is niet erg als je hierop geen antwoord kan vinden. Toegeven dat je het niet weet, brengt vaak meer openheid in het gesprek. Het is belangrijk te weten dat naar hen geluisterd wordt en dat ze erbij horen. Het is belangrijk om hen de werkelijkheid te tonen of zeggen, want op deze leeftijd hebben kinderen vaak een rijke fantasie die zaken erger kan maken dan ze in werkelijkheid zijn. Bij kinderen van 10 tot 12 jaar groeit stilaan het besef dat iedereen zal sterven. De dood is deel van het leven, maar is voor hen nog zeer verbonden met ouderdom. Op emotioneel vlak proberen ze zich onafhankelijk op te stellen. Ze willen het zelf oplossen omdat ze niet kinderachtig willen doen. Daardoor ontkennen ze hun gevoelens van verdriet en pijn terwijl ze wel degelijk nood hebben aan iemand die hen troost. Het kan zijn dat ze daarom lastig en opstandig gedrag vertonen. Zo worden ze dikwijls gestraft omdat een volwassene dit ziet als ongepast gedrag, hoewel ze net nood hebben aan troost en aandacht.
4
Jongeren hebben een doodsbesef zoals een volwassene. Emotioneel is het voor hen dubbel: ze zijn bezig zich los te maken van de ouders omdat ze daar nu eenmaal de leeftijd voor hebben, terwijl ze net op dit moment nood hebben aan de steun van hun ouders. Dit weerhoudt hen soms steun te zoeken en ze doen zich stoer voor. Om over hun emoties te praten zoeken ze liever een leeftijdsgenoot op, hoewel die niet altijd evenveel begrip kan opbrengen. Zo voelt de jongere zich vaak eenzaam met zijn/haar verdriet. Op deze leeftijd zijn jongeren ook heel veel bezig met zingeving. Ze zitten met veel vragen over het leven en wanneer iemand uit hun directe omgeving overlijdt, zijn ze hierdoor zeer diep geraakt.
Rouwarbeid Arbeid betekent dat er enkele taken moeten volbracht worden. Bij het rouwen onderscheidt men vier taken. Deze wisselen elkaar af en een bepaalde taak in het rouwen kan terugkeren. 1. Aanvaarden van de dood en het verlies . Kinderen moeten leren accepteren dat iemand dood is en nooit meer terugkomt. Boodschappen als ‘opa slaapt nu voor altijd’ of ‘mama is weggegaan’ zijn verwarrend en dus beter te vermijden. Geef 5
juiste en duidelijke informatie en houdt hierbij rekening met de leeftijd van je kind. Wees eerlijk als je kind vragen gaat stellen. Wanneer je het niet weet, is dat niet erg en zeg dit dan ook zo aan je kind. Afscheid nemen van de overledene is essentieel voor kinderen. Indien je beslist om je kind een laatste groet te laten brengen aan de overledene, kan je dit best goed voorbereiden. Je brengt best zelf op voorhand jouw laatste groet uit, zodat je dan tot in detail kan vertellen aan je kind hoe het zal zijn wanneer hij/zij zelf gaat. Soms wordt besloten om kinderen geen afscheid te laten nemen. Bij de uitvaartplechtigheid is het belangrijk om je kind te laten deelnemen aan het gebeuren. Het ritueel van afscheid nemen is voor een kind zeer zinvol. Probeer te vertrekken vanuit je kind zelf, vanuit wat het zelf aangeeft dat het wil doen. Geef je kind hiertoe de kans, maar maak er zeker geen verplichting van. Myriam en Gunther hebben samen drie kinderen. Myriam liet plots en volkomen onverwacht het leven. In de aanloop tot de uitvaartplechtigheid bekijkt Gunther met de kinderen of zij mama nog een laatste iets willen geven. Liese maakt zelf graag nog een grote ruiker papieren bloemen voor
6
mama. Emma schrijft haar nog een laatste brief met vele hartjes en hoe graag ze mama wel ziet. En Tim maakt voor haar nog een laatste mooie tekening. Elk zullen ze hun laatste geschenkje zelf op de kist leggen zodat dit voor altijd bij mama blijft.
