2015 2019 RKBS de Dagobert Predikbroedersweg 1 4003 AL Tiel T 0344 63 15 30 E
[email protected] I www.dagobertschool.nl
Schoolplan samen sterk in onderwijs
Behorende tot Stichting Katholieke Onderwijsbelangen Rivierenland
Zakelijke gegevens
2
Schoolgegevens
RKBS De Dagobert
Brinnummer
09WL
Directie
Thea van Ewijk
Adres
Predikbroedersweg 1, 4003 AL Tiel
Contact school
T: 0344 63 15 30 E:
[email protected] I: www.dagobertschool.nl
Bevoegd gezag
Stichting Katholieke Onderwijsbelangen Rivierenland
Adres bevoegd gezag
Hondsroos 4, 4007 TJ Tiel
Contactpersoon
M.H.A.M. Gloudi
Contact bevoegd gezag
T: 0344 632 849 E:
[email protected] I: www.skor-scholen.nl
SKOR geeft je ontwikkeling kleur Wij zien elkaar volledig vanuit eigen kleur, eigen geluid. We hebben aandacht voor een andere waarheid. Staan open voor nieuwe ervaringen, zijn nieuwsgierig naar wat kan. We zoeken contact omdat we willen groeien. Kinderen ontdekken en leren binnen en buiten de school. We versterken de kracht die er is, de samenhang tussen ’t kleine en ‘t grote. Het beste wat je kunt worden is jezelf, ieder talent is even waardevol. Natuurlijke verwondering opent deuren naar volwaardig zelfstandig zijn. Onze scholen zijn spil in de wijk, schakel in opvoeding en ontwikkeling. We zoeken samenspel met behoeften en verwachtingen van onze omgeving. Maar blijven dicht bij onszelf, eigenzinnig, zelfbewust en uitgesproken. We nemen verantwoordelijkheid voor eigen keuzes, met respect voor het totaal. Ruimte creëren voor jezelf en de ander loslaten in vertrouwen. Je eigen inzicht volgen, maar wel in relatie tot gezamenlijke doelen. Grenzen en toonaarden verkennen, totdat het is afgestemd, totdat ’t klopt. Omdat je nooit stopt met leren, omdat je samen ’t beste presteert. Daarom blijven we in verbinding, verantwoordelijk en authentiek
3
Inhoudsopgave 1. Inleiding
7
1.1 Voorwoord 1.2 Uitgangspunten bestuur 1.3 De missie 1.4 Kernwaarden 1.5 SKOR Kernkwaliteiten 1.6 Strategiekaart SKOR 1.7 Monitoring en verantwoording 1.8 Organogram
7 8 8 8 9 9 10 10
2.
Structuur van dit plan
11
3. Uitgangssituatie
3.1 School 3.2 Leerlingen 3.3 Omgeving
4.
Missie en visie
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Onze missie Onze visie “Het verhaal van de school” SWOT analyse Strategische keuzes voor onze school Strategiekaart school
5. Toekomst
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Demografische ontwikkelingen Economische ontwikkelingen Politieke ontwikkelingen Ecologische ontwikkelingen Sociaal- culturele ontwikkelingen Technologische ontwikkelingen
13
13 14 15
17
17 20 22 23 24 24
25
25 25 26 26 27 27
6. Onderwijs
29
7. Kwaliteitszorg
7.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? 7.2 Wat willen we bereiken? 7.3 Kwaliteitszorg 7.4 Meerjarenplanning “kwaliteitszorg”
37
8.
Personeel en organisatie
45
6.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? 6.2 Wat willen we bereiken? 6.3 Het onderwijs op onze school 6.4 Kinderen die extra zorg behoeven 6.5 Onderwijskwaliteit 6.6 Meerjarenplanning “Onderwijs”
8.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? 8.2 Wat willen we bereiken? 8.3 Personeelsbeleid
29 29 31 33 34 34 37 37 39 40 45 47 48
5
9.
Financiën, facilitair en ICT (Bedrijfsvoering)
9.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? 9.2 Wat willen we bereiken? 9.3 Sponsoring
49 49 50
10. Communicatie
10.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? 10.2 Wat willen we bereiken?
51
11.
Meerjarenplanning 2015-2019
53
Bijlagen
6
49
Bijlage 1 QuickScan en ouderenquête Bijlage 2 Beschrijving van de specifieke vakgebieden, zoals Nederlandse taal, rekenen/wiskunde, Oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en Engels Bijlage 3 Terugblik Schoolplan 2011-2015 en zelfevaluatie
51 52
55 59 63
1
Inleiding
1.1 Voorwoord Voor u ligt het schoolplan 2015-2019 van onze school. Dit schoolplan is een kwaliteitsdocument, waarmee wij als school intern en extern aangeven waar wij staan en wat wij in de komende periode van 4 jaar op verschillende beleidsterreinen nastreven. Het schoolplan is in samenspraak met het team tot stand gekomen. Het team heeft onder leiding van de directie op basis van de evaluatie van het voorgaande schoolplan en informatie over nieuwe en/op op handen zijnde ontwikkelingen de missie en de visie vastgesteld. In dit schoolplan zijn de hoofddoelstellingen van het strategisch beleidsplan 2014-2018 van SKOR op schoolniveau uitgewerkt. Het plan vormt daarmee ook de verbinding tussen het strategisch beleidsplan van het bevoegd gezag en het jaarplan van onze school. Het bevoegd gezag stelt zich door middel van de akkoordverklaring verantwoordelijk voor het ondersteunen en bewaken van hetgeen in het schoolplan beschreven is. De directie stelt het schoolbestuur op de hoogte van de bereikte doelen door middel van de managementcontracten en managementrapportages. Namens het team van de Dagobert Directeur Thea van Ewijk
7
1.2 Uitgangspunten bestuur Ter voorbereiding op de schoolplanperiode 2015-2019 heeft SKOR de strategische doelstellingen op bestuursniveau bepaald. Deze doelstellingen zijn kaderstellend voor de schoolplannen van alle SKOR scholen. In de schoolplannen wordt de structuur van het strategisch beleidsplan gevolgd, maar heeft elke afzonderlijke school een specifieke invulling gegeven aan de verschillende onderdelen.
1.3 De missie SKOR biedt op haar scholen vernieuwend onderwijs op maat, waarbij het welzijn van de individuele leerling centraal staat. Respect en zorg voor elkaar in onderwijs dat gestoeld is op onze katholieke identiteit in een veilig en vertrouwd onderwijsklimaat. We streven naar een goede en hechte samenwerking tussen school en ouders. SKOR geeft leerlingen, medewerkers en scholen kleur!
1.4 Kernwaarden De SKOR waarden zeggen iets over de persoonlijkheid van de organisatie als geheel. Het zijn de wortels die voeding geven aan onze missie en van waaruit onze visie kan ontstaan. Die gezamenlijke missie en visie maken SKOR voor ons tot één betekenisvol geheel, waarin gewerkt wordt vanuit een gemeenschappelijke Katholieke identiteit en vanuit kaders waarbinnen ruimte is voor autonomie. Er zijn drie kernwaarden te benoemen; Verbindend, Verantwoordelijk, Authentiek. Deze drie waarden versterken elkaar. Dat wil zeggen dat ze alleen in samenhang met elkaar kenmerkend zijn voor het karakter van SKOR. Verbindend SKOR wil verbindingen mogelijk maken op meerdere terreinen. Binnen en buiten de klas, binnen en buiten de school. De tijd waarin we leven vraagt om afstemming tussen allerlei belangen en een voortdurende check of we elkaar goed zien, begrijpen en elkaar erbij betrekken. Alles is in beweging en veel gebeurtenissen en processen hangen met elkaar samen. Zeker als je spreekt over leren en talent. Vaardigheden en inzichten die je opdoet in het ene gebied zijn vaak overdraagbaar op een ander gebied. Een verbindende school neemt verantwoordelijkheid voor leren en ontwikkelen binnen en buiten de school en zoekt actief contact met partners. Door kwaliteiten aan elkaar te koppelen, kun je meer waarde realiseren voor jezelf en de ander. Ook in de lerende netwerken tussen de scholen krijgt deze kernwaarde vorm. Verantwoordelijk Verantwoordelijkheid kent meerdere facetten. Verantwoordelijkheid neem je, krijg je en leg je af. In de eerste betekenis gaat het om regie nemen en eigen initiatief tonen. Je zou dat zelfverantwoordelijkheid kunnen noemen. Als ik me verantwoordelijk voel, ben ik eigenaar van de oplossing en besef ik dat mijn persoonlijk belang samenhangt met een groter belang, op het niveau van de school en op het niveau van SKOR. Ik voel me betrokken en ben ook zelf verantwoordelijk voor mijn welbevinden en ontwikkeling. In de tweede betekenis, verantwoordelijkheid krijgen, gaat het over ruimte en vertrouwen en om aanspreekbaar zijn. Ik heb de morele verplichting mijn maximale mogelijkheden in te zetten. Als iemand verantwoordelijkheid krijgt, is er ook iemand die verantwoordelijkheid geeft. ‘Ik haal de zijwieltjes eraf, maar dan moet je het wel zelf doen.’ Tot slot is er de betekenis van verantwoording afleggen. SKOR wil zich verantwoorden naar de belanghebbenden in de samenleving. Het gaat dan om wettelijke vereisten (ministerie, inspectie) en om verantwoording op eigen initiatief (naar ouders, collega schoolbesturen, maatschappelijke organisaties, opleidingsinstituten, gemeentepolitiek, etc.). Authentiek Authentieke mensen gaan voor het hoger doel met hart en ziel. Niet omdat het moet, maar omdat ze het willen. Je bent je eigen maatstaf, je kent je eigen uitdagingen en valkuilen. Als we zeggen dat SKOR authentiek is, dan bedoelen we ook dat we allemaal anders zijn en dat we dat toejuichen. Verschillen mogen en moeten er juist zijn. Je eigen persoonlijkheid voegt iets toe aan het geheel, versterkt wat een ander tekort komt. Als je niet te veel vastzit in plichten en normen, kun je kiezen voor wat echt belangrijk voor je is, kun je je verwonderen over het onverwachte en je laten beïnvloeden om er sterker van te worden. Dan haal je het beste in elkaar naar boven en bereik je waar je samen voor wil gaan.
8
1.5 SKOR Kernkwaliteiten De sterktes die we de afgelopen jaren hebben ontwikkeld zijn een onderdeel van onze identiteit. Met de SKOR kernkwaliteiten zijn wij als organisatie in staat om onze kernopdracht te vervullen. Gezond fundament De basiskwaliteit van ons onderwijs is over de gehele linie op orde Samenwerken Onze scholen staan open voor verzoeken uit de omgeving, onze medewerkers staan open voor leren binnen en buiten de school. Samenwerking door alle verschillende geldingen maakt het delen van kennis tussen partners mogelijk en bevorderen het innovatief vermogen. Ruimte voor ontwikkeling en vernieuwing Bij SKOR is er ruimte om zelfverantwoordelijkheid te nemen binnen een platte organisatie met weinig hiërarchie. Ruimte betekent voor ons ook dat we verscheidenheid en veelkleurigheid stimuleren.
1.6 Strategiekaart SKOR Als aanvulling op het strategisch beleidsplan is in samenspraak met de directeuren een strategiekaart voor SKOR ontwikkeld. In deze strategiekaart worden de voornaamste strategische thema’s en de belangrijkste factoren beschreven. Het is een eerste vertaling van strategische doelen naar organisatorische activiteiten. Tevens is deze strategiekaart per school uitgewerkt in schoolspecifieke doelen, activiteiten en indicatoren.
Strategiekaart SKOR Stabiel marktaandeel
Optimale leeropbrengsten
Tevredenheid kinderen > 3,5
Tevredenheid ouders > 3,5
Rijke, inspirerende, innovatieve en digitale leeromgeving
SKOR-academie
Zelfverantwoordelijk leren
Optimale vitaliteit
Zelfbewuste leerlingen
Zeer tevreden inspectie
21st century skills
Educatief partnerschap
Dagarrangementen op schooleilanden
Passende onderwijsarrangementen
Échte professionaliteit
Efficiënte en effectieve beleidsvoering
Opbrengstgericht leren
Interactieve communicatie
Actieve medezeggenschap
SKOR.NU’
Duidelijke katholieke identiteit
Opbrengstgerichte/ HGW houding
9
1.7
Monitoring en verantwoording
De strategische doelstellingen op SKOR niveau worden in dit schoolplan geconcretiseerd in schoolspecifieke doelstellingen. Daar waar mogelijk zijn bij deze doelstellingen concrete indicatoren geformuleerd. Deze doelstellingen vormen de basis voor de jaarplannen welke vervolgens worden vertaald in het managementcontract (MACON). Over de uitvoering van de jaarplannen rapporteren de scholen drie keer per jaar door middel van managementrapportages (MARAP’s) en een jaarverslag voor de ouders en de omgeving van de school.
1.8 Organogram
BLG : Beleidsgroep KWZ : Beleidsgroep Kwaliteitszorg (voorzitters beleidsgroepen) STAF : Onderwijs & Marketing; Personeel & Organisatie; Controller GMR : Gemeenschappelijke Medezeggenschapraad 04ZS : BRIN nummer van onze scholen MR : Medezeggenschapraad
10
2
Structuur van dit plan
Hieronder is schematisch de structuur van dit schoolplan weergegeven. De indeling van de thema’s komt overeen met de indeling zoals gebruikt in het strategisch beleidsplan 2014-2018. De bijbehorende strategische doelstellingen lopen in grote lijnen synchroon met de strategiekaart van SKOR. Deze strategische doelstellingen worden in dit schoolplan nader uitgewerkt op schoolniveau. H3
Beschrijving van de school
H4
Missie en visie
H5
Toekomst
H6
Onderwijs
Strategische doelstellingen Onderwijs. 1. Versterking van het zelfverantwoordelijk leren 2. Een passend onderwijsarrangement bieden 3. Ontwikkeling van dagarrangementen op schooleilanden 4. Bevorderen, leren en beoordelen van 21st century skills 5. Werken vanuit een duidelijke Katholieke identiteit 6. Het aangaan van educatief partnerschap H7
Kwaliteitszorg
Strategische doelstellingen Kwaliteitszorg 1. Werken vanuit een opbrengstgerichte/ HGW houding 2. Zorgen voor optimale leeropbrengsten 3. Kwaliteitsverbetering door zelfevaluatie 4. Het uitvoeren van tevredenheidonderzoeken H8
Personeel en Organisatie
Strategische doelstellingen Personeel en Organisatie 1. Zelfverantwoordelijkheid van alle medewerkers 2. Het waarborgen van optimale vitaliteit 3. Het stimuleren van échte professionaliteit H9
Financiën, Facilitair en ICT (bedrijfsvoering)
Strategische doelstellingen Financiën, Facilitair en ICT (bedrijfsvoering) 1. Rendement uit schaalvoordelen 2. Doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting 3. Een optimale ICT infrastructuur 4. Efficiënte en effectieve beleidsvoering H10 Communicatie Strategische doelstellingen Communicatie 1. Interactieve communicatie staat centraal 2. Optimalisering interne communicatie 3. Actieve medezeggenschap
11
12
3
Uitgangssituatie
Onze school wordt bezocht door 315 kinderen (stand van zaken 01-10-2014). Slechts 17,5% van de leerlingen kent een gewicht. De conclusie is, dat het aantal gewogen leerlingen afneemt. Dat het aantal gewogen leerlingen afneemt is een gevolg van wettelijke regelgeving (gewichtenregeling) dan van daadwerkelijk hoger opleidingsniveau van ouders. Doordat we de in onze visie genoemde rust, regelmaat en structuur strikt en eenduidig hanteren hebben we op school regels, die duidelijkheid bieden voor onze kinderen. De noodzaak voor specifieke interventies op dit gebied is er niet, behalve dat we teambreed dezelfde regels blijven hanteren. Zodat het leidt tot continuïteit. We merken de laatste jaren dat door de toename van de sociale problematiek het niveau van de instromende leerlingen daalt. Om kinderen een goede basis te kunnen geven hebben we keuzes gemaakt m.b.t. ons onderwijsaanbod. Het accent ligt op rekenen, taal en lezen. Voor een overzicht van de uren die aan deze vakken worden besteed verwijzen we naar de roosters van de leerkrachten. Verder heeft de school te maken gehad met een kleine krimp. De verwachting is dat we nog één jaar te maken hebben met krimp. Daarna stabiliseert het leerlingenaantal en is de verwachting dat er een lichte groei ontstaat.
3.1 School Rkbs De Dagobert Predikbroedersweg 1 4003 AL Tiel Tel: 0344-631530
[email protected] www.dagobertschool.nl De Dagobert maakt deel uit van de negen scholen van de SKOR en is één van de zes Tielse SKOR scholen. Er is een goede samenwerking met alle scholen op verschillende niveaus/ terreinen. De school ligt in Tiel-Noord en maakt deel uit van een scholeneiland waarop nog 3 andere scholen gehuisvest zijn. De Dagobert bestaat in oktober 2016 40 jaar. Huisvesting In 2007 is een grondige renovatie van alle scholen op het eiland afgerond. De Dagobert beschikt daardoor nu over een modern gebouw dat aansluit bij de wensen van deze tijd. De school is goed geoutilleerd en beschikt over 11 lokalen op het hoofdgebouw. Er is een apart computerlokaal, een grote gemeenschapsruimte met podium, een ruime personeelskamer, een speelzaal en 3 extra ruimtes voor IB, RT, GGD, maatschappelijk werk e.a. Momenteel zijn we nog met 2 lokalen gehuisvest op ‘De Margriet’. Deze bevindt zich op het zelfde scholeneiland in het gebouw naast de Dagobert. Identiteit De Dagobert is een katholieke school wat tot uiting komt in de waarden en normen die gehanteerd worden bij de inhoud, methodiek en organisatie van ons onderwijs. Er is ruimte voor andere geloofsovertuigingen, maar alle kinderen nemen deel aan de projecten en vieringen. Wij vinden het erg belangrijk dat onze kinderen respect ontwikkelen voor andere opvattingen en overtuigingen.
13
3.2 Leerlingen Onze school wordt bezocht door 315 kinderen (stand van zaken 01-10-2014). Slechts 17,5% van de leerlingen kent een gewicht. Onderstaand schema geeft de aantallen leerlingen per groep en de gewogen leerlingen: Leerlingen naar leeftijd, geslacht en gewicht volgens de nieuwe gewichtenregeling Geen
0,3
1,2
J
M
J
M
J
M
Totaal
3 jaar
0
0
0
0
0
0
0
4 jaar
19
22
2
0
3
0
46
5 jaar
20
15
4
1
2
0
42
6 jaar
12
17
1
4
1
1
36
7 jaar
21
21
4
3
0
0
49
8 jaar
10
15
1
2
0
0
28
9 jaar
9
16
4
1
0
1
31
10 jaar
11
9
2
3
0
2
27
11 jaar
23
15
3
4
4
1
50
12 jaar
1
4
1
0
0
0
6
13 jaar
0
0
0
0
0
0
0
14 jaar en ouder
0
0
0
0
0
0
0
126
134
22
18
10
5
315
Totaal
Samenvatting Totaal aantal leerlingen 315 Totaal aantal met BRON status OK 314 Aantal leerlingen NNCA-NOAT 78 CITO eindtoets De laatste jaren heeft De Dagobert op de CITO eindtoets 2x een bovengemiddelde score gehaald in vergelijk met het landelijk gemiddelde. Alleen het schooljaar 2013/2014 zaten we onder de norm. De verwachting voor het huidige schooljaar is dat we weer een score behalen in de lijn der verwachting.
