Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o

Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o

JAARVERSLAG 2015

pag. 1

Inhoudsopgave

Voorwoord van de directeur-bestuurder…………………………………………………………………….……….. 3

Jaarverslag 2015 1. Algemene informatie............................................................................................................................ 4 2. Kerngegevens en kernactiviteiten ........................................................................................................ 5 3. Verslag raad van toezicht over het jaar 2015...................................................................................... 6 4. Onderwijs en kwaliteit .......................................................................................................................... 7 4.1 Algemeen ....................................................................................................................................................................................................... 7 4.2 Pieter Groen .................................................................................................................................................................................................. 9 4.3 Rijnmond ..................................................................................................................................................................................................... 10 4.4 Limes praktijkonderwijs ......................................................................................................................................................................... 12 4.5 Samenwerkingsverbanden ................................................................................................................................................................... 12

5. Personele zaken .................................................................................................................................. 14 7. Financiële zaken ................................................................................................................................. 17 7.1

Financiële positie en kengetallen ..................................................................................................................................................... 17

7.2

Balans en Exploitatierekening over 2015 ..................................................................................................................................... 18

pag. 2

Voorwoord van de directeur-bestuurder Hierbij bieden wij de lezer de jaarstukken aan over het kalenderjaar 2015 van de Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o. Zoals te doen gebruikelijk bestaan de jaarstukken uit een jaarverslag, de jaarrekening en overige gegevens. In het jaarverslag wordt verslag gedaan van de kernactiviteiten, de juridische structuur, de organisatie en de belangrijkste elementen van het gevoerde beleid. De jaarrekening betreft de financiële situatie op de balansdatum en de financiële gang van zaken gedurende het verslagjaar. De jaarstukken zijn opgesteld onder het regime van de inmiddels vertrouwde richtlijnen voor de jaarverslaggeving. Het toepassen van deze richtlijnen past goed in het creëren van gezonde bestuurlijke verhoudingen, waarbij het onderwijs als professionele sector jaarlijks laat zien hoe op professionele wijze invulling wordt gegeven aan de door politiek en maatschappij aan het onderwijs gegeven onderwijskundige en pedagogische opdracht. In 2015 heeft zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan die een bijdrage hebben geleverd aan de verdere ontwikkelingen binnen de Stichting Andreas College en het streven naar een goede kwaliteit. Gesteld kan worden dat 2015 niet alleen een mooi jaar is geweest maar ook een goed schooljaar was. De juridische transformatie van de verenigingsvorm naar een stichtingsvorm is in het achterliggende jaar op een soepele manier verlopen. Alle gesprekspartners hebben zich ingezet om dit zorgvuldig met maximale inspraak te doen laten verlopen. Mijn waardering en dank voor de vele uren en inzet die zij daaraan hebben besteed. Tot ons grote genoegen kunnen we met trots vermelden is het Limes Praktijkonderwijs wederom weer gelukt voor de 2e maal op rij door het Ministerie van OCW te worden verkozen tot Excellente School. Dit predicaat mag gevoerd worden voor een periode van 3 jaar. Dit resultaat straalt natuurlijk over al onze scholen heen. Een prachtige waardering voor het Limes team, dat met hun inzet voor de leerlingen er een excellente school van hebben gemaakt. Het Vakcollege heeft zich op Rijnmond in het eerste jaar goed ontwikkeld. Gesteld kan worden dat de fundamenten stevig zijn neergezet en met veel elan en inzet het Vakcollege zich in Katwijk heeft gepositioneerd. Tijdens de opmaak van deze jaarstukken zien wij ook dat de aanmeldingen voor het Vakcollege een mooie progressie laten zien in vergelijking met de aanmelding van leerlingen in voorgaande jaren. Op Pieter Groen krijgt het TTO steeds meer aantrekkingskracht van nieuwe leerlingen, en het genereert ook steeds meer vorm met programmatische ontwikkelingen in de bovenbouw. Hierbij valt vooral de samenstelling op van internationaal programma voor de leerlingen van Pieter Groen. Het entrepenasium binnen de MAVO en HAVO heeft inmiddels ook z’n aantrekkingskracht bewezen en zich goed geworteld binnen Pieter Groen. Het programma voor de leerlingen die het ondernemend leren in zich hebben, bewegen zich ook buiten de schoolmuren zoals de zichtbare samenwerking tussen het Entrepenasium met Start-up in Leiden en Rabo Leiden Katwijk. Conform artikel 6 van de statuten van de Stichting Andreas College te Katwijk en omstreken heeft de Raad van Toezicht in haar vergadering van 31 mei 2016 dit jaarverslag goedgekeurd. Graag bedank ik de Raad van Toezicht, de locatiedirecties, medewerkers en alle samenwerkingspartners voor hun bijdragen aan de mooie prestaties in het afgelopen jaar. Ik wens u veel leesgenoegen toe. mr. Joh. A. Stevens directeur-bestuurder Mei 2016

pag. 3

1. Algemene informatie Juridische structuur Met ingang van 26 november 2015 bestaat de VCVO Katwijk e.o. niet meer. Per die datum is de bestaande verenigingsvorm omgezet in een stichtingsvorm. De volledige tenaamstelling van onze stichting luidt: Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o. Het inschrijvingsnummer bij de Kamer van Koophandel is ongewijzigd gebleven: 40448410. De stichting bestaat sinds bovengenoemde datum uit het Andreas College en Limes praktijkonderwijs. Er is een Raad van Toezicht ingesteld. In het Bestuursreglement wordt de werkverhouding tussen de Raad van Toezicht en de directeur-bestuurder geregeld. Dit regelement is in de vergadering van de Raad van Toezicht van 1 december 2015 vastgesteld. Het is de bedoeling dat de Raad van Toezicht in het eerste kwartaal van 2016 het Reglement renumeratiecommissie en het Auditreglement zal vast stellen. Organisatiestructuur Het Andreas College ( locatie Pieter Groen en Rijnmond) en Limes praktijkonderwijs maken onderdeel uit van de stichting maar worden door het Ministerie van OCenW beschouwd als twee afzonderlijke entiteiten met elk een eigen BRIN-nummer. Zoals gezegd bestaat de stichting uit twee scholen en heeft drie schoolgebouwen ter beschikking. Hier volgen momenteel 2023 leerlingen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar uit Katwijk en omgeving onderwijs. We hebben een breed aanbod: praktijkonderwijs, vmbo-b, vmbo-k, vmbo-t, vmbo-g, mavo, havo en vwo. Medezeggenschap Er is een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) samengesteld uit de mr’en van de beide scholen. Hierin zijn leerlingen, medewerkers en ouders vertegenwoordigd. Deze raad en de directeur-bestuurder bespreken zaken die op stichtingsniveau (bovenschools) moeten worden geregeld. De GMR bestaat uit twaalf leden onder wie zes personeelsleden. De andere zes leden zijn afkomstig uit de ouder- en leerling geledingen. Er is periodiek overleg met de GMR alsmede de financiële commissie van de GMR. Hierbij wordt het meerjaren financieel beleid op hoofdlijnen besproken en daarover advies gevraagd, tevens wordt de jaarrekening jaarlijks toegelicht. Locaties Pieter Groen

