Postbus 1 3430 AA
Bezoekad res
IBAN: NL49 BNGH 0285 0043 87
Stadsplein 1 3431 LZ
www.nieuwegein.nl
BIC: BNGHNL2G
Strategie Maatschappelijke Ontwikkeling
Eveline Bal (030) 607 19 73 E-mail
[email protected] Contactpers oon Telefoon
Gemeenteraad Nieuwegein Postbus 1 3430 AA NIEUWEGEIN
Datum
20 juni 2014
Kenmerk Zaaknummer Berichtnummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
Geachte raad, Op 4 maart 2014 heeft het college de Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom heeft vastgesteld. In deze brief informeren wij u over de hoofdlijnen van deze invoeringsstrategie en de planning met betrekking tot de invoering van de Participatiewet. Aanleiding Naar verwachting wordt op 1 januari 2015 de Participatiewet van kracht. Met deze wet krijgt de gemeente nieuwe taken en verantwoordelijkheden op het gebied van werk en inkomen. Onder regie van het Bestuurlijk Platform Sociaal Domein Lekstroom is door de regionale werkgroep Transitie Werk Lekstroom, waarin alle Lekstroomgemeenten zijn vertegenwoordigd, een gezamenlijke invoeringsstrategie voor deze wet opgesteld. De invoeringsstrategie beschrijft de consequenties van de Participatiewet en de gevolgen bij ongewijzigd beleid. Op basis van deze analyse wordt de richting aangegeven van mogelijke uitwerking en toekomstscenario’s. De invoeringsstrategie is tevens de ‘routekaart’ van de wijze waarop de Lekstroom gemeenten de wet willen invoeren als onderdeel van het totale sociale domein. Met de vaststelling van de invoeringsstrategie door de Lekstroomgemeenten worden nog geen fundamentele keuzes gemaakt. De invoeringsstrategie geeft de betrokken ketenpartners (WIL, Pauw Bedrijven, UW) voor 2015 de noodzakelijke duidelijkheid over de kaders waarbinnen zij hun plannen kunnen maken. Het jaar 2015 wordt gezien als een overgangsjaar naar een meer definitieve fase van de implementatie. Dit kan aangezien de gevolgen in 2015 zowel inhoudelijk als financieel van de nieuwe wet nog gering zijn. Samenvatting Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom Hieronder wordt op hoofdlijnen de inhoud van de Invoeringsstrategie Participatiewet Lekstroom weergegeven. Vervolgens worden de besluiten van het college toegelicht. Effecten van de Participatiewet Op 1 januari 2015 wordt naar verwachting de Participatiewet van kracht. De doelstelling van de wet is om iedereen met arbeidsvermogen naar zo regulier
Bladnummer
2/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
mogelijk werk toe te leiden. Daarnaast is er in april 2013 een sociaal akkoord gesloten tussen het kabinet en de sociale partners. De Participatiewet en het sociaal akkoord nemen de volgende veranderingen met zich mee:
De Wwb heet vanaf 1 januari 2015 ‘Participatiewet’. De gemeente blijft verantwoordelijk voor de uitvoering. Ook in de systematiek van de wet verandert weinig.
De Wajong wordt aangescherpt. Alleen wie duurzaam en volledig arbeidsongeschikt is komt nog voor een Wajonguitkering in aanmerking. Dit zorgt voor een toename van het beroep op de bijstand.
De zittende populatie in de Wajong wordt herkeurd op het nieuwe criterium. Wie niet aan het nieuwe criterium voldoet krijgt een lagere Wajong uitkering. UWV blijft voor deze groep verantwoordelijk.
De Wsw wordt afgeschaft. Er is geen instroom meer in de Wsw met ingang van 1 januari 2015. Mensen die op 1 januari 2015 een dienstbetrekking hebben, houden wel rechten. 1 De wachtlijst vervalt. De Rijksbijdrage Wsw vervalt. De middelen gaan (met bezuinigingen) over naar het re-integratiebudget.
