1
verkort jaarverslag 2005 Stichting Pensioenfonds Interpolis
SPI
2 interne ontwikkelingen
3 externe ontwikkelingen
4 beleggingen
5 kerncijfers
6 jaarrekening
7 statutaire colleges
Hans Eckhardt, 54 jaar, lid deelnemersraad SPI en lid benoemingscommissie werknemersbestuursleden. Momenteel help en adviseer ik mensen met hun financiële administratie, in de ruimste zin van het woord. Ook zit ik in de deelnemersraad en de benoemingscommissie van SPI. Zelf ben ik een gewezen deelnemer. Het is belangrijk dat deze groep mensen een stem heeft, daarom heb ik mezelf destijds kandidaat gesteld. Ik kom uit het pensioenvak en door mijn activiteiten voor SPI blijf ik daarvan op de hoogte. Het gaat tenslotte ook om mijn eigen pensioen. Voor extra vermogen later verzamel ik kunst. Ik heb al een aardige collectie opgebouwd. Voornamelijk schilderijen. Van deze spaarvorm geniet ik elke dag.
1
Stichting Pensioenfonds Interpolis
interne ontwikkelingen
Hoe staat ons pensioenfonds ervoor? Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen? In dit verkort jaarverslag over 2005 vindt u de hoofdzaken. Wilt u meer weten? U kunt het volledige verslag aanvragen bij het Klant Contact Center.
Samenvoeging SPI/Solidair In 2004 werd de fusie tussen Stichting Personeelpensioenfonds (PPF) en Stichting Pensioenfonds Interpolis Groningen (SPIG) afgerond. Per 1 oktober 2004 ontstond Stichting Pensioenfonds Interpolis (SPI).
2005 was het eerste volledige levensjaar van Stichting Pensioenfonds Interpolis (SPI). In dit jaar is binnen Interpolis verder gebouwd aan één pensioenregeling en één pensioenfonds voor alle werknemers. De hoofddirectie heeft in 2005 aangegeven dat zij de deelnemers binnen de verzekerde regeling van Interpolis (Solidair Pensioen) wil overhevelen naar SPI. Naar verwachting wordt deze overgang in 2006 afgerond. 2005 stond vooral in het teken van het verdwijnen van de fiscale ondersteuning voor VUT en prepensioen. Dit zal leiden tot een nieuwe pensioenregeling. Inmiddels is duidelijk hoe de nieuwe regeling er uit gaat zien. Daarnaast is gesproken over de consequenties van het nieuw Financieel Toetsingskader. Deze consequenties worden op dit moment voor het fonds in kaart gebracht.
Op 21 april 2005 heeft de hoofddirectie verzocht om de deelnemers van Interpolis uit Solidair Pensioen per 1 januari 2006 op te nemen in SPI. Het bestuur van SPI liet op 3 mei 2005 weten akkoord te gaan met de overname, mits werd voldaan aan enkele randvoorwaarden. Eind 2005 hebben het bestuur en de hoofddirectie overeenstemming bereikt over de overgang. Ook de deelnemersraad en de Centrale Ondernemingsraad (COR) hebben positief geadviseerd c.q. ingestemd. Naar verwachting wordt de overgang in 2006 afgerond. Bestuur Het bestuur van SPI bestaat uit acht leden (zie ‘Statutaire colleges’). In 2006 wil het bestuur het aantal bestuurszetels uitbreiden naar twaalf. Dit met het oog op de overgang van de Interpolispopulatie uit Solidair naar SPI. De werkgeversleden worden benoemd door de werkgever. De werknemersleden worden gekozen uit de deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden. De werknemersleden worden benoemd door de benoemingscommissie. Het voorzitterschap wordt afwisselend (voor de periode van een jaar) bekleed door de werkgeversvoorzitter of de werknemersvoorzitter. Het bestuur heeft een aantal bestuursonderwerpen in commissies belegd.
