Bijlage bij 12.12 Teruggaaf van btw aan buitenlandse btw-belastingplichtigen
De wijziging van de teruggaafprocedure geldt enkel voor belastingplichtigen die gevestigd zijn binnen de lidstaten. Volgens artikel 2 van richtlijn 2008/9/EU is de wijziging van de teruggaafprocedure van toepassing op ‘iedere belastingplichtige die in de zin van artikel 9, lid 1, van Richtlijn 2006/12/EG die niet in de lidstaat van teruggaaf, maar in een andere lidstaat is gevestigd’. België heeft deze richtlijn omgezet in het KB nr. 56. Het teruggaaftijdvak is het tijdvak zoals bepaald in artikel 6 waarop het teruggaafverzoek betrekking heeft. Het teruggaaftijdvak bedraagt ten hoogste één kalenderjaar en minstens drie kalendermaanden. Hier wordt nog bij opgemerkt dat het tijdvak soms minder dan drie maanden kan bedragen indien het tijdvak het resterend gedeelte van een kalenderjaar beslaat. Voorwaarden om teruggaaf van buitenlandse btw te kunnen krijgen 1) De aanvrager mag niet in de lidstaat van teruggaaf gevestigd zijn. 2) De aanvrager mag in de lidstaat van teruggaaf geen belaste leveringen van goederen of diensten verrichten. 3) De aanvrager moet de (in de andere lidstaat) aangekochte goederen of diensten gebruiken in het kader van zijn economische activiteit. 4) Enkel terecht aangerekende btw komt in aanmerking voor teruggaaf. 5) De uitgave valt niet onder een aftrekbeperking of aftrekuitsluiting in de lidstaat van teruggaaf. 6) De facturen of invoerdocumenten moeten alle verplichte vermeldingen bevatten (vermeldingen vereist in de lidstaat waar teruggaaf wordt gevraagd).
Enkel opeisbare btw komt in aanmerking voor teruggaaf Er wordt alleen btw teruggegeven als de btw op de factuur opeisbaar was. Stel dat een Belgische verkoper ten onrechte btw aanrekent op een factuur. Hoewel de verkoper deze btw betaalt aan de Belgische staat, kan de Spaanse belastingplichtige koper de btw niet recupereren. Dient de Spaanse koper toch een aanvraag om teruggave in, dan zal de Belgische fiscus de teruggave weigeren. Stel dat een Belgische verkoper (B), die in België gevestigd is, een partij tafels en stoelen factureert aan een café (S). De goederen werden vervoerd en afgeleverd bij de Spaanse koper in Spanje. De geleverde goederen kosten samen 10 000 EUR, exclusief btw. Volgens artikel 39bis W.Btw is de levering in België vrijgesteld en dient er Spaanse verwervings-btw
te worden voldaan door de koper. Desondanks factureert de Belgische onderneming met Belgische btw. De Spaanse onderneming is niet gevestigd in België en probeert de Belgische btw te recupereren. De lidstaat van teruggaaf (i.c. België) zal dit verzoek weigeren. B dient de fout recht te zetten en een creditnota op stellen voor de ten onrechte aangerekende btw. Hij betaalt de onterecht aangerekende btw terug aan de buitenlandse koper en kan deze btw recupereren in zijn btw-aangifte. Daarnaast zal hij een nieuw correcte factuur moeten uitreiken aan S. Voorbeeld
B = Belgische verkoper
S = Spaans café
Factuur 1: met Belgische btw
2 100 EUR betaald aan de staat via btw-aangifte
- 2 100 EUR via teruggaafverzoek teruggevraagd (geweigerd)
Creditnota 1: (voor de Belgische btw)
- 2 100 EUR teruggekregen via de btw-aangifte
Betaling van de btw aan de Spaanse koper.
Factuur 2: met vrijstelling art. 39bis W.Btw
Vrijgesteld, rooster 46 aangeven in de btw-aangifte.
