Studiewijzer ROC ID College ICT

Studiewijzer ROC ID College ICT Opleidingen:

Applicatieontwikkelaar 90020 niveau 4 ICT-beheer 93190 (uitstroomdifferentiatie:) ICT-beheerder 93191 niveau 4 Netwerkbeheerder 93192 niveau 4 Medewerker Beheer ICT 90230 niveau 3 Medewerker ICT 90360 niveau 2 Particulier Digitaal Onderzoeker 92200 niveau 4

Leerweg:

BOL en BBL

Cohort:

2009

Locaties:

Gouda en Zoetermeer

Studiewijzer ROC ID College – ICT-opleidingen cohort 2009 – versie 22 september 2009

1


2

INHOUDSOPGAVE WELKOM ............................................................................................................................................................. 5 1. DE OPLEIDING ............................................................................................................................................... 7 WAAR WORD JE VOOR OPGELEID? ........................................................................................................................ 7 Applicatieontwikkelaar ................................................................................................................................... 7 ICT-Beheerder ................................................................................................................................................ 7 Medewerker Beheer ICT ................................................................................................................................. 7 Medewerker ICT ............................................................................................................................................. 8 Netwerkbeheerder ........................................................................................................................................... 8 Particulier Digitaal Onderzoeker ................................................................................................................... 8 2. INHOUD VAN HET ONDERWIJS ................................................................................................................ 9 KERNTAKEN VAN HET BEROEP ............................................................................................................................. 9 LEREN, LOOPBAAN EN BURGERSCHAP (LLB) ....................................................................................................... 9 TALEN................................................................................................................................................................ 10 Nederlands .................................................................................................................................................... 10 Moderne vreemde taal (Engels) .................................................................................................................... 10 REKENEN ........................................................................................................................................................... 11 3. HOE ZIET JE OPLEIDING ERUIT? .......................................................................................................... 12 BEGELEIDING TIJDENS JE STUDIE ....................................................................................................................... 13 DE ONTWIKKELINGSMONITOR............................................................................................................................ 13 PORTFOLIO......................................................................................................................................................... 14 EN DAN DE PRAKTIJK! ........................................................................................................................................ 15 BEROEPSHOUDING ............................................................................................................................................. 16 SNELLER? MEER WETEN? .................................................................................................................................. 16 STUDIEADVIES ................................................................................................................................................... 16 4. TOETSEN EN EXAMENS ............................................................................................................................ 17 WAT TELT? ........................................................................................................................................................ 17 TOETS OVERDOEN .............................................................................................................................................. 17 JE DIPLOMA! ...................................................................................................................................................... 17 JOUW MENING TELT ........................................................................................................................................... 17 5. HOEVEEL TIJD BEN JE KWIJT? .............................................................................................................. 19 6. WAT KOST HET?.......................................................................................................................................... 20 7. WAT JE NOG MEER MOET WETEN? ..................................................................................................... 21 EXTRA INFORMATIE ........................................................................................................................................... 21 MEER WETEN OVER EXAMINERING? ................................................................................................................... 21 JE RECHTEN EN PLICHTEN .................................................................................................................................. 21 8. CONTACTPERSONEN EN ADRESSEN .................................................................................................... 22 BIJLAGEN .......................................................................................................................................................... 23 I II III IV V

BIJLAGE OVERZICHT KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES PER KWALIFICATIE .................. 24 BIJLAGE OVERZICHT VAN DE EISEN VOOR NEDERLANDS EN ENGELS PER KWALIFICATIE ........................ 30 BIJLAGE OVERZICHT VAN DE EISEN VOOR REKENEN/WISKUNDE PER KWALIFICATIE ............................... 31 BIJLAGE OVERZICHT PROJECTENMATRICES ............................................................................................. 32 BIJLAGE VERDELING VAN BEGELEIDE UREN OVER ONDERWIJSACTIVITEITEN EN BPV ............................. 38


3


4

WELKOM Voor je ligt de studiewijzer van de opleiding die jij gekozen hebt. Deze studiewijzer geeft informatie over alles wat je weten moet om je studie met succes te volgen. Dat is handig als je eens een keer niet meer precies weet wat de school van je verwacht. Je vindt in deze studiewijzer bijvoorbeeld informatie over de volgende onderwerpen: 1. Waar word je voor opgeleid? 2. Hoe ziet het onderwijs eruit? 3. Welke begeleiding krijg je tijdens je studie? 4. Wat moet je weten over de stage of de beroepspraktijkvorming? 5. Hoe gedraag jij je op school en in het bedrijf? Je beroepshouding! 6. Welke talen leer je? 7. Wat is Leren, loopbaan en burgerschap? 8. Hoe zit het met de toetsing en de examens? 9. Bij wie kun je terecht als de studiewijzer geen antwoord geeft op je vragen? 10. En wat je verder nog weten moet. We wensen je veel succes met je opleiding en we hopen dat deze studiewijzer je daarbij helpt! De onderwijsteams ICT Gouda en Zoetermeer


5


6

1. DE OPLEIDING Waar word je voor opgeleid? Je hebt gekozen voor een ICT-opleiding. Per opleiding vind je hieronder een korte beschrijving van 1 het beroep, afkomstig uit de kwalificatiedossiers . Applicatieontwikkelaar De hoofdtaak van de applicatieontwikkelaar is het ontwikkelen en realiseren van (delen van) software en/of IT-media producten. Te denken valt aan besturingsprogrammatuur, toepassingsprogrammatuur, netwerkprogrammatuur, webbased applicaties, games en andere entertainmentsoftware, interactieve informatiedragers zoals cd-rom’s en websites met bijvoorbeeld juridische teksten, statistische gegevens, cursusmateriaal, televisiebeelden, etc. Ook is de applicatieontwikkelaar betrokken bij de implementatie van een applicatie en voert hij onderhoudsactiviteiten uit t.b.v. bestaande applicaties. De werkzaamheden worden veelal in projectvorm uitgevoerd waardoor planning van werkzaamheden en samenwerking met collega’s van belang is. De applicatieontwikkelaar dient zijn werkzaamheden zelfstandig te kunnen uitvoeren en af te stemmen met de projectleider/leidinggevende en collega’s. Hij werkt onder de verantwoordelijkheid van de leidinggevende/projectleider, maar is verantwoordelijk voor de correcte uitvoering van zijn eigen werk. De applicatieontwikkelaar staat vaak in direct contact met klanten en met collega’s. Afhankelijk van de organisatie en branche waarin hij werkt, heeft hij tijdens het uitvoeren van zijn taken ook contact met ICT- en applicatieontwikkelaars, mediavormgevers, communicatieadviseurs en tekstschrijvers. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘Applicatieontwikkelaar’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 90020. ICT-Beheerder De ICT-beheerder is een ICT-generalist die fungeert als spil binnen de afdeling ICT. Hij houdt zich hier primair bezig met het beheer, de beveiliging en het onderhoud van het informatiesysteem. Van netwerken, computers en printers tot faxen en telefoons: hij zorgt ervoor dat deze werken. De ICT-beheerder houdt steeds goed bij welke nieuwe producten op de markt komen, om ervoor te zorgen dat het informatiesysteem binnen het bedrijf up-to-date blijft. De ICT-beheerder moet goed weten wat hij doet, berekeningen maken en vooruitkijken. Soms lijken nieuwe spullen beter, maar brengen ze ook nieuwe problemen met zich mee. Een ICT-beheerder werkt niet alleen en geeft vaak leiding aan een team van ICT-medewerkers. Vaak moet hij van alles tegelijk doen. Wat kost een nieuwe techniek? Is het nodig dat een nieuw product wordt gekocht? Is er niet ergens een goedkopere oplossing te vinden? Zulke vragen kan een ICT-beheerder alleen beantwoorden als hij veel van ICT weet. De ICT-beheerder werkt de hele dag samen met andere mensen. Soms weten ze veel van ICT, maar het kan ook best zijn dat ze er helemaal niets vanaf weten. Dan moet de ICT-beheerder ze rustig uit kunnen leggen wat er aan de hand is en wat er moet gebeuren. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘ICT-Beheer ICT-Beheerder’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 93191. Medewerker Beheer ICT Een medewerker beheer ICT weet natuurlijk veel van computers, netwerken, bekabeling en telefonie. Daarnaast vindt hij kwaliteit heel belangrijk, tenslotte is hij er deels verantwoordelijk voor dat alles werkt en dat de systeemgebruikers nergens last van hebben. Een medewerker beheer ICT moet dan ook nauwkeurig kunnen werken. En, niet onbelangrijk, hij moet met druk om kunnen gaan. Mocht er onverwachts toch een storing optreden, dan moet de medewerker beheer ICT snel tot actie kunnen overgaan, de juiste prioriteiten stellen en onverstoorbaar doorwerken aan het probleem totdat het probleem is opgelost. En dat kan best stressvol zijn wanneer alle gebruikers blijven bellen dat zij problemen met het systeem hebben. Naast het omgaan met techniek, komt de medewerker regelmatig in contact met gebruikers. Hij moet dus goed kunnen luisteren naar en communiceren met de gebruiker. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘Medewerker Beheer ICT’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 90230. 1