2
Deelnemersraad De deelnemersraad bestaat uit elf leden. Zes leden hebben zitting namens de actieve deelnemers, één namens de gewezen deelnemers en vier namens de gepensioneerden. Het bestuur en de deelnemersraad willen de deelnemersraad in 2006 uitbreiden tot negentien leden. De reden hiervoor is de eerder genoemde overgang van de Interpolispopulatie uit Solidair Pensioen naar SPI.
• • • •
Naast de gebruikelijke bevoegdheden heeft de deelnemersraad een verzwaard adviesrecht op de volgende onderdelen: fusie en liquidatie; collectieve waardeoverdracht en -overname; reglements- en statutenwijzigingen; besluiten over wijzigingen van rechten en plichten van belanghebbenden indien de financiële situatie dit vereist. Het bestuur moet een verzwaard advies van de deelnemersraad opvolgen, tenzij daartegen zwaarwegende argumenten zijn. Indexatie Het fonds streeft ernaar de ingegane pensioenen en de aanspraken van arbeidsongeschikte en gewezen deelnemers jaarlijks per 1 januari te indexeren. Het fonds kent de indexatie uitsluitend toe als de beschikbare middelen dit naar de mening van het bestuur toelaten, of als de werkgever hiervoor de middelen beschikbaar stelt. De hoogte van de indexatie wordt bepaald aan de hand van de ontwikkeling van een prijsindexcijfer. Conform dit beleid heeft het bestuur besloten om de prijsontwikkeling volledig te compenseren. Dit gebeurt door de toekenning van een toeslag van 1,54%. Ook is de grondslag van de arbeidsongeschikte deelnemers verhoogd met 1,54%.
De opgebouwde rechten van de actieve deelnemers in de middelloonregeling worden jaarlijks onvoorwaardelijk verhoogd. Deze verhoging is steeds gelijk aan de desbetreffende CAOverhoging. In verband met de CAO-loonontwikkeling in 2005 zijn de pensioenaanspraken van de actieve deelnemers per 1 januari 2006 met 1,25% verhoogd. Premie en franchise De premie bedroeg in 2005 25% van het 12-maandssalaris; de franchise bedroeg f 16.208,-. De franchise voor 2006 bedraagt f 16.514,-. Eigen bijdrage Vanaf 1 januari 2005 geldt voor alle medewerkers van Interpolis een eigen bijdrage in de pensioenpremie. De afspraken zijn voor Interpolis Verzekeringen N.V. en Interpolis Mens & Werk Bedrijfszorg N.V. gelijk. Inkoop werkgever VPL Vanaf 1 januari 2006 worden alle pensioenbepalingen gericht op pensioenopbouw vóór de 65-jarige leeftijd fiscaal niet meer ondersteund. Hetzelfde geldt voor bepalingen met een VUT-karakter, zoals de overgangsregelingen uit het pensioenreglement van Interpolis. Voor medewerkers voor wie de overgangsregelingen uit het pensioenreglement komen te vervallen, is in de CAO een compensatie afgesproken. Deze compensatie geldt voor: • medewerkers geboren op of na 1 januari 1950; • medewerkers van oud-Beon, oud-Commit en oud-Relan die voor 1 januari 2003 in dienst zijn getreden. Deze medewerkers hebben recht op een structureel budget van 1% van de voor hen geldende loonsom. Voor de medewerkers die zijn geboren voor 1 januari 1950 blijft de huidige pensioenregeling gelden.
externe ontwikkelingen
Met instemming van de COR is besloten het budget van 1% te gebruiken voor een eenmalige inkoop van extra pensioenrechten. In 2005 is de eenmalige inkoop opgenomen in de voorziening pensioenverplichtingen van het fonds. De inkoopsom voor de werkgever is vastgesteld. Deze inkoopsom is inclusief 30% opslag ter voorkoming van verwatering van de dekkingsgraad. Dekkingsgraad De dekkingsgraad is de verhouding tussen het pensioenvermogen en de pensioenverplichtingen. Het is een indicator voor de financiële positie van pensioenfonds. De dekkingsgraad van SPI was per 31 december 2005: • 141%, op basis van 4% rekenrente • 134%, op basis van de marktwaarde Traditioneel hanteren pensioenfondsen voor het bepalen van de voorziening pensioenverplichtingen een rekenrente van 4% om de toekomstige verplichtingen contant te maken. Deze rekenrente werd beschouwd als een verstandige benadering van het rendement dat het fonds zeker zou behalen. Door de structureel lage rentestand van de afgelopen tijd is de marktrente in 2005 echter beneden dit niveau terechtgekomen. In 2005 is om die reden ultimo jaar de voorziening omgerekend naar de lagere marktwaarde. • • Kerstpakket In 2005 is aan de gepensioneerden en nabestaanden van het fonds een kerstpakket verstrekt.
