Verbonden Jaarverslag 2013
Verbonden Jaarverslag Kadaster 2013
Versie
W6
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
1 van 90
Verbonden Jaarverslag Kadaster 2013
Opdrachtgever Raad van Bestuur Status Vastgesteld door Raad van Bestuur Kadaster met instemming van de Raad van Toezicht. Ter goedkeuring aangeboden aan de minister van IenM Verspreiding Openbaar Versiehistorie Versie
Datum
W6
11 maart 2014
Auteur
Opmerking
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
2 van 90
Inhoudsopgave
1
Voorwoord .................................................................................................................................... 4
2
Kerngegevens............................................................................................................................... 6
3
Ontwikkelingen in de omgeving van het Kadaster....................................................................... 7
4
Resultaten t.a.v. strategische doelstellingen ............................................................................... 9
4.1
Optimale uitvoering van wettelijke taken .......................................................................................... 9
4.2
Faciliteren publieke vastgoed- en geo-informatievoorziening...........................................................12
4.3
Rechtszekerheid t.a.v. vastgoed op een hoger plan brengen...........................................................16
4.4
Kadasterkennis inbrengen in dienstverlening aan de maatschappij..................................................17
4.5
Maatschappelijk verantwoord ondernemen.....................................................................................20
5
Productie en kwaliteit ..................................................................................................................22
5.1
Productie openbare registers en kadastrale registratie ....................................................................22
5.2
Productie topografie.......................................................................................................................24
5.3
Productie herverkaveling................................................................................................................25
5.4
Productie informatieverstrekking ....................................................................................................25
5.5
Productie Maatwerk en Advies .......................................................................................................26
5.6
Kwaliteitsmanagement...................................................................................................................27
6
De klant........................................................................................................................................29
6.1
Toepassing klantstrategie ..............................................................................................................29
6.2
Klanttevredenheid..........................................................................................................................30
6.3
Klachten en bezwaren ...................................................................................................................30
7
Bedrijfsvoering ............................................................................................................................32
7.1
Organisatie en governance ............................................................................................................32
7.2
Personeel......................................................................................................................................32
7.3
ICT................................................................................................................................................33
7.4
Communicatie ...............................................................................................................................33
7.5
Bezwaar- en beroepsprocedures....................................................................................................34
7.6
Financiën ......................................................................................................................................36
8
Verantwoording en toezicht ........................................................................................................40
8.1
Bedrijfsvoeringsmededeling Raad van Bestuur ...............................................................................40
8.2
Bericht van de Raad van Toezicht..................................................................................................45
8.3
Verslag van de Gebruikersraad......................................................................................................48
8.4
Verslag van de Ondernemingsraad ................................................................................................50
8.5
Publieke verantwoording en Code Goed Bestuur............................................................................52
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
3 van 90 9
Jaarrekening 2013 .......................................................................................................................54
9.1
Balans per 31 december 2013 .......................................................................................................54
9.2
Winst- en verliesrekening over 2013...............................................................................................56
9.3
Kasstroomoverzicht over 2013 .......................................................................................................57
9.4
Toelichting behorende bij de jaarrekening 2013 ..............................................................................58
9.5
Toelichting op de balans ................................................................................................................65
9.6
Toelichting op de winst- en verliesrekening.....................................................................................74
10
Overige gegevens........................................................................................................................80
10.1
Regeling voor bestemming van het resultaat ..................................................................................80
10.2
Controleverklaring .........................................................................................................................81
Bijlagen.....................................................................................................................................................83 Bijlage 1. Organisatie..................................................................................................................................83 Bijlage 2. Personalia...................................................................................................................................86 Bijlage 3. Afkortingen..................................................................................................................................90 Bijlage 4. Contactinformatie ........................................................................................................................90
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
4 van 90
1
Voorwoord
Ook in 2013 verkeerde de Nederlandse economie in zwaar weer. Dit was het vijfde jaar op rij. Bij het Kadaster merken we dit vooral aan het aantal akten dat we krijgen aangeboden van onroerendgoedtransacties. Ook andere partijen in ons werkveld, zoals notarissen, makelaars en overheden, hebben al jaren te maken met een teruglopend werkaanbod en teruglopende budgetten. Deze werkelijkheid verbindt ons. Samen zoeken we naar efficiëntie in onze werkprocessen. Duidelijke voorbeelden hiervan zijn de inzet van Ketenintegratie Inschrijving Kadaster (KIK) en Voorlopige Kadastrale Grenzen. Maar ook de overheidsbrede inkoop van luchtfoto’s en de intensievere samenwerking met Rijkswaterstaat. Volgens de rekenmodellen was per 1 januari 2014 een tariefverhoging nodig van minstens 20%. Maar met de voorzichtige hoop op economisch herstel hebben we de minister van Infrastructuur en Milieu geadviseerd om de verhoging te beperken tot gemiddeld 10%. Dit verplicht ons om in 2014 zeer scherp aan de wind te zeilen en continu de vinger aan de pols te houden. Recessie of niet, we blijven ons richten op innovatie van onze processen en producten. Vanuit de wensen van onze gebruikers. Samen met het bedrijfsleven ontwikkelden we een methode om topografische kaarten automatisch te generaliseren. Daarmee hadden we een wereldprimeur te pakken. We kunnen nu veel goedkoper en veel sneller de topografische kaart 1:50.000 produceren. Een actuelere kaart voor de klant tegen lagere kosten. Tegelijkertijd doen we onze eerste praktijkervaringen op met stedelijke herverkaveling. Het ruilen van onroerend goed om leegstand en verpaupering in de stad te helpen oplossen. Voor dit vraagstuk werken wij samen met twee universiteiten en het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Daarnaast helpen we dit ministerie bij het vormgeven van de digitale informatievoorziening voor de toekomstige Omgevingswet. We kijken ook over de grenzen van Nederland heen. We helpen andere landen met het opzetten van duurzame landregistraties, een bewezen middel in de armoedebestrijding. In 2013 hebben we onder meer een groot project in Lesotho succesvol afgerond. De Caribische eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba behoren sinds 2010 tot het land Nederland binnen het koninkrijk. Wij adviseren het ministerie van IenM, de eilandsbesturen en de eilandskadasters over de inrichting van de kadastrale taak voor het hele Nederlandse grondgebied. De governance van het Kadaster heeft in 2013 opnieuw vorm gekregen. In overleg met de Raad van Toezicht en het ministerie van IenM hebben we nieuwe afspraken gemaakt over de inrichting van het toezicht op het Kadaster als zelfstandig bestuursorgaan. De interne besturing hebben we opnieuw slagvaardiger gemaakt door de bovenste managementlagen in te krimpen. Er zijn nu twee bestuurders en vier directeuren.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
5 van 90 Onze mensen máken het Kadaster, vooral in verbinding met de vraag van de maatschappij en van de stakeholders. Kennisbeheer en kennisdeling zijn daarom speerpunten van ons personeelbeleid. 2013 was een enerverend jaar waarin we opnieuw forse bezuinigingen doorvoerden. Desondanks konden we innoveren en hebben we geïnvesteerd in duurzame verbindingen. Raad van Bestuur, Dorine Burmanje Godfried Barnasconi
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
6 van 90
2
Kerngegevens
in miljoenen euro’s tenzij anders aangegeven Resultaat Som der bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Rentebaten en -lasten Resultaat Vermogen Werkkapitaal Eigen vermogen Kasstroom/investeringen Kasstroom uit operationele activiteiten* (Des-)investeringen in immateriële vaste activa per saldo (Des-)investeringen in materiële vaste activa per saldo (Des-)investeringen in financiële vaste activa per saldo Kasstroom uit financieringsactiviteiten Arbeidsplaatsen Aantal arbeidsplaatsen (fte's) Productie Akten (in aantallen) Hypotheekstukken (in aantallen) Meetposten (akteposten, verificatieposten en splitsingen, in aantallen) KOL (aantal betaalde producten)
2013
2012
2011
2010
2009
226,1 -235,6
242,1 -239,0
268,5 -249,9
261,6 -234,3
244,6 -241,1
-9,5 -0,1 -9,6
3,1 0,3 3,4
18,6 -0,1 18,5
27,3 -0,6 26,7
3,5 -1,4 2,1
31-12-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
9,5 49,5
4,0 59,1
6,4 55,7
-13,1 37,2
-46,8 10,5
2013 11,3
2012 0,2
2011 54,8
2010 57,2
2009 -11,3
-6,3 -1,3 2,7
-6,9 -4,1 -1,9
-11,3 -7,2 -0,8
-5,8 -7,7 -
-3,9 -14,9 -
-1,3
-9,0
2,7
-14,4
14,4
31-12-2013 1.705
31-12-2012 1.788
31-12-2011 1.854
31-12-2010 1.943
31-12-2009 2.063
2013 277.600
2012 293.200
2011 318.800
2010 331.800
2009 332.200
232.100 65.900
275.600 77.100
350.400 94.700
366.300 89.800
382.000 110.600
19.000.000
19.700.000
21.200.000
20.500.000
21.700.000
De cijfers voor akten en hypotheekstukken betreffen het totale werkaanbod van de gehele vastgoedmarkt. Akten zijn inclusief correctiestukken en koopovereenkomsten, hypotheekstukken inclusief royementsakten en beslagen. Actuele cijfers in Kadasterpublicaties als het Vastgoeddashboard en het relatiemagazine Terzake hebben betrekking op een deel daarvan, namelijk de particuliere woningmarkt. * vanaf 2012 is de kasstroom uit operationele activiteiten op een andere wijze berekend, namelijk de indirecte methode. Deze aanpassing is doorgevoerd in de cijfers van 2013, 2012 en 2011, maar niet in 2010 en 2009.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
7 van 90
3
Ontwikkelingen in de omgeving van het Kadaster
Als maatschappelijke organisatie functioneert het Kadaster alleen goed, wanneer het in voldoende mate inspeelt op ontwikkelingen in zijn omgeving. In deze paragraaf staan de belangrijkste ontwikkelingen die in 2013 van invloed zijn geweest op het Kadaster. Economie De stagnerende economie leidde tot blijvende onzekerheid bij burgers en bedrijven. Dit had een zwaar effect op de vastgoedmarkt en daarmee op het aantal bij het Kadaster ingeschreven stukken in verband met vastgoedtransacties. Pas eind 2013 waren er lichte signalen dat de vastgoedmarkt zich begint te stabiliseren. De teruglopende inkomsten van het Kadaster hebben de vermogenspositie van het Kadaster onder druk gezet. Een tariefaanpassing per 1 januari 2014 was onontkoombaar. Politiek en Overheid Het samenbrengen van tal van wettelijke regelingen op het gebied van ruimtelijke ordening en ruimtelijk gebruik in een nieuwe Omgevingswet is een speerpunt van het beleid van de minister van IenM. De informatievoorziening rondom ruimtelijke processen is een belangrijk onderdeel van de wetgeving. Het Kadaster denkt actief mee over het opzetten van deze informatievoorziening. De politiek heeft steeds meer belangstelling voor stedelijke herverkaveling als middel om binnenstedelijke problematiek zoals winkel- en kantorenleegstand op te lossen. De minister van IenM ziet het Kadaster als een van de voortrekkers bij dit onderwerp. Een van de antwoorden van het kabinet op het tekort op de rijksbegroting is het creëren van een compacte rijksdienst. Met minder kosten moet de overheid de noodzakelijke overheidsdienstverlening kunnen uitvoeren. Het Kadaster is actief betrokken bij het creëren van een compacte rijksdienst, onder andere in initiatieven als PDOK en overheidsbrede inkoop van luchtfoto’s. De governance van zelfstandige bestuursorganen is het afgelopen jaar onderwerp geweest van ambtelijke en politieke discussies in Den Haag. Voor de vier grote ZBO’s van het ministerie van IenM, waaronder het Kadaster, hebben de discussies uiteindelijk niet tot wijzigingen geleid. De governance zoals die gold op 1 januari 2013, inclusief de ZBO-status met een Raad van Bestuur en een Raad van Toezicht, blijft behouden. Het ministerie van IenM heeft intenties uitgesproken over de inrichting van de overheidstaken die tot het IenMdomein behoren. Voor het Kadaster betekent dit een grotere verantwoordelijkheid voor de kadastrale taken op Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Klanten Klanten stellen terecht hoge eisen aan de dienstverlening van de overheid. Aspecten hiervan zijn 24x7 digitale bereikbaarheid, maar ook de mogelijkheid om bij complexe zaken face-to-face contact te hebben met een
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
8 van 90 medewerker. Verder willen klanten geen last hebben van verkokering binnen de overheid. Voor zover er voor producten en diensten tarieven gelden, moet deze transparant en zo laag mogelijk zijn. De ontwikkelingen vragen van het Kadaster een voortdurende focus op de klantbehoeften, efficiënt werken en het helpen realiseren van gecombineerde en samenhangende product- en dienstlevering. In 2013 gaf het Kadaster hier invulling aan door onder andere een klantkanalenstrategie, dienstverlening PDOK en het onderzoeken van een geïntegreerd objectbericht. Technologie De ontwikkeling van technologie is een belangrijke aanjager voor product- en procesinnovatie binnen het Kadaster. Automatische generalisatietechnieken worden al toegepast, maar bieden nog veel ruimere toepassingsmogelijkheden. Andere belangrijke lopende technologische ontwikkelingen zijn tekstherkenning, 3D-geo-informatie, mobiel internet en crowdsourcingsmogelijkheden. Duurzaamheid De roep om duurzame bedrijfsvoering en dienstverlening die helpt de duurzaamheidsdoelstellingen van klanten te realiseren, neemt toe. Het Kadaster pakt dit op in het personeelsbeleid (duurzame inzetbaarheid), het gebouwen- en vervoersmanagement en in maatwerkproducten en adviesdiensten. Internationale context Veel landen kennen geen landregistratie, terwijl die een belangrijke randvoorwaarde is voor maatschappelijke stabiliteit en economische ontwikkeling. De minister voor buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking heeft in 2013 nadrukkelijk het belang van landregistratie uitgedragen. Voor het Kadaster is dit een bevestiging van het nut en de noodzaak van zijn internationale advieswerkzaamheden. 2013 was ook het jaar waarin op grond van de EU-richtlijn INSPIRE een groot aantal geo-datasets gepubliceerd moesten worden. Het Kadaster heeft hier binnen Nederland een belangrijke rol in gehad. In de bedrijfsvoering heeft het Kadaster te maken met de invoering van de Single European Payments Area (SEPA). Dit houdt onder meer in dat vanaf 1 februari 2014 alle bancaire betalingen alleen nog op basis van IBAN-rekeningnummers plaats kunnen vinden. Eind 2013 was het Kadaster geheel voorbereid op de aanstaande wijziging.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
9 van 90
4
Resultaten t.a.v. strategische doelstellingen
Het Meerjarenbeleidsplan 2013-2017 bevat vijf strategische doelstellingen. Dit zijn langetermijndoelstellingen die via operationele maatregelen gerealiseerd zullen worden, deels in het eerste planjaar, maar voor een deel ook in de navolgende jaren. In 2013 zijn voor alle vijf strategische doelstellingen merkbare stappen voorwaarts gezet.
4.1
Optimale uitvoering van wettelijke taken
Door het ontbreken van concurrentie in de uitvoering van zijn wettelijke taken, rust op het Kadaster een grote verantwoordelijkheid om steeds kritisch te zijn op de wijze waarop het zijn werkzaamheden uitvoert. Door ontwikkelingen in de omgeving zal het Kadaster op vele facetten steeds opnieuw de juiste balans moeten vinden. Concrete resultaten ten aanzien van deze strategische doelstelling zijn hieronder benoemd. Ketenintegratie Inschrijving Kadaster In het kader van het programma Ketenintegratie Inschrijving Kadaster (KIK) heeft het Kadaster samen met aanbieders van stukken (notarissen) en hun softwareleveranciers technische modellen ontwikkeld waarmee de ter inschrijving aangeboden stukken (gedeeltelijk) geautomatiseerd verwerkt kunnen worden. Automatische verwerking leidt tot betere en snellere dienstverlening, kortere reactietijden en minder kans op fouten in het rechtsverkeer. Het gebruik van KIK is toegenomen van 13% van de in te schrijven stukken in december 2012 tot 18,4% in december 2013. Meer dan de helft van alle notariskantoren leverde eind 2013 akten aan via KIK. De toename van het KIK-gebruik is deels het gevolg van voorlichting en ondersteuning bij het gebruik. Daarnaast is het aantal KIK-modellen uitgebreid, waardoor meer soorten akten via KIK kunnen worden ingeschreven. En KIKakten kennen een lager inschrijvingstarief dan niet-KIK-akten. Het Kadaster blijft in gesprek met het notariaat om gezamenlijk te zoeken naar verbetering van onder meer het gebruiksgemak, de efficiëntie, de techniek en de flexibiliteit van KIK. Vernieuwing perceelvorming Het gebruik van de nieuwe perceelsplitsingsmethode op basis van voorlopige kadastrale grenzen is in 2013 verder toegenomen ten opzichte van de oude methode waarbij deelpercelen ontstaan. Eind 2013 gebeurde ongeveer 18% van de perceelsplitsingen op basis van voorlopige kadastrale grenzen. In 2012 was dit 10%. De verwerkingssoftware is vernieuwd, waardoor vanaf 1 januari 2014 perceelsplitsingen geheel geautomatiseerd kunnen worden uitgevoerd op het moment dat de klant dat wenst. Vernieuwing systeem voor kadastrale registratie Vanwege de gebleken complexiteit van de technische vernieuwing van de kadastrale registratie is 2013 besteed aan een herbezinning op de gekozen aanpak. Eind 2013 waren nog geen definitieve beslissingen genomen over de vervolgaanpak.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
10 van 90 Basisregistratie Topografie In 2013 zijn diverse maatregelen genomen om efficiëntie van het inwinningsproces te verbeteren en de kwaliteit van het eindproduct te verhogen. Te noemen zijn: Automatische generalisatie Generalisatie is de activiteit om vanuit grootschalige kaarten kleinschalige kaarten te produceren. Het Kadaster past dit toe om vanuit de TOP10NL (schaal 1:10.000) de TOP50NL (1:50.000) te vervaardigen. Begin 2013 heeft het Kadaster dit oorspronkelijk arbeidintensieve handwerk vervangen door een innovatief geautomatiseerd systeem. Naast de kostenbesparing die het automatisch generaliseren met zich meebrengt, is ook de actualiteit van de TOP50NL sterk verbeterd. Vrijwel direct na het actualiseren van de TOP10NL is dezelfde informatie ook op schaal 1:50.000 beschikbaar. Nederland is het eerste land ter wereld dat 100% automatische generalisatie toepast in de productie van topografische kaarten. Veel collega-organisaties in andere landen hebben interesse getoond voor de ontwikkelingen in Nederland. Ook heeft het Kadaster de ‘Special Achievement in GIS Award 2013’ voor deze innovatieve ontwikkeling ontvangen. In 2013 is ook de vervaardiging van de 1:100.000-kaart via automatische generalisatie gestart. Eind 2013 was een eerste versie gereed. Deze is nog niet gepubliceerd, maar wel al gebruikt als basis voor de helicopterobstakelkaart die het Kadaster maakt voor het ministerie van Defensie. Uit een onderzoek in 2013 is gebleken dat naar verwachting vanaf ongeveer 2016 de BRT via automatisch generaliseren uit de BGT afgeleid kan worden. Lean Het productieproces is sterk verbeterd door volgens de Lean-methode overbodige processtappen te schrappen en de overgebleven stappen optimaal op elkaar af te stemmen. 2013 was het eerste volledige jaar waarin Lean is toegepast op de topografische inwinning. Door de sterk verbeterde efficiëntie bleek het gebruikmaken van aanwezig topografisch materiaal van de zogeheten topografieproducerende gemeenten geen voordeel meer op te leveren. Het gebruik ervan is daarom stopgezet. Door de inzet van Lean voldoet het Kadaster aan de wettelijke tweejarenactualiteit voor de TOP10NL. Gebruik van overheidsbreed ingekocht (lucht)fotomateriaal In 2013 heeft het Kadaster voor het topografische inwinningsproces voor het eerst gebruik gemaakt van de overheidsbreed ingekochte luchtfoto’s. De foto’s zijn van hoge geometrische en beeldkwaliteit. In dit eerste jaar is het de leverancier nog niet altijd gelukt om het fotomateriaal tijdig op te leveren, waardoor het Kadasterproces soms stokte. Koppelen basisregistraties in het stelsel Om adresgegevens uit de BAG te koppelen aan kadastrale objecten in de BRK is in 2013 maandelijks een confrontatie tussen beide basisregistraties uitgevoerd. Eind 2013 was ongeveer 89% van de adressen in de BAG gekoppeld aan een perceel of appartementsrecht in de BRK. Met verdere verbeteringen en overleg met gemeenten verwachten we uiteindelijk 95% te halen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
11 van 90 De kwaliteit van de straatnaamaanduidingen in de BRT is verhoogd door deze in overeenstemming te brengen met de officiële straatnamen volgens de BAG. Geometrische infrastructuur Tot en met 2012 bestond het GPS-Kernnetpunten uit 415 referentiepunten. Het Kadaster controleerde deze punten jaarlijks op verstoringen. Door verdere ontwikkeling in de GPS-technologie is dit aantal punten niet meer nodig. Daarom heeft het Kadaster het aantal kernnetpunten in 2013 teruggebracht naar 105 zeer stabiele punten met een vijfjaarlijkse controlecyclus. Het bijhoudingsproces is hiermee efficiënter geworden. Samen met Rijkswaterstaat heeft het Kadaster een visiedocument opgesteld met als conclusie dat de taken van beide organisaties op het gebied van geometrische infrastructuur samengebracht worden in een virtuele, gezamenlijke organisatie. Besluitvorming moet nog plaatsvinden. Geonovum en het Kadaster zijn een impactstudie gestart naar de vervanging van het RD-coördinatenstelsel door het Europese ETRS89-stelsel. Conclusies zijn in 2014 te verwachten. Innovatie en onderzoek Het Kadaster wil de kwaliteit van dienstverlening op peil houden en voldoen aan de voortschrijdende verwachtingen van klanten en opdrachtgevers. Daarvoor heeft het een voortdurende focus op toepassingsmogelijkheden van nieuwe technologie. In 2013 liepen daarom diverse onderzoeken, die deels eind 2013 nog niet afgerond waren. Landmeetkundige inwinningstechnieken In 2013 heeft het Kadaster diverse onderzoeken uitgevoerd naar nieuwe landmeetkundige inwinningstechnieken. Het meten van nieuwe kadastrale grenzen op basis van luchtfoto’s die vanuit een onbemand vliegtuig zijn genomen, bleek technisch mogelijk te zijn. De techniek leent zich goed voor het meten in moeilijk toegankelijk of (verkeers-)gevaarlijk terrein. Toch is besloten de techniek nu niet te gaan inzetten, omdat de kosten nog niet opwegen tegen de baten en operationele inzet nog onderdeel vormt van (politieke en juridische) discussies. 3D-topografie De behoefte aan driedimensionale topografische informatie groeit. Om te komen tot optimale oplossingen is het Kadaster een van de trekkers van de 3D Special Interest Group. Deze Nederlandse onderzoeksgroep werkt nauw samen met Internationale 3D-onderzoekers zoals European Spatial Data Research (Euro SDR). In 2013 heeft het Kadaster met name onderzocht hoe de BRT met hoogte-informatie (AHN2) kan worden verrijkt. Ook is gekeken naar de mogelijkheden om topografische informatie direct 3D in te winnen uit luchtfoto’s. De resultaten van de onderzoeken komen in 2014 beschikbaar. Crowdsourcing topografie De Basisregistratie Topografie is gebaat bij actualiteit. Naast de eigen processen om mutaties van de topografie op te sporen is in 2013 een proef gestart om burgers in te zetten bij het melden van veroudering
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
12 van 90 van de BRT. De proef loopt door tot in 2014, waarna besluitvorming plaats vindt. In 2013 hebben burgers in het kader van de proef al honderden meldingen gedaan. Tekstherkenning Via een onderzoek naar moderne technieken voor tekstherkenning van ongestructureerde teksten (akten) wordt hertoetst of tekstherkenning naast KIK een rol kan spelen bij (semi-)geautomatiseerde verwerking van akten.