Bron: http://www.loketmboict.nl


7

Medewerker ICT Een medewerker ICT weet natuurlijk veel van computers en bekabeling. Hij voert zijn werkzaamheden heel precies en nauwkeurig uit. Ook heeft hij doorzettingsvermogen en kan hij goed omgaan met tijdsdruk. De medewerker ICT werkt vaak samen met collega-medewerkers ICT en met medewerkers beheer ICT. De medewerker ICT komt ook regelmatig in contact met gebruikers. Hij moet dus goed kunnen luisteren naar en communiceren met de gebruiker. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘Medewerker ICT’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 90360. Netwerkbeheerder De netwerkbeheerder richt zich primair op het onderhoud, het beheer en de beveiliging van kleine tot middelgrote hybride netwerken. Medewerkers maken namelijk de gehele dag gebruik van het netwerk. Ze maken documenten, versturen e-mails, geven presentaties en voeren telefoongesprekken. Het netwerk verbindt hen met elkaar en met het internet, ook draadloos. Vanuit zijn specialisme adviseert hij collega’s en/of opdrachtgevers. Om optimaal te kunnen functioneren is het voor de netwerkbeheerder van groot belang om goed op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen binnen het vakgebied. De netwerkbeheerder kan goed samenwerken. Hij heeft verstand van telecommunicatie en internet, maar uiteraard ook van netwerken inclusief de beveiliging daarvan. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘ICT-Beheer (Netwerkbeheerder)’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 93192. Particulier Digitaal Onderzoeker Particulier digitaal onderzoekers weten natuurlijk alles van computers, netwerken en internet. Maar dat niet alleen. Ze bezitten ook kennis over waar de zwakke plekken zitten. Een particulier digitaal onderzoeker heeft feilloos in de gaten hoe hackers kunnen binnenkomen, welke informatie „dan op straat ligt“ en wat daaraan te doen is. Daarnaast moet hij ook de wet goed kennen, precies weten wat mag en wat verboden is. Omdat het internet een internationaal netwerk is, kent de particulier digitaal onderzoeker ook buitenlandse wetten. Hij doet onderzoek en verzamelt onderzoeksmateriaal tegen digitale criminelen, dat kan worden gebruikt als bewijs om schuldigen aan te pakken. De particulier digitaal onderzoeker ziet daardoor vaak geheime informatie, zoals vertrouwelijke gegevens die hij moet beveiligen. De onderzoeker praat hier tegen niemand over, want hij moet zijn opdrachtgever altijd beschermen. Hij is een detective achter de computer. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘Particulier Digitaal Onderzoeker’ opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, onder crebonummer 92200.


8

2. INHOUD VAN HET ONDERWIJS Kerntaken van het beroep Tijdens je opleiding wordt je competent in een aantal kerntaken. De naam zegt het al; een kerntaak bestaat uit verschillende werkzaamheden of werkprocessen die met elkaar te maken hebben en die kenmerkend zijn voor je toekomstige beroep. Als voorbeeld hier de kerntaken en werkprocessen van Applicatieontwikkelaar: Kerntaak

Werkproces

1 Ontwerpen van applicaties 1.1 Vaststellen van de informatiebehoefte 1.2 Opleveren van een ontwerp van de applicatie 1.4 Inrichten van een ontwikkelomgeving 1.3 Opstellen van een plan van aanpak 2 Realiseren van applicaties 2.1 Aanleggen van een gegevensverzameling 2.2 Realiseren van applicaties 2.3 Testen van applicaties 3 Implementeren van applicaties 3.1 Opstellen en presenteren van een implementatieplan 3.2 Opstellen en uitvoeren van een acceptatietest 3.3 Evalueren van een implementatie 4 Onderhouden van applicaties 4.1 Onderhouden van applicaties 4.2 Beheren van content 4.3 Documenteren en archiveren van (gegevens m.b.t.) applicaties In bijlage I staat een overzicht met kerntaken, werkprocessen en vereiste competenties van alle ICTopleidingen.

Leren, loopbaan en burgerschap (LLB) Behalve de kerntaken die te maken hebben met je beroep, leer je tijdens je opleiding ook hoe jij jezelf op een ander manier kunt ontwikkelen. Je leert bijvoorbeeld na te denken over wat je wilt bereiken en hoe je dit kunt bereiken. Daarnaast is het belangrijk dat je leert hoe je actief deel uit kunt maken van de Nederlandse samenleving. De onderwerpen die belangrijk zijn voor dit deel van je opleiding staan beschreven in de kerntaken Leren, Loopbaan en Burgerschap (versie april 2007). Hieronder zie je welke kerntaken dat zijn.


9

Kerntaak

Werkproces

1. Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken 1.1 Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling 1.2 Inventariseert geschikte manieren van leren 1.3 Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren 1.4 Plant zijn eigen leerproces en voert het uit 1.5 Evalueert de gekozen manier van leren 2. Stuurt de eigen loopbaan 2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven 2.2 Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past 2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn 3. Participeert in het politieke domein, in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding 3.1 Oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden 3.2 Vormt een eigen mening 3.3 Onderneemt acties naar aanleiding van gemaakte keuzen 4. Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie 4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van het werk 4.2 Maakt gebruik van werknemersrechten 4.3 Stelt zich collegiaal op 5. Functioneert als kritisch consument 5.1 Oriënteert zich op de consumentenmarkt en houdt rekening met eigen wensen en mogelijkheden 5.2 Onderneemt acties om producten en diensten aan te schaffen 6. Deelnemen in allerlei sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte 6.1 Neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte 6.2 Voert activiteiten uit voor de leefbaarheid van zijn sociale omgeving 7. Zorgt voor de eigen gezondheid (vitaal burgerschap). 7.1 Zoekt informatie over een gezonde leefwijze 7.2 Beslist op basis van informatie en handelt ernaar 7.3 Onderneemt activiteiten om de gezondheid te bevorderen

Talen Nederlands Nederlands is belangrijk. Niet alleen om succesvol te zijn in je beroep, maar ook om goed mee te kunnen doen in de samenleving. Daarom werk je tijdens je opleiding ook aan je Nederlands. Het gaat daarbij om de volgende vaardigheden: 1. luisteren 2. lezen 3. gesprekken voeren 4. spreken 5. schrijven Moderne vreemde taal (Engels) Behalve Nederlands is voor jouw beroep ook Engels belangrijk. In de wereld van automatisering speelt het Engels een grote rol. Daarom werk je tijdens je opleiding ook aan het verbeteren en uitbreiden van je woordenschat en grammatica. Daarbij gaat het om de volgende vijf vaardigheden: 1. luisteren 2. lezen 3. gesprekken voeren 4. spreken 5. schrijven In bijlage II vind je een overzicht van de taaleisen per taalvaardigheid per opleiding.


