Voorwoord: Oostende is een bruisende sportstad waar de verschillende aspecten van de sport aan bod komen. Binnen de stadsgrenzen zijn er in totaal 147 goedwerkende sportclubs actief die meer dan 45 sporttakken beoefenen. Verschillende teams en individuele atleten leveren topsportprestaties op internationaal en nationaal niveau. Jaarlijks worden topsportevenementen en competities met een internationaal karakter aangetrokken. Vele teams en individuen geven wekelijks het beste van zichzelf in verschillende competities op provinciaal en regionaal niveau. Een steeds groter wordende groep van sporters zijn evenwel de recreatieve sportbeoefenaars, die andere waarden nastreven en niet geïnteresseerd zijn in deelname aan de wekelijks competities. Steeds meer aandacht gaat ook naar de organisatie van sport voor kansengroepen. Dit sportbeleidsplan heeft als doel een breed en divers sportaanbod te ontwikkelen op maat van zoveel mogelijk mensen. Het plan kwam tot stand via een interactief proces met deelname van alle betrokkenen aan het lokale sportgebeuren en legt de krijtlijnen van het sportbeleid vast voor de eerstkomende jaren. Daarom dank al diegenen die op een of andere manier hebben meegewerkt aan de realisatie en opmaak van het plan. In de eerste plaats de sportclubs, scholen en alle individuele sportbeoefenaars die de enquêtes hebben ingevuld, de deelnemers aan de Denkdag, de leden van beide stuurgroepen en stedelijke Sportraad en alle medewerkers van de Sportdienst en het Zwembad. Een bijzonder woord van dank aan Johan De Rocker, onze ISB-coach die het hele planningsproces vakkundig heeft begeleid. Onze missie is om alle bevolkingsgroepen de mogelijkheid te bieden om zich levenslang sportief te ontplooien onder de meest optimale omstandigheden. Wij hopen echt dit streefdoel te bereiken, de bewegingsprikkel door te geven aan nog meer inwoners, zodat ze tot een regelmatige sportbeoefening kunnen komen. Met de inzet en de medewerking van de vele actoren in het Oostendse sportlandschap zal het zeker lukken ! Nancy Bourgoignie Schepen voor sport 1 december 2007
Inhoudstafel: Hoofdstuk 1: Inleiding
5
Hoofdstuk 2: Omgevingsanalyse
7
2.1
Algemene context
7
2.2
Demografische analyse
7
2.3
Analyse van de interne actoren
8
2.3.1 2.3.2 2.3.3
De politieke actoren De uitvoerende actoren De adviserende actor
2.4
Analyse van de externe actoren
2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10
De sportverenigingen De lokale sportfederaties De lokale fitnesscentra De niet-gebonden sportbeoefenaars De socio-culturele verenigingen Het sociaal huis en de dienstencentra De seniorenadviesraad De scholen De commerciële organisatoren De overkoepelende sportstructuren
2.5
Analyse van de maatschappelijke tendensen
2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4 2.5.5
Wetenschappelijke en technische ontwikkelingen Socio-economische ontwikkelingen Gezinsontwikkelingen en nieuwe samenlevingsvormen Cultuur-filosofische ontwikkelingen Sportinhoudelijke ontwikkelingen
13
17
2
Hoofdstuk 3: Inventarisatie van de noden en de behoeften
20
3.1
Situering
20
3.2
Ondersteuning van de sportverenigingen
20
3.3
Ondersteuning en stimulering van de anders georganiseerde sport
20
3.4
Ondersteuning en stimulering toegankelijkheid en diversiteit in de sport
21
3.5
Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur
21
3.6
Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider
22
3.7
Verbeteren van de communicatie en de dienstverlening
22
Hoofdstuk 4: Formuleren van de missie
23
4.1
Situering en definiëring
23
4.2
Missie
23
Hoofdstuk 5: Formuleren van strategische en operationele doelstellingen
24
5.1
Situering en definiëring
24
5.2
Ondersteuning van sportverenigingen
24
5.3
Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport
28
5.4
Ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid en diversiteit in de sport
31
5.5
Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur
35
5.6
Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider
42
5.7
Verbetering van de communicatie en de dienstverlening
Hoofdstuk 6: Budgettering operationele doelstellingen
47
6.1
Ondersteuning van sportverenigingen
47
6.2
Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport
48
6.3
Ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid en diversiteit in de sport
49
3
6.4
Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur
50
6.5
Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider
52
6.6
Verbetering van de communicatie en de dienstverlening
53
4
Hoofdstuk 1: Inleiding De opmaak van een sportbeleidsplan vereist een zeer specifieke methodologie en een interactieve aanpak. Het Stadsbestuur opteerde daarom van bij aanvang voor een begeleidingsproject met een coach . Johan De Rocker werd door het Instituut voor Sportbeheer aangeduid en zakte meerdere keren naar Oostende af om de verschillende vergaderingen bij te wonen, advies en sturing te geven in de te nemen stappen. Na samenkomst van de startvergadering werden er twee stuurgroepen opgericht. Stuurgroep 1 hield zich voornamelijk bezig met de sportverenigingen gerelateerde hoofdstukken zijnde de ondersteuning van de sportverenigingen en infrastructuur. In deze stuurgroep zaten vertegenwoordigers uit het Dagelijkse Bestuur van de Sportraad, de Schepen voor sport, de drie sportfunctionarissen en de Zwembadbeheerder. Stuurgroep 2 ontfermde zich in de eerste plaats over de hoofdstukken anders -georganiseerde sport en diversiteit. In deze groep zaten vertegenwoordigers vanuit de stedelijke diensten en organisaties waarmee op het gebied van sportpromotie regelmatig wordt samengewerkt . Vervoegden op regelmatige basis de vergadering: de diensten onderwijs, jeugd, sociale zaken en voorlichtingsdienst, toerisme Oostende,het Sociaal Huis en de Sociale Dienst voor Vreemdelingen. Tevens waren vertegenwoordigd: leden van het Dagelijkse Bestuur van de Sportraad, de Zwembadbeheerder, de drie sportfunctionarissen, de sportpromotor, de FOLLO -leerkracht, de schoolsportafgevaardigde, de Cultuurbeleidscoördinator en een vertegenwoordiger van Sport over Dag. Beide stuurgroepen kwamen gedurende het jaar ieder op zich zeven keer samen. De bevindingen van beide stuurgroepen werden telkens teruggekoppeld en voorgelegd aan het Dagelijkse Bestuur van de Sportraad(klankbordgroep) en de Schepen voor sport. In februari werd reeds gestart met de opmaak van drie specifieke enquêtes: de eerste was bestemd voor de sportclubs een tweede voor de scholen en een derde voor de individuele gebruikers. De respons was zeer groot: 650 individuele- , 78 sportclub- en 26 schoolenquêtes werden binnengebracht en met de hulp van stagiair-studenten ingegeven en verwerkt. In maart werd een Denkdag Sportbeleid in het Stadhuis georganiseerd. Ruim vijfenzestig inwoners en individuele vertegenwoordigers vanuit het werkveld dachten na en formuleerden hun meningen over vier vragen: -
hoe kunnen we de sportclubs ondersteunen? hoe verbeteren we het sportaanbod van al diegenen die niet via een sportclub sporten? welke maatregelen kunnen we nemen voor personen die omwille van financiële, lichamelijk en/of socio-culturele redenen niet tot sportbeoefening komen? welke maatregelen kunnen we nemen om de bestaande sportinfrastructuur te verbeteren en nieuwe sportinfrastructuur te realiseren?
In april werd de missie uitgediept en geformuleerd.
5
Vanaf mei werden de verschillende voorstellen afgetast, een swot-analyse opgemaakt en de eerste aandachtspunten voor de formulering van de verschillende doelstellingen uitgeschreven. Na de zomervakantie werd gestart met de formulering van de strategische en operationele doelstellingen evenals de uitwerking van de verschillende acties.
6
Hoofdstuk 2: Omgevingsanalyse 2.1 Algemene context Oostende is één van de dertien Vlaamse centrumsteden en beschikt over een zee- en luchthaven. Onze centrumstad oefent een centrale functie uit voor zijn omgeving, ondermeer op het vlak van werkgelegenheid, onderwijs, toerisme, welzijn, ontspanning en gezondheidszorg. Gezien de ligging aan zee heeft Oostende een sterk toeristisch karakter. Het winkelcentrum van de stad is regionaal zeer in trek. Oostende is verdeeld in acht wijken (Vuurtoren, Zandvoorde, Stene, Konterdam, Mariakerke, Raversijde, Nieuwe Stad en Centrum). 2.2 Demografische analyse Oostende is een centrumstad met 69.119 inwoners, waarvan 35.846 vrouwen en 33.273 mannen. Sinds 2000 is het inwonersaantal opnieuw aan het groeien. De samenstelling van de bevolking per leeftijdsgroepen ziet er als volgt uit: Leeftijdsgroep 0 tot 2 jaar 3 tot 5 jaar 6 tot 11 jaar 12 tot 19 jaar 20 tot 54 jaar 55 tot 79 jaar 80-plussers Totaal
Aantal inwoners 1.675 1.620 3.489 5.550 29.668 22.247 4.870 69.119
Percentage 2,42 2,34 5.05 8,03 42,92 32,19 7,05 100,00
Oostende kent een sterk vergrijsde bevolking: meer dan één derde van de bevolking (39,24 %) is ouder dan 54 jaar . Slechts minder dan één vijfde van de bevolking (17,84 %) is jonger dan 20 jaar. Het aantal inwoners per kieswijk geeft de volgende tabel: Wijk Aantal inwoners Centrum 32.352 Vuurtoren 6.027 Zandvoorde 3.141 Konterdam 6.874 Stene 5.219 Mariakerke 11.085 Raversijde 1.501 Nieuwe Stad 2.920 Er leven 34.904 gezinnen, waarvan 25.639 (73,5 %) alleenstaande huishoudens zijn en / of gezinnen zonder kinderen. Dit betekent dat slechts 9.294 van de huishoudens (26,5 %) uit gezinnen met kinderen bestaan. 7
In 2006 waren er 3.139 vreemdelingen in de bevolkingsregisters, waarvan 1.837 niet EUonderdanen. Tevens werden 1.217 personen in de wachtregisters opgenomen. Binnen Oostende kennen we een grote problematiek van kansarmoede, een hoge werkloosheidsgraad evenals een groot aantal leefloners. Uiteraard kent ook Oostende het fenomeen van kusttoerisme. Dit heeft tot gevolg dat het bevolkingsaantal tijdens topdagen in de zomermaanden verdrievoudigt. Tevens groeide het aantal 2de verblijven uit tot 6.000 eenheden. 2.3 Analyse van de interne actoren Het stedelijke sportbeleid wordt bepaald door drie belangrijke actoren die in het lokale sportlandschap actief zijn: • • •
de politieke actoren; de uitvoerende actoren; de adviserende actor.
Schema 1: Het Oostendse sportlandschap met centraal ingepland de interne actoren die permanent in wisselwerking zijn met de externe actoren en op regelmatige basis met de overkoepelende sportstructuren
Elke beleidsbeslissing vereist een open overleg tussen en een afwegen van de belangen van de verschillende actoren.
8
2.3.1 De politieke actoren Het College telt buiten de burgemeester acht Schepenen en kent per lijst de volgende vertegenwoordiging: Sp.a (7), CD&V (1), VLD (1). Tussen de meerderheidspartijen werd een Bestuursakkoord ondertekend, waarin de hoofdaccenten van deze legislatuur werden vastgelegd. Vijf lijsten behaalden zetels in de Oostendse Gemeenteraad: Sp.a - Spirit (20), Vlaams Belang (7), VLD – Vivant (6), CD&V – N-VA (5), Groen ! (1) Alle agendapunten van de Gemeenteraad betreffende het sportbeleid worden vooraf besproken in de 6de raadscommissie. Nancy Bourgoignie is als Schepen voor sport binnen het College en de Gemeenteraad verantwoordelijk voor het stedelijke sport-en cultuurbeleid, de bibliotheek, de huisvesting en het overleg tussen de Stad en het OCMW. 2.3.2 De uitvoerende actoren De uitvoering van het sportbeleid gebeurt in de eerste plaats door het personeel van de Sportdienst en het Stedelijke Zwembad. Momenteel zijn binnen het stedelijke organogram zijn vijf sectoren functioneel die onder de bevoegdheid van de Stadssecretaris vallen.
Gemeenteraad Burgemeester Politie College van Burgemeester en Schepenen Preventie en Bescherming Kabinetten Stadsontvanger
Sector Financiën
Stedenfonds
Sector Interne Zaken
Bevolking – Burgerlijke Stand
Stadssecretaris
Sector Ruimtelijke Ordening
Brandweer
Sector Socio-culturele Zaken
Haven
Technische Sector
Toerisme Oostende vzw
Schema 2: Het stadsorganogram met de vijf sectoren
De sector socio-culturele zaken is opgesplitst in een culturele en sociale dienstengroep. Samen met de musea, de Bibliotheek, de Cultuurdienst en de Jeugddienst behoren de Sportdienst en het Zwembad tot de culturele dienstengroep. 9
Stadssecretaris
Sector Socio-Culturele Zaken
Culturele dienstengroep
Sociale dienstengroep
Musea
Kinderopvang
Bibliotheek
Preventie
Cultuurdienst Sociale Zaken Stedelijk Zwembad Onderwijs Jeugddienst
Sportdienst
Verhellestadion Toezichters
Sportcentrum Mr. V-Arena Toezichters
Sportcentrum De Spuikom Toezichters
Sportcentrum De Kon. Stallingen Toezichters
Sporthal De Veiling Toezichters
Sportpark De Schorre Toezichters
Schema 3: de verdere opsplitsing van de socio-culturele sector tot een sociale en culturele dienstengroep. Tot deze laatste groep behoren de Sportdienst en het Stedelijke Zwembad
Met het oog op het uitvoeren van een reorganisatie is de firma Möbius momenteel bezig met een studie van het organogram en het doorlichten van de stedelijke diensten. •
De Sportdienst
De Sportdienst staat in voor de voorbereiding en de uitvoering van het stedelijke sportbeleid. Op deze dienst werken dertig personeelsleden waaronder drie sportfunctionarissen, één sportpromotor, vier administratieve krachten (3,5 FTE), drie deeltijdse lesgevers en zeventien onderhoudstechnische medewerkers. Specifiek voor de organisatie en de begeleiding van de schoolsport is een FOLLO – leerkracht (Flexibele Opdracht Leerkracht Lichamelijke Opvoeding) actief. Dit is een samenwerkingverband tussen enerzijds het BLOSO en Stichting Vlaamse Schoolsport, anderzijds het departement Onderwijs en de Sportdienst . Een groot gedeelte van het sportaanbod wordt begeleid door VLABUS-lesgevers.