4.2
Faciliteren publieke vastgoed- en geo-informatievoorziening
Het Kadaster is dé (rijks)overheidspartij die geo-informatie als core business en kerncompetentie heeft. Daarnaast heeft het zich bewezen als een organisatie die de gehele dienstverleningsketen in de vingers heeft, van klantvraag tot productlevering en, waar nodig, ook facturering en incasso. Dit is het vertrekpunt voor een toonaangevende rol op het gebied van publieke geo- en vastgoedinformatie. Concrete resultaten ten aanzien van deze strategische doelstelling zijn hieronder benoemd. Massale informatieverstrekking BRK-levering is de vervanger van de massale output (MO) waarmee mutaties in de kadastrale registratie periodiek worden doorgegeven aan afnemers die een kopie van de registratie bijhouden. De nieuwe mutatieleveringen worden gebaseerd op het vernieuwde Informatiemodel Kadaster. Uitgangspunt is het gebeurtenisgedreven leveren van de mutaties, waarbij de afnemer kan bepalen met welke frequentie de mutaties worden opgehaald. BRK-Levering bevat zowel de administratieve als de geometrische kadastrale informatie. Het grootste deel van de productvarianten van BRK-Levering is in 2013 ter beschikking gekomen. Als eerste kwam de leveringsmogelijkheid per gemeentelijk grondgebied, gevolgd door de leveringsmogelijkheid per eigenaar. Zowel totaalstanden als mutatiebestanden zijn leverbaar. In 2014 volgt de mogelijkheid tot levering van willekeurig begrensde gebieden. De huidige Massale Output zal in 2015 stopgezet worden. Verstrekking van topografische informatie Sinds 1 januari 2012 zijn de digitale producten die tot de BRT behoren als open data kosteloos voor iedereen verkrijgbaar. In 2013 zijn klanten gestimuleerd om over te stappen van de methodiek van afname via de bestaande Kadasterkanalen naar afname via webmapping- en dowloadservices van PDOK. Begin 2014 zullen de Kadasterkanalen voor levering van de BRT-producten gesloten worden. Adressen en gebouwen De Basisregistratie Adressen en de Basis Gebouwenregistratie, veelal aangeduid als de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG), maken deel uit van het stelsel van basisregistraties. De gemeenten zijn de bronhouders van de BAG. Het Kadaster beheert de landelijke voorziening voor de verstrekking van BAGinformatie en voert het secretariaat van het BAG bronhouders- en afnemersoverleg (BAG BAO).
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
13 van 90 Sinds 2012 bestaat de BAG-viewer binnen PDOK. In 2013 is de ontsluiting van BAG-gegevens via PDOK uitgebreid met een webmapping- en een webfeatureservice. Door de ontsluiting van de BAG via PDOK voldoet Nederland aan de INSPIRE-verplichting tot het ontsluiten van adresgegevens, zeker nu de landelijke voorziening adressen in het INSPIRE-dataformat kan leveren. Ruimtelijke plannen Als onderdeel van de informatietaak voor ruimtelijke plannen heeft het Kadaster een mobiele website "Watmagwaar" gelanceerd. Deze maakt het gebruikers nog eenvoudiger om waar dan ook ruimtelijke plannen te raadplegen. Als onderdeel van de Europese INSPIRE-verplichting ontsluit het Kadaster sinds juni 2013 de ruimtelijke plannen ook via PDOK in het INSPIRE-dataformat. WOZ De waarde van onroerende zaken (WOZ-waarde) wordt vastgesteld door de gemeenten om te dienen als grondslag voor belastingheffing. De WOZ is onderdeel van het stelsel van basisregistraties. Het Kadaster verzorgt in opdracht van de minister van Financiën de landelijke voorziening WOZ. In opdracht van Financiën heeft een softwarebedrijf, in samenspraak met onder meer het Kadaster, de landelijke voorziening gebouwd. In 2013 is het systeem opgeleverd. Eén leverancier van software die gemeenten gebruiken voor het aanleveren van WOZ-gegevens, had eind 2013 de verplichte conformiteitstoets succesvol doorlopen. Hierdoor is de weg vrij voor het aansluiten van gemeenten op de landelijke voorziening. Het merendeel van de gemeenten zal naar verwachting in 2014 aansluiten. Grootschalige topografie In oktober 2013 is de Wet BGT gepubliceerd in de Staatscourant. In die wet staan voor het Kadaster twee taken beschreven: registratiehouder en beheerder van de landelijke voorziening. Het Kadaster wil PDOK als kanaal gaan inzetten voor de informatieverstrekking uit de landelijke voorziening. Deze zal in 2014 in gebruik worden genomen. In 2013 heeft het Kadaster samen met andere betrokkenen veel aandacht besteed aan het soepel laten verlopen van de informatiestromen in de keten van bronhouder via de landelijke voorziening en PDOK naar de afnemer van de BGT-data. Kabels en leidingen In 2013 zijn diverse verbeteringen in de KLIC-dienstverlening gerealiseerd. Vanaf medio 2013 is de KLICinformatie ook te verkrijgen via webservices en sinds eind 2013 is het mogelijk om in één keer een omvangrijk gebied of een lang tracé te melden bij het Kadaster. Ook kunnen de te leveren kaarten naar wens aangevuld worden met matenplannen van nog niet gerealiseerde topografie. De minister van Economische Zaken heeft in mei 2013 het evaluatierapport van de WION aan de Tweede Kamer aangeboden. Het rapport spreekt positief over de rol van het Kadaster en doet daarbij twee aanbevelingen voor verdere verbetering van de dienstverlening. De daarvoor benodigde systeemaanpassingen zijn in 2013 opgestart.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
14 van 90 Beeldmateriaal 2013 was het eerste jaar dat de ‘overheidsbreed’ ingekochte luchtfoto’s beschikbaar waren voor alle deelnemende overheidspartijen (provincies, waterschappen en een groot deel van de rijksoverheid). Het Kadaster beheert hiervoor de landelijke voorziening beeldmateriaal. Voor intern gebruik bevat deze voorziening ook op straatniveau ingewonnen panoramabeelden. Synergie in geo-informatievoorzieningen In de afgelopen jaren heeft het Kadaster steeds meer landelijke voorzieningen in beheer genomen. Eind 2013 waren dit de landelijke voorzieningen BAG, WKPB, Beeldmateriaal, energielabels, ruimtelijke plannen en WOZ. De voorzieningen zijn los van elkaar en door diverse organisaties gebouwd. Om op beheer en onderhoud te besparen, is het Kadaster het programma 'Synergie landelijke voorzieningen' gestart. Het einddoel is het ombouwen van specifieke IT-componenten tot generieke componenten voor alle landelijke voorzieningen en het bundelen van het beheer en de exploitatie van het geheel aan landelijke voorzieningen. Open data Op basis van afspraken met de minister van IenM over budgetfinanciering viel de informatieverstrekking uit de BRT en een deel van de BAG al sinds 2012 onder het open-dataregime. Door uitbreiding van de budgetfinanciering zijn sinds 1 januari 2013 ook de tarieven voor informatieverstrekking over RD-coördinaten en gemeente- en provinciegrenzen vervallen. De informatie uit de BRK is wel openbaar, maar vanwege privacy en rechtszekerheid gelden er gebruiksvoorwaarden. Op basis van financieringsafspraken met IenM kunnen overheden, in 2013 nog exclusief de gemeenten, deze informatie kosteloos raadplegen. Voor overige afnemers geldt een tarief. Publieke Dienstverlening Op de Kaart Per 1 januari 2013 is PDOK overgegaan van de programmafase naar de beheerfase. De PDOK-partners (ministeries van IenM en Economische Zaken, Rijkswaterstaat en het Kadaster) hebben het beheer van PDOK bij het Kadaster ondergebracht. Naast de basisdienstverlening kan het Kadaster als exploitant van PDOK binnen bepaalde randvoorwaarden extra functionaliteit ontwikkelen. In 2013 hebben de ministeries van IenM en Financiën elk een plusopdracht aan het Kadaster gegund. Deze hebben betrekking op de landelijke voorzieningen van respectievelijk de BGT en de WOZ. INSPIRE De EU-richtlijn Infrastructure for Spatial Information in Europe (INSPIRE) verplicht de lidstaten om in een aantal stappen de geo-informatievoorziening van de benoemde thema’s (publieke geodata) volgens INSPIREstandaarden te verzorgen. In Nederland is het Kadaster aangewezen om de volgende thema’s te verzorgen: adressen, kadastrale percelen, administratieve eenheden, geografische namen, vervoersnetwerken en hydrografie (Annex I), bodemgebruik (Annex II) en statistische eenheden, gebouwen en landgebruik, gebiedsbeheer en zeegebieden (Annex III).
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
15 van 90 Het Kadaster laat de INSPIRE-informatievoorziening verlopen via PDOK. Sinds eind 2013 is het mogelijk om alle bovengenoemde thema’s met uitzondering van kadastrale percelen via PDOK te raadplegen. Ook andere PDOK-partners ontsluiten hun INSPIRE-plichtige datasets via PDOK. Om de INSPIRE-informatie over de landsgrenzen heen nog beter bruikbaar te maken heeft EuroGeographics in 2013 het project European Location Framework opgestart. De Europese Unie ondersteunt het project financieel. Het Kadaster levert inhoudelijke bijdrage op het gebied van onder meer kaartgeneralisatie, datakwaliteit en opsporing van mutaties. Omgevingswet Om de lappendeken aan omgevingsrecht te vereenvoudigen en bundelen is het kabinet gestart met het opstellen van een nieuwe Omgevingswet. In 2013 is hiervan een toetsversie verschenen. De nieuwe wet leunt sterk op digitale informatievoorziening. IenM heeft het voortouw bij het ontwerpen van een samenhangende informatievoorziening, die wordt aangeduid als de Laan van de leefomgeving, waaraan verschillende sectorale informatiehuizen liggen. Het Kadaster heeft in 2013 actief meegewerkt aan de vormgeving van de laan en de huizen. Onderzoeken Gemeentelijke publiekrechtelijke beperkingen In 2013 heeft de minister van IenM een werkgroep opgericht bestaande uit IenM, Geonovum, de gemeente Amsterdam en het Kadaster. Deze onderzoekt hoe problemen die gemeenten en Kadaster nu ondervinden in het actueel houden van de landelijke voorziening WKPB, kunnen worden opgelost. Het opheffen van het duale stelsel ten aanzien van publiekrechtelijke beperkingen en het geografisch vastleggen van beperkingen op basis van contouren zijn concrete opties. De minister wil vóór de invoering van de Omgevingswet (omstreeks 2016) een beslissing nemen. Geïntegreerd kadastraal objectbericht In 2013 heeft het Kadaster een prototype voor het geïntegreerd kadastraal objectbericht ontwikkeld, waarin naast kadastrale gegevens ook gegevens uit andere basisregistraties over het object staan vermeld. Het prototype voldoet technisch en zal in 2014 verder afgestemd worden met klantgroepen. Linked data Het Kadaster is één van de overheidsorganisaties die gegevens als open data vrijgeven voor (her)gebruik. Deze gegevens van de opendata-aanbieders worden in verschillende formaten en op verschillende locaties beschikbaar gesteld. Linked data is een innovatieve techniek om relaties tussen objecten te beschrijven volgens semantic web principes. In 2013 is de Pilot Linked Open Data afgerond waarbij is gekeken of de linked-datatechniek geschikt is om overheidsdata voor een breed publiek te ontsluiten. De deelnemers waren Forum Standaardisatie, gemeente Amersfoort, gemeente Nijmegen, Hack de Overheid, Kadaster, Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten, ministerie van Infrastructuur en Milieu, Interprovinciaal overleg, Geobusiness Nederland en Geonovum. Gezamenlijk zijn zij gekomen tot een systematiek om eenduidig te kunnen verwijzen naar gegevens die op het
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
16 van 90 web gepubliceerd zijn. Het Kadaster heeft deze systematiek toegepast op de begrippen uit de Basisregistratie Kadaster en op energielabels. Dit zijn stappen op weg naar een betere informatievoorziening door de overheid met authentieke data aan de bron. Toolbox voor app-ontwikkelaars Samen met drie commerciële partners heeft het Kadaster een Toolbox voor ontwikkelaars van mobiele apps gemaakt. De toolbox omvat toegangsmogelijkheden tot diverse open datasets zoals de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en data over de gemiddelde koopsom. Makers van apps kunnen elkaar inspireren door voorbeelden te delen en toepassingen te laten zien. De beschikbaarstelling van de toolbox is een proef die tot in 2014 loopt. Na afloop ervan zullen de partners van de proef besluiten nemen over de voortzetting ervan, en, zo ja, over de uitbreiding van het aantal datasets.
4.3
Rechtszekerheid t.a.v. vastgoed op een hoger plan brengen
Vergroten juridische betrouwbaarheid kadastrale registratie De betrouwbaarheid van de kadastrale registratie is het fundament van het Kadaster. In 2013 is gestreefd naar vergroting van de juridische betrouwbaarheid door te zoeken naar mogelijkheden om het moment van registratie zo dicht mogelijk bij het moment van de wijziging van de rechtstoestand te laten vallen. Dit kwam met name tot uiting in het stimuleren van het gebruik van KIK en perceelvorming op basis van voorlopige kadastrale grenzen. Beide onderwerpen zijn beschreven in paragraaf 4.1. 3D in de kadastrale inschrijving In situaties waar de werkelijke eigendomsituatie niet goed kan worden weergegeven op een tweedimensionale kadastrale kaart kan een driedimensionale (3D) vastlegging van het te registreren object uitkomst bieden. In 2013 zijn technische voorzieningen voorbereid waarmee de notaris op termijn een 3Dtekening met de akte kan inschrijven in de openbare registers. Van een verplichting om 3D-tekeningen in te schrijven is vooralsnog geen sprake. Daarvoor is een wetswijziging nodig. Het Kadaster heeft een geïntegreerde 3D-aanpak. De inspanningen om te komen tot een 3D-inschrijving zijn dan ook afgestemd met de inspanningen voor 3D-topografie, zoals beschreven in de paragraaf 5.1.2. Grensoverschrijdende transacties in registergoederen In het project Cross Border Electronic Conveyencing (Crobeco) zijn de afgelopen jaren de mogelijkheden verkend om met inachtneming van bestaande verschillen in rechtsstelsels en registratieprocessen grensoverschrijdende onroerend goedtransacties uit te voeren. In 2013 is met behulp van een EU-subsidie het project Crobeco II van start gegaan. Dit project richt zich op de verbindingen Nederland-Portugal en Engeland/Wales-Spanje naast de al bestaande verbinding Nederland-Spanje.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
17 van 90 Caribisch Nederland De minister van IenM streeft naar het organisatorisch bundelen van de kadastrale taak voor de drie eilanden van Caribisch Nederland (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) en het Europees Nederlandse grondgebied. Daarvoor moet wetgeving aangepast worden. Het ministerie van IenM is in 2013 begonnen met het wetsontwerp, gericht op een transitie in 2016. Het Nederlandse Kadaster is als adviseur van de eilandsbesturen en de eilandskadasters betrokken bij de transitie. Het Kadaster Bonaire loopt voorop in de transitie; het is gestart met digitalisering van de registratie en professionalisering van de organisatie.
4.4
Kadasterkennis inbrengen in dienstverlening aan de maatschappij
Het Kadaster ziet het als zijn taak om gebruiksklare informatieproducten te leveren. Klanten vragen hierom, omdat het Kadaster bij uitstek de partij is die de op grond van zijn kennis en ervaring de betekenis van de vastgoed- en geodata kan duiden. Data en kennis over de data zijn de bouwstenen van de standaard informatieproducten en van de maatwerkproducten en adviesdiensten. In toenemende mate is kennis de reden voor klanten om zich tot het Kadaster te wenden en voor partners om met het Kadaster aan een samenwerkingsverband te willen deelnemen. Ook internationaal staat de kennis en kunde van het Kadaster op het gebied van landregistratie, landinrichting en geo-informatie goed bekend. Het Kadaster neemt zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid om deze kennis op consultancybasis aan te bieden aan landen die deze nodig hebben. De verbetering van de zekerheid van de rechten op land wordt immers gezien als belangrijk instrument voor de economische ontwikkeling en de verbetering van leefomstandigheden. Voorbeelden uit 2013 van dienstverlening op basis van Kadasterkennis zijn hieronder genoemd. Verkavelen voor groei In 2013 is het Kadaster samen met de Dienst Landelijk Gebied en LTO volop actief geweest met ‘Verkavelen voor groei’. Deze aanpak is ontwikkeld om tegemoet te komen aan de wens van provincies. Deze willen zich meer opstellen als regisseur van initiatiefnemers van onderop en minder top-down sturen. Tegelijkertijd zal er behoefte blijven om aan optimalisering van de inrichting van het landelijk gebied. Verkavelen voor Groei biedt mogelijkheden voor zowel een participatieve, snelle en goedkope wettelijke herverkaveling als een vrijwillige kavelruil. Met name deze laatste vorm werpt zijn eerste vruchten af. DLG en Kadaster hebben de efficiëntie van de processen weten te vergroten door technische en procesoptimalisaties. LTO heeft in belangrijke mate bijgedragen aan het creëren van draagvlak voor verkaveling als instrument voor verbetering van het landelijke gebied. In 2013 kwamen de verkavelingsinitiatieven met name in de provincies Drenthe, Overijssel, Utrecht, NoordBrabant en Limburg van de grond. Advies en ondersteuning inzake ruimte en vastgoed Als onderdeel van de maatwerk- en adviesdiensten assisteert het Kadaster andere overheden bij vraagstukken rond ruimte en vastgoed. Door het aanleveren van doelgroepgerichte informatiebouwstenen helpt het Kadaster de andere overheden om in de vroege planvorming beleidsvraagstukken te structureren.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
18 van 90
Infrastructuur Grootschalige infrastructuurprojecten zijn erbij gebaat dat al in de vroege voorbereidingsfase inzicht is in de omgevingsfactoren, zowel onder als boven het maaiveld, die bepalend kunnen zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen. In het kader van een tweetal MIRT-studies heeft de minister van IenM samen met de betrokken regionale overheden het Kadaster de opdracht gegeven van de twee gebieden een ‘gebiedsfoto’ te maken. Een gebiedsfoto is een momentopname van een bepaald gebied. De door het Kadaster gemaakte gebiedsfoto bestaat uit zeven themakaarten: Natuur & Water, Cultuurhistorie, Bodem, Grondposities, Topografie, Geluid en Ruimtelijke plannen. Verder heeft het Kadaster in een aantal gebieden onderzocht in hoeverre het landbouwverkeer kan worden verminderd door een betere verkaveling van agrarische bedrijven. Minder landbouwverkeer draagt bij aan verhoging van de verkeersveiligheid, minder luchtvervuiling en minder wegonderhoud, naast uiteraard de bedrijfsmatige voordelen voor de agrariërs. Vastgoed Leegstand van kantoren en niet-optimale benutting van maatschappelijk vastgoed hebben de vraag naar inzicht in vastgoedposities vergroot. Het Kadaster heeft in 2013 gemeenten inzicht gegeven in onder andere het woningbezit van senioren, het aanwezige scholenvastgoed en energievoorziening van maatschappelijk vastgoed. Zulke informatie kan gemeenten helpen duurzaamheidsdoelstellingen op het eigen vastgoed te behalen en te bezuinigen op de huisvestingskosten voor maatschappelijke voorzieningen. Stedelijke herverkaveling Het Kadaster heeft net als in 2012 actief bijgedragen aan studies naar stedelijke herverkaveling samen met enkele universiteiten en commerciële partijen. De ministers van IenM en Rijksdienst & Wonen hebben aangegeven dat zij stedelijke herverkaveling zien als een nuttig instrument voor het oplossen van stedelijke problematiek. Het Kadaster maakt deel uit van een ministeriële werkgroep wetgeving die zich richt op het opnemen van het instrument stedelijke herverkaveling in de Omgevingswet. Zorgsector De zorgsector staat voor grote bezuinigingsopgaven. Eén van de methoden van bezuinigen is het concentreren van voorzieningen om daarmee een deel van het in gebruik zijnde vastgoed te kunnen afstoten. In 2013 heeft het Kadaster samen met een deel van de zorgsector het nut van geo-informatie voor dit vraagstuk onderzocht. Deze onderzoeken wijzen op kansrijke toepassing van geo-informatie in de zorgsector. Maatwerk vastgoed- en geo-informatieproducten In 2013 is een grote diversiteit aan maatwerk-informatieproducten geleverd aan een brede doelgroep, uiteenlopend van de media tot projectontwikkelaars en overheden. Veel maatwerkproducten hadden betrekking op het registreren van de eigendom van kabel- en leidingnetwerken en, nieuw in 2013, het inventariseren van hypotheken van woningcorporaties.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
19 van 90 Internationaal International consultancy In 2013 heeft het Kadaster gewerkt aan internationale adviesprojecten in meer dan 20 landen. Vrijwel alle nieuwe projecten gebeuren in samenwerking met publieke en private partners. In Lesotho is met succes een project van vijf jaar afgerond. Meer dan 60.000 percelen zijn geregistreerd en de kadastrale registratie is institutioneel verankerd. In Rwanda is in 2013 een project gestart, waarbij het Kadaster adviseert over de koppeling van het administratieve deel van de kadastrale registratie aan het geometrische deel. Dit project loopt door tot in 2014. Als gevolg van de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie moeten de geo-informatie-infrastructuur en de kadastrale registratie van het land op Europees niveau gebracht worden. Het Kadaster is betrokken bij een project om Kroatië daarin te ondersteunen. Verder zijn voorbereidingen getroffen voor consultancyprojecten in Griekenland en Bangladesh. Het Kadaster is in 2013 partner geworden van het Global Land Tool Network, een programma van UN Habitat. Het ministerie van Buitenlandse Zaken is medefinancier van het programma. Het Kadaster heeft in 2013 een opdracht gekregen om onderzoek te doen naar de toepasbaarheid van het Social Tenure Domain Model in ontwikkelingslanden. Internationale betrekkingen, samenwerking en positionering Net als in 2012 trad het Kadaster op als gastheer en co-organisator van het internationale congres Geospatial World Forum. Er waren meer dan 1.000 deelnemers uit 90 landen. Daarnaast was het Kadaster één van de trekkers van de FIG Young Surveyors Conference, een netwerk- en kennisdelingsinitiatief voor jonge geoprofessionals. Het Kadaster vertegenwoordigt Nederland in de UN GGIM (Global Geospatial Information Management). 2013 is benut voor het leggen van verbindingen tussen Europese landen met als doel om meer gezamenlijke ideeën en standpunten uit te dragen over de opzet, het beheer en het gebruik van nationale en internationale geo-informatievoorzieningen. De boodschap dat een goede landregistratie landroof kan helpen voorkomen is geadopteerd door de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Zij heeft dit in 2013 tot onderwerp van gesprek gemaakt in veel van haar buitenlandse missies. Het Kadaster heeft zelf aan de handelsmissie naar India deelgenomen. Naast het brengen van kennis biedt het deelnemen aan internationale platforms en congressen ook mogelijkheden om kennis uit andere landen op te doen. In 2013 is buitenlandse kennis over onder meer 3D geo-informatie, IT-ontwikkelingen en satellietbeeldgebruik benut voor binnenlandse innovatie. Voor wat betreft internationale samenwerking is de focus op onderwijs en onderzoek voortgezet. Samen met het ITC (International Institute for Geo-information Science and Earth Observation) van de Universiteit Twente
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
20 van 90 is het Kadaster verantwoordelijk voor de School for Land Administration Studies, die het predicaat United Nations University mag voeren. Medewerkers van het Kadaster zijn in dit kader betrokken geweest bij capaciteitsopbouwprojecten in Oeganda, Rwanda en Kenia. Verder zijn buitenlandse delegaties ontvangen uit onder meer Kaap Verdië, Ethiopië en Noorwegen.
