Studiehandleiding Algemeen 2013-2014 Hofplein Rotterdam i.o.v. ROC Albeda College Branche: Lifestyle, Sport en Entertainment Vastgesteld: 1 oktober 2013 Opleiding: Crebonummer: Cohort: Kwalificatiedossier: L&B:
Artiest ( Drama en Musical) BOL, niveau 4 90032 / 90033 2013-2014 2013-2014 brondocument 2010
Opleiding: Crebonummer: Cohort: Kwalificatiedossier: L&B:
Podium- en Evenemententechnicus (Podium&Rigging, Licht, Geluid)BOL, niveau 4 22090 2013-2014 2013-2014 brondocument 2010
Opleiding: Crebonummer: Cohort: Kwalificatiedossier: L&B:
Mediavormgever ( Art & Design) BOL, niveau 4 90412 2013-2014 2010-2011 brondocument 2010
De MBO Theaterschool Pieter de Hoochweg 222 3024 BJ Rotterdam T: 010-2110050 (receptie) ziekmeldingen om 8:30 uur T: 010-2110056 (school administratie) E:
[email protected]
De MBO Theaterschool: Hofplein Rotterdam: Albeda College:
www.mbotheaterschool.nl www.hofpleinrotterdam.nl www.albeda.nl
Inhoudsopgave
Voorwoord
p2
Introductie - Studiehandleiding - ziekmeldingen, langdurig verzuim, verlof en ongeoorloofd verzuim
p3
1. Het beroep - Artiest - Podium- en evenemententechnicus - Theatervormgever (Art & Design)
p4
2. De opleiding 2.1 Beroepsgericht onderwijs 2.2 Nederlands en Engels 2.3 Rekenen 2.4 Loopbaan en Burgerschap 2.5 De beroepspraktijkvorming 2.5.1 Voorbereiding op de BPV 2.5.2 Begeleiding tijdens de BPV 2.5.3 Beoordeling van de BPV 2.5.4 Het vinden van een Erkende BPV – plaats 2.6 Kosten van de opleiding
p5 p5 p6 p6 p6 p8 p8 p8 p8 p8 p9
3. De begeleiding 3.1. Begeleiding van de student (algemeen) 3.2. Studieloopbaanbegeleiding / studievoortgang 3.2.1. welke begeleiding ontvangt de student 3.2.2. hoe wordt de student geïnformeerd over de studievoortgang 3.2.3. sancties en procedure bindend studieadvies (+ beroepsmogelijkheden) 3.3. Extra hulp en zorg binnen de school (Zat-teams)
p 10 p 10 p 10 p 10 p 10 p 12
4. De Examinering 4.1. Het examenplan 4.2. Examenorganisatie Branche Lifestyle, Sport en Bewegen en Theaterschool 4.2.1. Subexamencommissie / branche-examencommissie 4.2.2. Examenreglement 4.2.3. Klachten 4.3. Diplomering
p 14 p 14 p 15 p 15 p 16 p 16 p 16
5. Overige schoolregels
p 17
6. Klachtenprocedure
p 17
Bijlagen -
p 18 p 18 p 19 p 19
TOP-model Kwalificatiedossiers Studentreglement
1
Voorwoord 1 Beste student, Welkom bij het Albeda College. Je hebt gekozen voor een opleiding waarmee je van jouw talent je beroep kunt gaan maken. De opleiding die je volgt is onderdeel van de branche Lifestyle (Kappen, Schoonheidsverzorging & Mode), Sport (Sport- en Bewegingsleider/Begeleider/Coördinator) & Entertainment (Muziek, Dans & Theater). In de branche Lifestyle, Sport & Entertainment leiden we op vanuit de overtuiging dat sport-, cultuur- en lifestyle-uitingen een positieve bijdrage leveren aan de samenleving, doordat deze de eigenwaarde van mensen versterkt en voor verbinding zorgt. Het biedt mensen de mogelijkheid tot een positieve tijdsbesteding, een goede gezondheid en een goed gevoel. Je wordt dus opgeleid voor een beroep dat ten goede komt aan de kwaliteit van het leven van mensen. Dat klinkt mooi natuurlijk, maar je hebt ook voor je opleiding gekozen omdat je passie voor dit vak hebt, er graag heel goed of zelfs de beste in wilt worden en dat is een belangrijke voorwaarde voor succes. In de studiehandleiding vind je o.a. specifieke informatie over jouw opleiding, je BPV (stage), examens, begeleiding, zorg, verzuim en locatieregels. Het is belangrijk dat je deze informatie goed leest zodat je weet wat je te wachten staat, maar ook wat je van ons kunt verwachten. Op de website kan je het studentenbulletin en het studentenstatuut downloaden via http://www.albeda.nl/deelnemer/studentenbulletin.htm. Hierin staan aanvullende rechten en plichten die voor alle studenten van het Albeda College gelden. Als je vragen hebt kan je natuurlijk altijd bij je mentor of de hoofddocent van je opleiding terecht. Tot slot wens ik je veel plezier en succes toe met je studie.
Gaby Vink Directeur Lifestyle, Sport & Entertainment
Voorwoord 2 Beste student van De MBO Theaterschool, De studiehandleiding is een verplicht document dat je krijgt uitgereikt aan het begin van het schooljaar. In de studiehandleiding vind je informatie over de school, de Beroeps Praktijk Vorming (o.a. stages), de manier van beoordelen en het examenprogramma. Je krijgt er twee uitgereikt: een algemeen deel en studiegids die specifiek over de opleiding gaat die jij volgt: Artiest, Podium- en evenemententechnicus Podium & Rigging of Theatervormgeving (Art&Design). Ook krijg je jaarlijks een stagehandboek uitgereikt ter voorbereiding op je stage(s). Zit je in het vierde leerjaar, dan krijg je de examenhandleiding uitgereikt, zodat je weet wat er van je gevraagd wordt, wat de planning is en op welke punten je wordt beoordeeld. In de studiegidsen staat allerlei informatie over het lopende schooljaar van De MBO Theaterschool. Je kunt erin opzoeken wanneer je vakantie hebt, wanneer je bent ingedeeld om naar voorstellingen van je collega’s te gaan kijken en wie in welke klas zit. Er staan ook spelregels in rondom voorspeelavonden en de Openbare Overgangstoets (OOT), de Praktijktoetsen en de Slotvoorstellingen. Tot slot vind je een overzicht van belangrijke data, de docenten en de studenten van De MBO Theaterschool. Kortom: een heleboel handige en belangrijke informatie bij elkaar. Lees de studiegidsen dus goed! Er staan jaarlijks meerdere voorspeelavonden en schooldebatten op het programma. Daarnaast organiseren we jaarlijks Theatersalons voor de bovenbouw. We bezoeken gezamenlijk een aantal voorstellingen, en doen ons best je zo vaak mogelijk te attenderen op mooie producties die in Rotterdam spelen. Er worden door Het Productiehuis vele voorstellingen en presentaties geproduceerd. In januari is er een projectweek voor het eerste en tweede leerjaar, en in april een projectweek met het hele eerste leerjaar. Kortom: er staat je een geweldige en inspirerende tijd te wachten! Ik wens je een uitdagend schooltijd, waarin je mooie discussies meemaakt, veel prikkelende voorstellingen ziet en zelf merkt dat je grote stappen vooruit zet in je ontwikkeling. Veel plezier! Inge Kruithof Adjunct-directeur De MBO Theaterschool 2
Introductie Studiehandleiding De studiehandleiding is een verplicht document dat je krijgt uitgereikt aan het begin van vier jaar aan De MBO Theaterschool. In de studiehandleiding vind je informatie over de school, de Beroeps Praktijk Vorming (o.a. stages), de manier van beoordelen en het examen. In deze studiehandleiding staan de regels voor de beoordelingen van en de spelregels rondom voorspeelavonden, de Openbare Overgangstoets (OOT) en andere praktijktoetsen. Kortom: een heleboel handige en belangrijke informatie bij elkaar. Lees en bewaar de studiehandleiding dus goed! De studiehandleiding ontvang je bij aanvang van je opleiding aan De MBO Theaterschool. Daarnaast krijg je jaarlijks een studiegids die specifiek gaat over de opleiding die jij volgt: Artiest, Podium- en evenemententechnicus of Theatervormgeving (Art&Design). Hierin vind je onder andere de planning van het lopende schooljaar. In de gids staat allerlei informatie over het lopende schooljaar De MBO Theaterschool. Je kunt erin opzoeken wanneer je vakantie hebt, wanneer je bent ingedeeld om naar voorstellingen van je collega’s te gaan kijken en wie in welke klas zit. Tot slot vind je een overzicht van belangrijke data, de docenten en de studenten van De MBO Theaterschool. Jaarlijks krijg je een stagehandboek uitgereikt ter voorbereiding op je stage(s). Zit je in het vierde leerjaar, dan krijg je een aparte examenhandleiding uitgereikt, zodat je weet wat er van je gevraagd wordt, wat de planning is en op welke punten je wordt beoordeeld tijdens je examen.
