Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
Universiteit van Amsterdam
Onderwijs‐ en Examenregeling (OER)
Faculteit der Geneeskunde Bacheloropleiding Geneeskunde Studiejaar 2013‐2014
Definitieve versie Augustus 2013
1
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
DEEL A Algemeen deel
2
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
3
Hoofdstuk 1 – Algemene bepalingen Artikel 1.1 – Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit een A en een B gedeelte. Deel A bevat algemene bepalingen en is van toepassing op het onderwijs en de examens van de bacheloropleiding Geneeskunde. Deze opleiding wordt verzorgd binnen de Faculteit der Geneeskunde, hierna te noemen: de faculteit. Deel B bevat opleidingsspecifieke bepalingen. Tezamen bevatten de delen A en B de Onderwijs- en examenregeling, hierna te noemen de OER, van de in deel B genoemde opleiding. Artikel 1.2 – Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. de universiteit: de Universiteit van Amsterdam; b. de wet: de wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; c. examen: het bachelorexamen van de opleiding; d. fraude en plagiaat: het handelen of nalaten van een student waardoor een juist oordeel over zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk wordt; e. joint degree: een graad die een instelling verleent, samen met een of meer instellingen in binnen- of buitenland, nadat de student een studieprogramma (een opleiding, afstudeerrichting of specifiek programma binnen een opleiding) heeft doorlopen waarvoor de samenwerkende instellingen samen verantwoordelijk zijn; f. onderdeel: een onderwijsonderdeel van de opleiding in de zin van de wet; g. opleidingsstatuut: het opleidingsspecifieke deel van het studentenstatuut conform artikel 7.59 van de wet. Het opleidingsstatuut wordt bijna altijd verwerkt in de studiegids; h. periode: een deel van een semester; een semester bestaat uit drie perioden van respectievelijk 8, 8, en 4 weken; i. portfolio: de verzameling onderwijsproducten (schriftelijk en/of elektronisch) met betrekking tot de prestaties van de student binnen de door hem gekozen opleiding; j. postpropedeutische fase: tweede en derde bachelorjaar; k. praktische oefening: het deelnemen aan een practicum of andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde (academische) vaardigheden. Voorbeelden van een praktische oefening: - het maken van een scriptie - het uitvoeren van een onderzoekopdracht, - het deelnemen aan veldwerk of een excursie - het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit die gericht is op het verwerven van bepaalde vaardigheden of - het doorlopen van een stage; l. programma: het totaal en de samenhang van de onderdelen, de onderwijsvormen, de contacturen, de toets- en tentamenvormen, de voorgeschreven literatuur; m. scriptie: een onderdeel dat bestaat uit literatuuronderzoek en/of een bijdrage aan wetenschappelijk onderzoek, in alle gevallen leidend tot een schriftelijk verslag daarover; n. semester: een deel van een studiejaar; een studiejaar bestaat uit twee semesters; o. SIS: het Studenten Informatie Systeem; p. student: hij die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van tentamens en examens van de opleiding; q. studiegids: de gids van de opleiding die een nadere uitwerking van de opleidingsspecifieke bepalingen en overige opleidingspecifieke informatie bevat. De studiegids is elektronisch beschikbaar via http://studiegids.uva.nl; r. studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daarop volgende kalenderjaar;
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
4
s. studielast: de studielast van het onderwijsonderdeel waarop een tentamen betrekking heeft, uitgedrukt in studiepunten = EC (European Credits). De studielast van 1 jaar (1680 uur) is 60 studiepunten/EC; t. studiepunt: een EC studiepunt met een studielast van 28 uren studie; u. tentamen: onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student betreffende een onderwijsonderdeel. De beoordeling wordt uitgedrukt in een eindcijfer. Een tentamen kan in gedeeltes worden afgenomen met behulp van één of meer deeltentamens. Een hertentamen bestrijkt altijd dezelfde materie als het tentamen; v. werkcollege: college waarbij een probleem- of casusgerichte behandeling van de stof voorop staat. De docenten zoeken proactief naar interactie met en reactie van de studenten. Opleidingsspecifieke begrippen: A. bestuur: het bestuur van het onderwijsinstituut Geneeskunde, gedelegeerd verantwoordelijk voor het geneeskundeonderwijs aan de faculteit B. bonuspunttoets: toets waarmee maximaal 1 punt als bonus bij het eindcijfer kan worden verdiend, met als voornaamste doel het stimuleren van studenten tot een regelmatig studeergedrag. De bonuspuntentoets heeft betrekking op kennis die relevant is voor het tentamen. Een bonuspunttoets is geen deeltentamen. C. deeltoets: een toets van een deel van de rode draad Farmacologie en Farmacotherapie. Het resultaat op deze deeltoets wordt uitgedrukt in punten, met een minimum van 0 punten. De som van de verdiende punten van alle deeltoetsen wordt omgezet in een eindcijfer van de rode draad op een door de coördinator te bepalen wijze. D. digitale toetsing: beeldschermtoetsing door middel van een pc of laptop E. examinator: docent die bevoegd is tot het geven van een beoordeling F. junior coschap: een eerste kennismaking met de intra- en extramurale klinische praktijk G. nakijktermijn: de maximale termijn van 20 werkdagen na de dag waarop een schriftelijk of digitaal (deel)tentamen is afgelegd of een werkstuk is ingeleverd waarbinnen de uitslag van een schriftelijk of digitaal (deel)tentamen en de beoordeling van een werkstuk