STUDIE 185 BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL Residentieel elektrotechnisch installateur
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL Residentieel elektrotechnisch installateur sector: metaal - elektriciteit - kunststoffen subsector: elektriciteit
Sectorcommissie beroepsopleidingsprofielen metaal - elektriciteit - kunststoffen van de Vlaamse Onderwijsraad D/2001/6356/11
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
I N H O U D
1
INLEIDING
1
1.1
Identificatie van het beroepsopleidingsprofiel 1.1.1 Gegevens beroepsprofiel 1.1.2 Gegevens beroepsopleidingsprofiel
1
1.2
Opdracht 1.2.1 Opdrachtgever 1.2.2 Doelstellingen
1
1.3
Ontwikkelingsproces
2
1.4
Legitimatie
2
2
SIT UERING VAN DE O PLEIDING EN
3
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Geraadpleegde beroepsprofielen
3
2.2
Gegevens uit de opleidingenwereld 2.2.1 Opleidingenaanbod 2.2.2 Regionale spreiding opleidingen en tewerkstelling
3
2.3
Verantwoording van het te ontwikkelen beroepsopleidingsprofiel
5
3
HET BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL
6
3.1
Benaming van het beroepsopleidingsprofiel
6
3.2
Globale omschrijving van het beroepsopleidingsprofiel
6
3.3
Concrete vertaalslag 3.3.1 Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen 3.3.2 Evaluatie van de taken uit het beroepsprofiel 3.3.3 Selectie van takenclusters en taken 3.3.4 Formulering van vaardigheden met de bijbehorende kennis, inhouden en context 3.3.5 Concrete uitwerking van de vertaalslag 3.3.6 Beroepshoudingen 3.3.7 Contextgegevens
6
3.4
Niveau van het beroepsopleidingsprofiel
15
4
BIBLIO G RAF IE
16
5
M EDEW ERKERS AAN DE SECT O RCO M M ISSIE
16
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
1
INLEIDING
1.1
Identificatie van het beroepsopleidingsprofiel
1.1.1
Gegevens beroepsprofiel Sector Subsector Beroep Beroepsprofiel
1.1.2
: : : :
1
metaal-elektriciteit-kunststoffen elektriciteit residentieel elektrotechnisch installateur residentieel elektrotechnisch installateur
Gegevens beroepsopleidingsprofiel Sectorcommissie vaste kern uitgebreide commissie
: :
Studiegebied Benaming van het profiel
: :
Legitimator
: : : :
Datum
1.2
Opdracht
1.2.1
Opdrachtgever
METAAL-ELEKTRICITEIT-KUNSTSTOFFEN RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR MECHANICA - ELEKTRICITEIT RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR Afdeling TSO/BSO Raad voor Volwassenenonderwijs Afdeling TSO/BSO:15 juni 2001 Raad voor Volwassenenonderwijs:26 juni 2001
De koepelcommissie Opleidingsprofielen stelde op de vergadering van 16 oktober 1997 de vaste kern van de sectorcommissie opleidingsprofielen Metaal Elektriciteit - Kunststoffen samen. De sectorcommissie werd uitgebreid met het oog op de ontwikkeling van een beroepsopleidingsprofiel naar aanleiding van het beschikbare beroepsprofiel Residentieel elektrotechnisch installateur (SERV in samenwerking met VORMELEK, 2000).
1.2.2
Doelstellingen 1 De uitbouw van het onderwijs optimaal verzekeren. 2 De opleiding beter laten aansluiten bij de arbeidsmarkt. 3 De uitstroom van gekwalificeerde residentieel elektrotechnisch installateurs verhogen. Een afgestudeerde, die de vaardigheden beheerst, moet voldoen aan de beroepsvereisten van een beginnend residentieel elektrotechnisch installateur, zoals opgesomd in het hierna volgend beroepsopleidingprofiel.
