Vergadering Dialoogtafel 12 januari 2015 Aanwezig: Jan Kamminga, Mark Dierikx, William Moorlag, Emme Groot, Albert Rodenboog, Willie Dieterman, Jan Wigboldus, Jan Boer, Harald Binnekamp, Corine Jansen, Lambert de Bont, Peter Breukink, Annette van Velde, Siegbert van der Velde en Cor Zijderveld. Afwezig: Jacques Wallage Aanwezig van de Technische Tafel: Harry van der Meijden, Jan van Herk, Dick Tommel
1)
Opening Jan Kamminga opent de vergadering en heet een ieder van harte welkom.
2) Ontwikkelingen gaswinningsbesluit / publieke domein Minister Kamp is aanwezig om toelichting te geven op het gaswinningsbesluit, op de stand van zaken inzake de NPR en op de ontwikkelingen in het publieke domein. Corine Jansen geeft namens GBB bij minister Kamp aan dat de minister de Tafel heeft ingesteld om via deze Tafel te communiceren met de bevolking. Namens de bevolking heeft het GBB een manifest aan het Provinciehuis gespijkerd met de volgende tekst; Minister Kamp, kies voor onze veiligheid! - Wij Groningers hebben, als alle Nederlanders, het recht om veilig te wonen en te werken! - Wij Groningers vinden het onverteerbaar om steeds in angst voor aardbevingen te moeten leven! - Wij Groningers verafschuwen dat de aardbevingen ons prachtig cultureel erfgoed te gronde richten! - Wij Groningers vinden het onmenselijk dat de aardbevingen steeds meer Groningers gijzelen in beschadigde, onverkoopbare huizen! Wij eisen: - Dat u, vanuit uw wettelijke plicht de veiligheid van onze inwoners daadwerkelijk behartigt en voorop stelt! - Dat u het voorzorgsprincipe in acht neemt en onmiddellijk stopt met het winnen van gas! - Dat u garant staat voor een onafhankelijke afhandeling van schade en versterking van woningen! - Dat u bewoners van onverkoopbaar geworden huizen een passend uitkoopaanbod doet! - Dat u onze regio waarvan belang en imago zijn geschaad, structureel compenseert! De minister neemt het manifest in ontvangst en geeft aan dat hij dit ook zal overhandigen aan het kabinet. De heer Kamp geeft tevens aan niet inhoudelijk meteen op alle punten uit het manifest te reageren. De minister reageert wel op het stoppen van de winning met de opmerking dat onmiddellijk stoppen met winnen niet realistisch is, omdat mensen in het hele land afhankelijk zijn van gas. De minister geeft ook aan dat hij bij aanvang van zijn ministerschap met deze problematiek is geconfronteerd, hij heeft het SodM destijds gevraagd een advies uit te brengen wat er speelde in Groningen en wat daar aan gedaan moest worden. Dat onderzoek is gedaan gedurende een jaar, op grond daarvan is een aangepast advies van het SodM gekomen waarin is geadviseerd om de gaswinning te reduceren naar 42,5 miljard kuub voor 2014. Vervolgens kwam de aardbeving bij Ten Boer met impact in de stad Groningen. De minister heeft vervolgens aan de NAM gevraagd om voor definitieve de besluitvorming een analyse te maken en aan SodM vervolgens gevraagd om daar advies op te geven. Dit heeft geleid tot het advies om de winning in het zuiden van het veld (Menterwolde/Hoogezand-Sappemeer) met 30% terug te brengen. Het conceptwinningsbesluit gaat uit van winning van 39,4 miljard kuub in 2015. Dat besluit is de inspraak ingegaan. Hierop zijn 115 unieke zienswijzen ingediend. In de lijn met de informatie die de minister met de Kamer heeft gedeeld, zal de minister één dezer dagen een besluit nemen over het winnen van gas in de komende twee jaar. NAM moet eind dit jaar al een aanvraag indienen voor het winnen vanaf 2016. Daarnaast geeft de minister aan dat de schadeafhandeling beter kan en dat er resultaat geboekt moet worden in de versteviging van de huizen. Het besluit rond de NPR-norm moet dan ook snel genomen worden. De voorstellen hierover zijn ontwikkeld, de minister heeft een stuurgroep (waarin 2 ministeries, 2 gemeenten, 2 consultants en wetenschappers zijn vertegenwoordigd)
