Nr. 29| Weekblad van 13 oktober2011
Inleiding door Serge Demarrée
Sectorakkoord 2011-2012
Een overzicht
3
Teksten die voortvloeien uit het sectorakkoord
Inhoudstafel
6
CAO Sectorakkoord
8
CAO koopkracht
14
CAO toekenning van ecocheques
16
CAO vorming
19
CAO financiering van FOPAS
20
Ecocheques: gebruiksmogelijkheden
21
Speciale editie
Sectorakkoord 2011-2012
Pagina 2
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Inleiding Sectorakkoord 2011-2012 De sociale partners van de verzekeringssector ondertekenden op 19 september jl. een sectoraal protocolakkoord 2011-2012. Op de vergadering van het Paritair Comité van maandag 10 oktober is dat protocolakkoord officieel en unaniem (BBTK - LBC - CNE - ACLVB - Assuralia) goedgekeurd. Het aldus gesloten akkoord maakt het mogelijk de naleving van het koninklijk besluit van 28 maart 2011 dat voor de jaren 2011 en 2012 de maximaal beschikbare marges vastlegt, te combineren met de toekenning van voordelen aan de werknemers ten belope van 150 euro voor 2011 en van 190 euro vanaf 2012. De sociale partners hebben immers de voorrang gegeven aan de toekenning van voordelen in de vorm van ecocheques, maar geven de ondernemingen wel de mogelijkheid om op hun niveau een gelijkwaardig voordeel toe te kennen als zij dit wensen. De enige uitzondering op dat principe is de verhoging van alleen de sectorale minimumloonschalen met 16 euro, met dien verstande dat deze verhoging geen enkele invloed op de eventuele bedrijfsloonschalen zal hebben. Voor het overige bevat deze overeenkomst geen enkele verbintenis inzake verlenging van het sectorale brugpensioenstelsel. Assuralia had duidelijk laten weten dat het dat stelsel wilde doen beëindigen. Voor Assuralia ligt de toegevoegde waarde van dit akkoord ten slotte in de clausule van sociale vrede die alle partijen ondertekend hebben enerzijds en in het feit dat er geen tweede onderhandelingsronde in de ondernemingen zal komen over de door het akkoord geregelde punten anderzijds. Serge Demarrée
[email protected]
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 3
Sektorakkoord 2011-2012 Een overzicht Koopkracht 2011
Toekenning van ecocheques ter waarde van 150 euro (behoudens uitzondering)
Proratiseringsregel (cao 98)
Mogelijkheid voor de ondernemingen om een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toe te kennen
Overhandiging uiterlijk 31 december 2011
Specifieke cao
Vanaf 2012 Verhoging van de sectorale minimumloonschalen op 1 januari 2012 met 16 euro Voor de werknemers van wie het loon lager ligt dan het op 31 december 2011 nieuwe aangepaste barema: forfaitaire verhoging van 16 euro Voor de werknemers die deze verhoging niet ontvangen (loon hoger dan sectoraal minimum):toekenning van ecocheques ter waarde van 190 euro. Specifieke cao Proratiseringsregels (cao 98) Mogelijkheid voor de ondernemingen om een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toe te kennen Overhandiging uiterlijk op 31 maart van het betrokken jaar.
Werkgelegenheid 1. Procedure in geval van ontslag om technische redenen van arbeidsorganisatie ("klein luik"): o
verlenging tot eind 2013;
2. Verduidelijking van de begrippen: "ontslag om economische en technische redenen ontslag om technische redenen van arbeidsorganisatie". 3. Evaluatie van het sectorale outplacement in het raam van het Beheerscomité van FOPAS 4. Atypische overeenkomsten
Als meerdere contracten van bepaalde duur in gedurende een jaar: afschaffing van de proefperiode
dezelfde
functie
Pagina 4
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Werkgroep om de eventuele toekenning te onderzoeken van sommige extralegale voordelen die toegekend worden aan overeenkomsten van onbepaalde duur (bv. hospitalisatieverzekering).
Opleiding 1. Opleidingskrediet Toekenning opleidingskrediet van vier dagen per jaar, collectief bepaald. 2. Financiering van FOPAS Werkgeversbijdrage van 0,15 % in 2011 en 2012 ten voordele van FOPAS Specifieke cao 3. Paritair observatorium voor de evolutie van de verzekeringsberoepen
oprichting van het observatorium toekomstige ontwikkelingen
om
te
kunnen
anticiperen
op
Einde loopbaan - begeleiding van de loopbaan
Paritaire denkoefening door het BC FOPAS in het raam van de vergrijzing van de sector;
Denkoefening over de werking, de begeleiding van de loopbaan en de omkadering van de werknemers op het einde van hun loopbaan en, desgevallend, opstellen van sectoraanbevelingen.