Fiscale ondersteuning VUT en Prepensioen Per 1 januari 2006 zijn regelingen voor VUT, prepensioen of overbruggingspensioen fiscaal niet meer ondersteund. De richtleeftijd voor ouderdomspensioen is opgeschoven naar 65 jaar. Hierbij geldt wel een overgangsregeling. Kort gezegd komt deze erop neer dat voor werknemers die op 31 december 2004 55 jaar of ouder waren de fiscale ondersteuning blijft gelden, inclusief de mogelijkheid van VUT, prepensioen of overbruggingspensioen. WIA Op 29 december 2005 is de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) in werking getreden, als opvolger van de Wet Arbeidsongeschiktheid (WAO). De WIA bestaat uit twee delen: de Regeling Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) en de Regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Het nieuwe stelsel geldt alleen voor werknemers die ziek zijn geworden op of na 1 januari 2004. Pensioenwet Aan het eind van het verslagjaar is het wetsvoorstel voor de Pensioenwet ingediend bij de Tweede Kamer. De nieuwe wet is de vervanger van de huidige Pensioen- en spaarfondsenwet. Een van de hoofdpunten uit het wetsvoorstel is dat de werkgever en het pensioenfonds veel aandacht moeten besteden aan communicatie. Het pensioenfonds moet de deelnemer duidelijk en uitgebreid informeren over zijn pensioenrechten. Daarnaast moet aandacht worden besteed aan de transparantie van het pensioenfonds over zaken als het premieen indexatiebeleid.
3
Financieel toetsingskader In de Pensioenwet staan straks de regels die De Nederlandsche Bank (DNB) heeft opgesteld voor het financiële toezicht op pensioenfondsen. Dit heet het Financieel Toetsingskader (FTK). De belangrijkste punten uit het FTK zijn: • een kostendekkende premie, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke kenmerken van het fonds en de mogelijkheden tot het stabiliseren van de premie; • de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen op basis van marktwaardering; • de vaststelling van het vereiste eigen vermogen en de bepaling van de vermogenspositie van het fonds.
De Stichting van de Arbeid (STAR) heeft een rapport opgesteld dat ingaat op de principes voor goed pensioenfondsbestuur. Deze principes zijn erop gericht de kwaliteit, zorgvuldigheid en openheid van pensioenfondsbesturen en pensioenuitvoerders op een hoger plan te brengen. De STAR roept de pensioenfondsen en pensioenuitvoerders op deze principes toe te passen en ze een invulling te geven die past bij het eigen fonds. Op deze manier kan worden gezorgd voor de invoering en vormgeving van een eigentijds systeem van pension fund governance.
DNB heeft in overleg met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten dat het FTK voor pensioenfondsen pas per 1 januari 2007 verplicht is. In 2006 kunnen fondsen, net als in 2005, op vrijwillige basis kiezen voor een overstap naar het FTK-regime.
Zorgverzekeringswet Sinds 1 januari 2006 is de Zorgverzekeringswet van kracht. Deze wet heeft de nodige gevolgen voor de administraties van pensioenfondsen. Het belangrijkste gevolg is dat er een inkomensafhankelijke bijdrage van 4,4% (in sommige gevallen 6,5%) ingehouden moet worden op de uitkeringen. Dit tot een maximumgrondslag van f 30.015,-.
