Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning
“Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Vastgesteld door B&W op: 22 december 2015
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
“Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
“Ik zorg voor een ander, wie ondersteunt mij?”
Gemeente Heerenveen
Pagina 2
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
VOORWOORD Een mantelzorger kiest er niet voor om te gaan zorgen, het overkomt hen en het wordt een vanzelfsprekendheid. Hun partner, kind of ouder, de buren of vrienden hebben hulp nodig en die wordt gegeven. Mantelzorgers doen dat niet beroepsmatig, er is een band tussen de verzorgde en de mantelzorger. In de gemeente Heerenveen wonen bij benadering zo’n 6000 mantelzorgers van 19 jaar en ouder, die langdurig en intensief hulp verlenen. Voor u ligt het nieuwe uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning van de gemeente Heerenveen. Iedereen doet wel eens iets voor een ander. Dat vinden we heel normaal, maar er zijn ook mensen die dag in dag uit zorgen voor een ander. Mantelzorg staat mijns inziens voor een aantal belangrijke waarden in de samenleving: medemenselijkheid, solidariteit met minder gezonde familieleden en buren, mensen die verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en hun omgeving. Sinds het in werking treden van de ‘Wet maatschappelijke ondersteuning’ zijn we als gemeente verantwoordelijk voor de ondersteuning van onze inwoners. Daarin werken we samen met de inwoners, zorgaanbieders en belangenvertegenwoordigers. Met deze nota verwoorden we welke ondersteuning we aan deze mensen willen geven, zodat hun energie, hun inzet voor de maatschappij ten volste tot zijn recht komt. Voor mantelzorgers geldt dat door hun inzet een leefbaar leven mogelijk wordt gemaakt voor hun naaste. Mantelzorgers geven elke dag vorm aan hun steun anderen én zijn vaak ook nog in werk of anderszins actief. We willen hen ondersteunen zodat ze dit langer en beter vol kunnen houden, ondanks het, soms grote, beroep dat er op hun gedaan wordt. Maar wat doe je dan concreet om deze mensen te ondersteunen? Staatsecretaris Van Rijn noemt drie speerpunten voor de ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers door gemeenten: Versterken, Verlichten en Verbinden. Deze drie speerpunten vormen de kern van de nieuwe aandachtspunten mantelzorgondersteuning. Ze worden voorafgegaan door het aandachtspunt ‘Vinden’, omdat het bereiken van mantelzorgers een belangrijke voorwaarde is om te kunnen Versterken, Verlichten en Verbinden. Wij hanteren deze speerpunten in deze nota en beschrijven per functie wat er al gebeurt, door wie en wat er mogelijk verbeterd moet worden. Dit uitvoeringsplan is tot stand gekomen in een periode waarin nog veel in ontwikkeling is. Dit betekent dan ook dat het een flexibel plan is. Het is onverstandig om alles vast te leggen (‘dicht te timmeren’). De gemeente werkt in principe met ontschotte budgetten voor het hele sociale domein. Daarbij gaan we gebiedsgericht te werk waarin de medewerkers in de Toegang een centrale rol vervullen. Meitinkers en preventiewerkers moeten de ruimte hebben en krijgen om te experimenteren en maatwerk te leveren. Mantelzorgondersteuning is geen nieuw product. Het is goed dat de medewerkers in de Toegang op de hoogte zijn en gebruik maken van bestaande structuren en ondersteuningsaanbod. Maar ook de bestaande structuren zullen moeten meebewegen in de nieuwe ontwikkelingen. Dit uitvoeringsplan geeft richting aan dit proces en biedt aanknopingspunten om de mantelzorgondersteuning door te ontwikkelen en te verbeteren. Jelle Zoetendal, wethouder Welzijn, Zorg & Meedoen
Gemeente Heerenveen
Pagina 3
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING
5
1. INLEIDING 1 . 1 A a n le id in g 1 . 2 L e e s w ij z e r 1 . 3 W e rkw ij z e 1 . 4 B e g rip sb ep a lin g & a fb a ke n ing 1 . 5 O m va n g e n ke nm e rke n va n m a n te lz o rg ers 1 . 6 Do e l va n d e z e n o t it ie
9 9 9 10 10 12 15
2. BELEIDSKADER 2 . 1 L a n d e lij k, lo ka a l e n f in a n c ie e l ka d e r 2 . 2 B e la n g va n m a n te lz o rg e n m a n te lz o rg o nd e rs te u n in g 2 . 3 Ge m e en t e lij ke ve ra n t w o o rde lij kh e d e n 2 . 4 V is ie e n a m b it ie
16 16 20 21 22
3. DRAAGKRACHT, DRAAGLAST EN ONDERSTEUNINGSVORMEN 3 . 1 Dra a g kra c h t e n d ra a g la st 3 . 2 O ve rb e la s t in g 3 . 3 O n d e rs te u n in gs vo rm e n
24 24 25 26
4. HUIDIGE ONDERSTEUNING VAN MANTELZORGERS 4 . 1 V in d e n 4 . 2 V e rs t e rke n 4 . 3 V e rlic h t e n 4 . 4 V e rb in d en
29 29 30 32 40
5. BEHOEFTEN MANTELZORGONDERSTEUNING 5 . 1 O n d e rz oe ks o n t we rp 5 . 2 B e h o e ft e ma n t e lz o rge rs
41 41 42
6. CONCLUSIE & KNELPUNTEN 6 . 1 V in d e n 6 . 2 V e rs t e rke n 6 . 3 V e rlic h t e n 6 . 4 V e rb in d en 6 . 5 S lo t c o n c lu s ie
48 48 48 49 52 52
7. MAATREGELEN 7 . 1 U it g a n gs p u n te n e n d oe le n 7 . 2 B e le id s ma a t reg e le n
54 54 56
8. FINANCIEEL KADER, UITVOERINGSORGANISATIE EN MONITORING
65
9. BIJLAGEN B ij la g e 1 : V in d p la a t s e n m a n t e lz o rg e rs B ij la g e 2 : O n d e rs te u n in g sb e h oe ft e n ma n t e lzo rg e rs B ij la g e 3 : U it ko m s t e n g es p re kke n me t p ro fes s io n a ls B ij la g e 4 : F e it e n e n c ij fe rs o ve r m a n t e lz o rg B ij la g e 5 : H u id ig a a n b od M a n te lz o rg o n de rs te u n in g B ij la g e 6 : M a a t re ge le n M a n te lz o rg o nd e rs te un in g
66 67 68 69 73 74 75
Gemeente Heerenveen
Pagina 4
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
SAMENVATTING De wens van cliënten om (langer) thuis te blijven wonen, vraagt samen met de nieuwe Wmo en de hervorming van de langdurige zorg om een andere ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers. In zijn beleidsbrief over mantelzorg noemt staatssecretaris Van Rijn drie speerpunten voor de ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers door gemeenten: Versterken, Verlichten en Verbinden. Deze drie speerpunten vormen de kern van de nieuwe aandachtspunten mantelzorgondersteuning. Ze worden voorafgegaan door het aandachtspunt ‘Vinden’, omdat het bereiken van mantelzorgers een belangrijke voorwaarde is om te kunnen Versterken, Verlichten en Verbinden. Deze nota beschrijft hoe het mantelzorgbeleid in de gemeente Heerenveen met ingang van 2016 wordt vormgegeven. De concrete aanleiding hiervoor is de decentralisatie van de middelen die voorheen landelijk werden verstrekt aan mantelzorgers in de vorm van het mantelzorgcompliment. Met het vervallen van deze regeling en het toebedelen van dit budget aan gemeentes, doet zich de mogelijkheid voor om mantelzorgondersteuning lokaal te organiseren en zo optimaal aan te laten sluiten bij de wensen en behoeftes van mantelzorgers. Onderliggend aan de drie grote decentralisaties van rijks- naar gemeentelijk niveau die momenteel plaatsvinden op het gebied van zorg, jeugd en participatie, ligt een beweging om meer aan de maatschappij over te laten. De overheid trekt zich in meer of mindere mate terug van bepaalde beleidsterreinen en laat meer over aan de zelf- en samenredzaamheid van de maatschappij. Hierdoor wordt de inzet van vrijwilligers op terreinen waar de overheid zich niet meer zal bewegen van steeds groter belang. Een concreet voorbeeld hiervan is mantelzorg. Mantelzorg blijkt landelijk een weerbarstig thema vanwege het feit dat grote groepen mantelzorgers niet bereikt worden. Dit heeft een aantal redenen: ten eerste wordt mantelzorg – ook als die zwaar is – door mantelzorgers niet per definitie als een probleem gezien. Het hoort ‘gewoon’ bij de relatie die je met iemand hebt. Ten tweede halen mantelzorgers veel voldoening uit het zorgen. Ze zijn er trots op en willen het daarom zo lang mogelijk volhouden. Ten derde willen mantelzorgers niet alleen graag zorgen, ze vinden vaak ook dat ze het alleen moeten en kunnen doen. Omdat mantelzorgers zeer waardevol werk doen en hun vrijwillige inzet in veel gevallen betekent dat zorgvragers geen formele, dure zorg nodig hebben ligt er een belangrijke maatschappelijke opgave om mantelzorgers te ondersteunen zodat zij in staat blijven om hun zorg verlenende taken vol te houden. Tegelijkertijd is het uitgangspunt dat mantelzorgers vanwege de aard van de werkzaamheden nooit verplicht kunnen worden om deze zorg te verlenen. In plaats daarvan verdienen zij waardering voor het zware werk dat ze kosteloos doen. Het is vanuit de nieuwe Wmo de taak van de gemeente om ervoor te zorgen dat het netwerk van de zorgvrager in beeld komt en wordt ingezet om, waar mogelijk en wenselijk, een gedeelte van de hulpvraag te ondervangen. Zo zal er een groter beroep dan voorheen gedaan worden op het persoonlijke netwerk van een zorgbehoevende om zijn of haar eigen hulp en ondersteuning te regelen, waar de (gemeentelijke) overheid dit niet meer doet. Informele zorg krijgt op deze manier een rol in de hervorming van de langdurige, formele zorg1. Gecombineerd met een ouder wordende, langer werkende bevolking is de verwachting dat de druk op mantelzorgers zal toenemen. Naar verwachting zal het aantal
1
Bron: Hulp geboden, SCP, 2014
Gemeente Heerenveen
Pagina 5
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
mantelzorgers tot 2025 dan ook stijgen (met 5%) en ook het aantal ontvangers van deze hulp (met 6%)2 . In de gemeente Heerenveen wordt mantelzorgondersteuning primair uitgevoerd door de meitinker die vanuit de Toegang de keukentafelgesprekken voert met de hulpvrager. Het ondersteuningsplan dat de meitinker opstelt zal specifiek ingaan op de mate waarin het sociale netwerk in staat is om de hulpvraag te ondervangen. Hiermee komt de mantelzorger en zijn of haar ondersteuningsbehoefte specifiek in beeld. Op het moment dat blijkt dat er behoefte is aan meer ondersteuning dan door de meitinker kan worden geleverd, komt er een bovenwijkse uitvoeringsorganisatie in beeld. Deze functie wordt in Heerenveen vervuld door Stichting Caleidoscoop. Hier worden cursussen, trainingen, lotgenotencontact, etc. georganiseerd. Ook worden hier vrijwillige mantelzorgmaatjes getraind en gematcht die mantelzorgers van respijt kunnen voorzien. Indien mantelzorgers dusdanig overbelast zijn dat informele zorg in de vorm van een vrijwillige mantelzorgmaatjes niet voldoende respijt kan bieden, kan er overgegaan worden tot het aanbieden van respijtzorg via maatwerkvoorzieningen in de vorm van dagbesteding of kortdurend verblijf. Het afwegingskader dat ten grondslag ligt aan de keuze welke ondersteuning ingezet moet worden is samengevat in vier uitgangspunten, te weten; 1) voorkomen waar mogelijk, genezen waar nodig, 2) in de wijk/dorp waar mogelijk, bovenwijks waar nodig, 3) algemene voorziening waar mogelijk, individueel maatwerk waar nodig, en 4) informele hulp waar mogelijk, formele zorg waar nodig. Met het decentraliseren van de gelden voor mantelzorgondersteuning doet zich de mogelijkheid voor om op lokaal niveau invulling te geven aan mantelzorgwaardering op een manier die het meest recht doet aan de lokale werkelijkheid. In tegenstelling tot bij de generieke, financiële verstrekking van het huidige mantelzorgcompliment kan er aangesloten worden bij lokale initiatieven en structuren, met als doel mantelzorgers beter te ondersteunen, te waarderen en te voorzien van respijtzorg. Het ondersteunen van mantelzorgers wordt vormgegeven door het verstrekken van informatie en advies, kortdurende en praktische ondersteuning door een sociaal werker, het organiseren van lotgenotencontact of bijvoorbeeld de inzet van een vrijwillige mantelzorgmaatjes. Het waarderen van mantelzorgers is bedoeld als manier om de mantelzorgers te bedanken voor hun inzet. Dit kan concreet gedaan worden door bijvoorbeeld de landelijke dag van de mantelzorger of andere (ontspannende) activiteiten voor en met hen te organiseren. Door het op deze manier onderhouden van regelmatig contact met mantelzorgers kan een vinger aan de pols gehouden worden of zij extra ondersteuning nodig hebben. Het voorzien in respijtzorg, ten slotte, is bedoeld om overbelaste mantelzorgers te ontlasten en kan in de vorm van een maatwerkvoorziening verstrekt worden aan de zorgbehoevende die hiermee bijvoorbeeld dagbesteding of kortdurend verblijf toegekend kan krijgen. Ook zijn er mogelijkheden om respijtzorg vergoed te krijgen vanuit de aanvullende zorgverzekering.
2
De toekomst van de mantelzorg, SCP, 2009
Gemeente Heerenveen
Pagina 6
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
De vier aandachtsgebieden met de 18 onderliggende maatregelen laten zich als volgt samenvatten: Aandachtsgebied I Beleidsmaatregel 1 (pagina 57) Beleidsmaatregel 2 (pagina 57)
Beleidsmaatregel 3 (pagina 58) Beleidsmaatregel 4 (pagina 58)
Aandachtsgebied II Beleidsmaatregel 5 (pagina 59)
Aandachtsgebied III Beleidsmaatregel 6 (pagina 59)
Beleidsmaatregel 7 (pagina 60)
Beleidsmaatregel 8 (pagina 60)
Vinden: hoe kunnen we mantelzorgers bereiken? Communicatiecampagne In 2016 wordt er een grote communicatiecampagne gevoerd onder alle inwoners van de gemeente Heerenveen. Registratiesysteem en risicoscan In 2016 wordt onderzocht of en zo ja, op welke wijze een registratiesysteem kan worden ingevoerd zodat de gemeente Heerenveen zicht heeft en houdt op wie mantelzorg verricht en in welke omvang. Er zal onderzocht worden of dit gecombineerd kan worden met een risicoscan waarbij draagkracht en draaglast van de mantelzorger in beeld worden gebracht. Scholing meitinkers en preventiewerkers Opnemen mantelzorgondersteuning in scholingsplan 2016 voor meitinkers en preventiewerkers. Daarnaast zijn er mogelijk ook andere organisaties die behoefte hebben aan een dergelijke training. Dit wordt nader geïnventariseerd. Preventief huisbezoek onder ouderen We willen inzetten op preventief huisbezoek onder ouderen (70+) in onze gemeente. Naast het thema mantelzorg kunnen tevens onderwerpen als gezondheid en eenzaamheid aan de orde komen. De mogelijkheden om aan te sluiten bij ‘bestaande huisbezoeken’ van bijvoorbeeld praktijkondersteuners, worden nader onderzocht. Versterken: hoe gaan we mantelzorgers in hun regie en positie versterken? Mantelzorgerondersteuning als integraal onderdeel van het ondersteuningsplan Vanuit de mantelzorger gezien is er behoefte aan integrale ondersteuning. Tegelijkertijd vinden mantelzorgers het moeilijk om hulp te vragen. In het kader van 1 huishouden, 1 plan hoort de ondersteuning van de mantelzorger onderdeel te zijn van het ondersteuningsplan van de inwoner (cliënt). Met dit nieuwe wettelijke kader wordt de mantelzorgondersteuning een integraal onderdeel van het ondersteuningsplan.
Verlichten: hoe gaan we ondersteuning voor mantelzorgers organiseren? Mantelzorgbrochure en nieuwsbrief In 2016 wordt een mantelzorgbrochure ontwikkeld en onder alle inwoners verspreid. Vervolgens wordt periodiek een nieuwsbrief verspreid onder mantelzorgers en via andere mogelijke bladen zoals wijk- en dorpskranten en kerkbladen. Mantelzorgpas met gemaksdiensten Mantelzorgers kunnen in aanmerking komen voor een mantelzorgpas met gemaksdiensten. Hierbij valt te denken aan schoonmaakdiensten, maaltijden- en boodschappenservice, hulp in en om het huis, stomerij wasserij- en strijkservice, vervoer of een pedicure, kapper of schoonheidsspecialist aan huis. De gemaksdiensten worden voor mantelzorgers tegen een gereduceerd tarief aangeboden. In 2016 maken wij afspraken hierover met zorgaanbieders en ondernemers. Mantelzorgmaatjes We willen in 2016 de informele zorg stimuleren en versterken door zorgvrijwilligers te verbinden aan zorgprofessionals (‘achtervangfunctie’), vrijwilligers goed toe te rusten via scholing, (voormalig) mantelzorgers benaderen als ervaringsdeskundigen. Dit krijgt vorm in het bestaande project ‘mantelzorgmaatjes’ waar we meer bekendheid aan gaan geven.
Gemeente Heerenveen
Pagina 7
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsmaatregel 9 (pagina 61)
Beleidsmaatregel 10 (pagina 61) Beleidsmaatregel 11 (pagina 61)
Beleidsmaatregel 12 (pagina 62)
Beleidsmaatregel 13 (pagina 62) Beleidsmaatregel 14 (pagina 62)
Beleidsmaatregel 15 (pagina 63)
Beleidsmaatregel 16 (pagina 63)
Aandachtsgebied IV Beleidsmaatregel 17 (pagina 63) Beleidsmaatregel 18 (pagina 64)
Pilot respijtkamers We starten in 2016 een ‘pilot respijtkamers’ op een tweetal locaties van zorgcentra. Deze worden begeleid door professionals en de praktische ondersteuning wordt gedaan door vrijwilligers vanuit de verzorgingshuizen of vrijwilligers vanuit Caleidoscoop. Er is begeleiding vanuit Caleidoscoop. Respijtweekend We blijven jaarlijks het respijtweekend – zoals georganiseerd door stichting Welzijn Het Bolwerk – subsidiëren. We verhogen onze bijdrage van 4 naar 8 mantelzorgers. WeHelpen We blijven lid van Coöperatie WeHelpen en werken samen met andere maatschappelijke betrokken organisaties waardoor we een krachtige infrastructuur creëren, waarmee we bijdragen aan een samenleving waarin elkaar helpen vanzelfsprekend is. Mantelzorgvriendelijke organisaties In 2017 organiseren we een bewustwordingscampagne voor zorg en werk combineren en gaan we in gesprek met werkgevers. We zorgen ervoor dat we als gemeente het goede voorbeeld geven en een mantelzorgvriendelijke organisatie zijn. Denktank mantelzorgers In 2016 vragen we (voormalig) mantelzorgers om deel te nemen aan een denktank ‘Mantelzorgers’. Mantelzorgcompliment in natura Het mantelzorgcompliment krijgt jaarlijks vorm door een huisbezoek waarbij mantelzorger een bloemetje/banketstaaf en een mantelzorgpas ontvangt. Op dit moment wordt er geen algemene regeling getroffen voor financiële ondersteuning aan mantelzorgers (in aanvulling op regelingen die er al zijn zoals de bijzondere bijstand). Dag van de Mantelzorg In 2016 organiseren we de Dag van de mantelzorg waar verschillende activiteiten georganiseerd, en er ruimte is voor waardering, ontspanning en informatie. Mantelzorgers kunnen dan op deze dag bij elkaar komen en met elkaar in gesprek gaan. Op deze dag is er tevens ruimte voor een informatiemarkt, waar zoveel mogelijk ondersteunende organisaties aanwezig zijn. Activiteiten voor jonge mantelzorgers. In 2016 organiseren we diverse activiteiten voor jonge mantelzorgers. We hebben extra aandacht voor jonge zorgers tussen 4 en 30 jaar, waarvan iemand in het gezin langdurig ziek is.
Verbinden: hoe leggen we verbindingen tussen mantelzorgers en professionals? Coördinator mantelzorgondersteuning. In 2016 stellen we een coördinator mantelzorgondersteuning aan. Gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning. In de periode 2016-2017 worden de mogelijkheden en de behoeften voor een gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning nader onderzocht.
Voor de uitvoering van de hiervoor beschreven beleidsmaatregelen is voor 2015 t/m 2017 in totaal ca. € 575.00 beschikbaar.
Gemeente Heerenveen
Pagina 8
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
1. INLEIDING In dit eerste hoofdstuk wordt uitgelegd wat het probleem is, hoe dit wordt onderzocht en hoe het rapport is opgebouwd. In §1.1 wordt de aanleiding van dit uitvoeringsplan geschetst en in §1.2 wordt de werkwijze hiervan omschreven. In §1.3 volgt een beschrijving de definitie van mantelzorgondersteuning en het verschil met vrijwilligerswerk wordt duidelijk gemaakt. In §1.4 staan de feiten en cijfers centraal en geeft een beeld van de omvang en kenmerken van mantelzorg. Het hoofdstuk eindigt met in §1.5 het doel van deze notitie.
1.1 Aanleiding Mantelzorg is in korte tijd een belangrijk thema van actuele maatschappelijke, politiekeen beleidsdiscussies geworden. Met de invoering van de WMO in 2007 werd de ondersteuning van mantelzorgers en informele zorg een gemeentelijke taak. De gemeenten hebben taken erbij gekregen op het terrein van ondersteuning van burgers bij hun zelfredzaamheid en participatie. Gemeenten zijn vrij in het concreet invullen van deze plicht. Met de invoering van de nieuwe Wet Maatschappelijke Ontwikkeling (WMO) per 1 januari 2015 vervalt de financiële ondersteuning die mantelzorgers momenteel krijgen in de vorm van het mantelzorgcompliment. Gemeenten krijgen de beschikking over dit (voormalige AWBZ-)budget om plaatselijk en passend vorm te geven aan de ondersteuning die mantelzorgers nodig hebben om hun belangrijke werk te kunnen blijven doen. In december 2014 heeft de gemeenteraad van Heerenveen ingestemd met het WMO & Gezondheidsplan 2015 TM 2018 ‘Iedereen doet mee!’ In dit beleidsplan heeft de gemeente gesteld dat mantelzorgers een directe, dagelijkse en vaak zeer intensieve ondersteuning van hun naasten vervullen en daarmee van onschatbare waarde zijn. Met dit uitvoeringsplan wordt invulling gegeven aan de ambitie om signalen op het gebied van (dreigende) overbelasting van mantelzorgers vroegtijdig op te vangen en te voorzien van passende en toegankelijke ondersteuning die aansluit op de vraag (beleidsdoel 7 TM 11). In de volgende hoofdstukken staat beschreven hoe de gemeente deze ambitie wil bereiken: ‘Wat gaan we doen en hoe gaan we het doen?’ De notitie die nu voor u ligt is een verdere uitwerking van de bovenstaande vragen en geeft invulling aan een deel van het gemeentelijke Wmo-beleid.
1.2 Leeswijzer Het uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning is een uitgebreide notitie geworden. Er is zorgvuldig onderzoek gedaan om tot de juiste maatregelen te kunnen komen. Al deze stappen zijn opgenomen in deze notitie zodat een ieder de benodigde achtergrondinformatie kan terugvinden. Het uitvoeringsplan is daarmee geschikt voor verschillende doelgroepen. Het uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning is zo geschreven dat in principe elk hoofdstuk onafhankelijk van andere hoofdstukken gelezen kan worden. De notitie hoeft niet per se lineair van voren naar achteren doorgelezen of doorgewerkt te worden. Het is niet zo dat de eerste achtergrondhoofdstukken onmisbare ‘theorie’ voor de meer praktische delen later zouden geven. In het eerste hoofdstuk wordt uitgelegd wat het probleem is, hoe dit wordt onderzocht en hoe het rapport is opgebouwd. In hoofdstuk 2 staat het kader voor mantelzorgondersteuning, het belang daarvan en de gemeentelijke verantwoordlijkheden en ambities hierin centraal. Hoofdstuk 3 is een theoretisch kader. Er is veel geschreven over de draagkracht en draaglast van mantelzorgers dat bij een disbalans kan leiden tot overbelasting. Voor dit uitvoeringsplan zijn verschillende relevante theorieën en modellen
Gemeente Heerenveen
Pagina 9
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
over dit onderwerp benaderd. In hoofdstuk 3 staat hoe de uitkomsten van deze theorieën kunnen bijdragen aan het beantwoorden van de centrale vraag. In hoofdstuk 4 staat per aandachtspunt aangegeven welke ondersteuningsvormen er worden geboden. In hoofdstuk 5 worden de resultaten gepresenteerd die tijdens lokale en provinciale onderzoeken zijn verkregen. In hoofdstuk 6 worden de resultaten geanalyseerd die in hoofdstuk 5 zijn gepresenteerd. In dit deel van het uitvoeringsplan wordt uiteengezet waar het aanbod verschilt met de behoeften. Per aandachtspunt is aangegeven welke knelpunten er zijn en welke conclusies er getrokken kunnen worden. Op basis van voorgaande conclusies worden in hoofdstuk 7 uitgangspunten en maatregelen geformuleerd voor de praktijk. Het financiële kader voor 2015 t/m 2017 is in hoofdstuk 8 weergegeven. 1. Inleiding
2. Beleidskader
3. Theoretisch Kader
4. Huidig aanbod
5. Behoeften
6. Conclusie
7. Maatregelen
8. Financieel Kader
1.3 Werkwijze Voor de ontwikkeling van het nieuwe uitvoeringsplan is gebruik gemaakt van een onderzoek naar behoeften van mantelzorgers in de gemeente Heerenveen en betreft dus de lokale situatie. Dit onderzoek is in 2015 uitgevoerd door de welzijnsorganisatie Caleidoscoop met als doel om het aanbod van ondersteuningspartners in kaart te brengen, de behoeftes van mantelzorgers en de knelpunten die daaruit voortkomen. Verderop in deze nota zal op dit onderzoek worden ingegaan. Naast de opdracht die bij Caleidoscoop is uitgezet zijn er verschillende themabijeenkomsten bezocht zoals het kennis café Mantelzorgondersteuning georganiseerd door Stichting FSP en Partoer. Tijdens deze bijeenkomst is er kennis en ervaring tussen gemeenten uitgewisseld. Als voorbereiding op dit document zijn gesprekken gevoerd met Caleidoscoop, Ziekenhuis Tjongerschans, de Participatieraad, MEE, Humanitas, Friesland College, Thuiszorg de Friese Wouden, COSBO en Mariënbosch. Ook is dit onderwerp besproken met de klankbordgroep Wijkkrachtscan (partners: Caleidoscoop, Thuiszorg De Friese Wouden, Elkien, Accolade, WoonFriesland, zorgverzekeraar De Friesland, ROS-Friesland, MEE Friesland, GGD Fryslân en Politie Zuidoost Fryslân). Verder zijn er gesprekken geweest met meitinkers en preventiewerkers. De maatregelen zijn opgesteld aan de hand van informatie die verkregen is vanuit verschillende bronnen, doelgroepen en vertegenwoordigers van (belangen) organisaties voor mantelzorgers. Er is gebruik gemaakt van stukken van deze organisaties en van stukken waaraan zij hebben bijgedragen. Daardoor is de praktische betekenis van deze notitie gewaarborgd. Dit uitvoeringsplan is geen blauwdruk maar een flexibel document. In gesprek met ‘het veld’ krijgt de nadere uitwerking vorm.
1.4 Begripsbepaling & afbakening 1.4.1 Definitie De definitie van mantelzorg, en daarmee de reikwijdte van het begrip ‘mantelzorger’, is in de Wmo 2015 beperkt tot hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen of opvang, rechtstreeks voortvloeiende uit een tussen personen bestaande sociale relatie wat niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep. Daarmee vallen mantelzorgers, die hulp verlenen aan personen die Wlz-zorg ontvangen, niet meer onder de reikwijdte van onze taak met betrekking tot het ondersteunen van
Gemeente Heerenveen
Pagina 10
9. Bijlagen
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
mantelzorgers en evenmin onder de bepaling die ons opdraagt te voorzien in een jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers. De blijk van waardering wordt alleen verleend aan mantelzorgers die hulp verlenen aan inwoners die zijn aangewezen op enige vorm van ondersteuning vanuit onze gemeente. In de omschrijving is vastgelegd dat het gaat om hulp die voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie. Bij het verlenen van mantelzorg gaat het om het bieden van iets extra’s dat qua duur en qua intensiteit de normale gang van zaken overstijgt. Het gaat om hulp die verder gaat dan hulp die mensen geacht worden elkaar te geven op basis van algemeen aanvaarde opvattingen over wat gebruikelijke hulp is. Vaak is er, in tegenstelling tot normale situaties, sprake van een situatie die gekenmerkt wordt door het in de knel komen van maatschappelijke verplichtingen en persoonlijke voorkeuren. Daarbij gaat het om hulp die niet wordt verleend in de uitoefening van een hulpverlenend beroep. Mantelzorgers wonen niet altijd in dezelfde gemeente als degene die zij ondersteunen. De gemeente waar de inwoner woont aan wie de mantelzorger hulp biedt, is verantwoordelijk voor de ondersteuning van de mantelzorger. Er wordt in de regel pas van formele mantelzorg gesproken als er langer dan 3 maanden minstens 8 uur per week zorg wordt verleend voor een partner, kind, familielid of vriend. Als er korter dan 3 maanden en minder dan 8 uur zorg wordt verleend is er nog sprake van zogenaamde gebruikelijke zorg.
