Uitvoeringsplan Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Regio Noord-Holland Noord 2009-2010-2011
26-11-2009
1
Inleiding
Dit conceptuitvoeringsplan is de uitwerking van de Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord (AJW), die op 4 september 2009 door de 25 gemeenten in Noord-Holland Noord en vertegenwoordigers van onderwijs, werknemers en ondernemers is ondertekend. Het conceptuitvoeringsplan is op 15 oktober 2009 door de regionale projectgroep AJW besproken. Op 28 oktober 2009 wordt het plan door de stuurgroep AJW besproken en vastgesteld en op 29 oktober 2009 door de stuurgroep RPA. De gemeente Alkmaar zal de komende weken voorstellen voorbereiden voor de administratieve en financiële organisatie zodat op een zo eenduidig mogelijke wijze en met zo min mogelijk bureaucratie, de middelen kunnen worden uitgezet. Daarnaast bereidt de gemeente Alkmaar momenteel een ESF-aanvraag in het kader van de actie Jeugd voor. Voor 2009 heeft de regio Noord-Holland Noord € 2,1 miljoen (van de € 60 miljoen landelijk) ontvangen van de Rijksoverheid. Dit bedrag is gebaseerd op het aantal jongeren ingeschreven als NWW en het aantal voortijdig schoolverlaters. Alkmaar ontvangt als gemeente met een UWV Werkbedrijf +vestiging deze middelen. Voor 2010 wordt € 70 miljoen verdeeld over de regio’s op basis van de prestaties gerealiseerd in 2009. Het ministerie heeft al toegezegd voor de regio Noord-Holland Noord voor 2010 in ieder geval een bedrag te verstrekken ter hoogte van de helft van het verstrekte bedrag voor 2009.
1. Middelen aanpak jeugdwerkloosheid = matchingfonds 1+1=3
In de raamwerkovereenkomst hebben we vastgesteld dat het bij de aanpak van de jeugdwerkloosheid in deze regio van belang is dat alle partijen –naar vermogen- hun financiële steentje bijdragen. Alleen dan lukt het ons om meer jongeren aan het werk te krijgen. Naast het Rijk dat extra middelen verstrekt dragen ook de gemeenten bij vanuit de Wet Investering Jongeren (WIJ) in de kosten levensonderhoud (individuele toets), bijzondere bijstand, het participatiebudget of door de gemeenteraad gereserveerde middelen. De werkgevers nemen vanuit de O&O fondsen waar mogelijk de opleidingskosten en een deel van de loonkosten of stagevergoedingen voor hun rekening en het UWV Werkbedrijf zet WW-gelden en IRO-gelden in. De provincie Noord-Holland en de Stichting Arbeidsmarkt Noord-Holland (STAN) leveren ook een financiële bijdrage met name voor het onderdeel jongeren en techniek. 2. Geen verdeelsleutel maar een plaatsingsbonus
De doelstelling is om zoveel mogelijk jongeren een plek of perspectief op de arbeidsmarkt te geven. Het ministerie van SZW heeft daarvoor de doelgroepen a t/m f geformuleerd. Op individueel niveau wordt een traject richting arbeidsmarkt en/of onderwijs gerealiseerd waarbij middelen uit het actieplan worden ingezet, maar ook middelen van de gemeenten, onderwijs en werkgevers worden ingebracht. Belangrijke onderdelen van de verdeelsleutel zijn de tegemoetkoming van de kosten levensonderhoud of een stagevergoeding. In de raamwerkovereenkomst is voorgesteld om hiervoor de richtlijn 1/3 werkgever, 1/3 gemeenten en 1/3 actieplan te hanteren. Voortschrijdend inzicht –mede in het licht van de invoering van de WIJ- maakt duidelijk dat deze verdeelsleutel in de uitvoeringspraktijk te veel bureaucratie met zich mee zal brengen. Daarom stellen we voor om de jongere –afhankelijk van zijn situatie- vanuit het actieplan een plaatsingsbonus richting werkgever te geven. De kosten die een werkgever voor een jongere maakt zijn met name loonkosten en/of stagekosten. Deze zijn onder te verdelen in een productief deel (de jongere levert ook een tegenprestatie) en een consumptief deel (de jongere krijgt begeleiding op de werkvloer en een praktijkopleiding). Afhankelijk van het opleidingsniveau van de jongere
2
en de afstand tot de arbeidsmarkt heeft de werkgever recht op een plaatsingsbonus vanuit het actieplan jeugdwerkgelegenheid. Daarbij wordt het onderscheid gemaakt tussen jongeren met een startkwalificatie en zonder een startkwalificatie. Als de werkgever de jongere met een startkwalificatie een werkervaringsstage aanbiedt, dan heeft de werkgever recht op een schadeloosstelling voor de begeleiding. De werkgever is verantwoordelijk voor het verstrekken van een minimale stagevergoeding. Voor de kosten levensonderhoud kan de jongere eventueel bij de gemeente waar deze woonachtig is, een beroep doen op de Wet Investering Jongeren (WIJ). De mogelijkheden qua uitkering zijn afhankelijk van de individuele levensomstandigheden van de jongere en ter bepaling van de gemeente waar de jongere woonachtig is.