gevraagd om advies. Dat advies en de norm gaan de komende maanden in consultatie. Besluitvorming volgt dan vermoedelijk in september. De minister wil echter niet zo lang wachten met het verstevigen van woningen, derhalve heeft de minister de Commissaris van de Koning en de burgemeesters gevraagd te reageren. Vandaag hebben zij daar toelichting op gekregen en is afgesproken dat zij binnen 14 dagen reageren. Op grond van het advies kan de minister een besluit nemen voor de korte termijn. Op basis van nadere onderzoeksresultaten en praktijk ervaring zal de norm dan steeds verder verfijnd worden. De minister geeft aan dat hij er van overtuigd is, dat bij een zo grootschalige operatie er een sterke publieke regie moet komen op dit dossier. Deze regie moet sterk zijn, interdepartementaal, vanuit het gebied geregisseerd. Over de aansturing van deze "gedeconcentreerde rijksdienst" bestaat nog verschil in opvatting tussen de overheden. Jan Kamminga vraag of dit publiek orgaan dan ook besluiten gaat nemen over de door de provincie verzamelde dilemma's. De minister antwoordt dat hij zijn best gaat doen om hierover overeenstemming te bereiken met de regionale overheden. De minister geeft aan dat de NAM alleen aardgas mag winnen als ze een besluit van de minister hebben, NAM is verantwoordelijk gesteld voor het vergoeden van de schade, de minister is er verantwoordelijk voor dat de NAM dat goed doet. De minister geeft aan dat hij graag dat besluit neemt in overeenstemming met provincie en gemeente. Dat zal veel praktisch overleg vergen, de minister is hier niet steeds aanwezig, dat kan zo'n "gedeconcentreerde rijksdienst" wel. Hoe die dienst aangestuurd wordt, moet nog in overleg met de lokale overheden bepaald worden. Lambert de Bont geeft aan dat de minister hierbij de Tafel niet heeft genoemd. Ziet de minister een rol voor de Tafel? De minister merkt op dat de Tafel niet kan treden in de rol van het publieke domein, maar overleg met mensen uit het gebied is voor hem van groot belang. Jan Kamminga geeft aan dat de minister zegt dat de opdracht/rol van de Tafel naast het nieuw op te richten orgaan dan niet verandert. De minister geeft aan dat hij hiertoe eerst de evaluatie van de Tafel af wil wachten, maar dat de Tafel zeker een instrument is om met de bevolking te praten. Jan Wigboldus stelt dat de minister nu, in tegenstelling tot januari 2014, de Tafel niet meer noemt. De minister geeft aan dat hij zich niet altijd goed uitdrukt en refereert hierbij aan zijn eerdere opmerking "fact of life", die "dom" was. Hij geeft aan dat hij, daar waar hij de rol van de Tafel niet goed in beeld brengt, hij dat niet goed doet. De minister hecht nog net zoveel belang aan het overleg als vorig jaar. Siegbert van der Velde geeft aan dat de Tafel is ingesteld om het herstel van vertrouwen terug te winnen, het rapport van de Onderzoeksraad voor de veiligheid is niet zonder betekenis, het vertrouwen herstellen wordt nu nog moeilijker. De conclusie dat er een sterke verwevenheid is tussen rijksbelangen, NAM en SodM draagt hier zo mogelijk nog meer aan bij. De minister antwoordt dat het onderzoek van de Onderzoeksraad in zijn opdracht geschiedt, transparantie van de overheid is naar zijn mening van groot belang. De minister reageert echter nog niet op het uitgelekte onderzoek, omdat het op dit moment nog een conceptrapport is, waarop partijen nog moeten reageren. Siegbert van der Velde stelt dat een deltacommissaris een goede optie zou zijn voor de aansturing. De minister vraagt zich in zijn reactie af of Groningen daar beter van wordt. Hij geeft aan dat het Rijk een onafhankelijk orgaan is en het Rijk is betrokken geraakt bij schades. Er is te weinig aandacht geweest voor de veiligheid, de laatste twee jaar is daar verandering in gekomen. Siegbert van der Velde vraagt waarom in het advies van SodM het interim-advies NPR-norm niet is meegenomen. Dan is het dus ook niet meegewogen in de totstandkoming van het conceptgasbesluit, terwijl het om de veiligheid van de woningen gaat. Siegbert van der Velde constateert dat het winningsbesluit is genomen op basis van onvolledige informatie. De minister antwoordt dat SodM twee keer advies heeft gegeven, het is de verantwoordelijkheid van SodM hoe ze tot het advies komen, de minister stuurt hier niet in. Beide keren heeft de minister het advies opgevolgd (reductie in Loppersum en aan de zuidkant van het veld).