2. De pijn doorstaan. Kinderen voelen ook verdriet, alleen kunnen ze het nog niet verwoorden als een volwassene. Dikwijls proberen kinderen hun verdriet te onderdrukken uit bescherming voor hun ouders. Dit kan lange tijd duren, ze wachten tot ze voelen dat hun ouders er klaar voor zijn hun verdriet op te vangen. Het is goed dat je kind terecht kan bij een vertrouwenspersoon buiten het gezin. Als ouder lukt het je niet altijd om je kind goed op te vangen omwille van je eigen verdriet. Dit is zeker normaal en het is daarom goed wanneer je kind bij iemand anders terecht kan op zulke momenten. Kinderen tonen hun verdriet meer via kwaadheid in plaats van tranen. Daardoor vinden volwassenen dat ze zich lastig gedragen. Het is hun manier om hun verdriet te uiten. Zeg hen dat ze dit kunnen, maar er mogen grenzen gesteld worden aan hun gedrag. Sarah (5 jaar) verloor drie weken geleden haar grootvader met wie ze vaak samen leuke dingen deed. Moeder vertelt hoe Sarah de laatste tijd niet meer luistert. Sarah speelt met haar poppen en wil daarna kleuren. Moeder vraagt
7
haar eerst haar poppen wat aan de kant te doen, waarop Sarah boos wordt en een pop naar moeders hoofd gooit. Dit gebeurt wel vaker; moeder vraagt Sarah wat en krijgt een bot antwoord of Sarah schopt op speelgoed of gooit ermee in het rond. Dit deed Sarah nooit! Als Sarah deze reactie heeft op een verzoek van moeder, gaat moeder rustig naar Sarah en vertelt haar te weten dat Sarah opa mist, dat ze veel verdriet heeft. Moeder vraagt haar in het vervolg bij haar te komen als ze dit wil, maar dat gooien met en schoppen op speelgoed écht niet kan.
Je kan je kind niet afschermen tegen pijn en verdriet, je kan enkel helpen om de pijn te leren dragen. Neem voldoende tijd en ruimte voor jezelf, dan pas kan je ruimte tot verwerken geven aan je kind. 3. Een plaats geven aan het verdriet en zich aanpassen aan de
nieuwe situatie. Zingevingsvragen zullen zeker aan bod komen. Een kind maakt zich de voorstelling van ‘de hemel’, gelijk welk geloof het gezin heeft. Laat je kind dit denken en sta open voor de ideeën van je kind. Het is belangrijk om te voelen dat je die gedachten kan delen met anderen. Kinderen maken hierbij soms gebruik van rituelen en symbolen om ‘contact’ te houden met de overledene. Het is een manier om met het verdriet over de dood om te gaan. Het kan zijn dat je kind hiervoor je ‘toestemming’ wil om het ritueel uit te 8
voeren. Met andere woorden, je kind vraagt dat je het ritueel van afscheid nemen wil respecteren. Oma had zo haar eigen gewoonten. Zo kon ze in haar schommelstoel rustig haar lievelingsmelodietje zitten beluisteren. Sinds oma er niet meer is, hield Jonas (8 jaar) er nogal aan de schommelstoel van oma bij hem op de kamer te hebben. Moeder gaf hem daarnaast ook spontaan het muziekje van oma. Regelmatig gaat hij nu in oma’s schommelstoel zitten met haar melodietje op de achtergrond.
4. Een nieuwe plaats voor de overledene en verder bouwen
aan het eigen leven. Wanneer je aan de overledene denkt, word je niet langer overmeesterd door intens verdriet. Kinderen gaan beseffen dat ze de overledene nooit zullen vergeten en tonen dit ook. Er leeft bij hen opnieuw een vertrouwen in de toekomst. Pas in deze fase kunnen kinderen een nieuwe partner voor moeder of vader aanvaarden.