2
1.3
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
Ontwikkelingsproces Het beroepsopleidingprofiel wordt samengesteld op basis van een handleiding voor het schrijven van beroepsopleidingprofielen voor het secundair onderwijs en het volwassenenonderwijs, ontwikkeld door de Dienst voor Onderwijsontwikkeling. Het is afgeleid van het beroepsprofiel ‘residentieel elektrotechnisch installateur’. De werkgroepmethode wordt toegepast. De uitgebreide sectorcommissie vergaderde op volgende dagen: 19 september 2000 (10 tot 16 uur) 16 november 2000 (14 tot16 uur) 7 december 2000 (10 tot16 uur) 6 februari 2001 (10 tot 16 uur) 20 februari 2001 (10 tot 16 uur) 26 maart 2001 (10 tot 12 uur) 21 mei 2001 (10 tot 14 uur).
1.4
Legitimatie De afdeling TSO /BSO en de Raad voor Volwassenenonderwijs legitimeren het beroepsopleidingprofiel. Het BOP wordt als advies aan de overheid voorgelegd.
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
2
SITUERING VAN DE OPLEIDINGEN
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepenstructuur
3
Er is nog geen beroepenstructuur beschikbaar.
2.1.2
Geraadpleegde beroepsprofielen Het beroepsprofiel Residentieel elektrotechnisch installateur, opgesteld door de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen in samenwerking met VORMELEK (2000), is de basis voor het beroepsopleidingsprofiel Residentieel elektrotechnisch installateur. Het beroepsprofiel omschrijft het beroep van Residentieel elektrotechnisch installateur als volgt (p. 13): De residentieel elektrotechnisch installateur houdt zich bezig met het installeren van elektriciteit in nieuwbouw, en/of het herstellen en aanpassen van een elektrische installatie in een bestaande woning (woning dient ruim geïnterpreteerd). Het beroepsprofiel residentieel elektrotechnisch installateur heeft betrekking op een werknemer van een installatiebedrijf en niet op een zelfstandige. Het plaatsen van domotica en alarm- en veiligheidsinstallaties wordt in het beroepsprofiel niet als taak voor de residentieel elektrotechnisch installateur opgenomen (p. 11). Het KB van 6 december 1968 regelt het beroep van elektrotechnisch installateur.
2.2
Gegevens uit de opleidingenwereld
2.2.1
Opleidingenaanbod Opleidingen elektriciteit worden aangeboden in het onderwijs en buiten het onderwijs. In het onderwijs worden de opleidingen aangeboden in het voltijds secundair technisch en beroepsonderwijs (TSO en BSO) en het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO), en het onderwijs voor sociale promotie (OSP). Buiten het onderwijs worden opleidingen aangeboden door de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) en het Vlaams Instituut voor Zelfstandig Ondernemen (VIZO). 2.2.1.1 Overzicht van het met het beroepencluster direct overeenstemmende opleidingenaanbod Het voltijds secundair onderwijs biedt in het studiegebied Mechanica - elektriciteit in de tweede en de derde graad de studierichting Elektrische installaties BSO aan, in de tweede graad de studierichting Elektrotechnieken TSO en in de derde graad de studierichtingen Elektrische installatietechnieken TSO. Het DBSO biedt de kwalificatiegetuigschriften Elektricien residentiële elektriciteit en Hulpelektricien residentiële elektriciteit aan.