4.5
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Op twee manieren draagt het Kadaster bij aan duurzaamheid. Het levert informatieproducten en adviesdiensten die klanten helpen bij het realiseren van hun duurzaamheidsdoelstellingen. Ook adviseert en assisteert het Kadaster andere landen in het opzetten en organisatorisch borgen van hun landregistraties. Voorbeelden van deze dienstverlening staan vermeld in paragraaf 4.4. Daarnaast streeft het Kadaster naar een duurzame bedrijfsvoering volgens het principe van ‘people-planet-profit’. Het people-aspect is onderdeel van het personeelsbeleid en -management, zoals beschreven in paragraaf 6.1. De hieronder genoemde duurzaamheidsonderwerpen hebben betrekking op het aspect planet. Mobiliteit Alle medewerkers hebben eind 2013 de beschikking gekregen over een NS-businesscard voor zakelijke reizen en voor een deel van de medewerkers ook voor woon-werkverkeer. Dit geeft een extra stimulans voor het reizen per openbaar vervoer en draagt daarmee bij aan het terugdringen van CO2-uitstoot. Op proef zijn enkele elektrische auto’s gebruikt voor zakelijke reizen. De actieradius bleek nu nog onvoldoende om zulke auto’s breed in te zetten, maar de technische ontwikkelingen op het gebied van eauto’s zijn veelbelovend. Energieverbruik In 2013 heeft het Kadaster in verband met een afnemende bezetting een passende hoeveelheid kantoorruimte afgestoten. Dit heeft niet alleen een besparing op huurkosten opgeleverd, maar ook een besparing op energieverbruik. Het energieverbruik van de kantoren is onderzocht. Hieruit bleek dat het energieverbruik redelijk is in vergelijking met andere kantoren. De onderzoeksrapporten bevatten ook concrete aanbevelingen voor verbetering. Duurzaam inkopen Het Kadaster conformeert zich al jaren aan het overheidsstreven tot 100% duurzaam inkopen. Dit was in 2013 concreet aan de orde bij onder meer de aanbesteding van bedrijfskleding. Het uitsluiten van kinderarbeid en gebruik van gevaarlijke chemische stoffen bij het fabriceren van de kleding waren in de aanbesteding harde criteria. Initiatieven tot gezamenlijke inkoop dragen bij aan het totstandkomen van een duurzame, compacte rijksdienst. In 2013 heeft het Kadaster de samenwerking gezocht met Rijjkswaterstaat en de Sociale Verzekeringsbank. Deze samenwerking is gericht op kennisuitwisseling en het behalen van schaalvoordeel.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
21 van 90 Afvalbeheer Eind 2013 is een nieuwe aanbesteding voor het afvalbeheer uitgezet. Via een uitvraag heeft het personeel van het Kadaster aangegeven groot voorstander te zijn van afvalscheiding aan de bron. Dit is dan ook het uitgangspunt voor de aanbesteding. Vooruitlopend op de aanbesteding zijn op enkele afdelingen in twee kantoren proeven genomen met gescheiden afvalinzamelilng.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
22 van 90
5
Productie en kwaliteit
5.1
Productie openbare registers en kadastrale registratie
Het Kadaster registreert vastgoedgegevens in de Openbare Registers en de kadastrale registratie. In de Openbare Registers archiveert het Kadaster de verschillende notariële akten over zakelijke rechten en hypotheken. De belangrijkste gegevens uit deze akten neemt het Kadaster over in het juridisch-registratieve deel van de kadastrale registratie. De ligging en begrenzingen van kadastrale percelen wordt onder meer vastgelegd op de kadastrale kaart. Inschrijving akten en hypotheekstukken Aantal inschrijvingen Aantal inschrijvingen akten Aantal inschrijvingen hypotheekstukken
2013
2012
2011
2010
2009
277.600
293.200
318.800
331.800
332.200
232.100
275.600
350.400
366.300
382.000
Perceelvorming Percelen in de kadastrale registratie ontstaan als gevolg van metingen door het Kadaster. De percelen worden vervolgens weergegeven op de kadastrale kaart. Voor het bijhouden van de kadastrale kaart zijn er drie soorten meetopdrachten: akteposten, verificatieposten en splitsingen. Akteposten en verificatieposten zijn meetopdrachten die voortvloeien uit een eigendomsoverdracht. Een aktepost is een meetopdracht die ontstaat wanneer een gedeelte van een perceel wordt overgedragen. Bij de meting worden de definitieve nieuwe percelen gevormd. Een verificatiepost is een meetopdracht die ontstaat wanneer voorafgaand aan de verkoop van een gedeeltelijk perceel het oorspronkelijke gehele perceel gesplitst wordt op basis van een voorlopige kadastrale grens. Bij de meting wordt van de al gevormde nieuwe percelen de definitieve grens bepaald. Omdat er tijd verloopt tussen het ontstaan van akteposten en verificatieposten en het moment dat zij gemeten worden, is in de onderstaande tabel onderscheid gemaakt tussen nieuwe en verwerkte posten. In het geval van splitsingen worden bestaande percelen op verzoek van de eigenaar in twee of meer delen gesplitst. Van grensreconstructie is sprake wanneer op verzoek van de rechthebbende de kadastrale grens op basis van de originele meting in het terrein zichtbaar wordt gemaakt. 2013
2012
2011
2010
2009
Nieuwe akteposten
28.000
30.500
40.500
45.600
49.300
Verwerkte akteposten
35.000
42.700
53.000
50.500
72.800
Nieuwe verificatieposten
6.200
3.500
1.400
Nog geen perceelvorming o.b.v.
Verwerkte verificatieposten
2.100
200
1.000
voorlopige kadastrale grenzen
Splitsingsverzoeken
28.800
34.400
41.700
39.300
37.800
Grensreconstructies
2.900
3.500
3.900
3.700
5.700
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
23 van 90
Verstrekking van kadastrale informatie Het Kadaster levert een diversiteit aan kadastrale informatieproducten. De bekendste zijn de object- en subjectberichten, die informatie geven over één perceel of één rechthebbende, en de massale outputproducten die de kadastrale toestand van een geheel gebied op een peildatum weergeven. Het informatieverstrekkingsproces is in hoge mate geautomatiseerd. Naast de dagelijkse productie liepen in 2013 diverse trajecten om de dienstverlening blijvend goed af te stemmen op de klantbehoeften. Mijn Kadaster Aantal geleverde betaalde
2013
2012
2011
2010
19,0 mln.
19,7 mln.
21,2 mln.
20,5 mln.
1,6 mln.
1,7 mln.
1,9 mln.
2,0 mln.
informatieproducten via Kadaster-on-line aantal geleverde producten via Kadata internet
Online producten voor de particulier aantal geleverde online producten voor
2013
2012
2011
2010
126.000
150.000
192.000
237.000
de burger Complexe informatievragen Onderzoek titels, erfdienstbaarheden
2013 32.100
en complexaanduidingen
Productie registratie schepen en luchtvaartuigen Naast onroerende zaken registreert het Kadaster ook de eigendom van schepen en luchtvaartuigen. Deze registratie is voor de eigenaren niet verplicht, maar is wel een voorwaarde om op het betreffende schip of luchtvaartuig een hypothecaire lening te kunnen afsluiten.
Schepen en luchtvaartuigen
2013
2012
2011
2010
Aantal inschrijvingen schepen
734
868
1.010
1.206
Aantal inschrijvingen luchtvaartuigen
44
26
42
28
Geometrische infrastructuur Als onderdeel van de nieuwe bijhoudingsmethodiek van het GPS-Kernnet, zijn in 2013 22 van de 105 kernnetpunten gecontroleerd en berekend.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
24 van 90 5.2
Productie topografie
Basisregistratie Topografie TOP10NL (1:10.000) vormt samen met de hiervan afgeleide kleinschalige topografische producten in de kaartschalenrange van 1:25.000 tot 1:1.000.000 de Basisregistratie Topografie (BRT). In 2013 zijn 289 kaartbladen, bij elkaar ruim 18.000 km 2, geactualiseerd. Voor wat betreft de levering van producten uit de BRT was 2013 een overgangsjaar. Naast de al bestaande fysieke levering van producten door het Kadaster is het sinds eind 2012 mogelijk om de BRT te raadplegen en downloaden via PDOK. In 2013 heeft het Kadaster 884 leveringen gedaan van de TOP10NL (landsdekkend of delen van het land), 789 van TOP25raster en 671 van TOP50raster. Begin 2014 stopt het Kadaster met deze vorm van levering. PDOK zal vanaf dan nog het enige leveringskanaal zijn. Europese kaartvervaardiging De Europese koepelorganisatie van kadasters en topografische diensten EuroGeographics heeft een aantal gestandaardiseerde topografische kaartproducten gedefinieerd. Elk deelnemend land vervaardigt deze geüniformeerde producten voor zijn eigen grondgebied. Sinds 2011 is het Kadaster daarnaast de coördinator van de productie van een deel van de landen (Nederland, België, Luxemburg, Verenigd Koninkrijk, Griekenland, Cyprus, Roemenië, Moldavië en Bulgarije). De productie van de EuroRegionalMap (1:250.000) voor het Nederlandse grondgebied is geheel gelijkgeschakeld met de vervaardiging van het BRT-product op de schaal 1:250.000. Het gehele grondgebied van Nederland is in 2013 geactualiseerd. De Franse topografische dienst vervaardigt jaarlijks op basis van de EuroRegionalMap de EuroGlobalMap (1:1.000.000), ook voor het Nederlandse grondgebied. Speciale opdracht MGCP Het Multinational Geospatial Co-production Program (MGCP) is een samenwerkingsverband van 30 landen dat hoogwaardige militaire geografische data verzamelt door middel van de interpretatie van satellietbeelden. In het kader van dit programma heeft het Kadaster in opdracht van de Dienst Geografie Koninklijke Landmacht (DGKL) 8 MGCP-cellen in kaart gebracht, waaronder de eilanden Aruba, Bonaire en Curaçao. Bij elkaar gaat het om een oppervlakte van ruim 2,5 keer Nederland. In 2013 heeft het Kadaster de MCGPproductie uitgevoerd volgens de Lean-aanpak.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
25 van 90
5.3
Productie herverkaveling
De wettelijke herverkaveling op basis van de (WILG) is in 2013 deels gebeurd in lopende projecten en deels in nieuwe projecten die onder het programma Verkavelen voor groei vallen. Door Verkavelen voor groei is de betrokkenheid van het Kadaster bij vrijwillige kavelruilen sterk toegenomen. In onderstaande tabel is daarom voor het eerst de productie kavelruil opgenomen. 2013
2012
2011
2010
2009
195.877
212.775
281.400
295.000
339.000
Aantal ha plan van toedeling ter inzage
5.640
14.388
17.863
2.000
24.000
Aantal ha aktepassering
19.105
17.500
22.473
37.000
34.000
Wettelijke herverkaveling Aantal ha in uitvoering
Vrijwillige kavelruil Aantal ha eigendom geruild Aantal ha pacht geruild
5.4
3.283
Voor 2013 werd dit productiegetal niet gemeten.
100
Voor 2013 werd dit productiegetal niet gemeten.
Productie informatieverstrekking
Energielabels van gebouwen Op 31 december 2013 waren 2.761.968 certificaten in de landelijke voorziening opgenomen, waaronder 285.089 nieuwe certificaten in 2013. De geregistreerde certificaten hebben betrekking op 2.440.770 gebouwen. Ruimtelijke plannen In 2013 zijn ongeveer 14.000 nieuwe digitale plannen beschikbaar gekomen op www.ruimtelijkeplannen.nl, waarmee het totaal aantal plannen eind 2013 ruim 40.000 is. Het gebruik van de website is in 2013 verder toegenomen tot ongeveer 130.000 unieke gebruikers per maand die in totaal zo’n 5,6 miljoen pagina's per maand opvragen. Kabels en leidingen De taak van het Kadaster is gedefinieerd in de WION en wordt veelal aangeduid met de naam die al voor de WION werd gebruikt: Kabels- en Leidingen Informatiecentrum (KLIC). Het totale aantal KLIC-meldingen in 2013 bedroeg 520.000. Ondanks de stagnerende bouw- en vastgoedmarkt is dit ten opzichte van 2012 toch nog een groei van 3%. Artikel 15 van de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten verplicht netbeheerders om jaarlijks het aantal schadegevallen als gevolg van graafwerkzaamheden te rapporteren aan het Kadaster. Het Kadaster neemt een overzicht hiervan op in het jaarverslag. Door deze publicatie wordt de aard en omvang van de jaarlijkse schade als gevolg van graafwerkzaamheden zichtbaar.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
26 van 90
20131)
2012
2012
2011
e
e
e
2011
2 helft
1 helft
2 helft
1e helft
Aantal geregistreerde netbeheerders
1027
984
1.010
1.007
1.049
Aantal netbeheerders dat een schaderapportage
944
981
985
976
981
209
189
173
184
174
Aantal schades dat is opgevoerd door netbeheerders
38.317
19.677
17.884
17.762
17.037
Aantal schades waarvan het KLIC-nummer bekend is
21.312
11.246
8.326
8.600
7.714
€ 29,1 mln
€ 12,0 mln
€ 15,2 mln
heeft opgeleverd over periode Aantal netbeheerders dat opgeeft graafschade te hebben gehad in periode
bij de netbeheerder Totale directe schadekosten (reparatie van het net) Gemiddelde directe schadekosten per schadegeval
1
€ 760 )
3
€ 611 )
3
€ 847 )
€ 11,7 mln € 13,1 mln € 805 2)
1
)
Stand bij het verstrijken van de wettelijke meldtermijn (01-02-2014).
2
)
Tot en met 2011 zijn bij het bepalen van het gemiddelde schadebedrag alleen maar die schademeldingen
3
)
Met ingang van 2012 is de screening op de ingediende schademeldingen aangescherpt en wordt bij het bepalen van
Op dat moment hadden nog niet alle netbeheerders opgave gedaan van de graafschades.
meegenomen waar ook daadwerkelijk een schadebedrag is ingevuld.
het gemiddelde schadebedrag uitgegaan van alle schademeldingen.
Publieke Dienstverlening Op de Kaart Eind 2013 waren er 64 datasets in PDOK opgenomen, waaronder 8 datasets die in beheer zijn bij het Kadaster. Het aantal geregistreerde overheidsorganisaties, of namens hen geregistreerde bedrijven, bedroeg toen 336. Samen met een onbekend aantal anonieme, niet-geregistreerde afnemers, zorgden zij eind 2013 voor gemiddeld 50 miljoen hits per maand. De publicatiewebsites van de kwaliteit van zwemwater (www.zwemwater.nl) en van officiële bekendmakingen (via www.overheid.nl) waren de grootste gebruikers van PDOK-diensten, met name de BRT-achtergrondkaart en de geocodeerservice.
5.5
Productie Maatwerk en Advies
Adviesopdrachten Het Kadaster heeft in 2013 88 adviesopdrachten uitgevoerd. Hiervan kwam 85% uit de (semi-)publieke sector, ter ondersteuning van zowel beleidsvorming als uitvoering van overheidstaken. Private opdrachtgevers en adviesbureaus, die vaak in opdracht van publieke partijen werken, waren goed voor de overige 15%. De totale omzet bedroeg € 1,1 miljoen. Maatwerkproducten In 2013 heeft het Kadaster ruim 37.000 maatwerkleveringen gedaan, grotendeels via het maatwerkportaal.
€ 841 2)
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
27 van 90 International consultancy International consultancy geldt als nevenactiviteit van het Kadaster die met toestemming van de minister van IenM uitgevoerd wordt. De projecten moeten op basis van kostendekkendheid uitgevoerd worden. Zij worden gefinancierd uit (internationale) fondsen zoals die beschikbaar zijn bij de Nederlandse regering, Europese Commissie, Verenigde Naties en Wereldbank. De omzet van de international consultancyprojecten in meer dan 20 landen bedroeg in 2013 € 1,3 miljoen (2012: 1,4 miljoen).
5.6
Kwaliteitsmanagement
Binnen het Kadaster richt kwaliteitsmanagement zich op het brede perspectief van de bedrijfsvoering. De kern van het kwaliteitsmanagement is het continu monitoren en verbeteren van processen, producten en registraties volgens de plan-do-check-act-cyclus. De toetsing van de kwaliteit van de registratie gebeurt door steekproefsgewijze kwaliteitsmetingen; voor toetsing van de kwaliteit van de processen worden planmatig audits uitgevoerd (volgens het auditjaarplan). Ook klachten en bezwaren en klantsignaal- en klantprocesmanagement zijn steeds gebruikt als input om de kwaliteit van registraties, producten en processen te verbeteren. In 2013 is het kwaliteitsmanagement uitgevoerd op de wijze die is beschreven in het kwaliteitsmanagementsysteem. De scores op de normen van het Kwaliteitshandvest en de analyses ervan zijn in de hoofdstukken 5 en 6 van dit jaarverslag bij de betreffende onderwerpen opgenomen. In de onderstaande tabel zijn de scores bij elkaar gezet.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
28 van 90 Realisatie Beschrijving Handvest
Norm / belofte in Handvest 2013
2012
96,7%
98%
96%
98%
Servicenormen Afhandeling klachten
Binnen 5 werkdagen (binnen 6 weken in overleg)
Afhandeling bezwaar
Binnen 5 werkdagen (uiterlijk wettelijke termijn)
Actualiteit registratie Opnemen in Openbare Registers
Binnen 24 uur (95%)
99,96%
99,8%
Publicatie
Voor 9 uur volgende dag
98,12%
97,5%
Bijwerking registratie
Binnen 6 werkdagen
100%
100%
Inmeting nieuwe grens
Binnen 3 maanden na aanwijs
53%
59%
Actualiteit topografische kaart
2 jaar
100%
100%
Kwaliteit registratie Ontsluiting Openbare Registers
100% goed
99,96%
99,9%
Kwaliteit overige gegevens
99,5% goed
99,6%
99,4%
Kadastrale kaart (perceelnr.= obj.verw)
100% goed
99,3%
99,2%
Kadastrale kaart (overige gegevens)
95% goed (conform GBKN)
100%
97%
Oppervlakte
conform HTW
99,1%
99,5%
Top10NL (volledig en juist)
95% goed
95,8%
95,6%
ISO 9001 Het kwaliteitsmanagementsysteem wordt extern getoetst aan de norm ISO 9001-2008. De certificering vindt driejaarlijks plaats; in de tussenliggende jaren wordt een controle-audit uitgevoerd. In 2013 heeft een controleaudit plaatsgevonden. Deze is succesvol verlopen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
29 van 90
6
De klant
Als publieke uitvoeringsorganisatie staat het Kadaster voor de taak de klanten optimaal te bedienen binnen de randvoorwaarden van de wettelijke opdracht en de beschikbare financiële middelen. In 2012 is de klantstrategie vastgesteld die meer focus op de klant beoogt. Het afgelopen jaar is gebruikt voor het uitwerken en implementeren van de klantstrategie.
6.1
Toepassing klantstrategie
Toegang tot kennis en producten (basisvoorzieningen) In 2013 het Kadaster een aantal basisvoorzieningen gerealiseerd die ons in staat stellen de klant beter te leren kennen en naar zijn wensen te luisteren. Zo is dit jaar het vernieuwde klantinformatiesysteem opgeleverd. Niet alleen brengt het Kadaster daarmee de klantadministratie up-to-date, de introductie van het klantinformatiepunt zorgt ervoor dat de hele organisatie toegang heeft tot deze kennis. Dit helpt de organisatie om te zorgen dat de klant wordt benaderd met producten en diensten die voor hem relevant zijn en op een manier die hem past en aanspreekt. Omdat de klantstrategie stelt ‘digitaal waar mogelijk, persoonlijk waar noodzakelijk of gewenst’, heeft de ontwikkeling van digitale dienstverlening de volle aandacht van het Kadaster. Met een nieuw Kadaster.nl introduceerde het Kadaster in 2013 een laagdrempelig platform waar de klant eenvoudig toegang heeft tot relevante informatie. Luisteren naar de klant In de klantstrategie geeft het Kadaster aan nog nadrukkelijker betrokken te willen zijn bij en te luisteren naar de klanten om zodoende de dienstverlening te optimaliseren. De klanttevredenheidsmeting is daarbij een belangrijk instrument. In het afgelopen jaar kende de tevredenheid een stijgende trend. De klanttevredenheidscijfers zijn te vinden in paragraaf 6.2. Het is niet altijd nodig klanten te bevragen. In het dagelijkse contact ontvangt het Kadaster klantsignalen. Dit kan een vraag of klacht zijn, maar ook met kanaalvoorkeur of de populariteit van een product geeft de klant zijn signaal. Komen klantsignalen veelvuldig terug dan wordt dit opgepakt door klantsignaal- en klantprocesmanagement. In 2013 heeft Klantsignaal- en klantprocesmanagement geleid tot concrete verbetervoorstellen. Zo gaat het Kadaster de kosten van facturatie voor de klant en voor het Kadaster aanzienlijk terugbrengen en verbetert het Kadaster de toegang tot specifieke producten. De resultaten worden zichtbaar in 2014.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
30 van 90 Klantprincipes De klantstrategie vraagt veel van de Kadaster-organisatie. Om te zorgen dat elke medewerker binnen het Kadaster weet wat van hem of haar wordt verwacht, heeft het Kadaster de klantstrategie vertaald in drie eenvoudige en herkenbare ‘klantprincipes’: • ‘Ik word in één keer goed geholpen bij het Kadaster’ • ‘De producten zijn gemakkelijk te gebruiken, ik heb voldoende aan een minimale toelichting’ • ‘Als ik contact heb met het Kadaster hoef ik geen informatie over mijzelf te geven die ik al eerder heb verstrekt’ Uit het klanttevredenheidsonderzoek in 2013 bleek dat een meerderheid van de klanten zich herkent in deze principes (71%, 65% respectievelijk 62%), maar dat het Kadaster nog kan verbeteren. Daarom is gewerkt aan de informatie en correspondentie rondom populaire landmeetkundige producten. Met ‘klare taal’ en een transparant klantproces zet het Kadaster in op ‘in één keer goed’. De zorgvuldige registratie in het vernieuwde klantinformatiesysteem, helpt het Kadaster herhaalvragen aan de klant in 2014 te voorkomen.
6.2
Klanttevredenheid
Naast de scores ten opzichte van de normen in het kwaliteitshandvest is de klanttevredenheid een belangrijke graadmeter voor de kwaliteit van dienstverlening. In 2012 is het Kadaster overgestapt van periodieke klanttevredenheidsmeting naar continue meting. Het onderzoek van dat jaar was een nulmeting. In 2013 hebben we volgens deze systematiek een vervolgmeting uitgevoerd. De vaste onderzoeksonderwerpen vertoonden het volgende beeld: • Klantcontactcenter De gemiddelde tevredenheidsscore is 7,2 (2012: 7,0). Het in één contact afhandelen van de klantvraag is positief beoordeeld. De snelheid van antwoorden/reageren mag beter. • Klantcontactcenter KLIC De gemiddelde tevredenheidsscore is 7,5 (2012: 7,1). • Klachtenafhandeling Er is sprake van een sterk fluctuerende beoordeling. De klachtenafhandeling over fouten in de registratie en over facturen is goed beoordeeld. • Meldpunt notariaat De gemiddelde tevredenheidsscore is 7,4 (2012: 7,2).
6.3
Klachten en bezwaren
Het Kadaster kent vier soorten klachten en bezwaren: -
een Bezwaar richt zich tegen een formeel besluit van het Kadaster; een voorbeeld van deze categorie is een bezwaarschrift tegen een kennisgeving die het resultaat van een meting of een aktenregistratie weergeeft;
-
een Verzoek tot herstel heeft betrekking op vermeende misslagen van het Kadaster, zoals bedoeld in artikel 7s en 7t van de Kadasterwet; een voorbeeld van deze categorie is het verzoek van een notaris tot
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
31 van 90 herstel van een geconstateerde fout in de kadastrale registratie. Ook terugmeldingen over de Basisregistratie Kadaster en de Basisregistratie Topografie, artikelen 7m t/m 7p Kadasterwet, vallen in deze categorie; -
een Klacht Product heeft betrekking op de producten van het Kadaster. Voorbeelden van deze categorie zijn klachten over de uitkomst van een grensreconstructie of klachten over een factuur;
-
een Klacht Gedraging richt zich tegen het gedrag van (een medewerker van) het Kadaster. Voorbeelden van deze categorie zijn vermeende beledigende opmerkingen van een medewerker tegenover betrokkenen of klachten over de hoogte van tarieven.
In 2013 zijn er 26.149 klachten en bezwaren binnengekomen, dat is 2% minder dan in 2012. Een derde van de klachten en bezwaren was ongegrond, deze verhouding is de afgelopen jaren stabiel gebleven. Totaal
2013 Gegrond
2012
Gegrond
2011
Gegrond
2010
Gegrond
Bezwaar
1.864
46%
1.715
46%
1.884
44%
1.843
45%
17.785
70%
18.894
70%
21016
72%
20.956
71%
6.377
68%
6.043
63%
4.293
61%
5.169
68%
123
36%
108
49%
116
41%
98
38%
Verzoek tot herstel Klacht product Klacht gedraging
Klachten en bezwaren zijn in 97% van de gevallen binnen de termijn volgens het kwaliteitshandvest afgehandeld (2012: 98%). De gemiddelde doorlooptijd van een klacht was in 2013, evenals in 2012, 3,6 werkdagen. Beroepszaken en schadeclaims Naast bovengenoemde klachten en bezwaren zijn in 2013 acht beroepen ingesteld. Hiervan is er één ongegrond verklaard. Zeven beroepszaken zijn nog in behandeling bij de rechtbank. Het merendeel van de beroepszaken in 2013 betrof beroep tegen afwijzing door het Kadaster van bezwaren over vastlegging van grenzen en oppervlaktes. De kosten van toegekende schadeclaims bestonden voornamelijk uit vergoedingen voor kosten van notarissen voor het opmaken van rectificaties, voor herstel van de registratie en het Openbaar Register op verzoek van het Kadaster. Aantal
2013
Gegrond
2012
Gegrond
2011
Gegrond
2010
Gegrond
Beroepszaken
8
-
19
-
32
72%
22
18%
Claims
95
41%
95
37%
129
37%
132
40%
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
32 van 90
7
Bedrijfsvoering
7.1
Organisatie en governance
De organisatie en governance van het Kadaster zijn beschreven in bijlage 1. In 2013 is de governance op enkele punten gewijzigd. Op grond van een nieuwe ministeriële regeling zijn sinds 2013 de taken en verantwoordelijkheden van de minister, de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur in lichte mate aangepast. Ook is per 1 januari 2013 een nieuwe organisatiestructuur ingevoerd. De Raad van Bestuur bestaat uit twee leden die in gezamenlijkheid besluiten nemen (collegiaal bestuur). Voor slagvaardige besluitvorming hebben de twee bestuurders met de vier directeuren een overlegverband ingesteld, de directieraad. Elk lid van de directieraad (bestuurder of directeur) geeft leiding aan één directie.