Beheer en de preventie van stress op het werk Oprichting van een paritaire WG die belast is met het opstellen van aanbevelingen (in het bijzonder voor de ouderen) die bestemd zijn voor de ondernemingen.
Mobiliteit Oprichting van een paritaire WG die belast is met de evaluatie van de sectorale aanbeveling van 4 april 2011.
Studenten Toekenning van het gemiddelde gewaarborgd minimum maandinkomen (GGMMI) (CAO 43)("minimumloon") voor studenten
Sociaal overleg 1. Fonds voor vakbondsopleiding
750.000 euro in 2011 en 2012 rapport voor de werkgevers over de verdeling en het gebruik van die bedragen
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Sociale vrede Marge voor de ontwikkeling van de loonkosten
geen tweede overlegronde op bedrijfsniveau
Specifieke CAO's:
Bijlage 1: CAO betreffende de koopkracht in 2011
Bijlage 2: CAO betreffende de toekenning van ecocheques vanaf 2012
Bijlage 3: CAO betreffende de opleidingsinspanningen
Bijlage 4: CAO betreffende de financiering van FOPAS voor de jaren 2011-2012
Pagina 5
Pagina 6
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Inhoudstafel Sectorakkoord 2011-2012 Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied Hoofdstuk 2: Koopkracht Afdeling 1: Voor 2011 Afdeling 2: Vanaf 2012
Hoofdstuk 3: Werkgelegenheid Afdeling 1: Ontslag wegens technische redenen van arbeidsorganisatie Afdeling 2: Verduidelijking van de begrippen Afdeling 3: Evaluatie van het sectorale outplacement Afdeling 4: atypische overeenkomsten
Hoofdstuk 4: Opleiding Afdeling 1: Opleidingsinspanningen in de verzekeringssector Afdeling 2: Opleidingskrediet Afdeling 3: Financiering van FOPAS Afdeling 4: Paritair observatorium voor de evolutie van de verzekeringsberoepen
Hoofdstuk 5: Einde carrière Hoofdstuk 6: Preventie en beheer van stress op het werk Hoofdstuk 7: Mobiliteit Hoofdstuk 8: Studenten Hoofdstuk 9: Sociaal overleg Hoofdstuk 10: Fonds voor Vakbondsopleiding Hoofdstuk 11: Sociale vrede Hoofdstuk 12: Marge voor de ontwikkeling van de loonkosten Hoofdstuk 13: Geldigheidsduur
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Bijlagen bij het sectorakkoord 2011-2012 De specifieke CAO’s:
Bijlage 1: CAO over de koopkracht in 2011
Bijlage 2: CAO betreffende de toekenning van ecocheques vanaf 2012
Bijlage 3: CAO betreffende de inspanningen inzake opleiding in 2011 en 2012
Bijlage 4: CAO betreffende de financiering van FOPAS voor 2011-2012
Pagina 7
Pagina 8
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Sectorale collectieve arbeidsovereenkomst 10 oktober 2011 betreffende het sectorakkoord 2011-2012
van
Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied Artikel 1 Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het Verzekeringswezen.
Hoofdstuk 2: Koopkracht Afdeling 1 - Voor 2011 Artikel 2 – algemeen principe De werknemers zullen een bedrag van 150 euro ontvangen voor het jaar 2011. Dit bedrag zal worden toegekend in de vorm van ecocheques zoals gedefinieerd door CAO nr.98 1
van 20 februari 2009 . Ze zullen evenredig worden toegekend volgens de regels van de specifieke CAO die als bijlage bij deze CAO wordt gevoegd. De ecocheques worden op uiterlijk 31 december 2011 overhandigd. De toekenning van dit voordeel is afhankelijk van het behoud van het wettelijke en reglementaire - sociale en fiscale - kader van de ecocheques dat voortvloeit uit het interprofessioneel akkoord 2009-2010. Mocht dit wijzigen, dan verbinden de ondertekenende partijen er zich toe in overleg de meest geschikte oplossing te zoeken.
