Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Regio Noord-Holland Noord 2009-2010-2011
September 2009
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Inhoudsopgave 1.
Aanleiding
2.
Afspraken Regiowerktop 22 juni 2009
3.
Afbakening 3.1 Doelgroep 18-27 jaar 3.2 Doelgroep 15-16-17 jaar
4.
Definities
5.
Uitgangspunten
6.
Doelstellingen
7.
Resultaten
8.
Realisatie 8.1 School Ex-programma 8.2 Matchingsoffensief 8.3 Leerwerkbanen/stages 8.4 Kansen voor kwetsbare jongeren 8.5 Regionale arrangementen 8.6 Individuele werkgevers
9.
Financiën 9.1 Middelen aanpak jeugdwerkloosheid = matchingsfonds 1+1=3 9.2 Wet Investeren in Jongeren (WIJ) 9.3 Verdeelsleutel 9.4 Discrepantie wettelijke normen WIJ en CAO-lonen 9.5 Uitvoering 9.6 Verantwoording 9.7 Jongeren Centraal 9.8 ESF aanvraag 9.9 Organisatiekosten
10.
Organisatie
11.
Verankering
12.
Communicatie
Bijlagen 1. 2. 3.
4.
Arbeidsmarktinformatie Feiten en cijfers voortijdig schoolverlaten Noord-Holland Noord Normen Wet Investeren in Jongeren Ambassadeursteam Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
1.
Aanleiding
De jeugdwerkloosheid in Noord-Holland Noord onder jongeren van 16 t/m 26 jaar neemt fors toe. In verhouding tot een jaar geleden wordt er een toename van 50% geconstateerd. Noord-Holland Noord heeft vergaande ambities voor wat betreft de aanpak hiervan. Ter realisering hiervan slaan de partners op het gebied van de arbeidsmarkt in Noord-Holland Noord de handen ineen. De ambities sluiten aan bij het programma van het kabinet Actieplan Jeugdwerkloosheid en bij de gemaakte afspraken tussen de VNG en de Sociale Partners. Alle partijen realiseren zich dat, gezien de aard en de omvang van de jeugdwerkloosheid in de regio Noord-Holland Noord, intensieve samenwerking de enige manier is om effectief resultaten te boeken. Daarnaast is er een groeiend besef dat de arbeidsmarkt primair een regionale markt is en dat dus een regionale aanpak noodzakelijk is. Dit uitgangspunt is voor de staatssecretaris ook leidend bij de wijze waarop de aanpak van de jeugdwerkloosheid wordt uitgevoerd. Wat concreet betekent dat alle zesentwintig gemeenten van de regio mee moeten tekenen aan het convenant om in aanmerking te komen voor de extra middelen jeugdwerkloosheid. De regionale samenwerkingsstructuur krijgt door deze aanpak een extra stimulans die de regio ook in de toekomst kan benutten. Het terugdringen van de jeugdwerkloosheid en het creëren van jeugdwerkgelegenheid vraagt om een gezamenlijke aanpak, waarbij de kennis, faciliteiten en (gelijktijdige) inzet van diverse actoren onontbeerlijk is. Voor een effectieve gezamenlijke inzet is een gecoördineerde samenwerking cruciaal. Het gaat zowel om centrale en decentrale samenwerking alsook om regionale en lokale samenwerking. Daarbij is de rol van werkgevers cruciaal, immers het streven is om jongeren zo regulier en duurzaam mogelijk in de arbeidsmarkt een plaats te geven. De financiële impuls die de Rijksoverheid geeft, zien we als een matchingsfonds. Het is van groot belang dat alle partijen ook reguliere en extra middelen inzetten. In de begroting wordt dit –waar mogelijk- ook inzichtelijk gemaakt. Bij de uitvoering van het actieplan hanteren we het uitgangspunt: regionaal ontwikkelen en lokaal (bijv. op BVG-niveau) uitvoeren en maken we gebruik van best-practices die lokaal zijn/worden ontwikkeld. Hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten en gebruik gemaakt van de bestaande structuren, projecten en initiatieven in de regio en deze waar nodig versterken en intensiveren
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
2.
Afspraken Regiowerktop 22 juni 2009
De samenwerkende partijen hebben tijdens de Regiowerktop Noord-Holland Noord op 22 juni 2009 afgesproken gezamenlijk actie te ondernemen, de menskracht en middelen zo efficiënt en effectief mogelijk te bundelen. Dit doen zij middels de volgende actielijnen, die landelijk zijn ingezet: 1. School Ex programma (exit=vertrek en extension=verlengd verblijf): het opzetten van een programma in het onderwijs om mbo-leerlingen die van plan zijn van school af te gaan, over te halen een jaar langer op school te blijven en om precies te weten wat deze schoolverlaters na de grote vakantie gaan doen; 2. Matching-offensief: een arbeidsmarktaanpak om te zorgen dat jongeren meer dan evenredig aan bod komen bij het vervullen van openvallende vacatures bij bedrijven. De uitvoering hiervan ligt bij de Werkpleinplusvestigingen van het UWV WERKbedrijf en de gemeenten. Bijzondere aandacht gaat uit naar jongeren die al lang van school zijn, maar als gevolg van de crisis werkloos worden of zijn geworden. Voor deze groep is niet alleen bemiddeling een optie, maar ook scholing, bij voorkeur gericht op de vraag vanuit werkgevers; 3. Leerwerkbanen/stages: zorgen voor nieuwe plaatsen bij werkgevers voor schoolverlaters die langer dan drie maanden thuis zitten. Werkgevers zullen hiervoor actief benaderd worden. 4. Kansen voor kwetsbare jongeren: versterken van jongeren met een zwakkere arbeidsmarktpositie, zoals jongeren met een beperking, allochtonen, moeilijk lerenden en jongeren met een detentieachtergrond. In dit actieplan zijn bovenstaande actielijnen aangevuld met specifiek regionale arrangementen. De volgende partners hebben zich reeds verbonden aan de uitvoering van het actieplan: De gemeenten Alkmaar, Heerhugowaard, Den Helder en Hoorn, het UWV WERKbedrijf, werkgevers- en werknemersorganisaties, COLO, Clusius College, Horizon College, ROC Kop van Noord-Holland, Hogeschool INHolland, SPG-NH, Espeq, Tetrix, Installatiewerk, WNK bedrijven en het Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Noord-Holland Noord. Overige partners kunnen tijdens de projectperiode toetreden. De betrokken partijen hebben met elkaar afgesproken de doelstellingen en de daaruit volgende acties uit te werken in een samenhangend Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Noord-Holland Noord waarin ook bestaande regionale arbeidsmarktinitiatieven en lopende projecten op subregionaal niveau staan beschreven. Tijdens de Regiowerktop is door 240 aanwezigen – een mix van ondernemers, vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersverenigingen, onderwijsinstellingen en gemeenten - gediscussieerd over de invulling van het actieplan. De tijdens de regiowerktop ontstane ideeën en oplossingen zijn als input gebruikt voor dit actieplan.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
3.