Daarnaast geeft de minister aan dat er voor gewaakt moet worden dat niet alles in besluitvormingsprocessen op elkaar gaat wachten. De NPR-norm wordt binnenkort uitgebracht en de minister voorziet dat hij hierover in september kan besluiten. De minister wil de mensen eerst gelegenheid geven hierop te reageren. Daarnaast moet de minister voor besluitvorming wel goed geadviseerd zijn, ondertussen wil de minister niet niets doen en wil daarom met het verstevigen beginnen. Het preventief versterken zal een grote impact hebben en kan een ontwrichtend effect in kleine woongebieden hebben, daartoe is publieke regie een voorwaarde, waarbij alle sociale aspecten veel aandacht moeten hebben. Siegbert van der Velde geeft aan dat dit in sterk verband staat met de leefbaarheid in het gebied, die publieke dienst zal hier rekening mee moeten houden. William Moorlag vult aan op hetgeen de minister heeft gezegd. De gemeenten en provincie hebben aangegeven dat daar waar het om de impact van het versterkingsprogramma gaat, zij het nodig vinden dat de gaswinning verder wordt teruggebracht dan de 7% zoals nu in het besluit staat. Dit standpunt is unaniem ingenomen. Het is de wens dat de overheid met een totaaloplossing komt voor de rijksdienst en de NPR-norm. Hierover wordt de komende twee weken door gesproken, zodat een start gemaakt kan worden met het terugwinnen van het verloren vertrouwen. Cor Zijderveld stelt in het verlengde hiervan de vraag in hoeverre het besluit, na uitkomen van het definitieve rapport van de Onderzoeksraad, nog kan worden aangepast. De minister geeft aan dat het winningsbesluit binnenkort gepubliceerd wordt en dat hij niet zou weten hoe het onderzoeksrapport hier nog invloed op zou kunnen hebben. Lambert de Bont geeft aan dat vandaag op de agenda van de Tafel het programma van eisen voor het CVW staat (schadeprotocol), daar zitten punten in waarin we wachten op een besluit van de minister omdat het CVW binnen de kaders en richtlijnen van NAM moet blijven. Als het CVW succesvol wil handelen, moet daar wel duidelijkheid over komen anders blijft het tobben. De minister antwoordt dat de voorzitter van de stuurgroep heeft aangegeven dat de Groningse opgave wellicht complexer is dan de deltawerken. De minister heeft de huizen prioriteit gegeven wat niet wil zeggen dat de andere punten niet gedaan moeten worden. De minister zegt zijn best te doen om over de gesignaleerde dilemma's overeenstemming te bereiken. Lambert de Bont vraag naar de stand van zaken van de beantwoording van de brief van de Tafel over arbitrage. De minister geeft aan dat arbitrage nodig is als je voortgang wilt boeken, de minister geeft aan hier op constructieve wijze mee bezig te zijn. Jan Kamminga geeft aan dat de Tafel hem heeft gevraagd om de waardevermeerdingsregeling bij de minister onder de aandacht te brengen. De tijdelijke regeling moet omgezet worden in een definitieve, de Tafel wordt geconfronteerd met veel onduidelijkheid, kan de minister nu geen royaal gebaar maken naar Groningen om in het hele gebied van de 9 gemeenten iedereen gebruik te laten maken van de regeling en dat buiten het gebied dezelfde regeling van toepassing wordt voor die eigenaren die schade hebben. De minister meldt dat dit punt op de agenda van de Tafel staat en geeft aan dat Mark Dierikx dit bij de behandeling van dit punt verder zal behandelen. Wat de minister betreft geldt dat hij voorzichtig is en niet zomaar geld gaat ronddelen. De opvatting van de Tafel is in ieder geval belangrijk bij besluitvorming hoe bedragen ingevuld gaan worden. William Moorlag geeft aan dat wel belangrijk is dat het als zeer onrechtvaardig wordt ervaren dat de ene schademelder wel recht heeft op de regeling en de andere niet, afhankelijk van in welke plaats je woont. Vanuit redelijkheid en billijkheid zal er een oplossing moeten komen. De minister geeft aan de Tafel af te wachten en dan te bezien of hij het met de Tafel eens kan worden. De minister wordt bedankt voor zijn aanwezigheid en zegt toe over een half jaar weer aan de Tafel te komen.