3. Uitvoering Actieplan: een gezamenlijk belang Het gezamenlijk belang dat alle partijen hebben bij het uitvoeringsplan AJW dient als uitgangspunt. Dat betekent dat het uitvoeringsplan gebaseerd is op onderling vertrouwen en dat de bureaucratie in het kader van rechtmatigheid tot een minimum wordt beperkt. De voorgestelde maatregelen beogen de werkgevers die door de jaren heen jongeren hebben opgeleid tot vakmensen, te belonen met een subsidie vanuit het actieplan. Het gaat daarbij te allen tijde om extra plekken voor jongeren; verdringing met de reguliere BBL- en BOL-plekken is een belangrijk aandachtspunt. Met het COLO, de bedrijfsscholen en met werkgevers worden hierover afspraken gemaakt. Mocht uit de praktijk blijken dat de voorgestelde maatregelen toch tot verdringing leiden, dan worden de afspraken herijkt.
4. Uitwerking sectorale regionale arrangementsectoren: van BBL naar BOL naar de praktijk In Noord-Holland Noord zijn nu of binnen afzienbare tijd, tekorten te verwachten in de agrarische sector, bouw, infrastructuur, metaal- en installatietechniek, onderwijs, overheid (gemeenten als werkgever) en de sector zorg en welzijn. Met de bedrijfsscholen van de bouw, infrastructuur, metaal- en installatietechniek (SPG, Espeq, Tetrix en InstallatieWerk) zijn afspraken gemaakt om BBL-leerlingen die (nog) geen werkgever kunnen vinden, in te schrijven als BOL-leerling waarbij de leerling praktijkvaardigheden kan opdoen bij de bedrijfsscholen. Kern van het arrangement is dat 16- en 17- jarigen die geen BBL-plek kunnen vinden, geplaatst worden op een BOL-plek met extra praktijkondersteuning. Jongeren hebben dan recht op studiefinanciering of de ouders hebben recht op kinderbijslag. Ook draait het erom dat kwetsbare BOL-leerlingen (niveau 0 en 1) die meer geschikt zijn voor een praktijkopleiding in de BBL, met extra begeleiding geplaatst kunnen worden bij de bedrijfsscholen. Deze afspraken kunnen ook gekopieerd worden naar andere sectoren. 1) Het is aan de jongeren zelf om voor een voltijds opleidingstraject (BOL) te kiezen of voor een deeltijdopleiding gecombineerd met betaald werk (BBL); 2) De opleidingen worden verzorgd door één van de twee ROC’s (Horizon College of ROC Kop van Noord-Holland); 3) Jongeren waarvan wordt voorzien dat zij tenminste een half jaar geen betaalde leerarbeidsplaats zullen hebben, volgen in principe een voltijds BeroepsOpleidende Leerweg (BOL). Als zij willen worden toegeleid naar een leerarbeidsplaats in de techniek, worden hierover afspraken gemaakt met de opleidingsbedrijven van de technische branches. Deze worden vertegenwoordigd door Talent voor techniek. 4) ROC’s maken met de opleidingsbedrijven van de technische sectoren afspraken over de manier waarop opleiding en toeleiding naar betaald werk wordt gerealiseerd. Deze afspraken hebben in ieder geval betrekking op: a) Intake en praktijkassessment;
3
b) Coaching; c) Werving praktijkleerplaats; d) Aanvullende beroepsgerichte praktijktraining door het betreffende Opleidingsbedrijf 5) Deze afspraken zijn aanvullend op een eventueel af te sluiten Beroepspraktijkvorming (BPV) overeenkomst en worden verwoord in een Persoonlijk Opleidingsplan. Deze afspraken gelden alleen voor die leerlingen die nog in de loop van het opleidingstraject willen worden toegeleid naar betaald werk (BBL). 6) Als het onder ‘4’ genoemde praktijkassessment, de coaching, de werving van een praktijkleerplaats en de uitvoering van de aanvullende praktijktraining in de BOLopleiding worden uitgevoerd door één van de genoemde Opleidingsbedrijven, stelt de gemeente waar de jongere woont vanuit het actieplan hiervoor een subsidie van maximaal € 1.500,00 ter beschikking gedurende het eerste opleidingsjaar. 7) De inzet van de Opleidingsbedrijven tijdens de periode waarin de leerling de BOLopleiding volgt is additioneel aan die van het ROC. Hierdoor krijgt het Opleidingsbedrijf de mogelijkheid de leerling met extra praktijktraining te versterken en heeft het ROC meer tijd om de individuele begeleiding en coaching te realiseren. 