moet zijn vastgesteld. H. practicum: praktische oefening waarbij de student werkzaamheden moet verrichten die betrekking hebben op voor de opleiding essentiële kennis en vaardigheden I. Raamplan Artsopleiding 2009: het door het Decanenoverleg Medische Wetenschappen vastgestelde Raamplan, bevattende de eindtermen voor de Artsopleiding. J. recidivist: student die in een studiejaar geen verplicht onderwijs volgt maar alleen reeds gevolgd onderwijs herkanst K. schriftelijke toetsing: toetsing op papier L. stationsexamen: toets van praktische vaardigheden, waarbij de student achter elkaar verschillende vaardigheden dient te laten zien om aan te tonen dat de student de vaardigheden beheerst. M. Summer school: Een medisch verdiepend onderwijsprogramma van een universiteit in de zomerperiode, met een minimale omvang van 3 EC. N. verplicht onderwijs: onderwijsonderdelen die gevolgd moeten worden als voorwaarde voor het kunnen afleggen van het tentamen van het betreffende onderwijs (blok, lijn, rode draad of praktijkonderwijs) O. werkgroep: onderwijsvorm voor 15 tot maximaal 30 studenten. Studiestof wordt door middel van interactief onderwijs inzichtelijk gemaakt en/of competenties aangeleerd. Studenten bereiden zich van tevoren voor op de werkgroep. De docent is mediator. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
5
Hoofdstuk 2 – Toelating tot de opleiding en honoursprogramma Artikel 2.0 - Algemeen De opleiding kent een numerus fixus. Artikel 2.1 – Vooropleidingseisen 1. Een persoon wordt tot de opleiding toegelaten indien deze in het bezit is van een VWOdiploma bedoeld in artikel 7.24 van de wet, dan wel indien deze op grond van de wet hiervan is vrijgesteld. 2. Bezitters van een buitenlands diploma voldoen aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal nadat het staatsexamen Nederlands als tweede taal (NT2), programma II, met goed gevolg is afgelegd, dan wel door het verkrijgen van een vrijstelling voor het afleggen van dit examen. Artikel 2.2 – Nadere Vooropleidingseisen 1. Studenten die hun VWO-diploma in 2010 of later hebben behaald, dienen in het bezit te zijn van een VWO-diploma met profiel Natuur en Gezondheid met natuurkunde of profiel Natuur en Techniek met biologie. Toelating met een ander VWO-profiel is alleen mogelijk indien de vakken natuurkunde, scheikunde, biologie en wiskunde A of B op VWO-niveau zijn behaald. 2. Studenten die hun VWO-diploma vóór 2010 hebben behaald, dienen in het bezit te zijn van een VWO-diploma met profiel Natuur en Gezondheid met natuurkunde 1 of profiel Natuur en Techniek met biologie 1,2. Toelating met een ander VWO-profiel is alleen mogelijk indien de vakken natuurkunde 1, scheikunde 1, biologie 1,2 en wiskunde B1 op VWO-niveau zijn behaald. 3. De vakken natuurkunde, scheikunde, biologie en wiskunde van het VWO-diploma oude stijl zijn vrijstellend voor respectievelijk natuurkunde (1), scheikunde (1), biologie (1,2) en wiskunde A of B. 4. Deficiënties met betrekking tot de vakken natuurkunde, scheikunde, biologie en wiskunde A of B in de vooropleiding worden vervuld door het met goed gevolg afleggen van de toetsen natuurkunde, scheikunde, biologie en wiskunde, landelijk afgenomen door respectievelijk de Centrale Commissie voor Natuurkunde, de Centrale Commissie voor Scheikunde, de Centrale Commissie voor Biologie en de Centrale Commissie voor Wiskunde. Artikel 2.3 – Colloquium doctum 1. Het toelatingsonderzoek, bedoeld in artikel 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het daarbij vermelde niveau: - natuurkunde op het niveau eindexamen VWO nieuwe stijl - scheikunde op het niveau eindexamen VWO nieuwe stijl - biologie op het niveau eindexamen VWO nieuwe stijl - wiskunde A of B op het niveau eindexamen VWO nieuwe stijl - Engels op het niveau eindexamen VWO nieuwe stijl - voldoende beheersing van de Nederlandse taal, op niveau van de cursussen Nederlands als 2e Taal (NT2 programma II). 2. De Colloquium Doctum Commissie kan vrijstelling verlenen voor een of meer van de sub 1 vermelde eisen op grond van: - aan een andere Nederlandse universiteit voor de gelijknamige opleiding afgelegd toelatingsonderzoek; - anderszins verkregen bewijzen van voldoende kennis in een of meer van de genoemde vakken.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
6
Artikel 2.4 – Honoursprogramma 1. Een student kan toegelaten worden tot het honoursprogramma. Dit programma is toegankelijk voor studenten die nominaal studeren en een gewogen studieresultaat van ten minste gemiddeld 7.5 hebben behaald en aantoonbaar gemotiveerd zijn. 2. De honourscommissie beslist op een verzoek van een student, al dan niet op voordracht van een docent, om te worden toegelaten tot het honoursprogramma. De honourscommissie kan in bijzondere gevallen, al dan niet op voordracht van een docent, besluiten om een student toe te laten die niet geheel voldoet aan de in lid 1 genoemde vereisten. 3. De studieonderdelen van dit programma worden vermeld op het diplomasupplement van het bachelordiploma en een certificaat dat bij het getuigschrift van het examen wordt gevoegd. Dit honoursprogramma is behaald indien: - de omvang van het honoursprogramma minimaal 30 EC naast de reguliere omvang van het bachelorprogramma van 180 EC bedraagt; - de onderdelen van de reguliere opleiding evenals de onderdelen van het honoursprogramma zijn afgerond met minimaal een gewogen gemiddelde van een 7,5; - de opleiding is afgerond binnen de nominale tijd (3 jaar); - waarbinnen één interdisciplinair onderdeel, één Summer school, één extra-curriculaire activiteit en educatieactiviteiten zijn gevolgd. 4. De Regeling Honoursprogramma en –certificaat UvA 2012 is van toepassing.
