Uitgave 1/2010
Vereniging van Merenpoortzeilers Merenpoort Clubblad Officieel orgaan van de Belangenvereniging van Merenpoorteigenaren 33e jaargang nr.14 april 2010 Adressen: Vorzitter: Piet-Jean Boegem Vlindermeent 76 1218 CW Hilversum 0031 (0)35-693 19 56
[email protected]
Redactie Birgit & Heiner Thebing Kammerkamp 46 33428 Marienfeld 0049 (0)5247/8673
[email protected]
Secretaris Ledenadministratie: Simon Bakker Zomertaling 18 8532 BB Lemmer 0031 (0)514-569 124 secretaris@ merenpoortclub.nl
Internet: www.merenpoortclub.nl
[email protected]
Penningmeester: Ron Leenaars Landkamp 43 6909 CG Babberich 0031 (0)316-248 007 penningmeester@ merenpoortclub.nl
Betaalingen postgiro nr. 442 00 77 tnv VER VAN MERENPOORTZEILERS Babberich
Bestuursleden: Sascha Bakker-Schoppen Zomertaling 18 8532 BB Lemmer 0031 (0)514-569 124
[email protected]
ACHTUNG! Auch die deutschen Mitglieder können ihren Beitrag nun auf das niederländische Konto überweisen
Contributie leden : 22,50 € per jaar Donateurs: 12,50 € per jaar
Beitragsüberweisungen
tnv VER VAN MERENPOORTZEILERS IBAN: NL 35 PSTB 0004 4200 77 BIC: PSTBNL21
Heiner Thebing Kammerkamp 46 33428 Marienfeld 0049 (0)5247- 8673
[email protected]
Leden Adverteren gratis Mits niet voor commerciele doeleinden KvK inschrijving nr. 40060873
Advertentietariven voor commerciele Doeleinden 1 hele pagina 72,00 € ½ pagina 36,00 € ¼ pagina 18,00 €
2
Van de voorzitter Beste Merenpoortvrienden, Wanneer ik mijn bijdrage voor de eerste Merenparaet in dit nieuwe jaar schrijf, hebben we de eerste lentedagen al weer achter de rug. Wat hebben we er lang op moeten wachten. Met de afdeling van mijn werk bracht ik vorig jaar een bezoek aan het Hoflandmuseum in Laren. Onderdeel van het programma was een voordracht van een hoogleraar Geologie over de opwarming van de aarde door de toename van het CO² gehalte in de atmosfeer. Hij gaf ons echter als waarschuwing ook een boodschap van een collega professor mee. Deze heeft als specialiteit onderzoek van de zon. Deze prof verwachte door het uitblijven van de normale zonneactiviteit (zonnevlekken) een temperatuurdaling gedurende een aantal jaren. Volgens zijn expertise zou nog voor 2012 een Elfstedentocht kunnen worden georganiseerd. Wanneer ik terug kijk op de afgelopen winter met deze lage temperaturen, dan waren we waarschijnlijk al dicht bij een Elfstedentocht geweest, indien er niet zoveel sneeuw zou zijn gevallen. Ik hoop dat we door de vrij warme winters in de afgelopen jaren niet in slaap zijn gesust, maar voldoende maatregelen hebben genomen om onze motoren tegen bevriezen te beschermen. Van de week voelde ik, bij werkzaamheden aan boord, de warmte van zonnestralen onder het winterzeil. Het genieten van zon, water en wind is weer begonnen. Heerlijk ! Ook dit jaar worden door enthousiaste leden weer evenementen voorbereid. Als eerste is er het Hemelvaartweekend. Reeds jaren een groot succes. In deze Merenpraet zal het programma uit de doeken worden gedaan. Tot op heden is het de organiserende leden altijd gelukt iets te verzinnen dat alles in zich heeft om met elkaar er een paar succesvolle dagen van te maken. Komt allen, dan stel je de organisatoren niet teleur! Groet, Piet-Jean
3
Van de voorzitter Liebe Merenpoortler, Im Augenblick, da ich meinen Beitrag für die erste Merenpraet dieser Saison schreibe, liegen die ersten Frühlingstage schon wieder hinter uns. Wie lange haben wir auf sie warten müssen? Im vorigen Jahr besuchte ich mit einer Abteilung meiner Behörde das Hoflandmuseum in Laren. Ein Punkt des Besuchsprogramms war der Vortrag eines Hochschullehrers für Geologie zum Thema Erderwärmung durch Zunahme des CO²-Gehalts in der Atmosphäre. Er gab uns übrigens noch die Warnung eines Professorenkollegen mit auf den Weg. Dieser Wissenschaftler erforscht die Sonne und erwartet wegen des Ausbleibens der normalen Sonnenaktivität (Sonnenflecken) in den nächsten Jahren einen Temperaturabfall. Nach seiner Expertise müßte noch vor 2012 eine Elfstädtetour organisiert werden können. Wenn ich so auf den letzten Winter mit seinen eisigen Temperaturen zurückblicke, waren wir wahrscheinlich ganz dicht an einer “Elfstedentocht“ dran, wenn nur nicht so viel Schnee gefallen wäre. Ich hoffe, die letzten milden Winter haben euch nicht zu sehr in Sicherheit gewiegt und ihr habt eure Motoren ordentlich mit Frostschutzmittel winterfest gemacht. In dieser Woche arbeitete ich an meinem Boot und fühlte die Wärme der ersten Sonnenstrahlen unter der Winterpersenning. Ja-, Sonne, Wasser und Wind. Endlich geht es wieder los. Herrlich! Einige enthusiastische Mitglieder haben schon jetzt mit Vorbereitungen für unsere Veranstaltungen begonnen. Die erste ist das Himmelfahrtstreffen, schon seit Jahren ein großer Erfolg. In dieser Merenpraet wird das Programm verraten. Bis heute ist es den Organisatoren immer wieder geglückt, sich etwas auszudenken, das uns garantiert ein paar ereignisreiche Tage beschert. Kommt alle und enttäuscht die Organisatoren nicht! Viele Grüße Piet-Jean
4
Van de redactie Beste Merenpoorters, Sinds begin maart is de haven van Echtenerbrug weer ijsvrij. Neigt de koudste winter sinds 1996 zich toch nog het einde toe? Zelfs in Nederland hadden we meer dan 60 dagen sneeuw. Reden voor deze weersveranderingen zou een sterke negatieve invloed van de z.g. “Arctische Oscillatie” zijn: Hoge luchtdruk aan de polen, lage luchtdruk op de Atlantische en Stille Oceaan. Dat zorgt in de winter voor noordenwind naar Siberië, koude oostenwind naar Europa, warme zuidenwind naar Groenland en soms als gevolg daarvan voor een droge zomer op het vaste land. Het betekend niet dat we de waarschuwingen betreffende de aankomende klimaatramp kunnen intrekken, maar misschien wel mooi zeilweer in 2010. In elk geval blijven voorspellingen moeilijk, voor zover ze de toekomst betreffen…. (Meteorologen wijsheid)…. • In dit nummer van de Merenpraet een vervolg van de spannende Oostzee reis met de GRAUTVORNIX als vervolg op het verhaal in de voorgaande uitgave. • De “boze droom” CONSEQUENCE wordt definitief omgezet naar droomschip en we verheugen ons al op de belevenissen van de (tweede) maidentrip. • Ons Belgisch clublid Kris Dekeijzer vertelt, hoe opwindend een tocht over de binnenwateren kan zijn. Kris is van plan met zijn MONROE een reis te gaan maken naar Bulgarije. Kris en de redactie verheugen zich op de vele tips en wetenswaardigheden. Taalbarrières zijn er niet, want hij verstaat goed Duits. • Simon beraadt zich, hoe hij het geweldige succes van het laatste Hemelvaart treffen kan prolongeren en zal, naar we hopen, al iets hierover bekend maken. • Ook de organisatoren van het zomerfeest hebben al iets leuks bedacht. • Niet voor niets voegen we bij deze uitgave een klein logboek toe. Misschien worden de aantekeningen voor toekomstige verhalen voor in de Merenpraet gebruikt. We verheugen ons op een mooi seizoen en leuke ontmoetingen met jullie. Veel leesplezier! Birgit & Heiner
5
Van de redactie Liebe Merenpoortler, seit Anfang März ist der Hafen von Echtenerbrug wieder eisfrei. Geht der kälteste Winter seit 1996 doch noch zu Ende? Selbst den Niederlanden bescherte er über 60 Schneetage. Grund für die Wetterkapriolen soll eine stark negative Tendenz der sogenannte “Arktischen Oszillation“ sein: Hoher Druck an den Polen, niedriger über Atlantik und stillem Ozean. Das bringt im Winter Nordwind nach Sibirien, kalten Ostwind nach Europa, warmen Südwind nach Grönland und (manchmal) im Anschluß einen trockenen Sommer auf den Kontinent. Das bedeutet keine Entwarnung in Sachen Klimakatastrophe, aber vielleicht schönes Segelwetter 2010. Allerdings, Prognosen bleiben schwierig, soweit sie die Zukunft betreffen (Meteorologenweisheit)… • • •
• • •
In dieser Ausgabe der Merenpraet findet der spannende Bericht über den Ostseetörn der GRAUTVORNIX aus dem letzten Segelsommer seine Fortsetzung. Der “Alptraum“ CONSEQUENCE wird endgültig zum Traumschiff und wir freuen uns schon auf die Schilderung der (zweiten) Jungfernfahrt. Unser belgisches Clubmitglied Kris Dekeijzer erzählt, wie aufregend eine Tour auf Binnengewässern sein kann. Kris plant mit seiner MONROE eine weite Reise nach Bulgarien. Kris und die Redaktion wären für möglichst viele Tips und Zuschriften dankbar. Sprachhindernisse gibt es keine, denn er versteht ausgezeichnet Deutsch. Simon überlegt, wie der großartige Erfolg des letzten Himmelfahrtstreffens wiederholt werden kann und wird hoffentlich schon einiges verraten. Selbst die Organisatoren des Sommerfestes haben sich schon einiges ausgedacht. Nicht ohne Nebengedanken legen wir dieser Ausgabe ein kleines Segeltagebuch bei. Eventuell werden aus den Aufzeichnungen weitere Stories für die Merenpraet.