Ziekmelding, langdurig verzuim, verlof en ongeoorloofd verzuim Ben je ziek? Dan meld je je iedere ziektedag telefonisch ziek via: 010-2110050 Ben je minderjarig? Dan moet je, als je weer beter bent, een briefje meenemen van je ouders. Ben je langdurig ziek, dan wordt je samen met je ouders uitgenodigd voor een gesprek. Het kan zijn dat je door langdurige afwezigheid zo achterloopt op de lesstof, dat je studievoortgang in gevaar komt. In voorkomende gevallen kan bij de DUO extra studiefinanciering worden aangevraagd wegens studievertraging door ziekte. Daarover kun je contact opnemen met de Schoolmaatschappelijk Werker. Je kunt bijzonder verlof aanvragen. Dit moet drie weken van tevoren schriftelijk of via de e-mail worden aangevraagd bij de Adjunct-directeur van De MBO Theaterschool. Als er sprake is van een begrafenis meld je dat direct bij de schooladministratie. Bij ongeoorloofd verzuim is de school verplicht om een aantal stappen te ondernemen. Bij ongeoorloofd verzuim van meer dan 5 uur neemt je mentor contact met je op. Na 8 uur wordt er automatisch een brief aan je gestuurd. Bij minderjarige studenten wordt de brief naar de ouders gestuurd. Bij 16 uur ongeoorloofd verzuim wordt een melding gedaan naar de leerplichtambtenaar (minderjarigen) of de DUO (meerderjarigen). Als het verzuim dermate hoog is dat het schooljaar niet meer succesvol kan worden afgemaakt, of langer duurt dan een maand, loop je kans dat je wordt uitgeschreven van de opleiding.
3
1 Het beroep De MBO Theaterschool leidt jou op tot artiest, podium- en evenemententechnicus of theatervormgever. In dit hoofdstuk vind je informatie wat de verschillende beroepen inhouden, welke kwaliteiten je hiervoor moet hebben en wat jouw beroepsperspectieven en doorgroeimogelijkheden zijn.
Artiest Als artiest ben je in staat het publiek te vermaken en te boeien door middel van drama, zang, dans of een combinatie daarvan. Als artiest ben je werkzaam op de culturele (amusement en entertainment) arbeidsmarkt. Je bent (freelance) werkzaam voor bedrijven die zich richten op deze markt, je werkt vanuit een eigen product of dienst en je verricht vaak allerhande nevenactiviteiten die meer of minder verwant zijn aan het artiestschap. Een artiest is uitvoerend actief op podia, van theaters tot buurthuizen, op straat en recreatieve bijeenkomsten. In voorkomende gevallen is de artiest ook werkzaam in studio’s. Je werkt in commerciële producties, maar evenzo goed in gesubsidieerde producties, variërend van grote tot kleine gezelschappen. Als acteur of musicalartiest geldt dat je beschikt over een groot aantal vaktechnische vaardigheden op het gebied van drama, muziek en dans of een combinatie daarvan, die je inzet, afhankelijk van de persoonlijke fysieke en creatieve mogelijkheden en persoonlijke stijl. Je schuwt daarbij het voldoen aan commerciële voorwaarden van de markt en opdrachtgevers niet. Een artiest is in staat zijn eigen werkterrein te onderhouden en organiseren. Je onderhoudt contacten, verwerft opdrachten, verzorgt workshops en podiumpresentaties en je voert een (financiële) administratie. Daarnaast ben je in staat voorstellingen en uitvoeringen voor te bereiden en neer te zetten. Dit houdt in dat je in staat bent een muziekstuk, choreografie of act te ontwikkelen. Dat je ideeën, concepten, scripts en choreografieën door middel van repetities kunt omzetten in voorstellingen. En dat je in staat bent voorstellingen uit te voeren en te evalueren. Na afronding van je opleiding tot artiest aan De MBO Theaterschool heb je goede doorstroommogelijkheden naar vervolgopleidingen in het HBO. Denk hierbij aan een opleiding aan een van de toneelscholen, een HBO musicalopleiding of een opleiding tot Theaterdocent of Docent Drama. Voor deze opleidingen dien je wel auditie te doen.
Podium- en evenemententechnicus Als podium- en evenemententechnicus verricht je (onder begeleiding) alle voorkomende logistieke, technische en ondersteunende werkzaamheden die van belang zijn bij de voorbereiding, op- en afbouw en uitvoering van een productie. Je beschikt over kennis en vaardigheden op het gebied van elektrotechniek, licht- en geluidsapparatuur en bouw en constructieleer. Ook tijdens een productie verleen je ondersteuning om alles optimaal te laten verlopen. Een medewerker binnen de podium- en evenemententechniek is werkzaam binnen de creatieve industrie bij een groot scala aan organisaties: theaters, schouwburgen, reizende gezelschappen, evenementen, festivals, poppodia, verhuurbedrijven van apparatuur of gespecialiseerde uitzendbureaus. Als medewerker binnen de podium- en evenemententechniek moet je je kunnen bewegen en begeven binnen de diverse disciplines van de theatertechniek of het evenementencircuit. Dit vereist goede sociale en communicatieve vaardigheden, sterke betrokkenheid en affiniteit met het eindproduct. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden dien je je aan te kunnen passen aan wisselende omstandigheden: onregelmatige werktijden, werkdruk, samenwerking, veilig en milieubewust werken en fysieke belasting zijn van belang. Een podium- en evenemententechnicus is in staat een productie te organiseren. Dit houdt in dat je opdrachten verwerft, adviseert over technische mogelijkheden, een plan ontwikkelt voor de productie, crewleden aanstuurt en (financieel) administratieve zaken regelt. Daarnaast ben je in staat een productie technisch voor te bereiden. Hieronder valt het verzamelen en gebruiksklaar maken van benodigd apparatuur, repeteren van techniek bij voorstellingen, vervoeren van materialen naar de plek van opbouw en het plaatsen, inhangen en aansluiten van licht-, beeld- en geluidsapparatuur. Tot slot is een medewerker in de podium- en evenemententechniek in staat een productie te realiseren. Dit is het bedienen van licht-, beeldfn/of geluidsapparatuur, het realiseren van changementen, het bedienen hef- of hijsinstallaties en het afhandelen van verstoringen. Na afronding van je opleiding tot podium- en evenemententechnicus aan De MBO Theaterschool heb je goede doorstroommogelijkheden naar een vervolgopleiding in het HBO. Denk hierbij aan de opleiding Techniek & Theater aan De Theaterschool Amsterdam, Audiodesign aan de HKU of Audiovisueel Ontwerpen aan De Willem de Koning Academie.
4
Theatervormgever (Art & Design) Als theatervormgever ontwerp en realiseer je diverse uitingen rondom theatervoorstellingen. Dit zijn zowel fysieke uitingen als decors, kostuums, grime en tentoonstellingen maar ook grafische uitingen als posters, multimedia-uitingen, computeranimaties en videopresentaties. Een theatervormgever is creatief, nieuwsgierig, eigenzinnig, werkt vanuit een eigen visie en heeft verbeeldingskracht. Als theatervormgever werf je vaak zelf klanten en bouw je aan klantrelaties. Goed luisteren naar de klant is essentieel. Enthousiasme uitstralen, overtuigingskracht hebben en visie verwoorden spelen een cruciale rol bij het overbrengen van jouw eigen kunstzinnige oplossingen en ideeën over de vormgeving aan de klant. Een theatervormgever moet ervoor zorgen dat de boodschap op een onderscheidende manier wordt vormgegeven waarbij hij ethisch en esthetisch handelt. Hij zorgt ervoor dat hij goed op de hoogte is van nieuwe trends en ontwikkelingen en kan deze vertalen in een product. Bij het realiseren van het product zul je tijd, kwaliteit en kosten met elkaar in evenwicht moeten brengen. Voor het adviseren, het presenteren van het werk en het onderhouden van een goed klantcontact is het belangrijk dat een theatervormgever sociaal vaardig is en goed kan communiceren. De theatervormgever werkt in het algemeen als zelfstandig ondernemer of in een open netwerkstructuur. Een klein deel werkt in dienstverband. Een theatervormgever kan werken bij een groot aantal verschillende bedrijven in de theaterwereld. Vaak zijn dat decorateliers, kostuumateliers, grote en kleine theaterproductiebedrijven. Maar we vinden ze ook bij multimediabedrijven, audiovisuele bedrijven, televisie- en filmbedrijven en steeds vaker in musea. Een theatervormgever werkt vaak in een team waarin ook anderen op technisch en/of organisatorisch gebied aan hetzelfde product meewerken Een theatervormgever is in staat een uiting te ontwerpen. Dit houdt in dat je een opdracht beoordeelt en bespreekt met de opdrachtgever, je een plan van aanpak opstelt en een concept ontwikkelt, ontwerpt en presenteert aan de opdrachtgever. Daarnaast ben je als theatervormgever in staat een uiting te realiseren. Hieronder vallen taken als voorbereiding, uitbesteding aan derden begeleiden, het maken en opleveren van de uiting en een archief bijhouden. Tot slot is een theatervormgever in staat ondernemerstaken uit te voeren. Je kunt een plan van aanpak maken om een eigen bedrijf op te starten, je doet promotie van je werk en regelt je (financiële) administratieve zaken. Na afronding van je opleiding tot theatervormgever (Art & Design) aan De MBO Theaterschool heb je goede doorstroommogelijkheden naar het HBO. Verwante HBO-opleidingen zijn bijvoorbeeld de Academie voor Kunst en Techniek, de Academie voor Beeldende Kunsten, Theatredesign aan de HKU, Scenografie aan de AHK en de Lerarenopleiding tekenen en handvaardigheid.