10

Rekenen Om succesvol te kunnen zijn in jouw beroep is het ook belangrijk dat je goed kunt rekenen. In verschillende ict-beroepen is het van belang dat je planningen in tijd kunt maken als ook offertes. Tijdens je opleiding leer je via projecten in de beroepssituaties ontdekken welke rekenvaardigheden je moet beheersen. 2

In bijlage III vind je een overzicht van de rekeneisen per opleiding.

2

Op dit moment zijn deze eisen nog niet formeel vastgesteld.


11

3. HOE ZIET JE OPLEIDING ERUIT? Deze studiewijzer is bedoeld als informatiebron en richtlijn. Het Programma van Toetsen in het kader van de Examinering kortweg PTE genoemd, waarin wordt aangegeven aan welke eisen je moet voldoen voor het behalen van het diploma, ligt ter inzage bij het secretariaat. Een digitale versie kun je vinden op het netwerk. Om een beroep te kunnen uitoefenen moet je laten zien dat je competent bent. Daarom staan in de ICT-opleidingen van het ROC ID College de toekomstige beroepspraktijk en jouw professionele ontwikkeling centraal. Je komt de beroepspraktijk tegen in alles wat je doet. Vakken kennen we niet meer. In onze opleiding leer je door projecten uit te voeren. Projecten die levensecht zijn. Ze komen allemaal uit de beroepspraktijk. Soms zul je projecten uitvoeren in opdracht van een bedrijf. We noemen deze manier van leren ‘Producerend Leren’. Dit houdt in dat je bezig bent met het uitvoeren van één of meerdere projecten. Een zinvol project, gebaseerd op praktijksituaties uit de ict-wereld. Op deze manier proberen we de school zo goed mogelijk aan te laten sluiten op het beroepenveld. In de praktijk komt het erop neer dat je werkt aan projecten die gebaseerd zijn op opdrachten uit het bedrijfsleven. Voor elk project is er een opdrachtgever. Aan die opdrachtgever moet je verantwoording afleggen over je product en de manier waarop je hebt gewerkt. In veel gevallen ‘vertegenwoordigt’ de school de opdrachtgever. We spreken dan van realistische projecten. Maar het is ook mogelijk dat een bedrijf opdrachtgever is van een project. Dit worden reële projecten genoemd. Het betekent dat je met de opdrachtgever moet overleggen in of buiten de school. Het kan ook betekenen dat het project buiten de school wordt uitgevoerd. We denken op deze manier de opleiding realistisch en uitdagend te kunnen maken. Er is dus een opdracht in projectvorm die je met één of meerdere studenten uitvoert. Aan de hand van deze opdrachten verwerk je de leerstof en leer je de benodigde vaardigheden. In deze projecten zijn ook de talen en de burgerschapscompetenties opgenomen. Daarbij worden via www.kennisbus.nl allerlei workshops, cursussen, colleges, excursies etc. aangeboden en kun je gebruik maken van de uitgebreide mediatheek en intranet. Ook word je in de gelegenheid gesteld om officiële certificaten (ECDL, Microsoft en CISCO) te behalen. Ook dat komt overeen met de situatie in het beroepenveld. Een competente ict-er kan goed samenwerken, is in staat om goed te communiceren met gebruikers, collega’s en leveranciers, zowel in het Engels als in het Nederlands. Hij kan planmatig werken en neemt initiatief. Ook dit leer je in de projecten: je werkt samen met andere studenten aan één eindresultaat (samenwerken), je moet binnen een bepaalde tijd de gevraagde producten of diensten leveren (plannen) en je eindresultaat kunnen presenteren (communiceren). We verwachten een actieve houding. Je laat zien verantwoordelijkheid aan te kunnen door steeds weer zelf op zoek te gaan naar oplossingen voor het gegeven probleem. Door overleg met medestudenten, door het bestuderen van boeken, door het volgen van hoorcolleges, door het inroepen van de hulp van deskundigen. Je laat zien dat je wilt leren en dat je graag jouw kennis en vaardigheden deelt met anderen. In het begin van de opleiding loodsen wij je nog door de projecten. We noemen dit ‘begeleid zelfstandig’. Aan het eind van de opleiding zijn wij jouw coach en werk je zelfstandig. Daarin zijn we flexibel. Als jij laat zien dat je het zelfstandig kunt, dat je de verantwoordelijkheid aan kunt, dan doen wij een stapje terug. Als je laat zien dat je de zelfstandigheid niet aankunt dan grijpen we in. En als je begeleiding nodig hebt, dan staan we voor je klaar. Natuurlijk beschikt een ict-er ook over vakkennis. Ook hierbij laten we ons leiden door wat het bedrijfsleven aan kennis vraagt. In ieder project zit een stukje vakkennis. Uit het resultaat van het project blijkt of je beschikt over de noodzakelijke kennis. Bij alle ict-opleidingen is de Persoonlijk Ontwikkeling een belangrijk onderdeel binnen Producerend Leren. Wij geven aan waar jij aan het eind van de rit moet zijn om gediplomeerd van school te kunnen gaan. In de weg daar naartoe geef jij steeds zelf aan hoever je bent. We noemen dit ‘zelfreflectie’. Een heel belangrijke vaardigheid voor een professionele beroepsbeoefenaar. Je geeft zelf een beoordeling van je eigen werk, je eigen functioneren en hoe ver je bent. En je maakt steeds een plan (Persoonlijk OntwikkelingsPlan – POP) voor wat je wil leren en verbeteren in de komende periode. Deze zelfreflectie bespreek je zeer regelmatig met je tutor. Samen leg je vast hoever je bent en maak je afspraken over de komende periode.


12

Om in aanmerking te komen voor het diploma moet je alle Proeven van Bekwaamheid (één per kerntaak) met een voldoende beoordeling hebben afgerond. Ook moet je voldaan hebben aan de eisen voor de Nederlandse, de Engelse Taal en de kerntaken van Leren, Loopbaan en Burgerschap. Daarnaast moet je een voldoende beoordeling hebben behaald voor de beroepspraktijkvorming. De eisen zijn beschreven in de kwalificatiedossiers, het programma van toetsen in het kader van de examinering (PTE) en het 'document Leren, Loopbaan en Burgerschap’. De Proeve van Bekwaamheid (PvB) is een praktijkexamen. Je krijgt een aantal realistische of reële opdrachten uit de beroepspraktijk die je correct en in de beschikbare tijd moet uitvoeren. Je voert de opdrachten uit in een bedrijf of op school, in alle gevallen in een praktijkomgeving.