Artikel 3 – omzetting: Het mag dan wel de bedoeling zijn van de sectorale sociale partners om een voordeel toe te kennen in de vorm van ecocheques, toch kunnen de ondernemingen zelf een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toekennen (zonder bijkomende kosten van welke aard ook voor de werkgevers). Die omzetting zal bekrachtigd worden via een collectief akkoord (CAO) na overleg van de Ondernemingsraad, of als die er niet is, van de vakbondsafvaardiging, of, ten slotte, als die er niet is, van het voltallige personeel.
Afdeling 2 - vanaf 2012 Artikel 4: Verhoging van de sectorale loonbarema's: Op 1 januari 2012 worden de sectorale loonbarema's verhoogd met 16 euro.
1
Betreffende de ecocheques, koninklijk besluit van 28 juni 2009, Belgisch Staatsblad van 13 juli 2009 (alsook advies 1675 van 20 februari 2009 van de Nationale Arbeidsraad).
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 9
In ieder geval, voor de ondernemingen die overeenkomsten hebben waar een barema gelinkt is aan sectorale barema’s, wordt uitdrukkelijk overeengekomen dat deze bepaling inzake de verhoging met 16 euro geen invloed hebben op de huisbarema's en zal dit ook geen andere loonsverhogingen meebrengen, uitgezonderd artikel 5.
Artikel 5: forfaitaire verhoging De werknemers van wie het loon (voltijds van de overeenkomstige categorie) op 31 december 2011 lager ligt dan het nieuwe overeenkomstig artikel 4 aangepaste barema, ontvangen een (maandelijkse en recurrente) forfaitaire verhoging van 16 euro vanaf die datum.
Artikel 6: ecocheques De werknemers die de in artikel 4 of artikel 5 voorziene verhoging niet ontvangen, ontvangen een jaarlijkse recurrente bedrag van 190 euro. Dit bedrag wordt toegekend in de vorm van ecocheques als gedefinieerd door CAO 98 van 20 februari 2009 en geproratiseerd volgens de regels overeengekomen in een specifieke bij deze overeenkomst als bijlage gevoegde CAO. De toekenning van dit voordeel is afhankelijk van het behoud van het wettelijke en reglementaire - sociale en fiscale - kader van de ecocheques dat voortvloeit uit het interprofessioneel akkoord 2009-2010. Mocht dit wijzigen, dan verbinden de ondertekenende partijen er zich toe in overleg de meest geschikte oplossing te zoeken. De ecocheques worden uiterlijk op 31 maart van het betrokken jaar overhandigd en dit, vanaf 2012.
Artikel 7: Omzetting Het mag dan wel de bedoeling zijn van de sectorale sociale partners om een voordeel toe te kennen in de vorm van ecocheques, toch kunnen de ondernemingen zelf een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toekennen (zonder bijkomende kosten van welke aard ook voor de werkgevers). Die omzetting zal bekrachtigd worden via een collectief akkoord (CAO) na overleg van de Ondernemingsraad, of als die er niet is, van de vakbondsafvaardiging, of, ten slotte, als die er niet is, van het voltallige personeel.
Hoofdstuk 3: Werkgelegenheid Afdeling 1: Ontslag wegens technische redenen van arbeidsorganisatie Artikel 8 Vanaf 1 januari 2012 tot 31 december 2013 zullen de werkgevers die willen ontslaan om technische redenen van arbeidsorganisatie, vóór die ontslagen met de sociale partners onderhandelen om te zoeken naar gepaste oplossingen teneinde de werkgelegenheid van de betrokken werknemers zoveel mogelijk te vrijwaren of hun heroriënteringsmogelijkheden te vergroten. Indien geen overeenkomst kan worden bereikt, zullen bovenop de ontslagvergoedingen, de sancties van artikel 15 van de CAO van 18 december 2008 betreffende de vastheid van betrekking van toepassing zijn.
Pagina 10
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Afdeling 2 - Verduidelijking van de begrippen Artikel 9 Een paritaire WG wordt ermee belast de begrippen "ontslag wegens economische of technische redenen" en "ontslag wegens technische redenen van arbeidsorganisatie" te verduidelijken.
Afdeling 3: Evaluatie van het sectorale outplacement Artikel 10 De partijen belasten het beheerscomité van FOPAS met een evaluatie van de sectorale outplacementresultaten teneinde de doeltreffendheid van de beroepsherinschakeling van ontslagen werknemers op te krikken.
