SCHOOLGIDS 2015-2016
Geelkruid 27 – 29 3068 SN Rotterdam tel. 010-4 21 16 74 e-mail:
[email protected] website: www.kruidenhoek.nl
Inhoudsopgave 3. Voorwoord 4. Onze school in het kort 5. Waar de school voor staat 6. Twintig Basisprincipes 7. Organisatie van het onderwijs 7. Stamgroepen en bouwen 7. Ritmisch weekplan 7. Gesprek 8. Spel 8. Werk 9. Viering 10. De kwaliteit van de school 10. Spelend leren 11. Basisvaardigheden 13. Volgen en beoordelen van kinderen 13. Rapporten 14. Onderwijskundig rapport 14. Schoolverlaters 14. Nieuwe kinderen 14. ...voor het eerst naar school 15. ...van een andere school 15. Zitten blijven? 15. Zorg voor kinderen 15. Intern begeleider 15. Passend Onderwijs 15. Zorgplicht 16. Informatie voor de school 16. Kind aanmelden op school 16. Schoolondersteuningsprofielen 17. Wanneer geldt de zorgplicht niet? 17. Onderwijsconsulenten 17. Contactgegevens PPO 17. Schoolgericht maatschappelijk werk 17. Meldcode huiselijk geweld 18. Aandachtsfunctionaris 18. Preventiemedewerkers 18. Bedrijfshulpverlening 18. Incidenten 19. Niet bij kennis alleen 19. Viering/feest 19. Culturele projecten 19. De schooltuin 19. Werkweek 19. Schoolreizen 19. Sportdagen 19. Brede School 20. Ouders 20. Ouderparticipatie 20. Ouders en school 20. Ouderraad en Medezeggenschapsraad 20. Informatie en communicatie naar ouders (maandbrieven, ouderavonden) 20. Overleg met groepsgroepsleiders 20. Overblijven 20. Klachten 21. Privacy/ Wet bescherming persoonsgegevens 21. Schoolfonds 21. Schoolmelk 21. Verzekering 21. Verlof, verzuim en lesuitval 1
21. Verlof leerlingen 22. Verzuim 22. Lesuitval 22. Namen en Adressen 23. De 7 kenmerken van modern Jenaplanonderwijs 24 en verder: De jaarlijkse Info
‘Waar zal ik beginnen?’, vraagt Alice aan de koning. ‘Begin bij het begin’, zegt de koning vastberaden. ‘Ga vervolgens door naar het eind. En stop dan’. ALICE IN WONDERLAND
2
Voorwoord Naar school gaan is een hele stap voor kinderen. In het begin heel spannend; later vormt het een logisch onderdeel van hun leven. Als ouder vertrouwt u uw kind zo’n 8000 uur toe aan de zorg van de groepsleiders 1. Dat is een groot deel van een kinderleven. Een basisschool kies je dan ook met zorg. Scholen verschillen steeds meer van elkaar. In de manier van werken, in het omgaan met elkaar. Elke school heeft zo zijn eigen specialismen. Deze gids geeft aan waar onze school voor staat; informeert ouders op deze punten en vormt als het ware een vingerafdruk van de school. Wij hopen dat ouders na het lezen van deze schoolgids nieuwsgierig worden en zich verder willen verdiepen in onze school.
(Voor een meer gedetailleerde uitwerking van een aantal praktische zaken die in deze gids genoemd worden verwijzen wij u naar het laatste gedeelte in deze schoolgids, ons informatieboekje 2015-2016)
1
Daar waar groepsleider (s) staat wordt mede bedoeld groepsleidster(s)
3
ONZE SCHOOL IN HET KORT Naam: Openbare Jenaplan basisschool Kruidenhoek Adres:
Website E-mail
Geelkruid 27-29, 3068 SN Rotterdam Tel.: 010 - 421 16 74 Fax: 010 - 421 09 11 www.kruidenhoek.nl
[email protected]
Directeur: Ron Oudenaarden. Onze school valt onder het Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam (BOOR). De Kruidenhoek ligt in het noordoosten van Rotterdam en wel in de wijk Ommoord behorende bij de deelgemeente Prins Alexander. De school is goed te bereiken met de metro (halte Graskruid of Hesseplaats), bus 35 en 64 (Graskruid), de trein (station Alexander) en ligt vlak bij de afslag van de A 20. Naast de leerlingen uit de Kruidenbuurt komen er veel kinderen uit Ommoord, de naburige wijken en Capelle a.d. IJssel. De Kruidenhoek is dus niet een typische buurtschool, maar heeft een meer regionaal karakter. Het schoolgebouw De school is gebouwd in 1970 en heeft 1 verdieping. Er zijn twee ingangen, waarvan de ingang voor de jongste kinderen (no. 29) de hoofdingang is. Ons schoolgebouw bevat de volgende ruimten: 12 groepslokalen handvaardigheidlokaal schoolmediatheek, bibliotheek en orthotheek personeelsruimte speellokaal ruimte voor interne begeleiding en remedial teaching gymnastieklokaal (bereikbaar via het achterplein) Schoolgrootte 2 Aantal leerlingen: 235, verdeeld over 10 groepen. Het totale aantal medewerkers bestaat uit: 12 groepsleiders (hiervan werken er 5 parttime) 1 intern begeleider 1 vakleerkracht voor bewegingsonderwijs 1 schoolmaatschappelijk werkster 1 conciërge. 1 directeur.
2
Bijgewerkt t/m 1 september 2015
4
WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT
Jenaplanschool De Kruidenhoek is een Jenaplanschool en is uiteraard lid van de Nederlandse Jenaplanvereniging (NJPV). Er zijn in Nederland ongeveer 200 Jenaplanscholen, de meeste voor basisonderwijs. Zij baseren zich op de ideeën van de Duitse onderwijskundige Peter Petersen (1884 - 1952), die als hoogleraar aan de universiteit van Jena vanaf 1924 zijn visie aan de bestaande universiteitsschool vorm gaf. Petersens pedagogische visie is gebaseerd op ideeën over menszijn, samenleving, onderwijs en de taak van de school. Deze zijn geformuleerd in de 20 basisprincipes. De eigenheid en het uniek zijn van elk kind staan centraal. Dit betekent dat ieder kind zich moet ontwikkelen tot degene die het in wezen al is. Volwassenen hebben de opdracht om kinderen in hun eigen menszijn te waarderen. De visie op samenleven gaat uit van de gedachte dat de mens alleen in relatie met anderen mens kan worden. Mensen spelen, praten, werken, eten en vieren met elkaar. De belangrijkste taak van de school is onderwijs en opvoeding: kinderen leiden en begeleiden in hun ontwikkeling als mens.
Wat betekent dit voor ons onderwijs De Kruidenhoek daagt leerlingen uit en stimuleert ze in hun ontwikkeling. Tevens probeert de school sociale vaardigheden bij te brengen zodat leerlingen zich kunnen ontwikkelen tot stabiele en creatieve persoonlijkheden. Door de grenzen te verleggen tot buiten de muren van de school en buiten de kaft van het methodeboek, krijgen de leerlingen de kans zich te vormen tot kritische volwassenen en tot mensen die zorg en respect hebben voor elkaar. Middelen daartoe zijn o.a. het werken in stamgroepen (zie hierna), het opzetten van allerlei projecten door de hele school heen en het integreren van nieuwe media in de onderwijspraktijk waardoor leerlingen zelfstandig en met een grote mate van flexibiliteit en differentiatie kunnen werken aan allerlei opdrachten. Schoolse vakken beheersen is één doel. De Kruidenhoek beoogt meer: kinderen leren samenwerken, hen te leren weten wat zich in de wereld om hen heen afspeelt. Kinderen moeten zichzelf kunnen zijn en uitgedaagd worden tot leeractiviteiten. Zelfactivering en zelfwerkzaamheid zijn bij ons zeer belangrijk, geen concurrentie maar samenwerking, ontwikkelen van zelfvertrouwen en verantwoordelijkheidsbesef.
De Kruidenhoek is daarom méér dan leren alleen!
5
De twintig basisprincipes De basisprincipes Jenaplan geven het kader en de speelruimte aan voor de ontwikkeling van Jenaplanscholen. Voor een uitvoerige toelichting op de basisprincipes zie Both / Vreugdenhil, 1992.
1. Elk mens is uniek; zo is er maar één. Daarom heeft ieder kind en elke volwassene een onvervangbare waarde. 2. Elk mens heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen. Deze wordt zoveel mogelijk gekenmerkt door: zelfstandigheid, kritisch bewustzijn, creativiteit en gerichtheid op sociale rechtvaardigheid. Daarbij mogen ras, nationaliteit, geslacht, seksuele gerichtheid, sociaal milieu, religie, levensbeschouwing of handicap geen verschil uitmaken. 3. Elk mens heeft voor het ontwikkelen van een eigen identiteit persoonlijke relaties nodig: met andere mensen; met de zintuiglijke waarneembare werkelijkheid van natuur en cultuur; met de niet zintuiglijk waarneembare werkelijkheid. 4. Elk mens wordt steeds als totale persoon erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken 5. Elk mens wordt als een cultuurdrager en - vernieuwer erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 6. Mensen moeten werken aan een samenleving die ieders unieke en onvervangbare waarde respecteert. 7. Mensen moeten werken aan een samenleving die ruimte en stimulansen biedt voor ieders identiteitsontwikkeling. 8. Mensen moeten werken aan een samenleving waarin rechtvaardig, vreedzaam en constructief met verschillen en veranderingen wordt omgegaan. 9. Mensen moeten werken aan een samenleving die respectvol en zorgvuldig aarde en wereldruimte beheert. 10.Mensen moeten werken aan een samenleving die de natuurlijke en culturele hulpbronnen in verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties gebruikt. 11.De school is een relatief autonome coöperatieve organisatie van betrokkenen. Ze wordt door de maatschappij beïnvloed en heeft er zelf ook invloed op. 12.In de school hebben de volwassenen de taak de voorgaande uitspraken over mens en samenleving tot (ped)agogisch uitgangspunt voor hun handelen te maken. 13.In de school wordt de leerstof zowel ontleend aan de leef- en belevingswereld van de kinderen als aan de cultuurgoederen die in de maatschappij als belangrijke middelen worden beschouwd voor de hier geschetste ontwikkeling van persoon en samenleving. 14.In de school wordt het onderwijs uitgevoerd in pedagogische situaties en met pedagogische middelen. 15.In de school wordt het onderwijs vorm gegeven door een ritmische afwisseling van de basisactiviteiten gesprek, spel, werk en viering. 16.In de school vindt overwegend heterogene groepering van kinderen plaats, naar leeftijd en ontwikkelingsniveau, om het leren van en zorgen voor elkaar te stimuleren. 17.In de school worden zelfstandig spelen en leren afgewisseld en aangevuld door gestuurd en begeleid leren. Dit laatste is expliciet gericht op niveauverhoging. In dit alles speelt het initiatief van de kinderen een belangrijke rol. 18.In de school neemt wereldoriëntatie een centrale plaats in met als basis ervaren, ontdekken en onderzoeken. 19.In de school vinden gedrag- en prestatiebeoordeling van een kind zoveel mogelijk plaats vanuit de eigen ontwikkelingsgeschiedenis van dat kind en in samenspraak met hem. 20.In de school worden verandering en verbeteringen gezien als een nooit eindigend proces.Dit proces wordt gestuurd door een consequente wisselwerking tussen doen en denken.
6
ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS Stamgroepen en bouwen De kinderen zitten in ‘stamgroepen’. Stamgroep is onze benaming voor een groep van kinderen die verschillen in leeftijd, ontwikkeling, capaciteit en sociale herkomst. De stamgroep wordt in leeftijd zoveel mogelijk heterogeen samengesteld. In de praktijk bestaan de stamgroepen uit leerlingen van drie opeenvolgende leerjaren. Door verschillen in leeftijd kunnen kinderen zich aan elkaar optrekken, elkaar hulp bieden en samenwerken. Verder is er in een goede stamgroep sprake van meer continuïteit in het leer- en ontwikkelingsproces doordat de kinderen min of meer hun eigen tempo kunnen volgen. Ze zijn achtereenvolgens jongste, middelste en oudste in een groep. Dit heeft als gevolg dat ook kinderen met een ‘vaste’ positie in de jaargroep toch elk jaar een andere positie in de stamgroep hebben. De stamgroepen op onze school zijn een onderdeel van een bouw: de onderbouw: voor eerste en tweede jaars kinderen (4 - 6 jarigen), drie stamgroepen. de middenbouw: voor derde, vierde en vijfde jaars kinderen (6 - 9 jarigen), vier stamgroepen. de bovenbouw: voor zesde, zevende en achtste jaars (9 - 12 jarigen), drie stamgroepen.