8) Voor kwetsbare jongeren (jongeren zonder startkwalificatie die 18 jaar of ouder zijn als ze starten met de opleiding) geldt dat € 4.000,00 subsidie wordt uitgekeerd vanuit het actieplan indien betreffende jongere vanuit de BOL-opleiding overgaat naar een BBL-opleiding met arbeidsovereenkomst (van minimaal 1 jaar). 9) De onder ‘8’ genoemde subsidie geldt ook voor iedere jongere (18 jaar of ouder) die ingeschreven staat als werkzoekend bij het UWV Werkbedrijf en via een BeroepsBegeleidende Leerweg met een leerarbeidsovereenkomst (van minimaal 1 jaar) wordt opgeleid met een startkwalificatie als doel. 10) Om een goede start te stimuleren van de onder´9’ genoemde jongeren kan het UWV Werkbedrijf gebruik maken van de faciliteiten van de bedrijfsscholen. Het gaat met name om een intake, praktijkassessment en een opleidingsplan. De kosten van dit praktijkassessment worden tot een maximum van € 1000,- vergoed vanuit het actieplan.
5. Individuele werkgevers Individuele werkgevers die een werkloze jongere zonder startkwalificatie een leerwerkovereenkomst van minimaal 1 jaar aanbieden, ontvangen € 4.000,00 voor de kosten van opleiding en begeleiding. De loonkosten zijn voor rekening van de werkgever. Individuele werkgevers die een werkloze jongere met startkwalificatie een werkervaringovereenkomst van minimaal een half jaar aanbieden, ontvangen € 1.000 (op jaarbasis) voor begeleiding. De loonkosten zijn voor rekening van de werkgever.
6. Inzet leerlingen bij maatschappelijk relevant werk Gemeenten zijn eigenaar van of beheren schoolgebouwen, club- en buurthuizen, welzijnsvoorzieningen en sportkantines. Het onderhoudsniveau is basaal, zeker als het om het interieur gaat. Sportkantines en schoolgebouwen worden veelal door respectievelijk vrijwilligers en/of ouders opgeknapt. Om op schoolpleinen een voetbalveldje of een hinkelbaan te creëren, wordt -vanwege de kosten- eerder een verfje gebruikt dan sierbestrating. Het betreft hier niet-reguliere werkzaamheden. Het gaat dus niet om verdringing van regulier werk. Voor de inzet van werkloze jongeren zonder startkwalificatie die bij de bedrijfsscholen in een BBL-opleiding worden geplaatst, wordt vanuit het actieplan een bedrag van € 2.000,00 per leerling op jaarbasis beschikbaar gesteld voor de opleiding en relevante kosten van de werkmeester.
4
De bedrijfsscholen wordt gevraagd voor de begeleiding eventueel gebruik te maken van een ZZP-er zonder werk en bij kwetsbare jongeren de noodzakelijke extra begeleiding door een ZZP-er te laten verzorgen.
7. Prestatieafspraken Het Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord heeft tot doel zoveel mogelijk jongeren te behouden en op te leiden voor de huidige en toekomstige arbeidsmarktvraag van werkgevers in de regio Noord-Holland Noord, met speciale aandacht voor de groep kwetsbare jongeren. Bij de bepaling van de doelstelling hebben we het aantal jongeren dat vóór de crisis, te weten per februari 2008, ingeschreven stond bij het UWV Werkplein als vertrekpunt genomen. Het verschil tussen daten het huidige aantal (oktober 2009) bedraagt 500. Op basis van de huidige situatie van de arbeidsmarkt hebben de partijen in Noord-Holland Noord met elkaar afgesproken om in de periode van september 2009 tot en met december 2011 1500 extra plaatsen voor jongeren op de arbeidsmarkt te creëren. Een substantieel deel van de middelen wordt voor kwetsbare jongeren ingezet. Daarbij richten we ons op alle jongeren in de regio die niet werken en niet leren. De verhouding van het aantal bij het UWV Werkbedrijf ingeschreven werkzoekende jongeren tussen de regio’s Noord-Kennemerland, De Noordkop en West-Friesland is respectievelijk 45%, 30% en 25%. Dat is een richtlijn voor de percentages van de doelstelling die zij moeten halen. Er wordt gestreefd de volgende doelstellingen te realiseren: 2009 350 jongeren 2010 650 jongeren 2011 500 jongeren In onderstaand schema worden de prestaties per doelgroep en per regio uitgewerkt. Op basis hiervan vindt een financiële verdeling plaats.