Afdeling 4: Atypische overeenkomsten Artikel 11 Een werknemer die aangeworven wordt voor dezelfde functie in het raam van een overeenkomst van onbepaalde duur, nadat hij achtereenvolgens verschillende overeenkomsten van bepaalde duur heeft gehad, zal vrijgesteld worden van een proefperiode op voorwaarde dat hij tewerkgesteld is geweest gedurende een totale periode van 12 maanden. Een werkgroep zal onderzoeken of sommige extralegale voordelen die nu worden toegekend aan werknemers met een overeenkomst van onbepaalde duur eventueel ook kunnen worden toegekend aan de werknemers met een overeenkomst van bepaalde duur (bijvoorbeeld: hospitalisatieverzekering). Deze werkgroep zal zijn conclusies voorleggen aan het paritair comité ten einde deze om te zetten in een CAO vóór 31 december 2012.
Hoofdstuk 4: Opleiding Afdeling 1 - Opleidingsinspanningen in de verzekeringssector Artikel 12 De ondertekenende partijen erkennen het belang van de ontwikkeling van opleidingen en van levenslang leren. Daartoe sluiten ze een specifieke CAO, die als bijlage bij deze overeenkomst gevoegd wordt, betreffende sectorale opleidingsinspanningen overeenkomstig het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het betaald educatief verlof voor de werkgevers die behoren tot sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren in uitvoering van artikel 30 van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact
Afdeling 2: Opleidingskrediet Artikel 13 Een opleidingskrediet, uitgedrukt in aantal dagen per jaar, wordt collectief op bedrijfsvlak als volgt bepaald: personeelsbestand met een arbeidsovereenkomst uitgedrukt in voltijds equivalent op 30 juni van het voorgaande jaar, vermenigvuldigd met 4.
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 11
Dat krediet omvat zowel de opleidingen op de werkplaats als de externe opleidingen. Elke werknemer heeft het recht tegenover zijn werkgever zijn opleidingsbehoeften op gemotiveerde wijze uit te drukken binnen het kader van een jaarlijkse behoefte-evaluatie. In geval van weigering dient de werkgever zijn beslissing te motiveren. Een verslag hierover zal worden voorgelegd aan de Ondernemingsraad samen met de jaarlijkse economische en financiële inlichtingen. Dat verslag zal onder meer gegevens bevatten over het aantal opleidingsdagen die tijdens het jaar georganiseerd werden, de verschillende soorten van opleidingen en het aantal betrokken werknemers.
Afdeling 3 - Financiering van FOPAS Artikel 14 Op basis van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (deel I), titel XIII, hoofdstuk VIII, 1ste afdeling, wordt als bijlage bij deze overeenkomst een specifieke collectieve arbeidsovereenkomst over de bijdrage van 0,15 % aan FOPAS gesloten voor de jaren 2011 en 2012.
Afdeling 4: Paritair observatorium voor de evolutie van de verzekeringsberoepen Artikel 15 Er wordt in 2012 een paritair observatorium voor de evolutie van de verzekeringsberoepen opgericht. Dat observatorium heeft tot taak op de toekomstige ontwikkelingen te anticiperen en toekomstgericht na te denken over werkgelegenheid, opleiding en competenties in de verzekeringssector. Op dit gebied zal gestreefd worden naar samenwerking met FOPAS.
Hoofdstuk 5: Einde carrière Artikel 16 Gelet op de huidige sectorale leeftijdspiramide erkennen de partijen de noodzaak om werk te maken van een vooruitlopend beleid inzake competentiebeheer. Zo wensen ze constructief na te denken over:
de begeleiding gedurende de volledige loopbaan van de werknemers
de omkadering van de werknemers op het einde van hun loopbaan.
Dit werk kan geschieden binnen het beheerscomité van FOPAS. De werkzaamheden van het in artikel 15 vermelde observatorium voor de evolutie van de verzekeringsberoepen kunnen daarvoor als uitgangspunt dienen. Desgevallend kan dit leiden tot sectoraanbevelingen.
Hoofdstuk 6: Preventie en beheer van stress op het werk Artikel 17 De paritaire begeleidingswerkgroep wordt voortgezet. Deze heeft tot taak binnen de sector het bewustmakingsbeleid in verband met stress op het werk voort te zetten. De werkgroep houdt een paritaire evaluatie van de al genomen maatregelen.
Pagina 12
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
De WG heeft tot taak aanbevelingen voor de ondernemingen op te stellen opdat zij hun inspanningen inzake preventie en beheer van stress op het werk zouden voortzetten. Die aanbevelingen zullen binnen elke onderneming (in het CPBW) besproken worden om tegen 31 december 2012 in het Paritair Comité tot een evaluatie te kunnen overgaan.