Ritmisch weekplan en werkvormen gesprek, spel, werk en viering Zoals eerder beschreven, gaat het Jenaplanonderwijs er vanuit dat de basisactiviteiten van gesprek, spel, werk en viering de bouwstenen van het onderwijs en de samenleving vormen. Deze activiteiten volgen elkaar op volgens een wisselend ritme. We hanteren op de Kruidenhoek geen vakkenrooster. In plaats daarvan spreken we van een ‘ritmisch weekplan’. Dat is een uitgekiende afwisseling van inspannende en ontspannende individuele en gezamenlijke leeractiviteiten in de vorm van gesprek, spel, werk en viering. Gesprek Praten is één van de belangrijkste uitdrukkingsmogelijkheden. Door een gesprek kunnen mensen dichter tot elkaar komen. Groepsgesprekken maken een groep hechter. Dit is een kind ook te leren. Vandaar dat bij ons het gesprek een belangrijke plaats inneemt. Het gesprek regelt op een unieke manier de communicatie tussen mensen. Het gesprek op school vindt o.a. plaats in de kring. Door onze opstelling laten we zien dat we bij elkaar horen. Doordat we allemaal een gelijkwaardige plaats in de kring hebben en elkaar goed kunnen zien, is het duidelijk dat wanneer iemand iets zegt dit ons ook allemaal aangaat. Het naar voren durven treden in gezelschap en het leren luisteren naar anderen, is belangrijk voor nu en voor later op weg naar volwassenheid. Het ordenen van gedachten en het duidelijk zeggen wat je bedoelt, heeft een belangrijke taalvormende waarde. We streven ernaar dat in gesprekken alle deelnemers gelijkwaardig zijn. Op de Kruidenhoek onderscheiden we o.a. thematische kringgesprekken, observatiekringen lees- of verhaalkringen, actualiteitenkring, discussie kringen, verslagkringen en planningskringen. Er is gerichte aandacht voor gespreksdoelen, regels en taken. Gesprekken vinden ook plaats in kleine groepjes, bijv. de tafelgroep. In dergelijke gesprekken gaat het om: - samen overleggen en beslissen; - het bespreken van ervaringen; - meningsvorming. Maar bovenal praten, spelende en werkende kinderen en leerkrachten op informele wijze met elkaar. De kinderen moeten zich aan een paar regels houden, bijvoorbeeld: "Je moet iemand laten uitpraten". Wat leren de kinderen van een kringgesprek? Goed naar elkaar luisteren. Hun gedachten, op een voor kinderen gebruikelijke manier, onder woorden te brengen. Hun emoties onder woorden brengen, zonder anderen te kwetsen. Iets op een goede manier vragen. Op een duidelijke manier problemen onder woorden kunnen brengen. Duidelijk te vertellen wat ze van iets vinden. Een gesprek is bij ons geslaagd wanneer we elkaar verrassen of nieuwsgierig weten te maken. Wie kijkt, ziet dat kinderen tijdens een gesprek vaak op het puntje van hun stoel zitten. De stamgroepleerkracht is er op gericht om steeds meer op de achtergrond te staan tijdens het gesprek. Onze kinderen zijn na verloop van jaren goed in staat om een gesprek zelf te sturen of te leiden 7
Spel We zien spel vooral als een prikkelende en uitdagende activiteit, waaraan we ons willen overgeven. Vooraf weet je bij een spel niet precies wat de uitkomst of het effect van je inspanning zal zijn. Bij een spel gaat het vaak om strategie. Zowel in de klas als daarbuiten zorgen we er voor dat kinderen dagelijks kunnen spelen. We signaleren wanneer een kind niet tot spelen komt. Het spel is zeer belangrijk voor een evenwichtige emotionele ontwikkeling. Door het spel vindt een kind mogelijkheden om indrukken en gevoelens die het heeft opgedaan, te verwerken. Het kan zijn angsten en boosheid kwijt, het kan zijn plezier en blijdschap uiten. Het spel is eveneens van belang voor de sociale ontwikkeling. Door het spel kunnen kinderen zichzelf en elkaar leren kennen en accepteren. Ze leren rekening houden met elkaar, teleurstellingen te verdragen, enz. Het spel kent vele vormen: van huishoek tot het uitvoeren van zelf geschreven toneelstukjes. We kunnen onderscheid maken tussen vrij, begeleid en geleid spel. De rol van de leerkracht is dus steeds verschillend. Een speelse houding van de groepsleiding vormt een belangrijke factor in de ontwikkeling van spel in de school. Zij of hij moet ook zelf kunnen spelen! Spel is een oermenselijke activiteit. Zonder spel ben je geen mens en daarom geven wij spel een vaste plaats in het totale onderwijs op onze school. Spel is belangrijk voor kleuters, maar ook voor oudere kinderen en volwassenen. Waarom is het zo belangrijk? Omdat ervaringen van kinderen en mensen ingepast kunnen worden. Omdat het fantasie en creativiteit een kans geeft. Omdat er een spelhouding kan groeien. Omdat er plaats is voor gevoelens en uitingen naar andere mensen en de ontwikkeling van waarden en normen. Dit zijn zeer belangrijke zaken voor de evenwichtige groei van elk kind. Spel heeft daarom binnen het Jenaplan zijn eigen plaats: Het gesprek (bijvoorbeeld spelkring, toneel in de kring) Het spel om het spel (bijvoorbeeld vrij spel in de pauze, bewegingsspel) Het werk (bijvoorbeeld leerspellen) De viering (bijvoorbeeld weeksluitingen en andere vieringmomenten) Al spelend kunnen zelfstandigheid, samenspel en samenwerking tot hun recht komen. De groepsleiding bevordert dit. Kinderen verwerven ook nieuwe mogelijkheden door spel bv. vrijspelen, leerspelen, regelspel (sport en spel) en toneelspel. Dergelijke vormen van spel geven de mogelijkheid om vaardigheden in verstandelijk en sociaal opzicht te verwerven maar... het-niet-op-nut-gericht-zijn is het meest kenmerkende voor spel. Binnen de Jenaplanschool behoudt spel dan ook zijn eigen plaats, niet alleen als vrij spel, maar als wezenlijk deel van het schoolgebeuren. Werk Werken is ons verzamelwoord voor bezigheden die op een bepaald resultaat gericht zijn. Bij een werkopdracht weten kinderen vooraf wat het doel en de uitkomst van de opdracht is. Kinderen oefenen heel gericht door lees-, taal-, reken- en schrijfopdrachten. Oefenen betekent bij ons werken. De belangrijkste vormen waarin 'werk' een centrale plaats inneemt zijn: De blokperiode, een aaneengesloten tijd waarin de kinderen kunnen werken aan dag- en/of weektaken. Hierin wordt bijvoorbeeld een taalopdracht gemaakt, geschreven, gelezen of de leeskring of verslag wordt voorbereid. De instructie voor rekenen, taal, spelling en begrijpend lezen worden op jaargroepniveau gegeven. Werk ten behoeve van de school zoals opruimen, schoonmaken, het plein en omgeving netjes houden, enz. Tijdens het werken wordt er individueel of samen gewerkt. Een belangrijk deel van de dag wordt in beslag genomen door werk. Werk is: doelgericht bezig zijn met leeractiviteiten. Dit geldt voor onder-, midden- en bovenbouw. In de onderbouw wordt thematisch ervaringsgericht/ontwikkelingsgericht gewerkt. Het spelend leren van de onderbouw loopt in de middenbouw wat terug en is in de bovenbouw meer taakgericht geworden. In de situatie werk leren de kinderen om te gaan met de eisen die volwassenen aan hen stellen en aan eisen die ze zichzelf leren stellen. Dit geldt t.a.v. afspraken, regels en verplichte leerstof. De groepsleiding zorgt ervoor dat de kinderen leren hun eigen mogelijkheden zoveel mogelijk te ontdekken en te ontwikkelen. Dat betekent dat het ene kind sneller werkt dan het andere. 8
Ook dat het ene kind meer hulp nodig heeft dan een tafelgenoot. Bovendien zullen niet alle kinderen precies dezelfde leerstof doorwerken of er allemaal op dezelfde tijd of dezelfde manier mee bezig zijn. Dit noemt men differentiatie. Dit vindt plaats tijdens de stilwerkperiode (instructie) en de blokperiode. Werk kunnen we namelijk onderverdelen in: stilwerkperiode (instructie) en de blokperiode. Instructie Hierin leren de kinderen systematisch de basisstof onder directe leiding van de leerkracht. Voorbeelden zijn: lezen, schrijven, taal / spelling en rekenen. Blokperiode In de blokperiode leren kinderen werken op hun eigen niveau met daarbij de ontwikkeling van eigen verantwoordelijkheid voor: wat ga ik doen, wanneer, met wie en waar. Essentieel is daarbij het sociale leren, met name het elkaar helpen en samenwerken. Kinderen zijn - als hen duidelijk is wat van hen verwacht wordt en daarvan ook zoveel mogelijk de zin kunnen inzien - in staat hun eigen werk te organiseren. Misschien is voor hun voortgezette scholing dat wat ze in de blokperiode leren wel het belangrijkste dat ze in hun basisschoolperiode leren. De blokperiode bestaat dan uit allerlei activiteiten. Door aan te sluiten bij de behoefte en de ontwikkeling van kinderen wordt gestimuleerd dat kinderen komen tot zelfverantwoordelijk leren. De aspecten die bij de blokperiode aan bod komen, zijn: Relatie tussen de lessen, de blokperiode en wereldoriëntatie Van zelf werken, zelfstandig werken, zelfstandig leren naar zelfverantwoordelijk leren Opbouw van vaardigheden in de verschillende bouwen Het organiseren van een zinvolle blokperiode De rol van de leerkracht van instructeur naar begeleider
Viering Feest vieren is ook iets wat je bij ons moet leren. We grijpen van alles aan om te vieren. Elke viering vraagt iets van voorbereiding. Of je nu een verjaardag viert of de week feestelijk afsluit, feesten gaat niet vanzelf. Daar moet je bij ons ook met elkaar moeite voor willen doen. Een feest is bij ons nooit routine. Van elk feest willen we een gebeurtenis maken die doorleefd wordt en je bijblijft. Als een van de opvoedkundige situaties binnen het Jenaplanonderwijs neemt de viering een belangrijke plaats in. In het werkplan van de school heeft de viering een vaste plek. De nadruk ligt op het samen iets vieren in een goede sfeer. Het samen vieren, actief bezig zijn en beleven van een feestelijke gebeurtenis geeft een groot gevoel van saamhorigheid. De viering wordt in het algemeen door de kinderen voorbereid en uitgevoerd, maar soms ook door volwassenen. Dit kan gebeuren in de hele school, in een gedeelte van de school, in een bouw of in een stamgroep. Sinterklaas, Kerstfeest, verjaardagen van kinderen en groepsleiding en het afscheidsfeest voor de schoolverlaters vinden in het algemeen op de meeste scholen plaats, maar hebben extra nadruk op Jenaplanscholen. Daarnaast kent men vanouds in de Jenaplanscholen nog bijzondere vieringen zoals: weeksluitingen, workshops , bouwvieringen. In vieringen leren kinderen waarderen wat zijzelf en anderen beleefd en gemaakt hebben. Dit krijgt vorm in bijv: muziek, dans, toneel, film, tekeningen, teksten, knutselwerk, enz. De opvattingen van de school over religie en maatschappij kunnen van invloed zijn op de manier waarop vieringen plaatsvinden. De tien overtuigingen geven dan ook het kader aan waarbinnen wij willen vieren. Dat betekent bijv. dat de inhoud van de vieringen moet getuigen van respect voor elkaar en voor het verschillend zijn van kinderen en volwassenen. Ook dat kritisch gekeken wordt naar de maatschappij om ons heen. Tenslotte geven vieringen de mogelijkheid om te proberen de diepere zin achter de dingen te ontdekken of weer te geven. Vieren is het samen beleven en delen van gevoelens en ervaringen. Dat betekent dat het op het ene moment dolle pret kan zijn, maar dat er ook plaats is voor ademloze stilte. Als schoolgemeenschap weten we ook vierend vorm te geven aan verdriet en rouw.