Hoofdstuk 3 – Toetsing en examinering Artikel 3.1 – Algemeen 1. Tijdens de bacheloropleiding Geneeskunde wordt de student op academische vaardigheden en vakspecifieke kennis en vaardigheden getoetst. 2. Voor aanvang van het studiejaar staat in de studiegids beschreven welke toetsvormen binnen een onderwijsonderdeel worden gehanteerd en welke weging elke toets heeft. 3. Minimaal twee weken voor aanvang van het onderwijs staat op Blackboard beschreven, aan welke criteria de student moet voldoen om het onderwijsonderdeel met succes af te ronden, wat de criteria zijn waarop de student beoordeeld wordt, hoe de cesuur wordt bepaald en welke beoordelingsvoet(en) word(t)(en) gehanteerd. 4. Minimaal twee weken voor aanvang van het onderwijsonderdeel staat de definitieve studiestof omschreven op Blackboard. 5. In de Regels en Richtlijnen van de examencommissie staat de gang van zaken bij toetsing beschreven. Deze Regels en Richtlijnen zijn te vinden in de studiegids en op Blackboard. 6. Over verzoeken voor aanpassingen die de examinering betreffen, beslist de examencommissie. Artikel 3.2 – Inschrijving tentamens 1. Een student die zich in de daarvoor aangewezen periode heeft ingeschreven voor het onderwijs van een heel studiejaar, is daarmee automatisch aangemeld voor het tentamen en eventueel bijbehorende deeltoetsen die plaatsvinden in aansluiting op het voor de eerste keer gevolgde onderwijs van dat betreffende onderwijs. 2. Voor het deelnemen aan alle overige tentamengelegenheden en deeltoetsen dient de student zich zelf aan te melden. De aanmeldingsperiode en procedure staan vanaf het begin van het studiejaar gepubliceerd op Blackboard. 3. Indien de student niet aan alle bij het onderwijsonderdeel horende verplichtingen heeft voldaan en achteraf blijkt dat de student toch heeft deelgenomen aan een tentamen, wordt het
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
7
tentamen niet nagekeken, tenzij de deelname alsnog geldig wordt verklaard door de examencommissie. 4. Deelname aan een tentamen is alleen geldig indien de student over een geldige inschrijving bij de Universiteit van Amsterdam beschikt. Artikel 3.3 – Toetsmomenten 1. Voor elk onderwijsonderdeel in de bacheloropleiding geldt dat in de periode van 12 maanden, gerekend vanaf de aanvang van het onderwijs dat voorbereidt op een bepaald tentamen, de student twee tentamengelegenheden heeft. De eerste tentamengelegenheid is binnen de onderwijsperiode waarin het onderdeel is aangeboden; het hertentamen wordt aangeboden in hetzelfde studiejaar. De hertentamens van twee opeenvolgende studiejaren worden niet op hetzelfde moment aangeboden. 2. Wanneer een student de Verpleeghulpstage, de Junior coschappen, de Rode draad Professioneel Gedrag, het Vaardigheidsonderwijs of het Keuzeonderwijs met onvoldoende resultaat heeft afgelegd, wordt hem/haar op redelijke termijn zo mogelijk binnen hetzelfde studiejaar, vast te stellen door de examinator, de gelegenheid tot hertentamen geboden. De examinator kan bepalen dat dit plaatsvindt door of mede door verlenging van het desbetreffende onderwijs. Artikel 3.4. - Mondelinge tentamens 1. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de student daartegen bezwaar maakt dat gehonoreerd wordt, dan wel de examencommissie of de examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald. 2. Mondeling wordt niet meer dan een persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de eerste examinator en de studenten anders overeenkomen. 3. Het mondeling tentamen wordt afgenomen in de Nederlandse taal, tenzij tevoren door examinator en student anders is overeengekomen. Artikel 3.5 - Vaststelling en bekendmaking uitslag 1. De examinator stelt direct na afloop van een mondeling tentamen de uitslag vast en maakt deze bekend aan de student. 2. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk of digitaal onderwijsonderdeel zo snel mogelijk vast, maar in ieder geval binnen 20 werkdagen na de dag waarop het is afgelegd en voorziet de onderwijsadministratie van de gegevens die nodig zijn om de uitslag te kunnen registreren. De examencommissie kan in bijzondere gevallen toestaan dat van deze termijn wordt afgeweken. Indien wordt afgeweken van de termijn, wordt dit vóór het verstrijken van de termijn door de coördinator van het onderwijsonderdeel op Blackboard gepubliceerd. De uitslag moet ten minste één maand voor het eerstvolgende hertentamen van het betreffende onderwijsonderdeel bekend worden gemaakt. In uitzondering hierop geldt dat voor de hertentamens in de zomerperiode de uitslag ten minste drie weken voor het hertentamen bekend moet worden gemaakt. 3. In uitzondering op het gestelde in lid 2, geldt voor het studiejaar 2013-2014 voor blokken 1.1 en 3.1 een termijn van maximaal 15 werkdagen en voor blok 2.1 een termijn van maximaal 19 werkdagen voor bekendmaking van de uitslag aan de studenten. Herbeoordeling en bezwaar 4. Binnen een termijn van vier weken na de dag van de bekendmaking van de uitslag kan de student een gemotiveerd verzoek om herbeoordeling indienen bij de coördinator van het betreffende onderwijsonderdeel. De coördinator dient binnen zo kort mogelijke termijn, maar uiterlijk binnen drie weken na het verzoek tot herbeoordeling op dit verzoek te reageren. 5. Een student kan beroep aantekenen tegen de uitslag bij het College van beroep voor de examens binnen een termijn van zes weken na bekendmaking van de uitslag. Een verzoek tot
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
8
herbeoordeling bij de coördinator schort de termijn voor het indienen van een beroepschrift niet op. 6. In uitzondering op het gestelde in lid 4, geldt voor het studiejaar 2013-2014 voor blokken 1.1, 2.1 en 3.1 een termijn van 2 weken voor het indienen van een gemotiveerd verzoek om herbeoordeling bij de coördinator van het betreffende onderwijsonderdeel. De coördinatoren van de betreffende onderwijsonderdelen dienen binnen zo kort mogelijke termijn, maar uiterlijk binnen 13 werkdagen na het verzoek tot herbeoordeling op dit verzoek te reageren. 7. Meer informatie over de mogelijkheden voor beroep is te vinden in de studiegids. Artikel 3.6 ‐ Cijfers 1. Cijfers worden gegeven op een schaal van 1 tot en met 10. Cijfers worden gegeven met maximaal 1 decimaal achter de komma. 2. De eindbeoordeling van een onderdeel is voldoende bij een 5,5 of hoger. Indien enkel hele cijfers worden gegeven, geldt een 6,0 of hoger als voldoende. 3. De laatst behaalde uitslag is bepalend voor het eindresultaat. 4. Wanneer gebruik gemaakt wordt van een tentamengelegenheid door aanwezig te zijn, wordt er altijd minimaal het cijfer 1 (in geval van een (deel)tentamen) of een score van 0 punten (in geval van deeltoetsen) toegekend, ook indien er geen vragen zijn beantwoord. 5. Bij het behalen van een voldoende beoordeling voor Junior coschappen en/of de Verpleeghulpstage wordt er geen hertentamengelegenheid voor het betreffende onderwijsonderdeel aangeboden.