Hoofdstuk 7: Mobiliteit Artikel 18 Er wordt in het Paritair Comité een paritaire werkgroep opgericht. Deze krijgt als opdracht de sectorale aanbevelingen van 4 april 2011 te evalueren. Deze werkgroep zal zijn conclusies voorleggen aan het paritair comité tegen ten laatste 31 december 2012.
Hoofdstuk 8: Studenten Artikel 19 Op 1 janvier 2012 wordt artikel 11 - studenten - van de CAO tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden van 19 februari 1979 opgeheven. Zo wordt het door CAO nr. 43 van 12 mei 1988 gewaarborgde gemiddeld minimum maandinkomen van toepassing op de overeenkomsten voor studenten die aangeworven worden in een verzekeringsonderneming.
Hoofdstuk 9: Sociaal overleg Artikel 20 Een paritaire werkgroep wordtopgericht betreffende het sociaal overleg.
Hoofdstuk 10: Fonds voor Vakbondsopleiding Artikel 21 Assuralia stort in 2011 en 2012 een jaarlijkse bijdrage van 750.000 € aan het Fonds voor Vakbondsopleiding, betaalbaar per kwartaal en na vervallen termijn, op voorwaarde dat aan de hieronder vermelde bepalingen (sociale vrede en marge) wordt voldaan. De vakbondsorganisaties stellen voor gebruik door het Paritair Comité een rapport op over de verdeling en de effectieve aanwending van die bedragen.
Hoofdstuk 11: Sociale vrede Artikel 22 De partijen en hun mandatarissen zien ervan af om, tijdens de duur van deze overeenkomst, een collectief conflict uit te lokken, uit te roepen of te steunen dat, op het vlak van de sector of van de ondernemingen afzonderlijk, kracht bijzet aan eisen betreffende punten die door bestaande collectieve sectorovereenkomsten geregeld worden.
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 13
Hoofdstuk 12: Marge voor de ontwikkeling van de loonkosten Artikel 23 De partijen erkennen dat de bepalingen van het koninklijk besluit van 28 maart 2011 tot uitvoering van artikel 7, § 1, van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen geëerbiedigd zijn. Dit betekent dat er geen enkele aanvullende eis die gevolgen heeft voor de loonkost zal worden ingediend op het niveau van de ondernemingen betreffende de elementen en punten die door dit akkoord 2011-2012 en de daarbij behorende collectieve overeenkomsten geregeld worden.
Hoofdstuk 13: Geldigheidsduur Artikel 24 Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en treedt buiten werking op 31 december 2012, met uitzondering van artikel 8 (betreffende het ontslag wegens technische redenen van arbeidsorganisatie: die bepaling blijft van toepassing tot 31 december 2013) en de artikelen 4 (verhoging van de ervaringsbarema's), 5 (forfaitaire verhoging), 6 (ecocheques), 7 (omzetting) en 19 (studenten) die voor onbepaalde duur gesloten zijn. Die laatste kunnen opgezegd worden mits de voorzitter van het Paritair Comité daarvan 3 maanden op voorhand in kennis wordt gesteld.
Pagina 14
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 2011 over de koopkracht in 2011 Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2011-2012 dat op 10 oktober 2011 in de verzekeringssector gesloten is.
Artikel 1: Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die onder het Paritair Comité van de verzekeringsondernemingen ressorteren.
Artikel 2: Bedragen De koopkracht van de werknemers uit de sector, met uitzondering van degenen die al een gelijkwaardig recurrent voordeel ontvangen hebben in het kader van het akkoord 2009-2010, stijgt met 150 euro in 2011. Dit bedrag wordt evenredig toegekend volgens de hieronder vastgestelde modaliteiten.
Artikel 3: Vorm Die bedragen worden toegekend in de vorm van ecocheques als gedefinieerd in CAO nr. 98 van 2
de Nationale Arbeidsraad van 20 februari 2009 .
Artikel 4: Betalingsmodaliteiten De ecocheques worden overhandigd op uiterlijk 31 december 2011.
Artikel 5: Wijze van toekenning en wijze van berekening § 1.