Afbakening
De regio Noord-Holland Noord begint niet blanco op het gebied van regionale samenwerking. De regio wordt gekenmerkt door een grote samenwerkingsbereidheid. De afgelopen jaren is door de partners in de regio al een aantal gezamenlijke activiteiten ontplooid, die nu de basis vormen voor de uitvoering van het actieplan jeugdwerkgelegenheid. Er ligt al een uitgebreide samenwerkingsstructuur op het gebied van voorkomen van voortijdig schoolverlaten, jeugdzorg, mobiliteit en Leren & Werken. Ook is er een goede samenwerking opgebouwd met een aantal sectoren. Het actieplan richt zich op de regio Noord-Holland Noord. De regio Noord-Holland Noord bestaat uit de volgende deelregio’s: Noord-Kennemerland (Alkmaar, Bergen, Castricum, Graft-De Rijp, Heerhugowaard, Heiloo, Langedijk, Schermer). Alkmaar is coördinerende gemeente voor deze deelregio. West-Friesland (Andijk, Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede Broec, Wervershoof). Hoorn is coördinerende gemeente voor deze deelregio. Kop van Noord-Holland (Anna Paulowna, Den Helder, Harenkarspel, Niedorp, Schagen, Texel, Wieringen, Wieringermeer, Zijpe). Den Helder is coördinerende gemeente voor deze deelregio. Bovenstaande gemeenten hebben zich verbonden aan de raamwerkovereenkomst.
3.1
Doelgroep 18-27 jaar
De doelgroep waar dit actieplan betrekking op heeft is: jongeren van 18-27 jaar die niet naar school gaan of werken. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in: 1.1.1. jongeren die een opleiding afronden en/of de arbeidsmarkt op gaan of doorleren (wegens ongunstige perspectieven op de arbeidsmarkt); 1.1.2. jongeren die voortijdig de school hebben verlaten maar weer een opleiding willen volgen om hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten; 1.1.3. jongeren die werken en de kans hebben hun (leer)baan te verliezen; 1.1.4. jongeren die speciale aandacht/begeleiding nodig hebben om hun baan te verwerven of te behouden (kwetsbare jongeren).
3.2
Doelgroep 15-16-17 jaar
Het grootste deel van deze jongeren is niet actief op de arbeidsmarkt, maar volgt onderwijs. Tot het jaar waarin jongeren 18 worden geldt eerst de leer- en vervolgens de kwalificatieplicht. Van de jongeren in de leeftijdscategorie 15 tot en met 17 jaar volgt dan ook 98 procent een opleiding. De maatregelen van het kabinet richten zich dan ook niet primair op deze groep. In de regio NHN volgt een deel de doelgroep tot 17 jaar een BBL-opleiding via de regionale bedrijfsscholen. Door het teruglopende aantal BBL-plekken ontstaat ook hier een probleem. Er wordt getracht om –waar mogelijk- deze jongeren zoveel mogelijk in te schrijven in BOL-trajecten. Een goede afstemming en samenwerking tussen de ROC’s en de bedrijfsscholen is een voorwaarde. Voor de jongeren tot 17 jaar waar het volgens van een BOL-traject geen reële optie is, wordt in het kader van dit actieplan een oplossing gezocht. Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
4.
Definities
Regio Deelregio’s: EVC NWW
WWB WIJ Baan Stage Leerwerktraject
WEB BBL BOL
BPV
Traineebaan
Het jongerenloket
Het leerwerkloket
Noord-Holland Noord Noord-Kennemerland, West-Friesland en de Kop van Noord-Holland Ervaringscertificaat (geldt voor werkenden en werkzoekenden van 18 jaar en ouder) Niet-werkende werkzoekenden: Bij UWV-Werkbedrijf ingeschreven werkzoekenden van 15-64 jaar zonder werk of minder dan 12 uur per week werkzaam. Wet Werk & Bijstand Wet Investering Jongeren Reguliere arbeidsplaats op basis van een arbeidsovereenkomst. Werkervaringsplaats van bepaalde duur. Een arbeidsplaats die onderdeel vormt van een voorbereidende middelbare beroepsopleiding op basis van de Wet voortgezet onderwijs. Wet Educatie Beroepsonderwijs. Een beroepsbegeleidende leerweg, omvattend een praktijkdeel van 60% of meer van de studieduur. Een beroepsopleidende leerweg, omvattend een praktijkdeel van tenminste 20% en minder dan 60% van de studieduur. Beroepspraktijkvorming, dwz het praktijkdeel bij een door de kenniscentra erkend leerbedrijf als onderdeel van de BBL of BOL. Een werkervaringsplaats van een bepaalde duur (afhankelijk van de sector en het soort en niveau van de opleiding) waarbij de jongere in dienst is van de werkgever en er sprake is van tenminste 1 dag scholing. Het samenwerkingsverband tussen UWV Werkbedrijf, het ROC en de gemeenten. Het betreft de frontofficefunctie t.b.v. de backoffice van de partners. De schakelvoorziening tussen het aanbod van opleidingen en EVC-procedures van de onderwijsinstellingen en de vraag vanuit werkgevers, werknemers en werkzoekenden.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
5.
Uitgangspunten
De acties kennen de volgende uitgangspunten: De middelen van het actieplan zijn welbewust bedoeld voor het behouden, creëren en invullen van stage- of leerwerkplaatsen voor jongeren; 5.1 Leidend is de vraag vanuit de werkgevers: de aandacht gaat uit naar de sectoren die op termijn gekwalificeerd personeel nodig hebben; 5.2 Bij het creëren van mogelijkheden voor jongeren op de arbeidsmarkt wordt verdringing en oneerlijke concurrentie wordt zoveel mogelijk tegengegaan; 5.3 Middelen worden zoveel mogelijk in samenhang en gebundeld ingezet; 5.4 Vóór eind december 2011 dienen de aantallen behaald te zijn. Dat betekent dat de beoogde trajecten gestart zijn; 5.5 Waar relevant worden op regionaal niveau arrangementen afgesproken met werkgevers en/of sectoren. Idem op deelregionaal niveau. 5.6 De betrokken partijen hebben en houden hun eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden; 5.7 Partijen investeren in een duurzame infrastructuur door vanuit de reguliere werkzaamheden formatie uren beschikbaar te stellen om de samenwerking op te bouwen ten tijde van het project; 5.8 De samenwerkende partijen zijn zich bewust van hun eigen verantwoordelijkheid en vertalen dit in een proactieve houding; 5.9 De betrokken partijen voeren de concrete acties uit zoals afgesproken in het actieplan; 5.10 De betrokken partijen streven naar efficiency in de samenwerking; 5.11 Er wordt een structurele samenwerking op de werkvloer tussen verschillende partijen geëntameerd die ook na de crisis bruikbaar is; 5.12 Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van bestaande infrastructuren; 5.13 In de deelregio’s Noordkop, West Friesland en Noord Kennemerland hebben respectievelijk de gemeenten Den Helder, Hoorn en Alkmaar een coördinerende functie; 5.14 In principe nemen partijen de overhead ten gevolge van het actieplan voor eigen rekening, tenzij aantoonbaar is dat het een onevenredige hoeveelheid extra werk met zich meebrengt; 5.15 Partijen verplichten zich op de aangegeven termijnen (3x per jaar) de gevraagde gegevens aan te leveren. Daarbij wordt gebruikt gemaakt van de UWV WERKpleinregistratie (Sonar); 5.16 Er vindt een koppeling plaats met bestaande initiatieven waarbij succesvolle projecten worden uitgebreid met een doelgroep of een sector.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
