> Retouradres
Stichting Bira Tax Thuiszorg T.a.v. de heer R. Bipat, directeur Herman Costerstraat 415 2571 PP DEN HAAG
Directoraat Generaal Langdurige Zorg Directie Langdurige Zorg Kwaliteitsbeleid Zorginstellingen Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78 34 www.rijksoverheid.nl Inlichtingen bij ing. H.P.C. Verbeek Senior Beleidsmedewerker
Datum Betreft
Besluit tot aanwijzing op grond van artikel 8, eerste lid, Kwaliteitswet zorginstellingen
Geachte heer Bipat,
Hierbij maak ik mijn besluit bekend uw organisatie, Bira Tax Thuiszorg te Den Haag een aanwijzing op grond van artikel 8, eerste lid van de Kwaliteitswet zorginstellingen op te leggen.
T 070-3405325
[email protected] Kenmerk 168245-112945-LZ Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief.
Op 11 oktober 2013 heb ik u met mijn brief, kenmerk 156543-111189-LZ mijn voornemen bekend gemaakt uw organisatie een aanwijzing op grond van artikel 8, eerste lid, van de Kwaliteitswet zorginstellingen op te leggen. In deze brief bent u uitgenodigd om uw zienswijze kenbaar te maken. Hiertoe heeft op 22 oktober 2013 een zienswijzegesprek plaatsgehad. Het verslag van het zienswijzegesprek heeft u op 22 oktober per mail aangevuld. Tevens heeft u op die datum per e-mail aanvullende stukken aangeleverd die als bijlage bij het verslag zijn gevoegd. Mijn besluit is gebaseerd op het advies van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (verder: Inspectie), het zienswijzegesprek en voornoemde aanvullende stukken. Samengevat heeft u in het zienswijzegesprek het volgende aangevoerd. 1. U bent het niet eens met de inhoud van het Inspectierapport omdat u van mening bent dat bij de Inspectie de toetsingscriteria zijn gehanteerd die van toepassing zijn op grote instellingen. Uw instelling is een heel kleine instelling met op dit moment slechts 4 AWBZ cliënten. Een dergelijk kleine instelling kan onmogelijk aan al deze criteria te voldoen. U bent wel bereid aan de criteria voor kleine instellingen te voldoen maar die heeft u nooit ontvangen. 2. U bent bereid alle stukken aan de Inspectie te overleggen waar de Inspectie om vraagt. De Inspectie heeft echter nooit duidelijkheid gegeven over wat moest worden geleverd. Niettemin bent u bereid dit alsnog te doen. In reactie op het conceptverslag heeft u per mail van dinsdag 29 oktober 2013 de gevraagde stukken aangeleverd. Dit betreft zorgplannen, de voorbladen van indicaties van de cliënten en een overzicht van de cliënten. 3. U wijst erop dat Bira Tax een PGB organisatie is en geen zorg in natura levert. De betekent dat cliënten die niet tevreden zijn over de kwaliteit van de zorg vanzelf naar een andere aanbieder zullen gaan. Het is in dit licht voor u niet duidelijk waarom allerlei kwaliteitseisen aan de organisatie Pagina 1 van 5
worden gesteld. Niettemin bent u van oordeel dat Bira Tax voldoet aan de richtlijnen. 4. Met uw e-mail van woensdag 30 oktober waarmee u een aanvulling op het verslag van het zienswijzegesprek voorstelt, geeft u informatie over het cliëntenbestand van Bira Tax waarbij u expliciet aangeeft dat deze behoren tot de directe familie- en kennissenkring. Daarmee ondersteunt u uw mening dat de eisen die aan de organisatie van zorg worden gesteld niet op uw organisatie van toepassing zijn, althans veel te ver gaan. U geeft daarbij aan dat u een eventuele aanwijzing en het moeten overdragen van de cliënten aan een andere thuiszorgorganisatie zwaar overtrokken vindt. 5. U noemt het moeten implementeren van een klachtencommissie in een zo kleine organisatie hilarisch. U geeft echter niettemin aan dat u pogingen in het werk heeft gesteld aan deze eis te voldoen. 6. Ten slotte benadrukt u dat ondanks herhaalde verzoeken aan de Inspectie naar uw oordeel nooit door de Inspectie duidelijkheid is gegeven aan welke kwaliteitseisen een kleine organisatie als Bira Tax moet voldoen.