7.2
Personeel
CAO In 2013 heeft het Kadaster met de vakbonden een nieuwe CAO afgesloten. Deze ‘CAO van de toekomst’ is een meerjarige overeenkomst waarin veel van het in het MBP geformuleerde HRM-beleid is geborgd. De grote natuurlijke uitstroom die de komende jaren te verwachten is, sluit kwantitatief aan bij de teruglopende capaciteitsbehoefte als gevolg van een teruglopend werkaanbod en een verhoogde efficiëntie. Om de arbeidsvraag en het arbeidsaanbod ook kwalitatief goed op elkaar af te stemmen is een ‘Matchpoint’ ingericht. Dit zet zich in voor het ontwikkelen van medewerkers op kennisgebieden waar behoefte aan is en het verder uitnutten van de talenten van medewerkers. Kennismanagement Een van de middelen om een vitale en flexibele organisatie te creëren is het programma Kennismanagement. In 2013 hebben ongeveer 600 medewerkers gewerkt aan kennisdoelen die zij in 2012 in samenspraak met hun manager hadden gesteld. Ook is in 2013 besloten om alle overige medewerkers deel te laten nemen aan het kennismanagementprogramma en om kennismanagement integraal onderdeel te maken van de personeelsmanagementcyclus. Op strategisch en tactisch/operationeel niveau hebben we verbinding gemaakt tussen organisatiedoelen en de daarvoor benodigde kennis. Kadaster in verbinding Eind 2012 is een start gemaakt met het programma Kadaster in Verbinding (KIV). De doelstellingen voor dit programma zijn: zicht hebben op onze taken, wat is onze betekenis, wat is onze koers en met wie en hoe werken we samen. De eerste drie doelstellingen zijn in 2013 in de projecten KIV 1 en 2 gerealiseerd. Verder is besloten om in 2014 het laatste deel van het programma uit te voeren. Daarin gaat het om kijken naar hoe we samenwerken in de keten en zoeken naar ketenoptimalisatie. Het uiteindelijke doel is om te komen tot gedragsverandering, zodat verbinding in de haarvaten van de medewerkers komt te zitten, iedereen zich bewust is van de afspraken in het MBP, iedereen het takenpakket en de ketens waarin we werken kent en we collega’s proactief opzoeken.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
33 van 90
7.3
ICT
De Kadasterprocessen zijn vrijwel geheel gestoeld op ICT-voorzieningen en deze vormen daarmee een omvangrijke post in de bedrijfsmiddelen. Een ongestoorde beschikbaarheid van de ICT op het juiste kwaliteitsniveau is dan ook van cruciaal belang voor het functioneren van het Kadaster. In 2013 is specifiek aandacht besteed aan de onderstaande onderwerpen. Sourcing datacentrum Medio 2013 is het definitieve besluit genomen tot outsourcing van het rekencentrum en werkplekdiensten. De rest van 2013 is besteed aan de transitie van de werkzaamheden. Vanaf 1 januari 2014 is Capgemini verantwoordelijk. In 2013 en 2014 kunnen de betreffende medewerkers aangeven of zij overgaan naar Capgemini danwel binnen het Kadaster de status van herplaatser krijgen. De feitelijke overgang van medewerkers vindt in 2014 plaats. Complexiteitsreductie ICT Door het reduceren van de complexiteit van de ICT-infrastructuur worden applicatiereleases simpeler. Daardoor kan nieuwe functionaliteit sneller beschikbaar komen. Als concrete stap in de complexiteitsreductie is een Professioneel Linux Platform ingericht. In 2013 zijn de eerste applicaties, onder andere www.ruimtelijkeplannen.nl, overgebracht naar dit nieuwe platform. Informatiebeveiliging Het Kadaster stelt op basis van risicoanalyses het gewenste beveiligingsniveau en de daarbij behorende beveiligingsmaatregelen vast. Sinds 2004 hanteert het Kadaster de internationaal erkende en veel toegepaste code voor informatiebeveiliging (ISO27001) als uitgangspunt voor zijn beveiligingsproces. In 2013 is met succes de controle-audit voor het behoud van het ISO27001 certificaat doorlopen. In het afgelopen jaar is gewerkt aan de verdere professionalisering van de beveiliging om de betrouwbaarheid van de dienstverlening op peil te houden. De beveiliging van alle diensten wordt gemonitord en indien nodig aangepast naar aanleiding van geconstateerde risico's, nieuwe technologische ontwikkelingen, gewijzigde maatschappelijke verwachtingen of nieuwe (internationale) best practises. Het Kadaster is aangesloten op de dienstverlening van het Nationaal Cyber Security Centrum en volgt de alertmeldingen en adviezen die door dit centrum afgegeven worden.
7.4
Communicatie
Begin 2013 is de geheel vernieuwde website van het Kadaster in gebruik genomen. Deze voldoet aan de eisen van de tijd en is veel beter beheerbaar. Het gebruik van de sociale media voor snelle, doelgerichte communicatie is geïntensiveerd. Twitter bereikt vooral de zakelijke relaties van het Kadaster, terwijl de Kadaster-uitingen op Facebook zich primair richten op de burger en in mindere mate op de zakelijke relaties.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
34 van 90 Intern is er veel aandacht geweest voor ‘Klare taal’. Via workshops zijn medewerkers gestimuleerd om intern en extern te communiceren in begrijpelijke taal, afgestemd op de doelgroep. Om journalisten snel en effectief van correcte informatie te voorzien is een multidisciplinair mediateam opgericht. De informatievoorziening van de pers is hiermee sterk geprofessionaliseerd.
7.5
Bezwaar- en beroepsprocedures
Op grond van diverse wetten kunnen belanghebbenden bezwaar en beroep aantekenen tegen besluiten en/of handelingen van het Kadaster. In onderstaand overzicht zijn de bezwaar- en beroepszaken van 2012 geanonimiseerd vermeld. Bezwaren en beroepen die naar aanleiding van Kadasterbesluiten over klachten zijn ingediend, staan niet in dit overzicht. Deze zijn vermeld in paragraaf 6.3. Bezwaar- en beroepsprocedures
Wet openbaarheid
Wet Nationale
Algemene wet bestuursrecht
van bestuur
ombudsman
P-dossiers
Primair proces
Digitale vervanging
Beslissing op
veldwerk en
WOB-verzoek
hulpkaart Aantal lopende
5 bezwaar
zaken per 1-1-2013
1 beroep
2 beroep
1 hoger beroep
Geen
4
geen
2 beroep
1 hoger beroep
n.v.t.
4
n.v.t.
n.v.t.
3 niet-ontvankelijk
n.v.t.
2 hoger beroep Aantal hiervan
5 bezwaar
afgedaan in 2013
1 hoger beroep
Resultaat
Bezwaar:
1 niet
1 (kennelijk)
1 ingetrokken
ontvankelijk
ongegrond
2 ongegrond
1 gegrond,
1 gedeeltelijk
maar
ongegrond 1 gegrond
1 afgewezen
rechtsgevolgen blijven in stand
Hoger beroep: 1 ongegrond Aantal nieuwe
29 bezwaar
zaken in 2013
7 beroep
Aantal hiervan
22
afgedaan in 2013
geen
3 beroep
3 bezwaar
6
5
3
4
2 beroep n.v.t.
n.v.t.
3 bezwaar
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
35 van 90 Resultaat
1 niet in
2 No geen
7 ongegrond
behandeling
aanleiding
1 gedeeltelijk
genomen
ander
1 niet-ontvankelijk
onderzoek
1 zienswijze
1 dossier
gehonoreerd
gesloten
9 ingetrokken
n.v.t.
n.v.t.
3 ongegrond
ongegrond 5 niet ontvankelijk
1 op de hoogte houden No van volgend contact met betrokkene, omdat betrokkene de No opnieuw zou kunnen benaderen.
Aantal lopende
7 bezwaar
zaken op 31-12-
8 beroep
2013
1 hoger beroep
Geen
Geen
2 beroep
3
1
Status vonnis en hoger beroep inzake aanbesteding KLIC-viewer In 2009 heeft het Kadaster de ontwikkeling van een geografische viewer voor KLIC-aanvragers aanbesteed. Naar aanleiding van de aanbesteding heeft een bedrijf bij het Kadaster een schadeclaim ingediend. De rechtbank heeft het Kadaster daarop eind 2011 veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van € 10 miljoen. Het hoger beroep dat het Kadaster tegen dit vonnis heeft ingesteld was eind 2013 nog onder de rechter. Integriteit en klokkenluiden De Commissie Integriteit Kadaster heeft de integriteitszaak die eind 2012 nog liep in 2013 afgehandeld. Op de klokkenluidersregeling is in 2013 geen beroep gedaan.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
36 van 90
7.6
Financiën
Resultaat 2013 Het boekjaar 2013 is afgesloten met een negatief resultaat van € 9,6 miljoen. In verkorte vorm kan de winsten verliesrekening als volgt worden gepresenteerd: Realisatie 2013 in miljoenen euro’s
Bedrijfsopbrengsten
Begroting 2013
Realisatie 2012
in MBP 2013-2017 226,1
233,6
242,1
-235,6
-253,0
-239,0
Bedrijfsresultaat
-9,5
-19,4
3,1
Rentebaten en rentelasten
-0,1
0,1
0,3
Resultaat
-9,6
-19,3
3,4
Bedrijfslasten
Het resultaat over 2013 is € 9,7 miljoen positiever dan de begroting 2013, zoals opgenomen in het MBP 20132017. Dit hogere resultaat ten opzichte van de begroting kan voornamelijk worden toegeschreven aan de lagere kosten ad € 17,4 miljoen. Deze lagere kosten worden met name wordt veroorzaakt door een verschuiving in de tijd van een deel van de kosten met betrekking tot de uitbesteding van het rekencentrum (naar 2014) ad € 12,5 miljoen. Dit resultaat ligt € 13,0 miljoen lager dan het gerealiseerde resultaat over 2012. De bedrijfsopbrengsten liggen bijna 7% onder het niveau van 2012, terwijl de kosten minder dan 2% achterblijven op de realisatie van vorig jaar. De daling van de bedrijfsopbrengsten wordt veroorzaakt door het lagere werkaanbod in 2013 als gevolg van de economische situatie van de vastgoedmarkt. Deze opbrengstdaling is op onderdelen gedempt door de doorgevoerde stijging van de tarieven voor een aantal productgroepen. De productgroep hypotheekstukken laat een forse daling van het werkaanbod zien, evenals de productgroepen splitsingen vooraf en akteposten. De daling van de bedrijfslasten ten opzichte van 2012 met € 3,4 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere kosten van uitbesteed werk en andere externe kosten en de overige bedrijfskosten, tegenover hogere afschrijvingslasten. De daling van het uitbesteed werk heeft met name betrekking op minder kosten voor vernieuwingsprojecten. De kostenbewustwording laat zich in de overige bedrijfskosten terugzien. In de afschrijvingskosten is een bijzondere waardevermindering opgenomen van € 5,5 miljoen. Dit heeft betrekking op de uitkomst van een impairment van de boekwaarde van software en licenties inzake de pilot vernieuwing van de registratie van schepen en luchtvaartuigen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
37 van 90 Omzet en kosten algemeen Het Kadaster is voor ruim 85% een tariefgefinancierde organisatie. Dit betekent dat de producten en diensten bij de klanten in rekening worden gebracht. Bij de Basisregistratie Topografie, de bijhouding van de technische voorzieningen van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG), ruimtelijke plannen, de landelijke voorziening WOZ en voor delen van de dienstverlening betreffende de Basisregistratie Kadaster is sprake van budgetfinanciering. Voor de wettelijke taken is in beginsel kostendekkendheid het uitgangspunt. Daar waar sprake is van nevenactiviteiten dienen deze zodanig plaats te vinden dat een redelijk rendement, maar minimaal kostendekkendheid op de langere termijn, is verzekerd. De wettelijke taken en de nevenactiviteiten worden afzonderlijk van elkaar gefinancierd. De hoogte van de tarieven voor de wettelijke taken dient zodanig te zijn dat meerjarig gezien sprake is van een evenwichtssituatie tussen omzet en kosten. De omzet is slechts in beperkte mate te beïnvloeden. Door het verbeteren van de toegankelijkheid en de ontsluiting van informatie, bijvoorbeeld via internet, en het ontwikkelen van klantspecifieke informatieproducten is de kwantiteit van de informatieverstrekking deels beïnvloedbaar. Het werkaanbod akten, hypotheekstukken en meetposten is in hoge mate conjunctuurafhankelijk. Het financieel beleid is daarom gericht op kostenflexibiliteit (voorzover mogelijk) en kostenbeheersing om zoveel mogelijk de conjunctuurgevoeligheid te verminderen en kostendekkend te kunnen werken. De missie 'tegen zo laag mogelijke kosten' is één van de uitgangspunten bij de besturing en de daarvoor ingerichte instrumenten. Een ander uitgangspunt is het behouden van een gezonde financiële positie om de continuïteit te waarborgen en ruimte te scheppen voor vernieuwing. Door verdergaande automatisering is de kostenflexibiliteit uiteindelijk beperkt. Omzet wettelijke taken De rechtzekerheidsproducten die de omzet wettelijke taken in belangrijke mate beïnvloeden betreffen voornamelijk de registratie van akten en hypotheekstukken, het verwerken van akteposten en splitsingen en de informatieverstrekking via Kadaster-on-line. Omzet nevenactiviteiten De netto-omzet van de nevenactiviteiten bedraagt over 2013 € 3,9 miljoen (2012 € 4,0 miljoen). Deze daling wordt veroorzaakt door een lagere omzet op internationale activiteiten. Eigen vermogen Het eigen vermogen van het Kadaster is op basis van bepalingen in de Organisatiewet Kadaster genormeerd. Met de verantwoordelijke minister zijn in 2007 de geldende afspraken over de omvang van het normvermogen herbevestigd. Binnen het financiële beleid wordt gestuurd op dit normvermogen. Indien meerjarenprognoses substantiële overschotten of tekorten op het normvermogen laten zien, kunnen de tarieven worden aangepast.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
38 van 90 Het normvermogen bestaat uit de volgende drie onderdelen: de structurele reserve Rekening houdend met de (financiële) verzelfstandiging, bedrijfseconomische overwegingen en de gevolgen voor de hoogte van de tarieven, heeft het Kadaster een structurele reserve gevormd. In de Memorie van Toelichting op de Organisatiewet Kadaster is aangegeven dat de structurele reserve een derde deel van het structurele balanstotaal dient te bedragen. de conjuncturele reserve De conjuncturele reserve van het eigen vermogen wordt gevoed in tijden van hoogconjunctuur in de vastgoedmarkt. Tijdens laagconjunctuur wordt hier uit geput. Op basis van lineaire meerjarenprognoses van omzetten, de aanname inzake conjuncturele schommelingen en de kostenflexibiliteit is een conjuncturele reserve bepaald van maximaal € 34,0 miljoen. De conjuncturele reserve bedraagt ultimo 2013 € 8,1 miljoen (2012: € 7,4 miljoen). De toename van deze reserve wordt veroorzaakt, doordat het structurele vermogen ultimo 2013 lager is dan ultimo 2012. de reserve nevenactiviteiten De reserve nevenactiviteiten wordt opgebouwd uit overschotten die uit de nevenactiviteiten (GBKN en internationale consultancyactiviteiten) worden gegenereerd. Deze component blijft gescheiden van de structurele en conjuncturele componenten voor de wettelijke taken en is aan een maximumbedrag van € 3,6 miljoen gebonden. Eventuele tekorten op de nevenactiviteiten worden afgeboekt van de reserve nevenactiviteiten. Het eigen vermogen per 31 december 2013 bedraagt € 49,5 miljoen. De structurele reserve bedraagt per 31 december 2013 € 41,4 miljoen (31 december 2012 € 51,7 miljoen). De daling van de structurele reserve wordt veroorzaakt door de daling van het structurele balanstotaal ten opzichte van 2012. Het verschil tussen de structurele reserve en het eigen vermogen wordt toegevoegd aan de conjuncturele reserve. Het resultaat van de nevenactiviteiten bedraagt in 2013 € 3,0 miljoen negatief (€ 1,3 miljoen negatief in 2012). De reserve nevenactiviteiten is ultimo 2013, net als ultimo 2012, uitgeput. Liquide middelen Op basis van de liquiditeitsprognose, de renteontwikkelingen en de rentevisie wordt maandelijks beoordeeld of overtollige gelden op deposito’s bij het ministerie van Financiën kunnen worden gezet. De rentetechnische looptijden worden daarbij afgestemd op de liquiditeitsbehoefte.
Investeringen De investeringen in 2013 bedragen € 11,5 miljoen, ten opzichte van € 11,3 miljoen in 2012. Hiervan is voor € 6,9 miljoen geïnvesteerd in software, licenties en gebruiksrecht en € 4,6 miljoen met name in andere vaste
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
39 van 90 bedrijfsmiddelen. Het voorgenomen investeringsniveau voor 2013 bedroeg € 14,1 miljoen. Het lagere investeringsniveau is met name zichtbaar in investeringen in licenties. Tariefontwikkeling De minister heeft naar aanleiding van de uitkomsten van het MBP 2013-2017 een verhoging van de tarieven voor 2013 geaccordeerd. Het gaat om een algemene inflatiecorrectie van 2% en een stijging van een aantal inschrijvings- en inzagetarieven. Deze wijzigingen zijn ingegaan per 1 januari 2013. Vooruitzichten Eind 2013 is de vermogenspositie door het negatieve resultaat verslechterd. Voor de schatting van de omzet wordt een ramingsmodel gebruikt. Dit ramingsmodel houdt voor de berekening van het werkaanbod onder andere rekening met de renteontwikkeling, de ontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product en de ontwikkelingen op de vastgoedmarkt. De financieel-economische situatie en de situatie op de vastgoedmarkt zijn nog steeds onzeker. Op basis van het MBP 2014-2018 zal het eigen vermogen aan het einde van de planperiode (2018) € 84,0 miljoen negatief zijn. De minister heeft naar aanleiding van deze uitkomsten een verhoging van de tarieven voor 2014 geaccordeerd. De tarieven van tariefgefinancierde producten zijn op 1 januari 2014 met gemiddeld 10% verhoogd. Hierdoor blijft het eigen vermogen van het Kadaster op korte termijn op peil bij de verwachte ontwikkelingen in het ramingsmodel. De liquiditeit is in 2013 op niveau gebleven, waardoor de afgesproken kredietfaciliteit met de minister van Financiën niet hoeft te worden aangesproken. Het investeringsniveau voor 2014 van immateriële en materiële vaste activa bedraagt naar verwachting € 14,6 miljoen. De daling van het aantal fte’s blijft naar verwachting in lijn lopen met de afgelopen jaren. De verwachting is circa 1.675 fte’s ultimo 2014.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
40 van 90
8
Verantwoording en toezicht
8.1
Bedrijfsvoeringsmededeling Raad van Bestuur
Basis voor ‘in-control’ zijn De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering van het Kadaster. Dit heeft betrekking op alle bedrijfsprocessen die nodig zijn om de beleidsdoelstellingen te kunnen realiseren waaronder te sturen en te beheersen. In het “in control statement” legt het Bestuur verantwoording af over de interne besturing, de effectiviteit en de efficiency van het Kadaster. Om deze verklaring te kunnen onderbouwen en te kunnen geven hebben wij een besturingssysteem ingericht. Dit besturingssysteem wordt vorm gegeven door middel van een op het Kadaster toegespitst managementcontrol systeem. Dit systeem ondersteunt het management om de organisatie naar haar doelen te leiden. De opzet en werking van dit systeem wordt periodiek door ons geëvalueerd. Management controlsysteem Het strategisch planningsproces is een belangrijk onderdeel van dit systeem. Op basis van onze visie en ambities stellen wij periodiek onze missie en strategie bij. Deze strategie wordt uitgewerkt in het Meerjarenbeleidsplan welk plan jaarlijks wordt geactualiseerd. Voordat dit plan aan de Minister ter goedkeuring wordt aangeboden wordt de inhoud met de Gebruikersraad besproken en wordt de instemming van de Raad van Toezicht gevraagd. Op basis van het meerjarenbeleidsplan 2013-2017 zijn de directieplannen opgesteld, waaraan wij onze goedkeuring hebben gegeven. In deze plannen staat op welke wijze de verschillende directies met hun afdelingen bijdragen aan het realiseren van de strategische- en operationele doelstellingen. De voortgang hebben wij per kwartaal met de directeuren getoetst. De doelstellingen voor 2013 zijn voor een belangrijk deel behaald. De realisatie van de doelen is in dit jaarverslag verwoord. In de reguliere planning- en controlcyclus bespreken wij onder meer de uitkomsten van productiecijfers, kwaliteitsmetingen, prestatie-indicatoren, de resultaten van in- en externe audits, evaluaties, visitaties en risicoanalyses ondermeer bij grote projecten. Wij hebben hierbij niet alleen gekeken naar de financiële uitkomsten van onze organisatie maar nadrukkelijk ook naar de kwalitatieve indicatoren. In 2013 is een auditcommisie van de Raad van Toezicht ingesteld en is het reglement vastgesteld. Deze commissie houdt onder meer toezicht op de werking van de interne risicobeheersings- en controlesystemen. Risicomanagement in relatie tot beheersingsmaatregelen Binnen ons managementcontrol systeem is risicomanagement tevens een belangrijke pijler. Risicomanagement maakt integraal onderdeel uit van de interne sturing en beheersing en draagt ertoe bij dat we de kansen op het maken van fouten, het nemen van verkeerde beslissingen en het verrast worden door onvoorziene omstandigheden reduceren. Risicomanagement heeft als doel het beheersen danwel reduceren van risico’s die de doelstellingen van het Kadaster bedreigen. Dit door het waarborgen van de continuïteit en de kwaliteit van de dienstverlening, het beheersen van negatieve gevolgen van veranderingen van de
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
41 van 90 dienstverlening, het beheersen van financiële, juridische en politieke risico’s en het beschermen van het imago en het publieke vertrouwen. Het risicoprofiel van het Kadaster is continu aan veranderingen onderhevig. Dit komt onder andere door uitbreidingen van het takenpakket en door ontwikkelingen in de omgeving van het Kadaster. Omdat het volledig uitsluiten van risico’s niet mogelijk is, wordt steeds gezocht naar de juiste balans tussen risicoacceptatie en het nemen van (soms dure) preventieve maatregelen. Dit betekent tevens dat wij ons niet enkel richten op de bedreigingen, maar ook voortdurend alert zijn op kansen die benut kunnen worden. Strategische risico’s / omgevingsrisico’s Het Kadaster opereert in een dynamische omgeving. Ontwikkelingen in het werkveld kunnen gevolgen hebben voor de rol en positie van het Kadaster. Het adequaat kunnen anticiperen en inspelen op de ontwikkelingen zijn essentieel om te kunnen blijven waarborgen dat de juiste koers wordt gevoerd en waar nodig wordt bijgesteld. Wijzigingen in politieke prioriteiten, besturings- en bekostigingswijze, beleid, wet- en regelgeving kunnen gevolgen hebben voor de mate waarin het Kadaster zijn doelen kan realiseren. Binnen het Kadaster zijn onder meer public affairs-functionarissen actief om tijdig zicht te krijgen op deze risico’s en vindt regelmatig overleg met betreffende budgethouders plaats. Reputatie – of imagoschade kan negatieve gevolgen hebben voor het publieke vertrouwen. Primair aanknopingspunt om de kans hierop te minimaliseren is het blijven optimaliseren en borgen van de kwaliteit van de dienstverlening. Een communicatieaanpak is gedefinieerd om bij incidenten direct gericht te kunnen reageren op schadelijke berichtgeving. Het belang van samenwerking neemt op nationaal en internationaal vlak toe. Een continue dialoog met stakeholders, heldere afspraken en communicatie vormen de basis om de complexere governance vraagstukken die hiermee gepaard gaan het hoofd te kunnen bieden. Tevens bieden deze de handvatten om de risico’s op het niet realiseren van de beoogde voordelen te reduceren. De goede uitvoering van uitbestede werkzaamheden aan externe organisaties is van groot belang voor het Kadaster uit oogpunt van financiële- en bedrijfsbeheersing. De performance van leveranciers wordt nadrukkelijk gemonitord vanuit de regiefunctie. Third Party Mededelingen of vergelijkbare rapportages verschaffen het Kadaster extra inzicht of risico’s adequaat worden afgedekt. De ontwikkelingen in de technologie volgen zich steeds sneller op. Vanuit meerdere perspectieven heeft dit gevolgen voor onze organisatie. Als dienst met voornamelijk digitale dienstverlening kunnen nieuwe technieken helpen bij een effectievere en efficiëntere inrichting, complexiteitsreductie en –beheersing. Ook biedt het kansen door het beter en sneller kunnen inspelen op klantvragen. Anderzijds dienen we ons tevens bewust te zijn van de bedreigingen, bijvoorbeeld in relatie tot informatiebeveiligings- en privacyaspecten. De continuïteit van gegevensverwerking en beveiliging van de systemen zijn hierbij voor ons van groot belang. Wij borgen deze processen voortdurend door middel van een uitgebreid stelsel van beheersingsmaatregelen. Via externe ISO-certificering voldoen wij aan de Code voor Informatiebeveiliging. Door uitvoering van ons auditjaarplan zetten wij hiernaast in voor voortdurende verbetering.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