2 100 EUR via SP btwaangifte - 2 100 EUR via SP btwaangifte
10 000 EUR + 2 100 EUR btw
De elektronische teruggaafprocedure Sinds 1 januari 2010 dient de aanvraag tot teruggaaf elektronisch te gebeuren. Ieder land heeft zijn eigen applicatie. Belgische ondernemers dienen hun aanvraag te doen via de Intervat applicatie VAT Refund. Inzake teruggaaf is er een minimum van 400 EUR btw voor een kwartaalaangifte en 25 EUR btw voor een jaaraangifte. Wie maar een klein bedrag, bijvoorbeeld 70 EUR btw wil terugvragen, zal dus pas na het kalenderjaar een verzoek kunnen indienen. De uiterste datum van indiening is ook vastgelegd in de btw-richtlijn. Ondertussen is deze datum voor alle landen gelijk, vroeger had elk land een eigen indiendatum waarbij sommige landen heel strikt waren en sommige dan alweer heel veel tijd gaven aan de aanvrager om de btw terug te vragen. Vanaf 1 januari 2010 moeten alle aanvragen gedaan worden tegen 31 september het jaar volgend op het teruggaaftijdvak. Dit is de laatste dag dat de indiening moet gebeuren bij de lidstaat van vestiging. Bij twijfel vraagt de administratie de facturen op om ze te controleren. In de nieuwe wetgeving is er de mogelijkheid gegeven aan de lidstaten om vanaf een bepaald bedrag de facturen verplicht mee te vragen. In België is dit zo als het totaal bedrag exclusief btw meer bedraagt dan 1 000 EUR, of voor brandstof 250 EUR, moet de belastingplichtige zijn factuur verplicht inscannen en als bijlage toevoegen aan zijn teruggaafverzoek.
Teruggaaf aan gemengde of gedeeltelijke btw-belastingplichtigen Een sportvereniging (vzw) is vrijgesteld van btw krachtens art. 44, §2, 3° W.Btw. Daarnaast verricht zij echter een aantal handelingen (bv. de uitbating van een voor het publiek toegankelijke kantine) waarvoor ze wél btw moet aanrekenen. De sportclub is dan een gemengde btw-belastingplichtige. Een gemengde btw-plichtige wordt vaak verward met de tweede soort btw-belastingplichtige met gedeeltelijk recht op aftrek: de gedeeltelijke btw-belastingplichtige. Een gedeeltelijke btw-plichtige verricht zowel belaste handelingen als handelingen die niet in de btw-sfeer plaatsvinden. De laatste handelingen zijn dus niet opgenomen in het W.Btw. Een voorbeeld hiervan is een boekhouder die gedeeltelijk op zelfstandige basis werkt en gedeeltelijk in dienstverband. De handelingen die hij verricht in dienstverband zijn niet bedoeld in het W.Btw, waardoor hij een gedeeltelijke btw-belastingplichtige is. Ondanks het feit dat een gemengde btw-belastingplichtige en een gedeeltelijke btwbelastingplichtige twee verschillende soorten btw-belastingplichtigen zijn, kunnen ze dezelfde methode toepassen voor de teruggaaf van buitenlandse btw. Ze hebben één ding gemeen en dat is dat beide soorten belastingplichtigen één of meerdere handelingen doen waar zij geen recht op aftrek van de btw hebben. De btw-belastingplichtige zal moeten kiezen tussen de methode van het algemeen verhoudingsgetal en de methode van het werkelijke gebruik. Bij beide methoden ontstaat er dus een verhoudingsgetal dat de btw op de aangekochte goederen of diensten zal beperken. Bij de methode van het werkelijke gebruik moeten enkel de goederen die dienen voor de beide handelingen beperkt worden door het verhoudingsgetal (ook bijzonder verhoudingsgetal of getallen genoemd). De sportvereniging kan met haar leden kosten gemaakt hebben ter gelegenheid van een buitenlandse stage (bv. in Frankrijk). Het kan gaan om kosten van logies, spijzen en dranken, vervoerkosten, wegentol … De btw op deze kosten is vatbaar voor teruggaaf. De vraag is in welke mate er recht op aftrek is. Welke regels dient men te volgen? Volgende regels zijn schematisch van toepassing: Beperking of uitsluiting
Wetgeving van de …
Inzake het btw-regime van de belastingplichtige
Lidstaat van vestiging