14
2010
2011
2012
2013
2014
2015
537,1
535,3
533,2
537,0
532,1
537,0
Uitstroom naar V.O. 2010
2011
2012
2013
2014
2015
VWO
4
5
8
6
8
9
HAVO/VWO
8
10
4
16
11
5
TL/HAVO
12
6
13
11
13
5
TL
16
11
9
8
11
17
KBL/TL
3
1
2
1
5
3
KBL
0
7
2
6
6
5
BBL/KBL
9
2
7
0
0
1
BBL
0
0
0
2
1
1
3.3 Omgeving Onze school staat in een licht vergrijzende wijk, wat consequenties heeft voor de instroom. De nieuwe instroom in de wijk verschilt licht van de zittende bevolking. De ouderpopulatie laat geen directe gevolgen zien voor ons beleid m.b.t. actief burgerschap en sociale cohesie. In 2013 zijn de eerste bouwstenen voor de brede school-ontwikkeling op het scholeneiland Kloosterbuurt gelegd. Tijdens de regelmatige ‘denominatie-vergaderingen’ met de directeuren van de Margrietschool, de Dagobertschool en de Molenwerf blijkt dat er behoefte is om meer samen te werken zodat door deze samenwerking de leerlingen (en gezinnen) van de verschillende scholen de beste faciliteiten aangeboden kunnen krijgen. De Vrije school Johannes heeft een ‘status aparte’, omdat zij door het onderwijs op antroposofische grondslag nauwelijks een wijkfunctie heeft. Afgesproken is dat zij bij alle ontwikkelingen op de hoogte gehouden worden en waar mogelijk ‘aanhaken’. Vanaf september 2013 wordt door drie scholen van de Kloosterbuurt invulling gegeven aan een gezamenlijke TaalPlusklas. Leerlingen uit groep 4 van de Margrietschool, de Dagobertschool en de Molenwerf krijgen dat jaar samen, gedurende 8 uur per week, extra taalonderwijs in de Taalplusklas Kloosterbuurt. Deze ontwikkeling van gezamenlijke faciliteiten heeft zich doorgezet met een VVEpeuterspeelzaal op het scholeneiland en een kinderfysiotherapeut voor alle leerlingen van de vier scholen. In oktober 2014 is de gezamenlijk aangevraagde subsidie voor B-Fit toegekend en wordt eens per week een gezamenlijke buitenschoolse activiteit aangeboden voor alle kinderen van de Kloosterbuurtscholen. In oktober 2014 neemt het Wijkteam Jeugd Tiel Noord intrek in één van de scholen. Door de onderlinge samenwerking en de betrokkenheid van alle partners weten ouders deze faciliteiten steeds beter te vinden. Visie Brede school Kloosterbuurt is een samenwerkingsverband tussen de vier scholen dat zich wil inspannen om alle kinderen uit de wijk optimale ontwikkelingskansen te bieden en een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie in de wijk. Hiervoor is het van belang dat de verschillende professionals elkaars kerntaken en/of opdrachten kennen. Door een structurele samenwerking draagt de Brede School Kloosterbuurt bij aan het versterken van een sluitende keten, zowel gezien vanuit de ontwikkeling van het kind, als vanuit de verschillende sectoren waarmee het kind in een bepaalde leeftijdsfase te maken heeft. Doelstellingen We bieden sociale, culturele en sportieve verrijkings- en ontwikkelingsactiviteiten voor alle kinderen in de wijk. We stimuleren verbinding in de wijk door het creëren van ontmoetingsactiviteiten en het vergroten van de betrokkenheid bij de activiteiten in de wijk door ouders en overige wijkbewoners. We zoeken naar verbindingen en doorgaande lijnen in de voorschoolse en vroegschoolse periode.
15
SWV BEPO Iedere basisschool heeft in het schoolondersteuningsprofiel vastgelegd welke mogelijkheden kunnen worden ingezet om passend onderwijs te bieden voor hun leerlingen. Daarmee geeft de school ook de grenzen van haar mogelijkheden aan. Het kan gebeuren dat de ondersteuning die de reguliere basisschool voor de leerling kan bieden, ontoereikend is. In dat geval heeft de school de mogelijkheid gebruik te maken van aanvullende middelen die het samenwerkingsverband (BEPO: Betuws Passend Onderwijs) beschikbaar stelt. Dat heet ‘plusondersteuning’. De inzet van deze ‘plusondersteuning’ is erop gericht de leerling met specifieke onderwijsbehoeften in een zo vroeg mogelijk stadium hulp te geven in een reguliere basisschool. Het samenwerkingsverband bundelt de beschikbare expertise in het ‘BEPO plusteam’. Dit team bestaat uit gespecialiseerde medewerkers die het samenwerkingsverband beschikbaar stelt aan de school bij het tot stand brengen van extra ondersteuning voor de leerling. Het plusteam helpt de intern begeleider en de leerkracht bij het in kaart brengen van de ondersteuningsbehoeften van de leerling en het geven van extra ondersteuning. Het plusteam omvat twee disciplines: De plusconsulent: deze functioneert voor school als eerste lijnondersteuner. De intern begeleider onderhoudt de contacten met de plusconsulent. Wanneer de vraagstelling inhoudelijk complex is, kan de plusconsulent de hulp inroepen van een themaspecialist. De themaspecialist: deze levert diepgaande inhoudelijke deskundigheid over de onderwijsbehoeften van de leerling en de daarmee samenhangende extra ondersteuningsmaatregelen. Elke school krijgt jaarlijks de beschikking over een ‘urenbudget’. In samenspraak met de intern begeleider stelt de plusconsulent de werkwijze en inzet van het plusteam voor het betreffende schooljaar vast. SWV: BEPO, Oranje Nassaulaan 41, 4101 JS Culemborg, telefoon 0345-512184, E-mail:
[email protected], website: www.swvbepo.nl
16
4
Missie en visie
In dit hoofdstuk verantwoorden wij vanuit welke opvattingen het onderwijs op onze school gegeven wordt. Deze opvattingen zijn gebaseerd op het SKOR strategisch beleidsplan 2014-2018. Op basis van de resultaten van een situatieanalyse van de interne en externe omgeving is een SWOT analyse opgesteld. Door de kansen, bedreigingen, sterktes en zwaktes met elkaar te combineren en af te zetten tegen wat wij op onze school willen realiseren zijn strategische keuzes gemaakt. Deze keuzes hebben een plek gekregen in onze schoolspecifieke strategiekaart en worden tevens opgenomen in de meerjarenplanning.
4.1
Onze missie
De Dagobert: Een goede basis. Onze school is een katholieke basisschool voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Wij hanteren het leerstofjaarklassensysteem, met veel aandacht voor het individuele kind. Daarmee bedoelen we onderwijs op maat, maar ook dat een kind zich veilig, geborgen en fijn voelt op school. We willen in het kader van Passend onderwijs kinderen een kans geven op onze school. We streven naar een goede basis voor alle kinderen, passend bij de onderwijsbehoefte van ieder kind. Het is ons doel dat leerlingen zich cognitief en sociaal ontwikkelen, zodat ze kunnen doorstromen naar een aansluitende vorm van vervolgonderwijs. Een goede basis wordt geleverd door veel aandacht te geven aan de kernvakken taal, rekenen en lezen. Ook creatieve en sociale vorming, zelfstandigheid en respect voor elkaar vinden we belangrijk om kinderen te helpen op te groeien tot verantwoordelijke wereldburgers. In de visie van De Dagobert staan 6 kernwaarden centraal: leren, structuur, veiligheid, zelfstandigheid, betrokkenheid en identiteit. Het afgelopen jaar zijn we met het team intensief aan de slag geweest om onze missie en visie te herijken. Dit heeft geresulteerd tot het onderstaande schema. Beleid om de missie levend te houden: 1. Missie, slogan en kernwaarden komen 1 x per jaar aan bod in een teamplusvergadering, waar alle teamleden bij aanwezig zijn. 2. Missie en visie zijn opgenomen in onze kalender/schoolgids en de kernwaarden zijn terug te vinden op de nieuw ontwikkelde rapportomslagen. 3. De missie en de visie zijn zichtbaar in de school aanwezig.
17
Hoe doen we dat? Leren
Doorgaande lijn groep 1 t/m 8
Kerndoelen/referentiekaders/leerlijnen Effectieve instructie Bouwdoorbrekende commissie Recente methodes
Ontplooien van talenten
Doorlopende lijn MHB Podiumoptreden Meedoen met denk/sportevenementen
Op maat
Differentiatie voor rekenen en taal ICT/digitale leerschool Handelingsgericht werken Burgerschap en integratie
Structuur
Omgansregels
Omgang met mensen Omgang met materiaal Omgang met omgeving
Ordelijkheid
Opgeruimde school/schoolplein
Duidelijkheid
Groeps-schoolafspraken Dagplanning op het bord Schoolkalender Werkgroepen/commissie Personeelbeleid
Veiligheid
Respectvol
Pestprotocol Regels voor omgangsvormen Alle gezindten en nationaliteiten welkom Voor iedereen gelijke kansen Vertrouwenspersoon
Ruimte geven en krijgen
Faalangsttrainging
Leefomgeving
Voldoen aan arbo-eisen (veiligheid personeel ouders kinderen)
Passend onderwijs
Gezonde school/B-fit Veilig omgaan met materiaal/apparatuur Wijk/scholeneiland/Brede school
18
vervolg Hoe doen we dat? Zelfstandigheid
Persoonlijke ontwikkeling
Zelfredzaamheid Spreekbeurten/werkstukken Samenwerkend leren Eigen initiatief tonen Kamp
Planbord, weektaak
Zelfstandig werken formulier/taakkaart Agenda (digitaal) Huiswerk
Voorbereiden VO
Informatieverstrekking (Kiezen) Adviesgesprekken met ouders/kinderen Clustering CITO-LVS
Betrokken
Ouderparticipatie
Ouderraad/MR/Klankbordgroep Klassenouder Vrienden van de dagobert Hulpouders
Interesse tonen
Inloopkwartier Kindgesprekken Oudergesprekken/partnerschap Buitenschoolse activiteiten
Toegankelijk
Website/infoplus/facebook Na schooltijd ruimte voor een gesprek
Identiteit
Katholieke feesten en tradities
Vastenactie/carnaval/Kerstmis/Pasen Heilige Communie, Heilig Vormsel Kerkbezoek
Levensbeschouwing
Werken met de methode Trefwoord Leskisten wereldgodsdiensten Kaarsje branden in voor- en tegenspoed
Normen en waarden
Begroeten in de onderbouw groep 1 t/m 4 Kanjertraining Regels voor omgangsvormen Burgerschap en integratie
19
4.2 Onze visie Visie op onderwijs, ontwikkeling en leren Op De Dagobert streven we naar modern klassikaal onderwijs. Een combinatie van een optimale mensontwikkeling én naar optimale leeropbrengsten voor ieder kind, gerelateerd aan de specifieke mogelijkheden van ieder kind. We vinden het belangrijk om kinderen te helpen op te groeien tot verantwoordelijke wereldburgers. Onze kernwaarden die in ons dagelijks onderwijs en ons dagelijks handelen terugkomen verbinden we met de punten op de strategiekaart van de school: Leren > Optimale leerontwikkeling Structuur > Optimale leerontwikkeling Veiligheid > Optimale mensontwikkeling Zelfstandigheid > Samenwerkend leren Betrokken > Optimale mensontwikkeling Identiteit > Katholieke identiteit Wij doen dit door: een Passend onderwijsprogramma te ontwikkelen waar de optimale mens- en leerontwikkeling centraal staat; samenwerkend leren centraal te stellen; veel aandacht te besteden aan het zelfbewustzijn van ieder kind: heb vertrouwen en ken jezelf! veel aandacht te besteden aan mogelijkheden/talenten van kinderen; aandacht voor het individu en voor het individu in relatie tot de ander (groepsactiviteiten); doelgericht, systematisch en opbrengstgericht te werken waarbij niet de methode maar de leerlijnen centraal staan. Wij doen dit in samenwerking met de ouders/verzorgers van de kinderen; Het onderwijsteam leert deze visie vorm te geven door: een professionele houding te ontwikkelen waarbij aandacht is voor verantwoordelijkheid, doelgerichte samenwerking en communicatie; nog meer in te zetten op een zelfbewuste handelingsgerichte houding, waarbij doelgericht denken in kansen en mogelijkheden in onderwijsbehoeften van kinderen voorop staat; effectieve instructievaardigheden en een goede didactische kennis verder uit te bouwen en in te zetten. Visie op opbrengsten van het onderwijs Na acht jaar basisonderwijs op De Dagobert, hebben kinderen geleerd om: Verantwoordelijkheid te nemen voor eigen (leer)proces, voor eigen gedrag, voor omgang met materialen; Zelfstandig te zijn, om zelf oplossingen te zoeken die de voortgang van een proces bevorderen; Respectvol om te gaan met en ieder in zijn eigen waarde te laten; Zelfvertrouwen te ontwikkelen; Samen te werken; Om te gaan met feedback (geven en ontvangen) Mediawijs te zijn; Zichzelf te leren kennen (zelfbewust); Te leren leren; Kritisch en probleemoplossend en creatief te denken. We streven op De Dagobert (zo hoog mogelijke) opbrengsten na m.b.t. met name taal, lezen, rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. We achten het van belang, dat de leerlingen presteren naar hun mogelijkheden, en dat ze opbrengsten realiseren die leiden tot passend (en succesvol) vervolgonderwijs. Onze ambities zijn: De leerlingen realiseren aan het eind van de basisschool de verwachte opbrengsten (op grond van hun kenmerken) voor met name rekenen en taal.
20
De leerlingen realiseren tussentijds de verwachte opbrengsten(op grond van hun kenmerken) voor met name rekenen en taal. De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat verwacht mag worden (op grond van hun kenmerken). Leerlingen ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. De leerlingen doorlopen de basisschool in acht jaar. De leerlingen krijgen een passend advies voor het vervolgonderwijs. De leerlingen presteren naar verwachting in het vervolgonderwijs. Voor een overzicht van de kengetallen (en de analyse daarvan) verwijzen we naar: Overzicht scores eindtoetsen. Overzicht tussentoetsen (kerntoetsen). Overzicht kengetallen m.b.t. leerlingen met een specifieke behoefte. Overzicht kengetallen doorstroming. Overzicht kengetallen adviezen VO. Overzicht kengetallen functioneren VO. We krijgen daardoor zicht op onze sterke punten en op onze verbeterpunten. Op basis van een analyse van de uitkomsten nemen we ieder jaar de gekozen verbeterpunten op in ons jaarplan. Om een goed beeld te krijgen van onze school, verzamelen we daarnaast een aantal kengetallen die feitelijk richtinggevend zijn bij het scoren van de schooldiagnose. Om de eerste indicator (score eindtoetsen) goed te kunnen scoren moeten we weten: Welke kenmerken hebben onze leerlingen? Welke resultaten hebben we gehaald de laatste drie jaar. Zijn de resultaten onder of boven de gestelde (inspectie) normen? Visie op schoolklimaat De zorg voor het pedagogisch klimaat en in het bijzonder de zorg voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen is een speerpunt op onze school. Het welbevinden van onze leerlingen op school en de sfeer in de klas vinden wij als team erg belangrijk. De Kanjertraining kan daaraan een extra bijdrage leveren. In iedere groep wordt de werkwijze vanuit de Kanjertraining toegepast. We willen zorgen voor een goed pedagogisch klimaat op school en richten ons op het vergroten van de sociale vaardigheden en het oplossend vermogen van onze kinderen. Op systematische wijze leren kinderen op een respectvolle, plezierige en veilige manier met elkaar omgaan. Er wordt aandacht besteed aan het bevorderen van zelfvertrouwen en zelfbeheersing. Ook wordt er gewerkt aan het verminderen van agressie en meeloopgedrag. Daarnaast krijgen kinderen handreikingen om op een goede manier om te gaan met de straatcultuur. Bij de Kanjertraining, maar ook daarbuiten, staan de volgende Kanjerafspraken centraal: We vertrouwen elkaar We helpen elkaar Niemand speelt de baas Niemand lacht uit Niemand doet zielig Daarom geven wij de training in alle groepen op onze school. De Kanjertraining in de onderbouw bestaat per leerjaar uit 12 lessen van ongeveer 45 minuten, en in de bovenbouw uit 10 lessen per leerjaar van 90 minuten. De lessen worden in principe om de week gegeven. Naast deze lessen wordt er uiteraard ook op andere momenten aandacht besteed aan kanjergedrag van de leerlingen. De school waarborgt de sociale veiligheid van leerlingen en leraren (werknemers). De school beschikt over een registratiesysteem: de leraar registreert incidenten (met behulp van een format). Een incident wordt geregistreerd als de leraar inschat dat het werkelijk een incident is, of na een officiële klacht. Ons uitgangspunt is natuurlijk dat het klimaat in de groep zodanig is dat kinderen op een positieve manier met elkaar omgaan. Het consequent bespreken van de Kanjerregels is hierbij erg belangrijk, voor zowel binnen als buiten.
21
Mocht een leerling toch enige sturing nodig hebben om zijn/haar gedrag bij te stellen, dan werken we met een stappenplan. Hiervoor wordt verwezen naar het schoolveiligheidsplan. Incidenten worden in eerste instantie afgehandeld door de leraar. Veel is al op te lossen door te zorgen voor een goede communicatie met zowel het kind als de ouders. Als zaken niet opgelost kunnen worden, wordt de directie betrokken bij de afhandeling. De school beschikt over een (interne en externe) contact(vertrouwens)persoon. In de schoolgids worden ouders geïnformeerd over aspecten van sociale veiligheid. De school beschikt over het wettelijk gestelde aantal BHV-ers. De beschikt over een beleidsplan Gezonde School. Veel kinderen hebben overgewicht, eten ongezond en bewegen onvoldoende. Veelal zijn deze kinderen onbekend met wat (on)gezond voor hen is. Gebleken is dat gezonde leerlingen meer kans hebben op goede schoolprestaties. Goede schoolprestaties dragen op langere termijn bij aan een goede gezondheid en maatschappelijk succes. Bovendien bevordert een gezonde werkomgeving de tevredenheid van het schoolpersoneel. Een meerwaarde voor de school is bovendien dat het pedagogische klimaat op school verbetert en de leerprestaties omhoog gaan. Door samen aan een gemeenschappelijk doel te werken wordt de binding van medewerkers en ouders met de school bovendien groter. De Gezonde School-aanpak leidt tot een gezamenlijke visie, structurele inzet en heldere communicatie daarover. Voor meer informatie verwijzen we naar het voedingsplan. Visie op maatschappelijke positionering Contacten met ouders zien wij als zeer belangrijk. Goede communicatie, vertrouwen van ouders in ons onderwijs, betrokkenheid en tevredenheid. Ons team wil ouders vragen mee te denken bij het onderwijs aan hun kinderen. Ouders weten als geen ander, wat hun kind nodig heeft om goed te kunnen presteren en zich prettig te voelen op school. Wij kunnen daar ons voordeel mee doen. We bouwen daarom goede contacten op en staan open voor de mening van anderen. We hebben geplande en ad hoc contacten met ouders over onder meer de ontwikkeling van hun kinderen, de werkwijze in de groepen. Ouders krijgen informatie door middel van (digitale)nieuwsbrieven, website, ouderavonden en informatieavonden. Ook de hulp van ouders bij hand- en spandiensten wordt zeer gewaardeerd. Naast contacten met ouders zijn er ook in de directe omgeving contacten met: de parochie bij onder andere vieringen in de kerk, Eerste Communie, Vormsel, maar ook bij kerkbezoek van de groepen 1/2, 4 en 7. de brede school over bijvoorbeeld activiteiten voor alle kinderen van het scholeneiland. de gemeente over de verkeerssituatie bij de het scholeneiland.