6. Doelstellingen Per juni 2009 zijn ongeveer 1500 jongeren ingeschreven als werkzoekend bij het UWV Werkbedrijf (zie bijlage 1). De prognose van UWV WERKbedrijf geeft aan dat in 2010 de jeugdwerkloosheid oploopt tot 1700 personen. Hiervan heeft ongeveer de helft geen startkwalificatie. Het Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord heeft tot doel zoveel mogelijk jongeren te behouden en op te leiden voor de huidige en toekomstige arbeidsmarktvraag van werkgevers in de regio Noord-Holland Noord, met speciale aandacht voor de groep kwetsbare jongeren. Bij de bepaling van de doelstelling hebben we het aantal jongeren ingeschreven bij het UWV Werkplein van voor de crisis als vertrekpunt genomen. Het verschil tussen het aantal februari 2008 en nu bedraagt 500. Op basis van de huidige situatie van de arbeidsmarkt hebben de partijen in Noord-Holland Noord met elkaar afgesproken om in de periode van september 2009 tot en met december 2011 1500 extra plaatsen voor jongeren op de arbeidsmarkt te creëren waarvan een substantieel deel van de middelen op kwetsbare jongeren wordt ingezet. Daarbij richten we ons op alle jongeren in de regio die niet werken en niet leren. Er wordt gestreefd de volgende doelstellingen te realiseren: 2009 350 jongeren 2010 650 jongeren 2011 500 jongeren Over de verschillende categorieën streven we naar de onderstaande verdeling:
a b
c d
e f
Doelstelling Aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een baan Aantal jongeren met startkwalificatie (uitgesplitst naar niveau) geplaatst op een baan Aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan Aantal jongeren met startkwalificatie (uitgesplitst naar niveau) geplaatst op een leerwerkbaan Aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een stage Aantal jongeren met startkwalificatie geplaatst op een stage Totaal
2009- 2011 5% 20%
40% 20%
5% 10% 100%
De verhouding van het aantal bij het UWV Werkbedrijf ingeschreven werkzoekende jongeren tussen de regio’s Noord-Kennemerland, De Kop van Noord-Holland en West-Friesland is respectievelijk 45%, 30% en 25%. Dat is een richtlijn voor de percentages van de doelstelling die zij moeten halen.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
7.
Resultaten
Naast de concrete doelstellingen worden de volgende resultaten van het actieplan beoogd: 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
Werkgevers zijn zich bewust van de verwachte tekorten op de arbeidsmarkt; Werkgevers spannen zich structureel in om stage- en leerwerkplaatsen aan te bieden; Werkgevers én werknemers weten waar ze informatie kunnen krijgen over personeel en de opleidingsmogelijkheden in de regio; Werkgevers zetten zich in om eigen personeel (verder) te kwalificeren; Er bestaat een duurzame samenwerking tussen de drie O’s (ondernemers, onderwijs en overheid); Overheden en sectororganisaties vinden elkaar op basis van de inhoudelijke vraag vanuit de sectoren; Er bestaat een infrastructuur waarbij de samenwerkingspartners elkaar weten te vinden voor regionale arrangementen; Beroepsonderwijs kan flexibel/modulair inspelen op de scholingsvraag van het bedrijfsleven.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
8.
Realisatie
Om bovenstaande doelstellingen te realiseren worden de landelijke programmalijnen geconcretiseerd in regionale acties en arrangementen. Voor verschillende acties ontvangt een aantal regionale partners vanuit de Rijksmiddelen rechtstreeks financiering, b.v. de ROC’s, het UWV WERKbedrijf en COLO. Ook deze acties zijn opgenomen in dit regionaal plan omdat coördinatie, wisselwerking en versterking te bewerkstelligen. De in vet gedrukte organisaties zijn de issuehouders van de actie. 8.1 School Ex-programma Doel: Leerlingen langer op school houden of ze te volgen om ze snel te kunnen bemiddelen naar werk of een stage, leerwerk-, of traineebaan. Omschrijving: Aan het einde van het afgelopen schooljaar zijn jongeren die een MBOdiploma hebben ontvangen, gevraagd een zogenaamde diplomakaart in te vullen. Van het Clusius College heeft op dit moment 87% van de studenten een kaart ingevuld, van het ROC Horizon College 57% en van het ROC Kop van Noord Holland 54%. Aanvullende acties: 8.1.1 De ROC’s in de regio organiseren in augustus en september met exstudenten belacties waarbij alle jongeren die met een diploma het MBO hebben verlaten via een goed belscript benaderd worden. Dit belscript wordt met het UWV WERKbedrijf opgesteld. 8.1.2 Indien jongeren door willen leren, maar nog geen reëel toekomstbeeld hebben, volgt een persoonlijk gesprek met de DIA van het ROC/AOC. 8.1.3 Jongeren die zich nader willen oriënteren op een vervolgstudie kunnen gebruik maken van de door het ROC of AOC georganiseerde instroomactiviteiten. 8.1.4 De jongeren die niet door willen leren en na drie maanden geen werk hebben gevonden, worden door het UWV Werkbedrijf benaderd voor bemiddeling naar werk. 8.1.5 De onderwijsinstellingen, het COLO en het UWV Werkbedrijf zorgen voor een adequate informatie-uitwisseling zodat een helder en eenduidig beeld ontstaat van de jongeren die op zoek zijn naar een plaats op de arbeidsmarkt. 8.2 Matchingsoffensief Doel: Jongeren actief bemiddelen naar de openstaande vacatures van werkgevers. Omschrijving: Ondanks de crisis is er in bepaalde sectoren nog steeds vraag naar werknemers. Voor deze regio geldt dat voor de horeca, de zorg, het onderwijs of de agrarische sector. Het matchingsoffensief zorgt ervoor dat deze vacatures zoveel mogelijk worden opgevuld door jongeren.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Aanvullende acties: 8.2.1. Het UWV WERKbedrijf brengt de vraag van werkgevers en het aanbod en de kwaliteiten van jongeren bij elkaar. Extra aandacht gaat uit naar jongeren die al lang van school zijn, maar die als gevolg van de crisis werkloos worden. Voor deze groep is niet alleen bemiddeling een optie, maar ook scholing, bij voorkeur gericht op de vraag van werkgevers. 8.2.2 Als een jongere scholing nodig heeft legt het Leerwerkloket de verbinding naar het onderwijs. Voor jongeren met werkervaring kan via het Leerwerkloket een EVC-traject worden aangevraagd. 8.2.3 Werkgevers worden via de communicatiekanalen van de Kamer van Koophandel en de sociale partners benaderd om hun vacatures kenbaar te maken bij het UWV WERKbedrijf, die de jongeren actief bemiddelen naar de openstaande vacatures. 8.2.4 UWV WERKbedrijf richt voor diverse sectoren (o.a. techniek en zorg) brancheservicepunten op. 8.2.5 Hogeschool INHolland start in samenwerking met het UWV WERKbedrijf een pilot voor het gericht opleiden van (werkloze) werkzoekenden of met werkloosheid bedreigden richting de arbeidsmarkt (bijv. docenten). 8.2.6 COLO en UWV Werkbedrijf maken nadere afspraken over het invullen van stages en leerwerkbanen.
