Uitleg bij het handboek Welkom bij het gebruikershandboek van uw professionele Multimedia- Notebook. In dit handboek worden alle functies die u nodig heeft om met uw nieuwe Notebook te werken nauwkeurig beschreven. In dit handboek wordt er vanuit gegaan dat u de basisvaardigheden van DOS, Windows en de PC beheerst. Wij wensen u veel plezier met het bedienen van dit handboek. Het handboek is onderverdeeld in acht hoofdstukken. Hoofdstuk 1 Geeft u een inleiding op het Notebook Hoofdstuk 2 Behandelt stap voor stap alle aanwijzingen, zodat u het Notebook zo snel mogelijk in gebruik kan nemen. Hoofdstuk 3 Beschrijft het gebruik van de standaardfuncties van uw computer. Hoofdstuk 4 Laat u de mogelijkheid zien om video- en geluidschips aan uw presentatie toe te voegen. Hoofdstuk 5 Mogelijkheden tot het aansluiten van externe apparaten aan uw computer. Hoofdstuk 6 Verklaart het BIOS- Setup- Programma. Hoofdstuk 7 Verklaart het gebruik van de ……………en de interne module- opties van uw computer. Hoofdstuk 8 Geeft uitleg over de omgang met en het gebruik van uw Notebook.
Inhoudsopgave Inleiding 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10
Om te beginnen Hoofdkenmerken Uitpakken van het Notebook De binnenkant van het Notebook De voorkant van het Notebook De achterkant van het Notebook De linkerkant van het Notebook De rechterkant van het Notebook De onderkant van het Notebook Artikelen behorende bij het Notebook Notebook- opties
2. 2.1 2.2 2.3
Het benutten van de batterij Het aansluiten van de AC- stroomvoorziening Het starten van de computer
3. 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10
Configuratie van het beeldscherm De stroomspaar- functie Het gebruik van FDD Toepassingen op de harde schijf Gebruik van de CD-ROM/DVD-ROM Het gebruik van PCMCIA- kaarten
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9
Plezier met Multimedia De Multimediaeigenschappen van het Notebook Het Audio- systeem Inrichten van de audio- drive Windows Multimediaprogramma Toonopname Toonweergave Weergave van Video- en MPEG- data Toepassing van PC- kaarten met ZV- Port Toepassing van DVD
5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8
Randapparatuur aansluiten Toepassen van een seriële muis Toepassen van een extern toetsenbord Toepassen van de USB- aansluiting Aansluiten van een parallelprinter Toepassen van een externe monitor (VGA- aansluiting) Toepassen van de SIR- aansluiting (Optional) De TV- aansluiting toepassen Toepassen van een extern Audio- systeem
6. 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8
Het individuele aanpassen van het Notebook Het starten van het BIOS Hulpprogramma Het hoofd-configuratie- menu Het Advanced CMOS setup Veiligheidsmenu-setup Het energie spaar-setup Het Boot-setup Beëindigen van het Hulpprogramma Actualiseren van BIOS
7. 7.1 7.2 7.3 7.4
Verdere opties LAN-module-optie Modum-module-optie De PortBar Het systeem uitrusten
8. 8.1 8.2 8.3 8.4
Toepassing van uw Notebook Belangrijke Veiligheids-mogelijkheden Reiniging van uw computer Instandhouding van de beeldschermkwaliteit Beveiliging van uw harde schijf
Inleiding Dit Notebook is een volledig IBM- combinatie dragende Personal Computer. De nieuwste mobile computerapparatuur en de multimedia- technologie maken dit handboek tot een ideaal reisartikel. Dit Notebook is niet alleen licht en compact, tevens is het toe te passen op vele algemene programma ’s, voor zakelijk- en privé-gebruik. Het Notebook leent zich perfect voor gebruik op kantoor, thuis of onderweg. Dankzij het compacte design en de geïntegreerde functionaliteit worden aanvullingen op het Notebook overbodig. Uw Notebook is de optimale keus voor gebruik op kantoor, in het klaslokaal, onderweg en alle andere gelegenheden.
1. Om te beginnen Uw Notebook is ontworpen en geconfigureerd, om u verdere instellingen en aanpassingen te besparen. Dit hoofdstuk beschrijft de installatiemogelijkheden, welke u volgen moet, om zo snel mogelijk met uw Notebook aan het werk te kunnen. Vraagt u uw leverancier, of deze benodigde drives voor geïnstalleerd heeft, of dat er een actualisering van de drive- installaties van het Notebook is.
1.1
Hoofdkenmerken
Voor de precieze beschrijving van elk deel van dit Notebook volgt een overzicht van de mogelijkheden van deze computers. CPU • Dit Notebook werkt met een Intel Pentium ΙΙΙ Microprocessor met geïntegreerde 256KB L2 Cache- Opslaan; of een Intel Celeron Microprocessor met geïntegreerde 128KB L2 Cache- Opslaan. Kijk in uw handleiding behorende bij de CPU- types en de mogelijkheden. • Volledige compatibiliteit met een heel palet aan PC- Software, die op bedrijfssystemen als MS-DOS, Windows 95/98/ Me en NT/2000 is gebaseerd. Het is tevens toe te passen op toekomstige Windows- versies. Opslaan *Dit Notebook is met een bestand- aansluiting uitgerust, die de installering van de 144polige SODIMM- Module tot 256MB, voor 32MB-, 64MB- en 128MB- SDRAM- Modulen mogelijk maakt. PCMCIA *Twee PCMCIA- stekkeraansluiting voor het instaleren van twee kaarten, Type ΙΙ, of een kaart Type ΙΙΙ. AGP-Local-Bus-Architectuur *AGP-2X-Video-Localbus en 2D/3Dgrafiekbeschleuniger met 4/8Mb VDRAM. Ondersteund de Zoomed- Video- aansluiting- techniek(ZV) voor draadloze weergave van films op het gehele beeldscherm.
Architectuur van de lokale PCI-Bus • 32-Bit-PCI verwijderde IDE, waardoor de dataoverdracht tussen de CPU en de drives wordt geoptimaliseerd. Daarbij worden Ultra-DMA33/66 PIO- Modus 4 Bus Mastering voor LBA ondersteund. • 32-Bit-PCMCIA-Cardbus-PCI-Technologie, die ook met 16-Bit-PC-kaart afwaarts compatibel is. Audio- Systeem 16-Bit-Vollduplex-Stereo-Audio-System met Wavetable-functie en Plug&Play- Merkmalen. Verkrijgbaar met Sound Blaster en Sound Blaster Pro. Flash- BIOS De Flash-EPROM-BIOS maakt een makkelijke actualisatie van het Systeem-BIOS met Phoenix-Flash-Helpprogramma mogelijk. Energie- en systeemtoepassing • Geïntrigeerde SMM op het Systeem-Chipset, welke alle componenten, die niet actief zijn, uitschakelt, om de stroomafname te minimaliseren. Door de Power-Managementminimaliser op het Systeem-BIOS-SETUP kunnen energiebesparende- functies geïnstalleerd worden.
1.2 Uitpakken van het Notebook De computer wordt in een veilige en robuuste kartonnen verpakking geleverd. Opent u de kartonnen verpakking en neem de inhoud er voorzichtig uit. Naast deze gebruiksaanwijzing moeten de volgende artikelen in de verpakking aanwezig zijn: -
de Notebook- computer
-
een wisselstroom adapter en een wisselstroom netkabel
-
Li- Ionen of NiMH- accu’s
-
Diskette/ cd met hulpprogramma’s
-
handboek met E- book
Controleert u de inhoud op zijn volledigheid en/ of beschadigingen. Mist er een artikel of blijkt iets beschadigd, begeeft u zich dan naar uw leverancier. Bewaar het verpakkingsmateriaal en het karton, voor het geval u de computer nog eens verzenden moet, of bewaren wilt.
1.3 De binnenkant van het Notebook Werpt u eerst een blik in de binnenkant van het systeem. Op de hieronder weergegeven afbeelding staan de diverse functies die zich aan de binnenkant van het Notebook bevinden beschreven. Das Notebook
1. LCD- kleuren beeldscherm 2. Internet aansluiting 3. E- mail aansluiting 4. LED- status aangifteveld 5. Touchpad/ muis 6. Aan-/ uittoets 7. Koelings-/ ventilatie opening 8. Toetsenbord 9. LED- aansluiting 10. LED- batterijlader aansluiting
- het LCD- kleuren beeldscherm Het Notebook is met LCD- kleuren beeldscherm uitgerust, welke, voor optimaal beeld, het best half liggend geplaatst dient te worden. De LCD- aansluiting kan 12,1-inch/ TFT (Transistor) / DSTN (Dual Scan Super- Twisted Nematic)- kleur- LVDS een opname van 800x600 SVGA (Super- video- grafigroep) of een 13,3-inch of 14,1-inch-TFT- kleur- LVDS met een opname van 1024x768 XGA zijn. De functies van het LCD- kleuren beeldscherm worden hieronder samengevat: - DSTN/TFT-kleur- LVDS met een opname van 800x600 SVGA of 1024x768 XGA. - mogelijkheid tot aansluiting van 64K- kleuren (32-Bit-High-kleur) op SVGA- of XGA-LVDS- aansluiting. - toepassingen van LVDS- aansluitingen voor het instellen van contrasten op de LCDaansluiting. - mogelijkheid tot de gelijktijdige aansluiting op LCD- en externe Desktop- computermonitor. - Het LCD- scherm kan met 12,1 Zoll tot 13,3 Zoll of 14,1 TFT uitgerust worden. - de internet aansluiting Met deze nieuwste techniek wordt een bijzonder makkelijke kunst tot het verbinden met het internet mogelijk gemaakt. Om dit te realiseren dient alleen de internet- toets ingedrukt te worden, zoals op de afbeelding wordt aangegeven. Verdere mogelijkheden hiertoe worden in paragraaf 2.5 uiteengezet, waar tevens de installatieaanwijzingen voor het activeren van de internet- aansluiting staan beschreven. - de E-mail aansluiting Deze toets is de snelste en makkelijkste mogelijkheid voor de toegang tot uw Emailprogramma. Door het eenvoudig indrukken van de toets kunnen meerdere mogelijkheden gebruikt worden, die nodig zijn, om bijvoorbeeld in de Outlook- omgeving te komen.