Rijnmond

Limes Praktijkonderwijs

MAVO/HAVO/VWO Helmbergweg 10 2221 SZ Katwijk Tel.: 071-4024201

VMBO basis/kader Louise de Colignylaan 2 2224 VT Katwijk Tel.: 071-4013128

Louise de Colignylaan 5 2224 VT Katwijk Tel.: 071-4029990

Correspondentieadres Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o. Postadres: Postbus 48, 2220 AA Katwijk Bezoekadres: Louise de Colignylaan 2, Katwijk Tel.: 071-4013128 E-mailadres : [email protected] Gegevens over de rechtspersoon Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk e.o. Telefoon: 071-4013128 Internetsite: www.vcvokatwijk.nl Bestuursnummer: 40700 Naam contactpersoon: H. de Best Telefoon: 071 –4061065 E-mailadres : [email protected] Brinnummer: 25GD / 26HN

pag. 4

2. Kerngegevens en kernactiviteiten Andreas College Het Andreas College is een brede scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs in Katwijk waar onderwijs wordt gegeven in de volgende sectoren: -

VWO HAVO VMBO o Theoretische leerweg o Gemengde leerweg o Kader/basisberoepsgerichte leerweg - Sector Techniek - Sector Economie - Sector Zorg en Welzijn o Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO)/ en Leerwerktraject (LWT) met hetzelfde aanbod als het VMBO

Kernactiviteit: Het geven van goed onderwijs is de centrale doelstelling van de school en geen waardevrije aangelegenheid. Het Andreas College biedt het onderwijs aan vanuit de hieronder geformuleerde visie, missie en centrale waarden. Het geven van goed onderwijs is geen waardevrije aangelegenheid. Zeker niet op een christelijke school! Uitgangspunt voor ons onderwijs is de gedachte dat de persoonlijke vorming van jonge mensen ‘de sleutel’ is tot kennis en vaardigheden die de basis vormen voor de verdere professionele ontwikkeling en het functioneren in een pluriforme samenleving. De Bijbel als woord van God is daarbij richtinggevend. We zien de school als een leer- en leefgemeenschap waarin waarden als persoonlijke aandacht, respect, betrouwbaarheid en zorgzaamheid herkenbaar zijn. Alle betrokkenen op onze scholen moeten in de praktijk ervaren dat zij ertoe doen, dat zij merken dat ‘elk mens telt’! Vanuit deze visie formuleren wij onze missie. Het Andreas College staat voor onderwijs waarin jongeren vanuit een breed Protestants Christelijk perspectief zich ontwikkelen tot zelfstandige en verantwoordelijke mensen die zin geven aan hun leven en dat van anderen in een pluriforme wereld. Limes praktijkonderwijs Positie van de school De school verzorgt praktijkonderwijs voor alle leerlingen die zich bevinden binnen het voedingsgebied van het Samenwerkingsverband ‘VO/SVO Duin- en Bollenstreek’ en onderhoudt nauwe relaties met de scholengemeenschappen die onder andere leerwegondersteunend onderwijs aanbieden. De missie van de school Alle praktijkscholen in Nederland hebben vanuit de wetgeving dezelfde doelstellingen. Deze komen neer op een aantal centrale begrippen: zelfredzaamheid, arbeidstoeleiding en persoonlijke vorming. Maar scholen verschillen van elkaar. Naast het feit dat scholen te maken hebben met andere leerling populaties, eigen identiteit en zijn ingebed in verschillende regio’s, hebben scholen ook een missie: datgene waar een school voor gaat. Het mission statement van Limes praktijkonderwijs luidt: Limes verlegt grenzen. De visie van de school Aan de basis van de visie van Limes praktijkonderwijs ligt de gedachte: wat ziet men als toeschouwer over vier jaar als men door de school loopt? De kerngedachte hierbij is dat de school de verandering zichtbaar maakt in het gedrag, van zowel de docenten als de leerlingen. Limes praktijkonderwijs gaat uit van competenties die leerlingen nodig hebben voor maatschappij, beroep en vrije tijd. Een brede ontwikkeling van de leerlingen staat centraal. Leerlingen moeten actief en zelfstandig leren. Het onderwijs dat op de school wordt gegeven, accepteert verschillen tussen leerlingen. Het onderwijs moet tevens uitdagend en actueel zijn. Er is sprake van een gedifferentieerde werkwijze die nader in het schoolplan wordt omschreven. pag. 5

3. Verslag raad van toezicht over het jaar 2015 Organisatorische ontwikkelingen: In het achterliggende schooljaar (2014-2015) vond een belangrijke organisatorische ontwikkeling plaats. In juni 2015 werd met instemming van de leden van de Vereniging Christelijk Voortgezet Onderwijs Katwijk besloten om de vereniging om te zetten in de Stichting Andreas College voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Katwijk. Hiermee transformeerde het Bestuur van de VCVO in de rol van Raad van Toezicht van de SCVO. In dit nieuwe bestuursmodel verandert tevens de rol van de centraal directeur in die van directeur-bestuurder. Tijdens de ledenvergadering van 23 juni 2015 is uitgebreid toegelicht waarom tot deze omzetting is besloten. De belangrijkste reden is dat door de omzetting van de vereniging naar een stichting beter uitvoering kan worden gegeven aan de wettelijke verplichting bestuur en intern toezicht te scheiden. Daarbij constateerde het bestuur dat de sympathie die de leden hebben voor (het werk van) de vereniging en de scholen zich niet vertaalde in een grote opkomst bij de jaarlijkse ledenvergaderingen, waardoor de wettelijk vereiste rol van de vereniging als toezichthouder onvoldoende kon worden gewaarborgd. Wij zijn blij met het besluit van de ledenvergadering om in te stemmen met de omzetting en wij danken de leden voor het in ons gestelde vertrouwen. Samenstelling Raad van Toezicht: Op 31 december 2015 bestond de Raad van Toezicht uit de volgende personen: • De heer W. Korndorffer, voorzitter • De heer L.C. Vooijs • De heer D. van den Oever • De heer A. van den Eijkel Mevrouw M. van Duijn- van den Oever is per 22 september 2015 afgetreden als bestuurslid. Het ligt in de lijn van verwachting dat de RvT in het schooljaar 2015-2016 zal worden aangevuld met nieuwe leden. Vergaderingen en activiteiten In 2014-2015 heeft het voormalig bestuur, c.q. de RvT 5 keer vergaderd met de centrale directie c.q. de directeurbestuurder. Daarnaast vond de eerder genoemde ledenvergadering plaats en is er een formeel overleg met de GMR geweest. Tevens is er in 2015 een aantal beleidsvergaderingen geweest inzake de transitie naar een stichting. Buiten de formele overleggen zijn er veel informele momenten geweest waarop wij als Raad van Toezicht betrokken waren bij de school. De lijnen met de directeur-bestuurder en staf zijn kort, de communicatie is open, mede ook met de GMR en de samenwerking is constructief. Gedurende het jaar hebben wij ons onder meer door beleidsrapportages, rapportages van het Ministerie van OCW, tussenrapportages en de managementletter van de accountant op de hoogte laten brengen van de relevante interne en externe ontwikkelingen. Aanvullend daarop brachten de locatiedirecties tijdens een vergadering verslag uit aan de RvT over belangrijke ontwikkelingen op de diverse scholen. In 2015 is goedkeuring verleend aan de jaarrekening 2014 en aan de begroting 2016. Wij hebben gezien dat de positieve ontwikkelingen, zoals in 2014 gerapporteerd, zijn gecontinueerd in 2015 : bestendiging van de instroom van leerlingen, aandacht voor de ontwikkeling van medewerkers en positieve beoordeling van de kwaliteit door de onderwijsinspectie. Hierbij zijn wij verzekerd van een gezonde financiële basis en een organisatie die in control is. In het kader van continuïteit worden alle relevante beleidsvraagstukken in de vergaderingen van de Raad van Toezicht aan de orde gesteld waarbij wij het van belang vinden om de directeur-bestuurder actief te adviseren en ondersteunen bij de te maken keuzes. Ditzelfde geldt voor de financiële aspecten in de vorm van begroting , meerjarenbegroting en tussentijdse cijfers. Wij hebben ons werk met veel plezier gedaan in het verslagjaar 2015 en spreken onze waardering uit voor alle medewerkers van het Andreas College en Limes praktijkonderwijs. Governance Het intern toezicht en bestuur zijn bij de Stichting Andreas College ingericht volgende de principes van ‘good governance’ en in overeenstemming met de Code Goed Bestuur van de VO-raad. Dit betekent dat bestuur en toezicht gescheiden zijn door het model van een Raad van Toezicht (RvT) en het College van Bestuur (de directeur-bestuurder). Katwijk, mei 2016 Namens de Raad van Toezicht W. Korndorffer, voorzitter pag. 6