4
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
In het secundair volwassenenonderwijs (OSP) worden in het studiegebied Mechanica- elektriciteit de afdelingen Elektricien huishoudelijke installaties, Elektriciteit en Elektrische installaties, aangeboden. Het hoger onderwijs voor sociale promotie biedt in de categorie Technisch de afdeling Elektriciteit aan. Schematisch overzicht van het aanbod: Voltijds Deeltijds OSP
GO ✗ ✗ ✗
CVPO ✗ ✗ ✗
OVSG ✗ ✗ ✗
VSKO ✗ ✗ ✗
De Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) organiseert de opleiding Residentieel elektrotechnisch installateur als omscholingstraject voor werkzoekenden. Het Vlaams Instituut voor Zelfstandig Ondernemen (VIZO) organiseert de opleiding Elektrotechnisch installateur. 2.2.1.2 Overzicht van het met het beroepencluster aanverwante opleidingenaanbod Het voltijds secundair onderwijs biedt in het studiegebied Mechanica - elektriciteit in de tweede en de derde graad de studierichtingen Elektriciteit - elektronica TSO, Elektromechanica TSO, aan in de derde graad de studierichting Elektriciteit-elektronica TSO en in het derde leerjaar van de derde graad de studierichting Industriële elektriciteit BSO. Het DBSO biedt de kwalificatiegetuigschriften Bedrader-bestukker in de elektronica en Nijverheidselektricien aan. In het secundair OSP treffen wij de volgende aanverwante afdelingen aan: elektronica, hersteller van radio en televisie, elektricien voor industriële installaties, industriële elektrotechnieken, nijverheidselektronica Het hoger onderwijs voor sociale promotie biedt in de categorie Technisch de afdelingen Elektromechanica, Elektromechanische technieken, Industriële elektronica en Elektronica aan. VDAB biedt de volgende opleidingen aan als omscholingstraject voor vooral werkzoekenden: Industrieel elektrotechnisch installateur, Technicus industriële automatisering, Technicus domotica en gebouwenautomatisering, Installateur van gestructureerde bekabeling, Onderhoudselektricien. Voor werknemers geeft de VDAB bijscholingen: Domotica-systeem, Gebouwenautomatisering, Industriële automatisering, Gestructureerde bekabeling, CAE. VIZO biedt opleidingen voor technicus Onderhoudselektricien, Hersteller van elektrische huishoudapparaten, Installateur domotica- en immoticasystemen, Fabrikant-installateur van lichtreclame, Kabeltechnicus gestructureerde bekabeling, Bordenbouwer.
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
5
2.2.1.3 Onderzoek naar de bevolking van de opleidingen In het voltijds gewoon onderwijs volgden in het schooljaar 1999 - 2000: 670 leerlingen (657 jongens en 13 meisjes) de studierichting Elektriciteit TSO waarvan 381 leerlingen (372 jongens en 9 meisjes) in de tweede graad en 289 leerlingen (285 jongens en 4 meisjes) in de derde graad; 4 336 leerlingen (4 259 jongens en 77 meisjes) de studierichting Elektrotechnieken TSO waarvan 2 308 leerlingen (2 275 jongens en 33 meisjes) in de tweede graad en 2 088 leerlingen (1 984 jongens en 44 meisjes) in de derde graad; 3 108 leerlingen (3 078 jongens en 30 meisjes) de studierichting Elektrische installaties BSO waarvan 1 561 leerlingen (1 547 jongens en 14 meisjes) in de tweede graad en 1 547 leerlingen (1 531 jongens en 16 meisjes) in de derde graad. Op 1 februari 2000 volgden, volgens een bevraging bij de coördinatoren, 17 leerlingen een opleiding Elektricien residentiële elektriciteit, 11 leerlingen een opleiding Hulpelektricien residentiële elektriciteit en 20 leerlingen een opleiding Elektrische installaties. In het secundair volwassenenonderwijs volgden in de referteperiode van het schooljaar 1999 – 2000: 69 cursisten (68 mannen en 1 vrouw) de afdeling Elektrische installaties (lineair); 92 cursisten (85 mannen en 7 vrouwen) de afdeling Elektricien huishoudelijke installaties (modulair) In 2000 beëindigden bij de VDAB 165 cursisten de opleiding Elektrotechnisch installateur (residentieel en industrieel).
2.2.2
Regionale spreiding van het opleidingenaanbod en de tewerkstelling in Vlaanderen en het Brussels Gewest Opleidingen elektriciteit worden verspreid over het hele grondgebied van Vlaanderen aangeboden en afgestudeerden kunnen in de hele Vlaamse en Brusselse regio aan het werk.