8.3 Leerwerkbanen/stages Doel: Behouden van leerwerkbanen en stages en zorgen voor nieuwe plaatsen bij werkgevers. Omschrijving: Werkgevers worden actief en gericht benaderd vanuit de kenniscentraverenigd in COLO- om stage- en leerwerkplaatsen beschikbaar te stellen. Aanvullende acties: 8.3.1 Leidend is de vraag vanuit de werkgevers en daarmee de kansen op de arbeidsmarkt voor de jongere. Gemeenten werken samen met COLO, de kamer van Koophandel, UWV WERKbedrijf en WNK bedrijven aan een gecoördineerde werkgeversbenadering via een werkgeversservicepunt. 8.3.2 Vanuit het Leerwerkloket worden werkgevers benaderd om stages- en leerwerkbanen beschikbaar te stellen. Het leerwerkloket zorgt voor de juiste routing richting de kenniscentra en onderwijsinstellingen. 8.3.3 De Kamer van Koophandel zet in samenwerking met de ROC’s en Kenniscentra in de regio een stagecoördinatiepunt op. 8.3.4 Werkgevers worden via de communicatiekanalen van de Kamer van Koophandel en de sociale partners benaderd om hun leerbanen en stages kenbaar te maken bij het UWV WERKbedrijf.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
8.3.5 Hogeschool INHolland benadert gemeenten en andere grote werkgevers, zoals in de zakelijke dienstverlening voor stages en traineeships voor HBO-ers en - afgestudeerden. 8.3.6 Gemeenten zijn belangrijke opdrachtgevers, vooral in de sectoren bouw, infrastructuur en onderhoud, groenvoorziening, schoonmaak en catering. Om de inzet van BBL-leerlingen mogelijk te maken wordt het Sociaal Profijtbeginsel geïntroduceerd. Gemeenten nemen hiervoor in de gunningmatrix een clausule in het bestek op. 8.3.7 Gemeenten zijn ook werkgevers. Via het mobiliteitscentrum gemeenten Noord-Holland Noord (www.werkeninnoordhollandnoord.nl) worden de stages- en leerwerkbanen bij gemeenten kenbaar gemaakt. 8.3.8 De stichting AN initieert in samenwerking met de werkgevers en opleidingsbedrijven in de metaal een Werkbedrijf MEI/Talent in Techniek om leerlingen te behouden voor de techniek. 8.3.9 De werkgevers in de zorg breiden het aantal leerafdelingen uit, zodat er meer stage- en opleidingscapaciteit beschikbaar is. Tevens worden coaches opgeleid om jongeren te begeleiden. 8.3.10 Het Clusius College introduceert een carrousselmodel waarbij jongeren in de agrarische sector werkervaring op kunnen doen. Hierbij wordt nauw samengewerkt met UWV WERKbedrijf. 8.3.11 LTO Noord realiseert in samenwerking met UWV WERKbedrijf leermeester/gezelplekken in de agrarische sector. 8.3.12 Espeq en SPG-NH zorgen voor het behoud van de opleidingscapaciteit voor een aantal leerlingen in de bouw en infra. Tevens stimuleren zij uitbreiding van aantal leerlingbouwplaatsen in de bouw en infra. 8.3.13 Tetrix bedrijfsopleidingen en opleidingsbedrijf Installatiewerk NH zorgen voor het behoud van de opleidingscapaciteit voor een aantal leerlingen in de metaal- en installatietechniek (bijv. bij de marine). 8.3.14 De Kamer van Koophandel, het Ontwikkelingsbedrijf NHN, het Technocentrum en Hogeschool INHolland starten een Taskforce Techniek Arbeidsmarkt en Onderwijs op om de activiteiten die op het gebied van de aansluiting arbeidsmarkt-onderwijs in de techniek te clusteren en te versterken. 8.3.15 Het RPA-NHN stelt een ambassadeursteam in voor het behoud en opleiden van jongeren voor de arbeidsmarkt. De ambassadeurs vertegenwoordigen sectoren die nu of in de toekomst gekwalificeerd personeel nodig hebben. (zie bijlage)
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
8.4 Kansen voor kwetsbare jongeren Doel: Versterken van de arbeidsmarktpositie van kwetsbare jongeren, met specifieke aandacht voor de groep allochtone jongeren. Omschrijving: Kwetsbare jongeren hebben extra coaching en begeleiding nodig om een plek te ‘veroveren’ en te behouden op de arbeidsmarkt. Zij zijn het die als eerste hun baan verliezen. Hierbij gaat het om voortijdig schoolverlaters, allochtonen, jongeren zonder startkwalificatie en jongeren met een detentieachtergrond. Aanvullende acties: 8.4.1 Om de extra instroom van kwetsbare jongeren op te vangen worden de jongerenloketten op de werkpleinen uitgebreid. 8.4.2 Jongeren zonder startkwalificatie worden door het RMC benaderd om middels stages of leerwerktrajecten met coaching en begeleiding hun arbeidsmarktpositie te versterken. 8.4.3 VSO-PRO-scholen starten in samenwerking met het COLO een leerbanenoffensief voor leerlingen van de praktijkschool. 8.4.4 Jongeren met meervoudige problematiek (verslaving, schulden, detentieverleden, etc.) worden door de gemeente geplaatst in een voorschakeltraject met extra coaching en begeleiding om daarna in een BBL-traject bij werkgevers geplaatst te worden. Mogelijkheden hiervoor zijn: WNK bedrijven, projectencentrum ROC Kop van Noord-Holland, stichting Herstelling, restaurant 51, instroomklas Horizon College, carousselmodel Clusius College, Talentbanen gemeente Hoorn, Alkmaar Winkelstad en project Supporters voor Supporters in samenwerking met AZ. In genoemde projecten is de jeugdzorg nauw betrokken.