4. Onderwijs en kwaliteit 4.1 Algemeen Schoolplan 2014- 2018 Medio 2014 is een nieuw Schoolplan voor de periode 2014-2018 opgesteld. Hierin staat het bovenschools beleid op het niveau van de Stichting Andreas College als ook het beleid van de afzonderlijke scholen Pieter Groen, Rijnmond en Limes Praktijkonderwijs beschreven. Dit Schoolplan is resultaat-/opbrengstgericht opgesteld en wordt jaarlijks geupdate. Uitgangspunten: • De Stichting Andreas College. staat voor kwalitatief goed onderwijs waarin leerlingen vanuit een breed Protestants Christelijk perspectief hun eigen identiteit verder kunnen ontwikkelen. Wij willen als school uitstralen dat ‘elk mens telt’ en hier met onze leerlingen vorm aan geven doordat we persoonlijke aandacht, respect en zorgzaamheid voor elkaar hebben. • Leerklimaat: Ouders en leerlingen verwachten primair van een school dat leerlingen het diploma halen dat bij hen past. De Stichting Andreas College neemt deze taak serieus. Daarnaast willen we dat onze leerlingen zich goed voorbereid op hun vervolgopleiding voelen. • Leefklimaat: Op onze locaties voelen leerlingen zich veilig, thuis en gezien. Zij ontwikkelen niet alleen hun leren, maar leren samenwerken, ontwikkelen andere talenten, verrijken zich op cultureel gebied, vergroten hun creativiteit en leren voor zichzelf op te komen. In de komende jaren zullen wij verder vorm geven aan het leefklimaat op onze scholen. • Iedere school presenteert zich afzonderlijk in de markt Rijnmond, Pieter Groen en Limes hebben hun specifieke identiteit ieder vertaald in kernwaarden en presenteren zich afzonderlijk in de markt. In het Schoolplan wordt dit per locatie verder uitgewerkt. Doelen: De volgende doelen staan bij de Stichting Andreas College voor de schoolplanperiode 2014-2018 centraal: 1. Borging en verdere uitbouw van goede onderwijsresultaten; 2. Borging en uitbouw van het leefklimaat van de school; 3. Versterking van het pedagogisch didactisch klimaat; 4. Realisatie van de structureel financieel gezonde school; 5. Realisatie van de verantwoording afleggende professional; 6. Verbetering van ons imago bij de doelgroepen (de vanzelfsprekendheid voorbij) Resultaten/opbrengsten: Om te weten of en in welke mate de gestelde doelen worden gerealiseerd, formuleren we prestatie-indicatoren (meetpunten) en prestatieniveaus (normen, gewenste scores). De Stichting Andreas College doet dit vanuit drie perspectieven: 1.

Klanttevredenheid

•

Externe Klanten

•

Wat vinden leerlingen, ouders, inspectie, basisscholen, vervolgopleidingen en de maatschappij van ons en onze prestaties. Interne klanten

2.

Hoe ervaren, beleven en waarderen de medewerkers de organisatie. Onderwijsopbrengsten

•

Onderwijsresultaten zoals vastgesteld door de inspectie en bestuur

•

Een opbrengstenkaart inspectie (bolletjes) waarin de scholen van de Stichting Andreas College tenminste op of boven de landelijke gemiddelden scoren. Onderwijsresultaten zoals vermeld in toezichtkader 2014 inspectie pag. 7

Dit zijn de kwalitatieve eisen die worden gesteld door de inspectie. Hieraan willen we tenminste ruim voldoende op de kwalitatieve aspecten uit het kernkader voortgezet onderwijs inspectie behalen. Resultaten worden gemeten in eigen onderzoek en door onderzoeken via Kwaliteitscholen. 3.

Eindresultaten

•

Financiële maatstaven (solvabiliteit, rentabiliteit, kengetallen)

•

Lerend vermogen. We evalueren onze resultaten en door de PDCA aanpak leren we hiervan. Zo monitoren wij bijvoorbeeld vorderingen in leer- en leefklimaat met behulp van enquêtes en analyses.

VAVO In het schooljaar 2015/2016 en 2014/2015 waren er respectievelijk 9 en 8 VAVO- leerlingen geregistreerd.

Vensters voor Verantwoording De Stichting Andreas College participeert in “ Vensters voor Verantwoording”. De voortgezet onderwijs scholen leggen zo online horizontale verantwoording af op de terreinen algemene informatie, resultaten, onderwijsbeleid, kwaliteit en bedrijfsvoering. Gegevens voor “Vensters” worden zowel centraal als door de school aangeleverd. De centrale gegevens worden verzorgd door DUO (voorheen Cfi) en de Inspectie. In de Vensters voor Verantwoording van Pieter Groen, Rijnmond en Limes praktijkonderwijs kan het volgende worden nagezocht: • • • • • •

het aantal leerlingen per locatie en waar deze leerlingen vandaan komen (het voedingsgebied en marktaandeel); onderwijsresultaten zoals het slaagpercentage, de doorstroom in de onderbouw, het aantal tussentijdse schoolverlaters, de examenresultaten en gemiddelde examencijfers; de tevredenheid van de leerlingen, de tevredenheid van de ouders en de waardering van de inspectie; de verantwoording van de onderwijstijd en de mate van lesuitval; het onderwijs-, zorg- en veiligheidsbeleid; informatie over de bedrijfsvoering: verantwoording van de schoolkosten/ouderbijdragen, de financiën en personeelsstatistieken.