9
DE KWALITEIT VAN DE SCHOOL Het team op de Kruidenhoek vindt dat de kwaliteit van de school veel verder moet gaan dan alleen een weergave van meetbare leerresultaten. Het feit of leerlingen zich prettig en veilig op school voelen en het gegeven dat ze zich ontwikkelen tot mensen die zorg hebben voor elkaar, zijn zeer belangrijke kwaliteitsaspecten. Die kwaliteitsaspecten worden natuurlijk niet bereikt door uitsluitend bezig te zijn met methodegebonden leerboeken. Leerlingen leren ontzettend veel van de praktijk, van concrete ervaringen. Het hart van ons onderwijs is wereldoriëntatie. Kinderen worden gestimuleerd om open te staan voor de wereld in al haar facetten en samenhangen. Door middel van projecten, de mediatheek en de integratie van de nieuwe media in het onderwijs bereikt de school zijn doelstellingen. Wij gebruiken geen methoden met een leerlijn van aparte zaakvakken (aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en natuurkunde). Wel hanteren we een aparte leerlijn topografie. De wereldoriëntatie is in relatie tot taal opgezet rondom thema’s die in de belangstelling staan of welke door de school als belangrijk worden ervaren. In de onderbouw is gekozen voor een inzet van extra middelen om nog meer zorg te besteden aan deze leeftijdsgroep, daar de ontwikkelingsfasen van 4 tot 6-jarigen dusdanig van belang zijn voor de toekomst en het verdere leren van het kind dat extra individuele aandacht zeer belangrijk is en dit kan goed plaatsvinden in groepen met een kleiner gemiddelde. Tevens worden er extra faciliteiten ingezet voor gerichte stimulering van jonge kinderen met een taalachterstand. Ook wordt gebruik gemaakt van observaties en een kindvolgsysteem om de ontwikkeling en vorderingen van de kinderen systematisch te registreren. Spelend leren Een kind heeft behoefte aan spelen en leert op deze manier de omgeving (wereld) kennen. In de onderbouw wordt vooral spelend geleerd. Het lokaal is zo ingericht dat de kinderen veel zelf kunnen ontdekken en opgedane ervaringen kunnen verwerken. De groepsleider stimuleert, begeleidt en stuurt de kinderen met betrekking tot de volgende ontwikkelingsaspecten; taal ontwikkeling, sociaal emotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, muzikale ontwikkeling en lichamelijke ontwikkeling (grote en kleine motoriek). Er wordt thematisch rondom een project gewerkt, soms naar aanleiding van een vast gegeven als een feest of seizoen, soms naar aanleiding van een onderwerp dat door de groepsleiders gekozen is en soms is een gebeurtenis die indruk op de groep gemaakt heeft de aanleiding. De inbreng van de kinderen (ervaringen, voorwerpen, boeken enz.) is hierbij erg belangrijk. Het spelend leren vinden we terug in vele activiteiten van de onderbouw. Deze activiteiten zijn bedoeld om de ontwikkeling van het “gehele” kind te stimuleren zodat het kind zoveel mogelijk in balans is. Hier volgt een greep uit de verschillende pedagogische situaties, verdeeld over de vier basisactiviteiten. Gesprek – vrij kringgesprek, kringgesprek n.a.v. een onderwerp, vertellen, voorlezen, opzegversjes Werk – bouwgang, leeshoek, knutselen, tekenen, uitvoeren van opdrachten, schrijfdans, werken met ontwikkelingsmateriaal, reken- en taalspelletjes, zandtafel, computer, keuzecursus Spel – drama, muziek, huishoek, bewegingsonderwijs binnen en buiten, dans Viering – poppenkast, kring, kleine viering, grote viering, feesten Het spreekt voor zich dat in bijv. de huishoek , aspecten van gesprek, werk, spel en viering aan de orde kunnen komen. Dit geldt voor meerdere situaties.
10
Basisvaardigheden Het leren van basisvaardigheden (lezen, schrijven, rekenen, teksten maken, gebruik maken van informatiemiddelen) gebeurt vooral in de basisactiviteit werk. Dat zijn dagelijkse perioden (zoals aangegeven in het stuk over het ritmisch weekplan) waarin de kinderen samen of individueel werken. De kinderen werken aan de hand van een dag- of weektaak. Dat is een afspraak tussen de kinderen en de leerkracht die op vrijdag wordt geëvalueerd. De groepsleider geeft instructies. Kinderen kunnen elkaar helpen bij het onder de knie krijgen van de leerstof. Zo leren ze van elkaar. Daarnaast speelt het 'leren tussen de regels door' een belangrijke rol. Kinderen zien andere (oudere) kinderen bezig met lezen en schrijven, en dat is vaak al genoeg om hen te stimuleren zich vaardigheden eigen te maken.
LEZEN — In de onderbouw wordt een start gemaakt het leren lezen. Er wordt veel met klanken gespeeld, woorden worden gehakt en geplakt en er wordt veel gerijmd. Aanvankelijk lezen start in principe met de 3e jaars leerlingen en wordt aangeleerd met het Zwaluwlezen. Daarna volgt het technisch lezen in boekjes passend bij het leesniveau van het kind (AVIniveau). Voor het begrijpend lezen wordt gebruik gemaakt van de digitale methode Nieuwsbegrip, waarbij er ook thuis opdrachten op de computer worden gedaan
TAAL — Er wordt aandacht besteed aan het creatief taalgebruik, uitbreiding van de woordenschat, zinsbouw, grammatica en spelling. Veel gebruikte werkvormen zijn het schrijven van verhalen, het werken in de mediatheek en werken uit methodisch materiaal. Voor het oefenen van de spelling en de werkwoordsvormen wordt het onderdeel Spelling uit de taalmethode “Taaljournaal” gebruikt. Ook is er samen met de schoolbegeleidingsdienst een eigen taallijn ontwikkeld die in relatie staat met de wereldoriëntatie. Het omvat de onderdelen taalbeschouwing, spreken/ luisteren en creatief taalgebruik. In de bovenbouw wordt Engels gegeven met de digitale methode ‘Groove Me”.
SCHRIJVEN — De eerste schrijfoefeningen gaan op muziek – ook wel ‘schrijfdans’ genoemd. Hierna wordt de grote motoriek verder geoefend met krijt op borden. Vervolgens worden de schrijfpatronen weer geoefend, maar dan in het klein met driekantige potloden. Daarna wordt de methode ‘Ik Schrijf’ gebruikt. Eerst komen de losse letters aan bod, dan volgen de verbindingen en hoofdletters. In de bovenbouw staat het ontwikkelen van een eigen handschrift en de goede verzorging van het handschrift centraal.
REALISTISCH REKENEN — Voor rekenen is de methode ‘De Wereld in Getallen’ in gebruik. De onderbouwleerlingen en beginnende 3e jaars zijn vooral handelend bezig met rekenbegrippen zoals: meer, minder, evenveel. Op basis van eigen activiteiten worden kennis, inzicht en vaardigheden verworven. Daarna wordt er meer en meer met getallen gewerkt. Het in de praktijk brengen van het geleerde is zeer belangrijk in deze methode. Dit gebeurt mede in de vorm van projecttaken. Door te overleggen over de aanpak van een probleem, door oplossingsstrategieën te vergelijken, leren de kinderen van elkaar.
WERELDORIËNTATIE (WO) — Zoals al eerder genoemd is wereldoriëntatie het ‘hart van ons onderwijs’. In de lessen wereldoriëntatie verwerven de kinderen kennis en vaardigheden en moeten ze zich verplaatsen in waarden die in onze en andere culturen van belang zijn. Vanuit de belevingswereld van kinderen worden vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs en techniek in projectvorm aan de orde gesteld. Kinderen leren zo om te gaan met de natuur om hen heen, de mensen ver weg of dichtbij, vroeger en nu. Belangrijk hierbij is het luisteren naar verhalen, het zelf waarnemen en het experimenteren. Verslaggeving (en dus verdieping van de leerstof) gebeurt door zelf vragen te stellen en antwoorden te zoeken o.a. in de mediatheek of op het internet (binnen een beveiligde omgeving). 11
De projecten kunnen worden verdeeld in basisprojecten, actuele projecten en het school project. Basisprojecten kunnen te maken hebben met b.v. de seizoenen, de omgeving, de feesten, je eigen lijf. Actuele projecten behandelen de ervaringen van kinderen of zaken die actueel zijn zoals gebeurtenissen in de regio, het land of de wereld, een groot sportevenement of de kinderboekenweek. Eenmaal per jaar wordt een groot project gedaan, waarbij alle kinderen van de school met hetzelfde onderwerp bezig zijn. De afgelopen jaren ging het om onderwerpen als kunst, mode, techniek, water, communicatie en de werelddelen (en dus ook de wereld delen - met elkaar). We sluiten het grote project af met een presentatie voor ouders en andere belangstellenden.
TECHNIEK & WETENSCHAP ― Naast het ontwikkelen van een taallijn gekoppeld aan Wereldoriëntatie, begint in deze moderne tijd ook steeds meer het onderdeel techniek zich aan te dienen binnen het onderwijspakket van onze school. Techniek is overal om ons heen en dus ook op de Kruidenhoek. De school heeft deelgenomen aan het zgn. VTB-project, een door het bedrijfsleven gesponsord project Verbreding Techniek Onderwijs. Dankzij een forse subsidie en de verworven kennis van een aantal teamleden die aan het project hebben meegedaan zijn we in staat om techniek en wetenschap een vaste plaats binnen ons onderwijs te geven.
INTEGRATIE VAN DE NIEUWE MEDIA IN DE ONDERWIJSPRAKTIJK — Onze school heeft een computernetwerk waarop elke groep is aangesloten. Daarnaast is er een mediatheek waar computers op het internet zijn aangesloten. De school streeft ernaar dat er optimaal gebruik gemaakt wordt van het internet. Informatie — Met speciaal voor kinderen ontwikkelde lessen en actuele projecten kunnen de kinderen individueel, in groepjes of klassikaal aan het werk. Communicatie — De kinderen kunnen via email communiceren en discussiëren met andere kinderen. Tevens kunnen ze vragen stellen aan experts. Publicatie — Op de eigen website (www.kruidenhoek.nl) zal allerlei informatie worden gepubliceerd.. Ook maakt iedere groepsleerkracht gebruik van Klasbord om de ouders en andere belangstellenden op de hoogte te houden van de activiteiten binnen de groep d.m.v. berichtjes en foto’s. Iedere ouder ontvangt hiervoor een inlogcode.
EXPRESSIEVAKKEN — Creativiteit kan op veel verschillende manieren tot uiting komen. Het is een belangrijke bouwsteen voor kinderen om te groeien naar een volwaardige persoonlijkheid. Daarom wordt er bij alle vakken en in het bijzonder bij projecten en viering, aandacht aan besteed. En natuurlijk in het bijzonder bij de vakken handvaardigheid, tekenen en muziek.
KEUZECURSUSSEN—Twee keer per jaar worden door de hele school verspreid ‘keuzecursussen’ gegeven. De cursus wordt gegeven door teamleden geassisteerd door enthousiaste ouders. De cursussen beslaan vele terreinen: koken, handvaardigheid, dansen, dramatische expressie, fotograferen, techniek enzovoort. De groepjes zijn kleiner dan de stamgroep en kunnen dus anders begeleid worden. De keuzecursus bestaat uit twee opeenvolgende middagen.
BEWEGINGSONDERWIJS — De kinderen in de onderbouw hebben iedere dag bewegingsonderwijs in de vorm van buitenspel of gymlessen. Voor de middenbouw en de bovenbouw zijn er wekelijks drie gymlessen. In de lessen bewegingsonderwijs wordt in samenspel met groepsgenoten gewerkt en wel op een gedifferentieerde manier waarbij iedereen op een voor hem/haar zo hoog mogelijk niveau kan bewegen en sporten. In de zomermaanden sporten we tijdens de gymlessen op de velden van de voetbalclub Ommoord op 5 minuten lopen van de school. In de midden- en bovenbouw worden deze lessen zowel door een leerkracht bewegingsonderwijs als door de eigen leerkracht gegeven. Het zwemonderwijs voor kinderen die (vanaf groep 4) niet in het bezit zijn van een zwemdiploma A en B vindt plaats in het zwembad Zevenkampsering. De leerlingen worden per bus vervoerd. Uniek is de klimwand in de gymzaal. De kinderen van de bovenbouw kunnen op de klimwand oefenen. In het speellokaal van de onderbouw bevindt zich een kleinere klimwand. Op deze manier raken de jongste kinderen langzaam vertrouwd met het klimmen. 12
HUISWERK—In de middenbouw wordt er een kleine start gemaakt met huiswerk. Het voorbereiden van een leeskring of spreekbeurt en het maken van Nieuwsbegrip valt hieronder. Verder wordt er in de middenbouw in principe geen huiswerk gegeven; er zijn echter uitzonderlijke gevallen waarin, in overleg met ouders, wel werk voor thuis wordt meegegeven. Het voorbereiden van de spreek- en leesbeurten en In de bovenbouw geldt de voorbereiding van spreek- en leesbeurten en het maken van Nieuwsbegrip ook als huiswerk. Ook het leren van toetsen valt hieronder. Bovendien krijgen de achtste jaars agendatraining; dit bestaat uit regelmatig huiswerk maken voor verschillende leerstofonderdelen, zoals b.v. informatieverwerking.
NIEUWE ONTWIKKELINGEN BINNEN DE SCHOOL—Dit schooljaar werken we aan de verdere ontwikkeling van de volgende gebieden: - Computers (ICT) - Techniek - Rapportage en het kindvolgsysteem - Technisch – en voortgezet lezen - Digitaliseren onderbouw
VOLGEN EN BEOORDELEN VAN KINDEREN Ieder kind is belangrijk en ontwikkelt zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo. Om dit proces goed te kunnen begeleiden, is het van belang alle kinderen regelmatig te observeren. Gekeken wordt naar het gedrag van het kind en naar de mate van zelfstandigheid, behulpzaamheid, taakgerichtheid, samenwerken, omgaan met anderen, enz. Ook de leerprestaties op het gebied van lezen, taal, rekenen en wereldoriëntatie worden gevolgd. In de onderbouw wordt het PRAVOO leerlingvolg- en hulpsysteem gebruikt. Na 6 maanden wordt de checklist voor nieuwe 4-jarigen ingevuld. Daarna wordt de ontwikkeling van het kind twee keer per jaar (indien nodig vaker) in dit volgsysteem vastgelegd. Indien er op grond van de resultaten van de ontwikkeling extra stimulering of ondersteuning moet plaatsvinden of dat er externe hulp gezocht moet worden, dan spreekt het voor zich dat er contact met de ouders zal plaatsvinden. Voor veel (schoolse) vaardigheden zijn door diverse instituten in ons land toetsen ontwikkeld die het mogelijk maken om te beoordelen of een kind zich gelijkmatig ontwikkelt. In de midden- en bovenbouw worden jaarlijks op vaste momenten toetsen voor rekenen, taal en lezen afgenomen. De uitslag van de toets wordt vergeleken met de uitslag van de vorige toets: Gaat het kind goed vooruit? Verandert er ineens iets in de ontwikkeling, dan wordt de vraag gesteld: Past deze nu wel of niet bij de mogelijkheden van dit kind? Daarnaast worden ook regelmatig methodegebonden toetsen afgenomen. De toetsen maken het o.a. mogelijk problemen vroegtijdig te signaleren. Mochten de resultaten op individueel, groeps- of schoolniveau daartoe aanleiding geven, dan kan een diagnostisch onderzoek plaatsvinden. Mocht dit aanleiding geven tot externe hulp of onderzoek dan zal dit alleen gebeuren in overleg met de ouders. Rapportage Zoals uit het bovenstaande blijkt, volgt de groepsleider met behulp van toetsen en observaties de ontwikkeling van de kinderen. Op grond van deze gegevens en de schriftelijke en mondelinge verwerking van de stof wordt het rapport opgesteld. In het rapport staat niet alleen aangegeven wat de leerling wel of niet beheerst, maar ook hoe hij/zij zich bijvoorbeeld op sociaal-emotioneel terrein ontwikkelt. Na ongeveer een half jaar onderbouw krijgen ouders voor het eerst een uitnodiging voor een rapportgesprek over de vorderingen van hun kind (U kunt hiervoor natuurlijk al een gesprek hebben gehad). De rapportage vindt tweemaal per jaar plaats (januari en juni). In november vinden er (indien nodig) ook 10-minuten gesprekken plaats.