Artikel 3.7 - Geldigheidsduur tentamen 1. De geldigheidsduur van afgelegde tentamens en van de deeltoetsen van de rode draad Farmacologie & Farmacotherapie, bedraagt 5 jaar. 2. De examencommissie heeft de bevoegdheid in individuele gevallen de geldigheidsduur van met goed gevolg afgelegde tentamens voor een door haar vast te stellen termijn te verlengen. Artikel 3.8 – Inzagerecht en nabespreking 1. Indien een tentamen schriftelijk is afgenomen, verleent de examinator tot vier weken nadat de uitslag is bekend gemaakt op verzoek inzage aan de geëxamineerde in het beoordeelde werk. De geëxamineerde kan tegen niet meer dan kostprijs kopieën (doen) maken van zijn beoordeelde werk (met een maximum van 2 euro per tentamen), of (indien beschikbaar) een digitaal exemplaar ontvangen. 2. De student kan vanaf één werkdag na afname van het tentamen gedurende minimaal vier weken inzage hebben in de tentamenvragen en modelantwoorden, gepubliceerd op Blackboard. 3. De wijze van beoordeling van het tentamen stelt de student in staat na te gaan hoe de uitslag tot stand is gekomen. 4. Na een mondeling tentamen kan de student direct aansluitend op het tentamen om een nabespreking verzoeken. Er wordt naar gestreefd de bespreking aansluitend aan het tentamen plaats te laten vinden. Tijdens de bespreking wordt de beoordeling gemotiveerd. Artikel 3.8 a – Digitale toetsing Indien een onderwijsonderdeel middels digitale toetsing wordt afgesloten, gelden dezelfde regels als voor schriftelijke toetsing zoals beschreven in artikel 3.5, 3.6, 3.7 en 3.8. In geval van calamiteiten bij de afname van de digitale toets wordt een apart protocol, opgenomen in de Regels en Richtlijnen van de examencommissie gehanteerd hoe dan te handelen. Artikel 3.9 - Vrijstelling De examencommissie kan naar aanleiding van een schriftelijk verzoek van een student vrijstelling verlenen voor het afleggen van een of meer examenonderdelen, indien de student:
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
9
a) hetzij een qua inhoud, studiebelastinguren en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b) hetzij aantoont door werk- en/of beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken op het desbetreffende onderdeel. Voor informatie over de procedure voor het aanvragen van een vrijstelling wordt verwezen naar de Regels en Richtlijnen van de examencommissie zoals vermeld in de studiegids en op Blackboard. Voor studenten van Curriculum ’93 en Curius die overstappen naar de bachelor Geneeskunde wordt verwezen naar de ‘Overgangsregeling Curriculum ‘93 - Curius/Curius+’. De examencommissie beslist binnen 28 dagen na ontvangst van het verzoek. Artikel 3.10 – Bachelorthesis 1. De bachelorthesis wordt beoordeeld door de begeleider en een tweede beoordelaar. Het eindcijfer wordt vastgesteld door de examinator. 2. De beoordeling van de bachelorscriptie vindt plaats aan de hand van een vooraf vastgesteld beoordelingsformulier. 3. Overige bepalingen met betrekking tot de totstandkoming en beoordeling van de bachelorscriptie zijn opgenomen in de handleiding Bachelorthesis. Deze handleiding is te vinden via Blackboard. Artikel 3.11 – Fraude en plagiaat 1. Het bepaalde in de Fraude en plagiaat regeling studenten UvA is onverkort van toepassing en maakt onderdeel uit van de onderwijs en examenregeling. De tekst van de regeling is als bijlage bijgevoegd. 2. Bij de detectie van plagiaat in teksten kan gebruik worden gemaakt van elektronische detectieprogramma’s. Met het aanleveren van de tekst geeft de student impliciet toestemming tot het opnemen van de tekst in de database van het betreffende detectieprogramma. 3. Ter aanvulling op de Fraude- en plagiaatregeling studenten UvA gelden de Regels en Richtlijnen van de examencommissie Geneeskunde. Deze regeling is na te lezen in de studiegids en op Blackboard. 4. In geval van fraude, plagiaat en andere onregelmatigheden bij bonuspunttoetsen en tentamens, beslist de examencommissie over de wijze van afhandeling. Artikel 3.12 - Examen 1. De examencommissie stelt de uitslag en de datum van het afsluitend examen vast, indien zij heeft geconstateerd dat de student de onderdelen van het examen met goed gevolg heeft afgelegd. 2. De examencommissie kan bepalen dat als onderdeel van het examen tevens geldt een door de examencommissie zelf te verrichten onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student. 3. De examencommissie kan een judicium toekennen. Indien de student blijk heeft gegeven van uitzonderlijke bekwaamheid, kan de examencommissie besluiten dat dit op het getuigschrift wordt vermeld met de kwalificatie ‘cum laude’. Overige judicia, waaronder het Honourstestimonium worden vermeld op het diplomasupplement. 4. Een getuigschrift kan slechts worden uitgereikt nadat is gebleken dat de student aan alle verplichtingen, waaronder de betaling van het collegegeld, heeft voldaan. 5. Er zijn voor het Bachelor examen 12 examendata per studiejaar vastgesteld door het College van Bestuur. 6. De examencommissie kan naar aanleiding van een gemotiveerd verzoek van een student die aanspraak heeft op uitreiking van een getuigschrift het vaststellen van de datum van het afsluitend examen uitstellen. Artikel 3.13 - Graad
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
10
Aan de student die het bachelorexamen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad Bachelor of Science verleend. De verleende graad wordt op het getuigschrift vermeld.