Klachtenregeling. Er is op school een klachtenregeling van toepassing. Deze klachtenregeling geldt alleen als men met een klacht niet ergens anders terecht kan. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken op school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld, maar er kunnen zich andere situaties voordoen waarin geen overeenstemming is. Klachten kunnen gaan over de begeleiding van leerlingen, de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld. De klachtenregeling ligt op de locatie-administraties ter inzage. Wij zijn aangesloten bij de Klachtencommissie Christelijk Onderwijs te Den Haag. In 2015 zijn er geen klachten ontvangen. Prestatiebox In 2015 hebben de scholen binnen het Voortgezet Onderwijs 185 euro per leerling ontvangen vanuit de prestatiebox. Voor het kalenderjaar 2015 heeft het Andreas College hiervoor in totaal € 394.000,-- ontvangen. Dit is het gevolg van de afspraken uit het Sectorakkoord. De middelen moeten besteed worden aan de doelen uit het Sectorakkoord. Dankzij deze investeringen krijgen scholen meer mogelijkheden om de ambities uit het Sectorakkoord te realiseren. In het sectorakkoord zijn een aantal ambities en doelen opgenomen. Een korte opsomming: Toekomstbestendig onderwijs - Uitdagend onderwijs voor elke leerling (meer aandacht en uitdaging voor toptalenten) en brede vorming voor alle leerlingen - Verminderen zittenblijven - De lerende organisatie pag. 8

Professionele scholen - Professionalisering en deskundigheidsbevordering van leraren - Professionalisering schoolleiders en bestuurders (versterking bestuurskracht) In het sectorakkoord is afgesproken dat scholen de specifieke uitwerking en uitvoering vastleggen in hun schoolplan. De prestatiebox stelt de Stichting Andreas College in staat om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Bij de inzet van de gelden staat de kwaliteitsverbetering van het onderwijs centraal. De middelen vanuit de Prestatiebox zijn ingezet op de volgende terreinen: Toekomstbestendig onderwijs - Rekenen en taal: uitbreiding lessentabel, rekencoördinator, examentraining, ondersteuningslessen rekenen en licentiekosten taal en rekenen - Licentiekosten voor Cumlaude - DOT voor lesbezoeken - Ontwikkelen digitaal onderwijs - Entreprenasium, m.b.t. maatwerk voor leerlingen - Studielift 123 voor leren leren Professionele scholen Voor de professionalisering en deskundigheidsbevordering van leraren en de professionalisering van schoolleiders en bestuurders zijn in 2015 de gerealiseerde activiteiten opgenomen onder hoofdstuk 5 in het onderdeel kwaliteit van de medewerkers.

4.2 Pieter Groen Leerlingen Per 1 oktober 2015 stonden 1137 leerlingen ( exclusief VAVO) ingeschreven op Pieter Groen. De aanmeldingen zijn wederom gestegen en komen voor het schooljaar 2015/2016 uit op 227 leerlingen. T.o.v. het schooljaar 2014/2015 is dit een stijging van 27 leerlingen. Omdat bij de locatie Pieter Groen er dit jaar ook een grote uitstroom is, zakt het totale leerlingenaantal met 30 leerlingen. Bij Pieter Groen zien we dat de grootste winst in het vwo plaatsvindt. Door het starten van tweetalig onderwijs wordt hier een extra klas gerealiseerd. De verwachte ontwikkeling van het aantal leerlingen in de komende jaren is opgenomen onder 7.4.1 (pagina 20).

Onderwijsprestaties De onderwijsprestaties van Pieter Groen zijn goed. De doorstroming in de bovenbouw en de slagingspercentages zijn hoger dan het landelijk gemiddelde. Afgelopen jaar is er veel aandacht uitgegaan naar de doorstroming in de onderbouw. Door het benadrukken van de enkelvoudige adviezen vanuit het samenwerkingsverband wordt dit de komende jaren helder m.b.t. het rendement. De rendementscommissie van het Pieter Groen heeft de doorstroming in kaart en bewaakt het proces hierin. Onderwijs en onderwijsontwikkeling Dat Pieter Groen een school is die in beweging is mag duidelijk zijn. De activiteiten op deze school zijn breed en divers. Afgelopen twee jaar is men vooral bezig geweest Pieter Groen weer een nieuw gezicht te geven. Een school waar leerlingen gemotiveerd zich ontwikkelen richting een diploma en waar medewerkers met plezier hun werk doen. Dit schooljaar is men begonnen met nieuwe lessentabellen. Er wordt hier zeer efficiënt met de onderwijstijd omgegaan, waarbij de kwaliteit wordt behouden. In het transitieplan staat beschreven wat de effecten hiervan zijn m.b.t. verschillende vlakken binnen de school. Onderwijstijd, werkgelegenheid en de klassengrootte zijn hier de pijlers. pag. 9

De concurrentiepositie van Pieter Groen laat zien dat er goed aan wordt gedaan alle afdelingen een eigen gezicht te geven, met behoud van het Pieter Groen gevoel. TTO, Entreprenasium, Pieter Groen Academy en Sport zijn de speerpunten: natuurlijk naast goed onderwijs.

Passend Onderwijs en zorg Door passend onderwijs en de rol van het samenwerkingsverband is er een constante druk op de school om goed om te gaan met de zorgafdeling. Zeker binnen de mavo zijn er veel leerlingen met een zorgdossier. Dit vergt veel tijd en dus geld. Externe ondersteuning wordt aangeboden in samenwerking met o.a. Centrum van Jeugd en gezin, pluscoaching, GGD, Leerplicht en het Samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek. Kwaliteit Pieter Groen kijkt naar kwantitatieve gegevens zoals doorstroom- en examenresultaten maar ook naar kwalitatieve gegevens. Het opbrengstgerichte werken zal de komende jaren steeds meer verweven raken in deze organisatie. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek over wat werkt in het onderwijs. Een voorbeeld hiervan is de digitalisering van het curriculum. Doel is de motivatie van de leerlingen en de opbrengsten van het onderwijs te verhogen. De kenmerken van de insteek van opbrengstgericht werken zijn dat doelen van te voren worden benoemd, de resultaten worden geanalyseerd en ermee aan de slag wordt gegaan. Pieter Groen streeft naar een cultuur van voortdurend zoeken naar manieren en middelen om beter onderwijs te verzorgen. • • • • •

Binnen Pieter Groen wordt gebruik gemaakt van instrumenten voor kwaliteitszorg (bv CumLaude). Opbrengstgericht werken is een belangrijk instrument om aan de kwaliteit van het onderwijs te werken. Inspraak van personeel, ouders en leerlingen is belangrijk om de onderwijskwaliteit binnen Pieter Groen gezamenlijk te waarborgen. Directe feedback van onze partners (medewerkers, ouders, leerlingen) d.m.v. kwaliteit enquêtes Pieter Groen zal zich vooral via Vensters Voor Verantwoording verantwoorden m.b.t. alle facetten die hierin aangegeven kunnen worden.