2. De opleiding 2.1 Beroepsgericht onderwijs (leerweg BOL) De MBO Theaterschool is een samenwerking tussen het Albeda College en Hofplein Rotterdam. Dat wil zeggen dat de opleidingen midden in een theaterbedrijf zijn ondergebracht en gebruik kunnen maken van alles wat dat bedrijf te bieden heeft: vier professioneel ingerichte theaters. Het bedrijf beschikt over productiefaciliteiten als een theatertechnische dienst, een kostuumatelier, een decoratelier, een grimeatelier, een productie- en een communicatieafdeling. Hierdoor word je vanaf de eerste dag geconfronteerd met de praktijk van het kunstbedrijf. Je maakt iedere dag de snelheid, de werkdruk, de vele dingen tegelijk, de veranderingen op korte termijn, de afwijkende arbeidstijden, de prestatiedrang, de mislukkingen en de successen in het werkveld mee. In De MBO Theaterschool zijn drie opleidingen rondom Het Productiehuis georganiseerd. Die samenwerking is een afspiegeling van de praktijk in de theaterwereld. Lessen, repetities, voorstellingen, audities, tournee: ze vormen één geheel, net als de samenwerking tussen acteurs, vormgevers en technici. Je werkt met je leerjaar gezamenlijk aan dezelfde producten: presentaties, voorstellingen, films, workshops etc. Het productiehuis is daarmee een afspiegeling van de beroepspraktijk. Het Productiehuis krijgt opdrachten uit het bedrijfsleven en instellingen en voert die met de studenten uit binnen en buiten de school. Docenten zijn daarin de begeleiders. Het Productiehuis geeft je mogelijkheden die je in de gewone Beroepspraktijkvorming (BPV) zelden kunt opdoen. Hier kun je bijvoorbeeld verantwoordelijk zijn voor het zelfstandig maken en uitvoeren van een lichtontwerp, of een hoofdrol spelen, of het decor- en kostuumontwerp maken in een professionele productie. Omdat Het Productiehuis producten aflevert aan bedrijfsleven en instellingen geldt een professionele kwaliteitseis. Het enige wat met opdrachtgevers afgesproken wordt is dat de tijdsdruk niet te hoog is zodat je niet alleen wordt aangesproken op output, maar dat er ook tijd is voor jouw leerproces. In de lessen die je volgt word je voorbereid op het werk en evalueer je met je vakdocenten je functioneren.
5
De MBO Theaterschool is een opleiding volgens de beroepsopleidende leerweg (BOL). Een opleiding volgens deze leerweg betekent dat je dagelijks naar school gaat. Je doet praktijkervaring op door stages bij erkende leerbedrijven. Deze stages worden beroepspraktijkvorming genoemd (BPV). Tenminste 20% van je opleiding bestaat uit beroepspraktijkvorming.
2.2. Taalonderwijs Nederlands en Engels Op De MBO Theaterschool krijgen alle studenten les in de talen Nederlands en Engels. Je wordt getraind in de volgende taalvaardigheden: Spreken, Gesprekken voeren, Schrijven, Luisteren en Lezen. De vaardigheden Luisteren en Lezen worden afgetoetst met een Centraal Onderwijs Examen. Je doet dit examen in je derde leerjaar. Behaal je het examen niet, dan krijg je herkansingen in het examenjaar. De vaardigheden Spreken, Gesprekken voeren en Schrijven worden door De MBO Theaterschool getoetst in de praktijk. De Engelse taal wordt getoetst door middel van een theatertournee naar Engeland. De resultaten voor de Nederlands en Engels tellen mee voor het diploma.
2.3 Rekenenvaardigheid Op De MBO Theaterschool krijgen alle studenten les in Rekenvaardigheid. De rekenvaardigheden worden afgetoetst met een Centraal Onderwijs Examen. Je doet dit examen in je derde leerjaar. Behaal je het examen niet, dan krijg je herkansingen in het examenjaar. Het resultaat voor rekenvaardigheid telt mee voor het diploma. Om je diploma te behalen moet je voor twee van de drie vakken Nederlands, Engels en Rekenvaardigheid minimaal een 6 behalen. Voor een van de vakken mag je een 5 behalen.
2.4 Loopbaan en Burgerschap Onderdeel van iedere mbo opleiding op niveau 4 zijn vaardigheden op het gebied van loopbaan en burgerschap. Op De MBO Theaterschool komen deze vaardigheden aan de orde bij het vak Teamwork, tijdens stages en praktijkopdrachten, bij schooldebatten en de theatersalons, tijdens bijzondere workshops en tijdens de Proeven van Bekwaamheid. Je doet geen apart examen op het gebied van L&B. Deze vaardigheden zijn onderdeel van de gehele opleiding. De kwalificatie-eisen van Loopbaan en Burgerschap zijn: 1: Loopbaan Je stuurt je eigen loopbaan • Je volgt de lessen Teamwork • Je leert bij de vakken Nederlands en Engels sollicitatiebrieven schrijven en solliciteren • Je oriënteert je voorafgaand aan de BPV op het werkveld en je toekomst na deze school • Je volgt de Theatersalons • Je bezoekt voorstellingen van diverse theatermakers 2: Burgerschap 2.1 De politiek juridische • Je doet mee aan de schooldebatten dimensie • Je oriënteert je bij het vak Nederlands op arbeidsrechtelijke zaken 2.2 De economische • Je leert projectmatig werken dimensie • Je leert een begroting op te stellen • Je leert binnen een begroting te werken 2.3 De sociaal• Je volgt de lessen Teamwork maatschappelijke dimensie • Je doet mee aan de BPV bij Het Productiehuis 2.4 De dimensie vitaal • Je volgt de lessen Teamwork burgerschap • Je volgt de Theatersalons • Je volgt een aantal workshops over gezonde voeding, drugsgebruik etc.
6
Schooldebat Omdat je een MBO opleiding op niveau 4 volgt moet je je breed maatschappelijk oriënteren, en dus verder kijken dan alleen naar je eigen toekomstige beroep. Drie keer per jaar wordt daarom een schooldebat georganiseerd. Samen met alle studenten van De MBO Theaterschool debatteer je over de meest verschillende onderwerpen. De schooldebatten worden voorbereid bij de lessen Nederlands. Samen met je leerjaar bereid je één schooldebat inhoudelijk voor. Je bent verplicht 3 keer per jaar de inleiding én het schooldebat te volgen en hier actief aan deel te nemen. Je krijgt een cijfer voor het schooldebat, dat dubbel meetelt voor het vak Nederlands bij het overgangsrapport. Inleiding schooldebat Ieder debat wordt gehouden rond een thema. Hier kun je zelf ook onderwerpen voor bedenken! Tijdens de inleiding vertelt een (externe) spreker iets over zijn of haar mening over het thema. De inleiding wordt gehouden na de lessen, van 16:30 tot uiterlijk 17:45, en vindt plaats in de Shakespearezaal of Theater 222. Van tevoren krijg je bericht over de tijd, plaats en het thema van het debat. Thema’s die aan bod zijn gekomen zijn bijvoorbeeld: gezondheid, ondernemerschap, verkiezingen en criminaliteit. Studenten die vanwege stage niet kunnen komen moeten zich van tevoren afmelden! Je krijgt dan een vervangende opdracht. Het debat Het debat is na de lessen, meestal van 16:35 tot uiterlijk 17:45, en vindt plaats in de Shakespearezaal of Theater 222. Studenten die vanwege stage niet kunnen komen moeten zich van tevoren afmelden! Per debat lever je stellingen in bij de docent Nederlands. De stellingen worden door de docent beoordeeld. De beste drie stellingen worden gebruikt bij het echte schooldebat. De stellingen worden besproken tijdens de lessen Nederlands. Je gaat op zoek naar achtergrondinformatie zodat je veel weet over het onderwerp en je goed de mening van de voor en de tegenstanders kunt vertegenwoordigen. Van elk leerjaar (klas A én B) zullen mensen hun standpunt moeten bepalen: voor of tegen. Vervolgens wordt uit deze groep mensen een woordvoerderpanel van tenminste 5 personen gevormd. De andere studenten zijn de achterban. De studenten uit een leerjaar debatteren dus feitelijk met elkaar. De studenten van de overige leerjaren zijn natuurlijk aanwezig en krijgen als toehoorders ook ruimte om hun mening te laten horen. De debatleider opent het debat met de eerste stelling. Voor- en tegenstanders nemen tegenover elkaar plaats op de banken. De debatleider kan zelf ook studenten aanwijzen om te debatteren. Studenten die iets willen zeggen steken hun hand op. De debatleider wijst aan wie er aan het woord is en let op of het argument nog betrekking heeft op de stelling, of hetzelfde argument niet steeds herhaald wordt, of de betogen niet te langdradig worden etc. Per stelling wordt ongeveer 15 minuten gedebatteerd. Cijfers schooldebat Je krijgt een cijfer voor je aanwezigheid én voor je actieve inzet bij het schooldebat. Aanwezigheid per debat: 1.5 punt (Totaal 6 punten te verdienen: 4 x 1.5 = 6) Actief debatteren of actieve luisterhouding: 1 punt per debat Het debatcijfer komt op het overgangsrapport en telt in totaal 2 keer mee. Culturele Oriëntatie en voorstellingsbezoek Interesse in kunst en cultuur (en op onze school met name in theaterkunst) is een belangrijke voorwaarde om in de culturele sector aan de slag te komen en aan de slag te blijven. Een bezoek aan collega’s kan je enorm inspireren en op den duur kun je door het bezoeken van voorstellingen, evenementen etc. ook een heel netwerk opbouwen. Wie weet heb je al veel voorstellingen bezocht, ga je iedere week naar een ander museum of ga je vaak naar de film. In dat geval vragen we je om dit vooral te blijven doen! Er zijn ook mensen op onze school voor wie dat nog niet zo vanzelfsprekend is. Je bent daarom verplicht om per jaar minimaal 15 culturele activiteiten te bezoeken. Om je te helpen krijg je met je studentenpas van De MBO Theaterschool grote kortingen op voorstellingen. Soms organiseren we vanuit de school excursies of voorstellingsbezoeken die ook meetellen. De voorstellingen van Het Productiehuis wil je natuurlijk sowieso zien, omdat hieraan je klas-, jaar-, of schoolgenoten mee hebben gewerkt. Deze voorstellingen bezoek je onder of na schooltijd. In de indeling op de volgende pagina kun je zien wanneer je bent ingedeeld om de voorstellingen te bekijken.