Voor de werknemers die in de loop van het betreffende kalenderjaar in dienst zijn getreden van de werkgever of hem hebben verlaten, gebeurt de berekening van het aantal aan hen toe te kennen ecocheques op zijn minst pro rata temporis van de periodes gedurende welke zij op basis van een arbeidsovereenkomst bij die werkgever waren tewerkgesteld tijdens het betreffende kalenderjaar. [De gewone inactiviteitsdagen vormen geen onderbreking van de in de vorige alinea bedoelde periodes voor zover ze tussen twee van die periodes liggen. Die dagen moeten in aanmerking worden genomen voor de vaststelling van de duur van de tewerkstellingsperiode.]
§ 2.
2
De in § 1 van dit artikel vastgestelde regel geldt ook bij een verandering van personeelscategorie.
Koninklijk besluit van 28 juni 2009, Belgisch Staatsblad van 13 juli 2009 (alsook advies 1675 van 20 februari 2009 van de Nationale Arbeidsraad).
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
§ 3.
Assurinfo
Pagina 15
In geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst tijdens het betreffende kalenderjaar gebeurt de berekening van het aantal toe te kennen ecocheques op zijn minst rekening houdend met het aantal dagen waarvoor de betrokken werknemers loon hebben gekregen [of het aantal dagen tijdens welke de uitvoering van de arbeidsovereenkomst is geschorst ingevolge artikel 28, 1° van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst].
Met dagen waarvoor de werknemers loon hebben gekregen worden gelijkgesteld: 2. de dagen moederschapsverlof als bedoeld in artikel 39 van de arbeidswet van 16 maart 1971; 3. de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12bis van 26 februari 1979 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12 van 28 juni 1973 betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan de werklieden in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval of beroepsziekte aan de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten; 4. de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 13bis van 26 februari 1979 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 13 van 28 juni 1973 betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan sommige bedienden in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval of beroepsziekte aan de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. [Commentaar De dagen tijdens welke de uitvoering van de arbeidsovereenkomst is geschorst ingevolge artikel 28, 1° van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, worden geacht de periodes te omvatten die gedekt zijn door een jeugdvakantie-uitkering of een seniorvakantieuitkering].
Artikel 6: Nominale waarde De maximale nominale waarde van de ecocheques bedraagt 10 euro per coupure.
Artikel 7: Omzetting De sectorale sociale partners hebben ervoor gekozen om een voordeel toe te kennen in de vorm van ecocheques, maar ondernemingen kunnen op bedrijfsvlak een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toekennen (zonder bijkomende kosten van welke aard ook voor de werkgevers). De modaliteiten en het tijdstip van de betaling van dit voordeel zullen op bedrijfsvlak worden bepaald.
Artikel 8: Geldigheidsduur Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op de datum van ondertekening van deze overeenkomst en wordt gesloten voor bepaalde duur tot 31 december 2011.
Pagina 16
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 2011 over de toekenning van ecocheques vanaf 2012 Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2011-2012 dat op 10 oktober 2009 in de verzekeringssector gesloten is.
Artikel 1: Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die onder het Paritair Comité van de verzekeringsondernemingen ressorteren.
Artikel 2: Bedragen De werknemers van de sector als bedoeld in artikel 6 van het sectorakkoord 2011-2012, dit zijn de werknemers op wie de verhogingen van de loonbarema's (artikel 4) of forfaitaire verhogingen (artikel 5) niet van toepassing zijn, krijgen een verhoging van hun koopkracht van 190 euro vanaf 2012. Dat bedrag is geproratiseerd volgens de onderstaande voorwaarden.
Artikel 3: Vorm Die bedragen worden toegekend in de vorm van ecocheques als gedefinieerd in CAO nr. 98 van 3
de Nationale Arbeidsraad van 20 februari 2009 .
Artikel 4: Betalingsmodaliteiten De ecocheques worden overhandigd op uiterlijk 31 maart van het betrokken jaar.
Artikel 5: Sociaal en fiscaal statuut De toekenning van dit voordeel is afhankelijk van het behoud van het wettelijke en reglementaire - sociale en fiscale - kader van de ecocheques dat voortvloeit uit het interprofessioneel akkoord 2009-2010.
Artikel 6: Wijze van toekenning en wijze van betaling § 1.
Voor de werknemers die in de loop van het betreffende kalenderjaar in dienst zijn getreden van de werkgever of hem hebben verlaten, gebeurt de berekening van het aantal aan hen toe te kennen ecocheques op zijn minst pro rata temporis van de periodes gedurende welke zij op basis van een arbeidsovereenkomst bij die werkgever waren tewerkgesteld tijdens het betreffende kalenderjaar. [De gewone inactiviteitsdagen vormen geen onderbreking van de in de vorige alinea bedoelde periodes voor zover ze tussen twee van die periodes liggen. Die dagen moeten in aanmerking worden genomen voor de vaststelling van de duur van de tewerkstellingsperiode.]