De gemeenten krijgen meer beleidsruimte om loonkostensubsidie (ook beschut werk) in te zetten voor mensen met een beperking.
Werkgevers hebben zich garant gesteld voor de realisatie van landelijk 125.000 extra banen voor mensen met een beperking, waarvan 100.000 in de marktsector. Dit aantal wordt opgebouwd met ingang van 2014 en volledig gerealiseerd in 2026. In 2018 zouden ongeveer 45.000 banen gerealiseerd moeten zijn. Voor de Lekstroom betekent dit ongeveer 400 extra banen voor mensen met een beperking in 2018.
De Participatiewet heeft ingrijpende gevolgen voor de Lekstroomgemeenten, zo laat het toekomstbeeld bij ongewijzigd beleid zien:
De doelgroep neemt in totaal toe met ongeveer 22%. Daarbinnen stijgt de doelgroep van mensen in de bijstand met 31% en daalt de doelgroep Wswoud met bijna 20%.
1 Deze groep wordt in de Invoeringsstrategie Participatiewet Lekstroom en dit
collegevoorstel aangeduid als ‘Wsw-oud’.
Bladnummer
3/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
De doelgroep wordt niet alleen groter, maar ook complexer. De aanscherping van de Wajong veroorzaakt een toename van het aantal mensen in de bijstand die (langdurig) behoefte hebben aan ondersteuning
Het budget wordt ontschot, maar het totale budget dat wij beschikbaar hebben om mensen te ondersteunen bij hun deelname aan de arbeidsmarkt neemt af met bijna 17%.
Zonder bijsturing blijft Wsw-oud veel kosten. In 2018 gaat ongeveer 85% van het totale budget op aan de kosten van Wsw-oud. In 2018 is dat nog 11% van de totale doelgroep.
Als gevolg daarvan is er voor re-integratie van mensen in de bijstand veel minder beschikbaar. Gemiddeld daalt het budget met bijna 50% naar een bedrag van € 630 per bijstandsuitkering.
Er is al sprake van een tekort op de uitvoering van de Wsw. Bij ongewijzigd beleid leggen de gemeenten (met uitzondering van de gemeente Houten) al bijna € 2,2 miljoen per jaar bij uit eigen middelen.
Zonder bijsturing zullen de gemeenten (en de uitvoerder WIL) genoodzaakt zijn om in de ondersteuning van mensen in de bijstand vergaande prioritering door te voeren. Deze prioritering betekent een verhoging van het risico van de gemeenten op het inkomensdeel (het budget dat de gemeenten van het Rijk krijgen voor de financiering van de uitkeringen): we kunnen aannemen dat een lagere inzet op ondersteuning van mensen in de bijstand effect zal hebben op het aantal uitkeringen en de uitkeringskosten van de gemeenten. Eventuele tekorten die hier ontstaan komen in principe voor eigen rekening van de gemeenten. Een bijkomend sociaal effect is dat een groot deel van de bijstandsgroep inactief zal zijn en /of een groter beroep gedaan moet worden op andere voorzieningen van de gemeenten om deze groepen te activeren en deel te laten nemen aan de samenleving. Indirect kunnen ook andere sociale effecten optreden, zoals isolement en overlastsituaties. Economische gevolgen kunnen zijn: een lagere koopkracht en minder aantrekkelijk vestigingsklimaat voor winkels en bedrijven. De visie: een werkplek naar vermogen voor zoveel mogelijk mensen De Lekstroomgemeenten maken zich sterk om iedereen naar vermogen te laten deelnemen aan de samenleving. In de eerste plaats wordt daarbij uitgegaan van wat mensen zelf kunnen, van hun talenten en mogelijkheden. In de tweede plaats van de omgeving van mensen, van kansen die er zijn om daarvan gebruik te maken. In de derde plaats is er ondersteuning van de gemeente en andere partijen in het sociale domein.