2.3
Verantwoording van het te ontwikkelen beroepsopleidingsprofiel De fase waarin het beroepsopleidingsprofiel ontwikkeld wordt, biedt sociale partners en opleidingeninstanties (binnen en buiten onderwijs) een platform om samen af te spreken wat essentieel is zodat voor alle partijen duidelijk wordt wat de beroepsopleiding minimaal moet aanbieden en wat de sociale partners van iemand die de beroepsopleiding gevolgd heeft, precies kunnen verwachten. Het voorliggend beroepsopleidingsprofiel beantwoordt aan die vraag en maakt het mogelijk dat de beroepsopleiding aansluit bij de vraag van de arbeidswereld.
6
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
3
HET BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL (BOP)
3.1
Benaming van het beroepsopleidingsprofiel Het beroepsopleidingprofiel heet Residentieel elektrotechnisch installateur en beschrijft de kwalificatie ‘Residentieel elektrotechnisch installateur’.
3.2
Globale omschrijving van het beroepsopleidingsprofiel De leerling/curstist residentieel elektrotechnisch installateur leert het eigen werk organiseren, materiaal voor residentieel elektrische installaties en bijbehorende componenten plaatsen en aansluiten en elektrische verwarmings- en verlichtingstoestellen plaatsen en aansluiten.
3.3
Concrete vertaalslag
3.3.1
Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen Het beroepsopleidingprofiel wordt afgeleid van het beroepsprofiel ‘Residentieel elektrotechnisch installateur’ (SERV in samenwerking met VORMELEK, 2000).
3.3.2
Evaluatie van de taken uit het beroepsprofiel Het toegeleverde beroepsprofiel kan ondergebracht worden in type A; dat is een beroepsprofiel dat takenclusters omvat voorzien van kennis, attitudes en contextgegevens.
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
3.3.3
7
Selectie van takenclusters en taken De omzetting van de takenclusters in het beroepsprofiel naar vaardigheidsclusters in het beroepsopleidingsprofiel gebeurde als volgt: BEROEPSPROFIEL
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL
1.1
Vaardigheidscluster 1: Het eigen werk organiseren
Voorbereidende taken: Plannen van de werkzaamheden (tabel 1) Beheer van onderdelen en gereedschap (tabel 2) Werken uitvoeren ter voorbereiding van de installatiewerken (tabel 3)
1.2
Uitvoerende taken: Ruwbouwwerk voorafgaande aan het installatiewerk (tabel 1) Plaatsen van inbouwdozen of centraaldozen (tabel 2) Leggen van de buizen en/of kabels voor de verschillende stroomkringen (tabel 3) Draad of kabel trekken (tabel 4) Plaatsen en aansluiten van schakelaars en wandcontactdozen (tabel 5) Plaatsen en aansluiten van parlofonie, videofonie, belinstallatie en telefonie (tabel 6) Plaatsen en aansluiten van de verdeelkast (tabel 7) Plaatsen en aansluiten elektrische verwarming (tabel 8) Plaatsen en aansluiten verlichting (tabel 9) Systematisch oplossen van storingen (tabel 10)
1.3
Ondersteunende taken: De bouwplaats in de oorspronkelijke staat herstellen (tabel 1) Kwaliteitszorg (tabel 2) Toezicht op veiligheid en hygiëne (tabel 3)
Vaardigheidscluster 2: Materiaal voor residentieel elektrotechnische installaties en bijbehorende componenten plaatsen en aansluiten Vaardigheidscluster 3: Elektrische verwarmings- en verlichtingstoestellen plaatsen en aansluiten
Voor het uitvoeren van alle taken van het beroepsprofiel werden in het beroepsopleidingsprofiel de nodige vaardigheden en de ondersteunende kennis omschreven. De beginnend residentieel elektrotechnisch installateur heeft de clusters 1, 2 en 3 verworven.