Pension fund governance De samenleving vraagt van bedrijven, instellingen en organisaties dat zij toezicht houden op hun eigen functioneren en verantwoording afleggen aan hun kring van belanghebbenden. Ook de pensioensector moet consequenties verbinden aan de brede discussie over governance. Bij pensioenfondsen gaat het daarbij vooral om twee aspecten. Enerzijds om de wijze waarop verantwoording wordt afgelegd aan de belanghebbenden. Anderzijds om de wijze waarop het interne toezicht is georganiseerd.
FVP-regeling Werknemers die vanaf 1 januari 2008 een WW-uitkering ontvangen, krijgen voor hun pensioenopbouw geen bijdrage meer uit de FVP-regeling. Dat is besloten door de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP). Al sinds 2000 kampt het FVP met toegenomen uitgaven en dalende inkomsten. Werknemers die tot 1 januari 2008 een WW-uitkering ontvangen blijven zoveel mogelijk ongemoeid. Het FVP geeft voor deze werknemers echter geen harde garanties waar het gaat om de extra bijdrage.
Anne Sophie-Blom, 83 jaar, weduwe. Mijn man heeft een tijdje bij Interpolis gewerkt. Hij was jurist. Via een aantal tussenstappen werd hij uiteindelijk rechter in Utrecht. Het was de bedoeling dat hij dit tot zijn pensioen zou blijven doen. Helaas overleed hij te vroeg. Door alle stappen in zijn loopbaan heb ik nu zeven kleine nabestaandenpensioentjes. Ik klaag niet, maar het is best wat werk om het bij te houden. Ik schrijf nogal wat brieven naar de pensioenfondsen. Nee, een computer heb ik niet. Ik lees liever een goed boek.
4
beleggingen
kerncijfers
Wereldwijd ontwikkelde de economie zich goed in 2005. Ondanks een aantal omstandigheden die niet positief waren voor de economische groei. De economische groei werd grotendeels veroorzaakt door consumentenbestedingen, nieuwe investeringen en een aantrekkende export. Hierbij gelden de nodige accentverschillen tussen de regio’s. Rendement Het rendement op bedrijfsobligaties was over het gehele jaar bezien lager dan het rendement op staatsobligaties. De positieve stemming rond bedrijfsobligaties lijkt om te slaan. Na jaren van herstructurering van de balans van de onderneming lijken bestuurders nu meer en meer het accent te leggen op het creëren van aandeelhouderswaarde. Op jaarbasis liet de aandelenportefeuille een outperformance noteren ten opzichte van de benchmark van 0,1%. Onderstaande tabel geeft de performance weer ten opzichte van de benchmark. Een en ander is uitgesplitst naar de verschillende categorieën waarin wordt belegd.
Aantallen per 31 december Deelnemers mannen vrouwen
Arbeidsongeschikte deelnemers mannen vrouwen Gewezen deelnemers mannen vrouwen Pensioengerechtigden ouderdomspensioen nabestaandenpensioen wezenpensioen invaliditeitspensioen
Bijdragen (x g 1.000,-)
Liquide middelen Aandelen Vastrentende waarden Niet-beursgenoteerde aandelen Direct onroerend goed Indirect onroerend goed Totaal
2005 3,4% 27,5% 5,1% 20,3%
Benchmark 2005 2,2% 27,4% 5,1% 3,1%
10,4% 35,3% 13,2%
10,2% 31,5% 12,4%
Uitkeringen (x g 1.000,-) Voorziening pensioenverplichtingen (x g 1.000,-) deelnemers arbeidsongeschikte deelnemers gewezen deelnemers pensioengerechtigden
Omrekening van 4% rekenrente naar marktwaarde
Beleggingen (x g 1.000,-)
5 2005
2004
851 1.072 1.923
927 1.198 2.125
35 56 91
32 43 75
1.129 1.587 2.716
913 1.230 2.143
371 288 30 91 780
378 295 25 76 774
41.291
29.886
9.291
9.550