7
2.5 De beroepspraktijkvorming (BPV) Beroepspraktijkvorming, is een ander woord voor alle stages die je in opleidingstijd volgt. Naast de praktijkervaring in Het Productiehuis doe je ook ervaring op in andere leerbedrijven en bij projecten. De culturele wereld kent een aantal grote bedrijven, maar veel activiteiten bestaan uit kortlopende en incidentele projecten. Juist de laatste zijn voor jou belangrijk, omdat verwacht mag worden dat jij juist in dát arbeidsveld je toekomst zult zoeken. Om de kwaliteit van de BPV te garanderen werken wij alleen samen met erkende stageplaatsen. Voorafgaand aan je stageperiode krijg je een uitgebreid stagehandboek waarin je alles kunt lezen over: • De inhoud van je stage: wat moet je leren (de te behalen vaardigheden), hoe word je beoordeeld en wat moet er in je stageverslag komen te staan. • Planning stage: inhoud van het kennismakingsgesprek, evaluatiegesprek en eindgesprek. • Opdrachten die je kunnen helpen bij het maken van je stageverslag. • Werkplan: waar begin je en wat wil je bereiken in je stage. • Beoordelingsformulier: een voorbeeld van het formulier waarmee je stage wordt beoordeeld. • Beschrijving beroep: beschrijving van de kerntaken en bijbehorende werkprocessen die bij jouw opleiding horen. De BPV is op De MBO Theaterschool op twee manieren vormgegeven. 1. De diverse stages binnen de opleidingen van De MBO Theaterschool bij het interne leerbedrijf Het Productiehuis. Binnen Het Productiehuis worden zelfstandig projecten en producties gemaakt door studenten. Denk hierbij aan een musical, een tourneevoorstelling etc. 2. De stages bij externe leerbedrijven. Denk hierbij aan een stage bij De Rotterdamse Schouwburg, Theatergroep Maas of bij Vorm & Decor. Omdat in de theaterwereld veel producties op projectbasis worden georganiseerd, doen we dat op school ook. Dit kan betekenen dat de BPV soms in korte en soms in langere periodes plaatsvindt. Daarbij is het verrichten van stagewerkzaamheden in avonduren, weekenden en vakanties normaal in het theater. In de BPV komen tijdens de opleidingsduur van vier jaar alle vaardigheden die je voor je beroep nodig zult hebben aan de orde. De rechten en plichten van de onderwijsinstelling, het leerbedrijf, de studenten het kenniscentrum voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven zijn vastgelegd in de BPV- overeenkomst (stagecontract). 2.5.1 Voorbereiding op de BPV De stagecoördinator komt vanaf leerjaar 1 regelmatig in de les om je voor te bereiden op stages. Aan het einde van het eerste leerjaar overleg je met de stagecoördinator over het soort stage dat je wilt gaan lopen. Je schrijft een sollicitatiebrief en bespreekt deze eerst met de stagecoördinator. Vervolgens ga je met de stagecoördinator op sollicitatiegesprek. Je krijgt na afloop van het gesprek feedback op hoe je het hebt gedaan. In het derde en vierde leerjaar ga je zelfstandig op sollicitatiegesprek. 2.5.2 Begeleiding tijdens de BPV Halverwege de stage vindt een tussenevaluatie plaats. Je bespreekt, samen met de stagecoördinator en de praktijkopleider de leuke én de lastige punten waar je tegen aan loopt in de stage. Naar aanleiding van het gesprek stel je verbeterpunten op. 2.5.3 Boordeling van de BPV De stage telt mee voor je praktijkcijfer bij het overgangsrapport. De beoordeling bestaat uit twee cijfers, namelijk een cijfer voor de professionele vaardigheden en een cijfer voor de beroepsvaardigheden. Dit cijfer wordt gebaseerd op het beoordelingsformulier dat tijdens de eindevaluatie wordt ingevuld. In je stagehandboek vind je uitgebreide informatie over waarop je wordt beoordeeld en door wie. In je stagehandboek is ook een voorbeeld van het beoordelingsformulier opgenomen. 2.5.4 Het vinden van een erkende BPV – plaats In het eerste en tweede jaar doen de acteurs auditie op productiebijeenkomsten. Daar wordt bepaald of en in welke productie van Hofplein Rotterdam je gaat spelen. Technici en Vormgevers krijgen een stageplaats toegewezen. In het derde en vierde jaar mogen technici en vormgevers tot de herfstvakantie zelf een verzoek doen voor een stageplaats. De acteurs beslissen na een loopbaangesprek met de hoofddocent wat de producties zijn waaraan ze mee gaan doen. Externe bedrijven moeten aan een aantal eisen voldoen om te worden goedgekeurd als leerbedrijf. Leg daarom ideeën altijd voor aan de stagecoördinator! Heb je voor de herfstvakantie geen verzoek ingediend dan krijg je door de stagecoördinator een plaats toegewezen. 8
2.6 Kosten van de opleiding Het algemene lesgeld dat je moet betalen voor het volgen van een MBO opleiding op niveau 4 wordt vastgesteld door het Ministerie van OC&W. Iedere student, ouder dan 18 jaar, moet dit betalen. Voor studiejaar 2013-2014 is het bedrag dat je moet betalen vastgesteld op € 1.090,-. De MBO Theaterschool vraagt ieder jaar een bijdrage in de schoolkosten van € 600,-. De school is verplicht om jaarlijks een verantwoording te geven over hoe deze bijdrage is gebruikt. Aan het einde van ieder schooljaar maken we de balans op en bekijken we of de bijdrage de kosten nog dekt. De schoolkosten staan los van het verplichte lesgeld dat je betaalt aan de DUO. De schoolkosten bestaan uit drie onderdelen: 1. de bijdrage voor readers, boeken en lesmaterialen e e 2. de bijdrage voor de buitenlandse excursies (3 leerjaar Berlijn en 4 leerjaar Bristol) 3. de niet wettelijk verplichte bijdrage Met deze bijdragen bekostigt De MBO Theaterschool de materialen en faciliteiten. De bijdragen voor readers, boeken, lesmaterialen en buitenlandse excursies zijn noodzakelijk voor het volgen van de opleiding. De niet -wettelijk verplichte bijdrage betreft een aantal aan studenten ter beschikking gestelde faciliteiten: • een tegoed voor kopiëren en printen op de school • voorstellingsbezoek • eten bij voorspeelavonden, premières en OOTs • studiogebruik buiten lestijd • computer- en internetgebruik buiten lestijd • gebruik van bibliotheek buiten lestijd • gebruik van de schatkamer (kostuums en rekwisieten) e
e
De MBO Theaterschool factureert jaarlijks gemiddelde bijdragen om te voorkomen dat er in het 3 en 4 leerjaar door de buitenlandse excursies grote fluctuaties ontstaan in de schoolkosten. Het bedrag wordt alleen aangepast aan kostenstijgingen. Indien er een wijziging in het curriculum optreedt die van invloed is op deze bijdragen, zullen wij je daarover informeren. De volgende bijdragen worden jaarlijks gefactureerd: Artiest (drama & musical) € Readers, boeken, lesmateriaal 263 Berlijn en Bristolreis 170 Niet wettelijk verplichte bijdrage 167 Totaal 600 Podium- en Evenemententechnicus Readers, boeken, lesmateriaal Berlijn en Bristolreis Niet wettelijk verplichte bijdrage Totaal
€ 235 170 165 570
Mediavormgever B. (art & design) Readers, boeken, lesmateriaal Berlijn en Bristolreis Niet wettelijk verplichte bijdrage Totaal
€ 267 170 163 600
Wanneer je tussentijds stopt met de opleiding aan De MBO Theaterschool, wordt de bijdrage voor readers, boeken en lesmaterialen niet verrekend. De bijdrage voor de buitenlandse excursies wordt wel verrekend. Dat wil zeggen, het deel dat je gespaard en nog niet gebruikt hebt krijg je terug. De niet wettelijk verplichte bijdrage van dat jaar wordt naar rato van het aantal genoten maanden verrekend, uitgaande van 10 maanden per schooljaar en 10% aan administratielasten. Ga je bijvoorbeeld in april van school af dan betaal je 8 maanden (september tot en met april) en krijg je 2 maanden terug (mei en juni). Als je blijft zitten, wordt de bijdrage van de buitenlandse excursies verrekend, en hoef je niet te betalen voor boeken die je al in je bezit hebt. Voor vragen over de bijdrage in de schoolkosten of over een betalingsregeling kun je contact opnemen met Mevrouw T. van Veelen: 010-2435055,
[email protected] of Mevrouw I. Bartulovic-Kezic: 010-2435055,
[email protected] 9
3. De begeleiding 3.1 Begeleiding van de student (algemeen) Gedurende je schooltijd heb je ieder jaar een mentor. Met je mentor heb je een aantal groepsgesprekken en een of meerdere mentorgesprekken. In het eerste en tweede leerjaar begeleid je mentor je voornamelijk op het persoonlijke vlak. Vanaf je derde leerjaar staat het mentoraat in het teken van de loopbaan begeleiding. Als je te kampen hebt met een groot probleem, dan verwijst de mentor je door naar het schoolmaatschappelijk werk. Een keer per week is een schoolmaatschappelijk werker aanwezig op onze locatie. Naast het mentoraat wordt enkele malen per jaar klassikaal het onderwijsaanbod geëvalueerd met een groepsgesprek. Dit wordt geleid door de hoofddocent van je opleiding. Vaak is hierbij de docent teamwork aanwezig, of andere hoofdvakdocenten.