10
De Sportdienst houdt zich bezig met de volgende hoofdtaken: - het beheer van vier stedelijke sportcentra zijnde sportcentrum De Koninklijke Stallingen, de Spuikom, Mr.V- arena en de Veiling evenals de turnzaal van de voormalige Albertschool - het beheer van het Jozef Verhellestadion evenals het sportpark De Schorre dat de volgende infrastructuurgehelen omvat: 22 voetbalvelden, een baseball -, American Football - en cricketveld, een wielerpiste, drie hondenclubs, een schuttersstand,een evenementenweide evenals een jogging- en mountainbikeparcours - de materiële evenals de financiële ondersteuning van de lokale sportclubs evenals de organisatoren van sportmanifestaties - de behandeling van de socio-sportieve subsidiedossiers: o.a. Sportkans en de tussenkomst lidgelden - de organisatie van diverse sportpromotionele activiteiten: o.a. sportkampen, Sport Overdag, éénmalige en weerkerende evenementen met diverse partners, Sport aan Zee. Specifiek voor de verdere uitvoering van een gedeelte van het sportpromotieplan werd de vzw Sportpromotie Oostende opgericht. Hierbij wordt er jaarlijks tussen het Stadsbestuur en de vzw een overeenkomst opgesteld waarin het sportpromotieaanbod wordt vastgelegd dat het volgende jaar zal worden ontwikkeld. De afgelopen jaren vielen de organisatie van de schoolsport evenals het Oostendse Loopcriterium onder haar bevoegdheden. - het verstrekken van allerlei informatie over sport(en): sportwetgeving, -verzekering, -raad, sportverenigingen, -activiteiten, - structuren, vormingsactiviteiten en –cursussen - de administratieve ondersteuning van de Sportraad.
•
Het Stedelijke Zwembad:
In het Zwembad werken 31 personeelsleden waaronder één zwembadbeheerder-ontvanger, één administratieve kracht, twee badmeester-ploegbazen, negen badmeesters, twee geschoolde werkmannen,dertien badvrouwen en drie schoonmaaksters. De volgende hoofdtaken worden uitgevoerd: - het beheer van een overdekt- en openluchtzwembad, evenals van een relaxatiecentrum - de organisatie van diverse sportpromotionele activiteiten: o.a. zwemlessen, aquafitness- en jogging, prenataal- en babyzwemmen, éénmalige en weerkerende evenementen met diverse partner.
11
•
Andere actoren:
- de Strandreddingsdienst wordt geleid via de verantwoordelijke strandreddingsdienst die onder de bevoegdheid staat van de brandweercommandant. Specifiek voor deze materie is Schepen Tom Germonpré bevoegd. Voor deze specifieke opdracht worden voor het zomerseizoen 20 postoversten en 139 jobstudent-redders aangeworven. - de Sleuyter-arena waar basketbalclub Telindus zijn thuiswedstrijden speelt werd gerealiseerd door het Autonome Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling (AGSO). De cvba Sleuyter-arena, een dochteronderneming van het AGSO staat in voor het beheer van de basketbaltempel. Voor het gebruik van de Sleuyter-arena betaalt de vzw basketbalclub Oostende huur aan de cvba Sleuyter-arena. Specifiek voor deze materie is Schepen Bart Bronders bevoegd. - Toerisme Oostende vzw speelt reeds jaren in op de trend van city-marketing. Hierbij worden topsportevenementen aangetrokken om het verblijfstoerisme te bevorderen. Volgende organisaties deden reeds Oostende aan: de manches van het WK Beach-volleybal, het WK veldlopen, de ING Run, het Aerobic Beach Festival,het WK skeeleren, de Tenniscup of Flanders en de Ronde van België. Specifiek voor deze materie is Schepen Hilde Veulemans bevoegd. 2.3.3
De adviserende actor
Bij de Sportraad zijn 140 verenigingen aangesloten. Op 27.11.2007 werden de statuten gewijzigd en werd de samenstelling aangepast aan de geldende man/vrouwverhouding. Het adviesverlenende orgaan is de Raad van Bestuur . Deze is samengesteld uit 27 vertegenwoordigers, waarvan achttien mannen en negen vrouwen . De Sportraad geeft op eigen initiatief en/of eigen verzoek advies aan de stedelijke overheid en particuliere instanties inzake • • •
sport- en recreatieaangelegenheden de planning, de uitbouw, de gebruikskalenders en het beheer van de stedelijke sport- en recreatie infrastructuur de subsidieverdeling voor clubwerking en organisatie van grote sportmanifestaties.
Om een grotere interactie met zijn aangesloten leden te bewerkstelligen werd reeds in 2002 gestart met een commissiewerking. De diverse commissies bundelen de clubs die gebruikmaken van een dezelfde infrastructuur. Dit gaf het ontstaan van de volgende commissiewerkingen: Zwembad, sporthallen, openluchtsportvelden, mobiele sporten, turnzalen, parasporten. Tevens worden de volgende initiatieven ontwikkeld • •
het organiseren van overleg en samenwerking tussen de verenigingen, diensten, instellingen en andere organisaties ter bevordering van de realisatie van sport- en recreatieactiviteiten, recreatie- en competitiesport de organisatie van vormingsmomenten 12
•
onderzoek, documentatie en informatie.
Het beheer van de sportchalets ter hoogte van de Waterplas Spuikom gebeurt eveneens door de Sportraad. De 56 overnachtingsplaatsen worden gebruikt voor de organisatie van sportstages, - kampen, -evenementen, -uitwisselingen en kaderopleidingen. De modaliteiten voor het gebruik van de sportchalets worden jaarlijks vastgelegd in een overeenkomst met het Stadsbestuur. Specifiek voor deze materie is Schepen Yves Miroir bevoegd. Binnen het stedelijke organogram is momenteel de dienst Juridische Zaken de behandelende dienst . 2.4 Analyse van de externe actoren Verschillende externe actoren leveren een belangrijke bijdrage en/of nemen een bijzondere plaats in bij de ontwikkeling van het lokale sportbeleid: • • • • • • • • • •
de sportverenigingen de lokale sportfederaties de lokale fitnesscentra de niet-gebonden sportbeoefenaars de socio-culturele verenigingen het Sociaal Huis en de dienstencentra de seniorenadviesraad (SARO) de scholen evenementenbureaus overkoepelende sportstructuren.
2.4.1 De sportverenigingen: De 147 sportverenigingen vormen de basis van het lokale sportgebeuren en zijn actief in 42 verschillende sporttakken . De verenigingen zijn als volgt verdeeld over de verschillende sporttakken: Aikido (1), atletiek (2), American Football (1), badminton (2), baseball (1), basketbal (10), biljart (10), boksen (3), boogschieten (4), bowling (3), dans (11), duiken (8), fitness (8), gewichtheffen (1), golf (2), handbal (1), hengelen (4), hockey (1), hondensport (4), judo (2), jun fan (1), karate (2), motorrijden (2), omnisport (1), petanque (4), roeien (1), ropeskipping (2), skeeleren (1), speleologie (1), squash (1), taekwondo (1), tafeltennis (2), taï chi (1), tennis (3), turnen (4), voetbal (9), vuurwapenschieten (6), wandelen (3), wielrennen (10), wushu (1), zaalvoetbal (2), zeilen (6), zwemmen(4). De sporttakken met het grootste aantal beoefenaars zijn: turnen voetbal zeilen en windsurfen zwemmen en duiken tennis basketbal dans
2.406 1.908 1.642 1.185 994 839 813
13
wandelen schutterssport wielrennen atletiek
798 740 671 593
Gezamenlijk noteren we 18.780 leden, waarvan 8.449 jeugdleden tot 19 jaar (44,98 %), 6.984 volwassenen tussen 20 en 54 jaar (37,19 %) en 3.347 senioren vanaf 55 jaar (17,83 %) . Van de 8.449 jeugdleden bevinden zich 701 leden in de leeftijdsgroep jonger dan 5 jaar (8,29 %), 3.525 leden tussen de 6 en 11 jaar(41,73 %), 4.223 leden (49,98 %) tussen de 12 en 19 jaar. Vijfenveertig clubs doen aan seniorenwerking . Slechts 51 personen met een handicap vinden hun weg naar de lokale sportclub. De activiteiten situeren zich voornamelijk tijdens de avond- en weekenduren. De meeste clubs die ploegsporten aanbieden, blijven gefocust op de competitiesport en hebben geen recreatief aanbod. Slechts een beperkt aantal allochtonen en personen met een handicap wordt opgevangen via de klassieke clubstructuren. Het bestuurlijk en sporttechnisch kader wordt voor het overgrote gedeelte waargenomen door vrijwilligers. Het valt op dat in vele gevallen weinig jonge volwassenen toetreden tot de bestuursfuncties. Het is voor de clubs steeds moeilijker om lesgevers op vrijwillige basis in te schakelen. Bovendien worden door de sportfederaties en de clubleden hogere kwaliteitseisen gesteld op het gebied van sporttechnische begeleiding. Op dit ogenblik tellen de Oostendse clubs samen 591 trainers. Hiervan hebben slechts 256 begeleiders een sporttechnische opleiding genoten. 2.4.2 De lokale sportfederaties Op Oostends grondgebied zijn een aantal lokale sportfederaties actief die wekelijks enkele recreatieve competities met een groot deelnemers opzetten: Corpo voetbal Perkez voetbal Zaterdagtornooi voetbal Recrea volleybal Federatie vogelpik
439 1.500 530 381 298
2.4.3 De lokale fitnesscentra Inspelende op de huidige gezondheids- en fitnessrages zijn ook in Oostende zeven private fitnesscentra actief: Health City, Fizyx, Get Fit, Iron Gym, Vigura, Fitesso en de Fitt Class. Ondanks de hogere lidgelden in vergelijking met een sportparticipatie in een klassieke sportclub, vinden 4.713 sportievelingen op geregelde basis hun weg naar deze hedendaagse vorm van sportieve vrijetijdsbesteding.
14
2.4.4 De niet-gebonden sportbeoefenaars Een niet onbelangrijke groep van sportbeoefenaars zijn niet gebonden aan een sportvereniging. Zij trekken er individueel of in groep op uit om hun geliefde sporttak uit te oefenen: fietsen en mountainbiken door de polders, wandelen over de zeedijk, in de duinen of op het strand, zwemmen in het Zwembad, skeeleren op de openbare weg, wave- en kitesurfen in de branding, zeilen op de Spuikom en/of zee. 2.4.5 De socio-culturele verenigingen Verschillende voornamelijk politiek geïnspireerde socio-culturele verenigingen hebben een sportief aanbod in hun activiteitenpakket. In het marktsegment senioren is VOVO veruit de grootste vereniging met 600 leden waarvan een groot gedeelte actief in verschillende sporttakken. Tevens hebben enkele lokale KWBafdelingen een relatief beperkt sportaanbod gaande van pistool- en karabijnschieten tot turnen,wandelen, mountainbiken en fietsen. De vereniging Jakoeboe organiseert op regelmatige basis voetbaltrainingen voor allochtonen. Ze participeert aan voetbaltornooien ingericht door de lokale voetbalclubs en staat in voor de organisatie van een eigen mini-voetbaltornooi. 2.4.6 Het Sociale Huis en de dienstencentra In Oostende zijn drie buurthuizen en vijf dienstencentra functioneel. In enkele dienstencentra worden een groot aantal activiteiten aangeboden, waaronder bewegingsactiviteiten zoals taichi, stretching, yoga, Afrikaanse dans, petanque. Tevens maken sportclubs tijdens de avonduren gretig gebruik van de beschikbare infrastructuur o.a. voor de organisatie van volksdans, capoeira en hip-hop. 2.4.7 De seniorenadviesraad De seniorenadviesraad SARO organiseert jaarlijks in de september een sportweek voor senioren. 2.4.8 De scholen Oostende heeft als centrumstad een stevig uitgebouwd scholennet. Er zijn 38 scholen, waarvan 24 voor het basis- en 14 voor het secundair onderwijs. In het totaal zijn er 12.467 leerlingen ingeschreven, waarvan 1.743 in het kleuter-, 3.842 in het basis- en 6.882 in het secundair onderwijs. Tevens bieden twee hogescholen diverse studierichtingen aan. In de Katholieke Hogeschool Brugge - Oostende (KHBO) en de Hogeschool West-Vlaanderen (HOWEST) werden 1.300 studenten ingeschreven, waarvan een 500-tal kotstudenten. 2.4.9 De commerciële organisatoren
15
Binnen een commerciële context worden door verschillende organisatoren alternatieve vormen van sportbeoefening aangeboden die meer en meer toegankelijk zijn voor de brede laag van de bevolking. Zij laten de prestatiegedachte vallen en spelen in op andere motieven voor sportbeoefening zoals de gezondheid, het plezier, het sociale contact, het avontuur en de daarmee verbonden kicks(organisatie van sportkampen, sporthappenings, schoolsportdagen, adventure - parcours, kennismaking met circustechnieken). Verschillende evenementenbureaus staan lokaal in voor de organisatie van massa sportevenementen: o.a. Base sportstrand, ING Run. Tevens worden verschillende topsportevenementen met de hulp van grotere sponsors aan de lokale bevolking en toeristen aangeboden (o.a WK manches beachvolleybal, BK kampioenschap veldlopen, Flifies Cup, Tenniscup of Flanders). 2.4.10 De overkoepelende sportstructuren •
Stichting Vlaamse Schoolsport
De Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS) staat in voor de overkoepelende organisatie van schoolsport voor alle schoolgaande jongeren uit het basis -, het secundaire - als het buitengewone onderwijs komende uit de verschillende netten. Ze bundelt alle sport - en spelactiviteiten die buiten de lessen lichamelijke opvoeding worden aangeboden en waaraan de leerlingen deelnemen op vrijwillige basis. Het aanbod situeert zich voornamelijk op woensdagmiddag en wijkt inhoudelijk af van het sportaanbod dat door de sportclubs wordt aangeboden: - het beperkt zich niet tot één sport; - het heeft in belangrijke mate de initiatie op het oog; - het is niet louter op profijt en prestatiegericht; - het is een aanvulling op de les lichamelijke opvoeding; - het wil iedereen betrekken: zowel de sportief getalenteerde, de jongere die reeds actief is in een sportclub is, als de minder of niet-sportieve leerling. Tevens werd gestart met een sportaanbod voor de studenten van de twee aanwezige hogescholen. •
BLOSO
Het BLOSO staat in voor de jaarlijkse betoelaging van de werking van de Sportdienst en onderneemt campagnes ter bevordering van de sport. Verschillende evenementen werden reeds in Oostende georganiseerd: het Sportlint, Sporttak in de kijker, het megabeachvolleyfestival en de Kustpromotietour. •
Instituut voor Sportbeheer
Het Instituut voor Sportbeheer verdedigt de belangen van de Sportdiensten, Zwembaden en recreatiecentra. Deze organisatie geeft een veelgelezen vaktijdschrift uit en organiseert bijscholingscursussen en studiedagen. Ze is initiatiefnemer van sportpromotiecampagnes, waarvan de Vlaamse Zwemweek de bekendste is.
16
•
Provinciale Sportdienst
De provinciale Sportdienst ondersteunt de gemeenten bij de realisatie van sportinfrastructuur (o.a. de turnsporthal), de organisatie van evenementen en door het terbeschikkingstelling van VLABUS-lesgevers. Deze dienst is zelf medeorganisator van sportevenementen op Oostends grondgebied o.a. Zee aan Sporten en Ostend Adventure. •
Sport Overleg Kust
De Sportdiensten van de kust hebben zich samen met BLOSO en de provinciale Sportdienst verenigd in het Sport Overleg Kust (SOK). Tijdens de bijeenkomsten worden de gemeenschappelijke en specifieke problemen en organisaties besproken. Tevens wordt gemeenschappelijk het Loopcriterium van de Kust georganiseerd. 2.5 Analyse van de maatschappelijke tendensen 2.5.1 Wetenschappelijke en technische ontwikkelingen De techniek en de wetenschap heeft de laatste decennia een sterke groei gekend. Deze kennisexplosie liet zijn sporen na in verschillende domeinen van de sportbeoefening: -
de verbetering van de sportmaterialen, het – schoeisel en de – uitrusting; de verbetering van de medische begeleiding en de trainingsmethodes; de toename van het aantal video- en computergames als concurrent voor een sportieve vrijetijdsbesteding.