1.4.2 O NDERSCHEID M ANTELZORG EN V RIJWILLIGERSZORG Mantelzorg omvat allerlei vormen van zorg voor naasten zoals huishoudelijke hulp, verzorging, emotionele steun en houden van toezicht. Mantelzorg wordt geleverd omdat personen dit vanzelfsprekend vinden, uit (naasten) liefde, plichtsgevoel of een culturele overtuiging. Mantelzorg is meestal, in tegenstelling tot vrijwilligerswerk, geen weloverwogen keuze. Een mantelzorger ‘rolt erin’ en heeft vooraf geen idee hoe lang de zorg duurt. Vaak neemt de zwaarte van de zorg gedurende het ondersteuningsproces toe. In de Wmo is de ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers in één prestatieveld ondergebracht. Hoewel ze verschillen naar inhoud van de activiteiten en naar de motivatie van betrokkenen, zijn beide thema’s gebundeld vanwege de overzichtelijkheid van het aantal prestatievelden en het feit dat beide te maken hebben met de inzet voor naasten. In deze notitie wordt alleen ingaan op de positie van mantelzorgers. Het onderscheid wordt daarom eerst nader toegelicht. Mantelzorgers zijn mensen die onbetaald zorgen voor een oudere, zieke of gehandicapte met wie zij een persoonlijke relatie hebben. De mantelzorg omvat allerlei vormen van zorg, zoals huishoudelijke hulp, verzorging en emotionele steun en het houden van toezicht. Mensen herkennen zich lang niet altijd in de aanduiding ‘mantelzorger’, zoals ouders van een gehandicapt kind, partners die voor elkaar zorgen, en mensen met andere culturele achtergronden. Vrijwilligers maken - anders dan mantelzorgers – veelal deel uit van een organisatie. Zij kiezen bewust voor een bepaalde taak en kunnen daar weer mee stoppen. Vrijwilligerswerk speelt een onmisbare rol bij het vormen van een sociaal betrokken samenleving. Het beperkt zich niet tot de zorgsector, maar is belangrijk op veel terreinen, die variëren van de voetbalvereniging, de jongerenclub, het buurtcomité tot de vrijwillige thuishulporganisatie en de ondersteuning van overbelaste mantelzorgers. Vrijwilligerswerk speelt daarom op vrijwel alle prestatievelden van de Wmo een rol. Of het nu gaat om leefbaarheid, het bevorderen van participatie of informatie, advies en cliëntondersteuning: 'meedoen' het inhoudelijke thema van de Wmo kan niet zonder vrijwillige inzet.
Gemeente Heerenveen
Pagina 11
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Vanuit de huidige WMO worden mantelzorgers en vrijwilligers onder één prestatieveld gevat. De reden hiervoor is dat mantelzorgers feitelijk vrijwillige zorgverleners zijn, in die zin dat ze geen beroepsmatige zorgverleners zijn, maar zorg verlenen omdat zij een persoonlijke band hebben met de degene voor wie ze zorgen. Een belangrijk verschil tussen vrijwilligers en mantelzorgers is echter dat mantelzorg je overkomt, door bijvoorbeeld ziekte van je partner, terwijl je bewust kiest voor vrijwilligerswerk.
1.5 Omvang en kenmerken van mantelzorgers Uit de beschikbare literatuur blijkt dat mantelzorgbeleid een weerbarstig dossier is. Dit heeft onder andere te maken met de (blijvende) onduidelijkheid en onbekendheid rond het begrip mantelzorg, de vele partijen die erbij betrokken zijn en de druk op het tijdig bereiken van mantelzorgers vóór er sprake is van overbelasting. Gemeenten worstelen landelijk met de vraag hoe men de nog niet bereikte mantelzorgers kan bereiken en ondersteunen. Het is bekend dat er grote groepen mantelzorgers niet bereikt worden, omdat zij zichzelf niet als mantelzorger herkennen en/of niet afdoende gesignaleerd worden door intermediairs die hen kunnen begeleiden en doorgeleiden. Ook is er onduidelijkheid over de daadwerkelijke behoeften van mantelzorgers en wat effectieve interventies zijn om hen te ondersteunen. Er is zelfs geen eenduidige definitie van mantelzorg. Sterker nog, vanwege definitieverschillen zijn er zeer uiteenlopende onderzoekresultaten aanwezig over bijvoorbeeld het aantal mantelzorgers. Ten aanzien van de omvang en kenmerken van mantelzorgers is met name gebruik gemaakt van cijfers van de GGD Gezondheidsenquête 2012 (bewerking FSP 2015).
I AANTAL MANTELZORGERS 3 Van alle Friezen van 19 jaar en ouder geeft 12% aan mantelzorger te zijn. Er zijn dus ongeveer 60.000 mantelzorgers in Fryslân. Het gaat om zorg die langer dan 3 maanden en/of meer dan 8 uur per week gegeven wordt. Vrouwen geven vaker mantelzorg dan mannen. Van de vrouwen geeft 15% mantelzorg, van de mannen is dit 9%. Friezen van 19 tot en met 64 jaar geven even vaak mantelzorg als Friezen van 65 jaar en ouder (12% en 13%). Friezen van 19 tot en met 34 jaar 18% geven minder vaak mantelzorg (5%), terwijl Friezen van 50 15% tot en met 64 jaar dit juist vaker doen (18%). Ruim één op 12% de zes Friese inwoners tussen de 50 en 75 jaar oud is 9% mantelzorger (15%), bij inwoners van 75 jaar en ouder gaat 6% het om ruim één op de acht (12%). 3% 0%
Als we dit vertalen naar de lokale situatie hebben we het in 19-34 35-49 50-64 65-74 75+ de gemeente Heerenveen over circa 6.000 mantelzorgers. De gemeente Heerenveen heeft samen met - Franekeradeel, FIGUUR 1 LEEFTIJDSGROEPEN MANTELZORGERS Leeuwarden, Tytsjerksteradiel en de Waddeneilanden - de meeste oudere mantelzorgers in Friesland. Ruim één op de zes inwoners in de gemeente Heerenveen van 65 jaar en ouder is mantelzorger (16%). Eén op de 11 inwoners tussen 19-65 jaar is mantelzorger (9%)4.
3
Bron: GGD Gezondheidsenquête 2012, bewerking FSP 2015.
Gemeente Heerenveen
Pagina 12
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
20%
18% 16% 14% 12% 10% 8%
19-64
6%
65+
4% 2% 0%
FIGUUR 2 MANTELZORGERS 65- EN 65+ PER GEMEENTE
II INHOUD MANTELZORG Het geven van mantelzorg bestaat vooral uit huishoudelijke taken zoals boodschappen doen en het klaarmaken van een warme maaltijd. Ook het bieden van emotionele steun en begeleiding naar bezoeken komt vaak voor. Als het gaat over de inhoud van mantelzorg geeft een SCP-onderzoek inzicht in de voornaamste taken van mantelzorgers, te weten emotionele steun en toezicht (83%), begeleiding bij arts- of familiebezoek (78%), hulp bij het huishouden (77%) en begeleiding bij zaken en administratie (62%). Minder vaak, maar toch zeer substantieel verlenen mantelzorgers meer complexe en intieme zorg zoals persoonlijke verzorging (29%) en verpleegkundige hulp (26%)4.
III RELATIE MET DEGENE DIE VERZORGD WORDT Mantelzorgers die bij de zorgontvanger (partner, kinderen) in huis wonen voelen zich vaker zwaar tot overbelast dan zij die zorg verlenen aan niet inwonende (schoon)ouders, familieleden of andere naasten. Ruim een kwart van alle mantelzorgers (26%) die voor hun partner zorgen voelt zich zwaarbelast, evenals één op de zes mantelzorgers (17%) die hun zorgbehoevende kind(eren) verzorgen4. Een kwart van alle jeugdigen van 12-15 jaar groeien op met ziekte en zorg in de thuissituatie. In 2008 biedt: - 40% hulp aan ouder of schoonouder (ruim 1 miljoen mantelzorgers) - 18% zorgt voor een partner - 11% zorgt voor (stief/pleeg)kind 4
FIGUUR 3 RELATIE MANTELZORGERS
VERZORGDE
16%
EN
PERCENTAGE
(schoon)ouders 40%
15%
partner (stief/pleeg)kind
11%
ander familielid 18%
vriend, kennis, collega, buur
FIGUUR 4 RELATIE VERZORGDE EN MANTELZORGERS
De Boer et al., 2009, in De Wmo in beweging, SCP, 2014
Gemeente Heerenveen
ZWAARBELASTE
Pagina 13
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
-
15% voor een ander familielid 1 op de 6 geeft hulp aan vrienden, kennissen, collega's of buren.
IV BEHOEFTE AAN ONDERSTEUNING De meeste Friese mantelzorgers hebben geen behoefte aan ondersteuning bij het uitvoeren van mantelzorgtaken. Eén op de tien mantelzorgers wil die extra ondersteuning wél. Volgens het SCP maken mantelzorgers weinig gebruik van ondersteuning omdat ze niet op de hoogte zijn van de mogelijkheden. Daarnaast zien velen zich niet als mantelzorger: zorgen voor je dierbaren... dat dóe je gewoon. En zijn verschillende vormen van mantelzorgondersteuning, zoals het ontvangen van informatie en advies, of een vervanger om ‘er even uit te kunnen’. Bijna de helft (45%) van de mantelzorgers met een ondersteuningsbehoefte geeft aan dat het gaat om informatie en advies5.
FIGUUR 5 WELKE ONDERSTEUNING BIJ MANTELZORG GEWENST? MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK
In hoofdstuk 5 meer informatie over de behoeften van mantelzorgers.
V (OVER)BELASTING 6 Van alle mantelzorgers in Heerenveen voelen 660 (11%) zich zwaarbelast door deze zorgtaken. Echter, ruim de helft van alle mantelzorgers ervaart niet of nauwelijks belasting6. Mensen die langdurig intensieve (meer dan 8 uur per week en/of langer niet of nauwelijks dan 3 maanden) mantelzorg verlenen belast hebben een vergrote kans op enigszins belast overbelasting. Het gaat om ouderen 51% 38% die voor hun partner zorgen, mantelzorgers zonder andere helpers, (werkende) zorgenden voor partners/kinderen/ouders met een psychiatrische aandoening, FIGUUR 6 MANTELZORGBELASTING chronische ziekte, handicap of dementie, en allochtone en jonge mantelzorgers. Bij 27% van de zwaar belaste mantelzorgers is een depressie vastgesteld door de (huis)arts. Zwaarbelaste mantelzorgers laten een significant hoger percentage (58%) matig tot zeer ervaren eenzaamheid zien ten opzichte van licht belaste mantelzorgers (32%). 11%
5
Bron: GGD Gezondheidsenquête 2012, bewerking FSP 2015.
Gemeente Heerenveen
Pagina 14
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
18%
18%
13%
15% 11%
12%
12%
9% 6%
mantelzorger zwaarbelast
5%
3% 0% 19-34 FIGUUR 7 EENZAAMHEID BIJ ZWARE EN LICHTE BELASTING
35-49
50-64
65-74
75+
FIGUUR 8 LEEFTIJDSGROEPEN MANTELZORGERS EN BELASTING
De mate van belasting verschilt per leeftijdsgroep. Ruim één op de tien oudere mantelzorgers van 65+ geeft aan zich zwaar- tot overbelast te voelen. Van de mantelzorgende 75+’ers geeft één op de acht (16%) aan zich zwaar belast te voelen in het verrichten van de zorgtaken. Van de oudere mantelzorgers (65 - 74) voelt 9% zich zwaarbelast in het verlenen van mantelzorg. Van de categorie 50-64 geeft 12% aan zich zwaarbelast te voelen en van 35-49 jaar is dat 13%. Van alle Friezen in de leeftijdscategorie 19 tot 34 jaar verleent 5% mantelzorg. Niemand van hen geeft aan zich zwaarbelast te voelen.
Oók fijn om mantelzorg te geven Driekwart van de mantelzorgers (76%) haalt veel voldoening uit het verlenen van mantelzorg, omdat ze een intensieve relatie met de verzorgde ervaren. Dit gevoel van voldoening speelt vooral als de zorgtaken tot maximaal drie uur per week in beslag nemen.
1.6 Doel van deze notitie Er wordt onderzocht op welke wijze de bestaande ondersteuningsstructuur is vormgegeven en of deze voorziet in de behoefte van de mantelzorger. Dit onderzoek leidt tot het antwoord op de volgende centrale vraag:
“OP WELKE WIJZE KAN DE GEMEENTE HEERENVEEN MANTELZORGERS IN HAAR GEMEENTE (BETER) ONDERSTEUNEN ZODAT OVERBELASTING WORDT VOORKOMEN?” Het doel van deze notitie: - Informatie bieden over vormen van ondersteuning die overbelasting van mantelzorgers kan voorkomen (draagkracht, draaglast en ondersteuningsvormen). - Informatie bieden over het huidige ondersteuningsaanbod ten behoeve van mantelzorgers. - Inventariseren van behoeften en knelpunten van mantelzorgers. - Maatregelen formuleren voor gemeentelijk mantelzorgbeleid om de geconstateerde knelpunten op te lossen. Afbakening Het uitvoeringsplan richt zich specifiek op mantelzorgers. Vrijwilligerswerk valt buiten de scope van de huidige nota.
Gemeente Heerenveen
Pagina 15
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
2. BELEIDSKADER In dit hoofdstuk staat het kader voor mantelzorgondersteuning, het belang daarvan en de gemeentelijke verantwoordlijkheden en ambities hierin centraal. In §2.1 staat welke opgave de gemeente Heerenveen heeft in het kader van de hervorming van de langdurige zorg en het langer zelfstandig wonen. Ook wordt ingegaan op wat de Wmo 2015 zegt over ondersteuning van mantelzorgers en waar we rekening mee moeten houden voor wat betreft het lokaal beleid en het financieel kader. §2.2 gaat over het belang van mantelzorg en de manieren waarop dit tot uiting komt. §2.3 benadrukt de gemeentelijke verantwoordelijkheden en de verschillende taken en rollen op dit onderwerp om ten slotte het hoofdstuk in §2.4 af te sluiten met de gemeentelijke visie en ambitie op het gebied van mantelzorg en – ondersteuning.
2.1 Landelijk, lokaal en financieel kader 2.1.1 Wet Langdurige Zorg De hervorming van de langdurige zorg, waarbij de instroom van mensen in verzorgingsof verpleeghuizen wordt verminderd, heeft tot gevolg dat de rol van mantelzorgers en vrijwilligers bij de ondersteuning van mensen in eigen omgeving groter wordt. De kern van het landelijk beleid is dat men de informele zorg wil versterken, verlichten en verbinden. De staatssecretaris van VWS6 heeft in samenspraak met allerlei belangenverenigingen en de VNG een agenda opgesteld en een aantal thema's benoemd waar men aan wil werken om het doel, om mensen zo lang mogelijk zo zelfstandig mogelijk thuis te laten wonen, te bereiken. Gemeenten zijn voor een belangrijk deel verantwoordelijk voor het realiseren van de ambitie om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Het wettelijk kader hiervoor is o.a. de Wmo. Het Rijk hevelt middelen voor informele (mantel)zorg over naar gemeenten. De landelijke thema's zoals genoemd in de beleidsbrief ‘Versterken, verlichten en verbinden’ zijn: Samenspel formele en informele zorg en ondersteuning verbeteren; Deskundigheidsbevordering vrijwilligers/professionals/mantelzorgers; Goed toerusten (ondersteuning) van mantelzorger en vrijwilliger; Vrijwilligerswerk nieuwe stijl (meer gericht op ondersteuning activiteiten en minder op organisaties); Balans tussen werk, zorg en ondersteuning en vrije tijd. Door de inspraak met betrokken organisaties in het veld (waaronder Mezzo- landelijk steunpunt mantelzorg) kwamen nog andere thema's naar voren, te weten: Het in kaart brengen en versterken van sociale netwerken; Respijtzorg; Het afstemmen van wet- en regelgeving op informele zorg; Het erkennen en herkennen van de mantelzorger en de zorgvrijwilliger. Een aspect waar landelijk bij de informele zorg nauwelijks aan wordt gerefereerd is de druk die er ligt bij mantelzorgers met een partner die last heeft van dementie. Deze ziekte komt verhoudingsgewijs veel voor bij ouderen (maar niet alleen bij ouderen) en de verwachting is dat door het toenemend aantal ouderen ook het aantal ouderen met dementie toeneemt. Iemand met deze ziekte heeft gemiddeld 4 mantelzorgers. We weten dat de zorg voor mensen met dementie zwaar belastend is. Het gegeven dat ruim 70% van mensen met dementie thuis woont en dat het aantal groeit, is aanleiding om hier als gemeente bijzondere aandacht voor te hebben. Naast de zorg voor mantelzorgers, waar in deze 6
De staatssecretaris heeft in verschillende brieven aan de tweede kamer de noodzaak tot hervorming van de langdurige zorg en de gevolgen daarvan voor de informele en mantelzorg uiteengezet. Op 20 juli 2013 wordt in de beleidsbrief "Versterken, verlichten en verbinden" het nieuwe kader geschetst.
Gemeente Heerenveen
Pagina 16
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
notitie aandacht voor is, zal er meer moeten gebeuren om de vermaatschappelijking van de zorg voor mensen met dementie in goede banen te leiden. Daar wordt in het Wmo & Gezondheidsplan onder de noemer van ‘Dementievriendelijke Gemeente’ aandacht voor gegeven. In deze notitie wordt vooral het aspect mantelzorg nader inhoud gegeven. Een andere niet specifiek genoemde groep mantelzorgers zijn de jonge mantelzorgers. Deze worden vaak vergeten of niet genoemd maar hebben wel een eigen aanpak en ondersteuning nodig.
2.1.2 Opgave langer zelfstandig thuis wonen. De veranderingen door en voor het langer zelfstandig thuis wonen heeft niet alleen gevolgen voor de informele- en mantelzorg maar een gemeente brede impact. Het gaat dan ook om veranderingen in het zorgvastgoed, voldoende geschikte woningen en nieuwe woonvormen. Het Kabinet heeft hiervoor een Aanjaagteam Langer Zelfstandig Thuiswonen ingesteld die gemeenten ondersteunt bij deze ambitie. Zo leiden de verzwaring van de toelatingseisen tot intramurale zorg er o.a. toe dat er meer vraag komt naar aanpassingen van woningen en meer mantelzorgwoningen. In de praktijk betekent het dat er aanvragen komen voor het plaatsen van containers bij een woning, het verbouwen van een garage tot woonplek voor een inwonende ouder, kangoeroewoningen etc. Hiervoor kan een omgevingsvergunning of een financiële bijdrage van de gemeente nodig zijn. Voor de aanpassingen, aan- of verbouw van een woning is een ruimtelijke ordeningsprocedure nodig waarbij we de landelijke richtlijnen en uitgangspunten hanteren.
2.1.3 Wmo 2015 In de 'oude' Wmo stonden negen prestatievelden centraal. Deze komen in de Wmo 2015 niet meer voor. Wel wordt in de wettekst bij de begripsomschrijving van ‘maatschappelijke ondersteuning’ aangegeven waar gemeenten zich mee bezig moeten houden. Hier zijn de prestatievelden (gedeeltelijk) in te herkennen. bevorderen van de sociale samenhang, de mantelzorg en vrijwilligerswerk, de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking, de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, alsmede voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld; ondersteunen van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving; bieden van beschermd wonen en opvang. In de Wmo 2015 is geregeld dat de gemeente moet aangeven hoe zij de verschillende categorieën mantelzorgers zoveel als mogelijk in staat stelt om hun taken uit te voeren. Ook is in de Wmo 2015 de positie van de mantelzorger wettelijk verankerd. De mantelzorger zit -waar mogelijk- bij het keukentafelgesprek en tijdens dit gesprek komen ook de behoeften van de mantelzorger aan bod. Het gaat dan om behoeften die gerelateerd zijn aan een adequate uitoefening van de mantelzorgtaken. Een van de maatwerkvoorzieningen in de Wmo 2015 is kortdurend verblijf ter ontlasting van de mantelzorger (‘respijtzorg’). Daarnaast is vastgelegd dat de gemeente jaarlijks moet zorgdragen voor een blijk van waardering voor mantelzorgers van cliënten in de gemeente. Dit betekent dat ook mantelzorgers woonachtig buiten de gemeente hiervoor in aanmerking komen. Wat zegt de WMO 2015 over ondersteuning van mantelzorgers? De gemeenteraad moet in het beleidsplan opnemen hoe mantelzorgers worden ondersteund.
Gemeente Heerenveen
Pagina 17
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Gemeenten bepalen per verordening7 hoe mantelzorgers jaarlijks een blijk van waardering ontvangen; de opvolger van het mantelzorgcompliment. Om mantelzorgers te ondersteunen zodat zij het mantelzorgen kunnen volhouden, wordt de mantelzorger betrokken bij het keukentafelgesprek. De eigen mogelijkheden van de cliënt én de mantelzorger zijn het uitgangspunt in de Wmo. In het gesprek aan de ‘keukentafel’ wordt niet alleen gekeken wat de zorgvrager nodig heeft, maar óók wat de mantelzorger nodig heeft aan ondersteuning om die rol te kunnen vervullen. Mantelzorgers die zelf onvoldoende zelfredzaam zijn, kunnen ondersteuning (een maatwerkvoorziening) van de gemeente krijgen. In de nieuwe Wmo staat dat gemeenten aandacht moeten besteden aan de manier waarop mantelzorgers ondersteund worden. Gemeenten zijn verplicht om in ieder geval algemene voorzieningen te treffen die mantelzorgers ondersteunen.
De nieuwe Wmo benoemt niet alleen nadrukkelijk het belang van mantelzorgondersteuning maar geeft daarvoor ook de handvatten: Versterken, Verlichten en Verbinden . Het mantelzorgbeleid zou zich moeten richten op het versterken van de positie en regie van mantelzorgers en vrijwilligers, het verlichten van mantelzorg en vrijwilligerswerk en het beter verbinden van informele en formele ondersteuning en zorg.
2.1.4 Lokaal In december 2014 heeft de gemeenteraad van Heerenveen ingestemd met het Wmo & Gezondheidsplan 2015 TM 2018 ‘Iedereen doet mee!’ In dit beleidsplan heeft de gemeente gesteld dat mantelzorgers een directe, dagelijkse en vaak zeer intensieve ondersteuning van hun naasten vervullen en daarmee van onschatbare waarde zijn: “Mantelzorgers en vrijwilligers zijn van groot maatschappelijk belang!”
Beleidsdoel 7
De gemeente voorziet via de toegang mantelzorgers desgewenst van gerichte informatie en advies en daar waar mogelijk van maatwerkondersteuning. De gemeente communiceert begin 2015 actief naar inwoners waar mantelzorgers terecht kunnen met hun vragen, zodat zij de ondersteuning weten te vinden.
Resultaten
Mantelzorgers kunnen in eerste instantie met hun vragen, zorgen en wensen terecht bij de Meitinkers. Het resultaat hiervan kan zijn dat er gerichte maatwerkondersteuning (bijvoorbeeld kortdurende verblijfsondersteuning of mogelijk een andere maatwerk-voorziening of respijtzorg) wordt verstrekt aan de mantelzorgers en/of diens naaste (degene die de ondersteuning van de mantelzorger ontvangt).
Partners
Meitinkers, inwoners, welzijnsinstelling Caleidoscoop.
Regie
De mantelzorger, Caleidoscoop en gemeente.
In de Wmo-verordening is in artikel 16 ‘Jaarlijkse waardering mantelzorgers’ het volgende opgenomen: “Het college bepaalt bij nadere regeling waaruit de jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers van cliënten in de gemeente bestaat”. Het uitvoeringsplan wordt vastgesteld door het college als zijnde nadere regel voor onze mantelzorgers. 7
Gemeente Heerenveen
Pagina 18
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsdoel 8
De gemeente heeft in 2015 de concrete resultaten beschikbaar van het onderzoek onder mantelzorgers.
Resultaten
De gemeente beschikt in 2015 over de resultaten van het onderzoek onder mantelzorgers en heeft bijvoorbeeld inzichtelijk waaraan zij concreet behoefte hebben. Dit onderzoek biedt verder zicht op de wensen, behoeften, vragen en mate van belasting van onze mantelzorgers. Vervolgens worden met de mantelzorgers initiatieven ontwikkeld voor ondersteuning bij zijn of haar rol (conform aangenomen motie gemeenteraad 11 september 2014)
Partners
Welzijnsinstelling Caleidoscoop.
Regie
Welzijnsinstelling Caleidoscoop en gemeente.
Beleidsdoel 9
De gemeente hecht gedurende de beleidsperiode veel waarde aan het vroegtijdig opvangen van signalen op het gebied van (dreigende) overbelasting van mantelzorgers en zet daarom in op samenwerking met huisartsen en ziekenhuis De Tjongerschans.
Resultaten
Hoe eerder signalen over (dreigende) overbelasting bij de Meitinker terechtkomen, hoe beter er gericht ondersteuning kan worden gegeven aan de mantelzorger. Veelal hebben huisartsen of diens praktijkondersteuners hier het beste zicht op. De gemeente hecht er waarde aan nauw samen te werken met huisartsen/praktijkondersteuners. Vanwege het gedeelde belang, de inwoner zoveel als mogelijk zelfredzaam te laten zijn in zijn of haar eigen omgeving, zoekt de gemeente ook de nauwe samenwerking met ziekenhuis De Tjongerschans, w.o. de spreekuurhoudende verpleegkundig specialisten.
Partners
Huisartsen/praktijkondersteuners, ziekenhuis De Tjongerschans (w.o. de spreekuurhoudende verpleegkundig specialisten).
Regie
Gemeente.
Beleidsdoel 10
De gemeente organiseert in 2015, als jaarlijkse blijk van waardering, in ieder geval de ‘dag van de mantelzorg’, ‘doe eens wens dag/weekend’ en koppelt hieraan incidenteel gerichte congressen/trainingen en lotgenotencontacten. En er is respijtzorg beschikbaar.
Resultaten
Als jaarlijkse blijk van waardering in 2015 worden voornoemde activiteiten georganiseerd en bekostigd door de gemeente. Vanzelfsprekend wordt hiervoor geen eigen bijdrage van de mantelzorger gevraagd! Afhankelijk van de resultaten van het genoemde onderzoek onder mantelzorgers, zal het college vanaf 2016 een nadere invulling kunnen geven aan de concrete activiteiten voor mantelzorgers.
Partners
Welzijnsinstelling Caleidoscoop.
Gemeente Heerenveen
Pagina 19
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Regie
Gemeente.
Beleidsdoel 11
Tot en met 2018 behoudt de gemeente het procentuele aantal mantelzorgers minimaal op 17% en streeft, met behulp van de genoemde beleidsdoelen, naar een overbelastingspercentage van maximaal 10% (2013: 18%).
Resultaten
Uit het onderzoek over 2013 is gebleken dat circa 17% van onze inwoners mantelzorg verricht, waarvan 18% een vorm van overbelasting ervaart. Het percentage mantelzorgers zullen wij gedurende de beleidsperiode aan de hand van onze visie trachten te verhogen en de ervaren overbelasting te laten dalen naar maximaal 10%. Het college zal hiervoor jaarlijkse uitvoeringsactiviteiten opzetten, voor het eerst in 2015, en betrekt mantelzorgers actief bij gesprekken met de Meitinkers.
Partners
N.v.t.
Regie
Gemeente.
2.1.5 Financieel in de nota integrale afweging beleid en budgetten is voor de nieuwe verantwoordelijkheden ten aanzien van de ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers een algemene voorziening gecreëerd ter hoogte van maximaal € 164.865. Voor zover er noodzakelijke uitgaven aan de orde zijn als gevolg van de nieuwe verantwoordelijkheden, worden die uitgaven gedekt op voornoemde voorziening. Daarnaast kan per maatregelen worden bekeken of er slimme verbindingen kunnen worden gemaakt met andere budgetten (intern en extern).
2.2 Belang van mantelzorg en mantelzorgondersteuning Mantelzorg en vrijwilligerswerk, in het bijzonder in zorg en welzijn, zijn de twee belangrijkste pijlers waar de Wmo op rust. Het gaat immers om de zorg en inzet voor andere mensen. Daarmee staan ze voor diverse waarden die de gemeente wil versterken in de lokale samenleving, namelijk wederzijds respect, solidariteit met minder gezonde familieleden en buren, mensen die verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en hun omgeving. Het belang van mantelzorg komt op diverse manieren tot uiting: 1. Sociaal cement van de samenleving Mantelzorgers zetten zich belangeloos in voor anderen uit solidariteit, naastenliefde, rechtvaardigheid en eigen verantwoordelijkheid. Ze zijn bereid de zorg te verlenen. Waar mensen hun verantwoordelijkheid nemen moet deze verantwoordelijkheid worden gerespecteerd en niet worden doorkruist. Dat wil niet zeggen dat mensen aan hun lot worden overgelaten. Als ze niet in staat zijn om het heft in eigen handen te nemen of in eigen kring regelingen te treffen, moet er een vangnet zijn. De middelen daartoe moeten door de samenleving worden opgebracht. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het tot stand brengen van dit ‘vangnet’. 2. Bevorderen van zelfstandig functioneren van mensen met een beperking Veel oudere, gehandicapte of zieke burgers willen zolang mogelijk thuis blijven wonen. Zonder mantelzorgers zouden veel chronisch zieken, gehandicapten en ouderen hun eigen
Gemeente Heerenveen
Pagina 20
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
omgeving kwijtraken. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om eerder ontslagen te worden uit een ziekenhuis of een verpleeghuis. Kortom de mantelzorg is een belangrijke partner in het lokale zorgbeleid. 3. Toenemend beroep op informele zorg Steeds meer ouderen, gehandicapten en chronisch zieken hebben (kwalitatief goede) zorg nodig. De verwachting is dat er een tekort aan professionele zorg zal ontstaan die in toenemende mate wordt opgevangen door de naaste omgeving van de zorgvrager (informele zorg). Tweederde van alle zorg in Nederland bestaat uit informele zorg (mantelzorgers en vrijwilligers).8 4. Het economisch belang van mantelzorg Mantelzorg en vrijwilligerswerk zijn van cruciaal belang voor het slagen van de Wmo. Als mensen niet zoveel mogelijk voor elkaar zorgen, dan neemt de druk op individuele voorzieningen van de Wmo, de Wet Langdurige Zorg (Wlz) en de Zorgverzekeringswet (Zvw) toe en moeten financiële maatregelen worden getroffen om vraag en aanbod met elkaar in evenwicht te brengen. Mantelzorg vormt een omvangrijk, onbetaald, onderdeel van de zorgkant in de gezondheidszorg. Alle mantelzorgers samen landelijk opgeteld, verrichten wekelijks het werk van zo’n 650.000 betaalde zorgverleners. Het vertegenwoordigt een geschatte waarde van € 4 tot € 7 miljard per jaar.9 5. Het belang van mantelzorg ondersteuning De mantelzorgers die langdurige en intensieve zorg verlenen vormen een risicogroep, die sociale, fysieke of emotionele problemen kan krijgen en het risico loopt om in een sociaal isolement te raken. Mensen die langdurig voor een partner zorgen, werkende mantelzorgers en allochtone mantelzorgers lopen vaak extra risico om overbelast te raken. Als mantelzorg door overbelasting wegvalt, neemt de druk op individuele Wmo, Wlz en Zvw voorzieningen toe. Goede randvoorwaarden om mantelzorgtaken uit te voeren, gerichte aandacht en ondersteuning in een vroegtijdig stadium kunnen overbelasting voorkomen. Het is hierdoor van belang om de mantelzorgers goede ondersteuning te bieden.