3.2 Studieloopbaanbegeleiding/studievoortgang 3.2.1. Begeleiding studenten Vanaf het eerste en tweede leerjaar ben je bezig je voor te bereiden op jouw toekomstige beroep. In het eerste leerjaar ontdek je wat dat beroep precies inhoudt. Het kan zijn dat je daardoor gaat twijfelen aan de opleiding. In dat geval kun je contact opnemen met je mentor, of direct met het Trajectbureau van het Albeda College. 3.2.2. Rapporten Drie keer per jaar ontvang je een rapport. Voor de kerstvakantie en na de meivakantie wordt een rapport uitgereikt met hierop een overzicht van de tot dan toe behaalde cijfers en een evaluatie per vak, geschreven door je vakdocenten. Na de laatste praktijktoetsen in mei en juni volgt het overgangsrapport. Overgangsregeling Om bevorderd te kunnen worden naar een volgend leerjaar moet je aan een aantal eisen voldoen (zie paragraaf Beoordeling en weging). Wanneer je niet aan deze eisen voldoet kun je blijven zitten. Je kunt ook een negatief bindend studieadvies krijgen (zie paragraaf Bindend studieadvies). Beoordeling en weging Ieder rapport bestaat uit drie onderdelen: Algemene vakken; Hoofdvakken; Praktijktoetsen. Bij ieder vak of onderdeel word je ook beoordeeld op professioneel gedrag. Algemene vakken De algemene vakken zijn voor iedereen gelijk in het eerste, tweede en derde leerjaar. Bij het vak Theateroriëntatie behoren in het derde leerjaar ook de Theatersalons. De vakken Nederlands en Rekenvaardigheid en Engels worden in het derde leerjaar (voor een deel) afgesloten door middel van centrale landelijke examens. Als voldoende geldt minimaal een 5,5. Voor één van de algemene vakken mag je aan het einde van het schooljaar gemiddeld een onvoldoende staan, minimaal een 4. Bij een gemiddelde lager dan een 4 kun je op dit algemene vak blijven zitten.
10
Hoofdvakken De hoofdvakken zijn de vakken die direct te maken hebben met het beroep dat je later wilt doen. Daarom stellen we de eis dat je voor deze vakken gemiddeld minimaal een 6 behaald op je overgangsrapport. Dit geldt per vak. Hoofdvakken Artiest: Hoofdvakken Podium- en Evenemententechniek: Hoofdvakken Theatervormgeving:
spel, theater maken, zang, dans decortechniek, geluid, licht, podiumtechniek, wis- en natuurkunde, videotechniek ontwerpen, portfolio, grime, tekenen/schilderen, kostuum, decortechniek
Praktijktoetsen Het is belangrijk dat je je vanaf het eerste leerjaar ontwikkelt als vakman- of – vrouw in de theaterpraktijk. Daarom doe je ieder leerjaar een aantal praktijktoetsen. Leerjaar 1 Praktijktoetsen Acteurs: Stage, weging 1x OOT, weging 2x Praktijktoetsen Podium- en evenemententechnici: Snuffelstage, weging 1x Voorspeelavond draaien, weging 2x OOT, weging 4x Praktijktoetsen Theatervormgevers: Snuffelstage, weging 1x Tentoonstelling april, weging 2x OOT, weging 3x Leerjaar 2 Praktijktoetsen Acteurs:
Stage, weging 2x Stage lesgeven, weging 1x Regieproject Toneelacademie Maastricht, weging 2x Eindpresentatie zang/dans 1x Praktijktoetsen Podium- en evenemententechnici: Stage, weging 2x Voorspeelavond draaien, weging 1x Regieproject Toneelacademie Maastricht, weging 2x Praktijktoetsen Theatervormgevers: Stage, weging 1x Voorspeelavond/tentoonstelling april, weging 1x Regieproject Toneelacademie Maastricht, weging 1x Leerjaar 3 Praktijktoetsen Acteurs:
Modules, weging 1x Projecten (waaronder Lesgeven), weging 2x Theatersolo, weging 2x Slotvoorstelling 3x Praktijktoetsen Podium- en evenemententechnici: Voorspeelavond draaien, weging 1x Stage Productiehuis, weging 1x Stage, weging 2x Slotvoorstelling, weging 2x Praktijktoetsen Theatervormgevers: Voorspeelavond draaien, weging 1x Tentoonstelling november, weging 1x Stage Productiehuis, weging 2x Stage, weging 2x Slotvoorstelling, weging 3x
11
Schematisch overzicht: Algemene vakken Nederlands Prof. gedrag Engels Prof. gedrag Rekenvaardigheid Prof. gedrag Teamwork Prof. gedrag Theateroriëntatie Prof. gedrag / theatersalon Hoofdvakken 1 Prof. gedrag 2 Prof. gedrag 3 Prof. gedrag 4 Prof. gedrag Praktijktoetsen A Prof. gedrag B Prof. gedrag C Prof. gedrag D Prof. gedrag
Toelichting Algemene vakken minimaal een 5,5 voor een voldoende Maximaal 1 onvoldoende (niet lager dan een 4) mag worden gecompenseerd
Toelichting Lescijfer hoofdvakken minimaal 6,0 voor een voldoende Bij een beoordeling voor een hoofdvak lager dan een 6 kan de student niet door, tenzij de docentenvergadering anders beslist Toelichting Praktijk toetsen minimaal 6,0 voor een voldoende Praktijk toetsen gemiddeld minimaal 6,0 aan het einde van het schooljaar Bij een beoordeling lager dan een 6 kan de student niet door, tenzij de docentenvergadering anders beslist
De Openbare Overgangs Toets (OOT) en Praktijktoetsen Aan het einde van ieder leerjaar vinden praktijktoetsen plaats waarmee de voortgang van iedere student wordt afgetoetst. De praktijktoetsen aan het einde van ieder leerjaar tellen mee bij je overgangscijfer voor de praktijktoetsen die je ieder leerjaar doet. De praktijktoetsen worden door het gehele docententeam beoordeeld. Het eerste leerjaar doet de Openbare Overgangstoets (OOT), en alle eerstejaars sluiten hiermee de derde periode van het eerste studiejaar af. Het tweede leerjaar werkt in de laatste periode van het schooljaar samen met studenten van de regieopleiding van de Toneelacademie Maastricht en sluit daarmee het tweede leerjaar af. Het derde leerjaar wordt opgedeeld in twee theatergezelschappen, die elk een slotvoorstelling maken. Het ene gezelschap maakt een muziektheatervoorstelling. Het andere gezelschap maakt een fysieke theatervoorstelling. Met jouw leerjaar start je de laatste periode gezamenlijk op. Het moment is in de planning opgenomen. Van je docenten krijg je op papier de opdrachten uitgereikt, en er wordt een toelichting op gegeven. De productieleider van Het Productiehuis stelt de gezamenlijke afspraken voor het gehele leerjaar vast. Er is gelegenheid om vragen te stellen, de taken te verdelen en de eerste afspraken te maken. Ieder leerjaar krijgt voor zijn praktijktoets de beschikking over een aantal ruimtes en theaterzalen in de theaterschool. Er wordt tijd ingeruimd voor opbouw (door techniek en vormgeving), voor montage en een generale repetitie. De beoordeling van praktijktoetsen telt mee voor de overgang naar het volgende leerjaar. In de studiegids van jouw opleiding lees je meer over de spelregels rondom het OOT, de Praktijktoetsen en de Slotvoorstellingen. Vrijstellingen Het is niet mogelijk om binnen één lesjaar vrijstellingen te krijgen voor een specifiek vak, zoals Nederlands, Engels of Rekenvaardigheid. In sommige gevallen is het mogelijk om een deel van het lesprogramma over te slaan, bij aangetoonde kwaliteiten op de hoofdvakken. Dit is een beslissing van de schoolleiding, in overleg met de hoofddocent van de opleiding. 3.2.3 Bindend studieadvies In schooljaar 2006-2007 werd het bindend studieadvies ingevoerd in het eerste en tweede leerjaar, volgens het protocol bindend studieadvies van het Albeda College. Dit betekent dat we uiteindelijk de onderwijsovereenkomst met jou kunnen opzeggen en dat je de opleiding moet verlaten. Dit is iets anders dan je laten zitten! De redenen hiervoor zijn inhoudelijk en praktisch van aard. Het theatervak is hard en het is goed om te weten of en zo ja, welke kansen je maakt als beginnend beroepsbeoefenaar. Je kunt een hele goede auditie hebben gedaan, maar eerder het plafond van jouw kunnen hebben bereikt dan we hadden voorzien. Met het 12
oog op de toekomstige beroepspraktijk vinden we het belangrijk je eerlijk advies te geven over de kans die je maakt om naar een vervolgopleiding door te kunnen stromen of werk te vinden. Daarnaast merken we dat sommige vooropleidingen onvoldoende aansluiting bieden voor een niveau 4 opleiding. Je haalt dan met moeite een voldoende voor de algemene vakken Nederlands, Engels, Teamwork en Theateroriëntatie. Je kunt dan jaren op je tenen lopen, óf via een lager niveau MBO onderwijs in ieder geval een startkwalificatie behalen. De procedure is als volgt: Adviesmoment 1. In oktober wordt door de hoofdvakdocenten van een opleiding een tussentijdse evaluatie gemaakt. Het resultaat van deze evaluatie wordt door je docenten besproken in een vergadering. Hierna krijg je van je docenten een mondelinge evaluatie. Wanneer het resultaat van je tussentijdse evaluatie onvoldoende is, word je samen met je ouders uitgenodigd voor een gesprek met de adjunct-directeur en de mentor. In het gesprek worden afspraken gemaakt over de manier waarop je je prestaties moet gaan verbeteren. Dit is de eerste waarschuwing. Adviesmoment 2. In februari vindt de tweede tussentijdse evaluatie plaats. Op dit moment kun je ook nog een waarschuwing krijgen. Adviesmoment 3. Bij het uitreiken van het tweede rapport, na het tweede semester, is het allerlaatste moment waarop je gewaarschuwd kan worden. Je hebt dan slecht gepresteerd, heel veel lessen gemist of je misdragen, zodat grote zorg is ontstaan of je door kunt gaan naar het volgende leerjaar. Laat je het na dit moment nog afweten in aanwezigheid of prestaties, dan hoor je pas n.a.v. je OOT dat je de opleiding moet verlaten. Je wordt dan doorverwezen naar het Trajectbureau van het Albeda College, dat je helpt zoeken naar een andere opleiding.