4.3 “Het verhaal van de school” De Dagobert is een katholieke basisschool. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in het onderwijs, waarbij het Christendom leidend is. Elk jaar starten we met een openingsviering die SKOR-breed uitgaat van hetzelfde thema. Op De Dagobert is er elk jaar in de vastentijd een activiteit ten bate van een goed doel. We besteden structureel en expliciet aandacht aan geestelijke stromingen. Hierbij wordt uitgegaan van de methode Trefwoord en leskisten gericht op Christendom, Jodendom, Islam en overige wereldgodsdiensten. We zien een sterke relatie tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving – ontwikkeling sociale vaardigheden) en actief burgerschap en sociale cohesie. De christelijke feesten als Kerstmis, Carnaval en Pasen worden uitgebreid gevierd. In relatie met de leerlingenpopulatie besteedt de school ook aandacht aan de religieuze feestdagen van bijv. de Islam. Voor een overzicht van de regels voor sociaal-emotionele vorming en het gebruik van de leskisten verwijzen we naar het schema identiteit en het beleidsplan burgerschap en integratie, op school aanwezig.
22
4.4 SWOT analyse
Sterkten/intern
Zwakten/intern
1. 2. 3. 4.
1. Ouderbetrokkenheid is klein 2. De spreekvaardigheid (Engels) van het team is onvoldoende 3. Keuzes maken 4. (tussen) opbrengsten 5. Klassikaal onderwijs 6. Werkdruk
Duidelijke structuur, orde en rust Een heel ervaren team met weinig verloop Uitstraling van de school/goed schoolklimaat Uitgebreid cultureel plan met weeksluiting en ruimte voor creativiteit 5. Goed georganiseerde zorg (IB)
SWOT analyse Kansen/extern
Bedreigingen/extern
1. Ouderbetrokkenheid is minimaal 2. Opbrengstgericht werken/monitoring
1. In de nabije toekomst geen mannelijke leerkrachten 2. Krimp in leerlingenaantal, en het wegvallen van collega’s hierdoor 3. Meerdere scholen die Engels voor alle groepen aanbieden 4. Terugloop opleidingsniveau van ouders
Verder kun je hier denken aan: 3. Sociaal maatschappelijke veranderingen
Analyse vanuit de SWOT Omgevingsanalyse Kansen
Kanjertraining, ouderbetrokkenheid, opbrengstgericht werken
Bedreigingen
Het gemiddelde opleidingsniveau ligt op VMBO
Interne analyse Sterk
Duidelijke structuur/klassikaal onderwijs, uitstraling van de school/ goed schoolklimaat, goed georganiseerde zorg (IB)
Zwak
Ouderbetrokkenheid is klein
23
4.5 Strategische keuzes voor onze school Voor een uitgebreide beschouwing verwijzen we naar het strategisch beleidsplan van de SKOR. Dit document is de leidraad voor de strategische keuzes van onze school. Het onderwijs is van enorm belang voor de ontwikkeling van elk kind. Iedere leerling is daarbij uniek en dat houdt voor ons méér in dan alleen dat ene woord. We willen onze leerlingen begeleiden bij de stappen naar een eigen, zelfstandige weg in de samenleving. Natuurlijk is daarbij een stevig onderwijsfundament noodzakelijk. De Dagobert is een katholieke school. Dat betekent voor ons dat we willen werken vanuit de katholieke traditie. Onze stichting, SKOR, is een financieel gezonde organisatie en de scholen zijn goed ingericht. We beschikken over een meerjarenonderhoudsplan en een actueel inrichtingsplan. Op het gebied van personeelsbeleid is op SKOR- niveau een groot aantal beleidsdocumenten ontwikkeld. Met regelmaat worden de beleidsafspraken op hun actualiteit gescreend. Onze doelstellingen zoals die zijn geformuleerd, komen tot uiting in het onderwijsbeleid. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit van het onderwijs in de klas. Dat betekent dat de Dagobert garant staat voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en zich richt op optimale leer- en mensontwikkeling. Ieder kind kan zich in een veilige en uitdagende omgeving veelzijdig ontwikkelen; de zelfstandigheid en de eigen verantwoordelijkheid van ieder kind wordt gestimuleerd vanuit een houding van respect en aandacht voor elkaar. Ontmoeting staat centraal met nadrukkelijk waardering en aandacht voor verschillen tussen kinderen en voor verscheidenheid in de samenleving. De drie belangrijkste pijlers vanuit onze doelstelling voor de komende jaren zijn gekoppeld aan de startegiekaart van de schoolzijn: een zo hoog mogelijke cognitieve vaardigheid, vooral op de kernvakken van ons onderwijs: lezen, taal en rekenen > Optimale leerontwikkeling blijvende aandacht voor de sociaal- emotionele ontwikkeling van het kind, mede d.m.v. de Kanjertraining > Optimale mensontwikkeling aandacht voor de cultuur en creativiteit van kinderen > Optimale mensontwikkeling modern klasikaal onderwijs, waarin zelfstandigheid en samenwerkend leren de aandacht heeft > Modern klassikaal onderwijs/samenwerkend leren Engels groep 1 t/m 8 > Engels voor alle kinderen Aandacht voor de digitalisering in het onderwijs, waarin we aansluiten op de ontwikkelingen > Rijke, digitale leeromgeving
4.6 Strategiekaart school Waar staan we over vier jaar? De Dagobert 2015/19 Optimale mensontwikkeling
Digitale leerschool
Modern klassikaal onderwijs
Rijke, digitale en aantrekkelijke leeromgeving
Partnerschap ouders
Zelfbewuste HGW-houding en kennis leerlijnen
24
Optimale leerontwikkeling
Samenwerkend leren
Engels voor alle kinderen
Katholieke Identiteit
Passende onderwijsarrangementen
Systematisch en opbrengstgericht werken
Samenwerking scholeneiland
Hoge tevredenheid inspectie
Goede didactische kennis (instructie)
Professioneel handelen en vitaliteit
Kanjertraining BOF
SKOR.NU’
Kennis samenwerkend leren en kanjertraining
5
Toekomst
Er veranderd veel in het onderwijs. De maatschappij wordt steeds complexer. De digitalisering neemt toe. Er komen steeds meer vragen op het onderwijs af, de ontwikkeling van nieuwe onderwijsconcepten is in volle gang, kinderen ontwikkelen zich anders dan vroeger, de rol van ouders verandert. In deze paragraaf wordt een aantal van deze ontwikkelingen die belangrijk zijn voor onze school in beeld gebracht.
5.1
Demografische ontwikkelingen
Een belangrijke demografische ontwikkeling is de daling van het bevolkingsaantal ten gevolge van ontgroening, vergrijzing en een negatief migratiesaldo. Door deze ontwikkeling krijgt Nederland de komende jaren te maken met een sterke daling van het aantal leerlingen. Steeds meer regio’s krijgen er nu mee te maken. Uit verschillende prognoses blijkt dat deze daling de komende jaren blijft voortduren en in enkele regio’s zelfs meer dan 20 procent zal bedragen. Aangezien deze demografische ontwikkeling direct invloed heeft op de leerlingenaantallen heeft het ook gevolgen voor de bekostiging en de organisatie en daarmee ook voor de inzet van het personeel. Op de Dagobert hebben we de afgelopen jaren een kleine krimp gezien. De krimp is zo minimaal, dat het weinig invloed heeft op de bekostiging en de organisatie. Dit schooljaar zal er nog eenmalig een teruggang zijn in het leerlingenaantal. Daarna blijft het stabiel en is lichte groei de prognose. Naast deze ontwikkeling zien we ook de bevolkingssamenstelling veranderen, waardoor de diversiteit aan leerlingen toeneemt. Niet alleen de culturele achtergrond van de leerlingen, maar ook de sociaaleconomische achtergrond zorgt voor grote verschillen. We zien dit ontstaan doordat meerdere gezinnen faciliteiten gebruiken via de stichting Leergeld om bijv. het schoolreisje te kunnen bekostigen.
5.2 Economische ontwikkelingen De economische crisis heeft ook zijn weerslag op de financiële situatie in het primair onderwijs. Basisscholen kampen al jaren met ‘stille’ bezuinigingen. De kosten per leerling in de sector stijgen al enige jaren harder dan de bekostiging per leerling. Daarnaast zien we ook een afname van het aantal kinderen, een lagere bezetting betekent een hoger kostenniveau per kind. Een belangrijke trend die jaren geleden is ingezet en welke voor het onderwijs diverse gevolgen heeft is internationalisering, ook wel globalisering. De maatschappij beweegt zich meer en meer in internationaal vaarwater als gevolg van de ontwikkeling van moderne technologie. Handelsstromen worden internationaler en producten worden daar geproduceerd waar dat financieel het beste uitkomt. Zeker voor een klein land als Nederland heeft dit grote invloed. Een van de gevolgen van de globalisering is dat Nederland zich wil profileren als kennis- en diensteneconomie om zo een goede concurrentiepositie te behouden ten opzichte van andere landen. Dit betekent dat het beschikken over vernieuwende kennis belangrijker wordt, maar ook de vaardigheid om snel kennis te verwerven. In ons onderwijs willen we hierop aansluiten door Engels aan te bieden vanaf groep 1 t/m 8. Daarnaast proberen we kinderen voor te bereiden op de toekomst door verschillende vormen van samen werking aan te leren, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Ook willen we kinderen een basis mee geven van vertrouwen. We streven naar een optimale mens- en leerontwikkeling, waarmee onze leerlingen als wereldburger kunnen functioneren.
25
5.3 Politieke ontwikkelingen De inbreng van de overheid is steeds groter geworden. Aan het begin waren het vooral veranderingen in de structuur van de school. Een voorbeeld daarvan is de totstandkoming van de basisschool. Sinds het einde van de twintigste eeuw zijn het meer inhoudelijke en didactische wijzigingen. De politiek let ook scherp op de onderwijskwaliteit en de aandacht voor burgerschap, achterblijvers en getalenteerde kinderen. Als school blijf je veranderen, dat komt omdat we midden in de samenleving staan. Onderwijs veranderingen zijn direct gelinkt aan ontwikkelingen in de maatschappij, de cultuur en de wetenschap. Onderwijsontwikkeling omvat het blijvend werken aan kwaliteitsverbetering en het doorvoeren van kleine of grote wijzigingen. Soms aangestuurd door de overheid, maar de school zelf heeft ook initiatieven genomen. Bij het doorvoeren van veranderingen is het belangrijk om rekening te houden met de volgende zaken: De strategie. Daarbij gaat het om de kernwaarden en de doelen die we als school willen realiseren. De structuur. Dit behelst de verdeling van taken en verantwoordelijkheden. De cultuur. Dit is het totaal van gedragingen; normen en waarden, overtuigingen, mogelijkheden en ervaringen. Het leervermogen van de teamleden en de organisatie. Dit heeft te maken met de competenties van de leerkrachten, maar ook door de schoolcultuur. Openheid ten opzichte van nieuwe ontwikkelingen is belangrijk. Leiderschap. Om het proces goed te laten verlopen, zijn bepaalde leiderschapskwaliteiten nodig, zoals een duidelijke visie, openheid en het goed kunnen communiceren en omgaan met weerstanden. Sinds de invoering van de ouderparticipatie is de rol van ouders bij onderwijsontwikkeling ingrijpend veranderd. Ze kunnen nu meedenken, meepraten en zelfs betrokken zijn bij het nemen van besluiten. Het is onmogelijk om onderwijsontwikkelingen te realiseren zonder de betrokkenheid van ouders. Ouders worden er op verschillende manieren bij betrokken: Ze kunnen geïnformeerd worden via een nieuwsbrief. Ze kunnen meedenken en meepraten in bijeenkomsten, zoals een klankbordgroep. Ze kunnen meebeslissen via de medezeggenschapsraad. Begin jaren negentig is er een brede beweging op gang gekomen die streeft naar deregulering van het onderwijsbeleid. De sinds die periode ingezette decentralisatie heeft tot twee feitelijk tegengestelde ontwikkelingen geleid. In bestuurlijk opzicht is er meer ruimte voor scholen en schoolbesturen gekomen (autonomie). In onderwijsinhoudelijk opzicht is diezelfde ruimte flink ingeperkt door wet- en regelgeving op het terrein van prestaties en centrale toetsing en examinering, die direct raakt aan de inrichting van het onderwijsproces in de scholen. Ook het toezicht op individuele scholen is aangescherpt. Deze tegengestelde ontwikkeling leidt tot een spanning tussen legitimiteit (draagvlak) en effectiviteit van beleid. De overheid is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en centrale sturing moet deze kwaliteit waarborgen, maar door te veel standaardisering kan diversiteit en eigenheid verloren gaan. Juist voor scholen is het belangrijk dat er ruimte is voor diversiteit, gezien de uiteenlopende eisen, behoeften en verwachtingen van de diverse partijen. Om hierop in te kunnen spelen is flexibiliteit van groot belang.
5.4 Ecologische ontwikkelingen De groei van de wereldbevolking en de welvaart van de mensen zorgen voor een toenemende druk op het milieu. De manier waarop de mensheid leeft en wil leven heeft veel invloed gehad op het milieu, maar vooral de laatste 50 jaar wordt duidelijk dat de ruimte voor (milieuonvriendelijke) menselijke activiteiten begrensd is. Het besef is ontstaan dat duurzame oplossingen nodig zijn om vraagstukken op het gebied van klimaatverandering, sociale ongelijkheid, aantasting van ecosystemen en biodiversiteit, wereldwijde armoede, gebrek aan onderwijs en gezondheidszorg voor miljarden mensen op te lossen. We zien duurzame ontwikkeling steeds meer op de agenda van Nederlandse overheden, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties staan. Ook het onderwijsveld wordt aangesproken op haar maatschappelijke verantwoordelijkheid om
26
kinderen te leren over duurzaamheid. Dit betekent dat kinderen leren om een probleem van verschillende kanten te bekijken, daarbij te letten op zowel sociale, ecologische en economische aspecten en daarna te werken aan oplossingen vanuit eigen afweging en keuzes. Tevens in de huisvesting van het primair onderwijs is duurzaamheid een belangrijk agendapunt geworden. In de afgelopen jaren zijn diverse methodieken ontwikkeld waaraan de duurzaamheid van scholenbouw kan worden getoetst en gecertificeerd. Aandacht besteden aan duurzame ontwikkeling kun je behalve in de lessen tijdens wereldoriëntatie, ook op de school als geheel. Dit komt met collega’s tot stand en kun je gezamenlijk verder uitbouwen. Het schoolgebouw is een concreet aangrijpingspunt. We hebben samen afspraken gemaakt over de dagelijkse gang van zaken: het water- en elektriciteitsverbruik, over het omgaan met afval, de manier waarop er met papier en andere materialen wordt omgegaan, over de inrichting en het gebruik van het schoolplein. We betrekken kinderen hierbij, zodat we samen komen tot een evenwichtige bijdrage.
5.5 Sociaal- culturele ontwikkelingen Sinds de jaren zestig is de samenleving meer individualistisch geworden. Voor die tijd lag de levensloop van de meeste mensen grotendeels vast. Er was een duidelijk kader van normen en waarden waarbinnen mensen zich begaven. Met de ontkerkelijking en het verdwijnen van de traditionele verzuilde politieke en maatschappelijke structuren, waarbij ook de welvaart en de scholingsmogelijkheden toenamen, ontstaan voor mensen meer keuzemogelijkheden. We gaan in de huidige tijd meer uit van de behoeften en ontwikkelingsmogelijkheden van het individu en een begeleiding op maat. Onze industrieel vormgegeven opvang- en onderwijssector sluit wat dat betreft minder goed aan bij de huidige samenleving, waar meer persoonlijke aandacht en begeleiding op maat wordt gevraagd. Bovenstaande ontwikkelingen hebben tevens hun weerslag gehad op de motieven achter de schoolkeuze. Religieuze en levensbeschouwelijke motieven worden minder vaak genoemd voor de keuze voor een school dan voorheen. Ouders vinden in toenemende mate de kwaliteit van onderwijs belangrijk. Daarnaast kijken ze vooral wat een school als extra aanbod heeft. Voor de Dagobert geldt dat de structuur, het onderwijs, het Engels van groep 1 t/m 8 en de cultuur zaken zijn waarom ouders voor onze school hebben gekozen. Ook kijken ze naar de voorbereiding op het vervolgonderwijs, naar de aandacht voor sociale vaardigheden, naar sfeer en naar de mate waarin het onderwijs naar de zin van het kind is. Veel ouders zien onderwijs als een onmisbare schakel in de persoonlijke ontwikkeling en vorming van hun kind. Onderwijs is een van de weinige socialiserende instituties waarvan de maatschappelijke betekenis eerder toe- dan afgenomen is. Dit heeft er toe geleid dat het onderwijs aanspreekpunt is geworden voor de aanpak van tal van maatschappelijke problemen, terwijl die niet allemaal direct tot de kerntaken van het onderwijs behoren. Het proces van individualisering heeft geleid tot hogere verwachtingen van het onderwijs. Bovendien worstelen ouders met het combineren van werk, opvoeding en zorgtaken. Tegelijk is het sociale netwerk rond gezinnen verzwakt. De betrokkenheid van de buurt en de familie bij de opvoeding is minder vanzelfsprekend geworden. Door dit veranderend opvoedingsregime is de druk op het onderwijs toegenomen.
5.6 Technologische ontwikkelingen Technologische ontwikkelingen hebben de afgelopen jaren een grote invloed gehad op onze maatschappij. De mogelijkheden om te kunnen communiceren en de hoeveelheid beschikbare informatie zijn in korte tijd flink toegenomen. Informatietechnologie is tegenwoordig als integraal deel van ons dagelijks leven verankerd in veel producten. We leven in een technologische omgeving en moeten ons aanpassen aan de snelheid waarmee die omgeving verandert. Hoe gemakkelijk we zeer snel en op zeer verschillende plaatsen toegang kunnen krijgen tot grote hoeveelheden informatie is ook een kwestie van onderwijs. Scholen moeten deze ontwikkelingen bijbenen door de kennis en vaardigheden van leerkrachten te verbeteren en met het onderwijs in te spelen op de digitale omgeving van de leerlingen. Het internet opent nieuwe mogelijkheden en horizonnen, ook op educatief vlak. De vooruitgang van ICT verbetert continu de mogelijkheden om te netwerken, op afstand te leren en zelfstandig te leren. Door het onderwijs aan te laten sluiten bij de ontwikkelingen hebben we op de Dagobert
27
een leerlijn ICT vastgelegd. We werken daarvoor in een apart computerlokaal. Maar ook in de hallen en in alle groepen bevinden zich computers. Bij een aantal methoden behoort digitale verwerking als vast onderdeel in de doorgaande lijn. Door gebruik te maken van lessen mediawijsheid leren we kinderen hoe en waar ze moeten zoeken naar informatie en wat de veilige weg is van het internet. We werken vanuit de doelen van het ICT-beleidsplan.