Door de mondialisering van het sportgebeuren kunnen sportmanifestaties uit heel de wereld op de voet gevolgd worden. We kunnen kennismaken met de nieuwste sportontwikkelingen waar ook ter wereld: kitesurfen, spinning, rafting, aquagym. Tevens ontstaat er een toenemende greep van de pers op het sportgebeuren. 2.5.2
Socio-economische ontwikkelingen op de arbeidsmarkt
Arbeid levert een belangrijke bijdrage als middel tot zelfontplooiing en als basis van integratie en status. Onder invloed van de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technologische kennis verandert het belang van arbeid in het productieproces. We worden bovendien geconfronteerd met het toenemende belang van vrijetijdsactiviteiten. Sport neemt meer en meer de taak van de arbeid over. In een weinig opwindende maatschappij wordt sport steeds meer beschouwd als een middel bij uitstek tot de beleving van avontuur, opwinding en plezier en tot zelfontplooiing en sociale integratie. 2.5.3
Gezinsontwikkelingen en nieuwe samenlevingsvormen
Meer en meer vrouwen begeven zich de laatste decennia op de arbeidsmarkt. Het aantal tweeverdienersgezinnen is toegenomen en inmiddels meer norm en noodzaak geworden. De tijd die ouders met hun kinderen kunnen doorbrengen, komt steeds meer in de verdrukking. Hierdoor worden kinderen steeds vroeger lid van een sportvereniging. De sportclubs en sportkampen worden vaker herleid tot een goedkope vorm van kinderopvang.
17
Bovendien ontstaat er een grotere kloof tussen enerzijds gezinnen met weinig vrije tijd maar met veel geld en anderzijds gezinnen met veel vrije tijd en weinig geld. Onder invloed van de huidige consumptiemaatschappij levert dit spanningen op tussen de gezinsleden onderling. Het aantal echtscheidingen en nieuwsamengestelde gezinnen is eveneens toegenomen. Kinderen van gescheiden ouders vormen door hun wisselende verblijfplaats een probleemcategorie voor de wedstrijdsport (in het bijzonder de ploegsporten). Jongeren worden enerzijds sneller fysisch en psychisch rijp en kennen anderzijds een uitgestelde volwassenheid. Ze blijven tegenwoordig veel langer sociaal afhankelijk van hun ouders. Deze situatie leidt tot een groot aantal spanningen in de relatie tussen de generaties. Reeds op jonge leeftijd ontstaat een verhoogde zin tot vrijblijvendheid en tot consumptiegedrag. Ook in de sportclub is deze ingesteldheid duidelijk te merken. 2.5.4 Cultuur-filosofische ontwikkelingen Utilitarisme treedt meer en meer op de voorgrond bij het maken van keuzes van goederen en diensten: de kosten en de baten worden afgewogen, het nut en het onnut evenals het eventuele plezier en de pijn. Hierdoor ontstaan in de sportclubs conflicten tussen enerzijds de vele tienduizenden vrijwilligers zonder wie de sport niet kan bestaan en anderzijds het groeiende aantal professionele krachten die een verloning vragen gebaseerd op werkbelasting en diplomavereisten. Het toenemende consumentengedrag leidt tot een verminderde betrokkenheid. Een groot aantal leden van een sportclub heeft een minder groot verantwoordelijkheidsgevoel en is niet meer bereid om verenigingstaken uit te voeren. Hierbij zijn oudere clubleden meer betrokken dan de jongere. Bovendien wordt de jeugd ook steeds meer verplichtingen in het onderwijs opgelegd, waardoor zij over minder vrije tijd beschikken. In deze beperkte vrije tijd maken ze dan ook snel andere bestedingskeuzes. In de huidige samenleving zijn de mensen duidelijk minder fysisch actief. Steeds meer mensen oefenen hun beroep voor een belangrijk deel zittend uit. Het aantal uren dat men in de vrije tijd naar een televisie- of beeldscherm kijkt neemt zienderogen toe. De sportparticipatie neemt in het algemeen wel toe, maar de meeste mensen bewegen onvoldoende om te kunnen profiteren van de gezondheidseffecten van de sport. Bovendien leiden jongeren in de puberteit aan bewegingsarmoede. Onze huidige maatschappij wordt gekenmerkt door een groeiend individualiseringsproces. Wat belangrijk en waardevol is, wordt niet langer via traditie en vaste verbanden overgedragen, maar dient elk individu voor zichzelf uit te maken. Hierdoor ontstaan in het sportlandschap voortdurend wisselende sportvormen. De kwaliteitseisen binnenin een club zijn toegenomen, maar kunnen moeilijk vastgelegd worden volgens eenduidige en algemeen geldende uitspraken. 2.5.5. Sportinhoudelijke ontwikkelingen Door de economische ontwikkelingen is het welvaartsniveau voor vrijwel iedereen in de samenleving gestegen. De mobiliteit is verhoogd en de verschillen in levensstijl zijn verminderd. Ook in de sportwereld stellen we een toegenomen democratisering vast. Mensen uit de middenklassen nemen vaker deel aan de vroeger elitaire sporten zoals skiën, hockey, zeilen, paardrijden en squash.
18
De toename van het aantal oudere sporters, de grotere vraag naar dienstverlening en de wens tot meer ontplooiingsmogelijkheden gaat gepaard met diverse sportinhoudelijke ontwikkelingen. Er ontstond een grotere differentiatie en fragmentatie. Een grotere waaier van sporten sieren het sportlandschap. Prestatie – en wedstrijdgerichte elementen zijn niet langer het hoofdmotief om aan sport deel te nemen. Plezier en ontspanning spelen steeds een grotere rol bij de keuze van een bepaalde sporttak. Binnen de sportclub zien we het aantal sportvormen toenemen. De instapleeftijd tot sportparticipatie in georganiseerd verband wordt alsmaar verlaagd. De deelname in sportclubs van zeer jonge kinderen is hoog in vergelijking met de andere socioculturele jeugdorganisaties.Sportclubs trachten de jongeren reeds op zeer jonge leeftijd aan te trekken (soms al vanaf 3 jaar).Sommige ouders zien de sportclub als een goedkope vorm van kinderopvang. Meer dan de helft van de jongeren wordt lid voor de leeftijd van 10 jaar. De sportwereld wordt gekenmerkt door een toenemende commercialisering. Vooral commerciële sportorganisaties spelen in op de nieuwe wensen en op de behoeften aan meer service en klantgerichtheid. De traditionele sportclubs beschikken over een beperkter aanpassingsvermogen om innovaties te introduceren. Velen onder hen kampen met financiële en organisatorische problemen. De privatiseringstendens rukt ook op in de sportsector. De sportbeoefenaar evolueert van lid naar klant, de sport van ideaal naar product. De sport wordt steeds meer een industrie die verweven met andere vrijetijdssectoren, zoals media en toerisme, bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd. In de sportclubs wordt een verminderde bereidheid vastgesteld tot vrijwillige inzet van de leden voor het begeleiden en het besturen van de sport. Vele clubs gaan bijgevolg over tot de aanwerving van betaalde deskundigen. Aan de begeleiders worden bovendien steeds hogere eisen gesteld. Ze moeten flexibel en op een passende manier kunnen omgaan met verschillende leeftijdsgroepen en incidenten en nieuwe trainingstechnieken kunnen toepassen. In de oude traditionele sportclubs stonden waarden als participatie en solidariteit hoog in het vaandel. Momenteel wordt de werking van een club meer en meer gekenmerkt door een beginnende professionalisering . Er wordt meer aandacht besteed aan begrippen als kwaliteit, efficiëntie en effectiviteit. Een aantal marketinginstrumenten uit de profit-wereld doen hun intrede. Een aantal clubs stemmen hun werking continue af op de steeds veranderende omgeving. Meer en meer ontstaat er een tweespalt tussen competitie- en recreatiesport. In de recreatiesport en de amateursport wordt er in de eerste plaats gestreefd naar een gezonde beweging en het opzetten van een recreatieve competitie met anderen. Geld speelt hier een ondergeschikte rol. De competitiesport daarentegen wordt in vele clubs meer en meer gestuurd door financiële belangen. Zij groeien uit tot commerciële mini-ondernemingen gesteund waar de harde wetten van het zakenleven en juridische geplogenheden van toepassing zijn. De centrale plaats die sport in de samenleving inneemt dankt ze voor een groot deel aan de doorgedreven mediatisering. De media hebben de sport in het algemeen nog populairder gemaakt dan ze al was. Sommige sporten worden door de prestaties van sommige landgenoten extra in de picture gesteld, wat een groeiend ledenaantal in de clubs als rechtstreeks gevolg heeft (o.a. tennis, judo, atletiek).
19
Hoofdstuk 3: Inventarisatie van de noden en behoeften 3.1 Situering De Sportdienst heeft begin van het jaar 2007 relevante informatie betreffende sport en bewegen over Oostende verzameld en geïnventariseerd. Op basis hiervan werd drie verschillende enquêtes uitgewerkt om bijkomende gegevens te bekomen in functie van de opmaak van het sportbeleidsplan. Deze enquêtes werden in het voorjaar bezorgd aan de sportverenigingen, de scholen en de individuele gebruikers en tijdens de zomermaanden verwerkt en geanalyseerd. Tevens werd op 13.03.2007 een voorbereidende Denkdag sport georganiseerd voor de hele bevolking om een eerste indruk te krijgen van algemene problemen, tendensen en vragen binnen de Oostendse sportwereld. De grote diversiteit aan opmerkingen vormden een nuttige aanvulling op de later analyse van de enquêtes. Uit deze analyse kwamen vragen, noden en behoeften naar voor. De belangrijkste worden hieronder voor de verschillende hoofdstukken weergegeven. 3.2 Ondersteuning van de sportclubs •
• • • • •
Als sterkte kwam naar voor dat Oostende een groot aantal goedwerkende sportverenigingen telt binnen een grote verscheidenheid aan sporttakken. Deze verenigingen drukken hun tevredenheid uit over de stedelijke ondersteuning (directe en indirecte subsidiëring). In het bestaande subsidiereglementen kunnen niet alle parameters beschouwd worden als objectiveerbare kwaliteitscriteria . Tevens wordt gevraagd om criteria uit te werken i.v.m. de verdeling en de controle van de sportieve evenementen die ondersteund worden. De administratie in het kader van het verkrijgen van subsidies is te zwaar is en de laattijdige uitbetalingen bemoeilijkt de clubwerking. Vele clubs geven aan dat er te weinig bestuursleden zijn die tevens onvoldoende kennis hebben om een kwalitatieve werking van de club te kunnen waarborgen. Een aantal te verbeteren aspecten die sterk naar voor kwamen zijn momenteel dat jongeren te weinig bereikt worden, dat er een onvoldoende recreatief aanbod bestaat en dat er te weinig aandacht is voor doelgroepen. Tenslotte worden bestuursleden en sporttechnisch kader momenteel nauwelijks gestimuleerd om een opleiding en/of vervolmakingcursussen te volgen.
3.3 Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport •
•
•
Er bestaat momenteel een uitgebreid en erg gewaardeerd recreatief sportaanbod over dag voor volwassenen dat complementair is aan het aanbod van de sportverenigingen. Uit de bevragingen blijkt een grote tevredenheid over de bestaande prijs-kwaliteitsverhouding. Het aanbod is evenwel niet in elke wijk voldoende uitgebouwd. Het huidige recreatieve schoolsportaanbod is erg uitgebreid, maar kent een te lage participatiegraad voor leerlingen van het secundair onderwijs. De hogescholen zijn vragende partij om een sportaanbod te ontwikkelen en samenwerkingsverbanden met de lokale sportclubs uit te bouwen. Tevens bestaat er een grote aandacht voor de organisatie van sportevenementen met een toeristische uitstraling vanuit de dienst toerisme. In de voorbereidende fase is hierover onvoldoende overleg met de Sportdienst en Sportraad waardoor er te weinig meerwaarde wordt gecreëerd voor de lokale sportactoren en hun werking. 20
• •
Het Bestuursakkoord vermeldt het aanmoedigen van buurtleven door de organisatie van brede scholen via samenwerking met de lokale verenigingen. Verschillende clubs zijn vragende partij aan de verschillende initiatieven mee te werken.
3.4 Ondersteuning en stimulering toegankelijkheid en diversiteit in de sport • • • • • •
Er bestaat een goedwerkend overleg tussen de Sportdienst met de verschillende sociale actoren waaruit verschillende succesvolle en betaalbare initiatieven voor kansengroepen zijn gegroeid: Sportkans, tussenkomst lidgelden, sportkamp voor personen met een handicap. Uit de enquêtes blijkt dat de individuele opvolging van de deelnemers momenteel tekort schiet, de sociale actoren onvoldoende op de hoogte zijn van de behoeften van de doelgroepen enerzijds en van het bestaande aanbod anderzijds. De sportverenigingen hebben momenteel te weinig kennis van hoe ze met doelgroepen moeten omgaan en hoe ze kunnen inspelen op hun behoeften. De kansengroepen zijn onder vertegenwoordigd in de structuren van de Sportraad. De communicatie over het sportaanbod naar kansengroepen is enerzijds te algemeen en niet aangepast, en bereikt anderzijds de leden van die groepen onvoldoende. Verschillende kansengroepen vereisen een specifieke aanpak en een aanbod afgestemd op de noden.
3.5 Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur •
• • •
• • • • •
•
Algemeen wordt aangegeven dat er een tekort is aan overdekte sportinfrastructuur. Tevens bestaat er een algemeen tekort aan vrije uren in overdekte sportinfrastructuur voor sportclubs, individuele sportbeoefening en recreatiesport. Bovendien dienen momenteel verschillende lage zaalsport- en gevechtssportclubs uit te wijken naar duurdere private infrastructuur. Uit de enquêtes blijkt dat sommige openluchtvelden overspeeld worden. Hierdoor gaat de gebruiksstaat tijdens de wintermaanden sterk achteruit. Momenteel bestaan er geen alternatieve all-weather trainingsmogelijkheden om dit probleem op te vangen. Tevens wordt aangegeven dat het Stedelijk Zwembad aan renovatie toe is, de verschillende voetbalkantines verouderd zijn en een tekort aan kleedkamers in de Mr.V-Arena bestaat. De gebruikskalenders van de bestaande infrastructuur zijn te weinig aangepast aan nieuwe maatschappelijke tendensen. Er is weinig aandacht voor het recreatief en individueel gebruik. De bezettingsgraad van de beschikbare uren kan geoptimaliseerd worden door de onderlinge samenwerking tussen sportclubs te stimuleren. De bestaande gebruiksreglementen voor het sportpark De Schorre en het Verhellestadion moeten geoptimaliseerd en nog opgemaakt worden. Er bestaat een grote vraag naar mountainbike mogelijkheden, terwijl het huidige parcours in slechte staat is. Verschillende sportinfrastructuren zijn momenteel niet aangepast aan de noden van personen met een handicap. De belangen van de watersporter op de Spuikom moeten de eerstvolgende jaren behouden blijven. Uit de verschillende enquêtes blijkt dat het algemeen onderhoud,de hygiëne en de klantvriendelijkheid van het personeel van de stedelijke sportinfrastructuur kan verbeteren. Voornamelijk het dagelijkse onderhoud en de herstelling van kleine mankementen wordt momenteel onvoldoende opgevolgd en vereist voldoende budgetten. Algemeen wordt aangegeven dat de herkenbaarheid en de signalisatie van en naar de stedelijke sportinfrastructuur problematisch is en geoptimaliseerd moet worden.