Wir freuen uns auf eine schöne Saison und die Treffen mit euch. Viel Spaß beim Lesen! Birgit & Heiner
6
Hemelvaart weekend van 13 t/m 16 mei 2010
Wegens groeiend succes geprolongeerd !!! Voor de derde achtereenvolgende keer zal het Hemelvaart treffen plaatsvinden op het eiland nije krúspôle in het Fluessen meer in Friesland. De locatie is bij velen goed in de smaak gevallen en is voor de meeste Merenpoorters goed te bereiken; het ligt in een groot meer, waar volop gezeild kan worden. Er is ruim voldoende plaats voor veel schepen en de haven is diep genoeg, hoewel bij de kant sommige schepen wel even hun kiel gingen ontdoen van mosselen en algen, de diepte is ong. 1.3 mtr. Ook voor kinderen is het ideaal om te spelen en een kampvuurtje te stoken. Er is ruimte en de mogelijkheid om een tentje op te zetten en te overnachten. Dus als er geen slaapplaatsen genoeg aan boord zijn, is dat een oplossing. Voor hen die niet het hele weekend aan de wal willen blijven liggen, is er de mogelijkheid om even een lekker stuk te gaan zeilen. Misschien is meezeilen met een ander schip dan het eigen schip ook wel eens leuk om mee te maken. Er waren vorig jaar een groot aantal merenpoorten die aan het weekend deelnamen. Natuurlijk hopen we dit jaar op een nog grotere opkomst. Dus kom ook en geniet van het mooie weer (is besteld), van elkaar en van de sterke verhalen die we elkaar zeker zullen vertellen. We hopen dat jullie komen! Het is zeker de moeite waard om dit weekend mee te maken. Evenals vorig jaar zijn dit jaar ook de Dompzeilers van harte welkom om aan dit weekend deel te nemen. Of zij er bij zullen zijn is de vraag. Want meestal hebben ze op hetzelfde weekend ook een eigen treffen. Organisatie Sascha en Simon Bakker.
7
Het programma: Donderdag 13 mei: Vrijdagavond 14 mei:
Zaterdag 15 mei:
Zondag 16 mei:
aankomst op het eiland gemeenschappelijk “Merenpoort diner” om 18:00 uur (lopend buffet voor - en door allen verzorgd) en daarna gezellig praten en eventueel zingen van bekende en onbekende (zeemans)liederen. uitslapen en verder invullen naar eigen keuze, misschien heeft iemand nog een leuk idee om deze dag invulling te geven. Zoals bv eens met de boot van een ander mee zeilen. We houden ons aanbevolen voor suggesties. einde van het weekend en weer tijd om afscheid te nemen.
Unser Programm: Donnerstag 13. Mai: Freitagabend 14 Mai:
Samstag 15 Mai:
Sonntag 16 Mai:
Ankunft auf der Insel Gemeinsames “Merenpoort-Dinner” um 18:00 Uhr, ein Buffet, zu dem jeder etwas beisteuert. Danach geselliges Erzählen und Singen von Seemansliedern. Ausschlafen und den Tag nach Lust und Laune verbringen. Gewiss werden wir noch genügend Ideen haben, diesen Tag zu gestalten. (z.B. auf einem anderen Boot mitsegeln…) Wir freuen uns auf Vorschläge. Ende des Treffens und Abschied nehmen.
8
Himmelfahrtstreffen vom 13. bis 16. Mai 2010
Aufgrund wachsender Nachfrage verlängert!!! Zum dritten Mal in Folge wird das Treffen zu Himmelfahrt in Friesland auf der “Nije krúspôle“ im Flüssenmeer stattfinden. Das Inselchen hat eigentlich allen gut gefallen. Es ist für die meisten Merenpoortler gut zu erreichen und das Revier ist groß genug, um ordentlich zu segeln. Der kleine Hafen bietet genügend Raum für viele Schiffe und ist mit 1,30 m tief genug. Allerdings werden einige Boote auf den letzten Metern zur Kade ihren Kiel von Muscheln und Algen befreien. Kinder finden tolle Spielmöglichkeiten und können abends ein Lagerfeuer abbrennen. Es gibt Platz genug, ein Zelt aufzustellen, um darin zu übernachten. Eine prima Lösung, wenn es an Bord nicht genügend Kojen gibt. Für alle, die nicht das ganze Wochenende festliegen wollen, bietet sich jede Gelegenheit zu einem gemütlichen Segelschlag. Vielleicht ist es eine gute Idee, einfach mal auf einem anderen Schiff mitzufahren. Es muß ja nicht immer das eigene sein. Im letzten Jahr erschien eine imposante Anzahl Merenpoorts zum Treffen. Natürlich hoffen wir diesmal auf eine noch größere Teilnahme. Also, kommt alle und genießt das schöne Wetter, das bestellt ist. Wir werden wieder viel erzählen und Spaß miteinander haben. Wir hoffen, ihr kommt alle. Es ist immer der Mühe wert, am Himmelfahrttreffen teilzunehmen. Wie schon in den vergangenen Jahren, haben wir auch die Dompzeiler herzlich eingeladen. Ob sie auftauchen, bleibt abzuwarten. Auch sie organisieren meistens ein Himmelfahrtstreffen. Die Organisatoren Sascha en Simon Bakker.
9
In het vorige deel vertelden Gaby en Peter over het begin van hun 7 weken lange vakantie. Hier het vervolg.
Met de Grautvornix in de Oostzee. Deel 2
We gaan door de sluis en leggen in 3 rijen dik aan in de steeds voller wordende jachthaven. Het kanaal tussen de Elbe en Kieler Förde is 98 km lang en wordt door grote schepen bevaren. Je moet beslist met de kanaal regels op de hoogte zijn en de lichtsignalen kennen. Het is steeds weer spannend, wanneer een reusachtig groot schip je inhaalt of tegemoet komt. Opdat de bijzonder grote schepen elkaar niet hinderen, worden ze door een controlepost gedurende de gehele vaart door het kanaal, in de gaten gehouden. Dan kan het wel voorkomen, dat vrachtschepen in een uitwijkplaats moeten wachten tot de verdere doorvaart vrij is. Dit geldt ook voor jachten, maar meestal mogen die doorvaren. Wij hebben het maar één keer meegemaakt, dat we moesten wachten. We vertrekken om 6:30 en komen tegen 14:00 uur in Rendsburg aan. Daar kan men heel goed in de jachthaven overnachten, er is diesel en het stadscentrum is dichtbij. Dus tanken, inkopen, door de stad slenteren en de rest van de dag uitrusten. De volgende dag zijn we na een aangename en door de vele grote schepen ook interessante vaart, tegen 11:30 uur voor de sluis van Kiel Holtenau. Ook vele grote zeilschepen zijn richting Kiel onderweg. We wachten aan de wachtsteiger tot we geschut kunnen worden. Na 30 minuten ziet het er voor ons uit, alsof we
10
met meerdere grote zeilers in de grote sluiskolk geschut gaan worden. Dus lijnen los en vol gas vooruit. Helaas schakelt vlak voor de sluis het licht op rood, de sluisdeuren sluiten. Dus maar weer naar de drijvende wachtsteiger, maar nu is Gaby op de situatie voorbereid: een wiebelende door het kanaalwater gedeeltelijk overspoelde en daardoor gladde drijvende steiger, achterlijke wind kracht 4 tot 5 Bft en geen bolders maar ringen om aan vast te maken. Gaby stapt bij langzame vaart op de drijvende stijger over, trekt eerst het eind van de achterlijn door de ring en geeft het eind aan de kapitein. Op dit moment schakelt de kapitein de schakelhefboom op achteruit om te stoppen., terwijl Gaby zich met de klaarliggende voorlijn en de bevestigingsring bezig houdt. Duizenden keren zo gedaan, is nu een zaak van seconden. Deze keer gaat het fout, omdat de Grautvornix niet op achteruitschakelen reageert, maar inplaats daarvan een sprong naar voren maakt. Nu gaat alles heel snel: Peter probeert het schip met de achterlijn in de hand af te remmen, geeft Gaby opdracht direct terug aan boord te komen. Zij had de toestand weliswaar nog niet begrepen, maar na 26 jaar samen gevaren te hebben zijn beiden geschoold in het begrip: er is maar één kapitein die het voor het zeggen heeft. Gediscussieerd wordt er pas op de ligplaats. Aldus klautert Gaby terug aan boord (echt hoog over onze vaste reling), haalt het laatste stuk meeslepende voorlijn uit het kanaal, loopt naar achteren op het nu weer langzamer, tegen de wind in varende schip. Eerste blik op het gezicht van de kapitein: lijkbleek. Tweede blik op de uitgestoken linker handpalm: grote blaren van 6 X 3 cm doorsnee “ruw vlees”. Derde blik: 15 meter achterlijn drijft nog achter ons aan. Eerst het schip!! Daarna schone keuken handdoeken om de wond. Dan langzaam tegen de wind in varend de situatiebespreking: reden van het gebeurde, dat is duidelijk, is onze zojuist gerepareerde omkeerschroef. We kunnen weliswaar prima vooruit varen, maar niet achteruit (“altijd voorwaarts, nooit terug”, deze verkiezingsspreuk van de DDR wordt het thema van onze vakantie). Na een telefoongesprek via de mobiele telefoon met de sluiswachter van Kiel Holtenau varen we weer 1 Nm terug naar een aan het kanaal gelegen werf. Nadat we daar eindelijk hebben aangelegd ( zeer onaangenaam aanleggen bij een hoge aanlegkade en onrustig golvend kanaalwater), behandelt Gaby de gewonde hand van Peter. Dan proberen kontact met de mensen van de werf te krijgen. Dat blijkt moeilijk, omdat het enige duidelijke antwoord steeds is: “maar het is nu de Kieler Woche”. Ja super!! Uitgerekend wij, die nooit naar zulke evenementen gaan, belanden precies tijdens de Kieler Weken in Kiel ! Vandaar die vele grote zeilschepen op de Elbe en in het Noord-Oostzee kanaal !! Maar ons aanhoudend “storen door er te zijn” brengt ons wel verder: we krijgen het telefoonnummer van een werkplaats, die op de hoogte is met Sabb motoren. Men beveelt ons de werf Rathje in Kiel Friedrichsort aan.
11
Na overleg met de sluiswachter schutten we om 15:00 uur uit de Kieler Bocht, en gaan op de motor nog 2 mijl tot aan de werf. Daar wordt al op ons gewacht, om 16:00 uur staan we weer hoog en droog, maar dit maal met staande mast. We krijgen de sleutel van de WC, douche en het hek, het personeel heeft nu vrijaf. Voor de 2de keer tijdens deze vakantie, nemen we onze schroef uit elkaar, dit keer doet Gaby het. De onderdelen worden schoon gemaakt en voor de volgende dag klaar gelegd. Daarna gaan we in de stralende zon in de kuip zitten en genieten van ons uitzicht over de Kieler Bocht en het daar varende scheepsverkeer. Een betere plaats hadden we niet kunnen vinden (altijd positief blijven denken!). De volgende dag (vrijdag 19.06.09) komt het uur der waarheid: de beschadiging van de schroef mag dan wel op de aanvaring met de onderwater hindernis in het Elbe-Weser kanaal terug te voeren zijn, de echte reden is echter de slijtage die, op een of ander moment , dit jaar wel tot dit resultaat geleid moest hebben. De vergelijking met een originele aslager van Sabb toont aan, dat hier alleen nog het betreffende onderdeel vervangen kan worden, reparatie is niet meer mogelijk. Onnodig de verzekering te informeren. Bij een zichtbare slijtage van 39 jaar zou dat alleen maar onze wachttijd bij de werf onnodig rekken. Aldus reserve onderdeel besteld, de werf de reparatie opdracht gegeven, daarna begint het weekend en onze vakantie op de werf Rathje. En natuurlijk begint de Kieler Week. Bij redelijk bewolkt weer, temperatuur rond de 20 C, en maar zelden een bui, verkennen we op de fiets de naaste omgeving de bekijken de mogelijkheden om te winkelen.