3.3 Extra hulp en zorg binnen de school (Zat-teams) Trajectbureau Het Trajectbureau biedt op allerlei gebied advies, zorg en ondersteuning aan studenten. Dat kan op diverse manieren. Zo worden er bijvoorbeeld loopbaanadviezen, coaching en begeleiding aan studenten gegeven. Maar ook zijn er diverse trainingen. Een mooi voorbeeld daarvan zijn trainingen bij het Kenniscentrum Taal en Rekenen. Ook ondersteunt het Trajectburo je bij loopbaanoriëntatie, of kun je via de orthopedagoog laten onderzoeken of je dyslexie hebt. Van hulp bij dyslexie tot ondersteuning aan jonge moeders; op het Portaal vind je alle informatie bij elkaar. https://portaal.albeda.nl/onderwijs/TrajectbureauM/VanAtotZ Maatschappelijk werk en Zorg Advies Team Studenten die geholpen willen worden met verzuim- en gedragsproblemen of die moeilijkheden hebben in de privésfeer kunnen terecht bij de schoolmaatschappelijk werker. Als je door problemen (in de privé-sfeer) slechter functioneert op school, kun je via je mentor een afspraak maken met onze schoolmaatschappelijk werker, Erik van Teeseling. Voor de doorverwijzing kun je in voorkomende gevallen ook terecht bij Inge Kruithof. Je mentor of Inge maakt dan een doorverwijzing voor Erik, zodat hij weet met welke hulpvraag je bij hem aanklopt en daar alvast effectief op voorbereid kan zijn. Heb je psychische problemen of zit je even klem, dan kan Erik je doorverwijzen naar de schoolpsycholoog, dhr. G.Krijger. Gerrit kan een beperkt aantal sessies aanbieden als dat nodig is. Heb je langduriger psychologische hulp nodig, dan verwijst dhr. Krijger je door naar een reguliere hulpverleningsinstantie. Een aantal keer per jaar komen de mentoren, de teamworkdocenten, de schoolmaatschappelijk werker en de psycholoog bij elkaar om in kaart te brengen welke studenten met welke problemen te kampen hebben.
13
4 De examinering 4.1 Het examenplan In je vierde jaar krijg je een examenplan uitgereikt waarin beschreven staat waar je examen uit bestaat, waar het aan moet voldoen en hoe het wordt beoordeeld. In de tabellen hieronder zie je hoe je vierde jaar er, afhankelijk van je opleiding, qua planning uit komt te zien. In het opleidingsspecifieke deel van de studiehandleiding kun je meer lezen over hoe je examen eruit komt te zien in het vierde jaar. Acteur Lessen: zang, dans, spel
September - april
Proeve van Bekwaamheid: Engelstalig Theaterprogramma
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid:
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid Eindexamenvoorstelling
2 maanden
Taal & rekenen
November, februari, april, juni
Theatervormgever (Art & Design) Proeve van Bekwaamheid: Engelstalig theaterprogramma
2 maanden
BPV – stage bij een leerbedrijf
2 maanden
BPV – stage bij het Productiehuis
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid: Theatervormgeving Eindexamenvoorstelling
maart – juni
Individueel Examenportfolio & organisatie tentoonstelling
September – maart
Taal & rekenen
November, februari, april, juni
Podium- en Evenemententechnicus Gastlessen en stageterugkomdagen
September - juni
BMT examen
April, herexamen mei
Proeve van Bekwaamheid: Engelstalig theaterprogramma
2 maanden
BPV – stage bij een leerbedrijf
2 maanden
BPV – stage bij het Productiehuis
2 maanden
Proeve van Bekwaamheid: Eindexamenvoorstelling
Maart – juni
Specialisatie voor de kwalificatie Geluid of Licht
September – juni
Taal & rekenen
November, februari, april, juni
Examinering door middel van Proeven van Bekwaamheid de Om je diploma te behalen sluit je de opleiding in het 4 leerjaar af met een workshop (alleen voor acteurs), een BMT examen (alleen voor technici), een aantal proeven van bekwaamheid volgens bovenstaand schema en een taalportfolio, waarmee je demonstreert dat je de vereiste vaardigheden beheerst. In elke proeve word je apart beoordeeld op proces en resultaat (uitvoering). Het proces is het voorbereidingsproces voorafgaand aan een voorstelling. Van de beoordeling van dit proces moet 80% van de criteria voldoende zijn, anders kun je niet meedoen aan de voorstelling. Naast de procesbeoordeling is er ook een resultaatbeoordeling, waarmee de uitvoering van de voorstelling op het toneel wordt bedoeld. Er zijn per opleiding 10 beoordelingscriteria geformuleerd om het proces te beoordelen. Daarnaast wordt met 6 beoordelingscriteria per opleiding het resultaat van de proeven beoordeeld. Voor dans en zang, onderdelen van de uitstroomdifferentiatie musical, zijn aparte beoordelingscriteria omschreven. De beoordeling van het resultaat vindt plaats na afloop van de voorstelling. De proeven vinden plaats in e verschillende periodes, verspreid over het 4 leerjaar. Een indeling hiervan in maanden is aan het begin van dit hoofdstuk weergegeven. Elke proeve wordt beoordeeld door een beoordelingscommissie. Naast één of 14
meer beoordelaars vanuit de opleiding worden externe beoordelaars aangetrokken vanuit het toekomstige beroepenveld. Beoordeling van de proeven van bekwaamheid De drie beoordelaars geven elk een beoordeling per beoordelingscriterium. Er wordt in twee stappen beoordeeld: eerst wordt het proces beoordeeld (de repetitieperiode en alle voorbereidingen voor de voorstelling, het resultaat). Tijdens een voorstelling wordt het resultaat beoordeeld. Het proces moet voor 80% met minimaal de score ‘voldoende’ zijn beoordeeld, anders mag je niet meedoen aan de voorstelling. Het proces: De begeleidend beoordelaars geven elk een beoordeling per beoordelingscriterium. Je bent geslaagd voor het proces als je op 80% van de procescriteria minimaal de beoordeling voldoende hebt behaald. Een 80% voldoende beoordeling van het proces is voorwaardelijk voor het tweede deel van de proeve: het resultaat, bestaande uit voorstellingen. Het resultaat: De externe beoordelaars en beoordelaar namens de opleiding geven elk een beoordeling per beoordelingscriterium. Je bent geslaagd voor een proeve als je over het geheel van de “Proeve van bekwaamheid” op minimaal 60% de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ hebt behaald. De resultaatbeoordeling telt twee keer zo zwaar als de beoordeling van het proces. Bijvoorbeeld: Aantal beoordelingscriteria in de procesbeoordeling: 10 Aantal beoordelingscriteria in de resultaatbeoordeling: 6 (tellen dubbel mee) Totaal aantal mee te wegen beoordelingscriteria per beoordelaar: maximaal 22, minimaal 20. Dit betekent dat (bij drie beoordelaars en het maximaal aantal beoordelingscriteria) minimaal 44 beoordelingscriteria als voldoende of goed moeten zijn beoordeeld. Wanneer daarnaast ook nog 50% van de criteria als goed wordt beoordeeld, krijg je als beoordeling “goed”. Drie voorbeelden: Proeve Aantal onvoldoende Aantal voldoende Aantal goed Eindoordeel Eindexamenvoorstelling 6 25 35 Goed Toelichting: 91% van de criteria is voldoende of goed, 53% van de criteria is goed. Proeve Aantal onvoldoende Aantal voldoende Aantal goed Eindoordeel Eindexamenvoorstelling 15 25 25 Voldoende Toelichting: 75% van de criteria is voldoende of goed, 38% van de criteria is goed. Proeve
Aantal Aantal voldoende onvoldoende Eindexamenvoorstelling 35 25 Toelichting: 47% van de criteria is voldoende of goed.