Artikel 3.14 – Getuigschriften en verklaringen 1. Ten bewijze dat het examen met goed gevolg is afgelegd, wordt door de examencommissie een getuigschrift uitgereikt. Bij het getuigschrift wordt een diplomasupplement in het Engels uitgereikt, ondertekend door de voorzitter van de examencommissie, waarop de onderdelen van het examen, de studielast en de beoordeling worden vermeld. 2. Degene die meer dan een tentamen met goed gevolg heeft afgelegd en aan wie geen getuigschrift kan worden uitgereikt, ontvangt desgevraagd een door de examencommissie af te geven verklaring waarin in elk geval de tentamens zijn vermeld die door hem met goed gevolg zijn afgelegd. Artikel 3.15 – Toegang tot aansluitende masteropleiding De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Geneeskunde van de UvA wordt geacht te beschikken over de kennis, het inzicht en de vaardigheden die vereist zijn voor toelating tot de masteropleiding Geneeskunde van de UvA en wordt uit dien hoofde toegelaten tot die masteropleiding. Studenten met een vrij onderwijsprogramma krijgen geen rechtstreekse toegang tot de masteropleiding, met in achtneming van de toelatingseisen.
Hoofdstuk 4 – Studiebegeleiding en studievoortgang Artikel 4.1 – Studievoortgangsadministratie De Directeur Bedrijfsvoering Onderwijssupport is onder gedelegeerde verantwoordelijkheid van de decaan van de faculteit, verantwoordelijk voor een goede registratie van de studieresultaten van de studenten in SIS. Iedere student heeft na de registratie van de beoordeling van een onderwijsonderdeel via SIS inzage in de uitslag van dat onderdeel en beschikt via SIS tevens over een overzicht van de behaalde resultaten.
Artikel 4.2 – Studiebegeleiding Ingeschreven studenten met uitzondering van extraneï kunnen aanspraak maken op studiebegeleiding. De vormen van studiebegeleiding worden vermeld in de studiegids. Artikel 4.3 – Studieadvies eerste Bachelorjaar Aan het einde van het eerste jaar ontvangt elke student een schriftelijk advies over voortzetting van de opleiding. Artikel 4.4 – Studieadvies propedeuse (voor opleidingen met BSA) Niet van toepassing. Artikel 4.5 – Persoonlijke omstandigheden en hardheidsclausule Niet van toepassing. Artikel 4.6 - Studenten met een functiebeperking 1. Studenten met een functiebeperking kunnen op een daartoe strekkend schriftelijk verzoek, in te dienen bij de studieadviseur, in aanmerking komen voor aanpassingen in het onderwijs, de practica en tentamens. Deze aanpassingen worden zoveel mogelijk op hun individuele functiebeperking afgestemd, maar mogen de kwaliteit of moeilijkheidsgraad van een vak of een tentamen niet wijzigen. 2. Het in lid 1 bedoelde verzoek wordt vergezeld van een recente aanbeveling van een studentendecaan, alsmede van een recente verklaring van een arts of een psycholoog of,
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
11
indien er sprake is van dyslexie, van een BIG-, NIP-, of NVO- geregistreerd testbureau. Indien mogelijk geven deze verklaringen een schatting van de mate waarin de studievoortgang wordt belemmerd. 3. Op verzoeken over aanpassingen die de onderwijsvoorzieningen betreffen beslist de decaan of namens hem het bestuur van het onderwijsinstituut. 4. Op verzoeken over aanpassingen die de examinering betreffen, beslist de examencommissie. 5. Indien positief op een in lid 1 bedoeld verzoek is beslist, maakt de student een afspraak met de studieadviseur om te bespreken hoe de voorzieningen worden vormgegeven. Artikel 4.7 – iudicium abeundi 1. Op grond van het bepaalde in artikel 7.42a van de wet kan de decaan of de examencommissie in uitzonderlijke gevallen het College van Bestuur verzoeken de inschrijving van een student voor een opleiding te beëindigen dan wel te weigeren, als die student door zijn gedragingen of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem gevolgde opleiding hem opleidt, dan wel voor de praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. 2. Indien jegens een student vermoedens van ongeschiktheid bestaan zoals omschreven in het eerste lid, stelt de examencommissie of de decaan een onderzoek in, waarvan de student onverwijld op de hoogte wordt gesteld. De examencommissie of de decaan brengt geen advies uit dan na zorgvuldige afweging van de betrokken belangen en nadat de betrokken student in de gelegenheid is gesteld te worden gehoord.
Hoofdstuk 5 – Overgangs- en slotbepalingen Artikel 5.1 – Hardheidsclausule In geval van aantoonbare onredelijkheid of onbillijkheid van overwegende aard kan de examencommissie toestaan dat ten voordele van de student wordt afgeweken van de bepalingen in de delen A of B van deze regeling. Artikel 5.2 – Overgangsbepaling Voor de student die op de datum van de inwerkingtreding van deel A of deel B van deze regeling een of meer examenonderdelen met goed gevolg heeft afgelegd, maar het examen nog niet geheel met goed gevolg heeft afgelegd en die in zijn belangen geschaad wordt door bepalingen in de delen A of B van deze regeling die afwijken van bepalingen in oudere regelingen, wordt door de examencommissie een overgangsregeling vastgesteld, met inachtneming van hetgeen aangaande examens en examenonderdelen in de wet bepaald is. Overgangsregelingen zijn opgenomen in de Regels en Richtlijnen van de examencommissie. Artikel 5.3 – Wijzigingen deel A 1.Wijzigingen van deel A van deze regeling worden, na advies en instemming van de studentenraad en na advies van de opleidingscommissie en examencommissie, bij afzonderlijk besluit vastgesteld door de decaan. 2. Een wijziging van deel A van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de belangen van de studenten daardoor niet worden geschaad. 3. Wijzigingen kunnen voorts niet van invloed zijn: ‐ op de geldigheidsduur van afgelegde tentamens, vastgesteld bij het bepaalde in artikel 3.7, deel A; ‐ op enige andere beslissing krachtens deze regeling ten aanzien van een student genomen.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
12
Artikel 5.4 – Bekendmaking Het bestuur van het onderwijsinstituut draagt onder gedelegeerde verantwoordelijkheid van de decaan, zorg voor een passende bekendmaking van de delen A en B van deze regeling tezamen en van de regels en richtlijnen van de Examencommissie als bedoeld in artikel 7.12b van de wet. De regeling is gepubliceerd op Blackboard (AMC Algemeen) en staat vermeld in de studiegids (www.studiegids.uva.nl).