aanvrager om teruggaaf Inzake de aard van de levering van het goed of dienst
Lidstaat van teruggaaf
Inzake het verhoudingsgetal bij een gemengde (of gedeeltelijke) belastingplichtige
Lidstaat van vestiging
Inzake teruggaaf van ten onrechte betaalde btw
Lidstaat van vestiging
Bij gemengde en gedeeltelijke btw-belastingplichtige zijn dus steeds de regels uit de lidstaat van vestiging van toepassing om te bepalen wie als belastingplichtige wordt aanzien (met recht op aftrek) en hoe die aftrek moet berekend worden . Enkel voor wat de aftrekbeperkingen of aftrekuitsluitingen betreft dient gekeken te worden naar de wetgeving van de lidstaat waar teruggaaf wordt gevraagd. In het voorbeeld van de boekhouder die zowel zelfstandig als in dienstverband werkt kan de administratie oordelen dat de aangekochte lectuur en de gevolgde seminaries kosten zijn voor beide handelingen. Hier zal men dan een (bijzonder) verhoudingsgetal moeten voor berekenen. Stel dat de boekhouder 1 000 EUR per maand op zelfstandige basis verdient en 3 000 EUR per maand in dienstverband, dan is het verhoudingsgetal 12 000 EUR/ 48 000 EUR = 25 %. De btw die de boekhouder dan mag aftrekken op zijn aangekochte lectuur en gevolgde seminaries is 25 % van de aftrekbare btw. Als we dit doortrekken naar de teruggaaf van buitenlandse btw, mag een Nederlandse boekhouder (in dezelfde situatie) die in België naar een seminarie over fiscaliteit is geweest maar 25 % van zijn btw aftrekken. Stel dat de Nederlandse boekhouder ook nog eens getankt zou hebben met zijn wagen en hier voor 121 EUR brandstof heeft aangekocht, kan hij de hierop betrekking hebbende btw (beperkt) terugvragen. We weten dat in België brandstof op personenwagens beperkt wordt, de aftrek mag in geen geval hoger zijn dan 50 % van de betaalde belasting. Het is belangrijk om te weten welke beperking we eerst moeten toepassen, want we zitten hier met twee beperkingen: de beperking van de gedeeltelijke belastingplichtige en de beperking door het aard van het goed. De volgorde is de volgende, eerst beperken we de btw in functie van de aard van het goed en daarna passen we het verhoudingsgetal van de gedeeltelijke of gemengde belastingplichtige toe. In ons voorbeeld betekent dit concreet dat de 21 EUR btw die erop gerekend is, eerst gehalveerd moet worden tot 10,5 EUR en dat we hierop daarna nog eens 25 % toepassen. De Nederlandse boekhouder mag dus 2,63 EUR terugvragen (als we geen rekening houden met de minimumbedragen en afrondingen). Dit verhoudingsgetal wordt berekend aan de hand van de wetgeving van de lidstaat van vestiging. Door dat er meestal net zoals in België gewerkt wordt met een voorlopig verhoudingsgetal en een definitief verhoudingsgetal, kan het zijn dat er nog een herziening moet gebeuren. Een voorlopig verhoudingsgetal is een % dat gebruikt wordt tijdens het jaar van de handelingen om een gedeelte van de btw af te trekken. Dit wordt in principe berekend aan de hand van de omzet van het vorige jaar. Na ieder jaar wordt dan een definitief verhoudingsgetal berekend waarbij, als dit verschilt van het voorlopig verhoudingsgetal er een herziening moet gebeuren in de btw-aangifte van de lidstaat van vestiging maar ook bij de teruggaafprocedure voor een teruggaaf van buitenlandse btw1. We keren terug naar het voorbeeld van de Nederlandse boekhouder met een geschat verhoudingsgetal van 25 %. De schatting hebben we gedaan aan de hand van de omzet van het vorige jaar. Op het einde van het jaar blijkt dat de inkomsten op zelfstandige basis een pak hoger liggen. In plaats van 1 000 EUR per maand heeft hij 2 000 EUR per maand verdiend. Zijn loon in dienstverband bleef onveranderd, 3 000 euro per maand. Als we dan 1
Z. ook Wille, P, e.a. Handboek btw, Antwerpen, Intersentia en Raes, P., Teruggaaf van buitenlandse btw in Europa, Antwerpen, Intersentia.