2.3 Gemeentelijke verantwoordelijkheden 2.3.1 Gemeentelijke opdracht Het versterken van de hulp nabij en de zorgzame samenleving vormen belangrijke argumenten om de professionele ondersteuning niet te laten groeien, efficiënter in te zetten en waar nodig te bezuinigen. Een taak die door de decentralisatie bij de gemeenten is komen te liggen. Mantelzorg is daarmee een belangrijk onderdeel geworden om veranderingen in de zorg mogelijk te maken. Gelet op de huidige ontwikkelingen in de zorg waarin kwetsbare mensen steeds langer zelfstandig thuis blijven wonen, en waarin de eigen kracht van mensen en hun sociale omgeving centraal staat, zal een groter beroep worden gedaan op mantelzorgers. Ook de rijksoverheid heeft dit onderkend en stelt extra middelen beschikbaar aan gemeenten om de ondersteuning van mantelzorgers op een hoger plan te tillen en de informele zorg te versterken.
8
Bron: de mantelzorger in beeld, kamerstuk, 17 juni 2005 / SCP, “mantelzorg. Over de hulp van en aan mantelzorgers” 2003. 9 Bron: Van den berg, 2005.
Gemeente Heerenveen
Pagina 21
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
2.3.2 Taak en rol De gemeente vervult in het kader van de Wmo een regisserende en sturende rol bij het ontwikkelen van een visie op lokale sociale problematiek. Zij zorgt voor samenhang in het lokaal sociaal beleid en voor afstemming op de terreinen van welzijn, zorg, wonen, werk en mobiliteit. De Wmo is gericht op de zelfredzaamheid van mensen, daar waar zij ondersteuning nodig hebben biedt de gemeente een vangnet. Een deel van de taken rond mantelzorgondersteuning zal de gemeente Heerenveen zelf gaan uitvoeren, maar een aanzienlijk deel ook niet. Als gemeente Heerenveen hebben we ook binnen het mantelzorgbeleid verschillende rollen. In de rol van uitvoerder nemen we de uitvoerende verantwoordelijkheid, denk aan het betrekken van mantelzorgers bij het keukentafelgesprek. Als opdrachtgever houden wij ons zich bezig met het inkopen en monitoren van mantelzorgondersteuning en in de rol als regisseur zijn we bezig om de lokale organisaties te mobiliseren om zich in te zetten voor mantelzorgondersteuning. De rol van de gemeente zal vooral op de volgende manieren zichtbaar moeten zijn: het voeren van de regie en het nemen van initiatief, het bij elkaar brengen van betrokken partijen, het ontwikkelen van beleid; het stimuleren en faciliteren van organisaties die mantelzorgers ondersteunen; het direct ondersteunen van de individuele mantelzorger. Al deze rollen bieden sturingsmogelijkheden. Denk aan het afsluiten van convenanten, intentieverklaringen en samenwerkingscontracten met zorgverzekeraars en zorgaanbieders. Subsidiestromen en inkoop van zorg door middel van aanbesteding bieden sturingsmogelijkheid. Deelname aan lokale besturen en overleggen zijn ook een sturingsmogelijkheid. De gemeente is verantwoordelijk voor het treffen van voorzieningen en diensten voor mantelzorgers, die specifiek gericht zijn op het verminderen van de draaglast en het vergroten van de draagkracht van mantelzorgers. Ook is het belangrijk dat de waarde van en de waardering voor de mantelzorgers wordt onderstreept. Niet alles ligt dus binnen de directe invloedsfeer van de gemeente. Veel maatregelen in de Wmo 2015 zijn relevant voor onder meer zorgaanbieders, mantelzorgondersteuners en vrijwilligersorganisaties.
2.4 Visie en ambitie Mantelzorgers zijn onmisbaar in de samenleving. De steun en zorg die mantelzorgers geven in de zorg voor kwetsbare mensen is onvervangbaar door de relatie die ze hebben. Mantelzorgers weten vaak het beste wat de cliënt nodig heeft. Mantelzorgers hebben vaak geen keus, aangezien de relatie die zij hebben met een cliënt bepalend is voor de hulp die geboden wordt. Door die relationele band wordt de zorg meestal als vanzelfsprekend gezien. Daardoor zijn mantelzorgers snel geneigd om hun grenzen te verleggen. Hun inzet is niet afdwingbaar. Naast de zorg voor de ander is het noodzakelijk dat mantelzorgers zelf blijven deelnemen aan de samenleving. Mantelzorg is normaal, de zelfredzaamheid van mensen is belangrijk. Door mantelzorgers te ondersteunen bij de uitoefening van hun zorgtaken, kunnen ze het beter en langer volhouden en wordt overbelasting voorkomen. Deze visie mondt uit in twee doelstellingen. De eerste doelstelling is om het aantal mantelzorgers dat zich overbelast voelt te verminderen. De tweede is om het aantal mantelzorgers dat zich beperkt voelt om te participeren in de samenleving, te verminderen en zo de participatie te verhogen.
Gemeente Heerenveen
Pagina 22
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Om de doelstellingen te bereiken worden deze omgezet in activiteiten gericht op: 1. Waarderen en behouden van mantelzorgers. 2. Verbeteren van de ondersteuningsstructuur voor mantelzorgers. Gezien het belang van mantelzorg en de maatschappelijke ontwikkelingen kan de volgende missie geformuleerd worden:
‘De gemeente levert een bijdrage aan het behouden, waarderen en ondersteunen van mantelzorgers zodat zij hun waardevolle inzet in de samenleving k unnen (blijven) geven.’ De ambitie van de gemeente Heerenveen is om mantelzorgbeleid vorm te geven dat voorziet in passende waardering en ondersteuning voor mantelzorgers die zorg dragen voor inwoners van de gemeente. De activiteiten die ontplooid worden, zijn gericht op het behouden of herstellen van de balans tussen draagkracht en draaglast van het volledige zorgnetwerk. Hierbij dient in het achterhoofd gehouden te worden dat er mantelzorgers zijn die niet in deze gemeente woonachtig zijn, maar wel zorg dragen voor een inwoner van de gemeente Heerenveen.
“Na een jaar ben je door al je krachten en reserves heen.”
Sytse (57) zorgde met zijn partner en zus intensief voor zijn ouders, voordat deze werden opgenomen in een verzorgingshuis: “Ik realiseer me pas áchteraf dat je zo’n zware combinatie maar een jaar volhoudt. Dan ben je door je krachten en reserves heen. Op het moment zelf heb je het niet door. Je werkt, regelt en zorgt steeds meer en meer. Zoals een vis niet doorheeft dat hij in een steeds grotere plas water zit. Pas op het droge zie je het water en hoe groot die plas is. Kiezen is geen optie. Je houdt van je dierbaren, dus helpt hen. We waren 24/7 bezorgd. Je hebt constant schimmen in je achterhoofd. Je concentratie wordt minder, je dwaalt af tijdens vergaderingen, je vergeet een document, bent te laat op afspraken, zulk soort dingen.
Gemeente Heerenveen
Pagina 23
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
3. DRAAGKRACHT, DRAAGLAST EN ONDERSTEUNINGSVORMEN Er is veel geschreven over de draagkracht en draaglast van mantelzorgers dat bij een disbalans kan leiden tot overbelasting. Voor dit uitvoeringsplan zijn verschillende relevante theorieën en modellen over dit onderwerp benaderd. In dit hoofdstuk staat hoe de uitkomsten van deze theorieën kunnen bijdragen aan het beantwoorden van de centrale vraag. In §3.1 wordt er ingegaan op het model van draagkrachtdraaglast analyse om in §3.2 verder in te gaan op overbelasting. Wanneer er een duidelijk beeld is van de mantelzorger en van zijn of haar draaglast en draagkracht, kan er worden gezocht naar de juiste ondersteuning. §3.3 gaat in op de verschillende vormen van mantelzorgondersteuning, die de draagkracht van de mantelzorger dienen te vergroten en de draaglast verminderen. Hierbij worden de ‘oude basisfuncties’ besproken en de nieuwe richtlijnen vinden, versterken, verlichten en verbinden.
3.1 Draa gkracht en draaglast 10 Wanneer mensen mantelzorger worden, gaat dit gepaard met een bepaalde graad van belasting. Deze varieert van zeer licht tot zeer ernstig. De belasting die men ervaart, hangt af van de draagkracht van de mantelzorger en de draaglast van de zorgsituatie. Wanneer deze twee elementen in evenwicht zijn, is de mantelzorger doorgaans in staat de zorg het hoofd te bieden. Bij een langdurig uit balans zijn, loert het risico op overbelasting. Het model van de draagkracht-draaglast analyse maakt inzichtelijk waarom een situatie te veel kan zijn voor iemand. Wanneer de draaglast groter wordt dan de draagkracht ontstaan problemen. De weegschaal slaat door naar één kant. Dit kan gebeuren doordat er bijvoorbeeld veel in korte tijd gebeurt of het heel druk is, waardoor de draaglast groter wordt (zwaarder). Maar het kan ook zijn dat iemand moe of ziek is, waardoor zijn draagkracht vermindert. Resultaat is dat de eisen die gesteld worden groter zijn dan wat de persoon aan kan of denkt aan te kunnen. De belasting van mantelzorgers kan men visualiseren als de balans tussen draagkracht en draaglast. In het verhaal van mantelzorgers komen doorgaans zowel positieve als negatieve aspecten naar voor. De mantelzorgsituatie kan men bijgevolg steeds zien als een combinatie van draagkracht en draaglast. Of de balans in evenwicht staat, wordt bepaald door verschillende factoren. De balans tussen draagkracht en draaglast kan worden samengevat zoals weergegeven in figuur 9. In figuur 9 is te zien dat de draagkracht en draaglast in balans worden gehouden door een aantal factoren die invloed hebben op de draagkracht en een aantal factoren die invloed hebben op de draaglast. Draagkracht wordt vooral bepaald door de factoren: coping, sociale steun en gezondheid mantelzorger. De manier waarop mensen omgaan met teleurstellingen, tegenslagen en veranderingen, wordt ‘coping’ genoemd. De draaglast wordt met name bepaald door de factoren: ziekte zorgvrager, financiële problemen, vroegere relatie met de zorgvrager en overige stressvolle levensgebeurtenissen. Door inzichtelijk te maken welke draaglastfactoren en welke draagkrachtfactoren er zijn, wordt 10
FIGUUR 9 BALANSMODEL MANTELZORG DRAAGKRACHT EN DRAAGLAST
Invoorzorg, 2015; Onderzoek Mantelzorgondersteuning op Maat, 2015, Kennispunt Mantelzorg Brugge, 2015
Gemeente Heerenveen
Pagina 24
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
duidelijk waar de versterking plaats kan vinden. Ligt de nadruk op afname van draaglast of op versterken van draagkracht, wat is haalbaar en op kortere en lageren termijn realiseerbaar? Voor het bepalen van de draaglast bij mantelzorgers zijn nog meer factoren te noemen. In plaats van vier factoren kunnen ook de volgende acht factoren genoemd worden: de ziekte, de aanwezigheid van andere stressvolle levensgebeurtenissen, de kwaliteit van de relatie met de hulpbehoevende (zowel vroeger als nu), samenleven met een hulpbehoevend familielid, problemen in de relatie met het gezin en de familie, het geslacht van de mantelzorger en praktische en financiële problemen. Deze worden hieronder kort toegelicht:
De ziekte van de zorgbehoevende De aanwezigheid van andere gebeurtenissen. Zowel positieve als negatieve life events (overlijden, geboorte, veranderen van werk enz.) kunnen de belasting bij de mantelzorger doen stijgen aangezien zij energie en mentale veerkracht vragen. Dit combineren met een half- of voltijdse zorg is niet vanzelfsprekend. De vroegere en huidige relatie met de zorgbehoevende. Wanneer beide partijen zich goed voel(d)en bij elkaar en er voor de ziekte een hechte band tussen beiden was, ervaren mantelzorgers de zorg als minder belastend dan bij een meer afstandelijke relatie. Het is de wederkerigheid, nu of in het verleden, die de verzorgingsrelatie draaglijker maakt. Samenwonen. Samenleven met de patiënt verhoogt de draaglast doorgaans meer dan wanneer de mantelzorger apart woont. Problemen in de relatie met de familie of het gezin van de mantelzorger Geslacht van de mantelzorger. Sociaal draagvlak. Indien mantelzorgers zich door de zorg voor hun ouder, kind of partner, isoleren van sociaal contact hebben zij een groter risico op overbelasting. Praktische en financiële problemen . Tot slot wordt vermeld dat de draaglast bij mantelzorgers recht evenredig toeneemt met de financiële druk door zorguitgaven. Ook ervaren veel verzorgenden een grote belasting door het op zich nemen van huishoudelijke taken, verzorgingstaken, vervoer, enz.
3.2 Overbelasting Overbelasting is dus een disbalans tussen de draagkracht en draaglast van de mantelzorger. Het moment waarop belasting als zwaar wordt ervaren hangt sterk af van de duur en intensiteit van de geboden zorg, wat weer samenhangt met de zwaarte van de zorgsituatie. Hoe intensiever en langer de duur is van de zorg(situatie); hoe groter de kans op overbelasting. Belasting is slechts voor een klein deel objectief te meten; een groter deel is subjectief en gaat in op de beleving van de belasting van de mantelzorger. Er is veel onderzoek gedaan naar de overbelasting bij mantelzorgers, volgens onderzoek uit 2007 van het Sociaal en Cultureel Planbureau11 blijkt dat 45% van de mantelzorgers de zorg als matig of ernstig belastend ervaren Naast dit gegeven heeft ook een gedeelte van de mantelzorgers te maken met gezondheidsproblemen12 De problemen variëren van moeheid, uitputting, gejaagdheid tot zelfs somberheid of een depressie. De klachten houden niet altijd verband met de zorgtaken die men vervult, maar het staat wel vast dat mantelzorg een stressvolle ‘baan’ is13 Objectieve en subjectieve overbelasting Klachten in verband met overbelasting van de mantelzorger ontstaan als de draaglast groter is dan de draagkracht. De uitdrukking draaglast duidt het geheel van lasten aan 11
SCP, 2007 Timmermans, SCP, Mantelzorg, Over de hulp van en aan mantelzorgers, 2003 13 Buijssen & Adriaansen, Hulpverlening Aan Mantelzorgers, 2005 12
Gemeente Heerenveen
Pagina 25
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
waar de mantelzorger mee te maken heeft. Draagkracht duidt op de bekwaamheid van de mantelzorger hoe met deze lasten om te gaan. Als de draaglast de draagkracht overtreft, dan gaat de mantelzorger over zijn of haar grenzen heen en zal diegene overbelast raken 14. Wat daadwerkelijk voor de overbelasting zorgt, en wat de fragiele balans tussen draaglast en draagkracht verstoort, wordt in grote mate beïnvloed door persoonlijke factoren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen objectieve en subjectieve overbelasting. Objectieve belasting is de belasting die buitenstaanders kunnen waarnemen, en die door een ander dan de mantelzorger zelf kan worden gemeten, aan de hand van een aantal vaste gegevens15. Objectieve belasting, oftewel OB staat ook voor ‘het Oog van de Buitenstaander’. Voorbeelden van deze (objectieve) gegevens zijn: cliëntkenmerken, zoals aard en duur van de ziekte van de naaste verzorgingskenmerken, de verzorgende activiteiten die de mantelzorger uitvoert omgevingskenmerken, de financiën, de woonsituatie, het sociale netwerk of de aanwezigheid van professionele hulp concurrerende aandachtsgebieden, zoals een baan of gezin Maar als men alleen zou kijken naar objectieve gegevens, dan zou men een eenzijdig beeld krijgen van de overbelasting van de mantelzorger. Er wordt bij het meten van de objectieve belasting niet gekeken naar de gevoelens van de mantelzorger. Daarom kijkt men ook naar de subjectieve belasting, dit betreft de belasting die de mantelzorger zelf ervaart, het gaat om de persoonlijke beleving. Subjectieve beleving is moeilijker om vast te stellen dan objectieve beleving15. Maar er zijn verschillende schalen en meetinstrumenten om de subjectieve en objectieve toestand van de mantelzorger weer te geven, om nadien een conclusie te trekken over zijn of haar belasting15.
3.3 Ondersteuningsvormen 3.3.1 Basisfuncties Wanneer er een duidelijk beeld is van de mantelzorger en van zijn of haar draaglast en draagkracht, kan er worden gezocht naar de juiste ondersteuning. Er zijn verschillende vormen van mantelzorgondersteuning, die de draagkracht van de mantelzorger dienen te vergroten en de draaglast verminderen. Er zijn op landelijk niveau zes basisfuncties benoemd voor de ondersteuning van mantelzorgers. Deze functies zijn: 1. Informatie, advies en training 2. Emotionele steun 3. Praktische ondersteuning en respijtzorg 4. Zorg en werk combineren 5. Belangenbehartiging 6. Erkenning en waardering In bijlage 2 staan deze functies nader omschreven. Sommige voorzieningen zijn direct gericht op de mantelzorgers zelf zoals lotgenotencontact of Steunpunten Mantelzorg. Andere voorzieningen hebben een indirecte werking doordat zij zich richten op de zorgvrager, maar ook de last van de mantelzorger kunnen verlichten. Bijvoorbeeld als bij het verstrekken van maaltijden ook om de mantelzorger wordt gedacht. Ondersteuningsvormen gericht op het vergroten van de draagkracht of het verminderen van de draaglast helpen bij het voorkomen van overbelasting.
14 15
Kragt, Overbelasting van mantelzorgers, 2007 Van Leeuwen, 2002
Gemeente Heerenveen
Pagina 26
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Uit een literatuurstudie komt naar voren dat er niet één specifieke ondersteuningsvorm uitspringt, maar dat de ondersteuning afhangt van de behoefte van de mantelzorger.
FIGUUR 10 CONCEPTUEEL MODEL MANTELZORGONDERSTEUNING, H. BOS 2015
3.3.2 Aandachtspunten Onderhand is –mede onder invloed van de kanteling- de focus verschoven naar vier nieuwe aandachtspunten voor mantelzorgondersteuning: 1. Vinden: is een voorwaarde om hen te kunnen versterken, verlichten en verbinden. 2. Versterken: heeft betrekking op regie en positie van mantelzorgers. Dit krijgt vorm via het betrekken van mantelzorgers in het keukentafelgesprek en via beleidsbeïnvloeding. 3. Verlichten: gaat over ondersteuning die mantelzorgers in staat stelt hun taken kunnen (blijven) uitvoeren 4. Verbinden: betreft samenwerking tussen formele en informele zorg en ondersteuning. I Vinden: hoe kunnen we mantelzorgers bereiken? Hoe bereiken we de mensen in de gemeente Heerenveen die zorgen voor naasten, zodat wij ze kunt Versterken, Verlichten en Verbinden? Hierbij kunnen we denken aan de volgende mogelijkheden: Zoek mantelzorgers dichtbij hun eigen leefpad en dicht bij het zorgpad van hun naaste; Sluit aan bij de beleving van mantelzorgers; Betrek mantelzorgers bij het gesprek. II Versterken: versterk mantelzorgers in hun regie en positie Zelfredzaamheid, zelfregie en zelfhulp zijn belangrijke uitgangspunten van de stelselherziening in zorg en ondersteuning. Met de basisfunctie Versterken zorgt de gemeente Heerenveen ervoor dat mantelzorgers de regie kunnen voeren en behouden, en keuzemogelijkheden hebben hoe zij de mantelzorg vormgeven. De centrale vraag is: wat kunnen wij organiseren om de regie en positie van mantelzorgers te versterken? Te denken valt aan: Onderzoek de vraag achter de vraag van mantelzorgers en zorgvragers; Maak werk van waardering voor mantelzorgers; Veranker eigen regie en keuzevrijheid van mantelzorgers in beleid; Neem belemmeringen voor mantelzorgen in wet- en regelgeving weg; Zorg voor actieve participatie van mantelzorgers in beleid. III Verlichten: organiseer ondersteuning voor mantelzorgers Goede ondersteuning voor mantelzorgers draagt ertoe bij dat hun draaglast en draagkracht in evenwicht zijn. Een mantelzorger is, naast mantelzorger, immers ook partner, kind,
Gemeente Heerenveen
Pagina 27
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
werknemer, scholier of vrijwilliger. Om overbelasting te voorkomen is het belangrijk dat de balans tussen verschillende taken en rollen behouden blijft. Hoe kan de gemeente Heerenveen de taak van mantelzorgers verlichten en hun draagkracht vergroten, zodat zij de zorg beter en langer vol houden? De volgende mogelijkheden vallen hieronder: Werk netwerkgericht en zet in op preventie van overbelasting; Organiseer informatie en advies; Faciliteer emotionele steun en educatie voor mantelzorgers; Maak werk van passende respijtzorg; Zet in op praktische en materiële hulp voor mantelzorgers; Maak werk van het vinden en binden van vrijwilligers. IV Verbinden: leg verbindingen tussen mantelzorgers en professionals Gelijkwaardige samenwerking tussen de informele zorg van mantelzorgers en de formele zorg van beroepskrachten is noodzakelijk voor integrale zorg en ondersteuning. De centrale vraag is: wat moet de gemeente Heerenveen organiseren om mantelzorgers en professionals in zorg en ondersteuning beter met elkaar te verbinden? Te denken valt aan: Investeren in samenwerking op het microniveau van professionals met mantelzorgers; Samenwerken op mesoniveau van organisaties voor formele en informele zorg;
3.3.3 Speerpunten In de toekomstagenda Informele zorg en ondersteuning16, is met medewerking van een groot aantal landelijke organisaties en diverse gemeenten, de volgende vier speerpunten opgenomen: 1. Samenspel informele en formele zorg verbeteren 2. Goed toerusten (ondersteunen) van mantelzorgers en vrijwilligers 3. Deskundigheidsbevordering van mantelzorgers, vrijwilligers en beroepskrachten 4. Vrijwilligers ‘nieuwe stijl’ Uit deze toekomstagenda blijkt hoeveel verschillende organisaties betrokken zijn bij informele zorg en mantelzorg.
3.3.4 Tot slot De oude basisfuncties zijn vooral terug te zien in aandachtspunt III ‘Verlichten’. Waar de basisfuncties uit 2009 vooral aandacht gaven aan de concrete vormen van mantelzorgondersteuning die geboden konden worden, ligt anno 2015 het accent tevens op de manier waarop het gebeurt: het bereiken van mantelzorgers, de positie die mantelzorgers innemen en de samenwerking tussen zorgvragers, mantelzorgers, vrijwilligers en beroepskrachten. En evenals de basisfuncties mantelzorg uit 2009 bieden deze nieuwe aandachtspunten gemeenten en lokale partners de mogelijkheid om dezelfde uitgangspunten te hanteren. De praktijk leert dat een gedeeld kader prettig werkt en houvast geeft om de lokale mantelzorgondersteuning effectief in te richten en aan te sturen. Ook biedt het in samenwerkingsverbanden richting bij het formuleren van inspanningsverplichtingen. In de volgende hoofdstukken wordt de mantelzorgondersteuning uitgewerkt op de hiervoor genoemde aandachtspunten en basisfuncties.
16
De Toekomstagenda is onder eindregie van VWS tot stand gekomen en met ondersteuning van het Expertisecentrum Mantelzorg, landelijk kenniscentrum voor mantelzorg en mantelzorgondersteuning, een samenwerkingsverband van Movisie en Vilans, september 2014
Gemeente Heerenveen
Pagina 28
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
4. HUIDIGE ONDERSTEUNING VAN MANTELZORGERS In dit hoofdstuk staat per aandachtspunt aangegeven welke ondersteuningsvormen er worden geboden. Het is geen uitputtende lijst. In de eerste paragraaf van dit hoofdstuk (§4.1) staat het vinden van mantelzorgers centraal. In §4.2 staat wat er in de gemeente Heerenveen op dit moment wordt organiseert om de regie en positie van mantelzorgers te versterken. §4.3 gaat vervolgens in op wat de gemeente Heerenveen en verschillende organisaties doen om de taak van mantelzorgers verlichten en hun draagkracht vergroten, zodat zij de zorg beter en langer vol houden. Per basisfunctie wordt dit uiteen gezet. Tenslotte staat in §4.4 het verbinden centraal. Dit gaat over samenwerking op het gebied van mantelzorgondersteuning en om mantelzorgers en professionals in zorg en ondersteuning beter met elkaar te verbinden.
4.1 Vinden Een deel van de weerbarstigheid van dit onderwerp zit hem in het feit dat grote groepen mantelzorgers niet bereikt worden. Dit heeft een aantal redenen: ten eerste wordt mantelzorg – ook als die zwaar is – door mantelzorgers niet per definitie als een probleem gezien. Het hoort ‘gewoon’ bij de relatie die je met iemand hebt. Ten tweede halen mantelzorgers veel voldoening uit het zorgen. Ze zijn er trots op en willen het daarom zo lang mogelijk volhouden. Ten derde willen mantelzorgers niet alleen graag zorgen, ze vinden vaak ook dat ze het alleen moeten en kunnen doen18. Daar komt bij dat partijen die (dreigend overbelaste) mantelzorgers zouden moeten signaleren en doorverwijzen naar passende professionele ondersteuningsvormen hun rol slechts in beperkte mate oppakken. Dit geldt vooral voor huisartsen en praktijkondersteuners. Zij geven in meerderheid aan dat ze daar niet aan toekomen of niets weten van respijtzorg of mantelzorgondersteuning17. De paradox is vaak dat er ondersteuning of respijtzorg beschikbaar is, maar dat mantelzorgers hier geen gebruik van maken. Dit heeft te maken met onbekendheid met het aanbod, alsook de ontoegankelijkheid van het aanbod door bureaucratie en onduidelijke toegang. Uit onderzoek is gebleken dat ruim de helft van de mantelzorgers niet weet dat ze ondersteuning kunnen krijgen en zo’n vier op de tien niet weet waar ze dit kunnen aanvragen. Van het aanzienlijke aantal mantelzorgers dat behoefte heeft aan ondersteuning vraagt maar ongeveer een op de acht dit aan18. Daarnaast worden ze niet effectief doorverwezen door instellingen of organisaties die hun aandacht primair op de cliënt richten en daarmee onvoldoende oog hebben voor de druk op de mantelzorgers. Het is bekend dat hoe eerder de hulpverlening wordt ingeschakeld, hoe groter het effect van interventies op de belasting die mantelzorgers ervaren19. Echter, het hiervoor genoemde leidt ertoe dat veel mantelzorgers pas in beeld komen als de balans tussen hun draagkracht en draaglast al (sterk) verstoord is. Een evenwicht tussen draaglast en draagkracht biedt de beste voorwaarden om mantelzorg optimaal uit de verf te laten komen. De ondersteuning van mantelzorgers zou zo ingericht moeten zijn dat zij mantelzorg voor kortere of langere duur in hun leven kunnen inpassen zonder overbelast te raken. Immers, wanneer een mantelzorger uitvalt zal de zelfredzaamheid van de zorgvragen afnemen en zal er eerder een beroep worden gedaan op professionele zorg of een individuele voorziening. Veel gemeenten stellen zich dan ook de vraag hoe zij meer mantelzorgers kunnen bereiken. De sleutelwoorden voor het bereiken van mantelzorgers zijn: dichtbij en samenhangend. Het is belangrijk om de ondersteuning dus aan langs het pad aan te bieden dat mantelzorgers en zorgvragers al bewandelen: dichtbij huis, dichtbij de zorg en dichtbij Linders et al., ‘Van mantelzorg heb je nooit respijt’, 2013 De Wmo in beweging, SCP, 2014 19 Toekomstbestendige mantelzorg, Evalutiebureau Publieke Gezondheid GGD Noord- en Oost Gelderland, 2013 17 18
Gemeente Heerenveen
Pagina 29
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
het dagelijks leven. Als regisseur in het sociaal domein kan de gemeente Heerenveen samen met haar netwerkpartners organiseren dat mantelzorgondersteuning daar is waar mantelzorgers en zorgvragers sowieso komen: bij de huisarts en de praktijkondersteuners, in de Toegang, bij docenten en maatschappelijk werkers op scholen en bij werkgevers. In de praktijk is het weleens lastig om direct in contact te komen met mantelzorgers. Veel mensen zijn zich niet bewust van het feit dat zij mantelzorger zijn. Hierdoor blijven veel mantelzorgers onzichtbaar. Om toch met ze in contact te komen is het belangrijk om op zoek te gaan naar de natuurlijke vindplaatsen door het leefpad en zorgpad van de mantelzorger te volgen. Het leefpad van een mantelzorger is de route van diens dagelijks leven. In de gemeente Heerenveen treffen we jongeren aan op scholen, sportverenigingen of uitgaansgelegenheden. Ouderen worden bereikt via meer specifieke verenigingen zoals een leesclub, een kerkgenootschap, een ouderenbond of een zelforganisatie. Werkende mantelzorgers kunnen aangetroffen worden op hun werk en als zij kinderen hebben bij het kinderdagverblijf of de naschoolse opvang. De tweede route is via het zorgpad: waar komen mantelzorgers en hun naasten voor zorg en ondersteuning? In de eerste lijn zijn dat bijvoorbeeld huisartsen, praktijkondersteuners, de meitinkers en preventiewerkers, maatschappelijk werkers, thuiszorgmedewerkers en paramedici zoals fysiotherapeuten, logopedisten en diëtisten. In de tweede lijn gaat het om ziekenhuizen, revalidatiecentra, verzorgings- en verpleeghuizen of GGZ-instellingen. Verder is het belangrijk om aan te sluiten bij de beleving van mantelzorgers. Mantelzorgers herkennen zich niet altijd in de term ‘mantelzorger’. Het woord mantelzorg is niet bij iedereen bekend en bovendien willen veel mensen geen ‘mantelzorger’ genoemd worden. In voorlichtingsmateriaal is het daarom beter om te vragen ‘zorgt u voor iemand?’ Een juiste toon voor contact met of communicatie richting mantelzorgers, is een respectvolle en begripvolle toon met de nadruk op eigen regie en eigen kracht van de zorgvrager en mantelzorger. Om mantelzorgers te vinden is het belangrijk om ze te betrekken bij het ‘keukentafelgesprek’. Het kan lastig zijn om een relatie met mantelzorgers op te bouwen, omdat mantelzorgers niet graag de aandacht op zichzelf vestigen. Toch is het hebben van een relatie belangrijk zodat mantelzorgers u weten te vinden, nu en als ze daar in de toekomst behoefte aan hebben. Er zijn verschillende methodieken beschikbaar die gericht zijn op motiverende gespreksvoering en waarbij de ervaren belasting en knelpunten van de mantelzorg in kaart worden gebracht.