Bladnummer
4/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
De Lekstroomgemeenten hanteren deze uitgangspunten ook op het terrein van werk en inkomen. Iedereen heeft talenten en capaciteiten. Dat is het centrale uitgangspunt. Talenten en capaciteiten die van grote waarde zijn voor mensen zelf, maar ook voor de arbeidsmarkt. De Lekstroomgemeenten willen dat zoveel mogelijk mensen een werkplek hebben die past bij wat zij kunnen. Dit doel streven de Lekstroomgemeenten niet alleen na voor mensen met een volledig of hoog verdienvermogen. De Lekstroomgemeenten willen ook mensen met een lager verdienvermogen naar vermogen laten deelnemen aan de arbeidsmarkt, ook als daar langdurige ondersteuning voor nodig is. Dat geldt ook voor mensen met een (meer permanente) beperking. Die groep wordt groter in de komende jaren. De Lekstroomgemeenten willen daar op blijven inzetten, niet alleen voor de huidige Wsw-doelgroep, maar ook voor de grote groep die van de Wajong overkomt en de mensen die nu al een beroep doen op de bijstand. Samen met werkzoekenden en werkgevers De Lekstroomgemeenten realiseren deelname aan de arbeidsmarkt uiteindelijk niet, werkzoekenden en werkgevers doen dat zelf. De Lekstroomgemeenten verwachten van iedere werkzoekende bijvoorbeeld dat hij of zij zich naar vermogen inzet om werk te verkrijgen en werk te aanvaarden, zich naar vermogen inzet om zijn kansen en verdiencapaciteit te vergroten en gebruik maakt van de ondersteuning die daarbij kan helpen. Van werkgevers wordt verwacht dat zij waar mogelijk gebruik maken van de talenten en capaciteiten van de doelgroep en hun verdiencapaciteit ten behoeve van de organisatie zo goed mogelijk benutten. Ook verwachten de Lekstroomgemeenten dat zij in dat kader hun werknemers begeleiden en ondersteunen bij het uitvoeren van hun functie en dat zij investeren in de arbeidsbekwaamheid van hun werknemers. De Lekstroomgemeenten bieden brede ondersteuning aan werkzoekende en werkgever. Naast begeleiding en coaching voor de werkzoekende en accountmanagement naar werkgevers organiseren wij tijdelijke ondersteuning in de vorm van onder andere training, scholing, arrangementen, werkervaringsplaatsen, het starten van een onderneming en tijdelijke loonkostensubsidie. Ook wordt langdurige ondersteuning in de vorm van onder andere langdurige loonkostensubsidie, detachering, jobcarving, bepaling van verdiencapaciteit, aanpassing van de werkplek en no risk polis georganiseerd. Ten behoeve van de hele doelgroep organiseren de Lekstroomgemeenten bovendien de wettelijke taken. Het gaat hierbij om de wettelijke taken die samenhangen met de beoordeling, toekenning, handhaving, administratie en uitbetaling van de bijstandsuitkering (exclusief de bijstandsuitkering zelf) en het aanbieden van ondersteuning bij het realiseren van arbeidsdeelname (exclusief de ondersteuning zelf).