Begeleiding tijdens je studie Uit bovenstaand verhaal kun je afleiden dat gesprekken tussen jou en je tutor belangrijk zijn. Deze tutorgesprekken vinden in het algemeen wekelijks plaats. Het zijn gesprekken waarin de studievoortgang centraal staat. In zo’n gesprek gaat het over de wijze waarop je leert (studiestrategie) en welke problemen je daarbij ondervindt. Dit gesprek gaat ook over welke keuzes je maakt om je studie zo optimaal mogelijk te laten verlopen en hoe je deze kunt plannen. Hiervoor stel je een studieplan of Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) op dat je regelmatig bijstelt of aanvult. Hierin is o.a. ook opgenomen hoelang je over je studie denkt te gaan doen en wat de plaats voor de BPV hier in is. Tutorgesprekken heb je in de tutorgroep en individueel. Naast de algemene tutorgesprekken worden er ook tutorgesprekken gevoerd over aanpassingen in de ontwikkelingsmonitor (zie onder) als gevolg van de afronding van één (of meerdere) project(en). Het STARR-formulier (te gebruiken voor reflectie) en de toelichting van de projectverantwoordelijke zijn hierbij belangrijk. Vervolgens overleg je met je tutor waarin je ontwikkeling wilt doormaken. Op basis hiervan kies je projecten uit de competentiematrix (zie onder). Telkens maak je afspraken met je tutor wanneer het volgende gesprek plaatsvindt. Van deze gesprekken maak je een verslag dat je zelf bewaart en dat de school bewaart. Op het moment dat je de ontwikkelingsmonitor hebt bijgewerkt en dit wilt laten bevestigen door je tutor neem je je portfolio mee als bewijs. Het is dus belangrijk dat deze up-to-date is.

De ontwikkelingsmonitor Bij de ict-opleidingen is er voor gekozen via de ontwikkelingsmonitor in beeld te brengen welke competenties bij je opleiding van belang zijn en hoe je competentieontwikkeling verloopt. In de ontwikkelingsmonitor zijn deze competenties aangegeven. Bij elke competentie heb je vier groeimomenten: 1 start, 1 basis, 1 gevorderd en 1 eind. Hieronder zie je een voorbeeld van de ontwikkelingsmonitor van kerntaak 1 van een student in de opleiding ‘Medewerker ICT’ op een willekeurig moment van zijn opleiding.


13

Je kunt zien dat deze student op de competenties al het niveau basis heeft bereikt in deze. Samen met jouw tutor leer je de ontwikkelingsmonitor te gebruiken. Geleid door je POP kies je in overleg met jouw tutor een project. Pas wanneer je voor alle competenties het eindniveau hebt gehaald ben je proevevaardig voor de bijbehorende kerntaak. Om je ontwikkeling echter goed in kaart te kunnen brengen is dit niet genoeg. De ontwikkeling van competenties staat niet op zichzelf, maar vindt altijd plaats in een bepaalde beroepscontext. Dit betekent dat je ook kunt bijhouden of alle werkprocessen van de opleiding wel aan de orde zijn geweest. Hiervoor kun je gebruik maken van een projectenmatrix waarin je aangeeft welke projecten je al hebt gedaan en op welke werkprocessen ze betrekking hadden. Deze zou er zo uit kunnen zien: Voorbeeld projectenmatrix Netwerkbeheerder ONTWIKKELEN VAN (ONDERDELEN ) VAN INFORMATIESYSTEMEN 1.

Vaststellen van de informatiebehoefte

2.

Opleveren van een ontwerp van (een onderdeel van) een informatiesysteem

3.

Opstellen van een plan van aanpak

4.

Realiseren …………………………………….

Overzicht uitgevoerde projecten incl. niveau

………………

In bijlage III vind je de projectmatrices van alle opleidingen

Portfolio Eerder in deze studiewijzer is al het portfolio genoemd. In een portfolio neem je bewijzen op van behaalde resultaten uit afgeronde projecten maar ook andere zaken die jij van belang vindt. Deze bewijzen gebruik je om aan te tonen dat je situaties/ taken uit het beroep beheerst. Een portfolio bevat naast je persoonlijke gegevens ook leerdoelen, resultaten en evaluaties. Hoe je een portfolio moet maken en bijhouden kun je via een project op school leren. Het portfolio is jouw eigendom en in principe kun je er alles in opnemen. Dit kunnen ook zaken zijn van buiten de school zoals een verklaring of getuigschrift van een werkgever waar je gewerkt hebt of een diploma van een computercursus. Na het afronden van elk project krijg je een verklaring met welk resultaat je een


14

project hebt afgerond. Dit berg je uiteraard op in je portfolio. Andere zaken die hierin kunnen worden opgeborgen zijn STARR-formulieren van een project, verslagen van (POP)gesprekken enz. Op deze manier groeit je portfolio uit tot een map waarin alle relevante documenten zijn opgeborgen. Maak je gebruik van een digitaal portfolio dan kun je ook je projecten hierin opbergen. Het is voor ons niet van belang welke vorm een portfolio heeft, digitaal of gewoon een verzamelmap, zolang je maar de bewijzen kunt leveren die nodig zijn. Uiteraard heb je bij elk voortgangsgesprek je portfolio bij je, omdat je hiermee je groei kunt bewijzen.

En dan de praktijk! Een deel van de opleiding vindt extern plaats in een bedrijf. We noemen dit de 3 Beroepspraktijkvorming, een ander woord hiervoor is stage. De duur van deze BPV staat niet vast en is per opleiding verschillend. Binnen Producerend Leren wordt met de BPV op dezelfde manier omgegaan als met een project. Dat betekent dat je samen met je tutor bespreekt wanneer een project in de BPV een goede keus voor je is. Belangrijk daarbij is te bepalen of je BPV-vaardig bent (zeg maar dat je toe bent aan stage) en aan welke specifieke competenties je gaat werken. Jij bespreekt jouw leervraag met de accountmanager en er wordt bekeken welke BPV-plaats hiervoor geschikt is. Hier ga je in een bij jouw opleiding passende omgeving aan het werk. Over de opdrachten en jouw leervraag wordt door de accountmanager, jou en de praktijkopleider in het bedrijf een zogenaamd arrangement opgesteld. Ook leg je in een arrangement vast of en zo ja welke PvB’s je in het bedrijf kunt doen. Gedurende de BPV-periode voer je regelmatig gesprekken met de praktijkopleider over jouw functioneren, zoals je dat bent gewend in de projecten. Ook blijf je in contact met je tutor die jij op de hoogte houdt volgens de daarover gemaakte afspraken en die je volgens afspraak één of tweemaal ziet op een terugkommoment. In deze gesprekken kun je ervaringen uitwisselen met andere studenten en met je tutor bespreken hoe je de BPV ervaart en eventuele problemen kunt oplossen. Aan het einde wordt de BPV beoordeeld door de praktijkopleider op algemeen functioneren en op de afspraken in het arrangement. Van je BPV krijg je een verklaring die je uiteraard moet bewaren in je portfolio waarna je weer met je tutor overlegt over de komende periode. De omvang van de beroepspraktijkvorming is wettelijk vastgesteld op minimaal 20% van de opleidingstijd voor BOL en minimaal 60% voor BBL. Alle documenten die te maken hebben met de BPV vind je terug in de BPV-wijzer die bij aanvang van de BPV aan je wordt uitgereikt of is op te vragen via het secretariaat. Afhankelijk van de opleiding zul je één of meerdere keren op BPV gaan. Het is natuurlijk zaak dat je goed oplet hoe het er in het bedrijf aan toe gaat, wat je wel leuk vindt en wat je niet leuk vindt. Op basis hiervan bepaal je in welke richting je verder wilt. De BPV is echter niet alleen belangrijk voor de ontwikkeling die je doormaakt maar ook voor het afleggen van de PvB. Vaak vinden deze plaats tijdens de BPV in het bedrijf. Uiteraard dien je proevevaardig te zijn voor dat je de PvB mag afleggen. - BPV-vaardig Om goed voorbereid op BPV te gaan zul je over een aantal basisvaardigheden en competenties moeten beschikken. De werkzaamheden die je in een bedrijf verricht zullen vaak routinematig zijn, bedrijven verwachten dan ook naast kennis en vaardigheden een juiste werkinstelling. Het is aan jou om aan te tonen dat je BPV-vaardig bent. Hiervoor maak je afspraken met je tutor. Dit kan op allerlei manieren. Er zijn speciale projecten die je leren om te gaan met aspecten van de BPV. Je kunt afspreken dat je gaat werken aan projecten die specifiek ingaan op het werken in en aan pc’s. Het diploma ECDL kan hierbij een rol spelen, maar ook cursussen als CISCO en MCSE. - Praktijkovereenkomst (POK) Voor elke BPV-periode wordt een praktijkovereenkomst gemaakt. Dit is een formulier waarop drie partijen, de school, jij als BPV’er en het BPV-bedrijf afspraken maken en ondertekenen (bij de BBL ondertekent ook het Kenniscentrum Ecabo mee). Pas met een juist ingevulde en ondertekende POK is de BPV geldig. Het laten ondertekenen van deze formulieren door alle partijen is administratief een tijdrovend proces. Daarom moet een periode die je in een bedrijf doorbrengt, om in aanmerking te komen voor het predikaat BPV, een minimale lengte hebben van zes weken. Voor elke opleiding is een zogenaamde BPV-wijzer samengesteld. 3