- het LCD- statusaangifte veld Hier wordt de actuele bedrijfsstatus van de Notebook- computer nauwkeurig uiteen gezet. De statussymbolen worden in de volgende onderdelen besproken. - Cursor- bewegingsveld (Touchpad, Glide pad) De twee drukknoppen hebben dezelfde functie als een Microsoft of IBM compatibele PS/ 2- muis. Door een lichte klik wordt de aanklik- en ziefunctie geactiveerd. De knoppen functioneren zoals een gewone standaard muis. Eenvoudig de vingertoppen over het cursorveld bewegen, om de cursor te bewegen. Met de cursorknoppen onder het cursorbewegingsveld roept u het menuelement op. - Aan-/ uittoets Hiermee wordt de computer aan of uitgeschakeld of de toegang tot de aansluiting van de Suspend- modus weer uitgeschakeld. Let op! De ventilatie- opening tijdens het gebruik van het Notebook altijd vrijlaten. - Toetsenbord - Standaard- QWERTY- toetsenordening en van gelijke grote als een standaard toetsenbord met 86/ 87 toetsen en Windows-98- toetsen, geïntegreerde numerieke toetsenveld, 12 functietoetsen, cursorpijltoetsen in omgekeerde T- orde. - Met voldoende plaats onder het toetsenbord voor een comfortabele positie van uw handpalm tijdens het schrijven.
- LED- aansluiting Deze geeft aan, dat het systeem aan staat en van stroom voorzien wordt. Deze LED- teken is altijd zichtbaar, zelfs wanneer het LVDS- display geopend of gesloten is. ⇓ groen, wanneer het systeem over de wisselstroom- adapter of de batterij van stroom voorzien wordt. ⇓ geel, wanneer de batterij nog maar een geringe lading heeft. ⇓ Oranje, in Suspend-to-RAM-Modus (of Suspend-to-Disk-Modus) en bij een kritische lage batterijlading. Het wordt aanbevolen een Suspend-to-Disk-Partition aan te legen, waardoor Data verlies bij een kritisch lage batterij stand vermeden kan worden. - LED- batterijlader- aansluiting Brandt dit teken, dan wordt de batterij geladen. ⇓ Oranje, wanneer de batterij geladen wordt ⇓ Geel, wanneer de batterij gereed is met laden
Statusaangifte- symbolen Het Notebook is met statusweergevende dioden, die met symbolen gekenmerkt zijn, uitgerust, om de status van het systeem weer te geven. De betreffende symbolen zijn in onderstaande afbeelding weergegeven en worden vervolgens toegelicht.
1
2
3
4
5
1. drive- station 2. diskette kanaal 3.Caps Lock- toets 4. Pijltjestoetsen 5. Num Lock toets Symbolen van het LED- statusweergave - drive- station wanneer het LED- symbool groen is, gaat het systeem over op de HDD, de CD-ROM of op de DVD-ROM - diskette- kanaal Wanneer het LED- symbool groen is, bekijkt het systeem data die op floppydisk/ A- schijf staan, of is het bezig data naar deze schijf te schrijven. - Caps Lock toets Wanneer het LED- symbool groen is, is de Caps Lock- toets op het toetsenbord geactiveerd. Dit houdt in dat alle alfabetische- tekens in hoofdletters verschijnen. - Pijltjes toetsen Wanneer het LED- symbool groen is, zijn de pijltjestoetsen op het toetsenbord geactiveerd. Afhankelijk van de software waarmee u werkt hebben deze verscheidene functies. - Num Lock toets Wanneer het LED- symbool groen is, is de Num Lock- toets op het toetsenbord geactiveerd en het geïntegreerde numerieke toetsenbord geactiveerd.
1.4 De voorzijde van het Notebook 1. ingebouwde stereo- luidspreker 2. geoptimaliseerde IR- aansluiting 3. microfoonaansluiting 4. ingebouwde microfoon 5. stereo ingang 6. koptelefoon- aansluiting 7. volumeknop 8. ingebouwde stereo- luidspreker -
ingebouwde stereo luidspreker de geïntegreerde linker en rechter mini-stereo-luidspreker dient voor weergave van klanken en de spraakuitgave van uw multimedia- presentaties of voor een prettig achtergrond muziekje.
-
geoptimaliseerde IR- aansluiting deze aansluiting dient voor kabelloze overdracht van data en gegevens tussen uw Notebook- computer en een met IR uitgevoerd apparaten of Notebook- computers. Hiermee kan bijvoorbeeld worden geprint, die met IR zijn uitgerust, geprint worden, zonder de benodigdheid van kabels. De SIR- Modus maakt een dataoverdracht tot 115.2Kpbs mogelijk. Deze optionele aansluiting is alleen op enkele modellen toepasbaar. -
audio- aansluiting in de aansluitingen van links naar rechts kan een microfoon, een toegangsleidingen en koptelefoon, die hieronder beschreven worden, aangesloten worden: ⇓ Microfoon- aansluiting voor het aansluiten van een externe microfoon voor mono- opnames. Door het aansluiten van een externe microfoon wordt de ingebouwde microfoon uitgeschakeld. ⇓
Geïntrigeerde microfoon De geïntrigeerde mono- microfoon maakt een opname zoals bij een simultane opname mogelijk.
⇓
stereo-ingangskabel Voor het aansluiten van externe audio- apparatuur, zoals bijvoorbeeld een cdSpeler, een toonbanddeck of een synthesizer als ingangslijn. Met een kabel van de uitgangsaansluiting een ander audiosysteem voor de opname of weergave verbinden. ⇓
Koptelefoon- aansluiting Voor het aansluiten van een stereo- koptelefoon, van luidsprekers of oordopjes met een 1/8 Zoll- Stecker. -
Volumeknop Voor het regelen van de geluidssterkte van de luidsprekers.
1.5 De achterzijde van het Notebook Aan de achterzijde van het Notebook vindt u systeem- aansluitingen voor de optionele apparatuur (bv. Een printer of een externe monitor), zodat ook deze aangesloten kunnen worden. 1 en 9 Port- Bar 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
WS- netaansluiting PS/2- aansluiting Seriële aansluiting optionele vergrotingsaansluiting parallel- aansluiting monitor- video- aansluiting tv- aansluiting
- Port- Bar met behulp van deze aansluitingen kan de Port- Bar aan de achterzijde van het systeem bevestigd worden. Aan beide einden van de achterzijde van hetsysteem bevinden zich twee van deze inkervingen. - wisselstroom- netaansluiting Hiermee kan de wisselstroom- netadapter voor constante stroomvoorziening van uw Notebook, zoals voor het herladen van de batterij, aangesloten worden.
- PS/2- aansluiting Hiermee kan een externe PS/2- muis, een PS/2- tastatuur of een numeriek PS/2toetsenbord op het systeem aangesloten worden. Met een optionele drieweg- kabel kunnen tevens, gelijktijdig, twee van deze apparaten op de adapter worden aangesloten. - seriële aansluiting Hieraan kan een extern 9- polig apparaat, zoals bijvoorbeeld een hoogwendigheidsmodem, een muis of andere seriële apparaten worden aangesloten. - optionale vergrotingsaansluiting Hiermee kan een Notebook- Poortlijst (Port- Bar) worden aangesloten. Deze optionele aansluiting is allen voor enkele modellen toepasbaar. - parallel- aansluiting Door deze aansluiting kan een parallel- printer of andere parallel- apparatuur aangesloten worden. Door deze parallelaansluiting wordt de norm voor ECP onderdrukt. Deze norm maakt een snellere arbeidsproductiviteit dan voorhene parallelaansluitingen mogelijk. Deze aansluiting onderdrukt tevens bi- directionele en uni- directionele protocollen.
-
monitor- video- aansluiting Hiermee kan een externe monitor, voor een beter zicht aangesloten worden. Daarbij kunnen, wederom, gelijktijdig de LCD- aansluiting en een externe monitor, met behulp van een combinatiestekker op de monitor gewisseld worden.
- tv- aansluiting Maakt een aansluiting van uw Notebook aan een S- videso TV mogelijk; voor presentaties of voor VCD, DVD beeld. 1.6 De linker zijde van het Notebook De functies aan de linkerzijde van uw Notebook worden op de hieronder weergegeven afbeelding aangegeven. 1. USB- aansluiting 2. CD- ROM of DVD- ROM 3. Diskdrive/ LS120
- USB- aansluiting Bij de aansluiting van de universele seriële Bus (USB) kunnen tot 127 met USB uitgeruste peripherieapparaten (bv. Printers, monitoren, scanners etc.) op uw Notebook worden aangesloten. - 24X-CD-ROM/4X-DVD-ROM Hiermee kunnen eigen programma´s van een Compact Disk (CD) of een digitale videoCD of DVD geladen en gestart worden, zodat muziek- CD´s afgespeeld kunnen worden. - diskdrive/ LS120 In de Notebook- computer is een 3,5- inch- floppydrive of een LS120 ingebouwd. Er kunnen 1,44 MB- / 1,2 MB- floppydiskettes gebruikt worden. 1.7 De rechterzijde van het Notebook De functies aan de rechterzijde van uw Notebook- computer worden op de hieronder staande afbeelding weergegeven. 1. 2. 3. 4. 5.
Batterijbox PCMCIA- stekkeraansluiting Modem- /LAN- aansluiting Ventilatieopening Beveiligingsslot
-Batterijbox Hierin kunnen NiMH, of Li-Ion batterije, voor kabelloos werken of voor het herladen van de batterij gescoven worden. - PCMCIA- stekkeraansluiting ~ hierin kunnen verscheidene PC- kaarten, zoals bv. Modemkaarten, ethernet-LANkaarten SCSI- kaarten geïnstalleerd worden. ~dubbeldeck- PCMCIA- stekkeraansluitingen, waarmee twee PC-kaarten van Type ΙΙ gelijktijdig, of één kaart Type ΙΙΙin de onderste aansluiting geïnstalleerd kunnen worden. ~hierin worden 32-Bit-Cardbus van 5V en 3V zoals16-Bit-PC-kaarten, tevens PC-kaarten met ZV- functie, ondersteund. De Zoom-video- aansluiting(ZV) wordt alleen in de bovenste stekkeraansluiting ondersteund. - Modem-/LAN- aansluiting In het geval u een interne fax- modem gekocht heeft, is een interne spreek-/ fax-/ Datamodem met 56K geïnstalleerd. Hiermee kunt u een verbinding met netwerken opzoeken. In het geval u een interne 10-Base-T/ 100- Base-TX-LAN- modul heeft gekocht, kan uw computer door een lokaal net (LAN) met andere computers/ netwerken verbonden worden. Modem- en LAN- modulen zijn als optie verkrijgbaar. - Ventilatieopening Door deze opening verdwijnt de warmte uit het binnenwerk van de computer en houdt deze op de juiste temperatuur.