21
• •
Daarnaast wordt er gevraagd om de bereikbaarheid van de verschillende centra met het openbaar vervoer en per fiets te verbeteren. Gebruikers geven aan dat er nood is om in de verschillende sportinfrastructuur opbergkastjes te voorzien. Door de enge behuizing van de Sportdienst komt een kwaliteitsvolle werking in het gedrag en is het aangewezen uit te wijken naar een belangrijke sportsite met uitgebreide sportmogelijkheden.
3.6. Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider • •
Uit de analyse van de enquêtes blijkt dat er een tekort is aan gediplomeerde trainers in sportverenigingen en dat in een groot deel van de clubs het sporttechnische kader geen bijscholing en/of vorming volgt. Verschillende sportfederaties en lokale sportclubs zoeken toenadering om een regionaal opleidingscentrum jeugdsport op te richten.
3.7. Verbeteren van de communicatie en de dienstverlening •
• • • • •
De Sportdienst beschikt over vele informatie maar de doorstroming verloopt gebrekkig. Hierbij wordt gewezen op het ontbreken van een herkenbare en strategische communicatiestrategie en het niet beschikken over een eenduidige website. Door versnippering verhoogt de kans tot het geven van verkeerde informatie. Algemeen bestaat er een grote tevredenheid over het gebruik van de digitale nieuwsbrief en de verspreiding van de sportwijzer. Uit de enquêtes blijkt dat er een vraag is naar een specifieke sportwijzer voor doelgroepen. Folders en affiches blijven een belangrijk communicatiemiddel voor informatieverspreiding. De inhoud is echter onvoldoende gericht op kansengroepen. Uit een interne bevraging blijkt een grote behoefte naar een gestructureerd overleg op regelmatige basis om de kwaliteit van de dienstverlening, het stedelijk sportaanbod en de ondersteuning van organisatoren en verenigingen te verbeteren. In de analyse wordt aangegeven dat niet iedereen op de hoogte is van het bestaande systeem klachtenbehandeling en dat niet alle klachten binnen een redelijke termijn behandeld worden. De klantvriendelijkheid van het personeel wordt niet door iedereen positief ervaren en vereist een permanente opvolging en bijscholing.
22
Hoofdstuk 4: Formuleren van de missie 4.1. Situering en definiëring Essentieel bij de ontwikkeling van een strategisch plan is de formulering van een missie. De missie formuleert de unieke bestaansreden van de organisatie. Deze wordt getypeerd door de combinatie van producten en diensten die worden aangeboden en de klanten die men wenst te bereiken. Het karakteriseert de legitimiteit en tevens de reden van het zijn van de organisatie, zoals deze door de omgeving en de leden van de organisatie worden beleefd en ervaren. De formulering is het resultaat van een open brainstorming en een aantal besprekingen binnen de twee stuurgroepen. Telkens werd een antwoord gezocht op enkele essentiële vragen zoals wat, waar, waarom en wanneer doen we het en voor wie doen we het. De verschillende woorden van de geformuleerde missie werden gewikt en gewogen, uiteindelijk omgezet in een kernachtige zin en geherformuleerd door de werkgroep Taal en Stijl. 4.2. Missie “De stad Oostende biedt alle bevolkingsgroepen de mogelijkheid om zich levenslang sportief te ontplooien onder de meest optimale omstandigheden“ ‘Alle bevolkinggroepen’ slaat op de aanwezige bevolking in de ruimste zin van het woord. In de eerste plaats de lokale bevolking met zijn verschillende leeftijds- en kansengroepen. Maar ook op al diegenen die in Oostende sporten zoals leerlingen uit de verschillende scholen, studenten, tweede verblijvers en toeristen evenals de inwoners vanuit de omliggend gemeenten. ‘Levenslang’ betekent dat er een aanbod en sportmogelijkheden zijn voor alle leeftijden. ‘Sportief ontplooien’ moet opnieuw zeer ruim worden geïnterpreteerd . Het begrip omvat zowel de bewegingsopvoeding, de breedte- en recreatiesport, de competitie- alsook de topsport. Het begrip slaat zowel op de individuele sportbeoefening alsook op de georganiseerde sportbeoefening . ‘Optimaal’ staat voor een kwalitatieve sportbeoefening die geregeld als op maat wordt aangeboden.
23
Hoofdstuk 5: Formuleren van strategische en operationele doelstellingen:
5.1 Situering en definiëring In de missie werd in een krachtige zin de bestaansreden van onze organisatie geformuleerd. In dit hoofdstuk vervolgen we de weg van het strategisch denkproces en worden de strategieën uitgeschreven om de missie in de praktijk om te zetten. Er werden zes hoofdstukken in dit sportbeleidsplan opgenomen: • • • • • •
de ondersteuning van de sportverenigingen de ondersteuning en stimulering van andersgeorganiseerde sport de ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid en diversiteit in de sport een meerjarenplan inzake sportinfrastructuur de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider de verbetering van de communicatie en dienstverlening
Per hoofdstuk leggen we de strategische doelstellingen vast. Elk van strategische doelstellingen wordt verder opgesplitst in een reeks van operationele doelstellingen. Dit zijn de concrete invullingen om tot de realisatie van een welbepaalde strategische doelstelling te komen. Tot slot ontrafelen we elke operationele doelstelling tot een aantal concrete actiepunten (tactische doelstellingen). 5.2 Ondersteuning van sportverenigingen SD01 Uiterlijk op 31.12.2012 is de kwaliteit van de werking van de lokale sportclubs en de organisatie van grote sportmanifestaties verbeterd Algemene motivatie: Verbeteren van de kwaliteit is essentieel voor de goede werking van een sportclub en organisatie van sportmanifestaties. OD01.1 Vanaf 01.01.2009 is het subsidiereglement verfijnd en aangepast aan het nieuwe sport-voor-allen decreet. Motivatie: * Het nieuw sport-voor-allen decreet schrijft voor dat de subsidies verdeeld moeten worden op basis van een subsidiereglement waarin objectiveerbare kwaliteitscriteria worden gehanteerd. * Op de Denkdag sport en uit de gegevensanalyse werden door sportverenigingen voorstellen geformuleerd voor bijkomende parameters (volgen van opleidingscursussen, medewerking vrijwilligers,doelgroepenbeleid….). Voorts gaven ze aan dat de administratieve rompslomp te groot is, dat sommige parameters ter discussie staan en dat de subsidies te laat worden uitbetaald. * Het sociale beleidsplan wenst het particuliere vrijetijdsaanbod te ondersteunen en bepaalt dat het stedelijke aanbod complementair is aan het particuliere aanbod. * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners. * De Stadsmonitor suggereert dat alle bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien. Dualisering in de vrijetijdsbesteding dient vermeden en bestreden te worden.
24
2008: * Oprichten van een werkgroep (voor 31.03) * Opmaak van het reglement (voor 31.08) * Goedkeuring reglement door Sportraad (voor 31.10) * Goedkeuring reglement door Gemeenteraad (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van subsidiereglement (voor 31.12)
OD01.2 Vanaf 01.01.2009 worden alle ondersteunde sportevenementen getoetst op vooraf vastgelegde kwaliteitscriteria. Motivatie: * Uit de gegevensanalyse blijkt dat momenteel geen controle gebeurt op de kwaliteit van gesubsidieerde evenementen en dat er momenteel geen objectiveerbare kwaliteitscriteria zijn. * Vanuit de aandacht om een kwaliteitsvol aanbod te waarborgen, is het aangewezen om deze criteria op te nemen en een systeem van controle uit te werken. 2008: * Oprichten van een werkgroep (voor 30.03) * Vastleggen van criteria en verfijnen van het reglement (voor 31.08) * Goedkeuring reglement door Sportraad (voor 31.10) * Goedkeuring reglement door Gemeenteraad (voor 31.12) * Aanduiden van personen die vastgelegde criteria op betoelaagde evenementen controleren (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van subsidiereglement (voor 31.12) * Controle van evenementen (voor 31.12)
OD01.3 Vanaf 01.01.2009 worden op regelmatige tijdstippen en volgens de noodwendigheden vormingscursussen bestuurlijk en sporttechnisch kader georganiseerd. Motivatie: * Uit de gegevensanalyse blijkt dat vele clubs werken met niet gediplomeerde trainers en begeleiders en dat bijna 1/3 van de sportclubs georganiseerd zijn als een feitelijke vereniging. Meer dan de helft van de sportclubs meldt dat hun bestuursleden en trainers gedurende de laatste drie jaar geen bijscholing hebben gevolgd en dat de clubs geen mogelijkheden hebben om dit zelf te organiseren *Op de Denkdag kwam de vraag om lokaal cursussen te organiseren en werd bovendien als zwakte vastgesteld dat het Stadsbestuur momenteel weinig vorming organiseert. * Tot slot werd aangegeven dat bij de sportclubs specifieke kennis over doelgroepen ontbreekt. 2008: * Bevragen noden en behoeften bij de lokale clubs (voor 30.04) * Onderzoek van bestaande aanbod vormingsorganisaties en eventuele samenwerkingsverbanden met de omliggende gemeenten (voor 30.06) *Aanvragen van organisatieplaatsen (voor 30.06.) 2009 -2012: * Organiseren van vormingscursussen (voor 31.12)
25
SD02 Uiterlijk op 31.12.2012 is het sportaanbod in de lokale sportclubs toegenomen. Algemene motivatie De lokale sportclubs vormen de motor van het lokale sportbeleid. De grootste participatie via het verenigingsleven over de verschillende sectoren heen gebeurt via de sportverenigingen. Het sociale beleidsplan bepaalt dat de lokale overheid het particuliere vrijetijdsaanbod ondersteunt en ervoor zorgt dat haar eigen aanbod complementair is aan het particuliere aanbod . Door de sportverenigingen specifiek te ondersteunen zal het sportaanbod in de lokale sportclubs toenemen. OD02.1 Vanaf 01.01.2009 worden de lokale sportclubs gestimuleerd tot het uitwerken van een ruimer recreatief aanbod voor de bevolking. Motivatie: * Uit de verwerking van de individuele enquêtes blijkt dat 83 % van de volwassenen aan recreatieport doet en slechts een minderheid (17 %) aan competitie. * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners. * Uit de sterkte-zwakteanalyse blijkt dat de sportclubs onvoldoende recreatief aanbod hebben, niet inspelen op de noden van de jong volwassenen en de bestaande maatschappelijke tendensen( o.a. de ontgroening, de individualisering en het gewijzigd vrijetijdspatroon). * Uit de gegevensanalyse blijkt dat er binnen de sportclubs onvoldoende aanbod is voor bepaalde leeftijdscategorieën (voornamelijk senioren) en dat minder dan de helft (57 %) recreatiesport aanbiedt. Momenteel hebben 88 % geen sportaanbod over dag. *Nochtans werd op de Denkdag aangedrongen om de organisatie van een recreatief aanbod (zoals Sport over Dag) tijdens de avonduren te stimuleren. 2008: *Implementeren parameters voor oprichting van een recreatieve afdeling in bestaande subsidiereglement (voor 31.08). *Inventarisatie van actuele situatie en bevragen noden bij de lokale sportclubs(voor 31.12) 2009-2012: * Opzetten van een proefproject(en) met de geïnteresseerde clubs (vanaf 01.01)
OD02.2 Vanaf 01.01.2009 worden de lokale sportclubs gestimuleerd tot het uitwerken van een sportaanbod met specifieke aandacht voor doelgroepen. Motivatie: * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners en dat alle bevolkingsgroepen, gelijke kansen moeten hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien. Specifiek voor het sportbeleidsplan wordt gedacht aan kansarmen, personen met een handicap en allochtonen . * Het sociaal beleidsplan bepaalt dat de lokale overheid een systeem uitwerkt om de participatie van kansengroepen te verhogen. * Een beperkt aantal clubs heeft leden van allochtone origine of leden met een handicap. Reeds 132 kinderen kunnen momenteel via het project Sportkans sporten in de lokale sportclubs. * De swot-analyse geeft aan dat vele sportclubs niet weten hoe ze moeten omgaan met doelgroepen en te weinig interesse hebben in doelgroepenbeleid. * Om de integratie van doelgroepen in de lokale sportclubs te stimuleren is het noodzakelijk om het subsidiereglement aan te passen. 2008: *Implementeren parameters voor doelgroepenbeleid in het subsidiereglement (voor 31.08) * Inventarisatie van actuele situatie en bevragen noden bij de lokale sportclubs(voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van het subsidiereglement (voor 31.12)
26
SD03
De financiële ondersteuning van de lokale sportclubs blijft minstens op het niveau van 31.12.2006. Algemene motivatie: Voor een goede en kwalitatieve werking is het essentieel om de sportclubs blijvend financieel te ondersteunen. Het nieuw sport-voor-allen decreet bepaalt dat deze ondersteuning minstens op het niveau blijft van 2006. OD03.1Gedurende deze legislatuur blijft de grootte van het totale budget van de directe subsidiëring van de lokale sportclubs minstens op het niveau van 31.12.2006. Motivatie: *De Stadsmonitor benadrukt omwille van zijn sociaal belang de aanwezigheid van een rijk verenigingsleven essentieel is. Daarom is de blijvende financiële ondersteuning op het niveau van 2006 noodzakelijk. *Uit de analyse van de enquêtes in functie van het jeugdbeleidsplan blijkt dat de meerderheid van de jongeren aangesloten bij een vereniging lid zijn van een sportvereniging. Dit lidmaatschap is de enige georganiseerde vorm in de top 5 van vrijetijdsbestedingen naast vrijblijvende activiteiten zoals spelen met vrienden, TV-kijken, gameconsole spelen, computerspelletjes * Door het geven van subsidies kan de grootte van het lidgeld voor jeugdleden laag blijven. 2008-2012: * Opmaak verdeling budgetten (voor 31.03) * Opnemen budget volgende begrotingsjaar in begrotingsvoorstel (voor 31.08) * Opvragen aanvraag subsidiedossiers (voor 31.12)
OD03.2 Gedurende deze legislatuur blijft de grootte van de indirecte subsidiëring van de lokale sportclubs minstens op het niveau van 31.12.2006. Motivatie: *De Stadsmonitor benadrukt omwille van zijn sociaal belang de aanwezigheid van een rijk verenigingsleven essentieel is. Daarom is het ook belangrijk de sportverenigingen logistiek en materieel blijvend te ondersteunen. * Minimum 90 % van de sportclubs zijn tevreden over de huidige logistieke ondersteuning van de stad. 2008-2012: *Coördinatie van de aanvraagdossiers van logistieke steun aan de lokale sportclubs (voor 31.12) *Terbeschikkingstelling van bekers en medailles aan de lokale sportclubs (voor 31.12)