12
Met een watertaxi (“drijvende bus” die zig zag door de Kieler delta vaart van Kiel naar Laboe, stoppend bij elk dorp, kost het maar net een euro meer dan de stadsbus) en we zijn uren op het water onderweg, zien de grote zeilschepen met al dan niet gehesen zeilen (de Gorch Fock, Mir en Alexander von Humboldt om er maar een paar te noemen). ‘s Avonds genieten we van het uitzicht over de Bocht, slaan de meeuwen familie gade die jongen hebben dicht tegen de werfhal aan. Twee maal per dag moet ook het verband aan Peter’s hand gewisseld worden, we hebben altijd voldoende verbandmiddelen en een op recept verstrekte zalf voor diepe wonden aan boord, hetgeen ons nu een bezoek aan de huisartsenpost uitspaart (10 dagen later is de wond zonder problemen geheeld). Op maandag wordt daadwerkelijk het reserve onderdeel reeds afgeleverd. Direct wordt door de werf met het werken aan het schip begonnen, de voorbereidingen hadden we al op vrijdag getroffen. Het samenwerken gaat hand in hand, en aldus wordt b.v. het monteren van de schroef door ons overgenomen, dat kunnen we onderhand dromen. Dinsdagavond drijft de Grautvornix weer. Motor aan, voorwaarts, achteruit: alles functioneert. Woensdag vroeg om 7:00 uur gaan we, vol goede moed, op de motor de Friedrichsorter vuurtoren voorbij en hijsen dan de zeilen. Eigenlijk willen we naar Schleimünde, maar de NO neemt toe tot 5-6 Bft, een onaangename golfslag doet ons besluiten om richting Marina Wendtorf te koersen. Daar blijven we bij een stralende zonneschijn, maar harde tot stormachtige NO wind tot zondag. Verkennen de wondermooie omgeving en bespreken voor de Windjammerparade van zaterdag een toeschouwerplaats. Als we dan toch met de Kieler Week hier zijn, dan ook goed !! Zondag neemt de NO wind af tot 3-4 |Bft en zeilen we naar Schleimünde. Schleimünde is uniek: hier komt de Schlei in de Oostzee, waarbij de monding echt smal is (ca. 100 m, waarvan een bevaarbare geul van 65m). dat die geul zo smal is ligt aan 2 landtongen (gevormd door opgespoten zand), die de monding van de Schlei beschermen als de scharen van een kreeft. Rechts van de invaart vanaf de Oostzee gezien staat een vuurtoren met zwart-wit geschilderde ringen en daar bevind zich ook een kleine haven. Direct naast de haven is een natuurgebied dat het hele jaar niet toegankelijk is, zodat we hier vandaan alleen over water in het enkele kilometers verder liggende Maasholm komen kunnen. Behalve een loods, een havencafé en het huisje van de havenmeester is er alleen een rotsig stukje Oostzee strand en verder niets! De volgende dag vertrekken we rond 10:00 uur bij ZO 3 Bft en nevelig zicht richting Aerö / Denemarken. We zeilen op de Genua en het grootzeil rustig voorwaarts, en zetten onderweg de Danebrog als gastland-vlag op. Rond 14:30 uur liggen we dwars op Vejaes Nakke, de zon brandt ondertussen vanuit de wolkenloze hemel, de wind is bijna volledig gaan liggen. We strijken de zeilen en gaan op de motor tot Marstal, we moeten goed opletten. Voorzichtig stenen!!!
13
Om 16:00 uur liggen we vast in een box, sinds 17 jaar eindelijk weer in Denemarken. We verkennen de naaste omgeving en de supermarkt (dit laatste is een beleving apart, ook vanwege de Deense spraak, dat is echt lachen).
Terug in de haven ontdekken we een steiger verder nog een merenpoort ! We kijken nog eens goed en ontdekken dat het de Undine II is, Edda en Alfred zijn hier ! We komen elkaar bijna tijdens elke vakantie toevallig tegen. De vreugde is groot, ’s avonds grillen we en brengen de prachtige zomeravond samen door. De volgende dag is havendag, de fietsen worden uitgeklapt en we verkennen Marstal en omgeving. Marstal ademt een maritieme atmosfeer, die zijn oorsprong in de 18de eeuw heeft, toen het vissersdorp zich omvormde tot een ondernemingslustige zeevaart en handelsstad. De bestaande huizen stammen hoofdzakelijk uit de 19de eeuw, toen lagen bijna 200 lokale schoeners en jachten in de schaduw van de kilometers lange Feldstein heuvelrug in de winterhaven. Buiten Marstal is boerenland: gerst, koren, omringd door randen zwerfstenen, glooiend tot aan het blauwe meer. Steile kusten en stenige stranden met bonte badhokjes, allemaal onder een blauwe hemel - Een postkaart idylle! Die avond brengen we weer samen met Edda en Alfred door bij de BBQ.
14
De volgende morgen scheiden onze wegen weer, we willen alleen het korte stukje tot aan Rudköbing (Langeland) zeilen, de Undine II vaart verder naar Ludeborg (Fünen). Zonneschijn bij noordelijke wind rond 2 Bft laat ons voor het eerst sinds jaren weer aan ons blauw-wit gestreepte halfwind zeil denken. En ziedaar, de manoeuvre duurt wel even, maar het lukt en het zorgt voor wat meer snelheid. Tegen 14:00 uur liggen we al in Rudköbing. Hier heerst een ouderwetse sfeer, veel winkels bevinden zich in schilderachtige bouwsels in kleine, met kinderhoofdjes bestrate steegjes, langs vele huizen groeien en bloeien stokrozen, hygelich (gezellig) zeggen de Denen. We nemen een lekker ijsje tussen versgebakken wafels en slenteren het dorpje door, kopen verse vis bij de haven. Het afvaren de volgende morgen verrast onze buren: omdat de box voor ons schip veel te lang was (zoals overigens zeer vaak voorkomt in Deense havens), hadden we de achterlijnen kruislings liggen. Om de paalsteek van de achterste bolder te lossen, trok Peter het schip aan de achterkant dichter naar de bolder toe. Gaby wierp met gemak, alsof het zo hoorde. Om de lijn eerst weer normaal over de bolder en vervolgens aan de bolder op de achterkajuit te leggen, werd met een “veel te heet” verworpen. Terwijl Gaby op het voorschip de Grautvornix wat meer voorlijn ruimte geeft, klinkt er van achteren een duidelijk “Plons” gevolgd door een minder mooie krachtterm.
Een snelle blik verklaart de situatie: de vlaggenstok met de nationale vlag drijft langzaam achter ons weg. De kapitein probeert met de bootshaak deze te pakken,
15
maar dat lukt niet. Bij de juist aan het ontbijt zijnde mensen van het schip naast ons, drupt vanwege de afleiding de honing van het brood. Er zijn in het leven, zoals vaker, meerdere mogelijkheden: of naar de andere kant van de haven lopen en hopen dat de vlaggenstok aanspoelt, of de vlag met stok op de “verloren” lijst zetten of een ochtendbad met het doel de vlag te redden en daarbij gelijk de achterlijn van de bolder los te maken. De ochtendtemperatuur van 24 C en de aanmoedigingen van de overige schippers in de haven, doen Gaby besluiten een bad te nemen. 15 minuten later tuffen we zwaaiend de haven uit. Omdat er voorlopig een zwakke wind en mooi zomerweer voorspeld is, besluiten we om de volgende week op het Südfünischen Inselmeer door te brengen. Grotere afstanden, b.v. rond de Fünen zou iedere dag “op de motor varen” betekend hebben. Dus brengen we heerlijke zomerse dagen door tussen de eilanden, zeilen elke dag met het halfwind zeil, exacte navigatie is wel vereist, vele ondiepten, vooral stenen loeren aan de rand van de vaargeul. Overdag gaan we voor anker bij kleine eilandjes, zwemmen, luieren, kijken uit naar zeerobben, lezen verhalen en legenden over het gebied en ’s avonds liggen we in kleine havens, bezichtigen kleine plaatsjes, of lopen langs het strand. We leren aardige mensen kennen, de Deens-Duitse taal barrière kan bij de jongeren met Engels opgevangen worden, verder redden we ons met handen en voeten en een Duits-Deens woordentolk. Thurobond, Svendborg, Fjellebroen, Faalborg en Falsled lopen we aan. Op zondag 5-7-09 komt er verandering in het weerbeeld. Westenwind 4-5 Bft, we zeilen deels hoog aan de wind, dan weer kruisen we tegen de wind, na dagen van rustig zeilen, geeft dit dubbel zoveel plezier. Maar het weerbericht belooft duidelijk nog meer wind tegen het midden van de week. We liggen in Assens en besluiten langzaam weer richting Duitsland te zeilen. Dinsdag 7-7 koersen we bij ZW 4-5 Bft van Assens richting Als Fjord. Regenbuien bij 6 Bft geven ons de gelegenheid verschillende reef mogelijkheden uit te proberen, tot we de meest aangename gevonden hebben. 7 Uur hebben we nodig tot de monding van Als Fjord, een “natte” zeiltocht, ondanks de ondertussen stralende zon. Dan koersen we de beschutte Fjord binnen en vergroten de Genua en nemen dan ook gelijk de reef uit het grootzeil. Hier in het beschutte water is het zeilen gemoedelijk ! Om 20:20 Uur liggen we vast en wel in een box in Augustenborg. 49 zeemijl vandaag ! De navigatie berekening van de hemelsbrede afstand is 32 zeemijl. --- 17 zeemijl extra vanwege het tegen de wind in kruisen. (wordt vervolgd)
16
Im vorherigen Teil berichteten Gaby & Peter von ihrem Start in ihren siebenwöchigen Urlaub. Hier nun die Fortsetzung
Mit Grautvornix in der Ostsee Teil 2