In algemene zin hanteren we 18 weken voor de opleiding Medewerker ICT, 27 weken voor de opleiding Medewerker Beheer ICT en 36 weken voor de overige opleidingen.


15

Beroepshouding In je beroep wordt er meer van je verwacht dan alleen die kennis en vaardigheden die je nodig hebt voor het beroep zelf. In het kwalificatiedossier van de opleiding wordt beschreven welk gedrag past bij de verschillende kerntaken.

Sneller? Meer weten? Samen met jouw tutor bepaal je hoe jouw opleiding verloopt. Je legt dit vast in een studieplan of POP. Hierbij heb je dus ook invloed op de lengte van de opleiding. In de onderwijsovereenkomst is bepaald hoe lang je over de opleiding mag doen. Kun je dit sneller dan behaal je eerder je diploma.

Studieadvies Gedurende je opleiding krijg je via jouw tutor adviezen hoe jij het beste verder kunt met je opleiding. Dit kan op school zijn maar soms ook ergens anders. Dit studieadvies is ook afhankelijk van je houding op school en in het leerbedrijf. Het studieadvies bevat afspraken over b.v. beroepshouding, nakomen van afspraken, aanwezigheid, uitvoeren van projecten, etc. Het studieadvies kan positief of negatief zijn. Natuurlijk neem je dit studieadvies serieus en houd jij je aan de afspraken die met je besproken zijn en die in het studieadvies staan. Als je twee keer een negatief studieadvies krijgt, kan de school het advies omzetten in een bindend studieadvies. Wat dat precies is, staat in artikel 11 van je onderwijsovereenkomst.


16

4. TOETSEN EN EXAMENS Het behalen van alle PvB’s is één van de voorwaarden voor het verkrijgen van het diploma. Je moet de PvB zien als een project met een officieel karakter, dat je tijdens je BPV of op school uitvoert. Tijdens het uitvoeren van de PvB wordt er door assessoren (=beoordelaars) op toegezien dat de PvB volgens de afspraken wordt uitgevoerd. De duur van de PvB staat niet vast. Dat is o.a. afhankelijk van het aantal onderdelen dat moet worden uitgevoerd. Dit kan meerdere uren zijn, maar ook een dag of zelfs meerdere weken. In het projectidee, waarin je de examencommissie uitlegt wat je gaat doen voor je PvB, leg je ook begin- en einddatum vast. Na goedkeuring van de examencommissie kun je aan de slag. Na afloop van de PvB volgt een eindgesprek waarin jouw handelen wordt geëvalueerd. De uitslag wordt officieel bekendgemaakt. Het aantal PvB’s kan per opleiding verschillen. Elke kerntaak kent één PvB. In het PTE vind je meer gegevens over de PvB en over de herkansingsmogelijkheden. Ten behoeve van de uitvoering van de PvB’s is een handleiding opgesteld die voorafgaand aan de PvB wordt uitgereikt aan alle betrokkenen. In de vorige paragraaf heb je al kunnen lezen dat je voor het afleggen van een PvB proevevaardig moet zijn. Dit ben je als je het eindproject behorende bij de kerntaak met een voldoende hebt afgerond. Daarna wordt gekeken waar en wanneer je de PvB het beste kunt afleggen: in een bedrijf of in een simulatie op school. De keuze wordt door de school bepaald. Er is verder de afspraak gemaakt dat ten minste één PvB in een bedrijf moet worden uitgevoerd en met goed gevolg afgerond. Als de PvB op school wordt afgenomen, moet je wachten tot de datum waarop de school de PvB heeft ingeroosterd. Als de PvB in het bedrijf gaat plaatsvinden is het zaak om een bedrijf te vinden waar de PvB kan worden afgenomen. In het arrangement wordt dit vastgelegd. Dit kan namelijk per kerntaak verschillen. Als is vastgesteld dat je de PvB kunt afleggen krijg je de benodigde documenten uitgereikt door de accountmanager. Dit bespreek je met je tutor. Tijdens je opleiding krijg je de mogelijkheid om de benodigde kennis en vaardigheden te leren en te oefenen. Om te bepalen of je ‘voldoende’ weet en kunt om het beroep straks ook echt uit te uitoefenen, word je tijdens je opleiding beoordeeld en getoetst. Deze toetsing vindt voortdurend plaats doordat je in projecten laat zien of je de betreffende beroepssituatie aan kunt. De resultaten van deze toetsing leg je samen met de tutor vast in de ontwikkelingsmonitor. Deze vorm van toetsing telt niet mee voor het behalen van je diploma maar is gericht op ontwikkeling en noemen we daarom formatief. Je weet dan precies hoe je er voor staat, wat er goed gaat en waaraan je nog moet werken.

Wat telt? De PvB’s en de toetsen voor talen, rekenen en Leren, Loopbaan en Burgerschap zijn de officiële (summatieve) toetsen die tellen voor het behalen van je diploma. De exacte eisen staan in het PTE.

Toets overdoen Het kan voorkomen dat je een onvoldoende resultaat behaalt voor een PvB of een andere toets. Deze mag je nog een keer in hetzelfde schooljaar overdoen. Elke PvB of toets wordt minimaal twee maal per jaar aangeboden. In uitzonderlijke gevallen kan de voorzitter van de examencommissie besluiten af te wijken van deze regeling.

Je diploma! Om in aanmerking te komen voor het diploma moet je alle PvB’s (één per kerntaak) met een voldoende beoordeling hebben afgerond. Ook moet je voldaan hebben aan de eisen voor de Nederlandse, de Engelse Taal, rekenen en de kerntaken van Leren, Loopbaan en Burgerschap (versie april 2007). Daarnaast moet je een voldoende beoordeling hebben behaald voor de beroepspraktijkvorming. De eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier opgesteld door ECABO, versie 2009-2010, het programma van toetsen in het kader van de examinering (PTE) en het 'document Leren, Loopbaan en Burgerschap’. Het kan zijn dat aan een opleiding nog aanvullende eisen worden gesteld. Dit kun je weer terugvinden in het PTE.