Directoraat Generaal Langdurige Zorg Directie Langdurige Zorg Kwaliteitsbeleid Zorginstellingen Kenmerk 168245-112945-LZ
Het bovenstaande heeft mij geen aanleiding gegeven van mijn voornemen af te zien. Mijn overwegingen zijn de volgende: 1. Op 10 maart 2010 ontving de Inspectie het WTZi toelatingsbesluit van Bira Tax d.d. 10 februari 2010. De toelating heeft betrekking op de functies persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding als bedoeld in de artikelen 4, 5 en 6 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ. Naar aanleiding van de ontvangst van het toelatingsbesluit verzocht de Inspectie in het kader van haar toezichthoudende taak uw organisatie bij brief van 28 april 2010 om binnen 3 weken nadere informatie aan de Inspectie te verstrekken. Omdat zij niets ontving, stuurde de Inspectie op 3 juni 2010 en op 30 augustus 2010 een eerste en tweede rappelbrief met het verzoek alsnog de gevraagde informatie te mogen ontvangen. Op geen van deze verzoeken reageerde Bira Tax. In juli 2012 maakte de Inspectie met Bira Tax telefonisch een afspraak voor een aangekondigd Inspectiebezoek d.d. 21 augustus 2012. Deze afspraak werd door een medewerker van uw organisatie afgezegd wegens ziekte van u. Op 7 september 2012 bracht de Inspectie alsnog een aangekondigd Inspectiebezoek aan Bira Tax. Dit Inspectiebezoek werd afgelegd in het kader van het toezicht op nieuwe toetreders die onder de Kwaliteitswet zorginstellingen vallen. Tijdens dit Inspectiebezoek constateerde de Inspectie dat Bira Tax niet voldeed aan de wettelijk gestelde eisen en randvoorwaarden voor het leveren van verantwoorde zorg. Aangezien het een kleine organisatie betrof (op dat moment vijftien cliënten in zorg en twee vaste medewerkers in dienst) gaf de Inspectie u in overweging om ofwel te stoppen met de zorgverlening, ofwel maatregelen te nemen om alsnog te voldoen aan de wettelijke eisen en randwoorden voor verantwoorde zorg. Daarbij gaf de Inspectie aan geïnformeerd te willen worden over eventuele wijzigingen (verzwaring) in het zorgaanbod en werd afgesproken dat in ieder geval verpleging geen onderdeel meer zou uitmaken van het zorgaanbod en dat het aanbieden van deze dienst verwijderd zou worden van de website. De Inspectie stelde u in de gelegenheid om haar uiterlijk op 30 december 2012 te informeren over het genomen besluit over de koers van de organisatie. De Inspectie gaf tevens aan dat zij daarna, afhankelijk van het genomen besluit en indien nodig, alsnog over zou gaan tot het nemen van maatregelen. De bevindingen en conclusies van het Inspectiebezoek van 7 september 2012 Pagina 2 van 5
zijn vastgelegd in het Inspectierapport d.d. 18 november 2012. Na het verschijnen van het Inspectierapport d.d. 18 november 2012 heeft u de Inspectie niet binnen de geboden termijn geïnformeerd over het genomen besluit over de koers van Bira Tax. Conform de procedure heeft de Inspectie gerappelleerd en informatie gevorderd. Hierop heeft u ondanks diverse schriftelijke verzoeken van de Inspectie om informatie te ontvangen (d.d. 11 januari 2013 en 8 februari 2013), niet gereageerd. De opgevraagde informatie bestond uit documentatie over tien onderwerpen en een overzicht van het cliënten- en personele bestand. Op 22 april 2013 is de Inspectie onaangekondigd langs Bira Tax gegaan om informatie te vorderen. U heeft op 7 mei telefonisch om uitstel gevraagd en een week uitstel gekregen. Op 14 mei 2013 ontving de Inspectie per email summiere documentatie over 2 onderwerpen, te weten het zorgplan (blanco exemplaar) en de klachtenregeling. Op basis van het feit dat maar een klein gedeelte van de gevraagde documentatie was ontvangen en op basis van de inhoud en de kwaliteit van de ontvangen documentatie, heeft de Inspectie besloten een vervolgbezoek te brengen aan Bira Tax. Dat Inspectiebezoek vond plaats op 31 mei 2013. Dit Inspectiebezoek werd slechts één dag tevoren bij u aangekondigd. Het (zo kort mogelijk van te voren) aankondigen van een dergelijk bezoek in plaats van het niet aankondigen ervan is in de thuiszorgsector noodzakelijk om tijdens een bezoek inzage in zorgdossiers (inclusief zorgplannen) te kunnen hebben. Alle bevindingen en conclusies van het Inspectiebezoek van 31 mei 2013 Z1fl 156543-111189-LZ zijn vastgelegd in het Inspectierapport d.d. 10 juli 2013. 2. Bij het Inspectierapport van 18 november 2012 zijn in de bijlagen duidelijke gegevens opgenomen van de eisen waaraan kleine zorgorganisaties dienen te voldoen en welke wetgeving daarop van toepassing is. Bira Tax heeft dus al in een heel vroeg stadium kunnen nagaan waaraan zij ten aanzien van de organisatie van de zorg dient te voldoen. 3. De door u aangeleverde stukken ten behoeve van toevoeging aan het verslag van het zienswijzegesprek leveren niet de informatie op die daarvan had mogen worden verwacht. Ten aanzien van de zorgplannen: er is geen volledig zorgplan ontvangen. Van vier cliënten is een standaard blad met NAW gegevens, huisarts e.d. overlegd. Het ontbreekt aan rapportages, (frequentie van) evaluaties, afstemming/akkoord van de cliënt en afstemming tussen de verschillende hulpverleners. Ten aanzien van de indicaties: uiteindelijk heeft de Inspectie de indicaties ontvangen en kunnen inzien. Deze roepen vragen op ten aanzien van de feitelijke invulling van de zorg. Bijvoorbeeld een cliënt is geïndiceerd voor groepsverzorging, maar het wordt niet duidelijk op welke wijze hieraan invulling wordt gegeven.
