Hoofdgebouw en postadres A Flamingoweg 53 4386 DT Vlissingen T 0118 - 46 03 44 W www.onzewijs.nl
Nevenvestiging A Kleiweg 15-17 4386 PA Vlissingen T 0118 - 47 87 92 W www.onzewijs.nl
E-mail:
[email protected] Homepage: www.dewissel.onzewijs.nl
Protestants Christelijk/Rooms-KatholieK Basisonderwijs Vlissingen Het Vlot | Het Kompas | Louise de Colignyschool | De Burcht-Rietheim | De Wissel
Schoolgids 2015 - 2019
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Woord vooraf
Voor u ligt de schoolgids 2015-2019 van CBS De Wissel.
In deze schoolgids vindt u informatie over allerlei zaken die met onze school te maken hebben. We vertellen u hoe wij ons inzetten om een goede onderwijskwaliteit te realiseren, op welke wijze wij de zorg voor uw kinderen vormgeven, vanuit welke visie we werken en waarom wij een eigentijdse school willen zijn, die inspeelt op een veranderende maatschappij. We zijn een open Christelijke basisschool. Open wil voor ons zeggen dat iedereen die zich kan vinden in onze identiteit en het prima vindt dat zijn of haar kind vanuit deze identiteit wordt benaderd, welkom is. Het is een gegeven dat een groot deel van de ouders niet actief met geloofsopvoeding bezig is, maar het wel belangrijk vindt dat hun kinderen dit meekrijgen. Dit laatste ervaren wij als leerkrachten op onze school als positief. Verhalen uit de Bijbel vormen een grote bron van inspiratie om hier met kinderen in gesprek te gaan, uitgaande van de belevingswereld van kinderen. Zo zijn we in staat om kinderen te begeleiden in hun hun persoonlijke ontwikkeling, hen mee te geven dat ieder mens waardevol is, je veel kunt betekenen voor je medemens en je als mens ook een verantwoordelijkheid hebt. In het verlengde hiervan, vinden we het belangrijk dat leerkrachten, leerlingen en ouders elkaar respecteren, waarderen en zich houden aan de omgangsvormen en regels die we met elkaar afspreken. Nieuwe ontwikkelingen of verdieping van onderwerpen waar we al langere tijd aandacht voor hebben, zijn in deze schoolgids verwerkt. Voor het schooljaar 2015-2016 gaan we onze missie en visie verder vorm geven, zoals die ook in het schoolplan voor de periode 2015-2019 is vastgelegd. Op het gebied van kwaliteitszorg evalueren we met het instrument ‘Integraal’ (par. 7.3) een deel van de beleidsterreinen. Waar nodig zullen we zaken aanpassen en verbeteren. Op het gebied van onderwijsopbrengsten gaan we systematisch de data van de toetsgegevens analyseren en bespreken met het team.
Verder richten wij ons opnieuw op het positief beïnvloeden van groepsprocessen en het preventief omgaan met ongewenst gedrag, wat we doen door gebruik te maken van de preventieve methode Kiva. Verder implementeren we de ontwikkelde leerlijn voor sociale vaardigheden. (SoVa, par. 3.7.11). In de groepen 4 werken we verder met ‘Station Zuid’ een nieuwe methode voor voortgezet technisch lezen en we denken dit jaar na hoe we de methodevernieuwing hiervoor in de hele school vorm gaan geven. We starten dit schooljaar met het vak Engels in de groepen 1-4, om een goede aansluiting te krijgen op het Engels in de groepen 5-8. In het uitbouwen van het Boeiend Onderwijs houden we onze focus gericht op het vak natuuronderwijs (par. 3.7.14). In de nascholing voor het team is er aandacht voor de verschillende verdiepingsonderdelen van de ontwikkeling van natuurlijk leren (o.a. Breinleren, Hoge Opbrengsten door Boeiend Onderwijs). We starten dit schooljaar met het werken in heterogene kleutergroepen: twee van de vijf kleutergroepen zijn samengesteld uit leerlingen uit groep 1 en 2 samen. We gaan ons dit schooljaar oriënteren op nieuwe schooltijden. We onderzoeken of en op welke wijze de invoer van een continurooster in de toekomst mogelijk is. We houden ons ICT beleid up to date en doen de geplande investeringen op hardware en software, rekening houdend met veranderingen en ernieuwingen. Wij hopen dat u deze schoolgids, welke tot stand is gekomen met instemming van onze medezeggenschapsraad, met veel interesse zult lezen. Vanzelfsprekend bent u altijd welkom om te reageren naar aanleiding van de informatie die u in onze schoolgids leest.
Namens het team van De Wissel,
Lizo Koppejan, directeur van CBS De Wissel
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Inhoudsopgave 1 De school ............................................................................................................................................ 3 2.1 Schoolvisie m.b.t. het omgaan met elkaar .................................................................................... 4 2.2 Plaatsing van een leerling op school ............................................................................................ 4 3 De organisatie en inhoud van het onderwijs ................................................................................... 5 3.1 Boeiend Onderwijs ........................................................................................................................ 5 3.2 Coöperatief leren ........................................................................................................................... 9 3.3 De werkwijze van groep 1 en 2 ..................................................................................................... 9 3.4 De werkwijze van groep 3 t/m 8 .................................................................................................... 9 3.5 Burgerschap ................................................................................................................................ 10 3.6 Leerlingenraad ............................................................................................................................ 11 3.7 De inhoud van het onderwijs: methoden ..................................................................................... 11 3.8 ICT ............................................................................................................................................... 16 3.9 Portfolio’s..................................................................................................................................... 17 3.10 Mediatheek ................................................................................................................................ 17 3.11 Huiswerk.................................................................................................................................... 17 3.12 Activiteiten vanuit school ........................................................................................................... 18 3.13 Naschoolse activiteiten ............................................................................................................. 19 4 Passend onderwijs ........................................................................................................................... 20 4.1 Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) .................................................................................... 20 4.2 Het volgen van de ontwikkeling .................................................................................................. 20 4.3 Handelingsgericht werken (HGW) .............................................................................................. 21 4.4 Traject naar het voortgezet onderwijs ......................................................................................... 24 5 De samenstelling van het team ....................................................................................................... 24 5.1 Het team ...................................................................................................................................... 24 5.2 Vervanging bij CV, BAPO en ziekte ............................................................................................ 25 5.3 Stagiaires .................................................................................................................................... 25 5.4 De scholing van leerkrachten ...................................................................................................... 25 6 Oudercontacten ................................................................................................................................ 25 6.1 Communicatie ............................................................................................................................. 25 6.2 Informatiekanalen ........................................................................................................................ 26 6.3 Medezeggenschapsraad ............................................................................................................. 26 6.4 Ouderhulp.................................................................................................................................... 27 6.5 Klachtenregeling ......................................................................................................................... 28 7 Opbrengsten ..................................................................................................................................... 28 7.1 Uitstroom naar het voortgezet onderwijs .................................................................................... 28 7.2 Inspectierapport .......................................................................................................................... 28 7.3 Kwaliteitszorg .............................................................................................................................. 28 7.4 Activiteitenplan ............................................................................................................................ 29 8 Bestuurlijke organisatie ................................................................................................................... 30
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
8.1 Missie, visie grondslag en doelstelling ........................................................................................ 30 8.2 Bestuur en Directieoverleg .......................................................................................................... 31 9 Wetenswaardigheden ....................................................................................................................... 32 9.1 Inschrijfformulier .......................................................................................................................... 32 9.2 Leerplicht ..................................................................................................................................... 32 9.3 Ziekte en vrijstelling ..................................................................................................................... 32 9.4 Verwijdering en schorsing ........................................................................................................... 33 9.5 Materialen.................................................................................................................................... 33 9.6 Gymles ........................................................................................................................................ 33 9.7 Sparen voor een goed doel ......................................................................................................... 33 9.8 Verjaardagen ............................................................................................................................... 33 9.9 Schoonmaak ............................................................................................................................... 34 9.10 Dyslexie-onderzoek ................................................................................................................... 34 9.11 GGD .......................................................................................................................................... 34 9.12 Logopedische screening ........................................................................................................... 34 9.13 Procedure luizencontrole .......................................................................................................... 34 9.14 Veiligheid op het schoolplein .................................................................................................... 35 9.15 Moederdag- vaderdagcadeau ................................................................................................... 35 9.16 Schoolfotograaf ......................................................................................................................... 35 9.17 Schoolbegeleidingsdienst ......................................................................................................... 35 9.18 Sponsoring in het onderwijs ...................................................................................................... 35 9.19 De ouderbijdrage ....................................................................................................................... 36 9.20 Overblijfregeling ........................................................................................................................ 36 9.21 Verzekering ............................................................................................................................... 37 9.22 Voor- en naschoolse opvang .................................................................................................... 37 9.23 Schoolmaatschappelijk werk ..................................................................................................... 38 11 Plattegronden schooljaar 2015-2016 ............................................................................................ 39 12 Adresgegevens, schooltijden en vakanties ................................................................................. 40 13. Leerkrachten, groepen en taken .................................................................................................. 41
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
school betrokken is, leerlingen en hun ouders, leerkrachten en overig personeel van de school.
1 De school De Wissel staat in het Vlissingse stadsdeel Groot Lammerenburg. Het is de enige christelijke roomskatholieke basisschool in dit stadsdeel. De leerlingen van De Wissel komen voornamelijk uit de wijken Bossenburgh, Rosenburg, Westerzicht, Hofwijk, West-Souburg, Papegaaienburg, Tuindorp en Lammerenburg. De Wissel telt ruim 450 leerlingen en bijna 30 personeelsleden, waarvan het grootste gedeelte lesgevende taken heeft. Veel leerkrachten hebben een specialisatie, bijvoorbeeld werken met het jonge kind of juist het oudere kind, remedial teacher, deskundige op het gebied van rekenen, dyslexie, taal, ICT, e.d. De groepen 1-4 zijn gelocaliseerd aan de Flamingoweg en de groepen 5-8 aan de Kleiweg. Tevens hebben we op beide locaties RT- ruimtes en een mediatheek (als nevenvestiging van de bibliotheek Vlissingen) met professionele begeleiding. De school beschikt over een conciërge en interieurverzorgsters. Met een enthousiast team dat graag kwaliteit aan uw kind wil leveren, zit u bij De Wissel op het goede spoor.
2 Waar de school voor staat In deze schoolgids schrijven we uitgebreid over het doel en de werkwijze van onze school. Maar om te beginnen willen we heel kernachtig zeggen, waar het op onze school om draait. Wij werken aan een goede sfeer in de klassen en de leerkrachten doen er alles aan om uit uw kind te halen wat erin zit. Daarbij heeft u als ouder ook een belangrijke rol. Onze school is een plaats waar veel mensen met elkaar omgaan. Om deze omgang met elkaar zo prettig mogelijk te laten verlopen, heeft de school regels en grenzen bepaald. Uitgangspunt voor dit alles is het respect dat iedereen heeft voor elkaar. Dit respect wordt verwacht van iedereen die bij onze
De Wissel wil een grote, kleine school zijn. Daarmee bedoelen we, dat we door de “grootte”, de volgende voordelen hebben: de lusten, maar ook de lasten worden door veel leerkrachten gedragen. Daardoor hebben we meer ruimte om echt tijd voor het onderwijs te hebben; we werken met parallelgroepen. Dit kan voor leerlingen en leerkrachten prettig zijn; we hebben veel ouderhulp; we hebben veel leerkrachten met kwaliteiten op verschillende gebieden. Door klein te zijn kunnen we het volgende bereiken: de contacten zijn makkelijk te leggen omdat elke leerkracht na schooltijd te bereiken is, de directie elke week een inloopspreekuur heeft en er zo nodig gespreksafspraken gemaakt kunnen worden. door aandacht te hebben voor elke leerling worden de kinderen geen nummers, maar blijft iedereen belangrijk. Verder willen we elk kind tot zijn recht laten komen. We zijn alert op discriminatie en pesten. We werken vooral aan het voorkomen hiervan. We hanteren hiervoor de preventieve methode KiVa. Wanneer er sprake is van pesten werken we met de zogenaamde steungroepaanpak. (par.3.7.11) In alle groepen werken we vanuit het principe dat we gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een goed schoolklimaat. We werken planmatig met de methodes Leefstijl, Goed van Start en KiVa. Samen met de kinderen hanteren we basisregels die we uitwerken in de groepen. Orde en regelmaat zorgen ervoor, dat er ruimte en aandacht voor elk kind is. Wij gaan er vanuit dat kinderen zich moeten kunnen ontplooien binnen gestructureerde situaties. Door middel van spel en het leren in zo’n omgeving ontwikkelt het kind zich tot een zelfstandig mens. Wij willen graag bereiken dat: de kinderen een positieve kijk en houding t.o.v. de samenleving ontwikkelen en daar ook een rol in spelen (burgerschap); zij zich bewust zijn van de rol die zij spelen in groepsprocessen en hier positief invulling aan kunnen geven; zij zich weerbaar weten op te stellen; zij een weg kunnen vinden in de overstelpende hoeveelheid informatie die op hen afkomt; zij met respect en tolerantie omgaan met andere mensen. zij in staat zijn over zichzelf na te denken en zo een persoonlijk bewustzijn en autonomie ontwikkelen. Belangrijk is dat het kind, bij alles wat het ontmoet of aangeboden krijgt, zichzelf kan blijven. Het moet de
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
dingen op eigen wijze kunnen hanteren en in zich opnemen, om aan zichzelf te bouwen. Zo ontstaat een begin van vrijheid, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Dit in samenhang met onder andere de omgeving en groep van het kind. 2.1 Schoolvisie m.b.t. het omgaan met elkaar Vanuit onze christelijke levensovertuiging vinden wij, dat ieder kind mag zijn zoals hij/ zij is. Ieder kind is een uniek schepsel en heeft daardoor een eigen bestaansrecht. We proberen de kinderen respect voor elkaar bij te brengen. Ieder mens is waardevol en als zodanig heeft ieder mens ook recht op waardering. Verantwoordelijkheidsgevoel voor elkaar en verbondenheid met elkaar is een belangrike. Het feit dat je bij elkaar op school zit, dat je in dezelfde omgeving woont, dat je samen deze wereld bewoont, maakt dat niemand vrijblijvend in de wereld kan staan. Iedereen heeft met zijn of haar medemens te maken. Soms ben je voor hulp erg afhankelijk van anderen. Om in voorkomende gevallen die hulp onbaatzuchtig te kunnen verlenen, moet je al op jonge leeftijd leren dat mensen in deze maatschappij niet ‘op eilandjes’ leven, maar dat jij ook medeverantwoordelijk bent voor het welzijn van je naaste. Op deze manier, heel praktisch en concreet met de kinderen op school omgaand, krijgt het begrip ‘christelijke school’ ineens een veel bredere inhoud dan de traditionele: een school die een praktische invulling wil geven aan haar christelijke identiteit.
gerespecteerd voelt, houden we in de groep regelmatig groepsgesprekken. De centrale thema’s van deze gesprekken zijn: samen spelen; rekening houden met verschillen; luisteren naar elkaar en eerlijk zijn; zorg voor anderen; gevoelens uiten en gevoelens van anderen leren begrijpen; omgaan met gevoelens van boosheid; ruzies oplossen zonder verbaal of fysiek geweld; nee durven zeggen; keuzes maken; respect hebben voor ouderen en voor elkaar; schoonhouden van de school en het schoolplein. Dit alles organiseren onder meer d.m.v. Goed van Start, Leefstijl, KiVa, Boeiend Onderwijs, waaronder coöperatief leren valt, en andere gerichte werkwijzen. (zie par. 3.1 e.v.) 2.2 Plaatsing van een leerling op school Voordat een leerling bij ons op school komt, is het eerste contact vaak telefonisch. Daarna maakt de directeur een afspraak voor een gesprek met de ouders. Een school moet je, vinden wij, voelen en zien. In dit gesprek op school, vertelt de directeur waar onze school voor staat, wat wij belangrijk vinden en waar we met de toekomstige leerling aan gaan werken. Ook krijgen de ouder(s) en leerling een rondleiding door de school. Op deze manier krijgen de ouders een beeld van De Wissel. De ouders krijgen de inschrijfformulieren mee. Wanneer deze formulieren ondertekend terug zijn op school, ontvangen de ouders per mail een bevestiging van inschrijving en is de leerling pas echt ingeschreven. Onze nieuwe leerling mag in veel gevallen een aantal dagdelen voor zijn of haar 4e verjaardag komen kijken. Zijn er dan nog vragen of opmerkingen, dan kunnen de ouders hiervoor altijd terecht bij de groepsleerkracht en/of directeur. 2.2.1 Begrenzing leerlingenaantal Het bestuur van onze Stichting wil graag ieder kind dat aangemeld wordt een plaats geven op één van onze scholen. Alle ouders willen graag dat hun kind aandacht en ruimte krijgt om zich te ontwikkelen en te ontplooien.
Daar komt bij, dat veel normen en waarden verbreed kunnen worden naar ‘algemeen menselijke’ normen en waarden. Het respect voor de ander is niet een typisch christelijke norm. Wij vinden dat ieder mens, gelovig of niet, de ander zou moeten respecteren zoals hij/ zij is. Omdat we het vanuit ons christelijk geloof belangrijk vinden dat ieder kind zich in onze school gewaardeerd en
Soms is het helaas niet mogelijk om een kind in een groep te plaatsen. Dit kan zich voordoen als een groep te groot is. Ook kan dit spelen bij een overschrijving vanuit een andere basisschool aangesloten bij het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs, waarbij sprake is van een zorgvraag waaraan we al school niet tegemoet kunnen komen.
4
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
2.2.2 Combinatiegroepen Elk schooljaar kan er in een of meerdere bouwen, gewerkt worden in combinatiegroepen. Een combinatiegroep is een groep waarin leerlingen uit twee verschillende leerjaren zitten. In een combinatiegroep (bv. groep 1/ 2) zitten leerlingen uit groep 1 en leerlingen uit groep 2.
In de onderbouw werken we met een aantal combinatiegroepen 1/2. De instroom van de nieuwe leerlingen vindt geleidelijk gedurende het schooljaar plaats, De leerkrachten passen het onderwijsaanbod aan het niveau van de leerlingen aan en houden rekening met verschillen. Kinderen leren juist van elkaar, doordat jong en oud samen leren, spelen en werken. 2.2.3 Groepsindeling De groepsindeling wordt enkele weken voor iedere zomervakantie bekend gemaakt in De Uitwisseling, na te zijn vastgesteld in team en te zijn besproken in de MR. Vooraf worden er over de klassenindeling geen mededelingen gedaan. In de week na de bekendmaking is er gelegenheid om eventuele vragen te beantwoorden. Inhoudelijke vragen kunnen gesteld worden op de informatieavond, die voor elke groep na de zomervakantie gehouden wordt. In enkele gevallen komt het voor dat leerlingen doubleren of versnellen. Bij aanname, doublure, versnellen en eventuele verwijzing naar een Speciale School voor Basisonderwijs wordt breed overleg gevoerd. De betrokkenen hierbij zijn: directie, IB-ers, RT-er, leerkracht(en) en ouders. Hierna geeft de school een advies aan de ouders. Wanneer de ouders dit advies niet opvolgen, is er opnieuw overleg tussen directie, IB-ers en leerkrachten. Uiteindelijk neemt de directie een bindend besluit. We verwijzen hierbij ook naar ons zorgplan waarin dit uitgebreid is vastgelegd.