§ 2.
3
De in § 1 van dit artikel vastgestelde regel geldt ook bij een verandering van personeelscategorie.
Koninklijk besluit van 28 juni 2009, Belgisch Staatsblad van 13 juli 2009 (alsook advies 1675 van 20 februari 2009 van de Nationale Arbeidsraad).
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
§ 3.
Assurinfo
Pagina 17
In geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst tijdens het betreffende kalenderjaar gebeurt de berekening van het aantal toe te kennen ecocheques op zijn minst rekening houdend met het aantal dagen waarvoor de betrokken werknemers loon hebben gekregen [of het aantal dagen tijdens welke de uitvoering van de arbeidsovereenkomst is geschorst ingevolge artikel 28, 1° van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst].
Met dagen waarvoor de werknemers loon hebben gekregen worden gelijkgesteld: 1. de dagen moederschapsverlof als bedoeld in artikel 39 van de arbeidswet van 16 maart 1971; 2. de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12bis van 26 februari 1979 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12 van 28 juni 1973 betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan de werklieden in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval of beroepsziekte aan de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten; 3. de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 13bis van 26 februari 1979 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 13 van 28 juni 1973 betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan sommige bedienden in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval of beroepsziekte aan de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. [Commentaar De dagen tijdens welke de uitvoering van de arbeidsovereenkomst is geschorst ingevolge artikel 28, 1° van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, worden geacht de periodes te omvatten die gedekt zijn door een jeugdvakantie-uitkering of een seniorvakantieuitkering].
Artikel 7: Nominale waarde De maximale nominale waarde van de ecocheques bedraagt 10 euro per coupure.
Artikel 8: Omzetting De sectorale sociale partners hebben ervoor gekozen om een voordeel toe te kennen in de vorm van ecocheques, maar ondernemingen kunnen op bedrijfsvlak een gelijkwaardig voordeel tegen gelijke kostprijs toekennen (zonder bijkomende kosten van welke aard ook voor de werkgevers). De modaliteiten en het tijdstip van de betaling van dit voordeel zullen op bedrijfsvlak worden bepaald.
Artikel 9: Geldigheidsduur Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2012 en is gesloten voor onbepaalde duur. Iedere ondertekenende partij kan ze opzeggen mits de voorzitter van het Paritair Comité daarvan 3 maanden op voorhand in kennis wordt gesteld.
Pagina 18
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 september 2011 betreffende de inspanningen inzake vorming in de verzekeringssector in 2011 en 2012 Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2011-2012 dat op 10 oktober 2011 in de verzekeringssector gesloten is en in uitvoering van de bepalingen van het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het betaald educatief verlof voor de werkgevers die behoren tot sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren in uitvoering van artikel 30 van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact.
Artikel 1: Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het Verzekeringswezen.
Artikel 2: Opleidingsinspanningen De ondertekenende partijen erkennen het belang van de ontwikkeling van opleiding en van levenslang leren. Met deze CAO willen de sociale partners uit de sector dan ook, overeenkomstig het koninklijk besluit van 11 oktober 2007, ieder jaar de opleidingsinspanningen in de verzekeringssector opdrijven, zowel door meer financiële middelen vrij te maken voor beroepsopleidingen, als door het deelnemingspercentage aan opleidingen met minstens 5 % te doen stijgen (jaarlijks). Om die verbintenis te concretiseren, sluiten de sociale partners uit de verzekeringssector een specifieke CAO die de bijdrage die gestort wordt aan het paritair Fonds voor de bevordering van de werkgelegenheid en de opleiding in de verzekeringssector, het FOPAS, op 0,15 % vaststelt van de loonmassa in 2011 en 2012 (dit is een stijging met 50 % van de werkgeversbijdrage). Bovendien hebben ze voorzien in het akkoord 2011-2012 (artikel 13) een opleidingskrediet van vier dagen per jaar, collectief op bedrijfsvlak bepaald.
Artikel 3: Geldigheidsduur Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en treedt buiten werking op 31 december 2012.
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 19
Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 september 2011 betreffende de financiering van FOPAS voor het jaar 2011-2012 (fonds voor de vorming van risicogroepen) Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2011-2012 dat op 10 oktober 2011 in de verzekeringssector gesloten is.
Artikel 1: Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het Verzekeringswezen.