OD03.3 Gedurende deze legislatuur maken de lokale sportclubs voor hun jeugdwerking blijvend gratis gebruik van de stedelijke sportinfrastructuur. Motivatie * Uit de gegevensanalyse blijkt dat de gratis terbeschikkingstelling van stedelijke sportcentra aan de sportclubs een noodzakelijke financiële ademruimte geeft om de werking kwaliteitsvol uit te bouwen. *Uit de analyse van de enquêtes in functie van het jeugdbeleidsplan blijkt dat de meerderheid van de jongeren aangesloten bij een vereniging lid zijn van een sportvereniging. Dit lidmaatschap is de enige georganiseerde vorm in de top 5 van vrijetijdsbesteding naast vrijblijvende activiteiten zoals spelen met vrienden, TV-kijken, gameconsole spelen, computerspelletjes. * Door de gratis terbeschikkingstelling kan de grootte van het lidgeld voor jeugdleden laag blijven. 2008-2012: * Opvragen van aanvraagdossiers voor het gebruik van de stedelijke sportinfrastructuur (voor 30.04) * Plannen van gebruiksuren voor jeugdwerking voor de lokale sportclubs in de stedelijke sportinfrastructuur (voor 31.08)
27
5.3
Ondersteuning en stimulering van de andersgeorganiseerde sport
SD04 Vanaf 01.01.2010 bestaat er in alle wijken een divers en recreatief sportaanbod voor alle bevolkingsgroepen Algemene motivatie De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners. Het sociaal beleidsplan bepaalt dat de lokale overheid zelf zorgt voor een gespreid, toegankelijk, laagdrempelig, betaalbaar en gediversifieerd vrijetijdsaanbod voor de totale Oostendse bevolking met aandacht voor gezamenlijke activiteiten tussen verschillende leeftijds- en maatschappelijke groepen en dat het aanbod complementair is aan het particuliere aanbod OD04.1 Vanaf 01.09.2009 worden er jaarlijks minimum 25 schoolsportactiviteiten voor leerlingen van het basis- en secundair onderwijs en minimum vijf sportactiviteiten voor studenten van het hoger onderwijs gerealiseerd Motivatie: * Via de schoolsportactiviteiten krijgen de leerlingen de kans om op een speelse mannier kennis te maken met verschillende sporttakken, de Oostendse sportclubs en sport infrastructuur. * Uit de gegevensanalyse in functie van het jeugdbeleidsplan zijn schoolsportactiviteiten het meest gekende initiatief bij jongeren tussen 9 en 12 jaar (voor Duin en Zee, speelbus, kinderfuif en Theater aan Zee) . Bij de jongeren tussen 12 en 18 zijn de schoolsportinitiatieven het meest gekende initiatieven na het Jongeren Advies Centrum. * Uit onze gegevensanalyse blijkt dat de deelname van scholen aan de schoolsportactiviteiten zeer hoog ligt (84,62 %) en dat 19.23 % niet op de hoogte is van het bestaan van het FOLLO-project (Flexibele Opdracht Leerkracht Lichamelijke Opvoeding). *Minimum 73 % van de sportclubs is voldoende tevreden over de samenwerking met de Sportdienst rond de organisatie van schoolsport. 2008: * Vastleggen van de respectievelijke programma’s voor 2009 in samenwerking met de verschillende actoren (voor 31.10). * Aanmaken van promotiemateriaal (voor 31.12) *Uitvoeren van de acties gepland in 2007 (voor 31.12) 2009-2012: * Starten van de respectievelijke programma’s (vanaf 01.01)
OD04.2 Vanaf 01.09.2009 zijn er samenwerkingsverbanden uitgewerkt die toelaten dat studenten van de Oostendse hogescholen kunnen sporten in de lokale sportclubs. Motivatie: * De Oostendse hogescholen zijn vragende partij om de studenten de mogelijkheid aan te bieden te trainen in de lokale sportclubs. * Uit de gegevensanalyse kan niet afgeleid worden hoe de sportclubs tegenover deze vraag staan. * De Sportraad gaf aan deze samenwerking te promoten. 2008: * Bevragen welke sportclubs wensen deel te nemen (voor 30.06) * Opmaken van een modelovereenkomst (voor 30.06) * Voorleggen van geïnteresseerde clubs aan hogescholen (voor 30.08) * Verdelen van informatie naar hogeschoolstudenten(voor 30.09) * Ondertekenen van overeenkomsten (voor 31.10) 2009-2012: * Verdelen van informatie naar hogeschoolstudenten(voor 30.09) * Ondertekenen van overeenkomsten (voor 31.10)
28
OD04.3 Vanaf 01.01.2008 is er in samenwerking met de Sportraad jaarlijks een gevarieerd en complementair sportaanbod voor de bevolking. Motivatie * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is dat alle bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien.. Een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel is noodzakelijk om in te spelen op de noden van alle stadsbewoners en om een ontmoeting tussen de diversiteit aan bevolkingsgroepen mogelijk te maken. *Uit de gegevensanalyse blijkt dat de kwaliteit van het bestaande sportaanbod een hoge tevredenheid kent. Dit geldt voor schoolsport, Sport aan Zee, grabbelsport, Sport Overdag, loopcriterium, sportkampen, zwemlessen, aquafitness en –jogging. *Om het gevarieerde en complementaire sportaanbod te bestendigen werd er op de Denkdag voorgesteld om ook sportclubs en andere organisaties te betrekken bij de organisatie van Sport over Dag . Tenslotte werd ook aangegeven dat de spreiding van de initiatieven over de verschillende wijken kan verbeteren, dat het betaling- en reserveringssysteem verouderd is en de inschrijvingen op meerdere locaties toe te laten.
2008: * Uitvoeren van de acties gepland in 2007 (voor 30.06): sportkampen, Sport aan Zee, schoolsport,, loopcriterium, eenmalige initiatieven, Sport aan Zee, zwem -en duikinitiaties, aquafitness, start to swim * Voorbereiden programma Start to Sport 2009 (voor 31.12) * Vastleggen programma 2009 (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit (voor 30.11) * Verspreiden folder met jaarprogramma (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van programma (vanaf 01.01): sportkampen, Sport aan Zee, schoolsport, Start to Sport, loopcriterium, eenmalige initiatieven, Sport aan Zee, zwem- en duikinitiaties, aquafitness, start to swim * Vastleggen programma volgende begrotingsjaar (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit programma volgende begrotingsjaar (voor 30.11) * Verspreiden folder met jaarprogramma (voor 31.12)
OD04.4 Vanaf 01.01.2011 worden in samenwerking met de lokale sportclubs minimum drie sporttakken opgenomen in het project brede school. Motivatie: * Het Bestuursakkoord wil het buurtleven aanmoedigen door de organisatie van brede scholen die in de buurt geïntegreerd zijn en met de buurt en de verenigingen samenwerken . * Scholen nemen immers een bijzondere plaats in het sociale netwerk van een buurtgemeenschap. * Nochtans blijkt uit de schoolenquête dat slechts 30,77 % van de scholen samenwerkt met de lokale sportclubs voor het geven van sport op school en 23,08 % van de scholen voor de organisatie van naschoolse activiteiten * Op de Denkdag werden evenwel specifiek voorgesteld: het plannen van naschoolse sportieve opvang in de scholen i.s.m. naschoolse kinderopvang, het naschools openstellen voor sport en de organisatie van sportklassen. 2010: * Bepalen in welke wijk een brede school wordt opgezet (voor 31.07) * Organiseren van een overlegmoment met de verschillende actoren in de betreffende wijk (voor 31.12) 2011: *Uitwerken van een programma (voor 30.06) * Starten van het programma (vanaf 01.09)
29
SD05 Vanaf 01.01.2009 bestaat er een sportaanbod voor toeristen en tweede verblijvers in samenwerking met Toerisme Oostende vzw. Algemene motivatie Het Bestuursakkoord geeft aan dat Oostende o.a. door toerisme en evenementen het echte centrum van de kust wordt. De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners. Het toeristisch beleidsplan wil Oostende promoten als een kwalitatieve en innovatieve bestemming, het tweede verblijfstoerisme optimaliseren en het recreatief verblijfstoerisme doen stijgen met accent op kortere vakanties buiten het seizoen. OD05.1 Vanaf 01.01.2008 gebeurt er minimum vier keer/jaar een gestructureerd overleg met Toerisme Oostende vzw over de planning en de realisatie van het sportaanbod voor toeristen en tweede verblijvers. Motivatie: * In de swot-analyse wordt aangegeven dat de Sportdienst en Sportraad onvoldoende wordt betrokken bij de conceptuele fase van het toeristisch sportbeleid en dat er te weinig lokale meerwaarde bestaat voor de sportclubs en Sportdienst bij het aantrekken van evenementen.. * Het toeristisch beleidsplan meldt dat er onvoldoende geïntegreerd overleg bestaat met de andere sectoren die het toeristisch-recreatief product beïnvloeden. * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is dat de actoren in de vrijetijdssector (sport en spel, toerisme en evenementen) de onderlinge samenwerking versterken op het vlak van beleid, product, distributie en communicatie. * Het sociaal beleidsplan bepaalt dat de lokale overheid het overleg stimuleert tussen de aanbieders van vrijetijdsactiviteiten met het oog op een effectiever communicatie. Hierdoor ontstaat een grotere participatie aan het eigen en particuliere aanbod, evenals aan het commerciële circuit. 2008: * Organiseren van startvergadering (voor 30.03) * Inventarisatie van noden en behoeften (voor 30.06) * Opmaak van een afsprakennota (voor 31.10) * Vastleggen programma 2009 (voor 31.10.) 2009-2012: * Uitvoeren van gestructureerd overleg (voor 31.12) * Vastleggen programma volgende begrotingsjaar (voor 31.10)
OD05.2 Gedurende deze legislatuur blijft een gevarieerd sportaanbod bestaan dat specifiek openstaat voor toeristen en tweede verblijvers. Motivatie: * Tijdens de Denkdag wordt aangedrongen op de organisatie van Sport Overdag tijdens de vakantieperioden en wordt gevraagd naar een betere informatieverspreiding naar tweede verblijvers over het sportaanbod. * In de swot-analyse wordt aangegeven een all-in-pakket te creëren voor toeristen en tweede verblijvers. 2008: * Vastleggen programma zomer 2008 (voor 30.03.) * Opmaak folder zomer 2008 (voor 31.04) * Verspreiden folder 2008 (voor 31.05) * Uitvoeren programma (voor 31.08) * Evaluatie van programma (voor 30.09) * Vastleggen programma volgende begrotingsjaar (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit programma 2009 (voor 30.11)
30
* Verspreiden folder met jaarprogramma 2009 (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van programma (vanaf 01.01) * Vastleggen programma volgende begrotingsjaar (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit programma 2009 (voor 30.11) * Verspreiden folder met jaarprogramma 2009 (voor 31.12)
OD05.3 Gedurende deze legislatuur blijft de Sportdienst de sportieve activiteiten georganiseerd door Toerisme Oostende vzw en/of derden ondersteunen. Motivatie: * Er wordt jaarlijks een groot aantal sportieve evenementen georganiseerd die logistieke ondersteuning nodig hebben. * Uit de swot-analyse blijkt dat vele aanvragen te laat binnenkomen en dat de bestaande procedure onduidelijk is. 2008: *Inventarisatie van sportieve evenementen en gewenste steun (voor 31.12) 2009: * Uitwerken van procedure (voor 30.06) * Communiceren van de te volgen procedure (voor 30.12) 2010-2012: * Uitvoeren van de procedure (vanaf 01.01)
5.4.
Ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid en diversiteit in de sport
SD06 Gedurende deze legislatuur blijft de actieve sportdeelname van de minderbegoede Oostendse jeugd tot en met 19 jaar in de Oostendse sportclubs gestimuleerd. Algemene motivatie De bestaande financiële ondersteuning stimuleert daadwerkelijk de actieve sportdeelname van de lokale minder gegoede jeugd. Er wordt gevraagd om deze ondersteuning te behouden. Het Stedenfondsbeleidsplan garandeert door een financiële tegemoetkoming een betaalbaar sportaanbod voor kansarme jongeren Het Sociaal Beleidsplan bepaalt dat de lokale overheid de modaliteiten uitwerkt voor het toepassen van een eenvoudig systeem dat de participatiekansen verhoogt voor de bevolking met specifieke aandacht voor de kansengroepen. OD06.1 Gedurende deze legislatuur krijgen alle Oostendse jongeren tot en met 19 jaar blijvend een financiële tegemoetkoming in hun lidmaatschap bij een Oostendse sportclub Motivatie: *Uit algemene statistieken blijkt dat er in hoge mate de sportparticipatie bij jongeren sterk daalt *Uit de enquête van de sportverenigingen blijkt dat bij de helft van de sportverenigingen het lidgeld hoger ligt dan 60 euro. *Niet alle minder gegoede jongeren worden bereikt o.a. éénoudergezinnen. Uit de studie “het Kind in Vlaanderen 2006” van Kind en Gezin en uit bijkomende info van de dienst Sociale Zaken blijkt dat dit aantal sterk toeneemt.
31
2008 * Verfijnen en herbevestigen van reglement door Gemeenteraad (voor 28.02) 2009-2012: * Uitvoeren van reglement (voor 31.12)
OD06.2 Gedurende deze legislatuur krijgen minder gegoede jongeren tot en met 19 jaar blijvend de terugbetaling van het lidmaatschap als ze aansluiten bij een Oostendse sportclub. Motivatie: *Het Agentschap Sociaal-cultureel werk voor Volwassenen stelt dat Oostende een hoge plaats inneemt op de volgende jeugdspecifieke kansarmoede indicatoren: kinderen geboren in een kansarme gezinnen,r jongeren jonger dan 25 jaar met een bestaansminimum, leerlingen in het buitengewoon onderwijs en voltijds beroepsonderwijs. *Uit de studie het Kind in Vlaanderen 2006 van Kind en Gezin en uit bijkomende info van de dienst Sociale Zaken blijkt dat het aantal eenoudergezinnensterk toeneemt. * De Stadsmonitor vermeldt dat Oostende een hoge plaats inneemt m.b.t. tot het aantal inwoners dat een bestaansminimum of leefloon ontvangt. *Uit de enquête van de sportclubs blijkt dat 60% van de sportclubs met jeugdwerking geen gebruik maken van het systeem van terugbetaling van het lidmaatschap (enquête clubs). * Op de Denkdag wordt aangegeven om in het bestaande reglement controle maatregelen in te bouwen ondermeer om de verhoging van de lidgelden door sportclubs tegen te gaan en het afhaken van deelnemers te vermijden. 2008: * Onderzoeken van de mogelijkheden van het Omnio-statuut (voor 31.01) * Verfijnen en herbevestigen van reglement in Gemeenteraad (voor 28.02) 2009-2012: * Uitvoeren van reglement (voor 31.12)
SD07 Vanaf 01.01.2011 sluiten de sportstructuren en het sportaanbod aan op noden van kansengroepen. Algemene motivatie: De Stadsmonitor suggereert dat alle bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien. Dualisering in de vrijetijdsbesteding moet worden verkomen en bestreden. Het sportaanbod georganiseerd door de sportvereniging enerzijds en de lokale overheid anderzijds maakt onderdeel uit van deze vrijetijdsbesteding. OD07.1 Uiterlijk op 31.12.2010. is een onderzoek gebeurd naar de reële sportbehoeften van de kansengroepen i.s.m. de verschillende actoren. Motivatie: * Op de Denkdag wordt aangegeven dat het aanbod niet afgesteld is op de culturele noden. * Uit de swot-analyse blijkt dat de verschillende actoren uit de sociale sector onvoldoende zicht hebben op de noden van de doelgroepen. 2008: * Organiseren van startvergadering met verschillende actoren en vastleggen van taakverdeling (voor 30.06) * Opvolgen opmaak bevraging door verschillende actoren (voor 31.12) 2009: * Uitvoeren en verwerken van bevraging (voor 31.12).