De heer Harry van der Meijden van het Staatstoezicht op de Mijnen is uitgenodigd om een toelichting op het advies van het SodM bij het gaswinningsbesluit te geven. De heer Van der Meijden begint met de mededeling dat hij de opvolger is van Jan de Jong, van huis uit geoloog is en lang in dienst is geweest bij Shell. Hij geeft aan dat hij zich bewust is van de kanttekeningen over zijn "afkomst" en geeft aan dat hij op zijn daden beoordeeld wil worden en een zeer onafhankelijke inspectie voorstaat. De Tafel mag hem hier altijd op bevragen. De heer Van der Meijden vermeldt dat het SodM in september is gevraagd onderzoek te doen naar de seismische impact van de beving bij Ten Boer. KNMI, TNO en CBS zijn bij dit onderzoek betrokken geweest. Het blijkt ongelooflijk moeilijk om met zekerheid wat te zeggen over de diepe ondergrond. Het kan leiden tot een rekenmodel waar men vele kanten mee op kan en is daarmee ongeschikt als het gaat om voorspellingen over de impact van productieveranderingen. Sinds de reducering in Loppersum is de seismische activiteit daar minder, terwijl de activiteit bij Hoogezand-Sappemeer juist toe is genomen. De voorzichtige conclusie is dat de afname van seismische activiteit een aanwijzing kan zijn, dat het productiesysteem mogelijk regelbaar is. Er wordt gevraagd hoe het mogelijk is dat SodM advies heeft gegeven zonder de NPR erbij te betrekken. De heer Van der Meijden geeft aan dat dit in het rapport is aangegeven, het is zeker belangrijk, maar deze informatie is nog niet beschikbaar. In het tweede deel van het advies wordt dit uitgewerkt. Daarnaast wordt gevraagd of SodM afhankelijk is van NAM voor wat betreft de data. De heer Van der Meijden geeft aan dat de NAM op verzoek van de minister onderzoek heeft gedaan naar het Eemskanaalcluster, SodM heeft daarnaast ook andere zaken bekeken en op basis van die observaties een advies gemaakt, de bevingen zijn hier relevante data. SodM werkt niet alleen met statistiek maar ook op basis van onderzoeksmodellen en observaties in betreffende gebieden. Omdat de onderzoeksperiode vrij kort is, wordt daarmee doorgegaan en opnieuw gekeken naar de zogenaamde ondergrondmodellen om te begrijpen wat daar gebeurt. Er wordt gevraagd of het klopt dat daar waar wordt aangegeven dat de reductie 27% is, er wordt vergeleken met het piekjaar 2013. Dit blijkt het geval te zijn. Er wordt aangegeven dat SodM het zorgvuldigheidsprincipe m.b.t. veiligheid toe zou moeten passen. Hoe kan het SodM adviseren om door te gaan? De heer Van der Meijden geeft aan het advies is gemaakt op basis van voortschrijdend inzicht, als bepaalde informatie er niet is, wil dat niet zeggen dat dat de dienst ontslaat van haar verplichtingen. Voor wat betreft de risicoanalyse van NAM wordt gevraagd of dit aan de minister wordt gericht of aan SodM. De heer Schotman geeft aan dat hij al eerder heeft aangegeven dit graag met de Tafel te bespreken. Op de vraag of het toeval is dat na de extra winning in december bij Loppersum daar weer bevingen zijn geweest, wordt aangegeven dat dit niet bekend is. SodM was verrast over de snelle afname van seismische activiteit na het reduceren, hoe zich dit voort gaat zetten is ook niet bekend, hierop blijft SodM studeren. Per 1-7 zal er weer een advies aan de minister worden gegeven. Op de vraag tot welk niveau het preventief versterken zal moeten strekken en op welke termijn dat bereikt moet zijn, wordt aangegeven dat het snel moet. Daar waar je seismische activiteit probeert te managen moet je weten welke ingreep daar bij past, die gegevens zijn nodig om een vertaalslag te maken. De Tafel wil weten wat volgens SodM een aanvaardbaar risico is. De heer Van der Meijden kan en wil hier nu geen uitspraken over doen, in Nederland is geen norm en geen beleid voor aardbevingen.
