Schoolplan lezen Eerste Openluchtschool Versie 1.0
2011-2012
Uitgangspunten zijn: lezen moet leuk zijn / worden / blijven Kinderen moeten de gelegenheid krijgen veel te lezen -uit goede boeken -op hun niveau en in hun belevingswereld leespromotie gebeurt meerdere keren per week een kind leest nooit onvoorbereid hardop voor bij VNL (Tip: Houd de impact die hardop onvoorbereid voorlezen op zwakke lezer heeft ook bij andere vakken in gedachten)
Doelen: Door de kinderen zelfstandig en individueel te laten lezen op hun eigen niveau streven we er naar de kinderen plezier te geven in boeken en hiermee samenhangend het technisch leesniveau en begrip te vergroten. We streven naar: E3 of hoger voor alle kinderen uit groep 3 E4 of hoger voor alle kinderen uit groep 4 E5 of hoger voor alle kinderen uit groep 5
VNL in de praktijk: 1. Alle kinderen van groep 3 t/m 8 lezen elke dag 15 min individueel en hebben hun leeslijst op de hoek van de tafel. 2. Op het bord staan de namen van de kinderen die bij de leerkracht komen 3. De leerkracht leest zelf in een kinderboek (5 min) 4. De leerkracht heeft een leerling aan de instructie tafel voor gesprek, voorlezen, lijstcontrole (5 min per leerling) 5. De leerkracht observeert en houdt de administratie bij. 6. Er wordt afgesloten met een korte boekpromo (5 min), die niets weg heeft van een boekbespreking.
Procedure: Vanaf het begin van het schooljaar wordt er in groep 1 t/m 3 aan voorbereidend en aanvankelijk lezen gedaan. Vanaf het begin van het schooljaar start groep 4 t/m 8 elke ochtend om 8.30 uur met een kwartier VNL. In groep drie wordt daaraan begonnen als de kinderen, na de kerstvakantie alle letters kennen en getoetst zijn op AVI niveau. Er zullen dus ook leerlingen zijn die al lezend binnenkomen. Die starten al met VNL in september/oktober. Tijdens dit leeskwartier heerst er leesrust. Het ruilen gebeurt in principe niet tijdens het lezen. Hiervoor kiest de leerling in overleg met de leerkracht een ander moment. Dit doet een beroep op de zelfstandigheid van de leerling. De leerkracht heeft een aantal boeken in voorraad in het lokaal. De boeken staan in de Meester Piet van der Sluis bibliotheek in de kasten gesorteerd op kleur. Elk kind leest op zijn niveau, dus vanaf een lijst. De kinderen lezen in principe binnen de bandbreedte van de groepsniveau's. In groep 3 en 4 kun je voor de goede lezer gebruik maken van een lege lijst die de kinderen vullen met boeken van de vlotte lezers ¾ plank. Dit zijn voorleesboeken die aansluiten bij hun belevingswereld en een hoger technisch leesniveau hebben. Een kind gaat naar een volgend niveau indien: A. Het kind voldoende boeken van de lijst heeft gelezen, en de leerkracht denkt dat het kind een volgend niveau aankan. Dit blijkt uit de observaties en de aantekeningen. B. Tijdens het voorlezen aan de tafel de leerkracht constateert dat er met begrip, de juiste intonatie en met weinig foutjes gelezen wordt. Wacht dan niet de toets af, maar verleen het volgende instructieniveau. C. Uit de toetsen blijkt dat het kind in een te laag niveau leest. Let op. Laat een kind nooit niveau's overslaan. Ga dan wat sneller door de huidige en een volgende leeslijst heen. Bij niveauverhoging krijgen de kinderen de oude leeslijst, liefst voorzien van compliment en/of sticker mee naar huis. De geactualiseerde boekenlijsten liggen in de blauwe map bij de administratie. Het lezen wordt afgesloten door leespromotie (5 minuten) Ideeën kunnen gehaald worden uit: Honderd en één ideeën voor boekpromotie en de reader ‘Vijf-minuten afsluitingen’. Elk schooljaar doet een leerling in ieder geval 2x een door de leerling voorbereide boekpromo. De naam van de schrijver en de titel van het boek moeten goed zichtbaar zijn. Voor iedere leerkracht zijn er documenten aanwezig om hem / haar te kunnen helpen het lezen zo goed mogelijk te begeleiden. Jaarlijks zullen er nieuwe titels worden aangeschaft om de boekenlijsten actueel te houden. Budget jaarlijks €700,=
In groep 1 t/m 8 wordt elke dag minstens 10 minuten voorgelezen. In principe lezen de kinderen uit groep 6 lijst 10, groep 7 lijst 11 en groep 8 lijst 12.