8.5 Regionale arrangementen Doel: Behoud en instroom van jongeren voor (economisch belangrijke) sectoren die nu of in de toekomst moeite hebben of krijgen met het vinden van voldoende gekwalificeerd personeel. Omschrijving: Alhoewel er nu in bepaalde sectoren een overschot is aan personeel, zal het vervangingsvraagstuk in verschillende sectoren bij een aantrekkende economie voor problemen zorgen. Daarnaast vertrekken veel hoger opgeleiden naar de Randstad. In Noord-Holland Noord zijn nu of binnen afzienbare tijd tekorten te verwachten in de agrarische sector, bouw, metaal- en installatietechniek, onderwijs, overheid (gemeenten als werkgever) en de sector zorg en welzijn.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Acties: In genoemde sectoren worden regionale arrangementen ontwikkeld en ondersteund. Er worden middelen beschikbaar gesteld voor werkgevers of samenwerkingsverbanden van werkgevers die een leerwerkbaan met baanzekerheid kunnen aanbieden. De middelen zijn gelabeld aan de jongere die geplaatst wordt, afhankelijk van zijn of haar leeftijd en situatie. Enkele arrangementen worden genoemd bij de leerwerkbanen/stages, zoals behoud leerlingen in bouw, infra en metaal – en installatietechniek. Voorwaarden zijn in ieder geval: Er is een samenwerking tussen werkgevers-(organisaties), een ROC, een kenniscentrum en gemeenten/UWV WERKbedrijf; Waar mogelijk worden jongeren van een BBL-traject toegeleid naar een BOL-traject en worden tussen het ROC en de bedrijfsscholen afspraken gemaakt over de praktijkopleiding; Er is vooruitzicht op een baan (baanzekerheid); Er wordt een percentage kwetsbare jongeren geplaatst. Bij de vergoeding van de kosten levensonderhoud door de gemeenten zijn de normen en de voorwaarden zoals die gelden in de Wet Investeren in Jongeren leidend. De overige voorwaarden worden in nader overleg met de partners uitgewerkt. Daar waar mogelijk wordt aangesloten op de landelijke afspraken, waarvan de uitvoering in de regio plaatsvindt.
8.6 Individuele werkgevers Ook bij individuele werkgevers kunnen extra leerwerkbanen en stages worden gecreëerd. De werkgever die hiertoe bereid is, neemt contact op met zijn gemeente en maakt concrete afspraken. Hierbij is het van belang om maatwerk te leveren. Voorwaarden zijn in ieder geval: Bij de vergoeding van de kosten levensonderhoud door de gemeenten zijn de normen en de voorwaarden zoals die gelden in de Wet Investeren in Jongeren leidend. De arbeidsovereenkomst is minimaal 1 jaar; Er is vooruitzicht op een baan (baanzekerheid); De werkgever kan de jongere scholingsmogelijkheden bieden, deze kosten –gebonden aan een maximum bedrag- worden vergoed uit het actieplan.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
9. Financiën In 2009 ontvangt de regio Noord Holland Noord € 2,1 miljoen (van de € 60 miljoen landelijk) van de Rijksoverheid. Dit bedrag is gebaseerd op het aantal jongeren ingeschreven als NWW en het aantal voortijdig schoolverlaters. Alkmaar ontvangt als gemeente met een UWV Werkbedrijf +vestiging deze middelen. Voor 2010 wordt € 70 miljoen verdeeld over de regio’s op basis van de prestaties gerealiseerd in 2009. Dat betekent dat het van groot belang is dat er goede samenwerkingsafspraken gemaakt worden. 9.1 Middelen aanpak jeugdwerkloosheid = matchingfonds 1+1=3 Voor de aanpak van de jeugdwerkloosheid in deze regio dragen alle partijen –naar vermogen- hun financiële steentje bij. Dat betekent dat gemeente vanuit het I-deel WWB of de WIJ voor de kosten levensonderhoud, bijzondere bijstand, het participatiebudget of door de gemeenteraad gereserveerde middelen een bijdrage leveren. De werkgevers vanuit de O&O fondsen waar mogelijk de opleidingskosten en een deel van de loonkosten of stagevergoedingen voor hun rekening nemen en het UWV-werkbedrijf WW-gelden en IRO-gelden inzet. Indien een gemeente een bijdrage levert aan de kosten levensonderhoud is zij gebonden aan de wettelijk geldende normen (zie bijlage 3). De provincie NoordHolland en de Stichting Arbeidsmarkt Noord-Holland (STAN) leveren ook een financiële bijdrage met name voor het onderdeel jongeren en techniek. 9.2 Wet Investeren in Jongeren (WIJ) De WIJ is voor gemeenten een belangrijk instrument in het bestrijden van de jeugdwerkloosheid. Op 1 oktober 2009 wordt wet ingevoerd. Tot de doelgroep behoren alle jongeren van 18 tot 27 jaar die niet leren en niet werken en zich om die reden tot de gemeente wenden voor ondersteuning. De gemeente heeft de verplichting om jongeren een baan, een opleiding of een combinatie van leren en werken aan te bieden. Ook wordt aan de alleenstaande ouder tot 27 jaar met ten laste komende kinderen jonger dan vijf jaar desgevraagd een werkleeraanbod inhoudende scholing gedaan. Er vindt afstemming van rechten en plichten plaats tussen de WWB en het werkleeraanbod. Bij het recht op werkleeraanbod geldt een uitzondering voor een kleine groep 16- en 17-jarige jongeren. Het gaat om de situatie waarin jongeren al voor hun 18de verjaardag de startkwalificatie behalen, of op grond van de Leerplichtwet vrijgesteld zijn van de kwalificatieplicht, tenzij zij op een andere regeling aanspraak kunnen maken, bv. de Wajong. Zij hebben geen recht op een inkomensvoorziening. Ook jongeren die op de WSW wachtlijst staan komen in aanmerking. 9.3 Verdeelsleutel De doelstelling is om zoveel mogelijk jongeren een plek of perspectief op de arbeidsmarkt te geven. Het ministerie SZW heeft daarvoor de doelgroepen a t/m f geformuleerd. Op individueel wordt een traject richting arbeidmarkt en/of onderwijs gerealiseerd waarbij middelen uit het actieplan worden ingezet, maar ook middelen van de gemeenten, onderwijs en werkgevers worden ingebracht (zie 9.1). Een belangrijk onderdeel van de verdeelsleutel zijn de kosten levensonderhoud of een stagevergoeding. Voorgesteld wordt om hiervoor een verdeling 1/3 werkgever, 1/3 gemeenten en 1/3 actieplan te hanteren. De 1/3 gemeenten en 1/3 actieplan worden verstrekt op basis van de wettelijk geldende normen conform de Wet Investering Jongeren die per 1 oktober 2009 ingaat.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
9.4 Discrepantie wettelijke normen WIJ en CAO-lonen Jongeren die bij een werkgever geplaatst worden in een leerwerkbaan hebben recht op een CAO-loon. Indien de werkgever gebruik wil maken van de gemeentelijke middelen voor kosten levensonderhoud conform bovengenoemde verdeelsleutel, is het wettelijk toetsingskader en de wettelijke normen in de WIJ bepalend.