3) Vaststellen onderwerpen B-agenda Terugblik kleidag 20-11 - Evaluatie Dialoogtafel
-
Commissie bijzondere situaties Verjaringstermijn Meet- en monitoringsbegeleidingscommissie
De agendacommissie is gevraagd actie te ondernemen om de agenda te verlichten. Hiertoe is bedacht om te gaan werken met een B-agenda. Hierop worden punten geagendeerd die geschikt zijn voor besluitvorming zonder verdere bespreking van de punten. Als blijkt dat er geen opmerkingen op de stukken van de B-agenda zijn dan worden deze vastgesteld. Mocht er wel behoefte aan bespreking zijn dan zullen de betreffende stukken in de volgende agenda op de A-agenda staan. De Tafel gaat akkoord met deze werkwijze. Wat betreft het onderwerp verjaringstermijn wordt besloten dat dit de volgende vergadering wordt geagendeerd. Hierbij kan de brief van de Commissie bodemdaling die bij de mededelingen is vermeld worden betrokken. 4) Mededelingen De stukken die onder de mededelingen zijn opgenomen zijn voor kennisgeving aangenomen. 5) Programma van eisen protocol drieslag Lambert de Bont geeft als voorzitter van de werkgroep uitleg over de totstandkoming van het programma van eisen. Dit is ontstaan uit een intensieve samenwerking vanuit de staf van de Tafel, Lambert de Bont, de werkgroep Schadeprotocol, de stuurgroep Drieslag en bijdragen van NAM en CVW. Omdat het programma onder grote tijdsdruk tot stand is gekomen is het voor de achterbannen wellicht onvoldoende inzichtelijk welke elementen de revue zijn gepasseerd. Derhalve wordt in de volgende vergadering een memorie van toelichting geagendeerd. Het programma is besproken met het CVW en dat heeft aangegeven dat alle punten realiseerbaar zijn voor het CVW. Vanuit GBB, LTO en MKB worden punten aangedragen die zij graag in het programma opgenomen zouden zien. Er wordt afgesproken dat ook deze punten in de volgende vergadering ter besluitvorming worden voorgelegd. Er wordt afgesproken dat betreffende organisaties deze punten via de werkgroep schriftelijk aanleveren. Vanuit TCBB wordt opgemerkt dat ergens in het document het onvervreemdbaar wettelijk recht van klager naar TCBB opgenomen moet worden, dit is namelijk wettelijk zo bepaald. Daarnaast geeft TCBB aan dat in de tekst er vanuit wordt gegaan dat de schade altijd hersteld wordt, dit blijkt niet altijd zo te zijn (bewoners ontvangen wel geld maar laten reparatie niet uitvoeren). Ook deze punten worden meegenomen in de volgende fase.
Besluit: De Dialoogtafel besluit dat het huidige voorstel voor het programma van eisen door het CVW alvast ingevoerd kan worden. Er volgt nog een memorie van toelichting voor de vergadering van februari. De door GBB/LTO/MKB ingebrachte punten worden ook aangeleverd ter voorbereiding voor de vergadering van februari en worden verwerkt in de memorie van toelichting. In februari wordt het voorstel daarom opnieuw geagendeerd, zodat het protocol dan kan worden vastgesteld. Het CVW wordt verzocht een voorstel te doen voor het verdere ontwikkeltraject van de drieslag en daarbij de werkgroep herziening schadeprotocol te blijven betrekken. De Dialoogtafel verwacht van het CVW dat zij maandelijks aan Tafel rapporteert over de voortgang hiervan. De heer Kruyt zegt dat toe.
6) Voortgang Centrum voor Veilig Wonen De heer Kruyt geeft aan dat hij blij is met de goede samenwerking in de afgelopen periode voor wat betreft het programma van eisen drieslag. De heer Kruyt geeft aan dat het programma bij zijn medewerkers op kantoor ligt, zodat met het programma kan worden gestart. Cijfers: - CVW heeft experts, constructeurs, Groningse bedrijven gevraagd in te schrijven op erkenningsregeling, hierop zijn 440 inschrijvingen ontvangen (80 niet uit regio). Dit helpt de regio bij de economische impuls. - 70 mensen in dienst, helft uit het noorden, anderen ingehuurd via moederbedrijven. - 45 experts ingeschakeld. - In april verhuist CVW naar het nieuwe pand. - Halverwege dit jaar op sterkte, dan 170 man in dienst (1200 aansturen in buitendienst). - Er was gerekend op 400 schademeldingen per week, tot en met gisteravond 1130 meldingen binnen.