het definitief verhoudingsgetal berekenen merken we dat het verhoudingsgetal nu 40 % is (2 000 × 12) / (2 000 × 12 + 3 000 × 12 ). In dit voorbeeld heeft de Nederlandse belastingplichtige dus 15% te weinig btw teruggevraagd. In dit geval zal hij via de elektronische aangifte een aanpassing kunnen doen aan zijn vorig verzoek.
Teruggaafregels in België: samenvatting Aard kost
Principe
Volledig aftrekbaar mits voorwaarden
Brandstof
50 % aftrek
Vrachtwagens en fiscale lichte vrachtwagens
Verhuur van vervoermiddelen
50 % aftrek
Vrachtwagens en fiscale lichte vrachtwagens
Andere uitgaven in verband met vervoermiddelen
50 % aftrek
Vrachtwagens en fiscale lichte vrachtwagens
Aard kost
Principe
Volledig aftrekbaar mits voorwaarden
Wegentol2
100 % aftrek
-
Reiskosten, zoals taxikosten, kosten van het openbaar vervoer
0 % aftrek
Door personeel gemaakte kosten bij een levering van een goed of een dienstverrichting
Logies
0 % aftrek
Door personeel gemaakte kosten bij een levering van een goed of een dienstverrichting
Aard kost
Principe
Volledig aftrekbaar mits voorwaarden
2 De toekenning van het recht van toegang tot verkeerswegen en van het recht ervan gebruik te maken is een dienst beoogd in artikel 18, § 1, tweede lid, 15°, van het W.Btw. De ze dienst moet evenwel niet worden aangemerkt als ‘een dienst met betrekking tot een voertuig’ zoals bedoeld in voormeld artikel 45, § 2 W.Btw. De aftrekbeperking van voormeld artikel 45, §2 W.Btw, is bijgevolg niet van toepassing op de btw geheven van tolgeld; Beslissing nr. E.T.103.391 d.d. 27.10.2005.
Spijzen, drank en restauratie
0 % aftrek
Door personeel gemaakte kosten, reclamekosten of bij wederverkoop
Toegang tot beurzen en tentoonstellingen
100 % aftrek
Bij een evenement met eten en drank (factuur opsplitsen)
Weelde-uitgaven en uitgaven voor ontspanning en representatie
0 % aftrek
Publicitaire actie
100 %
Geringe relatiegeschenken, minder dan 50 EUR, excl. btw
Andere3
Teruggaaf van btw aan ondernemingen gevestigd buiten de EU Voor de ondernemingen die gevestigd zijn buiten de EU is de 13e btw-richtlijn van toepassing. Deze richtlijn is niet gewijzigd. Er zijn enkele verschillen ten opzichte van de teruggaafprocedure aan in andere lidstaten gevestigde btw-belastingplichtigen. Om te beginnen kunnen de lidstaten kiezen om hun teruggaaf te laten afhangen van een wederkerigheidseis of reciprociteit. Zij geven de btw pas terug als het land van de aanvrager op teruggaaf gelijke voordelen biedt m.b.t. teruggaaf van btw of een gelijke omzetbelasting. Daarnaast kan de aanvrager ook eisen dat de aanvrager een fiscaal vertegenwoordiger aanstelt. En als derde grote verschil met de vroegere 8e btw-richtlijn kan een lidstaat de teruggaaf laten afhangen van een aantal extra voorwaarden, dit laatste wordt niet veel toegepast in de praktijk.
3
Circulaire AFZ nr. 20/2009 dd. 22.12.2009.