42 van 90 Binnen het Kadaster wordt een groot aantal projecten uitgevoerd. Het welslagen van deze projecten is van cruciaal belang voor het Kadaster, gezien de bijdrage die zij leveren aan realisatie van onze organisatiedoelstellingen. Onze ICT-projecten sturen wij reeds een aantal jaren als een integraal portfolio aan. Dit ondersteunt de monitoring van de doorlooptijden van te realiseren ICT-projecten en geeft inzicht in de beheersbaarheid van betreffende vernieuwingen. Risico’s op dit gebied zijn gerelateerd aan het realiseren van de relevante doelstellingen in termen van kwaliteit, tijd en geld. Door middel van risicoanalyses en toetsing door (externe) audits worden proactief de belangrijkste risico’s in kaart gebracht en kunnen tijdig adequate beheersmaatregelen genomen worden en vindt eventueel bijsturing plaats. Dit kan leiden tot soms harde maar noodzakelijke maatregelen zoals het stopzetten van de pilot vernieuwing van de registratie van schepen en luchtvaartuigen. Financiële risico’s Het Kadaster zal voor zijn solvabiliteit moeten beschikken over een toereikend eigen vermogen waarvan de uitgangspunten onder meer zijn opgenomen in de Organisatiewet Kadaster. Zo kan de dienstverlening aan onze klanten op een goed niveau worden gehouden. Hoewel de financieel-economische situatie en de situatie op de vastgoedmarkt, en daarmee de inkomsten van het Kadaster de laatste maanden van 2013 een kleine verbetering laat zien, beschikt het Kadaster over een eigen vermogen dat de onderkant van de norm raakt. Het Kadaster houdt in de begroting over 2014 overigens nog steeds rekening met een nog wat lager activiteitenniveau van de onroerend goedmarkt. Het Kadaster heeft al veel maatregelen genomen om het kostenniveau omlaag te brengen. Verdere kostenreductie is niet altijd mogelijk omdat dit zou leiden tot afbreuk aan de kwaliteit van de geleverde dienstverlening. Ten aanzien van dit risico vindt periodiek overleg plaats met de minister van Infrastructuur en Milieu, de Raad van Toezicht, opdrachtgevers, klanten en stakeholders. Met de minister hebben wij ingaande 1 januari 2014 een stijging van de tarieven afgesproken van gemiddeld 10% inclusief inflatie. Zodoende wordt bewerkstelligd dat het eigen vermogen op het minimum aanvaardbare niveau blijft. De financiële afhankelijkheid neemt toe doordat een aantal taken vanuit een centraal budget wordt gefinancierd. In verband met de financiële situatie bij de rijksoverheid brengt deze manier van financieren in eerste instantie grotere onzekerheden met zich mee dan tarieffinanciering. De discussie over het verstrekken van gratis informatie aan andere overheden en de samenleving in het kader van open data volgen wij nauwlettend. Wij treden hierbij zo mogelijk op de voorgrond ook vanwege de gevolgen voor het financieringssysteem van het Kadaster. Risicofinanciering maakt onderdeel uit van ons risicomanagementbeleid. Uitgangspunt is dat (organisatie)risico’s altijd worden beschouwd in het licht van de maatregelen die genomen kunnen worden om risico’s terug te brengen (mitigeren), als ook de mate waarin wij bereid zijn risico’s te accepteren. Voor risico’s, waarbij wij niet bereid of in staat zijn de gevolgen zelf te dragen worden verzekeringsoplossingen gezocht. De bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheidsverzekering is met ingang van 1 januari 2014 weer met één jaar verlengd.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
43 van 90 Operationele risico’s Het maken van fouten in de uitvoering van de wettelijke taken wordt zoveel mogelijk beperkt door onder meer ons kwaliteitsmanagementsysteem en maatregelen in de administratieve organisatie (interne beheersingsmaatregelen). De opzet en werking van het kwaliteitsmanagementsysteem monitoren wij voortdurend zodat wij goede grip op onze bedrijfsprocessen kunnen houden. De afgesproken normen voor de kwaliteit van de diensten, de registraties, de producten en de processen worden periodiek gevolgd en geanalyseerd. Mede op grond van input van de directies geven wij een eigen overall oordeel af en formuleren wij verbetermaatregelen. In de tijd gezien liggen deze maatregelen op schema. Wij achten dit systeem doeltreffend en toereikend. Het betreffende systeem is in 2013 ISO-gehercertificeerd. Hiernaast vindt overeenkomstig de wettelijke vereisten door een onafhankelijke deskundige toetsing plaats op betrouwbaarheidsaspecten van onze basisregistraties Kadaster en Topografie. Klanttevredenheid beoordelen wij sinds 2013 niet meer via een jaarlijks terugkerende meting maar via een continu onderzoek. In de in 2013 verrichte meting scoorden de onderzochte producten en diensten in het algemeen ruim voldoende. De primaire bedrijfsprocessen van het Kadaster hebben, zoals hiervoor ook opgemerkt, een belangrijke ICT component. Wij zijn daarom sterk afhankelijk van het goed functioneren van onze geautomatiseerde systemen. De continuïteit van gegevensverwerking en beveiliging van de systemen zijn hierbij voor ons van groot belang. Wij borgen deze processen voortdurend door middel van een uitgebreid stelsel van beheersingsmaatregelen welke zijn vastgelegd in ons beveiligingsbeleid. Via externe ISO-certificering voldoen wij aan de Code voor Informatiebeveiliging. Ons auditinstrumentarium zetten wij hiernaast in voor voortdurende verbetering. Het aantal kritische verstoringen met de hoogste prioriteit laat desondanks een stijging zien ten opzichte van 2012. Aan het reduceren van deze productieverstoringen geven wij hoge prioriteit. De beschikbaarheid van voldoende personeel (kwalitatief en kwantitatief) vormt een risico. Toekomstige knelpunten liggen vooral in de landmeetkundige sector en in een aantal andere kennisgebieden (bijvoorbeeld ICT). Onderzoek naar de mogelijkheden van sourcing zetten wij op deze gebieden voort. In algemene zin is goed werkgeverschap, inclusief arbeidsvoorwaarden, een belangrijke maatregel om dit risico te beheersen. Op landmeetkundig gebied heeft het Kadaster aanvullende maatregelen genomen in samenwerking met onderwijs en bedrijfsleven. Ons personeelsbeleid is erop gericht de ontwikkeling en doorstroming van personeel te ondersteunen en te faciliteren. De in 2013 afgesloten ‘CAO van de toekomst’ is een meerjarige overeenkomst waarin veel van ons geformuleerde HRM-beleid is geborgd. Om de arbeidsvraag en het arbeidsaanbod ook kwalitatief goed op elkaar af te stemmen wordt een ‘Matchpoint’ ingericht. Dit zet zich in voor het ontwikkelen van medewerkers op kennisgebieden waar behoefte aan is en/of het verder uitnutten van de talenten van medewerkers. Terug- en vooruitkijkend Met een terugblik naar het afgelopen jaar, concluderen wij dat de voornaamste risicogebieden niet verschillen ten opzichte van eerdere jaren. In 2013 heeft de herinrichting van de organisatie en vorming van de Directieraad een belangrijke impuls gegeven aan de verbetering van de besluitvorming en interne afstemmingen. We zijn in 2013 ondermeer gestart met het verder verbeteren van de informatievoorziening ter
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
44 van 90 ondersteuning van de planning en control cyclus. Ook is het definitieve besluit genomen om de uitbesteding voor kantoorautomatisering, werkplekbeheer en rekencentrum diensten door een externe dienstverlener te laten uitvoeren. De afronding van de eerste fase (transitie) van de outsourcing heeft inmiddels plaatsgevonden. Bedrijfsvoering is voor het Kadaster ook vooral vooruitkijken en proactief handelen. Belangrijke pijlers waar ook de komende periode vanuit dit perspectief specifiek aandacht aan besteed zal worden zijn het optimaliseren van de dienstverlening en het blijven borgen van de continuïteit van de dienstverlening, onder andere verlagen van de productiekosten met behoud van kwaliteit, nader onderzoeken en uitwerken van te behalen synergievoordelen, vernieuwing van de dienstverlening, initiatieven ter vervanging van legacy systemen en de vervolgfase van het IT outsourcingsprogramma. Dit vindt plaats binnen de financieringsmogelijkheden die het Kadaster ter beschikking heeft. In control statement De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor de opzet en de werking van de op het Kadaster toegesneden interne risicobeheersings- en controlesystemen. Deze systemen zijn ingericht om significante risico’s te beheersen en om de realisatie van strategische, operationele en financiële doelstellingen te waarborgen. De Raad van Bestuur is zich ervan bewust dat risicobeheersings- en controlesystemen, hoe uitgebreid ook, geen absolute zekerheid bieden tegen het niet realiseren van de doelstellingen en evenmin dat alle onjuistheden van materieel belang, verlies, fraude en overtredingen van wetten en regels geheel kunnen worden voorkomen. Het beleid van het Kadaster blijft gericht op het continu toetsen en verbeteren van de interne risicobeheersings- en controlesystemen om de betrouwbaarheid en effectiviteit van de dienstverlening te optimaliseren. Naar de mening van de Raad van Bestuur hebben de risicobeheersings- en controlesystemen zowel ten aanzien van de in het verslagjaar te bereiken doelstellingen als ten aanzien van de financiële verslaggevingsrisico’s naar behoren gewerkt. Ze geven een redelijke mate van zekerheid dat betreffende doelstellingen op een adequate wijze zijn gerealiseerd en dat hiernaast de financiële verslaggeving van het lopende jaar geen onjuistheden van materieel belang bevat. Voor dit alles zijn wij veel dank verschuldigd aan onze medewerkers en hun vertegenwoordigers in de medezeggenschap. Mede dankzij hun creativiteit, loyaliteit en werklust hebben we onze kosten goed kunnen beheersen en tegelijkertijd de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening voor onze klanten op een goed niveau weten te waarborgen. Apeldoorn, 4 maart 2014 Raad van Bestuur Kadaster Drs. Th.A.J. Burmanje, G.J.M. Barnasconi
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
45 van 90
8.2
Bericht van de Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht oefent onafhankelijk van bestuur en minister toezicht uit. De Raad van Toezicht heeft een interne toezichtsfunctie en is daarbij gericht op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken bij het Kadaster. De Raad van Toezicht richt zich bij de vervulling van de taak naar het belang van het Kadaster en weegt daartoe de in aanmerking komende belangen van de bij het Kadaster betrokkenen af. Organisatie RvT De Raad van Toezicht (RvT) heeft in 2013 vijf reguliere vergaderingen en één telefonisch overleg met de Raad van Bestuur (RvB) gehouden. Daarnaast heeft de RvT samen met de voltallige directieraad één themasessie gewijd aan de positionering en ZBO-status van het Kadaster in het licht van maatschappelijke en bestuurlijk-politieke ontwikkelingen. Op 1 januari 2013 was er binnen de RvT één positie vacant. Deze vacature is per 1 maart 2013 ingevuld door mevrouw Corien Wortmann, lid van het Europees Parlement. De voorzitter, mevrouw Sybilla Dekker, is per 1 juli 2013 herbenoemd voor een periode van vier jaar. De volledige personalia van alle RvT-leden staan in bijlage 2. Door de nieuwe ministeriële regeling is de governance van het Kadaster per 1 januari 2013 op enkele punten gewijzigd. Door gezamenlijke inspanning van het bestuur van het Kadaster en de RvT zijn de aanpassingen van de rol en de positie van de RvT beperkt van omvang gebleven. Sinds 2013 werkt de RvT met een auditcommissie en een remuneratiecommissie. Beide commissies werken op basis van een in 2013 vastgesteld reglement. De bemensing van de commissies is vermeld in bijlage 2 van dit jaarverslag. De auditcommissie vergadert telkens voorafgaande aan de RvT-vergaderingen en bespreekt daar alle financiële onderwerpen alvorens zij in de RvT-vergadering aan de orde komen. De samenstelling van de RvT komt overeen met nagestreefde situatie; alle benodigde aandachtsgebieden zijn in de RvT aanwezig. Ook heeft de RvT voldaan aan het onafhankelijkheidsvereiste. Reguliere activiteiten • Jaarstukken en jaarverslag In de maartvergadering besprak de RvT in aanwezigheid van de accountant de jaarrekening en het jaarverslag. De jaarrekening is tijdens de vergadering goedgekeurd en ondertekend. Ook met het jaarverslag stemde de RvT in, met inachtneming van enkele kleine aanpassingen. Bij de bespreking van de prestaties zijn de doelstellingen in het MBP leidend geweest. • Meerjarenbeleidsplan en tariefvoorstel De RvT heeft het meerjarenbeleidsplan en het tarievenvoorstel in twee sessies in augustus en september besproken. De RvT is te spreken over de compactheid van het MBP, waardoor de nadruk meer ligt op de hoofdlijnen van beleid, en heeft ingestemd met het plan. Ten aanzien van het tariefvoorstel heeft de RvT in augustus om een uitgebreidere onderbouwing gevraagd. Met medeweging van het oordeel van de Gebruikersraad heeft de RvT in september met het ruimer onderbouwde tariefvoorstel ingestemd. • Financiële stand van zaken Tijdens elke reguliere vergadering heeft de RvB de RvT geïnformeerd over de financiële stand van zaken. Gespreksonderwerpen waren met name kostenbeheersing in relatie tot een dalende omzet, de noodzaak van inhuur van externen, kostenallocatie en de liquiditeitsprognose.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
46 van 90 • Overleg met de Gebruikersraad Eenmaal per jaar woont de voorzitter van de RvT een vergadering bij van de Gebruikersraad. Tijdens de septembervergadering hebben de leden van de Gebruikersraad voor hen actuele en belangrijke thema’s kunnen delen met de voorzitter RvT. • Overleg met de Ondernemingsraad In november heeft het jaarlijkse overleg tussen RvT en OR plaatsgevonden. Daarbij is gesproken over de implementatie topstructuur, de financien van het Kadaster, het project sourcing datacenter, ontwikkelingen rondom de ZBO-status van het Kadaster en de vacaturevervulling voor de RvT in 2014. • Overleg met het ministerie van IenM In december 2013 heeft de RvT overlegd met de secretaris-generaal van het ministerie van IenM. • Klachten De RvT heeft in 2013 één klacht ontvangen over de uitwerking van een grensreconstructie. Deze klacht is door het Kadaster opgepakt. • Functioneren van RvT en RvB De remuneratiecommissie is gestart met voorbereiding van de functioneringsgesprekken met de leden van de RvB. De gesprekken zelf zullen begin 2014 plaatsvinden. De evaluatie van de RvT over zijn eigen functioneren in 2013 is begin 2014 afgerond. Thema’s 2013 Gedurende het jaar heeft de RvT zich verdiept in diverse actuele thema’s. Voorbeelden hiervan zijn: • Strategie en ontwikkeling van de organisatie De RvT is gedurende het jaar periodiek geïnformeerd over de implementatie van en de ervaring met de nieuwe topstructuur. Daarnaast is intensief overlegd over een nieuw directiereglement. Naar verwachting kan dit reglement begin 2014 vastgesteld worden. Twee sessies van de RvT met bestuur en directeuren zijn gewijd aan de strategie van het Kadaster. • P-beleid Afgesproken is dat de RvB de RvT tweemaal per jaar informeert over de stand van zaken bij management development. De RvT is positief over de nieuwe start die in 2013 is gemaakt. Gelet op de beperkte doorstroommogelijkheden in de eerstkomende jaren vraagt de RvT bijzondere aandacht voor het blijvend geven van ontwikkelingsmogelijkheden aan high potentials. De RvT is positief over het voornemen in de nieuwe CAO om medewerkers in algemene dienst aan te stellen in plaats van bij een specifieke organisatorische eenheid. • Kostenallocatie Het vraagstuk van kostenallocatie is geagendeerd naar aanleiding van discussies over de tariefaanpassing. Het nieuw ontwikkelde kostenallocatiemodel lijkt praktisch hanteerbaar te zijn . • ICT sourcing De RvT is actief betrokken geweest bij de totstandkoming van de outsourcing van de rekencentrum- en werkplekdiensten. Er is meegedacht over de te nemen stappen in de situatie die eind 2012 ontstaan was, nadat de Ondernemingsraad een negatief advies over de outsourcing had uitgebracht. Uiteindelijk kon de RvB een definitief besluit nemen, dat door de RvT wordt ondersteund. De RvT is elke vergadering geinformeerd over de stand van zaken van het project en de effecten hiervan op de medewerkers van het Kadaster.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
47 van 90 • Open data De RvT kan zich vinden in de beleidslijn ‘open, tenzij’ die het Kadaster in samenspraak met de Gebruikersraad heeft geformuleerd. Voor tariefgefinancierde informatieproducten blijven een sluitende financiering en waarborging van de privacy belangrijke randvoorwaarden. De RvT adviseert de RvB dit Kadasterstandpunt duidelijk te blijven communiceren. • Caribisch Nederland De kadasters van de drie BES-eilanden zullen onderdeel worden van het Kadaster van Nederland. Gelet op de consequenties en risico’s hiervan voor de governance, de financiën en de kwaliteit van het Kadaster is afgesproken dat de RvT een rol krijgt in dit transitieproces. De voorzitter van de RvT heeft in 2013 kennis gemaakt met de directeur en de voorzitter RvT van het Kadaster Bonaire. • Haagse ontwikkelingen Onder meer tijdens een themabijeenkomst in juni heeft de RvT meegedacht met de Directieraad over ‘Haagse’ ontwikkelingen. Op grond van het kabinetsbeleid worden uitvoeringsorganisaties geconfronteerd met bezuinigingen en plannen om zelfstandige bestuursorganen om te zetten in bijvoorbeeld agentschappen. De RvT steunt de RvB in het standpunt dat de ZBO-status het Kadaster het beste in staat stelt om zijn wettelijke en maatschappelijke taken goed uit te voeren. Apeldoorn, 4 maart 2014 Raad van Toezicht Mw. Sybilla M. Dekker, voorzitter Mw. drs. C.M.Wortmann-Kool Dhr. prof. mr. F.B.J. Grapperhaus Dhr. R. Icke RA Dhr. G. Ensing
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
48 van 90
8.3
Verslag van de Gebruikersraad
Het Kadaster kan zijn maatschappelijke rol alleen optimaal invullen als het een goed beeld heeft van de wensen en de beleving over het Kadaster in onze maatschappij. De Gebruikersraad wil daaraan een bijdrage leveren. In de Gebruikersraad overleggen de dertien belangrijkste klantengroepen van het Kadaster met de Raad van Bestuur. De Gebruikersraad adviseert de Raad van Bestuur bij zaken die klanten raken, zoals de kwaliteit en doelmatigheid van de dienstverlening, het meerjarenbeleid en de Kadastertarieven. Het overleg levert een bijdrage aan het verder ontwikkelen van het Kadaster naar een moderne, efficiënte en klantgerichte uitvoeringsorganisatie. Het streven hierbij is dat de Gebruikersraad ook een functie vervult als platform voor discussie over strategische ontwikkelingen. Organisatie Gebruikersraad De Gebruikersraad heeft in 2013 vijf reguliere vergaderingen gehouden en daarnaast één themasessie over open data. In 2013 hebben zich wisselingen voorgedaan in de vertegenwoordiging van het notariaat, de provincies en het ministerie van Infrastructuur en Milieu. De nieuwe leden hebben tijdens een werkbezoek kennis gemaakt met de werkzaamheden, producten en diensten van het Kadaster. Het interim-voorzitterschap van de heer Van ’t Land is in 2013 voortgezet en eind 2013 met nog een jaar verlengd. De volledige personalia van alle Gebruikersraadleden per 31 december 2013 staan in bijlage 2 van dit jaarverslag. Reguliere onderwerpen • Jaarverslag 2012 en Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 In de maartvergadering kwam het Kadaster-jaarverslag 2012 aan de orde en in september het Meerjarenbeleidsplan 2014-2018. Het zijn beide goed leesbare stukken, die een compleet beeld van de voorbije respectievelijk toekomstige activiteiten van het Kadaster geven. Duidelijk is dat kennismanagement, financiering en vergroting van de flexibiliteit belangrijke aandachtspunten zijn. Het beschikbaarstellen van Kadasterkennis om andere overheden te ontzorgen en de internationale ambities zouden nog meer aandacht mogen krijgen. De Gebruikersraad heeft dit als aandachtspunten voor 2013 en voor het meerjarenbeleidsplan 2014-2018 meegegeven. • Tarievenvoorstel Gekoppeld aan het Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 heeft het Kadaster een tariefverhoging per 1 januari 2014 met gemiddeld 10% voorgesteld. De Gebruikersraad ziet de onvermijdelijkheid van de tariefaanpassing en adviseert om gedurende het jaar een goede monitoring van de omzet- en kostenontwikkeling uit te voeren. • Overleg met de voorzitter Raad van Toezicht Eenmaal per jaar woont de voorzitter van de RvT een vergadering bij van de Gebruikersraad. Dit heeft in september plaatsgevonden. Alle leden doen verslag van relevante ontwikkelingen in hun sector en wat het belang hiervan is voor het Kadaster. Hierover vindt een levendige discussie plaats. • Ontwikkeling, stand van zaken Basisregistraties Kadaster en Topografie De Gebruikersraad vormt formeel het strategisch beheeroverleg voor beide basisregistraties. Daarom staat
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
49 van 90 dit onderwerp elke vergadering op de agenda. In 2013 heeft de Gebruikersraad, in samenspraak met het Kadaster en het ministerie van IenM een gebruikersoverleg Basisregistratie Kadaster opgericht. Dit is in november 2013 voor het eerst bijeengekomen. Voor de Basisregistratie Topografie bestond al een dergelijk overleg. Dat kwam in 2013 drie keer bijeen. Bijzondere thema’s 2013 Gedurende het jaar heeft de Gebruikersraad zich verdiept in diverse actuele thema’s. • Open data In november 2012 en april 2013 zijn themasessies gewijd aan het onderwerp ‘open data’. Op basis hiervan heeft de Gebruikersraad een advies uitgebracht. Een primeur; niet eerder in zijn geschiedenis maakte de Gebruikersraad een eigen adviesnotitie aan het bestuur. • Omgevingswet Het ministerie van IenM heeft een toelichting gegeven op de totstandkoming van de nieuwe Omgevingswet, een bundeling en vereenvoudiging van wet- en regelgeving op het gebied van leefomgeving. De toekomstige wet zal veel maatschappelijke partijen en overheden raken. De wet heeft ook veel raakvlakken met het Kadaster, onder meer inzake digitale informatievoorziening en bestaande informatietaken zoals publiekrechtelijke beperkingen en ruimtelijke plannen. De Gebruikersraad ondersteunt de doelstellingen van de wet en kijkt met het oog op de mogelijke rol van het Kadaster uit naar concretere uitwerking. • Governance basisregistraties en landelijke voorzieningen Het ministerie van IenM streeft in de governance van de basisregistraties naar interactie tussen opdrachtgever (IenM), beheerder (Kadaster) en afnemers (vertegenwoordigd in de Gebruikersraad). De ideeën hierover zijn nog in ontwikkeling. Zowel het bestuur van het Kadaster als de Gebruikersraad vinden dat afnemers en beheerder onderling afspraken moeten kunnen maken over de dienstverlening. Er zijn goed functionerende voorbeelden, zoals de governance van de BAG en het gebruikersoverleg BRT. IenM, Kadaster en Gebruikersraad zullen over dit onderwerp verder praten. • Relatie leden Gebruikersraad met achterban In het rapport van de 3e wettelijke evaluatie van het Kadaster (2009) staat onder meer dat de Gebruikersraad effectiever zou kunnen functioneren als “via gestructureerde achterbanraadpleging meer input aan het Kadaster zou kunnen worden gegeven”. Op dit moment hebben de meeste leden voor hun sector een vorm van gestructureerde achterbanraadpleging. Het blijft een permanent punt van aandacht dat de achterbannen en het Kadaster deze kanalen daadwerkelijk weten te benutten. • Bezoek aan Defensie Het is gebruikelijk dat de Gebruikersraad eenmaal per jaar op een thematische locatie vergadert. In 2013 was Defensie gastheer op de legerplaats bij Oldebroek. De Gebruikersraad was onder de indruk van de speciale producten die het Kadaster voor Defensie maakt en het gebruik ervan, onder andere het data- en informatiecentrum voor onbemande vluchten, het Multinational Geospatial Co-production Program en de Helicopter-obstakelkaart. Apeldoorn, 28 februari 2014 Ir. H. van ’t Land, interim-voorzitter
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
50 van 90
8.4
Verslag van de Ondernemingsraad
In oktober 2012 is een nieuwe Ondernemingsraad (OR) gekozen. Daarbij is het aantal zetels uitgebreid van negen naar elf. Op 28 november 2012 is de nieuwe OR geïnstalleerd en zijn de lopende dossiers overgedragen. Op de eerste overlegvergadering van 2013 hebben de nieuwe OR-leden kennis gemaakt met de voltallige directie. Sourcing ICT Net als 2012 stond ook 2013 voor een groot deel in het teken van ICT-sourcing. De ‘oude’ OR ontving in november 2012 de officiële adviesaanvraag en heeft op verzoek van de nieuwe OR nog een advies uitgebracht. Dat advies was negatief. Aansluitend heeft de nieuwe OR het dossier overgenomen. Letterlijk en figuurlijk een sprong in het diepe! Alle achterliggende documentatie en de reactie van het Bestuur zijn doorgenomen. Vervolgens hebben we alle bevindingen op een rij gezet en denkbare risico’s zo goed als mogelijk in beeld gebracht. Aansluitend is alles nog eens doorgenomen met een externe deskundige en een jurist. Gevolg hiervan was dat de OR in april een nader advies, wederom negatief, uitgebracht heeft. Gedurende dit traject hebben we ons best gedaan de medewerkers ‘in scope’ zo goed mogelijk te informeren en dat werd gewaardeerd. Het waren diezelfde medewerkers die teleurgesteld waren toen het bestuur besloot ons negatieve advies naast zich neer te leggen. En vervolgens hun laatste restje hoop zagen vervliegen toen de OR besloot dit dossier niet aan de Ondernemingskamer voor te leggen. Sourcing naar Cap Gemini was een feit! Tot op de dag van vandaag is het dossier ‘sourcing ICT’ onderwerp van gesprek in de OR-vergaderingen. Een onafhankelijke deskundige houdt mede op ons verzoek het uitbestedingsproces nauwlettend in de gaten. Hij brengt de OR en de Raad van Bestuur regelmatig op de hoogte van zijn bevindingen. Autogen Naast ICT-sourcing heeft het dossier Autogen (automatische generalisatie) een groot deel van het jaar op de agenda gestaan. Op de OR-vergadering van februari heeft de manager Kartografie een eerste presentatie gegeven. Medio 2013 hebben we, in afwachting van informatie waaruit zou blijken dat het beheer goed is ingeregeld, een ‘positief mits’ gegeven. Dit houdt in dat dit dossier ook in 2014 nog op de agenda staat. KCC Enkele jaren geleden zijn plannen om de medewerkers van het Klantcontactcenter te specialiseren en te concentreren voorgelegd aan de toenmalige OR. Ze bleken op weinig steun te kunnen rekenen. Als reactie hierop heeft de Raad van Bestuur de adviesaanvraag ingetrokken en de plannen geparkeerd. Medio 2013 is het geheel nieuw leven ingeblazen en is versie 2 gepresenteerd. Naast specialisatie is het voorstel de medewerkers in 2015 te concentreren in de vestigingen Amsterdam en Zwolle en vanaf 2018 in Zwolle. Het bestuur heeft inmiddels een voorgenomen besluit genomen en een adviesaanvraag is onderweg.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