3 De organisatie en inhoud van het onderwijs Op onze school geven we onderwijs aan kinderen van 4 tot en met +/- 12 jaar. We hanteren het zogenoemde jaarklassensysteem. De kinderen
zitten met leeftijdsgenoten in een groep. Binnen zo’n jaargroep maakt ieder kind zijn/ haar eigen ontwikkeling door. Niet alle leerlingen hebben op elk gebied hetzelfde niveau. De leerkracht speelt op die verschillen in door adaptief (aangepast, passend) onderwijs te geven. Leerlingen krijgen les a.d.h.v. een methode, daarnaast er is ruimte voor extra instructie aan kinderen die dat nodig hebben. De methodes geven ook extra oefenstof (herhalingsstof) en stof die wat moeilijker is (verrijkingsstof). De leerkracht past zo het onderwijs aan de behoefte van de leerling aan. In groep 1 en 2 wordt ontwikkelingsgericht gewerkt; in de groepen 3-8 werken we met methodes en vanuit leerlijnen. De methodes hebben voorbereidende boeken die door de leerkrachten van groep 1 en 2 worden gebruikt. Ze geven een houvast aan de leerkracht, garanderen een goede opbouw van de leerstof en voldoen aan de kerndoelen. We gaan met de methodes om vanuit de Boeiend Onderwijs filosofie. 3.1 Boeiend Onderwijs Wij werken op De Wissel vanuit principes van Boeiend Onderwijs. Door middel van Boeiend Onderwijs willen wij ons aanbod aantrekkelijk houden voor alle leerlingen en willen wij de kinderen meer ‘gereedschappen’ meegeven dan alleen de basisvaardigheden bij taal, rekenen, en schrijven. Zo wordt de samenhang in allerlei situaties beter te begrijpen. De wereld om ons heen bestaat namelijk uit relaties en samenhangen, niet uit losse feiten, dingen en gebeurtenissen. Kinderen zijn van nature systeemdenkers. Systeemdenken is uitgaan van het idee dat alles op een bepaalde manier met elkaar samenhangt, het vermogen om relaties te zien en te begrijpen. De relatie zien tussen details en “the big picture”. Systeemdenken in de klas maakt dat de natuurlijke aanleg van kinderen voor Systeemdenken blijft bestaan, het maakt samenhangen en relaties zichtbaar en creëert cyclische i.p.v. lineaire denkers. Systeemdenken houdt voor ons in: de wereld om ons heen leren zien als één geheel, i.p.v. een optelsom van losse delen; leren hoe onderdelen van een systeem samenwerken en elkaar beïnvloeden; leren oog te hebben voor onze eigen rol binnen een systeem en voor het feit dat ons gedrag bepaald wordt door hoe we tegen het systeem aankijken; leren begrijpen dat we in een dynamische wereld leven en niet in een statische wereld; leren beslissingen nemen die een probleem oplossen en niet alleen maar de symptomen bestrijden.
5
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Het mooie van Boeiend Onderwijs is dat het gebaseerd is op hersenonderzoek en de werking van het brein. Er is de laatste jaren veel onderzoek gedaan naar het brein en de resultaten van deze onderzoeken liggen ten grondslag aan Boeiend Onderwijs. Wat Boeiend Onderwijs voor ons inhoudt ziet u aan de hand van de 7 takken van de MindMap: Samenwerken: In de huidige maatschappij is een goede samenwerkingsvaardigheid zeer belangrijk. Door middel van verschillende coöperatieve werkvormen leren we kinderen samen te werken in tweetallen, viertallen of andere groepsvormen. Deze werkvormen dienen niet als doel op zichzelf te worden aangeboden, maar zijn een manier om het doel van de les met ieder kind zo goed mogelijk te bereiken. Zie ook de aparte paragraaf 3.2. Betekenisvol: Het onderwijs moet voor kinderen een betekenis hebben wil het rendement van het onderwijs zo hoog mogelijk zijn. Er wordt dus niet alleen uit boeken geleerd of met behulp van de computer, maar kinderen komen ook met echte materialen in aanraking en er wordt ook buiten de school geleerd. Daarnaast is het van belang dat de kinderen ook weten waarom ze iets leren. Het met elkaar bespreken van de doelstellingen van een vak,
onderdeel of les is daarom belangrijk. De leerkracht vraagt zich ook steeds af of het aansluit bij de belevingswereld van de kinderen in zijn of haar klas. Ontwikkelen van alle intelligenties: Boeiend Onderwijs gaat er vanuit dat ieder kind ergens goed in is en wil deze talenten gebruiken om de doelen van het onderwijs te behalen. Dit stuk is bij onze school in ontwikkeling en door middel van studiedagen en scholing willen wij dat in de komende jaren binnen onze school verder ontwikkelen. Veilige omgeving: Kinderen leren het best als zij zich veilig voelen. Het is daarom van groot belang dat de leerkracht een sfeer creëert waar de kinderen dit gevoel krijgen. De kinderen en de leerkrachten moeten elkaar kunnen vertrouwen en het is belangrijk dat er binnen de klas een goede band wordt opgebouwd met alle leerlingen. Het geeft kinderen ook een veilig gevoel wanneer zij weten dat er fouten gemaakt mogen worden in hun leerproces zodat zij met veel zelfvertrouwen hun schoolloopbaan doorlopen. Oefenen van hersenen: Wanneer hersenen niet meer geprikkeld worden, ontwikkelen deze zich ook minder goed. Het is daarom belangrijk om de hersenen te blijven stimuleren. Dit wordt bereikt door veel te werken binnen de verschillende vakgebieden, maar daarnaast vinden wij het ook belangrijk dat er lessen zijn waarin
6
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
de kinderen leren te denken en hun hersenen bewust te leren gebruiken.
de grafiek en de tekeningen maken duidelijk waarom dit gevoel verandert.
Denkgewoonten/intelligent gedrag: Wij streven er binnen onze school naar om de kwaliteit van het denken op een zo’n hoog mogelijk niveau te krijgen. Door middel van het aanleren van denkgewoonten en een open communicatie proberen wij dit te bereiken. Ook vinden wij het belangrijk dat kinderen leren omgaan met verschillende gevoelens en belangrijke attitudes krijgen aangeleerd.
Relatiecirkel: Een GPG is een goede voorbereiding op het maken van een relatiecirkel. Ook bij een relatiecirkel gaat het er om dat kinderen leren inzien dat variabelen kunnen veranderen door andere factoren. Ze geven dat aan met pijlen in de cirkel. Wanneer het ene meer wordt en datgene waar het invloed op heeft ook meer wordt, dan wordt er een ‘s’ bij de pijl gezet van ‘same’. In de lagere groepen gebruiken we hiervoor een aanduiding met ‘+’. Wanneer het ene minder wordt en het andere ook minder, krijg je ook de aanduiding ‘same’. Wordt het ene meer en daardoor het andere minder, dan komt er een ‘o’ bij de pijl te staan van ‘opposite’ of een ‘–‘ in de lagere groepen.
Samenhang: Dat veel zaken in de wereld niet op zichzelf staan, maar in verband staan met elkaar is voor kinderen vaak nog lastig te doorzien. Met de verschillende tools van het Systeemdenken willen wij de kinderen leren dit te doorgronden. Voorbeelden van deze tools zijn: GedragsPatroonGrafieken (GPG), relatiecirkels en causale lussen. Ook de MindMap hoort bij het doorzien van de samenhang van verschillende zaken. Er volgen nu enkele voorbeelden en beschrijvingen van de verschillende tools van Systeemdenken en brainstormtools: Gedragspatroongrafiek (GPG):
Het gaat er bij Systeemdenken om dat kinderen de samenhang zien tussen onderdelen of elementen. Deze onderdelen worden ook wel variabelen genoemd. Door middel van een GPG kunnen we een verandering van deze variabele in de loop van de tijd laten zien. Kinderen geven met een woord of tekening aan waarom de variabele op dat moment verandert. Op deze manier leren kinderen inzien wat de samenhang is tussen de onderdelen en gaan ze oorzaak-gevolg relaties beter begrijpen. In het voorbeeld hieronder hebben kinderen uit groep 2 een GPG gemaakt bij “Het verhaal van Eend”. In dit verhaal gebeurt er van alles waardoor het gevoel van Eend verandert. Dat gevoel van Eend wordt aangegeven met de lijn in
De relatiecirkel hierboven is gemaakt door een kind uit groep 3 en gaat over het leren in de klas. Twee variabelen bij deze cirkel zijn bijvoorbeeld het “aantal minuten dat je aan het werk bent” (1) en “het aantal sommen dat je af hebt”(2). Er is een pijl getrokken met een + erbij. Dit betekent dat dit kind vindt, dat hoe meer minuten je aan het werk bent, hoe meer sommen je af hebt. Het ene wordt meer en het andere dus ook. Twee andere variabelen zijn, “aantal minuten dat je aan het kletsen bent”(2) en “aantal bladzijden dat je gelezen hebt”(4). Bij die pijl staat een -. Dit kind vindt dus dat hoe meer je kletst hoe minder je kunt lezen. Op deze manier leren kinderen dus inzien wat de gevolgen zijn van onderdelen voor andere onderdelen. Causale lus:
prestaties van het kind kind
7
verwachtingen van de leerkracht
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Een van de kenmerken van Systeemdenken is het anders kijken naar oorzaak-gevolg-relaties. De taal die wij gewoon zijn om te spreken is lineair: A veroorzaakt B. Maar systemen werken anders: ze bestaan uit "rondlopende lijnen", uit elementen die met elkaar samenwerken, elkaar beïnvloeden. A veroorzaakt niet alleen factor B, maar A en B beïnvloeden elkaar voortdurend. We noemen dit cyclisch denken. De prestaties van een kind zijn van invloed op de verwachtingen van de leerkracht, maar ook andersom! In figuren met causale lussen wordt deze onderlinge invloed met behulp van pijlen getoond. Mindmap: Een echte brainstormtool is de Mindmap. Een Mindmap is een diagram opgebouwd uit begrippen, teksten, relaties en/of plaatjes, die zijn geordend in de vorm van een boomstructuur rond een centraal thema. Een mindmap wordt gebruikt om creatieve processen te ondersteunen en bij leren en onthouden. Doordat kinderen zelf bepalen op wat voor manier zij een Mindmap maken, (op papier, met potloden, pen, viltstiften, op de computer, met of zonder plaatjes) wordt het een eigen product dat
hen helpt bij het onthouden en terughalen van informatie. Anders dan bij bijvoorbeeld een woordweb, worden woorden die bij elkaar horen bij elkaar gezet d.m.v. kleuren. En wordt er door geassocieerd op woorden die al gegeven zijn. Zie hier als voorbeeld de Mindmap over ontbossing, gemaakt door een leerling uit groep 7. Hieronder ziet u in een Mindmap waar De Wissel voor staat.
8
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
3.2 Coöperatief leren We maken op De Wissel gebruik van een doorgaande lijn wat betreft samenwerkend leren. Dit noemen we coöperatief leren en is onderdeel van Boeiend Onderwijs. Coöperatief leren houdt in dat kinderen voor het uitvoeren van hun leertaak dienen samen te werken. Ze geven elkaar informatie en uitleg en leren zo van elkaars sterke en zwakke kanten. Het geeft een enorme stimulans aan zowel het proces als de opbrengst De basisprincipes waaraan een les coöperatief leren moet voldoen zijn: gelijke deelname (ieder heeft een evenredig deel van de taak); individuele aansprakelijkheid (er kan niet worden “meegelift” met anderen); positieve onderlinge afhankelijkheid; simultane interactie (alle kinderen zijn tegelijkertijd actief).
Voor rekenen worden de methodes ‘Gecijferd bewustzijn en ‘Wereld in Getallen’ gehanteerd. De lessen die hierin beschreven staan, sluiten aan bij thema’s, zoals ze in het kleuteronderwijs aan de orde komen. Spelletjesmiddag Eenmaal per week hebben alle kleutergroepen spelletjesmiddag. De leerlingen kunnen dan 3 kwartier onder begeleiding van een ouder gezelschapsspelletjes spelen. De spelletjes worden gespeeld in de kleuterhal. Iedere week geeft een ICT-medewerker leiding aan een groepje kinderen dat werkt op de computers in de computerhal. In de klas krijgen de kinderen ook dagelijks de gelegenheid om op de computer te werken. We gebruiken dan vooral de software van de methodes.
Er kan tijdens een activiteit een rolverdeling worden gemaakt. Iedere leerling heeft dan een eigen taak zoals bijvoorbeeld ‘stiltekapitein’, ‘beurtenverdeler’, ‘aanmoediger’ en ‘spullenbaas’. De stiltekapitein is verantwoordelijk voor het rustig communiceren. De beurtenverdeler heeft de taak om in de gaten te houden of iedereen het eens is met de antwoorden die worden genoteerd. De aanmoediger zorgt voor een positieve sfeer door complimenten te geven. De spullenbaas draagt zorg voor het materiaalgebruik.
De betrokkenheid van de kinderen bij ons onderwijs wordt optimaal gemaakt door voor hen betekenisvolle activiteiten en een uitdagende leeromgeving te realiseren. Eveneens door vaak gebruik te maken van coöperatieve werkvormen. Bij deze werkvorm zijn alle kinderen actief en leren ze van elkaar. De autonomie van de leerlingen wordt gerespecteerd door het gebruik van het kiesbord. Op speciale onderbouwvergaderingen wordt de gang van zaken met de collega’s geëvalueerd, worden ideeën uitgewisseld en de voortgang van kinderen besproken.
3.3 De werkwijze van groep 1 en 2 Alle kleutergroepen starten de ochtend vanuit de kring. In de kring worden vakken als taal, rekenen, verkeer, godsdienst, wereldoriëntatie en muziek gegeven. Daarnaast worden in de speelwerkles diezelfde vakken verwerkt met ontwikkelingsmateriaal, een spelvorm, werkbladen of knutsels. Daarbij wordt gekeken naar de diverse ontwikkelingslijnen zoals fijne motoriek, schriftoriëntatie, getalbegrip enz. In iedere activiteit staat één tussendoel centraal. Per week wordt het totale activiteitenaanbod van de speelwerkles aangegeven in het kiesbord (planbord) en kiezen de kinderen zelf welke activiteit ze op dat moment gaan uitvoeren.
3.4 De werkwijze van groep 3 t/m 8 We werken in deze groepen met een via methodes vastgelegde doorgaande lijn en vanuit leerlijnen. De lessen worden via het model van directe instructie aangeboden: Veel leerlingen hebben bijvoorbeeld bij de rekenof taalles voldoende aan een korte uitleg, voordat ze aan de slag kunnen. Vaak is er een kleine groep leerlingen die behoefte heeft aan meer uitleg. Voor deze kinderen is er in iedere groep een instructietafel. Na de kerninstructie, wanneer het overgrote deel van de leerlingen dus
De vakken komen in samenhang aan de orde, aan de hand van een bepaald thema uit onze taalmethode (bijv. lente of een nieuw jaar). Er is veel aandacht voor taalontwikkeling, omdat dit de kern vormt voor alle andere leerlijnen. Er wordt gebruik gemaakt van de methodes ‘Schatkist’ en ‘Fonemisch Bewustzijn’. Zie par. 3.7.1.
9
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
zelfstandig werkt, krijgen deze leerlingen verlengde instructie aan de instructietafel.
samenleving en vragen om constante aandacht en onderhoud.
Zolang de leerkracht deze groep leerlingen begeleidt, weten de andere leerlingen, dat ze zelfstandig dienen te werken aan hun taak. Dit kan individueel of coöperatief. Kinderen verwerken bijvoorbeeld een deel van de spellingles via het om en om dicteren van woorden. De kinderen die aan de instructietafel de verlengde instructie hebben gekregen, werken na deze instructie op de eigen plaats verder. M.b.v. een rood/groene kaart geven kinderen in de groep aan of ze wel of geen vraag hebben. Ondertussen werken ze verder aan de andere lesonderdelen. Na de verlengde instructie heeft de leerkracht gelegenheid om kinderen via het systeem van rood/groene kaarten te helpen.
Binnen burgerschap beschrijven we vier domeinen, waaraan we op onze school systematisch aandacht besteden; een beschrijving per domein: Democratie: we verstaan hieronder zowel de grondbeginselen en hoe die worden toegepast, als de staatsrechtelijke aspecten. We geven dit op school vorm door: deelname in kringgesprekken en projecten, spelen en werken d.m.v. coöperatieve werkvormen waarbij ieder een gelijke taak, kans en inbreng heeft; meedenken en meebeslissen over oplossingen bij problemen, klassenaangelegenheden en bij het maken van afspraken en regels, o.m. via het functioneren van de leerlingenraad en inbreng van leerlingen binnen het samen oplossen van pestproblematiek (steungroepaanpak zie 3.7.10). Buiten school: op de hoogte zijn van wat er speelt in de omgeving en de wereld door het lezen van een (jeugd-) krant en het kijken naar het jeugdjournaal; bespreken van wat er speelt in de thuissituatie; deelnemen aan en inspraak hebben in gezinszaken thuis; rolverdeling binnen teamsport en verhoudingen binnen vriendenclub; met ouders bezoek aan de bibliotheek en andere culturele instellingen brengen.
Essentieel is dat we bij de kerninstructie interactief lesgeven. Dit houdt in dat we voor zover mogelijk alle leerlingen betrekken bij de instructie. Niet alleen wordt er antwoord gegeven, maar er wordt ook geluisterd naar leerstrategieën van elkaar. Daarom geven we de kerninstructie ook aan alle leerlingen, zodat ze van elkaar kunnen leren. Verder wordt er bij de wereldoriënterende vakken gewerkt in viertallen met de verschillende werkvormen van het coöperatief leren. De groepsindeling wordt door de leerkracht gemaakt, naar niveau (heterogeen) en rekening houdend met sociaal-emotionele aspecten. Binnen de methodes is het regelmatig toetsen essentieel. Na analyse van resultaten (genormeerd met een cijfer), ziet de leerkracht of de leerling de stof beheerst en op welke onderdelen herhaling of extra uitleg nodig is. Als de toets goed gemaakt is, kan een leerling verrijkingsstof maken. Over de basisvaardigheden leest u ook verderop in dit hoofdstuk.
Participatie: een kenmerk van de democratische grondhouding betreft het actief deelnemen aan het verbeteren van de omgeving. Binnen de school werken we hieraan door: deelname aan acties t.b.v. goede doelen en leefbaarheid in ons lesprogramma aan de orde te stellen; leerlingen te laten meedenken, meebeslissen en uitvoeren van klassenaangelegenheden; samen verantwoordelijkheid te dragen voor de leefomgeving (opruimen van klas en schoolplein) en voor elkaar (kaart/bezoek bij zieke klasgenoot); Buiten school betekent burgerschap: meedoen aan acties en initiatieven in eigen leefomgeving en lid zijn van een vereniging/club; lidmaatschap ideële organisatie; deelname aan jeugdparticipatieprojecten; helpen in huis bij kleine taken en incidenteel familie en/of buren helpen.
3.5 Burgerschap Basisvaardigheden zoals rekenen en lezen vormen een groot deel van de ontwikkeling van een kind tot volwaardig deelnemer aan onze maatschappij. Maar deze vaardigheden alleen zijn niet voldoende. Wij zien het als onze taak om burgerschap op onze school een plaats te geven. We definiëren burgerschap als volgt: Het voorbereiden van de leerlingen op hun huidige en toekomstige rol in de samenleving. Deze samenleving kenmerkt zich door pluriformiteit en democratie en is gebaseerd op grondrechten. Deze kenmerken vormen de pijlers van onze
Identiteit: de wisselwerking tussen persoon en omgeving en hoe persoonlijke opvattingen
10
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
bepalend zijn voor je houding t.o.v. de gemeenschap. Op school werken we hier aan door: het leren over de eigen woonomgeving in de wereldoriënterende vakken, waaronder het bezoek van bijzondere plaatsen in de omgeving; het betrekken bij de lessen van nationale gebeurtenissen zoals Koninginnedag, 4/5 mei, Prinsjesdag; gestructureerde groepsopdrachten waarbij de leerlingen saamhorigheid in de klas ervaren. Buiten school: deelnemen aan een religieuze of identiteitsgebonden groep; binnen de vrienden- en/of familiekring kennismaken met een andere geloofsovertuiging; deelnemen aan en verbinden met sociale structuren/groepen in de omgeving.
3.6 Leerlingenraad De Leerlingenraad bestaat uit kinderen van de groepen 6 t/m 8. Elke groep vaardigt ieder schooljaar een of twee gespreksdeelnemers af. Ieder schooljaar komen andere kinderen aan bod. Het doel van de leerlingenraad is om de betrokkenheid en het samen voor de school staan te vergroten. Tijdens de wekelijkse kringgesprekken worden door de leerlingen punten ingebracht die naar het overleg worden meegenomen. Dit overleg vindt gemiddeld drie keer per jaar plaats. Van de vergaderingen worden notulen gemaakt die ook in de teamvergaderingen worden besproken.