90.259 11.120 53.306 81.979 236.664
60.874 9.111 34.401 82.915 187.301
10.665
-
247.329
187.301
261.966
222.001
6
jaarrekening Rekening van baten en lasten over het boekjaar 2005
Balans per 31 december 2005 (na resultaatbestemming)
Baten (x g 1.000)
Activa (x g 1.000)
beleggingen herverzekering vorderingen liquide middelen Totaal activa
2005
2004
bijdragen
41.291
29.886
2.790
inkomende waardeoverdrachten
29.008
2.158
63.967
10.539
directe beleggingsopbrengsten
21.134
7.939
9.098
13.637
koersresultaat beleggingen
9.606
8.955
337.691
248.967
629
649
101.668
49.587
2005
2004
uitkeringen
9.291
9.550
uitgaande waardeoverdrachten
1.190
642
61.001
16.202
36
35
595
544
Totaal lasten
72.113
26.973
Voordelig saldo
29.555
22.614
101.668
49.587
2005
2004
261.966
222.001
2.660
uitkering herverzekering Totaal baten
Lasten (x g 1.000,-)
Passiva (x g 1.000) 2005
2004
86.147
56.592
247.329
187.301
overige voorzieningen
2.682
1.839
toevoeging aan de voorzieningen
schulden
1.533
3.235
premie herverzekering
337.691
248.967
kapitaal en reserves Voorziening pensioenverplichtingen
Totaal passiva
kosten
7
statutaire colleges Bestuur Werkgeversleden
Werknemersleden
R.P.S. van Rijn H. Schaacke M. Simon R.M.J. van der Zant
werkgeversvoorzitter
E. Bakker H.B.G. Gelling T. Roorda W. Verhaak
werknemersvoorzitter
Per 1 maart 2005 is de heer G.A.J. Verhoeven afgetreden. Dit in verband met het verlaten van Interpolis Pensioenbeheer B.V. Deelnemersraad Actieve deelnemers
G.W. de Boer J. van Dijk M. Klok R.O. Kluiver P.W. Lowies Vacature
Gewezen deelnemers
J.L. Eckhardt
Gepensioneerden
W. Derksen B. Henssen C. Stuiver Vacature
voorzitter secretaris plaatsvervangend voorzitter
Op 11 maart 2005 is de heer H.M.A. van Heuveln afgetreden als lid van de deelnemersraad namens de actieve deelnemers. Op dezelfde datum zijn drie nieuwe vertegenwoordigers voor de actieve deelnemers benoemd: mevrouw G.W. de Boer en de heren J. van Dijk en P.W. Lowies. Op 1 oktober 2005 is mevrouw J. Haan afgetreden als lid van de deelnemersraad namens de actieve deelnemers. Op dezelfde datum is de heer C. Stuiver benoemd als lid van de deelnemersraad namens de gepensioneerden. Namens de gewezen deelnemers is de heer J.L. Eckhardt aangesteld als lid. Administrateur Interpolis Pensioenbeheer B.V.
Groningen
Vermogensbeheerders Beon Vermogensbeheer N.V. Interpolis Pensioenen Vermogensbeheer B.V. Interpolis Vastgoed B.V.
Groningen Zoetermeer Zoetermeer
Actuaris Mercer Human Resource Consulting B.V.
Rotterdam
Accountant Ernst & Young Accountants
Groningen
Compliance officer Internal Audit Interpolis
Tilburg
Ineke Hendriks, 42 jaar, schadecorrespondente stichting Rechtsbijstand. Toen we ons huis kochten hebben we laten narekenen of onze oudedagsreserves in orde waren. Niet dus. We hebben toen direct extra voorzieningen afgesloten. Ik heb gekozen voor de mogelijkheid om mijn pensioen aan te vullen. Mijn man en ik willen met 62 jaar stoppen met werken. Daar mikken we nog steeds op. Ik heb geen pensioenbreuk. Mijn man zit in de bouw en heeft veel verschillende werkgevers gehad. Alles bij elkaar hopen we er later leuke dingen van te gaan doen. We reizen graag. Onze vijver is onderhoudsvrij en de kinderen zijn al rond de twintig, dus die redden zich wel. We kunnen weg wanneer we willen.
Stichting Pensioenfonds Interpolis Postbus 718 9700 AS Groningen (T) 050 523 54 44 (F) 050 523 59 99
[email protected]