Doelgroep
Bijdrage Gemeente
a
Jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een baan
Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing
b
Jongeren met startkwalificatie (uitgesplitst naar niveau) geplaatst op een baan Jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een leerwerkbaan
Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing Kosten levensonderhoud (individueel bepaald) Kosten scholing
c
d
e
f
Jongeren met startkwalificatie (uitgesplitst naar niveau) geplaatst op een leerwerkbaan Jongeren zonder startkwalificatie dat is geplaatst op een stage Jongeren met startkwalificatie dat is geplaatst op een stage
Bijdrage Werkgever en O&O fondsen Kosten levenonderhoud Kosten begeleiding
Bijdrage Actieplan Kosten levensonderhoud Kosten scholing tot niveau startkwalificatie
Kosten levensonderhoud Kosten begeleiding
Kosten levensonderhoud Kosten aanvullende scholing
Kosten levensonderhoud Kosten begeleiding
Kosten scholing tot niveau startkwalificatie
Kosten levensonderhoud Kosten begeleiding
Kosten aanvullende scholing
Kosten stagevergoeding Kosten begeleiding
Kosten scholing
Kosten stagevergoeding Kosten begeleiding
Kosten scholing
9.5 Uitvoering Iedere gemeente –eventueel in samenspraak met het UWV WERKbedrijf of het Jongerenloket- is zelf verantwoordelijk voor de organisatie het aanbod conform de doelgroepen a t/m f. Zij kan hierbij gebruik maken van de coördinerende gemeente in de regio (Alkmaar, Den Helder en Hoorn). De gemeenten kennen de lokale arbeidsmarkt en hebben contacten met de jongeren en de lokale werkgevers. Daarnaast is de individuele gemeente verantwoordelijk voor een eventuele toekenning kosten levensonderhoud in het kader van de Wet Investering Jongeren. Achteraf wordt op BSN-nummer afgerekend met de gemeente Alkmaar conform de vastgestelde verdeelsleutel, Den Helder en Hoorn vervullen hierbij een coördinerende rol. Er kan door de gemeenten ook gebruik worden gemaakt van de regionale arrangementen die worden afgesproken.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
9.6 Verantwoording Ieder tertaal (eens in de vier maanden) moet verantwoording aan het ministerie van SZW worden afgelegd over de resultaten. Deze verantwoordingssystematiek loopt parallel aan de gemeentelijke rapportages. Gemeenten rapporteren hun resultaten aan de coördinerende gemeente in hun deelregio inzake de doelgroepen a t/m f, conform de verdeelsleutel geformuleerd bij 9.3. De gemeente Alkmaar legt vervolgens verantwoording af aan het bestuurlijk wethoudersoverleg, de stuurgroep RPA-NHN en het ministerie SZW. 9.7 Jongeren Centraal Voor de registratie van de jongeren wordt gebruik gemaakt van de registratiestool Jongeren Centraal van IPCT omdat reeds een aantal gemeenten, de RMC, het ROC en het UWV Werkbedrijf gebruik maken van deze applicatie. 9.8 ESF aanvraag De middelen beschikbaar gesteld door het kabinet voor de aanpak jeugdwerkloosheid zijn tijdelijke gelden. Via een ESF-aanvraag is het mogelijk het budget met 40% te verhogen, zeker ook voor de periode na 2011 lijkt dit vanuit financieel oogpunt noodzakelijk. Het kabinet is in overleg met Brussel om een specifieke actie gericht op jeugdwerkeloosheid op te zetten. De aanvraagtermijn start waarschijnlijk in november 2009. De middelen uit het actieplan, het participatiebudget en door samenwerkingspartners beschikbaar gesteld geld kunnen worden ingezet ter cofinanciering (60%). De regio NHN heeft in het verleden eerder een ESF-aanvraag gedaan, met wisselend succes. Met name de verantwoording achterafgaf de nodige problemen. Bij een eventuele nieuwe ESF-aanvraag moeten er vooraf sluitende afspraken worden gemaakt zodat alle gemeenten kunnen voldoen aan het stringente verantwoordingsregiem. 9.9 Organisatiekosten De gemeente Alkmaar is door het ministerie van SZW belast met de coördinatie en verantwoording. De inschatting is dit op jaarbasis ongeveer 0,5 fte projectleiding kost. Voor de registratie, verantwoording en communicatie wordt geschat dat er 0,3 fte mee gemoeid is. Hiervoor wordt een trainee aangetrokken. Het RPA-NHN is verantwoordelijk voor de bestuurlijke organisatie en afstemming, geschat wordt dat dit 0,2 fte kost. Voor coördinatie op deelregionaal niveau zijn –indien noodzakelijkmiddelen beschikbaar, maximaal 0,2 fte per deelregio. Voor de mogelijke aanvraag ESF wordt extra ondersteuning aangetrokken.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
10.
Organisatie
Leidend motief bij de aanpak is ‘doen’: partijen zijn zich ervan bewust dat de relatief ambitieuze doelstellingen vragen om een hands-on werkwijze. Dit impliceert dat partijen niet verzanden in structuur-, vorm- en zeggenschapsdiscussies wensen bezig te houden. Daarbij zijn belangrijke uitgangspunten: gelijkwaardigheid van partijen, mandaten vooraf geregeld, evenredige inbreng (personeel, materieel, facilitair, e.d.) en inzet, transparantie en ontschotting in uitvoering, delen van resultaten en successen, gezamenlijk extern optreden (o.a. in publiciteit) met gecoördineerde woordvoering gezamenlijke verantwoordelijkheid voor resultaten. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de coördinatie van het actieplan bij de gemeente met een UWV+ vestiging gelegd. In de regio NHN is dit de gemeente Alkmaar. Om tot een goede en slagvaardige uitvoeringsorganisatie te komen wordt de volgende structuur ingericht: Gremium Stuurgroep RPA-NHN bestaande uit vertegenwoordigers van het onderwijs, werkgevers, UWV Werkbedrijf, de gemeenten Alkmaar en Heerhugowaard. Bestuurlijk overleg wethouders Alkmaar, Hoorn, Heerhugowaard en Den Helder Projectgroep aanpak Jeugdwerkloosheid bestaande uit Ambtelijke vertegenwoordigers van de gemeenten Alkmaar, Heerhugowaard, Den Helder en Hoorn, vertegenwoordigers van de UWV Werkpleinen in de regio, de Kamer van Koophandel, het MBO, het COLO en het RPA-NHN Lokale of deelregionale werkgroepen Jeugdwerkloosheid
Verantwoordelijkheid bestuurlijke afstemming tussen de partners nemen van bestuurlijke besluiten
Gemeente Alkmaar
Gemeenten Alkmaar, Hoorn, Den Helder
coördinatie bewaken financiële verantwoording voorbereiden stuurgroepvergaderingen onderdeel actie input, communicatie en terugkoppeling vanuit de desbetreffende regio afspraken maken over arrangementen in de deelregio’s
ontwikkelen en uitvoeren van lokale arrangementen afspraken maken met vestigingen UWV Werkbedrijf/Jongerenloket afspraken maken met onderwijsinstellingen coördinatie bewaken financiële verantwoording tertale verantwoording aan het ministerie SZW coördineren, informeren en adviseren gemeenten in de betreffende subregio’s
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
11. Verankering Het Actieplan Jeugdwerkgelegenheid fungeert als een soort vliegwiel en is erop gericht een structurele samenwerking in de regio tot stand te brengen tussen de drie O’s (ondernemers, onderwijs en overheid). De partijen die zich hebben verbonden aan het actieplan spelen hierbij een cruciale rol. Zij zijn het die na het behalen van de doelstellingen de samenwerking in stand houden en de relatie blijven onderhouden naar de werkgevers. Belangrijke partijen die een rol spelen bij verankering van de doelstellingen zijn het UWV WERKbedrijf (mobiliteitscentra en leerwerkloket), de gemeenten (jongerenloketten), de Kenniscentra, de beroepsonderwijsinstellingen, de bedrijfsopleidingen, de Kamer van Koophandel en de werkgevers- en werknemersorganisaties. 12.