28
6
Onderwijs
We maken ons er sterk voor dat iedere leerling het onderwijs en de zorg krijgt die het nodig heeft om de eigen talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Passend Onderwijs stimuleert ons te denken vanuit mogelijkheden van leerlingen in plaats vanuit beperkingen. Als SKOR school richten wij ons op de brede ontwikkeling van leerlingen en op de juiste balans tussen alle competenties. Leren is ontzettend belangrijk en tegelijkertijd moet het ook gewoon fijn zijn om te doen. Kinderen moeten graag naar school gaan in een veilige leeromgeving. Vernieuwende onderwijsprogramma’s worden ontwikkeld, waarbij we heldere afspraken met elkaar maken over verwachte opbrengsten. Kinderen gaan indien mogelijk in de eigen wijk naar school en daarom hebben onze scholen ook een sociale functie in de wijk. Ouders en instanties om de school zien we als ketenpartners.
6.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? Zie bijlage 1 voor Analyse QuickScan en ouderenquête.
6.2 Wat willen we bereiken? Dit deel omschrijft een nadere uitwerking van de strategische doelen van SKOR op het beleidsterrein Onderwijs. Op het beleidsterrein Onderwijs hebben wij de volgende strategische doelstellingen: 1. Versterking van het zelfverantwoordelijk leren 2. Een passend onderwijsarrangement bieden 3. Ontwikkeling van dagarrangementen op schooleilanden 4. Bevorderen, leren en beoordelen van 21th century skills 5. Werken vanuit een duidelijke Katholieke identiteit 6. Het aangaan van educatief partnerschap 1. Versterking van het zelfverantwoordelijk leren > Samenwerkend leren Het leren is erop gericht om zo zelfstandig en verantwoordelijk mogelijk deel te kunnen nemen aan de maatschappij van de toekomst. Daarbij past een manier van leren en onderwijs die de ontwikkeling van deze talenten stimuleert. SKOR leerlingen worden, ieder op eigen niveau, uitgedaagd zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun leren. Schoolspecifieke doelstellingen samen werkend leren Kinderen leren van en met elkaar en kunnen elkaar uitleg geven en vragen. Kinderen leren van en met elkaar door vaste samenwerkingsstructuren toe te passen. Kinderen zijn uiteindelijk in staat om zonder begeleiding van de leerkracht de vaste samenwerkingsstructuren te gebruiken. 2. Een passend onderwijsarrangement bieden > Passende onderwijsarrangementen Eén van de grootste uitdagingen gedurende de looptijd van dit strategisch beleidsplan is de invoering van de wet Passend Onderwijs. De visie achter de operatie Passend Onderwijs sluit goed aan bij de onderwijsvisie van SKOR: leerlingen stimuleren zich maximaal te ontwikkelen op talenten. SKOR gaat daarbij uit van het principe ‘inclusief waar mogelijk, exclusief waar nodig’. Door de verandering van het systeem van probleemgerichte indicatiestelling naar een systeem van benoeming van ondersteuningsbehoefte bij talentontwikkeling, wordt beter aangesloten bij de individuele behoefte van leerlingen.
29
Schoolspecifieke doelstellingen Passende onderwijsarrangementen Een doorlopende leerlijn en passend aanbod voor de meer-en hoogbegaafde leerling. De Dagobert biedt voor leerlingen een passend onderwijsarrangement, waar mogelijk thuisnabij, dat ruimte geeft voor brede ontwikkeling en maximale ontplooiing. In samenwerking met de plusconsulent wordt gekeken naar aanpassingen per individu, zodat lln. die toegelaten kunnen worden tot het SBO toch op te vangen zijn in het reguliere basisonderwijs. 3. Het aanbieden van dagarrangementen op schooleilanden > Samenwerking scholeneiland Als onderdeel van de ontwikkeling richting integrale kindcentra, zal in de komende beleidsperiode kritisch gekeken worden naar de opbouw van het totale dagarrangement voor leerlingen. Hiermee willen wij de brede ontwikkeling van leerlingen stimuleren, maar ook tegemoet komen aan de behoeften/ wensen van ouders. Tijdens deze periode zullen wij onderzoeken hoe wij daar vorm en inhoud aan kunnen en willen geven. Schoolspecifieke doelstellingen samenwerking scholeneiland De school streeft naar een optimale samenwerking met de andere scholen op het eiland en werken toe naar een ‘Brede school’ De relatie is er een van vertrouwen in elkaars rol en in elkaars bedoelingen. 4. Bevorderen, leren en beoordelen van 21th century skills > Modern klassikaal onderwijs SKOR ziet digitalisering in het onderwijs en gebruik van internet als krachtig middel bij het leren. Door de inzet hiervan kan het onderwijs aan effectiviteit, zeggingskracht en flexibiliteit winnen. SKOR zoekt naar nieuwe leervormen, waarbij de verbinding tussen professionals/ leraren en leerlingen op dit terrein grote kansen biedt. Deze beleidsperiode zullen wij gebruiken om te komen tot gezamenlijk gedragen standpunten en inzichten. Tevens zal er voldoende tijd moeten zijn voor de vertaling van innovaties naar het onderwijs en het leren van elke dag. Een bijzondere mogelijkheid om ook bij leerlingen het onderzoekende en innovatieve denken te stimuleren is gelegen in het vakgebied Wetenschap en Techniek. Om deze reden willen wij leerlingen en medewerkers ook op dit vlak ervaring laten opdoen. Schoolspecifieke doelstellingen rijke, digitale leeromgeving De school beschikt over een goed toegankelijk draadloos netwerk waarin verschillende digitale middelen (ipads en/of laptops) flexibel gebruikt kunnen worden door kinderen. De school beschikt over voldoende licenties/software waardoor de kinderen de beschikking hebben over (veilige) bronnen. 5. Werken vanuit een duidelijke Katholieke identiteit > Katholieke identiteit Vorming van identiteit en persoonlijke ontwikkeling is in SKOR scholen van groot belang, naast het leren van cognitieve, culturele en sociale vaardigheden. De identiteit van SKOR is gericht op het leggen van verbindingen. SKOR gaat uit van een samenleving waarin sprake is van een veelvoud aan levensbeschouwingen en van de verschillende persoonlijke wijzen waarop deze levensbeschouwingen gestalte krijgen. Vanuit onze katholieke identiteit, op een eigentijdse wijze vormgegeven, verbinden wij deze levensbeschouwingen met elkaar. Waarden en normen geven richting aan. Iedere leerling ontwikkelt een persoonlijke identiteit. De school ondersteunt de leerling bij het zoeken naar deze identiteit. In het kader van de katholieke identiteit worden gericht middelen en rituelen aangereikt, bijvoorbeeld vieringen, gebaseerd op de katholieke traditie, als rode draad. De vieringen en rituelen maken de levensbeschouwing en de verbindingen tussen de verschillende levensbeschouwingen zichtbaar en bespreekbaar. Schoolspecifieke doelstellingen De Dagobert is een katholieke basisschool. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in het onderwijs, waarbij het Christendom leidend is. Elk jaar starten we met een openingsviering die SKOR-breed uitgaat van hetzelfde, jaarlijks wisselend, thema. Op De Dagobert is er elk jaar in de vastentijd een activiteit ten bate van een goed doel. We besteden structureel en expliciet aandacht aan geestelijke stromingen. Hierbij wordt uitgegaan van de digitale methode Trefwoord en leskisten gericht op Christendom, Jodendom, Islam en overige wereldgodsdiensten.
30
We zien een sterke relatie zien tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving – ontwikkeling sociale vaardigheden) en actief burgerschap en sociale cohesie. De christelijke feestdagen als Kerstmis en Pasen worden uitgebreid gevierd. In relatie met de leerlingenpopulatie besteedt de school ook aandacht aan de religieuze feestdagen van bijv. de Islam. 6. Het aangaan van educatief partnerschap > Partnerschap ouders Volgens onze visie is een school een open ontmoetingsplaats. Een knooppunt van mensen, een samenkomst van betrokkenen. Daarbij is sprake van wederzijdse versterking. Enerzijds wordt het leren versterkt door brede inbreng en betrokkenheid. Anderzijds wordt de samenhang in de samenleving versterkt door het bieden van een punt voor ontmoeting, uitwisseling en groei/begeleiding. ‘Leren in verbinding’. Schoolspecifieke doelstellingen Partnerschap ouders/verzorgers Tevredenheidsmeting ouders Tevredenheidsmeting leerlingen De school stelt zich op de hoogte van de opvattingen en de verwachtingen van ouders over het onderwijs en houdt daar rekening mee De school informeert ouders over de kenmerken van en actuele gang van zaken op school De leraren laten zich informeren over de opvattingen en bevindingen van ouders over de ontwikkeling van hun kind op school en thuis. De leraren informeren ouders regelmatig over de voortgang in de ontwikkeling van hun kind De leraren stimuleren onderwijsondersteunend gedrag van ouders in de thuissituatie. De school informeert ouders over de pedagogische lijn binnen het dagprogramma, legt uit waarom ze voor een bepaalde aanpak kiest en gaat met ouders in gesprek over de pedagogische lijn van de school, gerelateerd aan gedrag en houding van de leerling.
6.3 Het onderwijs op onze school De school hanteert de kerndoelen bij haar onderwijsactiviteiten als aan het eind van het basisonderwijs te bereiken doelstellingen. Kerndoelen geven een beschrijving van kwaliteiten van leerlingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden. Indien dit niet kan worden toegepast voor een leerling vanwege zijn handicap, wordt in het ontwikkelingsperspectief aangegeven welke vervangende onderwijsdoelen worden gehanteerd. Onze school heeft een aantal principes vastgesteld voor kwalitatief goed onderwijs. We werken doelgericht met methodes en hanteren daarbij de leerlijnen als uitgangspunt. We streven een ononderbroken ontwikkeling na. Dat betekent dat we leerlingen volgen via een volgsysteem voor methode gebonden toetsen en niet-methode gebonden toetsen. Ten aanzien van ons onderwijs zoeken we naar een goede balans tussen de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling, de sociaal/ emotionele en creatieve ontwikkeling van de kinderen. We streven ernaar ons onderwijs zo effectief mogelijk te laten verlopen. Van belang zijn de volgende aspecten: Een plezierig pedagogisch klimaat waarin regels, respect, stimuleren en uitdagen van belang zijn De leertijd wordt effectief besteed Het leren van de leerlingen staat centraal De leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken Leerlingen die extra aandacht nodig hebben krijgen hulp, bijv. aan de instructietafel Er wordt gewerkt met het directe instructie model (DIM) De leraren passen hun onderwijs aan gelet op de kwaliteiten van een kind, een groepje of de groep als geheel De leraren werken opbrengstgericht Leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen Begeleiding van de zelfstandigheid en motivatie: planbord, dag- en weektaken en huiswerk De leraren zetten waar mogelijk aan tot het werken met (behulp van) ICT-middelen De zorg en begeleiding is een onderdeel van het handelen van de leraren
31
De school hanteert de kerndoelen bij haar onderwijsactiviteiten als aan het eind van het basisonderwijs te bereiken doelstellingen. Kerndoelen geven een beschrijving van kwaliteiten van leerlingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden. Indien dit niet kan worden toegepast voor een leerling vanwege zijn handicap, wordt in het ontwikkelingsperspectief aangegeven welke vervangende onderwijsdoelen worden gehanteerd. Voor beschrijving van de specifieke vakgebieden, zoals Nederlandse taal, rekenen/wiskunde, Oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en Engels, verwijs ik naar bijlage 2. Hoog- / meerbegaafde leerlingen Wij vinden het belangrijk om meer- en hoogbegaafde leerlingen zo vroeg mogelijk te signaleren. Op de Dagobertschool gebruiken we het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid (DHH). Het DHH is een geïntegreerd instrument voor leerkrachten en intern begeleiders t.b.v. de begeleiding van meer- en hoogbegaafde leerlingen. Het protocol is zo opgebouwd dat na het proces van signalering en diagnostiek iedere leerkracht zelfstandig de leerlingen van de doelgroep kan begeleiden. Het DHH omschrijft de stappen die genomen dienen te worden om informatie te verzamelen en te verwerken, geeft een interpretatie van de ingevoerde gegevens en geeft handelingssuggesties daar waar nodig is. De leerling krijgt in de eigen groep een aangepast leerstofaanbod aangeboden. Dit gebeurt d.m.v. compacting en verrijking volgens de richtlijnen van het DHH. We willen de meer- en hoogbegaafde leerling zoveel mogelijk met hetzelfde vakgebied als de andere leerlingen bezig laten zijn. Dit betekent dat er voor de leerling een verplicht verrijkingsaanbod wordt gerealiseerd. Het verrijkingswerk is geen extra werk, maar komt in plaats van het reguliere werk en wordt als zodanig ook beoordeeld en vastgelegd in het schoolverslag. Kinderen die meer aankunnen krijgen leerstof via de digitale leerschool. Voor meer informatie verwijzen we naar het beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid. ICT-onderwijs De afgelopen jaren heeft het ICT-onderwijs nadrukkelijk de aandacht gehad. Uiteraard hebben we ervoor gezorgd dat de infrastructuur op onze school up-to-date is. De ICT-commissie op school bestaat uit een ICT-coördinator, ICT-werkgroepleden vanuit het team. Zij verdiepen zich inhoudelijk in de mogelijkheden van informatietechnologie en de toepasbaarheid op onze school. We beschikken over een eigen website; http://www.dagobertschool.nl Deze site is een belangrijke bron van informatie overdracht. Op het hoofdgebouw hebben we een eigen computerlokaal met 14 leerling computers. Hier wordt middels een rooster gewerkt aan o.a. de eigen vaardigheden van de leerlingen. Voor een gedetailleerd overzicht van onze ambities op ICT-gebied en de wijze waarop we dat willen realiseren verwijzen wij graag naar het ICT-beleidsplan voor De Dagobert. Leertijd Op onze school willen we de leertijd effectief besteden, omdat we beseffen dat leertijd een belangrijke factor is voor het leren van onze leerlingen. We proberen daarom verlies van leertijd te voorkomen. Ook willen we ze voldoende leertijd geven om zich het leerstofaanbod eigen te maken. In principe trachten we zo alle leerlingen in acht jaar de einddoelen basisonderwijs te laten halen. Om dit doel te behalen zorgen we voor: Leraren zorgen voor een effectief klassenmanagement (voorkomen verlies leertijd) Leraren hanteren heldere dag- en weekroosters. Leraren plannen extra tijd voor taal, lezen en rekenen. Leraren variëren de hoeveelheid leertijd afhankelijk van de onderwijsbehoeften. Er wordt enkele minuten voor 8.30 uur en 13.00 uur door de pleinwacht geklapt. Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen Op onze school hechten we veel waarde aan zelfstandigheid van de leerlingen. Naast zelfstandigheid vinden we het belangrijk om de eigen verantwoordelijkheid van onze leerlingen te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend, dat autonomie en eigen verantwoordelijkheid niet betekent, dat de leraren de leerlingen te snel en te gemakkelijk loslaten. Leraren begeleiden de leerprocessen en doen dat “op maat”: leerlingen die (wat) meer sturing nodig hebben, krijgen dit ook.
32
Kernwoorden zijn: zelf ontdekken, zelf kiezen en rooster doorbrekend werken a.d.h.v. de weektaak en vanaf groep 8 noteren de leerlingen de taken in hun schoolagenda. Hierin ligt een belangrijke taak van de leerkrachten; door al in groep 1-2 te beginnen met het stimuleren van de autonomie, groeien kinderen door tot burgers die zelfstandig kunnen fungeren in de maatschappij. Voor een meer concrete uitwerking verwijzen we naar het document actieve en zelfstandige rol van de leerlingen.
6.4 Kinderen die extra zorg behoeven Onder zorg en begeleiding verstaan we alle extra maatregelen die nodig zijn om een zo intensief mogelijke zorg voor onze leerlingen te kunnen realiseren. Deze maatregelen kunnen zowel op pedagogisch als didactisch gebied liggen. Onze school besteedt veel aandacht aan de zorg en begeleiding van de leerlingen. De ontwikkeling van de leerlingen wordt gevolgd met behulp van Cito-toetsen (cognitief) en KANVAS (sociaal-emotioneel). De toetsresultaten beschouwen we als indicatief. Het totaalbeeld van de leerling zoals dat in het zorgoverleg tussen IB en leraar aan de orde komt bepaalt de onderwijsbehoefte van de leerling. Bij de zorgverbreding werken we planmatig aan het: signaleren binnen de groep d.m.v. zowel methodegebonden als methode onafhankelijke toetsen, analyseren en diagnosticeren a.d.h.v. gemaakte toetsen en observaties in samenspraak met de IB. Hier wordt bekeken of een kind extra hulp buiten de groep nodig heeft (RT) of er nader didactisch onderzoek plaats moet vinden of dat hulp binnen de groep mogelijk is a.d.h.v een handelingsplan, remediëren binnen of buiten de groep, evalueren. De leraar is de centrale figuur bij zorg en begeleiding. Het is de verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht om tijdig de IB in te schakelen en de ouders van de vorderingen van hun kind op de hoogte te stellen. De intern begeleider heeft een coördinerende taak. Voor een meer concrete uitwerking verwijzen we naar het document zorgbeleid. Indien bovengenoemde zorg onvoldoende resultaat oplevert, wordt externe hulp ingeschakeld. Op De Dagobert streven we ernaar, dat iedere leerling zich ononderbroken kan ontwikkelen en ontplooien. In het schooljaar 2010-2011 zijn we gestart met handelingsgericht werken. Er wordt gewerkt met groepsplannen. Binnen de groepsplannen houden we oog voor het individuele kind. De zorg richt zich op meerdere leerlingen die op een eigen wijze zorg behoeven. In de eerste plaats focust de zorg zich op de leerlingen met een CITO LVS D- en E-leerlingen en daarnaast besteden we bij de zorg en begeleiding aandacht aan de leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Denk hierbij aan meerbegaafde kinderen, maar ook aan kinderen met faalangst of een specifieke diagnose. De ontwikkeling van de leerlingen wordt op een goede en systematische wijze gevolgd. Passend onderwijs in onze school Wij zorgen ervoor dat onze leerlingen de onderwijsondersteuning krijgen die zij nodig hebben om zich zo goed mogelijk te kunnen ontwikkelen en daarbij de kerndoelen behalen van het basisonderwijs. Dit doen we in samenspraak met de ouders en/of verzorgers. Pas als de hulpvraag van de leerling de mogelijkheden van onze school aantoonbaar te boven gaat, zoeken we naar een andere meer passende onderwijsvoorziening voor deze leerling. We werken hiervoor optimaal samen met de andere basisscholen, de scholen voor speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs in het BePO samenwerkingsverband. Door intensief samen te werken zorgen we ervoor dat elke leerling zo dicht mogelijk bij de eigen leefomgeving de onderwijsondersteuning krijgt die zij of hij nodig heeft. Onze mogelijkheden Wij kunnen in onze school veel doen om de leerlingen passend onderwijs te bieden. Wij beschikken over diverse mogelijkheden om goed onderwijs voor alle leerlingen te bieden en extra ondersteuning voor de leerlingen die dit nodig hebben. Wij kunnen veel doen maar niet alles. Sommige leerlingen hebben hele specialistische ondersteuning nodig vanuit een (zeer) specifieke onderwijs-
33
behoeften. Hier lopen wij in onze school tegen grenzen aan. We beschrijven hieronder wat we in onze school kunnen bieden en waar hierbij onze grenzen liggen. We beschrijven wanneer de hulpvraag van de leerling de mogelijkheden van onze school aantoonbaar te boven gaat. Dit markeert de situatie waarbij we in samenspraak met ouders (verzorgers) op zoek gaan naar een andere meer passende leeromgeving voor de leerling. Wij bieden basisondersteuning aan onze leerlingen In onze school bieden wij onze leerlingen basisondersteuning. Deze is erop gericht dat elke leerling zich in een ononderbroken proces kan ontwikkelen en daarbij de kerndoelen van het basisonderwijs behaalt. Basisondersteuning bestaat uit het onderwijsprogramma (leerstof-aanbod, didactische aanpak, pedagogische aanpak, klassenmanagement, schoolklimaat) dat wij voor de leerlingen verzorgen inclusief de daarmee samenhangende ondersteuning. Ons schoolteam voert de basisondersteuning uit. Concreet houdt dit in dat de groepsleerkracht in samenwerking met de andere leden van het schoolteam onderwijs en ondersteuning geeft aan een groep leerlingen. Deze ondersteuning is verder uitgewerkt. Verwezen wordt naar de tekst in het SOP (schoolondersteuningsprofiel).