Ja super!! Ausgerechnet wir, die nie auf solche Events gehen, landen genau zur Kieler Woche in Kiel! Deshalb die vielen Großsegler auf der Elbe und im NOK!! Aber beharrliches „Stören durch Anwesenheit“ bringt uns weiter: wir bekommen die Telefonnummer einer Werkstatt, die sich mit Sabb Motoren auskennt. Diese empfiehlt uns die Werft Rathje in Kiel Friedrichsort. Nach Rücksprache mit dem Schleusenmeister schleusen wir 15:00 Uhr aus auf die Kieler Förde, und motoren die 2 sm zur Werft. Dort werden wir schon erwartet, 16:00 Uhr stehen wir schon wieder hoch und trocken, diesmal mit gestelltem Mast. Wir bekommen Schlüssel für WC, Dusche und Tor, die Arbeiter haben jetzt Feierabend. Zum 2. Mal in diesem Urlaub nehmen wir unsere Schraube auseinander, diesmal erledigt dies Gaby. Die Teile werden gereinigt und für den nächsten Tag bereitgelegt. Dann sitzen wir im strahlenden Sonnenschein in der Plicht und genießen den Blick über die Kieler Binnenförde und den darauf fahrenden
17
Schiffsverkehr. Einen besseren Platz hätten wir nicht finden können (immer positiv denken!). Der nächste Tag (Freitag, 19.06.09) bringt die Stunde der Wahrheit: der Schaden an der Schraube mag ja durch die Berührung mit dem Unterwasserhindernis im Elbe-Weser Kanal zurückzuführen sein, der wahre Grund ist aber Verschleiß, irgendwann in diesem Jahr hätte es zu diesem Ereignis zwangsläufig kommen müssen. Der Vergleich mit einem Originalteil des Wellenlagers von Sabb zeigt, dass hier nur noch ein Austausch des betroffenen Teiles Sicherheit bringt, Reparatur unmöglich. Erübrigt hat sich auch, die Versicherung zu informieren. Bei sichtbarem Verschleiß von 39 Jahren würde dies nur unsere Zeit in der Werft hoch und trocken verlängern. Also Ersatzteil bestellt, Auftrag an die Werft erteilt, dann beginnen das Wochenende und unser Urlaub auf der Werft Rathje. Und natürlich: es beginnt die Kieler Woche. Bei heiter- wolkigen Wetter, Temperaturen um 20°C, nur selten mal ein Schauer erkunden wir mit dem Fahrrad die direkte Umgebung und Einkaufsmöglichkeiten, mit Bus und Fördedampfer („schwimmender Bus“, befährt im Zick-zack-Kurs die Förde von Kiel bis Laboe, Haltestelle an jeder Ortschaft, kostet gerade mal ein Euro mehr als der Stadtbus) Kiel und Umgebung, wir sind Stunden auf dem Wasser unterwegs, sehen die Großsegler mit und ohne Beseglung (Gorch Fock, Mir, Alexander von Humboldt um nur einige zu nennen). Abends genießen wir den Blick über die Förde, beobachten eine Möwenfamilie mit Küken direkt an der Werfthalle. Zweimal täglich ist auch noch der Verbandswechsel an Peters Hand, wir haben immer ausreichend Verbandmaterial und eine verschreibungspflichtige Salbe für tiefere Verletzungen an Bord, das erspart jetzt den Gang zum Notarzt (10 Tage später ist die Verletzung komplikationslos abgeheilt). Montags wird doch tatsächlich schon das Ersatzteil geliefert, sofort beginnen die Arbeiten am Schiff seitens der Werft, Vorarbeiten haben wir schon am Freitag geleistet. Hand in Hand läuft die Zusammenarbeit, so wird zum Beispiel das Zusammenbauen der Schraube von uns übernommen, das können wir ja mittlerweile im Schlaf. Dienstagabend schwimmt Grautvornix wieder, Maschine an, vorwärts, rückwärts: alles funktioniert. Mittwoch früh 7.00 Uhr motoren wir guter Dinge am Friedrichsorter Leuchtturm vorbei, setzen Segel. Eigentlich wollen wir nach Schleimünde, aber der NO nimmt auf 5-6 Bft zu, unangenehmer Wellengang bringt uns dazu, die Marina Wendtorf anzufahren. Dort bleiben wir bei strahlenden Sonnenschein, aber starken bis stürmischen NO- Wind bis Sonntag, erkunden die wunderschöne Umgebung und ergattern uns für die Windjammerparade am Samstag einen Logenplatz. Wenn schon Kieler Woche, dann richtig!!
18
Sonntag nimmt der NO Wind auf 3-4 Bft ab, wir segeln nach Schleimünde. Schleimünde ist ein Unikum: hier mündet die Schlei in die Ostsee, allerdings ist die Mündung recht schmal (ca. 100m, befahrbare Rinne 65m). Das die Rinne so schmal ist liegt an 2 Landzungen (Nehrungen, abgelagerter Sand), die die Schleimündung versperren wie die Scheren eines Krebses. Rechts in der Einfahrt von der Ostsee aus steht ein schwarzweiß geringelter Leuchtturm und hier befindet sich ein kleiner Hafen. Gleich neben dem Hafen liegt ein ganzjährig gesperrtes Naturschutzgebiet, so dass man von hier aus nur über den Wasserweg in das nur ein paar Kilometer entfernte Maasholm kann. Außer Lotsenhaus und Hafenkneipe und Hafenmeisterhaus gibt es noch ein Stück steinigen Ostseestrand, sonst nichts! Am nächsten Tag starten wir gegen 10.00 Uhr bei SO 3 Bft und dunstiger Sicht Richtung Aerö/ Dänemark. Wir segeln unter Genua und Großsegel gemächlich vorwärts, setzen unterwegs den Danebrog als Gastlandflagge. 14.30 Uhr haben wir Vejaes Nakke querab, die Sonne brennt mittlerweile vom wolkenlosen Himmel, der Wind ist fast völlig eingeschlafen. Wir bergen die Segel und motoren bis Marstal, müssen uns orientieren. Vorsicht Steine!!! 16:00 Uhr sind wir in einer Box fest, seit 17 Jahren endlich wieder Dänemark. Wir erkunden die nähere Umgebung und den Supermarkt (letzterer ist ein Erlebnis für sich, auch wegen der dänischen Sprache, es gibt viel zu lachen). Zurück im Hafen entdecken wir einen Steg weiter eine Merenpoort! Näheres Hinschauen ergibt: das ist Undine II, Edda und Alfred sind hier! Wir treffen uns fast jeden Urlaub zufällig. Die Freude ist groß, abends grillen wir und verbringen einen wunderschönen Sommerabend gemeinsam.
19
Außerhalb von Marstal ist Bauernland: Gersten- und Weizenfelder, klatschmohnumrandet, abfallend zum blauen Meer. Steilküsten, steiniger Strand, bunte Badehäuschen, alles unter blauen Himmel Postkartenidylle! Den Abend verbringen wir wieder gemeinsam mit Edda und Alfred am Grillplatz. Am nächsten Morgen trennen sich unsere Wege wieder, wir wollen nur die kurze Strecke bis Rudköbing (Langeland) segeln, Undine II fährt weiter bis Lundeborg (Fünen). Sonnenschein bei nördlichen Winden um 2 Bft lassen uns erstmals seit Jahren wieder an unser blau-weiß gestreiftes Halbwindsegel denken. Siehe da, das Manöver dauert zwar etwas, aber es gelingt und bringt etwas mehr Fahrt. Gegen 14:00 Uhr liegen wir schon in Rudköbing. Hier herrscht ein altmodischer Charme, viele der Geschäfte befinden sich in malerischen Bauwerken in kleinen, mit Kopfstein gepflasterten Gassen, an vielen Häusern wachsen und blühen Stockrosen, hygelig ( gemütlich) sagt dazu der Däne. Wir essen leckeres Eis in frischgebackenen Waffeln und durchstreifen das Städtchen, kaufen frischen Fisch am Hafen. Das Ablegen am nächsten Morgen begeistert unsere Nachbarlieger: Da die Box für unser Schiff viel zu lang war (wie übrigens sehr häufig in dänischen Häfen), hatten wir die Achterleinen über Kreuz liegen. Um den Palstek von den achterlichen Pollern zu nehmen, zog Peter das Schiff an der Achterleine zum Poller hin. Der leise Einwurf von Gaby, ob es nicht besser wäre, erst die Leinen wieder normal auf die Poller auf der Achterkajüte zu belegen wurde mit dem Hinweis auf „Ententeichwetter“ verworfen. Während Gaby also auf dem Vorschiff Grautvornix über die Vorleinen lose gibt, macht es achtern deutlich “Platsch“ und ein unschöner Kraftausdruck erklingt von achtern. Ein Blick ergibt folgende Lage: Flaggenstock mit Nationaler treibt langsam achteraus, Kapitän versucht ihn mit Bootshaken zu erwischen, dieses gelingt aber nicht. Den gerade beim Frühstück sitzenden Nachbarliegern tropft schon vor lauter Ablenkung der Honig vom Brötchen. Es gibt wie immer im Leben mehrere Möglichkeiten: entweder am anderen Ende des Hafens auf die Anlandung der Flagge hoffen, die Flagge samt Stock auf die Verlustliste zu setzen oder ein morgendliches Bad mit dem Ziel die Flagge zu retten und dabei auch gleich die Achterleinen auf den Pollern zu klarieren. 24°C Vormittagstemperatur veranlassen Gaby unter dem Beifall der übrigen Hafenlieger zum Baden. 15 Minuten später tuckern wir winkend aus dem Hafen. Da weiterhin nur schwache Windstärken bei schönem Sommerwetter angesagt sind, treffen wir die Entscheidung im südfünischen Inselmeer die nächste Woche zu verbringen. Größere Strecken, z.B. rund Fünen hätte jeden Tag motoren bedeutet. So verbringen wir herrliche Sommertage zwischen den Inseln, segeln täglich mit dem Halbwindsegel,
20
genaue Navigation ist erforderlich, viele Untiefen, vor allem Steine lauern am Rande der Fahrrinne. Tagsüber ankern wir vor kleinen Inseln, schwimmen, faulenzen, halten Ausschau nach Schweinswalen, lesen Geschichten und Legenden von der Umgebung und abends liegen wir in kleinen Häfen, erkunden kleine Orte, laufen am Strand. Wir lernen nette Menschen kennen, dänisch- deutsche Sprachbarrieren können bei jüngeren Leuten mit Englisch umschifft werden, ansonsten geht es mit Händen und Füßen und Deutsch- Dänischen Langenscheidt.