Bovengenoemde punten maken deel uit van de gesprekcyclus van elke docent. Hier reflecteren we niet alleen door resultaten, maar ook door ouder- en leerling tevredenheid. Tevens start Pieter Groen met het DOT systeem voor lesbezoeken. Hierbij wordt een les eenvoudig tegen het licht gehouden in relatie met de inspectie-eisen.

4.3 Rijnmond Leerlingen Het aantal leerlingen per 1 oktober 2015 komt uit op 613 voor Rijnmond. Bij locatie Rijnmond is de instroom in klas 1 t.o.v. het vorig schooljaar gedaald met 8 leerlingen. De daling wordt veroorzaakt door het aantal LWOO-leerlingen. Deze daling komt voort uit de afspraken van Samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek (SWV) dat leerlingen met een LWOO-beschikking uit de regio Wassenaar niet langer toelaatbaar zijn. Het gaat hier om 11 leerlingen, die de afgelopen jaren wel instroomden op Rijnmond. Daarnaast zijn er minder zij-instromers dan in voorgaande jaren aangenomen. Met een uitstroom van rond de 180 leerlingen betekent het dat het leerlingenaantal op Rijnmond van 695 teruggaat naar 613 in het schooljaar 2015/2016. De verwachte ontwikkeling van het aantal leerlingen in de komende jaren is opgenomen onder 7.4.1 (pagina 20).

Onderwijsprestaties De eindexamenresultaten van Rijnmond eind juni waren goed. Het percentage geslaagden was gemiddeld 94 procent bij een aanbod van 199 leerlingen, dit is voor kader onder het landelijk gemiddelde. De hoogte van de cijfers lag voor pag. 10

basis onder het landelijke gemiddelde, voor kader was dit er gelijk aan. Het aantal van 199 kandidaten behoort tot het grootste aantal vmbo kader- en basis-leerlingen op een locatie in de regio. Daarbij volgde ruim zestig procent van deze leerlingen een kader-niveau. Tenslotte gold dat de verschillen tussen SE en CE kleiner dan 0,5 bedroegen. Het onderbouwrendement – voor de leerlingen die in klas 3 op het niveau zitten dat de basisschool adviseerde – was positief gewaardeerd. Dit ondanks dat de locatie een groot aantal leerlingen telt met een TL-advies, die bewust kozen voor een beroeps-gerelateerde opleiding. Het onderbouwrendement kwam boven de inspectienorm uit en werd daarmee als voldoende beoordeeld. Het aantal zittenblijvers in klas 1, 2 en 3 beperkte zich tot totaal 4 leerlingen.

Onderwijs en onderwijsontwikkeling Rijnmond is per 1 augustus 2015 verder gegaan als Vakcollege. Er zijn zes klassen gestart in het eerste leerjaar. De eerste reacties van ouders en leerlingen zijn heel positief. Doordat er met een versterkt mentorschap wordt gewerkt, voelen de leerlingen zich heel veilig. Mentoren staan 10 tot 14 uur in de eigen klas per week. Ook heeft het Vakcollege een impuls gegeven aan gevarieerd onderwijs. Het maken van lessen en het veelvuldige overleg wat nodig is om deze attractieve onderwijsvorm te laten slagen, lijkt veel energie te generen bij docenten. Het onderwijs is nieuw, contextrijk en zeer gevarieerd. Docenten leren als het ware automatisch om met nieuwe didactische principes te werken. Gemengde leerweg: Er is met een klas gemengde leerweg gestart en deze lijkt een kansrijke toekomst tegemoet te gaan. Deze leerweg is voor leerlingen die cognitief de mogelijkheid hebben om bijvoorbeeld HAVO te doen of tenminste theoretische leerweg maar die ook een beroepsgericht vak willen uitvoeren. Kortom, het zijn leerlingen die ook een gedeelte van de tijd met hun handen willen werken. Ook komend schooljaar zal er weer met een Onderwijscommissie worden gewerkt , nu onder leiding van Anika Remery, zij is stafmedewerker onderwijs op Limes en is ook voor een dag gedelegeerd op PG. Zij heeft een enorme inhoudelijke kennis op het gebied van het combineren van technologie en onderwijs. Zij geeft deze kennis door en probeert docenten vernieuwingsbewust te maken. Het is nog een prille start maar de signalen zijn positief en de komende jaren kan ook Rijnmond profiteren van haar kennis. Passend Onderwijs en zorg Rijnmond zal zich de komende jaren meer dan voorgaande jaren beraden welke leerlingen een plek kunnen krijgen en behouden binnen de school. Leren staat centraal en leerlingen moeten op Rijnmond ook bereid zijn om hiervoor inspanningen te leveren. De zorg richt zich op alle leerlingen die zorg nodig hebben. Hiervoor heeft de zorgcoördinator regelmatig gesprekken met de mentoren. Allerlei acties die nodig zijn voor die zorg worden hier afgesproken. maar Rijnmond bewaakt ook grenzen. Niet alle gedrag wordt geaccepteerd en er wordt goed gekeken of de leerling veranderbaar is als het gaat om uit reagerend gedrag. In voorkomende gevallen passen andere scholen dan beter ten opzichte van het VMBO Rijnmond. Gelukkig kan Rijnmond ook weer LWOO leerlingen aannemen vanuit plaatsen buiten het Samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek. Kwaliteit De kwaliteit van de examenresultaten van de locatie Rijnmond is goed te nemen. Leerlingen worden prima voorbereid op de examens. Wel is er zorg over de satisfactie van docenten. Hiervoor zal een nieuwe enquête moeten uitwijzen of die satisfactie nu wel op landelijk niveau zich beweegt. Alle signalen wijzen erop dat de school zich verbetert. Met name de impuls van het Vakcollege heeft hieraan bij gedragen. Ook de nieuwe aansturing van teamleiders werkt hieraan mee . De gesprekkencyclus is in werking gezet en alle docenten hebben hun zorgen kunnen uiten. Ook vragen aan de organisatie over eigen mogelijkheden tot groei komen ter sprake. Lesbezoeken worden gedaan en de docenten krijgen feedback op hun prestaties. Via analyse van enquêtes wordt overall de kwaliteit gemeten.