6.5 Onderwijskwaliteit Op onze school gebruiken we eigentijdse methodes die voldoen aan de kerndoelen. De methodes worden bij de hoofdvakken integraal gebruikt door de leraren. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van methodeonafhankelijke en methodegebonden toetsen. In het algemeen sluit de leerstof goed op elkaar aan. Er worden duidelijke afspraken gemaakt om de doorgaande lijn van groep 1 t/m groep 8 te garanderen. Er wordt rekening gehouden met relevante verschillen tussen leerlingen in de verschillende groepen. We werken met dag- en weektaken en geven huiswerk mee. We werken handelingsgericht gebruiken daarbij groepsplannen voor spelling, lezen(technisch en begrijpend) en rekenen. De rode lijn van groep 1 t/m groep 8 staat centraal. Op schoolniveau hanteren we de volgende instrumenten om de kwaliteit van de leerlingen te meten: methodegebonden toetsen; VLL toetssite groep 3; leerlingvolgsysteem van het CITO; toetskalender en leerlingbesprekingen; cyclus handelingsgericht werken; opbrengstgesprekken; eindtoets basisonderwijs; tevredenheidsonderzoeken leerlingen; Kanvas, leerlingvolgsysteem sociale-emotionele ontwikkeling; ESIS, leerlingvolgsyteem/OPP/groepsplannen; Digitaal rapport.
6.6 Meerjarenplanning”Onderwijs” Schema Vakken – Methodes – Toetsinstrumenten
34
Vak
Methodes
Toestinstrument
Taal
Kleuterplein Veilig Leren Lezen Taal op Maat
CITO – Taal voor kleuters groep 1-2 Methodegebonden toetsen groep 4 t/m 8. In 20152016 starten we met de nieuwe versie van Taal op Maat Spelling voor de groepen 4 t/m 7.Groep 8 start een jaar later. CITO – Spelling groep 4 t/m 8 (M8), groep 3 3.0 CITO – Spelling WW E7 en M8 CITO – Eindtoets
vervolg meerjarenplanning ‘Onderwijs’
Vak
Methodes
Toestinstrument
Lezen
Veilig Leren Lezen Nieuwsbegrip XL Lekker lezen
Toest beginnende geletterdheid groep 1-2 (zonder woordenschat en letterkennis) TAK (voor individuele leerlingen) groep 1-2 Methodegebonden toetsen VLL groep 3 CITO – DMT groep 3 t/m 8 AVI 2009 groep 3 t/m 8 Protocol Leesproblemen – Dyslexie CITO eindtoets
Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip XL Lekker Lezen
Methodegebonden toetsen groep 5 t/m 8 CITO BL groep 4 t/m 8
Rekenen
Kleuterplein Wereld in getallen Maatwerk
CITO – Rekenen voor peuters en kleuters 1-2 Methodegebonden groep 3 t/m 8 CITO – Rekenen en Wiskunde groep 5 t/m 8 (M8), groep 3 en 4 3.0 CITO eindtoets
Engels
Take it easy vanaf groep 1 t/m 8
Methodegebonden toetsen groep 7 en 8
Geschiedenis
Speurtocht
Methodegebonden toetsen groep 5 t/m 8
Aardrijkskunde
Argus Clou
Methodegebonden toetsen groep 5 t/m 8
Natuuroriëntatie
Wijzer door de natuur
Methodegebonden toetsen groep 5 t/m 8
Schrijven
Pennenstreken
Verkeer
Wijzer door het verkeer
Bewegingsonderwijs
Het blauwe boek BIOS
Expressie
Moet je doen
Muziek
Moet je doen
SEO
Kanjertraining
Levensbeschouwelijke identiteit
Trefwoord
ICT
Groep 1-2; Beheersing muisvaardigheden De programma’s Woordenstart en Kleuterplein staan centraal Mijn klas.nl groep 2 t/m 8 Groep 3; Veilig leren Lezen en WIG Groep 4; Type4kids Groep 5; Word4kids
Landelijk verkeersexamen (groep 7) Praktisch verkeersexamen (groep 7)
Methodegebonden toetsen Eindtoets Presentatie groep 8
35
Schema Overzicht m.b.t. methodevervanging Vak
Methodes
Voortgezet technisch lezen
Lekker lezen
Aanvankelijk lezen
Veilig leren lezen
Schrijven
Pennenstreken
Geschiedenis
Speurtocht
Natuuroriëntatie
Wijzer door de natuur
Muziek
Moet je doen
15-16
16-17
17-18
18-19 x
x x
x
We zullen ons gaan oriënteren op nieuwe methoden voor de wereldoriënterende vakken. Daarin zal techniek ook meegenomen worden. Op dit moment weten we nog niet of we uitgaan van verschillende methoden of (een aantal) vakken in één. Zie verder de Meerjarenplanning Leermiddelen
36
7
Kwaliteitszorg
De kernwaarde verantwoordelijk kent meerdere kanten: verantwoordelijkheid geven, verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen. Dit impliceert dat het een soort tweede natuur van iedere medewerker moet zijn om de eigen prestaties en resultaten kritisch te evalueren. SKOR scholen werken opbrengstgericht en maken hun toegevoegde waarde zichtbaar. Elke school werkt met een kwaliteitszorgsysteem, waarbij de evaluatie van het onderwijsleerproces centraal staat. Natuurlijk vragen we niet alleen aan onszelf óf we de goede dingen doen en óf we het op de goede manier doen. Tevredenheidsonderzoeken bij o.a. ouders en leerlingen, resultaten van Inspectieonderzoeken maken de zelfevaluatie compleet. Zelfevaluatie moet leiden tot verbeterplannen om daarmee de kwaliteitscyclus rond te maken.
7.1
Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen?
We hebben een nieuw rapport ingevoerd in schooljaar 2011-2012. Op het gebied van onderwijskwaliteit is ingezet op de cyclus handelingsgericht en opbrengstgericht werken. We werken met groepsplannen voor de groepen 2 t/m 8. Voor kinderen die extra zorg behoeven en met een eigen leerlijn werken wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Voor kinderen die meer aan kunnen is teamscholing ingezet en werken we inmiddels vanuit het beleidsplan meer-en hoogbegaafdheid. Er is in schooljaar 2011-2012 een nieuwe methoden aangeschaft voor taal/spelling, nl. Taal op Maat en Spelling op Maat, en deze is geïmplementeerd. Vanuit ‘School aan Zet’ zijn er na het eerste gesprek interventies geweest op het gebied van rekenen, zoals; er is een nieuwe methoden aangeschaft voor rekenen in schooljaar 2012-2013. Er is een implementatietraject gevolgd en is er ingezet op kennis over de leerlijnen. Voor rekenen is er ook scholing ingezet op een stukje vanuit het dyscalculieprotocol, nl. het drieslagmodel. Er is ingezet op scholing voor de leerkrachten groepen 1 en 2 op het gebied van rekenen. Vanuit het tweede gesprek van ‘School aan Zet’ is er gekeken hoe we meer de verdieping in kunnen gaan op het gebied van rekenen. Aan de hand van het conceptbeleidsplan voor rekenen zullen we daar de komende 4 jaren op in gaan zetten. En streven we naar het borgen van afspraken voor de groepen 1 t/m 8 op het gebied van rekenen. Techniek is wel onder de aandacht geweest, maar daar is nog te weinig op ingezet. Gaan we een methode aanschaffen of hoe gaan we dit vak integreren in ons onderwijs. Dit punt loopt nog door de komende 4 jaar. Het project de ‘Gezonde school/B-fit’ is toegevoegd aan het Plan van aanpak en zal de komende twee jaren worden uitgewerkt tot een beleidsplan ‘Gezonde school’.
7.2
Wat willen we bereiken?
Op het beleidsterrein Kwaliteitszorg hebben wij de volgende strategische doelstellingen: 1. Werken vanuit een opbrengstgerichte/ HGW houding 2. Zorgen voor optimale leeropbrengsten 3. Kwaliteitsverbetering door zelfevaluatie 4. Het uitvoeren van tevredenheidonderzoeken 1. Werken vanuit een opbrengstgerichte/ HGW houding > Systematisch en opbrengstgericht werken Op het gebied van onderwijskwaliteit is verdere ontwikkeling onmisbaar. SKOR ontwikkelt eigen instrumenten om het kwaliteitsdenken verder te stimuleren en te borgen. Daarbij kan gedacht worden aan het ontwikkelen van Leren van Data (opbrengstgericht werken), het ontwikkelen van een eigen normerend kwaliteitskader en de implementatie van een instrument voor interne audits ter stimulering van het school overstijgende leren van elkaar.
37
Schoolspecifieke doelstellingen De school evalueert de leerresultaten De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten De school zorgt voor een opbrengstgerichte cultuur, d.m.v. opbrengstgesprekken De school zorgt voor afstemming tussen leerlingen en leerstofaanbod De school zorgt voor een gestructureerde overdracht van leerlingengegevens De leraren volgen de ontwikkeling van de leerlingen op een systematische wijze De leraren analyseren de resultaten en passen, indien noodzakelijk, het onderwijsleerproces aan De leraren zorgen voor afstemming tussen leerresultaten en hun didactisch handelen De school beschikt over een adequaat systeem van instrumenten en procedures De school zorgt voor een planmatige uitvoer van de zorg De leraar volgt (ook) de sociaal-emotionele ontwikkeling De leraar administreert de vorderingen overzichtelijk in de groepsadministratie Zorgen voor optimale leeropbrengsten > Optimale leerontwikkeling Alle SKOR scholen hebben hetzelfde leerlingvolgsysteem zodat het leren van elkaar verder gestimuleerd wordt. De transparantie van de leerresultaten is gerealiseerd, waardoor de mogelijkheden worden gecreëerd om de toegevoegde waarde (leerwinst) van scholen in beeld te brengen, te analyseren en te vertalen naar acties. Schoolspecifieke doelstellingen De onderwijsprofessional: stelt de onderwijsbehoeften van de leerling centraal. zorgt voor afstemming en wisselwerking tussen kind en zijn omgeving: de groep, de leerkracht, de school en de ouders. stemt af op de verschillen tussen de leerlingen om zo het onderwijs passend te maken. gaat uit van de positieve aspecten, ziet mogelijkheden en neemt die mogelijkheden als uitgangspunt voor verdere ontwikkeling. neemt initiatief voor een constructieve samenwerking met de ouders. formuleert doelen met betrekking tot leren, werkhouding en sociaal emotioneel functioneren. Het gaat hierbij zowel om korte als lange termijndoelen. De doelen worden cyclisch geëvalueerd. is in staat vertrouwen te schenken aan kinderen (loslaten, enthousiasmeren) heeft zicht op leerlijnen, creëert een onderwijsaanbod a.d.h.v. deze leerlijnen. 3. Kwaliteitsverbetering door zelfevaluatie > Professioneel handelen en vitaliteit SKOR wil de kwaliteit van het primaire proces door middel van monitoring en zelfevaluatie verbeteren. SKOR maakt daarbij al gebruik van meerjarenplanningen en de staf onderwijs werkt actief aan het monitoren van de resultaten door opbrengstgericht werken, bijvoorbeeld door zelfevaluatie. SKOR wil echter nog een stap verder gaan en de kwaliteit van het primaire proces door middel van zelfevaluatie door teams in kaart brengen bespreken en verder verbeteren, d.m.v. klassenbezoeken en POPs. Ook de kwaliteit van het secundaire proces wil SKOR in beeld brengen door interne audits. SKOR is verantwoordelijk voor de eigen kwaliteit en voor de interne en externe verantwoording van die kwaliteit. 4. Het uitvoeren van tevredenheidonderzoeken > Partnerschap ouders SKOR vindt het belangrijk om te weten hoe de leerlingen, de ouders en het personeel de scholen waarderen. Daarom worden regelmatig tevredenheidsonderzoeken uitgevoerd. Deze onderzoeken bieden SKOR inzicht in de positieve en minder positieve punten en leveren daarmee een nuttige bijdrage aan ons kwaliteitsbeleid. Schoolspecifieke doelstellingen Tevredenheidsonderzoek ouders om het schooljaar d.m.v. WMK. Tevredenheidsonderzoek leerlingen om het schooljaar.
38
7.3 Kwaliteitszorg Kwaliteitszorg maakt integraal deel uit van het onderwijs. Het schoolplan is de basis van het werken aan kwaliteitsverbetering in de scholen. Iedere vier jaar wordt dit strategisch beleidsplan opnieuw vastgesteld. Het ontwikkelstadium van de scholen wordt omschreven aan de hand van een omgevingsanalyse, (directe omgeving, gemeente en landelijke ontwikkelingen, bestuur, inspectie en overige aspecten), een interne analyse, leerlingpopulatie, onderwijs en ondersteuning, personeel, management, cultuur en veiligheid, locatie en middelen en financiën. Op basis van deze analyse en ontwikkelplannen worden de doelen voor de komende periode geformuleerd op het gebied van onderwijs, leerlingen, ouders, samenleving en partners, middelen en organisatie. De managementcontracten en managementrapportages van de directeuren aan de algemeen directeur verbeteren we op basis van de PDCA-cyclus, voorzien van evaluatie/feedback en daarmee worden de voortgangsgesprekken steeds functioneler. Alle SKOR scholen hebben hetzelfde leerlingvolgsysteem zodat het leren van elkaar verder gestimuleerd wordt. De transparantie van de leerresultaten is gerealiseerd, waardoor de mogelijkheden worden gecreëerd om de toegevoegde waarde (leerwinst) van scholen in beeld te brengen. Kwaliteitszorgsysteem op schoolniveau In de schoolplanperiode worden alle beleidsterreinen met een zekere regelmaat geëvalueerd. Welk beleidsterrein wanneer geëvalueerd wordt, staat aangegeven in onderstaand schema. De opbrengsten evalueren we jaarlijks. In onze jaarplannen nemen we steeds op welke beleidsterrein wanneer in het jaar geëvalueerd wordt met behulp van WMK. Over de uitkomsten van de evaluaties wordt gerapporteerd aan het bevoegd gezag, de MR en de ouders. Analyse inspectierapport Kort verslag n.a.v. het inspectiebezoek 12-05-2015 op De Dagobert Basisschool De Dagobert heeft haar kwaliteit op orde en de inspectie handhaaft het basisarrangement. De school haalt voldoende eindresultaten in de kernvakken. De leraren verstaan hun vak. De school heeft goed zicht op de ontwikkeling van de leerlingen. De rust, positieve sfeer en de activiteiten die de school organiseert maken dat leerlingen en leraren het naar hun zin hebben op de school. De school besteedt veel aandacht aan sociale vaardigheden van de leerlingen. De leraren handelen vanuit een gezamenlijke visie en dragen bij aan de kwaliteitsverbetering. Verbeterpunten/Aandachtspunten: Heldere doelen stellen voor mondelinge taalvaardigheid(spreken en luisteren) en voor stellen, de zaakvakken en Engels en vervolgens na te gaan of zij die realiseert. Verdere ontwikkeling van de leerlijnen is mogelijk door het zicht daarop niet alleen te beperken tot het eigen leerjaar, maar te verbreden tot het leerjaar ervoor en erna. Een aandachtspunt is om de doelen die zij nastreeft met haar verbeteractiviteiten in concretere termen te benoemen. De professionele houding van de leraren kan verder toenemen door elkaar meer aan te spreken op het nakomen van gemaakte afspraken. Groei van het team is ook mogelijk door meer te differentiëren in de tijd en aandacht die individuele leraren nodig hebben zich bepaalde vernieuwingen eigen te maken. Communicatie met ouders; zaak is over en weer duidelijk te maken wat men van elkaar verwacht (verwachtingenmanagement). De gekozen verbeterpunten zijn opgenomen als verbeterpunten in de beleidsterreinen.(7.4)
39
7.4 Meerjarenplanning”Kwaliteitszorg” Onze beleidsterreinen (kwaliteitszorg)
20152016
20162017
20172018
Levensbeschouwelijke identiteit
x
Aanbod
x
Taalleesonderwijs
x
Rekenen en wiskunde
x
Activerende directe instructie
x
Afstemming instructie en verwerking
x
ICT
x
x
Taakgerichte leertijd
x
Pedagogisch klimaat
x
Didactisch handelen Actieve betrokkenheid van leerlingen
x x
Schoolklimaat
x
Zorg en begeleiding
x
Strategieën voor denken en leren
x
Systematisch volgen van vorderingen
x
De best presterende leerlingen – Talentontwikkeling Opbrengsten
x x
x
x
Schoolleiding
x x
x
Professionalisering Integraal Personeelsbeleid
x
Interne communicatie
x
Externe contacten
x x
Verantwoordelijkheid leerlingen organisatie en proces Kwaliteitszorg
x
x
Beroepshouding
Contacten met ouders
20182019
x x
Voor het vaststellen van de onderstaande (mogelijke) verbeterpunten is gebruik gemaakt van: Het Strategisch Beleidsplan van het bevoegd gezag Het Periodiek Kwaliteitsonderzoek van de Inspectie Onderwijs Het SkorNU plan van het bevoegd gezag De Strategiekaart op SKOR niveau De aandachtspunten voortkomend uit de door het team aangegeven ontwikkelpunten De Strategiekaart van de school SWOT analyse
40
Beleidsterrein
Mogelijke verbeterpunten
Afgeleid van…
Aanbod
De leerinhouden voor Nederlandse taal en Rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. De school heeft een aanbod gericht op bevordering van sociale integratie en burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving. Heldere doelen stellen voor de zaakvakken en Engels en vervolgens na gaan of ze gerealiseerd worden.
Monitoren CITO en onderwijskundige ontwikkeling
Taallees onderwijs
Het aanbod voor begrijpend lezen moet verbeteren. Het aanleren van strategieën moet verbeteren. Hiervoor is een verbeterplan opgesteld. Het vergroten van de woordenschat vraagt om aandacht en heldere doelen stellen voor mondelinge taalvaardigheid (spreken en luisteren) en voor stellen. Inzicht op leerlijnen van het leerjaar zelf, het jaar ervoor en erna.
Beleidsplan ICT
Rekenen en wiskunde
Het aanleren van strategieën in leren en denken kan nog verbeteren. Inzicht op leerlijnen van het leerjaar zelf, het jaar ervoor en erna.
ICT
Het actief leren door leerlingen m.b.v. het digitale schoolbord. Intensiveren van op internet aanwezige, ondersteunende sites door leerkrachten. Intensiveren van ICT materialen als ondersteunend leermiddel.
Taakgerichte leertijd
De leraar zorgt voor een doelmatig klassenmanagement. De leraar maakt de gewenste leerhouding duidelijk. De leraar voert een inzichtelijke en overdraagbare groepsadministratie.
Pedagogisch klimaat
De leraren geven de leerlingen positieve persoonlijke aandacht. De leraren tonen in gedrag en taalgebruik voor alle leerlingen respect. De leraren bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen.