Directoraat Generaal Langdurige Zorg Directie Langdurige Zorg Kwaliteitsbeleid Zorginstellingen Kenmerk 168245-112945-LZ
Op grond van bovenstaande bevindingen kom ik tot de volgende conclusie: 1) Bira Tax is zeer lang de gelegenheid geboden om zaken op orde te brengen; 2) Er is al in een vroeg stadium door de Inspectie aangegeven op welke wijze kleine instellingen als Bira Tax worden beoordeeld; 3) In een vroeg stadium is informatie verstrekt over de wetgeving waaraan zorginstellingen dienen te voldoen; 4) Bira Tax geeft veertien maanden na het eerste Inspectiebezoek nog steeds Pagina 3 van 5
blijk kennelijk niet te weten wat van haar als zorgorganisatie wordt verwacht met betrekking tot de kwaliteit van zorg en is niet in staat gebleken de noodzakelijke voorwaarden in de organisatie te implementeren; 5) Naar aanleiding van al het voorgaande moet worden vastgesteld dat Bira Tax onvoldoende waarborgen biedt voor een verantwoord kwaliteitsniveau van de geboden zorg en er kan niet worden voorzien op welke termijn dit wel het geval kan zijn.
Directoraat Generaal Langdurige Zorg Directie Langdurige Zorg Kwaliteitsbeleid Zorginstellingen Kenmerk 168245-112945-LZ
Het bovenstaande leidt tot mijn volgende besluit. Ik geef Bira Tax thans op grond van artikel 8, eerste lid, van de Kwaliteitswet de volgende aanwijzing: 1. Bira Tax staakt binnen twee weken na dagtekening van deze brief de zorgverlening aan cliënten met de indicatie persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding en draagt er zorg voor dat de cliënten met genoemde indicaties op zorgvuldige wijze worden overgedragen aan een andere zorgaanbieder. 2. Bira Tax mag niet starten met het aannemen van nieuwe cliënten met de indicatie persoonlijke verzorging, verpleging of begeleiding voordat zij de Inspectie daarover heeft ingelicht. Het opnieuw starten is pas mogelijk als is voldaan aan alle voorwaarden voor verantwoorde zorg als bedoeld in de artikelen 2, 3 en 4 van de Kwaliteitswet zorginstellingen naar het oordeel en ter toetsing van de Inspectie. Indien na toetsing door de Inspectie blijkt dat de organisatie niet voldaan heeft aan de uit de aanwijzing voortvloeiende verplichtingen, zulks ter beoordeling van de Inspectie, kan op basis van artikel 10 van de Kwaliteitswet zorginstellingen een last onder bestuursdwang worden opgelegd. Mijn besluit treedt in werking daags na dagtekening van deze brief. Mijn besluit zal openbaar worden gemaakt op de dag van inwerkingtreding. Met betrekking tot het geconstateerde van de Inspectie over het op grond van de Wet klachtrecht cliënten zorgsector noodzakelijk zijn van een regeling als bedoeld in artikel 2 van genoemde wet, en uw reactie daarop, merk ik het volgende op. Indien de organisatie op enig moment voldoet aan de voorwaarden van deze aanwijzing en dan weer actief wordt als zorgaanbieder, dient zij te beschikken over een functionerende klachtencommissie als bedoeld in voornoemde wet. Heeft u vragen over deze beslissing of bent u het er niet mee eens? Belt u dan eerst met uw contactpersoon. Zijn naam en telefoonnummer staan rechts op de eerste pagina van deze brief. Misschien kunnen wij uw bezwaren wegnemen. Komen we er samen niet uit? Dan kunt u alsnog een bewaarschrift sturen. Dit moet binnen zes weken na de datum die bovenaan deze brief staat. Let op: doe dit op tijd, anders kan uw bezwaar niet behandeld worden. Noem in het bezwaarschrift uw naam en adres, en de datum en het kenmerk van deze brief (dit kenmerk vindt u in de rechter kantlijn) geef aan waarom u het niet eens bent met de beslissing. Vergeet niet om uw bezwaarschrift te ondertekenen en van een datum te voorzien. Wilt u zo vriendelijk zijn om een kopie van deze brief mee te sturen met het bezwaarschrift?
Pagina 4 van 5
Het bezwaarschrift stuurt u naar: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Directie Wetgeving en Juridische Zaken Postbus 20350 2500 EJ Den Haag
Directoraat Generaal Langdurige Zorg Directie Langdurige Zorg Kwaliteitsbeleid Zorginstellingen Kenmerk 168245-112945-LZ
U kunt uw bezwaarschrift ook faxen naar: (070) 340 5984. Hoogachtend, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, namens deze, de waarnemend directeur-generaal Langdurige zorg,
drs. C. van der Burg
Pagina 5 van 5