pag. 11

4.4 Limes praktijkonderwijs

Excellente school Limes is wederom excellent geworden. Zij is het nu voor de komende drie jaar. Een teken dat de school werkt met een opvallend en prima onderwijsconcept gericht op zelfstandigheid. Leerlingen Per 1 oktober 2015 stonden 273 leerlingen ingeschreven bij Limes praktijkonderwijs. Het leerlingenaantal is ten opzichte van 2014 toegenomen met 9. De groei is in het schooljaar 2013/2014 gestart en heeft zich doorgezet. Voor het schooljaar 2015/2016 zijn er 51 nieuwe aanmeldingen, wat duidt op een aantal dat past bij de aanwas die we de afgelopen jaren gewend zijn. Vorig schooljaar was een uitzondering, o.a. door het enorme aantal schoolverlaters van SBO De Windvang (totaal 76 aanmeldingen in 2014/2015). In schooljaar 2014/2015 hebben 47 leerlingen de school verlaten. Hiervan hebben 45 leerlingen een Praktijkschooldiploma behaald. (Een diploma die de PrO scholen onderling uitgeven). De verwachte ontwikkeling van het aantal leerlingen in de komende jaren is opgenomen onder 7.4.1 (pagina 20) Onderwijs en onderwijsontwikkeling Limes gaat door met haar samenwerking met Microsoft. Ook dit jaar is Limes wederom ondersteund door de ze organisatie met behulp van cursussen over haar verschillende educatieprogramma’s. Het gevolg is dat de leerlingen steeds zelfstandiger. Passend Onderwijs De school is verheugd dat leerlingen die zich aanmelden voortaan ook weer uit het ‘buitengebied’ mogen komen. De school heeft veel last gehad van het idee dat leerlingen alleen van het eigen samenwerkingsverband gegenereerd mochten worden. Voor de financiële ontwikkeling van de school is dit een goede zaak. Limes heeft de potentie om een van de grootste praktijkscholen van Nederland te worden. Voor wat betreft het op maat bedienen van leerlingen met problemen biedt Limes een breed palet. Dit doet zij wel strikt binnen de criteria voor praktijkonderwijs. Limes wil geen andere doelgroepen binnenhalen. Dit heeft veel te maken met de aard van de basispopulatie in verband met groepsdynamiek. Het lijkt er ook op dat leerlingen van buiten het Samenwerkingsverband graag naar Limes komen o.a. doordat zij excellent is. Kwaliteit Volgens de inspectie doet Limes het uitstekend. Kwaliteit moet onderhouden worden en dit doet Limes door terugkerende enquêtes bij de verschillende geledingen. Ook de gesprekkencyclus met docenten wordt goed onderhouden. Op Limes is ook een sterke Ouderraad die input geeft op het gebied van kwaliteit.

4.5 Samenwerkingsverbanden De stichting maakt deel uit van verschillende samenwerkingsverbanden. Op www.scholenopdekaart.nl staan alle relevante samenwerkingsverbanden uitgebreid beschreven. In dit jaarverslag doen we verslag van de belangrijkste ontwikkelingen in 2015. •

Stichting Perspectief De VCVO is met zeven andere scholen aangesloten bij het samenwerkingsverband Perspectief. Perspectief is opgericht om krachten te bundelen als het gaat om verdere ontwikkeling en verbetering van het personeelsbeleid. Inmiddels zijn de activiteiten verbreed naar het onderwijs en het delen van kennis op de diverse beleidsterreinen. Het is verder uitgegroeid tot een waardevol netwerk. Binnen Perspectief bieden we ons personeel scholing die voor de scholen afzonderlijk buiten hun bereik ligt; verbeteren we gezamenlijk onze personeelszorg; voeren wij onderling visitaties uit ter bevordering van de onderwijskwaliteit; delen wij kennis op gebieden als financiën, ICT en leermiddelenbeleid.

pag. 12

•

Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek Het Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek is een stichting waarbij 9 schoolbesturen zijn aangesloten met totaal 18 vestigingen van de scholen voor voortgezet onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs in de regio van het Samenwerkingsverband. De samenwerking heeft tot doel; de leerlingen met speciale ondersteuningsbehoeften in de regio op de scholen aangesloten bij het Samenwerkingsverband een passend onderwijsaanbod te bieden, dat gericht is op het behalen van een diploma of voorbereidt op een arbeidsplaats of toe te leiden naar een passende dagbesteding. In het samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek is er intensief contact geweest tussen betrokken scholen over passend onderwijs en het daarmee opstellen van de school ondersteuningsprofielen. In dat kader zijn voor de zorgfunctionarissen en schoolleiding studiebijeenkomsten georganiseerd. Daarnaast loopt een pilot, waarin Schoolmaatschappelijk Werk en Ambulante Begeleiding voor cluster 4 elk voor ongeveer een dagdeel op elke locatie aanwezig zijn. In het verlengde daarvan is er gekozen voor een invulling van het arrangement (als alternatief voor de regionaal opgezette Rebound) voor de beide locaties. De subsidie voor de opstart van het arrangement loop tot en met het kalenderjaar 2015.

•

Top Techniek in bedrijf Rijnmond is aangesloten bij Top Techniek in bedrijf regio Leiden. De opzet van het initiatief is meer leerlingen te interesseren voor een technische opleiding in het Mbo en daarmee een afdeling techniek in het vmbo. Voor Pieter Groen geldt dat de ambitie onderschreven wordt om meer leerlingen met een TL-opleiding te interesseren voor een beroepsgerichte kwalificatie in de techniek.

•

Platform vmbo/mbo/hbo ('Ons Platform') Als partner van het Platform vmbo/mbo/hbo ('Ons Platform') heeft : Rijnmond met de roc's gewerkt aan nieuwe digitale intakeprocedure bij de overgang van vmbo naar mbo. Tevens is gewerkt aan een leerlingvolgsysteem, waarbij de definitieve inschrijving en acceptatie op

o

de opleidingencentra digitaal teruggekoppeld wordt aan de scholen van VO. Rijnmond samen met de scholen van Ons Platform een beroepskeuze programma uitgewerkt voor leerlingen uit klas 3 in het vmbo. Doel is de keuze beter te begeleiden, zodat er een weloverwogen keuze

o

gemaakt wordt en daarmee mogelijk voortijdig schoolverlaten voorkomen wordt. Ter ondersteuning van de keuzes zijn twee beroepenmanifestaties georganiseerd. Het betreft in zalencomplex Tripodia voor leerling uit de klassen 2 ter ondersteuning in de keuze voor de afdelingen en voor de klassen 3 en 4 ter ondersteuning van de keuzes richting het MBO. o

Pieter Groen ook met de roc’s gewerkt aan de verbetering van de intakeprocedure bij de overgang van vmbo naar mbo. Tevens heeft Pieter Groen deelgenomen aan de bijeenkomsten van de werkgroep vmbo tl om daarmee een regionale afstemming te bewerkstelligen en projecten te kunnen aanbieden om leerlingen beter te motiveren en / of te ondersteunen bij het doen van een keuze.

o

Pieter Groen neemt deel aan de vereniging van Entreprenasia t.b.v. het ondernemend leren.