- beveiligingsslot Hieraan kan een Kensington, of een ander compatibele verzegeling bevestigd worden, om de Notebook- computer tegen diefstal te beveiligen. 1.8 De onderkant van het Notebook Aan de onderzijde bevinden zich de volgende functies. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
toetsenbordklepjes Modum of LAN- box Vak voor fax/ modem of LAN- kaart Batterijbox toetsenbordklepjes Opslaan- vak Batterij- openingsklep
- toetsenbordklepjes voor een flexibele wending van het toetsenbord -modem of LAN- box Hier kan het modem of de LAN modul ingebouwd worden
-
vak voor fax/ modem of LAN- kaart In dit vak kan een optionele fax/ modemkaart of een LAN- kaart voor de uitvoering van de verschillende functies zoals uiteengezet is.
-
batterijbox hierin bevindt zich een oplaadbare Nickel- Metall- Hydrid-(NiMH) of een LithiumIon-(Li-Ion)-Batterij.
-
opslaanvak In dit vak bevinden zich twee DIMM- stekkeraansluitingen. In één ervan is een werkbaar geconfigureerd SDRAM- opslaanplaat geïnstalleerd. De ander stekker is vrij en dient voor het controleren van het systeem.
-
batterij- openingsknop Deze knop naar de andere kant schuiven en vasthouden. Dan, voor het uitnemen van de batterij, de batterijbox naar buiten schuiven. Daarbij de knop vasthouden.
1.9 De artikelen behorende bij het Notebook Wisselstroom- adapter De wisselstroomadapter stelt de externe stroomvoorziening van uw Notebook- computer zeker en laadt gelijktijdig de interne batterij op. De wisselstroom- adapter bezit een automatische schakelaar, waardoor deze op een netaansluiting van 100V tot 240V aangesloten kan worden. In het geval u een Notebook- computer in landen met een andere stroomspanning gebruikt, wisselt u eenvoudigweg de stekker. Bij het aansluiten van wisselstroom- adapters wordt de batterij geladen, ongeacht of de Notebook- computer aan- of uitgeschakeld is.
Accupack Naast de wisselstroom- adapter kan uw Notebook- computer tevens met een interne batterij gebruikt worden. Voor de batterijpack worden oplaadbare NiMH of Li-Ionbatterijcellen gebruikt, die een lange gebruiksperiode hebben, wanneer de batterij volledig opgeladen is en het Power- management geactiveerd is. Laat de batterij voortdurend in uw Notebook, ook wanneer u deze door middel van de wisselstroom- adapter gebruikt. Dit zodat de batterij tevens als reserve- stroomvoorziening gebruikt kan worden in geval van bv. een stroomstoring. De accupack moet tevens steeds geladen zijn, om een overmatig gebruik van de batterij te vermijden. 1.10 Notebook- opties DVD-ROM- apparatuur- eenheid Deze apparatuuroptie laat zich in de apparatuur- inbouwbox 2 aansluiten en dient voor het lezen of afspelen van DVD´s. De DVD-ROM- programma´s zijn, evenals met CD-ROM´s afwaarts compatibel, daardoor kunnen tevens Audio- CD´s, Video- CD´s, Foto-CD´s en zelf bespeelde CD´s (CD-R) gebruikt worden. Interne ethernet-LAN-modul Dit Notebook is met een optionele 10-Base-TX-LAN- Modul uitgerust, waardoor dataoverdracht van 10Mbps tot 100Mbps mogelijk worden. Intern modem- modul Het Notebook is met een 56K-grote interne spreek-/ fax,/data- modem uitgerust, dat een verbinding met anderen over fax, e- mail of een verbinding met online- diensten of een zwarte box mogelijk maakt.
2.1 Het benutten van de batterij Het Notebook is ontworpen, om met een van de volgende stroomvoorzieningen te werken: -
met wisselstroom door het netdeel, welke met een stekkerdoos verbonden wordt. Met een NiMH of LI-Ion batterij
Indien het mogelijk is, dient u altijd de netadapter te gebruiken, en de batterij enkel te gebruiken wanneer er geen wisselstroom voor handen is. Voordat u uw Notebook computer voor de eerste maal in gebruik neemt, dient u de batterij in het Notebook te plaatsen en volledig op te laden. De oplaadbare NiMH of Li.Ion batterij belooft u, het Notebook zonder enige stroomvoorziening te gebruiken. Wanneer u de netadapter aansluit, begint deze gelijk de batterij op te laden. De laadtijd een normale LI-Ion batterij is 2.5 ~3,5 uur, wanneer uw computer uitgeschakeld is. Voor maximale batterij benutting ontlaad u de batterij volledig, voor u deze weer oplaadt. Hiervoor haalt u de netadapter eruit, schakelt het Energie management werkpad uit (door configuratie van Windows), en schakelt u het systeem aan. Zodra de batterij volledig leeg is, schakelt u de wisselstroom aanpassingsverrichting weer aan en laadt u de batterij op. Wanneer u de batterij niet volledig leegt, wordt deze niet volgeladen. Het installeren van het batterijpakket Dit Notebook maakt het mogelijk om op eenvoudige wijze het batterijpakket op uw computer te installeren. Steek het batterijpakket met de opening naar voren in de box/ het vak. Het verwijderen van het batterijpakket Om de batterij te verwijderen , drukt u op de knop en gelijktijdig haalt u de batterij eruit.
Het uitschakelen van de batterij Wanneer uw Notebook erkent dat de batterij nog maar voor een korte tijd energie heeft, zal deze u voor de lage batterijstand waarschuwen. De batterij- icoon LED zal aan gaan en een batterij waarschuwingssignaal zal worden vertoond. Wanneer u energie-intensieve resources gebruikt, zoals gebruik van de floppydisk, CD-ROM of DVD ROM, kan het Notebook veel sneller uitgaan dan u verwacht. Zodra uw Notebook een lage batterijstand aangeeft, moet u het gelijk op het netstroom aansluiten, uitschakelen of in de Suspend-toDisk- modus verwisselen. Wanneer u dit niet doet, zal het Notebook automatisch in de Suspend- to –disk-modus en zich uitschakelen. De inhoud van de Opslaans wordt in de Suspend-to-disk-Partition bewaart. Het is niet meer mogelijk het Notebook in te schakelen tot het op het netstroom is aangesloten, of u een volle batterij heeft geplaatst. Voor het verwisselen van de batterij, kunt u het vorige hoofdstuk raadplegen. Optimalisatie van de batterijlevensduur U zult de meest eenvoudige regels toe te passen voor de optimale levensduur van uw batterij. Wanneer u onderweg bent, zoekt u een werkplaats waar de externe belichting niet te fel is en u de beeldschermschuinte en het contrast verminderen kunt. Hiermee kunt u veel energie besparen. Voor uitgebreidere informatie dient u hoofdstuk 6 ´Het individueel aanpassen van het Notebook` te raadplegen, voor details over het energiemanagement. 2.2 De aansluiting van de AC stroomvoorziening De AC- toepassingsvoorschriften maken een externe stroomvoorziening voor uw computer gereed en laad tegelijkertijd de batterij van uw computer op. Het netgedeelte heeft ook een automatische toepassing, waarmee u ook op 100VA~240VA stekkerdozen aangesloten kunt worden. Om het netdeel aan te sluiten: 1. Steek de wisselstroom- netkabel in de passende aansluiting op het hetdeel. 2. Steek het andere einde van de AC- netkabel in een stekkerdoos. 3. Steek de verbindingstekker van het netdeel in de gelijkstroom aansluiting, aan de achterzijde van de computer 2.3 Het starten van uw computer De power- knop is boven op basiseenheid te vinden. Druk de power- knop aan om uw computer te starten en kijk daarna op de LED, of de computer van energie wordt voorzien. Na enkele seconden gaat het beeldscherm aan, en zal uw computer beginnen met opstarten en de Power On Self Test(POST) uitvoeren, om te controleren of alle systeembestanddelen goed lopen. Ongeachte fouten, die tijdens de test gevonden worden, worden op het beeldscherm weergegeven en met een akoestisch signaal begeleid.
3.5 Configuratie van het beeldscherm De VGA beeldscherm functie van uw Notebook, die op een sterk gecontroleerde- AGP VGA Local Bus Controller is gebaseerd, is volledig IBM toepasbaar. Deze controller biedt een grote mogelijkheid om verwijderde functies en hogere oplossingen, bijzonder nuttig, wanneer u een hoog oplossende of hoge frequentie beeldscherm aansluit. Kijkt u in paragraaf 5`Het installeren van de Notebook-apparatuut-drive` van hoofdstuk 2 in dit handboek, hoe de VGA apparatuur onder Windows te installeren is. Na de installatie van VGA kunt u de beeldscherm- mogelijkheden of de beeldschermgrootte configureren, om uw LCD Display aan te passen. Dit Notebook- computer- model maakt sowieso 800x600, of 1024x768 LVDS mogelijk. U kunt ook het aantal kleuren veranderen, om beelden en foto´s scherp te stellen. Mogelijke beeldscherm configuraties De onderstaande tabel laat u de mogelijkheden op het gebied van beeldscherm configuratie zien, wanneer u wederom een, of beide LCD beeldschermen aanschakelen, of alleen de externe monitor (CRT)gebruikt wordt:
Veranderen van beeldscherm eigenschappen onder Windows 98 Om de eigenschappen van uw beeldscherm onder Windows 98 te veranderen, maakt een rechtsklik op de Desktop, en roept u eigenschappen op. De eigenschappen venster- box zal op uw beeldscherm verschijnen. Klikt u op Instellingen, om de gewenste beeldscherm configuratie in te stellen. Wees er zeker van dat u de bovenstaande configuratievolgorde volgt.
3.6 De stroomspaar- functie Een van de grootste functies van uw Notebook is de mogelijkheid energie te sparen. Uw computer is ontworpen om intelligente en spraakmakende energie- management functies te integreren, welke de stroom van de meeste bestanddelen uitschakelt, wanneer het systeem leeg raakt, of niet in gebruik is. Het beïnvloed de werking van uw systeem niet, daar het de activiteit van de computer afwacht, en de stroomtoevoer weer overneemt, wanneer er weer activiteit wordt ontdekt. Deze functie garandeert u niet alleen een langere arbeidstijd, tevens een koeler systeem en bestanddelen. Voor meer informatie over de instellingen van het energie- management van uw computer, dient u Hoofdstuk 6 te raadplegen. De definities van de energie- management- modi zijn de volgende: - Full- On- Mode Geen enkel apparaat in het systeem wordt met energiemanagement gedreven. Alle delen van het systeem werken op elk tijdstip op maximale voet. - Doze Mode De CPU tak gaat langzamer, wanneer er geen systeemactiviteit is, maar alle andere apparatuur zijn in een volledigheid modus. Deze modus wordt door het systeem zelf gecontroleerd. - Suspend to RAM Modus Alle apparatuur wordt uitgeschakeld, behalve die delen van het systeem, waar uw huidige werk weergegeven staat, incl. de Systeem Opslaan. U kunt deze modus activeren door te drukken op de `Hot Keys`
+ , of door Suspend-to-RAM tijdinstelling.