Communicatie
Voor de uitvoering van het Actieplan Jeugdwerkgelegenheid wordt zowel voor jongeren, werkgevers, partners als gemeenten een communicatieplan opgesteld. Daarbij zijn interactieve instrumenten gericht op jongeren van groot belang voor een duurzaam resultaat.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Bijlage 1: Arbeidsmarktinformatie Ontwikkeling jeugdwerkloosheid Noord-Holland Noord Het aantal niet werkende werkzoekende jongeren in de arbeidsmarktregio NoordHolland Noord bedraagt eind mei 1404 jongeren. Ten opzichte van een jaar eerder is dit een toename van 50%. Dat is iets meer dan de landelijke toename van 48%. De toename is vooral groot bij jonge mannen (+82%) en bij de mbo-ers (+117%) en de hoger opgeleiden (+226%). De instroom van jongeren in de maand mei bedraagt 281 personen. Dat is 36% meer dan een jaar eerder. De prognose van het UWV WERKbedrijf geeft aan dat in 2010 de jeugdwerkloosheid zal oplopen tot 1700 personen. Ondanks de toename van de werkloosheid onder de mbo-jongeren staan de meeste jongeren ingeschreven voor de elementaire beroepen (beroepen waar geen specifieke opleidingseisen worden gesteld), de lagere administratieve en commerciële beroepen, gevolgd door middelbare administratieve en commerciële beroepen en de lagere technische beroepen. Cijfers mei 2009 NWW Jongeren per gemeente Totaal Noord-Kennemerland Alkmaar Bergen NH Castricum Graft-De Rijp Heerhugowaard Heiloo Langedijk Schermer West Friesland Andijk Drechterland Enkhuizen Hoorn Koggenland Medemblik Opmeer Stede Broec Wervershoof Kop van NH Anna Paulowna Den Helder Harenkarspel Niedorp Schagen Texel Wieringen Wieringermeer Zijpe
Totaal
16 - 17 jaar
18 - 27 jaar
1404
69
1335
344 43 31 7 124 22 59 12
5 4 2 0 2 0 4 0
339 39 29 7 122 22 55 12
6 13 30 194 19 49 5 22 9
0 1 2 12 0 1 1 2 1
6 12 28 182 19 48 4 20 8
30 257 14 17 37 12 9 25 14
0 22 1 2 2 0 1 1 3
30 235 13 15 35 12 8 24 11
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Daling openstaande vacatures Eind mei stonden bij het UWV WERKbedrijf in de arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord 1.495 openstaande vacatures geregistreerd. Een jaar eerder waren dat er 2.222 (daling van 33%). In vergelijking met april is het aantal openstaande vacatures gedaald met 6%. De top 3 van de openstaande vacatures zijn de productiemedewerkers, de medewerkers bediening horeca en de schoonmakers. De arbeidsmarkt in de regio Noord-Holland Noord wordt als ruim gekarakteriseerd. Er zijn verhoudingsgewijs veel direct beschikbare werkzoekenden ten opzichte van het aantal openstaande vacatures. Voor de beroepsgroep middelbare electrotechnische beroepen, zoals de monteur elektrotechnische panelen geldt echter dat de arbeidsmarkt krap is. Voor deze vacatures zijn weinig werkzoekenden beschikbaar. Aantal deelnemers BBL- en BOL-opleidingen Het totaal aantal deelnemers aan BBL (BeroepsBegeleidende Leerweg) én BOL (Beroeps Opleidende Leerweg) -opleidingen in het jaar 2008-2009 is in NoordHolland Noord 19.252 leerlingen, dit zijn 7240 BBL-leerlingen en 12012 BOLleerlingen. Discrepanties regionale arbeidsmarkt op de middellange termijn Vraagzijde • In een aantal sectoren (zoals bouw en installatie, horeca/ toerisme, onderwijs en zorg) is nu al sprake van een uitbreidingsvraag die de komende jaren verder zal toenemen; • Op middellange termijn is een extra grote vervangingsvraag te voorzien als gevolg van de vergrijzing. Dat probleem doet zich in principe in alle onderzochte sectoren voor, maar in versterkte mate in de publieke sector; • Er is sprake van een toenemende behoefte aan hoger en een afnemende behoefte aan lager opgeleid personeel. Aanbodzijde Belangrijkste bron om in de uitbreidings- en vervangingsvraag te voorzien zijn gediplomeerde schoolverlaters. Knelpunten zijn: • De ontgroening op de langere termijn; • De gelijkblijvende dan wel afnemende instroom in de beroepsopleidingen; • Voortijdig schoolverlaten op het VMBO en de eerste jaren in het MBO; • Onvoldoende doorstroom binnen de keten van het beroepsonderwijs; • Onvoldoende betrokkenheid van het bedrijfsleven bij het beroepsonderwijs (zich onder meer uitend in een ontoereikend aantal stageplaatsen). Confrontatie vraag en aanbod Momenteel bestaan in Noord-Holland Noord al tekorten aan sommige beroepen (bijvoorbeeld een aantal specialistische zorgberoepen, een aantal technische beroepen en bepaalde vakken in het (beroeps)onderwijs. Over de hele linie beschouwd zijn de tekorten aan gekwalificeerd personeel in Noord-Holland Noord groot. Dat zal in de periode vanaf 2010 - bij een verder aantrekkende economie – nog sterker gevoeld worden. Binnen een aantal sectoren is sprake van een toenemende behoefte aan (hoger) gekwalificeerd personeel. De mate waarin verschilt van sector tot sector.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Bijlage 2 Feiten & cijfers voortijdig schoolverlaten Noord-Holland Noord legenda VO MBO
Totaal De cijfers voor schooljaar 2007/2008 zijn voorlopig.