De boeken zijn verdeeld in 12 niveaus: aan deze niveaus is een kleur verbonden: 0 = zwart (start) 7 = grijs (okt 5) 1 = licht groen (jan 3) 8 = licht roze (febr 5) 2 = oranje (mrt 3) 9 = donker blauw (juni 5) 3 = licht blauw (juni 3) 10 = bruin (groep 6) 4 = fluor roze (okt 4) 11 = geel (groep 7) 5 = donkergroen (febr 4) 12 = wit (groep 8) 6 = rood (juni 4)
Rol van de leerkracht: De leerkracht heeft een observerende en begeleidende rol tijdens het lezen. De leerkracht heeft belangstelling voor kinderboeken en streeft ernaar om regelmatig kinderboeken te lezen, zodat hij/zij de kinderen kan helpen en adviseren bij de keuze van het juiste boek. De individuele boekenlijsten worden minimaal 1 keer per maand ingezien en besproken, voor zorgleerlingen gebeurt dit intensiever. De leerkracht heeft zicht op de individuele leesprestaties van kinderen middels observatiepunten individueel lezen (deze wordt ingevuld tot en met niveau 6) en interventies (vanaf niveau 7). Voor zorgleerlingen is het raadzaam beide in te vullen. De leerkracht houdt het leerlingvolgsysteem in de administratiemap bij (uitgaand van de verplichte en facultatieve lijsten) De leerkracht zorgt ervoor dat er meerdere keren per week goede en gevarieerde boekpromo's plaatsvinden na het leeskwartier (duur 5 min) Als boeken niet op de leeslijst staan, kapot zijn of door veel kinderen in de groep niet hoog worden gewaardeerd, meldt de leerkracht dit via een briefje in het postvak van de leescoördinator. Zo kunnen toppers ook genoemd worden, zodat die eventueel dubbel worden aangeschaft. Het groepsoverzicht van de leesniveau's wordt op de juiste wijze ingevuld en aan het eind van het schooljaar doorgegeven aan de volgende groepsleerkracht. Zo krijg je een mooi overzicht van de doorgaande lijn.
Taken van de leescoördinator: Deze zorgt ervoor dat de leerkrachten aan het begin van een nieuw schooljaar een nieuwe administratiemap krijgen. Begeleidt nieuwe leerkrachten bij het werken met VNL Verzorgt minimaal één keer per jaar de klassenconsultaties om de voortgang te bewaken en continueren. Is aanspreekpunt voor leerkrachten als zij vragen hebben over VNL. Analyseert de leesresultaten en formuleert zonodig verbeterpunten. Deze worden besproken met de directie. Het zorgen voor een regelmatige update van de boeken. Draagt zorg voor het updaten van de leeslijsten (2 x per jaar) Organiseert een algemene boekcontrole aan het eind van het schooljaar. Coördineert projecten rondom lezen.
Kwaliteitszorg: Wij hanteren op school de volgende leestoetsen: de toetscyclus van veilig leren lezen (groep 3) en de DMT en AVI (gr 3 t/m 8). 2 keer per jaar analyseren de leescoördinator en de IB-er de leesresultaten Als dit nodig mocht zijn formuleren zij verbeterpunten en leggen dit voor aan de directie en het team. Minimaal 1 x per jaar worden alle groepen bezocht door de leescoördinator. Werkvragen komen aan de orde en eventueel worden er afspraken gemaakt op die punten die in het nagesprek naar voren zijn gekomen. Na enkele weken worden de gemaakte afspraken tussen leescoördinator en leerkracht doorgenomen op de effecten, of het uitblijven hiervan. N.a.v. de klassenconsultaties wordt door de leescoördinator een verslag gemaakt. Dit verslag wordt op hoofdpunten doorgenomen met de directie. Nieuwe leerkrachten krijgen begeleiding op lezen in het algemeen en VNL in het bijzonder. Dit geldt zeker ook voor langdurige inval. Het schoolplan lezen wordt elke 2 jaar geactualiseerd. De interne begeleidster en leescoördinator zijn samen in gesprek om te kijken welk dyslexieprotocol gebruikt gaat worden en hoe we deze het best in kunnen voeren.
Extra activiteiten: Race-leesweken Ter verbetering van de directe woordherkenning wordt 8 keer per jaar 1 week intensief geoefend met woordrijen. De voor-, koor-, doorstrategie wordt toegepast, gecombineerd met samenwerkend leren. De race-leesweken zijn opgenomen in de jaarplanning. Risicolezers Dit onderdeel is in ontwikkeling (schooljaar 2012-2013) Voor risicolezers die onder het groepsniveau lezen is de frequente begeleiding bij VNL niet toereikend. Zij hebben extra begeleiding en instructie nodig. Dit gebeurt m.b.v. Connect lezen (laatste 2 maanden groep 3 en groep 4) en Ralfi lezen (groep 5 en 6) volgens de handleiding van Anneke Smits. De leerkracht heeft hierbij de regie en kan hierbij ondersteunt worden door de onderwijsassistent of een vrijwilliger van het Gilde. Daarnaast worden de vloeiend en vlot boekjes van estafette gebruikt (elke dag 5 minuten). Na de instructie van een leesmoeilijkheid kunnen de woordrijen met de voor-, koor-, doorstrategie worden gelezen. Schooljaar 2012-2013 gaat beginnend vanaf groep 3-4-5 het protocol leesproblemen en dyslexie stapsgewijs ingevoerd worden. Hierbij krijgen de leerkrachten training van D van der Werf van OBD noord west. Zowel de signalering als de aanpak voor de risicolezers wordt hierin meegenomen. Boekpromotie in de kinderboekenweek In de kinderboekenweek staat het thema van de kinderboekenweek en het promoten van boeken centraal. Er wordt een schrijver uitgenodigd die de kinderen vertelt over het schrijversvak en zijn of haar boeken.
De volgende bijlagen zijn verbonden aan dit leesplan: Kopieerblad Administratie individueel lezen Kopieerblad observatiepunten individueel lezen Observatieformulier individueel lezen Kopieerblad groepsniveau Honderd en één ideeën voor boekpromotie Race lezen Handleiding Ralfi en Connect lezen Anneke Smits