Bladnummer
5/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
De Lekstroomgemeenten nemen actief deel aan het netwerk in het sociale domein. Onderwerpen zoals de uitwisseling van signalen met andere professionals en een gecoördineerde aanpak bij meervoudige problematiek zijn daarbinnen belangrijke thema’s. De uitwerking hiervan zal (mede op basis van pilots en experimenten) in de komende periode plaatsvinden in samenhang met de andere transities (Jeugdzorg, WMO). Daarnaast zal WIL participeren in de regionale samenwerking (in Utrecht Midden) rondom de Werkbedrijven, de garantstelling van werkgevers en andere kansen om werkplekken binnen en buiten de gemeentegrenzen te realiseren. Omvorming Wsw is een randvoorwaarde Onze visie ‘een werkplek naar vermogen voor zoveel mogelijk mensen’ is alleen mogelijk als de Wsw wordt omgevormd. Dan kunnen meer mensen gebruik maken van ondersteuning, in het bijzonder mensen met behoefte aan tijdelijke en langdurige ondersteuning. Van belang is dat we komen tot een uitvoering van Wsw-oud die: • maximaal bijdraagt aan het plaatsen van Wsw-ers bij reguliere werkgevers; • daarbij de aanwezige verdiencapaciteit zo goed mogelijk benut; • rekening houdt met de (wettelijke) rechten en plichten van Wsw-ers; • efficiënt en samenhangend wordt uitgevoerd in relatie tot de gehele participatiewet; • gebruik maakt van bestaande kennis en expertise (van SW bedrijven); • leidt tot lagere kosten. • rekening houdt met de afbouw van de uitvoering van de Wsw-oud in de komende jaren. Verkennen toekomst uitvoering Wsw Nu is de uitvoering van Wwb en Wsw gescheiden. Dat betekent bijvoorbeeld dat werkgevers te maken hebben met verschillende contactpersonen en er soms concurrentie is tussen de uitvoeringsorganisaties als het gaat om het invullen van een werkplek. Ook vanuit sturingsoogpunt lijkt het hebben van drie uitvoeringsorganisaties (GR WIL, GR PAUW en een subsidierelatie van Houten met UW Bedrijven) voor de uitvoering van wat straks één wet en één budget is, niet efficiënt en niet effectief. Bovendien dienen gemeenten hun dienstverlening aan werkgevers, maar ook afspraken in regionaal verband te organiseren in arbeidsmarktregio’s. De Lekstroomgemeenten vallen onder Utrecht Midden. Maar de gemeenten De Ronde Venen en Stichtse Vecht vallen onder respectievelijk Groot Amsterdam en Gooi- en Vechtstreek. Deze gemeenten vallen weliswaar niet onder de Lekstroom, maar wel onder de GR PAUW Bedrijven.
Bladnummer
6/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
Daarnaast is het een gegeven dat de instroom in de Wsw stopt en dat er sprake is van een sterfhuis. Het aantal Wsw-plekken gaat met ongeveer 6% per jaar dalen. Ook op dit gegeven zal moeten worden ingespeeld. Aan de hand van deze invoeringsstrategie zal een verkenning worden uitgevoerd naar alternatieve opties voor de toekomstige uitvoering van de Wsw, binnen het kader van de Participatiewet. Besluiten college De invoering van de Participatiewet heeft effect op verschillende terreinen. Op diverse onderdelen moet beleid nader worden uitgewerkt en vastgesteld om te komen tot een optimale implementatie. De invoeringsstrategie geeft richting en is de routekaart. Deze route loopt in een aantal gevallen verder dan 1 januari 2015. Wat klaar moet zijn op deze datum is uiteraard gereed. Het jaar 2015 wordt gezien als een overgangsjaar naar de definitieve fase. Dit kan aangezien de gevolgen in 2015 zowel inhoudelijk als financieel van de nieuwe wet nog gering zijn. Voor een goede implementatie van de Participatiewet heeft het college besloten om: 1. In te stemmen met de Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom met als visie 'een werkplek naar vermogen voor zoveel mogelijk mensen met ondersteuningsmogelijkheden voor een brede doelgroep'. 2. Een verkenning uit te laten voeren naar alternatieve mogelijkheden voor de toekomstige uitvoering van de Wsw en een plan van aanpak op te stellen voor de vervolgstappen. 3. In het kader van het tweede beslispunt, in samenwerking met de andere gemeenten die zijn aangesloten bij de GR PAUW Bedrijven, opdracht te geven aan een externe partij voor het uitbrengen van een advies over mogelijke scenario’s voor het uitvoeren van WSW-oud en beschut werk binnen de kaders van de Participatiewet. 4. Vooralsnog de component Wsw-oud binnen het per 1 januari 2015 gebundelde re-integratiebudget aan te houden voor budgettering van PAUW Bedrijven en UW Bedrijven. 5. Vooralsnog de overige componenten (niet zijnde Wsw-oud) binnen het per 1 januari 2015 gebundelde re-integratiebudget aan te houden voor budgettering van WIL. 6. WIL middels bijgevoegde brief opdracht geven om, samen met de gemeenten en de Wsw-bedrijven, binnen het onder punt 4 genoemde kader, de gevolgen van de Participatiewet voor haar beleid en dienstverlening in beeld te brengen en deze te vertalen in de bestaande beleid- en begrotingscyclus.