pag. 13

5. Personele zaken Kwaliteit van de medewerkers De kwaliteit van de medewerkers is de sleutel tot de kwaliteit van het onderwijs op onze scholen. Het Andreas College streeft naar aantrekkelijke en inspirerende scholen om in te werken. We werken aan een cultuur die gericht is op verbetering en ontwikkeling. Begeleiding van nieuwe medewerkers en professionalisering van docenten, schoolteams en directieleden krijgen bij alle scholen de nodige aandacht. In 2015 zijn er tal van activiteiten ondernomen: Pieter Groen: • Opleiding coördinator TTO • Opleiding Docent Entreprenasium ( 4 docenten) • Decanaat nascholing ( 3 docenten) • Opleiding vertrouwenspersoon ( 1 docent) • Opleiding Som (applicatiebeheerder) Rijnmond en Limes praktijkonderwijs: • Ondersteuning implementatie Vakcollege • Diverse lascursussen • Project De Blik vooruit • Bijscholing SOM (schooladministratiesysteem) • Diverse trainingen t.b.v. het management • Training verzuimbegeleiding • Coaching van diverse personeelsleden • Kweekvijver management • Docent Plus • Time2control • Vakspecifieke nascholing. Functiemix In de cao-VO is geregeld dat jaarlijks moet worden bezien of de vastgestelde waarde van de functiemix op 1 oktober van dat jaar overeenkomt met de te behalen doelstellingen. Daarbij worden het Andreas College en Limes praktijkonderwijs als aparte scholen (eigen brinnummer) beschouwd. Andreas College Vorig jaar is er met instemming van de GMR voor gekozen om uit te gaan van een waarde van de functiemix van 108 (85% van de te behalen doelstelling van 127). Per 1 oktober 2015 is de waarde de functiemix vastgesteld op 110 ( LB: 0, LC: 54,77 en LD: 27,70 x 2). Daarmee is de vorig jaar afgesproken doelstelling behaald. Dat betekent dat er in 2015 voor het Andreas College in het kader van de functiemix geen benoemingen in een hogere salarisschaal hebben plaatsgevonden. Limes praktijk onderwijs Dat geldt ook voor Limes praktijkonderwijs. Met instemming van de GMR is er voor deze school gekozen om uit te gaan van een waarde van de functiemix van 56 (85% van de te behalen doelstelling van 66). Per 1 oktober 2015 is de waarde de functiemix vastgesteld op 56 ( LB:0, LC 47,56 en LD 4,17 x2). Daarmee is ook voor Limes de vorig jaar afgesproken doelstelling behaald. Notitie arbobeleid en de verdere uitwerking daarvan. In maart 2015 is de notitie Arbobeleid vastgesteld. In de notitie is een overzicht gegeven van de relevante wet- en regelgeving, reeds aanwezige maatregelen en voorzieningen en waar mogelijk nog te ontwikkelen instrumenten en of beleid op het gebied van de arbeidsomstandigheden. In die notitie zijn de hoofdlijnen weergegeven. In 2015 is een aantal specifieke onderwerpen nader uitgewerkt. Het gaat daarbij om het verzuimbeleid en het veiligheidsbeleid. De GMR heeft ingestemd met de uitgangspunten van deze notities. Alle notities zijn in het personeelsportaal gepubliceerd. pag. 14

Verzuimcijfers 2015

Verzuimcijfers Verzuimpercentage Meldingsfrequentie gemiddelde verzuimduur Nulverzuimpercentage

2015 OP OOP Totaal OP 4,6% 4,4 % 4,4% 4,9% 1,1 0,9 1,0 1,3 23,8 12,3 19,8 6,5 52,0% 48,2% 50,2% 49,5%

2014 OOP 4,4% 0,77 10,7 51,1%

Totaal 4,9% 1,14 7,7 50,7%

2014 landelijk gemiddelde OP OOP 4,9% 5,1% 1,6 1,3 13 17 47,8%

50,5%

Totaal n.b. n.b. n.b. n.b.

Het ziekteverzuim van de medewerkers ligt onder het landelijk gemiddelde. Het bestaande ziekteverzuimbeleid en het vorig jaar ingezette beleid (o.a. regelmatig verzuimgesprekken voeren) zullen daarom worden voortgezet. Het ziekteverzuimpercentage over 2015 (inclusief zwangerschap) van de Stichting Andreas College ligt op 4,4 % (OP en OOP). Het landelijk verzuimpercentage over 2014 voor het OP is vastgesteld op 4,9% voor het OOP is dat 5,1%. Het landelijke percentage over 2015 is nog niet bekend. Het ziekteverzuim op zich is gedaald. Echter een diepe uitsplitsing leert ons dat het Verzuim met name gelegen is in het zogeheten langdurige verzuim > 92 dagen. De gemiddelde verzuimduur is hierdoor toegenomen. Het langdurig verzuim heeft in twee gevallen geleidt tot een WIA keuring. De andere langdurig zieken zijn wel weer in het eigen werk gere-integreerd. Risico Inventarisatie en Evaluatie Limes praktijkonderwijs In het najaar van 2015 is er Risico Inventarisatie en Evaluatie uitgevoerd bij Limes praktijkonderwijs. Over het algemeen kan worden gesteld dat de school weinig verbeterpunten heeft. In het plan van aanpak dat bij deze inventarisatie en evaluatie hoort, is aangegeven wanneer en op welke manier deze verbeterpunten worden opgepakt. Daarmee is inmiddels een aanvang gemaakt. Taakbeleid Het taakbeleid in relatie tot het “BAPO-verlof” en invoering van de Regeling Leeftijdsfasebewust Personeelsbeleid voor docenten van de VCVO Katwijk e.o heeft in 2015 ter discussie gestaan. Dit heeft er toe geleid dat er duidelijke afspraken zijn gemaakt, waar mee de GMR heeft ingestemd. Aantal personeelsleden Onderstaande tabel geeft een totaal overzicht van het aantal personeelsleden op 31-12-2015 in vergelijking met het aantal personeelsleden op dezelfde peildatum in de periode 2013-2014, verdeeld naar aantallen en naar leeftijdscategorie. 2013 Leeftijdscategorie Vrouw < 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar 65+ jaar Totaal In FTE

2014

2015

Man

Totaal

Vrouw

Man

Totaal

Vrouw

Man

Totaal

11 18 29 57 43 4

3 23 9 29 72 2

14 41 38 86 115 6

11 19 25 50 42 0

2 19 9 26 67 1

13 38 34 76 109 1

9 22 26 49 38 0

5 18 11 25 63 3

14 40 37 74 101 3

162

138

300

147

124

271

144

125

269

206,8

208,1

203,3 pag. 15

Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Topfunctionarissen in de (semi)publieke sector mogen in 2015 niet meer verdienen dan 100% van het salaris van een minister. De regels voor de (semi)publieke sector zijn vastgelegd in de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Topfunctionarissen mogen niet meer verdienen dan het wettelijke maximum: de WNT-norm. Jaarlijks wordt dit bedrag vastgesteld in een ministeriële regeling. De WNT-norm voor het VO onderwijs in de onderwijssector is voor 2015 vastgesteld op € 178.000. Er zijn in 2015 binnen de VCVO geen functionarissen die meer dan deze norm verdienen. Ontslagvergoedingen Er zijn drie ontslagvergoedingen ten laste van 2015 gebracht. Wij voeren t.a.v. dit soort vergoedingen een terughoudend beleid. Slechts in uitzonderingsgevallen gaan wij hiertoe over. Regeling basis budget 2014 De regeling Basisbudget is in 2014 ingevoerd. De nadere invulling van het basisbudget is begin 2015 tot stand gekomen. Er zijn in de Regeling basis budget 2014 nadere regels opgesteld over de voorwaarden waarmee de werkgever en de werknemer bij het opnemen van het gespaarde basisbudgetverlof rekening moeten houden. Dat geldt ook voor de uitbetaling van de opgespaarde middelen voor de kinderopvang en de aanvulling op de pensioenaanspraken. P&O heeft in 2015 de verdere afwikkeling van de regeling ter hand genomen. In het eerste kwartaal van 2016 zal er een workflow voor de uitvoering van deze regeling worden vastgesteld.