Artikel 2: Bijdrage voor de financiering van FOPAS 2011-2012 In 2011 en 2012 wordt het Fonds voor de bevordering van de werkgelegenheid en de opleiding in de verzekeringssector (FOPAS) gefinancierd door een werkgeversbijdrage van 0,15% op de brutolonen. Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van afdeling 1, hoofdstuk VIII, 4
titel XIII, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (deel I) . De werkgevers zijn bijgevolg vrijgesteld van elke betaling aan het Interprofessioneel Fonds waarin de voornoemde wet voorziet bij ontstentenis van een collectieve arbeidsovereenkomst.
Artikel 3: Wijze van inning 2011-2012 De in de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 2011 en in deze overeenkomst opgenomen wijze van inning van de bijdragen, wordt als volgt vastgesteld: een bijdrage van 0,30 % van de brutolonen zal geïnd worden voor de vier trimesters van het jaar 2012.
Artikel 4: Geldigheidsduur Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en treedt buiten werking op 31 december 2012.
4
Belgisch Staatsblad van 28 december 2006 (3de editie).
Pagina 20
Assurinfo
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Bijlage bij de Collectieve arbeidsovereenkomst n° 98bis van 21 december 2010 Lijst van ecologische producten en diensten die met ecocheques aangekocht kunnen worden I. Energiebesparing A. Aankoop en/of plaatsing (door geregistreerde aannemers) van producten en diensten die voldoen aan criteria van de in artikel 145, 24° van het Wetboek Inkomstenbelastingen bepaalde federale fiscale verminderingen met het oog op energiebesparing; B. Producten en diensten die in een van de Gewesten op 30 september 2010 of later in aanmerking komen voor regionale subsidies in het kader van het beleid inzake rationeel energiegebruik, met inbegrip van de regionale subsidies voor de aankoop van energiezuinige elektrische apparaten; C. Aankoop van producten die specifiek zijn bestemd voor de isolatie van woningen; D. Aankoop van spaarlampen, tl-lampen en led-verlichting; E. Elektrische apparaten die geproduceerde energie;
uitsluitend
werken
op
zonne-energie
of
op
handmatig
F. Aankoop en plaatsing van beheerssystemen voor ventilatie van woningen, die voldoen aan de norm NBN 50-001 types C (met vraagsturing) en D (met warmteterugwinning).
II. Waterbesparing A. Spaardouchekop; B. Recuperatietank voor regenwater; C. Hulpstuk voor waterbesparing op kranen; D. Spoelbak voor toiletten met spaarknop.
III. Bevordering duurzame mobiliteit A. Plaatsing van roetfilters in personendieselwagens met bouwjaar tot en met 2005; B. Plaatsing lpg-installatie in personenwagens; C
Vervoersbewijzen voor openbaar vervoer, met uitzondering van abonnementen;
D. Aankoop en onderhoud van fietsen, met inbegrip van fietsen uitsluitend ondersteund door een elektrische hulpmotor, fietsonderdelen en fietstoebehoren; aankoop en onderhoud van elektrische scooters; CAO 98/6 – Bijlage 21 december 2010 E Cursussen ecodriving; F. Verplaatsingen met de autocar.
Nr. 29| Weekblad van 13 oktober 2011
Assurinfo
Pagina 21
IV. Afvalbeheer A. Aankoop van oplaadbare, draagbare NiMH-batterijen en van oplaadtoestellen voor dergelijke batterijen; B. Compostvat of compostbak; C. Producten die volledig bestaan uit composteerbaar of biologisch afbreekbaar materiaal, die voldoen aan de norm NBN EN 13432, alsook wasbare luiers; D. Papier dat voor 100 % gerecycleerd is en dat ongebleekt of TCF-gebleekt is.
V. Bevordering van ecodesign : producten en diensten met het Europese ecolabel of het EU-logo voor biologische productie VI. Bevordering van de aandacht voor de natuur A. Aankoop van duurzaam geëxploiteerd hout (FSC of PEFC) of houtproducten gemaakt uit duurzaam geëxploiteerd hout, alsook papier dat geproduceerd is met gerecycleerde vezels of met verse vezels afkomstig van duurzaam geëxploiteerd hout; B. Aankoop van bomen en buitenplanten, bloembollen en zaden voor buiten, niet gemotoriseerde tuingereedschappen, potgrond, teelaarde en compost die voldoet aan de door de Gewesten gestelde voorwaarden, alsook meststoffen met biogarantie ( aldus gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 98 bis van 21 december 2010 (artikel 5).