Didactisch handelen
Het handelingsgericht werken moet nog verder worden uitgebouwd. De leraren werken voor de kernvakken rekenen, taal en lezen/begrijpend lezen met groepsplannen. De leraren zijn in staat om aan de hand van tussendoelen en het analyseren van toetsen het ontwikkelingsperspectief van leerlingen te verbeteren. In een groepsplan moet aandacht zijn voor het proces, met name voor de kinderen met een eigen onderwijsbehoefte. Er moet meer diepgang aangeven worden in evaluaties. Bijv. als een tussentijdse toets onvoldoende is gemaakt hoe leg je dan vast hóe het is gegaan, welke aanpak het beste werkt, hoe leert dit kind? In handelingsplannen moet ook aangegeven worden wat een ondersteuner doet en wanneer. De leraren geven expliciet les in strategieën voor leren en denken.
41
vervolg
42
Beleidsterrein
Mogelijke verbeterpunten
Actieve betrokkenheid van leerlingen
Er is een goede individuele betrokkenheid van leerlingen bij de instructie. De leerlingen zijn actief gericht op leren. De leerlingen werken op betrokken wijze aan hun taak.
Activerende directe instructie
De leraar maakt duidelijk hoe de les aansluit aan bij voorgaande lessen en verduidelijkt bij aanvang van de les de lesdoelen. De leraar geeft duidelijke uitleg van de leerstof en opdrachten en betrekt alle leerlingen bij de les. De leraar hanteert bij uitleg werkvormen die leerlingen activeren. De leraar geeft feedback aan leerlingen en gaat na of de lesdoelen bereikt zijn.
Afstemming instructie en verwerking
De leraar stemt instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen en stemt de verwerking van de leerstof af op relevante verschillen tussen leerlingen. Het taalgebruik van de leerkracht past bij de taalbehoeften van de leerlingen. De leraar biedt zwakke leerlingen extra leer- en instructietijd. Bij kleuters gebeurt dit aan de instructietafel of individueel. In de middenbouw verlengde instructie. Actiepunt: huiswerk en ouders mede verantwoordelijk maken (groep 3 t/m 5). Verantwoordelijkheid leerlingen voor organisatie en proces in de middenbouw kan dit nog meer aan bod komen. Het start in groep 3 en 4.
Strategieën voor denken en leren
De leraar stimuleert reflectie door middel van interactieve instructie- en werkvormen. De leraar laat leerlingen hardop denken. De leraar leert leerlingen strategieën voor denken en leren. De leraar laat leerlingen reflecteren op (diverse) oplossingsstrategieën. De leraar stimuleert het hanteren van controleactiviteiten. De leraar bevordert het toepassen van het geleerde.
De best presterende leerlingen – Talentont wikkeling
De school heeft een beleidsplan waarin gedefinieerd is wie ze rekent tot de best presterende leerlingen en heeft een visie geformuleerd met betrekking tot de best presterende leerlingen. De school beschikt over kennis met betrekking tot het onderwijs en zorgt in de groepen voor onderwijsaanpassingen. De school is in staat vroegtijdig de best presterende leerlingen te signaleren en volgt en analyseert de ontwikkeling van de leerlingen. De leraren stemmen hun handelen en aanbod af op de onderwijsbehoeften van deze leerlingen. De school pleegt kwaliteitszorg met betrekking tot de best presterende leerlingen.
Afgeleid van…
vervolg
Beleidsterrein
Mogelijke verbeterpunten
Zorg en begeleiding
De leraren evalueren structureel groepsplannen en stemmen de vervolgaanpak af. De leraren kunnen gesprekken voeren met ouders over zorgbehoefte van leerlingen. De leraren kunnen gesprekken voeren met kinderen en zetten dit in wanneer nodig in de cyclus van HGW. In de weekplanning moet te zien zijn wanneer welke kinderen extra instructie krijgen of andere leerstof. Denk bijv. aan een invaller. Een groepsplan ondervangt dit grotendeels. Er is een duidelijke doorgaande lijn voor de inzet van extra materiaal bij kinderen die meer aan kunnen.
Opbrengsten
Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van acht jaar. De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie De leerlingen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs
Systematisch volgen van vorderingen
De leraar observeert regelmatig en neemt regelmatig toetsen af (methode gebonden en methodeonafhanke lijke toetsen, LVS). De leraar volgt de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leraar analyseert gegevens over de vorderingen van leerlingen. De leraar administreert de vorderingen overzichtelijk in de groepsadministratie.
Schoolleiding
zorgdragen voor een heldere communicatie tussen directie/BC (MT) en team blijft een continu proces.
Professionali sering Integraal Personeels beleid
We streven naar een sluitende gesprekkencyclus met elk jaar een beoordelingsgesprek. We streven naar differentiatie in tijd en aandacht gericht op de individuele leerkracht om bepaalde vernieuwing eigen te maken.
Interne communicatie
De professionele houding van de leraren kan verder toenemen door elkaar meer aan te spreken op het nakomen van gemaakte afspraken. We geven elkaar respectvolle feedback en accepteren ook feedback van anderen blijft een continu proces.
Afgeleid van…
QuickScan 2014
43
vervolg
44
Beleidsterrein
Mogelijke verbeterpunten
Afgeleid van…
Contacten met ouders
De communicatie naar ouders scoort onder de norm We gaan inzetten op het vergroten van ouderbetrokkenheid. Vanaf schooljaar 2014/2015 zijn we gestart met: Ouders verantwoordelijker maken voor de ontwikkeling van hun kind. Dit doen we d.m.v. de 10-minutengesprekken of zorggesprekken met ouders. We betrekken ouders bij het huiswerk van hun kind. Vanaf groep 3 krijgen kinderen huiswerk mee. Ouders betrekken bij waar school mee bezig is via een klankbordgroep. Hiermee zijn we gestart op het gebied van de Gezonde school. Proberen duidelijk te communiceren via de nieuwsbrieven, website, thema-avonden. Door een onderzoek in te stellen(studie directeur) zal er een aanbeveling komen te liggen medio juli 2015. Met dat advies gaan we aan de slag en willen we nog meer inzetten op het vergroten van de ouderbetrokkenheid.
Vragenlijst ouders
Kwaliteitszorg
De school vraagt ouders 1 x in de 2 jaar een vragenlijst in te vullen. Dit willen we ook voor kinderen doen.
8
Personeel en organisatie
Het is onze overtuiging dat onze professionele medewerkers voor de ontwikkeling en het leren van leerlingen het verschil maken. Daarom dagen we al onze medewerkers uit om geïnspireerd hun deskundigheid over het leren en onderwijzen van leerlingen verder uit te bouwen. Binnen de kaders van onze kernwaarden, missie en visie betrekken we medewerkers actief bij het nadenken over concrete uitwerkingen. Immers: op de werkvloer wordt echt het verschil gemaakt. SKOR scholen willen hierbij een goede werkgever zijn die actief investeert in de medewerkers en in een veilige leer- en werkomgeving. SKOR scholen willen dit onder andere realiseren door deskundigheidsbevordering, het belonen van extra inzet, de ontwikkeling van leiderschap en het uitbouwen van leergemeenschappen.
8.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? Het integraal personeelsbeleid van onze school richt zich op de ontwikkeling van de medewerkers. De bedoelde ontwikkeling is gekoppeld aan de missie en de visie(s) van de school en aan de ambities per beleidsterrein. Op basis van de beleidsterreinen hebben wij competenties vastgesteld (in de geest van de wet BIO) en de afspraken zijn omgezet in criteria. Deze criteria staan op competentieoverzichten. Onze school vindt de volgende competenties richtinggevend voor de ontwikkeling van de medewerkers: 1. gerichtheid op kwaliteit, 2. vakmatige beheersing, 3. gebruik leertijd, 4. pedagogisch handelen, 5. didactisch handelen, 6. zorg voor leerlingen, 7. opbrengstgerichtheid, 8. professionele instelling, 9. communicatie, 10. omgang met ICT, 11. handelen vanuit de identiteit, We zetten de volgende instrumenten in om de (persoonlijke) ontwikkeling van de medewerkers zo vorm te geven, dat zij in toenemende mate gaan voldoen aan de criteria op de competentielijst. In alle instrumenten staan daarom de gekozen competenties met de daarbij behorende criteria (onze competentieset WMK) centraal. Wanneer er vacatures ontstaan binnen leidinggevende functies wordt met het volgende rekening gehouden. ‘Bij de werving en selectie van functies binnen de schoolleiding wordt rekening gehouden met de wet evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding (zie artikel 12 van de wet op het primair onderwijs lid 3). Instrumenten voor personeelsbeleid van de Dagobert De personeelsinstrumenten zijn gericht op de ontwikkeling van de medewerkers en daarmee de ontwikkeling van de schoolorganisatie. Binnen de SKOR worden o.a. de volgende instrumenten toegepast: werving & selectie functioneringsgesprek, POP beoordelingsgesprek uitstroombeleid/ “exit- gesprek” professionalisering, ontwikkeling secundaire arbeidsvoorwaarden algemeen (o.a. fietsplan)
45
In het kader van IPB heeft het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) een belangrijke plaats ingenomen. Ook het functioneringsgesprek is een belangrijk instrument waarmee binnen de SKOR invulling wordt gegeven aan het personeelsbeleid. Het POP ondersteunt het systematisch aandacht geven aan het ontwikkelingsprofiel en potentieel van de medewerkers om zo hun kwaliteiten in te zetten ten behoeve van de school. Klassenbezoek/Flitsbezoek De directie/IB leggen jaarlijks een klassenbezoek af. Bij het klassenbezoek wordt een kijkwijzer gehanteerd die aansluit bij het onderwerp waar we dat schooljaar mee bezig zijn. Daarnaast wordt bekeken of de leraar op een correcte wijze uitvoering geeft aan de gemaakte persoonlijke ontwikkelingsplannen. Na afloop volgt een nagesprek. Overeenkomstig de cyclus vindt er een functioneringsgesprek, voortgangsgesprek of een beoordelingsgesprek plaats. Ook worden flitsbezoeken afgelegd om de voortgang te continueren. Persoonlijk ontwikkelplan (POP) Naar aanleiding van het POP gesprek wordt er een ontwikkelplan opgesteld. De inhoud van het POP is gebaseerd op competenties, na het gesprek wordt het formulier ingevuld. (Het format is bovenschools vastgelegd). Tijdens de verschillende gesprekken (functioneringsgesprek, voortgangsgesprek en beoordelingsgesprek) komen de vastgestelde doelen aan de orde. De realisatie van de doelen worden vastgelegd en/of bijgesteld. Teambuilding Op onze school organiseren we diverse typen vergaderingen waarin we met elkaar overleggen over thema’s die inhoudelijk en/of organisatorisch van belang zijn voor de school en de leraren. De eenheid in het team wordt ook versterkt door de gezamenlijke momenten van nascholing. Ieder jaar volgt het team, naast de individuele scholing, samen een aantal cursussen. We onderscheiden in het kader van teambuilding ook de meer informele communicatiemomenten. We drinken ’s morgens gezamenlijk koffie en thee en nemen dan (kort) zaken door die van belang zijn voor de school en de leraren. We gebruiken door de weeks de lunch gezamenlijk. Ook dan is er tijd voor meer informeel overleg. De school organiseert een gezellig samenzijn in de vorm van een soort nieuwjaarsborrel o.i.d. Daarnaast is er jaarlijks een personeelsdag aan het eind van het schooljaar. Verzuimbeleid Binnen het ziekteverzuimbeleid van de SKOR staat het voorkomen en/ of verminderen van het verzuim centraal. Activiteiten, gericht op het bevorderen van de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemer in relatie tot zijn/ haar werk zijn daarbij van groot belang. Bij de uitvoering van het verzuimbeleid heeft de ARBO- dienst een belangrijke plaats. De schoolleiding is verantwoordelijk voor een goede introductie van het verzuimbeleid op de school. We hebben het totale verzuimbeleid uitgebreid beschreven in een separate notitie en hiernaar wordt verwezen. Een zieke werknemer meldt zich ziek bij de directie. Deze regelt de vervanging. De werknemer meldt zich beter bij de directie. Bij langduriger verzuim wordt de werknemer opgeroepen bij de Arbo-arts. Bij kort veelvuldig verzuim wordt een verzuimgesprek gehouden door de directeur. Bij vermoeden van oneigenlijk verzuim wordt de Arbo-arts ingeschakeld, in overleg met de personeelsconsulent. Langdurig verzuim wordt afgehandeld conform de Wet Poortwachter. De re-integratie voor wat betreft het functioneren op school valt onder de verantwoordelijkheid van de schooldirecteur. Bij ziekte wordt door de directeur contact onderhouden met de betrokkene. Indien de zieke werknemer daar prijs op stelt, worden er huisbezoeken afgelegd. Regelmatig wordt een kaart of bloemetje gestuurd namens het team.
46
8.2 Wat willen we bereiken? Op het beleidsterrein Personeel en Organisatie hebben wij de volgende strategische doelstellingen: 1. Zelfverantwoordelijkheid van alle medewerkers 2. Het waarborgen van optimale vitaliteit 3. Het stimuleren van échte professionaliteit 1. Zelfverantwoordelijkheid van alle medewerkers De leerkracht neemt een centrale positie in binnen SKOR en is de drijvende kracht achter goed onderwijs. Daarbij gaat SKOR uit van een brede taakopvatting van het vak van leerkracht. Naast het verzorgen van onderwijs aan een groep leerlingen, hoort het professioneel uitvoeren van de normjaartaak. SKOR stimuleert de ontwikkeling van medewerkers. Of je jezelf ontwikkelt is geen keuze, de richting waarin wel. Zo gaat iedere leerkracht werken aan de opbouw van zijn bekwaamheidsdossier. De uitgangspunten van zelfverantwoordelijkheid werken zeer stimulerend voor het ervaren van eigenaarschap in het werk. Medewerkers worden gestimuleerd gebruik te maken van de mogelijkheden die SKOR biedt (denk aan de SKOR-academie) voor persoonlijke ontwikkeling gedurende de hele loopbaan. Van leerling, via stagiair, naar LIO (Leraar in Opleiding). Van startbekwaam professional, via vakvolwassen naar senior medewerker. Elke loopbaanfase biedt zijn eigen kansen op groei en ontwikkeling van talenten. Schoolspecifieke doelstellingen Leraren geven feedback en kunnen feedback ontvangen. Leraren krijgen nemen meer verantwoordelijkheid inhoudelijk op vakgebied om het onderwijs binnen de organisatie te verbeteren. Leraren stimuleren elkaar om van elkaar te mogen leren. 2. Het waarborgen van optimale vitaliteit Langer doorwerken wordt een vanzelfsprekendheid. SKOR biedt faciliteiten, waardoor medewerkers langer gemotiveerd en gezond aan de slag kunnen blijven. Duurzame inzetbaarheid is hierbij ons doel. We noemen dit individubewust personeelsbeleid, gericht op iedere medewerker. Ziek zijn hoeft niet automatisch te leiden tot verzuim. De medewerker, diens leidinggevende, de verzuimcoördinator en de Arbo-arts hebben hierbij ieder hun eigen verantwoordelijkheid die gezamenlijk het welzijn van de medewerker ten goede komen. Begeleiding van startende medewerkers en coaching draagt daar mede aan bij. Schoolspecifieke doelstellingen Vanuit de duurzame inzetbaarheid nemen leraren de verantwoordelijkheid tot hun welzijn en kijken daarbij naar hun eigen behoefte. 3. Het stimuleren van échte professionaliteit SKOR stimuleert professionals om zichzelf en het onderwijs te verbeteren. De totale professionaliteit wordt benut ten gunste van de eigen talentontwikkeling en die van leerlingen. Hierdoor wordt de betrokkenheid en bevlogenheid van medewerkers aangesproken en ontstaat arbeidsvreugde en plezier in het vak. Ondersteuning wordt geboden door de SKOR-academie en de regelingen van het integraal personeelsbeleid. Daarnaast zorgt SKOR voor een inspirerende omgeving die ruim voldoende kansen biedt om prikkels en ervaringen op te doen, zoals schooloverstijgende netwerken, leergemeenschappen, scholingsmogelijkheden en kansen voor (interne en externe) mobiliteit. Schoolspecifieke doelstellingen Leraren delen hun kennis in professionele leergemeenschappen t.b.v. het onderwijs op school.
47
8.3 Personeelsbeleid Deskundigheidsbevordering (scholingsprofessionalisering) Scholing komt aan de orde tijdens de gesprekken. Medewerkers kunnen persoonlijke scholing (bij voorkeur in relatie tot organisatorische doelen) aangeven. Daarnaast organiseert en faciliteert de directie teamscholing. Ook deze scholing richt zich op het versterken van de visie, missie en de doelen van de school. In de regel volgt het team twee keer per jaar een teamgerichte scholing. Iedereen is daarbij aanwezig. De scholing wordt verwerkt in de normjaartaak. De overzichten voor de teamnascholing en persoonlijke nascholing zijn op school aanwezig. Het bekwaamheidsdossier Alle werknemers beschikken over een digitaal bekwaamheidsdossier. Deze dossiers zijn opgeslagen op een usb-stick. De werknemer is hier eigenaar van en houdt zelf bij wat er op de stick geplaatst kan worden. In dit dossier bevinden zich: afschriften van diploma’s en certificaten, de competentieformulieren, de persoonlijkontwikkelplannen, gespreksverslagen. Het lerarenregister In 2017 zullen alle leerkrachten geregistreerd staan in het lerarenregister. Op dit moment is 43% van het team geregistreerd. Gesprekkencyclus De directie voert een keer in de drie jaar een functioneringsgesprek met alle medewerkers. We beschikken over de cyclus: functioneringsgesprek, voortgangsgesprek en beoordelingsgesprek. Op basis van het POP wordt gekeken naar verbeterdoelen in relatie tot schoolverbeterdoelen. Aan de orde komen verder: werkdruk, loopbaanwensen, scholing, taakbeleid. Voor meer informatie verwijzen we naar het beleid gesprekkencyclus van de SKOR.
48
9
Financiën, facilitair en ICT
Onderwijs en kwaliteit is waar het om gaat. De aandacht van leerkrachten en directeuren moet niet worden afgeleid door bijzaken. SKOR scholen worden daarom ondersteund door administratieve en/of facilitaire medewerkers. Een eventuele schaalvergroting in de toekomst zal leiden tot een goede beheersing tegen een laag kostenniveau, zodat zoveel mogelijk middelen direct ten goede komen aan het onderwijs aan leerlingen. We schatten risico’s periodiek en systematisch goed in, waarna we de juiste beheersmaatregelen nemen. Goed onderwijs verzorgen wordt gemakkelijker als een schoolgebouw een prettige leer- en werkomgeving biedt. Een goed gebouw heeft ook lage exploitatiekosten en een duurzaam karakter.
9.1
Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen?
De afgelopen jaren is ingezet op de verantwoordelijkheid van de directeur op het gebied van financiën. Door inzicht te krijgen vanuit het maken van de begroting wat er te besteden is en dit te volgen in het budgetvergelijkingsoverzicht van de eigen school wordt er beter nagedacht wat er wel of niet mogelijk is en hoe je kunt zorgen dat alles binnen de financiële kaders blijft. De directeur van de Dagobert wordt ondersteund door een administratief medewerker.