6. Huisvesting en materiele zaken Huisvesting en onderhoud De coördinatie van alle grote huisvestingszaken wordt verzorgd door de Algemeen Directeur. Het bestaande meerjarenonderhoudsplan (MOP) is eind oktober 2013 door een externe partij herzien. De uitkomsten hiervan zijn besproken met de afzonderlijke locaties. De financiële uitkomsten hiervan zijn opgenomen in de voorziening van het grootonderhoud en het meerjarenperspectief. Jaarlijks wordt met de locaties de activiteiten voor het komende besproken en de prioriteiten vastgesteld. Met de accountant is afgesproken is om vanaf 2015 de jaarlijkse terugkerende onderhoudskosten niet meer via de voorziening groot onderhoud (MOP) te laten lopen maar in de jaarlijkse exploitatiekosten onderhoud. Inmiddels is er een eerste nieuwe inventarisatie van het MOP afgerond en een raming gemaakt van onderhoudskosten die nu via de jaarlijkse onderhoudskosten lopen. De genoemde verschuivingen zijn meegenomen in deze jaarrekening. Inkoopbeleid Door de jaren heen is het inkoopbeleid steeds belangrijker geworden. Niet alleen door bezuinigingen, maar ook door aangescherpte wet en regelgeving opgelegd door de nieuwe Aanbestedingswet van 1 april 2013. We zullen er als onderwijs organisatie niet aan ontkomen ons inkoopbeleid en de uitvoering daarvan in de komende periode verder vorm te geven, zowel middels kennisopbouw, als door een eenduidige aanpak. Met grotere inkoopprojecten, zoals, stroom, schoolboeken en ICT zullen we zelf samenwerking en deling van kennis zoeken met andere onderwijsinstellingen, om tot een efficiënte en kostenbeheersende uitvoering van het inkoopproces te komen. ICT en Leermiddelenbeleidsplan Afgelopen jaar is de installatie van office365 succesvol voltooid. Het is nu zaak om het Sharepoint verder in te richten op sectie niveau, OOP, etc. Ook de professionele inrichting van het personeel-, leerling- en ouderportaal voor overzicht en gebruikersgemak moet hier de aandacht krijgen. Onze ouders en leerlingen halen steeds meer schoolgegevens online (cijfers, huiswerk, planning, absentie, administratiecommunicatie) zodoende is overzicht en gebruikersgemak essentieel. De afdeling ICT is het afgelopen jaar stabiel in fte gebleven. We zullen hier in de toekomst echter naar uitbreiding moeten kijken. Onze scholen krijgen steeds meer devices binnen de muren. Denk hierbij aan tablets en smartphones van leerlingen en docenten. De scholen hebben ieder een eigen ICT coördinator nodig. Tevens is het belangrijk dat er elke dag een ICT medewerker op locatie beschikbaar is als vraagbaak en troubleshooter. Softwarematig komt een vernieuwing van het roosterprogramma en formatieprogramma op ons af. De huidige pakketten voldoen niet meer en geven problemen met bv het inlezen van gegevens. Wij moeten ons oriënteren op een totaaloplossing. Rooster, formatieplanning, prognoses en pakketkeuzes in één pakket.

pag. 16

7. Financiële zaken Onze cijfers over 2015 zijn afkomstig uit de goedgekeurde jaarrekening.

7.1

Financiële positie en kengetallen

Door het positieve financiële resultaat over 2015 van € 386.000,-- is de financiële positie van de Stichting College Andreas College verder verbeterd. Voor de jaren 2016 en 2017 is een tekort begroot van respectievelijk € 365.000,-en € 525.000,-- waarna in 2018 een voorlopig positief resultaat wordt verwacht. Binnen het VO zijn er afspraken gemaakt over de wijze waarop schoolbesturen hun financiële positie, aan de hand van een aantal kengetallen, kunnen analyseren, toetsen en bewaken. Met behulp van de onderstaande kengetallen kunnen alle belanghebbenden binnen en buiten de Stichting Andreas College waaronder ook de Onderwijsinspectie het financieel beleid van het Stichting Andreas College volgen en toetsen. Vanaf 1 januari 2013 geldt er een apart toezichtkader voor het VO, in plaats van een gezamenlijk toezichtkader PO/VO. Het is ontwikkeld door de Inspectie, in overleg met de VO-raad. Het financiële toezicht is geïntegreerd in het nieuwe toezichtkader. De financiële indicatoren (opgenomen in het onderstaand overzicht) voor de jaarlijkse risicoanalyse zijn daarbij uitgebreid en aangescherpt.

Aan de hand van de balans per 31 december 2015 en de staat van baten en lasten 2015 zijn de volgende kengetallen berekend:

Overzicht kengetallen

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Solvabiliteit II (eigen vermogen + voorzieningen /totaal vermogen)

86%

84%

Rentabiliteit (netto resultaat/totale baten)

0,8%

2,1%

Weerstandsvermogen ( eigen vermogen/totale baten)

46%

48%

Kapitalisatiefactor 31% ( balanstotaal minus gebouwen en terreinen/totale baten)

40%

Liquiditeit (current ratio) ( vlottende activa/ kortlopende schulden)

2,46

2,75

Personele lasten/ totale Rijksbijdragen Personele lasten/ totale baten

0,83 0,80

0,82 0,79

pag. 17

7.2

Balans en Exploitatierekening over 2015

BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (Na resultaatbestemming) 2015 € 1

1.2

€

Vaste activa Materiële vaste activa

Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa

2 2.1 2.2 2.4

€

€

Activa

7.274.516

Totaal vaste activa

1.5 1.7

2014

7.690.478

7.274.516

97.190 5.689.390

7.690.478

188.753 4.027.348 5.786.580

4.216.101

13.061.096

11.906.579

8.904.104 2.054.367 2.102.625

8.518.083 1.674.337 1.714.159

13.061.096

11.906.579

Passiva Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden Totaal passiva

pag. 18

Exploitatierekening over 2015 2015 €

Begroting 2015 € €

€

2014 €

€

Baten 3.1 Rijksbijdragen 3.2 Overige overheidsbijdragen en subsidies 3.5 Overige baten

17.972.702 0 769.212

17.572.000 0 613.300 18.741.914

Totaal baten

17.533.057 0 839.713 18.185.300

18.372.770

Lasten 4.1 4.2 4.3 4.4

Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

14.802.531 692.624 947.270 1.949.917

Totaal lasten

Saldo van baten en lasten 5

Financiële baten en lasten

Totaal resultaat

14.463.200 750.700 970.000 2.031.400

14.651.636 703.845 922.849 1.985.650

18.392.342

18.215.300

18.263.980

349.572

-30.000

108.790

36.449

30.000

40.390

36.449

30.000

40.390

386.021

0

149.180

pag. 19