Bladnummer
7/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
7. WIL opdracht geven om, samen met de Wsw-bedrijven en de gemeenten, in de arbeidsmarktregio afspraken te maken over het verzilveren van de werkplekken voor mensen met een beperking en mede invulling te geven aan het arbeidsmarktplatform / werkbedrijf voor Utrecht Midden. 8. De invoeringsstrategie en bijgevoegde raadsbrief ter informatie te zenden aan de gemeenteraad. Toelichting besluiten Besluit 1: De Lekstroom visie op de Participatiewet is maximale arbeidsparticipatie naar vermogen van mensen. Wij willen dat zo veel mogelijk mensen naar vermogen deelnemen aan de arbeidsmarkt. De eigen verantwoordelijkheid van mensen staat hierbij centraal. Ook worden werkgevers aangesproken op hun mogelijkheden en verantwoordelijkheden. Waar nodig worden mensen ondersteund. Deze ondersteuning bieden de wij aan een zo breed mogelijke groep, aan mensen met tijdelijke belemmeringen maar ook aan mensen met meer permanente beperkingen. Prioriteiten stellen en keuzes maken is hierbij noodzakelijk gelet op het budget. Maar op voorhand worden er geen categorieën mensen uitgesloten van ondersteuning richting de arbeidsparticipatie, als zij daartoe in staat worden geacht. Besluit 2: Aan de gemeentesecretarissen van de betrokken gemeenten wordt verzocht een verkenning uit te voeren naar alternatieve mogelijkheden voor de toekomstige uitvoering van de Wsw, binnen de kaders van de Participatiewet en deze invoeringsstrategie en op basis daarvan een plan van aanpak op te stellen voor de vervolgstappen. Beslispunt 3: Op 31 januari jl. hebben de (wnd-/loco-) secretarissen van de deelnemende gemeenten besloten aan hun respectievelijke colleges voor te stellen dat, in opdracht van de colleges van B&W, een opdracht moet worden geformuleerd om een externe partij te verzoeken mogelijke scenario’s te schetsen voor de toekomst van de PAUW-Bedrijven, dit in het kader van de veranderingen t.g.v. de Participatiewet, met het oog op de belangen van de doelgroep van de WSW en het onderdeel ‘beschut werken’. Deze opdracht is bijgevoegd in de bijlage. Besluit 4 en 5: Voor WIL en de Wsw-bedrijven is het belangrijk om te weten wat voor hen het financieel kader is voor het begrotingsjaar 2015. Op basis daarvan kunnen zij de gevolgen voor beleid en uitvoering in het jaar 2015 beeld brengen. De bestaande financiële en organisatorische kaders blijven daarbij in stand, in afwachting van besluiten over de strategische vraagstukken met betrekking tot de alternatieve mogelijkheden voor de toekomstige uitvoering van de Wsw. Voor PAUW Bedrijven en UW Bedrijven vormt de Rijksbijdrage Wsw op dit moment de basis voor de budgetten die zij ontvangen van de gemeenten. Met ingang van 1
Bladnummer
8/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