Artikel 5.5 – Inwerkingtreding deel A Deel A van deze regeling treedt in werking op 1 september 2013 Aldus vastgesteld door de decaan van de Faculteit der Geneeskunde op 27 augustus.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
DEEL B Opleidingsspecifiek deel
13
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
14
Hoofdstuk 1- Algemeen
Artikel 1.1 – Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit een A en een B gedeelte. Dit opleidingsspecifieke gedeelte B hoort bij deel A van de regeling dat algemene bepalingen bevat met betrekking tot het onderwijs en de examens van de bacheloropleiding Geneeskunde Deze opleiding wordt verzorgd binnen de Faculteit der Geneeskunde, hierna te noemen: de faculteit. Deel B bevat opleidingsspecifieke bepalingen met betrekking tot de opleiding Geneeskunde, te weten curriculum Curius+, waarvan het eerste jaar startte in september 2009. De werking van deze regeling is tevens van toepassing op studenten die vóór studiejaar 2009 - 2010 zijn begonnen (curriculum ’93 en Curius) en zijn overgestapt naar de bachelor Geneeskunde. Hoofdstuk 2 – Inhoud en inrichting van de opleiding Artikel 2.1 – Doel van de opleiding en eindtermen In de bacheloropleiding staat het verwerven van (bio-)medische kennis, inzicht, attitudes en vaardigheden op hoofdlijnen centraal. Na het eerste jaar is de student in staat om ziekteprocessen en regelsystemen van het menselijk lichaam te verklaren. Na het tweede en derde jaar is de student in staat om orgaanspecifieke ziekten en ziekteprocessen te verklaren, te diagnosticeren en therapie voor te schrijven. De leerdoelen van de bacheloropleiding sluiten aan bij het Raamplan Artsopleiding 2009 en het daarin beschreven bachelorprofiel (blz. 51 van het Raamplan Artsopleiding 2009). Bij dit profiel is het van belang dat de Bachelor Geneeskunde zijn verworven kennis, vaardigheden en professioneel gedrag vooral kan tonen bij eenvoudige medische problemen en ziekten. De kennis, de vaardigheden en het professioneel gedrag van de student zullen worden getoetst in theoretische casustoetsen en oefensituaties met (simulatie)patiënten of medestudenten en onder supervisie. Artikel 2.2 – Vorm van de opleiding De opleiding wordt voltijds verzorgd. Artikel 2.3 – Taal waarin de opleiding wordt verzorgd De opleiding wordt in het Nederlands verzorgd. Artikel 2.4 – Omvang van de opleiding De opleiding bestaat uit een bacheloropleiding met een studielast van 180 studiepunten. Aan de bacheloropleiding is een afsluitend examen verbonden. Eén studiepunt is gelijk aan 28 uren studieactiviteiten. Artikel 2.5 - Onderwijsprogramma Bachelor Geneeskunde jaar 1 Naam onderwijsonderdeel
Aantal Periode Studiepunten
Toetsvorm
Blok 1.1 “ Het ontstaan van ziekte” Blok 1.2 “Stofwisselingsstoornissen”
9 EC
Semester 1
9 EC
Semester 1
schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal
Verplicht onderwijs (een gedetailleerde omschrijving van het verplichte onderwijs is minimaal 2 weken vóór aanvang van het onderwijsonderdeel na te lezen op Blackboard) Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________ Blok 1. 3 “Hormonale stoornissen en farmacologie” Blok 1.4 “Infectieziekten, afweer en ontstekingen” Blok 1.5 “De 3-dimensionale mens”
9 EC
Semester 2
9 EC
Semester 2
6 EC
Semester 1/ Semester 2
Canon van de Psychologie
1 EC
Verpleeghulpstage
6 EC
Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2
Klinisch lijnonderwijs 1e jaar
7 EC
Semester 1/ Semester 2
Vaardigheidsonderwijs 1e jaar
2 EC
Rode draad Farmacologie en farmacotherapie 1e jaar Rode draad Professioneel Gedrag 1e jaar
1 EC
Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2
1 EC
schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal/ praktijkexa men schriftelijk/ digitaal beoordeling stage/ beoordeling verslag schriftelijk/ digitaal praktijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal/ beoordeling (verslag)/ essay
Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs
Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Doorlopen van stage.
Deelnemen aan al het verplichte onderwijs (kleinschalig klinisch lijnonderwijs) Deelnemen aan al het verplichte onderwijs (vaardigheidsonderwijs) Deze onderdelen worden geïntegreerd aangeboden in een deel van overige beschreven onderwijsonderdelen.