3.7 De inhoud van het onderwijs: methoden 3.7.1 Taal In groep 1 en 2 wordt voor Taalontwikkeling de methode Schatkist en de map Fonemisch Bewustzijn gebruikt. De taalmethode Schatkist biedt gestructureerde thema’s. Elk thema kent een ankerverhaal met activiteiten en vier ankerpunten die het thema verdiepen.. Deze taalmethode is een totaalmethode en biedt ook lessen gecijferdheid en sociaal-emotionele ontwikkeling. Ieder thema wordt gevolgd gedurende ± 6 weken. Schatkist sluit goed aan op Veilig Leren Lezen, de taalmethode die in groep 3 wordt gebruikt.
Sociale vorming: Hoe kunnen kinderen zich ontplooien en moeten ze zich opstellen om met elkaar in de groep tot een goed leefklimaat te komen. Welke rol spelen ze als individu binnen het geheel? Op school werken we hieraan door: verantwoordelijkheid ontwikkelen voor het bevorderen van de leefbaarheid binnen de school, waarbij leerlingen zelf ruzies en conflicten kunnen oplossen. Dit geven we vorm vanuit de WinWin filosofie. We werken op school met een “conflictbemiddelaar”; het ontwikkelen van een groepsgevoel; drama activiteiten. Buiten school ontwikkelen kinderen dit domein binnen het gezin, in de omgang met de leefomgeving en in het verenigingsleven.
De map Fonemisch Bewustzijn gaat dieper in op de auditieve vaardigheden die de basis vormen voor het leren lezen en leren spellen Groep 4-8 gebruikt Taal Actief als methode voor taalbeschouwing, stellen en spelling. Deze drie onderdelen worden per leerjaar aangeboden in thematisch opgebouwde blokken. Na afloop van de basislessen vindt er een toetsing plaats van de stof die in dat blok aan de orde is geweest. Naar aanleiding van de resultaten van die toetsing gaan we gedifferentieerd werken afhankelijk van de zorgvraag van de leerling.: Naast de lesboeken gebruiken we bij de taallessen computerprogramma’s, waarbij de leerlingen de lesstof nog eens extra kunnen oefenen of verdiepen op een visueel ondersteunde manier. De woorden die bij spelling worden geoefend komen ook terug in de taal/stellessen.
Zoals u in bovenstaande kunt zien vindt een heel belangrijk deel van de ontwikkeling van uw kind op dit gebied plaats buiten de school. We vertrouwen er dan ook op dat we in goed overleg en samenspraak met u bij uw kinderen het aspect burgerschap tot zijn recht kunnen laten komen.
11
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
3.7.2 Spelling Bij de taalmethode Taal Actief hoort een leergang spelling. Kennis van woorden en werkwoorden is nodig om met elkaar te kunnen communiceren. De woorden zijn ingedeeld in categorieën. Voor het oefenen van spelling wordt gebruik gemaakt van verschillende coöperatieve werkvormen. De ontwikkeling wordt per blok in kaart gebracht, aansluitend bij de bloktoets van taal. Door middel van dictees wordt het niveau van begeleiding bepaald.
die aangeleerd zijn tijdens de leeslessen, ook in de schrijflessen aangeboden. Het voortgezet schrijven gebeurt van groep 5 tot en met 8. Het temposchrijven wordt vanaf groep 6 in deze fase geoefend en ontwikkeld. Het blokschrift wordt aangeleerd in groep 7 en 8. We streven ernaar om op deze manier de kinderen een goed leesbaar handschrift aan te leren zodat ze dat ook in een acceptabel tempo kunnen gebruiken. 3.7.5 Technisch lezen In groep 1 en 2 worden prentenboeken voorgelezen. Ook in de mediatheek wordt er veel door de kinderen zelf “gelezen”. Het aanvankelijk lezen begint o.a. met letterkennis. De letterkennis wordt vergroot door dit systematisch aan te bieden en per dag ruimte te bieden voor oefening. Hiervoor wordt de lettermuur ingezet, worden ankerversjes aangeboden, letterbeelden opgehangen, klankgebaren geoefend en wordt met voelletters gespeeld die het visuele beeld verrijken.
3.7.3 Stellen Bij het vak stellen leren de kinderen het schrijven van een verhaal. In groep 1 en 2 wordt dit met mondelinge opdrachten voorbereid. In groep 3 wordt in januari met stellen begonnen. In groep 3 t/m 8 staat stellen als vak apart op het rooster. Bij het vak stellen wordt gebruik gemaakt van een stelwijzer. Deze stelwijzer helpt de leerling stap voor stap een stelopdracht vorm te geven. Daarnaast worden de criteria waaraan een opdracht moet voldoen vooraf verwoord. Een leerling kan op deze manier doelgericht werken. Om een correcte stelopdracht vorm te geven, is zelfcontrole van het gemaakte werk een belangrijke stap in het proces om tot een goed eindproduct te komen. Stellen staat als vak apart vermeld op het rapport..
In groep 3 wordt gewerkt met de methode Veilig leren lezen voor aanvankelijk lezen waarbij we de kinderen gedifferentieerd en zelfstandig laten werken. Ook spelling en begrijpend lezen zitten in deze methode. In de groepen 4 werken we in schooljaar 20152016 met de methode Station Zuid. In de groepen 5 -6 werken we met de methode Estafette. Deze methode wordt ook ingezet voor de zwakkere lezers uit de groepen 7 en 8. In de lesroosters is structureel tijd ingeruimd voor het technisch lezen. Correct lezen en vlot lezen zijn voor een heleboel andere vakken erg belangrijke vaardigheden. Vooral voor de zwakkere lezers blijft het oefenen een belangrijk onderwijsdoel. Om voor elke leerling de juiste materialen en aanpak te bepalen wordt gebruik gemaakt van twee toetsen: de AVI-toets (tekstlezen) en de Drie Minuten Toets (woordlezen).
3.7.4 Schrijven In de groepen 1 en 2 wordt het voorbereidend schrijven geoefend met de methode Schrijven in de basisschool om de grove en de fijne motoriek te ontwikkelen.
3.7.6 Begrijpend lezen In groep 3 wordt er binnen de methode Veilig Leren Lezen ook geoefend in begrijpend lezen. In de groepen 4 -8 gebruiken we de begrijpend leesmethode Nieuwsbegrip XL. Kinderen lezen hierbij met name teksten over actuele onderwerpen, wat motiverend werkt. Het aanleren van verschillende leesstrategieën staat in deze methode centraal. Zo leren de kinderen de hoofdgedachte van een tekst onder woorden te brengen en strategisch te zoeken naar bepaalde informatie. De rol van de leerkracht is cruciaal: Door ‘hardop-denkend’ voor te doen,
In de groepen 3 - 8 gebruiken we de methode “Pennenstreken”. Deze methode sluit voor groep 3 aan bij de taal-/leesmethode Veilig leren lezen. Zo wordt ervoor gezorgd dat de leerstof voor het ontwikkelen van deze basisvaardigheden op elkaar aansluit en dus voor de leerlingen betekenis en herkenbaarheid heeft. Het aanvankelijk schrijven gebeurt in de groepen 3 en 4. De kinderen leren daar, naast een goede schrijfhouding, papierligging en pen- en potloodhantering ook letters, cijfers en het aan elkaar schrijven. In groep 3 worden de woorden,
12
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
leren kinderen strategieën toe te passen.
Tijdens de lessen werken we tevens met de principes van Structureel Coöperatief Leren, waarbij kinderen met elkaar samen werken waardoor ze de leerstof nog beter inoefen en begrijpen.
De methode toetst de vaardigheden enkele malen per jaar. 3.7.7 Woordenschat Voor het goed kunnen begrijpen van mondelinge en schriftelijke taal is een goede woordenschat essentieel. Ook voor het zelf goed kunnen verwoorden, zowel in de mondelinge als schriftelijke communicatie is een uitgebreide woordenschat van groot belang. Om de woordenschat uit te breiden en de zinsbouw te verbeteren, vormt het onderwijs in woordenschat een wezenlijk deel van ons lesaanbod. In de onderbouw worden deze lessen aangeboden o.a. door middel van spelletjes, gesprekken aan de hand van praatplaten of prentenboek en door voorlezen. Vanaf groep 4 maken we gebruik van materiaal dat bij de taalmethode Taal Actief hoort. Vanaf de groepen 5 wordt er bewust gewerkt aan het leren begrijpen van begrippen uit de wereldoriënterende vakken. Zeer belangrijk is ook dat u als ouder hierbij betrokken bent. Praten over moeilijke woorden en hierdoor de kennis vergroten, voorkomt achterstanden. De kinderen uit de groepen 1 t/m 4 krijgen meerdere keren per jaar een themakaart met nieuwe begrippen mee. De kinderen uit de hogere groepen krijgen via het huiswerk van de wereldoriënterende vakken begrippenlijsten mee naar huis. Wij waarderen het zeer als u met uw kind hiermee thuis aan de slag gaat.
De methode biedt differentiatie op drie niveaus aan, wat inhoud dat het gemiddelde kind de basisstof maakt, de zwakke rekenaar maakt de opgaven van het minimumprogramma en de sterke rekenaar maakt de opgaven van het plusprogramma. Omdat de niveauverschillen, naarmate de basisschool vordert, verder toenemen, groeien de differentiatiemogelijkheden met de kinderen mee en zijn deze vanaf groep 6 nog verder uitgewerkt. Waar nodig zal de RT-leerkracht worden ingezet voor extra instructie aan zwakke leerlingen; de plusklas voorziet in extra instructie voor de sterke leerlingen. De methode is opgebouwd uit twaalf hoofdstukken per leerjaar, die elk onderverdeeld zijn in blokken van drie weken. In de derde week van ieder blok volgt er een toets en waarna verrijking of extra herhaling en instructie wordt aangeboden. Tevens wordt er ook nog één keer per rapportperiode een tempotoets afgenomen, die de mate van automatiseren meet. Via kwartaaltoetsen, die dezelfde vraagstelling als de CITO-toets rekenen hebben, wordt getoetst in hoeverre de grotere gehelen worden beheerst. 3.7.9 Studievaardigheden In de groepen 7 en 8 wordt ook gewerkt met ‘Blitsinformatieverwerking’. Leerlingen leren en oefenen aan de hand van deze methode vaardigheden als: kaartlezen, het hanteren van naslagwerken en het lezen, interpreteren en invullen van gegevens in grafieken, schema’s en tabellen. 3.7.10 Godsdienstige vorming Ieder kind dat onze school bezoekt willen we een basis van waarden en normen meegeven, gebaseerd op en voortkomend uit de christelijke identiteit en traditie, liggend in het christelijk perspectief. Daarnaast willen we, vooral in de bovenbouw, aandacht schenken aan onze multiculturele samenleving, waarin met respect omgegaan wordt met andere godsdienstige opvattingen en gebruiken.
3.7.8 Rekenen Op De Wissel werken we met de nieuwe versie van de methode Pluspunt, de meest gebruikte methode van Nederland. Pluspunt pakt de goede dingen van het realistische rekenen, zoals het werken met modellen en grafieken, en combineert dit met het inoefenen van de rekenvaardigheden. De gebruikte oefenvormen zijn speels en gevarieerd en de vormgeving is eigentijds en gericht op het kind. Dit motiveert hen bij het rekenen. Het is een duidelijke methode die kinderen leert rekenen via een zorgvuldige, stapsgewijze opbouw van de lesstof met veel oefening en herhaling.
Onze school gebruikt de methode Kind op Maandag. In de onder- en middenbouw is er een duidelijke vertellijn van de bijbelverhalen. In de midden- en bovenbouw staat naast het verhaal ook de beleving en de toepassing ervan in het middelpunt.
13
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Daarnaast zullen er in alle groepen liederen gezongen worden die bij het thema horen. Hiervoor is een schoolbundel met liederen samengesteld. Zo hopen we uw kind iets waardevols voor het leven mee te geven.
afwisselende en uitdagende lessen. De aanpak is gebouwd op drie pijlers: Herkennen en erkennen Samen oplossen Verantwoordelijkheid leren.
3.7.11 Sociale vaardigheden Als school hanteren we een aantal methodieken met betrekking tot sociale vaardigheden, omgaan met pesten en omgaan met agressief gedrag. Al deze aanpakken zijn bewezen effectief.
Sociale interactie, beweging en aandacht van en voor andere leerlingen worden zoveel mogelijk in elke les ingebouwd, o.a. via coöperatief leren en energizers.
We gebruiken de methode Leefstijl. Leefstijl heeft als doel dat leerlingen zich bewust worden van de normen en waarden in de maatschappij. Dit leren ze niet op een theoretische manier maar in de praktijk. Samen met klasgenoten doen leerlingen allerlei activiteiten en opdrachten die het besef van ‘goed met elkaar omgaan’ versterken. Leefstijl sluit aan bij de kerndoelen voor gezond en redzaam gedrag. Het Leefstijl-programma voor primair onderwijs kent zes thema’s die ieder jaar terugkomen. Hoe ouder de kinderen, des te dieper in wordt gegaan op de thema’s.
Toch blijft er soms sprake van ordeverstorend gedrag. Het beëindigen van deze ordeverstoringen is in een aantal gevallen niet voldoende, een nadere analyse is dan noodzakelijk. Als we de achterliggende behoeftes van de leerling te weten komen, kunnen we hierop inspelen. De leerling wordt begeleid, waarbij hij leert hier op een verantwoorde manier mee om te gaan. We gebruiken KiVa. Met ingang van schooljaar 2015-2016 werken we met de methode KiVa als middel om preventief met pestgedrag om te gaan. Het uitgangspunt van KiVa is: “We zijn er niet allemaal verantwoordelijk voor dat er wordt gepest, maar we zijn er wel allemaal verantwoordelijk voor dat het stopt.” Binnen de KiVa methodiek maken we gebruik van de zogenaamde steungroepaanpak. Hierbij wordt het stoppen van eventueel pestgedrag als een groepsverantwoordelijkheid beschouwd. Leerlingen worden zo mede eigenaar van de oplossingen. Deze methodiek heeft, zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek, veel positieve resultaten.
We werken met Goed van Start om gewenst gedrag te stimuleren. De eerste maand van het schooljaar is bij uitstek de tijd om te investeren in regels en routines in de klas. Met ‘Goed van Start’ worden aan het begin van het schooljaar vijf klassenvergaderingen georganiseerd. In deze vergaderingen stellen leraar en leerlingen gezamenlijk de regels en afspraken op voor de rest van het jaar. Door dit samen te doen zijn de verwachtingen meteen duidelijk en krijgen leerlingen vanaf het begin een verantwoordelijke rol bij de besluitvorming in de klas. Met Goed van Start wordt gewerkt aan het aanleren van verantwoordelijkheid en worden tegelijkertijd de sociale vaardigheden van leerlingen getraind.
We organiseren sociodagen en sociokampen. Ieder schooljaar organiseren wij voor de kinderen van de groepen 5 t/m 7, aan het begin van het schooljaar groepsvormende activiteiten tijdens de sociodagen en -kampen. Er worden allerlei spelvormen georganiseerd, leerlingen voeren op school voorbereide opdrachten uit, en in de groepen 6 en 7 leren de kinderen ook samen een maaltijd te bereiden. De groepen 5 hebben een sociodag die tijdens de reguliere schooluren plaatsvindt, op locaties in de omgeving van de school. De groepen 6 beleven begin september een sociodag. De dag eindigt met het gezamenlijk op school bereiden en nuttigen van een maaltijd en een afsluitende groepsactiviteit. Voor de groepen 7 organiseren we ieder jaar een sociokamp met overnachting op een locatie op fietsafstand van de school .
We hebben op schoolniveau gedragsregels gekoppeld aan kernwaarden. de ander rust inzet materiaal Door regels te koppelen, krijgen kinderen overzicht en kun je ook heel erg goed proactief handelen. Uit deze vier kernwaarden worden in iedere groep klassenregels afgesproken waarmee gewerkt kan worden aan en gepraat kan worden over pesten, woede en agressie en gedrag. We werken met Win-Win. Win-win is een aanpak om ordeverstoringen zoveel mogelijk te voorkomen door te zorgen voor
14
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
3.7.13 Engels Voor Engels wordt de methode ‘Take It Easy’ gebruikt. In het dagelijks leven krijgen de kinderen al te maken met Engels (televisie, radio, computers, muziek enz.). Leesvaardigheid, spreken, luisteren, zelfstandig leren en opzoekvaardigheid komen in deze methode aan de orde, zodat leerlingen de basis van de Engelse taal leren. Verdere pluspunten zijn het gebruik van het digitale schoolbord dankzij software en een native speaker. Vanaf het schooljaar 2015-2016 geven we Engels in alle groepen. 3.7.14 Wereldoriëntatie Hieronder vallen de vakken verkeer, aardrijkskunde (inclusief topografie), geschiedenis en biologie. Bij alle vakken wordt er vanuit de belevingswereld van de kinderen gestart en zijn de lessen rondom een thema opgebouwd. Bij deze vakken is de actieve inbreng van de leerlingen essentieel. Zij maken presentaties en werkstukken. (vanaf groep 6) We gebruiken materialen vanuit de mediatheek. Na afloop van één of meerdere thema's is er een toets.
Tijdens de sociokampen en sociodagen ontmoeten leerlingen en leerkrachten elkaar op een heel andere manier. Tijdens een intensief samenzijn wordt door middel van allerlei sociale activiteiten, zoals rollenspelen en energizers enz. het klassenverband hechter gemaakt. Het zijn zeker geen vrijblijvende dagen. Er wordt hard gewerkt, maar ook gespeeld en voor wat de kampen betreft ook maaltijden bereid. Kernwoorden tijdens het sociokamp zijn: verantwoordelijkheid, normen en waarden, zelfredzaamheid, jezelf prettig voelen en sociaal gedrag. De kosten voor het sociokamp voor het schooljaar 2015-2016 bedragen €24,00 en worden ieder jaar opnieuw vastgesteld.
Verkeer: Dit vak wordt in groep 1-7 gegeven aan de hand van de methode ‘Klaar over’. De leerlingen van de groepen 7 doen zowel aan het theorie- als praktijkexamen verkeer mee. Aardrijkskunde: De lessen worden in groep 5 -8 gegeven vanuit de methode ‘Geobas’. Vanaf eind groep 5 speelt topografie een rol. In alle groepen speelt het thema zich af in de regio, streek, provincie, land of werelddeel.
We filosoferen en maken weerbaar. In de groepen 8 wordt gewerkt aan de hand van de boeken ‘50 Levenslessen in spelvorm’ en ‘Filosoferen met kinderen’. We besteden aandacht aan de specifieke behoeften en bijzonderheden van tieners op school en in de maatschappij. Belangrijk hierbij is natuurlijk aandacht voor de naderende overgang naar het voortgezet onderwijs.
Geschiedenis: De lessen worden in groep 5 -8 gegeven vanuit de methode ‘Tijdstip’. In groep 5 wordt gestart met lessen over een thema vanuit de eigen leefwereld en eigen geschiedenis. Vanaf groep 6 verlopen de lessen chronologisch vanaf de prehistorie tot de 20e eeuw in groep 8.
We registreren ontwikkeling. Om de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen te volgen maken we gebruik van het registratiesysteem ‘Zien’, KiVa vragenlijsten en voor de kleutergroepen ook van de Kijkregistratie.
Natuur: Dit vak wordt in alle groepen gegeven. We werken sinds schooljaar 2013-2014 vanuit de kerndoelen en leerlijnen. Door de leerkrachten zijn boeiend onderwijs lessen samengesteld. Dit betekent dat de kinderen onderwijs krijgen dat past binnen de werkwijze van boeiend onderwijs. We halen de natuur de groep in, trekken er met regelmaat op uit en maken veel gebruik van beeldmateriaal en van systeemhulpmiddelen. (zie 3.1) Ervaringen van de kinderen m.b.t. mensen, dieren en planten uit hun eigen leefwereld spelen een belangrijke rol binnen deze lessen.
3.7.12 Techniek Door middel van het Ontdek Kasteel worden leerlinge vertrouwd gemaakt met techniek in het basisonderwijs. Ze leren oplossingen te bedenken en te gebruiken bij technische problemen Voorwerpen uit het dagelijks leven worden onderzocht en de werking ervan kan verklaard worden.