8
3.3.4
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
Formulering van vaardigheden met de bijbehorende kennis, inhouden en context De mate van beheersing van de vaardigheden en kennis wordt genuanceerd aan de hand van volgende criteria: Vaardigheden V1 = oriëntering Een cluster van vaardigheden waarmee de lerende/beginnende beroepsbeoefenaar kennis maakt. Hij/zij neemt deze vaardigheden waar of voert ze kort uit om een beter beeld te krijgen van de beroepsactiviteiten binnen de bedrijfstak. V2 = onder begeleiding uitvoeren. De lerende/beginnende beroepsbeoefenaar voert deze vaardigheden uit in situaties waarin het voordoen/nadoen een rol spelen of waarin de verantwoordelijkheid voor de uitvoering bij derden ligt. V3 = zelfstandig uitvoeren De lerende/beginnende beroepsbeoefenaar voert deze vaardigheden uit in situaties waarin hij/zij op eigen initiatief handelt of waarin de verantwoordelijkheid bij de lerende zelf ligt. V4 = begeleidend uitvoeren De lerende/beginnende beroepsbeoefenaar voert deze vaardigheden uit in situaties waarin hij/zij de verantwoordelijkheid voor de uitvoering door derden op zich neemt. Ondersteunende kennis K1 = feitelijke kennis Deze kennis is op herkenning uit te voeren. (Dit niveau kan omschreven worden door middel van werkwoorden van het type: reproduceren, bewust zijn, herinneren, herkennen, registreren, opnoemen, aanduiden, benoemen, opsommen…) K2 = begripsmatige kennis Deze kennis is op inzicht terug te voeren. (Begrijpen, verstaan, aantal aangeven, verband uitdrukken, bewijzen, voorbeelden geven, typren, de essentie aangeven, omschrijven, met eigen woorden zeggen…) K3 = kennistoepassing Deze kennis past de feitelijke en begripsmatige kennis toe. (Gevarieerd aanwenden, uitwerken, beoordelen, evalueren, produceren, vergelijken met, structureren…) K4 = integrerende kennis De kennis in nieuwe situaties toepassen en zoeken naar innovaties.
9
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
3.3.5
Concrete uitwerking van de vertaalslag
CLUSTER 1: HET EIGEN WERK ORGANISEREN
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
1.1
instructies i.v.m. welzijn (gezondheid, veiligheid, hygiëne) kwaliteit en milieu uitvoeren
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V3
risico’s en beschermingsmaatregelen eigen aan het beroep basisprincipes van het AREI i.v.m. het beroep van residentieel installateur kwaliteitszorgsystemen individuele beschermingsmiddelen principes van ergonomie voor de residentieel installateur situatieschema, installatieschema, ééndraadschema werkmethode een werkopgaveblad kunnen lezen materiaal en gereedschap voor de residentieel installateur vereiste hoeveelheden materiaal kunnen inschatten
K2
courante symbolen op verpakkingen van elektrotechnisch materiaal − instructies van de fabrikant uitvoeren − risico’s voor materiaal en gereedschap op de werf en te nemen beschermingsmaatregelen − hef-, til- en verplaatsingstechnieken toepassen
K1
veilig gebruik van ladders
K2
−
−
−
1.2
persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken
V3
− −
1.3
1.4
1.5
1.6
1.7
1.8
1.9
schema’s van residentieel elektrotechnische installaties lezen op basis van de werkopdracht in overleg het eigen werk plannen het materiaal en gereedschap nodig voor de uitvoering van de opdracht bepalen en eventuele tekorten melden
V3
−
V2
− −
V3
−
gereedschap werkklaar houden en defecten melden materiaal uitpakken, visueel controleren en eventuele gebreken melden
V3
gereedschap en materiaal volgens instructies op de werf opslaan en beschermen
nagaan of het werk volgens de opdracht uitgevoerd kan worden en afwijkingen melden 1.10 ladders veilig opstellen
−
V3
V3