De verhouding tussen de regio’s Noord-Kennemerland, de Kop van Noord-Holland en West-Friesland is respectievelijk 45%, 30% en 25%. Van 2009 2010 Totaal 350 Totaal 650 Tota Jongeren al
a b c
d
e f
2011 Totaal 500
Doelstelling
%
abs
NK
Kop
WF
abs
NK
Kop
WF
abs
NK
Kop
WF
zonder startkwalificatie geplaatst op een baan met startkwalificatie geplaatst op een baan zonder startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan met startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan zonder startkwalificatie geplaatst op een stage met startkwalificatie geplaatst op een stage
5%
17
7
5
5
32
14
9
9
25
11
7
7
20%
70
32
20
18
130
59
39
32
100
45
30
25
40%
140
64
40
36
270
122
81
67
200
90
60
50
20%
70
32
20
18
130
59
39
32
100
45
30
25
5%
17
7
5
5
32
14
9
9
25
11
7
7
10%
35
16
10
9
65
29
20
16
50
23
15
12
8. Plaatsingsbonus In onderstaand schema wordt een overzicht gegeven wat een jongeren meekrijgt in zijn plaatsingsbonus als hij geplaatst wordt op een baan, leerwerkbaan, werkervaringsplek of
5
in vrijwilligerswerk. De subsidie is bedoeld voor de werkgever als een plaatsingsbonus en een tegemoetkoming voor de eventuele loonkosten, opleiding en begeleiding op de werkvloer. Aan de subsidie ligt altijd een overeenkomst ten grondslag. Jongeren a Zonder startkwalificatie geplaatst op een baan
Voorwaarden
b Met startkwalificatie geplaatst op een baan c Zonder startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan d Met startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan e Zonder startkwalificatie geplaatst op een werkervaringsplek of in vrijwilligerswerk
f Met startkwalificatie geplaatst op een werkervaringsplek of in vrijwilligerswerk
Reguliere arbeidsovereenkomst voor minimaal één jaar Minimaal 32 uren per week Scholingsaanbod op de werkvloer, opgenomen in de arbeidsovereenkomst Erkend leerbedrijf sinds januari 2009 Reguliere arbeidsovereenkomst voor minimaal één jaar Minimaal 32 uren per week Leerwerkovereenkomst voor minimaal één jaar Erkend leerbedrijf sinds januari 2009 Leerwerkovereenkomst voor minimaal één jaar Erkend leerbedrijf sinds januari 2009 Werkervaringsovereenkomst of een vrijwilligerscontract voor minimaal een half jaar Minimaal 20 uren per week Erkend leerbedrijf sinds januari 2009 (geldt niet voor vrijwilligerswerk) Stage- of onkostenvergoeding door werkgever van minimaal € 100 per maand Werkervaringsovereenkomst of een vrijwilligerscontract voor minimaal een half jaar Minimaal 20 uren per week Erkend leerbedrijf sinds januari 2009 (geldt niet voor vrijwilligerswerk) Stage- of onkostenvergoeding door werkgever van minimaal € 100
Plaatsingsbonus actieplan op jaarbasis € 2.000
Geen vergoeding uit actieplan € 4.000,-
€ 1.000,-
€ 2.000,-
€ 1.000,-
Toelichting op de doelgroepen a t/m f: Categorie a Zonder startkwalificatie geplaatst op een baan
b Met startkwalificatie geplaatst op een baan c Zonder startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan
d Met startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan
Uitwerking Regulier werk Scholing wordt geregeld op de werkvloer en maakt onderdeel uit van het contract Startkwalificatie behalen in de praktijk eventueel via EVC Loonkosten voor werkgever Reguliere plaatsing Loonkosten voor werkgever Leerwerkovereenkomst conform BBL 4 dagen werken, 1 dag ROC Bij bedrijfsscholen in dienst of individuele werkgever Loonkosten voor werkgever Leerwerkovereenkomst conform BBL indien het upgraden van niveau betreft, dus van niveau 2 naar 3 of hoger Bij BBL 4 dagen werken, 1 dag ROC
6
e Zonder startkwalificatie geplaatst op een stage of in vrijwilligerswerk
f Met startkwalificatie geplaatst op een stage of in vrijwilligerswerk
9.