4.2 Versterken Zelfredzaamheid, zelfregie en zelfhulp zijn belangrijke uitgangspunten van de stelselherziening in zorg en ondersteuning. Met de tweede basisfunctie Versterken zorgt de gemeente Heerenveen ervoor dat mantelzorgers de regie kunnen voeren en behouden, en keuzemogelijkheden hebben hoe zij de mantelzorg vormgeven. De centrale vraag is: wat moet de gemeente Heerenveen organiseren om de regie en positie van mantelzorgers te versterken? Bij de basisfunctie Versterken kan gedacht worden aan de volgende mogelijkheden: Onderzoek de vraag achter de vraag van mantelzorgers en zorgvragers; Maak werk van waardering voor mantelzorgers; Veranker eigen regie en keuzevrijheid van mantelzorgers in beleid; Neem belemmeringen voor mantelzorgen in wet- en regelgeving weg; Zorg voor actieve participatie van mantelzorgers in beleid.
Gemeente Heerenveen
Pagina 30
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Als een zorgvrager bij de gemeente Heerenveen een aanvraag doet voor ondersteuning, wordt door de meitinker of preventiewerker in beeld gebracht wat de mogelijkheden zijn om met mantelzorg of hulp uit het sociale netwerk te komen tot (verbetering van de) zelfredzaamheid of participatie. Mantelzorgers worden versterkt door hen te betrekken bij dit onderzoek naar de zorgvraag van de naaste voor wie ze zorgen. Daarnaast wordt in het onderzoek gekeken naar de ondersteuningsbehoeften van de mantelzorger, zodat die het zorgen kan (blijven) volhouden. Samen kunnen de mantelzorger en de zorgvrager de regie houden over de afspraken die met de gemeente gemaakt worden. Uit onderzoek blijkt dat er vaak sprake is van vraagverlegenheid bij cliënten, maar ook van handelingsverlegenheid bij personen uit het netwerk Om dit expliciet te maken is het nodig om de mantelzorger aan tafel uit te nodigen. Houd daarbij rekening met het feit dat niet alle mantelzorgers zich in het bijzijn van de zorgvrager vrij voelen om grenzen aan te geven van wat zij voor de zorgvrager kunnen en willen betekenen. Bovendien is een gesprek met een mantelzorger anders dan dat met een zorgvrager. Mantelzorgers zijn belangrijk. Versterking van mantelzorgers kan door regelmatig te laten merken dat de gemeente Heerenveen hun inzet waardeert middels een blijk van waardering. Voorheen deed het Rijk dit met het Mantelzorgcompliment; het budget dat beschikbaar is voor het mantelzorgcompliment is aan het Gemeentefonds toegevoegd. De gemeente Heerenveen kan zelf bepalen hoe we deze waardering vormgeven. Het kan via een geldbedrag, zoals bij het mantelzorgcompliment. Maar het kan ook gaan om waardering in natura, zoals een gemeentelijke mantelzorgpas waarmee mantelzorgers korting krijgen op bepaalde diensten. Ook kunnen we een jaarlijkse dag van de mantelzorg of een mantelzorg-verwen-dag organiseren. Met het communiceren over uw waardering voor mantelzorgers naar een breed publiek snijdt het mes aan twee kanten want de kans is groot dat er nieuwe mantelzorgers mee worden bereikt. Mantelzorgwaardering wordt in het uitvoeringsplan verder beschouwd als één van de oude basisfuncties onder het aandachtsgebied 3 ‘Verlichten’. Beleidsmatig kan de gemeente Heerenveen ook een aantal zaken regelen om de stem van de mantelzorger binnen de gemeente te bevorderen en zo de positie van de mantelzorgers te versterken. Op dit moment treffen we al de volgende maatregelen: Mantelzorgers hebben een formele rol in het proces van aanvraag, onderzoek en indicering. Mantelzorgers worden geïnformeerd over de mogelijkheid van onafhankelijke cliëntondersteuning. In de verordening is opgenomen hoe de gemeente Heerenveen omgaat met het inzetten van PGB voor informele zorg van mantelzorgers. In de uitvoering wordt rekening met de mogelijkheden van de mantelzorger. Bij het ontwikkelen van beleid wordt gebruik van de kennis en kunde van de steunpunten mantelzorg (het VSP van Caleidoscoop). Dit is de lokale expertisecentra voor professionals, werkgevers, scholen, en dus ook voor de gemeente. De regie van mantelzorgers in de gemeente Heerenveen wordt versterkt door participatie van mantelzorgers in de beleidsprocessen te bevorderen. Het gaat om beleidsbeïnvloeding: het perspectief van de mantelzorger wordt meegenomen. In de Participatieraad is een werkgroep dat zich actief bezig houdt met mantelzorg- en vrijwilligerswerk. Wij vinden het belangrijk om in het jaarlijkse Wmo cliënttevredenheidsonderzoek tevens vragen te stellen over en aan mantelzorgers. Daarnaast is er in 2015 een behoefteonderzoek gehouden onder mantelzorgers. GGD Fryslân doet regelmatig onderzoek onder inwoners. Zij nemen daarbij tevens vragen op over mantelzorg.
Gemeente Heerenveen
Pagina 31
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
4.3 Verlichten Zoals in hoofdstuk 3 besproken draagt goede ondersteuning voor mantelzorgers ertoe bij dat hun draaglast en draagkracht in evenwicht zijn. Deze derde basisfunctie, Verlichten, gaat over de draagkracht van mantelzorgers. Een mantelzorger is, naast mantelzorger, immers ook partner, kind, werknemer, scholier of vrijwilliger. Om overbelasting te voorkomen is het belangrijk dat de balans tussen verschillende taken en rollen behouden blijft. Hoe kan de gemeente Heerenveen de taak van mantelzorgers verlichten en hun draagkracht vergroten, zodat zij de zorg beter en langer vol houden? Waar de oude basisfuncties veel aandacht besteedden aan de overbelaste mantelzorger, komt daar in de Wmo 2015 het belang van preventie en vroegtijdige ondersteuning bij. Vroegtijdige ondersteuning betekent bijvoorbeeld dat huishoudelijke hulp wordt geboden aan de zorgvrager ter verlichting van de mantelzorger, zodat hij of zij de zorg kan combineren met werk. Of dat tijdig informatie en advies over ondersteuningsmogelijkheden wordt gegeven. Vormen van vervangende mantelzorg (respijtzorg) die in een vroegtijdige mix als ondersteuning kunnen worden ingezet zijn: (vrijwillige) thuisopvang, dagopvang, kortdurend verblijf in de vorm van logeren met zorg, en de inzet van informele zorg in de vorm van zorgvrijwilligers en andere mensen uit het netwerk. Het integraal beschouwen van de situatie van een cliënt en zijn of haar sociale netwerk is belangrijk omdat alleen dan maatwerk geboden kan worden. De gemeente staat samen met zorg- en welzijnsorganisaties voor de uitdaging om een grotere inzet van zorgvrijwilligers te realiseren. Deze vrijwilligers ondersteunen cliënten op uiteenlopende manieren. Tegelijkertijd verlichten ze de taken van mantelzorgers door de tijdelijke en volledige overname van zorg, bijvoorbeeld in logeervoorzieningen en aan huis. Met de stelselherzieningen krijgen vrijwilligers bovendien andere taken: ze worden betrokken bij complexere hulpvragen, werken samen met het netwerk rond hun cliënten en zullen in sommige gevallen ook meer faciliteren dan zelf zorgen. Deskundigheidsbevordering van zorgvrijwilligers is daarom geen overbodige luxe. De zoektocht naar voldoende vrijwilligers is, gelet op de vraag (kwantitatief en kwalitatief), een belangrijk aandachtspunt. Ook is het belangrijk om aandacht te besteden aan het beter verbinden van zorgvrijwilligers en mantelzorgers met elkaar. Gemeentelijke coördinatie is nodig voor een goede match tussen vraag en aanbod van vrijwillige inzet. In de volgende subparagrafen wordt per basisfunctie in beeld gebracht welke ondersteuningsvormen worden aangeboden.
4.1 Informatie, advies en training Op het gebied van informatie en advies worden de volgende ondersteuningsvormen aangeboden:
Meitinkers Meitinkers zijn meestal het eerste aanspreekpunt voor mantelzorgers. De mantelzorger kan samen met de zorgvrager en de meitinker een keukentafel gesprek houden om zo de zorgsituatie in kaart te brengen. Gezamenlijk wordt er bepaald welke vormen van ondersteuning er nodig zijn. De meitinkers hebben ad hoc contact met mantelzorgers en verstrekken informatie en advies en verwijzen door naar relevante instanties zoals de thuiszorg. Steeds vaker is de mantelzorger aanwezig bij het keukentafelgesprek. De meitinkers stimuleren hulpvragers om bij het gesprek iemand mee te nemen. Tijdens dit keukentafel-gesprek met de meitinker krijgen de mantelzorger en zorgvrager informatie en advies over mantelzorg en wat daar bij komt kijken. Dit kan gaan over verdiepende informatie over het ziektebeeld van de zorgvrager of waar je je kan aanmelden bij initiatieven zoals de dag van de mantelzorg of waar je je kan aanmelden voor praktische ondersteuning.
Gemeente Heerenveen
Pagina 32
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Tijdens het keukentafel-gesprek met de meitinker wordt er ook naar het sociale netwerk van de mantelzorger gekeken. Om betaalde zorg te voorkomen wordt er eerst geprobeerd het netwerk van mantelzorger bij de zorgsituatie te betrekken.
Caleidoscoop & Het VSP Caleidoscoop biedt een luisterend oor en kan bijvoorbeeld informatie verstrekken over MEZZO en lotgenotencontact-groepen. Het VSP van Caleidoscoop verstrekt ook informatie en advies en verwijst bij hulpvragen door naar relevante (vrijwilligers)organisaties. Bij complexere vragen vindt doorverwijzing plaats naar de meitinker. VSP onderhoudt een adressenbestand van mantelzorgers. Naast mantelzorgondersteuning beheert het VSP ook een vacaturebestand voor vrijwilligers. Het VSP bemiddelt tussen mensen die vrijwilligerswerk willen doen en (vrijwilligers)organisaties die op zoek zijn naar vrijwilligers. Er zijn circa 50 mantelzorgers in beeld bij het VSP.
Vrijwillige netwerker Vanuit het Vrijwilligers Servicepunt in Heerenveen initiatieven zoals de vrijwillige netwerker. Deze vrijwillige netwerker zet zich voor eenzame en geïsoleerde mensen in om hun netwerk te vergroten. Dit doen ze door middel van coaching waarbij de hulpvrager een doel gaat stellen en hier aan gaat werken.
TinZ TinZ zet casemanagers in voor de ondersteuning van cliënten met (beginnende) dementie en hun mantelzorgers. Hierbij wordt ondersteuning geboden bij het maken van keuzes of het oplossen van praktische problemen op diverse levensterreinen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van sociale verbanden met als uiteindelijk doel versterking van zelf-regie en zelfredzaamheid bij de cliënt en mantelzorger. Deze ondersteuning kan in de vorm van informatie en advies zijn maar ook uitgebreide vraagverhelderingen daaruit vloeiende ondersteuning bevatten.
Het Alzheimer café Het Alzheimer café in Heerenveen organiseert bijeenkomsten voor iedereen die met dementie te maken heeft. Verder biedt het Alzheimer café informatie en tips aan mantelzorgers over hoe met dementie om te gaan en als mantelzorger niet overbelast te raken.
Café Doodgewoon Heerenveen Café Doodgewoon Heerenveen organiseert avonden om met elkaar in gesprek te gaan over het levenseinde.
GGZ Friesland GGZ Friesland organiseert een 10-daagse training interactievaardigheden voor mantelzorgers. Deze trainingen vinden plaats vanaf 26 augustus 2015 op de woensdagen. de trainingen zijn bedoeld om een sterkere en effectieve samenwerking op te bouwen tussen de zorgvrager en de mantelzorger. Tijdens de trainingen worden (nieuwe) vaardigheden geoefend zoals ‘aanspreken’, ‘actief luisteren’ en ‘grenzen aangeven’. Verder is GGZ Friesland bezig een portaal voor mantelzorgers te ontwikkelen. Via dit portaal willen zij mantelzorgers ondersteunen, zodat mantelzorgers zichzelf kunnen versterken en beter in staat zijn om hun naasten te ondersteunen.
Breed overleg (in)formele zorg: Geriatrisch netwerk Twee keer jaar vindt er breed overleg (in)formele zorg plaats (geriatrisch netwerk). Doel is kennisuitwisseling, afstemming en samenwerking. Deelnemers zijn: vrijwillige hulporganisaties (hulpdiensten, Humanitas, Stand By, St. Present e.a.), Zonnebloemafdelingen, VSP/Caleidoscoop, thuiszorgorganisaties, kerken, coördinatoren
Gemeente Heerenveen
Pagina 33
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
van het vrijwilligerswerk binnen zorginstellingen, leden van lokale Wmo-raden, etc.. Het thema ‘mantelzorgondersteuning’ kan hier aan de orde komen.
HeerenveenHelpt HeerenveenHelpt.nl geeft mantelzorgers laagdrempelig en toegankelijk, snel en simpel, voorbeelden en informatie. Naast uitgebreide algemene informatie en tips die mantelzorgers krijgen om problemen op te lossen, worden er ook allerlei suggesties gedaan om samen met de directe omgeving oplossingen te zoeken. Behalve hulp van de directe omgeving, kan de mantelzorger ook gebruik maken van diensten van andere organisaties. Via ‘Mijn Buurt’ wordt getoond welke organisaties er zijn en welke activiteiten er worden georganiseerd.
WeHelpen Wehelpen.nl biedt een platform om vraag en aanbod van hulp bij elkaar te krijgen. Door hulpvragen online te zetten kan het netwerk van de mantelzorger verstevigd worden. WeHelpen biedt de mogelijkheid een hulpnetwerk aan te maken. Dit is handig als iemand bijvoorbeeld samen met anderen zorgt voor een vriend of familielid. Met een hulpnetwerk kunnen hulpaanbieders gezamenlijk een agenda beheren, een logboek bijhouden en notities delen.
WhatTheFean WhatTheFean is dé website voor en door jongeren tussen 12 en 23 jaar in Heerenveen en omliggende dorpen. Er is veel ruimte voor lokale nieuwsberichten maar ook voor algemene informatie en tips.
Cursussen en voorlichtingsbijeenkomsten. Er worden onder meer cursussen aangeboden voor mantelzorgers van mensen met een autistische of aanverwante stoornis, partnercursussen en/of cursussen verzorging thuis. Daarnaast worden op het gebied van autisme en aanverwante stoornissen, verstandelijke beperkingen, dementie en verslaving voorlichtingsbijeenkomsten gegeven. Er worden door thuiszorg de Friese Wouden twee soorten cursussen aangeboden, de ene geeft informatie over de ziekte en verzorging en de andere richt zich op de mantelzorger zelf. In de eerst genoemde cursus wordt bijvoorbeeld geleerd hoe een ziekte zich ontwikkeld en wat de perspectieven zijn. Ook worden verzorgende taken aangeleerd en technieken om de zorg zo eenvoudig en goed mogelijk te bieden. De andere categorie cursussen leert de mantelzorger omgaan met persoonlijke vragen. De veranderende rol ten opzichte van de zorgvrager, hoe combineer je verschillende taken en wanneer kom je aan jezelf toe?
4.2 Emotionele steun Veel vrijwilligers- en professionele organisaties bieden elk vanuit hun eigen aandachtsgebied een luisterend oor, organiseren (thema) bijeenkomsten en bieden individuele ondersteuning en/of gezinsondersteuning etc. Zo zijn er organisaties die informatieve huisbezoeken organiseren voor 75+ers; organiseert MEE Friesland groepsgesprekken en gezinsondersteuning; geeft Humanitas individuele begeleiding binnen de bezoekgroepen en Thuiszorg de Friese Wouden biedt diverse ondersteuningsgesprekken voor mantelzorgers. Ook is er begeleidend aanbod op het gebied van rouw- en stervensbegeleiding. Sensoor is een organisatie die 24 uur per dag en 7 dagen per week een luisterend oor biedt via een telefonische dienst.
Gemeente Heerenveen
Pagina 34
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
CVA-café Het CVA-café biedt de gelegenheid om met elkaar in contact te komen. Het gaat hier om mensen die te maken hebben met CVA.
Buddy initiatieven Er zijn verschillende professionele organisaties die zich inzetten voor de ondersteuning van volwassenen en kinderen met een chronische en/of levensbedreigende ziekte, ouderen die zich eenzaam voelen en/of een zeer gering sociaal netwerk hebben en mensen met geheugenproblemen en hun mantelzorgers. De ondersteuning van cliënten gebeurd via de inzet van professioneel opgeleide vrijwilligers (buddy’s). Ze bieden fijn momenten en sociaal-emotionele ondersteuning aan mensen bij wie ziekte, eenzaamheid of geheugenproblemen een grote rol speelt. Een buddy biedt een luisterend oor, is betrokken en geeft tijd en aandacht aan het alledaagse en het bijzondere in het leven van de cliënt. Naast aandacht voor de beleving en de gevolgen van het ziek zijn en de eenzaamheid, kan er ook de behoefte zijn om juist dingen actief te ondernemen die (nog) wel gedaan kunnen worden. En er is vanuit het fijne contact alertheid voor mogelijkheden om de leefwereld van het maatje (het sociale netwerk) te vergroten en/of te versterken. Denk hierbij aan organisaties als Kika, Buddynetwerk of FAWAKA.
4.3 Praktische ondersteuning en respijtzorg Ook op het gebied van praktische ondersteuning en respijtzorg zijn vele vrijwilligers- en professionele organisaties actief. In deze paragraaf worden enkele diensten benoemd die op het gebied van praktische ondersteuning worden aangeboden en enkele diensten die op het gebied van respijtzorg worden aangeboden. De opsomming van aanbieders is wederom niet uitputtend.
4.3.1 PRAKTISCHE ONDERSTEUNING Op het gebied van praktische ondersteuning worden diverse diensten aangeboden. In het onderstaande worden een aantal van deze aangeboden diensten benoemd;
Klussendienst Een aantal organisaties biedt praktische hulp aan in de vorm van een klussendienst. Dit aanbod is zowel op vrijwillige basis, als ook op professionele basis. Beiden bieden hulp bij werkzaamheden in de tuin of bij lichte onderhoudswerkzaamheden aan de woning. Een aantal kerkelijke organisaties heeft bijvoorbeeld een klussendienst voor haar leden, de vrijwilligerscentrale (het VSP) heeft een klussendienst voor mensen met een smalle beurs en daarnaast heeft Thuiszorg de Friese Wouden een klussendienst in haar aanbod van gemaksdiensten. Afhankelijk van de organisatie is een betaling of bijdrage nodig voor het inschakelen van de hulp.
Maaltijdvoorziening Enkele zorginstellingen (bijvoorbeeld Serviceflat Oranjewoud en Woonzorgcentrum Mariënbosch) bieden maaltijdvoorzieningen aan in onze gemeente waarbij maaltijden worden thuisbezorgd (tafeltje-dekje). Daarnaast zijn er commerciële aanbieders. De hoogte van de eigen bijdrage voor de maaltijdvoorziening verschilt per aanbieder. De afnemers betalen zelf hun maaltijd, in bepaalde gevallen is financiële steun via de bijzondere bijstand mogelijk. In de dorpen Akkrum, Nes en Aldeboarn zorgt ‘Oars troch’ van zorgcentrum Leppehiem ervoor dat voor € 7.60,- de maaltijden warm worden geleverd. Via HeerenveenHelpt kunnen maaltijdvoorzieningen met elkaar vergeleken worden.
Gemeente Heerenveen
Pagina 35
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Hulp in de huishouding Sinds 2015 is er een algemene voorziening voor eenvoudige huishoudelijke hulp. Deze
houdt in dat inwoners zelf huishoudelijke hulp inschakelen. In bepaalde gevallen krijgen inwoners hiervoor een vergoeding van de gemeente via de Heerenveense Himmelsjek. Dit hangt af van hun persoonlijke situatie. De meitinker, het aanspreekpunt voor zorg en ondersteuning, kan daarbij helpen. Daarnaast kan deze mensen helpen bij het vinden van geschikte huishoudelijke hulp. Heeft iemand intensievere ondersteuning nodig om zijn huishouden op orde te houden, dan blijft de gemeente dit vergoeden. In andere gevallen kunnen inwoners een aanvraag indienen voor individuele bijzondere bijstand.
Administratieve hulp Een aantal organisaties (zoals Humanitas, de Barones en de vrijwillige ouderenadviseurs van de ouderenbond COSBO) biedt hulp aan voor het bijhouden van de financiële administratie. Zij helpen de verzorgende en/of de mantelzorgers bij bijvoorbeeld de maandelijkse administratie of het aanvragen van financiële tegemoetkomingen.
Hulpmiddelen Bij de winkel van het Groene Kruis zijn verpleeg- en hulpmiddelen te leen en te huur die bij de verzorging thuis noodzakelijk zijn. In het assortiment zijn onder ander verstelbare bedden, krukken, rolstoelen, looprekjes en ondersteken. Ook zijn er via de gemeente hulpmiddelen verkrijgbaar. Vanuit de Wmo kunnen er praktische zaken zoals een traplift of rolstoel worden aangeboden om zo de zorgvrager en mantelzorger te kunnen ondersteunen. Het gaat hier vooral om materiele hulp. Via de meitinker worden vervoersvoorzieningen en woonvoorzieningen verstrekt. De voorzieningen die voor een mantelzorger een groot verschil kunnen maken zijn de aanpassingen die de eigen auto en de eigen woning (opnieuw) geschikt maken voor de zorgvrager.
De seniorenbegeleider De seniorenbegeleider is een ZZP-er en is een particulier initiatief. De seniorenbegeleider ontzorgt mantelzorgers en helpt senioren bij activiteiten zoals vervoer en begeleiding naar hun huisarts of ziekenhuis. Leuke uitstapjes behoren ook tot de mogelijkheden. Het beoogde resultaat is dat een mantelzorger tijd voor zichzelf heeft en dat een senior de regie over zijn/haar eigen leven houdt door dingen te blijven ondernemen. Ook voor de kinderen van de senioren kan het een geruststelling zijn dat er bijvoorbeeld elke week iemand bij hun ouder(s) op bezoek komt. Tegen betaling kan deze begeleiding worden ingezet. Onder bepaalde voorwaarden is de seniorenbegeleider in te kopen met een PGB.
Sociaal, mentale -en creatieve ondersteuning aan ouderen Ouderen-service Heerenveen helpt ouderen om tot hoge leeftijd een zelfstandig, volwaardig en plezierig leven te leiden. Ze verlenen praktische oplossingen en menselijke service op maat voor ouderen. Persoonlijk en praktisch. Ze bieden ondersteuning in het dagelijks leven en sluiten aan bij de behoeften en wensen van ouderen. Van een wandeling, goed gesprek, spelletje of uitstapje tot het zoeken van passende verenigingen, netwerken of regelingen. Een bewegingsprogramma voor het op peil houden of verbeteren van de lichamelijke conditie is ook mogelijk. Alles, behalve financiën en medische zorg.
4.3.2 RESPIJTZORG Respijtzorg is de tijdelijke overname van zorg door professionele of vrijwillige hulpverleners met het doel om de mantelzorger even vrijaf te geven en op adem te komen. Respijtzorg kan worden onder verdeeld aan zorg aan huis en zorg buitenshuis. Respijtzorg aan huis wordt meestal uitgevoerd door vrijwilligers en bestaat uit oppas, bezoekservice en andere vormen van praktische ondersteuning. Respijtzorg buitenshuis is vaak professionele opvang, waarbij gedacht kan worden aan dagvoorzieningen, zoals
Gemeente Heerenveen
Pagina 36
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
dagopvang/behandeling, nachtopvang, zorgboerderijen. Daarnaast kan ook gedacht worden aan meerdaagse voorzieningen, aangepaste vakanties en activiteiten ter ontspanning voor de mantelzorger.
Vrijwillige Thuishulp Een aantal organisaties bieden vrijwillige thuishulp. Elk van hen biedt thuiszorg (respijtzorg) waarbij alle taken van de mantelzorgers worden overgenomen. Stand-by van Humanitas biedt bijvoorbeeld oppasdiensten aan. Hierbij wordt geen verdere assistentie verleend bij huishouden of zorg. Er wordt alleen toezicht gehouden of gezelschap aangeboden. Stichting de Zonnebloem maakt gebruikt van vrijwilligers om activiteiten te ondernemen met mensen die een lichamelijke beperking hebben. Op deze manier kunnen mantelzorgers van deze mensen ontlast worden omdat ze nu wat meer tijd voor hun zelf hebben. De vrijwillige ‘mantelzorgmaatjes’ van Caleidoscoop worden ingezet om mantelzorgers te ontlasten. Mantelzorgers kunnen hierdoor andere activiteiten ondernemen waar ze normaal niet aan toe zouden komen. Hierdoor kan de mantelzorger ontspannen en krijgt hij of zij weer energie om de mantelzorg langer vol te houden. Naast de mantelzorger zorgt de vrijwilliger ook voor goed gezelschap voor de zorgvrager. Op wehelpen.nl kan ondersteuning zorg & hulp in de vorm van hulpvragen online worden gezet. Mensen die graag wat voor een ander willen betekenen kunnen hier dan op reageren en vervolgens hulp bieden.
Professionele opvang Naast een oppas thuis is het mogelijk dat degene waarvoor de mantelzorger zorgt een nachtje ergens gaat logeren, naar de dagopvang of een zorgboerderij. De mantelzorger heeft dan vrijaf. Logeerhuis Heerenveen biedt logeerweekenden, vakanties, groepsbegeleiding en individuele begeleiding aan voor kinderen en jongeren van 4 tm 18 jaar met ADHD,ASS en andere aanverwante stoornissen. Zij hanteren een ondergrens van een IQ van 70. Bij Zorgboerderij De Klimop wordt professionele, kwalitatieve zorg geboden aan jongeren met een beperking. Dit gebeurt vanuit onze kleinschalige boerderijsetting in Smilde. Logeren bij de zorgboerderij is mogelijk in de schoolvakanties en tijdens geplande logeerweekenden. Ook kunnen zorghotels een geschikte oplossing zijn als de mantelzorger behoefte heeft aan respijtzorg. De mantelzorger die normaal de verzorging doet, kan dan even bijkomen. Of ze kunnen gezellig samen weg. Zorghotel Oranjewoud in Oranjewoud is onderdeel van Serviceflat-Oranjewoud. Boarnsterhim State in Aldeboarn is een kleinschalige woon-zorgvoorziening. Boarnsterhim State heeft vier kamers ter beschikking voor tijdelijke zorg. Er zijn meer organisaties die die tijdelijke opvang bieden. De eigen bijdrage voor professionele opvang is afhankelijk van het inkomen, de eventuele meerkosten worden betaald uit de Wlz, Zvw of Wmo. Kortdurende Verblijfsondersteuning Bij Kortdurende Verblijfsondersteuning gaat het om logeren in een instelling gedurende maximaal drie etmalen per week, als de ondersteuning voor de inwoner noodzakelijkerwijs gepaard gaat met permanent toezicht. Het zwaartepunt van de ondersteuning ligt vooral op logeren met als doel het overnemen van het permanente toezicht op de inwoner ter ontlasting van de gebruikelijke zorger of mantelzorger. De verblijfsondersteuning geldt als aanvulling op het wonen in de thuissituatie. De verblijfscomponent is een component voor huishoudelijke verzorging, keukenpersoneel, de facilitaire dienst, dagelijkse welzijnsactiviteiten en voeding- en hotelmatige kosten. De eigen bijdrage verloopt via het CAK.
Gemeente Heerenveen
Pagina 37
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Respijtweekenden MEE Friesland organiseert voor mantelzorgers zogenaamde respijtweekenden. Tijdens deze weekenden gaan mantelzorgers met begeleiders van MEE Friesland er op uit om afstand te doen van de mantelzorg om zo weer nieuwe energie te krijgen. Het programma is afwisselend met daarin ontspanning en ontmoetingsmomenten voor mantelzorgers. Ook Stichting Welzijn Het Bolwerk organiseert één keer per jaar een respijtweekend. De gemeente Heerenveen financiert dit jaarlijks voor 4 mantelzorgers.
Kinderkampen Er worden door heel Nederland verschillende kinderkampen georganiseerd voor kinderen die "er eens tussenuit moeten”. Dit is vaak voor kinderen die anders niet op vakantie kunnen. Deze kampen zijn er enerzijds zodat kinderen er even tussenuit zijn en ouders/verzorgers even weer op adem kunnen komen. Maar anderzijds kan het ook zijn voor kinderen waar thuis veel zorg is voor een ziek broertje, zusje of ouder. Humanitas is één van de organisaties die dit organiseert. De prijzen van een weekje kinderkamp liggen erg uiteen en variëren vanaf ca. € 95 tot ca. € 500 voor een week. Ouders met een laag inkomen krijgen soms korting op de prijs.