32
OD07.2 Vanaf 01.01.2011 is er een vertegenwoordiging van de kansengroepen in de algemene vergadering van de Sportraad. Motivatie * Het Minderhedenbeleidsplan 2007-2009 vermeldt als prioritaire opdracht het stimuleren van een inclusief beleid en het nieuw sport-voor-allen decreet schrijft een vertegenwoordiging van kansengroepen voor. * Uit de swot-analyse blijkt dat de doelgroepen te weinig vertegenwoordigd zijn in de Sportraad en dat de samenstelling niet conform is aan de opgelegde man-vrouw verhouding. 2008: * Bespreken op startvergadering met verschillende actoren (voor 30.06) * Opvolgen van vertegenwoordiging in bevraging (voor 31.12.) 2009: * Uitvoeren en verwerken van bevraging (voor 31.12) 2010: * Vertegenwoordiging van kansengroepen in algemene vergadering van de Sportraad (voor 31.03)
OD07.3 Gedurende deze legislatuur blijft een medewerker van de Sportdienst in samenwerking met andere actoren instaan voor de toeleiding, de begeleiding en de opvolging van de doelgroepen naar het stedelijk sportaanbod. Motivatie: * Zowel uit de Denkdag en als de swot-analyse blijkt dat de opvolging van deelnemers uit kansengroepen binnen het stedelijk sportaanbod belangrijk is, meer bepaald binnen de activiteiten van sportclubs. 2008: * Aanduiden van medewerker (voor 31.01) * Uitvoeren van takenpakket (voor 31.12) 2009-2012: * begeleiden van takenpakket (voor 31.12)
OD07.4 Vanaf 01.01.2010 wordt specifieke informatie over het stedelijke sportaanbod aangeboden aan de kansengroepen. Motivatie: * Op de Denkdag wordt aangegeven dat de communicatie naar de kansengroepen en sportclubs onvoldoende is en moet worden aangepast. Hierbij moet rekening worden gehouden met de bestaande taaldrempel bij allochtonen en kansarmen en dat er een betere infoverspreiding moet gebeuren m.b.t. alle mogelijke financiële tussenkomsten voor kansarmen * Uit de swot-analyse blijkt dat de doelgroepen onvoldoende worden bereikt, er te weinig infomomenten voor doelgroepen bestaan en de informatiestroom niet aangepast is aan het niveau van de doelgroepen 2008: * Afspraken maken met verschillende actoren op startvergadering over het informatieaanbod, de informatiekanalen en de opvolging ervan (voor 30.12) 2009: * Uitwerken van informatieaanbod (voor 30.06) * Verspreiden van de informatie (voor 31.12) 2010-2012: * Verspreiden van informatie (voor 31.12)
33
OD07.5 Vanaf 01.04.2009 is in samenwerking met andere actoren een project uitgewerkt die de noden van de kansengroepen invult. Motivatie: * Het Jeugdbeleidsplan en Minderhedenbeleidsplan geven aan dat over een periode van 6 jaar het aantal allochtonen verdubbelde en dat de grootste groep zich bevindt in de leeftijdscategorie tussen 26 en 45 jaar. * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel aan te bieden dat inspeelt op de noden van alle stadsbewoners en dat het aangewezen is om sport en spel aan te bieden om ontmoeting tussen een diversiteit aan bevolkingsgroepen mogelijk te maken. * Op de Denkdag wordt aangegeven dat het aanbod niet afgesteld is op de culturele noden en dat volwassen allochtonen te weinig worden bereikt. 2008: * Inventarisatie van noden en behoeften (voor 30.06) * Vastleggen project voor volgende begrotingsjaar (voor 30.09) 2009-2012: *Verspreiden van informatie (voor 30.03) * Uitvoeren van project (vanaf 01.04)
OD07.6 Vanaf 01.01.2009 is jaarlijks een gevarieerd sportaanbod voor personen met een handicap. Motivatie: * De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is dat alle bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien.. Een kwaliteitsvol en divers aanbod inzake sport en spel is noodzakelijk om in te spelen op de noden van alle stadsbewoners en om een ontmoeting tussen de diversiteit aan bevolkingsgroepen mogelijk te maken. * Op de Denkdag wordt voorgesteld om Sport over Dag voor personen met een handicap te organiseren en een stedelijke omni-sportclub voor personen met een handicap op te richten. * In de swot-analyse wordt aangegeven dat de sociale sector te weinig zicht heeft op de noden van personen met een handicap en om wekelijks een sportaanbod voor deze doelgroep te ontwikkelen. 2008: * Uitvoeren van de acties gepland in 2007 (voor 31.08) * Onderzoek naar noden en behoeften (voor 30.06) * Uitwerken programma 2009 (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit (voor 30.11) * Verspreiden folder met jaarprogramma (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van programma (vanaf 01.01) * Vastleggen programma volgende begrotingsjaar (voor 30.09) * Uitwerken publiciteit programma volgende begrotingsjaar (voor 30.11) * Verspreiden folder met jaarprogramma (voor 31.12)
34
5.5
Meerjarenplan inzake infrastructuur
SD08 Uiterlijk op 31.12.2012 is de gebruikskwaliteit van de stedelijke sportinfrastructuur verhoogd. Algemene motivatie: De gebruikskwaliteit van de stedelijke sportinfrastructuur is essentieel voor het realiseren van een kwaliteitsvol sportaanbod en het verhogen van de algemene sportparticipatie. Het Stedenfondsplan vermeldt dat het Stadsbestuur zorgt voor de verdere uitbouw van wijkgebonden, toegankelijke, hygiënische en veilige sportinfrastructuur. OD08.1 Uiterlijk op 31.12.2009 zijn de gebruiksreglementen en -kalenders van alle stedelijke sportinfrastructuren geoptimaliseerd. Motivatie: * Uit de enquêtes blijkt dat meer dan de helft van de gebruikende zwemclubs (54,55 %) een onvoldoende geven voor het reserveren van het Zwembad en verschillende scholen ontevreden zijn over de opmaak van de kalender schoolzwemmen. * Uit de swot-analyse blijkt dat er te weinig aandacht is voor het optimaliseren van de beschikbare uren,te weinig onderlinge samenwerking is tussen de sportclubs,de gebruikskalenders niet aangepast zijn aan de nieuwe maatschappelijke situatie en individuele sporters te weinig kunnen gebruikmaken van de stedelijke sportinfrastructuur. Tevens is er bij de opmaak te weinig aandacht voor de recreatieve invulling van de gebruikskalenders. * Momenteel bestaat er geen gebruiksreglement voor het gebruik van de openluchtsportinfrastructuur in het sportpark De Schorre en het Verhellestadion. 2008 * Goedkeuring gebruikskalenders door Sportraad (voor 30.06) * Inventarisatie van problematiek gebruikskalenders voor alle stedelijke sportinfrastructuur (voor 30.12) 2009 * Opmaken en verfijnen van gebruikskalenders en kalenders voor alle stedelijke sportinfrastructuur (voor 30.12) * Goedkeuring reglementen en gebruikskalenders door Sportraad (voor 30.06) * Goedkeuring reglementen door Gemeenteraad (voor 31.08) 2010-2012 * Goedkeuring gebruikskalenders door Sportraad (voor 30.06)
OD08.02 Gedurende deze legislatuur blijft het beheer van de sportchalets gelegen naast het sportcentrum de Spuikom toegewezen aan de Sportraad. Motivatie: * De sportchalets worden momenteel volop gebruikt door de lokale sportclubs en bij de organisatie van sportevenementen en sportkampen. * Uit de enquête sportclubs blijkt dat 83 % van de sportclubs tevreden is over dit gebruik. 2008 * In overleg met de juridische dienst worden de verantwoordelijkheden en de consequenties van het beheer onderzocht (voor 31.12) * Opvolgen ondertekening overeenkomst (voor 31.12) 2009-2012 * Opvolgen ondertekening overeenkomst (voor 31.12)
35
OD08.03 Uiterlijk op 01.01.2010 worden de standaardnormen inzake hygiëne, netheid,veiligheid van de sportinfrastructuur en de klantvriendelijkheid van het personeel vastgelegd en opgevolgd. Motivatie: * Uit de enquêtes van de scholen en sportclubs blijkt dat 40 % van de gebruikers van mening is dat het algemeen gebruik en het onderhoud van zwemhal, kleedkamers, sanitaire voorzieningen en cafetaria in het Zwembad kan verbeteren. * Uit de enquêtes van de sportclubs blijkt dat 30 % van de gebruikers van mening is dat het algemeen gebruik en het onderhoud van sportvloeren, kleedkamers, sanitaire voorzieningen en cafetaria in de overdekte sportinfrastructuur kan verbeteren. * Uit de enquêtes van de individuele gebruikers blijkt dat meer dan de helft van de gebruikers vindt dat de schoonmaak en het onderhoud van kleedkamers,sanitaire voorzieningen en cafetaria’s van de verschillende stedelijke sportinfrastructuur kan verbeteren. * Op de Denkdag wordt aangedrongen op een regelmatig onderhoud van de openbare toiletten in het sportpark De Schorre. 2009 * Oprichten van een werkgroep (voor 31.03) * Vastleggen van standaardnormen en procedures (voor 30.10) * Informeren van personeel rondom standaardnormen en procedures (voor 31.12) 2010-2012 * Controle en evaluatie van de procedure (voor 31.12)
OD08.04 Uiterlijk op 31.12.2012 bestaat er een gestandaardiseerde signalisatie binnen de bestaande stedelijke sportinfrastructuur. Motivatie: * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat de interne signalisatie in de verschillende stedelijke sportinfrastructuur kan verbeteren. * Uit de enquêtes van de sportclubs blijkt dat 45 % van de gebruikers ontevreden zijn over de signalisatie in het sportpark De Schorre. * In de swot-analyse wordt aangegeven dat er geen uniforme signalisatie wordt gebruikt in de stedelijke sportinfrastructuur. 2010 * Oprichten van een werkgroep (voor 30.06) * Inventarisatie van de noden en marktonderzoek (voor 31.12) 2011 * Vastlegging van uitvoerder (voor 30.06) * Opvolging aanbrengen signalisatie (vanaf 01.07)
OD08.05 Uiterlijk op 31.12.2012 beschikt alle overdekte polyvalente stedelijke sportinfrastructuur over opbergkastjes voor de individuele gebruikers en verenigingen. Motivatie: * In de swot-analyse wordt aangegeven dat in de verschillende overdekte sportinfrastructuur individuele opbergkastjes ontbreken en dat er nood is aan een plaats waar gebruikers hun eigendommen veilig kunnen achterlaten. 2009 * Inventarisatie van noden en marktonderzoek (voor 31.12) 2010 * Vastlegging van uitvoerder (voor 30.06) * Opvolging plaatsing van opbergkastjes (vanaf 01.07)
36
OD08.06 Gedurende deze legislatuur. worden voldoende budgetten voorzien voor het kwaliteitsbehoud van de stedelijke sportinfrastructuur. Motivatie: * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat zowel sportclubs als individuele gebruikers aangeven dat het dagdagelijkse onderhoud van de overdekte en openlucht sportinfrastructuur kan verbeteren. * Uit de swot-analyse blijkt dat de herstelling van kleine technische mankementen onvoldoende wordt opgevolgd . 2008-2012 * Jaarlijks inschrijven van budgetten voor onderhoud van de stedelijke sportinfrastructuur en buitengewoon onderhoud van de openluchtsportinfrastructuur in functie van de noden (voor 31.08) * Opvolgen van het kwaliteitsbehoud (voor 31.12)
SD09 Uiterlijk op 31.12.2012 worden volgens de grootste noodwendigheden stedelijke sportinfrastructuren gerenoveerd en uitgebreid. Algemene motivatie Het Stedenfondsplan vermeldt dat het Stadsbestuur zorgt voor de verdere uitbouw van wijkgebonden, toegankelijke, hygiënische en veilige sportinfrastructuur. Uit de swot-analyse blijkt als zwakte dat er een tekort is aan overdekte polyvalente sportinfrastructuur en all-weather trainingsfaciliteiten in het sportpark De Schorre. Bovendien wordt aangegeven dat verschillende infrastructuur verouderd is en dat er momenteel onvoldoende sportinfrastructuur is om mogelijke potentiele groei van sportclubs op te vangen. OD09.1 Uiterlijk op 31.12.2009 zijn de Sportdienst en de Sportraad gehuisvest in de Mr V-Arena. Motivatie: * De Sportdienst is momenteel te krap gehuisvest om een kwaliteitsvolle werking te blijven garanderen * Het sportpark De Schorre is geëvolueerd tot de belangrijkste sportsite van Oostende 2008 * Opvolgen werken omvormen van VIP-ruimte en vergaderzaal van de Mr.V-arena tot bureelruimten (voor 31.08) 2009 • Organiseren van verhuizing van de burelen(voor 31.12)
OD09.2 Uiterlijk op 31.12.2011. wordt in samenwerking met diverse partners een nieuwe polyvalente sporthal gerealiseerd. Motivatie: * Het Bestuursakkoord vermeldt dat vele sportclubs moeten uitwijken naar de randgemeenten of ’s avonds zeer laat moeten sporten. Het is daarom noodzakelijk om een bijkomende sporthal te bouwen. * Op de Denkdag wordt gesignaleerd dat sportclubs moeten uitwijken naar dure private infrastructuur en dat er een tekort is aan vrije uren in de overdekte infrastructuur voor individuele sportbeoefening en de organisatie van recreatiesport. * Op de Denkdag wordt gevraagd naar de realisatie van een polyvalente zaal voor gevechtssporten en een nieuwe sporthal te bouwen en hierbij de lokale sportclubs te betrekken. * Verschillende buitensportclubs (skeeleren, voetbal ) gebruiken de stedelijke sporthallen voor de organisatie van de wintertrainingen en blokkeren de uitbreiding van trainingsuren van typische overdekte sporten.