Jouw mening telt Het onderwijsteam is voortdurend bezig het onderwijs te verbeteren. Op basis van ervaringen en evaluaties in voorgaande jaren proberen we nieuwe activiteiten bedenken waarmee we het onderwijs


17

nog interessanter en uitdagender voor je proberen te maken. Daar hebben we jou voor nodig en daarom willen we graag weten wat jij ervan vindt. Hoe je dat kunt laten weten, lees je hieronder. Elk jaar wordt een digitale enquête gehouden onder de studenten. Daarnaast willen we graag in gesprek over verschillende onderwerpen via in te stellen studentenpanels.


18

5. HOEVEEL TIJD BEN JE KWIJT? Een studiejaar bestaat uit 1600 klokuren. Dit betekent dat je elke week 40 uur besteedt aan je studie en dat 40 weken per studiejaar. Deze uren noemen we studiebelastingsuren (SBU’s) SBU’s zijn er in twee soorten: begeleide uren en onbegeleide uren. 1. Begeleide uren zijn uren waarin de school verplichte activiteiten inroostert. Dat zijn bijvoorbeeld trainingen, cursussen, workshops, projecten en beroepspraktijkvorming. Voor eerstejaars studenten zijn dit 24 klokuren en voor hogerejaars studenten 20 klokuren per week op school. Voor de BPV hanteren we 18 weken voor de opleiding Medewerker ICT, 27 weken voor de opleiding Medewerker Beheer ICT en 36 weken voor de overige opleidingen verspreid over de opleiding. Voor een gemiddelde BPV-week rekenen we 40 klokuren. 2. Onbegeleide uren zijn uren die je zelf, buiten de begeleide uren om, besteedt aan studieactiviteiten. In de onderwijsovereenkomst is bepaald hoe lang je over de opleiding mag doen. In het studieplan of POP geef je aan hoe lang je over de opleiding wilt doen. Uiteraard kan dit nooit langer zijn dan de duur van de onderwijsovereenkomst. In bijlage IV zie je een verdeling van het aantal begeleide uren dat je per studiejaar besteedt aan onderwijsactiviteiten op school en beroepspraktijkvorming. Het aantal SBU’s dat overblijft van de 1600 besteed je onbegeleid bijvoorbeeld thuis.


19

6. WAT KOST HET? Naast de wettelijke verplichte bijdrage voor het volgen van de opleiding, krijg je nog te maken met een aantal bijkomende kosten. Dit zijn bijvoorbeeld kosten voor boeken, licenties, excursies en studiemateriaal waar de school voor zorgt. Deze kosten kunnen per jaar verschillen. Op de website van ROC ID College, www.idcollege.nl, kun je precies zien welke wettelijke en bijkomende kosten je per studiejaar voor je opleiding kwijt bent. 4

cohort 2009 Voor alle ICT-opleidingen geldt: bijdrage materiaalgebruik (BOL) € 200 bijdrage materiaalgebruik (BBL) € 75 bijdrage introductie/werkweek (BOL) € 31 bijdrage toetsen Nederlands en Engels (BOL + BBL) € 30 bijdrage online-omgeving (Ned + Eng) (BOL + BBL) € 40 5 bijdrage diploma-uitreiking (BOL + BBL) € 15 6 herkansingen ECDL (per module) (BOL + BBL) € 10 Afhankelijk van de uitslag van de taaltoets dient rekening gehouden te worden met de aanschaf van extra boeken voor Nederlands en/of Engels. De reiskosten i.v.m. stages, projecten, excursies etc. zijn voor eigen rekening. Indien een student zijn opleiding vóór 1 februari van het betreffende schooljaar met een diploma heeft afgerond wordt de helft van de bovengenoemde bijdrage materiaalgebruik terugbetaald, na die datum blijft het volledige bedrag verschuldigd. De door de school te maken kosten voor materiaalgebruik worden, over de leerjaren van de opleiding verdeeld, aan de student in rekening gebracht. Zie de brief die hierover in juli 2009 is verzonden en eventueel via het secretariaat is op te vragen.

4 5 6

Cohort geeft aan het startjaar van de opleiding, meestal ook het jaar waarin de student aan de opleiding begint. Eenmalige bijdrage te betalen in het laatste jaar van de in de onderwijsovereenkomst vermelde opleidingsperiode. Voor elke herkansing betaalt de student € 10,- voorafgaand aan de herkansing.


20

7. WAT JE NOG MEER MOET WETEN? Extra informatie Naast de informatie die in deze studiewijzer staat, zul je gedurende je opleiding nog aanvullende informatie krijgen over: 1. BPV-wijzer 2. Handleiding bij de PvB’s 3. Intranet

Meer weten over examinering? ROC ID College heeft een aantal regels en procedures opgesteld, die zorgen voor een goede gang van zaken voor, tijdens en na de examens. Op www.idcollege.nl, de website van ROC ID College kun je deze regels en procedures vinden. Je kunt hier informatie vinden als je wilt weten: 1. Of je in aanmerking komt voor vrijstellingen van summatieve toetsen. 2. Of je in aanmerking komt voor een afwijkende wijze van examinering, bijvoorbeeld omdat je een beperking hebt. 3. Welke regels er gelden tijdens het afnemen van toetsen. 4. Hoe lang het duurt voordat de resultaten van een examen bekend worden gemaakt. 5. Hoe het zit met je recht op inzage van het gemaakte werk en hoe je dat met de examinator kunt bespreken. 6. Op welke wijze en bij wie je kunt aangeven dat je het niet eens bent met een beslissing van een examinator. 7. Hoe je een klacht kunt indienen als je het niet eens bent met een besluit van de examencommissie.

Je rechten en plichten Op de website van ROC ID College kun je ook het studentenstatuut vinden. Daarin staan je rechten en plichten waar je tijdens je opleiding mee te maken krijgt. Je vindt hier bijvoorbeeld informatie over: 1. De omgangsnormen en schoolregels die op ROC ID College gelden. 2. De algemene rechten die je hebt. Denk bijvoorbeeld maar aan het recht op volledige en voor jou begrijpbare informatie, het recht op het doen van voorstellen of het uiten van een klacht en het recht op een veilige werkomgeving. 3. De manier waarop je een klacht kunt indienen. 4. De vertrouwenspersoon en de maatschappelijk werker. 5. De manier waarop ROC ID College omgaat met jouw persoonlijke gegevens. 6. Wat er gebeurt als je schade veroorzaakt in school. 7. De onderwijsovereenkomst (OOK)en de praktijkovereenkomst (POK). 8. Aan- en afwezigheid. 9. Strafmaatregelen. 10. De studenten medezeggenschapsraad. 11. Het onderwijsservicecentrum en het steunpunt studie en handicap.