In BIOS. Om in de volledigheidstoestand terug te komen, hoeft u enkel op de aanknop te drukken. Suspend to Disk Modus Wanneer de modus geactiveerd wordt, wordt de inhoud van het gehele systeeem op de harde schijf geschreven, zodat alle bestanddelen en apparatuur worden uitgeschakeld, doordat alle Zyklen aangehouden worden. U kunt deze modus activeren, indien u de Suspend-Modus in BIOS Setup programma op ´save to disk/ op schijf bewaren insteld. 3.7 Het gebruik van FDD Het FDD (floppydisk drive) is waarschijnlijk één van de meest gebruikte apparaten van de computer. Uw systeem is met een standaard 3,5 – inch, 1.44 – MB diskette drive geleverd. Verdere drives zijn de harddisk en het CD-ROM. Deze drives worden normaal gesproken met hoofdletters aangegeven. De FDD drive wordt meestal met A: aangeduid. De harde schijf en CD-ROM of DVD-ROM worden meestal als C: of met D: aangegeven. Het FDD is een 3.5 diskette drive, welke diskettes met hoge (1.44 MB), of dubbele dichtheid (720 KW) beschrijven en lezen kan. De diskette heeft een afgedrukte pijl op de linkerbovenhoek,
En een beweegbare beschermingsklep op de linkeronderzijde van de diskette, wanneer deze geopend is verhinderd deze klep het schrijven of verwijderen van welke data ook, op deze diskette. Deze laag beschermd u diskette ook tegen virussen wanneer uw diskette op andere computers gebruikt is. Steekt u de diskette met opschrift naar boven in de pijlrichting in de drive. Schuif de diskette in de drive tot de uitwerpknop te voorschijn komt. Denkt u eraan nieuwe diskettes eerst te formatteren. Om de diskette eruit te halen, let er eerst op, dat het systeem niet meteen op de diskettedrive aangrijpt. Kijkt u naar de LED- aanwijzingen, of de drive icoon actief is, of niet. Wanner dit niet het geval is kunt u op de uitwerpknop drukken, om vervolgens de diskette uit de computer te nemen.
3.8 De toepassingen op de harde schijf De Notebook computer is met een 2,5 inch IDE harde schijf uitgerust. Hier kunt u uw computer bedrijfssysteem en alle andere software programma’s in opslaan. De harde schijf bevindt zich aan de linkerzijde van uw computer onder het handsteunpunt. Ook hier moet u de harde schijf, voordat u deze gebruikt, formatteren. De harde schijf wordt normaal gesproken na het formatteren met C: aangeduid. Soms wordt deze in twee delen opgesplitst, en tevens als D: gebruikt. Terwijl uw computer meerdere harde schijf- capaciteiten gebruikt (tot 10GB of meer), moet u eerst het type in het BIOS Setup programma van uw computer aangegeven, voor dat u uw werk kunt formatteren. Standaardgewijs is de automatische herkenning ingesteld, daarom moet de harde schijf niet eigenhandig ingesteld worden. Uw leverancier dient dit reeds voor u gedaan te hebben. Voor meer informatie kijkt u in hoofdstuk 6, hoe het BIOS Setup programma te bedienen.
3.9 Gebruik van het CD-ROM/ DVD-ROM Uw systeem is met een 24X CD-ROM, of 8X DVD-ROM drive uitgerust, welke zich aan de linkerzijde van de computer bevindt. Normaler wijs benut u de CD-ROM voor het installeren van programma’s. In onderscheiding met de diskette drive kunt u van de CD-ROM enkel lezen. U moet eerst de CD-ROM apparatuur installeren, voordat u deze gebruiken kunt. In paragraaf 5 (het installeren van het Notebook), van hoofdstuk 2 in dit handboek, leest u hoe u deze moet installeren, of vraag uw leverancier dit voor u te doen. Aanleggen en gebruiken van een CD/DVD-ROM: 1. Verzeker u ervan, dat de computer aanstaat. Druk op de uitwerkknop, welke zich op de afdekking van de CD-ROM bevindt. De CD zal langzaam uit de drive komen. 2. Leg de CD bovenop de lade met het opschrift naar boven. Druk de lade langzaam naar binnen, om de CD te activeren.
3. Om de CD te verwijderen, drukt u op het middenpunt van de lade en pakt u de CD aan de zijkant vast totdat deze uit de lade is verwijderd. 4. Om de CD-ROM drive te sluiten schuift u de lade eenvoudig terug. Het CD-ROM LED zal oplichten, wanneer een CD ontdekt wordt. Wacht u a.u.b., tot het LED uitgaat, voordat u data op de CD gaat raadplegen. Gebruik van de CD Wanneer u de CD gebruikt, moet u letten op de volgende richtlijnen: - pakt u de CD altijd bij de randen vast. - vermijdt u, de onbedrukte zijde van de CD te bekrassen, vuil te maken, of te beschrijven. - beschrijf de CD niet, kleef er geen blaadjes aan, aan geen van beide zijden.
-
vermijdt direct zonlicht of hoge temperaturen.
-
verwijder vingerafdrukken of stof van de CD met zachte doek.
3.10 Het gebruik van PCMCIA- kaarten Wat is PCMCIA? PCMCIA, of terwijl Personal Computer Memory Card International Association, is een non-profit bedrijfsverband en een standaardinstitutie, samengesteld uit meer dan 500 bedrijven, welke de industrie-standaarden voor de PC-kaarten technologie definiëren.Het doel van PCMCIA is zeker te stellen, dat elke PC-kaart in elke mobiele computer functioneert, zolang deze met een PCMCIA slot uitgerust is. Een PC-kaart is een apparaat, dat een veelvoud aan mogelijkheden op uw computer, aansluitend Opslaan, massa Opslaan, LAN, fax/ modem, draadloze communicatie en multimedia toevoegen kan. De in PCMCIA geïnstalleerde PC-kaart heeft ongeveer de dimensie van een creditkaart, en heeft een 68-pin verbindingsstekker aan één einde. De voordelen van PC-kaarten zijn, laag stroomverbruik, de compactheid en robuustheid. Vandaag de dag vordert PCMCIA de interopereerbaarheid van PC-kaarten, niet alleen bij mobiele computers, tevens ook bij verscheidene andere producten zoals digitale camera’s kabel-tv’s, set-top boxen en pkw’s. Om op de PC-kaart nieuwe functies en technologieën toe te passen, heeft PCMCIA twee kaart-typen gedefinieerd:
Type ΙΙ kaart De Type ΙΙ Kaart heeft een dikte van 5,0 millimeter(MM). Type ΙΙ Kaarten ]ijn vaak Speichre- of communicatiekaarten die batterij- ondersteunende statische SRAM, alleen leesbare Opslaan (ROM), Blitzopslaan (Flash), LAN, en Small Computer System Interface (SCSI). Typische Type ΙΙ sluiten Input/ Output (I/O) functies in, zoals modems en LAN’s. Hier zijn de functies voor Type ΙΙ Kaarten uiteengezet: -
-
-
Veel Type ΙΙ Kaarten zijn Type ΙΙE ´Extended` (verwijderde) kaarten. Deze verwijderde kaarten hebben een toegevoegd fysiek bestanddeel, die over de traditionele kaartgrootte heen gaat. De vergroting kan ongeveer 40 mm diep en 9,65 hoog zijn. Deze vergroting houdt electronica, en plaats voor externe vebindingsstekkers in. Communicatie- kaarten PC kaarten en fax/modem kaarten kunnen beide in uw Notebook gebruikt worden. U kunt een fax/modem in een van beide openingen aansluiten. Voer altijd eerst de fax/modem kaart in, voordat u de fax/modem software start. Wanneer u deze start, voordat u de fax/modem kaart heeft ingevoerd, kan de computer de kaart normaal gesproken niet vinden. Opslaan- kaarten Wanneer u een Opslaan kaart of een kleine harde schijf in de Notebook computer steekt, verschijnt het als een loopwerk, welke afhankelijk is van het Type kaart en de sluiting, die u gebruikt heeft.
Type ΙΙΙ Kaarten Type ΙΙΙ kaarten zijn dikker (10,5 mm) dan Type ΙΙ kaarten en maken een vergroting niet mogelijk. Type ΙΙΙ kaarten bijvoorbeeld, sluiten aanspraakmakende functies I/Okaarten met functies zoals Multimodus- kaarten aan. (kaarten met meer dan één functie zoals een gecombineerde Modem en LAN kaart), en kleine harde schijven. Andere kaarten Andere Typen van PC kaarten welke toegepast kunnen worden op Notebookcomputers. -
Global Positioning System (GPS) Maakt het mogelijk om verwijderde, met GPS uitgeruste, eenheden terug te vinden. Dit apparaat is ook behulpzaam bij het kaartlezen. Paging Maakt de ontvangst van Pager- berichten mogelijk. Seriële kaarten Voegt een mogelijke seriële aansluiting toe.
-
Multimedia combineert animatie en klank Video Opnemen en weergeven van films en video’s. Audio Gebruik van tonen.
Wat is een CardBus? Cardbus is de 32-Bit PCI Bus Master verbinding tot PCMCIA. Het werkt met tot 33MHz tactfrequentie en alleen 3,3V. Uw Notebook computer bevat de CardBus met een dubbele PCMCIA aansluiting, die één Type ΙΙΙ kaart of twee Type ΙΙE kaarten tegelijkertijd opnemen kan. Buiten 3,3V CardBus PC kaarten kunt u ook de exciterende 5V 16- Bit PC kaarten insteken, welke ook door uw computer gebruikt kunnen worden. Een nog nieuwer type van PC kaarten, welke gelijkertijd met CardBus op de markt is gekomen, is de Zoomed Video of ZV aansluiting. Wat is de ZV- aansluiting? Zoomed Video- aansluiting of ZV- aansluiting, is een afgeleide van de PCMCIAaansluiting, om een nieuw type van PC kaarten mogelijk te maken, die ZV Port Card genoemd wordt. De voorgeprogrammeerde ZV- aansluiting PCMCIA standaard sluit het transport van grote panelen en multimedia- data (video en audio), door de CPU of het systeembus uit, en maakt daardoor meer systeemruimte door multimediaverwijzing mogelijk. De ZV- aansluiting technologie is het platform voor de invoering van multimedia mogelijkheden op Notebook PC’s. Deze mogelijkheid houdt het volgende in: Video- playback van MPEG1 en MPEG2 Full Motion Video en Video- Capture (opname).