Overzicht schademeldingen NAM Op basis van de vragen en het commentaar op het geleverde overzicht wordt afgesproken dat NAM voor de februarivergaderingen een uitgebreider en meer gedetailleerd overzicht aanlevert. In het verlengde van dit agendapunt geeft William Moorlag aan dat bij Provinciale Staten de wens bestaat om lopende schadegevallen over te dragen naar het CVW en de Staten vragen aandacht voor de motie in de Tweede Kamer over de afhandeling van complexe gevallen binnen drie maanden. Mark Dierickx geeft aan dat over deze onderwerpen in gezamenlijkheid door de akkoordpartners besloten moet worden. Kaders zullen vanuit de akkoordpartners moeten komen. Gerald Schotman deelt mee dat het aantal openstaande complexe zaken inmiddels is gedaald van 500 (in september) naar 250 nu. 7) Stuurgroep Drieslag De voorzitter geeft aan dat de punten uit de stuurgroep vandaag zijn geagendeerd, verder zijn er geen ontwikkelingen waarover de Tafel geïnformeerd moet worden. 8) Definitieve regeling waardevermeerdering Teneinde te komen tot uitgangspunten voor de definitieve waardevermeerderingsregeling heeft de werkgroep de Tafel gevraagd besluiten te nemen op een aantal punten: Het onderwerp verbreding van de regeling naar eigenaren met schade buiten de 9 gemeenten wordt meegenomen in het overleg tussen de akkoordpartijen (zie ook hetgeen hierover is opgemerkt bij agendapunt 2 / 3). De afstemming tussen stuur- en werkgroep is door de tijdsdruk die op het proces staat niet optimaal verlopen. 1. Vooreerst wordt besloten de schade-eis op te nemen in de regeling vanwege de huidige omvang van het budget. Daarnaast wordt er afgesproken dat de akkoordpartners vast kijken naar de consequenties van het laten vallen van de schade-eis in voorbereiding op gesprek met minister. De werkgroep bereidt dit voor. Aandachtspunten hierbij: - synergie met andere bestaande regelingen opzoeken - EZ zoekt uit of de motie over 3000 woningen met nul op de meter is aangenomen
- afhandeling facturen (installateurs lopen nu een risico), onderzoek nodig of er een derdenrekening ingesteld kan worden. Brancheorganisatie vragen of acte van sessie een begaanbare weg is.
2 Met de voorgestelde definitie voor collectief wordt ingestemd, waarbij voor elke deelnemer in het collectief de schade-eis geldt. 3 Ingestemd wordt met het voorstel dat duurzame energieopwekking die niet fysiek aan de woning is gekoppeld subsidiabel is, indien het gebeurt in de 9 gemeenten en het nieuwe installaties betreft. Voorwaarde is dat de aanvrager de regie houdt. 4 Pro-actieve inzet van woningcorporaties om particulieren te laten meeliften op de aanpak van de corporatievoorraad is akkoord 5 Maatregelen a t/m i uitvoeren als ondersteuning voor mensen bij het maken van keuzes en indien nodig beschikbaar te stellen voor een energiecoach is akkoord, maar er moet een goede maatvoering komen v.w.b. coaches en aansluiting bij lopende initiatieven zoals buurkracht van Enexis. In Ten Boer is eveneens een lopend initiatief, dit wordt meegenomen naar de werkgroep. 6.1 De gemeenten komen terug op de vraag om de leges te verlagen naar nul indien er een vergunning nodig is. Ook zou een collectieve aanpak van vergunningverlening tot reducering van de kosten kunnen leiden. 6.2 De Dialoogtafel stelt de definitieve regeling t.z.t. vast en vraagt vervolgens aan de autoriteiten om deze te implementeren en uit te voeren. 7. Het voorstel "Inzetten op een pilot wonen 2.0 en hiervoor 100.000 euro procesgeld te reserveren" is akkoord. Voor de 4 miljoen euro voor 2 jaar wordt nu geen akkoord gegeven. Hiervoor zal een uitgewerkt voorstel voor de Tafel moeten worden geagendeerd. 7a: Het ministerie van EZ wordt gevraagd de aardbevingsregio op te nemen als pilotgebied in het kader van de Stroomwet om verrekening voor en na de meter mogelijk te maken. EZ geeft aan dit wel te willen doen, maar dat kan pas overwogen worden als er eerst een experiment ingediend wordt. Er wordt afgesproken dat dit in de Stuurgroep leefbaarheid aan de orde komt. Indien er geen wettelijke grond is voor de Tafel om een aanvraag in te dienen, is de provincie bereid om dit namens de Tafel te doen. 8. Het afzonderen van 20% van 125 mln voor de woningvoorraad van corporaties is niet zonder meer akkoord. Hier wordt gesteld dat de corporaties een proportioneel deel moeten krijgen op basis van de geregistreerde schades. Basisvoorwaarde is dat toekenning niet mag leiden tot huurverhoging. Dit voorstel zal nader uitgewerkt moeten worden door de werkgroep in samenwerking met de corporaties. Extra besluit: Uitvoeringskosten worden gelijk gesteld met dat wat SNN nu rekent, namelijk 4%.