Bij bedrijfscholen in dienst of individuele werkgever Loonkosten voor werkgever Plaatsing ter voorbereiding plaatsing in leerwerkbaan Scholing op de werkvloer maakt onderdeel uit van de werkervaringsovereenkomst Stagekosten voor werkgever Kosten levensonderhoud eventueel op basis van WIJ Bij vrijwilligerswerk onkostenvergoeding Plaatsing ter voorbereiding op reguliere baan Verdere opbouw CV Stagekosten voor werkgever Kosten levensonderhoud eventueel op basis van WIJ Bij vrijwilligerswerk onkostenvergoeding
Sociaal Profijtbeginsel
Gemeenten zijn ook belangrijke opdrachtgevers. In het kader van het protocol Sociaal Profijtbeginsel voor jongeren wordt voorgesteld bij opdrachten vanaf € 150.000 in de sectoren bouw, infrastructurele werken en onderhoud, groenvoorziening, schoonmaak, catering en zorg in de offerteaanvraag als bijzondere uitvoeringsvoorwaarde op te nemen dat de opdrachtnemer verplicht is 5% van de aanneemsom of 7 % van de loonsom (bij zeer arbeidsextensieve opdrachten) te besteden aan het bieden van BBL-leerplekken, BOL-plekken, leerwerkstages aan jongeren en/of traineebanen. 10. Uitvoeringsorganisatie Het AJW geldt voor de gehele regio Noord-Holland Noord. De uitvoeringspraktijk in de subregio´s Noord-Kennemerland, Kop van Noord-Holland en West-Friesland is zeer verschillend. Zo heeft de Kop van Noord-Holland geen Jongerenloket; wordt in NoordKennemerland het Jongerenloket bemenst door de klantmanagers van de Sociale Dienst en in West-Friesland door het RMC, het UWV Werkbedrijf en de Sociale Dienst. Het voorstel is om het aan de subregio´s over te laten hoe zij de uitvoering willen organiseren. Wel is er in alle subregio´s een vestiging van het UWV Werkbedrijf. Het ligt dan ook voor de hand om de verantwoording te koppelen aan de inschrijving NWW bij het UWV Werkbedrijf. In de raamwerkovereenkomst is voorgesteld dat de partners de kosten van overhead dragen. Er gaat verhoudingsgewijs nu al veel reguliere formatieve capaciteit naar de doelgroep jongeren. Daarnaast is er inmiddels ook een serieus knelpunt bij de doelgroep 45+ ontstaan; een doelgroep die ook formatieve inzet vraagt. Daarom wordt voorgesteld om vanuit het actieplan per subregio formatie klantmanagement beschikbaar te stellen uitgaande van 100 jongeren op jaarbasis. Deze klantmanagers kunnen ook tot taak hebben om met name de kwetsbare jongeren outreachend te benaderen. Een ander belangrijk punt is het ophalen van leerwerkplekken en banen bij werkgevers. Deze formatie kan gebruikt worden om bij erkende leerbedrijven leerwerkplekken op te halen.
11. Jobcoaches Vanuit de werkvloer is aangegeven dat de begeleiding op de werkvloer van met name kwetsbare jongeren, een belangrijk knelpunt is. Het gaat hierbij vooral om de service aan
7
en ondersteuning van werkgevers waarbij de jongeren geplaatst zijn, bijvoorbeeld als het gaat om het terugdringen van verzuim en het op tijd komen van de jongeren. Per subregio wordt voorgesteld om hiervoor formatie beschikbaar te stellen uitgaande van een caseload van 50 (kwetsbare) jongeren op jaarbasis. De jongeren die via de bedrijfsscholen in een BBL-traject worden geplaatst krijgen via de bedrijfsschool deze jobcoaching.
12. Wet Investeren in Jongeren (WIJ) De WIJ is voor gemeenten een belangrijk instrument in het bestrijden van de jeugdwerkloosheid. Op 1 oktober 2009 is de WIJ ingevoerd. Tot de doelgroep behoren alle jongeren van 18 tot 27 jaar die niet leren en niet werken en zich om die reden tot de gemeente wenden voor ondersteuning. De gemeente heeft de verplichting om jongeren een baan, een opleiding of een combinatie van leren en werken aan te bieden. Ook jongeren die op de WSW-wachtlijst staan, komen in aanmerking. Indien een jongere geplaatst wordt op een werkervaringsplaats, stage of vrijwilligerswerk en er sprake is van een probleem inzake kosten levensonderhoud, kan een beroep worden gedaan op de WIJ bij de gemeente waar de jongere woonachtig is. Dit wordt bepaald op basis van de individuele situatie van de jongere en is ter beoordeling aan de desbetreffende gemeente.