13
Onderwijskundig rapport De Kruidenhoek geeft aan de kinderen die de school verlaten een onderwijskundig rapport mee. Daarin staat volgens welke methoden en aanpak er is gewerkt en hoe ver het kind is gevorderd. Daarnaast worden de gegevens van het leerlingvolgsysteem vermeld, of uw kind extra zorg heeft gehad en of er sprake was van interne of externe diagnostische en psychologische onderzoeken. Het onderwijskundig rapport wordt opgestuurd naar de nieuwe school van uw kind. Hiervoor gebruiken wij het digitale systeem OSO. Bij zijinstromers die bij ons op school worden ingeschreven wordt een onderwijskundig rapport opgevraagd. Daarnaast vragen wij (indien ontvangen) om het overdrachtsdossier bij overstap van peuterspeelzaal naar basisschool. De schoolverlaters Tegenwoordig wordt in april de Cito-eindtoets voor het basisonderwijs afgenomen. Het voortgezet onderwijs vraagt namelijk – naast een advies van de groepsleider – om een onafhankelijk tweede advies. Het advies voor het vervolgonderwijs is vooral gebaseerd op het oordeel van de groepsleider die uw kind enkele jaren heeft begeleid en het dus goed kent en minder op de uitslagen van de Citotoetsen. Met de ouders vindt een apart adviesgesprek (meestal rond januari) over het voortgezet onderwijs plaats. Daarnaast geven wij de mogelijkheid een bijeenkomst te bezoeken waar een aantal vertegenwoordigers van het voortgezet onderwijs uitlegt welke verschillende mogelijkheden er zijn. Het schoolgemiddelde van de Cito-eindtoets van schooljaar 2014-2015 was: 535.9 Afgelopen schooljaar (2014-2015) gingen de leerlingen (26) naar de volgende vormen van voortgezet onderwijs: Aantal leerlingen 1 6 6 6 4 3
Soort voortgezet onderwijs VMBO Overige vormen VMBO Theoretische leerweg VMBO-T / HAVO HAVO HAVO / VWO VWO
Overgang PO-VO We willen ervoor zorgen dat onze leerlingen soepel instromen in het voortgezet onderwijs dat bij ze past. Voor ons betekent dit dat wij meer inzicht willen krijgen in waar onze leerlingen na groep 8 terechtkomen en wat zij nodig hebben om in het voortgezet onderwijs te slagen. Wij hechten daarom veel waarde aan een geregeld contact met de scholen waaraan we leerlingen leveren. Kenmerken van de overgang PO-VO zijn: 1. In overleg met de andere basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs hebben wij een procedure voor advisering vastgesteld. 2. Wij overleggen met de mentoren van de VO-scholen waaraan we leerlingen leveren. 3. Wij hebben zicht op wat het voortgezet onderwijs van onze leerlingen vraagt. 4. Wij beschikken over een aanbod om de leerlingen op het VO voor te bereiden.
Nieuwe kinderen Peuterochtenden Een aantal maal per jaar worden er peuterochtenden gehouden. Peuters met hun ouders kunnen die ochtend kennismaken met de school, de kinderen en de leerkrachten. Deze ochtenden worden druk bezocht door peuters van de naast de school gelegen peuteropvang van Stichting BijdeHand, peuterspeelzalen uit de omgeving en andere belangstellenden van buiten de school. ...voor het eerst naar school Vanaf hun vierde jaar zijn de kinderen op onze school welkom. Voordat het kind wordt ingeschreven, vindt er met de schoolleiding een informatief gesprek plaats. De school verstrekt schriftelijke informatie bestaande uit deze schoolgids, een brochure over het Jenaplanonderwijs in het algemeen en een boekje specifiek over de onderbouw. Na het gesprek kunnen ouders en eventueel het kind nader kennismaken met de school. Daarna vindt de inschrijving plaats. Voordat uw kind definitief op school komt, mag het twee woensdagochtenden komen kennismaken in zijn of haar nieuwe groep. 14
...van een andere school Voor kinderen die door verhuizing tussentijds op school komen geldt dezelfde toelatingsprocedure als voor 4-jarigen. Zijn er andere redenen dan verhuizing om toelating te vragen, dan geldt de volgende procedure: De directeur heeft een gesprek met de ouders over de beweegredenen en overleg over eventuele onderzoeken; Er wordt uitgebreide informatie opgevraagd bij de huidige school; Het kind is minimaal een dagdeel aanwezig in één van de stamgroepen Ook een proefplaatsing van maximaal vier weken behoort tot de mogelijkheden Het kind wordt besproken met de intern begeleider en bekeken wordt in hoeverre onze school bij machte is het kind goed op te vangen. Vervolgens bepaalt de school – afhankelijk van de uitkomst van bovenstaande procedure – of het kind op school kan komen. In geval van een negatief besluit volgt er een advies voor een andere schoolkeuze. In het schoolondersteuningsplan (het SOP) is aangegeven waar de grenzen van het Passend Onderwijs liggen voor basisschool de Kruidenhoek.
Zitten blijven? De Kruidenhoek kent het klassieke ‘zitten blijven’ niet. Soms wordt er besloten om de afgesloten periode van het kind met een jaar te verlengen. In deze verlengde periode wordt extra aandacht besteed aan die rijpingsgebieden naar aanleiding waarvan geadviseerd werd het verblijf van uw kind in de bouw een jaar te verlengen. Dit kan ook een sociaal-emotioneel probleem zijn. In de ontwikkelingsgebieden waar uw kind geen problemen ondervindt gaat hij/zij gewoon verder.
ZORG VOOR KINDEREN Interne begeleiding De interne begeleiding is verantwoordelijk voor de zorgstructuur op school. Zij werkt onder verantwoordelijkheid van de directie van school. Zij ondersteunt het schoolmanagement bij de ontwikkeling en uitvoering van het beleid op het terrein van de leerlingenzorg, coördineert de implementatie van het zorgbeleid en ondersteunt leerkrachten bij de uitvoering van de leerlingenzorg in de groep. Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs in werking getreden. Passend onderwijs legt een zorgplicht bij scholen. Dat betekent dat zij er per 1 augustus 2014 voor verantwoordelijk zijn om alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een goede onderwijsplek te bieden. Daarvoor werken reguliere en speciale scholen samen in regionale samenwerkingsverbanden. Meer informatie over passend onderwijs is te vinden op www.passendonderwijs.nl of www.steunpuntpassendonderwijs.nl
Zorgplicht Bij de uitvoering van de zorgplicht moet een schoolbestuur eerst kijken wat de school zelf kan doen. Het uitgangspunt is dat de school (schoolbestuur) waarop het kind zit of is aangemeld, eerst alle mogelijkheden onderzoekt om het kind op deze school passend onderwijs te bieden. Als de school waar het kind op zit, of is aangemeld echt geen passend onderwijsaanbod kan realiseren, dan heeft de school zogenaamde trajectplicht. Dat betekent dat de school dan zelf voor een goede, nieuwe, onderwijsplek voor dit kind moet zorgen. Bij het vinden van een goede school voor hun kind zijn ouder(s)/verzorger(s) uiteraard wel heel belangrijk. Ouder(s)/verzorger(s) met kinderen in de peuterleeftijd oriënteren zich op een nieuwe school. Maar soms gebeurt het ook dat een kind al op een basisschool zit, maar dat het voor het kind beter is als het naar een andere school gaat. Meestal gebeurt dit omdat de huidige school niet aan het kind kan bieden wat het nodig heeft. Maar het zoeken naar een nieuwe school kan ook het gevolg van een verhuizing zijn. 15
Informatie voor de school Bij het zoeken naar een nieuwe/andere school is het belangrijk dat ouder(s)/verzorger(s) aan de school informatie geven over hun kind. Het bevoegd gezag van een school (het schoolbestuur) kan hier vanaf 1 augustus 2014 een formeel verzoek voor indienen bij ouder(s)/verzorger(s). Van hen wordt dan verwacht dat zij alle relevante informatie over hun kind aan de school overhandigen. Wil de school eventueel toch nader onderzoek laten doen door bijvoorbeeld een gedragswetenschapper, dan moeten de ouder(s)/verzorger(s) daar toestemming voor geven. Ook moeten ouder(s)/verzorger(s) aangeven op welke andere scholen zij hun kind eventueel hebben aangemeld. De school waar de leerling als eerste is aangemeld, is zorgplichtig. Het verzoek van het bevoegd gezag van een school aan ouder(s)/verzorger(s) om meer informatie te verstrekken, geldt voor ouder(s)/verzorger(s) met een kind dat extra ondersteuning nodig heeft. Zij kunnen dan samen met de school bepalen wat de extra onderwijsbehoeften van het kind zijn. Het is zeer belangrijk dat ouder(s)/verzorger(s) en school samen optrekken in het vinden van een passende school voor het kind. Zij kennen het kind beiden goed. Er is vaak veel informatie beschikbaar over een kind. Door in openheid informatie met elkaar te delen, is de kans het grootst dat een passende school voor het kind gevonden kan worden die aansluit bij de wensen van de ouder(s)/verzorger(s). Hoe en wanneer je kind aanmelden op een school? Ouders vragen zich soms af vanaf welke leeftijd zij hun kind kunnen aanmelden op een school. Iedere school kent haar eigen aanmeldingsprocedure. Maar voor alle scholen gelden de volgende algemene regels: • Voordat een kind 3 jaar is kunnen ouders een vooraanmelding doen bij de school. • Aanmelden van kinderen kan pas vanaf 3 jaar en gebeurt schriftelijk. • Als de school een schriftelijke aanmelding ontvangt, stuurt zij een bevestiging van ontvangst naar de ouders. Toelating van het kind dient binnen 6 weken na aanmelding een feit te zijn. Bij uitzondering kan deze periode verlengd worden tot 10 weken. Bijvoorbeeld als de school nader onderzoek naar het kind wil doen dat langer duurt. • Wanneer na 10 weken nog geen beslissing is genomen over de juiste onderwijsplaats, is de school verplicht het kind een tijdelijke plaats aan te bieden. Schoolondersteuningsprofielen Iedere school is wettelijk verplicht om een schoolondersteuningsprofiel te maken. Dit profiel beschrijft welke onderwijsondersteuning de school wel en niet kan bieden. Als ouder(s)/verzorger(s) vermoeden dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft, kunnen ze via het ondersteuningsprofiel alvast een beeld krijgen van wat een school kan bieden. Het uitgebreide schoolondersteuningsprofiel is in te zien op de website van de school en ligt ter inzage bij de directie van de school. Wanneer een kind wordt afgewezen op de school die de eerste keus is van de ouder(s)/verzorger(s), worden zij schriftelijk op de hoogte gesteld van deze afwijzing, voorzien van de argumentatie. Wanneer ouder(s)/verzorger(s) het niet eens zijn met de beslissing van de school, zal er overleg plaatsvinden tussen hen en de school. De school kan in zo’n overleg aangeven welke andere school voor het kind is gevonden, die beter aansluit bij de onderwijsbehoeften van het kind. Wanneer ouder(s)/verzorger(s) niet akkoord gaan met de andere school die wordt voorgesteld, kunnen zij de afwijzing voor de school van hun voorkeur laten toetsen door een geschillencommissie. Het laten toetsen door de geschillencommissie kan echter alleen als er overleg is geweest tussen ouder(s)/ verzorger(s) en school én nadat er een andere school is gevonden voor het kind. Voor scholen voor speciaal (basis)onderwijs verloopt het aanmeldingstraject via het samenwerkingsverband waar de school toe behoort. Het samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Rotterdam (PPO Rotterdam) geeft vanaf 1 augustus 2014 zogenaamde toelaatbaarheidsverklaringen af voor het sbo en so (cluster 3 en 4). Zonder deze verklaring kan een sbo- of so-school een leerling niet aannemen. Basisscholen of zorginstellingen kunnen een kind aanmelden bij de toelatingscommissie van het samenwerkingsverband. Ouder(s)/verzorger(s) kunnen zelf geen toelaatbaarheidsverklaring aanvragen, maar kunnen voor vragen natuurlijk wel terecht bij het samenwerkingsverband (www.pporotterdam.nl). Samenwerkingsverband PPO Rotterdam hoopt met haar brede aanbod aan onderwijsvoorzieningen alle kinderen in Rotterdam passend onderwijs te kunnen bieden. Mochten ouder(s)/verzorger(s) het niet eens zijn met een beslissing van een school, dan kunnen zij bezwaar aantekenen bij het bevoegd gezag van de (eerste) school. Als er samen met school geen 16
passende oplossing gevonden kan worden, kan het samenwerkingsverband ingeschakeld worden of kan aan de landelijke geschillencommissie toelating en verwijdering een oordeel gevraagd worden. Ouder(s)/verzorger(s) zijn natuurlijk altijd vrij om hun kind bij een andere school aan te melden, als ze niet tevreden zijn over de eerste school. Wanneer ouder(s)/verzorger(s) hun kind op een andere school aanmelden, krijgt die school de zorgplicht. Ongeacht de afspraken die er over de uitvoering van de zorgplicht binnen een samenwerkingsverband worden gemaakt, is voor individuele schoolbesturen in alle sectoren de Wet Gelijke Behandeling op grond van Handicap of Chronische ziekte (WGBH/CZ) van kracht. Artikel 2 van deze wet bepaalt dat individuele schoolbesturen ertoe verplicht zijn doeltreffende aanpassingen te verrichten voor een leerling met een beperking (zoals bedoeld in de WGBH/CZ), tenzij deze een onevenredige belasting vormen voor de school. De WGBH/CZ is volgens het College voor de Rechten van de Mens (voormalige Commissie Gelijke Behandeling) niet van toepassing op de toelating en deelname aan het (v)so.