51 van 90 Medezeggenschap Bij aanvang van onze zittingsperiode in november 2012 is met de bestuurder afgesproken dat we de medezeggenschap in eerste instantie uitsluitend invullen met een OR. Dit in afwachting van de mandaatregeling voor de directeuren. Omdat er veel dossiers onderweg zijn en de mandaatregeling eind 2013 nog niet vastgesteld is, heeft de OR er voor gekozen de medezeggenschap te laten ondersteunen door werkgroepen in te richten. Dit in eerste instantie voor de drie grootste directies (Landregistratie en Geografie, Geo- en Vastgoedinformatie en advies en Informatie Technologie) en Organisatie en HRM. Overleg met de medewerkers van de overige directies regelen we vooralsnog op een andere manier in. De invulling van deze werkgroepen zal begin 2014 plaatsvinden na een uitvraag op Inka; iedere medewerker werkzaam bij een van genoemde directies kan zich voor een werkgroep aanmelden. De OR bepaalt aan de hand van de inschrijvingen wie in welke werkgroep een bijdrage kan en mag leveren. De bestuurder is van ons voornemen in kennis gesteld. 2013 was een hectisch jaar. Onbekend terrein voor een overgroot deel van de leden en veel, soms zware, dossiers. We hebben veel tijd gestoken in het ‘elkaar goed leren kennen’ en inmiddels is duidelijk welke specifieke kwaliteiten we in huis hebben. Dit, samen met de ervaring die we dit jaar opgedaan hebben, maakt dat we met vertrouwen het nieuwe jaar in gaan. Het belooft niet saai te worden! Apeldoorn, januari 2014 Henk Mennegat, voorzitter OR (met dank aan Evie van Zeist, lid OR)
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
52 van 90
8.5
Publieke verantwoording en Code Goed Bestuur
Handvestgroep Publiek Verantwoorden In november 2000 heeft een aantal publieke organisaties, waaronder het Kadaster, de Handvestgroep Publiek Verantwoorden opgericht. In het Handvest van deze groep geven de aangesloten uitvoeringsorganisaties aan zich niet te willen beperken tot het afleggen van de verantwoording die nodig is voor het uitoefenen van de ministeriële verantwoordelijkheid, maar zich ook publiek te willen verantwoorden voor hun handelen en voor de kwaliteit van de dienstverlening. Binnen de Handvestgroep wordt voortdurend nagedacht over optimalisering van de wijze waarop organisaties omgaan met klanten en samenleving. Eind 2013 waren 14 organisaties aangesloten. Deze staan vermeld op www.publiekverantwoorden.nl. Sinds 2011 is de bestuursvoorzitter van het Kadaster voorzitter van de Handvestgroep. Code Goed Bestuur In 2004 presenteerde de Handvestgroep de Code Goed Bestuur Uitvoeringsorganisaties. Naar voorbeeld van de code Tabaksblat voor beursgenoteerde organisaties heeft de Handvestgroep regels opgesteld waar de bedrijfsvoering aan moet voldoen, en hoe hierover publiekelijk verantwoording wordt afgelegd. In 2011 is de Code Goed Bestuur vernieuwd. De volledige tekst van de code is terug te vinden op de website www.publiekverantwoorden.nl. Het Kadaster voldoet aan de bepalingen van de Code Goed Bestuur met uitzondering van bepaling 3.1.1. over de benoemingstermijn van bestuursleden. Voor de huidige bestuursleden geldt conform de Organisatiewet Kadaster een onbepaalde benoemingstermijn. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft het voornemen dit in 2014 aan te passen, zodat nieuwe bestuursleden een benoemingstermijn van vier jaar kennen met herbenoemingsmogelijkheid van telkens vier jaar. Jaarverslag conform de Code Goed Bestuur De Code Goed Bestuur stelt onder meer eisen aan het jaarverslag. In 2013 heeft de Handvestgroep voor de tweede keer een monitoring van jaarverslagen van deelnemers uitgevoerd met als doel te bekijken in hoeverre deze zich houden aan de Code Goed Bestuur. In de rangschikking van de 14 beoordeelde jaarverslagen is het Kadaster overall als derde geëindigd met maximale scores in de rubrieken ‘naleving’ en ‘klant’. Dit jaarverslag bevat conform de Code Goed Bestuur de volgende onderdelen: • de rapportage over de operationele en financiële doelstellingen van het Kadaster, de strategie en de randvoorwaarden die daarbij worden gehanteerd (hoofdstukken 4 en 5). Hierbij wordt tevens verslag gedaan van de mate waarin de resultaten door externe omstandigheden zijn beïnvloed (hoofdstuk 3); • de verklaring over de werking van de interne risicobeheersing- en controlesystemen (paragraaf 8.1); • personalia van de bestuurders en de leden van de Raad van Toezicht (bijlage); • informatie over de bezoldiging van de bestuurders (hoofdstuk 9); • het verslag van de Raad van Toezicht (paragraaf 8.2); • het verslag van de Gebruikersraad (paragraaf 8.3);
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
53 van 90 • de resultaten van klanttevredenheidsonderzoek (paragraaf 6.2); • de klachtenrapportage (paragraaf 6.3); • de verklaring van de externe accountant (hoofdstuk 10). Er zijn in 2013 geen besluiten genomen waarbij sprake zou zijn van tegenstrijdig belangen van bestuurders en/of leden van de Raad van Toezicht. Evenmin heeft de organisatie persoonlijke leningen verstrekt aan enige bestuurder of lid van de Raad van Toezicht.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
54 van 90
9
Jaarrekening 2013
9.1
Balans per 31 december 2013
na bestemming van het resultaat Activa in miljoenen euro’s 31 december 2013
31 december 2012
noot Vaste activa Immateriële vaste activa
1
- Software, licenties en gebruiksrecht
15,1
21,1 15,1
Materiële vaste activa
2
- Bedrijfsgebouwen en –terreinen
45,3
- Andere vaste bedrijfsmiddelen
14,2
Financiële vaste activa
21,1 47,8 21,2
59,5
69,0
-
2,7
74,6
92,8
3
- Overige vorderingen Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden
4
- Onderhanden werk
0,3
1,2
- Voorraden
0,1
0,2 0,4
Vorderingen
5
- Debiteuren - Overige vorderingen en overlopende activa
Liquide middelen Totaal vlottende activa
Totaal activa
1,4
6
23,6
24,2
8,4
5,0 32,0
29,2
54,7
49,6
87,1
80,2
161,7
173,0
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
55 van 90 Balans per 31 december 2013 na bestemming van het resultaat Passiva in miljoenen euro’s 31 december 2013
31 december 2012
49,5
59,1
noot Eigen vermogen
7
Voorzieningen
8
- Ingegane wachtgeld- en 4,0
3,0
- Seniorenregelingen
werkloosheidverplichtingen
6,1
7,7
- Overige voorzieningen
3,5
Totaal voorzieningen
Langlopende schulden
4,7 13,6
15,4
9
- Vooruitontvangen op akteposten
16,0
14,7
- Overige schulden
6,3
6,3 21,0
Kortlopende schulden - Vooruitontvangen op akteposten
22,3
10
22,5
24,3
- Crediteuren
7,8
8,3
- Belastingen en sociale premies
6,5
7,0
- Schulden terzake van pensioenen
1,8
1,8
- Overige schulden
19,3
15,9
- Overlopende passiva
19,7
18,9
Totaal kortlopende schulden
Totaal passiva
77,6
76,2
161,7
173,0
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
56 van 90
9.2
Winst- en verliesrekening over 2013
in miljoenen euro’s 2013
2012
noot Netto-omzet
11
224,5
238,7
-0,9
0,3
2,5
3,1
Wijziging in voorraden gereed product en onderhanden werk Geactiveerde productie voor het eigen bedrijf Som der bedrijfsopbrengsten
226,1
242,1
Kosten van uitbesteed werk en andere externe kosten
46,0
50,5
Lonen en salarissen
93,4
94,8
Sociale lasten
24,0
22,9
materiële vaste activa
22,9
18,7
Overige bedrijfskosten
49,3
52,1
Afschrijvingen op immateriële en
Som der bedrijfslasten
12
Bedrijfsresultaat Rentebaten en soortgelijke opbrengsten
239,0
-9,5
3,1
0,1
Rentelasten en soortgelijke kosten
0,6
-0,2 13
Resultaat
235,6
-0,3 -0,1
0,3
-9,6
3,4
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
57 van 90
9.3
Kasstroomoverzicht over 2013
in miljoenen euro’s 2013
2012
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat
-9,6
3,4
Aanpassingen voor: - afschrijvingen
23,1
- mutatie voorzieningen
-1,8
18,9 -2,8 21,3
16,1
Veranderingen in werkkapitaal: Voorraden en onderhanden werk Vorderingen Kortlopende schulden (exclusief kredietinstellingen)
1,0
-0,2
-2,8
5,4
1,4
-24,5
Kasstroom uit operationele activiteiten
-0,4
-19,3
11,3
0,2
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in immateriële vaste activa Desinvesteringen in immateriële vaste activa Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen in financiële vaste activa
-6,9
-6,9
0,6 -4,6
-4,4
3,3
0,3
-
-1,9
2,7
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
-4,9
-12,9
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie langlopende schulden
-1,3
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie liquide middelen
-9,0 -1,3
-9,0
5,1
-21,7
Liquide middelen begin boekjaar
49,6
71,3
Liquide middelen ultimo boekjaar
54,7
49,6 5,1
-21,7
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
58 van 90 9.4
Toelichting behorende bij de jaarrekening 2013
Algemeen Dienst voor het Kadaster en de openbare registers (hierna: “Kadaster”), gevestigd te Apeldoorn, is een Zelfstandig Bestuursorgaan. Continuïteit Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Toegepaste standaarden De jaarrekening is opgesteld volgens de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Grondslagen voor waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling
Algemeen De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op aanschaffings- dan wel vervaardigingskosten. De activa en passiva worden voor zover niet anders is vermeld, gewaardeerd op nominale waarde. De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa hebben betrekking op investeringen in software, licenties en een gebruiksrecht. Onder software zijn tevens softwareontwikkelingen opgenomen. Hieronder wordt verstaan het vervaardigen van het technisch ontwerp, het programmeren en het testen. In de vervaardigingskosten is een opslag voor indirecte kosten verwerkt. De kosten van ontwikkeling van software worden alleen geactiveerd, als de verwachting bestaat dat de toekomstige opbrengsten die met deze activa samenhangen, voldoende ruimte laten voor afschrijvingen. Afschrijving vindt plaats in jaarlijks gelijke termijnen over de geschatte gebruiksduur. Voor de software en de licenties is deze gesteld op maximaal vijf jaar. Afschrijving vangt aan vanaf het moment van activering. De afschrijvingstermijn van het gebruiksrecht bedraagt 40 jaar. In het jaar van ingebruikname worden de afschrijvingen tijdsevenredig vastgesteld. De restwaarde is op nihil gesteld. De kadastrale gegevensbestanden zijn niet gewaardeerd. In de tariefstructuur is geen onderdeel opgenomen ter vergoeding van afschrijvingskosten van de gegevensbestanden. Het reguliere onderhoud aan gegevensbestanden wordt jaarlijks ten laste van het resultaat verantwoord. Materiële vaste activa Onder materiële vaste activa vallen alle materiële vaste activa die bestemd zijn om de uitoefening van de werkzaamheden duurzaam te dienen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
59 van 90 Deze omvatten: - bedrijfsgebouwen en –terreinen - andere vaste bedrijfsmiddelen - vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering De materiële vaste activa worden gewaardeerd op hun aanschaffingswaarde verminderd met lineaire afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen. Afschrijving vindt plaats in jaarlijks gelijke termijnen over de geschatte gebruiksduur. In het jaar van ingebruikname worden de afschrijvingen tijdsevenredig bepaald. De bedrijfsgebouwen worden gewaardeerd op aanschaffingswaarde verminderd met lineaire afschrijvingen. De afschrijving is 3% per jaar. De restwaarde is op nihil gesteld. Voor de in gebouwen aangebrachte verbeteringen, verbouwingen, netwerken en dergelijke geldt de standaard waarderingssystematiek. De afschrijving bedraagt 20% per jaar. Dit percentage wordt aangepast indien de resterende looptijd van een huurovereenkomst van het gebouw minder dan vijf jaar is. De restwaarde is op nihil gesteld. Terreinen worden gewaardeerd op aanschaffingswaarde. Op terreinen wordt niet afgeschreven. De andere vaste bedrijfsmiddelen omvatten voornamelijk informatieverwerkende apparatuur, geodetische apparatuur, apparatuur voor rijksdriehoeksmeting, GPS-apparatuur, kantoorinventaris en vervoermiddelen. Deze andere vaste bedrijfsmiddelen worden gewaardeerd op hun aanschaffingswaarde verminderd met lineaire afschrijvingen. De afschrijvingstermijn van vervoermiddelen bedraagt vijf jaar, rekening houdend met een restwaarde van 10%. De overige investeringen worden in maximaal vijf jaar afgeschreven. De restwaarde is op nihil gesteld. Afschrijving vindt plaats vanaf het moment van ingebruikname. De vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering worden gewaardeerd op aanschaffingswaarde. Op moment van ingebruikname gaan de vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering over naar de categorie bedrijfsgebouwen of andere vaste bedrijfsmiddelen en zal afschrijving plaatsvinden. Financiële vaste activa Onder de financiële vaste activa zijn financiële activa opgenomen die bestemd zijn om de uitoefening van de werkzaamheden duurzaam te dienen. De financiële vaste activa worden gewaardeerd op nominale waarde. Impairment van vaste activa Vaste activa worden jaarlijks beoordeeld om vast te stellen of er sprake is van wijzigingen of omstandigheden die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de toekomstige nettokasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte toekomstige kasstroom wordt een bedrag voor impairment ten laste van het resultaat geboekt voor het verschil tussen de boekwaarde en de actuele waarde van het actief.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
60 van 90
Vlottende activa De waardering van vorderingen zijn beschreven onder het hoofd financiële instrumenten. De waardering van vlottende activa wordt aangepast naar de actuele waarde als deze lager is dan de waardering op basis van verkrijgingsprijs. Onder het onderhanden werk zijn opgenomen het onderhanden werk met betrekking tot de akteposten die in bewerking zijn. Het onderhanden werk met betrekking tot de akteposten wordt gewaardeerd op basis van standaardkostprijzen. Als gevolg van verschillende werkmethoden zijn er specifieke standaardkostprijzen. Deze zijn gebaseerd op uurtarieven op basis van integrale kosten. De voorraden worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, op basis van gewogen gemiddelde prijzen. Er wordt een voorziening voor incourante voorraden op het bedrag van de voorraden in mindering gebracht, indien de opbrengstwaarde lager is dan de vervaardigingsprijs. Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten debiteuren en overige vorderingen, geldmiddelen, financieringsverplichtingen, crediteuren en overige te betalen posten. Er wordt geen gebruik gemaakt van afgeleiden financiële instrumenten (derivaten) en er wordt geen handelsportefeuille aangehouden. Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, waarbij de direct toerekenbare transactiekosten in de eerste opname worden meegenomen. Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd. Vorderingen Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen. Indien deze waarde op basis van de gemiddelde looptijd van de vorderingen de nominale waarde benadert, wordt de nominale waarde toegepast. Langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen Langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd op basis van de effectieve rentemethode. Indien deze waarde op basis van de gemiddelde looptijd van de verplichtingen de nominale waarde benadert, wordt de nominale waarde toegepast. De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar van de langlopende schulden worden opgenomen onder kortlopende schulden.
Bijzondere waardeverminderingen financiële activa Een financieel actief dat niet tegen reële waarde wordt verantwoord met waardewijzigingen in de winst-enverliesrekening wordt op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt geacht
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
61 van 90 onderhevig te zijn aan een bijzondere waardevermindering indien er objectieve aanwijzingen zijn dat na de eerste opname van het actief zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de verwachte toekomstige kasstromen van dat actief en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt. Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering omvatten het niet nakomen van betalingsverplichtingen en achterstallige betaling door een debiteur, herstructurering van een aan de onderneming toekomend bedrag onder voorwaarden die de onderneming anders niet zou hebben overwogen, aanwijzingen dat een debiteur of emittent failliet zal gaan, en het verdwijnen van een actieve markt voor een bepaald effect. Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van vorderingen en beleggingen die door de onderneming worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs worden zowel op het niveau van specifieke activa als op collectief niveau in aanmerking genomen. Van alle individueel significante vorderingen en beleggingen wordt beoordeeld of deze specifiek onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering. Alle individueel significante vorderingen en beleggingen waarvan is vastgesteld dat deze niet specifiek onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering worden vervolgens collectief beoordeeld op een eventuele waardevermindering die zich al heeft voorgedaan maar nog niet is vastgesteld. Van individueel niet significante vorderingen wordt collectief beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering door samenvoeging van vorderingen met vergelijkbare risicokenmerken. Bij de beoordeling van de collectieve waardevermindering gebruikt de onderneming historische trends met betrekking tot de waarschijnlijkheid van het niet nakomen van betalingsverplichtingen, het tijdsbestek waarbinnen incassering plaatsvindt en de hoogte van gemaakte verliezen. De uitkomsten worden bijgesteld als de ondernemingsleiding van oordeel is dat de huidige economische en kredietomstandigheden zodanig zijn dat het waarschijnlijk is dat de daadwerkelijke verliezen hoger dan wel lager zullen zijn dan historische trends suggereren. Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot een tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de boekwaarde en de lagere marktwaarde van het actief. Verliezen worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Rente op het aan een bijzondere waardevermindering onderhevige actief blijft verantwoord worden via oprenting van het actief. Als in een latere periode het actief, onderhevig aan een bijzondere waardevermindering, stijgt en het herstel objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bijzondere waardeverminderingsverlies wordt het bedrag uit hoofde van het herstel opgenomen in de winst-enverliesrekening.
Voorzieningen De voorzieningen worden tegen contante waarde opgenomen. Onder de voorziening ingegane wachtgeld- en werkloosheidverplichtingen zijn opgenomen: - de kosten voor ingegane wachtgelden, werkloosheid en soortgelijke uitkeringen; - de kosten voor toegezegde afvloeiingsregelingen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
62 van 90 Daar de voorziening bestaat uit wachtgeldverplichtingen en vergelijkbaar is met een pensioenvoorziening conform het jaarrekeningenrecht, is de voorziening contant gemaakt met hantering van een rekenrente van 2,2% (2012: 1,6%) en verwachte toekomstige salarisstijging van 1,0% (2012: 1,0%). Het Kadaster heeft de verplichting de uitkeringen te indexeren in gelijke mate als de indexatie van salarissen van de werknemers. De kosten voor toegezegde afvloeiingsregelingen zijn bestemd voor afvloeiing van werknemers in verband met overcapaciteit in de functiecategorie van de landmeetkundig assistenten en individuele maatwerkafspraken. Onder de voorziening seniorenregelingen zijn de kosten van de Kadaster Seniorenregeling (KSR) opgenomen. De KSR is van toepassing op de medewerkers die vòòr 1 januari 1953 zijn geboren. De kosten van de regeling bestaan uit de kosten voor de medewerkers waarvoor geldt dat de KSR al is ingegaan. De opbouw vindt gespreid plaats over een periode startend op het moment dat deelname verwacht wordt tot aan het verwachte moment van beëindiging van het recht. Voor de voorziening betreffende seniorenregelingen geldt dat de contante waarde is opgenomen met hantering van een rekenrente van 2,2% (2012: 1,6%) en verwachte toekomstige salarisstijging van 1,0% (2012: 1,0%). De regeling loopt tot oktober 2018. De RWS is het vervolg op de hiervoor genoemde KSR en van toepassing op de medewerkers die op of na 1 januari 1953 zijn geboren. De kosten van deze regeling worden in het jaar van uitbetaling ten laste van het resultaat gebracht. De regeling is toegankelijk voor medewerkers die vòòr 1 januari 1962 zijn geboren en loopt tot circa december 2028, afhankelijk van de AOW leeftijd. Onder de overige voorzieningen is onder andere opgenomen: de toekomstige kosten opgenomen voor alle personeelsleden die in aanmerking komen voor een ambtsjubileumuitkering. Uitkeringen in het kader van ambtsjubilea vinden plaats bij het bereiken van een dienstverband van 12,5 jaar, 25 jaar en 40 jaar. De opbouw vindt plaats naar rato van het aantal dienstjaren welke het personeelslid heeft opgebouwd tegen het huidige salaris, rekeninghoudend met een kans op blijvend dienstverband. De voorziening is contant gemaakt, gebruikmakend van een rekenrente van 2,2% (2012: 1,6%) en een verwachte toekomstige salarisstijging van 1,0% (2012: 1,0%). Langlopende schulden De waardering van langlopende schulden is toegelicht onder het hoofd financiële instrumenten. De post vooruitontvangen op akteposten bestaat uit bedragen, die per balansdatum ontvangen of gefactureerd zijn en waar tegenover in de toekomst uit te voeren prestaties staan. De aantallen akteposten die de productie van aankomend boekjaar overschrijden, worden verantwoord onder de langlopende schulden. Een aktepost ontstaat indien een recht wordt gevestigd op een gedeeltelijk perceel. Het voor de aktepost verschuldigde recht wordt bij het indienen van de akte gefactureerd. De door het Kadaster te verrichten werkzaamheden dienen op het moment van factureren nog te geschieden. De onder de langlopende schulden opgenomen overlopende passiva hebben betrekking op verplichtingen betreffende spaardagen en de huurvrije periode huurpanden.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
63 van 90 De post verplichtingen betreffende spaardagen houdt verband met de flexibiliseringsregeling die met ingang van 1 januari 1996 van kracht werd. Deze regeling houdt in dat medewerkers jonger dan 55 jaar gedurende de periode 1996-1999 verplicht waren minimaal 17 ADV-dagen per jaar te sparen. De post is gewaardeerd op de nominale waarde van het uit te betalen bedrag bij vertrek van een personeelslid. Met ingang van het jaar 2001 kan per jaar maximaal 20% worden ontspaard. Met ingang van ultimo 2005 zijn de vrij opneembare spaardagen opgenomen onder de kortlopende schulden. De post huurvrije periode huurpanden heeft betrekking op de contant gemaakte waarde van over 2010 genoten huurvrije periode betreffende een tweetal huurpanden. Het bedrag is contant gemaakt tegen een disconteringsvoet van 2,2%, rekening houdend met een verwachte inflatie van 1,0%. Kortlopende schulden De waardering van crediteuren, financieringsverplichtingen en overige te betalen posten is beschreven onder het hoofd financiële instrumenten. De post vooruitontvangen op akteposten bestaat uit bedragen, die per balansdatum ontvangen of gefactureerd zijn en waar tegenover prestaties staan die in de toekomst moeten worden uitgevoerd. De voorraad akteposten, die wordt afgedaan in 2014 volgens de productieplanning wordt verantwoord onder de kortlopende schulden. Resultaatbepaling Onder netto-omzet wordt verstaan de opbrengst uit levering van goederen en diensten aan derden, onder aftrek van kortingen en dergelijke en onder aftrek van over de omzet geheven belastingen. Tevens bestaat de nettoomzet voor een deel uit inkomsten van budgetgefinancierde activiteiten. Verliezen worden in aanmerking genomen in het jaar waarin deze voorzienbaar zijn. De post geactiveerde productie voor het eigen bedrijf wordt gevormd door de vervaardigingskosten van zelfontwikkelde software. Deze kosten worden geactiveerd onder de immateriële vaste activa. Personeelsbeloningen/pensioen Verplichtingen in verband met bijdragen aan pensioenregelingen worden als last in de resultatenrekening opgenomen in de periode waarover de bijdragen zijn verschuldigd. De pensioenregeling van de medewerkers van het Kadaster is ondergebracht bij het Pensioenfonds ABP. Deze regeling betreft een toegezegde pensioenregeling. In het geval van een tekort bij het Pensioenfonds ABP heeft het Kadaster echter geen verplichting tot het doen van aanvullende bijdragen anders dan hogere toekomstige premies. Op grond van RJ 271 wordt de pensioenregeling in de jaarrekening verwerkt als een toegezegde bijdrageregeling. Ten aanzien van eventuele overschotten of tekorten in het Pensioenfonds ABP die van invloed zijn op de in de toekomst door het Kadaster te betalen premies, is op dit moment geen informatie beschikbaar. De dekkingsgraad bedraagt ultimo 2013 106% (2012: 96%).