Mate van beheersing
−
K2
K1 K2 K2
K3
K2 V3 K2 V3
V3 K2
V3
V3
V3
−
10
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
1.11 stellingen volgens instructies veilig monteren en demonteren 1.12 een residentieel elektrotechnische installatie demonteren
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V2
− −
V2
−
−
1.13 op basis van de werkopdracht een leidingtracé voor een residentieel elektrotechnische installatie uitzetten
V2
−
−
1.14 de werkplek tijdens en na het werk opruimen 1.15 afval volgens instructies sorteren 1.16 de eigen administratie volgens instructies bijhouden
Mate van beheersing
soorten stellingen veilig gebruik van stellingen technieken en gereedschap om residentieel elektrotechnische installaties te demonteren voorzorgsmaatregelen bij het demonteren van bestaande installaties factoren die het uitzetten van een leidingtracé voor een residentieel elektrotechnische installatie kunnen beïnvloeden uitzettechnieken engereedschap
K1 K2 K2
K2
K2
K2
V3 V3 V3
CLUSTER 2: MATERIAAL VOOR RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES EN BIJBEHORENDE COMPONENTEN PLAATSEN EN AANSLUITEN
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
2.1
sleuven maken
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V2
−
− −
2.2
gaten voor inbouwdozen en verdeelkasten maken
V2
−
−
−
technieken om sleuven te maken in muren, vloeren en wanden gereedschap voor het maken van sleuven voorzorgsmaatregelen bij het maken van sleuven technieken om gaten voor inbouwdozen en verdeelkasten te maken gereedschap voor het maken van gaten voor inbouwdozen en verdeelkasten voorzorgsmaatregelen bij het maken van gaten voor inbouwdozen en verdeelkasten
Mate van beheersing
K2 K2 K2 K2 K2
K2
11
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
2.3
doorboringen maken en afdichten
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V2
− −
−
−
2.4
inbouwdozen en centraaldozen plaatsen
V3
−
− −
2.5
buizen bewerken, leggen, inwerken en bevestigen
V3
−
− − − − − − − − −
2.6
kabelgoten plaatsen
V3
−
−
2.7
kabels leggen, inwerken en bevestigen
V3
−
−
−
−
technieken om doorboringen te maken gereedschap voor het doorboren van muren, vloeren en wanden voorzorgsmaatregelen bij het maken van doorboringen afdichtingsmaterialen en -technieken inbouwdozen en centraaldozen: soorten, kenmerken en toepassingsgebied cementmortel kunnen maken plaatsingstechniek en gereedschap volgens het materiaal waarin gewerkt wordt buizen en hulpstukken: soorten, handelsmaten en hun toepassingsgebied meetgereedschap buizen op lengte kunnen brengen plooigereedschap buizen kunnen plooien verbindingstechnieken voor buizen buizen kunnen verbinden bevestigingsmateriaal voorlopige en definitieve bevestigingstechnieken sleuven kunnen dichtmetselen kabelgoten en bijbehorende hulpstukken: soorten en hun toepassingsgebied plaatsingstechnieken voor kabelgoten kabels: soorten, handelsmaten, toepassingsgebied gereedschap om kabeleinden te ontmantelen technieken om kabels te bevestigen bij inbouw en bij opbouw bevestigingsmaterialen
Mate van beheersing
K2 K2 K2 K2 K2
V3 K2
K2
K2 V3 K2 V3 K2 V3 K2 K2 V3 K2
K2 K2 K2 K2 K2
12
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
2.8
2.9
in teamverband kabels in buizen en kabelgoten aanbrengen in teamverband draad in buizen en kabelgoten aanbrengen
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V3
−
draad- en kabelcoderingen
K1
V3
−
draden: soorten en hun toepassingsgebied wettelijk bepaalde kleurcodes (AREI) consequent de draadkleuren gebruiken plaatsingstechnieken voor draden contactdozen: soorten, kenmerken en toepassingsgebied schakelaars: soorten en hun werking plaatsingstechnieken voor contactdozen en schakelaars aansluittechnieken voor contactdozen voor netspanning/telefonie/tv- en kabeldistributie