Wanneer geldt de zorgplicht niet? De zorgplicht en de trajectplicht gelden niet als de school of de groep waar het kind voor wordt aangemeld vol is. Voorwaarde is wel dat een school een duidelijke en consistent aannamebeleid heeft en in haar schoolondersteuningsprofiel aangeeft wanneer de school daadwerkelijk vol is. In deze gevallen verdient het de voorkeur als de school bij haar schoolbestuur en/of bij het samenwerkingsverband meldt dat zij geen onderwijsplek aan een kind kan bieden en dat er - zo nodig - toch ondersteuning aan ouders geboden wordt om een passende onderwijsplek voor hun kind te vinden. Ook geldt de zorgplicht niet wanneer ouder(s)/verzorger(s) de grondslag van de school weigeren te onderschrijven. Het gaat hier niet alleen om de religieuze grondslag of levensbeschouwelijke identiteit van de school, maar ook om de onderwijskundige grondslag. Tenslotte is de zorgplicht niet van toepassing bij aanmelding voor cluster 1 (visuele beperkingen) en cluster 2 instellingen (gehoor- en communicatieve beperkingen). Deze instellingen maken geen deel uit van samenwerkingsverbanden passend onderwijs en hebben een eigen toelatingsprocedure. Onderwijsconsulenten Met de inwerkingtreding van de wetswijziging Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 kan ook een beroep worden gedaan op de onderwijsconsulent (www.onderwijsconsulenten.nl) wanneer er sprake is van plaatsingsproblematiek van een (leerplichtige) leerling met extra ondersteuningsbehoefte in primair of voortgezet onderwijs of wanneer ouder(s)/verzorger(s) en/of school problemen ervaren met betrekking tot het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief (OPP). Contactgegevens PPO Rotterdam Bezoekadres: Hillevliet 126-A, 3074 KD Rotterdam Postadres: Postbus 50529, 3007 JA Rotterdam E-mail:
[email protected] Internet: www.pporotterdam.nl Schoolgericht maatschappelijk werk De school heeft 1 dag per week de beschikking over een schoolmaatschappelijk werkster. Zij kan op maatschappelijke vlak de school en ouders hulp bieden bij problemen die zowel thuis als met de school in relatie staan (zie ook het informatieboekje). Meldcode huiselijk geweld/ kindermishandeling Instellingen voor onderwijs, kinderopvang en zorg hanteren de Rotterdamse meldcode “Huiselijk geweld en Kindermishandeling”. Het doel van deze meldcode is om mishandeling en huiselijk geweld te voorkomen en tegen te gaan. Jaarlijks zijn tienduizenden kinderen en volwassenen slachtoffer van mishandeling, verwaarlozing of misbruik. De meldcode schept duidelijkheid over de te zetten stappen en ondersteunt daarmee de beroepskrachten. Het gaat er om dat er op tijd wordt gesignaleerd en dat er iets gedaan wordt met de signalen. De Stichting BOOR heeft het handelingsprotocol ‘Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling’ opgesteld in september 2013. Meer informatie kunt u vinden op de website van het Ministerie www.huiselijkgeweld.nl en www.werkenmetdemeldcode.nl 17
Aandachtsfunctionaris Een eerste stap is om aandachtsfunctionarissen huiselijk geweld en kindermishandeling in de school aan te stellen, hiervoor zijn in het basisonderwijs de intern begeleiders veelal de aangewezen persoon. In het voortgezet en speciaal onderwijs zijn dat de zorgcoördinatoren. Een aandachtsfunctionaris is een medewerker met specifieke verantwoordelijkheden en taken, rondom het thema huiselijk geweld, kindermishandeling en ketensamenwerking, met als doel de meldcode huiselijk geweld en de verwijsindex SISA binnen de school te borgen. De belangrijkste taak is draagvlak creëren voor beide thema’s onder alle medewerkers zodat er op tijd gesignaleerd en gehandeld wordt. De aandachtsfunctionaris bij ons op school is Margot Bijnen. Preventiemedewerker. Elke werkgever laat zich ten aanzien van de naleving van zijn verplichtingen op grond van artikel 13 van de Arbowet bijstaan door een of meer deskundige werknemers. In de wandelgang: preventiemedewerkers. Preventiemedewerkers hebben drie taken: • Het (mede) uitvoeren en opstellen van de RI&E; De risico-inventarisatie & -evaluatie (RI&E) is een onderzoek dat in kaart brengt of het werk gevaar kan opleveren of schade kan veroorzaken aan de gezondheid van de werknemers. In het plan van aanpak dat daarop wordt gemaakt moet de werkgever aangeven binnen welke termijn concrete maatregelen worden genomen tegen de geïnventariseerde risico's, en wat deze maatregelen opleveren. • Het adviseren van en nauw samenwerken met de mr; • Het uitvoeren van preventietaken (uit het plan van aanpak); De preventiemedewerker bij ons op school is Nathalie Smit-Oole. Bedrijfshulpverlening. Scholen zijn verplicht om een gezonde en veilige omgeving te bieden aan werknemers en leerlingen. Met het periodiek afnemen van de RI&E en het uitvoeren van het plan van aanpak, doet de school er alles aan om te voorkomen dat er iets misgaat. Toch kan altijd een acute noodsituatie ontstaan, bijvoorbeeld door een brand of gasexplosie in de directe omgeving. Vanuit de Arbowet zijn scholen verplicht om de bedrijfshulpverlening te regelen. In het BHV-plan staan procedures, taakverdeling en verantwoordelijkheden hiervoor. Concreet betekent dit dat de BHV'ers zich bezig houden met: In noodsituaties alarm slaan Werknemers, leerlingen en bezoekers evacueren (ontruiming) of juist binnenhouden (inruiming) Eerste hulp bij ongevallen Inperken en bestrijden van brand Coördinatie tijdens noodsituaties De BHV’ers bij ons op school zijn Nathalie Smit Oole, Hennie den Haan, Ron Oudenaarden, Tim Snijders en Jeannette Adriaanse (overblijf). Incidenten. De school probeert incidenten te voorkomen. Er zijn school- groepsregels. De regels zijn m.n. gedragsregels: hoe ga je met elkaar om?. Structureel wordt er in alle groepen les gegeven vanuit de Zippy- en Applemethode. Deze lessen sociaal-emotionele ontwikkeling staan o.a in het teken van de ontwikkeling van goed, passend gedrag. Incidenten worden in eerste instantie afgehandeld door de leraar. Afhankelijk van de aard van het incident wordt de intern begeleider of directie betrokken. Ook ouders worden betrokken bij de aanpak van incidenten. De school beschikt over een gedrags- en pestprotocol. Deze is te vinden op onze website.
18
NIET BIJ KENNIS ALLEEN Viering/feest Naast kring, werk en spel speelt ook de viering als vierde pedagogische situatie volgens Peter Petersen een grote rol! De vieringen in elke stamgroep aan het einde van de week, worden door de kinderen bedacht en gecoördineerd. De grote(re) vieringen worden ook door de kinderen (in samenspraak met de groepsleiders) opgezet. Maandelijks is er een grote schoolviering in het speellokaal die thematisch van aard kan zijn. Bij mooi weer vindt deze op ons buitenpodium plaats. En als klap op de vuurpijl wordt het schooljaar afgesloten met het Laatste Dag Feest. Op deze laatste dag van het schooljaar wordt de gezelligheid van het samenspelen benadrukt.
Culturele projecten Schoolprojecten worden vaak afgesloten met een viering of een tentoonstelling voor ouders, kinderen en andere belangstellenden. Alle bouwen doen actief mee aan de culturele activiteiten van de SKVR (Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam). Deze activiteiten kunnen variëren van museumbezoek tot bijvoorbeeld een cursus ‘Dans op school’. Ook volgen onze kinderen de lessen van de kinderboerderij en incidenteel van Diergaarde Blijdorp. De schooltuin De bovenbouwgroepen gaan in de lente en zomermaanden onder schooltijd naar de schooltuin welke op 3 minuten loopafstand ligt. Werkweek In de bovenbouw staat aan het begin van elk schooljaar de werkweek centraal. Hieraan nemen alle kinderen verplicht deel. Integratie van de nieuwe 6e jaars in de bovenbouw en werken aan een hechte stamgroep zijn belangrijke doelen. De kosten van deze werkweek komen ten laste van de ouders. Schoolreizen Onze school gaat niet op schoolreis. Hooguit gaan de onder- en middenbouwgroepen eens in de zoveel jaren naar de dierentuin of Plaswijckpark. Het excursiegeld wordt voornamelijk besteed aan culturele excursies zoals voorstelling, museabezoek, bezoeken aan kunstenaars en bedrijven (ivm het onderdeel techniek en/of beroepskeuze). Sportdagen Één keer per jaar organiseert de school een sport- en spelletjesdag voor de gehele school. De school neemt ook deel aan (door de dienst Sport en Recreatie Rotterdam georganiseerde) buitenschoolse sportontmoetingen. Zoals dammen, schaken, triatlon, zwemmen, peanutbal, korfbal, handbal en voetbal.
Brede School activiteiten Na schooltijd kunnen de kinderen hun talenten verder ontwikkelen met een extra aanbod van activiteiten. Er zijn diverse cursussen op het gebied van sport, kunst&cultuur, koken, schaken e.v. Aan deze activiteiten zijn geen kosten verbonden.
19
OUDERS Ouderparticipatie Binnen een Jenaplanschool spelen ouders een belangrijke rol. Ze helpen mee in het groeps- en schoolgebeuren. Het intensieve contact tussen en leerkracht bevordert het samenspel tussen de opvoeding thuis aan de ene kant en de opvoedsituatie op school aan de andere kant. Ouders en school De Kruidenhoek staat open voor ouders. Elke morgen zijn onze hallen levendige ontmoetingsplaatsen van kinderen, ouders en groepsleiders! Ouders die de school willen ondersteunen bij allerlei activiteiten zoals de keuzecursus, mediatheek, maken en repareren van leermiddelen, excursies, projecten, de sportdag, sinterklaas, de kerstviering, het schoolplein, de overblijf en computeronderhoud zijn van harte welkom. Ouderraad en Medezeggenschapsraad De Activiteitencommissie (voorheen ouderraad) heeft taken in en buiten de school, zoals het contacten leggen met ouders, het organiseren van en helpen bij allerlei evenementen. In de MedezeggenschapsRaad (MR) overleggen en beslissen ouders en personeel over regelgeving en allerlei ontwikkelingen in het onderwijs. In de praktijk betekent het lid zijn van een AC of een MR dat ouders meedenken, meewerken en meedoen met het hele schoolgebeuren.