Hoe functioneerd de ZV- aansluiting Met een ZV- aansluiting kaart, die in uw computer geplaatst wordt, vloeien gecomprimeerde videodata van de harde schijf, CD-ROM, LAN of een andere verbinding, over de systeembus naar PCMCIA Cardbus Controller, die het naar MPEG Decoders in uw PS kaartaansluiting brengt, welke de PC kaarten Controller ongecomprimeerde videodata terug geeft. Wanneer de ZV- aansluiting gebruikt wordt, leidt de PC- kaarten Controller de ongecomprimeerde videostroom direct naar video/ grafiek- controller en de audio- chip. En dan verder naar het beeldscherm en de luidsprekers. In een PC zonder het ZV- aansluiting verbindingsvlak is geen directe verbinding tussen de PC kaarten- Controller en de grafiek- Controller , waardoor de ongecomprimeerde data door de Cardbus, en mogelijkerwijs de CPU, wat de verbinding verlangzaamt. Instellen van de PCMCIA Controllers Voordat uw computer de PC kaarten goed kan identificeren en configureren, moet U eerst zeker stellen, dat de kaart en de PCMCIA drives de Software goed geïnstalleerd hebben. Inbouwen en aanmaken van PCMCIA kaarten Het in uw computer ingebouwde `dubbel- deck`PCMCIA ondersteunen twee PCMCIA Typen. Wederom gelijktijdig twee TypeΙΙE kaarten of één Type ΙΙΙ kaarten. Het ´dubbel-deck` PCMCIA heeft een boven en onder lade. Uw computer bezit ook de `Hot swapping`functie, welke u belooft, kaarten tijdens het gebruik van uw computer te wisselen, om deze goed te benutten. Invoeren van PC kaarten Om een PC kaart in de PCMCIA lade in te voeren: 1. lokaliseer de opening, welke door middel van een afdekking beschermd is. 2. Steek de zijde van de PC kaart met het 86-Pinnige stekker vooraan in de opening. Het opschrift van de kaart moet naar boven zijn. U kunt wederom twee kaarten TypeΙΙE of één Type ΙΙΙ kaarten in steken. 3. Wanneer de gehele kaart bijna helemaal in de opening zit, drukt u deze wederom vast, maar voorzichtig, tot deze volledig vast zit. De PC kaart wordt nu door het systeem ontdekt. Zodra de drive geïnstalleerd is, verschijnt een signaal om aan te geven, dat de kaart nu actief is. Verwijderen van PC kaarten Om een PC kaart uit de PCMCIA opening te verwijderen, moet u eerst de hieronder beschreven handelingen verrichten: 1. 2. 3.
Druk op de START-knop, klik dan op Instellingen, en op systeemsturing. Maak een dubbelklik op het PC kaarten symbool, om de PC kaarten eigenschappen op te roepen. Haal de kaart die u wilt verwijderen naar voren en klik op de STOP-knop. Het systeem deactiveert dan de PCMCIA kaart.
4.
Daarna kunt u de PC kart eruit nemen. Druk op de uitwerpknop om vervolgens de kaart te verwijderen.
5.
Wanneer de kaart er uit ´schiet´kunt u deze er voorzichtig uithalen.
`Hot Swapping` Tijdens een floppydisk-drive veroorlooft uw PCMCIA opening PC-kaarten gedurende het werken in en uit te bouwen. Toch moet u er op letten, dat er geen kaart uitgenomen wordt,die reeds in bedrijf is. Hierna volgen enkele voorbeelden, die met Hot Swapping mogelijk zijn: - Neem geen netwerkkaart uit, wanneer het systeem van het netwerk gebruik maakt. - Neem geen fax/modem kaarten, wanneer de kaartdata ontvangen worden. - Neem geen harde schijf of ATA kaart uit, wanneer de computer met deze kaart werkt.
Om PC-kaarten onder Windows 95/98 te verwijderen, wanneer de computer aan staat, moet u de PC-kaart eerst in het PC-kaart Eigenschappenmenu deactiveren. Leest u hiervoor het hoofdstuk, verwijderen van PC-kaarten, welke u daarvoor kunt gebruiken.
4 Plezier met Multimedia Dit hoofdstuk laat u zien, hoe u alle multimediaeigenschappen van uw computer met plezier en lonend gebruik, tijdens het werk of in uw vrije tijd kunt benutten. U zult leren, hoe u het ingebouwde soundsystem, de CD-rom drive en de ZV-port-technologie voor spannende multimedia presentaties kunt gebruiken.
4.1 De Multimedia eigenschappen van uw Notebook Uw Notebook is rijkelijk uitgevoerd met Multimedia eigenschappen, die de omgeving met de computer veraangenamen, praktisch en makkelijk te maken. Verder over de functies van de standaard Multimedia Personal Computer (MPC), kan u computer alle Multimedia opgaven door middel van de volgende eigenschappen toepassen: - Intel Pentium ΙΙΙ/ Intel Celeron - 64 MB RAM of meer - 24X-CD-ROM of 8X-DVD-ROM(optie) - 32Bit AGP 2X VGA grafisch Controller - 16Bit plug-and-play audiosysteem met ingebouwde luidspreker en microfoon - Capaciteit voor ZV Port(voor MPEG-kaarten) 4.2 Het Audio Systeem Uw computer beschikt over een ingebouwde 16 Bit stereo-soundcontroller, met zijn toon, muziek en ander soundeffecten door middel van een mixer op te nemen en weer te geven is. Een geïntrigeerde volduplex-microfoon en twee mini-luidsprekers zijn in uw computer ingebouwd en beloven u een toonopname en weergave, elk moment en overal. Aan de voorkant van uw computer bevinden zich de volgende audioboxen: - Externe 1/8 inch microfoonboxen, de volduplex-monomodes of half duplex stereomodes - Oor-en koptelefoon-boxen - Uitgangboxen voor het aansluiten van externe luidsprekers, koptelefoons of oordopjes - Ingangboxen voor het aansluiten van externe audioapparatuur zoals CD-spelers, toonbandapparatuur of synthesizer - Externe volumeregelaars 4.3 Inrichten van de Audio-drive Voordat u met de audio- eigenschappen van uw computer kunt beginnen, moet u eerst de audio-drive inrichten, nadat u Windows geïnstalleerd heeft.Wanneer Windows reeds op uw computer geïnstalleerd is, heeft uw leverancier de audio-drive waarschijnlijk ook reeds geïnstalleerd. Zoniet, raadpleeg dan hoofdstuk 2, hoe u de audio-drive voor Windows kunt installeren. 4.4 Windows Multimedia Programma Windows biedt verschillende Multimedia-programma’s, die u direct op uw computer kunt uitvoeren. De Multimedia-programmagroep vindt u, wanner u eerst op START klikt, dan op PROGRAMMA, dan op TOEVOEGINGEN en dan MULTI-MEDIA klikt.
Standaard Multimedia-componenten - Externe volume regelaar - Media weergave, bijvoorbeeld van toon, video en animatiedata - Audio recorder, voor toonopname en weergave - Volume regelaar voor het instellen van een mixer sterkte 4.5 Toonopnames Met uw computer kunt u stemmen en andere geluiden opnemen en als data op uw harde schijf opslaan.Deze toondata kunnen dan over de interne luidsprekers of door middel van externe uit of oorboxen over externe luidsprekers of koptelefoons weergegeven worden.U kunt de data ook in vele andere programma’s als stemmamerken van realistische presentaties gebruiken.
Voor het opnemen van geluid moet u het programma Audio-Recorder in het Multi-Media groep uitvoeren. De regelaar van de audiorecorders zijn zacht te verstaan, ze bestaan uit terugspelen, verderspoelen, weergave, start en opname. Klik op het hulpmenu voor informatie over het bedienen van de audiorecorders Met de audiorecorder kunt u sounds uit verschillende audio-eigenschapsprogramma’s opnemen, bijvoorbeeld: - Van de ingebouwde microfoon - Van een externe microfoon - Of van CD-rom Terwijl u geluid van verschillende ingangskanalen kunt opnemen, moet u eerst het Audioingangsapparaat in Veld Opname instellen. Volgt u hierna de volgende stappen: 1. Dubbelklik op de volume regelaar in de Task-lijst of klik op het start vlak, dan programma, toebehoren, Multimedia en dan volumeregelaar. 2. Klik op opties en dan eigenschappen 3. Klik op het vakje opnemen en roep alle volume regelaars voor elk component op. 4. Klik op OK, en het dialoogveld opname verschijnt. Hier roept u het ingangsapparaat voor het opnemen op. De voorinstelling is de microfoon, die enkel geluid over de microfoon opneemt.Wanneer u muziek van de CD-rom drive wilt opnemen, moet u CD-audio oproepen.
Gebruik van de ingebouwde microfoon Normaal gesproken gebruikt u de microfoon voor stemopnamen en slaat u die data als stemmamerken in uw programma op. Uw computer bezit een ingebouwde microfoon, welke zich aan de zijkant van uw computer bevindt. Voor het opnemen met een ingebouwde microfoon: 1. Activeer de microfoon-geluidssterkte onder opname, zoals hierboven beschreven. 2. Voer het programma audio-recorder uit en klik op het vlak opnemen. 3. Spreek in de ingebouwde microfoon en klik stop, wanneer u de opname wilt beëindigen. 4. Klik op weergave, om te horen, wat u zojuist opgenomen heeft. 5. Om de opname als data op te slaan, klikt u op opslaan in het datamenu. Gebruik van een externe microfoon Uw computer geeft u tevens de mogelijkheid tot aansluiting van een externe microfoon voor betere geluidskwaliteit. De externe microfoonboxen bevinden zich aan de voorkant van uw computer en deactiveren automatisch de ingebouwde microfoon, wanneer een externe microfoon aangesloten wordt. Gebruik enkel microfoons met 1/8 inch miniboxen. Voor het opnemen gaat u zoals hierboven beschreven te werk. Het gebruik van ingebouwde CD-rom drive Normaal gesproken gebruikt u de CD-rom drive voor het opnemen van muziek CD’s. Ga als volgt te werk: 1. Activeer de CD-audio luidspreker onder opname zoals hierboven beschreven. 2. Voer het programma audiorecorder uit. 3. Leg de audio-CD in de CD-rom drive. Wanneer u de functie voor het automatisch nalezen van de CD niet gedeactiveerd heeft, zal de CD weergave automatisch starten, nadat u een audio-CD ingevoerd heeft. 4. Klik op CD-weergave en dan op ¨pauze. 5. Stelt u het punt in vanaf waar u de opname wilt beginnen. 6. Ga naar de audiorecorder en klik op opname. 7. Ga naar CD-weergave terug en klik op weergave. U kunt de geluidssterkte zo instellen, dat u de opname gelijk kunt horen. Gebruik van externe audioapparatuur U kunt ook tonen van externe audioapparatuur, zoals bijvoorbeeld toonbandapparatuur opnemen, indien u deze op de audio-ingangboxen aansluit. Gaat u voor het activeren van de ingang van geluidssterkte precies zoals hierboven staat beschreven, instellingen voor opnamen, te werk. Voer de audiorecorder uit en klik op opnemen. Start de externe audioapparatuur om met het opnemen te beginnen.