4.4 Zorg en werk combineren Op het gebied van het combineren van zorg en werk zijn er de volgende mogelijkheden:
Wettelijke mogelijkheden In de wet arbeid en zorg zijn verschillende verlofmogelijkheden vastgelegd. Het calamiteitenverlof voor het oplossen van een onverwachte situatie, kortdurend zorgverlof van 10 dagen waarbij 70% van het loon wordt doorbetaald en langdurig zorgverlof dat maximaal 6 weken duurt en niet wordt doorbetaald. Iedere werknemer heeft recht op deze voorzieningen. Werknemers krijgen flexibiliteit in werktijden en werkplek en kunnen eerder een verzoek om korter of langer te werken indienen. De Wet Flexibel Werken (Wfw) treedt op 1 januari 2016 in werking. De wet Flexibel werken vervangt de Wet aanpassing arbeidsduur (WAA). De nieuwe wet moet bevorderen dat werknemers meer mogelijkheden krijgen om te telewerken en op voor hen gunstige tijden te werken. In overleg met de werkgever kunnen werkomstandigheden aangepast worden als de verlofregelingen niet toereikend zijn. De mogelijkheid van het aanpassen van werkomstandigheden hangt natuurlijk nauw samen met de aard van de werkzaamheden. Er kan gekeken worden of de werktijden aangepast kunnen worden, mogelijk thuiswerken of eenvoudigweg telefonisch beschikbaar zijn voor het thuisfront. Verschillende organisaties waaronder Foveo, Talant, Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg (VTPZ) en Stichting maatschappelijk Werk Fryslân bieden bemiddeling aan tussen de werkgever en de mantelzorger.
Vrijstelling arbeidsverplichting Het is mogelijk om een bijstandsontvangende vrij te stellen van de arbeidsverplichtingen. Als iemand bijvoorbeeld mantelzorger is, bestaat binnen de Participatiewet de mogelijkheid om tijdelijke vrijstelling te verlenen. Bij het verlenen van vrijstelling wordt rekening gehouden met de afstand tot de arbeidsmarkt. Voor een bepaalde periode kan er ontheffing van de sollicitatieplicht gegeven worden als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan. Hierbij gaat het om zorg die meer tijd en energie kost dan normale ziekenzorg. De mantelzorger dan ontheffing van de sollicitatieplicht vragen. Mantelzorger kan maximaal een halfjaar ontheffing krijgen. Is er
Gemeente Heerenveen
Pagina 38
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
sprake van een heel uitzonderlijke situatie? Dan kan de termijn steeds met 1 maand verlengd worden.
Bemiddeling tussen werkgever en werknemer Er is bemiddeling mogelijk tussen werkgever en werknemer als een mantelzorger in de knel komt. Diverse organisaties bieden hun diensten aan om mee te denken aan praktische oplossingen. Bemiddeling door een organisatie geeft de mantelzorger kennis van de mogelijkheden en een steuntje in de rug. Het is soms moeilijk om je werkgever met je privé-leven te belasten, terwijl dit juist voor het volhouden van het werk van essentieel belang is.
4.5 Belangenbehartiging
Mezzo Mezzo is de landelijke vereniging voor mantelzorgers. Zij behartigen de belangen van mantelzorgers en geven ondersteuning. Mezzo komt op voor iedereen die zorgt voor een ander. Als familielid, buur, vriend of ‘gewoon’ uit solidariteit. Als mantelzorger of zorgvrijwilliger.
Participatieraad De gemeente Heerenveen heeft een Participatieraad. De raad bestaat uit 14 leden die alle Wmo doelgroepen vertegenwoordigen, waaronder ook de mantelzorgers. De voorzitter van de raad is onafhankelijk en wordt bijgestaan door een ambtelijke secretaris. De taak van de Participatieraad is het behartigen van de collectieve belangen van burgers die (potentiële) vragers zijn van voorzieningen van maatschappelijke ondersteuning. De raad adviseert het college gevraagd en ongevraagd over de vorming, uitvoering en evaluatie van het sociaal beleid.
4.6 Erkenning en waardering Op het gebied van erkenning en waardering worden de volgende ondersteuningsvormen aangeboden:
Dag van de mantelzorg De dag van de mantelzorg is een uitje voor de mantelzorgers in de gemeente en een blijk van waardering. Op de dag van de mantelzorg staat de mantelzorger centraal. Er worden verschillende activiteiten georganiseerd, er is muziek, ontspanning en informatie. Tijdens de dag van de mantelzorger wordt de mantelzorger in het zonnetje gezet. Mantelzorgers kunnen dan op deze dag bij elkaar komen en met elkaar in gesprek gaan. Deze dag wordt georganiseerd door het Vrijwilligers Servicepunt in Heerenveen. De mantelzorgdag wordt in opdracht van de gemeente in principe jaarlijks georganiseerd door Caleidoscoop.
FAWAKA fundagen Fawaka is de organisatie voor jonge mantelzorgers in Friesland. Fawaka is een groet en betekent: ‘Hoe gaat het’. Fawaka geeft informatie en biedt een luisterend oor, daarnaast organiseren ze de FAWAKA fundagen. Deze worden provinciaal georganiseerd door stichting Welzijn Dongeradeel. Het zijn dagen met leuke activiteiten en workshops en dagen om andere jonge mantelzorgers te ontmoeten.
Mantelzorgcompliment Tot 2015 bestond de regeling ‘Mantelzorgcompliment’ voor waardering van mantelzorgers. Alle mantelzorgers, die aan bepaalde voorwaarden voldeden, kregen een bedrag van € 200 als waardering voor de hulp die zij aan iemand geven. Diegene die zorg ontvangt bepaalde
Gemeente Heerenveen
Pagina 39
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
zelf welke mantelzorger een compliment verdiende. In 2014 hebben 1645 mensen het mantelzorgcompliment hebben aangevraagd. Door de nieuwe Wmo wet vervalt in 2015 de regeling voor het mantelzorgcompliment. De SVB zal daarom over de jaren 2015 en daarna geen mantelzorgcomplimenten meer betalen. Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de waardering van mantelzorgers. Dit past bij de bredere verantwoordelijkheid die gemeenten vanaf 2015 hebben om passende ondersteuning aan mensen te bieden die dat nodig hebben. Gemeenten zijn vrij in het bepalen van de wijze waarop ze die jaarlijkse blijk van waardering willen inrichten. Deze waardering kan een geldbedrag zijn, zoals dat bij het mantelzorgcompliment het geval was. Het kan ook een waardering in natura zijn, bijvoorbeeld extra ondersteuning van mantelzorgers. Iedere gemeente geeft hier een eigen invulling aan.
4.4 Verbinden Mantelzorgers leveren een onmisbare bijdrage aan de informele zorg en ondersteuning. Ze hebben daarom een belangrijke positie in de Wmo 2015. Gelijkwaardige samenwerking tussen de informele zorg van mantelzorgers en de formele zorg van beroepskrachten is dan ook noodzakelijk voor integrale zorg en ondersteuning. Verbinden is daarom de derde basisfunctie. De gemeente Heerenveen kan hierin op het mesoniveau van organisaties gezamenlijk met samenwerkingspartners een faciliterende en regisserende rol spelen. Op het microniveau is het belangrijk dat beroepskrachten oog hebben voor de ondersteuningsbehoeften van mantelzorgers. De centrale vraag is: wat moet de gemeente Heerenveen organiseren om mantelzorgers en professionals in zorg en ondersteuning beter met elkaar te verbinden? Bij de basisfunctie Verbinden valt te denken aan de volgende mogelijkheden: Investeren in samenwerking op het microniveau van professionals met mantelzorgers; Samenwerking op het meso niveau van organisaties voor formele en informele zorg; In de gemeente Heerenveen komt dat op dit moment tot uiting in de volgende zaken: We houden rekening met het belang alle vormen van zorg en ondersteuning voor mantelzorgers: van hulp bij het huishouden tot arbeidsmatige dagbesteding. Er is een netwerkoverleg of platform voor alle partners in formele en informele zorg en welzijn om elkaar bij te praten. Dit krijgt vorm in het geriatrisch netwerk dat vooral gericht is op ouderen. We faciliteren het mantelzorgsteunpunt (het VSP). Zij spelen een belangrijke rol in de bewustwording van zorgorganisaties –en professionals over het belang van informele zorg voor het gehele systeem in plaats van alleen zorg voor de zorgvrager.
Gemeente Heerenveen
Pagina 40
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
5. BEHOEFTEN MANTELZORGONDERSTEUNING In dit hoofdstuk worden de resultaten gepresenteerd die tijdens lokale en provinciale onderzoeken zijn verkregen. In de eerste paragraaf van dit hoofdstuk (§5.1) worden de methoden van het onderzoek beschreven en de wijze van gegevensverzameling. In §5.2 worden de behoeften van mantelzorgers per basisfunctie in beeld gebracht.
5.1 Onderzoeksontwerp Voor de beantwoording van de probleemstelling is gebruik gemaakt van een kwantitatief onderzoek. Het voordeel van kwantitatief onderzoek is dat een groot aantal respondenten worden ondervraagd. Het kwantitatief onderzoek als hoofdonderzoek is aangevuld met kwalitatieve gegevens ter onderbouwing en ter duiding van de kwantitatieve resultaten. Het voordeel van kwalitatief onderzoek is dat het meer diepgang heeft en de beweringen in veel gevallen het geheel betreft (in plaats van eenheden en variabelen, zoals bij een survey20. Door de onderzoeksopzet van het kwantitatieve onderzoek uit te breiden met een (kleinschalig) kwalitatief onderzoek kan worden verduidelijkt wat de ideeën en opvattingen van mantelzorgers zijn over het onderwerp en wordt een controle gedaan of de resultaten uit het kwantitatief onderzoek herkend worden. Er is gebruik gemaakt van verschillende bronnen (‘data-triangualtie) om de betrouwbaarheid en validiteit te vergroten. Voor dit hoofdstuk zijn de volgende informatiebronnen (provinciaal en lokaal) gebruikt: Behoefteonderzoek uit 2008 door GGD Fryslân onder mantelzorgers en mensen met beperkingen in Friesland op het gebied van (preventieve) zorg en voorzieningen. GGD Gezondheidsenquête uit 2012 met een bewerking in 2015 door het Fries Sociaal Planbureau (FSP). Lokaal behoefteonderzoek uit 2015 door Caleidoscoop onder mantelzorgers in de gemeente Heerenveen. Er hebben in 56 respondenten deelgenomen aan de enquête en er zijn 7 aanvullende interviews gehouden (met name onder mantelzorgers afkomstig van de thuiszorg). Professionals van diverse organisaties hebben hun ervaringen gedeeld en zich uitgesproken over een vervolgaanpak (Meitinkers en preventiewerkers van de gemeente Heerenveen, VSP, Caleidoscoop, Ziekenhuis Tjongerschans, Participatieraad, MEE Fryslan, Humanitas, Friesland College, Thuiszorg de Friese Wouden, COSBO, Mariënbosch, Elkien, Accolade, WoonFriesland, zorgverzekeraar De Friesland, ROS-Friesland, GGD Fryslân en Politie Zuidoost Fryslân). De mate van inbreng verschilt per organisatie. Voor de gevolgde procedure en betrouwbaarheid en representativiteit van deze onderzoeken wordt verwezen naar de desbetreffende onderzoeksrapporten. In de volgende paragrafen wordt per basisfunctie uiteengezet wat de meest voorkomende behoeften van deze mantelzorgers zijn. Het is van belang om te vermelden dat het om de meest voorkomende behoeften gaat, het is niet mogelijk om een volledig beeld te geven van alle verschillende behoeften onder de mantelzorgers. Het gezegde: Zoveel mensen, zoveel wensen, is hier van toepassing. Uitgangspunt bij de toepassing van het mantelzorgondersteuningsbeleid is wel dat er maatwerk geleverd wordt, zodat de mantelzorger waar mogelijk in zijn behoeften wordt voorzien.
20
Verschuren & Doorewaard, 2007; Brohm & Jansen, 2012; Velde en Jansen, & Dikkers, 2013
Gemeente Heerenveen
Pagina 41
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
5.2 Behoefte mantelzorgers In de volgende paragrafen worden per basisfunctie de behoeften uiteengezet.
5.2.1 Informatie en advies Uit de enquête van de GGD (2012) komt naar voren dat 45% van de mantelzorgers die behoefte heeft aan ondersteuning, behoefte heeft aan informatie en advies. Zij willen bijvoorbeeld geïnformeerd worden door een arts of medisch specialist over het ziekteproces. Daarnaast willen zij graag voorbereid en geïnformeerd worden over het verloop van het (ziekte)proces. Afspraken tussen hulpverlener en mantelzorgers is dan gewenst. Kortom de mantelzorger wil in beeld komen bij het professionele zorgcircuit. Daarnaast blijkt dat de behoeften van mantelzorgers verschillen naar mate men ouder wordt. Niet alleen de behoefte in het soort informatie verschilt, maar ook de manier waarop zij de informatie wensen te ontvangen. Zo hebben mantelzorgers in de leeftijdscategorie van 26 tot en met 55 jaar meer behoefte aan informatie over de ziekte/aandoening van de zorgvrager. Dit kan in de vorm van een folder of via een email, maar ook via een persoonlijk gesprek of telefonisch. De mantelzorgers in de leeftijdscategorie van 56 jarigen tot en met 69 jarigen hebben juist meer behoefte aan persoonlijke voorlichting over het (omgaan) met ziektebeelden (waaronder depressies, dementie en MS) en financiële vergoedingsmaatregelen.
Gemeente Heerenveen
Geen informatie
Informatie over wet- en regelgeving
Informatie over het aanbod van hulp, ondersteuning, zorg (voorzieningen en aanbieders)
Informatie over ziekten, aandoeningen, beperkingen, handicaps en patiëntenverenigingen
Informatie over mantelzorg
De mantelzorgers van 70 jaar en ouder hebben meer behoefte aan ondersteuning op het gebied van het verkrijgen van inzicht op welke voorzieningen e.d. zij aanspraak kunnen maken. Zij weten vaak niet waar ze de juiste informatie kunnen halen. Daarnaast ziet deze groep door de ingewikkelde wet- en regelgeving, de vele voorzieningen en instanties, door de bomen het bos niet meer. Daarom zouden zij graag zien dat alle informatie op één punt wordt aangeboden. Daarbij is het loket zelf minder relevant, voor hen is de helpende en signalerende functie van het zorgnetwerk van belang. Verder is uit onderzoek gebleken dat mantelzorgers aan het ‘Wmo-loket’ komen met een vraag op het gebied van huishoudelijke hulp. Na doorvragen blijkt dan dat zij ook andere vragen hebben, bijvoorbeeld op het gebied van eigen ondersteuning. Hieruit kan geconcludeerd worden dat 60,0% de mantelzorger ook behoefte heeft aan 50,0% informatie via de 50,0% 40,0% meitinkers op het gebied 30,0% van eigen ondersteuning. 32,1% 20,0% 25,0% Resultaat 10,0% 14,3% 3,6% behoefteonderzoek 0,0% gemeente Heerenveen De gegevens uit het GGD onderzoek worden (deels) onderstreept door de uitkomsten van het lokale behoefteonderzoek uit 2015 gehouden door Caleidoscoop onder mantelzorgers in de FIGUUR 11 INFORMATIEBEHOEFTE MANTELZORGERS (ONDERZOEK HEERENVEEN 2015) gemeente Heerenveen.
Pagina 42
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Uit het behoefteonderzoek onder mantelzorgers in de gemeente Heerenveen blijkt dat ook de helft behoefte heeft aan informatie. Van de respondenten gaf 32,1% aan behoefte te hebben aan informatie over het aanbod van hulp, ondersteuning, zorg (voorzieningen en aanbieders); 25,0% heeft behoefte aan informatie over wet- en regelgeving, 14% wil informatie over mantelzorg ontvangen en 3,6% geeft behoefte te hebben aan informatie over ziekten, aandoeningen, beperkingen, handicaps en patiëntenverenigingen. Er is weinig behoefte aan advies bij het maken van keuzes. Bijna 70% geeft aan geen behoefte te hebben aan advies en 14% geeft aan ondersteuning nodig te hebben bij de aanvraag van materiële en financiële hulpmiddelen. Van de respondenten geef 7% aan dat ze graag een adviesgesprek willen. Advies t.a.v. zorgregie en casemanagement valt bij 7% onder de behoeften. Het overgrote deel van de respondenten (85,5%) geeft aan geen behoefte te hebben aan trainingen. Traningen die mantelzorgers leren voor zichzelf te zorgen valt bij 12,7% onder de behoeften. Trainingen die ingaan op een ziektebeeld of waarbij praktische vaardigheden worden aangeleerd zoals tiltechnieken en reanimatie wordt door (bijna) geen enkele respondent genoemd als iets waar zij behoefte aan hebben.
Adviesgesprek / vraag-verheldering 7% 14% 4% 7% 68%
Ondersteunen bij aanvraag materiële en financiële hulp Doorverwijzing naar mantelzorgondersteun ing Zorgregie en casemanagement Geen advies
FIGUUR 12 BEHOEFTE AAN ADVIES ONDER MANTELZORGERS IN HEERENVEEN (2015)
Interviews Heerenveen De respondenten in de interviews geven ook aan weinig behoefte te hebben aan trainingen om bepaalde vaardigheden te vergroten. Uit de interviews bleken een aantal zaken wel erg belangrijk voor de mantelzorgers. Zo was er in veel gevallen behoefte aan meer informatie. Dit ging om informatie over wet of regelgeving, om aanbodondersteuning, om informatie over zorgvragen en om informatie over specifiekere hulpvragen. Drie interviews vonden plaats waarbij de hulpvrager Alzheimer heeft. Deze mantelzorgers hadden vaak behoefte aan informatie over het ziektebeeld en over wat ze eventueel in de toekomst moesten regelen en zouden kunnen verwachten. Ook hadden deze mantelzorgers vaker behoefte aan advies bij het maken van keuzes: “Stel dat het straks allemaal wat erger wordt, wat moet je dan eigenlijk allemaal geregeld hebben?” en “Wanneer moet je wat beslissen? Ik ben bang ergens te laat mee te komen” waren vaak gehoorde opmerkingen tijdens de interviews.
5.2.2 Emotionele steun Uit het GGD onderzoek (2012) blijkt dat er behoefte is aan emotionele ondersteuning (37%). Dat gaat dan met name om de behoefte aan een vertrouwenspersoon waar men regelmatig voor hulp en steun terecht kan. Ook hier blijkt dat er verschillende behoeften zijn naar mate men ouder wordt. De mantelzorgers in de leeftijdscategorie van 56 tot en met 69 jaar hebben een grote behoefte om met iemand over hun gevoelens te praten. Zij zijn door de zorgverlening hun sociale netwerk grotendeels kwijtgeraakt en hebben niemand in hun directe omgeving waarmee ze intensieve gesprekken kunnen voeren. Deze mantelzorgers voelen zich erg eenzaam. Zij hebben over het algemeen geen behoefte aan contact met lotgenoten, maar willen hun verhaal kwijt aan vrijwilligers of professionele zorgverleners.
Gemeente Heerenveen
Pagina 43
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
De groep van 75-plussers heeft nadrukkelijk aangegeven geen behoefte te hebben aan contact met lotgenoten. Wel hebben zij behoefte aan contact met een ouderenadviseur. Behoefteonderzoek Heerenveen Van de respondenten geeft 77,4% aan geen behoefte te hebben aan het vergroten van hun sociale netwerk. 15,1% gaf aan behoefte te hebben aan het vergroten van het netwerk met andere zorgdragers en 9,4% had behoefte aan contact met professionals. Interviews Heerenveen Weinig mantelzorgers die in de interviews zijn gesproken hebben behoefte aan contact met andere mantelzorgers. Wat betreft het contact met andere mantelzorgers was het opvallend dat eigenlijk niemand hier behoefte aan heeft ondanks dat er door organisaties vaak een ‘Dag voor de Mantelzorg’ wordt georganiseerd. Zo kregen de onderzoekers tijdens de interviews als antwoord te horen: “Nee, hier zie ik de meerwaarde niet van in”. Of: “Ik zie het nut niet in het ontmoeten van andere mantelzorgers. Je loopt dan ook nog eens rond met andermans problemen.” Ook gaf iemand aan: “Een dag voor de mantelzorger? Dat kan me niet zoveel schelen”.
5.2.3 Praktische ondersteuning en respijtzorg Uit het GGD onderzoek (2012) is gebleken dat 30% van de mantelzorgers die behoefte hebben aan hulp, af en toe behoefte heeft aan een vervanger. Ook in deze situatie zijn er verschillende behoeften per leeftijdscategorie. De leeftijdscategorie van 25 tot en met 54 jaar heeft behoefte aan respijtzorg om meer vrije tijd te krijgen: kortdurend (één tot twee dagen/dagdelen per week), waarbij opvang in de thuissituatie plaatsvindt. De respijtzorg moet snel en flexibel geregeld kunnen worden. Een vast tijdstip in de week wordt door deze leeftijdscategorie als een “verplichting tot ontspanning” ervaren. Ook ruim de helft van de leeftijdscategorie van 56 tot en met 69 jarigen heeft behoefte respijtzorg. Alleen heeft deze groep naast de kortdurende respijtzorg in de thuissituatie, ook behoefte aan meer langdurige opvang en ook buitenshuis. Delen van het aantal zorguren met anderen voorkomt overbelasting en verhoogt het gevoel er samen voor te gaan. Van de mantelzorgers deelt 30% de zorg met andere mantelzorgers, 40% met professionals, al dan niet in combinatie met andere mantelzorgers (GGD onderzoek 2008). Daarnaast is er behoefte aan een vrijwilligerspool om de mantelzorger te ontlasten. Om maatwerk in respijtzorg te kunnen bieden is er behoefte aan een persoonlijk netwerk van vrijwilligers dat rond de mantelzorger en de verzorgende wordt gevormd en dat de benodigde respijtzorg kan leveren. Hiervoor is goede coördinatie en deskundigheidsbevordering van de vrijwilligers nodig. Verder is er behoefte aan goede afstemming met professionele respijtzorgaanbieders. Naast de respijtzorg zelf is er ook behoefte aan een persoon die de respijtzorg voor hen coördineert. Het organiseren van de respijtzorg neemt te veel tijd en energie in beslag. Behoefteonderzoek Heerenveen Het overgrote deel van de ondervraagde mantelzorgers geeft aan geen behoefte te hebben aan praktische hulp in het huishouden (67,3%%). Hierbij wordt in het opmerkingenveld wel geantwoord dat mantelzorgers dit (al) zelf regelen en betalen. 25,5% van de respondenten geeft aan behoefte te hebben aan huishoudelijk hulp en 9,1% heeft behoefte aan welzijn- en gemaksdiensten (bijvoorbeeld klussendienst, maaltijdservice). Weinig mantelzorgers hebben behoefte aan administratieve hulp of extra kinderopvang (beiden 1,8%).
Gemeente Heerenveen
Pagina 44
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
82% van de respondenten geeft aan geen behoefte te hebben aan ondersteuning in de vorm van praktische hulpmiddelen/aanpassingen om zo optimaal de zorg te kunnen dragen voor de zorgvrager. Praktische hulpmiddelen die helpen bij de ondersteuning van mijn zorgvrager of praktische aanpassingen zoals kleine woningaanpassingen in het huis van mijn zorgvrager is voor een deel van de ondervraagde mantelzorgers wel van belang (beiden 10%). Een groot deel van de respondenten gaven in de enquête (70%) gaven aan geen behoefte te hebben aan respijtzorg. 20,4% gaf aan wel behoefte te hebben aan respijtzorg in de vorm van dat lichte taken worden overgenomen door vrijwilligers en 9,3% wil graag dat zwaardere taken worden overgenomen door professionals.
Ja, huishoudelijke hulp
10,00%
24% 8% 2% 2%
64%
Ja, welzijn- en gemaksdiensten (bijvoorbeeld klussendienst, maaltijdservice) Ja, administratieve hulp
10,00%
82,00%
Ja, praktische hulpmiddelen die helpen bij de ondersteuning van mijn zorgvrager Ja, praktische aanpassingen zoals kleine woningaanpassingen in het huis van mijn zorgvrager Nee
Ja, extra kinderopvang Nee
FIGUUR 14 BEHOEFTE AAN PRAKTISCHE HULP IN HUISHOUDEN (ONDERZOEK HEERENVEEN 2015)
Ja, in de vorm van dat lichte taken worden overgenomen door vrijwilligers
21% 9% 70%
Ja, in de vorm van dat zwaardere taken worden overgenomen door professionals
FIGUUR 13 BEHOEFTE AAN PRAKTISCHE HULPMIDDELEN
Interviews Heerenveen Weinig mantelzorgers gaf in de interviews aan behoefte te hebben aan praktische hulpmiddelen/aanpassingen in het huis van de hulpvrager. Respondenten gaven aan dat ze dit allemaal al zelf hadden geregeld of voor hun geregeld was. Ze bekostigden dit volledig zelf of klopten hiervoor bij de gemeente. Over het algemeen waren ze hier tevreden over en konden ze zichzelf zo in deze behoefte voorzien.
Nee
Ook is er onder de geïnterviewden geen behoefte aan respijtzorg of aan praktische hulp in het eigen huishouden. Ook tijdens FIGUUR 15 BEHOEFTE RESPIJTZORG (ONDERZOEK HEERENVEEN vakantieperiodes wanneer de zorgtaken wat 2015) lastiger worden was er geen behoefte aan respijtzorg. Als reden werd vaak gegeven dat dit komt omdat de mantelzorgers er niet alleen voor stonden en hun zorgtaken dan overdragen aan een familielid of bekende. De mantelzorgers die zijn gesproken in de interviews gaven aan wel behoefte te hebben aan huishoudelijke hulp in het huishouden van hun hulpvrager. Een aantal mantelzorgers hadden dit al geregeld maar waren erg bang dat dit zou verdwijnen. Opmerkingen die
Gemeente Heerenveen
Pagina 45
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
gemaakt zijn: “Ik ben blij dat er nog niet aan geknabbeld is, daardoor kan mijn moeder nu nog thuis wonen.” Tijdens het interview kwam vaak naar voren dat er een angst aanwezig was dat ze de huishoudelijke taken straks zelf moesten bekostigen of zelf moesten uitvoeren waardoor de situatie van de mantelzorger en hulpvrager er (aanzienlijk) op achteruit zou gaan. “Als het maar niet afgeschaft wordt. Het is erg belangrijk dat het blijft.” Deze praktische hulp is dus voor veel mantelzorgers erg belangrijk.
5.2.4 Zorg en werk combineren Uit het GGD onderzoek (2012) blijkt dat 71% van de Nederlandse mantelzorgers van 1965 jaar de zorgtaken verricht naast betaald werk. In Fryslân is de verhouding tussen mantelzorgers met en zonder betaalde baan ongeveer gelijk 4. Het is opmerkelijk dat meer mantelzorgers zonder betaalde baan aangeven zich belast te voelen in het verrichten van mantelzorgtaken dan mantelzorgers met een baan. 20% van de niet-werkende mantelzorgers geeft aan zich zwaar belast te voelen tegenover 11% van de werkende mantelzorgers. Dit verschil kan verklaard worden door het gegeven dat werkenden gemiddeld 10 uur per week mantelzorg verlenen en niet werkenden 15 uur. De meeste werkende mantelzorgers verlenen tussen 2 en 4 uur zorg per week. Een kwart geeft meer dan 4 uur mantelzorg. Mantelzorgers vinden het over het algemeen moeilijk om op hun werk aan te kaarten dat ze mantelzorg verrichten, aldus Werk & Mantelzorg21. Ze durven niet te vragen om aanpassing van werktijden als de mantelzorg minder bedraagt dan 4 uur per week. Bespreken ze mantelzorg wel, dan geeft 80% aan dat begrip van hun leidinggevenden en collega’s hen steunt, evenals een open cultuur waarin het vertrouwd en veilig voelt om over de privésituatie te praten. Een kwart van de werknemers maakt afspraken met de leidinggevenden, in de meeste gevallen (60%) over flexibele werktijden. Nu meer zelfredzaamheid van burgers wordt verwacht, met steun van hun omgeving, is het belangrijk om oog te hebben voor de belasting die dit voor werkende mantelzorgers kan inhouden. Mantelzorgers vinden het vaak moeilijk om op hun werk aan te geven dat ze mantelzorger FIGUUR 16 WERK EN MANTELZORG, WAT DOEN ZE? zijn. Om hun mantelzorgtaken beter te kunnen combineren met werk hebben ze baat bij mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid, zoals flexibele werktijden, thuiswerk of het bespreken van verschillende verlofregelingen. Behoefteonderzoek Heerenveen Het thema ‘zorg en werk’ combineren is niet als een aparte thema opgenomen in de enquêtevragen. Meerdere mantelzorgers hebben gedurende de interviews wel aangegeven dat de zorgtaken hun gemakkelijk af gingen. Hierbij werd vaak wel de opmerking gemaakt dat dit was omdat ze geen werk hadden of werk met flexibele tijden waardoor het zorgen draagbaar was. Was die situatie anders geweest dan was het opnemen van de zorgtaken ook een stuk moeilijker.
21
Bron: Werk & Mantelzorg, 2015 (bewerking FSP, 2015)
Gemeente Heerenveen
Pagina 46
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
5.2.5 Belangenbehartiging Uit het GGD onderzoek (2012) blijkt dat 10% van de mantelzorgers behoefte heeft aan belangenbehartiging. Uit het onderzoek in de gemeente Heerenveen (2015) komt niet naar voren dat er behoefte is aan belangenbehartiging. Aangenomen wordt dat er in deze behoefte wordt voorzien.