13. Wet vermindering afdracht (WVA) Werkgevers die een jongere in een opleidingstraject plaatsen, hoeven vaak minder loonbelasting en verzekeringspremies af te dragen voor werknemers die scholing volgen. Die fiscale korting kan oplopen tot € 3000 per werknemer per kalenderjaar. Daarnaast kan een Ervaringscertificaat € 300 per werknemer per procedure opleveren.
14. ESF actie J Per 1 september 2009 heeft het kabinet de actie Jeugd opgenomen in de ESF subsidieregeling. Het beschikbare geld kan door de dertig coördinerende gemeenten Jeugdwerkloosheid worden aangevraagd voor projecten die passen in de regioconvenanten. De middelen ten behoeve van het actieplan mogen worden ingebracht als co-financiering, waarmee het risico voor de gemeenten sterk wordt gereduceerd. Het ministerie heeft voor de regio Noord-Holland Noord voor de gehele periode € 890.000 gereserveerd. Verschillende gemeenten hebben negatieve ervaringen opgedaan met ESF, met name waar het gaat om de verantwoording en regeldruk. Het ministerie heeft de regelgeving omtrent ESF sterk vereenvoudigd. Zo kunnen extra klantmanagers en interne jobcoaches (in dienst bij de gemeente of UWV Werkbedrijf) volledig worden vergoed zonder dat hiervoor uren moeten worden geschreven. Voorwaarde is dat zij volledig ingezet worden voor de doelgroep en een addendum bij hun arbeidscontract krijgen. Ook is het binnen de actie J mogelijk om loonkostensubsidies op te voeren voor vergoeding vanuit het actieplan. Dat betekent dat in de huidige begroting het merendeel van de kosten binnen de ESFcriteria vallen. Derhalve wordt voorgesteld het volledige ESF-bedrag op te nemen, verdeeld over de begrotingen 2009 en 2010 in de verhouding 60% actieplan en 40% ESF.
8
15. Verantwoording Iedere gemeente –eventueel in samenspraak met het UWV Werkplein of het Jongerenloket- is verantwoordelijk voor de organisatie van het aanbod op basis van een indicatiestelling conform de doelgroepen a t/m f. Zij kan hierbij gebruik maken van de coördinerende gemeente in de regio (Alkmaar, Den Helder en Hoorn). De gemeenten kennen de lokale arbeidsmarkt en hebben contacten met de jongeren en de lokale werkgevers. Daarnaast is de individuele gemeente verantwoordelijk voor een eventuele toekenning kosten levensonderhoud in het kader van de Wet Investering Jongeren. Ieder tertaal (eens in de vier maanden) moet verantwoording aan het ministerie van SZW worden afgelegd over de resultaten. Deze verantwoordingssystematiek loopt parallel aan de gemeentelijke rapportages. De gemeente Alkmaar legt verantwoording af aan het bestuurlijk wethoudersoverleg, de stuurgroep RPA en het ministerie van SZW.
16. Stroomschema Aangezien de organisatie per subregio verschillend is, gaat het hier niet om het klantproces, maar met name om het verantwoordingstraject. Om de regeldruk en bureaucratie zo gering mogelijk te maken, stellen we voor de financiële afhandeling te centraliseren bij de gemeente Alkmaar. Dit heeft als bijkomend voordeel dat niet alle gemeenten een verordening hoeven op te stellen of extra formatie daarvoor moeten vrijmaken. Ook in verband met de ESF-voorwaarden is het van belang om de financiële administratie zoveel mogelijk in één hand te houden. Het traject komt er dan als volgt uit te zien:
1. Jongere schrijft zich in als werkzoekend
5. werkgever vraagt plaatsingsbonus aan bij gemeente Alkmaar. Voorwaarden: *indicatiebrief *contract *ID
2. Indicatiestelling jongere door gemeente of Jongerenloket
6. Gemeente Alkmaar stuurt beschikking naar werkgever vaststelling subsidie. cc. betreffende gemeente
3. gemeente stuurt indicatiebrief aan jongere. Cc. Alkmaar
4. jongere wordt geplaatst bij werkgever
7. Werkgever declareert per kwartaal bij gemeente Alkmaar en overlegt verklaring van presentie deelnemer
Gemeente of Jongerenloket blijft verantwoordelijk voor de monitoring van de voortgang en de begeleiding van de jongeren en is contactpersoon voor de werkgever.