Praten helpt Enkele handvaten om je kind te ondersteunen: -
Geef je kind juiste en directe informatie over het overlijden. Ook al is het goed bedoeld, informatie achterhouden komt altijd uit. Kinderen komen het vroeg of laat toch te weten. Het is 9
beter dat ze het horen van de ouders. Als je het niet in één keer kunt vertellen, doe het dan in stapjes, maar wees er eerlijk over en zeg bijvoorbeeld ‘ik vertelde niet alles omdat ik het zelf moeilijk had, ik zal nu proberen om je alles uit te leggen’. Soms is het nodig om informatie meermaals te geven, zodat het geleidelijk aan kan doordringen. -
Toon je eigen gevoelens aan je kind. Als je zelf je gevoelens verbergt voor je kind, denkt je kind dat het zelf ook niet mag wenen of boos zijn. Dat maakt het verdriet voor hen des te lastiger om te dragen. Leg ook uit aan je kind waarom je soms zo heftig reageert. Als het voor jezelf te moeilijk is, kan een andere volwassene hulp bieden, zoals een leraar, familie of vriend.
-
Praat over de overledene. Kinderen gaan anders denken dat hij/zij al vergeten is omdat er niet meer over gepraat wordt. Erover praten helpt het kind om het overlijden te begrijpen en te verwerken.
-
Geef je kind tijd om het te begrijpen . Kleine kinderen zullen geneigd zijn vreemde vragen te stellen, soms pijnlijke vragen. Laat hen die vragen stellen. Het is niet erg als je niet onmiddellijk iets weet te antwoorden. Zeg dat ook aan je kind en vertel erbij dat je erover moet nadenken en dadelijk zal antwoorden. 10
-
Onthoud dat kinderen niet lang bezig kunnen zijn met hevige gevoelens. Kinderen praten er even over, maar gaan daarna snel over op iets anders. Ook op andere manieren kunnen zij uitdrukken wat ze voelen en denken. Denk bijvoorbeeld aan tekeningen, hard tegen een bal schoppen, opstandig gedrag, …
-
Laat je kind met haar/zijn verdriet bezig zijn. Huilen mag en kan. Het is een manier om hun verdriet te uiten. Je kunt je kind niet vertellen hoe het zich moet voelen, maar je kunt hem wel de kans geven om te vertellen.
-
Geef voorrang aan de gevoelens van je kind. Wanneer je kind wil praten, stop dan met wat je bezig bent. Ga zitten en maak tijd voor je kind.
-
Informeer je kind over mogelijke reacties en gevoelens . Kinderen hebben vaak schuldgevoelens over de dood van de dierbare. Het is belangrijk om hierover met je kind te praten en duidelijk te maken dat het kind geen schuld heeft aan het overlijden.
-
Geef aan je kind de verzekering dat het leven en het gezin verder gaan. Kinderen hebben nood aan bepaalde gewoontes. Zeg hen dat het nu momenteel even moeilijk is, waardoor niet alles verloopt zoals altijd, maar verzeker hen dat het in de toekomst weer rustiger zal worden. Probeer zoveel mogelijk continuïteit te bewaren in hun leven. Het is beter om hen niet 11
te lang van school weg te houden. Ook is het aan te raden hen thuis te laten. Indien het moeilijk is om de zorg alleen op te nemen, vraag dan tijdelijk wat hulp in huis maar probeer je kind thuis te laten. -
Geef je kind de kans om de eigen gedachten en gevoelens uit te spreken. Aanvaard ook de negatieve gevoelens van je kind met betrekking tot de overledene. Dergelijke gevoelens kunnen en mogen.
-
Geef je kind het gevoel dat het een kind mag zijn. Maak je kind duidelijk dat het mag spelen en dat het niet moet reageren zoals de volwassenen dat willen. Zeg dat niemand verwacht dat hij/zij zich de hele tijd droevig moet voelen.