5.2.6 Erkenning en waardering Uit diverse onderzoeken is bekend dat mensen zich lang niet altijd herkennen in de aanduiding ‘mantelzorger’, zoals ouders van een gehandicapt kind, partners die voor elkaar zorgen, en mensen met andere culturele achtergronden. Zij zien de verzorging niet als zorg. Ze doen het gewoon. Mantelzorgers zijn vaak vanaf het moment van de diagnosestelling tot en met de indicatie en opname betrokken bij de zorgvrager en kunnen vaak na jaren de zorg niet meer opbrengen. Zij willen graag erkenning krijgen bij de contacten met zorgverleners: denk aan aanbieders, indicatieadviseurs en anderen. Deze erkenning van hun rol en positie wordt gevraagd omdat mantelzorgers deelgenoot zijn in het ziekteproces, de hoofdverzorger zijn en (soms zelf juridisch erkende) vertegenwoordiger. Veel gemeenten hebben de behoefte om de mantelzorger goed in beeld te brengen. Door samen te werken met de hulpverlenende instanties kan de mantelzorger beter in beeld gebracht worden en worden ondersteund. Uit het GGD onderzoek (2012) blijkt dat 29% behoefte heeft aan ontspannende activiteiten. Behoefteonderzoek Heerenveen Als het gaat om herkenning en waardering dan heeft 41% hier geen behoefte aan in de vorm van contact met andere mantelzorgers of aan een financiële tegemoetkoming. Toch zou 59% graag wel een financiële tegemoetkoming krijgen als blijk van 2,00% waardering voor de zorgtaken die worden uitgevoerd. Ja, in de vorm van contact met andere mantelzorgers
Interviews Heerenveen Wat betreft (h)erkenning en waardering was er gedurende de 58,80% interviews geen specifieke behoefte Nee aan een financiële tegemoetkoming zoals dat eerder bestond in de vorm van het mantelzorgcompliment. Dit was erg algemeen en werd door de mantelzorgers wel geaccepteerd of gewaardeerd maar was vaak niet FIGUUR 17 BEHOEFTE AAN (H)ERKENNING EN WAARDERING (HEERENVEEN, nodig om hun zorgtaken goed te 2015) kunnen uitvoeren. Een aantal mantelzorgers die het geld niet specifiek voor de mantelzorg gebruikten zouden het niet echt missen. Hierop is echter wel een grote uitzondering. Een aantal mantelzorgers hebben aangegeven dat het mantelzorgcompliment op zichzelf niet belangrijk voor ze was maar dat ze in plaats daarvan wel graag een reiskostenvergoeding of vergoeding voor parkeergeld terug zien. Deze mantelzorgers gebruikte voorheen het mantelzorgcompliment hiervoor maar moeten deze kosten nu zelf financieren. 41,20%
Gemeente Heerenveen
Ja, in de vorm van een financiële tegemoetkoming
Pagina 47
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
6. CONCLUSIE & KNELPUNTEN In dit hoofdstuk worden de resultaten geanalyseerd die tijdens het vorige hoofdstuk zijn gepresenteerd. In hoofdstuk 4 is aangegeven op welke gebieden ondersteuning wordt aangeboden en in hoofdstuk 5 is aangegeven welke behoeften er zijn. In dit deel van het uitvoeringsplan wordt uiteengezet waar het aanbod verschilt met de behoeften. In dit hoofdstuk staat per aandachtspunt aangegeven welke knelpunten dit oplevert en welke conclusies en getrokken kunnen worden: Vinden §6.1, Versterken §6.1, Verlichten §6.1 en Verbinden §6.1. Ten slotte worden in §6.5 de belangrijkste bevindingen van dit hoofdstuk kort samengevat.
6.1 Vinden Ondanks de vele vindplaatsen van mantelzorgers, zijn ze toch onvoldoende in beeld. Niet alle mantelzorgers die in beeld zijn bij de verschillende vindplaatsen, zijn/komen bij de Meitinkers/preventiewerkers in beeld. Mantelzorg worden vaak wel betrokken in het gesprek met de zorgvrager, maar worden niet geregistreerd in een registratiesysteem. Ook worden er geen gegevens over mantelzorgers uitgewisseld met partners. Niet alle meitinkers en preventiewerkers hebben dezelfde kennis en vaardigheden als het gaat om mantelzorgers. Meitinkers en preventiewerkers zijn nog onvoldoende toegerust om gebruik te maken van motiverende gespreksvoering en de ervaren belasting en knelpunten van de mantelzorg in kaart te brengen. Andere activiteiten waarbij mantelzorgers in beeld kunnen worden gebracht, leveren weinig op (zoals de Dag van de Mantelzorg). Op dit moment wordt er niet ingezet op het huis aan huis gaan om mantelzorgers te bereiken, structurele huisbezoeken aan de ‘bekende mantelzorgers’ of aandacht aan mantelzorg in de media. In de communicatie richting mantelzorgers wordt onvoldoende aangesloten bij de beleving van mantelzorgers. Zo wordt nog vaak gesproken over ’bent u mantelzorger? in plaats van ‘zorgt u voor iemand?’ Er zijn weinig activiteiten die gericht zijn op speciale doelgroepen mantelzorgers, zoals voor jongeren, voor ouderen of voor werkenden.
6.2 Versterken Mantelzorgers worden niet altijd in een vroeg stadium betrokken in het onderzoek, ofwel bij het ‘keukentafelgesprek’. Ook is er onvoldoende aandacht tijdens het gesprek voor het in kaart brengen voor de draagkracht en draaglast van de mantelzorger. Er wordt bijvoorbeeld geen gebruik gemaakt van een risicoscan. De meitinkers zijn onvoldoende op de hoogte van de ondersteuningsmogelijkheden. Er kan nóg meer gebruik worden gemaakt van het netwerk van de mantelzorger en de zorgvrager. Beleidsmatig kan de gemeente Heerenveen ook een aantal zaken regelen om de stem van de mantelzorger binnen de gemeente te bevorderen en zo de positie van de mantelzorgers te versterken. Op dit moment zorgen we er nog onvoldoende voor dat mantelzorgers in de gemeente Heerenveen op de hoogte zijn van hun rechtspositie die in de Wmo is vastgelegd, zodat ze weten dat er ondersteuningsmogelijkheden voor hen zijn. Ook is in beleid (nog) niet vastgelegd dat mantelzorgers voor de gemeente meer zijn dan alleen zorgers; maar ook inwoner, partner, ouder, kind werknemer, lid van een vereniging, et cetera. De regie van mantelzorgers in de gemeente Heerenveen wordt versterkt door participatie van mantelzorgers in de beleidsprocessen te bevorderen. In het jaarlijkse Wmo cliënttevredenheidsonderzoek worden niet standaard vragen gesteld over/aan
Gemeente Heerenveen
Pagina 48
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
mantelzorgers. Op dit moment wordt er (nog) geen gebruik gemaakt van het betrekken van mantelzorgers bij bijvoorbeeld voorlichtingsbijeenkomsten.
6.3 Verlichten Vinden en verbinden van vrijwilligers Het VSP bemiddelt al tussen mensen die vrijwilligerswerk willen doen en (vrijwilligers)organisaties die op zoek zijn naar vrijwilligers. Dit werkt goed. Vanuit het Vrijwilligers Servicepunt is er ook de vrijwillige netwerker die zich inzet voor eenzame en geïsoleerde mensen om hun netwerk te vergroten. Belangrijk aandachtspunt is de deskundigheidsbevordering van zorgvrijwilligers en de zoektocht naar voldoende vrijwilligers is, gelet op de vraag (kwantitatief en kwalitatief ) ook zeer van belang. Ook is het belangrijk om aandacht te besteden aan het beter verbinden van zorgvrijwilligers en mantelzorgers met elkaar. Centrale coördinatie is nodig voor een goede match tussen vraag en aanbod van vrijwillige inzet. Dit is al belegd bij het VSP.
Informatie en advies In het algemeen kan geconcludeerd worden dat er veel wordt aangeboden door verschillende organisaties, maar dat een mantelzorger niet weet waarvoor hij waar terecht kan. Veel van de knelpunten zijn terug te voeren op de communicatie en informatie. In alle onderzoeken komt naar voren dat mantelzorgers meer informatie willen hebben. Er is een gebrek aan (centraal georganiseerde) informatie: met name informatie over wet-of regelgeving of over aanbodondersteuning. Informatie is versnipperd over verschillende organisaties, terwijl de wens is om alle informatie op een plek te concentreren. Er is geen informatiepakket aanwezig. Er zijn respondenten die aangegeven hebben over onvoldoende informatie te beschikken ten aanzien van ziektebeelden, met name voor de groep dementerenden (of de informatie bereikt de mantelzorgers niet). De risicogroep met een dementerende hulpvrager is een groep waarbij er nog zeer veel onwetendheid heerst en waarbij een grote druk op de schouders van de mantelzorgers valt. Meerdere malen is aangegeven dat een algemeen informatie pakket met daarin antwoord op diverse hulpvragen en folders over diverse instanties die mantelzorgers en hulpvragers kunnen ondersteunen zeer wenselijk is. Duidelijkheid en overzichtelijkheid zijn hier kernwoorden. Mensen moeten nu vaak zelf onderzoek doen en zouden graag zien dat dit wat gemakkelijker wordt zodat sneller de passende ondersteuning te vinden en regelen is. Ook werd vaak aangegeven dat een informatiepakket misschien tot meer inzichten zou kunnen leiden waarvan de mantelzorger eerst geen weet van had. Nog onvoldoende mantelzorgers en professionals maken gebruik van HeerenveenHelpt.nl en weten niet van het bestaan van de sociale kaart af. Mogelijk is deze site onvoldoende toegankelijk met betrekking tot dit onderwerp.
Training Er zijn diverse cursussen en voorlichtingsbijeenkomsten maar in de praktijk blijkt hier weinig behoefte aan te zijn. Er is geen digitaal trainingsaanbod.
Gemeente Heerenveen
Pagina 49
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Emotionele steun Een deel van de mantelzorgers hebben aangegeven behoefte te hebben aan emotionele ondersteuning. Zij hebben niet zozeer behoefte aan lotgenotenbijeenkomsten, maar wel aan een vertrouwenspersoon/adviseur. Op het gebied van emotionele steun kan de conclusie getrokken dat er diverse mogelijkheden zijn, maar dat deze door verschillende organisaties worden aangeboden. Het enige knelpunt is dat de mantelzorger niet weet waar hij terecht kan voor welke informatie.
Praktische ondersteuning Op het gebied van praktische ondersteuning zijn er diverse mogelijkheden, maar deze worden door verschillende organisaties worden aangeboden. Het aanbod is (mogelijk) niet bij iedereen bekend. Uit provinciaal onderzoek blijkt een grote behoefte aan praktische ondersteuning dan uit het lokale onderzoek. Dat de mantelzorgers weinig behoefte hebben aan praktische ondersteuning heeft vooral te maken met dat ze het zelf al regelen of het voor hen geregeld was. Uit lokaal onderzoek blijkt wel dat er een boven gemiddelde behoefte is aan huishoudelijk hulp en is er de angst dat mantelzorger hier straks geen gebruik meer van kunnen maken.
Respijtzorg Mantelzorgers hebben af en toe behoefte aan een vervanger. In een ideale situatie wordt deze vervanging voor hen georganiseerd door een respijtzorgcoördinator. In de behoefte van een respijtzorgcoördinator wordt nog niet voorzien. Op het gebied van respijtzorg bieden verschillende vrijwilligers en professionele organisaties diensten aan. Om maatwerk in respijtzorg te kunnen bieden is het wenselijk dat een persoonlijk netwerk van vrijwilligers wordt gevormd rond de mantelzorger en de verzorgde. Hiervoor is een goede coördinatie van alle betrokken partijen nodig. De gemeente Heerenveen beschikt niet over een platform van vrijwillige thuishulp. Caleidoscoop heeft mantelzorgmaatjes in de vorm van zorgvrijwilligers die de mantelzorger kunnen ontlasten door vrijwillige respijtzorg en praktische ondersteuning zoals vervoer. Er wordt alleen op dit moment nog weinig gebruik van gemaakt. Mogelijk door de onbekendheid van het aanbod bij mantelzorgers. Het koppelen van zorgvrijwilligers aan (dreigend) overbelaste mantelzorgers is één van de methodes om mantelzorgers van respijt te voorzien. Caleidoscoop verzorgt de training en intervisie voor deze mantelzorgmaatjes. Er wordt minimaal gebruik gemaakt van de mogelijkheden voor mantelzorgers via het digitale netwerk WeHelpen.nl. Ondanks het ruime aanbod van (professionele) respijtzorg komen er weinig verzoeken binnen. Mogelijk is de drempel om iemand in huis te halen voor respijtzorg te hoog, ook al is de behoefte sterk aanwezig. Het aanbod is (mogelijk) niet bij iedereen bekend. Mantelzorgers in de leeftijd van 25 tot 54 jaar hebben behoefte aan respijtzorg om meer vrije tijd te krijgen (snel, flexibel, kortdurend en in thuissituatie). Mantelzorgers in de leeftijd van 56 tot 69 naast behoefte aan kortdurende respijtzorg ook behoefte aan langdurige opvang en ook buitenshuis.
Gemeente Heerenveen
Pagina 50
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Zorg en werk combineren De mantelzorger heeft behoefte aan praktische steun vanuit de werkgever. Hierbij valt te denken aan kinderopvang en flexibele werktijden. Verschillende organisaties waaronder Foveo, Talant, Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg (VTPZ) en Stichting maatschappelijk Werk Fryslân bieden bemiddeling aan tussen de werkgever en de mantelzorger. Een knelpunt is dat werkgevers vaak niet weten dat zij werknemers hebben die mantelzorgen. Werknemers durven uit angst voor bijvoorbeeld gevolgen voor hun carrière niet aan te geven dat zij mantelzorger zijn en behoefte hebben aan ondersteuning. Daarnaast vinden ze het vaak een privé aangelegenheid, waarmee de werkgever niets van doen heeft. Wanneer een werkgever wel op de hoogte is van het feit dat zijn werknemer een mantelzorger is, vindt hij het niet nodig om zich hiermee te bemoeien. Net als de werknemers beschouwen ook werkgevers het mantelzorgen als een privé aangelegenheid waar bemoeienis van de werkgever niet gewenst is. Een ander knelpunt is dat werkgevers niet voldoende op de hoogte zijn met wettelijke verlofregelingen. Niet alle werknemers kunnen gebruik maken van de bovenstaande opties. Reden hiervoor kan zijn dat het werk het niet toelaat of het financieel niet haalbaar is om onbetaald met zorgverlof te gaan.
Belangenbehartiging In het algemeen heeft de mantelzorger behoefte aan belangenbehartiging. Uit het onderzoek komt niet naar voren dat er behoefte specifieke vormen van belangenbehartiging. Aangenomen wordt dat er in deze behoefte wordt voorzien.
Erkenning en waardering Mantelzorgers hebben behoefte aan erkenning en waardering. Hieraan kan nog gewerkt worden. Mantelzorger zijn vaak moeilijk te vinden en nog niet voldoende in beeld. Om mantelzorger te kunnen (h)erkennen en waarderen en een goede ondersteuning te bieden, is het van belang dat de doelgroep actief benaderd wordt. Om maatwerk te kunnen leveren zal iedere specifieke doelgroep apart benaderd moeten worden. Dit is in paragraaf 6.1 reeds aan bod gekomen. Een ander knelpunt is dat de mantelzorger vaak niet altijd erkend en gewaardeerd wordt door de zorgverleners, zoals huisartsen en medisch specialisten22. De hulp en informatie is gericht op de zorgvrager, de mantelzorger die een belangrijke rol speelt in de zorgverlening wordt echter vergeten. Er is weinig behoefte aan contact met andere mantelzorgers, zoals bijvoorbeeld de dag van de mantelzorg. Het doel van deze dag is het aanbieden van ontspannende activiteiten voor mantelzorgers. In voorgaande jaren is echter gebleken dat het niet eenvoudig is om mantelzorgers te bereiken om deel te nemen aan een dergelijke dag. In de regel betekent dit namelijk dat ze een vervanger moeten vinden om hun mantelzorgtaken uit te voeren. Daarnaast staat het aanbieden van activiteiten op gespannen voet met het uitgangspunt van vraaggerichtheid; het is niet makkelijk op voorhand in te schatten waar de concrete behoeftes van mantelzorgers liggen. Uit het gemeentelijk onderzoek (2015) blijkt dat door de meeste mantelzorgers het mantelzorgcompliment werd gewaardeerd en op een goede manier werd benut maar het was niet noodzakelijk of een vereiste om hun mantelzorgtaken uit te voeren. De mensen die het specifiek voor iets gebruikten, benutte het geld vooral als reiskostenvergoeding of om parkeergeld te betalen bij het huis van hun hulpvrager. Over het algemeen kwam het er op neer dat als mantelzorgers het niet gebruikten kosten die direct veroorzaakt werden door hun mantelzorgtaken, dat ze het mantelzorgcompliment dan ook niet misten. Er is 22
Bron: Mantelzorgondersteuning is de basis, Transitiebureau Wmo, 2014
Gemeente Heerenveen
Pagina 51
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
nog geen provinciaal onderzoek uitgevoerd naar de behoeften van mantelzorgers op het gebied van een financiële tegemoetkoming. Uit navraag bij andere gemeenten blijkt dat de meeste gemeenten kiezen voor waardering van mantelzorgers in natura. De gesproken professionals ondersteunen deze keuze. Er is geen mantelzorgnetwerk waar afspraken worden gemaakt over een samenhangend mantelzorgbeleid ten aanzien van herkenning en waardering. Er is op dit moment nog geen vorm van waardering in natura in de gemeente Heerenveen aanwezig zoals een mantelzorgpas c.q. bonnenboekje waarmee mantelzorgers korting krijgen op bepaalde diensten. Hierbij valt te denken aan schoonmaakdiensten, maaltijdenen boodschappenservice, hulp in en om het huis, stomerij wasserij- en strijkservice, vervoer of een pedicure, kapper of schoonheidsspecialist aan huis. Een knelpunt bij een financiële mantelzorgwaardering is de toetsing en registratie en daarmee gepaarde uitvoeringskosten. Financiële compensatie kan eveneens leiden tot definitiekwesties in de aanvraagprocedure (“als je 7 uur zorgt ben je niet, als je 8 uur zorgt ben je wel een mantelzorger”), of bijvoorbeeld het instellen van een inkomensgrens voor de tegemoetkoming. Daarmee wordt er een situatie gecreëerd waarin bepaalde mantelzorgers zich wel en anderen zich niet gewaardeerd zullen voelen. Het simpelweg overmaken van een bepaald geldbedrag doet geen recht aan de vaak complexe vraag aan ondersteuning.
6.4 Verbinden Voor de uitvoering van het programma mantelzorgondersteuning is aansturing en coördinatie een vereiste. Mantelzorgondersteuning moet voor de deelnemende organisaties, maar ook voor de mantelzorgers een gezicht krijgen. Voor de mantelzorgers van de gemeente Heerenveen moet duidelijk zijn wie er voor hun is, op wie ze een beroep kunnen doen als ze ondersteuning nodig hebben. Dat is overigens in de eerste plaats de meitinker. In de gemeente Heerenveen is een geriatrisch netwerk actief, waar verschillende partners op het gebied van zorg en welzijn elkaar bijpraten. Dit netwerk is echter vooral gericht op ouderen. In de gemeente Heerenveen kan nog meer aandacht zijn voor de volgende taken om het samenspel tussen beroepskrachten en mantelzorgers en tussen gemeente met zorgverzekeraars en zorg- en welzijnsorganisaties goed neer te zetten: Bij de inkoop van zorg en ondersteuning kunnen naast afspraken over mantelzorgbeleid ook afspraken gemaakt over de competenties en benodigde bijscholing van beroepskrachten. Bij alle vormen van zorg en ondersteuning kan rekening gehouden worden met het voor mantelzorgers: van hulp bij het huishouden tot arbeidsmatige dagbesteding. We maken op organisatieniveau afspraken bij de inkoop van zorg en ondersteuning via aanbesteding of subsidie over samenwerking met mantelzorgers. Zorg voor samenwerking tussen professionals, mantelzorgers en zorgvrijwilligers door extra te investeren in gezamenlijke deskundigheidsbevordering. Zorg voor financiële prikkels om de verbinding tussen formele en informele zorg te faciliteren.
6.5 Slotconclusie Ondanks de vele vindplaatsen van mantelzorgers, zijn ze toch onvoldoende in beeld. Meitinkers en preventiewerkers zijn nog onvoldoende toegerust om gebruik te maken van motiverende gespreksvoering en de ervaren belasting en knelpunten van de mantelzorg in
Gemeente Heerenveen
Pagina 52
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
kaart te brengen. De meitinkers ondersteuningsmogelijkheden.
zijn
niet
op
de
hoogte
van
alle
De gemeente Heerenveen is al jaren verantwoordelijk voor het ondersteunen van vrijwilligers en mantelzorgers. Om hier uitvoering aan te geven heeft de gemeente de afgelopen jaren subsidie verstrekt aan Stichting Caleidoscoop. Hiervoor zijn verschillende activiteiten uitgevoerd voor zowel vrijwilligers als mantelzorgers. Zo is er informatie en advies verstrekt en zijn er een nieuwe websites opgericht: www.heerenveenhelpt.nl en www.wehelpen.nl. Deze website fungeert enerzijds als digitale sociale kaart en anderzijds als middel voor mantelzorgers om een digitale agenda bij te houden voor hun zorgbehoevende. Ook bestaat de mogelijkheid om middels een digitale marktplaats in contact te komen met vrijwilligers. Er wordt minimaal gebruik gemaakt van de mogelijkheden voor mantelzorgers via het digitale netwerk WeHelpen.nl. Ook heeft Caleidoscoop uitvoering gegeven aan de jaarlijkse dag voor de Mantelzorger, die gehouden wordt in november en zijn er mantelzorgmaatjes geworven en getraind. Er wordt op dit moment nog weinig gebruik gemaakt van de mantelzorgmaatjes. Naast de ondersteuning die Caleidoscoop biedt is er ook respijtzorg aanwezig in de vorm van maatwerkvoorzieningen, zoals dagbesteding of kortdurend verblijf. Ondanks het ruime aanbod van (professionele) respijtzorg komen er weinig verzoeken binnen. Mogelijk is de drempel om iemand in huis te halen voor respijtzorg te hoog, ook al is de behoefte sterk aanwezig. Het aanbod is (mogelijk) niet bij iedereen bekend. Veelal zijn de mantelzorgers in de gemeente Heerenveen erg tevreden en hebben ze maar weinig behoeften als het aankomt op hun taak als mantelzorger. De mantelzorgers kunnen zich prima redden en regelen veel voor hun hulpvrager door zelf onderzoek te doen naar het aanbod in de buurt en naar wat past binnen hun eigen zorgsituatie. In het algemeen kan geconcludeerd worden dat er veel wordt aangeboden door verschillende organisaties, maar dat een mantelzorger niet weet waarvoor hij waar terecht kan. Het zou gemakkelijker kunnen worden gemaakt door ervoor te zorgen dat informatie laagdrempelig en snel kan worden verkregen, vooral als het informatie over dementie en de zorg daarvan betreft. Een knelpunt op het gebied van werk en mantelzorg is dat werkgevers vaak niet weten dat zij werknemers hebben die mantelzorgen. Werknemers durven uit angst voor bijvoorbeeld gevolgen voor hun carrière niet aan te geven dat zij mantelzorger zijn en behoefte hebben aan ondersteuning. Daarnaast vinden ze het vaak een privé aangelegenheid, waarmee de werkgever niets van doen heeft. Een knelpunt bij een financiële mantelzorgwaardering is de toetsing en registratie en daarmee gepaarde uitvoeringskosten. Financiële compensatie kan eveneens leiden tot definitiekwesties in de aanvraagprocedure of bijvoorbeeld het instellen van een inkomensgrens voor de tegemoetkoming. Daarmee wordt er een situatie gecreëerd waarin bepaalde mantelzorgers zich wel en anderen zich niet gewaardeerd zullen voelen. Het simpelweg overmaken van een bepaald geldbedrag doet geen recht aan de vaak complexe vraag aan ondersteuning. Er is op dit moment nog geen vorm van waardering in natura in de gemeente Heerenveen aanwezig zoals een mantelzorgpas waarmee mantelzorgers korting krijgen op bepaalde diensten. Er is geen mantelzorgnetwerk waar afspraken worden gemaakt over een samenhangend mantelzorgbeleid. In de gemeente Heerenveen is een geriatrisch netwerk actief, waar verschillende partners op het gebied van zorg en welzijn elkaar bijpraten. Dit netwerk is echter vooral gericht op ouderen.
Gemeente Heerenveen
Pagina 53
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
7. MAATREGELEN Op basis van voorgaande conclusies worden in dit hoofdstuk uitgangspunten en maatregelen geformuleerd voor de praktijk. Dit hoofdstuk begint in §7.1 met een beschrijving van de uitgangspunten die de basis zullen vormen van onze mantelzorgondersteuning. In §7.2 wordt aan de hand van de gestelde uitgangspunten concrete maatregelen geformuleerd voor het vormgeven van de mantelzorgwaardering en -ondersteuning in de gemeente Heerenveen.
7.1 Uitgangspunten en doelen Deze paragraaf beschrijft de uitgangspunten die de basis zullen vormen van onze mantelzorgondersteuning. Deze zijn in lijn met de bredere transities en de ontwikkelingen zoals geschetst in het WMO & Gezondheidsplan 2015 TM 2018 ‘Iedereen doet mee! De hieronder beschreven, getrapte, uitgangspunten gaan er vanuit dat mantelzorgers primair door meitinkers en preventiewerkers worden gesignaleerd. Dit laat echter onverlet dat er mantelzorgers zijn die door tweedelijns instellingen worden gesignaleerd, bijvoorbeeld naar aanleiding van een medische diagnose in het ziekenhuis. Zij kunnen uiteraard direct naar de voor hen best passende vorm van ondersteuning worden doorverwezen zonder dat zij hiervoor een keukentafelgesprek te hoeven voeren met een meitinker of preventiewerker. Daarnaast zijn er nog andere organisaties in de eerste lijn, zoals huisartsen, praktijkondersteuners, maatschappelijk werkers, thuiszorgmedewerkers en paramedici zoals fysiotherapeuten, logopedisten en diëtisten. Uitgangspunt 1: voorkomen waar mogelijk, genezen waar nodig Het primaire uitgangspunt is dat voorkomen beter is dan genezen. Beroepskrachten moeten niet-zichtbare mantelzorgers herkennen en erkennen en hen correct kunnen begeleiden danwel doorverwijzen naar passende hulp of zorg. Ook maatschappelijke en vrijwilligersorganisaties hebben hier een belangrijke rol in te spelen. Zie bijlage 1 voor een overzicht van belangrijke vindplaatsen van mantelzorgers. Deze belangrijke signaleringsrol geldt in dezelfde mate voor het signaleren van tekenen van ontspoorde mantelzorg, zoals bij ouderenmishandeling. Vroege signalering van dreigende overbelasting en het vroegtijdig aanbieden van ondersteuning heeft een groter effect op het herstellen van de balans tussen draagkracht en draaglast dan het in een later stadium aanbieden van geprofessionaliseerde (en dure) eerste- of tweedelijnszorg; er is dan sprake van de welbekende druppel op een gloeiende plaat. Het is dus belangrijk dat mantelzorgers effectief gesignaleerd worden om zo effectief (en goedkoop) mogelijk ondersteuning te kunnen bieden. Uitgangspunt 2: in de wijk (of dorp!) waar mogelijk, bovenwijks waar nodig In het verlengde van het hiervoor genoemde uitgangspunt om de signalering en ondersteuning zo vroeg mogelijk te laten plaatsvinden, ligt de ontwikkeling die de gemeente Heerenveen heeft ingezet om taken te bundelen in de Toegang. De meitinkers en preventiewerkers zullen in de regel degenen zijn die mantelzorgers als eerste treffen in hun keukentafelgesprekken, danwel degenen die signalen doorkrijgen van andere signalerende beroepskrachten. Hieropvolgend stelt de medewerker een hulpverleningsplan op waar de aanwezige mantelzorgers een integraal onderdeel van zijn. In deze gesprekken moet specifieke aandacht worden gegeven aan mantelzorgers waarvan bekend is dat ze een hoge(re) kans op overbelasting hebben, te weten jonge en werkende mantelzorgers of mantelzorgers die zorg dragen voor een hulpbehoevende met zware problematiek (GGZproblematiek, dementie, etc.) De basis van dit ondersteuningsplan is dat het eigen netwerk naar vermogen wordt ingezet. Hulpbehoevenden ervaren namelijk een betere kwaliteit van zorg als zij meer informele
Gemeente Heerenveen
Pagina 54
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
zorgverleners hebben en wanneer er een goede samenwerking is tussen de zorgverleners. Daarnaast ervaren mantelzorgers die zorg kunnen delen met andere mantelzorgers binnen het eigen netwerk een minder zware belasting dan mantelzorgers die dit niet kunnen 23. Oftewel: in het ondersteuningsplan dient een goede afstemming tussen hulpvraag en – aanbod vastgelegd te worden, omdat het hebben en inzetten van een partner en/of groot sociaal netwerk de kans op overbelasting verkleint (en daarmee ook het beroep op formele zorg in een later stadium). Er zitten echter grenzen aan informele zorg en de belastbaarheid van het eigen netwerk24. Bij het opstellen van het ondersteuningsplan zal de sociaal werker scherp in het oog moeten houden wat de draagkracht en draaglast van dit netwerk is en hoe de maximale inzet gevraagd kan worden zonder de balans te verstoren. Het organiseren van een Eigen Kracht Conferentie om het netwerk en de belastbaarheid hiervan volledig in beeld te krijgen, behoort tot de mogelijkheden. Mantelzorg zal niet verplicht worden opgelegd aan het netwerk. Pas op het moment dat deze ondersteuning niet toereikend is, omdat dit bijvoorbeeld niet aansluit bij de vraag, te specialistisch, danwel te tijdrovend is voor directe begeleiding vanuit de meitinker of de preventiewerker, kan een beroep worden gedaan op bovenwijkse voorzieningen. Hierbij valt te denken aan mantelzorgcafé’s, lotgenotencontact of voorlichtingsbijeenkomsten. Deze voorzieningen worden georganiseerd door een bovenwijkse uitvoeringsorganisatie. Uitgangspunt 3: algemene voorzieningen waar mogelijk, individueel maatwerk waar nodig Het organiseren van collectieve bijeenkomsten heeft uiteraard schaal- en andere voordelen, zoals het vergroten van het sociale netwerk en het terugdringen van eenzaamheid bij mantelzorgers. Daarnaast kan er door middel van collectieve bijeenkomsten specifieke en relevante informatie worden aangeboden aan mantelzorgers over bijvoorbeeld het bewaken van de eigen grenzen, de mogelijkheden van informele en formele respijtzorg of het verloop van een specifiek ziektebeeld en de daarbij behorende ontwikkelingen. Er dient dus een minimale basisstructuur aan bovenwijks ondersteuningsaanbod te zijn waar mantelzorgers op afroep gebruik van kunnen maken. Er is gebleken dat een aanbodgerichte, generieke aanpak geen bewezen effecten oplevert25. Om deze reden is het van belang om de genoemde basisstructuur dusdanig in te richten dat er altijd aanbod voorhanden is, maar er ruimte is om optimaal in te spelen op de specifieke vraag van de individuele mantelzorger. Uitgangspunt 4: informele hulp waar mogelijk, formele zorg waar nodig Op het moment dat er tot ondersteuning wordt overgegaan die de Toegang en het collectieve aanbod overstijgt, is het uitgangspunt dat dit waar mogelijk informeel dient te gebeuren. Naast het benutten van het eigen netwerk kunnen ook vrijwilligers ingezet worden die de hulpbehoevende en het netwerk aan mantelzorgers praktisch kunnen ondersteunen. Mantelzorgers hebben aangegeven dat ze een persoonlijk begeleider of coach op prijs zouden stellen; iemand die praktisch met ze meedenkt. Mantelzorgers kunnen in dit geval gekoppeld worden aan een (vrijwillige) mantelzorgmaatje die hen praktisch, maar intensiever en langer dan voor een meitinker of preventiewerker haalbaar is, van
23
Bron: Toekomstbestendige mantelzorg, Evalutiebureau Publieke Gezondheid GGD Noord- en Oost Gelderland, 2013 Bron: Hulp geboden, SCP, 2014 25 Bron: Toekomstbestendige mantelzorg, Evalutiebureau Publieke Gezondheid GGD Noord- en Oost Gelderland, 2013 24
Gemeente Heerenveen
Pagina 55
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
laagdrempelige ondersteuning kan voorzien. Deze mantelzorgmaatjes worden aangestuurd vanuit de bovenwijkse uitvoeringsorganisatie (Caleidoscoop). Deze vrijwillige inzet kan onder andere gedaan worden door bijstandsgerechtigden die in het kader van wederkerigheid een tegenprestatie leveren voor hun uitkering. Om recht te doen aan de specifieke situatie van de bijstandsgerechtigde zal hierbij maatwerk worden geleverd. Ook jongeren kunnen hierin een rol vervullen: met het wegvallen van de wettelijke verplichting op de Maatschappelijke Stage per 1 januari 2015 zijn de Heerenveense scholen momenteel aan het verkennen wat de wensen en mogelijkheden zijn om deze manier van burgerschapsvorming verder zelfstandig vorm te geven. Het verlenen van mantelzorgtaken door jongeren is hierin een optie. Er dient in alle gevallen zorg gedragen worden in het zorgvuldig in beeld brengen van vraag en aanbod en dat de vrijwilliger correct gematcht, getraind en ondersteund wordt om mantelzorgtaken uit te kunnen voeren. De bovenwijkse uitvoeringsorganisatie Caleidoscoop neemt dit op zich. Ervaringsdeskundige mantelzorgers kunnen ingezet worden om training en begeleiding van de vrijwilligers te verzorgen. Op het moment dat informele hulp niet realistisch is, bijvoorbeeld bij zwaardere overbelasting of hoog-specialistische ondersteuning, wordt er overgegaan tot het aanbieden van formele zorg. Deze maatwerkvoorzieningen, zoals logeervoorziening of een dagopvang/dagbesteding, kunnen de mantelzorgers voorzien van broodnodig respijt. Naast deze maatwerkvoorzieningen bieden ook zorgverzekeraars uiteenlopende vergoedingen voor respijtzorg vanuit aanvullende verzekeringen.