17. Risico’s In de raamwerkovereenkomst actieplan Jeugdwerkgelegenheid zijn prestaties afgesproken. In dit uitvoeringsplan zijn deze prestaties uitgewerkt voor NoordKennemerland, de Kop van Noord-Holland en West-Friesland. Voorgesteld wordt om een
9
uitgavenplafond conform de hoogte van de subsidie van de Rijksoverheid en de begroting van het actieplan Jeugdwerkgelegenheid af te spreken. Vergelijkbaar met de deeltijd WW is er een vastgesteld budget: op = op. De coördinerende gemeenten maken hierover afspraken met de gemeenten. De verplichtingen en uitgaven worden bewaakt door de gemeente Alkmaar en per kwartaal teruggekoppeld aan het bestuurlijk overleg. De risico’s inzake de ESF-financiering worden gewaarborgd door het feit dat de cofinanciering plaatsvindt vanuit additionele middelen. De verkregen ESF-subsidie wordt vervolgens weer toegevoegd aan het totale budget van het actieplan.
18. Organisatie Leidend motief bij de aanpak is ‘doen’: partijen zijn zich ervan bewust dat de relatief ambitieuze doelstellingen vragen om een hands-on werkwijze. Dit impliceert dat partijen niet wensen te verzanden in structuur-, vorm- en zeggenschapsdiscussies. Daarbij zijn belangrijke uitgangspunten: gelijkwaardigheid van partijen; mandaten vooraf geregeld; evenredige inbreng (personeel, materieel, facilitair, e.d.) en inzet; transparantie en ontschotting in uitvoering; delen van resultaten en successen; gezamenlijk extern optreden (o.a. in publiciteit) met gecoördineerde woordvoering; gezamenlijke verantwoordelijkheid voor resultaten Het ministerie van SZW heeft de coördinatie van het actieplan bij de gemeente met een UWV+vestiging gelegd. In de regio Noord-Holland Noord is dit de gemeente Alkmaar. Om tot een goede en slagvaardige uitvoeringsorganisatie te komen, wordt de volgende structuur ingericht: Gremium Stuurgroep RPA bestaande uit vertegenwoordigers van het onderwijs, werkgevers, UWV Werkbedrijf, de gemeenten Alkmaar en Heerhugowaard. Bestuurlijk overleg wethouders Alkmaar, Heerhugowaard, Hoorn en Den Helder Projectgroep aanpak Jeugdwerkloosheid bestaande uit Ambtelijke vertegenwoordigers van de gemeenten Alkmaar, Heerhugowaard, Den Helder en Hoorn, vertegenwoordigers van de UWV Werkpleinen in de regio, de Kamer van Koophandel, het MBO, het COLO en het RPA Lokale of subregionale werkgroepen Jeugdwerkloosheid
Verantwoordelijkheid bestuurlijke afstemming tussen de partners
Gemeente Alkmaar
Gemeenten Alkmaar, Hoorn, Den Helder
besluitvorming en coördinatie bewaken financiële verantwoording voorbereiden vergaderingen bestuurlijk overleg en RPA v.w.b. onderdeel actieplan input, communicatie en terugkoppeling vanuit de desbetreffende regio afspraken maken over werkprocessen afspraken maken over arrangementen in de deelregio’s ontwikkelen en uitvoeren van lokale arrangementen afspraken maken met vestigingen UWV Werkbedrijf/Jongerenloket afspraken maken met onderwijsinstellingen coördinatie actieplan financiële afhandeling richting werkgevers financiële verantwoording richting ESF tertale verantwoording aan het ministerie SZW coördineren, informeren en adviseren gemeenten in de betreffende subregio’s uitvoeren tertale verantwoording aan gemeente Alkmaar
10
19. Eerste begrotingsjaar (2009) De volgende twee hoofdstukken zijn gewijd aan de begroting 2009 en 2010 om inzichtelijk te maken of we met deze kostenverdeling binnen het budget van het Rijk blijven. In de begroting is een onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte kosten. Onder directe kosten wordt verstaan: die kosten die met het directe contact met jongeren of werkgevers te maken hebben. De indirecte kosten (organisatie en communicatie) bedragen ongeveer 15% (2009) en 10% (2010) van het totale budget. De resultaten en begrote bedragen die in 2009 niet gehaald worden, kunnen worden doorgeschoven naar 2010. Voor 2009 is 2,1 miljoen beschikbaar, voor 2010 is in ieder geval 1 miljoen beschikbaar gesteld. Op basis van de resultaten kan de regio aanspraak maken op in totaal ongeveer 5 miljoen. Vanuit ESF is 890.000 beschikbaar voor het tijdvak december 2009 tot juni 2011. Op het moment dat besluitvorming plaatsvindt, is het jaar 2009 bijna voorbij, daarom wordt er gesproken van een eerste begrotingsjaar en een tweede begrotingsjaar. Toch blijft het van groot belang dat de regio in 2009 resultaten kan zien. In de begroting zijn niet de rijksmiddelen jeugdwerkgelegenheid opgenomen die het UWV Werkbedrijf, het COLO en het onderwijs hebben ontvangen.