Aantal goed
Eindoordeel
6
Onvoldoende
4.2 Examenorganisatie Branche Lifestyle, Sport en Bewegen en Theaterschool 4.2.1 Subexamencommissie / branche-examencommissie Op het Albeda College worden de gang van zaken en de procedures rondom examens gemonitord door de Branche Examencommissie. Deze bestaat uit de volgende personen: - Mw. G. Vink, branchedirecteur LSE - Dhr. A. Van Nieuwamerongen (vz), adjunct-directeur LSE - Dhr. B.M.J. van de Giessen, onderwijsmanager Sport - Mw. G. Kok, onderwijsleider - Dhr. R.J. de Roon, onderwijsleider - Mw. I..M. Kruithof, onderwijsleider Theaterschool - Mw. S.M. Tazelaar, beleidsmedewerker Daarnaast worden de examens gepland en georganiseerd, ontwikkeld, vastgesteld en beoordeeld. Hier houdt de Subexamencommissie toezicht op. De subexamencommissie Entertainment bestaat uit de volgende personen: - Mw. I.M. Kruithof, onderwijsleider Theaterschool (vz) - Dhr. W. Muste, onderwijsleider Muziek - Mw. C. Leyte, onderwijsleider Dans 15
Op de MBO Theaterschool is een gedelegeerde subexamencommissie die bestaat uit toetsconstructeurs, toetsbegeleiders, toetsvaststellers en toetsbeoordelaars. Deze personen zijn: - Mw. I.M. Kruithof, onderwijsleider Theaterschool (vz) - Mw. M. Valk, secretaris - Mw. V. van der Wulp, BPV Coördinator - Dhr. C. Burmania, hoofddocent opleiding Artiest - Mw. E.C.Viersen, hoofddocent opleiding Theatervormgeving - Dhr. M. Kossmann, hoofddocent opleiding PET - Mw. D. van Dishoeck, docent dans - Mw. J. Vondenhoff – Janssen, docent zang - Mw. R. Rikkelman, docent theatermaken - Mw. P. Vrijhof, docent ontwerpen - Dhr. J. Helsloot, docent Engels en lichttechniek - Dhr. M. van Burgel, docent Nederlands 4.2.2 Examenreglement Alle regels en procedures rondom examinering zijn terug te vinden op het portaal, in het Handboek Examinering en het Handboek COE: https://portaal.albeda.nl/Organisatie/OenK/Paginas/Examinering 4.2.3 Klachten Als je een klacht hebt over je examen, dan neem je allereerst contact op met Inge Kruithof. In een gesprek bespreek je je klacht. Kom je er niet uit, dan krijg je van Inge Kruithof het format van de brief die je moet sturen aan het dagelijks bestuur van de subexamencommissie. Het dagelijks bestuur bestaat uit: Mw. I. Kruithof, onderwijsleider Theaterschool Mw. C. Leyte, onderwijsleider Dans Het dagelijks bestuur stuurt je een antwoord op je klacht binnen een bepaalde periode. Als je er niet uitkomt met het dagelijks bestuur dan kan jouw klacht wordt doorverwezen naar de Branche Examen Commissie van de Branche LSE. De Commissie van Beroep is het onafhankelijke overkoepelende orgaan voor de examens. Hier kun je ook jouw klacht indienen.
4.3 Diplomering 4.3.1 Procedure hoe wordt vastgesteld dat student recht heeft op diploma Als je de examens volgens het examenplan hebt uitgevoerd, en de beoordeling van de examens is positief, dan stelt de subexamencommissie vast dat je recht hebt op het diploma. Naar aanleiding hiervan worden het diploma en de resultatenlijst afgedrukt en aan je uitgereikt. 4.3.2 Hoe wordt student geïnformeerd over moment van diplomeren Zodra de subexamencommissie heeft vastgesteld dat je recht hebt op het diploma, wordt je hierover per mail geïnformeerd. 4.3.3 Datum uitschrijving opleiding en consequenties( studiefinanciering/ov) Let op: zodra je te horen hebt gekregen dat je recht hebt op het diploma, moet je je uitschrijven bij de DUO. Ook moet je binnen een maand je OV-kaart inleveren. Tel laat inleveren van je OV-kaart betekent dat je een (hoge) boete moet betalen.
16
5. Overige schoolregels Aan een opleiding volgen aan De MBO Theaterschool zijn regels verbonden. In bijlage 3 vind je onder andere de schoolregels, het studentreglement, gebruikshandleidingen voor de kluisjes en regels voor het gebruik van technisch materiaal. Studentenstatuut Als student aan De MBO Theaterschool, onderdeel van het Albeda College, heb je rechten en plichten. Deze zijn vastgelegd in het studentenstatuut. Je vindt deze op het studentenportaal van het Albeda College (http://www.albeda.nl/deelnemer/studentenbulletin.htm.) Schoolgids Het Albeda College heeft een schoolgids ontwikkeld die geldt voor alle opleidingen van het Albeda College. In deze schoolgids vind je algemene informatie over onderwerpen die met alle opleidingen van het Albeda College te maken hebben. Deze schoolgids staat ook op het studentenportaal van het Albeda College (http://www.albeda.nl/deelnemer/studentenbulletin.htm.) Mijn inlog (Intranet De MBO Theaterschool) De MBO Theaterschool heeft een speciaal intranet voor de studenten, dat heet “mijn inlog”. Dit is een belangrijk communicatiemiddel. Hierop vind je allerlei nieuwtjes over de school, roosterwijzigingen, klassenfoto’s enzovoort.
6. Klachten Waar veel mensen intensief met elkaar omgaan, gaat wel eens iets mis. Ook binnen het Albeda College. Soms gebeurt er op school iets waarmee je het niet eens bent. Voor elke klacht bestaat een klachtenregeling. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen: A. Klachten over toetsing en examinering B. Klachten over onderwijs C. Overige klachten. Heb je een klacht? Kijk dan op het portaal hoe je je klacht op de juiste manier en de juiste plek kunt indienen: https://portaal.albeda.nl/studie-info/klachten
17
Bijlage 1: Vastgesteld en ondertekend TOP-model Toepassing Wet op de Studiefinanciering (van toepassing bij BOL) Naar het oordeel van het bevoegd gezag omvat elk studiejaar van de opleiding tenminste 850 klokuren, zoals neergelegd in artikel 9, lid 1a van de Wet op de studiefinanciering en de nadere invullingen die daarna zijn 1 gegeven. Toepassing Transparante Onderwijsprogrammering Naar het oordeel van het bevoegd gezag voldoet de programmering aan het Convenant inzake onderwijsprogrammering in het middelbaar beroepsonderwijs; d.d. 4 / 9 juli 2001 en brief Ministerie OC&W BVE/B/2002/731. Opleiding Artiest Studiejaar Begeleid: Leren in de school Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan lessen wordt besteed Leren in de arbeidssituatie Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan beroepspraktijkvorming wordt besteed Het totaal aantal klokuren dat wordt besteed aan andere activiteiten 1. mentoraat 2. introductie 3. startweek / projectweek 4. excursie(s) WSF en Topmodel: Onbegeleid: TOP-model: onbegeleide uren Totaal aantal klokuren
1
2
3
4 Totaal opleiding
630
527
472
340
1969 0
174
376
448
568
1566
4
0 42 24 168 152 0 3921 0 2479 6400
38 24 72 24
48 24
24 48
24 56
962
979
992
988
638 1600
621 1600
608 1600
612 1600
1
2
3
505
411
353
170
1439 0
280
592
528
744
2144
38 24 72 24
4 48 24
24 48
24 56
943
1079
953
994
657 1600
521 1600
647 1600
606 1600
Opleiding Podium- en evenemententechnicus Studiejaar Begeleid: Leren in de school Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan lessen wordt besteed Leren in de arbeidssituatie Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan beroepspraktijkvorming wordt besteed Het totaal aantal klokuren dat wordt besteed aan andere activiteiten 1. mentoraat 2. introductie 3. startweek / projectweek 4. excursie(s) WSF en Topmodel: Onbegeleid: TOP-model: onbegeleide uren Totaal aantal klokuren
1
4 Totaal opleiding
0 42 24 168 152 0 3969 0 2431 6400
Zie uitleg OcenW-Regelingen van 3 december 1997, nr 30
18
Opleiding Theatervormgever (Art & Design) Studiejaar Begeleid: Leren in de school Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan lessen wordt besteed Leren in de arbeidssituatie Het totaal aantal klokuren dat per studiejaar aan beroepspraktijkvorming wordt besteed Het totaal aantal klokuren dat wordt besteed aan andere activiteiten 1. mentoraat 2. introductie 3. startweek / projectweek 4. excursie(s) WSF en Topmodel: Onbegeleid: TOP-model: onbegeleide uren Totaal aantal klokuren
1
2
3
4 Totaal opleiding
528
380
287
113
1308 0
280
472
592
768
2112
37 24 72 24
4 48 24
24 48
24 56
965
928
951
961
635 1600
672 1600
649 1600
639 1600
0 41 24 168 152 0 3805 0 2595 6400
Bijlage 2: Kwalificatiedossiers De opleidingen Artiest, Podium- en evenemententechnicus en Theatervormgeving (Art & Design) aan De MBO Theaterschool kennen ieder een kwalificatiedossier. In dit kwalificatiedossier staan onder andere de kerntaken en benodigde competenties van de opleidingen. Je vindt kunt het kwalificatiedossier van jouw opleiding vinden via www.kwalificatiesmbo.nl
Bijlage 3: Studentreglement De MBO Theaterschool is een samenwerkingverband van het Albeda College met Stichting Hofplein Rotterdam. Voor iedere student van het Albeda College zijn de rechten en plichten, zoals omschreven in het studentenstatuut van kracht. Deze kun je vinden op de website http://www.albeda.nl/deelnemer/studentenbulletin.htm. Voor je opleiding aan De MBO Theaterschool maak je gebruik van de faciliteiten en materialen van theaterbedrijf Stichting Hofplein Rotterdam. Daarom zijn onderstaande regels opgesteld.