9) Uitwerking leefbaarheid In de Tafelvergadering van 2 december is uitvoerig gesproken over de voorstellen binnen de piramide Leefbaarheid. De stuurgroep Leefbaarheid heeft dit meegenomen naar het eigen overleg en geconstateerd dat de discussie aanleiding gaf om op het programmatisch niveau op een aantal
punten een heroverweging te maken. Daarvoor is iets meer tijd nodig, de Tafelvergadering van 12 januari was onhaalbaar om een aangepast voorstel zorgvuldig en met voldoende draagvlak te kunnen presenteren. De stuurgroep heeft, gehoord de discussie op 2 december, ook besloten het herstructureringsdeel ongewijzigd in te brengen bij de vergadering van 12 januari. Naar het oordeel van de stuurgroep is het voorliggend voorstel optimaal en bevat het voldoende waarborgen voor eventueel bijsturen in de toekomst. Ook de overweging dat het belangrijk is om het tempo erin te houden en in ieder geval te kunnen beginnen met alle 'mitsen en maren' in het achterhoofd heeft hierbij een rol gespeeld. De stuurgroep doet dan ook een dringend beroep op de Tafel akkoord te gaan met de voorgestelde aanpak voor de herstructurering (niveau 1 van de Leefbaarheidspiramide). De Tafel besluit : 1. tot het ter beschikking stellen van 12 miljoen euro voor de jaren 2014 en 2015 ten behoeve van projecten en programma's, naast de 1 miljoen per jaar (in totaal 5 miljoen euro) die eerder al door de Dialoogtafel is toegezegd voor het loket burgerinitiatieven; 2. tot de verdelingssystematiek waarbij 50% beschikbaar is voor programma’s en 50% voor herstructureringsopgaven; 3. tot het vaststellen van de doelstellingen en criteria voor het toewijzen van herstructureringsprojecten; 4. tot systematiek waarbij voor herstructureringsopgaven 60% gelijk gereserveerd wordt per gemeente, aangevuld met een verdeling naar rato van inwonersaantallen voor de overige 40%. Stand van zaken Spoor 2: het voorstel voor een andere invullingswijze wordt in de volgende stuurgroep besproken. Stand van zaken Spoor 3: 78 aanvragen, voor 528 duizend euro, onderdeel van 2,2, vaak zijn deze aanvragen stapeling van andere gelden. Hoewel dit nog niets zegt over toekenning, is dit voorwaar een mooi resultaat. 10) Rondvraag - Emme Groot vraagt of het klopt dat schade in bepaalde gevallen buiten het gebied niet wordt vergoed (concreet gaat de vraag over Woldendorp). Gerald Schotman geeft aan dat Woldendorp binnen de ringen zit en hoe dan ook in vergoedingsgebied zit. De lijst die aan de NAM is toegezegd door GBB is nog in de maak, volgt zo spoedig mogelijk. - Cor Zijderveld geeft aan dat het handig zou zijn dat alle resultaten van de Tafel tot nu op 1 overzicht beschikbaar komen. Wordt aangeleverd door de staf.