9.2 Wat willen we bereiken? Op het beleidsterrein Financiën, Facilitair en ICT hebben wij de volgende strategische doelstellingen: 1. Rendement uit schaalvoordelen 2. Doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting 3. Een optimale ICT infrastructuur 4. Efficiënte en effectieve beleidsvoering 1. Rendement uit schaalvoordelen In deze planperiode worden we naar verwachting geconfronteerd met landelijke bezuinigingen op onderwijs. Het aantal leerlingen zal door de krimpsituatie teruglopen. We zien door middel van schaalvergroting mogelijkheden om meer kansen te benutten. Onder andere door behoud van kwalitatief goed personeel, centrale inkoop, gezamenlijke aanbestedingen en nieuwe beheersystemen voor ICT infrastructuren. 2. Doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting Onderwijshuisvesting voor het Primair Onderwijs wordt doorgedecentraliseerd van de gemeente naar het schoolbestuur. SKOR stelt voortaan een Meerjaren Huisvestingsplan op voor onze scholen. 3. Een optimale ICT infrastructuur SKOR wil de communicatie tussen de scholen op ICT gebied vereenvoudigen, uniformeren en verbeteren. Om deze reden wordt de digitalisering van administratieve taken zoals het personeelsdossier, bekwaamheidsdossier en zorg ondersteuning bovenschools gefaciliteerd. Tevens is SKOR bezig de ICT-infrastructuur van de scholen op een hoger plan te krijgen. Dit om het bereiken van gestelde onderwijsdoelen mogelijk te maken. Verder is ze bezig om leidinggevenden en onderwijsgevenden het gebruik van ICT te professionaliseren.
49
Hoofdlijnen met het oog op de toekomst: ‘Learn to use’ is zich aan het ontwikkelen tot ‘use to learn’. ICT moet dus in dienst van de onderwijspraktijk staan. Dit betekent dat we het gebruik van mobiele apparatuur via Aerohive verder moeten ontwikkelen. E-learning zal zeker een onderdeel uit moeten gaan maken van het onderwijsaanbod. Vaste werkplekken zullen plaats gaan maken voor flexibele werkplekken. Een aanzet daartoe is gemaakt door aanschaf van laptops en de ontwikkeling van tablets en/of Chromebooks wordt nauwlettend in de gaten gehouden. Volgen van de ontwikkeling van software die via een ‘nulmeting’ het beheerste in kaart brengt en daar een vervolgtraject aan koppelt. Deze software zal veelal in ‘de cloud’ staan zodat vernieuwingen snel doorgevoerd kunnen worden. Deze manier van werken zal traditionele methodes vervangen en het inspelen op passend onderwijs vergemakkelijken. Iedereen (directie, leerkracht, leerling) bewust om laten omgaan met de kracht van sociale media. Binnen de SKOR moet communicatie vorm krijgen via Office365 waarin Link, Exchange en waar Sharepoints tot de mogelijkheden horen. Op deze manier moeten we gebruik van elkaars capaciteiten en faciliteiten zodat op een makkelijke en snelle manier informatie vanuit school beschikbaar wordt voor management, leerkrachten, ouders en leerlingen. Om gebruik te maken van elkaars kracht en kennis dient ook scholing van medewerkers van de SKOR in gang gezet te worden. De aanzet hiertoe is gezet. Schoolspecifieke doelstellingen Het volgen van de ontwikkelingen op het gebied van ICT en inzet van ICT materialen als ondersteunende leermiddelen. Het vervangen van active/smartborden door touchscreens. Ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid volgen en bekijken wat er mogelijk is voor onze school. Zoals energiezuinige verlichting(LED) of het gebruik van zonnepanelen. 4. Efficiënte en effectieve beleidsvoering SKOR anticipeert op stichtingsniveau op de financiële landelijke ontwikkelingen. De effecten van veranderingen worden beoordeeld op basis van mogelijke scenario’s. In begrotingen wordt meerdere jaren vooruit gekeken. Op basis van deze analyses wordt tijdig geanticipeerd. Eenduidige, eenvoudig te interpreteren en betrouwbare informatie om te sturen is beschikbaar op die plekken waar besluiten genomen worden. De impact van deelbesluiten op het totaal is inzichtelijk voor alle lagen in de organisatie. Bij veranderingen in de organisatie, die tijdelijk extra middelen vragen, wordt zoveel mogelijk de financiële buffer gebruikt om de continuïteit van het onderwijsproces te borgen.
9.3 Sponsoring Een school kan voor het bedrijfsleven aantrekkelijk zijn voor sponsoractiviteiten. De jeugd is immers een boeiende doelgroep en kan de klant van morgen zijn. Maar jongeren vormen ook een beïnvloedbare en kwetsbare groep. Met name die kwetsbaarheid blijft onze aandacht vragen. Leerlingen worden door hun ouders/ verzorgers aan een school toevertrouwd en hebben recht op bescherming. Alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel en ouders hebben daarom afspraken gemaakt over sponsoring die zijn neergelegd in een convenant. Citaat: “bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan het bestuur, directie, leraren of leerlingen waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt waarmee leerlingen of hun ouders in schoolverband worden geconfronteerd”. Op de Dagobert organiseren we ieder schooljaar een vastenactie. Deze actie is gekoppeld aan een goed doel. Jaarlijks wordt een doel gekozen en vastgelegd. Het geld dat via bijvoorbeeld een sponsorloop wordt opgehaald wordt besteed aan het doel waar de school voor staat. Vrienden van de Dagobert Op onze school hebben we vrienden en vriendinnen van “De Dagobert”. Dit zijn ouders en/of ondernemers die de school een warm hart toedragen door jaarlijks een bedrag te doneren. Dat maakt het mogelijk om iets extra’s te kunnen organiseren of aan te schaffen. Bijvoorbeeld educatieve uitstapjes aan een bedrijf of musea, de aanschaf van materiaal voor op de speelplaats, nieuwe software o.i.d.
50
10 Communicatie De kern van communicatie is interactie. Leerlingen en medewerkers concretiseren daardoor samen onze kernwaarden: verantwoordelijk, verbindend en authentiek. Het effect van communicatie hangt niet af van een goed beleidsplan, maar van de mate van betrokkenheid en eigenaarschap die mensen bereid zijn te investeren. Communicatie moet op maat zijn. Dit betekent goede afstemming op de behoefte van de gesprekspartners. Het typeert SKOR dat we een grote diversiteit hebben in leerlingen en ouders. Onze ouders vertegenwoordigen de hele multiculturele samenleving. Goede communicatie is een noodzakelijke voorwaarde voor de realisatie van alle doelstellingen. In onze communicatie laten we zien dat we geen franchiseorganisatie zijn van meerdere scholen, maar een krachtig geheel vormen.
10.1 Wat hebben we tot nu toe bereikt en willen we borgen? Communicatie is zeer belangrijk binnen de werksituatie met twee locaties en een groot team met veel parttimers. Zorgvuldigheid is op zijn plaats. De informatievoorziening vindt plaats: via de directie en het managementteam naar de plenaire vergaderingen en studiedagen, via de directie en het managementteam naar de bouwvergaderingen, via de directeur en de personeelsgeleding naar de medezeggenschapsraad, via het postbakje, wekelijkse mededelingen per e-mail naar de personeelsleden, via de directie worden onderwerpen met een specifiek karakter tijdens de vergaderingen behandeld. De vergaderingen met het team en de bouwen zijn afwisselend op de dinsdag en de donderdag gepland. De vergaderingen worden dusdanig gepland dat deeltijdwerknemers deze regelmatig kunnen bijwonen. Bovendien worden speciale studiebijeenkomsten in het schooljaar voor het gehele team gepland, waarin onderwerpen uitgebreid aan bod komen. Als hulpmiddelen staan tot onze beschikking telefoons en e-mail. Een en ander wordt geëvalueerd binnen de team- en MR-vergaderingen. Daarnaast vinden we het van groot belang elkaar van feedback te voorzien. Onze school staat midden in de samenleving. Wij streven naar samenwerking met instanties in de wijk. Onze school onderhoudt daarom structurele contacten met externe instanties. Hierdoor halen we expertise binnen, waardoor we adequaat samen kunnen werken aan de opvoeding en de ontwikkeling van de kinderen. We dragen daarvoor –als school, ouders en omgeving- een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De externe instanties waarmee we een relatie onderhouden zorgen voor advies, hulp en ondersteuning en dit komt de kwaliteit van het onderwijs en de school als organisatie ten goede. Daarom onderhoudt onze school systematische en gereguleerde contacten met: BNT, SWV BEPO, de gemeente Tiel, de VO scholen, culturele organisaties en pabo’s. Communicatie met ouders wordt door ons als belangrijk ervaren. Leerkrachten zijn daardoor beter in staat de kinderen te leren kennen en te begrijpen, ouders begrijpen beter waarmee de leerkrachten en kinderen op school bezig zijn. Op de Dagobert heeft elke groep een klassenouder. De klassenouders helpen de leerkrachten bij het assisteren van organisatorische zaken, zoals het regelen van vervoer voor excursies, aandacht besteden aan het wel en wee in de groep en andere ouders betrekken bij de verschillende activiteiten. Aan het begin van het schooljaar zijn er informatieavonden voor de ouders van de kinderen van de groepen 1 t/m 8. Tijdens deze avond wordt er door de groepsleerkracht uitleg gegeven over de activiteiten die plaatsvinden in de groep, de methodes die worden gebruikt en de bijbehorende materialen. Om de ouders op de hoogte te houden van wat er allemaal in en rond de
51
school gebeurt, verschijnt er eens in de 2 weken de Infoplus. Dit informatieblaadje geeft de meest actuele schoolzaken van de komende periode en de laatste belangrijke. Belangrijk is ook het directe contact tussen ouders en school. Daarom verwachten wij van de ouders dat zij minstens twee keer per jaar op school komen, om te praten over het wel en wee van hun kind(eren). Deze mogelijkheid bieden wij tijdens de 10-minutengesprekken in november, februari en juni. Ouders kunnen meedenken, meepraten of meebeslissen door zich te organiseren binnen de MR, OR of werkgroepen van festiviteiten. Wij hopen daarnaast de ouders informeel vaker te ontmoeten als hulpouder of bezoeker van schoolactiviteiten.
10.2 Wat willen we bereiken? Op het beleidsterrein Communicatie hebben wij de volgende strategische doelstellingen: 1. Interactieve communicatie staat centraal 2. Optimalisering interne communicatie 3. Actieve medezeggenschap 1. Interactieve communicatie staat centraal SKOR is zich bewust van de cruciale rol van communicatie in het onderhouden van relaties met belanghebbenden. Juiste en tijdige informatie verstrekken aan ouders hoort daarbij, evenals verantwoording afleggen over gemaakte keuzes, resultaten en ontwikkelingen. Communicatie speelt daarnaast een elementaire rol in het bereiken van de hiervoor beschreven strategische doelen voor de verschillende beleidsdomeinen. Structurele aandacht voor de wijze waarop we uitdragen wie we zijn, waar we voor staan en waar we voor gaan, behoort tot onze professionele op- dracht. We onderkennen daarmee dat communicatie onderdeel is van een continu proces en voortdurend aandacht vraagt. Met een interactief communicatiebeleid, dat rekening houdt met verschillen in doelgroepen, willen we de voorwaarden scheppen voor betekenisvolle gesprekken en een constante dialoog. De organisatiecultuur en de kracht van mensen wordt versterkt door communicatie. Daarbij zijn we ons ervan bewust dat verandering en ontwikkeling wordt gestuurd door gezamenlijke betekenisgeving. Het gaat erom dat we met elkaar in gesprek blijven over datgene wat ertoe doet. Dat we in de praktijk laten zien wat we bedoelen met de waarden ‘verantwoordelijk, verbindend en authentiek’. De rode draad in al deze elementen van communicatie wordt gevormd door dit beleidsplan en de voortgang die we maken bij de uitwerking daarvan. Schoolspecifieke doelstellingen Ouderbetrokkenheid als speerpunt neerzetten binnen de school en gezamenlijk met de ouders een visiedocument opstellen om samenwerking te bevorderen. Ouders als partners in de ontwikkeling van hun kind(eren). 2. Optimalisering interne communicatie Communicatie is het beschikbaar maken, doorgeven en ontvangen van informatie en instructies die direct en indirect een bijdrage leveren aan een doeltreffend realiseren van kwalitatief goed basisonderwijs op katholieke overtuiging binnen de stichting SKOR. De communicatie dient gestoeld te zijn op de waarden: veiligheid, waardering, wederzijds respect en vertrouwen. We durven elkaar open tegemoet te treden en aan te spreken. We staan open voor elkaar meningen en leren door luisteren en reflecteren. 3. Actieve medezeggenschap De GMR heeft als doelstelling zoveel mogelijk bij het ontstaan van beleid betrokken te zijn en niet pas als het is uitgewerkt. De GMR leden hebben daarom regelmatig contact met de bovenschoolse beleidsgroepen, waarin onder andere directeuren en bestuursleden beoogde doelen en beleid vormgeven. En de GMR heeft uiteraard nauw contact met de scholen zelf. Alle GMR-leden houden feeling wat speelt op hun school door informatie op te halen. Daarnaast kan de MR van een school (gevraagd en ongevraagd) hun GMR contactpersoon benaderen over de diverse beleidsonderwerpen. Zo is de GMR altijd op de hoogte van de ideeën en uitdagingen op schoolniveau. Als uiteindelijk bepaald beleid is uitgewerkt tot beleidsvormingswaardig niveau, dan wordt dit bij GMR ingebracht ter instemming of advies.
52
11 Meerjarenplanning 2015-2019 Terugblik Schoolplan 2011-2015 en zelfevaluatie zie bijlage 3. In deze meerjarenplanning zijn alle geprioriteerde beleidsvoornemens voor de periode 2015-2019 opgenomen. Voor de invulling van de ontwikkelingsonderwerpen met de daarbij behorende doelen zijn de volgende bronnen geraadpleegd: Het Strategisch Beleidsplan van het bevoegd gezag (jan. 2014); Het Periodiek Kwaliteitsonderzoek van de Inspectie Onderwijs (dit dateert vanuit 2010 en is nu niet gebruikt); Het SkorNU plan van het bevoegd gezag (dec. 2011); De Strategiekaart op SKOR niveau (mei 2014); De aandachtspunten voortkomend uit de door het team aangegeven ontwikkelpunten (rapportage d.d. juni 2014); De Strategiekaart van de school (d.d.); SWOT analyse/ TOWS analyse van de school (d.d. mrt 2015); Toezichtkader Primair Onderwijs (2009). Beleidsplan Dagobert 2015-2019 Onderwerpen
20152016
20162017
20172018
20182019
Zelfverantwoordelijk leren Werken met dag/weektaak Uitgestelde aandacht
x
x
x
x
Beleid MHB/materialen implementeren digitale leerschool
x
x
x
x
door
Optimale leerontwikkeling 1-8
IB en team
Optimale mensontwikkeling Invoeren leerlingvolgsysteem soc.-emotionele ontwikkeling Kanvas vragenlijst leerlingen
2-8 en IB
Katholieke identiteit Duidelijke Katholieke identiteit/ normen en waarden Kanjertraining implementatie Identiteitsdocument
MT/IB en groep 1-8 x
x
x
x
Systematisch en opbrengstgericht werken Handelingsgericht werken/ Opbrengsgericht werken Monitoren > opbrengst gesprek Rekenen (Begrijpend) lezen en Spelling
1-8 x
x
x
x
53
vervolg
Onderwerpen
20152016
20162017
20172018
20182019
x
x
x
x
door
Passende onderwijsarrangementen Passende onderwijsarrangementen BePO volgen Oriëntatie zorgondersteunende middelen
1-8/IB
Partnerschap ouders Leerling enquête
x
Ouderenquête
x x
directie x
directie
Goede didactische kennis (instructie) Reken/taal/lees coach (inhoudelijke leerteams)
x
x
x
Implementatie verbeterplan en scholing begrijpend lezen Nieuwsbegrip
x
x
x
Implementatie methode spelling, Taal op maat 4-8
x
x
x
x
x
x
Commissie en lkr. Groep 3
x
x
Commissie en lkr. Groep 4 en 5
x
x
x
MT/team 1-8
Methode aanschaf aanvankelijk lezen en implementatie Methode aanschaf voortgezet technisch lezen en implementatie Techniekonderwijs opzetten conform kerndoelen
Groep 4-8
Commissie
Professioneel handelen en vitaliteit Optimale vitaliteit cursus mindful onderwijs
54
leerkrachten
x
Echte professionaliteit alg. afspraken PDCA Flitsbezoeken Kanjergedrag team Inhoudelijke vergaderingen Uitbouwen Groei verantwoordelijkheid geven/nemen/afleggen
MT/team
x
x
x
x
Interactieve communicatie Teambuilding Talentontw. Coaches (rekenen, taal, lees)
x
x
x
x
QuickScan WMK uitvoeren
x
x
x
x
team
directie
Bijlage 1 QuickScan en ouderenquête
Analyse QuickScan(03-06-2014) Aanbod (actief) burgerschap en (sociale) integratie (Themaonderzoek) Als sterke punten komen naar voren: De school brengt burgerschap en integratie zelf in de praktijk. De school heeft een aanbod gericht op de bevordering van burgerschap en integratie. De school bevordert kennis, houdingen en vaardigheden die nodig zijn voor participatie in de democratische rechtsstaat. Opbrengsten Als sterke punten komen naar voren: De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en Rekenen en wiskunde liggen op tussenmomenten tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie. De leerlingen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs. De schoolleiding Als sterke punten komen naar voren: De schoolleiding (MT) ontwikkelt beleid op grond van strategische keuzes. De schoolleiding(MT)is deskundig. De schoolleiding (MT) accepteert teamleden zoals ze zijn. Beroepshouding Als sterke punten komen naar voren: Leraren stellen zich collegiaal op. Leraren werken met anderen samen. Leraren voelen zich (mede)verantwoordelijk voor de school als geheel. Leraren handelen conform de missie en de visie van de school. Integraal Personeelsbeleid Als sterke punten komen naar voren: De schoolleiding ontwikkelt zich aan de hand van persoonlijke ontwikkelplannen. De SKOR beschikt over een missie. De SKOR beschikt over organisatorische doelen. De SKOR beschikt over onderwijskundige doelen. Kwaliteitszorg Als sterke punten komen naar voren: De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. De school heeft inzicht in de verschillen in de onderwijsbehoeften van haar leerlingpopulatie. De schoolleiding (MT) stuurt de kwaliteitszorg aan. De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten.
55
Uitslagen m.b.t. de verschillende beleidsterreinen die onder de norm hebben gescoord Ten aanzien van de volgende punten is verbetering nodig: De schoolleiding (MT) communiceert in voldoende mate en op een goede wijze met het team. De SKOR beschikt over een sociaal jaarverslag. De SKOR beschikt over een jaarverslag, dit is te vinden op de SKOR-website. De SKOR beschikt over beleid voor de loopbaanontwikkeling van het personeel. Hier is geen beleid voor opgesteld. De SKOR beschikt over communicatiebeleid. De SKOR beschikt over communicatiebeleid. Wanneer we kijken naar bovenstaande punten, dan blijken teamleden geen kennis te nemen van de stukken die richting de GMR gaan. De taak is om dit op te pakken door de MR of te verwijzen naar de betreffende stukken door het MT.