Kop van Noord-Holland Aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 VO: 216 | MBO: 433
649
VO: 152 | MBO: 363
515
VO: 134 | MBO: 393
527
VO: 194 | MBO: 390
584
2006/2007 2007/2008
ambitie 07/08
Percentage nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 4.7%
VO: 2.3% | MBO: 10.3%
2006/2007 VO: 1.6% | MBO: 8.7%
3.8%
VO: 1.4% | MBO: 9.3%
3.8%
2007/2008
Aantal onderwijsdeelnemers 2005/2006 VO: 9.519 | MBO: 4.188
13.707
VO: 9.542 | MBO: 4.164
13.706
VO: 9.595 | MBO: 4.247
13.842
2006/2007 2007/2008
Noord-Kennemerland Aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 VO: 353 | MBO: 665
1.018
VO: 302 | MBO: 645
947
VO: 258 | MBO: 654
912
VO: 318 | MBO: 599
917
2006/2007 2007/2008
ambitie 07/08
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Percentage nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 4.7%
VO: 2.2% | MBO: 11.6%
2006/2007 VO: 1.9% | MBO: 11.1%
4.4%
VO: 1.6% | MBO: 11.0%
4.2%
2007/2008
Aantal onderwijsdeelnemers 2005/2006 VO: 15.857 | MBO: 5.742
21.599
VO: 15.804 | MBO: 5.785
21.589
VO: 15.899 | MBO: 5.940
21.839
2006/2007 2007/2008
West-Friesland Aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 VO: 234 | MBO: 536
770
VO: 229 | MBO: 529
758
VO: 166 | MBO: 530
696
VO: 211 | MBO: 482
693
2006/2007 2007/2008
ambitie 07/08
Percentage nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005/2006 4.5%
VO: 1.9% | MBO: 11.0%
2006/2007 VO: 1.9% | MBO: 10.7%
4.4%
VO: 1.3% | MBO: 10.4%
4.0%
2007/2008
Aantal onderwijsdeelnemers 2005/2006 VO: 12.106 | MBO: 4.869
16.975
VO: 12.330 | MBO: 4.959
17.289
VO: 12.419 | MBO: 5.080
17.499
2006/2007 2007/2008
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Bijlage 3: Normen Wet Investeren in Jongeren - alleenstaanden
€
223,74
- gehuwden; beide echtgenoten 18, 19 of 20 jaar
€
447,48
- gehuwden; één echtgenoot 21 jaar of ouder
€
871,28
- alleenstaande ouder
€
482,75
- gehuwden; beide echtgenoten 18, 19 of 20 jaar
€
706,49
- gehuwden; één echtgenoot 21 jaar of ouder
€
1.130,29
- alleenstaande
€
647,54
- alleenstaande ouder
€
906,55
- gehuwden
€
1.295,07
Maximale toeslag (ingeval van zelfstandige huisvesting)
€
259,01
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Bijlage 4: Ambassadeursteam jeugdwerkgelegenheid in Noord-Holland Noord Wat gaan de ambassadeurs doen? De ambassadeurs zullen werkgevers ervan bewust maken dat stages en leerbanen hard nodig zijn om de jongeren te behouden voor de regionale arbeidsmarkt. Daarnaast zullen zij jongeren bewust maken van hun huidige en toekomstige kansen op de arbeidsmarkt. De ambassadeurs kunnen worden benaderd voor interviews, communicatie-activiteiten en als vertegenwoordiger van de regio bij regionale en landelijke activiteiten. Aanvoerders: 1.
Mevrouw ir. A. (Rian) van Dam, wethouder van de gemeente Alkmaar en voorzitter van het RPA-NHN Rian van Dam maakt zich sterk voor het bestrijden van de jeugdwerkloosheid in de regio. In de regio Alkmaar loopt de jeugdwerkloosheid sneller op dan in de rest van de regio. Op initiatief van Rian van Dam is in een vroeg stadium gestart met de overleggen met de partners over de gevolgen van de kredietcrisis. De gemeente Alkmaar is als gemeente met de enige plusvestiging van het UWV WERKbedrijf in de regio, door het Rijk aangewezen om samen met de partners in de regio Noord-Holland Noord een plan in te dienen.
2.
De heer J.W. (Jan-Willem) de Boer, wethouder van de gemeente Heerhugowaard en vice-voorzitter RPA-NHN Jan Willem de Boer voert samen met Rian van Dam het regionale team aan. Jan Willem zet zich vooral in voor het behoud van (hoger) opgeleiden in de regio. De samenwerking tussen de gemeente Alkmaar en Heerhugowaard is op het gebied van de arbeidsmarkt goed.
Teamleden: 1.
Mevrouw N. (Nel) Hoogvorst, bestuurslid Woonzorggroep Samen Schagen Woonzorggroep Samen biedt zorg in en rond twintig locaties in zeven gemeenten in de Kop van Noord-Holland. Uit de arbeidsmarktverkenning zorg & welzijn Noord-Holland Noord die het RPA-NHN in 2008 heeft laten uitvoeren blijkt dat het tekort aan gekwalificeerd personeel in de zorg toeneemt. Dit tekort manifesteert zich vooral op niveau 3, een niveau waar het merendeel van de werkzoekenden in de regio niet aan kunnen voldoen. Mevrouw Harteveld zet zich in (onder facilitering van het RPA-NHN) voor een gezamenlijke aanpak van werkgevers. De mogelijkheid om meer jongeren op te leiden in de zorg worden door het instellen van leerafdelingen en coachingsprojecten steeds meer uitgebreid.
2.
Mevrouw M. (Margreet) Westerbeek secretaris Metaalunie NH Omdat de metaal één van de sectoren is die het meest geraakt wordt door de crisis, heeft de Metaalunie samen met een aantal partners een model ontwikkeld om jongeren te behouden voor de sector (MEI/Talent in Techniek). Dit is één van de regionale arrangementen die ondersteund worden door het actieplan. Er wordt hierbij ook een beroep gedaan op financiering van de gemeenten en UWV.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
3.
De heer B. (Ben) van Beurten, chef-kok restaurant 51 Den Helder Ben van Beurten is een topkok en samen met Jamie Oliver initiator van restaurant Fifteen in Amsterdam. Ben zet nu in samenwerking met een horeca-ondernemer uit Den Helder eenzelfde soort restaurant in Den Helder op (restaurant 51), waarbij jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt (ook met een detentie-verleden) worden opgeleid tot kok of gastheer/vrouw. Er is hierin een nauwe samenwerking met het UWV WERKbedrijf, de gemeenten en een ROC. Het restaurant wordt nu verbouwd en zal in het najaar de eerste opleidingen starten.
4.
De heer R. (Remon) Buijtendijk, voorzitter Jongerenraad Alkmaar De jongerenraad Alkmaar zet zich in om jongeren gerichter en op een meer aansprekende manier te betrekken bij de politiek. Zij sluiten aan bij actuele onderwerpen die spelen in de gemeente. De jeugdwerkloosheid is daar één van. De jongerenraad is een enthousiaste groep jongeren die open staat voor nieuwe ideeën.
5.
De heer G. (Gijs) Schot, eigenaar Schot BV, voorzitter Ondernemend Alkmaar Gijs Schot is een vooraanstaand ondernemer in Alkmaar. De firma Schot is ooit begonnen met het afgraven van zand en het transport daarvan ten behoeve van de wegenbouw. Schot Alkmaar Holding b.v. heeft nu vijf werkmaatschappijen en houdt zich bezig met aan-/verkoop en verhuur van onroerend goed, facilitaire ondersteuning en administratieve controling. Naast zijn bedrijf is Gijs Schot voorzitter van Ondernemend Alkmaar, de koepel van de ondernemersverenigingen in Alkmaar.
6.
De heer G. (Gerrit) Valk, voorzitter Kamer van Koophandel Noordwest Holland: Gerrit Valk is voorzitter van de KvK per 1 juli 2008. Gerrit Valk is geboren in Gorinchem maar woont sinds zijn derde in Alkmaar. De heer Valk begon zijn loopbaan als directeur van het Regionaal Archief Alkmaar, van 19892002 was hij lid van de Tweede Kamer. In de provincie Noord-Holland is hij op verschillende gebieden actief betrokken. De Kamer van Koophandel is actief betrokken bij het actieplan en houdt zich bezig met vraaggestuurde personeelsvoorziening in een aantal regionale speerpuntsectoren.
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord
Raamwerkovereenkomst Actieplan Jeugdwerkgelegenheid Noord-Holland Noord