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
64 van 90 Vennootschapsbelasting Het Kadaster is geen vennootschapsbelasting verschuldigd over het resultaat op zijn activiteiten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. Gebruik van schattingen Bij het opstellen van de jaarrekening heeft het Kadaster, overeenkomstig algemeen geldende grondslagen, bepaalde schattingen en veronderstellingen gedaan die medebepalend zijn voor de opgenomen bedragen. De feitelijke resultaten kunnen van deze schattingen afwijken. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
65 van 90
9.5
Toelichting op de balans
in miljoenen euro’s
Activa 1. Immateriële vaste activa Het verloop van de immateriële vaste activa is:
Historische kostprijs per 31 december 2012 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2012 Boekwaarde per 31 december 2012 Mutaties in boekwaarde: Investeringen Bijzondere waardeverminderingen Desinvesteringen Afschrijvingen desinvesteringen Afschrijvingen Saldo mutaties Boekwaarde per 31 december 2013 Historische kostprijs per 31 december 2013 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2013
Software
Licenties
Gebruiksrecht
90,5
29,3
-
119,8
-80,8
-17,9
-
-98,7
9,7
11,4
-
21,1
2,5 -0,2 -0,6
0,6 -5,3
3,8
-3,4 -1,7
-3,3 -8,0
-0,1 3,7
6,9 -5,5 -0,6 0,0 -6,8 -6,0
8,0
3,4
3,7
15,1
92,0
20,9
3,8
116,7
-84,0
-17,5
-0,1
-101,6
Het Kadaster heeft de beschikking over gegevensbestanden, waaraan geen waardering is toegekend. Het geactiveerde gebruiksrecht betreft de in februari 2013 in gebruik genomen parkeergarage in Apeldoorn, waarvan de vooruitbetaling tot en met 2012 was opgenomen onder de financiele vaste activa. Als gevolg van het beëindigen van de pilot vernieuwing van de registratie van schepen en luchtvaartuigen is eind 2013 een impairmenttoets uitgevoerd op dit project. Dit heeft ultimo 2013 geleid tot een bijzondere waarde-vermindering op software van € 0,2 miljoen en op licenties van € 5,3 miljoen. Deze pilot is een onderdeel van de totale vervanging van de registratie van onroerende zaken.
Totaal
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
66 van 90
2. Materiële vaste activa Het verloop van de materiële vaste activa is: Bedrijfsgebouwen en –terreinen
Andere vaste bedrijfsmiddelen
Totaal
75,3
86,9
162,2
-27,5
-65,7
-93,2
Boekwaarde per 31 december 2012 Mutaties in boekwaarde: Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen desinvesteringen Afschrijvingen Saldo mutaties
47,8
21,2
69
0,2
-2,7 -2,5
4,4 -6,4 3,1 -8,1 -7,0
4,6 -6,4 3,1 -10,8 -9,5
Boekwaarde per 31 december 2013
45,3
14,2
59,5
Aanschafwaarde per 31 december 2013 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2013
75,5
84,9
160,4
-30,2
-70,7
-100,9
Aanschafwaarde per 31 december 2012 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2012
De verzekerde waarde van de materiële vaste activa bedraagt ultimo 2013 voor gebouwen € 76,7 miljoen en voor inventaris € 72,5 miljoen, zijnde totaal € 149,2 miljoen (ultimo 2012 € 153,6 miljoen).
3. Financiële vaste activa Onder de financiële vaste activa is een vooruitbetaling op het parkeerrecht in een parkeergarage te Apeldoorn opgenomen. De investering heeft in totaal € 3,8 miljoen bedragen. De parkeergarage is in 2013 in gebruik genomen. Het recht is geactiveerd onder de immateriële vaste activa.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
67 van 90 Vlottende activa 4. Voorraden De specificatie van de post voorraden is: 31 december 2013
31 december 2012
Onderhanden werk akteposten en verificatieposten
0,3
1,2
Gereed product
0,3
0,3
-0,2
-0,1
0,4
1,4
Voorziening incourante voorraad gereed product
Het onderhanden werk akteposten en verificatieposten betreft de kosten van al uitgevoerde deelwerkzaamheden voor akteposten en verificatieposten die nog niet zijn afgerond. De voorraad gereed product betreft de voorraad topografische kaarten. 5. Vorderingen De specificatie van de post debiteuren is:
Gefactureerde diensten Nog te factureren diensten Voorziening voor debiteuren
31 december 2013
31 december 2012
19,9
17,6
3,9
7,1
23,8
24,7
-0,2
-0,5
23,6
24,2
De specificatie van de post overige vorderingen en overlopende activa is: 31 december 2013
31 december 2012
apparatuur
2,8
2,0
Andere vooruitbetalingen
4,4
2,7
Diverse
1,2
0,3
8,4
5,0
Vooruitbetaald op informatieverwerkende
Aangezien de nominale waarde, zoals gehanteerd, de reële waarde benadert, zijn de vorderingen opgenomen tegen nominale waarde. Van de andere vooruitbetalingen is een bedrag van € 2,1 miljoen met een looptijd langer dan 1 jaar. De overige vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
68 van 90 6. Liquide middelen De specificatie van de post liquide middelen is: 31 december 2013
31 december 2012
Deposito’s
27,0
25,0
Rekening-courant ministerie van Financiën
26,9
24,0
0,8
0,6
54,7
49,6
Banken
De deposito’s zijn belegd bij het ministerie van financiën. Op 31 december 2013 is één deposito vastgezet met een resterende looptijd van 1 maand. Het saldo opgenomen onder banken heeft betrekking op de nevenactiviteiten. De liquide middelen staan ter vrije beschikking van het Kadaster. Passiva 7. Eigen vermogen De samenstelling van het eigen vermogen is:
Structurele reserve Conjuncturele reserve Reserve nevenactiviteiten Eigen vermogen
31 december 2013
31 december 2012
41,4
51,7
8,1
7,4
-
-
49,5
59,1
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
69 van 90 Het verloop van het eigen vermogen is: Structurele reserve
Stand per 31 december 2011 Resultaat 2012
Conjuncturele reserve
Reserve
Vermogens
neven-
overschot/
activiteiten
tekort
56,1
-
-
-0,4
55,7
-
-
-
3,4
3,4
-3,0
-
Bij/af: mutaties in reserves
-4,4
7,4
-
Stand per 31 december 2012
51,7
7,4
-
Resultaat 2013 Bij/af: mutaties in reserves
Stand per 31 december 2013
Totaal
-
59,1
-9,6
-9,6 -
-10,3
0,7
-
9,6
41,4
8,1
-
-
49,5
Het Kadaster heeft een eigen vermogen dat aan een (krachtens de wet vastgelegd) maximumniveau is gebonden, het zogenoemde normvermogen. Binnen het financiële beleid wordt gestuurd op dit normvermogen. Indien meerjarenprognoses substantiële tekorten of overschotten laten zien, kunnen onder meer de tarieven worden aangepast. Het eigen vermogen is noodzakelijk voor financiering van de aanwezige middelen (structurele reserve) en om risico’s in omzet en kosten te kunnen opvangen (conjuncturele reserve). De hoogte van het eigen vermogen is in belangrijke mate afhankelijk van de ontwikkeling van de vastgoedmarkt. Indien deze ontwikkeling leidt tot tekorten, kan dit worden opgevangen door een tariefsverhoging. Maatschappelijke en economische risico’s kunnen tot financiële risico’s leiden. Het Kadaster hanteert een ramingsmodel voor een zo goed mogelijke prognose van de ontwikkelingen. De praktijk wijst echter uit dat omslagmomenten en economische recessies modelmatig slecht te voorspellen zijn. In de memorie van toelichting op de Organisatiewet Kadaster is aangegeven dat de structurele reserve éénderde deel van het structurele balanstotaal dient te bedragen. Het structurele balanstotaal bestaat uit de vaste activa en het niveau van de vlottende activa op de middellange termijn (5 jaar). Op 31 december 2013 leidt dit tot een vereiste structurele reserve van € 41,4 miljoen. Door de daling in de vaste en structurele vlottende activa is het structurele vermogen aanzienlijk lager dan ultimo 2012. Dit heeft ertoe geleid dat het eigen vermogen ultimo 2013 € 8,1 miljoen hoger is dan het structurele vermogen. De conjuncturele reserve van het eigen vermogen wordt gevoed in tijden van hoogconjunctuur in de vastgoedmarkt. Tijdens laagconjunctuur wordt uit deze vermogenscomponent geput. In de memorie van toelichting op de Organisatiewet Kadaster staat dat over de maximale hoogte van de conjuncturele
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
70 van 90 component de minister van IenM en het Kadaster periodiek overleg kunnen plegen, bijvoorbeeld voorafgaande aan de goedkeuring van de jaarrekening of het meerjarenbeleidsplan. Ultimo 2013 bedraagt de omvang van de conjuncturele reserve € 8,1 miljoen. Op basis van lineaire meerjarenprognoses van omzetten, de aanname betreffende conjuncturele schommelingen en de mate van beïnvloedbaarheid van het kostenniveau is een aantal jaren geleden de conjuncturele reserve bepaald op maximaal € 34,0 miljoen. De reserve nevenactiviteiten wordt opgebouwd uit overschotten die uit de nevenactiviteiten worden gegenereerd. De maximale stand van de reserve nevenactiviteiten is gesteld op € 3,6 miljoen. In 2013 is het resultaat op nevenactiviteiten € 3,0 miljoen negatief (in 2012 € 1,3 miljoen negatief), waardoor de reserve nevenactiviteiten ultimo 2013 conform vorig jaar uitgeput blijft.
8. Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen is:
Stand per 31 december 2012 Onttrekkingen Dotaties Stand per 31 december 2013 Looptijd < 1 jaar Looptijd 1 tot 5 jaar Looptijd > 5 jaar Totaal
Overige voorzieningen Uitgestelde Claims uit beloningen rechtszaken betreffende ambtsjubilea
Ingegane wachtgeld- en werkloosheidsverplichting
Seniorenregelingen
3,1
7,7
3,8
0,8
15,4
-1,3 2,2
-4,5 2,9
-0,7 0,1
-0,5
-7 5,2
4,0
6,1
3,2
0,3
13,6
1,4 1,9 0,7 4,0
1,7 4,4
0,3 1,1 1,8 3,2
0,3
3,7 7,4 2,5 13,6
6,1
0,3
Onder de ingegane wachtgeld- en werkloosheidsverplichting zijn kosten opgenomen voor toegezegde afvloeiingsregelingen. Er zijn afspraken gemaakt met 33 werknemers, waarvoor een reservering voor afvloeiingskosten is opgenomen van € 2,0 miljoen. In de dotaties is een bedrag begrepen van € 0,2 miljoen (per 31 december 2012 € 0,3 miljoen), zijnde de onder de rentelasten verantwoorde oprenting van de voorzieningen.
Totaal
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
71 van 90 9. Langlopende schulden De post vooruitontvangen op akteposten (inclusief verificatieposten) is als volgt opgenomen: Per 31 december 2013 moeten nog circa 48.000 akteposten worden geproduceerd (per 31 december 2012 circa 55.000 posten). Daarnaast moeten nog circa 6.000 verificatieposten worden geproduceerd (per 31 december 2012 circa 3.000 posten). Omgerekend tegen een gemiddeld tarief van € 689 per aktepost (per 31 december 2012 € 696) en € 738 per verificatiepost (per 31 december 2012 € 685), betekent dit een vooruitontvangen bedrag van € 37,2 miljoen (per 31 december 2012 € 40,3 miljoen). Het langlopende deel hiervan bedraagt € 14,7 miljoen, het kortlopende gedeelte € 22,5 miljoen. De berekening gaat uit van de geplande productie in aantallen van het komende jaar, bepaald aan de hand van de productieramingen. Als tarief wordt het gemiddelde tarief op de totale voorraad ultimo boekjaar gehanteerd. De onder de langlopende schulden verantwoorde overige schulden bestaat uit:
Verplichting inzake einde dienstverband/spaardagen Huurvrije periode huurpanden
31 december 2013
31 december 2012
5,7 0,6
5,5 0,8
6,3
6,3
De verplichting einde dienstverband/spaardagen bedraagt per 31 december 2013 € 5,7 miljoen en bevat het saldo aan opgebouwde rechten. Over de verplichting is een opslag berekend van 60% (2012: 56%). De verplichting huurvrije periode huurpanden heeft betrekking op de het langlopende, contant gemaakte, gedeelte van de huurvrije periode betreffende een tweetal huurpanden (totaal € 0,6 miljoen). Dit bedrag wordt gedurende de looptijd van de huurcontracten (tot einde 2018) verrekend.
10. Kortlopende schulden De post vooruitontvangen op akteposten (inclusief verificatieposten) is als volgt opgenomen: De werkvoorraad van akteposten is gebaseerd op de werkelijk verwachte productie over 2014 van voorraden die op balansdatum reeds bestonden. Dit betreft circa 27.000 akteposten (verwachte productie 2013 circa 28.000 akteposten). Het gemiddelde tarief van de voorraad akteposten bedraagt € 689. De planning is dat vrijwel de gehele voorraad verificatieposten in 2014 geproduceerd wordt, derhalve wordt de gehele voorraad als kortlopend opgenomen. Het gemiddelde tarief van deze voorraad bedraagt € 738. In totaal bedraagt de vooruitontvangen post € 14,1 miljoen. De rekening-courant ministerie van Financiën is rentedragend en maakt onderdeel uit van het zogenoemde schatkistbankieren. De rente is gebaseerd op EONIA fixing en bedraagt ultimo 2013 0,45%.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
72 van 90 De kredietfaciliteit bedraagt ultimo 2013 € 25,0 miljoen. Er is in 2013 geen gebruik gemaakt van deze kredietfaciliteit. De specificatie van de overige schulden is: 31 december 2013
31 december 2012
Vooruitgefactureerde bedragen Basisregistraties en Landelijke voorzieningen
7,7
6,8
Overige vooruitgefactureerde bedragen
4,8 6,8
4,0 5,1
19,3
15,9
Nog te betalen bedragen
De post vooruitgefactureerde bedragen Basisregistraties en Landelijke voorzieningen betreft een in rekening gebracht voorschot van de door het ministerie van I&M te betalen vergoeding voor werkzaamheden in 2014. In de overige vooruitgefactureerde bedragen is € 2,6 miljoen (2012: € 2,6 miljoen) vooruitontvangen omzet Belastingdienst 2014 opgenomen. De specificatie van de overlopende passiva is:
Vakantiegeld Vakantierechten
31 december 2013
31 december 2012
3,7 16,0
3,9 15,0
19,7
18,9
De opgebouwde verplichtingen betreffende vakantiegeld zijn opgenomen voor de periode 1 juni 2013 tot en met 31 december 2013. De verplichting uit hoofde van vakantierechten bedraagt per 31 december 2013 gemiddeld 45 dagen per personeelslid (per 31 december 2012 gemiddeld 41 dagen per personeelslid). Aangezien de nominale waarde, zoals gehanteerd, de reële waarde benadert, zijn de schulden opgenomen tegen nominale waarde.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
73 van 90 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Meerjarige verplichtingen De belangrijkste niet in de balans opgenomen verplichtingen met een materieel financieel belang zijn: Huurverplichtingen
Looptijd < 1 jaar Looptijd 1 tot 5 jaar Looptijd > 5 jaar Totaal
ICT-
Overige
verplichtingen
verplichtingen
Totaal
5,0
40,4
5,8
49,4
16,8
86,0
5,0
107,8
0,4
22,8
-
23,2
22,2
149,2
10,8
180,4
De huurverplichtingen zijn aangegaan ten behoeve van huisvestiging. Onder de ICT verplichtingen is een contract ten behoeve van dienstverlening van het datacenter opgenomen ad € 128,3 miljoen. Daarnaast is een verplichting opgenomen van de uitbesteding van het mainframe bij Tsystems ad € 4,4 miljoen. De overige contracten hebben betrekking op onderhoudscontracten van software en telefonie en licenties SAP. De overige verplichtingen hebben voor € 3,1 miljoen betrekking op een verplichting inzake inkoop van luchtfoto’s. De leaseverplichting van voertuigen bedraagt € 2,2 miljoen. Daarnaast is zijn hieronder onderhouds- en servicecontracten voor de vestigingen opgenomen. Bankgaranties Het Kadaster heeft voor een bedrag van € 0,6 miljoen bankgaranties afgegeven. Uitbesteding rekencentrum Naar aanleiding van de uitbesteding van het rekencentrum per 1 januari 2014, kunnen de betreffende medewerkers in 2014 op vrijwillige basis in dienst treden bij de dienstverlener (circa 90 fte). De werkzaamheden van deze medewerkers worden vanaf 1 januari 2014 uitgevoerd door de dienstverlener. Betreffende functies zijn daarom vervallen. Voor mogelijk resterende personele kosten van medewerkers die niet vrijwillig in dienst treden bij de dienstverlener kan geen betrouwbare schatting worden bepaald. Dit wordt veroorzaakt doordat er nog geen beeld is van de hoeveelheid medewerkers die mogelijk in dienst bij het Kadaster blijven en wie dit betreft. Derhalve is voor de hieruit voorvloeiende verplichting geen voorziening gevormd.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
74 van 90
9.6
Toelichting op de winst- en verliesrekening
in miljoenen euro’s
10. Kostendekkendheid strategische eenheden en nevenactiviteiten Het resultaat 2013 bedraagt € 9,6 miljoen negatief en wordt als volgt verdeeld over de wettelijke taken en de nevenactiviteiten:
Som der bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Rentebaten en rentelasten
Wettelijke taken 222,2 228,7 6,50,1-
Nevenactiviteiten 3,9 6,9 3,0-
Totaal 226,1 235,6 9,50,1-
6,66,6-
3,03,0-
9,69,6-
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Resultaat
Het resultaat uit wettelijke taken bedraagt € 6,6 miljoen negatief (2012: € 4,7 miljoen positief). Dit lagere resultaat ten opzichte van 2012 wordt met name veroorzaakt door de economische crisis op de vastgoedmarkt. Tevens heeft de onder de immateriële vaste activa toegelichte bijzondere waardevermindering op software en licenties een drukkend effect op de resultaten. Het resultaat van de nevenactiviteiten (internationale consultancy en GBKN dienstverlening) is in 2013 € 3,0 miljoen negatief (2012: € 1,3 miljoen negatief). Het nadelig resultaat wordt met name veroorzaakt door de GBKN dienstverlening. 11. Netto-omzet De netto-omzet naar taken en activiteiten kan als volgt worden weergegeven: 2013
2012
179,6
190,1
10,0
11,3
19,7
22,5
11,3
10,8
3,9
4,0
224,5
238,7
Rechtszekerheidsproducten (volgens Kadasterwet artikel 108 geheven kadastrale rechten) Door het Rijk aan het Kadaster opgedragen taak betreffende Landinrichting en gebiedsontwikkeling Door het Rijk aan het Kadaster opgedragen taak betreffende Topografie Door het Rijk aan het Kadaster opgedragen taak betreffende Kabels- en Leidingen Informatiecentrum Nevenactiviteiten
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
75 van 90
De omzet Rechtszekerheidsproducten bedraagt € 179,6 en is per saldo met € 10,5 miljoen afgenomen in 2013. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het voortzetten van de daling in het aanbod van stukken, als gevolg van de economische crisis op de vastgoedmarkt ondanks de hogere tarieven. Het effect van de per 1 januari 2013 doorgevoerde tariefstijging bedraagt ongeveer € 9,0 miljoen. De omzet Landinrichting en gebiedsontwikkeling is gedaald tot 10,0 miljoen in 2013. Dit wordt onder andere verklaard door een daling van het werkaanbod herverkaveling van € 1,2 miljoen. De omzet Topografie laat een daling van € 2,8 miljoen zien ten opzichte van 2012. Hiervan wordt € 2,1 veroorzaakt door minder omzet Defensie en € 1,2 miljoen aan minder Budgetfinanciering BRT. Hiertegenover staat een stijging van omzet BGT ad € 0,5 miljoen. De omzet Kabels- en Leidingen Informatie Centrum is gestegen met € 0,5 miljoen, door meer meldingen in 2013. De omzet nevenactiviteiten bedraagt € 3,9 miljoen ten opzichte van € 4,0 miljoen in 2012. De afname wordt veroorzaakt door een lagere omzet op internationale activiteiten. 12. Bedrijfslasten De kosten van uitbesteed werk en andere externe kosten bedragen over 2013 € 46,0 miljoen (2012: € 50,5 miljoen. In 2013 is circa € 13,4 miljoen besteed aan ICT projecten. Het totaal van de lonen en salarissen bedraagt over 2013 € 93,4 miljoen (2012: € 94,8 miljoen). Er is een daling van € 2,9 miljoen zichtbaar in de brutolonen als gevolg van de daling van het aantal medewerkers. De sociale lasten (inclusief pensioenlasten) over 2013 bedragen € 24,0 miljoen (2012: € 22,9 miljoen). De pensioenpremies, opgenomen in de sociale lasten, bedragen € 14,0 miljoen (2012: € 13,5 miljoen). De hogere pensioenlast is het gevolg van een stijging in het premiepercentage. Een overzicht van het gemiddeld aantal arbeidsplaatsen in fte’s is als volgt: 2013
2012
661
740
1.086
1.081
1.747
1.821
Aantal arbeidsplaatsen ondersteuning inclusief ICT Services Aantal arbeidsplaatsen primair proces
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
76 van 90 De afschrijvingskosten op immateriële en materiële vaste activa bedragen € 22,9 miljoen en bestaan uit:
Afschrijvingskosten immateriële vaste activa Afschrijvingskosten materiële vaste activa Bijzondere waardevermindering Resultaat verkoop vaste activa
2013
2012
6,8 10,8 5,5 -0,2
7,1 11,8 -0,2
22,9
18,7
De overige bedrijfskosten bedragen € 49,3 miljoen (2012: € 52,1 miljoen). Over het algemeen is een lichte daling van de hieronder verantwoorde kosten zichtbaar. 13. Rentebaten en rentelasten De rentebaten bedroegen in 2013 € 0,1 miljoen (2012: € 0,6 miljoen) en bestaat uit rente op deposito’s. De rentelasten en soortgelijke kosten bedragen in 2013 € 0,2 miljoen (2012: € 0,3 miljoen). Deze post heeft voornamelijk betrekking op de oprenting van de voorzieningen. Honoraria accountantsorganisatie In het boekjaar zijn de volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. en overige entiteiten binnen het KPMG netwerk ten laste gebracht van het Kadaster, een en ander zoals bedoeld in artikel 2:382a BW, lid 1 en 2: KPMG
KPMG
Overig
Overig
Accountants
KPMG
Accountants
KPMG
NV
netwerk
Totaal
NV
netwerk
Totaal
2013
2013
2013
2012
2012
2012
162
-
162
170
-
170
Andere controleopdrachten
6
-
6
27
28
55
Adviesdiensten op fiscaal
-
-
-
-
3
3
53
609
662
55
183
238
221
609
830
252
214
466
x € 1.000 Onderzoek van de jaarrekening
terrein Andere niet-controlediensten Totaal
De genoemde bedragen zijn inclusief 21% respectievelijk 19% BTW (21% vanaf oktober 2012).