4.6 Toonweergave Uw computer bezit twee ingebouwde luidsprekers voor toonweergave. U kunt de geluidssterkte ook manual over het instelrad, aan de voorkant van uw computer instellen. Voor toonweergave van hogere kwaliteit kunt u ook externe luidsprekers aan de uitgangboxen aan de voorkant van de computer aansluiten. Verder kunt u ook oordopjes of koptelefoons aansluiten. Gebruik van de media-weergave De meest makkelijke manier, om multimedia data weer te geven is in het programma media-weergave. Ga als volgt te werk: 1. Klik op start, dan programma, toepassingen, multimedia. 2. Klik op media-weergave om het programma te starten. 3. Klik op het apparatuur menu, om het apparatuurtype aan te klikken, zodat de data afgespeeld worden, of open de data direct in het datamenu. 4. Wanneer data herkend en geopend worden, klik dan weergave, om met de weergave te beginnen. 5. Voor het afspelen van audio-CD’s leent zich het programma CD-weergave, zoals eerder beschreven , het best.
4.7 Weergave van video- en MPEG-data Uw computer kan video data evenals MPEG data van CD’s afspelen. Met gebruik van een Software-MPEG-programma als XING MPEG Player kunt u echte bewegende films op uw computer bekijken. Ook kunt u de ActiveMovie Player in de multimediaprogrammagroepen of de mediaweergave uitvoeren, om alle programma’s voor media apparatuur te bekijken. 4.8 Gebruik van PC-kaarten met ZV-port Hoewel u met de spraakmakende software MPEG-films en video-CD’s kunt bekijken, zijn kwaliteit en optimaliteit niet met films op de televisie of in de bioscoop te vergelijken. Uw computer is met de nieuwste ZV-port technologie uitgerust, welke de videoweergave drastisch verbetert. Door het inschakelen van een ZV-port-compatibel MPEG-PC-kaart in de PCMCIA stekkerplaats kunt u kwalitatief hoogwaardige fullcolour films zoals op de televisie en in de bioscoop bekijken. Vraag uw leverancier om zo’n ZV-port-MPEG-kaart. Voor installatie kijkt u in het handboek onder de betreffende kaart. 4.9 Gebruik van DVD DVD is de nieuwste doorbraak op het gebied van weergave van eersteklas films. Een DVD kan tot 4.7GB informatie afnemen. Bovendien is de DVD-rom drive van uw computer neerwaarts compatibel op alle CD-rom drives, hierdoor kunt u daarin alle CD’s invoeren. Het functioneert precies zo als een CD-rom drive. Voor de weergave van DVD’s heeft u een MPGE-2-compatibele PCMCIA-kaart of een Software MPEG-2-programma en de optionele DVD-rom nodig. Met MPEG-2-programma’s volgt een mediaweergave alleen, wanneer uw computer minstens met een Intel Pentium ΙΙ-266MHz CPU uitgerust is. Computers met CPU’s onder Intel Pentium ΙΙ-266MHz garanderen geen goede mediaperformance. MPEG-2-kaarten hebben audio-en videoboxen, waardoor u aan uw grootbeeld televisie het beste materiaal kunt aansluiten. Begeef u naar uw leverancier voor verdere informatie.
5. Randapparatuur aansluiten In dit hoofdstuk wordt het aansluiten van randapparatuur op het Notebook beschreven. Hiermee kunt u een printer, een muis, een externe monitor, een extern toetsenbord of andere randapparatuur aansluiten.De beschrijving voor het toepassen van deze randapparatuur wordt u in dit hoofdstuk stap voor stap uitgelegd.
5.1 Toevoegen van een seriële muis Voor het aansluiten van externe seriële muis, een printer of een modem is uw computer met een 9polige seriële aansluiting uitgerust. De seriële aansluiting (RS232) van uw computer wordt over het algemeen met COM1 aangeduid. Wanneer u met uw computer aan een tafel werkt, kunt u in plaats van het cursorveld op het toetsenbord, een externe muis gebruiken. In het geval u tevens een modem wilt gebruiken, moet u een fax/modem-PC-kaart, die het PCMCI-slot gebruikt, installeren. Volgorde voor het installeren van een externe muis: 1. De computer uitschakelen 2. De aansluitkabel van de muis in de achterzijde van uw computer aansluiten en de aansluitstekker met de schroeven goed bevestigen. 3. De computer aanzetten. 4. Wanneer het systeem opnieuw gestart wordt, erkend Windows automatisch de seriële muis. 5.2 Toevoegen van een extern toetsenbord (PS/2) Aan de achterzijde van uw computer vindt u een 6polige mini-DIN-aansluiting voor het aansluiten van een PS/2-toetsenbord of PS/2-muis. Op deze aansluiting kunt u een extern PS/2-desktop-toetsenbord, evenals een extern PS/2-muis aansluiten. Het wordt aanbevolen, alleen op dat moment een externe PS/2-muis te benutten, wanneer u geen externe PS/2-toetsenbord aansluit, daar de seriële aansluiting voor het aansluiten van een seriële muis zoals hiervoor beschreven te werk gegaan moet. In het geval dat u een externe PS/2-muis en een toetsenbord wilt gebruiken, heeft u een PS/2-3wegkabel, welke bij u leverancier te verkrijgen is, nodig. Bij uw computer-leverancier is tevens een toetsen-adapter te verkrijgen, waarmee u 5polige standaard-DIN-desktop-toetsenborden kunt aansluiten. In vergelijking tot PS/2 toetsenborden worden deze toetsenborden veel met desktop-PC’s gebruikt. Uitleg voor het aansluiten van een externtoetsenbord: 1. De computer uitschakelen 2. De PS/2 toetsenbord direct aan de PS/2 aansluiting aansluiten. In het geval u een 5polige standaard-DIN-toetsenbord gebruikt, sluit u het toetsenbord eerst aan het toetsenbord-adapter en daarna aan de PS/2-aansluiting aan. Windows95/98-toetsenborden kunnen tevens worden gebruikt. 3. De computer aanzetten. De geïntrigeerde en het externe toetsenbord zijn nu geactiveerd en kunnen tegelijkertijd gebruikt worden. Voor de aansluiting van een PS/2-muis gaat u zoals hierboven beschreven te werk. De PS/2-muis en het cursorsturingsveld kunnen dan ook gelijktijdig gebruikt worden.
5.3 Gebruik van de USB-aansluitingen USB, of universele seriële Bus, is een rand-Bus-standaard, die door Compaq, DEC, IBM, Intel, Microsoft, NEC en door de Northern Telecom ontwikkeld is. Computers, die met USB zijn uitgerust, maken een automatisch configuratie van de randapparatuur mogelijk, zodat deze fysiek aangesloten worden, zonder dat het systeem daarvoor uitgeschakeld of een setup gestart moet worden. Door USB wordt tevens een gelijktijdige in bedrijfname van meerdere apparaten, die op de computer zijn aangesloten, mogelijk. Deze randapparaten kunnen digitale camera’s, scanners, printers, CD-rom drives, modems, toetsenborden, telefoonapparatuur en monitoren zijn. USB-apparatuur, zoals USB-Notches uitgevoerd, kunnen als verbindingsaansluiting voor meerdere USB-randapparaten dienen. Hiervoor moet enkel een apparaat aan uw Notebook-computer aangesloten worden. Mogelijke randapparaten kunnen in een prioriteit verketening aangesloten worden, waarbij een apparaat serieel op anderen aangesloten worden. De Windows95/B-versie of nieuwere versies worden met de drives geleverd, waarmee de USB-randapparaten door uw PC aangestuurd kunnen worden.
5.4 Aansluiten van een parallelprinter De parallelaansluiting (LPT1) bezit een 25polige stekkeraansluiting aan de achterzijde van uw computer. Hiermee wordt een parallelprinter aangesloten. Aanwijzingen voor het aansluiten van een printer: 1 De printer met 25polige aansluitstekker op de parallelaansluiting aansluiten en de stekker met de schroeven bevestigen. 2 Dan het andere einde van de kabel uitrollen en aan de parallelaansluiting van het apparaat aansluiten en de aansluitstekker met de aansluitklemmen bevestigen. 3 De netwerkkabel aan het apparaat en aan de stekkerdoos met geaarde aansluiting aansluiten. 4 De computer en de printer aanschakelen. 5 De printer met een zelftest testen. 6 Het juiste printermodel op uw systeem instellen, waardoor de aangesloten printer erkend wordt. 7 Is het model van uw printer niet weergegeven, dan vraagt u uw leverancier naar de benodigde drive die op dit apparaat van toepassing is. 8 De Online-functie van de printer activeren. 9 5.5 Aansluiten van een externe monitor (VGA-aansluiting) Uw computer is met een 15polige VGA-aansluiting uitgerust, aan de externe VGAkleurenmonitor met een maximale schermoplossing van 1024X786 64K kleuren of High color (16Bit) aangesloten worden. Hiervoor hebt u een beeldscherm signaalkabel nodig. Een einde van deze kabel moet met een 15polige stekker geleverd zijn. Voor het aansluiten van een externe monitor: 1. De computer uitschakelen en zeker stellen, dat de monitor met deze netschakelaar geleverd werd. 2. De monitor-netkabel aansluiten. 3. De monitor aanschakelen. 4. Dan de computer aanschakelen. Het beeld verschijnt dan zowel op het LCDdisplay, als op het monitor beeldscherm. Uw computer is zo ingesteld, dat gelijktijdig een modes gestart wordt. 5. Indien het beeld alleen op de externe monitor verschijnt en het LSD-display uitgeschakeld zou zijn, kunt u de aanwijzingen op het scherm tussen de LSD aanwijzing en het monitor beeldscherm door te trukken op de volgende functiecombinatie+ wisselen. Houdt u de toetsencombinatie zolang ingedrukt, tot het beeld alleen op het monitor beeldscherm verschijnt. 5.6 Gebruik van de SIR-aansluiting (Optional) Uw computer is voorzien van een IR-aansluiting, met een verdere kabelloze verbinding met apparatuur, die over een geïntrigeerde infrarood-aansluiting beschikt.De IR-aansluiting is te gebruiken voor Infrarood-Data-Associatie-Norm (IRDA), waardoor de tweede COM-aansluiting (COM2) van uw computer gebruikt wordt.