Thurobond, Svendborg, Fjellebroen, Faaborg, Falsled laufen wir so an. Am Sonntag den 5.7.09 ändert sich das Wetterbild, Westwind 4-5 Bft, wir segeln teils hoch am Wind, dann kreuzen wir gegen den Wind, nach tagelangen sanften Segeln bringt dies doppelt Spaß. Aber der Wetterbericht verspricht noch deutlich mehr Wind zur Wochenmitte. Wir liegen in Assens und entscheiden uns, langsam wieder Richtung Deutschland zu segeln.
21
Dienstag 7.7. kreuzen wir bei SW4-5 Bft von Assens Richtung Als Fjord. Schauerböen bis 6 Bft lassen uns mehrere Reffmöglichkeiten ausprobieren bis wir die angenehmste gefunden haben. 7 Stunden benötigen wir bis zur Einfahrt vom Als Fjord, absolut „nasses“ Segeln trotz mittlerweile strahlenden Sonnenschein. Dann biegen wir in den geschützten Fjord ein und vergrößern die Genua, nehmen dann auch das Reff aus dem Großsegel. Hier im geschützten Gewässer ist gemütliches Segeln angesagt! 20:20 Uhr sind wir fest in einer Box in Augustenborg. 49 sm heute! Navigationsberechnung der geraden Fahrtstrecke war 32 sm----17 sm zusätzlich weil gegen den Wind gekreuzt. Gaby & Hanspeter Balßer GRAUTVORNIX (wird fortgesetzt)
22
Filmavond tijdens het Zomerfeest Beste Merenpoorters, eindelijk begint het nieuwe zeil seizoen. Enkelen van jullie hebben zeker al een reisdoel in gedachten of laat je het aan de windrichting over? Het zomerfeest ligt nog vele – naar we hopen zonnige – maanden in het verschiet. Toch hebben we al plannen gemaakt. Hoe de invulling van het weekend er uit ziet, moet nog geheim blijven. Maar het programma voor de openingsdag willen we wel alvast bekend maken, want iedereen mag meedoen! Op het laatste zomertreffen was de film “De vliegende Merenpoort” van Birgit & Claus Weiss een groot succes. Aldus willen we ook dit jaar op vrijdagavond van het zomerfeest met een film voorstelling starten. Deze keer staat jullie vakantie of het leven aan boord in de schijnwerpers. Al het nodige voor een stijlvolle projectie op de genua zullen wij meebrengen. Dus, haal jullie camera’s te voorschijn en neem alles op, wat voor de boeg en voor de lens komt. We verheugen ons op de beelden en films, die jullie op een USBstick of CD kunnen meebrengen. Misschien hebben jullie ook zin om een presentatie met grappige commentaren samen te stellen. Als je nog met een goede analoge camera fotografeert, zullen we graag je beelden overzetten naar digitale plaatjes. Stuur de foto’s eenvoudig vóór 7 augustus naar ons toe op het bekende adres. De rest zullen wij verzorgen! We verheugen ons op een mooi zomerfeest met jullie! Birgit & Heiner
23
Filmabend beim Sommerfest Liebe Merenpoortler, endlich beginnt die neue Segelsaison. Einige von euch haben sicherlich schon ein Törnziel vor Augen oder entscheidet der Wind, wohin es geht? Das Sommerfest liegt noch viele -hoffentlich sonnige- Monate in der Ferne. Dennoch haben wir mit ersten Planungen begonnen. Wie die Gestaltung des ganzen Wochenendes aussieht, soll noch ein Geheimnis bleiben. Aber das Programm für den Eröffnungstag möchten wir hier schon vorstellen, denn alle sollen mitmachen! Auf dem letzten Treffen war der Film “Die fliegende Merenpoort“ von Birgit & Claus Weiss ein riesiger Erfolg. Daher möchten wir auch in diesem Jahr den Freitagabend des Sommerfestes mit einer Filmvorführung starten. Diesmal soll euer Urlaub oder Bordleben im Mittelpunkt stehen. Alle nötigen Gerätschaften für die stilgerechte Projektion auf die alte Genua werden wir mitbringen. Also, entsichert eure Kameras und schießt alles, was euch vor Bug und Linse kommt. Wir freuen uns auf Bilder oder Filme, die ihr auf einem USB-Stick oder einer CD mitbringt. Vielleicht habt ihr auch Lust, eine Präsentation mit witzigen Kommentaren zusammenzustellen. Wenn ihr noch mit der guten analogen Kamera fotografiert, digitalisieren wir eure Bilder gerne. Schickt sie uns einfach bis zum 7. August an die bekannte Adresse. Der Rest wird von uns erledigt! Wir freuen uns auf ein schönes Sommerfest mit Euch! Birgit & Heiner
24
Een tochtje over de Schelde, de Dijle en de Nete Drie jaar geleden kochten we onze Merenpoort in Friesland, nabij Tjeukermeer. De aanleiding was een spotgoedkope ligplaats in Antwerpen, een eigen bootje – een jongensdroom die in vervulling zou gaan en een pleegzoontje Nash, dat enkele dagen tevoren bij ons was ingetrokken. Dankzij de tocht van Nederland naar België konden we elkaar meteen goed leren kennen. Ondertussen zijn we twee jaar verder. Deze zomer hebben Annelie en ik lang getwijfeld waar we naartoe zouden gaan: Zeeland of de binnenwateren. Beiden hebben hun voor - en nadelen. Zeeland hadden we het jaar tevoren al gedaan dus opteerden we uiteindelijk voor de binnenwateren. Met de mast eraf wilden we het er als amateurs toch op wagen. De sterke stroming op de Schelde en aanzienlijke getijden baarden me wel wat zorgen. De eerste dag zou mijn broer ons vergezellen aangezien we minstens één zeesluis dienden te passeren waar pleziervaartuigen een aardigheid zijn. Niet iets om naar uit kijken met andere woorden.
Achterin de Royersluis op veilige afstand van de binnenschepen.
Zo gezegd zo gedaan. De belangrijkste voorbereiding betrof het raadplegen van de getijdentabellen, je wil immers niet op een Schelde terechtkomen op het verkeerde uur van de dag! Dan loopt je (kleine) benzinetank leeg en je komt geen meter
25
verder. Voor de avontuurlijke zeezeilers onder jullie lijkt dit een niemendalletje maar voor ons is elke vaardag een nieuw avontuur met onverhoopte gebeurtenissen, vooral dan vanwege onze nieuwsgierigheid en eigenzinnigheid. Op tijd versassen is de boodschap om met het opgaand tij de Schelde op te varen. Het was een schitterende dag. We hadden een prachtig zicht op de Antwerpse rede en vaarden met de stroom mee tot in Mechelen. Op deze rivier dien je uiteraard goed op de beroepsvaart te letten, veerponden die her en der oversteken én verkeersborden. Deze neem je dan best in acht tenzij je meent dat het ook anders kan. Net voor we Mechelen zouden aandoen, kwamen we op een splitsing met aan de rechterzijde een sluis, links een waterweg zonder sluis die schijnbaar door het centrum van Mechelen liep. We beseften op dat moment echter nog niet goed dat het getijdenverschil, zelfs 100 kilometer landinwaarts, nog goed 4 meter zou bedragen. Na nog zo’n goed uurtje tuffen (en bijna in het centrum van Mechelen) voeren we onder een brug waar we nog zo’n goede 40 centimeter hoogte over hadden. Even later naderden we nog een bruggetje waar we nog zo’n 10 centimeter over hadden. Nog eens vijf minuten later vaarden we door een afwateringkanaal in het centrum van Mechelen waar de muren nog zo’n twee meter boven het wateroppervlak uitstaken en er niet één plaatsje was om af te meren. Links en rechts zagen we al mensen uit het raam hangen en allerlei gestes maakten waarop we meteen wisten dat we een ‘inschattingsfoutje’ hadden gemaakt! Terugkeren was onmogelijk aangezien het water al ruim een halve meter verder was gestegen en we dus hoegenaamd niet meer onder de bruggetjes door konden. Blijven liggen was al evenmin een optie want bij het volgende laag water zou dit afwateringskanaal droogvallen met alle risico’s van dien. Tot overmaat van ramp moest mijn broer ons ‘s avonds achterlaten aangezien die de dag erna moest gaan werken. Er zat dus niets anders op dan meeneemchinees te halen en na ons diner was het wachten, wachten tot het water terug zou zakken om vervolgens terug te varen. Rond 22.00h ’s avonds meenden we dat we voldoende ruimte hadden om terug onder de brug te varen. Het moest van de eerste keer goed zijn omdat we nu stevige afgaande stroom mee hadden, keren of manoeuvreren zou onmogelijk zijn. Toen het eindelijk zover was, maakte ik reeds een touw los terwijl Annelie aan de ladder hing om een tweede touw los te maken. De duivel leek ermee gemoeid: de boot dreef af en Annelie hing zo’n drie meter boven de boot aan de ladder te bengelen! Nash hield de dieptemeter in de gaten, waarvan op dat moment het alarm afging. Paniek alom: Annelie schreeuwend aan de ladder, Nash huilend in de kuip en ik bevelend op het dek! Maar Annelie wist heldhaftig op de boot te springen, Nash raakte gekalmeerd, de motor deed het ook meteen en met een licht vaartje, gingen we onder de erg lage bruggetjes door, weg uit Mechelen! Ondertussen werd het stilaan donker en meerden we af aan oude meerpalen onder de autostrade van de E19 (tussen Antwerpen en Brussel). Niet meteen het meest romantische plekje! Nash was reeds in dromenland , Annelie en ik hielden de
26
wacht aangezien we onze dieptemeter goed in de gaten moesten houden. Rond middernacht werd het ons duidelijk dat we ook hier de nacht niet veilig zouden kunnen doorbrengen. Nog drie uur afgaand water zou onze boot behoorlijk wat schade kunnen toebrengen. In het holst van de nacht besloten we dan nog maar eens de touwen los te gooien en terug te varen tot Boom alwaar we ons veilig aan een vlottende steiger konden vastmaken. Al bij al zou deze nachtelijke tocht één van de mooiste, meest memorabele herinneringen zijn: het was stil rondom ons, er stond een prachtige volle maan, bomen en struiken wierpen door het maanlicht hun schaduw op het water. Poëtisch! Maar ik moet wel zeggen dat ik wat opgelucht was toen we ‘s nachts onze boot vastmaakten aan de steiger in Boom!
Afgemeerd onder de brug van Wijnegem
Al bij al is het nog een schitterende trip geworden waar we allemaal van genoten hebben maar waar we ook wat uit leerden: de verkeersborden staan er niet voor niets! Om dit stukje af te sluiten wil ik jullie nog even ons dilemma meegeven: we kochten dit jaar een huisje in Bulgarije aan de Donau, en …
27
We willen graag eens met een boot tot Ostrov of de Zwarte Zee varen, een kleine vierduizend kilometer waarvan het overgrote deel stroomafwaarts is. We rekenen hiervoor op zo’n 60 à 80 vaardagen en minstens een half jaar loopbaanonderbreking. Ik stel me echter enkele vragen: zou onze Merenpoort geschikt zijn voor zo een reis? We zullen vaak op motor moeten varen. Houdt mijn buitenboordmotor dit vol? Kan ik er extra brandstoftanks in aanbrengen?