15
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Veldweek De groepen 8 gaan in september een midweek op Veldweek in Apeldoorn. De kinderen verblijven dan op een van de centra van de Stichting Veldwerk Nederland, alwaar allerlei doe-activiteiten op het gebied van natuureducatie plaatsvinden. Deze sluiten goed aan bij de lessen op school. Vanzelfsprekend is er ook ruimte voor ontspanning. In de week na afloop van de Veldweek wordt een kijkavond voor ouders georganiseerd. De bijdrage voor de ouders is in 2015 € 188,- per leerling en wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld. De school draagt voor een deel bij in de kosten.
Vanaf schooljaar 2013-2014 wordt het vanuit de gemeente geen subsidie meer verstrekt voor het schoolzwemmen en wordt dit niet meer georganiseerd. Wel neemt de school deel aan zwemactiviteiten op projectbasis. 3.8 ICT Op De Wissel wordt het gebruik van computers binnen en buiten de klas gestimuleerd. Op beide locaties heeft iedere groep computers in de klas en meerdere computers in de hal. Deze computers bieden ondersteuning en verrijking tijdens de lessen in de klas en worden ingezet voor computerlessen in de hal. Zo hebben we de mogelijkheid om gebruik te maken van aanvullende software en internetprogramma’s voor spelling, taal, rekenen en de wereldoriënterende vakken. Ook zorgleerlingen kunnen oefenen op een moeilijk leerstofonderdeel. Het internet is met name voor de bovenbouw interessant; heel veel informatie kan gebruikt worden voor het zelf maken van werkstukken, zelfstandige opdrachten en presentaties.
3.7.15 Kunstzinnige oriëntatie Hieronder worden de volgende vakken verstaan: Tekenen: De school werkt met de methode ‘Uit de Kunst’. Zo komen kinderen in aanraking met allerlei verschillende technieken en materialen. De methode wordt aangevuld met gastlessen en projectkisten van het project ‘Taal van de Kunst’. Handvaardigheid: Ook voor handvaardigheid gebruiken alle groepen de methode ‘Uit de Kunst’. Deze methode wordt aangevuld met een techniekenlijst zodat kinderen zich zo breed mogelijk ontwikkelen op dit gebied.
ICT binnen het onderwijs is altijd in ontwikkeling. 3.8.1 Computers in de klassen We hebben in iedere groep de mogelijkheid om gebruik te maken van educatieve programma’s die op het netwerk of online beschikbaar zijn. Per leerjaar hebben we de doelen c.q. vaardigheden opgesteld. De computer wordt o.a. gebruikt als gereedschap voor het maken van het dagelijkse werk: tekstverwerking, toetshulpmiddel, leerinstrument en oefenmiddel.
Muziek: We werken met de methode ‘Muziek moet je doen!’. Kinderen komen o.a. in aanraking met herkennen van de maat, toonhoogte en het aanleren van liederen. Dit gebeurt met behulp van instrumenten en audiovisuele hulpmiddelen. Drama: Deze activiteiten vinden plaats binnen jaarlijks terugkerende evenementen, zoals de Kinderboekenweek, de toneelvoorstellingen Podium De Wissel en de Sociokampen. Ook is drama onderdeel van vieringen zoals Kerst en Pasen. Binnen de lessen sociale vaardigheden speelt drama ook een rol: Jezelf kunnen verplaatsen in een ander, jezelf kunnen uiten en een ander kunnen waarderen, zijn hierin belangrijke aspecten. 3.7.16 Bewegingsonderwijs We gebruiken de methode “Bewegingslessen in het basisonderwijs” en “Zapp-lessen”. Hieruit wordt voor het gehele jaar voor de groepen 3-8 een rooster gemaakt. Ook worden er spelen aangeleerd die worden gespeeld op de jaarlijkse sportdag. Deze wordt gehouden voor de groepen 5-8. De locaties waar de verschillende groepen de gymlessen volgen, worden vermeld in hoofdstuk 13. Voor afspraken m.b.t. kleding, schoeisel e.d. verwijzen wij u naar paragraaf 9.7.
Tijdens het werken met thema’s maken kinderen bijv. teksten, verslagen en werkstukken. Dit gebeurt op individueel en (klein) groepsniveau. Kinderen kunnen ook met een gerichte vraag op het internet zoeken. Wel willen we duidelijk stellen dat de ICT op zich geen doel is. Als school staan we voor de
16
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
uitdaging om de nieuwe ICT mogelijkheden zinvol te integreren in de gangbare leerprocessen. ICT is belangrijk voor een school dat het onderwijs van vandaag wil richten op het functioneren van de leerlingen in de maatschappij van de toekomst. 3.8.3 Digitaal schoolbord Wij werken op school met digitale schoolborden, deze worden geleidelijk vervangen door touchscreens. We maken hierbij gebruik van software en toepassingen om het gebruik hiervan voor leerlingen en leerkrachten te optimaliseren. 3.9 Portfolio’s
U en uw kinderen kunnen een beroep doen op de mediatheekjuf voor het zoeken van een bepaald boek, een luisterboek of dvd, (extra) leesboekjes voor bepaalde leeftijden, boeken voor de spreekbeurt, werkstuk of boekenbeurt, of een (project)collectie voor de klas.
In alle groepen werken we met een portfoliomap. Deze 23-rings map op A4 formaat neemt uw zoon of dochter mee naar school in het jaar dat hij of zij op De Wissel komt. De map doet dienst als portfolio. Jaarlijks worden er twee tekeningen aan het portfolio toegevoegd en vanaf de middenbouw ook boekpromotieverslagen, presentatieverslagen e.d.
Ook na schooltijd is de mediatheek voor leerlingen geopend op vaste momenten in de week. 3.11 Huiswerk
Met de portfoliomap in handen hebben onze leerlingen (en ouders) aan het eind van hun schoolloopbaan een unieke terugblik op hun ontwikkeling op De Wissel.
Als basisschool bereiden we onze leerlingen zo goed mogelijk voor op het Voortgezet Onderwijs. Op het VO worden de leerlingen dagelijks geconfronteerd met het maken van huiswerk voor één of meerdere vakken. Wij beschouwen het omgaan met huiswerk op de basisschool dan ook bewust als een voorbereiding op het VO en niet als een doel op zich. Het leren plannen is belangrijk en uw kind krijgt via huiswerk de gelegenheid om zich goed op een toets voor te bereiden. In groep 3 wordt, indien wenselijk, leeshuiswerk meegegeven. Dit is niet structureel. Als opstapje voor het huiswerk wordt in groep 4 thuis in het tafelwerkschrift gewerkt. Dit wordt maandelijks ingeleverd. In groep 5 wordt 1x per week huiswerk meegegeven in de blauwe huiswerkmap, die door de school wordt verstrekt. Het huiswerk kan bestaan uit opdrachten voor verschillende vakken (taal, spelling, rekenen of topografie). Ook moet er thuis gewerkt worden aan de boekenbeurt en de presentatie.
3.10 Mediatheek Bibliotheek Vlissingen heeft op De Wissel twee nevenvestigingen binnen de school ingericht om diensten te kunnen aanbieden ter versterking van het taalonderwijs, leesbevordering en het aanleren van informatievaardigheden. Zij biedt dergelijke diensten aan vanuit het besef dat leesgedrag, leesplezier en kundig en kritisch omgaan met informatie, niet door incidentele bezoeken aan de bibliotheek te beïnvloeden zijn. Alleen jarenlange en goed gestructureerde begeleiding kan het niveau van begrijpend lezen, de motivatie om te willen lezen en de nieuwsgierigheid om goed met informatie te willen omgaan, duurzaam verbeteren. Twee leerkrachten van De Wissel zijn als leescoördinator betrokken bij het verder integreren van de mediatheek in het leesonderwijs en het uitbouwen van de mediatheek als informatiecentrum van de school.
In een overzicht: Gr. 4: 1x per maand tafelhuiswerk; regelmatig regelboek voor basisvakken. Gr. 5: 1x per week voor verschillende vakken; Gr. 6: 2x per week voor de leervakken, regelmatig voor basisvakken; Gr. 7: 3x per week voor 1 leervak en 2 basisvakken; Gr. 8: 4x per week.
Naast de mediatheekjuf zijn er in de mediatheek enthousiaste hulpouders werkzaam; in de mediatheek van de Kleiweg zijn dat ook kinderen uit groep 7 en 8. Deze vrijwilligers helpen bezoekers in de mediatheek bij het zoeken naar een boek, lenen media uit, ruimen teruggebrachte media op en zorgen voor een uitnodigende uitstraling van de mediatheek, zowel onder, als na schooltijd, onder eindverantwoordelijkheid van de mediatheekjuf.
17
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Ook zullen er in de hoogste drie groepen, net als in groep 5, presentaties en boekbesprekingen thuis moeten worden voorbereid. Daarnaast staat ook het maken van een werkstuk op het programma.
Balans tussen afstand tot en mogelijkheden die de bestemming biedt; De bestemming moet mogelijkheden bieden voor zowel de diverse leeftijdsgroepen als interesses.
Overigens betekent het 1x per week hebben van huiswerk niet dat er maar 1x per week aan dat huiswerk moet worden gewerkt. De beste manier om zich de stof eigen te maken is er dagelijks enige tijd mee bezig te zijn. Daarom adviseren wij u als ouders uw kind te helpen door het huiswerk te plannen, samen door te nemen, na te kijken of te overhoren.
Concreet komt het hier op neer: De groepen 1 en 2 gaan elk schooljaar een dagdeel op schoolreis. De bestemming ligt in de directe omgeving van de school. Indicatie kosten: € 15,De groepen 3 -6 gaan elk schooljaar op schoolreis. Voor het begeleiden van de schoolreis worden eerst de leden van de ouderwerkgroep en de hulpouders van de desbetreffende groepen gevraagd. Indicatie kosten: € 25,- tot € 32,De groepen 7 en 8 maken aan het eind van elk schooljaar een excursie. Indicatie: € 17,Alle groepen gaan eenmaal in de vijf jaar gezamenlijk op reis.
Het huiswerk wordt in de groepen 5 en 6 op een agendablad genoteerd. Dit blad zit voorin de huiswerkmap. Het agendablad wordt door school verstrekt. In de groepen 7 en 8 wordt gebruik gemaakt van een agenda. Deze wordt aan het begin van het schooljaar door school aan de kinderen verstrekt. Het is zaak voor iedere leerling om zo goed mogelijk te leren werken en omgaan met de agenda. De agenda blijft een gemeenschappelijk document van de leerling, de leerkracht en de ouder(s). Het werken met een agenda heeft ook het voordeel dat het gemakkelijker is om gezamenlijk (klassikaal) aantekeningen te noteren.
Sociodag en sociokampen: Voor de groepen 5 t/m 7. Zie par. 3.7.11. Veldweek: Voor de groepen 8. Zie par. 3.7.14. Kinderboekenweek. Jaarlijks in oktober.
In groep 6 -8 staat het huiswerk genoteerd op het schoolbord. Wanneer een leerling tijdens het opgeven van huiswerk afwezig is, ziet hij of zij bij terugkomst op school het opgegeven huiswerk. Kinderen zijn ook medeverantwoordelijk voor het opschrijven van het huiswerk. Het aanbod van het huiswerk in groep 8 wordt in de laatste periode van het schooljaar aangepast en sluit daardoor nauw aan bij de gemaakte schoolkeuze in het voortgezet onderwijs. Jaarlijkse sportdag voor de groepen 5 -8. Wij doen hier aan mee, om samen met andere kinderen een dag te sporten.
Onze school biedt leerlingen de mogelijkheid om deel te nemen aan de huiswerkklas waar zij professioneel worden begeleid bij het maken en leren van het opgegeven huiswerk. Zie par. 3.13.
Kerstfeest. In een tweejaarlijkse cyclus het ene jaar vieringen in en met de eigen groep, het andere jaar gezamenlijke vieringen met ouders en andere groepen. Vieringen vinden vaak in de avonduren plaats, maar zijn niet vrijblijvend. We beschouwen ze als een integraal onderdeel van de schoolidentiteit.
3.12 Activiteiten vanuit school 3.12 1 Activiteiten onder schooltijd Schoolreizen. De school heeft de visie dat een schoolreis voor ieder kind veilig, uitdagend, motiverend, educatief, enthousiast makend en explorerend moet zijn. Om deze visie gestalte te geven, is een aantal uitgangspunten geformuleerd: Beperkte kosten, voor zover mogelijk; Balans tussen educatieve activiteiten en attracties;
Sinterklaas. De Goedheiligman bezoek alle groepen. De groepen 4 -8 maken surprises voor elkaar. De groepen 1 -4 zijn op de Sinterklaasmiddagen vrij; de groepen 5 -8 volgen een spelencircuit.
18
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Paasviering. De donderdag voor Pasen vieren we dit feest in de groepen. We ontbijten met de kinderen op school.
dan allerlei gezellige activiteiten plaats, waarbij we zowel een goed doel dienen als altijd een opbrengst voor de school ten gunste van de kinderen realiseren.
Koningsdag. De laatste vrijdag voor de meivakantie staat op De Wissel in het teken van sportieve activiteiten.
3.13 Naschoolse activiteiten Dit zijn activiteiten die na schooltijd op de school worden verzorgd, maar niet vanuit de school worden georganiseerd. Ze vallen dus niet onder de verantwoordelijkheid van de school. Voor veel activiteiten geldt het voorbehoud dat de activiteit alleen bij voldoende aanmeldingen op een van de schoollocaties wordt georganiseerd.
Scholendienst. Jaarlijks wordt er een speciale kerkdienst georganiseerd waarbij deelname vanuit school centraal staat. In de dienst spelen kinderen een hoofdrol en wordt er gesproken over een thema dat aansluit bij de godsdienstlessen op school. Deze dienst vindt plaats in De St. Jacobskerk.
Het gaat hier om: De huiswerkklas. Leerlingen uit de groepen 6 t/m 8 kunnen wekelijks gebruikmaken van deze mogelijkheid. Ze worden begeleid in het indelen van de taken die ze als huiswerk hebben opgekregen. De agenda wordt bekeken en een plan van aanpak besproken. Ze krijgen zo nodig extra uitleg over lesstof. Ook is het mogelijk om bijvoorbeeld voor het maken van een werkstuk of het extra oefenen van topografietoetsen gebruik te maken van de computers en oefenprogramma’s op school. Deelname is niet vrijblijvend. Indien een leerling is opgegeven, is het ook de bedoeling dat de huiswerkklas wordt bezocht op de afgesproken dagen en tijdstippen. Het doel van de huiswerkklas is om de leerlingen te leren leren. De organisatie is in handen van het Zeeuws Huiswerkinstituut. Inschrijven en communicatie over huiswerk is de verantwoordelijkheid van u als ouder en gebeurt rechtstreeks met het ZHWI. De facilitering van de huiswerkklas, op dinsdag of donderdag tussen 15.30 en 16.15 uur, wordt grotendeels vanuit het schoolbudget bekostigd. Van de ouders vragen wij voor het schooljaar 2015-2016 een bijdrage van €1,20 per keer.
Eindfeest. Dit feest vindt plaats op de laatste donderdag van het schooljaar, veelal op de locatie van de school, soms op een locatie in de buurt. Doel is dat kinderen uit verschillende leeftijdsgroepen gezamenlijk activiteiten ontplooien. Al deze activiteiten worden gecoördineerd door het team en/of de Ouderwerkgroep. Begeleiding van u als ouder is vaak essentieel om de activiteiten te kunnen laten plaatsvinden. 3.12 2 Activiteiten na schooltijd Sporttoernooien. Indien er voldoende belangstelling is en voldoende begeleiding van u als ouder, doen we aan de volgende schooltoernooien mee, indien deze worden georganiseerd: schooldammen, schoolschaken, schoolzwemkampioenschappen, schoolvoetbal en schoolkorfbal.
Contactgegevens Ellen Poppe Coördinator Zeeuws Huiswerk Instituut Industrieweg 1a 4382 NA Vlissingen 0118-473548
[email protected] www.zhwi.nl
Avondvierdaagse. De school begeleidt i.s.m. de ouderwerkgroep de leerlingen van groep 1 -5. Zij kunnen zich op school inschrijven. U als ouder blijft tijdens de Avondvierdaagse verantwoordelijk voor uw kind. Leerlingen van groep 6 -8 dienen door de ouders zelf te worden ingeschreven bij de organisatie ter plaatse.
Typecursus Het Zeeuws Huiswerkinstituut organiseert ook een cursus computertypen voor leerlingen van de groepen 6 t/m 8. Inschrijving gebeurt aan het begin van het schooljaar. Bij voldoende deelname volgt een tweede cursusronde in de tweede helft van het schooljaar. Indicatie kosten 2015-2016 €160,-, inclusief examen.
Pleinfeest. De school organiseert in samenwerking met vele ouders/vrijwilligers jaarlijks een groot Pleinfeest op de locatie Kleiweg. Op een woensdagmiddag in mei vinden
19
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
We communiceren met u als ouder minimaal drie keer per jaar over de voortgang. Dat doen we door middel van oudergesprekken op de volgende momenten: November: Aan de hand van een gespreksformulier waarbij de ontwikkeling van uw kind als persoon centraal staat. Februari: Eerste rapport Juli: Tweede rapport.
4 Passend onderwijs Passend onderwijs wil zeggen dat scholen in een bepaalde regio samen verantwoordelijk zijn voor het bieden van een passend onderwijsarrangement voor iedere leerling die binnen deze regio wordt aangemeld. Iedere school heeft zo zijn of haar eigen specialiteiten, kennis, kunde en vaardigheden, waardoor er binnen de regio altijd een school te vinden is waar ieder kind een optimale ontwikkeling kan doormaken.
In de onderbouw worden de leerlingen in januari en juni getoetst op het gebied van (voorbereidend) rekenen en taal. Daarnaast gebruiken we de Kijk!-registratie. Er zijn 17 ontwikkelingslijnen te onderscheiden waarop gegevens worden verzameld d.m.v. observatie.
Om Passend Onderwijs bij ons op school tot haar recht te laten komen hanteren wij een aantal middelen om dit te bereiken. In dit hoofdstuk kunt u lezen welke middelen wij gebruiken om ervoor te zorgen dat onze leerlingen een passend onderwijsaanbod krijgen.
De vorderingen van de kleuters worden op het rapport weergegeven door het plaatsen van kruisjes bij de diverse ontwikkelingsgebieden. De vorderingen van groep 3 -8 op verschillende leer- en ontwikkelingsgebieden worden weergegeven in cijfers en in termen van goed / ruim voldoende / voldoende / matig / onvoldoende.
4.1 Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) De Wissel neemt deel aan het traject VVE, de Voor- en Vroegschoolse Educatie. De VVE probeert de doorgaande lijn van peuterspeelzaal naar basisonderwijs te realiseren. Zij bereikt dit door de samenwerking tussen beiden te optimaliseren en de onderlinge communicatie te vergroten. In dit samenwerkingsverband zijn basisscholen uit Groot Lammerenburg, het consultatiebureau en twee peuterspeelzalen vertegenwoordigd. VVE past binnen onze de doelstelling om kleuters gericht te observeren en hun ontwikkeling te stimuleren met aandacht voor de mogelijkheden van het kind. Zo zorgen we samen voor een zo optimaal mogelijke start van de basisschoolperiode.
De toetsing van de leer- en vormingsgebieden gebeurt als volgt: Technisch lezen In de groepen 3 -8 nemen we AVI en DMT-toetsen af. Hierdoor wordt het leesniveau van het kind bepaald. Begrijpend lezen Er worden toetsen gebruikt vanuit de methodes Veilig Leren Lezen en Nieuwsbegrip. Taal/spelling In groep 3 zijn er de controletaken van de methode Veilig Leren Lezen. De herfst-, winter-, lente- en zomersignalering spelen daarnaast een belangrijke rol. Vanaf groep 4 vinden de toetsen voor taal vanuit de methode Taal Actief plaats. De toetsing van spelling wordt afgenomen via signaaldictees en controledictees. Stellen De beoordelingscriteria komen vanuit de stelwijzer. We beoordelen met cijfers. Rekenen De toetsing bij rekenen vindt plaats via de methode Pluspunt en er wordt tijdens elke rapportperiode de TempoToets Rekenen afgenomen die de mate van automatisering van de leerling meet. Schrijven Dit wordt beoordeeld via de schrijfmethode, maar de schrijfnetheid bij andere leergebieden wordt ook meegenomen bij de beoordeling, evenals de algehele werkverzorging. Wereldoriëntatie Groep 3 en 4: beoordeling op interesse.