11
20. Eerste begrotingsjaar (2009) II
Eerste uitvoeringsjaar (2009) cat. Noord-Kennemerland
aantal
a
7
c
64
d
32
e
7
f
16
Klantmanagement jongeren/werkgevers
bedrag € 2.000,00 € 4.000,00 € 1.000,00 € 2.000,00 € 1.000,00
totaal €
14.000,00
€
256.000,00
€
32.000,00
€
14.000,00
€
16.000,00
158 1,5 fte
€
75.000,00
78 2 fte
€
100.000,00
Jobcoaching 1 Totaal Noord-Kennemerland
Kop van Noord-Holland
a c d e f
Klantmanagement jongeren/werkgevers
€ 5 2.000,00 € 40 4.000,00 € 20 1.000,00 € 5 2.000,00 € 10 1.000,00
€
10.000,00
€
160.000,00
€
20.000,00
€
10.000,00
€
10.000,00
100 1 fte
€
50.000,00
50 1 fte
€
50.000,00
Jobcoaching 2 Totaal Kop van Noord-Holland
West-Friesland
a c d e f
€ 5 2.000,00 € 36 4.000,00 € 18 1.000,00 € 5 2.000,00 € 9 1.000,00
€
10.000,00
€
144.000,00
€
18.000,00
€
10.000,00
€
9.000,00
Klantmanagement jongeren/werkgevers
91 1 fte
€
50.000,00
Jobcoaching
46 1 fte
€
50.000,00
3 Totaal West-Friesland
4 Praktijkondersteuning BOL 5 Intake assessment techniek 6 Leerlingploegen
€ 60 1.500,00 € 40 1.500,00 € 40 2.000,00
€
507.000,00
€
310.000,00
€
291.000,00
€
90.000,00
€
90.000,00
€
60.000,00
€
60.000,00
€
80.000,00
€
80.000,00
7 Trainee communicatie Actieplan JW
€
-
€
40.000,00
8 Communicatie o.a. website Coördinatie Kop van Noord-Holland, 9 Noord-Kennemerland en West-Friesland
€
-
€
100.000,00
€
-
€
30.000,00
€
-
€
40.000,00
11 Financiële administratie JWA
€
50.000,00
12 Evenementen o.a. banenmarkten
€
75.000,00
€
1.673.000,00
10 Projectleiding JWA
Totaal 2009
€
-
12
21. Tweede begroting (2010)
Tweede uitvoeringsjaar (2010) cat. Noord-Kennemerland
aantal
a
14
c
122
d
59
e
14
f
29
bedrag € 2.000,00 € 4.000,00 € 1.000,00 € 2.000,00 € 1.000,00
totaal €
28.000,00
€
488.000,00
€
59.000,00
€
28.000,00
€
29.000,00
Klantmanagement jongeren/werkgevers
297 3 fte
€
150.000,00
Jobcoaches
150 3 fte
€
150.000,00
1 Totaal Noord-Kennemerland
Kop van Noord-Holland
a c d e f
Klantmanagement jongeren/werkgevers
€ 9 2.000,00 € 81 4.000,00 € 39 1.000,00 € 9 2.000,00 € 20 1.000,00
€
18.000,00
€
324.000,00
€
39.000,00
€
18.000,00
€
20.000,00
197 2 fte
€
100.000,00
99 2 fte
€
100.000,00
Jobcoaches 2 Totaal Kop van Noord-Holland
West-Friesland
a c d e f
Klantmanagement jongeren/werkgevers Jobcoaches
€ 9 2.000,00 € 67 4.000,00 € 32 1.000,00 € 9 2.000,00 € 16 1.000,00
165 1,5 fte 85 2 fte
3 Totaal West-Friesland 4 Praktijkondersteuning BOL 5 Intake assessment techniek 6 Leerlingploegen
€
18.000,00
€
268.000,00
€
32.000,00
€
18.000,00
€
16.000,00
€
75.000,00
€
100.000,00
€ € 100 1.500,00 € 50 15.000,00 € 75 2.000,00
-
€
932.000,00
€
619.000,00
€
527.000,00
€
150.000,00
€
150.000,00
€
75.000,00
€
75.000,00
€
150.000,00
€
150.000,00
7 Trainee communicatie Actieplan JW
€
-
€
40.000,00
8 Communicatie o.a. website Coördinatie Kop van Noord-Holland, 9 Noord-Kennemerland en West-Friesland
€
-
€
50.000,00
€
-
€
30.000,00
€
-
10 Projectleiding JWA 11 Financiële administratie JWA 12 Evenementen o.a. banenmarkten Totaal 2010
€
-
€
-
€
40.000,00
€
50.000,00
€
100.000,00
€
2.763.000,00
13