1. Bijdrage in de schoolkosten 1.1 Wat is het? De bijdragen die jij of je opvoeders jaarlijks aan Stichting Hofplein Rotterdam dienen te betalen voor de bekostiging van (les-)materialen en faciliteiten. De schoolkosten bestaan uit de volgende drie onderdelen: de bijdrage voor readers, boeken en lesmaterialen, de bijdrage voor de buitenlandse excursies en de niet wettelijk verplichte bijdrage. Het betalen van de bijdragen voor readers, boeken, lesmaterialen en buitenlandse excursies is noodzakelijk voor het kunnen volgen van de opleiding. De niet wettelijk verplichte bijdrage betreft aan jou ter beschikking gestelde faciliteiten zoals kopiëren en printen op school, voorstellingsbezoek, eten bij voorspeelavonden en het gebruik buiten lestijd van ruimtes, internet, mediatheek en bibliotheek. De hoogte van de bijdragen wordt aangepast aan kostenstijgingen. Indien er een wijziging in het curriculum optreedt die van invloed is op deze bijdragen, communiceert De MBO Theaterschool dit aan jou en/of je opvoeders. 1.2 Wanneer betaal je deze kosten? Zodra jij of je ouders de onderwijsovereenkomst hebben ingevuld, verplicht je jezelf, of verplichten je opvoeders zich tot het betalen van de jaarlijkse bijdragen voor buitenlandse excursies, readers, boeken en lesmaterialen en worden jij en/of je opvoeders op de hoogte gebracht van de niet wettelijk verplichte bijdrage.
19
1.3 Betalingsvoorwaarden schoolkosten Uiterlijk in juli wordt aan jou of je opvoeders per e-mail de factuur voor de schoolkosten voor het komende schooljaar toegestuurd. De factuur wordt vergezeld van een toelichting waarin een uitsplitsing wordt gegeven van de uitgaven die met de bijdragen worden bekostigd. Jij of je opvoeders dient (dienen) de facturen binnen zes weken na de factuurdatum te voldoen. Indien tijdige betaling van de bijdrage voor readers, boeken en lesmaterialen uitblijft, ontvang je geen readers, boeken en lesmateriaal en kun je niet deelnemen aan de introductieweek en de daaropvolgende lessen. Stichting Hofplein Rotterdam berekent vanaf de tweede schriftelijke herinnering € 25 aan extra administratiekosten wegens te late betaling. Indien een week na de tweede herinnering volledige betaling uitblijft, overhandigt Stichting Hofplein Rotterdam de vordering aan een incassobureau. Alle kosten die daarvoor gemaakt worden, evenals het aan De MBO Theaterschool verschuldigde bedrag, komen volledig voor rekening van jou of je opvoeders. Wanneer tijdige betaling van de bijdrage voor buitenlandse excursies uitblijft, kun je niet meegaan met de buitenlandse excursie. De student zal een aangepast programma dienen te volgen en in overleg met de leiding van De MBO Theaterschool zal naar een geschikte aanpassing worden gezocht. Mogelijk vindt het alternatieve examenprogramma Engels op een ander tijdstip plaats. Indien tijdige betaling van de niet wettelijk verplichte bijdrage uitblijft, kan jou de toegang tot de extra activiteiten en faciliteiten worden ontzegd. 1.4 Schoolkosten als je stopt met je opleiding Indien je je voor het einde van de opleiding uitschrijft, wordt de bijdrage voor readers, boeken en lesmateriaal niet verrekend. Een evenredig gedeelte van de reeds betaalde niet wettelijk verplichte bijdrage wordt teruggestort, ervan uitgaande dat vanaf september maandelijks 10 gelijke delen worden benut en rekening houdend met 10% aan administratielasten. Een gedeelte van een maand wordt daarbij gerekend als gehele maand. Het gespaarde en niet genoten gedeelte van de bijdrage voor de buitenlandse excursies wordt, rekening houdend met 10% aan administratielasten, geretourneerd.
2. Aansprakelijkheid 2.1 De MBO Theaterschool aanvaardt geen aansprakelijkheid voor letsel en andere schaden aan jou en verlies, beschadiging of diefstal van jouw eigendommen. 2.2 Je bent aansprakelijk voor schade toegebracht aan het gebouw, verdere opstallen, eigendommen en bezittingen van Stichting Hofplein Rotterdam, alsmede voor schade toegebracht aan eigendommen van bezoekers, personeel, studenten en/of leerlingen van Stichting Hofplein Rotterdam, daarbij inbegrepen lichamelijk letsel toegebracht aan vermelde personen.
3. Auteursrecht 3.1 De theatrale activiteiten van De MBO Theaterschool en het door De MBO Theaterschool ontwikkelde lesmateriaal zijn beschermd door het auteursrecht. 3.2 Het zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van De MBO Theaterschool vermenigvuldigen of openbaar maken van voornoemd lesmateriaal, dan wel van beeld- en audiomateriaal van de activiteiten van De MBO Theaterschool is niet toegestaan.
4. Promotiemateriaal Beeldmateriaal en geluidsopnames door De MBO Theaterschool opgenomen zijn eigendom van De MBO Theaterschool en kunnen worden gebruikt voor promotionele doeleinden.
5. Verzuim: In je toekomstige vakgebied wordt van je verwacht dat je bevlogen, gemotiveerd, punctueel en altijd inzetbaar bent: kortom dat je je als een echte professional gedraagt. Op jouw opleiding vinden we dat dan ook zeer belangrijk. Te laat komen is in het theatervak ondenkbaar, net als wegblijven zonder iets van je te laten horen of zonder goede reden. Te laat komen wordt aangemerkt als een vorm van ongeoorloofd verzuim. Ook verwijdering uit de les of stage wordt aangemerkt als ongeoorloofd verzuim. Als je te vaak lessen mist, dan kun je van de opleiding worden verwijderd. We gaan ervan uit dat je je opleiding graag wilt volgen, maar dan moet je er wél zijn!
20
5.1. Geldige redenen om je af te melden voor school (geoorloofd verzuim): - Ziekte. Ziekmelden: In geval van verzuim door ziekte dien je je telefonisch af te melden bij het secretariaat van de opleiding op 010-2110050, vóór 9.00 uur. Als je ziek bent tijdens de stageperioden, dan meld je je af bij het MBO kantoor, én bij je praktijkopleider op je stageadres (zie ook je stagehandboek). Let op: - Als je meer dan 14 school-/stagedagen in een schooljaar ziek bent geweest, kan het zijn dat je te veel lesstof hebt gemist om over te kunnen gaan naar het volgende leerjaar. - Als je niet tijdig bent ziekgemeld, en je mist een toets, dan geldt dat de toets wordt beoordeeld met een onvoldoende en niet meer kan worden herkanst. - Blessures. Mocht je geblesseerd zijn, dan moet je te allen tijde contact houden met de betrokken docent(en). Daarnaast ben je bij alle lessen aanwezig (dus ook bij de lessen waaraan je in verband met je blessure(s) niet actief kunt deelnemen). - Bruiloften en begrafenissen in de eerste graad. Let op: vraag tijdig en schriftelijk toestemming aan de schoolleiding! 5.2. Andere activiteiten buiten school. Voor activiteiten die van belang kunnen zijn voor je studie geldt dat je minimaal drie weken voorafgaand aan de betreffende activiteit een schriftelijke toestemming vraagt via de schoolleiding. De docenten zullen deze activiteit bespreken. Voor alle andere activiteiten die buiten school plaatsvinden en niet van direct belang zijn voor je studie geldt dat ze in je vrije tijd moeten plaatsvinden. 5.3.
De presentieregistratie die door de schooladministratie wordt bijgehouden geldt als de enig juiste administratie.
5.4. Vakanties en vrije dagen De MBO Theaterschool kent afwijkende vakantieperiodes en lestijden, net als in het beroepsveld. Stages vinden vaak plaats tijdens weekenden, vakantieperiodes en feestdagen.
6.
Overgangs- en examenregelingen:
Zie de Studiehandgids. Deze wordt jaarlijks apart uitgereikt.
7.
Huishoudelijke regels
a. b. c.
Elke vorm van discriminatie op de school is uit den boze. In de gehele school (inclusief het bordes) geldt een rookverbod. In de studio’s wordt niet gegeten en gedronken, behalve het flesje water dat te allen tijde is toegestaan. In het computerlokaal is eten en drinken niet toegestaan. Je mag niet in de docentenkamer komen tijdens de lunch, tenzij je stage loopt bij een afdeling van Hofplein Rotterdam. Als stagiair draag je tijdens de lunch in de docentenkamer altijd een stagepas. Je krijgt door betaling van een borgsom de beschikking over een kluisje in het schoolgebouw. Dit kluisje moet je schoon en opgeruimd houden. De schoolleiding kan te allen tijde besluiten het kluisje te openen.
d. e.
21