K2
verdeelkast: soorten en hun plaatsing kastopbouw plaats van de componenten in de kast plaatsingstechnieken voor componenten courant gebruikt schakelmateriaal: werkingsprincipes, technische specificaties het functioneren van schakelmateriaal kunnen controleren onderscheid kunnen maken tussen 3,230 V en 3,N400 V soorten draden en hun verbindingstechniek bedradingstechnieken richtlijnen van de stroommaatschappij raadplegen etiketteringmethodes
K2
− − −
2.10 schakelaars en contactdozen plaatsen en aansluiten
Mate van beheersing
V3
−
− −
−
2.11 belinstallatie en toestellen voor parlofonie / videofonie / telefonie volgens de instructies van de constructeur plaatsen en aansluiten 2.12 een verdeelkast plaatsen
V3
V3
−
2.13 componenten op een verdeelbord plaatsen, verbinden en aansluiten
V3
− − − −
−
−
− −
2.14 een meterkast plaatsen
V3
−
2.15 stroomkringen en de voedingsspanning etiketteren
V3
−
K1 V3 K2 K2 K2 K2 K2
K2 K2 K2 K2
V3 V3 K2 K2 K2 V3
K2
13
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
CLUSTER 3: ELEKTRISCHE VERWARMINGS- EN VERLICHTINGSTOESTELLEN PLAATSEN EN AANSLUITEN
Cluster van vaardigheden De beginnende beroepsbeoefenaar kan:
3.1
snoeren bewerken en aansluiten
Mate van Ondersteunende kennis (K) beheersing en vaardigheden (V)
V3
− −
−
3.2
3.3
3.4
een thermostaat plaatsen en volgens instructies van de constructeur aansluiten een elektrisch verwarmingstoestel volgens instructies van de constructeur monteren, installeren en aansluiten armaturen en railsystemen voor verlichting plaatsen
V3
− −
V3
−
−
− − − −
samen met een bevoegde de zelfgeplaatste elektrische installatie testen en in opdracht fouten en defecten herstellen
bewerkingstechnieken voor snoeren snoeren: soorten, hulpstukken en toepassingsgebied aansluitingstechnieken en -gereedschap voor snoeren soorten thermostaten het functioneren van een thermostaat kunnen controleren
K2
armaturen: soorten, toepassingsgebied, plaatsingstechnieken bevestigingstechnieken en -middelen railsystemen: soorten, toepassingsgebied, plaatsingstechnieken bevestigingstechnieken en -middelen lampen: soorten, toepassingsgebied montagevoorschriften toepassen voorschakelapparatuur: doel en soorten foutzoekmethode meetinstrumenten een installatie onder spanning kunnen meten
K2
K2 K2
K1 V3
V3
−
3.5
Mate van beheersing
V3
− − −
K2 K2 K2 K2 V3 K1 K2 K2 V3
14
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
3.3.6
Beroepshoudingen In het volgend overzicht geven we de beroepshoudingen weer die voor het beroep van residentieel elektrotechnisch installateur van bijzonder belang zijn. Veiligheids- en milieubewustzijn Actief en pro-actief gericht zijn op veiligheid, op het voorkomen van situaties die personen en omgeving kunnen schaden. Doorzettingsvermogen Erop gericht zijn, ondanks moeilijkheden, een doel te bereiken. Flexibiliteit Bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, onder meer middelen, doelen, mensen en procedures. Imagobewustzijn Aandacht hebben voor de impact die het eigen gedrag en voorkomen op de anderen kan hebben. Zelfstandigheid Bereid zijn om zelfstandig, zonder hulp of toezicht gedurende lange tijd aan een taak te werken. Klantgerichtheid Bereid zijn te luisteren naar de wensen van klanten. Zin voor samenwerking Bereid zijn in overleg met anderen samen te werken om een kwaliteitsvol resultaat te bereiken. Zin voor zelfevaluatie Bereid zijn voortdurend het eigen werk te beoordelen in functie van kwaliteit en kwantiteit. Leergierigheid Op de hoogte willen blijven van de technologische ontwikkelingen in het beroep.