7.2 Beleidsmaatregelen Aan de hand van voorgenoemde uitgangspunten worden in deze paragraaf concrete maatregelen geformuleerd voor het vormgeven van de mantelzorgwaardering en ondersteuning in de gemeente Heerenveen. Als er bij de partners staat ‘natuurlijke vindplaatsen’ dan wordt bedoelt natuurlijke vindplaatsen door het leefpad en zorgpad van de mantelzorger te volgen.
Het leefpad jongeren Bijvoorbeeld scholen, sportverenigingen of uitgaansgelegenheden.
Leefpad ouderen Zoals de meer specifieke verenigingen zoals een leesclub, een kerkgenootschap, een ouderenbond of een zelforganisatie.
Leefpad werkende mantelzorgers Met name de werkgevers, kinderdagverblijf of de naschoolse opvang.
Zorgpad eerste lijn Hierbij valt te denken aan huisartsen, praktijkondersteuners, de meitinkers en preventiewerkers, maatschappelijk werkers, thuiszorgmedewerkers en paramedici zoals fysiotherapeuten, logopedisten en diëtisten.
Zorgpad tweede lijn Dit zijn met name de ziekenhuizen, revalidatiecentra, verzorgings- en verpleeghuizen of GGZ-instellingen.
Gemeente Heerenveen
Pagina 56
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
7.2.1 Aandachtsgebied 1: Vinden: hoe kunnen we mantelzorgers bereiken? Beleidsmaatregel 1
Communicatiecampagne
Omschrijving
Partners Regie Uitgaven
In 2016 wordt er een grote communicatiecampagne gevoerd onder alle inwoners van de gemeente Heerenveen. (H)erkennning van mantelzorgers: bewustwording. Mantelzorgers zijn bekend met het ondersteuningsaanbod. Combineren van waardering voor vrijwilligers met publiekscampagne (oproep: bloemetje voor je mantelzorger?). In beeld brengen van 50% van de mantelzorgers m.b.v. een registratiesysteem. Op plaatsen waar mantelzorgers gesignaleerd kunnen worden is er extra aandacht voor (h)erkkening en waardering. Gemeente, Caleidoscoop en natuurlijke vindplaatsen. Gemeente € 15.000
Beleidsmaatregel 2
Registratiesysteem en risicoscan
Omschrijving
In 2016 wordt onderzocht of en zo ja, op welke wijze een registratiesysteem kan worden ingevoerd zodat de gemeente Heerenveen zicht heeft en houdt op wie mantelzorg verricht en in welke omvang. Er zal onderzocht worden of dit gecombineerd kan worden met en risicoscan waarbij draagkracht en draaglast van de mantelzorger in beeld worden gebracht. Voor het opzetten van een lokale databank wordt een inventarisatie gemaakt van de gebruikelijke registratiesystemen en risicoscans. Tevens zal worden onderzocht of samenwerking met betrekking tot software wenselijk en mogelijk is. Hierbij is nadrukkelijke aandacht voor de Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP). Meer inzicht in wie mantelzorg verricht in de gemeente Heerenveen en in welke omvang. Mantelzorgers kunnen gebruik maken van informatie, advies en ondersteuning als zij daar nu of in de toekomst behoefte aan hebben. Na registratie ontvangen mantelzorgers (periodiek) alle nieuws over activiteiten van het steunpunt Mantelzorg (VSP) per post of mail. Het registratiesysteem geeft informatie om te bepalen de huidige ondersteuning voldoende is. De data geeft een beeld van de soort vragen die er binnenkomen. Deze informatie biedt input voor beleid op langere termijn De mantelzorgwaardering kan ook gebruikt worden om het aantal geregistreerde mantelzorgers bij het Steunpunt Mantelzorg te vergroten. Door het invullen van de risicoscan krijgen mantelzorgers/professionals inzicht in de factoren die van invloed kunnen zijn op de risico's van overbelasting. Daarmee kunnen zij zelf na gaan welke acties er kunnen worden ondernomen om deze risico's in de toekomst te verminderen. Door de risicoscan krijgen mantelzorgers/professionals een rapport in handen dat een gedetailleerd en overzichtelijk beeld geeft van krachten en knelpunten. Gemeente, Caleidoscoop en natuurlijke vindplaatsen. Gemeente € 10.000
Resultaten
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 57
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsmaatregel 3
Scholing meitinkers en preventiewerkers
Omschrijving
Partners Regie Uitgaven
Opnemen mantelzorgondersteuning in scholingsplan 2016 voor meitinkers en preventiewerkers. Daarnaast zijn er mogelijk ook andere organisaties die behoefte hebben aan een dergelijke training. Dit wordt nader geïnventariseerd. Signaleren en praktisch ondersteunen van mantelzorgers. Meitinkers en preventiewerkers zorgen voor goede informatie, advisering en communicatie rond het ondersteuningsaanbod. Meitinkers en preventiewerkers brengen draagkracht en draaglast in beeld en blijven dit monitoren (methodiek bijv. POM25 of mantelscan). In het scholingsplan is extra aandacht voor de verschillende categorieën mantelzorgers. Ondersteuning geven bij vraagverheldering en waar nodig bij het realiseren van zorg, hulp, en/of dienstverlening. Meitinkers en preventiewerkers krijgen vaardigheden in motiverende gespreksvoering. Meitinkers en preventiewerkers krijgen vaardigheden in het leggen en onderhouden van goede contacten met andere vindplaatsen. Gemeente, Caleidoscoop, CJG en GGD. Gemeente € 15.000
Beleidsmaatregel 4
Preventief huisbezoek onder ouderen.
Omschrijving
We willen inzetten op preventief huisbezoek onder ouderen (70+) in onze gemeente. Naast het thema mantelzorg kunnen tevens onderwerpen als gezondheid en eenzaamheid aan de orde komen. De mogelijkheden om aan te sluiten bij ‘bestaande huisbezoeken’ van bijvoorbeeld praktijkondersteuners, worden nader onderzocht. Inwoners zijn op de hoogte van de ondersteuningsmogelijkheden. Er worden inwoners bereikt die niet of erg laat zelf om hulp vragen, terwijl zij dit soms wel nodig hebben. Mantelzorg wordt gesignaleerd en er wordt in de gaten gehouden hoe de mantelzorg in de loop der tijd beslag legt op de mantelzorger. Ouderen kunnen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Gemeente, Caleidoscoop, praktijkondersteuners, thuiszorgorganisaties en verpleeg- en verzorgtehuizen. Caleidoscoop € 15.000 (scholing vrijwilligers)
Resultaten
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 58
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
7.2.2 Aandachtsgebied 2: Versterken: hoe gaan we mantelzorgers in hun regie en positie versterken? Beleidsmaatregel 5
Mantelzorgerondersteuning ondersteuningsplan.
Omschrijving
Partners
Vanuit de mantelzorger gezien is er behoefte aan integrale ondersteuning. Tegelijkertijd vinden mantelzorgers het moeilijk om hulp te vragen. In het kader van 1 huishouden, 1 plan hoort de ondersteuning van de mantelzorger onderdeel te zijn van het ondersteuningsplan van de inwoner (cliënt). Met dit nieuwe wettelijke kader wordt de mantelzorgondersteuning een integraal onderdeel van het ondersteuningsplan. Mantelzorgers worden zo vroeg mogelijk betrokken bij het keukentafelgesprek van de zorgvrager. Meitinker/preventiewerker bespreek hoe het sociale netwerk van de zorgvrager kan ondersteunen in het oplossen van de hulpvraag. Mantelzorg wordt expliciet meegenomen als mogelijke oplossing voor deze hulpvraag, rekening houdend met de draagkracht en draaglast van het sociale netwerk dat mantelzorgtaken op zich kan nemen. In het keukentafelgesprek wordt expliciet aandacht en waardering besteed aan de belangrijke functie van de mantelzorger en de mate waarin de mantelzorger in staat is te ondersteunen. Meitinker/preventiewerker heeft contact met andere signalerende beroepskrachten om zorg te dragen dat de positie van mantelzorgers ook bij hen op het netvlies staat. Gemeente, Caleidoscoop en natuurlijke vindplaatsen.
Regie Uitgaven
Gemeente Geen uitgaven.
Resultaten
als
integraal
onderdeel
van
het
7.2.3 Aandachtsgebied 3: Verlichten: hoe gaan we ondersteuning voor mantelzorgers organiseren?
Basisfunctie 1: Informatie, advies en training Beleidsmaatregel 6
Mantelzorgbrochure en nieuwsbrief.
Omschrijving
In 2016 wordt een mantelzorgbrochure ontwikkeld en onder alle inwoners verspreid. Vervolgens wordt periodiek een nieuwsbrief verspreid onder mantelzorgers en via andere mogelijke bladen zoals wijk- en dorpskranten en kerkbladen. Er wordt invulling gegeven aan de behoefte van mantelzorgers aan een algemeen informatie pakket met daarin antwoord op diverse hulpvragen. Hierin is het volgende opgenomen: - Een actueel overzicht van de hulpverleningsorganisaties en hun aanbod in de gemeente Heerenveen die faciliteiten voor mantelzorgers aanbieden. - Ervaringsverhalen van mantelzorgers. - Informatie over wet-of regelgeving. - Mantelzorgers kunnen sneller passende ondersteuning vinden en regelen. - Er is aandacht voor verschillende ziektebeelden. - Er wordt doorverwezen naar websites of contactpersonen voor aanvullende informatie. Gemeente, Caleidoscoop en natuurlijke vindplaatsen. Gemeente € 20.000.
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 59
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Basisfunctie 2: Emotionele steun Geen specifieke / nieuwe maatregelen.
Basisfunctie 3: Praktische ondersteuning en respijtzorg Beleidsmaatregel 7
Mantelzorgpas met gemaksdiensten.
Omschrijving
Partners Regie Uitgaven
Mantelzorgers kunnen in aanmerking komen voor een mantelzorgpas met gemaksdiensten. Hierbij valt te denken aan schoonmaakdiensten, maaltijden- en boodschappenservice, hulp in en om het huis, stomerij wasserij- en strijkservice, vervoer of een pedicure, kapper of schoonheidsspecialist aan huis. De gemaksdiensten worden voor mantelzorgers tegen een gereduceerd tarief aangeboden. In 2016 maken wij afspraken hierover met zorgaanbieders en ondernemers. Mantelzorger wordt ontlast en kan het mantelzorgen langer volhouden. Ook zijn er activiteiten beschikbaar die zorgen voor ontspanning. Gemeente en zorgaanbieders. Gemeente. € 50.000
Beleidsmaatregel 8
Mantelzorgmaatjes.
Omschrijving
We willen in 2016 de informele zorg stimuleren en versterken door zorgvrijwilligers te verbinden aan zorgprofessionals (‘achtervangfunctie’), vrijwilligers goed toe te rusten via scholing, (voormalig) mantelzorgers benaderen als ervaringsdeskundigen. Dit krijgt vorm in het bestaande project ‘mantelzorgmaatjes’ waar we meer bekendheid aan gaan geven. Mantelzorger worden ontlast door vrijwillige respijtzorg en praktische ondersteuning zoals bijvoorbeeld vervoer en kan mogelijk ook emotionele steun bieden. Het mantelzorgmaatje gaat samen met de mantelzorger en degene die de mantelzorger verzorgt kijken naar mogelijke oplossingen voor vragen. Er is overleg met de mantelzorgcoördinator en mogelijk andere organisaties om de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden. Een mantelzorgmaatje kan met instemming van zowel maatje als mantelzorger een aantal regel zaken overnemen. Caleidoscoop, gemeente en vrijwilligersorganisaties. Caleidoscoop verzorgt de training en intervisie voor deze mantelzorgmaatjes. € 1.000 (bestaand project, stelpost opgenomen)
Resultaten
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 60
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsmaatregel 9
Pilot respijtkamers.
Omschrijving
We starten in 2016 een ‘pilot respijtkamers’ op een tweetal locaties van zorgcentra. Deze worden begeleid door professionals en de praktische ondersteuning wordt gedaan door vrijwilligers vanuit de verzorgingshuizen of vrijwilligers vanuit Caleidoscoop. Er is begeleiding vanuit Caleidoscoop. Mantelzorgers worden ontlast en krijgen de mogelijkheid om even op adem te komen. Formele en informele zorg wordt gecombineerd. Respijtzorg is snel en flexibel inzetbaar, geen indicatie nodig en kosten voor mantelzorgers zijn relatief laag (eigen bijdrage van bijvoorbeeld € 6 per dag). Gemeente, Caleidoscoop en zorgcentra (zorg- en verpleeghuizen van Meriant; de 2 serviceflats / zorgappartementen van Oranjewoud B.V. en serviceflat Heerenhage) Caleidoscoop. € 25.000 met name voor training vrijwilligers. Coördinatie vrijwilligers combineren met maatregel 17 (coördinator mantelzorgondersteuning). Het idee is dat de zorgcentra hun kamers om niet beschikbaar stellen.
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Beleidsmaatregel 10
Respijtweekend.
Omschrijving
Partners Regie Uitgaven
We blijven jaarlijks het respijtweekend – zoals georganiseerd door stichting Welzijn Het Bolwerk – subsidiëren. We verhogen onze bijdrage van 4 naar 8 mantelzorgers. Mantelzorger wordt ontlast en krijgt ontspanning, praat met andere mantelzorgers en heeft een luisterend oor bij lotgenoten. Mantelzorgers voelen zich gewaardeerd. Mantelzorgers kunnen nieuwe energie opdoen waardoor ze de zorg langer vol kunnen houden. Gemeente, Caleidoscoop en stichting Welzijn Het Bolwerk Caleidoscoop. € 3.000
Beleidsmaatregel 11
WeHelpen.
Omschrijving
We blijven lid van Coöperatie WeHelpen en werken samen met andere maatschappelijke betrokken organisaties waardoor we een krachtige infrastructuur creëren, waarmee we bijdragen aan een samenleving waarin elkaar helpen vanzelfsprekend is. Mantelzorgers worden ontlast door vrijwillige hulp en praktische ondersteuning. WeHelpen maakt het makkelijk om hulp te vragen, aan te bieden en te organiseren. Gemeente, Caleidoscoop, WeHelpen en nieuwe partners. Gemeente. € 15.000
Resultaten
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 61
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Basisfunctie 4: Zorg en werk combineren Beleidsmaatregel 12
Mantelzorgvriendelijke organisaties.
Omschrijving
In 2017 organiseren we een bewustwordingscampagne voor zorg en werk combineren en gaan we in gesprek met werkgevers. We zorgen ervoor dat we als gemeente het goede voorbeeld geven en een mantelzorgvriendelijke organisatie zijn. Werkgevers worden zich ervan bewust dat zij werknemers hebben die mantelzorgen. Werkgevers en werknemers zijn op de hoogte van wettelijke mogelijkheden. Het onderwerp mantelzorgen wordt bespreekbaar gemaakt. Hierdoor kan de mantelzorger worden ondersteund bij het combineren van werk en zorg. De erkenning ‘mantelzorgvriendelijke organisatie’ wordt gegeven aan organisaties die het thema werk en mantelzorg bespreekbaar maken, medewerkers wijzen op de wettelijke verlofregelingen waar mantelzorgers gebruik van kunnen maken en flexibel zijn in het bieden van maatwerkoplossingen. Denk bijvoorbeeld aan flexibele werktijden, zorgtaken regelen onder werktijd en de mogelijkheid krijgen om het werk onverwachts te onderbreken. Gemeente, werkgevers, kinderopvangorganisaties Gemeente. € 15.000 (voor foldermateriaal, training en workshops)
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Basisfunctie 5: Belangenbehartiging Maatregel 13
Denktank mantelzorgers.
Omschrijving
In 2016 vragen we (voormalig) mantelzorgers om deel te nemen aan een denktank ‘Mantelzorgers’. Actieve participatie van mantelzorgers. De Denktank bestaat uit een groep mantelzorgers die actief meedenkt en input levert voor de invulling van activiteiten, zoals de Dag van de Mantelzorg, PR en actualiteiten.. Gemeente, Caleidoscoop en vindplaatsen. Gemeente. € 1.500 (voor training)
Resultaten Partners Regie Uitgaven
Basisfunctie 6: Erkenning en waardering Beleidsmaatregel 14
Mantelzorgcompliment in natura.
Omschrijving
Het mantelzorgcompliment krijgt jaarlijks vorm door een huisbezoek waarbij mantelzorger een bloemetje/banketstaaf en een mantelzorgpas ontvangt. Op dit moment wordt er geen algemene regeling getroffen voor financiële ondersteuning aan mantelzorgers (in aanvulling op regelingen die er al zijn zoals de bijzondere bijstand). Mantelzorger voelt zich gewaardeerd. Door een persoonlijk gesprek met de mantelzorger wordt de belasting in kaart gebracht en worden ondersteuningsmogelijkheden besproken. Door de mantelzorgpas (zie maatregel 7) wordt de mantelzorger ontlast en kan de mantelzorger het langer volhouden. Ook zijn er activiteiten beschikbaar die zorgen voor ontspanning.
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Gemeente, zorgaanbieders, (subsidie)relaties met vrijwilligersorganisaties en andere maatschappelijke partijen als MEE. Gemeente. € 20.000 (exclusief kosten mantelzorgpas)
Pagina 62
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsmaatregel 15
Voortzetten Dag van de Mantelzorg.
Omschrijving
Partners Regie Uitgaven
In 2016 organiseren we de Dag van de mantelzorg waar verschillende activiteiten georganiseerd, en er ruimte is voor waardering, ontspanning en informatie. Mantelzorgers kunnen dan op deze dag bij elkaar komen en met elkaar in gesprek gaan. Op deze dag is er tevens ruimte voor een informatiemarkt, waar zoveel mogelijk ondersteunende organisaties aanwezig zijn. Mantelzorgers voelen zich gewaardeerd. Mantelzorgers zijn er even tussenuit. Mantelzorgers krijgen informatie en ontspanning. Mantelzorgers kunnen in gesprek met lotgenoten. Gemeente en Caleidoscoop. Caleidoscoop € 5.000
Beleidsmaatregel 16
Activiteiten voor jonge mantelzorgers.
Omschrijving
In 2016 organiseren we diverse activiteiten voor jonge mantelzorgers. We hebben extra aandacht voor jonge zorgers tussen 4 en 30 jaar, waarvan iemand in het gezin langdurig ziek is. Jongeren die opgroeien in een thuissituatie waar een gezinslid lang ziek, gehandicapt, verslaafd, in de war of depressief is, doen thuis meer dan gebruikelijk is voor hun leeftijd. Soms dragen zij zelfs lange tijd de zorg voor een ander gezinslid. Ook die jonge mantelzorgers willen we een steuntje in de rug bieden. Gemeente, Caleidoscoop, CJG, het onderwijs en FAWAKA. Caleidoscoop € 10.000
Resultaten
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
7.2.4 Aandachtsgebied 4: Verbinden: hoe leggen we verbindingen tussen mantelzorgers en professionals? Beleidsmaatregel 17
Coördinator mantelzorgondersteuning.
Omschrijving Resultaten
In 2016 stellen we een coördinator mantelzorgondersteuning aan. Aansturing en coördinatie van het programma mantelzorgondersteuning. De coördinator mantelzorgondersteuning is specialist en vraagbaak voor mantelzorgers en organisaties die met mantelzorgers te maken hebben. De coördinator mantelzorgondersteuning brengt informele en formele zorg samen, benut kennis en stimuleert initiatieven van en voor mantelzorgers. Afhankelijk van een nader te bepalen taakomschrijving, kan de mantelzorgcoördinator tevens de functie hebben van respijtzorgcoördinator. Mantelzorger wordt ontzorgt door vervanging die voor hen wordt georganiseerd. Mantelzorgondersteuning krijgt voor organisaties en voor mantelzorgers een gezicht. Gemeente en Caleidoscoop Caleidoscoop € 60.000 (0,5 fte; 20 contracturen / 16 werkbare uren / 783 uur jaarbasis + training)
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 63
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Beleidsmaatregel 18
Gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning.
Omschrijving
In de periode 2016-2017 worden de mogelijkheden en de behoeften voor een gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning nader onderzocht. Resultaten van een gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning: De netwerkstructuur voor mantelzorgondersteuning biedt een sluitende keten van mantelzorgondersteuning aan mantelzorgers die daar behoefte aan hebben. Hierdoor kunnen mantelzorgers hulp (blijven) bieden, zelfredzaam zijn en participeren in de maatschappij. Er worden afspraken gemaakt met relevante zorgorganisaties over de deskundigheid van zorgprofessionals op dit gebied, het uitwisselen van signalen, het onderling doorverwijzen. Samen met zorgaanbieders wordt gekomen tot een innovatieve aanpak gericht op samenwerking tussen zorgprofessionals en mantelzorgers (in aansluiting op landelijk initiatief ‘In voor mantelzorg’). De deelnemende organisaties zorgen met elkaar voor een sluitend aanbod mantelzorgondersteuning. Het aanbod bestaat tenminste uit de basisfuncties mantelzorgondersteuning. Het netwerk mantelzorgondersteuning communiceert de uitkomsten naar de mantelzorgers zodat ze weten voor welke ondersteuning ze waar terecht kunnen. De deelnemende organisaties zorgen voor een sluitend aanbod van respijtzorg (van oppas tot vervangende zorg) en acute zorg (crisisopvang in een zorginstelling). Dat vraagt samenwerking en afstemming tussen vrijwilligerszorg, extramurale en intramurale zorg. De deelnemende organisaties maken met elkaar afspraken over een samenhangend mantelzorgbeleid ten aanzien van de herkenning, erkenning en ondersteuning van mantelzorgers. Het netwerk mantelzorgondersteuning zal allereerst in moeten zetten op het bereiken van mantelzorgers als vervolg op de bewustwordingscampagne Gemeente, Caleidoscoop en mogelijke partners vindplaatsen. Gemeente. € 1.000 (stelpost opgenomen)
Resultaten
Partners Regie Uitgaven
Gemeente Heerenveen
Pagina 64
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
8. FINANCIEEL KADER, UITVOERINGSORGANISATIE EN MONITORING Het financiële kader voor 2015 tm 2017 ziet er als volgt uit: Begroting m antelzorgondersteuning Gem eente Heerenveen 2015 Begroting Algemene voorziening mantelzorg- en vrijw illigersw erk (63701001) Dag van de Mantelzorg (62691037) WeHelpen (begrotingsnummer) Respijtzorg mantelzorgers (62691036 en 63702008) Restant budget van vorig jaar Totaal inkomsten Uitgaven Afzonderlijk besluit 2015 Piliot Gezinsmaatjes Afzonderlijk besluit 2015 Pilot Maatjes voor Meedoen Beleidsmaatregel 1 Communicatiecampagne Beleidsmaatregel 2 Registratiesysteem en risicoscan Beleidsmaatregel 3 Scholing meitinkers en preventiew erkers Beleidsmaatregel 4 Preventief huisbezoek onder ouderen Mantelzorgerondersteuning & ondersteuningsplan Beleidsmaatregel 5 Beleidsmaatregel 6 Mantelzorgbrochure en nieuw sbrief Beleidsmaatregel 7 Mantelzorgpas met gemaksdiensten Beleidsmaatregel 8 Mantelzorgmaatjes Beleidsmaatregel 9 Pilot respijtkamers Beleidsmaatregel 10 Respijtw eekend Beleidsmaatregel 11 WeHepen Beleidsmaatregel 12 Mantelzorgvriendelijke organisaties Beleidsmaatregel 13 Denktank mantelzorgers Beleidsmaatregel 14 Mantelzorgcompliment in natura Beleidsmaatregel 15 Dag van de Mantelzorg Beleidsmaatregel 16 Activiteiten voor jonge mantelzorgers Beleidsmaatregel 17 Coördinator mantelzorgondersteuning Beleidsmaatregel 18 Gemeentelijk netw erk mantelzorgondersteuning Totale uitgaven mantelzorgbeleid
Resultaat
€ € € €
164.865 6.000 15.000 5.500
€
191.365
€ €
16.000,00 36.500,00
€ €
1.500,00 15.000,00
2016 € € € € € €
164.865 6.000 15.000 5.500 119.365 310.730
€ € € € € € € € € € € € €
13.000,00 25.000,00 15.000,00 10.000,00 15.000,00 15.000,00 20.000,00 50.000,00 * 1.000,00 25.000,00 3.000,00 13.000,00 0 1.500,00 20.000,00 3.000,00 10.000,00 60.000,00 1.000,00 300.500
10.230
€
3.000,00
€
72.000
€ € € € € € €
€
119.365
€
2017 € € € € € €
164.865 6.000 15.000 5.500 10.230 201.595
€ 10.000,00 € 20.000,00 € 1.000,00 € € € € € € € € € € € € € € € € €
5.000,00 1.000,00 50.000,00 * 1.000,00 25.000,00 3.000,00 11.000,00 15.000,00 20.000,00 3.000,00 5.000,00 50.000,00 1.000,00 221.000
€
-19.405
Genoemde uitgaven zijn gebaseerd op jaarprijzen. In de uitvoering zullen veel beleidsmaatregelen pas in de loop van 2016 opgestart w orden. * Alle uitgaven zijn een eerste inschatting, dat geldt des te meer voor de mantelzorgpas.
Een deel van de maatregelen zal belegd worden bij de welzijnsorganisatie Stichting Caleidoscoop. Over de invulling van de maatregelen zullen nadere afspraken worden gemaakt. Bij de uitvoering van het programma zullen vele organisaties betrokken worden zoals deze eerder genoemd zijn bij ‘natuurlijke vindplaatsen’. Dit zijn natuurlijke vindplaatsen door het leefpad en zorgpad van de mantelzorger te volgen. In de verantwoording die afgelegd wordt over de besteding van deze middelen wordt expliciet gestuurd op outcome en concrete resultaten. Hierbij valt te denken aan het registreren van het aantal gesignaleerde mantelzorgers, de mate van (over-)belasting, de gepleegde interventies en de mate waarin dit heeft bijgedragen aan het terugdringen van de (over-)belasting. Gedurende het uitvoeringsjaar zullen er periodiek voortgangsgesprekken worden gevoerd over het basisnetwerk aan ondersteuning, of dit netwerk afdoende aansluit op de vraag van mantelzorgers en waar er eventueel dient te worden bijgestuurd.
Gemeente Heerenveen
Pagina 65
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
9. BIJLAGEN
Gemeente Heerenveen
Pagina 66
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 1: Vindplaatsen mantelzorgers
BRON: EXPERTISECENTRUM MANTELZORG
Gemeente Heerenveen
Pagina 67
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 2: Ondersteuningsbehoeften mantelzorgers 1. Informatie Mantelzorgers worden geïnformeerd over: hoe mantelzorg is in te passen in het leven (werk en mantelzorg) ziekten en beperkingen aanbod van hulp ondersteuning zorg regelingen Mantelzorgondersteuning is nog weinig bekend, daarom is een uitnodigende benadering nodig, via de Toegang en via lokale en regionale samenwerkingspartners.
2. Advies en begeleiding Mantelzorgers krijgen ondersteuning en begeleiding bij het: vinden van de weg in mogelijkheden zetten van stappen naar instanties maken van keuzes Waar mogelijk is de benadering preventief, bijvoorbeeld preventief ouderenbezoek.
3. Emotionele steun Mantelzorgers krijgen in individuele gesprekken of groepsbijeenkomsten emotionele ondersteuning. Dit is nodig omdat zorg, ziekte en snel veranderende perspectieven emoties met zich meebrengen die het moeilijk maken mantelzorg te verlenen zonder overbelast te raken.