-
Erken dat je kind meer verliest dan de dierbare persoon in kwestie. Bij het overlijden van bijvoorbeeld de vader, is deze niet meer aanwezig op een voetbalmatch. Of bij het overlijden van broer of zus, verliest het kind bijvoorbeeld het contact met de vrienden van broer of zus. Men mist het verdere leven van de overledene en dit is zeer voelbaar op belangrijke momenten in het leven zoals afstuderen, trouwen, eerste werk, …
-
Moedig je kind aan om te praten met vrienden . Sommige gevoelens kunnen jongeren beter uiten bij leeftijdsgenoten. Geef hen hiervoor de ruimte en stimuleer hen hiertoe. Maak echter wel duidelijk dat ze ook bij jou terecht kunnen. 12
-
Vraag de omgeving om aandacht te hebben voor je kind. Vaak wordt door de omgeving vergeten dat kinderen ook rouwen. Het is belangrijk dat een kind voelt dat het ook speciale aandacht krijgt van de mensen rondom zich. Bijvoorbeeld een kaartje of brief sturen naar het kind is een gebaar om te tonen dat je met hem/haar meevoelt. Post krijgen betekent immers veel voor kinderen. Kinderen en jongeren kunnen ook terecht in rouwgroepen. In deze groepen komen ze in contact met lotgenoten. Mensen van hun eigen leeftijd die weten wat het is om een dierbare te verliezen komen samen en praten over hun verlies. Voor sommige jongeren en kinderen kan dit zeer veel betekenen. Verplicht hen zeker niet om hieraan deel te nemen. Geef ze de kans ertoe en laat hen de vrijheid er zelf over te beslissen. Er zijn verschillende methoden om met je kind op een meer kindgerichte luchtigere manier te praten over het overlijden. Een gewoon gesprek zoals tussen twee volwassenen is voor hen dikwijls te zwaar. Een kind houdt dat niet lang vol en kent bovendien nog andere manieren om te communiceren, zoals via tekeningen en spel.
13
Voor meer informatie over hoe met je kind te praten over het overlijden van een dierbare, raadpleeg de opvoedingswinkel of lees:
deel
2
in
‘Kinderen
helpen
na
een
schokkende
gebeurtenis’ (te raadplegen in onze bibliotheek).
14
Hulp of informatie nodig? Solidariteit voor het Gezin – Afdeling Hopon A.&M. Hellinckxstraat 45 – 1083 Ganshoren Tel.: 02/421.79.91 - E-mail:
[email protected] www.solidariteit.be
Meer lezen? Voor ouders:
Stil verdriet. Manu Keirse.
Helpen bij verlies en verdriet. Een gids voor het gezin en de hulpverlener. Manu Keirse.
Kinderen helpen na een schokkende gebeurtenis. Praktische gids na een misdrijf of een plotseling overlijden. Slachtofferhulp van Steunpunt Algemeen Welzijnswerk.
Voor kinderen en/of jongeren:
Een laatste brief. Wilma Geldof (voor jongeren).
Ik mis je. Paul Verrept.
Lieve oma pluis. Dick Bruna.
Musti. Afscheid nemen.
15
Zie ook rouwkoffer.
Voor hulpverleners Idem als voor ouders.
‘Dit doe je kinderen niet aan’. Het begeleiden van kinderen op bezoek bij een stervende. Johan Snoeck.
Een heel klein beetje oorlog. Omgaan met traumatische ervaringen. Erik De Soir.
Werkpakketten
Rouwkoffer
Websites www.achterderegenboog.nl – mooie website voor kinderen en jongeren.
www.missingyou.be – rouwgroep voor jongeren. Bovenstaande boeken werden ook gebruikt bij het opmaken van deze brochure. Deze boeken en werkpakketten zijn ontleenbaar in onze bibliotheek. Deze brochure is een realisatie van Solidariteit voor het Gezin.
16