3.3.7
Contextgegevens1 Binnen de elektriciteitssector komt men een brede waaier van installatiebedrijven tegen, elk met hun eigen specialisaties. Afhankelijk van de grootte van het bedrijf zal de graad van arbeidsdifferentiatie verschillen. De opdracht elektrische installatie vertrekt vanuit het installatiebedrijf en de residentieel elektrotechnisch installateur zorgt voor de uitvoering ervan. Installateurs werken meestal in kleine ploegen van 2 à 3 personen. Op grotere werven kunnen ploegen worden samengevoegd. De werfverantwoordelijke superviseert en coördineert de taken. In principe beschikt de residentieel elektrotechnisch installateur over de autonomie om het werktempo en de werkwijze aan te passen, de volgorde van het werk te veranderen. De arbeidsomstandigheden van een residentieel elektrotechnisch installateur zijn vergelijkbaar met de algemene omstandigheden in de bouw. Dit betekent werken in wisselende klimatologische omstandigheden zoals tocht, koude, regen, wind en warmte en een verhoogd risico op ongevallen door het werken op een werf.
1
De gegevens komen uit het beroepsprofiel.
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
15
Vanuit het bedrijfsleven verwacht men op korte termijn niet echt grote vernieuwingen die een noemenswaardige invloed zouden kunnen hebben op het takenpakket van de residentieel elektrotechnisch installateur. Grote innovaties liggen vooral op het gebied van materiaal en gereedschap en de daarmee verbonden nieuwe technieken. Er wordt verder nog verwacht dat domotica als beheersingssysteem meer en meer de markt zal veroveren, wat op dit ogenblik door de bedrijven als een specialisatie gezien wordt.
3.4
Niveau van het beroepsopleidingsprofiel In de regel zijn residentieel elektrotechnische installateurs enkel verantwoordelijk voor de uitvoering van het opgedragen werk. De planning en de coördinatie ervan gebeurt door de ploegbaas. Er is sprake van coöperatieve verantwoordelijkheid waar residentieel installateurs met collega’s samenwerken. Het takenpakket bestaat voornamelijk uit het toepassen van routines en standaardprocedures. Het betreft beroepsgebonden vaardigheden en kennis. Gezien de mate van verantwoordelijkheid, complexiteit en transfer stelt de uitgebreide sectorcommissie voor het beroepsopleidingsprofiel residentieel elektrotechnisch installateur op niveau 2 te plaatsen. (De handleiding voor het schrijven van beroepsopleidingprofielen (Dienst voor Onderwijsontwikkeling, 1998) omschrijft dat niveau van kwalificatie als volgt: een kwalificatie die vooral praktisch werk omvat, dat zelfstandig kan worden uitgevoerd binnen de grenzen van de aangeleerde technieken.)
16
4
BEROEPSOPLEIDINGSPROFIEL RESIDENTIEEL ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR
BIBLIOGRAFIE Beroepsprofiel Residentieel elektrotechnisch installateur, Brussel, SociaalEconomische Raad van Vlaanderen/Vormelek, 2000. Handleiding voor het schrijven van beroepsopleidingprofielen voor secundair en volwassenenonderwijs, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Dienst voor Onderwijsontwikkeling, 1998. Belgisch Staatsblad 759 K.B. van 6 december 1968 betreffende de voorwaarden tot uitoefening van het beroep van elektrotechnisch installateur in de ambachts-, de kleine en middelgrote handels - en de kleine nijverheidsondernemingen. Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap - Departement Onderwijs.
5
MEDEWERKERS AAN DE SECTORCOMMISSIE ♦
Roger Vandevoorde, voorzitter van de sectorcommissie, GO
♦
Freddy Steenackers, VORMELEK
♦
Jean Paul Heirweg, CVPO
♦
Hugo Defillet, CVPO
♦
Johan Vandenbranden, OVSG
♦
Eric Suys, VVKSO
♦
Luc Bogaerts / Willy Sleurs, Dienst voor Onderwijsontwikkeling
♦
Armand Onkelinx, Dienst Beroepsopleiding Departement Onderwijs
♦
Frans Allard / Rita Vanheste, Vlaamse Onderwijsraad