Informatie en communicatie naar ouders (maandbrieven, ouderavonden) Alle informatie vanuit de school wordt per mail aan de ouders verzonden. Ongeveer eens per maand krijgen de ouders een maandbrief in hun mailbox.. Hierin staan de speciale activiteiten van de komende maand. Aan het begin van het schooljaar worden er informatieve stamgroepavonden voor ouders georganiseerd. Op onze schoolwebsite www.kruidenhoek.nl staat informatie voor ouders en andere belangstellenden. Ook maakt iedere groepsleerkracht gebruik van Klasbord om de ouders en andere belangstellenden op de hoogte te houden van de activiteiten binnen de groep d.m.v. berichtjes en foto’s. Iedere ouder ontvangt hiervoor een inlogcode. Overleg met groepsleiders Als u iets over uw kind wilt weten of vertellen, kunt u altijd bij de groepsleiders terecht. De groepsleider maakt dan een afspraak om na schooltijd rustig te kunnen praten. Het initiatief tot een gesprek kan ook van de groepsleider uitgaan. Voor een goede begeleiding van het kind is regelmatig overleg met de ouders van groot belang Overblijven Op de Kruidenhoek bestaat de mogelijkheid om kinderen in de middagpauze tegen betaling te laten overblijven. De overblijf vindt plaats in de groepslokalen voor zowel onder-, midden- en bovenbouwkinderen onder verantwoordelijkheid van de Stichting Overblijf Kruidenhoek. Op de website kunt u hier mee informatie over vinden. Klachten Het openbaar onderwijs van Rotterdam is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie voor het openbaar onderwijs. Deze klachtencommissie heeft een klachtenregeling opgesteld. De regeling is vooral bestemd voor leerlingen en ouders en in sommige situaties voor het personeel van de school. Ouders en leerlingen kunnen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van het bevoegd gezag en personeel en ook van gedragingen van anderen die deel uitmaken van de schoolgemeenschap. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld: — begeleiding of beoordeling van leerlingen — seksuele intimidatie — discriminerend gedrag — agressie — geweld en pesten 20
De complete klachtenregeling ligt ter inzage op school. U kunt hiervoor terecht bij de twee vertrouwenspersonen van de school (Etty en Francis) of de bestuursvertegenwoordiger van Stichting BOOR. Privacy/ Wet bescherming persoonsgegevens De gegevens die door de ouders (voogden) aan de school worden verstrekt en de resultaten van testen en toetsen van de leerlingen worden door de school gebruikt om twee redenen en wel: 1. Schooladministratieve redenen: de school is verplicht om een leerlingadministratie te voeren. Deze gegevensverzameling valt onder het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. 2. Leerling begeleiding: de door de leerling behaalde resultaten spelen een belangrijke rol bij het begeleiden van de leerlingen. Ook deze administratie is vrij van meldingsplicht door het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Daarnaast worden deze gegevens opgenomen in een gegevensverzameling die de gegevens verwerkt tot statistische informatie ten behoeve van de evaluatie van het onderwijskundig beleid van de school en het gemeentelijk onderwijs beleid. Dit vindt plaats in de Onderwijsmonitor PO/VO gemeente Rotterdam. De onderwijsmonitor levert uitsluitend geanonimiseerde statistische informatie en de daaraan ten grondslag liggende gegevensverzameling is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens. Schoolfonds Het basisonderwijs in Nederland is gratis, maar toch vraagt elke school een “vrijwillige” ouderbijdrage. Dit schooljaar wordt er gevraagd om een bijdrage van € 57,50. Deze bijdrage is bestemd voor activiteiten die de overheid niet betaalt, maar die de school toch belangrijk vindt voor de kinderen. Hierbij valt te denken aan kerstfeest, sinterklaasfeest, excursies, theaterbezoeken, sporttoernooien, verzekering, afscheid schoolverlaters, keuzecursussen, bijhouden van het schoolplein, enz. De Activiteitencommissie (AC voorheen OR) beheert deze gelden en beslist (in samenspraak met het team) over de besteding hiervan. Schoolmelk Het is mogelijk op school melk te drinken. U hebt de keus uit: volle melk, half volle melk, chocolademelk en drinkyoghurt. Verzekering Tijdens schooltijd zijn de kinderen verzekerd via het bestuur. Eigendommen van kinderen zijn niet meeverzekerd. VERLOF, VERZUIM EN LESUITVAL Verlof leerlingen De leerplichtige leeftijd voor kinderen is vijf jaar. Dit betekent dat u uw kind vanaf deze leeftijd niet zomaar thuis mag houden. In voorkomende gevallen zult u dus verlof moeten aanvragen. Bij het beoordelen van verlofaanvragen worden bij ons op school de volgende richtlijnen aangehouden: Verlof voor bezoek aan huisarts, ziekenhuis, therapie of tandarts Een dergelijk bezoek hoeft u slechts (zelf) mede te delen aan betrokken groepsleider. Het is gewenst om dergelijke afspraken zoveel mogelijk buiten schooltijd te maken. Indien de afspraak toch onder schooltijd valt, dan bent u verplicht om uw kind van school op te halen. We sturen zonder bericht van ouders geen kinderen, ook niet uit de bovenbouw, zelfstandig naar huis. Verlof voor huwelijken, jubilea, begrafenissen, e.d. Dit verlof meldt u schriftelijk door het invullen van een verlofformulier verkrijgbaar bij de groepsleider. De directie hoeft u hiervoor niet te benaderen. Met uw briefje is de afwezigheid van uw kind verantwoord voor de inspectie en de leerplichtambtenaar. U krijgt voor deze gebeurtenissen altijd toestemming met een maximum van tien dagen per schooljaar. Verlof voor vakantie Voor vakantieverlof buiten de reguliere schoolvakanties kan slechts in uitzonderingsgevallen toestemming gegeven worden. Een verzoek hiervoor dient schriftelijk (door het invullen van een verlofformulier) liefst met een mondelinge toelichting, minstens acht weken voor aanvang van het 21
gevraagde verlof, ingediend te worden bij de schooldirectie. De directie is op dit punt gebonden aan afspraken met de leerplichtambtenaar van de Gemeente Rotterdam. Indien u bezwaar maakt tegen het besluit van de schooldirectie of van de leerplichtambtenaar kunt u binnen 30 dagen in beroep gaan bij de Raad van State. Op vierjarige leeftijd is uw kind niet leerplichtig maar wel verschijningsplichtig. Dit betekent dat uw kind niet zomaar van school kan houden. U moet wel melden dat hij/zij niet verschijnt en waarom. Verzuim Mededeling van verzuim dient u vóór 08.30 uur te doen. Na 09.00 uur neemt de school contact met u op. Ongeoorloofd schoolverzuim wordt door de school bij de leerplichtambtenaar gemeld. Lesuitval Bij ziekte of afwezigheid van een groepsleider probeert de school voor vervanging te zorgen. Wanneer er geen invaller beschikbaar is, wordt er intern naar een oplossing gezocht. Een interne oplossing betekent dat de leerlingen over de andere groepen worden verdeeld (maximaal twee dagen per groep per ziektegeval) of dat de groep wordt over genomen door een niet-groepsgebonden leerkracht. In uitzonderlijke gevallen (bij afwezigheid van meerdere groepsleiders) kan het voorkomen dat er een groep naar huis wordt gestuurd. Dit gebeurt nooit zonder de ouders hierover in te lichten.
NAMEN EN ADRESSEN BOOR (Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam) Postbus 23058 3001 KB Rotterdam tel: 2821700 contactpersoon: Mevr. Ankie de Haas
NJPV (Nederlandse Jenaplan Vereniging) Postbus 4089 7200 BB Zutphen tel: 0575-571868 www.jenaplan.nl
Schoolbegeleidingsdienst CED (Centrum Educatieve Dienst) Dwergras 30 (Ommoord) tel: 4071599
Rijksinspectie Postbus 2730 3500 GS Utrecht tel: 030-6690600
22
7 kenmerken van modern jenaplanonderwijs De ideeën van Peter Petersen en Suus Freudenthal worden in Modern jenaplanonderwijs gecombineerd met het gedachtengoed van Célestin Freinet. Deze uitgangspunten worden verbonden met de verworvenheden van deze tijd: modern jenaplanonderwijs van nu! Dit zijn de 7 kenmerken: 1: Modern met een stevige basis De moderne jenaplanschool maakt de theorie van Peter Petersen, Suus Freudenthal en Célestin Freinet actueel, passend in de wereld van nu met de verworvenheden van deze tijd en gericht op de toekomst: geen jenaplanschool van vroeger maar een moderne jenaplanschool van nu. 2: Samen ondernemen In de moderne jenaplanschool neemt ‘samen’ een essentiële plaats in: er wordt gewerkt in tenminste driejarige stamgroepen, de ouders zijn volwaardige partners in onderwijs en opvoeding. Essenties van de moderne jenaplanschool zijn: ondernemen, plannen, samenwerken, creëren, presenteren, reflecteren en verantwoorden. 3: Uitgaan van kinderlijke nieuwsgierigheid De ervaringen en belevingen van de kinderen vormen het vertrekpunt van het onderwijs op de moderne jenaplanschool. De stamgroepleider waardeert en stimuleert inbreng van de kinderen, is nieuwsgierig naar hun ideeën. De grote en kleine actualiteit spelen een belangrijke rol. Onderzoeken, ontdekken en ondernemen nemen vanzelfsprekend een belangrijke plaats in: de stamgroep is een onderzoeksgemeenschap. 4: Leren doe je zelf en voor jezelf In de moderne jenaplanschool stellen de kinderen zelf, in overleg met de stamgroepleider en de stamgroep hun eigen weekplan samen. Een groot deel van het ritmisch weekplan bestaat uit de blokperiode, waarin de stamgroep als leef- en leergemeenschap samenwerkt. De stamgroepleider helpt, indien nodig, diepte en structuur aan te brengen. 5: Midden in de wereld De moderne jenaplanschool zorgt voor contact met verschillende cultuur- en kennisbronnen door excursies, bezichtigingen, mensen uit te nodigen, enz. De stamgroepleider haalt de wereld in de stamgroep of brengt de kinderen naar de wereld. 6: Betekenisvol In de moderne jenaplanschool wordt gewerkt met ‘levend onderwijs’. Zo is taal is geen vak apart, maar wordt geoefend in betekenisvolle situaties. De Vrije Tekst is het middel om kinderen taalvaardiger te maken. In de moderne jenaplanschool vind je muurkranten, klassenkranten, klassendagboeken (logboeken) en schoolcorrespondentie. Ook andere vaardigheden worden zo veel mogelijk in een betekenisvolle context geleerd. 7: Blijven ontwikkelen De moderne jenaplanschool deelt ervaringen en inzichten met elkaar via publicaties en studiedagen. Ze maken elkaar deelgenoot van de manier waarop ze werken en geven elkaar hierop feedback. De directieleden participeren in het modern-jenaplan-overleg, alwaar gezamenlijk wordt gewerkt aan verdere ontwikkeling van de moderne jenaplanschool.
23
24
Informatieboekje 2015 - 2016 Algemene schoolgegevens
Openbare Jenaplanbasisschool Kruidenhoek Adres
: Geelkruid 27-29 3068 SN Rotterdam : (010) 421 16 74 : www.kruidenhoek.nl :
[email protected]
Telefoon Website Email
Vakanties en vrije dagen schooljaar 2015 - 2016 De vakanties worden jaarlijks voor heel Rotterdam vastgesteld door FOKOR (zie www.fokor.nl). De vrije uren en dagen door de school zelf. Vakanties: Herfstvakantie zat. 17.10.15 t/m zon. 25.10.15 Kerstvakantie zat. 19.12.15 t/m zon. 03.01.16 Voorjaarsvakantie zat. 20.02.16 t/m zon. 28.02.16 Paasvakantie vrij. 25.03.16 t/m ma. 28.03.16 Meivakantie 23.04.2016 t/m 08.05.2016 Pinksteren 14.05.2016 t/m 16.05.2016 Zomervakantie zat. 09.07.16 zon. 21.08.16
Vrije uren en dagen: vrijdag woensdag vrijdag donderdag vrijdag vrijdag woensdag vrijdag vrijdag woensdag
9 oktober alleen de bovenbouw i.v.m. werkweek 4 november i.v.m. studiedag 4 december vanaf 12.15 uur i.v.m. Sint 17 december vanaf 12.15 uur ’s avonds kerstviering 18 december vanaf 12.15 uur i.v.m. kerstvakantie 22 januari i.v.m. studiedag 9 maart i.v.m. studiedag 8 april i.v.m. studiedag 22 april vanaf 12.15 uur i.v.m. meivakantie 15 juni i.v.m. studiedag
25
Schoolteam en medewerkers Directeur
Ron Oudenaarden Tijdelijk i.v.m. afwezigheid Ron: Henk Konings di/do/vr Nathalie Smit-Oole wo/vr
Onderbouw (1/2)
Kitty Molenaar (coördinatie/ staf) Petra Breur Marion Vrijdag ma/di/woe – Etty Geertsma do/vrij
Middenbouw (3/4/5)
Serkan Ipek (coördinatie/ staf) Femke Heunks Arianne Eikmans Inge Schouten Etty Geertsma (woe)
Bovenbouw (6/7/8)
Nathalie Smit-Oole (coördinatie/ staf) ma/di/ Sahba Taheri wo/do/vr Francis van Hoek (op di Sahba Taheri) Ad Nefs
Interne begeleiding/ staf
Margot Bijnen
Bewegingsonderwijs
Tim Snijders (op ma/di)
Conciërge
Hennie den Haan
Schoolmaatschappelijk werk
Cobie Moret / di
Coördinatie bibliotheek
Tamara Cieremans (ouder)
Coördinatie documentatiecentrum
Ali van Bochove
Coördinatie website
Marion Vrijdag (team)
Coördinatie overblijf
Jeannette Adriaanse telefoon: 06-28993915 (Stichting Overblijf Kruidenhoek)
26
Schooltijden 1e t/m 4e jaars (onderbouw en middenbouw): maandag, dinsdag en donderdag: woensdag: vrijdag:
8.45 - 12.15 u. en 13.30 - 15.30 u. 8.45 - 12.45 u. 8.45 - 12.15 u.
5e t/m 8e jaar (middenbouw en bovenbouw): maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag: woensdag:
8.45 - 12.15 u. en 13.30 - 15.30 u. 8.45 - 12.45 u.