37
* In de swot-analyse wordt aangegeven dat de gebruikskalenders niet aangepast zijn aan de nieuwe maatschappelijke situatie en dat individuele en recreatiesporters te weinig kunnen gebruikmaken van de stedelijke sportinfrastructuur. * De studie over de vrijetijdsbesteding van hogeschoolstudenten geeft weer dat er te weinig sportfaciliteiten zijn voor hogeschoolstudenten. * Verschillende stedelijke overdekte sportinfrastructuur gaan de eerstvolgende jaren verdwijnen o.a. de turnzaal van het KTA-STIO evenals de overdekte zalen van de Vercamerenschool. Tevens worden verschillende sportlokalen van de Boodtsman-Johnsonkazerne afgebroken. 2008 * Opvolgen van aanvraagdossier Vlaams Infrastructuurfonds (vanaf 01.04) 2009 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Aanstelling van een studiebureel indien geen realisatie via Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) 2010 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Opvolgen van aanbestedingsdossier en vastlegging van aannemer indien geen realisatie via Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) 2011 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Opvolgen van bouwwerken indien geen realisatie via Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12)
OD09.3 Uiterlijk op 31.12.2011 worden minimum twee kunstgrasvelden aangelegd in samenwerking met de Vlaamse overheid en/of derden. Motivatie: * Het Bestuursakkoord vermeldt dat het sportpark De Schorre verder wordt ontwikkeld en een groene schakel vormt naar het stadsrandbos. *Tijdens het winterseizoen worden regelmatig trainingen geannuleerd en de openluchtvelden overspeeld . * Uit de enquêtes van de clubs en de individuele gebruikers blijkt dat de staat van de velden kan verbeteren. * In de swot-analyse wordt aangegeven dat er geen alternatieven bestaan omdat er voor de sportclubs momenteel geen all-weather buitensportvelden aanwezig zijn. 2008 * Opvolgen van aanvraagdossier Vlaams Infrastructuurfonds(vanaf 01.04) 2009 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Aanstelling van een studiebureel indien geen realisatie via Vlaams Infrastructuurfonds(voor 31.12) 2010 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Opvolgen van aanbestedingsdossier en vastlegging van aannemer indien geen realisatie via Vlaams infrastructuurfonds (voor 31.12) 2011 * Opvolgen van bouwdossier Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12) * Opvolgen van bouwwerken indien geen realisatie via Vlaams Infrastructuurfonds (voor 31.12)
38
OD09.4 Uiterlijk op 31.12.2011 worden er drie nieuwe voetbalkantines opgetrokken. Motivatie: * Uit de enquêtes van de individuele gebruikers dat een belangrijk deel niet tevreden is over de staat van de cafetaria’s in het sportpark De Schorre. * Op de Denkdag wordt de bouw van een nieuwe kantines in het sportpark De Schorre aangevraagd * Uit de swot-analyse blijkt dat de bestaande kantines in het sportpark De Schorre in een bouwvallige staat verkeren . 2008-2012 * Opvolgen van subsidiedossiers (voor 31.12)
OD09.5 Uiterlijk op 31.12.2010 wordt een vernieuwd mountainbikepad gerealiseerd Motivatie: * Het bestaande BLOSO-mountainbikeparcours is niet meer functioneel wegens de verschillende wegeniswerken die de laatste jaren her en der gebeurd zijn. * Er bestaat een grote vraag naar een verbetering van de mountainbikemogelijkheden in Oostende en omgeving. * Het Bestuursakkoord vermeldt dat er een stadsrandbos van 150 ha wordt aangelegd met wandelpaden, fietspaden, een speelbos en zones waar de natuur ongestoord zijn gang kan gaan. 2008 • Opvolging afwerking mountainbikeparcours in het sportpark De Schorre (voor 31.12) 2009 * Regelen doorgangen op privaat domein voor heroriëntering van bestaand BLOSO-mountainbikepad (voor 31.12) 2010 • Aanbrengen van bewegwijzering op vernieuwde mountainbikepad (voor 31.12)
OD09.6 Uiterlijk op 31.12.2009 worden de kleedruimten van de Mr. V -Arena verbouwd. Motivatie: * Het Stedenfondsplan vermeldt dat het Stadsbestuur zorgt voor de verdere uitbouw van wijkgebonden, toegankelijke, hygiënische en veilige sportinfrastructuur. * Door het veelvuldig gebruik van de polyvalente – en turnzaal is er een tekort aan kleedruimtes voor clubs en scheidsrechters.
2008 * Aanstellen van studiebureel (voor 30.06) * Opvolgen van aanbestedingsprocedure en vastleggen van aannemer (voor 31.12) 2009 * Opvolgen van werken (voor 31.12)
OD09.7 Uiterlijk op 31.12.2012. worden volgens de grootste noodwendigheden publieke ruimten in het Stedelijk Zwembad gerenoveerd. Motivatie: * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat het gebruik van kleedkamers en sanitaire voorzieningen niet beantwoord aan de verwachtingen van de gebruikers. 2008 • Inventarisatie van noden en vastleggen van publieke ruimten (voor 31.08)
39
2009 * Aanstellen van studiebureel (voor 30.12) 2010 * Opvolgen van aanbestedingsdossier en vastleggen van aannemer (voor 31.12) 2011 *Opvolgen van werken (voor 31.12)
OD09.08 Gedurende deze legislatuur blijven de belangen van de watersporter op de Spuikom gewaarborgd. Motivatie: * Het Bestuursakkoord wil de toeristische, recreatieve en natuurwaarde van de Spuikom behouden. * Op de Denkdag wordt aangedrongen tot de realisatie van eigen clubpontons en het scheppen van duidelijkheid van de sportsector tegenover de andere sectoren. 2008-2012: *Opvolgen vergaderingen VLIZ (voor 31.12)
SD10 Uiterlijk op 31.12.2012 is de goede bereikbaarheid van de stedelijke sportinfrastructuur Geoptimaliseerd. Algemene motivatie Uit de swot-analyse blijkt dat de signalisatie naar de verschillende stedelijke sportinfrastructuur problematisch is, een groot tekort bestaat aan parkeergelegenheid en dat bepaalde sportinfrastructuur niet of slecht bereikbaar is met het openbaar vervoer. OD10.1 Uiterlijk op 31.12.2012. is een uniforme bewegwijzering naar alle stedelijke sportinfrastructuur aangebracht. Motivatie: * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat de signalisatie naar zowel de stedelijke overdekte en openluchtsportinfrastructuur kan verbeterd worden. 2010 * Oprichten van een werkgroep (voor 30.06.) 2011 * Aanbestedingsperiode en vastlegging van leverancier (voor 31.12) 2012 * Opvolging van werken (voor 31.12)
OD10.2 Uiterlijk op 31.12.2012. zijn volgens de grootste noodwendigheden in de nabijheid van stedelijke sportinfrastructuur fietsrekken geplaatst. Motivatie: * Op de Denkdag wordt de plaatsing van supplementaire fietsenstallingen nabij sportcentrum De Koninklijke Stallingen en sportpark De Schorre aangevraagd * Uit de swot-analyse blijkt dat er een tekort bestaat aan fietsparkings t.h.v. de stedelijke sportinfrastructuur 2009 *Inventarisatie van inplantingsplaatsen en marktonderzoek (voor 30.06.)
40
2010 * Aanbestedingsperiode en vastlegging van leveranciers (voor 31.12) 2011 * Opvolging van werken (voor 31.12)
OD10.3 Uiterlijk op 31.12.2012. is de bereikbaarheid van de stedelijke sportinfrastructuren met het openbaar vervoer onderzocht. Motivatie: * Op de Denkdag worden toegankelijke bushaltes in de nabijheid van sportinfrastructuur aangevraagd. * In de swot-analyse wordt aangegeven dat sommige sportinfrastructuur niet of slecht bereikbaar is met het openbaar vervoer. 2010 * Uitvoeren van een onderzoek (voor 30.06.) 2011 • Maken van afspraken met De Lijn (voor 31.12)
SD11 Uiterlijk op 31.12.2012 wordt de toegankelijkheid voor personen met een handicap in bepaalde stedelijke sportinfrastructuren geoptimaliseerd. Algemene motivatie: De Stadsmonitor vermeldt dat het aangewezen is dat de sport- en speelruimtes voor iedereen bruikbaar, bereikbaar, toegankelijk en betaalbaar zijn en dat alle bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben om hun vrijetijdsactiviteiten te kunnen ontplooien OD11.1 Uiterlijk op 31.12.2011 zijn binnen de technische haalbaarheid sanitaire voorzieningen gerealiseerd in sporthal De Veiling Motivatie: * Op de Denkdag wordt aangedrongen tot het aanpassen van de bestaande infrastructuur i.f.v. personen met een handicap. *Uit de swot-analyse blijkt als zwakte dat niet alle sportinfrastructuur aangepast is aan de noden van de personen met aan handicap. 2009: * Aanstellen van een studiebureel (voor 31.03) 2010: * Opvolgen aanbestedingsdossier en vastlegging van aannemer (voor 31.12) 2011: * Opvolgen van uitvoering van werken (voor 31.12)
OD11.2 Uiterlijk op 31.12.2011 is de technische haalbaarheid onderzocht voor de plaatsing van een lift naar de cafetaria’s van de Mr. V-Arena en van het sportcentrum De Koninklijke Stallingen. Motivatie: • Op de Denkdag wordt aangedrongen tot het aanpassen van de bestaande sportinfrastructuur i.f.v. personen met een handicap en gevraagd om de toegankelijkheid naar de cafetaria’s voor deze doelgroep te verbeteren.
41
2010: * Aanstellen van een studiebureel (voor 31.03) * Opvolgen van studie (voor 31.12)
5.6
De kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider
SD12 Uiterlijk op 31.12.2012 zijn de kwaliteit en het niveau van de jeugdsportbegeleiding in de Oostendse sportclubs geoptimaliseerd. Algemene motivatie Vanaf 2009 voorziet de Vlaamse overheid extra financiële ondersteuning van de verbetering van de kwaliteit van de jeugdsportbegeleiding via een impulssubsidie. OD12.1 Vanaf 01.01.2009. is ter bevordering van de kwaliteit en het niveau van de jeugdsportbegeleiding in de Oostendse sportclub het subsidiereglement aangepast. Motivatie: * Uit de enquêtes blijkt dat 39 % van de sportclubs vindt dat de gebruikte parameters kunnen aangepast worden en dat vele clubs met niet-gediplomeerde trainers werken. * Bij meer dan 60 % van de sportclubs kunnen trainers op kosten van de club een bijscholing en/of vorming volgen( 63,2 %) of hebben trainers de laatste 3 jaar geen bijscholing en/of opleiding gevolgd (61,5 %). *In de swot-analyse wordt het tekort aan gediplomeerde trainers als een zwakte aangegeven. 2008: * Oprichten van een werkgroep (voor 31.03) * Opmaak van het reglement (voor 31.08) * Goedkeuring reglement door Sportraad (voor 31.10) * Goedkeuring reglement door Gemeenteraad (voor 31.12) 2009-2012: * Uitvoeren van subsidiereglement (voor 31.12)
OD12.2 Vanaf 01.01.2009 worden in Oostende voor de jeugdsportbegeleiders op regelmatige tijdstippen en volgens de noodwendigheden vormingscursussen sporttechnisch kader georganiseerd. Motivatie: * Uit de enquêtes van de sportclubs blijkt dat 39 % vindt dat de gebruikte parameters kunnen aangepast worden en dat vele clubs met niet-gediplomeerde trainers werken. * Bij meer dan 60 % van de sportclubs kunnen trainers op kosten van de clubg een bijscholing en/of vorming volgen( 63,2 %) of hebben trainers de laatste 3 jaar geen bijscholing en/of bijscholing hebben gevolgd (61,5 %). * in de swot-analyse wordt het tekort aan gediplomeerde trainers als een zwakte aangegeven.
2008: * Bevragen noden en behoeften bij de lokale clubs (voor 30.04) * Onderzoek van bestaande aanbod vormingsorganisaties en eventuele samenwerkingsverbanden met de omliggende gemeenten (voor 30.06) *Aanvragen van organisatieplaatsen (voor 30.06.) 2009 -2012: *Organiseren van vormingscursussen (voor 31.12)
42
OD12.3 Uiterlijk op 31.12.2010 is een onderzoek gebeurd naar het Starten van een opleidingscentrum jeugdsport in samenwerking met geïnteresseerde sportfederaties. Motivatie: * Verschillende sportfederaties en lokale sportclubs hebben aangegeven dat er een nood bestaat naar de oprichting van een regionaal opleidingscentrum voor jeugdsport in Oostende. 2010: * Onderzoek van welke sporttakken in aanmerking komen voor het Starten van een opleidingscentrum jeugdsport (voor 31.12)
5.7
Verbetering van de communicatie en dienstverlening
SD13 Uiterlijk op 31.12.2009 is de communicatie over het sportaanbod en de sportmogelijkheden in de stedelijke sportinfrastructuur verbeterd. Algemene motivatie: Uit de verschillende enquêtes en de swot-analyse blijkt dat niet iedereen op de hoogte is over de informatieverspreiding over het sportaanbod, de sportmogelijkheden in de stedelijke sportinfrastructuur en de subsidiëring van clubs. Nochtans is de communicatie over deze items essentieel om de potentiële sporter te bereiken en om de stedelijke sportinfrastructuur optimaal te benutten. Uit het interne overleg bleek dat een wekelijks overleg tussen de verschillende sportfunctionarissen en de Zwembadbeheerder noodzakelijk is om een kwalitatieve werking te waarborgen. OD13.1 Vanaf 01.10.2010 is de communicatie rondom sport structureel verbeterd Motivatie:: * Het jeugdbeleidsplan wijst op het blijvend belang van informatieverspreiding naar jongeren via affiches, (geadresseerde) folders en flyers, infobladen, websites en e-mails. * De scholen blijven voor jongeren de belangrijkste plaats voor informatieverspreiding. Nochtans blijkt uit de enquêtes dat 65,38 % van de scholen geen sportbrochures van de lokale sportclubs uitdelen en 69,23 % geen affiches uithangen. * Uit de individuele enquêtes bljjkt dat de helft van de volwassenen (52 %) hun sportinformatie halen uit de klassieke folders. Het informatieblad De Grote Klok (32 %) evenals affiches (26 %) kennen ook een hoge score, gevolgd door nieuwere informatievormen zoals de digitale nieuwsbrief van de Sportdienst (25 %) en internet (21 %). * Meer dan de helft van de individuen vindt zijn informatie via de Sportdienst (52 %). Informatieverspreiding via de school blijft belangrijk (32 %), gevolgd door het Zwembad (22 %) en de stedelijke sportcentra (19 %). Het grootste gedeelte van de volwassenen (92 %) is tevreden over deze informatieverspreiding. * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat er problemen zijn met de huidige informatieverspreiding via folders en affiches . Een groot gedeelte van de scholen en individuele sporters geeft aan hiervan niet op de hoogte te zijn. *Uit de enquête blijkt tevens dat verschillende clubs niet op de hoogte te zijn van het bestaan van subsidies. * Op de Denkdag werd gevraagd informatie te krijgen over o.a modaliteiten Starten van een nieuwe club, nieuwe wetgeving, niet-stedelijke subsidiemogelijkheden, berekening van de stedelijke subsidies en werd aangedrongen tot de invoering van een gestructureerd systeem van verspreiding van clubinformatie: o.a. via website, nieuwsbrief, Grote Klok, via gecentraliseerde distributie naar scholen,via uithangborden t.h.v. de
43
stedelijke sportcentra, via een lichtkrant, via een promotiestand op grote evenementen, via de organisatie van een sportbeurs, via een infobrochure, het samenbrengen van de gangmakers schoolsport met de sportclubs. * In de swot-analyse wordt aangegeven dat een herkenbare strategische communicatie ontbreekt, geen overzicht bestaat van aanwezige informatie op de Sportdienst, nood is aan een aangepaste communicatiestrategie naar de verschillende doelgroepen en er weinig structureel overleg is met het Sociale Huis, toerisme VZW. Tevens wordt aangegeven dat er geen gebruik gemaakt wordt van de buurtkranten van het Sociaal Huis voor de verspreiding van informatie. 2008: * In samenwerking met voorlichtingsdienst Starten van een werkgroep (voor 31.03) * Uitwerken van een communicatiestrategie (voor 31.12) 2009-2012: *In samenwerking met voorlichtingsdienst uitvoeren van de communicatie (voor 31.12) * Evaluatie van de communicatie
OD13.2 Uiterlijk op 31.12.2008 is een gebruikvriendelijke website ontwikkeld Motivatie: *Uit de enquête blijkt dat het merendeel van de sportclubs goed op de hoogte zijn van de informatieverspreiding via de website (95 %) .Het grootste gedeelte (97 %) geeft aan tevreden te zijn over het informatieaanbod. * Een derde van de scholen(35 %) geeft via de schoolenquêtes aan niet op de hoogte te zijn van de Informatieverspreidng over het Zwembad via de website. Bijna één vijfde (19,2 %) meldt niet tevreden te zijn over de aangeleverde info. * In de individuele enquêtes wordt weergegeven dat minimum 57% van de volwassenen niet op de hoogte zijn van de informatieverstrekking via de website over het sportaanbod van de Sportdienst en/of Zwembad. * Op de Denkdag werd voorgesteld om een vraag en antwoordsysteem toe te passén via de website. * In de swot-analyse wordt gesuggereerd een eenduidige website uit te werken. 2008: * Verfijnen van de bestaande website (voor 31.06) * Starten van een campagne rondom bestaan van website en aanleveren van materiaal (voor 31.09) * Regelmatig updaten van website (voor 31.12.) 2009-2012: * Regelmatig updaten van website (voor 31.12.)