21

8. CONTACTPERSONEN EN ADRESSEN Onderwijsmanagers Mevr. S.C.M. Proper, onderwijsmanager ICT Gouda Dhr. L.J.P. Friederichs, onderwijsmanager ICT Zoetermeer Accountmanagers (BPV) Dhr. C. van der Eem (Gouda) Mevrouw A. Garib (Zoetermeer) Dhr. B. Klop (Gouda) Dhr. H. van Vark (Zoetermeer) Informatie over opleidingen: www.idcollege.nl [email protected] 0800 222 0800 Klachtencommissie ROC ID College: ROC ID College Bestuur & Diensten t.a.v. secretaris Klachtencommissie Postbus 7229 2701 AE Zoetermeer Examencommissie: Examencommissie Techniek en ICT t.a.v. Mevr. S.C.M. Proper Postbus 70 2800 AB Gouda Commissie van beroep voor de examens: ROC ID College Bestuur & Diensten Commissie van beroep ROC ID College t.a.v. de ambtelijk secretaris Commissie van Beroep Bredewater 22 2715 CA Zoetermeer Postbus 7229 2701 AE Zoetermeer


22

BIJLAGEN


23

I

Bijlage Overzicht kerntaken, werkprocessen en competenties per kwalificatie

ICT 2009

SHL-competenties

Leiden en beslissen

Ondersteunen en samenwerken

Interacteren, beïnvloeden en presenteren

Analyseren en interpreteren

Creëren en leren

Organiseren en uitvoeren

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Beslissen en activiteiten initiëren

Aansturen

Begeleiden

Aandacht en begrip tonen

Samenwerken en overleggen

Ethisch en integer handelen

Relaties bouwen en netwerken

Overtuigen en beïnvloeden

Presenteren

Analyseren

Onderzoeken

Creëren en innoveren

Leren

Plannen en organiseren

Op behoeften/verwachtingen van klant richten

Omgaan met verandering en aanpassen

Met druk en tegenslag omgaan

Gedrevenheid en ambitie tonen

Ondernemend en commercieel handelen

Bedrijfsmatig handelen

Instructies en procedures opvolgen

F

Kwaliteit leveren

E

Materialen en middelen inzetten

D

Vakdeskundigheid toepassen

C

Formuleren en rapporteren

B

Assembleren van systemen

x

x

x

x

x

2.

Demonteren van systemen

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

KERNTAAK 0. Werkproces

Ondernemen en presteren

A

1.

KWALIFICATIE

Aanpassen en aankunnen

MEDEWERKER ICT ASSEMBLEREN EN DEMONTEREN VAN SYSTEMEN

INSTALLEREN EN ONDERHOUDEN VAN HARD- EN SOFTWARE 1. Installeren van besturingssystemen en standaardapplicaties

x

2.

Aanleggen van bekabeling en bedrading

x

3.

Onderhouden van hard- en software

x

x x

x

e

BIEDEN VAN 1 -LIJNS ONDERSTEUNING 1.

In behandeling nemen en afhandelen van incidentmeldingen


x

x

x

24

x

x

ICT 2009

SHL-competenties

Leiden en beslissen




Creëren en leren


H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y


Aansturen

Begeleiden






Presenteren

Onderzoeken


Leren









G

Kwaliteit leveren

F

Analyseren

E


D


C


B


x

x

x

x

x

x

x

2.

Installeren en configureren van systemen

x

x

x

x

x

x

x

3.

Realiseren van de bekabelingsinfrastructuur

x

x

x

x

x

x

x



A

1.

KWALIFICATIE


MEDEWERKER BEHEER ICT INSTALLEREN VAN HARD- EN SOFTWARE

ONDERHOUDEN EN BEHEREN VAN HARD- EN SOFTWARE 1.

Voorkomen van (ver)storingen

x

x

x

x

x

x

2.

Lokaliseren en verhelpen van (ver)storingen

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

ONDERSTEUNEN VAN SYSTEEMGEBRUIKERS 1.

Instrueren van gebruikers

2.


x


x

x

x

x

x

x x

25

x

x

ICT 2009

SHL-competenties



Creëren en leren




A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Aansturen

Begeleiden






Presenteren




Analyseren

Onderzoeken


Leren



Kwaliteit leveren










KWALIFICATIE

Leiden en beslissen

x

x

x

APPLICATIEONTWIKKELAAR ONTWERPEN VAN APPLICATIES 1.


2.

Opleveren van een ontwerp van een applicatie

3.


x

x

4.

Inrichten van een ontwikkelomgeving

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x x

x

x

x

REALISEREN VAN APPLICATIES 1.

Aanleggen van een gegevensverzameling

2.

Realiseren van applicaties

x

3.

Testen van applicaties

x

x

x

x

x

x

x

x

x x

x

x

x

x

IMPLEMENTEREN VAN APPLICATIES 1.

Opstellen en presenteren van een implementatieplan

2.

Opstellen en uitvoeren van een acceptatietest

3.

Evalueren van een implementatie

x x

x

x x

x

x x

x

x

x

x

x

x

ONDERHOUDEN VAN APPLICATIES 1.

Onderhouden van applicaties

2.

Beheren van content

3.

Documenteren en archiveren van (gegevens m.b.t.) applicaties

x


x

x

x

x

x

26

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

ICT 2009

Leiden en beslissen

SHL-competenties


Creëren en leren




A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Aansturen

Begeleiden






Presenteren




Analyseren

Onderzoeken


Leren



Kwaliteit leveren










KWALIFICATIE


x

x

ICT-BEHEERDER ONTWIKKELEN VAN (ONDERDELEN VAN) INFORMATIESYSTEMEN 1.


x

2.


x

x

3.


x

x

4.

Realiseren van een testomgeving

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

IMPLEMENTEREN VAN (ONDERDELEN VAN) INFORMATIESYSTEMEN 1.

Opstellen van een implementatieplan

2.

Uitvoeren van een implementatieplan

3.

Ondersteuning bieden bij acceptatietests

4.


x

x

x

x

x x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x x

x

x

x

x

x

BEHEREN VAN (ONDERDELEN VAN) INFORMATIESYSTEMEN 1.


x

2.


x

x

x

x

3.

Behandelen en afhandelen van incidentmeldingen

x

x

x

x

4.

Opstellen en bewaken van procedures

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

OPZETTEN EN INRICHTEN VAN EEN SERVICEDESK 1.

Bedrijfsklaar maken van een servicedesk

2.

Aansturen van een servicedesk

3.

Opstellen van gebruikersinstructies

x x

x

x

x


x

x

x

27

x

x

x

x

x

ICT 2009

SHL-competenties



Creëren en leren




A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Aansturen

Begeleiden






Presenteren




Analyseren

Onderzoeken


Leren



Kwaliteit leveren










KWALIFICATIE

Leiden en beslissen

x

x

NETWERKBEHEERDER ONTWIKKELEN VAN (ONDERDELEN ) VAN INFORMATIESYSTEMEN 1.


2.


3.


4.


x x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

IMPLEMENTEREN VAN (ONDERDELEN VAN) INFORMATIESYSTEMEN 1.


x

2.


3.


x

4.


x

x

x

x

x

x x x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

BEHEREN VAN (ONDERDELEN VAN) INFORMATIESYSTEMEN 1.


2.


3.


4.



x x

x

x n.v.t.

x

x

28

x

ICT 2009

Leiden en beslissen

SHL-competenties


Creëren en leren




A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Aansturen

Begeleiden






Presenteren




Analyseren

Onderzoeken


Leren



Kwaliteit leveren










KWALIFICATIE


x

x x

x

PARTICULIER DIGITAAL ONDERZOEKER INVENTARISEREN VAN ONDERZOEKSBEHOEFTEN EN BESLUITEN TOT HET UITVOEREN VAN NIEUW ONDERZOEK 1.

Monitoren van informatiesystemen

2.

Bepalen van de onderzoeksbehoefte

3.

Vaststellen van de onderzoeksvraag

4.


x x

x x

x

x

x

x

x

x

x

INVENTARISEREN VAN DIGITALE SPOREN EN VEILIGSTELLEN VAN DIGITAAL ONDERZOEKSMATERIAAL 1.

Selecteren van relevante digitale sporen

x

2.