De vijfde jaars kinderen krijgen op vrijdagmiddag les van Femke en Etty. Petra werkt op vrijdagmiddag met de achtste jaars aan informatieverwerking.
De schooldeur gaat 15 minuten voor aanvang open. Van 8.15 tot 8.30 uur is er toezicht op het schoolplein.
27
Wanneer handvaardigheid, gymnastiek en zwemmen?
dag
tijd ochtend
Femke Arianne Inge Serkan
middag
Ad Francis Nathalie
ochtend
Inge Serkan Femke Arianne
middag
Nathalie Ad Francis
maandag
dinsdag
woensdag
gymnastiek
handvaardigheid
Nathalie Ad
Francis
ochtend
Femke Inge 9.00:Alle 4e en 5e jaars kinderen met geen of alleen A/B diploma
ochtend donderdag middag
zwemmen
Ad Nathalie Francis (wisselrooster)
Serkan Arianne
vrijdag Schooltuin voor de bovenbouw: woensdag
28
Activiteitencommissie (AC) en Medezeggenschapsraad (MR)
De AC (vroegere ouderraad/ OR) heeft taken binnen en buiten de school, zoals het contacten leggen met ouders, het organiseren van en helpen bij allerlei evenementen. In de onder- en middenbouw heeft iedere groep twee stamgroepouders. In de MR overleggen en beslissen ouders en personeel over regelgeving en allerlei ontwikkelingen in het onderwijs. In de praktijk betekent het lid zijn van een AC of een MR dat ouders meedenken, meewerken en meedoen met het totale schoolgebeuren. De vergaderingen van de AC en MR zijn openbaar. De aankondigingen van de vergaderingen staan vermeld in de maandbrief en op de prikborden in de entreehallen. Leden Activiteitencommissie (AC)
Voorzitter Penningmeester Secretaris Leden
: Ilona de Koning : Saskia van Hoek Diana Rupke : Centine Blaakman
(ouder van Thygo/groep Inge) ( ouder van Kyano/ groep Serkan) (ouder van Mika/groep Serkan) (ouder van Luna/groep Francis, Roos/groep Inge en Thijmen/groep Arianne) (ouder van Lieke/ groep Arianne) (ouder van Mylou/ groep Arianne) (team)
: Natascha Siebel Sandra de Widt Petra Breur
[email protected] Leden Medezeggenschapsraad (M.R.)
Oudergeleding Voorzitter Secretaris Leden
Teamgeleding
: Pim Jansen
(ouder van Matz/ groep Femke, Sep/ groep Marion/Etty) : Linda Tijl (ouder vanTim/ groep Francis) : Kiska Frenken (ouder van Kayaira/ groep Serkan) : Doreth Middeldorp (ouder van Lucas/ groep Nathalie Stein/ Femke, Björn /Petra) : Margot Bijnen Etty Geertsma Serkan Ipek Nathalie Smit-Oole
(ib) (ob) (mb) (bb)
Mailadres MR:
[email protected]
29
Algemene informatie Stamgroepavond
Aan het begin van het schooljaar worden informatieve stamgroepavonden voor ouders georganiseerd. De werkwijze en gebruikte methodes worden dan toegelicht. Een goede gelegenheid om kennis te maken met de omgeving van uw kind, de leerkracht en andere ouders. Het blijft zinvol om te komen, ook al kent u de school en de groepsleerkracht.
Ouderhulp
Denkt u de school op een of andere manier te kunnen helpen, dan wordt dat zeer op prijs gesteld. Hulp is o.a. nodig bij: mediatheek, bibliotheek, keuzecursus en het repareren en bijhouden van leermiddelen etc. Inlichtingen en aanmelden bij de leerkracht of de schoolleiding.
Studenten
In verschillende groepen kunnen wekelijks studenten van de PABO en het Zadkine aanwezig zijn. Deze toekomstige collega’s doen dan praktijkervaring op. In het kader van hun opleiding kunnen er video-opnamen worden gemaakt voor intern schoolgebruik.
Ouderbijdrage
Aan het begin van het schooljaar zult u een acceptgirokaart ontvangen om de “vrijwillige” ouderbijdrage te betalen voor het gehele schooljaar. Wilt u deze z.s.m. betalen? Komt uw zoon/dochter later in het schooljaar op school, dan wordt vanaf de maand van de eerste schooldag t/m juli een bedrag per maand berekend. De inkomsten van de ouderbijdrage worden gebruikt voor o.a.: excursies, bezoeken aan het theater, feesten, keuzecursussen enz. De gemeente en het Rijk betalen het “Leer”onderwijs. Met elkaar maken wij er “Leef”onderwijs van!
Schoolverzekering
Alle kinderen en medewerkers zijn onder schooltijd voor ongevallen verzekerd vanuit het bestuur. Eigendommen van kinderen zijn echter niet verzekerd! Raadzaam is om kostbare spullen thuis te laten!
Gymnastiek
In de midden- en bovenbouw is gymkleding verplicht. Bovendien wordt er na de gymles gedoucht. Wilt u daarvoor een handdoek meegeven. Het is voor een kind het beste op blote voeten te gymmen en wel om de volgende redenen: - het is veiliger, omdat er met schoeisel aan minder grip is op de toestellen. - het is gezond, want ook de voetspieren worden intensiever gebruikt. - op schoenen lopen kinderen krampachtiger. Sieraden mogen tijdens de gymnastiekles niet worden gedragen in verband met de veiligheid van uw kind en die van andere kinderen. Het is gevaarlijk! Dit geldt voor horloges maar ook voor kettinkjes, armbanden, ringen en oorbellen. Denk maar eens aan het uitscheuren van oorlelletjes als een bal het oor raakt. De verantwoordelijkheid voor een dergelijk ongeval ligt te allen tijde bij de desbetreffende leerkracht. Het is beter de sieraden 30
thuis te laten op dagen dat er gymnastiekles is. Het bewaren van sieraden op school brengt het risico met zich mee dat ze kwijtraken. De school is hiervoor niet verantwoordelijk. Overblijven
Op de Kruidenhoek bestaat de mogelijkheid om over te blijven. De overblijf vindt plaats in de groepslokalen voor zowel onder-, midden-, als bovenbouwkinderen en wordt gecoördineerd door Jeannette Adriaanse onder verantwoordelijkheid van de Stichting Overblijf Kruidenhoek. Elke overblijfgroep bestaat uit ongeveer twaalf kinderen en heeft een eigen overblijfkracht. Voor u uw kind kunt laten overblijven dient u een contract te ondertekenen voor de dagen dat het kind overblijft. Het verschuldigde bedrag moet van te voren zijn overgemaakt. De kosten zijn € 2,00 per keer per vaste dag. Incidenteel overblijven zonder contract kost € 5,00 per keer. De kinderen nemen hun brood in een trommeltje (voorzien van naam) mee. Ook drinken voor tussen de middag moet van thuis worden meegenomen (geen blikjes!). Na het eten wordt er buiten gespeeld onder begeleiding van de vaste overblijfkracht. Tijdens de overblijf zijn de kinderen verzekerd. Voor meer info zie de website: www.stichtingoverblijfkruidenhoek.nl N.B. Voor kinderen, die op vaste dagen overblijven, moet als daarvan wordt afgeweken (omdat ze b.v. bij een vriendje of vriendinnetje eten), vooraf schriftelijk melding worden gemaakt. De ervaring leert, dat er anders nauwelijks controle mogelijk is voor overblijfkrachten. We rekenen op uw medewerking! Let op! De overblijfbijdrage moet vooruit worden betaald. Achterstand van betaling wordt niet geaccepteerd.
Peuteropvang BijDeHand
Naast onze school, aan het Geelkruid 25, is de peuterspeelzaal voor kinderen van twee tot vier jaar. De peuterspeelzaal werkt volgens de Puk&Ko methode. Dit is een programma waarbij alle activiteiten gericht zijn op het stimuleren van de taalontwikkeling, sociaal communicatieve vaardigheden en beginnend rekenen. Het gaat erom dat de overgang van peuterspeelzaal naar de basisschool prettiger verloopt. De peuterspeelzaal draagt bij aan goede voorbereiding op het basisonderwijs. Per groep werken er elke dag twee gediplomeerde pedagogisch medewerksters. Voor informatie en plaatsing kunt u contact opnemen met het plaatsingsbureau van kinderopvang BijDeHand op telefoonnummer 010-2518076.
B.S.O. BijDeHand
Voor voorschoolse- en buitenschoolse opvang hebben wij een samenwerking met kinderopvang BijDeHand. Buitenschoolse opvang staat voor vrije tijd en plezier. De activiteiten en het speelmateriaal zijn afgestemd op de leeftijd en wensen van de kinderen. Er zijn tal van activiteiten waar de kinderen aan kunnen deelnemen en in de vakanties is er een extra uitgebreid activiteitenprogramma. Vanzelfsprekend worden de kinderen begeleid bij activiteiten. De voorschoolse opvang opent om 7.30 en de buitenschoolse opvang sluit om 18.30. 31
Voor informatie en plaatsing kunt u contact opnemen met het plaatsingsbureau van kinderopvang BijDeHand op telefoonnummer 010-2518076. Ook kunt u alvast een kijkje nemen op hun website www.kov-bijdehand.nl Schooltuin
De school heeft op het schooltuincomplex aan het Christoffelkruid (naast de school) voor elk van de drie bovenbouwgroepen een stuk grond ter beschikking om op vrijdag onder schooltijd te tuinieren. Periode: voorjaar tot ongeveer half oktober.
Medisch Onderzoek
De jeugdverpleegkundige en jeugdarts van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG] prins alexander zien alle kinderen op school of op het CJG. Bijvoorbeeld tijdens een gesprek of wanneer uw kind een prik krijgt. Groep 2: meten, wegen en meer Wanneer uw kind in groep 2 zit, ontvangt u een uitnodiging om samen met uw kind langs te komen voor een afspraak. Tijdens deze afspraak op school of het CJG wordt uw kind gemeten en gewogen en onderzoeken we de motoriek. Daarnaast nemen we een ogen- en orentest af. Naast deze lichamelijke onderzoeken gaat de jeugdarts met u in gesprek over vragen die u heeft. Deze vragen kunnen gaan over de opvoeding, thuissituatie of gezondheid van uw kind. Bij de uitnodiging ontvangt u twee vragenlijsten om in te vullen. Deze worden gebruikt tijdens het gesprek. Met uw toestemming bespreken we uw kind voor en worden de eventuele resultaten van deze afspraak met de leerkracht gedeeld, omdat we nauw met de school samenwerken en hij/zij uw kind dagelijks ziet. 9 jaar: vaccinaties In het jaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt uw kind twee vaccinaties: de DTP-prik tegen difterie, tetanus en polio en de BMR-prik tegen bof, mazelen en rode hond. U ontvangt van tevoren een uitnodiging om met uw kind langs te komen. Groep 7: meten, wegen en meer Alle kinderen uit groep 7 worden door de jeugdverpleegkundige op school of op het CJG gemeten en gewogen. Omdat er veel in deze periode gebeurt, hebben ouders/verzorgers vaak vragen. Bijvoorbeeld over de beginnende puberteit, emotionele ontwikkeling, omgang met sociale media etc. De jeugdverpleegkundige kan deze samen met u bespreken. U ontvangt vooraf een uitnodiging om bij de afspraak aanwezig te zijn. De jeugdverpleegkundige op school Heeft u een vraag, bijvoorbeeld over voeding, beweging, slapen, luisteren of (faal)angst? De jeugdverpleegkundige luistert naar u en denkt graag met u mee! Afhankelijk van de vraag kan de jeugdverpleegkundige van het CJG ook uitgenodigd worden om deel te nemen aan het zorgteam van de school.
32
De jeugdverpleegkundige die aan de school van uw kind verbonden is: Eva Wouterse-van der Want Tel: 010 2010110
[email protected] Schoolgericht maatschappelijk werk
De school heeft de beschikking over een maatschappelijk werkster, Cobie Moret. Zij kan op maatschappelijk vlak de school, de leerlingen en de ouders hulp bieden bij problemen die zowel met thuis als met de school in relatie staan. Zij is telefonisch te bereiken onder werktijd op: 06-30565111. Of via MDR-plus 010-2868100 en via
[email protected] U kunt voor een afspraak met haar ook contact opnemen met Margot/ib (010-4211674)
Absentie
Wanneer uw zoon/dochter door ziekte, bezoek aan dokter of tandarts of een andere reden de school niet kan bezoeken dit graag tussen 8.15 en 8.30 uur doorgeven (tel: 010- 4211674 of bij voorkeur per email:
[email protected]). Bij geen bericht van afwezigheid kunt u worden gebeld voor nadere informatie.