OD13.3 Vanaf 01.01.2008 worden jaarlijks minstens twaalf digitale nieuwsbrieven verstuurd. Motivatie: * Uit de verschillende enquêtes blijkt dat een aanzienlijk deel van de individuele gebruikers evenals de scholen niet op de hoogte zijn van het bestaan van een digitale nieuwsbrief. 2008: * Starten van een campagne rondom bestaan nieuwsbrief en aanleveren van materiaal (voor 31.09) * Regelmatig updaten en aanvullen van e-mailadressen (voor 31.12.) * Houden van een 2-wekelijkse redactievergadering (voor 31.12) * Opmaak en versturen van nieuwsbrieven (voor 31.12.) 2009-2012: * Houden van een tweewekelijkse redactievergadering (voor 31.12) * Opmaak en versturen van nieuwsbrieven (voor 31.12.)
44
SD14 Uiterlijk op 31.12.2009 is de dienstverlening naar verenigingen,organisatoren en inwoners verbeterd. OD14.1 Vanaf 01.01.2008 gebeurt intern een tweewekelijks overleg over de dienstverlening aan de inwoners, de stedelijke sportpromotie-acties en de ondersteuning van de sportinitiatieven van verenigingen en organisatoren. Motivatie: * Uit de schoolenquêtes blijkt dat 38,5 % van de scholen aangeeft dat de kwaliteit van de dienstverlening vanuit het Zwembad kan verbeteren. * Minimum één vijfde van de invullers van de individuele enquêtes geeft aan dat de kwaliteit van dienstverlening van de Sportdienst (21 %) en het Zwembad kan verbeteren (35 %). 2008-2012: *Houden van een tweewekelijkse vergadering omtrent dienstverlening (voor 31.12)
OD14.2 Vanaf 01.01.2008 gebeurt een gestructureerd tweemaandelijks overleg tussen de Sportdienst, de Sportraad en de Schepen voor Sport. Motivatie:: * Een regelmatig gestructureerd overleg tussen enerzijds het beleid en anderzijds de uitvoering en het advies is noodzakelijk om een gedragen sportbeleid uit bouwen.
2008-2012: * Houden van een tweemaandelijkse vergadering (voor 31.12)
OD14.3 Vanaf 01.01.2010 worden permanent acties ondernomen ter verbetering van de klantvriendelijkheid en vakbekwaamheid van het personeel van de stedelijke sportcentra. Motivatie: * De individuele gebruiker ervaart de klantvriendelijkheid als onvoldoende tot problematisch voor het kassapersoneel Zwembad (7,9 %), personeel kleedkamers Zwembad (7,1 %), redders Zwembad (10,2 %) en sportcentrum Mr.V-arena (10,34 %) 2009: *Inventarisatie van noden en marktonderzoek van vormingsaanbod (voor 31.12) 2010-2012: * Het volgen en toepassen van cursussen
45
OD14.4 .Vanaf 01.10.2010 wordt een procedure klachtenbehandeling uitgewerkt en worden de sportclubs en inwoners hierover geïnformeerd. Motivatie: *Uit de schoolenquêtes blijkt dat 46 % van de scholen niet op de hoogte zijn van een systeem klachtenafhandeling in het Zwembad. *Uit de individuele enquêtes blijkt dat een aanzienlijke groep van de volwassen niet op de hoogte is van een systeem klachtenafhandeling in het Zwembad (70,2 % ) en Sportdienst (60 % ) * De swot-analyse geeft bovendien aan dat niet alle klachten binnen een bepaalde tijd worden beantwoord. Sommige klachten krijgen geen antwoord. 2008: * In samenwerking met dienst klachtenbehandeling Starten van een werkgroep (voor 31.03) * Uitwerken van een klachtenprocedure (voor 31.09) * Bekendmaken van de klachtenprocedure (voor 31.12) 2009-2012 *Uitvoeren van de klachtenprocedure (voor 31.12)
46
Hoofdstuk 6: Budgettering operationele doelstellingen 6.1 Ondersteuning van sportverenigingen SD01: Verbeteren van de kwaliteit van de werking van de lokale sportclub en de organisatie van grote sportmanifestaties Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: OD01.1 Inbouwen 76401/332-02 25.918 kwaliteitscriteria in subsidiereglement OD01.2 Inbouwen 76401/332-02 Zie OD03.01 kwaliteitscriteria in subsidie grote manifestaties 76401/122-04 OrganisatievormingsOD01.3 Organiseren cursussen vormingscursussen - bestuurlijk kader bestuurlijk en gebeurt door Sportraad sporttechnisch kader - sporttechnisch kader via impulssubsidie zie OD12.2 SD02: Alle ondersteunde sportevenementen worden getoetst op vooraf vastgelegde kwaliteitscriteria OD02.1 Stimuleren lokale 76401/332-02 Zie OD03.01 sportclubs tot uitwerken van een ruimer recreatief aanbod 76401/332-02 Zie OD03.01 OD02.2 Stimuleren lokale sportclubs tot uitwerken van een sportaanbod voor doelgroepen SD03: De financiële ondersteuning van de lokale sportclub blijft minstens op het niveau van 31.12.2006 76401/332-02 278.750 OD03.1 De grootte van het budget van de directe subsidiëring blijft minstens op het niveau van 31.12.2006 OD03.2 De grootte van de 76401/332-02 indirecte subsidiëring blijft minstens op het niveau van 31.12.2006 OD03.3 De lokale sportclubs maken voor hun jeugdwerking blijvend gratis gebruik van de stedelijke sportinfrastructuur TOTAAL 304.668 EM : 252.832 SUBSIDIE: 51.836
47
6.2 Ondersteuning en stimulering van andersgeorganiseerde sporten
SD04: Aanbieden van een divers en recreatief aanbod voor alle bevolkingsgroepen in alle wijken Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: OD04.1 Organisatie van Schoolsport 6.082 Via VZW Sportpromotie schoolsportactiviteiten Oostende OD04.2 Uitwerken van samenwerkingsverbanden tussen hogescholen en sportclubs 89.077 76401/111-01 OD04.3 Aanbieden van een 71.026 76401/122-04 gevarieerd en 13.836 76401/123-06 complementair 12.811 76401/123-16 sportaanbod voor de 850 76401/124-02 bevolking 2.163 76401/124-12 14.967 76401/126-01 7.264 Via VZW Sportpromotie Loopcriterium Oostende 76401/122-04 5.065 OD04.4 Aanbieden van minimum drie sporttakken in het project brede school SD05: Aanbieden van een sportaanbod voor toeristen en tweede verblijvers in samenwerking met Toerisme Oostende VZW OD05.1 Organiseren van een gestructureerd overleg met toerisme 76401/122-04 2.276 OD05.2 Aanbieden van een 76401/124-12 550 gevarieerd sportaanbod dat openstaat voor toeristen en tweede verblijvers 76401/123-16 3.000 OD05.3 Ondersteunen van sportactiviteiten georganiseerd door Toerisme Oostende VZW en/of derden TOTAAL 228.967 EM: 91.156 SF: 91.159 SUBSIDIE: 46.652
48
6.3 Ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid en diversiteit in de sport SD06: Stimuleren van de actieve deelname van de minderbegoede Oostendse jeugd t.e.m. 19 jaar in de Oostendse sportclubs Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: 76401/331-01 30.000 OD06.1 Financiële tegemoetkoming in het lidmaatschap bij een Oostendse sportclub voor Oostendse jongeren t.e.m. 19 jaar 76401/331-02 28.000 OD06.2 Terugbetaling van het lidmaatschap bij een Oostendse sportclub voor minderbegoede jongeren t.e.m. 19 jaar SD07: Aansluiten van de sportstructuren en het sportaanbod op de noden van de kansengroepen OD07.1 Onderzoeken van de sportbehoeften van de kansengroepen OD07.2 Vertegenwoordiging van kansengroepen in de algemene vergadering van de Sportraad OD07.3 Medewerker van de Sportdienst zorgt voor de toeleiding, begeleiding en opvolging van de doelgroepen naar het stedelijke sportaanbod OD07.4 Aanbieden van specifieke 76401/123-06 1.200 informatie over het sportaanbod aan kansengroepen 1.447 OD07.5 Uitwerken van een project 76401/122-04 die de noden van de kansengroepen invult 2.108 76401/122-04 OD07.6 Aanbieden van een 300 76401/123-06 gevarieerd sportaanbod 322 76401/123-16 voor personen met een 250 76401/124-12 handicap TOTAAL 63.627 EM : 443 SF : 58.000 SUBSIDIE.: 5.184
49
6.4 Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur SD08: Verhogen van de gebruikskwaliteit van de stedelijke sportinfrastructuur Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: OD08.1 Optimaliseren van gebruiksreglementen en – kalenders van alle stedelijke sportinfrastructuren OD08.2 Blijvend toewijzen van het beheer van de sportchalets aan de Sportraad OD08.3 Vastleggen van standaardnormen inzake hygiëne, netheid, veiligheid van de sportinfrastructuur en klantvriendelijkheid van het personeel Afhankelijk van het OD08.4 Bestaan van een financiële gestandardiseerde meerjarenplan signalisatie binnen de bestaande stedelijke sportinfrastructuur OD08.5 Plaatsen van Afhankelijk van het opbergkastjes in financiële overdekte polyvalente meerjarenplan sportinfrastructuur Afhankelijk van het OD08.6 Voorzien van voldoende financiële budgetten voor meerjarenplan kwaliteitsbehoud van de stedelijke sportinfrastructuur SD09: Renoveren en uitbreiden van de stedelijke sportinfrastructuren volgens de grootste noodwendigheden OD09.1 Huisvesten van Sportdienst en Sportraad in Mr.V-arena Afhankelijk van OD09.2 Realiseren van een nieuwe goedkeuring project polyvalente sporthal i.s.m. Vlaams Infrastructuurdiverse partners fonds OD09.3 Realiseren van twee Afhankelijk van kunstgrasvelden i.s.m. goedkeuring project Vlaamse overheid en/of Vlaams Infrastructuurderden fonds OD09.4 Optrekken van drie 75.000 Via investeringsvoetbalkantines subsidies Afhankelijk van het OD09.5 Realiseren van een financiële vernieuwd meerjarenplan mountainbikepad 50
OD09.6 OD09.7
Verbouwen kleedruimten van Mr.V-arena
Afhankelijk van het financiële meerjarenplan Afhankelijk van het financiële meerjarenplan
Renoveren van publieke ruimten in het Stedelijk Zwembad volgens de grootste noodwendigheden SD 10: Optimaliseren van de goede bereikbaarheid van de stedelijke sportinfrastructuur Afhankelijk van het OD10.1 Aanbrengen van uniforme financiële bewegwijzering naar alle meerjarenplan stedelijke sportinfrastructuur Afhankelijk van het OD10.2 Plaatsen van fietsenrekken financiële in de nabijheid van meerjarenplan stedelijke sportinfrastructuur volgens de grootste noodwendigheden OD10.3 Onderzoeken van de bereikbaarheid van de stedelijke sportinfrastructuur met het openbare vervoer SD11: Optimaliseren toegankelijkheid voor personen met een handicap in bepaalde stedelijke sportinfrastructuur Afhankelijk van het OD11.1 Binnen de technische financiële haalbaarheid realiseren meerjarenplan van sanitaire voorzieningen in sporthal De Veiling Afhankelijk van het OD11.2 Onderzoeken van de financiële technische haalbaarheid meerjarenplan voor de plaatsing van een lift naar de cafetaria’s van de Mr.V-arena en het sportcentrum De Koninklijke Stallingen TOTAAL
51
6.5 Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider SD12: Optimaliseren van de kwaliteit en het niveau van de jeugdsportbegeleiding Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: Zie OD03.1 OD12.1 Aanpassen van het subsidiereglement ter bevordering van de kwaliteit en het niveau van de jeugdsportbegeleiding OD12.2 Organiseren Uitvoeringsbesluiten vormingscursussen impulssubsidie nog niet sporttechnisch kader voor gekend jeugdsportbegeleiders OD12.3 Onderzoeken van de mogelijkheden tot het Starten van een opleidingscentrum jeugdsport in samenwerking met de geïnteresseerde sportfederaties TOTAAL 55.291 Impulssubsidie
52
6.6 Verbetering van de communicatie en dienstverlening SD13: Verbeteren van de communicatie over het sportaanbod en de sportmogelijkheden in de stedelijke sportinfrastructuur Operationele Omschrijving: BegrotingsBedrag: Opmerking: doelstelling: artikel: 76401/123-06 14.436 Zie ook OD04.03, OD13.1 Verbeteren van de OD04.04, OD 06.02 communicatie rondom sport OD13.2 Ontwikkelen van een gebruiksvriendelijke website OD13.3 Jaarlijks versturen van minstens twaalf digitale nieuwsbrieven SD14: Verbeteren van de dienstverlening naar verenigingen, organisatoren en inwoners OD14.1 Organiseren van een tweewekelijks intern overleg over de dienstverlening OD14.2 Organiseren van een gestructureerd tweemaandelijks overleg tussen Sportdienst, Sportraad en Schepen voor sport OD14.3 Ondernemen van acties ter verbetering van de klantvriendelijkheid en vakbekwaamheid van het personeel OD14.4 Uitwerken van een procedure klachtenbehandeling TOTAAL 14.436 Zie ook OD04.03, OD04.04, OD 06.02
53