Bachelor Geneeskunde jaar 2 Naam onderwijsonderdeel
Aantal Periode Studiepunten
Toetsvorm
Blok 2.1 “Voortplanting & ontwikkeling” Blok 2.2 “Cardiovasculaire aandoeningen” Blok 2.3 “Longziekten en gaswisselingsstoornissen” Blok 2.4 “Maag-, darm & leverziekten” Klinische en wetenschappelijke Methodologie Junior coschappen
8 EC
Semester 1
8 EC
Semester 1
8 EC
Semester 2
8 EC
Semester 2
2 EC
Semester 1
schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal
6 EC
Klinisch lijnonderwijs 2e jaar
7 EC
Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2
Vaardigheidsonderwijs 2e jaar
1 EC
Keuzeonderwijs
10 EC
Rode draad Farmacologie en farmacotherapie 2e jaar
1 EC
Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2 Semester 1/ Semester 2
schriftelijk/ digitaal schriftelijk/ digitaal
Verplicht onderwijs (een gedetailleerde omschrijving van het verplichte onderwijs is minimaal 2 weken vóór aanvang van het onderwijsonderdeel na te lezen op Blackboard) Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs Deelnemen aan al het verplichte onderwijs
Doorlopen van stage. Stage verloskunde verplicht voor iedereen. Deelnemen aan al het verplichte onderwijs (kleinschalig klinisch lijnonderwijs) praktijk/digi Deelnemen aan al het verplichte taal onderwijs (vaardigheidsonderwijs) schriftelijk/ Varieert per keuzemodule gedocument eerd schriftelijk/ Deze onderdelen worden digitaal geïntegreerd aangeboden in een
15
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________ Rode draad Professioneel Gedrag 2e jaar
1 EC
Semester 1/ Semester 2
16
schriftelijk/ deel van de overige beschreven digitaal/ onderwijsonderdelen. beoordeling (verslag)/ essay
Bachelor Geneeskunde jaar 3 Naam onderwijsonderdeel
Aantal Studiepunten
Blok 3.1 “Aandoeningen aan het bewegingsapparaat” Blok 3.2 “Ziekten van het zenuwstelsel” Blok 3.3 “Ziekte van nieren en Urinewegen” Blok 3.4 “Psychiatrische stoornissen” Blok 3.5 “Oncologie”
8 EC 8 EC 6 EC 8 EC 4 EC
Blok 3.6 “Ziekte, zorg en samenleving” Klinisch lijnonderwijs 3e jaar
4 EC
Vaardigheidsonderwijs 3e jaar
2 EC
Keuzeonderwijs (Bachelorthesis)
10 EC
Rode draad Farmacologie en Farmacotherapie 3e jaar Rode draad Professioneel Gedrag 3e jaar
1 EC
8 EC
1 EC
Verplicht onderwijs (een gedetailleerde omschrijving van het verplichte onderwijs is minimaal 2 weken vóór aanvang van het onderwijsonderdeel na te lezen op Blackboard) Semester 1 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 1 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 1 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 2 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 2 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 2 schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte digitaal onderwijs Semester 1/ schriftelijk/ Deelnemen aan al het verplichte Semester 2 digitaal onderwijs (kleinschalig klinisch lijnonderwijs) Semester 1/ praktijk/ Deelnemen aan al het verplichte Semester 2 digitaal onderwijs (vaardigheidsonderwijs) en stationstoets Semester 1/ bachelorthe Toetsing verplicht, Semester 2 sis / deelnemen aan al het verplichte presentatie onderwijs Semester 1/ schriftelijk/ Deze onderdelen worden geïntegreerd aangeboden in een deel Semester 2 digitaal Semester 1/ schriftelijk/ van de overige beschreven onderwijsonderdelen. Semester 2 digitaal/ beoordeling (verslag)/ essay Periode
Toetsvorm
artikel 2.6 – Onderdelen elders 1. Onderdelen die tijdens de opleiding elders worden behaald, kunnen met voorafgaande toestemming van de examencommissie worden ingebracht in het examenprogramma van de student. 2. Voor onderdelen die voorafgaand aan de start van de bacheloropleiding zijn behaald aan een instelling voor hoger onderwijs, kan slechts op grond van artikel 3.9 (deel A) vrijstelling worden verleend. artikel 2.7 – Majorprogramma Niet van toepassing artikel 2.8 – Minorprogramma Niet van toepassing Artikel 2.9 - Portfolio 1. Iedere student houdt een portfolio bij.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
17
2. Het portfolio van de student dient naar het oordeel van de examencommissie voldoende bewijzen te bevatten van de vaardigheden van de student, als bedoeld in artikel 2.1, in het bijzonder met betrekking tot Professioneel Gedrag. Zie de onderwijsregeling Professioneel Gedrag. Artikel 2.10 - Vrij onderwijsprogramma De student heeft de mogelijkheid om, onder de hieronder vermelde voorwaarden, een eigen onderwijsprogramma samen te stellen dat afwijkt van de onderwijsprogramma’s zoals vermeld in artikel 2.5. Een dergelijk vrij onderwijsprogramma behoeft de voorafgaande goedkeuring van een examencommissie. De decaan wijst een examencommissie aan die belast zal zijn met de goedkeuring van het voorgestelde vrije programma. Het is niet mogelijk een vrij onderwijsprogramma Geneeskunde te volgen dat rechtstreeks toegang geeft tot de masteropleiding Geneeskunde. Artikel 2.11 Honoursprogramma Het honoursprogramma is als volgt samengesteld: Naam onderwijsonderdeel Patiëntenzorg Programma Masterclasses Jaar 1 (blok 1.3, 1.4) Onderzoekstraject Masterclasses Jaar 2 (blok 2.1, 2.2, 2.4) Summerschool Educatie activiteit Jaar 2 Extra-curriculaire activiteit Masterclasses Jaar 3 (blok 3.1, 3.2, 3.3, 3.4, 3.5) Educatie activiteit Jaar 3
Aantal Studiepunten 3,1 EC 0,6 EC 6,0 EC 0,9 EC 3,0 EC 0,2 EC 8,5 EC 1,5 EC 0,2 EC
Period e Jaar 1 Jaar 1 Jaar 2 Jaar 2 Jaar 2/3 Jaar 2 Jaar 2/3 Jaar 3 Jaar 3
Toetsvorm Verslag en presentatie Opdracht Artikel en presentatie Opdracht Verschilt per Summer school Verschilt per individu Verslag en/of presentatie Opdracht Verschilt per individu
Interdisciplinaire honoursmodule UvA
6,0 EC
Jaar 3
Verslag