Extra verlof
Voor het verlenen van extra verlof buiten de schoolvakanties, zult u zeer gegronde redenen moeten hebben. Volgens de leerplichtwet is extra verlof alleen toegestaan wanneer er een gewichtige reden aan ten grondslag ligt. (Het is dus een misverstand dat er recht zou zijn op extra verlof!). Of er sprake is van een gewichtige reden wordt in eerste instantie beoordeeld door de directie van de school. Voor dit verlof moet u toestemming vragen d.m.v. het invullen van een verlofformulier. Dit formulier kunt u verkrijgen bij de groepsleerkracht. Indien er sprake is van extra verlof, dan moet er een werkgeversverklaring bij het verzoek worden gevoegd en kan dit uitsluitend worden verleend als de specifieke aard van het beroep van een van de ouders vakantie in de schoolvakanties uitsluit. Een verzoek dient acht weken van te voren bij de directie te worden ingediend, opdat deze in de gelegenheid is eventueel nadere informatie en adviezen in te winnen, om tot een weloverwogen beslissing te komen en zo nodig de goedkeuring van de leerplichtambtenaar te vragen. Onnodig te laat ingediende verzoeken worden op die grond afgewezen. U kunt er zeker van zijn dat er de week voor en na iedere vakantie géén toestemming wordt verleend. Wij moeten u er op wijzen, dat vanuit het bevoegd gezag scherp gecontroleerd wordt op ongeoorloofd schoolverzuim. De gemeente zal bij ongeoorloofd verzuim tot vervolging van de betreffende ouders/verzorgers overgaan. Deze scherpe maatregelen zijn ingesteld daar er buiten de vakanties om veelvuldig verlof wordt gevraagd. Als u meer wilt weten, dan kunt u een uitgebreide folder verkrijgen bij de school.
33
Kleding
Het is aan te bevelen de kleding (waaronder kaplaarzen en zeker gymkleding) van uw kind te merken. Er blijft heel veel kleding e.d. achter op school. In het brede schoollokaal staat een witte ton met de gevonden spullen.
Huiswerk
Indien uw kind “huiswerk” meekrijgt, wilt u dan zorgen voor een stevige tas die tegen een stootje kan en hierdoor boeken en schriften kan beschermen, ook tegen de regen?
Schoolbibliotheek
Op school lenen de kinderen boeken uit de schoolbibliotheek. Het komt wel eens voor, dat een boek thuis of bij een familielid kwijtraakt. De ouder/verzorger van het kind dient de kosten van het zoekgeraakte boek te vergoeden.
Honden in school
We hebben steeds vaker te maken met kinderen die aan bepaalde vormen van allergie lijden. Vandaar dat het niet is toegestaan om met een hond in school aanwezig te zijn. Wij rekenen op uw medewerking! Ook geen honden op het schoolplein of aan de hekken vastzetten s.v.p! Sommige kinderen zijn nl. bang voor honden.
Snoepen op school
Onder schooltijd mag er niet worden gesnoept. Uitzondering vormt een eventuele verjaardagstraktatie. Voorkeur geniet dan "iets gezonds" (bijvoorbeeld fruit of iets hartigs). Geen bezwaar bestaat er natuurlijk tegen het meenemen van brood en/of melk/fruit voor de pauze. (Géén blikjes.) Wilt u geen uitgebreide maaltijd meegeven? Het eten en drinken voor de pauze is echt bedoeld als "tussendoortje".
Mobiele telefoons
Het gebruik van mobiele telefoons door de kinderen in en rond de school is niet toegestaan.
Alles wat wielen heeft
Net als fietsen worden steps en skateboards niet binnen gestald. (roller)Skates e.d. worden niet in school gedragen. De kinderen moeten deze in het halletje uitdoen. Vergeet geen schoenen mee te geven. De kinderen mogen in de pauze namelijk niet skaten.
Ipod, mp3 speler, spelcomputer enz.
Laat uw kind geen kostbare spullen naar school meenemen! Deze mogen onder lestijd niet worden gebruikt. Is er een afspraak met de leerkracht voor bijvoorbeeld een viering dan is dit een andere zaak. Het naar school meenemen van deze spullen geschiedt op eigen risico.
Schoolmelk
Het is mogelijk op school melk te drinken. Aanmelden kan op: www.campinaopschool.nl Wij verzoeken u vooral tijdig te betalen. Zodra betaling te laat plaatsvindt, wordt het betreffende kind door Campina uitgeschreven, waardoor het kind geen schoolmelk krijgt. Herstel (dus weer inschrijven) duurt minimaal twee weken.
Teamochtenden
Een aantal malen per jaar wordt er een studiebijeenkomst onder schooltijd gehouden. Op die dag is uw kind vrij (zie vakantieoverzicht).
Schoolfotograaf
Hij maakt foto’s van uw kind en van de groep. Ook kunnen broer(s) en zus(sen), die op school zitten, samen op de foto. U krijgt van te voren bericht van ons (zie ook “belangrijke data). 34
Het maken van de foto leidt tot geen verplichting. Bestellingen vinden plaats direct via internet. Het is aan u te besluiten ze al dan niet af te nemen. Roken
Roken in de school en op het buitenterrein van de school is niet toegestaan
Wendagen
Voordat de jongste kleuters daadwerkelijk bij ons op school komen, ontvangen zij een uitnodiging om twee ochtenden te komen wennen. Voor kinderen die direct na de zomervakantie komen kunnen in overleg met de leerkracht eventueel nog wendagen voor de zomervakantie worden afgesproken.
Wijzigen van gegevens
Wilt u wijzigingen van adres, mailadres, vaste telefoon en vooral mobiele telefoon zo snel mogelijk aan de leerkracht en de administratie (administratie@kruidenhoek) doorgeven. In geval van nood is het belangrijk dat u bereikbaar bent!
Werkweek
In de bovenbouw staat aan het begin van elk schooljaar de werkweek centraal. Integratie van de nieuwe 6e jaars leerlingen in de bovenbouw en werken aan een hechte stamgroep zijn belangrijke doelen.
Uitstapjes/excursies
De kinderen maken een aantal keren per jaar een uitstapje, bijvoorbeeld naar de bouwspeeltuin, museum en kinderboerderij. Op deze manier combineren we ontspanning met leerzame zaken.
Sportdagen
Jaarlijks organiseert de school een sport- en spelletjesdag voor de gehele school. De school neemt ook deel aan (door de dienst Sport en Recreatie Rotterdam georganiseerde) buitenschoolse sportontmoetingen, zoals basketbal, zwemmen, tennis, handbal, volleybal en voetbal.
Maandbrief
Aan het begin van iedere maand ontvangt u per mail een brief, waarin de activiteiten voor die maand staan. Wij raden u aan om deze brief thuis op een opvallende plaats te bewaren.
35
Parkeren voor school
In het Geelkruid en het Barbarakruid mag er langs en op het trottoir aan de schoolzijde niet worden geparkeerd. Hierop wordt door de politie scherp gelet! Vanuit de school rekenen we er op, dat u zich aan deze verkeersregel houdt; de verkeerssituatie wordt anders erg onoverzichtelijk voor overstekende kinderen! Er is voldoende ruimte om te parkeren in de omliggende straten of op het parkeerterrein naast en achter het squashcentrum.
Fietsen
Uw kind kan alleen met de fiets naar school komen als het buiten loopafstand van de school woont. Ten eerste kunnen er op het schoolplein niet te veel fietsen worden gestald en ten tweede: hoe meer fietsen, hoe meer het een uitnodiging is voor de voorbijganger om de fietsen kapot te maken of mee te nemen. Bovendien moet worden vermeld, dat de school/gemeente zich niet aansprakelijk stelt voor vernielingen en/of diefstal van fietsen. (Overigens geldt dit ook voor andere eigendommen.) Bij een te groot aantal fietsen zullen we helaas beperkingen moeten opleggen. N.B. Op het speelplein van de kleuters kunnen in geen geval fietsen van kinderen worden geplaatst. Fietsen op het plein in de rekken plaatsen en niet aan de buitenkant van het hek. Tot slot nog dit: Ouders/verzorgers: Eveneens voor u geldt dat het niet is toegestaan om te fietsen op het trottoir, dus ook niet op het schoolplein!
Batterijen
In de twee entreehallen van de school staan verzamelbakken voor lege, kleine huishoudbatterijen. De school spaart hiermee voor extra leermiddelen, bijv. computers. Wilt u uw lege batterijen in het vervolg bij ons op school inleveren? Bij voorbaat dank voor uw medewerking.
Zwemmen
Het zwemonderwijs voor onze 4e en 5e jaars leerlingen (met geen of alleen A/B diploma) uit de middenbouw vindt plaats op donderdagochtend in het zwembad Zevenkampsering. De leerlingen worden per bus vervoerd.
Klussen
Op school zijn er altijd klusjes op te knappen. Er zijn ouders die dit soort karweitjes in een handomdraai voor elkaar hebben. Indien u tijd of interesse heeft, meldt u dan eens aan bij de leerkracht van uw kind. Sommige klusjes kunnen ook thuis worden verricht.
Vertrouwenspersoon
De school heeft twee vertrouwenspersonen: Etty Geertsma en Francis van Hoek. Voor een afspraak kunt u vóór of na schooltijd bellen naar school.
Bereikbaarheid schoolleiding
Indien u de directie wilt spreken is het raadzaam telefonisch een afspraak te maken, tel. (010) 4 21 16 74. Op dinsdag, donderdag en vrijdag kunt u terecht bij Henk Konings. Op woensdag en vrijdag bij Nathalie Smit-Oole 36
Website
Op www.kruidenhoek.nl vindt u actuele informatie over alle activiteiten en het onderwijs in z’n algemeen. Regelmatig worden er foto’s van schoolactiviteiten gemaakt voor PR-gebruik, voor onze website en de schoolkrant.
Privacy bescherming
Wet bescherming persoonsgegevens De gegevens die door de ouders (voogden) aan de school worden verstrekt en de resultaten van testen en toetsen van de leerlingen worden door de school gebruikt om twee redenen en wel: 1. Schooladministratieve redenen: de school is verplicht om een leerlingadministratie te voeren. Deze gegevensverzameling valt onder het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. 2. Leerling begeleiding: de door de leerling behaalde resultaten spelen een belangrijke rol bij het begeleiden van de leerlingen. Ook deze administratie is vrij van meldingsplicht door het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Daarnaast worden deze gegevens opgenomen in een gegevensverzameling die de gegevens verwerkt tot statistische informatie ten behoeve van de evaluatie van het onderwijskundig beleid van de school en het gemeentelijk onderwijs beleid. Dit vindt plaats in de Onderwijsmonitor PO/VO gemeente Rotterdam. De onderwijsmonitor levert uitsluitend geanonimiseerde statistische informatie en de daaraan ten grondslag liggende gegevensverzameling is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens.
Communicatie
Alle informatie vanuit school ontvangt u per mail op de mailadressen die bij de school bekend zijn.
Jenaplanvereniging
Er bestaat een Nederlandse Jenaplanvereniging voor ouders en leerkrachten die met het Jenaplanonderwijs te maken hebben. Inlichtingen hierover kunt u krijgen op school (de school is lid) of via www.jenaplan.nl Nederlandse Jenaplan Vereniging Postbus 4089; 7200 BB Zutphen tel.: 0575-571868 fax: 0575-528039 e-mail:
[email protected]
37
Jaaroverzicht activiteiten, projecten, sport en evenementen sept
2015
22
okt
2015
2 5
Stamgroepavond
t/m
8
6
OB naar Naturalis
7
Start Kinderboekenweek Bovenbouw vrij! Voorleesuurtje OB
9 14
Peuterochtend
15
Grote viering
16
Theatervoorstelling OB
19 nov
dec
2015
2015
2016
2016
25
4
Studiedag kinderen vrij
10
Keuzecursus van 13.45-14.45 uur
27
Grote viering
4
Sintviering Kinderen om 12.15 uur vrij
7
Voorlichting VO 8e jaars/ ’s avonds voor ouders.
17
12.15 vrij. ‘s avonds kerstviering
18
Kinderen om 12.15 uur vrij t/m
3 jan
15 20
Nationale voorleesontbijt
22
Studiedag kinderen vrij t/m
12 febr
2 22
Rapportageavond Grote viering. t/m
28
Voorjaarsvakantie Start van het grote schoolproject (vier weken)
9
Studiedag kinderen vrij
15
Keuzecursus van 13.45-14.45 uur
22
Keuzecursus van 13.45-14.45 uur
24
Grote viering (bij mooi weer op buitenpodium)
31 2016
Rapportageweken
7
25 april
Kerstvakantie Adviesgesprekken VO voor 8e jaars ouders. Peuterochtend Grote viering
11
19 maart 2016
Herfstvakantie Keuzecursus van 13.45-14.45 uur
25 febr
t/m
3
21 jan
Peuterochtend Dag van de leraar Werkweek bovenbouw
t/m
28
Paasvakantie Afsluiting grote project
4
Schoolfotograaf
6
Schoolfotograaf 38
8
Studiedag kinderen vrij
13 19
Peuterochtend t/m
21
22 25 mei
2016
2016
t/m
8 mei
Meivakantie Pinksteren kinderen vrij
18
Sportdag
27
Grote viering (bij mooi weer op buitenpodium) t/m
6 juni
10 13
juli
Koningsspelen kinderen om 12.15 uur vrij
16
30 Juni 2016
Cito eindtoets 8e jaars
In deze periode informatie over nieuwe stamgroepen Wenochtend nieuwe stamgroepen
t/m
1 juli
Rapportageweken
15
Studiedag kinderen vrij
17
Wenochtend nieuwe stamgroepen
21
Rapportageavond
29
OB Musical
30
Afscheidsavond MB
4
BB afscheidsdag - zwemmen
5
Afscheidsmusical schoolverlaters
7
Laatste Dag Feest. Kinderen om 12.15 uur vrij
8
t/m
21 aug
Zomervakantie
Voor excursies, veranderingen en/of aanvullingen: zie de website en maandbrief
Geelkruid 27-29
3068 SN
010-4211674 www.kruidenhoek.nl
39
40