4.2 Het volgen van de ontwikkeling We volgen de leerlingen op deze hoofdgebieden: Ontwikkeling van de leerling op cognitief gebied; Ontwikkeling van de leerling op gebied van werkhouding/taakgerichtheid; Ontwikkeling van de leerling op sociaal emotioneel vlak; Ontwikkeling van de leerling op het gebied van gedrag. Van all de deze hoofdgebieden wordt de ontwikkeling vastgelegd in ons leerlingadministratiesysteem Parnassys. 4.2.1 Rapportage Twee keer per jaar krijgt de leerling een rapport mee, waarop de ontwikkeling van de leerling in kaart is gebracht.
20
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Groep 5 en later: Beoordeling in termen van ‘goed, ruim voldoende en dergelijke en beoodeling in cijfers aan de hand van methodetoetsen en projectmatig gerelateerde opdrachten.
toetsgegevens en informatie van de leerkracht vormen aanleiding voor het opstellen van groepsplannen die in de klas worden uitgevoerd. Hieronder benoemen we de vijf verschillende zorgniveaus, die aangeven op welke manier en in welke fases er zorg wordt verleend aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Dit zowel op didactisch als gedragsmatig gebied.
4.2.2 Cito Leerlingvolgsysteem Naast methodetoetsen en andere instrumenten die de ontwikkeling van kinderen volgen, toetsen we ook op een methode onafhankelijke wijze.
Zorgniveau 1: algemene preventieve zorg in de groep De leerkracht geeft kwalitatief goed adaptief onderwijs aan een groep leerlingen en realiseert een positief werkklimaat. Zorgniveau 2: extra zorg in de groep De leerkracht besteedt extra zorg aan één of meerdere leerlingen die op grond van o.a. toetsgegevens, observaties en registraties de leerstof nog niet in voldoende mate beheersen, erg hoog scoren of gedragsmatig opvallen. De leerkracht stelt hiervoor een groepsplan op.
In alle groepen worden toetsen van het CITO Leerlingvolgsysteem afgenomen. Dit betreft: in groep 1-2: rekenen voor kleuters, taal voor kleuters; in groep 3-8: DMT toets woordlezen, AVI toets tekstlezen, woordenschat; rekenen/wiskunde, begrijpend lezen, spelling; in groep 7-8 komt hier werkwoordspelling bij. Drie kernbegrippen zijn erg belangrijk en gelden voor elke toets: Signaleren: De toets wordt afgenomen. De resultaten geven een goed beeld van de leerlingen afzonderlijk en van de groep als geheel. Analyseren: We zien welke leerlingen minder vooruitgang tonen dan we mogen verwachten. We vinden oorzaken. Handelen: We stellen acties op en leggen dit vast in een plan.
Zorgniveau 3: Speciale zorg uitgevoerd of ondersteund door zorgspecialisten in de school We hanteren voor onze Remedial Teaching (RT) onderstaande uitgangspunten. Wij stemmen de begeleiding aan leerlingen optimaal af. Wij bieden ondersteuning aan de leerkracht, zodat deze zijn of haar aandacht evenredig kan verdelen over de gehele klas. Hierbij gaan wij als volgt te werk: Met de leerresultaten als uitgangspunt overlegt de groepsleerkracht met de Intern Begeleider over leerlingen die mogelijk extra zorg behoeven. Deze leerlingen worden doorgegeven aan de Remedial Teacher. De RT-er observeert vervolgens in de groep. Naar aanleiding van deze observatie en verder analyse wordt er besloten welke leerlingen intensieve didactische of gedragsmatige zorg nodig hebben. Hiervoor wordt een zorgplan geschreven dat door de RT-er wordt uitgevoerd. In samenwerking tussen groepsleerkracht, RT-er en IB-er wordt de voortgang besproken.
Omdat we het belangrijk vinden dat u als ouder ook op de hoogte bent van de ontwikkeling van uw kind, treft u de resultaten van deze methodeonafhankelijke toetsen bij onze rapporten als bijlage aan. We evalueren onze manier van toetsen jaarlijks. Daarbij kijken we naar de opbrengsten van deze toetsen op leerlingen-, groeps- en schoolniveau en verbinden daar waar nodig conclusies en acties aan. Ook kijken we naar de hoeveelheid toetsen en kiezen waar nodig voor een uitbreiding of een wijziging van het toetsaanbod. 4.3 Handelingsgericht werken (HGW)
Zorgniveau 4: Speciale zorg met behulp van externen Wanneer de school zelf onvoldoende kan afstemmen op de onderwijsbehoefte van de leerling, dan kan een leerling worden aangemeld: voor Handelings Gerichte Procesdiagnostiek; bij Het Loket (Passend Onderwijs- per augustus 2014) voor aanvraag van een passend zorgarrangement welke op school kan worden aangeboden; Afname onderzoek door de orthopedagoog van Stichting Onze Wijs, de schoolbegeleidingsdienst (RPCZ),
Handelingsgericht werken heeft als doel de kwaliteit van het onderwijs te optimaliseren en de begeleiding af te stemmen op alle leerlingen. Elke leerkracht verzamelt gegevens van iedere individuele leerling uit zijn of haar klas in een groepsoverzicht. Hierin benoemt de leerkracht ook de onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Op basis hiervan stelt de leerkracht een groepsplan op. Twee keer per jaar bespreken de groepsleerkracht en de intern begeleider het groepsoverzicht. Deze bespreking wordt altijd vooraf gegaan door een groepsbezoek door de intern begeleider. De
21
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Jeugdhulpverlening (Ithaka, Indigo) of andere zorgverleners Aanmelden bij instanties die dyslexiebehandelingen doen: Pi Spello, Waterschoot, ONL (RPCZ).
passend onderwijsaanbod te zoeken voor alle leerlingen in het primair onderwijs.
Wat is het doel van het samenwerkingsverband Kind op 1 Met het Samenwerkingsverband zorgen wij gezamenlijk voor een passend onderwijsarrangement, afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerling. Er wordt gestreefd naar hoge opbrengsten voor elke leerling: er uit halen wat er in zit. Dit wordt gedaan door: preventieve onderwijsondersteuning zo dicht mogelijk bij huis, arrangeren op basis van onderwijsbehoeften, integraal denken en werken (één kind, één gezin, één plan).
Zorgniveau 5: Bovenschoolse zorg Wanneer een leerling niet verantwoord kan worden begeleid in de basisschool zijn we gekomen op het niveau van bovenschoolse zorg. Dit houdt in dat een leerling, ondanks alle geboden zorg niet op zijn plaats is op CBS De Wissel. Het bestuur van de Stichting heeft, met de wet op passend onderwijs, de verplichting om per augustus 2014 voor alle leerlingen een passende school te vinden. Via Het Loket wordt dit, in overleg met ouders en leerling, geregeld.
Welke ondersteuning is mogelijk voor de scholen? Onze school heeft een Schoolondersteuningsprofiel. In het profiel staat beschreven welke ondersteuning de school maximaal kan bieden. Dit kan het gesprek tussen school en ouders ondersteunen. Elke situatie is echter uniek en mogelijkheden veranderen, dus is een gesprek over de actuele situatie altijd nodig.
4.3.1 HandelingsGerichte ProcesDiagnostiek (HGPD) Een orthopedagoog, die verbonden is aan onze school, komt om de 6 tot 8 weken op school en voert gesprekken met de leerkracht over leerlingen waarbij het moeilijk is om goed af te stemmen op de onderwijsbehoeften. HGPD heeft als doel dat de leerkracht de volgende dag met de betreffende leerling aan de slag kan. Het is ook mogelijk dat uit de gesprekken een vraag naar verder onderzoek voortkomt.
1. Basisondersteuning De basisondersteuning is de ondersteuning die elke school die deel uit maakt van het samenwerkings-verband geacht wordt zelfstandig te bieden. Elke school werkt aan haar kwaliteit en stemt zo goed mogelijk af op de onderwijsbehoeften van haar leerlingen. Voor veruit de meeste leerlingen is de basisondersteuning die wordt geboden in de reguliere basisscholen in de regio voldoende om de basisschool goed af te ronden.
4.3.2 Ontwikkelingsperspectief Wanneer de school het vermoeden heeft dat de einddoelen van het basisonderwijs niet gehaald kunnen worden, stelt de school een ontwikkelingsperspectief voor de leerling op. Een ontwikkelingsperspectief wil zeggen dat het onderwijs voor deze leerling op zijn of haar niveau wordt aangepast. Er wordt een plan gemaakt waarin gestreefd wordt naar het niveau waarvan de school denkt dat gehaald kan gaan worden.
2. Extra ondersteuning Pas wanneer het voldoen aan de onderwijsbehoeften van de leerling de mogelijkheden van de school en binnen het bestuur overstijgt, wordt een aanvraag voor extra ondersteuning gedaan. De trajectbegeleider kijkt samen met de school en ouders welke extra ondersteuning er nodig is en welk arrangement hierbij past. Deze ondersteuning behoefte wordt als aanvraag voorgelegd bij het Loket van het Samenwerkingsverband Kind op 1. Binnen de geboden arrangementen wordt altijd eerst gestreefd naar voortzetten van het onderwijs op school. Voor situaties waarin, in de reguliere setting, ook met extra ondersteuning, niet aan de onderwijsbehoeften kan worden voldaan wordt bekeken of een plaatsing (binnen het huidige Speciaal Basisonderwijs en/of Speciaal Onderwijs) perspectief kan bieden.
Wanneer blijkt dat de leerling en/of de ouders niet willen meewerken aan de extra begeleiding die de school aanbiedt c.q. niet gemotiveerd zijn, kan de school niet langer investeren in extra hulp aan deze leerling. Ook in dit geval wordt een overeenkomst opgesteld waarin dit wordt vastgelegd. 4.3.3 Kinderen met extra ondersteuningsbehoeften op onze school Het kan voorkomen dat een leerling extra ondersteuning nodig heeft om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Deze ondersteuning kan zich richten op de cognitieve, sociaal emotionele en/of gedragsmatige ontwikkeling. Per 1 augustus 2014 geldt de Wet op Passend Onderwijs. Ons schoolbestuur werkt samen met andere besturen binnen het Samenwerkingsverband Kind op 1 om een
22
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Procedure De school stelt, wanneer zij extra ondersteuning bij het samenwerkingsverband willen aanvragen een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) op waarin duidelijk staat vermeld wat de onderwijsbehoeften van de leerling zijn en welke extra ondersteuning de leerling nodig heeft. Deze aanvraag gaat via de trajectbegeleider naar Het Loket. Ouders worden nauw betrokken in dit proces.
Op deze definitie is ons onderwijs aan meer- en/of hoogbegaafde kinderen gegrondvest. Daarnaast is onze onderwijsvisie dat we uit alle leerlingen willen halen wat erin zit. Dit samengenomen levert als resultaat op dat wij leerlingen die meer aankunnen dan de basisleerstof de mogelijkheid tot uitdaging bieden. Daarom kiezen wij ervoor basisleerstof per dag en per vak te versnellen. Omdat de basisstof versneld aangeboden wordt, blijft er tijd over voor de zogenaamde verdieping en verrijkingsstof.
Trajectbegeleider Een trajectbegeleider is de schakel tussen school, ouders en Het Loket. De trajectbegeleider is een professional die ervoor zorgt dat de informatie op de juiste manier op de juiste plaats komt.
Onder verdieping van de leerstof verstaan we: Het dieper op de aan de orde zijnde onderwerpen ingaan. Onder verrijking verstaan we: nieuwe leerstof, met een probleemoplossend karakter en/of een leerelement op basis van interesse, naast de reguliere stof. De verdieping en verrijkingsstof samen vormen het zogenaamde plusprogramma voor in de klas.
Loket De trajectbegeleider brengt het aanvraagvoorstel in bij Het Loket. Daar wordt het voorstel gewogen: Ontstijgt de gevraagde ondersteuning inderdaad de afgesproken basisondersteuning? Vervolgens wordt een passend arrangement beschreven en afgesproken wie dat arrangement gaat uitvoeren.
Via de gegevens uit het leerlingvolgsysteem, de methode gebonden toetsen en de kennis van de leerkracht over het functioneren van het kind in de klas, kunnen we analyseren of en wanneer een kind in aanmerking komt voor het plusprogramma. Daarnaast beschikken wij over het SIDI-3 protocol. Dit protocol geeft aan of het kind mogelijk meer- of hoogbegaafd is.
Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) Mocht de basis ondersteuning in combinatie met een zorgarrangement niet voldoende zijn, waardoor er plaatsing nodig is op het Speciaal basis onderwijs of speciaal onderwijs, dan wordt de TLV-commissie ingezet. Deze commissie bestaat uit een onafhankelijk orthopedagoog en de plaatsingscoördinator. Zij beoordelen of plaatsing noodzakelijk is of niet. Meer informatie kunt u vinden op: www.swvkindop1.nl
Onze school beschikt over een eigen plusklas. Deze plusklas is voor leerlingen die meer uitdaging nodig hebben dan het plusklasprogramma in de klas kan bieden en wordt vormgegeven door een gespecialiseerde leerkracht. In de plusklas wordt thematisch gewerkt. De thema’s die aan bod komen zijn algemene thema’s waarbinnen veel differentiatie mogelijk is. Daarbij wordt rekening gehouden met de aangeboden thema’s binnen reguliere vakken in de klas. Meer of hoogbegaafde leerlingen hebben over het algemeen veel moeite met het leren leren en vertonen hiaten in hun sociaal emotionele ontwikkeling. Daarom bieden wij leerlingen in de plusklas vaardigheden aan waarmee ze hun eigen leerstijl kunnen ontdekken en begeleiden wij hen in het toepassen van die eigen leerstijl.
4.3.4 Inclusief onderwijs Inclusief onderwijs gaat ervan uit dat alle kinderen, dus ook kinderen met een beperking, naar de gewone school in de buurt gaan en dat alle variëteiten in de samenleving elkaar dus tegen komen binnen een school. We bieden de mogelijkheid dat kinderen met begeleiding vanuit Arduin op De Wissel integreren. De kinderen draaien zoveel mogelijk mee in de stamgroep op school. Daarnaast hebben ze ook een eigen ruimte binnen het gebouw. 4.3.5 Onderwijs aan meer of hoogbegaafde kinderen “Een kind is (hoog)begaafd wanneer het op school uitzonderlijke prestaties levert of wel in staat moet worden geacht om uitzonderlijke prestaties te leveren. Wanneer het om jonge kinderen gaat, dus om kleuters, spreken we liever over ontwikkelingsvoorsprong, omdat jonge kinderen een sprongsgewijze ontwikkeling doormaken.”
De groepsleerkracht en de leerkracht van de plusklas hebben minimaal twee keer per jaar overleg over de kinderen die in de plusklas geplaatst zijn. Ook de intern begeleider is betrokken bij het functioneren van een kind in de klas en in de plusklas. Voor meer informatie over ons onderwijs aan meer- en/of hoogbegaafde leerlingen verwijzen wij u naar het beleidsstuk dat hierover geschreven is.
23
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
4.4 Traject naar het voortgezet onderwijs
ouders het niet eens zijn met het advies, kunnen zij dat aangeven.
Het traject over de verwijzing van leerlingen van groep 8 naar het voortgezet onderwijs ziet er als volgt uit:
De aanmelding van de leerling naar de nieuwe school, gebeurt via de leerkracht. Deze zorgt dat alle aanmeldingen centraal worden verstuurd naar desbetreffende scholen voor VO.
Informeren Tijdens de informatieavond aan het begin van het schooljaar, worden de ouders geïnformeerd over de diverse vormen van voortgezet onderwijs en het te volgen traject. In de loop van het cursusjaar worden de leerlingen voorgelicht over de diverse vormen van Voortgezet Onderwijs. Indien op basis van leerresultaten zeer aannemelijk is dat een verwijzing naar het Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) het beste advies is, worden ouders hierover ingelicht in de maand november of december. Halverwege het schooljaar verzorgen de VO scholen op Walcheren informatieavonden voor ouders, waarop uitleg gegeven wordt over de structuur van het Voortgezet Onderwijs. Ook organiseren de scholen Open Dagen voor ouders en kinderen en heeft men websites met alle relevante informatie.
Verplichte Eindtoets Alle basisscholen in Nederland zijn verplicht een Eindtoets af te nemen in de laatste week van april. Wij kiezen dit schooljaar welke goedgekeurde toets het beste bij ons past. Deze toets vindt plaats nadat de adviseringsgesprekken in maart hebben plaatsgevonden. De plaatsing van de leerling op een bepaald niveau van VO wordt naar aanleiding van deze uitslag in principe niet bijgesteld. Alleen wanneer de leerkracht zelf mocht concluderen dat bijstellen gewenst is, zal dat gebeuren.
5 De samenstelling van het team 5.1 Het team Ieder teamlid op De Wissel heeft een eigen functie en takenpakket. De directie bestaat uit de directeur en de adjunctdirecteur. Daarnaast is er op beide locaties een locatiecoördinator. Deze onderhoudt de contacten over de dagelijkse gang van zaken met leerkrachten en andere personen die op de betreffende locatie taken uitvoeren.
Adviseren De leerkracht kijkt naar de geleverde resultaten door leerlingen op het gebied van de aangeboden leerstof. Daarnaast wordt er gekeken naar de werkhouding, motivatie en schoolse vaardigheden. Het CITO leerlingvolgsysteem geeft ter completering een beeld van de leerling over een aantal leerjaren.
De directie en bouwvertegenwoordigers vormen samen het managementteam. Zij bereiden vergaderingen e.d. inhoudelijk voor en begeleiden de beleidsprocessen binnen de school. Op subteamniveau wordt steeds ingezoomd op het optimaliseren van de wijze waarop het onderwijs vorm gegeven wordt.
In februari van het schooljaar krijgen de leerlingen van groep 8 een bindend advies wat betreft de plaatsing op het voortgezet onderwijs. De leerkrachten voeren met ouders/verzorgers eindgesprekken, waarbij de schoolkeuze wordt besproken. In diezelfde periode spreekt de leerkracht ook met de kinderen over hun ideeën en wensen. Het uiteindelijke advies kan een enkelvoudig advies of een mengadvies zijn. Bij een mengadvies is er sprake van een combinatie van twee schooltypes. In het laatste geval wordt er aansluitend een plaatsingsadvies voor een bepaald type brugklas voor het VO gegeven door de leerkracht. Dit plaatsingsadvies is bindend.
De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor het begeleiden van de kinderen in hun groep en het onderhouden van contacten met ouders. Daarnaast zitten zij in een aantal taakgroepen die zich bezighouden met de organisatie van bepaalde activiteiten en kwaliteitsbewaking van vakgebieden. De intern begeleider coördineert de leerlingzorg voor de gehele school. Zij begeleidt de leerkrachten in het optimaal afstemmen van het onderwijs in de groep. De remedial teacher is een leerkracht die leerlingen via handelingsplannen in of buiten de groep extra hulp geeft. De leerkracht van de plusgroep biedt extra zorg voor meer en hoogbegaafde leerlingen.
Voorbeeld: Mengadvies MAVO/HAVO. Mogelijke plaatsingsadviezen MAVO of HAVO kansklas. Aanmelden Op basis van het advies van de school, vullen ouders aanmeldformulieren voor het VO in. Als
De conciërge zorgt voor het onderhoud en een
24
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
aantrekkelijk uiterlijk van de schoolgebouwen, schoolpleinen en tuin.
6 Oudercontacten 6.1 Communicatie
5.2 Vervanging bij CV, BAPO en ziekte In de ideale schoolomgeving is er een hoge mate van veiligheid voor de leerling vanuit een hoge betrokkenheid van iedereen die in de onderwijssituatie een rol speelt. De leerling voelt zich uitgedaagd en heeft vertrouwen in eigen kunnen en zijn omgeving. Men heeft affiniteit met elkaar, weet over welke realiteit men praat en er wordt gecommuniceerd op basis van begrip en vertrouwen.