Ostrov, ons dorpje aan de Donau in Bulgarije
Zou ik misschien een stukje van de mast kunnen halen om zodoende toch nog onder de bruggen te kunnen varen? Zou het mogelijk zijn een klein zeiltje te trekken? En als deze tocht met onze boot onmogelijk blijkt, zou er iemand willen ruilen (met eventuele opleg) voor een bootje dat daartoe meer geschikt is? Alle suggesties zijn welkom! Kris Dekeijzer e-mail:
[email protected] 0032 3 239 84 86
28
Ein Törn auf Schelde, Dijle und Nete
Annelie und Nash (auf der Dijle)
Vor drei Jahren haben wir unsere Merenpoort in Friesland in der Nähe des Tjeukermeers gekauft. Mit dem eigenen Boot sollte ein Jugendtraum in Erfüllung gehen. In Antwerpen hatte ich zuvor einen sehr günstigen Liegeplatz gefunden. Dann war da noch unser Pflegesohn Nash, der einige Tage zuvor bei uns eingezogen war. Auf dem Ueberfuehrungstörn von den Niederlanden nach Belgien konnten wir erste Freundschaft mit ihm schließen. Das liegt nun schon zwei Sommer zurück. Im letzten Jahr haben Annelie und ich lange hin und her überlegt, wohin es diesmal gehen sollte: nach Seeland oder auf die Binnengewässer? Beides hat seine Vor- und Nachteile. Seeland hatten wir im letzten Urlaub gemacht. Deshalb entschieden wir uns schließlich für die Binnengewässer. Der Mast sollte zuhause bleiben. So wollten wir „Amateure“ uns dahin wagen. Die starke Strömung auf der Schelde und die ansehnlichen Gezeitenunterschiede bereiteten mir schon etwas Sorgen. Mein Bruder sollte am ersten Tag zu uns stoßen, weil mindestens eine Seeschleuse auf unserem Weg lag. Freizeitboote
29
gelten hier eher als Spielzeug oder mit anderen Worten, sie werden nicht ausgesprochen rücksichtsvoll behandelt.
Annelie auf dem Vorschiff
Gesagt, getan. Der wichtigste Teil der Vorbereitungen bestand darin, die Gezeitentabellen zu studieren. Wir wollten uns nicht zur Unzeit auf der Schelde wiederfinden. Allzu schnell wäre der kleine Benzintank vom Außenborder leer und wir kämen keinen Meter weiter voran. Für die gestandenen Seesegler unter euch mögen das alles Lappalien sein, aber für uns ist jeder Tag auf dem Wasser ein neues Abenteuer mit neuen Überraschungen, nicht zuletzt wegen unserer Neugier und Eigensinnigkeit. Rechtzeitig loskommen und mit auflaufendem Wasser die Schelde aufwärts fahren, lautete unsere Devise. Es war ein herrlicher Tag. Wir hatten eine prachtvolle Aussicht auf die Reede vor Antwerpen und erreichten bei mitlaufendem Strom Mechelen. Hier galt es höllisch auf die Berufsschiffahrt acht zu geben, auf übersetzende Fähren und die Sichtzeichen. Letztere sollten geflissentlich beachtet werden, außer man meint, es geht auch anders. Kurz vor Mechelen teilte sich der Fluss. Rechterhand gab es eine Schleuse und links einen Wasserweg ohne Schleuse, der scheinbar durch das Zentrum der Stadt läuft.
30
Uns war zum damaligen Zeitpunkt nicht bewusst, daß der Gezeitenunterschied auch tief landeinwärts noch gute vier Meter beträgt. So tuckern wir in aller Ruhe eine Stunde weiter beinahe bis ins Zentrum von Mechelen. Hier geht es unter einer Brücke lang. Wir haben vierzig Zentimeter Luft nach oben. Bei der nächsten sind es gerade noch zehn Zentimeter. Fünf Minuten später geht es durch eine Art Entwässerungskanal in die Stadtmitte. Links und rechts ragen die Mauern zwei Meter vom Wasser in die Höhe. Nirgends ein Fleckchen um festzumachen. In den Häusern ringsherum werden Fenster aufgerissen, in denen Leute erscheinen, die wilde Gesten vollführen. Sofort wissen wir, irgendetwas haben wir falsch gemacht! An Umkehren ist nicht mehr zu denken. Das Wasser ist inzwischen einen weiteren halben Meter gestiegen. Durch die Brücken zurück geht es nun ganz und gar nicht mehr. Liegenbleiben ist genau so wenig eine Lösung. Beim folgenden Niedrigwasser wird der Entwässerungskanal trockenfallen mit allen Risiken, die dies für uns bedeutet. Um das Maß voll zu machen, kann auch mein Bruder nur bis zum Abend bleiben, da er am nächsten Tag wieder arbeiten muß. Es gibt nur einen Ausweg. Wir holen uns eine ordentliche Portion Essen vom Chinesen und nach dem Diner heißt es warten. Warten, bis das Wasser soweit gesackt ist, um zurückfahren zu können. Gegen Zehn am Abend glauben wir, wieder genug Platz unter den Brücken vorzufinden. Nun darf nichts mehr schief gehen, denn das ablaufende Wasser wird uns packen. Umdrehen und Manövrieren ist dann nicht mehr möglich. Also endlich weg! Ich mache eine Leine los und Annelie hängt an einer Leiter, um eine weitere zu lösen. Doch jetzt geht alles mit dem Teufel zu. Das Boot treibt ab und Amelie baumelte drei Meter über dem Boot an der Leiter. Nash versuchte sich um den Tiefenmesser zu kümmern, der im selben Augenblick Alarm schlägt. Panik ringsherum. Annelie schreit auf der Leiter, Nash weint im Cockpit und ich gebe an Deck sinnlose Befehle. Irgendwie kann Amelie heldenmütig an Deck zu springen, was wenigstens Nash wieder beruhigt. Der Motor springt sofort an und mit leichter Fahrt geht es unter die so arg niedrigen Brücken und dann fort aus Mechelen! Inzwischen wird es allmählich dunkel. Unter der Autobahn E19, die von Antwerpen nach Brüssel führt, finden wir einen Liegeplatz an ein paar alten Festmachepfählen. Nicht gerade das romantischste Fleckchen. Nash schlummert schon. Annelie und ich gehen Wache, da wir unseren Tiefenmesser beobachten müssen. Gegen Mitternacht wird uns klar, auch hier werden wir die Nacht nicht sicher verbringen können. Noch drei Stunden ablaufendes Wasser. Das könnte unserem Boot nicht gut bekommen. So beschließen wir, bei Nacht und Nebel noch einmal die Leinen los zu werfen und nach Boom zurückzufahren, wo wir am Schwimmsteiger sicher anlegen können. Alles zusammengenommen gehört diese nächtliche Fahrt zu einer meiner schönsten und beeindruckensten Erinnerungen:
31
Rundherum Stille. Am Himmel steht ein prächtiger voller Mond und Bäume und Sträucher werfen durch sein Licht geheimnisvolle Schatten auf das Wasser. Poetisch! Darf ich es trotzdem sagen? Ich war schon ein wenig erleichtert, als wir in diese Nacht unser Boot am Steiger in Boom festmachten. Unterm Strich war es ein herrlicher Törn, den wir sehr genossen haben, auch wenn wir etwas lernen mußten: “Verkeersborden“ stehen nicht umsonst da! Um diesen Bericht abzuschließen, möchte ich euch noch von einem kleinen Problem berichten: Wir haben in diesem Jahr ein Ferienhaus in Bulgarien an der Donau gekauft und, na ja…
Abenddämmerung in unserem Donaudörfchen Ostrov
Wir würden mit unserem Boot gerne einmal bis nach Ostrov oder zum Schwarzen Meer fahren, knapp viertausend Kilometer, davon der größte Teil stromabwärts. Wir rechnen mit einer Fahrzeit von sechzig bis achtzig Tagen und einem halben Jahr Berufspause. Nun stelle ich mir doch ein paar Fragen: Kriegen wir das mit unserer Merenpoort hin? Wir werden oft motoren müssen. Hält mein Außenborder das durch? Kann ich weitere Brennstofftanks anbringen? Darf ich meinen Mast ein Stückchen einkürzen, um alle Brücken passieren zu können? Kann ich ein kleines Segel führen? Und wenn sich herausstellt, daß unser Boot für diese Tour nicht das richtige ist gibt es den Eigner eines tauglicheren Bootes, der sich zu einem Tausch bewegen lässt. (eventuell gegen Wertausgleich) Jeder Rat ist willkommen. Kris Dekeijzer e-mail:
[email protected] 0032 3 239 84 86
32
The Story of SY CONSEQUENCE (so far…) deel 2 Zodoende met Birgit naar het zomertreffen! Het was het feest 2008. In gezelschap van de Merenpoorters en hun drijvende jachten werden we het drama van onze, in het verre Frankenland ”lang-zaam aan het verpieteren zijnde “Consequence”, echt pijnlijk bewust. Simon en Sascha namen ons mee om deel te nemen aan de zeilwedstrijd. Toen kwam de vreugde en het verlangen bij ons op, om daar weer eens aan mee te kunnen doen. En Birgit had het er sindsdien niet meer over, om een het schip om te bouwen tot een tuincafé, maar: “Laat het schip weer te water, zodat WIJ er weer mee kunnen varen!” De herfst kwam en dan de winter, het werk buiten werd moeilijker. Bij de eerste voorjaars stralen ging het werk weer verder. Het hout van de kuip en aan dek werd geschuurd, gebeitst en gelakt met blanke lak. Ik zorgde voor alle onderdelen voor een nieuwe uitlaat, de ankerlier, bolders en nieuwe tankdoppen voor diesel en water. Er volgden nog een nieuwe maststrijk installatie, een kogelkraan voor de keuken en een doorvoer voor de snelheidsmeter. Tijdens de renovatie in en door de werf werden alle delen gemonteerd. Met Henk en Jacco Wind maakte ik afspraken over de werkzaamheden, tijden en kosten. Maar. Hoe komt het schip naar Echtenerbrug? Ik vroeg offerten aan van jachttransport bedrijven en zocht een bedrijf met een kraan met een reikwijdte van 12 meter, die het 4,5 ton zware schip vanuit de tuin op een jachttransport wagen kan heffen. Er volgde een lange tijd voor het aanvragen van de benodigde vergunningen voor het opstellen van de kraan in de straat en de noodzakelijke stopverbod verkeersborden. Op 27 juli was het eindelijk zo ver. Kraan en transporteur waren ter plekke. Het schip ging tot 20 meter de hoogte in en kwam de volgende dag is goede staat en goed ingepakt in hal 4 van de Merenpoort werf terecht. Maar er goed tegenaan gaan, zou pas na het zomerfeest van 24 augustus kunnen gebeuren.