Uitwerking ouderenquête 2013-2014 RKBS De Dagobert scoort als school een 3,16. Daarmee scoort de school voldoende. De respons op de Vragenlijst was 29%: 94 van de 323 respondenten heeft de Vragenlijst ingevuld. Het responspercentage is laag; de Vragenlijst werd door weinig respondenten ingevuld. Daardoor moet er voorzichtig met de conclusies worden omgegaan. Alle onderdelen boven de 3,50 scoren goed. Alle onderdelen onder de 3,00 zijn mogelijke verbeterpunten waar we met het team naar kijken. De volgende onderdelen zijn aan bod gekomen: Kwaliteitszorg Aanbod Tijd Pedagogisch handelen Didactisch handelen Afstemming Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen Schoolklimaat Zorg en begeleiding Opbrengsten Integraal personeelsbeleid Algemeen Algemeen: Er zijn geen punten die qua score boven de 3,50 uitkomen. Er is één score die onder de 3,00 uitkomt. dat is het onderdeel kwaliteitszorg. Kwaliteitszorg Mogelijke verbeterpunten uit kwaliteitszorg zijn: Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik tevreden ben met de school. De school vraagt in voldoende mate naar de mening van ouders over de school. Ik ontvang informatie over de effecten van verbeteractiviteiten schriftelijk. Bespreekpunten: De schoolleiding gaat op een adequate wijze om met incidenten. Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik tevreden ben met de school. De school beschikt over een goede klachtenregeling. Tijd Sterke punten uit tijd: De school zorgt ervoor, dat er weinig lesuitval is Mogelijke verbeterpunten uit tijd: De leraren geven (te) veel huiswerk. De leraren geven (te) weinig huiswerk. De school besteedt voldoende aandacht aan leerlingen die hulp nodig hebben.
56
Schoolklimaat Mogelijke verbeterpunten uit schoolklimaat: Ik word goed geïnformeerd over de gang van zaken op school. Zorg en begeleiding Mogelijke verbeterpunten uit zorg en begeleiding: Het is mij duidelijk, in welke gevallen een leerling een groep kan overslaan. Het is mij duidelijk, in welke gevallen een leerling blijft zitten. Opbrengsten Mogelijke verbeterpunten uit opbrengsten: De school informeert ouders over de toetsresultaten.
57
58
Bijlage 2 Beschrijving van de specifieke vakgebieden
zoals Nederlandse taal, rekenen/wiskunde, Oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en Engels
Bij de verzorging van het onderwijs voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn de referentieniveaus uitgangspunt. Nederlandse taal: Het vakgebied Nederlandse taal krijgt veel aandacht in ons curriculum. We leren de leerlingen vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal doelmatig gebruiken in situaties die zich in het dagelijks leven voordoen, zowel mondeling als schriftelijk kennis en inzicht verwerven omtrent betekenis, gebruik en vorm van taal plezier hebben en houden in het gebruiken en beschouwen van taal Vanaf groep 1 werken we met methodes (zie Leerstofaanbod). Het vakgebied (begrijpend) lezen krijgt uitgebreid aandacht. We vinden het belangrijk dat de leerlingen weten dat je kunt lezen met verschillende doelen informatieve teksten, verhalen, poëzie etc. kunnen onderscheiden hoofdzaken van een informatieve tekst kunnen weergeven algemeen gebruikte informatiebronnen kunnen hanteren Eén van de belangrijkste taken van een school is kinderen te leren lezen. Daarbij gaat het niet alleen om het technisch lezen. Leesonderwijs houdt veel meer in. Het gaat erom dat kinderen begrijpen wat ze lezen en vooral dat ze plezier hebben in het lezen. Deze drie onderdelen van het leesonderwijs moeten alle drie voldoende aandacht krijgen: leesvaardigheid, leesbegrip en leesmotivatie. Op dit moment domineren technisch lezen en begrijpend lezen het leesonderwijs. Beiden worden sterk didactisch gestructureerd in methodes. Omdat alle leestijd naar taal- en leesmethodes gaat, wordt het gebruik van kinderboeken en het inzetten van leesbevorderingswerkvormen als vrijblijvend beschouwd. Leesbevordering is van groot belang voor het technisch lezen, begrijpend- en studerend lezen. Leesbevordering is de basis van het totale leesonderwijs. Een goede leestechniek, voldoende leestempo en een grote woordenschat is onmisbaar voor het begrijpend- en studerend lezen. Het leesplezier van de leerlingen wordt bevorderd door de schoolbibliotheek, het BAVI lezen, het maatjeslezen en het voorlezen. Vanaf groep 3 worden de mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid verder ontwikkeld door het houden van spreekbeurten en het maken van werkstukken. De school heeft twee leescoördinatoren die verbonden zijn aan een leesmediacoach. D.m.v. de inzet van de leesmediacoach worden activiteiten georganiseerd die de kinderen enthousiasmeert om te gaan lezen. Verder wordt verwezen naar het document leesbeleidsplan, op school aanwezig. Rekenen/wiskunde Rekenen en wiskunde vinden we een belangrijk vak. Het rooster borgt, dat we voldoende aandacht besteden aan rekenen en wiskunde en aan het automatiseren van het geleerde. We constateren dat rekenen in toenemende mate taliger is geworden, en dat dit bij steeds meer leerlingen leidt tot problemen.
59
Ons rekenen / wiskunde onderwijs is erop gericht dat de leerlingen Verbanden kunnen leggen tussen het onderwijs in rekenen / wiskunde en hun dagelijkse leefwereld. Basisvaardigheden verwerven, eenvoudige wiskundetaal begrijpen en toepassen in praktische situaties. Reflecteren op eigen wiskundige activiteiten en resultaten daarvan op juistheid controleren. Eenvoudige verbanden, regels, patronen en structuren kunnen opsporen. Onderzoek- en redeneerstrategieën in eigen woorden kunnen beschrijven en gebruiken. Daarom is het belangrijk om de basisvaardigheden goed in te slijpen. We gebruiken vanaf groep 1 methoden die voldoen aan de kerndoelen en Cito-toetsen om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen. We werken vanuit het minimum- basis- basisplus idee om tegemoet te komen aan de verschillende onderwijsbehoeften. De leraren hebben zich geprofessionaliseerd m.b.t. het afstemmen van de leerlijnen in onder- en bovenbouw. Op school is een rekencoördinator aanwezig. Voor meer informatie wordt verwezen naar het document reken- en wiskunde onderwijs, op school aanwezig. Binnen het team is men zich bewust van de noodzaak en het belang van het werken met de referentiekaders taal en rekenen. Het handelingsgericht werken zit verweven in ons onderwijs. Bij de aanschaf van een nieuwe methode voor taal is rekening gehouden met de kerndoelen en leerlijnen. En dat zal ook het geval zijn bij de aanschaf van een nieuwe spellingmethode. Het monitoren van de toetsgegevens binnen het opbrengstgericht werken maakt deel uit van de zorgvuldige manier waarop we kijken naar de effectiviteit van ons onderwijs. Dit schooljaar zijn we gestart met opbrengstgesprekken. Het doel daarvan is om nog meer de focus te leggen op het doelgericht werken. Gezien de te verwachten daling van het uitstroomniveau door een verandering van populatie ligt de focus van het team op de kernvakken. Kennis van leerlijnen is daarbij onontbeerlijk. Daar wordt in de verschillende vergaderingen gericht aandacht aan besteed. Specifieke schooldoelstellingen Leerkrachten zijn zich ervan bewust dat gecijferdheid bestaat uit meer dan de methode braaf volgen, zich tijd gunnen om eens na te denken samen met de kinderen over contexten, deze te vertalen naar het dagelijks leven en ook ‘rekenen’ buiten de rekentijd maar met informatie die je krijgt tijdens andere lessen zoals uit de tekst van ‘Nieuwsbegrip’, een leesboek, het jeugdjournaal enz. Ze laten kinderen ervaren dat het durven brainstormen met getallen niets is om bang voor te zijn maar leuk en uitdagend, dat het niet gaat om goed of fout. Leerkrachten kunnen gemakkelijk informatie uit een gesproken of gelezen tekst inzetten in de klas of hebben/verzamelen een ideeënmap om regelmatig de gecijferdheid van de leerlingen uit te breiden. Regelmatig wordt hier expliciet aandacht aan besteed. Leerkrachten zijn zich bewust van hun eigen niveau van gecijferdheid en werken hier aantoonbaar aan door dit te delen met collega’s tijdens bv teambijeenkomsten of studiegroep. En blijven hier aan werken. Oriëntatie op jezelf en de wereld Het sociaal-emotionele welbevinden van de leerlingen heeft veel invloed op hun totale functioneren. Onze school besteedt daarom structureel en systematisch aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Dit doen we d.m.v. de Kanjertraining. We doen dit omdat we onze kinderen willen opvoeden tot verantwoorde wereldburgers. Ze moeten goed voor zichzelf kunnen zorgen en goed kunnen omgaan met de mensen en de wereld om hun heen (dichtbij en verder weg). Daarnaast werken we voor de wereld oriënterende vakken met verschillende methodes vanaf groep 3 t/m 8. We zien een sterke relatie tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving – ontwikkeling sociale vaardigheden)en actief burgerschap en sociale cohesie. We vinden het belangrijk dat leerlingen op een positieve wijze met elkaar omgaan en dat ze respect hebben voor de mening en visie van anderen. We hanteren daarvoor de regels van de Kanjertraining(zie 4.2 visie op klimaat). Deze regels hangen op posters in de diverse verkeersruimtes en in de lokalen en worden het hele jaar door onder de aandacht gebracht.
60
In de onderbouw ligt de nadruk op zelfredzaamheid, zorg voor materiaal en samenspelen. Pestgedrag wordt direct aangepakt en besproken(dit gebeurt d.m.v. de Kanjertraining). Het vasthouden aan de met elkaar gemaakte regels en afspraken vinden we belangrijk. Respect voor elkaar en rekening houden met elkaar is iets waar we als team de hele dag mee bezig zijn. De ontwikkeling van de groep en de individuele leerlingen wordt tijdens het zorgoverleg besproken (leerkracht en IB’er). In deze gesprekken worden ook mogelijke aanpakken voor een groep of voor een individuele leerling besproken. Ten aanzien van Actief Burgerschap en Sociale cohesie hebben we onze schoolcultuur onder de loep genomen. We hebben vervolgens onze visie, onze doelen (ambities) en ons aanbod vastgesteld. Leerlingen groeien op in een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Onze school vindt het belangrijk om onze leerlingen op een goede manier hierop voor te bereiden. Leerlingen maken ook deel uit van de samenleving. Het is van belang dat zij kennis verwerven over verschillende geestelijke stromingen om van daaruit andere culturen beter te leren begrijpen en met respect te benaderen. Die kennis verwerven zij doordat er in de lessen gebruik wordt gemaakt van leskisten over diverse geestelijke stromingen. Kennis van de eigen leefomgeving in een eigentijds en cultuurhistorisch perspectief hoort daar vanzelfsprekend bij. In de bovenbouw wordt de lijn naar gehele maatschappij doorgetrokken. Daarnaast leren we kinderen goed met elkaar om te gaan en zorgvuldig te zijn met eigen en andermans materiaal. We leren de kinderen dat zij een eigen mening mogen hebben maar de ander ook. Dat het leven bestaat uit geven en nemen en wat voor de ander overhebben. Samen werken en samen spelen op basis van gelijkwaardigheid is een belangrijk aspect. Schoolspecifieke doelstellingen: We voeden onze leerlingen op mensen die respectvol (vanuit duidelijke waarden en normen) omgaan met zichzelf, de medemens en de omgeving. We voeden onze leerlingen op tot mensen die gericht zijn op samenwerking. We voeden onze leerlingen op tot personen die kennis hebben van en respect hebben voor andere opvattingen en overtuigingen (religies). We richten ons op de algemene ontwikkeling en we geven onze leerlingen culturele bagage mee voor het leven. We koppelen de sociaal-emotionele ontwikkeling aan levensbeschouwelijk onderwijs en actief burgerschap. Natuurlijk is er nog veel te doen. Actief burgerschap is geen vak apart, het zit verweven in het onderwijs van elke dag. Voor meer informatie verwijzen we naar het beleidsstuk van De Dagobert en dat van de SKOR. Kunstzinnige oriëntatie Het onderwijs is erop gericht om de kinderen voor te bereiden op een werkend leven. Passies en talenten van het individu sluiten niet altijd aan bij de wensen van onze maatschappij en worden daarom vaak minder belangrijk gevonden. Maar we zien ook dat de maatschappij snel verandert en de eisen die aan burgers gesteld worden, veranderen mee. Dat vraagt om flexibele, zelfbewuste en zelfstandige mensen. Om kinderen op de toekomst voor te bereiden is een veelzijdige ontwikkeling belangrijk. Dus naast de cognitieve vaardigheden moeten de kinderen ook hun nieuwsgierigheid en verantwoordelijkheidsgevoel ontwikkelen. Natuurlijk geven wij muziek-, teken- en handarbeidlessen. Er zijn weeksluitingen, waarbij een groep een voorstelling geeft. Die kan bestaan uit liedjes, dansjes, toneelstukjes, enz. Er zijn vieringen, bijv. in de Kinderboekenweek, met kerstmis en carnaval, waarbij de kinderen ook op het toneel kunstuitingen geven. We werken samen met ‘Kultuurkonnekt’ en maken gebruik van hun aanbod. De keuzes worden ieder jaar door de commissie Cultuur van onze school met het team gemaakt. De onderdelen waar kinderen o.a. kennis mee maken zijn: een theatervoorstelling een kunstproject. een muziekproject lessen in dramatische vorming
61
een audiovisueel project lessen in dansante vorming Bewegingsonderwijs Vanaf 2009-2010 hebben we ondersteuning gehad vanuit de gemeente v.w.b. het verbeteren van het bewegingsaanbod voor kinderen van 4 tot 12 jaar. Hieruit is het project BIOS geboren. BIOS is een methode op maat voor bewegingsonderwijs aan groep 3 t/m 8. Het bevat een rijkdom aan bewegingsactiviteiten, waarbij kinderen verschillende bewegingservaringen opdoen. Het vernieuwende van deze methode ontstaat door de volgende elementen: Alle groepen (3-8) kunnen gebruik maken van dezelfde lesopbouw (basisopstelling). Opbouwkaarten zorgen ervoor dat kinderen de activiteiten zelf kunnen klaarzetten, opstarten en veranderen. De les bestaat uit 3 of 5 activiteiten naast elkaar, waardoor er een intensief en breed aanbod per les is. Dezelfde les wordt een aantal keren achter elkaar herhaald, zodat er veel leerkansen voor kinderen ontstaan. De kern van de methode bestaat uit 10 lessen, waarin de 44 activiteiten aangeboden worden. Met deze 44 activiteiten worden de kerndoelen voor het basisonderwijs gehaald. De commissie BIOS zorgt voor een goede opbouw v.w.b. de lessen en een rooster, zodat continuïteit gewaarborgd is. Schoolspecifieke doelstellingen goede kennis van didactische vaardigheden rekenen, woordenschat, spelling, technisch- en begrijpend lezen De leerkrachten: zijn op de hoogte van de succesbepalende elementen binnen het rekenen, woordenschat, spelling, technisch- en begrijpend lezen en kunnen deze elementen toepassen in hun dagelijks handelen. Zijn in staat om op een effectieve manier instructie te geven, waarbij elementen van het DIMmodel structureel en bewust toegepast worden: Gezamenlijke start van de les (voorkennis ophalen, focus op doel van de les) Presentatie (instructie) al dan niet met modeling Begeleid inoefenen Zelfstandige verwerking Verlengde instructie Evaluatie en afsluiting Feedback is een wezenlijk onderdeel van de les. De leerkrachten beschikken over kennis en vaardigheden m.b.t. denk- en leerstrategieën De leerkrachten geven expliciet les in strategieën voor denken en leren Engels Voor Engels ligt er een concept beleidsplan, dit moet de rode draad zijn voor onze school zodat we Engels in ons dagelijkse onderwijs terug laten komen en we ons kunnen profileren als school die als doel heeft Engels als tweede taal aan te bieden en de kinderen als wereldburger te laten opgroeien. Door gebruik te maken van subsidie hebben we als school de methode take it easy in gebruik kunnen nemen voor de groepen 1 t/m 8.
62
Bijlage 3 Terugblik Schoolplan 2011-2015 en zelfevaluatie
In het schoolplan 2011-2015 staat onder hoofdstuk 7.12 de planning van onze beleidsvoornemens zoals we die 4 jaar geleden met elkaar hebben vastgesteld en hieronder staat het in schema. Schoolplan 2011-2015 beleidsvoornemens/ veranderingsparagraaf Onderwerpen
20112012
20122013
1. Nieuw rapport invoeren
✘
✔ ✘
2. Handelingsgericht werken
✘
✘
20132014
20142015
✘
✔ ✘
Dit blijft in ontwikkeling
✔ ✘
Dit blijft onder de aandacht door het inzetten van verbeterplannen en opbrengstgesprekken
3. Opbrengstgericht werken ✘
4. Implementatie methode Engels 5-8
✔ ✘
5. Vaststellen en implementatie leerlijn Engels 1 t/m 4
✘
6. Implementatie methode begrijpend lezen, Nieuwsbegrip groep 4-8 7. Implementatie methode voortgezet technisch lezen, Nieuwsbegrip 5-8 8. Implementatie methode taal, Taal op maat 4-8
✘
✔ ✘ Dit krijgt een vervolg d.m.v. een nascholing op Nieuwsbegrip en begrijpend lezen
✔ ✘
✔ ✘
✘
9. Rekenmethode aanschaf en implementatie
10. Methode voorbereidend taal/ lezen groep 1-2 en implementatie
✘
door
✘
✘
✘
✔ ✘
Schooljaar 15-16 implementeren nieuwe versie Spelling op Maat
✘
Verbeterpunten vanuit School aan zet om opbrengsten te verhogen
✔ ✘
✔ ✘
63
64
vervolg
Onderwerpen
20112012
20122013
20132014
20142015
11. Leerlijnen en aanpak knelpunten ICT conform beleidsplan
✘
✘
✘
✘
12. Invoeren leerlingvolgsysteem soc.-emotionele ontwikkeling, SCOL
✘
✔ ✘
✘
✘
13. Opzetten en uitvoeren marketing/profileringsplan 14. Techniekonderwijs opzetten conform kerndoelen 15. QuickScan WMK uitvoeren op 4-6 onderwerpen per jaar
✔ ✘
Dit behoeft nog aandacht vanuit de commissie Voor 2010 moest er een doorgaande lijn liggen
✔ ✘
✔ ✘
16. Hoogbegaafdheid doorgaande lijn opzetten en uitvoeren
17. Beleidsplan burgerschap en integratie + uitvoering 18. Ouderenquête 19. Ontwikkelingsperspectief vaststellen
✘
✘
✘
✔ ✘
✘
✔ ✘ ✘
Dit blijft in ontwikkeling Afgelopen jaar is Kanvas ingezet via de Kanjertraining
✘
✔ ✘
door
✘
Er ligt een beleidplan en de lijnen zijn uitgezet maar behoeft evaluatie, aanpassing en borging
✔ ✘ ✘
✔ ✘
Kijkend naar bovenstaande voornemens kunnen we constateren dat we de afgelopen jaren hard hebben gewerkt! We hebben zelfs nog meer gedaan dan we ons hadden voorgenomen: 2013-2014 Er is een nascholing geweest op het gebied van kindermishandeling en een e-learning module Meldcode Kindermishandeling. 2014-2015 is er een training geweest op het gebied van oudergesprekken in het kader van de Meldcode. Met sprongen vooruit nascholing rekenen groep 1/2 door Julie Menne. Voor schooljaar 2014-2015 staat ook gepland: Start met de Kanjertraining en invoeren van Kanvas. Er is een nieuwe methode uitgezocht voor spelling.
65
RKBS de Dagobert Predikbroedersweg 1 4003 AL Tiel T 0344 63 15 30 E
[email protected] I www.dagobertschool.nl