Voor Compensatieverlof vervanging van leerkrachten werken we zoveel als mogelijk met vaste vervangers, zo ook met de vervanging van een aantal oudere leerkrachten die gebruik maken van de BAPO-regeling. Zij werken dan minder uren. In geval van ziekte doen we uiteraard ons uiterste best om voor vervanging te zorgen. Als er in uitzonderlijke gevallen geen geschikte vervanger is, worden de leerlingen van de Kleiweg verdeeld over de overige groepen.Voor de groepen aan de Flamingoweg streven we ernaar altijd intern een oplossing te vinden zonder leerlingen te verdelen.
Regelmatig echter lopen mensen tegen spanningen aan in de dynamische driehoek van:
5.3 Stagiaires De Wissel is oefenschool voor studenten van de Hogeschool Zeeland te Vlissingen en Driestareducatief te Gouda, waar zij worden opgeleid tot startbekwame leerkrachten. Dit betekent dat toekomstige leerkrachten geregeld opdrachten in de groepen uitvoeren. Sommige studenten komen wekelijks één dag in de groep, anderen een periode van een of meerdere weken.
Door miscommunicatie komen boodschappen “verknipt” over bij de ander. Hierdoor ontstaan onbegrip, wantrouwen en spanning en uiteindelijk is er de kans op een conflict. Het is duidelijk dat alle betrokkenen hiervan het slachtoffer zijn, zelfs als men dat niet direct zo ervaart. Er is een scala aan emoties waarmee men te maken krijgt. Door vast te blijven zitten in de eigen emotie en in de eigen beleefde realiteit ontstaat er vaak een strijd die tot niets leidt dan verdere miscommunicatie.
We kennen ook LIO stagiaires en zij-instromers. LIO-stagiaires zijn Leraren In Opleiding. Zij geven meerdere dagdelen per week les en voeren ook andere leerkrachtgebonden taken uit, zoals het bijwonen van vergaderingen, leggen van oudercontacten e.d. Deze activiteiten vinden altijd plaats onder verantwoordelijkheid van de begeleidend groepsleerkracht. Zij-instromers zijn mensen met een andere baan of werkervaring die graag in het onderwijs willen werken.
Als mensen zich bewust zijn van hun eigen en andermans emoties, leren zij controle te krijgen over het gesprek met de ander. Het is niet nodig om altijd in de verdediging te gaan, de ander mag en kan ook gelijk hebben. Veel beter is het om goed en actief te luisteren, door te vragen en de ander te bevestigen dat men heeft gehoord en begrepen hoe die de situatie verstaat. Niet tegenover elkaar, maar samen met elkaar leert men naar een moeilijke situatie te kijken en daarvoor gezamenlijk oplossingen te zoeken.
Daarnaast hebben we stagiaires van Scalda die hun stage tot klassen- of onderwijsassistent op onze school uitvoeren. 5.4 De scholing van leerkrachten In onze school vinden we kwaliteit belangrijk. Daarom volgen teamldeden geregeld nascholing, gericht op hun persoonlijke ontwikkeling in relatie tot de schoolontwikkeling. Zo zijn er teamleden die zich o.m. hebben gespecialiseerd als coördinator rekenonderwijs of coördinator leesbevordering of deskundige op het gebied van dyslexie. deskundige op het gebied van gedrag.
Ouders zoeken soms ook de oplossing door elkaar te bellen, waardoor de boodschappen soms nog onduidelijker worden. U kent vast het spelletje wel van een kring mensen, waar iemand aan het begin een woord krijgt en dit woord doorfluistert aan de persoon die naast hem zit en die vervolgens weer aan zijn buurman etc. Aan het eind zou het woord nog
25
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
6.2.5 De informatieavond Een aantal weken na de zomervakantie geeft elke groepsleerkracht uitleg over de leerstof van de desbetreffende groep.
hetzelfde moeten zijn, maar bijna altijd is het woord vervormd en herkent niemand het meer. Dit gebeurt ook, wanneer niet direct na schooltijd op school naar de leerkracht gebeld wordt, maar het eerst door een circuit van mensen is geweest. De laatste keer dat dit gebeurd is, waren de leerlingen al lang weer bevriend met elkaar en waren de ouders nog bezig om het probleem op te lossen.
6.2.6 Oudergesprek ontwikkeling In november van ieder schooljaar vinden deze gesprekken plaats tussen leerkracht en ouder. Centraal hierin staat de ontwikkeling van de leerling in relatie tot zijn of haar onderwijsbehoefte. Ouders vullen vooraf een gesprekformulier in met kindkenmerken. Doel is optimale afstemming te bereiken tussen leerkracht en leerling.
Ons verzoek aan u is dan ook om bij onduidelijkheden of bij spanningen binnen de hiervoor geschetste driehoek, na schooltijd direct contact op te nemen met de leerkracht van uw kind of met de directie van de school. Door directe communicatie met elkaar is er minder miscommunicatie. Laten we in het belang van iedereen hier samen aan werken.
6.2.7 Rapportbespreking Twee keer per jaar ontvangen alle kinderen een rapport. De ouders worden uitgenodigd de resultaten met de leerkracht te bespreken. Het eerste rapport wordt naast de bespreking met ouders, ook individueel met de leerlingen (vanaf groep 3) besproken. Kinderen worden zo bij de resultaten betrokken.
6.2 Informatiekanalen Een optimale basisschooltijd kan alleen dan tot stand komen als school en ouders/verzorgers nauw samenwerken op een basis van vertrouwen. De uitwisseling van wederzijdse informatie is hierbij onmisbaar. Vanuit De Wissel ontvangt u die informatie via:
Groep 1 en 2 hebben twee rapporten, maar rond Pasen worden de ouders van de kinderen in deze groepen uitgenodigd door de groepsleerkracht voor een gesprek waarin de voortgang wordt besproken van uw kind n.a.v. de Kijk!-registratie en de Cito-uitslagen.
6.2.1 De site www.dewissel-onzewijs.nl Op de site van onze Stichting treft u de jaarkalender aan, actuele nieuwsberichten van de school, nieuws uit de groepen e.d. Ook fotoreportages van activiteiten treft u hier.
Alle data van de oudergesprekken en rapportbesprekingen worden aan het begin van het schooljaar bekend gemaakt. Op deze data wordt per leerling één keer gesprekstijd ingeroosterd.
6.2.2 De Uitwisseling Dit is de periodieke nieuwsbrief van De Wissel, welke u op het door u gewenste moment kunt lezen op de site www.dewissel-onzewijs.nl. Alle ouders en vaste relaties van de school ontvangen om de paar weken een mail wanneer een nieuwe Uitwisseling op de site geplaatst is. U ziet hier de agenda voor de komende maand en andere algemene mededelingen vanuit de school.
6.2.8 Informatiemoment Voor iedere leerling kan, indien gewenst een informatiemoment buiten schooltijd op school worden aangevraagd. 6.2.9 Inloopspreekuur Elke maandagochtend van 8.30 tot 9.00 uur houdt de directeur een inloopspreekuur op de locatie Flamingoweg. U bent hier welkom voor zaken als verlof buiten de schoolvakanties, bespreking van ideeën, problemen enz. Wij verzoeken u om deze dag en dit tijdstip te respecteren. Op dat moment is er tijd en aandacht om bovenstaande zaken met u te bespreken.
6.2.3 Informatie per mail Indien de school informatie wil verschaffen over onderwerpen zoals betaalwijze schoolreis, opgave voor het meedoen aan speciale activiteiten e.d.of mededelingen specifiek voor een deel van de ouders, vindt dit plaats per mail. U dient ervoor zorg te dragen dat de school beschikt over een actueel mailadres.
6.3 Medezeggenschapsraad
6.2.4 De kennismakingsmorgen Op de eerste schooldag na de zomervakantie mogen ouders/verzorgers met hun kind meekomen om kennis te maken met de leerkracht van hun kind.
Basisscholen dienen de inspraak van ouders en leerkrachten goed te organiseren. Dat is een wettelijke verplichting. De Wissel heeft deze inspraak, die ook wel medezeggenschap wordt genoemd, goed geregeld. De zogenaamde Medezeggenschapsraad (MR) bestaat uit zes leden, waarvan drie personeelsleden en drie
26
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
gekozen personen die de ouders vertegenwoordigen.
In het betreffende schooljaar wordt een activiteitengroep door de coördinerende leerkracht bij elkaar geroepen. Gezamenlijk plannen ze de activiteit en verdelen de taken.
Omdat De Wissel onderdeel is van de Stichting Onze Wijs, worden die belangen op Stichtingsniveau ook behartigd in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (afgekort als: GMR). De GMR wordt vanuit het bestuur gefaciliteerd.
De Wissel kan rekenen op een grote groep enthousiaste ouders die veel tijd, energie en plezier steken in het organiseren van verschillende activiteiten en daar zijn we als school trots op. Als lid van de ouderwerkgroep maakt u het mede mogelijk dat er voor uw kind aantrekkelijke activiteiten worden georganiseerd.
De MR geeft instemming en/of advies over onderwerpen die met het beleid van de school of de Raad van Bestuur te maken hebben en wordt tijdig geïnformeerd over zaken die hiermee te maken hebben. Jaarlijks komt de MR een vijftal keer bijeen om over diverse onderwerpen te vergaderen en indien nodig, haar instemming en/of advies te geven. Het gaat dan over onderwerpen zoals de formatie (hoeveel personeelsleden er op een school zijn), de vakantieregeling, financiën e.d. Verder denkt de MR mee over bouwzaken, aan te schaffen lesmethodes en de vaststelling van de Schoolgids en het schoolplan. Het betreft altijd algemene zaken en geen individuele situaties waar de MR een uitspraak over doet dan wel mag doen. In De Uitwisseling zal een aantal keer verslag gedaan worden van de besproken onderwerpen in de vergaderingen.
6.4.2 Kiss en Ride Als school willen we ons inzetten voor een veilige verkeerssituatie om de school. Kiss and Ride hoort daarbij. Ouders die hun kinderen met de auto naar school brengen, rijden tot het einde van de Flamingoweg door, keren hun auto en laten de kinderen uit de auto te laten stappen bij het bord waar Kiss en Ride op staat. Dit voorkomt onnodige verkeersdrukte rond en bij de school en overlast voor buurtbewoners. Het is een snelle veilige manier om uw kind naar school te brengen. Aanwijzingen: Niet dubbel parkeren bij de parkeervakken tegenover de school: U blokkeert anderen. Niet in het straatje naast de school (Kolibriesprenk) rijden. Hier keren en parkeren is gevaarlijk voor kleine kinderen. Niet voor oprijlanen/parkeervakken in omliggende straten parkeren. U blokkeert de uitgangen. Voor het veilig vervoeren van uw kind of kinderen verwijzen wij u naar de richtlijnen van de ANWB.
Heeft u vragen die de MR aangaan, dan kunt u haar bereiken via
[email protected]. Ook kunt u contact opnemen via de directeur. 6.4 Ouderhulp 6.4.1 De ouderwerkgroep Jaarlijks worden er onder en na schooltijd vele activiteiten georganiseerd waarbij praktische hulp onmisbaar is. We hebben op school ouders die praktische hulp bieden bij jaarlijks terugkerende activiteiten zoals Project, Kinderboekenweek, Eindfeest, hulp bij het gebruik van de computer, begeleiding bij excursies, begeleiding tijdens sportactiviteiten en hulp bij spelletjes in de onderbouw. Deze groep ouders ondersteunt de leerkrachten in het organiseren van activiteiten op onze school, via het meedoen aan één of meerdere activiteiten op school. Aan het eind van ieder schooljaar kunt u zich na publicatie in De Uitwisseling per mail opgeven voor een van de ouderwerkgroepen. Als u ouder bent van een nieuwe leerling, spreekt u gerust tegen de leerkracht uit dat u mee wilt helpen als hulpouder. U kunt dus zelf bepalen in welk deel van het jaar en aan welke activiteiten u wilt meedoen.
6.4.3 Overblijfhulp Zie hiervoor par. 9.20 6.4.4 Luizenbrigade Zie hiervoor par. 9.13
27
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
6.5 Klachtenregeling Waar mensen werken ontstaan misverstanden, worden fouten gemaakt en kan er iets misgaan in de communicatie. Dat geldt ook voor het onderwijs. In beginsel kan iemand met een klacht zich direct wenden tot de klachtencommissie, maar het bestuur gaat ervan uit dat bij problemen van welke aard dan ook men niet meteen de weg van de officiële klacht kiest. U kunt problemen vaak samen op school oplossen door met elkaar te praten en vooral goed te luisteren. De zorgvuldigheid brengt met zich mee dat een probleem altijd eerst met de direct betrokkenen zelf wordt besproken. De directeur en de vertrouwenspersoon zijn de personen die de eerstelijnshulp verrichten. Door het tijdig inschakelen van een vertrouwenspersoon kan escalatie worden voorkomen. In de meeste gevallen kan gelukkig wel een oplossing voor het probleem worden gevonden, maar soms komen de partijen er niet uit en dan kan de klager natuurlijk besluiten om de klacht alsnog aan de klachtencommissie voor te leggen. Het bestuur heeft de door haar gehanteerde klachtenregeling in een folder voor ouders omschreven. Zie hiervoor www.onzewijs.nl. Tevens is de klachtenregeling als bijlage bij deze schoolgids opgenomen.
Als school houden we de opbrengsten van ons onderwijs goed in beeld, we streven er ook naar om die goed te houden en waar dat nodig is te verbeteren. 7.1 Uitstroom naar het voortgezet onderwijs In de tabel ziet u de uitstroom van de leerlingen van groep 8 naar het voortgezet onderwijs. Langs de verticale as van onderstaande tabel leest u af welk percentage van de leerlingen naar welke onderwijssoort gaat. 30 25 20
2011
15
2012 2013
10
2014 2015
5 0
LWOO
VMBO-B/K
MAVO
HAVO kans/coach
HAVO/VWO
VWO
7.2 Inspectierapport In juni 2014 bracht de Onderwijsinspecteur een bezoek aan onze school, passend binnen het Toezichtkader PO/VO voor scholen met een basisarrangement. De inspecteur beoordeelde het onderwijsleerproces op De Wissel op de volgende vijf domeinen: Opbrengsten Onderwijsleerproces Zorg en begeleiding Kwaliteitszorg Wet- en regelgeving
De contactpersoon voor De Wissel is: De heer J. Lucieer Tel. 0118-626662
7 Opbrengsten Als school moeten wij de opbrengsten van ons onderwijs verantwoorden aan de onderwijsinspectie. De opbrengsten van ons onderwijs komen op schoolniveau in beeld door de niet-methode-toetsen die door de kinderen gemaakt worden.
De Inspecteur sprak zijn tevredenheid uit over de wijze waarop De Wissel het onderwijs vorm geeft. Met name op het gebied van Zorg en begeleiding sprak de Inspecteur zijn waardering uit. Het inspectierapport is gepubliceerd op www.dewissel-onzewijs.nl. U kunt het ook raadplegen op www.onderwijsinspectie.nl.
De eindopbrengsten van ons onderwijs komen in beeld door de uitslagen van de Eindtoets die de kinderen uit groep 8 hebben gemaakt. De tussenopbrengsten krijgen we in beeld door de resultaten van de CITO-toetsen die de groepen maken in het midden en aan het einde van het schooljaar. De opbrengsten worden door de onderwijsinspectie vergeleken met de normen die zij daarvoor hebben vastgesteld (voor scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie). De opbrengsten van onze school zijn voldoende ten opzichte van deze normen. Daarom vallen wij als school binnen het basistoezichtsarrangement dat de onderwijsinspectie toekent.
7.3 Kwaliteitszorg In ons schoolplan staat het beleid van onze school beschreven. Dit beleid is uitgewerkt in acties die in het meerjarenplan zijn opgenomen. Vervolgens wordt per jaar een jaarplan opgesteld, waarin de veranderacties staan beschreven.
28
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Een jaarplan komt als volgt tot stand: Ieder jaar wordt een aantal beleidsterreinen van de school geëvalueerd. We maken hiervoor gebruik van het programma Parnassys Integraal. Dit instrument voor kwaliteitszorg brengt in een dashboard verschillende aspecten van kwaliteit, waaronder opbrengsten en tevredenheid (ouders, leerlingen, leerkrachten) in beeld.
diverse vak- en vormingsgebieden. Zij stellen standaarden op waaraan de vakinhouden dienen te voldoen. Via structureel overleg worden de vakinhoudelijke afspraken en werkwijzen geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Kwaliteitskaarten zijn hierbij een belangrijk hulpmiddel.
Naar aanleiding van de evaluatie van het jaarplan, de punten die naar voren komen uit Parnassys Integraal, zaken uit de meerjarenplanning van het schoolplan en actuele ontwikkelingen wordt een nieuw jaarplan voor het volgende schooljaar opgesteld. Dit wordt besproken met het team en ter informatie gestuurd naar de bestuurder en naar de MR.
7.3.1 Tevredenheidsmetingen Ouders, leerlingen en leerkrachten hebben in 2015 zogenaamde Tevredenheidsmetingen ingevuld. Mede naar aanleidng van de resultaten van deze metingen stelt de school het meerjarenbeleid vast. Aandachtspunten hierbij zijn de komende periode onder meer: Verdere aanpassing en inrichting van de schoolpleinen. Netheid, inrichting en aankleding van de gebouwen. Verder ontwikkelen van het samen leren en bevorderen van deskundigheid.