januari 2015 wordt de Rijksbijdrage Wsw afgeschaft en gaan de middelen over naar het gebundelde re-integratiebudget. Waarschijnlijk blijft binnen dat gebundelde reintegratiebudget wel een ‘fictieve component Wsw-oud’ zichtbaar. Voorgesteld wordt om vooralsnog die component aan te houden voor budgettering van PAUW Bedrijven en UW Bedrijven en de overige componenten aan te houden voor budgettering van WIL. Besluit 6 en 7: Volgend uit beslispunt 4 neemt WIL het initiatief om de gevolgen van de Participatiewet voor haar beleid en dienstverlening in beeld te brengen. Dit doet WIL binnen de met de invoeringsstrategie gestelde kaders. Deze gevolgen vertaalt WIL door in een beleidsplan, begroting, dienstverleningsovereenkomsten en waar nodig in verordeningen. Met het oog op het versterken van de dienstverlening aan werkgevers en het verzilveren van de garantstelling van werkgevers voor banen voor mensen met een beperking, zal de samenwerking in de arbeidsmarktregio Utrecht Midden in de komende periode verder vorm krijgen. WIL krijgt de opdracht om dat op te pakken ten behoeve van de Lekstroomgemeenten. WIL implementeert de Participatiewet in samenhang met de andere twee transities (de Jeugdzorg en de AWBZ) en het totale sociale domein. WIL gaat verder met de reeds in gang gezette ontwikkeling van de interfaces tussen WIL en het lokale sociale domein. In de interfaces wordt een koppeling gelegd tussen participatie en zorg. Voorbeelden van deelthema’s binnen de interfaces zijn meervoudige problematiek, de participatie van doelgroep 4, complexe multiprobleem gezinnen en signalering. Zowel WIL als de gemeenten zijn bij deze interfaces betrokken. In 2014 start WIL met een aantal pilots op het gebied van de lokale toegang (sociale wijkteams en zorgloketten) en worden de sociale interfaces tussen WIL en gemeenten verder ingevuld. Dit betreft ook het aanbod voor klantgroep 4. Besluit 8: Dit beslispunt behoeft geen verdere toelichting. Planning De werkgroep Transitie Werk Lekstroom houdt regie op het implementatieproces van de Participatiewet zoals beschreven in deze invoeringsstrategie. Deze werkgroep ressorteert onder het bestuurlijk Platform Sociaal Domein Lekstroom. In deze werkgroep zijn alle Lekstroomgemeenten vertegenwoordigd. Ten behoeve van de strategische uitwerking wordt samengewerkt met ketenpartners (WIL, PAUW Bedrijven en UW Bedrijven) en gebruik gemaakt van de beschikbare expertise binnen deze organisaties. Belangrijkste eerstvolgende stap is de afronding van de verkenning (beslispunt 2) en het maken van een plan van aanpak voor het vervolgtraject. De raad zal bij de uitkomsten van deze verkenning worden betrokken. Besluitvorming daarover zal
Bladnummer
9/9
Zaaknummer Onderwerp
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom
vervolgens in mei 2014 gerealiseerd moeten zijn. Wij verwachten besluitvorming over de strategische vraagstukken medio 2015 afgerond te hebben, waarna de implementatie kan starten. De Werkgroep Transitie Werk Lekstroom wordt daarnaast door WIL betrokken bij de voorbereiding op de Participatiewet (punten 5 en 6) en de vertaling hiervan in beleid en begroting. U zal middels de gebruikelijke beleids- en begrotingscyclus van WIL en PAUW bij de voortgang van het hele proces betrokken worden. Daarnaast zullen wijzigingen in bestaande beleidskaders en verordeningen te zijner tijd aan u worden voorgelegd. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders,
drs. P.C.M. van Elteren secretaris Bijlagen
F.T.J.M. Backhuijs burgemeester
Invoeringsstrategie Participatiewet Regio Lekstroom Afschrift van de collegebrief aan WIL Opdracht toekomstscenario’s uitvoering WSW en PAUW -Bedrijven