33
Daarom gingen we met de caravan naar de werf. Het zomerfeest werd gevierd door de wedstrijd mee te zeilen met de WEL. De stemming zit er goed in. Op maandagmorgen neem ik met Henk en Jacco de stappen voor de geplande werkzaamheden door. Als eerste gaat “lasser” Ale de Lange aan de slag. Zonder te haasten en heel nauwkeurig wordt • De nieuwe uitlaat gemonteerd • De maststrijk installatie vast gelast • De kogelkraan van de wasbak en de doorvoer van de snelheidsmeter aangebracht • De bolders en de ankerlier voorbereid • De nieuwe tankdop en ontluchting voor de watertank ingebouwd • Bij de nieuwe tankdop voor de dieseltank was het moeilijker. De oude had een kortere vulslang en de nieuwe was niet zomaar in te bouwen. Voor mij was het een “Ale -meesterstuk” , zoals hij onder de kuipvloer de oude tank zo diep geplaatst had, dat de tankdop en (nieuwe) beluchting toch volgens plan te monteren waren. • Lenspijpen vernieuwd, zonder de weinig centimeters er vandaan zittende houten afwerking te verschroeien. Ale is een meester in het omgaan met het lasapparaat. Ik was slechts vol bewondering en ben blij dat ik z’n “staalman” in de Merenpoort werf getroffen heb. • Ale heeft daarna nog de romp en het dek grondig op zwakke plekken onderzocht. God zij dank waren er geen onaangename verrassingen meer. En toen kwam Jacco, de “Kleurmeester”. Romp en dek hadden het zwaar te verduren gehad onder mijn mislukte pogingen om het schip een nieuwe kleur te geven. Jacco Wind loste het probleem met geduld, toewijding en betrokkenheid op. Hij sloeg de oude lagen er af, dan gronden, slijpen en nog eens slijpen, dan weer gronden, vaak tot diep in de nacht. De kleurkeuze werd na intensief overleg gemaakt. Vele malen bekeek ik alle schepen in de haven. Welke kleur blauw? Zekerheid had ik alleen voor wat betreft de rode streep. Welke keur moest het dek en de antislip worden? Tenslotte koos ik voor Atlantisch blauw. Antiek wit en Merenpoort rood. Zo vergleden de dagen in hal 4 tot in september. Op 5 september dan het hoogtepunt. Voor het eerst mag ik de nieuw gelakte romp bewonderen. Een prachtig mooi blauw. Het gaat voor de wind; Joho ! Maar nu moesten het dek en het onderwaterschip nog geschilderd worden. De vele raadgevingen, tips en ervaringen van Merenpoort clubleden namen een groot deel van mijn tijd bij de werf in beslag.
34
En niet te vergeten de vele uitnodigingen op de koffie (met gebak), middag en avond maaltijden. Ik werd goed opgevangen en voelde me goed verzorgd. Allemaal nogmaals hartelijk dank voor de opname in de MP-club. Tussendoor heb ik ook de “Consequence” in Lemmer gunstiger en makkelijker kunnen verzekeren dan in Duitsland mogelijk was. De feestweek in Echtenerbrug en de “Floot-show” waren een aangename afwisseling tijdens het werken op de werf. Jacco heeft het dek afgelakt en ik heb me onder zijn leiding met het onderwaterschip bezig gehouden. Ale heeft alle scheepsonderdelen op het pas gelakte dek gemonteerd. Mijn Jacco, de “Kleurmeester” jacht werd met de dag mooier. De eerste beelden en berichten gingen via de hotspot per email naar Birgit naar Schwarzenbruck. Ze mailde vol lof en voorpret over ons bootje terug. Op 28 september was de belangrijkste dag: watertest! De bijna nieuwe “Consequence” wordt gekraand en is vervolgens na 19 jaar voor het eerst weer in het water! En ze drijft! Geen water in het schip! Ik ben met recht happy! Het was voor mij de juiste beslissing en het heeft geloond om de renovatie op de Merenpoort werf te doen. Ook Johan Wind kwam vaker langs en gaf vele nuttige aanwijzingen. Ik ben de werf, Henk, Jacco en Ale zeer erkentelijk en dankbaar. De hoofdrol speler van het “Drama van Schwarzenbruck” is weer een wonderschoon zeiljacht geworden. Nu staat ze op het droge, in de “winterstalling”. In april gaat het weer verder met de motor revisie, met de interieur renovatie en de verstaging. Als er weer gevaren gaat worden, willen Birgit en ik de doop van het schip met onze Merenpoort club vieren. We zullen de uitnodiging daarvoor tijdig via de Merenpraet bekendmaken. Claus Weiss.
35
The Story of SY CONSEQUENCE (so far…) Teil 2
Mit Birgit fuhr ich zum nächsten Sommerfest! Es war das Fest 2008. Im Kreis der Merenpoortler und ihren schwimmenden Yachten wurde uns das Drama unserer im fernen Franken vor sich hin gammelnden „Consequence“ so richtig bewusst. Simon und Sascha nahmen uns mit, die Regatta zu segeln. Da kam Freude und Lust auf, jetzt wollten wir doch wieder mit dabei sein. Und Birgit sprach danach nicht mehr davon, ein Gartencafe im Schiff einzurichten, sondern: „Bring das Schiff wieder zum schwimmen und lass UNS damit wieder segeln!“ Herbst und Winter kamen, das Arbeiten im Freien gestaltete sich schwierig. Mit den ersten Frühlingsstrahlen ging’s wieder an die Arbeit. Das Holz im Cockpit und an Deck wurde angeschliffen, lasiert und mit Klarlack gestrichen. Ich besorgte alle Teile für den neuen Auspuff, eine Ankerwinsch, Poller und neue Tankdeckel für Diesel und Wasser. Es folgten ein neuer Traveller, der Kugelhahn für die Pantry und die Durchführung für die Logge. Für die Renovierung in und durch die Werft wurden alle Teile zusammengestellt. Mit Henk und Jacco Wind redete ich über die Arbeiten, Zeit und Kosten. Aber, wie kommt das Schiff nach Echtenerbrug? Ich holte Angebote von Yachttransporteuren ein und suche bei Firmen einen Kran mit 12 m Ausladung, der die
36
4,5 t Schiff vom Garten auf einen Yachtransporter heben kann. Es folgte ein längerer Behördenlauf für die Beschaffung der Genehmigung für das Aufstellen des Krans und der notwendigen Halteverbotsschilder. Am 27. Juli war es endlich soweit. Kran und Yachttransporter waren zur Stelle. Das Schiff ging bis auf 20m in die Höhe und landete am nächsten Tag wohlbehalten und gut verpackt in Halle 4 der Merenpoortwerft. Doch richtig losgehen sollte es erst nach dem Sommerfest am 24. August. Nun ging’s mit dem Wohnwagen zur Werft. Das Sommerfest wurde gefeiert. Wieder haben wir die Regatta auf der WEL mitgesegelt. Die Stimmung ist bestens. Am Montagmorgen bespreche ich mit Henk und Jacco die geplanten Arbeitsschritte. Als erstes war „Schweißer“ Ale de Lang dran. Mit Ruhe und Präzision wurden - der neue Auspuff eingebaut - der Traveller angeschweißt - Pantry-Kugelhahn und Durchbruch der Logge angebracht - Poller und Ankerwinsch vorbereitet - die neuen Tankdeckel und Entlüftung fürs Wasser eingebaut - beim neuen Tankdeckel für den Dieseltank wurde es schwierig. Der alte hatte eine geringere Höhe und der neue war so nicht einzubauen. Für mich war es ein „Ale-Meisterstück“, wie er unter dem Cockpitboden den alten Tank so tief eingebaut hat, dass Tankdeckel und (neue) Entlüftung nun wie geplant zu montieren waren. - Lenzrohre erneuert, ohne die nur wenige cm entfernte Holzverkleidung anzusengen. Ale versteht es meisterhaft mit dem Schweißgerät umzugehen. Ich habe nur noch gestaunt und bin sehr froh, einen solchen „Stahlmann“ in der Merenpoort-Werft vorgefunden zu haben. - Ale hat dann noch Rumpf und Deck gründlich auf Schwachstellen untersucht. Gott sei Dank gab es keine bösen Überraschungen. Und dann kam Jacco, der „Farbenmann“. Rumpf und Deck hatten schwer unter meinen missglückten Versuchen gelitten, dem Schiff eine neue Farbe zu verpassen. Jacco Wind löste das Drama mit Geduld, Engagement und Hingabe auf. Er schlug die alten Schichten ab, dann Grundieren, Schleifen, Schleifen, Grundieren, manchmal bis spät in die Nacht. Intensiv wurde die Farbwahl erörtert. Viele Male ging ich alle Schiffe im Hafen ab. Welches Blau? Sicher war ich mir nur bei dem roten Merenpoort-Streifen. Welche Farbe sollte das Deck und Anti-Slip haben? Am Ende entschied ich mich für Atlantikblau, Altweiß und Merenpoort-rot. So gingen die Tage in Halle 4 bis in den September. Am 5. September dann ein Höhepunkt. Zum ersten Mal darf ich den neu gestrichenen Rumpf bestaunen. Ein wunderschönes Blau. Es geht voran. Juhu! Aber noch waren Deck und Unterwasserschiff zu streichen.