De kenmerken van kwaliteitszorg binnen de school zijn: De leerstof en methodieken voor de basisvakken worden via groepsplannen vastgelegd. Hierbij wordt rekening gehouden met de onderwijsbehoefte van de kinderen. Alle leerlingen worden met regelmaat getoetst, zowel via methodegebonden als via niet methodegebonden toetsen. Elke leerkracht registreert de vorderingen en ontwikkelingen van uw kind. Dit gebeurt volgens vastgelegde afspraken binnen het digitale registratiesysteem Parnassys. De leerkrachten overleggen binnen een vastgestelde cyclus en volgens vaste inhoudelijke afspraken over de ontwikkelingen van uw kind. Zowel op leerlingniveau, groepsniveau als schoolniveau worden de resultaten geëvalueerd en zo nodig worden er acties op een of meerdere niveaus vastgesteld en uitgevoerd. Het team werkt met kwaliteitsgroepen die verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van de
7.3.2 Cijfers m.b.t. specifieke zorg Zie onderstaande tabellen Schooljaar
Aantal lln. naar SBAO/SO
2011-2012 2012-2013 2013-2014 2014-2015
4 2 3 4
Schooljaar
Aantal lln. met arrangement Loket Kind op 1 / Auris 8 10 12 13
2011-2012 2012-2013 2013-2014 2014-2015
7.4 Activiteitenplan Dit overzicht geeft weer hoeveel tijd wij per week besteden aan de verschillende vakgebieden. godsdienst muziek
werken met materiaal beeldende vorming natuur aardrijkskunde (incl. topografie), geschiedenis, natuur verkeer studievaardigheden
groep 1 - 8: groep 1 - 2: groep 3 - 6: groep 7 - 8: groep 1 - 2: groep 3 - 4: groep 5 - 8: groep 1 - 2: groep 3 - 4: groep 5: groep 6: groep 7 - 8: groep 1 - 2: groep 3 - 7: groep 3 - 8:
1:30 uur 1:30 uur 0:45 uur 0:30 uur 5:45 uur 1:45 uur (1:00 uur hv.heid, 0:45 uur tekenen) 1:30 uur (0:45 uur hv. heid, 0:45 uur tekenen) 0:20 uur (binnen wereldoriëntatie) 0:45 uur 1:45 uur 2:15 uur 2:45 uur 0:20 uur (binnen wereldoriëntatie) 0:30 uur 0:30 uur
29
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
rekenen:
spelling: taalontwikkeling en fonemisch bewustzijn taalbeschouwing en stellen woordenschat schrijven
technisch lezen, taal, stellen technisch lezen
begrijpend lezen
mediatheek en computertijd bewegingsonderwijs
sociale vaardigheden Engels
kringgesprek ochtendpauze
groep 1: groep 2: groep 3 - 8: groep 4 - 8: groep 1 - 2: groep 4 - 8: groep 1 - 2: groep 3 - 8: groep 1: groep 2: groep 3: groep 4 - 5: groep 6 - 8: groep 3: groep 4: groep 5 - 6: groep 7 - 8: groep 3: groep 4 : groep 5 - 8: groep 1 - 2 : groep 3 - 8: groep 1: groep 2: groep 3 - 8: groep 1 - 8: groep 1-4 groep 1 - 6: groep 7 - 8: groep 3 - 8: groep 1 - 8:
8 Bestuurlijke organisatie De Wissel maakt deel uit van Stichting PC/RK Primair onderwijs Middelburg/Vlissingen, kortweg Onze Wijs. 8.1 Missie, visie grondslag en doelstelling van Onze Wijs Onze Wijs,heeft statuten opgesteld waaruit blijkt welke missie, visie en doelen worden nagestreefd en vanuit welke uitgangspunten de werkzaamheden worden verricht. Hieronder volgen enkele belangrijke artikelen uit de statuten. 8.1.1 Missie De Stichting heeft als missie om kinderen van 0 t/m 14 jaar op Walcheren vanuit de Christelijke identiteit een vlechtwerk van eigentijds onderwijs, opvang en educatie te bieden zodat zij kunnen opgroeien tot verantwoordelijke burgers. 8.1.2 Visie Onze visie geeft antwoord op de vraag Wat is onze collectieve ambitie? Onze collectieve ambitie richt zich op de verschillende aspecten van onze organisatie,
0:45 uur 1:00 uur 5:00 uur 2:00 uur 2:30 uur 3:00 uur 1:15 uur (incl. voorlezen) 0:30 uur 0:15 uur 0:30 uur 1:30 uur 1:00 uur 0:30 uur 8:15 uur 2:30 uur 2:00 uur 1:00 uur tijdens technisch lezen 1:30 uur (opbouw gedurende het schooljaar) 1:00 uur 0:45 uur 1:00 uur 6:45 uur (incl. buitenspel) 6:15 uur (incl. buitenspel) 1:30 uur 0:30 uur 0.15 uur 0:30 uur 0:45 uur 0:30 uur 1:15 uur
te onderscheiden naar de actoren (leerlingen, leraren, belanghebbenden [ouders, ketenpartners, gemeente, e.a.) en de factoren (resultaten, onderwijsinhoud, organisatie en middelen). We belichten ze hieronder. Onderwijskundige dimensie Binnen onze stichting realiseren wij een professionele cultuur. Wij denken vanuit kansen. Vertrouwen, verantwoordelijkheid en verbeeldingskracht zijn daarbij het uitgangspunt om te komen tot een lerende organisatie. Dit houdt o.a. in: Professionele autonomie; Investeren in mensen; Situationeel leiderschap; Kwalitatief en resultaatgericht verantwoorden; Heldere managementstructuur; Toekomstgericht denken; Betrekken van belanghebbenden bij het onderwijs. Pedagogische dimensie Onze scholen investeren in een goed pedagogisch klimaat op basis van christelijke waarden en normen waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen, met als doel kinderen op te voeden tot zelfstandige en verantwoordelijke burgers. We doen dit o.a. door: Duidelijke schoolafspraken en leefregels;
30
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
De inzet van de methode sociaalemotionele ontwikkeling met bijbehorend leerlingvolgsysteem; Open communicatie op basis van vertrouwen; Aan te sluiten bij de talenten van kinderen; Ouders te betrekken bij het onderwijs aan hun kind(eren); Te investeren in een goede relatie met kinderen zodat hun competentie en autonomie groeit.
Levensbeschouwelijke dimensie Onze scholen denken en werken vanuit christelijke waarden en normen gebaseerd op de Bijbel. Daarbij leren onze kinderen respect te hebben voor de wereld om hen heen, zorg te hebben voor anderen en zichzelf en bekend te worden met de Bijbelverhalen. Belangrijke waarden en normen zijn: Respect; Saamhorigheid; Duurzaamheid; Eerlijkheid; Openheid. Maatschappelijke dimensie Onze scholen positioneren zich midden in de gemeenschap vanuit de verantwoordelijkheid die zij voelen voor de samenleving met het oog op de harmonische ontwikkeling van kinderen. Het ‘leit’-motief van onze scholen is dan ook proactief ondernemen. Dit houdt o.a. in: Openstaan voor andere schooltijden; Zorgdragen voor professionele tussenen naschoolse opvang; Samenwerken binnen Integrale Kindcentra; De school positioneren als ‘hart van de wijk’; Een voorbeeldfunctie in sociale betrokkenheid.
Primair Onderwijs in de gemeenten Middelburg en Vlissingen. De scholen dragen een protestants christelijk of protestants-christelijk/rooms-katholiek karakter. Het doel kan ook worden vormgegeven door de instandhouding van scholen in samenwerking met andere denominaties. Het christelijk karakter krijgt vorm op de scholen van de stichting in de omgang met kinderen, de ouders en de leerkrachten met elkaar als collega. De Stichting bevordert dat op de scholen die zij bestuurt, aan de kinderen wordt onderwezen vanuit de normen en waarden die de Bijbel ons aanreikt. Dit gebeurt in een klimaat waar de opvoeding tot naastenliefde en het elkaar respecteren centraal staan. Hoe dat vorm en inhoud krijgt en in de praktijk zichtbaar wordt, is een zaak van iedere school afzonderlijk. De meer specifieke, de denominatieve identiteit bepalende kenmerken, worden binnen de hierboven aangegeven kaders beschreven in het eigen schoolconcept, in samenhang met de pedagogische en didactische uitgangspunten. 8.2 Bestuur en Directieoverleg van Onze Wijs Het bestuur van de Stichting telt één lid, de heer Thomas Landman (verder bestuurder). De bestuurder legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht – vier leden en een voorzitter - vergadert vier keer per jaar in het bijzijn van de bestuurder. De bestuurder neemt op uitnodiging deel aan de vergaderingen van de Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Het directieoverleg (DO) bestaat uit de tien directeuren van de basisscholen van Onze Wijs en komt maandelijks bij elkaar. In dit overleg wordt het beleid van de Stichting ontwikkeld. De bestuurder zit het DO voor. Naast de bestuurder hebben onderstaande personen zitting in het Directieoverleg:
8.1.3 Grondslag De Stichting aanvaardt als richtsnoer voor haar handelen de Bijbel als Gods Woord naar het belijden van de Apostolische Geloofsbelijdenis. Zij zoekt vooral naar wat mensen uit verschillende geloofsovertuigingen verbindt en niet wat hen verdeeld houdt. 8.1.4 Doel De stichting stelt zich ten doel het geven van kwalitatief goed onderwijs in door de overheid bekostigde scholen voor Christelijk
31
School
Website
Directeur
Acacaciahof
www.acaciahof-onzewijs.nl
Jeanette van Loo
De Aventurijn
www.kindcentrumgriffioen.nl
Kirstie van der Heide-Güthe
De Burcht-Rietheim
www.burchtrietheim-onzewijs.nl
Nelly van de Velde
Cypressenhof
www.cypressenhof-onzewijs.nl
PietJan Reijnierse
Het Kompas
www.hetkompas-onzewijs.nl
Joost Luteijn
Louise de Colignyschool
www.louisedecolignyschoolonzewijs.nl
Pieter Kempe
Oleanderhof
www.oleanderhof-onzewijs.nl
Heleen van Boven-van de Wel
Palmenhof
www.palmenhof-onzewijs.nl
Gwenny Rijkse-Dirven
Het Vlot/Ichtusschool
www.hetvlotichtus-onzewijs.nl
Sam Gideonse
Wilgenhof
www.wilgenhof-onzewijs.nl
Gwenny Rijkse-Dirven
De Wissel
www.dewissel-onzewijs.nl
Lizo Koppejan
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
9 Wetenswaardigheden 9.1 Inschrijfformulier Op het inschrijfformulier vult u persoonlijke gegevens in van uzelf en uw kind. Alle gegevens die u invult worden overeenkomstig de wet Bescherming Persoonsgegevens strikt vertrouwelijk behandeld. Door middel van het ondertekenen van de inschrijfformulieren geeft u aan akkoord te gaan met onze algemene rechten en plichten, maar ook met de verkeersvoorschriften die gelden bij de school.
De aanvraag moet (behoudens onverwachte omstandigheden) zes weken voor de ingangsdatum worden ingeleverd. De directie tekent voor geoorloofd of niet geoorloofd. Zoals u hierboven kunt lezen moet er een goede reden zijn voor het aanvragen van verlof. Veel ouders vragen een dag verlof voorafgaand aan een vakantie, om eerder te kunnen vertrekken. Het is natuurlijk niet zo dat wij u de extra vakantie dag of dagen niet gunnen, maar wettelijk mogen we u hiervoor geen verlof verlenen. Ongeoorloofd schoolverzuim kan een boete tot gevolg hebben van €100,- per kind per dag; dit is voor uw eigen verantwoording. We rekenen op uw begrip hiervoor.
U ontvangt bij de inschrijving tevens een machtigingsformulier. Door ondertekening van dit formulier, machtigt u ons het bedrag voor de jaarlijkse ouderbijdrage af te schrijven. Dit verlicht de administratieve lasten voor ons enorm en het voorkomt dat we ieder jaar herhalingsoproepen moeten doen, wat voor zowel u als ook voor ons niet prettig is. 9.2 Leerplicht In de leerplichtwet is de mogelijkheid geregeld extra verlof te geven buiten de schoolvakanties, het vakantieverlof of verlof wegens gewichtige omstandigheden. Van vakantieverlof kan alleen sprake zijn indien: de aard van uw beroep geen vakantie toelaat tijdens de schoolvakantie; een werkgever u geen vakantie kan geven tijdens de schoolvakantie. U dient in dat geval een werkgeversverklaring te overleggen. Opgemerkt wordt hier nog dat u het verlof maximaal één keer per schooljaar mag aanvragen, het verlof niet langer dan tien dagen mag duren en dat verlof in de eerste twee weken van het schooljaar niet mogelijk is. De leerplichtwet is duidelijk over wat onder gewichtige omstandigheden moet worden verstaan: huwelijksjubilea, overlijden, verhuizing, e.d. Zie voor de exacte criteria: www.lereninzeeland.nl/ouders/regels-verlof. In alle gevallen dient u een aanvraagformulier in te vullen. Dit is verkrijgbaar bij de directie, bij voorkeur op het inloopuur maandagen 8.30 uur in te vullen.
9.3 Ziekte en vrijstelling Als een leerling de school niet kan bezoeken, dienen de ouders/verzorgers dat zo spoedig mogelijk met opgaaf van redenen te melden, schriftelijk, per mail of telefonisch en voor schooltijd bij de leerkracht van het kind. Mondelinge boodschappen via medeleerlingen worden niet geaccepteerd. Bij bezoek aan de tandarts of dokter, wordt u vriendelijk verzocht de afspraken tijdig te plannen voor behandeling voor of na schooltijd. We kennen gronden voor vrijstelling van onderwijs en kennen vervangende onderwijsactiviteiten toe. In principe gaan we ervan uit dat alle kinderen meedoen aan alle onderwijsactiviteiten. De enige onderdelen waarvoor vrijstelling kan worden gegeven zijn: gymnastiek en activiteiten waarvoor moet worden betaald door de ouders/verzorgers. Voor vrijstelling van gymnastiek gelden de volgende regels: Er moet een doktersverklaring worden overlegd waaruit blijkt dat genoemde activiteiten de gezondheid van het kind kunnen schaden; Incidenteel kan het voorkomen dat de ouders/verzorgers oordelen dat het voor hun kind beter is dat het eenmalig niet deelneemt aan bepaalde activiteiten. In dat geval moet dit vooraf schriftelijk of per mail gemeld worden bij de leerkracht.
32
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
In beide gevallen gaat uw kind wel mee met de groep, maar het neemt niet actief deel aan de gymnastiekles. Voor vrijstelling van betaalde activiteiten, verzoeken we u vooraf contact op te nemen met de directie. De school kan u niet verplichten tot het betalen van extra geldbedragen. We vinden het echter om pedagogische redenen niet gewenst dat uw kind niet kan deelnemen aan betaalde activiteiten. De directie is bereid om samen met u te zoeken naar een oplossing, maar beschikt niet over mogelijkheden het bedrag voor u te betalen. Als alle pogingen hebben gefaald, moet de school vervangende activiteiten aanbieden. In dat geval moet uw kind meedraaien met een andere groep en zelfstandig leertaken uitvoeren.
Pennen die door ondeugdelijk gebruik niet meer te gebruiken zijn, moeten vervangen worden. De eigen bijdrage hiervoor bedraagt € 1.00. Pennen dienen altijd via school te worden aangeschaft. Indien uw zoon of dochter op advies een speciale pen gebruikt, overlegt u hierover met de leerkracht. 9.6 Gymles De groepen 1 en 2 krijgen gymles in het eigen gebouw. Waar en wanneer deze groepen en de andere groepen gymmen, leest in hoofdstuk 13. Voor alle groepen zijn gymschoenen verplicht. De kleuters kunnen hun schoenen (voorzien van naam) in een tas op school laten. De groepen 3 t/m 8 hebben een sportbroek en T-shirt of gympakje nodig. Het verzoek is, dit in een rugzak mee te geven en niet op school achter te laten i.v.m. hygiëne.
9.4 Verwijdering en schorsing In geval van ernstige verstoring van de rust of veiligheid op school en/of als de schoolregels bij herhaling worden overtreden, kan een leerling, als na herhaalde waarschuwing geen verbetering in het gedrag optreedt, wegens wangedrag van school worden verwijderd. Dit kan ook als er niet langer respectvol met de identiteit van onze school wordt omgegaan. Over het toelaten, verwijderen en schorsen van leerlingen beslist het bestuur. De groepsleerkracht, de directie en de ouders/verzorgers moeten worden gehoord. Bij verwijdering van school moet het bestuur ervoor zorgen dat een andere school bereid is de betreffende leerling toe te laten. 9.5 Materialen De kinderen krijgen van school voldoende pennen, potloden, gummen. e.d.. Als deze door onzorgvuldig gebruik kwijtraken of beschadigd raken, moeten de kinderen zelf voor deugdelijk vervangend materiaal zorgen. De leerlingen uit groep 1 en 2 gebruiken een “schoolschaar”. De leerlingen uit de groepen 3 t/m 8 zorgen zelf voor een schaar, puntenslijper, viltstiften, lijmstift, kleurpotloden en een kladblok. Door een stukje zorg voor de eigen materialen leren de kinderen verantwoording te dragen voor hun eigen spullen en die van anderen.
9.7 Sparen voor een goed doel Tweejaarlijks kiest het team van De Wissel in overleg met de leerlingen (via de leerlingenraad) een goed doel uit waarvoor we iedere maandag sparen. In schooljaar 2014-2015 is gekozen voor het Ronald McDonald Kinderfonds en het Wereld Natuur Fonds. Soms besteden we, als de actualiteit hierom ‘vraagt’, een deel van de opbrengst aan een ander goed doel. 9.8 Verjaardagen Als uw kind jarig is, mag de eigen groep getrakteerd worden. Wij stellen het op prijs als deze traktatie verantwoord is en niet te overdadig. Ook mogen de andere leerkrachten in het gebouw getrakteerd worden. Wij vinden het overigens prettig om gewoon mee te delen in de traktatie van de kinderen. Traktaties bij de kleuters: Omdat het voor de groepsleerkrachten ondoenlijk is van tevoren aan te geven dat er getrakteerd wordt, is het prettig voor u een aantal zaken te weten:
33
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
graag willen we een gezonde traktatie. Op school is een boek met ideeën hierover. U kunt dit in komen kijken als u dit wilt; wanneer uw kind een traktatie krijgt, zijn er twee mogelijkheden: - ze eten deze op school op; - als het teveel is, of wanneer het verpakt snoep betreft, gaat het mee naar huis; indien het wordt opgegeten op school, bestaat de kans dat het van huis meegebrachte eten in de tas blijft, omdat het te veel is, of omdat het te veel tijd in beslag neemt; het drinken wordt altijd genuttigd. 9.9 Schoonmaak De locatie Flamingoweg wordt schoongehouden door de firma CSU. De locatie Kleiweg wordt schoongehouden door de firma CSU en door mevrouw L. van Loon.
9.11 GGD De leerlingen (die qua leeftijd) tot groep 2 behoren, worden opgeroepen voor een onderzoek bij de jeugdartsassistente en jeugdarts. Het onderzoek richt zich op de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van het kind en de preventie van afwijkingen. Ook worden alle kinderen op 10-jarige leeftijd gezien. In ieder geval wordt het gezichtsvermogen, kleuren zien, lengte en gewicht beoordeeld. Daarnaast komt er meer aandacht voor de sociaal-emotionele houding en de daar mogelijk uit voortvloeiende problemen. U als ouder vult een toestemmingsbriefje in voordat de screening plaatsvindt. De leerling krijgt na afloop bericht mee over de uitslag. Indien nodig volgt telefonisch contact of nader onderzoek door de jeugdarts. 9.12 Logopedische screening
9.10 Dyslexie-onderzoek De kosten van diagnostiek en behandeling van dyslexie bij kinderen worden, onder bepaalde voorwaarden vergoed uit de basisverzekering. Hieronder staan de criteria om in aanmerking te kunnen komen voor vergoeding via de zorgverzekeraar: Er is sprake van ernstige dyslexie. Er mag geen sprake zijn van andere leer- of gedragsproblemen. De leerling heeft op drie achtereenvolgende meetmomenten een Escore voor het woordlezen (Cito Drie Minuten Toets) of de leerling haalt voor spelling drie maal een E-niveau in combinatie met een D-niveau voor het lezen. De school moet aangeven of er mogelijk sprake is van ernstige dyslexie. Dit is het geval als ondanks alle extra inspanningen op school de lees- en/of spellingsproblemen bij een kind niet tot het gewenste resultaat hebben geleid. Dit noemt men didactische resistentie. Wanneer ouders besluiten hun kind aan te melden voor onderzoek en behandeling, nemen zij contact op met de zorgverzekering. De zorgverzekering verstrekt de gegevens van de bureaus waarmee zij een contract hebben. Ouders kunnen een keuze maken en contact opnemen met de betreffende praktijk. Tot slot willen wij opmerken dat u altijd bij de intern begeleider van onze school terecht kunt voor advies. We hebben kennis over onderzoek en behandeling van kinderen met ernstige dyslexie.
Alle kinderen die op 1 oktober van het betreffende schooljaar 5 jaar oud zijn, worden door de logopedist gescreend op spraak- en taalproblemen. Daarbij wordt gelet op: -spraakontwikkeling -taalontwikkeling (woordenschat, zinsbouw) -mondgedrag -stem -bij twijfel: gehoor. De screening maakt het mogelijk om in een kort tijdsbestek te bepalen of een kind logopedische zorg nodig heeft. Ouders worden vooraf op de hoogte gebracht van het onderzoek en dienen toestemming te geven hiervoor. Zij krijgen na de screening bericht omtrent de resultaten en een advies n.a.v. de conclusies van het onderzoek. In overleg met de IB-er, leerkracht, ouders en logopediste kunnen ook leerlingen buiten deze leeftijdsgrens worden aangemeld voor screening. 9.13 Procedure luizencontrole Op deze school is er een groep moeders die regelmatig op luizen controleert. Zij werken onder de naam Luizenbrigade. Per groep leerlingen zijn er twee moeders, die gedurende het schooljaar controleren. Deze moeders staan in contact met de leerkracht. Na bijna iedere vakantie worden alle leerlingen gecontroleerd. Wanneer door de Luizenbrigade besmetting is geconstateerd, wordt uw kind éénmalig behandeld. Om ervoor te zorgen dat het niet erger wordt en om verdere verspreiding te voorkomen,
34
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
verzoeken wij u vriendelijk thuis uw kind hiertegen te behandelen. Hieronder kunt u lezen hoe u daarvoor het best te werk kunt gaan. Behandel uw kind met een luizenspray en/of shampoo. Er zijn verschillende sprays en shampoos te koop bij de drogist of apotheek. Volg de voorschriften van de spray nauwkeurig op. Kam elke dag het haar van uw kind met een speciale netenkam om de neten en/of luis uit het haar te krijgen. Was de kleding van uw kind op een zo hoog mogelijke temperatuur. Stop knuffels en kleding die op een niet te hoge temperatuur gewassen mag worden in een afgesloten plastic zak voor minimaal een week. Verschoon indien mogelijk, elke dag het beddengoed van uw kind. U kunt een goede luizencape aanschaffen, waar uw kind haar of zijn jas in kan doen op school. Een gebruiksvriendelijke cape met rits is te koop bij www.luizenzakken.com. Wij geven u het advies om het lange haar van uw dochter voorlopig op een staart of in een vlecht te doen. Dit advies geldt ook wanneer uw dochter geen luis of neet heeft. Wanneer de besmetting voorbij is, blijf dan regelmatig controleren; de neten zijn te herkennen doordat ze dicht tegen de hoofdhuid aan het haar vastgeplakt zitten. Ze zijn dus moeilijk te verwijderen van de haarstreng. De hoofdluis zelf is een krabachtig zilverzwart beestje. De luis voedt zichzelf door bloed te onttrekken uit de hoofdhuid. Dit veroorzaakt de jeuk bij de kinderen op het hoofd. Wat erg belangrijk is, is dat als uw kind luizen en/of neten heeft en u behandelt het kind hiertegen, u gedurende minstens 14 dagen elke dag controleert of uw kind nog luizen en/of neten heeft. Zo kunt u ontdekken waar de bron is. Deze is bijna nooit op school, maar daar waar uw kind na schooltijd speelt, of komt. En het belangrijkste: vergeet het niet door te geven aan de leerkracht van uw kind. Na twee weken volgt een nacontrole op school. Weer twee weken later volgt er, in overleg met de leerkracht, nog een controle. Zijn er dan nog steeds luizen, dan volgen verdere stappen. Wij willen graag dat alle kinderen met elkaar in contact blijven. We hopen dat De Wissel, mede dankzij uw medewerking en die van de luizenbrigade, zoveel mogelijk hoofdluisvrij blijft.