Aanwijzingen voor een verbinding met andere infrarood-apparaten: 1 De computer en het apparaat juist instellen. Daarvoor moet het apparaat in een juiste opstelling tot het Notebook opgesteld worden. De afstand tussen dit apparaat en de Notebook computer mag niet meer dan 80 cm bedragen. In het handboek van het apparaat vindt u de aanleiding voor het activeren van de IRfunctie. 2 De computer aanschakelen en het Bios-configuratieprogramma starten. Ga naar het menu Verwijderen en stel de infrarood aansluiting op Activeren in. 3 Na het instellen van beide apparaten, voor het werken met de IR-functie, start u het opstartprogramma, waarmee u de IR-aansluiting kunt gebruiken. 4 Het overdrachtsprotocol of het apparaat op COM-2 instellen. Daarbij zeker stellen dat daardoor geen conflict met andere vooringestelde fax/modem-PCkaarten, die tevens op COM-2 geconfigureerd zijn, ontstaat.
5.7 De televisie aansluiting Aan de achterzijde van uw computer bevindt zich een S-video aansluiting. Op de volgende manier sluit u uw computerscherm op een televisie aan: 1. De computer uitschakelen en het einde S-video kabel in de video ingang van uw televisie aansluiten. 2. De computer en de t.v. aanzetten. 3. Op de startknop klikken, dan op instellingen en vervolgens op systeemstoring klikken. 4. Op het aangezicht ICOON dubbel klikken en bij instellingen wisselen. 5. Bij verdere opties klikken en op uitgave wisselen. 6. De t.v. knop indrukken en OK klikken. Windows gaat nu automatisch de t.v. ontdekken en deze functie mogelijk maken. 5.8 Gebruik van een extern audio-systeem Aan de voorkant van uw computer vindt u een ingebouwde audio-aansluiting. Op deze audio-ingangbox kan een microfoon of stereoapparaat aangesloten worden. Tevens kunnen er externe luidsprekers of koptelefoons op aangesloten worden. . Hoe komt de verbinding tot stand: 1. De audioaansluiting lokaliseren waarmee u het apparaat gebruiken wilt. 2. De stekker op de aansluiting aan de voorkant van het systeem aansluiten.
6. Het individuele aanpassen van het Notebook Uw computer gebruikt het Phonix BIOS hulp programma, welke u de mogelijkheid geeft meerdere systeemconfiguraties te gebruiken. Uw systeemtijd en – datum, diskdrive-configuratie, password-configuratie, energiemanagement-instellingen zijn hierbij aangesloten. Deze informatie worden permanent in CMOS RAM opgeslagen, tenzij u het weer veranderd. Let erop, dat u de computer goed configureert, zodat het systeem stabiel loopt. Wanneer u van enkele instellingen niet zeker bent, dient u uw leverancier te raadplegen.
6.1 Het starten van het BIOS-hulp programma Uw computer is waarschijnlijk door de leverancier al juist geïnstalleerd Indien er toch veranderingen nodig zijn, kunt u met het BIOS hulpprogramma van de computer werken. Hiermee kunt u systeem-configuratie-informatie, zoals de datum en de tijd, of uw harde schijf drive-type veranderen. U kunt het hulpprogramma inschakelen door op F2 te drukken. De instellingen, die u via het hulpprogramma ingevoerd heeft, worden in een bijzonder bestand opgenomen, CMOS RAM genaamd.Dit bestand wordt met een eigen batterij gedreven, waardoor deze niet verwijderd kan worden wanneer u de computer uitschakeld. Elke keer wanneer u de computer aanzet, zal het systeem dat in CMOS RAM opgeslagen instellingen lezen en worden deze met de Power On Self Test (Post) vergeleken. Wanneer er een fout voorkomt, wordt er een foutmelding op het beeldscherm aangegeven.
-
-
-
-
Systeemtijd Laat de systeemtijd van de computer veranderen met behulp van de klok. Geef de actuele tijd voor elk veld, en gebruik , <SHIFT>+ , of <ENTER> toetsen, om van het en naar het andere veld te bewegen. U kunt ook de de systeemtijd van uw werkveld veranderen. Systeemdata Geeft u de mogelijkheid, systeemdatum met behulp van maand/datum/jaar-formaties weer te geven. Uw Notebook is milleniumbestendig. Voer de actuele datum voor elk veld in en gebruik de , <Shift> + , of <Enter> toetsen, om van het ene naar het andere veld te gaan. Taal Geeft u de mogelijkheid om de taal aanduiding op het beeldscherm te veranderen. Diskette A Dit punt verandert de Eigenschappen van de floppy- disk- drive door te drukken op <Enter>. Wanneer u 1,44MB/1,25MB 3,5 drukt, moet u weten, dat de 1,25MB 3,5 Diskette een 3-modus-floppy-diskette-drive gebruikt, welke zich op een 1024byte/ sector- Japanse media- formaat bevinden. International HDD (Interne harde schijf) Dit veld laat verschillende parameters voor de harde schijf zien. Wanneer Type (auto) gedrukt wordt, stelt het systeem automatisch deze parameters in. Is Type (user/gebruiker) ingedrukt, dan kan de parameter cilinder. Kop en sectoren en de toegangsmodus verandert worden.
6.2.1 Interne HDD-/Secundaire Master-Submenu Het gebruik van het type-veld, om de geïnstalleerde drive-typen op te roepen. U kunt andere drive-typen, zoals CD-Rom, user of None door te drukken op <space>. Stel deze mogelijkheden in op Auto, zodat de computer de drive-typen automatisch herkend. Stel deze mogelijkheid op None, wanneer uw computer geen apparatuur geïnstalleerd heeft.Druk <esc>, om in het hoofdmenu terug te keren. -
6.3 De Advanced CMOS Setup BootUp Num-Lock Hiermee kunt u van boven naar onder in het systeem. Installed O/S Roep het installeren van het werksysteem op. Een oncorrecte opgave kan naar een onverwacht systeem voeren. PS/2 muis (Enablad) laat het OS bepalen, of de PS/2 muis onderdrukt wordt of niet. (Disabled) verhindert het functioneren van alle geïnstalleerde PS/2 muizen. LCD Panel View Expansion. 6.3.1 Rand ondermenu Serial port Druk op <enter> om de ENABLED, DISABLED,of Auto mogelijkheden op te roepen. U kunt de aansluiting activeren of deactiveren of u laat het over aan de instellingen van BIOS. Parallel Port Zie serial Port Modes Door te drukken op Enter, roept u tussen een parallelmodes alleen als opdracht, bidirectionaal of ECP. Wanneer u de parallel aansluiting op ENABLED of AUTO geconfigureerd heeft, zullen de parameters voor de IRQ en DMA kanalen aangegeven staan. Floppy-disk controller Door de drukken op Enter verandert u de instellingen van de floppy-disk controller. 6.4 Veiligheidsmenu Setup Set Supervisor password Wanneer u in dit veld op Enter drukt, wordt de SSPD afgebeeld.Voer nu een nieuw password in, tot acht alfabetisch letters.
6.6 De Boot Setup Doormiddel van dit menu kunt u de “search drive sequence” instellen.
-
6.7 Beëindigen van het Hulpprogramma Er zijn drie mogelijkheden om het setup programma te verlaten. Exit Saving Changes Deze mogelijkheid zorgt ervoor dat alle veranderingen in CMOS worden opgeslagen en het Setup programma verlaten Exit Discarding Changes Deze mogelijkheid verzameld alle gemaakte veranderingen om ze uit het Setup programma te verwijderen. Load Ship Default Laad de standaardwaarde. Discard Changes De vorige instellingen worden weer opgeladen. Save Changes Schrijft de Setup- data naar CMOS. Battery Refresh Verfrist de batterij, waardoor de batterij volledig opgeladen kan worden. Deze functies geldt alleen voor NiMH batterijen. 6.8 Actualiseren van de BIOS Uw computer gebruikt een EPROM Flash BIOS Chip, waarmee u het BIOS programma licht kunt actualiseren. Wanneer u de BIOS actualiseert, worden andere, door u gemaakte individuele instellingen, verzameld. Om het BIOS te actualiseren: 1. Steek de BIOS Update diskette in de disk- drive. 2. Schakel het systeem aan met de diskette in de disk- drive 3. Op de DOS , invoercode, geeft u het volgende bevel. A:\>PHLASH XXXXXX.ROM (BIOS FILENAME) 4. Druk ENTER om dit BIOS Hulpprogramma te starten. Nadat het systeem dit programma succesvol heeft doorlopen, wordt de volgende mededeling weergegeven: Flash memory gas been succesfully programmed, press any key te restart the system. If the system does not restart, turn it off, then turn on again. 5. Druk op een toets, om het systeem weer opnieuw te starten. Vraag uw leverancier naar specifieke BIOS Updates.
7. Verdere opties In dit hoofdstuk worden de nieuwste mogelijkheden en uitgebreide architectuur van uw Notebook beschreven. Het optionele interne modem en de LAN-Module maken een eenvoudige uitvoering van alle functies mogelijk, indien u de kabel aan het modem of aan de LAN-aansluiting aansluiten. De geheugengrootte kan tevens verwijdert worden of een optionele aansluitlijst voor bepaalde uitvoeringen op uw systeem aangesloten worden.
7.1 LAN-Module-Optie Dit Notebook is met een optionele interne 10Base-T/100Base-TX-LAN-Module uitgerust, waardoor u uw PC over een lokaal net (LAN) met andere PC’s /netwerken kunt verbinden. Hierbij wordt een dataoverdracht-mogelijkheid van 10Mbps tot 100Mbps gewaarborgd. De 10Base-T-Standaard, ook als twisted- pair-ethernet aangeduid, wordt op de RJ-45-aansluiting aangesloten. Het 100Base-TX gebasseerd op de oude Ethernet-standaard. Het wordt als vast-Ethernet aangeduid, daar het 10 keer sneller werkt als Ethernet zelf. Aansluiting van het Interne LAN-modulen De ingebouwde LAN-module is met een standaard-RJ-45-aansluiting uitgerust. Deze module is met een T wisted-Pair kabel aangelegd. Uitleg voor het aanleggen van de T wisted-Pair kabel op de LAN-aansluiting: 1. Neem de T wisted-Pair kabel uit de verpakking. 2. Een einde van de kabel aan de stekkerdoos of aan de HUB aansluiten. 3. Dan het andere einde van de kabel op de RJ-45-LAN-aansluiting van de PC aansluiten. 7.2 Modum-Module-Optie Dit Notebook is tevens met een interne 56K-Voice/fax/data-modem uitgerust, waardoor deze met anderen via fax of e-mail kan communiceren of een verbinding met een Online-dienst kan maken. Het modem module is als optie verkrijgbaar.