4. Educatie Mantelzorgers krijgen voorlichting en training. De educatie kan gericht zijn op zorg en ziekte, bijvoorbeeld instructie voor gebruik van hulpmiddelen of cursussen voor het omgaan met ziektes. Of een cursus empowerment of time management.
5. Praktische hulp Mantelzorgers krijgen praktische hulp. Vaak is praktische hulp gericht op de zorgbehoevende, beter is het om ook te kijken naar welke praktische hulp de taken van de mantelzorger verlicht. Bijvoorbeeld huishoudelijke hulp, vrijwillige hulp of administratieve hulp.
6. Respijtzorg Mantelzorgers kunnen gebruik maken van respijtzorg, en worden hiervoor actief uitgenodigd. Respijtzorg is een verzamelbegrip voor voorzieningen die de mantelzorg tijdelijk overnemen. Zodat de mantelzorger andere activiteiten kan ondernemen.
7. Financiële tegemoetkoming Mantelzorgers kunnen een tegemoetkoming in de kosten krijgen als ze vanwege de zorg in financiële problemen komen. Dit kan onder meer via bijzondere bijstand. Of vrijstelling van sollicitatieplicht.
8. Materiële hulp Mantelzorgers kunnen materiële hulp krijgen. Deze is meestal gericht op zorgbehoevende, maar het is van belang ook te mantelzorger te betrekken bij de toewijzing. Het kan bijvoorbeeld gaan om woningaanpassing, mantelzorgwoning of -kamer, parkeerkaart, hulpmiddelen en aangepast vervoer.
Gemeente Heerenveen
Pagina 68
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 3: Uitkomsten gesprekken met professionals Voor het opstellen van dit uitvoeringsplan zijn verschillende gesprekken gevoerd met professionals over hun ervaring met mantelzorgers. Zij hebben hun ervaringen gedeeld en zich uitgesproken over een vervolgaanpak. Tijdens de gesprekken stonden steeds 4 thema’s en vragen centraal: Vinden. Hoe bereiken we de mensen in de gemeente Heerenveen die zorgen voor naasten? Versterken. Hoe kunnen we mantelzorgers in hun regie en positie versterken? Verlichten. Hoe kunnen we ondersteuning organiseren voor mantelzorgers zodat zij de zorg beter en langer vol houden? (draagkracht vergroten en draaglast verlichten) Verbinden. Hoe leggen we verbinding tussen mantelzorgers en professionals? Bij ieder gesprek waren met één of twee personen van de ondervraagde organisatie aanwezig. Samenvattend en deels in steekwoorden staan in deze bijlage de belangrijkste bevindingen van deze interviews. VSP/Caleidoscoop op 27 oktober 2015 Op dit moment weinig mantelzorgers in beeld (ca. 50 geregistreerd). Centrale registratie is een goed idee, zodat ze preventief geïnformeerd kunnen worden. Vaak dezelfde mensen bij Dag van de mantelzorg. Liever uitdelen van banketstaaf of bloemetje. Mensen hebben behoefte aan financiële ondersteuning. Preventief huisbezoek is een goed idee. Er wordt geen informatie op persoonsniveau van mantelzorgers uitgewisseld met andere partners. Medewerker(s) VSP heeft trainingen gehad. Rol en samenwerking huisartsen kan verbeterd worden. VSP te weinig uren om meer inzet op dit onderdeel te plegen. Behoefte aan uren voor mantelzor g coördinator. Er wordt nog weinig gebruik gemaakt van mantelzorgmaatje en vrijwillige netwerker. Mogelijk nog te weinig bekendheid met het aanbod. Gemeente kan meer waardering uiten naar mantelzorgers. VSP is over het algemeen bekend met het huidige aanbod. Er is veel, maar wel versnipperd. Er mist een centraal informatiepunt en -brochure. Mantelzorgcompliment: geen financiële vergoeding maar mantelzorgpas. Maatwerk is belangrijk. Er komen wel regelmatig telefoontjes van mensen die vragen naar de mantelzorgcompliment. Meer samenwerking in een mantelzorgnetwerk gewenst. Belangrijkste thema: vinden van mantelzorgers! Ziekenhuis Tjongerschans op 2 november 2015 Mantelzorgers al in beeld bij opnamegesprek. Soms veel toestanden in familie. Behoefte aan mantelzorgbrochure. Kan uitgedeeld worden aan mantelzorgers. Redelijke behoefte aan training/ cursus om ervaring belasting en knelpunten van mantelzorg in kaart te brengen. Bij overdracht naar thuiszorg worden contactpersonen mantelzorger doorgegeven. Er wordt niet ingegaan op het sociale aspect. Ziekenhuis wil dat familie meer participeert. Bepaalde afdelingen wordt meer gedaan met mantelzorgers en betrekken netwerk dan op andere afdelingen. Weinig bekendheid met het ondersteuningsaanbod. Folders van meitinkers zou wenselijk zijn zodat verpleegkundigen dat kunnen meegeven en daar aandacht en kunnen geven. Bij ontslag van patiënt, wordt wel gekeken naar praktische ondersteuningsmogelijkheden voor thuiskomst. Mantelzorgwaardering: geen geldbedrag. Interne organisatie bij diverse afdelingen: meer samenwerking gewenst tussen professionals en mantelzorgers. Meer samenwerking met externe organisaties is gewenst: elkaar beter vinden en weten van elkaars mogelijkheden. MEE Fryslân op 4 november 2015 Veel met gezinnen te maken waarbij er mantelzorgers zijn. Het gaat om de cliënt. Daarbij wordt wel naar het systeem gekeken, hoe de zorg om de cliënt in stand gehouden kan worden. Mantelzorg maakt expliciet onderdeel uit van het ondersteuningsplan. Mantelzorgers kunnen beter bereikt worden door bij de vindplaatsen te beginnen en oog te hebben voor het systeem. Aansluiten bij de lijnen van buiten, de hulpverlening, de huisartsen, etc. Registeren van mantelzorgers is een lastige discussie. Mantelzorgers willen waarschijnlijk niet graag geregistreerd worden. Medewerkers hebben voldoende kennis om het netwerk in kaart te brengen en hebben in principe inzicht in de sociale kaart. Toch zou hier nog wel wat extra aandacht voor kunnen zijn, met name gericht op het praktische ondersteunen. Gemeente kan workshops aanbieden. Casuïstiek doen en ervaringen uitwisselen is ook erg belangrijk.
Gemeente Heerenveen
Pagina 69
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Expertise van het netwerk. Samenweren met partour. Er wordt meegedacht maar nog onvoldoende op ingestoken op de mantelzorger. Medewerkers MEE zouden wel een signalerende en bemiddelden rol kunnen hebben. Bij de hulpvraag apart aandacht hebben voor de mantelzorger. Er wordt informatie uitgewisseld over het systeem. Niet specifiek op mantelzorgers. Het gaat wel om het overbelasting in het gezin. Geen nieuwe voorzieningen oprichten, maar regelen via de bestaande lijnen. Deels bekend met het aanbod, meer aandacht voor informatie hierover. Bij mantelzorgwaardering dit koppelen aan een persoonlijk gesprek. Betere wisselwerking tussen 0e, 1e, en 2e lijn.
COSBO op 5 november 2015 Belangrijk is dat medewerkers in de Toegang meedenken in oplossingen en niet alleen maar nee zeggen en zoek het maar uit. Belangrijk dat er naar mantelzorgers geluisterd wordt. Ze hoeven geen medelijden, maar als ze komen om hulp dan is het ook echt noodzakelijk. Samen naar oplossingen zoeken. Dag van de Mantelzorg; vaak dezelfde mensen. Leuker is het om bij de mensen langs te gaan met bloemetje of banketstaaf. Mantelzorgpas is een goed idee. Behoefte aan praktische hulp. Ervaring van COSBO is wel dat mensen geen bijzondere bijstand willen aanvragen. Belangrijk is het om aandacht te hebben voor respijtzorg. Soms hebben mantelzorgers het nodig, maar ook iemand die helpt om dit regelen. Het moet flexibel zijn en niet hartstikke duur! Het is belangrijk dat zorgvragers naar dagbesteding kunnen blijven gaan. Dit ontlast mantelzorgers. Minder zware zorgvragers die wel mantelzorgers hebben moeten er wel voor in aanmerking blijven komen. Ook letten op de grenzen van ‘dagbesteding met vrijwilligers’. Iemand die niet zelf naar de wc kan, kan niet door een vrijwilliger geholpen worden. Niet de term mantelzorgers gebruiken in de communicatie. T.a.v. het gesprek met de meitinker: “Een paar jaar geleden was er totaal geen aandacht voor mantelzorgers. Het is belangrijk dat er niet alleen om het geld gedacht wordt. Meitinkers zijn niet onafhankelijk . Mensen voelen zich timide en de mindere. Je bent afhankelijk van de gemeente en dat geeft al een bepaalde druk als diegene komt.” COSBO ontvangt veel signalen van ouderen. Klankbordgroep mantelzorgers is misschien lastig te organiseren, maar het is wel belangrijk om de stem van de mantelzorgers te horen. T.a.v. preventief ouderenbezoek, vraagtekens bij wat het oplevert. Mantelzorgnetwerk die er eerder was is ‘doodgebloed’. Belangrijk thema: emotionele steun en informatie over ziektebeelden. Friesland College op 5 november 2015 Jonge mantelzorgers komen in beeld als ze vastlopen. De zorgcoördinator komt mantelzorgers vaak tegen. Docenten zoomen wel in op privé situatie van mensen, maar niet elke docent gaat daar op dezelfde wijze mee om. Mantelzorgers niet registreren. De vraag mag mogelijk niet eens gesteld worden. Je mag bijv. niet vast leggen dat iemand kinderen heeft. Jongeren komen vaak zelf ook suggesties voor mogelijke oplossingen van de (over)belasting. Informatie wordt uitgewisseld met het gebiedsteam. Sluit aan bij de vindplaatsen om mantelzorgers te bereiken. “We willen ook niet dat jongeren benaderd worden met allemaal goed bedoelde dingen. We willen vooral een school zijn.” Als het een (ondersteunings)programma is voor alleen Heerenveen dan is het lastig om dit c entraal te verspreiden bij een school waar studenten uit allerlei gemeenten komen. Deels bekend met het aanbod. Behoefte aan centrale informatie (brochure). Activiteiten richten op jonge mantelzorgers. Samenwerking: geen grote overlegstructuur, wel ervoor zorgen dat je elkaar weet te vinden en wat de ander voor mogelijkheden heeft. Regelmatig op plekken zijn waar je elkaar kunt vinden. Een vorm kan zijn: Themadagen. Klankbordgroep wijkkrachtscan op 10 november 2015 Voor de woningbouwbouwcorporaties (Elkien, Accolade en WoonFriesland) staat het onderwerp niet echt op de agenda. Ze hebben wel kangoeroewoningen. Daarnaast zouden ze wel een rol kunnen hebben in het informeren van hun bewoners over dit thema. Voor De Friesland staat dit onderwerp in de kinderschoenen. Erkennen wel het belang van mantelzorgers. Voor een pilot zou er een mogelijke samenwerking / financiering kunnen zijn als dat zorgkosten (op langere termijn) bespaart. De Friesland zou een bemiddelende rol kunnen hebben in contacten richting huisartsen, die nu moeilijk te bereiken zijn. Voor de Friese Wouden is dit wel een erg actueel onderwerp waar ook veel aan gedaan wordt. Werkt ook mee aan de Dag van de Mantelzorg. Afzonderlijk overleg nog over dit thema. De Friese Wouden zou een bemiddelende rol kunnen hebben in contacten richting praktijkondersteuners, die nu moeilijk te bereiken zijn
Gemeente Heerenveen
Pagina 70
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
ROS-Friesland heeft mantelzorgondersteuning ook niet echt als thema. Wanneer er bepaalde uitkomsten / aanbod zijn van het plan die interessant zijn voor bijv. huisartsen, zoals bijv. respijtkamers, dan kunnen ze daar wel een bemiddelende / informerende rol in spelen. Ook zou het dan op de agenda van het geriatrisch netwerk kunnen. Voor Caleidoscoop is het een zeer actueel thema. Geeft aan dat mantelzorgers lastig te bereiken zijn. Afzonderlijk gesprek. Voor MEE spelen mantelzorgers in het dagelijkse werk een belangrijke rol. Bij het ondersteunen van cliënten (mensen met een beperking) is bijna altijd een mantelzorger aanwezig. Wel staat de zorg voor de cliënt centraal, en niet de zorg voor de mantelzorger. Dat betekent niet dat daar helemaal geen aandacht voor is. GGD heeft vooral een rol als het gaat om het verzamelen van data over mantelzorgers en het verspreiden daarvan. Politie heeft binnen het team enkele collega's bijzonder (zorg)verlof toegekend. Dit betreft veelal zorg voor partner of kind. Vaak is dit van tijdelijke aard. Het item is binnen de organisatie via de mail en het intranet onder de aandacht gebracht. In de praktijk kom het soms voor dat wijkagenten (bewust) in aanraking komen met mantelzorgers. Ideeën en suggesties zijn vooral gericht op het informeren van inwoners/mantelzorgers met brochure. Maar ook een oproep doen dat zorgvragers een bloemetje kunnen aanbieden aan mantelzorgers. Communicatiecampagne en de juiste manier van communiceren wordt als erg belangrijk ervaren.
Meitinker(s) op 10 november 2015 Mantelzorgers zijn vaak betrokken bij het gesprek. Geen inzicht in aantallen. Door echtparen eruit te pakken heb je al veel mantelzorgers. Belangrijk is een centrale folder waar informatie in staat over het aanbod. Dag van de mantelzorg, vaak dezelfde mensen. Mantelzorgers registreren, kan, niet te ingewikkeld maken (naam en adres). Niet gefaciliteerd wel behoefte in training om de ervaring belasting en knelpunten van mantelzorg in kaart te brengen. Nu nog teveel bezig met herindiceren en nog te weinig met sociaal netwerk en preventief. Mantelzorgers vinden respijtzorg vaak ‘gedoe’. Vinden dat ze het zelf het beste kunnen. Nog nooit iemand gehad die respijtzorg wil. Niet positief over het idee van preventief huisbezoeken. Verwachting dat het te weinig effect heeft en teveel onrust veroorzaakt. Terugkoppeling naar meitinker. Weer een nieuw persoon aan de deur. Hoe begrens je het gesprek dan? Beter is het om de meitinkers, de thuiszorg, Tinz en praktijkondersteuner te bewegen om de mantelzorgers ergens te melden. Praktijkondersteuners doen ook huisbezoeken. Sluit daarbij aan. Behoefte aan een specialist op dit onderwerp die ‘bevraagd’ kan worden. Preventiewerker(s) op 12 november 2015 GGD heeft cijfers per school m.b.t. aantallen mantelzorgers. Zorgen voor betere informatie doorstroom over mantelzorg in gezin naar voortgezet onderwijs. “Eigenlijk zijn we er met zijn allen nog niet scherp genoeg op.” Registeren van mantelzorgers goed idee, belangrijk is de wijze waarop je dit communiceert naar mantelzorgers /kinderen/ gezinnen. “Mogen we je af en toe informeren over ontwikkelingen, nieuws, en aanbod?” Preventiewerkers onvoldoende toegerust om dit thema en niet gefaciliteerd d.m.v. training. Ligt bij JGZ (ook preventiewerkers) waarschijnlijk anders. Behoefte aan training en meer informatie. Humanitas kinderkampen = vorm van respijtweekend voor jonge mantelzorgers. Binnen school wordt informatie gedeeld, minder met externe partners zoals huisartsen. Aandacht voor bewustwordingscampagne: bijv. m.b.v. website What The Fean. Interventie: Kijken naar klassen waar veel mantelzorgers zijn, daar in samenhang met jeugdverpleegkundige een gastles organiseren om hier aandacht voor te hebben. Preventiewerkers verpleegkundigen 0-12 – krijgen op dit gebied nog weinig vragen van ouders. Het wordt ze nog niet vaak gevraagd vanuit school. Deels bekend met het aanbod. Behoefte aan centrale informatiebrochure en ‘specialist’ op dit onderwerp die benaderd kan worden. Preventiewerker kan meer de rol hebben van ‘waakvlamfunctie’. Specifieke activiteiten organiseren voor jonge mantelzorgers. Dit kan relatief simpel en hoeft niet perse iets duurs te zijn. Belangrijk is om in het kader van het mantelzorgbeleid over de eigen organisatie heen te kunnen kijken. Belangrijke onderwerpen zijn het vinden van (jonge) mantelzorgers, iets organiseren voor jonge mantelzorgers en het contact (blijven) maken. De Friese Wouden op 16 november 2015 Mantelzorgers worden actief betrokken bij gesprekken met cliënten. Mantelzorg is belangrijk thema binnen de Friese Wouden. Betrekken van mantelzorgers verschilt per wijk. Lage ses is bijvoorbeeld een stuk lastiger. De Friese Wouden verwacht alle mantelzorgers in beeld te hebben. Bij intake en evaluatie. Raming: 750 cliënten in zorg. Per cliënt 1 of 2 mantelzorgers met contactgegevens, totaal zo’n 1300 tot 1500 mantelzorgers.
Gemeente Heerenveen
Pagina 71
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Behoefte aan folder. Kan tijdens intake al uitgedeeld worden. Aandacht hebben voor betere samenwerking in netwerk en doorverwijzing. Plus abonnement zou ingezet kunnen worden voor mantelzorgpas. Ervaring belasting en knelpunten van mantelzorg in kaart te brengen is een thema binnen risicosignalering. Hier zijn scorelijsten voor. Er is niet echt een risicoscan. Suggestie om mantelzorgers te bereiken is om aan te sluiten bij Centra voor Meedoen. Als je aangeeft dat iemand er spreekt over een bepaald onderwerp, dan komen er meer mensen (bijvoorbeeld tijdens koffieochtenden). Ook meer samenwerking zoeken met huisartsenpraktijken (POH). Wijkverpleegkundige zouden tijdens spreekuren ook aandacht voor het onderwerp kunnen hebben. Netwerk wordt al veel betrokken. Matching van vraag en aanbod van vrijwilligers is lastig. Op het moment dat een concrete vraag wordt uitgezet leidt dit niet vaak succesvolle matches. Vaak willen mensen wel zo nu en dan een klusje doen, maar niet zo zeer structureel. Er zijn veel vacatures, maar weinig vacatures zijn ingevuld het afgelopen jaar. Voor een groot deel bekend met het aanbod. Wel behoefte aan brochure met aanbod voor mantelzorgers. Preventief huisbezoek ouderen: niet zelf opzetten maar samenwerken met POH. Vaak lastig om voor het doen van financiën en administratie de juiste (vrijwillige) ondersteuning te vinden. Iemand die structureel ervoor te zorgen dat de rekeningen betaald worden. Ondanks budgetmaatjes e.d. is het toch lastig om duurzame oplossing te vinden. Respijtzorg: logeerkamer Herenhage staan vaak leeg. Mensen vinden het toch vaak een grote stap om de zorg over te laten aan een ander. Niet weten waar ze hun familielid achter laten. Pilot voor vernieuwde vorm van respijtzorg zou nader onderzocht kunnen worden. Mantelzorgcompliment: geen geldbedrag, maar mantelzorgpas. Oud thuiszorgmedewerkers zouden gemotiveerd kunnen worden om wanneer ze uti dienst gaan mantelzorgmaatje te worden. Betere samenwerking door bijvoorbeeld opzetten/aansluiting kenniskring eenzaamheid of
Humanitas op 17 november 2015 Humanitas organiseert veel verschillende activiteiten. Bijvoorbeeld thuisadministratie, vriendschappelijk huisbezoek, maatjes, rouwondersteuning, voorleesproject, begeleide omgangsregeling, etc., Niet specifiek gericht op mantelzorgers. Wel zijn er activiteiten waar ook mantelzorgers gebruik van kunnen maken. Er kan wel ondersteuning geboden worden, als ‘hulpbehoevende’ dat zelf ook wil (niet alleen omdat de mantelzorger dat vraagt). Humanitas ziet voor zichzelf geen grote rol weggelegd in het bereiken van meer mantelzorgers. Humanitas geeft aan het lastig te vinden om het gesprek met en over mantelzorg aan te snijden in de thuissituatie bij mensen. Zorggroep Sint Maarten, Mariënbosch op 19 november 2015 Veel met familie/mantelzorgers in contact van cliënt. Altijd behoefte aan vrijwilligers en ondersteuning. Mantelzorgers worden betrokken bij intakegesprek en er wordt gevraagd wat ze aan taken kunnen doen. Overbelasting wordt gesignaleerd en benoemd in zorg-leef-plan. Het totale plaatje wordt in beeld gebracht, cliënt, familie en medewerkers. Er is geen centraal registratiesysteem waarin mantelzorgers worden opgenomen. Gegevens doorgeven is lastig, ligt erg gevoelig. Mensen willen niet weggezet worden als overbelaste mantelzorger. Informatiebrochure is belangrijk. Willen ook meer kunnen aanbieden voor mantelzorgers, zoals training. Dit zou ook goed zijn voor de thuiszorgmedewerkers. Wil graag samenwerken met gemeente/andere organisaties op het gebied van een trainingsaanbod. Er is geen ‘diagnosetool’ om de belasting en knelpunten in kaart te brengen. Wel behoefte aan. Er wordt al zoveel mogelijk gebruik gemaakt van het netwerk van de cliënt. Is soms lastig, i.v.m. moeizame relaties om de cliënt. Het is belangrijk dat er dagbesteding blijf ter ontlasting van de mantelzorger. Voor een redelijk deel bekend met het ondersteuningsaanbod. Wel behoefte aan centraal georganiseerde informatie (brochure). Ook behoefte om vragen van de mantelzorger te kunnen doorverwijzen: deskundige meitinker of mantelzorgcoördinator die dit vervolgens goed oppakt. Behoefte aan een vrijwilligerspool bij VSP waar ze gebruik van kunnen maken. Flexibel en snel inzetbaar. “Bijvoorbeeld als het bij de mantelzorger ‘in de brand staat’, dat wij kunnen bellen dat iemand dit gaat regelen en een bemiddelende rol heeft. Zou mooi zijn als het VSP een pool voor had. Bijvoorbeeld mee gaan naar het ziekenhuis, boodschappen doen etc. Het idee van de mantelzorgpas c.q. bloemetje is prima, maar dat betekent niet dat een geldbedrag door mensen niet gemist gaat worden. Elkaar kennen en samenwerken is belangrijk. Weten wat er is en wat er speelt. Er is ook behoefte aan workshops en om samen casussen te bespreken en af te stemmen wie wat kan oppakken. Belangrijke thema’s: brochure, bewustwording van medewerkers en training / gastlessen.
Gemeente Heerenveen
Pagina 72
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 4: Feiten en cijfers over mantelzorg Aantal mantelzorgers 12% van 19 jaar en ouder geeft aan mantelzorger te zijn (HVN 6.000): zorg langer dan 3 maanden en/of meer dan 8 uur per week. Ruim 1 op de 6 inwoners van 65 jaar en ouder is mantelzorger 1 op de 11 inwoners tussen 19-65 jaar is mantelzorger Inhoud mantelzorg 83% emotionele steun en toezicht 78% begeleiding arts- en familiebezoek 77% hulp bij het huishouden 62% begeleiding bij zaken en administratie 29% persoonlijke verzorging 26% verpleegkundige hulp Relatie met zorgvrager 40% (schoon)ouders 18% partner 15% ander familielied 11% (stief/pleeg)kind 17% vrienden, kennissen, collega’s of buren Overbelasting 11% is zwaarbelast (660 in Heerenveen) 38% enigszins belast 51% niet of nauwelijks belast 27% van zwaarbelaste mantelzorgers heeft depressie 1 op 10 oudere mantelzorgers (65+) is zwaarbelast 16% van 75+ is zwaarbelast 9% van 65-74 jaar is zwaarbelast 12% van 50-64 jaar is zwaarbelast 13% van 35-49 jaar is zwaarbelast 19-34 jaar niemand zwaarbelast 76% veel voldoening uit mantelzorg
Gemeente Heerenveen
Ondersteuningsbehoefte (provinciaal) 1 op de 10 mantelzorgers heeft behoefte aan ondersteuning 45% van de mantelzorgers met een ondersteuningsbehoefte geeft aan dat het gaat om informatie & advies 37% emotionele ondersteuning 30% vervanger 29% ontspannende activiteiten 10% belangenbehartiging Behoefte ondersteuningsvormen in de gemeente Heerenveen, indien behoefte, behoefte aan: 50% informatie en advies o 32% aanbod en voorzieningen o 25% wet- en regelgeving o 14% mantelzorg o 4% ziekte en aandoeningen 30% advies o 14% aanvraag van hulpmiddelen o 7% adviesgesprek o 7% zorgregie 15% trainingen o 13% leren voor zichzelf zorgen 22% vergroten netwerk 32% praktische hulp o 25% behoefte aan huishoudelijk hulp o 9% welzijn- en gemaksdiensten o 30% respijtzorg 61% behoefte aan herkenning en waardering o 59% financiële tegemoetkoming o 2% contact met andere mantelzorgers
Pagina 73
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 5: Huidig aanbod Mantelzorgondersteuning Géén uitputtende lijst! Respijtzorg Verschillende ‘informatie- en adviespunten’: Meitinkers en preventiewerkers Caleidoscoop / Het VSP Vrijwillige netwerker TinZ Het Alzheimer café Café Doodgewoon Heerenveen Breed overleg (in)formele zorg: Geriatrisch netwerk Websites: Heerenveen.nl, HeerenveenHelpt, WeHelpen en Whatthefean Training GGZ Friesland trainingen Diverse cursussen en voorlichtingsbijeenkomsten (o.a. thuiszorg De Friese Wouden). Emotionele steun Het Alzheimer café Café Doodgewoon Heerenveen Veel vrijwilligers- en professionele organisaties bieden elk vanuit hun eigen aandachtsgebied een luisterend oor, organiseren (thema) bijeenkomsten en bieden individuele ondersteuning en/of gezinsondersteuning etc (o.a. MEE, Humanitas, De Friese Wouden, etc.) Sensoor; luisterend oor biedt via een telefonische dienst. Buddy’s voor o.a. sociaal-emotionele ondersteuning (o.a. via Kika, Buddynetwerk of FAWAKA). Praktische ondersteuning Klussendienst Caleidoscoop, kerkelijke organisaties en De Friese Wouden Maaltijdvoorziening van maatschappelijke organisaties (Serviceflat Oranjewoud, Woonzorgcentrum Mariënbosch of zorgcentrum Leppehiem) of commerciële aanbieders. Algemene voorziening voor eenvoudige, huishoudelijke hulp Verpleeg- en hulpmiddelen Groene Kruis (bijv. verstelbare bedden, krukken, rolstoelen, looprekjes en ondersteken) of gemeente (bijv. traplift of rolstoel) De seniorenbegeleider ontzorgt mantelzorgers en helpt senioren bij activiteiten zoals vervoer en begeleiding naar hun huisarts of ziekenhuis Sociaal, mentale -en creatieve ondersteuning aan ouderen door Ouderen-service Heerenveen
Gemeente Heerenveen
svz: november 2015 Respijtzorg Vrijwillige Thuishulp: Vrijwillige Thuishulp, Stand-by van Humanitas biedt oppasdiensten aan. De vrijwilligers van vervangende mantelzorg (mantelzorgmaatjes). Wehelpen.nl kan ondersteuning zorg & hulp in de vorm van hulpvragen online worden gezet. Professionele opvang: professionele opvang wordt met name regionaal of provinciaal; Logeerhuis Heerenveen; Zorgboerderij De Klimop; Zorghotel Oranjewoud; Boarnsterhim State) Kortdurende Verblijfsondersteuning; deel van gecontracteerde aanbieders. Met zorgaanbieders zijn afspraken gemaakt over de inkoop in 2015. Samen met zorgaanbieders en cliëntenorganisaties gaan we bekijken welke mogelijkheden er zijn voor vernieuwing. Respijtweekenden: MEE Friesland en Stichting Welzijn Het Bolwerk Kinderkampen voor kinderen die er ‘eens tussenuit moeten’ (o.a. via Humanitas). Zorg en Werk combineren Calamiteitenverlof: oplossen van een onverwachte situatie Kortdurend zorgverlof van 10 dagen met 70% loondoorbetaling Langdurig zorgverlof max 6 weken zonder loondoorbetaling Wet Flexibel Werken (Wfw) (per 1 januari 2016): werknemers meer mogelijkheden krijgen om te telewerken en op voor hen gunstige tijden te werken. In overleg met werkgever werkomstandigheden aanpassen. Vrijstelling arbeidsverplichting voor bijstandsontvangende Bemiddeling tussen werkgever en werknemer door diverse organisaties. Belangenbehartiging Mezzo is de landelijke vereniging voor mantelzorgers. Participatieraad in de gemeente Heerenveen. Erkenning en waardering Dag van de mantelzorg FAWAKA fundagen voor jonge mantelzorgers Mantelzorgcompliment tm 2014 a € 200 (1645 mensen)
Pagina 74
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Bijlage 6: Maatregelen Mantelzorgondersteuning I Vinden: 1. Communicatiecampagne 2. Registratiesysteem en risicoscan 3. Scholing meitinkers en preventiewerkers 4. Preventief huisbezoek onder ouderen II Versterken: 5. Mantelzorgerondersteuning als integraal onderdeel van het ondersteuningsplan III Verlichten: 6. Mantelzorgbrochure en nieuwsbrief 7. Mantelzorgpas met gemaksdiensten 8. Mantelzorgmaatjes 9. Pilot respijtkamers 10. Respijtweekend 11. WeHelpen 12. Mantelzorgvriendelijke organisaties 13. Denktank mantelzorgers 14. Mantelzorgcompliment in natura 15. Dag van de Mantelzorg 16. Activiteiten voor jonge mantelzorgers IV Verbinden: 17. Coördinator mantelzorgondersteuning 18. Gemeentelijk netwerk mantelzorgondersteuning Beschikbaar budget: 2015 t/m 2017 in totaal € 574.095
Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning “Ik soarchje foar in oar, wa stipet my?”
Colofon Opdrachtgever: Opdracht: Versie: Omvang rapport: Auteur:
Gemeente Heerenveen
Gemeente Heerenveen Uitvoeringsplan Mantelzorgondersteuning 2 (15 december 2015) 76 pagina’s Diana Elsinga
Pagina 76