Veiligstellen van digitale sporen

x

x

x x

VERWERKEN EN UITVOEREN VAN ONDERZOEK OP ONDERZOEKSMATERIAAL 1.

Analyseren van veiliggestelde digitale sporen

2.

Raadplegen van relevante aanvullende bronnen

3.

Schrijven van een onderzoeksrapport

4.

Bespreken van een onderzoeksrapport met de opdrachtgever

x

x

x x

x

x x


x

29

x

x x

x

II

Bijlage Overzicht van de eisen voor Nederlands en Engels per kwalificatie Nederlands lezen

gesprek voeren

spreken

schrijven

luisteren

lezen

gesprek voeren

spreken

schrijven

Applicatieontwikkelaar ICT-Beheerder Medewerker Beheer ICT Medewerker ICT Netwerkbeheerder Particulier Digitaal Onderzoeker

Engels

luisteren

Cohort 2009

B2 B2 B2 B1 B2 B2

B2 B2 B2 B1 B2 B2

B2 B2 B1 B1 B2 B2

B2 B2 B1 B1 B2 B2

B2 B2 B1 B1 B2 B2

B1 B1 B1 A2 B1 B1

B1 B1 B1 A2 B1 B1

B1 B1 B1 A2 B1 B1

B1 B1 B1

B1 B1 B1 A2 B1 B1

7

B1 B1

Via de volgende link is per kwalificatie een taalprofiel op te zoeken: www.loketmboict.nl klik onder scholen op ict-kwalificaties.

7

Niet van toepassing bij Medewerker ICT.


30

III

Bijlage Overzicht van de eisen voor rekenen/wiskunde per kwalificatie Rekenen/Wiskunde

Cohort 2009

Applicatieontwikkelaar ICT-Beheerder Medewerker Beheer ICT Medewerker ICT Netwerkbeheerder Particulier Digitaal Onderzoeker

Getallen/hoeveelheden, maten

Ruimte en vorm

Gegevensverwerking, onzekerheid

Verbanden, veranderingen

Y1 Y1 Y1 X2 Y1 Y1

X2 X2 X2 X1 X2 X2

Y1 Y1 Y1 X2 Y1 Y1

X2 X2 X2 X1 X2 X2

Een toelichting op de gebruikte codes in deze tabel kan worden gevonden op: www.fi.uu.nl/mbo/raamwerkrekenenwiskunde


31

IV

Bijlage Overzicht projectenmatrices

Applicatieontwikkelaar (90020) Kerntaak 1: Ontwerpen van applicaties 1.


2.

Opleveren van een ontwerp van de applicatie

3.


4.

Inrichten van een ontwikkelomgeving

Uitgevoerde projecten inclusief niveau

Kerntaak 2: Realiseren van applicaties 1.

Aanleggen van een gegevensverzameling

2.

Realiseren van applicaties

3.

Testen van applicaties

Kerntaak 3: Implementeren van applicaties 1.

Opstellen en presenteren van een implementatieplan

2.

Opstellen en uitvoeren van een acceptatietest

3.


Kerntaak 4: Onderhouden van applicaties 1.

Onderhouden van applicaties

2.

Beheren van content

3.

Documenteren en archiveren van (gegevens en m.b.t.) applicaties


32

ICT-beheerder (93191) Kerntaak 1: Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen 1.


2.

Opleveren van ontwerp van (een onderdeel van) een informatiesysteem.

3.


4.



Kerntaak 2: Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen 1.

Opstellen van implementatieplan

2.


3.


4.


Kerntaak 3: Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen 1.


2.

Lokaliseren en helpen van (ver)storingen

3.


4.


Kerntaak 4: Opzetten en inrichten van een servicedesk 1.

Bedrijfsklaar maken van een servicedesk

2.

Aansturen van een servicedesk

3.

Opstellen van gebruikersinstructies


33

Medewerker Beheer ICT (90230) Kerntaak 1: Installeren van hard- en software 1.

Assembleren systemen

2.

Installeren en configureren van systemen

3.

Realiseren van de bekabelinginfrastructuur


Kerntaak 2: Onderhouden en Beheren van hard- en software 1.


2.


Kerntaak 3: Ondersteunen van systeemgebruikers 1.

Instrueren van gebruikers

2.



34

Medewerker ICT (90360) Kerntaak 1: Assembleren en demonteren van systemen 1.


2.

Demonteren van systemen

Uitgevoerde projecten

Kerntaak 2: Installeren en onderhouden van hard- en software 1.

Installeren van besturingssystemen en standaardapplicaties

2.

Aanleggen van bekabeling en bedrading

3.

Onderhouden van hard- en software

Kerntaak 3: Bieden van 1e lijnsondersteuning 1.

In behandeling nemen en afhandelen van incidentenmeldingen


35

Netwerkbeheerder (93192) Kerntaak 1: Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen 1.


2.

Opleveren van een ontwerp van (onderdeel van) een informatiesysteem.

3.


4.



Kerntaak 2: Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen 1.


2.


3.


4.


Kerntaak 3: Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen 1.


2.


3.



36

Particulier Digitaal Onderzoeker (92200) Kerntaak 1: Inventariseren van onderzoeksbehoeften en besluiten tot het uitvoeren van nieuw onderzoek 1.

Monitoren van informatiesystemen

2.

Bepalen van onderzoeksbehoefte

3.

Vaststellen van de onderzoeksvraag

4.



Kerntaak 2: Inventariseren van digitale en veiligstellen van digitaal onderzoeksmateriaal 1.

Selecteren van relevante digitale sporen

2.

Veiligstellen van digitale sporen

Kerntaak 3: Verwerken en uitvoeren van onderzoek op onderzoeksmateriaal 1.

Analyseren van veiliggestelde digitale sporen

2.

Raadplegen van relevante aanvullende bronnen

3.

Schrijven van een onderzoeksrapport

4.

Bespreken van een onderzoeksrapport met de opdrachtgever


37

V

Bijlage verdeling van begeleide uren over onderwijsactiviteiten en BPV

Medewerker ICT BOL Studiejaar e

1 studiejaar e 2 studiejaar Medewerker beheer ICT BOL Studiejaar

SBU’s onderwijs op school 885 744

SBU’s Beroepspraktijkvorming 378

SBU’s onderwijs op school

SBU’s Beroepspraktijkvorming e 1 studiejaar 885 e 2 studiejaar 571,5 360 e 3 studiejaar 378 744 Applicatieontwikkelaar, ICT-beheerder, Netwerkbeheerder en Particulier digitaal onderzoeker BOL Studiejaar SBU’s onderwijs op school SBU’s Beroepspraktijkvorming e 1 studiejaar 885 e 2 studiejaar 571,5 360 e 3 studiejaar 571,5 360 e 4 studiejaar 378 744 Medewerker ICT BBL Studiejaar SBU’s onderwijs op school SBU’s Beroepspraktijkvorming e 1 studiejaar 228 1280 e 2 studiejaar 228 1280 Medewerker beheer ICT BBL Studiejaar SBU’s onderwijs op school SBU’s Beroepspraktijkvorming e 1 studiejaar 228 1280 e 2 studiejaar 228 1280 e 3 studiejaar 228 1280 Applicatieontwikkelaar, ICT-beheerder, Netwerkbeheerder en Particulier digitaal onderzoeker BBL Studiejaar SBU’s onderwijs op school SBU’s Beroepspraktijkvorming e 1 studiejaar 228 1280e 2 studiejaar 228 1280 e 3 studiejaar 228 1280 e 4 studiejaar 228 1280


38


39

Studiewijzer ROC ID College ICT

Recommend Documents