Het interne modem aansluiten De ingebouwde voice/fax/data-modem is met een standaard telefoon aansluiting uitgevoerd. Het modem wordt met een analoge kabel geleverd. Uitleg voor het aansluiten van de analoge telefoon kabels op uw modem: 1. Neem de telefoon kabel uit de verpakking. Elk einde van de kabel is van een RJ-11-aansluiting voorzien. 2. Een einde van de kabel aan een standaard-stekkerdoos aansluiten. 3. Dan het andere einde van de kabel op de modem aansluiting van de PC aansluiten. 7.3 De PortBar Dit Notebook is met een Port-Bar uitgerust om uw vorderingen op praktisch gebied te ondersteunen. Laat de Port-Bar op de randapparaten op uw bureau aangesloten, wanneer u het Notebook mobiel gaat gebruiken. Aanwijzingen bij de Port-Bar De Port-Bar is een toevoeging, welke op de achterzijde van uw Notebook-computer geïnstalleerd kan worden. De aansluitingen van de Port-Bar worden hieronder beschreven: 1. Wisselstroom-aansluiting 2. Mini-DIN-PS/2-muis aansluiting 3. Mini-DIN-PS/2-toetsenbord aansluiting 4. Seriële aansluiting 5. Parallel aansluiting 6. Monitor aansluiting 7. USB-aansluiting -
Wisselstroomnet-kabel Voor het aansluiten van een wisselstroom adapter op uw Notebook Mini-DIN-PS/2-muis aansluiting. Voor het aansluiten van een PS/2-muis. Mini-DIN-PS/2-toetsenbord aansluiting Voor het aansluiten van een standaard PS/2-toetsenbord met 6polige aansluitstekker Seriële aansluiting Voor het aansluiten van een serieel apparaat op uw Notebook- computer, zoals bv. een extern modem of een muis. Parallel aansluiting Voor het aansluiten van een printer op uw Notebook- computer. De LPT- Modes laat zich in BIOS- configuratie- programma veranderen. Monitor aansluiting Voor het aansluiten van een externe VGA-/SVGA- monitor op uw Notebookcomputer. USB-aansluiting Voor het aansluiten tot 127 randapparaten op uw Notebook- computer.
De PortBar op het systeem aansluiten De optionele PortBar is speciaal voor uw Notebook- computer ontwikkeld. Volg voor het aansluiten van de optionele PortBar de volgende stappen: 1. Draai de bevestigingssteun naar boven. 2. Sluit de Port-Bar op de aansluiting aan de achterkant van het Notebook aan. Daarbij moet de Port-Bar in de Port-Bar aansluiting aan beide kanten van het Notebook vastzitten. 3. Draai de bevestigingssteun, voor het verzegelen in het midden terug. 1. 2. 3.
Bevestigingssteun PortBar PortBar-verzegeling
7.4 De systeem-uitrusting In deze paragraaf wordt kort de systeemuitrusting van uw Notebook-computer beschreven. De uitrusting omvat de volgende mogelijkheden: Omvatting van de uitrusting van de schijven Uw Notebook-computer is met 64-BIT schrijfmethoden voor de verwerking van 144Polige SODIMM met een SDRAM van minstens 32MB en 128MB uitgerust. Het bestand bevindt zich aan de onderzijde van uw computer. Het opslaan-module installeren Uw Notebook computer is met een synchrone 32MB-of 64MB-standaard-DRAM uitgerust. Het bestand van het systeem kan tot maximaal 256MB worden uitgerust.Hiervoor installeert u een dubbele aansluit-bestand-module.Voor het installeren van een hoofdbestand in het systeem.Mogelijk zijn een 32MB-,64MB-en een 128MB-bestand module. Voor het installeren van het bestand-module: 1. Zeker stellen dat het systeem uitgeschakeld is en dat er geen randapparatuur is aangesloten. 2. Het Notebook omdraaien en de schroeven zoeken, waarmee de deksel van het DIMM-vak aan de onderzijde van het Notebook gemonteerd is. 3. Deze schroeven zijn te verwijderen, waardoor u de deksel kunt verwijderen. 4. Zoek de uitgespaarde kerf op de module. 5. Lokaliseer de spijkmodule aansluiting. 6. Deze kerf op de kerf in de stekkeraansluiting doen en het module op de volgende manier plaatsen: De SO-DIMM module in een hoek van 30 graden houden en dan de SO-DIMM aansluiting in de richting van het stekkeraansluitingssysteem houden. Dan de aansluiting in de stekker schuiven. Op de zijkant van de SO-DIMM drukken tot de kerven aan de zijkant te voorschijn komen, om zo de module vast te houden. 7. De DIMM-vakdeksel weer aanbrengen en de schroeven weer aandraaien. 8. De Notebook computer weer omdraaien. 9. Voor het uitnemen van de SODIMM buigt u de kerven aan de zijkant van de module weg, zodat deze eruit springt.Dan de SODIMM uitnemen.
8.
Toepassing van uw Notebook Uw Notebook PC is een volledig IBM compatibel draagbare Personal Computer. Uitgerust met de nieuwste eigenschappen van de mobiele computer en Multimediatechnologie, kan deze computer waarschijnlijk meer dan de meeste huidige Desktop computer. Uw lichte en compacte Notebook biedt u een breed palet aan gebruikersprogramma’s en is daarom ideaal voor werk, thuis en onderweg. Uitgerust met vooruitstrevende modelarchitectuur biedt uw Notebook u vele mogelijkheden, die tot voorheen alleen op Desktop PC’s te vinden waren.
-
⇓ ⇓ ⇓ ⇓ ⇓ ⇓
8.1 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen Dit deel geeft u een uitgebreide uitleg voor het juiste gebruik van uw Notebook. Lees deze punten goed door, om maximale veiligheid te waarborgen. Voor het reinigen van de Notebook computer, moet u zeker zijn, dat het van alle externe stroom is ontdaan. Wanneer u gaat reinigen, kunt u het beste geen reinigingsmiddel gebruiken. Gebruik hiervoor in plaats een vochtige doek. De stekkerdoos moet in de buurt van de Notebook computer staan en makkelijk toegankelijk zijn. Bescherm uw Notebook tegen te hoge luchtvochtigheid. Plaats het Notebook op een veilige en stabiele ondergrond, omvallen kan een storing teweeg brengen. De openingen op de Notebook computer zijn voor luchtcirculatie, die het Notebook tegen oververhitting beschermen. DEZE OPENINGEN NIET AFDEKKEN! Wees voorzichtig met de energievoorzieningen van het Notebook. Benut alleen het netdeel dat voor het gebruik van dit Notebook toegestaan is. Bij het verwijderen van netkabels, erop letten, dat u deze bij de stekkerkop vastpakt, en niet aan de kabel. Wees er zeker van dat de stekkerdoos en alle verlengingskabels die u gebruikt de actuele last van alle apparatuur aankunnen. Hoewel uw netdeel voor universele internationale spanning gemaakt is heeft het nog een stabiele stroomvoorziening nodig. Stel de spanning van de stroomvoorziening zeker, wanneer u het Notebook op de stekkerdoos aansluit. Wanneer u niet zeker bent van de veiligheid van deze doos, vraag dan uw leverancier naar de mogelijkheden. Leg de netkabel zo, dat niemand er op kan gaan staan. Alle opmerkingen en waarschuwingen bij uw Notebook zullen nageleefd moeten worden. Wanneer het Notebook voor langere tijd niet gebruikt wordt moet u het van het stroomnet afsluiten, om mogelijke schade door overspanning te vermijden. Leeg nooit vuil in een opening van het Notebook, daar dit mogelijk brand of elektrische- schokken kan veroorzaken. Open het Notebook nooit. Uit veiligheids- gronden mag het Notebook alleen door een deskundig persoon worden geopend. Wanneer één van de volgende situaties ontstaat, laat het Notebook dan door een deskundig persoon nakijken: De netkabel of de stekker is beschadigd. Er zijn vuiltjes in het Notebook gekomen. Het Notebook is te nat geworden. Het Notebook werkt niet correct, of u kunt ondanks de aanwijzingen in het handboek niet gebruiken. Het Notebook is gevallen en beschadigd. Het Notebook heeft duidelijke breuken.
-
Gebruik het Notebook niet bij ongebruikelijke hoge of lage temperaturen. Een geteste netkabel moet voor de stroomvoorziening van het Notebook worden gebruikt. Om schade aan de apparatuur, aan de binnenzijde van het Notebook te vermijden, moeten het netdeel en de batterij altijd eerst uit het Notebook worden verwijderd, voordat u een module toevoegt.
8.2 Reiniging van uw computer Wanneer het nodig is, het plastic geraamte en het toetsenbord te reinigen, gebruikt u een zachte, stofvrije doek, dat u van een mild reinigingsmiddel heeft voorzien. Of gebruik een overal verkrijgbare reinigingsset voor de computer. Gebruik nooit alcohol, op petroleum gebaseerde reinigingsmiddelen of sterke reinigers voor het schoonmaken van uw Notebook. Gooi ook nooit welke soort vuiligheid op het geraamte, toetsenbord of beeldscherm. Wanneer het LCD-beeldscherm smerig of stoffig is, reinig het beeldscherm dan eerst met een milde glasreiniger op een zachte, schone, stofvrije doek En veeg het glas voorzichtig schoon. Gebruik nooit papieren doekjes voor het reinigen, daar deze het beeldscherm kunnen beschadigen.
8.3 Instandhouden van de beeldschermkwaliteit Bij beeldschermproblemen speelt hitte een grote rol. Na een lange werktijd is het nodig, de computer uit te schakelen en deze te sluiten. Ondanks dit geeft het display, ongeacht welk type, en de componenten in het binnenste van de computer hitte af. Het komt dus in het binnenwerk van de computer tot een oververhitting. Laat het scherm van de computer voor ca. 10 min. geopend, tot de hitte afgenomen is. Maak hiervan een gewoonte. Ook moet u het stroom management van uw computer inschakelen, wanneer het systeem voor enige tijd niet actief is. Volg de hierboven beschreven richtlijnen voor algemene zekerheid en voor het reinigen van uw computer. 8.4 Beveiliging van uw Harde schijf Het verlies van uw data heeft de zelfde consequenties als een systeemcrash. U moet het tot een gewoonte maken, uw harde schijf minstens elke week te beveiligen. Hier enkele tips: Maak altijd veiligheidskopieën van de data op uw harde schijf. Installeer een antivirusprogramma voor de herkenning van databeschadigende virussen. Corrigeer tegelijkertijd SCANDISK fouten in de File Allociation Table (FAT). Dit maakt ook meer plaats op niet gebruikte sectoren. Beweeg de computer nooit, wanneer deze de harde schijf gebruikt, en in het bijzonder, plaats niets op de harde schijf, daar dit de harde schijf kan storen.