37
Die vielen Hinweise, Tipps und Erfahrungen der Merenpoort-Clubmitglieder waren ein wichtiges Element meiner Zeit in der Werft. Und nicht zu vergessen die vielen Einladungen zu Kaffee mit Torte, Mittag und Abendessen. Ich habe mich gut betreut und aufgehoben gefühlt. Allen nochmals vielen Dank für die Aufnahme in den MP-Club. Zwischenzeitlich habe ich die „Consequence“ in Lemmer günstiger und einfacher als in Deutschland versichern können. Die Festwoche in Echtenerbrug und die „Floot-Show“ waren eine schöne Abwechslung zu den Arbeiten in der Werft. Jacco hatte das Deck fertig gestrichen und ich habe mich unter seiner Anleitung mit dem Unterwasserschiff beschäftigt. Ale hat alle Schiffsteile auf dem neu gestrichenen Deck montiert. Meine Yacht wurde von Tag zu Tag schöner. Erste Bilder und Berichte gingen über den Hotspot per E-Mail zu Birgit nach Schwarzenbruck. Sie mailte voll des Lobes und der Vorfreude auf unser Schiffchen zurück. Am 28. September kam der wichtigste Tag: Wassertest! Die fast neue „Consequence“ wird gekrant und ist dann nach neunzehn Jahren zum ersten Mal wieder im Wasser! Und sie schwimmt! Kein Wasser im Schiff! Ich bin richtig happy! Es war für mich richtig und hat sich gelohnt, die Renovierung in der Merenpoortwerft zu machen. Auch Johann Wind schaute öfters mal vorbei und gab gute Tipps. Ich bin der Werft, Henk, Jacco und Ale sehr verbunden und dankbar. Aus der Hauptdarstellerin des „Drama in Schwarzenbruck“ ist wieder eine wunderschöne Segeljacht geworden. Nun steht sie im Trockenen in der „Winterstalling“. Im April geht’s weiter mit der Maschinenüberholung, dem Innenausbau und Rigg. Wenn es wieder ans Segeln geht, wollen Birgit und ich eine Schiffstaufe mit unseren Merenpoort-Club feiern. Wir werden rechtzeitig in der Merenpraet dazu einladen. Claus Weiss
38
Een clubhuis voor de Merenpoorters De eerste fase van het Friese Merenproject is afgesloten. Veel veranderingen en maatregelen werden ingevoerd. Het zwaartepunt lag op de verbetering van de vaarwegen en ecologische verbeteringen. Tijdens de 2de fase tot 2015 moeten echter nog bijzondere infrastructurele maatregelen getroffen worden die de havens en het landschap betreffen. Naast de royale tegemoetkoming door de gemeenten (voor o.a. bagger werkzaamheden) staan voor het eerst ook subsidies voor watersport verenigingen op de begroting. Tijdens de herfst van vorig jaar heeft de algemene voorzitter van de overkoepelende watersportverenigingen van Friesland, mede namens de Merenpoortclub, zich laten informeren bij het “Projectbureau Friese Meren” in Leeuwarden, betreffende de mogelijkheden voor de diverse zeilverenigingen. Wat ons als Merenpoort club interesseert is het schrijven van 31-11-2009 met de beschikking van de verantwoordelijke gedeputeerde dhr. M.O.P. Graasmaand, waarin hij schrijft, dat er geen algemene middelen gereserveerd zouden zijn. Evenwel de buitengewone verdiensten van verenigingen die traditionele schepen zoals de Merenpoort kajuitzeilboot in stand houden, kunnen beloond worden. Zij zouden wel in aanmerking kunnen komen voor toekenning van een subsidies ter verbetering/uitbreiding van de huisvesting van die verenigingen. Wat een aanbod. Bij navraag bleek dat ook nieuwbouw van een verenigings gebouw in beeld komt voor subsidiering !!! Maar de beslissing om de subsidie aan te nemen moest snel genomen worden. De middelen waren tot begin 2009 opvraagbaar, en indien ze niet worden gebruikt, vervallen ze en worden verdeeld onder de andere verenigingen. Daarom is er aan oudejaarsavond een buitengewone bestuursvergadering gehouden bij Simon Bakker thuis, waarbij ook Henk en Jacco Wind waren uitgenodigd. Tegen het einde van de avond kon er daarom, niet alleen op het nieuwe jaar, maar ook op het clubhuis geklonken worden. Henk en Jacco boden een stuk grond aan direct bij haven I . En zo werd ook voor de schatbewaarder Ron Leenaars alles duidelijk. De bouw wordt gefinancierd door het “Friese Merenproject” en de symbolisch lage pacht zal door de clubkas gedragen worden. Mogelijk dat er dit jaar wel een geringe contributie verhoging nodig zal zijn. Midden maart werd de bouwvergunning goedgekeurd. Als het weer het toelaat zal begin april met het grondwerk begonnen worden. Om de bouwkosten (de lening dus) te drukken wordt op alle Merenpoorters een beroep gedaan om tijd vrij te maken voor het verlenen van hand en span diensten aan de bouwondernemer “Visser en Zn” uit Lemmer. Verder is na de casco oplevering van het gebouw de afwerking en inrichting voor eigen rekening van de club. Ook hierbij is veel hulp nodig en om de kosten te drukken wordt gevraagd
39
om meubilair als tafels, stoelen, een bar met tap, koelkast, gordijnen en wandversiering uit eigen middelen aan te leveren. Kijk bij u thuis even rond en verzamel wat u kunt missen. In de grote loods waar we normaal gesproken het zomerfeest houden, is vanaf begin april, als de boten naar buiten gaan, een gedeelte gereserveerd om de ter beschikking gestelde goederen zolang op te slaan. Met een beetje goede wil en als het weer meewerkt, (en natuurlijk ook vele Merenpoorters hun handen goed uit de mouwen steken) kunnen we in augustus ons zomerfeest misschien al in ons eigen clubgebouw vieren. Het moge duidelijk zijn, dat Henk en Jacco Wind ook heel blij zijn met deze oplossing. Het scheelt hun weer het uitruimen en schoonmaken van de grote hal, zodat die in gebruik kan blijven voor het doel waarvoor hij feitelijk bestemd is. Namens het bestuur wordt iedereen alvast gefeliciteerd met dit mooie vooruitzicht en bij voorbaat al hartelijk bedankt voor de hulp en inzet. Denkt u er wel om, goederen en meubilair dat u voor het clubhuis ter beschikking wilt stellen wordt het eigendom van de club. De goederen kunnen vanaf begin volgende maand worden ingebracht. Henk of Jacco zal u wijzen waar het kan komen te staan. Het bestuur.
Globale 3-D schets van het nieuwe clubhuis. De plattegrond van het clubhuis kunnen jullie in de Duitse versie vinden
40
Ein Clubhaus für die Merenpoortler Die erste Phase des friesischen Merenprojekts ist abgeschlossen. Viele Maßnahmen und Veränderungen wurden durchgeführt. Schwerpunkt waren der Ausbau der Fahrwege und ökologische Verbesserungen. In der zweiten Phase bis 2015 sollen darüber hinaus besonders Infrastrukturmaßnahmen in Häfen und an Land gefördert werden. Neben großzügigen Subventionen an die Gemeinden (für Baggerarbeiter, etc.) stehen erstmalig auch Zuschüsse für Wassersportverbände und Vereine zur Verfügung. Im Herbst des letzten Jahres erkundigte sich der erste Vorsitzende des Dachverbandes der Wassersportvereinigung Friesland beim “Projectbureau Friese Meren“ in Leeuwarden nach Fördermöglichkeiten für einzelne Segelvereine. Dies geschah unter vielen anderen auch im Namen des Merenpoortclubs. Mit Schreiben vom 31.11.2009 antwortet der zuständige Deputierte dhr M.O.P. Graasmaand, allgemeine Unterstützungsmaßnahmen seien nicht vorgesehen. Wohl aber kämen Subventionen für spezifische Baumaßnahmen in Betracht, um die besonderen Leistungen der Vereine beim Erhalt traditioneller friesische Schiffe (wie den Merenpoort-Kajütsegelbooten) zu würdigen. Was für ein Angebot! Eine Nachfrage ergab, auch der Neubau eines Clubhauses kann gefördert werden. Aber, die Entscheidung, die Fördermittel anzunehmen, musste schnell gefällt werden. Die Subventionen waren nur bis zum Jahresanfang 2010 reserviert. Von Vereinen nicht rechtzeitg beantragte Gelder kommen wieder in den großen Topf. So fand zu Silvester eine außerordentliche Vorstandssitzung im Hause Bakker statt, zu der auch Henk & Jacco Wind eingeladen waren. Um Mitternacht konnte dann nicht nur auf das neue Jahrzehnt, sondern auch auf das neue Vereinsheim angestoßen werden. Henk & Jacco boten ein Pachtgrundstück direkt am Hafen I an. Auch für Schatzmeister Ron Leenaars war so alles klar. Den Bau finanziert das “Friese Merenproject“ und die erfreulich niedrige Pacht kann die Clubkasse tragen. Eventuell muss der Clubbeitrag in diesem Jahr etwas erhöht werden. Schon Mitte März war der Bauantrag genehmigt. Wenn es die Witterung zulässt, kann Anfang April das Fundament gegossen werden. Um die Baukosten zu drücken, werden alle Merenpoortler gebeten, den Bauunternehmer “Visser en Zn“ aus Lemmer mit Hand- und Spanndiensten zu unterstützen. Nach Erstellung des Rohbaus müssen auf Rechnung des Vereins der Innenausbau und die Einrichtung sichergestellt werden. Alle Merenpoortler sind aufgerufen, sich an der Ausstattung des Clubhauses zu beteiligen. Wir benötigen Tische, Stühle, eine Theke mit Zapfanlage, Kühlschrank, Gardinen und Dekorationen, um es gemütlich zu machen. Bitte schaut, ob ihr etwas beisteuern könnt, alle Spenden sind herzlich willkommen.
41
Wenn Anfang April die Boote zu Wasser gelassen sind, wird in der großen Werfthalle, in der wir bisher unser Sommerfest feiern durften, ein Eckchen reserviert, um die zur Verfügung gestellten Sachen unterzubringen. Wenn das Wetter mitspielt und möglichst viele Merenpootler die Ärmel aufkrempeln, werden wir mit etwas gutem Willen das Sommerfest im August im eigenen Clubheim feiern können. Es dürfte klar sein, dass Henk und Jacco Wind diese Lösung begrüßen. Bisher waren die beiden nach jedem Sommerfest mit Aufräumen und Saubermachen belastet, um die Halle wieder ihrem eigentlichen Zweck zuzuführen. Der Vorstand möchte sich schon im Voraus bei allen für Hilfe und Einsatz bedanken. Wir können uns schon jetzt gegenseitig zu diesem Zukunftsprojekt gratulieren. Eins solltet ihr noch beachten: Die Spenden für das neue Clubhaus gehen in das Eigentum des Vereins über. Alle Sachen können ab Beginn des folgenden Monats vorbeigebracht werden. Henk und Jacco zeigen euch, wo sie genau eingelagert werden. Wir freuen uns auf ein Sommerfest im eigenen Clubhaus! Euer Vorstand
X
Lage des Clubhauses
Lageplan des neuen Clubhauses am Hafen I. Das 3-D-Modell findet ihr in der niederländischen Fassung
42
Agenda 2010 Hemelvaartweekend 13 t/m 16 mei Himmelfahrtswochenende 13. –16. Mai
Zomerbijeenkomst 20 t/m 22 augustus Sommerfest 20. – 22. August
Algemene ledenvergadering 30 oktober Jahreshauptversammlung 30. Oktober
Volgende Merenpraet: juli 2010 43
44