9.13.1 Hoofddoekjes en petten Het standpunt van de school is dat we alleen vanuit religieus oogpunt hoofddoekjes en petten in het klaslokaal toestaan. 9.14 Veiligheid op het schoolplein We willen u er op wijzen dat kinderen niet voor de afgesproken tijden op het schoolplein mogen komen, omdat er dan geen toezicht is. De tijden vanaf wanneer kinderen op het schoolplein welkom zijn: ‘s ochtends voor beide locaties: 8.15 uur. ’s middags voor beide locaties 13.00 uur. Fietsen op het schoolplein is niet toegestaan.
9.14.1 Skeelers, skates e.d. Gelukkig hebben we bij ons op school veilige pleinen. Dit willen we graag zo houden. Daarom hebben we met elkaar afgesproken dat de kinderen op het plein niet mogen skeeleren, skateboarden, (mini)steppen, rolschaatsen, enz. Vaak kunnen kinderen niet remmen, maken onverwachte bewegingen of gaan gewoon te hard. Dit betekent dus ook dat kinderen deze “vervoermiddelen” niet mee mogen nemen naar school. 9.15 Moederdag- vaderdagcadeau De kinderen uit de groepen 1 t/m 4 maken jaarlijks een cadeautje voor moeder- en vaderdag. 9.16 Schoolfotograaf De schoolfotograaf komt ieder jaar in het voorjaar. De datum kunt u in De Uitwisseling lezen. Verdere afspraken over de tijden waarop de foto’s worden gemaakt alsook de wijze van bestellen en betalen, leest u in De Uitwisseling en/of een begeleidend schrijven vanuit de fotograaf. 9.17 Schoolbegeleidingsdienst Het RPCZ (Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland) is onze schoolbegeleidingsdienst. Zij begeleiden leerprocessen, leerkrachten, kinderen en voeren onderzoeken uit. 9.18 Sponsoring in het onderwijs De definitie van sponsoring is: een vorm van samenwerking door twee of meer partners op zakelijke basis en gericht op wederzijdse bevoordeling. Het is geen liefdadigheid van één kant. De school heeft de afspraken rondom sponsoring vastgelegd in een Sponsorbeleidsplan. Dit zijn de belangrijkste afspraken:
35
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
De school mag in haar functioneren niet afhankelijk worden van sponsoring of sponsorgelden; Sponsoring mag niet strijdig zijn met de doelstelling van onze school en ons pedagogisch klimaat; We voorkomen reclame zoveel mogelijk. 9.19 De ouderbijdrage Veel activiteiten worden deels bekostigd vanuit de ouderbijdrage. De ouderbijdrage wordt door twee leerkrachten van de school beheerd.
De vrijwillige ouderbijdrage bedraagt € 16,per kind per jaar en is vastgesteld door de Raad van Bestuur van de Stichting. U betaalt bij voorkeur via een incasso machtiging.
U ontvangt na verwerking van uw gegevens door Murlen, van iDEALnet een mail met uw gebruikersnaam en wachtwoord zodat u kunt inloggen op uw eigen ouderpagina. Aan- en afmelden voor de overblijfregeling regelt u op uw eigen ouderpagina. U ziet direct wanneer uw kind(eren) is(zijn) geregistreerd voor het overblijven. De kosten voor de Overblijfregeling betaalt u via uw eigen ouderpagina in iDEALnet. U koopt saldo in en zorgt dat er voldoende saldo op uw overzicht staat. Uw actuele saldostand kunt u online volgen; U kunt kiezen voor betalingen via iDEALnet of via een machtiging. Overblijfkosten De kosten bedragen €1,65 per overblijfmoment. U kunt kosteloos aanmelden tot 9.30 uur op iedere donderdag voorafgaand aan een nieuwe volledige week met overblijfbeurten. Na dit tijdstip wordt € 0,35 per overblijfbeurt aan administratiekosten doorberekend. Voor het afmelden berekenen we geen kosten, mits deze op de dag zelf voor 9.30 uur zijn doorgegeven. Voor afmeldingen na 9.30 uur op de dag zelf, betaalt u het volledige tarief van €1,65. In noodgevallen kan er telefonisch aan- of afgemeld worden tot 11.30 uur door contact op te nemen met Murlen, 085-2734910.
9.20 Overblijfregeling Als u tussen 12.00 en 13.15 uur niet in de gelegenheid bent uw kind(eren) op te halen voor het middageten, kunt u gebruik maken van de overblijfregeling van De Wissel. Op onze school vinden wij dat het overblijven gezellig en ontspannen moet zijn, waarbij de veiligheid van uw kind gewaarborgd is. In overleg met de school, de MR en de overblijfouders zijn er afspraken gemaakt om dit te realiseren. Hierdoor kunnen wij een veilige en prettige overblijf voor uw kind of kinderen organiseren. Voor de administratieve en financiële afwikkeling werken wij samen met Murlen Dienstverlening. Opgave U vult het ‘Aanvraagformulier inlogcode iDEALnet Wissel’ in en levert dit in bij het secretariaat van de school locatie Flamingoweg. Een aantal weken voordat uw zoon of dochter op De Wissel start, sturen wij uw aanvraagformulier naar Murlen. Zij verwerken uw gegevens.
Alle correspondentie over betalingen verloopt via Murlen Dienstverlening. Een klein deel van het overblijfgeld wordt jaarlijks besteed voor aanschaf van spelmateriaal e.d. Dit in overleg met de directie van de school. Organisatie In beide gebouwen blijven de kinderen die zijn opgegeven tussen 12.00 en 12.20 uur onder verantwoordelijkheid van de eigen leerkracht over. Dit vindt plaats in het eigen lokaal. Per jaargroep registreert een overblijfvrijwilliger de aanwezige kinderen. Na 12.20 uur kunnen de kinderen onder verantwoordelijkheid van de overblijfvrijwilligers buiten spelen en bij slecht weer in de hal een rustige activiteit uitvoeren. Kinderen die de maaltijd nog niet volledig hebben genuttigd, krijgen tot na 12.20 uur gelegenheid dit te doen, onder toezicht van een overblijfvrijwilliger in de hal van de school. Overblijfvrijwillgers zijn er er op maandagen, dinsdagen, donderdagen en vrijdagen van 11.45 uur tot 13.15 uur. De overblijfkrachten krijgen voor de hulp een vrijwilligersvergoeding en volgen regelmatig bij- en nascholing.
36
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Eten en drinken Als ouder / verzorger bent u zelf verantwoordelijk voor de samenstelling van de lunch van uw kind. Toch vragen wij u uw kind alstublieft geen snoep of chips e.d. mee te geven. Als uw kind ergens allergisch voor is, geeft u dit aan op het opgaveformulier. Dit geldt ook voor het gebruik van medicatie. U als ouder blijft te allen tijde verantwoordelijk.
Wanneer er privé-auto’s worden ingezet voor het vervoer van leerlingen, wordt van tevoren gevraagd of de eigenaars/bestuurders voor de inzittenden een ongevallenverzekering hebben afgesloten. De auto’s moeten voorzien zijn van autozitjes.Ouders zijn hiervoor verantwoordelijk. Indien ouders niet over voldoende zitjes beschikken, moeten kinderen eigen zitjes meenemen.
Leerkrachten (en bij uitloop een overblijfvrijwilliger) zien toe op het netjes en gericht nuttigen van de middagmaaltijd. Lukt dit echter niet binnen de gestelde tijd, dan kan het zijn dat het niet genuttigde brood of drinken mee terug komt.
9.22 Voor- en naschoolse opvang
Overblijfregels Tijdens de overblijf hanteren we dezelfde omgangsvormen en regels zoals in de groepen en koppelen deze aan de vier kernwaarden ‘de Ander, Rust, Inzet en Materiaal’. Voor vragen over de organisatie van de overblijf, kunt u terecht bij de directie van de school. Voor vragen over de administratie en betalingen, neemt u contact op met Murlen. Contactgegevens: www.murlendienstverlening.com
[email protected] 085-2734910 9.21 Verzekering Via het bestuur zijn alle kinderen het gehele schooljaar verzekerd voor grote ongevallen. Natuurlijk heeft u voor uw kind(eren) een Ziektekostenverzekering en een Aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Wanneer zich iets voordoet wordt in eerste instantie uw verzekering ingeschakeld. De verzekering van de school vult eventueel aan. Mocht u uw kind nog extra willen verzekeren voor kleine ongelukjes die op het schoolplein of in de klas kunnen gebeuren, dan adviseren wij u contact op te nemen met uw verzekering, omdat de school voor dit soort schade niet verzekerd is. Wanneer leerlingen ten behoeve van activiteiten aan school gerelateerd vervoerd worden, wordt er altijd gebruik gemaakt van vervoer per bussen met een ongevallenverzekering voor de inzittenden.
Buitenschoolse opvang is naast ons schoolgebouw aan de Flamingoweg te vinden. De BSO wordt geleid door professionele pedagogisch medewerkers met allemaal een kindgerichte opleiding. Op de locatie Flamingoweg is er opvang tot 18.00 uur. Naast BSO na schooltijd biedt KOW op diverse locaties ook voorschoolse opvang (VSO) aan: opvang van 7.30 uur tot de school begint. Wat doet mijn kind op de BSO? Allereerst wordt ervoor gezorgd dat ieder kind zich thuis voelt bij de BSO. Als de kinderen uit school komen kunnen ze even lekker bijkletsen met wat te drinken en fruit of een koekje. Na een hele dag op school zijn er kinderen die eens lekker willen rennen en vliegen, anderen hebben meer behoefte om even op de bank te zitten of gaan direct weer aan de slag met knutsel en frutsel materiaal. Dat kan allemaal bij de BSO. Er worden ook leuke activiteiten aangeboden. Zo gaan de kinderen koekjes bakken, schminken, op pad naar speeltuin, bos of strand, speurtochten, kleien, schilderen, sporten, enz. enz. Tijdens de zomervakantie werkt KOW met thema’s, waarin veel leuke en uitdagende activiteiten worden aangeboden. De BSO is dan open van 8.00 tot 18.00 uur. Veilig van school naar opvang? De BSO medewerker haalt de kinderen op en loopt naar de opvang, of; De BSO medewerker haalt uw kind met de fiets op, of; Uw kind is oud genoeg om zelfstandig naar de opvang te fietsen of te lopen, of; Er rijdt een KOW busje of een taxi om de kinderen op te halen, of; De opvang is in de school en de kinderen komen zelf. Veiligheid heeft de hoogste prioriteit! Wat moet ik betalen? De prijzen kunt u vinden op de website www.kinderopvangwalcheren.nl. Werkende en studerende ouders ontvangen voor buitenschoolse opvang een tegemoetkoming van de
37
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Belastingdienst in de vorm van kinderopvangtoeslag. Op www.toeslagen.nl vindt u meer informatie. Meer weten? Wilt u meer weten over de BSO dan kunt u telefonisch contact opnemen met de afdeling Klantadvies op telefoonnummer 0118626350. U kunt ook kijken op de website www.kinderopvangwalcheren.nl. Inschrijven Inschrijven kan via www.kinderopvangwalcheren.nl. U kunt ook het informatiepakket BSO aanvragen, dat een inschrijfformulier bevat. 9.23 Schoolmaatschappelijk werk Samen met de school stelt het schoolmaatschappelijk werk (SMW) zich als doel, het welbevinden van de kinderen te bevorderen door hun competenties te versterken. Het SMW ondersteunt het onderwijs bij de begeleiding van leerlingen door een brugfunctie te vervullen tussen leerling, ouders, school en (jeugd)zorginstellingen. Wanneer een leerkracht zich zorgen maakt over het welbevinden van een leerling, kan de leerling bij het SMW worden aangemeld. U als ouder kunt ook initiatief nemen om uw kind via school aan te melden. De schoolmaatschappelijk werkster heeft in eerste instantie altijd een intakegesprek met de ouders. De IB-er en schoolmaatschappelijk werker hebben om de vier tot zes weken overleg over de leerlingen die zijn aangemeld bij het SMW. Wanneer de ouders het SMW niet meer nodig achten, maar school en het SMW nog wel, dan geeft de school bij ouders aan dat het SMW betrokken blijft bij het volgen van de leerling.
10 Bijlagenmappen De documenten die in de schoolgids niet in zijn geheel zijn opgenomen maar waar wel naar wordt verwezen, zijn opgenomen in de bijlagenmap. Deze bijlagenmappen liggen ter inzage op school. Dit is uit puur praktisch oogpunt gedaan, de schoolgids zou anders te dik worden. In deze mappen zijn de volgende documenten opgenomen: dyslexieprotocol inspectierapport klachtenregeling tevredenheidsmetingen leerplicht en verlofaanvragen pestprotocol protocol internetgebruik protocol seksuele intimidatie reglement MR veiligheidsplan beleid hoogbegaafdheid ondersteuningsprofiel zorgplan
38
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
11 Plattegronden schooljaar 2015-2016 1. groep 3a
Speellokaal
Locatie Flamingoweg Groep 1b
Groep 1/2b Ingang
Secr. Groep 1/2a
Hoofdingang
Groep 3a
Groep 2
Groep 3b Dir. Groep 4a Groep 4b
Ingang
Groep 1a
Locatie Kleiweg
Groep 7b
Wissellokaal 7/8
Groep 8b
Groep 8a Hoofdingang
Groep 7a Wissellokaa 5/6l
Groep 6a Groep 6b
Groep 5b
Ingang
Groep 5a
39
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
12 Adresgegevens, schooltijden en vakanties
Hoofdgebouw Flamingoweg 53 4386 DT Vlissingen 0118-460344
Nevenvestiging Kleiweg 15-17 4386 PA Vlissingen 0118-478792
Groepen 1-4 Postadres
Groepen 5-8
e-mail:
[email protected] website: www.dewissel-onzewijs.nl Noodgevallen; neem contact op met de directie. Directie:
Lizo Koppejan (directeur) 0118-460344 (school) of 0118-601309 (privé) Danny de Ridder (adjunct-directeur) 0118-460344 (school) of 0118-472166 (privé)
Inloopspreekuur: iedere maandagmorgen van 8.30 uur tot 9.00 uur op de Flamingoweg. Kantoor Lizo Koppejan. Schooltijden: maandag 08.30 – 12.00 uur 13.15 – 15.15 uur dinsdag 08.30 – 12.00 uur 13.15 – 15.15 uur woensdag 08.30 – 12.15 uur donderdag 08.30 – 12.00 uur 13.15 – 15.15 uur vrijdag 08.30 – 12.00 uur 13.15 – 15.15 uur De kinderen uit de aanvangsgroep en groepen 1 en 2 hebben de vrijdagmiddag vrij. Gymlessen 2015-2016 De Vlieger ma 13.45-15.15 di 08.30-10.00 di 10.30-12.00 di 13.45-15.15
De Houtuyn ma 13.45-15.15 Groep 6a di 08.30-10.00 Groep 7b di 10.00-11.00 Groep 4a di 11.00-12.00 Groep 3b di 13.15-14.15 Groep 3a di 14.15-15.15 Groep 4b do 13.45-15.15 Groep 8a do 13.45-15.15 Groep 8b De gymlessen van groep 1/2b en groep 2 vinden plaats op dinsdag, de lessen van de groepen 1 en groep 1/2a op donderdag. Locatie: Speelzaal in het gebouw Flamingoweg. De groepen 3 en 4 gymmen op een groot aantal vrijdagmiddagen een tweede moment op school. Groep 6b Groep 7a Groep 5b Groep 5a
Vakantierooster schooljaar 2015 - 2016 Herfstvakantie maandag 26 t/m vrijdag 30 oktober 2015 Kerstvakantie maandag 21 december 2015 t/m vrijdag 1 januari 2016 Voorjaarsvakantie maandag 22 t/m vrijdag 26 februari 2016 Goede Vrijdag/Tweede Paasdag vrijdag 25 maart t/m maandag 28 maart 2016 Meivakantie maandag 25 april t/m vrijdag 6 mei 2016 Pinksteren maandag 16 mei 2016 Zomervakantie maandag 25 juli t/m vrijdag 2 september 2016 Planning van studiedagen en –middagen leest u in De Uitwisseling en op www.onzewijs-dewissel.nl
40
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
13. Leerkrachten, groepen en taken Voor vragen of mededelingen betreffende kind - of schoolzaken graag voor of na schooltijd op school bellen. Bij voorkeur belt u na schooltijd. In noodgevallen kunt u na schooltijd met de directie bellen. Denk hierbij aan grote onverwachte, emotionele gebeurtenissen binnen de familie die van invloed op uw kind en dus op zijn of haar gedrag kunnen zijn. Indien zich te voorziene omstandigheden voordoen, waarbij contact met de leerkracht van uw kind ook buitenom schooltijd noodzakelijk kan zijn, wordt u verzocht dit met de leerkracht te bespreken. U kunt dan in overleg contactgegevens uitwisselen, zodat u de leerkracht ook privé kunt bereiken. Bedankt voor uw medewerking.
Groep 1a
Groep 1b
Groep 1-2a
Groep 1-2a
Lenie de Pagter
Vera Schütz
Mirjam Sorgedrager
Corien Geelhoed
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Groep 1-2b
Groep 1-2b
Groep 2
Groep 3a
Jenny de Nooyer
Ineke Harthoorn
Marieke van den Berg
Wouter Vermeule
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
41
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Groep 3b
Groep 4a
Groep 4b / ICT-er
Groep 5a
Jarco Siereveld
Dennis Lunenborg
Stéfan van Belzen
Arthur Guldemond
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Groep 5b
Groep 5b
Groep 6a
Groep 6b
Anja Vogel
Andrea van der Vegt
Gerdientje Verpoorte
Yorick Verhage
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Groep 7a
Groep 7b
Groep 8a
Groep 8b
Veronique Meerman
Jimi van Weisenbroek
Martijn Fincke
Remon van Geersdaele
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
42
Schoolgids CBS De Wissel 2015 – 2019
Directeur Lizo Koppejan
Adjunct directeur / Vervanging Danny de Ridder
Intern begeleider / Plusgroep / Vervanging Marieke Groeneveld
Mathilde Wisman
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Remedial teacher
Remedial teacher
Secretariaat
[email protected]
Suzan de Looff
Ineke Spa
Begeleiding LGF leerlingen /vervanging Annelies Slotman
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Conciërge Corrina Poppe
[email protected]
43
Intern begeleider
Lizette Mol
Hier vindt u De Wissel:
Locatie Flamingoweg 53: groep 1 - 4
Locatie Kleiweg 15-17: groep 5 - 8