Hoofdstuk 3 - Onderwijs Artikel 3.1 - Deelname aan het onderwijs en voorrangregels Elke student dient zich vóór 1 augustus aan te melden voor het (verplichte) onderwijs van een bepaald studiejaar. Een student mag zich eenmaal aanmelden voor deelname aan het verplichte onderwijs van één bepaald studiejaar. Voor het deelnemen aan het onderwijs dient de aanmelding plaats te vinden in de aangegeven periode en volgens de aangegeven procedure zoals vermeld op Blackboard. Voor studenten die zich tijdig en correct hebben aangemeld is indeling in practicum- en werkgroepen voor dat studiejaar gegarandeerd. Indien de student zich niet binnen de beschreven termijn heeft aangemeld wordt de procedure beschreven op Blackboard gevolgd. Studenten die tot een bepaald studiejaar zijn toegelaten van de opleiding Geneeskunde van het AMC-UvA, moeten zich voor het betreffende studiejaar inschrijven voor de opleiding Geneeskunde aan de UvA en moeten het verplichte onderwijs van het betreffende studiejaar volgen. Voor studenten die zonder gelegitimeerde reden verplicht onderwijs niet volgen, bestaat geen gelegenheid het gemiste onderwijs in te halen. Zij kunnen dan de opleiding niet voortzetten. Per individueel geval wordt door de studieadviseur bekeken of het gelegitimeerde redenen betreft waardoor het verplichte onderwijs niet is gevolgd. Artikel 3.2 – Volgorde en ingangseisen
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
18
1. Binnen jaar 1 van de bacheloropleiding is er geen voorgeschreven volgorde voor het deelnemen aan het onderwijs en de tentamens van dat bachelorjaar. 2. Binnen jaar 2 en 3 van de bacheloropleiding is er geen voorgeschreven volgorde voor het deelnemen aan het onderwijs en de tentamens van die bachelorjaren. Ingangseisen 3. Tentamens van het tweede en derde studiejaar kunnen niet eerder worden afgelegd dan nadat alle onderwijsonderdelen van het eerste studiejaar met goed gevolg zijn afgelegd. 4. In afwijking van het bovenstaande kunnen studenten die een beperkt deel van de eerstejaars tentamens niet hebben gehaald, onder door de examencommissie opgestelde voorwaarden (Regels en Richtlijnen van de examencommissie, gepubliceerd op Blackboard) worden toegelaten tot de tentamens van het tweede jaar. Deze toelating is geldig voor 1 jaar. 5. Indien niet alle onderwijsonderdelen van het eerste studiejaar binnen twee jaar studie behaald zijn, vervalt de toestemming voor het afleggen van tweede- of derdejaars tentamens. 6. Voor deelname aan het keuzeonderwijs en de JuCo’s in het tweede studiejaar worden geen eisen gesteld aan het aantal succesvol afgelegde tentamens van het eerste studiejaar. 7. In het geval een student de Rode Draad Professioneel Gedrag van een studiejaar niet met een voldoende heeft afgesloten, is de student niet gerechtigd om tentamens in een volgend studiejaar af te leggen. 8. Op verzoek van de student kan de examencommissie ontheffing verlenen van de sub 3, 4, 5 en 7 geformuleerde ingangseisen. Artikel 3.3 - Deelname aan verplicht onderwijs 1. De student is verplicht al het verplichte onderwijs zoals genoemd in artikel 2.5 bij te wonen. In geval de student niet al het verplichte onderwijs van een onderwijsonderdeel heeft bijgewoond, is de student niet tentamengerechtigd totdat het niet gevolgde verplichte onderwijs alsnog is gevolgd, dan wel kan de coördinator/examinator aanvullende opdracht(en) verstrekken. Deze opdracht toetst dezelfde leerdoelen als het onderdeel dat niet gevolgd is en proportioneel qua omvang. 2. In bijzondere gevallen kan de examencommissie, op verzoek van de student, van deze verplichting vrijstelling verlenen in geval het onderzoek naar en de beoordeling van de beoogde vaardigheden naar haar oordeel ook kan plaatsvinden bij een geringer deelnamepercentage, al dan niet onder oplegging van aanvullende eisen. 3. Studenten worden, gelet op de beperkt beschikbare onderwijscapaciteit, per studiejaar eenmalig ingedeeld voor het volgen van verplicht onderwijs in werkgroepen. Dit betekent dat het verplichte onderwijs van een studiejaar slechts eenmalig gevolgd kan worden. 4. Recidivisten kunnen via de studieadviseurs voor de nog openstaande onderwijseenheden uit dat studiejaar opnieuw worden ingedeeld voor de werkgroepen en bonuspunttoetsen. Deze studenten worden niet opnieuw ingedeeld voor het verplichte onderwijs zoals genoemd in artikel 2.5. 5. Studenten die een of meerdere onderwijseenheden uit een studiejaar niet succesvol hebben afgesloten en zijn ingedeeld voor het verplichte onderwijs van het studiejaar daarop, kunnen niet worden ingedeeld voor het onderwijs van het nog te herkansen onderwijsonderdeel. Over verzoeken tot uitzondering op deze regel beslist de examencommissie. 6. Voor studenten die vallen onder de ‘Regeling voor studenten met bijzondere omstandigheden’ gelden de regels omschreven in de genoemde regeling.
Bachelor OER Geneeskunde________________________________________________
19
Hoofdstuk 4 – Wijzigingen en inwerkingtreding
Artikel 4.1 – Wijzigingen deel B 1.Wijzigingen van deel B van deze regeling worden, na advies en instemming van de studentenraad en na advies van de opleidingscommissie en examencommissie, bij afzonderlijk besluit vastgesteld door de decaan. 2. Een wijziging van deel B van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de belangen van de studenten daardoor niet worden geschaad. 3. Wijzigingen kunnen voorts niet van invloed zijn: ‐ op de geldigheidsduur van afgelegde tentamens, vastgesteld bij het bepaalde in artikel 3.7, deel A; ‐ op enige andere beslissing krachtens deze regeling ten aanzien van een student genomen. Artikel 4.2 – Inwerkingtreding deel B Deel B van deze regeling treedt in werking op 1 september 2013 Aldus vastgesteld door de decaan van de Faculteit der Geneeskunde op 27 augustus.