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
77 van 90 Bezoldigingen In deze paragraaf wordt gerapporteerd over de bezoldiging van de Raad van Bestuur en Raad van Toezicht. De totale bezoldiging (inclusief sociale lasten en pensioenlasten) per individuele bestuurder is hierna op grond van artikel 2:383 BW toegelicht. Met deze weergave van het inkomen wordt tevens voldaan aan de uitgangspunten van de Wet Normering Topinkomens (hierna WNT) en bijbehorende Memorie van Toelichting welke wet vanaf 2013 van kracht is. De Aanpassingswet WNT, die onderdeel is van het normenkader WNT, is nog niet door de Eerste Kamer aangenomen, hetgeen kan leiden tot aanpassingen van de te verstrekken informatie uit hoofde van de Aanpassingswet WNT. Raad van Bestuur De bezoldiging (inclusief sociale lasten en pensioenlasten) van de bestuurders bedraagt over 2013 € 0,5 miljoen (2012: € 0,7 miljoen). 2013
Beloning * Kadaster Keuze Pakket Pensioenkosten Onkostenvergoeding Sociale verzekeringspremies
drs. Th.A.J. Burmanje 182.000 9.000 30.000 11.000 232.000 7.000 239.000
G.J.M. Barnasconi 175.000 15.000 28.000 7.000 225.000 7.000 232.000
drs. Th.A.J. Burmanje 174.000 12.000 28.000 11.000 225.000 7.000 232.000
G.J.M. Barnasconi 166.000 15.000 27.000 7.000 215.000 7.000 222.000
Totaal 357.000 24.000 58.000 18.000 457.000 14.000 471.000
2012 Beloning * Kadaster Keuze Pakket Pensioenkosten Onkostenvergoeding Vertrekvergoeding Sociale verzekeringspremies
*: inclusief: - vakantiegeld - eindejaarsuitkering - gratificatie
ir. A.P.G. Groothedde 134.000 10.000 20.000 5.000 76.000 245.000 5.000 250.000
Totaal 474.000 37.000 75.000 23.000 76.000 685.000 19.000 704.000
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
78 van 90 Drs. Th.A.J. Burmanje Voorzitter Raad van Bestuur Benoemd per 1 mei 2004 voor onbepaalde tijd Volledig dienstverband G.J.M. Barnasconi Lid Raad van Bestuur Benoemd per 1 mei 2004 voor onbepaalde tijd Volledig dienstverband De bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur is vastgesteld op basis van bestaande beloningregelingen van het Kadaster. De norm van de WNT bedraagt voor 2013 € 228.599 exclusief sociale verzekeringspremies. De Raad van Bestuur valt onder de overgangsregeling die geldt voor de WNT. Dit betekent dat de bezoldiging van voor november 2011 leidend is. Op dat moment viel de voorzitter Raad van Bestuur onder de norm. De leden van de Raad van Bestuur hebben in 2013 gebruik gemaakt van het Kadaster Keuze Pakket en hebben verlofuren laten uitbetalen voor een bedrag van € 9.000 respectievelijk € 15.000. Het bedrag van de bezoldiging Raad van Bestuur is exclusief een bedrag van € 15.000 (2012: € 20.000) inzake crisisheffing die in 2014 afgedragen zal worden. Raad van Toezicht De bezoldiging van de leden van de Raad van Toezicht bedraagt over 2013 € 0,1 miljoen (2012: € 0,1 miljoen). In onderstaande tabel is de verdeling zichtbaar. Sybilla M. Dekker (voorzitter) Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus R. Icke RA G. Ensing Drs. C.M. Wortmann-Kool (vanaf 1 maart 2013)
Vergoeding 18.600 15.000 15.000 15.000 9.500 73.100
Mevrouw Wortmann is door de minister van IenM benoemd in 2013, waarbij de bezoldiging conform de geldende WNT norm ligt. De bezoldiging van de voorzitter en overige leden van de Raad van Toezicht ligt hoger dan de geldende norm, die voor leden € 11.400 en voor de voorzitter € 17.100 bedraagt. De overschrijding valt onder de overgangsregeling. Bij nieuwe aanstelling of herbenoeming wordt de nieuwe vergoeding gehanteerd.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
79 van 90
Apeldoorn, 11 maart 2014
Apeldoorn, 11 maart 2014
Raad van Bestuur
Raad van Toezicht
drs. Th.A.J. Burmanje
Sybilla M. Dekker
G.J.M. Barnasconi
prof. mr. F.B.J. Grapperhaus R. Icke RA G. Ensing drs. C.M. Wortmann
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
80 van 90
10
Overige gegevens
10.1
Regeling voor bestemming van het resultaat
In hoofdstuk 7 van de memorie van toelichting van de Organisatiewet Kadaster is aangegeven dat het beleid erop is gericht de integrale bedrijfseconomische kosten van de wettelijke taken te dekken door de opbrengsten. Dit begrip van kostendekkendheid omvat de dekking van de middelen die nodig zijn voor de aanpassing van de structurele reserve en de mutaties in de conjuncturele reserve. Een en ander betekent dat de tarieven worden bijgestuurd op basis van de kostendekkendheid en de noodzakelijk geachte standen van de structurele en conjuncturele reserves. Overschotten op nevenactiviteiten worden tot maximaal € 3,6 miljoen gereserveerd voor de financiering van deze activiteiten en als buffer voor eventuele tegenvallers. In overeenstemming met de Organisatiewet Kadaster wordt het negatieve resultaat over 2013 in mindering gebracht op het eigen vermogen.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
81 van 90
10.2
Controleverklaring
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
82 van 90
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
83 van 90
Bijlagen Bijlage 1. Organisatie Het Kadaster speelt van oudsher een belangrijke rol in het garanderen van stabiliteit en rechtszekerheid in het maatschappelijk en economisch verkeer. Al sinds zijn oprichting in 1832 verzamelt het eigendoms- en locatiegegevens van percelen, die het beschikbaar stelt aan burgers, bedrijven en overheden. Inmiddels zijn daar gegevens over onder meer topografie, schepen, luchtvaartuigen, kabels, leidingen, ruimtelijke plannen, adressen, gebouwen en WOZ-waarden bijgekomen. Afnemers vinden in het Kadaster een autoriteit op het gebied van waarheidsgetrouwe, volledige en actuele informatie, die hen in staat stelt om (rechts)handelingen te verrichten. Wettelijke taken De opdracht aan het Kadaster wordt omschreven in artikel 2a van de Kadasterwet. Het Kadaster dient vier doelen: - de bevordering van de rechtszekerheid ten aanzien van registergoederen in het rechtsverkeer, het economisch verkeer en het bestuurlijk verkeer tussen burgers en bestuursorganen; - de bevordering van een doelmatige geo-informatie-infrastructuur; - een doelmatige informatievoorziening van de overheid ten behoeve van de goede vervulling van publiekrechtelijke taken en de nakoming van wettelijke verplichtingen door bestuursorganen; - de ondersteuning en de bevordering van economische activiteiten. In het kader van de wettelijke opdracht voert de organisatie verschillende taken uit, die onder meer beschreven staan in, of berusten op de Kadasterwet, de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG), de wetgeving over de Basisregistraties van Adressen en Gebouwen (BAG), de Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen (WKPB), de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION), de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en de Wet waardering onroerende zaken (WOZ). De wettelijke taken zijn: - het bijhouden van de openbare registers en de kadastrale registratie (de basisregistratie Kadaster) en het verstrekken van informatie daaruit aan de samenleving; - het uitvoeren van adviestaken in relatie tot de inrichting van het landelijke gebied; - het registreren en verstrekken van topografische informatie (de basisregistratie Topografie); - het bijhouden van een registratie voor schepen en een registratie voor luchtvaartuigen; - het onderhouden van het Rijksdriehoeksnetwerk; - het beheren van de Landelijke Voorziening voor gemeentelijke publiekrechtelijke beperkingen; - het beheren van de Landelijke Voorziening voor adressen en gebouwen (BAG); - het beheren van de Landelijke Voorziening voor ruimtelijke plannen (RO-online); - het faciliteren van de informatieverstrekking over de ligging van kabels en leidingen (KLIC); - het beheren van de Landelijke Voorziening WOZ Naast deze wettelijke taken voert het Kadaster met toestemming van de verantwoordelijke minister een tweetal nevenactiviteiten uit, namelijk dienstverlening voor de Grootschalige Basiskaart Nederland (GBKN) en internationale consultancy.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
84 van 90 Missie De Kadastermissie is het bindende element tussen alle taken en geeft aan wat de visie van het Kadaster is op betekenisvolle uitvoering van de taken. De missie is als volgt geformuleerd: Het Kadaster draagt bij aan economische ontwikkeling en maatschappelijke stabiliteit. Dit doet het door vanuit een onafhankelijke positie zekerheid te bieden over de status van geografische objecten en gebieden. Ook stelt het zijn expertise en competenties op dat gebied ter beschikking aan de Nederlandse en internationale samenleving. Het Kadaster werkt tegen zo laag mogelijke kosten. Doelgroepen Van oudsher vormen de partijen die actief zijn op de vastgoedmarkt (notariaat, makelaardij en banken) de belangrijkste klantengroep van het Kadaster. Een solide systeem van openbare registers en kadastrale registratie is immers een randvoorwaarde voor een goed functionerende vastgoedmarkt. Daarnaast spelen de registraties die het Kadaster beheert een belangrijke rol in overheidstaken als ruimtelijke ordening, natuurbeheer, defensie en openbare orde en veiligheid. Zij bieden ook een grondslag voor belastingheffing (onroerende zaakbelasting en waterschapslasten). Naast de primaire partners in de vastgoedsector en de overheid is een ruimere groep afnemers geïnteresseerd in de vastgoedinformatie van het Kadaster, veelal als deel van een bredere informatiebehoefte op het gebied van wonen en onroerendgoedbeheer. Deze groep bestaat uit onder meer bouwbedrijven, financiële instellingen, ingenieursbureaus, marktonderzoekbureaus, resellers, professionele onroerend goedbezitters, kennisinstellingen en particulieren. Dezelfde klantengroepen nemen ook andere informatie van het Kadaster af, onder andere topografie, adressen, gebouwen en ruimtelijke plannen. En als beheerder van het samenwerkingsverband Publieke Dienstverlening Op de Kaart is het Kadaster ook de leverancier van informatie over vele andere publieke, ruimtelijke thema’s. Bij de informatieverstrekking over de ligging van kabels en leidingen verzorgt het Kadaster de informatiestroom van netbeheerders naar ‘grondroerders’. De maatwerk- en adviesdiensten van het Kadaster kennen de landelijke en lokale overheid als belangrijkste klant. Relevante sectoren zijn onder meer ruimtelijke ordening, vastgoed, defensie, infrastructuur, landbouw, natuur, milieu en waterbeheer. Buiten Nederland richt het Kadaster zich op het opzetten en verbeteren van grondregistraties in onder meer Latijns-Amerika, Azië, Afrika en voormalige Oostbloklanden. Deze projecten worden veelal geïnitieerd en/of gefinancierd door de Verenigde Naties, de Wereldbank of de Europese Unie. Het Kadaster werkt in toenemende mate samen met andere partijen om te voldoen aan de maatschappelijke behoeften. De samenwerking betreft niet alleen de productieprocessen, maar bijvoorbeeld ook internationale kennisdeling en mobiliteit van medewerkers. Binnen Nederland zijn mede-overheden en ketenpartners belangrijke samenwerkingspartijen. Ook wordt samengewerkt met de wetenschappelijke wereld en het bedrijfsleven. Buiten Nederland werkt het Kadaster samen met kadasters en topografische diensten uit andere Europese landen en met internationale koepelorganisaties, onder andere ten behoeve van standaardisatie.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
85 van 90 Governance Het Kadaster is in 1832 opgericht. Tot 1974 was het onderdeel van het ministerie van Financiën, daarna van het voormalige ministerie van VROM. Vanaf 1994 is het een Zelfstandig Bestuursorgaan (ZBO). Dit betekent dat het Kadaster een publiekrechtelijke rechtspersoon is die als organisatie zelfstandig zijn wettelijke taken uitvoert en daarbij verantwoording aflegt aan de minister van Infrastructuur en Milieu (IenM). De Organisatiewet Kadaster regelt de governance van het Kadaster met een bestuur, Raad van Toezicht en Gebruikersraad. Tevens worden de onderlinge verhoudingen tussen deze organen en de minister geregeld. Elk van deze organen draagt op basis van de Organisatiewet Kadaster zijn eigen verantwoordelijkheden. In 2012 heeft de minister van IenM een ministeriële regeling vastgesteld, die tot gevolg heeft dat met ingang van 2013 de taken en verantwoordelijkheden van de organen is aangepast. Vanuit zijn faciliterende rol in het beheer van de verschillende landelijke voorzieningen van (basis)registraties is het Kadaster partij in de besturing (governance) van deze voorzieningen. Elke landelijke voorziening kent zijn eigen besturing. In de meeste gevallen is er een zogenaamd Bronhouders- en Afnemersoverleg (BAO) ingesteld om de belangen van de betrokken partijen te waarborgen. Organisatiestructuur Met het oog op een slagvaardigere aansturing van de organisatie heeft de Raad van Bestuur in 2013 een nieuwe organisatiestructuur van het Kadaster ingericht. Voor de vormgeving van de structuur zijn de volgende elementen leidend geweest: de klant voorop stellen, optimale dienstverlening, ondersteunend aan strategie en doelstellingen, ondersteunend aan de kernfuncties, voortbouwend op de taakclusters, eenheid van leiding, plat en compact en passend bij de fase waarin de organisatie zich bevindt. De Raad van Bestuur bestaat uit twee leden die in gezamenlijkheid besluiten nemen (collegiaal bestuur). Voor slagvaardige besluitvorming hebben de twee bestuurders met de vier directeuren een overlegverband ingesteld, de directieraad. Deze vormt de eerste managementlaag, waarin elk van de zes leden een eigen lijnverantwoordelijkheid hebben. De directievoorzitter/bestuurder is verantwoordelijk voor de directie Bestuur en Strategie. De andere bestuurder is verantwoordelijk voor de directie Organisatie en HRM. Daarnaast zijn er vier directieportefeuilles: Landregistratie en Geografie, Geo- en Vastgoedinformatie en Advies, Control en Financiën en IT. Minister IenM
Raad van Toezicht
Raad van Bestuur Ondernemingsraad
Gebruikersraad
Bestuur en
Organisatie
Landregistratie
Geo- en Vast-
Control en
Strategie *
en HRM *
en Geografie
goedinformatie
Financiën
en Advies
* Deze directie wordt geleid door één van de leden van de Raad van Bestuur
IT
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
86 van 90
Bijlage 2. Personalia ‘Open’ is een belangrijke kernwaarde van het Kadaster. Als lid van de Handvestgroep Publiek Verantwoorden onderschrijft het Kadaster de Code Goed Bestuur voor uitvoeringsorganisaties. Vanuit deze achtergrond vindt het Kadaster het belangrijk om inzicht te geven in de maatschappelijke nevenfuncties van de leden Raad van Bestuur en Raad van Toezicht. Raad van Bestuur De leden van de Raad van Bestuur zijn benoemd voor onbepaalde tijd. Mevrouw drs. Th. A.J. Burmanje, geboren 1954 Benoemd per 1 mei 2004 Hoofdfunctie: voorzitter Raad van Bestuur Nevenfuncties: • Voorzitter Raad van Toezicht Canisius Wilhelmina Ziekenhuis • Lid Raad van Commissarissen Sligro Foodgroup Nederland BV • Lid Raad van Commissarissen ARN BV • Lid Raad van Toezicht Deltares • Lid Raad van Toezicht ROC Aventus (tot juni 2013) De heer G.J.M. Barnasconi, geboren 1957 Benoemd per 1 mei 2004 Hoofdfunctie: lid Raad van Bestuur Nevenfuncties: • Voorzitter Stichting Arbeidsmarkt Geo • Vice-voorzitter nationaal bestuur De Zonnebloem • Treasurer EuroGeographics (tot september 2013) • Bestuurslid UNU School of Land Administration Studies
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
87 van 90 Raad van Toezicht De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor een periode van ten hoogste vier jaar. Zij kunnen eenmaal worden herbenoemd. Mevrouw Sybilla M. Dekker, geboren 1942 Eerste benoemingstermijn 1 juli 2009 - 1 juli 2013 Tweede benoemingstermijn 1 juli 2013 – 1 juli 2017 Voorzitter Raad van Toezicht en lid remuneratiecommissie Andere functies zijn: • Lid Raad van Commissarissen Bank Nederlandse Gemeenten N.V. (BNG) te Den Haag • Lid Raad van Commissarissen RoyalHaskoningDHV Holding B.V. (Ingenieurs- en Adviesbureau) te Amersfoort • Voorzitter Strategische Adviesraad TNO Bouw en Ondergrond • Lid College financieel toezicht - Curaçao, Sint Maarten en BES • Voorzitter Taskforce en Stichting Talent naar de Top • Voorzitter Tafel van Borging, Maasvlakte II • Voorzitter Raad van Toezicht Programma Stichting Kennis voor Klimaat • Voorzitter Raad van Toezicht Diabetesfonds Nederland te Amersfoort • Voorzitter Nationaal Openbaar Vervoer Beraad ( NOVB) De heer R. Icke RA, geboren 1957 Eerste benoemingstermijn 1 juni 2010 - 1 juni 2014 Voorzitter auditcommissie Andere functies zijn: • Lid Raad van Commissarissen Heijmans N.V., voorzitter auditcommissie • Lid Raad van Commissarissen Kas Bank N.V., voorzitter auditcommissie, lid remuneratiecommissie • Voorzitter Raad van Commissarissen DPA Group N.V. • Adviseur Raad van Commissarissen Partou B.V. • Lid Raad van Commissarissen VvAA Groep B.V., lid remuneratiecommissie • Voorzitter Investeringscommissie Project Holland Fonds • Adviseur Star Group B.V. • Voorzitter Raad van Commissarissen Ormit Holding B.V. • Adviseur Raad van Commissarissen Orizon GmbH • Bestuurslid Stichting Administratiekantoor V.O.Zee
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
88 van 90 De heer prof. mr. F.B.J. Grapperhaus, geboren 1959 Eerste benoemingstermijn 1 mei 2006 - 1 mei 2010 Tweede benoemingstermijn 1 mei 2010 - 1 mei 2014 Voorzitter remuneratiecommissie Hoofdfunctie: Advocaat, partner bij Allen & Overy Verdere nevenfuncties zijn: • Kroonlid Sociaal Economische Raad • Hoogleraar (Europees) Arbeidsrecht Universiteit Maastricht • Redacteur diverse juridisch-wetenschappelijke tijdschriften • Voorzitter Monitoring Commissie Verzekeraars • Lid Beroepscommissie licentiezaken KNVB • Voorzitter Wetenschapscommissie ZonMw (samenwerkingsinstituut vier ministeries) • Bestuurslid Concertgebouwfonds De heer G. Ensing, geboren 1954 Eerste benoemingstermijn 1 september 2011 - 1 september 2015 Lid auditcommissie Hoofdfunctie: Zelfstandig adviseur mevrouw C.M. Wortmann-Kool, geboren 1959 Eerste benoemingstermijn 1 maart 2013 - 1 maart 2017 Lid remuneratiecommissie Hoofdfunctie: Lid Europees Parlement voor het CDA, Vice-voorzitter EVP-Fractie Nevenfuncties zijn: - Lid Raad van Commissarissen Mercedes-Benz Nederland - Lid jury Prix Veuve Clicquot zakenvrouw van het jaarprijs - Vice-voorzitter EVP-partij Onafhankelijkheid Naar het oordeel van de Raad van Toezicht is door alle leden voldaan aan het onafhankelijkheidsvereiste.
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
89 van 90 Gebruikersraad Samenstelling Gebruikersraad per 31 december 2013: Dhr. drs. N.W. Stolwijk (consumenten) Mw. J. Eugster-van Bergeijk (gemeenten) Dhr. mr. J.A.M. Janssens (notariaat), nieuw in 2013 Dhr. ir. H.H.G. Dijk (waterschappen) Dhr. drs. H. Borst (ministerie van Infrastructuur en Milieu), nieuw in 2013 Dhr. ir. J.C.F.M. Peters (netbeheerders) Dhr. ir. W.C. Dekker (ministerie van Veiligheid en Justitie) Mw. drs. A. van Ulden (verstrekkers van hypotheken) Dhr. ing. J. Bijker (grondroerders) Dhr. R. Bier (ministerie van Defensie) Dhr. drs. ing. M.F. Herbold (Geo-bedrijfsleven) Dhr. ing. J.P. Hooiveld (provincies), nieuw in 2013 Dhr. L. Renkema (makelaardij) Dhr. ir. H. van 't Land treedt op als onafhankelijk voorzitter van de Gebruikersraad. Hij is geen lid van de Gebruikersraad.
Directeuren Situatie op 31 december 2013. Directeur Landregistratie en Geografie Dhr. mr. F.L.V.P.L. Tierolff Directeur Geo- en Vastgoedinformatie en Advies Dhr. mr. P. Hoogwerf MBA Directeur IT Dhr. drs. R. Kolkman Directeur Control en Financiën Dhr. drs. L.J. Moerland
Ondernemingsraad Voorzitter dhr. H.J. Mennegat
Datum
11 maart 2014 Titel
Verbonden Versie
W6 Blad
90 van 90
Bijlage 3. Afkortingen 3D
driedimensionaal
KIK
Ketenintegratie Inschrijving Kadaster
BAG
Basisregistraties Adressen en Gebouwen
KIV
Kadaster in Verbinding
BAO
Bronhouders- en Afnemersoverleg
KLIC
Kabels en Leidingen Informatie Centrum
BES
Bonaire, Sint-Eustatius en Saba
LTO
Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland
BGT
Basisregistratie Grootschalige Topografie
MBP
Meerjarenbeleidsplan
BRK
Basisregistratie Kadaster
MGCP
Multinational Geospatial Co-production
BRT
Basisregistratie Topografie
CAO
collectieve arbeidsovereenkomst
DGKL
Dienst Geografie Koninklijke Landmacht
EU
Europese Unie
OR
FIG
Fédération Internationale des Géomètres
PDOK
Publieke Dienstverlening Op de Kaart
GBKN
Grootschalige Basiskaart Nederland
RD
coördinatenstelsel van de
GGIM
United Nations initiative on Global Geospatial Information Management
Program MIRT
Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport Ondernemingsraad
Rijksdriehoeksmeting RO-online
landelijke voorziening voor ruimtelijke
GIS
geografisch informatiesysteem
GPS
Global Positioning System
RvB
Raad van Bestuur
GR
Gebruikersraad
RvT
Raad van Toezicht
HRM
human resource management
TOP10NL
Topografisch basisbestand 1:10.000
ICT
informatie- en communicatietechnologie
IenM
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
WILG
Wet Inrichting Landelijk Gebied
Infrastructure for Spatial Information in
WION
Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse
INSPIRE
plannen
(onderdeel van de BRT)
Europe ISO
International Organization for
Netwerken WKPB
Standardization
Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen
IT
informatietechnologie
WOZ
Waardering Onroerende Zaken
KCC
Klantcontactcenter
ZBO
Zelfstandig Bestuursorgaan
Bijlage 4. Contactinformatie Het Klantcontactcenter van het Kadaster is bereikbaar via www.kadaster.nl/web/Contact.htm en op werkdagen van 9:00 uur tot 17:00 uur via 088 183 22 00. Informatie over bezoek- en postadressen van Kadasterlocaties is te vinden op www.kadaster.nl/adressen/kadasterkantoren.html. Op www.kadaster.nl/jaarverslag kunt u de webversie van het jaarverslag bekijken en dit wettelijke jaarverslag als PDF-document downloaden. Ook kunt u ons daar laten weten wat u van onze verslaglegging vindt. Op www.kadaster.nl/meerjarenbeleidsplan vindt u het actuele Meerjarenbeleidsplan.